VODG 100 jaar boek

Page 1

ROTTERDAMSE MET EEN EEUW

ERVARING

DAADKRACHT

ROTTERDAMSE DAADKRACHT MET EEN EEUW ERVARING

6

Door Hugo Borst

Je bent 64 jaar. Hoelang ga je nog door, Guus?

“Ja pleurt op. Weet ik ’t.”

De argeloze lezer is gewaarschuwd. De preutse lezer al helemaal. Dit zo zorgvuldig vormgegeven jubileumboek kent een wat onorthodox voorwoord. Wat hier volgt is geen politiek correct verhaal. Dat komt omdat het stamhoofd van Van Omme & De Groot scherp van tong is. Je zou ook kunnen zeggen: goh, die Guus de Groot is lekker duidelijk en direct zeg.

De trappen van het statige, klassieke pand aan de Heemraadssingel kraakten zojuist bij het omhooggaan. Ik spreek Guus op zijn verzoek ruim drie uur op zijn kantoor waar het ruikt naar rijkelijk geconsumeerde Cubaanse sigaren. “Ik rook als een ketter.”

Hierbinnen ook? “Overal.”

En niemand klaagt? “Nee.”

Maar het mag toch niet? “Nee natuurlijk niet. Ik mag nog niet eens in de auto roken met mijn chauffeur. Als die gaat zeuren, heb ik een probleem.”

Dus in het sollicitatiegesprek was aan hem de eerste vraag: “Kun je tegen roken?” “Nee, ik zei: ‘Rook je?”

Slim.

Al na een minuut of vijf heb ik de stellige indruk: deze directe man is de vleesgeworden Rotterdammer. Eentje uit een gepasseerd decennium. Ik herken een vleug Pim Fortuyn, een beetje Deelder, maar hij bezit ook de brutaliteit van Kaat Mossel en die van veel van Martin van Waardenbergs alter ego’s. En nu ik het toch over acteurs en komieken heb, Jaap Kooiman uit ‘Toen was geluk…’ schiet door mijn gedachten. Naarmate de middag vordert, bouwt Guus vastberaden aan zijn eigen authentieke zelf. Hij geeft werkelijk overal ongezouten commentaar op. Een echte Rotterdammert dus. Dat slag mensen typeert hij trouwens als volgt: “Een Rotterdammer klaagt niet. Hij werkt. Hij gaat altijd door.”

Prima rauw credo voor 100 jaar Van Omme & De Groot. Al wordt het op de website van de jubilaris moderner en Amerikaans verwoord: Wij willen. Wij kunnen. Wij doen. Guus zit tegenover me en dat is een waar genoegen. Gelukkig houdt hij zijn mond niet. Hij ontleedt de inwoner van de stad waar hij geboren werd en opgroeide. “Een

Rotterdammer loopt niet weg voor een probleem. Hij kan lijden. Het gaat ’m niet om geld. Het gaat om trots. Hij wordt verlegen als je hem een compliment geeft. Want dat krijgt ie zelden of nooit.”

Hij is een man die exact weet wat er in zijn branche te koop is, iemand die blaakt van het zelfvertrouwen. Guus weet precies hoe de hazen lopen in de bouwwereld. Uncut vertelt hij over zijn werk, over zijn leven. Zijn werk ís zijn leven trouwens. En omgekeerd.

Guus en ik schelen vier jaar. In 1970 blijken we dezelfde stadsderby te hebben bijgewoond. Eentje waarvan de uitslag er niet toe doet, maar een incident wel. Feyenoorddoelman Eddy Treytel schoot op het Kasteel een meeuw uit de lucht. Het beest viel morsdood neer. Wij blijken dezelfde middelbare school te hebben bezocht, het Caland aan de Argonautenweg. We haalden daar ons havo-diploma.

Net 20 jaar oud werd de telg uit een echte bouwfamilie van de hts getrapt. “Ik deed geen reet. Ja, uitgaan. Stobbe. Pui. Bikini. Laurentius. Bolwerk. Kwam jij daar ook?” Zijn vader tartte hem. Guus, het havistje dat nog zo veelbelovend op het gymnasium was begonnen in Hillegersberg-Schiebroek. Wat zei zijn ouweheer precies na de onheilstijding op de hogere technische school? “Hoe ik in godsnaam dacht te kunnen presteren in een bouwbedrijf zonder ingenieurstitel op zak?” Familieverhalen komen los. Over opa zaliger, over zijn vader - ook dood -, over zijn neef. Met een supersonische raket scheren we over een eeuw Van Omme & De Groot. Guus remt af bij het begin van de jaren tachtig. De muizen liggen dood voor de kast. Het familiebedrijf is nog niet zijn eigendom. En als het wel van hem is geworden, is de situatie twee keer (rond 1990 en 1995) heikel.

Er vielen de afgelopen decennia heel wat Rotterdamse bouwbedrijven om. Echte familiebedrijven. Maar niet Van Omme & De Groot! Dat staat er anno 2022 goed voor. Knap. De coronapandemie is overleefd. “De laatste 25 jaar zijn we gegroeid. We hebben ons als bedrijf beter op de kaart gezet. Maar laat ik niet hypocriet doen. We bestaan ook omdat we meer geluk dan pech hadden en omdat mijn personeel zich de tering heeft gewerkt.” Het meeste wordt nu verdiend met projectontwikkeling, net als zijn opa ooit deed. De bouwomzet bedraagt 80 miljoen, maar Guus zegt vooral rendementgedreven te zijn. Er zijn 130 mannen en vrouwen in dienst. Lag de focus voor de Tweede Wereldoorlog vaak op het laten verrijzen van schooltjes en portiekwoningen op Zuid, tegenwoordig gaat het om aanbestedingen, om bouw, projectontwikkeling en transformatie in heel het land. Van Omme & De Groot heeft mooie klussen lopen of op stapel staan in Winterswijk, Kudelstaart, Bergschenhoek, Schiedam en, uiteraard, in Rotterdam.

7

De hoofdverantwoordelijke, want dat is hij, praat over toolboxmeetings, over schoren en schroeven en loopplanken, over de Arbeidsinspectie en de verzekeringsmaatschappij. Zijn volume gaat ineens omhoog. Hij kaart het overdreven administreren aan. De regeltjes. “Helemaal geschift word je ervan. Regels, regels, regels. Mijn vader zei: ‘Ambtenaren maken regels en regels maken ambtenaren.’ Het is verdomme helemaal doorgeslagen in Nederland. Er bestaan zo veel onzinnige regeltjes. Dat wil je niet weten. Ik hoor het ook van een vriend, een topchirurg. Die man is briljant en die is een dag in de week kwijt met stom rapporteren. Zonde tijd. En als ie zes maanden later zijn eigen rapport wil inzien, dan kan dat niet vanwege de wet op de privacy. Rot nou effe gauw op.” Nog een ergernis. Iets waar hij in zijn vrije tijd tegenaan loopt. “Ook zo bizar. Je mag niet meer op snoek of paling vissen met een levend visje. Er moet een nepvissie aan. Ja, dahag. Gaan we dus niet doen.”

Guus is een zeer geoefende wedstrijdzeiler. Vroeger zat ie met de Soling tegen het Olympische niveau aan. Internationaal wedstrijdzeilen doet hij nu met een Draak en op de Loosdrechtse Plassen met de Pampus. Daar zeilt Guus zeker nog vier tot zes keer per jaar.

Het gesprek gaat van de hak op de tak. Ineens zitten we in de hoofdstad. Vroeger ging hij gezellig uit in Amsterdam omdat hier “geen reet te doen was.” Ik vraag of ie soms zo’n Rotterdammer is die een hekel heeft aan Amsterdammer. “Alleen aan hun mentaliteit. Echt hard werken doen ze daar niet, hè. Een uurtje later beginnen ’s ochtends en ’s middags een uurtje eerder het café in. En altijd jennen en zelf niks kunnen hebben. Wij blinken uit in zelfspot. En waar ik gek van word: als de metrobouw daar schade veroorzaakt of de kademuren storten een voor een in, dan wordt er meteen gelapt. Geld is nooit een probleem in Amsterdam. Hier wel. Rotterdam heeft een geweldig voetbalstadion nodig. Maar

“IK HEB EEN FANTASTISCH TEAM OM ME HEEN”

Een jarenlang verblijf in België heeft die lekkere typische natte t niet opgeheven. Hij was en is een belastingvluchteling, knikt hij. Komen we zo op. Daar, in België, op exact 96 kilometer rijden van de Heemraadssingel te Rotterdam, bewoont hij met zijn eega een kasteel. “Margot is daar de baas,” zegt hij nogal stellig. Als ik een wenkbrauw optrek, zegt Guus: “Ik zweer het. Of het nou om de kunst gaat die hangt bij ons of om de afstandsbediening. Ik heb thuis geen moer te vertellen.” We hoeven geen medelijden te hebben. Hij is een vrij man. We hebben het over zijn passie: reizen. Op pad in het buitenland is hij gelukkig. Aanstekelijk begint ie te vertellen. Over de natuur in Schotland. Stromende riviertjes met kwispelende zalmen. Opvliegende patrijzen, hun noodlot tegemoet, tegen een decor met heuvels. Blaffende jachthonden. Op de heuvels, in de bossen, in de Highlands, in de wind of in de regen, of de zon natuurlijk voelen op je smoelwerk. Meestal reist hij met vrienden.

dat krijg je financieel nooit helemaal gedekt. Het komt er niet, omdat niemand 50 miljoen verlies wenst te pakken. Best treurig, want verdeeld over 100 jaar is 50 miljoen niks. Het rare is: het Eurovisie Songfestival van 2021 kreeg er van Rotterdam wel 25 miljoen bij. Terecht. Had een enorme impact in de wereld.”

Heb je geld in Feyenoord gestopt? “Ik ben voor Feyenoord. Ik heb weleens met een aantal mensen geld in de club gestoken. Hoeveel? 30 miljoen, samen met De Vrienden van Feyenoord hè. Ze noemden het een investeringsmodel, maar we wisten dat we het kwijt zouden zijn. Tenminste ik wel. Ik heb het in twee jaar afgeschreven, joh. Is niet erg. Al doe ik het nooit meer. Als je makkelijk van je geld af wilt komen, moet je een jachtwerf kopen. Of een boot. Een vliegtuig. Of een voetbalclub. Wat een verrotte wereld is dat geworden, die voetballerij. Dat nieuwe stadion wat er zou moeten komen.

8
Beagles Boy II, Joris IV en Buddy III Douarnenez, zeilen met Draak GlenLivet, jacht Hochgurgel, wintersport Guus en Margot
9

Als je ziet wat adviseurs en banken opstrijken. Al het begingeld is weg. Ik vind dat krankzinnig. Al zeg ik er meteen bij: ik bewaar aan heel vroeger warme herinneringen. Mijn vader kaartte met de legendarische Feyenoord-trainer Ernst Happel. En de familie had natuurlijk huurhuissies. Zij huisvestten een deel van de voetballers van Feyenoord en Sparta. Coen Moulijn - ach dat was een lieve man - hielp hij met het maken van zijn contracten. Zo’n briljante voetballer en relatief weinig overgehouden. Triest eigenlijk.”

Ik heb je niet in de Quote 500 zien staan. “Gelukkig niet. Ik sta als ‘Belg’ niet op de radar.”

Gevlucht voor de Nederlandse fiscus. “Als je als kapitaalkrachtig iemand doodgaat in Nederland is er netto tien procent over van wat je hebt verdiend. Wat eraf gaat is crimineel. Loonbelasting, vermogensbelasting, dividendbelasting, btw, erfbelasting. Ik wil graag een gedeelte van mijn vermogen schenken aan goede doelen. Dat gaat in België, blijkt, veel beter. Omdat ik daar maar een fractie betaal over mijn vermogen. In Nederland is dat veel te hoog. Het is belachelijk. Mensen zoals ik, ons wordt het

leven zuur gemaakt. De wil om lekker te ondernemen wordt je ontnomen. Dat snappen ze in Den Haag maar niet.”

Wat deugt er nog meer niet aan Nederland?

“Tijdens de pandemie word je niet opgeroepen met andere kwalen dan covid. Sommigen twee jaar niet. Ook niet met poen in je zak. In wat voor land leef je dan? Dat kost levens.”

Mag je stemmen?

“Ik stem al langer dan twintig jaar niet. Ik geloof niet in politiek. Pim Fortuyn was een excentriekeling, een vermakelijke man. Maar Thierry Baudet, dat is een enge en gevaarlijke man. En Joost Eerdmans vind ik een zwalker, van de ene partij naar de andere. Als ik moest stemmen, koos ik Caroline van der Plas. Lekker duidelijk en tegendraads ja. Mijn ouders stemden op boer Koekkoek. Echte tegenstemmers. Dat zou ik ook zijn.”

Wat deugt er nog meer niet?

“Ik geloof niet in deeltijd werken. Dat veel minder werken wordt een wettelijk recht. Dat is de nekslag voor ons soort bedrijven. Straks wordt het twee dagen arbeid per week. Zo

10

“EEN ROTTERDAMMER KLAAGT NIET.

HIJ WERKT. HIJ GAAT ALTIJD DOOR”

Je bent erg uitgesproken en direct. Dat zal hier en daar wrevel wekken. Wat is het lelijkste dat iemand over jou gezegd heeft?

“Het ergste zou zijn als iemand zegt dat ik onbetrouwbaar ben. Dat ben ik niet. Kijk, dat ik niet altijd aardig ben, dat is waar.”

Je kunt een hork zijn, hè?

“Gigantisch! Als het mij niet zint, dan merk je dat wel. Maar dat is dan niet zonder reden in mijn beleving. Ik heb dat ook niet met een hoop mensen. Ik heb trouwens ook niet heel veel vrienden, dat vind ik helemaal niet spannend. Vrienden, daar heb je er maar een paar van. Daar zeil of jaag ik mee. Plezier maken. Snoek vissen in Loosdrecht.”

Ik probeer het nog eens, Guus. “Wat?”

Hoelang wil je nog door met Van Omme & De Groot? “Weet ik niet.”

Vind je het echt nog leuk?

“Ik heb een fantastisch team om me heen en vind het hartstikke leuk. Ik zou ook niet weten wat ik anders moest doen. Maar ik word een dagje ouder. Ik heb al meer dan twintig jaar suikerziekte. Dus ik moet zeer uitkijken met wat ik eet en drink helaas. Dat was vroeger wel anders. Al ga ik er nog altijd pas om twee uur in en ik ben om zeven uur op. Maar onderweg doe ik soms een tukkie. Geloof me, ik zal het moment voor zijn dat ik het niet meer fysiek kan opbrengen. Of geestelijk niet meer scherp genoeg ben. Maar zo ver is het nog lang niet.”

Het is een familiebedrijf. Jullie hebben geen kinderen. “Ik kan het in die zin niet overdragen, nee. In die twee coronajaren heb ik daarover overigens veel zitten nadenken. Ik ben er nog niet over uit. Als ik thuis kom te zitten Mijn vrouw gaat ook door. Ze heeft een eigen bedrijf, 800 mannen en vrouwen in dienst. Wij zitten niet stil.”

Laatste keer: Guus de Groot, hoelang ga je nog door? “Luister nou eens goed. Mijn vrouw zegt altijd: ‘Dat vraag je aan Queen Elizabeth en Mick Jagger toch ook niet?”

11 gaan de bedrijfsidentiteit en homogeniteit eraan. Ik ben er extreem op tegen.”
16 26 74 88 106 134 158
WILSKRACHT MENSKRACHT GEESTKRACHT VEERKRACHT DENKKRACHT SLAGKRACHT TIJDLIJN
“EEN GOEDE DIRECTEUR, DIE LEEST DE KRANT, DENKT NA, ROOKT EEN SIGAAR
EN IS BESCHIKBAAR VOOR ZIJN MENSEN”

WILS KRACHT

[Wilskracht.] – De vastberadenheid om iets te bereiken. Wilskracht wordt gevormd door uithoudingsvermogen, energie en volharding. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘Van Omme & De Groot toonde in de afgelopen 100 jaar op vele momenten grote wilskracht.’

Guus-Jan en Guus de Groot tijdens een studiereis in Instanbul De oprichters Augustinus de Groot en Jan Zweer van Omme De eerste en tweede generatie De Groot
18 Wilskracht WILS KRACHT

De geschiedenis van de stad waarin Van Omme & De Groot is gehuisvest, tekent het bedrijf. Van Omme & De Groot betekent veel voor de stad, al weigert het daarmee te pochen. ‘Niet lullen, maar poetsen’ is het credo van dit familiebedrijf, dat op wilskracht ook de pittigste stormen doorstond.

De start

Een kringetje sigarenrook stijgt op boven de tafel. Guus de Groot, eigenaar van Van Omme & De Groot en telg uit de Rotterdamse aannemersfamilie, gaat er eens goed voor zitten. Hij heeft net zijn sigarenknipper weggelegd, een nieuwe sigaar aangestoken en een glas water ingeschonken. Op tafel liggen stapels papieren, bewijsstukken van een roemrijk bestaan dat nu al 100 jaar duurt. Zijn grootvader Augustinus de Groot begon het bedrijf, een eeuw geleden, samen met Jan Zweer van Omme. De twee hadden elkaar leren kennen op een toepasselijke plek: een bouwplaats. Twee jonge ‘gozers’ waren het, allebei barstend van de ambitie, die al snel een klik hadden.

Wederopbouw

Karakter en doorzettingsvermogen kenmerkten het duo in de magere beginjaren. Maar gelukkig kwam er al snel wat meer vet op de botten. Tot de Tweede Wereldoorlog, toen de opdrachten opdroogden en de twee weigerden voor de Duitsers te werken. Het bedrijf werd zelfs tijdelijk opgeheven. Een groter ‘kruispunt’ in het bestaan van Van Omme & De Groot was niet denkbaar. Na de bevrijding werd de handschoen direct weer opgepakt. Het land moest na de oorlog weer worden opgebouwd, dus er was grote vraag naar bouwers. Al snel droeg het bedrijf nadrukkelijk bij aan de ontwikkeling van grote delen van de stad, die bovendien stevig begon te groeien. Na 100 jaar werk is het onmogelijk om door de regio rijdend geen bouwproject van Van Omme & De Groot te zien. “Soms rij ik door Rotterdam-Zuid, Schiebroek, Nesselande of Prinsenland, en dan zie ik onze woningen en onze scholen”, zegt Guus. “Die staan er allemaal nog. Dat zijn toch leuke dingen? Die zijn nog door mijn opa gebouwd! Maar erover mijmeren zal ik niet”, lacht Guus, “dat zit niet in mijn karakter. Al heeft dit jubileumboek me wel weer aan het denken gezet.” Guus waakt er nadrukkelijk voor: hij wil zichzelf niet op de borst slaan. Een bijdrage aan

de maatschappij? Vast en zeker, de feiten wijzen het uit. Maar laat het hem niet horen. Pochen, dat doen anderen maar. “We hebben gewoon gebouwd, hoor.”

Op wilskracht kwam het bedrijf dus de oorlog door. Oprichters Jan Zweer van Omme en Augustinus de Groot volhardden en wisten na de oorlog een afspraak te maken met de overheid over de prijs die een te bouwen huurhuis mocht kosten. Dat was cruciaal in de groei. “Na zo’n afspraak kreeg je de opdracht op de ene plek tweehonderd woningen te bouwen en op de andere driehonderd”, weet Guus. “Er moest gebouwd worden, hè? Er was enorme woningnood in die tijd.” Over het zakendoen werd slim nagedacht: Omegro werd opgericht, als vastgoedbedrijf voor de in eigen beheer gebouwde woningen, een nieuwe bedrijfsnaam die enkele jaren geleden weer nieuw leven is ingeblazen. “In dat bedrijf werd het onroerend goed van de ‘ouweheren’ opgenomen.” Dat was een slimme zet. Na vijftien, twintig jaar wederopbouw was er genoeg om tevreden over te zijn, maar de karakters botsten. De tweede generaties Van Omme en De Groot raakten gebrouilleerd, maar het bouwbedrijf bleef – op wilskracht – overeind. “Ze spraken elkaar uiteindelijk niet eens meer”, vertelt Guus. “Er werd niet vergaderd. De boekhouder ging gewoon met de stukken heen en weer. Terwijl er ook toen gewoon werd doorgebouwd. Een gekke situatie natuurlijk, die zo haar uitdagingen kende. Maar ik begrijp het wel. Zoiets heb ik later, toen mijn neef en ik als derde generatie aan het roer kwamen te staan, ook weleens gehad. Je kunt je toch een beetje aan elkaar gaan ergeren. Mijn neef en ik dachten heel anders over zaken. Ik heb mijn neef daarom uiteindelijk uitgekocht.” Dat was een besluit dat Guus moest nemen op wilskracht, dat typische aspect van de Van Omme & De Groot-aanpak. Was dit het waard? Na deze uitkoop zou hij voor grote financiële uitdagingen komen te staan, wist hij. “Het heeft me destijds al mijn centen gekost, maar het was achteraf bezien wel het goede besluit.”

Wilskracht 19

“LIGGEN ER KANSEN, GRIJP ZE DAN!”

Centraal in Rotterdam

Veel is totaal anders geworden sinds 100 jaar geleden de eerste schreden in de bouwwereld werden gezet. Het zo typisch Rotterdamse geluid van het slaan van heipalen bijvoorbeeld is anders. Dat gebeurde vroeger nog met loodzware stellages. En vroeger liet Augustinus de Groot soms ook alleen de voorgevel van een nieuw woningproject door een architect ontwerpen. Dan ontwierp hij de rest gewoon zelf, uit zuinigheid. “Het bouwen is tegenwoordig natuurlijk veel meer aan regels gebonden”, zegt Guus, alweer op weg naar een nieuwe sigaar, in zijn schitterende kantoor.

Van Omme & De Groot koestert de monumentale locatie aan de Heemraadssingel: het is een van de weinige bedrijven in de bouwsector die de binnenstad wel trouw is gebleven. De meeste zitten tegenwoordig in kantoorkolossen buiten de stad. Van Omme & De Groot niet: zij zijn nog steeds centraal gevestigd aan de Heemraadssingel in Rotterdam. Het interieur toont klassiek, als een ode aan vervlogen tijden. Op de indrukwekkende houten voordeur zit aan de binnenkant nog altijd een bordje geschroefd: ‘Pas op, laat de honden niet mee naar buiten lopen.’ De honden van Guus lopen er al een tijd niet meer rond, maar het bordje blijft hangen. “Ja, ons pand is voor sommige gasten wel even wennen”, zegt Marco Dijkshoorn, directeur projectontwikkeling, lachend. Marco kwam hier zelf ooit als stagiair binnen. Langzaam klom hij op en inmiddels is hij een van de vertrouwelingen van Guus. Hij is familie zonder familie te zijn. Een baken van kennis in het bedrijf, zoals veel werknemers die hier langer rondlopen dat zijn. “Ik ben ooit begonnen met het archiveren van stukken”, vertelt hij. “Een ander zou misschien zeggen: ‘Nou, lekkere klus!’ Ik dacht daar anders over. Ik leerde het bedrijf in één klap kennen.”

Mouwen opstropen

Bij Van Omme & De Groot heerste op dat moment al een cultuur van ‘niet lullen, maar poetsen’. Mouwen opstropen was het devies. “Ik was negentien toen ik op de hts zat in Rotterdam. Mijn vader was in die tijd

directeur van een bedrijf in vastgoedbeheer. Hij kwam een keer aan tafel te zitten. ‘Mijn zoon heeft wat uren over’, zei hij tegen Guus. ‘Heb jij geen baantje voor hem, Guus? Marco verveelt zich en moet gewoon het vak leren in de praktijk.’ Guus keek mijn vader aan en zei: ‘Direct laten komen, die jongen.’ De volgende dag stond ik hier op de stoep.”

Marco bleef, zoals er zovelen bleven. “Als je naar ons managementteam kijkt, en naar veel mensen daaromheen, dan zie je dat ze hier al 20, 25 jaar of zelfs langer werken. Die betrokkenheid kenmerkt ons. Daardoor zijn we ook zo ver gekomen.”

“We kennen elkaar in dit bedrijf na al die jaren inderdaad goed”, bevestigt commercieel directeur Olaf Lange. Lachend: “Iedereen is uiteindelijk vervangbaar, maar soms weet ik niet wat ik zonder de collega’s die ik al jaren ken, zou moeten. Binnen de directie weten we door alle ervaring wel wat Guus denkt. Hij kan impulsieve besluiten nemen, maar meestal hebben we aan een half woord al genoeg. En soms zeggen we dat ook: ‘Guus, zullen we dit zo aanpakken?’” Daar kan technisch directeur Ruud de Schepper zich helemaal in vinden. “Het wil ook weleens bulderen, maar dat is snel vergeten.” Niet lullen, maar poetsen dus. En: wilskracht tonen. Liggen er kansen, grijp ze dan. “Vaak gingen we tot ’s avonds laat door”, vertelt Olaf. “Dan liet Guus maaltijden aanrukken en gingen we een hap eten met elkaar. Geen slechte pizza hoor, maar goede biefstukken van Old Dutch. En dan om half zeven, zeven uur doorknallen tot het werk af was. Het werk moest af, en zo zorgden we daarvoor. Dit is inmiddels wel een beetje anders geworden. Mensen stellen andere prioriteiten in hun levens, ze willen een betere balans tussen werk en privé. Dat is voor ons weleens moeilijk, we zijn anders gewend. Maar weet je: eigenlijk gebeurt dat overwerken nog wel.” Marco: “Maar dan doen onze mensen het thuis, ieder voor zich, achter de laptop.” Olivier Hoogveld, mededirectielid, vult aan: “De inzet is onverminderd. Er wordt op die manier nog steeds keihard doorgepakt.”

20 Wilskracht
Directieleden van Van Omme & De Groot Het kantoor aan de Heemraadssingel
Wilskracht 21

De Fabiusschool in Rotterdam is het allereerste werk dat door Van Omme & De Groot werd aangenomen, naar een ontwerp van architect J.P. Logemann en voor een bedrag van 120.000 gulden. De bouw werd gestart in 1922 en de school werd opgeleverd in 1923. Kwaliteit verloochent zich niet, dat is wel duidelijk: het gebouw staat er na 100 jaar nog altijd prachtig bij. Later werden onder meer op RotterdamZuid nog veel meer scholen gebouwd door Van Omme & De Groot.

22 Wilskracht
FABIUSSCHOOL, ROTTERDAM 1923
Wilskracht 23 2022

In de Rotterdamse wijk Hillegersberg verrezen eind jaren tachtig op een prachtige plek 76 koopappartementen met een schitterende gezamenlijke tuin, in een zeker voor die tijd exclusief en hoger prijssegment.

Van Omme & De Groot kreeg voor het eerst te maken met een vriendelijk maar kritisch en mondig koperspubliek. Het antwoord ‘dat kan niet’ bestond niet in de ogen van deze kopers. Koperswijzigingen werden soms zelfs nog doorgevoerd met de kubel beton al boven de bekisting. Dat had impact: de klantgerichte houding van Van Omme & De Groot is volgens oudgedienden van het bedrijf hier ontstaan.

ALEYDA VAN RAAPHORSTLAAN, ROTTERDAM 1988 24 Wilskracht
2022 Wilskracht 25

MENS KRACHT

[Menskracht.] – Het geheel van mensen dat beschikbaar is om arbeid te verrichten. Menskracht is essentieel voor bedrijven. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘De menskracht nam in de beginjaren van Van Omme & De Groot al meteen snel toe.’

MENS KRACHT

Guus de Groot is de enige naamgever die nu nog aan het roer staat. Van Omme & De Groot kent het unieke karakter van een familiebedrijf, waarin werknemers voor elkaar door het vuur gaan. “Ons motto is niet voor niks: Wij willen. Wij kunnen. Wij doen.”

Poolse infanteristen

“Mijn vader, de zoon van de baas, moest gewoon aan de bak. Hij heeft in Schiebroek nog zand en grind staan scheppen. Dat was een pleurisbaan hoor, nou. Zo zwaar! En opa hoorde ’m dan thuiskomen hè, na het stappen, want mijn vader hield ook nog eens van uitgaan. Ook doordeweeks.” Guus schatert. Hij zit aan tafel in zijn lievelingsrestaurant Old Dutch, op een steenworp afstand van het hoofdkantoor. Een kop koffie en een glaasje korenwijn staan voor z’n neus. “Zo”, heeft hij al aangekondigd, “gaan we aan tafel laten koken. Kreeftensoep. Dat moet je een keer meemaken!” Maar zover is het nog niet. Eerst neemt hij het er nog van, de la met verhalen van vroeger in zijn hoofd weer wijdopen.

“Mijn opa had daarom een bezem naast zijn bed gelegd, waarmee hij om vijf uur ’s ochtends op het plafond bonkte om mijn vader weer uit z’n nest te krijgen. Die lag een verdieping hoger z’n roes uit te slapen, maar daar was geen tijd voor. Want hij moest van opa natuurlijk gewoon weer aan een nieuwe dag beginnen.” Opa De Groot overleed, net als Van Omme, te jong. Pa De Groot is inmiddels ook overleden. Sinds begin jaren

negentig staat Guus zélf aan het roer. Hij bouwde het bedrijf uit tot wat het nu is, en dat - in tegenstelling tot talloze andere Nederlandse bouwbedrijven van deze omvang - nog wél gewoon zelfstandig is. Onder zijn leiding bleef veel hetzelfde: de gewoonte elkaar bij de voornaam aan te spreken, het spraakmakende kantoor, maar veel is ook anders. De ogen van Guus beginnen te glimmen als hij daarover begint. Praten over het werk en de familiegeschiedenis doet hij graag, al benadrukt hij ook dat het niet te veel moet worden. “Er moet wel gewerkt worden. Ik zit vandaag weer twee uur over mezelf te lullen, joh. Dat is veel te veel.”

Met tegenzin dus, maar wel met vrolijke tegenzin. “We hadden vroeger onze eigen mobiele betoncentrales. Dan was er zand, grind en cement gestort, en dat moest je dan bij elkaar gooien. Zo draaiden we in die tijd zelf beton. Loodzwaar werk was het. Waarin alle zeilen moesten worden bijgezet. In de periode net na de oorlog moest dat al helemaal. Er was geen bouwmateriaal te krijgen, maar Nederland moest wel worden volgebouwd. We namen een bouwerij over bij Arnhem. Dat was moeilijk, we moesten flinke aantallen woningen gaan

28 Menskracht

bouwen met veel menskracht.” Opa bedacht met wie. Van Omme & De Groot nam Poolse infanteristen aan, die in deze regio vastzaten omdat ze niet terug konden naar Polen. Tientallen jaren later zit het bedrijf weer om personeel te springen. “Als er iemand komt vertellen dat hij vertrekt, gaat het snel. Ga maar na: met aftrek van vakantiedagen is iemand soms opeens drie weken later al vertrokken. Nou, vind maar eens iemand nu.”

Ook daarom wil hij goed voor zijn personeel zorgen. “Bij andere bedrijven moet je in je hok blijven. Daar mag je één ding doen. Bij ons niet. Hier krijg je veel en van alles op je bord. Je mag zelf laten zien dat je het aankunt.”

Saamhorigheid

Vertrekken doen er weinig – en het is zelfs al gebeurd, dat mensen weer terugkeren. Guus, lachend: “Dan staan ze hier weer, aan je bureau. ‘Guus,’ zeggen ze, ‘waar ik nu werk, dat is mijn bedrijf niet. Het valt tegen.’ Ik weet dan al hoe laat het is. Ze hebben op zo’n andere plek gewoon veel minder leuk werk.” Dan, serieuzer: “Ik ken helaas niet iedereen meer bij naam en neem ook niet zelf iedereen aan”, bekent hij. “Maar ik vind het wel fijn

als ze gewoon eens binnenlopen. En vertellen waar ze mee bezig zijn.”

Die saamhorigheid bracht het bedrijf ver. “We hebben een tijdlang de AEX-beurs in Amsterdam als klant gehad. Dat is een monumentaal pand, daar mag je helemaal niks. Ja, ’s avonds binnenkomen en ’s ochtends in de vroegte weer weg zijn. We moesten stevig bijschakelen om de klussen daar te klaren, maar dat deden we wel.” Terwijl de ober de korenwijn bijschenkt – “Doe maar net alsof het een luxe jenever is, dat drink je toch ook?” –, herinnert Guus zich levendig hoe. “Nou, we stonden gerust met het hele kantoorpersoneel te bezemen. Dat hoorde er gewoon bij. En het werd gezien, hè? We hebben die klant jaren gehad.” Pas toen het gebouw door Fransen werd overgenomen, veranderde dat. Een paar dagen later vertelt directeur Olaf Lange daar lachend over: “Ik heb nog een keer eten voor iedereen gehaald bij een hamburgertent. Dus ik naar die zaak. ‘Doe mij maar zestig hamburgers’, zei ik. Zegt die vrouw: “Wilt u ze hier opeten of meenemen?” Door de vergaderzaal galmt een schaterlach. “Dat is toch prachtig?”

Burgemeester Chris Matser (Arnhem) AEX-beurs in Amsterdam Bouwerij Arnhem Bouwerij Arnhem
Menskracht 29

Na de oorlog waren de bouwmaterialen schaars. Zó schaars, dat zoon Jan de Groot langsvarende schepen op de Rijn benaderde en de bemanning ervan probeerde te overtuigen om hun producten aan hem te verkopen. Dat lukte. Deels met deze materialen bouwde Van Omme & De Groot, voor een bouwsom van ruim negen miljoen gulden, maar liefst 895 woningen in Arnhem. Het vinden van menskracht was wel een uitdaging: als metselaars werden Poolse infanteriesoldaten ingezet, die in Nederland waren blijven steken vanwege de Russische annexatie van hun moederland.

ARNHEM-ZUID 1947 30 Menskracht
2022 Menskracht 31

Jan Zweer van Omme wilde zo graag een werk aannemen, dat hij de afschrijving van de bekisting ‘vergat’ op te nemen in de begroting. De bouw van het Delta Hotel werd zo inderdaad binnengehaald, maar in financieel opzicht volgde er een uitdaging. Op de bouwplaats moest op van alles worden bezuinigd om de kosten alsnog dekkend te krijgen. Uren en materialen werden noodgedwongen weggeschreven op andere projecten. Om nog meer op de kosten te beknibbelen werd ook een goedkope tijdelijke damwand aangeschaft, die niet helemaal waterdicht bleek. Het Delta Hotel werd desondanks schitterend.

Het hotel bevindt zich nog altijd op een befaamde stek aan het water. Na de oplevering dook er nóg een uitdaging op: schepen raakten meermalen de damwand, waardoor duikers eraan te pas moesten komen om de boel te repareren.

DELTA HOTEL, VLAARDINGEN 1955 32 Menskracht
2022 Menskracht 33

RENÉ, FRANS EN GUUS

34 Menskracht

Hartelijk is het weerzien. Wat wil je anders, na zoveel jaar? “Man, ik heb je misschien wel dertig jaar niet gezien”, zegt Guus de Groot lachend als hij in de armen valt van de oude chef van de Materieeldienst, Frans van de Goorbergh. De huidige chef van de Materieeldienst, René van Vliet, kijkt geanimeerd toe. De opluchting spat van de begroeting af. Eindelijk staat Frans in levenden lijve voor hun neus.

Natuurlijk wilde hij een keer langskomen, had Frans een week eerder aan de telefoon laten weten. Bij Van Omme & De Groot was hij tenslotte decennialang de baas van de werkplaats en de materieeldienst geweest. “En dat was mooi werk”, vertelde hij aan de lijn. Maar het had dus heel wat voeten in de aarde gehad om dat uit zijn mond te horen. “Want Frans aan de lijn krijgen was nog een hele opgave”, lacht Guus. “LinkedIn, Facebook: niets lukte. Die man was onvindbaar!” Frans lacht verlegen: “Was ik slecht bereikbaar? Ik doe inderdaad niet veel met mijn telefoon. Ik kwam er pas laat achter dat Guus me voor dit boek probeerde te bereiken. Dat was wat, ja. Ik had Guus al dertig jaar niet meer gesproken! Ik heb ooit een burn-out gehad, zoals ze dat nu zouden noemen. Daarna ben ik bij Van Omme & De Groot vertrokken, de koek leek gewoon op. Maar ik kreeg spijt. Ik had niet weg moeten gaan. Alleen: je had zo je trots, hè? Ik weigerde Guus daarna te bellen en te vragen of ik terug mocht komen. Zo zat ik niet in elkaar.” Om de ontmoeting compleet te maken is ook de huidige baas van de Materieeldienst aangeschoven. De drie heren branden los: over de koffietafel van de Sevillaweg vliegt al snel de ene na de

andere herinnering. “Ik maakte destijds alles in orde en dat was precies de bedoeling”, vertelt Frans. “Los het maar op, leek het devies. Alles liep in die tijd nog veel meer door elkaar dan nu. Toen Guus een ongeluk had gehad op de Duitse Autobahn liet z’n vader de wagen waarmee hij dat ongeluk had gehad tijdenlang midden in de werkplaats staan. Zodat zijn zoon al die tijd kon zien hoeveel geluk hij had gehad. Want dat ding zat helemaal in elkaar. We hebben wat meegemaakt…” In de jaren na zijn vertrek werd het bedrijf nog veel groter dan het was, vertelt Frans. “Dat vond ik mooi om te zien.”

Met z’n drieën poseren de mannen na een lang gesprek in de werkplaats voor de fotograaf. Frans werpt een blik op het magazijn van nu, dat is uitgerust met zo’n beetje al het nodige. De beste spullen, de meeste spullen. “Wat ben ik blij jou weer eens te zien, man”, zegt Guus, terwijl hij Frans opgetogen aankijkt. “Dit is toch prachtig!”, zegt René. De ochtend zit erop, de plicht roept. Met zijn jas al aan doet Frans een ontboezeming. “Soms fiets ik even langs een bouwplaats van Van Omme & De Groot. Dat vind ik fijn. Dan voel ik trots.”

Menskracht 35

ARIE DE ZEEUW

“Op mijn 50ste kwam ik bij Van Omme & De Groot terecht. Dat was een gouden zet, want voor werknemers bleek Van Omme & De Groot een geweldig bedrijf. Hier gingen de mensen zó goed met elkaar om. Dat was zoiets formidabels. Ik heb, gestimuleerd door die warmte, meteen mijn schouders onder het werk gezet. Ik ben de administratie gaan oppakken op de Heemraadssingel.”

“Op de tweede verdieping, Guus zat ondertussen op de eerste. Dagelijks liep ik door de sigarenrook en langs de honden… Binnen een jaar had ik de administratie helemaal op orde. Maar ook daarna heb ik er nog vele jaren met groot plezier gewerkt. Er werd natuurlijk nogal recht voor z’n raap gecommuniceerd op kantoor. ‘Ouwetje’, noemde Guus me. Dag en nacht kon ik hem bereiken. Dit zijn de gelukkigste jaren van mijn leven geweest. Soms gingen Guus en ik na het werk naar Old Dutch. Dat was nogal wat. Old Dutch was een van de chiquere tenten van de stad. Daar kwam je

niet, als ‘normaal’ persoon. Guus wel. Hij was er kind aan huis. Zelfs de hond van Guus kreeg er een diner! Een bal gehakt met gestampte andijvie. Dat stond dan ook gewoon op de rekening. Met de naam van de hond er zelfs bij. Guus zei altijd: ‘En Arie, hoe is het met moeders?’ Dan bedoelde hij mijn vrouw. Dat vond ik attent. Ik ben alweer jaren weg, maar ik krijg nog elk jaar een kerstpakket. Welk bedrijf doet dat nu, 22 jaar na vertrek? Dat vind ik nou hartverwarmend. Ik ben opgenomen in de familie, en dat is goud waard.”

PENSIONADO 36 Menskracht
Menskracht 37
38 Menskracht

PIET VAN DER LINDE

“Ik heb heel lang bij Van Omme & De Groot gewerkt. Van m’n 21ste tot mijn pensioen. Zelf kwam ik ook echt uit een Rotterdamse familie. Een Rotterdamse jongen bij een Rotterdams bedrijf, dat is toch mooi? Aanvankelijk had ik niet zoveel met de familie De Groot zelf te maken. Dat kwam pas later. Toen stapte ik gewoon bij Guus de Groot het kantoor binnen als er eens iets opgelost moest worden.”

“Ik was inmiddels al opgeklommen. Timmerman, dat was ik eerst. En als projectleider ging ik met pensioen. Dat is nogal een pad, al zeggen die titels me niks hoor. Want we kregen dit werk met z’n allen voor elkaar. Het was wel hard zwemmen, keihard zwemmen, en dan maar zien te blijven drijven. Je zorgde er maar voor dat je het redde. Want de dingen moesten gewoon klaar, punt uit. Maar ik redde het wel, en zo heb ik op mijn manier ook een steentje bijgedragen aan de wederopbouw van Rotterdam. Want de stad was toen ik begon nog heel anders. Er waren overal lege stukken grond, al had ik het veel te druk om daar lang bij stil te staan. Ik heb overigens de mindere tijden in de bouw ook meegemaakt natuurlijk. De oliecrisis, bijvoorbeeld. Dat moesten we met elkaar zien te overleven. Ook dat lukte. Met een beetje geluk soms, dan zat het heel erg mee, maar vooral door heel hard te werken.”

Menskracht 39
PENSIONADO

CHRIS BROERE

“Ik ben bij Van Omme & De Groot begonnen in de herfst van 1986, 44 jaar oud. Ik had al veel achter de rug en was blij dat ik bij dit bedrijf kon gaan werken. De economie was er slecht aan toe destijds, maar ik kon toch aan de slag. Ik heb keihard gewerkt, zeker in de laatste zes, zeven jaar van mijn loopbaan. We kregen de AEX-beurs in Amsterdam als klant.”

“Dat betekende dat er vaak ’s avonds en ’s nachts moest worden doorgewerkt. Als de bloemist daar de kraan vergat dicht te draaien, en dat wilde nog weleens gebeuren, moest ik zo snel mogelijk naar de beurs toe om te voorkomen dat de boel er helemaal blank kwam te staan. Want de beurs moest altijd door. Dat wisten we allemaal. Daar ging je wel hard van lopen. In 2002 ging ik met pensioen, het was goed geweest. Maar in 2006 belde Guus me weer op. Het aangekochte kantoorpand naast de Heemraadssingel 223 moest worden verbouwd, maar er was niemand die dat kon uitvoeren. ‘Chris, hoor eens, zou jij dat willen doen? Denk er eens over.’ Ik leidde inmiddels een rustiger leven, maar hoefde er niet lang over na te denken. Na een week belde ik terug. ‘Ik doe het.’ Ik heb een klein halfjaar over die verbouwing gedaan. Het viel me wel zwaar hoor, want ik had natuurlijk een tijdje niks uitgevoerd. Toen de klus erop zat, was ik ook blij. Toen was het werk écht klaar. ‘We wisten wel dat je terug zou komen’, grapte Guus. Hij had het voorvoeld.”

40 Menskracht
PENSIONADO
Menskracht 41
42 Menskracht

HANS VAN STRAALEN

“Eind jaren tachtig kwam ik bij Van Omme & De Groot binnen. Ik was voor die tijd torenkraanmachinist bij Dura Vermeer geweest. Dat werd ik nu hier. Ik werkte dus hoog in de lucht. Ik keek de hele dag naar beneden. Zwaar werk? Je moest altijd opletten wat je deed natuurlijk. Want je was met mensen bezig, en met zware stukken. Ik zet mezelf niet op een voetstuk hoor, maar ik deed mijn werk blijkbaar naar behoren. Want ik mocht blijven. En ik bleef tot aan mijn pensioen. Soms stond Guus opeens naast me, als ik eens niet hoog in de lucht bivakkeerde. ‘Joh, geef me een sjekkie’, zei hij dan. Ik rookte zware shag in die tijd. Natuurlijk kreeg hij dan wat te roken, hij betaalde tenslotte mijn salaris steeds op tijd. Dankzij hem kon ik die shag kopen! Toen ik al met pensioen was, zei Guus: ‘Ik heb werk genoeg voor je.’ ‘Nee,’ zei ik tegen Guus, ‘ik heb al een bank, een auto en een huis.’ Het hoefde niet meer, het was klaar. Ik wilde nog een paar jaar gaan genieten. Beetje rijden, beetje fietsen. Dat heb ik gedaan. Maar weet je wat ik mooi vind? Het bedrijf is me niet vergeten. Nu sta ik zelfs in dit boek. En misschien belt Guus nog wel een keer, binnenkort. Dat ie toch echt weer werk voor me heeft.” Lachend: “Dan kan ik z’n auto wassen.”

“Mijn collega’s op de bouwplaats waren allemaal toffe kerels. Ik genoot van de samenwerking. We moesten het met z’n allen doen, hè? Daarom waren we er voor elkaar. Dat was bijzonder.”
Menskracht 43 PENSIONADO

HANS VAN DE BERG

“Ik heb mijn hele leven in de bouwwereld gewerkt. Tien jaar ben ik nu met pensioen, maar ik mis het vak nog steeds. Ik zou ook zo willen terugkeren op de bouwplaats, maar ja: mijn leeftijd, hè? De jaren zijn gaan tellen. Ik ben al 73! Bij Van Omme & De Groot heb ik twaalf jaar lang gewerkt.”

“Ik werkte aan de renovatieprojecten, daar hield ik van, meer dan van nieuwbouw. Bovendien begeleidde ik leerlingen. Dat deed ik met plezier. Of ik streng moest zijn? Welnee. Ik kon het juist goed met die jongens vinden. Vier, vijf van de jongens die ik heb opgeleid, werken er nu nog. Dat vind ik zó leuk. Eentje was metselaar en is tegenwoordig uitvoerder. Mooie loopbanen. Ik ga nog weleens bij die jongens kijken als ze aan het werk zijn. Dan kijk ik op internet waar er wordt gewerkt op dat moment. Als dat een beetje in de buurt is, stap ik op de fiets en rij ik erheen. En ja, dan is er herkenning. Tussen mij en die gasten. Heel bijzonder.”

44 Menskracht
PENSIONADO
Menskracht 45
46 Menskracht

CEES SCHILDMEIJER

“Maar op de eerste avond na mijn ontslag ging de telefoon. ‘Met Guus de Groot’, hoorde ik. ‘Ik heb gehoord dat je werkloos bent. Wil je solliciteren?’ We maakten meteen een afspraak. Een paar dagen later hadden we op kantoor een heel geanimeerd gesprek. ‘Maar’, vroeg ik tot slot, ‘hoe kom je nou bij mij terecht? Is dit puur toeval?’ ‘Via via’, antwoordde hij. En dat heeft Guus altijd volgehouden. Hij heeft nooit gezegd hoe hij aan mij is gekomen. Na de sollicitatie zei hij: ‘We gaan het er hier even over hebben.’ Dat duurde niet lang. Guus belde nog diezelfde avond om te zeggen: ‘Kom maandag maar.’ Vond ik prima. Fantastisch zelfs. Ik ben daarna jaren gebleven. Tot 1 maart 2006, toen ging ik met prepensioen om medische redenen. In de tussenliggende jaren had ik het bedrijf enorm zien groeien. De projecten werden groter en uitgebreider, en we gingen meer

dingen doen dan woningbouw alleen. Een van de mooiste projecten waar ik aan heb meegewerkt, was STOA in Rotterdam-Lombardijen, een gebouw voor geestelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen, met daarin een zwembad, en op het hoofdpaviljoen een flat van tien verdiepingen. Dat zwembad was niervormig. Nee, dat was geen makkelijke klus. Wel een mooie. Toen de boel klaar was, en opgeleverd, kwam burgemeester Peper de officiële opening doen. Daar was ik toen best een beetje trots op. Ook ik was inmiddels al bij de familie gaan horen. En dat doe ik nog steeds. Voor corona ging ik zelfs nog naar de kerstborrel, waar we met de oudgedienden bij elkaar kwamen. Dat maak je toch bij geen enkel bedrijf mee? Ik ben nog steeds niet vergeten, en dat doet me goed.”

“Op 21 maart 1988 kwam ik in dienst. Ik was toen al 43 en had al flink wat werk achter de rug. Het bedrijf waar ik werkte, ging failliet. Nog voor de curator ons kon ontslaan, heb ik vanuit het telefoonboek alle bouwbedrijven die ik kon vinden een sollicitatie gestuurd. Alle, behalve gek genoeg Van Omme & De Groot.”
Menskracht 47
PENSIONADO

HANS HARTMAN

“Ik heb van 1990 tot 2008 voor Van Omme & De Groot gewerkt. Met veel plezier, zeg ik er meteen bij. Dat plezier zat in de prettige werksfeer. Soms, als er eens iets was gebeurd in mijn privéleven, kreeg ik zelfs een nette, met de hand geschreven brief van Guus waarin hij dan zijn medeleven uitte. Dat gaf me een goed gevoel.”

“Ik ben ook zo blij dat ik nog steeds een kerstpakket krijg, na al die jaren. Twee mooie flessen champagne zelfs, laatst, ter ere van het 100-jarig bestaan. We hebben er meteen één soldaat gemaakt en geproost op Van Omme & De Groot. Natuurlijk! In de jaren negentig kwam ik als geboren Gorinchemmer in Rotterdam terecht. Ik kwam van een bouwplaats waar ambachtelijk werk werd gedaan, ik was timmerman in die tijd. En opeens belandde ik dus in de grote stad. Nou, dat was wat hoor. In Rotterdam kwam ik opeens in aanraking met de grote bouwkranen en de grote projecten. Dat was helemaal nieuw voor me. Maar het gaf me veel voldoening. Ik werkte in die tijd ook hard hoor! Ik deed

vooral de klussen waar wat meer improvisatie bij kwam kijken. Een opknapbeurt van het oude station Rotterdam Centraal bijvoorbeeld. En kerkgebouwen in de stad. Het oude station van Delft ook. Ik stond in die tijd ’s ochtends om vijf uur op en zorgde dat ik om kwart over zes, half zeven al op het werk was. Ook werkte ik vaak ’s nachts, als we op de perrons van treinstations aan de slag moesten bijvoorbeeld. De vrijheid die ik als werknemer kreeg om dingen op die locaties zelf te regelen en te ontplooien, vond ik bijzonder. Ik werd vrijgelaten. Je kreeg werk toegewezen en een paar ordners mee, en onder leiding van de projectleider begon je dan aan die klus. Ze hadden blijkbaar het volste vertrouwen.

Dat voelde goed.”

48 Menskracht
PENSIONADO
Menskracht 49
50 Menskracht

FRANS VAN DE GOORBERGH

“Na jaren bij Van Omme & De Groot leek de koek even een beetje op voor mij. Ik was moe en had iets wat op een burn-out leek. Ben gestopt en iets anders gaan doen. Daar heb ik later altijd een beetje spijt van gehad.”

“Ik kreeg een baan waar ik de hele wereld voor over kon. Soms moest ik op en neer naar Parijs, dan was er daar een deur kapot die snel gemaakt moest worden. Ik had een bijzondere baan. Maar toch. Ik had niet weg moeten gaan. Daarom vind ik het ook zo bijzonder dat we nu over mijn loopbaan bij Van Omme & De Groot praten. En dat we weer contact hebben. Dat had ik helemaal niet meer verwacht. Heel prettig, vind ik dit. Ik kijk met trots en plezier terug op mijn werk bij Van Omme & De Groot.

Soms kwamen er klusjes tussendoor voor de familie, dat weet ik nog goed. Dat vond ik ook helemaal niet erg. Dan moest ik opeens een wagen wegbrengen, bijvoorbeeld. Dat was natuurlijk prima. Ik onderhield de auto’s en busjes die voor het bedrijf reden ook zelf, in de werkplaats. In het weekend kwamen dan weleens vrienden naar me toe. Ververste ik hun olie ook even. Ja, we scharrelden wat. Dat mocht, de familie wist het. Het kon allemaal. Het was ook echt een familiebedrijf.”

Menskracht 51
PENSIONADO
“JE MAG WEL TWIJFELEN,
MAAR NIET AARZELEN”

Door de jaren heen zijn ons veel oud-werknemers ontvallen. Deze werknemers maken deel uit van ons collectieve bedrijfsgeheugen. Hun bijdrage aan Van Omme & De Groot is van onschatbare waarde geweest. Wij koesteren de mooie herinneringen aan de mensen die we op de volgende pagina’s herdenken, en aan al die anderen die wij zullen blijven missen.

IN MEMORIAM
56 In Memoriam

“Jan de Groot, mijn oom Jan, kon ontzettend goed problemen oplossen. Daar was hij een kei in. Technisch was hij ook heel bedreven. Jan was een heer, een flamboyante man. Hij reed in een dikke Amerikaan, met een grote hoed op zijn hoofd, en kon schitterend bekakt vloeken. Jan leefde op jenever en sigaretten. Hij was een rasbestuurder die ook altijd in maatschappelijke organisaties zat. Want Jan was sociaal betrokken. Hij wilde opkomen voor de kleine bedrijfjes en voor

het personeel. Juist niet voor de grote bedrijven. Die ondernemingen redden zich zelf wel, vond hij. Min of meer gedwongen was hij bij Van Omme & De Groot ook van de financiën. Als er weer eens een boekhouder nodig was, en die was even niet beschikbaar, dan nam hij gewoon zelf die rol op zich. Jan zag altijd en overal risico’s. Hij was behoudend. Ook bedrijfsmatig. En ook dat karakter is belangrijk geweest voor ons bedrijf.” Guus de Groot

JAN DE GROOT 25 augustus 1923 - 14 juli 1994
In Memoriam 57

“Luut, mijn vader. Papa… Luut was heel goed met mensen. Iedereen vond hem leuk. Dat merkte ik als kind al snel. Er was ook altijd vertrouwen: hij ging door het vuur voor relaties, en andersom gebeurde dat ook. Mijn vader was de commerciële van de twee eigenaren van Van Omme & De Groot in zijn tijd. Ome Jan was juist veel technischer, en minder commercieel. Dat vulde elkaar goed aan. Al konden ze ook ruziemaken hoor, nou. Daarom wilden ze ook nooit naar dezelfde kroeg. Dat leek ze wijselijk niet verstandig. Mijn vader heeft natuurlijk een prachtig leven gehad. Hij was ook een levensgenieter. Aan het einde van de dag ging hij het liefst nog even met z’n vrienden het café in. Dan kwam hij wel gewoon ‘s avonds om zes uur thuis hoor, want kwam hij te laat, dan gooide mijn moeder zijn avondeten

zo de tuin in. Zo ging het dan ook wel weer bij ons thuis. Maar Luut was bovenal een gezellige vent. Een zuinige vent ook. Hij is uiteindelijk gestorven in het huis waarin hij getrouwd is. Een huis in het buitenland hoefde voor hem bijvoorbeeld niet zo nodig. Waarom zou je? Hij heeft ook maar één keer een nieuwe auto gekocht in zijn leven. De rest van de auto’s die hij kocht, waren gebruikt. Mooie wagens, hoor. Dat wel natuurlijk. Echte blikvangers. Ford Thunderbird, Daimler, Jaguar. Maar toch: ze waren wel tweedehands. Er werd dus niet met geld gesmeten. Ook complimenten geven was er niet bij. Ik weet heus wel dat papa trots zou zijn geweest als hij de gezonde staat van het bedrijf nu zou zien. Maar zoiets uitspreken, dat deed hij nooit.” Guus de Groot

58 In Memoriam LUUT DE GROOT 28 oktober 1926 - 17 oktober 2015
In Memoriam 59
60 In Memoriam

BRAM FAASSE

“In de bouwvakantie van 2016 werd ik gebeld. Onze financieel directeur Bram had een hersenbloeding gehad. Ik was in het buitenland, maar ben meteen naar het Ikazia Ziekenhuis in Rotterdam-Zuid gevlogen. Het was helemaal mis, Bram kwam niet meer bij. In het bedrijf heerste veel verdriet. Want als iemand een probleem had, dan ging hij of zij naar Bram. Hij was een verbindende factor in het bedrijf. Echt een familieman ook. Geen softie hoor! Nee, zeker niet. Ik vertrouwde hem volledig.

Bram hield alleen niet van veranderingen. We werkten nog met een softwarepakket uit 2002, terwijl het al 2014 was. Vernieuwen vond hij maar niks. Dat is nu allemaal veranderd. Ik denk nog veel aan hem. Margot en ik gaan nog ieder jaar eten met het gezin van Bram en dat blijf ik doen. Het heeft bij mij indruk gemaakt hoelang het verdriet om zijn dood in ons bedrijf bleef hangen. Dat verdriet voel ik ook nog steeds. Ik dacht echt dat we samen ons pensioen zouden halen.” Guus de Groot

In Memoriam 61
19 juni 1955 - 8 augustus 2016
“PROBEER ALTIJD IETS TERUG TE KRIJGEN,
ALS JE IETS MOET TOEGEVEN”
Menskracht 65 RENÉ VAN VLIET HOOFD MATERIEELDIENST IN DIENST: 19/08/2013
66 Menskracht RUUD DE SCHEPPER TECHNISCH DIRECTEUR IN DIENST: 16/05/1988
Menskracht 67 OLAF LANGE COMMERCIEEL DIRECTEUR IN DIENST: 13/08/1984
68 Menskracht JAN BOTH WERKVOORBEREIDER IN DIENST: 01/11/1980
Menskracht 69 MARGA DUCHENNE ADMINISTRATIEF MEDEWERKER IN DIENST: 14/05/1996
70 Menskracht ANDREA SEIJKENS RECEPTIONISTE IN DIENST: 19/01/1998
Menskracht 71 MARCO DIJKSHOORN DIRECTEUR PROJECTONTWIKKELING IN DIENST: 19/02/1996

OLIVIER

HOOGVELD DIRECTEUR TRANSFORMATIE, VERBOUW EN ONDERHOUD IN DIENST: 01/01/2006 72 Menskracht

GEEST KRACHT

[Geestkracht.] – De kracht van de geest. Geestkracht wordt gevormd door zelfbeheersing, vastheid van karakter en een volhardend streven naar een bepaald doel. Wie geestkracht toont, laat zich niet afschrikken en blijft zijn doelen najagen. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘In de besluitvorming van Van Omme & De Groot speelt geestkracht altijd een grote rol.’

GEEST KRACHT 76 Geestkracht Nesselande in Rotterdam

De mijlpalen worden aan elkaar geregen, in 100 jaar Van Omme & De Groot. Wie goed kijkt, ziet dat al die mijlpalen hetzelfde verhaal vertellen: dat van het Rotterdamse lef en doorzettingsvermogen. Met geestkracht en aanpakken kom je een heel eind, zeker ook als het moeilijk wordt.

Inventiviteit

Hoe vangt een koe een haas? Of: hoe wint een bedrijf een prijsvraag voor projectontwikkeling, ook als de concurrentie stevig is? In de 100 jaar die Van Omme & De Groot bestaat, worden er nogal wat van dit soort spreekwoordelijke ‘hazen’ gevangen. Het lukt het bouwbedrijf regelmatig prijsvragen binnen te slepen. Eén van de meer recente ‘hazen’ is voor de stad Rotterdam een absolute blikvanger: het hart van Nesselande. Die ontwikkeling staat symbool voor de geestkracht van Van Omme & De Groot. Met het bouwen aan deze rand van Rotterdam, mooi gelegen aan de Zevenhuizerplas, is Van Omme & De Groot, als de prijsvraag openbaar wordt gemaakt, de eerste. Het bedrijf is er zelfs al bezig met bouwen op kleinere schaal, op een moment dat Nesselande nog niet veel voorstelt. “En toen ging op een dag de telefoon, op de Heemraadssingel”, vertelt Guus de Groot. De vraag die gesteld werd, was uitdagend. “Het ging om 12.000 m2 winkels, parkeren en een paar woningen erboven”, herinnert Guus zich jaren later nog. “Als je hebt laten zien dat je iets kunt, dan word je vanzelf gebeld, dat snapte ik wel. We waren daar al als eerste aan zet geweest en dus

waren we er ook als eerste zichtbaar.” Maar het ging wel om een prijsvraag. Ook andere partijen waren benaderd. Multi Vastgoed was een van die partijen. “Wij zijn geen woningbouwontwikkelaar, jullie wel. Willen jullie samen met ons aan de prijsvraag deelnemen?”, werd er aan de andere kant van de lijn gevraagd. “Wij de winkels, jullie de woningen”, was de boodschap.

Daar had Van Omme & De Groot wel oren naar. Niet veel later werd de afspraak om samen mee te dingen definitief beklonken. En toen? “Nou, je wint zo’n prijsvraag door inventief te zijn”, blikt Guus terug op de fase die vervolgens aanbrak. “Je moet een jury zien aan te spreken met een goede prijs-productverhouding. Vaak is van tevoren goed gedefinieerd hoe de ingediende plannen worden getoetst en gehonoreerd. Maar soms blijft dat wat grijs. Dan is belangrijk: Wie zitten er in de jury? Daar moesten we ons dus echt goed op richten.”

NEPROM-prijs

Het woord fingerspitzengefühl valt. Aanvoelen wat er verlangd wordt, bleek ook in dit geval essentieel. Guus: “De gemeente wilde beginnen aan een aansprekend project.

NEPROM-prijs De feestelijke opening van winkelcentrum Newport Nesselande
Geestkracht 77

Daarom wilden wij in zee gaan met gerenommeerde buitenlandse architecten en stedenbouwkundigen.”

Bureau 3xNielsen uit Denemarken, de Spaanse stedenbouwkundige Busquets en Meijer & Van Schooten Architecten, thans MVSA, uit Amsterdam werden gestrikt. Achteraf durft Guus wel te zeggen dat dit vooral een poging tot verleiden was. Daar windt hij geen doekjes om. “Dat buitenlanders dezelfde gebouwen tekenen als wij, doet er niet toe: zo’n jury vindt de buitenlandse namen natuurlijk geweldig. Daar kicken ambitieuze gemeenten op, dat weten we. Buitenlandse architecten aantrekken straalt ambitie uit. Maar in mijn ogen maakt het eigenlijk niet zo uit.”

Dat er ook een nadeel aan kleefde, wil hij nu ook best erkennen. “We waren de helft meer kwijt aan het honorarium voor deze mensen, en dat niet alleen: ze kenden de Nederlandse regels niet. Daarom lieten wij een Nederlands bureau hun plannen vervolgens uitwerken.”

Let wel: dit gebeurt allemaal nog voor de prijsvraag is gewonnen. “Er zat dus al heel veel geld in”, zegt Guus. “In de meeste gevallen wordt er geen vergoeding betaald voor het meedoen. En als je die wel krijgt, zijn lang niet alle gemaakte kosten gedekt. Dan krijg je tien mille, terwijl je al een ton hebt uitgegeven. Daarom doen sommige bedrijven niet mee aan dit soort prijsvragen. Maar er zijn ook bedrijven die juist alleen aan prijsvragen meedoen, omdat ze geen grondposities willen kopen, of gebouwen. Zoals wij dat wel doen.”

Mijlpalen

‘Wie geestkracht toont, laat zich niet afschrikken en blijft zijn doelen najagen.’ Een zin die niet alleen de betekenis van geestkracht verduidelijkt, maar ook een belangrijke eigenschap van Van Omme & De Groot weergeeft. Want Van Omme & De Groot, het ook betrokken Lithos Bouw en Multi Vastgoed, dat al snel zou fuseren met AM Vastgoedontwikkeling, zetten door. En wonnen. Op de Heemraadssingel werd

de champagne ontkurkt: dit moest worden gevierd. Newport kwam er, en dat niet alleen: het plan werd gelauwerd met de NEPROM-prijs voor beste locatieontwikkeling in 2011. Het is een mijlpaal in de 100 jaar dat Van Omme & De Groot nu bestaat. Niet de eerste, en zeker niet de laatste. Guus vertelt lachend: “We hebben genoeg meegemaakt. Neem het stadion van Feyenoord, De Kuip. De kleedkamers moesten worden verbouwd.

In de bouwvakvakantie! En er moest die zomer ook nog een interland worden gespeeld, en er waren twee popconcerten. Niemand wilde daar dus aan beginnen. Een club als Xerxes had een betere accommodatie. Daar schaamde de topclub zich voor. Het zag er allemaal niet uit.” Maar Van Omme & De Groot ging er wel voor. “We gingen aan de slag om die klus te klaren. En dag en nacht door, hè?” De klus werd tijdig geklaard – en de kleedkamers zien er nog steeds zo uit. “Dat”, zegt Guus, “zijn de leuke dingen. We hadden een partij mensen daar lopen, dat wil je niet weten. Veel Polen ook, net zoals bij opa destijds. En de spelers en het personeel van de club blij, want alles zag er weer piekfijn uit.”

Van groot naar klein, van klein naar groot: waar sommige mijlpalen over een paar kleedkamers gaan, gaan andere over honderden woningen tegelijk. Een ander pronkstuk uit de recente historie van Van Omme & De Groot is zo’n enorm project: een spraakmakende Vinex-wijk aan de oostkant van Zoetermeer. Het hart van Oosterheem is ontwikkeld en gerealiseerd door Van Omme & De Groot, dat bouwde na een zeer ingewikkeld proces met allerlei betrokken partijen. Ondertussen werd de ontwikkeling ook nog eens gehinderd door een onverwachte financiële crisis.

“Toen dat afgerond was, hebben we er met het hele personeel wel even op geproost”, zegt Marco Dijkshoorn.

“Dit was toch wat. Dat we konden gaan bouwen, in zo’n lastige tijd, was voor ons hartstikke belangrijk. En gaaf.” Eind goed, al goed dus. “Het is echt een van de beter functionerende centrumplannen van Nederland geworden.”

78 Geestkracht
Centrumplan Oosterheem in Zoetermeer
De kleedkamers in De Kuip
Geestkracht 79

Bouwen doe je niet alleen. Met dank aan het toenmalig college van de gemeente Zoetermeer, WBV De Goede Woning en ING Real Estate kan Van Omme & De Groot de moed en visie tonen om een uitdagend project in crisistijd toch te realiseren. In Oosterheem verrijzen een volledig ondergrondse parkeergarage van ca. 20.000 m², een compleet wijkwinkelcentrum van 10.000 m² en 340 appartementen, die zijn verdeeld over drie woontorens. De bouwsom is rond de 75 miljoen euro. Het is qua bedrag het grootste in één bouwfase gerealiseerde project van Van Omme & De Groot tot nu toe. De vaart zat er dankzij strak management en toegewijd personeel ook nog eens flink in: na een relatief korte bouwtijd van 2,5 jaar werd het project opgeleverd.

OOSTERHEEM, ZOETERMEER 1955 80 Geestkracht
2022 Geestkracht 81

Als Rotterdam uitbreidt met de wijk Nesselande speelt Van Omme & De Groot daar een belangrijke rol in. De gemeente nodigt Multi Vastgoed uit om deel te nemen aan een tender voor een winkelcentrum in dit gebied. Op zijn beurt vraagt Multi Vastgoed aan Lithos Bouw en Van Omme & De Groot om mee te doen voor het woningdeel. De tender wordt gewonnen, mede omdat Van Omme & De Groot al in het gebied actief was, en daarom markt- en bouwexpertise kon inbrengen. Aan de rand van de stad Rotterdam verrijst een wijk met woningen die enorm in trek blijken. De prestatie werd opgemerkt: het project ontving in 2011 de NEPROM-prijs voor beste locatieontwikkeling.

NEWPORT NESSELANDE, ROTTERDAM 2001 82 Geestkracht
2022 Geestkracht 83

WAT HOUDT ONS BEZIG?

25 jaar geleden verscheen er ook een jubileumboek over Van Omme & De Groot, uit zuinigheid nog in zwart-wit. Sindsdien is er gigantisch veel veranderd, en daar zal ongetwijfeld geen verandering in komen. Een blik terug en een blik vooruit. “Stilstand is achteruitgang.”

Ander tempo

Een mooi voorbeeld. Het moet pakweg 25 jaar geleden zijn geweest dat de eerste personeelsleden van Van Omme & De Groot een mobiele telefoon van de zaak kregen. Een van de gelukkigen destijds, Ruud de Schepper, weet het nog goed. “Een enorm ding, een koelkastmodel dat je kon openklappen”, zegt hij lachend. “Dat waren nog eens apparaten.” Dat de techniek in de jaren daarna een nog veel hogere vlucht zou gaan nemen, en dat die techniek uiteindelijk het werkzame leven van iedere werknemer volledig zou gaan veranderen, kon hij toen niet weten. Een mobiele telefoon en altijd bereikbaar zijn, dat was al heel wat. Met de kennis van 25 jaar later kan er smakelijk worden gelachen om dat enthousiasme. “Het communiceren is sindsdien zó anders geworden. Alles ging ten tijde van ons vorige jubileumboek in een iets ander tempo: een standje lager”, zegt Ruud. “Niet het bouwen zelf hoor, dat deden we al op snelheid”, voegt Olaf Lange daaraan toe. “Al deed de industrialisatie ook wel haar

werk, want het bouwen gaat anno 2022 echt wel iets sneller. Maar vooral het voortraject veranderde destijds. Dat ging niet eens per se langzamer, omdat allerlei procedures tegenwoordig meer tijd in beslag nemen dan ze toen deden, maar je kon er gewoon veel meer tijd voor nemen. Als er vroeger sprake was van grond die te koop zou komen, ging je een keer naar de betreffende gemeente om informatie te halen. Gewoon naar het gemeentehuis.”

Correspondentie ging vooral per post, en veel ging 25 jaar geleden ook nog per fax. Ruud: “Die faxen kwamen in je bakje terecht en de inhoud van dat bakje kreeg je dan een, twee keer per dag onder ogen. Nu zoek je op Google meteen naar de informatie die je nodig hebt. Of je bekijkt de locaties in Google Streetview. Dat is zo’n wereld van verschil.”

De wereld veranderde dus sinds het verschijnen van het vorige jubileumboek, en dat deed het bedrijf zelf ook. In de laatste 25 jaar is Van Omme & De Groot enorm gegroeid.

84 Geestkracht
Schieveste in Schiedam Het Verborgen Geheim, Heijplaat in Rotterdam
Geestkracht 85
Rond in de Hoek in Hoek van Holland Herontwikkeling van een oud V&D-pand in Roosendaal
86 Geestkracht

De moderne ontwikkelingen hebben het bedrijf dan ook goed gedaan. “Onze eigen slagkracht is er groter door geworden, vind ik”, zegt Olaf. “Gaandeweg hebben we ook echt een indrukwekkende bouw- en ontwikkelportefeuille op kunnen bouwen.”

Lef en geduld

Van Omme & De Groot paste zich dan ook aan de tijd aan. Dat deed het 25 jaar geleden, toen moderne technologieën de wereld deden veranderen, en dat doet het anno 2022 nog steeds, blijkt uit dit tweede jubileumboek. “We proberen in het huidige tijdperk echt het peloton aan te voeren als het gaat om nieuwe technieken”, zegt Marco Dijkshoorn. “Als wij het gevoel hebben dat er zich een ontwikkeling aandient waar de hele branche mee verdergaat, dan proberen we die heel snel in te bedden in onze eigen bouwmethodiek.” Voorbeelden daarvan zijn de 170 nul-op-de-meterwoningen van Het Verborgen Geheim op Heijplaat in Rotterdam en de ruim 170 appartementen in cross-laminated timber in Roosendaal, waar Van Omme & De Groot een oud V&D-pand herontwikkelt in opdracht van Syntrus Achmea en PME Pensioenfonds. Twee projecten waarbij het Rotterdamse bedrijf op z’n Rotterdams de nek uitsteekt. Het laat zien net iets meer te durven aanpakken dan andere bedrijven doen.

Zo zijn er meer ontwikkelingen waarbij die trend te zien is. In het project Rond in de Hoek wordt er de komende jaren circulair gebouwd, aan de rand van een Natura 2000-gebied. Daar haalt Van Omme & De Groot alles uit de kast om circulair te kunnen bouwen en ook

nog eens volgens de strenge stikstofnormen die daar zijn opgelegd. Hetzelfde Rotterdamse lef wordt getoond in een ‘lastig’ gebied in Schiedam, pal naast het spoor.

Dat is ook een trend van nu: de makkelijke bouwterreinen zijn ‘op’, anno 2022, en de moeilijke terreinen plaatsen bedrijven voor uitdagingen. Van Omme & De Groot pakt hier op eigen initiatief juist de handschoen op. “Stilstand is echt achteruitgang in onze branche. We moeten mee”, zegt Marco. “We houden daarom alle ontwikkelingen in de gaten, en dat doen we ook echt met z’n allen. Ik ken genoeg voorbeelden van collega’s die een nieuwe techniek in het vizier kregen, op een paar A4’tjes plannetjes zijn gaan schrijven en die plannen direct aan het management voorlegden. Was dat goed, dan ging de directie er ook echt voor. Dan lieten we dus ook geen vuistdikke rapporten meer opstellen, maar dan ging direct de knop om, met de blik vooruit. Die mentaliteit zal blijven, ook over 25 jaar.”

Deze houding heeft het bedrijf absoluut groter gemaakt. “Conservatief zijn is in deze branche gevaarlijk, al blijven we natuurlijk wel met beide benen op de grond staan”, zegt Ruud. “Vaak wachten we het juiste moment af om toe te slaan”, voegt Olaf daaraan toe. Geduld hebben is al net zo’n schone zaak als lef tonen. Marco: “Die twee manieren van aanpakken combineren - heeft de geschiedenis van ons bedrijf bewezen - is een goede strategie.”

Geestkracht 87

VEER KRACHT

[Veerkracht.] – Het vermogen om de vorige stand weer in te nemen na tegenslagen of uitdagingen. Ook wel: herstelvermogen. Woorden die bij veerkracht passen, zijn: spirit, elasticiteit, fut. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘Na de Tweede Wereldoorlog toonde de directie van Van Omme & De Groot meteen veerkracht.’

VEER KRACHT

In 100 jaar tijd is het niet alleen maar hosanna geweest. Integendeel: Van Omme & De Groot moest in economische crisissen meermalen grote veerkracht tonen om overeind te blijven.

Mindere tijden

“We hadden echt niet te eten hoor, in de jaren tachtig”, zegt Guus de Groot. “Het was helemaal niks, toen ik begon! Het schuimrubber stak hier uit de bekleding van de stoelen. Echt waar. Je kreeg pas limonade bij je eten als het 26 graden was. Anders dronk je maar water en koffie. Balpennen? Die pikte je maar bij vertegenwoordigers. En zo ging het echt, hè? Die tijd heb ik nog meegemaakt.” En dat niet alleen: het heeft zichtbaar indruk gemaakt. Maar het tij keerde weer, na hard werken en een paar keer goed afgedwongen geluk – het kunnen bouwen bij Zuidplein in Rotterdam, en in Zevenkamp en Ommoord bijvoorbeeld.

Inmiddels heeft Van Omme & De Groot vet op de botten met een relatief fors eigen vermogen en de hoogste omzet die het bedrijf ooit heeft gekend. Toch gaan de gedachten soms ook terug naar mindere tijden, waarin veerkracht moest worden getoond om overeind te blijven. “De Tweede Wereldoorlog was zo’n tijd”, weet

Guus. “De heren weigerden voor de Duitsers te werken.” En met geen werk om uit te voeren hield het bedrijf eigenlijk gewoon op. Over crisis gesproken: bijna had Van Omme & De Groot niet meer bestaan. Maar de twee mannen kwamen de oorlog door en hervatten hun werk weer. “Juist de oorlog bood hun toen kansen. Een bedrijf dat fout was geweest in de oorlog mocht niet langer een enorm project in Arnhem uitvoeren. Nou, dat mochten deze ouweheren dus wel.”

Rotterdam in DNA

Alles komt in golfbewegingen. “Het gaat nu goed, maar dat betekent natuurlijk niet dat dat altijd zo zal blijven”, zegt Ruud de Schepper. “Het zijn altijd golfbewegingen. Het is zaak dat je in mindere tijden sterk staat en reserves hebt. Zodat je door gewoon kalm te blijven ook de moeilijkere tijden doorkomt.”

Die aanpak slaagde al eerder. De bankencrisis rond 2008 was voor de internationale vastgoedsector een loodzware. Ook voor Van Omme & De Groot waren er

90 Veerkracht

uitdagingen, maar het bedrijf bleek sterker dan veel branchegenoten. Van Omme & De Groot vergaarde juist meer grond en panden, onder meer in Groningen, Austerlitz, Amersfoort en Aalsmeer, en zelfs bedrijven die het zelf niet redden. Dat kon, omdat het voor die tijd al een stevig eigen vermogen had opgebouwd. En intern bleef het bedrijf ook overeind: wereldwijd regende het ontslagen, maar niet bij Van Omme & De Groot. Tot groot geluk van het veelal hondstrouwe personeel kon Guus het overgrote deel van zijn mensen aan boord houden.

Maar wie schaarste heeft gekend, zal weelde nooit voor lief nemen. Maak kennis met een echte Rotterdammer, bij wie de stad die moest wederopbouwen nog in het DNA zit, zelfs al is hij inmiddels al jaren gefortuneerd: “Mijn vader zei altijd: Als je in Nederland doodgaat van de honger, ben je te lui om te vreten’”, vertelt Guus, die merkt dat het de generaties die deze moeilijke tijden niet hebben meegemaakt, nog weleens aan veerkracht

ontbreekt. “Toen ik begon met werken, ging niemand op vakantie. Ja, naar de camping! Of met de fiets naar een boerderij. Twee dorpen verder en dan in het hooi slapen. Dat was vroeger vakantie! Mijn moeder was van huis uit toch een welgestelde vrouw, maar ze bracht ons met de fiets naar school. Ze was zuinig. De kozijnen werden bij ons thuis pas gedaan als het echt niet meer kon. Eerder niet.”

Veerkracht is, volgens de definitie, het vermogen om de vorige stand weer in te nemen na tegenslagen of uitdagingen. Binnen het Van Omme & De Groot van nu komt die veerkracht bijvoorbeeld ook terug in de ontwikkeling van ‘eigen kweek’. “Een beetje zoals Feyenoord zijn toppers van de toekomst opleidt”, zegt Olaf Lange. “Goed personeel is schaars geworden. We doen er alles aan om goede mensen te vinden en aan ons te verbinden.” Dat kan door ze zelf op te leiden. ‘De ideale leerschool’, zo noemen de jonge werknemers de kans om het vak in de praktijk te leren.

Zuidplein in Rotterdam Amersfoort Buyten in Amersfoort Thuis in Het Loo in Austerlitz Zuidplein in Rotterdam
Veerkracht 91

De behoefte aan studentenwoningen is groot in Rotterdam. In dé studentenwijk van de stad, Kralingen, wordt The Student Hotel daarom enthousiast onthaald. Maar het bouwen van de uitbreiding van dit hotel heeft een bijzondere aanloop. Het betreffende pand in Kralingen wordt eerst door Van Omme & De Groot via een tender verworven met als doel er studentenwoningen in te realiseren. Door toedoen van de op dat moment heersende malaise in de corporatiemarkt haakt de beoogde investeerder af. Dan belt ‘buurman’ The Student Hotel, in het naastgelegen pand gevestigd: de buurman heeft een uitbreidingswens. De partijen komen snel tot elkaar. Tijdens de bouw introduceert Van Omme & De Groot een nieuw fenomeen: het zogenaamde ‘lean’ werken. De voorziene traditionele bouwtijd wordt daarmee enorm verkort.

92 Veerkracht
THE STUDENT HOTEL, ROTTERDAM 2022
Veerkracht 93 1966

De crisis van de jaren tachtig is voor Van Omme & De Groot een van de zwaarste tijden in de naoorlogse periode.

Van Omme & De Groot is onder andere actief in Rotterdam-Zuid, waar het bedrijf het Zuiderterras bij Zuidplein ontwikkelt en daarna verkoopt aan Philips Pensioenfondsen. Het werk is bijzonder welkom.

Later keert Van Omme & De Groot naar dezelfde plek terug voor andere projecten. Het bedrijf ontwikkelt er de kantoorgebouwen Castor en Pollux en realiseert ze als belegging voor het Bedrijfspensioenfonds Bouw.

94 Veerkracht 1979
ZUIDERTERRAS, ROTTERDAM
Veerkracht 95 2022
HENK BESSELS, AEX-BEURS AMSTERDAM “ROTTERDAMMERS LIGGEN MIJ BETER DAN AMSTERDAMMERS. HET ZIJN PRETTIGE MENSEN. GEEN FLAUWEKUL, GEEN GESODEMIETER. HET IS WAAR WAT ZE ZEGGEN: ROTTERDAMMERS LULLEN NIET, MAAR POETSEN. ZE GAAN VAKKUNDIG EN BETROUWBAAR TE WERK.” 96
JOS MELCHERS, DIRECTEUR STADSONTWIKKELING GEMEENTE ROTTERDAM “VAN OMME & DE GROOT WERKT AAN EEN AANTAL GROTE OPGAVEN IN DE STAD. VAAK ZOEKT HET BEDRIJF UITDAGINGEN OP. DAT IS MOOI OM TE ZIEN. HET IS INDRUKWEKKEND DAT EEN ROTTERDAMS FAMILIEBEDRIJF ZÓ BEZIG IS MET DE TOEKOMST VAN DE STAD. EN DAT HET, MET DE GENEN VAN ROTTERDAM IN ZICH, ZO ROBUUST EN SLAGVAARDIG IS. HET IS EEN BETROUWBARE PARTNER EN EEN DESKUNDIGE PARTIJ. VAN OMME & DE GROOT IS VAN WAARDE VOOR ROTTERDAM.” 97
JEAN-BAPTISTE BENRAAD, VOORMALIG DIRECTEUR STICHTING STUDENTENHUISVESTING ROTTERDAM “JE MOET HET LEF HEBBEN OM GEBOUWEN TE TRANSFORMEREN DIE OUD, MAAR DOOR HUN EMOTIONELE WAARDE BELANGRIJK ZIJN VOOR DE STAD. DAT LEF HAD EN HEEFT VAN OMME & DE GROOT. DAT IS EEN ENORME VERDIENSTE VOOR ROTTERDAM, DAT DOOR HET BOMBARDEMENT ZOVEEL HIERVAN VERLOREN IS.” 98
ROB VAN DER VALK, DIRECTEUR VAN DER VALK HOTELS “WIJ ZIJN MENSEN VAN DE PRAKTIJK: ALS WE ELKAAR EEN HAND GEVEN, IS DE DEAL GESLOTEN. DAT IS MISSCHIEN EEN BEETJE OUDERWETS, MAAR ZO WERKT HET BIJ ONS WEL. ALS WE EENMAAL IETS HEBBEN AFGESPROKEN, KOMT VAN OMME & DE GROOT DAT OOK ALTIJD NA. WE WETEN GEWOON PRECIES WAT WE AAN ELKAAR HEBBEN.” 99
WYTZEJAN DE JONG, CEO WONINGBORG “DE NO-NONSENSEBENADERING VAN VAN OMME & DE GROOT IS ONDERSCHEIDEND. NET ALS DE FOCUS OP KWALITEIT, DAT IS EEN ENORME KRACHT. DAT MAAKT DAT HET BEDRIJF EEN GOEDE REPUTATIE HEEFT. HET ‘NIET LULLEN, MAAR POETSEN’ STRAALT HET HELE BEDRIJF UIT.” 100
RUUD KNIPPELS, DEPUTY PLANT MANAGER WUPPERMANN STAAL NEDERLAND 101 “DE KRACHT VAN VAN OMME & DE GROOT IS DE DIVERSITEIT IN HET WERK DAT ZE KUNNEN AANNEMEN. ZE KUNNEN ZÓVEEL: VAN HET OPHOGEN VAN TREINRAILS TOT HET BOUWEN VAN KANTOREN. ALLES IS BOVENDIEN ALTIJD TOT IN DE PUNTJES GEREGELD. DAT IS DE GROTE KRACHT VAN HET BEDRIJF, VIND IK: DE KWALITEIT VAN HET WERK EN HET ONTZORGEN VAN DE KLANT. WE HEBBEN STEEVAST NERGENS OMKIJKEN NAAR. EN JA, IK HEB DAT MET ANDERE BEDRIJVEN IN DE BOUWWERELD WELEENS ANDERS MEEGEMAAKT.”
HENK KLUNDER EN SJOERD BERGHUIS, VOORMALIG EN HUIDIG PARTNER-DIRECTEUR KLUNDER ARCHITECTEN “HET IS RAZEND KNAP WAT GUUS DE GROOT VAN HET BEDRIJF GEMAAKT HEEFT. DE VADER VAN GUUS, DIE HET GROTE SUCCES NIET MEER HEEFT MEEGEMAAKT, ZOU SPRAKELOOS ZIJN GEWEEST. DAT WETEN WE ZEKER.” 102
JOHN SCHEEPENS & MEES LUICHIES, PARTNERS HLB DEN HARTOG ACCOUNTANTS “VAN OMME & DE GROOT WORDT GETEKEND DOOR DE ONDERNEMERSGEEST. KANSEN ZIEN EN SUCCESVOL ZIJN, DAAR ZIJN ZE IN DIT BEDRIJF HEEL GOED IN. DAT BEWIJST HET 100-JARIGE BESTAAN OOK WEL, HÈ? DAT IS NIET BEPAALD NIKS.” 103
ROBERT VAN ALPHEN, DIRECTEUR VAN ROSSUM RAADGEVEND INGENIEURS “ZE HEBBEN HET BIJ VAN OMME & DE GROOT NIET ZO VAAK OVER WAT VOOR MOOIS ZE ALLEMAAL DOEN. DAT IS NATUURLIJK TYPISCH ROTTERDAMS. MAAR VEEL VAN HUN WERKEN ZIJN VAN GROTE WAARDE, EN DAT MAG ABSOLUUT VERTELD WORDEN.” 104
LAVINA VAN DER HARG EN WOLF VAN PELT, AVBB RIJNMOND/BOUWEND NEDERLAND “VAN OMME & DE GROOT IS EEN MOOI OPLEIDINGSBEDRIJF, WAARIN JONGE SCHOOLVERLATERS DE KANS KRIJGEN ZICH TE ONTWIKKELEN DOOR ZICH IN DE PRAKTIJK, OP DE BOUWPLAATS, ALS TIMMERMAN, METSELAAR EN (ASSISTENT-) UITVOERDER, IN HET VAK TE BEKWAMEN. EEN TAAK DIE DOOR HET BEDRIJF SERIEUS WORDT GENOMEN EN WAARMEE EEN BELANGRIJKE MAATSCHAPPELIJKE BIJDRAGE WORDT GELEVERD.” 105

DENK KRACHT

[Denkkracht.] – Het vermogen tot denken. Ook wel: de kracht van het denkvermogen. Denkkracht wordt gevormd door een totaal van verworven kennis, scholing en ervaring. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘De denkkracht van de werknemers van Van Omme & De Groot maakt dat het bedrijf adequaat kan inspelen op uitdagingen.’

108 Denkkracht DENK KRACHT 170 nul-op-de-meter-woningen in Het Verborgen Geheim op Heijplaat in Rotterdam

Geen vergadercultuur

Guus de Groot gaat er in 2015 eens goed voor zitten. Voor de andere directeuren, die binnen komen druppelen, liggen op de enorme tafel al stapels papieren klaar. De gemeente Rotterdam heeft net een prijsvraag uitgeschreven voor 170 koopwoningen op Heijplaat. Dat is een gebied midden in de Rotterdamse havens waar het op dat moment bepaald niet voor de hand ligt om er te gaan wonen. Laat staan er te gaan bouwen. De tender komt bovendien op een spannend moment. De crisis is nog maar net voorbij: sommige bouwbedrijven likken hun wonden nog, andere hebben de wereldwijde economische dip niet overleefd. Maar hier aan tafel is de sfeer anders. Ook na deze crisis staat Van Omme & De Groot nog fier overeind. Er is nieuwe grond verworven, er zijn overnames gedaan van bedrijven die het niet wisten te redden, en er zijn nauwelijks ontslagen gevallen. De stemming in het kantoor van Guus is opgewekt. Hier heerst het besef dat dit een uitgelezen kans is. Dat geen van de heren vandaag een stropdas draagt, lijkt symbolisch: de mouwen zijn bijkans al opgestroopt. “Niemand leek het op dat moment aan te durven energiezuinige woningen te bouwen, zeker niet op die plek”, herinnert Olaf Lange zich. “Guus vroeg: ‘Nou, hoe kunnen we ons in dit project gaan onderscheiden?’” Het antwoord kwam al snel van Marco Dijkshoorn: “Door maximaal punten te gaan scoren met de inzet van nul-op-de-meter-woningen.”

Nog voor Guus zijn net opgestoken, zelf geïmporteerde Cubaanse sigaar had opgerookt – het kantoor is al jaren geleden uitgeroepen tot rookruimte –, lag er een concreet idee op tafel. Daar hoefde niet uren over te worden vergaderd. Overvloedig vergaderen zit hier niet in de bedrijfscultuur. “Als we een marktontwikkeling zien die we interessant vinden,” legt Marco uit, “of als we iets zien waarin we ons kunnen onderscheiden, dan gaan we aan de slag. Dan laten we echt niet eerst allerlei adviseurs honderden pagina’s tellende rapporten schrijven.”

Vooruitziende blik Omdat Van Omme & De Groot één bedrijf is, kan er op die manier worden gewerkt. Niks aparte afdelingen, op de Heemraadssingel staan de deuren letterlijk open. Voor iedereen – hiërarchie is hier een verboden woord. Zelfs de deur van het kantoor van Guus is zelden dicht. “In andere bedrijven worden weleens elkaars vliegen afgevangen”, weet Ruud de Schepper. “Hier niet. Wij vormen een geheel.” De projectontwikkelaars en de bouwers horen bij Van Omme & De Groot gewoon bij elkaar. Olaf voegt er lachend aan toe: “Met elkaar meedenken? Dat doen we graag.”

Deze aanpak heeft succes in alle divisies van het bedrijf. Of het nu om projectontwikkeling gaat, om bouw, of om transformatie. “Door de jarenlange ervaring zijn we bijvoorbeeld anders gaan denken over de functie van panden”, zegt Olivier Hoogveld. “Vroeger werd een kantoorpand bijvoorbeeld sec gebouwd als kantoorpand. Dat moest het worden en dat zou het vast ook voorgoed blijven. Tegenwoordig kijken we bij de ontwikkeling naar de functies die een pand later ook zou kunnen hebben.” Dat vraagt alleen wel iets van het bedrijf: denkkracht en een vooruitziende blik.

Van plan aan tafel tot werkelijkheid

In de Rotterdamse buurt Heijplaat, waar wonen inmiddels populair is geworden, wordt in het jubileumjaar 2022 verder gebouwd aan maar liefst 170 nul-opde-meter-woningen. Bewoners werd gevraagd een tevredenheidsenquête in te vullen. Ze beoordeelden hun nieuwe woningen unaniem als energiezuinig, gezond en comfortabel. De wijk, die ‘Het Verborgen Geheim’ heet, werd uitgeroepen tot één van de wijken in Nederland met de meest prettige energiezuinige woningen. “Achteraf kregen we van de gemeente te horen dat we de enige inzender waren geweest die dit zo aanpakte”, zegt Marco.

“En weet je wat me zo verbaast? Het is nu 2022, en het is nog steeds het enige grootschalige project hier in de regio met nul-op-de-meter-woningen. We zijn de tijd dus ver vooruit geweest.”

Daar waar anderen in de bouwwereld iets niet aandurven, duikt Van Omme & De Groot vaak op. En dat al 100 jaar lang. Hoe dat kan? Het geheim schuilt in een nadrukkelijk Rotterdamse combinatie van denken én doen. “Juist als iets niet simpel is, kun je er bij ons mee aankomen.”
Denkkracht 109

Pakweg zeshonderd woningen, zo groot is het project Transvaal Noord dat Van Omme & De Groot in 2017 na een gewonnen aanbesteding gefaseerd uitvoert in Den Haag voor woningcorporatie Staedion. Het is een ingrijpende klus: bewoners verruilen hun huis voor een compleet ingerichte wisselwoning en kunnen na drie weken weer terug. Er wordt gewerkt aan verduurzaming en badkamers, keukens en toiletten worden vervangen. Eerst werd het project Reitzstraat uitgevoerd, daarna werd er gewerkt aan de projecten Cronjé- en Bothastraat, Kockstraat en Smit- en Joubertstraat. Het laatste renovatieproject staat vervolgens op de rol: de Herman Costerstraat, Steijnlaan en Paul Krugerlaan. Hier worden anno 2022 de eerste plannen uitgewerkt.

110 Denkkracht
TRANSVAAL DEN HAAG 1973
Denkkracht 111 2022
“SPIJT IS VERSTAND
DAT TE LAAT KOMT”

Een voormalig bouten-en-moerenpakhuis, eigendom van de familie Klaassen, wordt door Van Omme & De Groot getransformeerd. Dat is een uitdagende klus, want hoe maak je van zo’n pakhuis iets dat weer jaren meekan, maar op een totaal andere manier moet worden gebruikt? Het pand wordt na de transformatie verkocht aan SSHR, die zich richt op studentenhuisvesting in Rotterdam. SSHR heeft in deze periode een pioniersrol in het verwerven van oude gebouwen als dit pand. Kantoren, kerken en zusterhuizen: ze worden in Rotterdam allemaal omgetoverd tot studentenwoningen, om te voldoen aan de enorme vraag.

114 Denkkracht
SSHR CALAND II 1985
Denkkracht 115 2022

170 koopwoningen op Heijplaat, midden in de Rotterdamse haven. Van Omme & De Groot begint in 2015, na het winnen van de tender, aan deze uitdagende klus. Niet zomaar. Het bedrijf zet vol in op duurzaamheid en omgevingsparticipatie. Dat is nu gewoon, maar dat was het op dat moment beslist nog niet. Het project wordt een succes. In 2022 zijn de laatste woningen van Het Verborgen Geheim verkocht, in 2023 worden deze woningen opgeleverd. Dan zit de klus er echt op. De aanpak? Die was z’n tijd ver vooruit.

116 Denkkracht
HEIJPLAAT ROTTERDAM 1951
Denkkracht 117 2022

De liefde voor transformatie en het oog voor kwaliteit van Van Omme & De Groot komen maximaal tot uiting in het project Erasmushuis. Heel soms komt er een kans als deze voorbij, waarbij een berekening van het formaat ‘achterkant sigarendoos’ al volstaat om door te pakken, weet het bedrijf.

Het monumentale Erasmushuis in hartje Rotterdam, ook bekend als het HBU-gebouw, komt beschikbaar en Van Omme & De Groot hapt toe. Het bedrijf koopt het pand mede vanuit emotie. Het gevoel is goed: alleen al vanwege de locatie, de historie en de uitstraling van het gebouw gaat een transformatie zeker goed werken. En zo geschiedde. Het rijksmonument, naar een ontwerp van W.M. Dudok, wordt in 2015 met groot respect voor de historie onder handen genomen. Geen detail blijft daarbij onopgemerkt: zelfs de oorspronkelijke grote bankkluis in de kelder en de hier aanwezige kluiskastjes worden in ere hersteld en weer in gebruik genomen. Eenmaal getransformeerd wordt het gebouw verkocht. Het kan weer decennia mee.

ERASMUSHUIS ROTTERDAM 1956 118 Denkkracht
2022 Denkkracht 119
120 Denkkracht INEKE WASSINK Nazorg ILSE DE VISSER Kopers- en huurdersbegeleider BIJ VAN OMME & DE GROOT WERKEN MANNEN EN VROUWEN. ENKELE DAMES STELLEN ZICH GRAAG VOOR. “IK STA MIJN MANNETJE WEL, HOOR.”
AMBER VAN NADYA DISSELDORP ANNICK VAN DER KNAAP-BAUR
Denkkracht 121
VOORST TOT VOORST Logistiek uitvoerder
Werkvoorbereider
Projectleider

MET DE TIJD MEE

Na het poseren voor de fotograaf op de bouwplaats van Bay House in Rotterdam is de eerste vraag meteen een serieuze. Is de bouwwereld een mannenwereld, en Van Omme & De Groot een mannenbedrijf? Even wordt het stil aan de ronde tafel in de warm gestookte keet. Dit is een vraag om goed over na te denken. Dan brandt het gesprek los.

Geen u

“Nou, ik vind dit geen mannenbedrijf hoor”, zegt Annick van der Knaap-Baur, die twaalf jaar bij Van Omme & De Groot werkt. Eerst was ze werkvoorbereider, nu projectleider. Ze werkt op kantoor, op de Heemraadssingel. “Ga maar na: op kantoor werken steeds meer vrouwen. In de werkvoorbereiding is nu veertig procent vrouw, denk ik. Een mannenbedrijf? Dat valt dus wel mee.”

Ilse de Visser houdt zich bezig met de kopersbegeleiding, de huurdersbegeleiding en de nazorg. Deze afdeling telt drie man, of nou ja: vrouw eigenlijk. “Van Omme & De Groot is in mijn ogen geen hiërarchisch bedrijf. Ik heb wel even moeten wennen aan de ontspannen manier waarop iedereen hier met elkaar omgaat. Je kunt overal gewoon binnenstappen. En dat niet alleen: het is jij en jou. Geen u.”

Het bedrijf verandert, ziet Ilse ook. “We gaan steeds meer met de tijd mee. Er zijn nu zelfs een paar heren die een papadag hebben.” Ilse, glimlachend:

“Tegenwoordig zijn er steeds meer werknemers die geen vijf, maar vier dagen per week werken.” Voor het personeel is dat prettig, zeggen de vrouwen.

“In dit bedrijf zijn we uiteindelijk allemaal gelijk”, zegt Annick. Ook fijn, vertelt Ineke Wassink, administratief medewerker bij de afdeling nazorg, is dit: Er kan tegenwoordig flexibel gewerkt worden. Toen de Maastunnel dichtging voor renovatie kregen we flexibele werktijden. Toen mochten we tussen bepaalde tijden binnen gaan komen en vertrekken. Het was altijd juist stipt van half negen tot vijf geweest. Punt. Als je er eerder was, was het jouw probleem. Maar dat veranderde, en dat vonden wij fijn.”

Zelfstandig aan de slag

De bouwwereld verandert continu, zeggen de dames. Ook de bedrijven in die sector zelf veranderen, op allerlei vlakken. De techniek verandert, hoe je aan personeel komt, hoe je dat personeel aan je blijft binden. Toch blijven sommige dingen bij Van Omme & De Groot ook hetzelfde. Een rode draad in de geschiedenis van dit bedrijf is voor de

122 Denkkracht

“IN DIT BEDRIJF ZIJN WE UITEINDELIJK ALLEMAAL GELIJK”

Alleen: niet zozeer in functietitel. Wel in de grootte van het werk dat je doet. “Grote bedrijven hebben vaak titels en afdelingen”, zegt Annick. “Dat is bij ons juist niet zo. Die lagen bestaan niet. Wij kunnen als werknemers wel doorgroeien, maar dat is dan vooral omdat er ergens in het bedrijf ruimte ontstaat. Dat is eigenlijk één van de weinige redenen waarom mensen soms bij ons vertrekken: omdat ze in functie willen doorgroeien, maar er geen ruimte voor die groei is. Bij ons werkt het gewoon anders. De een is meer ervaren dan de ander en krijgt ander of meer werk op z’n bordje, maar de titel krijg je er niet altijd bij.”

lezer van dit jubileumboek meteen herkenbaar: deze organisatie is heel direct. “Je moet van je afbijten en niet stil in een hoekje gaan zitten”, analyseert Annick. “Niet dat ze dan over je heen lopen hoor, dat wil ik niet zeggen. Maar je moet wel aanwezig zijn en je standpunt in durven nemen. Ervoor gaan, dus. Je moet direct zijn.”

Dat geldt ook voor nieuw personeel, dat steevast in het diepe wordt gegooid. En waarom ook niet, vindt de directie. Als je wordt aangenomen, is dat vertrouwen er toch al? “Je komt binnen en iemand zegt waar je bureau staat”, vertelt Ilse. “Daarna ga je meteen zelfstandig aan de slag.” Dit is typerend voor Van Omme & De Groot, vindt ze. “Je krijgt meteen een zetje het diepe in. En als het dan niet lukt, dan horen we het wel, denkt de directie. Je moet je eigen weg vinden. Zo zie je de werknemers die goed bij het bedrijf passen inderdaad vanzelf boven komen drijven.”

Van Omme & De Groot is boven alles een ‘platte’ organisatie, waarin je als volhouder kunt groeien.

Grenzen aangeven Van stagiaire tot belangrijk onderdeel van het bedrijf: het overkwam Nadya Disseldorp, die na een gloedvolle stage inmiddels werkvoorbereider is. Nadya werkt op kantoor, op de Heemraadssingel, en ging van kleine projecten steeds grotere werken doen. In de praktijk verzet ze het werk van een senior werkvoorbereider. “Toen ik fulltime van start ging, kreeg ik gelijk een eigen project toegewezen. Ik werd in het diepe gegooid, dat klopt wel. Nou, succes met je eigen project, leek er te worden gedacht.” Nadya overleefde het diepe met verve. “Er is een periode geweest waarin er bij Van Omme & De Groot ook werd gepraat over het creëren van meer ‘hokjes’ en ‘titels’”, zegt Ineke. “Nou, dat idee ging snel weer van tafel. Het werd door iedereen afgeschoten! En een bedrijf valt of staat met de werknemers.”

Blijven deze dames overeind in een wereld vol mannen? Op kantoor zeker, dat blijkt wel uit dit gesprek. Op de bouwplaats is de verhouding manvrouw voorlopig nog net even anders. Hoe gaat het daar? “Ik sta mijn mannetje wel”, zegt Amber van Voorst tot Voorst, logistiek uitvoerder. Ze werkt op de bouwplaats Bay House in de Rotterdamse Rijnhaven. “Natuurlijk hoor ik weleens wat, maar daar ga ik niet op in. Daar houd ik afstand van. Er zijn bepaalde grenzen. Dan zeg ik: ‘Jongens, het is kiezen of delen. That’s it.’ Ik ben helemaal tevreden hoor. Ik kan op de bouwplaats gewoon mijn werk doen. En al die aandacht heeft ook zo z’n charme, want iedereen houdt mij in de gaten.”

Denkkracht 123
125 AB BRUGGE TIMMERMAN/LEERMEESTER IN DIENST: 20/08/2002
126 ADRIE VAN ZUNDERT UITVOERDER IN DIENST: 02/04/2001
127 BOB VAN DIJK WERKVOORBEREIDER IN DIENST: 06/12/1995
ERWIN VAN ALPHEN PROJECTLEIDER ONDERHOUD & RENOVATIE IN DIENST: 02/12/1996 128
JAN VIJFVINKEL TIMMERMAN/VOORMAN IN DIENST: 21/09/1987 129
TIMMERMAN/VOORMAN IN DIENST: 02/12/1996 130
JUAN CASTILLO FUERTES FINANCIEEL DIRECTEUR IN DIENST: 18/09/2017 131
BAS VAN DEN NIEUWENDIJK UITVOERDER IN DIENST: 24/08/1998 132

SLAG KRACHT

[Slagkracht.] – Bereidheid om problemen aan te pakken. Synoniemen zijn: slagvaardigheid, daadkracht, doorzettingsvermogen, energie. Kan worden gebruikt in zinnen als: ‘Wie slagkracht toont, komt in de bouwwereld al snel verder in de samenwerking met andere bedrijven.’

Artist impression Schieveste Schiedam
136 Slagkracht SLAG KRACHT
in

Meerdere bedrijfsonderdelen vormen gezamenlijk Van Omme & De Groot. De projectontwikkeling en de bouw vergroten de slagkracht van het bedrijf. De ontwikkeling en bouw van duizenden appartementen op een ‘lastig’ stuk Schiedamse grond met drie partners is daar een goed voorbeeld van, net als de jarenlange samenwerking met Van der Valk.

Unsollicited proposal

In Schiedam, vlak bij de bioscoop, tussen Station Schiedam Centrum en de A20, liggen de kansen voor het oprapen, als je ze maar ziet. Van Omme & De Groot zag ze, aan de hand van studies van stedenbouwkundig bureau KuiperCompagnons, als eerste. En dat niet alleen: het bedrijf ondernam vervolgens ook actie. Allereerst vanuit de tak projectontwikkeling. “Dit is een lastig stuk Schiedam, het ligt ingeklemd tussen het spoor en de rijksweg”, vertelt Marco Dijkshoorn. “Wie had nou bedacht dat je daar zou kunnen gaan wonen? Dat lag tien jaar geleden niet voor de hand, en misschien drie jaar geleden ook wel niet. Maar door de enorme druk op de woningmarkt komen dit soort plekken opeens in aanmerking. De makkelijke plekken, zelfs aan de randen van de stad, zijn weg. Maar er zijn dus nog wel mogelijkheden. Daarom hebben wij zelf het initiatief genomen voor 3000 tot 3500 appartementen op die plek.”

Een prijsvraag of een inschrijving kwam daar niet aan te pas. Van Omme & De Groot deed een unsollicited proposal: het diende zelf een initiatief in bij de gemeente Schiedam. Vaak zijn dat soort initiatieven suggesties voor kleine projecten. Maar de cijfers in het plan dat Van Omme & De Groot naar het gemeentebestuur

van Schiedam zond, deden duizelen. “3500 woningen is inderdaad heel veel, voor die locatie”, zegt Marco. “Toch kwam er al snel een reactie. De gemeente vond het een goed idee, kregen we te horen.” Dat was het eerste groene licht. “Van Omme & De Groot heeft daarop het initiatief genomen om een ontwikkelcombinatie te vormen met drie partners.” Niet lullen, maar poetsen werd het devies. “We pakten door en legden contact met VolkerWessels Vastgoed, Synchroon en Dura Vermeer. Met elkaar spraken we af een consortium op te richten. We zijn voor dit project dus gezamenlijk een nieuw bedrijf begonnen: Ontwikkelcombinatie Schieveste.”

Goed nieuws

Met de gemeente werden de afspraken vervolgens concreet gemaakt. Makkelijk was dat niet: de gemeente keek kritisch mee. Er werd door de gemeente zelf een kwaliteitsplan met eisen geschreven. “Waar onze plannen dan weer aan moesten voldoen. We moesten ambitie tonen in duurzaamheid, klimaatadaptatie en maaiveldinrichting. Het moest tiptop in orde zijn.” Marco begrijpt waarom. “Anders gaat niemand daar wonen.

Als je in zo’n echt hoogstedelijke opzet woningen gaat bouwen, in een omgeving waarin heel veel mensen op één plekje gaan wonen, dan moet je wel kwaliteit bieden.”

Slagkracht 137

“KWALITEIT STAAT

BIJ ONS ALLEMAAL VOOROP”

De gemeente stemde uiteindelijk in. Schieveste wordt realiteit. Drieduizend woningen worden op termijn gerealiseerd. “Het is de bedoeling dat de woningen binnen Schieveste verrijzen op een strook van 600 meter”, meldde het Algemeen Dagblad na het akkoord van Schiedam. “Een gedeelte daarvan – zo’n 1250 appartementen – is bedoeld voor net afgestudeerde jongvolwassenen. Dwars door de nieuwe wijk loopt een groene enfilade. Het autoverkeer in de wijk wordt beperkt. De complexen variëren in hoogte tussen de 40, 65 en 90 meter, de daken worden groen en krijgen PV panelen en microwindturbines.” In de eerste fase bouwt Van Omme & De Groot 1200 appartementen, samen met Dura Vermeer.

Organisatorisch gebeurt er achter de schermen tegelijkertijd iets bijzonders. De twee andere aangesloten partijen treden in fase 1 op als ontwikkelaar. In fase 2 draaien de rollen om. In die fase wordt juist gebouwd door de twee andere partijen, VolkerWessels Vastgoed en Synchroon. Van Omme & De Groot neemt in die fase dus niet de rol van bouwer, maar van projectontwikkelaar op zich. Marco: “Zo hebben we in elke fase allemaal iets te doen.” Schieveste is goed nieuws. Voor het bedrijf, maar ook voor Schiedam, dat net als de rest van Nederland om meer woningen schreeuwt. De slagkracht van Van Omme & De Groot heeft dit mede mogelijk gemaakt.

Kwaliteit voorop Dergelijke slagkracht is ook nodig in de jarenlange samenwerking met Van der Valk. De gelijkenissen zijn opvallend, zo is ook Van der Valk een familiebedrijf. “En ook zij zijn harde onderhandelaars”, zegt Olaf Lange lachend. “Dat botst soms, maar wel met wederzijds respect. Dat respect is er absoluut, anders bouw je niet al vijftien, twintig jaar lang bijna elke twee jaar een nieuw hotel voor ze. Dat is namelijk wel wat we doen. Dit zijn niet per se winstpakkers voor ons, maar het geeft ons wel continuïteit in de omzet.”

De band met de hotelketen wordt gekoesterd, juist ook vanwege de gelijkenissen. “Als we bezig zijn, komt de jeugd van de familie Van der Valk gerust zaterdag de bouwplaats op om mee te bezemen”, zegt Olaf. “Dat herken ik wel: je wilt toch alles in het vizier houden. Er zijn ook overal eigen ideeën over. En of die dan goed worden uitgevoerd, wordt razend scherp in de gaten gehouden. Tegelijkertijd zijn de processen soms uitdagend. Hotels moeten openblijven als we aan het renoveren zijn.” Aan al die eisen is alleen te voldoen omdat het bedrijf slagkracht heeft. “Dat vind ik mooi, ja. Kwaliteit staat bij ons allemaal echt voorop.”

138 Slagkracht
Van der Valk Dordrecht Van der Valk Tilburg
Slagkracht 139

De band met Van der Valk is een warme. Van Omme & De Groot bouwt hotels voor het concern in Voorschoten, Nootdorp, Tilburg, Dordrecht, Duiven, Harderwijk, Vianen, Nieuwerkerk a/d IJssel, Schiedam en Wouw. Voor het hotel in Nootdorp verricht Van Omme & De Groot de oorspronkelijke bouw en de latere uitbreiding. Het hotel zelf wordt in 2006 opgeleverd, maar daarmee is het werk nog niet klaar. In 2019 wordt het hotel ‘opgetopt’. Bovendien wordt er aan de rechterzijde aangebouwd.

VAN DER VALK NOOTDORP 2006 140 Slagkracht
2022 Slagkracht 141

Dé Rotterdamse uitbreidingswijk van de jaren negentig is natuurlijk Prinsenland, aan de oostkant van de stad. Hier werd een traditionele rolverdeling toegepast om tot grootschalige wijkontwikkeling te komen. De gemeente was eigenaar van de gronden en gaf deze middels prijsvragen en selecties uit aan marktpartijen. Van Omme & De Groot liet van zich horen. Het realiseerde 152 koopwoningen en 63 huurappartementen in het deel dat Prinsenparkbuurt is gaan heten. Die woningen zijn nog altijd geliefd. Het bleef bovendien niet onopgemerkt. Van Omme & De Groot won de Rotterdamse Bouwkwaliteitsprijs, als eerste marktpartij.

PRINSENLAND, ROTTERDAM 1995 142 Slagkracht
2022 Slagkracht 143

Het Rotterdamse gebouw op Blaak 34, een voormalige bank, is een begrip in de stad. Het werd in 2017 in opdracht van Real I.S. AG door Van Omme & De Groot ingrijpend verbouwd.

Een glazen atrium is de blikvanger van deze bijzondere transformatie, die werd uitgevoerd met groot oog voor detail en behoud van het monumentale karakter van het pand. Na de oplevering van Blaak 34, waar nu Tribes (flexibele kantoren) is gevestigd, bleef Van Omme & De Groot aan het werk op de Blaak. Het zustergebouw Blaak 28 werd grondig gerenoveerd, dit keer in opdracht van Ploum. En ook daarmee was het ‘rondje Blaak’ nog niet klaar: ook kantoorgebouw Blaak 555 werd gerenoveerd, in opdracht van Cromwell Property Group. Deze klus werd in 2021 afgerond.

BLAAK HOUSE, ROTTERDAM 1980 144 Slagkracht
2022 Slagkracht 145
RONALD JANSEN, DIRECTEUR JANSEN GLAS “VAN OMME & DE GROOT IS EEN SOCIAAL BEDRIJF. WE WERKEN AL JAREN SAMEN, EN IK HEB IN DIE TIJD ALTIJD HET IDEE GEHAD DAT HET BEDRIJF OOK HEEL BETROKKEN IS BIJ ONS BEDRIJF. DIE LOYALITEIT IS SPECIAAL. DE RELATIE IS DAN OOK GOED, EN HET VERTROUWEN IS GROOT. ZOIETS WERKT TWEE KANTEN OP. ALS IK VAN OMME & DE GROOT KAN HELPEN, DAN HELP IK METEEN. DAN ZIJN WE ER OOK VOOR ELKAAR.” 146
ARIE VAN GAMEREN, DIRECTEUR SPUITCO 147 “ALS WIJ PROJECTEN UITVOEREN VOOR VAN OMME & DE GROOT, EN DAT DOEN WE AL TIENTALLEN JAREN, IS ER ALTIJDSPRAKE VAN ÉCHTE SAMENWERKING. WE VOELEN ONS DAAROM NIET ZOMAAR ONDERAANNEMERS, MAAR EEN SOORT PARTNERS. EN JA, DAT IS NATUURLIJK EEN HEEL GOED GEVOEL.”
MAX FALING, VESTIGINGSLEIDER RAAB KARCHER “DE ROTTERDAMSE STIJL VAN WERKEN, DAT ZIT HEM VOORAL IN DE AANPAK. SOMS DOET VAN OMME & DE GROOT PROJECTEN WAAR JE VAN KUNT DENKEN: ZO, DAT JE DAARAAN BEGINT! MAAR ZIJ STAAN ER DAN HEEL LUCHTIG IN. EN DAN LUKT HET ZE OOK. INDRUKWEKKEND.” 148
PAUL HEIJKOOP, DIRECTEUR HEIJKOOP KRAANVERHUUR “ALS IK AAN VAN OMME & DE GROOT DENK, DENK IK AAN GUUS DE GROOT. IEMAND DIE HEEL GOED WEET WAT HIJ WIL. GUUS HEEFT MENSEN OM ZICH HEEN VERZAMELD DIE DAARBIJ PASSEN. EN DAT IS KNAP. HET IS ECHT EEN UNIEK BEDRIJF.” 149
PETRA EN ROB BREUR, DIRECTIE BREUR IJZERHANDEL RIVIUM “VAN OMME & DE GROOT IS EEN GOED GEPOSITIONEERD FAMILIEBEDRIJF VAN HOGE KWALITEIT.” 150
RUUD VAN PELT, DIRECTEUR GOUDSE BETONMORTEL CENTRALE “VAN OMME & DE GROOT IS EEN BETROUWBARE ORGANISATIE WAARIN WORDT GEZEGD WAAR HET OP STAAT. EEN BEDRIJF DAT DE HANDEN UIT DE MOUWEN STEEKT. ZE DURVEN WERKEN AAN TE PAKKEN WAARVAN ANDERE PARTIJEN ZEGGEN: DAT IS TOCH LASTIG. LEF, DAT IS HET WOORD DAT DAARBIJ PAST.” 151
HENK BARENDRECHT, DIRECTEUR BARENDRECHT ELEKTRA “IN BIJNA VEERTIG JAAR TIJD HEBBEN WE SAMEN PAKWEG TWEEDUIZEND WONINGEN GEMAAKT. IK SCHEP NIET GRAAG OP, MAAR DIT IS NATUURLIJK WEL EEN PRACHTIG AANTAL. IK BEN DENK IK TIEN KEER OP DE JAARLIJKSE VISDAG VAN VAN OMME & DE GROOT TE GAST GEWEEST. DAN VOEREN WE DE HELE DAG OP DE LOOSDRECHTSE PLASSEN. DIE GRANDIOZE DAGEN WAREN ZÓ GOED VOOR DE SAAMHORIGHEID. NA ZO’N DAG LIET JE ELKAAR ECHT NIET MEER VALLEN.” 152
AAIKE MINNES, ACCOUNTMANAGER SPAANSEN BETON “ER WORDT DOOR DE MENSEN VAN VAN OMME & DE GROOT OP Z’N ROTTERDAMS GECOMMUNICEERD. MET HET HART OP DE TONG DUS. IK WORD ER BLIJ VAN. WANT OP DIE MANIER WORDEN DINGEN, ALS DAT NODIG IS, OOK ALTIJD OPGELOST. EN GOED OOK.” 153
DENNIS LEIJSER, DIRECTEUR FACÉDO GEVELTECHNIEK “ALS WE BIJ VAN OMME & DE GROOT EEN PROJECT KWAMEN DOORNEMEN, ZATEN WE JARENLANG GEWOON MET SIGARETJES AAN TAFEL. DAT WAS ONGEBRUIKELIJK, MAAR HEEL LEUK. GUUS, RUUD, OLAF, MARCO EN AL DIE ANDEREN KUNNEN BOVENDIEN RAZENDSNEL SCHAKELEN. DAT IS EEN ENORME PLUS.” 154
DRE BOIDIN, MANAGING DIRECTOR STAEDION “VAN OMME & DE GROOT IS VOOR ONS AL JAREN EEN BIJZONDERE PARTNER IN DE WIJKVERNIEUWING IN DEN HAAG. KLASSIEK VAKMANSCHAP WORDT ER DOOR VAN OMME & DE GROOT GECOMBINEERD MET DE MENSELIJKE MAAT. ALLEEN AL EEN GOED AFGETIMMERD KOZIJN MAAKT ONZE BEWONERS ZO GELUKKIG. VOOR HEN MAAKT ZOIETS AL ECHT HET VERSCHIL. EN GOED AFGETIMMERD WERD ER. DAT ZAG IK METEEN.” 155
“EH… BOUWKOSTEN? TJA… BOUWKOSTEN?
IK KIJK ALTIJD NAAR DE OPBRENGST”

Het Rotterdamse succesverhaal van Van Omme & De Groot begint in de provincie. Jan Zweer van Omme verlaat Twente en komt via een Amsterdamse omweg in Rotterdam terecht. Daar wordt hij bouwopzichter. Ook Augustinus de Groot, roepnaam August en zoon van een kleine aannemer, komt van ver: uit Wildervank, nabij Veendam.

Bij de Kamer van Koophandel wordt op 1 mei 1922 Van Omme & De Groot ingeschreven. Het startkapitaal bedraagt 20.000 gulden.

Van Omme & De Groot krijgt zijn eerste opdracht. De bouw van de Fabiusschool aan de Bergsingel in Rotterdam is een mooie klus. De bouwkosten bedragen zo’n 120.000 gulden. Het project bezorgt de mannen meteen een jaar werk.

Het lukt de twee meer en meer orders binnen te slepen, orders die steeds groter zijn bovendien. In Enschede worden 46 arbeiderswoningen gebouwd plus twee winkels. De bouwkosten bedragen 120.000 gulden.

Op de bouwplaats van het tuindorp Vreewijk lopen Van Omme en De Groot elkaar tegen het lijf. De twee kunnen het meteen goed vinden. Bovendien vullen ze elkaar aan. De een blijkt een scherpe zakenman in de dop (Van Omme), de ander bijzonder eigenwijs (De Groot). Een sterke combinatie.

Geen woorden, maar daden: zo valt het arbeidsethos van het bedrijf te omschrijven. In Goes worden door Van Omme & De Groot dertig arbeiderswoningen gebouwd. De bouwkosten bedragen 75.000 gulden.

De zuidkant van Rotterdam groeit snel. Er is dan ook grote behoefte aan schoolgebouwen. Van de directie Gemeentewerken krijgt het bedrijf de opdracht om diverse scholen te gaan bouwen. Duizenden kinderen zullen uiteindelijk onderwijs krijgen in een van de gebouwen die door Van Omme & De Groot zijn neergezet.

1920 1922 1924 1921 1923 1929 TIJDLIJN 1920-1947 158 Tijdlijn

De rolverdeling wordt steeds duidelijker. Van Omme gaat zich meer bezighouden met de financiële organisatie. Dat ligt hem goed: hij is flamboyant, maar ook zuinig en een geweldige rekenaar. De Groot wordt het gezicht naar de buitenwereld en bemoeit zich met de uitvoering van de bouwprojecten. Hij krijgt nevenfuncties binnen werkgeversorganisaties die zijn invloed en die van het bedrijf versterken.

De bezetters maken het de Nederlandse bouwbedrijven steeds moeilijker.

Van Omme en De Groot heffen daarom tijdelijk hun bedrijf op, ook om principiële redenen. Maar het leed is daarmee nog niet geleden. De opslagloodsen worden door de bezetter geplunderd. Als het weer vrede is, is er niets meer over. Na de oorlog wordt De Groot lid van de Zuiveringsraad, die bekijkt wie er heeft samengewerkt met de verslagen bezetter. Hij betrekt het pand op de Heemraadssingel, als huurder, maar al snel is hij eigenaar.

Na 25 onstuimige jaren in een wereld onder druk is er feest. Op de lange tafel in restaurant Lommerrijk in het Rotterdamse Hillegersberg staan grote bloemstukken, de glazen worden vol champagne geschonken. De eigenaren heffen samen het glas. De oorlog is overleefd, het bedrijf heeft zich staande gehouden. De sfeer is dan ook goed: de twee vinden het een eer om een rol van betekenis te hebben in de wederopbouw.

De Tweede Wereldoorlog breekt uit en heeft ook een negatieve weerslag op Van Omme & De Groot. In de eerste twee oorlogsjaren bouwt de firma nog maar achttien panden. De heren Van Omme en De Groot moeten zien te overleven en opereren ook los van elkaar. De Groot gaat, als lid van het Bouwbureau Arbeiderswoningbouw, aan de slag met het ruimen van puin na het bombardement. Dat is een monsterklus met veel symboliek: van de overgebleven ruïnes na de bommenzee moeten bouwputten worden gemaakt.

Van Omme & De Groot zet zijn schouders onder de bouw van een woonwijk in Arnhem, waar in moeilijke omstandigheden – er is grote schaarste aan menskracht – een wijk van 895 eengezinswoningen moet worden opgetrokken. Dat doet het bedrijf onder de noemer ‘Aannemersunie Arnhem’, omdat het samenwerkt met aannemer Krijger uit Bergambacht. Vooral voor Van Omme is dit bijzonder: hij is geboren in Arnhem.

Van Omme & De Groot innoveert. Het bedrijf introduceert het uit Ierland overgenomen systeem ‘Kossel’, een manier van bouwen die het aantal manuren opeens snel terugbrengt. In de Rotterdamse wijk Overschie wordt deze methode voor het eerst gebruikt, een aantal jaren volgen driehonderd woningen in Vlaardingen. Bouwen wordt opeens goedkoper. Er wordt meer makkelijker op de bouwplaats: voor het eerst wordt een cirkelzaagmachine gebruikt.

1935 1942 1947 1940 1947 1947 Tijdlijn 159
De Fabiusschool in Rotterdam De bouwplaats in Goes Het krantenartikel over de scholenbouw
1923 1929
TIJDLIJN 1920-1947 160 Tijdlijn 1922

Het bouwbord op de bouwplaats in Arnhem

Het bouwbord op de bouwplaats in Vlaardingen

Tijdlijn 161 1947 1947

Aan hindernissen is vlak na de oorlog geen gebrek. Personeel is schaars, materiaal ook. Maar het doorzetten loont. Van Omme & De Groot heeft vier jaar na het vertrek van de Duitsers genoeg omzet om een n.v. te worden. Het bedrijf bouwt inmiddels werkelijk van alles: van fabriek tot kerkgebouw en school.

De wortels in de regio worden verder verstevigd met de bouw van een bijzonder hotel aan de Nieuwe Waterweg. In Vlaardingen verrijst het Delta Hotel, dat dan nog aan beide kanten wordt omringd door water. Het gebouw, dat er anno 2022 nog steeds puik bij staat, is een treffend symbool van de naoorlogse wederopbouw. Het bijzondere pand kan deels worden gebouwd dankzij een krediet uit het Amerikaanse Marshallfonds voor de wederopbouw.

In Rotterdam-Lombardijen worden in twee jaar tijd dik vierhonderd woningen neergezet. Het is opdracht 106 voor het bedrijf, blijkt uit het boek van Van Omme senior zelf. Het zal zijn laatste notitie zijn, want Van Omme overlijdt vrij plotseling, na een geheimgehouden ziekbed. Zes weken later overlijdt ook De Groot senior. De dood van de oprichters komt voor velen als een nare verrassing. Maar weinigen wisten dat beide compagnons ziek waren. De zonen Evert, Bertus, Jan, Luut en Ferdinand komen aan het roer te staan.

In het Rotterdamse Blijdorp wordt een synagoge gebouwd, naar een ontwerp van dezelfde architect als van de Rotterdamse Euromast, Huig Maaskant. De bouwvakkers hebben – heel ongebruikelijk in die tijd – op zaterdag vrij. Niet omdat Van Omme & De Groot dat wil, maar vanwege de sabbat, de wekelijkse joodse rustdag.

Het is tijd voor opvolging. De heren Van Omme & De Groot hebben allebei meerdere zoons. Die staan klaar om het roer over te nemen. Zoon Jan de Groot wordt directeur. Zoon Ferdinand de Groot krijgt het beheer over de materieeldienst, die is gevestigd in de opslagloodsen in de Spaanse Polder. Zoon Evert van Omme blijkt een goede rekenaar, en zoon Bertus van Omme heeft net als zoon Luut de Groot verkooptalent. De ‘nieuwe’ De Groots hebben in het bedrijf al aardig wat meters gemaakt, maar een gespreid bedje was het niet. Augustinus de Groot is notoir streng voor zijn zoons.

Niet alleen de leiding verandert in het begin van de jaren zestig, ook de bedrijfsstructuur. Omegro wordt opgericht, om fiscale redenen. Hierin wordt het huizenbezit van het bedrijf ondergebracht. Ook wordt ARB opgericht, dat staat voor ‘Algemeen Rotterdams Bouwbedrijf’.

1949 1954 1960 1951 1960 1961 1949-1984TIJDLIJN 162 Tijdlijn

De schaduw van de overleden oprichters blijkt nog over het bedrijf te hangen. De directie valt uiteen door ruzie over zaken als onkosten en wie welke inzet toont. De inbreng van de Van Ommes stokt, want naast Ferdinand de Groot worden ook Bertus en Evert van Omme uitgekocht. Luut de Groot, die samen met Jan de Groot wel aanblijft, stelt voor de oude bedrijfsnaam als eerbetoon aan de beide oprichters wél voor altijd te blijven gebruiken.

Van Omme & De Groot mag het nieuwe gebouw van de Horecavakschool in Den Haag gaan bouwen. Het wordt een schitterend pand. De gevels zijn van natuursteen en de ramen van aluminium: een nieuw fenomeen in de bouwwereld.

Na de tweede generatie meldt nu ook de derde generatie zich op het kantoor aan de Heemraadssingel. Guus de Groot, anno 2022 de enige eigenaar, moet als jonkie hard aan de slag.

Hij is nog piepjong en begint op de loonadministratie en gaat later aan de slag in de werkvoorbereiding en de calculatie. Medewerkers noemen hem onhandelbaar en een klerejong.

Maar, ziet ook zijn vader, hij heeft wel talent. Ook Guus-Jan, zoon van Jan de Groot, maakt enige tijd later zijn eerste meters in het bedrijf. Dat doet hij niet op dezelfde plek: Guus-Jan moet van zijn vader aan de slag op een bouwplaats in Ommoord.

Het loon wordt halverwege de jaren zestig nog gewoon uitgekeerd in loonzakjes. Aan deze zakjes wordt een apart zakje genaaid. “Voor de toeslagen, want daarvan wist moeder de vrouw niks”, bekent oudgediende Rinus de Jonge, die de administratie runde.

In het nog hoopvolle gedeelte van de jaren zeventig wordt het 50-jarig bestaan van het bedrijf gevierd. De directie krijgt als herinnering van het personeel een tegeltableau aangeboden.

Van Omme & De Groot belandt begin jaren zeventig in zwaar weer. Jan en Luut de Groot, die samen de directie vormen, zien de omzet teruglopen, ook als gevolg van onvoldoende acquisitie. En dan stort in 1973 ook nog eens de bouwsector in, een gevolg van de internationale oliecrisis. Er moet hard worden geknokt om het hoofd boven water te houden.

Olaf Lange, zoon van aannemer Piet Lange, studeert aan de htsbouwkunde in Rotterdam. Piet kent Jan de Groot via de aannemerssociëteit en regelt een stageplaats bij Van Omme & De Groot voor zijn zoon. Als Olaf Lange is afgestudeerd, kan hij aan de slag als assistent-calculator. Hij krijgt het vak geleerd van Hans Weijsenfeld. Dat is de start van een mooie loopbaan: In 2000 treedt hij samen met collega Ruud de Schepper toe tot de directie.

1962 1972 1980 1965 1973 1984 1966 Tijdlijn 163
Het Delta Hotel in Vlaardingen Van Omme & De Groot is een nv geworden
TIJDLIJN 1949-1984
164 Tijdlijn 1954 1949
De Horecavakschool in Den Haag de Groot, Guus de Groot en Olaf Lange
Guus-Jan
1984 Tijdlijn 165 1972 1966

Het is opnieuw crisis op de woningbouwmarkt. Maar de derde generatie Van Omme & De Groot staat nu aan het roer en vindt de weg, vooral dankzij nieuwe ideeën. Deze nieuwe koers zorgt ervoor dat het bedrijf indruk maakt. De focus op projectontwikkeling, het starten met een onderhoudsdienst en het uitvoeren van renovaties en transformatieprojecten, als afgeleide van het bouwbedrijf, leggen het bedrijf duidelijk geen windeieren.

Maatschappelijke bijdragen (PCG-beleid) zijn belangrijk. Van Omme & De Groot bouwt, in samenwerking met de Dienst Gemeentewerken, een nieuw verblijf voor de amoerluipaarden in Diergaarde Blijdorp en verbouwt diverse buurthuizen met de inzet van langdurig werkloze en veelal allochtone bouwvakkers. Guus-Jan de Groot geeft leiding aan deze projecten.

De derde generatie krijgt het bedrijf in eigendom. Guus-Jan de Groot (de zoon van Jan) en Guus de Groot (de zoon van Luut) worden samen eigenaar. Guus heeft een visie: hij wil de omzet tot boven de honderd miljoen gulden zien te brengen.

Guus en Guus-Jan verschillen van mening over de te varen koers. Ze komen er niet uit. Guus koopt uiteindelijk Guus-Jan uit met een alles-of-nietsbod. Na deze uitkoop is het geld van Guus een tijdlang op, maar het bedrijf groeit vervolgens al snel verder door.

Ruud de Schepper begint zijn loopbaan als assistent-uitvoerder, maar dat blijft hij niet lang. Zijn functie verandert al snel in uitvoerder. Als uitvoerder werkt Ruud aan verschillende projecten, zoals de Aleyda van Raephorstlaan en het project ‘Jupiter’ in Rotterdam-Alexander. In 1993 wordt Ruud projectleider, in 1996 hoofd productie. In 2000 treedt hij samen met Olaf Lange toe tot de directie.

Van Omme & De Groot gaat op Schiphol aan de slag voor KLM. Het heeft de aanbesteding gewonnen met het scherpste bod. Het Rotterdamse bedrijf maakt de beloftes waar: in zes maanden tijd bouwt het bedrijf het Technisch Afvalstoffen Centrum op Schiphol-Oost.

Van Omme & De Groot maakt furore in de Rotterdamse wijk Prinsenland als het laatste nog lege deel moet worden bebouwd. Het bedrijf wint de prijsvraag voor de bouw van 152 woningen met een eigenzinnig plan. De goedkopere vierlaagse woningen verrijzen langs de singel en het park, de duurdere patiowoningen juist in de buurt zelf. Deze eigenzinnige koers wordt beloond met de Rotterdamse Bouwkwaliteitsprijs voor het mooiste woningbouwproject. Het is de eerste keer dat een ‘marktplan’ met deze prijs wordt bekroond.

1986 1990 1992 1990 19931988 TIJDLIJN 1986-1998 166 Tijdlijn

Jan de Groot overlijdt. De eigenaar zal worden herinnerd als de man die door slechts weinigen werd tegengesproken. En dat niet alleen: ook zijn pittige taalgebruik is veel mensen opgevallen.

Kunst in de openbare ruimte is van belang, vindt Van Omme & De Groot. Op de laagste plek van Nederland, in de Rotterdamse wijk Prinsenland, wordt het enorme kunstwerk ‘Vierkant eiland in de plas’ naar het ontwerp van Frans de Witt, gebouwd. Het is een eiland van staal en beton in een waterpartij, verbonden door twee loopbruggen. Van Omme & De Groot draagt financieel bij, al verkijkt het zich overigens nog wel een beetje op de bouw. Het aanleggen van dit kunstwerk blijkt een bijzonder ingewikkelde klus.

In Weert wordt de uitbreiding en renovatie van het stadshart ‘De Munt’ opgeleverd. Een ambitieus project, waar de gemeente en een pensioenfonds ruim dertig miljoen gulden in steken.

Van Omme & De Groot tekent voornamelijk voor het winkelgedeelte.

Marco Dijkshoorn heeft tijdens zijn studie HTS Bouwkunde een paar uurtjes over en begint als ‘jongste bediende’ aan zijn carrière in de bouw. In zijn eerste jaren behoren klussen als archief opruimen, eenvoudig uittrekwerk voor calculaties en meehelpen op de bouwplaats tot zijn taken. In 1996 treedt Marco in vaste dienst. Eerst als werkvoorbereider en een aantal jaren later als projectontwikkelaar bij projecten als Nesselande en Oosterheem. In 2005 treedt Marco toe tot de directie.

Van Omme & De Groot bestaat 75 jaar. En geeft een jubileumboek uit. Het bedrijf, dat halverwege de jaren negentig rond de 75 man personeel in vaste dienst heeft, koestert de vastigheid. Toch vindt verhuizing plaats: de materieeldienst vertrekt na 37 jaar naar de andere kant van de Keenstraat in de Spaanse Polder.

Het oude gebouw was toen alovergedragen aan de door Guus de Groot uitgekochte Guus-Jan de Groot, als gedeelte van de koopsom van zijn aandelen.

Beursplein 5, de beroemde AEX-beurs in Amsterdam, is al een tijd klant bij Van Omme & De Groot als in 1998 de optiebeurs in het pand aansluit. Er moet worden verbouwd en dat is een complexe klus, die vooral in de avonduren moest worden uitgevoerd en daarom strak wordt geleid. Daarbij gaat weinig te ver: het Rotterdamse bedrijf opent in het Amsterdamse gebouw zelfs een tijdelijke zaagloods met kantoor.

1994 1996 1997 19981994 Tijdlijn 167 1997
Het project ‘Jupiter’ in Rotterdam-Alexander De Rotterdamse wijk Prinsenland Het Technisch Afvalstoffen Centrum op Schiphol-Oost
TIJDLIJN 1986-1998
168 Tijdlijn 1990 19931988
In Weert wordt de uitbreiding en de gemeente en een pensioenfonds ruim De bouwplaats van het kunstwerk ‘Eiland in de plas’ Het stadshart ‘De Munt’ in Weert De AEX-beurs in Amsterdam Het 75-jarig bestaan van Van Omme & De Groot
Tijdlijn 169 1996 1997 1998 1997

De eerste paal wordt geslagen in Vinex-wijk Oosterheem in Zoetermeer.

Daar heeft Van Omme & De Groot een omvangrijke grondpositie bemachtigd, die na het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente en medeontwikkelaars uiteindelijk recht geeft op de realisatie van 895 woningen. Als het bedrijf in 2014 de laatste woningen oplevert, is het mede door diverse samenwerkingen met collega-bedrijven betrokken geweest bij de realisatie van circa 1500 woningen, waaronder ook het omvangrijke Centrumplan.

Olivier Hoogveld komt over van projectmanagementbureau IPMMC en begint als projectleider van diverse bouwprojecten. Na overname van De Combi in 2014 wordt hij aangesteld als vestigingsdirecteur. De Combi gaat in 2018 op in Van Omme & De Groot Transformatie, Verbouw en Onderhoud. Dat groeit onder leiding van Olivier uit tot een vaste en belangrijke waarde van het bedrijf, nu gevestigd in een modern bedrijfspand in Rotterdam-Noordwest.

Van Omme & De Groot krijgt een nieuwe kroon op zijn werk. De ontwikkeling en de realisatie van het Centrumplan Newport in Rotterdam-Nesselande wordt bekroond met de NEPROMjaarprijs.

De eerste uitgave van relatiemagazine DOEN verschijnt. Van Omme & De Groot wil aan een breder publiek laten zien wat het in huis heeft. “Onze bestaande relaties kennen die ietwat eigenzinnige aanpak van ons wel”, schrijft Guus de Groot in het eerste voorwoord. “Al decennialang. Ken je ons nog niet, dan is dit een mooie gelegenheid om kennis te maken.”

Aan de noordoostkant van de stad, op grond die door omringende gemeenten is overgedragen aan Rotterdam, groeit Nesselande snel. In de eerste en tweede fase worden respectievelijk 92 en 103 woningen opgeleverd. Van Omme & De Groot is een van de aanjagers van de nieuwe wijk. Uit onderzoek blijken de bewoners enthousiast: hun wijk ligt vlak bij de polder en vlak bij de stad. “Het beste van twee werelden”, wordt door een bewoner geconcludeerd.

Tradities zijn belangrijk voor het bedrijf, maar Van Omme & De Groot groeit op het monumentale kantoor toch echt uit z’n jasje. En hoewel vertrek naar een nieuwbouwkolos aan de rand van de stad voor de hand ligt, blijft het bedrijf toch op de Heemraadssingel gevestigd. Het breidt simpelweg uit in het plotseling vrijgekomen kantoorpand nr. 231, naast het bestaande pand waar al jaren in wordt gewerkt. De ideale oplossing voor het familiebedrijf.

Het Centrumplan Oosterheem in Zoetermeer is de grootste bouwopdracht in de geschiedenis van het bedrijf. Het centrumplan schrijft een parkeergarage met daarboven 340 woningen en winkels voor. Er moet achter de schermen stevig worden onderhandeld om deze klus te klaren. Het resultaat is iets om trots op te zijn, en dat wordt door Van Omme & De Groot ook zo gevoeld. De enthousiaste ontvangst van de gebruikers doet nog een extra duit n het zakje.

1999 2011 20122003 2006 2006 TIJDLIJN 1999-2022 170 Tijdlijn

In de loop van de geschiedenis vinden meerdere overnames plaats. Na een faillissement worden in 2014 de Rotterdamse activiteiten van De Combi overgenomen, een specialist in onderhoud en renovatie.

Geheel onverwacht overlijdt in de bouwvakantie Bram Faasse, financieel directeur van het bedrijf en vertrouweling van Guus de Groot. Een schok gaat doorVan Omme & De Groot. Nadat de vrijgekomen functie eerst op interim-basis wordt ingevuld, treedt in 2017 Juan Castillo Fuertes als financieel directeur in dienst.

Aan een bijzonder tijdperk komt een einde als Van Omme & De Groot de opslag en werkplaatsen van de Keenstraat en Bodegraven verhuist naar een andere plek in Noord-West, het nieuwe gedeelte in de Spaanse Polder: een modern pand aan de Sevillaweg 55.

De voorbereidingen voor het 100-jarig jubileum beginnen. Tekstschrijvers worden aan het werk gezet, fotografen op pad gestuurd. Eigenaar Guus de Groot spit ondertussen in het archief. Veel blijkt gelukkig te zijn bewaard, tot zorgvuldig ingevulde kasboeken uit de oertijd van het bedrijf aan toe.

Nog een overname: dit keer neemt Van Omme & De Groot het onderhoudsbedrijf Gebr. Zevenbergen over, dat failliet is gegaan. In dat jaar overlijdt ook, twee weken voor zijn negentigste verjaardag, de vader van Guus, Luut de Groot.

Gescheiden werelden worden een. De werkzaamheden van De Combi gaan op in het moederbedrijf. De naam De Combi verdwijnt. Er ontstaat nu een nieuwe afdeling binnen het bouwbedrijf: Van Omme & De Groot Transformatie, Verbouw en Onderhoud.

Van Omme & De Groot viert een bijzondere mijlpaal. Het bestaat 100 jaar.

2016 2015 2014 2018 2021 2022
2019 Tijdlijn 171
1999 2006 1999-2022TIJDLIJN De samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Zoetermeer en medeontwikkelaars wordt getekend Nesselande in Rotterdam Het Centrumplan Oosterheem in Zoetermeer Het kantoor aan de Heemraadssingel wordt uitgebreid interview favorieten van ... De machinist raakt op stoom Barcelona aan De zevenhuizerplas Jonge honDen doen Het relatiemagazine dat verbindt en inspireert nr 1 winter 2011 2011 Eerste DOEN-magazine 172 Tijdlijn 20122003
Een nieuwe afdeling binnen het bedrijf ontstaat: Transformatie, Verbouw en Onderhoud De opslag en werkplaats verhuizen naar bedrijventerrein Rotterdam Noord-West
2018
Tijdlijn 173 2019
174
175
176

Beste lezer, De afgelopen maanden zijn bijzondere maanden geweest voor mij. Wie een jubileumboek maakt, ontkomt er namelijk niet aan om met betrokkenen herinneringen op te halen. En die talloze herinneringen hebben mij in de aanloop naar het uitbrengen van dit prachtige koffietafelboek een paar bijzondere zaken doen beseffen.

Het eerste besef is dit: Van Omme & De Groot is mensenwerk. Het bedrijf draait niet om één iemand, of om één afdeling. Van Omme & De Groot, dat zijn wij allemaal. Iedere werknemer, in welke functie dan ook, draagt bij aan de kracht van ons bedrijf. Niet alleen nu, maar al 100 jaar lang. Een uniek gegeven, zeker in een snel veranderende bouwwereld.

Het tweede besef is minstens zo bijzonder. Van Omme & De Groot is een oer-Rotterdams bedrijf. Met het op een rij zetten van zoveel verhalen en mijlpalen blijkt eens te meer hoe nadrukkelijk het bedrijf geworteld is in de samenleving van deze stad. Na de Tweede Wereldoorlog moest er in Rotterdam en omstreken worden gebouwd, en u zult het hebben gelezen: dat hebben we gedaan. En hoe. Wie tegenwoordig door de stad rijdt en zoekt naar onze bouw vindt die meteen. En ziet hoe de gebruikers van die gebouwen, al die duizenden die erin wonen of werken, ervan genieten. De maatschappelijke bijdrage van ons bedrijf is een grote geweest. Als directeur en erfgenaam ben ik daar zonder op te willen scheppen natuurlijk best trots op, en dat ben ik met het lezen van iedere pagina van dit boek zelfs nog een beetje meer geworden. Maar wie terugblikt, kijkt natuurlijk ook vooruit. Als ik dat doe, zie ik een mooie toekomst voor Van Omme & De Groot.

Dit bedrijf staat nooit stil. In voorspoed en in tegenspoed blijven wij overeind, de rug recht, het vizier open en vooruit. Met elkaar bekleden we een geweldige positie.

Op één vraag wil ik natuurlijk als erfgenaam van Van Omme & De Groot nog wel graag antwoord geven. Want vaak wordt me gevraagd: “Maar wat nou als jij stopt, Guus?” Daar kan ik maar één ding op zeggen, en dat is dit. Het plan om snel te stoppen heb ik absoluut niet. Ik zou niet weten wat anders te doen. Het bedrijf is mijn leven. 100 jaar Van Omme & De Groot is voor mij nog niet genoeg. Er is nog zoveel te bereiken. Maar als ik er ooit mee stop, dan weet ik zeker dat het bedrijf stevig overeind blijft staan. Omdat de anderen Van Omme & De Groot net zo dragen. Mijn collega’s, die hier in veel gevallen al decennia werken, zijn net zo belangrijk voor het DNA van dit bedrijf. En dat is een groot goed, in een tijd waarin andere Nederlandse bouwbedrijven al zijn opgeslokt en opgegaan in een groter, anoniemer geheel. Die koers hebben wij bewust nooit willen varen, en dat willen we in de toekomst ook niet doen. Wij staan anno 2022 sterk, naast en achter elkaar, en blijven volkomen zelfstandig. Als baken in deze mooie stad en in Nederland, want dat zal de lezer ook niet zijn ontgaan: we zijn enorm gegroeid en spelen in heel Nederland een rol. Dat is een compliment voor ons allemaal. Van Omme & De Groot is een bedrijf dat bouwt én waarop gebouwd kan worden.

Op ons 100-jarig bestaan, op allen die hieraan hebben meegewerkt, en op Van Omme & De Groot!

Guus de Groot

177

COLOFON

Redactie

Guus de Groot

Marco Dijkshoorn

Hanna de Groot-den Ouden

PRSC. Rotterdam

Portretten

Paul de Graaff Photography

Overig beeldmateriaal

Archief Van Omme & De Groot

Voorwoord Hugo Borst

Teksten Anton Slotboom

Concept PRSC. Rotterdam

Van Omme & De Groot bedankt iedereen die heeft meegewerkt aan de totstandkoming van dit jubileumboek en in het bijzonder de relaties, medewerkers en oud-medewerkers die gefotografeerd en/of geïnterviewd zijn:

Erwin van Alphen, Robert van Alphen, Henk Barendrecht, Jean-Baptiste Benraad, Hans van de Bergh, Sjoerd Berghuis, Henk Bessels, Dre Boidin, Jan Both, Petra Breur, Rob Breur, Chris Broere, Ab Brugge, Juan Castillo Fuertes, Bob van Dijk, Marco Dijkshoorn, Nadya Disseldorp, Marga Duchenne, Max Faling, Arie van Gameren, Frans van de Goorbergh, Peter Groeneboom, Guus de Groot, Lavina van der Harg, Hans Harman, Paul Heijkoop, Olivier Hoogveld, Ronald Jansen, Wytzejan de Jong, Henk Klunder, Annick van der Knaap-Baur, Ruud Knippels, Olaf Lange, Dennis Leijser, Piet van der Linde, Mees Luichies, Jos Melchers, Aaike Minnes, Bas van den Nieuwendijk, Ruud van Pelt, Wolf van Pelt, John Scheepens, Ruud de Schepper, Cees Schildmeijer, Andrea Seijkens, Hans van Straalen, Rob van der Valk, Jan Vijfvinkel, Ilse de Visser, René van Vliet, Amber van Voorst tot Voorst, Ineke Wassink, Arie de Zeeuw en Adrie van Zundert

180 Colofon

VERANTWOORDING

UITGELICHTE PROJECTEN

Pag. 22-23

Project: Fabiusschool - Rotterdam

Opdrachtgever: Gemeente Rotterdam

Architect: J.P. Logemann Oplevering: 1923

Pag. 24-25

Project: 76 koopappartementen Aleyda van Raaphorstlaan - Rotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling

Architect: Bureau Hoogstad en Van Tilburg Oplevering: 1989

Pag. 30-31

Project: 895 woningen - Arnhem - Zuid

Opdrachtgever: Centrale Woningstichting Arnhem

Architect: F. van Straten / Rotshuizen / Van Hasselt en Nap Oplevering: 1947

Pag. 32-33

Project: Delta Hotel - Vlaardingen

Opdrachtgever: N.V. Hotelexploitatie Maatschappij Vlaardingen

Architect: Ir. J.W.C. Boks Oplevering: 1955

Pag. 80-81

Project: Centrumplan Oosterheem - Zoetermeer Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling / ING Real Estate / WBV De Goede Woning

Architect: Soeters Van Eldonk Architecten Oplevering: 2012

Pag. 82-83

Project: Centrumplan Newport NesselandeRotterdam

Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling / AM / Lithos Bouw Architect: Joan Busquets / 3xNielsen / Meijer en Van Schooten Oplevering: 2011 (fase 1) / 2021 (fase 2)

Pag. 92-93

Project: The Student Hotel - Rotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling / The Student Hotel Architect: Architectenbureau Karina Benraad Oplevering: 2014

Pag. 94-95

Project: Zuiderterras - Rotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling / Philips Pensioenfondsen

Architect: Bakker & Verhoeff Oplevering: 1979

Pag. 110-111

Project: Renovatie 600 woningen Transvaal - Den Haag Opdrachtgever: Staedion Architect: 01-10 Architecten Oplevering: 2018-2022

Pag. 114-115

Project: 135 studenteneenheden Caland II - Rotterdam Opdrachtgever: Stichting Studentenhuisvesting Rotterdam

Architect: Architectenburo Kraamer Partners Oplevering: 1985

Pag. 116-117

Project: 170 koopwoningen Het Verborgen GeheimRotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling Architect: KuiperCompagnons Oplevering: 2018-2023

Pag. 118-119

Project: Erasmushuis - Rotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling / Coolsingel 104 C.V. Architect: Pwa Design & Engineering (transformatie) / MARS Interieurarchitecten Oplevering: 2015

Pag. 140-141

Project: Hotel Van der Valk - Nootdorp Opdrachtgever: Hotel Van der Valk Den Haag Architect: P.A.M. Teunissen Architectenbureau Oplevering: 2006 (nieuwbouw) / 2019 (uitbreiding)

Pag. 142-143

Project: 152 koopwoningen PrinsenparkbuurtRotterdam Opdrachtgever: Eigen ontwikkeling

Architect: Van Sambeek & Van Veen Architecten Oplevering: 1995

Pag. 144-145

Project: Blaak House - Rotterdam Opdrachtgever: Real I.S. AG Architect: V8 Architects Oplevering: 2018

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.