nr 6
•
z o m e r 2 0 13
Het relatiemagazine dat verbindt en inspireert
Trendsetter in transformatie Vrouwen op wie je kunt bouwen Nieuwe toekomst voor oude locaties 56
doen • zomer 2013
project
PROJECT
De Bastide Geldermalsen
Project 22 en 10 woningen De Bastide te Geldermalsen Architect Geesink Weusten Architecten te Arnhem Opdrachtgever Bouwfonds Ontwikkeling BV Duur van het project juni 2012 – mei 2013
54
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
55 01
voorwoord
voorwoord
doen Nieuwe tijden, nieuwe kansen
Toen de crisis in 2009 begon, dachten we nog: ‘Dit waait wel over. Het is een kwestie van uitzitten en dan gaan we weer als vanouds verder.’ Inmiddels weten we beter. Bij degenen die realistisch zijn, is het besef doorgedrongen dat we in nieuwe tijden leven. Het is dus niet erg zinvol om terug te kijken, maar veel verstandiger om vooruit te kijken. En dan zie je toch altijd weer nieuwe kansen. Ik spreek uit ervaring. Want als ik dan toch nog even achterom mag kijken, dan zie ik dat we dat bij Van Omme & De Groot altijd al gedaan hebben. In vroeger dagen reden mijn vader en ik vaak door Rotterdam, op zoek naar leuke stukken braakliggende grond of plekjes waar we wel iets in zagen. Zo kwamen we bijvoorbeeld langs het pand dat nu Caland II heet. We kochten het, transformeerden de voormalige fabriek tot studentenhuisvesting en maakten er een succes van. Dat verhaal leest u uitgebreider in deze DOEN Magazine, waarbij u ook kennismaakt met de man met wie we dat en andere successen realiseerden: Jean Baptiste Benraad. Hij ziet ook volop nieuwe kansen in de hedendaagse markt. Die liggen nu vooral op het vlak van transformatie. Daarbij krijgen oude panden en locaties een nieuwe toekomst. Zo bouwen we met z’n allen aan een Nederland dat er snel anders uit gaat zien. Dat stelt andere eisen aan de efficiency van bouwen en ontwikkelen, maar ook aan kennis van speciale marktsegmenten en regelgeving. En we grijpen die kansen met beide handen aan. Dat doen we met een organisatie die we hebben toegesneden op die nieuwe tijden. De manier van ontwikkelen is ook veranderd en vraagt nog meer van ons, maar ook meer van de klant. Zo’n manier van ontwikkelen is ‘CoCreatie’. Potentiële kopers van een nieuwe woning vragen wij intensief mee te denken over hun nieuwe thuis, ze kunnen echt invloed uitoefenen op het eindresultaat. Dat voorziet in een behoefte, zo blijkt. Woningen die we met CoCreatie ontwikkelen, verkopen. Dat lijkt haaks te staan op de huidige woningmarkt. Maar het geeft maar aan: nieuwe tijden vragen om nieuw denken. En in ons geval ook om een nieuwe website. Die laat nog beter dan voorheen zien waar het vernieuwde Van Omme & De Groot vandaag de dag voor staat. In het vakblad Cobouw werd niet lang geleden in een artikel de vergelijking getrokken tussen een adelaar en de bouwwereld. Adelaars moeten zo rond hun veertigste levensjaar hun versleten snavel en klauwen ‘vernieuwen’. Dat doet even pijn, maar daarna kunnen ze nog met gemak dertig jaar verder. Wij herkennen ons wel in dat beeld. Veranderen doet soms even pijn, maar we blijven gretig, wendbaar en snel. Net als die adelaar. De bewijzen daarvoor staan in deze nieuwe DOEN.
Guus de Groot
2
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
3
redac tie
inhoud
doen
COLOF ON Redactie MAW Marloes Breederveld Van Omme & De Groot Annick Baur, Marco Dijkshoorn, Guus de Groot, Olivier Hoogveld, Vincent van Valen
Eindredactie Charlotte Moerman
Vormgeving MAW Gisella van Geenen
Tekst
Het relatiemagazine dat verbindt en inspireert
10
6
Henk de Kleine, Jaap van Rijn
Fotografie Paul de Graaff, Jaap van Rijn
Aan dit nummer werkten mee Peter Balledux, Annick Bauer, Jean Baptiste Benraad, Monica Berwald, Ronald de Bruin, Saj Chen, Jan Goedhart, Sandy Goedhart, Guus de Groot, Marco Hendriks, Olivier Hoogveld, Peter van den Hul, Remco Lommerde, Paul Roodnat, George van Scheijndel, Ruud de Schepper, Annemarie Speksnijder, The Student Hotel, Matthé Treijtel, Eveline van der Valk, Adrie van Zundert
Fotografie cover Fotografie: Paul de Graaff Styling: Miquel Mohamedjar Visagie: Carlijn Beukers Model: Ellen Scholten@DeBoekers Cover: top: H&M, rok: H&M, riem: SHPPR, schoenen: Silhouette
12
32
26
Druk Grafisch Goed
Uitgever MAW Van Helmontstraat 97 3029 AA Rotterdam www.metanderewoorden.nl
In opdracht van Van Omme & De Groot Heemraadssingel 223 3023 CD Rotterdam www.vanomme-degroot.nl © Auteursrecht voorbehouden Niets uit dit magazine mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotografie, microfilm of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de hierboven genoemde personen en/of bedrijven.
4
doen • zomer 2013
22
40 34
38
46
Actualiteiten VAN OMME & DE GROOT
10 12
Project Nieuwe toekomst voor oude locaties
16
Project Trendsetter in transformatie
Interview Jean Baptiste Benraad
22
Project Leyweg, Den Haag
26
Mode Alles uit de kast
32
Project Fundament onder talent
34
Portret Vrouwen op wie je kunt bouwen
38
Project CoCreatie
40
Project Van der Valk, Nieuwerkerk a/d IJssel
46 48
Project The Student Hotel Lifestyle Pareltjes van Kralingen
Hebben wij u met dit magazine weten te interesseren voor Van Omme & De Groot? Neem dan voor meer informatie over onze verschillende woonconcepten, mogelijkheden voor samenwerkingen, onze kantoorontwikkelingen en uiteraard onze brede kennis en ervaring op alle gebieden van ontwikkelen en bouwen contact met ons op!
Postbus 26033 3002 EA Rotterdam
Heemraadssingel 223 3023 CD Rotterdam
T 010 - 477 58 11 F 010 - 476 53 90 E info@vanomme-degroot.nl doen • zomer 2013
5
ac tualiteiten
ac tualiteiten
Nieuwe website nu ook geschikt voor tablets en smartphones Voorbij is de tijd dat websites alleen maar bekeken werden op een pc of een laptop. Steeds meer mensen doen dit nu op hun tablet of smartphone. Dan is het nodig om daar de website op aan te passen, want die andere apparaten stellen andere eisen. In vaktermen heet dat: een website moet ‘responsive’ zijn, zich aanpassen aan het apparaat van de websitebezoeker. Daarom is de website van Van Omme & De Groot vernieuwd. De uitstraling is frisser én hij
is nu dus responsive. Lopende en gerealiseerde projecten worden zo op een fraaie manier gepresenteerd, door middel van fotospreads. Op de website is ook alles te lezen over onze historie en onze expertise. En: alle eerdere uitgaven van DOEN Magazine zijn hier nog eens rustig na te lezen, in digitale vorm. www.vanomme-degroot.nl
Jaren ’30-woningen blijven populair: in twee maanden uitverkocht
Van Omme & De Groot trekt project De Eylanden vlot De kopers van zestien woningen in Boskoop leefden lang in onzekerheid: ‘Gaat onze nieuwe woning nu wel of niet gebouwd worden?’ Die vraag werd actueel toen de eerste ontwikkelaar/bouwer van project De Eylanden failliet ging. En er waren meer hobbels. Zo was er sprake van versnipperde grondeigendommen, vragen over de bereikbaarheid van de woningen en complicaties bij de engineering en de aanleg van het openbaar gebied. Op verzoek van Woningborg en in nauw overleg met de gemeente Boskoop heeft Van Omme & De Groot de draad opgepakt. In juni 2013 kon daardoor de bouw alsnog van start gaan. Het is het begin van meer, want inmiddels is met de gemeente Boskoop ook overeenstemming bereikt over de ontwikkeling en realisatie van het omliggende woongebied. Er zullen in
Woningen van kwaliteit en met karakter blijven in trek, zeker als ze ook nog eens op een goede locatie staan. Dat bewijst het enorme succes van het project THUIS, in Berkel en Rodenrijs. Hier ontwikkelde Van Omme & De Groot acht woningen met jaren ’30-allure: in een klassieke vormgeving, met heel veel ruimte. Met drie volledige woonlagen hebben de bewoners volop bewegingsvrijheid. Het totale woonoppervlakte is 160 m2, standaard verdeeld over onder andere vijf slaapkamers en twee badkamers op de eerste en tweede verdieping. De kopers
6
doen • zomer 2013
van 2013. De aanloopfase duurde wat lang. Het verwerven van de locatie, het realiseren van de nodige investeringen en het sluiten van de overeenkomsten met de grondeigenaar en de gemeente Lansingerland, dit alles had – bijna letterlijk en figuurlijk – wat voeten in de aarde. Maar nu kunnen de kopers zich dan gaan verheugen op hun nieuwe thuis. Van Omme & De Groot wil de gelukkige kopers danken voor het vertrouwen. Dat geeft ons reden om te proberen dit succes ook op andere locaties te gaan prolongeren.
Stijgende lijn in onderhoud, renovatie en mutatie de komende jaren in totaal meer dan honderd nieuwe woningen worden gebouwd. Met twee woningbouwcorporaties worden gesprekken gevoerd over de afname van twee appartemen-
tengebouwen. Daarbij gaat het om de realisatie van het programma voor sociale woningbouw. Dit zijn mooie projecten, waar we graag onze schouders onder zetten.
Geslaagd! Van Omme & De Groot heeft FSC- en PEFC-certificaat Van Omme & De Groot hecht aan duurzaam bouwen. We zien graag dat er gewerkt wordt met materialen die lang meegaan en het milieu zo min mogelijk belasten. Om die reden hebben we op 19 maart 2013 zowel het FSC- als het PEFC-certificaat behaald. De letters FSC staan voor Forest Stewardship Council. Dit is een internationale organisatie die zich inzet voor wereldwijd verantwoord bosbeer. ‘Verantwoord’ wil hier zeggen dat bij het winnen van hout rekening wordt gehouden met sociale, ecologische en economische aspecten. Het gaat dus verder dan het voorkomen van kaalslag in bosbouwgebieden. Het gaat bijvoorbeeld ook om een eerlijk inkomen voor de mensen die in die bosbouw werken. Daarom wordt FSC gesteund
kunnen overigens van die standaardindeling afwijken en zo zelf hun woonruimte op maat realiseren. Bij dit alles hebben de woningen nog een diepe achtertuin op het zuiden én twee privé-parkeerplaatsen. Het succes van deze woningen is zeker ook te danken aan de locatie. Winkels, scholen en sportverenigingen zijn om de hoek. Het is dus vanaf de eerste dag ‘compleet wonen’, in een omgeving die van alle gemakken is voorzien. Met de snelle verkoop van alle acht woningen komt de start bouw nu in zicht: naar verwachting in het vierde kwartaal
door alle grote milieu- en ontwikkelingsorganisaties. Zuinig op de wereld De afkorting PEFC staat voor Programme for the Endorsement of Forest Certification schemes. Dit is eveneens een internationaal en onafhankelijk keurmerk. Bij PEFC gaat het om de bevordering van duurzaam bosbeheer. Het uiteindelijke doel van PEFC is dat alle bossen ter wereld op een duurzame manier worden beheerd. Het FSC-keurmerk is bij de ‘gewone’ consument het meest bekend. Het logo is wel te zien op hout bij tuincentra en op papierproducten. Dat logo is niet zomaar een symbool, het is
geen lege huls. Er wordt scherp op gelet dat iedereen die dit keurmerk voert zich ook werkelijk aan de regels houdt. Zo worden wij, als bouwer/aannemer, net zo streng beoordeeld als bijvoorbeeld de bosbouwer. Alles en iedereen in de keten moet voldoen aan de regels. De certificaten worden uitgegeven door onafhankelijke experts. Door de groeiende bekendheid van het FSC-label, groeit de vraag naar producten met dit certificaat. We zien dus dat wereldwijd steeds grotere percelen bos volgens de normen en standaarden van FSC worden beheerd. Wilt u meer weten over FSC en PEFC, dan geven we u graag meer informatie. Want dit is een belangrijk onderwerp als je van de wereld hou(d)t.
