BÉNÉTEAU OCÉANIS 40, 46 EN 50 VOET
Drie ruimteschepen in de test Er was een tijd dat werven er jaren over deden om met een nieuw model op de proppen te komen. Tegenwoordig is dat wel even anders: ieder botenmerk dat zich respecteert, is het aan zichzelf verplicht om om de haverklap nieuwigheden te lanceren. En zo komt het dat wij op een zonnige dag naar Muiden in Nederland trekken om maar liefst 3 nieuwe boten van Bénéteau te ontdekken: de Océanis 40, 46 en 50. Het is al de vijfde generatie van Océanis sinds de lancering van de reeks, nu 20 jaar geleden.
Zo'n persvoorstelling is natuurlijk geen exclusieve bedoening voor uw lijfblad: de werven maken van de aanwezigheid van de boten gebruik om een hele troep perslui uit te nodigen. Voor deze presentatie van de Océanis 40, 46 en 50voeters is dat niet anders. Er zwermt dus al een groepje Nederlandse collega's over de 40-voetsversie als we aan boord klimmen. We beginnen zoals het hoort, met de kleinste van de drie. Nuja, klein? De meute journalisten en fotografen aan boord - zeker een zestal, dus met ons erbij acht "passagiers" - past zonder problemen in deze nieuweling van de Franse werf. Net als de twee andere nieuwe boten is ook het interieur van deze 40-voeter ontworpen door het Italiaanse designteam van Nauta Yachts. Ze verdienen een pluim voor hun werk, want de kajuit oogt niet alleen ruim, ze is het ook. De grote ramen in de langsrichting spelen daar zeker een rol in, en ook qua luiken en ramen in het dak is deze salon goed voorzien: één panoramische ruit vooraan en een luik in de zoldering. Veel licht, en zoals geweten creëer je met licht ruimte. De keuken in
deze versie bevindt zich in de langsrichting. De stahoogte is genereus, maar dit is dan ook een boot mét opbouw, al past de naam deck saloon hier niet echt: de opbouw is laag en slank gehouden zodat het silhouet er helemaal niet door wordt verstoord. Er bestaat ook een versie met het keukenblok in U-vorm vlak na de kajuitingang, en die uitvoering zou mijn voorkeur wegdragen, omdat de keuken dan toch een beetje meer uit de salon wordt gehouden. Op de testboot staat ze echter in de lengte opgesteld, met zo'n lange zitbank ervoor. Dit is een heel lage bank, zodat je er tijdens het varen geen steun aan hebt als je in de keuken wilt kokkerellen. Dat mag je dus vergeten bij zware zeegang. Nu is het voor de meeste kopers van dit soort boot wel de laatste van hun gedachten om bij zwaar weer in zijn - of haar - potten te gaan staan roeren. Het zijn comfortabele toerboten, gekocht door mensen die graag varen, maar zeker niet spartaans of al te wild. Die evolutie merk je bij alle nieuwe boten: de nadruk op comfort en bewoonbaarheid neemt almaar toe, terwijl de uitrusting voor zeilen bij ruw weer meer en meer in de vergeethoek geraakt. Zo zijn er op deze boot niet eens handgrepen aan het dak voorzien. De eerste - en laatste - houvast na het binnenkomen is een verticale stang aan stuurboord. Een heel mooi afgewerkte stang in inox en leder, dat wel. Een en ander levert een fraai, strak geheel op, dat niet door hinderlijke details wordt gestoord. Zo is ook de lijn van de wandkastjes heel sober gehouden, wat de lengte-indruk nog ten goede komt. Zelfs de gordijntjes zijn, als ze niet zijn toegeschoven, uit het zicht weggewerkt achter een dubbele wand. Ronde vormen vind je in deze kajuit alleen aan de hoeken. Fraai houtwerk, in eigen werkhuis vervaardigd en mooi afgelakt met satijnvernis. Licht hout ook, wat weer de indruk van licht en ruimte versterkt.
Touwtjetrek Is dit nu een decksaloon of niet? Lijnpuristen zullen dadelijk zeggen van wel, want er is natuurlijk die zacht glooiende opbouw. Die is echter zo vloeiend in de lijn verwerkt, dat het haast niet opvalt dat hij er is. Bij dat soort design horen sierlijke ramen over bijna de ganse kajuitlengte. Spijtig genoeg horen daar blijkbaar de laatste tijd - omdat er ook aan de zijkant toch iets moet open kunnen - van die kleine raampjes in de grote ramen bij. Je ziet het nu bij veel merken, maar ik blijf het ondingen vinden. Het is geen gezicht, en ik heb mijn twijfels over de waterdichtheid op lange termijn. Ik hoor de Nederlandse collega's trouwens net dezelfde opmerking uitwisselen. Zij zijn intussen in de weer met de kajuittafel, die niet alleen kan openklappen, maar ook op een ingenieuze manier uit de weg kan worden gedraaid; al duurt het wel even voor je gevonden hebt hoe dat moet: touwtje trekken, draaien, klappen. Applaus weerklinkt op de banken voor de bolleboos die het gevonden heeft. Het verzameld journalistenvolkje zit ook bewonderend naar de gemakkelijk te onderhouden laminaatvloer te staren, compleet met opvangvakje in de bilge onder de tafel. Daar kan je, mits wat oefening de kruimels zó in mikken. Maar de bilgepomp zélf vinden we niet. Die zit zeker goed verstopt. Dat is natuurlijk met meer dingen zo op een boot als deze, die heel rationeel en doordacht wordt gebouwd in grote aantallen: zo verdwijnen bijvoorbeeld ook alle kabelbomen voor elektriciteit en instrumenten tijdens het productieproces voor eens en voor altijd tussen dek en romp. Maar dat geeft niet als, zoals in dit geval, voldoende extra trekdraden voorzien zijn. Die doordachte, economisch verantwoorde manier van bouwen zorgt er ook voor dat je heel veel boot voor relatief weinig geld krijgt: zo zien we op de prijslijst dat deze Océanis 40-voeter BTW inbegrepen nog geen 140.000 euro kost. En dan heb je wel een boot voorzien
van alle mogelijke comfort en de modernste techniek. Er is niet bespaard op veiligheid of uitrusting. Wél heb je deurtjes met rechte hoeken en een eenvoudige omlijsting, bijvoorbeeld. Maar dat past dan weer perfect in het strakke design van deze boot.
Zalig steigerliggen Onder de brede, veilige trap van de kajuitingang huist de Yanmar-diesel van 40 pk. De isolatie lijkt ons op het eerste gezicht aan de dunne kant, maar later tijdens de testvaart zal blijken dat het geluidsniveau toch heel aanvaardbaar is. De motor is, zoals gebruikelijk, ook aan de zijkanten bereikbaar voor gemakkelijk onderhoud. Het motorcompartiment is bovendien van ventilatie voorzien. Aan sommige details merk je dat het hier om een pre-productiemodel gaat: zo is het de bedoeling dat het deurtje van het kastje met de stroomschakelaars en de zekeringen mooi openklapt, maar bij dit rompnummer "3" valt het er gewoon uit als we eraan trekken. Zulke verassingen zijn we gewend bij testboten met een laag productienummer, en het zijn kleine foutjes die bij de volgende boot die van de lijn komt, zeker verdwenen zullen zijn. De échte productie van deze nieuwe reeks komt nu pas goed op gang, begin 2007. Er zullen er allicht veel van de lijn lopen, want er is een gestaag groeiende markt voor dit soort boot: almaar meer gestresseerde medemensen ontdekken de rustgevende zaligheden van het water en dus zit zeilen flink in de lift. Al is dat dan voor sommigen eerder "steigerliggen" dan zeilen, op een boot als deze is daar rekening mee gehouden. Zo is de eigenaarsslaapkamer - van een "hut" is al lang geen sprake meer - bijna even comfortabel als thuis, met veel bergruimte, een kingsize bed, lattenbodem (optie), een badkamer met aparte douche, een make-upspiegel en veel halogeenlampjes die voor een knus effect zorgen. Hier een paar uur languit liggen met een goed boek en de batterijen zijn weer opgeladen om er tegenaan te gaan. En dan moet er niet eens gevaren worden.
Romantiek bij schemerlicht Ook buiten is de boot op ontspanning voorzien, varend of niet. Je komt in de kuip via een schattig saloon-klapdeurtje, geen onhandig gedoe dus met luiken waar je geen blijf mee weet. Dankzij de - tegenwoordig obligate - twee grote stuurwielen heeft deze kuip een heel open karakter, waardoor het er goed toeven is onder vrienden. De cockpittafel is vast, met twee naar boven klappende uitbreidingen. Gezelligheid troef: er is zelfs een 12-volts schemerlampje voorzien, dat in een handomdraai in de daartoe voorziene stekker in de tafel kan worden ingeplugd. Aan het achtereind van de kuiptafel is het scherm van de Raymarine C80 LCD-kleurenplotter zwenkbaar opgesteld, zodat aan beide stuurwielen een goed zicht op de kaart gegarandeerd is. Een bijna perfecte kuip dus, ware het niet dat ook hier de ruggensteun aan de zijkanten aan de lage kant is, maar er is geen enkele moderne boot die nog een hoge kuiprand heeft, dus voor rugpatiënten - zoals uw dienaar - is het tegenwoordig overal afzien geblazen. De slanke deklijn heeft haar rechten, en als je onderdeks ook nog overal stahoogte wilt, dan moet er iéts wijken: onvermijdelijk is dat de kuipdiepte. Maar zoals gezegd: dat zijn nu eenmaal modetrends, en daar treft Bénéteau geen enkel verwijt, want àlle werven lossen het dilemma zo op. Onder de beide banken zijn er toch nog genereuze bakskisten, die met een touwtje worden opengehouden, geen gasveren. Op de 2-
kajuitsversie kan één van de bakskisten dieper worden gemaakt, met nog meer bergruimte en een ingebouwd schap. Ze kan ook van binnenuit worden geopend. Helemaal achteraan in het midden bevinden zich een deurtje, compleet met inox gasveer, en een opklapbaar zitje. Onder het trapje naar het zwemplatform is er ook nog een natte cel. Op die plaats kan je eventueel ook een reddingsvlot in zak-uitvoering kwijt, en aan bakboord is de gasbun, waar 2 grote flessen in passen. De standaard walstroomaansluiting zit ook hier achteraan. In de achterste bakskist is wel wat rommelig omgesprongen met de bedrading die er passeert. Maar dat kan evengoed ook een schoonheidsfoutje van deze preproductieboot zijn.
Hoge kap Terug even naar voren om de tuigage te bekijken. De mast is van het nietdoorlopende type stevig verstaagd, en met twee zalings. Hij is voorzien van twee voetsteunen, om gemakkelijk aan de giek te kunnen werken. Al is dat zelden nodig: de boot is immers uitgerust met lazyjacks en een lazybag. Opvallend is ook hoe vér de mast naar voren staat en hoeveel ruimte er nog is tussen de giek en het dek. Weer: comfort en veiligheid primeren op dit soort boot op sportieve prestaties. Dat merk je ook aan de ruim bemeten buiskap, die heel hoog boven de romp uit torent. Dat is natuurlijk opdat je er zonder te bukken zou onder kunnen en om een goed zicht vooruit te garanderen. Voor onze smaak is ze daarmee té hoog geworden: de kap breekt de fraaie lage lijn van de boot compleet. Het zou ons niet verwonderen mochten nogal wat kopers voor een andere kap kiezen. Dat kan natuurlijk allemaal, veel opties op deze nieuwe reeks van Océanis worden aangeboden in "pakketten", zoals o.a. de elektrische lieren, handgrepen aan de zoldering van de kajuit, een gasfornuis met oven en grill, een acculader, lattenbodems enz. Die pakketten zijn door de werf samengesteld na jaren ervaring, waaruit is gebleken welke opties bij welk soort klant horen. Maar heel veel is ook standaard op deze boot: zoals de warmwaterboiler van 25 l en de 12-volts koelbox. Bij ons bezoekje voor de mast stellen we prijs op de veilige antisliplaag, die niet alleen in het gangboord is toegepast, maar ook bovenop de opbouw. Onder onze voeten lopen de lijnen door onderdekse tunneltjes. De overloop van de grootschoot bevindt zich mooi uit de weg, voor de buiskap. Het grootzeil is volledig doorgelat (optie), en de rolgenua is er één van 140%. Reven van het grootzeil gebeurt met twee lijnen, vanuit de cockpit.
Liever in L We breien stilaan een eind aan onze rondgang op de 40-voets Océanis, want we willen ook nog de 46- en 50-voetversies met een bezoekje vereren. En straks wordt er ook nog gevaren! We stappen dus over naar de Océanis 46. De kuip heeft dezelfde lay-out als die van de kleinere zus, maar dan met diepere bakskisten. Ook de indeling van die kisten is lichtjes anders, net als de plaats van de gasbun. Om binnen in de kajuit te geraken, moeten we eerst even een opstapje over. Dat was er bij de 40-voeter niet. De kuip van deze boot is dan ook "getrapt": het deel waar zich de kajuitingang bevindt, is verhoogd t.o.v. de kuipvloer. Binnen kan je gewagen van een echte "loft"-stijl: alles in één ruimte, die ronduit immens oogt. De in L-vorm opgestelde keuken zorgt ervoor dat de zitruimte ook echt een gezellige salon wordt, zonder keukensfeertje. Aan sfeer is hier trouwens overal veel aandacht besteed: indirect licht komt van onder de
kastjes aan de zijkanten van de kajuit, en in de zoldering zorgen halogeenspots voor gepaste lichtaccenten. Het zijn mooie designspotjes in roestvrij staal, waartegen de plastic lichtschakelaars dan weer wat goedkoop afsteken. Ook het daglicht stroomt op deze grotere boot nog ongeremder binnen, want waar op de 40-voets Océanis kastjes in de zijwanden zijn aangebracht, bevinden zich hier nog eens extra ramen - onder de panoramische zijramen dus. De keerzijde van die medaille is dat er minder bergruimte in de kajuit is, achter de zetels. Er is ook een apart raampje voor extra ventilatie in de keuken. Deze boot behoort al toe aan een eigenaar, en die vertoeft veel aan boord. Er is dus geïnvesteerd in nog meer comfort en veiligheid, zoals lange extra handgrepen aan het plafond, een koelkast met front-opening plus een koelkist, en een 4-pits kookvuur. En eindelijk ook nog eens een écht vast werkblad van een deftig formaat in een bootkeuken! Spijtig dat de grote keukenkast die in de passage naar de achterkajuit is voorzien, alleen toegankelijk is voor heel lenige koks, wegens te diep en te weinig ruimte in de doorgang om vér te bukken. Maar voor de rest is dit een droom van een keuken, met ruimte zat.
