Financiële jaarrekening 2011

Financieel Jaarverslag 2011 Vastgesteld door CvB op 29 mei 2012 Stichting Wellant

Stichting Wellant Houten

INHOUDSOPGAVE

PAGINA

Toelichting op de jaarrekening door bestuur Toelichting op de jaarrekening

I t/m XVI

JAARREKENING Geconsolideerde balans per 31 december 2011

3

Geconsolideerde staat van baten en lasten over 201]

4

Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2011

5

Algemene toelichting

6

Toelichting behorende tot de geconsolideerde jaarrekening 201]

9

Enkelvoudige balans per 31 december 2011

16

Enkelvoudige staat van baten en lasten over 201]

17

Toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening over 201]

18

OVERIGE GEGEVENS Controleverklaring

28

Bestemming van het resultaat na belastinger

31

BDLAGEN 1 Gegevens over rechtspersoon

32

2 Notitie helderheid

33

Toelichting op de Jaarrekening Algemeen De jaarrekening is opgesteld volgens de "Regeling jaarverslaggeving onderwijs". In deze regeling is opgenomen dat de bepalingen van titel 9 Boek 2BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660 Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn met inachtneming van de daarin aangeduide uitzonderingen.

De Stichting Wellant sloot het jaar 2011 financieel af met een resultaat van €6,6 miljoen negatief bij een begroting van €2,1 miljoen negatief. Wellantcollege boekte een resultaat van €3 miljoen negatief, IPC Groene Ruimte B.V. sloot af met een resultaat van €3,6 miljoen negatief.

Stichting Wellant heeft een strikte scheiding tussen de publieke en private activiteiten. De private activiteiten vinden plaats bij IPC Groene Ruimte B.V. Op de balans van de Stichting Wellant is het eigen vermogen gesplitst in een algemene reserve (publiek) en vijf bestemmingsreserves waarvan er twee privaat zijn. De resultaten van IPC Groene Ruimte B.V. worden ten gunste / ten laste gebracht van de private bestemmingsreserve m.b.t. IPC Groene Ruimte B.V. Er is voor gekozen het resultaat van Wellantcollege (publiek) en IPC Groen Ruimte B.V. (privaat) apart toe te lichten.

Het resultaat van Wellantcollege is €1 miljoen lager dan begroot en komt uit op een resultaat van €3 miljoen negatief. Dit verschil wordt met name veroorzaakt door het niet realiseren van een begrote verkoop van onroerend goed en bijzondere waardeverminderingen van materiële vaste activa met betrekking tot huisvesting. Deze incidentele afwijkingen zijn overigens in een vroegtijdig stadium door het Bestuur aan de Raad van Toezicht gemeld.

Om beter voorbereid te zijn op de toekomst heeft het management van IPC Groene Ruimte B.V. tezamen met haar aandeelhouder Stichting Wellant in het najaar van 2011 gewerkt aan een nieuwe strategie met als doelstelling IPC gezond en vitaal te maken. De tot dan toe vigerende strategie dateerde uit 2008. Gezien de snelheid van de veranderingen in de markt, de structurele verlieslatendheid als ook de economische ontwikkelingen, was er een absolute noodzaak om een nieuwe strategie te definiëren.

Dit heeft ertoe geleid dat in het resultaat 2011 incidentele lasten zijn opgenomen. De voornaamste hiervan zijn het treffen van een voorziening reorganisatie alsmede incidentele afboekingen van immateriële vaste activa, materiële vaste activa en voorraden.

Door deze incidentele posten en een dalende omzet die niet gepaard is gegaan met een evenredige daling van de personeelsbezetting en personeelskosten bedraagt het resultaat van IPC €3,6 miljoen negatief bij een begroting van €0,1 miljoen negatief.

Hiermee komt het geconsolideerde resultaat uit op €6,6 miljoen negatief bij een begroting van €2,1 miljoen negatief.

De Stichting Wellant heeft in 2011, evenals vorige boekjaren, bewust negatief begroot. Door de hoge solvabiliteit, is het mogelijk om extra middelen in te zetten voor innovatie- en ontwikkelprojecten in het kader van de strategie.

Met het negatieve resultaat en het aantrekken van vreemd vermogen is de solvabiliteit in het boekjaar gedaald van 72,6% naar 58,7%. Dit is in overeenstemming met de verwachting in de begroting 2011. Hiermee blijft de financiële positie gezond.

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina I

Deze gezonde solvabiliteit is van belang met betrekking tot de voorgenomen investeringen in gebouwen en organisatieontwikkeling in de komende jaren. Als gevolg van deze investeringen en financiering hiervan gedeeltelijk via vreemd vermogen, zal de solvabiliteit in de periode 2012-2020 dalen van 60% naar 45%.

In het boekjaar zijn de eerste twee tranches ontvangen van €18 miljoen van een totale lening van €27 miljoen van het Ministerie van Financiën. Tevens is een nog lopende lening van de Rabobank geheel vervroegd afgelost.

In april 2011 heeft IPC Groene Ruimte B.V. een belang van 51% verworven in Aequator Groen & Ruimte B.V. Op termijn zal dit belang worden uitgebreid tot 100%.

Door de samenwerking ontstaat een unieke kennisorganisatie die advies en scholing op een hoogwaardig niveau verankert. Hierdoor zullen veel meer innovatieve ideeën en concepten hun toepassing vinden bij de klant. Ook Wellantcollege zal profiteren van de samenwerking.

Het verkort de lijnen voor gastdocentschappen, faciliteert het delen van kennis en stimuleert de voortdurende modernisering van het groene onderwijs.

Aequator Groen & Ruimte B.V. heeft in het boekjaar een break even resultaat behaald.

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina II

f.1 Resultaat 2011 In tegenstelling tot voorgaand jaar wordt in deze paragraaf niet de geconsolideerde maar de enkelvoudige staat van baten en lasten besproken van de Stichting Wellant. Het enkelvoudige resultaat wordt afgezet tegen de begroting over 2011.

De reden hiervoor is gelegen in: 1) Het feit dat het negatieve resultaat van IPC dusdanig is dat dit te veel de vergelijking met de geconsolideerde begrotingsposten verstoort; 2) Het benadrukken van zowel de publieke als de private resultaatontwikkeling; 3) Het effect van de integrale consolidatie van het verworven belang in Aequator Groen & Ruimte B.V. op de geconsolideerde cijfers ten opzichte van de posten in de geconsolideerde begroting.

Vervolgens wordt het resultaat van deelneming IPC Groene Ruimte B.V. nader besproken.

Het enkelvoudige resultaat van de Stichting Wellant bestaat uit de resultaatposten van Wellantcollege, en de post "resultaat deelneming" bestaande uit het resultaat van IPC Groene Ruimte, waarin is opgenomen het 5 1 % belang in het resultaat van Aequator Groen & Ruimte B.V. Enkelvoudige resultaat Stichting Wellant Een samenvatting van het resultaat wordt in onderstaande tabel weergegeven. Hierbij wordt opgemerkt dat het resultaat op innovatieprojecten uit het instellingsplan apart wordt weergegeven. Deze projecten worden verderop in deze paragraaf besproken.

Realisatie 2011

Begroting 2011

Verschil

Totaal baten

105.141

107.141

-2.000

Totaal lasten

-107.762

-108.052

290

18

-605

623

In €1.000

Resultaat op projecten Saldo haten en lasten

Cl)

-2.603

-1.516

-1.087

Financiële baten en lasten

(2)

-356

-472

116

-2.959

-1.988

-971

-3.604

-133

-3.471

-6.563

-2.121

-4.442

Resultaat Wellantcollege Resultaat deelneming Resultaat na belastingen

(3)

1) Het saldo van baten en lasten is €1,1 miljoen negatiever dan begroot. Dit kent een aantal oorzaken die in het vervolg worden besproken.

2) Het saldo van de post financiële baten en lasten is beter dan begroot doordat de aangetrokken financiering, als gevolg van lagere investeringen dan begroot, niet geheel is uitgenut. Hierdoor is het saldo liquide middelen hoger dan begroot, waardoor er rentebaten zijn verkregen, terwijl de rentelasten conform begroting waren.

3) Op pagina VII wordt het resultaat van IPC nader besproken.

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina I

Baten Wellantcollege Baten in €1.000 Normatieve Rijksbijdrage Additionele Rijksbijdrage Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten

Realisatie 2011

Begroting 2011

Verschil

87.840 11.466 679 5.156

88.620 11.201 450 6.870

-780 265 229 -1.714

105.141

107.141

-2.000

Over de baten is in hoofdlijnen het volgende te melden: De lagere realisatie aan baten wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere normatieve rijksbijdrage (€0,8 miljoen) en lagere overige baten (€1,7 miljoen).

Deze worden gedeeltelijk gecompenseerd door hogere additionele rijksbijdrage en hogere overige overheidsbijdragen (samen €0,5 miljoen).

Rijksbijdrage Weüantcollege • De normatieve rijksbijdrage is €0,8 miljoen lager dan begroot.

Voor het MBO is zowel het aantal deelnemers (t-2) als het tarief nagenoeg gelijk aan begroting.

Voor het VMBO waren de bekostigde leerlingaantallen (t-1) 0,5% lager dan begroot.

Het tarief voor het VMBO is €0,5 miljoen lager dan begroot als gevolg van een eenmalige verschuiving vanuit de overheidsmiddelen 2011 naar 2010 (kasschuif).

•

De additionele rijksbijdragen zijn €0,3 miljoen hoger dan begroot.

De specificatie luidt als volgt:

Additionele rijksbijdrage in €1.000 Wachtgeld VOA middelen Praktijkleren Leerlinggebonden financiering Postcodesubsidies Conjuncturele effecten Salarismix Overige Totaal additionele rijksbijdrage

Realisatie 2011

Begroting 2011

Verschil

2.837 1.824 1.768 864 811 1.866 1.496

2.700 1.824 2.162 592 820 450 1.800 853

137 0 -394 272 -9 -450 66 643

11.466

11.201

265

De lagere lasten m.b.t. praktijkleren hebben tot lagere baten praktijkleren geleid.

De begrote bate aan leerling-gebonden financiering was voorzichtig begroot, namelijk aan de hand van de 1 e schooljaarbeschikkingen VMBO en MBO. De begrote bate aan conjuncturele effecten was foutief begroot en is niet beschikt.

Aangezien de regeling salarismix niet geoormerkt is en bovendien structureel is, zijn de baten ingeboekt conform begroting en conform het bedrag wat ontvangen is over 2011. Vanaf juni 2011 worden er kosten gemaakt m.b.t. deze regeling. In juni zijn 105 docenten uit schaal LB overgezet naar schaal LC. In december zijn met terugwerkende kracht tot oktober 69 docenten overgezet van LB naar LC, en 14 docenten van LC naar LD. Deze aantallen zijn in nauw overleg met OCW tot stand gekomen. Hiermee wordt geheel voldaan aan de betreffende regeling.

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina IV

De post "overige" is €0,6 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt met name verklaard door hogere baten dan begroot m.b.t. maatschappelijke stage (€200k) en aan de niet begrote subsidie "Prestatiesubsidie voor de convenanten 2011 (VSV)" (€300k).

Overige overheidsbijdrage Wellantcollege De overige overheidsbijdragen zijn €0,2 miljoen hoger dan begroot met name als gevolg van hogere baten uit de diverse samenwerkingsverbanden die onder deze post mede worden verantwoord.

Overige baten Wellantcollege De overige baten zijn €1,7 miljoen lager dan begroot, voornamelijk veroorzaakt door de volgende drie posten: o Hieronder was een niet gerealiseerde begrote bijzondere bate opgenomen (€1,0 miljoen) voor de verkoop van het onroerend goed op de locatie Hoogland. Gezien de situatie op de onroerend goed markt is de verkoop aangehouden. o De deelnemerbijdragen zijn lager dan begroot. o Tevens was onder deze post een bate begroot van €0,5 miljoen m.b.t. "lumpsumvergoeding IPC" inzake een compensatie voor de afkoop van wachtgeldrisico, reistijdvergoeding en een vergoeding voor boventallig personeel dat door Wellant van IPC is overgenomen, evenals kosten voor directievoering en bestuur. Op deze lumpsum is in 2011 slechts 130K gerealiseerd.

Lasten Weüantcollege Een overzicht van de lasten geeft het volgende beeld: Lasten in €1.000

Realisatie 2011

Begroting 2011

Verschil

loonkosten eigen personeel* kosten personeel niet in loondienst overige personele lasten

70.229 4.463 1.786

70.498 4.411 2.334

-269 52 -548

Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

76.478 8.207 6.886 16.191

77.243 7.403 7.310 16.096

-765 804 -424 95

107.762

108.052

-290

Totaal lasten * exclusief loonkosten t.b.v. projecten

Over de lasten is in hoofdlijnen het volgende te melden: De lagere realisatie aan lasten wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere personeelslasten (€0,8 miljoen) en lagere huisvestingslasten (€0,4 miljoen). De afschrijvingen (€0,8 miljoen) en de overige lasten (€0,1 miljoen) zijn hoger dan begroot.

De lagere personele lasten worden veroorzaakt door lagere loonkosten eigen personeel (€0,3 miljoen) en lagere overige personele lasten (€0,5 miljoen).

Personeelslasten Wellantcollege • De loonkosten eigen personeel (exclusief loonkosten m.b.t. innovatieprojecten) bedraagt €70,2 miljoen. Begroot is €70,5 miljoen.

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina V

De gemiddelde bezetting in 2011 bedroeg 1.218 FTE (regulier 1.183 FTE, projecten 35 FTE), over de periode januari-juli was deze 1.226 FTE en over de periode augustus-december 1.209 FTE. De begrote formatie 2011 was 1.209 FTE, waarvan 40 FTE ten behoeve van projecten.

De a) b) c)

lagere loonkosten ad €0,3 miljoen kunnen per saldo verklaard worden door lagere wachtgeldkosten dan begroot (-/- €0,1 miljoen); hogere ontvangen uitkeringen van het UWV (-/- 0,2 miljoen); een hogere gemiddelde reguliere bezetting van 14 FTE dan begroot (€0,8 miljoen); d) een lagere gemiddelde personeelslast dan begroot (€-/-0,8 miljoen).

De lagere loonkosten ad €0,8 miljoen als gevolg van een lagere GPL worden veroorzaakt doordat: a) in de begroting rekening was gehouden met een pensioenlastenstijging van 2% punt, terwijl deze echter slechts is gestegen met 0,1% in januari, gevolgd door een stijging tot 0,5% punt in april, (een 2% punt stijging betekent €0,6 miljoen); b) de verzekering WGA eigen risico is opgezegd (€0,2 miljoen); •

De lagere overige personele lasten worden voornamelijk veroorzaakt door lagere out of pocket scholingskosten. Hiertegenover staan hogere wervingskosten als gevolg van de werving van unit- en regiodirecteuren.

Afschrijvingen Wellantcoilege De afschrijvingslasten zijn €0,8 miljoen hoger dan begroot.

Dit wordt veroorzaakt door bijzondere waardeverminderingen (€0,8 miljoen) van materiële vaste activa met betrekking tot huisvesting (onder andere als gevolg van sloop).

Het betreft de locaties Klaaswaal, Rijnsburg, Hoogland in Amersfoort en het servicecentrum 1 e etage aan de Randhoeve in Houten.

Huisvestingslasten Wellantcoilege De huisvestingslasten zijn €0,4 miljoen lager dan begroot voornamelijk veroorzaakt door lagere energielasten. De oorzaak hiervan is tweeledig. De tarieven 2011 voor gas en elektra waren 10% lager dan in 2010. Tevens zijn er in 2011 creditnota's geweest m.b.t. 2010.

Resultaat op proiecten biï Wellantcoilege In de tabel hieronder zijn de baten en lasten opgenomen met betrekking tot innovatie- en ontwikkelactiviteiten n.a.v. het instellingsplan en de overige projecten. resultaat op projecten in €1.000 loonkosten inhuur derden overige kosten totaal kosten projectbaten saldo

Realisatie 2011 2.103 1.251 629 -3.983 4.001 18

Begroting 2011 2.400 1.850 1.835 -6.085 5.480 -605

Verschil -297 -599 -1.206 2.102 -1.479 623

De baten worden verantwoord op basis van de gemaakte kosten ten behoeve van projecten uit het instellingsplan en de overige projecten.

De gerealiseerd projecturen liggen met 35 FTE iets onder de begrote projectformatie (40 FTE). De out of pocket kosten (inhuur derden en overige kosten), welke lopen via de projectadministratie, onderschrijden de begroting ruimschoots met €1,8 miljoen.

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina VI

Dit kent 2 oorzaken: » Een deel van de kosten m.b.t. het instellingsplan is in 2011 in de lijn gemaakt en verantwoord (niet gekoppeld aan een project) en is daarmee niet separaat geadministreerd via de projectadministratie. » Een deel van de out-of-pocket kosten is vooraf te hoog ingeschat.

Resultaat IPC Groene Ruimte B.V. Het management van IPC Groene Ruimte B.V. heeft tezamen met haar aandeelhouder Stichting Wellant in het najaar van 2011 gewerkt aan een nieuwe strategie met als doelstelling IPC weer gezond en vitaal te maken. Dit heeft ertoe geleid dat in het resultaat 2011 incidentele lasten zijn opgenomen: 9 9 • •

er is een voorziening reorganisatie getroffen van €1,1 miljoen; een bijzondere waardevermindering van de geactiveerde goodwill met betrekking tot de verwerving van Aequator Groen & Ruimte B.V. van €528K; vervroegde afschrijvingen op materiële vaste activa van €246K; afwaardering van de voorraad boeken van €274K.

De omzet bedroeg in 2011 €7,7 miljoen (2010: €9,0 miljoen). Deze daling is te wijten aan bezuinigingen in de (semi-)overheidsmarkt, minder afname door Wellantcollege en de afbouw van de Rijksbijdragen.

De lagere omzet in 2011 is niet gepaard gegaan met een evenredige daling van de personeelsbezetting en de personeelskosten.

Door deze incidentele posten en de dalende omzet bedraagt het resultaat van IPC Groene Ruimte B.V. €3,6 miljoen negatief bij een begroting van €0,1 miljoen negatief.

Resultaatbestemming Stichting Wellant Het College van bestuur heeft in overleg met de Raad van Toezicht besloten het resultaat 2011 als volgt te verwerken: Bestemming van het resultaat Wellantcollege Onttrekking aan algemene reserve IPC Groene Ruimte B.V. Onttrekking aan de private bestemmingsreserve Stichting Wellant Totaal

€7-2.958.719 € -/-3.604.354 € -/- 6.563.073

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina VII

1.2. Balans per 31 december 2011 Het geconsolideerde balanstotaal is in 2011 toegenomen van €104 miljoen naar €117 miljoen. Dit wordt voor €0,7 miljoen verklaard door de integrale consolidatie van het verworven belang in Aequator Groen & Ruimte B.V. In het boekjaar heeft effectuering plaatsgevonden tot een bedrag van €18 miljoen op een totaal arrangement van €27 miljoen van het in juni 2010 met het Ministerie van Financiën overeengekomen financieringsarrangement voor het huisvestingsplan van Wellant. Door deze toename van het vreemd vermogen en door het negatieve resultaat stijgt het balanstotaal met 13 miljoen.

Aan de activazijde van de balans is zichtbaar dat deze financiering is geïnvesteerd in een toename van de vaste activa ad €8 miljoen en een toename van de vlottende activa van €5 miljoen.

Hieronder volgt een toelichting per onderdeel van de belangrijkste verschuivingen en wijzigingen.

Vaste activa De kasstroom in 2011 aan investeringen bedroeg €18 miljoen, bestaande uit • verwerving van het 5 1 % belang in Aequator Groen & Ruimte B.V. (€1 miljoen); • investeringen in materiële vaste activa van €17 miljoen.

In het boekjaar zijn investeringen voor een bedrag ad €10 miljoen geactiveerd en in gebruik genomen.

De afschrijvingen bedroegen €9,6 miljoen, waaronder bijzondere waardeverminderingen op activa m.b.t. huisvesting ad €0,8 miljoen en een bijzondere afwaardering van de geactiveerde goodwill m.b.t. de overname van Aequator Groen & Ruimte B.V. van €0,5 miljoen.

Vlottende activa De voorraad gebruiksgoederen is afgenomen met €0,3 miljoen voornamelijk als gevolg van afwaardering van de voorraad boeken bij IPC Groene Ruimte B.V. De posten "debiteuren", "deelnemers/cursisten" en "overige overheden" betreffen gefactureerde bedragen en zijn afgenomen met €1,1 miljoen. Hierop is een voorziening dubieuze debiteuren getroffen van €340.000.

De liquide middelen zijn toegenomen met €5,8 miljoen doordat niet de gehele financiering van het Ministerie van Financiën is gebruikt voor investeringen in huisvesting, als gevolg van het feit dat deze zijn achtergebleven bij de begroting.(zie de treasuryparagraaf onder 1.5) Eigen vermogen Door het negatieve resultaat 2011 is het eigen vermogen afgenomen met €6,6 miljoen.

De publieke bestemmingsreserves "reserve ten behoeve van vestigingen" ad €3 miljoen, en de "reserve innovatie onderwijs en organisatie" ad €2 miljoen worden de komende jaren ingezet voor verbeter en vernieuwingsactiviteiten bij Wellantcollege.

De publieke reserve m.b.t. BAPO is per ultimo boekjaar gelijk gebleven aan vorig jaar ad €6,9 miljoen. Enerzijds is er een stijging van het huidige percentage deelnemers (t.o.v. de "rechthebbenden") dat hier gebruik van maakt van 54,5% naar 57,2%. Anderzijds is er een dalende tendens doordat het aantal "rechthebbenden" is afgenomen, en doordat de gehanteerde salarisindexering is gedaald t.o.v. vorig jaar. Deze effecten heffen elkaar op waardoor de reserve gelijk is gebleven.

De private bestemmingsreserve "deelneming IPC groene Ruimte B.V." is gedaald met het verlies van IPC. Een nieuwe post in het geconsolideerde eigen vermogen is het "minderheidsbelang derden".

Deze post is ontstaan doordat het verworven belang van 5 1 % in Aequator Groen & Ruimte B.V. integraal (voor 100%) is geconsolideerd, waardoor derden een 49% belang hebben in het eigen vermogen van Aequator. Aangezien in de enkelvoudige balans de waarde van Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina VIII

deze deelneming is gewaardeerd op 5 1 % van het eigen vermogen, wijkt het enkelvoudige eigen vermogen af van het geconsolideerde eigen vermogen voor een bedrag van het 49% belang ad €12.533.

Voorzieningen Wellantcollege heeft een tweetal (personele) voorzieningen: de voorziening reorganisatie en de voorziening onderwijsjubileum.

In het verslagjaar is bij IPC Groene Ruimte B.V. een voorziening reorganisatie getroffen.

In 2010 is bij Wellantcollege een voorziening reorganisatie gevormd als gevolg van een aangepaste organisatiestructuur naar aanleiding van het ingezette strategietraject vanaf het kalenderjaar 2011 waarbij de aansturing van de diverse locaties niet meer geschiedt via vestigingsdirecteuren maar door vijf regiodirecties. Het totaal aantal directieleden is hiermee substantieel verlaagd.

In 2011 is voor een bedrag ad €232.000 ten laste van de voorziening gebracht.

Daarnaast is een voorziening opgenomen voor financiële verplichtingen rond onderwijsjubilea.

Langlopende schulden

In 2011 is de schuld aan de Rabo bank geheel afgelost.

In 2011 is een bedrag van €18 miljoen ontvangen op een totaal financieringsarrangement van €27 miljoen met het Ministerie van Financiën. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013. Er zijn hypothecaire zekerheden verstrekt. De rente bedraagt 3,43% 30 jaar vast.

Kortlopende schulden De kortlopende schulden zijn met €1,4 miljoen gestegen.

Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door voorfinanciering van additionele rijksbijdrage en een hoger crediteurensaldo. Dit wordt gedeeltelijk gecompenseerd door een lagere kortlopende schuld aan kredietinstellingen (Rabo lening geheel afgelost in 2011) De schuld aan spaarverlof onder de post "schulden inzake spaarverlof en compensatieplan" bedraagt €0,3 miljoen voor 31 werknemers. (2010: €0,4 miljoen voor 34 werknemers).

1.3 Kasstroom overzicht 2011 Het liquiditeitssaldo is toegenomen met €5,8 miljoen.

Deze afname wordt veroorzaakt door een positieve kasstroom uit operatie van €6,1 miljoen, een investeringskasstroom van -/-€18,0 miljoen, en een kasstroom uit financiering van €17,7 miljoen.

Bestu ursverslag jaarrekening 2011 Pagina IX

1.4 Financiële ratio's 31 december 2011 De Stichting Wellant hanteert twee financiële ratio's, met de volgende definities en minimum en maximum streefwaarden

Solvabiliteit

Minimum

Maximum

35%

60%

percentage eigen vermogen van het totaal vermogen

Rentabiliteit Genormaliseerd resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door totale baten uit gewone bedrijfsvoering Leidraad die hierbij gehanteerd wordt

Per jaar vast te stellen -3%

+3%

De cijfers in de jaarrekening 2011 geven de volgende stand van zaken voor de Stichting Wellant.

Solvabiliteit enkelvoudig Solvabiliteit geconsolideerd Rentabiliteit Wellantcollege Rentabiliteit geconsolideerd

Cijfers op basis van jaarrekening 2010 71,0% 72,6% 7-2,9% 7-3,3%

Cijfers op basis van jaarrekening 2011 58,6% 58,7% 7-2,7% 7-5,6%

Cijfers op basis van begroting 2011 59,8% 7-1,8% 7-1,7%

Uit bovenstaande tabel blijkt dat de rentabiliteit onder de minimale streefwaarde is uitgekomen. Zoals al eerder genoemd wordt dit vooral verklaard door het verlies van IPC Groene Ruimte B.V. ad €3,6 miljoen (begroot €0,2 miljoen negatief). Indien het resultaat van IPC conform begroting was geweest was de rentabiliteit 7-2,6% geweest.

Door een daling van het eigen vermogen van €6,6 miljoen en een stijging van het vreemd vermogen ad €18,9 miljoen is de solvabiliteit gedaald van 72,6% per ultimo 2010 naar 58,7% per ultimo 2011. Dit is in overeenstemming met de verwachting in de begroting 2011. De solvabiliteit is tevens onder de gestelde maximale grens van 60% gekomen.

Volgens het "financieringsplan 2012-2020", waarin een doorrekening is gemaakt van de exploitatie, investeringen en financiering hiervan, zal de solvabiliteit in de periode 2012-2020 dalen van 60% naar 45%. De solvabiliteit ultimo 2020 van 45% blijft ruim boven de door de Raad van Toezicht vastgestelde minimum solvabiliteit van 35%.

Hierbij wordt tevens verwezen naar de toekomstparagraaf onder 1.6.

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina X

1.5 Treasurybeleïd Risicomijdend beleggen In de ""Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek" van het Ministerie van OCW wordt voorgeschreven dat tijdelijk overtollige liquiditeiten beheerd dienen te worden op een wijze die zo veel mogelijk garandeert dat de hoofdsom intact blijft, bijvoorbeeld door te beleggen in vastrentende waarden voor de gehele looptijd van die waarden. De regeling schrijft daarom voor om risicomijdend te beleggen. Transacties worden alleen aangegaan met financiële instellingen met minimaal een A rating.

De in 2011 tijdelijk overtollige liquiditeiten zijn risicoloos aangehouden bij het Ministerie van Financiën en bij de huisbankier.

Geïntegreerd middelenbeheer Vanaf juni 2010 is Wellantcollege overgegaan op schatkistbankieren bij het Ministerie van Financiën. Dagelijks worden drie aangewezen rekeningen bij de ING bij- dan wel afgeroomd ten laste resp. ten gunste van de rekening-courant met het Ministerie. De kredietfaciliteit bedraagt 10% van de Rijksbijdrage, met als voorwaarde dat er minimaal 1 dag in een jaar een positief saldo op de rekening-courant positie bestaat. De rente is gebaseerd op dagrente Eonia fixing; bij debetstand verhoogd met 25 basispunten. De kredietfaciliteit is in het boekjaar niet gebruikt.

Geldlening bij het Ministerie van Financiën In juni 2010 is een financieringsarrangement getekend met het Ministerie van Financiën voor het huisvestingsplan van Wellantcollege. De totale lening bedraagt €27 miljoen, te ontvangen in 4 tranches tussen maart 2011 en september 2012. De eerste twee tranches ad €18 miljoen zijn in het boekjaar ontvangen. Het rentetarief bedraagt 3,43%, 30 jaar vast.

Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013.

Voor de lening is zekerheid verstrekt voor €27 miljoen voor een vijftal panden met percelen grond.

Intercompany geldlening In oktober 2010 is door IPC Groene Ruimte B.V. een lening verstrekt aan Stichting Wellant van €5 miljoen. Er zijn geen zekerheden verstrekt. Het rentepercentage wordt jaarlijks bepaald door het 12 maands Euribor tarief, verhoogd met een opslag van 20 basispunten.

Er mag onbeperkt worden afgelost, dan wel aflossing worden opgeëist, mits drie maanden van te voren schriftelijk aangekondigd.

In het boekjaar is €1 miljoen afgelost.

Treasu rvcom m issie Na de goedkeuring van het treasurystatuut in juni 2010 door de Raad van Toezicht is de treasurycommissie drie maal bijeengekomen. De samenstelling van deze commissie bestaat uit de directeur Finance & Control, de controller en de treasurer. De commissie doet schriftelijk verslag van dit treasury-overleg aan het lid College van Bestuur met F&C in portefeuille.

Standaard komen de volgende onderwerpen minimaal aan de orde: a) Externe ontwikkeling voor zover van belang voor de treasury van Wellant; b) Voldoet Wellant nog steeds aan wet- en regelgeving m.b.t. treasury?; c) Jaarplanning liquiditeiten op maandbasis; d) Financieringskosten; e) Relatiemanagement (geldverstrekkers/bankiers).

Enkele belangrijke items die in de overleggen zijn behandeld:

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina XI

A) De geldlening bij het Ministerie van Financiën is indertijd op basis van een renteforward afgesloten. Het rentevoordeel van deze forward dat uiteindelijk behaald is, kan als volgt worden weergegeven: 1) Door te anticiperen op een verwachte rentestijging die ook gerealiseerd is, heeft Wellant ondanks een forward premie van 0,21% een rentevoordeel bereikt van 0,31 %. De looptijd van de lening is 30 jaar; 2) Wellant bespaart hiermee in totaal €1.374.000 aan rentekosten over de looptijd van de lening; 3) In contante waarde - naar startdatum van de lening op 1 maart 2011 - is dit €947.000.

Tevens is berekend wat het voordeel is ten opzichte van financiering via een financiële instelling. Hierbij is uitgegaan van een rentepercentage dat 1,5% hoger is dan bij Geïntegreerd Middelen Beheer.

Het nominale rentevoordeel over de gehele looptijd bedraagt €6,6 miljoen. De contante waarde hiervan is €4,6 miljoen.

B) In het financieringsplan 2011 -2020 en de liquiditeitsprognose over het jaar 2011 was uitgegaan van een saldo liquide middelen per ultimo 2011 van nihil. Het werkelijke saldo liquide middelen bedraagt per ultimo 2011 €8,7 miljoen. Analyse van dit verschil heeft ertoe geleid dat het verschil voor een bedrag ad €7,4 miljoen wordt veroorzaakt door te hoog begrote investeringen, in met name huisvesting.

Om deze investeringen vanaf de aankomende meerjarenbegroting 2013 beter te kunnen plannen is in het laatste treasury-overleg besloten om een werkgroep in te stellen bestaande uit directeur F&C, treasurer, hoofd accounting, directeur ICTF en 2 medewerkers ICTF. De eerste bijeenkomst is gepland in juni 2012, met als belangrijkste actiepunten: * Concrete jaarplanning 2013, waarbij alle huisvestingsprojecten worden onderbouwd. « Concrete maandplanning 2013 door de verplichtingenadministratie volledig te vullen en daarin de investeringen op maandbasis te begroten.

Hiermee wordt voldaan aan de aanbevelingen uit de management letter 2011 van januari 2012.

C) In het laatste treasury-overleg is besloten om in de treasuryparagraaf van het geïntegreerd jaardocument een samenvatting op te nemen van de liquiditeitsrealisatie 2011.

Dit zal in beknopte vorm op kwartaalbasis worden gedaan.

Deze verantwoording wordt op de volgende pagina weergegeven.

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina XII

Liquiditeitsrealisatie in â‚Ź1.000 Rijksbijdrage Overige ontvangsten Totaal operationele ontvangsten

K1 25.957 1.707 27.664

K2 34.788 1.415 36.203

K3 20.948 1.236 22.184

K4 21.305 2.855 24.160

2011 102.998 7.213 110.211

Netto Salaris Afdrachten Overige uitgaven Totaal operationele uitgaven

8.447 9.158 8.611 26.216

10.636 9.573 4.874 25.083

8.637 7.730 8.724 25.091

11.020 7.618 9.100 27.738

38.740 34.079 31.309 104.128

1.448

11.120

-2.907

-3.578

6.083

-2.997

-3.411

-3.362

-5.523

-15.293

Aangegane leningen Aflossingen op leningen Saldo betaalde-ontvangen rente

9.000 -314 2

0 -536 2

9.000 -372 -140

0 -500 -39

18.000 -1.722 -175

FinanciĂŤle kasstroom

8.688

-534

8.488

-539

16.104

Netto kasstroom

7.139

7.175

2.219

-9.640

6.894

Beginstand liquide middelen Netto kasstroom Eindstand liquide middelen

1.796 7.139 8.935

8.935 7.175 16.111

16.111 2.219 18.330

18.330 -9.640 8.690

1.796 6.894 8.690

Kasstroom uit operatie Kasstroom investeringen

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina XIII

1.6 Toekomstparagraaf De (enkelvoudige) begrotingscijfers voor het jaar 2012 zijn als volgt vastgesteld door het College van Bestuur.

Begroting 2012 (in €1.000)

3.1 3.2 3.5

4.1 4.2

Begroting 2012

3 Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten

Huisvestingslasten

4.4

Overige lasten

102.379 943 5.820

104.230 775 5.585 110.590

4 Lasten Personeelslasten Afschrijvingen

4.3

Realisatie 2011

81.137 7.758 7.163 16.955

Totaal lasten Saldo baten en lasten 5 Financiële baten en lasten Resyltaat Wellantcollege 7 Resultaat deelneming Resultaat na belastingen

109.142

79.832 8.207 6.886 16.820 113.013

111.745

-2.423

-2.603

-944

-356

-3.367

-2.959

-667

-3.604

-4.034

-6.563

Hoofdlijnen • Wellantcollege blijft in 2012 werken met een negatieve begroting. Vanaf 2013 wordt een omslag gemaakt naar een kostendekkende begroting die in 2014 zijn beslag zal krijgen. Op deze wijze kan de druk op het primair proces die de implementatie van de strategie met zich meebrengt, worden opgevangen. Dit is mogelijk en verantwoord door de hoge solvabiliteit en reserves; • Wellantcollege blijft investeren in nieuwe opleidingen en het verder invulling geven aan de strategie; • Ondanks een door OCW voorspelde daling van de leerlingaantallen in het groene onderwijs zet het College van Bestuur in op minimaal een stabilisering van de leerlingaantallen; • Bezuinigingen treffen de gehele organisatie, dus zowel de uitvoeringslocaties als de ondersteunende diensten.

Resultaat De komende periode van drie jaar werkt Wellantcollege met een negatief resultaat na belastingen van in totaal -/-€4,7 miljoen.

Begroting Resultaat Wellantcollege Resultaat deelneming Resultaat na belastingen

2010 -3.160 -646 -3.806

2011 -2.959 -2.504 -5.463

2012 -3.367 -667 -4.034

2013 -1.375 p.m.

-1.375

2014 80

p.m.

80

Bestuursverslag jaarrekening 2011 Pagina XIV

Het negatieve begrote resultaat over 2012 wordt vooral veroorzaakt door: • • • •

niet door rijksbijdrage vergoede stijging van de werkgeversbijdrage zorgverzekering; innovatieactiviteiten naar aanleiding van het instellingsplan 2012; stijgende lasten met betrekking tot huisvesting; het bewust voortzetten van de inzet van extra middelen om de druk van de implementatie van de strategie te verlichten.

De rentabiliteit stijgt vanaf 2013 voornamelijk als gevolg van ingeboekte bezuinigingen in 2013 en 2014.

Vanaf 2014 zullen de innovatieactiviteiten zijn opgenomen in het reguliere proces van Wellantcollege en zal worden begroot op een kostendekkend exploitatieresultaat.

Bezuinigingen Om in 2014 te komen op een kostendekkend exploitatieresultaat wordt in 2013 een bezuiniging ingeboekt van €2 miljoen, aangevuld in 2014 met een bezuiniging van €3 miljoen. Deze structurele bezuiniging van €5 miljoen is nodig vanwege het terugbrengen van het resultaat tot een kostendekkend niveau en vanwege het opvangen van de stijging van de lasten m.b.t. huisvesting. De bezuiniging worden als volgt vormgegeven: • in 2013 wordt 5% bezuinigd op de materiële lasten (€0,8 miljoen) en €1,2 miljoen op de personeelslasten, totaal €2 miljoen.

• In 2014 wordt €3 miljoen extra bezuinigd tot in totaal €5 miljoen, de verdeling is hierbij 10% op de materiële lasten (€1,6 miljoen) en het restant ad €3,4 miljoen op de personeelslasten.

Leerlingaantallen Ten opzichte van het voorgaand schooljaar zijn de leerlingaantallen in het VO met 1 % gestegen. In het MBO is er een daling geweest van 1,8%. leerlingaantallen Totaal VMBO Totaal MBO Totaal

2009/2010 8.062 4.403 12.465

2010/2011 7.932 4.396 12.328

2011/2012 8.012 4.319 12.331

2012/2013 8.012 4.359 12.371

2013/2014 8.012 4.399 12.411

Voor de komende 2 schooljaren gaat Wellant uit van een stabilisering van de leerlingaantallen in het VO en het MBO BOL. Voor de BBL opleiding wordt uitgegaan van een stijging van 2%. Deze prognoses zijn positiever dan de prognose vanuit OCW voor het groene onderwijs. Aangezien Wellant in de Randstad opereert zet het College van Bestuur in op minimaal een stabilisering van de leerlingaantallen.

Baten De bekostiging vanuit de rijksoverheid wordt voor het overgrote deel bepaald door het aantal leerlingen.

De normatieve rijksbijdrage stijgt in 2012 met €1,4 miljoen voornamelijk als gevolg van meer leerlingen in het VO (€0,5 miljoen) en als gevolg van het feit dat de loonbijstelling 2011 niet in 2011 maar in 2010 is uitgekeerd (€0,5 miljoen). Deze loonbijstelling wordt naar verwachting in 2012 weer uitgekeerd.

Lasten De reguliere formatie van de vestigingen is bepaald aan de hand van de leerlingaantallen.

Hieraan is toegevoegd het aantal FTE corresponderend met 25% van de subsidie m.b.t. regeling salarismix, dat volgens deze regeling ingezet dient te worden voor meer personeel in het primaire proces De formatie voor 2012 komt op 1.185 FTE. Dit is inclusief projectformatie.

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina XV

De formatie 2012 is 10 FTE lager dan de huidige bezetting. Dit betekent dat de bezetting in het nieuwe schooljaar met plm. 20 FTE moet dalen, terwijl de leerlingaantallenontwikkeling dit niet rechtvaardigen. Conclusie is dan dat er op dit moment een overformatie bestaat.

Acties hierop zijn meegenomen in de budgetten voor 2012.

Formatie in FTE Regulier Projecten

bezetting 2010

bezetting sept 2011

1.181

1.176

1.145

38

19

40

formatie 2012

Te bezuinigen Totaal formatie

1.219

1.195

1.185

formatie 2013 1.141

formatie 2014

20

1.139 -

20-

57-

1.141

1.082

De bezuiniging van € 1,2 miljoen in 2013 en € 3,4 miljoen in 2014 op de personeelskosten leidt tot een bezuiniging van respectievelijk 20 en 57 FTE. Als gevolg van het effect op de exploitatie van de investeringen in huisvesting is er, afgezet ten opzichte van de totale baten, een verschuiving zichtbaar tussen het aandeel van de lasten m.b.t. de huisvesting en de personele lasten.

De lasten m.b.t. huisvesting stijgen van 10,8% naar 15,1%. De personeelskosten dalen van 74,4% naar 68,6%. (begroting 2014 ten opzichte van realisatie 2010) Investeringen in huisvesting en financiering Het huisvestingsplan wordt jaarlijks aangepast aan de meest recente leerling-prognoses, verwachte prijsstijgingen en concrete nieuwbouw- en renovatieplannen. Het totale beschikbare bedrag is gelijk gebleven op €83,3 miljoen voor de periode 2010-2020.

Voor de jaren 2012-2014 is een investering begroot van €39 miljoen. Voor onderhoud gebouwen is voor deze periode begroot €13 miljoen. Uitgedrukt in een percentage van de baten komen de investeringen in huisvesting voor de komende 3 jaar uit op 16,3%. (de afschrijvingen huisvesting bedragen 5,5% van de baten) In de kredietbehoefte tot en met 2012 is al geheel voorzien door een lening van €27 miljoen bij het Ministerie van Financiën.

Vanaf 2013 dient jaarlijks €0,9 miljoen te worden afgelost op de lening van het Ministerie van Financiën.

In 2013 en 2014 bestaat er, als gevolg van voortgaande investeringen die de afschrijvingen overtreffen, en herfinanciering van de te starten aflossing van de lening bij het Ministerie van Financiën, een financieringsbehoefte van €24 miljoen.

In de periode 2015-2020 bestaat er een financieringsbehoefte van €10 miljoen.

Bestuursverslag jaarrekening 2011

Pagina XVI

Geconsolideerde balans per 31 december 2011 (na bestemming van het resultaat over 2011) STICHTING WELLANT, Houten

Statutair gevestigd te Houten Alle bedragen in euro's x 1000

1

Activa

31 december 2011

31 december 2010

Vaste activa

262

1.1

Immateriële vaste activa

1.2

Materiële vaste activa

102.144

93.946

1.3

Financiële vaste activa

1

1

Totaal vaste activa

102.407

93.947

Vlottende activa 426

689

Vorderingen

4.784

5.351

Liquide middelen

9.700

3.913

1.4

Voorraden

1.5 1.7

14.910

9.953

117.317

103.900

Totaal vlottende activa Totaal activa

Passiva

31 december 2011

31 december 2010

68.844

75.395

2.518

1.650

Langlopende schulden

18.000

302

Kortlopende schulden

27.955

26.553

117.317

103.900

2.1

Eigen vermogen

2.2

Voorzieningen

2.3 2.4

Totasil passiva

Pagina 3

Geconsolideerde staat van baten en lastert over 2011 STICHTING WELLANT, Houten Statutair gevestigd te Houten Alle bedragen in euro's x 1000

3

Baten

3.1 3.2 3.4 3.5

Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Baten werk in opdracht van derden Overige baten

Realisatie 2011

Begroting 2011

Realisatie 2010

102.728 943 8.456

104.943 600 10.072 5.878

102.516 937 6.883 5.291

4.878

Totaal baten

4 4.1

Lasten Personeelslasten

4.2 4.3 4.4

Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten

Saldo baten en lasten FinanciĂŤle baten en lasten

Resultaat 6

Belastingen

8

Aandeel derden in het resultaat

Resultaat na belastingen

117.005

87.119 9.607 7.434 19.165

115.627

121.493

87.342 7.863 7.745 20.240

87.187 7.529 7.154 17.805

123.325

123.190

119.675

-6.320

-1.697

-4.048

-243

-388

27

-6.563

-2.085

-4.021

24

215

-60 -6.563

-2.121

-3.806

Pagina 4

Geconsolideerd Kasstroomoverzicht over 2011 Alle bedragen in euro's x 1000 2011 Saldo baten en lasten Gecorrigeerd voor: * Afschrijvingen * Mutatie voorzieningen

2010

-6.320

-4.048

9.607 868

7.533 1.310 4.155

Mutaties werkkapitaal * Voorraden * Vorderingen * Kortlopende schulden

263 567 1.401

Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen intrest Betaalde intrest Belastingen

Verwerving Aequtor Groen en Ruimte B.V. (51%) Investeringen materiĂŤle vaste activa

6.386

6.482 95 -68 215

-243

242

6.143

6.724

-14.348

18.000 -302

Mutatie liquide middelen

Eindstand liquide middelen

1.687

-18.054

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen

2.231

-1.000 -17.054

Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden

-235 118 1.804

147 -390 1

Kasstroom uit operationele activiteiten

4.795

-14.349

-698 17.698

-698

5.787

-8.323 12.236 -8.323

3.913 5.787 9.700

3.913

Pagina 5

Algemene toelichting Toegepaste standaarden Vanaf het verslagjaar 2008 zijn de inrichtingsvereisten voor het jaarverslag voor onderwijsinstellingen niet meer gebaseerc op de OCW/CFI brochures met de richtlijnen voor het (financieel) jaarverslag.

De jaarrekening is opgesteld volgens de "regeling Jaarverslaggeving Onderwijs". In deze regeling is bepaald dat de bepalinger van titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving ( i n het bijzonder RJ 660 Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn en met inachtneming van de daarin aangeduide uitzonderingen.

De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerc op historische kosten.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resuitaatbepaling Voor zover niet anders is vermeld, worden activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.

Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naai de organisatie zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld.

Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaar met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld.

De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben.

In deze jaarrekening worden de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht gepresenteerd ir euro's * 1.000. De toelichting op posten binnen deze opstellingen worden gepresenteerd in euro's.

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellinger maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtinger en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft,

Grondslagen voor consolidatie De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van de organisatie en haar groepsmaatschappijen er andere rechtspersonen waarop overheerdende zeggenschap kan worden uitgeoefend dan wel waarover de centrale leiding bestaat. Groepsmaatschappijen zijn deelnemingen waarin de organisatie een meerderheidsbelang heeft, of waarin op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Bij de bepaling of beleidsbepalende invloec kan worden uitgeoefend, worden financiële instrumenten die potentiële stemrechten bevatten en direct kunnen worden uitgeoefend, betrokken. Participates die worden aangehouden om ze te vervreemden worden niet geconsolideerd, In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlingen schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd, evenals de binnen de Groep gemaakte winsten. De groepsmaatschappijen zijn integraal geconsolideerd.

Voor een overzicht van de geconsolideerde groepsmaatschappijen wordt verwezen naar de toeliching behorende tot de enkelvoudige jaarrekening, onder "financiële vaste activa".

Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten bij Stichting Wellant vorderingen, liquide middelen en langlopende en kortlopende schulden.

Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, inclusief direct toerekenbare transactiekosten. Na de eerste opname worden financiële instrumenten gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Indien er geen sprake is van agio of disagio en direct toerekenbare transactiekosten is de geamortiseerde kostprijs gelijk aan de nominale waarde.

Op vorderingen wordt een noodzakelijke geachte voorziening getroffen voor risico van oninbaarheid, Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa betreft de goodwill ontstaan bij de verwerving door IPC Groene Ruimte B.V. van de meerderheidsdeelneming (51%) Aequator Groen & Ruimte B.V. per 1 januari 2011. De goodwill is gewaardeerd tegen de kostprijs, verminderc met lineair vanstgestelde afschrijvingen van 20%. In geval de jaarlijkse toetsing van de waarde van de goodwill leidt tot een dooi te voeren waardeverandering, wordt deze in de staat van baten en lasten gepresenteerd.

Pagina 6

Materiële vaste activa De gebouwen en terreinen, inventaris en apparatuur, andere vaste bedrijfsmiddelen, vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen hierop worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen.

De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis var de verwachte economische levensduur.

Op terreinen (met uitzondering van geactiveerde erfpacht), materiele vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen hierop wordt niet afgeschreven.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn als volgt: Gebouwen 6,12,18,24 en 30 jaar op basis van de componentenmethode: Casco dakbedekking, plafonds, dekvloeren werktuigbouwkundige installaties liftlnstallaties elektrische installaties binnenwerk glas- en schilderwerk

30 jaar 24 jaar 18-30 jaar 18 jaar 24-30 jaar 12 jaar 6 jaar

Verbouwingen (van voor 2008) Inventaris en apparatuur Andere vaste bedrijfsmiddelen

10 jaar tusen 3 en 20 jaar 5 jaar

Onderhoudsuitgaven worden geactiveerd indien zij de gebruiksduur van het object verlengen.

Investeringen > € 1.000,- komen in aanmerking voor activering, (voor fungibele investeringen ligt de grens bij €450,-] De grond en gebouwen overgedragen door de overheid in het kader van de OKF-operatie zijn per 1 januari 1997 geactiveerd tegen de waarde zoals vastgesteld door het ministerie van EU, In 2007 heeft er een stelselwijziging plaatsgevonden met betrekking tot de waardering van de gebouwen.

Ultimo 2007 is er een waarde-aanpassing geweest waarbij de afschrijvingen op de gebouwen worden bepaald volgens de componentenmethode.

Investeringssubsidies worden vanaf 1 januari 2008 zichtbaar in mindering gebracht op de materiele vaste activa

Financiële vaste activa Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijk en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worder gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op bais van de netto vermogenswaarde. Bij de bepaling van de netto vermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van Stichting Wellant gehanteerd.

De overige financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde,

Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Van vaste activa met een lange levensduur wordt periodiek beoordeeld of sprake is van mogelijke bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de toekomstige nettokasstromen die het actief naar verwachting zal genereren.

Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte toekomstige kasstroom, wordt een bedrag voor impairment ten laste van het resultaat geboekt voor het verschil tussen de boekwaarde en de actuele waarde van het actief.

Voor verkoop beschikbare activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere actuele waarde, onder aftrek van verkoopkosten.

Voorraden De voorraden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, eventueel onder aftrek van een voorziening voor incouranti'e

Vorderingen Voor de waardering van vorderingen wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiële instrumenten.

Eigen vermogen Onder het eigen vermogen worden de algemene reserves, de bestemmingsreserves en de bestemmingsfondsen gepresenteerd. De algemene reserve bestaat uit de reserves die ter vrije beschikking staan van het College van Bestuur Indien een beperktere bestedingsmogelijkheid door de organisatie is aangebracht, dan is het aldus afgezonderde deel van het eigen vermogen aangeduid als bestemmingsreserve. Indien de beperktere bestedingsmogelijkheid door derden is aangebracht, dan wordt dit deel aangemerkt als bestemmingsfonds.

Voorts is binnen het eigen vermogen een onderscheid gemaakt naar publieke en private middelen.

Pagina 7

Voorzieningen Een voorziening in verband met verplichtingen als bedoeld in artikel 2:374 lid 1, eerste volzin BW wordt uitsluitend opgenomen indien op de balansdatum aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de rechtspersoon heeft een verplichting (in rechte afdwingbaar of feitelijk); b. het is waarschijnlijk dat voor de afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen noodzakelijk is; en c. er kan een betrouwbare schatting worden gemaakt van de omvang van de verplichting.

Onder de voorzieningen worden de personele voorzieningen gepresenteerd.

Toevoegingen aan voorzieningen vinden plaats ten laste van de staat van baten en lasten.

Uitgaven vinden rechtstreeks plaats ten laste van de voorzieningen.

De voorzieningen zijn opgenomen tegen de nominale waarde.

Langlopende schulden Schulden met een resterende looptijd van meer dan een jaar worden aangeduid als langlopend.

Het aflossingsbedrag van het lopende jaar wordt onder de kortlopende schulden opgenomen.

Voor de waardering van langlopende schulden wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiĂŤle instrumenten.

Kortlopende schulden Schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste een jaar worden aangeduid als kortlopend.

Schulden worden niet gesaldeerd met activa, indien hiertoe geen contractueel recht en geen voornemen tot saldering bestaat.

Voor de waardering van kortlopende schulden wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiĂŤle instrumenten.

Overlopende passiva betreffen vooruitontvangen bedragen (waaronder geoormerkte bijdragen) en nog te betalen bedragen terzake van lasten die aan een verstreken periode zijn toegekend. Van bedragen die voor meerdere jaren beschikbaar zijn gesteld, wordt het nog niet bestede gedeelte op deze post aangehouden.

Vrijval ten gunste van de staat van baten en lasten geschiedt naar rato van de besteding.

Personeelsbeloningen/pensioenen Voor de medewerkers van de organisatie is een pensioenregeling getroffen die kwalificeert als een toegezegde pensioenregeling. Deze pensioenregeling is ondergebracht bij een bedrijfstakpensioenfonds (ABP) en wordt overeenkomstig de in de RJ aangereikte vereenvoudiging - in de jaarrekening verwerkt als toegezegde bijdrageregeling. Dit betekent dat de over het boekjaar verschuldigde premies als kosten worden verantwoord. De risico's van loonontwikkeling, prijsindexatie en beleggingsrendement op het fondsvermogen zullen mogelijk leiden tot toekomstige aanpassingen in de jaarlijkse bijdragen aan het pensioenfonds. Deze risicio's komen niet tot uitdrukking in een in de balans opgenomen voorziening. Informatie over eventuele tekorten en de gevolgen hiervan voor de pensioenpremies in de toekomstige jaren is niet beschikbaar.

De dekkingsgraad van het pensioenfonds per 31 december 2011 bedraagt 94%.(ultimo 2010: 105%)

Resuitaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben.

Rijksbijdragen, overige overheidbijdragen en -subsidies uit hoofde van basisbekostiging worden in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt als baten in de staat van baten en lasten.

Indien deze opbrengsten betrekking hebben op een specifiek doel, dan worden deze naar rato van de verrichte werkzaamheden als baten verantwoord. Het niet bestede gedeelte wordt op de balans gepassiveerd.

Belastingen Belastingen omvatten de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelastinger en latente belastingen. De belastingen worden in de staat van baten en lasten opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt.

De over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare belasting is de naar verwachting te betalen belasting over de belastbare winst over het boekjaar, berekend aan de hand van belasting-tarieven die zijn vastgesteld op verslagdatum, dan wel waartoe materieel al op verslagdatum is besloten, en eventuele correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting Voor latente belastingen wordt een voorziening getroffen voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen ten behoeve van de financiĂŤle verslaggeving en de fiscale boekwaarde van die posten.

Er wordt uitsluitend een actieve belastinglatentie opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn die voor de realisatie van het tijdelijke verschil kunnen worden aangewend.

Actieve belastinglatenties worden per iedere verslag-datum herzien en verlaagd voor zover het niet langer waarschijnlijk is dat het daarmee samenhangende belastingvoordeel zal worden gerealiseerd.

Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode.

Pagina 8

Toelichting behorende tot de geconsolideerde jaarrekening over 2011 Alle bedragen in euro's

1

Activa Vaste activa

1.1

Immateriële vaste activa Investeringen 2011

1.1.3

Goodwill Aequator Groen & Ruimte B.V.

987.321

Bijzondere waardevermindering in 2011 -528.000

Afschrijvingen 2011

Boekwaarde 31-12-2011

262.385

-196.936

De immateriële vaste activa betreft de goodwill gecreëerd bij de verwerving van de meerderheidsdeelneming Aequator Groen & Ruimte B.V. per 1 januari 2011.

Op basis van de jaariijkse toetsing van de waarde van de goodwill heeft bijzondere waardevermindering plaatsgevonden in 2011.

1.2

Materiële vaste activa 1.2.1 Gebouwen en terreinen

Stand per 1 januari 2011: Aanschafprijs Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde Mutaties in de boekwaarde: Consolidatie Aequator per 1 januari Investeringen Ingebruikname Afschrijvingen Saldo Stand per 3 1 december 2011: Aanschafprijs Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde

1.2.2 Inventaris en apparatuur

1.2.3 1.2.4 Andere vaste In uitvoering bedrijfsen vooruitmiddelen betalingen

150.967.423

30.065.052

404.048

-70.831.084

-18.020.751

-327.007

80.136.339

12.044.301

77.041

3.803.537 10.014.111 -5.944.275

27.353 3.299.896 127.983 -3.180.136

24.938 -37.508

7.873.374

275.096

-12.570

163.152.130

33.199.701

385.312

-75.142.417

-20.880.304

-320.841

8.009.713

12.319.397

64.471

7.356.819

1.2.5 Investeringsubsidies

Totaal

-6.260.144

182.533.198

591.265

-88.587.577

7.356.819

-5.668.879

93.945.621

10.000.506 -10.142.094

-74.970 278.875

27.353 17.053.907 0 -8.883.044

-141.588

203.905

8.198.216

7.215.231

-6.335.114

197.617.259

870.140

-95.473.422

-5.464.974

102.143.837

7.215.231

De egalisatierekening investeringsubsidies is vanaf 1 januari 2008 als negatieve post geclassificeerd onder de materiële vaste activa.

De OZB-waarde van de gebouwen en terreinen is € 119.824,000 (peildatum 1 januari 2010)

1.3

Financiële vaste activa

Boekwaarde 1-1-2011

1.3.2

Andere deelneming

Investeringen 2011

Mutaties Desinvesteringen 2011

Resultaat 2011

Boekwaarde 31-12-2011

1.165

1.165

Het bedrag onder 1.3.2. bestaat uit een ledenkapitaal in Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A ad € 1.165. In 2011 hebben geen bijschrijvingen plaatsgevonden.

Pagina 9

Vlottende activa 1.4

Voorraden

1.4.1

Gebruiksgoederen

31-12-2011

31-12-2010

425.570

689.337

Het bedrag onder 1.4.1 bestaat voor €20.864 uit PR-artikelen die centraal worden ingekocht en opgeslagen. Vestigingen kunnen naar behoefte PRartikelen bestellen bij het Servicecentrum. Tevens is hieronder verantwoord voorraad boeken bij IPC ad €404.706.

Er is een voorziening voor incourantheid getroffen van €156.675. (2010: €86.716) 1.5

Vorderingen

1.5.1 1.5.5 1.5.6 1.5.7 1.5.8 1.5.9

Debiteuren Deelnemers/cursisten Overige overheden Overige vorderingen Overlopende activa Af: voorzieningen wegens oninbaarheid

1.5.8.1 1.5.8.2 1.5.8.3

Vooruitbetaalde kosten Verstrekte voorschotten Overige overlopende activa

1.5.8

Overlopende activa

2.035.180 823.721 38.580 575.759 1.649.290 -338.969

2.651.864 1.275.876 69.934 436.590 1.327.140 -410.020

4.783.561

5.351.384

797.531 70.651 781.108

695.198 89.284 542.658

1.649.290

1.327.140

410.020 -159.084 88.033

573.643 -290.607 126.984

338.969

410.020

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: 1.5.9.1 1.5.9.2 1.5.9.3

Stand per 1 januari Onttrekking Dotatie

1.5.9

Stand per 31 december

Onder de post "deelnemers/cursisten" zijn de nog openstaande vorderingen per balansdatum op de ouders/leerlingen opgenomen. Het betreft vooral vorderingen die hun oorsprong vinden in het schooljaar 2011/2012.

Onder de post 1.5.7 overige vorderingen is opgenomen een latente vordering vennootschapsbelasting ad €362.295. (2010: €362.295) De voorziening wegens oninbaarheid heeft betrekking op de posten debiteuren, deelnemers/cursisten en overige overheden.

De dotatie aan de voorziening als percentage van de facturering in 2011 bedroeg 0,6% (in 2010: 0,9%)

1.7

Liquide middelen

1.7.1 1.7.2.1 1.7.2.2 1.7.4

Kasmiddelen (inclusief kruisposten) Tegoeden op bank- en girorekeningen Rekening-courant Ministerie van Financien Spaarrekeningen

35.109 1.347.752 8.263.046 54.009

33.263 3.092.211 733.930 53.082

9.699.916

3.912.486

Het saldo van de liquide middelen is vrij opvraagbaar.

In september 2010 is Weilantcollege overgegaan op geintegreerd middelenbeheer bij het Ministerie van Financien, (schatkistbankieren) De kredietfaciliteit bij het Ministerie bedraagt 10% van de Rijksbijdrage, met als voorwaarde dat er minimaal 1 dag in een jaar een poitief saldo op de rekening-courant positie bestaat.

Voor IPC bedraagt de kredietfacilitiet in rekening-courant met de huisbankier ING €1 miljoen.

Pagina 10

2

Passiva

2.1

Eigen vermogen Saldo

Resultaat

31-12-2010

2011

2.1.1

Algemene reserve

2.1.2

Bestemmingsreserve (publiek) Reserve ten behoeve van vestigingen Reserve innovatie onderwijs en organisatie Reserve m.b.t. BAPO

3.000.000 2.000.000 6.900.000

Bestemmingsreserve (privaat) Reserve deelneming IPC Groene Ruimte BV

12.881.615

2.1.3

2.1.5

2.1.9

50.516.498

Bestemmingsfonds (privaat) Bestemming uit liquidatie "Stichting Contractactiviteiten Groene Delta"

Overige mutaties 2011

-2.958.719

31-12-2011 47.560.159

3.000.000 2.000.000 6.900.000

-3.604.354

96.420

Minderheidsbelang derden

75.394.533

2.380

Saldo

-6.563.073

9.277.261

-2.380

94.040

12.533

12.533

12.533

68.843.993

Voor de toelichting op de samenstellende delen van, en mutaties in het eigen vermogen verwijzen wij u naar de toelichting behorende tot de enkelvoudige balans.

Het minderheidsbelang derden is ontstaan als gevolg van het in 2011 verworven belang van 51% van de aandelen van Aequtor Groen & Ruimte BV door IPC Groene Ruimte B.V. Het minderheidsbelang is bepaald op 49% van het eigen vermogen van Aequtor Groen & Ruimte B.V.

2.2

Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen kan als volgt worden weergegeven: Saldo 31-12-2010

2.2.1

Dotaties 2011

Onttrekking 2011

Saldo 31-12-2011

Voorzieningen personeel Voorziening reorganisatie Voorziening onderwijsjubileum

1.300.000 350.000

1.100.000 74.185

-232.092 -74.185

2.167.908 350.000

Totaal Voorzieningen

1.650.000

1.174.185

-306.277

2.517.908

In 2010 is bij Wellantcollege een voorziening reorganisatie getroffen als gevolg van de ingezette regionalisering.

In 2011 is bij IPC Groene Ruimte B.V. een voorziening reorganisatie getroffen ad â‚Ź1,1 miljoen.

De looptijd van deze voorziening is korter dan een jaar.

In het onderstaande overzicht zijn de voorzieningen verder gespecificeerd: 31-12-2011 Voorziening reorganisatie

Voorziening onderwijsjubileum

kortlopend langlopend Totaal

1.319.983 847.925

kortlopend langlopend Totaal

75.000 275.000

Langlopende schulden

2.3.3

Kredietinstellingen Rabobank Kromme Rijn Overige langlopende schulden Ministerie van Financien

2.3.5

Bedrag lening 31-12-2010

Aangegaan 2011

302.332

295.000 1.005.000 2.167.908

Voorzieningen personeel

2.3

31-12-2010

Aflossingen 2011

90.000 260.000 350.000

350.000

2.517.908

1.650.000

Aflossingen 2012

Bedrag lening 31-12-2011

-302.332

18.000.000

18.000.000 -302.332

Rente

5,45

18.000.000 302.332

1.300.000

0

3,43

18.000.000

Pagina 11

ad 2.3.3. Borgtocht ter hoogte van het schuldbedrag afgegeven door Stichting Waarborgfonds Bve. De lening is in het boekjaar geheel afgelost. ad 2.3.5. In 2010 is er een financieringsarrangement overeengekomen met het Ministerie van Financien voor een totaal bedrag van €27 miljoen. In het boekjaar is hierop €18 miljoen ontvangen, het restant volgt in 2012. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013.

Van bovengenoemde schuld heeft een bedrag ad €14.400.000 een resterende looptijd langer dan 5 jaar.

Er zijn hypothecaire zekerheden verstrekt. De rente bedraagt 3,43%, 30 jaar vast.

2.4

Kortlopende schulden

2.4.1 2.4.3 2.4.4 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10

Kredietinstellingen Crediteuren OCW/EU Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Schulden inzake spaarverlof en compensatieplan Overlopende passiva

31-12-2011

31-12-2010

0 5.959.278 390.541 3.422.902 1.063.584 510.263 16.607.972

418.612 4.147.945 855.492 3.504.644 1.046.651 766.378 15.813.415

27.954.540

26.553.137

2.4.7.1 2.4.7.2

Loonbelasting en sociale verzekeringen Omzetbelasting

3.397.419 25.483

3.417.243 87.401

2.4.7

Belastingen en premies sociale verzekeringen

3.422.902

3.504.644

2.4.10.1 2.4.10.2 2.4.10.3 2.4.10.5 2.4.10.8

Leerlingen/cursisten Vooruitontvangen subsidies OCW/EU geoormerkt Vooruitontvangen subsidies OCW/EU niet geoormerkt Vakantiegeld overige

870.600 5.830.626 3.187.306 2.911.027 3.808.413

749.674 4.772.446 2.857.743 2.800.915 4.632.637

2.4.10

Overlopende passiva

16.607.972

15.813.415

De schuld aan OCW/ELI (2.4.4) wordt nader gespecificeerd in de toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening onder 2.4 kortlopende schulden.

De schuld aan spaarverlof onder 2.4.9 "verplichtingen aan personeel inzake spaarverlof en compensatieplan" bedraagt €0,3 miljoen voor 31 medewerkers (2010: €0,4 miljoen voor 34 medewerkers) Onder "Leerlingen/cursisten" zijn de bedragen opgenomen die reeds gefactureerd zijn voor het schooljaar 2011/2012, maar die worden toegerekend aan het boekjaar 2012.

De toelichting op de post "vooruitontvangen subsidies OCW/EU geoormerkt" (2.4.10.2) is opgenomen onder de toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening.

Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Claims Er zijn geen claims ingediend tegen de Stichting Wellant en haar dochtermaatschappijen die niet in de balans zijn gewaardeerd.

Meerjarige financiële verplichtingen 31 december 2011 WellantIPC en colleqe Aequator Korter dan 1 jaar Langer dan 1 jaar

3 1 december 2010 WellantIPC college

468.000 79.000

310.000 126.000

488.000 339.000

152.000 35.000

547.000

436.000

827.000

187.000

Er zijn langlopende onvoorwaardelijke verplichtingen aangegaan ter zake van huur en operationele leasing.

Voor een tweetal huurverplichtingen zijn bankgaranties afgegeven voor een totaalbedrag van €24.646.

Pagina 12

3

Baten

3.1

Rijksbijdragen

2011

2010

3.1.1 3.1.2.1 3.1.2.2 3.1.2.3

Rijksbijdrage OCW en EU Geoormerkte subsidies OCW Niet geoormerkte subsidies OCW Geoormerkte subsididies EU

88.188.200 4.589.641 8.841.224 1.108.406

89.192.731 5.193.690 6.765.378 1.363.929

102.727.471

102.515.728

Totaal

De post 3.1.1. is opgebouwd uit de normatieve subsidies op basis van leerlingaantallen en gerealiseerde diploma's binnen Wellantcollege.

Tevens is hieronder verantwoord de normatieve rijksbijdrage m.b.t. IPC Groene Ruimte B.V. ad €291.667 (2010: €645.829) De geoormerkte subsidies onder 3.1.2.1 en 3.1.2.3 worden nader toegelicht onder de toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening, onder de kortlopende schulden .

3.2

Overige overheidsbijdragen

3.2.1 3.2.2

Gemeentelijke bijdragen Overige

337.599 605.530

259.142 678.168

Totaal

943.129

937.310

2011

2010

3.4

Baten werk in opdracht van derden

3.4.1 3.4.3

Contractonderwijs Overige baten werk in opdracht van derden

6.497.980 1.958.461

6.883.008

Totaal

8.456.441

6.883.008

2011

2010

de post 3.4.3 betreft de consolidatie van Aequator Groen 8i Ruimte B.V.

3.5

Overige baten

3.5.1 3.5.2 3.5.4 3.5.5 3.5.6

Verhuur Detachering personeel Sponsoring Deelnemerbijdragen Overige

393.879 584.893 161 2.322.762 1.576.052

396.277 502.499 2.368 2.778.528 1.610.833

Totaal

4.877.747

5.290.505

2011

2010

Belangrijk onderdeel van de overige baten is de post deelnemerbijdragen. Dit zijn ontvangsten van ouders/leerlingen voor producten/diensten die Wellantcollege aanbiedt. De facturering loopt gelijk met een schooljaar, in de jaarrekening 2011 wordt 7/12 van het schooljaar 2010/2011 en 5/12 van het schooljaar 2011/2012 verantwoord.

Onder post 3.5.6. zijn onder andere opgenomen de opbrengsten vanuit kantine activiteiten ad €264.000 (2010: €282.000) Tevens zijn onder deze post verantwoord opbrengsten uit projecten (niet zijnde EU, OCW of gemeentes) ad €664.000 (2010: €598.000)

Pagina 13

Lasten

4.1

Personeelslasten

4.1.1.1 4.1.1.2 4.1.1.3

Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies

4.1.1

Lonen en salarissen

4.1.2.1 4.1.2.2 4.1.2.3

Dotaties personele voorzieningen Personeel niet in loondienst Overige

4.1.2

Overige personele lasten

4.1.3

Af: Uitkeringen UWV

2011

2010

66.720.412 3.238.852 8.071.301

65.851.593 3.561.064 7.775.414 77.188.071

78.030.565 1.174.185 6.441.452 2.025.918

Totaal

1.395.233 6.882.589 2.128.096 9.641.555

10.405.918

-552.578

-406.837

87.119.542

87.187.152

Onder de post lonen en salarissen zijn tevens verantwoord de via Loyalis doorbelaste kosten inzake wachtgeld ad €691.000 (2010: €715.000) De post "overigen" bestaat voornamelijk uit de uitgaven in het kader van scholing, werving van personeel en personeelsactiviteiten.

Gedurende het boekjaar 2011 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar volledige mensjaren:

College van Bestuur (2010: Bestuursraad) Onderwijzend personeel Onderwijs ondersteunend personeel Wellantcollege IPC Groene Ruimte B.V. Aequator Groen & Ruimte B.V Geconsolideerd

4.2

Afschrijvingen

4.2.1 4.2.2

Immateriële vaste activa Materiële vaste activa

FTE

%

FTE

%

3 793 422

0,2% 65,1% 34,6%

4 800 419

0,3% 65,4% 34,3%

1.218

100,0%

1.223

100,0%

70 18

77

1.306

1.300

2011

2010

724.936 8.881.829

7.529.734

9.606.765

7.529.734

Onder de afschrijvingen op immateriële vaste activa is opgenomen een bijzondere waardevermindering van de geactiveerde goodwill m.b.t. de overname van Aequator Groen & Ruimte B.V. van €528.000.

Onder de afschrijvingen op materiële vaste activa is in 2011 een bedrag opgenomen ad €804.000 aan bijzondere waardeverminderingen van acöva.(2010: €132.000) De stijging van de afschrijvingskosten wordt tevens veroorzaakt door het ingebrulk nemen van investeringen in huisvesting in 2011 ad € 10 miljoen en in 2010 ad €5 miljoen.

4.3

Huisvestingslasten

4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4.3.6 4.3.7

Huur Verzekeringen Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Overige huisvestingslasten

570.047 234.192 516.309 2.077.889 1.989.284 624.963 1.421.079

426.187 241.924 531.467 2.510.736 1.997.909 557.055 888.489

Totaal

7.433.763

7.153.767

2011

2010

Onder 4.3.7 zijn verantwoord de exploitatiekosten volgend uit het huisvesöngs- en onderhoudsplan ad €829.000 (2010: €232.000). Het betreft voornamelijk uit het huisvestingsplan: huurkosten vervangende ruimte, sloopkosten en kosten van verhuizing. Uit het onderhoudsplan betreft het onderhoudskosten met een afschrijvingstermijn van 1 jaar.

De lagere energiekosten worden met name veroorzaakt door lagere gecontracteerde tarieven van elekrticiteit en aardgas ten opzichte van 2010 van 11%.

Pagina 14

2010

2011

4.4

Overige lasten

4.4.1

Administratie en beheerslasten

7.380.733

6.813.413

4.4.2

Inventaris, apparatuur en leermiddelen

8.515.823

7.522.176

4.4.4

Overige

3.268.380

3.469.588

19.164.936

17.805.177

Totaal

De stijging van de overige lasten wordt voor een bedrag van €772.000 veroorzaakt door de consolidatie van Aequator Groen & Ruimte B.V. Onder de administratie en beheerslasten worden o.a. verantwoord kosten telecommunicatie, kosten juridisch en fiscaal advies, drukwerkkosten, kosten kantoorartikelen, pr-kosten, contributies en abonementen en reis- en verblijfkosten.

Onder 4.4.2 zijn opgenomen kosten leermiddelen ad €6.487.000 (2010: €5.999.000) Onder 4.4.4. zijn opgenomen kosten ICT ad €1.961.000 (2010: €1.779.000) Onder 4.4.4 zijn voorts opgenomen de out- of pocketkosten van innovatieprojecten inzake het instellingsplan ad €.629.000)

(2010: €1.060.000)

Honoraria van de accountant De volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. zijn ten laste gebracht van de organisatie en haar geconsolideerde dochtervennootschappen, een en ander zoals bedoeld in artikel 2: 382a BW.

2011

2010

Onderzoek van de jaarrekening inclusief bekostigingsgegevens Andere controleopdrachten Adviesdiensten op fiscaal terrein Andere niet controlediensten

116.920 8.810 571 1.856

129.710 20.535 19.074 3.998

Totaal

128.157

173.317

2011

2010

5

Financiële baten en lasten

5.1 5.5

Rentebaten Rentelasten

147.600 -390.432

95.028 -67.699

Saldo financiële baten en lasten

-242.832

27.329

Belastingen

2011

Vennootschapsbelasting (bate) bij IPC Groene Ruimte B.V. Vennootschapsbelasting (bate) bij Aequator Groen 8i Ruimte B.V.

2010 327 327

215.468 215.468

In 2011 is over het verlies van IPC Groene Ruimte B.V. geen vennootschapsbelastingbate verantwoord.

Aandeel derden in het resultaat Aandeel derden in het resultaat van Aequator Groen 8i Ruimte B.V.

2011

2010 -350

Aangezien Aequator Groen &. Ruimte B.V. integraal is geconsolideerd en het belang in Aequator 5 1 % is, wordt 49% niet toegerekend aan het resultaat van Stichting Wellant.

Pagina 15

Enkelvoudige balans per 31 december 2011 (na bestemming van het resultaat over 2011) STICHTING WELLANT, Houten Statutair gevestigd te Houten Alle bedragen in euro's x 1000

1

Activa

31 december 2011

31 december 2010

Vaste activa 1.2

MateriĂŤle vaste activa

1.3

FinanciĂŤle vaste activa

96.725

88.067

9.278

12.883 106.003

Totaal vaste activa

100.950

Vlottende activa

21

25

Vorderingen

2.728

3.351

Liquide middelen

8.690

1.796

1.4

Voorraden

1.5

1.7

Totaal vlottende activa Totaal activa

2

Passiva

11.439

5.172

117.442

106.122

31 december 2011

31 december 2010

68.831

75.395

1.418

1.650

Langlopende schulden

22.000

5.302

Kortlopende schulden

25.193

23.775

117.442

106.122

2.1

Eigen vermogen

2.2

Voorzieningen

2.3 2.4

Totaal passiva

Pagina 16

Enkelvoudige staat van baten en lasten over 2011 STICHTING WELLANT, Houten Statutair gevestigd te Houten Alle bedragen in euro's x 1000

3 3.1 3.2 3.5

Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten

Realisatie 2011

Begroting 2011

Realisatie 2010

102.379 943 5.820

104.651 600 7.370

101.813 937 6.061

109.142

Totaal baten 4 4.1 4.2 4.3 4.4

Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten

Saldo baten en lasten FinanciĂŤle baten en lasten Resultaat 6

Belastingen

7

Resultaat deelneming

Resultaat na belastingen

79.832 8.207 6.886 16.820

112.621

81.493 7.403 7.310 17.931

108.811

81.688 7.020 6.713 16.501

111.745

114.137

111.922

-2.603

-1.516

-3.111

-356

-472

-49

-2.959

-1.988

-3.160

-3.604

-133

-646

-6.563

-2.121

-3.806

Pagina 17

Toelichting behorende tot de enkelvoudige jaarrekening over 2011 Alle bedragen in euro's

1

Activa Vaste activa

1.2

Materiële vaste activa 1.2.1 Gebouwen en terreinen

Stand per 1 januari 2 0 1 1 : Aanschafprijs Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde Mutaties in de boekwaarde: Investeringen Ingebruikname Afschrijvingen Saldo Stand per 3 1 december 2 0 1 1 : Aanschafprijs Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde

1.2.2 Inventaris en apparatuur

1.2.3 1.2.4 Andere vaste I n uitvoering bedrijfsen vooruitmiddelen betalingen

145.093.833

25.781.080

404.048

-69.075.873

-15.369.508

-327.007

76.017.960

10.411.572

77.041

3.803.537 10.014.111 -5.845.847

3.118.534

24.938

-2.603.777

-37.508

7.971.802

514.757

-12.570

157.278.540

28.540.092

385.312

-73.288.778

-17.613.763

-320.841

83.989.762

10.926.329

64.471

1.2.5 Investeringsubsidies

Totaal

-6.260.144

172.247.653

591.265

-84.181.123

7.228.836

-5.668.879

88.066.530

9.994.444 -10.014.111

-74.970 278.875

16.866.483 0 -8.208.257

-19.667

203.905

8.658.226

7.209.169

-6.335.114

187.077.998

870.140

-90.353.242

-5.464.974

96.724.756

7.228.836

7.209.169

De egalisatierekening investeringsubsidies is vanaf 1 januari 2008 als negatieve post geclassificeerd onder de materiële vaste activa.

De OZB-waarde van de gebouwen en terreinen is € 113.006.000 (peildatum 1 januari 2010)

1.3

Financiële vaste activa

Boekwaarde 1-1-2011

1.3.1

Groepsmaatschappij

1.3.2

Ande're deelneming

12.881.615

Investeringen 2011

Mutaties Desinvesteringen 2011

Resultaat 2011

-3.604.354

Boekwaarde 31-12-2011

9.277.261

1.165 12.882.780

1.165 -3.604.354

9.278.426

De post onder 1.3.1 betreft de 100% deelneming IPC Groene Ruimte B.V.

In april 2011 heeft de dochtervennootschap IPC Groene Ruimte B.V. een belang van 5 1 % genomen in Aequator Groen & Ruimte B.V. Op termijn zal dit belang worden uitgebreid tot 100%.

Het bedrag onder 1.3.2. bestaat uit een ledenkapitaal in Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A ad € 1.165. In 2011 hebben geen bijschrijvingen plaatsgevonden.

Pagina 18

Overzicht verbonden partijen Naam Juridische vorm Statutaire zetel Code activiteiten Eigen vermogen per 31 december 2011 Resultaat 2011 Art 2: 403 BW Deelname Consolidatie Omschrijving doelstelling Samenstelling bestuur en directie

Naam Juridische vorm Statutaire zetel Code activiteiten Eigen vermogen per 31 december 2011 Resultaat 2011 Art 2: 403 BW Deelname Consolidatie Omschrijving doelstelling Samenstelling bestuur en directie

IPC Groene Ruimte B.V. Besloten vennootschap Arnhem code 1: Contractonderwijs

€ 9.277.261 € -/- 3.604.354 Nee 100% 100% Ontwikkelen en verzorgen van (praktijktrainingen, opleidingen en adviesdienstverlening ten behoeve van de onderwijssector, drs. H.W.M. Jansen, namens de Stichting Wellant R.J. Manb'ngh

Aequator Groen & Ruimte B.V. Besloten vennootschap Dronten code 4: Overige € 25.577 €715 Nee 5 1 % (door middel van participatie door IPC Groene Ruimte B.V.) 100% Beleidsuitvoering en advies in de groene ruimte R.J. Mantingh

Vlottende activa 1.4

Voorraden

1.4.1

Gebruiksgoederen

31-12-2011

20.864

31-12-2010

25.064

Het bedrag onder 1.4.1 bestaat uit PR-artikelen die centraal worden ingekocht en opgeslagen. Vestigingen kunnen naar behoefte PR- artikelen bestellen bij het Servicecentrum.

1.5

Vorderingen 1

Debiteuren

.3

Vordering op groepsmaatschappij

,5

Deelnemers/cursisten

.6

Overige overheden

38.580

69.934

8

Overlopende activa

1.289.854

1.013.461

-292.703

-380.124

2.728.795

3.351.794 591.531

Af: voorzieningen wegens oninbaarheid

869.343

1.263.757

823.721

108.890 1.275.876

1.5.8.1

Vooruitbetaalde kosten

580.349

1.5.8.2

Verstrekte voorschotten

69.896

89.284

1.5.8.3

Overige overlopende activa

639.609

332.646

I.5.S

Overlopende activa

1.289.854

1.013.461

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: 1.5.9.1

Stand per 1 januari

380.124

531.880

1.5.9.2

Onttrekking

145.454

-248.844

1.5.9.3

Dotatie

58.033

97.088

1.5.9

Stand per 31 december

292.703

380.124

De vordering op groepsmaatschappij (1.5.3) betreft de rekening-courant positie met deelneming IPC Groene Ruimte B.V. Onder de post "deelnemers/cursisten" zijn de nog openstaande vorderingen per balansdatum op de ouders/leerlingen opgenomen. Het betreft vooral vorderingen die hun oorsprong vinden in het schooljaar 2011/2012.

De voorziening wegens oninbaarheid heeft betrekking op de posten debiteuren, deelnemers/cursisten en overige overheden.

De dotatie aan de voorziening als percentage van de facturering in 2011 bedroeg 0,7% (in 2010:1,2%)

Pagina 19

1.7

Liquide middelen

1.7.1 1.7.2.1 1.7.2.2 1.7.4

Kasmiddelen (inclusief kruisposten) Tegoeden op bank- en girorekeningen Rekening-courant Ministerie van Financien Spaarrekeningen

31-12-2011

31-12-2010

27.904 344.715 8.263.046 54.009

28.584 980.659 733.930 53.082

8.689.674

1.796.255

Het saldo van de liquide middelen is vrij opvraagbaar.

In september 2010 is Wellantcollege overgegaan op geïntegreerd middelenbeheer bij het Ministerie van Financien, (schatkistbankieren) De kredietfaciliteit bij het Ministerie bedraagt 10% van de Rijksbijdrage, met als voorwaarde dat er minimaal 1 dag in een jaar een poitief saldo op de rekening-courant positie bestaat.

2

Passiva

2.1

Eigen vermogen Saldo

Resultaat

31-12-2010

2011

50.516.498

2.1.1

Algemene reserve

2.1.2

Bestemmingsreserve (publiek) Reserve ten behoeve van vestigingen Reserve innovatie onderwijs en organisatie Reserve m.b.t. BAPO

3.000.000 2.000.000 6.900.000

Bestemmingsreserve (privaat) Reserve deelneming IPC Groene Ruimte BV

12.881.615

2.1.3

2.1.5

Bestemmingsfonds (privaat) Bestemming uit liquidatie "Stichting Contractactiviteiten Groene Delta"

Overige mutaties 2011

-2.958.719

31-12-2011 47.560.159 3.000.000 2.000.000 6.900.000

-3.604.354

96.420 75.394.533

2.380

Saldo

9.277.261

-2.380

-6.563.073

94.040

68.831.460

De voorziening BAPO is per 1 januari 2010 als gevolg van een stelselwijziging vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen. Wellantcollege heeft ervoor gekozen om deze reserve binnen het eigen vermogen op te nemen als publieke bestemmingsreserve. De Minister van OCW heeft besloten om de verwerking van de BAPO lasten op te laten nemen in de periodekosten, waarbij jaariijks de lasten als "out of pocket" kosten worden geboekt binnen het bestek van de reguliere bedrijfsvoering.

Onder voorwaarden kan het personeel vanaf de leeftijdsgrens van 54 jaar gebruik maken van de regeling Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen (BAPO). Voor personeel vanaf de leeftijd van 49 jaar (het moment dat een BAPO verplichting mogelijk wordt) is een reserve gevormd. Hierbij is in de periode tussen 49 en 54 jaar sprake van opbouw van de reserve vanwege de zogeheten referte-eis van 5 jaren. Bij het bereiken van de leeftijd van 54 jaar is de omvang van de voorziening zodanig dat aan de BAPO verplichtingen vanaf dat moment tot aan 58 jaar kan worden voldaan. Bij medewerkers tussen de 54 en 58 jaar wordt de reserve opgebouwd die gebruikt wordt voor de BAPO-verplichtingen vanaf 58 jaar. Bij de bepaling van de reserve is rekening gehouden met eigen ervaringscijfers en nonnen (kansen dat personeel gebruik gaan maken van de regeling en de blijf- en sterftekans).

Onder voorwaarden kan het personeel vanaf de leeftijdsgrens van 54 jaar gebruik maken van de regeling De reserve Is opgenomen tegen de contante waarde, waarbij een disconteringsvoet van 3,8% is gehanteerd.

Het bestuur van de geliquideerde Stichting Contractactiviteiten Groene Delta heeft bepaald dat het eigen vermogen van de Stichting, bestaande uit een vordering ad € 149.140 op de Stichting Wellant, in zijn geheel uitte keren aan de Stichting Wellant, onder de last dit aan te wenden ten behoeve van de verdere ontwikkeling van de door de Stichting Wellant uit te voeren activiteiten op het gebied van cursussen en trainingen.

In het verslagjaar is €2.380 (2010: €15.682) besteed aan activiteiten op dit gebied.

Het enkelvoudige resultaat over 2011 ad €-/-2.958.719 is onttrokken aan de algemene reserves.

Het resultaat over 2011 van IPC Groene Ruimte B.V. ad €-/- 3.604.354 is onttrokken aan de private bestemmingsreserve.

Pagina 20

2.2

Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen kan als volgt worden weergegeven:

Saldo 31-12-2010 2.2.1

Dotaties 2011

Saldo 31-12-2011

Onttrekking 2011

Voorzieningen personeel Voorziening reorganisatie Voorziening onderwijsjubileum

1.300.000 350.000

74.185

-232.092 -74.185

1.067.908 350.000

Totaal Voorzieningen

1.650.000

74.185

-306.277

1.417.908

In 2010 is een voorziening reorganisatie getroffen als gevolg van de Ingezette regionalisering.

In het onderstaande overzicht zijn de voorzieningen verder gespecificeerd: 31-12-2011 Voorziening reorganisatie

Voorziening onderwijsjubileum

kortlopend langlopend Totaal

219.983 847.925

kortlopend langlopend Totaal

75.000 275.000

2.3.1 2.3.3 2.3.5

Langlopende schulden

Schuld aan groepsmaatschappij IPC Groene Ruimte B.V. Kredietinstellingen Rabobank Kromme Rijn Overige langlopende schulden Ministerie van Financien

295.000 1.005.000 1.300.000

1.067.908

Voorzieningen personeel

2.3

31-12-2010

90.000 260.000 350.000

350.000

1.417.908

1.650.000

Bedrag lening

Aangegaan

Aflossingen

Aflossingen

Bedrag lening

31-12-2010

2011

2011

2012

31-12-2011

Rente

5.000.000

-1.000.000

4.000.000

302.332

-302.332

0

5,45

18.000.000

3,43

18.000.000 5.302.332

18.000.000

-1.302.332

variabel

22.000.000

ad 2.3.1. Op 1 oktober 2010 is door IPC Groene Ruimte B.V. een lening verstrekt aan Stichting Wellant van €5 miljoen.

Er zijn geen zekerheden verstrekt. Het rentepercentage wordt jaariijks bepaald door het 12 maand Euribor tarief, verhoogd met een opslag van 20 basispunten.

Er mag onbeperkt worden afgelost, dan wel aflossing worden opgeëist, mits drie maanden van te voren schriftelijk aangekondigd. ad 2.3.3. Borgtocht ter hoogte van het schuldbedrag afgegeven door Stichting Waarborgfonds Bve. De lening is in het boekjaar geheel afgelost. ad 2.3.5. In 2010 Is er een financieringsarrangement overeengekomen met het Ministerie van Financien voor een totaal bedrag van €27 miljoen. In het boekjaar is hierop €18 miljoen ontvangen, het restant volgt in 2012. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013.

Van bovengenoemde schuld heeft een bedrag ad €14.400.000 een resterende looptijd langer dan 5 jaar.

Er zijn hypothecaire zekerheden verstrekt. De rente bedraagt 3,43%, 30 jaar vast.

Pagina 21

2.4

Kortlopende schulden

2.4.1 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10

Kredietinstellingen Crediteuren OCW/ELI Schuld aan groepsmaatschappij Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensioenen Schulden inzake spaarverlof en compensatieplan Overlopende passiva

31-12-2011

31-12-2010

0

418.612 3.758.043 855.492

5.244.491 390.541 77.720 3.088.453 994.244 510.263 14.887.442

3.198.097 989.188 564.527 13.991.608

25.193.154

23.775.567

0

2.4.7.1 2.4.7.2

Loonbelasting en sociale verzekeringen Omzetbelasting

3.142.043 -53.590

3.155.125 42.972

2.4.7

Belastingen en premies sociale verzekeringen

3.088.453

3.198.097

870.600 5.830.626 3.187.306 2.614.612 2.384.298

749.674 4.772.446 2.857.743 2.584.067 3.027.678

14.887.442

13.991.608

2.4.10.1 Leerlingen/cursisten 2.4.10.2 Vooruitontvangen subsidies OCW/ELI geoormerkt 2.4.10.3 Vooruitontvangen subsidies OCW/ELI niet geoormerkt 2.4.10.5 Vakantiegeld

2.4.10.8 Overige 2.4.10

Overlopende passiva

De schuld aan OCW/ELI (2.4.4) wordt hieronder nader gespecificeerd :

31-12-2011 Niet bestede FES middelen 2006, 2007 en 2008 Subsidie Zij-instromers Schoolmaatschappelijk werk MBO 2009 Conjuncturele effecten Schoolmaatschappelijk werk MBO 2010

Beleidsagenda groene lerarenbeleid 2006-2008 Groene Impuls 2008 SaK Groene impuls 2008 professionalisering Licence to produce Groene impuls 2009 professionalisering Programma internationalisering Plantgezondheid

OCW OCW OCW OCW OCW OCW EU EU EU EU EU EU EU ELI

31-12-2010

75.000 129.793

-

126.527 331.320

321.951 75.000 129.793 189.301

-

716.045

142.830 85.561 -88.944 1.197 98.156 -128.829 -50.750 59.221

142.830 85.561 -88.944

139.447

390.541

855.492

-

De schuld aan groepsmaatschappij (2.4.5) betreft de rekening-courant positie met deelneming IPC Groene Ruimte B.V. De schuld aan spaarverlof onder 2.4.9 "verplichtingen aan personeel inzake spaarverlof en compensatlepian" bedraagt â‚Ź0,3 miljoen voor 31 medewerkers (2010: â‚Ź0,4 miljoen voor 34 medewerkers) Onder "Leerlingen/cursisten" zijn de bedragen opgenomen die reeds gefactureerd zijn voor het schooljaar 2011/2012, maar die worden toegerekend aan het boekjaar 2012.

De toelichting op de post "vooruitontvangen subsidies OCW/EU geoormerkt" (2.4.10.2) volgt op de volgende pagina.

Pagina 22

Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW en ELI (Model G)

ProjectOmschrijving G l : subsidies zonder verrekeningsclausule leerlinggebondenfinancieringMBO 06/07 leerlinggebonden financiering MBO 07/08 leerlinggebondenfinancieringMBO 09/10 Prakdjkleren box 1 2010 Praktijkleren groene impuls 2010 Kennisverspreiding Praktijkleren groene impuls 2010 professionalisering Praktijkleren groene impuls 2010 internationalisering leerlinggebondenfinancieringMBO 10/11 Aanv. vergoedingregelingvoor mobiliteitsregistratie Praktijkleren box 1 2011 Praktijkleren groene plus 2011 kennisverspreiding Praktijkleren groene plus 2011 Professionalisering Praktijkleren groene plus 2011 internationalisering Praktijkleren box 2 2011 leerlinggebondenfinancieringMBO 11/12 MBO opleidingen in een grootstedelijke context OCW, Kwaliteit VO 2010 Passend Onderwijs Kwaliteit VO 2011 Passend Onderwijs 2011 Rebound * Zorgbudget *

G2-A subsidies met verrekeningsclausule aflopend per ultimo 2011 Schoolmaatschappelijk werk MBO 2010 (2) Aanvraag energiezuinigheid/binnenmilieu vnr. 33 (1) Licence to produce (3) Groene impuls 2009 sak Groene impuls 2009 professionalisering (3) Groene impuls 2009 internationalisering Lerarenbeurs 2010/2011 Verlorsubsidie 2010 Verlofsubsidie 2010 Lerarenbeurs

G2-B subsidies met verrekeningsclausule doorlopend per ultimo 2011 Stagebox 2009 Innovatiebox 2009 Aanvullende bekostiging Taal en Rekenen 2010 Stagebox 2010 Innovatiebox 2010 Doorontwikkeling praktijkonderwijs 2011 Aanvullende bekostiging Taal en Rekenen 2011 Schoolmaatsch. werk 2011 Stagebox 2011 Innovatiebox 2011 Doorontwikkeling PRO 2012 LNV, praktijkleren box 3 Locatiespecifieke subsidie Culturele diversiteit Programma internationalisering (3) Plantgezondheid (3) KIGO 2011 KIGO 2011 Groene Pius box 4: KKIG 2011-2012 Studieverlof BVE 2011

Beschikking

OCW BVH/BVE-06/212702 M OCW BVH-07/130639M OCW BEK-09/91734 OCW BEK-2009/129246 M OCW BEK-2010/74333 M OCW BEK-2010/74333 M OCW BEK-2010/74333 M OCW BEK-10/56085 M OCW BEK-2010/96895 M OCW BEK-2010/82044 M OCW BEK-2010/82044 M OCW BEK-2010/82044 M OCW BEK-2010/82044 M OCW BEK-2010/82044 M OCW BEK-11/37020 M EU TRCDK/DH/06/3044 OCW 261701-1 OCW 280789-2 OCW 361179-1 OCW 372547-1 OCW 357284-1 OCW 357210-1

29-11-06 24-09-07 23-10-09 06-11-09 23-09-10 23-09-10 23-09-10 01-10-10 15-10-10 21-10-10 21-10-10 21-10-10 21-10-10 21-10-10 12-08-11 01-12-06 19-05-10 20-08-10 20-05-11 22-08-11 15-04-11 15-04-11

OCW BEK-2010/1721 M 25-01-10 OCW BEK-09/127702U 28-01-10 EU KIGO/2009/03-075 15-06-09 EU TRCDKI/2009/2359 01-12-09 EU TRCDKI/2009/2359 01-12-09 EU TRCDKI/2009/2359 01-12-09 OCW BEK/BPR-2010/50705 M 13-07-10 OCW 275896-1 20-07-10 OCW BEK/BPR-2010/73336 16-09-10 OCW BEK-2010/75202 M 21-09-10

OCW BEK-2009/18468 M OCW BEK-09/69523 OCW BEK-2009/133305 M OCW BEK-2010/13488M OCW BEK-2010/4823 M OCW 287810-1 OCW BEK-2010/90542 M OCW BEK-2010/99057 M OCW BEK-2011/12891M OCW BEK-2011/2915 OCW 393332-1 EU PRKLR/2009/03 EU TRCDKI/2009/2465 EU KIGO/2008/15-050 EU KIGO/2010/03-029 EU KIGO/2011/15-007 EU KIGO/2011/15-008 EU 4980006415379 OCW 378705-1

Totaal Naar 1.2 Investeringen onder materiele vaste activa (ad 1] Naar 2.4.4 Schuld aan Ministerie (ad 2) Naar 2.4.4 Schuld aan Ministerie (ad 3)

Datum

16-03-09 29-07-09 23-11-09 03-03-10 25-06-10 22-11-10 24-11-10 20-01-11 18-03-11 10-05-11 21-11-11 01-07-09 03-12-09 17-07-08 08-06-10 19-05-11 19-05-11 01-06-11 20-09-11

Toegewezen bedrag 2006-2011 73.809 158.687 119.284 1.522.666 376.293 90.310 67.733 143.837 78.285 1.451.499 358.749 86.100 64.575 618.998 174.593 201.879 525.964 58.410 448.405 58.660 139.175 339.706 7.157.616

160.961 75.970 71.634 385.068 131.916 69.312 39.252 17.416 26.013 19.743 997.286

Saldo 31-12-2010

Ontvangen 2011

Besteding expl 2011

8.716 22.335

--36

--36

5.895

507.498 110.397

-

507.498 357.669 90.310 67.733 87.431 29.183

90.964 520.697 -34.060

1.748.476 160.961 74.970 -12.567 363.927 98.156 16.182 22.897 17.416

-

16.362 758.304

311.357 421.237 254.158 336.182 1.035.604 22.300

3.336 1.451.499 358.749 86.100 64.575 618.998 174.593

34.060

-

21.507 93.326 32.519 641.358

618.998 68.636 90.964 520.697

-

448.405 24.442 58.660 139.175 139.175 339.706 339.706 3.749.496 3.243.405

28.653

34.435

-5.923

363.927

-

22.730

370.836

14.889 -

Overige Mutaties 2011

0

126.527 74.970 1.197

-

98.156

115.958 421.237 193.937

94.001

-128.829

99.721

-50.750

428.723

195.399 0 60.221 336.182 489.641 0 370.836 156.114 333.102 1.029.494 23.000 400.000 206 0 0 60.000 42.650 3.277 75.937 3.576.060 5.830.626

405.000 158.579

2.231.607

60.000 42.650 432.000 128.556 3.139.330

52.619 1.974.457

-179.579

15.896.556

4.738.388

6.911.556

5.698.047

121.270

-

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

300.850

-404.794 -193.408 48.971

156.114 333.102 1.029.494 23.000

8.716 22.335 0 0 247.272 90.310 46.226 0 0 810.141 358.749 86.100 64.575 0 105.957 0 0 0 448.405 -34.218 0 0 2.254.567

16.182 22.897 17.416 -5.923 16.362 480.185

357.206 1.062.559 394.516 336.182 1.035.604 22.300 370.836 156.114 333.102 1.029.494 23.000 500.000 675.000 396.447 174.114 106.625 100.000 540.000 128.556 7.741.654

400.000

Saldo 31-12-2011

-

545.962 22.300

OCW EU

74.970 126.527 -80.226 121.270

Ad (*): Dit betreft subadies ten behoeve van het "Samenwerkingsverband VO/SVO Woerden-Montfbort", waarvan Wellantcoliege kassierschool is.

Het totale subsidiebedrag is opgenomen indejaarrekening van Wellantcoliege, zowel onder 3.1.2 als in de exploitatielasten, omdat dit bedrag is doorgestort naar het samenwerkingsverband. De verantwoording van de subsidies vindt plaats in de jaarrekening 2011 van het samenwerkingsverband.

De bedragen in de kolom "Saldo 31-12-2011" zijn gebaseerd op het kasstelsel. Een minbedrag in deze koiom betekent dat er meer besteed is aan de betreffend* subsidie dan dat erop is ontvangen. Een piusbedrag betekent dat er meer ontvangen is dan dat er besteed is op de betreffende subsidie.

Subsidies worden in tranches uitbetaald, en kunnen derhalve nog niet geheel ontvangen zijn.

Pagina 23

3

Baten

3.1

Rijksbijdragen

2011

2010

3.1.1 3.1.2.1 3.1.2.2 3.1.2.3

Rijksbijdrage OCW en EU Geoormerkte subsidies OCW Niet geoormerkte subsidies OCW Geoormerkte subsididies EU

87.839.387 4.589.641 8.841.224 1.108.406

88.489.756 5.193.690 6.765.378 1.363.929

102.378.658

101.812.753

Totaal

De post 3.1.1. is opgebouwd uit de normatieve subsidies op basis van leerlingaantallen en gerealiseerde diploma's binnen Wellantcollege.

De geoormerkte subsidies onder 3.1.2.1 en 3.1.2.3 worden nader toegelicht onder de kortlopende schulden .

2011

2010

3.2

Overige overheidsbijdragen

3.2.1 3.2.2

Gemeentelijke bijdragen Overige

337.599 605.530

259.142 678.168

Totaal

943.129

937.310

3.5

Overige baten

3.5.1 3.5.2 3.5.4 3.5.5 3.5.6

Verhuur Detachering personeel Sponsoring Deelnemerbijdragen Overige

393.879 1.558.447 161 2.322.762 1.544.599

396.417 1.121.503 2.368 2.778.528 1.762.170

Totaal

5.819.848

6.060.986

2011

2010

Belangrijk onderdeel van de overige baten is de post deelnemerbijdragen. Dit zijn ontvangsten van ouders/leerlingen voor producten/diensten die Wellantcollege aanbiedt. De facturering loopt gelijk met een schooljaar, in de jaarrekening 2011 wordt 7/12 van het schooljaar 2010/2011 en 5/12 van het schooljaar 2011/2012 verantwoord.

Onder post 3.5.6. zijn onder andere opgenomen de opbrengsten vanuit kantine activiteiten ad €204.000 (2010: €222.000) Tevens zijn onder deze post verantwoord opbrengsten uit projecten (niet zijnde ELI, OCW of gemeentes) ad €664.000 (2010: €598.000)

Pagina 24

Lasten

4.1

Personeelslasten

4.1.1.1 Brutolonen en salarissen 4.1.1.2 Sociale lasten 4.1.1.3 Pensioenpremies 4.1.1

4.1.2

Overige personele lasten

4.1.3

Af: Uitkeringen UWV

62.026.455 3.071.059 7.305.262

62.602.350 2.647.842 7.548.834

Lonen en salarissen

4.1.2.1 Dotaties personele voorzieningen 4.1.2.2 Personeel niet in loondienst 4.1.2.3 Overige

2010

2011

72.799.026 1.395.233 6.293.491 2.003.188

74.185 5.713.916 1.786.444

Totaal

72.402.776

7.574.545

9.691.912

-541.773

^K)6.837

79.831.798

81.687.851

Onder de post lonen en salarissen zijn tevens verantwoord de via Loyalis doorbelaste kosten inzake wachtgeld ad €691.000 (2010: €715.000) De post "overigen" bestaat voornamelijk uit de uitgaven in het kader van scholing, werving van personeel en personeelsactiviteiten.

Gedurende het boekjaar 2011 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar volledige mensjaren:

College van Bestuur (2010: Bestuursraad) Onderwijzend personeel Onderwijs ondersteunend personeel

4.2

Afschrijvingen

4.2.2

Materiële vaste activa

2011

2(110

%

FTE

3 793 422

0,2% 65,1% 34,6%

4 800 419

0,3% 65,4% 34,3%

1.218

100,0%

1.223

100,0%

2011

2010

FTE

8.207.042

%

7.019.877

Onder deze post is in 2011 een bedrag opgenomen ad €804.000 aan bijzondere waardeverminderingen van activa.

De stijging van de afschrijvingskosten wordt tevens veroorzaakt door het ingebruik nemen van investeringen in huisvesting in 2011 ad € 10 miljoen en in 2010 ad €5 miljoen.

4.3

Huisvestingslasten

2011

4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4*3. @ 4.3.7

Huur Verzekeringen Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Overige huisvestingslasten

492.559 204.059 431.536 1.882.479 1.921.614 545.482 1.407.735

417.071 211.791 483.691 2.328.488 1.948.743 454.509 868.991

Totaal

6.885.464

6.713.284

2010

Onder 4.3.7 zijn verantwoord de exploitatiekosten volgend uit het huisvestings- en onderhoudsplan ad €829.000 (2010: €232.000). Het betreft voornamelijk uit het huisvestingsplan: huurkosten vervangende ruimte, sloopkosten en kosten van verhuizing. Uit het onderhoudsplan betreft het onderhoudskosten met een afschrijvingstermijn van 1 jaar.

De lagere energiekosten worden met name veroorzaakt door lagere gecontracteerde tarieven van elekrticiteit en aardgas ten opzichte van 2010 van 11%.

Pagina 25

4.4

Overige lasten

4.4.1

Administratie en beheerslasten

6.781.108

6.620.145

4.4.2

Inventaris, apparatuur en leermiddelen

7.061.488

6.646.273

4.4.4

Overige

2.977.083

3.234.305

16.819.679

16.500.723

Totaal

2011

2010

Onder de administratie en beheerslasten worden o.a. verantwoord kosten telecommunicatie, kosten juridisch en fiscaal advies, drukwerkkosten, kosten kantoorartikelen, pr-kosten, contributies en abonementen en reis- en verblijfkosten.

Onder 4.4.2 zijn opgenomen kosten leermiddelen ad €5.970.000 (2010: €5.656.000) Onder 4.4.4. zijn opgenomen kosten ICT ad €1.834.000 (2010: €1.689.000) Onder 4.4.4 zijn voorts opgenomen de out- of pocketkosten van innovatieprojecten inzake het instellingsplan ad €629.000) (2010: €1.060.000)

Financiële baten en lasten 5.1 5.5

7

2011

2010

Rentebaten Rentelasten

110.859 -467.230

38.682 -88.074

Saldo financiële baten en lasten

-356.371

-49.392

Resultaat deelneming

2011

Resultaat IPC groene Ruimte B.V.

-3.604.354

2010 -646.404

Pagina 26

Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders 2011

College van Bestuur dr. LD. Verburgh, voorzitter Periodiek betaalde beloningen (induslef fiscale bijtelling privé gebruik lease auto) Beloningen betaalbaar op termijn P. van der Poel, Ik) Periodiek betaalde beloningen Beloningen betaalbaar op termijn drs. HWM Jansen, lid Periodiek betaalde beloningen Beloningen betaafcaar op termijn Totaal College van Bestuur

begroting 2011

2010

160314 22.451 182.765

162.413 21.749 184.162

126.458 18.395 144.853

0

135.282 19.462 154.744

0

482.362

485.000

184.162

In 2010 bestond de Bestuursraad uit 1 statutak- lid, tevens enig lid CoHege van Bestuur, en drie nlet-statutaire leden. De totale bezoldigingskosten van de Bestuursraad in 2010 bedroegen €623.878.

Per 1 januari 2011 is de Bestuursraad teruggebracht tot drie statutaire, tevens College van Bestuur, leden.

Raad van Taedchï

2011

-a-jaaa

62.604

2018 15.000 7.934 7.934 7.934 7.934 7.934 7.934

15.000 7.934 7.934 7.934 7.934 7.934 7.934

prof. dr. MJ.M. Vermeulen, voorzitter ir. J. van Gelder mr. K.D. Baron van Hogendorp prof.ir.dts. WJ. Vrakfdng drs. M.F. van den Bergh 3. van der Veen drs. JA. van Wijngaarden Totaal Raad van Toezldtt

begroting 2011

63.000

62.604

De Raad van Toezicht heeft besloten om de vergoeding vanaf het boekjaar 2012 aan te passen, waardoor deze meer in I ikomt met de sectorbrede honoreringsregeling.

De vergoedingen worden als volgt: voorzitter €13.000, vlce-voorzitter €9.934, en leden €7.934

Wet Openbaarmaking uit Publieks iniddeSan geftanderde Topinkomens (WOPT) Voor het verslagjaar 2011 is het grensbedrag door het Ministerie van BZK vastgesteld op €193.000.

Organisaties die medewerkers in dienst hebben die meer dan dit normbedrag ontvangen, dienen dit volgens deze wet te publiceren.

Stichting WeJIant heeft in het verslagjaar geen medewerkers in dienst die een beloning hebben ontvangen hoger dan het normbedrag.

uur van Stichting Wellant te Houten, en> waarnemend \

P. van der Poel, lid

ir. J. van Gelder mr. K.D. Baron van Hogendorp prof.ir.drs. WJ. VrakWng drs. M.F, van den Bergh J. van der Veen drs. XA, van Wijngaarden

Pagina 27

Overige gegevens CONTROLEVERKLARING BD DE JAARREKENING 2011

De controleverklaring is opgenomen op de volgende twee pagina's.

Pagina 28

Controieverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het College van Bestuur en de Raad van Toezicht van Stichting Wellant Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2011 van Stichting Wellant te Houten gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2011 en de staat van baten en lasten over 2011 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiĂŤle verslaggeving en andere toelichtingen.

Verantwoordelijkheid van hef bevoegd gezag Het bevoegd gezag van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bevoegd gezag is tevens verantwoordelijk voor de financiĂŤle rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het bevoegd gezag is tenslotte verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 2.5.3 vierde lid van de Wet educatie en beroepsonderwijs Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijscomtroleprotocol OCW/EL&I 2011. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in het kader van definanciĂŤlerechtmatigheid voor de naleving van die

KPMG Accountants N.V., ingeschreven bij het handelsregister In Nederland ondsr nummer 332636B3, Is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en & van het KPMG-nstwerk van zelfstandigs ondernemingen dia verbonden zijn aan KPMG International Cooperative ('KPMG International*), aen Zwitserse entiteit

relevante wet- en regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de entiteit. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiĂŤle verslaggeving en de gebruiktefinanciĂŤlerechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het bevoegd gezag van de entiteit gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.

Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Wellant per31 december 2011 en van het resultaat over 2011 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.

Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2011 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen van financiĂŤle rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1.

Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2011.

Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:393 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amstelveen, 26 juni 2012 KPMG Accountants N.V.

S.HaringaRA

BESTEMMING VAN HET RESULTAAT NA BELASTINGEN Het voorstel tot verwerking van het resultaat na belastingen over 2011 ad €-/-6.563.073 is als volgt: onttrekking aan de private bestemmingsreserve deelneming IPC groene Ruimte B.V. onttrekking aan de algemene reserves

€ 3.604.354€ 2.958.719€ 6.563.073-

Pagina 31

Bijlage 1 Ă?NSTEU.INGSGEGEVENS

Statutaire naam:

Stichting Wellant

Statutaire zetel:

Houten

Bestuursnummer:

41100

Bezoekadres:

Randhoeve 2 3992 XH Houten

Postadres:

Postbus 177 3990 DD Houten

Telefoon: Fax:

030-6345100 030-6345151

E-mail:

info@Wellant.nl

Oprichtingsdatum:

1 januari 1999

RvT

Instelling:

Leden op 31 december 2011: prof. dr. MJM Vermeulen, voorzitter ir. J. van Gelder mr. K.D. Baron van Hogendorp prof.ir.drs. W.J. Vrakking drs. M.F. van den Bergh J. van der Veen drs. J.A. van Wijngaarden

Wellantcollege

Totaal aantal leerlingen per 1 oktober 2011:

CvB

brinnummer:

dr. L D . Verburgh, voorzitter drs. H.W.M. Jansen P. van der Poel

BVE

01OE

12.353

Pagina 32

Bijlage 1 Notitie Helderheid Met betrekking tot de in de notitie helderheid genoemde punten kunnen voor Wellantcollege de volgende punten worden genoemd: ■ Er is geen rijksbijdrage gemoeid met investeringen in private activiteiten; o I n het jaar 2006 is er, met toestemming van het ministerie, een regionaal arrangement afgesloten tussen Wellantcollege en het Fioretti college te Lisse. Vanaf schooljaar 2006/2007 volgen leerlingen, in de bovenbouw van het VMBO, groen onderwijs op een locatie van het Fioretti college. Voor het schooljaar 2011/2012 betreft het 22 leerlingen (schooljaar 2010/2011: 32 leerlingen). De leerlingen zijn ingeschreven bij het Wellantcollege, dat volledig verantwoordelijk is voor het onderwijs. Er zijn afspraken gemaakt over de verrekening van de bekostiging; ■ I n het jaar 2010 is een afspraak gemaakt tussen Wellantcollege en Roe Leiden over de gezamenlijke opleiding Beroeps Begeleidende Leerweg "Handel en Logistiek". Afhankelijk van de opleiding worden de deelnemers ingeschreven bij één van de onderwijsinstellingen. Er zijn afspraken gemaakt over de verrekening van de bekostiging, Voor het schooljaar 2011/2012 betreft het 107 deelnemers, allen ingeschreven bij het Wellantcollege. (schooljaar 2010/2011: 88 leerlingen, waarvan 70 ingeschreven bij Wellantcollege); H Het aantal ingeschreven deelnemers BOL/BBL per 1 oktober 2011 bedraagt respectievelijk 2.340 en 1.933.

Per tweede teldatum op 1 februari 2012 waren dit er 2.299 voor BOL en 2.011 voor BBL. In de tussenliggende periode hebben 151 BOL deelnemers en 172 BBL deelnemers de instelling verlaten, terwijl 110 BOL deelnemers en 250 BBL deelnemers zijn ingestroomd; H Wellantcollege heeft geen BOL- en BBL-leerlingen ingeschreven staan bij twee of meer opleidingen ten behoeve van het ontvangen van dubbele input bekostiging; « Wellantcollege heeft geen BOL- en BBL-leerlingen die ten behoeve van een dubbele output bekostiging twee of meer diploma's hebben ontvangen; ■ Wellantcollege heeft in 2011 voor een aantal bedrijven maatwerktrajecten verzorgd. Het gaat hierbij om: 2010 t/m 2011 Percuris (12 deelnemer niv. 1) start februari 2010 t/m februari 2011 Irado (8 deelnemers niv. 1) start februari 2010 t/m april 2012, Eemfors (13 deelnemers niv. 1) start maart 2010 t/m maart 2011 Haeghe Groep (14 deelnemers niv. 1 AKA) start sept. 2010 t/m juni 2012 Haeghe Groep (15 deelnemers niv. 1) start sept. 2010 t/m juni 2011 Haeghe Groep (13 deelnemers niv. 1) start sept. 2010 t/m juni 2011 Haeghe Groep (14 deelnemers niv. 1) start sept. 2010 t/m juni 2011 Percuris (12 deelnemers niv. 1) start okt. 2010 t/m okt. 2011 GGU 3 e groep (26 deelnemers) start okt. 2010 t/m okt. 2012

2 jarig 2 jarig

2 jarig

2011 t/m 2012 Irado (5 deelnemers niv. 1) start februari 2010 t/m april 2012 3 afvallers 2011 DSW Rijswijk (2 deelnemers niv. 1) sept. 2011 t/m juni 2012 DZB Leiden (15 deelnemers niv. 1 gr. 1) jan. 2011 t/m jan. 2012 DZB Leiden (15 deelnemers niv. 1 gr. 2) jan. 2011 t/m jan. 2012 WS Rijnland (15 deelnemers niv. 3) sept. 2011 t/m juni 2013 WS Rijnland (15 deelnemers niv. 4) sept. 2011 t/m juni 2013 WS Hollandse Delta (10 deelnemers niv. 3+4) sept. 2011 t/m juni 2013 WS Rivierenland (6 deelnemers niv. 3+4) sept. 2011 t/m juni 2013 Haeghe Groep (12 deelnemers niv. 1 AKA) sept. 2011 t/m juni 2013 Haeghe Groep (13 deelnemers niv. 1 AKA) sept. 2011 t/m juni 2013 Haeghe Groep (15 deelnemers niv. 1 ma.) sept. 2011 t/m sept. 2012 Haeghe Groep (12 deelnemers niv. 1 di.) sept. 2011 t/m sept. 2012 Haeghe Groep (17 deelnemers niv. 1 wo.) sept. 2011 t/m sept. 2012 GGU 4 e Groep (17 deelnemers niv. 2) sept. 2011 t/m sept. 2013

■

2 jarig 2 jarig 2 jarig 2 jarig 2 jarig 2 jarig

2 jarig

Wellantcollege heeft, net als in voorgaande jaren, ook in 2011 een deel van het onderwijsprogramma uitbesteed aan andere instellingen en organisaties, waaronder aan haar deelneming IPC Groene Ruimte. Het gaat hierbij om een totaalbedrag van €920.000,=. Dit bedrag is besteed bij: o PTC+/ I PC plant-dier te Ede ad €383.000 (2010: € 535.000); o I PC Groene Ruimte te Arnhem ad €537.000 (2010: € 556.000).