De Schildwacht Maart-April 2021

Page 1

De Schildwacht Maart - April 2021 - nr. 02

Voorwoord Tweemaandelijks tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart - Afgiftekantoor: Brussel X - P109013

Op een dood paard blijven rijden de militaire vakbond


Voorwoord

Op een dood paard blijven rijden VOORWOORD DOOR YVES HUWART | VOORZITTER

Zwarte gaten in het heelal blijven groeien en slokken alles op wat in hun buurt komt. Defensie heeft ook zo’n zwart gat: HRM@Defence. De problemen van dit informaticasysteem blijven maar groeien, het slorpt steeds meer geld en personeel op en niemand schijnt exact te weten wat er zich binnenin afspeelt. Bovendien is er niemand die verantwoording moet afleggen voor zijn falen. Stel u voor dat u in een vliegtuig stapt en de piloot zegt: ‘Mensen, we hebben twee kapotte motoren. Maar we weten dat jullie staan te popelen om jullie bestemming te bereiken. Dus we stijgen op en proberen de motoren tijdens de vlucht te repareren. We denken dat het risico van een crash het waard is, want we willen niet dat jullie zich vervelen met wachten op het vliegveld.’ Als u een passagier was, zou u toch serieus ongerust zijn met een dergelijke boodschap. Dat is precies hoe wij ons voelden toen we in juni 2020 te horen kregen dat de nieuwste versie van HRM@Defence op 1 januari 2021 zou ingevoerd worden en wat dat informaticasysteem allemaal geacht werd te gaan doen. Vandaar dat wij toen reeds onze grote bezorgdheid uitspraken over dit project en zijn timing. U weet ondertussen dat onze bekommernis en argwaan van negen maanden geleden volledig terecht waren, beste lezer. Hebt u de beproeving van laattijdige of verkeerde uitbetalingen van wedde, toelagen of vergoedingen (gelukkig!) niet zelf aan de lijve moeten (1)

2

ondervinden, dan hebt u ongetwijfeld al van een collega vernomen hoe groot de miserie is. En wanneer het niet gaat over foute financiële verrichtingen, dan handelt het wel over de ontelbare verkeerde administratieve gegevens of verwerkingen met HRM@Defence. Het onheil houdt bovendien niet op: ondanks onze herhaalde interventies en de stellige belofte dat ‘de problemen tegen 31 maart’ opgelost zouden zijn1, is er nog steeds weinig feitelijke vooruitgang of betere kwaliteit van de output. Wij vrezen bovendien dat HRM@ Defence nog veel meer middelen zal gaan opslorpen dan het tot op heden al gedaan heeft; we spreken nu al over ettelijke tientallen miljoenen euro’s en een zware personeelsfactuur. Zoals met vele grote, falende IT-projecten zijn we daarenboven bang dat dit project te laat of onvoldoende grondig bijgestuurd gaat worden. Wij vrezen dat er dus nog veel meer goed geld achter slecht geld zal gesmeten worden en dat de defensietop met dit dood paard zal willen blijven rijden. Wij willen dat het personeel zo snel mogelijk van deze

HBvL 04 maart 2021 – Spaarcenten aanspreken omdat Defensie premies niet betaalt

De Schildwacht

ellende verlost wordt. Vandaar dat de militaire vakbond ACMP-CGPM besloten heeft Defensie via juridische weg in gebreke te stellen. U leest er meer over in dit nummer van De Schildwacht. Gelukkig is het dezer dagen niet allemaal kommer en kwel bij Defensie en is er ook goed nieuws te melden. Uitstekend nieuws, zelfs! Want op 26 maart is er een cruciale stap gezet in het weddedossier. Er werd die dag immers een overeenkomst bereikt tussen de vakorganisaties en de overheid over hoe de aflijning van de weddes van de militairen op deze van de Politie concreet zal gebeuren. Dit betekent dat er voor iedere militair een serieuze weddeverhoging zit aan te komen tussen 2022 en 2024. Deze overeenkomst wordt actueel omgezet in een ontwerp van koninklijk besluit, dat eerdaags formeel onderhandeld wordt met de vakbonden. U gaat er kortelings meer over vernemen in de publicaties van de ACMP-CGPM. 


De Schildwacht Maart - April 2021 - nr. 02

Colofon De Schildwacht is het tweemaandelijkse tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel. Alle leden krijgen een exemplaar toegestuurd. Oplage: 8.800 exemplaren. Adresgegevens worden behandeld overeenkomstig de wet op de privacy (wet 8/12/1992 & GDPR). Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart Coördinatie: Concetto Bandinelli & Laurent Schmitz Algemene gegevens - ACMP: Romboutsstraat 1 – Bus 021 1932 Zaventem srt@acmp-cgpm.be www.acmp-cgpm.be Tel.: 02 245 72 14 Fax: 02 245 73 01

2

Op een dood paard blijven rijden

4

Defensie, motor van het herstel

8

Marine: stop of vooruit?

10

Rekrutering: too little, too late!

14

CIBE Sud, voorwaarts Marche!

15

Lokale afgevaardigde van de ACMP

16

Gepensioneerd, maar nog actief: enkele aandachtspunten

17

BE32 2100 6234 6602 BIC: GEBABEBB

Beter beschermd dankzij een overeenkomst met Assuralia

18

HRM@Defence: Juridische stappen tegen Defensie

BE57 0682 3639 9535 BIC: GKCCBEBB Foto cover: Sedeyn Ritchie

Facebook “f ” Logo

CMYK / .ai

Facebook “f ” Logo

CMYK / .ai

Volg ons op Facebook EUROMIL

European Organisation of Military Associations

De Schildwacht

3


Info

Defensie, motor van het herstel In zijn ‘Visie’, eind januari gepubliceerd in het Belgisch Militair Tijdschrift(1), bespreekt Admiraal Hofman, ‘Chief Of Defence’, de rol van onze strijdkrachten in het economisch herstel na COVID-19. Hoe kan Defensie België helpen de gezondheidscrisis te boven te komen? Helaas kondigen de verklaringen van de CHOD geen radicale ommezwaai in het beleid van de afgelopen tien jaar aan. We hebben het al aangestipt: in deze moeilijke economische tijden zou Defensie actief kunnen bijdragen tot het economisch herstel van ons land. Ook voor onze CHOD is dit vanzelfsprekend: ‘De rol van Defensie bestaat erin de politieke autoriteiten te steunen in hun doel van economisch herstel. En op dit vlak zijn, de instrumenten die de regering ter beschikking heeft, als we de economische deskundigen volgen, hoofdzakelijk overheidsinvesteringen. Daarom kan het gebruik van door Defensie opgezette programma's het herstel van onze economie ondersteunen door zoveel mogelijk bedrijven werk te geven in grote (of kleinere) projecten. Defensie heeft een aantal voorstellen gedaan om een rol te spelen in dit proces. Op het gebied van infrastructuur, bijvoorbeeld, kunnen verschillende projecten die in het hele land worden overwogen, deel uitmaken van het economisch herstelbeleid, vooral ten voordele van Belgische bedrijven. De digitale sector, met name cyber, maakt deel uit van de technologie met een hoge toegevoegde waarde en biedt een aanzienlijk potentieel. Ook op het gebied van human resources zouden wij ons kunnen voorstellen dat in bepaalde sectoren, zoals de luchtvaart, de horeca en nog andere, personeel onze rangen tijdelijk aanvult, op voorwaarde dat het ook voldoet (1)

4

aan de behoeften van Defensie.’ (n.v.d.r.: vrije vertaling) 10.000 verloren banen Deze visie van de CHOD legt de nadruk op de industrie en op investeringen in uitrusting: ‘zoveel mogelijk bedrijven aan het werk zetten’. De door Defensie toegewezen aankopen hebben immers een economische weerslag. Elk nieuw vliegtuig, nieuw schip, nieuwe software, ... genereert activiteit voor veel ondernemingen. En zoals Admiraal Hofman opmerkt, heeft de digitale sector wel degelijk een aanzienlijk potentieel voor de bedrijven. De grote IT-projecten van Defensie, zoals ILIAS of HRM@Defense, verrijken de multinationals die belast zijn met de ontwikkeling ervan, ten nadele van onze militaire informatici,

https://www.defence-institute.be/wp-content/uploads/2021/01/rmb-21-art-01.pdf

De Schildwacht

die hun werk aan burgers verliezen (als zij zichzelf al niet door die bedrijven laten inpikken). In dezelfde context kunnen we de zoeksoftware van de Nederlandse firma Bavak aanhalen, die ADIV moest gebruiken, maar die nooit echt aan de verwachtingen van Defensie heeft voldaan. Het lijdt geen twijfel dat het contract van 23 miljoen de Nederlandse economie heeft gesteund... Outsourcing maakt nu op alle niveaus deel uit van het Belgische militaire landschap. Of het nu gaat om het onderhoud van een straalmotor, het nuttigen van kant-enklare salade of de vervanging van een kapot toetsenbord, het is niet meer zo vreemd om contact op te nemen met een burgerfirma. In veel gevallen spijst het geld, dat door de regering voor Defensie wordt 

Foto: Mil.be


 uitgetrokken, rechtstreeks de kas van de privésector, terwijl het enkele jaren geleden nog diende om logistiekers, koks of militaire technici te betalen. De privatisering van deze taken doet nu een hele resem bedrijven leven die rechtstreeks profiteren van het overheidsgeld dat aan Defensie wordt gestort. In die zin is het duidelijk dat het leger wel degelijk bijdraagt tot de welvaart van de privésector. Maar is dit de beste manier om België en zijn bevolking te helpen? Het gevolg van dit beleid is dat Defensie in één decennium bijna 10.000 banen heeft geschrapt. Het geld dat je in elke militair investeert, komt trouwens ook het herstel ten goede. Door zijn vaste baan, zijn plaatselijke aankopen, zijn huis, ... houdt de militair rechtstreeks het economische weefsel en de werkgelegenheid in zijn regio in stand. Daar waar een deel van de militaire investeringen in de privésector naar het buitenland of in de zakken van de aandeelhouders verdwijnt, draagt het geld dat onze militairen maandelijks verdienen

rechtstreeks en op duurzame wijze bij tot het welzijn van hun familieleden, de school van hun kinderen, hun ‘garnizoensstad’,... Het valt niet te ontkennen dat steden als Marche-en-Famenne of Leopoldsburg een groot deel van hun welvaart te danken hebben aan de militaire aanwezigheid op hun grondgebied. Een tot de tanden bewapend skelet Als onze CHOD werkelijk het herstel zou willen stimuleren, in plaats van de privatisering van Defensie aan te moedigen, zou hij er beter aan doen te ijveren voor een toename van niet zozeer het aantal militaire contracten, maar eerder van het aantal militairen! En niet alleen om ‘de golf van vertrek tegen te gaan’, zoals we nog te vaak horen in Evere of in de Wetstraat. In plaats van lijdzaam toe te zien hoe het aantal militairen in 2023 onder de 23.000 zakt, zou Defensie de ambitie moeten koesteren om terug te keren naar een ‘redelijk’ effectief om geen ‘tot de

tanden bewapend skelet’ te worden. Hoeveel militairen en burgers moeten we dan tellen? Als we naar onze buren kijken, is de vergelijking bijzonder pijnlijk. In 2021 heeft Nederland een leger van 66.054(2) (actieve) mannen en vrouwen op een bevolking van 17,4 miljoen. Als we dat zouden doortrekken naar de 11,5 miljoen Belgen, zou ons leger 43.656 hoofden moeten tellen! Een vergelijking met de Duitse ‘Bundeswehr’(3), een partner die in militaire aangelegenheden de reputatie heeft bijzonder ‘terughoudend’ te zijn, zou ons departement 36.000 werknemers moeten tellen. Als België op dezelfde lijn lag als het Verenigd Koninkrijk, zouden we met 42.000 zijn en volgens Franse normen zou de Belgische Defensie 46.000 mensen in dienst moeten hebben. Sommigen zullen zeggen dat Frankrijk en Duitsland reuzen zijn in vergelijking met België. Als wij ons landje vergelijken met Litouwen (16.300 actieve soldaten voor 2,7 miljoen inwoners), zouden wij een leger van 70.000 militairen 

In 2020, zijn de Belgische uitgaven voor Defensie gestegen tot 1,1% van het BBP. Dit komt echter omdat het BBP ingestort is ten gevolge van de pandemie! In werkelijkheid is het niet veranderd en voor 2021 zou het nog met 0,89% dalen. (2) (3)

https://www.defensie.nl/onderwerpen/overdefensie/het-verhaal-van-defensie/aantallen-personeel https://www.bundeswehr.de/de/ueber-die-bundeswehr

De Schildwacht

5


 nodig hebben om dat land naar de kroon te steken! En Griekenland heeft zelfs 107.600 soldaten voor slechts 10,5 miljoen inwoners...

Defensie weer op het gemiddelde van de buurlanden zouden brengen, zouden bijna 20.000 Belgen uit de werkloosheid kunnen ontsnappen!

Huilen met de pet op Het niveau van het effectief aan militairen in België is erbarmelijk en onwaardig voor de rol die ons land beweert te spelen op internationaal vlak, als zogenaamde ‘hoofdstad’ van Europa en van de NAVO. Economisch gezien heeft dit gebrek aan personeel ook dramatische gevolgen voor ons land. In een recent artikel in de krant ‘Le Soir’ stond geschreven dat de COVID-19-crisis onze landgenoten 100.000 banen(4) heeft gekost. Als we de Belgische

Zelfs als de politieke wil er was om een dergelijk ambitieniveau te bereiken, zouden ze dit plan natuurlijk onmogelijk op korte termijn in de praktijk kunnen omzetten. Onze strijdkrachten beschikken niet langer over de infrastructuur en de instructeurs die nodig zijn om zoveel nieuwe collega's op te vangen en op te leiden. Het zal uiterst moeilijk zijn om de afgang tegen te gaan. Een geleidelijk herstel zou tientallen jaren vergen, want terwijl het opheffen van een post, bataljon of wapen

Foto: Wikipedia

Met 20.514 voltijdsequivalenten voor slechts 5,8 miljoen inwoners doet de Deense defensie het twee keer zo goed als België. (4)

6

onmiddellijk is, kost het vele jaren om een artillerist, een gevechtsduiker of een radaroperator op te leiden. Om het economisch herstel na COVID-19 te ondersteunen, kan België niet jaren wachten tot het aantal militairen toeneemt. Ons land heeft nú effectieve maatregelen nodig. Investeringen in de privésector, die de CHOD zo nauw aan het hart liggen, hebben een effect op korte termijn, maar er is een andere oplossing die eenvoudig en snel is en die ook zou helpen om het effectief uit te breiden. Door de salarissen, de werkomgeving en het statuut van militairen en burgerpersoneel bij Defensie op te waarderen, slaan de autoriteiten twee vliegen in één klap: ze zouden een doeltreffende en duurzame economische impuls aan het hart van ons land kunnen geven en onze strijdkrachten als werkgever aantrekkelijker maken. Op lange termijn zou deze ingreep Defensie in staat stellen haar personeelsbestand aan te vullen en kwaliteitspersoneel aan te trekken door concurrerend te zijn op de arbeidsmarkt. België zou zijn economie stimuleren en tegelijkertijd zijn Defensie ontwikkelen, waardoor het ook zijn plaats op het internationale toneel zou kunnen heroveren. Opnieuw een sterke partner worden voor onze bondgenoten is op zich ook een garantie voor welvaart, want een sterke Defensie is een garantie voor stabiliteit en veiligheid, waardoor de Staat ook buitenlandse investeringen aan kan trekken. Laten we ook de directe rol van onze militairen ten behoeve van de natie in geval van crisis niet vergeten: migratiegolf, pandemie, terrorisme, ... Onzekere jobs De huidige plannen van mevr. de 

https://www.lesoir.be/343555/article/2020-12-14/coronavirus-100000-emplois-perdus-en-belgique-dici-lautomne-2021

De Schildwacht


Daar waar een deel van de militaire investeringen in de privésector in de zakken van buitenlandse aandeelhouders verdwijnt, levert het geld dat de militairen elke maand krijgen een blijvende bijdrage aan hun gezinnen, aan de scholen van hun kinderen en aan hun ‘garnizoensstad’.  Minister Ludivine Dedonder om de lonen te verbeteren zijn een eerste stap in die richting. Zij moeten worden aangevuld met een massale en duurzame verbetering van de infrastructuur en de arbeidsomstandigheden, en vooral met een grondige herziening van de statuten. De overgrote meerderheid van de militairen wordt momenteel gerekruteerd onder het BDL-statuut, voor een loopbaan van beperkte duur. Deze onzekere jobs zijn schadelijk voor het economisch herstel en de stabiliteit. Indien de BDL-militairen in dienst zouden mogen blijven in plaats van na 8 tot 12 jaar hun ontslag te krijgen, zou dat de redding van duizenden banen betekenen. Het BDL-statuut zou plaats kunnen maken voor contracten van onbepaalde duur, in combinatie met mechanismen voor de reclassering van ouderen in het burgerleven, teneinde de leeftijdspiramide in het leger in de hand te houden. Uiteindelijk komt dit soort maatregelen de Belgische bevolking rechtstreeks ten goede door de onmiddellijke stimulerende effecten ervan, maar (5) (6)

ook met zicht op 2030. Een verhoging van de militaire budgetten is inderdaad onvermijdelijk, zoals de CHOD in zijn recente ‘visie’(5) heeft bevestigd: ‘Ik zie het budget groeien! In België is vóór de COVID-19-crisis, onder meer door de Strategische Visie voor Defensie en de militaire programmeringswet, het besef gegroeid dat er opnieuw in het defensieapparaat moet worden geïnvesteerd en dat is een goede zaak. Sommige verklaringen, zoals het voornemen om te streven naar 1,24% van het BBP, zijn gemeenschappelijk voor de vorige en de huidige regering. Deze doelstelling van 1,24% in 2024 is een logische stap die ons in staat moet stellen tegen 2030 aan te sluiten bij het gemiddelde van de niet-nucleaire Europese bondgenoten. Dit is ook opgenomen in het regeerakkoord. De aangekondigde stijgende begrotingscurve, die gebaseerd is op een gedetailleerd uitgewerkt plan, is rigoureus coherent en zou dus logischerwijze een concrete invulling moeten krijgen.’

Hierbij moeten we wel opmerken dat het gemiddelde van de nietnucleaire Europese bondgenoten momenteel 1,73% bedraagt(6). Het stijgt sterk en zou in 2024 het door de NAVO aanbevolen minimum van 2% moeten benaderen, d.w.z. bijna het dubbele van de Belgische inspanning voor 2021! Ook al volgt het schoorvoetend, het Belgische militaire budget zal dus aanzienlijk en snel moeten groeien, ook na 2024. Deze onvermijdelijke herfinanciering opnemen in het herstelplan na COVID-19 is een slimme manier om het land weer op de rails te krijgen en tegelijk onze internationale verplichtingen na te komen. De militaire vakbond ACMP-CGPM zal ervoor vechten dat dit ‘manna’ niet enkel de producenten van gevechtsvliegtuigen, gepantserde voertuigen, oorlogsschepen en software verrijkt, maar ook en vooral onze militairen, en dat op het vlak van verloning, welzijn, werkomgeving, opleidingen, trainingen, individuele uitrusting, kwaliteit van het statuut… en personeel. 

https://www.defence-institute.be/wp-content/uploads/2021/01/rmb-21-art-01.pdf https://www.nato.int/nato_static_fl2014/assets/pdf/2020/10/pdf/pr-2020-104-en.pdf

De Schildwacht

7


Info

Marine: stop of vooruit? Terwijl het schip voor commando en logistieke ondersteuning Godetia voor de laatste keer, alvorens uit omloop te worden genomen, ergens ver van Zeebrugge vaart, gaat onze Marinecomponent de vierde kwarteeuw van zijn bestaan in. Voor de komende 25 jaar is ze met een serieuze technologische ommezwaai gestart. Een terugblik op 27.394 bewogen dagen. De Zeemacht is ontstaan uit de Belgische afdeling van de Royal Navy die in september 1940 werd opgericht op initiatief van Victor Billet (1902-1942). Veel Belgische strijders en vrijwilligers sloten zich al heel vroeg bij Engeland aan om tegen de nazi-indringers te vechten. Onder deze strijders bevonden zich leden van de koopvaardij, vissers en ook leden van het Marinekorps, dat in 1939 inderhaast was opgericht en goede dienst bewees nog vóór het werd opgenomen in de Belgische sectie van de Britse Royal Navy. De Zeemacht ging van start met schepen in bruikleen van de Royal Navy: twee korvetten (HMS Buttercup en HMS Godetia), drie patrouilleboten (HMS Phrontis, HMS Electra II en HMS Kernot) en acht houten mijnenvegers. Deze schepen werden bijna uitsluitend voorzien van Belgische bemanningen. De korvetten escorteerden konvooien die de Atlantische Oceaan overstaken. Toen België eenmaal was bevrijd, voeren de mijnenvegers in oktober 1944 naar Oostende en maakten de bevaarbare delen van de kust vrij om de landing op het eiland Walcheren mogelijk te maken. Zij maakten ook de Schelde vrij van mijnen en openden de weg voor het eerste bevoorradingskonvooi dat eind november 1944 in Antwerpen aankwam. De geleende schepen kregen we uiteindelijk cadeau van onze Britse bondgenoot. Op 30 maart 1946 ziet de Zeemacht het levenslicht bij koninklijk besluit, ondertekend door Prins Karel, Regent van het Koninkrijk, (met terugwerkende kracht tot 1 februari 1946). Andere schepen zullen de jonge Belgische marine versterken. De Kamina werd gerecupereerd uit de door Duitsland toegekende oorlogsschade en bracht op 18 december 1950 het allereerste Belgische expeditiekorps naar Korea. Dit troepentransportschip zal ook meerdere reizen maken tussen de metropool en Belgisch Kongo alvorens te worden omgebouwd tot opleidingsschip en eind jaren '60 op de sloop te belanden. Het verdwijnen van de

8

De Schildwacht

Foto: Daniel Orban

Kamina maakt evenwwel plaats voor twee commando- en logistieke ondersteuningsschepen: de Godetia en de Zinnia. Klein land, grote vloot Maar de herinnering aan de grote Kamina mag de vloot Belgische mijnenvegers niet overschaduwen. In totaal zal onze zeemacht er 37 inzetten voor verschillende missies, om een hachelijke taak te volbrengen waarvoor haar deskundigheid ook vandaag nog internationaal wordt erkend: 6 grote escortemijnenvegers, 5 oceaanmijnenvegers en 26 kustmijnenvegers. Oostende ontpopt zich tot het zenuwcentrum van deze hele vloot en is sinds 1956 de thuishaven van de befaamde Mijnenbestrijdingsschool. In de jaren zeventig ontstaat met de Wielingen, Westdiep, Wandelaar en Westhinder een nieuwe klasse fregatten. Deze imposante armada voor een klein land als België droeg meer dan een klein steentje bij aan de solidariteit vastgelegd in de verdragen van de NAVO en de West-Europese Unie. In de jaren tachtig hebben België en Nederland steeds meer samengewerkt en deelgenomen aan de ontmijning van de Perzische Golf tijdens de oorlog tussen Iran en Irak, met als doel het verkeer van (Europese) schepen in internationale wateren veilig te stellen. Bij deze operatie ontplooit België de Zinnia en de mijnenjagers Breydel, Bovesse en Crocus naast Nederlandse schepen. De Zinnia zal, vergezeld van de mijnenjagers Iris en Myosotis, in september 1990 naar 


Foto: Daniel Orban

Foto: Daniel Orban

 de streek terugkeren. Ook de fregatten Wandelaar en Wielingen trokken er op hun beurt naartoe, en de Belgische mijnenjager Dianthus voegde zich bij de andere tijdens operatie Desert Storm. In de Perzische Golf leek de strijd tegen de mijnen op een wonderbare visvangst en slaagden de zwart-geel-rode schepen met vlag en wimpel in hun missie, want zij detecteerden en neutraliseerden het merendeel van de zeemijnen, recht onder de neus van hun Franse en Nederlandse collega’s. In het laatste decennnium van de 20ste eeuw, worden de Westhinder en de Westdiep in de Adriatische zee ingezet om het embargo van de VN tegen Joegoslavië te doen respecteren. Honderden koopvaardijschepen worden onderschept, gecontroleerd of omgeleid naar geallieerde havens voor grondige controles. Het zijn vruchtbare jaren voor onze matrozen die weerom de Perzische Golf doorkruisen aan boord van de Westdiep. Nieuwe eeuw, nieuwe uitdagingen In januari 2002 is de Zeemacht de Marinecomponent geworden en heeft zij geleidelijk afscheid genomen van haar verouderde fregatten om er bij onze Noorderburen andere aan te schaffen. De tweedehands gekochte nieuwe eenheden werden gedoopt naar het eerste Belgische vorstenpaar: Leopold I en Louise-Marie. De symbiose tussen de Belgische en de Nederlandse marine werd aan het begin van het nieuwe millennium versterkt. Zeebrugge en Den Helder werden daardoor de belangrijkste marinebases voor deze samenwerking. In 2011 nemen de Narcis en de Lobelia deel aan de bewaking voor de kust van Libië. Bovendien is de Marinecomponent ook betrokken bij een nieuwe missie: de strijd tegen piraterij in de Hoorn van Afrika. De onverwoestbare Godetia scheept Congolese, Gabonese of Beninse zeelieden in, opgeleid om boten en verdachte vaartuigen te enteren

Foto: Peter van den Bossche

Foto: Daniel Orban

Foto: Daniel Orban

en te controleren. Laten we het opsporen en vernietigen van mijnen in de Noordzee of de Oostzee niet vergeten, een missie die nog vele inspanningen zal vergen en waar ons land nog steeds aan deelneemt. Nu onze ‘marine’ 75 kaarsjes uitblaast, raakt haar boodschappenmand rijk gevuld met fraaie aanwinsten: nieuwe fregatten, nieuwe mijnenjagers, een nieuw schip voor oceanografisch onderzoek, nieuwe patrouilleboten en technologische middelen, nieuwe infrastructuren, enz. Maar de grootste uitdaging zal zijn om de gangen van deze nieuwe generatie schepen voor de komende 30 jaar te vullen met gemotiveerde en goed opgeleide bemanningen. Zoals wij allen weten, strekt de buitenlandse politiek van een land zich ook uit over zeeën en oceanen. Het roemrijke erfgoed en de knowhow die de koopvaardij, de Belgische sectie van de Royal Navy en de Zeemacht hebben nagelaten, zijn meer waard dan aanpassingen van de begroting. De aanwervingen hebben al te lang stormweer doorstaan en de aankondiging van Minister Ludivine Dedonder inzake haar plan POP (People Our Priority) doen ons dromen. Nu maar hopen dat POP geen FLOP wordt! 

2021 Door Covid zullen de feestelijkheden wellicht niet zo uitbundig zijn als we hadden gewenst. Maar zoals elke goede zeeman aan de deining went, houdt de Marinecomponent sinds midden februari een virtuele tentoonstelling van haar uniformen, verrijkt met video's en uitleg op een onlineplatform. In mei zal een weekend alle zeeverkenners van het land bijeenbrengen en in juni staat er een feest in de haven van Brussel op het programma. De kwarteeuw die voorafgaat aan het honderdjarig bestaan van onze Marine zal in het teken staan van moderniteit en technische vernieuwingen die aan boord van de nieuwe eenheden zullen te zien zijn. Gent zal een wetenschappelijk weekend rond het onderzoeksschip Belgica II ‘hosten’ en technologie zal een tussenstop maken in Zeebrugge voor een weekend op de jobbeurs (oktober).

De Schildwacht

9


Info

Rekrutering: too little, too late! De cijfers van DG HR over de rekrutering in 2020 zijn verschenen. Zij schetsen een somber beeld van Defensie. Wij wisten dat de prognoses er niet goed uitzagen, maar de realiteit overtreft de meest pessimistische scenario’s. Aan dat tempo zal het Belgische leger binnenkort verworden zijn tot een opslagplaats van hi-tech militair materieel. Vanaf het begin van de pandemie heeft de defensiestaf rekrutering bovenaan de agenda gezet. De wervingen vonden dus plaats ondanks de crisis. Bovendien blijkt uit de documenten van DG HR dat deze 1.856 nieuwe militairen afkomstig waren uit een pool van 5.701 sollicitanten die zich voor de selectieproeven aangemeld hadden. Dit lijkt misschien veel, maar in werkelijkheid is het veel... te weinig! De meesten hebben namelijk niet het vereiste profiel: niet in perfecte gezondheid, psychisch onstabiel, in aanraking met drugs, niet in staat om te slagen voor de sportieve of intellectuele proeven ... Voor een ‘gezonde’ aanwerving zijn niet drie kandidaten voor één plaats nodig, maar eerder zes.

1.856 Dit is het aantal jongeren gerekruteerd in 2020. Deze barometer duidt enerzijds de aantrekkingskracht van Defensie als werkgever aan, maar ook de capaciteit van het leger om rekruten op te vangen, op te leiden, uit te rusten, onderdak te bieden, enz. 1.856, het moet gezegd, is een flinke inspanning, maar nog steeds onvoldoende! Het zijn er maar 14 meer dan in 2013, vóór de gruwelijke bezuinigingen van de ‘Zweedse’ regering. Defensie had boven de 2.000 inlijvingen moeten halen, maar daarin is ze niet geslaagd, ondanks hard werken. Natuurlijk was er COVID. Personeelsevoluties 2020 Externe werving

5701 postulanten Selectie proeven

1856 inlijvingen Onderofficieren 668 (59+609)

Vrijwilligers 937

4 militairen herbeginnen als kandidaat-officier via de externe werving

59 militairen herbeginnen als kandidaat-onderofficier via de externe werving

104

Officieren 251 (4+247)

81

15

Beeld: DG HR

10 De Schildwacht

Processie van Echternach De situatie noopt Defensie ertoe de lat bij de selectie lager te leggen, in de hoop het aantal inlijvingen te verhogen. Dit heeft uiteraard invloed op de kwaliteit van de kandidaten, hetgeen later tot grote problemen leidt bij de opleidingsorganismen of zelfs in de eenheden. Zo krijgen we te horen dat sommige vrijwilligers die in hun eenheid aankomen, zich ongepast gedragen en dat sollicitanten met slechts 30% van de punten doorgelaten worden. Veel van die ongeschikte kandidaten verlaten uiteindelijk Defensie na een mislukking of ontslag. Al deze jongeren die er halverwege de brui aan geven, hebben al veel gekost aan opleidingskosten. Militairen opleiden in Leopoldsburg of Aarlen is als een eeuwige ‘processie van Echternach’. Die situatie is niet alleen een dure grap, maar ondermijnt ook het moreel van de instructeurs, vermits zij al heel wat extra werk krijgen om de toevloed op te vangen. Wat blijft er over van de 1.856 nieuwe? Uit de tabel van DG HR blijkt dat er in januari al 200 het bijltje erbij neer hebben gegooid, oftewel 11%. Aangezien de grote lichtingen na de zomervakantie plaatsvonden, dragen veel van de jonge rekruten van 2020 nog 


Foto: Erwin Ceuppens

 maar een paar maanden het uniform. Traditiegetrouw maakt bijna een kwart van de kandidaten het eerste jaar niet af. Spoedig zullen er minder dan 1.400 over blijven. Wordt 2021 een vruchtbaar jaar voor rekrutering? Sinds januari staan wij tijdens de voorstelling van de vakbonden aan het begin van elke opleidingscursus voor een nieuw fenomeen. In Amay heeft de eenheid een vijftigtal anti-COVID schermen in elkaar geflanst voor de nieuwe rekruten, maar de zaal lijkt verdacht leeg... De jonge BDLmilitairen zijn vier dagen daarvoor aangekomen. Ze hebben hun uniformen nog niet eens ontvangen, maar één op de vier heeft al afgehaakt. Een leidinggevende fluistert ons in dat de vorige pelotons eindigden met 6 en 11 kandidaten! Hetzelfde verhaal in Spa, waar na vijf weken nog maar twintig van de veertig kandidaat-infanteristen over zijn, terwijl de ‘SPEC’-opleiding nog van start moet gaan! In Florennes, Aarlen, Saffraanberg,

Kleine-Brogel, Leopoldsburg... zelfde vaststelling. Een kandidaat vertrouwt ons toe: ‘Zie je die korporaal die het peloton leidt? Hij is een BDL zoals wij. Hij heeft al twee keer geprobeerd beroeps te worden, maar telkens werd hem dat geweigerd. Binnenkort krijgt hij zijn ontslag uit het leger. Dus ik weet ook niet of ik blijf...’ People Our Priority Toen zij haar ‘POP’-plan (‘People Our Priority’) voorstelde, kondigde onze minister Ludivine Dedonder aan dat ‘wij tegen het einde van de legislatuur 10.000 militairen zullen aanwerven en 4.000 burgers in dienst hebben’. Als de regering overleeft tot de verkiezingen in mei 2024, betekent dit dat er tot 2024 jaarlijks bijna 2.500 nieuwe militairen moeten aangeworven worden. Zelfs deze krachttoer zou niet volstaan om de aantallen weer op een behoorlijk peil te brengen. Niet alleen omdat veel militairen met pensioen zullen gaan of het leger zullen

verlaten, maar ook omdat vanaf 2022 de eerste lichtingen BDL-militairen aan het einde van hun contract komen en hun ‘C4’ krijgen. Ondanks alle mooie beloften van de autoriteiten is het duidelijk dat maar weinig BDL-militairen de kans zullen krijgen om in het beroepskader terecht te komen (in 2020 zijn slechts 95 BDL's weerhouden). Ter herinnering: onze BDLcollega's krijgen aan het einde van hun tijdelijk contract een toelage van maximaal een jaarsalaris en ondersteuning bij het zoeken naar een baan in de burgerij. Zij kunnen nog steeds solliciteren naar een functie als beroepsmilitair (als die er is), maar er is geen garantie dat zij geselecteerd worden en daarom kunnen zij niet op die optie rekenen om hun toekomst te plannen. Zelfs als er wel plaatsen zijn… Stel je de jonge BDL voor die zich aanmeldde op z'n 22ste. Hij is nu 30, wil een gezin stichten, een huis kopen, kinderen krijgen, ... Zal hij de ontslagvergoeding weigeren om in het leger te blijven? In dit stadium 

De Schildwacht

11


 kan niemand het zeggen, maar Defensie zal bijzonder aantrekkelijk uit de hoek moeten komen, wil het de in de afgelopen jaren massaal gerekruteerde BDL-militairen aan zich binden. Voor alle duidelijkheid: van de 1.856 rekruten van het jaar 2020 zijn alle vrijwilligers, de helft van de onderofficieren en zelfs enkele officieren BDL. De luchtspiegeling van de VEP De presentatie van DG HR licht ook een tip van de sluier over de VEP (Vrijwillige Encadreringsprestatie) op. Dit acroniem biedt de militairen die de leeftijdsgrens bereikt hebben de mogelijkheid om na hun 56ste door te werken, onder voorwaarden die veel collega's goed uitkomen. In 2020 hebben niet minder dan 352 militairen (1 op de 5 ‘pensioengerechtigden’) gevraagd om ‘verlengingen te spelen’. Op 1 januari 2021 had Defensie 673 VEP'ers. Het tekort aan personeel is zo groot geworden dat de Defensiestaf het VEP-statuut gebruikt en misbruikt. Maar VEP-militairen zijn erg duur en hebben een negatief effect op de leeftijdspiramide. Toch aarzelt Defensie niet om honderden militairen boven de 56 jaar te betalen, terwijl ze twijfelt om plaatsen vrij te maken voor jonge BDLmilitairen in het beroepskader. De VEP is nog één van die precaire jobformules. Ze biedt weliswaar respijt aan bepaalde eenheden en diensten, maar lost op lange termijn niets op, ook al worden hier veel collega's financieel wat beter van. Wat de reservisten betreft, momenteel erg in trek, weten we alleen dat 2.195 van hen in 2020 terugroepdagen hadden, maar we weten niet hoeveel voltijdse equivalenten dit echt vertegenwoordigt.

24.862 Volgens DG HR waren op 1 januari 2021 24.862 militairen in actieve dienst. Dit is al een zorgwekkend aantal, maar de realiteit op het terrein is nog veel erger! We hebben het hier over individuen, niet over voltijdse equivalenten. Van dit totaal moet je niet enkel een deel aftrekken ter compensatie van de 4/5des en de halftijdsen, maar de volgende categorieën tellen evenmin mee: de langdurig zieken, de gedetacheerden bij andere organismen, militairen die niet beschikbaar zijn wegens in opleiding, studenten en kandidaten (die niet bijdragen aan de kerntaken), de militairen die hun 'profiel' kwijt zijn in afwachting van medische herclassering, enkele deserteurs, collega's met zwangerschaps-/ ouderschapsverlof, enz. En niet te vergeten: een handvol vakbondsmensen... En dat is nog niet alles! In 2020 zijn 1.612 collega's met pensioen gegaan. Dit betekent dat meer dan 500 van hen op elk tijdstip met eindeloopbaanverlof waren, terwijl ze nog altijd bij de ‘pool’ van 24.862 gerekend werden. Dus hoeveel

'beschikbare' militairen heeft ons leger echt? Moeilijk te bepalen... Wel zeker is dat de uitstroom niet opdroogt. Naast de golf van gepensioneerden hebben 243 militairen in 2020 ontslag genomen, zijn 584 kandidaten gezakt of afgehaakt en zijn 79 militairen op pensioen gezet wegens lichamelijke ongeschiktheid. Er waren ook 14 pensioenen ‘op aanvraag’ en helaas 30 sterfgevallen. De balans voor het jaar 2020 is dus opnieuw ruimschoots negatief, met in totaal 2.562 militairen die eruit stappen, tegenover slechts 1.859 inlijvingen. Anderzijds is de balans voor de burgers positief, met 134 nieuwe statutaire personeelsleden en 54 precaire ‘Rosetta’-contracten, tegenover 91 gepensioneerden en 32 vertrekkers. Dit is een aanzienlijke stijging, want deze 65 extra medewerkers vertegenwoordigen 4% van de 1.540 burgers bij Defensie. Van hier naar ‘4.000 burgers in dienst hebben tegen het einde van de legislatuur’, zoals aangekondigd door de MOD, is een reuzenstap want dat zouden er meer dan 600 per jaar zijn, drie  keer meer dan in 2020!

Personeelsevolutie 2020 Uitstroom Mil

1612 pensioen 79 pensioen

lichamelijke ongeschiktheid

14 pensioen op aanvraag 30 overlijdens

24.862 militairen 01 Jan 21 (Ind, in budget/in enveloppe)

243 ontslag op aanvraag 584 Kandidaat-militairen

Beeld: DG HR

12 De Schildwacht


Vier dagen na hun inlijving: ze hebben hun uniformen nog niet eens ontvangen, maar één op de vier heeft al afgehaakt…  Concrete actie Is alles dan verloren? De militaire vakbond ACMP-CGPM gaat verder dan het aan de kaak stellen van het probleem. Wij stellen ook heldere en realistische oplossingen voor. Het is dan de taak van de autoriteiten om hun verantwoordelijkheid op te nemen… Om het effectief naar een redelijk niveau te tillen moet Defensie volgens ons vier belangrijke sporen volgen: - Dringend de aantrekkelijkheid van het beroep verbeteren, in termen van bezoldiging, welzijn, werkomgeving, statuut, opleidingen, training, individuele uitrusting, enz. Niet alleen om efficiënter te rekruteren, maar ook om het voortijdig vertrek van militairen en kandidaat-militairen te voorkomen. - Dringend voldoende instructeurs opleiden en de infrastructuur van opleidings-organismen uitbouwen om een aantrek-

kelijke omgeving te creëren die kandidaten aanmoedigt om te slagen en, nog belangrijker, om in het leger te blijven. - Afschaffing van het precaire BDL-statuut om te voorkomen jonge, goed opgeleide en ervaren militairen die perfect geschikt zijn, te moeten ontslaan. Stel zoveel mogelijk plaatsen open en voorzie incentives om de BDLmilitairen die al in dienst zijn te overhalen om bij Defensie te blijven.

- Het imago van Defensie promoten bij het publiek en onze politieke leiders. Burgerparticipatie in de militaire inspanning aanmoedigen, naar het voorbeeld van de National Guard in de Verenigde Staten. Het inkrimpen van de effectieven bij Defensie is noch een verrassing en noch een fataliteit. Net zoals politieke wil het huidige debacle heeft veroorzaakt, kan zij ook de situatie weer rechtzetten. Vandaag hoopt het leger eindelijk wat concrete actie te zien. 

De ACMP: een vakbond in opmars Het legereffectief daalt elke dag. De golf van pensioneringen heeft niet alleen gevolgen voor de militaire organismen, maar ook voor de vakbonden, die elk jaar een aanzienlijk deel van hun leden verliezen. Toch blijft de ACMP-CGPM groeien en bloeien ten voordele van al onze collega's, hetzij nog in dienst, gepensioneerd of in het reservekader. Wij staan erop onze leden te bedanken voor hun vertrouwen. Dit groeiende succes maakt de ACMP steeds sterker in het verdedigen van uw rechten en die van Defensie. Samen voor het leger, samen bij de ACMP-CGPM!

De Schildwacht 13


Info

CIBE Sud, voorwaarts Marche! CIBE Sud trekt binnenkort weg uit Aarlen om zich in Marche-en-Famenne te vestigen. Tegen september zal de militaire basisopleiding in Kamp Koning Albert uit de startblokken schieten. Een woordje uitleg over een complexe verhuizing… Het personeel van CIBE Sud heeft al vragen kunnen stellen aan de verantwoordelijken van DG HR en DG MR die op 8 maart ll. ter plaatse waren voor een informatiebriefing. De gezichten van enkele aanwezigen verraadden enige ongerustheid. Het nieuws dat ze te horen kregen bleek toch geruststellend en beloftevol. De verhuizing betreft een veertigtal militairen in Aarlen. De eigenlijke migratie zal tussen eind augustus en begin september 2021 doorgaan. Concreet zal CIBE Sud zich installeren in een containerdorp dat in eerste instantie drie pelotons van 40 personen kan huisvesten. Naderhand zal de capaciteit stijgen tot 150 kandidaten. Containers voor het kaderpersoneel zijn ook voorzien voor 40 administratieve plaatsen, waaronder ook kamers voor functioneel gebruik voor het kader (bij activiteiten die tot ’s avonds laat of ’s nachts uitlopen).

Deze infrastructuur zal volledig onder het beheer van CIBE Sud vallen. Ook al het meubilair zal gloednieuw zijn. Dit verhuizingsplan voorziet ook dat het personeel enkel z’n individuele spullen, z’n archieven en werktools meebrengt. Eenheden hergroeperen houdt ook het risico in dat ze elkaar overlappen. Er zullen dus samenwerkingsverbanden (lees: ‘fusies’) ontstaan: het Transportbureau van Aarlen zal een tandem moeten vormen met z'n tegenhanger van de Scholingscompagnie van Marche. Hetzelfde geldt voor de Physical Training Instructors van CIBE Sud, die met die van de Brigade zullen samensmelten. De opleiding van de nieuwe militairen zal half september beginnen. Planning op lange termijn In februari 2023 zouden er in Kamp Koning Albert in theorie twee

Foto: Daniel Orban

14 De Schildwacht

nieuwbouwblokken bijkomen. Deze gebouwen, K10 en K11 genaamd, maken deel uit van het programma ‘Ground Space Management’, dat tegen september 2026 bij de toekomstige Gemotoriseerde Capaciteit van de Landcomponent zal behoren. Het aspect ‘opleiding’ is daar een pijler van: met de volgende lichtingen van rekruten zouden tijdens de huidige legislatuur jaarlijks 2.500 kandidaten hun opleiding krijgen; een groot deel van hen bij het CIBE. Ook het aantal instructeurs zou worden uitgebreid. Dichter bij huis De basisopleiding verplaatsen naar een plek die minder afgelegen ligt dan Aarlen, is ook één van die verbeteringen die het beroep van militair aantrekkelijker moeten maken. Veel nieuwe rekruten zouden kunnen overwegen dat, als ze dan toch hun militaire leven moeten beginnen, ze dat net zo goed in Marche kunnen doen, waar ze ongeveer 80 km minder hoeven te reizen, of ze nu uit Brussel, Luik of Doornik komen. Het is natuurlijk nog te vroeg om zich uit te spreken over dit ambitieuze plan. Het ziet er inderdaad naar uit dat de huidige legislatuur de rekrutering wil stimuleren door de infrastructuur te vernieuwen en de aanwervingscapaciteit te vergroten. De ACMP-CGPM zal dit project onder de aandacht houden en erop toezien dat zowel grote als kleine beloften worden nagekomen. 


Info

Lokale afgevaardigde van de ACMP Waardeer je de militaire vakbond? Ben je dankbaar voor wat onze afgevaardigden voor jou, je collega's of Defensie verwezenlijkt hebben? Wil je de militaire gemeenschap helpen en je horizon verbreden? Word dan zelf lokale afgevaardigde van de ACMP-CGPM! De ACMP-CGPM is een vakbond in volle expansie die altijd nieuw talent nodig heeft. Vernieuwing is verzekerd door een gestage stroom van kandidaat-afgevaardigden. Over het algemeen melden deze kandidaten zich spontaan na een gesprek met één van onze medewerkers, maar we hebben gemerkt dat veel leden geen idee hebben hoe ze afgevaardigde kunnen worden, of niet eens weten dat het mogelijk is om zich kandidaat te stellen. Om lokale afgevaardigde te worden, moet je uiteraard lid zijn, maar er is geen proefperiode: je kan lid worden en meteen de wens te kennen geven om afgevaardigde te worden. Het enige wat je hoeft te doen is contact opnemen met één van onze vertegenwoordigers in de kazerne, of met ons Vast Secretariaat (srt@acmp-cgpm.be). De ACMP-CGPM vertegen-woordigt alle rangen, van soldaat tot hoger officier. Wanneer onze afgevaardigden de ACMP-pet dragen, 'vergeten' zij hun categorie. Onze regionale verantwoordelijken zijn trouwens noch de hoogste in rang noch de oudste. Wij maken geen onderscheid tussen kandidaten, maar wij hebben een groeiende behoefte aan vrouwelijke afgevaardigden, jongeren of BDL-militairen, die statistisch gezien minder talrijk zijn in onze organisatie, omdat ze denken niet over de vereiste achtergrond te beschikken of gewoon omdat ze niet weten dat het kan. Afgevaardigde van de militaire vakbond worden betekent je ten dienste stellen van collega's in moeilijkheden. Het is vrijwilligerswerk, maar dat wil niet zeggen dat het niet loont! Onze afgevaardigden krijgen een degelijke basiscursus van drie dagen en permanente bijscholing. Voor elke ACMP-activiteit krijg je syndicaal

verlof en je reis-, voedings- en verblijfskosten zijn uiteraard gedekt. Je hoeft geen ‘deskundige’ te zijn; vaak maak je al een verschil door er te zijn om collega's die problemen hebben, op te vangen en naar hen te luisteren. Wij leveren je de basis om de meeste lokale problemen op te lossen, maar je kunt een complexer dossier altijd doorgeven aan ons Vast Secretariaat. De ACMP-CGPM biedt de meest toegewijde afgevaardigden ook gespecialiseerde functies en doorgroeimogelijkheden binnen de organisatie. Veel korps- of compagnies-commandanten stellen ons werk op prijs. Je wordt geen lokale afgevaardigde omdat je een probleem met je hiërarchie hebt, noch om straf of overplaatsing te ontlopen, want een dergelijke motivatie is niet productief. De militaire vakbond zoekt vooral oplossingen in partnerschap met de autoriteiten, indien mogelijk door middel van dialoog, maar met vastberadenheid indien nodig. Het is ook deze aanpak die de ACMP-CGPM tot de meest succesvolle vakbond maakt, zowel in individuele als in collectieve dossiers. Wil je bijdragen tot dit succes? Word dan lokale afgevaardigde van de ACMP! 

Foto: C.B.

De Schildwacht 15


Rechtspositie

Gepensioneerd, maar nog actief: enkele aandachtspunten Veel militairen kiezen er na hun pensionering voor om een bezoldigde activiteit uit te oefenen. In dit geval gaat het erom hun pensioen van de openbare sector te cumuleren met inkomsten uit een beroepsactiviteit. Er zijn een paar punten waarmee rekening moeten worden gehouden om onaangename verrassingen te voorkomen. Sommige militairen die de pensioengerechtigde leeftijd bereiken, overwegen om via een contract van bepaalde duur (CBD) of een contract van onbepaalde duur (COD) in een onderneming te gaan werken als werknemer (bediende of arbeider). Elk jaar informeert Defensie de toekomstige gepensioneerden tijdens de voorlichtingsdagen 'Voorbereiding op het pensioen'. Maar bepaalde punten komen minder ter sprake. Laten we ze eens in het licht stellen. Bedrijfsvoorheffing In de meeste gevallen is de wettelijke maandelijkse basisvoorheffing aan de bron (lees: de voorschotten op de definitief verschuldigde belasting) niet erg hoog. Dit heeft tot gevolg dat bij de eindberekening van de personenbelasting de som van de voorschotten lager is dan de verschuldigde belasting en dit leidt tot de verplichting om soms een erg fors bedrag aan de Schatkist te moeten betalen. De ideale oplossing is het fiscaal voluntariaat: de betrokkene voert jaarlijks, per kwartaal of per halfjaar een voorafbetaling uit, waarvan hij zelf het bedrag bepaalt. Door voor deze oplossing te kiezen, zijn er geen onaangename verrassingen meer op het moment van ontvangst van het

16 De Schildwacht

aanslagbiljet voor de personenbelasting en krijgt de belastingbetaler er zelfs als toemaatje een kleine intrest voor (iets hoger tijdens het eerste kwartaal dan tijdens het laatste).

standige activiteit, zou het dus niet mogelijk zijn om vergoed te worden, aangezien uw aanvullende activiteiten u geen recht geeft op uitkeringen van het ziekenfonds.

Langdurige ziekte of hospitalisatie

Desalniettemin, aangezien de dossiers in geval van arbeidsongeschiktheid door het ziekenfonds geanalyseerd worden en de situatie van geval tot geval kan verschillen, raden wij u aan om in dergelijke situatie toch contact op te nemen met de uitkeringsdienst van uw ziekenfonds.

In geval van langdurige ziekte en/ of ziekenhuisopname (vanaf het moment dat de werkgever geen gewaarborgd loon meer betaalt), maar niet ten gevolge van een arbeidsongeval, dienen de ziekenfondsen geen dagvergoeding of uitkering bij ziekte te betalen. Medische voorschriften en ziekenhuiskosten worden echter wel vergoed als de betrokkene een hospitalisatieverzekering afgesloten heeft. Ziekenfondsen moeten het feit dat de betrokkene een alternatief inkomen heeft (= rustpensioen), als reden aanvoeren om deze uitkering te weigeren. Indien u bijvoorbeeld gepensioneerde bent van de openbare sector met een aanvullende zelf-

Deze situatie is niet tegenstrijdig aan het feit dat er nog steeds bijdragen voor de RSZ en het RIZIV van uw maandelijks inkomen worden ingehouden. Zij worden dus normaalgezien beschouwd als solidariteitsbijdragen voor degenen die niet aan de slag zijn. Bij werkongeval De betrokkene krijgt de eerste maand een uitkering van zijn werkgever en daarna van de verzekeraar bij wie de werkgever een verzekering voor arbeidsongevallen heeft afgesloten, mits het ongeval als zodanig is erkend. Voorschriften, behandeling en andere kosten verbonden aan de pathologie worden ook door de verzekering gedekt. 


Rechtspositie

Beter beschermd dankzij een overeenkomst met Assuralia Defensie en de verzekeringssector hebben een overeenkomst gesloten die militairen beter beschermt wanneer zij een schuldsaldoverzekering voor hun woning afsluiten. Voortaan kan geen bijpremie (meer) aangerekend worden omwille van de risico’s verbonden aan uw beroep.

Indien u overlijdt tijdens de uitoefening van uw beroep als militair, dan kunt u er zeker van zijn dat uw familie financieel niet in de kou zal komen te staan, ongeacht de omstandigheden van het overlijden. Uw verzekeraar kan u ook niet vragen een hogere premie te betalen als u op missie gaat of gevaarlijk werk doet. De overeenkomst met Assuralia is van toepassing wanneer u als personeelslid van Defensie een ‘schuldsaldoverzekering’ afsluit die de aflossing van een hypothecaire lening waarborgt. Deze lening moet dienen voor de aankoop, bouw of verbouwing van uw eigen woning, die u binnen de twee jaar als hoofdverblijfplaats gebruikt. Welk werk u precies bij Defensie doet is niet van belang, maar hou er rekening mee dat uw verzekeraar er misschien niet van op de hoogte is dat u militair bent. Meld dit dan ook uitdrukkelijk. Let wel, u moet uw schuldsaldoverzekering afsluiten bij een verzekeraar die tot de overeenkomst is toegetreden. Een lijst van toegetreden verzekeraars vindt u op www.assuralia.be. Heeft u al een schuldsaldoverzekering? Dan kunt u de voorwaarden laten aanpassen door contact op te nemen met uw verzekeraar.

Foto: Sedeyn Ritchie

De overeenkomst dekt uiteraard alleen de risico's die u als personeelslid van Defensie loopt bij de uitoefening van uw beroep. Voor risico's in de privésfeer, bijvoorbeeld thuis of in uw vrije tijd, of bij het uitoefenen van een andere job buiten Defensie, blijven de normale polisvoorwaarden gelden. Indien u al een schuldsaldoverzekering had en uw verzekering aan de overeenkomst hebt laten aanpassen, vervallen eventuele toekomstige bijpremies, maar al betaalde bijpremies krijgt u niet terug. Overlijdt u als personeelslid van Defensie tijdens het uitoefenen van uw beroep, springt ofwel uw verzekeraar ofwel Defensie bij om

uw uitstaande saldoverzekering af te lossen. De enige uitzondering hierop is als er sprake zou zijn van zelfmoord binnen het eerste jaar van het contract of van een misdaad of wanbedrijf. In dat geval is er geen tussenkomst. Defensie komt tussen als het overlijden te wijten is aan een risico dat eigen is aan het militaire beroep, bijvoorbeeld tijdens het gevecht, parachutesprongen of het hanteren van explosieven. Is het overlijden te wijten aan een ander risico, zoals een verkeersongeval, zal uw verzekeraar betalen. Deze nieuwe overeenkomst treedt in werking op 1 juli 2021. 

De Schildwacht 17


Info

HRM@Defence: Juridische stappen tegen Defensie Het debacle van HRM@Defence blijft vele honderden militairen – en niet zelden ook hun gezinnen – pijnigen. Defensie slaagt er maar niet in haar nieuwe informaticasysteem voor het personeels- en verloningsbeheer op orde te stellen. De miserie heeft lang genoeg geduurd. Trop is te veel! De militaire vakbond ACMP-CGPM gaat nu juridische stappen nemen tegenover Defensie. Meer dan drie maanden na de lancering van de ‘wave 3’ van HRM@Defence ontvangt de ACMP-CGPM nog iedere dag boze berichten van ongeruste/teleurgestelde/gefrustreerde/verongelijkte militairen, die zich afvragen wanneer ze nu eindelijk het geld gaan ontvangen voor het geleverde werk, wanneer er nu finaal die rechtzetting gaat gebeuren van verkeerde uitbetalingen of hoelang het nog gaat duren vooraleer de fouten in hun digitaal administratief dossier gaan gecorrigeerd worden.

correct en tijdig uitbetalen. Iets wat ten gevolge van de sores met HRM@Defence duidelijk niet het geval is.

Ondanks het filmpje dat de CHOD in februari heeft gepost met de boodschap dat HRM@Defence toch eigenlijk zo geen complete catastrofe is, ondanks de beloften van de staf dat de problemen tegen 31 maart zouden opgelost zijn, ondanks de vele keren dat wij aan de bel getrokken hebben over het falen van HRM@ Defence, ondanks de vele tientallen miljoenen die aan een burgerbedrijf betaald werden voor dit informaticasysteem, blijft de ellende aanhouden.

Het wordt hoog tijd dat de militaire overheid stopt met loze beloftes en haar woorden om het gesukkel met HRM@Defence te verhelpen eindelijk omzet in tastbare daden! 

Ingebrekestelling Vandaar dat de militaire vakbond ACMP-CGPM nu juridische stappen gaat nemen tegenover Defensie. Net zoals iedere werkgever is Defensie immers ertoe gehouden om de loonbeschermingswet na te leven. Ze moet met name de wedde, de toelagen en vergoedingen

Foto: Pixabay

18 De Schildwacht

De ACMP-CGPM zal eerst Defensie in gebreke stellen. Nadien zullen we de individuele claims van de militairen, die benadeeld werden door het tekortschieten van Defensie, bij Justitie faciliteren en ondersteunen. De administratieve fouten en andere onregelmatigheden in HRM@Defence worden bij deze actie niet in aanmerking genomen. Ze komen later aan bod.

Uw input Onze leden die een ernstig financieel nadeel ondervonden hebben (te weinig of een verkeerde wedde, erg laattijdige of verkeerde vergoeding of toelage voor intensieve dienst, buitenlandse zending, of problemen met een andere activiteits- of functiegerelateerde verloning, …), een mail te sturen naar ikwilmijngeld@acmp-cgpm.be , met in ‘Onderwerp’ de vermelding: HRM@Defence en in de tekst de volgende gegevens: − Graad, naam, voornaam, stamnummer, eenheid, burgermailadres en telefoonnummer − Korte omschrijving van het (financieel) probleem: te weinig wedde, geen toelage intensieve dienst ontvangen, verkeerde bedrag van de paratoelage, …. − Het geschatte bedrag waarover het gaat − Afschrift van evt. tussenkomsten bij uw lokale DAES, HR4U, of BudFin


GEBOORTEN

CONNOR – 27/12/2019 In het gezin van Gerry BRANDERS (Sint-Truiden) JULES – 25/08/2020 In het gezin van Geoffrey DELITTE (Anderlecht) TJORVEN – 25/01/2020 In het gezin van Gert PIETERS (Heusden-Zolder) IASON – 27/09/2020 In het gezin van Michael THEUNIS (Diest) ALEXI – 19/10/2020 In het gezin van Valentin RENARD (Luik) LAURA – 14/12/2020 In het gezin van Dimitri POLLEFEYT (Sint-Niklaas) ANTOINE – 06/01/2021 In het gezin van Benoît SIMONS (Namen) ARTHUR – 15/01/2021 In het gezin van Jean-Michel HENOCQ (Charleroi) CÉLIAN – 01/02/2021 In het gezin van Frédérik ZALOBEK (Luik) ÉLÉONORE – 22/02/2021 In het gezin van Kevin NICAISE (Sambreville) OSCAR – 23/02/2021 In het gezin van Ruben VINCENT (Tielt)

HUWELIJKEN

14/02/2020 HINOUL Vital en BRULS Angelina (Hechtel-Eksel) (Wettelijke samenwoning) 15/05/2020 HUWEL Chris en WITTESAELE Jill (Damme) 17/10/2020 TOUSSAINT Michaël en MAGNÉE Nathalie (Baillonville) 04/11/2020 CORNELISSEN Gregory en MOHAU Manuela (Diepenbeek) 18/12/2020 FALLENTHEYN Thomas en NIJS Karolien (Kontich) 19/02/2021 ROBBENS Sabrine en LEYMAN Marc (Oudenaarde) 17/03/2020 DE TROCH Gilles en AMEEL Stéphanie (Court-Saint-Étienne) (Wettelijke samenwoning) 01/10/2020 PAQUET Philippe en GHEUX Amandine (Ottignies-Louvain-LaNeuve) (Wettelijke samenwoning) 12/02/2021 VAN GOOL Tom en GEUENS Florence (Arendonk) 12/03/2021 PRÉVOT Pascal en VANDENPLASSCHE Pascale (Bassenge)

OVERLIJDENS

DELANGHE PAUL Wommelgem) 1927 – 07/02/2021 THIBAUT ROLAND (Boussu) 1927 – 15/02/2021 DE DOBBELAERE ÉTIENNE (Brugge) 1933 – 24/11/2020 DEGRÈVE ALFRED (Malmedy) 1933 – 08/02/2021 DION PIERRE (Libramont-Chevigny) 1942 – 11/01/2021

Indexcijfer van de consumptieprijzen - Januari: 109,97 punten - Februari: 110,21 punten - Maart: 110,51 punten

Gezondheidsindexcijfer - Januari: 110,35 punten - Februari: 110,39 punten - Maart: 110,56 punten De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in maart 2021 108,09 punten. De spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen, die vastgelegd is op 109,34 punten, werd deze maand dus niet bereikt. De vorige spilindexoverschrijding vond in de maand februari 2020 plaats. Bron: Statbel

De Schildwacht 19


Profiteert u al van de kortingen van ons nieuwe voordelenplatform in samenwerking met Ekivita Edenred?

WWW.ACMP-CGPM-BENEFITS.BE

Surf naar www.acmp-cgpm-benefits.be Sla je slag en activeer nu uw account! Geniet van nog meer kortingen en promoties! Voor familie, huis, kleding, vrije tijd, sport, welzijn, mobiliteit, tuin, concerten of vrienden… log nu in! Maak je kasticket lichter dankzij tal van aanbiedingen! Voor activering of toegang tot uw account kunt u terecht bij onze Helpdesk: benefits@acmp-cgpm.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.