Programmaboekje AAA Out of the Box

Page 1

AAA-programma

dinsdag 19 juni

17.00 uur

Academisch-cultureel centrum SPUI25

vrijdag 22 en zaterdag 23 juni Zie coverflap voor het programma

Lezing dichter/filosoof Henk van der Waal: Mystiek voor postreligieuzen

www.hollandfestival.nl

Muziek Ten Holt Capriccio,

www.concertgebouworkest.nl/AAA

Daniel van Biemen viool gratis toegankelijk – reserveren

COLOFON

noodzakelijk via www.SPUI25.nl donderdag 21 juni

19.15 uur

Westergasfabriek, Het Ketelhuis Inleiding Over Stanley Kubrick door Jan van den Brink, programmeur EYE gratis toegankelijk voor concertbezoekers op vertoon van concertkaart. donderdag 21 juni

20.00 uur

Westergasfabriek, Gashouder Radio Filharmonisch Orkest Groot Omroepkoor dirigent André de Ridder Stanley Kubrick 2001: A Space Odyssey Een ruimtelijke totaalervaring van Stanley Kubricks legendarische filmklassieker met muziek van

19 > 23 juni 2012

Ligeti, Chatsjatoerian, Richard Strauss en Johann Strauss Kaarten vanaf € 25,- (korting € 17,50) verkrijgbaar via www.hollandfestival.nl, aan de Festivalkassa van de Stadsschouwburg en vanaf een uur voor aanvang bij de Gashouder 21 juni t/m 9 september dagelijks

11.00-18.00 uur

EYE Stanley Kubrick: tentoonstelling en filmretrospectief In het nieuwe gebouw van EYE staat een van de invloedrijkste regisseurs van de twintigste eeuw centraal in een omvangrijke tentoonstelling en een retrospectief van zijn films. informatie en kaartverkoop via www.eyefilm.nl

uitgever Koninklijk Concertgebouworkest Jacob Obrechtstraat 51 / 1071 kj Amsterdam Postbus 78098 / 1070 lp Amsterdam www.concertgebouworkest.nl tekst Thea Derks, Hans Ferwerda redactie Mark van Dongen, Nicole van Lint grafisch ontwerp Atelier René Knip en Rens Martens beeld collectie Stedelijk Museum drukwerk Drukkerij Calff & Meischke papier binnenwerk Lessebo Design Smooth Natural, Igepa Nederland copyright Van werken van beeldende kunstenaars aangesloten bij een CISAC-organisatie is het auteursrecht geregeld met Pictoright te Amsterdam © c/o Pictoright Amsterdam 2011 Overname van artikelen alleen na toestemming van de uitgever De uitgever heeft getracht alle rechthebbenden van het beeldmateriaal te achterhalen. Zij die menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden meubilair confrontaties


actueel, avontuurlijk, aangrijpend

out of the box 22 en 23 juni 2012

Gashouder van de Westergasfabriek, foto Siebe Swart


2

Sarah van Sonsbeeck, Faraday Tent, 2012 materiaal: elektromagnetische straling werend verzilverd textiel, tentstokken


out of the box

K

unst is, zeker sinds het begin van de negentiende eeuw, het domein van Out of the Box-denken bij uitstek

geworden. De schaduw van Beethoven reikt tot op de dag van vandaag. ‘Als kunstenaar acht ik het mijn plicht platgetreden paden te vermijden’, zegt de Finse componiste Kaija Saariaho. Magnus Lindberg vindt vooral het extreme interessant. Er wringt hier iets, omdat het haaks staat op de canonisering en ritualisering die gevestigde kunstinstellingen de aanblik geven van haast religieuze instituties. Een concert van het Koninklijk Concertgebouworkest begint al decennialang stipt om 20.15 uur met musici in negentiende-eeuwse kledij. Het is de paradox van de concertetiquette dat binnen het stijve en vastomlijnde frame momenten van grootse vervoering plaatsvinden. Extreme emoties in een keurslijf van traditie. Zoals woeste beeldend kunstenaars hun keurige plek krijgen op de wit gewijde wanden van moderne-kunstmusea. Wanneer worden rituelen verstikkend? Het begint al bij de term ‘klassieke’ muziek, aldus Alex Ross in zijn recente boek Listen to this: ‘It traps a tenaciously living art in a theme park of the past.’ De opening van het programma van het Koninklijk Concertgebouworkest met Rituel van Pierre Boulez is wat dat betreft symbolisch. In 1975 geschreven om de dood van de dirigent Bruno Maderna te herdenken, refereert dit stuk aan een voor het orkest woelige periode: de late jaren zestig. De wens van veel componisten

3


toentertijd om deze flamboyante Italiaanse dirigent/ componist naast Bernard Haitink te benoemen leidde tot felle discussies, onder andere in De Groene Amsterdammer en De Gids. Een clash van traditie en vernieuwing. Niemand was in die tijd radicaler in zijn afwijzing van de gevestigde orde dan Boulez, inmiddels zelf tegen wil en dank ertoe behorend. De tijd is met rasse schreden aan het veranderen. Wie in bovengenoemd boek van Ross Maderna zoekt, vindt Madonna. Heeft de Google-generatie 端berhaupt nog boodschap aan een box? Het eerste gebruik van de term Out of the Box wordt overigens toegeschreven aan Mike Vance, een managementconsultant bij de Walt Disney Company. De oorsprong ligt in de puzzel van de Britse wiskundige Henry Ernest Dudeney waarbij 4

negen punten in een vierkant met vier rechte lijnen doorkruist moeten worden.

Hoe dan ook, mede dankzij het Holland Festival treedt het Concertgebouworkest op alle mogelijke manieren buiten zijn kaders dezer dagen. De Gashouder biedt een unieke gelegenheid om te experimenteren met onconventionele bezettingen en opstellingen. Twaalf slagwerkers als een surround klok in het nieuwste werk van Richard Rijnvos (een van de drie huiscomponisten van het KCO), schroothoopinstrumentarium en brute kracht van de jonge


Lindberg naast tastende akoestische en elektronische subtiliteit van Saariaho met Perzische dichtkunst en de klank van de wind. U krijgt wat over u uitgestort vanavond! Elk werk zou het verdienen er lang bij stil te staan, het vaker onder deze omstandigheden te beluisteren en je uitvoerig erin te verdiepen. De afgelopen jaren lijkt er sprake te zijn geweest van een behoorlijke verandering in de maatschappelijke houding ten opzichte van de kunsten. Is dit te voorzien geweest? Zijn kunstinstellingen zelf te veel deel geworden van een gevestigde orde? Is het Out of the Box van moderne muziek en kunst een establishment op zichzelf geworden, een ‘In the Box’, worstelend met de associatie van het ‘het ivorentorensyndroom’ zoals Rijnvos het noemt? Welke kansen liggen hier om, al dan niet gedwongen door dichtgedraaide subsidiekranen, nieuwe wegen te bewandelen? En hoe staan componisten en kunstenaars daar tegenover? In Confrontaties wordt hier nader op ingegaan. Zo schetst de Franse kunsthistorica Sophie Berrebi een kort historisch perspectief en toont Sarah van Sonsbeeck, een voormalig studente van de door bezuinigingen zwaar getroffen Rijksakademie voor Beeldende Kunst, haar werk. Recent openden twee jonge honden, Daniël van der Meer en Toine Donk, geheel buiten alle kaders om de aanval met een nieuw literair tijdschrift, Das Magazin. Eerstgenoemde is te gast en gaat in gesprek met bovengenoemden en componist Richard Rijnvos. Naast filmisch werk van Rijnvos klinkt I was like WOW! van Jacob T(er) V(eldhuis), een componist die al jaren buiten de kaders valt. Hans Ferwerda

5


4

33 8

250

5 80

80

80

80

80

80

80

Perc

80

Perc

80

80

80

80

80

80

80

80

Perc. 9

80

Perc

80

80

60

60

60

60

60

60

60

60

60

60

60

20

6

1

B

7

Perc. 6

20

20

20

20

20

B

60

40

60

40

60

40

60

40

60

40

60

Perc. 4

CEE 63A

80

20

80

80

80

80

80

80

80

40 60

80

80

20

20

40 60

80

40

20

80

40

80

80

20

80

40 60

35

80

Perc

80

20

36

80

40 60

20

Perc. 8

Perc

80

Perc

35 7

Perc

ca. 150

12

Perc

11

CB

HRP

CB

Perc. 5

HR

P

1741

CEE 63A

CB

KEY

CB

8

CB

34

Transformatorhuis B

38

RB

CB

Perc. 7 KEY

CB CB

10

Perc. 2

B

2

Perc. 3

1186

33

6

1390

1370

2

R

B

3

39

40

1

2240

37

Radiowagen

1081,2

972,52 250

19.2

B

518

408,2

5.1 266,75

6

B

Perc. 1

32

10 CEE 125A

454

R 9

3

Horeca

Horeca

31

30

12

1485

CEE 63A

CEE 63A

B

CEE 125A

29

B

13

RAIL 250A

8

4

28

14

3000 740 m2 publieksruimte

26

21

23

22

B

20

R

B

ca

R

19

B

B CEE 63A

18

10m

Akoestisch Dosha wol Ecru doek

6 24

ca

15

5 17

re

25

Ho

Audience Entrance

16

7

re

B

Backstage techniek

Ho

27

R

B

Subject

Overzicht opstelling voor de pauze Production Location Project date

Stichting Holland Festival Piet Heinkade 5, 1019 BR Amsterdam Telefoon +31 (0)20 788 21 00 Fax +31 (0)20 788 21 02 E-mail info@hollandfestival.nl

Designed by Drawn by

Out of the Box Gashouder Amsterdam

Scale

15-jun-12

Units

Tiedo Wilschut

Date

Version

1:250

*If paper size is A3

cm 8.5 22-mei-12


toelichting

Z

o lang de mens kunst maakt, zoekt hij of zij naar manieren om zichzelf en ons te verbazen. Telkens

worden onbekende paden gevonden, uitgesleten en weer verlaten. De jonge Pierre Boulez ontwikkelde het serialisme, bande persoonlijke emotie uit en zette het muziekinstituut IRCAM op, om met behulp van computers klanken te kunnen analyseren. Maar toen zijn collega Bruno Maderna in 1973 overleed, schreef hij het emotioneel geladen Rituel voor acht ruimtelijk opgestelde ensembles. Kaija Saariaho en Magnus Lindberg revolteerden in de jaren zeventig tegen de conservatieve Finse muziekcultuur en trokken naar het IRCAM, maar verwierpen het serialisme. Lindberg brak in 1985 door met zijn beukende orkestwerk Kraft, Saariaho werd beroemd met de fijnzinnige klankweefsels van Verblendungen. Richard Rijnvos bedenkt bijzondere speelwijzen, zoals het aanstrijken van pianosnaren met snoertjes, of het onderdompelen van metalen staafjes in water. Vaak vertaalt hij visuele impulsen naar muziek, zoals in zijn cycli rond Joseph Beuys, VenetiĂŤ en New York. Antarctique is toegesneden op de Gashouder: twaalf percussionisten omringen het publiek, terwijl het orkest akkoorden doorloopt volgens de kwintencirkel.

