tuin en landschap - wellantcollege laat groen weer zoemen

Page 1

Bedrijf en Organisatie

Wellantcollege laat gro en weer zo emen

‘De hele sector moet om, als we de wilde bijen willen redden’ Het Wellantcollege zet zich de komende jaren in om de (aankomend) vakman te scholen als partner van de wilde bij. Daar laat de onderwijsinstelling het echter niet bij. De ervaring die zij opdoet met de ontwikkelde lesmodules wil ze delen met andere groene scholen, zodat straks heel Nederland zoemt.

Tekst en beeld Wendy Bakker

16

TuinenLandschap

| 1 | 2018


Heidi Kamerling van de locatie Houten en Leo van der Sluijs van de locatie Aalsmeer in de tuin van het Wellantcollege in Houten.

Nederland Zoemt, in actie voor de bij In ‘Nederland Zoemt, in actie voor de bij’ werken Natuur & Milieu, Naturalis, IVN en Wellantcollege samen aan een brede aanpak om de wilde bijen te redden. De acties die de partners vanuit hun expertise ondernemen zijn gericht op het vergroten van voedsel en nestgelegenheid in tuin, park en buitengebied. Hiermee creëren ze structurele levenskansen voor de vliegende bestuivers. Natuur & Milieu zorgt ervoor dat burgers en gemeenten bewust worden van de urgentie van de reddingsactie en dat het op de politieke agenda komt. De milieuorganisatie is opdrachtgever in het project. EIS, het insectenkenniscentrum van Naturalis, ondersteunt het project vanuit de wetenschap, zowel richting gemeenten als de burger. Behalve de plantenapp die Naturalis samenstelt, maakt EIS ook zoekkaarten. Hiermee kan de tuineigenaar de verschillende bijensoorten in zijn tuin herkennen. IVN richt zich vanuit haar kennis van natuureducatie op scholen, en op de burger met haar cursus Tuinreservaten. Het nieuwe onderwijsproject van Wellantcollege leidt de vakman op zodat er zowel binnen gemeenten als bij hoveniersbedrijven kennis is over bijvriendelijk beheer.

H

eidi Kamerling, projectleider innovaties en mbo-docent Groen bij Wellantcollege Houten, en collega-docent Groen Leo van der Sluijs uit Aalsmeer zijn er stellig over. „De hele sector moet om, als we de wilde bijen willen redden.” Sinds mei vorig jaar zijn ze betrokken bij het scholingsproject ‘De Groene professional voor de wilde bij’. Kamerling trekt het project dat de school samen met Natuur & Milieu heeft opgezet en dat onderdeel uitmaakt van Nederland Zoemt (zie kader). Daarin is gekozen voor een reddingsactie voor de 257 verschillende soorten wilde bijen die in Nederland voorkomen. Onderzoekers hebben ontdekt dat wilde bijen belangrijke bestuivers zijn voor landgebouwgewassen. Ze zijn niet alleen een belangrijke aanvulling op de bestuiving door honingbijen, maar ook efficiënter. De honingbij lift overigens wel mee op de maatregelen die Nederland Zoemt neemt, net als vlinders, zweefvliegen en andere insecten. Jarenlang is gekeken naar de agrarische sector als grote veroorzaker van de kaalslag in biodiversiteit op het platteland. De laatste jaren dringt het besef door dat de bij gebaat is bij een gezamenlijke aanpak van boer, burger, lokale overheid en

groene vakman. In stedelijk gebied staan wilde bijen onder druk door sobere inrichting van de buitenruimte, efficiënt beheer en versteende tuinen. Maar daar ligt een kans om het tij sneller te keren dan op het platteland, waar de wilde bij al zo’n zestig jaar geleden grotendeels is verdwenen. „Elk stukje groen binnen de bebouwde kom, of het nu een bloemrijke berm is of een tuin met een variatie aan drachtplanten, draagt bij aan de levenskansen van de vliegende bestuivers. Het zijn groene stapstenen met voedsel en nestgelegenheid voor de bij”, legt de projectleider uit. „Met elkaar vormen ze een aaneengesloten gebied waar een gezonde populatie kan ontstaan”, vult Van der Sluijs aan. De groene vakman heeft een cruciale rol in het inrichten en beheren van deze groene stapstenen: de groenbeheerder die bijvriendelijk beheer opneemt in het bestek, de groenaannemer die het beheer bestendig uitvoert, de hovenier die de tuineigenaar kan overtuigen van de noodzaak van biodiversiteit in de tuin. De onderwijsinstelling ziet het als haar taak om de professional op te leiden in dat bijvriendelijk beheer, zodat er betere levenskansen voor wilde bijen ontstaan in het landschappelijk, openbaar en particulier groen.

Ecologisch onderricht voor de bij ‘De Groene professional voor de wilde bij’ richt zich op mbo-studenten, studenten van de VHGvakopleidingen en de groene professional. Zij maken kennis met de verschillende bijensoorten in ons land, worden geschoold in de toepassing van drachtplanten, in de bijvriendelijke inrichting van klein en grootschalig groen, en in het ecologisch beheer daarvan, waarbij rekening wordt gehouden met regionale verschillen. De scholing bestaat voor alle doelgroepen uit een inhoudelijk, theoretisch onderdeel en een praktisch deel dat gekoppeld wordt aan een excursie naar een voorbeeldlocatie van goed bijvriendelijk beheer in de eigen regio. De vakdocenten die de aankomend hoveniers en de groene vakman moeten klaarstomen voor het bijvriendelijke beheer krijgen bijscholing door Arie Koster in het ‘train de trainer-traject’. Medio november is het eerste bijscholingstraject gestart in Houten, een tweede volgt in februari in Dordrecht. De lesstof voor het nieuwe onderwijsproject is door Wellantcollege zelf ontwikkeld. „Toen we benaderd werden door Natuur & Milieu om mee te werken aan een gezamenlijke aanpak voor de bij, leek het erop dat er veel cursusmateriaal aanwezig was. Al snel bleek dit niet geschikt voor het mbo-onderwijs. Of het materiaal was te wetenschappelijk of het was gericht op de tuineigenaar en daardoor te weinig diepgaand voor de vakman.” >

TuinenLandschap | 1 | 2018

17


Wellantcollege besloot de lesstof zelf samen te stellen en vroeg bijenmakelaar Arie Koster om zich als lector aan het onderwijsprogramma te verbinden. „Arie is inhoudsdeskundig en vormt de schakel tussen wetenschap en praktijk”, legt Kamerling uit. Het gaat er immers om dat de groene vakman weet hoe hij in zijn dagelijkse praktijk kan werken aan de verhoging van de biodiversiteit. Er moeten dus praktische professionele tools ontwikkeld worden. Deze zijn gericht op bestendig, ecologisch beheer en op toepassing van stuifmeel- en nectarleverende planten. Collega-docenten Otto Florijn en Imelda Kloosterman hebben lestools ontwikkeld die mede gebaseerd zijn op door Arie koster samengestelde factoren die bepalen of bijen wel of niet voorkomen in een bepaald gebied. Het gaat daarbij onder meer om nestgelegenheid, bodem en bodemeigenschappen, onderhoud en beheer, areaal van bijen, positie van tuin/terrein in het landschap en continuïteit in beheer. „De beplantingslijst die de studenten nu moeten kennen, is gericht op gebruiks- en sierwaarde, niet op drachtplanten voor bestuivende insecten.” Daar komt dus verandering in. Kamerling stelt samen met Koster een nieuwe plantenlijst van 650 drachtplanten samen, bestaande uit inheemse plantensoorten en cul-

Hier komt een tuin met insectenhotels, rommelhoekjes, stapelmuurtjes van poreuze stenen en kant-en-klare Buginn betonelementen en drachtplanten. Arie Koster monitort welke maatregelen het beste worden bezocht door wilde bijen.

18

TuinenLandschap

| 1 | 2018

tuurgewassen. „Puurdere plantensoorten hebben meer dracht, maar we willen tegemoetkomen aan de hovenier die ook op esthetische gronden voor een plant kiest. Laat het dan wel een drachtplant zijn”, aldus de projectleider. Naturalis ontwikkelt op basis van de plantenlijst een app waarop zo’n 600 plantensoorten te vinden zijn, gekoppeld aan de bijensoort die erop vliegt. Je kunt zoeken vanuit de bij, de plant en de standplaats. De projectleider en haar collega geven aan dat beplantingskennis in het groene onderwijs onder druk heeft gestaan, hoewel deze kennis in het onderwijsprogramma van Wellantcollege altijd een pijler is geweest. De school heeft ook nog een grote sortimentstuin. „Er is een generatie studenten die nauwelijks hard is getoetst op theoretische kennis, zoals plantenkennis. De proeve van bekwaamheid is leidend. Weliswaar begrijpelijk maar daardoor mis je als vakbekwaam hovenier een brede basis”, zegt Van der Sluijs. Kamerling hoopt dat de drachtplantenlijst een essentiële aanvulling gaat worden op de VHG-plantenlijst waar veel groene scholen mee werken. „Die lijst geeft namelijk nog te weinig antwoord op maatschappelijke vraagstukken als biodiversiteit en fijnstof. Maar gelukkig zitten er in de nieuwe keuzedelen veel mogelijkheden tot uitbreiding van kennis op dit gebied.” <

Cursus voor groenprofessional Groenprofessional kunnen de scholing in de vorm van een cursus volgen, gericht op grootschalig groen of op tuinen, waarbij het theoretische deel wordt verzorgd door bijendeskundige Arie Koster in samenwerking met een vakdocent van Wellantcollege. De duur van de cursus bedraagt drie avonden en één excursiedag. De cursuskosten bedragen €100. „Dit is mogelijk gemaakt door de PostcodeLoterij die de financier is van Nederland Zoemt en de cursus via Natuur & Milieu sponsort. „Voor ons als onderwijsinstelling een ongebruikelijke situatie, maar we zijn er wel blij mee omdat dit het verschil kan maken voor wilde bijen in Nederland”, legt projectleider Heidi Kamerling uit. De eerste cursusavond ‘Grootschalig groen’ is gestart op 8 januari 2018. De eerste avond ‘Tuinen’ start op 5 februari 2018. Najaar 2018 worden deze cursussen opnieuw aangeboden.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.