De Schildwacht Februari 2018 - nr. 01
Voorwoord
2018, het jaar van de waarheid (?)
Maandelijks tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart - Afgiftekantoor: Brussel X - P109013
de militaire vakbond
Voorwoord
2018, het jaar van de waarheid (?) VOORWOORD DOOR YVES HUWART | SECRETARIS-GENERAAL
Tijdens een opvallende nieuwjaarsreceptie op 25 januari jl. sprak de Chef Defensie talrijke prominenten, journalisten en militairen toe. In een weldoordachte toespraak en gebruikmakend van de meest moderne communicatietechnieken, kondigde generaal M. Compernol een hoopvolle toekomst aan. Maar: the proof of the pudding is in the eating… Met een reeks indrukwekkende cijfers uit 2017 illustreerde generaal M. Compernol op zeer bevattelijke wijze tot wat Defensie allemaal nog in staat is. Het aantal vlieguren per dag, het totaal aan afgelegde kilometers of de dagen aanwezigheid op zee gaven duidelijk weer dat Defensie nog leeft. De niet aflatende inzet van de militairen is daar zeker niet vreemd aan. Maar tegelijk beseft iedereen dat Defensie voor een reeks enorme uitdagingen staat om ook in de toekomst nog verder in leven te kunnen blijven. De Chef Defensie (CHOD) liet er dan ook geen misverstand over bestaan. Het wordt het jaar van de waarheid voor de Strategische visie, aldus de generaal. Deze Strategische visie beschrijft wat het land van Defensie verwacht en de middelen die het ervoor zal toekennen, op het vlak van het personeel en budget. Maar ook een ambitieus investeringsplan die inmiddels werd vastgelegd in een militaire programmatiewet zal bepalend zijn voor de toewijzing van de budgettaire middelen. Vanuit Defensie zal er nog dit jaar voor om en bij de 10 miljard euro aan investeringen op de regeringstafel terechtkomen,
2
De Schildwacht
liet de CHOD zich ontvallen. Met de toewijzing van de contracten voor nieuwe vliegtuigen, schepen en voertuigen zal de concretisering van de Strategische visie een grote stap voorwaarts nemen. Dossiers voor tientallen programma’s zijn voorbereid, akkoorden en intentieverklaringen zijn getekend, prospecties en evaluaties zijn aan de gang. En nu…, enkel nog het tekenen van de contracten door de regering! Dergelijke aankondigingen hebben ongetwijfeld tot doel om vanaf nu het alomtegenwoordige en diepgewortelde pessimisme binnen de defensiegemeenschap, de rug toe te keren. Als militaire vakbond willen we daar graag in meegaan. Maar tegelijkertijd zijn we beducht voor een evt. mislukking. Een puur hypothetische stelling waarbij die belangrijke contracten, om welke reden dan ook, niet zouden worden getekend door de regering, zal wellicht tot een nooit meer te herstellen wantrouwen leiden bij de militairen. In dit opzicht was de toespraak van de CHOD dus meer dan gewaagd. Een mislukking in 2018 zou dan kunnen leiden tot een zeer trieste nieuwjaarstoespraak in 2019…
Een ander opmerkelijke oproep van de CHOD was de schreeuw naar een meer dan aanzienlijke rekrutering van jonge militairen. 10.000 Jobs in de komende vijf jaar, aldus de CHOD. En dit terwijl er in België ongeveer 150.000 jobs niet ingevuld geraken. De vraag stelt zich dus hoe Defensie competitief kan blijven en de concurrentie kan aangaan met andere spelers op de arbeidsmarkt? Behalve een vage oproep naar het bedrijfsleven om samen te werken, hebben we alvast geen duidelijke ingrediënten kunnen noteren om het statuut van de militairen wezenlijk aantrekkelijker te maken. Zou het eens geen tijd worden om ook in dit domein een ‘Strategische visie en bijhorende programmatiewet’ te gaan ontwikkelen? Al zouden wij als militaire vakbond al tevreden zijn, mocht er in overleg met de sociale partners een betrouwbaar sectoraal akkoord kunnen worden afgesloten en er over een aantal heikele thema’s, zoals bv. een aanvaardbare pensioenregeling, klaarheid zou worden geschonken. Laten we in ieder geval in 2018 van de personeelszaak geen bijzaak maken!
De Schildwacht
Foto: Orban Daniel
Februari 2018 - nr. 01
Colofon
2
Voorwoord 2018, het jaar van de waarheid (?)
De Schildwacht is het maandelijkse tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel. Alle leden krijgen een exemplaar toegestuurd. Adresgegevens worden behandeld overeenkomstig de wet op de privacy (wet 8/12/1992).
4
40 jaar F-16 in België
8
Psychosociale zorg voor militairen – Tijd voor verbetering
11
Herinneringsmedaille voor opdrachten of operaties in het binnenland
Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart Coördinatie: Concetto Bandinelli Algemene gegevens - ACMP: Romboutsstraat 1 – Bus 021 1932 Zaventem srt@acmp-cgpm.be www.acmp-cgpm.be Tel.: 02 245 72 14 Fax: 02 245 73 01
12
Het geheim van Evere
14
De ACTEL Autoverzekering is dood, leve de COVER CAR SOLUTIONS POLIS
BE32 2100 6234 6602 BIC: GEBABEBB BE57 0682 3639 9535 BIC: GKCCBEBB
Foto cover: Orban Daniel
Facebook “f ” Logo
CMYK / .ai
Facebook “f ” Logo
CMYK / .ai
Volg ons op Facebook EUROMIL
European Organisation of Military Associations
De Schildwacht
3
Info
40 jaar F-16 in België 1978, zegt u dat iets? De Camp David-akkoorden, onze para's in Kolwezi, de olieramp van de Amoco Cadiz in Bretagne, het overlijden van Jacques Brel? Ah, u was nog niet geboren, of u was nog te jong, of... het zegt u allemaal niets? Nogmaals proberen: de Citroën Visa of de Ford Capri? Inderdaad: dat waren pas museumstukjes! Maar... kent u de F-16? Uiteraard! Dit jaar viert hij z'n 40 jaar trouwe dienst in België!
Op 15 februari 1978 rolde de eerste F-16 van de band bij SABCA in Gosselies. In totaal heeft ons land niet minder dan 160 Fighting Falcons gehad. Bovenop zijn onmiskenbare troeven, moet men toegeven dat de aankoop van de F-16 een economische meevaller was voor drie Belgische bedrijven: SABCA, SONACA en FN, alsook voor het Nederlandse Fokker. SABCA is een dochteronderneming van Dassault en Fokker. Tot op heden heeft SABCA 222 F-16's en duizenden onderdelen geleverd. Het bedrijf moderniseerde het grootste deel van de
4
De Schildwacht
wereldwijde vloot van gevechtsvliegtuigen en blijft diensten leveren, voornamelijk voor USAF (United States Air Force). SONACA is de erfenis van ‘Avions Fairey’, dat in 1977 van de ondergang gered werd door het F-16 programma, nadat het opgekocht werd door de samenwerking van de private sector en het Waalse Gewest. Toen werden er 1.250 van de 1.700 banen gered. Vandaag de dag produceert men daar – naast onderdelen voor de F-16 – ook onderdelen voor het militaire transportvliegtuig, de Airbus A400M. De aankoop van deze
jachtvliegtuigen heeft aan FN de mogelijkheid geboden om meer dan 3 miljard Belgische franken (74 miljoen euro) te investeren in zijn ‘Divisie Motoren’, een nieuwe fabriek in de regio van Luik, waar in 1983 meer dan 2.500 mensen werden tewerkgesteld. Later heette deze fabriek ‘TechSpace Aero’ en momenteel ‘Safran’, een leverancier van de motoren voor de Franse Rafale. De koop van de eeuw De ‘koop van de eeuw’, die in 1975 werd gelanceerd, was veel meer dan enkel een militair plaatje. De F-16's hebben veel meer opgebracht dan wat ze gekost hebben. Men zou voor minder begrijpen waarom België terughoudend is voor de vervanger van een jachtvliegtuig die zelfs vandaag nog onze aeronautische industrie bedruipt... Vandaag zijn we 40 jaar later, met vliegtuigen die meestal ouder zijn dan hun piloten, maar die nog potentieel hebben, mede door de MLU (MidLife Update) in de jaren '90. Laten we niet vergeten dat voor een gevechtsvliegtuig de leeftijd niet het-
Britse Eurofighter en Franse Rafale, de twee ‘outsiders’ van de competitie.
zelfde is als bijvoorbeeld voor de Citroën Visa of de Ford Capri. Een voorbeeld? Wel, de Amerikaanse bommenwerper B-52 is nog lang niet zinnens om met pensioen te gaan, terwijl zijn eerste vlucht reeds dateert van april 1952! De F-16 is nog steeds de meest courante ‘jager’ ter wereld, ook al kiest het Amerikaanse leger stelselmatig voor vervanging door de F-35. Dit gezegd zijnde, is 40 jaar uiteraard niet niks. Van de 160 stuks die de Luchtmacht ooit verwierf, zijn er nog steeds 54 in dienst, waarvan er 48 ten dienste zijn van de NAVO. In de praktijk zijn echter slechts enkele toestellen echt ‘klaar voor het gevecht’. De cellen van onze straaljagers zijn moe, en we zijn, in het begin van het derde millennium, toch stilaan toe aan vervanging. Maar wie wordt de waardige opvolger? Slechte start Het Amerikaanse Boeing heeft zelf geconcludeerd dat zijn F-18 Super Hornet geen enkele kans had,
gezien het Belgische lastenboek. Boeing heeft zichzelf dan ook teruggetrokken. De Amerikaanse overheid schuift zijn concurrent, de F-35, naar voor, die een grote bestelling nodig heeft om uit de gigantische ontwikkelingskosten te komen. De F-18 is gemaakt om te opereren vanop de grote Amerikaanse vliegdekschepen. Hij wordt daarom slechts gebruikt door de US Navy en het Australische leger, en daardoor is het ook uitgesloten de kosten van vormingen en onderhoud te delen met andere (Europese) landen. Ook Zweden heeft zijn Saab Gripen uit de wedstrijd genomen. Zogezegd omdat het Belgische contract incompatibel is met de strikte Zweedse neutraliteit. Zweden zou bijvoorbeeld geen steun kunnen verlenen aan België bij een operationele ontplooiing. Rare gedachtengang, want ondanks dat Zweden niet behoort tot de NAVO, heeft het wel verplichtingen tegenover België (en andere lidstaten) omdat het lid is van de Europese Unie. Temeer, de Saab Gripen is reeds redelijk
De F-16 zal in vier decennia boven heel wat operatietheaters gevlogen hebben. Zijn bijdrage aan de geloofwaardigheid van Defensie en aan de Belgische luchtvaartindustrie moet niet meer aangetoond worden. Zijn opvolger, of die nu van Amerikaanse of Europese makelij zal zijn, zal op zijn minst even goed en liefst nog meer moeten doen. Een uitdaging van formaat!
goed actief in Europa: in Hongarije, de republiek Tsjechië, Bulgarije en Kroatië. Het is een wendbaar en licht (slechts 14 ton) vliegtuig met één motor, maar minder performant dan z'n concurrenten. Relatief goedkoop (minder dan 60 miljoen euro), maar deze voordelen wegen helaas niet op tegen de afwezigheid van economische compensaties voor ons land. Twee outsiders en een topfavoriet De Britse Eurofighter Typhoon wordt ontwikkeld door het Verenigd Koninkrijk (33%), Duitsland (33%), Italië (21%), en Spanje (13%). Het is een groot tweemotorig straalvliegtuig van 21 ton en het is duur (meer dan 200 miljoen euro). Ondanks een eerste vlucht in 1986, werd het eerste toestel slechts in 2003 aan de Royal Air Force geleverd. Bovenop een bedenkelijk uitzicht, kampt de Eurofighter ook met een bedenkelijk imago. Oostenrijk (een klant buiten-consortium) besliste zelfs in 2017 zijn 15 exemplaren te vervangen door straaljagers die
De Schildwacht
5
Info
‘minder duur, doch performanter’ zijn! Men moet toegeven dat de Eurofighters van de eerste lichting zeer gelimiteerde bombardeercapaciteiten hebben. Het Oostenrijks contract zou onregelmatigheden bevat hebben, zodat Oostenrijk besliste om Airbus te laten vervolgen voor corruptie. Dan is er nog de Brexit! Dat maakt een deal met het Verenigd Koninkrijk nog minder geliefd en opportuun. Om stand te houden, belooft het consortium innovatiecentra te openen in ons land: één in Vlaanderen, en één in Wallonië, goed voor ongeveer 1.800 arbeidsplaatsen en daar bovenop 1,6 miljoen euro voor een samenwerking met de Britse veiligheidsdiensten. Op z'n minst een rare ‘koppelverkoop’... De Rafale van het Franse Dassault is eveneens een grote tweemotorige jager, met een maximaal tonnage van 24 ton. Hij heeft reeds zijn diensten bewezen in Libië, Syrië, Irak, Mali en Afghanistan. Dit is een Europees product, en sommige onderdelen worden in België gefabriceerd (door Safran in Luik). Frankrijk kan uiteraard een sterke operationele steun garanderen. Parijs heeft echter de juridische regels
van de Belgische aanvraag niet gerespecteerd. Om mede te dingen, belooft Frankrijk rijkelijke compensaties: minstens 1.500 jobs en 20 miljard euro ‘compensaties’ in België. Dit alles aan … de helft van de prijs van een Eurofighter! Op 14 februari (inderdaad: ‘lievekesdag’) zullen we weten of dit alles voldoende is om de Rafale van onze Franse vrienden te laten meedoen in de laatste rechte lijn... Vanuit operationeel standpunt is het grote probleem van de Rafale zijn gevorderde leeftijd. Het is een ‘jet van de 4de generatie’, gemaakt tijdens de Koude Oorlog, met een eerste vlucht in 1986. Buiten Frankrijk, is hij in geen enkel Europees land actief. Enkel Egypte, India en Qatar hebben bestellingen geplaatst. Dassault is echter gekend bij ons, toen ze enkele Belgische politici ‘smeerden’ om het contract van de modernisatie van de F-16 binnen te rijven. Een episode die België liever vergeet... De Belgische politiek lijkt momenteel overigens niet gewonnen te zijn voor een aankoop die vooral het zuiden van het land zou ten goede komen. De F-35A Lightning II is de ech-
Een F-35A van de Koninklijke Luchtmacht (Nederland).
6
De Schildwacht
te vedette van de wedstrijd. Deze zware monoreactor weegt ongeveer 32 ton; het dubbele van een F16A. Het is de enige kandidaat met een label ‘5e generatie’. Met een eerste vlucht in 2006, is hij ook de jongste van alle concurrenten. Hij maakt ook gebruik van de stealthtechnologie die door de Amerikanen ontwikkeld werd om hun vliegtuigen onzichtbaar te maken voor radars. Los van het toestel zelf, is het een intelligent en ‘onderling verbonden’ wapensysteem waarmee de USAF de superieure bescherming van het Amerikaanse luchtruim moet garanderen gedurende vele jaren. Een voorwaardelijke belofte, want het F-35-programma heeft reeds een serieuze meerkost opgelopen, alsook andere nadelen en vertragingen. Het vliegtuig werd ontworpen met het oog op veelzijdigheid. Het kan immers ingezet worden in alle vormen van een luchtgevecht, en drie varianten van dit toestel kunnen opereren vanaf vliegvelden (de F-35A), vliegdekschepen (de F-35C), of kunnen verticaal opstijgen (de F-35B). Dit ‘veelzijdige Zwitserse mes’, is gebouwd op artificiële intelligentie, met meer dan 8 miljoen informatica-codelijnen. Het toestel deelt z'n informatie in real time met andere middelen die tegen de vijand ingezet worden. Het beschikt ook over een software die het onderhoud in grote mate vergemakkelijkt. Behoudens redelijk wat kinderziektes, hebben de eerste operationele tests tijdens de oefening Red Flag 2017 de verpletterende superioriteit van het wapensysteem bevestigd tijdens simulatiegevechten. Nochtans is deze ‘onoverwinnelijkheid’ nu net een argument TEGEN de
44 jaar na zijn eerste vlucht, wordt de F-16 nog steeds gebouwd onder de versie ‘Block 70/72’. F-35, omdat de vliegtuigen vandaag de dag slechts efficiënt zijn wanneer ze gekoppeld zijn aan een … Amerikaans(!) gevechtsdispositief. Wanneer België zich F-35's zou aanschaffen, zou men dit kunnen vergelijken met iemand die een kostelijke smartphone (van ongeveer 150 miljoen euro) zou gebruiken zonder een internetabonnement of Wifi... De aanschaf van F-35's door België is dus ook afhankelijk van de beslissing van onze (ex)-Europese partners, met inbegrip van het Verenigd Koninkrijk, dat zich 138 F-35's zou moeten aanschaffen. Rekening houdend met menige kritieken, rekent het Amerikaanse jachtvliegtuig op meerdere zwaar doorwegende argumenten. Het eerste argument is de aankoop van Nederland van 37 exemplaren, wat voor ons land zou betekenen: het delen van de kosten voor onderhoud, opleiding en training, logistiek, … De Luchtcomponent zou zelfs verder kunnen gaan: de
integratie van het vliegtuig naar het voorbeeld van de samenwerking tussen zowel de Nederlandse als de Belgische Marine. Ons land speelt ook de kaart van de economische compensaties en de toegang tot de hoogtechnologie; dit om arbeidsplaatsen te redden die nu gelinkt zijn aan de F-16. Op het Europese continent heeft de F-35 ook reeds Denemarken en Noorwegen kunnen overtuigen, welke partners van België zijn in het F-16-programma. Italië werd ondertussen ook reeds overtuigd. De F-35 is ontworpen om evolutionair te zijn: zijn ‘pensioen’ wordt maar voorzien tegen... 2070! Sterk signaal In april zal ons land de winnaar van het contract aankondigen. Het gaat over een contract voor 34 toestellen, met een initiële waarde van 3,4 miljard euro; dit tot 2030 (enkel voor de toestellen; het totaalplaatje zal veel hoger uitvallen). De eerste van deze jachtvlieg-
tuigen kunnen geleverd worden vanaf 2023. Ondertussen heeft men tijd genoeg om de bugs van de F-35 recht te zetten. Misschien zullen het de Russen zijn die iedereen op dezelfde golflengte moet brengen, want als andere toestellen het opnemen tegen de Taliban en IS, kan de F-35 enkel als vogelverschrikker dienen in OostEuropa. De keuze van België is dus niet enkel economisch. Het is ditmaal ook een strategisch dilemma, want kiezen voor de F-35 is een sterk signaal aan Moskou. Het tegenovergestelde is ook waar: kiezen voor een ander toestel betekent ook... een sterk signaal aan Washington, want Europa wil zich op termijn loswerken via zijn PESCO-programma. Er is niet de minste twijfel dat men van de Baltische staten tot Turkije de Belgische beslissing met argusogen tegemoet kijkt. Normaal gezien vliegt onze laatste F-16 tot het jaar 2028, wat betekent dat de F-16 in België tegen dan vijftig kaarsjes zal uitblazen!
De Schildwacht
7
Welzijn
Psychosociale zorg voor militairen – Tijd voor verbetering De huidige organisatie van de zorg voor de ingezette militair schiet tekort en dient herzien te worden. In het bijzonder de nazorg laat te wensen over. Op dit vlak vormt onder meer de hulp voor aandoeningen ten gevolge van trauma’s en extreme stress tijdens de operationele inzet een knelpunt. Daarnaast laat de zorg voor niet-organiek uitgezonden groepen en individuen te wensen over. Wij stellen een reeks verbeteringen voor.
Als de regering besluit om militairen in te zetten in het buitenland, heeft Defensie een morele en wettelijke zorgplicht voor hen. Deze militairen - en hun gezin moeten goed worden voorbereid op de inzet. Zij moeten vanzelfsprekend ook goed begeleid worden tijdens de inzet zelf. Deze zorgplicht stopt niet als de missie voorbij is. Na afloop van de inzet dient Defensie ook te zorgen voor de sociaal-medische begeleiding, voor steun bij het vinden van nieuw werk als
Foto: Orban Daniel
8
De Schildwacht
dat aan de orde is en voor het faciliteren van de nazorg, zoals bijvoorbeeld het organiseren van veteranenbijeenkomsten. De huidige aanpak van de zorg voor de ingezette militair is suboptimaal en dient verbeterd en uitgebreid te worden. Vooral de zorg na de missie kan en moet beter. Onder andere de hulp voor aandoeningen ten gevolge van trauma’s en extreme stress tijdens de operationele inzet vertoont ernstige tekortkomingen. Daarnaast laat de zorg voor militairen die alleen of in kleine groepjes uitgezonden worden te wensen over. Vandaar dat de ACMP-CGPM pleit voor: - De ontwikkeling van een integraal zorgconcept voor de militair en zijn thuisfront, op basis van een algemeen doorlopende zorglijn, waarbij de militair – ongeacht of het een individuele of organieke uit-
zending betreft - periodiek en preventief wordt gescreend op fysieke en mentale inzetbaarheid. - De ontwikkeling een nieuw screeningsinstrument voor uitzend-gerelateerde klachten. - De invoering van een traject van proactieve nazorgactiviteiten tot achttien maanden na uitzending bestaande uit: - Een adaptatie- en decompressieperiode op een ‘derde’ locatie: de zogenaamde ‘sas’. - Terugkeergesprekken. - De proactieve screening van mogelijke problemen. - De organisatie van diverse samenkomsten met de eenheid en steunorganisaties. Zorg vóór de inzet De uitzendgeschiktheid van de militair wordt vóór de missie vastgesteld. Hij/zij wordt tactisch, fysiek en mentaal voorbereid en
getraind voor de inzet. Algemene informatie over de kenmerken van de uitzending en specifieke informatie over het inzetgebied worden uitgebreid behandeld. Ook worden algemene en specifieke militaire onderwerpen besproken en geoefend. Er wordt vastgesteld of de benodigde vaccinaties nog actueel zijn. En hij ondergaat een medische screening. Het is uiteindelijk de commandant van de eenheid zelf die oordeelt over de inzetgeschiktheid van zijn soldaten. Voor zoverre het gaat over de operationele geschiktheid kan de commandant met kennis van zaken oordelen. Hij heeft meestal ook wel een idee over de sociale geschiktheid van zijn medewerker. De resultaten inzake de medische geschiktheid zijn ook duidelijk. Doch aangaande de psychische geschiktheid liggen de zaken al een stuk minder eenduidig. De commandant is immers op dit vlak niet geschoold en heeft meestal ook weinig ervaring terzake. Vandaar dat wij pleiten – als eerste schakel in de integrale zorgketen en naast het medisch advies - voor een advies van een sociaal-medisch team over de psychische en sociale inzetgereedheid van de militair. Daarnaast is het aangewezen voorafgaand aan de ontplooiing een uitzendconferentie te organiseren door het Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG). Beide elementen beogen in de eerste plaats de preventie.
Dergelijke preventie is in het bijzonder belangrijk voor de nietorganiek uitgezonden groepen en individuen. Vooral omdat zij op dit vlak niet zelden aan hun lot overgelaten worden. Het betreft hier kleine detachementen van enkele militairen, individueel uitgezonden militairen, reservisten en werkbezoekers. De overeenkomst tussen al deze groepen is dat zij niet standaard deelnemen aan het voorbereidingstraject dat door de uit te zenden eenheden wordt gevolgd. Ook tijdens en na de uitzending ervaren deze groepen – en hun gezin – soms weinig tot geen begeleiding. Zorg tijdens de inzet Momenteel biedt Defensie de militair tijdens de missie professionele zorg en steun via de militair- medische keten, hetzij via een nationale structuur hetzij in een internationaal verband. Deze medische steun is gestructureerd en permanent. De psychosociale steun daarentegen is gefragmenteerd, punctueel en ad hoc. En dus onvoldoende. Want psychosociale problemen worden ofwel niet, ofwel onvoldoende ofwel te laat vastgesteld. De aanwezigheid van een Raadgever Mentale Operationaliteit (RMO) en/of een vertegenwoordiger van het CGZ is immers afhankelijk van de aard en grootte van de missie en van het al dan niet voorvallen van ernstige incidenten. Vandaar dat de ACMPCGPM pleit voor de aanwezigheid van vaste of mobiele sociaal-medische teams in het missiegebied. Deze dienen mi-
nimaal te bestaan uit een vertegenwoordiger van het CGG en een RMO. Zorg na de inzet De nazorg is actueel hetzij minimaal en reactief, hetzij onbestaande. Enkel in geval van problemen wordt er vandaag opgetreden. Een goede verwerking van de missie vereist echter een gestructureerde en proactieve aanpak. Ook voor Defensie zelf is het van belang dat militairen na een missie spoedig opnieuw inzetbaar zijn. De integrale nazorg zou bijgevolg gericht moeten zijn op vroeg-signalering van problemen en op ondersteuning van de militair en het thuisfront na de missie. Voor de ACMP-CGMP dient de nazorg fundamenteel herzien en uitgebreid te worden. Ze zou dienen te bestaan uit vier stappen, die dienen doorlopen te worden in de periode van 18 maanden na de missie: - Een adaptatie- en decompressieperiode. Aan het eind van een missie moeten militairen op een derde locatie buiten het inzetgebied op ‘adaptatie’ kunnen gaan, de zogenaam-
De Schildwacht
9
Welzijn
de ‘sas’. Tijdens de adaptatie worden er groepsgesprekken aangeboden om de missie af te sluiten en om de ervaringen te kunnen gaan verwerken. Deze gesprekken worden gevoerd met RMO’s, psychologen, maatschappelijke werkers en militairen met uitzendervaring. Varend personeel bij de Marine moet deze adaptatiegesprekken aan boord op weg naar huis kunnen krijgen. - Terugkeergesprekken. Twaalf weken na terugkomst dient iedere militair een individueel terugkeergesprek bij de RMO of militaire psycholoog, die toegewezen is aan de eenheid, te ondergaan. Het thuisfront dient in de gelegenheid gesteld te worden om mee te komen voor dit gesprek. In dit gesprek wordt er met de militair gekeken of hij/zij zich na de uitzending weer goed kan invoegen zowel thuis als op het werk. Net als tijdens de adaptatie wordt ook gekeken naar de aanwezigheid van eventuele zorgsignalen. Als die er zijn, wordt de benodigde zorg op maat georganiseerd. - De hiërarchische lijn van de ingezette militair wordt eveneens betrokken bij deze terugkeergesprekken. De opvolgscreening - Uitzend-gerelateerde klachten kunnen het best individueel worden gescreend in een persoonlijk gesprek waarin kan worden doorgevraagd en waarin wordt gelet
10 De Schildwacht
op non-verbale signalen. Dit dient te worden uitgevoerd door een arts, psychiater of psycholoog die gehouden is aan het beroepsgeheim. - De reden van bestaan van het leger zijn de missies. Nazorg moet daarom een onderdeel worden van het reguliere inzetproces. De screening op psychische klachten heeft bijgevolg ook een preventieve waarde en zou onderdeel moeten worden van het preventief medisch onderzoek. Eventueel kan de screening worden uitgevoerd door een onafhankelijke organisatie.
- Het thuisfront dient benaderd te worden als een aparte categorie en niet als verlengde van de militair; vandaar dat het thuisfront direct naar zijn eigen behoeften dient gevraagd te worden. - Bied de teruggekeerde militair en zijn gezin online instrumenten om zelf te beoordelen of de uitzending heeft geleid tot problemen van lichamelijke psychische en/of psychosociale aard. - Organiseer betere preventie, detectie en zorg op het vlak van de meest voorkomen-
de aandoening, met name PTSS (Post-Traumatisch Stress Syndroom). Dit kan gebeuren in samenwerking met andere instituties zoals de Politie en met burgerzorginstanties die op dit vlak meer expertise hebben dan Defensie. Ook internationale samenwerking kan op dit vlak overwogen worden. - Gebruik periodiek een survey voor het genereren van managementinformatie over hoe het met de populatie veteranen en relaties in algemene zin gaat, hoe zij de uitzending(en) ervaren en wat zij van de (na)zorg vinden. Voeg daarin lopende onderzoeken samen. Daarnaast zouden op basis van deze survey voor geïdentificeerde hoog-risicogroepen een directe en toegespitste aanvullende benadering kunnen worden gekozen. - Richt een centrale database in met de beschikbare screeningsdata uit de verschillende instrumenten voor iedere veteraan. De voortgezette nazorg: organiseer gedurende de achttien maanden na terugkeer diverse bijeenkomsten, zowel met en in de eenheid als met de steunorganisaties (CGG, Veteraneninstituut/CDSCA, …) met als doel het verwerkingsproces te kunnen afsluiten of om, alsnog, te kunnen optreden bij negatieve signalen.
Rechtspositie
Herinneringsmedaille voor operaties in het binnenland Sedert begin 2015 levert Defensie opdrachten en operaties in het kader van de operationele verdediging van het nationale grondgebied. In navolging van buitenlandse operaties, zal er nu ook een eervolle onderscheiding toegekend worden aan elke militair of burger die een operatie uitvoert ten voordele van de binnenlandse veiligheid van ons land. De meest gekende van zulke operaties is uiteraard de Operation Vigilant Guardian (OVG), welke nu reeds drie jaar aan de gang is. Met deze operatie van binnenlandse veiligheid werden op permanente wijze meer dan duizend militairen ingezet, in het straatbeeld van de belangrijkste agglomeraties van ons land, alsook op verschillende strategische plaatsen. Andere, minder bekende, operaties zijn onder andere Operation Central Guardian (OCG – steun aan penitentiaire instellingen) en Operation Spring Guardian (OSG – bewaking van nucleaire installaties). De voorwaarden voor toekenning van de medaille zijn strikt. Men moet minimum 30 dagen hebben deelgenomen aan een OVG, OCG of OSG met een onberispelijk gedrag (geen ernstige straf opgelopen hebben binnen deze periode). Deze 30 dagen kunnen bereikt worden door de optelsom te maken van verschillende kleinere periodes van inzet gedurende de ganse loopbaan. Indien iemand gedurende een lange tijd in dergelijke operatie werd ontplooid, zal er per 90 dagen extra deelname een nieuwe erkenning uitgereikt worden. Dus, na 120
dagen operationele inzet, zal er een Arabisch cijfer ‘2’ op het lint van de medaille gespeld worden; het cijfer ‘3’ na 210 dagen, enz. ‘De medaille zal ook toegekend worden aan iedereen die, in het kader van een opdracht met een specifieke dimensie, een bijdrage geleverd heeft aan een opdracht met steun aan de Federale Politie’, zegt majoor Carl Vastmans van de sectie Notariaat van DG HR. Bijvoorbeeld een gespecialiseerde steun zoals een depannage of een ontmijning. In deze gevallen zullen de 30 of 90 dagen geteld worden op basis van het aantal keer dat men deelneemt aan een soortgelijke operatie binnen 365 dagen. Dit is de bevoegdheid van de minister van Defensie. Elke actieve militair (en ook zij die Defensie ondertussen reeds verlaten hebben), alsook elk lid van het burgerpersoneel dat voldoet aan de voorwaarden, zal rechthebbende zijn van de ‘herinneringsmedaille voor opdrachten en operaties m.b.t. de operationele verdediging van het grondgebied’. Hangend aan een goudkleurig lint, met de nationale driekleur in het centrum, bevat de
medaille de Belgische leeuw en de koninklijke kroon. De achterkant van de medaille is bekleed met een lauwerkrans. De medaille zal vergezeld zijn van een diminutief (rechthoekig, in goudkleur, met in het midden de nationale driekleur). Een miniatuurmedaille (voor de spencer) zal eveneens verkrijgbaar zijn. Deze herinneringsmedaille zal gratis verstrekt worden aan de militairen in actieve dienst. De militairen die intussen reeds met pensioen zijn, en die voldoen aan de toekenningsvoorwaarden, hebben eveneens recht op het brevet dat gekoppeld is aan deze medaille. Doch de medaille zelf zal in dit geval wel betalend zijn. De medaille is reeds besteld in 6.000 exemplaren. Op 28 maart aanstaande, zal een uitreikingsceremonie gehouden worden op de Grote Markt van Brussel.
De Schildwacht
11
Info
Het geheim van Evere Niets is wat het lijkt, ook het werk binnen de defensiestaf in Evere niet. Vandaar dat we in dit artikel het ‘Geheim van Evere’ willen onthullen: met name hoe er in de defensiestaf in Evere hoogwaardige informatie gecreëerd wordt, waarmee briljante sturing gegeven wordt aan onze slagvaardige organisatie. Voor het opstellen van deze bijdrage hebben we een beroep gedaan op de uitgebreide expertise van enkele ervaren rotten op de defensiestaf. Met behulp van hun inzichten en puttend uit hun rijke arsenaal van ervaringen hebben we een poging gedaan om het stafproces van de ‘probleemoplossing’ zo goed mogelijk uit te leggen. Juist het universele karakter van dit proces maakt het doorgronden van zijn verloop een absolute must voor iedere militair die vroeg of laat in “Evere” moet gaan werken.
in de defensieorganisatie, staan onze politieke en militaire chefs veelvuldig figuurlijk (maar natuurlijk nooit letterlijk!) aan de basis van een probleem. Het betreft in de eerste plaats natuurlijk diepzinnige beleidsproblemen, maar soms ook triviale zaken waarvan we ons, zonder hun bijdrage, zelfs nooit bewust zouden zijn geweest.
Alle geraadpleegde deskundigen van de defensiestaf waren het in ieder geval eens over één ding: alle stafprocessen beginnen met een probleem. Mocht er geen probleem voorhanden zijn, dan zijn er tal van politieke en militaire bewindslui om er een te creëren. Maar soms is dat niet nodig. Problemen doen zich in de ambtelijke natuur, met inbegrip van deze van Defensie, ook regelmatig spontaan voor en nopen tot het vinden van oplossingen.
Het begint dus allemaal met een bewindsman (m/v) die wat gehoord, gezien of in de pers gelezen heeft. Bijvoorbeeld, de minister, een parlementslid of een generaal. In zijn intern denkproces doorloopt hij dan achtereenvolgend volgende vragen: is dit probleem belangrijk genoeg? (zodat ik er mij op kan profileren). Zijn er geen risico’s voor mezelf aan verbonden? En brengt het mogelijkerwijze ook nog iets op voor het leger? Wanneer het antwoord driemaal positief is, kan dan vervolgens het proces opgestart worden. Dit begint gebeurlijke wijze met het verzamelen van de noodzakelijke informatie.
Niet zelden spelen de hoogste bewindslui een essentiële rol bij het tot stand komen van problemen. Met hun spitsvondige vragen, die vaak getuigen van een groot inzicht
Fase 1: De gezochte informatie bevindt zich doorgaans ergens diep in de organisatie op het niveau van de eenheden. De vraag wordt daarom in eerste instantie
12 De Schildwacht
overgemaakt aan een viertal deskundigen (niveau pakweg kapiteincommandant of majoor) bij de vier verschillende Componenten. Hen wordt gevraagd hoe het nu met het ‘probleem’ op de werkvloer zit. Drie van hen verklaren meestal stellig dat de situatie ‘kritiek’ en ‘uiterst precair’ is. Eén van de vier ziet, naast de duidelijke ‘zorgwekkende’ elementen, ook wel enige ‘minder negatieve’ aspecten. Fase 2: De chef van de informanten (pakweg luitenant-kolonel) ontfermt zich nu over de aangeleverde gegevens. Om te beginnen verwijdert hij of zij alle informatie die er op zou kunnen wijzen dat zijn eenheid of dienst dat zaakje niet picobello voor elkaar heeft. Daarna ‘herformuleert’ hij de wel erg directe taal van de in het stafwerk nog relatief onervaren kapitein-commandanten en majoors tot iets waar men ‘wat meer kanten mee uit kan’. Het probleem is niet langer ‘kritiek’ en ‘uiterst precair’, doch ‘enigszins onvoldoende’ met ‘matige tekortkomingen’. Het heeft bij nadere beschouwing zelfs een breed scala van ‘potentiële kansen’, en ‘opportuniteiten voor verbetering’. De ‘minder negatieve’ aspecten beginnen zelfs een enigszins rooskleurige schijn te krijgen.
Fase 3: Dit herhaalt zich op het volgende niveau (de kolonels). Hun jarenlange ervaring staat borg voor een verbazingwekkende transformatie. Drie van de vier documenten spreken inmiddels van enkele ‘kleine euvels’ die zich ‘eerder zelden’ voordoen. Daarnaast hebben ze het over ‘verbeteracties die zich reeds in hun conceptuele fase bevinden’. In het vierde document wordt dan na de transformatieactie gesteld dat: ‘alhoewel men het niet oneens is met de vermelde kwestie, op het terrein zelf geen negatieve impact op de werking vastgesteld kan worden’. De fase Component is nu afgerond. Het echte werk kan nu beginnen! Fase 4: In fase vier komt de informatie bij de echte professionals binnen de stafdepartementen of algemene directies in Evere: de ‘oude’ kolonels en de generaals. Deze fase kan uitgevoerd worden in twee varianten: simpel of complex. Fase 4 – simpel: In het eenvoudigste geval vergelijkt men de vier verhalen en besluit men zich te concentreren op de ‘rooskleurige’ elementen en de ‘afwezigheid van de negatieve impact op de werking’. De informatie wordt nu coherent gemaakt en in overeenstemming gebracht met het officiële defensiebeleid. Het antwoord moet immers duidelijk passen binnen de in het verleden verspreide richtlijnen en het goedgekeurde visiedocument. De ‘enkele kleine euvels’ en ‘lokale imperfecties’ worden daarom rigoureus verwijderd. De focus komt te liggen
op de ‘vruchten die men zal plukken van het verbetertraject’ en de verwachte ‘win-win situatie’. Het antwoord is nu beknopt, kort, bondig, helder en volledig in lijn met het beleid van Defensie. De informatie is nu klaar voor fase vijf. Hieronder meer daarover. Fase 4 – complex: Mocht dit ‘in overeenstemming brengen met het officiële defensiebeleid’ onverhoopt onmogelijk zijn, dan volgt het echt zware werk. Het probleem valt lastig te ontkennen of er is op basis van ontbrekende of tegenstrijdige informatie eigenlijk geen idee wat het antwoord is. Dit gebeurt ook als er eigenlijk niets aan de hand is of als het volstrekt onmogelijk is het probleem op te lossen, maar men toch wil laten zien dat er hard aan gewerkt wordt. Dit vergt het grootste huzarenstukje; het ligt in het verlengde van Einstein’s relativiteitstheorie en is eigenlijk nauw verwant met de theorie van de zwarte gaten: men creëert een werkgroep om het probleem te onderzoeken. De werkgroep krijgt de opdracht de kwestie grondig te analyseren en
enige tijd later – als de aandacht voor het probleem wat verslapt is – te rapporteren. Net zoals in een zwart gat, worden in een werkgroep ruimte, tijd en massa (en ook de realiteit) vervormd. De werkgroep moet in ieder geval een dik rapport produceren, zodat door de bomen (die omgehakt zijn) het bos niet langer zichtbaar is. Bovendien is dan volstrekt duidelijk dat men het probleem heel, heel erg serieus neemt. Een actieplan met targets (liefst heel vaag), projectleiders (liefst hoog in rang), mijlpalen (liefst ver weg) en een budget (liefst lekker groot) behoort tot de standaard-aanpak. Fase 5: Werkgroep of geen werkgroep, een belangrijke laatste stap ontbreekt nog: het antwoord aan de bewindsman die het probleem aangekaart heeft, moet nog ‘onkwetsbaar’ gemaakt worden. Enkel generaals zijn voldoende onderlegd om dit te kunnen. Het antwoord wordt zodanig geherformuleerd dat ‘lastige’ of ‘onaangename’ informatie, die mogelijk in de toekomst boven water kan komen, gewoon niet in tegenspraak kan zijn met de gepresenteerde informatie. Dit om later lastige vragen – en mogelijke spatten op het blazoen – te voorkomen. Het antwoord heeft een mooie rooskleurige glans nu en is klaar voor verzending aan de bewindsman die de kwestie ‘onder de aandacht gebracht’ heeft. Op deze wijze is het probleem opgelost en het proces ten einde gekomen. Het is slechts wachten op een nieuw probleem… maar dat duurt gelukkig nooit lang.
De Schildwacht 13
Info
De ACTEL Autoverzekering is dood, leve de COVER CAR SOLUTIONS POLIS Bezorgde leden van het ACMP bellen ons, nu ACTEL AFFINITY weigert hen verder een autoverzekering voor te stellen. In het verleden konden ze immers genieten van speciale voorwaarden als lid van de ACMP. Dit is actueel niet meer mogelijk. Een verklaring is gepast… Er was eens een tijd dat ACTEL een - op het eerste zicht interessante - autoverzekering aanbood aan de leden van het ACMP/NSPV (politievakbond) het VSOA en het ACOD. Op deze verzekering werd massaal ingeschreven want ze was onder andere franchiseloos. Tot daar de fijne start van het sprookje. Maar sprookjes duren helaas nooit lang. Al gauw moesten we vaststellen dat vele verzekeringsnemers uit onze rangen - eens geconfronteerd met een ongeval of schade - in een kafkaiaanse bureaucratische mallemolen kwamen en veelal heel lang op vergoedingen moesten wachten, geen centen zagen of eenvoudig door ACTEL werden “buiten gegooid” wegens te duur en dit onverschillig of de schade al dan niet hun fout was Ongeveer 42% van de NSPV-klanten bij ACTEL (we beschikken enkel over deze cijfers) zijn ondertussen elders hun heil gaan zoeken. ACTEL heeft gereageerd door een nieuwe autoppolis voor te stellen aan bepaalde syndicaten (NSPV, ACMP,
14 De Schildwacht
voor de respectievelijk Belgische militairen (met extra korting voor de ACMP-leden), de gepensioneerde leden van de ACMP en de sympathiserende leden van de ACMP.
VSOA en ACOD). Echter na lectuur van de voorgestelde voorwaarden, werd al snel duidelijk dat deze geen enkel voordeel inhielden gelinkt aan het beroep van onze klanten. Wij hebben ons dan ook logischerwijze gericht op de algemene markt om een voordelig alternatief voor de leden van het ACMP te bedingen. Dat alternatief hebben we gevonden en op 1-1-2018 hebben we een exclusieve autoverzekering gelanceerd voor de actieve operationele leden van de geïntegreerde politie. Deze verzekering is uniek en de premie is berekend op maat van de politiemensen. Wat heeft dit verder met u te maken? Wel alles, want in de eerste helft van 2018 lanceert COVER een soortgelijke en tevens op maat uitgeschreven verzekering
Uiteraard zullen wij alle communicatiemiddelen aanwenden om u hierover te berichten eens de lancering nakend is, maar hou toch zeker ook onze site www.coverrisk-management.be in het oog. Moest u in afwachting al een nieuwe autoverzekering nodig hebben, neem dan contact op met de COVER crew en wij kunnen u al een tijdelijke oplossing voorstellen alvorens uw verzekering over te zetten naar de voor u gespecialiseerde COVER CAR SOLUTION (algemeen telefoonnummer: 02/612.81.41) Maar goed dus dat ACTEL enkelen onder u heeft afgewezen, want de oplossingen die COVER in het verschiet heeft, zullen u financieel en qua voorwaarden aangenaam verrassen.
GEBOORTEN
WYATT - 07/09/2017 geboren in het gezin van Kjell VERMIERDT (Geel) ARNAUD – 27/09/2017 geboren in het gezin van Michaël DAHIN (Liège) SOPHIA & JULIETTE – 16/10/2017 geboren in het gezin van JeanLouis STEPHAN (Liège) ALIX (MEISJE) - 21/11/2017 Geboren in het gezin van Kevin SILIEN (Namur) NILS – 30/11/2017 geboren in het gezin van Marc RODARO (Seraing) NOOR – 03/12/2017 geboren in het gezin van Jelmer DEBAEKE (Brugge) CORENTIN – 03/12/2017 geboren in het gezin van Emilie STAES (Namur)
HUWELIJKEN
15/06/2017 Lander VIEREN en Marijke CARDOEN (Wettelijke samenwoning) (Zonnebeke) 23/09/2017 Lieven VAN DESSEL en Ann ZWAKHOVEN (Hoboken) 09/11/2017 Quentin STRUYF en Charlotte VIAENE (Wettelijke samenwoning) (Koekelberg) 30/11/2017 Didier GRATIA en Angélique WEYER (Wettelijke samenwoning) (Saint-Léger) 04/12/2017 Brian BOMAN en Laura VANDERBROECK (Wettelijke samenwoning) (Visé)
OVERLIJDENS
ANAIS – 11/12/2017 geboren in het gezin van Davy DAEMS (Sint-Truiden) CHARLIE (meisje) – 18//12/2017 geboren in het gezin van Kévin PARIZEL (Namur) NINA – 26//12/2017 geboren in het gezin van Olivier BUISSET (Charleroi) CÉLIA – 04/01/2018 geboren in het gezin van Elodie COGNEAU (Oostende)
VAN DAELE LÉON (Brasschaat) 1933 - ✝ 23/12/2017 VAN BEVEREN Louis (Deurne) 1929 - ✝ 23/12/2017 EYCKMANS CAROLUS (Schaarbeek) 1937 - ✝ 15/12/2017
Indexcijfer van de consumptieprijzen van de maand januari 2018 De consumptieprijsindex van de maand januari 2018 bedraagt 106,06 punten. De index stijgt deze maand met 0,31 punt. Het gezondheidsindexcijfer, zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 24 december 1993, bedraagt 106,37 punten voor de maand januari 2018. Het rekenkundig gemiddelde van de afgevlakte indexcijfers van de laatste vier maanden, namelijk, oktober, november en december 2017 en januari 2018, bedraagt 103,93 punten. De spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen, die vastgelegd is op 105,10 punten, is niet overschreden. De laatste spilindexoverschrijding vond in mei 2017 plaats. Bron: Statbel
CLAESSENS IRENE MARIA (Echtgenote van JANSSENS Aloïs Roger) (Dilbeek) 1930 - ✝ 05/01/2018 MONTREUIL JEAN-MARIE (Ferrières) 1933 - ✝ 10/01/2018
De Schildwacht 15
Het leven is goedkoper met een ACMP-lidkaart Dankzij ACMP-CGPM geniet je van kortingen en voordelen bij honderden handelszaken, winkelketens, pretparken en webshops.
SAMSUNG TOT 30% KORTING Ongelooflijke kortingen en promoties op Samsung producten: smartphones, accessoires, wasmachines, koelkasten, televisies, soundbars enz. Alle informatie op www.acmp-cgpm-benefits.be
LINGERIE FLO 20% DE REDUCTION OP DE VOLLEDIG COLLECTIE Het hele jaar door! Meer info: www.acmp-cgpm-benefits.be
AUTOGIDS 49% KORTING Een 100% digitaal jaarabonnement op AutoGids voor een onklopbare prijs! Meer info: www.acmp-cgpm-benefits.be
Kortom: er is voor ieder wat wils! Neem regelmatig een kijkje op www.acmp-cgpm-benefits.be voor nieuwigheden en kijk ook bij de aanbiedingen hoe je van je voordeel kan genieten. Niet elke korting is immers verkrijgbaar op vertoon van je lidkaart!
Logingegevens vergeten? Problemen bij een korting of een bestelling? Contacteer onze Helpdesk en we helpen je zo snel mogelijk verder: helpdesk@meritsandbenefits.be