4 minute read

Hans Hegs column

HANS HEG HISTORISCH

Wat weegt zwaarder? Historisch besef of historisch inzicht? Ik zou zeggen geen van beide. Allebei even belangrijk. Het een kan niet zonder het ander. Zowel René Jacobs als de broers Jussen bieden een paar opmerkelijke voorbeelden. Jacobs zette voor harmonia mundi voor de tweede keer Bachs Hohe Messe op de plaat. Hij draagt daarmee zijn steentje bij aan de discussie over de meest ‘authentieke’ versie van Das grösste musikalische Kunstwerk aller Zeiten und Völker.

Advertisement

Die kwalificatie is niet van mij. Komt van een Zwitserse muziekuitgever, die in 1818 klanten zocht voor de eerste uitgave van Bachs ‘grosse Katholische Messe’. Bijna zeventig jaar na diens dood. Destijds ging het erom dat men kennis kon maken met dit meesterwerk. Sinds kort vliegen Bachexperts elkaar in de haren over iets anders. Je hoort nu te kiezen tussen een uitvoering met slechts één zanger per partij of voor een ‘ouderwetse’ versie met iets groter koor. Hoewel we weten dat Bach klaagde over gebrek aan (goede) zangers in de twee kerken die hij moest bedienen in Leipzig.

René Jacobs licht zijn standpunt – zeg maar: half om half – uitvoerig toe in het booklet. Hij begint bij een theoloog uit Bachs tijd: “Es liegt nicht allemahl an der Menge: Es ist vielmehr eine Verschwendung zu nennen, wenn ein Chor stärker besetzt ist als es vonnöthen ist”. Een groot koor is verspilling, geen artistieke noodzaak - aldus Gottfried Ephraim Scheibel. Weer wat geleerd. Toch moet Jacobs niets hebben van het enige tijd terug door de Amerikaan Joshua Rifkin gelanceerde idee dat de cantates en oratoria van Bach het best in piepkleine bezetting kunnen worden uitgevoerd.

Allemaal modieus gedoe, schrijft Jacobs. Ja, heel ‘hip’, dat wel! Maar het heeft niets van doen met datgene waar hip voor staat in de oudemuziekpraktijk: ‘Historically Informed Performance’. Met andere woorden: het cd-boekje en de toelichting van de altijd weer verrassende Jacobs zijn minstens zo interessant als zijn herziene kijk op de Hohe Messe. Al kwam ik ook een niet zo positieve recensie tegen in de Gramophone. Het zij zo. Smaken verschillen.

Jacobs heeft echter mijn hart gestolen met zijn eerbetoon aan de grote man achter harmonia mundi, Bernard Coutaz. Hij startte met dit Franse label in 1958, stuwde het op tot een wereldmerk en hield dat vol tot aan zijn dood in 2010. Zijn rechterhand, zijn vrouw Eva, zette de zaak gelukkig op dezelfde voet voort totdat ook zij er in 2021 een punt achter moest zetten. Maar wat een erfenis! Jacobs is terecht lyrisch. Met name Eva heeft hem enorm geïnspireerd en beïnvloed in zijn muzikale carrière. “Zij geloofde vanaf het begin in mij.”

Hij heeft zich kunnen laven aan hun moed en pioniersgeest. Dat noem ik nog eens respect voor het verleden. Historisch perspectief par excellence, zoals je het maar zelden tegenkomt. Hoewel: ook Lucas en Arthur Jussen hebben onlangs opnieuw mijn aandacht getrokken. In hun spectaculaire dubbelalbum,

PERSPECTIEF

Dutch Masters, met louter Nederlandse composities voor pianoduo. Van 1935 (Willem Pijper) tot nu (Joey Roukens). Hun samenspel is perfect. Maar nog veel belangrijker: hun stilistisch inzicht om Louis Andriessen anders aan te pakken dan Hans Henkemans is frappant.

Dit album is met recht een hommage aan een van hun eerste leermeesters: pianist en pedagoog Ton Hartsuiker. Hun ontroerend openhartige verslag over het tomeloze enthousiasme van Hartsuiker, dat ze als tieners over zich heen kregen, verklaart veel. Zo niet alles. Dáárom zijn ze zo geïnteresseerd geraakt in nieuwe muziek, durfden ze Mantra van Stockhausen op hun repertoire te nemen en vult het nieuwe, uitdagende en voor hen geschreven Concerto for 2 pianos van Roukens cd 2. Hulde voor dit initiatief en de lef om ook Deutsche Grammophon bij dit project te betrekken.

Tot slot nog even iets over de keuze van het thema voor deze column. In het afgelopen Holland Festival presenteerde Het Nationale Ballet een omvangrijk project met uitsluitend werk van de 90-jarige choreograaf Hans van Manen. Een ongekend en meesterlijk portret, dat een mooie terugblik bood op zijn hele oeuvre. Uniek! Ongeveer op hetzelfde moment maakte het jubilerende, 60-jarige gezelschap bekend dat de programmering voor dit najaar was gewijzigd. Geen vrijblijvend feestprogramma (Celebrate!) maar, gezien de oorlog in Oekraïne, een reprise van het fameuze anti-oorlogsballet De Groene Tafel uit 1932 van Kurt Jooss. Onder de noemer: Shadows.

Ik hoop dat ze zich bij het Holland Festival zijn rotgeschrokken. Zoveel ‘historisch besef’, daar kun je toch alleen maar van dromen? Zonder tot actie over te gaan! Hoe is het mogelijk, vraag ik me af. Het 75-jarig bestaan van het oudste, in 1947 opgerichte festival van Nederland is daardoor nagenoeg ongemerkt voorbijgetrokken. Gebrek aan geld en mankracht, heet het. Volgens mij is het gewoon gebrek aan inzet, inzicht én ideeën. Ted Brandsen, artistiek directeur van Het Nationale Ballet, kreeg (opnieuw) een lintje. Het Holland Festival komt in aanmerking voor de poedelprijs.Historisch perspectief par excellence

J.S. BACH MASS IN B-MINOR

AKADEMIE FÜR ALTE MUSIK BERLIN, RIAS KAMMERCHOR O.L.V. RENÉ JACOBS HARMONIA MUNDI 3149020944592 (2CD) VKZ.NL/22445 € 30,99

€ 11,99

ROUKENS, ANDRIESSEN e.a. DUTCH MASTERS

LUCAS EN ARTHUR JUSSEN DG 0028948198597 (2CD) VKZ.NL/22446 € 22,99

This article is from: