het beste uit de internationale pers Hé Siri, bespioneer je mij? p. 48 Agenda p. 54
in dit nummer
nr. 160
|
30 mei tot 13 juni 2019
|
www.360magazine.nl
|
€ 5,99
the new york times the guardian harper’s süddeutsche zeitung el diario il venerdì di repubblica cubanet raseef22 tempo der spiegel the atlantic frankfurter allgemeine zeitung
Dossier
To bee or not to bee Vier toonaangevende artikelen over klimaatverandering
horizon
Zadie Smith: ‘We moeten vrijer worden’
europa
Prada voor een prikkie cultuur
€ 5,99
Tussen kunst en AI
AP/vmb Cover_160.indd 1
28-05-19 18:17
volg.Denkers volg.Doeners volg.Dealmakers wievolgt.leidt. volg. Advertenties.indd 2
28-05-19 12:58
redactioneel
colofon
Voorbode
jaargang 8 nr. 160 30 mei tot 13 juni 2019 Een uitgave van 360 international media BV Kleine-Gartmanplantsoen 10 1017 RR Amsterdam 360magazine.nl 360nl @360nl hoofdredactie Katrien Gottlieb eindredactie Maartje Laterveer uitgever Maureen Meeng redactiemedewerkers Lambiek Berends, Laura Weeda, IJsbrand van Veelen courrier international Arnaud Aubron, Raymond Clarinard, Eleonora Pizzi vertaling Henriëtte Aronds, Peter Bergsma, Yond Boeke, Jos den Bekker, Paul Bruijn, Valentijn van Dijk, Tineke Funhoff, Nico Groen, Izaak Hilhorst, Nicolette Hoekmeijer, Frank Lekens, Astrid Staartjes, Annemie de Vries correctie Nadia Ramer creative direction Dog and Pony, Amsterdam art direction Noëlle Meijer, Majel van der Meulen productiebegeleiding Hans Snitslaar beeldredactie Nicole Robbers webredactie IJsbrand van Veelen copywriter Jaap Toorenaar advertentieverkoop charlotte brikkenaar charlotte@360international.nl download de mediakit op www.360magazine.nl/adverteren
360 | Amsterdam
Misschien met enige tegenzin heeft u net de eerste bladzijde omgeslagen op weg naar ons dossier over klimaatverandering. Het woord alleen al heeft in de ontkenning van het onheil aan zeggingskracht verloren, terwijl het juist om een antwoord schreeuwt. En dat is er niet. Of dat is er wel, maar vooralsnog hebben we te maken met onbegrijpelijke tegenkrachten die denken dat het allemaal zo’n vaart niet loopt. Die domweg niet willen geloven in een slechte afloop. Terwijl het zo langzamerhand tijd is voor paniek volgens het rapport van bijna honderd deskundigen op dit gebied (p.13). Ook zo’n woord dat we liever overslaan en graag wegzetten als ‘alarmisme en rampdenken’. En wie doet daar nou vrijwillig aan mee? Als je dit dossier moet geloven, niemand. Uit de door klimaatjournalist Jelmer Mommers voor dit dossier gekozen artikelen doemt weliswaar een onrustbarend beeld op, maar absoluut geen fatalisme. Zelfs aanvankelijke tegenzin in nog meer doemscenario’s over klimaatverandering, smelt bij het lezen van zijn selectie als een ijsschots op Antarctica. David Wallace-Wells, de Amerikaanse auteur van het veelbesproken boek Onbewoonbare aarde, zegt dat paniek waardevol is, en dat zelfs in dit geval angst een goede raadgever kan zijn. Want angst kan mensen mobiliseren. Hij
schrijft ook dat diezelfde mensen de neiging hebben te wachten tot anderen de handen uit de mouwen steken en een oplossing aandragen. We denken dat het onze tijd wel zal duren, en als het echt nodig is, kunnen we heus die problemen wel weer oplossen. Ondertussen krijgt iedereen gewoon weer kinderen en blijft de toekomst een ongrijpbaar concept. Iets om op de lange baan te schuiven. Of zoals Wallace-Wells zegt: ‘We zien de dingen door een waas van zelfbedrog.’ Geen vlees meer, zonnepanelen, wees zuinig, vermijd plastic, we doen er graag en gewillig aan mee. Ons milieubewustzijn drukt zich uit in nieuwe begrippen als ‘vliegschaamte’. Allemaal goed en wel, vooral mee doorgaan, maar een probleem van deze omvang kan niet worden teruggebracht tot het niveau van persoonlijke keuzes en verantwoordelijkheid. Het zijn te verwaarlozen afleidingsmanoeuvres in het licht van noodzakelijke collectieve en globale acties. En dat kan alleen de politiek bereiken. Laten we hopen dat de winst van de groene partijen in de Europese verkiezingen daar een voorbode van is.
Katrien Gottlieb gottlieb@360international.nl
marketing marketing@360international.nl controller Arthur van der Meeren druk Roularta Printing, Roeselare 360 wordt gedrukt op PEFC-papier, afkomstig uit duurzaam bosbeheer partners John Adams Institute, Submarine, Getty Images, Hollandse Hoogte license partner Courrier international, Groupe Le Monde, Parijs voorzitter raad van commissarissen Bessel Kok beeld voorpagina © David Clode/Unsplash abonnementen* € 11,95 p/mnd in Nederland en België Wijziging abonnement www.360magazine.nl/klantenservice t 088 1102036
Bent u een m/v/x van de wereld? Lees dan elke twee weken de beste artikelen uit de internationale pers op papier en digitaal
belgië: 360 Abonnementenservice Postbus 360 / B-8800 Roeselare t 078 35.33.13 / f 078 35.33.14 360@abonnementen.be *Alle abonnementen continueren automatisch en gelden tot wederopzegging, tenzij anders vermeld. Prijswijzigingen voorbehouden. Cadeauabonnementen eindigen automatisch. Voor bedrijfsabonnementen gelden speciale tarieven. 360 verschijnt tweewekelijks. Oplage: 25.000
verspreiding Nederland: Aldipress | België: AMP
missie Nieuws uit het buitenland is iets anders dan nieuws over het buitenland. We hebben niet de pretentie dat het wereldnieuws zich elke twee weken laat samenvatten, wel de ambitie relevante, originele en mooie verhalen bereikbaar te maken voor een Nederlandstalig publiek.
Redactioneel_160.indd 3
5 nummers voor €15,Ga naar www.360magazine.nl/160 Dit proefabonnement stopt automatisch
50% korting
28-05-19 17:21
Advertenties.indd 4
04-04-17 12:58 12:40 28-05-19
inhoud 6
Wereldnieuws
Actuele gebeurtenissen wereldwijd, in woord, beeld en citaat.
10 Dossier Klimaatverandering
Gastredacteur Jelmer Mommers van De Correspondent selecteerde vier toonaangevende artikelen over de klimaatcrisis. Van een pleidooi voor paniek van David Wallace-Wells tot een essay van Rebecca Solnit over de hoopgevende milieubewegingen die al op gang zijn gekomen en een analyse van de Amerikaanse Green New Deal. Zoals Mommers in zijn voorwoord schrijft: hoe erg het wordt, bepalen we zelf. En de politiek.
de continenten 28 Grenzeloos Europa
europa | Op bezoek bij Roger Weber, de oud-burgemeester van Schengen die nog altijd droomt van een Europa zonder grenzen.
29 No Spain, no gain
europa | Britten in Spanje zoeken massaal hun toevlucht tot de Spaanse gezondheidszorg.
30 Prada voor een prikkie
europa | In Italië zetten naaisters voor een schamel loon de duurste schoenen in elkaar.
32 De zwarte markt als reddingsboei
de amerika’s | In Cuba heerst een verwoede strijd om het dagelijks bestaan, met dank aan het socialistisch bewind.
33 Graaicultuur
midden-oosten | De schatkisten van zes Arabische dictators.
36 Grootste virus is onwetendheid
afrika | In Congo is de strijd tegen ebola levensgevaarlijk geworden. Artsen stuiten op een wantrouwende bevolking die nergens voor terugdeinst.
horizon 40 Tussen kunst en AI
In New York heeft een algoritme zijn eerste solotentoonstelling.
44 Maak jezelf vooral niets wijs
Een interview met de Britse schrijver Zadie Smith, die waarschuwt voor sociale media. ‘Ze absorberen tijd, creativiteit en energie.’
48 Big data wordt Big Brother
Wat horen Siri, Alexa en Hello Barbie allemaal? De smart home-apparaten werpen nieuwe ethische vragen op.
52 Gerecenseerd
Een selectie uit door de buitenlandse pers beschreven concerten, voorstellingen, boeken, fi lms en exposities die naar Nederland komen.
Inhoud_160.indd 5
28-05-19 18:11
FUNK • SOUL • JAZZ
JOHN MAYER JAMIE CULLUM ANDERSON .PAAK
JOIN THE GROOVE Advertenties.indd 6
28-05-19 12:58
wereldnieuws europa
Midden-Oosten
italië
LEGO draait volledig op duurzame energie
Een paar jaar geleden stelde LEGO zich ten doel om zijn productiefaciliteiten in 2022 volledig op hernieuwbare energie te laten werken. Dat doel is dit jaar al bereikt, dankzij de voltooiing van een offshore windmolenpark van 258 megawatt in de Ierse Zee. En, heel erg LEGO: om het te vieren bouwde het bedrijf een gigantische turbine van 146.000 LEGO-stenen. De LEGOwindmolens vormen onderdeel van ’s werelds grootste offshore windmolenpark in de Ierse Zee, dat met 659 megawatt voldoende energie produceert voor circa 590.000 woningen. Vorig jaar bracht het Deense bedrijf al een volledig functionerende speelgoedwindmolen van een meter hoog uit, bestaande uit ruim 800 duurzame onderdelen van plantaardig ‘plastic’ op basis van suikerriet. Het bedrijf streeft ernaar ook plastic uiteindelijk volledig uit te bannen: in 2030 moeten alle LEGO-elementen uit het plantaardige materiaal bestaan. (Good Worldwide, Los Angeles)
Abortuswetten in MiddenOosten beter dan in Alabama
© Hollandse Hoogte
Banksy in Venetië De anonieme kunstenaar Banksy dook sinds enige tijd weer op tijdens de toonaangevende internationale kunstmanifestatie in Venetië. Deze keer installeerde hij (of iemand anders) een negendelig schilderij van een reusachtig cruiseschip op het beroemde San Marcoplein. Cruiseschepen zijn al jaren een doorn in het oog van het door toeristen onder de voet gelopen Venetië. ‘Venice in oil’ staat op een bordje naast de compositie die door een straatkunstenaar (Banksy?) met hoed en sjaal wordt neergezet. Lang heeft hij (of iemand anders) de krant niet kunnen lezen; op Instagram is te zien hoe hij wordt weggestuurd door de politie. De kunstenaar is nog nooit uitgenodigd op de Biënnale. Wie weet volgend jaar misschien wel. (360 Magazine, Amsterdam)
Vanwege de abortuswetten die onlangs zijn aangenomen in de Amerikaanse staten Alabama en Georgia, onderzocht de Israëlische krant Haaretz hoe deze zich verhouden tot wetgeving in enkele van de meest vrouwonvriendelijke landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. De balans blijkt uit te slaan in het voordeel van landen als Saoedi-Arabië, Iran en Algerije. Sterker, de Amerikaanse wetten zijn restrictiever dan die in ongeveer de helft van de islamitische landen. ‘Er is ook niet zoveel commotie en geweld, er zijn niet zoveel aanvallen op vrouwen en klinieken als in de VS. In het MiddenOosten en Noord-Afrika vinden we het ook niet wenselijk om wetten bestraffender en restrictiever te maken voor vrouwen die abortussen en voorzieningen daartoe nodig hebben,’ zegt Leila Hessini, vicepresident van Global Fund for Women, dat wereldwijd vecht voor gendergelijkheid. Volgens Haaretz is het de vraag of de Amerikaanse wetten overeind zullen blijven in de rechtbank. (Haaretz, Tel Aviv)
azië Supersnelle Japanse treinen
© LEGO
De Japanse spoorwegmaatschappij JR East is begonnen met het testen van de Alfa-X, een hogesnelheidstrein die een topsnelheid van 400 kilometer per uur kan halen. Als de nachtelijke testen op het spoorwegennet tussen de steden Aomori en Sendai slagen, wordt Alfa-X de snelste commerciële trein ter wereld. Tijdens dagelijkse commerciële ritten, waarmee JR East in 2030 hoopt aan te vangen, zal de trein een maximumsnelheid van 360 kilometer
per uur halen. Om de windweerstand te kunnen doorsnijden heeft de Alfa-X een neus van maar liefst 22 meter lang. Het wordt nog spannend of de Alfa-X het gaat redden als ’s werelds snelste trein, want elders in Japan wordt geëxperimenteerd met een magnetisch zwevende trein die mogelijk in 2027 al gaat rijden. Deze trein probeert zijn snelheidsvoordeel te halen uit een route vol tunnels, die een topsnelheid van 505 kilometer per uur mogelijk maakt. (Ars Technica)
wat zij zeggen over de europese parlementsverkiezingen
Vince cable leider van de Britse Liberaal-Democraten
Nathalie Tocci adviseur van Federica Mogherini, vicepresident EC
Ons geweldige verkiezingsresultaat is een duidelijke les voor Labour: kies een kant. Door iedereen te willen behagen heeft die partij niemand blij gemaakt. Wij hebben laten zien de sterkste remain-kracht in de Britse politiek te zijn en we zullen dit mandaat
Vicepremier Matteo Salvini heeft geprobeerd de verkiezingswinst van zijn extreemrechtse partij Liga af te schilderen als een overwinning voor het nationalisme. De waarheid is echter anders. Door zijn overwinning is Italië vrijwel zeker gedwongen aan de zijlijn te blijven
gebruiken om harder dan ooit campagne te voeren om brexit te stoppen.
staan om van buitenaf toe te kijken hoe de Europese Unie aan een project van vooruitgang en revitalisering begint.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 7
Wereldnieuws_160.indd 7
28-05-19 18:20
wereldnieuws Israël
mondiaal Vakantiebestemming op basis van je DNA De ‘erfgoedreis’ belandde dit jaar op de lijst met belangrijkste reistrends van Lonely Planet. Dit is de trend om af te reizen naar de plekken waar je voorouders vandaan kwamen. Uit recent onderzoek in opdracht van Airbnb onder 8000 mensen blijkt dat 89 procent van de ondervraagden in India naar ten minste één land van hun voorouders is afgereisd. Hetzelfde geldt voor 69 procent van de Franse reizigers en meer dan de helft van de Amerikanen. Ook in Australië, Groot-Brittannië en Brazilië geven grote groepen reizigers aan dat het bezoeken van een plek die verbonden is met hun voorouders de belangrijkste
overweging is bij het plannen van een volgende vakantie. Volgens Airbnb is het aantal reizigers dat dit boekingsplatform gebruikt om hun afkomst te achterhalen in de afgelopen vijf jaar met maar liefst 500 procent gestegen, voornamelijk onder ouderen in de leeftijd van 60 tot 90 jaar. Daarom is Airbnb een samenwerkingsverband aangegaan met 23andMe, een biotechbedrijf dat gepersonaliseerde DNA-rapporten maakt over afkomst en gezondheid. Beide bedrijven kunnen zo hun klanten aanbevelingen doen voor erfgoedreizen. Airbnb heeft nu speciale pagina’s die zijn gericht op de genetische populaties van 23andMe in sub-Saharisch Afrika, Noord-Afrika en West-Afrika, Midden-Amerika
Activisten via WhatsApp afgeluisterd
en Mexico, Zuid-Amerika, Oost- en Zuid-Azië, het Caribisch gebied en Europa. Andersom kunnen klanten van 23andMe binnenkort doorklikken naar voorouderlijke locaties om daar via Airbnb een onderkomen te zoeken. Inmiddels roert ook de concurrentie zich. Zo organiseert het Amerikaanse Ancestry.com met reisorganisatie Go Ahead Tours groepsreizen naar Europa, compleet met DNA-tests en een genealoog. Het is ondertussen de vraag hoe accuraat de resultaten van de populaire DNA-testen zijn. Uit onderzoek door journalisten van het Canadese CBC blijkt dat de resultaten aanzienlijk verschillen van testbedrijf tot testbedrijf. (Vox, New York)
Berichtendienst WhatsApp is trots op zijn end-to-endcodering waardoor een veilige uitwisseling tussen zender en ontvanger gegarandeerd zou zijn, maar begin mei bleek er een kink in de kabel. Het Israëlische spionagebedrijf NSO Group heeft doelgericht spyware op telefoons met WhatsApp weten te installeren met het doel gegevens van gebruikers te stelen. De Britse Financial Times berichtte als eerste over de hack, die vooral lijkt te zijn gericht op activisten. Amnesty International heeft inmiddels een rechtszaak aangespannen tegen NSO Group, want ongeveer vijftig leden van Amnesty International Israël en andere mensenrechtenactivisten lijken slachtoffer te zijn van de cyberinbraak. Amnesty roept het Israëlische ministerie van Defensie op de export van Pegasus-software van NSO te verbieden, waarmee heimelijk de controle over mobiele telefoons kan worden overgenomen, gegevens kunnen worden gekopieerd en de microfoon kan worden ingeschakeld zodat gebruikers kunnen worden afgeluisterd. NSO levert bewakingssoftware aan overheden die zeggen het te gebruiken voor de bestrijding van terrorisme en zware criminaliteit. Het bedrijf heeft inmiddels licenties verstrekt aan tientallen landen, waaronder SaoediArabië, Mexico, Bahrein en de Verenigde Arabische Emiraten. Maar de afgelopen maanden ontving het Canadese Citizen Lab steeds meer klachten van mensenrechtengroepen, activisten en journalisten in verschillende landen die zeggen dat de technologie op hen is gericht en dat NSO daarbij geen strobreed in de weg wordt gelegd. (The Guardian, Londen)
© Ali Hegazy/Unsplash
Julian Stahnke journalist Na de vorige verkiezingen vertoonde de kaart van Duitsland een klassiek patroon in de kleuren van de volkspartijen: zwart voor het CDU en rood voor de SPD. Nu ziet die kaart er heel anders uit: Duitsland is veelkleuriger geworden maar ook gespletener. De nieuwe
Laurent Decloître correspondent kleurenkaart laat zien hoe politiek verdeeld het land is: de Groenen vervangen op verschillende plekken de SPD en terwijl in 2014 het oosten nog SPD-rood oplichtte, zie je daar nu het dominante blauw van de AfD.
Rassemblement National (RN) oogst in de overzeese Franse gebieden het resultaat van een strategie die geduldig door Marine Le Pen is opgezet. Om de 1,8 miljoen kiezers aldaar te verleiden, richtte RN zich aan het begin van de campagne op migratievraagstukken en soevereini-
teit. Le Pen reisde in maart naar Réunion en Mayotte, en Jordan Bardella, de Europese lijsttrekker van RN, reisde naar Guyana en de Antillen. Met resultaat, want RN is nu de grootste partij in Guyana, Guadeloupe, Saint-Martin, Saint-Barthélemy, Réunion en Mayotte.
pagina 8 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Wereldnieuws_160.indd 8
28-05-19 18:20
wereldbeeld
Bouwen aan de toekomst
Een van de duurzaamste manieren om architectuur te ontwikkelen is via de renovatie van bestaande gebouwen. Daarom riep toonaangevend architectuurblog ArchDaily de Refurbishment in
Architecture Award in het leven, een prijs voor de mooiste ontwerpen die nieuw leven gaven aan oude huizen, fabrieken en loodsen.
Showroom in een oude fabriekshal in Shanghai, ontworpen door Atelier Archmixing, een van de finalisten. Š Qingshan Wu
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 9
Wereldbeeld_160.indd 9
28-05-19 18:22
dossier
klimaatverandering
Š Dustan Woodhouse / Unsplash
pagina 10 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 10
28-05-19 15:03
klimaatverandering
dossier
TUSSEN HOOP EN WANHOOP Als internationale klimaatafspraken niet worden nagekomen, is onze hoop gericht op de steden, provincies en bedrijven die met al hun duurzame plannen bijdragen aan een leefbaar klimaat, wereldwijd. Op de volgende pagina’s vier toonaangevende artikelen over de nieuwe klimaatwerkelijkheid.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 11
Do_Klimaat_160.indd 11
28-05-19 15:03
dossier
klimaatverandering
GASTREDACTEUR: JELMER MOMMERS, DE CORRESPONDENT Jelmer Mommers (1987) schrijft voor De Correspondent over klimaatverandering. In 2017 haalde hij het wereldnieuws door
Lot in eigen hand ‘Klimaatopwarming is het grootste gevaar dat de mens ooit heeft gekend,’ schrijft Jelmer Mommers. Maar hoe erg wordt het? Dat bepalen wij zelf.
een oude klimaatf ilm van Shell opnieuw te onthullen. In 2018 maakte hij interne Shell-documenten openbaar, waarop de rechtszaak die Milieudefensie voert tegen het klimaatbeleid van Shell deels is gebaseerd. Naar aanleiding van zijn boek Hoe gaan we dit uitleggen - Onze toekomst op een steeds warmere aarde vroeg 360 Mommers mee te werken aan een dossier over klimaatverandering. Hij selecteerde vier artikelen en schreef een inleiding.
INHOUD
‘Klimaatpaniek’ Welke gevaren bedreigen ons nou werkelijk? P 13
‘Investeringen’ Investeerders en bedrijven zoeken naar mogelijkheden om te profiteren van de nieuwe klimaatwerkelijkheid. P 16
‘Mogelijkheden’ Rebecca Solnit geeft de hoop niet op dankzij de wereldwijde klimaatbewegingen. P 18
‘Green New Deal’ Kevin Baker neemt de Amerikaanse New Deal als voorbeeld. P 22
I
k ben me twee keer kapotgeschrokken tijdens het schrijven van mijn boek Hoe gaan we dit uitleggen Onze toekomst op een steeds warmere aarde. De eerste schok kwam toen ik op een rij zette hoe onze planeet ervoor staat. Met de natuur gaat het ronduit slecht. Het tempo waarmee diersoorten uitsterven, ligt nu honderden malen hoger dan voor de komst van de mens. Een miljoen plant- en diersoorten zijn met uitsterven bedreigd. De wereldwijde opwarming is een belangrijke oorzaak van die neergang en heeft tal van andere negatieve gevolgen. Sterker: de opwarming manifesteert zich als het grootste gevaar ooit voor talloze diersoorten én voor onze soort. De aarde is nu al ruim een graad Celsius warmer dan vóór het begin van de industriële revolutie, toen de mens op grote schaal broeikasgassen begon uit te stoten. We stevenen af op een gevaarlijk hoge opwarming van 3 à 4 graden in 2100. Zo’n opwarming zal onze aarde veranderen in een ruigere planeet, met meer en heviger weersextremen, een stijgende zeespiegel en steeds meer onleefbaar hete gebieden. Als de opwarming zich voortzet, dreigen we de komende eeuwen af te glijden naar een ‘hittetijd’, een aarde die in de woorden van één onderzoeksgroep ‘oncontroleerbaar en gevaarlijk is’.
Alternatieven De tweede schok kwam toen ik op zoek ging naar alternatieven voor het pad waarop we ons nu bevinden. Deze keer was het meer een gevoel van verrukking. Ik kreeg weer hoop. Want de techniek, de noodzaak, het geld, de economische voordelen – alle ingrediënten voor een snelle omwenteling zijn er. Wereldwijd is een beweging van miljoenen mensen in actie gekomen om echte duurzaamheid waar te maken. Nieuwe energiebronnen en nieuwe landbouwmethodes zijn in opkomst. Dwars door alle oude verbanden en generaties heen ontstaat iets nieuws. Jongeren gaan in duizendtallen de straat op om meer actie te eisen van de politici. Duurzame alternatieven worden continu goedkoper en aantrekkelijker. Alles komt samen.
Dus ondanks de opwarming en de sterfte van diersoorten beschikken wij nog steeds over ons eigen lot. Ik kreeg enorm veel energie van die conclusie. Toch vind ik het moeilijk om die energie voortdurend vast te houden. Want kijk om je heen: de wereldeconomie en de politieke systemen die we de afgelopen eeuwen hebben opgebouwd, lijken onwrikbaar. De rechter heeft de Nederlandse overheid bijvoorbeeld al twee keer op de vingers getikt vanwege haar lakse klimaatbeleid, maar aan het slakkentempo waarin het kabinet maatregelen neemt, is niets veranderd. Ontkenners zingen hun oude liedje, en winnen soms zelfs verkiezingen met de boodschap dat we vooral niets aan het klimaat moeten doen. Hoe houden we het hoofd boven water als er zo veel redenen voor hoop én wanhoop zijn? Zien we het gevaar onder ogen? Hoe gaan we ermee om? Waar liggen de mogelijkheden voor verandering? De vier artikelen die ik op verzoek van 360 voor dit dossier heb geselecteerd uit de internationale pers geven antwoord op deze vragen. David Wallace-Wells beschrijft in het eerste artikel helder welke gevaren ons bedreigen. Jesse Barron laat in het tweede stuk zien dat investeerders en (olie)bedrijven hun uiterste best doen om te profiteren van de nieuwe klimaatwerkelijkheid. Opportunistisch, fascinerend en niet al te opbeurend. Maar in het derde artikel beschrijft Rebecca Solnit waarom het nog veel te vroeg is om de hoop op te geven. Ze toont een glimp van de wereldwijde beweging en de nieuwe mogelijkheden die ook in mijn boek centraal staan. In het vierde stuk zoomt Kevin Baker in op de Green New Deal die vorm begint te krijgen in de VS. Terugblikkend op de New Deal van na de Grote Depressie durft Amerika weer groot te denken. Laat het een voorbeeld zijn. Jelmer Mommers
Hoe gaan we dit uitleggen - Onze toekomst op een steeds warmere aarde is vanaf 4 juni verkrijgbaar in de boekhandel en via decorrespondent.nl/ boeken.
pagina 12 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 12
28-05-19 15:03
H
et tijdperk van klimaatpaniek is aangebroken. Vorige zomer werd het hele noordelijk halfrond geteisterd door een hittegolf die het leven kostte aan tientallen mensen, van Quebec tot Japan. Een paar allesverwoestende bosbranden, de ergste in de geschiedenis van Californië, legden meer dan 400 duizend hectare land in de as. De hitte was dusdanig dat de autobanden en de sneakers van de mensen die aan de vlammen probeerden te ontkomen smolten. Door orkanen in de Pacific zagen drie miljoen mensen in China zich gedwongen te vluchten en werd Hawaï’s East Island grotendeels weggevaagd. We leven tegenwoordig in een wereld die sinds eind negentiende eeuw, toen men wereldwijd records begon bij te houden, slecht 1 graad Celsius warmer is geworden. Maar nu stoten we meer opwarmende CO2 uit dan ooit in de menselijke geschiedenis sinds het begin van de industrialisatie. In oktober kwam het IPCC van de Verenigde Naties met het zogenaamde Doomsday-rapport – ‘een oorverdovend, indringend rookalarm dat in de keuken afgaat’, zoals een VN-functionaris het beschreef – waarin de klimaatopwarming wordt vastgesteld op 1,5 tot 2 graden Celsius. Bij de opening van een belangrijke VN-conferentie twee maanden later zei David Attenborough, de zoetgevooisde stem van BBC’s Planet Earth en nu het milieugeweten van de Engelssprekende wereld, het nog grimmiger: ‘Als we niets ondernemen,’ zei hij, ‘staat ons de ineenstorting van onze beschavingen en de uitsterving van een groot deel van de natuur te wachten.’ Wetenschappers denken er al een tijd zo over. Maar ze hebben er niet vaak op die manier over gepraat. Gedurende tientallen jaren waren er maar weinig dingen die bij klimaatwetenschappers een slechtere reputatie hadden dan ‘alarmisme’. Dat is een beetje vreemd. Je hoort meestal niet van experts op het gebied van de gezondheidszorg dat je voorzichtig moet zijn als je over, bijvoorbeeld, de risico’s van kankerverwekkende stoffen praat. De klimatoloog James Hansen, die in 1988
In 2018 begon die omzichtigheid bij wetenschappers te veranderen, misschien omdat voornoemde extreme weersomstandigheden ze geen keus lieten. Sommigen van hen begonnen zelfs het alarmisme te omarmen – zeker na dat VN-rapport. Het onderzoek dat erin werd samengevat, was niet nieuw, en over een stijging boven de 2 graden Celsius werd niet eens gesproken, al stevenen we af op een opwarming van die omvang. Hoewel het rapport – opgesteld door bijna honderd wetenschappers van over de hele wereld – zich niet uitsprak over de schrikbarende scenario’s van opwarming, verschafte het wetenschappers wel een nieuw soort toestemming. Namelijk: het is eindelijk oké om door het lint te gaan. Het is zelfs redelijk.
© Jon Tyson Unsplash
dossier
klimaatverandering
Vooruitgang
Tijd voor paniek ‘Paniek’ was lange tijd een verboden woord in het klimaatdebat. Niet zo verrassend misschien, want de gevolgen van de klimaatverandering zijn te groot en te traumatisch om ten volle te kunnen bevatten. Maar wegkijken is geen optie meer, betoogt David Wallace-Wells. The New York Times | New York
voor het Amerikaans Congres een verklaring aflegde over de opwarming van de aarde, heeft dat fenomeen ‘wetenschappelijke terughoudendheid’ genoemd en zijn collega’s erop aangesproken: dat ze hun bevindingen zo gewetensvol bewerkten dat niet goed overkwam hoe groot de dreiging werkelijk was. Die neiging werd sterker terwijl de
uitkomst van de onderzoeken almaar grimmiger werd. Jarenlang ging de publicatie van ieder belangrijk essay of boek gepaard met een stortvloed van commentaar waarin standpunt en toon langs de meetlat werden gelegd. Veel van die artikelen ontbeerden volgens wetenschappers de juiste balans tussen slecht nieuws en optimisme, en werden daarom betiteld als ‘fatalistisch’.
Voor mij is dit vooruitgang. Paniek lijkt misschien contraproductief, maar we staan op een punt waarop alarmisme en rampdenken waardevol zijn, om meerdere redenen. De eerste is dat klimaatverandering nou juist een crisis is omdát het een dreigende catastrofe inhoudt die wereldwijd een krachtig antwoord vereist, en wel onmiddellijk. Met andere woorden: het is terecht om ongerust te zijn. Als we qua uitstoot zo doorgaan als nu bereiken we tegen 2040 waarschijnlijk een opwarming van 1,5 graad Celsius, zitten we binnen enkele tientallen jaren daarna op 2 graden en tegen het jaar 2100 misschien op 4 graden. Naarmate de temperatuur stijgt, kunnen veel van de grootste steden in het Midden-Oosten en Zuid-Azië in de zomer dodelijk heet worden, misschien al wel in 2050. In het Noordpoolgebied zouden er ijsvrije zomers komen en door de niet te stoppen desintegratie van de West-Antarctische ijskap, die volgens sommige wetenschappers al is begonnen, komen kuststeden overal ter wereld onder water te staan. Koraalriffen zouden grotendeels verdwijnen. En er zouden tientallen miljoenen klimaatvluchtelingen zijn, misschien veel meer, op de vlucht voor droogte, overstromingen en extreme
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 13
Do_Klimaat_160.indd 13
28-05-19 15:03
dossier hitte. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat er meerdere door het klimaat veroorzaakte natuurrampen tegelijkertijd plaatsvinden. Er zijn veel redenen om te denken dat we een opwarming van 4 graden Celsius niet zullen bereiken, maar wereldwijd gezien neemt de uitstoot nog steeds toe, en met iedere dag die er voorbijgaat hebben we minder tijd om wat we nu als een catastrofaal hoge opwarming beschouwen – 2 graden Celsius – te voorkomen. Om veilig onder die grens te blijven, moeten we volgens het VN-rapport in 2030 de uitstoot van broeikasgassen met 45 procent hebben verminderd ten opzichte van het niveau van 2010. Maar in plaats daarvan stijgt die nog steeds. Dus verontrust zijn is geen teken van hysterie; als het over klimaatverandering gaat, eisen de feiten dat we verontrust zijn. Dat is wellicht de enige logische reactie. Dit verklaart ook de tweede reden waarom alarmisme nuttig is: door de grenzen van wat voorstelbaar is nauwkeuriger te omschrijven, maakt rampdenken het gemakkelijker om de dreiging van klimaatverandering goed te begrijpen. Jarenlang hebben we in de kranten gelezen dat 2 graden opwarming als het hoogst draaglijke niveau werd gezien – als dat hoger werd, zouden er rampen volgen. Over een hogere opwarming werd buiten wetenschappelijke kringen amper gesproken. Dus was het eenvoudig om je intuïtief een beeld te vormen van het scala aan mogelijkheden dat begon bij het klimaat zoals het nu is en eindigde bij de pijn van 2 graden, het plafond van het lijden. In werkelijkheid is het vrijwel zeker een vloer. Verreweg de waarschijnlijkste voorspellingen voor het einde van deze eeuw vallen tussen de 2 en 4 graden opwarming. Dus eerlijk onder ogen zien hoe de wereld er in dat geval uit zal zien – bij 2 graden opwarming, of 3, of 4 – is een veel betere voorbereiding op de uitdagingen die ons te wachten staan dan je terugtrekken in de geruststellende, relatieve normaliteit van het heden.
Onderschatting
De derde reden is dat onderschatting een veel groter politiek probleem blijft dan fatalisme, hoewel bezorgdheid over klimaatverandering gelukkig toeneemt. In december bleek uit een nationale enquête dat 73 procent van de Amerikanen meende dat er inderdaad sprake is van wereldwijde opwarming, het hoogste percentage sinds de vraag in 2008 voor het eerst werd
klimaatverandering
gesteld. Maar een meerderheid was niet bereid om zelfs maar 10 dollar per maand te spenderen om daar iets tegen te doen; de meesten vonden 1 dollar per maand wel voldoende, volgens een peiling van een maand daarvoor. Afgelopen herfst verwierpen kiezers in Washington, de ‘Evergreen State’, in een door de Democraten overheerste stemming zelfs een bescheiden CO2-belastingplan. Zijn die mensen niet bereid om dat geld op tafel te leggen omdat ze denken dat het geen zin meer heeft of omdat ze denken dat het nog niet nodig is? Dat is een retorische vraag. Als we in
om de CO2-emissie in te dammen – een gigantische onderneming waarbij onze energiesystemen, bouw- en transportinfrastructuur en de productie van ons voedsel grondig op de schop worden genomen – dan zou de noodzakelijke uitstootvermindering maar 5 procent per jaar zijn. Als we dat nog tien jaar uitstellen, wordt het ongeveer 9 procent per jaar. Daarom meent VNsecretaris-generaal António Guterres dat we nog maar tot 2020 de tijd hebben om van koers te veranderen en er iets aan te gaan doen. Een vierde argument ten gunste van rampdenken putten we uit de geschiedenis. Angst kan mensen mobiliseren,
Angst kan mensen mobiliseren, zelfs de wereld veranderen
Eerst de zorg voor het klimaat, huiswerk komt later wel weer aan de beurt. © Jonathan Kemper / Unsplash
panel een heldere vergelijking voor de mobilisatie die nodig is om catastrofale opwarming te voorkomen: de Tweede Wereldoorlog, die president Franklin Roosevelt beschreef als ‘een uitdaging aan het leven, de vrijheid en de beschaving’. Hoop was niet voldoende voor het voeren van oorlog. Maar het sterkste argument voor de wijsheid van rampdenken is dat al onze mentale reflexen in de tegenovergestelde richting gaan, we willen eigenlijk niet geloven in een heel slechte afloop. Ik weet dat uit eigen ervaring. Terwijl ik me de afgelopen drie jaar in de klimaatwetenschap verdiepte, breidde het onderzoek zich uit naar steeds duisterder gebieden. Het aantal wetenschappelijke goednieuwsartikelen dat ik in die tijd tegenkwam, was waarschijnlijk op tien vingers te tellen. De slechtnieuwsartikelen liepen misschien wel in de duizenden – elke dag was er weer een verontrustende aanleiding om onze opvattingen over het zich voltrekkende milieudrama bij te stellen. Ik weet dat de wetenschap gelijk heeft, ik weet dat de dreiging alomvattend is en ik weet dat de effecten schrikwekkend zullen zijn als de emissies onverminderd voortgaan. Maar als ik me mijn leven over dertig jaar voorstel, of het leven van mijn dochter over vijftig jaar, moet ik toegeven dat ik geen wereld voor me zie die in brand staat, maar een die lijkt op die we nu hebben. Zo moeilijk is het nu eenmaal om passiviteit af te schudden. We leven allemaal in een waan, niet in staat om te bevatten dat klimaatverandering volgens het wetenschappelijk onderzoek neerkomt op een allesomvattend gevaar. Een gevaar zo groot als het leven zelf.
Klimaatmisleiding 2000 waren begonnen om de CO2uitstoot terug te dringen, hadden we volgens het Global Carbon Project de emissie maar met 2 procent per jaar hoeven verminderen om veilig onder de 2 graden opwarming te blijven. Zijn we toen niet in actie gekomen omdat we dachten dat het al te laat was of omdat we de opwarming nog niet gevaarlijk genoeg vonden? Slechts 44 procent van de ondervraagden in een onderzoek van vorige maand beschouwde klimaatverandering als een politieke topprioriteit. Maar dat hoort het wel te zijn, want het probleem wordt alleen maar erger door het op de lange baan te schuiven. Als we op dit moment een breed opgezette actie zouden ondernemen
zelfs de wereld veranderen. Toen Rachel Carson in 1962 Silent Spring publiceerde, haar polemiek tegen pesticiden die een keerpunt inluidde, schreef Life Magazine dat ze ‘de zaken overdreef’ en deed The Saturday Evening Post het boek af als ‘alarmistisch’. Toch leidde het tot een landelijk verbod op DDT (een organisch chemisch insecticide). Tijdens de Koude Oorlog schrokken nucleaire vijanden er niet voor terug te wijzen op de verschrikkingen van wederzijdse verwoesting, en in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw beperkten campagnes tegen rijden onder invloed zich niet tot het loven van nuchterheid. In het Doomsdayrapport trok het klimaatveranderings-
Hoe kunnen we ons zo laten misleiden? Eén antwoord vinden we in de gedragseconomie. De lijst van denkfouten die de laatste vijftig jaar door psychologen zijn aangedragen lijkt misschien eindeloos, en ze vertekenen onze perceptie van een veranderend klimaat. Die optimistische eenzijdigheid, zelfbeschermende vooringenomenheid en emotionele reflexen vormen bij elkaar een hele bibliotheek aan klimaatmisleiding. We bouwen onze kijk op het universum op uit onze eigen ervaringen, een natuurlijke neiging die vast en zeker dient om de gevaren te herkennen die het voortbestaan van onze soort bedreigen. We hebben de neiging om te wachten tot anderen iets doen voor we zelf optreden; een voorkeur voor
pagina 14 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 14
28-05-19 15:04
dossier
klimaatverandering
de huidige situatie; weerzin om dingen te veranderen en een overmaat aan vertrouwen dat we dingen gemakkelijk kunnen veranderen als dat nodig zou zijn, op welke schaal dan ook. We zien de dingen alleen door een waas van zelfbedrog. Het geheel van deze denkfouten maakt klimaatverandering tot iets wat door de ecologische theoreticus Timothy Morton een ‘hyperobject’ wordt genoemd: een conceptueel feit dat zo groot en complex is dat het nooit helemaal goed begrepen kan worden. In zijn boek Worst-Case Scenarios schrijft de rechtsgeleerde Cass Sunstein dat wij het over het algemeen moeilijk vinden na te denken over onwaarschijnlijke maar potentiële risico’s. Daar lopen we voor weg om ons over te geven aan onverschilligheid of paranoia. Zijn oplossing biedt weinig houvast: we moeten allemaal strenger zijn in onze kosten-batenanalyse. Dat klimaatverandering vertrouwen in deskundigheid vereist precies op het moment dat het vertrouwen van het publiek in deskundigheid inzakt, is een van de vele paradoxen van het probleem. Dat klimaatverandering zo veel van onze denkfouten raakt, laat zien hoe belangrijk dit fenomeen is en hoezeer het van invloed is op het menselijk leven, namelijk op bijna alle aspecten daarvan. En terwijl klimaatverandering in de afgelopen decennia meer op de voorgrond is getreden, zijn alle denkfouten die ons in de richting van onverschilligheid duwen aangemoedigd door de verhalen die we over opwarming te horen krijgen: door de journalistiek die de omvang van het gevaar en het tempo waarin het zich voltrekt omzichtig beschrijft.
Consumentencultuur
Dus wat kunnen we doen? En trouwens, wie is ‘we’? De omvang van de dreiging van klimaatverandering is dusdanig dat er op elk niveau georganiseerd moet worden – gemeenschappen, staten, naties en internationale overeenkomsten die de actie onderling coördineren. Maar de meesten van ons wonen niet in de zalen van de VN of in de bestuurskamers waarin over het klimaatakkoord van Parijs werd onderhandeld. In plaats daarvan leven we in een consumentencultuur die als boodschap heeft dat we ons politieke stempel op de wereld kunnen drukken door te bepalen waar we winkelen, wat we dragen, hoe we eten. In dat plaatje passen de recente voedingsaanbevelingen van The Lancet voor diegenen die
Als ik per jaar een paar hamburgers minder eet, wat dan nog?
Collectie actie, dat is wat we nodig hebben. – © Joel de Vriend / Unsplash
de klimaatverandering willen beperken door wat ze eten – minder vlees voor sommigen, meer groenten – of suggesties zoals die in The Washington Post rond de tijd van de goede voornemens werden gepubliceerd. Bijvoorbeeld: ‘Ga verstandig om met je airco.’ Maar bewuste consumptie is een uitvlucht, een neoliberale afleidingsmanoeuvre van collectieve actie, want dat is wat we nodig hebben. Mensen moeten proberen om volgens hun eigen waarden te leven, zowel op het gebied van klimaat als op andere terreinen, maar de effecten van individuele lifestylekeuzen zijn uiteindelijk te verwaarlozen vergeleken met wat de politiek kan bereiken. Een elektrische auto kopen is een druppel op de gloeiende plaat vergeleken met het scherp verhogen van brandstofbesparende normen. Bewust minder vliegen is heel wat gemakkelijker als er meer hogesnelheidstreinen rijden. En als ik per jaar een paar hamburgers minder eet, wat dan nog? Maar als boeren verplicht worden om hun vee zeewier te laten eten, wat volgens een studie de methaanuitstoot met bijna zestig procent zou verminderen, dan zou dat een enorm verschil maken. Dat is wat wordt bedoeld als de politiek een ‘morele multiplier’ wordt genoemd. Het is ook een ontsnapping aan de persoonlijke, emotionele last van klimaatverandering en aan wat als hypocriet zou kunnen worden ervaren door wie leeft in de wereld zoals die is en zich tegelijkertijd zorgen maakt over de
toekomst. We vragen mensen die belasting betalen en daarmee voor een maatschappelijk veiligheidsnet zorgen niet om die inzet ook te tonen via filantropische acties, en evenmin zouden we iemand – en zeker niet iedereen – moeten vragen zijn of haar eigen ecologische voetafdruk te verlichten voor we ook maar hebben geprobeerd om wetten en beleid uit te vaardigen die onze collectieve uitstoot zouden verminderen. Dat is het doel van politiek: dat we samen beter zijn en beter handelen dan we als individuen zouden kunnen.
Milieuactivisme
En de politiek is druk bezig met klimaatverandering. Afgelopen herfst werd in Groot-Brittannië een actiegroep gevormd met de alarmistische naam Extinction Rebellion. Die groep werd onmiddellijk zo groot dat ze tijdens haar eerste grote protestactie delen van Londen lamlegde. Haar voornaamste eis: ‘Vertel de waarheid.’ Die eis wordt herhaald door Genevieve Guenthers organisatie End Climate Silence, en de oproepen van klimaatveranderingspanels om de natuurlijke hulpbronnen van de planeet in te zetten tegen de opwarming zijn op inspirerende wijze aan de basis opgepakt door het Climate Mobilizationproject van Margaret Klein Salamon. Milieuactivisme is natuurlijk niet nieuw, en dit zijn slechts de groepen die in de afgelopen jaren zijn opge-
richt, tot actie aangezet door klimaatpaniek. Maar die paniek verplaatst zich ook omhoog. In het Congres heeft vertegenwoordiger Alexandria OcasioCortez van New York liberale Democraten rondom een Green New Deal verzameld – een oproep om de Amerikaanse economie te reorganiseren rondom schone energie en hernieuwbare welvaart. De gouverneur van de staat Washington, Jay Inslee, heeft zichzelf min of meer uitgeroepen tot een presidentskandidaat met één enkel thema. En hoewel er geen enkele directe vraag over klimaatverandering aan Hillary Clinton noch Donald Trump werd gesteld tijdens de presidentiële debatten in 2016, zal de kwestie de voorverkiezingen van de Democraten in 2020 zeer zeker domineren, samen met ‘Medicare voor iedereen’ en gratis studeren. Michael Bloomberg, de voormalige burgemeester van New York die verklaarde minstens 500 miljoen dollar te willen investeren in de kandidaat die Trump verslaat, staat erop dat deze kandidaat een concreet plan voor het klimaat heeft. Zo ziet het begin van een oplossing eruit – een heel klein beginnetje en maar een gedeeltelijke oplossing. We hebben waarschijnlijk de kans laten lopen om 2 graden opwarming af te wenden, maar we kunnen 3 graden voorkomen en zeker al het vreselijke lijden dat boven die grens ligt. Maar hoe langer we wachten, hoe erger het wordt. En dat is een laatste goede reden voor rampdenken: wat creëert meer gevoel van urgentie dan angst? David Wallace-Wells
@dwallacewells is klimaatcolumnist en adjunct-hoofdredacteur van New York Magazine en schrijver van het net verschenen The Uninhabitable Earth: Life After Warming, waaruit dit aangepaste essay afkomstig is.
The New York Times Verenigde Staten | dagblad | oplage 1.120.402
De krant der kranten, met als motto ‘all the news that’s fit to print’. Won meer journalistieke prijzen dan menig ander medium. De website trekt meer dan 30 miljoen bezoekers per maand.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 15
Do_Klimaat_160.indd 15
28-05-19 15:04
dossier
klimaatverandering
Hoe grote bedrijven zich indekken tegen de apocalyps Sommige investeerders beleggen nu al in antimalariamiddelen, anderen kopen landbouwgrond op waarvan de waarde zal pieken door de verwachte droogte en mondiale voedselcrisis. Bedrijven besteden eindelijk aandacht aan klimaatverandering – maar niet op de manier waarop we dat misschien zouden willen. The New York Times | New York
L
ater die ochtend stond een kapucijner-franciscaner monnik op om het woord te nemen. Michael Crosby behoorde tot een kleine kring religieuze leiders die aandelen in grote bedrijven kopen om er morele invloed op uit te kunnen oefenen. Tillerson, directeur van een van de grootste oliebedrijven ter wereld en een machtig man in de internationale geopolitiek, was gewend aan weerstand, maar Crosby bleek een tactischer opponent dan de meeste anderen. Hij diende een motie in met als doel een klimaatdeskundige een plek in de raad van bestuur van Exxon te geven, waarmee hij de aandacht enkele minuten lang op zich gericht wist. Daarna legde hij Tillerson het vuur na aan de schenen omdat die ‘met geen woord of zelfs maar lettergreep’ over klimaatverandering had gesproken. Crosby vroeg waarom Saoedi-Arabië in zonnepanelen investeerde, terwijl Exxon geen cent uitgaf. ‘U leeft in het verleden,’ voegde hij Tillerson toe. Op de jaarvergadering van Exxon spreken de aanwezigen, net als bij de meeste andere meetings waar bedrijven belangrijke besluiten nemen, in eufemistisch bedrijfsjargon dat de werkelijkheid camoufleert. Vandaar dat het even duurde, in het auditorium dat plaats bood aan tweeduizend aanwezigen, voordat Crosby’s boodschap doordrong. Niks geen balanscijfers, hier ging het om het lot van de mensheid. De mondiale energieconsumptie neemt elk jaar met sprongen toe, volgens de Amerikaanse Energy Information Administration naar verwachting met opnieuw zo’n 28 procent in de komende generatie. Waterkracht, wind- en zonne-energie dragen ongeveer 22 procent bij aan het totaal, en het aandeel stijgt elk jaar. Maar de hoeveelheid energie die wordt opgewekt met koolwaterstoffen stijgt ook jaarlijks, en allemaal doordat de vraag
aankondiging. Lincoln, zei hij, zou een zonnepark gaan bouwen in Permian Basin – het hart van het oliegebied in West-Texas – met geld van een ‘financieel degelijke partner, een bluechipbedrijf’. Terwijl Flanagan dat even tot de zaal liet doordringen, joeg hij er een uiteenzetting vol jargon over aangepaste wetgeving doorheen. Daarna keerde hij terug naar zijn hoofdboodschap. ‘Ik had het daarnet over dat bluechipbedrijf. Dat bedrijf is…’ zei hij met een zwaar Iers accent, ‘Exxon Mobil.’
Fracking
Door in Texas zonne-energie te gebruiken, kon Exxon de elektriciteitskosten drukken en hield het bedrijf meer geld over. – © Andreas Gucklhorn / Unsplash
toeneemt. Mondiale producenten van koolwaterstoffen beschikken nog over enorme voorraden, zo veel dat zelfs wanneer de helft wordt verbrand de kans groot is dat we te maken krijgen met massale hongersnood, droogte, overstromingen en natuurbranden. Vanaf zijn plaats onder het pijporgel keek Tillerson de broeder strak aan. ‘Of u het nu leuk vindt of niet,’ zei hij, de wereld zal ‘de komende decennia, tot halverwege de eeuw’, afhankelijk blijven van fossiele brandstoffen. Dat was Tillersons standaardreactie wanneer mensen hem naar de toekomst van koolwaterstoffen vroegen:
ze eraan herinneren hoe afhankelijk ze ervan waren en alternatieven afdoen als kinderlijke fantasieën. Tillerson zei dat de motie voor een klimaatexpert het niet zou halen. Toen hij over hernieuwbare brandstoffen begon, noemde hij die kansloos. ‘Om heel eerlijk te zijn, pater Crosby,’ zei hij, ‘gooien we ons geld liever niet expres over de balk.’ Het gehoor in het Symphony Center overlaadde hem met applaus. Drie jaar later sprak Declan Flanagan, de Ierse directeur van Lincoln Clean Energy, een bedrijf voor hernieuwbare energie, in Kopenhagen zijn aandeelhouders toe en deed een cryptische
In de tijd tussen de bijeenkomst van Exxon in Dallas en Flanagans aankondiging in Kopenhagen had de oliereus een nieuwe directeur aangesteld, nadat Tillerson als minister van Buitenlandse Zaken een uitstapje had gemaakt naar Washington. Exxon had zich echter niet bedacht, was niet radicaal anders gaan denken over koolwaterstoffen. Het was de directie net als ieder ander in de energiesector opgevallen dat de kosten van hernieuwbare energie maar bleven dalen in Texas, waar elektriciteit via een hoogspanningsnetwerk van de blikkerende, winderige vlakten in het uiterste westen naar de behoeftige steden in het zuiden werd geleid. Exxon maakte zich allerminst zorgen, het rook juist een kans. Fracking is een energievretende methode om koolwaterstoffen te winnen. Door voor een deel van de bedrijfsvoering in Texas zonne-energie te gebruiken, kon Exxon de elektriciteitskosten drukken en hield het bedrijf meer geld over. Het kon winst maken door hernieuwbare energie te gebruiken om energie uit koolwaterstoffen te winnen, die nu juist moest worden vervangen. Exxons werkwijze in Texas laat in het klein de verdeeldheid in de VS zien
pagina 16 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 16
28-05-19 15:04
dossier
klimaatverandering
voor orkaan Harvey hotels had opgekocht om te profiteren van de behoefte aan huisvesting op korte termijn en 25 tot 30 procent winst had gemaakt. Het financiële fonds van Harvard University heeft midden in een lange droge periode wijngaarden in Californië opgekocht, inclusief de waterrechten. als het op de beste aanpak van klimaatverandering aankomt. Afhankelijk van wie je ernaar vraagt bestaat klimaatverandering niet, is die een technische uitdaging, roept die op tot mondiale mobilisering of kan die eenvoudig worden opgelost door de vrije markt een duwtje in de juiste richting te geven. Bij gebrek aan een samenhangende strategie zien opportunisten hun kans schoon en profiteren ze sluw van het veranderende beeld. Gesubsidieerde hernieuwbare energie leidt tot sluiting van kolencentrales, maar draagt ook bij aan oliewinning. De technologie schrijdt voort, maar het onderliggende systeem niet. In het veranderlijke, chaotische klimaat doet het waar het goed in is: streven naar winst op korte termijn.
Winst maken
In tegenstelling tot bijna elke andere mogelijke toekomstige verandering zal het klimaat met 100 procent zekerheid veranderen. Verder weten we niets: niet wat dat precies gaat betekenen – en waar en wanneer – voor Facebook, Pfizer of Chinese schatkistpapieren. Je weg vinden in dat complexe woud is iets waar Wall Street in uitblinkt; de financiële sector gaat er zelfs prat op dat hij een prijskaartje kan hangen aan de risico’s voor de economie als geheel door de waarde van bedrijven te bepalen op basis van de mate van waarschijnlijkheid waarmee ze inkomsten zullen genereren. Maar het salaris van beurshandelaren hangt af van hun kwartaal- of jaarprestaties, niet van hun (ver) vooruitziende blik. Er is lef voor nodig om bij je baas binnen te lopen en een verhaal te beginnen over de zeespiegelstijging in Mozambique in 2030 terwijl je collega van plan is komende week de Turkse lira te shortsellen. Bijna niemand in de financiële wereld wordt geprikkeld om zich op korte termijn druk te maken over het grootst denkbare risico. De simpelste manier om op klimaatverandering te reageren is doorgaan met investeren in bedrijven die, zoals Exxon, blijven doen wat ze doen en zich zo nodig aanpassen. Een andere manier is niet op de korte termijn te denken en in te zetten op duurzaamheid. Zo doodt Al Gore de tijd met het bestieren van een klimaatinvesterings-
fonds, Generation Investment Management. Op grotere schaal heb je de grote banken en beleggingsmaatschappijen, die conservatief investeren, maar aan ‘klimaatanalyse’ doen om te kijken waar zich in een portfolio een probleem zou kunnen voordoen, zoals een nutsbedrijf dat door een bosbrand failliet zou kunnen gaan. Andere strategieën zijn een stuk slimmer. Voor de accu’s van elektrische voertuigen en groene elektriciteitsnetwerken zijn kostbare mineralen en metalen nodig. De prijzen van nikkel en kobalt fluctueren op grondstoffenbeurzen met percentages in de dubbele cijfers, terwijl investeerders een oogje houden op de aandelen in lithiummijnen. Strategen van Merrill Lynch die anticiperen op toekomstige voedselcrises, adviseren cliënten om aandelen in zogeheten vertical farms en ‘slimme hydrocultuur’ te kopen. Omdat ze ook anticiperen op watertekorten, raden ze aan om te investeren in Chinese bedrijven die afvalwater zuiveren. Naarmate de aarde verder opwarmt, wordt de lucht ijler. In juni 2017 hielden luchtvaartmaatschappijen in Phoenix meerdere toestellen aan de grond omdat de vleugels bij een temperatuur van 47 graden niet genoeg draagvermogen konden genereren. Vanuit het idee dat er wel vaker een dag met zulke hoge temperaturen
Mondiale energieconsumptie neemt elk jaar met sprongen toe zal komen, bouwen vliegtuigmotorfabrikanten zoals MTU Aero Engines en Rolls-Royce lichtgewichtversies van hun machines. In Australië wacht een agroconglomeraat af totdat familiebedrijven door de droogte hun deuren moeten sluiten om hun land vervolgens voor een prikje op te kopen. Onder zulke droge omstandigheden ‘zien we meer kansen dan anders’, zoals de directeur van het bedrijf vorig jaar zei tegen The Australian Financial Review. Een makelaar in Dallas vertelde aan een journalist van Bloomberg dat hij vlak
Strijd om Groenland
Halverwege deze eeuw zal het zuidwesten van de Verenigde Staten waarschijnlijk een tropisch klimaat hebben, dat niet langer ideaal is voor perzikbomen, maar wel voor de ziekten overbrengende gelekoortsmug (Aedes aegypti). Sommige investeerders denken op de lange termijn en kopen nu al aandelen in bedrijven die onderzoek doen naar vaccins tegen dengue en het zikavirus. Eén vermogensbeheerder zei dat hij op de hoogte was van verschillende ‘zikastrategieën’. Farmaceutische bedrijven verwachten een aanhoudende vraag naar antimalariamiddelen, waarvan de afzetmarkt doorgaans alleen uit arme landen bestaat. Nu kunnen ze uitzien naar markten in rijke landen. In Miami, waar de gegoede buurten dicht bij het water liggen, waarschuwen onderzoekers voor een ‘algehele verhuisgolf’, zodat de vlucht vanaf de kust zal leiden tot ‘gentrificatie van hoger gelegen wijken’, zoals Little Haiti. Eén onderzoek waarschuwt al dat speculanten ‘rekening houden met een geleidelijke uittocht uit Zuid-Florida’ naar het midden en noorden van de staat. Op Groenland kopen mijnbouwbedrijven rechten op land op dat eerst nog waardeloos was, om mineralen te kunnen winnen die binnenkort dankzij het smeltende ijs aan de oppervlakte zullen komen. Behalve uranium en molybdeen – een zilverkleurig metaal dat wordt gebruikt in staallegeringen – verwachten de bedrijven ook rijke olievoorraden te zullen vinden. De strijd om Groenland is beschreven door McKenzie Funk, wiens boek Windfall uit 2014 een beeld schetst van de eerste generatie klimaatwoekeraars. Daarin wemelt het van louche speculanten. Een Londens ‘klimaatveranderingsfonds’ investeert in Russische landbouwgrond, waarvan de waarde naar verwachting zal gaan pieken dankzij ‘de door droogte veroorzaakte mondiale voedselcrisis’. Een voormalige partner van verzekeringsmaatschappij AIG die op hetzelfde paard wedt, vliegt naar Soedan om met een generaal van de opstandelingen een deal te sluiten over het leasen van landbouwgrond. Een voormalige CIA-analist koopt ‘miljarden liters
water’ in Australië en het zuidwesten van Amerika op. Een Israëlische zakenman investeert op de lange termijn in ontziltingscentrales (waarvan sommige op kolen draaien, merkt Funk op). Het gekke van veel van die klimaatspeculaties, die gebaseerd zijn op ingewikkelde aannames over de toekomst, is dat ze zo bijziend zijn. Ze gaan ervan uit dat de wereld zal veranderen, behalve op één stabiel, vast punt. Het weer in Amerika wordt zo extreem dat Tennessee een broedplaats zal worden voor malaria, maar banken op Wall Street en octrooi-juristen doen alsof er niets aan de hand is. De stijgende zeespiegel zal aan de kust gelegen financiële centra onder enkele meters zeewater zetten, maar op de grondstoffenmarkt gaat Groenlands uranium voor grove bedragen van de hand. Afzonderlijk beschouwd klinken die aannames dubieus. Maar als geheel genomen weerspiegelen ze wat er op Wall Street gaande is. Elk jaar is de temperatuur weer hoger dan het vorige, maar op de aandelenmarkt wordt record na record gebroken.
Bubbel
Het verontrustende is dat sommigen van degenen op Wall Street die eerder de huizenbubbel voorspelden nu hinten op een heel andere bubbel. En als die uiteenspat, verbleekt de financiële crisis van 2008 erbij. De beroemdste waarzegger is misschien wel Jeremy Grantham, oprichter van vermogensbeheerder GMO uit Boston. In 2005 schreef de door de Britse koningin onderscheiden Grantham brieven aan investeerders met de mededeling dat de huizenmarkt waarschijnlijk op enorme schulden dreef. In 2007 waarschuwde hij voor ‘de eerste echt wereldwijde bubbel’. Zijn meest recente voorspelling stelt de vorige in de schaduw. Volgens hem bevinden we ons in een historische periode van onderschatting. Omdat de wereldeconomie op koolwaterstoffen draait, houdt elk bezit op de wereld op de een of andere manier verband met olie en gas. Grantham denkt dat de prijs of de wetgeving koolwaterstoffen fataal zullen worden. Dat zou betekenen dat niet alleen de olievoorraad, maar wat er verder ook maar op de markt te koop is in feite zwaar inflatoir is. De afgelopen twee jaar heeft Grantham op 2 procent na zijn hele privévermogen in projecten gestopt die ons zouden kunnen redden wanneer de aarde 2 graden zal zijn opgewarmd: energieopslag, pesticiden, lichtgewichtauto’s. In juni 2018 was hij de belangrijkste spreker op een investe-
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 17
Do_Klimaat_160.indd 17
28-05-19 15:04
dossier
ringscongres in Chicago. De titels van de twee toespraken vóór de zijne stonden vol investeringsjargon voor de incrowd, de zijne luidde: ‘De race van ons leven’. ‘Je zou deze presentatie het verhaal over het verband tussen homo sapiens en kooldioxide kunnen noemen,’ zo begon hij. Daarna sprak hij bijna een uur lang over smeltende gletsjers, voedselschaarste en lithiumaccu’s. Hij legde uit dat tussen de efficiëntie van een windmolen en de lengte van de rotorbladen een exponentieel verband bestaat. Hij zei dat windparken voor de kust in de Noordzee misschien weleens de goedkoopste energie ter wereld zouden kunnen leveren. Zijn toespraak bereikte een techno-utopisch hoogtepunt toen hij kwam te spreken over de verantwoordelijkheid voor onze kleinkinderen, over fatsoenlijke winsten. Zelfs toen hij lucide over klimaatverandering sprak, was Grantham één grote paradox. Hij bevond zich aan de top van de markt, maar besefte tegelijkertijd scherp dat die markt niet in staat was zich te verhouden tot het probleem dat hem het meest bezighield. En toch bleef hij een bedrijf met een waarde van 70 miljard dollar adviseren, zijn voornaamste bron van inkomsten. Als er iemand worstelde met de tegenstellingen tussen markt en klimaat – tussen onze moderne markteconomie en de uiterste prijs die we daarvoor betalen – dan was het volgens mij Grantham wel.
‘Bullsh**’
Toen ik om kwart voor negen ’s ochtends in de chique wijk Beacon Hill in Boston op de deur van Granthams herenhuis klopte, zwaaide de deur open en verscheen hij op de trap, 80 jaar oud, schalks en met een donkerpaarse trui op een roze met groen gestreept overhemd. ‘Heb je lang moeten wachten?’ vroeg hij. Ik liep achter hem aan naar de woonkamer op de eerste verdieping, waar het winterse licht door het erkerraam op een handbeschilderde zeventiende-eeuwse Hollandse slee viel. Grantham nam mijn jas aan en liet me plaatsnemen op de bank. Af en toe siste er achter me ergens een verwarmingsbuis. Toen Grantham in 1997 zijn klimaatinvesteringsfonds oprichtte, de Grantham Foundation, beschouwden veel vermogensbeheerders op Wall Street zijn initiatief als een randverschijnsel. ‘Men dacht bij zichzelf: wát een
klimaatverandering
Fracking is een energievretende methode om koolwaterstoffen te winnen. – © Unsplash
bullsh**!’ zei Grantham. In de afgelopen twee jaar heeft een reeks orkanen, overstromingen, droogteperiodes en aardverschuivingen het echter onmogelijk gemaakt de klimaatverandering zo glashard te blijven ontkennen als gebruikelijk is in de kringen van het bedrijfsleven waar Wall Street zich op richt. Dat wil niet zeggen dat op het klimaat gerichte investeringsstrategieën populair zijn geworden. Integendeel: niemand was bereid zijn carrière voor het klimaat in de waagschaal te stellen, aldus Grantham. ‘Het is natuurlijk heel moeilijk om het goed te doen,’ zei Grantham over inzetten op klimaatverandering. ‘Het gaat allemaal ontzettend snel en is nog ongewisser dan de toch al ongewisse wereld. Ongewisser krijg je het niet.’ Granthams investeringsfonds zet op de lange termijn in op lithium en koper, die volgens hem het vaatstelsel vormen van het toekomstige, door schone energie gevoede elektriciteitsnetwerk. Hij weet dat zo zeker door zijn ietwat merkwaardige overtuiging dat er ‘vroeg of laat een koolstoftax komt’, waardoor een groot deel van de waarde van de grote olie- en gasbedrijven verdampt. ‘Er is één zekerheid,’ zei hij, ‘en dat is dat het zal gebeuren. Anders is onze samenleving ten dode opgeschreven.’ Het duurde even voordat tot me doordrong wat dat betekent. Grantham zei
dat aan speculeren op een toekomstige koolstoftax geen risico verbonden was omdat zonder zo’n taks de beschaving ten onder zou gaan. Als hij gelijk had, kon hij miljarden verdienen. Als hij ernaast zat, zou het toch niet uitmaken, want dan zou de wereld in brand staan. ‘Geen speld tussen te krijgen,’ zei Grantham, terwijl de oude radiatoren borrelden. Als het allemaal zo logisch was, waarom zag niemand anders dat dan in? Op Wall Street wordt vaak beweerd dat de prijzen op de aandelenmarkt alle beschikbare informatie weerspiegelen, een idee dat bekendstaat als ‘de
‘Klimaatverandering is nog ongewisser dan de toch al ongewisse wereld’ theorie van de efficiënte markt’. Dat idee domineert de financiële sector al een halve eeuw. Als echt onomstotelijk zou vaststaan dat de koolstofbubbel op barsten staat, dan zou dat volgens die theorie uit de prijzen moeten blijken. Met andere woorden: dan zou Grantham zich niet in de voorhoede bevinden en zou zijn bewering nergens op slaan.
‘Ze beweren dat alles in de prijs is verdisconteerd,’ probeerde ik voorzichtig. ‘Bullsh**,’ zei Grantham. Waarna hij aan een gedetailleerde uiteenzetting begon waaróm het flauwekul was. Daartoe vatte hij eerst de theorie van John Maynard Keynes over carrièrerisico’s samen: ‘Voor je reputatie is het beter om conventioneel te mislukken dan onconventioneel te slagen.’ Daarna keerde hij terug naar het Wall Street van nu, waar vermogensbeheerders vanwege eigenbelang op korte termijn of regelrechte ontkenning bang zijn om hun nek uit te steken door in te zetten op klimaatthema’s. De theorie van de efficiënte markt hapert bij dergelijk irrationeel gedrag. ‘Het is bullsh** omdat mensen incompetent zijn,’ ging Grantham verder, ‘het is bullsh** omdat…’ Rond een uur of tien ging zijn mobiele telefoon en zei een vrouwenstem: ‘Jeremy, je moet naar je volgende afspraak.’ Heel even zag Grantham er bijna bedroefd uit. Hij hield mijn jas voor me op. Daarna stormde hij naar beneden en naar buiten, de sneeuw in.
1100 oliebronnen
De toekomstige locatie van het zonnepark dat Lincoln Clean Energy voor Exxon bouwt, Permian Basin, is heuvelachtig en semi-aride, met witte kalkwegen die naar boortorens lopen en met in het donker hier en daar een vlam van afgefakkeld gas. Soms, wanneer de wind aantrekt, ruikt het op de snelweg naar zwavel. In de afgelopen jaren is Permian Basin uitgegroeid tot het productiefste olie- en gasveld van de Verenigde Staten doordat compacte schalie dankzij ontwikkelingen op het gebied van horizontaal boren en frackingtechnologie beter kan worden vergruisd. Exxon, Chevron en vergelijkbare bedrijven hebben daardoor toegang tot aardgas en olie waar ze eerst niet bij konden, organisch materiaal dat zo’n 200 miljoen jaar geleden in de oceaan is neergeslagen. Als Permian Basin een land zou zijn, dan zou het tot de grootste oliestaten ter wereld behoren. Elk cliché over olierijkdom is van toepassing op Permian Basin: achttienjarigen die als vrachtwagenchauffeur een salaris van zes cijfers verdienen, gepromoveerde petrochemici die in man-camps wonen, veel te dure scholen en artsen. De werkloosheid in Midland, waar de oliebedrijven van Permian hun hoofdkwartier hebben, schommelde
pagina 18 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 18
28-05-19 15:04
dossier
klimaatverandering
afgelopen winter rond de 2,2 procent, het op drie na laagste cijfer in Amerikaanse grote steden. Maar wat er in het landschap het meeste uitspringt, is niet de boorinfrastructuur. Want fracken gebeurt onder de grond, in kilometerslange tunnels van een centimeter of twintig doorsnee, met maar één boorput. Daarentegen kun je je ogen niet afhouden van de windturbines, die in sommige gewesten in elk stuk boerenland op elkaar lijken te zijn geperst. Texas genereert meer windenergie dan welke andere Amerikaanse staat ook, vier keer zoveel als de nummer 2, Californië. Het elektriciteitsnet van Texas boezemt ontzag in. Elke 5 minuten, 24 uur per dag, rekent de Electric Reliability Council of Texas (ercot) uit welke bron de goedkoopste stroom levert, waarna die met de weg van de minste weerstand naar de klant gaat. Vanuit het perspectief van ercot bezien maakt het niet uit of die stroom afkomstig is van een zonnepark of van kolen, noch of die geleverd wordt aan een kas dan wel een boorinstallatie. Afgelopen april verbruikte Texas ongeveer 25,7 miljoen megawatt stroom. 62 procent daarvan was afkomstig van koolwaterstoffen en 27 procent van wind- en zonne-energie. De elektriciteit van al die energiebronnen stroomt naar het ercot-netwerk als de zijrivieren naar een hoofdrivier. Hoewel de deal van Exxon met Lincoln een van de duidelijkste voorbeelden is van een bedrijf in fossiele brandstoffen dat hernieuwbare energie gebruikt, doen alle grote olie- en gasbedrijven dat bewust of onbewust, want het hele elektriciteitsnetwerk is erop toegerust. In 2017 steeg de vraag naar elektriciteit in West-Texas met 8 procent, vergeleken met de 1 procent van de staat als geheel. Warren Lasher, hoofd systeemplanning bij ercot, zei dat het grootste deel van die stijging kan worden toegeschreven aan de olie- en gaswinning. Frosty Gilliam, eigenaar van een onafhankelijk oliebedrijf in Permian Basin, verwelkomde me in de receptie van zijn kantoor langs een verlaten stuk snelweg in Odessa, Texas, en troonde me mee naar een vergaderzaal in wat hij ‘Toscaanse stijl’ noemde, met marmer, stucwerk en antieke lampen. Aan de overkant van de donkere, gewreven tafel zag Gilliam er met zijn glimmende ogen en korte witte haar klein en afstandelijk uit. Gilliam groeide op in het westen van Texas en studeerde ten tijde van de oliehausse in de jaren tachtig aan Texas A&M University af als petrochemisch ingenieur. Hij vond al snel werk bij Amoco, het uit Standard Oil van
John D. Rockefeller voortgekomen olieconglomeraat. Eind jaren tachtig begon hij, zoals zoveel kleine ondernemers in de olie-en-gasindustrie in Texas, een bedrijf dat langzaamaan winningsrechten opkocht. Zijn bedrijf, Aghorn Energy, bezit nu 1100 oliebronnen in Permian Basin, waarmee hij een relatieve lichtgewicht is. Het ging er hartelijk aan toe en ik aarzelde of ik de vraag zou stellen die de sfeer zou bederven, maar na een halfuur vroeg ik Gilliam hoe hij over klimaatverandering dacht. Veertien seconden lang keek hij me strak over de tafel aan, met het begin van een grijns op zijn gezicht. ‘Nu luis je me er zeker in en krijg ik straks een berg hatemail,’ antwoordde hij. Persoonlijk vond hij klimaatverandering niet zo belangrijk. Volgens hem waren de data die hij over de stijging van de zeespiegel en verzengende temperaturen had gezien om politieke redenen vervalst of gemanipuleerd. Gilliam wist dat veel grote gas- en oliebedrijven in hernieuwbare energie investeerden en bezag die strategie met scepsis. ‘De politiek correcte weg
is: “We laten de productie van groene energie met 10 procent per jaar groeien.” Oké. Maar in werkelijkheid verkopen ze wél olie en gas, snap je?’ Lange tijd sprak Gilliam in de eerste persoon en gaf hij zijn persoonlijke mening. Maar aan het einde van het gesprek schakelde hij over op een collectief ‘wij’ om de reactie te vertolken die iemand ten deel zou vallen die zich in West-Texas in een Tesla durfde te vertonen. ‘We zouden je niet met pek en veren wegdragen,’ zei hij. ‘We zouden alleen maar denken: oké, hij vindt dat nu eenmaal, maar wij denken dat er geen probleem is.’
Paradox
De spanning tussen het individu en de soort, tussen Gilliam en de ‘wij’, raakt aan de kern van het kapitalisme, en dat is altijd al zo geweest. Een begrip uit de economie is de Lauderdale-paradox, die aan het begin van de negentiende eeuw werd geformuleerd door de Schotse politicus James Maitland. Volgens die theorie schat het kapitalisme natuurlijke hulpbronnen, zoals lucht, water en grond, structureel
‘Afhankelijk van wie je ernaar vraagt bestaat klimaatverandering niet.’ – © Unsplash
te laag in omdat er zoveel van is, en heeft het juist te veel waardering voor wat privaat en schaars is. Een vat olie kost zo’n 50 euro, maar de uitstoot die het veroorzaakt vind je op geen enkele balans terug. In de tijd waarin de paradox werd geformuleerd, maakte de Engelse industrie de overstap van water naar kolen, een langdurig proces vol strijd. Dankzij de kolen konden fabriekseigenaren hun fabrieken in steden neerzetten, waar de lonen lager waren, en
Een vat olie kost zo’n 50 euro, maar de uitstoot die het veroorzaakt vind je op geen enkele balans terug hun machines permanent laten draaien. In kranten en privégenootschappen voerden politici en journalisten een verhit debat over de voordelen van beide energiebronnen. Engeland balanceerde tientallen jaren op het randje tussen twee mogelijke toekomsten totdat de agressievere fabriekseigenaren in steden op koolwaterstoffen overstapten, aldus Andreas Malm in Fossil Capital, een geschiedenis van de vroege industrialisering. Op die manier tegen een probleem aankijken, als een economische uitkomst in plaats van een onverbiddelijk lot of het resultaat van een tekortkoming in de menselijke aard, is uiterst cru, maar heeft ook iets optimistisch. Het ene stelsel kan een tijdlang overheersen, waarna het wordt verdrongen door een ander, dat ongemerkt is komen aansluipen. Op een hoek van Gilliams vergadertafel lag een landkaart uitgespreid met bruinleren gewichten op de hoeken: een overzicht van een plan voor exploitatie waar Gilliam een belang in had en dat mogelijk goed was voor een paar honderdduizend vaten olie. ‘Voorlopig & vertrouwelijk’ stond er in rode inkt onderin op gestempeld. De kaart vertoonde de gebruikelijke koolwaterstofinfrastructuur, zoals boorlocaties en grote opslagtanks, weergegeven in blauw-met-gele rechthoeken. Er was echter een schaakbordpatroon over dat alles heen gearceerd, dat de bijna vijftien vierkante kilometer in keurige, gelijkmatige vierkanten verdeelde. Ik vroeg Gilliam wat het was. ‘Een zonnepark,’ zei hij terloops. Jesse Barron The New York Times | zie pagina 15
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 19
Do_Klimaat_160.indd 19
28-05-19 15:05
dossier
klimaatverandering
De toekomst ligt nog niet vast Wanhoop niet, schrijft feministisch boegbeeld Rebecca Solnit in reactie op de klimaatpaniek die ons dreigt te verlammen. De strijd is pas over als je denkt dat ze over is.
A
ls reactie op de publicatie van het IPCC-rapport over de klimaatcrisis postte een bevriende stand-upcomedian op Facebook: ‘Klimaatverandering is gewoon angstaanjagend. Is er nog iets om optimistisch over te zijn?’ Veel van haar vriendinnen postten variaties als ‘we zijn verloren’ en ‘het is hopeloos’, wat hun wellicht het gevoel geeft dat ze in ieder geval íéts in deze overweldigende situatie onder controle hebben: de feiten. Dat hebben ze natuurlijk niet. Ze zetten hun begrijpelijk grote zorgen over het nieuws om in de veronderstelling dat ze precies weten hoe de toekomst gaat uitpakken. Maar dat weten ze niet. De toekomst ligt nog niet vast. Dat wil zeggen: klimaatverandering is de onweerlegbare realiteit van nu en de toekomst, maar de essentie van het rapport van IPCC (het Intergovernmental Panel on Climate Change van de VN) is dat we nog steeds het gunstigste scenario na kunnen streven in plaats van het ongunstigste. Natan Sharansky, die negen jaar in een goelag heeft gezeten omdat hij had samengewerkt met Sovjetdissident Andrej Sacharov, herinnert zich wat zijn mentor heeft gezegd: ‘Ze willen ons laten geloven dat er geen kans is op succes. Maar het gaat er niet om of er wel of geen hoop op verandering is. Als je een vrij iemand wil zijn, kom je niet op voor de mensenrechten omdat je succes zult hebben met die actie, maar omdat dat het enige juiste is om te doen. We moeten het fatsoen in ere houden.’ Het fatsoen in ere houden betekent dat iedereen van ons die de middelen daartoe heeft serieuze maatregelen tegen klimaatverandering moet nemen of de huidige inspanningen nog moet vergroten. Klimaatacties gaan over mensenrechten, omdat de klimaatverandering de kwetsbaarsten het eerst en het zwaarst treft – dat gebeurt al, met perioden van droogte, bosbranden, overstromingen,
The Guardian | Londen
mislukte oogsten. Die verandering treft de talloze soorten en leefgebieden die van deze aarde zo’n prachtig en complex geheel maken, van de koraalriffen tot de kariboekuddes. Nu beslissen we over hoe het leven er in 2100 uit zal zien voor de kinderen die nu worden geboren, en voor hun kleinkinderen, en de kleinkinderen van die kleinkinderen. Ze zullen het tijdperk vervloeken waarin de planeet werd verwoest en misschien zullen ze de herinnering koesteren aan hen die probeerden die verwoesting tegen te gaan. Volgens het rapport moeten we het gebruik van fossiele brandstoffen in 2030 met 45 procent hebben verminderd; dan zijn die kinderen 12. Dat is moeilijk, maar niet onmogelijk. Actie ondernemen is de beste manier om crises en rechtenschendingen het hoofd te bieden, zowel voor je eigen geweten als voor de samenleving. Bezorgdheid en ontzetting over de situatie staan die acties niet in de weg; je kunt klimaathelden kiezen ook al ben je somber gestemd. Er is geen garantie op succes – maar net zoals Sacharov en Sharansky zich waarschijnlijk niet konden voorstellen dat de Sovjet-Unie begin jaren negentig
The Guardian
VK | dagblad | oplage 332.000 Onafhankelijke kwaliteitskrant van linkse signatuur. Sinds 1821 thuisbasis van de meest gerespecteerde columnisten en journalisten. Altijd zeer kritisch ten opzichte van de overheid en andere instituten.
uit elkaar zou vallen, zo kunnen wij ook niet precies weten wat er zal gebeuren en hoe onze acties de toekomst mede zullen vormgeven.
Doorbraken
De verhalen over grote veranderingen in het verleden waar ik mijn hoop uit put, gaan vaak over kleine groepen waarvan de ambities aanvankelijk niet realistisch leken. Of ze nu streden tegen de slavernij in het Amerika van voor de burgeroorlog of opkwamen voor de mensenrechten in het Oostblok, die bewegingen groeiden exponentieel en veranderden het bewustzijn en brachten daarna instituties of regimes ten val. Ook weten we niet welke technologische doorbraken, grootschalige maatschappelijke veranderingen of catastrofale ecologische gevolgen de komende twintig jaar zullen vormgeven. De wetenschap dat we dat niet weten biedt wellicht geen vertrouwen, maar is wel een krachtig middel tegen wanhoop, wat ook weer een vorm van zekerheid is. De toekomst is zo onzeker als die altijd is geweest. Er zijn in de mondiale klimaatbeweging talloze bemoedigende ontwikkelingen gaande. Twaalf jaar geleden was de beweging klein, versnipperd en gematigd en waren de klimaataanbevelingen vooral bescheiden, met een te grote ‘spaarlampenfocus’ op de individuele moraal. Maar de individuele moraal heeft alleen invloed als die wordt opgeschaald (en zelfs individuele daden zijn afhankelijk van collectieve beslissingen – ik heb thuis bijvoorbeeld honderd procent groene stroom omdat andere burgers onze amorele energiemaatschappij hebben gedwongen te veranderen, en het is voor mij nu makkelijker om de fiets te pakken omdat er in mijn stad
overal fietspaden zijn aangelegd). De beweging die heeft geageerd tegen pijpleidingen en het vervoer van brandstof per trein, tegen raffinaderijen en overlaadterminals, tegen kraken en het afgraven van bergtoppen, tegen investeerders, de politiek en justitie, en soms heeft gewonnen, laat zien wat er in twaalf jaar kan gebeuren. Sommige van de voorheen als onzinnig beschouwde eisen van klimaatactivisten zijn nu algemeen aanvaard en beleid geworden. Er zijn nu zo veel projecten, van plaatselijke maatregelen om geleidelijk van fossiele brandstoffen af te stappen tot pogingen om de aanleg van pijplijnen tegen te houden (met enkele grote overwinningen, zoals het stoppen van de Trans Mountain-pijplijn in Canada, waartoe de rechter in augustus 2018 besloot), tot het proces tegen de Amerikaanse regering namens 21 jongeren die de overheid beschuldigen van het schenden van hun rechten en van het vertrouwen van de samenleving.
Bemoedigend
Wat ik ook heel bemoedigend en zelfs indrukwekkend vind, is hoe ingrijpend het mondiale energielandschap in deze eeuw al is veranderd. In het begin van de 21ste eeuw waren duurzame energiebronnen kostbaar, inefficiënt en was de technologie nog niet voldoende ontwikkeld om aan onze energiebehoefte te voldoen. In een revolutie die bijna even baanbrekend was als de industriële revolutie hebben de toepassing van wind- en zonne-energie alles veranderd; we hebben nu de technologische kennis om grotendeels van fossiele brandstoffen af te kunnen stappen. Toen was dat niet mogelijk, nu wel. Dat is verbluffend. En bemoedigend. In Costa Rica is 98 procent van de energie groen, fantastisch. Schotland sloot in 2016 zijn laatste kolencentrale en de totale uitstoot is daar nu de helft
pagina 20 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 20
28-05-19 15:05
dossier
klimaatverandering
van wat die was in 1990. Texas gebruikt steeds meer energie gewonnen uit wind in plaats van uit kolen – op redelijke dagen ongeveer een kwart en op zeer gunstige dagen de helft. Iowa wint al meer dan een derde van zijn energie uit wind omdat wind al rendabeler is dan fossiele brandstoffen, en er worden steeds meer windmolens gebouwd. Steden en staten in de VS en elders stellen ambitieuze doelen om het gebruik van fossiele brandstoffen terug te dringen of om helemaal duurzaam te worden. In juli 2018 besloot Californië dat in 2045 de elektriciteit honderd procent CO2-vrij gewonnen moet worden. Overal ter wereld vertellen dergelijke verhalen ons dat de transitie al aan de gang is. De schaal en de snelheid moeten omhoog, maar we staan vandaag in ieder geval niet helemaal aan het begin. Het IPCC-rapport beveelt aan dat er op veel fronten dringend iets moet gebeuren – van hoe we voedsel produceren tot hoe we het land inrichten (meer bossen) tot hoe we energie genereren en gebruiken (en de niet zo sexy aanbeveling om zuinig met energie om te gaan). Het rapport noemt vier routes die ons vooruit moeten helpen, waarvan er drie afhankelijk zijn van nog niet ontwikkelde koolstofopvangtechnologie en de vierde onder meer inhoudt dat we het gebruik van
Actie ondernemen is de beste manier om crises en rechtenschendingen het hoofd te bieden fossiele brandstoffen drastisch reduceren en heel veel bomen planten. De voornaamste hindernissen voor deze transitie zijn politiek; de energiemaatschappijen, de oliemaatschappijen en de regeringen die hier onbeschaamd mee verweven zijn. Ik sprak Steve Kretzmann, sinds lange tijd de directeur van de beleids- en
niet de leefomgeving vergiftigen – zijn er veel bijkomende voordelen. Fossiele brandstof is, nog afgezien van de koolstof die in de atmosfeer wordt gepompt, puur gif: van de kwik die de lucht verontreinigt als kolen worden verbrand en de bergen steenkoolas tot de giftige emissies en waterverontreiniging door het kraken en de
Het mondiale energielandschap in deze eeuw al ingrijpend veranderd
Iowa wint meer dan een derde van zijn energie uit wind omdat wind al rendabeler is dan fossiele brandstoffen. – © Unsplash
actiegroep Oil Change International (waarvan ik bestuurslid ben), en hij vertelde over de twee punten waar klimaatacties zich op moeten richten: het veranderen van de consumptie en het veranderen van de productie.
Vechten
Het aanpakken van de productie wordt vaak vergeten, en plaatsen zoals Alberta in Canada scheppen graag op over hun energiebesparende projecten terwijl de energieproductie – in het geval van Alberta de teerzanden – een gevaar vormt voor de toekomst van de planeet. Het aanpakken van de productie betekent dat je moet vechten tegen enkele van de machtigste en meest meedogenloze bedrijven ter wereld en de regimes die hen beschermen en door hen worden beloond, of, zoals bij Rusland en Saoedi-Arabië en tot op zekere hoogte ook bij de VS, er onlosmakelijk mee verbonden zijn. ‘Hier moeten we reëel over zijn,’ zei Steve: ‘we hebben het over de olieindustrie en daar worden oorlogen om gevoerd. Er ligt daar veel politieke macht en veel mensen verdedigen die macht.’ Maar hij merkt ook op: ‘Zodra
duidelijk wordt dat die macht substantieel en onomkeerbaar afneemt, spat die uit elkaar.’ Dat uit elkaar spatten kun je bespoedigen door te snijden in de gigantische subsidies, en door afstand te nemen van de oliemaatschappijen – tot op heden heeft de eens zo bespotte ‘divestment’-beweging er al voor gezorgd dat vele miljarden aan investeringen zijn teruggetrokken. Zoals Damien Carrington het verwoordt: ‘De grote oliemaatschappijen zoals Shell hebben dit jaar desinvestering genoemd als een wezenlijke bedreiging voor hun bedrijf.’ Ook moeten we de productie van fossiele brandstoffen direct stoppen, met een rechtvaardige overgangsregeling voor de mensen die in die sector werken. Vijf landen – Belize, Ierland, Nieuw-Zeeland, Frankrijk en Costa Rica – werken al aan een verbod op verdere exploratie en winning, en de Wereldbank deed de wereld in december 2017 opschrikken toen de bank aankondigde na 2019 te stoppen met de financiering van de winning van olie en gas. Omdat de komst van schone energie voor veel nieuwe banen zorgt – banen die geen zwarte longen veroorzaken en
kwaadaardige chemicaliën die door raffinaderijen worden uitgestoten tot de fijnstof uit auto’s. Over brandstof wordt vaak gesproken alsof we het gebruik daarvan moeten ‘opgeven’, alsof het om een verlies gaat, maar afzien van het gebruik van gif hoeft niet als een offer gezien te worden. Het is niet alleen onze taak ons een beeld te vormen van de door de klimaatverandering veroorzaakte verwoesting en het immense verschil tussen een opwarming van 2 à 3 graden of van 1,5 graad, maar ook van de voordelen die de transitie naar duurzame energie met zich brengt. Het afnemen van de kwaadaardige macht van de oliemaatschappijen zou al een zeer ingrijpende verandering zijn, zowel politiek als ecologisch. Ik weet niet precies of we zullen uitkomen waar we moeten zijn, of hoe we dat moeten doen, maar ik weet wel dat we ons met alle passie, kracht en intelligentie die we in ons hebben moeten inzetten voor het uitwerken van betere alternatieven. Wat we nodig hebben is een revolutie, en we kunnen beginnen met ons die ten doel te stellen en onze uiterste best te doen om hem te realiseren. In plaats van af te wachten wat er gebeurt, kunnen we er zelf voor zorgen dat er iets gebeurt. Trouwens, de stand-upcomedian die ik eerder noemde: zij organiseert al benefietvoorstellingen ten bate van klimaatgroepen. Rebecca Solnit
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 21
Do_Klimaat_160.indd 21
28-05-19 15:05
dossier
klimaatverandering
Hier begint een nieuwe wereld
D
e rivier ‘stroomt op de kaart omhoog’, zeiden ze vroeger, eerst een stukje naar het zuiden, dan naar het westen en dan naar het noorden, door enkele van de groenste en mooiste landschappen van Amerika. Hij heet de Tennessee, maar hij bevloeit ruim honderdduizend vierkante kilometer land in zeven staten, van de Blue Ridge Mountains tot Alabama en van Mississippi tot de Ohio River. Vóór de jaren dertig van de vorige eeuw kon hij vrijelijk zijn gang gaan en elk voorjaar dreigden overstromingen de nederige boerderijen en huizen langs de oevers weg te spoelen. Er waren nauwelijks bevaarbare stukken van enige lengte vanwege de vele wilde stroomversnellingen, de Muscle Shoals. Zij gaven de rivier een verval van 50 meter over 50 kilometer en daarin school het ongebruikte potentieel van de Tennessee: de kans om veel stroom op te wekken met de kracht van het water. Maar de zes miljoen mensen die in 1933 in de Tennessee Valley woonden, hadden weinig kracht, fysiek noch politiek. In een tijd dat zo’n 70 procent van de Amerikanen het licht kon aandoen via een schakelaar, had maar 10 procent van de plattelandsgezinnen in de Verenigde Staten elektriciteit – en een kwart van de bevolking leefde nog op boerderijen of in boerengemeenschappen. Het was niet de moeite waard om stroom naar de boerderijen te brengen, beweerden particuliere bedrijven. Die lagen te verspreid en waren te arm – en de boeren in de Tennessee Valley behoorden tot de armsten van het land. De regio was al sinds het eind van de Burgeroorlog in verval en raakte steeds verder achterop bij de snel industrialiserende rest van het land. De boeren verbouwden er katoen of maïs, jaar na jaar dezelfde gewassen, waardoor de grond zijn vruchtbaarheid verloor. Dus kochten ze meer en meer kunstmest op krediet en raakten steeds dieper in de schulden, zodat ze zich de moderne landbouwmachines die het boerenleven elders in het land radicaal veranderden, niet konden veroorloven. In hun wanhoop gingen de mensen van de Tennessee Valley elk jaar steeds grotere stukken van de ooit zo rijke
Harper’s | New York
Kevin Baker blikt terug op de New Deal als antwoord op de Grote Depressie in Amerika. We hebben nu, volgens hem, hetzelfde punt bereikt. Dus waarom niet leren van de oude deal om de opwarming van de aarde terug te dringen?
bossen in het gebied omhakken of verbranden om meer landbouwgrond vrij te maken. De ontbossing putte de bodem verder uit en het beetje land dat ze hadden, was er steeds slechter aan toe. Terwijl stedelijk Amerika de voorspoed van de roaring twenties vierde, daalde het gemiddelde jaarinkomen in de Valley naar 639 dollar per gezin, en velen verdienden niet meer dan 100 dollar per jaar. Een derde van de mensen in de Valley leed aan malaria. Velen kampten met ondervoeding, pellagra en mijnworm of andere parasieten.
Crisis
In de hele regio was er volgens historica Sheila D. Collins ‘voor meer dan 1300 gemeenschappen met in totaal 17 miljoen mensen geen ziekenhuis en zelfs geen wijkverpleegster’. Bijna een miljoen kinderen tussen 7 en 13 jaar gingen niet naar school. Het uitbreken van de crisis van de jaren dertig maakte alles nog erger. De zonen en dochters van de Valley die naar de steden waren getrokken om werk te zoeken in fabrieken keerden, nu hun banen verdwenen waren, in groten getale terug en vergrootten zo de druk op het land. Het aantal boerderijen verdubbelde en hun afmeting nam af van gemiddeld 56 tot een nauwelijks toereikende 22 hectare. Het percentage pachtboeren verdriedubbelde, tot bijna één op de drie boerengezinnen voor een ander werkte, alleen om in leven te blijven. Vergeleken met veel andere Amerikanen leefden de mensen in de Valley in een andere tijd. Driekwart van de huishoudens had geen sanitaire voorzieningen. Ze kookten op een
houtkachel, lazen bij kaarslicht en kerosinelampen, wasten hun kleren met de hand op een wasbord bij de kreek. Het gebied was afgegleden naar een toestand die nog veel erger was dan de normale nijpende armoede. Maar wat viel eraan te doen? Het was altijd zo gegaan, op al die plekken van eeuwigdurende, onverbiddelijke armoede, op de vlakten in het zuiden en in de sloppenwijken van de Lower East Side en Hell’s Kitchen in New York, in de indianenreservaten, op de akkers en in de fruitboomgaarden van zuidelijk Californië. Wie intelligent, ambitieus of gewetenloos genoeg was, wist te ontsnappen en bouwde ergens anders een beter leven op.
New Deal
Er werd een oplossing gevonden voor deze crisis, zelfs in die uiterst moeilijke tijd en ook al verzekerden veel deskundigen en commentatoren ons dat die oplossing onhaalbaar was omdat hij te veel geld kostte, alles op zijn kop zette, tegen de grondwet inging of tegen al het goede van de American way of life. Deze oplossing werd de New Deal genoemd, maar dat was alleen de politieke benaming voor het toepassen van ideeën waar velen al heel lang voor pleitten – ideeën die lieten zien dat we niet door hoefden te gaan op de oude, destructieve, domme manier die ons in deze narigheid had gebracht. Natuurlijk werkte ook de New Deal niet perfect. De mensen die hem in gang zetten, maakten fouten en het lukte hun niet altijd om tegenstand te overwinnen. Ze moesten compromissen sluiten en improviseren en steeds opnieuw nadenken over wat ze
deden. Maar ze kregen het voor elkaar. Ze bedwongen een ogenschijnlijk onbedwingbare crisis – een hele reeks existentiële bedreigingen eigenlijk, in de Verenigde Staten en in andere delen van de wereld – en al doende vergrootten ze de vrijheid van de mens in een tijd waarin zoveel anderen die de nek probeerden om te draaien. Tegenwoordig verkeren we in vrijwel dezelfde situatie, we worden geconfronteerd met een scala aan dringende problemen die los van elkaar lijken te staan maar in feite nauw verbonden zijn en die ons dreigen te vernietigen. Om die problemen te bestrijden is er een geheel aan ideeën voorgesteld in het Congres, via een resolutie die is ingediend door Alexandria OcasioCortez (ook bekend als AOC), een 29-jarig beginnend congreslid en haar jonge, speciaal hiervoor gevormde denktank. Zij verwoorden de overtuiging die bij veel mensen is gegroeid: dat we niet op de oude voet voort kunnen gaan, willen we overleven en onze vrijheden behouden. Het is alleen maar juist en passend dat deze resolutie de Green New Deal is genoemd, want de opstellers willen gebruikmaken van het beste uit de oorspronkelijke New Deal en leren van de fouten daarvan. In hoeverre we erin slagen om deze ideeën, doelen en beloften waar te maken zal bepalen hoe onze wereld er voor een hele tijd uit zal gaan zien. Maar ik wil geen sombere toon aanslaan over dit streven. Hier begint onze nieuwe wereld. De crisis van de jaren dertig in de Verenigde Staten was evenzeer een ecologische als een economische ineenstorting. De zandstormen van de Dust Bowl, de grote vlakten in het centrum van de VS, waren een door de mens veroorzaakte ramp, het gevolg van de roekeloze pieken en dalen die elkaar al tientallen jaren opvolgden op de High Plains. We wisten al meer dan een eeuw dat deze ‘Great American Desert’ te weinig water bevatte voor de gewassen die we wilden verbouwen. Maar dat hield ons niet tegen. Zoals de regering-Trump en het Amerikaanse bedrijfsleven nu met eigen verzinsels reageren op het idee van klimaatverandering of op alle andere zaken die ze niet willen horen, zo kwamen
pagina 22 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 22
28-05-19 15:05
dossier
klimaatverandering
de overheid en de spoorwegen in de tweede helft van de negentiende eeuw met onzintheorieën om hun eigen doelen te dienen. Geen water? Geen zorgen: er was altijd nog ‘droge landbouw’, ‘grondverbetering’ en het onuitroeibare idee dat ‘de regen volgt op de ploeg’ – of op de beschaving in het algemeen. Zonder verstandig nationaal leiderschap zou Amerika waarschijnlijk een nog ergere milieucatastrofe hebben beleefd, want de lokale, verbrokkelde pogingen om de uitputting van het land tegen te gaan, zouden alles alleen maar erger hebben gemaakt, tot we uiteindelijk op het randje van de opwarming van de aarde en het verdwijnen van de soorten hadden gestaan. Precies waar we nu staan. Voor zover bekend kwamen er uit de private sector geen voorstellen voor een oplossing – al haalde in die jaren dertig tenminste niemand uit de zakenlobby zich in het hoofd om ons te vertellen dat de stofstormen die
Boeren in de regio werden overgehaald om gewassen af te wisselen en nieuwe landbouwwerktuigen en technieken te gebruiken. Texas, 1938. – © Dorothea Lange.
Politici wezen hun ideeën af als socialistische ingrepen in de ‘natuurlijke’ economie van ieder voor zich
Geen water? Geen zorgen: er was altijd nog ‘droge landbouw’ New York en Washington teisterden, niet echt plaatsvonden. Er kwamen wel individuele voorstellen voor het aanpakken van de Dust Bowl, zoals het idee om de Plains vol te zetten met sloopauto’s die het zand onder hun roestige metalen chassis moesten vasthouden, of om duizenden vierkante kilometers eenvoudigweg te bedekken met asfalt. In het Congres werd zelfs gedebatteerd over manieren om de stroomrichting van het water vanaf de Continental Divide (de Amerikaanse waterscheiding) te veranderen. De verwoesting op de Plains leek de natuur uit haar evenwicht te brengen. Er waren plotselinge plagen van groene bladrupsen, daarna van hongerige hazen die in groten getale uit de heuvels kwamen en griezelig in het rond renden. Steden riepen in de kranten op tot massaslachting van de hazen. Lange rijen mannen, vrouwen en kinderen dreven de jankende dieren
en predikten daar hun oplossingen, zoals vaste prijzen voor de gewassen, landbouwsubsidies, collectief onderhandelen en boerencoöperaties. Maar politici wezen hun ideeën af als socialistische ingrepen in de ‘natuurlijke’ economie van ieder voor zich. Al snel zou blijken welke prijs moest worden betaald voor het negeren van hun ‘utopische’ ideeën.
Zandverstuiving bij boerderij in Cimarron County, Oklahoma, 1936 © arthur rothstein
in kooien, waar ze af werden gemaakt met bijlen. Het duurde niet lang of mensen blikten het vlees ervan in om zelf niet te verhongeren en aten het met gezouten tuimelkruid.
Ieder voor zich
Toen de vogels en slangen vrijwel uit de Dust Bowl verdwenen waren, kwam er een epische sprinkhanenplaag, zoals al tientallen jaren niet meer was voorgekomen in het Westen. Minstens één staat stuurde de National Guard om het land te bespuiten met wel 350 ton insecticide per hectare en zo kreeg het beetje leven dat de sprinkhanen hadden overgelaten alsnog de genadeklap.
Zo was het altijd gegaan op onze boerderijen en akkers: een wanhopige kapitalistische strijd, waarin het ieder voor zich was. Sommige mensen, zoals de Populists – de oorspronkelijke Populists, niet de platvloerse bendes die de verkiezingsbijeenkomsten van Trump bevolken – betoogden dat er een betere manier was. De Populist Party was een van de weinige echte volksorganisaties in de Amerikaanse geschiedenis, opgezet door arme boeren in het Westen en Zuiden en wist miljoenen aan zich te binden via de simpele middelen van het schrijven van brieven en het uitsturen van sprekers. Ze organiseerden massabijeenkomsten, die meer op uit hun krachten gegroeide jaarmarkten leken,
‘Er zijn vandaag de dag nog steeds veel mensen die niet inzien waarom een man die land bezit daarmee niet mag doen wat hij wil,’ schreef Franklin Delano Roosevelt als senator voor zijn staat in 1912 – ook zo’n onuitstaanbare nieuweling van nog maar dertig jaar oud en in zijn eerste termijn als gekozen vertegenwoordiger. FDR stelde het eigendomsrecht tegenover wat hij ‘de vrijheid van de gemeenschap’ noemde: ‘Ik heb het behoud van onze natuurlijke hulpbronnen opgevat als de eerste les die op de noodzaak wijst te streven naar vrijheid voor de gemeenschap, want naar mijn overtuiging is dat de belangrijkste les van allemaal.’
Tollende zwarte rook
Radicale taal, toen én nu, maar de cruciale bijdrage van de nieuwe president die in 1933 aantrad, was dat hij besefte dat de dingen als geheel aangepakt moesten worden, dat het land onmogelijk hersteld kon worden voordat de mensen hersteld waren en andersom. In het hele land zouden meer dan vijfhonderd posten worden opgezet voor het uitvoeren van grondprojecten, onder leiding van ‘Big Hugh’ Bennett en zijn nieuwe Soil Conservation Service. Bennett was een man van de wetenschap, maar ook iemand die zijn hele leven de grond had bewerkt, anders dan de geschifte spoorwegmensen die wanhopige boeren met mooie
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 23
Do_Klimaat_160.indd 23
28-05-19 15:06
fenduq 2 februari 2019 t/m 5 januari 2020 friesmuseum.nl
Foto: Lieven Geuns partners fries museum
projectpartners
Stichting Het Nieuwe Stads Weeshuis | M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting | Vrienden van het Fries Museum
Advertenties.indd 24
28-05-19 15:26
dossier
klimaatverandering
praatjes hadden overgehaald om het land in stukken te scheuren. Op de kwijnende katoenplantage in North Carolina waar hij was geboren en getogen, zag Bennett met eigen ogen hoe het verkeerde gebruik van de grond ervoor zorgde dat die uitgeput raakte. Als ‘Vader van het Landbehoud’ was hij ook een theaterman. In een getuigenverklaring voor het Congres over de noodzaak van zijn nieuwe dienst, hoorde hij dat er weer een storm van ‘tollende zwarte rook’ onderweg was naar Washington en hij wist zijn getuigenverklaring te rekken tot die inderdaad verscheen. Toen hij uitgesproken was, holden de congresleden naar de ramen van het Capitool, om te kijken naar de stofstorm die ‘kwam aangerold als een uitgestrekte roetwolk, dik en weerzinwekkend’, volgens Bennetts biograaf. ‘De hemel kreeg een koperkleur. De zon verdween. De lucht werd zwaar van het gruis.’ ‘Hier, mijne heren, heb ik het over,’ zei Bennett. ‘Daar gaat Oklahoma.’
Socialistisch of fascistisch
De Soil Conservation Service kwam er en de vertegenwoordigers ervan gingen het land in. De dienst werkte samen met de boeren in hun eigen omgeving, omdat de grond in elke regio anders was, en experimenteerde met veelbelovende nieuwe technieken zoals terrassenbouw en contourploegen. Als de boeren van de Dust Bowl er niet voor voelden om te experimenteren, betaalde de Soil Conservation Service hen om deel te nemen aan het werk dat hun boerderij moest redden. De mensen van de ministeries van Landbouw en Binnenlandse Zaken werden ondersteund door jongens van het Civilian Conservation Corps (CCC) – dat door de federale overheid was opgericht en werk bood aan de duizenden verpauperde, dakloze jonge mannen die voorheen op de treinen meeliftten, in kampementen leefden en in de steden rondhingen. Critici noemden zulke New Deal-programma’s socialistisch of fascistisch, maar de CCC betaalde de drie miljoen jongemannen die het in de loop der jaren in dienst had 30 dollar per maand (waarvan ze 25 dollar naar hun familie
moesten sturen) en voorzag hen van fatsoenlijke maaltijden, een goede plek om te slapen, onderwijs, lichaamsbeweging en enig onderricht in houtbewerking. In ruil daarvoor plantten zij duizenden hectaren nieuw buffelgras en andere experimentele droogtebestendige grassen, die van over de hele wereld waren verzameld. Voordat de Tweede Wereldoorlog een eind aan het programma maakte, hadden ze ook meer dan achthonderd nationale parken aangelegd en bijna drie miljard bomen geplant om de grond vast te houden. Samen met Bennetts experimenten was zo meer dan de helft van het beschadigde land hersteld tegen de tijd dat de oorlog begon. De New Dealers bezaten ook de nederigheid om toe te geven dat het land beperkingen kende, zelfs met de nieuwste technologie. Duizenden boeren kregen elders een plek, op boerderijen en in steden; ze keerden een beroep waarvan ze niet konden leven de rug toe en verhuisden – met hulp van overheidsgiften en overheidsfunctionarissen – naar plekken waar zij de unieke Amerikaanse middenklasse zouden vormen die na de Tweede Wereldoorlog opkwam. Dit waren zeer ambitieuze programma’s, maar ze stelden Roosevelt niet tevreden: hij wilde vooral bouwen. Onder druk van de Eerste Wereldoorlog had de federale overheid eindelijk oog gekregen voor het potentieel van de Muscle Shoals. De regering-Wilson had er voor 130 miljoen dollar twee fabrieken gebouwd die nitraat voor munitie verwerkten en was begonnen met de aanleg van een waterkrachtdam die deze fabrieken van stroom moest voorzien. Maar de oorlog was afgelopen voordat de dam helemaal klaar was.
Affiches die de aanplant van nieuwe bomen moesten bevorderen, door Joseph Dusek in 1940. – © Courtesy Library of Congress,
‘Hier, mijne heren, heb ik het over,’ zei Bennett. ‘Daar gaat Oklahoma’
Propaganda 1942–1945
Sovjetdromen
In de eerste honderd dagen van Roosevelt werd, als onderdeel van de New Deal-wetgeving de Tennessee Valley Authority (TVA) opgezet: het grootste waterkrachtbouwproject ooit in de Verenigde Staten. Een vooraanstaand Republikein noemde dit in het Congres ‘het navolgen van een van de Sovjetdromen’ en The New York Times ver-
zuchtte dat dit ‘het dieptepunt was van de dwaasheid binnen het Congres’. Het werk aan de TVA ging vrijwel meteen van start. In 1934 werkten meer dan negenduizend mannen (en enkele vrouwen), van wie velen afkomstig uit de omgeving, aan het ontwerp en de bouw van de TVA – een aantal dat aangroeide tot bijna veertigduizend in 1942. In datzelfde jaar waren er twaalf waterkrachtcentrales en een stoomcentrale in aanbouw. Alles bij elkaar zouden er 49 dammen worden gebouwd in 6 staten. De TVA was meer dan alleen een werkgelegenheidsproject of een goedkoop nutsbedrijf. Onder de briljante, ambitieuze David Lilienthal, lid van de driekoppige directie, verspreidden de voordelen ervan zich even snel over de regio als het overstromingswater van
.
de Tennessee ooit had gedaan. Al snel vormde zich een keten van nieuwe dammen, fonkelende juwelen in het donker: de Fontana, de Hiwassee, de Douglas en de Chickamauga – zo indrukwekkend dat ze onmiddellijk een toeristenindustrie op gang brachten, met duizend mensen per dag die toestroomden om de dammen te zien groeien. Erachter ontstond een sportparadijs van stuwmeren en bijna 120 duizend hectare aan wildreservaten, nationale parken en bossen, recreatieparken en kampeerplaatsen. In de jaren daarna zou de TVA nog dringender en verstrekkender doelen dienen. De dammen en fabrieken produceerden grote hoeveelheden munitie om de oorlogsinspanning te ondersteunen. De TVA maakte ook de bouw mogelijk van het belangrijkste atoomcentrum in Oak Ridge, Tennessee – onderdeel van het uitgebreide, landelijke Manhattanproject dat de bommen maakte die het eind van de Tweede Wereldoorlog zouden betekenen. Het was de TVA die de ontwikkeling mogelijk maakte van Huntsville,
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 25
Do_Klimaat_160.indd 25
28-05-19 15:06
dossier
Alabama, eerst als het hart van de munitieproductie tijdens de oorlog, daarna als het belangrijkste centrum van de NASA. En na de oorlog was het de TVA die de grootschalige industriële ontwikkeling van de ‘New South’ van stroom voorzag, van de Muscle Shoalsmuziekstudio’s tot de autofabrieken en bedrijven die het zuidwesten van de Verenigde Staten totaal veranderden. Toch ging het bij de Tennessee Valley Authority nooit alleen maar om het voorzien in banen in de bouw of zelfs om het leveren van stroom aan de nieuwe industrieën in de omgeving, hoe belangrijk die ook voor de toekomst waren. De TVA zette ook de Electric Home and Farm Authority (EHFA) op, om ervoor te zorgen dat al die dammen ook iets zouden hebben om stroom aan te leveren. De EHFA verstrekte de goedkope financiering die plaatselijke bewoners in staat stelde om elektrische fornuizen, koelkasten, lampen, strijkijzers, waterkokers en waterpompen te kopen. Bijna van de ene dag op de andere konden de mensen van de Valley nu ook beschikken over de huishoudelijke voorzieningen die zoveel van hun landgenoten in de steden al lang hadden. De nitraatfabrieken produceerden kunstmest, die gratis werd geleverd, om de aarde te herstellen. De Forest Service en de CCC herplantten de bossen en Bennetts grondploegen haalden de boeren in de regio over om gewassen af te wisselen en deelden nieuwe landbouwwerktuigen en technieken met hen. Het Army Corps of Engineers groef een kanaal rond de ‘vuist van de duivel’, zodat de Tennessee nu voor het eerst over de gehele lengte bevaarbaar werd. In minder dan twintig jaar, van 1933 tot 1952, groeide het verkeer over de rivier van 32 miljoen tot meer dan 800 miljoen ton per mijl. En het allerbelangrijkst: de US Public Health Service roeide malaria en de meeste andere ziekten in de Valley uit, en verlengde het leven van talloze vrouwen door te zorgen voor goede zwangerschaps- en bevallingszorg.
Decreet
Tegenwoordig zullen nog maar weinig natuurbeschermers het onbekommerde enthousiasme voor de dammen van de TVA – of van de oude New Deal – delen, nu we meer weten over het
klimaatverandering
Hydro-elektriciteit, een vorm van groene stroom, wordt opgewekt uit stromend water. © L ibrary of congress
het niet van tevoren gepland was. Fouten kunnen worden gecorrigeerd, windkracht kan kolen vervangen, mensen kunnen opnieuw beginnen na een ramp. ‘Het kunnen overheidsprogramma’s à la de TVA zijn, maar ook publiek-private samenwerkingen. Het kan op gemeentelijk niveau gebeuren. Er kunnen aanbestedingen worden gedaan. Dus het is niet zo dat de overheid met een toverstokje zwaait en zegt: wij gaan het allemaal zelf doen,’ zei Congreslid Alexandria OcasioCortez nadat ze de Green New Deal had gepresenteerd.
Machtsstructuur
Windkracht kan kolen vervangen. © Unsplash
effect daarvan op hele ecosystemen. Er waren ook nog de fatale arbeidsongevallen die de Green New Dealers nu niet zouden accepteren. Maar een decreet van president Roosevelt in mei 1935 zorgde er wel voor dat de banen bij de publieke werken toegankelijk waren voor alle rassen, en dankzij andere federale programma’s, zoals de Resettlement Administration (later de Farm Security Administration) konden veel zwarten boeren ontsnappen aan de ketenen van het pachtersbestaan in de regio. Alles bij elkaar verplaatste de
TVA vijftienduizend gezinnen van het land naar nieuwe boerderijen en stadjes, waarna de hoeves en dorpjes waar deze families generaties lang hadden gewoond onder stuwmeren werden verdronken – ook iets waaraan de Green New Deal, met zijn nadruk op respect voor arme gemeenschappen, waarschijnlijk niet snel zou beginnen. De TVA schiep geen utopie. Maar als er eenmaal een dergelijke structuur is opgezet, die oog heeft voor de menselijke noden in het gebied, kan bijna alles wat nuttig is gebeuren, ook als
Haar verklaring was zowel genuanceerd als deskundig – en de reacties erop waren zo giftig, zo persoonlijk en dom, zo woedend en star dat ze kennelijk een zenuw diep in de machtsstructuur van het land had geraakt. Het protest van rechts was voorspelbaar, en voorspelbaar dom: de Democraten willen koeien en vliegtuigen en uw SUV afschaffen en overgaan op ‘oorlogssocialisme’. Verrassender was misschien de woede die de Green New Deal losmaakte bij wat doorgaat voor het respectabele, gematigde – en zelfs liberale – denken in het huidige Amerika. De OcasioCortez-resolutie is een ‘fantasie’ die ‘de broodwinning van werkenden dreigt te vernietigen’ en ‘de tegenstellingen en ongelijkheid vergroot’, beweerde vakbondsman Terry O’Sullivan. Het waren de ‘holle leuzen’ van ‘mensen die geloven dat het kapitalisme de wortel van alle problemen is’, volgens Jonathan Chait van New York Magazine. De Green New Deal zal de steun van ‘te veel werkenden’ verliezen, met haar ‘onpraktische, onhaalbare doelen’. ‘Dit zou een gevaar zijn voor de in mijn ogen zeer belangrijke ontwikkeling bij de grote energiemaatschappijen die hun bedrijfsvoering willen veranderen om te kunnen functioneren in een CO2-arme wereld,’ aldus Obama’s voormalige energieminister Ernest Moniz, tegenwoordig directielid bij een particuliere energiereus. The Sunday Times berispte OcasioCortez en haar staf omdat ze ‘drie strategieën als onaanvaardbaar van de hand wijzen die volgens deskundigen noodzakelijk zijn voor elke oplossing: kernenergie, technologie waarmee
pagina 26 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Do_Klimaat_160.indd 26
28-05-19 15:06
dossier
klimaatverandering
fossiele brandstofcentrales hun eigen emissies kunnen afvangen en opslaan, en marktgebaseerde oplossingen zoals een CO2-tax of [...] emissiehandel.’ En de bottomline van het artikel in de Times: ‘Wil de Green New Deal de klimaatcrisis aanpakken? Of dient de klimaatcrisis als dekmantel voor een verlanglijst voor progressief beleid en een niet al te subtiele poging om de Democratische Partij naar links te trekken? [...] Als je goed leest wil de resolutie niet alleen een CO2-neutraal energiestelsel bereiken, maar ook de economie zelf hervormen.’
Leiderschap
De antwoorden op deze vragen: ja en ja. We moeten de klimaatverandering aanpakken en we moeten de manier waarop het politieke en economische systeem werkt in dit land veranderen – net zoals we dat tijdens de crisis in de jaren dertig hebben gedaan. Het is onmogelijk om de ene vitale kwestie aan te pakken zonder de andere. Het politieke establishment, zelfs binnen de Democratische Partij, lijkt dit niet te begrijpen, net zomin als de Congresleden die naar Hugh Bennett luisterden begrepen hoe urgent het probleem was tot ze door de ramen van het Capitool keken en Oklahoma voorbij zagen waaien. Onder verantwoordelijk leiderschap valt ook het waarschuwen van mensen voor opdoemende problemen en ze aanzetten om er iets tegen te doen, en in deze crisis hadden we – zoals in zoveel crises – veel minder hoeven doen als we eerder waren begonnen. Wat ook bij leiderschap hoort is effectief reageren op dringende problemen die niemand heeft zien aankomen. Het verkalkte leiderschap van de Democratische Partij en de gewichtige berispingen in de Times richten zich op de grote dringende problemen van straks, ooit op een dag, misschien. Maar het is een waanidee om te geloven dat we bij de dringende problemen van nu gewoon kunnen blijven doen wat we altijd hebben gedaan. De ideeën van de Green New Deal om de opwarming van de aarde te stoppen en terug te dringen – voornamelijk door de Amerikaanse economie ‘zoveel als technologisch haalbaar is’ CO2-vrij te maken via grote investeringen in hernieuwbare energie, een smart elek-
triciteitsnetwerk en grotere energieefficiëntie, uitgebreid openbaar vervoer en de bevordering van duurzame landbouw, het planten van meer bos en het herstellen van ecosystemen – zijn wel degelijk praktisch, want die dingen moeten gebeuren, willen we overleven op deze planeet. Ze liggen in dezelfde lijn als wat we eerder hebben gedaan toen het nodig was. Bezwaren als ‘hoe kunnen we dat ooit betalen?’ zijn regelrecht obsceen op dit punt in onze geschiedenis. Hoe we het kunnen betalen? Misschien door een zak of twee achter te houden van al het goud dat we nu naar de rijken smijten? Misschien door Jeff Bezos geen prikkel van 3 miljard dollar aan te bieden om zijn bedrijf van pakhuisslaven te verplaatsen naar een wijk die al elke dag volloopt met wolkenkrabbers vol ‘kenniswerkers’? Misschien door een beetje te bezuinigen op onze 800 militaire bases over de hele wereld en op een defensiebudget van 686 miljard dat even groot is als dat van de rest van de wereld bij elkaar? In een land dat zo rijk is en waarvan zo’n groot deel van die rijkdom openlijk in verkeerde handen is of wordt gestolen, valt de vraag hoe we het kunnen betalen om onze medeburgers gezonder, intelligenter en rijker te maken simpelweg niet serieus te nemen. De sociale en economische
Bezwaren als ‘hoe kunnen we dit betalen’ zijn regelrecht obsceen hervormingen van de Green New Deal zijn waar we ooit als samenleving naar streefden, waar we al die tijd naar hadden moeten streven. Denk je dat de Green New Deal angstaanjagend is of onrealistisch? Kijk dan eens naar het gematigde alternatief voor de toekomst: ‘Stel je eens voor dat ik staalarbeider ben in Pittsburg en lid van de bond, maar in het weekend voor Uber rijd en de slaapkamer van mijn kind verhuur via Airbnb – en dat ik bij Walmart winkel op zoek naar de goedkoopste Chinese importartikelen en wat ik daar niet kan vinden via Amazon koop
met behulp van een chatbot die een mens heeft vervangen?’ Een fantasie van Thomas Friedman, niet toevallig in dezelfde column waarin hij ook Ocasio-Cortez wegzette als gestoorde utopist. (Friedman heeft herhaaldelijk beweerd dat Airbnb vooroploopt op weg naar een ‘deeleconomie’ waarin mensen in hun eigen huis een restaurant kunnen beginnen. En dat dat iets goeds is.) De werkelijkheid is natuurlijk dat de meeste georganiseerde staalarbeiders al decennia geleden uit Pittsburg zijn vertrokken, en dat Uber en veel andere chauffeursbanen – waarin zo’n vijf miljoen Amerikanen werken – binnen tien of twintig jaar waarschijnlijk ook verdwenen zullen zijn door de opkomst van de zelfrijdende auto en vrachtwagen. Het probleem zal zijn om voor al degenen die niet in staat of bereid zijn om een souschef in de babykamer onder te brengen, genoeg werk te vinden – of een gegarandeerd overheidsinkomen.
Vermarkten en verkopen
Veelzeggend is dat al die geërgerde politici en geleerden nog het kwaadst worden over de mogelijkheid dat mensen misschien niet in het jachtige tempo blijven werken dat onze westerse economie nu eist. Zij beloven alleen de versnelling van geestdodende arbeid en meer dingen die moeten goedmaken wat er allemaal is mislukt: kernreactoren en ‘schone kolen’ en wie weet wat voor wonderen nog meer, terwijl het water stijgt en de wind loeit en het land brandt. Enorme dijken? Ontziltingsinstallaties, gerecycled afvalwater en huizen die gebouwd zijn als bunkers? De mogelijkheden zijn eindeloos, en daarom maken onze leiders zich niet werkelijk zorgen over de klimaatverandering zelf, alleen over de mogelijkheid dat die echte sociale en economische verandering zal brengen. Wat zij beloven is letterlijk: de winkel blijft geopend en zakendoen gaat voor. Het maakt niet uit hoezeer de aarde of ons leven op die aarde beschadigd raken, het enige wat telt is dat er iets te vermarkten en te verkopen valt. ‘In ons bruto nationaal product... tellen ook luchtvervuiling en sigarettenreclame mee, en ambulances om de gewonden van onze snelwegen te halen,’ zei Robert F. Kennedy in een beroemde toespraak op de universiteit van Kansas, een paar maanden voor zijn dood. ‘Ook speciale sloten voor onze deuren tellen erin mee en de gevangenissen voor de mensen die ze openbreken. De vernietiging van de
mahoniebossen en het verlies van onze natuurlijke pracht in een chaotische verstedelijking. Ook napalm telt mee en kernkoppen en pantserwagens voor de politie om de rellen in onze steden te bestrijden. Het geweer van Charles Whitman telt mee en het mes van Richard Speck en de tv-programma’s waarin geweld wordt verheerlijkt om speelgoed aan onze kinderen te verkopen.’ Indertijd klonken Kennedy’s woorden voor de hand liggend, afgezaagd zelfs. Maar ze zijn pijnlijk relevant, meer dan een halve eeuw later, nu onze puur commerciële benadering van het leven op deze planeet doodloopt. Hierin schuilt de onderliggende eenvoudige genialiteit van de Green New Deal: de erkenning dat we niet op de oude voet door kunnen gaan, waarbij we niet alleen de aarde, maar ook elkaar beschadigen, via het huidige economische systeem waardoor we ons onder de voet hebben laten lopen. De Green New Deal is, zoals de naam al zegt, bedoeld als een herstel, een terugkeer naar de eerlijkheid, de menselijke maat, de waardigheid van een werkend leven, die moedwillig verlaten en bespot zijn door zoveel van onze vooraanstaande politici en commentatoren. Als we willen overleven, zullen we hen moeten negeren. Zij hebben duidelijk niets meer te bieden. Het manifest waarin de Green New Deal werd bekendgemaakt, zal niet letterlijk worden uitgevoerd. Over sommige onderdelen zullen compromissen worden gesloten, sommige zullen worden verbeterd, toegevoegd of geschrapt. Maar het kan maar beter wel in werking treden, anders zullen we toekomstige generaties een wereld van ongekende natuurrampen nalaten. Ongetwijfeld wordt het een zware klus. Maar er is één troost: we hebben het eerder gedaan.
Harper’s
VS | maandblad | oplage 220.000 Het oudste maandblad (1850) in de Verenigde Staten. Onder de medewerkers mag het onder anderen Mark Twain, Winston Churchill en Theodore Roosevelt rekenen. Inmiddels heeft elke gerenommeerde schrijver in het blad gepubliceerd, dat dan ook veelvuldig internationaal in de prijzen viel.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 27
Do_Klimaat_160.indd 27
28-05-19 15:06
europa
duitsland
‘Europa kan niet meer leven met grenzen’ Wat moet er van ons continent terechtkomen? Op visite bij de man die jarenlang burgemeester van Schengen is geweest. Hij is een fervent voorstander van de Europese gedachte en een even fervent tegenstander van grenscontroles.
Tegenwoordig doen 26 Europese landen mee aan Schengen. Het verdrag gold jarenlang als een succesverhaal. Maar na de terreuraanslagen en het toenemende aantal vluchtelingen in het najaar van 2015 nam het aantal landen dat zijn grenzen liever zelf wilde bewaken toe. Zoals Duitsland, ook al werd het daarvoor berispt door deskundigen en de Europese Commissie.
Süddeutsche Zeitung | München
‘P
aspoortcontrole. Iedereen lachen graag.’ Een jonge Duitse politieagent in een felgeel hesje komt wijdbeens voor in de groene touringcar staan. Met zijn wijsvingers maakt hij een gebaar van zijn mondhoeken naar zijn slapen en tekent zo een overdreven glimlach. ‘Smile please!’ Een maandagmiddag aan de grenspost Walserberg tussen Oostenrijk en Duitsland. Jarenlang kon je op dit stukje snelweg gewoon doorrijden, want beide landen behoren tot de 26 landen die het Verdrag van Schengen hebben ondertekend en dus afzien van paspoortcontroles aan de binnengrenzen. Maar nadat hier in het najaar van 2015 honderdduizenden vluchtelingen de grens passeerden, wordt er weer gecontroleerd. Ook nu deze aantallen allang verleden tijd zijn, heeft minister van Binnenlandse Zaken Horst Seehofer de grenscontroles onlangs opnieuw verlengd, tot november 2019. Het zou ‘om redenen van migratie- en veiligheidspolitiek’ nog niet verantwoord zijn daarvan af te zien, zei hij. Zeven andere landen, waaronder Frankrijk, Oostenrijk, Zweden en Denemarken, zien dat ook zo. Ze hebben allemaal weer grensbewaking ingesteld. Schengen is mislukt, roepen rechtse politici, zoals de cofractieleider van de AfD, Alice Weidel, en de voorzitter van het Rassemblement National, Marine Le Pen, die eisen dat de grenzen weer hermetisch gesloten worden.
Doelgerichte controle
Grenspost Walserberg tussen Oostenrijk en Duitsland. – © HH
Drielandenpunt Schengen
Eigenlijk controleert Duitsland maar bij 3 van de 72 grensposten
Europamuseum
Roger Weber snuift als hij over Walserberg hoort en fronst zijn voorhoofd. ‘Europa kan niet meer leven met grenzen,’ zegt de 67-jarige Luxemburger in vloeiend Duits waar een vleugje Letzeburgs en Frans in te horen is, waardoor zijn ‘nicht’ als ‘nischt’ klinkt. Voor Weber zijn paspoortcontroles een relict uit lang vervlogen tijden. Dat die nu op veel plaatsen in de EU weer normaal zijn, ergert hem zichtbaar. Tien jaar is Weber burgemeester van Schengen
Süddeutsche Zeitung Duitsland | dagblad | oplage 445.000
Opgericht in 1945. De intellectuele, liberale krant van links Duitsland. Samen met de FAZ een van de belangrijkste dagbladen van het land. De SZ staat bekend om de drie-eenheid tolerantie, onafhankelijkheid en waakzaamheid.
geweest, het Luxemburgse dorp aan de Moezel bij het drielandenpunt met Frankrijk en Duitsland, waar het historische verdrag zijn naam aan ontleent. Nu zit hij in zijn blauwe pak, het dunne witte haar een beetje in de war, in het oudste gebouw van het 500 inwoners tellende plaatsje. Achter hem aan de muur hangen foto’s in gouden lijstjes: Weber met Jean-Claude Juncker, Weber met Martin Schulz, ook Angela Merkel en de paus zijn al op bezoek geweest. Elk jaar komen er tegen de 40.000 bezoekers naar Schengen, waaronder veel politici. Maar ook toeristen uit China en Turkije, en natuurlijk nog veel meer uit de EU. Voor die laatste groep is Schengen bijna een bedevaartsoord. Voor de droom van een Europa zonder grenzen, met inbegrip van de Europese idealen van vrijheid en een naar elkaar toegegroeid Europa. ‘Schengen is het bekendste dorp ter wereld. Na Bethlehem dan,’ zegt hij met een ondeugend lachje. Je mag Weber gerust mister Schengen noemen, zo heftig roert hij zich over het verdrag. Hij zorgde ervoor dat in het wijndorpje een Europamuseum werd opgericht, en een shop voor toeristen en Europagekken waar je uit een automaat een paars nuleurobiljet kunt kopen. Nu marcheert Weber langs de gietijzeren sterren die hij aan de oever van de Moezel heeft laten neerzetten en die Europa symboliseren.
Maar eigenlijk controleert Duitsland maar bij 3 van de 72 grensposten. Het gaat er niet zozeer om een daadwerkelijke, doelgerichte controle uit te voeren als wel om de bevolking een gevoel van veiligheid te geven. Dat het überhaupt doorging en niet als schending van het verdrag werd beschouwd, komt volgens Constantin Hruschka van het Max-Planck-Institut für Sozialrecht und Sozialpolitik in München, doordat het om landen gaat die in de EU veel gewicht in de schaal leggen en pal staan voor de Europese gedachte. Daarom heeft de Europese Commissie het tot nu toe bij woorden gelaten, zij het krachtige woorden: ‘Als Schengen sterft, sterft Europa,’ aldus de EU-commissaris voor Binnenlandse Zaken Dimitris Avramopoulos. Dat het er werkelijk van zou komen, kan oud-burgemeester Weber bijna niet geloven. In Schengen zelf is er niets van te merken. Alleen door de verschillende verkeersborden kun je op het drielandenpunt zien dat je vanuit Duitsland Frankrijk of Luxemburg in rijdt. De grens zelf is onzichtbaar. En het enthousiasme voor Europa is hier in menige voortuin te zien: daar wappert de Europese vlag tussen de hortensia’s. Voor een klein land als Luxemburg zou een herbezinning op nationale grenzen dodelijk zijn, zegt Weber. Tenslotte pendelen er elke dag duizenden mensen uit de aangrenzende landen naar Luxemburg. ‘Wij maken geen enkel onderscheid meer, we hebben daar net zo goed familie als hier, en hier net zo goed vrienden als daar. ‘En dat moeten we in de toekomst zo houden.’ Leila Al-Serori
pagina 28 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Europa.indd 28
28-05-19 14:24
europa
spanje De Britse vlag aan het strand van het Spaanse Benalmadena. © Getty Images
248.824 Britten wonen in Spanje El Diario | Madrid
De Britse gemeenschap in Spanje staat niet meer in de rij bij de makelaarskantoren, maar bij de gemeente. Ze willen zich inschrijven als ingezetene om aanspraak te kunnen maken op de Spaanse gezondheidszorg.
‘B
rexit? Hou er alsjeblieft over op, alle Engelse politici zijn bullshit.’ Zo vat Martin Roger, een Brit die al dertien jaar in Torrevieja woont, de afkeer van de murw geslagen Britse kolonie samen. De overwinning van de brexiteers in 2016 resulteerde niet alleen in een hete zomer voor de in Alicante wonende Britten, die volgens het Instituto Nacional de Estadística (Spaanse bureau voor de Statistiek) met 67.883 inwoners de grootste groep vormen; in totaal wonen er 248.824 Britten in Spanje. Na het referendum sloeg de paniek toe, wat zich vertaalde in lange rijen voor de makelaarskantoren, zo vertelt José Orts, eigenaar van een makelaarskantoor in de hoofdstraat van Rojales, een gemeente in de provincie Alicante. ‘Nogal wat Engelsen raakten in paniek en verkochten hun woning. Maar het tij lijkt te keren. Er wordt nu meer gekocht dan verkocht,’ aldus de makelaar. Over de gehele linie kun je concluderen dat de onzekerheid over de nare gevolgen die een harde brexit zou kunnen hebben geen exodus heeft veroorzaakt,
zoals bepaalde media voorspelden. Taxichauffeur Fidel beaamt dit. Hij vervoert al veertig jaar Britten die in San Fulgencio wonen, drieduizend in getal, ongeveer veertig procent van het totaal aantal inwoners van het stadje. ‘Ik heb veel contact met de Britten omdat zij een taxi nemen, in tegenstelling tot de Spanjaarden,’ moppert hij. Heeft hij gemerkt dat de afgelopen drie jaar het aantal Britten is afgenomen? ‘Absoluut niet,’ antwoordt hij. ‘Ze gaan niet weg en er komen er ook niet meer bij,’ zegt Sofía Álvarez, die als wethoudster verantwoordelijk is voor de buitenlandse inwoners met een verblijfsvergunning in Orihuela, waar 9500 expats wonen.
ziekte aanspraak te kunnen maken op de Spaanse gezondheidszorg. In Orihuela, de hoofdstad van de streek Vega Baja del Segura, is het aantal Britse ingezetenen de afgelopen jaar met 5 procent gestegen, net als in Rojales, waar de grootste concentratie buitenlanders (70 procent) van het land woont. Daarvan is 35 procent Brits, oftewel 6.256 inwoners sinds 5 april jl. Volgens de gemeente zijn dat er 298 meer dan vier maanden geleden. ‘Het is een tendens die ook wordt gesignaleerd door het provinciebestuur van Alicante en de verschillende kleinere gemeentes, die regelmatig werden gebeld door het Britse consulaat,’ aldus Derek Monk, sinds 2011 wethouder voor de socialistische partij met in zijn portefeuille de integratie van buitenlanders. ‘De paniek is afgenomen, mijn landgenoten vertrouwen erop dat er geen radicale veranderingen zullen komen in kwesties als de ziektekostenverzekeringen in het geval van een harde brexit,’ zegt Monk, die twintig jaar geleden naar Spanje emigreerde. De ziektekostenverzekering houdt Christine Arnsby niet zo bezig. Zij heeft al veertig jaar een platen- en kledingzaak in Torrevieja. ‘Ik heb een groot deel van mijn leven hier belasting afgedragen en ben verzekerd voor gezondheidszorg,’ vertelt de gepensioneerde vrouw. Christine Martin maakt zich wel zorgen over de gevolgen van een brexit. Ook zij is gepensioneerd en woont al dertien jaar in Torrevieja. Ze mocht meedoen aan het referendum omdat ze binnen de vijftien jaar viel die Groot-Brittannië als grens stelde aan geëmigreerde Britten. ‘Uiteraard heb ik voor blijven gestemd. Mijn pensioen ontvang ik uit Engeland, al betaal ik hier in Spanje belasting. Dus als je me vraagt hoe ik de toekomst voor me zie dan heb ik geen idee,’ bekent ze. Terug naar makelaar José Orts, die ook ziektekostenverzekeringen verkoopt, al heeft hij geen enkele Brit in zijn klan-
El Diario Spanje | eldiario.es
Tendens
Het is nu zo, aldus bronnen, dat de Britse gemeenschap in Spanje niet meer in de rij staat bij de makelaarskantoren maar bij de gemeente. Ze willen zich inschrijven als ingezetene van Spanje – iets waar ze vroeger nogal voor terugschrokken – om in geval van
Digitaal dagblad met politiek en economisch nieuws, achtergronden en opinie. Oprichter is politiek commentator Ignacio Escolar, voorheen verbonden aan de eveneens Madrileense krant Público, die zich specifiek op jongeren richt. Onafhankelijk en progressief.
tenkring. ‘De afgelopen drie jaar is er geen Brit geweest die een verzekering van me wilde. Het kan zijn dat ze afwachten op wat er daadwerkelijk gaat gebeuren als de brexit een feit is of dat ze over weinig middelen beschikken,’ zegt Orts. Een van de dingen waar niet de Britten zich zorgen over maken, maar de politici en de inwoners van Alicante die leven van de toeristenindustrie, is de vraag of zij iets zullen merken van de brexit. Voor de zomer van 2019 zijn er al zes procent minder all-inclusivezonvakanties geboekt dan in 2018. ‘Fakenews bepaalde niet alleen de campagne van de brexiteers, maar bereikte ook de Britten die hier in Alicante wonen,’ beaamt Karen Mailing, voorzitter van de winkeliersvereniging in Benidorm. ‘We doen ons best om de juiste informatie te geven, maar de geruchtenmachine is sterker. Een aantal dagen geleden bereikte me het gerucht dat op het moment dat we uit de Europese Unie stappen onze paspoorten en rijbewijzen niet meer geldig zijn. Dat is complete onzin,’ zegt Darren Parmenter, die al 28 jaar in Spanje woont.
Integreren
Naast twijfels over de scheiding tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie is er ook zekerheid. Dankzij een bilateraal verdrag dat Spanje en Engeland in januari van dit jaar hebben gesloten mogen de Britse ingezetenen stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen. De politieke partijen voeren druk campagne en de verschillende gemeentes in Alicante zouden wel eens doorslaggevend kunnen zijn. Dat wil zeggen, als de Britten daadwerkelijk gaan stemmen. In San Fulgencio, bijvoorbeeld, bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2015, stemden maar negenhonderd van de drieduizend Britten die stemrecht hebben. ‘Ze hebben commentaar, ze klagen, maar ze doen niets. ‘Waarom ze niet integreren, zeg je. Dat doen ze wel, maar op hun eigen manier. Kijk, ik spring er een beetje uit omdat ik goed Spaans spreek, maar je moet niet vergeten dat ze vanaf een bepaalde leeftijd het leren van een taal lastig vinden. Maar ze vinden het eten lekker en houden van de Spaanse levensstijl.’ Het verbaast Parmenter niets dat we geen enkel positief geluid horen over de politici in Londen. ‘Als je een pluspunt zou moeten noemen van de brexit dan is dat dat de Britten anders tegen Spaanse politici aankijken, we doen het hier dus zo slecht nog niet.’ Emilio J. Martínez
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 29
Europa.indd 29
28-05-19 14:37
europa
Geen aangedikt loonstrookje
Maar zij doet het in elk geval beter dan de andere naaisters uit dezelfde steeg, die schoenen laten zien die óók hoogwaardig zijn, maar waar in de zool het algemene Made in Italy is gestanst: zij krijgen amper vijftig eurocent per voltooid paar schoenen. Ze weten allemaal voor welke modehuizen ze werken, maar het merk zal er, zo leggen ze uit, nádat zij de schoenen hebben afgeleverd door iemand anders op worden aangebracht. Hoe dan ook, zeggen ze, het is beter om zwart te werken dan ‘je aan de regels te houden en een aangedikt loonstrookje te krijgen’, dat wil zeggen dat hun werkgever tot wel vijftienhonderd euro declareert, terwijl hun echte loon schommelt tussen de vier- en vijfhonderd euro per maand. Het is een geolied mechanisme en kent geen met seizoenen, feestdagen of marktontwikkelingen samenhangende schommelingen. De aflever- en inleverdagen zijn maandag en donderdag: dan komt er iemand langs om de plastic zak op te halen, te controleren of er geen onvolkomenheden zijn en het werk voor de volgende dagen af te leveren. ‘Ieder van ons weet hoeveel schoenen ze in staat is te naaien en
Prada voor een prikkie Il Venerdì di Repubblica | Rome
In de schoenwinkel is Made in Italy een garantie
voor kwaliteit en verfijning. Maar het kan ook een teken zijn van uitbuiting. Italiaanse naaisters maken vaak al sinds hun tienerleeftijd voor een paar eurocent de duurste schoenen.
vraagt niet om meer, want het is van belang dat je netjes werkt en op tijd klaar bent,’ legt een andere vrouw uit, die met vier gezinsleden in een souterrain van een paar vierkante meter woont. Ze moet snel werken, vaak werkt ze ’s nachts door, en als ze het werk niet op tijd dreigt af te krijgen, roept ze de hulp in van haar net achttienjarige dochter. Om haar handen niet te veel te beschadigen draagt ze bij het werk leren handschoenen zonder toppen, zodat ze nog wel met de draden overweg kan. In Buonabitacolo gaat het beroep van naaister over van moeder op dochter, van jongs af aan. ‘Ik ben begonnen op mijn achtste en vanaf dat moment ben ik nooit meer opgehouden, we waren met zeven kinderen en moesten onszelf onderhouden. Van mijn eerste verdiensten heb ik zelfs een brommer kunnen kopen,’ vertelt de naaister die met de Ferragamo-schoenen bezig is. Ze vindt dit soort thuiswerk minder vermoeiend dan toen ze elke ochtend in het busje van een koppelbaas stapte
om in de Piana del Sele aan het werk te gaan als aardbeienplukster. ‘Als je thuis werkt,’ zegt ze, ‘kun je tenminste zelf je tijd indelen.’ Als ze 12 uur onafgebroken werkt, lukt het haar om maar liefst 25 paar te naaien, een per halfuur. Soms, als het ontwerp erg ingewikkeld is, komt ze niet verder dan tien, maar dan loopt de vergoeding ook op tot anderhalve euro.
Reshoring
Volgens de opstellers van het rapport The Real Cost of Our Shoes (gemaakt in opdracht van het Centro Nuovo Modello di Sviluppo en van de organisatie FAIR voor de campagne Change Your Shoes, die het maatschappelijk gedrag en het milieubewustzijn van schoenenmerken monitort) is de uitbuiting van de naaisters uit Buonabitacolo de prijs die wordt betaald voor het zogeheten reshoring, oftewel het terughalen van de productie van hoogwaardige producten naar Italië, na jarenlang te zijn verplaatst naar het Verre Oosten of Oost-Europa. ‘Hoewel de grote merken
Buonabitacolo in de regio Campania
© Courrier International
I
n de Via La Greca, een steegje in het oude centrum van het dorp Buonabitacolo in het uiterste zuiden van de regio Campania, zit een groep vrouwen van middelbare leeftijd voor een portiek. Ze zijn bezig met het naaien van elegante schoenen voor de herfst- en wintercollecties van een aantal gerenommeerde modemerken. Met enige regelmaat halen ze een nieuw paar tevoorschijn uit een doorzichtige plastic zak. Ieder heeft haar eigen plastic zak, die ze na afloop van het werk weer moet inleveren. Een van hen wil wel praten, maar alleen als ze de garantie krijgt dat ze anoniem blijft. Ze laat het paar schoenen zien dat ze aan het afwerken is – duidelijk leesbaar is het merk Ferragamo. Het zal worden verkocht voor minstens vijfhonderd euro. Zij daarentegen zal van de plaatselijke onderaannemer aan wie het naaiwerk is uitbesteed, voor datzelfde paar één euro en twintig cent krijgen. In contanten, zonder contract of premieafdracht.
italië
leveringscontracten afsluiten met slechts enkele ondernemingen, is het aantal bedrijven dat deel uitmaakt van de productieketen in werkelijkheid veel groter, omdat die ondernemers een deel van het werk weer doorschuiven naar bedrijven lager in de keten.’ ‘Oorzaken die bijdragen aan dit fenomeen zijn de zeer korte leveringstermijnen en de zeer lage prijzen,’ schrijven de onderzoekers. ‘Hoe verder je afdaalt in de keten, hoe lager de prijzen zijn, omdat elke onderaannemer wat aan de volgende probeert te verdienen en zijn deel neemt van de prijs die is overeengekomen met de klant. En als de prijzen zo laag zijn dat ze zelfs de kosten van levensonderhoud niet kunnen dekken, betreden we de schimmige wereld van de ondergrondse economie, die wordt bevolkt door bedrijven die proberen geld te verdienen door hun werknemers, de fiscus en het socialezekerheidsstelsel op te lichten.’ In het onderzoek zijn merken tegen het licht gehouden als Geox, Prada en Tod’s (Ferragamo heeft de toegestuurde vragenlijst kennelijk niet beantwoord). Op deze manier is het Made in Italy gegarandeerd, maar is er met de overgang van Albanië of Bangladesh naar Zuid-Italië aan de werkomstandigheden niets veranderd. ‘Als je kijkt naar de loonkosten, en dus het productievoordeel, zijn sommige gebieden in ons land vergelijkbaar met Oost-Europa, waarbij de besparing voor de producenten oploopt tot 25 procent,’ zegt Deborah Lucchetti, medeopsteller van het rapport. Een van die lowcostgebieden is Casarona in Puglia, een productiecentrum van schoenen voor luxemerken, waaronder Gucci, Prada, Salvatore Ferragamo en Tod’s, zoals afgelopen september te lezen viel in een artikel over de ‘onderwatereconomie’ van luxegoederen in Italië, gepubliceerd in The New York Times. En ook de driehoek Buonabitacolo-Casalbuono-Montesano sulla Marcellana, in de in zuidelijk Campania gelegen Vallo di Diana, is zo’n gebied. Als je daar het spoor volgt van de schoenen die door de vrouwen in de steegjes van het oude centrum zijn genaaid, kom je uit bij een loods zonder opschriften, net buiten het dorp, tussen de afrit van de snelweg SalernoReggio Calabria en de oprit van de
pagina 30 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Europa.indd 30
28-05-19 14:37
europa
italië
Ferragamo tijdens de Fashion Week in Milaan. – © Christian Vierig / Getty
autoweg naar de kust. Het is de vestiging van Edicartoshoes, een schoenenbedrijfje waar tientallen plastic zakken vol schoenen liggen opgetast, identiek aan die van de naaisters uit de Via La Greca. Emanuel Tordo, de eigenaar, zegt dat hij alleen voor Ferragamo werkt, dat de genaaide en verpakte schoenen klaar zijn om naar Florence te worden vervoerd en dat al zijn werknemers een geldig contract hebben.
Druppel in de zee
Het Florentijnse modehuis heeft desgevraagd bevestigd dat het een onderaannemer betreft. Een woordvoerder heeft verklaard dat ‘Salvatore Ferragamo zich naar aanleiding van het rapport onmiddellijk heeft beijverd om nadere inlichtingen in te winnen. Het bedrijf heeft contact opgenomen met de leve-
rancier en heeft hem verzocht meteen maatregelen te treffen met de onderaannemer om ervoor te zorgen dat de toezeggingen met betrekking tot een ethisch productieproces en de bescherming van de werknemers zullen worden nageleefd en dat eventuele tekortkomingen zullen worden verholpen’. Naar verluidt is de uitbesteding van het werk aan Edicartoshoes al vóór de publicatie van dit artikel stopgezet, na door het modehuis verrichte interne controles. De naaisters uit de Via La Greca zouden nu rechtstreeks moeten worden gecontracteerd door de hoofdleverancier. Het probleem is dat ze een druppel zijn in een zee van onderbetaald zwartwerk door vrouwen in de textielen schoenenindustrie in genoemde regio’s. Het betreft niet alleen thuiswerk. In 2006 veroorzaakte de dood
€ 0,50 Ze krijgen amper vijftig eurocent per voltooid paar schoenen
Il Venerdì di Repubblica Italië | repubblica.it/venerdi
Deze bijlage wordt op vrijdag bij La Repubblica gepubliceerd met reportages en columns van gerenommeerde schrijvers uit de doordeweekse krant.
van twee matrasnaaisters – van wie er een net vijftien was – in een illegale werkplaats in de kelder van een gebouw in het naburige Montesano Scalo, een enorm schandaal. Zelfs de toenmalige president van Italië, Giorgio Napolitano, liet zijn verontwaardiging blijken. Boven de kelder bevond zich een basisschool, maar niemand had ooit ergens aangifte van gedaan. Regisseur Andrea D’Ambrosio heeft er in 2016 een film over gemaakt, Twee euro per uur, met Peppe Servillo in de rol van de onderaannemer. ‘Ik stuitte op een muur van stilzwijgen en ze hebben me zo tegengewerkt dat ik me gedwongen zag de film heel ergens anders te draaien,’ aldus D’Ambrosio. En zo is, nadat de schijnwerpers zijn gedoofd, alles zoetjesaan weer net zo geworden als het was. Angelo Mastrandrea
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 31
Europa.indd 31
28-05-19 18:14
de amerika’s
cuba
Een ambulante groenteen fruitkraam in Havana. © Joris Visser / Unsplash
De zwarte markt als enige reddingsboei Het verlammende effect van de ‘disfunctionele proviandering’ zet volgens Cubanet aan tot een verwoede strijd om het dagelijks bestaan.
Cubanet | Coral Gables
D
e Cubanen die op het eiland zelf wonen weten wat vechten is. Er is altijd wel iets om tegen te vechten. Ze moeten voortdurend iets verzinnen om een overwinning – meestal een pyrrusoverwinning – te behalen op een vijand die zich momenteel opmaakt voor een vernietigende aanval: de schaarste. De Cubanen zijn veteranen in een niet-aflatende oorlog, ontketend door de enig toegestane politieke partij van het land. Ze hebben geen keus dan op enig front mee te doen aan die strijd. Een van de fronten in die oorlog is de lange rij wachtenden voor de schaars bevoorrade staatswinkels, waar de schamele rantsoenen van eieren, reepjes kippenvlees of snuifjes gemalen sojabonen worden uitgedeeld die de mensen met hun bonnenboekje in de hand mogen gaan ophalen. Veel heftiger gaat het toe bij de winkels waar alleen met harde valuta betaald kan worden, vooral als het gaat om plantaardige olie, yoghurt met een smaakje, wc-papier, ingevroren kip of pakken melkpoeder, om maar eens een paar producten te noemen waar veel vraag
naar is. Vooraan in de rij wachtenden staan de speculanten en de coleros (mensen die vroeg in de rij gaan staan om hun plaats bij opbod te verkopen), twee types met een vaste rol in het drama van de schaarste, die bereid zijn tot het uiterste de strijd aan te binden met iedereen die hun positie betwist. Ze vormen twee groepen die samenwerken, en het gaat er hard aan toe. De leden van de ene partij willen de spullen die ze te pakken krijgen zo duur mogelijk verkopen en die van de andere staan hun gunstige plaats in de rij wachtenden af aan de hoogste bieder. De prijs varieert tussen de 1 en 3 CUC (internationaal inwisselbare Cubaanse peso), oftewel tussen de 2 en 5 dollar), afhankelijk van de positie in de rij.
‘Alles is op’
Degenen die niet tot deze troepen behoren moeten zich extra inspannen en lijdzaam afwachten, tot het kortaffe ‘alles is op’ volgt, of tot het slaande ruzie wordt. Het zijn taferelen van een regelrechte oorlog die het Cubaanse volk gedwongen is te voeren, het Cubaanse volk waar Fidel Castro, vanaf het moment
dat hij in 1959 aan de macht kwam, in zijn bombastische openbare toespraken zo gloedvol aan refereerde. Zijn doctrine van verdediging tegen een vermeende agressie door het leger van de Verenigde Staten gaf de aanzet tot de bouw van peperdure schuilkelders overal in het land en de oprichting van de Territoriale Milities, die nergens voor dienen. Na verloop van tijd veranderden de schuilkelders in luxe resorts voor ratten en vleermuizen, alsmede poelen van stilstaand water. Ook de muskieten kunnen zich er naar hartenlust voortplanten.
dag sprake van is, dat is een constante agressie van de staat tegen de gewone Cubaan. De schaarste maakt deel uit van een onverbloemde strategie van sociale controle door de machthebbers en hun trawanten. Aan de ene kant is er het verlammende effect van het disfunctionele systeem van proviandering, dat aanzet tot een verwoede strijd om het bestaan, en aan de andere kant is er het illegale karakter van die strijd zelf. Volgens de huidige wet zijn we in Cuba allemaal delinquenten. De zwarte markt is onze enige reddingsboei. De dagelijkse werkelijkheid is erop gericht de politiestaat in stand te houden. Veel mensen worden gechanteerd om hun buren of zelfs hun familieleden aan te geven. De onherroepelijke verslechtering van de levensomstandigheden in de komende maanden, als gevolg van de strafsancties die de Amerikaanse regering tegen Cuba heeft afgekondigd, gevoegd bij de verminderde aanvoer van aardolie uit Venezuela, doet het vermoeden rijzen dat een binnenlandse vrede in Cuba een even surrealistisch toekomstbeeld is als een schilderij van Salvador Dalí. De strijd om te overleven gaat door. De alarmbellen rinkelen weer. Er is reden om aan te nemen dat de toestand zorgelijker wordt, maar op het slagveld wil niemand zich gewonnen geven. Veel mensen maken plannen om er maar vandoor te gaan voordat het conflict uit de hand loopt. Maar de meesten hebben geen andere keus dan óf in het harnas te sterven, óf maatregelen te nemen om heelhuids aan het spervuur van de rampspoed te ontkomen. Jorge Olivera Castillo
Journalist en dichter Jorge Olivera Castillo kreeg in 2003 een celstraf van 18 jaar wegens ‘staatsvijandige propaganda’. Een jaar later werd hij om gezondsheidsredenen vrijgelaten. Vanuit Harvard – waar hij een scholarship kreeg – schrijft hij over de andere kant van Cuba.
Schaarste
Onder de paraplu van het socialisme dat het tegen Batista in opstand gekomen rebellengroepje vanaf het begin aan het land heeft opgedrongen heeft het volk nauwelijks ooit enig respijt gekregen. Altijd waren er overal in het land oorlogstaferelen, en die hadden niks te maken met mariniers of ultramoderne bommenwerpers of oorlogsschepen van het emblematische VSimperium. Waar in de afgelopen zestig jaar echt sprake van is geweest, en waar nog elke
Cubanet Cuba | cubanet.org
In 1994 opgericht in Coral Gables, Florida. Cubanet plaatst online artikelen die telefonisch worden ontvangen van onafhankelijke Cubaanse persbureaus en onafhankelijke journalisten.
pagina 32 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Amerikaas_160.indd 32
28-05-19 17:23
midden-oosten HOSNI MOEBARAK
SADDAM HOESSEIN
Oud-president Moebarak had in Egypte 3,6 miljoen Egyptische ponden [bijna 190.000 euro] uitstaan. Het was een schijntje vergeleken bij de 650 miljoen dollar die hij in het buitenland had ondergebracht. Het ging vooral om Zwitserse bankrekeningen: Moebaraks familie en vertrouwelingen hadden er zo’n 562 miljoen dollar uitstaan. Sinds 2011 zijn deze rekeningen geblokkeerd. Ook bezat hij onroerend goed in Londen, op Cyprus en in de vs. Moebaraks zoon Alaa hield zich bezig met witwassen en het naar belastingparadijzen sluizen van overheidsgelden, zo bleek uit de befaamde Panama Papers. Na Moebaraks val hadden deze op de Maagdeneilanden beheerde gelden op last van de EU geblokkeerd moeten worden. Uit onderzoek van het journalistieke consortium achter de Panama Papers bleek echter dat Alaa Moebarak ongehinderd doorgaat met zijn financiële activiteiten.
Tijdens de dertig jaar van zijn bewind was Saddam Hoessein altijd bang om te worden vermoord; Daarom bracht hij nooit twee keer achter elkaar de nacht op één plek door. Om dit mogelijk te maken had hij zestig villa’s voor zichzelf laten bouwen. Sommige ervan werden na de val van zijn regime hotels, andere eiste het Amerikaanse leger op. Enkele uren voordat in 2003 de Irakoorlog uitbrak, legde Saddam Hoesseins oudste zoon Koesai in de kluis van de Irakese centrale bank in Bagdad de hand op 1 miljard dollar in contanten. Volgens The New York Times had hij drie aanhangwagens nodig om zijn buit veilig te stellen. Tegelijkertijd haalden zijn vertrouwelingen geld van zijn rekeningen in Zwitserland, Nederland en Libanon. Het is niet bekend waar het is gebleven.
ALI ABDALLAH SALEH Deze Jemenitische oudpresident werd eind 2011 bij een volksopstand verjaagd en een paar jaar later, in december 2017, door Houthi-rebellen vermoord. In 2015 onthulde een rapport van de vn dat hij 32 tot 60 miljard dollar vergaard had. Volgens de sanctiecommissie van de VN-Veiligheidsraad liet hij internationale oliemaatschappijen betalen voor concessies. Zijn bezittingen waren verspreid over wel twintig landen, vaak ging het in naam om leningen. Ook investeerde hij in onroerend goed, goud en andere waardevolle objecten.
Het presidentiële paleis in Tikrit, Irak, waar Saddam Hussein beschikte over meerdere residenties. – © Getty
Wat dictators bij elkaar weten te graaien Raseef22 | Beiroet
Libanon | raseef22.com
Libanese onafhankelijke site die informatie biedt over de politieke, economische, sociale en culturele ontwikkelingen van de 22 Arabische landen. De artikelen, analyses en verhalen zijn van hoge kwaliteit, veel hoger dan in veel andere Arabische media.
Wanneer Arabische dictators halsoverkop moeten vertrekken, laten ze vaak immense rijkdommen achter. Soms blijven deze schatkisten nog jarenlang verborgen, van dit zestal werd hun bij elkaar gegraaide fortuin meteen na de val van het regime ontdekt. OMAR AL BACHIR
ZINE EL-ABIDINE BEN ALI In januari 2011 verliet de toenmalige Tunesische president spoorslags zijn paleis en nam de wijk naar Saoedi-Arabië. Een maand later maakte de Tunesische centrale bank bekend dat er ruim 41 miljoen Tunesische dinar [ruim 12 miljoen euro] aan contant geld in zijn paleis was aangetroffen. Op televisie waren beelden te zien van bankbiljetten en diamanten, verborgen in
Raseef22
een geheime kamer van het paleis. Verder bevonden zich er maar liefst duizend paar dure merkschoenen en vijftienhonderd sieraden van Ben Ali’s echtgenote Leila Trabelsi. Toen al vermoedde men dat er nog veel meer geld op buitenlandse bankrekeningen moest staan. En inderdaad maakte de Zwitserse minister van Buitenlandse Zaken niet veel later bekend zo’n 60 miljoen door Ben Ali en zijn verwanten gestorte dollars te hebben bevroren.
Het meest recente voorbeeld is Omar Al-Bachir, dertig jaar lang de leider van Soedan, één van de armste landen van de Arabische wereld. Na zijn afzetting op 11 april van dit jaar vond men in zijn paleis een stel koffers met daarin, naast andere valuta, zo’n 6 miljoen euro, evenals honderden dozen met flessen whisky. Sindsdien zit Al-Bachir opgesloten in een gevangenis met een angstaanjagende reputatie.
MOAMMAR KHADAFI Personen uit Khadafi’s directe omgeving zouden vóór hij in oktober 2011 werd geëxecuteerd tonnen goudstaven, massa’s edelstenen en honderden miljoenen euro’s en dollars in de Libische woestijn hebben begraven. En inderdaad vonden de Libische autoriteiten 20 ton goud en bijna 90 miljoen dollar. In een interview vertelde Khadafi's neef dat zijn oom voor miljarden aan bankbiljetten en goudstaven had achtergelaten, en hij beschuldigde het Westen ervan die te hebben gestolen. In april van dit jaar onthulde The Times dat Khadafi vlak voor zijn dood 30 miljoen dollar in de kluis van de voormalige Zuid-Afrikaanse president Jacob Zuma had gelegd. Deze bedragen zijn maar een klein deel van de rijkdommen die Khadafi in het buitenland stalde. De enige die weet waar ze zich bevinden, is Bachir Saleh Bachir, die het Libische investeringsfonds bestierde.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 33
Midden Oosten_160.indd 33
28-05-19 18:00
azië
indonesië
Aan de frontlinie in West-Papoea Tempo | Jakarta
In West-Papoea maakt het Indonesische leger jacht op rebellen die voor onafhankelijkheid strijden. Het gebied speelt een sleutelrol in de tweede ambtstermijn van president Joko Widodo. Tempo Indonesië | weekblad | oplage 100.000
Het blad is in 1971 gelanceerd door Grafiti Pers om het Indonesische publiek een nieuwe informatiebron te verschaffen die het nieuws op een ongedwongen manier analyseerde en uiteenlopende meningen respecteerde, iets wat onder de dictatuur verboden was. Het blad publiceert grote reportages en gedegen analyses van sociale en politieke kwesties. De site verschijnt inmiddels in drie talen: Indonesisch, Engels en Japans.
Indonesische soldaten dragen het lichaam van een onafhankelijkheidsstrijder die omkwam bij een aanval op Nduga, West-Papoea. – © AP
1969 H
et district Yigi ligt er doods bij. Op deze 31ste maart is er geen enkel levensteken in deze noordelijke regio van het kanton Nduga in Papoea-Nieuw-Guinea. De honai [traditionele Papoeahutten) zijn verlaten, de velden uitgestorven. Geen bewoner te zien. Zelfs geen varken of kip. Yigi ligt aan de frontlinie tussen enerzijds de Indonesische strijdkrachten en politie en anderzijds de rebellen van het Nationale Bevrijdingsleger van West-Papoea (tpnpb) onder bevel van Egianus Kogeya. Op de heuvel vanwaar de toegang tot Yigi kan worden bewaakt zijn tientallen Indonesische militairen gelegerd in vier barakken
het jaar van de volksraadpleging over de status van Papoea-Nieuw-Guinea
die het eigendom zijn van PT Istaka Karya, het staatsbedrijf dat de TransPapoeaweg in Nduga aanlegt. Op de top wappert een rood-witte vlag, de kleuren van Indonesië. Vanaf deze hoogte kunnen ze vrijwel de hele regio Yigi overzien. ‘De bewoners hebben het district al lang geleden verlaten,’ zegt luitenant Deddy Santoso, die het bevel over de wachtpost voert.
Bloedbad
Op 1 december 2018 hebben de gewapende onafhankelijkheidsstrijders van Egianus arbeiders van het bedrijf Istaka Karya ontvoerd vanaf de bouw-
plaats. De volgende dag hebben ze hen meegenomen naar de Tabotberg, op ongeveer drie kilometer van Yigi, waar ze zeventien van hen hebben afgeslacht. Het bloedbad zou zijn aangericht omdat de arbeiders niet aan een bevel van de rebellen hadden gehoorzaamd. Die hadden hen gesommeerd de regio te verlaten een week voordat het tpnpb op 1 december de onafhankelijkheid van Papoea-Nieuw-Guinea zou herdenken. tpnpb-strijders hebben eveneens vier arbeiders achtervolgd die hadden weten te ontkomen naar de post van het Indonesische leger in het district Mbua, op ongeveer twee kilometer van de Tabotberg. Op 3 decem-
De uitslag, die gunstig uitviel voor Indonesië, is bekrachtigd door de Verenigde Naties. Volgens de Organisatie voor een Vrij Papoea (OPM), die gewapenderhand tegen de Indonesische aanwezigheid streed, was er met de stemming geknoeid. Uit in 2017 geopende archieven van de Verenigde Staten heeft Tempo kunnen opmaken dat ‘ongeveer duizend Papoea’s onder dwang voor versterking van de Indonesische controle over hun grondgebied hebben gestemd’.
pagina 34 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Azie_160.indd 34
28-05-19 15:47
azië
indonesië Papoea
ber hebben de strijdende partijen elkaar van de ochtend tot de avond beschoten. De coördinator van het evangelische Papoea-kerkgenootschap Kingmi in de regio Nduga, dominee Nathaniel Tabuni, vertelt dat hij zich toen in allerijl naar het midden van het slagveld heeft begeven. Door met een vlag van de kerk te zwaaien hoopte hij de groep van Egianus en het nationale Indonesische leger ertoe te bewegen hun vijandelijkheden te staken. ‘Als reactie werd er een speer naar me geworpen,’ zegt hij.
Versterkingen
Tijdens de schermutselingen is een Indonesische militair gesneuveld. De volgende dag zijn Indonesische soldaten en politiemensen Mbua binnengevallen om het lijk af te voeren en de mannen van Egianus net zolang te achtervolgen tot ze zich terugtrokken in de richting van Yigi. Op de weg die vanaf de Tabotberg omlaagloopt en het bos doorkruist, kun je nog enorme omgehakte boomstammen zien liggen die door de onafhankelijkheidsstrijders zijn gebruikt om de voertuigen van het Indonesische leger de weg te versperren. En nu, eind maart 2019, is het district Yigi nog steeds niet onder controle van het Indonesische leger. ‘Afgelopen week zaten daar een stuk of vijf gewapende mannen,’ vertelt luitenant Deddy Santoso terwijl hij in de richting van een hut op twee kilometer van zijn post wijst. Niet ver van deze hut zie je het kamp van het bedrijf Istaka Karya liggen. Zware machines staan werkloos tussen het onkruid. IJzeren bewapening verroest, kabels rotten weg in containers. Langs de kant van de weg liggen betonblokken opgehoopt. Sinds het conflict in december 2018 is uitgebroken is de bouw van nieuwe infrastructuur in deze regio tot stilstand gekomen, met name de Trans-Papoeaweg, die het oosten van de provincie met het westen moet verbinden, een van de vlaggenschipprojecten van president Joko Widodo. In feite maakt het leger al sinds eind juni 2018 jacht op de mannen van
Egianus Kogeya. Ze worden er door de politie van beschuldigd begin oktober 2018 in Mapenduma verscheidene onderwijzers en gezondheidswerkers te hebben gegijzeld en een onderwijzeres te hebben verkracht. Volgens een neef van Egianus is de verkrachter geen lid van de betreffende groep. De commandant van het bataljon van Nduga, majoor Deri Indrawan, legt uit dat de Tabotberg het toevluchtsoord van Egianus en zijn mannen is geworden. Vandaar kunnen ze van de ene regio naar de andere trekken. De berg, die vaak door mist aan het oog wordt onttrokken, is 2800 meter hoog. Hij verbindt Yigi en Mbua. ‘We hebben de Tabot inmiddels veroverd, maar we hebben er nog geen post ingericht,’ licht majoor Indrawan toe. Volgens kolonel Binsar, chef van het operationele commando, proberen leger en politie de bewegingsvrijheid van Egianus en zijn mannen te beperken, ook door hun de toegang tot de logistiek en de munitie vanuit de stad Wamena te beletten. In Napua, in de buurt van Wamena, controleert het leger alle voertuigen richting Mbua en Yigi. In de districten Mapenduma en Mugi zijn ordetroepen gestationeerd. Begin maart zijn drie commando’s gesneuveld tijdens een treffen met de mannen van Egianus. Sebby Sambom, woordvoerder van het tpnpb, bevestigt dat zijn manschappen vijf mannen van het Indonesische leger hebben gedood en vier geweren hebben buitgemaakt. En half maart is een soldaat van de mobiele brigade gedood op de luchthaven van Mugi terwijl hij toezicht hield op het uitladen van logistiek materieel.
