Hoofdstuk 5 Prijsbeleid
1 Inleiding
De P van Prijs is een zeer interessant marketingmixinstrument waarmee je de marketingmix direct kunt beïnvloeden. Sta dus grondig stil bij de prijs van je product. Eens de prijs gezet is, is het moei lijk om deze nog drastisch te veranderen. Trek naar buiten en pols vooraf bij je potentiële klanten wat ze bereid zijn te betalen voor de waarde die je biedt met je product. In dit hoofdstuk worden verschillende verdienmodellen belicht. Streef naar een continue inkomstenstroom en durf hierbij out-of-the-box te denken. Bepaal je prijszetting en analyseer de interne en externe factoren die van invloed kunnen zijn op je prijs. We zoomen in op verschillende prijsmethoden. Je prijsstrategie verandert gedurende de productlevenscyclus. Bij het aanbieden van meerdere productgroepen, kan je prijsstrategieën voor het assortiment combineren. Daarnaast belichten we tal van prijsaanpassings strategieën. Probeer inzicht te krijgen in hoe je klant reageert op prijswijzigingen. Bereken goed het totale kostenplaatje vooraleer je je prijs bekendmaakt.
2 Inhoud
2.1 Wat is prijs?
De prijs is het bedrag dat jij rekent voor een product. Het is de som van de waarden die consumen ten geven in ruil voor het gebruik of het bezit van het product.
Bekijk het volgende filmpje:1
De tuinaannemer in het filmpje krijgt heel wat aanvragen binnen uit het luxeseg ment in de regio Oost- en West-Vlaanderen.
Wat heeft de tuinaannemer volgens jou nodig om een degelijk prijsbeleid te kunnen voeren?
1Onthoud:Analyseer
wat de bereidheid tot betalen is van de doelgroep.
2 Werk een berekeningstool uit zodat je de prijs zo goed mogelijk kunt berekenen.
3 Een berekeningstool helpt je ook om zo transparant mogelijke offertes op te maken.
1
Gefeliciteerd! Je gaat aan de slag als marketeer in een start-up die marketingtrainingen orga niseert voor mensen uit het werkveld. Jouw droomjob!
Hoe bepaal jij de prijs van de marketingopleidingen die je wilt vermarkten? Welke factoren beïnvloe den jouw prijs? Geef vijf stappen die je zet om je prijs te bepalen. Ga eens kijken bij de concurrenten: hoe zetten zij hun prijs? Laat je inspireren en kom zo tot je eigen prijszetting.
Als gevolg van de coronacrisis moe(s)ten veel bedrijven bewust op zoek gaan naar andere inkom stenmodellen, denk aan de horeca die in 2020 zeven maanden lang haar deuren moest sluiten door de lockdown. Maar ook andere sectoren werden zwaar getroffen, zoals de evenementenwereld, de beurssector, de kappers, de schoonheidsinstituten, …
Bedenk minstens drie mogelijke inkomstenmodellen die jij zou kunnen toepassen indien je actief bent in de horeca en moet sluiten wegens de lockdown. Wees creatief en durf out-of-the box te denken.
Om op zoek te gaan naar nieuwe inkomstenstromen kun je inzetten op: (1) onderscheidende positi onering, (2) een wendbaar businessmodel, (3) waardeproposities (een toegevoegde waarde) waarvoor klanten willen betalen en (4) verdienmodellen.
2.1.1 Onderscheidende positionering
Ken je markt en je concurrenten. Wat zou jij anders kunnen aanpakken om je te onderscheiden van je concurrenten? Wat is je USP of Unique Selling Proposition ? Zet bijvoorbeeld in op een 24/7-service, of zorg voor een gepersonaliseerd bedankingskaartje wanneer je die leuke trui verstuurt die een klant in je webshop kocht. Zo zet je in op de beleving en maak je het verschil.
2.1.2 Wendbaar businessmodel (= strategische wendbaarheid)
Als er zich veranderende omstandigheden voordoen in de markt (denk bijvoorbeeld aan de corona crisis of de stijgende energieprijzen), is het belangrijk als marketeer om hierop te kunnen inspelen. Je moet scherp blijven, te allen tijde op zoek gaan naar hoe je het verschil kunt maken in de markt en je inkomstenmodel hierop afstemmen. Denk bijvoorbeeld aan de kapper die tijdens corona volledig online ging en filmpjes maakte over hoe je het haar van je vriend of vriendin kunt knippen zonder kappersbezoek en hiervoor de nodige producten en tools aanbood. Of de takeawayservice die de horeca aanbood omdat restaurantbezoek niet mogelijk was.
2.1.3 Waardeproposities waarvoor klanten willen betalen
Als marketeer moet je een goed beeld hebben van wat je klant denkt. Ga na waarvoor hij of zij graag zou willen betalen en waarvoor niet.
VOORBEELDStel: je hebt een nieuwe gsm nodig. Waaraan wil je jouw geld spenderen en waaraan zeker niet? Waarom? Welke toegevoegde waarde die de verkoper aanbiedt, kun je naar waarde schatten, en wat net niet? Ben je bereid iets meer te betalen voor een sterk merk, of eerder voor de klik die je hebt met de verkoper en de service die hij of zij belooft?
Ben je bereid iets meer te betalen in ruil voor eenvoud en gemak, producten en services op maat, een gezonder leven, …? Bepaal je waardeproposities op basis van dergelijke valide klanteninzichten.
Het is met andere woorden belangrijk dat je als marketeer inzicht verwerft in de betaalbereid heid of ‘willingness to pay’ van de klant. Die heeft niets te maken met de daadwerkelijke kosten.
Bijvoorbeeld: het kost ongeveer evenveel om een auto met metallic lak te laten spuiten als met gewone lak. Maar in werkelijkheid betaalt de klant meer voor de eerste optie, louter omdat men bereid is om voor metallic lak meer te betalen, vanuit de gedachte dat metallic lak duurzamer is.
Een product dat beperkt beschikbaar is, is dikwijls waardevoller. Woningen worden steeds schaarser en huurprijzen swingen de pan uit. Als je echt een woning wil kopen, dan ben je vaak bereid om hiervoor iets meer te betalen.
Kortom: denk ook eens vanuit het standpunt van de klant wanneer je de prijs voor je product aan het bepalen bent: hoeveel zou mijn product waard zijn voor hem of haar (= de ‘customer value’)? Tip: trek naar buiten en bevraag je potentiële klanten wat ze bereid zijn te betalen voor je product.
2.1.4 Verdienmodellen
De P van prijs is ook bepalend voor het inkomstenmodel of verdienmodel van de organisatie. Wat is een verdienmodel? Het dwingt je om na te denken hoe je inkomsten genereert in je organisatie. Kies je ervoor om enkel producten te verkopen in ruil voor betaling of zorg je bijvoorbeeld voor continue inkomstenstromen via abonnementsformules of onderhoudscontracten?
Enkele mogelijke verdienmodellen zijn:
Verkoop
Je koopt bijvoorbeeld auto’s aan en verkoopt die. Je ontvangt inkomstenstromen in ruil voor de verkoop van je product. Dit wordt het transactiemodel genoemd.
Verhuur en leasing
De autoverkoper kan nog een stap verder gaan en ook auto’s leasen of verhuren. Hierbij krijg de leasingnemer het recht om de wagen te gebruiken tegen betaling, en dit voor een vastgelegde periode. De leasingnemer dient niet meteen een hele grote som geld in één keer te voorzien, en als leasingmaatschappij heb je maandelijkse inkomsten.
Een makelaarsmodel
Denk aan veilinghuizen of marktplaatsen (zoals eBay) die kopers en verkopers samenbrengen en de verkoop faciliteren. In ruil krijgen de verkopers een bepaald percentage van het verkoopbedrag. Booking.com past dit model toe in de horecasector en koppelt hoteluitbaters aan potentiële hotelgasten.
Een abonnement
Vermoedelijk heb je een internet- en telefoonabonnement bij een telecomprovider. In ruil voor het gebruik van deze diensten, betaal je maandelijks een bedrag. Denk ook bijvoorbeeld aan een abonnement dat je kunt nemen op scheermesjes die je regelmatig toegestuurd worden, of op de voedingsboxen van HelloFresh. Een abonnement zorgt voor een vaste inkomstenstroom voor de organisatie.
VOORBEELD
Bundles: de beste spullen als een service
In Nederland is er een bedrijf, Bundles, waar je een wasmachine kunt huren via een abonnement. Je betaalt maandelijks een bedrag per wasbeurt. Bundles belooft het volgende: ‘Wij maken kwa liteit en duurzaamheid toegankelijk voor iedereen. Dit doen we samen met onze partners. Wij bieden de beste spullen aan als een service. Zo word je geen eigenaar, maar gebruiker. Wij zorgen voor duurzaam gebruik en hergebruik. Zo laten we samen zien dat het makkelijk en comfortabel is om circulair te leven!’.2
Een lidmaatschap
Misschien ben je lid bij een studentenclub of sportclub. Hierdoor kun je genieten van een aantal voordelen in ruil voor een bepaald lidmaatschap dat je betaalt. Bijvoorbeeld: bij dierentuin Artis in Amsterdam kregen leden voorrang toen de dierentuin weer openging na corona.
Het verbruik
Je betaalt naargelang je verbruik. Bijvoorbeeld: energie.
De horecaketen Zifablat
Stap je bij ons een koffiezaak binnen, dan betaal je voor de koffie die je drinkt. Bij Zifablat betaal je niet voor de koffie maar wel voor de tijd, volgens het ‘pay per minute’-principe: je betaalt (per minuut) voor de tijd die je er spendeert.
Tankstation Tango
Bij ons betaal je vaak een vaste fee voor je autoverzekering, in functie van een aantal parameters zoals leeftijd, aantal ongevallen die je veroorzaakte, … Bij tankstation Tango sluit je een autoverze kering af waarbij je alleen betaalt voor de kilometers die je rijdt. Het biedt een creatiever verdien model dat naar de klant toe ook ‘eerlijker’ overkomt en waardoor de verzekeringsmakelaar zich duidelijk onderscheidt in de verzekeringsmarkt. Stel je voor dat we zo’n formule hadden tijdens de coronaperiode, toen de auto in de garage bleef staan maar de verzekering gewoon doorliep.
Vaak kiezen we voor een combinatie van verschillende verdienmodellen. De merken Uber, airbnb en bol.com bijvoorbeeld maken gebruik van slimme algoritmes en kiezen voor een combinatie van makelaarsmodel + verkoopmodel + verbruiksmodel + reclamemodel.
TIP: wees creatief en durf out-of-the-box te denken wanneer je verdienmodellen bedenkt!
2.1.4.1 Verdienmodel Canvas
De uitwerking van een goed verdienmodel houdt in dat je heel nauwgezet nadenkt over de verschil lende bouwstenen. Dit zijn de waardepropositie(s), de prijsstrategie, de inkomstenstromen, de kosten structuren, de return on investment (ROI), terugverdientijd en klantwaarde (CRM).
Het Business Model Canvas van Osterwalder reikt je hiervoor goede handvaten aan. Hieronder zie je het model afgebeeld.
Waardepropositie (Value Propositions)
Vertrek vanuit je USP: wat maakt mij/mijn producten/mijn merk uniek. Geef drie unieke eigen schappen waarin jij je onderscheidt t.a.v. je concurrenten.
Klantensegment (Customer Segments)
Tot wie richt je je met je product? Wie zijn je klanten? Wees hier zo specifiek mogelijk. Mannen, vrouwen, kinderen, leeftijd, regio, wat hebben ze gemeenschappelijk, …
Kernactiviteiten (Key Activities)
Wat heb je absoluut nodig om je activiteit uit te oefenen? Zonder dat lukt het niet. Bijvoorbeeld: als je een foodtruck wenst te starten dan zal je foodtruck zelf een absolute must zijn. Al de rest komt bij ‘key resources’ te staan.
Middelen en mensen (Key Resources)
Alles wat je naast de kernactiviteiten nog meer nodig hebt om te kunnen starten: een onderne mingsnummer, een laptop, verzekeringen, vergunningen, marketingbudget, een gsm, internet en telefonie, een website, …
Kostenstructuur (Cost Structure)
Alles wat je noteerde bij key activities en key resources vertaal je nu naar de kostenstructuur. Je probeert in te schatten hoeveel de maandelijkse kost zal zijn van de verschillende opgesomde resources en activities.
Partners (Key Partners)
Wie zijn mogelijke interessante partners voor jouw onderneming? Dit kunnen leveranciers zijn, maar denk bijvoorbeeld ook aan je opleidingsinstelling die mee kan communiceren over je onder neming en je kan ondersteunen, of aan de stad die vaak mee promo voert voor nieuwe onderne mers in de regio, … Durf hier breed genoeg over na te denken.
Klantenrelatie (Customer Relationships)
Hoe ga jij je klanten pamperen? Hoe zorg je ervoor dat je klanten tevreden zijn (en dat ook doorvertellen) en terugkomen?
Kanalen (Channels)
Via welke kanalen zal je je doelgroep bereiken? Zitten ze op social media? Waar komen ze? Wat lezen ze?
Inkomstenstromen (Revenue Streams)
Tot slot denk je heel goed na over je inkomstenstromen, je verdienmodel. Durf verder te denken dan enkel het innen van inkomsten in ruil voor de verkoop van je product. Denk na over continue inkomstenstromen.
2.1.4.2 Disruptie
Sommige bedrijven komen ten val door disruptie (letterlijk: ontwrichting). Denk aan Kodak die te laat aan innovatie en productvernieuwing deed, waardoor het bedrijf het heel moeilijk kreeg met de komst van de digitale fotografie. Ze kozen bewust om hetzelfde pad te blijven bewandelen en verloren hierdoor de nieuwe technologie uit het oog. Er was geen vraag meer naar filmrolletjes, maar Kodak had geen onderzoek gedaan en geen nieuwe producten klaarliggen. Als organisatie is het dus belangrijk dat je hiermee bezig bent. Je kunt bijvoorbeeld een innovatielab implementeren waarin geëxperimenteerd wordt met innovatie om je zo voor te bereiden op de komende trends in de sector. Of je kunt een verandertraject (change traject) doorlopen: op die manier zoek je bewust hoe je de orga nisatie en de medewerkers kunt klaarstomen voor de komende veranderingen en hoe je de organisatie futureproof kunt maken.
2.2 Prijszetting
Hoe zet je als marketeer je prijs?
2.2.1 Vaste prijzen versus dynamische prijszetting
Een vaste prijs betekent dat je één prijs hanteert voor alle klanten. Iedereen betaalt dezelfde prijs, no matter what.
Bij een dynamische prijszetting hangt je prijs af van de klant of van de situatie; je werkt dus met verschillende prijzen.
Heyo Heyo hanteert een vaste prijszetting. Kleuter- en uitpluiskampen kosten standaard 133 euro per kampweek en projectkampen kosten standaard 143 euro per kampweek. Heyo wil zo zoveel mo gelijk kinderen de kans geven om spelenderwijs iets bij te leren in hun vakantie. Heyo staat voor kwaliteit aan democratische prijzen.
2.2.2 Strategieën om de prijs te verhogen
Marketeers worden op het vlak van prijs geconfronteerd met de volgende twee problemen: de prijszet ting en de concurrentie. Prijzen die te snel verlaagd worden, hebben een enorme impact op de winst. Om tot een optimale prijs en winstgevendheid te komen, kun je de volgende prijsstrategieën hanteren:
Dynamische prijzen (Dynamic Pricing )
Wil je graag in het hoogseizoen op reis, dan zal je vermoedelijk meer betalen voor een vliegticket en een hotel. Ga je daarentegen in het laagseizoen, dan zal je heel wat euro’s minder nodig hebben. Dit zijn toepassingen van dynamische prijszeting.
Betaal wat je wenst (Pay what you want)
Waarom niet de klant zelf laten inschatten hoeveel je product hem of haar waard is? Ervaring leert dat dit ‘betaal wat je wenst’-principe vaak betere prijzen oplevert dan wanneer je met vastgelegde prijzen werkt.
Opsplitsen van het product
Stel je voor: het marketingboek dat je nodig hebt voor de les, heb je iets te laat besteld. Nu komt die les toch echt wel heel dichtbij en je wil natuurlijk een goede eerste indruk maken. Daarom beslis je om het marketingboek via spoedlevering naar je toe te laten komen. Die extra service zal een meerkost inhouden, maar je bent bereid die te betalen. Je stelt de aankoop van de boeken die je nodig hebt in semester 2 even uit, en beslist deze later te bestellen.
Cross-selling en up-selling
Beide technieken hebben tot doel om meer te verkopen. Bij up-selling probeer je de klant te overtuigen om een duurder product aan te kopen, waardoor je meteen een hogere omzet hebt. Cross-selling zet in op het aanbieden van producten die matchen met het bestelde product, in de hoop dat je zo meer zal verkopen. Bijvoorbeeld: je koopt het marketingboek en de webshop stelt je hierbij nog een brainstormpakket voor of leuke quotekaartjes van marketinggoeroes, in de hoop dat je toehapt. Een voorbeeld van up-selling: voor die nieuwe laptop die je nodig hebt voor school, beslis je uiteindelijk toch om voor de iets duurdere versie te gaan die je wordt voorgesteld. Een iets duurdere laptop zal vermoedelijk iets duurzamer en kwalitatiever zijn, zo denk je bij jezelf.
Referentieprijzen
Een referentieprijs is de prijs die de klant bereid is om te betalen voor je product, omdat hij of zij denkt dat dit een goede prijs is. Deze referentieprijs zal dan ook de prijs zijn waarmee de klant andere producten of merken zal vergelijken.
2.2.3 Nudge-theorie
Zoals eerder gezegd, moet je als marketeer in het hoofd van de consument proberen te kruipen. Zo kun je beter begrijpen hoe deze denkt, zich gedraagt en beslist om voor product X of Y te kiezen. Dat helpt bij de prijszetting. Een belangrijk concept daarbij is de Nudge theory van Richard Thaler. Aan de hand van enkele psychologische technieken worden bepaalde gedragingen van mensen gestimu leerd en zodoende gewijzigd. Denk bijvoorbeeld aan de afbeelding van een vlieg die in urinoirs wordt gekleefd om ervoor te zorgen dat mannen niet naast maar in het urinoir plassen.3
In de retailsector passen ook marketeers het Nudge-model toe. Je gaat dan op zoek naar manieren om de verkoop te verhogen, via het aanbrengen van kleine veranderingen in het koopgedrag van de con sument. Aan de hand van de Nudge-theorie probeert de marketeer te begrijpen hoe veranderingen in het koopgedrag gerealiseerd kunnen worden.
VOORBEELD
Als je in New Orleans woont en je hebt een laag inkomen, dan kun je daar gratis een arts consulteren. Wat bleek? Heel weinig mensen maakten hiervan gebruik. Er werd onderzocht of dit gedrag veran derd kon worden door aanpassingen te doen in de communicatie over deze gratis dienstverlening. De onderzoeksgroep werd ingedeeld in drie segmenten waarbij ieder segment op een andere manier benaderd werd. Op die manier wilde men nagaan of een verschillende communicatieboodschap een ander gedrag zou oproepen.
Bij groep 1 werd ingezet op eenvoud en kregen de inwoners het volgende sms’je: ‘Hallo, Chris hier van het gezondheidsdepartement! Sms JA als je graag gecontacteerd wordt om een GRATIS dokters afspraak te krijgen. Sms STOP indien je niet langer wenst dat we je sms’en’.
Bij groep 2 werd veeleer ingezet op ego. Die groep kreeg volgend sms-bericht: ‘Hallo, Chris hier van het gezondheidsdepartement! Jij bent geselecteerd voor een GRATIS doktersafspraak. Sms ‘JA’ om deze afspraak in te plannen. Sms ‘STOP’ indien je hier niet langer voor wil gecontacteerd worden’.
Groep 3 werd benaderd vanuit een sociale motivatie en ontving het volgend bericht: ‘Hallo, Chris hier van het gezondheidsdepartement! Zorg goed voor jezelf zodat je goed zorg kunt dragen voor de mensen die je graag ziet. Sms ‘JA’ om een GRATIS doktersafspraak in te plannen. Sms ’STOP’ om je uit te schrijven uit onze database.’
Simplicity (groep 1) Ego (groep 2) Social Motivation (groep 3)
<
Hi it's Chris from the Health Dept! Txt YES to be contacted to set up a FREE doctor's appt. Txt STOP to unsubscribe
<
Hi it's Chris from the Health Dept! You have been selected for a FREE doctor's appt. Txt YES to set it up. Txt STOP to unsubscribe
<
Hi it's Chris from the Health Dept! Take care of yourself so you can care for the ones you love. Txt YES to set up a FREE doctor's appt. Txt STOP to unsubscribe
Welke benadering was volgens jou het meest succesvol? Je zou kunnen verwachten dat de aanpak waarbij ingezet wordt op sociale motivatie de meeste resultaten opleverde. Niets is minder waar. Groep 2, waar ingespeeld werd op ‘ego’, kende twee keer zoveel response als groep 3.
Dit onderzoek leert ons als marketeer dat de persoonlijke benadering van onze consumenten de meest effectieve is. Vandaar ook het succes van direct mailing waarbij je heel direct en persoonlijk je consument benadert.4
4 https://www.marketingfacts.nl/berichten/nudging-onbewust-gedrag-bewust-beinvloeden/
VOORBEELD
Je kunt ook inzetten op humor om het gedrag van mensen te veranderen. In het Brusselse metro station Montgomery werd de gewone trap tijdens de Week van het Hart omgetoverd tot een levens grote piano, met een andere toonladder op iedere trede. Op die manier werden mensen aangemoe digd om de gewone trap te nemen in plaats van de roltrap.5 Ook in het metrostation Odenplan in Stockholm deed men dit. Het resultaat? 66% van de metrobezoekers liet de roltrap links liggen en nam de ‘gewone’ trap. Het idee hierachter is dat fun ons gedrag kan veranderen. Dit wordt ook wel de ‘funtheorie’ genoemd. Bekijk het filmpje op https://www.youtube.com/watch?v=2lXh2n0aPyw
Onthoud dus het belang van de Nudge-theorie. Een kleine verandering in je fysieke omgeving kan leiden tot grote veranderingen in gedrag.6
2.3 De invloed van interne en externe factoren op prijsbeslissingen
Zowel interne als externe factoren hebben een invloed op prijsbeslissingen.
INTERNE FACTOREN
EXTERNE FACTOREN
Aard van de markt en de vraag Marketing Mix Strategy Concurrentie
Marketingdoelstellingen
Kosten Andere omgevingsfactoren
Verantwoordelijkheid binnen de organisatie
2.3.1 Interne factoren
2.3.1.1 Marketingdoelstellingen
In eerste instantie bepaal je als marketeer je doelgroep en je positionering. Eens dat duidelijk is, bepaal je je marketingmixstrategie, waaronder je prijsstrategie.
Een bedrijf streeft bepaalde doelstellingen na, zoals: Het voortbestaan van de onderneming garanderen = de continuïteit borgen. Maximale winst realiseren op korte termijn. Een zo groot mogelijk marktaandeel nastreven. Kwalitatief het beste product op de markt brengen.
VOORBEELD
Kamal Khamarch trekt voor ‘Andermans zaken’, een realityreeks op Eén, naar ondernemers die voor een dringend probleem staan. Hij gaat met hen op zoek naar oplossingen. Zo maken we kennis met bakkerij Laurens waar Laurens en Melissa (zijn meewerkende echtgenote) dag en nacht werken voor hun bakkerij. Bij de berekening van het uurloon door Kamal blijkt dat ze slechts 1,75 euro per uur verdienen. Bekijk het filmpje hier: Denl/2020/09/30/bakker-laurens-uit-programma-andermans-zaken/https://www.vrt.be/vrtnws/bewustwordingvanjeuurloonbijhetzettenvanjeprijsisduszeerbelangrijk!
5 https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20130926_00762141
6 https://www.marketingfacts.nl/berichten/nudging-onbewust-gedrag-bewust-beinvloeden
Hou er rekening mee dat eens je je prijs hebt gezet, deze ook bepalend is voor je positionering Je prijs laag houden kan de concurrenten afschrikken.
Je prijsniveau aanhouden zoals dit van de concurrent, stabiliseert de markt. Prijzen tijdelijk reduceren kan leiden tot het aantrekken van nieuwe klanten.
Heyo
Heyo biedt kwalitatieve kampen zonder overnachting aan voor kinderen van 3 t.e.m. 12 jaar. Heyo wil daarbij zoveel mogelijk kinderen de kans geven om spelenderwijs iets bij te leren in hun vakantie. Heyo staat aldus voor kwaliteit aan democratische prijzen.
2.3.1.2 Marketing Mix Strategy
De marketingmixstrategie zijn alle beslissingen die je neemt over het ontwerp, de distributie en de promotie van je product . Deze beslissingen hebben een impact op je prijszetting. Hoe hoger de kosten die je hebt, des te hoger de prijs van het product zal zijn.
Als marketeer kun je werken met de inverse prijszetting : hierbij vertrek je vanuit de ideale verkoop prijs die de klant bereid is te betalen. Pas in tweede instantie stem je de kosten af op de prijs. Bij inverse prijszetting vertrek je dus van de ideale marketingmix, pas daarna bepaal je de prijszetting.
Heyo Kleuter- en uitpluiskampen kosten standaard 133 euro per kampweek (5 dagen) en projectkam pen kosten standaard 143 euro per kampweek (5 dagen). In de overschakeling van het kampsei zoen 2020 naar 2021 werd de standaardprijs van een kamp door indexering verhoogd met 2 euro per kamp. Verder zijn er tal van (sociale) kortingen en voordelen mogelijk voor de ouders. Wel zijn de prijzen per kamp nogal vergelijkbaar met deze van de concurrenten.
2.3.1.3 Kosten
De prijs wordt samengesteld op basis van de som van de kosten die komen kijken bij de distributie, de verkoop en de winst. De totale kosten bestaan uit de som van de vaste en de variabele kosten. Vaste kosten of constante kosten
Dit zijn kosten die niet afhankelijk zijn van hoeveel er geproduceerd wordt. Bijvoorbeeld: huur kosten, verwarming, … Variabele kosten
Dit zijn kosten die wel afhankelijk zijn van het productievolume. Stopt de activiteit, dan vallen deze kosten weg. Denk aan grondstoffen, … Een bakker die 300 broden per dag verkoopt, moet bijvoorbeeld drie keer zoveel grondstoffen in huis halen als een bakker die dagelijks 100 broden
Letverkoopt.op:inandere
sectoren kunnen variabele kosten vast zijn, of vaste kosten variabel. Denk bijvoor beeld aan personeel: voor bedrijven die in piekperiodes meer medewerkers nodig hebben zal een deel van het personeel gezien worden als een variabele kost. Denk hierbij aan seizoensarbeid.
Heyo
Het inschrijvingsbedrag omvat alle kosten, materiaal, accommodatie, begeleiding, opvang, ver zekering. Kampen die meer kosten dan de werkelijke prijs worden gecompenseerd door kampen die minder kosten dan de werkelijke prijs.
2.3.1.4 Verantwoordelijkheid binnen de organisatie
Binnen de organisatie heeft iedere werknemer zijn verantwoordelijkheid voor een bepaald onderdeel van de organisatie. Wil je iets bestellen vanuit je afdeling, hou dan altijd rekening met de organisatie als geheel en vraag eerst vergelijkende offertes aan, zodat je zeker bent dat je de beste prijs-kwaliteit behaalt. Iedere medewerker heeft deze verantwoordelijkheid binnen de organisatie.
Heyo
Heyo is een pluralistische organisatie en wil elk kind welkom kunnen heten ongeacht geslacht, beperking, financiële situatie, …. Ze neemt deze verantwoordelijkheid mee in haar prijszetting.
2.3.2 Externe factoren
2.3.2.1 Aard van de markt en vraag
We onderscheiden vier verschillende marktvormen: (1) volledig vrije mededinging, (2) monopolisti sche concurrentie, (3) homogene oligopolie en (4) zuiver monopolie.
Volledig vrije mededinging
Dit is zuivere concurrentie. De individuele afnemer heeft geen invloed op de marktprijs. Denk aan uniforme bulkgoederen (goederen die verhandeld worden op basis van gewicht of inhoud), zoals tarwe, lood, aandelen, obligaties, …
Monopolistische concurrentie
In deze marktvorm zijn er veel afnemers en veel aanbieders. Transacties vinden plaats tegen uiteenlo pende prijzen. Er is geen uniforme marktprijs van toepassing. Deze marktvorm heeft weinig invloed op de marketingstrategie van concurrenten. Er is variatie mogelijk op het vlak van kwaliteit, functies, stijl of ondersteunende service.
Heyo
Heyo hanteert een marktvorm van monopolistische concurrentie. Kampen zijn een heterogeen product: een kamp bij een speelpleinwerking of een jeugdbeweging is zeker niet hetzelfde als een kamp bij Heyo of Kazou. Er is veel variatie in bijvoorbeeld de pedagogische aanpak van monito ren, de inhoud van het kamp (vrij spelen, projectmatig, …), enzovoort. Elke aanbieder van kampen kan op basis van zijn eigen gezond verstand een eigen prijszetting voor zijn organisatie bepalen.
Homogene oligopolie
In deze marktvorm zijn er weinig aanbieders. Een homogeen product is een product dat bij de ver schillende aanbieders gelijkaardig is. De aanwezige aanbieders zijn heel gevoelig voor de prijsstrategie van de concurrent. Dit is een vrij moeilijke markt. Denk bijvoorbeeld aan de oliemarkt.
Zuiver monopolie
Bij een zuiver monopolie is er één aanbieder. We maken een onderscheid tussen: Overheidsmonopolie
Een voorbeeld is de NMBS, ontstaan in 1926. De Belgische overheid wilde vooral controle over de aandelen van de spoorwegmaatschappij, die via de marktvorm van het monopolie eigen vermogen en financiering wilde verwerven om zo te kunnen voorzien in het voortbestaan van de NMBS. Vroeger waren de elektriciteitsdiensten en telecom ook overheidsmonopolies. Tegenwoordig is dit niet meer het geval, omdat er meerdere spelers op de markt zijn.
Particuliermonopolie (wettelijk of natuurlijk)
Bij een particuliermonopolie is de enige aanbieder een particulier, bijvoorbeeld een bedrijf met een patent dat ervoor zorgt dat niemand anders het product kan (re)produceren. Voor het geneesmiddel Viagra bijvoorbeeld heeft Pfizer een wettelijke monopolie. De monopolist kan zijn of haar prijs zelf bepalen. Bij een natuurlijke mono polie is het zo dat de schaalvoordelen een grote rol spelen en dat er maar één aanbieder op de markt die voordelen kan uitbuiten. Google en AB InBev behoren tot deze categorie.
Figuur 1: de verschillende marktvormen
Soort product Een aanbieder
Homogeen product Monopolie Bv. Spoorwegen
1 MoeilijkVeelaanbiedervragersvoor nieuwe aan bieders om toe te treden
productHeterogeen
Monopolie 1 MoeilijkVeelaanbiedervragersvoor nieuwe aan bieders om toe te treden
Bv. Microsoft Er zijn andere aanbieders van software en bestu ringssystemen op de markt
Enkele aanbieders Veel aanbieders
Homogene oligopolie Bv.spelersMoeilijkEnergiemarktvoornieuweomtoetetreden tot de VaakVeelmarktvragersleidtdit prijzenoorlogentot
Heterogene oligopolie Bv.MoeilijkSupermarktvoor nieuwe spelers om toe te treden tot de VaakVeelmarktvragersleidtdit prijzenoorlogentot
Volledige mededinging Bv.MakkelijkGraan voor een nieuwe aanbieder om toe te treden tot de markt Veel Vaakvragerswordt er geconcur reerd op de prijs
concurrentieMonopolistische Bv.MakkelijkKleding voor een nieuwe aanbieder om toe te treden tot de Aanbiedermarktprobeert zich te onderscheiden door kwaliteitVeelvragers
2.3.2.2 Concurrentie
Hoe zit het met de prijs- en waardeperceptie van de klant? De prijs moet afgestemd worden op de klant. Hoeveel zijn de voordelen, de benefits van het product waard voor de klant? De waardepercep tie van klanten verschilt immers van consument tot consument en van situatie tot situatie. Hoeveel wil je klant met andere woorden betalen voor de meerwaarde van jouw product, ten opzichte van dat van je concurrent?
VOORBEELD
Waarom ben je bereid meer te betalen voor een koffie bij Starbucks dan bijvoorbeeld voor een koffie op een terras in de stad. Voor een Starbuckskoffie betaal je al snel twee keer zoveel als in een andere koffiebar. Bij Starbucks betaal je immers voor de experience. Die bestaat uit een zeer persoonlijke aanpak, denk maar aan je naam die op het bekertje geschreven staat. Dat is de vertaling van de missie van Starbucks: ‘To inspire and nurture the human spirit – one person, one cup and one neighborhood at a time’.7
Hoofdstuk 5 Prijsbeleid
De manier waarop je een klant benadert, zorgt ervoor dat de klant zich al dan niet be grepen voelt, met misschien wel een grote omzet voor jou als gevolg. Neem je de klant niet serieus, dan gaat hij of zij misschien naar je concurrent. Bekijk hier een filmpje over ‘klantgericht verkopen’:8
2.3.2.3 Andere omgevingsfactoren
Analyse van de prijs-vraag-relatie
We gaan ervan uit dat de prijs vaak omgekeerd evenredig is met de gevraagde hoeveelheid door de klant: hoe hoger de prijs (p), hoe lager de gevraagde hoeveelheid (q). Die regel geldt niet voor statusartikelen.
Figuur 2 De prijs-vraag-relatie
Prijs
Q' 2 P'1 Q'1
Vraaghoeveelheid per periode 2
Prijselasticiteit
De prijselasticiteit bepaalt hoe de vraag reageert op een veranderende prijs. De prijselasticiteit kun je berekenen op basis van volgende formule:
Prijselasticiteit (Epv) = verandering van de vraag (in %) verandering van de prijs (in %)
VOORBEELD
Stel dat de prijs van een product met 5% stijgt en de gevraagde hoeveelheid hierdoor met 10% daalt. De prijselasticiteit wordt dan:
Ev = % verandering van de gevraagde hoeveelheid % verandering van de prijs
Ev = – 105
Ev = –2
Dat betekent dat voor ieder procent dat de prijs stijgt, de gevraagde hoeveelheid met 2% daalt.
Figuur 3 Flanders DC staat ook stil bij de bepaling van je prijs:
Hoe bepaal ik mijn prijs?
Stel vooraf:vragendezeje
Wat is je aanbod?
Tip: benoem ook het verschil met alternatievenmogelijke
Wat is je verdienmodel?
Reken je per uur, per stuk, in licentie, ...?
Tip: overweeg eens om het anders te doen dan je sectorgenoten
Wie zijn jouw klanten?
Tip: omschrijf je doelgroep(en) en durf hierin keuzes maken
Via de kosten
Tip: gebruik hiervoor prijsinzicht.be! gebaseerde techniek
Via de markt
Via de waarde
Tip: vergelijk appels niet met peren Tip: ook symbolische waarde telt mee gebaseerde techniek gebaseerde techniek
Door alle kosten op te lijsten die verbonden zijn aan het realiseren van jouw aanbod, inclusief je eigen tijd (loon), kan je berekenen welke minimumprijs je moet hanteren om geen verlies te maken.
Onderzoek de prijzen van gelijkaar dige producten of diensten. Neem daarbij de kwaliteit van hun werk mee in de vergelijking, en bepaal op basis daarvan waar jouw prijs zich kan situeren.
Resultaat
De drie resultaten vormen samen de scope waarbin nen jouw prijs zich kan situeren. Kies afhankelijk van je gewenste positionering en de reële (meer)waarde die je creëert je ideale prijs.
Lees meer over de verschillende methodes in onze Ondernemersgids gids/verkoop/prijszetting)(www.flandersdc.be/nl/ofopprijsinzicht.be.
Bepaal hoeveel je werk waard is voor je klanten. Soms kan dit heel concreet: hoeveel brengt jouw aanbod op, of wat kost het de klant om NIET van jouw aanbod gebruik te maken? Bvb. aan tijd, omzet, ...
Prijsbepaling: bekijk het op 3 manieren © Flanders DC, Brecht2.4 Algemene prijsmethoden
We kunnen drie verschillende prijsmethoden onderscheiden: (1) een kostengeoriënteerde prijszetting, (2) een vraaggeoriënteerde prijszetting en (3) een concurrentiegerichte prijszetting.
2.4.1 Kostengeoriënteerde prijszetting
Bij de kostengeoriënteerde prijszetting vertrek je vanuit de kosten die je hebt. We maken een onder scheid tussen de kostprijsplusmethode en de break-even prijszetting.
De kostprijsplusmethode
Bij de kostprijsplusmethode is de kostprijs gelijk aan de kosten + de marge (standaard opslag) hierop. Deze methode is gemakkelijk te begrijpen en te implementeren. De kostprijsplusmethode houdt echter geen rekening met externe factoren, zoals de concurrentie. Dit is dus niet noodzakelijk de beste prijs.
Break-even prijszetting
Bij de break-even prijszetting maak je noch winst noch verlies als de totale kosten gelijk zijn aan de totale opbrengsten. Bij de verkoop van een hoeveelheid q betaal je de prijs p. Op dit punt maak je noch winst noch verlies als bedrijf.
Heyo
Heyo hanteert een break-even prijszetting (kostengeoriënteerde prijsmethode). Als er negen kampweken zijn in de zomer, kan ze die laatste week wel winst genereren. In 2021 was er door corona geen negende kampweek in de zomer, dus er werd een break-even nagestreefd.
Figuur 4 Break-even prijszetting totale kosten break-even punt verlies Prijs winst p2.4.2
Vraaggeoriënteerde prijszetting
Het uitgangspunt bij een vraaggeoriënteerde prijszetting zijn niet de kosten van het product maar de waarde die de klant aan het product hecht. De prijszetting wordt met andere woorden berekend op basis van de toegevoegde waarde die gecreëerd wordt (kwaliteit, service, …) en die de klant ook zo ervaart. Deze methode is dus gebaseerd op de waardeprijszetting
VOORBEELDCargarantie
Garantieverzekeraar Cargarantie stelde vast dat dealerbedrijven in Nederland steeds meer tweede handsauto’s verkochten. De organisatie speelde daarop in door de garantieperiodes steeds langer te maken, namelijk 12 tot 24 maanden in plaats van de gebruikelijke 6 maanden. Dat zien ze als een toegevoegde waarde voor de klant waarmee ze het verschil maken ten opzichte van de concurrentie. Zo hopen ze als garantiespeler hun plaats te behouden in de markt.
2.4.3 Concurrentiegerichte prijszetting
Bij de concurrentiegerichte prijszetting spreken we over het hanteren van de gangbare prijs (ook wel: going rate). Dat betekent dat de prijs gebaseerd wordt op de prijs van de concurrent. De eigen kosten en de vraag zijn bij deze prijszettingsmethode niet belangrijk. Het voordeel is dat deze prijszetting rekening houdt met externe factoren, zoals de concurrentie. Het nadeel is dat de concurrentiegerichte prijszetting ervan uitgaat dat de concurrenten de juiste prijs hebben.
Relateer prijs aan concurrentie
Concurrentprijs B
Concurrent C
VOORBEELDDe rodeprijzenpolitiek van Colruyt Met de slogan ‘de laagste prijs, voor elk product, op elk moment’ pretendeert Colruyt altijd de laagste prijs aan te bieden (de rodeprijzenpolitiek). Die prijspolitiek blijft Colruyt nastreven, maar het bedrijf ondervindt enorme concurrentie op de markt sinds de komst van buitenlandse
Bekijkretailers.hier
hoe Colruyt al 35 jaar lang de rode prijzen vergelijkt: https://www.youtube.com/watch?v=1dWN3CYrEwI
2.5 Prijsstrategieën voor nieuwe producten
De prijsstrategie verandert gedurende de levenscyclus van het product. Tijdens de introduc tiefase kunnen we kiezen voor de volgende twee prijsstrategieën: de afroomprijsstrategie of de penetratiestrategie.
Concurrent A Jouw2.5.1
Afroomprijsstrategie
Bij deze prijsstrategie wordt een nieuw product in de markt gezet tegen een hoge prijs. De bedoeling is om de markt laag voor laag ‘af te romen’, vandaar dat we spreken van afroomprijsstrategie. Het imago en de kwaliteit van het product moeten passen bij de hoge prijs. De markt is bereid om die hoge prijs te betalen.
VOORBEELD Apple
Apple brengt constant nieuwe producten op de markt met de nieuwste technologieën. Het bedrijf is vooruitstrevend en innovatief. De prijs van de nieuwe producten ligt kunstmatig hoog want er bestaat geen ander merk dat hetzelfde product goedkoper kan aanbieden. De echte iPhone-liefhebber heeft het er meestal voor over om meer te betalen voor het allernieuwste innovatieve model, zelfs in tijdens van crisis. Apple bijhouden is moeilijk voor de concurrenten.
2.5.2 Penetratieprijsstrategie
Bij deze prijsstrategie vermarkt je een nieuw product aan een lage prijs. Jouw doel bestaat erin om de markt snel en diep te penetreren. Je wenst immers zo snel mogelijk een zo groot mogelijk marktaan deel te veroveren. Doordat je het product aanbiedt aan een lagere prijs, hoop je zo snel mogelijk een hogere afzet te behalen.
VOORBEELD
iPhone-apps met beperkte functies zijn vaak gratis. Van zodra je gewoon geraakt aan het product en je nood hebt aan uitgebreidere functies, moet je hiervoor betalen.
Lanceer een nieuwe merk papieren handdoeken
Je bedrijf staat op het punt om een nieuw merk papieren handdoeken op de markt te brengen. De handdoeken absorberen meer en zijn duurzamer dan de papieren handdoeken die nu verkocht worden. Je baas wil dat jij nadenkt over twee prijsstrategieën: de afroomprijsstrategie en de pene tratiestrategie. Welke factoren moet je meenemen in je besluit? Motiveer je antwoord.
2.6 Prijsstrategieën voor het assortiment
Wanneer je als bedrijf meerdere productgroepen aanbiedt, dan spreken we over een assortiment. Een assortiment kan breed of diep zijn. Een breed assortiment betekent dat je veel verschillende produc ten of diensten aanbiedt. Bijvoorbeeld: in een supermarkt vind je groenten en fruit, vleesproducten, vis, wasproducten, drank, brood, … Daarnaast kan de supermarkt ook een diep assortiment hebben. Dat wil zeggen dat je van één productgroep tal van verschillende producten hebt. Bijvoorbeeld: als je naar een koffiespeciaalzaak gaat, dan zal die een heel diep koffieassortiment hebben met misschien wel dertig verschillende koffiesoorten.
Bij prijsstrategieën voor het assortiment combineer je prijzen om zoveel mogelijk winst uit het totale assortiment te halen. We onderscheiden er zes: (1) productlijnprijszetting, (2) prijszetting van
bijproducten, (3) prijszetting van productopties, (4) prijszetting van productpakketten, (5) prijszet ting van noodzakelijke toebehoren en (6) prijszetting van gebruik.
2.6.1 Productlijnprijszetting (product line pricing)
Een productlijn bevat producten die door eenzelfde fabrikant ontwikkeld zijn en die vaak verschil lende prijsniveaus hebben. Bij productlijnprijszetting speelt het prijsverschil tussen de verschillende modellen uit de lijn een rol. Belangrijk hierbij zijn: hetkostenverschillen;oordeelvande klant; de prijsconcurrentie.
Heyo
Heyo biedt binnen haar productlijn kampen zowel kleuter-, als uitpluis- en projectkampen aan. Zij hanteert hierin een ‘productlijnprijszetting,’ waarbij kleuterkampen en uitpluiskampen standaard 133 euro en projectkampen standaard 144 euro kosten. Er is dus sprake van een prijsverschil in het dienstenassortiment van Heyo.
Opdracht
Ga naar een warenhuis en zoek de merken van drie verschillende productcategorieën (bijvoor beeld lcd-televisies, koelkasten, tennisrackets) die doen aan productlijnprijszetting.
1 Bekijk de prijs voor deze drie verschillende productcategorieën.
2 Vind je dat de verhouding prijs-kwaliteit van de productlijn goed zit? Waarom wel/niet?
3 Kies van elke productlijn het product dat voor jou de meeste waarde heeft. Leg uit.
2.6.2 Prijszetting van bijproducten
Wanneer het productieproces bijproducten veroorzaakt, zoekt de fabrikant een markt om de levering en de opslag van het bijproduct te kunnen betalen.
VOORBEELD
Denk aan een zagerij die houtsnippers (= het bijproduct) levert aan tuiniers en hiervoor een prijszet ting zoekt die matcht met het hoofdproduct.
2.6.3 Prijszetting van productopties
Productopties zijn accessoires die je afzonderlijk kunt verkrijgen bij het hoofdproduct. De producent beslist welke opties in de basisprijs zitten en welke apart worden aangeboden.
VOORBEELD
Stel: je koopt een wagen. Naast de basisprijs voor de wagen kan de prijs de hoogte ingaan door de opties die je bijkomend kiest. Denk aan de zetelbekleding: stof of leder, rijstrookassistentie, een ach teruitrijcamera, Apple CarPlay, enzovoort.
2.6.4 Prijszetting van productpakketten
Verschillende producten worden in één pakket aan een gereduceerde prijs aangeboden. Bijvoorbeeld: Telenet met haar Wigo-productbundel. Dankzij de bundeling worden er nu producten verkocht die de consument anders niet zou kopen. Als de combinatieprijs laag is, dan is dit aantrekkelijk voor de
Schouwburgenklant.
en sportclubs verkopen vaak een seizoenkaart die voordeliger is dan de som van de afzonderlijke kaartjes, hotels bieden een pakket aan voor overnachting, maaltijden en amusement, computerfabrikanten verkopen hun pc’s inclusief aantrekkelijke softwarepakketten en antiviruspro gramma’s, internetproviders verkopen programma’s met webtoegang, webhosting, e-mail en een zoekprogramma.
VOORBEELD
Sommige pakketten omvatten een aanbod van andere organisaties. Wanneer je bijvoorbeeld een ‘Discovery Ticket’ koopt, dan krijg je naast een toegangsticket voor de zoo van Planckendael een korting van 50% op je treinticket. Door die bundeling van prijzen is de consument misschien sneller geneigd met de trein naar de zoo te gaan dan met de auto. Om aanlokkelijk te zijn, moet de combi natieprijs wel voldoende laag liggen.
2.6.5 Prijszetting van noodzakelijke toebehoren
De hoofdproducten worden aangeboden aan een lage prijs. Maar de winst wordt gehaald uit hoog geprijsde toebehoren. Denk bijvoorbeeld aan de aankoop van een printer. De printer zelf valt vaak mee qua prijs. Het zijn vooral de inktpatronen, die je regelmatig moet vervangen, die zorgen voor blij vende inkomsten en winsten. Of de koffiemachines met de cups: zonder cups werkt je koffiemachine niet. Vaak zijn deze producten in het begin gepatenteerd, om zo concurrentie te voorkomen. Als het patent niet meer verlengd wordt, zie je meestal snel alternatieve producten op de markt komen.
2.6.6 Prijszetting van gebruik
Het gebruiken van een product staat centraal, in plaats van het bezitten van duurzame goederen. Denk hierbij aan het uitlenen van een graafmachine om je oprit uit te graven. Een duurzame maar ook dure graafmachine heb je vermoedelijk niet zoveel nodig in je leven, dus waarom zou je hierin investeren? Of stel dat je verhuist: dan ga je toch ook geen verhuiswagen kopen? Je betaalt gewoon voor de periode dat je de verhuiswagen uitleent. Het uitlenen van goederen in plaats van ze zelf aan te schaffen, is een toepassing van de deeleconomie. Denk bijvoorbeeld aan het Belgische spullen deel-platform Peerby. Op dat platform kun je spullen lenen maar ook uitlenen. Door mensen in contact te brengen met elkaar en te laten delen, probeert Peerby een alternatief te bieden voor de wegwerpcultuur.9
2.7
Prijsaanpassingsstrategieën
Wat zijn de mogelijkheden als marketeer om je prijs aan te passen eens je je prijs gezet hebt? Er bestaan zeven prijsaanpassingsstrategieën: geografischepromotieprijszetting:psychologischeprijsdiscriminatie:kortingen;prijszetting;prijszetting; yield pricing ; en internationale prijszetting.
9
2.7.1 Kortingen
Een korting is een prijsaanpassing om de klant voor een bepaald gedrag te belonen. We onderschei den de volgende kortingen:
Korting voor contante betaling
Dit is een korting voor klanten die hun rekening (quasi) onmiddellijk betalen. Bijvoorbeeld: een korting van 2% wanneer je een factuur binnen de tien dagen in plaats van binnen de dertig dagen betaalt.
Kwantumkorting
Dit is een korting voor klanten die grote hoeveelheden aankopen. Zo betaal je bijvoorbeeld 20 euro per eenheid bij aankoop van minder dan 100 eenheden en 18 euro per eenheid bij aankoop van 100 of meer eenheden.
Heyo
Heyo geeft een gezinskorting voor ouders die meerdere van hun kinderen inschrijven voor dezelfde kamplocatie tijdens dezelfde periode. Deze korting van 10 euro geldt vanaf het tweede kind dat ze inschrijven. Hierbij is dus sprake van een kwantumkorting.
Seizoenskorting
Dit is een prijsverlaging voor klanten die buiten het hoogseizoen producten of diensten kopen. Denk hierbij aan de solden.
Inruilkorting
Een inruilkorting is een korting die je krijgt bij de aankoop van een nieuw product wanneer je het oude product inlevert. Een inruilkorting is vooral van toepassing bij duurzame producten. Bijvoorbeeld: als je je oude gsm inlevert, krijg je 2% korting op de aankoop van een nieuwe.
Heyo
Om naambekendheid te verwerven en om de omzet te verhogen, werd de personeelskorting in het leven geroepen. Als een werkgever zich aansluit bij Heyo, krijgt elke werknemer 7 euro korting op elk Heyo-kamp voor een volledig kampjaar. Het enige wat de werkgever daarvoor moet doen, is de aangereikte persoonlijke kortingscode op de werkvloer verspreiden. Dit is ook een voorbeeld van een inruilkorting.
2.7.2 Prijsdiscriminatie
Een product wordt aan verschillende prijzen verkocht, terwijl er geen verschil in de kosten is. Prijsdiscriminatie kan gebeuren per klantsegment, naar productvorm, naar locatie en naar tijd.
Per klantsegment
Als verschillende klanten voor hetzelfde product andere prijzen betalen. Een zakelijke klant die een bedrijfsauto aankoopt zal een ondernemerskorting krijgen, waardoor hij of zij minder betaalt dan een particulier voor dezelfde auto. Nog een voorbeeld: studenten of senioren betalen minder voor het gebruik van de trein.
Heyo
Heyo biedt tal van sociale kortingen aan ouders die het financieel moeilijk hebben en werkt daar voor samen met de steden en gemeenten waar de kampen plaatsvinden. Daarnaast werkt de organisatie samen met de vzw Iedereen Verdient Vakantie. Dankzij die kortingen kunnen sommige ouders hun kinderen voor 28 euro op kamp sturen, in plaats van 133 of 143 euro.
Heyo werkt samen met partners om kampen vorm te geven: Partena, Onafhankelijk Ziekenfonds, WWF, Domein Bokrijk. Ouders die ook lid zijn bij die partners, krijgen een kortingscode waarmee ze minder voor een kamp moeten betalen.
Naar productvorm
Verschillende versies van een product hebben een andere prijs, maar die prijsverschillen hangen niet samen met kostenverschillen. Denk bijvoorbeeld aan de koekjes van Delacre. De koekjes die verpakt zijn in een blikken doos waarop de Belgische koninklijke familie staat afgebeeld, zullen veel duurder geprijsd zijn dan wanneer je diezelfde koekjes koopt in een kartonnen doos zonder afbeelding.
Naar locatie
Er worden verschillende prijzen aangerekend op verschillende locaties, zelfs als de kosten dezelfde zijn. Zo past Colruyt haar prijzen aan in functie van de omgeving. Als je als toerist een kopje koffie koopt in Venetië waar je een prachtig uitzicht hebt, betaal je meer voor je koffie dan als je er een bestelt in een gewoon dorpscafé.
Naar tijd
De prijzen verschillen per seizoen, maand, dag of uur. Stel dat je een vliegtuigzitje boekt in het hoog seizoen. De kans is groot dat hetzelfde zitje veel goedkoper is in het laagseizoen.
Opdracht
Ga op zoek naar een voorbeeld dat je zelf meemaakte (of iemand uit je omgeving) van een van de onderstaande vormen van prijsdiscriminatie. Licht je voorbeeld toe en motiveer je antwoordkeuze.
Prijsdiscriminatie per klantsegment.
Prijsdiscriminatie naar productvorm.
Prijsdiscriminatie naar locatie.
Prijsdiscriminatie naar tijd.
2.7.3 Psychologische prijszetting
Bij een psychologische prijszetting wordt niet alleen met economische aspecten rekening gehouden maar met de psychologie achter de prijzen. De prijs wordt gebruikt om iets over het product te zeggen. Wanneer iets goedkoop is, gaan consumenten er dikwijls automatisch van uit dat de kwaliteit minder goed zal zijn en omgekeerd. Zelfs wanneer ze de kwaliteit niet kunnen beoordelen (omdat ze het product niet kunnen onderzoeken of omdat ze er geen ervaring mee hebben), zullen ze toch geneigd zijn om zich te laten leiden door de prijs.
Je kunt ook voor een psychologische prijszetting opteren om iets goedkoper te laten lijken dan het werkelijk is. Bijvoorbeeld: tussen 14,99 euro en 15 euro ligt in realiteit bijna geen verschil. Toch zal de consument, die niet te veel wil betalen, sneller beslissen het product te kopen als de prijs 14,99 euro bedraagt.
Je kunt de prijs ook zetten op basis van een referentieprijs: dat is de prijs die in het hoofd van de klant zit en die hij of zij dus bereid is te betalen. Als je als consument een product wil aanschaffen, dan heb je vermoedelijk al eens rondgezocht op het internet om een idee te krijgen over wat dit on geveer kost. Deze prijs is voor de consument de referentieprijs: de prijs die hij of zij acceptabel vindt voor een product.
2.7.4 Promotieprijszetting
Producten worden tijdelijk onder de normale prijs verkocht, soms zelfs onder de kostprijs. Een of meerdere producten uit het assortiment – denk aan de aanbiedingen van de week in een super markt – worden heel laag geprijsd zodat er geen winst op gemaakt wordt. De bedoeling is om door middel van die laaggeprijsde artikelen klanten te lokken, in de hoop dat ze – eens ze in de winkel zijn – nog andere producten zullen kopen. Deze prijsmethodiek noemen we de loss leader pricing
2.7.5 Geografische prijszetting
Er is een verschillende prijs van toepassing voor producten in verschillende delen van het land of de wereld. Een glas witte wijn bijvoorbeeld kost in Gent gemiddeld 5 euro. Drink je datzelfde glas witte wijn in Dubai, dan betaal je hier 20 euro voor.
2.7.6 Yield pricing
Het constant aanpassen van de prijs aan de vraag en de voorraad of capaciteit, noemen we yield pricing. Dit is het verschil in prijs tussen wat de klant bereid is te betalen en wat hij effectief betaalt.
VOORBEELDAmazon controleert voortdurend de prijzen van de concurrentie en past haar prijzen hierop aan. Amazon verandert soms tien keer per dag haar prijzen. Zo is het moeilijk voor de concurrenten om de prijs bij te houden. Ook MediaMarkt past voor het opengaan van haar winkels de prijs aan via een volledig automatisch prijsaanpassingsysteem, op basis van een vergelijking met 25 concurrerende elektronicawinkels.
2.7.7 Internationale prijszetting
Bij internationale prijszetting wordt rekening gehouden met de plaatselijke marktsituatie en kosten factoren (bijvoorbeeld de economie, bepaalde wetten en regels, de concurrentie, het distributiesys teem, de voorkeur van de consument, enzovoort).
De EU-commissie kijkt toe op prijsafwijkingen tussen lidstaten. Stel dat je een nieuwe Audi wilt kopen en je vergelijkt de internationale prijzen, dan zal je misschien vaststellen dat de aankoop van dezelfde auto in Duitsland stukken goedkoper is dan wanneer je deze in België aankoopt. Dit heeft te maken met de bovenstaande kostenfactoren en de plaatselijke marktsituatie.
2.8 Prijswijzigingen
Als marketeer ben je benieuwd hoe de klant reageert op prijswijzigingen. Hoe reageer jij op een prijsverlaging of een prijsstijging? En hoe reageert de concurrent op een prijswijziging?
Figuur 5 Flowchart prijswijziging
Is de prijs bij de concurrent verlaagd?
Behoud je prijsniveau en hou de concurrent in de gaten
Kunnen er genomenmaatregelenworden?JaJa
Heeft de prijsverlaging negatieve gevolgen op het marktaandeel en de winst?
Verlaag de VerbeterkwaliteitsperceptieVerhoogprijzendedekwaliteit en verhoog de prijs
Lanceer een vechtmerk
A Prijs verlagen
Als je de prijs van een product verlaagt, zal de winst dalen. Als gevolg daarvan moet je misschien de kwaliteit, de service en de marketingcommunicatie verminderen. Op lange termijn zou een prijsver laging schadelijk kunnen zijn voor de organisatie.
Figuur 6 De voor- en nadelen van een prijsverlaging
VOORDELEN
Je krijgt meer klanten.
NADELEN
Wegen de verwachte voordelen van de prijsverlaging op tegen de voordelen?
Er komen klanten bij via kortingen. Kleinere winstmarge.
Je speelt in op een prijzenoorlog die je concurrent gestart is.
Je wilt van je ‘oude voorraad’ af.
Je wil je omzet een duwtje geven (bv. je wenst een omzet stijging tegen het einde van het jaar).
Je wil de dealer of detaillist helpen om de verkoopinspan ningen en de omzet te verhogen.
Wat zijn goede redenen om je prijs te verlagen?
Klanten worden door vele kortingsacties en aanbiedingen prijsgevoeliger: ze zoeken continu naar de laagste prijs en dat zorgt voor minder loyale klanten.
Promoties en kortingen brengen je winst in gevaar wat op lange termijn negatieve gevolgen kan hebben voor je organisatie.
Prijzenoorlog ontketenen.
Als de kosten om goederen op voorraad te houden erg hoog zijn, dan is het vermoedelijk goedko per om het product snel en met minder of zelfs geen winstmarge te verkopen.
Indien je heel veel seizoensgebonden producten hebt, dan is het raadzaam om die voorraad zo snel mogelijk weg te werken (bijvoorbeeld via een uitverkoop) vooraleer er nieuwe modellen in de winkel Wanneerkomen.derentekosten oplopen.
Als de vaste kosten hoog zijn en de variabele laag. Denk aan de laatste vrije zitjes van het congres of in een vliegtuig.
Als je er financieel heel goed voor staat en je door het verlagen van de prijs een concurrent uit de markt kan wegjagen.
Wanneer je een nieuw product goed in de markt wil zetten.
Figuur 7 Rode versus blauwe oceaanMaak kennis met ondernemer A die zich probeert te onderscheiden van zijn concurrenten door enkel op de prijs te spelen. Wat gebeurt er? Hij vist naar klanten in de rode oceaan. Zodra de concurrentie de prijs verlaagt, zet ondernemer A zijn prijs nog iets lager. Op een gegeven moment staat zijn prijs zodanig laag dat hij geen winst meer maakt en niet langer kan voorzien in de continuïteit van zijn bedrijf. Hij wordt opgegeten door de haaien (zijn concurrenten) en komt terecht in een ware prijzen oorlog in deze rode, bloederige oceaan. RIP bedrijf A.
Ondernemer B daarentegen ziet dit alles gebeuren en probeert in het hoofd van de klant te kruipen. Hij zoekt naar toegevoegde waarde die hij kan bieden aan de klanten en waarvoor ze bereid zijn meer te betalen. Deze strategie zorgt ervoor dat ondernemer B kiest voor een unieke positionering en niet inzet op prijsverlaging, integendeel. Klanten zijn zelfs bereid iets meer te betalen bv. voor de service van ondernemer B. Dit zorgt ervoor dat ondernemer B vrolijk vist naar klanten in de mooie blauwe
Alsoceaan.startende ondernemer hebben we vaak de neiging bij aanvang vooral op prijs te willen spelen, terwijl wij net dan alle middelen nodig hebben om onze organisatie uit te bouwen. Zoek naar jouw USP waarbij jij je onderscheidt van de concurrentie en vooral rekening houdt met de meerwaarde voor de klant.
B Kwaliteitsperceptie verhogen
Als de klant het idee heeft dat het product er echt kwaliteitsvol uitziet, dan is hij of zij bereid hier meer voor te betalen. Denk aan het handboek ‘Marketing voor doeners’. Wanneer dit boek voorzien is van een harde kaft en gedrukt wordt op kwalitatief papier, dan ben je als klant bereid om hier iets meer voor te betalen dan wanneer dit niet het geval is en er gewerkt wordt met een zachte cover en dun papier.
C De technische kwaliteit verbeteren en de prijs verhogen Wanneer je de technische kwaliteit van je product verhoogt, is een hogere prijs vaak gerechtvaardigd. Hieruit kan ook een hogere positionering voortvloeien.
D Laag geprijsd vechtmerk introduceren
Je kunt laaggeprijsde artikelen (een zogenaamd ‘vechtmerk’) toevoegen aan je merkenportfolio om aanvallen van de concurrenten op je premium brand te voorkomen.
VOORBEELD
Supermarktketens kunnen de prijsverschillen met de harddiscounters die geen merkartikelen aanbie den verminderen door enerzijds hun prijzen te verlagen en anderzijds een huismerk of vechtmerk te introduceren. Hierdoor wordt de kloof tussen hun huismerk of private label (bv. de groene thee van de Carrefour) en de A-merken (bv. de groene thee van Lipton) groter.
3 Practicum KRIKET, de krekelsnack
Op de website van KRIKET10 kun je het volgende verhaal lezen over de ontstaansgeschiedenis van het Michiel,bedrijf:landbouw- en voedingsjournalist, bracht in 2016 een bezoek aan een krekelboerderij in hartje Brussel. Drie jonge, avontuurlijke ingenieurs zetten de boerderij op. Michiel kwam er alles te weten over de duurzame superkrachten die krekels bezitten en hoe voedzaam ze zijn. Krekels bevat ten een overvloed aan natuurlijke antioxidanten, eiwitten, vezels, vitamine B12, ijzer en zink. Krekels bevatten nog meer eiwitten dan rundsvlees. Michiel vroeg zich af waarom deze voedzame krekels niet in de supermarkt te vinden zijn.
De zus van Michiel, Anneleen, bleek de perfecte partner in crime te zijn om dit idee te helpen reali seren. Hoe ziet de perfecte krekelsnack eruit? Er werd een recept bedacht voor een graanreep op basis van krekels. Anneleen en Michiel gingen op zoek naar financiële middelen, en zo werd er een crowd fundingcampagne opgezet om meteen de hele wereld te vertellen over de geboorte van KRIKET, de eerste Belgische krekelreep. De campagne was een knaller. Broer en zus legden contacten met studen ten voedseltechnologie om hen te helpen met het optimaliseren van hun recept, ze leerden de knepen van het vak over verpakkingen, voedselveiligheid en in september 2018 was het zover: KRIKET werd officieel gelanceerd en de eerste KRIKET-repen lagen op het winkelschap. Ondertussen werden tal van samenwerkingen opgezet in België, Canada, Spanje en Litouwen.
KRIKET zet in op duurzaamheid door te kiezen voor de meest duurzame verpakkingen vanuit milieuoogpunt, ze gebruiken de nutri-score-tabel als kompas tijdens het ontwikkelen van gezonde producten en de krekels kunnen circulair gekweekt worden.
© Birgit SterckxAls je via de webshop bestelt voor een bedrag van 35 euro vanuit de Benelux, dan betaal je geen verzendkosten.
Bron: https://kriket.be/nl/collections#
Ga naar de website van KRIKET (https://kriket.be/nl) en bekijk de prijszetting.
Gevraagd:
1 Welk verdienmodel zit er achter dit merk?
2 Welke prijszetting is hier van toepassing: vaste of dynamische prijzen? Leg uit.
3 Welke interne en welke externe factoren bepalen de prijszetting van dit merk?
4 Is hier sprake van afroomprijsstrategie of eerder penetratiestrategie?
5 Welke prijsstrategieën voor het assortiment zijn hier van toepassing?
6 Welke prijsaanpassingsstrategieën worden hier toegepast? Motiveer je antwoord.
4 Vakjargon
De meeste vaktermen komen voor in dit hoofdstuk. De terminologie met een asterisk komt niet aan bod in het hoofdstuk maar hoort wel bij het thema of wordt gebruikt in de practica op Mijnstudiemateriaal.be. Als marketeer kom je er ongetwijfeld nog mee in aanraking.
Afroomprijsstrategie
Strategie waarbij een nieuw product vrij hoog geprijsd wordt, meestal van toepassing bij de introductie van nieuwe technologische producten. De prijs wordt, eens het product langere tijd op de markt is, stapsgewijs verlaagd. De afzet is daardoor lager in het begin, maar door de hogere prijs wel winstgevender.
Bijproducten
Producten die worden geproduceerd als resultaat van het hoofdproces, denk aan houtsnippers bij het hoofdproces van hout zagen, afval en afgekeurde producten.
Blauwe-oceaan-strategie
Als ondernemer ga je niet uit van de concurrentie, maar zoek je hoe je jou kunt onderscheiden van de concurrenten.
Break-even prijszetting of target return prijszetting
Kostengeoriënteerde prijszetting waarbij men ernaar streeft dat de totale opbrengsten gelijk zijn aan de totale kosten of de winst gelijk is aan nul.
Concurrentiegeoriënteerde prijszetting
Consumenten kennen een waarde toe aan een product op basis van de prijzen die concurrenten voor gelijkaardige producten aanrekenen. Bij een gangbare prijs (going rate) wordt de prijs voornamelijk gezet op basis op de prijs van de concurrent. Bij deze manier van prijszetting kijkt de marketeer minder naar de eigen kosten van het bedrijf en naar de vraag.
Customer value
Toegevoegde waarde creëren voor je klant.
Disruptie
Ontwrichting of uiteenscheuring waarbij nieuwe opkomende bedrijven of technologieën markten ontwrichten.
Duurzame producten
Producten die voor langere tijd gebruikt worden.
Dynamische prijszetting
De gevraagde prijs verschilt naargelang de consument en de specifieke situatie waarin hij of zij verkeert.
Gangbare prijs (going rate)
Een prijs voornamelijk gebaseerd op de marktprijs of de prijs van de concurrent. Er gaat bij deze manier van prijszetting minder aandacht naar de eigen kosten van de organisatie en naar de vraag.
Geografische prijszetting
De prijs hangt af van de regio waar de klant de producten koopt.
Homogene oligopolie
Een marktvorm waarbij een beperkt aantal aanbieders een verschillend maar wel gelijkaardig product aanbiedt.
Inkomstenmodel
Verdienmodel van je organisatie.
Inruilkorting
Een prijsverlaging voor het inruilen van een oud product bij de aankoop van een nieuw product.
Inverse prijszetting of backward pricing of eindprijsminmethode
Bij deze prijszettingsmethode gaat men uit van een verkoopprijs die voor de afnemers aanvaardbaar is en niet van de kosten die de organisatie heeft.
Korting
Een directe prijsverlaging van een product in een bepaalde periode.
Korting voor contante betaling
Een prijsverlaging in ruil voor het direct of op korte termijn betalen van de rekening.
Kostprijsplusmethode
Hierbij vertrek je van de kosten en daarbij wordt de winstmarge opgeteld om zo de prijs te bepalen. (synoniem: mark-up pricing).
Kwantumkorting
Een prijsverlaging bij afname van grote hoeveelheden.
Leasing
Een verhuurmodel: tegen betaling krijg je het recht op gebruik.
Makelaarsmodel
Veilinghuizen of marktplaatsen zoals eBay brengen kopers en verkopers samen en faciliteren de verkoop.
Monopolie (= zuiver monopolie)
Een marktvorm met slechts één aanbieder. De aanbieder heeft een redelijk grote vrijheid in het vast stellen van zijn of haar prijs aangezien er weinig of geen concurrentie is.
Monopolistische concurrentie
Bij deze marktvorm bieden veel afnemers en aanbieders elk een verschillend maar gelijkaardig product aan. Het bepalen van de eigen verkoopprijs gebeurt door iedere aanbieder die heel sterk rekening houdt met de prijszetting van de andere aanwezige aanbieders.
Penetratieprijsstrategie
Een prijsstrategie waarbij een nieuw product in het begin aan een lage prijs op de markt aangeboden wordt om zoveel mogelijk kopers te lokken en zo een groot marktaandeel (zoveel mogelijk klanten) uit te bouwen.
Prijsdiscriminatie
Een prijszetting waarbij het product aan verschillende prijzen wordt verkocht, terwijl er eigenlijk geen verschil in kosten is.
Prijselasticiteit
De procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid van een product in relatie tot de procentuele verandering van de prijs van dat product.
Prijszetting van bijproducten
Aan de hand van de prijs voor nevenproducten probeert men het hoofdproduct meer concurrentieel te maken.
Prijszetting van noodzakelijk toebehoren
Prijszetting voor producten die noodzakelijk zijn bij het aangekochte hoofdproduct (scheermesjes voor een houder, filmrolletjes voor een camera, …).
Prijszetting van productopties
Prijszetting van extra producten of accessoires die matchen bij een hoofdproduct.
Prijszetting van productpakketten
Prijszetting waarvoor een pakket van producten (gebundelde producten) aan een lagere prijs verkre gen worden.
Private label
Een merk dat eigendom is van de detailhandel of groothandel en ook de naam van de organisatie draagt.
Productlijnprijszetting
Een productlijn omvat producten die door dezelfde fabrikant ontwikkeld zijn en die vaak verschil lende prijsniveaus hebben. Bij productlijnprijszetting speelt het prijsverschil tussen de verschillende modellen uit de lijn een rol.
Promotieprijszetting
Tijdelijke prijszetting waarbij de prijs lager is dan de catalogusprijs en soms zelfs onder de kostprijs zit om zo de afzet op korte termijn te stimuleren.
Psychologische prijszetting
Prijsbepaling waarbij met de psychologie achter de prijzen wordt rekening gehouden en het idee gegeven wordt aan de klant dat de prijs goedkoper is dan deze daadwerkelijk is. Denk aan de 0,99 euro die goedkoper lijkt dan een product dat 1 euro geprijsd is.
Referentieprijs
Een referentieprijs is een prijs die de klant bereid is om te betalen voor je product.
Rode-oceaan-strategie
Marktspelers beconcurreren mekaar hard en spelen enkel op de prijs met als doel om zoveel mogelijk de markt te veroveren.
Seizoenskorting
Een prijsverlaging wanneer je het product koopt buiten het seizoen.
Totale kosten
De totale kosten zijn de optelsom van de vaste en de variabele kosten.
Transactiemodel
Je ontvangt inkomstenstromen in ruil voor de verkoop van je product.
Variabele kosten
Dit zijn de kosten die mee variëren met het productieniveau. Als je meer producten produceert, zullen je variabele kosten hoger zijn. Bijvoorbeeld: als een bakker meer broden bakt, zal hij meer grondstof fen nodig hebben.
Vaste kosten (constante kosten of overhead)
Kosten die altijd dezelfde zijn, los van het productieniveau. Bijvoorbeeld: ook als je per maand minder producten verkoopt (of meer), blijft de huurprijs van je winkel dezelfde..
Vechtmerk
Het toevoegen van laaggeprijsde artikelen aan je merkenportfolio om aanvallen van de concurrenten op je premium brand te voorkomen.
Verdienmodel
Het inkomstenmodel van je concept.
Waardeperceptie
Wanneer de voordelen voor de consument groter zijn dan de prijs die ze moeten betalen.
Waardeprijszetting
Een prijszettingsmethode waarbij vertrokken wordt vanuit de waarde die de consument bereid is te betalen voor een product, in functie van de waarde die hij toekent aan dit product.
Waardepropositie
Vertrek vanuit je USP en ga na wat jou en jouw producten uniek maakt. Waarin onderscheid jij je t.a.v. je concurrenten?
Willingness to pay
De betaalbereidheid van de klant.
Yield pricing
Het constant aanpassen van de prijs aan de vraag en het aanbod. Het verschil in prijs tussen wat de klant bereid is te betalen en wat hij effectief betaalde.
Zuivere concurrentie of volledige vrije mededinging
Marktvorm waarbij een veel aanbieders een gelijkaardig product aanbieden.
5 Werkstuk
In het werkstuk wordt afgetoetst in welke mate je de basiselementen onder de knie hebt. Door de inhoud toe te passen op een product naar keuze, verwerf je verdiepende inzichten. Doel is ook dat je vertrouwd raakt met het vakjargon. Gebruik dan ook zo veel mogelijk vakjargon in dit werkstuk.
Kies een product en werk volgende onderdelen uit:
1 Welke prijszetting hanteert jouw bedrijf: vaste of dynamische? Licht toe.
2 Welke van de volgende factoren hebben een invloed op de prijszetting van je product of dienst: (1) marketingdoelstellingen (2) marketingmixstrategie (3) kosten (4) verantwoordelijkheid binnen de organisatie? Motiveer je antwoord.
3 Welke marktvorm hanteert jouw bedrijf: monopolie, oligopolie, monopolistische concurrentie of volledige mededinging. Motiveer je antwoord.
4 Welke prijsmethode hanteert jouw bedrijf: (1) kostengeoriënteerd, (2) vraaggeoriënteerd of (3) concurrentiegeoriënteerd. Motiveer je antwoord.
5 Hanteert jouw bedrijf (1) de afroomprijsstrategie of de (2) penetratiestrategie? Motiveer.
6 Welke prijsstrategieën van het assortiment hanteert jouw bedrijf: (1) productlijnprijszetting (2) prijszetting van productopties (3) prijszetting van noodzakelijk toebehoren (4) prijszetting van bijproducten (5) prijszetting van productpakketten (6) prijszetting van gebruik. Er kunnen meerdere strategieën van toepassing zijn. Motiveer je antwoord.
7 Maakt jouw bedrijf gebruik van prijsaanpassingsstrategieën? Zo ja, welke van de volgende: (1) kortingen (2) prijsdiscriminatie (3) psychologische prijszetting (4) promotieprijszetting (5) geo grafische prijszetting (6) yield pricing (7) internationale prijszetting. Licht toe.
6 Samenvatting
In dit hoofdstuk zijn we ingegaan op het marketinginstrument ‘prijs’. De prijszetting van een product wordt sterk beïnvloed door zowel interne als externe factoren en heeft zelf een grote invloed op de winst of het verlies van een organisatie. De prijszetting moet matchen met de missie en visie van een organisatie. Als marketeer heb je heel wat prijszettingsstrategieën die je kunt hanteren om je prijsbe leid bij te sturen. Zorg dat de P van prijs correspondeert met je marketingmix. Een juist prijsbeleid is een absolute voorwaarde voor een optimale winst.