5 minute read

Van colporterende SP’er tot zelfhulpkatholiek

Next Article
ONDERTUSSEN IN...

ONDERTUSSEN IN...

Als rebellerende katholiek raakte Jos Palm verzeild bij de SP. Later werd hij hoofdredacteur van het

Historisch Nieuwsblad en de stem van OVT, het geschiedenisprogramma op Radio1. Nu hij met pensioen gaat, blikt hij met PAUL VAN DER STEEN terug. ‘De gedachte dat kapitalisme niet alleen een feestje is, wint

Advertisement

In den beginne was er het roomskatholicisme. Later kwam het socialisme, van de strengste soort, ervoor in de plaats. Twee keer klampte Jos Palm zich vast aan in steen gebeitelde waarheden; het was zijn liefde voor geschiedenis die hem, weer een tijdje later, leerde relativeren. Nu zegt hij: ‘Verhalen uit het verleden zorgen voor empathisch vermogen, het inzicht dat er verschillende werkelijkheden bestaan.’

De stem die het zegt was jarenlang onlosmakelijk verbonden aan OVT (afkorting van onvoltooid verleden tijd), het geschiedenisprogramma van de NPO op Radio1. Op 26 maart presenteert Palm voor het laatst. ‘Ik had wel door willen gaan. De VPRO heeft me nadat ik 66,7 jaar was geworden zes maanden respijt gegeven. Maar nu stopt het echt.’

Drie dagen voor zijn afscheid verschijnt een nieuw boek van zijn hand: Kind van Maria en Mao. Het is zijn levensverhaal, naar zijn zeggen is het ook het verhaal van een generatie. ‘We waren de eersten die autonomie zochten. Maar we kwamen uit het autoritaire model van strenge religies. De meesten van ons waren niet in staat om de vrijheid in hun eentje te vinden, konden niet zonder steuntje in de rug. Nieuw gezag, ditmaal zelf gekozen, hielp ons er doorheen.’

Jos Palm (Zeddam, 1956) groeide als jongste van zes op in een streng katholieke familie in de Achterhoek. ‘Bij toeval kregen we een antiautoritaire opvoeding: mijn moeder kwam uit een gebroken gezin, mijn vader had als nakomertje nauwelijks een familieleven meegemaakt. Als kinderen moesten we hun leven betekenis geven en voor geluk zorgen. Vooral door te leren. Minimaal hbs. Vanuit hun hartstochtelijke behoefte aan harmonie durfden mijn ouders niet tegen ons op te treden, ze wilden niet het risico lopen hun kinderen van zich te vervreemden.’

Vader ‘Pietje’ Palm dreef een elektronicazaak. ‘Hij was een beetje een rommelmiddenstander, die in het dorp als zonderling werd gezien. Eigenzinnig. Altijd in zijn overalletje. Altijd oude auto’s bij de deur.’ Dat recalcitrante zat ook in zijn zoon Jos. Die liep, gekleed als hippie, vast op de middelbare school. Net als de andere kinderen in het gezin had hij ook het geloof achter zich gelaten; het Grote Niets wachtte. Platen van alternatieve popidolen als Frank Zappa en Bob Dylan boden houvast. ‘Je begreep er de helft van, maar je wist dat het protest was.’ Na enige tijd zorgde actiewerk voor de Wereldwinkel in Doetinchem weer voor enige richting.

Via zijn in Nijmegen studerende oudste zus, Palm omschrijft haar als zijn tweede moeder, raakte hij rond zijn zeventiende in de ban van de SP, toen nog een marxistischleninistische splinterpartij, en trok zich op aan het voorbeeld van de gestaalde kaders daar. ‘Ik wilde zijn als voorzitter Hans van Hooft, droeg dezelfde jasjes en had dezelfde snor. Wel bijgetekend met vilstift, want ik had nog niet zoveel. En dan maar hopen dat het niet ging regenen tijdens het colporteren.’

Achteraf omschrijft hij het als streeksocialisme: een stem geven aan de gewone man, waar die er nog geen had. ‘We imiteerden de arbeider ook. We dronken zwarte koffie, rookten zware shag. En als we blaadjes aan het vouwen waren, klonken de Zangeres Zonder Naam en Jacques Herb en zongen we luidkeels mee.’

Ondanks de scheiding der wegen bleven de opstandige kinderen Palm aanvankelijk thuis wonen. ‘Gewapende lieve vrede, daar kwam het familieleven op neer. Beneden heersten God, Jezus en Maria. Boven bepaalden Marx, Mao en Lenin de inrichting.’

Intussen trok hij met het SP-partijblad in de hand langs duizenden deuren, een gewoonte die de partij de bijnaam ‘de Rode Jehova’s’ opleverde. ‘Het geloof in de blijde boodschap en de bekeringsijver lieten mijn laatste restje verlegenheid verdwijnen. Tien jaar trekken aan een dood paard. En al verkocht je nauwelijks een blaadje, de overtuiging dat de revolutie zou komen, bleef overeind - al had niemand een idee hoe. Gelukkig waren we verhoudingsgewijs brave ventjes. Voor zover ik weet is er nooit één SP’er bij acties van de Rote Armee Fraktion betrokken geweest. De verklaring: door nooit te ver voor de massa uit te lopen.’

Terugkijkend was het interesse in geschiedenis die altijd wat lucht bood. ‘Het dogma heeft mij daardoor misschien niet voor 100, maar voor 98 of 96 procent weten te vangen. En dat gaatje werd in tien jaar SP langzaam groter. Tot ik dacht: hier klopt iets niet. Inclusief de steun voor de moorddadige optredens van Stalin en Mao.’

Toen hij voor de lerarenopleiding geschiedenis naar Amsterdam verhuisde, stapte hij uit de partij. Een pijnlijk afscheid. ‘In de laatste jaren was ik het SP-opperhoofd in Doesburg. Ik had er een vriendin met wie ik heel gelukkig was, maar ik kon er niet blijven. Mijn vriendenclub was voor een groot deel SP. Het huisje waar we woonden was het partijcentrum; alles viel samen, en alles viel daarna weg. Voor de SP bestond ik niet meer. Twijfelaars en afvalligen hoorden thuis op de mestvaalt van de geschiedenis.’

Nog één keer gleed Palm weg in een soort fundamentalisme. Als een van de mede-oprichters en hoofdredacteur van het Historisch Nieuwsblad leidde hij het tijdschrift zeven jaar lang ‘als een soort sekte. Iedere medewerker moest als een soort beroepsrevolutionair altijd oproepbaar en beschikbaar zijn. Dat blaadje moest en zou een succes worden. Een minder goed artikel van een medewerker voelde daardoor als een aanval op mezelf. Ik werd een kleine Matthijs van Nieuwkerk binnen dat clubje. We richtten ons ook radicaal en ijzerenheinig tegen de gevestigde orde, de klasse van hoogleraren.’

Hij denkt er met schaamte aan terug: ‘Medeoprichter Frans Smits en ik gedroegen ons als ayatollahs. Bij historische manifestaties zaten we op de eerste rij nee te schudden of op andere fysieke wijze uiting te geven aan onze afschuw van de kortzichtigheid bij de spreker tegenover ons. Verschrikkelijk!’

Het eindigde met een knal. Er moesten koppen rollen, waaronder die van Palm. De hang naar sekteachtige clubjes verdween definitief; zijn eerste twee geloven zijn daarentegen niet helemaal verdwenen.

‘Met mijn verstand geloof ik geen zak meer van het katholicisme. Maar mijn lichaam, mijn hart en alles wat onbenoembaar is zeggen andere dingen: dat dat geloof, met zijn manier van voelen en denken plus de rituelen mij tot rust brengt. Daar kan geen psychotherapeut tegenop. Een paar dagen na de dood van mijn vader ging ik voor zijn bidprentje staan en bad ik een Onze Vader en een Weesgegroetje. En ging als een ventje van tien allerlei wensen doen.’

Op dezelfde plek staan inmiddels nog meer bidprentjes. ‘Ik sta er nog elke avond. Als een soort zelfhulpkatholiek. Eén minuut per etmaal. Dat zit er nog. Meer ook niet.’

De afkeer van de socialistischer dogma’s en de mensen die ze bleven uitdragen, zat hem langer in de weg. ‘Terwijl de kern van Marx’ leer niet zo verkeerd is: eerlijker willen verdelen, en de analyse waar het fout gaat. De gedachte dat kapitalisme niet alleen een feestje is, wint weer terrein bij me.’

Qua inzichten over de menselijke soort - de mens is een product van de omstandigheden en in wezen goed - vindt Palm het socialisme oninteressant. ‘Aan het katholieke zondebesef hebben we ook niets; wel aan het inzicht dat we niet vanzelf goed zijn en deugen. Dat we best een beetje mogen twijfelen aan onze volmaaktheid.’ Z

 Bibliotheek Genk

Stadsplein 3, Genk | +32 89 65 35 30 | bibliotheekgenk.be/jeugdboekenmaand

Diverse activiteiten in het kader van de Jeugdboekenmaand:

Uit de hand | T/m 29 april, open 10 tot 18 uur, op zaterdag van 10 tot 16 uur | gratis | In de expositie Uit de hand van het illustratorenkoppel Jacques & Lise kunnen kinderen en gezinnen de kleurrijke wereld ontdekken van drie van hun bijzondere prentenboeken: Henry, Pia, en Viktor.

Workshop voor kinderen (6-7 jaar): druktechnieken | woensdag 1 maart om 15.20 uur

Workshop voor kinderen (vanaf 8 jaar): GIFjes maken op een iPad | zaterdag 4 maart om 9 en 11 uur | Inspiratiebron voor de workshops is de expositie Uit de hand.

This article is from: