BEVERS
Biodiversiteit, nog steeds naar af In de artikels over klimaat duikt soms de afname van de biodiversiteit op als belangrijke factor, weliswaar wat ondergesneeuwd tussen vliegreizen en bedrijfswagens. De natuurlijke buffering tegen de opwarming door een goede biodiversiteit is van grote waarde en duidelijk onderschat in het publieke debat. Doen we daar wat aan? Er wordt al wat meer over geschreven en een zeldzame reporter of politieker durft het al iets steviger zeggen, maar in realiteit?
W
e proberen iets dichter bij huis in ons werkingsgebied, waar het grootste verlies aan natuur over de laatste 50 jaar te situeren is in de Scheldemeersen van Doornik tot Gent, met rijke kernen toen in Pottes, Avelgem, Melden, Oudenaarde, Zingem en Zevergem. Pompstations oa. in Melden en Oudenaarde luidden de ondergang in: weg hooiweiden en overstromingen en daarmee ook zoveel soorten die nu het gebied op ‘Europees belangrijk’ zouden zetten. Industrie en intensieve landbouw namen over, de verschraling was ingezet, ‘streekontwikkeling als nieuwe slogan’ smoorde het groene protest in de kiem. 2019: met op pensioen te gaan heeft men al wat meer tijd en ik kon op mijn 69e toetsen wat we allemaal kwijt geraakten in de tussentijd, wandelen in de natuur van mijn jeugd. Het zou een lange reeks kunnen worden maar ik wil me beperken tot drie voorbeelden uit dat jaar.
Waterbeheer
Warme zomers, we worden stilaan experts! Ik herinner me nog alle beken waar we ooit kikkers vingen maar ons tegelijk verwonderden over planten als waterviolier, pijlkruid en grote boterbloem en over massa's kikkers, maar ook kleine snoekjes, salamanders, zomertalingen en noem maar op. Verleden jaar vonden de wateringen van Melden het een schitterend idee om
eens ‘goed te ruimen’ in de Heilsbroek, Berchem (en bovendien alle smurrie blijvend op de kant te deponeren). Met de droogte was dat een aanslag op wat nog in de beken voorkwam: in die laatste centimeter water lagen de stekelbaarzen te sterven, samen met slakken en ander waterleven, droge leegte zou volgen. Biodiversiteit? Blijkbaar nooit van gehoord, terwijl men toch na drie droge zomers zijn plannen al wat had kunnen aanpassen. En dat is niet alleenstaand: een paar jaar eerder op een winterse dag was een aannemer een beek aan het ruimen, de aangrenzende paar lage knotwilgen incluis. “Voor de afwatering hé mijnheer … Ja, maar er staat hier nooit water in ... het hoort bij ons werkplan …” daarmee verdwenen de laatste restjes groen uit de nu echt blote kouter. Nooit verder daar nog een zingende roodborsttapuit gezien, wiegend op zijn wilgenstokje, nestje in de berm. De wateringen, dat is een bastion met veel macht en gestuurd door de landbouw, zo ongeveer overal in de clinch met natuur en met particulieren en zo te zien met erg weinig aandacht voor biodiversiteit. Wat overleg zou hier geen kwaad kunnen, hoog tijd voor ons Natuurpunters om eens die grens over te steken? Misschien ook om het kostenplaatje, aanleunend bij natuurbeheer! eens te bekijken dat jaarlijks van de gemeentekas daarheen vloeit … duizenden euro’s werkingskosten!
Wegbermbeheer
Dat is nu een hoofdstuk waarvan veel lezers denken: dat is goed geregeld ... Maaischema’s, firma’s, data … in meerdere gemeenten is dat ook zo, maar in nog veel meer niet en wat met de grond van de zaak: meer biodiversiteit? Een voorbeeld, weer in de Heilsbroek, nu een echt landbouwgebied met gelukkig nog wat bredere bermen. Daarin bloeiend bij het begin van de zomer: (4 juli) knoopkruid, vlasbekje, wilde peen, veldlathyrus en co. en wilde bertram, allicht nog een overblijfsel uit tijden dat het gebied een echt broek was. Het was de tijd van de distelvlinders, tientallen op al wat bloeit, maar ook zandoogjes, witjes en zowaar twee koninginnenpages ... Een paar dagen later passeren we er opnieuw, alles is ‘netjes’ gemaaid, eerder geschoren en opgezogen, geen bloem staat nog recht. Er staat daar één huis met een grote bos lavendel voor de deur, en daar zitten alle vlinders samen als vluchtelingen op dool naar voedsel, want de berm is ‘correct gemaaid’. Weg zijn ook alle rupsen en insecten aan deze rijk gedekte tafel, geen zwaluw probeert nog zijn kans … Kluisbergen is een gemeente met een bermbeheerplan, waar ze veel geld aan uitgeven, te goeder trouw en verdienstelijk in vergelijking met andere gemeenten en toch schort er wat. Het ligt hem in de grootschaligheid van dat industrieel maaibeheer, alles weg op korte tijd over kilometers wegberm, een gat in de jaarcyclus van veel soorten. Hier ligt de oplossing in een gefaseerd maaibeheer, gegoten in een plan, na inventarisatie van de bermen. Het kan bv al helpen door eerst de berm aan de goed bemeste perceelsranden te maaien en in een latere fase de brede uitbloeiende wegkant, ook ruimtelijk gespreid zodat er steeds een
46 meander2020_April_56p_v2.indd 46
23/03/2020 18:12