Akademos oktober 2005

Page 1

Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 1

Verschijnt 5 maal per jaar, in feb., apr., juni, okt. en dec. Afgiftekantoor 1099 Brussel X P409339

BELGIË - BELGIQUE

P.B. Brussel X BC 9467

TIJDSCHRIFT TOELATING GESLOTEN VERPAKKING

Akademos I n f o r m a t i e m a g a z i n e v a n d e V r i j e U n i v e rs i t e i t B r u s s e l J a a rg a n g 8 - N ° 4 - o k t o b e r 2 0 0 5

Associatie opent academiejaar ............................................................... p4 Ik ben nog niet met pensioen .............................................................. p8 Interview met Herman De Croo

AZ-laboratoria scoren met kwaliteitsbeleid................................... p13

Onderzoek .................. p2

Nieuw sportcentrum p7

Begrijpt u de Europese 1. Grondwet? ................. p12


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 2

ONDERZOEK KORT

Wist u dat… … DATACOMMUNICATIE TIEN KEER SNELLER GAAT MET DE EQUALIZERCHIP? EqcoLogic, een nieuwe spin-off van de Vrije Universiteit Brussel, heeft een chip ontwikkeld die datacommunicatie tot tien keer sneller kan laten verlopen. Het bedrijf ontwikkelde een zogenaamde equalizerchip die verzwakte digitale signalen weer kan opwerken tot foutloos leesbare digitale informatie. De snelheid waarmee data worden doorgezonden, is voor veel toepassingen zo hoog dat die nog slechts korte afstanden kunnen overbruggen. De oorzaak ligt onder meer bij verlies in draden, kabels en op gedrukte schakelingen. De equalizers van EqcoLogic slagen erin die verliezen te minimaliseren. Zo vertienvoudigen ze de snelheid over eenzelfde afstand. Daarbij verbruiken de equalizers bijzonder weinig energie en kunnen ze ervoor zorgen dat het communicatiesysteem de helft minder energie verbruikt. De meest voor de hand liggende toepassingen voor de chips zijn verbindingen tussen camera en opnameapparatuur, bijvoorbeeld in HDTV-studio's, in standaardsystemen voor datatransmissie zoals firewire, en in elk systeem dat tegen hoge snelheden of over langere afstanden digitale data wil verzenden. De oprichting van EqcoLogic is het orgelpunt van twee jaar onderzoek, onder leiding van prof. Roger Vounckx van de onderzoeksgroep Laboratory for Micro& Photonelectronics (LAMI). De spin-off kreeg ondertussen van het Verbond voor Belgische Ondernemingen de prijs voor het beste project, ter waarde van 5000 euro.

…EEN ROOKSTOP-HULPMIDDEL WIELRENNERS BETER DOET PRESTEREN? Wielrenners die het geneesmiddel Zyban (generische naam bupropion) nemen, presteren bij hoge temperaturen (30°) gemiddeld 9% en soms tot 25% beter dan anderen. Maar tijdens die inspanningen kan hun lichaamstemperatuur wel oplopen tot 40° zonder dat in de hersenen hierover een waarschuwingssignaal ontstaat. Hun gevoel van inspanning in zulke situaties blijft immers hetzelfde als in de placebosituatie. Dat blijkt uit een onderzoek van de vakgroep Menselijke Fysiologie van de Vrije Universiteit Brussel. Prof. Romain Meeusen, coördinator van het onderzoek, merkt ook op dat bupropion sinds 2003 niet meer op de dopinglijst van het World Antidoping Agency (WADA) staat. "Als je bedenkt dat bijvoorbeeld tijdritten tijdens de Ronde van Frankrijk vaak bij hoge temperaturen gereden worden, dan is er reden genoeg om het middel terug op de lijst te plaatsen. Dit geneesmiddel werkt in op het thermoregulatiecentrum in de hersenen en zal de 'noodrem' die normaal aanwezig is, omzeilen. Dat kan gevaarlijk zijn", aldus prof. Meeusen.

De onderzoekers van Eqcologic

…ER HOOPVOLLE RESULTATEN ZIJN IN HET DIABETESONDERZOEK? Vlaamse onderzoekers hebben een doorbraak bereikt in het onderzoek naar suikerziekte. Voor het eerst zijn ze erin geslaagd het ziekteproces af te remmen bij patiënten met Diabetes type-1 bij wie pas de diagnose was gesteld. Het onderzoek werd, onder leiding van dr. Bart Keymeulen van het AZ van de Vrije Universiteit Brussel, uitgevoerd bij 80 patiënten, voornamelijk in ons land en voor een klein deel in München. Diabetes type-1 is een zogeheten auto-immuunziekte, waarbij cellen van het immuunsysteem eigen lichaamscellen aanvallen en vernietigen. Bij diabetes gaat het om 'bêta-cellen' die insuline produceren, een hormoon dat de bloedsuikerspiegel regelt. Bij een testgroep die een pas ontdekt antilichaam kreeg toegediend, bleek dat de functie van de bêta-cellen werd gevrijwaard. Het afremmen van diabetes blijkt voorlopig enkel te kunnen bij patiënten bij wie pas de diagnose werd gesteld en die nog tenminste 25 tot 40 procent van hun totale aantal bêta-cellen over hadden. Niet iedereen komt dus in aanmerking voor een eventuele behandeling. Overigens is er zeker nog enkele jaren klinisch onderzoek nodig alvorens er sprake kan zijn van routinematig behandelen. De resultaten verschenen alvast in het gezaghebbende medische tijdschrift 'The New England Journal of Medicine'. 2.

…VLAAMSE MANNEN EN VROUWEN STEEDS MEER NAAR ELKAAR TOE GROEIEN WAT HUN VRIJETIJDSBESTEDING BETREFT? De onderzoeksgroep TOR (Tempus Omnia Revelat) van de Vrije Universiteit Brussel vroeg vorig jaar 1.780 Vlamingen tussen 18 en 75 jaar om een week lang een dagboek bij te houden waarin ze opschreven hoe ze hun tijd besteedden. In 1999 deden 1.533 Vlamingen tussen 16 en 75 jaar hen dat al eens voor, en het mag duidelijk zijn: onze vrijetijdsbesteding is geëvolueerd. Opmerkelijk is dat vrouwen per week maar liefst 1uur en 51 minuten minder uittrekken voor het huishoudelijk werk. Mannen trekken daar net een half uurtje meer voor uit dan vijf jaar geleden. Ook gaan vrouwen tegenwoordig vaker uit werken, terwijl mannen de voorbije jaren danig de schaar hebben gezet in hun werkuren (-1 uur). Toch hebben mannen niet meer vrije tijd dan vroeger en vrouwen wel. Meer dan een uur extra, maar het totaal aantal uren vrije tijd ligt voor vrouwen nog steeds lager dan voor mannen. De totale werklast is voor iedereen gedaald van 42u48 naar 42u07. En toch hebben we het gevoel dat we steeds minder tijd hebben. In 1999 vond 36,7% dat de tijdsdruk te hoog lag, in 2004 was dat al opgelopen tot 38%.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 3

… DE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL HELPT BIJ DE VERKIEZINGEN IN CONGO?

…BIJNA ÉÉN OP ZES JONGEREN SOMS GEWELD GEBRUIKT TEGENOVER HUN OUDERS? Kim Van Langenhove ondervroeg voor haar thesis klinische psychologie aan de Vrije Universiteit Brussel 479 jongeren uit het technisch (TSO) en beroepsonderwijs (BSO) over agressie. Zij kwam daarbij tot de vaststelling dat liefst één op zes jongeren regelmatig geweld gebruikt tegenover zijn/haar ouders. In 2004 gaf een soortgelijk onderzoek aan dat het percentage bij leerlingen uit het algemeen secundair onderwijs (ASO) even hoog ligt. De jongeren tussen 13 en 19 jaar werd gevraagd een vragenlijst met uitspraken over emotionele chantage en emotioneel en fysiek geweld tegenover hun ouders te beantwoorden. Zo'n 15 procent gaf aan geweld te gebruiken, met emotionele mishandeling als de meest voorkomende vorm (13 procent). Aan fysieke mishandeling of emotionele chantage maakt iets minder dan 4 procent zich schuldig.

…FIBRATEN EEN ALTERNATIEF BIEDEN VOOR BEHANDELING TEGEN CHOLESTEROL? In België heeft 85 procent van de Belgen tussen de 40 en de 65 jaar last van een te hoog cholesterolgehalte in het bloed. Dr. Dirk Devroey van de vakgroep Huisartsgeneeskunde aan de Vrije Universiteit Brussel heeft nu ontdekt dat fibraten kunnen worden toegediend aan patiënten met een te hoge cholesterol die geen statines verdragen. Ze zijn bovendien goedkoper dan statines, de meest voorgeschreven cholesterolverlagers. Cholesterol bestaat uit goede (HDL) en slechte (LDL) cholesterol. Om de slechte te doen dalen en de goede in beperkte mate te doen stijgen, worden meestal statines voorgeschreven. Maar bij ongeveer 6 procent van de patiënten die statines slikken, daalt ook de goede cholesterol. Devroey ontdekte dat een behandeling met een fibraat de goede cholesterol bij hen met de helft doet stijgen. De daling van de slechte cholesterol is bijna even sterk als bij statines. De vaststellingen moeten nog in een grote klinische studie verder onderzocht worden. Als die de resultaten bevestigen dan is een goedkoper alternatief ontdekt voor de dure statines.

Omdat de datum van juni 2005 niet werd gehaald, zijn de verkiezingen in de Democratische Republiek Congo uitgesteld. Desondanks ligt het democratiseringsproces in het land niet stil. In november wordt de nieuwe grondwet, die is aanvaard door de Congolese Kamer en Senaat, aan de bevolking voorgelegd in een referendum en ondertussen wordt een kieswetgeving uitgewerkt, die moet voorzien in verkiezingen tegen maart 2006. Bij die uitwerking zijn twee medewerkers van de Vakgroep Politieke Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel betrokken, namelijk Jo Buelens en Dimo Kavadias. Op uitnodiging van de Congolese verkiezingscommissie en in samenwerking met de Université de Liège en de steun van het Belgische Ministerie van Buitenlandse Zaken geven ze als experts adviezen bij de eerste versies van de wetgeving. Midden september vertrokken ze om vorming te organiseren voor de politieke afgevaardigden in Congo en om de verantwoordelijken zo goed mogelijk te helpen bij hun keuze van het kiessysteem.

…DE ONDERZOEKSGROEP HEMATOLOGIE EEN DOORBRAAK FORCEERDE TEGEN DE ZIEKTE VAN KAHLER? Multipel Myeloom (MM) (ook gekend als de ziekte van Kahler) is een kanker die zich manifesteert door een overaanbod van abnormale witte bloedcellen in het beenmerg. Het beenmerg is de zetel van de bloedproductie. De ziekte tast dus niet alleen het beenweefsel, maar ook de bloedvoorziening aan. Er bestaat geen remedie voor, zodat patiënten maximaal drie jaar te leven hebben nadat de eerste symptomen zijn opgedoken. Isabelle Vande Broek en haar collega's van de onderzoeksgroep Hematologie aan de Vrije Universiteit Brussel identificeren in het vakblad Leukemia enkele stoffen die tumorcellen ertoe aanzetten om zich vanuit het bloed naar het beenmerg te begeven. Het enzym matrixmetalloproteïnase-9 dient als hefboom om kankercellen toe te laten het beenmerg binnen te dringen. Het is dus een mogelijk doelwit voor een efficiënte strijd tegen de ziekte. Els Van Valckenborgh van dezelfde onderzoeksgroep stelt met haar collega's in het vakblad Cancer Therapy dat het contact tussen kankercellen en specifieke cellen in het beenmerg tot een verhoogde productie van datzelfde enzym leidt. Wat de mogelijkheid biedt om te zoeken naar een geneesmiddel dat alleen in actie komt als reactie op een verhoogde aanwezigheid van het enzym.

…CESOR DE EERSTE SPIN-OFF IN DE HUMANE WETENSCHAPPEN IS? De oprichting van CESOR kwam er naar aanleiding van het toenemende contractonderzoek van de onderzoeksgroep TOR van de Vrije Universiteit Brussel. Als expert terzake is CESOR een adviesbureau voor sociaalwetenschappelijk en operationeel onderzoek waarbij CESOR een rol kan spelen in elke fase van het onderzoek, van start tot finish. Daarnaast staat CESOR ook in voor het uitvoeren van kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeken en data-analyses. De Vrije Universiteit Brussel en CESOR bereikten een akkoord tot de overdracht van de meetinstrumenten aan CESOR, waarbij onze universiteit het recht behoudt om de meetinstrumenten te gebruiken voor doeleinden van academisch onderzoek en onderwijs en waarbij CESOR zich akkoord verklaart tot de betaling van een vergoeding voor de ingebrachte kennis. In de hoedanigheid van spin-off is CESOR verbonden met de onderzoeksgroep TOR.

…MANGROVEWOUDEN EEN NATUURLIJKE DIJK VORMEN TEGEN WATERGEWELD? Tot die vaststelling kwamen dr. Farid Dahdouh-Guebas en zijn Biocomplexity Research Team van de Vrije Universiteit Brussel in samenwerking met Sri Lankaanse onderzoekers. Na onderzoek van 24 plaatsen in Sri Lanka die in december 2004 getroffen werden door een tsunami werd in de gebieden waar mangrovewouden voorkomen langs de kustlijn beduidend minder schade opgetekend dan elders. De bomen hebben er immers de golven niet alleen gedeeltelijk opgevangen, maar ook de kracht van het water afgezwakt. De onderzoekers stelden ook vast dat wouden die 'besmet' zijn door a-typische of zwakkere soorten of die door industrialisering uitgedund zijn, veel minder weerstaan aan het watergeweld. Het uitdunnen van mangrovewouden om economische redenen of een degradatie van de wouden door de invasie van atypische soorten, verzwakt dus de rol van deze wouden als natuurlijke dijk. De rol van mangrovewouden als natuurlijke dijk werd ook in gesprekken met de lokale bevolking bevestigd. De bevindingen haalden de cover van het vooraanstaand wetenschappelijk tijdschrift Current Biology.

3.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 4

OPENING ACADEMIEJAAR

Associatie opent academiejaar Voor de eerste keer openden de Vrije Universiteit Brussel en de Erasmushogeschool Brussel samen plechtig het academiejaar. Met deze gezamenlijke openingszitting halen beide partners in de Universitaire Associatie Brussel de band met elkaar verder aan. Dat gebeurde in een nokvolle aula en in aanwezigheid van onder meer Minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke en kamervoorzitter Herman De Croo. Eddy Van Gelder, voorzitter van de Raad van Bestuur van de Vrije Universiteit Brussel, verwelkomde de aanwezigen. In zijn toespraak “Boordevol Brussel” benadrukte hij de verwevenheid van onze instellingen met onze hoofdstad. Ook in de toespraak van Associatievoorzitter Jean-Luc Vanraes stond Brussel centraal. “Studeren voor wereldburger doe je in Brussel”, luidde zijn boodschap. Frank Roos, algemeen directeur van de Erasmushogeschool, zei verheugd te zijn dit academiejaar samen met zijn associatiepartner te kunnen openen. Hij blikte terug op tien jaar Erasmushogeschool en op de samenwerking met de Vrije Universiteit Brussel totnogtoe. Roos bracht niet enkel goed nieuws. Hij hekelde de onderfinanciering van de hogescholen door de Vlaamse overheid en wees daarbij op het, door de jaren heen, sterk gestegen studentenaantal van de Erasmushogeschool. Naar jaarlijkse gewoonte kregen ook

de studenten het woord. Studentenvertegenwoordigers Edwin Rozie en Peter Theunissen benadrukten het belang van een goede studentenvertegenwoordiging en belichtten de gloednieuwe studentenraden die werden opgericht. Voor rector Van Camp met zijn openingsrede (zie hiernaast) het nieuwe jaar inzette, was het de beurt aan Professor Kris Deschouwer. In een begeesterende gastrede hield de politicoloog een pleidooi voor een kwalitatieve, heterogene democratie waar verschillen en tegenstellingen een normale zaak zijn en partijen nog ideëen verspreiden en geëngageerd politiek personeel in huis hebben. Daarbij haalde Deschouwer uit naar het populisme dat streeft naar homogeniteit en het wegwerken van die verschillen en tegenstellingen. Ten slotte wees hij de academische gemeenschap op haar taak om waakzaam en kritisch te blijven voor de “simpele maar giftige visie op democratie die populisme heet”.

“Moeten wij ons als leden van het soevereine volk echt gecharmeerd voelen omdat we bij de volgende verkiezingen de nu volkomen vrije keuze hebben tussen de blondste jongen, het jongste meisje en de tomste wielrenner, als we weten dat deze uit het gewone volk gegrepen kandidaten meestal nog niet de moeite genomen hebben om gewoon even lid te worden van de partij op wier lijst zij prijken, en als we weten dat zij zonder blikken of blozen in de eerste de beste gezinsvriendelijke publicatie laten weten dat zij eigenlijk net zo goed ook voor een andere partij hadden kunnen opkomen?” “In het bijzonder deze universiteit en deze universitaire associatie die vrijheid en eigenzinnigheid in het vaandel voeren, moeten alert zijn en blijven voor de sluipende verspreiding van een discours waarin verschillen tussen mensen sowieso als problematisch beschouwd worden, voor een discours waarin politiek problematisch wordt zodra strijd en tegenstellingen op de voorgrond treden, en voor een discours waarin het volk vanzelfsprekend soeverein en dus één en ondeelbaar is.” Uit de gastrede “De ‘truc’ met het volk” uitgesproken door Prof. Dr. Kris Deschouwer tijdens de Academische Openingszitting. De volledige teksten van alle toespraken vindt u op www.vub.ac.be.

Meer dan 1500 nieuwe studenten De Vrije Universiteit Brussel telt 12 procent meer generatiestudenten (d.i. studenten die zich inschrijven voor een bacheloropleiding en nog nooit eerder aan een universiteit hebben gestudeerd) dan vorig jaar. Bijna drievierde van de bacheloropleidingen die de Vrije Universiteit Brussel aanbiedt, gaat er op vooruit. In totaal telt de Vrije Universiteit Brussel (op tellingsdatum van 29 september) 1519 generatiestudenten.

Een groot aantal van de 28 bacheloropleidingen die de Vrije Universiteit Brussel aanbiedt, gaat er op vooruit. Van de 19 opleidingen die stijgen, doen 11 opleidingen dat met een flinke stap: zij tellen 30% of méér nieuwe eerstejaars ten opzichte van vorig jaar. Binnen de faculteit Letteren en Wijsbegeerte stijgen bijna alle opleidingen (Wijsbegeerte 73%, Taal- en Letterkunde: twee talencombinatie 22%, Geschiedenis 28,5% en Kunstwetenschappen & Archeologie 7%) behalve Communicatiewetenschappen, zij daalt met 10%. Binnen de Rechtsfaculteit gaat de opleiding Rechten er met 17% op

4.

vooruit. Criminologie daalt licht met 5%. Binnen de faculteit Economische, Sociale en Politieke Wetenschappen en Solvay Managementschool noteren ook alle bachelors een toename. De economische opleidingen, te weten Toegepaste Economische Wetenschappen, Economische wetenschappen en Handelsingenieur met respectievelijk 32%, 137,5% en 38%. De bachelors Sociologie en Politieke wetenschappen stijgen met 21% en 22%. De faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen noteert een daling voor haar opleidingen Psychologie (-9%) en Agogische

wetenschappen (-12,5%). In de faculteit Wetenschappen gaan Fysica, Biologie, Geografie en Bioingenieurswetenschappen er op vooruit (71%, 38%, 41% en 10%). Bij Chemie en Computerwetenschappen/informatica zien we een sterke daling (-50% en -30%). Wiskunde doet het ook iets minder goed dan een jaar voordien (-7%). De medische opleidingen in Jette (van de faculteit Geneeskunde en Farmacie) noteren bijna allemaal een toename: Geneeskunde +41%, Farmaceutische Wetenschappen +29%. Biomedische wetenschappen blijft nagenoeg status quo (-2%). Ook de faculteit Toegepaste

Wetenschappen boekt goede resultaten. De Bachelor in de Ingenieurswetenschappen stijgt met 31% en de Bachelor in de Ingenieurswetenschappen-architectuur met maar liefst 82%! Tot slot, de faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie. Hier zien we een toename van het aantal eerstegeneratiestudenten in de Bachelor in de Lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen van 35%. Revalidatiewetenschappen en kinesitherapie gaat achteruit met -8,5%.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 5

OPENINGSREDE

Krachtenbundeling voor Brussel Brussel heeft nood aan een krachtenbundeling. Daarbij is de rol van de onderwijsinstellingen cruciaal. Zij nemen van nature het voortouw in de ontwikkeling van een regio en hebben hier een belangrijke taak te vervullen, zo zei rector Benjamin Van Camp in zijn Academische Openingsrede*.

“Brussel wordt steeds belangrijker, internationaler, meertaliger en multicultureler. Maar haar bestuurlijke daadkracht loopt verloren in de meanders van het Belgische Labyrint. Een prangende vraag is dan ook hoe de twee gemeenschappen en de twee andere gewesten van dit land zich willen verhouden tot Brussel. En of de Brusselse beleidsverantwoordelijken bekwaam zijn hun particuliere belangen te overstijgen om het hoger belang van Brussel te dienen. De realiteit vraagt om een beleid dat de troeven van Brussel voluit valoriseert en haar rol als wereldstad versterkt, rekening houdend met de noden van àlle Brusselaars. De Brusselse universiteiten en hogescholen hebben in dit nieuwe Brusselse elan een belangrijke rol te spelen. Ze hebben een grote socio-economische en culturele impact op de Brusselse samenleving. Bovendien levert een doordacht en maatschappelijk verantwoord hogeronderwijsproject een continue bijdrage aan de vooruitgang van de Brusselse regio. De Vrije Universiteit Brussel - en met haar de Universitaire Associatie Brussel - wil hierin een voortrekkersrol spelen. Door een beleid te voeren dat steunt op drie maatschappelijke uitgangspunten die Brussel vandaag aanbelangen: diversiteit, internationalisering en optimalisering van het hoger onderwijs. Diversiteit Wij streven naar een hoger onderwijs dat toegankelijk is voor iedereen die er de kwaliteiten voor heeft. Niemand mag vooraf uitgesloten worden van onze kennismaatschappij. Met sociale maatregelen, aangepaste onderwijsvormen en specifieke programma's voor werkenden, andersvaliden, topsporters, allochtonen en kansarmen met Nederlandse taalachterstand, werkt de Vrije Universiteit Brussel daar al jaren aan. De doorstroming tussen professioneel en universitair onderwijs en de meer

flexibele studietrajecten worden een nieuw, belangrijk aandachtspunt. Voor elke cluster van opleidingen binnen de Universitaire Associatie Brussel werden daarom studietrajectbegeleiders aangesteld, die studenten adviseren en begeleiden. Internationalisering Ook internationalisering wordt een steeds belangrijker aspect van ons onderwijs. De flexibilisering in de Bachelor-Masterstructuur laat onze studenten toe om een deel van hun studies aan buitenlandse instellingen te volgen. Buitenlandse studenten moeten dan weer in onze opleidingen kunnen instromen. Hiervoor zijn meertalige of Engelstalige opleidingen gewenst. De Vrije Universiteit Brussel heeft ook hier al eerder stappen gezet. Engelstalige voortgezette opleidingen werden omgezet naar Engelstalige masters en gezamenlijke masters werden opgestart met binnen- en buitenlandse universiteiten. De meest in het oog springende is ongetwijfeld de Master of Management Science (Handelsingenieur Solvay) die we vanaf dit academiejaar samen met de ULB inrichten. Dit programma laat zelfs een combinatie van drie talen toe: Engels, Frans en Nederlands. Met de ULB wisselen we ook studenten en docenten uit. En we maken gebruik van elkaars deelprogramma's. Dit is het geval in de opleidingen van de (inge-

nieurs)wetenschappen, letteren en economie. Optimalisering Met optimalisering bedoel ik niet een blinde rationalisering, waarbij louter op basis van een te klein aantal studenten opleidingen worden geschrapt. De kwaliteit van een opleiding is meer dan een kwantitatief gegeven. Een competitieve opleiding steunt op competente docenten met gespecialiseerde, complementaire kennis. Zijn er te weinig studenten en te weinig bekwame docenten? Dan bestaat er geen reden om een opleiding te behouden. In alle andere gevallen is samenwerking te verkiezen. Zulke samenwerking past trouwens in een Europese visie van ,,joint'' masters. Waarom zouden dan gezamenlijke opleidingen in België, laat staan Vlaanderen en Brussel, niet kunnen? Samenwerking Helaas heeft de vorming van associaties in Vlaanderen de tegenstellingen tussen de hogeronderwijsinstellingen nog verscherpt. Samenwerking wordt geweerd en ondergeschikt gemaakt aan de expansiebelangen en onderwijsstrategie van de eigen associatie. In Brussel is dit des te spijtiger. Vlaamse instellingen van hoger onderwijs zouden hier immers baat hebben bij een gemeenschappelijke strategie in hun relatie met het Brussels Gewest. In ieder geval: het

zal de Vrije Universiteit Brussel er niet van weerhouden institutionele samenwerking - over taal-, gewest- en ideologische grenzen heen - na te streven. En dit in het belang van Brussel zelf. Brussel is een smeltkroes van wereldculturen geworden. Een couleur locale die de Brusselaar zichzelf doet terugvinden als een verbasterde wereldburger. Dit nieuwe Brussel vraagt om een creatief stadsproject, dat voor àl haar burgers is bedoeld. Het verplicht alle betrokkenen zichzelf te overstijgen en de eigen overtuiging en culturele achterban te schikken naar het grotere belang. Een belang dat er in bestaat Brussel toe te laten zijn hoofdstedelijke opdrachten naar behoren te kunnen uitvoeren en toch een leefbare stad te blijven. De Brusselse instellingen van hoger onderwijs hebben er alle belang bij om deze nieuwe dynamiek te ondersteunen en hun onderwijsaanbod onderling te optimaliseren. Welke ook hun afhankelijkheid aan taal of levensbeschouwing is.” Benjamin Van Camp, rector

*De volledige tekst van de openingsrede “Bruxelles vaut bien une messe?” vindt u op www.vub.ac.be.

5.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 6

KORT NIEUWS

ENTREPRENEURSHIP STARTERSSEMINARIES 2005 De startersseminaries voor jonge innovatieve aspirant-ondernemers, die tweejaarlijks door de Interface cel van de Vrije Universiteit Brussel georganiseerd worden, gingen dit jaar van start met een ondernemerscafé 'Wetenschappers en spin-offs'. Hier kon men tussen pot en pint een aantal 'partners van de ondernemer' ontmoeten. Op 18 oktober gaat het eerste seminarie van start waarna nog een 10-tal modules zullen volgen. Tijdens deze initiatiereeks rond ondernemerschap komen thema's aan bod zoals marketingstrategie, financiering, balanslezen, vennootschapsvormen, beschermen van ideeën,… . Er wordt de nodige omkadering geboden aan zowel louter geïnteresseerden als toekomstige ondernemers met concrete plannen om een eigen bedrijf of universitaire spin-off op te richten. Inschrijven voor deze seminariereeks kan nog steeds. Meer informatie over het programma, de thema's, de sprekers en de inschrijvingsformaliteiten staat op www.vub.ac.be/infovoor/onderzoekers/startersseminaries.html.

DUBBEL DIPLOMA VOOR INGENIEURSSTUDENTEN Vanaf het academiejaar 2005-2006 kunnen geïnteresseerde ingenieursstudenten van de Vrije Universiteit Brussel het 3de en 4de jaar van hun opleiding volgen aan de Franstalige Université Libre de Bruxelles (ULB). Omgekeerd kunnen ook studenten van de ULB gedurende twee jaar hun ingenieursstudies aan de Vrije Universiteit Brussel in het Nederlands verderzetten. Na het succesvol beëindigen van hun 5de jaar, dat de studenten weer aan hun thuisuniversiteit en in hun moedertaal volbrengen, behalen ze simultaan het Masterdiploma in de ingenieurswetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel en dat van de ULB. Via dit uitwisselingsprogramma verwerven de studenten dus na vijf jaar studie in twee landstalen, een dubbel diploma, één in het Nederlands en één in het Frans. De ingenieursopleiding is niet het enige studiegebied waarin onze universiteit en de ULB uitwisselingen organiseren. Dat is ook al het geval voor de studenten rechten, talen en economie (via de Solvay Business School). Zoals u voor de zomer reeds in Akademos kon lezen bieden de Vrije Universiteit Brussel en de Université Libre de Bruxelles vanaf volgend academiejaar ook een gezamenlijke Engelstalige masteropleiding Handelsingenieur aan.

VIJFJARIGE OPLEIDING COMPUTERWETENSCHAPPEN De Vrije Universiteit Brussel startte eind september als eerste universiteit in Vlaanderen met een vijfjarige informaticaopleiding Computerwetenschappen. De naam Computerwetenschappen sluit – in tegenstelling tot de term Informatica - beter aan bij de internationale naamgeving en duidt op een sterk wetenschappelijke input. De bachelor in de computerwetenschappen loopt over drie jaar en leidt tot een diploma dat op de arbeidsmarkt bijzonder gegeerd is. Na de bachelorjaren kan de student kiezen voor de Master Computerwetenschappen. Deze telt twee jaar en mikt op studenten die geïnteresseerd zijn in onderzoek, zowel aan de universiteit als in innoverende ondernemingen in binnen- en buitenland. Studenten die hun kennis vooral willen toepassen in een breder kader kunnen ook nog steeds kiezen voor de afstudeerrichting Toegepaste Informatica. Die master loopt over één jaar. Bovendien beschikt de opleiding Computerwetenschappen over een brede waaier aan mogelijkheden voor mensen die informatica gestudeerd hebben aan een hogeschool of die een ander academisch diploma bezitten.

150 JAAR VLAAMSE STUDENTEN IN BRUSSEL De Vrije Universiteit Brussel, het Brussels Studentengenootschap (BSG) en de Oud StudentenBond (OSB) hebben een belangrijke rol gespeeld in de Vlaamse Beweging in Brussel van het einde van de 19de eeuw tot aan de eerste wereldoorlog en opnieuw in de jaren '50 en '60. Dat laatste was bij het verwezenlijken van structuren voor het Nederlandstalig onderwijs in Brussel. Verschillende beroemde Vlamingen zijn lid geweest van BSG en OSB en hebben later hun stempel gedrukt op Vlaanderen. Redenen genoeg dus voor de Vrije Universiteit Brussel, het BSG en OSB om in 2006, naar aanleiding van het 50-jarig bestaan van OSB en het 150-jarig bestaan van BSG een jubileumproject ‘150 jaar Vlaamse studenten in Brussel’ te organiseren. Dit project loopt in nauwe samenwerking met de vrijzinnige gemeenschap. Op het programma staan volgende activiteiten: -

6.

2 december 2005: Reünie voor Young Professionals 15 december 2005: 20e Vrijzinnig Zangfeest van Vlaanderen 4 februari 2006: Academische Zitting 17 februari - 3 mei 2006: Tentoonstelling 150 jaar Vlaamse Studenten in Brussel 30 maart 2006: Campusevent BSG 13 oktober 2006: Jubileumbal 20 november 2006: Sint-Verhaegen herdenking 1 december 2006: Slotzitting

POSITIEF RAPPORT VOOR DOCENTEN De studenten van de Vrije Universiteit Brussel zijn zeer tevreden over hun docenten en de lessen die ze krijgen. Dat blijkt uit de jaarlijkse elektronische docentenevaluatie en meting van de studietijdervaring aan onze universiteit. In 2004 werden uit 48 opleidingen in totaal 2.749 opleidingsonderdelen geldig geëvalueerd, 8% meer dan in 2003. 97% van deze opleidingsonderdelen kreeg van de student een score van ‘goed’ tot ‘zeer goed’. Dit betekent dat ze tevreden waren over de kwaliteit van het hoorcollege en de docent, het beschikbare studiemateriaal (gedrukt en elektronisch), de wijze van examinering en de gehanteerde werkvormen.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 7

OPENING SPORTOPOLIS

Nieuw sportcentrum geopend Op donderdag 1 september 2005 vond, in aanwezigheid van onder meer de ministers Bert Anciaux en Pascal Smet, de officiële opening plaats van 'Sportopolis Elsene', het nieuwe sportcentrum van de Vrije Universiteit Brussel. In de bestaande accommodatie op de campus Etterbeek werd een gloednieuwe infrastructuur geïntegreerd, inclusief de modernste toestellen en snufjes. Dit nieuwe deel omvat onder andere een fitnesszaal van ongeveer 1500 m2 met meer dan 130 cardio- en krachttoestellen, een ruime danszaal voor allerlei aërobicslessen, een sauna, een solarium en ruime kleedkamers. en de bouw van de zopas geopende gloednieuwe indoor infrastructuur. Het geheel werd geïntegreerd in het bestaande sportcentrum. Hiermee is dit sportcentrum het grootste in Brussel! De fitnessruimte wordt uitgebaat door Sportopolis, de firma die ook het sportcentrum op de campus Jette beheert. “Een universiteit met sterke opleidingen lichamelijke opvoeding en kinesitherapie en die bovendien speciale aandacht heeft voor topsporters en topsportstudenten, moet

kunnen beschikken over een accommodatie die aan hoge kwaliteitseisen voldoet”, legt projectverantwoordelijke en decaan prof. Paul De Knop de reden van de renovatie uit. “Vergeet ook niet dat bovendien heel wat externen – waaronder een 250-tal sportverenigingen, bedrijven en scholen – regelmatig gebruik maken van deze sportinfrastructuur. Het is eveneens hier dat BLOSO de jaarlijkse Ambtenarensportdag (7000 ambtenaren!) en Sportprikkels (een sportdag voor leerlingen uit

het laatste jaar secundair) organiseert. Tenslotte willen we ook onze studenten en personeel optimale kansen geven om aan hun gezondheid en welzijn te werken.” Voor meer informatie omtrent Sportopolis en haar formules en verschillende diensten kan u terecht in Sportopolis Elsene, elke weekdag van 8u00 tot 22u00 en op zaterdag vanaf 10u00, tel. +32 (0)2 629 15 55 of via de website www.sportopolis.be.

Maak kennis met MO* Vraag uw gratis exemplaar aan via info@mo.be of 02 536 19 77 MO* is je maandelijkse portie realiteitszin met mondiale reportages en analyses die vertellen wat elders verzwegen wordt. Geen opgeheven vingertje, maar de vinger aan de pols. Geen doekjes, wel weerhaakjes. En daar is niet iedereen even gelukkig mee.Want de waarheid kan pijn doen.

OB24526

In juni 2004 werd gestart met de opwaardering van de sportaccommodatie van de Vrije Universiteit Brussel op de hoofdcampus Etterbeek. Het hele project kostte ruim 4 miljoen euro en werd gefinancierd door Sportopolis, de Vlaamse Regering, de Vlaamse Gemeenschapscommissie, de Vlaamse Rugbybond en de Vrije Universiteit Brussel. Het betreft de oprichting van een rugby jeugdopleidingscentrum, de renovatie van het voetbalveld en de atletiekpiste

www.mo.be


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 8

HERMAN DE CROO

“Ik ben nog niet met pensioen” Herman De Croo is een druk bezet man. Toch heeft hij vanaf dit jaar één functie minder. De Croo stopte immers met lesgeven aan de rechtsfaculteit van de Vrije Universiteit Brussel. Een taak die hij steeds met veel plezier en overtuiging vervulde en de laatste jaren onbezoldigd uitvoerde. Of hij nu meer vrije tijd heeft, is een andere zaak. We zochten de eerste burger van ons land op in zijn statige ambtswoning in de Wetstraat. Toen we binnenkwamen, kruisten we de Britse ambassadeur en bij ons vertrek stond een escorte van de Federale Politie klaar om de parlementsvoorzitter naar het verre Oostende te gidsen waar hij die avond nog een lezing moest afwerken. De Croo, the hardest working man in de Wetstraat?

Hoe bent u aan de Vrije Universiteit Brussel terechtgekomen? Toen ik begon te werken, was er nog maar één universiteit, al waren er wel twee rechtsfaculteiten, een Franstalige en een Nederlandstalige. Ikzelf heb Rechten gestudeerd aan de ULB, met vijf keer grote onderscheiding en een paar keer onderscheiding in de Politieke Wetenschappen, een richting die ik erbij deed. Uiteindelijk ben ik in 1964 afgestudeerd, waarna ik in Chicago ben gaan studeren. Toen ik terugkwam heb ik mijn legerdienst gedaan als reserveofficier. Gedurende die periode werd ik assistent aan de ULB bij professor in Staatsrecht Ganshof van der Meersch en dat ben ik gebleven tot in 1968. Assistent was je vooral voor de eer. Ik denk dat we toen amper duizend frank per maand verdienden. Na een tijdje kwam er een leerstoel Common Law vrij en vermits ik in de Verenigde Staten had gestudeerd, heeft men mij gevraagd om te postuleren. Zo ben ik op de Vrije Universiteit Brussel beland. Ik ben mij steeds blijven inzetten voor de Vrije Universiteit Brussel. Ook toen ik onderwijsminister was. Zowel bij de bouw van de campus op het Oefenplein, als bij de uitbreiding van de universiteit aan de Chasse. Ik heb er voor gezorgd dat de nieuwe verpleegsterschool er kwam naast het AZ in Jette. Ik heb dus altijd een bijzondere aandacht gehad voor de instelling, zonder enige schrik mij daarbij ‘nat’ te maken. Ik ben iemand die tijd stak en steekt in onze universiteit en heb immer een goede band gehad met rectoren zoals Roger Van Geen of Bart De Schutter.

8.

Het feit dat u na uw 65ste nog bleef lesgeven, geeft aan dat u het graag deed. Tuurlijk! Ik gaf twee cursussen; één in Common Law, over het Engels en Amerikaans recht en een cursus in de voortgezette opleiding Programme on International Legal Cooperation (PILC). Dit was zeer plezant, omdat ik zo les mocht geven aan post-graduate studenten waaronder ministers en rechters uit het buitenland. De lessen vonden plaats in de ochtend, daarvoor moest ik mijn woonplaats Wichelbeke verlaten om zes uur ’s ochtends. Maar ik ben altijd zelf mijn lessen blijven geven en ik stond er ook op dat ik zelf de examens afnam. Ik beschouwde het als een persoonlijke bijdrage aan de universiteit die ik graag had. Hoe verliep een examen bij professor De Croo? Altijd mondeling. Mijn studenten moesten ook elk jaar een paper schrijven en ze kregen de opdracht om zelf voor de klas een half uurtje les te geven, opdat ze een zekere mondigheid zouden ontwikkelen. Want op dat vlak merk ik één van de fouten van ons onderwijssysteem: men maakt studenten niet mondig genoeg. Mijn eerste examenperiode zal ik nooit vergeten. Ik moest de studenten ondervragen ter vervanging van professor Ganshof. Het was 1968. De ULB was bezet. Bovendien was ik overbekend als studentenleider. Ik had tien examens afgenomen en gequoteerd, maar wist eigenlijk niet of ik dat goed of niet goed deed. Ik ben dan maar aan de faculteitssecretaris gaan vragen of het cijfer dat ik aan een student gaf in de lijn lag van zijn of haar algemene score bij mijn geleerde collega’s met twintig jaar ervaring. Het bleek dat

“Een idioot die geld heeft, moet niet naar de betere universiteit gaan, maar een verstandig iemand die er geen heeft, moet dat wel kunnen.” mijn quoteringen inderdaad dezelfde lijn volgden als die van mijn collega’s met één verschil: ik was twee tot drie punten strenger. Bent u streng gebleven? Dat viel wel mee. Ik trok voor elke grote fout sowieso een punt af. Wel heb ik, denk ik, nooit een 18 gegeven. Hoe keken de studenten naar u? U was en bent toch een bekend politicus. Ik heb nooit een politiek incident gehad tijdens mijn colleges. Wel ken ik nog een leuke anekdote daaromtrent. Zo gebruikte ik tijdens één van mijn kiescampagnes grote affiches met de slogan “Tegen De Croo, zeg maar Herman”. Wanneer ik op een dag het klaslokaal binnenkwam en me omdraaide, stond er in grote letters op het bord: “Tegen Herman, zeg nu maar opnieuw De Croo”. (lacht) Zijn de studenten minder kritisch geworden? Dat denk ik niet. Wat wel veranderd is, is de bronbereikbaarheid. Je moet als docent goed weten wat je vertelt. Het internet geeft zoveel informatie dat studenten over sommige zaken meer weten dan ik. Zo heb ik ook gemerkt dat het boek geen bron meer is. Ik maakte vroeger bibliografieën met de aanduiding welk boek je in welke bibiliotheek kon vinden, maar dat is zodanig oubollig geworden dat ik dat de

laatste jaren niet meer deed. Een student kan alles vinden op het internet, maar wat hij of zij bij mij nooit mocht doen, was zeggen dat twee plus twee geen vier is. Je mocht geen dwaasheden vertellen. Hoe kijkt u als oud-Minister van Onderwijs naar de hervormingen in het hoger onderwijs van de laatste jaren? De hervormingsmania is geen enkele onderwijsminister vreemd. Toen ik minister was, lag de kwestie van het internationaal baccalaureaat op tafel. Dit was een diploma dat je toegang zou geven tot de universiteit. We zaten toen nog in de Europese Economische Gemeenschap en de Franse Minister van Onderwijs wees er op dat Europa niets met onderwijs te maken had. Ik zei toen als jonge minister dat als Frankrijk niet meedeed, België er wel voor zou betalen. De Franse minister was zo onthutst dat hij terug op de kar sprong. Nu zoveel jaren later zitten we door de Bologna-verklaring met een homogeen onderwijssysteem. Totaal in tegenstelling met de beginprincipes van de toenmalige kiemende Europese Economische Gemeenschap. Er is dus een culturele en educatieve dimensie bijgekomen. Ik sta dus wel achter de grote hervormingen van de laatste jaren. Het is bijvoorbeeld toch te waanzinnig dat men berekent hoeveel artsen men in Vlaanderen en


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 9

“Campagnes zijn de vakanties van een politicus. Je loopt meer buiten, je komt meer in contact met de mensen en je hebt ook een excuus om eens niet naar Brussel te moeten komen.”

selectie van de docenten. Kwaliteit, originaliteit en betrouwbaarheid moeten centraal staan. De Vrije Universiteit Brussel heeft haar plaats en kan die behouden, maar moet meer op haar tellen letten dan de grote universiteiten die het wat gemakkelijker hebben.

Wallonië nodig heeft, terwijl afgestudeerde artsen uit Rijsel in Antwerpen kunnen werken en artsen uit Breda in Charleroi aan de slag kunnen. Ik zie ook verbeteringen op samenwerkingsvlak. Er is een wederzijdse bevruchting tussen de universiteiten. Er komt meer openheid tussen de instellingen.

Onderwijs aan een groot aantal gerenommeerde buitenlandse instellingen is reeds privé-onderwijs. Je moet opletten dat we als universiteit niet worden uitgehold door die privatisering.

Hoe kijkt u naar de onderwijssamenwerking in Brussel? Ik denk dat we nog meer met de ULB moeten samenwerken. We zitten zo dicht bij elkaar, we hebben dezelfde spirit.

Hoe moeten we daartegen reageren? We moeten een combinatie aanvaarden. Ik zeg altijd: een idioot die geld heeft, moet niet naar de betere universiteit gaan, maar een verstandig iemand die er geen heeft, moet dat wel kunnen.

De Vrije Universiteit Brussel profileert zich als redelijk eigenzinnig en probeert het maatschappelijk debat te voeden en neemt daarbij vaak progressieve stellingen in. Hoe staat u daar tegenover? Ik heb daar geen enkel probleem mee. De Vrije Universiteit Brussel is altijd een huis van vrijzinnigheid en een durvende kracht geweest. Een universiteit is geen carcan, het is iets vrij. Je kan niet iedereen met een koordje vastbinden.

De concurrentie tussen de universiteiten op het vlak van studentenrekrutering wordt toch alleen maar groter? Dat heeft te maken met de betoelaging. Je zou moeten werken met paliers (overgangsfasen, red.), wat ik tijdens mijn ministerschap heb geprobeerd, zodat een universiteit niet op zoek moet gaan naar elke eerstejaarsstudent om de doctoraten te kunnen betalen. Zodat wanneer je tienduizend studenten hebt, er op het vlak van de financiering niets verandert wanneer je daalt naar negenduizend of stijgt naar elfduizend studenten. Ook mogen we de privatisering van het onderwijs, waar ik geen fanaat van ben, niet vergeten. Het privéonderwijs levert vandaag de dag het beste onderwijs in de wereld.

Waar liggen voor een universiteit als de onze de uitdagingen de komende jaren? De Vrije Universiteit Brussel mag niet de Vlaamse Universiteit Brussel worden met een rekruteringsgebied tussen de steenweg naar Leuven en de baan naar Ninove. De universiteit heeft goede mensen op de juiste plaatsen en een heel aantal uitmuntendheidscentra en moet zich dus focussen op datgene waar ze goed in is. Niet alles willen doen, maar uitmunten in wat men doet en kwaliteitswerk afleveren. Men moet dus zeer kritisch zijn in de

U geeft geen les meer, maar ik vermoed dat u zich nog wel zult kunnen bezighouden? Ik heb ik-weet-niet-hoeveel stielen. Mijn kop zit nog vol. Ik neem geen verlof en ken geen weekends, jaar in jaar uit. Ik werk elke dag van 6u30 tot 23u00 en in het weekend nog wat langer. Ik zit bovendien 1500 uur in mijn auto, waar ik ook

werk. Ik ben dus nog niet met pensioen. (lacht) Er komen volgend jaar gemeenteraadsverkiezingen aan. Wordt u het campagne voeren nooit beu? Nee, ik doe dat graag. Campagnes zijn de vakanties van een politicus. Je loopt meer buiten, je komt meer in contact met de mensen en je hebt ook een excuus om eens niet naar Brussel te moeten komen. Ik heb nu al ongeveer 25 verkiezingscampagnes meegemaakt en er is er geen enkele die mij tegenstak. Verkiezingen betekenen ook nieuwe verkiezingsenquêtes. Daarbij zien we in de media een wildgroei aan opiniepeilingen, vaak met behulp van universiteitsprofessoren. Hoe kijkt u daarnaar? Ik geloof niet in opiniepeilingen, maar wel in trends. Wat mijn partij zal doen, zullen we wel zien. You never know. De opiniepeilers zijn de kaartenleggers van vroeger. Iedereen wil weten wat de toekomst brengt. Die opiniepeilingen zijn zo een beetje de wetenschappelijke omkleding van het onbekende. Ik hecht daar weinig belang aan. Het aantal voorkeurstemmen is de enige opiniepeiling die iets om het lijf heeft. Al weet ik niet of dat belangrijk is. Elke politicus kent zijn laatste voorkeurstem vanbuiten. Ik niet. Maar ik heb het wel ergens opgeschreven… (zoekt in zijn agenda) …72.941 en 91.271!

9.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 10

SHELTERSYSTEEM

Universeel sheltersysteem oplossing in rampgebieden

Caroline Henrotay en Wim Debacker, medewerkers van Prof. Hendrickx van de vakgroep Architectuur

Bij grote rampen, zoals de vloedgolf in Azië of de massale vluchtelingenstromen in Afrika, worden meestal tentenkampen opgesteld die moeten zorgen voor de dringende opvang van slachtoffers. Die kampen zijn echter maar een tijdelijke oplossing en helpen niet bij de heropbouw van de getroffen gebieden. Daarom spitst het team van professor Hendrik Hendrickx van de vakgroep Architectuur aan de Vrije Universiteit Brussel zich toe op een uniek sheltersysteem dat na de eerste noodopvang ook kan gebruikt worden voor het opbouwen van meer permanente woningen, opslagplaatsen en zelfs het maken van kledij. Naast verscheidene NGO’s is ook het Belgisch leger erg geïnteresseerd in de techniek, zo leert het gesprek met prof. Hendrickx en zijn medewerkers Caroline Henrotay en Wim Debacker. De

Van tent tot wikkelrok Professor Hendrickx ontwikkelde een systematiek met standaardisatieregels die toelaten verschillende sheltersystemen te ontwikkelen. Zijn medewerkers Caroline Henrotay en Wim Debacker implementeren deze systematiek in hun onderzoek naar aanpasbare en polyvalente sheltersystemen. Het concept is even uniek als eenvoudig: door enkele basiselementen te ontwikkelen die dan in verschillende afmetingen gemaakt worden volgens een bepaald schema, ontstaan oneindig veel opbouwmogelijkheden die wereldwijd kunnen worden toegepast. Opdat elk land dezelfde systematiek zou gebruiken, zijn de elementen waaruit de shelters worden samengesteld onderling uitwisselbaar. Henrotay zegt dat vooral de mogelijkheden op lange termijn belangrijk zijn: “Met de tenten die hulporganisaties opsturen, kan eigenlijk niets anders gedaan worden dan alleen maar tenten maken. Daarom hebben wij een systeem uitgewerkt waarvan de elementen van de tenten ook in latere fases kunnen worden gebruikt als meer permanente structuren.” Daarnaast kunnen de zeilen van het sheltersysteem bijvoorbeeld worden verwerkt als kleding – wat ook belangrijk is. “De zeilen zijn vrij makkelijk te hanteren en te herleiden tot een heel minimaal pakket dat een kleine ruimte inneemt,

10.

maar waarmee toch grote volumes gemaakt kunnen worden”, verduidelijkt prof. Hendrickx. Maar de zeilen kunnen ook gebruikt worden als dakbedekking, windschermen of om dingen in te pakken. Ook de tentstokken zelf kunnen ergens anders worden gebruikt, bijvoorbeeld om een huis mee op te bouwen of als tafelpoten. “Met de verschillende elementen willen we zoveel mogelijk toepassingen mogelijk maken”, vat Henrotay samen. Wim Debacker legt vooral de nadruk op het hergebruik: “Alles kan gedemonteerd en opnieuw opgebouwd worden. Als het materiaal versleten is, kan het gerecycleerd worden. Dat is zowel economisch als ecologisch interessant.” Context en betekenis De basiselementen op zich krijgen pas betekenis als ze op een bepaalde manier gebruikt en samengesteld worden. Maar opdat overal ter wereld hetzelfde systeem zou worden toegepast, is het aantal mogelijkheden enorm. Het hele sheltersysteem is opgebouwd uit enkele basisvormen. De elementen zelf kunnen worden samengesteld als een soort ‘Meccano’. Prof. Hendrickx benadrukt dat daardoor de elementen zelf niet plaats- en tijdsgebonden zijn: “Ze krijgen pas betekenis vanaf het moment dat ze worden samengesteld.”

“Wat wij leveren is eigenlijk meer een strategie dan een afgewerkt product. De gebruiker beslist zelf hoe hij zijn configuraties wil samenstellen of opnieuw wil afbreken. Wij bepalen de spelregels over hoe die elementen kunnen worden opgebouwd”, aldus Debacker. “Het bouwsysteem zelf is universeel, wat je ermee maakt, is verschillend”, voegt Prof. Hendrickx eraan toe. Universeel systeem Het team is ervan overtuigd dat het systeem wereldwijd haalbaar is. Prof. Hendrickx: “De bedoeling is overal ter wereld voorraden te hebben van materiaal zoals de zeilen en de tentstokken, zodat onmiddellijk dingen kunnen samengesteld worden.” Elk land kan zijn eigen producten maken, maar ze moeten wel allemaal hetzelfde vorm- en maatsysteem, dat het team van prof. Hendrickx heeft ontwikkeld, gebruiken. Door het materiaal ter plaatse te laten produceren, wordt er in de probleemgebieden ook werk gecreëerd en worden de transportkosten laag gehouden. Daardoor kan er een eigen industrie worden uitgebouwd, aldus de initiatiefnemers. Prof. Hendrickx geeft toe dat er vragen rijzen bij de organisaties zelf over de praktische toepassing van het systeem: “Wij werken voor VNHabitat – het woonprogramma van de Verenigde Naties - en het is soms

een beetje moeilijk omdat ons systeem anders is dan wat ze gewoon zijn. Maar wat zij gewoon zijn, blijkt in de praktijk vaak te mislukken.” Huidige projecten Niet enkel de VN en de hulporganisaties zijn overtuigd van de mogelijkheden van het sheltersysteem, ook het Belgische leger is erg geïnteresseerd in de toepassing ervan bij humanitaire acties. Prof. Hendrickx: “We hebben legerkampen bezocht in Kosovo, Albanië en Afghanistan en daar werden we geconfronteerd met de wooncontainers van de militairen. De verantwoordelijken daar hebben toen ingezien dat het materiaal dat wij gebruiken, er goed toegepast kan worden.” Debacker legt uit dat ngo’s voornamelijk werken met flexibel materiaal. Het Belgisch leger is dan weer op zoek naar stevigere constructies. “Het Belgisch leger heeft aan de Vrije Universiteit Brussel gevraagd containers te ontwikkelen die vooral gemakkelijk getransporteerd kunnen worden. We hebben daarom een bouwsysteem ontwikkeld dat ter plekke gebruikt en uitgebouwd kan worden, zonder lassen of metsen. We gebruiken daarvoor bijvoorbeeld boutverbindingen. In één container die vervoerd wordt, zit materiaal om ter plaatse verschillende containers op te bouwen. Zo gaat er niets verloren.”


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

ASSOCIATIE

Pagina 11

De Vrije Universiteit Brussel en de Erasmushogeschool Brussel vormen samen de Universitaire Associatie Brussel. Om onze associatiepartner beter te leren kennen, reserveren we elke keer een plaatsje in Akademos.

Brussel - Santiago de Compostela

U stond er ongetwijfeld nog niet bij stil, maar 1.800 kilometer vooraleer de pelgrim zijn eindbestemming in Santiago de Compostela bereikt, doet hij Brussel aan. De weg naar Compostela trekt met andere woorden dwars door Europa en heeft, naast spirituele, zeker ook zijn culturele sporen nagelaten. Om het rijke Europese culturele erfgoed onder de aandacht te brengen en te verspreiden, riepen verschillende universiteiten de Compostela Group of Universities (CGU) in het leven. Tien jaar na de oprichting (in de Université de Liège), telt de CGU meer dan 80 leden en is het uitgegroeid tot één van de grootste universitaire netwerken van Europa. Ook niet-Europese universiteiten worden toegelaten tot de groep, zodat het netwerk in alle continenten leden heeft. Bergen De Erasmushogeschool Brussel, het enige Vlaamse lid van de CGU, vormde op 8 en 9 september het decor voor de jaarlijkse vergadering van het netwerk. Deze vergadering draait telkens rond een actueel onderwijsthema, waarover in deze twee dagen stevig wordt gedebatteerd. Het thema van dit jaar hing nauw samen met het Bologna-proces: 'Post-Bergen higher education area: quality assurance, accreditation, autonomy of universities'.

© Valéry De Smet - EhB

De genodigden dineren in het Brussels Parlement

In mei 2005 kwamen de Europese ministers van Onderwijs immers samen om te reflecteren over de verdere implementering van de Bologna-verklaring. Op deze bijeenkomst in Bergen werden ook de verdere lijnen voor het Europese hoger onderwijs uitgetekend. Tentation De Maria Baerszaal aan het Martelaerenplein was het hart van de jaarvergadering. Zowel de debatten als de lunches gingen door in dit gebouw, dat ter beschikking werd gesteld door de Vlaamse Gemeenschap. Talloze sprekers, waaronder Dr. Dirk Van Damme (kabinetchef van de minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke), Mr. Karl Dittrich (Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie), Mr. Michael Hörig (lid van het ESIB Bologna Proces Comité) en Dr. Per Nyborg (hoofd van het ‘Berlijn tot Bergen’ secretariaat) spraken de Compostelaleden toe. Na elke debatdag ruilden de genodigden hun pen en papier voor bestek en bord. Op dag één trok de menigte richting Brussels parlement (op uitnodiging van de Vlaamse Gemeenschapscommissie), waar onder andere Jean-Luc Vanraes (voorzitter Universitaire Associatie Brussel) en Ann Langenakens (administratief directeur EhB) tussen de toastjes en het aperitief hun visie

Als lid van de ‘Grupo Compostela de Universidades’ (Compostela Group of Universities), ontving de Erasmushogeschool Brussel (EhB) op 8 en 9 september de jaarlijkse vergadering van dit netwerk van universiteiten en hogescholen. Meer dan 100 professoren, rectoren, ambassadeurs en ministers woonden de tweedaagse bijeenkomst bij. De Compostela prijs, die jaarlijks wordt uitgereikt aan een persoon of instelling die zich heeft ingezet voor de Europese waarden, ging naar Wladyslaw Bartoszewski, Auschwitz-overlevende en Pools ex-minister van Buitenlandse zaken.

deelden met de aanwezigen, waaronder verschillende Brusselse en Galicische Parlementsleden en de Poolse en Spaanse ambassadrice. Na de tweede vergaderdag werd iedereen verwacht in het Brusselse Centro Gallego, beter gekend als ‘La Tentation’. De sfeervolle verlichting, de zuiderse muziek en de aanwezige Spaanse pers kondigden zachtjes aan dat het hoogtepunt van de jaarvergadering in aantocht was: de uitreiking van de Compostela Prize of Universities (gesponsord door de Xunta van Gallicië). Met de Compostelaprijs beloont het netwerk jaarlijks een individu of instelling die zich heeft ingezet voor de Europese waarden. In het verleden mochten, onder andere, Jacques Santer en Cees Noteboom deze internationale prijs in ontvangst nemen. Auschwitz Dit jaar nam de Poolse ex-minister van Buitenlandse zaken en Auschwitz-overlevende Wladyslaw Bartoszewski de gouden schelp, het logo van de Compostelagroep, mee naar huis. Met Wladyslaw Bartoszewski (1922) huldigt de Compostela Group of Universities de voorvechter van de Poolse onafhankelijkheid. Hij is ook de man die mee instond voor de verzoening tussen Duitsland en Polen en die zich nauw betrokken voelde bij de Pools-Joodse relatie.

Na zijn gevangenschap in het concentratiekamp van Auschwitz (19401941), was Bartoszewski medeoprichter van de ‘Zegota’ (een organisatie die Joden hielp in een door Nazi’s bezet Polen) en nam hij deel aan de ‘Warsaw uprising”, een controversiële strijd van de Polen om Warschau te bevrijden van de Duitse bezetter. Na een turbulent leven waarin hij de vrijheid van zijn volk nastreefde, ging Bartoszewski in de jaren ’90 eerst aan de slag als Pools ambassadeur in Oostenrijk, waarna hij twee maal Pools minister van Buitenlandse Zaken werd. Tot op heden is hij voorzitter van ‘The international Auschwitz council’, een organisatie die de herinnering aan Auschwitz levendig wil houden. Na de uitreiking van de prijs en een overtuigde toespraak van Wladyslaw Bartoszewski, veranderde La Tentation even in een Galiciaanse feesttempel, inclusief castagnetten. Met doedelzak, luide stem en typische kledij, lieten de muzikanten en dansers van dienst de Compostelaleden kennis maken met de sfeer en de muziek van een authentiek Galiciaans feest. Santiago de Compostela leek plots geen 1.800 kilometer meer verwijderd.

11.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 12

WETENSCHAPSCOMMUNICATIE

Wetenschap in the picture De Cel Wetenschapscommunicatie zit ook dit najaar niet stil en heeft naast de ondertussen bekende projecten ComixFiles, Virtueel museum en Stimulus nog andere boeiende initiatieven op het programma staan:

Solvay Jongeren Conferentie De Belgische industrieel Ernest Solvay verzamelde in 1911 voor de eerste keer in de geschiedenis alle grote natuur- en scheikundigen: ondermeer Max Planck, Marie Curie en de jonge Albert Einstein. De start van de ondertussen beroemde Solvay Conferenties die resulteerden in tal van historische doorbraken en legendarische discussies. Dit jaar, en 22 Solvay Conferenties later, krijgen leerlingen uit het laatste jaar secundair onderwijs de kans te debatteren met de crème de la crème uit de natuur- en scheikundewereld. De leerlingen kunnen alvast hun vragen online stellen en

krijgen tijdens de conferentie zelf het inspirerende en verhelderende antwoord van nobelprijswinnaar David Gross en Brian Greene te horen! Surf naar www.alberteinstein.be voor meer informatie en voor het reserveren van een gratis plaatsje voor de conferentie op zondag 4 december 2005 in het Karel De Grote gebouw van de Europese Commissie. Pole-Position De Vrije Universiteit Brussel werkt ook mee aan Pole-Position. Een wedstrijd voor de 2de en 3de graad secundair onderwijs rond onderzoek

op het ‘witte continent’. Op Antarctica staat ‘teamwork’ centraal. Zo ook in deze wedstrijd waar elk team (max. 20 leerlingen) bestaande uit verschillende ‘specialisten’ (historici, wetenschappers en journalisten) onder begeleiding van een leerkracht verschillende opdrachten (historisch luik: expeditie in de tijd, wetenschappelijk luik: onderzoek op Antarctica, journalistiek luik: het leven van een wetenschapper op Antarctica) tot

een goed einde moet brengen.

In het kader van het Wereldjaar van de Fysica kan je vanaf december naar de expositie ‘Einstein, anders bekeken’ die de Vrije Universiteit Brussel samen met de Université Libre de Bruxelles organiseert. Meer daarover in de volgende editie van Akademos.

Nieuw Centrum voor Morele Dienstverlening in Jette op komst De Unie Vrijzinnige Verenigingen (UVV) plant de opening van een tweede Centrum voor Morele Dienstverlening (CMD) in het Brusselse. De komst van dit nieuw lokaal centrum in Jette is een belangrijke stap vooruit voor de Vlaamse vrijzinnige gemeenschap in de hoofdstad. Een CMD is een open huis waar je vrij kan binnenlopen. Je kan er als individu terecht voor ’n persoonlijk gesprek met een moreel consulent of voor info over de organisatie van vrijzinnige plechtigheden. Je kan er uiteraard ook informatie over vrijzinnigheid, vrijzinnige organisaties, de welzijnssector en dergelijke meer bekomen. Wie een beroep wenst te doen op de (gratis) diensten van de moreel consulent voor een vertrouwelijk gesprek, maakt best op voorhand een afspraak. Het CMD Jette zal een multifunctionele werking kennen waarbij professionelen en vrijwilligers de krachten bundelen. Op woensdag 30 november om 19u30 wordt er door het CMD Jette in samenwerking met de plaatselijke verenigingen een informatieavond over “euthanasie” georganiseerd in het Gemeenschapscentrum Essegem,

12.

Leopold I-straat 329 in 1090 Jette. De medewerkers van het CMD vervullen een sleutelrol bij de rekrutering en ondersteuning van de vrijwillige moreel consulenten die actief zijn in de ziekenhuizen en rusthui-

Praten werkt aanstekelijk

De Moreel Consulent

zen, alsook van de sprekers bij afscheidsplechtigheden. De moreel consulenten Jan Van den Brande, Tine Berbé en de leden van de begeleidingsgroep van het CMD Jette zijn volop bezig met de voor-

bereiding van de toekomstige werking van het nieuwe centrum. Het CMD Jette is ondertussen reeds telefonisch bereikbaar op het nummer +32 (0)2 513 16 33 en via e-mail cmd.jette@uvv.be

UVV heeft ook vier (ver)nieuw(d)e brochures klaar. Deze brochures vormen vier basisdocumenten die elk een onderdeel van de Vlaamse vrijzinnigheid belichten. De nieuwe folder ‘Elke mens verdient een Oscar’ belicht de basiswaarden van het ‘vrijzinnig humanisme’. Op een originele manier worden de vrijzinnige waarden voorgesteld en geïllustreerd aan de hand van foto’s van filmfragmenten uit bekende films. ‘Praten werkt aanstekelijk’ schetst de werking van de moreel consulent en de diverse werkvelden waar moreel consulenten actief zijn. ‘Elk schouderklopje helpt’ legt uit wat morele bijstand is en gaat in op een aantal belangrijke toepassingsgebieden. ‘Het leven in stappen’ informeert over de diverse vrijzinnige plechtigheden. Deze brochures zijn verkrijgbaar via het Federaal Secretariaat en de Centra voor Morele Dienstverlening. UVV Federaal Secretariaat, Brand Whitlocklaan 87 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe, +32 (0)2 735 81 92 cmd.federaal@uvv.be, www.uvv.be


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 13

AZ-LABORATORIA

AZ-laboratoria scoren met kwaliteitsbeleid Dr. Martine Vercammen en Prof. Dr. Sabine Lauwers.

Klinische biologie is een medische specialiteit die zich bezighoudt met het aantonen van afwijkingen in bloed of andere lichaamsvochten aan de hand van laboratoriumtechnieken. De Klinische Biologie ondersteunt de artsen bij het stellen van een medische diagnose. Het laboratorium voert een geïntegreerd kwaliteitsbeleid, onder impuls van de overkoepelende kwaliteitscoördinator, Dr. Martine Vercammen en gesuperviseerd door Prof. Dr. Sabine Lauwers. Een operationeel kwaliteitssysteem is een voorwaarde voor een laboratorium om steeds snelle, correcte en relevante resultaten te kunnen verstrekken aan de clinicus. Kwaliteitsbeleid In alle diensten van het laboratorium werd steeds ruim aandacht besteed aan kwaliteit en liep men voor op de wettelijke vereisten. Recent werden door de overheid

nieuwe minimumkwaliteitsvereisten gedefiniëerd waaraan sinds januari 2003 moet voldaan worden in erkende laboratoria. Het kwaliteitsbeleid moet transparant gevoerd worden en de krijtlijnen moeten worden neergeschreven in een “kwaliteitshandboek”. In het Academisch Ziekenhuis doet men dit aan de hand van een gemeenschappelijk kwaliteitshandboek dat geldig is voor de verschillende laboratoria. Accreditatie Naast de erkenning door de overheid (wat terugbetaling van de geleverde laboprestaties door het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering –kortweg RIZIV- impliceert), kunnen de laboratoria ook een extern kwaliteitslabel of accreditatiecertificaat verwerven door zich door een onafhankelijk organisme te laten doorlichten. Het was de dienst

Kwaliteitsmanagement in de AZ-laboratoria De krachtlijnen van het gemeenschappelijk kwaliteitsbeleid gevoerd in de AZ-laboratoria zijn: - Een overkoepelende kwaliteitscoördinator die werkt in nauw overleg met kwaliteitsfunctionnarissen in de verschillende laboratoriumdiensten - Een gemeenschappelijk kwaliteitshandboek en waar mogelijk gemeenschappelijke procedures (i.v.m. testen en toestellen en i.v.m. logistieke voorzieningen) - Eén enkele ‘laboratoriumgids’, met specificaties over de pre-analytische fase, beschikbaar op het AZ-intranet en op internet - Een transparant personeelsbeleid (inclusief continue opleiding/bijscholing) - Een gestroomlijnd documentenbeheer; gebruik van één enkele software - Centrale programma’s van interne en externe kwaliteitsevaluatie - Uitvoering van interne audits - Een gecentraliseerd systeem voor registratie van klachten en opvolging van preventieve en correctieve acties - Formele overlegvergaderingen i.v.m. kwaliteitsbeleid

Dankzij het gevoerde kwaliteitsbeleid in het Academisch Ziekenhuis van de Vrije Universiteit Brussel kunnen het laboratorium Klinische Biologie en het Zorgprogramma Reproductieve Geneeskunde als eerste in ons land de ISO 15189 accreditatie voorleggen.

Microbiologie en Ziekenhuishygiëne, onderdeel van het laboratorium Klinische Biologie, die als eerste de stap naar internationale acccreditatie zette. In 2000 behaalde het laboratorium Microbiologie als eerste Belgisch laboratorium de op dat ogenblik geldende “EN 45001” accreditatie voor het volledige werkingsterrein (bacteriologie, virologie inclusief HIV, serologie en moleculaire technieken). Toen het accreditatieorgaan BELAC naast de EN 45001 norm de nieuwe (en meer eisende) norm ISO 17024 ging hanteren behaalde het laboratorium ook prompt dit certificaat (op 17 oktober 2001). ISO 15189 Begin dit jaar werd nogmaals een nieuwe norm doorgevoerd, specifiek voor medische laboratoria. In deze “ISO 15189” norm is er bijzondere aandacht voor de zogenaamde preen post-analytische fasen, nl. alle gebeurtenissen die zich enerzijds afspelen vóór de eigenlijke laboanalyse wordt uitgevoerd (afname, bewaring en transport van het patiëntenmonster) en anderzijds nadat de analyse is afgewerkt (rapporteren

van het resultaat, de klinische interpretatie ervan en het contact tussen laboratorium en aanvragende arts). Het allereerste in België uitgereikte accreditatie-certificaat volgens deze ISO 15189 norm werd toegekend aan het laboratorium Microbiologie van het AZ-VUB. Ondertussen was ook de Eenheid Reproductieve Biologie de weg naar accreditatie ingeslagen. Steunend op de ervaring van het laboratorium Microbiologie en bijgestaan door de kwaliteitscoördinator slaagde ook dit laboratorium erin het ISO 15189 certificaat te behalen. Het Zorgprogramma Reproductieve Geneeskunde van het AZ-VUB is hiermee in België het eerste programma in zijn soort dat voor alle in dit kader uitgevoerde laboratoriumanalyses (van afname van gameten tot en met invriezen van embryo’s en embriobiopt voor preimplantatiediagnose) een ISO 15189 accreditatie behaalt. In de nabije toekomst zal de accreditatie van de AZ-laboratoria worden uitgebreid met onderzoeken van de diensten Radio-immunologie, Klinische Chemie en Hematologie.

Het laboratorium Klinische Biologie van het AZ-VUB voert per jaar meer dan 3.100.000 onderzoeken uit. Er zijn 16 klinisch biologen tewerkgesteld (waaronder 14 artsen en 2 apothekers), 2 licentiaten/doctors in de chemie, 7 andere wetenschappelijke medewerkers, 120 laboranten, 18 administratieve krachten en 3 verpleegkundigen. Het laboratorium is opgebouwd uit verschillende diensten die gespecialiseerd zijn in onderzoeken van een bepaald type. Deze diensten zijn: Hematologie (Prof. Dr. Marc De Waele), Klinische Chemie (Prof. Dr. Frans Gorus), Microbiologie & Ziekenhuishygiëne (Prof. Dr. Sabine Lauwers) en Radioimmunologie met eenheid Reproductieve Biologie werkzaam binnen het Zorgprogramma Reproductieve Geneeskunde (Prof. Dr. André Van Steirteghem).

13.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 14

INSTITUTE FOR EUROPEAN STUDIES

Het Nederlandse en Franse “neen” aan de ‘Europese Grondwet’ eerder dit jaar kwam als een verrassing voor de Europese instellingen en hun leiders. De negatieve resultaten brachten het Europese integratieproces tijdelijk tot stilstand en dompelden de Europese Unie in een periode van ‘reflectie’. Het Institute for European Studies wil met het boek Understanding the Constitution de discussie rond het onderwerp blijven voeden. Eind september werd het boek voorgesteld in het Egmontpaleis in aanwezigheid van onder meer Minister van Buitenlandse Zaken en medeauteur Karel De Gucht.

De Nederlandse en Franse kiezers gaven in de referenda duidelijk aan dat ze de grondwettekst niet begrijpen ofwel gekant zijn tegen ‘meer Brussel’ – ook al staan ze niet noodzakelijk afkerig tegenover een geïntegreerd Europa. Deze tijdelijke stilstand is niet noodzakelijk negatief wanneer het kan leiden tot een meer coherente aanpak van de Europese integratie waarbij niet alleen de visie van de elites, maar ook die van het Europese publiek aan bod komt. De recente aankondiging van Commissievoorzitter José Manuel Barroso om de huidige Europese regelgeving volledig te herzien kan in die zin begrepen worden. Het valt volgens de auteurs van het boek echter te betreuren dat het Grondwettelijk Verdrag in haar geheel werd verworpen, vooral omdat het in de eerste plaats de bestaande en soms complexe regelgeving consolideerde, waardoor ze toegankelijker werd voor het publiek. Daarnaast vormde het verdrag een aanzet tot meer transparantie en tot een meer verantwoordelijke en meer doeltreffende besluitvorming. Het boek Understanding the Constitution wil een bijdrage leveren aan dit debat. De auteurs analyseren en becommentariëren de grote lijnen van het Grondwettelijk Verdrag en belichten waarom de inwoners van twee lidstaten een dergelijke keuze maakten. Verschillende hoofdstukken van prominente politici zoals Eerste Minister Verhofstadt en Minister van Buitenlandse Zaken De Gucht benadrukken het belang van het bestaande ‘democratisch deficiet’ waarop de nieuwe grondwet een antwoord zou kunnen verschaffen. Zo zou bij goedkeuring van de grondwet de medebeslissingsprocedure in het Europees Parlement de regel geworden zijn, aldus Karel De Gucht tijdens de persconferentie. Hij wees er bovendien op dat de zogenaamde beperkte bevoegdheid van het Europees Parlement een fabeltje is. Geen enkel nationaal parlement heeft volgens De Gucht immers evenveel bevoegdheden als dat Europees Parlement. In andere hoofdstukken worden de bestaande Europese instellingen nader toegelicht. Ten slotte wordt de rol van de Europese Unie in de wereld bekeken, uitgaande van een analyse van haar buitenlandse politiek. Volgens minister De Gucht is ook op dit vlak de afwijzing van de grondwet een slechte zaak. Wat betreft het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid zal de beslissingsmacht opnieuw overhellen naar de Raad van Ministers. De redacteurs van het boek vermoeden dat het Grondwettelijk Verdrag om de verkeerde redenen werd afgekeurd. Zo kunnen een veelheid aan begrijpelijke maar misleidende aspecten een rol hebben gespeeld in de stem van de kiezer: angst voor de toekomst van de Europese economie en/of angst voor een toename van migranten, of gewoon intern politieke elementen. De auteurs zijn echter hoopvol en staan positief tegenover de grondwetsperikelen en de verdere Europese ontwikkelingen, “al zullen daar moedige politici voor nodig zijn”, besloot co-auteur Servaas van Thiel. Understanding the European Constitution, why a NO vote means less democracy, human rights and security. Servaas VAN THIEL, Richard LEWIS en Karel DE GUCHT (eds.) is uitgegeven bij VUBPRESS (www.vubpress.be).

14.

Begrijpt u de Europese Grondwet?

Minister van Buitenlandse zaken Karel De Gucht bij de voorstelling van het boek

Het Institute for European Studies werd door de Vlaamse Gemeenschap opgericht in 2001 als onderzoekspoot voor het reeds meer dan 30 jaar bestaande Programme on International Legal Cooperation (PILC). Het ging in 2002 onder leiding van Prof. Dr. Bart De Schutter van start en groeide in drie jaar uit tot een interdisciplinair centrum met een 20-tal medewerkers. De voertaal van het Instituut is Engels, wat een internationaal karakter mogelijk maakt: in de afgelopen drie jaar kwamen onderzoekers uit Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Ierland, Italië, Litouwen, Roemenië en Turkije en bood het Instituut onderdak aan ‘visiting scholars’ uit China, Taiwan, Argentinië, Cuba, Italië en Polen.

IES nieuws Na een lang en intens selectieproces met internationale screening en interviews verkoos de Board van het Institute for European Studies Prof. Dr. Sebastian Oberthür (DL) tot Wetenschappelijk Directeur. Dr. Oberthür was tot voor kort werkzaam aan de Bamberg Universität en als expert in het overheidsbureau “Ecologic”. Prof. Oberthür is Doctor in de politieke wetenschappen, maar in het verleden werd meer dan eens een beroep gedaan op zijn juridische kennis. Hij vormt dan ook de perfecte mix om het IES wetenschappelijk te leiden, aangezien de meeste research programma’s tot dusver juridisch of politologisch getint zijn. Tot voor kort huurde het IES lokalen van de universiteit in de Waversesteenweg/Schoofslaan, naast Vesalius College. Deze locatie werd al gauw te klein. Een verhuis drong zich op. Het IES is dan ook trots om recht tegenover de campus, nl. op Pleinlaan nummer 5, zijn nieuwe kantoren te kunnen openen. De derde verdieping van dit kantoorgebouw biedt plaats aan alle IES medewerkers en dient de expansie van het Instituut aan te kunnen voor de volgende vijf jaar. De ruim bemeten vergaderzaal biedt daarenboven plaats aan 40 personen, waardoor ze eveneens geschikt is voor colloquia en workshops.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

ALUMNI

15:30

Pagina 15

Jonge mensen opleiden tot kritische, zelfstandige en ambitieuze individuen, die vrij denken en durven afwijken van platgetreden paden. Dat is één van de objectieven die de Vrije Universiteit Brussel zichzelf stelt. Akademos geeft in elk nummer een oud-student het woord die ook na zijn/haar studies blijk gaf van deze kwaliteiten.

Informaticus in hart en nieren Johan Coppieters volgde als één van de eersten de opleiding Informatica aan de Vrije Universiteit Brussel. Om informaticus pur sang te kunnen worden, liet hij zelfs zijn studies Burgerlijk Ingenieur in Gent voor wat ze waren.

“Nadat ik me door het ingangsexamen had geworsteld, ben ik aan de Gentse universiteit met volle moed aan mijn eerste kandidatuur Burgerlijk Ingenieur begonnen. Mijn doel: werken met een echte computer. Op dat moment was het enige bereikbare een programmeerbare zakrekenmachine. In het vakkenpakket zat in de eerste jaren wel geen informatica, maar een beetje wachten kon geen kwaad. Enkele tweedejaars vertelden me dat ik desondanks toch op de computer kon werken. ”Op de computer werken” beperkte zich voor studenten in die tijd tot het intypen van fortran programma's op ponskaarten. Hulp van assistenten kreeg je niet, want die waren al even onbereikbaar als de doorsnee prof. Plots hoorde ik half december dat er dat jaar aan de Vrije Universiteit Brussel een echte richting ‘Informatica’ gestart was. Na pijnlijk overleg thuis, ben ik dan toch eens gaan kijken. Een vriendelijke assistente gaf me een rondleiding en vertelde dat ik nog kon inschrijven tot begin januari. Het kerstverlof bracht raad en op 3 januari startte ik in Brussel. Ik kon er als student op een terminal werken! Meer zelfs: het werd zelfs van mij verwacht. Eindelijk een echte computer en ik zat nog maar in mijn eerste jaar! Ik was dus zeer blij met de keuze die ik gemaakt had. De openheid van assistenten en proffen was een echte openbaring. De leerstof waaraan ik werd blootgesteld, was niet alleen van opmerkelijke kwaliteit, maar ook steeds cutting edge. Vooral de lessen van professor Theo D'Hondt zorgden altijd voor een frisse wind. De man was (en is nog steeds) voortdurend bezig met nieuwe technieken, talen en algoritmes. Hij is steeds op zoek naar nieuwe dingen, dat is als lector zwaar, want je moet telkens een nieuwe cursus maken. Zijn lessen deden je nadenken. Een cursus van buiten leren, bracht je nergens. Aangezien er nog geen informati-

castudentenkring was, ben ik met een paar andere enthousiastelingen de "infogroep" begonnen. Ons hoofddoel was studenten helpen die problemen hadden met het werken op de computerterminals. Maar om geholpen te worden, moest je wel een lidkaart kopen. Nadat men ook in studierichtingen zoals economie van hun studenten verwachtte dat ze op de computer werkten, werden wij in een mum van tijd de grootste kring van de universiteit. Belangrijker zelfs: we waren een van de weinigen die rendabel waren. Met de opbrengsten kochten we boeken en hadden zo al snel een zeer uitgebreide informaticabiblioteek. In mijn laatste jaar werd ik ‘voorzitter’ van de studentenkring. Aan de Vrije Universiteit Brussel word je klaargestoomd om zeer flexibel te zijn en je te kunnen aanpassen in een steeds in beweging zijnde wereld. Alle technieken, operating systemen, programmeertalen en netwerken die ik ken zijn in de laatste twintig jaar totaal veranderd. Toch heb ik nog geen moment het gevoel gehad dat mijn opleiding tekortschoot, dat ik niet "mee" kon. Steeds kon ik terugvallen op de basis die me werd bijgebracht. Na mijn studies werd ik assistent in de wetenschappen bij toenmalig decaan Prof. F. Bingen. Een richting informatica was er wel, maar een daadwerkelijk departement bestond nog niet. In 1985 hebben we dan onder leiding van Prof. Theo D'Hondt en drie van mijn jaargenoten PROG opgestart. We maakten een aantal ongebruikte kantoren leeg (al bleek later dat die toebehoorden aan de sterrekunde, wisten wij veel dat sterrekundigen daar alleen 's nachts kwamen). We zijn toen met een auto naar het Zuidstation gereden om er goedkope ‘tapis-plain’ te kopen die we in de veroverde lokalen legden. Overigens tot grote verontwaardiging van alle andere bewoners van dezelfde verdieping, die al jaren op de koude rode tegels werkten. Met Theo D'Hondt en een aantal col-

lega's heb ik eveneens een spinoff opgestart. Na een paar jaar begon ik mijn eigen bedrijf. Tot Mark Vanmoerkerke, toenmalig hoofd van de groep Sun International, me overtuigde om binnen dat bedrijf een informaticatoegang voor reisagenten uit te bouwen. De man was zijn tijd ver vooruit. Er bestond immers nog geen internet en dat was nu net wat hij wou en nodig had. Nadien kwam ik bij toeval de ouders van een vriendinnetje van mijn dochter tegen. Zij hadden een prepress- en reclamebureau. Hun eerste klanten hadden al voorzichtig geïnformeerd naar de mogelijkheden van internet en websites. Grafisch waren

nv’ gedoopt. We maken internetapplicaties in de ruimste zin. Dat gaat van eenvoudige websites tot vrij complexe applicaties. Er zijn B2B projecten, grote intranettoepassingen, maar ook CMS based websites of data ware houses met 40 miljoen records. Steeds een mix van technisch complexe zaken gecombineerd met een mooi design. We werken dan ook met een gescheiden ploeg van grafici, met een specifieke opleiding in die branche aan de ene kant en technisch sterke programmeurs/informatici aan de andere kant. Onder onze klanten bevinden zich

deze mensen uitstekend, maar ze misten een sterke technische kant. Ikzelf was dan weer erg geïnteresseerd in de technische mogelijkheden van het internet, maar wist dat het uitzicht van deze nieuwe webapplicaties ook ‘mooi’ moest zijn, iets wat niet echt aan mij besteed was. Na wat brainstormen wisten we waar we naartoe wilden: een duo van zeer technische zaken, gecombineerd met mooie grafische frontends. Het bedrijf werd dan ook ‘Duo

grote namen zoals Adecco, Base, Callebaut, Domo, Eurostar, Sunparks, Thalys, ... maar evengoed kleinere of opstartende ondernemingen die bijvoorbeeld chocolade of contactlenzen via het internet willen verkopen. Vorig jaar hebben we een Europese order binnengehaald voor het op punt stellen van een systeem waarin alle spoorwegen hun prijzen dumpen en waar je als klant kan aan vragen: hoe ga ik van Brugge naar Athene en wat kost me dat?”

15.


Akademos 09 - 2

12-10-2005

15:30

Pagina 16

PERSONALIA - An Ranquin, van het departement Moleculaire en Cellulaire Interactie won tijdens het VIB Seminar 2005 met haar poster ‘SONS (Self Organising NanoStructures) as therapeutic nanoreactors’ de derde prijs. - Evelien Vanparijs (licentiaatstudent), Bert Timmermans (doctoraatstudent) en Frank Van Overwalle van de Vakgroep Sociale Psychologie kregen tijdens de meeting van de Belgian Association for Psychological Sciences een prijs voor hun werk ‘Me and Nobody: Subliminally Changing One’s Perceived Personality’. De andere laureaten waren Inge Zeeuws (doctoraatstudent) en Eric Soetens van de vakgroep Cognitieve Psychologie. - Tandarts Tim De Rouck, assistent bij de afdeling Uitneembare Prothetiek (Vakgroep COPR) ontving de prijs voor beste poster tijdens het 5de Congres van het Verbond van Vlaamse Tandartsen (VVT). De poster beschreef een prothetische gebitsbehandeling uitgevoerd aan de Tandheelkundige Kliniek. - De René Marcq-Prijs 2003-2004 werd op 7 juli uitgereikt aan Freek Louckx van de vakgroep Sociaal Recht. - Katy Satin, actief als verpleegkundige in het operatiekwartier AZ-VUB in Jette, haalde de 3de plaats in de finale van het VTM-programma Star Academy. - Om geld in te zamelen voor "The Marc Herremans Foundation - To Walk Again" en voor de "Vrienden van Burkina Faso" nam Prof. Paul De Knop, decaan van de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie, samen met triatleet Marc Herremans en een 1000-tal Vlamingen deel aan een overwinningstocht van de Mont Ventoux met de fiets. - Prof. dr. Bart Rombaut, onderzoeker verbonden aan het Farmaceutisch Instituut, kreeg voor zijn verdienstelijk werk ter verbetering van het vaccin tegen polio (kinderverlamming) een benoeming als lid van de Real Academia Nacional de Farmacia, Instituto de España. - Luc Deconinck, oud-student rechten volgt wijlen André De Moor op als nieuwe voorzitter van de vzw ‘de Rand’.

COLOFON

REDACTIE Sandra Van Maurik, Jeroen De Samblancx, Raf Van Dyck, Thomas Mels EINDREDACTIE Thomas Mels OPMAAK EN DRUK Livosales.be VERLEENDEN VERDER HUN MEDEWERKING Sabine Lauwers, Franky Bussche, Ditke Van Goethem, Valéry De Smet, Veerle Magits, Anthony Antoine FOTO’S Christophe Empsen, Thomas Mels, Raf Van Dyck

REDACTIESECRETARIAAT Myriam De Pelseneer Dienst Interne en Externe Communicatie Pleinlaan 2 – 1050 Brussel Tel.: +32 (0)2 629 21 34 - Fax: +32 (0)2 629 12 10 E-mail: ieco@vub.ac.be - Web: www.vub.ac.be Wilt u Akademos thuis ontvangen, laat ons iets weten. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Prof. Dr. Benjamin Van Camp Rector Vrije Universiteit Brussel Pleinlaan 2, B – 1050 Brussel

UITNODIGING SOLVAY JONGEREN CONFERENTIE ZONDAG 4 DECEMBER 2005

Meer info: Akademos p. 12 Contact: bdilien@vub.ac.be +32 (0)2 629 13 40 Inschrijven kan online via: www.alberteinstein.be

16.

- Vera Rogiers van de vakgroep Farmacognosie, dermato-cosmetologie en toxiologie, heeft de wetenschappelijke prijs voor Europees onderzoek naar alternatieve methoden ‘Procter&Gamble/Eurotx/HSI Animal Welfare and Alternatives Award 2005’ gewonnen. - Prof. Dr. em. C. Van de Velde, van de vakgroep Kunstwetenschappen en Archeologie en ere-decaan van de faculteit Letteren en Wijsbegeerte ontving tijdens een academische viering het huldeboek ‘Florissant’. - Prof. dr. Guy Storme ontving van het Wetenschappelijk Steunfonds van de Vrije Universiteit Brussel de Hilde Breursprijs Geneeskunde voor zijn bijzondere verdiensten bij de uitbouw van het Centrum voor Radiotherapie in het Academisch Ziekenhuis. - An Van Hemelrijck van de faculteit Geneeskunde en Farmacie, behaalde met haar proefschrift ‘The neuroprotective role of hypothermia in the endothelin-1 rat model for transient focal cerebral ischemia’ haar doctoraat in de Farmaceutische wetenschappen. - Nabil Kochaji, assistent bij de vakgroep COPR behaalde de tweede prijs van de ‘Senior Robert Frank Award 2005’ met zijn poster ‘The possible role of myoepithelial cells in salivary glands’. - Prof. dr. Paul Devroey werd verkozen als ‘Fellow ad eundem’ van de ‘Royal College of Onstetricians and Gynecologists’. - De Raad van Bestuur van de Vrije Universiteit Brussel heeft Eddy Van Gelder voor de vierde maal verkozen als voorzitter. Michael Dooms, onderzoeker bij de vakgroep Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid, werd verkozen als nieuwe ondervoorzitter. - Dhr. Brahim Benichou werd zopas aangeduid als voorzitter van de Studentenraad, dhr. Dimitri Terryn als vice-voorzitter voor de groep Bestuur, dhr. P. Dehasque als vice-voorzitter voor de afdeling Onderwijs en Bestuur Onderwijsraad en mevr. Deborah Botterman voor de afdeling Studentenvoorzieningen. - Het Heilig Graf Instituut behaalden met hun project 'Molecular diagnostics for sleeping sickness‚, dat onder begeleiding stond van Toya Nath Baral, Guy Caljon en Michale Drennan van het Departement Biotechnologie van de Vrije Universiteit Brussel, een 2de plaats in de finale van de scientist@work wedstrijd voor scholen, georganiseerd door het Vlaams Interuniversitair Instituut voor Biotechnologie - Prof. dr. Jo Van Hoecke ontving de 'ISRM Best Practice Award' voor de realisatie van het IKGym-project. Dat gebeurde tijdens het 13e Europese congres voor Sportmanagement (EASM) in Newcastle-Gateshead waar dit kwaliteitsproject van de Vlaamse gymnastiekfederaties en de Vrije Universiteit Brussel uitgekozen werd als beste praktijkvoorbeeld inzake sportbeleid en -management.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.