2 minute read

Een dal is altijd nog beter dan een berg

Next Article
Puzzel en win!

Puzzel en win!

Je moet er niet aan denken. Echt niet. Toch dacht ik er deze week aan: de met een Gouden Palm bekroonde Japanse dramafilm De ballade van Narayama. Daarin trekken ouderen als ze de leeftijd van zeventig jaar hebben bereikt standaard naar een hoge bergtop om er van kou en uitputting en in eenzaamheid te sterven.

Zo ook een moeder die de tocht aflegt op de rug van haar zoon. Ze heeft al haar tanden nog, ze is niet ziek en ze staat al helemaal niet op het punt van doodgaan. Waarom ze dan toch naar boven gaat? Omdat er dan voldoende voedsel overblijft voor de rest van de arme boerengemeenschap die nauwelijks in haar levensonderhoud kan voorzien. Voor de leden van die gemeenschap is zo’n uit nood geboren harde maatregel geen hogere wiskunde.

In ons land zijn de dienstverlening en zorg voor kwetsbare ouderen dat in feite ook niet. In feite, want ondertussen bevinden we ons ondanks alle goede werk dat wel plaatsvindt al vele jaren lang in een behoorlijk dal. Dat dal wordt onder meer ’bevolkt’ door complexe wet­ en regelgeving en financieringsvormen en door tal van bureaucratische procedures. Ik heb daar al over geschreven in mijn eerdere columns, maar omdat dit probleem zich blijft herhalen, doe ik dat weer. Het is geregeld om moedeloos van te worden. Dan spreek ik niet alleen voor mezelf, maar vooral namens onze bewoners, hun naasten en onze medewerkers.

Goed. Hoe zorgen we er dan vervolgens voor dat we onze levens­ en werkinspiratie niet verliezen? Hier is een Japans gezegde op zijn plaats. Mede om aan te geven dat de Japanse cultuur in tegenstelling tot het verhaal hierboven evengoed haar zachte kanten heeft: een vriendelijk woord kan drie maanden winter opwarmen. Binnen De Beyart gonst het gelukkig van die woorden. Ik hoor ze uit de mond komen van een dochter die vertelt hoe liefdevol en geduldig een van onze medewerkers haar moeder lepeltje voor lepeltje een beetje pudding voert. Ik hoor ze uit mijn eigen mond komen als ik de kinderen troost van een bewoner die op sterven ligt.

Vriendelijke woorden vallen ook te beluisteren tijdens de vele welzijnsactiviteiten die we voor en met onze bewoners organiseren. Na het opsteken van een sigaar of het nuttigen van een maaltijd die meer dan goed heeft gesmaakt. Of na een wandeling onder de rijzende zon door onze eeuwenoude kloostertuin. Dan denk ik: wat een voorrecht dat ik hier elke dag opnieuw deel van mag uitmaken. Dat onze bewoners ondanks al hun kwetsbaarheden nog volop kun nen genieten van alle moois dat het leven te bieden heeft.

Op die momenten besef ik eens te meer dat de zorgwereld weliswaar niet perfect in elkaar steekt, maar dat er tegelijkertijd meer dan genoeg momenten overblijven om te koesteren. Of omgekeerd: stel je voor dat De Beyart een stille en vreugdeloze plek was zonder voortdurende aandacht voor een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven. Daar zou ik om het mild uit te drukken als een berg tegenop zien.

Anke Huppertz Bestuurder woonzorgcentrum De Beyart, Maastricht

This article is from: