OFFICIテ記E UITGAVE VAN DE ALTERNATIEVE ELFSTEDENTOCHT WEISSENSEE
MARATHON
MAGAZINE JAARGANG
19
EDITIE 1 - MAART 2015
WEER EEN ZONNIG SCHAATS FEEST.
afscheid met
vier keer winst
Huisman Huisman Huisman Huisman
AEW NIEUWS PROGRAMMA 7 MAART 2015: ZESTIG WEISSENSEE 2016 VAN DE WEISSENSEE Weissensee 2015 is nog amper achter de rug of we krijgen al vragen over de volgende editie. Hoewel we nog niks kunnen zeggen over de precieze invulling van het programma, is wel duidelijk dat onze evenementen volgend jaar in dezelfde weken vallen; van 18 t/m 30 januari 2016. Zodra we meer bekend kunnen maken over het programma van volgend jaar, zullen we dat doen via www.weissensee.nl.
KRUISJES EIND MAART NAGESTUURD Niet iedereen die tijdens de derde Alternatieve Elfstedentoertocht de 200 kilometer volbracht, heeft op de Weissensee zijn of haar Alternatieve Elfstedenkruisje omgehangen gekregen. Dit kwam door het grote aantal toerschaatsers dat in de eerste en tweede tocht het kruisje wist te behalen. Inmiddels zijn de ontbrekende kruisjes in productie genomen, we verwachten deze eind maart aan iedereen toe te kunnen sturen die daar nog recht op heeft.
ENQUÊTE IN VOLGEND MAGAZINE Tijdens Weissensee 2015 hebben veel deelnemers de enquête ingevuld die in de startzak zit. Op dit moment is de AEW bezig alle reacties te verwerken en daaruit conclusies te trekken. In een volgend Marathon Magazine zullen wij u informeren over de uitkomsten en welke aandachtspunten wij zien richting de toekomst.
DOWNLOAD FOTO’S VIA WEBSITE Tijdens Weissensee 2015 zijn er door de AEWredactie veel foto’s gemaakt. Bent u benieuwd of u er ook op staat? Via www.weissensee.nl kunt u de foto’s bekijken én downloaden.
Weissensee 2015 zit erop, maar het Weissensee-seizoen nog niet. Op zaterdag 7 maart 2015 vindt op acht ijsbanen de eerste ‘Zestig van de Weissensee’ plaats. De ‘Zestig van de Weissensee’ is een initiatief van de AEW en een aantal kunstijsbanen. Het is een wedstrijd tussen ijsbanen, waarbij de inzet is om zoveel mogelijk kilometers te schaatsen in een uur. Winnaar is de baan die de meeste kilometers weet te volbrengen in een uur tijd. Dat kan door per persoon veel kilometers te maken, maar ook
door zoveel mogelijk schaatsers op de been te brengen. De Zestig van de Weissensee begint om 14.00 uur. Elke deelnemer rijdt zijn of haar kilometers met een transponder en om 15.00 uur wordt de totaalstand per ijsbaan opgemaakt. De ijsbanen die meedoen aan de Zestig van de Weissensee zijn Amsterdam, Breda, Den Haag, Enschede, Groningen, Hoorn, Tilburg en Utrecht. De precieze invulling van de middag wordt door de banen zelf bepaald. Meer informatie is te verkrijgen via de ijsbanen.
WINNAARS ZWEEDSE PUZZEL In Weissensee Magazine, een uitgave van ProSkating in samenwerking met AEW, stond een Zweedse prijspuzzel. De juiste oplossing was ‘EINDKLASSEMENT’. Uit de honderden inzendingen zijn de volgende winnaars door loting bepaald: - Schaatspak MKBasics: Johan Gijzel uit Yerseke - Weissensee schaatsjack: Nico van Wingerden uit Ridderkerk - Snijvaste handschoenen van Hunter: Rinze Sikma uit Waskemeer
En het werd een feest. In vele opzichten. Er stonden veel deelnemers aan de start en velen van hen voltooiden de tweehonderd kilometer. En slechts weinigen hoefden naar de medische dienst. De goede ijsomstandigheden zorgden voor een gering aantal slachtoffers. We kunnen uit de statistieken van onze artsen wel concluderen dat diegene die binnengebracht werd met hoofdletsel, meestal geen helm droeg. Er is dus nog zeker werk aan de winkel om de helm nog beter op de kaart te zetten de komende jaren. Als organisatie wil je altijd vooruitgang boeken en zijn wij scherp op zaken die voor verbetering vatbaar zijn. We hebben een enquête gehouden onder de deelnemers. De reacties worden momenteel verwerkt. Wat we wel al kunnen delen, is dat er veel geklaagd is over het afval op de Weissensee. Ondanks de aanwezigheid van afvalbakken, zijn er toch veel schaatsers die hun verpakkingen van sportrepen, dopjes van flesjes of gelletjes en andersoortig afval aan het ijs toevertrouwen. Jammer. Het is een doorn in het oog van diegene die van een schone Weissensee houden. Ook een doorn in het oog van ons als organisatie. Het heeft onze aandacht en we zullen kijken wat we hierin als organisatie kunnen verbeteren richting de toekomst.
VAN HET BESTUUR
Aan het begin van twee weken Weissensee zag het er somber uit. Gelukkig bleef de neerslag beperkt tot regen. Wat sneeuw met de Weissensee doet, wisten we nog van vorig jaar. Nu konden ijsmeester Norbert Jank en zijn team met het boren van honderden gaten het ijs redden. De ‘tovenaar van Techendorf’ deed zijn werk, de natuur de rest. Wat overbleef was een fantastische ijsplaat. De voorspellingen waren ons goedgezind, het feest kon beginnen.
En toen was er ijs...
door TOINE DORELEIJERS
Te betreuren valt de botsing tussen de veegauto van Norbert Jank en wedstrijdschaatser Koen Klinkhamer tijdens de Aart Koopmans Memorial. Koen raakte gewond aan schouder en knie en moest opgenomen worden in het ziekenhuis. Een ongeluk zit soms in een klein hoekje. Het vraagt scherpte van eenieder om het te voorkomen. Ook hier willen wij als organisatie van leren. Er was meer. Vanuit Nederland kwamen positieve geluiden. De verschillende media schreven mooie berichten, de NOS bracht oogstrelende beelden van de wedstrijden in veel Nederlandse huiskamers. De Weissensee werd op haar best gepromoot en daarmee ook het natuurijsschaatsen. Maar het mooiste moment kwam van de schaatsers zelf. Iedere keer als het startschot gaat in de vroege ochtend en ik de lange rij toerschaatsers in beweging zie komen, dan krijg ik kippenvel. Maar waar ik dit jaar echt door geraakt werd, was een moment tijdens de Weissensee Bingo. In een overvolle feesttent klonk het Wilhelmus voor Open NK-winnaars Mariska Huisman en Gary Hekman. De verbroedering tussen wedstrijdschaatsers en recreanten kwam hier tot uiting. Dat is de kracht van de Weissensee. Wat is sport dan toch mooi. De Weissensee Bingo is een klassieker, de wedstrijden en toertochten waren mooi, de blarenballen gezellig en het Wilhemus voor de twee stralende kampioenen was de slagroom op de taart. Leve het natuurijsschaatsen! Graag tot volgend jaar.
3
INHOUDSOPGAVE MARATHON MAGAZINE MAART 2015
O F F IC IËLE U ITG AV E VA N D E A LTER N ATIEV E ELF STED EN TO C H T W E I S S E N S E E
“Ik ben niet zielig. Ik voel me niet beperkt. Sterker nog: Ik kan alles nog!” Het zijn de woorden van Fleur Jong (19 jaar) die één grote droom heeft: deelnemen aan de Paralympische Spelen. Dit jaar was ze op de Weissensee.
MARATHON
MAGAZINE JAARGANG
08 VIA WEISSENSEE NAAR RIO
19
EDITIE 1 - MAART 2015
WEER EEN ZONNIG SCHAATS FEEST.
14 WEISSENSEES MOOISTE Zon, sneeuw, regen... Weissensee 2015 was er één van uitersten. En hoe kun je dat beter vangen dan in beeld. De mooiste foto’s van dit jaar.
afscheid met
vier keer winst
Huisman Huisman Huisman Huisman
FOTO COVeR Zonnige Weissensee tijdens de tweede Alternatieve Elfstedentoertocht (foto: Bart van den Heuvel)
22 SANDRA WIL HAAR PASSIE DELEN Voor de eerste keer was Sandra van der Vlist op de Weissensee. De 41-jarige uit Den Bosch heeft een passie voor schaatsen, die ze online deelt op haar weblog.
26 YVONNE SPIGT & ERWIN MESU Ze stonden niet direct op het lijstje met favorieten, maar na 200 kilometer wonnen Spigt en Mesu de Alternatieve Elfstedentocht. Voor beide marathonneurs een bijzonder moment.
32 “JE MOET BIJ JE EIGEN KWALITEIT BLIJVEN” Al vanaf zijn vijfde doet Fabio Francolini aan inlineskaten. Vier jaar geleden kwam daar een nieuwe uitdaging bij: schaatsen.
35 ZESTIEN KEER WEISSENSEE Alwéér naar de Weissensee? Elk jaar komt weer de vraag: “Gaan we nog?” Waarom we tóch gaan? Reis een weekje mee, misschien snapt u het dan...
38 DE KAMPIOEN STOPT, LEVE... Mariska, Jolanda, Foske en Marleen waren dit jaar voor het laatst actief op de Weissensee. Wie zien de kampioenen als hun toekomstige opvolgers?
EN VERDER 06 12 25 29 30 42 44 46
4
WEISSENSEE PRESTATIETOCHT Goud, zilver, brons DE IJSCLUB IJs- en inlineskateclub Purmerend COLUMN 200-kilometergeheimen VRIJWILLIGERSDILEMMA’S Chris Ummels en Harm van de Pas Aftellen... naar de toertocht #Mutsfie De eerste mass-start op natuurijs AEW bedankt...
COLOFON Marathon Magazine is een gratis uitgave voor alle bij de Alternatieve Elfstedentocht Weissensee aangesloten schaatsliefhebbers. Marathon Magazine verschijnt drie keer per jaar.
Hoofdredacteur Robin Wubben redactie@weissensee.nl
Redactie Karel Bootsman, Toine Doreleijers, Joyce Mul, Marike van Sark en Karin Stegeman.
Fotografie Redactie AEW, Bart van den Heuvel.
Vormgeving Acta Tekst & Beeld, Lent
Druk en verzending GraďŹ print, Eindhoven JAPAK, Oirschot Overname van artikelen is alleen toegestaan met toestemming van de AEW.
Contactgegevens Postbus 9769, 3506 GT Utrecht info@weissensee.nl (+31) 030 7531432
5
GOUD
ZILVER BRONS
Dit jaar was de primeur van de Weissensee Prestatietocht. Mensen die niet gelijk een Elfstedentoertocht willen rijden, kunnen beginnen met deze 100 kilometer lange tocht. Aan het einde wachtte hen een bronzen medaille. Voor een zilveren plak moest er binnen vier uur en vijftien minuten gefinisht worden. En de snelste schaatsers, die binnen drie uur en drie kwartier over de finish kwamen, kregen een gouden medaille. Wij spraken met een gouden-, een zilveren- en een bronzenmedaillewinnaar. door karin stegeman
GOUD Jaap Dekker Hoewel de Prestatietocht voor Jaap Dekker uit Zuidwolde slechts een oefening was, heeft hij wel het hoogste eremetaal binnengesleept. Slechts 3 uur, 18 minuten en 11 seconden had hij nodig om 100 kilometer te overbruggen. “Ik ben hier om te oefenen voor de Winter World Masters Games in Quebec. Aangezien er in Nederland nog geen natuurijs ligt, is dit een heel mooi evenement om schaatsmeters te maken.” Voordat Jaap van start ging, had hij niet een bepaalde tijd voor ogen. “Het doel was wel om goud te halen. En dat is gelukt, ik heb een tijdlang in de kopgroep geschaatst. De tocht verliep goed, op één valpartij in de derde ronde na. Dat deed wel even zeer.” Het is de eerste keer dat Jaap op de Weissensee heeft geschaatst. “Sinds november ben ik gepensioneerd, daarvoor werkte ik in het onderwijs. Dan kun je niet in januari weg. Mits de gezondheid het toelaat, ben ik volgend jaar weer van de partij.” “Aankomende week wil ik ook nog meedoen aan de Elfstedentoertocht, al denk ik dat ik dan ook ‘slechts’ 100 kilometer ga schaatsen. Ik moet mezelf ook een beetje sparen voor de wedstrijden in Canada. Ik hoop dat het ijs er dan net zo bij ligt als hier, want het ijs was super vandaag!”
6
ZILVER BRONS Marga Schaafsma Nora de Nas De tijd van Marga Schaafsma uit De Bilt was een zilveren medaille waard. In 3 uur, 57 minuten en 3 seconden kwam zij over de finish, daarmee was haar doel om binnen de vier uur binnen te komen gehaald. Marga: “Tijdens de prestatietocht schaats je heel anders dan in een Elfstedentoertocht. Wanneer je 200 kilometer schaatst, moet je je energie over een langere tijd verdelen. Het leuke aan de Weissensee Prestatietocht vind ik dat je kunt kijken hoe hard je nou echt kunt schaatsen. Ik heb ook geen pauzes hoeven te nemen; eten en drinken deed ik gewoon onderweg. Het was echt een nieuwe uitdaging voor me. Die ik voor mijn gevoel goed ben aangegaan, ik ben erg tevreden.”
Ervaren rot Nora de Nas uit Stuifzand kwam in 4 uur, 53 minuten en 26 seconden over de streep . Sinds 1990 is Nora al op de Weissensee te vinden en in die jaren heeft ze ongeveer tien kruisjes binnengesleept. Daar kwam dit jaar een bronzen medaille bij. “Het was vandaag mooi weer, dus we wilden graag aan de Prestatietocht meedoen. Het is altijd maar afwachten of het tijdens een tocht goed weer is. We willen niet het risico lopen dat het tijdens de Elfstedentoertocht slecht weer is. Nu hebben we toch mooi de bronzen medaille al binnen.”
Het geheim van een goede tocht rijden is voor veel schaatsers om met een groep op te rijden die een gelijk tempo heeft. Dat heeft ook Marga gedaan. “Ik heb gelijk een goede groep opgezocht om in te rijden. Daardoor heb ik ook mijn streven van 25 kilometer per uur gehaald.”
Het doel om binnen vierenhalf uur 100 kilometer af te leggen is niet gehaald. “Mijn schaatsvriendin Jannie Breugem en ik reden met een stel kerels in een groepje. En die mannen bleven maar vallen! Toen moesten Jannie en ik al het kopwerk gaan doen, want die mannen konden gewoon niet meer. Dat heeft ons veel tijd gekost hoor, telkens maar weer wachten op die kerels.”
“Gelukkig ben ik onderweg niet gevallen, want dat kost vaak ook wel aardig wat tijd. Volgens mij ben ik als tweede dame binnengekomen, dat is niet gek toch?”
Nora: “Of we vrijdag de Elfstedentoertocht nog gaan schaatsen, beslissen we pas op donderdag. We hebben nu al de honderd kilometer in de benen. Dus het is ook maar afwachten hoe we ons morgen voelen.”
7
Via Weissensee
Rio
naar
“Ik ben niet zielig. Ik voel me niet beperkt. Sterker nog: Ik kan alles nog!” Het zijn de woorden van Fleur Jong (19 jaar) die één grote droom heeft: deelnemen aan de Paralympische Spelen. Of het Rio 2016 of Tokio 2020 wordt, is nog de vraag. Dit jaar was ze op de Weissensee.
Niet op het onderdeel schaatsen - want dat is niet Paralympisch - maar het is atletiek waar Fleur in wil uitblinken. In het sprinten om precies te zijn; de 100 en 200 meter. Een sport die ze ontdekte op een Paralympische Talentdag van sportkoepel NOC*NSF, ergens in oktober 2013. “Dat ik atletiek zo leuk zou vinden, had ik echt nooit verwacht.” Dat ze talent had viel ook Guido Bonsen, bondscoach van het Dutch Parathletics Team (DPT), op. “Wellicht zijn het mijn lange benen die indruk hebben gemaakt”, lacht Fleur. Achteraf gezien kan Fleur weer lachen en spreekt ze zelfs van geluk. De jonge meid uit het Noord-Hollandse dorp Middenbeemster verloor twee jaar terug door een bacteriële infectie van de een op andere dag haar onderbenen en de helft van acht vingers. “Ik weet nog goed dat ik niet lekker begon te worden, kreeg wat hoofdpijn”, vertelt
8
9
De leerlingen van het Da Vinci College schaatsten hun kilometers voor Fleur.
ze. “Eigenlijk is het vanaf dat moment heel snel gegaan en ik kan me er helemaal niets meer van herinneren. Ik was weg, bewusteloos.” Na de moeilijke periode dacht ze al snel weer aan de toekomst. Voor Fleur was het belangrijker om erachter te komen wat ze nog wél kon dan wat ze níet kon. Ze kwam via social media in contact met Marlou van Rhijn, de 23-jarige Paralympisch atlete uit Purmerend. Van Rhijn, bekend als de ‘Blade Babe’, won goud en zilver op de laatste Paralympische Spelen. “In het begin ging ons contact vooral over praktische zaken, zoals verzekeringen en welke rolstoel ik nodig had”, vertelt Fleur. “Later is ze bij ons thuis langsgekomen en sindsdien heeft Marlou me een beetje op sleeptouw genomen.” Tijdens het revalidatieproces pakte Fleur stap voor stap haar leven weer op. Zo kwam ze ook in contact met prothesemaker Frank Jol, die haar ‘kunstbenen’ vervaardigde. “Ik mocht de protheses helemaal eigen maken”, legt Fleur uit. “Omdat ik mezelf iets te lang vond, zei ik tegen Frank: ‘Doe er dan maar drie centimeter af’. Ook mocht ik mijn schoenmaat zelf kiezen. Maatje 39 vond ik wel mooi
10
en handig.” Na kort geoefend te hebben trok Fleur de stoute schoenen aan en ging ze naar die Paralympische Talentdag. “Ik had amper op de protheses gelopen”, lacht Fleur. “Volgens mij was ik af en toe echt aan het strompelen.” Toch was die dag het begin van haar sportcarrière die - als het aan haar ligt - nog lang niet is afgelopen. “Die dag heeft echt mijn ogen geopend”, zegt ze nu. “Ik moest een trap oplopen en dacht eerst: dat kan ik nooit. Maar ik kon het wél. Mede daardoor kijk ik nu veel meer naar wat ik wél kan.” De blondine traint nu het laatste half jaar mee met de Nederlandse selectie. Ze zit bij het DPT in Papendal. “Ik ga één dag in de week naar het trainingscentrum in Arnhem”, vertelt ze. Nee, Fleur wordt niet gebracht door haar ouders. Het autorijden doet ze zelf in een aangepaste auto. Verder traint Fleur ook nog op een atletiekbaan in Hoorn. Naast al het sporten zit Fleur in haar examenjaar van het VWO op het Da Vinci College te Purmerend. “Af en toe verklaar ik mezelf wel voor gek”, lacht Fleur. “Ondanks de drukte gaat het goed en hou ik het nog vol.” Coach Guido ziet Fleur liever na dit jaar
waar Fleur op zit, kwam met het idee om aan de jaarlijkse sportieve schoolreis een goed doel te hangen voor de hoognodige sportprotheses. ‘Schaatsen voor het doel van Fleur’ werd het project.
even stoppen met studeren, zodat ze nog meer kan trainen, maar haar ouders zijn daar nog niet helemaal over uit. Fleur zelf weet het nog niet. “Ik kijk aan hoe het gaat met trainen en als de Paralympische Spelen in 2016 een realistisch doel zijn, dan neem ik zeker even een pauze met studeren.” Fleur trainde in het begin op haar ‘dagelijkse benen’. Het verschil met blades is - zoals ze het zelf zegt - ongelooflijk. “Zodra ik die blades aantrek, krijg ik het gevoel dat ik hard vooruit kan. Echt letterlijk kéihard vooruit rennen”, vertelt Fleur stralend. Ze traint nu nog op oude tweedehands sportprotheses, maar nu ze sterker begint te worden, is het de bedoeling dat er blades komen die helemaal zijn aangepast aan haar. “Het probleem is dat de blades erg duur zijn en niet worden vergoed door de zorgverzekering. Dat blijft een raar verhaal. Een rolstoel wordt wél vergoed, maar benen om te lopen niet. Ik hóef geen rolstoel, ik heb veel liever benen!” De sportprotheses die Fleur nodig heeft voor betere prestaties en om mee te kunnen doen op hoog niveau, kosten twaalfduizend euro. Eén van de schoolleiders van de middelbare school
Op vrijdag 23 januari stonden 24 vijfdejaars havoleerlingen en drie docenten aan de start van de Alternatieve Elfstedentoertocht. Van tevoren hadden ze gedacht om in totaal 2.127 kilometer te schaatsen, maar de leerlingen hebben zichzelf onderschat en de totale afstand is veel verder opgelopen. De klas heeft maar liefst 2.750 kilometer afgelegd op het Oostenrijkse bergmeer. Met sponsoring per kilometer werd uiteindelijk een bedrag van 4.516 euro opgehaald. Fleur vindt het geweldig dat de schoolgenoten dit voor haar doen. “Het is bijzonder dat ik hun ‘goede doel’ ben en dat ze zo diep voor mij gaan”, vertelt ze enthousiast. Zelf heeft ze iedereen heel hard aangemoedigd vanachter de hekken. Soms kreeg ze zelf ook wat kriebels om de schaatsen aan te doen. “Schaatsen heb ik nog niet geprobeerd met mijn protheses, maar in principe moet het gewoon lukken natuurlijk.” Sportief aangelegd was Fleur altijd al. Vroeger danste ze in een demo-team en deed ze aan turnen en snowboarden. Het snowboarden heeft ze inmiddels weer opgepakt. “Eerst dacht ik: ‘Hoe kan ik nou nog op een board staan?’, maar het kan zeker. Ik kan eigenlijk alles nog!” De donatiestand voor Fleur staat na de Weissensee op een bedrag van ruim 11.464 euro. Bijna genoeg voor nieuwe blades. “Het geld dat hier op de Weissensee is opgehaald, zal ik gaan gebruiken om mijn ultieme doel te kunnen bereiken”, legt Fleur uit. “Mijn droom is natuurlijk om de Paralympische Spelen te kunnen halen. Of dat Rio 2016 of Tokio 2020 wordt, zal moeten blijken. Ik ben nog maar 19 jaar, dus ik heb nog alle tijd.” Op de Weissensee weten inmiddels veel mensen wie Fleur is, Nederland zal haar de komende jaren gaan ontdekken. Haar positiviteit en wilskracht hebben haar nu al een voorsprong gegeven. Of Marlou van Rhijn nu plaats moet maken voor een nieuwe ‘bladebabe’, durft ze nog niet uit te spreken. “Eerst maar de Spelen halen”, lacht Fleur. “Natuurlijk ga ik voor goud als ik daar eenmaal ben.” door joyce mul
11
DE IJSCLUB
12
IJs- en Inlineskateclub Purmerend
Met 23 mannen en vrouwen zijn ze naar de Weissensee afgereisd: IJs- en Inlineskateclub Purmerend. Voor het derde jaar achtereen binden ze de ijzers onder voor de Alternatieve Elfstedentoertocht. Bram ter Klei, Paulien Maijenburg en Cor Hoogendoorn leggen uit hoe de ploeg uit Waterland, gekleed in zwart-witte jasjes, hier terecht is gekomen en wat voor hun de charme van de Weissensee is. Bram: “Drie jaar geleden was ik ingeloot voor de Elfstedentocht. Die ging niet door. Maar ik wilde toch 200 kilometer gaan schaatsen. Toen ben ik met twaalf andere schaatsers van de club naar de Weissensee gegaan. Sindsdien gaan we ieder jaar naar Oostenrijk, met een groep die alsmaar groter wordt.” Ook Paulien is nu voor de derde keer op de Weissensee. “Hopelijk wordt het nu ‘drie keer scheepsrecht’ en rijd ik de 200 kilometer uit. In 2013 heb ik tijdens hier mijn schouder gebroken, doordat ik in een scheur terecht kwam. Vorig jaar speelde de sneeuwval mij parten. Dit jaar moet het me eindelijk een keer lukken! (en dat is gelukt, red.)” “We zitten met de schaatsclub met zijn allen in één huis”, vertelt Cor. “We ontbijten elke dag samen en proberen ook een paar keer met zijn allen te dineren. Al is het dat wel lastig met zo’n grote groep. Iedereen moet natuurlijk ook zijn eigen gang kunnen blijven gaan.”
Naast de schaatsers is ook Gonny van der Meij meegereisd naar de Weissensee met de groep uit Purmerend: “Ik zou eigenlijk ook deelnemen aan de tocht, maar ik heb een tijdje terug mijn elleboog gebroken. Natuurlijk baal ik dat ik zelf niet mee kan schaatsen. Ik had graag willen starten bij de Elfstedentoertocht. Maar ik ben nu mee voor de gezelligheid.” Dat het daarmee wel goed zit met de schaatsers uit Purmerend, blijkt al snel. Tijdens het maken van de groepsfoto vliegen de grappen en grollen over het ijs. “Waarom zijn we niet gaan kantklossen met zijn allen”, wordt er vanuit de groep geroepen. Een daverend gelach volgt. Of er uiteindelijk nog gekantklost gaat worden, is de vraag; maar geschaatst wordt er in ieder geval wel. Bram: “We hebben verschillende groepjes gevormd voor de tocht met ieder hun eigen niveau. In je eentje 200 kilometer schaatsen is namelijk wel erg lang. Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die het moeilijk gaan krijgen met de laatste loodjes. Daarom zullen we met zijn allen op het ijs blijven, totdat de laatste schaatser binnen is.” Op de vraag of de partners ook mij zijn naar de Weissensee antwoordt Bram ontkennend: “Nee, zij zitten thuis met de kinderen en volgen ons via de webcam. Dat is ook echt het leuke van dit evenement, het is mogelijk om iedereen goed te volgen. Maar zodra de webcam wegvalt is er gelijk paniek in de tent.”
TIP De ReDaCTIe Ben je zelf lid van een gezellige schaatsclub die naar de Weissensee komt, of ken je toevallig zo’n club? Stuur dan een e-mail naar redactie@ weissensee.nl. Wij horen graag jullie mooie verhalen voor een volgend magazine!
Paulien: “De sfeer op de Weissensee is ook geweldig. De organisatie sleept de schaatsers echt door de tocht heen. Bij de verzorgingsposten bijvoorbeeld. Als je er doorheen zit, krijg je bemoedigende woorden toegesproken en een schouderklopje. Alle ingrediënten zijn er voor me om de tocht uit te rijden. En anders kom ik volgend jaar gewoon weer terug.” door karIN STEgEmaN
13
Het zijn de kippenvelmomenten bij uitstek tijdens de evenementen op de Weissensee. Een harde knal in het donker en honderden schaatsers schieten weg. Een nieuwe toertocht is begonnen.
14
2015
WEISSENSEES
MOOISTE
15
16
2015 WEISSENSEES
MOOISTE
Op 27 januari waren de omstandigheden de deelnemers aan de tweede Alternatieve Elfstedentoertocht goed gezind. Liefst 956 van de 1.127 gestarte toerschaatsers reden de 200 kilometer uit. Een record in de Weissensee-geschiedenis. Het oude record uit 2006 stond op 871 uitgereikte Alternatieve Elfstedenkruisjes. Ook op de andere dagen volbrachten veel schaatsers de 200 kilometer. In totaal werden er dit jaar 2.088 Alternatieve Elfstedenkruisjes uitgereikt. Dat ‘totaalrecord’ blijft nog wel in handen van 2006, toen in drie tochten 2.239 kruisjes werden behaald.
17
Boven: Team Bouw & Techniek prolongeerde hun titel in de Etixx Ploegenachtervolging. Foto rechts: “Marathonschaatsen is een sport van vrouw tegen vrouw, en aan het einde wint Mariska Huisman”. Tijdens haar afscheidstournee won ze de Aart Koopmans Memorial, de Etixx Ploegenachtervolging, het KPN Open NK én de mass-start op natuurijs. Het waren haar laatste wedstrijden op de Weissensee. Rechterpagina: Jouke Hoogeveen wint de Aart Koopmans Memorial.
18
2015
WEISSENSEES
MOOISTE
19
20
2015
WEISSENSEES
MOOISTE
Na twee weken prachtig weer kreeg Weissensee 2015 toch weer een wit staartje. Tijdens de derde Alternatieve Elfstedentoertocht kwam de sneeuw met bakken uit de hemel.
21
Sandra wil haar
passie
delen
Voor de eerste keer was Sandra van der Vlist op de Weissensee. De 41-jarige uit Den Bosch heeft een passie voor schaatsen, die ze online deelt op haar weblog. Waar komt haar liefde voor de wintersport vandaan en hoe heeft ze haar ‘Weissensee-debuut’ ervaren? En waarom wil ze haar passie voor schaatsen met de hele wereld delen?
22
Sandra’s passie voor schaatsen komt al van vroeger; op houtjes op de sloot naast het ouderlijk huis. “Ik had ook zeker wel talent; ik won alle wedstrijdjes op school. Schaatsen was echt mijn ding. Tot mijn achttiende heb ik heel serieus geschaatst, veel getraind en wedstrijden gereden. Maar omdat je toen eigenlijk alleen allroundwedstrijden reed en ik niet kon sprinten, ben ik daarmee gestopt”, vertelt ze. “Maar het schaatsen ben ik blijven volgen, ik ga veel naar wedstrijden. Ik deel die passie met mijn zusje, dus dat maakt het extra leuk. Dit jaar heb ik de sport na bijna twintig jaar weer opgepakt. Met meteen
de Weissensee als doel.” Volgens Sandra zijn het de ‘schaatsmensen’ die de sport leuk maken. “Ze zijn puur, no-nonsense. Dat is op de Weissensee zo, maar ook op de 400 meterbaan. Schaatsen is gewoon een heerlijk gevoel, dat ik al van jongs af aan heb.” Vanuit haar schaatspassie ontstond bij Sandra het idee om een weblog te starten: www.passievoorschaatsen.nl. “Ik liep al heel lang met dit idee en het is ook mijn vak”, legt ze uit. “Ik werk in online marketing, ben teamleider van een webteam van het Jeroen Bosch Ziekenhuis in
Sandra (tweede van rechts) met een treintje onderweg naar de finish in de eerste Alternatieve Elfstedentoertocht.
Den Bosch. Er zijn niet heel veel leuke schaatswebsites, zeker niet voor een vrouwelijker publiek. Ik wil mijn ervaringen delen en een grote groep schaatsliefhebbers bij elkaar brengen. Ik wil tips uitwisselen, maar misschien ook een platform creëren waardoor we elkaar op het ijs kunnen ontmoeten. Doordat ik met mijn blog ben gestart, kom ik met veel meer mensen in contact. Ik hoop dat dit een steeds grotere club wordt.” Schaatsen is volgens Sandra heel erg verdeeld, met aan de ene kant de professionele schaatsers en aan de andere kant de recreanten die bijvoorbeeld meedoen aan de toertochten op de Weissensee. “Daartussen zit er weinig”, vertelt de Brabantse. “Het is het één of het ander. Het is misschien een ideaal, maar ik zou het wel heel leuk vinden om de groep enthousiaste schaatsliefhebbers bij elkaar te brengen. Misschien kunnen we wel samen mooie schaatsreizen maken. Ik wil nog heel graag een keer een schaatstocht in Zweden maken en wil ook wel schaatsen op de Gele Rivier in China.” Bloggen is een manier van schrijven die heel dicht bij de schrijver zelf blijft. “Ik schrijf heel makkelijk, ook omdat het mijn vak is. Maar verwacht niet dat ik heel moeilijke verhalen op mijn blog ga schrijven”, lacht Sandra. “De Weissensee heeft mij wel een extra stimulans gegeven om met dit blog te beginnen. Ik had meteen een onderwerp om over te schrijven. Er zijn nog heel veel onderwerpen waarover ik kan schrijven, maar dit komt meteen uit mijn eigen ervaring. Daar kan ik ook anderen mee helpen die in volgende jaren naar de Weissensee komen. Ik heb een
checklist gemaakt met wat je allemaal mee moet nemen, wat me is opgevallen tijdens de toertocht op Flevonice en hoe ik mij voorbereid heb. Ik vind het leuk om die dingen te delen en schrijf redelijk makkelijk. Het voordeel van een blog is dat je de vrijheid kunt nemen om een schrijfstijl te kiezen.” De ideeën die Sandra heeft, gaan veel verder dan alleen een weblog. “Ik heb een heel lijstje gemaakt van dingen die ik hieraan zou kunnen koppelen, waarmee ik de sport nog leuker zou kunnen maken. Van mij zou er best wat leukere schaatskleding op de markt mogen komen. Zeker voor vrouwen. Schaatsen is een beetje een mannenwereld, maar er hoeft er maar eentje mee te beginnen om anderen te enthousiasmeren. Wij rijden de 200 kilometer hier ook uit. Als je mindset goed is, kom je er. En het is supermooi om mee te maken.” Wat Sandra het meest tegenviel tijdens haar toertocht, was misschien wel haar eindtijd: 11 uur en 48 minuten. “Iemand had ons gezegd dat wij het zeker binnen 10,5 uur zouden kunnen rijden”, zegt ze. “Wat er gebeurd is? We hebben ruim de tijd genomen om te pauzeren en onderweg hebben we ook echt genoten. Ik heb foto’s en filmpjes gemaakt. Dat kost allemaal tijd, maar maakt de ervaring wel mooier. En toen ik onderweg hoorde dat mijn zus mijn zwager ten huwelijk had gevraagd, ben ik gestopt om haar te feliciteren.” De laatste twee rondes waren zwaar. Sandra rijdt met vier anderen in een treintje, om niet te vallen. “Je pikt onderweg mensen op en je helpt elkaar om de finish te halen. Dat is zó mooi aan dit evenement. Je doet het met z’n allen.” “Ik zou een volgende keer minder pauzeren. Eén keer per twee rondjes stoppen, is ook wel genoeg. Ik kwam nu niet voor de tijd en wilde er vol van genieten. En dat is absoluut gelukt.” door roBIN WuBBEN
24
COLUMN
“Hoevaak heb jij de 200 kilometer al gereden?” “Vier, vijf keer ofzo...” “Oké, kun je mij dan wat geheimen vertellen van de 200?” “Haha... Ja! Dat ga ik je nú natuurlijk niet vertellen!”
200 kilometer geheimen door JoLaNda LaNgELaNd
Jolanda (33) is marathonschaatsster bij UwGereedschap.nl. Op de Weissensee won ze de Aart Koopmans Memorial in 2009 en werd tweede en derde in de Alternatieve Elfstedentocht. Na dit seizoen zet ze een punt achter haar carrière.
We zitten samen in de kopgroep en jij was zo dapper om de eerste aanval van de dag te plaatsen. We hebben je met vijf dames bijgehaald en we rijden zo’n kleine zes minuten voor het peloton uit. Een goede samenwerking is van groot belang, maar ik vertrouw je niet genoeg om mijn 200-geheimen met je te delen, je bent mijn concurrent en ik ken je niet, heb geen idee wat ik van je kan verwachten, we hebben tenslotte nog 130 lange kilometers voor de boeg. Maar goed; inmiddels ben ik al een tijdje gefinisht, ik hoop jij ook. De vraag die je mij stelde vond ik toch wel bijzonder. Ook wel slim van je. Toen ik zag dat je er redelijk doorheen begon te zitten, heb ik je toch nog wat dingen gezegd. Ik weet niet hoe kapot je toen al zat en of je überhaupt nog iets hoorde. Ik heb er voor nu nog even over nagedacht. Na dit seizoen stop ik toch, dus ja... waarom zou ik mijn geheimen niet met je delen. Ik vond je dapper rijden, je schuwt de aanval niet en je bent een doorzetter. Ik gun je volgend jaar een goede klassering tijdens de Alternatieve Elfstedentocht. Hier komt mijn eerste tip: STAAN BLIJVEN!!!! Man o man, vrouw o vrouw... hoe vaak heb jij wel niet op je poeperd gelegen? Achterop zitten is op natuurijs van levensbelang en ja, ook als je moe wordt! Voorál als je moe wordt. Tip 2: eten, eten en nog eens eten. Je tasje moet tot de nok toe gevuld zitten en de eerste 150 kilometer moet je zoveel mogelijk naar binnen zien te werken. Drinken moet je ook, maar kijk uit... plassen kost tijd en energie. Ik drink vanaf zes uur de vorige avond niks meer. Moet je onderweg toch? Dan pak uit, handschoenen uit, snelheid maken en zitten. Ondertussen goed opletten dat je geen scheuren raakt! Tip 3, 4 en 5: zeg nóóit dat je kapot zit, want dan ga je er zelf ook in geloven. Iederéén zit kapot. Gewoon rug rechten en doorgaan. Verder: hou de lol erin, er is namelijk niks mooiers dan schaatsen op natuurijs. Het gevoel, het geluid, het afzien, probeer te genieten en klets af en toe even wat. 200 kilometer blijft een eind en je moet er zelf wat van maken. Hoe makkelijker je de eerste kilometers door weet te komen, hoe beter. Verder is mijn vijfde tip om je niet al teveel op 200 kilometer te focussen. Dat klinkt zó ver. Héél ver. Leg de focus bij honderd, maak daar voor jezelf de balans en dan begint het echt... je kunt de ronden aftellen. Denk verder goed na over wat je aan doet en verspil niet al teveel energie met een warming-up. Zorg wel dat je warm bent en hou desnoods een extra jasje aan tijdens de eerste ronden, hou rekening met de zon, want als die begint te schijnen ga je ontploffen. En dromen over het uitrijden van een 200 kilometer is ook heel belangrijk. “If you can dream it, you can do it.”
25
Knuffels voor Yvonne Spigt Zonder Mariska Huisman aan de start was het voor de start van de Alternatieve Elfstedentocht een beetje gissen wie de grote favoriet was in het damespeloton. Aan het einde van de dag stond er iemand op het bovenste treetje waarvan je het toch wel een keer mocht verwachten: Yvonne Spigt. Ze was de snelste in de eindsprint.
26
&
De dameswedstrijd kreeg kleur door een kopgroep die al vroeg ontstond. Eerst nam de 21-jarige Michelle de Bruijn de benen; iemand die je niet zo snel verwacht in de kop van zo’n grote wedstrijd. Gelukkig kreeg ze twee dames achter zich aan die je wÊl verwacht: Jolanda Langeland en Marianne van Leeuwen. Ervaren, kennen het klappen van de spreekwoordelijke zweep. Maar de rest van de groep aan de leiding leek op voorhand niet sterk genoeg om naar de finish te kunnen rijden. En dus gingen Langeland en Van Leeuwen er samen vandoor, kregen ze zes minuten voorsprong, maar zoals het hoort: de grote ploegen gingen in de achtervolging en die voorsprong
&
Broederstrijd Erwin Mesu
“Wat maak je me nu Erwin”, horen we vader Mesu roepen met de tranen in zijn ogen. “Wat fantastisch, dat hadden we niet verwacht.” Ook broer Niels wordt in de armen gesloten. Niels zag hoe Erwin de winst pakte, vlak voor zijn eigen ploeggenoot Bob de Vries, die tweede werd. Dolblij maar toch ook met een dubbel gevoel knuffelt hij zijn broer. “Natuurlijk is het een dubbel gevoel. Het voelt gek dat je als ploeg verliest, maar je broer is ook van belang. Ik zat enorm in dubio met de ploeg, maar ik gunde het mijn broer ook ontzettend. Zelf had ik topbenen en ik heb constant in de kopgroep gereden. De laatste ronde heb ik alleen te vroeg de aanval gezocht.”
Dat de Alternatieve Elfstedentocht door een ‘broer van’ gewonnen zou worden; die kans was in de slotfase wel erg groot. Naast Erwin en Niels Mesu maakten ook broers Bob en Bart de Vries deel uit van de kopgroep. De overwinning ging naar de Mesu’s. Erwin pakte de mooiste zege van zijn carrière. Een emotioneel moment.
27
Voor beide broers Mesu was de winst op de slotdag van Weissensee 2015 de ontlading na moeilijke jaren. Nog geen twee jaar eerder leek de loopbaan van Erwin (25), de oudste Mesu-broer, voorbij. Bij een valpartij krijgt hij de schaats van een ander in zijn been. Een jaar revalideren volgde, maar Erwin kwam er weer bovenop. Maar ook de jongste broer bleef niets bespaard. Bij Niels (22) werd kanker geconstateerd; er volgde bestralen, opereren en ook voor hem lang herstel. Maar ook hij kwam er bovenop. Het gaf de overwinning op de Weissensee extra lading. Het gaf een verder ‘simpele’ wedstrijd - ijs en weer waren té goed om het een heroïsche strijd te noemen - het randje dat zo’n 200 kilometer nodig heeft.
Een knuffel van ploegleider Gerrit Bakker voor winnares Yvonne Spigt. verdween als sneeuw voor de zon. Ja, inderdaad: zon. Waar de Alternatieve Elfstedentocht vorig jaar werd afgelast door sneeuwval en de jaren daarvoor gekenmerkt werd door eenzelfde soort neerslag, was het dit jaar anders. Stralend zonnig. In de laatste ronde wisten naast Spigt ook Iris van der Stelt, Sharon Hendriks en Birgit Witte te ontsnappen. Op dat moment wist de latere winnares dat ze in de sprint zeker kans zou maken. “Ik ben sterk op natuurijs, dat zit in me. Ik heb er wel hard voor moeten rijden, maar echt diepgaan niet, dat viel me alles mee. Ik heb wel veel werk verzet om de gaten dicht te rijden. Ik kom al jaren naar de Weissensee en met deze titel heb ik mijn rijtje compleet. Een feestje waar ik lang op heb moeten wachten.” Spigt won eerder al het Open NK op de Weissensee in 2008. Alleen de echte Elfstedentocht ontbreekt nog op haar lijstje. Als die nog komt, moet het op niet al te lange termijn zijn. “Mariska Huisman stopt, Cindy Vergeer stopt, de ploeg dreigt uit elkaar te vallen en dan ga ik ook twijfelen. Er is meer in het leven dan alleen schaatsen.” In het dagelijks leven is Yvonne werkzaam als doktersassistente. Toch wil ze nog niet te diep ingaan op een eventueel afscheid. De blonde Andijkse is ‘pas’ 27 jaar en kan dus nog jaren mee. “Ik twijfel ook niet aan mijn kwaliteiten; zeker niet op natuurijs. Maar wel hoe het verder moet nu er zoveel meiden stoppen. Ik ben er nog niet heel erg mee bezig, heb nog geen keuze gemaakt. Dat zal ergens in de komende weken wel komen.” Waar Erwin Mesu een broederstrijd uitvocht, werd ook de overwinning van Spigt een familiefeest. Yvonne is net als de Mesu’s afkomstig uit een echte schaatsfamilie. Zussen Moniek, Petra en Jannita hebben in het damespeloton geschaatst en haar ouders schaatsten mee in de toertocht. En dus was er een ‘bommetje’ op Yvonne van de complete familie om de overwinning te vieren. Bij thuiskomst wachtte Yvonne nog een leuke verrassing: een enorme opblaasbare champagnefles en opblaasbare ‘Hoera 200!’ voor de deur. door marIkE vaN Sark
28
Al voor de herenwedstrijd halverwege is, onstaat er een grote kopgroep. Het wordt het verhaal van de tien kleine kleutertjes, die stuk voor stuk afvallen. In de laatste ronde neemt Erwin met oud-winnaar Jens Zwitser, Marcel van Ham en Jan van Loon de benen. En uiteindelijk probeert hij het alleen. “Ik moest zoiets proberen, wist dat ik het niet zou redden in de sprint”, vertelt hij. “Ik ben de laatste kilometer vol door blijven rijden, ik had geen idee hoe ik ervoor stond, maar ik wist dat ze vlak achter me zaten. Dit is een prachtige overwinning, hier had ik mijn hele seizoen op afgesteld. Door de blessure die ik gehad heb, weet ik wat het lijf aankan, kan ik een stapje extra zetten als ik er doorheen zit.” Maar toch... Waar Erwin wint, verliest Niels. En moet je als ‘concurrent’ dan balen, of als broer ontzettend trots zijn? “Dit is zo onwijs mooi”, zegt Niels door zijn tranen heen. “Samen in zo’n kopgroep, dat is prachtig. Je hebt aan een knikje genoeg, kent elkaar door en door. Dat hij na zo’n moeilijk jaar zo wint, is prachtig.” De huldiging laat Niels aan zich voorbij gaan, emoties en ploegbelangen spelen hem parten. Maar de winst van Erwin was uiteindelijk toch een feestje voor de hele familie. Erwin voorop: “Al sinds mijn twaalfde kom ik ieder jaar op de Weissensee. Eerst met de kerst, later tijdens de Alternatieve Elfstedentocht. En dan zie je dat bord met al die winnaars; dat heeft iets mythisch. Volgend jaar sta ik er ook op. Dan heb je het toch echt wel gemaakt.” door roBIN WuBBEN Erwin valt broer Niels (rechts) in de armen. Ze zijn concurrenten, maar vooral ook broers die elkaar iets gunnen.
Vrijwilligers dilemma’s
Chris...
Asterix en Obelix, Donald en Katrien, Snip en Snap. Duo’s weten het als geen ander: iets samen doen is leuker dan alleen. Weissensee 2015 zit er weer op en de AEW-vrijwilligers hebben hard gewerkt aan een mooi evenement. Zo ook Chris Ummels (40 jaar) en Harm van de Pas (39). Beiden al jaren betrokken bij het medisch team op de Weissensee. We leggen ze een paar dilemma’s voor.
Een steenpuist uitdrukken of schimmelnagel verzorgen?
...Harm
Een rustige of een drukke dag op het ijs?
“De steenpuist! Dat was overigens ook nog relevant dit jaar, heb een puist op iemands bil open moeten snijden. Een steenpuist uitdrukken is een leuke medische handeling, die veel bevrediging geeft. Zowel voor de patiënt als de behandelend arts. Als de witte smurrie uit de puist loopt, geeft dat veel voldoening.”
“Dan ga ik toch voor het ethisch verantwoorde antwoord: een rustige dag op het ijs. Maar dan wel een dag met mooi weer en een zonnetje. Een dag zonder calamiteiten kan wel lang duren, maar dan kan ik wel genieten van het schaatsen op de Weissensee. In de acht jaar dat ik hier ben heb ik nog nooit een dag zonder calamiteiten meegemaakt.”
Je moet één zintuig afstaan of je kunt d lttr .. nit mr uitsprkn of schrijvn?
Je hebt altijd het gevoel dat je moet niezen (maar het lukt niet) of de onderkant van je schoenen is spekglad?
“De letter E niet meer uitspreken. Dan kan ik nog wel genieten van al het moois in het leven. Nee, leven met een zintuig minder zie ik niet zitten. Een spraakgebrek is nog op te lossen door middel van handgebaren. ”
“Altijd spekgladde schoenen. Het lijkt me namelijk verschrikkelijk als je niet kan niezen. Een nies kan ontzettend veel voldoening geven, nee, dat wil ik niet missen. Dan maar die gladde schoenen, dat wordt dan gewoon altijd goed uitkijken.”
Werken met -20 of werken met +40 graden? “Dan werk ik liever met -20, daar kun je jezelf nog op kleden met allerlei laagjes. Bij 40 graden zou ik ontploffen! Dan moet je eigenlijk al je kleren uitdoen, maar dat is ook niet altijd een optie. Ik heb ooit eens bij 36 graden gewerkt op een motorcrossevenement. Dat was absoluut niet aangenaam, dan moet je gewoon af en toe onder de sproeier doorlopen. De koudste temperatuur op de Weissensee waar ik in heb gewerkt was min 28. Dat was ook afzien, maar wel beter op te vangen.”
Scheve schaats met Annette Gerritsen of Mariska Huisman? “Geen van beide, want daar zullen mijn vrouw en zoon niet blij mee zijn. Maar als ik écht moet kiezen, dan toch Mariska. Ze hebben allebei eigenlijk wel wat. Maar Mariska is nu de nummer één, hè. En ondanks dat ze zo goed presteert, is ze geen arrogante draak geworden. Ik vind het ook mooi als iemand met tegenslagen om kan gaan. Mariska lijkt mij zo iemand.”
Een kalkoenlel of je moet je wassen met knakworstensap? 200 Kilometer schaatsen of het hele jaar op slippers lopen? “Dan zou ik de uitdaging aangaan om 200 kilometer te schaatsen! Dat is dan in één keer klaar. Alhoewel... je werkt er waarschijnlijk wel een jaar naartoe... Maar als je de 200 kilometer voltooid hebt, geeft dat wel een voldaan gevoel.”
“De kalkoenlel! Die kan ik nog verbergen onder een coltrui of andere kleding. En als dat niet lukt, dan moeten andere mensen maar tegen die lel aankijken. Het lijkt me vreselijk om steeds naar knakworstensap te ruiken.” door karIN STEgEmaN
29
Aftellen... over
10
uur...
9
Peter Janse (26 jaar) uit Yerseke “Dan is het middernacht en leg ik mijn spullen voor de tocht klaar. Tien minuten daarvoor drink ik overigens nog een biertje. Dat is geen probleem, dat doe ik normaal ook en daarna slaap ik zo in. Ik wil in de kopgroep starten.”
na uur ‘s avonds...
Arthur van den Broek (48 jaar) uit Ermelo “Bier en kruidenbitter! Oh pardon... je hebt het over vanavond en niet over het blarenbal! Om negen uur tap ik misschien nog een mop aan de bar, maar verder houden we het gezond. De dag voor de toertocht ben ik vooral bezig met stapelen, stapelen, stapelen: zorgen dat ik voldoende koolhydraten binnenkrijg.”
als je
6
5
kilo zwaarder was...
Ingeborg Hovius (34 jaar) uit Hoofddorp “Dat zou zeker verschil maken! Zeker bij duursporten is het een nadeel als je zwaarder bent. Nu is het ijs goed, maar bij ‘papijs’ telt elke extra kilo. Naast het schaatsen doe ik aan trailrunning. Daarbij is het ook van belang niet teveel gewicht mee te moeten slepen.”
2
dagen geleden...
Berry Luikinga (66 jaar) uit Baarn “Toen was ik nog actief als vrijwilliger voor de AEW en waren we druk bezig met de prestatietocht. Dat was een prettige ervaring, een leuke vernieuwing. Ik was er toen nog niet echt mee bezig dat ik de week erna zelf zou schaatsen. Toen waren de omstandigheden al goed, nu is het nog lekkerder met de zon erbij.”
supporters die je steunen...
Stefan Bosgoed (38 jaar) uit Raalte “Ik ga altijd alleen naar de Weissensee, er staan voor mij geen supporters langs de route. Maar bij mijn broer en zus staan de computers sowieso aan en zij geven alles door aan mijn ouders. Na de finish hangen ze gelijk aan de lijn.”
30
Een dag voor de tweede Alternatieve Elfstedentoertocht spreken we tien willekeurige deelnemers aan. Samen met hen tellen we af naar de volgende dag. Van tien terug naar één, van de voorbereidingen tot aan de start.
7
toen je jaar jonger was...
na
8
rondjes...
Rintje Schilstra (44 jaar) uit Lollum “Dan ben ik op de helft. Dat zal vast een tevreden gevoel geven, maar ik ga echt voor zestien. Ik hoop dat het ijs zich na acht rondjes net zo goed houdt als het nu is. Ik ben hier voor het eerst en het voelt goed op het natuurijs van de Weissensee.”
Jacomine Vooren (49 jaar) uit Lelystad “Toen dacht ik nog helemaal niet aan schaatsen. De liefde heeft mij aan het schaatsen gebracht. Dit is mijn vierde jaar op de Weissensee. Soms ben ik heel gefrustreerd, bijvoorbeeld als ik de techniek niet goed beheers, en dan wil ik het liefst mijn schaatsen uit het raam gooien. Maar er zit een stijgende lijn in: de eerste keer 100, de tweede keer 150, vorig jaar 175 en dit jaar… wil ik sowieso 100 schaatsen en alles meer is mooi meegenomen.”
4
kledingstukken die je klaarlegt...
Annette Spigt (57 jaar) uit Wervershoof “Natuurlijk mijn schaatsbroek en schaatsjack en voor daaronder een thermobroek en –shirt. En heel belangrijk: mijn transponder! Die ben ik een keer vergeten toen moest ik terug naar het hotel, dat werd uiteindelijk echt een baaldag. Morgen ga ik er helemaal voor en hoop ik 200 kilometer te schaatsen.”
1
3
inspirerende sporters om aan te denken...
Henk Hendrix (59 jaar) uit IJsselstein “Dat doe ik eigenlijk nooit, maar dat kan ik morgen best eens doen. Wat dacht je van Hotze Zandstra, een goede schaatser, wereldberoemd in heel Friesland. Als ik uit de bocht vlieg zal ik aan Pieter van den Hoogenband denken. Ik hou ervan om naar atletiek te kijken, bij het sprintje op het laatst denk ik aan Usain Bolt.”
ding waar je tegenop ziet...
Nicky Meijer (31 jaar) uit Alphen aan den Rijn “Alles! Nee niet alles, ik ben vooral bang dat ik pijn in mijn knieën ga krijgen. Ik vind het vooral spannend, het is voor mij de eerste keer. De rest van mijn groep is al vaker geweest, ik krijg gelukkig veel goede tips.”
...naar de toertocht 31
moet bij je
“Je
eigen kwaliteit blijven” Al vanaf zijn vijfde doet Fabio Francolini aan inlineskaten. Vier jaar geleden kwam daar een nieuwe uitdaging bij: schaatsen. En gelijk in het nationale Italiaanse team! Maar na vijf maanden kwam hij erachter dat dit niet de manier was om écht beter te worden. Hij maakte een logische keuze en besloot zijn heil te zoeken in Nederland. Wat doet een Italiaan in een typisch Nederlandse sport?
32
De stap naar Nederland verliep erg makkelijk. Via Valentina Belloni, de Italiaanse vrouw van marathonschaatser Ingmar Berga, kon Fabio gelijk instappen in het toenmalige team Radson-Jinstal. Een warm bad voor de kersverse marathonschaatser. “Mijn eerste jaar ging onverwacht goed. In de tweede wedstrijd behaalde ik gelijk een tweede plek. Ze kenden me nog niet in het peloton, misschien lag het daar aan.” Het tweede jaar verliep ongelukkig. “Ik kreeg een schaats in mijn scheenbeen en hield veel last van mijn knie door de val. Dat jaar deed ik mee met de wedstrijden op zaterdag en vervolgens moest ik een paar dagen bijkomen. Gelukkig geloofde mijn team in me en dit jaar kon ik er weer helemaal voor gaan. In
Tilburg pakte ik mijn eerste winst, dat was fantastisch!” Het wonen in Nederland – en daarmee vooral het niet bij zijn vrouw en zoontje zijn – valt hem soms wel zwaar. “Voor mijn zoontje Michele is het vervelend dat hij me zo weinig ziet. Mijn vrouw begrijpt het. Zij doet ook op hoog niveau aan inlineskaten en we hebben samen besloten dat ik hiervoor moest gaan.” Of de negenjarige Michele ook al op de schaatsen staat? “Nog niet, maar dat ga ik hem zeker snel leren. Hij doet al wel aan inlineskaten.” Verkassen naar Nederland bete-
33
de Italiaan. “Bij de Aart Koopmans Memorial ging het ook al best goed, daar werd ik vijfde. Ik moet eerst altijd even wennen, in de tweede wedstrijd gaat het beter. Ik had niks te verliezen en toen ik erbij zat in de sprint ben ik er vol voor gegaan. Volgend jaar Weissensee wil ik het nog beter doen.” De Alternatieve Elfstedentocht reed hij niet uit; na 75 kilometer ging de Italiaan van het ijs. “Ik stel mezelf duidelijke doelen. Veel trainen, dat was hier mijn doel. Misschien dat ik volgend jaar mijn schema er op afstem. Als het lukt tweehonderd te rijden wil ik dat uiteraard, maar ik vind mijn conditie belangrijker. In februari doe ik mee aan de WK mass-start. Ik wil fit zijn om daar te presteren. Mijn vrouw, zoon, vader en broer komen speciaal naar Heerenveen voor deze wedstrijd. Ik denk dat ik kans maak op een medaille; in december werd ik nog derde tijdens één van de World Cups.” (update: Fabio pakte tijdens de WK zilver in de mass-start achter Arjan Stroetinga, red.)
De mass-start op de Weissensee was voor Fabio een opstapje naar de WK Afstanden.
kende ook zelf gaan koken. Volgens ploeggenoot Sjaak Schipper kan Fabio goed koken, maar moet hij wel regelmatig even met ‘di mama’ bellen over de recepten. “Ik kook graag voor mezelf. In Nederland eten ze ’s ochtends brood, ’s middags brood, dat ben ik niet gewend. Nu heb ik een eigen appartement, in mijn eerste jaar woonde ik bij de eigenaar van een Van der Valk-hotel. We aten in het hotel en na een week wist ik precies welke pasta’s er op het menu stonden. Dag in dag uit hetzelfde eten.” Met de Weissensee heeft Fabio een soort haat-liefdeverhouding. “Het eerste jaar was verschrikkelijk. Ik moest ontzettend wennen aan het ijs en ik had veel pijn. Met de temperatuur had ik geen problemen, maar ik dacht wel: moet dit volgend jaar weer? Het tweede jaar was gelukkig al beter. Dit jaar voel ik me het hele jaar al fit en op de Weissensee ging het nog beter dan verwacht. Dat geeft me veel energie. ‘Bad, better, best’, zo zou ik het wel samen kunnen vatten.” Fabio werd tweede tijdens de KPN Open Nederlandse Kampioenschappen. De eerste podiumplek tijdens een Open NK op de Weissensee voor zijn team ooit. Fabio: “Het was fantastisch, ook voor onze coach Jeroen de Vries.” De Italiaanse vlag en het Italiaanse volkslied lagen al klaar voor het geval hij zou winnen. “Ik had het zelfs zélf hardop kunnen zingen als dat had gemoeten”, lacht
34
De mass-start is een discipline die Fabio goed ligt: “Ik ben van de snelle korte slagen. Toen Gianni Romme bondscoach was van het Italiaanse team wilde hij me zijn techniek leren. Hij liet me filmpjes zien van zijn lange brede slagen. Helemaal niks voor mij! Maar ik weet nu wel waarom hij zulke dikke benen heeft”, lacht hij. “Ik ben van mening dat je bij je eigen kwaliteit moet blijven. En als je dat blijft oefenen, wordt je er beter in. Ik zie het marathonschaatsen voor mezelf als de beste training om uiteindelijk goed te presteren in de mass-starts. Doordat ik veel in Nederland ben kan ik niet meetrainen met het Italiaanse team. Ik moet dan ook extra mijn best doen en mezelf laten zien.” Fabio’s doel voor de toekomst is om de mass-start te rijden op de Olympische Spelen in 2018, als het daar op het programma komt. Daarvoor wil hij de komende drie jaren blijven schaatsen en daarna is het tijd om terug te gaan naar Italië. “Ik lijk misschien nog jong, maar ik ben 28, heb een gezin en wil ook graag met hen samen zijn. Misschien pak ik dan het inlineskaten weer op. Schaatsen vind ik steeds leuker worden, maar als ik de inlineskates aantrek merk ik dat die me toch als gegoten zitten. Op het ijs heb ik het zwaarder en inlineskaten doe ik ook al sinds mijn jeugd. In de toekomst ga ik wellicht als coach aan het werk. Ik verwacht dat ik me sowieso in de sportwereld blijf begeven. Maar ik kijk van dag tot dag en we zien wel hoe de toekomst eruit gaat zien.” door marike van sark
zestien keer
Weissensee Alwéér naar de Weissensee? Elk jaar komt weer de vraag: “Gaan we nog?” Maar in oktober wordt het onrustig en boeken we tóch weer. Verslaving? De reis, het weer, het ijs, de mensen, de uitdaging? Reis maar een weekje mee, misschien snapt u het dan...
35
Karel (volledig onherkenbaar, foto rechts) voltooide dit jaar geheel tegen zijn eigen verwachtingen in de 200 kilometer.
Tas naast m’n bed, al een paar weken. Af en toe gooi ik er weer iets in. Een potje vaseline tegen bevriezen, handschoenen met polsbeschermer, e-reader, een paar shirtjes. Zijn wel oudjes; eens kijken of er nog leuke aanbiedingen zijn... Toch maar een nieuwe schaatsbroek halen en een andere zonnebril. Inmiddels heb ik alles driedubbel. Van snijvaste sokken tot afstandsbedienbare verwarmde zooltjes. Met twee tassen, nespressoapparaat en snowboats en met Bart brengt mijn vrouw Marian ons naar Hilversum. Daar stappen we over in de auto van Menno, pikken Guus op en gaan voor de zestiende keer richting Oostenrijk. Dezelfde grappen, goeie muziek, de goulashsuppe, snoep en koek aan boord en iedere keer weer leuk. Half acht ’s avonds zijn we bij het appartement. Voordeel: zelf koken, zelf de kachel kunnen regelen en niet altijd maar over schaatsen praten. Gelijk door naar de pizzeria voor een Bauernpizza en een bier. Zoals het hoort. Ik verzorg het ontbijt en het geouwehoer gaat weer vrolijk verder. Dan maar eens een rondje ijs proeven. Altijd hetzelfde liedje: het ijs valt niet mee. Maar dit jaar gaat dat niet op. Het ijs is zwart, hartstikke zwart. Dan maar wat andere handicaps uit de kast trekken. Ruggen zijn altijd goed voor excuses en wat dacht u van een beetje griepgevoel en m’n versleten knie? De enige die geen excuses nodig heeft is Bart: gecompliceerde beenbreuk tijdens een van de eerste zondagochtendrondjes. Top dat hij evengoed is meegegaan. Was ook wel nodig voor het klaverjassen en hij kan goed koken! Meestal blijft het ‘inschaatsen’ bij één rondje. Hoog tijd voor koffie, de dagkrant, inschrijven en een beetje rondkijken. We pikken ook nog de ploegenachtervolging mee. Daarna de rijdersbijeenkomst; dat we niet over het grote meer zouden gaan was vooraf wel duidelijk. Via de Spar terug naar huis. ’s Avonds pasta van Menno, kaarten en
36
op tijd naar bed; alsof we nooit weg zijn geweest. Tussendoor beginnen toch weer de kriebels hun opwachting te maken; ook na al die jaren. Ik leg mijn spullen klaar in volgorde van aantrekken: eerst de sokken, kniebeschermers tot en met de helm en skibril. Beennummer invullen met alle kwalen. Beide kanten want je weet niet, mocht je ernstig vallen, op welke kant je blijft liggen. Tussen het kaarten door loop ik af en toe even naar m’n kamer. Kijk een beetje rond naar de spullen en ga weer terug. Het begint echt te komen. Het zou toch niet... Het ijs is mooi, de spullen zijn in orde, ik mankeer eigenlijk niets, nou ja... die knie. Maar ik stop al twaalf jaar bij 100 kilometer. Zo val ik in slaap. Onrustig, gespannen maar ook nieuwsgierig. Ik heb er wel zin in. De wekker. Aankleden gaat via de vooraf geplande route. Shit. Wéér die schoenhoezen vergeten om te doen. Moeten die schoenen weer uit. Het geklooi met de beennummers en de veiligheidsspelden levert natuurlijk weer wat prikincidenten op. Na het moeizaam naar binnen gewerkte broodje en de koffie moet toch weer van alles uit om te proberen of het nog gaat lukken op het toilet. Zwetend ga ik naar buiten, waar het bijna aangenaam koud aanvoelt. Schaatsen aan, lampje in de aanslag, tas met verse kleding om de schouders richting start. Voor het eerst mooi op tijd. Ik heb het gevoel, dat ik goed aan de tocht ben begonnen als we om twee minuten en 43 seconden over zeven uur over start/finish wegrijden. Menno ben ik na tien meter al kwijt. Ik laat me rustig meevoeren met de meute. Rechtop peddelend, af en toe gaat er een groepje of een eenling iets harder en rijdt weg. En soms behoor ik tot dat groepje, of ben ik die eenling. Eerste rondje gaat best lekker in 33.51. Drinken moet, maar niet persé na één rondje. Tweede rondje gaat zelfs
in 30.30, net als het derde. Het zou toch niet... Ik begin een beetje opgewonden te raken en sla gelijk aan het rekenen. Als ik zo doorga en ik doe 100 kilometer in vierenhalf uur, dan kán ik toch niet met goed fatsoen stoppen? Kennelijk maakt deze gedachte me zo onrustig dat ik in het volgende rondje twee keer ten val kom. Luid scheldend op dat klote-ijs en op mezelf kom ik overeind. Ik verontschuldig mezelf voor m’n taalgebruik terwijl er niemand meer in de buurt is. De meeste passanten roepen: ‘gaat het?’, maar wachten het antwoord niet af. Ik bedank mijn helm. Gelijk een veel slechter rondje. Om me heen zie ik over het algemeen blije rijders. Zullen die dan helemaal niet balen als ze vallen? Ben ik nou zo’n slappe of kost het me echt meer moeite? Ik heb toch ook goed getraind? In totaal heb ik 26 keer geschaatst en ook wel honderd kilometer en twee keer ruim 200 rondjes. Dat was wel eens minder, maar toen liep ik nog marathons. En was ik twaalf jaar jonger. Maar wat zegt leeftijd nou op de Weissensee? Het begint te waaien. Ik doe steeds iets langer over een rondje. De 100 kilometer gaat wel onder de vierenhalf uur. Ik besluit nog even door te gaan. Marian zou thuis niet kijken: “Na 12 jaar weet ik het wel. Bij 100 krijg ik een telefoontje dat je aan de koffie zit”. Het zal d’r verbazen. Na de bevoorrading ontdek ik Bart. Twee krukken in de ene hand en een zakje kersverse pannenkoeken in de andere. Ook ontwaar ik een groepje dorpsgenoten uit Santpoort: “Kom op Karel, we gaan door naar 200.” De aarzeling zit hem in mijn schaatsgenen. Het gaat best goed, maar toch antwoord ik weifelend dat ik nog wel een rondje meega. Dat rondje wordt er nog eentje en opeens rijd ik op kop van de trein tegen de wind in en
geniet ik van de terugweg met de wind in de rug. Vijf keer voor en vijf keer tegen. Ik denk aan de belofte aan mijn zuster. “Ik rijd hem uit voor Dirk”, blufte ik door de telefoon. Er zijn veel goededoelenrijders, maar ook onbekende eenlingen die met hun eigen gedachten rondrijden. Die zelf ernstig ziek zijn of zoals een man die, huilend met de wind in de rug, vertelt dat hij vandaag hoort of z’n moeder nog behandeld kan worden.... Het is een bijzondere sensatie. Veertienhonderd mensen, evenzoveel gedachtes, allemaal ongeveer hetzelfde doel. Na 9 uur, 40 minuten en 28 seconden kom ik over de finish. Tweehonderd kilometer. Niet eens naar de klote, maar opgewekt. En plezierig geëmotioneerd. door karEL BooTSmaN
37
De kampioen stopt, leve de
kampioen
Weissensee is vaak de kiemgrond voor nieuw marathonschaatstalent. Wie zich daar laat zien, kan zomaar een grote doorbraak wachten in het landelijk marathonpeloton. Dit jaar lag de focus in het peloton echter ergens anders. Vier grote kampioenen uit het damespeloton reden hun laatste wedstrijden op de Weissensee; in mindere of meerdere mate een verrassende keuze. Om toch te blijven focussen op jong talent: wie zien zij als hun opvolgsters?
38
4 Januari 2015. Jolanda Langeland (33 jaar) zette een punt achter haar carrière. Twee dagen later volgde Marleen Elstgeest (30), weer vier dagen later Foske Tamar van der Wal (28) en nog eens vier dagen verder zei ook Mariska Huisman (31) er na dit seizoen mee te stoppen. Nog één keer Weissensee en dan was het mooi geweest. Oh ja, en tussendoor haalde ook Maria Sterk (35 jaar, winnares Aart Koopmans Memorial 2007 en Open NK 2009) een streep door haar loopbaan. De Hallumse is zwanger en kwam dit jaar al niet meer in actie in Oostenrijk. Vier kampioenen kwamen nog één keer in actie in Oostenrijk; en met succes. Er bleek direct wat een gapend gat ze gaan achterlaten. Ze maakten de koers, reden op kop en zeker bij Mariska vroeg iedereen zich af: wáárom stop je in hemelsnaam? Ze won dit jaar de Aart Koopmans
Memorial, het KPN Open NK en ook de Etixx Ploegenachtervolging en de mass-start. “Nu vind ik schaatsen nog leuk”, vertelt ze. “Ik doe geen training met tegenzin en dat wil ik ook zo houden. Ik wil niet stoppen omdat ik er geen zin meer in heb. Het is mooi geweest. Ik schaats al zó lang, het is nu tijd voor andere leuke dingen. Vorig jaar dacht ik er al over na, maar toen voelde het niet goed om te stoppen. Ik vind het geweldig dat ik het nu zó kan afsluiten en hierop kan terugkijken.”
Het damespeloton ondergaat komende zomer een metamorfose. Wie zien we volgende winter nog terug?
Goed op de Weissensee. Mariska was het heel vaak. Net als Jolanda. Áltijd goed op de Weissensee. Al denkt de 33-jarige Bedumse daar anders over: “Nou, ik ben hier ook vaak ziek geweest hoor. Kijk maar naar dit jaar! Maar als ik niet ziek was, was ik goed.” Ze won in 2008 de Aart Koopmans Memorial, maar vindt haar tweede plaats in de Alternatieve
39
Mariska Huisman
Winnares Alternatieve Elfstedentocht 2011, Aart Koopmans Memorial 2011 en 2015, Open NK 2011, 2013, 2014 en 2015 en Weissensee Cup 2006 2e plaats Alt. Elfstedentocht 2012, Aart Koopmans Memorial 2010, 2012 en 2014 3e plaats Alternatieve Elfstedentocht 2009 en 2013, Open NK 2010
Foske Tamar van der Wal
Winnares Open NK 2012 2e plaats Open NK 2015 3e plaats Aart Koopmans Memorial 2012 en Open NK 2014
Elfstedentocht haar ‘finest moment’ op de Weissensee. “Ja. Die staat toch net iets hoger dan de winst in de Aart Koopmans Memorial”, zegt ze. “In die wedstrijd was toen niet iedereen aanwezig omdat er tegelijkertijd een wedstrijd in Nederland was, dus dat maakte die overwinning wat raar.” Voor Foske en Marleen is hun mooiste moment snel gevonden: hun overwinning. “Tja, ik heb maar één keer gewonnen”, lacht Foske. “Qua prestatie was dat echt het mooiste Weissensee-moment, ik was daar ontzettend blij mee.” Marleen vult aan: “Ik kon het niet bevatten dat ik de Alternatieve won. Ik ging als knecht van start en stond uiteindelijk bovenaan het podium. Het is iedere keer kippenvel als ik dat bord met winnaars zie.” De reden van stoppen is voor de vier dames verschillend. Marleen: “Ik heb een eigen bedrijf, ik studeer; het wordt gewoon teveel.” Soortgelijke bewoordingen heeft Jolanda: “Vorig jaar ben ik mama geworden en ben ik door mijn zwangerschap abrupt gestopt met schaatsen. Dat voelde niet goed, dus wilde ik het nog één keer proberen. Dat is goed bevallen, maar werk, topsport en een kind zijn niet te combineren. Ik heb geen dag meer vrij.” Voor Foske ligt de reden van stoppen wat anders. “Ja, natuurlijk. Ik werk ook en dat is altijd lastig. Je moet de balans vinden; er is meer dan schaatsen. Maar het is bij mij een gevoel dat ik minder gretig ben dan afgelopen jaren”, legt de Groningse uit. “Normaal was ik in de auto
40
terug van een wedstrijd alweer bezig met de volgende. Dit jaar had ik dat niet altijd. Nu heb ik er nog plezier in, ik wil niet doorgaan tot ik het niet meer leuk vind.” En dan de belangrijkste vraag: wie zien de vier dames als hun opvolgster? Hoewel er duidelijke uitschieters zijn in de nieuwe generatie marathonschaatssters, kiezen de vier kampioenen toch elk voor een andere opvolger. Mariska zoekt haar opvolgster binnen de eigen gelederen, binnen de ‘schaatsspetters’ van Haardhout.com. “Lisa van der Geest is de eerste die me te binnen schiet. Ze is niet hetzelfde type schaatsster als ik. Haar sprint is nog niet zo goed”, legt Mariska uit. “Zij moet de wedstrijden hard maken en de sprinters kapotrijden, dán kan ze winnen.” Toch ziet Mariska ook vooruitgang in Lisa’s sprint. “Ze traint met dezelfde gretigheid en plezier als ik dat doe. Juist omdat ze het zo leuk vindt, gaat ze zeker nog heel veel wedstijden winnen. Ze is niet voor niets de winnares van het witte pak van het jongerenklassement.” Voor Foske zit haar ‘opvolgster’ ook in haar eigen ploeg. “Sharon Hendriks is zeker iemand van wie we nog veel gaan horen. Ze is allround, snapt het spelletje en is fysiek erg sterk”, zegt ze. De 22-jarige stond dit jaar al op het podium na de Alternatieve Elfstedentocht. Foske: “Ze is een beetje hetzelfde type rijder als ik. Ik ging er altijd vol in, wilde de wedstrijden hard maken. En kon ook uit
Jolanda Langeland
Winnares Aart Koopmans Memorial 2009 2e plaats Alternatieve Elfstedentocht 2008 3e plaats Alternatieve Elfstedentocht 2011, Aart Koopmans Memorial 2008 en Open NK 2006
de voeten in de sprint.” Sowieso voorspelt de Nederlands kampioene op natuurijs van 2010 een totaal ander marathonschaatsseizoen. “Er gaan veel dames stoppen, veel dames die de koers bepaalden. Dat zullen nu andere meiden moeten gaan doen. Je krijgt andere wedstrijden, meiden zullen een andere rol krijgen in wedstrijden. Het wordt interessant om te zien hoe dat zich ontwikkelt.” Jolanda kiest voor Anne Tauber. De 19-jarige uit Oranjewoud liet zich dit jaar al zien tijdens de Aart Koopmans Memorial, waarin ze veertiende werd. “Zij is een groot talent, ik zie haar per wedstrijd groeien”, zegt de Bedumse. “Op natuurijs vind ik haar erg goed, ze spaart zich niet en gaat met iedere kopgroep mee. Daarin zie ik wel iemand die kan winnen. Ik hoop alleen dat ze niet te lief is. Dat ben ik soms wel geweest. Ik was vrij allround, net niet specialistisch genoeg om écht top te zijn. En soms te lief om het in de finale af te maken. Dan word je tweede of vierde, maar win je weinig. Al heb ik wel heel veel plezier in de sport gehad! Dat is ook belangrijk.” Ook Marleen kiest voor eenzelfde type schaatsster als zij zelf was. “Ik was een echte aanvaller, absoluut geen sprinter. Ik werd liever laatste, maar dat ik in elk geval het gevoel had dat ik mee had gedaan. En voor mij was het altijd: hoe langer de wedstrijd, hoe beter. Dat herken ik wel in Iris van der Stelt, die een fantastische Alternatieve Elfstedentocht reed en tweede werd. Zij heeft echt het
Marleen Elstgeest
Winnares Alternatieve Elfstedentocht 2008 3e plaats Alternatieve Elfstedentocht 2010
uithoudingsvermogen om die wedstrijd ook een keer te winnen. En als Yvonne Spigt hem dit jaar niet had gewonnen, had ik haar genoemd. Dat is echt zo iemand die je zo’n overwinning enorm gunt.” Later schiet haar nóg een naam te binnen: “Anne Tauber. Zij is ook zo’n zelfde type schaatsster als ik. Echt een talent.” Dat ze de wedstrijden op de Weissensee gaan missen, staat voor de vier vrouwen buiten kijf. Jolanda: “Je hebt altijd wel wat te praten; mensen vragen altijd ‘hoe is het met schaatsen?’ Soms is dat vervelend, maar ik denk dat ik het nu wel ga missen.” Voor Foske, die ‘pas’ vijf jaar op de Weissensee komt, is dat wat anders. “Ik had al veel natuurijs meegemaakt in Nederland voor ik voor de eerste keer naar Oostenrijk kwam. Dan is dat gevoel anders. Of ik het ga missen. Dat denk ik niet. Anders zou ik de keuze nu niet maken. Soms zal ik wel denken: ‘hoe zou het zijn als ik nu nog mee zou rijden?’ En als die Elfstedentocht volgend jaar ineens komt, zal ik balen als een stekker!” Marleen, die al veertien jaar naar Oostenrijk komt, gaat Weissensee zeker missen. “De omgeving, de sfeer; ik reed er altijd met een glimlach rond”, zegt ze. “Ja, ook het jaar dat ik won, ook al was het toen rotweer. Ik zat zo in een flow dat ik daar tijdens de wedstrijd niks van gemerkt heb. Maar ik denk ook dat ik volgend jaar toch gewoon weer naar de Weissensee ga. Als toerist.” door roBIN WuBBEN EN JoycE muL
41
42
#mutsfie 43
eerste
MASS
START op natuurijs In 2010 organiseerde de AEW samen met de KNSB de eerste ploegenachtervolging op natuurijs. Dit jaar stond ook de nieuwste discipline uit het langebaanschaatsen op het programma: de mass-start. Sinds 2015 is het een officieel onderdeel van de WK afstanden en er is een lobby gaande om het onderdeel ook Olympisch te maken. De Weissensee was opnieuw het toneel voor de eerste editie van dit nieuwe onderdeel op natuurijs.
Uit frustratie over de gebrekkige organisatie van massstarts herschreef marathoncompetitieleider Richard van Kempen met een aantal anderen het format voor de mass-start. En wel op zo’n manier dat het internationaal een kwestie van ‘kopiëren-plakken’ is om deze discipline verder uit te rollen. Richard: “Dat is geen verwijt aan de organisatie van de langebaan, maar de mass-start is een pelotonsport en daar moet je de regels naar schrijven.” Voor het publiek op de Weissensee waren de regels nog niet altijd even duidelijk. Zestien rondjes en punten voor tussensprints, maar wat dat betekent voor de eindklassering? “Het waren snelle, spectaculaire wedstrijden. Met de grote nummers op de helmen was het prima te volgen. En goed om te zien dat ze bij de mass-start verplicht zijn een helm te dragen”, hoorden we van meerdere mensen. AEW-voorzitter Toine Doreleijers houdt ervan om nieuwe uitdagingen aan te gaan. Samen met de KNSB dacht hij na over de opzet van de mass-start op de Weissensee. “Ik zie graag passie en enthousiasme, dat komt ten goede
44
aan de sport. Dat hebben we zeker gezien. Het mag nog wat korter en krachtiger, dat maakt het onderdeel nog spannender voor het publiek en dat is ook wat ik heb teruggekregen van de schaatsers.” Britt Tjalma van Team Cenned: “Het is goed om zo’n wedstrijd ook hier te rijden. Het is hip en geschikt om een breed publiek mee bekend te maken. Zeker als het ook een Olympisch onderdeel gaat worden, dan is er ook meer herkenning voor het publiek.” Meest gehoorde reactie onder de wedstrijdschaatsers was ‘leuk voor de afwisseling, maar een criterium was ook leuk geweest’. Bij de Topdivisie heren koos een groot deel ervoor de dag te gebruiken als rustdag. Aan de dames het compliment dat ze massaal aan de start verschenen. Lisanne Buurman van Team Steigerplank.com: “Natuurlijk doen we mee; iedere wedstrijd is er één. Maar de mass-start kan ook wel weer op de langebaan. Ik kom nu voor het derde jaar op de Weissensee en heb nog geen criterium gereden.” Richard: “Ik snap de kritiek, maar ik kijk een stapje verder.
Met dit onderdeel kunnen we het (marathon)schaatsen internationaal een boost geven. Wij denken wel dat schaatsen een wereldsport is, maar het is maar een kleine groep. De mass-start is de kapstok om internationaal aansluiting te krijgen. We hebben beelden gemaakt op de Weissensee. Daarmee hebben we materiaal om aan andere landen te laten zien hoe je zoiets kunt organiseren op natuurijs. In omringende landen is er een groot potentieel aan schaatsers. We hoeven het daar natuurlijk niet meteen op het hoogste niveau uit te rollen. Zulke wedstrijden kun je ook voor de (fanatieke) recreant organiseren.” En volgend jaar? “Het is uniek om de mass-start op natuurijs te rijden”, zegt Richard enthousiast. “Het staat nu nog in de kinderschoenen. Het zou mooi zijn om toch op een 400 meterbaan te schaatsen, in plaats van de 600 meter die er nu lag. Dan is het nog iets flitsender. En we moeten kritisch blijven op de veiligheid. Iedereen moet een helm op, dat ligt internationaal vast. Je geeft daarmee ook een signaal af aan de toeschouwers.” door marike van sark
DRIe winnaars Voor de heren stonden er twee wedstrijden op het programma: eentje voor de Topdivisie en één voor de Eerste Divisie. In de Topdivisie ging de winst naar Crispijn Ariëns, Leander van der Geest won de Eerste Dvisie. Bij de dames ging de overwinning in de eerste massstart op natuurijs naar Mariska Huisman.
45
W E A e D . . . t k n a d e b
46
47
STA JIJ VOLGEND JAAR AAN DE START?
WEISSENSEE 2016 18 t/m 30 januari 2016 ...meer informatie volgt...
www.weissensee.nl