Het is een logische ontwikkeling: nu nieuwbouw terugloopt, komt er steeds meer aandacht voor kwaliteitsverbetering van bestaande bouw. Die portefeuille wordt bij Van Omme & De Groot gestaag dikker. Zo kregen we in 2012 een mooie opdracht van woningcoöperatie Groen Wonen Vlist, voor mutatiewerk in de huurwoningen van deze coöperatie. Het gaat hierbij om woningen in Stolwijk, Haastrecht en Vlist. Zodra een huurder een woning verlaat, bepalen een opzichter van de coöperatie en een uitvoerder van Van Omme & De Groot de noodzaak om die woning op te knappen. Vervolgens moet er snel geschakeld worden, want de coöperatie wil weer verhuren en nieuwe huurders willen graag de sleutel van hun vernieuwde woning krijgen. Het werk wordt dan ook binnen drie weken uitgevoerd. Kwaliteitsslag Voor deze woningcoöperatie is Van Omme & De Groot ook aan de slag in woningen die nog bewoond zijn. Hier worden de badkamer en de keuken gerenoveerd. Om dit allemaal in goede banen te leiden en de overlast tot een minimum te beperken, is een uitgebreid plan van aanpak
Voor
Na
geschreven. Daarin speelt de communicatie met de bewoners een belangrijke rol. Deze manier van werken blijkt efficiënt en zal zeker vaker toegepast worden. We zijn tevens druk aan de slag voor andere opdrachtgevers. In de eerste maanden van 2013 werkte Van Omme & De Groot aan een interne verbouwing van het Hulstkamp Gebouw aan de Maaskade in Rotterdam. In deze voormalige jeneverstokerij,
een icoon van de stad, zijn momenteel verschillende functies ondergebracht: kantoorruimtes en ruimtes voor evenementen. Hier gaat het om de verbouwing van kantoorruimtes in opdracht van Tulip Inn, die worden gehuurd door een grote en gerenommeerde cateraar. Benieuwd hoe we in úw bestaande bouw een kwaliteitsslag kunnen realiseren? Kijk dan op onze website.
doen • zomer 2013
7
Advertentie
ac tualiteiten Minister Blok geeft startsein voor bouw van 40 jongerenwoningen in Zoetermeer Hoog bezoek voor woningcoöperatie De Goede Woning en Van Omme & De Groot, op 30 mei 2013 in Zoetermeer. Minister Stef Blok, burgemeester Charlie Aptroot en wethouder Edo Haan van gemeente Zoetermeer waren aanwezig om de start van de bouw van veertig huurappartementen voor jongeren te vieren. De minister voor Wonen en Rijksdienst verrichtte de officiële starthandeling. Dat deed hij in het bijzijn van ruim zeventig genodigden en onder het toeziend oog van Guus de Groot en Ed
Pannebakker, directeur van De Goede Woning. De opening werd aangegrepen om een positieve kijk op de huidige bouwwereld te geven. Het motto was dan ook: ‘We moeten niet treuren over wat we niet kunnen. We moeten vooral kijken naar wat we wél kunnen.’ Het appartementengebouw ‘De Chrysant’ is de eerste fase van twee van het project Chrysantentuin. Momenteel wordt de tweede fase, bestaande uit 25 levensloopbestendige
grondgebonden koopwoningen, met verschillende CoCreatie-workshops doorontwikkeld. De bijzondere plattegronden met vooral veel ruimte op de begane grond, slaan aan. Vanwege de beschikbare ruimte, is slapen op de begane grond goed mogelijk en erg in trek. Lees meer in deze uitgave van DOEN Magazine of kijk voor meer informatie op www.thuisinseghwaert.nl.
Te hu
ur
Frame Offices
‘Leuk, inspirerend, professioneel’ Transformatie Op een geweldige zichtlocatie, pal aan de Kanaalweg nabij het NS Station Lammenschans is het grootste pand op het Kanaalpark in een jaar tijd getransformeerd van een slapend jaren ’80-gebouw tot een multifunctioneel hightech, design kantooromgeving. Van Omme & De Groot heeft de bouw van deze transformatie begeleid. Perfecte ontmoetingsplek Frame Offices is meer dan een werkplek, het is een ontmoetingsplek, een plek waar men zich thuisvoelt, een inspirerende omgeving. Het pand is omgebouwd tot een full service businesscenter bestaande uit zes bouwlagen, met een groot eigen parkeerterrein.
Tegen de stroom in, lukt het kantooraanbieder Frame Offices wel om hoogwaardige ruimtes te verhuren aan zowel de zoekende eenpitters als de wat grotere bedrijven. Een toekomstgerichte kijk op een hedendaagse werkomgeving.
Frame Offices verhuurt flexplekken, compleet ingerichte kantoorunits en traditionele kantoorruimte zonder lange contractuele huurverplichtingen. In het gebouw zijn ook prachtige vergaderkamers en trainingsruimtes aanwezig. Een ontmoetingsplek voor bedrijvigheid met als kloppend hart café-restaurant Midi meet & eat, gelegen op de begane grond. Midi is eind 2012 gekozen tot de beste broodjeszaak van Leiden en voorziet ook alle huurders en bezoekers van Frame Offices van overheerlijke lunches en vergaderarrangementen. Het terras en de stille tuin, waar men ook kan werken, zijn gereed. Binnenkort opent Jetts 24/7 fitness in het souterrain van het gebouw.
Geïnteresseerden zijn van harte welkom om een kijkje te nemen! Frame Offices | Kanaalpark 140 | Leiden | T (071) 870 03 00 | www.frameoffices.com 8
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
P RO J E C T
van melkfabriek naar woningen
Nieuwe toekomst voor oude locaties
Melkunie-terrein, Rotterdam Overschie
Lange aanloop Een ander mooi voorbeeld van transformatie is te vinden op het oude Melkunie-terrein in de Rotterdamse deelgemeente Overschie. Van Omme & De Groot kocht dit terrein al in de jaren negentig. Toen stond er nog een melkfabriek en had het terrein een bedrijfsbestemming. Die bestemming is inmiddels ingehaald door de tijd: de deelgemeente Overschie ziet hier nu liever woningen. Nu lijkt zo’n switch eenvoudig: je gaat gewoon iets anders bouwen dan oorspronkelijk het plan was. Het blijkt toch ingewikkelder. Al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw hebben architecten en stedenbouwkundigen zich het hoofd gebroken over de juiste invulling van deze locatie. In 1946 zat stedenbouwkundige Lotte Stam-Beese er op te puzzelen. Zij baseerde zich daarbij op schetsen van de Dienst van Stadsontwikkeling uit 1943. In 1952 stelde de gemeenteraad een Wederopbouwplan Overschie vast maar decennia lang bleef onduidelijk wat er nu precies met deze plek moest of kon gebeuren. Daar is nu een einde aan gekomen. De locatie heeft nu – eindelijk – een woonbestemming. Er ligt een plan voor 48 eengezinswoningen en 12 startersappartementen. Architect Theo Verstralen werkt aan de juiste architectonische inpassing van de woningen, vervolgens kan de verkoop van start gaan. Dat zal waarschijnlijk in het tweede kwartaal van 2014 gebeuren.
tekst Henk de kleine Fotografie van omme & de groot
Dit zijn de tijden van anders denken. De tijden waarin nog steeds waardevol gebouwd en ontwikkeld wordt, maar dan op een andere manier. Grootschalige projecten, zoals we die in de Vinex-locaties zagen, zijn vrijwel voltooid verleden tijd. We zien nu een verschuiving naar kleinschaligere projecten, vaak in al verstedelijkt gebied. En dan zien we dat daar veel moois gebeurt. ‘Inbreiden’ heet het, in vaktermen. Waar steden in hun ontwikkeling vooral aan het uitbreiden waren, zien we nu een beweging naar binnen. Kleine kavels in de stad worden als het ware her-ontdekt. En oude panden krijgen een nieuwe bestemming. Zo krijgen steden een echte kwaliteitsimpuls. Want het groene buitengebied blijft voor de komende generaties bewaard. Het binnengebied wordt aantrekkelijker en krijgt ook steeds meer voorzieningen. Lege gaten in de stad worden weer leuke plekken. Van Omme & De Groot is volop betrokken bij die nieuwe manier van ontwikkelen en bouwen. Een mooi voorbeeld is de locatie Chrysantentuin in Zoetermeer-Seghwaert waar de gemeente nu een groeiende behoefte aan woningen voor jongeren en ouderen heeft. Lang is in Zoetermeer vooral gebouwd voor de klassieke gezinnen. Bouwers en ontwikkelaars werden gevraagd met een plan te komen om op de locatie Chrysantentuin ook de ‘nieuwe’ woondoelgroepen
te bedienen. Na een Europese aanbesteding viel de keuze in 2012 op het plan van Van Omme & De Groot, dat werd ontwikkeld in samenwerking met Klunder Architecten en De Goede Woning. Het gaat hier om 40 huurwoningen voor jongeren en 25 ‘levensloopbestendige’ en grondgebonden koopwoningen. Levensloopbestendig wil hier zeggen: woonkamer, keuken, slaapkamer en badkamer zijn allemaal te situeren op de begane grond. Dus ook wie op latere leeftijd wat minder goed trappen kan lopen, kan toch prettig blijven wonen. De huurwoningen zijn inmiddels in het bijzijn van minister Blok en in opdracht van De Goede Woning in aanbouw genomen, ze worden eind 2013 opgeleverd. Voor de 25 koopwoningen zijn in april en juni jl. CoCreatie-workshops georganiseerd met een enthousiaste groep geïnteresseerden. Kijk voor meer informatie op www.thuisinseghwaert.nl.
P RO J E C T
van traditioneel kantoorgebouw naar ‘hip’ pand voor kleinere ondernemingen Kantoorgebouw Kanaalpark 140, Leiden
van schoollocatie naar ‘nieuwe’ woon-doelgroepen Chrysantentuin, Zoetermeer
Mooi werk Zeer actueel is natuurlijk de transformatie van traditionele kantoorgebouwen. In het verleden is enorm veel gebouwd voor een markt die nu veel kleiner is geworden: voor grote bedrijven. Die zijn ingekrompen en vaak verhuisd naar kleinere panden. En we zien de snelle opkomst van zzp’ers en kleine start ups. Die hebben behoefte aan kleine units. Zo’n trend is ook te zien in Leiden. Met Van Omme & De Groot als gespecialiseerd bouwbedrijf is in samenspraak het conservatieve kantoorgebouw Kanaalpark 140 getransformeerd tot een ‘hip’ pand waar kleinere ondernemingen graag gezien willen worden. Het initiatief voor deze make over kwam van de eigenaar van het gebouw, de firma Zandbergen.
10
doen • zomer 2013
Voor dit project werkte Van Omme & De Groot samen met P.A.M. Teunissen Architectenburo. Kanaalpark 140 kreeg een volledig nieuwe entree, het gehele pand werd gestript en opnieuw ingericht. Het resultaat is een flexibel gebouw, waar veel verschillende bedrijven zich thuis voelen. Zowel de zzp’er als het wat grotere mkb-bedrijf kan hier terecht. Prettig zijn de centrale voorzieningen, waardoor het voor kleinere ondernemers extra aantrekkelijk is om hier relaties te ontvangen. In de lobby is het mogelijk een kop koffie te drinken of de lunch te genieten. Prettig is ook de flexibiliteit in huurcontracten, precies waar moderne ondernemers op zitten te wachten.
doen • zomer 2013
11
interview
interview
‘Voor transformatie heb je lef nodig. En ervaring.’ tekst Henk de kleine Fotografie paul de graaff
Een ontmoeting van twee mannen die samen al heel wat vierkante meters hebben gemaakt, als het om transformatie gaat. Overbodige kantoren, een leegstaand zusterhuis en zelfs kerken worden omgetoverd tot woonruimte waar mensen dolgraag in willen wonen. Aangejaagd door de nieuwe economische realiteit komt hier nu meer vaart in. “Maar”, zeggen de heren, “het gaat ons nog lang niet snel genoeg. Dit is hét moment om echt tempo te maken.” Guus de Groot ontmoet een oude bekende voor de deur van Caland II, een monumentaal studentenhuis in de Rotterdamse Calandstraat. Die oude bekende is Jean Baptiste Benraad, voormalig directeur van de voormalige Stichting Studenten Huisvesting Rotterdam (SSHR). Die SSHR werd later omgedoopt tot Stadswonen en ging vervolgens op in het huidige Vestia. Begin jaren ’90 kocht Van Omme & De Groot het uit 1860 daterende gebouw. Jean Baptiste kan zich nog goed herinneren dat die aankoop leidde tot grote vreugde bij de bewoners van Caland I, een van de panden van SSHR. “Ooit zat er een rijstpel- en meelmolen in Caland II. Toen dat bedrijf op de fles ging, kwam er na enige tijd een groothandel in schroeven in. Elke dag kwam hier vroeg in de ochtend een wagen met metaal aanrijden en dat werd met veel kabaal in bakken gestort. Dus de overburen van Caland I waren blij dat er andere plannen voor Caland II waren.” Bij die andere plannen werd SSHR al snel betrokken. Jean Baptiste Benraad: “Wij verhuurden Caland I al aan studenten en Caland II zou prima eenzelfde bestemming kunnen krijgen. Achteraf heeft dat uitstekend uitgepakt, maar wat wij als klein, daadkrachtig en gespecialiseerd team, met ook Peter van Gennip in de gelederen, toen deden was helemaal niet zo vanzelfsprekend. Als je nu in het Scheepvaartkwartier rondloopt, dan zie je een prachtige buurt, met flink wat leven. Iets verderop vind je Loos en de horeca in de Van Vollenhovenstraat. Hier zitten nu chique advocatenkantoren. Langs de waterkant vind je restaurants en een wandelpromenade. Een geweldige plek om te wonen. Maar toen wij hier met deze oude panden aan de slag gingen, was dit een dood hoekje van Rotterdam. Hier woonde niemand. ’s Avonds kon je hier een kanon afschieten. Maar wij zagen er potentie in. Ik zeg wel eens dat studentenhuisvesting aan één voorwaarde moet voldoen: het moet op kruipafstand van de kroegen zijn. Met de binnenstad dichtbij was dat wel in orde. Vandaar dat we het hebben gewaagd.”
12
doen • zomer 2013
Lef tonen en keuzes maken Guus brengt in herinnering dat in die dagen in meer steden juist de vergeten plekken populair werden. “Kijk naar de Docklands van Londen, SoHo op Manhattan, de Jordaan in Amsterdam. Die stadsdelen trokken een nieuw publiek aan, de voorlopers en innovators. De huurders en vastgoedbezitters die buiten de gebaande paden dachten. Zelf zijn we bij Van Omme & De Groot ook niet bang voor wat avontuur. Ik rij nog vaak door de stad, op zoek naar onvermoede kansen. Dertig jaar geleden kwamen mijn vader en ik op die manier langs Caland II. Het was te koop, tegen een gunstige prijs. Ik legde destijds contact met de heer Gröllers van SSHR en we zijn er samen ingestapt.” Jean Baptiste: “Ook wij waren voortdurend op zoek naar panden die geschikt waren voor studentenhuisvesting. Dat kon en kan van alles zijn: kerken, kloosters, oude scholen, kantoren of, zoals dit, een oude fabriek. Bij SSHR hebben we op die manier altijd maatwerk voor studenten kunnen leveren. De ene wilde graag in een monument als dit en wilde daar ook wat meer voor betalen. Andere studenten kozen voor voordeligere kamers op een wellicht wat minder sfeervolle plek. Onze kracht was: specialisatie. We kenden die markt voor studentenhuisvesting als geen ander. Eens per jaar werd er gegeten met het studentencorps. Dat leverde enorm waardevolle informatie op, dan weet je waar werkelijk vraag naar is. Dat is altijd mijn hick up met makelaars en andere deskundigen geweest: die kijken naar het verleden, naar hoe ze het altijd gedaan hebben. Je moet juist vooruit kijken en aanvoelen wat nodig is, waar nou de echte kansen liggen. Door die specialisatie en focus op huren hebben we altijd een ongekend lage leegstand gehad, bijna een half procent. En de makelaars die wij consulteerden maar beweren dat er geen markt was voor nog meer studentenhuisvesting. Ja, als je altijd gewend was om huisjes te verkopen, dan klopt dat. Die studenten waren helemaal niet op zoek naar
doen • zomer 2013
13
interview
interview Guus de Groot:
“We zien zoveel behoefte aan nieuwe woonvormen, omdat we nieuwe levensstijlen zien.”
partijen zich massaal op transformatie storten. Jean Baptiste weet daarop het antwoord: “Omdat niet iedereen dol is op verhuren. Dat is echt andere koek dan een project ontwikkelen en dat verkopen. Maar je moet het willen en er feeling voor hebben. Je moet bijvoorbeeld denken vanuit voorzieningen, dat is enorm belangrijk. In Amsterdam was ik betrokken bij de verhuur van een grootschalig kantoorpand. Aan die grootschaligheid is geen behoefte meer. Dus hebben we het pand opgeknipt in kleinere eenheden en er voorzieningen aan toegevoegd. Het is nu het enige pand in die omgeving dat helemaal vol zit.”
Jean Baptiste Benraad:
“Wij verhuurden Caland I al aan studenten en Caland II zou prima eenzelfde bestemming kunnen krijgen.”
die traditionele huisvesting. Waarmee ik maar wil zeggen: je moet juist gaan denken in nieuwe bewegingen en ontwikkelingen. Dat is in deze tijden helemáál hard nodig.” Transformatie in denken Jean Baptiste Benraad is vandaag de dag de motor achter Het Transformatieteam, een organisatie die onder andere met gemeenten en de overheid meedenkt over oplossingen voor de huidige malaise in de woningmarkt. Naar zijn mening kan transformatie daar enorm bij helpen. “We zitten in Nederland met een enorm overschot met als resultaat zo’n vijftien miljoen vierkante meter aan leegstaand vastgoed in 2015, wanneer we niets doen. Alleen het rijk gaat daar al twee tot drie miljoen vierkante meter aan toevoegen door alle bezuinigingen. Daarmee kun je vijftig procent van de bouwopgave voor de komende jaren oplossen. Maar waar blijft de oudere generatie bouwers en ontwikkelaars maar naar kijken? Naar nieuwbouw in een weiland. Dat is namelijk wat we met z’n allen al sinds 1945 doen: bijbouwen, bijbouwen. En dit, terwijl er een tekort is aan veertigduizend wooneenheden voor studenten, wat oplosbaar is met twee miljoen vierkante meter transformatie van bijvoorbeeld kantoren. Voor ouderen betreft het huidige tekort circa 84 duizend woningen, wat ook opgelost kan worden door vier miljoen vierkante meter in daarvoor geschikte panden te transformeren. Die reflex zit heel diep. Dus als het deze sector op één of andere manier lukt om het roer om te gooien, dan zou dat geweldig zijn.” Guus ziet in de huidige economische tijden de motor die zo’n verandering zou kunnen aanzwengelen: “We zitten nu met een maatschappelijk probleem dat we met z’n allen al die jaren voor ons uit zijn blijven schuiven. We dachten allemaal: die oude tijden komen wel weer. Het is gewoon de bekende varkenscyclus met de gebruikelijke schommelingen in vraag en aanbod. Nou, niet dus. De huidige herschikking van het financiële systeem is de eerste noodzakelijke hobbel die genomen moest worden. Het moet zó erg worden dat je eigenlijk wel inziet dat je op de oude voet niet door kunt gaan. Dat zien we nu gebeuren. Kijk, Jean Baptiste heeft laten zien hoe succesvol transformatie voor studentenhuisvesting kan zijn. Maar denk eens in hoe succesvol het kan worden voor andere doelgroepen. Denk aan
14
doen • zomer 2013
alleenstaande 50-plussers, die bijvoorbeeld ook nog zzp’er zijn. Dan heb je behoefte aan een locatie waar je bijvoorbeeld in een atrium klanten of relaties kunt ontvangen. Waar je kunt lunchen. Waar je anderen kunt ontmoeten. Ik ken zat gebouwen die zich daar prima voor lenen.” Veranderend land Jean Baptiste weet nog tal van andere voorbeelden waar zo’n clustering van gelijkgestemden heel goed zou kunnen werken: “De ouderenzorg. Je ziet nu al dat ouderen uit hun zorginstelling moeten en weer een soort van op zichzelf gaan wonen. Dan is het natuurlijk heel logisch als je een geschikt gebouw voorziet van woonunits, met in de plint zorgvoorzieningen. Dan woon je zelfstandig boven de therapeut, de apotheek, misschien wel iemand die in een zaaltje bewegingstherapie geeft, verzin het maar. Dus transformatie kan ons niet alleen helpen om van dat enorme overschot aan leegstaande panden af te komen. Het kan in één vloeiende beweging ook een antwoord zijn op de grote demografische ontwikkelingen van deze tijd: meer alleenstaanden, we worden ouder, en we zien een trek naar de stad.” Het Transformatieteam heeft in kaart gebracht wat voor panden in Nederland zoal in aanmerking zouden kunnen komen voor transformatie. Dan blijkt dat het wel om meer gaat dan al die overtollige kantoorpanden. Winkels met woningen daarboven. Zo’n tienduizend monumentale gebouwen, honderden kerken en kloosters. Het team heeft ook nagedacht over doelgroepen die je met nieuwe vormen van huisvesting prima zou kunnen bedienen. Jean Baptiste: “Denk ook aan expats en buitenlandse personeelsleden, bijvoorbeeld. Nu de wereld steeds internationaler wordt, zien we die steeds vaker in- en uitvliegen. Zo’n doelgroep heeft behoefte aan een efficiënte woonruimte, waar ze direct bij aankomst in kunnen. Ze willen weinig gedoe en veel voorzieningen. Veel kantoren blijken daar na transformatie prima aan te voldoen, met kleine hoogwaardige woningen en met gezamenlijke ontmoetingsruimten.” Guus valt bij: “Dat we maar blijven bouwen volgens het klassieke plaatje, gebaseerd op vader, moeder, twee kinderen en een hond, dat gaat steeds meer wringen. We zien zoveel behoefte aan nieuwe woonvormen, omdat we nieuwe levensstijlen zien.” Als iets zo logisch lijkt en toch niet gebeurt, dan rijst de vraag waarom niet heel veel markt-
Toekomstbeeld Op basis van dat voorbeeld kan Guus zich goed voorstellen hoe wonen er in de komende decennia wellicht uit gaat zien. “Veel mensen hoeven niet meer zo’n grote woning, ergens in een wijk buiten het centrum. Kleiner wonen is voor veel mensen ook prima, als je dan maar wel alles buiten je woning binnen handbereik hebt. Denk aan winkels, vertier, openbaar vervoer.” Die constatering past in de gedachtegang van het boek The Age Of Access, het tijdperk van toegang. Daarin ziet de Amerikaanse schrijver en toekomstdenker Jeremy Rifkin een nieuwe wereld ontstaan. Niet bezit wordt belangrijk, maar toegang tot wat je op enig moment wilt hebben. Dus geen honderden cd’s in de kast, maar Spotify. Zo ook: niet veel kamers, maar wel in je directe leefomgeving alles wat het leven aangenaam maakt. Jean Baptiste: “Mijn dochter kwam onlangs met de opmerking hoe lekker het was dat ze om half twaalf in de avond nog terecht kon bij de Hema. Dat is voor haar woongenot belangrijk. In de centra van heel veel steden vinden we nog talloze objecten die na transformatie helemaal beantwoorden aan die groeiende behoeften.” Als het aan Van Omme & De Groot ligt, krijgt die ontwikkeling nu snel meer vaart. De transformatie van Caland II was de eerste in een lange reeks. Zo kregen in de afgelopen jaren al heel wat panden in en buiten Rotterdam een nieuwe toekomst. Zoals bijvoorbeeld het Zusterhuis van het Van Dam Ziekenhuis (1995) en het kantoorgebouw dat bekend staat als het Batenburggebouw (1999), die beide werden omgebouwd tot complexen met wooneenheden. Het meest recente project is de make over van het voormalige gebouw van de Sociale Dienst aan de Willem Ruyslaan in Rotterdam. Dit werd al sinds 2008 niet meer gebruikt als kantoor. “Terwijl het voldoende potentie heeft,” zegt Guus. ”Het ligt enorm gunstig ten opzichte van het centrum, de wijk Kralingen en de universiteit. In combinatie met het naastgelegen voormalige ‘Industriegebouw Oostzeedijk’ zijn we bezig om de mogelijkheden voor één groot studentenhotel te onderzoeken. Inmiddels voeren we ook met andere gemeenten en vastgoedeigenaren gesprekken over hoe we daar de leegstand kunnen terugdringen.” Doen! Wat Guus en Jean Baptiste betreft, gaan de zaken op dit vlak nog lang niet hard genoeg. “We kennen de studies, we zien de kansen. We hebben nu bovendien al meer dan eens bewezen dat transformatie en verhuur een prima verdienmodel kunnen opleveren. Maar dan hebben we wel meer van het nieuwe denken nodig, meer visie en meer lef. Ook van vastgoedeigenaren, beleggers, gemeenten en banken. Wij zijn al druk bezig. En we hopen dat meer partijen dat nu gaan inzien.”
doen • zomer 2013
15
P RO J E C T
P RO J E C T
Onze jarenlange expertise in transformatie, een goed voorbeeld: Caland II
Trendsetter in transformatie tekst Henk de kleine Fotografie paul de graaff
16
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
17
P RO J E C T
P RO J E C T
Facts Calandstraat II, Rotterdam Project: transformatie van voormalig pakhuis in 135 wooneenheden Architect: Kraamer Partners te Rotterdam Opdrachtgever: SSHR te Rotterdam
Inmiddels zijn we er wel aan gewend dat oude havengebouwen of kantoren een nieuwe bestemming krijgen. Vaak is het een prachtige manier om erfgoed te bewaren. Een mooi voorbeeld daarvan is Caland II. Waar ooit arbeiders zich in het zweet werkten, liggen nu de bewoners languit op hun bank tv te kijken of blokken ze op hun tentamens.
18
doen • zomer 2013
Het Scheepvaartkwartier is één van de weinige stukjes Rotterdam die het bombardement van 1940 goed hebben doorstaan. Hier is nog iets van het echte oude Rotterdam te zien en te ervaren. Met een beetje fantasie kun je je wel voorstellen hoe schepen aan de Veerhaven aanmeerden en werden uitgeladen. Hoe de arbeiders met puur handwerk de lading verder de stad inbrachten, naar fabrieken waar de goederen verder werden verwerkt. De panden die nu Caland I en Caland II heten, waren zulke fabrieken. Ze staan op de hoeken van wat we nu de Rivierstraat en de Calandstraat noemen. Die huidige Calandstraat is ontstaan uit de in 1902 gedempte Westerhaven. Vanaf deze plek was er een constante goederenaanvoer naar de beide panden. Caland I heeft sinds de bouw in 1860 heel wat functies gehad. Eerst was het een fabriek waar lijnzaad werd verwerkt tot lijnzaadolie. Later was het een wijnpakhuis. Jean Baptiste Benraad, oud-directeur van Stichting Studenten Huisvesting Rotterdam (SSHR), weet ook
dat er wel degelijk tabak werd opgeslagen. Er zijn geschiedschrijvers die een andere lezing hebben, maar Jean Baptiste weet wel beter: “Toen wij dit pand in 1982 kochten kwam de tabakslucht bijna uit de muren.” In het pand dat nu Caland II heet, was ooit de Rotterdamse Stoom-, rijstpel- en meelmolen gevestigd. Op de binnenplaats staat nog het gietijzeren skelet van het oude ketelhuis. Toen die fabriek failliet ging, werd het pand een opslag- en kantoorruimte. Nog weer later vestigde zich hier een groothandel in bevestigingsmaterialen. Dat hier nu gewoond wordt, past in een trend. Nieuwe bestemming Vroeger stonden in dorpen en steden woningen en fabrieken dwars door elkaar heen. Je werkte waar je woonde, en omgekeerd. Gaandeweg zijn de meeste bedrijven naar speciale bedrijventerreinen verhuisd. Zo kwamen prachtige panden als Caland I en Caland II leeg te staan. Veel van dat erfgoed is helaas gesloopt, maar deze panden hadden een beter lot. In 1982 vatte SSHR het plan op om in Caland I studentenwoningen te realiseren. Nog weer tien jaar later viel het oog van Guus de Groot op Caland II. Hij kocht het aan en transformeerde het, in samenwerking met SSHR, eveneens tot studentenhuisvesting. Het bleek het begin van een nieuw tijdperk. Inmiddels zijn
zowel door SSHR als door Van Omme & De Groot, al dan niet in samenwerking, heel wat ‘pareltjes’ in Rotterdam getransformeerd tot woningcomplexen. Dat heeft een aantal voordelen. Mooi erfgoed blijft behouden en met name in het centrum van Rotterdam wordt steeds meer gewoond. Zo is de stad ook ’s avonds levendig en aantrekkelijk. Transformatie is dus niet alleen een kwestie van gebouwen ‘omturnen’. Het heeft uiteindelijk effect op de stad als geheel. Eigen bar en filmnet Inmiddels hebben Caland I en Caland II zich ontwikkeld tot een ‘dorpje’ in de stad. De bewoners borrelen maandelijks in hun eigen Calandbar, die ook te huur is voor feesten en partijen. Ook bijzonder is het eigen filmnet. Op een apart kanaal wordt elke avond een film afgespeeld, waarvoor de bewoners suggesties kunnen doen. Een heuse videocommissie maakt de keuze uit alle verzoeken. Dus waar vroeger zo hard gewerkt werd, liggen vandaag de dag tientallen bewoners languit op hun bank naar Intouchables of Die Hard te kijken. Dat is wat je noemt transformatie.
doen • zomer 2013
19
P RO J E C T
P RO J E C T
Schiemond de Ruggen Rotterdam
Project grootschalige renovatie Schiemond de Ruggen te Rotterdam Architect Biq stadsontwerp BV te Rotterdam Opdrachtgever Woonbron Ontwikkelbedrijf BV Duur van het project maart 2012 – november 2013
doen • zomer 2013
21
P RO J E C T
P RO J E C T
‘Gaandeweg krijg je steeds meer respect voor dat oude handwerk’
Peter Balledux
Paul Roodnat
George van Scheijndel
Matthé Treijtel
tekst henk de kleine Fotografie paul de graaff
Ouderwetse knipvoegen. Klassieke Tuile du Nord-dakpannen. Fraai houtsnijwerk. Een mooi reliëf in steen. Een dakkap met houten spanten en houten deuvels. De transformatie van een oude kazerne van de Koninklijke Marechaussee was een feest voor iedereen die eraan meewerkte. Hij staat wat onopvallend in een hoekje van de Haagse Leyweg: de voormalige kazerne van de Koninklijke Marechaussee. Het woord ‘kazerne’ roept misschien het beeld op van een grote legerkazerne. Groot is dit bescheiden complex niet, wel charmant. Misschien is het daarom dat op de oorspronkelijke bouwtekeningen uit 1916 het woord ‘kazernement’ staat. Het bestond oorspronkelijk uit een hoofdgebouw aan de straatkant en daarachter een paardenstal. Dat hoofdgebouw en die paardenstal worden nu in hoog tempo omgebouwd, zorgvuldig gemoderniseerd en klaargemaakt voor hun nieuwe functie. Stichting LIMOR gaat hier thuisbegeleiding bieden aan mensen met een woonprobleem. Ze krijgen tijdelijk een kleine maar complete woonunit en worden voorbereid op hun terugkeer naar een zelfstandige woonsituatie. In het voormalige kazernement is plek voor twaalf mensen. De voormalige paardenstal
22
doen • zomer 2013
wordt omgebouwd tot centrale keuken, een gezamenlijke woonruimte en kantoorruimte. Aan weerszijden van dit oude gebouwtje zijn twee nieuwe gebouwen ontwikkeld, waar plaats is voor nog eens zestien woonunits. Het complex is eigendom van de Westlandse corporatie Arcade. Voor architect Matthé Treijtel was deze opdracht een feest: “Erg interessant wat je zo allemaal tegenkomt. Ik hou daar wel van. Een beetje puzzelen op de plattegronden om de gevels en het dak goeddeels weer te krijgen zoals het vroeger was.” Van minder naar meer Matthé Treijtel is een architect die houdt van puzzelen op de vierkante centimeter. Dat is ook precies de reden waarom Arcade juist hem selecteerde. Peter Balledux, projectmanager van Arcade: “Matthé was precies
de man die we nodig hadden. We begonnen met een sober budget, dus wist hij dat hij niet meteen helemaal ‘los’ kon gaan. Dat past ook bij zijn aard. Want hoe gaat het soms? De architect bedenkt in volle creatieve vrijheid van alles en vervolgens moet je dan steeds meer water bij de wijn doen. Dan wordt het nooit zo fraai als je met z’n allen gewenst of gehoopt had. Hier is precies het omgekeerde gebeurd. Juist omdat we ons eerst hebben beperkt, bleek er gaandeweg steeds meer ruimte te zijn om het complex beter te verfraaien. Daarom zijn nu waar mogelijk allerlei oude details in ere hersteld.” Een wandelingetje door en rond het oude hoofdgebouw maakt duidelijk dat die omgekeerde manier van werken duidelijk zijn vruchten heeft afgeworpen. Een gespecialiseerde vakman heeft zich kunnen uitleven op ouderwetse knipvoegen, waardoor de gevel weer oud en bijzonder oogt. De trappen met houtsnijwerk zijn bewaard gebleven en opgeknapt. Boven de voordeur is in 1916 in zandsteen een wapen van de marechaussee aangebracht, ook dat wordt volledig hersteld. Voor Matthé was het een genoegen om hier aan te mogen werken. “Ik heb de originele bouwtekeningen boven water gekregen en heb veel onderzoek gedaan aan het gebouw zelf. Dan gaat het steeds meer leven, je krijgt steeds meer waardering voor de manier waarop bijna een eeuw geleden is gewerkt. Het is geen overdadig gebouw, bijna sober zelfs. Het doet een beetje denken aan oude kloosterarchitectuur. Het is volledig opgebouwd vanuit het steenformaat en dan vallen die kleine details des te meer op.”
doen • zomer 2013
23
P RO J E C T
P RO J E C T
Alle records breken met lean bouwen Bij de transformatie van de Marechausseekazerne aan de Leyweg in Den Haag is gekozen voor een andere manier van bouwen: lean. Voor vrijwel iedereen die aan het project meewerkte, was dit een vernieuwende aanpak. En hij smaakt naar meer.
Knippen en plakken “Ik ben een architect met een voorliefde voor bouwkundige vraagstukken. Zo zat ik op een gegeven moment wat te worstelen met de verbinding tussen een zinken goot en een zinken waterslagje bij een dorpel, in de dakrand. Dat ben ik met karton gaan nabouwen, net zolang tot ik het goed had. Ik heb ook een hele tijd gezocht naar de dakpannen die oorspronkelijk op het dak lagen. Ik zat op oude foto’s te kijken en kwam erachter dat het om de zogenoemde Tuile du Nord ging. Dat is een klassieke dakpan die je veel ziet in kustgebieden, want hij kan goed tegen gure weersomstandigheden en harde wind. Nu staan deze gebouwen tussen de bebouwing, maar ten tijde van de bouw stonden ze in het open veld. Het is leuk om dat soort ontdekkingen te doen.” Het enthousiasme van Matthé werkte aanstekelijk, want al snel werd ook uitvoerder Adrie van Zundert van Van Omme & De Groot steeds meer gegrepen door deze bijzondere opdracht. “Toen wij ermee begonnen, was het lastig er doorheen te kijken. De ene kant van de kazerne was keurig bijgehouden, de andere helft was ernstig verwaarloosd. De oude paardenstal was in niet al te beste staat. Samen met Peter en Matthé zijn we als het ware de hele boel gaan afschrapen, terug naar het begin.” De pracht van ambacht De charme van een transformatie zit ’m voor de vakmensen in het ontleden van het vakmanschap van hun voorgangers, zegt Adrie. “Die houten dakkap is helemaal met de technieken van toen in elkaar gezet, het is nog het echte handwerk. Je ziet de houten deuvels, prachtige verbindingen. Zo hebben we het gebouw stukje bij beetje helemaal ontleed. Bij deze transformatie werken we op een andere manier dan we normaal doen. We volgen hier de principes van het lean werken. Eén van de voordelen daarvan is dat je dagelijks met iedereen afstemt wat er moet gebeuren. Je kunt steeds bijsturen. Dat was hier zo prettig, omdat we steeds weer op nieuwe verrassingen stuitten. Zo was eerst bedacht om de trappen te bekleden met marmoleum. Tot bleek dat die van mooi oud eikenhout waren. Dus besloten we ter plekke om de houten trappen in ere te herstellen. Zo geven we de mensen die hier straks komen wonen de mooiste nieuwe start die ze zich wensen kunnen.”
v.l.n.r. Paul Roodnat, Adrie van Zundert, Peter Balledux, Matthé Treijtel, George van Scheijndel
24
doen • zomer 2013
Voor George van Scheijndel, projectleider bij Van Omme & De Groot, was het niet helemaal nieuw. “Met een aantal collega’s van Van Omme & De Groot was ik op cursus geweest, dus had ik er al even aan kunnen ruiken. Het leek me wel spannend om lean bouwen juist bij dit project in praktijk te brengen, want hier gaat het zowel om restauratie en renovatie als om nieuwbouw. Dan weet je meteen of lean werken in alle gevallen een goede keuze is.” Wat is lean werken eigenlijk en waar komt het vandaan? George van Scheijndel: “Lean is ontwikkeld bij Toyota in Japan. Daar werd gezocht naar een methode om continu te verbeteren. Men wilde alle stukjes in de productieketen zo scherp mogelijk op elkaar afstemmen. Als je erin slaagt alles goed in elkaar te schuiven, dan kun je enorme efficiencyslagen maken én een beter product neerzetten. In de bouw heb je ook te maken met puzzelstukken die je zo goed mogelijk in elkaar wilt passen. Denk aan het werk van timmerlieden, installatietechnici, schilders, en anderen. Bij lean bouwen ga je samen de weekplanningen in elkaar zetten en met elkaar nadenken hoe het allemaal zo slim, snel en handig mogelijk kan.” Architect Matthé Treijtel: “Wat ik vooral fascinerend vond is hoe de onderaannemers gaandeweg het proces helemaal zijn bijgedraaid. Ik kan me nog herinneren dat ze bij de eerste vergadering wat onderuitgezakt luisterden. Afwachtend en passief. Ze kregen ‘huiswerk’ mee naar huis. Hen werd gevraagd om in de tweede sessie feedback te geven op de door Van Omme & De Groot voorgestelde concept werkvolgorde. Dan moet je gaan meedenken over wat je collega-onderaannemers van plan zijn en in hoeverre dat met jouw plannen strookt. Bij die tweede sessie zaten ze er al heel anders bij. Rechtop, met interesse. En bij de derde sessie bemoeide iedereen zich intensief met elkaars planningen en tekeningen. Het kwartje was gevallen: bij lean werken doe je het sámen. Je bent samen verantwoordelijk voor het totaal.” Rode vlekken Eén medewerker bij Van Omme & De Groot moest wel even slikken toen hij twee weken voor start bouw hoorde van het plan om hier lean te gaan werken. Werkvoorbereider Paul Roodnat: “Als werkvoorbereider ben je verantwoordelijk voor de inkoop, contacten met onderaannemers, de complete planning en coördinatie voordat onderdelen in uitvoering kunnen. Normaliter focus je eerst op de ruwbouw, pas veel later kun je op de afbouw inzoomen. Bij lean werken moet je eigenlijk alles al in kaart hebben gebracht, van begin tot eind. Dus ik zag een muur van werk op me afkomen. Gelukkig kreeg ik onmiddellijk hulp van een collega-werkvoorbereider. Voor ons begon het heftig, door het wel erg late tijdstip om te besluiten lean te gaan werken.” Toch ging de trein op het afgesproken tijdstip van start, in november 2012. Stoomsessies George van Scheijndel: “Het mooie van lean werken is dat je tijdens de werkvoorbereiding in een soort van stoomsessie met alle direct betrokkenen de werkzaamheden doorneemt. Dus je neemt bijvoorbeeld in een paar dagen de hele installatie onder de loep. De installateur zit natuurlijk aan tafel, maar ook Peter Balledux, de projectmanager van Arcade, architect Matthé Treijtel, werkvoorbereider Paul Roodnat, uitvoerder Adrie van Zundert en iedereen die verder echt relevant is. Dan kun je staande zo’n vergadering snel slagen maken. De installateur geeft aan hoe hij het ziet,
Matthé kan meedenken met eventuele esthetische wijzigingen, Peter kan meteen een financieel akkoord geven en Paul en Adrie kunnen het in hun planning meenemen. Zo doe je dat met alle onderaannemers. Zodra voor iedereen precies duidelijk is wat zij moeten doen, maken de voorlieden van al die onderaannemers tijdens een planningssessie hun weekplanningen op het grote planbord. En dan komt er iets op gang. Iets wat misschien wel het meest bijzondere van lean werken is: mensen gaan elkaar sturen en bijsturen, er ontstaat een onderlinge band. Dat zie je nooit als je op een traditionele manier werkt. Daar is het meer ‘ieder voor zich’.” Sneller, beter, goedkoper, leuker Nog ver voor het project afgerond is, blijkt iedereen die erbij betrokken was enthousiast. Peter Balledux van Arcade: “Dit was eigenlijk de eerste keer dat lean werken zo strak en consequent was doorgevoerd.” Hij kan het niet nalaten architect Matthé Treijtel even te dollen: “Als we het op de traditionele manier hadden gedaan, was er een gedrocht gemaakt. Ha ha, nee hoor, geintje. Maar wat ik bedoel: je kunt vooraf plannen en tekenen wat je wilt, het is toch wel erg prettig als je voortdurend kunt bijsturen. Daarom hebben we onderweg van onverwachte ‘cadeautjes’ kunnen profiteren. George van Scheijndel weet dat dit resultaat uitzonderlijk is: “Je kunt dit lang niet altijd op deze manier toepassen. Als je van tevoren weet dat je tegen te veel verrassingen zult aanlopen en definitieve beslissingen een probleem zijn, dan moet je het niet doen. Maar dat we dit óók bij restauratie en renovatie hebben kunnen doen, dat is een prettige wetenschap.” Iedereen is vooral verbaasd over het enorme tempo dat met lean gehaald kan worden, zeggen Adrie van Zundert en Paul Roodnat: “We hadden gepland om in de eerste maanden van 2014 klaar te zijn, het wordt nu begin september 2013. En verschillende voorlieden van onze onderaannemers zeiden al dat we zelfs al voor de zomerstop klaar hadden kunnen zijn.” Peter Balledux: “Zulke tijdwinst is voor ons natuurlijk geweldig. Je kunt eerder met de verhuur starten en stichting LIMOR kan eerder aan het werk. Wat ons betreft is deze pilot zeer geslaagd.”
doen • zomer 2013
25
M ODE
M ODE
JURK: Shppr RIEM: Shppr SCHOENEN: Silhouette
Fotografie Paul de Graaff Styling Miquel Mohamedjar Visagie Carlijn Beukers Model Ellen Scholten@DeBoekers tekst Henk de Kleine
Slim combineren. Dat is dé (mode)trend van 2013. Iets nieuws mixen met iets wat je al had. Je haalt gewoon eens alles uit de kast. Dan kom je verrassende dingen tegen. Lange tijd over het hoofd gezien, dat witte jurkje. Een paar nieuwe knalrode high heels erbij. Ineens is het weer helemaal hot. Wat voor mode geldt, geldt ook voor bouwen in 2013. Slim combineren. Alles uit de kast trekken, iets nieuws toevoegen. Dat doen we in Boskoop, Rijsenhout en Gouda. Daar pakken we de handschoen op. De basics zijn er, maar die zijn stil komen te liggen om verschillende redenen. Een stukje grond met potentie. Of een stukje historische binnenstad in Gouda. Vervolgens gaan we combineren. We halen de juiste mensen erbij. Mensen van de gemeente en van banken. Grondeigenaren. En dan komt er wat moois van de grond. In Boskoop zijn we net van start gegaan met Torenpad-Oost, met de bouw van zestien woningen. Een mooi begin, want in combinatie met de nabijgelegen locatie Parklaan is de ambitie uitgesproken om de komende jaren zo’n 130 woningen te realiseren. Dus de mooie stappertjes kunnen uit, de laarzen en werkschoenen moeten aan. De foto’s laten zien dat dit een prachtige plek is. Maar ook in Rijsenhout zijn we goed bezig. Daar is een eerder plan samen met de gemeente en de architect aangepast, zodat we op de huid van de tijd blijven. Waar eens een glastuinbouwbedrijf stond, komen nu heerlijke woningen. In Gouda, ten slotte, hebben we de handschoen ook opgepakt en zijn alle benodigde afspraken gemaakt met partijen om het plan alsnog te kunnen doorontwikkelen. Hier werken we aan een mooi CoCreatieproject. Voor het project De Pelikaan doen de toekomstige bewoners actief mee om de juiste combi’s te maken. Maatwerk dat in de smaak valt, want de eerste woningen zijn al verkocht. Kijk, zo gaat de zon weer schijnen.
Locatie Boskoop
3
1
5
6
2
4
Cover
Locaties foto
shoot
Locatie Rijsenhout
Locatie Gouda
Situatie Lanserhof II
Programma: 15 woningen 5,1m beuk.
schaal 1: 500
12 woningen 6,0m beuk. Totaal 27 woningen. Parkeerbalans: 15 x 1,7 + 12 x 1,9 = 48,3 p.p.
27 x 0,3=8,1, derhalve 8 p.p gestippeld, toekomstig om te zetten. Hoofdontsluiting aan de P. Lanserhof.
NU
TS
tra cé
ge s
tip p
eld
46 p.p. openbaar terrein en 3 p.p. eigen terrein.
Plan later evt. door te trekken.
1308 Lanserhof II Rijsenhout 31 mei 2013
26
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
27
M ODE
M ODE
JURK: h&m RIEM: h&m SCHOENEN: Silhouette
TOP: Shppr SHORT: Shppr SCHOENEN: Silhouette
28
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
29
M ODE
M ODE
top: Zara broek: Zara bril: Topshop, schoenen: Silhouette
PAARS/BLAUWE JURK
TOP: River Island KETTING HAAR : Topshop
30
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
31
P RO J E C T
P RO J E C T
Nieuwe kansen bieden, samen met Dok010
Fundament onder talent tekst Henk de kleine Fotografie paul de graaff
Deze DOEN Magazine staat in het teken van transformatie, verandering. Dat gaat wat ons betreft verder dan bijvoorbeeld kantoren omtoveren tot nieuwe woningen. We zetten ons ook in voor mensen die verandering nodig hebben. Talent dat moeite heeft om aan het werk te komen, maar dat popelt om een nieuwe kans te krijgen. Die kans bieden we, samen met Dok010.
32
doen • zomer 2013
Lezers met een goed geheugen kunnen het zich nog wel herinneren. In ons zomernummer van 2011 stond een artikel over de Rotterdamse ‘prachtwijk’ Overschie. In dat artikel voeren we in een houten bootje over de Schie en aan die boot zat een mooi verhaal vast. Hij was gebouwd bij Dok010, door mensen die via deze organisatie de kans krijgen een ambacht te leren. Dok010 is opgezet vanuit de gedachte dat veel menselijk talent onbenut blijft, zeker in economisch mindere tijden zoals nu. Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt krijgen moeilijk een kans. Als ze, bijvoorbeeld, houtbewerking onder de knie krijgen, dan vergroot dat hun kansen op de arbeidsmarkt. Maar het is ook mogelijk bij Dok010 het vak van fietsenmaker te leren of andere praktische vaardigheden. Er wordt overigens verder gekeken dan de persoonlijke ontwikkeling van mensen. De organisatie zet zich in voor de totale ontwikkeling van wijken met een achterstand. Als het de mensen in een wijk beter gaat, dan gaat het van lieverlee die hele wijk beter. Van Omme & De Groot vindt dat een sympathieke gedachte. Vandaar dat we in 2013 onze relatie met Dok010 hebben verstevigd in de vorm van een samenwerkingsovereenkomst. Bouwen aan mensen “Talent ontwikkelen gaat het best als je iets doet wat bij je past,” zegt Marco Hendriks van Dok010. “Als je iets doet waar je kracht ligt. Daar gaan we bij Dok010 altijd naar op zoek, als we ons voor iemand gaan inzetten. We bieden dan ook niet alleen praktische, ambachtelijke trainingen. We begeleiden mensen ook door middel van coachingstrajecten.” Ruud de Schepper van Van Omme & De Groot vult aan: “Zoals Dok010 mensen ondersteunt, zo ondersteunen wij Dok010, zou je kunnen zeggen. Een voorbeeld: we renoveren in de Rotterdamse wijk Schiemond
v.l.n.r. Kees van der Starre, Marco Hendriks, Ruud de Schepper, Paul Rijf, Bep van Uden, David van Harten sr., Maros Lapota, Ferrie van de Ende, Joey Woldhuis, Jos Lugthart, Erwin Lammers
in opdracht van woningcorporatie Woonbron 643 woningen. We hebben bij het aannemen van die opdracht afgesproken dat we 5% van de loonsom aanwenden voor de inzet van langdurig werklozen. Dit doen we in het kader van de zogenaamde ‘5%-regeling’. Dergelijke afspraken worden tegenwoordig steeds vaker gemaakt. Opdrachtgevers verlangen dan dat degene die de opdracht verwerft, zich inzet voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat wordt in goed Nederlands wel ‘social return’ genoemd: mensen laten terugkeren in de samenleving. Wij dragen daar graag aan bij, want iedereen is er bij gebaat. In de eerste plaats natuurlijk de talenten zelf, die nu weer zicht krijgen op werk. Maar
ook de samenleving als geheel. Immers, hoe meer mensen iets kunnen bijdragen, hoe beter dat is. En het zet een rem op de achteruitgang van de wijken waarin deze talenten wonen. We ondersteunen deze vorm van maatschappelijk ondernemen dus van harte en werken daarbij graag samen met Dok010. We doen met plezier iets terug voor de samenleving. Dat kun je óók ‘social return’ noemen.” Kijk voor meer informatie eens op www.dok010.nl.
doen • zomer 2013
33
portret
Vrouwen op wie je kunt bouwen
portret
Annick Baur
tekst Henk de kleine Fotografie paul de graaff
Staan ze nou met 1 – 0 vóór? Of met 1 – 0 achter? Het is maar hoe je het bekijkt, zeggen ze zelf. Annick Baur, Monica Berwald en Saj Chen zijn alle drie werkvoorbereider bij Van Omme & De Groot. Vrouwen in wat toch vooral een mannenwereld is: “Sommige bouwbedrijven nemen vrouwen niet eens in dienst.” Voor ons bedrijf telt maar één ding: is iemand goed in zijn of haar vak? En goed zijn ze. Gewapend met HTS Bouwkunde, MTS Bouwkunde en HTS Bouwtechnische Bedrijfskunde. En bij Van Omme & De Groot snel volwassen geworden. “Vanaf dag één krijg je hier alle verantwoordelijkheid voor je eigen project. Dan ben je natuurlijk superscherp.” En ja: “Er zijn van die mannen die niet zomaar alles van je aannemen. Vooral de oudere generatie. Dan sta je als vrouw met 1 – 0 achter.” Maar aan de andere kant: “Mannen willen je je fouten ook wel eens sneller vergeven. Dan sta je juist met 1 – 0 voor, ten opzichte van mannelijke werkvoorbereiders.” Kortom, ze weten hoe het spel gespeeld wordt. Ze zijn gewoon ‘one of the guys’.
