Inkijkexemplaar gebakken lucht

Page 1


GEBAKKEN LUCHT Famous from Etten to Ermelo

Eric Schuurman


“Liever kwijt zijn waar je echt van houdt, dan iets houden wat je toch niet mist. Liever buiten, ook al is het koud, dan naar binnen, als daar niets meer is.” (Bløf – “Dichterbij dan ooit”) “Op een dag doet er niets nog toe. Op een dag ben je zoveel kwijt, Dat niets meer uitmaakt. Op een dag is een mooi landschap al genoeg.” (Frank Boeijen – “Op een dag”)


Woord vooraf Enkele jaren geleden zag ik op de teevee bij De Wereld Draait Door een item met een overbekende Gelderse tv-presentator die sprak over zijn ondergang als gevolg van zijn publieke bekendheid. Mijn eerste reactie was er een van verbazing. Waarom vertelt iemand die niets meer met aandacht te maken wil hebben nou juist en plein publique zijn verhaal voor de camera’s? Voor mij was het overduidelijk, dat onze held in een stevig spagaat verkeerde: hij koesterde de aandacht, maar kon er tegelijkertijd niet mee overweg. Enkele jaren later werd ik door dezelfde BG-er benaderd met de vraag of ik geïnteresseerd was in de uitgave van zijn manu­ script, dat handelde over zijn teloorgang als gevolg van de roem. Weer werd ik door dezelfde scepsis overvallen. Toch besloot ik hem het voordeel van de twijfel te gunnen en begon het manuscript te lezen. Tot mijn grote verbazing werd ik direct door zijn verhaal gegrepen en las het in een ruk uit. Hoewel Eric niet gespeend is van een bijkans dramatische hang naar aandacht, blijkt hij ook over een groot schrijverstalent te beschikken. Dat is echter niet de enige reden om het boek uit te geven. Wat mij erg aanspreekt, is zijn enorme relativeringsvermogen en zijn openheid. Eric Schuurman beziet zijn leven als regionale held met een knipoog. Tijdens zijn hoogtijdagen gaf hij zich letterlijk bloot om maar aandacht te scoren. Met zijn verhaal doet hij dat ook figuurlijk en gaat daarbij ontwapenend ver. 3


Eric schrijft onomwonden over liefde, trouw en ontrouw, en jaloezie. Ogenschijnlijke tegenspraken, maar oh zo herkenbaar. Daardoor merkte ik op, dat het verschil tussen hem en mij niet zo groot is als ik aanvankelijk dacht. Door het boek heb ik Eric leren kennen als een man met twee gezichten. Enerzijds de persoon die haast schaamteloos op zoek is naar erkenning. Anderzijds de man die wordt geleid door emoties die ook mij niet onbekend zijn. Dat maakt het boek Gebakken Lucht zo interessant. En uiteindelijk bleek Eric Schuurman ook gewoon een erg aardige vent te zijn! Hans de Beukelaer, uitgever IJzerlo, maart 2012

4


PROLOOG



Montana, Willemstad – Zes weken op het eiland: 15 april 2008 Om kwart over vijf ’s ochtends sta ik op. Zet koffie en start de laptop. Dinsdagochtend. Aardedonker is het op Curaçao. In de verte blaffen honden. In Nederland is het zes uur later. Op de minuut nauwkeurig, is het op dit moment exact een jaar geleden, dat ik in Silvolde, in de Achterhoek, voor de allerlaatste keer de deur achter me dichttrok. Vanaf dat moment zou niets meer hetzelfde zijn. Vanaf mijn landing op dit eiland, zie ik op tegen dit één-jarig jubileum. Vandaag ben ik op de helft van mijn verblijf hier. Zojuist volgens schema m’n allerlaatste citalopram geslikt. Een halve.

7


Silvolde, Achterhoek – een jaar eerder: 15 april 2007 Dwars door de luxaflex straalt de zon me recht in de ogen. Een belachelijk mooie voorjaarszondag. Lief is beneden al even bezig. Te horen aan de bekende geluiden vindt de brunch vandaag plaats op terras één. Het is laat geworden vannacht. Eerst samen wezen eten. Daarna, sinds tijden, met z’n tweeën weer es een discootje gepakt. Hoewel de rij voor de deur lang is, pikt de portier ons er op aanwijzen van de club-eigenaar uit, en loodst ons via de leden-ingang discreet naar binnen toe. Binnen is het stampvol en bloedheet. Lief zoekt snel een plekje aan de zijkant. In het donker. Uit het zicht. De plek die ze, sinds ik in de provincie beroemd ben, altijd en overal inneemt. Ik ben onrustig, transpireer zwaar. Aan de bar bestel ik een handjevol Bacardi-cola. Geen idee voor wie de drankjes zijn bestemd. Twee tik ik er zelf razendsnel naar binnen. “Eén voor de dorst. En één voor de smaak”. Het is de oneliner, die ik standaard paraat heb, zo gauw het gaat over m’n drinkgedrag. Met drie longdrinks in m’n handen, manoeuvreer ik zo onopvallend opvallend mogelijk door de mensenmassa. Dansende gasten tikken elkaar aan. Leuke meisjes knikken me toe. In no time leeg ik alle drie de glazen. Ik dans en sjans met elke vrouw. Behalve met Lief. Ze is bang en kijkt onzeker om zich heen. Katerig dwing ik mezelf de volgende dag om op te staan. Op de trap ruik ik de bekende zondagse geur van vers afgebakken brood. Vanuit de kamer kijk ik recht de tuin in. Haar tuin. Druk bezig is ze, om het deze zondag samen fijn te hebben. De tafel feestelijk gedekt. Verse jus. Een vier minuten-eitje. De zon geeft haar tuin nog extra glans. Terwijl Lief buiten in de weer is, blijf ik zelf even binnen staan. Zonder dat ze het merkt, bezie ik dit lente-achtige tuintafereel. Alsof ik sta te kijken naar een reclamespot van Intratuin. Maar dit is echt. Dit is Lief. Ik zie haar bezig. Slank en gracieus. Gebruind. Dapper en strijdbaar. 8


Vastberaden. Al maanden knokt ze voor haar laatste kans. Ik breek, zo gauw ik de tuin in stap. De oneerlijkheid. Ik trek het niet langer. Aan tafel krijg ik geen hap door de keel. Haar blik probeer ik te ontwijken. Kansloos. Zo gauw Lief me aankijkt barst ik uit in tranen. Vanaf dat moment weten we allebei: dit is het einde. Gistermiddag, tegen alle afspraken in, had ik opnieuw contact met Sneeuwwitje. We waren samen in Arnhem. Dit kan zo niet langer. Onhoudbaar. Ik biecht het hernieuwde contact op. En pak m’n koffers in oorverdovende stilte. Twee grote, knalgele koffers. Gele koffers, die vanwege de vele verhuizingen die ik daarna in korte tijd meemaakte, uiteindelijk symbool werden van een gevecht van maanden. Er wordt geen woord gezegd op dit moment. Beheersing heerst. Niet langer is er een weg terug. Voor de vijfde, en nu voor de laatste keer verlaat ik Lief. En de Achterhoek, geboortegrond. Het gebied waarmee ik inmiddels een bitterzoete haat-liefde relatie heb. Slechts om de scheiding af te handelen kom ik er nog terug. Vanaf vandaag kan het niet slechter gaan. Zo voelt het althans, op dat moment.

9


Montana, Willemstad – een jaar later: 15 april 2008 Het schrijven over die laatste dag kost kracht en energie. Doet pijn. Ik vind het een nare klus. Dat weet ik vooraf. Het is de reden dat ik hier op dit eiland, vanaf dag één, in m’n hoofd zo bezig ben met vandaag. Het is inmiddels kwart over vijf in de middag. Gezeten voor m’n huis, blikkie Polar in de hand, vraag ik me af waarom het zo heeft moeten gaan. “Zoveel was er met ons huwelijk eigenlijk niet mis” - zei Lief nog, tijdens het finale-gesprek bij de mediator. Ze heeft gelijk. Als zo vaak. De basis deugde. Twee mensen die van elkaar houden. Uit elkaar gejaagd door een optelsom van feiten en factoren. Twee mensen die daarna, noodgedwongen maar zonder elkaar, allebei een totaal nieuwe, onzekere weg in slaan. Zonder dat één van hen omziet in wrok. Al dacht de hele Achterhoek daar op dat moment anders over. Het zijn vooral de mooie dingen die bovenkomen in deze fase, hier op dit eiland. Tegelijkertijd weet ik maar al te goed dat ons huwelijk, vandaag exact een jaar geleden, aan het einde totaal in de vernieling zat. In de maandenlange aanloop naar die laatste dag, verlies ik mezelf in wanhoop, woede en waanzin. Ik woon in korte tijd uiteindelijk op zes verschillende adressen. Als een zombie rijd ik dwars door de provincie. De zonnebril beslagen van de tranen. Het is hels. Het is een nachtmerrie. Het is chaos. Regelrechte chaos. Voor mezelf. En voor Lief. Nu, een jaar later, keert de rust bij ons allebei langzaam terug. Lief haar weg. Ik de mijne. Zij naar Zeeland. Ik naar Curaçao. Voor haar een nieuwe toekomst met een nieuwe vriend. Ik mikkend op iets moois met Hellen. Hier op dit eiland hoop ik, all alone, mezelf terug te vinden. In alle anonimiteit loos ik op Curaçao de laatste restjes shit. En ga ik schrijvend werken aan een toekomst. Bevrijd van antidepressiva wil ik hier mezelf weer worden. Met die zogenaamde beroemdheid ben ik helemaal klaar. Dat is het doel. Zo moet het gaan. 10


Schrijven is op Curaçao mijn dagelijks werk. Daarvoor ben ik hier. In Montana krijgen geschiedenis en toekomst perspectief. Vanuit m’n hoofd, hup, rechtstreeks de laptop in. Niet kopiëren. Maar knippen en plakken. Loslaten. Leegmaken. Zodat er ruimte komt. Voor nieuwe inspiratie, motivatie. Voor een nieuwe toekomst. Waarvan de contouren steeds transparanter worden. Ik heb het helemaal in m’n hoofd. Al wordt het ook na terugkomst nog een lange rit. Maar dat besef ik dan nog niet. Aan het eind van de dag belt Hellen. Trots vertelt ze over haar plantenbakjes, die ze bij mij thuis in Arnhem heeft gevuld met kruiden. Zo lief. M’n iPod herhaalt continu het nummer van Intwine, “Cruel Man”. Aan het einde van de dag flikker ik de laatste antidepressiva in de kliko. Na zes weken afbouwen, heb ik de citalopram volgens schema vanochtend vroeg losgelaten. Ik durf het aan. De kliko wordt morgen geleegd. Alhoewel je dat op dit eiland trouwens nooit helemaal zeker weet.

11



CURAÇAO



Prepare for landing Dinsdag 4 maart 2008. De eerste dag hier zit er bijna op. Honden. Overal blaffende honden. Dichtbij. Veraf. Naast me. Achter me. Voor me. In het donker is Curaçao één groot dierenasiel. Een asiel van veertien kilometer breed. En zestig kilometer lang. Kakkerlakken kruipen over m’n terras. Krekels zijn hoorbaar dichtbij. Welkom in de tropen. Het is pikdonker in Montana. Kwart voor twaalf, local time. Ik zit voor m’n huisje. Op een terras dat de komende drie maanden het mijne is. M’n werkplek voor de komende twaalf weken. Hoog op de bult, met mooi uitzicht de nacht in. Overal lichtjes. Benieuwd hoe het eruit ziet, als ik morgen wakker word. Bijna 24 uur in touw nu. Geheel in tegenstelling tot m’n gewoonte, pak ik de koffers niet direct uit. De nieuwe koffers. Blauw. De gele koffers heb ik bij de uiteindelijke boedelscheiding, een half jaar nadat ik op die zondag de Achterhoek verliet, aan Lief gelaten. Het is middernacht nu. Bloedheet. En overal kraaien hanen. Op vliegveld Hato, eerder vandaag, is de ontvangst perfect. Volgens afspraak staat Yvet te wachten. Ze komt me bekend voor. Na een beetje tiktakken blijkt ze gewerkt te hebben bij de toenmalige uitgeverij Misset in Doetinchem. Juist in de periode dat ik daar, begin jaren negentig, binnen kwam als redacteur bij Snack Koerier. Hèt vakblad voor de betere cafetariahouder. Achterhoekers onder elkaar op Curaçao. Na de achterklep van haar auto, opent ze het deksel van de koelbox. “Alstjeblieft”. Lachend duwt ze me een steenkoud blikje Polar in de hand. Iedereen hier heeft een koelbox in de auto. Gelijk met het lege blikje verdwijnt direct na aankomst, met een fraaie boog, m’n voornemen om de komende drie maanden geen pils te drinken, in de prullenbak.

15


Arnhem, vlak voor vertrek. Surprise! Mijn vlucht naar Curaçao had ik het liefst stil gehouden. Maar dat is gerekend buiten Hellen. Op de laatste zondagavond voor vertrek, troont ze me mee naar De Schoof, Korenmarkt. Onze stamkroeg in de periode dat we samen zijn. De Schoof. Het leukste gekkenhuis van Arnhem. Alwaar ze een afscheidsfeestje voor me heeft georganiseerd. Surprise! Iedereen is er. Collega’s van haar van Dudok. De enige nicht Marvin. Met afstand de beste bartender van Dudok. Lonneke, lief en onzeker. Carlijn, lesbisch. Althans, meestal. Heidi, Anne-Linde. Martijn, behalve dichter en scheidsrechter, ook huisgenoot van Hellen. Barkeeper Bert en de Dikke Vrienden Ronald en Jeroen zijn er ook. Al zijn de laatste drie er naar mijn idee slechts om te checken, of ik daadwerkelijk wel echt vertrek. Hellen is lief. Ze houdt van me. En ik van haar. Dat durf ik achteraf wel zo te stellen. Maar in deze fase ga ik er niet erg slim mee om. Ik durf er domweg niet aan toe te geven. Ben zo vlot na m’n scheiding aan een nieuwe vaste relatie nog compleet niet toe. Hellen zou dolgraag anders willen. Maar het complete pakketje kan ik haar hier en nu niet bieden. Al geef ik haar wel dat idee. Krom. En typerend voor hoe ik toen in m’n vel stak. Eerder die week neem ik een darmspoeling. Slang in de reet en spoelen maar. Een hoop stront voor een paar tientjes. Voor dat geld staat de in smetteloos wit geklede Francis van Detox and More in Velp er dan wel met de neus bovenop. (Intake: “Hebt u wel eens last van explosieve ontlasting, meneer Schuurman?” “Nou mevrouw, reken maar van yes!”) Via een ingenieuze constructie, een soort doorzichtige TL-buis, zie ik alles voorbijkomen, dat tijdens de spoeling mijn lichaam verlaat. (Punaises, peuken, doppen van flessen :-) Met deze anale schoonmaakbeurt gaat een lang gekoesterde wens in vervulling. Samen met Sjaak, mijn beste maat in die jaren – met wie ik 16


toendertijd alles deelde – had ik dat plan al een tijdje in m’n hoofd. Allebei houden we van lekker fris. Maar het kwam er nooit van. Nu ik hem als vriend heb afgeserveerd, doe ik het gewoon lekker zelf. Voor vertrek naar de Antillen wil ik hier in Nederland zoveel mogelijk shit achterlaten. Ik bereid me goed op de Antilliaanse missie voor. Neem afscheid van Casper. Vriend die zich van mijn fratsen niets aantrekt. Die me hielp verhuizen naar Arnhem-Zuid. Die daar zonder mankeren een joekel van een Ikea-kast met tweehonderd schroefjes, voor me in elkaar sleutelt. Zo’n vriend. En uiteindelijk neem ik natuurlijk afscheid van Hellen. Ze wil graag op visite komen op Curaçao, zegt ze voor vertrek. Het zal mij benieuwen. Ik bezoek de tandarts. En onderga de voorlopig laatste sessie bij Alma. Alma is m’n psycholoog. Zij maakt m’n fratsen vanaf dag één van dichtbij mee. En probeert me te kalmeren. Met Alma maak ik afspraken over de manier waarop ze me hier, op het eiland, via email zal begeleiden. Ze stelt voor dat ik haar regelmatig nieuwe hoofdstukken van dit boek zal mailen. Zij zal dan haar feedback daarop reply’en. Zo zal er na verloop van tijd, een mooi beeld ontstaan van “het gevalletje Schuurman”. Dat is althans het plan. Ook bezoek ik vlak voor vertrek m’n huisarts. Met hem maak ik een schema, om binnen nu en drie maanden op Curaçao los te komen van de antidepressiva, de citalopram. Ik wil er vanaf. Moet er vanaf. Wil m’n gevoel weer terug. Het is mooi geweest, met het vergif.

17


Meanwhile, back in Montana: Achterhoekers onder elkaar Yvet neemt een shortcut naar huis. Mijn huis. Ruim een jaar wonen Yvet, haar man Wolf en hun twee dochters nu op het eiland. Helemaal klaar met de Achterhoek. Koffers pakken, wegwezen. Wolf. Eigenaar van een zaak in hang- en sluitwerk aan de Santa Rosaweg. Yvet. Runt een winkeltje in chique bling-bling aan de haven. Voor haar morgen opnieuw een cruiseschip met drieduizend Amerikanen, slenterend in witte tennissokken op sandalen. Tot dusver kende ik Yvet slechts via de mail. Maar wat een schat. Vanaf het moment dat zij, van ons beider vriend Erik Hagelstein, hoort dat ik naar het eiland kom, spant ze zich belangeloos en onvoorwaardelijk voor me in. Een heel betaalbaar huurhuis, vervoer vanaf Hato, een biertje bij aankomst .... Yvet regelt het allemaal. M’n koelkast propt ze vooraf vol met lekkere spullen. Super. Op m’n nieuwe adres gooien we snel de bagage af. Voor de kersverse huurbazin in eerste instantie niet meer dan een vluchtige handdruk. Snel door, want magen knorren. Bij Yvet thuis serveert ze, behalve rode wijn, een prima biefstuk. Daar gaat m’n voornemen om gedurende mijn verblijf alhier geen vlees te eten. Dat gaat lekker zo, met die goede voornemens. Ik maak kennis met haar man. Wolf. Ook hem herken ik. Uit de Doetinchemse scene, halverwege de jaren tachtig. Merleijn en zo. Tijdens het eten filosoferen we over wat ons bindt: de Achterhoek. Yvet, Ulft. Wolf, Doetinchem. Schuur, Silvolde. Tsja. Dan heb je achtduizend kilometer verderop wat om over te lullen, op een tropische dinsdagavond. We praten over beslissingen nemen. Los durven laten en door durven pakken. Na acht blikjes Polar, zes glazen wijn en een lange reisdag kak ik in. Take me home. Kavel 32-F, Montana-Rey, Willemstad, Curaçao. Yvet start de wagen en crosst me via een shortcut naar huis. Wat een topper.

18


De datingsite voor de hoger opgeleide medemens Eén van de laatste avonden voor vertrek, rijd ik naar Amsterdam. Middenin de Pijp heb ik een date met de Hongaarse Elana. Violiste bij het Nederlands Symphonie Orkest. We ontmoetten elkaar op E-Matching. “De datingsite voor de hoger opgeleide medemens”. Met een prikkelend profiel, voorzien van een paar professionele showfoto’s, meld ik me daar aan. Dat ik op dat moment een relatie heb met Hellen, speelt in die fase voor mij klaarblijkelijk geen rol. Het is echt grappig, die datingsite “voor hoger opgeleiden”. Iedere mevrouw, die zich via die site bij me aandient, is op papier dokter in dit of meester in dat. En allemaal hebben ze een universitaire achtergrond. Na een paar keer heen en weer mailen, blijkt al snel dat ze thuis zitten, garnalen pellen, en de rest van de dag voor de buis hangen met drie kinderen op schoot. En, op hun beurt, gelooft natuurlijk niemand van die dames dat ik daadwerkelijk tv-presentator ben. Elana is de enige kandidaat van wie ik serieus werk maak. Hoewel ik vooraf weet dat ik met haar voor alles in ben, behalve voor een serieuze liefdesrelatie, wil ik haar uit nieuwsgierigheid toch beter leren kennen. Die viool intrigeert. Spannend hoor, de minuten die ik voor de hoofd-ingang van het Okura Hotel sta te wachten, of ze daadwerkelijk op komt draven. Maar dat doet ze. En in het echt blijkt ze net zo aardig, als tijdens de twee voorafgaande nachtelijke telefoongesprekken. We hebben een leuke avond. Het verhaal van de viool klopt. Ze is daadwerkelijk top-violiste. Dat blijkt uit foto’s en de verhalen die ze vertelt. Eénmaal thuis check is alles via Google en er blijkt niets aan gelogen. Bijzondere vrouw. De tijd vliegt, die avond. We eten Libanees en praten ons de blaren op de tong. Ik vertel haar al tijdens het eerste kopje cappuccino, dat ik over een paar dagen voor langere tijd naar Curaçao vertrek. Dan heb ik dat maar vast gezegd. Manmoedig 19


spoelt ze de teleurstelling weg. Elana schat ik in als een sterke, zelfstandige vrouw. 38. Zonder zware rugzak. Geen kinderen. Aantrekkelijk. Buitengewoon intelligent en muzikaal. Aan het eind van de avond nemen we op een mooie manier afscheid. Stijlvol. Volwassen. Er wordt, kort samengevat, niet geneukt. Nadien hebben we nooit meer contact.

20


Dankbetuiging De volgende mensen wil ik bedanken voor hun steun en vertrouwen bij de realisatie van dit boek: • Hans de Beukelaer - uitgever • Egon Voorn - artwork • Mr. Mike Timmer - juridisch advies • Jac. Toes - algemeen advies • Rens Plaschek - fotografie

Colofon tekst

Eric Schuurman©2012 eindredactie

Nic Adema tekstcorrectie

Aleid van Krugten - te Hennepe omslag

Egon Voorn vormgeving | lay-out Hemmie Damen, Fagus druk

Grafistar, Lichtenvoorde uitgave

Uitgeverij Fagus, IJzerlo©2012 ISBN 978-90-78202-86-8

256


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.