7


8

Hans Haacke, Condensatiekubus (1965), Collectie Stedelijk Museum Amsterdam Š Hans Haacke / VG Bild-Kunst. Courtesy Paula Cooper Gallery, New York


PIERRE BOULEZ Gevoelige klaagzang

H

Hoewel zijn ouders willen dat hij ingenieur wordt, tekent Pierre Boulez zich in voor het conservatorium van

Parijs, waar hij harmonieles volgt bij Olivier Messiaen. Door René Leibowitz laat hij zich vervolgens inwijden in Arnold Schönbergs twaalftoonstechniek en in 1952 schrijft hij: ‘Iedere musicus die niet de noodzaak erkent van de dodecafonie is nutteloos.’ Maar al snel vindt hij Schönberg niet revolutionair genoeg en samen met onder anderen Karlheinz Stockhausen ontwikkelt hij het serialisme. Hierin worden niet alleen toonhoogte, maar ook toonduur, klankkleur en luidheid in reeksen geordend en volgens strikte procedures tot composities gekneed. Met deze rationele uitgangspunten willen zij tegenwicht bieden aan de hyperemotionele muziek van de romantiek. Maar wanneer in 1973 zijn vriend Bruno Maderna overlijdt, schrijft Boulez de gevoelige klaagzang Rituel in memoriam Bruno Maderna. Waar veel van zijn composities ‘work in progress’ blijven, voltooit hij dit stuk in één keer. Het vindt meteen grote weerklank bij het publiek, wellicht door de herkenbaarheid van het basismotief: een korte noot, gevolgd door een grote intervalsprong, waarna de bereikte toon lang wordt aangehouden. Ingezet door de hobo wordt dit thema in de oneven delen in steeds wisselende constructies overgenomen door de andere instrumenten, met name

9


door het koper. Zo ontstaan meer of minder dissonante samenklanken, en deze gevarieerde herhalingen creëren een rituele sfeer, in de woorden van Boulez een ‘ceremonie van herinnering’. De oneven delen werken quasi als refreinen, de meer improvisatorisch getinte even delen als coupletten. Boulez verdeelt zijn orkest in acht groepen, elk gekoppeld aan een slagwerker. Eén enkele hobo vormt groep een, twee klarinetten groep twee, drie fluiten groep drie en vier violisten groep vier. Vanaf de vijfde groep wordt de samenstelling heterogeen en de achtste club, centraal achter op het podium, telt vier trompetten, zes hoorns en vier trombones. Deze heeft twee slagwerkers, die zeven gongs en zeven tamtams (grote platte bekkens) bespelen. 10

Toont Boulez in de samenstelling en opstelling van de acht instrumentgroepen al zijn subtiele gevoel voor klankkleur, dit wordt versterkt door de vele soorten slagwerkinstrumenten, waaronder maracas, koebellen, castagnetten, tablas en guiros. De percussionisten zijn de leiders van ‘hun’ ensemble en nemen na een cue van de dirigent de directie hiervan over, zodat de tempi onderling variëren en Rituel bij elke uitvoering anders klinkt. Een eindeloos scala aan raspende, galmende, tikkende, dreunende en gonzende slagwerkklanken doorsnijdt de compositie, die met zijn algeheel trage pas een begrafenisstoet suggereert. Na een aanvankelijk steeds dichter wordend klankweefsel dooft het stuk in het vijftiende deel zachtjes uit – de overledene is niet langer onder ons.


RITUEL L’alternance se perpétue: Sorte de versets et répons pour une cérémonie imaginaire. Cérémonie du souvenir – d’où ces nombreux retours sur les mêmes formules, tout changeant profiles et perspectives. Cérémonie de l’extinction, rituel de la disparition et de la survivance: ainsi s'impriment les images dans la mémoire musicale – présentes/absentes, dans la doute. Pierre Boulez afgedrukt in de partituur van Rituel

Onophoudelijke verandering: Een soort wisselzang voor een imaginaire ceremonie. Ceremonie van de herinnering – vandaar de talloze herhalingen van dezelfde patronen, steeds in andere gedaanten en perspectieven. Ceremonie van de sterfelijkheid, ritueel van verdwijnen en voortbestaan: aldus blijven de beelden geprent in de muzikale herinnering – aanwezig/afwezig, in onzekerheid.

11


12

Richard Serra, Torqued Eclipse ‘In kunst hebben universele onderwerpen mijn voorkeur. Daarom is bijvoorbeeld in de beeldende kunst Richard Serra mijn grootste voorbeeld. Zijn monumentale werken beperken zich doelbewust tot het gebruik van natuurkundige grootheden en krachten, zoals daar zijn: gewicht, massa, schaal, zwaartekracht, evenwicht en spanning.’ Richard Rijnvos


RICHARD RIJNVOS Expeditie naar nieuwe klanken

D

e in Tilburg geboren Richard Rijnvos mijdt eveneens de gangbare paden. In zijn jeugd koesterde hij een

fascinatie voor zulke uiteenlopende componisten als Erik Satie, grootmeester van de eenvoud, Brian Ferneyhough, kampioen van de complexiteit en John Cage, die toevalselementen in zijn composities toeliet. Inmiddels heeft Rijnvos een krachtige eigen stem ontwikkeld, die indrukwekkende cycli opleverde als Block Beuys, geïnspireerd op de zeven aan Joseph Beuys gewijde zalen in het Hessisches Landesmuseum en Uptown|Downtown over de hectiek van New York. Hij werd vele malen bekroond en ontving twee keer de prestigieuze Matthijs Vermeulenprijs. Drie jaar geleden werd hij Hoofd Compositie aan de Universiteit van Durham, waar hij later deze maand de titel ‘higher doctorate’ krijgt toegewezen. Rijnvos weigert zich in een hokje te laten plaatsen. Voor hem is ‘stijl’ nooit het uitgangspunt, maar slechts het ‘onvermoede eindstation’ van het creatieve proces. Hij schrijft hierover: ‘Tijdens de expeditie naar nieuwe, onbekende klanken wordt menig gebied doorkruist, zoals daar zijn: Concept, Ontwerp, Structuur, Proces, Vorm, Ontwikkeling, Karakter, Stemming, Betekenis.’ Het programma Out of the Box brengt de wereldpremière van Antarctique, het slotdeel van een aan de zeven continenten gewijde nieuwe reeks-in-wording, Grand Atlas. Het is geïnspireerd op de onverbiddelijke kou op

13


14

beeld omslag van de partituur voor Antarctique


de Zuidpool, die plantengroei onmogelijk maakt. Daarom ontbeert Antarctique naar zijn zeggen ‘de luxe van melodieën en gevarieerde ritmiek. Het overleeft louter op een strikt rantsoen van akkoorden, crossfades en regelmatige pulsen.’ Rijnvos sneed zijn compositie geheel toe op de ronde vorm van de Gashouder. Zo doorloopt het orkest een ‘spiraal van harmonieën’ die steeds complexer worden en ontstaan door ‘het stapelen van tonen volgens de kwintencirkel’. Deze worden aaneengeregen door een ‘cantus firmus’ (een steeds herhaald basisgegeven), die alle twaalf chromatische tonen van het octaaf en alle denkbare intervallen omvat. Twaalf op regelmatige afstanden van elkaar geplaatste slagwerkers omringen het publiek. Zij verbeelden een kompas, ‘of liever gezegd de zuidpoolcirkel’, de grens waaronder het minstens eens per jaar vierentwintig uur lang volledig licht of donker is. De slagwerkers fungeren tevens als een ‘levende klok’: om beurten slaan zij elke vijf seconden een halve toon hoger aan op een buisklok, zodat we in surround sound de twaalf chromatische tonen te horen krijgen. Aangezien op de Zuidpool alle tijdzones bij elkaar komen, vervaagt ons tijdsbesef en ook dit vertaalt Rijnvos naar muziek. In zijn eigen woorden: ‘Antarctique eindigt met het bereiken van dit ultieme, magnetische punt in tijd en ruimte: in de laatste minuut horen we op twaalf woodblocks de tijd wegtikken, tegen de klok in. De laatste slag klinkt op elk van hen, alsof alle uren van de dag tegen elkaar opbotsen.’

15


KAIJA SAARIAHO Wervelende passages

O

ok Kaija Saariaho laat zich niet zomaar in een hokje

dwingen. In haar geboortestad Helsinki verruilt zij

de Kunstacademie al snel voor het conservatorium, dat zij echter te behoudzuchtig vindt. Samen met onder anderen Esa-Pekka Salonen en Magnus Lindberg initieert ze in 1977 de vereniging ‘Korvat auki’ (Open je oren), die zich richt op de ontwikkelingen in de rest van Europa en nog altijd bestaat. Zij studeert korte tijd bij Brian Ferneyhough, maar ervaart de strikte regels van het serialisme als belemmerend. In 1982 16

verhuist ze naar Parijs, om te werken aan het door Boulez opgerichte IRCAM. Met behulp van computers analyseert zij de eigenschappen van klanken, waardoor ze haar toch al sterke gevoel voor timbre verfijnt. Met als eerste resultaat het betoverende Verblendungen voor orkest en band, waarmee ze in 1984 doorbreekt. Presenteert Saariaho in haar vroege werken vooral fascinerende klankschilderingen, geleidelijk streeft zij naar een meer persoonlijke expressie. Zo is het vandaag uitgevoerde Circle Map geïnspireerd op teksten van de dertiende-eeuwse Perzische dichter Rumi. Saariaho wordt al lang gefascineerd door diens poëzie en leest deze in zoveel mogelijk versies, omdat zij het Perzisch niet machtig is. Ze zegt hierover: ‘Ik bewonder Rumi’s sterke beelden en


elke vertaling werpt daarop weer een ander licht.’ Saariaho selecteerde zes gedichten, die tevens de titels leverden van de delen. Opvallend is dat de dichtregels niet worden gezongen, maar klinken vanaf een ingesproken opname in het oorspronkelijke Perzisch, waarvan soms de toonhoogtes en ritmiek worden geïmiteerd door het orkest. Elk deel heeft een eigen sfeer. Zo fungeert Morning Wind als een ouverture, met wervelende bewegingen van hoge houtblazers, harp en slagwerk. In het tweede deel Walls Closing wordt het bereik van de instrumenten steeds ingeperkt, tot alleen de lage regionen overblijven, ‘als muren die je insluiten’. In Days are Sieves wordt de stem telkens anders gefilterd – een metafoor voor het dagelijks leven dat steeds hetzelfde lijkt, maar toch anders is. In Dialogue – deze titel is als enige niet ontleend aan de eerste versregel – splitst Saariaho zowel het orkest als de stem in twee contrasterende klankwerelden. Zo vangt zij het hierin verwoorde vraag-enantwoordspel. In weerwil van de suggestieve titel is Circle Map niet geïnspireerd op de Amsterdamse Gashouder, maar op de gelijknamige wiskundige term. Deze verwijst naar een methode om de roterende bewegingen van dynamische systemen te analyseren. Dit sluit naadloos aan bij het onderliggende thema: Rumi was de grondlegger van de ‘wervelende derwisjen’. Veel passages suggereren draaiingen, en op de opname klinkt naast de stem ook het suizen van de wind. Door beide elektronisch te bewerken, creëert Saariaho een raadselachtige sfeer, die goed past bij Rumi’s metafysische poëzie.

17


De zes korte, vierregelige gedichten van Rumi (13e eeuw) die in de elektronische partij van Circle Map zijn verwerkt, worden in het Perzisch gelezen door Arshia Cont. De Engelse vertalingen zijn van John Moyne en Coleman Barks en komen uit Unseen Rain: Quatrains of Rumi Threshold Books, ISBN 0-939660-16-4 De titels zijn van de Kaija Saariaho.

I Morning Wind The morning wind spreads its fresh smell. We must get up and take that in, that wind that lets us live. Breathe, before it's gone. 18

II Walls Closing Seeing you heals me. Not seeing you, I feel the walls closing. I would not wish for anyone else such absence. III Circles Walk to the well. Turn as the earth and the moon turn, circling what they love. Whatever circles comes from the center.


IV Days are Sieves Days are sieves to filter spirit, reveal impurities, and too, show the light of some who throw their own shining into the universe. V Dialogue I am so small I can barely be seen. How can this great love be inside me? Look at your eyes. They are small, but they see enormous things. VI All Day and Night, Music All day and night, music, A quiet, bright reedsong. If it fades, we fade.

19


20

industriĂŤle installatie, foto Bernd & Hilla Becher


magnus LINDBERG STAMPEND SCHROOT

N

et als Kaija Saariaho wordt Magnus Lindberg in Helsinki geboren, waar hij piano en compositie studeert

aan de Sibelius Academie en samen met haar ‘Korvat auki’ opricht. Hij stort zich als een onverzadigbare jonge hond op het verleggen van grenzen en flirt met alle denkbare muziekstijlen. In 1980 initieert hij, samen met onder anderen Esa-Pekka Salonen, het ensemble Toimii (‘Het werkt’), waarin hij piano en slagwerk speelt. Zij spelen stukken van avant-gardisten als Karlheinz Stockhausen en onderzoeken de klankmogelijkheden van instrumenten in gezamenlijke improvisaties. Zijn muziek uit deze periode heeft een ongekende vitaliteit: luid, rauw en dicht georkestreerd. In 1985 breekt Lindberg door met het nietsontziende Kraft voor ensemble Toimii, groot symfonieorkest en elektronica, waarmee hij belangrijke prijzen wint als de Koussevitzky International Critics Award. De wereldpremière vindt plaats op 4 september 1985 in het Helsinki Festival onder leiding van Esa-Pekka Salonen. Het monumentale stuk is geïnspireerd op de experimentele rockgroep Einstürzende Neubauten, die hij leert kennen tijdens een verblijf in Berlijn. Deze timmert op aambeelden en gaat straatmeubilair te lijf met drilboren. De componist zegt hierover: ‘Ik was jaloers op hun klank en vroeg me af hoe ik die naar een symfonieorkest kon vertalen.’ Om zijn klankideaal te bereiken, werkt hij een jaar lang aan een computerprogramma, waarmee hij complexe ritmische

21


patronen en harmonische verschuivingen in kaart brengt die hij inzet tijdens het componeren. In het hart van het orkest plaatst hij een mobiel solistenensemble van klarinet, cello, piano, twee slagwerkers en de dirigent, die tevens een scheidsrechtersfluitje bespeelt. De solisten bewegen zich volgens strikte voorschriften over het podium en door de zaal. Ook in Kraft speelt het slagwerk een belangrijke rol. Zowel de solistengroep als de percussionisten in het orkest bedienen een ongekend arsenaal aan ongebruikelijke instrumenten, deels vergaard op de schroothoop. Zoals repen metaal, springveren, schuurblokken en afgedankte radiatoren. Alle solisten worden elektronisch versterkt en één van hen bedient het mengpaneel, dat de geproduceerde klanken via luidsprekers door de ruimte laat roteren. 22

Kraft duurt een half uur en heeft twee, ongeveer gelijke delen. Het eerste wordt gekenmerkt door snoeiharde klappen op het slagwerk en oorsplijtende uithalen van de blazers. Opvallend zijn hun stijgende en dalende glissando’s. In het tweede deel treden de strijkers meer op de voorgrond. Het begint verstild, waarbij de – toch minutieus uitgeschreven – partijen vaak geïmproviseerd klinken. Er klinken fraaie solo’s van klarinet, piano en cello, begeleid door zacht tinkelend en kloppend slagwerk. Geleidelijk bouwt Lindberg weer een climax op, waarna Kraft eindigt met de meedogenloze klappen waarmee het ook begon. Hoewel de stampende ritmiek en kolkende akkoorden soms tot bedaren komen, blijft de onderhuidse spanning voortdurend voelbaar. Of, zoals een criticus opmerkte: ‘Het is alsof je almaar tuurt in een vulkaan.’ Thea Derks


biografieën

H

Het Koninklijk Concertgebouworkest wordt door de internationale kritiek tot het zeer selecte gezelschap van

‘s werelds beste drie orkesten gerekend. Het onderscheidt zich door zijn unieke herkenbare klank en stilistische flexibiliteit. Het orkest werkt met de belangrijkste componisten en dirigenten, van gevestigde namen tot aanstormend talent. Sinds de oprichting in 1888 heeft eigentijdse muziek een vaste plaats in de programmering, zoals onder meer in de thematische samenwerkingsserie AAA. Gustav Mahler en Richard Strauss stonden meer dan eens voor het orkest en werden gevolgd door componisten als Debussy, Stravinsky, Schönberg, Berio, Henze en Adès. Het orkest telt 120 musici in vaste dienst, afkomstig uit meer dan twintig landen. Jaarlijks geeft het zo’n 90 concerten in Het Concertgebouw en 40 concerten op de belangrijkste podia over de gehele wereld. Daarmee bereikt het orkest ongeveer 250.000 concertbezoekers. Via de regelmatige radio- en tvuitzendingen in samenwerking met de AVRO wordt dat bereik nog eens verveelvoudigd. De eerste vaste dirigent was Willem Kes. Aan het begin van de twintigste eeuw groeide het orkest onder leiding van Willem Mengelberg uit tot een wereldberoemd ensemble. Zijn opvolgers – Eduard van Beinum, Bernard Haitink en Riccardo Chailly – hebben ieder hun eigen bijdrage geleverd aan het repertoire en de reputatie van het orkest. In 2004 werd de Letse maestro Mariss Jansons chef-dirigent.