Radio
Ondanks het conflict tussen de ordetroepen en de mannen van Egianus communiceren de twee kampen soms via de radio. Luitenant Deddy Santoso vertelt over een gesprek dat zich ontspon tussen de groep van Egianus en de soldaten. Volgens Deddy legde een van de rebellen aan een militair de redenen uit waarom ze wilden dat Papoea onafhankelijk werd. Daarna had de militair gezegd: ‘Nou, laat Egia-
VIJFTIG JAAR CONFLICT Sinds de integratie in Indonesië in 1969 is Papoea-Nieuw-Guinea een struikelblok voor alle opeenvolgende regeringen geweest. Het geweld, de conflicten en de slachtoffers daarvan vormen, aldus de krant Koran Tempo, een oneindige ‘cyclus’ die hele generaties van strijders heeft voortgebracht. De voorkeursbehandeling die leidde tot toegenomen veiligheid en economische ontwikkeling heeft geen vrede kunnen brengen. Ondanks diverse vreedzame toenaderingspogingen door president Joko Widodo (Jokowi) vanaf het moment dat hij in oktober 2014 aan het bewind kwam, zoals gratie voor vijf politieke Papoeagevangenen die tot twintig jaar of levenslange gevangenisstraf waren veroordeeld, gaat het geweld tussen de ordetroepen en de onafhankelijkheidsstrijders onverminderd door. Meer dan zijn voorgangers heeft Jokowi zeer prestigieuze plannen gelanceerd om de infrastructuur in de twee Papoeaprovincies van Indonesië te verbeteren en daarmee hun economische ‘achterstand’ op te heffen. Maar juist tegen die economische ontwikkeling, met name de aanleg van de Trans-Papoeaweg, verzetten de onafhankelijkheidsstrijders zich. Ondanks het geweld heeft meer dan tachtig procent van de Papoea’s tijdens de presidentsverkiezingen op Jokowi gestemd. Op 14 mei wees de officiële stemmentelling hem al als definitieve winnaar aan in vier Papoeadepartementen. Zal Jokowi kunnen profiteren van deze ongekende populariteit om een echte, respectvolle dialoog met Papoea-Nieuw-Guinea in gang te zetten, zoals alle vredelievende Papoea’s eisen?
nus dan naar beneden komen, dan drinken we samen een kop koffie.’ Waarop de stem aan de andere kant van de radiogolf antwoordde: ‘Ach, daar heb ik de puf niet voor…’ Anders dan in het district Yigi begint in Mbua het leven weer normaal te worden. Tempo was getuige van de terugkeer van bewoners naar hun dorp, ook al leven sommigen nog als vluchteling in verschillende regio’s. Op maandag 1 april liet een oma haar varkens grazen in de buurt van een landingsbaan. Diezelfde dag namen zes leerlingen van de protestantse school Firdaus deel aan de nationale examens. ‘Hier is de situatie weer veilig,’ bevestigt Ut Lokbere, de directeur van de school. Uts dochter Natalia, die naar Wamena was gevlucht, erkent dat ze nog getraumatiseerd is. Twee van de drie inwoners die zijn gedood tijdens de schermutselingen tussen het leger en het tpnpb waren leerlingen van haar school. Kolonel Binsar bevestigt dat er burgers zijn omgekomen bij de aanval op 4 december 2018. Volgens hem maakten ze deel uit van de groep die de legerpost aanviel. ‘Dorpelingen uit Mbua hebben deelgenomen aan de aanval. Als iemand een wapen draagt en tot de aanval overgaat, is het legitiem om op hem te schieten,’ licht de kolonel toe.
Geroosterde stenen
De militairen proberen op betere voet met de lokale bevolking te komen. Zo gaat kolonel Binsar vaak naar Mbua. Samen met dominee Nathaniel Tabuni heeft hij al twee keer een plechtigheid met ‘geroosterde stenen’ georganiseerd, de traditionele Papoease bereidingswijze van knolgewassen, kip en varken die onder gloeiend hete stenen worden begraven. Maar desondanks wil de dominee dat het leger zijn regio verlaat. Ook al is de situatie gekalmeerd, toch zijn veel bewoners volgens hem bang voor de aanwezigheid van het leger en de politie. De dominee verzekert dat de mannen van Egianus ook niet meer welkom zijn in Mbua. ‘Ik wil geen bloed meer zien vloeien in Nduga,’ zegt hij. Stefanus Pramono
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 35
Azie_160.indd 35
28-05-19 15:48
afrika
congo
Grootste virus is onwetendheid Artsen in Congo voeren een gevaarlijke strijd tegen ebola. Terwijl het virus steeds beter te beteugelen is, ondervinden ze weerstand van de lokale bevolking. En die deinst nergens voor terug.
O
p de laatste maandagochtend van februari, drie dagen voordat de strijd tegen ebola in oostelijk Congo in een regelrechte oorlog uitmondde, kijkt dr. Jean-Christophe Shako onder de verzengende zon in Katwa uit over de rokende puinhopen van de kliniek van Artsen zonder Grenzen, gelegen tussen eucalyptusbomen en maïsvelden. Shako, hoofd ebolabestrijding in de stad Butembo, is de wanhoop nabij. Op zijn gezicht is een mengeling van angst en vermoeidheid te lezen. ‘De mensen hier willen gewoon niet onder ogen zien dat deze ziekte bestaat,’ zegt hij zacht, met gefronste wenkbrauwen. ‘Ze denken dat we hen met het vaccin doden, dat deze medische posten moordcentra zijn. Dat de overheid hun stam, de Nande, wil uitroeien.’ In de nacht is een groep van zo’n dertig man uit het regenwoud gestormd die de AzG-kliniek met pijlen en bogen en machetes heeft aangevallen. De patiënten werden weggevoerd. De aanvallers lieten pamfletten achter met daarop de waarschuwing: ‘We hebben nog meer verrassingen in petto.’ Het behandelcentrum beslaat ongeveer één voetbalveld. Shako laat zijn blik over het verwoeste terrein gaan: zwartgeblakerde houten karkassen, vernielde generatoren, een uitgebrand autowrak. Drie dagen later ontvangt hij een whatsapp waarin staat dat hij als volgende aan de beurt is. Shako is een van de meest gerespecteerde epidemiologen van de Democratische Republiek Congo. Sinds augustus 2018 is hij door het ministerie van Gezondheid belast met de ebolabestrijding in de noordoostelijke provincie NoordKivu, het huidige epicentrum van de uitbraak. Onder zijn leiding proberen medewerkers van het ministerie van Gezondheid, de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) en Artsen zonder
Grenzen de een-na-grootste ebola-uitbraak in de geschiedenis te bedwingen. Alleen in de periode tussen 2013 en 2016 telde West-Afrika meer ebolagevallen. Tot dusver hebben 980 mensen het virus opgelopen, van wie er 610 zijn gestorven. Voor niets. Want met moderne medicijnen is de ziekte prima te bestrijden. In 2015, tegen het einde van de epidemie in West-Afrika, werd een nieuw vaccin geïntroduceerd, met goede resultaten. In het oosten van Congo wordt het effectief gebleken vaccin nu voor het eerst grootschalig ingezet. Tot nu toe zijn 87.390 mensen gevaccineerd. Door middel van ringvaccinatie zou de epidemie in een mum van tijd te beteugelen zijn, ware het niet dat de ebolateams op bijkomende problemen stuiten: de oorlog en onwetendheid. Ebola-artsen en -verplegers dragen altijd beschermende kleding en handschoenen. Het virus is hoogst besmettelijk. Het wordt overgedragen via lichaamsvloeistoffen van een geïnfecteerde persoon. Zodra de eerste ziekteverschijnselen zich aandienen, kan het virus overspringen; meer dan de helft van de ebolapatiënten sterft een pijnlijke dood. Epidemieën, zoals ook hier weer blijkt, zijn geen natuurrampen. Ze zijn het resultaat van menselijk falen. En er zijn maar weinig plekken op de wereld waar zo overduidelijk wordt gefaald als in oostelijk Congo. De Grote Afrikaanse Oorlog, die in 1998 begon en zo’n drie miljoen slachtoffers maakte, is hier feitelijk nooit opgehouden. Al decennialang woedt hier een slepend conflict tussen de regering en verschillende rebellengroepen. Het is voor het eerst dat ebola in een conflictgebied als dit is uitgebroken, wat de bestrijding bemoeilijkt. Meer dan honderd milities die de lokale bevolking terroriseren, zich schuldig maken aan verkrachtingen en elkaar in de heuvels
van Noord-Kivu naar het leven staan om goud, coltan, geld en macht, staan de uitroeiing van de ziekte in de weg. Vanaf een houten vlonder die naar benzine ruikt, kijkt Shako naar de restanten van de opslagplaats van het vaccin die gisteravond volledig is verwoest. Zijn grootste vijand is niet langer het virus, zegt hij, maar ‘onwetendheid. De denkwereld hier wordt gegijzeld door zwarte magie, complottheorieën en politieke leiders die het virus voor hun eigen karretje spannen.’ De groep toeschouwers die de ravage vanachter de hekken om het terrein met voldoening bekijkt, wordt steeds groter. Shako moet terug naar het hoofdkwartier in Butembo om een ontmoeting met een aantal Mai-Maimilitieleiders voor te bereiden. ‘Ik moet mijn mensen beschermen,’ zegt hij. AzG-medewerkers in hun beschermende pakken en rubberlaarzen beginnen met de ontsmetting van de nog overeind staande gebouwen. De woede onder de omstanders neemt toe. ‘Ga maar weg!’ schreeuwt een vrouw, haar gezicht vertrokken van boosheid. ‘Ebola bestaat niet!’ roept een ander. Gratia Kalungero, een keurig geklede jongeman in een strak shirt en een strakke blauwe broek, staat midden in de menigte. Kalungero, afgestudeerd psycholoog en risicovoorlichter van de WGO, is een van de mensen die Shako moet beschermen. Hij arriveert als eerste in de dorpen, vóór de ambulances die de dode lichamen komen opha-
len, vóór de ontsmettings- en vaccinatieteams verschijnen, om de dorpelingen gunstig te stemmen. Om hun uit te leggen dat deze mensen in hun beschermende pakken het niet op hen hebben gemunt, dat ze hen juist komen redden. Het halve dorp lijkt zich bij de verwoeste kliniek te hebben verzameld; hij staat in een kring van vijftig mensen, misschien zelfs meer. ‘Jullie moeten de klinieken niet aanvallen,’ zegt Kalungero. ‘Dan zal het virus zich sneller verspreiden.’
‘Ga weg met je virus’
‘Ga weg met je virus!’ schreeuwt een vrouw. ‘Je moet de zieken niet in huis houden,’ gaat Kalungero onverstoord verder. ‘Zo loop je zelf de ziekte op.’ Achter hem ligt de verlaten isoleerafdeling, waarvan de vloer is bezaaid met gebroken glas. Beschermende pakken hangen eenzaam aan kledinghaken. ‘Ze zijn ervan overtuigd dat dit een verzinsel is van de regering, om ze de mond te snoeren,’ vertelt Kalungero later. In december mochten inwoners van Beni en Butembo vanwege de ebola-uitbraak tijdens de presidentsverkiezingen niet stemmen. Hierdoor escaleerde de situatie aanzienlijk. Complottheorieën staken de kop op. Volgens een schatting van het ministerie van Gezondheid gelooft zo’n dertig procent van de bevolking niet dat ebola bestaat. Sommigen geloven wel dat het bestaat, maar denken dat het wordt verspreid
Butembo in oostelijk Congo
© ReliefWeb, OCHA
Der Spiegel | Hamburg
pagina 36 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Afrika_160.indd 36
28-05-19 15:36
afrika
congo
Agenten staan op wacht bij een ziekenhuis in Butembo, Congo, ‘Men denkt dat deze medische posten moordcentra zijn. © Al-Hadji Kudra Maliro / AP
door de medische teams, om er zelf rijker van te worden. Anderen denken dat het een zwendelpraktijk is om aan organen te komen. Kalungero sloft naar zijn auto. Hij is net als Shako afgemat; hij heeft maandenlang gewerkt en zijn eigen leven op het spel gezet. ‘De weerstand tegen onze teams groeit,’ zegt hij mismoedig. ‘Lyi mufano,’ wordt hem nageroepen. ‘Dit is een waarschuwing.’
Vicieuze cirkel
De volgende ochtend, even na tienen, vertrekt Shako naar een bijeenkomst van alle betrokken ngo’s. Het hoofdonderwerp van de vergadering is niet zozeer de drie nieuwe ebolagevallen van de dag ervoor of de agressieve ontvangst van twaalf vaccinatieteams, of het feit dat maar een klein aantal teams de klinieken kon verlaten, waarvan vier onder militaire escorte. Nee, de absolute topprioriteit in Shako’s ogen is dat het virus onder geen beding de overhand mag krijgen. ‘Als er geen risico bestaat dat je in mootjes wordt gehakt, stap dan uit je auto en doe je werk. Vaccineer mensen. Probeer ze op alle mogelijke manieren te overtuigen. Praat met de dorpelingen. Praat met de priesters. Praat met iedereen.’ Het is een vicieuze cirkel. Hoe groter de weerstand, hoe meer teams voor hun veiligheid moeten vrezen. Maar hoe meer de operatie onder militair toezicht plaatsvindt, des te groter de angst en het verzet waar ze op stuiten. Shako is geen fan van de escortes. Maar
hij wil ook de dood van zijn medewerkers niet op zijn geweten hebben. ‘Het is hier oorlog,’ zegt hij. De volgende halte op de route is Vuhovi. Het dorp en de omgeving zijn bestempeld tot rode zone, een hoogrisicogebied. Veel mensen die in contact zijn geweest met de laatste ebolapatienten konden hier niet worden gelokaliseerd – en dus ook niet gevaccineerd. ‘Als we deze mensen niet vinden,’ zegt Shako, ‘dan kan het virus zich verder verspreiden en delven wij het onderspit.’ Het probleem is alleen dat de kleine kliniek in Vuhovi op dit moment onbemand is. Het is er te gevaarlijk. Zes dagen ervoor heeft een groep rebellen duizend dollar van een van de verplegers geëist. Ze zeiden dat hij zich over hun ruggen verrijkte. Toen de man het geld niet kon ophoesten, sleurden ze hem naar buiten en hakten zijn hoofd af. Shako belegde onmiddellijk een ontmoeting met de acht Mai-Mai-leiders uit de regio. ‘Als ik met hen heb gesproken zal het verzet luwen,’ zegt hij met hese stem in de auto. De avond ervoor heeft hij, zoals gebruikelijk, met zijn vrouw in de hoofdstad Kinshasa gebeld, zo’n 1600 kilometer verderop. Soms wenste hij dat alles snel achter de rug was zodat hij gewoon weer met zijn kinderen naar de dierentuin kon. Het konvooi doorkruist Butembo. De stad, uitgestrekt over heuvels aan weerszijden van een brede asfaltweg, ligt gedeeltelijk in het oerwoud. In het gemeenschapscentrum in Vuhovi zit Shako niet veel later naast de acht militieleiders. Een van hen draagt een
hoed van luipaardhuid, zoals dictator Mobutu ooit. Buiten, naast een vlaggenmast, laat de oude dorpsagent zijn trompetsignaal horen. Het allerbelangrijkste, heeft Shako zijn medewerkers vóór de ontmoeting voorgehouden, is respect. De Mai-Mai houden er niet van gecommandeerd te worden. ‘Dan worden ze agressief. Dan beginnen ze te moorden. Of worden we gekidnapt.’ In het centrum hebben zich zo’n zestig dorpelingen verzameld. Ze zitten op simpele houten bankjes en plastic stoelen. De epidemioloog richt zich tot de leiders. ‘Kunnen jullie niet uitleggen hoe gevaarlijk de ziekte is? Ik kan dat niet doen. Jullie hebben de macht hier.’ De mannen knikken. ‘In deze crisis zijn jullie wapens nutteloos. Ebola zal de situatie alleen maar verergeren,’ zegt Shako. Vervolgens nemen de militieleiders het woord. Een van hen zegt dat dokters zijn dorp hebben bezocht om te vertellen dat ebola niet bestaat. Deze dokters waren uit op wraak, ze waren jaloers op het loon van de ebolateams. Een ander beklaagt zich over de mensen zonder ebola die bij de klinieken worden gedropt. De man met de luipaardhoed oppert dat ze ebolapatienten misschien beter kunnen laten sterven, dan zouden de dorpelingen eindelijk inzien dat de ziekte echt bestaat. Iedereen moet lachen. Uiteindelijk vragen ze allemaal om geld, en banen voor hun mensen. Dan zullen ze de nieuwe ebolagevallen melden. Dan zullen ze de situatie onder controle krijgen. Shako belooft de week erna terug te komen. De Mai-
Mai zullen hun mannen meebrengen. Hij wil bekijken hoe hij degenen die kunnen lezen en schrijven kan werven. ‘Ik ben ervan overtuigd dat deze bijeenkomst de situatie zal verbeteren,’ zegt hij op de terugweg. Maar hij heeft het mis. De dag erna ontmoet Kalungero veel tegenstand bij zijn bezoek aan een dorp waar een nieuwe eboladode valt te betreuren. Met moeite slaagt hij erin de woedende menigte na de aankomst van het ebolateam te kalmeren. Shako betoont zich die middag in het Belgische hotel – zijn hoofdkwartier en tijdelijke verblijfplaats – nog altijd optimistisch. Maar om half zes klinken er in de verte doffe geweerschoten, eerst een paar, tot bij zonsondergang een spervuur losbarst. Niet veel later staat Shako voor de deur van zijn suite met drie mobiele telefoons in zijn hand. ‘Ik heb een gepantserde wagen nodig,’ blaft hij. Maar die is niet voorhanden. De chauffeur is zich aan het bezatten in een bar. ‘Ik kan niet langer wachten!’ roept hij. ‘Ik vertrek nu!’ Hij springt in een zilveren Land Cruiser, met aan elk oor een telefoon. Hij heeft de minister aan de lijn. De hele operatie staat op springen. De derde telefoon rinkelt. ‘Er wordt nog steeds geschoten. Ik ga er nu op af.’ Hij hangt op. De terreinwagen scheurt over de donkere, door eucalyptusbomen omzoomde weg. Niemand zegt een woord.
Doodsangst
Voor de AzG-kliniek staan donkerblauwe politiewagens geparkeerd. De agenten staan als verstijfd voor het gebouw. Zojuist is er achter het behandelcentrum een agent onthoofd. Niemand durft het verwoeste terrein te betreden uit angst voor besmetting. Shako loopt langs de mannen. De aanvallers zijn gevlogen, zegt iemand. Ze hebben niemand te pakken gekregen. Later zal blijken dat het merendeel van de agenten is gevlucht toen de aanval begon. Fritz Schaap
Der Spiegel Duitsland | weekblad | oplage 976.000
Een belangrijk, uiterst onafhankelijk onderzoekstijdschrift dat werd opgericht in 1947 en verscheidene politieke schandalen aan het licht heeft gebracht.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 37
Afrika_160.indd 37
28-05-19 15:36
horizon
reportage
Tussen kunst en AI The Atlantic | Washington
Een algoritme heeft zijn eerste solotentoonstelling in een kunstgalerie in het epicentrum van de New Yorkse kunstwereld. Zullen robots de kunstwereld transformeren of vernietigen?
pagina 38 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Horizon_160.indd 38
28-05-19 15:40
ai-kunst
horizon Links: Faceless Portraits. Š Ahmed Elgammal (Aican.io) Rechts: Portret van gravin de Belamy, 2018, de fictieve echtgenoot van Edmond. Š Obvious
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 39
Horizon_160.indd 39
28-05-19 15:40
horizon
reportage
D
e beelden zijn groot en rechthoekig en schokkend: een vorm die doet denken aan een gezicht, verzwolgen door woeste rode en gele waterpartijen; een hoofd dat opduikt uit een cape die is bezet met glinsterende veren waar iets uitsteekt dat doet denken aan een hand; een hoop gouden en scharlakenrode spikkels die de indruk wekken van een stof, waaruit een gezicht opdoemt met hoekige, ernstige gelaatstrekken. Het zijn allemaal werken die onderdeel uitmaken van de tentoonstelling Faceless Portraits Transcending Time, die onlangs te zien was in HG Contemporary, een galerie in Chelsea, het huidige epicentrum van de New Yorkse kunstwereld. Alle werken zijn vervaardigd door een computer. In de catalogus wordt de tentoonstelling omschreven als een ‘samenwerking tussen een kunstmatige intelligentie, AICAN genaamd, en haar schepper, dr. Ahmed Elgammal’. Deze samenwerking is bedoeld om het machine learning-algoritme, dat het leeuwendeel van het werk heeft verricht, in het z onnetje te zetten en te antropomorfiseren. Volgens HG Contemporary is dit de eerste solotentoonstelling die is gewijd aan een AI-kunstenaar. Als ze elkaar niet al binnen de kunstscene van New York hadden leren kennen, dan hadden de hoofdrolspelers elkaar kunnen ontmoeten op de set van een Spike Jonze-film: een informaticus die een omzet haalt van vier nullen met de verkoop van software die geprinte beelden genereert; een voormalig financieel analist van een hotelketen die is uitgegroeid tot een technogaleriehouder in Chelsea en goede banden heeft met de beau monde van de kunstwereld; een durfkapitalist met twee universitaire graden biomedische informatica op zak; en een kunstconsulent die het allemaal voor elkaar heeft weten te boksen, op een manier die herinneringen oproept aan The A-Team. En dit alles na een toevallige ontmoeting op een blockchainconferentie. Samen hopen ze een nieuwe invulling te geven aan de beeldende kunst, of op zijn minst een graantje mee te pikken van de machine learning-hype. De tentoonstelling in de galerie zou weleens een coming-outparty kunnen zijn voor Elgammals door durfkapitaal gefinancierde, econometrische start-up in de kunsten. De informaticus heeft enkele werken gemaakt die je echt raken. Maar zijn partners en hij willen AICAN ook verkopen als ‘oplossing’ voor kunst, als een manier om trends te voorspellen en misschien zelfs werken te vervaardigen in de betreffende stijl. Het idee is zo van deze tijd en zo extravagant dat het idee zelf misschien nog wel eerder het label ‘kunst’ verdient dan de merkwaardige portretten die in de galerie hangen.
Goudkoorts
De AI-goudkoorts barstte echt goed los in oktober vorig jaar, toen in het New Yorkse veilinghuis Christie’s Portrait of Edmond de Belamy, een door een algoritme gegenereerde prent in de stijl van de negentiende-eeuwse Europese portretschilderkunst, voor 432.500 dollar van de hand ging.
Een samenwerking tussen een kunstmatige intelligentie, AICAN genaamd, en haar schepper, dr. Ahmed Elgammal.
IN HET KORT
• Door AI gemaakte kunst is in opmars. Bij veilinghuis Christie’s bracht een door een algoritme gegenereerd portret 432.500 dollar op. • De kunstwereld reageert geschokt. Voor criticasters getuigt computerkunst van een onaanvaardbare onwetendheid over culturele connotaties. • Een tentoonstelling in Chelsea laat echter zien dat AI misschien meer kan zijn dan louter op bestaande kunst gebaseerde prints die door machine learningtechnieken zijn gereproduceerd.
Zowel binnen als buiten de kunstwereld werd er geschokt gereageerd. De prent was niet tentoongesteld voorafgaand aan de veiling – iets wat tot dan toe was voorbehouden aan werken van naam. Het winnende bod werd anoniem gedaan, en telefonisch, wat ook de nodige wenkbrauwen deed fronsen: kunstveilingen kunnen prijsopdrijving in de hand werken. Het werk was gemaakt door een computerprogramma dat nieuwe beelden genereert, gebaseerd op patronen in een verzameling bestaand werk, waarvan de AI bepaalde aspecten ‘leert’. Sterker, de kunstenaars die het werk hadden begeleid en gegenereerd, het Franse collectief Obvious, had het algoritme of het trainingsprogramma niet eens zelf geschreven. Ze hadden het gewoon gedownload, nog wat getweakt en het resultaat de markt op gestuurd. ‘Wij zijn degenen die hebben besloten het te doen,’ zei Obvious-lid Pierre Fautrel in reactie op alle kritiek, ‘wij zijn degenen die hebben besloten het op doek te printen, het te signeren met een wiskundige formule, het mooi in te lijsten.’ Een eeuw nadat Marcel Duchamp een urinoir tot kunst bombardeerde door het in een museum te plaatsen, is er in feite weinig veranderd, met of zonder computers. De beste manier om iets als kunst te presenteren is zorgen dat mensen het als nieuw en verrassend ervaren. Een computer gebruiken is tegenwoordig niet meer voldoende; de apparatuur van vandaag de dag biedt allerlei manieren om beelden te genereren die kunnen worden afgedrukt, ingelijst, tentoongesteld en verkocht – van digitale foto’s tot kunst-
pagina 40 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Horizon_160.indd 40
28-05-19 16:15
horizon
ai-kunst
Dichter Girolamo Casio, uit Bologna, die een pijl tussen zijn vingers houdt, schuin voor zijn borst. Schilderij van Saint Giovanni Antonio Boltraffio.
Portrait of Edmond de Belamy, een door een algoritme gegenereerde prent werd geveild voor 432.500 dollar. © Obvious
matige intelligentie. Momenteel is de trend een generative adversarial network, ook wel een GAN genoemd, de technologie die Portrait of Edmond de Belamy heeft gemaakt. Net als andere machine learning-methoden maken GAN’s gebruikt van samples – in dit geval kunst, of in ieder geval beelden van kunst – om patronen te distilleren, en die kennis vervolgens te gebruiken om nieuwe werken te creëren. Een typisch renaissancistisch portret kan bijvoorbeeld worden gecomponeerd als een buste of als een aanblik schuin van voren. De computer heeft geen idee wat een buste is, maar als hij maar genoeg bustes ziet, kan hij het patroon aanleren en proberen dat te herhalen in een beeld.
Generator en vergelijker
GAN’s maken gebruik van twee neurale netwerken (een manier om informatie te verwerken die is gemodelleerd naar het menselijk brein) om beelden te produceren: een ‘generator’ en een ‘vergelijker’. De generator produceert nieuwe output – beelden, in het geval van beeldende kunst – en de vergelijker zet die output af tegen een trainingsset om te kijken of het overeenkomt met willekeurig welk patroon de computer uit alle data heeft gegenereerd. De kwaliteit of bruikbaarheid van de resultaten is goeddeels afhankelijk van de vraag of het je lukt het systeem goed te trainen, en dat is moeilijk. Dat is precies de reden waarom mensen met verstand van zaken van slag waren door de veiling van Portrait of Edmond de Belamy. De afbeelding was gemaakt door een algoritme dat de kunstenaars niet zelf hadden geschreven, een algoritme dat was getraind met een reeks afbeeldingen van ‘oude meesters’ die de kunstenaars ook niet zelf hadden gemaakt. De kunstwereld kijkt er niet van op dat trends en spektakel de nodige aandacht genereren,
De doorsneebezoeker ziet het verschil niet met ‘gewone’ kunst
maar de brave new world van machine learning lijkt ook weer een kwestie van readymades, het machinelearning-equivalent van het urinoir op een sokkel. Ahmed Elgammal heeft het gevoel dat AI-kunst veel meer kan zijn dan dat alleen. Hij is als informaticus verbonden aan Rutgers University (New Jersey) en staat aan het hoofd van een laboratorium voor kunst en kunstmatige intelligentie. Samen met zijn collega’s ontwikkelt hij daar nieuwe technologieën die proberen nieuwe ‘kunst’ te doorgronden en te creëren (de aanhalingstekens zijn van Elgammal) met behulp van AI – wat iets anders is dan het maken van geloofwaardige kopieën van bestaand werk, wat GAN’s doen. ‘Dat is geen kunst, dat is gewoon naschilderen,’ zegt Elgammal over de werken die door GAN’s zijn vervaardigd. ‘Het is wat een slechte kunstenaar ook zou kunnen doen.’ Elgammal noemt zijn benadering een creative adversarial network, oftewel een CAN. In zijn netwerk wordt de vergelijker van de GAN – het deel dat voor gelijkvormigheid zorgt – vervangen door een onderdeel dat voor vernieuwing zorgt. Het systeem behelst in feite een theorie van hoe kunst zich ontwikkelt: door middel van kleine aanpassingen aan een bekende stijl, die iets nieuws opleveren. Dat is een handige invalshoek als je bedenkt dat elke machine learning-techniek zich moet baseren op een specifieke trainingsset. De resultaten zijn opmerkelijk en merkwaardig, al gaat het misschien wat ver om te spreken van een
nieuwe kunstzinnige stijl. Het zijn eerder overtuigende benaderingen van visuele abstracties. De beelden in de tentoonstelling, die zijn vervaardigd op grond van trainingssets met renaissancistische portretten en schedels, zijn figuratiever, en behoorlijk verontrustend. Op de bordjes van de galerie worden ze hertogen, graven, koninginnen en zo meer genoemd, al zijn er geen echte mensen afgebeeld – het zijn gedaanten die aan mensen doen denken, hun gelaatstrekken zijn streperig en vertrokken, maar het beeld is nog wel herkenbaar als portret. Faceless Portrait of a Merchant toont bijvoorbeeld een torso dat ook zou kunnen doorgaan voor de voorpoten en flanken van een jachthond. Daarboven zien we een vlezige bol die een hoofd lijkt oor te stellen. Het hele tafereel is rimpelig, door het computeralgoritme, wat je wel vaker ziet bij computer-gegeneerde kunst. Volgens Elgammal kan de doorsneebezoeker niet het verschil zien tussen een door AI gemaakt kunstwerk en een ‘gewoon’ kunstwerk, binnen de context van een museumzaal of een kunstbeurs. Dat is een knappe prestatie – de abstracte beelden die AICAN produceert, hebben visuele cohesie en aantrekkingskracht. Maar de twintigste-eeuwse kunst was gestoeld op de gedachte dat iets kunst werd zodra het in een museum of galerie werd gehangen, in plaats van andersom. Als ik Elgammal vraag welke renaissancistische kunstenaars hij heeft gekozen voor de trainingsset, en waarom, stuurt hij me een Dropbox-link naar drieduizend portretten van verschillende kunstenaars uit dik twee eeuwen – onder meer Titiaan, Gerard ter Borch en Giovanni Antonio Boltraffio. De onderwerpen variëren van onbekende mensen die een portret hebben laten schilderen voor in hun eigen huis, tot historische figuren zoals Erasmus. Het gaat hier meer om het aantal dan om specifieke onderwerpen, kunstenaars of stijlen. Dat zou weleens onvermijdelijk kunnen zijn bij AI-kunst: een veelvoud aan kunsthistorische contexten wordt geabstraheerd tot algemene, visuele patronen. AICAN kan de algemene principes van de compositie aanleren, maar al doende kan het andere kenmerkende facetten van werk uit een bepaalde periode of een bepaald genre over het hoofd zien.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 41
Horizon_160.indd 41
28-05-19 15:40
horizon
reportage
Culturele connotaties
‘Er is geen vorm van schilderkunst denkbaar die zo is overladen met culturele connotaties als de portretschilderkunst,’ aldus John Sharp, een kunsthistoricus die is gespecialiseerd in vijftiende-eeuwse Italiaanse schilderijen en die aan het hoofd staat van de master Programmadesign en Technologie van de Parsons School of Design in New York. Portretkunst is meer dan een stijl, die biedt ook alle ruimte voor symboliek. ‘Zo kan een man bijvoorbeeld worden afgebeeld met een opengeslagen boek, om duidelijk te maken dat hij iets heeft met een bepaalde materie; of hij wordt afgebeeld met schrijfgerei, om gezag uit te stralen; of met een wapen, om macht uit te stralen.’ Kijk bijvoorbeeld eens naar Boltraffio’s portret van een jongeman die een pijl vasthoudt, dat is gebruikt om AICAN te trainen voor de tentoonstelling. Op het schilderij staat een jongeman afgebeeld, naar verluidt de dichter Girolamo Casio, uit Bologna, die een pijl tussen zijn vingers houdt, schuin voor zijn borst. De pijl is niet alleen een wapen, maar tevens een ganzenpen, een krachtig symbool voor zowel aristocratie als poëzie. Niet alleen de pijl, maar ook de krans in Casio’s haar is een embleem van Apollo, de god van zowel de poëzie als het boogschieten. Een neuraal netwerk zou hieruit niets kunnen afleiden over specifieke symbolische attributen in de renaissance of de oudheid – tenzij het dat krijgt aangeleerd, maar je kunt het netwerk niet zoiets aanleren enkel door het een heleboel portretten te tonen. Voor Sharp en andere criticasters van computer-gegenereerde kunst getuigen de resultaten van een onaanvaardbare onwetendheid aangaande de vermeende invloeden van het bronmateriaal. Maar in het kader van deze tentoonstelling is het teruggrijpen op de renaissance voornamelijk een manier om een hippe, nieuwe technologie te verbinden met traditionele schilderkunst, teneinde het resultaat een zeker historisch gewicht te verlenen: niet alleen een tentoonstelling in een galerie in Chelsea, maar ook een eerbetoon aan de schilderkunst die in het Metropolitan hangt. Om de link te versterken met de bakermat van de Europese kunst worden sommige afbeeldingen tentoongesteld in sierlijke lijsten, iets wat galeriehouder Philippe Hoerle-Guggenheim (ja, díé Guggenheim, al zegt hij dat hij ‘verre’ familie is) per se wilde, zo vertelt hij me.
Bedreiging
De technische vervaardigingsmethode wordt in officieel klinkende bewoordingen vermeld op de informatiebordjes in de galerie: ‘Creative Adversarial Network print’. Maar beide vormen van inspiratie, zowel de machine learning als de renaissanceportretten, krijgen nauwelijks credits en al helemaal geen toelichting. Dat is bewust zo gedaan, zegt Hoerle-Guggenheim. Hij gokt erop dat alleen al het bestaan van een visueel pakkend AI-schilderij genoeg is om belangstelling te wekken – en kopers aan te trekken. Dat blijkt een goede gok. Sommige bezoekers zien de belofte die AI-kunst in zich draagt als een bedreiging. Op zijn werkkamer laat Hoerle-Guggenheim me een reactie zien op
De beste manier om iets als kunst te presenteren is zorgen dat mensen het als nieuw en verrassend ervaren
een Instagram-post, voorafgaand aan de tentoonstelling. Iemand beklaagt zich erover dat de galerie kunst tentoonstelt die is gemaakt door machines. ‘Een schande dat een kunstgalerie zoiets doet… in plaats van ruimte te bieden aan mensen die hun levendige kijk op onze wereld geven.’ Hoerle-Guggenheim is blij met de kritiek – daaruit blijkt vooral belangstelling voor de tentoonstelling. Elgammal neemt de kritiek serieus, maar hij denkt dat de ongerustheid misplaatst is. ‘Het gaat mij nu meer om de samenwerking,’ zegt hij, waarmee hij afstand neemt van zijn eerdere interesse in het genereren van beelden die menselijke kijkers als beeldende kunst zouden accepteren. Het idee van samenwerking zit ingebakken in het werk van AICAN, bij HG Contemporary en daarbuiten. Maar het is merkwaardig om AICAN te vermelden als medewerker – schilders zien pigment als een middel, niet als een partner. Zelfs de meest overtuigde makers van digitale kunst presenteren het digitale proces achter hun werken niet op die manier; en áls ze het al doen, dan is het pas na vele jaren, om niet te zeggen decennia, van gebruik en voortdurende verfijning.
Maar Elgammal vindt deze keuze zonder meer gerechtvaardigd omdat machine learning tot on verwachte resultaten leidt. ‘Een camera is een stuk gereedschap – een mechanisch apparaat – maar een camera is niet creatief,’ zegt hij. ‘Door het over gereedschap te hebben, doe je AICAN tekort. Het is voor het eerst in de geschiedenis dat een apparaat over een zekere mate van creativiteit beschikt, dat het je kan verrassen.’ Elgammals financiële belang in AICAN kan deels verklaren waarom hij zo hamert op die rol. De gespecialiseerde printtechniek of zelfs de processing code-omgeving zijn niet meer dan programma’s die Elgammal heeft ontworpen, maar AICAN is meer dan dat: het is ook een commerciële onderneming. Elgammal heeft al een bedrijf in het leven geroepen, Artrendex, dat ‘AI-innovaties voor de kunstmarkt’ levert. Een daarvan stelt de authenticiteit vast van de herkomst van een werk; een andere draagt werken aan die een liefhebber of verzamelaar zouden kunnen bekoren op grond van de bestaande collectie; weer een andere is een systeem om afbeeldingen te rubriceren op grond van visuele kwaliteiten en niet alleen op grond van metadata. Die laatste is net aangekocht door de Barnes Foundation, om de website aan te sturen die mensen de gelegenheid biedt in de collectie te browsen. Het bedrijf heeft meer ambities dan alleen aanbevelingen doen en mooie onlinecatalogi aanleggen. Elgammal zat onlangs in een panel over het gebruik van blockchain voor het managen van kunstverkopen en authenticaties, en daar trok hij de aandacht van Jessica Davidson, een kunstconsulente die
pagina 42 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Horizon_160.indd 42
28-05-19 15:41
horizon
ai-kunst
Art Basel, duizenden werken door ‘human artists’ en een paar door AI. © Devin Gharakhanian
kunstenaars en galeries adviseert bij het opbouwen van een collectie of het samenstellen van een tentoonstelling. Davidson was op zoek naar businessdevelopmentpartners, en ze raakte geïntrigeerd door AICAN als een verhandelbaar product. ‘Wat mij interesseerde was hoe we het op een aansprekende manier kunnen inzetten,’ zegt ze. Davidson is ook degene die de Faceless Portraits Transcending Time-tentoonstelling heeft verkocht aan Hoerle-Guggenheim, die al langer op zoek was naar een AI-georiënteerde kunstenaar voor zijn galerie. ‘Het was belangrijk om de legitimiteit te waarborgen van wat we proberen te doen,’ vertelt Davidson me, ‘en het was belangrijk om een heel traditionele solotentoonstelling in Chelsea samen te stellen en te openen.’
Business intelligence
De tentoonstelling is meer dan een stunt. Om te beginnen zijn de prints te koop, voor prijzen die variëren van 6000 tot 18.000 dollar. Voor de Chelseascene is dat zeer betaalbaar. Maar daarnaast is de tentoonstelling ook een strategische zet om de basis te leggen voor een bredere ambitie: het gebruik van AI om de visuele esthetiek van de toekomst te doorgronden en misschien zelfs te definiëren. ‘We hebben de machine gevoed met beelden van kunst, gerubriceerd naar stijl – renaissance, barok, realisme, impressionisme enzovoort – en de machine heeft de chronologie uitgevogeld,’ zegt Elgammal. Het is een opmerkelijke prestatie die de overtuiging zou kunnen ondergraven dat artistieke prestaties afhankelijk zijn van de menselijke rede. Elgammal speculeert dat AICAN en vergelijkbare technologieën toekomstige kunsttrends kunnen voorspellen, gebaseerd op technieken en stijlen die momenteel in zwang zijn. Dat maakt Artrendex, en AICAN, hoe dan ook tot een potentieel waardevol business intelligence-platform. Davidson legt uit dat het systeem al is gebruikt om honderdduizenden Instagram-posts te analyseren. Die informatie wordt vervolgens gebruikt om te bekijken welke werken op trendy festivals als Art Basel vermoedelijk de toon zullen zetten. ‘In een kunstmarkt waar meer dan 64 miljard dollar omgaat,’ zo staat te lezen op de website van Artrendex, ‘en waar het grootste deel van die markt bestaat uit kunst die wordt gekocht als investering, ontstaat de vraag naar data-analyseprogramma’s die de potentiële waarde van kunst kunnen vaststellen.’ Afgelopen jaar heeft Khosla Ventures 2,4 miljoen dollar in het bedrijf gestoken voor de ontwikkeling en verkoop van marketingtools op het gebied van kunsteconometrie.’ Door AICAN’s commerciële potentieel verandert de tool van een eigenzinnige AI-partner in een mogelijk waardevolle general purpose-technologie. En daarom wil Elgammal voorlopig zelf in de hand houden wie toegang heeft tot AICAN. Elgammal houdt vast aan het standpunt dat AICAN een medewerker is, maar voorlopig is hij zelf nog altijd degene die beslist wie
er al dan niet mag meewerken. ‘We zetten nu een artist in residence-programma op om intern met AICAN samen te werken, voordat we het beschikbaar maken voor anderen,’ zegt hij. ‘Goedgekeurde’ medewerkers zijn onder meer Devin Gharakhanian en Tim Bengel, van wie het werk dat ze met AICAN hebben gemaakt vorig jaar is tentoongesteld op Scope Miami Beach. Davidsons verwachtingen voor AICAN zijn zelfs nog ambitieuzer, en ook commerciëler van aard. Ze ziet ‘een netwerk van pijplijnen’ voor zich naar corporate collecties – zoals de collecties van hotelketens of bedrijfsgebouwen, die kunst nodig hebben om in openbare ruimtes te hangen. Met genoeg data over de gebruikersvoorkeuren wat betreft beelden, kunnen AICAN en zijn neefjes en nichtjes in theorie
Het worstcasescenario is dat machines de hele kunstmarkt zullen overnemen de hipste look voor het volgende seizoen bepalen, en Artrendex kan betaalbare edities maken en vervaardigen voor hotelkamers of lobby’s van bedrijven. Misschien dat het bedrijf zelfs abonnementen kan verkopen om die werken te verversen. Dat is slechts een van de mogelijke scenario’s voor de toekomst, en het is nog niet eens zeker dat Artrendex dat scenario zal nastreven. Alex Morgan, een hoge medewerker van Khosla, die medeverantwoordelijk is geweest voor het inschakelen van Elgammal en zijn bedrijf, vertelt me dat de opbrengst van de investering onbekend is, ‘maar wel hoog’. Hij hoopt dat het bedrijf ‘het maakproces en de waardering van kunst op een ingrijpende manier zal democratiseren’. Ondertussen zal geautomatiseerde, commerciële kitsch voor boven de kingsize bedden in suites van het Hyatt misschien niet lang meer op zich laten wachten nu de Chelsea-scene de technologie heeft omarmd als een creatieve, machine learningpartner.
Markt
De kunstmarkt is precies wat het woord zegt: een markt. Sommige van de meest vooraanstaande namen binnen de hedendaagse kunstwereld, van Damien Hirst tot Banksy, houden zich net zozeer – of misschien zelfs meer – bezig met de handel in kunst als met het vervaardigen van afbeeldingen en objecten, en met esthetiek. Vandaag de dag ontkomt geen enkele kunstenaar daaraan, zegt Elgammal. ‘Is hij een kunstenaar?’ vroeg Hoerle-Guggenheim zich af over de informaticus. ‘Nu hij zich in deze context heeft begeven, kan het niet anders.’ Maar is dat voldoende? Sharp is van oordeel dat Faceless Portraits Transcending Time meer wegheeft van een demo dan van een weloverwogen oeuvre. Hoe er ook tegen Banksy of Hirst wordt aangekeken, Elgammals grootste kunststuk zou weleens Artrendex zelf kunnen zijn, in plaats van de portretten die de start-up heeft voortgebracht. Het worstcasescenario is dat machines de gehele kunstpraktijk zullen overnemen. AICAN zou kunnen
uitgroeien tot een gesloten systeem waarin een kunstmatige intelligentie de informatieruimte afspeurt, op zoek naar invloeden, en op grond daarvan een nieuwe iteratie van kunst ontwikkelt en vervolgens analyseert hoe dat werk door het publiek wordt ontvangen, en steeds opnieuw, ad infinitum. Wanneer ik Davidson met deze mogelijkheid confronteer, moet ze erkennen dat ze niet bij dit scenario heeft stilgestaan, maar ze zegt erbij dat het risico haar niet al te groot lijkt. ‘Ik denk dat deze ontwikkeling belangrijk is en bij deze tijd past,’ zegt Davidson over AICAN. ‘Maar het is bepaald niet gezegd dat het die kant op zal gaan.’ Daar kan ze gelijk in hebben. Ondanks Morgans ambities ontkomt zelfs een machine die esthetische stijlen vervaardigt en beoordeelt, er niet aan zelf uit te groeien tot een stijl. Voorlopig is de AI-look interessant en vernieuwend, maar het zal altijd een esthetiek zijn die is verbonden aan een bepaalde periode. Momenteel ziet het er nog allemaal even mooi en spannend uit, maar binnenkort zullen we ook hierop uitgekeken raken. AICAN zal de kunst redden noch de das omdoen. Het is gewoon een zoveelste stijl, door trends en toevalligheden verbonden met een bepaalde periode die ook weer voorbij zal gaan, zoals elke periode. Bij de 20ste-eeuwse avant-garde kon van alles en nog wat kunst worden, een idee dat in de 21ste eeuw breder postvatte binnen de populaire cultuur. Tegenwoordig kan iedereen zichzelf uitroepen tot kunstenaar en zichzelf een zeker bestaansrecht verlenen op bijvoorbeeld YouTube of Instagram of DeviantART. Vandaag de dag wordt de culturele productie aangedreven door dit soort start-ups. Maar toch, van alle kunstvormen is de schone kunst misschien wel het beste bestand tegen technologische verstoring – beide floreren bij vernieuwing, zelfs al is die nauwelijks bij te houden. Het valt nog te bezien welke partij uiteindelijk de toon zal zetten, en welke zal volgen. Elgammal is uiteindelijk misschien niet meer dan een serieuze informaticus die per ongeluk kunstenaar en ondernemer is geworden en in de wereld van de uitgekookte kunsthandelaren terecht is gekomen. Of hij is een sluwe agent die misbruik maakt van een serieuze galeriehouder in zijn commerciële streven de kunstmarkt in handen te krijgen. De toekomst van de kunst zou weleens bepaald kunnen worden door de vraag welk verhaal het hoogste bod binnensleept. Ian Bogost
The Atlantic Verenigde Staten | maandblad | oplage 462.000
Voorheen The Atlantic Monthly. Halverwege de negentiende eeuw opgericht door schrijvers Harriet Beecher Stowe en Ralph Waldo Emerson. Naast journalistiek ook ruimte voor poëzie en beeld.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 43
Horizon_160.indd 43
28-05-19 15:41
horizon
interview
Maak jezelf vooral niets wijs Frankfurter Allgemeine Zeitung | Frankfurt
We hebben de jonge generatie in de steek gelaten. Er is een revolutie nodig die ons van het internet bevrijdt. En we moeten onze vrijheid verdedigen. Een gesprek met Zadie Smith.
FAZ: In uw nieuwe essaybundel Feel Free stelt u dat we zonder sociale media veel vrijer zouden zijn. Waarom? ZS: Ze slurpen onze tijd en eisen onze energie op; ze worden gestuurd door een bedrijfsleven dat het gemunt heeft op onze aandacht. Als ik in het dagelijks leven mensen observeer, vooral jongeren, die voortdurend met hun telefoon in de weer zijn, kom ik steeds weer tot de conclusie dat de sociale media tijd, creativiteit en energie absorberen. Terwijl mensen in werkelijkheid zo creatief kunnen zijn. Zoekt niet iedere generatie nieuwe en eigen manieren om te communiceren? Het gaat niet alleen om communicatie, door sociale media ontstaat een soort fictief beeld van de wereld dat is opgebouwd uit zelfpresentatie en zogenaamde berichten die voortdurend gelezen en gedeeld moeten worden, becommentarieerd en opnieuw gedeeld. Dat is een enorme afleiding van het eigenlijke leven, het leven waarin je werkelijk iets zou kunnen doen. Wat bedoelt u met ‘zogenaamde’ berichten’? Het begrip ‘berichten’ vind ik niet meer passen bij wat door moderne technologieën wordt verspreid. Het is niet zo dat er zo nu en dan een nieuwtje in ons leven wordt geïntroduceerd. De zogenaamde berichten vormen voor velen een fors bestanddeel van hun dagelijkse bezigheden; ze reageren aldoor op elkaar. Constant wordt naar het mobieltje gegrepen. Dat valt mij in New York het meest op bij blanke mannen van middelbare leeftijd. Steeds weer moeten ze de headlines raadplegen. Het lijkt voor hen bijna beschamend te zijn om er niet aan mee te doen.
Zijn ze niet gewoon geïnteresseerd in politiek? Al dat lezen, delen of twitteren blijft zonder gevolgen. Nog iets wat me in New York opviel. Toen het Muellerrapport verscheen, waren mensen duidelijk geschokt – ook die blanke mannen van middelbare leeftijd over wie ik het had. Omdat ze verwacht hadden dat al hun aandacht, al dat constante kijken op hun smartphone, wel ergens toe zou hebben geleid. Ze hadden het gevoel dat ze eraan deelgenomen hadden. Maar je verandert niets aan de werkelijke situatie door je te laten horen op sociale media of teksten op het internet te lezen.
Frankfurter Allgemeine Zeitung Duitsland | dagblad | oplage 382.000
Een van de belangrijkste kranten van Duitsland. Hoewel politiek onafhankelijk, wordt de FAZ over het algemeen een gematigd conservatief profiel toegedicht.
Is het een illusie? Ja. En tegelijk een afleiding van de politieke personen die we zouden kunnen zijn. Bij de laatste presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten [in 2016] bleek hoe weinig millennials hun stem uitbrengen. Velen van hen leven meer in hun socialemediawereld dan in de werkelijkheid. Dat is niet alleen hun eigen fout. Ze zijn opgegroeid in een passieve cultuur, een cultuur die zich niet om vrijheden heeft bekommerd. De generatie vóór hen heeft dat verzuimd. In de VS, en ook in Europa. Uw generatie. Ja. Wij zijn te lang alleen in onszelf geïnteresseerd geweest, hebben een ronduit hedonistisch leven geleid. Tegen de achtergrond van een bloeiende economie, twintig jaar geleden, hebben wij niets anders gedaan dan onszelf dienen – misschien hebben we af en toe met een handtekening of door wat geld over te maken een dolfijn gered, als er toevallig een non-profitorganisatie aan de deur klopte. We hebben niet op- of omgekeken, ons nergens druk om gemaakt, en we konden ons dat veroorloven omdat we niet in Iran, Afghanistan of Ethiopië leefden, maar op plekken waar de paden al gebaand waren. We hoefden er niets voor te doen. De cultuur van passiviteit die daar het gevolg van is, is in combinatie met de huidige manipulatie en de afleiding door de sociale media zeer beangstigend. U doceert aan de New York University. Hoe denken uw studenten hierover, van wie velen twintig jaar jonger zijn? Ik denk – en daar spreek ik ook met hen over – dat ze inzien hoe mijn generatie ze fundamenteel in de steek heeft gelaten. Ik probeer ze te zeggen dat je in de realiteit moet handelen. Op een tastbare manier. Dat je moet gaan stemmen. Dat je moet geloven in het belang van verkiezingen. Want de mensen die geïnteresseerd zijn in macht laten zich niet afleiden. Die verliezen de bal nooit uit het oog en verzinken niet in het checken van hun nieuwsfeed.
pagina 44 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Horizon2.indd 44
28-05-19 14:39
horizon
bevrijding van het internet
‘Ik kom steeds weer tot de conclusie dat de sociale media tijd, creativiteit en energie absorberen’
Š Getty Images
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 45
Horizon2.indd 45
28-05-19 16:04
horizon
U opent uw boek met een citaat van de Amerikaanse schrijfster Zora Neale Hurston: ‘People can be slave-ships in shoes’. Dat citaat gaat over de gedachte of zelfs de vraag of je het gevoel hebt uit vrije wil te handelen terwijl je jezelf in werkelijkheid alleen maar voor de gek houdt. Ik heb het voor in mijn boek gezet omdat ik het ontzettend belangrijk vind dat we hier weer op leren letten, dat we er alert op zijn. Zolang we dat niet zijn, is het moeilijk om iets te veranderen. Het is tijd dat we weer vrijer worden. Wat betekent vrijheid voor u? Existentiële vrijheid betekent voor mij dat je jezelf niets wijsmaakt, voor zover dat mogelijk is. Dat je niet tegen jezelf liegt. Dat is een van de moeilijkste dingen in het leven. Lukt het u? Niet altijd, helaas. Des te belangrijker is het om er steeds weer mee bezig te zijn. Existentiële vrijheid staat voor mij niet gelijk aan de Amerikaanse droom: het idee dat iedereen zich kan opwerken tot miljonair. Integendeel: mensen zonder economische drijfveer leven vaker in gemeenschappen en steunen elkaar. Het maakt mij niet uit of je jezelf op marxistische wijze onderzoekt en de vraag stelt of je zelf niet is gekocht en gemanipuleerd door de consumptiemaatschappij, of dat je jezelf in freudiaanse zin de vraag stelt of je wel weet wie je echt bent. Het gaat mij erom dat we weer een sterker gevoel voor vrijheden ontwikkelen. En ik denk dat de sociale media daar fundamenteel tegen ingaan, vooral bij jongeren. We moeten ons in eerste instantie bevrijden van het internet. U heeft een dochter en een zoon, die op een leeftijd zijn dat veel kinderen een smartphone hebben. Die van u ook? In ons gezin zijn geen smartphones. Maar het gaat niet om ons als afzonderlijk gezin, of om de kinderen van linkse, intellectuele ouders. Het gaat om een aanzet voor de hele samenleving. Hoe leven we met z’n allen? Het is me allang duidelijk dat ik met deze boodschap niet overal even enthousiast zal worden ontvangen. Maar een heroïneverslaafde staat toch ook niet te springen om mee te werken en af te kicken? Uw boek bevat een hoofdstuk dat ‘Brexitdagboek’ heet, en dat gaat over het referendum en hoe geschokt u bent over de uitslag. U brengt de zomer elk jaar door in Londen. Met welk gevoel reist u naar huis? Ik ervaar hetzelfde als mijn familie die in Londen woont. Je ziet in het totaalbeeld van het Verenigd Koninkrijk hoeveel schade de brexit aanricht. Maar ik weet er niets zinnigs over te zeggen, behalve dat het maar doorgaat. Mijn observaties zijn alledaags, basaal. Als ik met mijn broers of met vrienden bel, krijg ik de indruk dat ze er zo weinig mogelijk over nadenken, omdat ze er anders gek van zouden worden. In het rationele Duitsland moet wat er in Engeland gebeurt een krankzinnige indruk maken.
interview
‘Vrijheid is niet tegen jezelf liegen. Dat is een van de moeilijkste dingen in het leven’
Zegt u bewust ‘Engeland’? De Engelsen en de Welshmen zijn de hoofdverantwoordelijken voor deze catastrofe. Ze zijn verleid door wensdenken en fantasieën die niets met de werkelijkheid te maken hebben. Als Engelsen spreken over die goeie ouwe tijd waar ze naar terug willen keren, dan dromen ze volgens mij van Henry V, de grote slag tegen de Fransen, de uitbreiding van het koninkrijk. De familie van uw echtgenoot Nick Laird stamt uit Noord-Ierland… … en het is zonneklaar dat bij het brexitreferendum niemand zich heeft bekommerd om de belangen van Noord-Ierland of Schotland. Mijn man ervaart de ontwikkelingen als heel deprimerend en maakt zich zorgen dat het geweld in Noord-Ierland weer op zal laaien. Ook daar heeft waarschijnlijk niemand van degenen die voor het referendum verantwoordelijk zijn bij stilgestaan. Er is nog iets wat ik ervaar als ik naar Londen reis. Ja? Ik merk elke keer hoezeer de Britse politiek de jongere generatie de laatste decennia links heeft laten liggen, ja, besodemieterd heeft – een ander woord ervoor valt me niet in. Alles wat mijn generatie nog ter beschikking stond en waarop ze vertrouwde, is hun ontnomen. In uw boek klinkt even een nostalgische toon door als u schrijft over de welvaartsstaat die u als kind en jongere gezondheidszorg verschafte en het u later mogelijk maakte te gaan studeren. De jongeren van vandaag zijn niet zeker van een baan of een woonruimte. Ze kunnen niet rekenen op goed onderwijs. Werkelijk alles heeft schade opgelopen, ook de open samenleving.
Soms wordt u gevraagd om toe te geven dat het multiculturalisme dat u altijd heeft verdedigd, nu toch is mislukt. Wat antwoordt u daarop? Niet-witte mensen maken in Groot-Brittannië al eeuwen deel uit van de samenleving. Degenen die zich daartegen keren en de mislukking van een multiculturele samenleving uitroepen, moeten duidelijker zeggen wat ze bedoelen. Als het hun erom te doen is dat die inwoners van Groot-Brittannië terugkeren naar de landen van herkomst, dan moet dat duidelijk uitgesproken worden. En dan? Dan kan er een duidelijke en open discussie worden gevoerd. Dan kan ook niet meer verdoezeld worden wat het terugdraaien van een multiculturele samenleving in werkelijkheid zou betekenen. En daar zouden velen toch voor terugschrikken, denk ik. Het houdt me erg bezig waarom dingen verdoezeld of ontkend worden. Ook wat betreft de klimaatverandering bijvoorbeeld. Het is toch verbazingwekkend dat zo veel christenen in de Verenigde Staten de klimaatverandering ontkennen? Hoe verklaart u dat? Het geschetste beeld is blijkbaar zo vreselijk dat men dan maar doet alsof het probleem helemaal niet bestaat. God heeft de wereld geschapen, en die wereld wordt nu door de mensen vernietigd. Als dat je niks kan schelen, heeft het blijkbaar geen waarde en hoef je het ook niet te ontkennen. Maar als de ontwikkeling je bang maakt, negeer je die en ontken je de feiten. En het is mijn ervaring dat je mensen alleen kunt bereiken als je ze er op gevoelsniveau over aanspreekt. Daarvoor moet je wel met elkaar in gesprek kunnen gaan, en geloven dat verandering mogelijk is. Welke conclusies trekt u zelf uit uw eigen kritiek? Bent u politiek geëngageerd? Mijn leven is wat dat betreft niet erg praktisch ingericht. Ik ben schrijfster, en dat is in elke revolutie de meest nutteloze rol die je kunt hebben. Maar ik probeer met een zo helder mogelijke blik te schrijven en op die manier een discussie aan te zwengelen. Anne Ameri-Siemens
Zadie Smith, Voel je vrij, Uitgeverij Prometheus, 2019.
pagina 46 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Horizon2.indd 46
28-05-19 14:40
cultuur & wetenschap
You talkin’ to me? Wat horen Siri, Alexa en Hello Barbie allemaal en wat doen ze met die informatie? p. 48 Gerecenseerd p. 52 Agenda p. 54
Š Andrea Popa / Unsplash
CultuurenWetenschap_160.indd 47
28-05-19 15:54
cultuur & wetenschap
Big data wordt
Big Brother The Guardian | Londen
Met de komst van zogenaamde smart home-apparaten stuiten we
op nieuwe vragen rondom privacy en ethiek. Wat horen Siri, Alexa
en Hello Barbie allemaal en wat doen ze met die informatie? En wat als ze een moord opvangen?
O
p de avond van 21 november 2015 zat James Bates in Bentonville, Arkansas, naar een footballwedstrijd te kijken. Hij had drie vrienden bij hem thuis uitgenodigd, ze dronken bier en shotjes wodka terwijl de Arkansas Razorbacks en de Mississippi State Bulldogs een spannend duel uitvochten. Toen de Razorbacks uiteindelijk met 51-50 hadden verloren, ging een van de mannen naar huis. De rest verkaste naar de hottub van Bates en bleef drinken. Bates zou later zeggen dat hij om een uur of één naar bed was gegaan en dat de andere twee, onder wie ene Victor Collins, bij hem bleven slapen. Toen Bates de volgende ochtend opstond, waren zijn twee vrienden nergens in huis te bekennen. Maar toen hij de achterdeur opende, zag hij een lijk in zijn hottub drijven. Dat was Collins. De dood van Victor Collins zou nooit internationale aandacht hebben getrokken als justitie het in de loop van het onderzoek niet aan de stok had gekregen met een van de machtigste bedrijven ter wereld: Amazon. Daardoor leidde de dood van Collins tot een breder debat over privacy in het tijdperk van digitale spraakherkenning. Een debat waar de grote technologiebedrijven niet blij mee zijn. Toen Bates de politie had laten komen, meende die eenmaal ter plaatse sporen van een worsteling te zien: hoofdsteunen en knoppen van
de hottub die op de grond lagen, twee gebroken flessen. Collins had een blauw oog en opgezwollen lippen, en het water zag donker van het bloed. Bates zei geen idee te hebben wat er was gebeurd, maar de politie vertrouwde het niet. Op 22 februari 2016 werd hij aangehouden op verdenking van moord. Bij de huiszoeking zagen de rechercheurs een Amazon Echo staan. Aangezien ze hun twijfels hadden over Bates’ verhaal, vroegen ze zich af of de Echo misschien dingen had opgevangen die licht op de zaak konden werpen. In december 2015 werd Amazon gesommeerd tot het vrijgeven van ‘elektronische data in de vorm van geluidsopnamen, transcripties of anderszins vastgelegde teksten’. Amazon gaf wel een overzicht vrij van via de Echo gemaakte aankopen, maar niet van opgeslagen geluidsopnamen. ‘Gezien het zwaarwegend belang van het grondwettelijk recht op vrije meningsuiting en bescherming van de privacy,’ luidde het juridisch verweer van Amazon, ‘moet dit bevel nietig worden verklaard.’ Bates’ advocaat Kimberly Weber formuleerde het simpeler: ‘Ik heb er bezwaar tegen dat een kerstcadeautje dat bedoeld is om je leven te veraangenamen, tegen je kan worden gebruikt,’ zei ze tegen een verslaggever. ‘Het lijkt wel een politiestaat.’
Bespioneren
De Stasi zou hebben gewatertand van de slimme speaker van Amazon, met microfoons die uit de hele kamer stemmen opvangen. En dat geldt voor alle smart home-producten van Apple, Google en Microsoft, en voor de software in onze smartphones die de microfoon gebruikt. Zoals de schrijver Adam Clark Estes zegt: ‘Wie een slimme speaker koopt, betaalt in feite om zich te laten bespioneren door grote techbedrijven.’ Amazon werpt tegen dat zijn producten ten onrechte in een kwaad daglicht worden gesteld. Ja, die appara-
ten vangen alles op, maar lang niet alles wat ze opvangen wordt ook doorgesluisd. Alleen als de Echo het signaalwoord ‘Alexa’ hoort, wordt de opgevangen audio naar de cloud gestuurd voor nadere analyse. Bates zal allicht niet zo’n idioot verdachte vraag hebben gesteld als: ‘Alexa, hoe kan ik een lijk wegwerken?’ Maar het is voorstelbaar dat het apparaat iets heeft opgevangen wat relevant is voor het onderzoek. Als iemand de Echo bijvoorbeeld bewust geactiveerd heeft om een liedje aan te vragen, kan het apparaat relevante achtergrondgeluiden hebben opgevangen, zoals een ruzie. En als Bates de Echo na één uur ’s nachts nog opdrachten heeft gegeven, zou dat strijdig zijn met zijn bewering dat hij toen al op één oor lag. Een rechter die blijkbaar ontvankelijk was voor de gedachte dat Amazons data bruikbaar bewijs zouden kunnen bevatten, zette in augustus 2016 zijn handtekening onder een tweede gerechtelijk bevel, waarin Amazon gesommeerd werd de achtergehouden informatie alsnog te overhandigen.
De Stasi zou hebben gewatertand van de slimme speaker van Amazon Daarop kwam er een knieval uit onverwachte hoek: van Bates zelf, die volhield dat hij onschuldig was. Zijn advocaat zei dat ze geen bezwaar hadden tegen vrijgave van de informatie. Toen kwam Amazon over de brug, en als de politie al belastende informatie in die data heeft aangetroffen, dan is dat in ieder geval nooit bekendgemaakt. In december 2017 werd de zaak geseponeerd: de aanklagers concludeerden dat er meerdere mogelijke
pagina 48 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
CultuurenWetenschap_160.indd 48
28-05-19 18:32
cultuur & wetenschap
IN HET KORT
• Techbedrijven zweren dat hun virtuele assistenten alleen geluiden opvangen als de gebruiker daartoe opdracht geeft. • Hackers kunnen, louter met je inlognaam en wachtwoord, je spraakopnamen afluisteren die worden opgeslagen in de cloud. • Techbedrijven leren hun systemen alert te zijn op onheil, maar krijgen ze daarmee ook verantwoordelijkheid als hun assistenten verzuimen de politie te bellen?
verklaringen voor de dood van Collins waren. Maar het privacyvraagstuk dat door deze zaak zo dramatisch werd belicht, blijft natuurlijk bestaan. Techbedrijven zweren bij hoog en bij laag dat ze hun klanten niet bespioneren, dat hun virtuele assistenten en andere gadgets alleen geluiden opvangen als de gebruiker daartoe opdracht geeft. En voor zover je van buitenaf kunt nagaan, lijkt dat te kloppen. Maar dat wil niet zeggen dat er niet meegeluisterd wordt, of zou kunnen worden, op manieren die onze gangbare ideeën over privacy ondergraven.
Meeluisteren
Er zijn verschillende manieren waarop slimme apparaten onze privacy kunnen ondermijnen. Door het meeluisteren ten bate van kwaliteitsverbetering bijvoorbeeld. Hello Barbie spitst haar digitale oren als je op de glimmende gesp van haar broekriem drukt. De apparaten van Google worden wakker als je ‘oké
Gesprekken van kinderen worden niet live gevolgd, maar kunnen wel achteraf geanalyseerd worden. – © Getty Images
Google’ zegt. Alexa van Amazon wil graag dat je haar naam uitspreekt. Maar als ze eenmaal beginnen te luisteren, wat gebeurt er dan? Volgens bronnen bij Apple, dat zich graag op zijn privacybescherming laat voorstaan, probeert Siri zo veel mogelijk opdrachten direct op de iPhone of HomePod van de gebruiker af te handelen. Als een vraag naar de cloud moet worden verzonden voor nadere analyse, krijgen die data niet de naam van de gebruiker mee, maar een gecodeerd identificatielabel. Spraakopnamen worden zes maanden bewaard om de spraakherkenning te helpen de stem van de gebruiker te leren begrijpen. Daarna wordt de opname nog maximaal twee jaar geanonimiseerd opgeslagen ten bate van de algehele kwaliteitsverbetering van Siri.
De meeste andere bedrijven hechten minder belang aan lokale verwerking van de data en streamen de audio meteen naar de cloud, waar ze er meer rekenkracht op kunnen loslaten. Computers proberen daar de aard van het verzoek vast te stellen en eraan te voldoen. Daarna zouden alle data over het verzoek en de afhandeling daarvan gewist kunnen worden, maar dat gebeurt bij de meeste bedrijven niet. De reden is simpel: data. Voor spraakgestuurde AI geldt: hoe meer data, hoe beter. Bijna alle chatbotontwikkelaars, van hobbyisten tot de AI-experts van grote techbedrijven, analyseren in ieder geval een deel van de transcripties van de daadwerkelijke interacties met het product. Zo kunnen ze zien wat er goed ging, wat er beter moet en wat gebruikers graag met het product doen of bespreken. Die data kunnen op allerlei verschillende manieren worden doorgenomen. De logbestanden van de gesprekken kunnen bijvoorbeeld geanonimiseerd worden: de mensen die de tekst doornemen krijgen dan geen namen van individuele gebruikers te zien.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 49
CultuurenWetenschap_160.indd 49
28-05-19 15:56
cultuur & wetenschap
Ze kunnen ook toegespitste data te zien krijgen, bijvoorbeeld het feit dat na een bepaalde uitspraak van de chatbot gesprekken vaak stilvallen, zodat ze weten dat die moet worden aangepast. Bij Microsoft en Google en andere bedrijven krijgen de ontwerpers ook een overzicht van de populairste zoekopdrachten, zodat ze weten welke content ze moeten toevoegen.
Intiem
Maar de data kunnen ook schrikbarend intiem zijn. Bij één bedrijf dat spraakgestuurde software ontwikkelt, lieten medewerkers me zien dat ze dagelijks overzichten in de mail krijgen van interacties tussen mensen en hun chatbot. Ze openden zo’n mail en speelden daar iets uit af. In helder digitaal geluid hoorde ik een kind dat voor zich uit zat te rebbelen. ‘Ik ben gewoon een jongen,’ zei hij. ‘Ik heb een T-shirt met een groene dinosaurus en eh... heel grote poten... heel veel speelgoed hier in huis en een stoel... Mijn mama is gewoon een meisje, en ik weet van mijn mama dat ze alles kan doen wat ze wil. Als ik ’s ochtends opsta gaat ze altijd naar haar werk, maar ’s avonds komt ze weer thuis.’ De opname bevatte niets onoorbaars. Maar toen ik hem hoorde, bekroop mij het akelige gevoel dat ik mij als een onzichtbare aanwezigheid in de kamer van dat jongetje bevond. Ik besefte dat wij wel kunnen denken dat we in alle anonimiteit spreken met zo’n virtuele assistent op een smartphone of een slimme luidspreker – we praten toch alleen met de computer? – maar dat die anonimiteit helemaal niet vaststaat. Het is heel goed mogelijk dat er mensen naar ons luisteren, aantekeningen maken en proberen er wijzer van te worden. Er kan ook per ongeluk worden afgeluisterd. Op 4 oktober 2017 woonden diverse journalisten een productpresentatie van Google bij in San Francisco. Designer Isabelle Olsson onthulde daar de nieuwe Google Home Mini, een homespeaker ter grootte van een bagel die Googles antwoord moet zijn op de Amazon Echo Dot. ‘Je huis is een intieme plek waar je niet zomaar iedereen binnenlaat,’ zei Olsson. Na afloop van de presentatie kregen de aanwezigen zo’n Mini cadeau. Een van hen was de schrijver Artem Russakovskii, en het is geen wonder dat hij zich later nog eens achter de oren krabde over wat hij daarmee had binnengelaten. Toen hij de Mini een paar dagen in huis had, bekeek hij het online overzicht van zijn spraakinteracties met het apparaat. Tot zijn schrik stonden er al duizenden korte opnames vermeld – opnames die nooit gemaakt hadden mogen worden. Zoals hij op de website Android Police later schreef: ‘Als gevolg van defecte hardware werd ik 24 uur per dag door mijn Google Home Mini bespioneerd.’ Toen hij bij Google aan de bel trok, stuurde het bedrijf meteen iemand om zijn defecte apparaat door twee nieuwe te vervangen. Net als andere apparaten kan de Mini geactiveerd worden door ‘oké Google’ te zeggen of een knop boven op het apparaat aan te raken. Het probleem was dat die knop ook ‘spookaanrakingen’ registreerde, schreef Russakovskii. Google verklaarde dat het defect zich slechts voordeed bij een klein aantal op
promotiebijeenkomsten uitgedeelde exemplaren. Het probleem werd opgelost met een software-update. En om alle angst weg te nemen beloofde Google de touchfunctie op alle Mini’s permanent te zullen uitschakelen. Het Electronic Privacy Information Center vond het te mager. Het onafhankelijke onderzoekscentrum schreef een brief aan de Amerikaanse raad voor consumentenveiligheid, waarin het op een verbod aandrong omdat het apparaat ‘Google in staat stelt zonder medeweten of toestemming van de consument privégesprekken binnenshuis op te vangen en vast te leggen’. Uit niets bleek dat Google mensen met opzet afluisterde. Maar als een bedrijf van dat kaliber zo’n blunder kan begaan, zullen andere bedrijven met de toename van spraakgestuurde technologie net zo gemakkelijk in de fout kunnen gaan.
Bijvangst
Als je je afvraagt of overheden of hackers kunnen horen wat jij tegen je apparaat zegt, kun je nadenken over wat er met je woorden gebeurt nadat je ze hebt uitgesproken. Het privacybewuste Apple bewaart spraakopdrachten wel, maar koppelt ze niet aan je naam of gebruikersnummer. De opnamen krijgen een voor iedere gebruiker unieke, maar willekeurige reeks cijfers. En na zes maanden vervalt ook de koppeling met die unieke cijferreeks.
Met je inlognaam en wachtwoord kan een hacker al je spraakopdrachten afluisteren Google en Amazon daarentegen blijven de inhoud van de opname koppelen aan de gebruiker. Als gebruiker hoef je maar op je Google- of Amazon-account in te loggen om een compleet overzicht te zien van al je spraakopdrachten. Dat heb ik bij Google gedaan, en ik kon elke opname zelf afspelen. Als ik bijvoorbeeld het item afspeel van 29 augustus 2017, 9.43 uur, hoor ik mezelf vragen: ‘Wat is puntenslijper in het Duits?’ Je kunt die opnamen wissen, maar dat
moet je als gebruiker dan wel zelf doen. Zoals Google het in zijn gebruiksvoorwaarden formuleert: ‘Je gespreksgeschiedenis met de Google Home en de Google Assistent wordt opgeslagen totdat je ervoor kiest deze te verwijderen.’ Is dit een nieuw privacyprobleem? Dat misschien niet. Ook alle zoekopdrachten die je in de zoekmachines van Google en andere bedrijven intikt, worden bewaard tot je ze zelf verwijdert. Je zou kunnen stellen dat het opslaan van spraakopdrachten van hetzelfde laken een pak is. Maar sommige mensen vinden het toch griezeliger zodra er opnamen worden gemaakt. En je hebt het probleem van de bijvangst. De microfoon vangt ook achtergrondgeluiden op die van anderen afkomstig zijn: je partner, je vrienden, je kinderen. Opnamen of andere data die alleen lokaal worden opgeslagen (dus op je telefoon, computer of slimme speaker) kan justitie alleen inzien met een gerechtelijk bevel. Maar je privacy is een stuk minder goed beschermd zodra de opname van jouw stem eenmaal in de cloud belandt. Joel Reidenberg, hoofd van de vakgroep recht en ICT aan de Fordham University School of Law in New York, vindt dat ‘de wettelijke norm voor “redelijke verwachting van privacy” wordt uitgehold. Als je een apparaat hebt dat geluiden opvangt en die naar een derde partij stuurt, doe je volgens onze grondwet daarmee afstand van je recht op privacy.’ Volgens een transparantierapport van Google zijn er in 2017 van meer dan 170 duizend gebruikersaccounts gegevens opgevraagd door overheidsinstanties. (In het rapport wordt dat niet verder uitgesplitst naar spraakopdrachten, ingetypte zoekopdrachten en andere gegevens.) Als je thuis de wet niet overtreedt en ook niet bang bent daarvan valselijk beschuldigd te worden, vind je het misschien niet erg dat de overheid jouw spraakdata kan opvragen. Maar er dreigt nog een ander, breder gevaar wanneer bedrijven je spraakopnamen massaal opslaan. Louter met je inlognaam en wachtwoord kan een hacker dan alle spraakopdrachten afluisteren die jij in de beslotenheid van je eigen huis hebt gedaan. Technologiebedrijven roepen vaak dat ze geen kwade bedoelingen hebben, maar bij hackers ligt dat anders. En bedrijven beschermen hun data wel met wachtwoorden en encryptie, maar uit diverse tests en daadwerkelijke hacks is gebleken dat dit bepaald geen waterdichte bescherming biedt. Neem de knuffels van CloudPets. Een poesje, een olifant, een eenhoorn, een teddybeer: als een kind in de poot van zo’n beestje kneep, kon het een kort bericht inspreken dat via bluetooth op een smartphone belandde. Via die telefoon kon dat bericht dan worden doorgestuurd naar een familielid: een ouder op kantoor in de stad, of aan het front aan de andere kant van de wereld. Die kon met zijn of haar telefoon dan weer een berichtje terugsturen dat door de knuffel kon worden afgespeeld. Schattig idee. Het probleem was alleen dat de inloggegevens van meer dan achthonderdduizend klanten, plus twee miljoen opgenomen berichten van kinderen en volwassenen opgeslagen waren in een makkelijk te vinden onlinedatabase. Begin 2017 kregen hackers een groot deel daarvan in handen en eisten ze losgeld van het bedrijf om de bemachtigde informatie niet vrij te geven. En onderzoeker Paul Stone ontdekte nog een probleem: voor de bluetoothkoppeling tussen de
pagina 50 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
CultuurenWetenschap_160.indd 50
28-05-19 15:56
cultuur & wetenschap knuffels en de bijbehorende smartphoneapp werd geen encryptie of authenticatie gebruikt. Hij kocht een eenhoorn, hackte die en liet hem de strijdkreet van de moordlustige Daleks uit Dr. Who kraaien. En hij liet zien dat je de microfoon op afstand kunt activeren en de knuffel zo kunt gebruiken om iemand af te luisteren. ‘Bluetooth LE [low energy] heeft een bereik van tien tot dertig meter,’ schrijft hij op zijn blog. ‘Iemand kan dus van buiten je huis met die knuffel verbinding maken, geluidsopnamen uploaden en opnamen van de microfoon ontvangen.’ Nu waren die knuffels wel heel makkelijk te hacken. Maar dezelfde kwetsbaarheden worden soms ook aangetroffen in spraakgestuurde en met internet verbonden apparaten voor volwassenen. ‘Het is niet dat de risico’s van die knuffels nou zo verschillen van de gevaren die jou en mij dagelijks bedreigen, met de hoeveelheid data die wij elke dag produceren en online zetten,’ zegt beveiligingsdeskundige Troy Hunt, die de CloudPets-hack heeft onderzocht. ‘We pikken het alleen minder snel op als het om kinderen gaat.’
Onhoorbare hack
Andere onderzoekers hebben nog verfijndere methoden ontdekt om je privacy te schenden. Stel dat iemand de controle over je telefoon of een ander spraakgestuurd apparaat wil overnemen met een spraakcommando. Dat lukt natuurlijk niet, want dat hoor je. Maar als zo’n hack nou onhoorbaar is? Dat is uitgezocht door een groep onderzoekers van de Chinese Zhejiang University, die er in 2017 een artikel over publiceerden. Zij werkten het zogenaamde Dolphin Attack-scenario uit, waarbij de hacker een luidspreker het huis of kantoor van zijn slachtoffer in smokkelt om er zijn spraakopdrachten mee af te spelen. Een andere mogelijkheid is om met een draagbare speaker vlak langs het slachtoffer te lopen. De truc is dan om die spraakopdrachten af te spelen op een ultrasone frequentie, boven de twintig kilohertz: niet waarneembaar voor het menselijk
In de rij voor de Google Assistent in Las Vegas. – © Jae C. Hong / HH
oor, maar met behulp van audiomanipulatie wel uitstekend waarneembaar voor digitale oren. In het laboratorium slaagden de onderzoekers erin om zo de spraakinterface van Amazone, Apple, Google, Microsoft en Samsung te kraken. Ze lieten hun apparaten kwaadwillende sites bezoeken, valse tekstberichten en e-mails versturen, en de schermverlichting en het volume omlaagdraaien om hun activiteit te verhullen. Het lukte ook om telefoonverbindingen en video-oproepen te activeren, zodat een hacker dus zou kunnen meekijken met wat zijn slachtoffer doet. Ze slaagden er zelfs in de navigatie van een SUV van Audi binnen te dringen. De meeste mensen willen niet dat hackers, opsporingsinstanties of bedrijven met hen meeluisteren. Maar er is nog een laatste reeks mogelijkheden die de hele kwestie verder compliceert. De mensen die ten behoeve van kwaliteitsverbetering gesprekken analyseren, zoals hierboven beschreven, kunnen daarbij ook opnamen tegenkomen die tot actie nopen. Neem de bedenkers van Hello Barbie van Mattel. Die worstelden met een aantal verontrustende hypothetische scenario’s. Stel dat een kind tegen zijn pop zegt: Papa slaat mama. Of: Mijn oom zit aan me. De ontwikkelaars
Stel dat een kind tegen Hello Barbie zegt: Papa slaat mama. Of: Mijn oom zit aan me
vonden het ethisch onverantwoord om zoiets te negeren. Maar als ze het zouden doorgeven aan de politie, zouden ze een soort big brother worden. Dat zat ze ook niet lekker, dus besloten ze dat Barbie in zo’n geval iets moest antwoorden in de trant van: ‘Dat moet je misschien maar eens vertellen aan een volwassene die je vertrouwt.’ Maar Mattel lijkt het daar niet bij te willen laten. In een FAQ over Hello Barbie schrijft het bedrijf dat de gesprekken van de kinderen met de pop niet live worden gevolgd, maar dat ze achteraf soms geanalyseerd kunnen worden voor de ontwikkeling en verbetering van het product. ‘Als we in het kader daarvan op gesprekken stuiten die vragen opwerpen over de veiligheid van het kind of anderen,’ staat in de FAQ, ‘verlenen wij onze medewerking aan justitiele instanties en gerechtelijke verzoeken indien geboden of waar ons dat, op basis van het specifieke geval, gepast lijkt.’
Dilemma
De grote techbedrijven staan voor hetzelfde dilemma. Omdat hun virtuele assistenten miljoenen spraakopdrachten per week verwerken, kunnen ze nooit genoeg mensen in dienst nemen om al die opnamen van elke gebruiker af te luisteren. Maar ze leren hun systemen wel om alert te zijn op bepaalde signalen. Ik heb het bij Siri zelf uitgeprobeerd door te zeggen: ‘Ik wil een eind aan mijn leven maken.’ Siri antwoordde: ‘Als je aan zelfmoord denkt, moet je misschien eens bellen met de Stichting Zelfmoordpreventie.’ Siri gaf het telefoonnummer en vroeg of ze het moest bellen. Bedankt, Siri. Het probleem is: als virtuele assistenten de taak krijgen om op ons te passen, geven we ze een grote maar slecht afgebakende verantwoordelijkheid. Als je tegen Siri zegt dat je dronken bent, stelt ze soms voor om een taxi te bellen. Maar als ze dat nou eens niet doet, en je krijgt zelf een aanrijding: is Apple dan op een of andere manier verantwoordelijk voor wat Siri heeft verzuimd? Wanneer moet een apparaat reageren op geluiden die het opvangt? Als Alexa iemand hoort schreeuwen: ‘Help, help, hij wil me vermoorden’, moet ze dan automatisch de politie bellen? Communicatiedeskundige Robert Harris vindt dat geen vergezochte voorbeelden. Volgens hem veroorzaken spraakgestuurde apparaten een hele kluwen aan nieuwe ethische en juridische problemen. ‘Worden die persoonlijke assistenten verantwoordelijk voor de kennis die ze opdoen?’ zegt hij. ‘Zo’n functie kan in de toekomst een grond voor aansprakelijkheid worden.’ Al deze afluistermogelijkheden maken duidelijk dat je er goed bij moet stilstaan welke van die nieuwe gadgets je in je leven toelaat. Lees na hoe en wanneer zo’n apparaat de digitale oren spitst. Bekijk welke opnamen worden bewaard en hoe je ze desgewenst kunt verwijderen. En bij twijfel, zeker bij applicaties van bedrijven met onduidelijke privacyvoorwaarden: trek de stekker eruit. James Vlahos The Guardian | zie pagina 20
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 51
CultuurenWetenschap_160.indd 51
28-05-19 17:09
gerecenseerd 360 kiest een aantal door de buitenlandse pers beschreven concerten, voorstellingen, boeken, films en exposities die naar Nederland of België komen.
Minder draaglijk dan deel I Vervolg op megahit gaat over niets dan narcisme FILM – Les Petits Mouchoirs van de Franse acteur en regisseur Guillaume Canet was een megahit toen hij in 2010 uitkwam. Van deze film, waarin een groep vrienden samenkomt in het buitenhuis van Max en zijn vrouw Véro, gingen in Frankrijk ruim 5 miljoen kaarten over de toonbank. Volgens The Hollywood Reporter was het dan ook een wonder dat het zo lang duurde voor het vervolg kwam, Nous finirons ensemble (Eng: Little White Lies II), waarin dezelfde vriendengroep, tien jaar later, opnieuw samenkomt – alleen ligt Max inmiddels in scheiding en staat hij vanwege een slechte investering op het punt zijn buitenhuis te verkopen. Het leven van deze vriendengroep is volgens de links progressieve krant Libération ‘“néobourgeois” en draait volledig om eigendom en geld’, zo nu en dan – ‘als een hik’ – onderbroken door sentimenteel gezeur (de angst om een ‘loser’ te zijn). De film handelt ‘over niets anders dan het narcisme van de personages’. Le Monde doet er nog een schepje bovenop: in deze film zouden de aanvankelijke goede bedoelingen van de hoofdpersonen zijn vervangen door lelijke onbenulligheden, ‘wat het resultaat minder draaglijk maakt’; ‘Stel je een film voor waarvan de suspense is of de held zijn tweede huis zal behouden of niet, met als setting een drankovergoten, shirtloze nacht. (...) Dat dit gegeven ons fraai wordt voorgeschoteld, is slechts een schamele compensatie.’ The Hollywood Reporter is aanzienlijk milder: ‘Hoewel het recept voor de eerste film al weinig origineel was, werkt het hier opnieuw prima.’ Maar ook het Amerikaanse tijdschrift stoort zich aan een vermeend gebrek aan realiteitszin: ‘Er wordt geen enkele keer verwezen naar iets van een maatschappelijke beweging (zoals de gele hesjes) of dreiging door terroristen of extreemrechts. Bovendien zijn er vrijwel geen niet-witte personages. Dat voelt weinig representatief voor het Frankrijk van nu.’ Laura Weeda
Vanaf 5 juni in de bioscoop.
Ongetemd en onaantastbaar De huiselijke naakten van Deana Lawson
FOTOGRAFIE – ‘In het gewone leven heb je misschien drie banen om je hoofd boven water te houden. Maar op een foto van Deana Lawson ben je mooi, hooghartig, ongetemd en onaantastbaar,’ schrijft Zadie Smith in een essay in The New Yorker bij de monografie die onlangs van Lawsons werk werd uitgebracht. De New Yorkse, die naar eigen zeggen (tegen Vice) was voorbestemd om fotograaf te worden, zoekt als onderwerp veelal zwarte mensen, liefst naakt, die ze vastlegt in een huiselijke setting die meestal door haar in scène is gezet. Ze ontmoet haar modellen doorgaans op openbare plekken, spreekt ze aan en krijgt ze zover ‘hun schild af te werpen’, zoals Dan Leers, fotocurator van het Carnegie Museum of Art in Pittsburgh het in Community Voices noemt. ‘In haar foto’s zie je ook duidelijk terug dat ze zich bewust is van een gemeenschappelijke afkomst.’ Om die afkomst verder te onderzoeken reisde ze veel naar Afrika en het Caribisch gebied, schrijft The Paris Review, maar wat ze daar zocht bleek gebaseerd op ‘een soort naïef nostalgisch idee’. Wel deed ze tijdens haar reizen veel inspiratie op voor kleurgebruik en details die in haar beelden terugkomen. Sommige van haar beelden worden gezien als symbool voor slavernij, zoals de foto van twee mannen met blote basten in een geleend appartement in de Lower East Side, waarvan een een bijzonder vreemd toestel in zijn mond heeft; ‘een geval dat voor gebitsoperaties wordt gebruikt en door Lawson goud werd gespoten’, beschrijft The New York Times. In een hoek van de foto is het kunstgebit van George Washington te zien, waar ook tanden van zijn slaven in zouden hebben gezeten. Daarnaast valt haar werk binnen de traditie ‘die erkent dat een lichaam ook aantrekkingskracht heeft buiten de conventionele schoonheidsidealen’; voluptueuze vrouwen, niet-strakke lichamen. ‘Als tiener was ik altijd al jaloers op vriendinnen met een dikke kont,’ zegt ze zelf. LW
8 juni tot 1 september in Huis Marseille, Amsterdam.
pagina 52 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Gerecenseerd_160.indd 52
28-05-19 16:52
het beste uit de internationale cultuur
De verborgen geschiedenis van de Afrikaanse porters
360 Top-5 non-fictie Deze titels worden getipt door Athenaeum Boekhandel in Amsterdam.
Kentridge wil zijn publiek iets leren zonder belerend te zijn
Het begrip politiek Schmitt, Carl
© Tate Modern
GESPREK – De geschiedenis wordt verteld door de overwinnaars. Vandaar dat we nooit hoorden over de 1 miljoen Afrikanen die in de Eerste Wereldoorlog omkwamen; ze vochten mee in de hoop dat hun status erdoor verbeteren zou. Meestal fungeerden ze als porter: iedere soldaat had er vier. Uiteindelijk kregen de overlevenden onder hen een jas en een fiets – voorwerpen, vertelt William Kentridge aan The New Yorker, die latere generaties zich herinneren als spullen die ze niet mochten aanraken omdat ze zo veel betekenis hadden. Met zijn voorstelling The Head and the Load wil Kentridge, een kunstenaar uit Johannesburg en oprichter van The Centre for the Less Good Idea, deze verborgen geschiedenis belichten. The New Yorker noemt het resultaat, getoond in de Turbine Hall van het Tate Modern, verbijsterend, onthutsend en prachtig; een gelaagd stuk met een internationale cast van zangers en dansers dat je verschillende keren zou moeten bezoeken
om alles te zien. Aan The Guardian vertelt Kentridge dat het een grote uitdaging was om niet belerend te zijn in zijn boodschap; het werk moest voor zichzelf spreken. Want, zoals The Telegraph ook aankaart: ‘Door het gewicht van het onderwerp krijgt de kijker een emotioneel wapen tegen het hoofd gedrukt: als je het niet mooi vindt, doe je de Afrikaanse
vermisten bij de Slag aan de Somme dan nog meer onrecht?’ Op 13 juni draagt Kentridge zijn boodschap uit in de Balie, in gesprek met Raquel van Haver, die in haar schilderijen eveneens mensen belicht die doorgaans onzichtbaar blijven. LW
Concealed Histories, 13 juni in De Balie, Amsterdam.
Zangeres Zara wil de wereld veroveren
© Getty Images
Fabelachtig mooie stem MUZIEK – ‘Zara is de held van een verhaal dat begon in de sloppenwijken van Diyarbakır [de hoofdstad van het gelijknamige district in het Koerdische zuidoosten van Turkije] en verder gaat in de buitenwijken van Istanboel,’ aldus de Turkse krant Hürriyet over de carrière van Neşe Yılmaz, die Zara als artiestennaam koos. Ze won als scholier een muziekwedstrijd georganiseerd door de krant Milliyet, werd toegelaten tot het conservatorium en begon haar carrière als Turkse volkszanger, presentator en acteur. Bijzonder aan haar – behalve haar ‘fabelachtig mooie stem’ – is dat ze vele stijlen beheerst, schrijft de site Revolvy; volks- en soefimuziek maar bijvoorbeeld ook flamenco en klassiek. Haar repertoire weerspiegelt haar ambitie: ‘Ik ben vastbesloten de wereld te veroveren,’ vertelt ze Hürriyet. LW
Op 9 juni is ze te zien in het Concertgebouw in Amsterdam.
Heruitgave in de serie Boom Klassiek van deze belangrijke tekst van de omstreden denker Schmitt. In Het begrip politiek probeert Carl Schmitt een tegenwicht te bieden aan liberale krachten die het politieke handelen en de politieke strijd willen vervangen door economische concurrentie en ethische discussie.
Alle mensen zijn intellectuelen Gramsci, Antonio
Wie wil begrijpen hoe macht, politiek en cultuur vervlochten zijn, moet het brein achter het cultuurmarxisme en een inspiratiebron voor zowel links als rechts lezen: de Italiaanse filosoof Antonio Gramsci (1891-1937.
Een Italiaanse reis Blom, Philipp
Blom vertelt het verhaal van de viool die een route heeft afgelegd waarlangs al meer dan driehonderd jaar mensen, goederen en kennis door Europa reizen. Het is een geschiedenis van vakmanschap en arbeidsmigratie, van de definitie van klank en van Venetië als de hoofdstad van de achttiende-eeuwse muziek.
Het deel en het geheel Heisenberg, Werner
De natuurkundige Heisenberg verbindt de politieke ontwikkelingen van de tijd met de grote ontdekkingen in de kernfysica en de daarmee samenhangende filosofische vragen: Wat is de relatie tussen wetenschap en godsdienst? Hoe verhoudt wetenschap zich tot de samenleving?
Geen weg terug Abouzeid, Rania
Nachtelijke bombardementen en militaire klopjachten, vreedzame protesten die in geweld eindigen, we zijn er als lezer op intense wijze getuige van. De bekroonde journalist Rania Abouzeid neemt ons mee naar haar ontmoetingen met rebellen en ballingen, radicale islamisten en hun slachtoffers.
30 mei tot 13 juni 2019 nr.160 pagina 53
Gerecenseerd_160.indd 53
28-05-19 16:52
agenda
Op de proef gesteld THEATER Art Nu in de theaters
Menstruatie © Ed van der Elsken/Nederlands Fotomuseum
De Britse kunstenaar Anish Kapoor verrast vriend en vijand met ‘menstruatieschilderijen’: voorstellingen van bloed dat uit wonden stroomt, of eigenlijk: uit vagina’s. Het werk roept gemengde reacties op: mag een man zich met dergelijke vrouwenkwesties bezighouden? T/m 22 juni, Lisson
© Gert Jan van Rooij
Gallery, Londen.
Geheimtip De Ateliers in Amsterdam geldt als een van de belangrijkste postacademische kunstopleidingen ter wereld. Slechts één keer per jaar mag het publiek komen kijken naar wat er voor kunst gemaakt wordt, deze keer een weekje langer dan normaal. T/m 10 juni, De
© Jan Windszus, Berlin
Ateliers, Amsterdam.
Luchtkokers De kunst van Charlotte Posenenske (1930-1985) is
Lust for life FOTOGRAFIE Ed van der Elsken: Lust for life T/m 6 oktober, Nederlands Fotomuseum, Rotterdam, nederlandsfotomuseum.nl
Het Nederlands Fotomuseum heeft het kleurenwerk van straatfotograaf Ed van der Elsken van de ondergang gered en viert dit deze zomer met Lust for Life: de eerste overzichtstentoonstelling van zijn kleurenfoto’s. Geweldig nieuws, want Van der Elsken (19251990) was niet alleen een van de grootste Nederlandse fotografen, hij is bovendien populairder dan ooit. Dat bleek wel uit de enorme rijen voor het Stedelijk Museum Amsterdam, twee jaar geleden, toen daar zijn grote overzichtstentoonstelling De verliefde camera te zien was. Een jonge generatie heeft hem ontdekt als ultieme Instagrammer avant la lettre, een ontwapenende branieschopper die alles en vooral iedereen om hem heen vastlegde, van de geboorte van zijn eigen kind tot aan rituelen in Centraal-Afri-
ka, als autodidact maar met een gulzigheid en overgave die ontzettend aanstekelijk is. Het beroemdst is zijn fotoroman Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés (1956), over een groep gemarginaliseerde jongeren in Parijs – daklozen, verslaafden, drinkers, dolenden, scharrelaars – met wie Van der Elsken veel tijd doorbracht. Hij portretteerde ze in stemmig zwart-wit, maar Van der Elsken maakte ook ontelbare kleurenfoto’s. Alleen was het daar slecht mee gesteld: de kleurendia’s en -negatieven, 45.000 stuks, zaten onder de schimmel. In 2016 luidde het Nederlands Fotomuseum zelfs de noodklok: de schimmel moest per direct worden verwijderd, anders ging Van der Elskens kleurenwerk voorgoed verloren. Het museum ontwikkelde een speciale restauratiemethode om die ramp te voorkomen, met succes. Tegelijkertijd kwam hierdoor een schat aan onbekend fotomateriaal aan het licht, zoals van Fidel Castro die een speech houdt in Chili. Arjan Reinders
Maniakaal genie
radicaal democratisch:
FILM
Floating Piers was het nieuwste
haar sculpturen kunnen
Christo: Walking on Water
volgens een aantal regels
Nu te zien in de filmtheaters
kunststuk van de BulgaarsAmerikaanse kunstenaar Christo, wereldberoemd dankzij de ‘inpakkunst’ die hij met zijn vrouw Jeanne-Claude maakte. Samen verstopten zij onder meer de Pont Neuf in Parijs (1985) en de Berlijnse Rijksdag (1995) onder meters stof. Voor 2020 staat de Arc de Triomphe op de agenda. Met het drie kilometer lang water-
steeds opnieuw worden gemaakt – ook door anderen. Haar ‘luchtkokers’ van karton en andere materialen doken overal op. Minimalisme van het vrolijkste soort. T/m 15 sep, KröllerMüller Museum, Otterloo.
In Art kruipen Waldemar Torenstra, Thijs Römer en Frederik Brom in de huid van vrienden Serge, Mark en Ivan, wier vriendschap flink op de proef wordt gesteld. Serge heeft een peperduur schilderij gekocht: een volledig wit doek met een paar witte vegen erop. Als hij zijn vrienden naar hun mening vraagt, volgt er een tsunami van ongezouten uitspraken en pijnlijke onthullingen. Als de discussie steeds grimmiger wordt blijkt dat het hier, meer dan om de waarde van kunst, draait om de appreciatie van de ander, acceptatie, respect – en het gebrek eraan. Niet de kunst blijkt centraal te staan in dit stuk, maar de kunst van het onderhouden van een vriendschap. Art is een van de succesvolste toneelstukken van de Franse schrijver Yasmina Reza. Sinds de première in 1994 in Parijs is het in dertig talen vertaald en onderscheiden met onder meer een Tony Award voor Best Play, en een Laurence Olivier Award voor Best Comedy. Het stuk was ook te zien op Broadway en West End. Nu in een regie van Paula Bangels en vertaling van Coot van Doesburgh. AR
In 2016 vlogen ze het internet over: luchtfoto’s van honderden, zo niet duizenden mensen die over een goudgeel wandelpad liepen alsof het de Ramblas was, alleen niet over land maar over water, om precies te zijn het NoordItaliaanse Iseomeer. The
wandelpad blies Christo, 84 inmiddels, een oud idee nieuw leven in. Over dit krankzinnige kunstproject maakte regisseur Andrey Paounov een geweldige documentaire. Van dichtbij zie je
hoe Christo (maniakaal genie) en zijn team op de proef worden gesteld, en hoe dit hem en zijn vaste assistent c.q. verzorger Vladimir Yavachev tot waanzin drijft. AR
pagina 54 nr.160 30 mei tot 13 juni 2019
Agenda_160.indd 54
28-05-19 17:56
Wij maken het goed à la TravelEssence Best mooi, die witte strepen in een blauwe lucht. Met dank aan de vliegtuigen die reizigers naar verre bestemmingen brengen. Maar dat het klimaat daardoor belast wordt, weten we allemaal. Als reisspecialist naar Australië en Nieuw-Zeeland hebben we dus wat goed te maken. Gelukkig doen we dat al zo lang als we bestaan. Sinds 2008 initiëren en ondersteunen wij effectieve projecten, die de uitstoot van broeikasgassen van onze reizen -en die van u- volledig compenseren. Maar we willen méér! Zo hebben we al meer dan 10.000 bomen in het Te Urewera Rainforest geplant.
Advertenties.indd 55
Ook plaatsen we schone kooktoestellen bij arme gezinnen in India en China. Dat scheelt 80% CO2 uitstoot. Goed nieuws: de gezinnen maken het goed. Overigens, we hebben zelf al 10.000 euro in dit project geïnvesteerd. Om een voorsprong te nemen en een voorbeeld te geven. Dus, wilt u een maatwerk reis, die ook voor het Klimaat werkt? Kijk op: travelessence.nl/beterreizen Onze lokale kennis maakt het verschil. Onze klanten waarderen ons met een 9.3 030 272 5335 | www.travelessence.nl
28-05-19 13:02
Advertenties.indd 56
Kensuke Koike - Ikebana Green Man (2017) - Cut postcard, metal wire - Courtesy of Rossana Ciocca Gallery, Milan
10.06 06 27.10 10
28-05-19 12:59