Wonder van ruimte Voor een ruimtelijk effect zorgt ook de deels open kajuittrap, met nog bergruimte onder de bovenste trede. Om naar de achterkajuiten te geraken, moet je op een afstapje letten, dat er op de 40-voetversie weerom niet is. Deze slaapkamers zijn echter nog ruimer en de stahoogte is er nog genereuzer. De bijhorende badkamers zijn ook luxueuzer dan op de 40-voeter. Nog een opvallend verschil: de isolatie van de Yanmar 75-pk motor. Die is bijna dubbel zo dik uitgevoerd als bij de 40-voeter! Ook qua design zijn er opmerkelijke verschillen: zo kan de badkamer prat gaan op een designlavabo, en in de kajuit heeft de lange bank een comfortabele middenarmsteun. De eigenaarshut in de voorpiek is supergezellig, met weeral veel halogeenverlichting, en een kaptafel die openklapt. Een kamerbrede spiegel in de punt geeft een nog ruimtelijker effect, waarin het kingsize bed met afgeronde hoeken ideaal tot zijn recht komt. Dankzij kastjes in de wanden boven het bed is de bedlectuur altijd binnen handbereik. Het enige waar je op deze boot moet voor opletten - en dat geldt voor alle 3 de nieuwe Océanissen - is dat je met je slaapkop niet op de tast je trouwring weglegt, want dan bestaat de kans dat je 'm in de spleet laat vallen waarin de gordijntjes zijn opgehangen. Wat daarin terechtkomt is voorgoed foetsie, want het verdwijnt in de dubbele wand achter de bekleding. Slecht voor de huiselijke vrede. Een pluspunt zijn dan weer de deuren met magneetsluiting: eenvoudig en doeltreffend. Al bij al is deze 46-voets versie van de nieuwe Océanis een wonder van ruimte en comfort. Voor nog geen 2 m lengte meer krijg je hier een indruk van ruimte, die voor een echt loft-effect zorgt. Puik designwerk! Maar genoeg rondgestruind hier, over naar de grootste joekel van de familie: de 50-voetsversie.
Eleganter De 50-voet Océanis verdient de naam ruimteschip. Een drijvend paleis, zeker in de uitvoering die we nu bezoeken, want de eigenaar heeft voor luxueuze opties gekozen, zoals fraai leder in de salon. Daar stroomt nóg meer licht binnen, want er zijn maar liefst 5 (vijf!) luiken in het dak. Tel daarbij de panoramische zijramen en de ruiten daaronder en je krijgt echt een zee van licht. Opvallend
detail: op deze boot staat de plotter traditioneel opgesteld, op zijn goede oude plaats aan de kaartentafel. Niet buiten tussen de stuurwielen zoals op de vorige boten. Op speciale vraag van de eigenaar, zo blijkt. Dit bewijst meteen ook dat je, al gaat het hier om een in serie gebouwd product, je toch nog verregaand je boot kunt personaliseren, dankzij de pakketten en exclusieve opties. Zo heeft deze eigenaar zich blijkbaar ook geërgerd aan de te hoge buiskap die origineel wordt voorzien, en voor een lagere versie gekozen. De boot ziet er meteen véél eleganter uit, met een vorstelijke lijn die door niets wordt gestoord. Vorstelijk is ook de breedte van de salon: tussen de ruggen van de comfortabele zetels en de wand is er zelfs nog ruimte voor een barkast. En, wat mij betreft altijd beter: in de "master bedroom" kan je, dankzij de extra breedte, slapen met de hoofden in de punt. Dat slaapt veel knusser dan met de voeten bij mekaar, heb ik al meermaals ondervonden. Dat een ruimteschip als dit standaard kan worden geleverd voor 263.720 EUR incl. BTW, is ronduit verbluffend. Natuurlijk loopt de prijs op als je, zoals deze eigenaar, voor dure opties kiest. Maar dan kan je ook het neusje van de zalm hebben, zoals toiletten met stille spoeling, een elektrische ankerlier met kettingteller, een watermaker die tot 60 l/u kan leveren, een draadloze afstandsbediening voor de automatische piloot, extra gelakte vloerplaten, en ga zo maar door… Spijtig genoeg moeten we ons bezoek aan dit vlaggenschip van de reeks wat kort houden, want buiten nodigt een stilaan opkomend windje tot varen uit. Met deze 50-voeter zullen we niet varen, want de eigenaar heeft vanmiddag gasten en kiest zelf het ruime sop. Maar op de 40- en 46-voeter mogen we het roer in handen nemen.
Weinig wind Dat laten we ons geen twee keer zeggen. We beginnen de test met de 40-voeter, voorzien van de gewone gietijzeren kiel, waarmee de boot 1,9 m diep steekt. De Yanmar brengt ons probleemloos en verrassend stil tot op het open water, met het eilandje Pampus zichtbaar in de verte. De toerenteller wijst 3.000 omwentelingen per minuut aan en we lopen 7,8 knopen. Genoeg om eventueel naderend onweer voor te blijven, als het moet. Buiten staat aanvankelijk maar een windje van 6,5 knopen en het grootzeil gaat erop, samen met de volledig uitgerolde genua. Deze boot is, net zoals de andere, negen tienden getuigd. Als alles mooi getrimd is, lopen we 5,6 knopen bij 105 graden ware wind. Bij 90 graden wordt dat iets meer: 5,7. We gaan wat scherper aan de wind, die inmiddels lichtjes is toegenomen tot 9 knopen. Niet veel, maar genoeg om met deze boot 6 knopen te lopen met 50° ware wind. Nog scherper gaan, tot 40°, wordt dadelijk afgestraft met een terugval van de snelheid tot 5 knopen. Bij meer wind zou het nog scherper kunnen, maar met dit armzalige briesje moeten we het wat ruimer nemen. Bij alle koersen stuurt de boot uiterst licht, wat natuurlijk niet zo verwonderlijk is bij dit rustig weertje. Het gemak van de hoge buiskap komt nu ook tot uiting: je kijkt er perfect onderdoor en het zicht blijft dus ook recht vooruit prima. Niet mooi, die kap, maar wel veilig. Een snelle Bénéteau-motorboot komt ons oppikken en zet ons over naar de 46voets versie, zodat we ook die al zeilend aan de tand kunnen voelen. De wind is spijtig genoeg intussen terug wat afgezwakt en bovendien vlagerig. We meten op de tweede testboot dan ook waarden, die niet echt representatief zijn: bij een windje dat tussen de 6,4 en 6,7 knopen schommelt, lopen we zo'n 5,5 knopen bij een ruime koers van 110 graden. Scherp aan de wind bij 7,7 knopen ware wind halen we er 5,8 knopen uit. We zijn er echter zeker van dat er veel meer zeilpret in deze beide boten zit, als het wat harder wil waaien. Bij een vorige test, van de
Bénéteau-reeks Cyclades, ervoeren we al hoe snedig de boten van deze werf zijn als er een tandje wind wordt bijgestoken. Maar dat zal niet voor vandaag zijn. Het blijft rustig weer, en misschien is dat maar goed ook, voor één keer. Want dat geeft ons ruim de tijd om al varend eens in de gezellige salon te gaan zitten, en dan komt dit concept helemaal tot zijn recht. Dit zijn alledrie boten, waarmee je zelfs tijdens een quasi windstil weekend toch nog heerlijk kunt ontspannen. En dàt is nu net wat het cliënteel van dit soort ruimteschepen voor zijn investering verlangt. Alles mag, niets moet, behalve ervoor zorgen dat je compleet relaxed terug van boord komt, klaar om de drukte van de werkweek aan te kunnen. Opdracht volbracht voor Bénéteau. En voor ons.
Tekst: Frank Maes Foto's: www.concertpix.be
Technische gegevens Type
40-voet
46-voet
50-voet
L.O.A.:
12,17 m
14,09 m
15,10 m
Breedte:
3,96 m
4,30 m
4,49 m
Diepgang:
1,95 m
2,05 m
2,10 m
Waterverplaatsing:
7.680 kg
10.000 kg
12.935 kg
Grootzeil:
37,25 m²
47,60 m²
51,60 m²
Genua:
38,60 m²
53,40 m²
64,20 m²
Watertank:
360 l
565 l
565 l
Brandstoftank:
200 l
235 l
235 l
Motorvermogen:
40 pk
75 pk
110 pk
Info: Ship Shop, Watersportlaan 7, 8620 Nieuwpoort, tel. 058/23.50.32, fax 058/23.93.98, www.shipshop.be, www.beneteau.fr.
Verschenen in: Varen februari 2007