15 minute read

KAFT Dossier energie

Een volatiele energiemarkt zorgt intussen al bijna een jaar voor ongerustheid en bijkomende kosten door oplopende energiefacturen. Hoe kunnen bedrijven hiermee omgaan? Vijf verschillende actoren zoomen in op dit energievraagstuk.

Benoit Matthys, adviesbureau PowerPulse: ‘Probeer uw piekverbruiken te spreiden’

Na uitstel tot tweemaal toe moeten bedrijven ook rekening houden met de nakende invoering van het capaciteitstarief. Volgens het huidige voorstel betalen ondernemingen vanaf januari 2023 dan substantieel deel van de nettarieven op basis van de capaciteit van het stroomnet die ze kunnen gebruiken. ‘Het wordt des te belangrijker om voort te bouwen op een grondige analyse van je energiefactuur’, weet men bij energieadviesbureau PowerPulse, dat bedrijven helpt hun energiekosten onder controle te krijgen.

door Jan Van de Poel fotografie Koen Fasseur

De invoering van het al langer aangekondigde capaciteitstarief moet overbelasting van het elektriciteitsnet vermijden, nu we hoe langer hoe meer overschakelen naar het gebruik van groenere energie. In dat nieuwe systeem moeten gebruikers van het stroomnet een bijdrage daarvoor moeten betalen, hoofdzakelijk gebaseerd op de maximale maandpieken in verhouding tot de beschikbare netcapaciteit volgens het contract met de netbeheerder. Tot nu toe werd die distributienetbijdrage voornamelijk berekend op basis van het werkelijke energieverbruik. ‘Kort gezegd komt het erop neer dat gebruikers hun energieconsumptie dichter bij hun netcapaciteit moeten brengen, zeg maar de kloof tussen hun werkelijke en voorziene verbruik zo klein mogelijk moeten maken. En ze moeten er al zeker over waken dat die verbruikspieken al helemaal niet boven die voorziene netcapaciteit schieten’, stelt energie-expert Benoit Matthys. op. Vanuit expertise in uiteenlopende energie- en consultancybedrijven dat zijn negenkoppig team heeft opgedaan, speelt dit Mechels bedrijf in op de energiezorgen van ondernemers.

‘De volatiliteit speelt inderdaad momenteel volop, maar anderzijds is panikeren evenmin aangewezen. Want het verleden leert ons dat energiemarkten over een langere periode fluctueren. Door de markten proactief op te volgen en tijdig te anticiperen, kunnen prijsrisico’s sterk getemperd worden’, stelt Benoit Matthys. ‘Anderzijds is elke kilowattuur elektriciteit die niet onnodig is verbruikt, wel gewonnen. Bovendien moeten bedrijven hoe dan ook inzetten op rationeler energieverbruik, energieefficiëntie en milieuvriendelijke technologie, in de lopende transitie naar een duurzame circulaire economie. Want met de Green Deal heeft Europa zichzelf de ambitie opgelegd om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. Volgens zijn Fit for 55-programma wil het de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 al met minstens 55 % gereduceerd zien ten opzichte van de jaren 1990. Maar daar zijn we nog lang niet en de tijd dringt stilaan. Terwijl grote bedrijven al goed hebben begrepen daarop te moeten inspelen, is die sense of urgency bij energie-intensieve kmo’s nog minder aanwezig.’

EERST GRONDIG FACTUUR ANALYSEREN

Zo bewust mogelijk omgaan met energieconsumptie moet volgens PowerPulse dus in menig opzicht een basisbeginsel zijn voor bedrijven, al is het maar omdat de huidige context energie een des te belangrijker element in de bedrijfsstrategie maakt. En dat moet al beginnen met een regelmatige grondige check van de energiefactuur. ‘Alleen merken we dat dit in bedrijven nog veel te weinig gebeurt. Er wordt geen tijd voor gemaakt, omdat men te sterk op z’n business is gefocust of onvoldoende geïnformeerd is. Terwijl je net op een grondige analyse van je energiefactuur moet voortbouwen. Zeker met oog op de invoering van het capaciteitstarief is het belangrijk om een beeld te krijgen van je piekverbruiken en die af te vlakken’, haalt Benoit Matthys aan. ‘Die kan je bijvoorbeeld al eenvoudig uitvlakken door op maandagochtend niet al je productielijnen gelijktijdig aan te schakelen, maar dat sequentieel te doen. Met zo’n eenvoudige ingrepen kan je meteen al veel uitsparen. Waak er ook over dat je gekochte energie ook nuttig wordt gebruikt. Als die door verouderde of slecht functionerende installaties aan een te slechte kwaliteit terug op het stroomnet komt, kan de netbeheerder je daarvoor beboeten. Door groene energie zelf op te wekken of op het goede moment aan te kopen met contracten voor langere tijd, verklein je niet alleen je ecologische voetafdruk. Je maakt je zo ook meteen minder afhankelijk van eventueel hogere marktprijzen later. Het kan opportuun zijn om om niet het volledige volume voor je energiebehoefte voor langere tijd vast te leggen, maar voor een percentage ervan aan te kopen via de variabele spotmarkt (markt op korte termijn, red.). Die verhouding kan je laten fluctueren naargelang de opportuniteiten op de energiemarkt. Nieuwe contracten onderhandel je best enkele jaren op voorhand op stabiele marktmomenten. Zo ben je minder vatbaar voor grote prijsschommelingen.’

www.power-pulse.com

Vijf energietips

1. Vermijd superpieken en breng ze in lijn met het toegangsvermogen bij de netbeheerder. 2. Controleer regelmatig uw factuur . 3. Investeer in hernieuwbare energieproductie met de juiste dimensie ten opzichte van uw verbruiksprofiel. 4. Sluit nieuwe energiecontracten enkele jaren op voorhand af en optimaliseer uw aankoopstrategie. 5. Onderhandel marktconforme prijzen van de groenestroom- en WKKcertificaten. De VREG-rapporten zijn daarbij een goede leidraad.

Deelnemer Plato Algemeen Management Waasland

Jimmy Van Broeck, ledverlichtingsspecialist Lumosa Belux: ‘Door leds te dimmen, win je nog extra’

Als de laatste het licht niet uitdoet, wordt dat tegenwoordig meteen duidelijk op de energiefactuur. Tenzij de ruimte in het licht baadt door ledverlichting. ‘Vergeleken met conventionele verlichting is het energieverbruik ervan slechts de helft’, benadrukt Jimmy Van Broeck van ledverlichtingsspecialist Lumosa Belux uit Temse.

door Jan Van de Poel fotografie Wim Kempenaers

Als Nederlandse fabrikant van ledverlichting is Lumosa onder die merknaam al sinds 2013 op de markt in België. Toen installeerde Jimmy Van Broeck al voor het eerst ledverlichting rond sportterreinen. ‘Negen jaar verder hebben we al enkele honderden referenties gerealiseerd in België, Luxemburg en meer recent ook Frankrijk, sinds 2018 als Lumosa Belux’, legt Jimmy Van Broeck uit. ‘Onze corebusiness is het uitlichten van sportterreinen en andere omvangrijke buitenterreinen, zoals parkings van bedrijven. Wereldwijd, tot in China en Nieuw-Zeeland toe, heeft Lumosa al relightingprojecten met ledarmaturen van hoog vermogen uitgevoerd van bijvoorbeeld voetbalstadions en hockey- en atletiekterreinen. In België is sinds twee jaar de buitenverlichting van het nationale voetbalcentrum van de Koninklijke Belgische Voetbalbond in Tubeke, zeg maar het trainingscentrum van de Rode Duivels, ons sprekend visitekaartje.’ Ook wie voor een concertbezoek aan het Sportpaleis parkeert op Park Spoor Oost, vindt daar sinds 2015 moeiteloos de weg door de ledverlichting van het Wase bedrijf. De productie van de armaturen en andere elementen gebeurt deels in Nederland, deels in China. Vanuit Temse biedt de verlichtingsspecialist vooral ondersteuning aan zelfstandige installateurs die haar oplossingen plaatsen. Jimmy Van Broeck: ‘We nemen de lichtstudie bij de eindklant voor onze rekening. Die bepaalt welke armaturen en welke lenzen nodig zijn. Op basis daarvan stellen we dan een oplossing op maat samen. Ook het afstellen van de intelligente sturing van de geïnstalleerde verlichting nemen we voor onze rekening. Die is eveneens helemaal op maat in te stellen, zowel via het internet als een app die we zelf hebben ontwikkeld.

Zo laat een agendafunctie toe om verlichting automatisch te dimmen of uit te schakelen op vooraf bepaalde tijdstippen, bijvoorbeeld na het einde van een training. Zo vermijd je dat verlichting een hele nacht blijft branden, omdat de laatste op de knop is vergeten te drukken.’

GROTE WINSTEN

In die mogelijkheid ligt volgens Jimmy Van Broeck meteen al een van de grote winsten van ledarmaturen in vergelijking met conventionele verlichting. ‘Qua energieverbruik win je met die switch op vol vermogen al 50 % aan energieverbruik. Als je die verlichting dan nog eens begint te dimmen, loopt de winst met ledverlichting nog verder op. Terwijl dat bij conventionele lampen geen enkel bijkomend effect heeft’, stipt hij aan. ‘Zeker wie tot nu toe de omschakeling naar ledverlichting heeft afgehouden, ziet bij de huidige prijzen voor elektriciteit nu veel geld door de vingers glippen. Conventionele lampen zijn bovendien alsmaar moeilijker te verkrijgen en in korte tijd is de prijs ervan zelfs verviervoudigd. Hierdoor kosten ze al bijna evenveel als ledarmaturen.’

VERSCHUIVING VERSNELT

Zeker in de sportwereld zet de verschuiving van conventionele verlichting naar ledverlichting zich hierdoor sinds een tweetal jaar door. Jimmy Van Broeck: ‘Werken met ledverlichting is nu al vaak een vereiste in de lastenboeken voor het uitrusten van sportvelden. In die kringen zit de versnelling er echt wel aan te komen. In de markt van industriële projecten lijkt het allemaal wat trager te evolueren. De wil om over te schakelen, is er wel. Maar verbruikers zien bijvoorbeeld vaak op tegen het werken met verschillende sturingen van verschillende fabrikanten. Door de huidige omstandigheden ben ik ervan overtuigd dat de markt over een vijftal jaar volledig omgevormd zal zijn.’

Het voortdurend doorontwikkelen van ledverlichting zal daar volgens hem alleen maar bij helpen. ‘Fabrikanten slagen er alsmaar in om met eenzelfde vermogen steeds meer licht te genereren. Als je steeds minder lichtpunten nodig hebt die bovendien elk nog eens een lager vermogen hebben, zal het energieverbruik automatisch nog verder worden gereduceerd. Met afschermkappen is het ook perfect mogelijk om strooilicht tegen te gaan en lichthinder dus tot een absoluut minimum te beperken’, geeft Jimmy Van Broeck nog aan.

‘Fabrikanten slagen er alsmaar in om met eenzelfde vermogen steeds meer licht te genereren.’

‘Tegen extreme prijsstijgingen kan je je wapenen met contracten op langere termijn, waarbinnen je al kleinere schijvenvolume in prijs vastlegt. ’

Anya Kussé en Chris Elbers, Odot

Deelnemer Accelero

Anya Kussé en Chris Elbers, contractbeheerder Odot: ‘Ook met energie kan je Tetris spelen’

Door de energiestorm die woedt, moeten particulieren het al even stellen met beperkte opties voor gas en elektriciteit. Groepsaankopen werden geannuleerd en leveranciers bieden nauwelijks nog vaste prijzen aan. Gelukkig zijn er voor bedrijven nog wel interessante mogelijkheden op de markt, bewijst energiecontractbeheerder Odot uit Schoten.

door Jan Van de Poel fotografie Koen Fasseur Een energiecontract dat variabele en vaste prijzen combineert, zodat u voor verschillende jaren zelf de ideale mix kan samenstellen naargelang de evolutie van de prijzen. Dat is in een notendop de magie van Odot om de energiefactuur van zijn klanten ook in woelige energietijden mee onder controle te houden. ‘Daarin slagen we door in eerste instantie contracten te onderhandelen voor grotere clusters van bedrijven. Samen staan die voor een verbruik van tot wel 100.000 megawattuur. Door dat grote volume wordt de marge van de energieleverancier geminimaliseerd en bekomen we zeer flexibele energiecontracten. Daarbinnen kunnen we zelf de prijsrisico’s voor de klant beperken. Zo’n contract kan je als individueel bedrijf zeer moeilijk bekomen, zeker in de huidige energiecrisis. De tweede fase, waarin we de ideale prijzenmix samenstellen, is nog het meest cruciaal. Dat doen we met een blik op de tendenzen op de verschillende markten om energie te verhandelen. Voor bedrijven vormen die prijzen de grootste basis van hun energiekosten. Spotten we een gunstige opportuniteit voor een bepaalde periode van het energiecontract, dan leggen we die prijs vast voor het hele volume of een deel ervan. Je kan het vergelijken met Tetris spelen met energie’, schetst CEO Chris Elbers het aankoopmodel van Odot, waaruit dat zelf zijn vergoeding puurt. Odot beheert intussen voor 60 miljoen euro aan energiecontracten voor een duizendtal bedrijven, een mix van middelgrote en grotere ondernemingen. ‘Door onze manier van aankopen konden onze klanten in 2020 zo’n 20 miljoen euro op hun energiefactuur uitsparen. Voor de meesten hebben we bijvoorbeeld de prijs voor aardgas vastgelegd tot einde 2023, soms zelfs tot 2025. En dat aan een tiende van de huidige variabele tarieven. Hierdoor hebben zij niet de minste last van de huidige extreme prijzen voor gas en elektriciteit.’ ‘Ook voor de leveranciers heeft onze aanpak voordelen. Een individuele klant kan met een lager verbruik maandelijks onder zijn energiecontract onderuit. Wij krijgen het mandaat van onze klanten voor meerdere jaren. Zodra we voor onze klant een contract afsluiten, weet de leverancier dat dit wordt uitgevoerd’, vult COO Anya Kussé aan.

VOLUME MAAKT HET INTERESSANT

Zelfs in de huidige marktsituatie hebben energieleveranciers volgens beiden nog bewegingsruimte met hun prijzen. ‘Sommigen zijn in moeilijkheden. De context houdt een aantal spelers ook tegen om scherp te bieden op onze clusters. Maar door de grotere volumes die we aanbieden, zijn die clusters op zich al interessant voor energie-aanbieders. Omdat wij zelf energie hebben verhandeld, merken we meteen waar er extra marge in de prijzen wordt verwerkt. Leveranciers weten dat, waardoor we in ons concept nauwelijks met hen moeten onderhandelen. Voor mooie clusters gekoppeld aan leuke volumes wordt op sommige momenten zelfs bijna gevochten’, geeft Chris Elbers aan. Bedrijven kunnen daar heel wat bij winnen, want het jongste jaar nam energie plots een veel grotere hap uit hun budget. ‘Voor energie-intensieve bedrijven in bijvoorbeeld de voedings- of de metaalsector heeft dit een enorme impact. Hoe een bedrijf energie aankoopt, bepaalt nu soms over winst of verlies. Waar energie vroeger bijvoorbeeld door de facilitymanager werd beheerd, zien we dat deze bevoegdheid nu meer en meer terug in handen van de CEO komt’, merkt Chris Elbers. In de markt heeft zich volgens Anya Kussé ook een kentering doorgezet. ‘Vroeger onderhandelden bedrijven vooral om de laatste centen uit hun tarief te halen. Nu willen de meesten zich vooral indekken tegen risico’s van extreme prijsstijgingen’, stelt ze. Chris Elbers: ‘Daar kan een bedrijf zich tegen wapenen met contracten op langere termijn, waarbinnen je al kleinere schijven volume in prijs kan vastleggen. De elektriciteitsprijs voor 2025 staat momenteel hoog, maar anderzijds bedraagt die maar de helft van de huidige prijs. Dan kan je bijvoorbeeld al een kwart van je nodige volume aan dat tarief vastleggen. En daalt de prijs weer, dan is er nog 75 % over om daarop in te spelen.’

START VANUIT VERBRUIK EN BEHOEFTE

Volgens hem weet een groot deel van de bedrijven wel dat die prijsmogelijkheden bestaan, maar kunnen ze die nog te weinig toepassen. ‘Het advies van leveranciers op dit vlak speelt vooral in op wat hen prijsmatig en naar omstandigheden het best uitkomt, en niet hun klant’, benadrukt de CEO nog. ‘Bewust omgaan met energie houdt veel facetten in. Vandaag zoeken bedrijven vooral naar een transparant beeld van hun behoefte en hun verbruik. Van daaruit kan je werken aan efficiëntie en optimalisatie, zelfproductie en eventueel verkoop van jouw restenergie. Rond duurzaamheid kan je niet meer omheen. Het energiemarktmodel is bovendien nog volop in verandering. Dat staat nu ook open voor nieuwe mogelijkheden die pakweg elektromobiliteit, duurzame energieproductie, batterijtechnologie en digitale meters bieden. Zo zullen bedrijven bijvoorbeeld kunnen kiezen voor aparte energieleveranciers voor hun productie en hun elektrisch aangedreven vloot. Dat zal de complexiteit voor een bedrijf om juiste keuzes te maken alleen maar vergroten. Spelers zoals wij kunnen data ophalen bij de netbeheerder en die voor de klant inzichtelijk in beeld brengen. De verdere data-ontplooiing door de massale installatie van de digitale meter zal ook enorme opportuniteiten creëren.’

www.odot.be

Meer weten over Accelero? Alle info via deze QR-code

SCAN ME

Verbruiker Philip De Prest, rederij Flandria: ‘We varen elektrisch de 21ste eeuw in’

De komst van The Tall Ships Races naar Antwerpen eind juli markeert ook voor Flandria een bijzonder moment. Want voor het eerst in haar honderdjarig bestaan zet de Antwerpse rederij dan zelf een elektrisch aangedreven schip in het Antwerpse havengebied in.

door Jan Van de Poel fotografie Dirk Kerstens

Elektrisch varen is niets nieuws voor zaakvoerder Philip De Prest van rederij Flandria. Al in 2006 introduceerde hij als eerste in Vlaanderen elektrisch aangedreven boten, toen voor recreatieve stadsrondvaarten in Mechelen. Daarvan zet hij er in de Dijlestad intussen al drie in. Vanaf eind juli glijdt Flandria ook geluidloos door de Antwerpse haven, door een samenwerking met de Nederlandse rederij De Zilvermeeuw. ‘Die heeft van duurzaamheid haar handelsmerk gemaakt. Met de Z8 beschikt ze over een hybride rondvaartboot die tot vier uur lang uitsluitend op elektriciteit kan varen. In acht uur laadt die zijn batterijen weer volledig op’, legt Philip De Prest uit.

Door afspraken te maken over het inzetten van de Z8 in Antwerpen, lost hij al deels zijn belofte uit 2017 in. ‘Na enkele moeilijke jaren zag Studio 100 toen geen toekomst meer in de rondvaarten. Omdat ik een icoon als Flandria niet verloren wou zien gaan, heb ik de rederij overgenomen. Ik nam me toen ook voor om haar verder in de 21ste eeuw te loodsen. Stap voor stap klommen we weer uit het dal, tot corona begin 2020 plots opstak’, vertelt Philip De Prest.

HYPERMODERNE SYSTEMEN

Hoewel de Flandria-vloot hierdoor de jongste jaren slechts beperkt kon uitvaren, wil hij in het jaar van het eeuwfeest vooral vooruitkijken. Daarom wil hij ook volop gaan voor duurzamer varen. ‘De Z8 is op dat vlak het neusje van de zalm. Zo wordt de restwarmte van de motoren benut om het schip te verwarmen op koelere dagen en wordt tijdens de zomer buitenwater gebruikt voor de koeling. Hypermoderne systemen reduceren de uitstoot van onder andere stikstofoxiden, onverbrande koolwaterstoffen en fijnstof met respectievelijk 80, 90 en 97 %’, stipt de Flandria-baas aan. ‘Bedrijven zijn duidelijk geïnteresseerd in rondvaarten op een duurzamere manier. Met amper promotie voor dit nieuwe aanbod lopen de aanvragen al binnen. We focussen er in eerste instantie mee op evenementen zoals bedrijfs- en huwelijksfeesten. Daarbij kunnen we gaan tot 100 passagiers voor een diner of tot 175 passagiers voor een receptie.’ Voor de havenrondvaarten valt Flandria terug op drie nog klassiek aangedreven schepen. ‘De hoge brandstofprijzen maken het ons evenwel niet makkelijk. Terwijl we in 2020 nauwelijks 16 eurocent voor een liter betaalden, is dat gestegen naar liefst 1,12 euro per liter vandaag. Dat is liefst zevenmaal meer op nauwelijks twee jaar. Daarom varen we bij rondvaarten alleen uit als er voldoende passagiers zijn aangemeld. Door groepjes te bundelen, slagen we daar wel vaak in’, legt Philip De Prest nog uit. ‘De hoge brandstofprijzen zijn anderzijds een sterk bijkomend argument om in te zetten op een vergroening van onze huidige vloot. Omdat dit stevige investeringen vraagt, zullen we dit in fases aanpakken zodra de context daarvoor gunstig is. Hiervoor zoek ik in het Antwerpse bedrijfsleven nog een geschikte partner met een hart voor Flandria.’

www.flandria.nu

This article is from: