Jaarverslag 2018 publieksversie
Werken aan de toekomst
Inhoud
Dit jaarverslag is een uitgave van Stichting Wellant. Met zorg samengesteld. Een warm woord van dank aan alle mensen die hieraan hebben meegewerkt.
Welkom bij Wellant
4
Voorwoord college van bestuur
6
Inleiding en leeswijzer
8
Hoofdstuk 1 Bestuur en organisatie 1.1 Missie en ambitie 1.2 Organisatiestructuur 1.3 Bestuur en governance 1.4 Inrichting medezeggenschap 1.5 Structurele samenwerking op instellingsniveau 1.6 Klachten- en klokkenluidersregeling
12 13 14 14 15 16 17
Hoofdstuk 2 Onderwijs algemeen 2.1 Strategie 2.2 Instellingsplan en kritieke succesfactoren 2.3 Kwaliteitsbeleid 2.4 Cursussen & trainingen
18 19 19 19 20
Hoofdstuk 3 Wellant vmbo 3.1 Voldoende onderwijskwaliteit (KSF 1) 3.2 Innovatie (KSF 2) 3.3 Versterking regionale samenwerking (KSF 3) 3.4 Internationalisering (KSF 4) 3.5 Informatie op locatieniveau
22 24 28 29 31 31
Hoofdstuk 4 Wellant mbo 4.1 Voldoende onderwijskwaliteit (KSF 1) 4.2 Innovatie (KSF 2) 4.3 Versterken regionale samenwerking (KSF 3) 4.4 Internationalisering (KSF 4)
32 33 37 39 39
Hoofdstuk 5 Wellantcollege breed 5.1 Professionalisering (KSF 5) 5.2 Medewerkers 5.3 Duurzaamheid (KSF 6) 5.4 Gezonde bedrijfsvoering (KSF 7)
40 41 43 43 44
Hoofdstuk 6 Financiën 6.1 Financieel resultaat 6.2 Balans per 31 december 2017 6.3 Financiële ratio’s 31 december 2017 6.4 Treasurybeleid 6.5 Notitie helderheid
46 47 50 51 51 52
Hoofdstuk 7 Continuïteitsparagraaf
54
Hoofdstuk 8 Bericht van de raad van toezicht
66
Hoofdstuk 9 Jaarrekening 2018
70
Hoofdstuk 10 Bijlagen
94
Colofon Ontwerp en DTP: ZIGT Studio Fotografie: Bart van Rongen Eindredactie: Stichting Wellant
3
Welkom bij Wellant!
Het Wellant Verhaal
Welkom bij Wellant!
De wereld om ons heen verandert in een razendsnel tempo. Klimaat, energie, water, voeding en welzijn van mens en dier zijn grote en dringende vraagstukken voor onze planeet. Technologie, digitalisering en robotisering bieden mogelijke oplossingen. Internationaal - van bedrijfsleven tot overheid tot wetenschap - groeit de behoefte aan een nieuwe generatie vakmensen die de wil, kennis en vaardigheden hebben om ons leven en onze leefomgeving te verbeteren. Nederland loopt hierin voorop als kweekvijver van talent. Welkom bij Wellant! Met 175 opleidingen, 31 locaties en 4800 stagebedrijven in binnen- en buitenland staan onze 1300 docenten en medewerkers klaar om de aanstormende generatie vakmensen een plek in die nieuwe samenleving te geven. Wellantcollege is de grootste vmbo- en mboopleider van Europa in voeding, klimaat en welzijn van mens en dier. Met een soepele doorstroom tussen beide opleidingen. Wij staan voor modern, gevarieerd onderwijs: van koken tot urban green development, en van gezonde dieren tot watermanagement. Met alle aandacht voor de persoonlijke groei en talenten van iedere leerling en student. Met kleinere scholen, waar iedereen elkaar kent en bedrijfsleven, regio en ouders actief samenwerken. En met een veelzijdige aanpak, waarin docenten, studenten en leerlingen samen die nieuwe wereld van nu en morgen verkennen en verbeteren. Wellant. Welbewust beter
5
Voorwoord
Wellant. Welbewust beter
2018. Een jaar om gepast trots op te zijn. Met een brede groep - van ouders tot student en van docent tot directeur - hebben we het Wellant Verhaal vormgegeven en uitgewerkt. Een verhaal dat aansluit op de snel veranderende wereld om ons heen, dat focus geeft en prioriteit legt bij de ontwikkeling van leerlingen en studenten tot een nieuwe generatie vakmensen.
Ons verhaal sluiten we af met een belofte: Wellant. Welbewust beter. Deze belofte is tevens de kop van dit voorwoord voor het jaarverslag 2018 van Stichting Wellant. Het laat zien hoe wij met onze leerlingen en studenten aan de toekomst werken. Wij zien dat technologie ook in het groene domein steeds belangrijker wordt. Het vervult een essentiĂŤle rol bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken rondom water, voeding, energie en het welzijn van mens en dier. Daarop willen we onze leerlingen en studenten voorbereiden. Vanuit onze kleine scholen die geworteld zijn in de omgeving ĂŠn met persoonlijke aandacht voor elke leerling en student. Welbewust beter, elke dag weer. In Nederland is demografische groei niet meer vanzelfsprekend, waardoor ook de leerlingaantallen onder druk komen te staan. Wellantcollege heeft dit het afgelopen jaar al gemerkt, want zowel in het vmbo als het mbo zijn de leerlingenaantallen gedaald. Dit maakt het extra belangrijk dat we ons sterk positioneren en zorgen voor een aantrekkelijk, maatschappelijk relevant ĂŠn modern opleidingsaanbod. Onze Kwaliteitsagenda 2019-2022 gaat daar een sterke bijdrage aan leveren. In het mbo zijn we bezig met het opzetten van kenniscentra en hotspots, waarmee we een rol kunnen spelen in het oplossen van regionale vraagstukken. In die kenniscentra en hotspots werken we samen met regionale partners aan innovaties die leiden tot gevarieerd en modern onderwijs. Goede ontwikkelingsmogelijkheden en gelijke kansen voor alle studenten staan daarbij centraal.
In het vmbo hebben we per locatie gekeken waar de kansen en ontwikkelmogelijkheden liggen. Dit heeft onder andere geleid tot plannen voor een vijfjarig vmbo, het verbeteren van faciliteiten voor groene vakken en meer technologie in het curriculum. Daarnaast hebben veel locaties ingezet op verdere professionalisering. Om al deze plannen te kunnen realiseren hebben we budget en menskracht vrijgemaakt. Een goede positionering naar buiten vraagt ook om een gezonde interne organisatie. Daarom hebben we het afgelopen jaar een aantal maatregelen genomen, zoals bijstelling van het huisvestingsprogramma en strakke sturing op de personeelsformatie. Het aantal onderwijsdirecteuren is teruggebracht en we hebben de functie van senior schoolleider/opleidingsmanager in het leven geroepen, waardoor een aantal managementtaken dichter bij de werkvloer worden opgepakt. Verder hebben we bij de ondersteunende diensten een start gemaakt met het beter laten aansluiten van het dienstenpakket op de vraag vanuit het onderwijs. Al deze maatregelen dragen bij aan een krachtig en financieel gezond Wellantcollege. Tot slot: in 2018 hebben onze locaties veel energie gestoken in vernieuwend groen onderwijs en de werving van leerlingen. En met succes, want we zien inmiddels weer een stijging in onze leerlingaantallen. Graag willen wij iedereen daarvoor bedanken! Annemarie Moons en Gabe van der Zee
7
inleiding en leeswijzer
Dit jaarverslag bestaat uit een toelichting op de belangrijkste ontwikkelingen en behaalde resultaten in 2018.
Inleiding en leeswijzer
Elk jaar bespreken het college van bestuur en de raad van toezicht de volgende strategische planningsdocumenten: de meerjarenbegroting, het strategisch huisvestingplan, het financieringsplan, vmbo in beeld, het Masterplan mbo, de Kwaliteitsagenda en het instellingsplan (een innovatie- en verbeteragenda voor de periode 2015-2020). Samen vormen deze documenten de onderbouwing van de te behalen resultaten en de daarvoor noodzakelijke middelen.
Veel van onze stakeholders zijn ook geïnteresseerd in relevante ontwikkelingen per locatie of per regio. Op de website www.scholenopdekaart.nl is voor iedere afzonderlijke vmbo-locatie informatie te vinden over de locatie, behaalde resultaten, onderwijsbeleid en waardering van leerlingen, ouders en Inspectie. Dit jaarverslag is conform de wettelijke eisen en de Richtlijnen van de Raad van de Jaarverslaggeving opgesteld.
Op basis van de strategie van Wellantcollege, het instellingsplan en een analyse van de interne en externe ontwikkelingen, zijn de speerpunten voor 2018 bepaald. In dit jaarverslag verantwoorden wij deze speerpunten en geven we een doorkijk naar 2019. Ook lichten we in dit jaarverslag de onderdelen van de resultatenbox (een aantal kerngegevens van de instelling) toe. Deze door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, de Inspectie van het Onderwijs, de MBO Raad en de AOC Raad uitgewerkte indicatoren, zijn een verplicht onderdeel van het jaarverslag van bekostigde onderwijsinstellingen. In de continuïteitsparagraaf beschrijven we het beleid dat is gerelateerd aan verwachte ontwikkelingen op belangrijke beleidsterreinen voor de komende jaren. Dit gebeurt conform het format dat is opgesteld door de MBO Raad en dat landelijk wordt gevolgd. De uitgebreide financiële jaarrekening met de financiële verantwoording voor de bekostigende ministeries, presenteren we in een apart hoofdstuk.
9
Bestuurs verslag 10
11
Bestuur en organisatie
1
Het Wellant Verhaal vertaalt zich in onze missie en ambitie. Maar ook in de wijze waarop wij Wellantcollege inrichten. Met een passende organisatiestructuur en een goed ingerichte medezeggenschap. En door samen te werken met instellingen en organisaties die bijdragen aan de verbetering van ons onderwijs. 1.1 Missie en ambitie De missie van Wellantcollege is: ‘werken aan een gezonde en leefbare toekomst door uit te blinken in groen onderwijs’. De wereld om ons heen verandert razendsnel. Klimaat, energie, water, voeding en welzijn van mens en dier zijn grote en dringende vraagstukken voor onze planeet. Technologie, digitalisering en robotisering kunnen oplossingen bieden. De groene sector integreert meer en meer met andere sectoren en de tijd van ‘donkergroen’ onderwijs is voorbij. Wereldwijd groeit de behoefte aan een nieuwe generatie vakmensen die de wil, kennis en vaardigheden hebben om ons leven en onze leefomgeving te verbeteren. Onze docenten en medewerkers staan klaar om deze nieuwe generatie vakmensen op te leiden. Wellantcollege is de grootste vmbo- en mbo-opleider van Europa op het gebied van voeding, klimaat en welzijn van mens en dier. Wij staan voor kleinschalig, groen en gevarieerd onderwijs: van koken tot urban green development, en van gezonde dieren tot watermanagement. We stimuleren ondernemerschap en kennisuitwisseling met het hbo en de universiteit en hebben aandacht voor de persoonlijke groei en talenten van iedere leerling en student. In aansluiting op onze missie hebben we de volgende ambitie geformuleerd: ‘Wellantcollege heeft in 2020 een koppositie in de groene sector in de Randstad. Dit willen we bereiken door het aanbieden van modern groen onderwijs van erkend hoge kwaliteit, ondersteund met een goed werkende ICT-infrastructuur, in een veilige omgeving waarin onze leerlingen en studenten hun talenten maximaal kunnen ontwikkelen’.
Demografische ontwikkelingen zorgen ervoor dat de leerlingen- en studentenaantallen van Wellantcollege van jaar tot jaar en per locatie verschillen. Er is geen sprake van krimp, maar bij de overstap van primair naar voortgezet onderwijs merken we wel dat ouders en leerlingen vaker kiezen voor scholen waar (ook) havo wordt aangeboden. Het aanbod van groene mboopleidingen binnen Wellantcollege is groot. We willen deze opleidingen verder moderniseren, door ze meer te concentreren en expertise in zogenaamde kenniscentra te bundelen. Daarmee sluiten we beter aan op maatschappelijke en regionale ontwikkelingen, bereiken we een breder publiek en ontstaat er een aantrekkelijk en modern onderwijspalet. In 2018 hebben we verder gewerkt aan de implementatie van onze Strategie 2015-2020. We liggen op schema en een aantal doelstellingen is al gerealiseerd, zoals het nieuwe beroepsgerichte programma in het vmbo en de herziene kwalificatiestructuur in het mbo. Ter verdieping en verbreding van de strategie hebben we op diverse niveaus bijeenkomsten georganiseerd met thema’s als kwaliteit, duurzaamheid, aansluiting vmbo/mbo en leiderschap. Ook hebben we de markt van ‘Leven Lang Ontwikkelen’ verder verkend. Dit heeft geleid tot een aantal nieuwe activiteiten, zoals de start van de Blauwe Hotspot (kenniscentrum Water), de realisatie van een Equine Simulation Centre voor de professionele paardensport en de organisatie van evenementen samen met het bedrijfsleven zoals ‘Bodem is de Basis’. Een belangrijk element in onze strategie is: de onderwijsteams in hun kracht zetten. Daarvoor laten we elk teamlid in het mbo een ‘selfie’ maken. In die selfies kunnen zij een oordeel geven over hoe de prestaties van het team op een bepaald moment zijn ten opzichte van: 13
1 Bestuur en organisatie
• de specifieke ambities van het onderwijsteam; • de kwaliteitsdoelstellingen van Wellant mbo; • het waarderingskader van de Inspectie. Deze jaarlijkse selfies zijn onderdeel van onze kwaliteitscyclus en dienen als input voor het teamplan mbo voor het eerstvolgende schooljaar. In het vmbo is de locatie verantwoordelijk voor realisering van een zo hoog mogelijke onderwijskwaliteit. Ook in het vmbo gebruiken we in 2018 selfies voor de zelfevaluatie van de locaties. De selfies dragen bij aan de samenwerking tussen locaties en teams.
hrm/bdo (personeelsmanagement, business development en onderwijs) en bedrijfsvoering (personeelsadministratie, financiën, huisvesting, materiële zaken en ICT). In hoofdstuk 5 is de organisatiestructuur nader uitgewerkt.
1.3 Bestuur en governance
De vmbo-locaties en de mbo-teams dragen aantoonbaar bij aan de strategie van Wellantcollege. Dit betekent dat ze: • modern, groen onderwijs aanbieden; • investeren in de doorlopende leerlijn, onder meer door het bieden van goede groene LOB-programma's; • bijdragen aan bewustwording van de economische relevantie van een innovatieve, duurzame en groene sector.
1.2 Organisatiestructuur
De Stichting Wellant kent een raad van toezicht die de leden van het college van bestuur benoemt en toezicht houdt op de werkzaamheden van het college. Het college van bestuur bestond eind 2018 uit twee personen: • mw. drs. J.M.P. Moons (voorzitter) • dhr. drs. A.R.G. van der Zee (lid), indiensttreding: 1 september 2018 Tot 1 oktober 2018 was de heer Van Ast op interimbasis lid van het college van bestuur. De heer Jansen maakte tot 1 juli 2018 formeel onderdeel uit van het college van bestuur. Het college van bestuur volgt bij de uitoefening van zijn werkzaamheden de Branchecode goed bestuur in het mbo.
Innovatief onderwijs Wellant iTeam-members, de nieuwe generatie Jobs en Gates aan het werk!
Apple-store Amsterdam. Een mooiere locatie voor de aftrap van Wellant iTeams kun je bijna niet bedenken. Wellant iTeam-members kregen daar een workshop en Store-tour. Wellant is gestart met het inzetten van de kennis en vaardigheden van eigen leerlingen als eerste hulp bij iPad- en ICT-vragen op de locatie. Op de pilotlocaties in Boskoop en Aalsmeer hadden ruim 100 leerlingen zich opgegeven om ‘iTeam-member’ te worden. Want: hoe cool is het om je docent of medeleerling uit de ICT-brand te helpen. En het telt mee voor het LOB-dossier. Na een pitchronde bleven op beide locaties 14 leerlingen over en hebben alle eerste en tweede klassen van deze locaties een eigen iTeam-member.
Nevenfuncties college van bestuur
De organisatiestructuur hebben we in 2018 aangepast aan nieuwe ontwikkelingen. Zo is er een kleinere directie onderwijs gevormd bestaande uit een directie vmbo en een directie mbo. Het college van bestuur en de onderwijsdirectie worden ondersteund door de stafdiensten
Mw. drs. J.M.P. Moons • Lid van raad van toezicht woningcorporatie Huis en Erf te Schijndel • Voorzitter Stichting Climate Adaptation Services • Lid raad van commissarissen Leisurelands
• Lid raad van commissarissen Sint Trudo • Voorzitter Kennisplatform veehouderij en humane gezondheid Nevenfuncties dhr. drs. A.R.G. van der Zee
Organogram Wellantcollege 2018
• Lid raad van toezicht Bibliotheek Midden-Brabant en lid financiële auditcommissie • ONDERNEMINGSRAAD • OUDERRAAD • STUDENTENRAAD
STRATEGIE BESTUURS SECRETARIAAT
14
Nevenfuncties dhr. ir. K.J. van Ast
COLLEGE VAN BESTUUR (CVB)
CONCERN CONTROL
DIRECTIE VMBO & MBO
HRM / BDO
BEDRIJFSVOERING
LOCATIE MANAGEMENT / KENNISCENTRA
TEAMS
TEAMS
• Onafhankelijk voorzitter Stichting Kwaliteits-ControleBureau (ZBO) • Onafhankelijk voorzitter Stichting bloembollenkeuringsdienst (ZBO) • Lid RvC Bedrijfstechnologisch Centrum Twente BV (BTC) • Voorzitter Stichting Agro Quality Support Beheer • Lid RvC Twente Technology Fund BV • Voorzitter Topconsortium Tuinbouw & Uitgangsmaterialen (TKI) • Risk and Compliance Officer van InnovationIndustries U.A. • Voorzitter Commissie van Deskundigen Agro/Food bij Stichting Milieu Keur (SMK)
1.4 Inrichting medezeggenschap Conform de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) heeft Wellantcollege: • een centrale ouderraad • een ondernemingsraad • een centrale studentenraad
Centrale ouderraad Iedere vmbo-locatie heeft een lokale ouderraad. Deze lokale ouderraden vaardigen elk jaar tenminste één ouder af naar de centrale ouderraad. Het college van bestuur voert minimaal vier keer per jaar overleg met de centrale ouderraad. In 2018 is onder andere het volgende met de centrale ouderraad besproken: positionering Wellantcollege, systematiek vrijwillige ouderbijdrage, algemeen deel schoolgids, het privacyreglement leerlinggegevens en het leerlingenstatuut.
15
1 Bestuur en organisatie
Centrale studentenraad Iedere mbo-locatie heeft een decentrale studentenraad. Deze decentrale studentenraden vaardigen één of twee studenten af naar de centrale studentenraad. De centrale studentenraad vergadert minimaal drie keer per jaar met het college van bestuur. In 2018 is onder andere gesproken over: macrodoelmatigheid in het mbo, de positionering van Wellantcollege, de Groene Hotspot, StOER (studiegids en onderwijs-en examenregeling), bindend studieadvies, de onderwijsovereenkomst (OOK), het leerlingenstatuut, de uitkomsten van de JOB-monitor en de Kwaliteitsagenda. Ondernemingsraad Wellantcollege heeft een ondernemingsraad (OR) met in totaal vijf leden. De OR en het college van bestuur hebben een open en transparante onderlinge werkwijze, die soms verder gaat dan alleen de onderwerpen die in de Wet op de Ondernemingsraden en het Professioneel Statuut zijn vastgelegd. In 2018 is onder andere met elkaar gesproken over het Wellant Verhaal, de Kwaliteitsagenda, het beleid arbeidsomstandigheden, het opleidingsportfolio mbo, de aanpassing van de klachtenregelingen, de directievoering en het examenreglement mbo en vmbo. Jaarlijkse medezeggenschapsconferentie Op initiatief van de raad van toezicht organiseert Wellantcollege elk jaar een medezeggenschapsconferentie voor alle centrale medezeggenschapsorganen. Ook het college van bestuur is hierbij aanwezig. In 2018 was het thema van de conferentie ‘positioneren en profileren’. Via een interactief programma, deels voorbereid door de studenten, is het Wellant Verhaal besproken en zijn discussies gevoerd.
Instemming medezeggenschapsraden op de hoofdlijnen van de begroting Per 1 januari 2017 is bij wet bepaald dat de ondernemingsraad, de centrale ouderraad en de centrale studentenraad gezamenlijk instemmingsrecht hebben op de hoofdlijnen van de begroting. Begin 2018 hebben we hiervoor een proces afgesproken, waarin we afgevaardigden van de medezeggenschapsraden in een aantal bijeenkomsten meenemen in de uitgangspunten en keuzes met betrekking tot de begroting.
• Inholland We werken al geruime tijd samen met Inholland. Onze samenwerking richt zich op de participatie van hbo- en mbo-studenten binnen gezamenlijke projecten. Daarbij stimuleren we peer-coaching en kennisuitwisseling, bijvoorbeeld in het kader van de PPS (publiek-private samenwerking) kenniscentrum Aalsmeer en de PPS Waterroute in Dordrecht. Daarnaast nemen Inholland en Wellantcollege beide deel aan het internationale Borderless Network.
1.5 Structurele samenwerking op instellingsniveau
• Da Vinci College In Dordrecht participeren Wellantcollege en het Da Vinci College samen met het bedrijfsleven en de overheid in de PPS Waterroute.
Ons uitgangspunt van de samenwerking met anderen is dat dit moet bijdragen aan de positionering van Wellantcollege en de verbetering van het onderwijs(aanbod) voor onze leerlingen en studenten. In dat kader werkt Wellantcollege samen met de volgende onderwijsinstellingen: • mboRijnland In het najaar van 2018 hebben mboRijnland en Wellantcollege een intentieverklaring voor samenwerking ondertekend. Deze intentie komt terug in de Kwaliteitsagenda 2019-2022. De samenwerking is gericht op de gezamenlijke ontwikkeling van vijf opleidingen, waarbij de focus ligt op techniek en smarttechnologie. Ook de doorstroom van vmbo naar mbo is onderdeel van de samenwerking. We gaan onze netwerken van bedrijven en vo-instellingen verbinden.
Kennismaken met insecten als vleesvervanger Op 4 december 2018 kwam de internationale klimaattop in Polen bij elkaar om te praten over de opwarming van de aarde. Op diezelfde dag tekende Wellant vmbo in Alphen aan den Rijn de intentieverklaring om Eco-School te worden. In het bijzijn van de
16
wethouder werd de handtekening gezet. Na de ondertekening was er een les over insecten als voedingsbron. Iedereen kon ‘delicatessen’ als gedroogde sprinkhaan proeven. Eiwitrijke insecten zijn heel geschikt als vleesvervanger en hebben een nootachtige smaak.
• Van Hall Larenstein Onze samenwerking met Van Hall Larenstein richt zich op het thema water en op een doorlopende leerlijn van mbo naar hbo. Dit sluit aan op de ontwikkeling van een kenniscentrum Water in Dordrecht. • ROC Mondriaan Wellantcollege en ROC Mondriaan bieden samen de opleidingen Green Tec en Mechatronica aan op de campus in Delft. Deze opleidingen worden vanaf 2019 afgebouwd en op een andere locatie voortgezet. • Merewade Samen met Merewade bieden we in Gorinchem vmbo-onderwijs aan onder de naam Omnia. Wellant verzorgt het profiel groen. Vanwege het dalende leerlingenaantal zal dit profiel en daarmee ook de samenwerking worden afgebouwd en in 2020 definitief stoppen. • Aeres Groep Onze samenwerking met Aeres Groep richt zich op een aantal inhoudelijke thema’s op opleidingsniveau. Met de hbo-tak van Aeres Groep werken we aan een aantal associate degrees voor melkveehouderij en stedelijk groen.
• Next Education Group De Next Education Group is onderdeel van de Roadmap Next Economy in de metropoolregio Rotterdam-Den Haag. In de Next Education Group werken twaalf instellingen uit het mbo en hbo, waaronder Wellantcollege, samen aan flexibel onderwijs dat midden in de samenleving staat en bijdraagt aan oplossingen voor complexe maatschappelijke problemen. Dit moet leiden tot goed opgeleide studenten met kennis en competenties die aansluiten op de vraag vanuit het bedrijfsleven.
1.6 Klachten- en klokkenluidersregeling Wellantcollege heeft de volgende klachtenregelingen: • algemene klachtenregeling ouders en studenten • klachtenregeling ongewenst gedrag • algemene klachtenregeling personeel • interne geschillencommissie toepassing cao • klokkenluidersregeling Ook zijn we aangesloten bij de Stichting Onderwijsgeschillen. In 2018 is vaker dan in voorgaande jaren een beroep gedaan op de algemene klachtenregeling ouders en studenten. Uit nader onderzoek bleek dit onder andere te komen doordat ouders en studenten onvoldoende de weg weten te vinden naar schoolleiders/opleidingsmanagers en/of directeuren. Dit is een verbeterpunt voor 2019. Klachten die bij het college binnenkomen, maar die nog niet op de locatie zijn behandeld, leggen we terug bij de locatie. In de meeste gevallen kan de klacht dan alsnog op de locatie worden opgelost, zonder tussenkomst van het college van bestuur. In een aantal gevallen is het nodig dat het college van bestuur een uitspraak doet. Op de overige klachtenregelingen is in 2018, net als in voorgaande jaren, niet of nauwelijks een beroep gedaan. Ook zijn er geen meldingen binnengekomen op basis van de klokkenluidersregeling.
• Aeres Groep, Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Utrecht Samen met deze hogescholen geven we vorm en inhoud aan de Opleidingsschool Wellantcollege, gericht op het gezamenlijk opleiden van studenten aan de lerarenopleidingen. Deze opleidingsschool heeft de status van aspirant-opleidingsschool. 17
Onderwijs algemeen
2
De vertaling van onze strategie in zeven kritieke succesfactoren maakt het mogelijk om methodisch en doelgericht te werken aan verbetering. Daarbij staat een hoge kwaliteit van onderwijs voorop. 2.1 Strategie Ook in 2018 is de strategie 2015-2020 van Wellantcollege richtinggevend bij de uitvoering van onze onderwijsactiviteiten. De belangrijkste onderwerpen zijn: het verbeteren van de onderwijskwaliteit, de uitbreiding van gepersonaliseerd leren in het vmbo en de vormgeving van kenniscentra in het mbo en de aansluiting daarop via de keuzevakken van het vmbo. In de curricula van het mbo en vmbo en in de bedrijfsvoering van Wellantcollege vormt duurzaamheid een steeds belangrijker thema, net als internationalisering. Onze strategische keuzes richten zich op zeven thema’s die zijn vertaald in kritieke succesfactoren.
2.2 Instellingsplan en kritieke succesfactoren In het instellingsplan 2015-2020 maakt Wellantcollege de strategie concreet. Voor elk onderdeel van de strategie is een vertaalslag gemaakt naar doelen en middelen, inclusief tijdspad. Voorafgaand aan de planvorming is eerst ingegaan op de implementatie en veranderstrategie met krachtige teams in de basis. Vervolgens hebben we de ambities van Wellant mbo en Wellant vmbo vertaald in doelen en activiteiten per kritieke succesfactor (KSF). We hebben de KSF’s verdeeld in drie categorieën: mbo, vmbo en Wellantbreed. Overzicht kritieke succesfactoren 2015-2020: • KSF 1 Voldoende onderwijskwaliteit vmbo en mbo afzonderlijk • KSF 2 Innovatie vmbo en mbo afzonderlijk • KSF 3 Versterken regionale samenwerking vmbo en mbo afzonderlijk • KSF 4 Internationalisering vmbo en mbo afzonderlijk
• KSF 5 Professionele organisatie Wellantbreed • KSF 6 Duurzaamheid Wellantbreed • KSF 7 Gezonde bedrijfsvoering Wellantbreed Het instellingsplan helpt het college van bestuur, de directie onderwijs, de unitdirecteuren, de schoolleiders vmbo en de opleidingsmanagers mbo om in de praktijk invulling te geven aan de strategie. Het schoolplan vmbo en het kwaliteitsplan mbo maken deel uit van het instellingsplan. Schoolleiders en opleidingsmanagers hebben de invulling in de praktijk samen met hun teams in team/locatieplannen verwerkt en uitgevoerd.
2.3 Kwaliteitsbeleid De implementatie van de strategie en het instellingsplan vindt vooral plaats via onze bestaande organisatie- en overlegstructuur. Daarbij speelt de Wellant kwaliteitszorgcyclus (pdca) een belangrijke rol. Elk jaar vertalen we het instellingsplan naar een kaderbrief die input levert voor de team/locatie/unitplannen. De voortgang van deze plannen bespreken we meerdere malen per jaar. Dit resulteert in drie termijnrapportages per jaar door vmbo-, mbo- en unitdirecties aan het college van bestuur. Via audits, inspectierapporten, tevredenheidsmetingen en gesprekken met ouders, medewerkers, studenten/leerlingen en bedrijven, monitoren we de voortgang. In de locatieschouw beoordelen we iedere vmbo-locatie op de prestaties van een aantal indicatoren. In het mbo werken we met een risicomatrix. Als het nodig is, stellen we de doelen en/of resultaten vervolgens bij in de volgende kaderbrief. De vertaling van de kaderbrief naar de team- en locatieplannen levert ook input voor het werkverdelingsbeleid en het scholingsplan. 19
2 Onderwijs algemeen
2.4 Wellant cursussen & trainingen Ons aanbod van cursussen en trainingen groeit gestaag, zowel in de breedte als de diepte. Deze ontwikkeling moet leiden tot een ruim en klantgericht aanbod dat minimaal een afspiegeling is van de initiële opleidingen van Wellant. Afgelopen jaar bestond het aanbod uit standaardproducten. In 2018 hebben we activiteiten ontwikkeld om ons aanbod steeds meer te richten op innovatie, onderscheidend vermogen en urgentie voor de doelgroep. Via onze kenniscentra (Houten, Rotterdam/Rijswijk, Dordrecht en Aalsmeer) horen we van het bedrijfsleven wat hun behoefte is aan cursussen en trainingen. In 2018 is het overgrote deel van de cursussen, trainingen en brancheopleidingen verzorgd op en vanuit locatie Houten. Het kenniscentrum in Houten (Groene Hotspot) heeft de samenwerking met het bedrijfsleven versterkt. De Hotspot richt zich ook op alumni, een belangrijke doelgroep voor Leven Lang Ontwikkelen. De eerste activiteiten zijn ontwikkeld om deze doelgroep te boeien en te binden.
Een groeiend aantal cursussen en trainingen is verzorgd voor mbo-studenten. Zij willen, naast hun reguliere opleiding, kennis- en vaardigheidsonderdelen in cursusvorm volgen die buiten het kwalificatiedossier vallen. Ook de vraag naar kennis en vaardigheden vanuit het buitenland neemt toe. Hiervoor werken we samen met het Borderless Network en de landentafels. Capaciteitsopbouw is nog een punt van aandacht. We hebben het online lesaanbod Gewasbescherming, dat we samen met de AOC’s hebben ontwikkeld, uitgebreid. Wellantcollege onderzoekt of het online aanbod en blended learning verder kunnen worden ontwikkeld in het kader van een Leven Lang Ontwikkelen, zo mogelijk met een spin-off naar het initieel onderwijs. Samen met het vakblad Tuin & Landschap hebben we opnieuw een succesvol evenement georganiseerd voor mensen uit de groensector, ditmaal met als thema ‘Bodem is de basis’. Wellantcollege heeft de geprognotiseerde omzet voor 2018 op het gebied van cursussen en trainingen behaald. De komende jaren richten we ons op een sterke groei van het aanbod en daarmee op een groeiende omzet. In 2018 is gebleken dat Wellant cursussen & trainingen (C&T) meer naamsbekendheid nodig heeft. Daarom gaan we komend jaar inzetten op de marketing van C&T.
Paprika’s oogsten met slurf olifant Wellant vmbo Naarden heeft lesmateriaal aangeschaft voor onderwijs in innovatieve techniek. Leerlingen leren bijvoorbeeld hoe een robot, geïnspireerd op een olifant, paprika’s kan plukken. Een modern groenbedrijf kan immers niet meer zonder moderne techniek.
20
Green Deal
Goud voor onze gezonde kantines Wellant-scholen hebben het predicaat ‘Gezonde Schoolkantine’ gekregen van het Voedingscentrum. Dat krijg je als 80% van je aanbod voldoet aan de gezonde en duurzame criteria van het Voedingscentrum. De Gezonde Schoolkantine heeft twee niveaus: zilver en goud. Een aantal scholen heeft inmiddels de gouden schaal ontvangen. Zo werd in Rijswijk op de dag van de Gezonde Schoolkantine de gouden schaal persoonlijk uitgereikt door de schoolkantine Schoolkantinebrigadier van het Voedingscentrum.
Minister Carola Schouten: “De jongeren en studenten uit het groene onderwijs zijn de mensen die bepalen hoe de natuur, het groen en andere plekken er in de toekomst uit gaan zien, hoe voedsel geproduceerd gaat worden. En niet alleen hoe we hiermee omgaan, maar ook hoe je dat laat aansluiten op maatschappelijke thema’s.” Tijdens de Groen Pact Manifestatie ondertekenden minister Schouten en Wellantcollege de Green Deal. Deze Green Deal zorgt ervoor dat landbouw en natuur, via het onderwijs, sterker worden verbonden.
Wellant verzorgt fruittrainingen in India India is na China de grootste producent van fruit ter wereld, maar de kwaliteit en de opbrengst per hectare is gering. Wellantcollege maakt deel uit van een samenwerkingsverband om de kwaliteit van de fruitketen in India te verbeteren.
21
3
Instroom nieuwe leerlingen Vanaf 2014 tot afgelopen schooljaar daalde de instroom van vmbo-leerlingen. Maar in schooljaar 2018/2019 is het aantal leerlingen met 51 leerlingen gestegen tot 2240 leerlingen. In 2017 zijn de locaties gestart met een aanvalsplan om nieuwe leerlingen voor schooljaar 2018/2019 te werven. Bij een tiental locaties heeft dit direct geleid tot een toename van de instroom. Hopelijk zet deze stijgende trend de komende jaren door. Daarnaast zien we dat, sinds de invoering van het basisschooladvies als wettelijk leidend voor de plaatsing van leerlingen op het voortgezet onderwijs in 2015, het aantal zij-instromers toeneemt. Basisschooladviezen worden
soms –onder druk van ouders- te hoog ingezet of bijgesteld naar aanleiding van de eindtoets. Als de praktijk laat zien dat het niveau toch iets te hoog is gegrepen, stromen leerlingen alsnog in op het vmbo. Ondanks de stijging van de instroom, is er nog geen sprake van een kentering van het totale aantal vmboleerlingen. De verdeling van het aantal leerlingen over de verschillende leerwegen is gelijk gebleven. Het aantal leerlingen in de basisvorming neemt vanaf 2014-2015 jaarlijks af. Daarnaast zien we een verschuiving vanaf 2014-2015 van meer leerlingen kaderberoepsgerichte leerweg ten koste van de basisberoepsgerichte leerweg.
Instroom nieuwe leerlingen vmbo Wellantcollege (alle leerjaren) aantal leerlingen
Wellant vmbo
Goede onderwijskwaliteit en voldoende leerlingen zijn cruciaal. De persoonlijke aandacht die we voor iedere leerling hebben en de inzet van gepersonaliseerd leren vormen daarvoor een goede basis. Belangrijke aandachtspunten voor Wellant zijn: verhoging van de tevredenheid van leerlingen en ouders, ICT-gebruik en de modernisering van het groene onderwijs. Daarmee kunnen we een nieuwe generatie vakmensen opleiden voor de wereld van nu en morgen.
3000 2500 2000 1500 1000 500 0
â– Totaal
2014-2015
2015-2016
2016-2017
2017-2018
2018-2019
2609
2478
2414
2189
2240
23
3 Wellant vmbo
3.1 Voldoende onderwijskwaliteit (KSF 1) Locatieschouw Wellantcollege kreeg, net als het jaar ervoor, voor alle vmbo-locaties een basisarrangement toegekend van de Onderwijsinspectie. Echter, er zijn wel verschillen in de prestaties tussen de locaties. Om hier goed zicht op te hebben en tijdig de risico’s hiervan te onderkennen, maken we jaarlijks een locatieschouw. De locatieschouw is een periodiek onderzoek naar de vitaliteit van de
(afzonderlijke) vmbo-locaties, waarbij deze beoordeeld worden op harde criteria als leerlingenaantallen, financiële performance en interne doorstroom én zachte, meer kwalitatieve criteria als onderwijskwaliteit en HRM-aspecten. De waardes van de diverse indicatoren worden centraal berekend en vastgesteld. De uitkomsten leiden via berekening per locatie tot een totaalwaarde op harde en zachte indicatoren. Door de uitkomsten van alle indicatoren van alle locaties van hoog naar laag te rangschikken en een kleurcode aan de waarde toe te kennen, ontstaat een beeld van de relatieve positie die
Aantal vmbo-leerlingen 2014/15 - 2018/19 12000
aantal leerlingen
10000
MAVO
erweg oeps-, ngde leerweg)
8000
de locatie bekleedt ten opzichte van de overige locaties. Tevens ontstaat inzicht in de vitaliteit van het totaal van de sector vmbo binnen Wellantcollege. Een locatie met een lage score op zowel de harde als de zachte indicatoren krijgt een verdiepend onderzoek naar de strategische waarde van deze locatie. Hierbij gaat het vooral om het antwoord op de vraag of op (middel)lange termijn er perspectief bestaat of de locatie in staat is om de strategische waarde te realiseren. Met andere woorden: welke investeringen zijn nodig om de vitaliteit op een acceptabel niveau te brengen en welke invulling van de strategie kan dan worden bereikt? Op basis van de uitkomsten van de locatieschouw kunnen investeringsbesluiten voor het op peil brengen en/of borgen van de onderwijskwaliteit, marktaandeel en/of leerlingenaantallen, strategische Vavo personeelsplanning en huisvesting geïnitieerd of ondersteund worden. Daarnaast zijn de resultaten van de selfie Theoretische leerweg vmbo een goede basis voor locaties om onderling meer Praktijkonderwijsvan elkaar te gaan leren.
6000
Kader-beroepsgerichte leerweg
4000
Gemengde leerweg
2000 0
2014-2015
2015-2016
2016-2017
2017-2018
2018-2019
1417 4767
1574 4614
1641 4412
1506 4101
1394 3950
833 1467 220 433 20
914 1484 247 447 8
918 1617 249 409 17
937 1727 251 356 12
931 1667 248 12 15
■ Basis-beroepsgerichte leerweg ■ Basisvorming (basis-beroeps-, kaderberoeps en gemengde leerweg) ■ Gemengde leerweg ■ Kader-beroepsgerichte leerweg ■ Praktijkonderwijs ■ Theoretische leerweg/MAVO ■ Vavo
Leerlingenquête vmbo 2016 - 2018 1000
Tevredenheid leerlingen Jaarlijks meten we de tevredenheid van leerlingen via een enquête. De resultaten zijn ook te zien op Scholen op de Basisvorming Kaart (www.scholenopdekaart.nl). De enquête bestaat Basis-beroepsgerichte leerweg uit drie onderdelen: tevredenheid (16 vragen), schoolklimaat (7 vragen) en sociale veiligheid (4 vragen). Op sociale veiligheid scoort Wellant hoger (9,24) dan het landelijk gemiddelde (9,2). Maar op de andere twee gebieden blijft ons gemiddelde achter bij het landelijk gemiddelde: met een 6,31 voor tevredenheid (landelijk gemiddelde is 6,67) en een 6,68 voor schoolklimaat (landelijk gemiddelde is 7). De grootste verschillen zien we bij de vragen: • Hoe tevreden ben je over de hoeveelheid ICT die gebruikt wordt tijdens de lessen? • Hoe tevreden ben je over de begeleiding naar een vervolgstudie?
• Hoe tevreden ben je over de veiligheid op school? Wel zien we sinds 2016 een stijgende lijn bij deze drie vragen.
Tevredenheid ouders Daarnaast nemen we jaarlijks een enquête onder ouders af die uit 16 vragen bestaat. Na een forse stijging van de oudertevredenheid, van een 7,19 in 2016 naar een 7,75 in 2017, is de oudertevredenheid in 2018 licht gedaald (0,07 punt) naar een 7,7. Het landelijk gemiddelde is met 7,95 gelijk gebleven. Het grootste verschil tussen het landelijk gemiddelde en ons gemiddelde zien we bij de volgende twee stellingen: • Mijn kind krijgt op school de mogelijkheid om zijn of haar talent te ontwikkelen. • De school leert mijn kind om een eigen mening te vormen. De resultaten van de tevredenheidsenquêtes worden per locatie nader geanalyseerd. Mede op basis hiervan worden door de schoolleiders activiteiten geformuleerd in het locatieplan. Deze activiteiten worden dan in het nieuwe schooljaar uitgevoerd.
Onderwijsrendementen vmbo De tabel hieronder geeft een overzicht van de behaalde examenresultaten, zowel voor het schoolexamen (SE) als het centraal examen (CE). Bij twee van de drie leerwegen (basisberoepsgericht en kaderberoepsgericht) is ons gemiddelde centraal examencijfer in 2018 hoger dan het landelijk gemiddelde. In 2017 scoorde alleen onze basisberoepsgerichte leerweg boven het landelijk gemiddelde. Het percentage geslaagden is op alle drie de leerwegen gestegen ten opzichte van ons gemiddelde in 2017, terwijl het landelijk gemiddelde juist is gedaald. Zowel op de basisberoepsgerichte leerweg
800
Definitieve examencijfers volgens Vensters VO – VMBO 2017 - 2018 600 400 200 0 ■ ■ ■ ■ ■ ■
24
Wellant 2016 Landelijk 2016 Wellant 2017 Landelijk 2017 Wellant 2018 Landelijk 2018
Tevredenheid
Schoolklimaat
Soc. Veiligheid
5,92 6,46 6,33 6,62 6,31 6,70
6,25 6,75 6,71 7,00 6,68 7,00
9,23 8,70 9,30 9,25 9,24 9,20
Beroepsgerichte leerweg
Kaderberoepsgerichte leerweg
Gemengde (theoretische) leerweg
Landelijke norm centraal examen cijfer
6,50
6,23
6,19
Landelijk gemiddelde centraal examen cijfer
6,71
6,32
6,33
Wellant gemiddelde centraal examen cijfer
6,88
6,40
6,30
72
62
28
-0,31
0,09
0,33
777
845
657
Percentiel CE Verschil SE - CE 2016 Aantal deelnemers
45
53
26
Wellant% geslaagd
Percentiel slaag - %
98,5
96,1
90,4
Landelijk gemiddelde % geslaagd
97,8
95,2
92,5
25
3 Wellant vmbo
Uitstroom van Wellant vmbo naar Wellant mbo juli 2018
vmbo VSV-percentage werkelijk vs. norm, onderbouw - bovenbouw 4,00%
4,0
4,00%
Totale uitstroom 4e leerjaar Wellant vmbo
Totale uitstroom naar Wellant mbo
% Wellant uitstroom van totale uitstroom
98
20
20%
137
44
32%
Mavo Stek Dordrecht
69
2
3%
Vmbo Amersfoort
88
0
0%
Vmbo Anna Hoeve Brielle
88
4
5%
Vmbo Boskoop
81
7
9%
Vmbo De Groenstrook Aalsmeer
180
22
12%
Vmbo Dordrecht
175
17
10%
Vmbo Gorinchem
22
6
27%
Vmbo Gouda
93
20
22%
Vmbo Houten
105
7
7%
Vmbo Klaaswaal
99
5
5%
Vmbo Linnaeus Amsterdam
28
0
0%
Vmbo Madestein Den Haag
50
2
4%
171
23
13%
Vmbo Naarden
80
4
5%
Vmbo Oegstgeest
99
7
7%
Vmbo Rijnsburg
134
10
7%
Vmbo Rotterdam
47
3
6%
Vmbo Sloten Amsterdam
92
1
1%
Vmbo Utrecht
87
9
10%
Vmbo Westplas Aalsmeer
82
6
7%
Vmbo Westvliet Den Haag
131
14
11%
2236
233
10%
3,5 3,00%
3,0
Chr. vmbo Alphen aan den Rijn
2,5 2,0
1,0
Chr. vmbo De Bossekamp Ottoland
1,33%
1,5
1,19%
1,00%
1,00%
1,20%
0,75%
0,5
0,13%
0,0
0,07%
0,02%
onderbouw
bovenbouw
■ norm 2014-2015 ■ vsv 2014-2015 ■ norm 2015-2016 ■ vsv 2015-2016 ■ norm 2016-2017 ■ vsv 2016-2017
als de kaderberoepsgerichte leerweg is het percentage geslaagden in 2018 hoger dan het landelijk gemiddelde. In 2017 lagen onze gemiddelden op alle drie de leerwegen nog onder het landelijk gemiddelde. Voortijdige schoolverlaters (VSV) Voor het vmbo geldt in de onderbouw voor 2017-2018
nog steeds een percentage onder de landelijke DUOnorm. De bovenbouw is in percentages iets gestegen en scoort daarmee iets boven de DUO-norm. Deze landelijke norm wordt jaarlijks vastgesteld. VSV blijft, met name in de bovenbouw, een belangrijk aandachtspunt in het kader van een zo passend mogelijk onderwijsaanbod voor elke leerling.
VSV percentage vmbo onderbouw 2015 - 2016 t/m 2017 - 2018 0,20%
0,20
0,15 0,10%
0,10%
0,10 0,07%
0,07% 0,05%
0,05
0,00
2015 - 2016
2016 - 2017 ■ Wellantcollege
2018 - 2019
■ norm landelijk
VSV percentage vmbo bovenbouw 2015 - 2016 t/m 2017 - 2018 1,50%
1,5 1,2
1,14%
1,13% 1,05%
1,00%
1,00%
0,9 0,6 0,3 0,0
2015 - 2016
2016 - 2017 ■ Wellantcollege
26
Vmbo Montfoort
■ norm landelijk
2018 - 2019
Interne doorstroom De doorstroom van onze vmbo-leerlingen naar het mbo van Wellant is gedaald van 11,5% in 2017 naar 10% in 2018. Dit doorstroompercentage verschilt veel per locatie en schommelde de afgelopen jaren tussen de 11 en 16%. In het kader van passend onderwijs biedt het kleinschalige groene onderwijs van Wellant vmbo voor een specifieke groep leerlingen (BB en KB, met lwoo-indicatie) de beste mogelijkheid om zich te kunnen ontwikkelen. Het groen is hierbij meer een middel dan een doel. Dit voorjaar zijn we een nauwe samenwerking aangegaan met mboRijnland. Veel van onze leerlingen stromen door naar deze school. Volgend verslagjaar zullen we de interne doorstroomcijfers naar mboRijnland ook opnemen.
Examinering vmbo De examens worden voorbereid en uitgevoerd op de locaties. Voor een goed verloop ondersteunt de centrale examencommissie (CEC) de uitvoering. Ook monitort de CEC vanuit haar borgende taak het verloop van de examinering. Invoering vernieuwd beroepsgericht programma De invoering van profielvakken en keuzevakken in het beroepsgericht vmbo vergt veel van de scholen. De nieuwe inhoudelijke aspecten kunnen ertoe leiden dat leerlingen niet optimaal voorbereid zijn op het centraal schriftelijk praktijkexamen (CSPE). Daarom bestaat de mogelijkheid om, beargumenteerd en na goedkeuring van de directeur, af te wijken van de voorgestelde correctienormen (N-termen). In 2018 hebben acht locaties hiervan gebruik gemaakt en de N-termen verhoogd. 27
3 Wellant vmbo
Loopbaanoriëntatie en -begeleiding Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) is vanaf augustus 2016 een integraal onderdeel van het vernieuwde beroepsgerichte programma bij alle leerwegen in het vmbo en maakt ook deel uit van het examenprogramma. Daarom heeft Wellant fors ingezet en geïnvesteerd om LOB op een goede manier vorm te geven. Speerpunten van onze aanpak zijn: • integratie van LOB in het curriculum, uitgevoerd door het hele team • doorlopende leerlijn brugklas-bovenbouw-mbo • koppeling van praktijkervaringen aan loopbaanreflectiegesprekken • betrekken van ouders
Borging kwaliteit schoolexamens Naar aanleiding van de kwestie ‘Maastricht’ hebben we onze interne procedures en processen rond de schoolexaminering aangescherpt. Ook de locaties die dit voorheen nog niet deden, zijn vanaf schooljaar 20182019 overgegaan op centrale archivering van gemaakte schoolexamens. De CEC heeft een plan van toezicht opgesteld waarmee de directie onderwijs de examinering op de locaties kan monitoren. Met ingang van het nieuwe schooljaar is door de CEC een maximum gesteld aan het aantal PTA-toetsen per vak. Op deze manier willen wij de kwaliteit van de schoolexaminering zo goed mogelijk borgen. In 2019 starten wij met de uitvoering van examenaudits op de locaties om ons ervan te vergewissen dat de uitvoering verloopt volgens wet- en regelgeving.
3.2 Innovatie (KSF 2)
ondersteunt alle locaties bij de invoering van gepersonaliseerd leren. Daarnaast zijn alle locaties voorzien van een iCoach en Innovator. Zij spelen een initiërende rol bij de verdere ontwikkeling en professionalisering van digitale vaardigheden en het ontwikkelen en vormgeven van gepersonaliseerd onderwijs. De teams volgen een eigen ontwikkelpad dat per locatie verschilt. De meeste teams gebruiken iPads om de digitale didactiek (en daarmee ook hun eigen vaardigheden) een plek in het curriculum te geven. Ook zijn locaties bezig met andere middelen en methodes om leerlingen een gepersonaliseerd ontwikkeltraject aan te bieden. Denk aan: flexibele roostering, leerdoeldenken en formatieve evaluatie. Op speciale themamiddagen en het jaarlijkse docentencongres worden kennis en ervaringen gedeeld. Deze trend zetten we in 2019 voort. Met onze zogenaamde Well-labs koppelen we locaties aan elkaar die met onderwerpen rondom hetzelfde thema bezig zijn. Zo borgen we innovatie op onze locaties.
Digitaal onderwijs/gepersonaliseerd leren We werken binnen het programma digitaal onderwijs aan de volgende drie doelen: 1. vormgeven van gepersonaliseerd leren ondersteund met digitale middelen; 2. onderwijs laten aansluiten op de (digitale) belevingswereld van de leerlingen; 3. vormgeven van 21st century skills in het onderwijs. Bijna alle locaties zetten sinds schooljaar 2018/2019 in het eerste leerjaar de iPad in, vooral voor gepersonaliseerd leren. Alle docententeams hebben een training gehad om de basisvaardigheden voor het gebruik van een iPad onder de knie te krijgen. Een projectteam
Modernisering groen onderwijs (Explore) Inmiddels werken alle locaties met beroepsgerichte leerwegen met het vernieuwde beroepsgerichte programma. Het merendeel van de locaties heeft in 2018 het examen van profiel Groen afgenomen. In mei 2019 doen zes locaties voor het eerst examen in profiel Groen. De vaksecties Groen worden vanuit de unit bdo/ hrm ondersteund bij het vormgeven van het onderwijs in het vernieuwde beroepsgerichte programma. Twee keer per jaar komen de vaksectievoorzitters van profiel groen bij elkaar. In overleg met hen hebben we de jaarlijkse Wellantbrede professionaliseringsdag profiel Groen georganiseerd.
28
Op de meeste locaties is de LOB-scholing in 2018 bijna geheel afgerond. Daarmee is een groot deel van de mentoren van Wellantcollege getraind om goede loopbaangesprekken met hun leerlingen te voeren. Ook hebben we inmiddels op alle locaties het loopbaandossier ingevoerd, waarin leerlingen de ontwikkeling van hun loopbaancompetenties laten zien. Dit dossier groeit vanaf het eerste leerjaar met de leerling mee en wordt meegenomen naar het mbo. Een vijftal locaties is in 2018 gestart met het actief betrekken van ouders bij LOB. Zo organiseren ze twee keer per jaar een loopbaanbegeleidingsgesprek tussen leerling, mentor en ouders. In deze gesprekken vertelt de leerling aan zijn ouders en mentor wat hij ontdekt heeft over zichzelf en over zijn kwaliteiten, interesses en toekomstbeeld. Ouders waarderen deze gesprekken enorm. We horen dat het een grote stimulans is om thuis door te praten
en dat leerlingen zich op deze manier geholpen voelen bij het maken van hun keuzes. Voor schooljaar 2019/2020 hebben we de ambitie om het loopbaandossier verder te ontwikkelen en de ouderactiviteiten te verbreden naar alle locaties. Daarnaast zetten we dan in op het versterken van de competentie werkexploratie, onder andere door het uitbouwen van activiteiten rond stages en samenwerking met het mbo en bedrijfsleven. De docententeams zijn positief over deze ontwikkelingen. Ook zien we al drie jaar duidelijk positieve effecten op de tevredenheidsmetingen onder leerlingen.
Excellentie Onze leerlingen doen mee aan Skills Talents, dat zijn de teamvakwedstrijden voor het vmbo. Tijdens een voorronde op de eigen school, de provinciale kampioenschappen en de nationale finale strijden ze -in teams van drie leerlingen- om in hun wedstrijdrichting de beste te worden van Nederland. Onze leerlingen hebben het hierbij goed gedaan. Naast goud in de categorie ‘beste provincieteam’ hebben onze leerlingen bijvoorbeeld ook zilver gehaald in de categorie ‘beste school per wedstrijd’ bij de vakwedstrijd Economie en Ondernemen.
3.3 Versterken regionale samenwerking (KSF 3) De Regionale Educatieve Agenda van gemeenten wordt steeds belangrijker. Elke vmbo-directeur houdt, in samenspraak met het management van de locatie, zicht op de ontwikkelingen binnen de regio. Op locaties vinden
29
3 Wellant vmbo
regelmatig activiteiten plaats, in samenwerking met het bedrijfsleven. In het kader van passend onderwijs is iedere vmbo-locatie aangesloten bij een samenwerkingsverband (SWV). Wellantcollege participeert in vijftien regionale samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs (zie het overzicht in bijlage 1). In de besturen vertegenwoordigt een directeur onderwijs Wellantcollege. We willen alle leerlingen die een bepaalde vorm van extra ondersteuning nodig hebben, een passende plek kunnen bieden binnen onze scholen. Onze vmbo-locaties zetten hiertoe diverse maatregelen en middelen in. Door de verschillende implementatietrajecten van passend onderwijs in de SWV’s, zoals wel of niet gebruik maken van ‘opting-out’, ontvangen we de gelden voor passend onderwijs via verschillende wegen en spelregels. In 2018 ontving Wellantcollege ruim 16 miljoen euro voor passend onderwijs. Dit bedrag bestaat uit gelden vanuit de samenwerkingsverbanden voor zowel basisondersteuning en extra ondersteuning (circa 1,8 miljoen euro) als gelden specifiek bedoeld voor
leerwegondersteuning (circa 14,5 miljoen euro). We hebben dit geld besteed aan de volgende zaken: • Kleinere klassen (9,5 miljoen euro). Ongeveer 8,5 miljoen is besteed aan meer inzet van personeel, de rest aan huisvestingskosten. • Meer ondersteunend personeel (zowel eigen als inhuur), zoals coördinatoren onderwijsondersteuning en orthopedagogen op de verschillende locaties (1,6 miljoen euro). • Tijdsbesteding van overig personeel, zoals de inzet van onderwijzend personeel in de rol van mentor of huiswerkbegeleider en de inzet van ondersteunend personeel, zoals een conciërge of schoolleider (3,8 miljoen euro). • Diverse externe kosten (1,3 miljoen euro). Zo maken we binnen Wellant kosten voor het extern begeleiden en testen van leerlingen (circa 0,6 miljoen euro) en voor professionalisering van het onderwijzend en ondersteunend personeel (0,7 miljoen euro).
Studenten presenteren plan bij gemeente Dordrecht Watermanagementstudenten hadden een plan bedacht voor het aanleggen van een natuurvriendelijke oever grenzend aan het schoolterrein. Ze gingen op gesprek bij de gemeente en kregen gehoor! Na overleg en het aansluiten van een tweede partner, Waterschap Hollandse Delta, werd de opdracht en leerofferte met de studenten ondertekend.
3.4 Internationalisering vmbo (KSF 4) Het thema internationalisering is in het vmbo vooral gericht op de maatschappelijke vorming van onze leerlingen. Onze maatschappij is multicultureel, onze economie is mondiaal verweven en de vraagstukken van deze tijd, zoals migratie, voedsel en klimaat, gaan over landsgrenzen heen en vragen om internationale samenwerking. De nadruk ligt in het vmbo op ‘internationalisation at home’. In de lessen wordt aandacht besteed aan internationale bewustwording. Zo rouleren de leerlingen iedere zes weken in een carrousel in het kader van beroepenoriëntatie. Internationalisering is een van de thema’s die ze aantoonbaar in hun portfolio vastleggen. Andere voorbeelden uit de praktijk zijn: • Taaldorp, waarin we op de locatie een buitenlands dorp nabootsen. De leerlingen voeren gesprekken in bijvoorbeeld een winkel, een reisbureau, een station en een stadhuis. • Internationale oriëntatie tijdens moderne vreemde talen zoals Engels en Duits. 30
• Globaland, een tweedaags onderwijsproject waarin leerlingen spelenderwijs ontdekken waarom het belangrijk is om samen met andere mensen te werken aan de (mondiale) maatschappij, hoe die maatschappij in elkaar zit en wat je als jongere zelf kunt doen.
3.5 Informatie op locatieniveau Actuele informatie over iedere Wellant vmbo-school, zoals cijfers, een vergelijking met andere scholen en een toelichting door de school zelf, is te vinden op de website www.scholenopdekaart.nl. Op deze website kunnen ouders, leerlingen en andere belangstellenden informatie vinden over alle middelbare scholen in Nederland. Deze informatie dient als publieke verantwoording en helpt leerlingen van groep 8 en hun ouders bij het maken van hun schoolkeuze. Daarnaast gebruikt Wellantcollege ‘Vensters VO’ voor het maken van interne managementrapportages en het samenstellen van locatierapporten. Ook onze eigen website bevat veel informatie over onze afzonderlijke vmbo-locaties: https://wellant.nl/vmbo/ 31
Wellant mbo
Voor het mbo was het verhogen van de onderwijskwaliteit in 2018 het belangrijkste doel. Daarnaast hadden we veel aandacht voor innovatie. We willen onze studenten aantrekkelijke opleidingen aanbieden en via onze kenniscentra en hotspots zorgen voor verbinding met de regio en het bedrijfsleven. Zo sluit het mbo aan op de wereld om ons heen. En worden studenten voorbereid op de wereld van nu en morgen. Een wereld waarin behoefte is aan een nieuwe generatie vakmensen die de wil, kennis en vaardigheden hebben om onze leefomgeving te verbeteren. In 2018 is het aantal studenten fors gedaald ten opzichte van het jaar ervoor. Ten opzichte van het jaar ervoor vertoont het aantal leerlingen in niveau 1 een lichte stijging. De aantallen in de niveaus 2, 3 en 4 dalen echter allemaal vrij sterk. Zowel het aantal bol-studenten als het aantal bbl-studenten is afgenomen (zie volgende pagina).
aantal deelnemers
4
Aantal mbo-studenten 2014-2018 4000
4.1 Voldoende onderwijskwaliteit (KSF 1) Basiskwaliteit mbo Door het inrichten van vakgroepen en de introductie van de zogenaamde ‘selfies’, hebben we een professionaliseringsslag gemaakt en zijn onze medewerkers beter in hun kracht gekomen. De zelfreflectie binnen teams neemt toe. Teams voelen meer eigenaarschap met betrekking tot hun eigen werkprocessen. Dit komt de kwaliteit van het onderwijs ten goede. Ook voelen steeds meer docenten zich docent van Wellantcollege en niet alleen van hun eigen locatie. Het werken met
Totaal 3628
Totaal 3513
Totaal 3621
Totaal 3581
Totaal 3289
2014-2015
2015-2016
2016-2017
2017-2018
2018-2019
1514 1255 784 75
1443 1274 714 82
1569 1252 705 95
1503 1248 703 64
1403 1147 661 78
3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0
■ ■ ■ ■
Niveau 4 Niveau 3 Niveau 2 Niveau 1
33
4 Wellant mbo
Herziene Kwalificatiestructuur (HKS) De HKS is inmiddels ingevoerd. In 2018 lag de focus op de verdere doorontwikkeling, vooral van het proces rondom de keuzedelen. Ook hebben we aandacht besteed aan de samenhang en uniformiteit van dezelfde opleidingen die op verschillende locaties worden gegeven.
aantal deelnemers per 1 oktober
Aantal mbo-studenten per leerweg
BBL BOL Totaal
5000 4500 4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0 20112012
20122013
Wellant-brede vakgroepen draagt hieraan bij. Deze vakgroepen zijn gekoppeld aan een opleidingsmanager waardoor er verbinding is met de lijn en waardoor de haalbaarheid, uitvoerbaarheid, betaalbaarheid en organiseerbaarheid niet uit het oog verloren worden. In eerste instantie hielden de vakgroepen zich vooral bezig met het ‘wat’, maar er is een beweging ontstaan richting het ‘hoe’. Wellantcollege houdt zicht op de kwaliteit van de uitvoering van het onderwijs, onder andere door het afnemen van onderwijsaudits. In 2018 is gestart met een nieuwe ronde onderwijsaudits, waarbij op iedere locatie een cluster van opleidingen wordt onderzocht.
Examinering mbo We hebben dit schooljaar hard gewerkt aan het uitwerken en uitvoeren van de acties van het verbeterplan Examinering mbo. Daarmee is geborgd dat de examinering voldoet aan de kwaliteitsnormen. In dit kader zijn de volgende acties uitgevoerd: • Leden van examencommissies hebben proeven van bekwaamheid en examens talen en rekenen bijgewoond. Hierbij is gelet op geconstateerde risicopunten. • Gecertificeerde assessoren onderwijs en bedrijfsleven nemen één keer in de drie jaar deel aan een opfriscursus. Het overgrote deel van de opgeroepen assessoren heeft deze cursus vrijwillig en met succes gevolgd. Ook is een aantal nieuwe assessoren opgeleid en gecertificeerd. • De beroepsproeven vanuit de Groene Norm, gebaseerd op de HKS, zijn met name bij de entreeopleidingen afgenomen. Op een paar 34
20132014
20142015
20152016
20162017
20172018
20182019
knelpunten na is dit goed verlopen. • De CEC heeft een aantal ingekochte examens voor de keuzedelen binnen de HKS vastgesteld. Voor keuzedeelexamens die we niet bij leveranciers kunnen inkopen, ontwikkelen de AOC’s gezamenlijk examens. Deze zijn ook vastgesteld. • De vakgroepvoorzitters van Nederlands en moderne vreemde talen hebben een advies over het inkopen van instellingsexamens uitgebracht aan de CEC. We hebben deze examens aangeschaft en in het schooljaar 2017/2018 ingezet. De taaldocenten zijn voor wat betreft de examinering bijgeschoold tot taalassessor. • De examenregeling voor alle opleidingen is nu één geïntegreerd geheel, voor zowel de beroepsgerichte examens als de examens voor talen en rekenen. De CEC heeft de STOER (studiegids en onderwijsen examenregeling) voor 2018-2019 vastgesteld. Daarbij is een nieuw format uitgewerkt voor de examenregeling van de diverse opleidingen, conform de modellen van de Procesarchitectuur Examinering. • Om de gelijkwaardigheid van de CKS PvB’s te versterken hebben we afnameplannen uitgewerkt met een concretere opdracht. Aan deze afnameplannen is een matrix gekoppeld, waarin per werkproces de relatie met de uit te voeren taak is weergegeven. Bij meerdaagse proeven leggen we in deze matrix ook vast hoe we de authenticiteit borgen van niet door assessoren geobserveerde werkzaamheden. Verder hebben we het logboek voor de meerdaagse proeven zo aangepast dat de assessoren zich een beter beeld kunnen vormen van de uitgevoerde werkprocessen tijdens de proeve van bekwaamheid.
van deze eerste groene tweetalige mbo-opleiding wordt door Nuffic (Nederlandse organisatie voor internationalisering in onderwijs) gevolgd en begeleid en gezien als ‘good practice’ in het mbo-onderwijs.
Opleidingsportfolio In 2018 hebben we het portfolio tegen het licht gehouden en kritisch gekeken naar het aantal uitvoeringslocaties. Op basis van kwaliteit, betaalbaarheid en organiseerbaarheid is het aantal uitvoeringslocaties verminderd en het portfolio per regio aangepast. De realisatie van associate degrees (AD) loopt. Samen met Van Hall Larenstein zijn we gestart met de AD Leefomgeving, die inmiddels wordt gevolgd door enkele voormalige niveau 4-studenten. De AD Urban green is omgevormd tot een AD Duurzaam ondernemen en wordt aangeboden bij Aeres Hogeschool in Almere. De AD Melkveehouderij is niet gestart. In de Kwaliteitsagenda 2019-2023 is de samenwerking met hbo’s in de regio en het medeontwikkelen van AD’s en topopleidingen als actiepunt opgenomen. We zijn een samenwerking gestart met Aeres Hogeschool die onze mbo-studenten leerwinst kan opleveren. In het schooljaar 2018-2019 zijn we gestart met een tweetalige opleiding Paardenhouderij. Minimaal 50% van de lessen is in het Engels. In het eerste leerjaar van de opleiding krijgen studenten bovendien een taalcursus Engels van twee weken bij het taalinstituut op Malta aangeboden. De ontwikkeling
Skills Heroes en mbo-ambassadeur Daarnaast hebben we in 2018 een grote slag gemaakt op het gebied van de Skills-vakwedstrijden voor mbo (Skills Heroes). Onze doelstelling is ruim behaald. Zo hebben we met meer opleidingen deelgenomen aan Skills-wedstrijden dan beschreven in het plan. Ook waren de resultaten boven verwachting met drie keer goud, één keer zilver en één keer brons tijdens de nationale kampioenschappen. Op het EK Tuinaanleg in Budapest wonnen onze studenten Jochem en Willem de bronzen plak en daarmee behaalden zij de hoogste notering van Team Nederland. Het succes van Skills maakt dat leerlingen enthousiast zijn om mee te doen met de voorronden. Door onze Skills Heroes in het zonnetje te zetten heeft ons groene onderwijs meer aandacht gekregen. Ook hebben de locaties flink werk gemaakt van het mbo-ambassadeurschap. Onze studente Benthe heeft in 2018 de top-10 bereikt tijdens de landelijke verkiezing van beste mbo-ambassadeur. In 2018 was 19% van de totale instroom op Wellant mbo afkomstig van Wellant vmbo. Dit percentage schommelt de afgelopen zes jaren rond de 18 á 19%.
Inerne doorstroom van Wellant vmbo naar Wellant mbo
Aalsmeer Amsterdam Delft Dordrecht
Totale instroom
Afkomstig van Wellant vmbo
%
159
30
19
31
1
3
9
1
11
163
33
20
Gouda
72
12
17
Houten
441
123
28
Linnaeus A'dam
54
Rijnsburg
94
8
9
106
22
21
68
3
4
1197
233
19
Rijswijk Rotterdam
0
35
4 Wellant mbo
alle mbo-locaties is er een centrale backoffice ingericht om studenten tijdens hun schoolloopbaan administratief goed te kunnen volgen en om tijdig te kunnen signaleren en ingrijpen.
VSV-percentage mbo 2015 - 2016 t/m 2017 - 2018 6 5
5,6% 4,7%
4,9% 3,8%
4
3,6%
3,4%
3 2 1 0
2015 - 2016
2016 - 2017 ■ Wellantcollege
Terugdringen voortijdige schoolverlaters (VSV) DUO heeft in maart 2019 de resultaten van Wellant ten opzichte van het AOC-gemiddelde bekend gemaakt. Het percentage VSV’ers van Wellant ligt in 2018 met 5,6% boven het AOC-gemiddelde van 3,8%. Zie bovenstaande grafiek.
2018 - 2019
■ AOC-gemiddelde
Het aantal VSV'ers is in 2017-2018 gestegen, zowel ten opzichte van 2016-2017 als ten opzichte van de norm. Het voorkomen van VSV door middel van tijdige signalering, opvolging van structureel verzuim en het handhaven van de zorgplicht tot en met de inschrijving bij de vervolgopleiding, blijft een belangrijk aandachts- en verbeterpunt en heeft hoge prioriteit. Ten behoeve van
Verbeteren studiesucces Het jaarresultaat en het diplomaresultaat van Wellantcollege is te kwalificeren met een ruime voldoende. De norm van de Inspectie voor voldoende resultaten ligt bij 68%. Wel liggen de gemiddelden van Wellantcollege onder het gemiddelde van alle AOC’s. De jaar- en diplomaresultaten zijn per locatie, per niveau en per bc-code bekend. Afhankelijk van de aantallen studenten is er een grote variatie in resultaten. Deze resultaten worden middels de risicomatrix beschikbaar gesteld aan de locaties. De locaties nemen hier kennis van en formuleren verbeteracties die zij opnemen in hun teamplannen. Alle beroepsopleidingen, met uitzondering van Voeding niveau 3 en 4, scoren in de meerjarige meetperiode 2014-2017 op instellingsniveau boven de gestelde Inspectienorm.
4.2 Innovatie (KSF 2) Jaarresultaat 2015 - 2016 t/m 2017 - 2018 80 70
76,2%
76,5%
72,9%
78,8%
71,5%
76%
60 50 40 30 20 10 0
2015 - 2016
2016 - 2017 ■ Wellantcollege
2018 - 2019
■ AOC-gemiddelde
Diplomaresultaat 2015 - 2016 t/m 2017 - 2018 80 70
75,5%
76,1%
72,6%
79,2%
72,5%
76,6%
60 50 40 30 20 10 0
2015 - 2016
2016 - 2017 ■ Wellantcollege
36
2018 - 2019
Kwaliteitsagenda In 2018 is gestart met de ontwikkeling van de Kwaliteitsagenda, Wellantcollege in-stelling voor de regio 2019/2022. De Kwaliteitsagenda wordt opgesteld op basis van input uit de locaties en regio's en vanuit de strategische ambities van Wellantcollege. In deze agenda wordt specifieke aandacht besteed aan drie landelijke speerpunten (gelijke kansen, kwetsbare jongeren en innovatie en arbeidsmarkt). De kapstok van het plan is de doorontwikkeling van het mbo-onderwijs van Wellantcollege en haar rol in de regio. Voor een slagvaardige en wendbare organisatie is het nodig dat Wellantcollege een sterke positionering heeft in de regio. Daarbij zet Wellantcollege in op vier regio's: regio Greenport (Aalsmeer en Rijnsburg), regio Groene Hart ((Gouda en Houten), regio Metropool (Rotterdam, Rijswijk en Amsterdam) en regio Drechtsteden (Dordrecht). Senior opleidingsmanagers gaan functioneel de regio aansturen. De directie onderwijs wordt verantwoordelijk voor de uitvoering van de strategie op gebied van onderwijskwaliteit, regionale samenwerking en de verdere positionering van Wellantcollege. De directie positioneert Wellantcollege in landelijke en regionale netwerken.
Kenniscentra De innovatie in het mbo krijgt vorm in de kenniscentra. Wellantcollege heeft vier kenniscentra. Binnen ieder kenniscentrum geven we invulling aan de volgende drie publieke waarden: bijdragen aan de regionale innovatie, initieel onderwijs en een Leven Lang Ontwikkelen. Daarbij ligt per kenniscentrum de focus op een regionaal thematisch expertisegebied. Onze kenniscentra hebben een regierol naar andere mbo-locaties op het gebied van het ontwikkelen, beheren en beschikbaar stellen van met name toepassingsgerichte kennis over specifieke groene thema’s. Het doel is om groen onderwijs te voorzien van actuele content en moderne leeromgevingen, aansluitend op de behoefte van de samenleving/ regio. Binnen de kenniscentra wordt de samenwerking met het regionale bedrijfsleven en overheden geïntensiveerd. Netwerken ontstaan en breiden uit en publiek-private samenwerkingen nemen toe. Het opleidingsportfolio en de invulling van het initieel en postinitieel onderwijs krijgen vorm op basis van de regionale behoefte van de arbeidsmarkt en door middel van cocreatie (bedrijfsleven, overheid, (onderwijs)partners). De vier kenniscentra van Wellantcollege zijn: Aalsmeer: kenniscentrum Teelt, Techniek, Handel en Logistiek Het kenniscentrum in Aalsmeer positioneert zich in de regio als het centrum waarin teelt, handel en logistiek centraal staan. Samen met de opleiding Green Tec in Delft, de Amsterdam Economic Board, de Greenport, Inholland en het regionale bedrijfsleven werkt het kenniscentrum aan de positionering en versterking van de tuinbouwsector. Verhogen van de instroom en contextrijk leren zijn daarbij belangrijk. Een groot aantal activiteiten wordt gefinancierd vanuit het Regionaal Investeringsfonds. Houten: Leefomgeving (Groene Hotspot) en kenniscentrum Diermanagement Het kenniscentrum Leefomgeving maakt een transitie door naar Groene Hotspot en is daarmee koploper van de kenniscentra. De Groene Hotspot is een community voor alle betrokkenen in de groene sector, zoals: studenten, alumni, (leer) bedrijven, docenten, lectoren, practoren, inspiratoren, leveranciers, adviesbureaus, samenwerkingsverbanden, overheden, maatschappelijke organisaties, adviseurs, architecten, boomverzorgers, interieurbeplanters, onderwijsinstellingen en internationale organisaties.
■ AOC-gemiddelde
37
4 Wellant mbo
Het is een fysieke plek om te leren voor studenten en cursisten. Het concept van Groene Hotspot gaan we inzetten bij de ontwikkeling van de andere kenniscentra binnen Wellantcollege. Het kenniscentrum Diermanagement krijgt met name vorm op basis van activiteiten in het kader van een Leven Lang Ontwikkelen. Naast de opleidingen Dier, Paraveterinair en Melkveehouderij hebben we besloten om ook Paard bij dit kenniscentrum onder te brengen. Dordrecht: kenniscentrum Water (Blauwe Hotspot) De opleidingen in relatie tot water (water/ groen, klimaat, klimaatadaptatie) zijn in Dordrecht gepositioneerd, net als de Blauwe Hotspot (voorheen in Gorinchem). De Blauwe Hotspot is koploper op het gebied van contextrijk leren/regioleren. Studentprojecten worden vormgegeven op basis van de kennis- en innovatieagenda van de regio. Ook de triplehelix heeft vorm gekregen en breidt zich uit binnen de PPS Waterroute.
Metropoolregio Rotterdam-Den Haag: kenniscentrum Stedelijke vraagstukken (Voeding en Gezondheid, Urban green, Klimaat, Circulaire economie) In de Metropoolregio (locaties Rotterdam en Rijswijk) is een start gemaakt met het kenniscentrum Stedelijke vraagstukken. De Roadmap Next Economy geeft aan op welke wijze de regio nu en in de nabije toekomst op economische en maatschappelijke veranderingen moet anticiperen. Via het kenniscentrum geven we hier mede invulling aan. Binnen het samenwerkend onderwijs (mbo-hbo) ligt de focus vooral op campusvorming en Leven Lang Ontwikkelen. Om participatie binnen de Roadmap/ Next Education Group te borgen, zijn we het project Metropool Rotterdam-Den Haag (MRDH) gestart. We hebben ervoor gekozen om de locaties Rotterdam en Rijswijk meer met elkaar te verbinden als bediener van onderwijsactiviteiten in de regio. De focus ligt daarbij op food for the future, greening and feeding the cities, dierverzorging in een urbane omgeving, entrepreneurial region, een stedelijk opleidingsprofiel en crossovers.
Robotpaard: primeur voor Wellant Wellant mbo in Houten heeft een ultramodern robotpaard in gebruik genomen. Studenten die in de paardensport willen werken, kunnen op deze simulator beter leren paardrijden. Het grote voordeel van dit robotpaard is dat hij stilstaat. Je kunt ook heel vaak hetzelfde doen. Zo kunnen studenten bijvoorbeeld in alle rust, in een veilige omgeving, wennen aan (steeds hoger) springen. Deze robot is een primeur, geen enkele andere opleiding in de Benelux heeft er één.
38
Regioleren Wellantcollege is een aantal jaren geleden gestart met regioleren. Regioleren is leren in authentieke leersituaties en in een contextrijke omgeving. Studenten voeren opdrachten uit die bedrijven en overheden aanleveren op basis van de kennis-en innovatieagenda van de regio. De opdrachten koppelen we aan de werkprocessen binnen de curricula. Daarmee leveren we een bijdrage aan de regionale ontwikkeling, het vergroten van de tevredenheid van de studenten, de flexibilisering van het onderwijs en de invulling van curricula in samenwerking met het bedrijfsleven. De implementatie van regioleren maakt onderdeel uit van de doelstellingen van de kenniscentra/hotspots. Equine Simulation Centre Wellantcollege heeft een simulatiepaard, de Eventing Simulator, aangeschaft waarop studenten levensecht kunnen dressuur rijden, springen en zelfs crossen. Een aanwinst voor de paardopleidingen. Het computerpaard staat in het Equine Simulation Centre en is uitgerust met vele sensoren waardoor per student of cursist in een digitaal portfolio de vorderingen inzichtelijk kunnen worden gemaakt.
4.3 Versterken regionale samenwerking (KSF 3) Elke mbo-locatie onderhoudt zijn eigen netwerk in de regio. Verder wordt via de kenniscentra geïnvesteerd in innovatie gekoppeld aan regionale speerpunten, in samenwerking met bedrijfsleven, overheid en (onderwijs)partners. Zie ook paragraaf 4.2.
4.4 Internationalisering (KSF 4) In het mbo is het thema internationalisering hoofdzakelijk gericht op de verbinding met de arbeidsmarkt. Mbostudenten krijgen hiermee vooral te maken in de vorm van internationale beroepspraktijkvorming (stage in het buitenland). In 2018 ging 35% van de studenten tijdens de opleiding naar het buitenland. Dit ligt in lijn met de voorgaande jaren. Voor excellente studenten biedt Wellant een verzwaard onderwijsprogramma aan met internationale vaardigheden, onder meer via vakwedstrijden en extra uitdagende stages in het buitenland. Zo hebben we drie studenten geselecteerd en voorbereid op een buitenlandstage in Japan. Dankzij leereenheden die zijn gebaseerd op EQF- en ECVET-principes, kunnen studenten delen van hun opleiding in het buitenland volgen. We hebben het internationale project LOASA (Learning Outcomes in Accordance with the Skills Agenda) in 2018 succesvol afgerond. Door dit project kunnen we leeruitkomsten die in het buitenland zijn behaald, formeel onderdeel laten uitmaken van het curriculum. 39
Wellant breed
5
Professionalisering, zowel van onze medewerkers als van de ondersteunende dienstverlening, is een continu proces dat leidt tot beter onderwijs. Bovendien geven medewerkers die zich blijven ontwikkelen (Leven Lang Ontwikkelen) het goede voorbeeld aan onze leerlingen en studenten. 5.1 Professionalisering (KSF 5) Organisatiestructuur Met ons onderwijs leveren we een belangrijke bijdrage aan vraagstukken die er vandaag de dag toe doen. Denk aan voedselveiligheid, waterbeheersing, meer groen in de stad en welzijn voor mens en dier. Tegelijkertijd hebben we met de realiteit te maken van een krimpend aantal leerlingen en de noodzaak van samenwerking in de regio tussen onderwijs en bedrijfsleven. De grootte van ons voedingsgebied en de regionale verschillen vragen om maatwerk. Ter voorbereiding op deze ontwikkelingen hebben we in 2018 onze organisatiestructuur geprofessionaliseerd. Om meer binding tussen het vmbo en het mbo van Wellantcollege en met de regio te maken, wordt intern gewerkt met vier geografisch ingedeelde regio’s (Drechtsteden, Greenport, Groene Hart en de Metropool) met vmbo en mbo locaties. Daarnaast wordt er met een kleinere directie onderwijs gewerkt die dichter bij het cvb staat. Daarmee is de directie (en daarmee het onderwijs) dichter betrokken bij de ontwikkeling en vaststelling van beleid. Een kleinere directie vraagt meer zelfstandige teams. Om dit te realiseren is het locatiemanagement versterkt. Er zijn senior schoolleiders (vmbo) en senior opleidingsmanagers (mbo) benoemd. Hierdoor krijgen de onderwijsteams meer eigenaarschap om het onderwijs af te stemmen op de ontwikkelingen in de regio. Ze kunnen gerichter samenwerken met bedrijfsleven en aansluiten op netwerken, daar waar de innovaties plaatsvinden. En daarmee de zichtbaarheid van het groene onderwijs in de regio vergroten. Bij het doorvoeren van de wijzingen in de onderwijsorganisatie merkte Wellantcollege dat er onvoldoende aansluiting tussen de vraag/wens van het onderwijs en het aanbod van de ondersteunende diensten was. Daarom is vanaf november 2018 gewerkt aan
de herijking van de dienstverlening van Wellantcollege. Het advies dat hieruit is voortgekomen is eind januari 2019 met alle directeuren besproken en door het cvb vastgesteld. In februari heeft het ingestelde programmateam de aanbevelingen uit de herijking uitgewerkt in een plan van aanpak. Het programma O3 (Ontwikkelen Onderwijs Ondersteuning) is begin maart 2019 gestart en heeft een doorlooptijd van twee jaar.
Doorstroombeleid De salarismixgelden worden ingezet in het doorstroombeleid dat in 2018 verder is aangescherpt door dit te koppelen aan arbeidsmarktcommunicatie en de strategische personeelsplanning. De achtergrond daarbij is krapte op de arbeidsmarkt voor bepaalde vakgebieden. De ruimte die er is voor functies op LC-niveau wordt ingezet om docenten voor deze vakgebieden te werven. Ook wordt meer gestuurd op het realiseren van strategische doelen bij de werving en inzet van personeel. De salarismixgelden worden daarbij bewust ingezet. 360 gradenfeedback In het kader van het bekwaamheidsdossier hebben we in 2018 voorbereidingen getroffen om de 360 gradenfeedback en de lesobservatie/peer review te evalueren. We hebben een evaluatieteam geformeerd om de evaluatie uit te voeren en een advies voor een vervolg uit te brengen. De eerste bijeenkomst met het evaluatieteam heeft inmiddels plaatsgevonden. Lerarenregister Naast de Wet beroep leraar, zou er per 1 augustus 2018 een verplicht lerarenregister komen. De minister heeft medio 2018 echter besloten het register niet te verplichten. Hij heeft aangegeven eerst te willen werken aan een stevige beroepsgroeporganisatie van docenten 41
5 Wellantcollege breed
om pas daarna te komen tot een verplicht lerarenregister. Docenten hebben wel de mogelijkheid gekregen om zich te registreren in een vrijwillig lerarenregister. Daarvoor heeft Wellantcollege de wettelijk vereiste basisgegevens aangeleverd.
Programma ‘Wellantcollege op weg van HRM naar HRD' Het programma ‘Wellantcollege op weg van HRM naar HRD’ is van start gegaan. De focus ligt bij de volgende thema’s: 1. Strategische personeelsplanning (inclusief meerjaren personeelsplanning) 2. Arbeidsmarktcommunicatie, instroom- en wervingsbeleid 3. Leiderschap Professionaliseren van het leiderschap We hebben de contouren bepaald van de aanpak om het leiderschap te professionaliseren. Daarin komen diverse organisatieontwikkelingen samen, waaronder het Wellant Verhaal. Dit verhaal heeft ook gevolgen voor de manier waarop Wellant wordt aangestuurd.
We zijn daarom een traject gestart ter versterking van ons leiderschap. Inmiddels hebben alle leidinggevenden de trainingssessie over leiderschap (naar aanleiding van het Wellant Verhaal) gevolgd.
Traineeship In de eerste helft van 2018 hebben we het traineeship Teamleider onderwijs formeel afgesloten. Dit traineeship bood geen baangarantie, maar was primair een persoonlijk ontwikkelingstraject. Een aantal deelnemers heeft inmiddels een leidinggevende positie binnen Wellant. De functie van teamleiders is opnieuw ingericht. We hebben onderscheid gemaakt tussen de functie van trainee teamleider (S11), schoolleider/ opleidingsmanager (S12) en senior schoolleider/opleidingsmanager (S13). Door deze aanpassing is het traineeship onderdeel geworden van de organisatie- en managementstructuur. Dit vraagt om een herijking van het traineeship Teamleider onderwijs. Daarvoor nemen we de ervaringen opgedaan in het eerdere programma mee. De directie onderwijs heeft de contouren van het traineeship 2.0 vastgesteld. De komende periode gaan we het traineeship 2.0 verder uitwerken.
Kas zonder gas
42
Kabinet Rutte III stelt, voortkomende uit het Klimaatverdrag van Parijs, dat Nederland van het gas af moet. Dit vond Van der Hoorn Orchideeën een mooi moment om zijn concept ‘een kas zonder gas’ bij een breder publiek onder de aandacht te brengen. Als eerste bedrijf in Nederland kweken ze orchideeën in ‘een kas zonder gas’, om de footprint zo laag mogelijk te houden. Studenten van de opleidingen Green Production & Business en Groothandel & Logistiek hebben dit bedrijf geholpen met oplossingen en adviezen om het verhaal succesvol bij de consument te brengen.
Werving- en selectiedesk Sinds schooljaar 2017/2018 loopt het hele werving- en selectieproces van Wellant via WW&S. We hebben nu één aanspreekpunt voor zowel de inhuur van derden als de reguliere werving & selectie. Daardoor kunnen we sturen en handhaven op onder andere juridische aspecten, verplichtingen op het gebied van wet- en regelgeving en het verminderen van risico’s. Opleidingsschool Wellantcollege Dertien vmbo-locaties en drie tweedegraads lerarenopleidingen vormen samen de Opleidingsschool Wellantcollege. Sinds november 2017 ‘aspirant-opleidingsschool’ volgens het ministerie van OC&W. In het schooljaar 2017-2018 boden de schoolopleiders, als spinnen in het web, op de dertien locaties aan 119 studenten een leerwerkplek. Dit aantal bevat onder andere stagiaires en docenten die studeren voor een (tweede) bevoegdheid. Ook is een aantal (LIO-)stagiaires ingezet om vacatures te vervullen. Stagiaires worden begeleid door werkplekbegeleiders. Zo’n 60 werkplekbegeleiders begeleidden afgelopen schooljaar één of meerdere studenten. Die werkplekbegeleiders volgden daartoe een cursus bij een van de aangesloten lerarenopleidingen. Alle studenten binnen de opleidingsschool worden opgeleid volgens een door alle partners onderschreven visie, die de grondslag vormt voor het gemeenschappelijk curriculum.
5.2 Medewerkers Strategische personeelsplanning In 2018 hebben we vervolg gegeven aan de strategische personeelsplanning (SPP). In navolging van de gehouden workshops is in januari de pilot 'Vervolg SPP' gestart, met als doel het vormgeven van een strategisch meerjaren personeelsplan. Het vervolg vindt op locatieniveau plaats. Er wordt stilgestaan bij de visie ten aanzien van de locatie, positionering van de school en de ontwikkeling die de school ten aanzien van onderwijs de komende jaren wil gaan maken. Daarbij wordt de koppeling gemaakt met personeel: welke functies, taken en rollen zijn daarbij nodig? En welke kennis en competenties moeten hierbij ingezet worden? Zowel op kwantitatief als op kwalitatief niveau wordt ten aanzien van personeel aangegeven wat nodig is om de gewenste ontwikkelingen te bewerkstelligen Deze positieve impulsen en inzichten worden vertaald naar concrete actiepunten die in het locatieplan en professionaliseringsplan verder vormgeven worden.
Ziekteverzuim personeel 2018 In 2018 bedroeg ons ziekteverzuimpercentage 6,8%. In 2017 was dit nog 5,67%. Onze doelstelling is om een verzuimpercentage van maximaal 4,5% te hebben en in ieder geval onder het percentage van de sectorale benchmark (mbo-sector 2016 is 5,3%) te blijven. Inmiddels wordt gewerkt aan versterking van leiderschap, aanpak werkdruk (afspraak cao), individuele professionalisering en teamontwikkeling in relatie tot verzuimpreventie. Binnen Wellantcollege is de direct leidinggevende verantwoordelijk voor de aanpak en uitvoering van het verzuim- en re-integratiebeleid en voor de beheersing van de kosten die verzuim met zich meebrengt. De leidinggevende werkt hierin samen met een onafhankelijke bedrijfsarts en wordt ondersteund door de interne verzuimmedewerker. Daarnaast worden de leidinggevenden geadviseerd door één HR-adviseur, gespecialiseerd in het begeleiden en vooral voorkomen van ziekteverzuim.
5.3 Duurzaamheid (KSF 6) Duurzaamheid maakt onderdeel uit van de identiteit van Wellant en daarmee van de medewerkers. In 2018 hebben we ons verhaal (identiteit) opnieuw vormgegeven. Daarin is duurzaamheid niet apart benoemd maar opgenomen in de waarden van Wellant. In 2018 hebben we duurzaamheid ondergebracht in de lijnactiviteiten Zo willen we bereiken dat al onze medewerkers nog meer betrokken zijn bij dit onderwerp. Duurzaamheid is structureel geborgd in het curriculum van ons onderwijs. Voor het vmbo geldt dat duurzaamheid via het Ontwikkelcentrum een plek heeft gekregen in de lesstof van alle keuzevakken. Voor het mbo zijn duurzaamheidsboeken ontwikkeld om dit onderwerp te borgen in de opleidingen. Dit proces loopt via de vakgroepen. Ook is duurzaamheid opgenomen in alle keuzedelen. Deelname aan Eco-Schools is een belangrijk middel voor het realiseren van de doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. De stand van zaken eind 2018 is dat de vmbo-locaties bezig zijn met de Eco-Schoolscertificering (drie groene vlaggen, één zilver en twee brons). Dat geldt ook voor de mbo-locaties (één groene vlag). In maart 2018 hebben we de derde ambassadeursmiddag over cultuur- en gedragsverandering rondom duurzaamheid georganiseerd, met als thema ‘Kan het niet anders?’ Deze middag vond plaats in ons nieuwe gebouw in Utrecht (met triple A-energieverbruik). 43
5 Wellantcollege breed
In het programma HRD gaan we duurzaamheid voor en met onze medewerkers vormgeven. Dit programma start begin 2019.
5.4 Gezonde bedrijfsvoering (KSF 7)
Ten opzichte van 2012 is ons energieverbruik in 2018 met 13% afgenomen. Dat betekent dat Wellant op 43% van de gestelde ambitie zit. Ons doel is om in 2020 30% minder energie te verbruiken dan in 2012. Ons elektraverbruik is de laatste jaren licht gestegen. Dit heeft vooral te maken met IT-voorzieningen (opladen van devices) en de uitbreiding van installaties voor luchtbehandeling. Toch is de energiereductie bij Wellant duidelijk zichtbaar en dit willen we de komende jaren verder doorzetten.
Huisvesting In 2018 hebben we veel projecten uitgevoerd die direct of indirect te maken hebben met het beheersen van de huisvestingskosten. Leidend in al deze projecten is het beperken van de huisvestingslasten tot 13% van de begrote baten. In dit kader zijn de volgende maatregelen genomen: • Versobering van het Strategisch Investeringsplan Huisvesting, door prioritering en temporisering van de nieuwbouw en grote renovatieprojecten. Hierdoor hoeft geen extra lening te worden aangetrokken. • Vermindering van het aantal gehuurde sportterreinen en beëindiging van een aantal huurcontracten. Dit heeft tot een substantiële daling van huurlasten geleid. Het budget kan nu optimaal worden ingezet voor de gymzalen op het vmbo die op basis van het curriculum vereist zijn. • Bij nieuwe (ver)bouwactiviteiten wordt gerekend met een aangescherpte huisvestingsratio van 13% in plaats van 15%. Deze beleidswijziging is onder meer toegepast op huisvestingsonderzoeken met betrekking tot de locaties Linnaeus en Boskoop.
Door koppeling van systemen en meetgegevens en het installeren van energiemonitoringssystemen op alle locaties, hebben we meer inzicht in ons energieverbruik. We analyseren de verbruiksgegevens, signaleren (mogelijke) verspillingen en ondernemen waar nodig actie. Voorbeelden zijn: • De bloktijden (stookperiode per dag) van de cv-installaties zijn aangepast, waarbij de begin- en eindmomenten van de stookperiode op afstand worden geregeld. We sturen actief op schooltijden en vakantietijden. Dit heeft direct geleid tot een vermindering van de energiebehoefte. • Veel bestaande verlichting is omgezet in ledverlichting. • In 2018 zijn we gestart met het monitoren van het waterverbruik, nadat we op enkele locaties hoge verbruiken hadden gesignaleerd. Daardoor is onder meer een grote verborgen waterlekkage (verspilling op jaarbasis: ruim 3.000 m3) bij De Groenstrook in Aalsmeer opgespoord en verholpen. Uit de monitoring blijkt dat er meer locaties zijn met opvallende verbruiksresultaten. Hier gaan we in 2019 mee aan de slag. De (verbruiks)effecten van de energieneutrale mbonieuwbouw Dordrecht en Naarden worden de komende twee jaar zichtbaar in de cijfers. Verder is in 2018 papierloos werken verder gestimuleerd. Zo worden er geen papieren salarisstroken en jaaropgaven meer verstrekt. En er wordt alleen nog wordt gewerkt met digitale personeelsdossiers. Voor 2019 staat de digitalisering van een aantal werkprocessen op de planning door middel van ‘Youforce Self Service’ in Raet.
44
In 2018 liepen de volgende grote huisvestingsprojecten. • Vervangende huisvesting mbo Rotterdam. Het gehuurde kantoorpand is verbouwd om dit geschikt te maken voor onderwijs. Op 7 januari 2019 is het pand in gebruik genomen. • Extra lokalen Boskoop. Vanwege het groeiend leerlingaantal zijn tijdelijk drie extra lokalen gerealiseerd en in gebruik genomen. • Herontwikkeling locatie Dordrecht. De voorbereidingen zijn gestart voor de herinrichting en ontwikkeling van het hele perceel in Dordrecht. • Nieuwbouw vmbo Naarden. De nieuwbouw is gestart en loopt conform planning. Oplevering: is april 2019. • Herhuisvesting ondersteunende diensten Houten. De ondersteunende diensten waren gehuisvest in verschillende gebouwen. Om effectiever en efficiënter samen te kunnen werken is besloten tot huisvesting in één kantoorgebouw. Het huurcontract hiervoor is afgesloten. Op 19 januari 2019 vond de verhuizing plaats.
Arbo In 2018 hebben we het Arbobeleidsplan geactualiseerd. Dit betrof met name de beleidsuitgangspunten en de implementatie van wetgeving op het vlak van preventie. Verder is een risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) uitgevoerd op alle Wellant-locaties Inkoop In 2018 heeft contractering plaatsgevonden naar aanleiding van de volgende EU-aanbestedingsprocedures: • aanbesteding Vervanging gebouwgebonden installaties • aanbesteding Smartboards • aanbesteding Realisatie nieuwbouw mbo Dordrecht • aanbesteding Trajectplanner en KRD (LIS) • aanbesteding Ledverlichting remplace • aanbesteding Actieve netwerkcomponenten • aanbesteding Schoonmaak dienstverlening • aanbesteding Glasbewassing en sanitaire supplies • aanbesteding Attributen en gymzaalinrichting • aanbesteding Papier • hercontractering Longlist leveranciers inhuur • hercontractering Fringe voor vmbo en mbo In 2018 zijn de volgende procedures gestart, gepubliceerd en/of intern voorbereid: • aanbesteding Keuring motorische arbeidsmiddelen • aanbesteding Bedrijfsarts
Privacy De inwerkingtreding van de nieuwe privacywetgeving (Algemene Verordening Gegevensverwerking) op 25 mei 2018 vormde ook binnen Wellantcollege een belangrijke mijlpaal. Het vanuit Kennisnet, saMBO en ICT-SURF aangereikte framework IBP (Informatiebeveiliging en Privacy) hebben we overgenomen en geïmplementeerd. Dit heeft geleid tot een aantal aangepaste en nieuwe beleidstukken en tot een awarenesscampagne. Door middel van voorlichtingssessies, intranetberichten, posters en presentaties op de locaties, hebben we aandacht gevraagd voor de rechten en plichten met betrekking tot de nieuwe wetgeving. Ook hebben we verwerkingsovereenkomsten afgesloten met de partijen met wie Wellantcollege persoonsgegevens uitwisselt en een dataregister aangelegd. We hebben twee Functionarissen gegevensbescherming aangesteld en een loket voor meldingen geopend: IBPLoket@ wellant.nl. Dit project loopt door in 2019.
ICT In onze strategie 2015-2020 staat dat we een school willen zijn waar ICT optimaal wordt ingezet om het leren van leerlingen te ondersteunen. In overleg met het programma Gepersonaliseerd leren is ICT-beleid opgesteld voor de ondersteuning van docenten. Voor het mbo hebben we in overleg met de mbo-directie beleidsuitgangspunten gedefinieerd. De afspraken hebben we in 2018 vastgelegd in een concept ICT-beleid. In 2019 zal het ICT-beleid definitief worden vastgesteld en zullen we er navolging aan geven. In 2018 lag met betrekking tot het onderwijs de focus op: • het realiseren van een samenwerkingsomgeving in Office 365. Door het inrichten en in gebruik nemen van de functionaliteit ‘Teams’ heeft Wellant een mooie samenwerkingsomgeving. Het is een centrale plaats om documenten te delen, gesprekken te voeren, informatie te delen en vergaderingen (al dan niet online via Skype) te voeren. • De kwaliteit van het netwerk verder borgen en uitbreiden waar nodig. • Het vervangen van verouderde digiborden door moderne en betrouwbare presentatiemiddelen met een nieuwe interface (de iPad). • De vernieuwing van Kurzweil voor leerlingen met dyslexie. De software is voor meer leerlingen en op meerdere apparaten, ook buiten het Wellantnetwerk, beschikbaar. • De inrichting van het examendossier voor het mbo in het leerlinginformatiesysteem. • Voorbereiding van de implementatie van een nieuw leerlinginformatiesysteem voor het vmbo in 2019.
45
Financiën
Na een incidenteel verlies in 2017 sluit Wellantcollege het boekjaar 2018 af met een positief resultaat. Het resultaat bedraagt € 2,0 miljoen bij een begroot resultaat van € 1,8 miljoen negatief. Dit hogere resultaat ten opzichte van de begroting van € 3,8 miljoen is vooral het gevolg van een reparatie van de onderbekostiging in het mbo-groen en van strakke kostenbeheersing. Het resultaat van de reguliere onderwijsactiviteiten bedraagt € 1,9 miljoen en het resultaat van ‘Leven Lang Ontwikkelen’ bedraagt € 63.000 bij een omzet van € 502.000. 6.1 Financieel resultaat 2018 Hieronder volgt een nadere toelichting op de exploitatie en de balans op hoofdlijnen. (bedragen x € 1.000)
Realisatie 2018
Begroting 2018
Realisatie 2017
Baten Rijksbijdragen
46
6
123.657
117.949
122.421
Overige overheidsbijdragen
361
183
411
Baten werk in opdracht van derden
502
485
471
Overige baten
3.901
3.077
3.478
Totaal baten
128.421
121.694
126.781
Personeelslasten
90.067
89.335
93.683
Afschrijvingen
10.930
9.050
9.996
8.631
8.179
8.610
Overige baten
15.837
15.987
15.539
Totaal lasten
125.465
122.551
127.828
2.956
-857
-1.047
-944
-944
-835
2.012
-1.801
-1.882
-
-
-
2.012
-1.801
-1.882
Lasten
Huisvestigingslasten
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Resultaat Belastingen Resultaat na belastingen
47
6 Financiën
Baten in € 1.000
Realisatie 2018
Begroting 2018
Verschil
Normatieve Rijksbijdrage
107.668
103.711
3.957
Additionele Rijksbijdrage
13.217
12.362
855
2.772
1.876
896
Doorbetalingen Rijksbijdrage SWV Overige overheidsbijdragen
361
183
178
Baten werk in opdracht van derden
502
485
17
Overige baten
3.901
3.077
824
Totaal baten
128.421
121.694
6.727
Lasten in € 1.000
Realisatie 2018
Begroting 2018
Verschil
Personeelslasten
90.067
89.335
732
Afschrijvingen
10.930
9.050
1.880
Huisvestingslasten
8.631
8.179
452
Overige lasten
15.837
15.987
-150
Totaal lasten
125.465
122.551
2.914
Hogere baten De totale baten zijn € 6,7 miljoen hoger dan begroot. De normatieve rijksbijdrage is € 4,0 miljoen hoger dan begroot. Dit betreft de loon- en prijsbijstelling 2018 van € 2,5 miljoen en een reparatie van de onderbekostiging in het mbo van € 1,5 miljoen. De leerlingaantallen waren nagenoeg gelijk aan de begrote aantallen. De additionele rijksbijdrage is € 0,8 miljoen hoger dan begroot. Tegenover hogere bekostiging wachtgeld (€ 200K), projectbaten (€ 450K) en overige posten (€ 250K) staan lagere baten praktijkleren (€ 100K). De post ‘Doorbetalingen rijsbijdrage SWV’ betreft de doorbetaalde rijksbijdragen vanuit samenwerkingsverbanden met betrekking tot passend onderwijs. Deze baten zijn € 0,9 miljoen hoger dan begroot, onder andere als gevolg van opting out van de lwoo-bekostiging. De baten ‘werk in opdracht van derden’ komen nagenoeg conform begroting uit. De overige baten zijn € 0,8 miljoen hoger dan begroot. De baten uit detachering en projecten zijn hoger (550K). Daarnaast hebben twee schikkingen met leveranciers geleid tot eenmalige baten van € 400K. Tegenover deze hoger overige baten staan lagere deelnemersbijdragen van € 150K.
48
Hogere lasten De totale lasten zijn € 2,9 miljoen hoger dan begroot. Dit komt doordat de personeelslasten € 0,7 miljoen en de materiële lasten € 2,2 miljoen hoger uitvallen.
• De voorziening WGA is toegenomen met € 100K door een stijging van het aantal werknemers. • De voorziening seniorenregeling is toegenomen met € 235K door een stijging van het aantal medewerkers en door een hoger verwacht deelnamepercentage van de medewerkers in komende jaren. De overige personele lasten zijn lager dan begroot. Dit komt vooral door lagere kosten voor personeel dat niet in loondienst is, lagere kosten voor professionalisering en hogere uitkeringen van het UWV. De afschrijvingen zijn € 1,9 miljoen hoger dan begroot. Dit is nagenoeg geheel te verklaren door bijzondere waardeverminderingen op drie locaties (van
€ 1,8 miljoen) vanwege onvoldoende herstel van de leerlingaantallen. De afschrijvingen op de overige materiele vaste activa (ICT en inventaris) zijn € 0,2 miljoen lager dan begroot, met name als gevolg van lagere investeringen. De huisvestingslasten zijn € 450K hoger dan begroot door hogere kosten aan onderhoud van gebouwen en installaties en door hogere huurlasten als gevolg van afkoopkosten van een huurcontract. Hier staan lagere energiekosten tegenover.
Resultaatbestemming Stichting Wellant Het college van bestuur heeft in overleg met de raad van toezicht besloten het resultaat 2018 als volgt te verwerken:
Bestemming van het resultaat in € toevoeging aan de private bestemmingsreserve
62.684
toevoeging aan de algemene reserves
1.949.140
Totaal
2.011.824
De hogere personeelslasten van € 0,7 miljoen zijn het gevolg van hogere lonen en salarissen van € 1,2 miljoen en lagere overige personele lasten van € 0,5 miljoen. Het gemiddeld aantal werknemers in 2018 bedroeg 1.192 fte, terwijl in de begroting 2018 een formatie van 1.189 fte was begroot. De hogere bezetting van 3 fte (€ 0,2 mln) en de hogere gemiddelde personeelslasten (gpl) (€1,0 miljoen) verklaren de hogere personele lasten van € 1,2 mln. Het effect van de nieuwe cao op de loonkosten 2018 bedraagt circa € 1,4 miljoen, bestaande uit eenmalige uitkeringen en structurele loonsverhogingen. De eenmalige uitkering van 0,9% in januari 2019 valt binnen de toegekende loonbijstelling 2018 in de rijksbijdrage. Als gevolg van matching tussen baten en lasten is deze uitkering gereserveerd in de jaarrekening 2018. De personele voorzieningen zijn in 2018 toegenomen met € 0,2 miljoen, door een dotatie van € 1,7 miljoen en onttrekkingen van € 1,5 miljoen. Begroot was een onttrekking van € 1,3 miljoen. De toename van 0,2 mln wordt verklaard door: • De voorzieningen reorganisatie (€ 275K) en onderwijsjubileum (€ 50K) vallen door een lager aantal werknemers lager uit. • De voorziening wachtgeld is met € 175K toegenomen door een hoger aantal ex-werknemers in de WW en door hogere te verwachten bovenwettelijke uitkeringen. 49
6 Financiën
6.2 Balans per 31 december 2018
6.3 Financiële ratio’s 31 december 2018
Balans per 31 december 2018. Bedragen x € 1.000 Activa 31 DECEMBER 2018
31 DECEMBER 2017
Vaste activa Materiële vaste activa
103.083
103.397
Financiële vaste activa
1
1
Totaal vaste activa
103.084
103.398
Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide middelen
4
1
2.976
2.984
18.737
Totaal vlottende activa
12.025 21.717
15.010
124.801
118.408
31 DECEMBER 2018
31 DECEMBER 2017
Totaal activa Passiva
Eigen vermogen
58.142
56.130
3.183
2.991
Langlopende schulden
41.700
37.600
Kortlopende schulden
21.776
21.687
Voorzieningen
Totaal passiva
De materiële vaste activa namen af met € 0,3 miljoen als gevolg van investeringen van € 10,6 miljoen, reguliere afschrijvingen van € 8,5 miljoen en bijzondere waardeverminderingen van € 2,4 miljoen. Een uitgevoerde impairment-analyse heeft geleid tot waardeaanpassingen van gebouwen van € 2,4 miljoen. Op het gebied van grote huisvestingsprojecten is in 2018 voor € 4,7 miljoen geïnvesteerd op twee locaties. Ook is € 2,2 miljoen geïnvesteerd in twee huurpanden. De vorderingen zijn nagenoeg constant gebleven. De liquide middelen namen toe met € 6,7 miljoen, als gevolg van een positieve operationele kasstroom van € 12,9 miljoen, een investeringskasstroom van -/- € 10,3 miljoen, een tweede tranche op een in 2017 aangetrokken nieuwe lening van € 5 miljoen en een aflossing op een bestaande lening van € 0,9 miljoen. 50
124.801
118.408
Het eigen vermogen is toegenomen met € 2,0 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door het positieve resultaat 2018. Dit is inclusief het resultaat op het private bedrijfsonderdeel ‘Leven Lang Ontwikkelen’. De voorzieningen namen per saldo toe met € 0,2 miljoen als gevolg van een toename van de voorzieningen met betrekking tot wachtgeld, de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) en de seniorenregeling. Hiertegenover staat een afname van de voorzieningen reorganisatie en onderwijsjubileum. De langlopende schulden namen toe als gevolg van een tweede tranche op een in 2017 aangetrokken nieuwe lening en een aflossing op een bestaande lening. De kortlopende schulden zijn nagenoeg constant gebleven.
De Stichting Wellant hanteert drie financiële ratio’s, met de volgende definities en minimum en maximum streefwaarden.
tweemaal het maandsalaris inclusief afdrachten. Dit is een bedrag van circa € 10 miljoen. Deze is gelijk aan de kredietfaciliteit. De liquiditeit in het boekjaar 2018 is gestegen van 0,69 eind 2017 naar 1,00 eind 2018. De voornaamste reden hiervan is de stijging van de liquide middelen met € 6,7 miljoen. De liquiditeitsratio valt daarmee binnen de signaleringsgrenzen van OCW (>0,5).
De cijfers in de jaarrekening 2018 geven de volgende stand van zaken voor de Stichting Wellant.
6.4 Treasurybeleid
Rentabiliteit Uit bovenstaande tabel blijkt dat de rentabiliteit van 1,6% boven begroting (-/-1,5%) is uitgekomen. De afwijkingen tussen de realisatie en begroting over het boekjaar 2018 zijn nader toegelicht in paragraaf 6.1. De rentabiliteit blijft binnen de signaleringsgrens van OCW (zie onderstaande tabel). Solvabiliteit Ondanks het positieve resultaat van de Stichting Wellant is de solvabiliteit gedaald van 49,9% eind 2017 naar 49,1% eind 2018. Oorzaak is een hogere stijging van het balanstotaal (+5%). Er is relatief meer gefinancierd met vreemd vermogen. De oorzaken van de stijging van het balanstotaal zijn beschreven in paragraaf 6.2 ’Balans per 31 december 2018’. De solvabiliteit ligt ruim boven de signaleringsgrens van OCW van 30%. Hiermee blijft de financiële positie gezond. Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in welke mate een onderneming aan haar lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. Wellantcollege hanteert een financiële doelstelling van
Treasurystatuut In het najaar van 2016 is een nieuwe treasurystatuut vastgesteld door het college van bestuur. Dit treasurystatuut is een update van het oude statuut uit juni 2010. Hiermee voldoet Wellant aan de ‘Regeling beleggen, lenen en derivaten OCW 2016’. Risicomijdend beleggen en lenen In de ‘Regeling beleggen, lenen en derivaten OCW 2016’ wordt voorgeschreven dat tijdelijk overtollige liquiditeiten beheerd dienen te worden op een wijze die garandeert dat de hoofdsom intact blijft. De periode van de belegging is eindig en er mag niet worden belegd in achtergestelde spaarrekeningen, achtergestelde deposito’s en aandelen. De in 2018 tijdelijk overtollige liquiditeiten zijn risicoloos aangehouden bij het ministerie van Financiën en bij de huisbankier ING. De regeling stelt tevens strenge eisen met betrekking tot het afsluiten van leningen en het afsluiten van derivaten. In 2017 is een nieuwe lening aangetrokken. Hierbij is rekening gehouden met de eisen vanuit de regeling en vanuit het treasurystatuut. Wellantcollege heeft geen derivaten uitstaan.
Minimum
Financiële ratio’s 31 december 2018 solvabiliteit 2
Percentage eigen vermogen en voorzieningen van het totaal vermogen
Rentabiliteit
Genormaliseerd resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door totale baten uit gewone bedrijfsvoering
Liquiditeit
Vlottende activa gedeeld door kort vreemd vermogen
Financiële ratio’s
Maximum
> 30%
Cijfers op basis van jaarrekening 2018
3-jarig , > 0% 2-jarig , >-5% 1-jarig , >-10% , > 0,5
Cijfers op basis van begroting 2018
Cijfers op basis van jaarrekening 2017
Rentabiliteit
1,6%
-1,5%
-1,5%
Solvabiliteit 2
49,1%
48,7%
49,9%
1,00
0,78
0,69
Liquiditeit
51
6 Financiën
Geïntegreerd middelenbeheer Vanaf juni 2010 is Wellantcollege overgegaan op schatkistbankieren bij het ministerie van Financiën. Dagelijks worden drie aangewezen rekeningen bij de ING bij- dan wel afgeroomd ten laste respectievelijk ten gunste van de rekening-courant bij het ministerie. De kredietfaciliteit bij het ministerie bedraagt 10% van de rijksbijdrage (€ 10 miljoen), met als voorwaarde dat er minimaal één dag in een jaar een positief saldo op de rekeningcourantpositie bestaat. De rente is gebaseerd op de dagrente Eonia fixing; bij debetstand verhoogd met 25 basispunten. Geldlening bij het ministerie van Financiën In september 2017 is een tweede financieringsarrangement getekend met het ministerie van Financiën voor het huisvestingsplan van Wellantcollege. De totale lening bedraagt € 26 miljoen, te ontvangen in drie tranches tussen oktober 2017 en oktober 2019. In totaal is reeds € 21 miljoen ontvangen; in 2019 volgt nog € 5 miljoen. Het rentetarief bedraagt 1,06%, 30 jaar vast. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2020 voor een bedrag van € 867.000. Het eerste financieringsarrangement uit juni 2010 bedraagt € 27 miljoen. Het rentetarief bedraagt 3,43%, 30 jaar vast. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013 ter hoogte van € 0,9 miljoen. Voor de twee leningen is zekerheid verstrekt voor € 53 miljoen op veertien percelen grond met opstallen en verdere toebehoren. De hoogte van lening één bedraagt eind 2018 € 21,6 miljoen en van lening twee € 21 miljoen. In 2018 is € 946.000 aan rente betaald (In 2017: € 803.000). Treasurycommissie Binnen Wellantcollege is op basis van het treasurystatuut een treasurycommissie werkzaam. De samenstelling van deze commissie bestaat uit het lid college van bestuur met de portefeuille financiën, de concerncontroller en de treasurer. De commissie doet schriftelijk verslag van dit treasuryoverleg aan het college van bestuur. De commissie komt driemaal per jaar bijeen. Standaard komen de volgende onderwerpen aan de orde: a. externe ontwikkeling voor zover van belang voor de treasury van Wellant; b. voldoet Wellant nog steeds aan wet- en regelgeving met betrekking tot treasury; c. jaarplanning liquiditeiten op maandbasis; d. financieringskosten; e. relatiemanagement (geldverstrekkers/bankiers).
52
Enkele belangrijke onderwerpen die in de overleggen zijn behandeld: • financieringsplan 2018-2025; • nut en noodzaak van een eventueel derde financieringsarrangement in de toekomst; • verlaging van de huisvestingsratio: de verhouding van de huisvestingslasten, afschrijvingen voor huisvesting en financieringslasten ten opzichte van de niet geoormerkte rijksbijdrage; • mogelijke vormen van financieringsconstructies inzake huisvesting die niet in eigendom wordt verkregen; • formuleren uitgangspunten ten behoeve van het bepalen van de investeringsruimte tot en met 2050. Confrontatie investeringsruimte versus investeringsbehoefte t/m 2050; • mogelijkheden en effecten van oversluiten van de lening uit 2010; • opheffen van alle 29 locatiebankrekeningen; • in lijn brengen van de autorisatiebevoegdheden van de diverse medewerkers met de huidige organisatiestructuur (opheffen bankpassen locaties, aanpassen handtekeningenkaarten en bevoegdheden).
6.5 Notitie helderheid De notitie helderheid kent acht thema’s: 1. uitbesteding; 2. investeringen van publieke middelen in private activiteiten; 3. het verlenen van vrijstellingen; 4. les- en cursusgeld niet betaald door de student zelf; 5. in- en uitschrijving en inschrijving voor meerdere opleidingen tegelijk; 6. de deelnemer volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschreven; 7. bekostiging van maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven; 8. buitenlandse studenten. In het kader van deze notitie geeft Wellantcollege de volgende toelichting. Thema’s die we hieronder niet toelichten, spelen niet binnen Wellantcollege. • Er is geen rijksbijdrage gemoeid met investeringen in private activiteiten. 2018 is het vierde jaar dat cursussen en trainingen voor de Leven Lang Ontwikkelen-markt volledig worden verzorgd vanuit Wellantcollege. Eerder gebeurde dit in samenwerking met IPC Groene Ruimte. Nu Wellantcollege
•
•
•
•
• •
•
zelfstandig activiteiten op dit gebied ontwikkelt en verzorgt, is een eigen organisatorische eenheid ‘Cursussen & Trainingen’ binnen Wellantcollege ingericht. Het administratieve proces is verder aangescherpt, doorontwikkeld en vormgegeven binnen een separaat administratief bedrijf, in het kader van het scheiden van publieke en private bekostiging. Doorbelasting van kosten vindt plaats tegen een integraal kostendekkend tarief. Naast trainingen voor de hoveniers en bloemisten, die in eerdere jaren ook al succesvol waren, zijn we in 2018 gestart met een aantal nieuwe cursussen. Het resultaat in 2018 met betrekking tot Leven Lang Ontwikkelen bedroeg afgerond € 63.000 (in 2017: € 131.000) bij een omzet van € 502.000 (in 2017: € 471.000). Binnen Wellantcollege is het volume met betrekking tot contractactiviteiten (Leven Lang Ontwikkelen) nog beperkt. Gelet op de omvang zijn de risico’s op dit moment beperkt en daarom is dit onderdeel meegenomen in het instellingsbrede risicobeheersingssysteem. Het belang van Leven Lang Ontwikkelen is benoemd en naar verwachting kan dit onderdeel in de toekomst gaan groeien, waardoor het bijbehorende risicobeheersingssysteem zal meegroeien. Wellantcollege betaalt geen cursusgelden voor bbl-deelnemers. Het komt wel voor dat derden het cursusgeld voor bbl-deelnemers betalen, maar alleen als de deelnemer die derde daarvoor schriftelijk heeft gemachtigd; Wellantcollege heeft geen opleidingen waarin minder uren zijn geprogrammeerd dan de wettelijk voorgeschreven begeleide onderwijstijd; Wellantcollege heeft in 2018 geen buitenlandse studenten. Het aantal ingeschreven bol- en bbl-studenten per 1 oktober 2018 bedraagt respectievelijk 2.444 en 942. Bij de tweede teldatum op 1 februari 2019 waren dit er 2.369 voor bol en 892 voor bbl. In de tussenliggende periode hebben 86 bol-studenten en 58 bbl-studenten de instelling verlaten, terwijl 16 bol-studenten en 8 bbl-studenten zijn ingestroomd. Bovendien stonden 5 deelnemers op 1 oktober zowel als examendeelnemer als reguliere deelnemer (voor een vervolgopleiding) ingeschreven. Op 1 februari stonden ze uitsluitend als reguliere deelnemer ingeschreven. Wellantcollege heeft geen bol- of bbl-studenten ingeschreven staan bij twee of meer opleidingen (ten behoeve van dubbele inputbekostiging;
• Wellantcollege heeft geen bol- of bbl-studenten die twee of meer diploma’s hebben ontvangen (ten behoeve van dubbele outputbekostiging); • Wellantcollege verzorgt in 2018-2019 voor Flora Holland - in Aalsmeer en Naaldwijk maatwerktrajecten. Het gaat hierbij om 67 (2017-2018: 48) bbl-deelnemers voor de opleiding groothandel en logistiek. Het niveau van de opleiding is een combinatie van niveau 2, 3 en 4. • Wellantcollege heeft, net als in voorgaande jaren, ook in 2018 een deel van het onderwijsprogramma uitbesteed aan andere instellingen en organisaties. Hierbij komen ook theoriecomponenten aan bod. Het gaat om een totaalbedrag van € 319.000 (in 2017: € 420.000). Dit bedrag is besteed bij: -- Stichting Hippisch Educatie Centrum: € 166.000 (2017: € 149.000); -- IPC Groene Ruimte te Arnhem: € 0 (in 2017: € 147.000); -- Overige: € 153.000 (in 2017: € 124.000).
53
ContinuĂŻteits paragraaf
54
7
Ontwikkeling leerlingenaantallen Hieronder staan de leerlingaantallen waarop de cijfers in de continuĂŻteitsparagraaf zijn gebaseerd. De leerlingaantallen in het vmbo zijn per 1 oktober 2018 met 4,6% gedaald ten opzichte van het schooljaar 2017/2018. Voor het mbo daalt het aantal bol-studenten met 2,4% en het aantal bbl-studenten met 12,9%. Door de eind 2018 ingezette maatregelen en nog te nemen maatregelen in 2019 is de verwachting dat verdere daling wordt gestopt.
Vmbo Bij ongewijzigd beleid komt de leerlingprognose uit op 8066 leerlingen in het schooljaar 2021-2022. Deze prognose is gebaseerd op inschattingen van de directies op locatieniveau, waarbij rekening is gehouden met het aantal leerlingen per leerjaar. Vanwege deze verwachte daling is er een wervingsbeleid per locatie opgesteld dat ertoe moet leiden dat de krimp niet verder doorzet vanaf 2020. Om dit te realiseren intensiveren we de leerlingenwerving door extra middelen beschikbaar te stellen. De hogere instroomdoelstellingen komen voort uit een analyse van het voedingsgebied van Wellantcollege, waaruit blijkt dat de demografische krimp nog altijd relatief beperkt is. Tevens hebben we een aantal locatiespecifieke maatregelen genomen ten aanzien van huisvesting en onderwijskwaliteit, die een positieve impact op de instroom tot doel hebben.
Categorie Mavo
2017-2018 573
Mbo Bij ongewijzigd beleid komt de studentprognose uit op 2277 bol- en 513 bbl-studenten in 2021-2022. Een daling ten opzichte van 2018-2019 van respectievelijk 6 en 26%. Deze daling is gebaseerd op de prognosetool van de MBO Raad en DUO. In deze tool wordt gerekend met het historisch instellingsaandeel, verwachte toekomstige demografische ontwikkelingen en de ontwikkeling van de belangstelling voor het groene onderwijs. Om ook bij het mbo de dalende trend te keren, is de ambitie uitgesproken om de huidige studentaantallen (van leerjaar 2018-2019) op zijn minst te handhaven voor de komende jaren. Hiervoor is een ambitieus programma opgesteld dat moet leiden tot een betere matching tussen omvang van locaties en het opleidingsaanbod enerzijds en de behoefte van studenten en de arbeidsmarkt anderzijds. Doel is dat er een betere balans ontstaat tussen onderwijskwaliteit, arbeidsmarktrelevantie en betaalbaarheid.
Personeel De personele bezetting, exclusief externe inhuur, is bepaald aan de hand van de (bijgestelde) leerlingenaantallen. Op basis van de verwachte daling van de leerlingenaantallen van zowel het vmbo als het mbo zal de personele bezetting naar rato afnemen en vanaf 2020 nagenoeg stabiel blijven. De flexibele schil binnen
2018-2019 590
2019-2020 627
2020-2021 627
2021-2022 627
Regulier (Incl. LWOO)
8.308
7.886
7.665
7.665
7.665
Totaal vmbo
8.881
8.476
8.292
8.292
8.292
2017-2018
2018-2019
2019-2020
2020-2021
2021-2022
BOL entree
14
14
14
14
14
BBL entree
50
44
44
44
44
BOL niveau 2-4
2.457
2.397
2.397
2.397
2.397
BBL niveau 2-4
1.002
872
872
872
872
Totaal mbo
3.523
3.327
3.327
3.327
3.327
55
7 Continuïteits paragraaf
Formatie personeel in loondienst in FTE Bestuur / management
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
2017
2018
2019
2020
2021
22
20
22
20
20
Rijksbijdragen
werkelijk
begroting
begroting
begroting
2017
2018
2019
2020
2021
122.421
123.657
118.317
115.476
114.758
803
411
361
190
180
170
123
Baten werk in opdracht van derden
471
502
500
500
500
141
137
Overige baten
3.478
3.901
3.094
2.9602
2.890
1.130
1.093
1.083
Totaal
126.781
128.421
122.101
119.118
118.318
begroting
begroting
begroting
begroting
Lasten
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
2018
2019
2020
2021
2017
2018
2019
2020
2021
907
880
832
808
Indirect onderwijsondersteunend personeel
142
136
129
124
Direct onderwijsondersteunend personeel
155
156
147
1.226
1.192
werkelijk 2017
In € 1.000
In € 1.000
werkelijk
Overige overheidsbijdragen
Personeel primair proces
Totale personele bezetting
Baten
In € 1.000
Totaal baten
126.781
128.421
122.101
119.118
118.318
Personeelslasten
93.683
90.067
86.660
84.515
84.211
Totaal lasten
-127.828
-125.465
-119.867
-116.900
-116.159
Afschrijvingen
9.996
10.930
8.923
8.613
8.726
-1.047
2.956
2.234
2.218
2.159
Huisvestingslasten
8.610
8.631
8.180
8.478
8.335
15.539
15.837
16.103
15.294
14.887
127.828
125.465
119.867
116.900
116.159
werkelijk
werkelijk
begroting
begroting
begroting
2017
2018
2019
2020
2021
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Resultaat Wellantcollege
-835
-944
-966
-973
-933
-1.882
2.012
1.268
1.245
1.226
Overige lasten Totaal Lasten m.b.t. huisvesting
Wellantcollege is nog altijd groot genoeg om de krimp in 2019 op te vangen. In 2018 is het formatiemanagement verder geoptimaliseerd door middel van het invoeren van strategische personeelsplanning. Risico’s en kansen worden eerder gesignaleerd, zodat tijdig passende maatregelen genomen kunnen worden, met als uiteindelijk resultaat: een betere ondersteuning van het primaire proces. Dit proces zullen we de komende jaren nog verder verbeteren. Het bestuur heeft een aantal efficiencydoelstellingen opgenomen voor de ondersteunende functies voor 2020 en 2021. Deze doelstellingen moeten bijdragen aan relatief meer formatie voor het primaire proces ten opzichte van de totale formatie. In 2019 zullen we plannen uitwerken om deze doelstellingen te realiseren.
Algemeen Wellant heeft in de Kwaliteitsagenda mbo 2019-2022 en het programma ‘vmbo in beeld’ ambities geformuleerd om de onderwijskwaliteit verder te verbeteren. De uitvoering van de plannen vanuit ‘vmbo in beeld’ lopen door en de uitvoering van de Kwaliteitsagenda is begin januari 2019 opgestart. Met middelen vanuit de Kwaliteitsagenda investeren we extra in het verbeteren van de onderwijskwaliteit en het ontwikkelen van toekomstbestendige en moderne beroepsopleidingen, in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en andere partijen. Jaarlijks maken we een bedrag vrij om innovatieve projecten centraal te financieren. Het verder inrichten van de kenniscentra en investeringen in onderwijsdigitalisering moeten leiden tot een 56
innovatief opleidingsaanbod dat nog beter aansluit bij de arbeidsmarkt van de toekomst. De planmatige uitwerking hiervan betreft de Kwaliteitsagenda mbo 2019-2022. Binnen Wellantcollege is kritisch gekeken naar profilering van de organisatie door middel van evaluatie van opleidingen in combinatie met locatieomvang en aansluiting bij de arbeidsmarkt. In 2018 heeft binnen het mbo en vmbo een structuurwijziging plaatsgevonden, waarbij locaties zijn samengevoegd tot clusters, om de samenwerking te bevorderen en efficiency te realiseren. Wellantcollege blijft de komende jaren heel gericht investeren in huisvesting en innovatie. Wel hebben we gekozen voor een temporisering van het investeringsprogramma. Daardoor stijgen de kosten voor huisvesting relatief gezien niet de komende jaren, maar schalen ze mee met de ontwikkeling van het verwachte aantal studenten. Wellant blijft verder investeren in professionaliseringtrajecten voor het personeel. Binnen het onderwijs wordt een hoge werkdruk ervaren en het ziekteverzuim is een aanhoudend punt van zorg. Daarom stellen we in 2019 een werkdrukplan op dat moet leiden tot een verbetering op deze aspecten.
Baten In de batenberekening voor de periode 2019-2021 is geen rekening gehouden met loon- en prijscompensatie voor de jaren 2018 en verder.
In € 1.000 Afschrijving
6.959
8.039
5.712
5.624
5.639
Huisvestingslasten
8.610
8.631
8.180
8.478
8.335
Rentelasten Totaal
835
944
966
973
933
16.404
17.614
14.858
15.075
14.907
De totale rijksbijdrage 2019-2021 daalt in genoemde periode met € 3,8 miljoen. Ook hebben we te maken met een leerlingdaling ten opzichte van voorgaande jaren en het gevolg van vertraging in de bekostiging: t-1 bij vmbo en t-2 bij mbo. De voorgenomen intensiveringen vanaf 2019 en 2020 rondom leerlingwerving zijn in de cijfers opgenomen.
Lasten In de periode 2019-2021 is alleen rekening gehouden met een ongedekte loonstijging van € 0,3 miljoen per jaar. Cao-stijgingen zijn niet meegenomen, zodat baten en lasten beter vergelijkbaar zijn tussen de opeenvolgende jaren. Hieronder worden de bijzondere posten nader toegelicht. De personeelskosten dalen in 2019 per saldo door een lagere formatie en een hogere pensioenlastenstijging. Vanaf 2020 dalen de personeelskosten verder door efficiencymaatregelen in de ondersteunende processen. De huisvestingslasten nemen in 2020 en 2021 eenmalig toe als gevolg van sloopkosten (€ 0,4 miljoen per jaar) in verband met nieuwbouw. Zonder deze eenmalige kosten dalen de kosten door aanpassing van het strategisch huisvestingplan en door het uitstellen en temporiseren van huisvestingsinvesteringen.
De huisvestingslasten dalen ook door vermindering van het aantal locaties. Wellantcollege blijft investeren in ICT en een moderne digitale leeromgeving. Wel kijken we kritisch naar het tempo en de omvang van (vervangings) investeringen, om de kosten mee te laten schalen met de baten. Het marketingbudget is voor 2019 en 2020 tijdelijk opgehoogd om de instroom van leerlingen te verhogen en de totale leerlingdaling te dempen.
Kasstroomoverzicht De komende drie jaar investeert Wellantcollege vooral in huisvesting. De financiering hiervan vindt plaats zonder extra externe financiering, met uitzondering van de laatste tranche in 2019 van het tweede financieringsarrangement uit 2017, waarvan een gedeelte gebruikt wordt voor de herfinanciering van aflossingen. De liquiditeitsratio blijft de komende jaren boven de signaleringsgrens (>0,5) van OCW. Voor de komende drie jaar (2019-2021) is de ratio investeringen ten opzichte van de baten 10,0%. Voor de komende vijf jaar (2019-2023) ligt dit percentage ruim onder de 15%. Volgens regelgeving dient de continuïteitsparagraaf een horizon te hebben van vijf jaar indien
57
7 Continuïteits paragraaf
Kasstroomoverzicht
werkelijk
werkelijk
begroting
begroting
begroting
2017
2018
2019
2020
2021
Activa
31-dec-17
31-dec-18
31-dec-19
31-dec-20
31-dec-21
Vaste activa
Beginstand liquide middelen
2.108
12.025
18.737
16.085
12.403
Materiële vaste activa:
Kasstroom uit operationele activiteiten
8.361
12.922
9.059
8.673
9.672
Gebouwen en terreinen
92.279
92.574
99.182
101.328
102.460
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
-13.544
-10.310
-15.811
-10.588
-9.423
Inventaris en apparatuur
11.019
10.442
10.774
10.708
10.474
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
15.100
4.100
4.100
-1.767
-1.767
Overige materiële vaste activa
99
67
67
67
67
Eindstand liquide middelen
12.025
18.737
16.085
12.403
10.885
103.397
103.083
110.023
112.103
113.001
1
1
1
1
1
103.398
103.084
110.024
112.104
113.002
1
4
4
4
4
2.984
2.976
2.976
2.976
2.976
12.025
18.737
16.085
12.403
10.885
Financiële vaste activa Investeringsbehoefte als % totale omzet Investeringen Totale omzet * percentage
werkelijk 2017
werkelijk 2018
begroting 2019
begroting 2020
begroting 2021
13.544
10.310
15.811
10.588
9.423
126.781
128.421
122.101
119.118
118.318
10,7%
8,0%
12,9%
8,9%
8,0%
Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa
*Inclusief projectbaten
Totaal activa Financieringsbehoefte als % totale omzet nieuwe leningen aflossingen op leningen mutatie percentage van de omzet
Loan to value
werkelijk 2017
werkelijk 2018
begroting
begroting
begroting
2019
2020
2021
Passiva
21.717
19.065
15.383
13.865
124.801
129.089
127.487
126.867
31-dec-17
31-dec-18
31-dec-19
31-dec-20
31-dec-20
16.000
5.000
5.000
0
0
-900
-900
-900
-1.767
-1.767
Eigen vermogen
58.012
56.130
58.142
59.410
60.655
15.100
4.100
4.100
-1.767
-1.767
Resultaat boekjaar
-1.882
2.012
1.268
1.245
1.226
-1.5%
-1.5%
Eigen vermogen
56.130
58.142
59.410
60.655
61.881
2.991
3.183
3.103
3.023
2.943
Langlopende schulden
37.600
41.700
45.800
44.033
42.267
Kortlopende schulden
21.687
21.776
20.776
19.776
19.776
118.408
124.801
129.089
127.487
126.867
11,9%
3,2%
3,4%
werkelijk
werkelijk
begroting
begroting
begroting
2017
2018
2019
2020
2021
in % van de boekwaarde
41%
45%
46%
43%
41%
In % van de OZB waarde
37%
37%
de investeringen meer dan 15% van de baten bedragen. Aangezien Wellant hier onder zit, is de horizon van deze continuïteitsparagraaf drie jaar. De ratio ‘loan to value’ geeft aan in hoeverre het vastgoed is gefinancierd via lang vreemd vermogen. Bij een ratio van 1 is het vastgoed geheel gefinancierd via lang vreemd vermogen.
Balans In de geprognosticeerde balans is zichtbaar dat de vaste activa de komende jaren toenemen door de investeringen in met name huisvesting. De verhouding eigen vermogen/vreemd vermogen wordt vanaf 2020 gunstiger doordat er positieve resultaten worden begroot en er geen externe financiering is gepland. De liquiditeit blijft boven de signaleringsgrens van OCW.
Huisvesting Voor de periode 2019-2021 zijn investeringen in huisvesting gepland van € 27 miljoen. Dit bedrag bestaat uit investeringen vanuit het Strategisch Investeringsplan Huisvesting (€ 20,5 miljoen) en groot onderhoud (€ 6,5 miljoen). Uitgedrukt in een percentage van de baten komen de investeringen in huisvesting voor de komende drie jaar uit op 7,5%. De afschrijvingen huisvesting bedragen 5% van de baten. Onderstaand overzicht geeft een beeld van het totaal aan gebouwoppervlakte in eigendom, huur dan wel bruikleen. Ook is weergegeven hoe de gebouwoppervlakte per onderwijssoort zich verhoudt tot het gewogen (met bbl-factor van 0,35) en ongewogen leerlingaantal.
Eigen vermogen
Voorzieningen
Totaal passiva mbo
Gebouwoppervlakte (m² bruto vloeroppervlakte) Eigendom
15.863
Huur
mbo/ vmbo
29.303
2.859
Bruikleen
vmbo
97.005
mavo
6.967
2.263
ondersteunende diensten
totaal
3.897
153.032
1.016
6.138
420
420
Eindtotaal 2018
19.138
29.303
99.268
6.967
4.913
159.590
Eindtotaal 2017
18.671
28.783
99.026
6.967
4.913
158.360
vmbo 2018
bol + bbl 2018
vmbo 2017
bol + bbl 2017
Gebouwoppervlakte per leerlingen per m² (ongewogen) oppervlakte / leerling hoofdgebouw oppervlakte / leerling overige opstallen Totaal Gebouwoppervlakte per leerlingen per m² (gewogen)
11,41
8,00
10,89
7,13
2,82
2,31
2,64
2,12
14,23
10,31
13,53
9,25
vmbo 2018
bol + bbl 2018
vmbo 2017
bol + bbl 2017
oppervlakte / leerling hoofdgebouw
11,41
9,71
10,89
8,88
opperlakte / leerling overige opstallen
2,82
2,81
2,64
2,64
14,23
12,51
13,53
11,52
Totaal
58
15.010 118.408
59
7 Continuïteits paragraaf
Ten opzichte van voorgaand jaar is de gebouwoppervlakte per leerling toegenomen, met name als gevolg van de leerlingdaling. De gemiddelde huisvestingskosten exclusief personeel bedragen in 2018 € 89 (in 2017: € 88) per vierkante meter. Dit is exclusief genomen bijzondere waardeverminderingen.
Floral Event ‘ De Nieuwe Bavo Bloeit’
• Binnen Wellantcollege kijken we in 2019 verder naar profilering van de organisatie door middel van evaluatie van opleidingen in combinatie met locatieomvang. Dit zal leiden tot een aantal maatregelen om deze afstemming te optimaliseren. Liquiditeit
Belangrijke ontwikkelingen 2019-2021 De komende beleidsperiode spelen binnen Wellant de volgende belangrijke ontwikkelingen/initiatieven: vervanging van de bestaande leerlinginformatiesystemen bij zowel het vmbo als mbo; • efficiënter en effectiever organiseren van de aanschaf van leermiddelen; • realiseren van de Kwaliteitsagenda 2019-2022; • efficiëntie bewerkstelligen bij indirect personeel op onderwijslocaties; • ontwikkelen scenario’s inzake leerlingprognoses; • intensivering leerlingwerving; • aanpak werkdruk binnen het primair proces; • herijking ondersteunende diensten. Doel van dit programma is om een betere aansluiting te realiseren tussen vraag en aanbod, waardoor de kwaliteit van de dienstverlening omhoog gaat. Kengetallen Wellantcollege Solvabiliteit
De ratio voor de solvabiliteit neemt de komende jaren toe van 49% per eind 2018 tot 51% per eind 2021. De solvabiliteit blijft hiermee ruim binnen de signaleringsgrenzen van OCW. Rentabiliteit
Voor de jaren 2019-2021 is positief begroot. Hierbij zijn de volgende aspecten van belang: • Er is gekozen voor een temporisering van het investeringsprogramma, zodat de kosten voor huisvesting en ICT niet stijgen de komende jaren, maar meeschalen met de ontwikkeling van het verwachte aantal leerlingen;
Financiële kengetallen
werkelijk 2017
Solvabiliteit 2 per ultimo Rentabiliteit Liquiditeit (current ratio)
60
De liquiditeitsratio blijft in 2019 en 2021 binnen de signaleringsgrens van OCW (0,5). Er is voor de komende drie jaar geen rekening gehouden met een aanvullende financieringsbehoefte. Risicomanagement binnen Wellantcollege Interne risicobeheersings- en controlesysteem
Risicomanagement levert een wezenlijke bijdrage aan het in control zijn van een organisatie. Risicomanagement is het continu en systematisch doorlopen van de organisatie en haar activiteiten op risico’s, om op basis hiervan bewust risico’s te nemen, de kans op risico’s te verkleinen of de gevolgen ervan te beperken. Door structureel aandacht te hebben voor in- en externe omstandigheden kunnen we risico’s vroegtijdig signaleren en beoordelen. Ook kunnen we vervolgens mitigerende maatregelen nemen. Binnen het onderwijs zijn er diverse terreinen waarop onderwijsinstellingen risico’s kunnen lopen. Denk daarbij aan strategische, financiële, operationele en compliance risico’s. Dergelijke risico’s kunnen we beheersen met een intern risicobeheersings- en controlesysteem. Een aantal belangrijke instrumenten die Wellant binnen dit systeem hanteert zijn: • planning & control-cyclus, inclusief verantwoordingsen stuurinformatie en bijbehorende kengetallen; • kwaliteitszorgcyclus; op basis van het instellingsplan stelt Wellant locatie- en teamplannen op. Daaronder ligt een monitoringsysteem van periodieke zelfevaluatie;
werkelijk 2018
begroting 2019
begroting 2020
begroting 2021
49,9%
49,1%
48,4%
49,9%
51,1%
-1,5%
1,6%
1,0%
1,0%
1,0%
0,69
1,00
0,78
0,78
0,70
Going Global Twee leerlingen en een docent zijn als ambassadeurs voor Wellantcollege Westplas Mavo meegegaan met het 'Going Global' internationaliseringsproject naar Malawi. Een project gericht op: • Ervaringen delen van leerlingen met hun leeftijdsgenoten ver weg • Uitwisselen van kennis tussen collega's • Duurzame ontwikkeling van onderwijs • Wereldburgerschap
Een prestigieus jaarlijks terugkerend event in Haarlem waar studenten en leerlingen van Wellantcollege hun krachten bundelen en prachtig bloemwerk maken. Een authentieke leersituatie waar ze zelf kunnen ontwerpen, pitchen en draaiboeken kunnen maken. Er zijn ook werkprocesexamens te bewonderen van onze studenten uit Aalsmeer en Rijswijk. Het event wordt door zo'n 7.000 mensen bezocht.
Opening nieuwe pand voor Wellant mbo in Rotterdam In Rotterdam wordt actief gewerkt aan allerlei vraagstukken waar onze mbo-opleidingen naadloos op aansluiten. Afgestudeerden Food, Dierverzorging en Urban Green Development dragen allemaal een belangrijk steentje bij aan een betere, mooiere en toekomstbestendigere regio. Een voorbeeld daarvan is de samenwerking die we hebben met zorginstelling Laurens voor de opleidingen Dierverzorging en Dier & Management: dieren, studenten, ouderen en de kinderen van kinderdagverblijf Droomplaats profiteren daarvan. Daan Roosegaarde hield tijdens de opening een inspirerende lezing over de landschappen van de toekomst. 61
7 Continuïteits paragraaf
Figuur 1: Kwaliteitszorgcycles Wellantcollege Doorlopend werkoverleg
Meerjarenbegroting Zelfevaluatie locatie/team
jan dec
Budget
feb
nov
T-gesprek
okt
Om het jaar: · Planningsgesprek · Functioneringsgesprek
T-gesprek
mrt
Planning & control kwaliteitszorgcyclus
sep
Kaderbrief / Financiële formatiekaders Beoordelingsplan Externe verantwoording
apr
mei
Locatie- teamplan + scholingsplan
Financiële budgetkaders Werkverdelingsbeleid
aug
jun jul
T-gesprek
Geïntegreerd jaardocument
Figuur 1: Kwaliteitszorgcyclus (financieel) Wellantcollege
• integrale jaarkalender; deze kalender bevat de tijdlijnen voor de planning & control- cyclus, de verantwoordingscyclus, kwaliteitszorgcyclus en de gesprekkencyclus; • meerjarenbegroting; bevat scenario’s op basis van leerling- en studentprognoses; • instellingsplan, gebaseerd op de Wellant-strategie 2015-2020; • strategische personeelsplanning; • Strategisch Investeringsplan Huisvesting (SIPH); • interne audits; • Kwaliteitsagenda 2019-2022. Overzicht belangrijkste risico’s
Hieronder geven we een overzicht van de belangrijkste risico’s die het behalen van de strategische en financiële doelstellingen van Wellantcollege kunnen beïnvloeden. Daaraan gekoppeld zijn de mogelijke oorzaken en gevolgen van de benoemde risico’s. De risico’s in Figuur 2 zijn verdeeld in Strategisch, Financieel en Operationeel, waarbij we voor
62
Wellantcollege in totaal zes (hoofd)risico’s onderscheiden. Vervolgens is een inschatting gemaakt van de potentiële impact en de belangrijkste beheersmaatregelen, om de kans en/of impact van het risico te beperken, zie figuur 3. Na de te nemen maatregelen resteert het netto-risico.
• Formatieplanningsproces. In 2018 is er één gezamenlijke regiegroep vmbo-mbo opgericht, ten behoeve van het verkrijgen van meer sturing op het formatieplanningsproces 2018-2019 binnen de organisatie en het primaire proces in het bijzonder. Door vacatureaanvragen en formatie-uitbreidingen via deze regiegroep te kanaliseren, hebben we meer grip op formatieproces en -omvang gekregen. • Informatiebeveiliging en privacy (IBP). Uit eerder onderzoek (2017) is gebleken dat IBP nog niet voldoende zichtbaar is voor de medewerkers van Wellant. Daarom zijn in 2018 Functionarissen gegevensbescherming benoemd die binnen de organisatie zorgen voor kennisoverdracht en de borging van informatiebeveiliging en privacy. • Scenariomodellen. Binnen Wellant werken we met scenario’s. In de meerjarenbegroting is gerekend met een beleidsarme begroting, waarin staand beleid is doorgerekend. In de uiteindelijk vastgestelde beleidsrijke meerjarenbegroting 2019-2021 zijn beleidsrijke maatregelen verdisconteerd, zoals de bijgestelde leerlinginstroom en het (financiële) effect hiervan. Daarnaast is een scenarioberekening uitgevoerd om te berekenen waar voor Wellant de financiële ondergrens ligt ten aanzien van leerlingaantallen in verband met dekking van de vaste lasten. Deze scenario’s zijn besproken met de raad van toezicht. • IT-audit. In 2018 is een IT-audit op de financiële kernsystemen uitgevoerd.
Voorgenomen verbeteringen voor de komende periode
Ook het komende kalenderjaar zet Wellant in op het verder verbeteren van het risicobeheersings- en controlesysteem. Thema’s die daarbij aandacht krijgen, zijn: • Om leerlingdaling gericht aan te pakken is extra marketingbudget beschikbaar gesteld voor de komende jaren. Doel is om op een aantal verwachte krimplocaties de dalende trend te keren en het marktaandeel te handhaven of te verhogen. • Opzetten en implementeren van een systematische aanpak en proces voor (strategische) risicoinventarisatie en -analyse. Denk hierbij aan het gebruik van periodieke workshops voor het expliciet identificeren van risico’s. Daarop volgend zullen we periodieke monitoring van deze risico’s in de planning & control-cyclus moeten inbedden. • Evalueren en aanscherpen van het huidige systeem van interne (financiële) audits. • Verder vormgeven van het proces van strategische personeelsplanning op de onderwijslocaties. • Om meer sturing op de personele bezetting van de ondersteunende diensten te krijgen, is besloten tot de invoering van een regiegroep die personele aanvragen (invulling vacatureruimte) zal beoordelen op nut en noodzaak. • Beperken van aantal ICT-devices per medewerker om uiteindelijk structureel kosten te besparen. Rapportage toezichthoudend orgaan
Voor het bericht van de raad van toezicht verwijzen we u naar hoofdstuk 8.
Gerealiseerde verbeteringen in het risicobeheersings- en controlesysteem
Wellant is voortdurend bezig met het verbeteren van de sturing van de organisatie en het vergroten van de kwaliteit van het risicobeheersings- en controlesysteem. In het afgelopen kalenderjaar zijn in dit kader ook weer verschillende verbeteringen gerealiseerd, waaronder: • Verbeteren (management)informatievoorziening. In het afgelopen jaar heeft Wellant veel tijd gestoken in het verder optimaliseren van de informatievoorziening. Met behulp van het Wellant Dashboard zijn verdere stappen gezet om (stuur) informatie te ontsluiten voor de organisatie. Er is in 2018 veel energie gestoken in het verbeteren van periodecijfers. De beschikbaarheid van deze informatie is cruciaal voor het tijdig (bij)sturen, zodat we organisatiedoelen kunnen realiseren.
63
7 Continuïteits paragraaf
Nr
Categorie
Risico
Mogelijke oorzaken
Mogelijke gevolgen
Impact
Maatregelen
Netto-risico
1
Strategisch
Strategie 2015-2020 onvoldoende gerealiseerd
- Geen integrale werkwijze locaties Wellant - Gebrek aan draagvlak en eigenaarschap - Onvoldoende eenduidige strategie/visie
- Gebrek aan samenhang en synergie - Onvrede onder medewerkers - Kwaliteit onderwijs loopt terug
Middel
- Periodieke monitoring op verschillende KSF’en in de PDCA-cylcus - Directievorming op vmbo en mbo - Verder uniformeren van processen binnen Wellant
Laag
2
Strategisch
Dalende leerlingen/ studenten aantallen
- Demografische ontwikkeling - Concurrentie - Opleidingsaanbod sluit onvoldoende aan op arbeidsmarkt - Negatieve berichtgeving rondom Wellant
- Teruglopende inkomsten - Dreigende overcapaciteit op het gebied van huisvesting en personeel
Hoog
- Actievere leerlingwerving - Herijking profilering Wellant door middel herschikking van opleidingsaanbod en locatiekeuzes - Inrichting integrale overlegstructuur ten aanzien van formatieplanning en -sturing ten behoeve van optimaliseren afstemming vacatureruimte en overformatie - Flexibele schil in stand houden
Middel
3
Strategisch
Afnemende kwaliteit onderwijs
- Onvoldoende kwalitatief goed personeel - Portfolio opleidingen sluit onvoldoende aan op arbeidsmarkt
- Imagoschade - Onvrede onder leerlingen - Dalende leerlingen/ studenten aantallen
Hoog
- Hanteren kwaliteitszorgcyclus (PDCA-systematiek) - Gebruik maken van periodieke zelfevaluaties binnen teams en organisatie-onderdelen - Gericht inzetten van professionaliseringsprogramma’s - Herijking profilering Wellant door middel herschikking van opleidingsaanbod en locatiekeuzes
Middel
4
Financieel
Druk op financiële huishouding
- Dalende leerlingen/studenten aantallen - Teruglopende subsidieinkomsten - Gewijzigde financieringssystematiek LWOO - Ontwikkeling pensioenlasten
- Investeringsmogelijkheden lopen terug - Financiele stabiliteit neemt mogelijk af - Lange termijn personeelsverplichtingen nemen toe
Middel
- Locatiebenchmarks en verder implementeren financiële audits - Actievere leerlingwerving - Intensiveren monitoring en sturing op begroting en forecast - Versterken positie in de regio (samenwerking gemeente en bedrijfsleven) - Verder verbeteren management informatie - Gesprek voeren met stakeholders en directies om problematiek op de agenda te houden - Invoeren maxima voor huisvestings- en ICT-kosten als % van de baten - Business case denken bevorderen bij investeringsbeslissingen
Laag
5
Operationeel
Cybersecurity en privacy
- Privacywetgeving en gegevensbescherming (AVG) - Ontbrekende visie op cybersecurity - Ontbreken van back-up en recoveryplan
- Cybercrime: boetes en imagoschade - Verlies van cruciale bedrijfsgegevens - Verstoring van onderwijsen ondersteunende processen
Hoog
- Structurele aandacht voor deze thema’s in het Strategisch Informatie Overleg (SIO) - Traject rond Informatiebeveiliging en privacy (IBP); verdere verbetering van borging en verhogen bewustzijn binnen Wellant - Uitvoeren van IT audit op applicaties om beheersmaatregelen te testen
Middel
6
Operationeel
Onvoldoende kwalitatief goed personeel
- Vergrijzing van het personeelsbestand - Krapte op de arbeidsmarkt (schaarstevakken) - Toenemend ziekteverzuim en verloop - Onvoldoende aandacht voor de professionele ontwikkeling van het personeel
- Toenemende werkdruk - Onvrede onder medewerkers en leerlingen - Concurrentie op arbeidsvoorwaardern tussen instellingen - Innovatiekracht wordt beperkt - Kwaliteit onderwijs komt onder druk - Imagoschade
Hoog
- Periodieke integrale HRM gesprekkencyclus binnen Wellant - Strategische personeelsplanning als instrument verder ontwikkelen - Verbeteren tijdigheid/kwaliteit van het formatieplanningsproces - Scholings- en professionaliseringsplannen - Aanpak preventie van ziekteverzuim
Hoog
64
65
Bericht raad van toezicht
66
8
Werken aan de toekomst stond centraal in 2018 en was ook voor de raad van toezicht een belangrijk thema. Met het Wellant Verhaal, het programma ‘vmbo in beeld’ en het Masterplan mbo, heeft Wellantcollege zijn koers bepaald. Richtinggevend waren ook het bestuursakkoord tussen de MBO Raad en het ministerie van OCW en de daaruit volgende Kwaliteitsagenda voor Wellantcollege. We hebben hierover intensieve en inspirerende gesprekken gevoerd met het college van bestuur, maar ook met interne stakeholders zoals de ondernemingsraad, de centrale studentenraad en de centrale ouderraad. In 2019 zal het toekomstbestendig maken van Wellantcollege een belangrijk thema blijven.
Toezicht en advies Afgelopen jaar is de toekomst van Wellantcollege regelmatig aan bod gekomen in onze gesprekken met het college van bestuur. De teruggang in het aantal leerlingen maakte dat Wellantcollege voor een aantal lastige (financiële) keuzes stond. Tegelijkertijd vraagt de buitenwereld om een sterke profilering, met aandacht voor innovatie, binding met het bedrijfsleven en onderwijs op maat. Deze onderwerpen komen terug in de Kwaliteitsagenda, die in oktober 2018 is ingediend bij de Commissie kwaliteitsafspraken mbo. Inmiddels is bekend dat de Kwaliteitsagenda is goedgekeurd. Een mooi resultaat. In de vergaderingen met het college van bestuur bespreken we vanuit onze toezichtrol de in de statuten en het bestuursreglement vastgelegde onderwerpen. In dat kader zijn in het bijzijn van de accountant, het Geïntegreerd Jaarverslag 2017 en het Accountantsverslag 2017 besproken. Ook kwamen aan de orde de Meerjarenbegroting 2018-2020 en de Begroting 2019. Tevens hebben we aandacht besteed aan de financiële tertiaalrapportages, de huisvesting van Amsterdam Linnaeus, de nieuwbouwplannen voor de locatie Dordrecht, het Strategisch Investeringsplan Huisvesting, het auditplan 2018, de frauderisico-analyse 2018 en de Kwaliteitsagenda 2019-2022. Onze adviesrol
kwam vooral tot uitdrukking in de diverse gesprekken met het college van bestuur over het toekomstperspectief van Wellant, kwaliteitsverbetering in het onderwijs en efficiencyverbetering in de ondersteunende processen, inclusief de daarbij behorende organisatie-inrichting. Verder bespreken we iedere vergadering actuele ontwikkelingen, zoals lopende huisvestingszaken, de samenwerking met andere partijen en de politiekmaatschappelijke ontwikkelingen rondom het groene onderwijs. De raad van toezicht heeft verschillende commissies waarin onderwerpen verder worden uitgediept. In die commissies kunnen we met het college van bestuur van gedachten wisselen over achterliggende zaken. Bij deze commissievergaderingen zijn ook regelmatig leden van het management van Wellantcollege aanwezig. Daardoor krijgen we een breder beeld van wat er speelt in de organisatie en hoe het management daarop stuurt. In 2018 gingen de gesprekken in de auditcommissie met name over de verbetering van de financiële situatie van Wellantcollege en de maatregelen die daarvoor nodig zijn. In de commissie onderwijskwaliteit & HRM hebben we vooral aandacht besteed aan de kwaliteit van het onderwijs en de wijzigingen in de managementstructuur.
67
8 Bericht raad van toezicht
Werkgeversrol In de loop van 2017 is een van de leden van het college van bestuur langdurig uitgevallen. Ter vervanging is de heer Van Ast benoemd als interim-lid. Met het uitgevallen lid hebben we uitgebreid gesproken over de toekomst en de uitvoering van zijn functie. In 2018 is hierbij een onoverbrugbaar verschil van inzicht ontstaan, dat uiteindelijk heeft geleid tot beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst. Daarom hebben we in 2018 een nieuw lid van het college van bestuur geworven, via een openbare wervingsprocedure. De centrale medezeggenschapsorganen waren hierbij betrokken. Deze wervingsprocedure heeft geleid tot de benoeming van de heer Van der Zee per 1 september 2018. De heer Van Ast is tot 1 oktober 2018 aangebleven als interim-lid, om zijn werkzaamheden goed te kunnen overdragen. Wij zijn de heer Van Ast erkentelijk voor zijn bijdrage aan Wellantcollege. De raad van toezicht volgt bij de beloning van het college van bestuur de Wet Normering Topinkomens. De remuneratiegesprekken met beide leden van het college van bestuur hebben in januari 2019 plaatsgevonden.
Samenstelling raad van toezicht Begin 2018 had de raad van toezicht twee vacatures: één voor een voorzitter en één voor een lid. Hiervoor hebben we profielen opgesteld, die ter advies zijn voorgelegd aan de ondernemingsraad en de centrale studentenraad. Tijdens de wervingsprocedure bleek dat er meerdere benoembare kandidaten waren. Daarom hebben we besloten om, naast een nieuwe voorzitter, twee nieuwe leden te benoemen. Dit in de wetenschap dat in 2019 de zittingstermijn van een van de zittende leden afloopt. Op deze manier kunnen kennis en expertise goed worden overgedragen. Na een benoemingsadviesgesprek met de ondernemingsraad, zijn per 1 april 2018 de volgende nieuwe leden benoemd: de heer Klamer (voorzitter), de heer Smink en de heer Oosthoek. Hiermee is de raad van toezicht weer op volle sterkte en zijn ook de commissies weer volledig bemenst. In een inwerkprogramma hebben de nieuwe voorzitter en de nieuwe leden nader kennis gemaakt met de organisatie. Governance Voor de uitoefening van onze taken volgen we de Branchecode goed bestuur in het mbo. Daarnaast vormt het intern opgestelde Toezichtkader uitgangspunt voor onze werkzaamheden.
Overzicht hoofd- en relevante nevenfuncties raad van toezicht eind 2018 Dhr. prof. dr. A. Klamer Hoofdfunctie
• Hoogleraar Culturele Economie, Erasmus Universiteit Nevenfuncties
• Academisch directeur Academeia Vitae • Academisch coördinator en docent Hogeschool Toegepaste Filosofie • Moderator en docent Academie voor Medisch Specialisten • Docent Comenius Leergangen en Avicenna • Lid Sustainable Finance Lab • Voorzitter bestuur Crafts Council • Voorzitter Stichting Creare • Voorzitter Filosofie Oost-West • Voorzitter Stichting Economie en Cultuur • Voorzitter Stichting Atelier voor Creativiteit en Ondernemerschap
Verder zijn we aanwezig geweest bij vergaderingen van de ondernemingsraad, de centrale ouderraad en de centrale studentenraad. Ook hebben we de volgende locaties bezocht: Vmbo Ottoland, Vmbo Amsterdam Linnaeus, Vmbo Amsterdam Sloten en Mbo Rijswijk. Door bovenstaande activiteiten kan de raad van toezicht zich een goed beeld vormen van wat er binnen Wellantcollege leeft en speelt.
68
Platform raden van toezicht De MBO Raad organiseert het Platform raden van toezicht. Wij volgen de ontwikkelingen binnen dit platform en zijn zo mogelijk bij bijeenkomsten aanwezig. Tot slot Werken aan de toekomst stond centraal in 2018. Als raad van toezicht zijn we blij dat we daaraan hebben kunnen bijdragen. Maar onze toekomst wordt vooral gemaakt door de medewerkers, leerlingen en studenten van Wellantcollege. Wij danken iedereen dan ook voor zijn inzet en inspanningen in 2018. De raad van toezicht, • dhr. prof. dr. A. Klamer (voorzitter, aangetreden per 1 april 2018) • mw. mr. R.M. Bergkamp (vicevoorzitter) • mw. dr. H.H.M. Scholtes • mw. drs. H.K. Sluiter MEM • mw. drs. J.A. van Wijngaarden • dhr. drs. ing. D.C.A. Oosthoek MGM (lid per 1 april 2018) • dhr. drs. W. Smink (lid per 1 april 2018)
• Eigenaar B&B, advies op het gebied van onderwijsontwikkeling, Bètaontwikkeling, HRMontwikkeling en duurzaam strategisch beleid in het funderend onderwijs. • Kwartiermaker Connectief van Lerende Scholen • Vicevoorzitter raad van toezicht Coenecoop College • Voorzitter experts Landelijk Versterkingsprogramma Lerarenopleiding en Scholen
Mw. drs. J. van Wijngaarden Hoofdfunctie
• Financieel directeur Fundis Holding B.V. Nevenfuncties
• Lid raad van toezicht Franciscus Vlietland Ziekenhuis • Lid Investeringscommissie Brabant Ventures (tot 1 oktober 2018) • Lid raad van commissarissen Zayaz Woningcorporatie (afgetreden per 20 april 2019)
Dhr. drs. W. Smink Hoofdfuncties
Mw. mr. R.M. Bergkamp Contact met de organisatie Een jaarlijks terugkerende activiteit van de raad van toezicht is de medezeggenschapsconferentie. Daarvoor nodigen we het college van bestuur en alle centrale medezeggenschapsorganen van Wellantcollege uit. Naast het formele programma biedt de conferentie ook ruimte voor informele gesprekken. In 2018 stond de medezeggenschapsconferentie in het teken van positioneren en profileren. Er was een interactief programma voorbereid waarin het Wellant Verhaal centraal stond en waarin veel ruimte was voor de inbreng van studenten en onderlinge discussie.
Nevenfuncties
Hoofdfunctie
• Algemeen Directeur/Provinciesecretaris Noord-Holland Nevenfuncties
• • • •
Lid Adviesraad Animal Science Groep (WUR) Lid van het bestuur van de Dutch Milk Foundation Lid raad van commissarissen van Royal Reesink B.V. Voorzitter raad van toezicht van Het Voedingscentrum
• Zelfstandig interimmanager en adviseur • Directeur-bestuurder ad interim van de Fryske Akademy Nevenfuncties
• • • • •
Lid raad van toezicht zorginstelling de Hoven Lid raad van toezicht Het Kopland/Zienn Lid raad van toezicht en moderator NPAL Voorzitter raad van commissarissen Euroborg NV Voorzitter bestuur Tijdschrift Noorderbreedte
Dhr. ing. D.C.A. Oosthoek MGM Mw. dr. H.H.M. Scholtes
Hoofdfunctie
Hoofdfunctie
• Directeur Stichting Groenkeur
• Senior adviseur Twynstra Gudde Adviseurs en Managers
Nevenfuncties
Nevenfuncties
• Docent TiasNimbas Master of management in education • Voorzitter vakjury Orde van Organisatie Adviseurs
Mw. drs. H.K. Sluiter MEM Hoofdfunctie
• Directeur Stichting Technasium
• Strategisch adviseur/interim manager Coöperatie Agrimaco • Voorzitter en ouderling-kerkrentmeester Protestantse wijkgemeente Breukelen • Voorzitter Stichting Vrienden van de Pieterskerk • Voorzitter Stichting kerkelijke communicatie Protestantse gemeente Breukelen • Vicevoorzitter Classicaal College voor behandeling van beheerszaken PKN ring Utrecht
69
Balans per 31 december 2018 (na bestemming van het resultaat over 2018) 1
Activa (alle bedragen x € 1.000)
31-12-2018
31-12-2017
Vaste activa 1.2
Materiële vaste activa
1.3
Financiële vaste activa
103.083
Totaal vaste activa
Jaarrekening 2018
103.397
1
1
103.084
103.398
Vlottende activa 1.4
Voorraden
1.5
Vorderingen
4
1
2.976
2.984
1.7
Liquide middelen
18.737
12.025
Totaal vlottende activa
21.717
15.010
124.801
118.408
31-12-2018
31-12-2017
Totaal activa 2
Passiva 2.1
Eigen vermogen
58.142
2.2
Voorzieningen
3.183
2.991
2.3
Langlopende schulden
41.700
37.600
2.4
Kortlopende schulden
21.776
21.687
124.801
118.408
realisatie
begroting
realisatie
2018
2018
2017
Totaal passiva
56.130
Staat van baten en lasten over 2018 3
9
Baten 3.1
Rijksbijdragen
3.2
Overige overheidsbijdragen
361
183
411
3.4
Baten werk in opdracht van derden
502
485
471
3.5
Overige baten
3.901
3.077
3.478
Totaal baten
128.421
121.694
126.781
realisatie
begroting
realisatie
4
Lasten
123.657
2018
117.949
2018
122.421
2017
4.1
Personeelslasten
90.067
89.335
93.683
4.2
Afschrijvingen
10.930
9.050
9.996
4.3
Huisvestingslasten
8.631
8.179
8.610
4.4
Overige lasten Totaal Saldo baten en lasten
5
Financiële baten en lasten Resultaat
6
Belastingen Resultaat na belastingen
15.837
15.987
15.539
125.465
122.551
127.828
2.956
-857
-1.047
-944
-944
-835
2.012
-1.801
-1.882
-
-
-
2.012
-1.801
-1.882
71
9 Jaarrekening 2018
Kasstroomoverzicht over 2018 (alle bedragen x € 1.000) Saldo baten en lasten
2018 2.956
2017
Gecorrigeerd voor: * Afschrijvingen
10.930
9.996
192
774
14.078
9.723
* Voorraden
-3
1
* Vorderingen
8
261
* Mutatie voorzieningen
Mutaties werkkapitaal
* Kortlopende schulden Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen intrest
-215
-821
-210
-559
13.868
9.164
-
-
-946
-803
-
-
-946
-803
Kasstroom uit operationele activiteiten
12.922
8.361
Investeringen materiële vaste activa
-10.310
-13.544
0
0
-10.310
-13.544
5.000
16.000
-900
-900
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
4.100
15.100
Mutatie liquide middelen
6.712
9.917
Betaalde intrest Belastingen
Desïnvesteringen materiële vaste activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
Beginstand liquide middelen
12.025
2.108
Mutatie liquide middelen
6.712
9.917
18.737
12.025
Eindstand liquide middelen
Waarderingsgrondslagen
-1.047
Onderstaande waarderingsgrondslagen zijn van toepassing op de jaarrekening.
Algemeen De activiteiten van het agragrisch opleidingencentrum Stichting Wellant zijn gericht op het geven van onderwijs aan leerlingen in een groene leeromgeving door kennis te delen en toe te passen. Ons doel is leerlingen goed voor te bereiden op het leven en werken in onze maatschappij. Toegepaste standaarden De jaarrekening is opgesteld volgens de 'Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs'. In deze regeling is bepaald dat de bepalingen van titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (in het bijzonder RJ 660 Onderwijsinstellingen) van toepassing zijn en met inachtneming van de daarin aangeduide uitzonderingen. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten. Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva gewaardeerd volgens het kostprijsmodel. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. In deze jaarrekening worden de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht gepresenteerd in euro’s * 1.000. De toelichting op posten binnen deze opstellingen worden gepresenteerd in euro’s. De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende
72
veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.
Materiële vaste activa De gebouwen en terreinen, inventaris en apparatuur, andere vaste bedrijfsmiddelen, vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen hierop worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de verwachte economische levensduur. Op terreinen (met uitzondering van geactiveerde erfpacht), materiele vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen hierop wordt niet afgeschreven. De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn als volgt:
Gebouwen
6,12,18,24 en 30 jaar op basis van de componentenmethode:
Casco
30 jaar
dakbedekking, plafonds, dekvloeren
24 jaar
werktuigbouwkundige installaties
18-30 jaar
liftinstallaties
18 jaar
elektrische installaties
24-30 jaar
binnenwerk
12 jaar
glas- en schilderwerk
6 jaar
Verbouwingen (van voor 2008)
10 jaar
Inventaris en apparatuur
tusen 3 en 20 jaar
Andere vaste bedrijfsmiddelen
5 jaar
Onderhoudsuitgaven worden geactiveerd indien zij de gebruiksduur van het object verlengen. Investeringen > € 1.000,- komen in aanmerking voor activering (voor fungibele investeringen ligt de grens bij €450,-). Indien voor een materieel vast actief sprake is van kosten die samenhangen met verplichtingen inzake de ontmanteling en verwijdering van het actief en het herstel van het terrein waar het actief zich bevindt (herstelkosten), en deze verplichting wordt veroorzaakt door het neerzetten van het actief, worden de kosten noodzakelijk voor de afwikkeling van de verplichting verwerkt als onderdeel van de boekwaarde van het actief. Investeringssubsidies 73
9 Jaarrekening 2018
worden zichtbaar in mindering gebracht op de materiele vaste activa (netto methode).
Financiële vaste activa De overige financiele vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. Verbonden partijen Er is geen sprake van verbonden partijen. Wellantcolege neemt deel in diverse samenwerkingsverbanden. In geen enkel samenwerkingsverband is sprake van beslissende zeggenschap. Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Van vaste activa met een lange levensduur wordt periodiek beoordeeld of sprake is van mogelijke bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de toekomstige nettokasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte toekomstige kasstroom, wordt een bedrag voor impairment ten laste van het resultaat geboekt voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde van het actief. Voor verkoop beschikbare activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere actuele waarde, onder aftrek van verkoopkosten.
Voorraden De voorraden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, eventueel onder aftrek van een voorziening voor incourantie. Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten bij Stichting Wellant vorderingen, liquide middelen en langlopende en kortlopende schulden. Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, inclusief direct toerekenbare transactiekosten. Na de eerste opname worden financiële instrumenten gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Indien er geen sprake is van agio of disagio en direct toerekenbare transactiekosten is de geamortiseerde kostprijs gelijk aan de nominale waarde. Op vorderingen wordt een noodzakelijke geachte voorziening getroffen voor risico van oninbaarheid. 74
Vorderingen Voor de waardering van vorderingen wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiële instrumenten. Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Liquide middelen die niet ter directe beschikking staan worden verwerkt onder de vorderingen. Liquide middelen die gedurende langer dan 12 maanden niet ter directe beschikking staan van de groep worden verwerkt onder de financiële vaste activa. Eigen vermogen Onder het eigen vermogen worden de algemene reserves, de bestemmingsreserves en de bestemmingsfondsen gepresenteerd. De algemene reserve bestaat uit de reserves die ter vrije beschikking staan van het College van Bestuur. Indien een beperktere bestedingsmogelijkheid door de organisatie is aangebracht, dan is het aldus afgezonderde deel van het eigen vermogen aangeduid als bestemmingsreserve. Indien de beperktere bestedingsmogelijkheid door derden is aangebracht, dan wordt dit deel aangemerkt als bestemmingsfonds. Voorts is binnen het eigen vermogen een onderscheid gemaakt naar publieke en private middelen. Voorzieningen Een voorziening in verband met verplichtingen als bedoeld in artikel 2:374 lid 1, eerste volzin BW wordt uitsluitend opgenomen indien op de balansdatum aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de rechtspersoon heeft een verplichting (in rechte afdwingbaar of feitelijk); b. het is waarschijnlijk dat voor de afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen noodzakelijk is; en c. er kan een betrouwbare schatting worden gemaakt van de omvang van de verplichting. Onder de voorzieningen worden de personele voorzieningen gepresenteerd. Toevoegingen aan voorzieningen vinden plaats ten laste van de staat van baten en lasten. Uitgaven vinden rechtstreeks plaats ten laste van de voorzieningen. De voorzieningen reorganisatie en Ziektewet zijn opgenomen tegen de nominale waarde. De voorzieningen wachtgeld, onderwijsjubileum, WGA en seniorenregeling zijn opgenomen tegen contante waarde.
Langlopende schulden Schulden met een resterende looptijd van meer dan een jaar worden aangeduid als langlopend. Het aflossingsbedrag van het volgende jaar wordt onder de kortlopende schulden opgenomen. Voor de waardering van langlopende schulden wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiële instrumenten. Kortlopende schulden Schulden met een op balansdatum resterende looptijd van ten hoogste een jaar worden aangeduid als kortlopend. Schulden worden niet gesaldeerd met activa, indien hiertoe geen contractueel recht en geen voornemen tot saldering bestaat. Voor de waardering van kortlopende schulden wordt verwezen naar de paragraaf inzake financiële instrumenten. Overlopende passiva betreffen vooruitontvangen bedragen (waaronder geoormerkte bijdragen) en nog te betalen bedragen terzake van lasten die aan een verstreken periode zijn toegekend. Van bedragen die voor meerdere jaren beschikbaar zijn gesteld, wordt het nog niet bestede gedeelte op deze post aangehouden. Vrijval ten gunste van de staat van baten en lasten geschiedt naar rato van de besteding.
Resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Rijksbijdragen, overige overheidsbijdragen en -subsidies uit hoofde van basisbekostiging worden in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft, volledig verwerkt als baten in de staat van baten en lasten. Indien deze opbrengsten betrekking hebben op een specifiek doel, dan worden deze naar rato van de verrichte werkzaamheden als baten verantwoord. Het niet bestede gedeelte wordt op de balans gepassiveerd. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode.
Personeelsbeloningen/pensioenen Voor de medewerkers van de organisatie is een pensioenregeling getroffen die kwalificeert als een toegezegde pensioenregeling. Deze pensioenregeling is ondergebracht bij een bedrijfstakpensioenfonds (ABP) en wordt - overeenkomstig de in de RJ aangereikte vereenvoudiging - in de jaarrekening verwerkt als toegezegde bijdrage-regeling. Dit betekent dat de over het boekjaar verschuldigde premies als kosten worden verantwoord. De risico’s van loonontwikkeling, prijsindexatie en beleggingsrendement op het fondsvermogen zullen mogelijk leiden tot toekomstige aanpassingen in de jaarlijkse bijdragen aan het pensioenfonds. Deze risicio’s komen niet tot uitdrukking in een in de balans opgenomen voorziening. Informatie over eventuele tekorten en de gevolgen hiervan voor de pensioenpremies in de toekomstige jaren is niet beschikbaar. De dekkingsgraad van het pensioenfonds per 31 december 2018 bedraagt 97% (ultimo 2017: 104%). Op 31 december 2018 was de beleidsdekkingsgraad 103,8%.
75
9 Jaarrekening 2018
Toelichting behorende tot de jaarrekening over 2018 1
Activa
1.2.1
1.2.2
1.2.3
genomen van € 0,6 miljoen voor locatie Amsterdam Linnaeus die in de zomer van 2020 vervangende huisvesting krijgt. 1.2.4
Totaal
Vaste activa 1.2
Gebouwen en terreinen
Inventaris en apparatuur
Andere vaste bedrijfsmiddelen
In uitvoering en vooruitbetalingen
198.813.515
36.642.237
553.719
6.997.909
243.007.380
-6.835.114
-680.939
-
-
-7.516.053
Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen
-106.697.769
-24.941.832
-454.547
-
-132.094.149
Boekwaarde
85.280.632
11.019.466
99.172
6.997.909
103.397.179
Materiële vaste activa
Stand per 1 januari 2018: Aanschafprijs Investeringsubsidies
Ingebruikname Desinvesteringen
-
-
0
10.615.570
10.615.570
6.102.519
2.270.630
10.850
-8.383.999
0
0
0
0
0
0
Afschrijvingen
-5.638.670
-2.848.324
-42.568
-
-8.529.563
Bijzondere waardeverminderingen
-2.400.000
-
-
-
-2.400.000
1.936.151
-577.694
-31.718
2.232.571
-313.992
204.916.034
38.912.868
564.569
9.229.480
253.622.950
-6.835.114
-680.939
-
-
-7.516.053
-114.736.439
-27.790.156
-497.116
0
-143.023.711
83.344.481
10.441.773
67.454
9.229.480
103.083.186
Saldo
Tot zekerheid voor de voldoening van de geldlening van het Ministerie van Financiën, is het recht van eerste hypotheek verleend tot een bedrag van € 53 miljoen, per ultimo 2018 groot € 42,6 miljoen, op een aantal percelen grond met opstallen en verder toebehoren. Het betreft de locaties Aalsmeer (Linnaeuslaan, 1e JC
1.3
1.3.2
Mutaties in de boekwaarde: Investeringen
Mensinglaan en Zwarteweg) , Alphen aan den Rijn, Amersfoort, Amsterdam Sloten, Boskoop, Den Haag Westvliet, Den Haag Madestein, Montfoort, Oegstgeest, Rijnsburg, Rijswijk en Utrecht.
Financiële vaste activa Andere deelneming
Boekwaarde 01-01-2018
Het bedrag onder 1.3.2. bestaat uit een ledenkapitaal in Cooperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A ad € 1.165. In 2018 hebben geen bijschrijvingen plaatsgevonden.
Ontvangen uitkeringen 2018
Desinvesteringen 2018
Resultaat 2018
Boekwaarde 31-12-2018
1.165
-
-
-
1.165
1.165
-
-
-
1.165
Stand per 31 december 2018: Aanschafprijs Investeringsubsidies Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde
De egalisatierekening investeringsubsidies is als negatieve post geclassificeerd onder de materiële vaste activa. In 2018 zijn voor een bedrag ad € 6,1 miljoen investeringen in gebruik genomen met betrekking tot huisvesting. Het betreft met name de oplevering van de aanbouw en verbouw op de locatie Montfoort ad € 4,8 miljoen. Voorts is er voor een bedrag ad € 0,9 miljoen groot onderhoud geactiveerd. Voor een tweetal nieuwbouwprojecten zijn onder de post 1.2.4 investeringen in uitvoering opgenomen. Het betreft Naarden ad € 5,7 miljoen (totaal project is € 7,8 miljoen) en Dordrecht ad € 0,6 miljoen (totaal project is € 22,4 miljoen). Tevens is hieronder opgenomen een interne verbouwing (€ 2,0 miljoen) van een huurpand in Rotterdam, dat vanaf januari 2019 in gebruik wordt genomen voor mbo onderwijs. 76
In 2018 is een bedrag opgenomen ad € 2,4 miljoen aan bijzondere waardeverminderingen van activa (2017: € 1,2 miljoen). Het betreft bijzondere waardeverminderingen op de locaties Rijnsburg, Den Haag Madestein en Brielle (totaal voor € 1,8 miljoen). Wegens met name onvoldoende herstel van leerlingaantallen op deze locaties zou zonder de genomen waardevermindering geen duurzame bezetting van het pand en de exploitatie mogelijk zijn. De panden zijn gewaardeerd tegen bedrijfswaarde met een disconteringsvoet van 3,5%. Bij de berekening van de bedrijfswaarde wordt uitgegaan van een technische levensduur van 40 jaar per locatie. Reguliere onderhoudskosten zijn op jaarbasis ingerekend, daarnaast wordt 10 jaar voor einde levensduur een noodzakelijke renovatie in het bedrijfswaardemodel ingerekend. Tevens is een waardevermindering 77
9 Jaarrekening 2018
Vlottende activa 1.4
Voorraden
1.4.1
Gebruiksgoederen
31-12-2018 3.485
31-12-2017 1.158
Het bedrag onder 1.4.1 bestaat uit PR-artikelen die centraal worden ingekocht en opgeslagen. Vestigingen kunnen naar behoefte PR- artikelen bestellen bij de "Ondersteunende Dienst".
2
2.1
Passiva
Vorderingen
1.5.1
Debiteuren
1.5.5
Deelnemers/cursisten
1.5.6
1.206.312
1.102.133 552.148
Overige overheden
49.630
35.637
1.5.7
Overige vorderingen
438.909
203.006
1.5.8
Overlopende activa
817.252
1.240.365
Af: voorzieningen wegens oninbaarheid
-184.301
-149.340
2.975.773
2.983.949
527.994
894.146
0
5.700
1.5.8.1
Vooruitbetaalde kosten / vooruitontvangen facturen
1.5.8.2
Verstrekte voorschotten
1.5.8.3
Overige overlopende activa
289.258
340.519
1.5.8
Overlopende activa
817.252
1.240.365
Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt: 1.5.9.1
Stand per 1 januari
1.5.9.2
Onttrekking
1.5.9.3
Dotatie
1.5.9
Stand per 31 december
149.340
208.959
-26.552
-143.372
61.513
83.753
184.301
149.340
Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan een jaar, met uitzondering van de post "1.5.7 overige vorderingen". Onder de post "deelnemers/cursisten" (1.5.5) zijn de nog openstaande vorderingen per balansdatum op de ouders/leerlingen opgenomen. Het betreft vooral vorderingen die hun oorsprong vinden in het schooljaar 2018/2019. Onder de overige vorderingen (1.5.7) zijn opgenomen in 2017 en 2018 betaalde transitievergoedingen aan dertien langdurig zieke werknemers die na twee jaar loondoorbetaling zijn ontslagen. Werkgevers worden door het UWV gecompenseerd voor de betaalde transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid. Hiertoe is vanuit het landelijk wachtgeldbudget een bedrag vrijgemaakt. Naar verwachting zal het UWV deze regeling eerst in 2020 kunnen uitvoeren. De voorziening wegens oninbaarheid heeft betrekking op de posten debiteuren, deelnemers/cursisten en overige overheden. 1.7
Liquide middelen
1.7.1
Kasmiddelen
1.7.2.1
Tegoeden op bank- en girorekeningen
1.7.2.2
Rekening-courant Ministerie van Financien
Overige mutaties 2018
Saldo 31-12-2018
2.1.1
Algemene reserve
2.1.2
Bestemmingsreserve (publiek)
52.096.918
1.949.140
728.962
54.775.020
-
-
-
-
3.400.000
-
-1.200.000
2.200.000
-
472.000
472.000
Reserve inzake passend onderwijs
647.971
1.5.9
Resultaat 2018
Eigen vermogen
Reserve m.b.t. BAPO 1.5
Saldo 31-12-2017
31-12-2018
31-12-2017
59.498
18.482
213.992
672.270
18.463.594
11.333.845
18.737.084
12.024.597
2.1.3
Bestemmingsreserve (privaat)
-
-
-
-
598.106
62.684
-
660.790
Bestemmingsfonds (privaat)
-
-
-
-
Bestemming uit liquidatie “Stichting
-
-
-
-
35.069
-
-962
34.107
56.130.093
2.011.824
0
58.141.917
“Leven Lang Ontwikkelen” 2.1.5
Contractactiviteiten Groene Delta” Totaal
De voorziening BAPO is per 1 januari 2010 als gevolg van een stelselwijziging vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen. Wellantcollege heeft ervoor gekozen om deze reserve binnen het eigen vermogen op te nemen als publieke bestemmingsreserve. De minister van OCW heeft besloten om de verwerking van de BAPO-lasten op te laten nemen in de periodekosten, waarbij jaarlijks de lasten als 'out of the pocket-kosten' kosten worden geboekt binnen het bestek van de reguliere bedrijfsvoering. Onder voorwaarden kan het personeel vanaf de leeftijdsgrens van 55 jaar gebruik maken van de regeling. Bevordering ArbeidsParticipatie Ouderen (BAPO). De huidige populatie medewerkers in de BAPO regeling is per ultimo 2018 59 jaar of ouder. Bij de bepaling van de reserve is rekening gehouden met eigen ervaringscijfers zoals blijf- en sterftekans. Bij de bepaling van de reserve is vanaf 2013 tevens rekening gehouden met de gestegen pensioengerechtigde leeftijd van 65 naar 67 jaar. De reserve is opgenomen tegen de contante waarde, waarbij een disconteringsvoet van 3% is gehanteerd. In 2018 is €1.2 miljoen van deze publieke bestemmingsreserve vrijgevallen ten gunste van de algemene reserve.
Het bestuur van de geliquideerde Stichting Contractactiviteiten Groene Delta heeft bepaald dat het eigen vermogen van de Stichting, bestaande uit een vordering ad € 149.140 op de Stichting Wellant, in zijn geheel uit te keren aan de Stichting Wellant, onder de last dit aan te wenden ten behoeve van de verdere ontwikkeling van de door de Stichting Wellant uit te voeren activiteiten op het gebied van cursussen en trainingen. In het verslagjaar is € 962 (2017: € 4.401) besteed aan activiteiten op dit gebied. Het resultaat over 2018 ad € 2.011.824 bestaat uit het resultaat op de reguliere onderwijsactiviteiten (€1.949.140) en uit het resultaat op de bedrijfsactiviteiten m.b.t. Leven Lang Ontwikkelen (€ 62.684). Het resultaat op de reguliere onderwijsactiviteiten is toegevoegd aan de algemene reserve. Het resultaat op het bedrijfsonderdeel 'Leven Lang Ontwikkelen' is toegevoegd aan de private bestemmingsreserve.
In 2018 is een bestemmingsreserve passend onderwijs gevormd om toekomstige risico's met betrekking tot de gewijzigde financieringssystematiek op te kunnen vangen.
Het saldo van de liquide middelen is vrij opvraagbaar. In september 2010 is Wellantcollege overgegaan op geintegreerd middelenbeheer bij het Ministerie van Financien (schatkistbankieren). De kredietfaciliteit bij het Ministerie bedraagt 10% van de Rijksbijdrage (€10 miljoen), met als voorwaarde dat er minimaal 1 dag in een jaar een poitief saldo op de rekening-courant positie bestaat. 78
79
9 Jaarrekening 2018
2.2
Voorzieningen
Saldo 31-12-2017
Dotaties 2018
Onttrekking 2018
Vrijval 31-12-2018
Saldo 31-12-2018
In het onderstaande overzicht zijn de voorzieningen verder gespecificeerd: 31-12-2018
Het verloop van de voorzieningen kan als volgt worden weergegeven: 2.2.1
Voorzieningen personeel
Voorziening reorganisatie
Voorziening reorganisatie
463.152
Voorziening onderwijsjubileum
650.000
72.061
Voorziening wachtgeld
575.000
879.597
Voorziening wga/zw
728.000
565.666
-459.666
834.000
Voorziening seniorenverlof Totaal Voorzieningen
58.044
-140.544
189.000
kortlopend
-122.061
600.000
-704.597
750.000
575.000
313.204
-78.204
2.991.152
1.888.572
-1.505.072
In 2010 is een voorziening reorganisatie getroffen als gevolg van de ingezette regionalisering. Per ultimo 2018 bedraagt deze voorziening € 120K voor een vijftal werknemers. Voorts is onder de voorziening reorganisatie opgenomen een voorziening sociaal plan van € 69.000 voor een drietal werknemers. De voorziening onderwijsjubileum is onderbouwd op werknemerniveau. Bij de inschatting van de blijfkansen is uitgegaan van een gemiddeld personeelsverloop van 10% per jaar. De voorziening is opgenomen tegen contante waarde, waarbij een disconteringsvoet is gehanteerd van 3%. De hoogte van de voorziening is gedaald met € 50K als gevolg van een lager aantal werknemers. De voorziening wachtgeld betreft een voorziening voor te betalen WW-uitkeringen en bovenwettelijke uitkeringen voor ex-werknemers. Bij de bepaling van de voorziening is rekening gehouden met een, over 2011 t/m 2018 bepaald, percentage van 69% dat de ex-werknemer gemiddeld nodig heeft ten opzichte van het maximale recht om tot een nieuwe baan te komen. De voorziening is opgenomen tegen contante waarde, waarbij een disconteringsvoet is gehanteerd van 3%. Ten opzichte van 2017 is de voorziening gestegen met € 175.000 door een hoger aantal ex-werknemers (24 per ultimo 2018, 19 per ultimo 2017) in de WW én door hogere te verwachten bovenwettelijke uitkeringen. Wellantcollege is eigenrisicodrager voor de Ziektewet (ZW) en de Wet Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Per ultimo 2018 werden er voor 13 werknemers WGA-uitkeringen doorbelast (ultimo 2017: 10 werknemers) en voor 4 werknemers werden ZW-uitkeringen doorbelast (ultimo 2017: 3 werknemers). De maximale looptijd in de WGA is vijf jaar of indien eerder tot aan pensioendatum. De voorziening is 80
31-12-2017
-191.652
3.183.000
langlopend
99.798
316.584
Subtotaal
189.000
463.152
kortlopend
120.000
120.000
langlopend
480.000
530.000
Subtotaal
600.000
650.000
kortlopend
370.120
248.000
langlopend
379.880
327.000
Subtotaal
750.000
575.000
368.000
286.000
Voorziening wachtgeld
opgenomen tegen contante waarde waarbij een disconteringsvoet is gehanteerd van 3%. De maximale looptijd in de ZW is twee jaar na de eerste ziektedag. De voorziening betreft personeel met een arbeidscontract voor bepaalde tiijd, die ziek zijn ten tijde van het bereiken van het einde van de looptijd van het contract. De voorziening is opgenomen tegen een gemiddelde duur van 70% van de looptijd per balansdatum. De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening WGA bedraagt per ultimo 2018 € 770.000. De voorziening ZW bedraagt per ultimo 2018 € 64.000. De voorziening seniorenverlof is gebaseerd op de regeling seniorenverlof van de regeling Duurzame inzetbaarheid in de cao mbo. Werknemers ouder dan 57 jaar (en vijf jaar in dienst) met een werktijdfactor van ten minste 0,4 die meedoen aan de regeling hebben bij een normbetrekking recht op 170 uur verlof per cursusjaar. De werknemer betaalt een eigen bijdrage van 30%, dan wel 45% bij een carrièrepatroon van 9 of hoger. Voor die werknemers die meedoen aan de regeling is een voorziening getroffen. Bij de inschatting van de blijfkansen is uitgegaan van een gemiddeld personeelsverloop van 10% per jaar. De voorziening is opgenomen tegen contante waarde, waarbij een disconteringsvoet is gehanteerd van 3%. Het aantal medewerkers dat meedoet aan de regeling is 34 (per ultimo 2017: 28 werknemers). De voorziening voor de huidige gebruikers is toegenomen met € 125K tot € 425K. Bij de bepaling van de voorziening is tevens een inschatting gemaakt voor de medewerkers die niet meedoen, maar in de toekomst hier mogelijk wel gebruik van kunnen maken. Het betreft de populatie 52-56 jarigen. Gebaseerd op een verwachte deelname van 20% (per ultimo 2017: 16%) is de voorziening voor 52-56 jarigen toegenomen met € 110K tot € 385K.
146.568
Voorziening onderwijsjubileum
810.000 -191.652
89.202
Voorziening wga/zw kortlopend langlopend
466.000
442.000
Subtotaal
834.000
728.000
Voorziening seniorenverlof kortlopend
115.000
85.000
langlopend
695.000
490.000
Subtotaal
810.000
575.000
3.183.000
2.991.152
Totaal
Van de voorzieningen worden de volgende bedragen naar verwachting na meer dan 5 jaar afgewikkeld: reorganisatie € 3.000, wachtgeld € 58.000 en seniorenverlof € 172.000.
2.3
2.3.5
Langlopende schulden
Ministerie van Financiën lening uit 2010 Ministerie van Financiën lening uit 2017 Overige langlopende schulden
Bedrag lening 31-12-2017
Aangegaan 2018
Aflossingen 2018
Aflossingen 2019
Bedrag lening 31-12-2018
Rente (%)
22.500.000
-
-900.000
-900.000
20.700.000
3,43
16.000.000
5.000.000
-
-
21.000.000
1,06
38.500.000
5.000.000
-900.000
-900.000
41.700.000
-
81
9 Jaarrekening 2018
In 2010 is er een financieringsarrangement overeengekomen met het ministerie van Financien voor een totaal bedrag van € 27 miljoen. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2013. De rente bedraagt 3,43%, 30 jaar vast. Van de lening uit 2010 heeft een bedrag ad € 17.100.000 een resterende looptijd langer dan 5 jaar.
totaal bedrag van € 26 miljoen. In 2017 en 2018 is € 21 miljoen ontvangen. In 2019 wordt nog € 5 miljoen ontvangen. Aflossing vindt lineair plaats in 30 jaar, voor het eerst in 2020. De rente bedraagt 1,06%, 30 jaar vast. Van het ontvangen bedragen in 2017-2018 van de lening uit 2017 heeft een bedrag ad € 18.200.000 een resterende looptijd langer dan 5 jaar.
De schuld aan kredietinstellingen (2.4.1) betreft de aflossingsverplichting voor het komend boekjaar van de langlopende schuld aan het ministerie van Financiën.
Per ultimo 2018 zijn er verpichtingen aangegaan inzake het huisvestingsplan en het groot onderhoudsplan ad € 10.166.000 (ultimo 2017: € 7.539.000).
De schuld aan spaarverlof onder 2.4.9 bedraagt € 163.000 voor 16 medewerkers (€ 2017: € 186.000 voor 19 medewerkers).
In 2017 is er een tweede financieringsarrangement overeengekomen met het ministerie van Financien voor een
Voor beide leningen zijn hypothecaire zekerheden verstrekt (zie onder 1.2).
Onder 'Leerlingen/cursisten' zijn de bedragen opgenomen die reeds gefactureerd zijn voor het schooljaar 2018/2019, maar die worden toegerekend aan het boekjaar 2019.
Bon Houdstermaatschappij B.V. te Maarssen heeft recht van eerste koop op het terrein op de locatie Naarden op het moment dat de Stichting Wellant deze locatie verlaat dan wel haar onderwijsactiviteiten op de locatie staakt. De Stichting Wellant is evenals alle andere mbo-instellingen aangesloten bij de Stichting Waarborgfonds MBO. Er geldt een voorwaardelijke verplichting dat indien het waarborgdepot van de Stichting Waarborgfonds MBO onder het startkapitaal van € 9,9 miljoen mocht dalen, de scholen verplicht zijn dit aan te vullen naar evenredigheid van de verstrekte rijksbijdrage tot een maximum van 2% daarvan op jaarbasis.
2.4
Kortlopende schulden
2.4.1
Kredietinstellingen
2.4.3
Crediteuren
31-12-2018
31-12-2017
900.000
900.000
4.917.486
5.897.045
2.4.4
OCW/EZ
151.746
66.356
2.4.7
Belastingen en premies sociale verzekeringen
3.646.066
3.799.220
2.4.8
Schulden terzake van pensioenen
1.022.231
1.035.700
2.4.9
Schulden inzake spaarverlof
162.728
186.363
2.4.10
Overlopende passiva
2.4.7.1
Loonbelasting en sociale verzekeringen
2.4.7.2
Omzetbelasting
2.4.7
Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.4.10.1
10.975.528
9.802.128
21.775.785
21.686.812
3.641.877
3.829.981
4.189
-30.761
3.646.066
3.799.220
Leerlingen/cursisten
1.143.630
920.138
2.4.10.2
Vooruitontvangen subsidies OCW/EZ geoormerkt
2.384.695
2.484.608
2.4.10.3
Vooruitontvangen subsidies OCW/EZ niet geoormerkt
60.074
364.335
2.4.10.5
Vakantiegeld
3.172.046
3.195.204
2.4.10.8
Overige
2.4.10
Overlopende passiva
4.215.083
2.837.843
10.975.528
9.802.128
De schuld aan OCW/EZ (2.4.4) wordt hieronder nader gespecificeerd :
82
De toelichting op de post 'vooruitontvangen subsidies OCW/EZ geoormerkt' (2.4.10.2) wordt weergegeven op pagina 84-85. De overige schulden (2.4.10.8) zijn gestegen door het reserveren van de eenmalige uitkering op basis van de CAO.
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Claims Door de voormalige huurders van Makeblijde is hoger beroep aangetekend waarin een claim bij Wellantcollege wordt neergelegd. Deze claim is niet opgenomen in de balans, omdat eerdere rechtszaken in deze kwestie door Wellantcollege zijn gewonnen.Verder zijn er geen overige claims ingediend tegen de Stichting Wellant die niet in de balans zijn gewaardeerd.
Schoolmaatschappelijk werk MBO 2016
OCW
-
5.576
Schoolmaatschappelijk werk MBO 2017
OCW
34.896
-
Subsidie zij instroom 2015
OCW
-
20.000
31-12-2017
31-12-2018
31-12-2017
Korter dan 1 jaar
789.000
680.000
Langer dan 1 jaar
3.569.000
2.802.000
4.358.000
2.482.000
Korte opleidingstrajecten vmbo leraren 2017
OCW
5.000
5.000
Groene impuls professionalisering 2009
EZ
35.780
35.780
Pilot Registerleraar.nl
OCW
12.000
-
Studieverlof 2013 VO
OCW
8.635
-
Studieverlof 2013 BVE
OCW
19.574
-
Studieverlof 2014 VO
OCW
8.686
-
Studieverlof 2014 BVE
OCW
934
-
Studieverlof 2015 VO
OCW
11.621
-
Studieverlof 2016 VO
OCW
3.967
-
Studieverlof 2016 BVE
OCW
4.481
-
Studieverlof 2017 BVE
OCW
6.172
-
151.746
66.356
Stichting Wellant en IPC Groene Ruimte B.V. vormden een fiscale eenheid voor de omzetbelasting tot en met 23 december 2014. In de verkoopovereenkomst met IPC is overeengekomen dat Wellant IPC vrijwaart voor alle verplichtingen in het kader van de omzetbelasting voortkomend uit mogelijk onjuiste aangiften in de tijdvakken 2009 tot en met 2014.
Meerjarige financiële verplichtingen
Er zijn langlopende onvoorwaardelijke verplichtingen aangegaan ad € 4,4 miljoen ter zake van huur en operationele leasing. Het bedrag aan meerjarige financiële verplichtingen langer dan vijf jaar bedraagt € 1,1 miljoen. Er zijn een drietal bankgaranties afgegeven voor een bedrag van € 134.278. 83
9 Jaarrekening 2018 Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW en EZ (Model G) Projectomschrijving
Beschikking
Datum
Toegewezen bedrag 2010-2018
Saldo 31-12-2017
85.675
Ontvangen 2018
Saldo 31-12-2018
afgerond
85.675
-0
ja
Besteding expl 2018
Overige mutaties 2018
G1: subsidies zonder verrekeningsclausule Praktijkleren groene plus 2011 Professionalisering
OCW
BEK-2010/82044 M
21/10/10
86.100
Praktijkleren groene plus 2012 kennisverspreiding
OCW
399935-1
19/12/11
346.917
57.762
6.947
50.815
nee
Praktijkleren groene plus 2012 Professionalisering
OCW
399935-1
19/12/11
83.260
83.260
83.260
0
ja
Praktijkleren groene plus 2012 internationalisering
OCW
399935-1
19/12/11
62.445
10.579
1.089
9.490
nee
Praktijkleren box 1 2015
OCW
655769-3
20/03/15
1.401.928
609.066
300.798
308.268
nee
Praktijkleren groene plus 2015 (MIP)
OCW
655769-3
20/03/15
1.276.513
172.946
0
172.946
nee
Professionalisering MBO 2014
OCW
590514-1
18/12/13
283.218
239.913
40.733
199.180
nee
Subsidie voor studieverlof 2013 VO
OCW
5496997-1
22/07/13
110.979
54.643
46.008
8.635
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2013 BVE
OCW
548637-1
20/08/13
138.186
76.441
56.866
19.574
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2014 VO
OCW
601900-1
20/01/14
10.767
5.956
-2.730
8.686
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2014 BVE
OCW
601921-1
20/10/14
143.351
10.014
9.080
934
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2015 VO
OCW
707192-1
21/09/15
214.823
17.189
5.568
11.621
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2015 BVE
OCW
674246-1
20/01/15
84.080
16.679
16.679
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2016 VO
OCW
740841-1
20/01/16
176.167
36.521
32.554
3.967
-0
ja
Subsidie voor studieverlof 2016 BVE
OCW
772024-2
21/06/16
42.187
277
-4.204
4.481
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2017 VO
OCW
852022-1
20/09/17
49.358
31.730
31.730
0
ja
Subsidie voor studieverlof 2017 BVE
OCW
852013-1 / 919100-1
20/09/17
118.379
76.510
-0
ja
Subsidie voor studieverlof 2018 VO
OCW
929655-1
20/09/18
96.135
0
96.135
37.056
59.079
nee
Subsidie voor studieverlof 2018 BVE
OCW
928202-1
20/09/18
60.773
0
60.773
20.092
40.680
nee
Subsidie zij-instroom 2016 (2016-2017)
OCW
781272-1
22/11/16
20.000
20.000
20.000
0
ja
Voorz. leermidd. minimagezinnen 2016
OCW
786389-1
20/12/16
34.512
34.512
34.512
0
ja
Voorz. leermidd. minimagezinnen 2017
OCW
849889-1
22/08/17
66.262
66.262
Voorz. leermidd. Minimagezinnen 2018
OCW
926433-2
21/08/18
66.611
0
Pilot Registerleraar.nl
OCW
OND/ODB-13/56320 U
27/11/13
12.000
12.000
Zomerscholen VO 2015
OCW
702229-1
20/05/15
45.500
6.860
-6.858
63.481
6.172
66.262 66.611 12.000
0
ja
66.611
nee
0
ja
6.860
nee
Lentescholen VO 2016
OCW
LENZO16135
23/05/16
85.800
30.196
30.196
nee
Lente- en zomerschool VO 2017
OCW
LENZO17168/1185776
09/05/17
142.000
22.608
22.608
nee
Lente- en zomerschool VO 2018
OCW
LENZO18211
14/05/18
76.500
0
76.500
16.729
nee
Aanvullende bekostiging technisch VMBO 2018
OCW
923432-1 / 923432-2
19/12/18
64.284
0
64.284
64.284
nee
2.229.181
Salarismix leraren mbo in de randstadregios 2018
OCW
884256-1
19/12/18
2.229.181
0
Opleidingsschool Wellantcollege 2017-2018
OCW
OS-2017-C-008
01/12/17
300.000
300.000
Opleidingsschool Wellantcollege 2018-2019
OCW
OS-2017-C-008
01/12/17
300.000
0
8.228.215
2.077.599
59.771 2.229.181
0
ja
268.957
31.043
nee
300.000
63.862
236.138
nee
2.886.626
3.573.228
76.069
1.314.927
87.355
34.896
0
G2-A subsidies met verrekeningsclausule aflopend per ultimo 2018 Schoolmaatschappelijk werk in het mbo 2017
OCW
804613-1
20/01/17
122.251
122.251
592032-2
18/12/13
399.200
80.390
G2-B subsidies met verrekeningsclausule doorlopend per ultimo 2018 Aanvullende bekostiging Taal en Rekenen 2014
OCW
80.390
RIF PPS Waterroute
OCW
704911-1
29/05/15
828.548
242.974
165.710
51.308
357.376
RIF GO2
OCW
RIF16029/1088278
20/10/16
1.103.002
254.794
220.600
103.846
371.549
Schoolmaatschappelijk werk in het mbo 2018
OCW
874345-2
22/01/18
127.425
0
127.425
0
127.425
Doorstroom mbo-hbo
OCW
DHBO18041
15/03/18
196.152
0
196.152
63.124
133.028
Totaal Totaal Naar 2.4.4 Schuld aan Ministerie 84
De bedragen in de kolom "Saldo 31-12-2018" zijn gebaseerd op het kasstelsel. Een minbedrag in deze kolom betekent dat er meer besteed is aan de betreffende subsidie dan dat erop is ontvangen.
2.654.327
578.158
709.887
218.277
0
1.069.768
11.004.793
2.778.008
3.596.513
3.878.860
110.965
2.384.695
110.965 Een plusbedrag betekent dat er meer ontvangen is dan dat er besteed is op de betreffende subsidie. Subsidies worden in tranches uitbetaald, en kunnen derhalve nog niet geheel ontvangen zijn.
85
9 Jaarrekening 2018
3
Baten
2018
3.1
Rijksbijdragen
3.1.1
Rijksbijdrage OCW en EZ
107.667.761
3.1.2.1
Geoormerkte subsidies OCW
3.878.860
3.1.2.2
Niet geoormerkte subsidies OCW
3.1.2.3
Geoormerkte subsididies EZ
3.1.3
Doorbetalingen rijksbijdrage SWV Totaal
2017
4.1.1.1
Brutolonen en salarissen
64.276.641
65.063.063
1.717.740
4.1.1.2
Sociale lasten
8.387.369
8.338.296
9.338.778
11.280.486
4.1.1.3
Pensioenpremies
9.312.665
9.271.118
-
-
4.1.1
Lonen en salarissen
81.976.675
82.672.477
4.1.2.1
Dotaties personele voorzieningen
1.696.920
2.172.030
4.1.2.2
Personeel niet in loondienst
4.307.436
6.374.323
4.1.2.3
Overige
2.492.082
3.004.333
4.1.2
Overige personele lasten
8.496.438
11.550.686
4.1.3
Af: Uitkeringen UWV
-405.804
-540.266
90.067.309
93.682.897
2.771.879
2.099.794
123.657.278
122.421.447
Totaal
3.2.1
Gemeentelijke bijdragen
166.616
245.843
3.2.2
Overige
194.315
165.234
Totaal
360.931
411.077
501.566
470.481
Contractonderwijs
Tot en met schooljaar 2013/2014 zijn de activiteiten m.b.t. contractonderwijs uitgevoerd via IPC Groene Ruimte B.V. Wellantcollege heeft vanaf 2015 een start gemaakt met het herpositioneren van de Leven Lang Ontwikkelen-activiteiten. Er is een start gemaakt met een beperkt aanbod aan cursussen verzorgd vanuit Houten en Aalsmeer. De beperking vloeit voort uit het concurrentiebeding op grond van de afspraken met IPC Groene Ruimte. Per 1 januari 2017 is het concurrentiebeding vervallen en wordt het aanbod uitgebreid. 3.5
Overige baten
3.5.1
Verhuur
3.5.2
Detachering personeel
515.811
519.427
3.5.5
Deelnemerbijdragen
1.885.537
1.734.321
3.5.6
Overige
1.371.471
1.008.410
Totaal
3.901.083
3.477.759
128.264
215.601
De post lonen en salarissen is gedaald met € 0,7 miljoen. Dit wordt per saldo verklaard door een lagere bezetting van 2,8% (€ 2,3 miljoen) enerzijds, en een hogere GPL van 2,0% (€ 1,6 miljoen) anderzijds. De hogere GPL wordt met name verklaard door de ingetreden cao mbo 2018-2020. Hiierin zijn de salarissen per 1 oktober 2018 structureel met 2,6% verhoogd. Tevens is in november 2018 een eenmalige uitkering verstrekt van 1% over het salaris januari t/m september 2018. Voorts is in januari 2019 een eenmalige uitkering verstrekt van 0,9% over het salaris januari t/m september. Deze laatste is ten laste van 2018 gereserveerd (€ 0,4 miljoen) aangezien deze post is opgenomen in de loonbijstelling 2018 in de rijksbijdrage. De sociale lasten per fte zijn gestegen met 3,5% met name als gevolg van een stijging van de afdracht zorgverzekeringswet en het feit dat n.a.v. de afgesloten cao vanaf oktober 2018 geen inhouding meer plaatsvind op de werknemer van de WGA premie. De pensioenlasten per fte zijn gestegen met 3,3% als gevolg van een stijging van de premies OP/NP en AOP en een daling van de premie IVP. Voor een toelichting van de dotaties aan de personele voorzieningen wordt verwezen naar de post 2.2.1. De kosten personeel niet in loondienst zijn gedaald als gevolg van bewust beleid om meer personeel (al dan niet tijdelijk) in loondienst te nemen. De post 'overige' bestaat voornamelijk uit de uitgaven in het kader van scholing, werving van personeel en personeels-activiteiten. Tevens is hieronder in 2017 opgenomen een eerste opname m.b.t. reservering vakantiedagen ad € 300K. Gedurende het boekjaar 2018 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij de organisatie, omgerekend naar volledige mensjaren:
2018 De verhuuropbrengsten zijn met name gedaald door het opzeggen door de huurders van de huurcontracten op de locates Amersfoort en Brielle. Beiden €50K op jaarbasis. Belangrijk onderdeel van de overige baten is de post deelnemerbijdragen. Dit zijn ontvangsten van ouders/leerlingen voor producten/diensten die Wellantcollege aanbiedt. De gepresenteerde baten worden verantwoord op basis van de gemaakte (door te belasten) kosten leer- en hulpmiddelen (matchingprincipe). Uiteraard zijn deze gemaximeerd op het totaal van de gefactureerde bedragen per schoooljaar 2017/2018 en 2018/2019. Onder post 3.5.6. zijn opgenomen een tweetal schikkingen met leveranciers van in totaal €428K. Tevens zijn onder deze post verantwoord opbrengsten uit projecten (niet zijnde EZ, OCW of gemeentes) ad €725.000 (2017: €619.000).
86
2017
107.323.427
Overige overheidsbijdragen
3.4.1
2018
Personeelslasten
3.2
Baten werk in opdracht van derden
Lasten
4.1
De post 3.1.1. is opgebouwd uit de normatieve subsidies op basis van leerlingaantallen en gerealiseerde diploma's binnen Wellantcollege. De geoormerkte subsidies onder 3.1.2.1 en 3.1.2.3 worden nader toegelicht onder de kortlopende schulden. De post onder 3.1.3 betreft doorbetalingen van rijksbijdrage vanuit de samenwerkingsverbanden met betrekking tot passend onderwijs. Wellantcollege neemt deel in vijftien samenwerkingsverbanden passend onderwijs.
3.4
4
2018
2017
FTE
%
FTE
%
20
1,7%
22
1,8%
880
73,8%
907
74%
Indirect onderwijsondersteunend personeel
136
11,4%
142
11,6%
Direct onderwijsondersteunend personeel
156
13,1%
155
12,6%
1.192
100,0%
1.226
100,0%
Bestuur/management Personeel primair proces
2017
87
9 Jaarrekening 2018
2018 4.2
Afschrijvingen
4.2.2
Materiële vaste activa
10.929.563
2017
2018 Onderzoek van de jaarrekening inclusief bekostigingsgegevens
9.995.944
109.175
Andere controleopdrachten Andere niet controlediensten Totaal Huisvestingslasten
4.3.1
Huur
4.3.2
Verzekeringen
4.3.3
Onderhoud
4.3.4
Energie en water
1.416.725
1.809.142
4.3.5
Schoonmaakkosten
2.012.234
1.998.705
4.3.6
Heffingen
526.338
534.304
4.3.7
Overige huisvestingslasten
1.044.917
1.323.436
Totaal
8.631.264
8.609.716
110.836 9.904
Adviesdiensten op fiscaal terrein
Onder deze post is in 2018 een bedrag opgenomen ad €2,4 miljoen aan bijzondere waardeverminderingen van activa (2017: €1,2 miljoen) 4.3
2017
7.115
720
116.290
121.460
1.167.590
884.944
5
Financiële baten en lasten
122.708
162.956
5.1
Rentebaten
-
-
2.340.752
1.896.229
5.5
Rentelasten
-944.415
-835.319
Saldo financiële baten en lasten
-944.415
-835.319
Bestemming van het resultaat na belastingen
2018
Het voorstel tot verwerking van het resultaat na belastingen over 2018 ad € 2.011.824 is als volgt: De hogere huurlasten zijn vooral veroorzaakt door de afkoop van een huurcontract in Gorinchem ad € 350K . Deze onderwijslocatie mbo is per 1 augustus 2018 verlaten. Het onderwijs wordt voortgezet op de mbo-locatie Dordrecht. De onderhoudskosten zijn € 450K hoger dan in 2017. Hieronder is opgenomen zowel bouwkundig onderhoud als onderhoud aan apparatuur en installaties. De stijging van de kosten betreft correctief onderhoud als gevolg van keuzes uit het verleden om te bezuinigen op groot onderhoud. Devergelijkende cijfers zijn aangepast als gevolg van het opnemen onder deze post van onderhoud aan apparatuur en installaties. Voorheen werden deze kosten verantwoord onder post 4.3.7.
toevoeging aan de private bestemmingsreserve
De energiekosten zijn met name gedaald door een lager gasverbruik; er wordt bewust gestuurd binnen de locaties op een lager verbruik. Tevens zijn in 2018 positieve afrekeningen geweest m.b.t. 2017. Onder de overige huisvestingslasten zijn exploitatiekosten verantwoord met betrekking tot het strategisch investeringsprogramma huisvesting ad € 270.000 (2017: € 633.000). Het betreft met name sloopkosten en vervangende huurkosten.
Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich geen gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan, zodanig dat deze voor een juist inzicht in de onderliggende jaarstukken 2018, onder deze post vermeld zouden moeten worden.
4.4
Overige lasten
4.4.1
Administratie en beheerslasten
6.011.824
5.792.112
4.4.2
Inventaris, apparatuur en leermiddelen
7.219.207
7.070.734
4.4.4
Overige
2.605.452
2.676.448
15.836.483
15.539.294
Totaal
toevoeging aan de algemene reserves
62.684 1.949.140 2.011.824
Het voorstel tot verwerking van het resultaat is vooruitlopend op het besluit hiervan verwerkt in de balans.
Onder de administratie en beheerslasten worden o.a. verantwoord: kosten telecommunicatie, advieskosten, drukwerkkosten, kosten kantoorartikelen, pr-kosten, contributies en abonnementen en reis- en verblijfkosten. Onder 4.4.2 zijn opgenomen kosten leermiddelen ad € 6.788.000 (2017: € 6.586.000). Onder 4.4.2 zijn opgenomen kosten praktijkleren ad € 319.000 (2017: € 428.000). Onder 4.4.4. zijn opgenomen kosten ICT ad € 1.767.000 (2017: € 1.631.000). Onder 4.4.4 zijn voorts opgenomen de out- of pocketkosten van innovatieprojecten inzake het instellingsplan ad € 764.000) (2017: € 975.000). Honoraria van de accountant De volgende honoraria van Deloitte zijn ten laste gebracht van de organisatie, een en ander bedoeld in artikel 2: 382a BW. De vermelde bedragen zijn inclusief btw.
88
89
9 Jaarrekening 2018
WNT: Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector 4.1 Vermelding bezoldiging topfunctionarissen Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld
op basis van de op Stichting Wellant van toepassing zijnde regelgeving. Het bezoldigingsmaximum in 2018 voor Stichting Wellant is â‚Ź 171.000. Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband. Het WNT-maximum is gebaseerd op het onderwijs, klasse F en 16 complexiteitspunten. Dit aantal van 16 complexiteitspunten is bepaald op 8 punten voor de gemiddelde totale baten, 4 punten voor het gemiddeld aantal leerlingen en deelnemers en 4 punten voor het gewogen aantal onderwijssoorten.
Bestuurder zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12 Naam
ir. K.J. van Ast
Functiegegevens Kalenderjaar Periode functievervulling in het kalenderjaar Aantal kalendermaanden functievervulling in het kalenderjaar
lid cvb 2018
2017
01/01 - 30/09
04/10 - 31/12
9
3
182
176
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum Maximum uurtarief in het kalenderjaar Maxima op basis van de normbedragen per maand
190.500
Individueel toepasselijk maximum gehele periode kalendermaand 1 t/m 12 Bestuurders Naam Functiegegevens Aanvang en einde functievervulling in 2018
drs. J.M.P.
drs. H.W.M.
drs. A.R,G.
Moons
Jansen
van der Zee
Voorzitter cvb
lid cvb
lid cvb
01/01 - 31/12
01/01 - 30/06
01/09 - 31/12
1,0
1,0
1,0
ja
ja
ja
151.688
84.877
42.967
19.197
9.462
6.177
Subtotaal
170.885
94.339
49.144
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum
171.000
84.797
57.156
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
94.339
49.144
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) Dienstbetrekking? Bezoldiging Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag Totale bezoldiging 2018
170.885
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan
n.v.t.
Uitbetaalde vakantiegelden en- dagen hebben deels betrekking op 2017 (â‚Ź9.542)
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling
n.v.t.
n.v.t.
Gegevens 2017 Naam Functiegegevens Aanvang en einde functievervulling in 2017 Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) Dienstbetrekking?
drs. J.M.P. Moons Voorzitter cvb
drs. H.W.M. Jansen lid cvb
01/01 - 31/12
01/01 - 31/12
1,0
1,0
ja
ja
144.108
143.912
n.v.t.
n.v.t.
73.500 264.000
Bezoldiging Werkelijk uurtarief lager dan het maximum tarief Bezoldiging in de betreffende periode Totale bezoldiging gehele periode kalendermaand 1 t/m 12 -/- onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag Totale bezodiging, exclusief btw Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan
ja
ja
127.985
46.035 174.020 n.v.t. 174.020 n.v.t.
drs. A.R,G. van der Zee lid cvb n.v.t.
Bezoldiging Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen
18.049
17.818
Subtotaal
Beloningen betaalbaar op termijn
162.157
161.730
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum
165.000
165.000
Totale bezoldiging 2017
162.157
161.730
90
91
9 Jaarrekening 2018
Toezichthouders Naam Functiegegevens
prof. dr. A. Klamer Voorzitter rvt
dr.H.H.M. Scholtes lid rvt
mr. R.M. Bergkamp lid rvt
drs. H.K. Sluiter MEM lid rvt
drs. J.A. van Wijngaarden lid rvt
Aanvang en einde functievervulling in 2018
01/04 31/12
01/01 31/12
01/01 31/12
01/01 31/12
01/01 31/12
Totale Bezoldiging 2018
11.250
10.000
12.750
10.000
10.500
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum
19.325
17.100
17.100
17.100
17.100
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan Gegevens 2017
01/01 31/12
01/01 31/12
01/01 31/12
20/04 31/12
Totaal bezoldiging 2017
-
10.000
12.000
10.000
6.923
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum
-
16.500
16.500
16.500
11.573
Toezichthouders Naam Functiegegevens Aanvang en einde functievervulling in 2018
drs. W Smink lid rvt
ing. D.C.A. Oosthoek MGM lid rvt
prof. dr. M.J.M. Vermeulen Voorzitter rvt
J. Bogerd MBA lid rvt
ir. G.T.M. Kok lid rvt
01/04 31/12
01/04 31/12
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
7.500
7.500
-
-
-
12.884
12.884
-
-
-
n.v.t.
n.v.t.
-
-
-
n.v.t.
n.v.t.
01/01 31/12
01/01 20/02
01/01 07/02
Totaal bezoldiging 2017
-
-
15.000
1.429
1.042
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum
-
-
24.750
2.260
1.673
Totale Bezoldiging 2018 Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan
Naam Functiegegevens Functie bij beeindiging dienstverband
lid cvb
Deeltijdfactor in fte
1,0
Jaar waarin dienstverband is beeindigd
2018
Ontslaguitkering Overeengekomen uitkeringen wegens beeindiging dienstverband
75.000
Individueel toepasselijk maximum
75.000
De beloningen aan de toezichthouders betreffen bedragen exclusief de in rekening gebrachte btw.
n.v.t.
Totale uitkeringen wegens beeindiging dienstverband
75.000
waarvan betaald in 2018
75.000
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan
n.v.t.
4.2 Vermelding gegevens Bijlage: instellingsgegevens van eenieder van wie de Statutaire naam: Stichting Wellant bezoldiging de toepasselijke Instelling: Wellantcollege Statutaire zetel: Houten norm te boven gaat
Vastgesteld op 27 mei 2019,
Bestuursnummer: 41100 brinnummer: 01OE KvK nummer: 27177194 Bezoekadres: de Molen 94 3995 AX Houten Postadres: Postbus 177 3990 DD Houten
Het college van bestuur van Stichting Wellant te Houten, • drs. J.M.P. Moons, voorzitter • drs. A.R.G. van der Zee
Telefoon: 030-6345100 E-mail: info@Wellant.nl Oprichtingsdatum: 1 januari 1999
Goedgekeurd op 12 juni 2019, De raad van toezicht van Stichting Wellant te Houten, • prof. dr. A. Klamer, voorzitter • dr. H.H.M. Scholtes • mr. R.M Bergkamp • drs. H.K. Sluiter MEM • drs. W. Smink • ing. D.C.A. Oosthoek MGM
Leden op 31 december 2018:
Er zijn geen werknemers die een bezoldiging hebben ontvangen waarvan de bezoldiging de norm te boven is gegaan.
Gegevens 2017 Aanvang en einde functievervulling in 2017
drs. H.W.M. Jansen
-/- onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag n.v.t.
Aanvang en einde functievervulling in 2017
2. Uitkeringen wegens beeindiging dienstverband aan topfunctionarissen
De raad van toezicht:
• prof. dr. A. Klamer, voorzitter • dr. H.H.M. Scholtes • mr. R.M Bergkamp • drs. H.K. Sluiter MEM • drs. J.A. van Wijngaarden • drs. W. Smink • ing. D.C.A. Oosthoek MGM Het college van bestuur:
• drs. J.M.P. Moons, voorzitter • drs. A.R.G. van der Zee Totaal aantal leerlingen en deelnemers per 1 oktober 2018: 11.902 92
93
De samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs waarin Wellant vmbo participeert:
Bijlage
94
10
Samenwerkingsverband
Participerende vmbo-locatie(s)
SWV V(S)O Eemland
Amersfoort
SWV Sterk VO Utrecht en Stichtse Vecht
Utrecht
Samenwerkingsverband VO Amsterdam-Diemen
Sloten en Linnaeus
SWV Amstelland en de Meerlanden
De Groenstrook en Westplas Mavo
SWV Passend Onderwijs VO 2801
Oegstgeest
Qinas (samenwerkende VO-schoolbesturen in het Gooi)
Naarden
SWV V(S)O Duin- en Bollenstreek
Rijnsburg
SWV VO Regio Utrecht West
Montfoort
SWV VO/VSO Midden-Holland & Rijnstreek
Gouda, Boskoop en Alphen aan den Rijn
SWV Zuid-Holland West VO
Madestein en Westvliet
SWV VO Voorne-Putten en Rozenburg
Anna Hoeve Brielle
SWV Passend Onderwijs Dordrecht
Dordrecht en Mavo Stek
SWV PasVOrm Gorinchem e.o.
de Bossekamp (Ottoland) en Omnia College
SWV Voortgezet Onderwijs Zuid-Utrecht
Houten
SWV VO Hoeksche Waard (VO-HW)
Klaaswaal
95
Stichting Wellant Postbus 177 3990 DD Houten