34
doen • zomer 2013
Annick was al op haar twintigste klaar met haar HBO-studie Facility Management. Ze ging aan het werk bij een ingenieursbureau en daar zag ze het licht. “Daar zat een collega die bouwkunde had gedaan. Dat sprak me veel meer aan. Echt iets neerzetten, iets uit niets realiseren.” Dus Annick deed er nog even HTS Bouwkunde bij. “Via via kwam ik een paar jaar geleden bij Van Omme & De Groot. Ik werd meteen op een groot project gezet, Centrumplan Zoetermeer. Zo gaat dat hier. Je mag meteen laten zien wat je waard bent.” Af en toe komt ze nog wel een man tegen die kennelijk nog niet helemaal van 2013 is. “Ik was kozijnen aan het inmeten. Vroeg iemand of dat voor de gordijnen was.” Die kreeg een vriendelijke, maar rake opmerking terug. Helemaal Annick, want ze doet aan boksen. Maar ze draagt roze bokshandschoenen, dat dan weer wel.
doen • zomer 2013
35
portret
portret
Monica Berwald “In het begin had ik wel het gevoel dat je als vrouw in de bouwwereld een stapje meer moet zetten. Maar dat went wel. Het maakt je sterker, zelfverzekerder.” Pas 26 jaar is ze, Monica Berwald, en zoals gezegd werkvoorbereider. Een functie waarin je wel heel veel op je bord krijgt. “Tekeningen controleren, materialen bestellen, overleggen met aannemers, constructeurs en leveranciers, inkopen.” En natuurlijk komt ze ook regelmatig op de bouwplaats. “Als je je werk goed doet en je weet waar je het over hebt, dan krijgen ze al snel respect voor je. Je moet gewoon jezelf blijven. Eén keer heb ik meegemaakt dat iemand op de bouwplaats dacht lollig te zijn. Daar heb ik meteen wat van gezegd, toen was het ook direct over.” Game, set and match voor Monica. En dat past dan weer bij haar, want: “Ik hou wel van een gezellig potje tennis.” Niet snel van slag, die Monica.
36
doen • zomer 2013
Saj Chen Met haar 36 jaar is Saj al bijna een ‘oude rot’ in het vak. Na de studie Bouwtechnische Bedrijfskunde begon ze haar carrière bij Van Omme & De Groot. “Ik heb nog een kleine twee jaar bij een ander bedrijf gezeten, en dat was eigenlijk wel heel goed om te doen. Dan weet je zeker wat bij je past, en wat niet.” De reden van haar terugkeer? “Hier krijg je veel meer verantwoordelijkheid, draai je heel zelfstandig grote projecten. Dat is lekker.” En werken in een mannenwereld bevalt ook prima. “Mannen zijn veel meer recht door zee, doen niet over alles moeilijk.” Saj spreekt dus de taal van de bouw, maar ook een Chinees dialect: “Toen ik zes was, ben ik met mijn moeder en broertje naar Nederland gekomen. Mijn vader was toen al hier.” Nog een aardige kant van Saj: “Ik ben net begonnen met pianolessen.” Dus zien we hier een nieuwe Wibi Soerjadi? doen • zomer 2013
37
P RO J E C T
P RO J E C T
Kopers via CoCreatie voelen zich de koning te rijk
‘Villa-mogelijkheden voor een rijtjeshuis-prijs.’ tekst henk de kleine Fotografie Paul de graaff
Ze zijn meer dan enthousiast, de kopers van een CoCreatie-woning in Gouda en Zoetermeer. En dat enthousiasme werkt aanstekelijk: “Vrienden van ons en mijn broer hebben meteen ook zo’n woning in ons nieuwe buurtje gekocht.” Wat is het geheim? CoCreatie is het antwoord op een vraag die bij veel potentiële huizenkopers leeft: ‘Naar je eigen smaak een nieuwbouwwoning realiseren. Echt je eigen stijl doorvoeren, het maken zoals jij het wenst.’ Die mogelijkheid werd met beide handen aangegrepen door Annemarie Speksnijder en Remco Lommerde uit Gouda. Ze wonen nu nog in een leuk jaren ’30huis, ook in Gouda. “Maar nu we een dochtertje van twee hebben, wordt het allemaal wel een beetje popperig. Dan is iets van negentig vierkante meter wel wat weinig.” Remco zag een advertentie voor De Pelikaan, een project van Van Omme & De Groot. “We waren eigenlijk meteen verkocht. De locatie is ideaal, vlak bij de Goudse binnenstad. Met een paar minuten zit je in het Groene Hart. Maar het meest doorslaggevende was natuurlijk de mogelijkheid om al onze wensen in een nieuwe woning te realiseren.” Annemarie zegt van zichzelf: “Ik heb nogal wat noten op m’n zang. Ik wil een landelijke stijl, om maar iets te noemen. Dat krijgen we
nu. Ideaal.” Ook in Zoetermeer gaat Van Omme & De Groot een project op basis van CoCreatie realiseren: Wonen in Waterzicht. Hier hebben Sandy en Jan Goedhart voor gekozen: “We hebben al best wat nieuwbouwwoningen gehad. Maar dit is de eerste keer dat we echt vanaf de tekentafel hebben kunnen meedenken over hoe het worden moet. Voor ons was nieuwbouw altijd gelijk aan weinig keuze. Nu wordt je keuze eigenlijk alleen begrensd door je fantasie en je portemonnee.” Tekentafel en keukentafel Sandy en Jan zijn al intensief met hun nieuwe woning bezig vanaf de eerste gezamenlijke CoCreatie-sessie in Zoetermeer. “Het is echt heel leuk om te doen. Je begint letterlijk met een wit vel, alles kan nog. Samen met een club van zo’n vijftien mensen hebben we ideeën ontwikkeld. Er kwamen moodboards te staan, waar we met Post-it-plakkertjes van alles aan
hebben toegevoegd. Zo groeit dan het gezamenlijke idee. De architect helpt met praktische suggesties, op basis van ervaring. Want het is wel leuk om de keuken vóór en de badkamer achter te plannen, maar het kan handiger te zijn om alle leidingen dichter bij elkaar te brengen.” In Gouda deden Annemarie en Remco alleen aan de laatste van de in totaal drie sessies mee. “Maar dan heb je nog volop inbreng, want de eerste sessies waren vooral bedoeld als ‘huiswerk’ voor de architect. Wij hebben dus niet aan de tekentafel gezeten, maar des te meer met z’n tweeën aan de keukentafel. Plannen maken, je hoofd open zetten. In principe geldt: the sky is the limit. Later ga je dan natuurlijk toch jezelf afremmen, vanwege het budget. Gaandeweg zoom je steeds verder in op details. Waar komen de stopcontacten, om maar iets te noemen. Want zover gaat het, met CoCreatie. En dat raam met luiken, dat komt er!”
Aanstekelijk Jan Goedhart vindt het wel erg prettig dat je nu ook in Nederland, zoals in andere landen al veel meer gebruikelijk is, naar eigen smaak kunt bouwen. “En dat tegen een erg gunstige prijs. Toen we dit aan vrienden vertelden, dachten ze dat we een vrijstaande villa gingen bouwen. Maar het wordt een rijtjeshuis. Dat is toch bijzonder? In een rijtje wonen en toch helemaal je eigen wensen kunnen realiseren.” Ook in Gouda bleef de bijzondere stap van Annemarie en Remco niet onopgemerkt. “We waren naar die CoCreatie-sessie, nota bene in ons favoriete café hier in Gouda, en vrienden van ons pasten even op. Ze zagen de CoCreatie-map op de salontafel liggen en waren meteen ‘om’. Zij hebben nu ook gekocht. Net als de broer van Annemarie. Het is echt té leuk.”
Sandy en Jan; ‘In een rijtje wonen en toch helemaal je eigen wensen kunnen realiseren’ optimale kapvorm
Annemarie en Remco;‘Plannen maken, je hoofd open zetten. In principe geldt: the sky is the limit’ optimale kapvorm
1
38
doen • zomer 2013
2
5
7
8
Verkocht
Verkocht
Verkocht
Verkocht
9
Kapvorm als resultaat van de workshops: de ideale zolderverdieping met meer bruikbare vierkante meters.
doen • zomer 2013
39
P RO J E C T
P RO J E C T
Eveline van der Valk en Peter van den Hul op het sedumdak: ‘Met duurzaamheid de hotelgast verleiden.’
Niet gesloten tijdens de verbouwing tekst Jaap van rijn Fotografie Jaap van rijn, van omme & de groot
40
doen • zomer 2013
Het ondernemende echtpaar Eveline van der Valk en Peter van den Hul wist het zeker. Hun Hotel Nieuwerkerk aan den IJssel moest vernieuwen om de hotelgast blijvend aan zich te binden. Zij kozen voor integrale duurzaamheid bij de verbouwing. Met deze aanpak zouden ze zowel hun vaste als hun nieuwe gasten kunnen verleiden. De verbouwingsklus met nieuwbouw werd Van Omme & De Groot gegund. De verbouwing startte in 2011 en nadert inmiddels haar voltooiing. DOEN Magazine bekijkt met het echtpaar en de bouwers Olivier Hoogveld en Ronald de Bruin het resultaat. Een fotoreportage.
doen • zomer 2013
41
P RO J E C T
P RO J E C T
Het dieptepunt van de bouw
Lawaaiklussen en gestripte gevels Niet sluiten wegens de verbouwing, dat was het uitgangspunt. Op twee weken na haalden de partijen deze doelstelling. De klachten van de gasten waren er, maar bleven tot een minimum beperkt. Een prestatie, want de foto’s laten zien dat de bouwers flink te keer gingen. Hoe boksten de partijen dit voor elkaar? Eveline van der Valk: “We zijn met relatief weinig klachten door de bouw gekomen. Dat komt omdat we vanaf dag 1 hebben laten zien dat we in een verbouwing zaten. Alles is aangepakt: van de keuken, het kamerblok, het entreegebied en het restaurant tot en met de parkeerplaats. Veel gasten toonden interesse. Ze wisten wat ze konden verwachten.” Peter van den Hul: “De bouwers begrepen hoe ons soort bedrijf ademt. We hebben elkaar er doorheen geholpen. We hebben ons eigen ritme waar de aannemer rekening mee moet houden. Van Omme & De Groot begreep dat.” Ronald de Bruin: “Na negen uur ’s ochtends werden de lawaaiklussen uitgevoerd. Ik kreeg elke dag informatie over welke kamers bezet waren en welke niet. Het is maar een paar keer misgegaan. Haalden we de gewapende renovatiefolie van het gebouw, de gevel was al gestript, bleek een kamer verhuurd. Gelukkig kon de gast hier begrip voor opbrengen: hij was betrokken bij de bouw van het Van der Valk-hotel in Dordrecht.”
42
doen • zomer 2013
Ergens in Nieuwerkerk aan den IJssel bevindt zich het betwiste laagste punt van Nederland. Staat Ronald de Bruin hier in het onbetwiste nieuwe recordputje? Olivier Hoogveld: “We moesten twee kelders realiseren, een voor de WKK, een warmtekrachtkoppelingcentrale, en een voor andere technische installaties. Bouwen in het Hollandse rivierengebied blijft ongewis. Een bouwer weet ondanks de sondering nooit precies waar hij in de bodem aan toe is. De kleilaag bleek hoog te zitten, daaronder zat spanningwater. Dan heb je weinig ballast. Begin je te graven dan kan de laag openbarsten en loopt de bouwput vol.” Ronald de Bruin: “Na het slaan van de palen en damwanden werd de grond geïnjecteerd om een waterdichte laag op de juiste diepte te zetten. Na uitharding zijn we gaan bemalen en graven. De waterdichte laag bleek meer waterremmend dan waterkerend, en er kwam kwelwater naar boven. Daardoor was het boven de vloer storten vooral een kwestie van brandjes blussen. Er verschenen voortdurend welletjes waar een bemalingsbuis in moest.” Olivier Hoogveld: “Op een zekere dag werd in het restaurant een knal gehoord. Een scheur was zichtbaar in de parketvloer. Dat gaf paniek. De bouwkuip werd vol water gezet om tegendruk te geven. De eerste conclusie was dat er bouwpalen waren bezweken.” Peter van den Hul: “De bouw lag stil. Dat was een moment om elkaars nieren te proeven. Gaat het gebouw omvallen met gasten waar ik verantwoordelijk voor ben? Ik besloot dat dit niet het moment was om de schuldvraag aan
de orde te stellen. Eerst een oplossing vinden en daarna over de financiële consequenties praten. Besloten werd de zaak eerst te stempelen en vervolgens oplossingsgericht te werk te gaan.” Olivier Hoogveld: “Er bleek uiteindelijk niets aan de hand te zijn. De parketvloer lag op een dilatatievoeg die zijn werk deed: de zetting van het gebouw opvangen. De knal werd waarschijnlijk veroorzaakt door het plots scheren van de vloer.” Peter van den Hul: “Wij zijn met de kelder de gelukkige bezitter van het laagste punt van Nederland: -13 meter NAP. Laat de discussie hierover maar losbarsten.”
Warme led’s In de uitdagend gedecoreerde toiletgroepen kunnen de heren genieten van de kleurtemperatuur en de kleurechtheid van de laatste generatie led-verlichting. De toegepaste led’s benaderen de kleuren zoals we die ervaren bij halogeenlampen. Eveline van der Valk: “Warm licht is in de horeca belangrijk. Maar je wilt als ondernemer ook minder energie verbruiken. De nieuwste led’s bieden voldoende warm licht en verbruiken minder energie dan halogeenlam-
pen. Maar dan stuit je vervolgens op een dilemma: moeten we overal led’s aanbrengen? Led-verlichting valt vooral terug te verdienen in ruimtes die bijna continu worden verlicht. In ruimtes als toiletten vormen led’s een kostenpost. Toch kozen we voor led-verlichting en waar het kon voor spaarlampen en bewegingsmelders. Want duurzaamheid is het uitgangspunt. Daar moeten we met z’n allen naartoe.”
Acculaders en vraaggestuurde afzuigkappen Peter van den Hul en Eveline van der Valk kozen voor duurzaamheid all over the place: dus ook voor een snellader die een autoaccu in een halfuur tijd vol prik pompt. Op het terrein is nog een gewone lader geplaatst, voor de gast die overnacht. Laadtijd: 7 uur. “We bieden met de laders service, zoals we ook met gratis Wi-Fi service bieden.” Maar daar blijft het niet bij. 36 lantarenpalen met led’s hebben bij elkaar opgeteld 720W vermogen. Menige magnetron gaat daar dik overheen. Peter van den Hul: “Toen we besloten voor duurzaamheid te gaan, had ik vanuit bedrijfseconomisch oogpunt bezien twijfels. Je pakt alles aan, niet een beetje. We hebben een nulmeting laten verrichten en een rapport laten opstellen. Laten we eerlijk zijn: zoiets als een voorspelde CO2-reductie is nogal abstract. Je kijkt ook naar de kosten, een bedrijf moet renderen. Nu we bijna klaar zijn, zie ik de voordelen. Het herge-
bruik van energie en energie uit biomassa drukt de afvalkosten. In de keuken hangen vraaggestuurde afzuigkappen die alleen aanslaan als er iets onder staat. De fornuizen zijn voorzien van inductieplaten. Vroeger gingen alle gaspitten aan en moesten we de airco inschakelen om van de warmte af te komen. Met innovatieve installatietechniek vangen we geproduceerde warmte af waarmee het cv-water tot 60 graden Celsius wordt verwarmd. De koeling voor de koelcellen wordt centraal geregeld, dus niet meer met aparte motoren. Ook de luchtbehandeling werkt met de restwarmte die vrijkomt. We zijn inmiddels interessant voor nieuwe zakelijke klanten die het hotel als een voorbeeldbedrijf van duurzaam bouwen beschouwen. Ook trekken we in het weekend nieuwe gasten die de moderne maar speelse, warme sfeer van het restaurant waarderen.”
doen • zomer 2013
43
P RO J E C T
P RO J E C T Tijdens de bouw Luxe suites en aaibare plinten De luxe suites beloven de paradepaardjes van het hotel te worden. Ze zijn thematisch ingericht en vernoemd naar steden en landen die als inspiratiebron dienden. De gasten kunnen zich verpozen in de romantische, neoclassicistische sfeer van Parijs, de eindeloze bossen van Canada, zich wanen in het New Yorkse Meat Packing District inclusief bijbehorende graffiti of zich laven in suite Sjanghai met gestoffeerde chicrode wanden. In de Dubai-kamer gaat de ontwerper volkomen los: gouden kranen en dito badkuip, luxe grootformaat wandtegels en nog meer bling bling waar liefhebbers voor zijn. De gangen zijn voorzien van aaibare plinten die het kwaliteitsbehang beschermen tegen stoten. Peter van den Hul: “Hoe luxueus de uitstraling van de kamers moge zijn, het Van der Valkprincipe blijft ook hier van kracht. Wij tillen het kwaliteitsniveau op maar willen toch toegankelijk zijn voor iedereen. Van der Valk is van Nederland, iedereen is welkom en kan hier iets van zijn gading vinden. Een uitstekende prijskwaliteitverhouding vormt de rode draad. Wij richten ons niet op een nichemarkt.”
v.l.n.r. Olivier Hoogveld, Ronald de Bruin
Het gebouw Ook het gebouw zelf dient als waterberging. Een aantrekkelijk ogende sedummat waarop Olivier Hoogveld en Ronald de Bruin zitten, siert een groot deel van het dak. Ook hier snijdt het mes aan meer kanten. Peter van den Hul: “Het vastgehouden water zorgt voor extra ballast, we moesten investeren in de constructie. Maar het voordeel is evident. We kunnen met dit dak niet alleen het duurzaamheidverhaal beter onderbouwen. Tevens bieden we gasten met uitzicht op het dak, een beter uitzicht. Het groene dak vervangt tenslotte een grijs bitumendak met lelijke, maar noodzakelijke installaties. Kortom, het behaalde resultaat is een win-winsituatie volgens het boekje.”
Tijdens de bouw
Een gerenoveerd IJsselpark Extra luxe kamers voor zakelijke gasten en de wellnessruimte bieden vanuit de nieuw gebouwde halfronde vleugel zicht op een park met vijver. De totstandkoming van dit park is een verhaal op zich. Peter van den Hul: “De architect tekende de vleugel tegen de kop van het oude kamerblok, op de plek waar een sloot was. Het hoogheemraadschap wilde toestemming voor de bouw verlenen als we de sloot als waterberging konden compenseren. Daar hadden we geen grond voor. Het IJsselpark, dat grenst aan onze locatie, kon mogelijkheden bieden. De gemeente Nieuwerkerk aan den IJssel, de eigenaar van het park, beschikt over onvoldoende middelen om het park te renoveren. We wilden ook de bomen op de dijk weg hebben, zodat we vanaf de rotonde beter zichtbaar zouden zijn. Rijkswaterstaat gaat over de dijk. We hebben een goed voorstel op tafel gelegd. Hotel Nieuwerkerk zou de kosten van de parkrenovatie op zich nemen. Onderdeel van het plan was een grote vijver graven, ter compensatie van de sloot. Daar gingen het hoogheemraadschap en de gemeente mee akkoord. De bomen van de dijk zouden verplaatst worden naar het park. Daar kon Rijkswaterstaat mee leven. De vijver wilden we ontsluiten met een loopbrug die als wandelroute zou fungeren voor de bewoners die van het park gebruikmaken. Ook dit plan werd omarmd. Wij kunnen nu de gasten in zowel het restaurant als in het hotel uitzicht op een mooi park bieden. De uitstraling en functie van het park passen naadloos bij ons streven naar duurzaamheid op alle niveaus.” 44
doen • zomer 2013
doen • zomer 2013
45
P RO J E C T
Ontdek Rotterdam Kr
Hotelverwennerij voor stud
enten / De pareltjes van Kra
lingen
alingen
P RO J E C T
Hotelverwennerij voor studenten tekst & Fotografie Jaap van RIJN & The Student Hotel
Het inmiddels indrukwekkend aantal leegstaande kantoorgebouwen kan als probleem of als kans gezien worden. De Schot Charlie McGregor (CEO City Living/ The Student Hotel) kiest voor de kansoptie. Hij vindt met zijn concept The Student Hotel het gelijk aan zijn zijde. Rotterdam kreeg de Nederlandse primeur, het hotel aan de Oostzeedijk in Kralingen is vanaf de eerste dag een doorslaand succes. Daarom wil het hotel graag de capaciteit verdubbelen en ziet mogelijkheden in het naastgelegen, al jaren leegstaande pand van de voormalige gemeentelijke Sociale Dienst aan de Willem Ruyslaan. Samen met Van Omme & De Groot worden de mogelijkheden onderzocht voor de ontwikkeling en verbouwing van dit pand.
City Living, de ontwikkelaar van het concept, zoekt naar leegstaande kantoorpanden en goede locaties in een aantrekkelijk deel van steden, vlak bij een universiteit. Gemeenten zijn behulpzaam, want die zijn allang blij als een dode plek in de stad als een 21ste-eeuwse Lazarus weer tot leven komt. Na een succesvolle start in de UK zag het eerste The Student Hotel aan de andere kant van het Kanaal het levenslicht in het Waalse Luik. Dit hotel scoort sinds de opening in 2008 continu een bezettingsgraad van honderd procent. Charlie McGregor’s transparante concept treft doel in de Ardenner metropool. Het succes smaakt naar meer. Het concept wordt inmiddels in Nederland uitgerold. Het eerste The Student Hotel werd in de zomer van 2012 in Rotterdam geopend. In augustus 2013 opent The Student Hotel Amsterdam zijn deuren; hotels in Den Haag, Eindhoven en Enschede zijn in voorbereiding. Bezemkast of hotelkamer Het Rotterdamse pand aan de Oostzeedijk is inmiddels verbouwd tot een hotel dat zich op zowel de Nederlandse als de internationale student richt. De internationale studenten vormen een groeimarkt. Zij kunnen na de invoering van de mastertitel hun studie op Nederlandse universiteiten in de immer oergezellige poldersteden voortzetten. Dat doen ze redelijk massaal: het aantal bedraagt inmiddels meer dan 75.000 en groeit per jaar met 5 tot 10%. Alhier studeren is een eenvoudiger te nemen horde dan het vinden van woonruimte. Scoor maar eens een leuk kamertje als je de Nederlandse taal en zeden niet gewoon bent. Vele studenten – of de bezorgde ouders – zien het niet zitten om een bezemkast in een vreemde stad te betrekken. Deze student kan veilig onder het alziend oog van een conciërge in The Student Hotel maximaal van augustus tot mei
Uitbreiding The Student Hotel Adres Omgeving Ontwikkelaar Eigenaar Realisatie
verblijven cq. acclimatiseren. Waarom tien maanden? Omdat The Student Hotel werkt met een hotelvergunning die verstrekt wordt op basis van tijdelijke verhuur van kamers. Gaat het om permanente bewoning, dan geldt het regime van het puntensysteem en kan alleen een vastgestelde maximumprijs en afmeting voor een kamer worden bedongen. Het hotel hoeft daarom ook geen verhuurderheffing af te dragen, die vanaf 1 januari 2014 van kracht zal zijn. Tien maanden is voor de meeste buitenlandse studenten afdoende omdat zij meestal gedurende een jaar een studie in Nederland volgen. Ook stagiairs en onderzoekers van de universiteit zijn welkom voor een langere periode. The Student Hotel verhuurt tijdens de studentloze zomermaanden de kamers doorgaans aan niet-studenten. Afgebikte muren en Van Moof-fietsen The Student Hotel onderscheidt zich van het gemiddelde studentenhuis met reinheid, rust en regelmaat. Vergeet het archetypische studentenhuis met met chili con carne geplamuurde keukenmuren, koelkasten vol levensmiddelen met groene pruiken en chocoladebruin sanitair. De hotelstudent geniet van een schone, eigentijds ogende kamer inclusief Wi-Fi, een eigen wc en douche. Hij of zij komt met lotgenoten in contact in de gemeenschappelijke wasserette, de loungeruimte met bibliotheek, de fitness of het ruige The Kitchen-restaurant met afgebikte muren. Dit restaurant is ook toegankelijk voor de niet-studerende medemens. Als bonus geldt gratis gebruik van een fiets van het hippe merk Van Moof. De prijs voor al deze verwennerij bedraagt minimaal 650 euro per maand*. Wie ook nog een eigen keuken en ligbad wenst, betaalt meer. Kortom, The Student Hotel doet niet onder voor menig boutique hotel.
Willem Ruyslaan 223-225 Deelgemeente Kralingen - Crooswijk Van Omme & De Groot Van Omme & De Groot Van Omme & De Groot
Kenmerken pand Bouwjaar 1964 en 1969 (het pand bestaat uit twee samengevoegde delen) Omvang 9.282 m2 BVO (incl. kelder) Beschrijving Het voormalige kantoorpand van de gemeentelijke Sociale Dienst Jaren leeg >5 Nieuw gebruik Studentenkamers
Mede vanwege de stimulerende leefomgeving koos de nieuwe topopleiding Erasmus University College (EUC) voor The Student Hotel. De live & learn-filosofie sluit aan op de uitgangspunten van het college. De eerste 120 EUC-studenten vonden inmiddels onderdak in het hotel. Deze keuze van het EUC beschouwt The Student Hotel als erkenning voor de geboden kwaliteit en service. Uitbreiding The Student Hotel Rotterdam slaat aan. Het naastgelegen, al jaren leegstaande pand van de voormalige gemeentelijke Sociale Dienst aan de Willem Ruyslaan biedt The Student Hotel de mogelijkheid om de capaciteit van 252 kamers uit te breiden naar 485. Samen met Van Omme & De Groot, eigenaar van het pand, worden de mogelijkheden van een ontwikkeling en volledige turnkey-verbouwing onderzocht. Het Kralingse kantoorpand was eigendom van de gemeente Rotterdam. De gemeente besloot via een tenderprocedure het gebouw te verkopen. Van Omme & De Groot zag mogelijkheden voor studentenhuisvesting en benaderde een goede relatie, een volkshuisvester met studentenhuisvesting als specialiteit. Van Omme & De Groot bleek de hoogste, onvoorwaardelijke bieder te zijn. Maar in de tussentijd is er veel veranderd. Van Omme & De Groot moest op zoek naar een nieuwe partij en dat werd City Living/ The Student Hotel. De plannen en de ideeën van Van Omme & De Groot en The Student Hotel lijken nu na enige tijd in elkaar te passen. De bestemmingswijziging van het kantoorpand is momenteel in procedure. De ambitie is om de uitbreiding van The Student Hotel Rotterdam aan de Willem Ruyslaan medio 2014 haar deuren te laten openen. * prijspeil juni 2013
46
doen • zomer 2013
Hoek Willem Ruyslaan - Oostzeedijk
doen • zomer 2013
47
lifest yle
De pareltjes van Kralingen
lifest yle Wat valt er qua vertier te beleven voor zowel de student als de reeds van diploma’s voorziene burger in zo’n beetje de meest schizofrene stadsbuurt van Nederland? Genoeg! Van restaurants op niveau, eetcafés en studentendiscotheken tot stedelijk schoon, openbare tuinen en weidse plassen.
Helemaal Kralings en helemaal Zweeds? Helemaal Kralings en sinds kort 100% Chinees.
Waarom is Kralingen een gespleten wijk? Wie daar een beeld van wil krijgen, verdiept zich eerst in de wereld van het semi-oude geld in Kralingen-Oost. Hier leerde Ruud Lubbers kikkers vangen. Wil je daar bij horen, dan dienen geschreven en ongeschreven regels als te nemen horden. Het lidmaatschap van Golfclub Kralingen is te verwerven in vijf stappen: ballotage in chique Nederlands. Tijdens verjaardagen serveert men gebak van B.J. Carlier, dat spreekt. De gast komt niet voorrijden in een Lamborghini, dat zijn Hillegersbergse gewoonten. Met een oude Volvo, Landrover of Saab maak je meer kans op vruchtbare contacten. Wil je zwemmen in de troebele wateren van het veenplasje dat naar de naam Vereeniging Kralingse Zwembad luistert? Ballotage, wederom. Een mooi jaarlijks Kralings feestje is het CHIO van de Rotterdamsche Manege. Daar is ook een ledenselecterende sociëteit aan verbonden. Wie weet hoe de hazen in Kralingen lopen, maakt kans op het lidmaatschap. Maar ook in het gesloten Kralingen slaat de marktwerking toe en veroveren nieuwkomers met bakken geld een plek. De oude zeden en gewoonten zijn op hun retour. Met een puik inkomen zich inbreien tussen de bakfietsenouders gaat een stuk eenvoudiger. Als je genoeg geld hebt om een huisje in KralingenMidden te kopen, kan een comfortabel ons-kent-ons leventje beginnen. Hier staan ook de meeste studentenwoningen waarin zowel corporale als plebejische studenten huizen. Wie bij de wereld van Kralingen-West wil horen, heeft vooral ongeschreven straatregels te leren. Als je er al binnenkomt. Want hier een huis bemachtigen is bijna net zo lastig als in ‘Oost’. Vormen de vraagprijs of familiebanden – veel villa’s komen nooit in de verkoop – de toetredingsdrempel voor Kralingen-Oost, een laag jaarinkomen van maximaal 34.229 euro is de dam die Kralingen-West opwerpt. Zo keurig Nederlands Oost is, zo wild en heftig is het zeer gemixte West. Hier leerde Van Persie voetballen.
Bikini + bier = studentenplezier.
Graffiti op z’n Kralings, op de Avenue Concordia: legaal aangebracht door de Rotterdamse kunstenaar Vera Harmsen.
De Trompenburg Tuinen en het Arboretum bieden een unieke collectie flora.
Freules, boeren en stoepburgers Bewonder Kralingen eerst in Oost, zoals de statige villa’s rond de Vijverlaan waar de freules kunnen uitleggen hoe het eigenlijk heurt. Zij hebben enig recht van spreken als nazaten van de welgestelden die de buitenplaats Kralingen ooit betrokken. In dit deel van Kralingen liggen ook de Trompenburg Tuinen en het Arboretum, zonder twijfel de mooiste openbare tuinen van Rotterdam en omstreken. Vooral de vermaarde eikencollectie trekt de aandacht. Een wandeling is met of zonder gids mogelijk, meer informatie zie www.trompenburg.nl. Na zo’n wandeling is het tijd voor een lunch op de brandgrens, aan het begin van de Oostzeedijk, in Kralingen-West. Het kroegenbochtje wordt omgeven door naoorlogse bouw. Dit is een populaire plek, en niet zonder reden. Neem Bierlokaal Locus Publicus. De uitbater laat in een megabruine caféambiance inclusief schouw twaalf bieren de tap uitstromen, onder begeleidende tonen van Mozart, Bach, en gelijken. Het café is een gewilde locatie voor afstudeerborrels, dus verwacht studentikoze oprispingen. Het schaduwrijke terras biedt op zwoele avonden genoeg dijkamusement. Ook vermeldenswaardig zijn Thai De Kleine Ondeugd en Eetcafé De Stoep, uitgebaat door een ex-student die klandizie trekt met de lokaal geroemde Stoepburger. Schuin aan de overkant zit De Pui waar jan en alleman wordt verwend met goed bier, wijn en pinda’s. De muzikale pot schaft alles tussen Abba en Frank Zappa: de Dancing Queen
48
doen • zomer 2013
Bij Carlier kopen zowel hippe Kralingers als de zo-heurt-hetnu-eenmaal dames van stand de koek en het gebak.
Op en top Oud-Kralingen: de parkresidence met als stralend middelpunt de vijver aan de Slotlaan.
Wijnhandel Den Toom: het gedroomde Kralingse wijnpakhuis bestaat.
Ontdek Rotterdam Kr
Hotelverwennerij voor stud
doen • zomer 2013
enten / De pareltjes van
49
a
lifest yle
lifest yle
meets de Dancin’ fool. Iets verderop bovendijks richting The Student Hotel, zit barrestaurant Boerengat, een zaak met een gespleten persoonlijkheid: voorin een bruin café en achterin een wit gesausde pijpenla waar hoogleraren, buurtbewoners en culistudenten met een gevulde portemonnee genieten van serieus eten als zwezerik met calvadossaus en oerklassiekers als Tournedos Rossini. Hier is de terreur van de hedendaagse schuimkeuken ver weg. Boerengat is vernoemd naar een pak ’m beet vijfhonderd jaar oude binnenhaven waar destijds menige, door de Rotterdamse Admiraliteit geronselde boer buitengaats ging. Coole clicks, campusmatrassen en joggers Tijd om benedendijks te gaan bekijken wat het Kralingen van zeker -4 m NAP voorstelt. Aan de Willem Ruyslaan kan de The Student Hotel-gast losgaan in de Rotterdamsche Studentendiscotheek Bikini. Expat-studenten zullen hier tijdens wilde dansen kennismaken met een corpsfenomeen als de feut, en hun woordenschat verrijken met begrippen als afpilzen, lullepot, zooien, ad fundum en bakken rammen. De ouders in Verweggistan mogen alleen maar hopen dat dochterlief na een jaar Bikini niet terugkeert als campusmatras… De hotelstudent die beschikt over een kamer met eigen keuken doet ongetwijfeld de boodschappen op de winkelstrip Lusthofstraat, waar naast Hollandse zekerheden als Marskramer en Gall & Gall ook pareltjes zijn te vinden als de schitterende loods van Wijnhandel Den Toom (begin zijstraat Vredehofstraat). Iets verderop doorkruist de Oudedijk Kralingen. Een paar zaken vallen op, zoals traiteur Westerkaatje en Coolblue, de laatste vanwege het verhaal erachter. Dit bedrijf is bekend van de succesvolle webportal waar 130 sites als Bladblazershop.nl, Bestekstore.nl en Accustore.nl onder hangen. Dat zijn de ‘clicks’, de fysieke shop aan de Oudedijk vormt de ‘bricks’. De drie mannen achter de door NIMA als Marketing Company of the Year onderscheiden onderneming, startten tijdens hun studie aan de Erasmus Universiteit de onlineshop MP3man. nl vanuit de Kralingse studentenkamer. Deze toko groeide uit tot de alom gevreesde, want zeer competitieve cross-channel retailer Coolblue, mede dankzij een sterke gerichtheid op klanttevredenheid. Met de winkel aan de Oudedijk tonen ze hun Kralingse wortels, de organisatie zelf zetelt inmiddels in een groot kantoor aan het Weena. Waar kun je nog meer geld stuk slaan? Banketbakker-hofleverancier B.J. Carlier op de statige Avenue Concordia presenteert een Back to the Future-ervaring op niveau. Hier heerst de hedendaagse experienceeconomie in een antiek jasje. Nog een hofleverancier: de dames Amesz van de Oosterboekhandel J. Amesz, die als een van de laatste zelfstandigen op de Voorschoterlaan weten te overleven. Op de Kortekade verrast een klassewinkel als Berlioz, creature de chaussure. Schoenenontwerper Mauritz C. Vlot zet hier een familietraditie in handgemaakte schoenen voort. Voor vrouwen en mannen en ook voor schoenpoetsbeurten op niveau. Ook qua horeca valt op de Kortekade wat te halen. Buurtcafé Stobbe met tuinterras hoort in het rijtje Rotterdamse horecamonumenten, want al vijftig jaar met daghappen in business voor buurtbewoners, studenten en ex-studenten in bonus. Op de plek waar ooit een 200 m2 metend wijndoolhof – overal waar een fles kon liggen of staan, lag of stond er een – klanten gek maakte, maakt nu Osteria Vicini de dienst uit. De pot van deze publiekstrekker schaft naast pizza en pasta eenvoudige Italiaanse gerechten. Vanaf hier is het krap vijf minuten lopen naar de lustoorden van de Kralingse Plas, midden in het Kralingse Bos dat zich meer en meer ontpopt als het Central Park van Rotterdam. Langs de Plaszoom ontspant tout Kralingen op skates of joggingschoenen, net als op het terras van De Tuin. Liefhebbers van de Rotterdamse skyline schuiven iets verderop aan bij Brasserie de Schone Lei voor een kalfsoester, diamanthaas of zeeduivel, laten zich een biologische wijn inschenken en vergapen zich aan een dalende avondzon die versmelt met de almaar uitdijende torenmassa.
50
doen • zomer 2013
Mooier dan het huidige Waterlooplein in Mokum.
Minangkabau architectuur aan de Kralingse Plas? Dit gebouw sierde eerst de Parijse Wereldtentoonstelling bij de Eiffeltoren. Daarna werd het afgebroken, eerst in Den Haag en vervolgens in Rotterdam opnieuw opgebouwd. Nu huisvest het onder meer restaurant de Schone Lei.
Dineren op de stoep.
Echt wel Kralings: de dames van Amesz handelen in hoffelijke boeken.
Echt ambachtswerk: handgemaakte schoenen van Berlioz en de topcollectie van Greve.
Coolblue: een opvallend stevig staaltje Kralings ondernemerschap.
De fors uitgevallen buurt-Italiaan Osteria Vicini.
Ontdek Rotterdam Kr
Het Kralingse Bos ontwikkelt zich tot een echt Central Park.
Hotelverwennerij voor stud
enten / De pareltjes van
alinge
doen • zomer 2013
51
project
Bolwerk Gouda
Project afbouw parkeergarage Bolwerk Architect De Nijl Architecten te Rotterdam Opdrachtgever gemeente Gouda Project afbouw VerlorenKost 25 maisonnettes Architect Venster Architecten te Moordrecht Opdrachtgever Mozaïek Wonen Project afbouw Hofwoningen 28 appartementen Architect De Nijl Architecten te Rotterdam Opdrachtgever Mozaïek Wonen / Woningborg Duur van het project augustus 2012 – april/mei 2013
PROJECT
wij willen. wij kunnen. wij doen. SINDS 1922.
www.vanomme-degroot.nl
@vanommedegroot 58
doen • zomer 2013
facebook.com/vanommedegroot