23


De Finse dirigente Susanna Mälkki had al een succesvolle carrière als celliste achter de rug toen zij directie ging studeren aan de Sibelius Academie in Helsinki bij Jorma Panula en Leif Segerstam. Na van 2002 tot 2005 artistiek directeur geweest te zijn van het Stavanger Symfonieorkest, werd zij in 2006 aangesteld als muzikaal leider van het door Pierre Boulez opgerichte Ensemble intercontemporain, een post die zij nog steeds bezet. Haar brede en veelzijdige repertoirekennis maakt haar tot een veelgevraagd dirigente van symfonieorkesten, kamerorkesten, hedendaagse muziekensembles en operahuizen wereldwijd. Zo dirigeerde zij onder andere de Berliner Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en het Chicago Symphony Orchestra. 24

Bij het Koninklijk Concertgebouworkest debuteerde zij in het Koninginnenachtconcert 2008 met het indierock-duo CocoRosie. In juni 2010 verving zij Mariss Jansons voor concerten in de A-serie. Als eerste vrouwelijke dirigent stond zij in april 2011 in de Scala in Milaan. In juni 2010 werd zij benoemd tot Fellow of the Royal Academy of Music in London. Regisseur Pierre Audi groeide op in Libanon en Parijs en studeerde geschiedenis in Oxford. In 1979 richtte hij in Londen het Almeida Theatre op, een centrum voor avantgardetheater, muziek en dans. Hij regisseerde daar diverse theater- en operaproducties. Sinds 1988 is Audi artistiek directeur van De Nederlandse Opera, waar hij onder andere een Monteverdi-cyclus, een Mozart-cyclus en Wagners Der Ring des Nibelungen regisseerde. In 2005 volgde hij Ivo van Hove op


als artistiek directeur van het Holland Festival. Pierre Audi ontving diverse prijzen, waaronder de Johannes Vermeer Prijs (2009) en de Prins Bernhard Cultuurfonds Theater Prijs (2001). In Drottningholm werd hem een eremedaille uitgereikt voor zijn Händel-producties. Hij is benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en in Frankrijk tot Chevalier de la Légion d'Honneur. De Parsifal die deze maand in Het Muziektheater wordt opgevoerd onder leiding van Iván Fischer is de eerste operaregie van Pierre Audi met het Koninklijk Concertgebouworkest in de bak. Jean-Baptiste Barrière studeerde muziek, kunstgeschiedenis, filosofie en wiskundige logica. Van 1981 tot 1998 werkte hij in Parijs aan het door Pierre Boulez opgerichte instituut voor elektro-akoestische muziek IRCAM. In 1997/98 doceerde hij computercompositie aan de Sibelius Academie in Helsinki. Daarna wijdde hij zich volledig aan het componeren, waarbij hij de nadruk legt op de interactie tussen beeld en muziek. Na het ontvangen in 1983 van de Prix de la Musique Numérique op het Concours International de Musique Electro-acoustique in Bourges voor zijn werk Chréode heeft hij regelmatig voor multimediashows gecomponeerd. Hij verzorgt ook de visualisaties bij concerten en opera’s, zoals in 2006 bij de opera L’Amour de loin van Kaija Saariaho en in 2009 bij Alban Bergs Wozzeck. Momenteel is hij gastprofessor muziek aan de Universiteit van Columbia. De Finse klankregisseur Juhani Liimatainen werkte tussen 1977 and 2002 bij de Experimentele Studio van de

25


Finse omroep. Daar produceerde hij vele concerten en deed studiowerk met verschillende componisten, waaronder Paavo Heininen, Magnus Lindberg, Einojuhani Rautavaara, Kaija Saariaho en Esa-Pekka Salonen. Sinds 2002 is hij docent Sound Design aan de theateracademie van Finland. Sinds lange tijd is hij lid van het door Lindberg opgerichte ensemble Toimii, waar hij verantwoordelijk is voor het geluid, live elektronica, tapes en video's. Met Toimii heeft hij Kraft inmiddels vele keren uitgevoerd. Juhani Liimatainen werkt ook voor het kamerorkest Avanti!, voor het Finse Theaterorkest en hij speelt mee in de groepen Free Okapi, Son Panic and HumppAvanti!. De Finse cellist Anssi Karttunen kreeg les van Erkki Rautio, 26

William Pleeth, Jacqueline du Pré en Tibor de Machula. Hij speelde meer dan 135 wereldpremières van werken van componisten als Magnus Lindberg, Kaija Saariaho en Tan Dun, vaak speciaal voor hem geschreven. Naast het standaardrepertoire voert hij ook vergeten meesterwerken uit en maakt hij transcripties, bijvoorbeeld van het Pianokwintet van Brahms voor cello en strijkkwartet. Anssi Karttunen speelde met de beste orkesten ter wereld en was vaak te gast op bekende festivals, onder andere in Edinburgh, Salzburg, Berlijn, Venetië en Montpellier. In de jaren negentig was hij artistiek directeur van Avanti!, van de Helsinki Biënnale en van het Suvisoitto-festival in Porvoo, Finland. Van 1999 tot 2005 was hij eerste cellist van London Sinfonietta. Hij debuteerde bij het KCO in 2008 met de Nederlandse première van Notes on Light van Saariaho.


De Fin Kari Kriiku is een van ‘s werelds beste klarinettisten. Hij is een toonaangevende vertolker van de hedendaagse muziek en verzorgde meerdere wereldpremières. Zo speelde hij vorig seizoen D’OM LE VRAI SENS van Kaija Saariaho, maar al eerder schreven Kimmo Hakola, Esa-Pekka Salonen en Magnus Lindberg speciaal werken voor hem. De opname van het Klarinetconcert van Lindberg werd in 2006 onderscheiden met de Gramophone Award en de cd met klarinetwerken van Hakola kreeg de Finse Janne Prize. Kari Kriiku was een van de oprichters van het kamerorkest Avanti! en is sinds 1998 artistiek directeur van dit ensemble. In 2009 ontving hij de Nordic Council Music Prize. Met Kraft van Lindberg maakt hij nu zijn debuut bij het Koninklijk Concertgebouworkest. Pianist en musicoloog Ralph van Raat studeerde piano aan het Conservatorium van Amsterdam bij Ton Hartsuiker en Willem Brons, en Muziekwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Beide studies sloot hij cum laude af. Ook studeerde hij bij Claude Helffer (Parijs), Liisa Pohjola (Helsinki), Ursula Oppens (Northwestern University Chicago) en Pierre-Laurent Aimard (Musikhochschule Köln). Van Raat baarde al op jonge leeftijd opzien met zijn vertolkingen van complexe hedendaagse werken. Hij won prijzen bij nationale en internationale concoursen, treedt op als solist met orkesten in binnen- en buitenland en geeft veel solorecitals. Ralph van Raat heeft een exclusief opnamecontract bij Naxos. Recent werd een cd met pianowerken van Magnus Lindberg uitgebracht. In 2003 is hij benoemd tot Steinway Artist. Na dit debuut zal hij komend seizoen opnieuw twee maal in de AAAserie bij het Koninklijk Concertgebouworkest te gast zijn.

27


Slagwerker Herman Rieken speelde als vijfjarige trommel in de drumband van zijn tante. Hij studeerde aan het Hilversums Conservatorium bij Wim Koopman en later aan het Conservatorium in Amsterdam bij Jan Labordus en Jan Pustjens. Sinds 1981 heeft hij regelmatig opgetreden als remplaçant bij het Koninklijk Concertgebouworkest. In 2002 kwam hij in vaste dienst. Van 1981 tot 2004 was Herman Rieken lid van de Slagwerkgroep Amsterdam. Hij speelde mee in de Ebony Band en maakte van 1994 tot 2002 deel uit van het Metropole Orkest. Ook gaf hij les op de muziekschool in Lelystad. Hij besteedt momenteel veel tijd aan zijn werk als voorzitter van Vereniging ‘het Concertgebouworchest’, de belangenvereniging van de orkest- en stafleden. 28

Gustavo Gimeno is sinds april 2002 in dienst bij het Koninklijk Concertgebouworkest. Eerder speelde hij bij het Nationaal Jeugdorkest van Spanje, het European Union Youth Orchestra en Slagwerkgroep Amsterdam. Naast zijn werk als slagwerker dirigeert hij het Amsterdams Symphonieorkest Con Brio. Kamermuziek speelde hij met onder anderen Katia en Marielle Labeque en Janine Jansen. Samen met slagwerker Lorenzo Ferrandiz trad hij op in binnen- en buitenland en won hij verschillende prijzen. Sinds 2001 is Gustavo Gimeno docent aan het Conservatorium van Amsterdam, waar hij ook zelf studeerde. Hij gaf masterclasses in Spanje, Duitsland, Rusland, Korea, Japan en de Verenigde Staten. In oktober 2006 soleerde Gustavo Gimeno bij het Koninklijk Concertgebouworkest in Marsyas van Wolfgang Rihm onder leiding van George Benjamin.


Vooruitblik SEIZOEN 2012-2013

O

ok in het derde seizoen van AAA zal de kern van de evenementen bestaan uit een serie van zes

thematische orkestprogramma’s door het Koninklijk Concertgebouworkest. Daaromheen zijn er lezingen, kunstpresentaties en kamermuziekconcerten, georganiseerd door diverse Amsterdamse kunstinstellingen. Ieder orkestprogramma wordt voorafgegaan door een inleiding, waar mogelijk met medewerking van de componisten van wie werken – vaak in première – worden uitgevoerd. Op de KCO-donderdagen is er een ‘meet the artists’ na afloop. Op de vrijdagmiddagen is er het interdisciplinaire programma Confrontaties, in samenwerking met het Stedelijk Museum. En vrijdags na afloop van het orkestconcert is er steeds het Entrée Late Night Café, ontmoetingsplek voor concertbezoekers en andere belangstellenden. Enkele weken voorafgaand aan de projectweken verschijnt er een themabijlage bij De Groene Amsterdammer. Iedere editie is er een lezing in Academisch-cultureel Centrum Spui25. Het Concertgebouw, Muziekgebouw aan ‘t IJ en de IJ-Salon zullen als vaste partners ook concerten organiseren. Nieuw onder de vaste partners is het filminstituut EYE, dat op 11 september met een filmprogramma rond het eerste thema Orde en Chaos de aftrap van het seizoen zal verzorgen. Bij Nl/B – deBuren zullen het Nederlands-Vlaams instituut deBuren en De Brakke Grond zich aansluiten. Het Holland Festival zal opnieuw partner zijn voor de laatste editie van het seizoen.

29


30

Marina Abromovic, AAA-AAA (1978),Collectie Stedelijk Museum Amsterdam


De thema’s hebben dit seizoen ieder een andere insteek: natuurwetenschappelijk in Orde en Chaos, filosofisch/religieus in Verlos ons!, geografisch in Nl/B – deBuren, sociaalhistorisch in Schandalig!, muziekhistorisch in Jazz it up, en ten slotte psychologisch in memento mori. De laatste en meest volledige informatie vindt u via www.aaaserie.nl september 2012 Orde en Chaos dinsdag 11 september EYE Absolute film en Dada cinema (1921-1928) woensdag 12 september lezing SPUI25 door natuurkundige Sander Bais woensdag 12 september Muziekgebouw aan ‘t IJ: VocaalLAB donderdag 13 en vrijdag 14 september Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Peter Eötvös, Pierre-Laurent Aimard piano vrijdag 14 september Confrontaties met o.a. Marcel Möring zaterdag 15 september de IJ-Salon oktober 2012 Verlos ons! woensdag 10 oktober lezing SPUI25 donderdag 11 oktober Het Concertgebouw, Scherpdenkers: Dick Swaab vrijdag 12 oktober Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mariss Jansons, Anja Harteros sopraan zaterdag 13 oktober Het Concertgebouw, Tijdgenoten: Minguet Kwartet zondag 14 oktober EYE Faust van Alexander Sokurov december 2012 NL/B – deBuren v.a. 7 december De Brakke Grond diverse theatermakers, i.s.m. deBuren woensdag 12 december lezing SPUI25 donderdag 13 december Muziekgebouw aan 't IJ: Nieuw Ensemble (Nl) en Spectra Ensemble (B) vrijdag 14 december Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Otto Tausk, Ralph van Raat piano zondag 16 december Het Concertgebouw, Tijdgenoten: Het Collectief

31


januari 2013 Schandalig! woensdag 16 januari lezing SPUI25 donderdag 17 en vrijdag 18 januari Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. David Robertson, Christine Brewer sopraan zaterdag 19 januari de IJ-Salon zaterdag 19 januari Het Concertgebouw, Tijdgenoten: Asko|Schรถnberg programmering EYE wordt later bekend gemaakt april 2013 Jazz it up woensdag 24 april lezing SPUI25

32

donderdag 25 april Muziekgebouw aan 't IJ: Ebony Band vrijdag 26 april Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Riccardo Chailly, Stefano Bollani piano programmering EYE wordt later bekend gemaakt juni 2013 memento mori woensdag 12 juni lezing SPUI25 donderdag 13 en vrijdag 14 juni Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Heinz Holliger, Veronika Eberle viool programmering Holland Festival en EYE wordt later bekend gemaakt


De Groene Amsterdammer | De IJ Salon Entrée | EYE filminstituut Nederland Het Concertgebouw | Holland Festival | Muziekgebouw aan ’t IJ Spui25 Academisch-cultureel centrum | Stedelijk Museum

DAGprogramma

PA R T N E R S A A A

Magnus Lindberg 1958

OUT OF THE BOX avondprogramma 22 en 23 juni, westergasfabriek Het Ketelhuis, 19.00 uur

Inleiding op het concert

Kraft (1983-85)

voor solisten en orkest met live elektronica eerste uitvoering door het Koninklijk Concertgebouworkest aanvang pauze ca. 21.15 uur | einde van het concert ca. 22.15 uur live uitzending concert 23 juni via Radio 4

Thea Derks vertelt over het programma en spreekt met Kaija Saariaho

confrontaties 22 juni

Gashouder, 20.00 uur

Het Ketelhuis 16.00 uur – 18.00 uur

Concert Koninklijk Concertgebouworkest

beeldende kunst, muziek en debat

Susanna Mälkki dirigent, Pierre Audi mise en espace, Tiedo Wilschut belichting, Jan Panis geluidstechniek

Jean-Baptiste Barrière klankregie Circle Map, Juhani Liimatainen klankregie Kraft, Anssi Karttunen cello, Kari Kriikku klarinet, Ralph van Raat piano, Herman Rieken slagwerk, Gustavo Gimeno slagwerk

Pierre Boulez 1925

Rituel in memoriam Bruno Maderna (1974-75)

22 en 23 juni 12

voor orkest in acht groepen

Richard Rijnvos 1964 Antarctique (2011)

zevende en laatste deel van de cyclus Grand Atlas geschreven in opdracht van het Koninklijk Concertgebouworkest, met financiële steun van het Fonds Podiumkunsten, wereldpremière

Kaija Saariaho 1952 Circle Map (2012)

voor orkest en elektronica Morning Wind - Walls Closing – Circles – Days are Sieves – Dialogue (I am so small) – All Day and Night, Music geschreven in opdracht van het Koninklijk Concertgebouworkest, Boston Symphony Orchestra, Göteborg Symfonieorkest, Orchestre National de France,

Interdisciplinair programma i.s.m. het Stedelijk Museum waarin de actualiteit van het thema Out of the Box wordt opgezocht gasten kunsthistorica Sophie Berrebi, beeldend kunstenaar Sarah van Sonsbeeck, componist Richard Rijnvos en schrijver Daniël van der Meer, gespreksleiding Hans Ferwerda film Richard Rijnvos/Frank Zweers Atlantique (1994) muziek Richard Rijnvos Stanza, diatonic version for music box (1993) Jacob TV I was like WOW! (2006) Jörgen van Rijen trombone

Entrée Late Night Café 22 juni MC Theater 22.30 - 1.00 uur Out of the Box gaat de nacht in met dj, diverse live performances en een mininachtconcertje

Meet the Artists 23 juni Het Ketelhuis 22.30 uur Thea Derks spreekt met Richard Rijnvos en Kaija Saariaho

Royal Scottish National Orchestra, Stavanger Symfonieorkest, wereldpremière pauze

a a a - p ro g r a m m a 1 9 t/ m 2 3 j u n i

b i n n e n z i j d e ac h t e r f l a p


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.