2 minute read

NIET INZETTEN OP OMSCHOLING KAN OVERHEID BIJNA 5 MILJARD PER JAAR KOSTEN

Next Article
VBO AGENDA

VBO AGENDA

Onze manier van werken, leven en wonen ondergaat heel wat transities, onder meer op het vlak van technologie, data & digitalisering, en energie. Die (r)evoluties hebben een significante impact op de arbeidsmarkt. Jobs zullen verdwijnen, nieuwe rollen zullen worden gecreëerd. Maar zowat alle bestaande jobs wijzigen inhoudelijk sterk.

Naar schatting zullen tegen 2030 126.000 jobs verdwijnen en 477.000 nieuwe jobs worden gecreëerd. Dat komt neer op een mogelijke nettogroei van 351.000 jobs. Een rapport van het VBO, Agoria en Deloitte toont aan dat het niet-omscholen van die verdwijnende profielen een sociale kost van 4,8 miljard euro per jaar zou kunnen veroorzaken.

Digitale en datacompetenties zullen een alsmaar belangrijker deel uitmaken van een hele reeks jobs. Geen enkele job ontsnapt volledig aan de impact van de digitalisering. Voor 63% van de profielen zal minstens een professioneel toepassingsniveau van datageletterdheid nodig zijn tegen 2030.

Afgezien van die vaststellingen wil dit gezamenlijke rapport vooral anticiperen op de transitie van ‘skills’: hoe brengen we in kaart welke functies zullen uitdoven, welke functies aan belang winnen, en hoe evolueren we zo optimaal mogelijk van punt A naar punt B? In dat opzicht zijn vorming en levenslang leren van cruciaal belang voor een gedegen arbeidsmarkt- en competitiviteitsbeleid, en de aanbevelingen in dit rapport mikken dan ook op een meer holistische benadering ten aanzien van de skills-transitie.

Omslag nodig in leercultuur

Hoewel de voordelen voor werkgever en werknemer onmiskenbaar zijn, stellen we toch vast dat er nog heel wat verbetermarge is op het vlak van leercultuur. Uit cijfers van Eurostat blijkt dat van alle werkenden in ons land 10,2% aangeeft de laatste maand een opleiding te hebben gevolgd. Dat cijfer ligt lager dan het Europese gemiddelde (10,8%), maar ligt opvallend lager als we het vergelijken met Nederland (26,6%) of met de ‘Nordic countries’ Denemarken (22,3%), Finland (30,5%) of Zweden (34,7%).

Het rapport concludeert dan ook dat een collectieve drieledige inspanning vereist is:

• Vooreerst vereist een modern vormingsbeleid een flexibele, adaptieve aanpak gebaseerd op de (veranderende) wensen van individu en werknemer, en de noden van werkgever en werknemer. Het moet beleidsmatig mogelijk zijn om vormingsinspanningen in te zetten waar die ook effectief opportuun zijn en dat binnen het kader van de arbeidsrelatie.

• Daarnaast moet ook de werknemer het heft in eigen handen nemen en meer anticiperen op veranderingen en de kansen die daarmee gepaard gaan. Door zijn of haar competenties continu mee te laten evolueren en te blijven versterken kan de werknemer via permanente vorming een duurzame loopbaan ontwikkelen.

• Ten slotte moeten bedrijven vaker strategieën uitwerken om alle werknemers bij- of om te scholen. Dat is cruciaal voor ondernemingen om concurrentieel te kunnen zijn, markten te veroveren, nieuwe producten te lanceren, via nieuwe technologieën efficiënter en winstgevender te werken.

Een concreet transitievoorbeeld? Een rol waar druk naar gezocht wordt in zowat alle sectoren en in de financiële dienstensector in het bijzonder, is die van data steward. Die medewerkers hebben inzicht in de stroom van data die een bedrijf bezit en ze bewaken de kwaliteit ervan. Werknemers – administratieve medewerkers in het bijzonder – omscholen tot data stewards zal organisaties een concurrentievoordeel opleveren.

Contact

Monica De Jonghe

Bestuurderdirecteur‑generaal en Executive Manager

Ineke De Bisschop Competentiecentrum Werk & Sociale Zekerheid idb@vbo-feb.be

OPZOEKEN OP VBO.BE

Het evenement (her)bekijken via www.vbo.be > Back to ‘the future of work’ – strategieën voor de digitale transitie

Lees het volledige rapport via www.vbo.be > publicaties > The future of work –Strategieën voor de digitale transitie

WE STELLEN VAST

DAT ER NOG HEEL WAT VERBETERMARGE IS OP HET VLAK VAN LEERCULTUUR.

This article is from: