Adoptiemagazine online#2 juni 2018 - Dromen

Page 1

JUNI 2018

JAARGANG 3 • NUMMER 02 • JUNI 2018

magazine online

V O O R W I E B E T R O K K E N I S B I J A F S TA N D E N A D O P T I E

THEMA

Dromen

IN DIT NUMMER

Dromen van een GROOT GEZIN Hoe is het nou met PAULINE?

EARLY LIFE STRESS: rust, rust en nog eens rust


THEMA GEHECHTHEID REDACTIONEEL

REDACTIONEEL

Dromen ‘Adoptiekinderen hebben vaak veel meege­ maakt en veel verloren: hun biologische ouders, verzorgers, vriendjes, geuren… Dat moet ver­ werkt worden. Wat je los hebt moeten laten, komt vaak ’s nachts terug.’ Dat zegt Chris Thie in een artikel op pagina 10. Chris werkt bij de advieslijn van Stichting Adoptievoorzieningen en krijgt regelmatig ouders van kinderen met slaapproblemen aan de telefoon. Niet zelden spelen nachtmerries daarbij een belangrijke rol. Vooral in de beginperiode, als het kind nog niet zo lang in Nederland is. Dit nummer van het Adoptiemagazine online heeft als thema: ‘Dromen’. Dat kunnen dus nachtmerries zijn maar zeker ook dromen in de zin van wensen, mooie toekomstbeelden. Bijvoorbeeld van ­aspirant adoptieouders Luc en Luuk, zij dromen van een groot gezin (zoals ze vertellen op pagina 7). Wat geadopteerde Marcia Engel betreft wordt haar droom, dat de overheid mee gaat betalen aan het zoeken van geadopteerden naar hun biologische ouders, snel werkelijkheid. Met haar organisatie Plan Angel werkt zijn hard aan de realisatie van een DNA-databank en helpt ze zowel Colombiaanse afstandsouders als geadopteerden bij hun speurtocht naar elkaar. Verder in dit nummer onder meer een artikel over adopties vanuit Taiwan. Ans Rijk en Willemijn Bergman, twee medewerkers van Stichting ­Adoptievoorzieningen gingen er op werkbezoek. Ze bezochten twee tehuizen, spraken met organisaties en een rechter. Daarnaast ook dit keer natuurlijk weer ruimte voor de vaste rubrieken als: Gelezen/gezien, het Drieluik en Begeleiding Besproken. Veel leesplezier! Angela Jans a.jans@adoptie.nl

2

CURSUS

Adoptiepubers

De puberteit is voor geadopteerden en hun ouders vaak een spannende levensfase, er gebeurt veel. Dat is leuk en uitdagend, maar kan ook ingewik­ keld zijn. Bent u benieuwd naar wat u als adoptieouder allemaal kunt verwachten in de puberteit van uw kind? En hoe u uw puber het beste door deze lastige periode heen helpt? Tijdens de cursus Adoptiepubers ­besteden we drie avonden (van 19.00 tot 22.00 uur in Houten) aandacht aan puberteit en opvoeding in het algemeen én aan adoptiespecifieke onderwerpen zoals identiteit en loya­ liteit, gevoelens rondom afgestaan zijn en zoeken naar roots. U krijgt tips over hoe u uw kind kunt helpen omgaan met zijn of haar vragen en hoe u het contact kind kunt verbeteren. Bij voldoende belangstelling starten na de zomer nieuwe groepen. Kosten 60 euro per gezin. Voor meer informatie bel: 030-2330340 (ma t/m do 9.30-12.30 uur). Aanmelden kan door een e-mail te sturen naar: nazorg@adoptie.nl, onder vermelding van ‘Belangstelling pubercursus’.


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

JUNI 2018

INHOUD

THEM

A

Drome

8

n

15

Thema

Het Drieluik

Vaste Rubrieken

2

9 GEBOORTEMOEDER

4

Redactioneel

2

Cursus adoptiepubers

6

Dromen van een gezin en doorwaakte nachten – Machteld Stilting en Angela Jans

10

12

‘Dromen zijn mooi materiaal om mee aan de slag te gaan’ – Machteld Stilting Hoe is het nou met Pauline? - Kim van Schie

KORT Ruimte voor aankondigingen, nieuws, ­gadgets en een column van adoptiemoeder Sandra Benschop

Ik had het niet aan mijn man verteld… – Anna

15

21

DE GEADOPTEERDE Het maakt mij speciaal, ik ben Nederlands én exotisch – Michael Wilmering DE ADOPTIEMOEDER Het is een bühnebeest, hij hóórt op het podium – Roosmarie Wilmering

16 22

14

GELEZEN/GEZIEN

16

BEGELEIDING BESPROKEN Early life stress? Rust, rust en nog eens rust – Angela Jans

18

ACHTER DE FEITEN ‘We dragen met z’n allen zorg voor deze kinderen’ – Angela Jans

22

ACTUEEL Plan Angel: ‘Iedereen heeft recht te weten wie hij of zij is’ – Angela Jans

24

VRAGENDERWIJS

26

WETTEN EN REGELS – Vera Kidjan

3


THEMA GEHECHTHEID KORT

Nazorg ook voor volwassen ­geadopteerden In de rubriek Kort is ruimte voor aankondigingen, nieuws en discussie. Heeft u een tip voor een bijeenkomst, een film of een lezing? Laat het ons weten: redactie@adoptie.nl.

‘YANTI. Over de reis van haar leven’ Haryanti Frateur is geboren op het Indonesische eiland Java, waarna ze werd geadopteerd door een gezin in de Belgische Kempen. Haar boek ‘YANTI. Over de reis van haar leven’ is een deels autobiografisch verhaal over een zoektocht naar roots en identiteit. Yanti is een meisje dat uit armoede wordt afgestaan door haar biologische ouders. Ze groeit op in een warm gezin, maar toch begint ze zich tijdens het opgroeien vragen te stellen over haar wortels. De drang om op zoek te gaan naar zichzelf en haar af­ komst is zo sterk dat ze besluit om terug te keren naar het land waar ze ooit vandaan kwam. Ze herontdekt haar persoonlijke geschiedenis, vindt een nieuw even­ wicht en beleeft de rijkdom van een multiculturele identiteit. > MEER INFORMATIE Het boek is geïllustreerd door Marie van Praag en kost € 12,95. Het is te bestellen bij Studio Sesam: www.studiosesam.be/product/yanti-reis-leven

4

De telefonische hulplijn van de afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoorzieningen is voortaan ook bestemd voor volwassen geadopteerden (030-2330340, van maandag t/m donderdag tussen 9.30 en 12.30 uur). Hiervoor wordt samengewerkt met Fiom. Medewerkers van de helpdesk bij Fiom zullen, indien nodig, doorverwijzen naar de afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoor­ zieningen, en andersom. De contacten worden bij beide organisaties op de dezelf­ de wijze geregistreerd, zodat een beter overzicht ontstaat van de vragen die leven bij volwassen geadopteerden. Het plan is om in het najaar gezamenlijk een thema-avond voor ouders van volwassen geadopteerden te houden.

Helpdesk Fiom voor afstammingsvragen Fiom heeft een helpdesk geopend voor volwassen geadopteerden. Zij kunnen hier onder meer terecht met afstammings­ vragen. Ook kunnen bepaalde buitenlands geadopteerden voortaan bij Fiom gratis hun adoptiedossier inzien. Het gaat om adoptie­ dossiers van de voormalige Stichting Flash, Stichting Afrika en Stichting Bemiddeling Adopties. De dossiers van Fiom/ISS (dossiers van (oud-)cliënten van Fiom en de Inter­ national Social Service Nederland) waren vanaf 1 januari 2018 al kosteloos in te zien. Met de nieuwe mogelijkheden hoopt Fiom geadopteerden te helpen bij hun zoektocht naar biologische familie. > MEER INFORMATIE Volwassen geadopteerden en hun adoptieouders kunnen iedere ­woensdag van 10.00 tot 12.00 uur terecht bij de helpdesk via nummer: 088-1264999. Ook kunnen vragen gesteld worden per e-mail: helpdeskadoptie@fiom.nl.


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

#Adoptionstories

JUNI 2018

TEKST

Sandra Benschop

Op naar de top

Rodrigo van Rutte. Foto: Ton Hendriks (Gekleurde Identiteit)

Rodrigo van Rutte, geadopteerd uit Colom­ bia, heeft onlangs een pop-up museum over adoptie ingericht in Den Haag. Hij gaf daar­ mee het startsein voor het twee jaar durende project #Adoptionstories. In deze periode wil hij verhalen van geadopteerden verzamelen, zodat na die tijd iedereen kan lezen wat het volgens de geadopteerden zelf betekent om geadopteerd te zijn. De totale presentatie staat gepland voor 29 mei 2020.

Mijn langgekoesterde droom was een paar weken eerder uitgekomen. Ik was moeder geworden! En nu liep ik met mijn zoontje in een rugdrager in het mooiste stukje natuur dat ik ken, Mount Kenya National Park. Alleen in de vroege ochtend is de top van de berg zichtbaar, daarna hult die zich heel mysterieus in nevelen. Geen wonder dat de Kikuyu, de stam van onze zonen, de berg een spirituele betekenis toekent. Dat is voelbaar als je daar rondloopt. Of misschien was het mijn roze bril, ik liep daar met een hart vol vreugde. Ik droomde nog even verder, keek mijn zoontje diep in de ogen en beloofde: “Als jij 15 bent, lopen wij samen die berg op!” Zo ver zijn we nu nog niet, we hebben nog vier jaar de tijd om ons te verheugen, maar er deed zich in de meivakantie op Curaçao een mooie oefengelegen­ heid voor. Ik nodigde hem uit om in de vroege och­ tend de Christoffelberg te beklimmen. Met 375 meter hoog eerder een heuvel, maar je moet ergens begin­ nen, als je ook nog eens 5.199 meter wilt trotseren!

> CONTACT EN INFORMATIE

www.rodrigovanrutte.nl

Thuis & Thuisloos Onder de noemer ‘Bijeenzijn’ organiseren Maarten van Zwieten en Palika Vlasblom groepswerk voor geadopteerden. De eerstvolgende bijeenkomst heeft als thema ‘Thuis & Thuisloos’, dat wordt onderzocht door ervaringen te delen en oefeningen te doen.

Het liep natuurlijk anders. Vreemd genoeg herinnert onze oudste zich de afspraak van zo lang geleden niet. Terwijl ik toen toch echt die blije lach zag en dat voor het gemak als een instemming heb vastgepakt. Hij droomt deze dagen, letterlijk en figuurlijk, alleen nog maar van Fortnite. Dus een heuvel oplopen in de moordende hitte, daar bedankt hij voor. Maar naast hem beginnen een paar ogen te glimmen. Zijn jon­ gere broertje heeft er wel oren naar. Klimmen is voor hem geen droom, maar een alledaagse realiteit. Overal waar geklommen kan worden, klimt hij.

Veel geadopteerden voelen zich nergens echt thuis en hebben moeite om ergens echt onderdeel van uit te maken. Er lijkt overal een reserve te zijn. Voor degenen die hun biologi­ sche familie hebben teruggevonden wordt dit vaak nog zichtbaarder. Je hoort niet bij de ene familie en niet bij de ander. Hoe zit dit bij jou? Hoe ga jij om met die gespletenheid? Wanneer voel jij je wel thuis en wat is daar voor nodig? Zaterdag 8 september van 13.30 tot 17.00 uur in Soesterberg.

En daar gaan we, hij voor en ik erachteraan. “Ik ben hier goed in, mama, ik help je wel om het goede pad te kiezen.” Wat is hij behendig. Ik kijk met plezier naar zijn lenige lijf dat voor mij uit snelt. Zijn verlangen om de top te bereiken gaat hand in hand met zorg om mij, want ik blijf toch echt steeds op hem achter. Een uur later zijn we er en kijken we uit over het eiland. Trots en vervuld. Weer een droom die uitkomt en alweer anders dan verwacht, maar juist dat onverwachte maakt het zo bijzonder.

> MEER INFORMATIE Bel 06-47246518 of kijk op

ZIE: SANDRABENSCHOPCOACHT.NL

www.bijeenzijn.nl. 5


THEMA DROMEN

TEKST ANGELA JANS EN MACHTELD STILTING

Dromen van een gezin en doorwaakte nachten

6


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

JUNI 2018

Aspirant adoptieouders Luc en Luuk dromen van een groot gezin. Veel deel­ nemers aan het WK Adoptiekids dromen waarschijnlijk van een carrière als ­profvoetballer. En geadopteerde Michael vertelt in het Drieluik op pagina 15 dat zijn droom om in de opera te zingen al werkelijkheid is geworden. Bij dromen denken veel mensen aan iets moois, een wens of hoop. Maar dromen kunnen ook naar zijn. De nachtrust verstoren, bang maken. Relatief veel adoptiekinderen hebben daar vlak na aankomst in Nederland last van, zo is de ervaring bij ­Stichting Adoptievoorzieningen.

E

en medewerkster van Stichting Adoptievoorzieningen kent meerdere adoptiekinderen die enge dromen hebben, bijvoorbeeld over boeven of enge mevrouwen die hen weg komen halen, of over de dood. “In ieder geval gaat het vaak over verla­ ten worden”, zegt ze. Ook kunnen kinde­ ren ’s nachts bijzonder veel zweten, zijn ze bang in het donker.

Adoptiekinderen zijn hierin niet uniek. Volgens de statistieken is zo’n 80 pro­ cent van de dromen negatief. Dan ­spreken we dus eigenlijk van een nacht­ merrie, want volgens de Dikke van Dale is dat: een nare droom, iets dat verontrust, een schrikbeeld. Terwijl het grote Nederlandse woordenboek bij het woord ‘dro­ men’ de definitie schrijft: zich verbeelden, hopen, en fantastische toekomstbeelden hebben. Dat geldt doorgaans ook voor (aspirant) adoptieouders, zij zien het wellicht al voor zich hoe ze – stralend – met hun kind(eren) aan de ontbijttafel zitten, naar het bos gaan, over het strand rennen.

krijgen. Nu zie ik mijn geaardheid eigenlijk als een voordeel, want wij zijn veruit het jongste stel in de groep die de voorbereidingscursus van de adoptie­ procedure volgt. De anderen zijn ouder omdat veel heterostellen waarschijnlijk pas aan adoptie gaan denken nadat ze eerst geprobeerd hebben om op natuurlijke wijze kinderen te krijgen”, aldus Luc.

LUC EN LUUK: ‘Graag een groot gezin’

Zijn partner Luuk: “Al op onze tweede date kwam hij daarmee. Eerlijk gezegd was ik er tot op dat moment totaal niet mee bezig geweest. Nu ben ik er wel blij mee. We kennen elkaar nu 4,5 jaar en hopen nog voor ons dertigste kinderen te hebben. Ik gun het kinderen om jonge ouders te hebben, dan kun je ze veel meegeven.”

Luc Nibbeling (24, student banking and finance Univer­ siteit van Utrecht) en zijn partner Luuk Doorakkers (24, student geneeskunde) willen graag jonge ouders wor­ den en ook een groot gezin vormen. Vandaar dat ze al in hun studententijd begonnen zijn aan de adoptiepro­ cedure. “Ik weet al heel lang dat ik kinderen wil. Het accepteren van mijn homo-zijn vond ik minder lastig dan het accepteren van de consequentie daarvan dat je op de traditionele manier dus geen kinderen kunt

Voor beiden is het een droom om meerdere kinderen te kunnen adopteren. Uit welk land maakt ze niet uit. Luc: “Vier of vijf kinderen, dat lijkt me mooi. Ik wil graag een groot gezin.” Luuk: “Dat lijkt wel een taboe onder studen­ ten. Ze hebben het over carrières en start-ups, nooit over een gezin. Wij wel. We willen er alles aan doen om onze droom na te jagen maar als het om wat voor reden dan ook stopt bij twee of drie kinderen is dat ook goed. We doen wat binnen onze mogelijkheden ligt.” >>

7


THEMA DROMEN

IWAN EN MIRANDA: ‘De nachten blijven een dingetje’ “Voor onze adoptieprocedure moesten we onder meer één maand dag en nacht voor Márk (toen 6,5 jaar) in Hongarije zorgen; daarna zou de uitspraak volgen of we hem mochten adopteren. Het ging prima de eerste dagen. Maar op een ochtend was er geen land met hem te bezeilen. Hij was boos, zelfs agressief naar ons toe. Het lukte ons hem uit zijn bui te halen, maar een paar uur later zat hij er weer in. Het was echt extreem gedrag. We wisten het even niet meer. Daarom belden we de adoptiemedewerkster die ons in Hongarije begeleidde. Zij vroeg Márk aan de telefoon. Aan haar vertelde hij dat hij een nachtmerrie had gehad. Waar­ over zei hij niet. Het was zo erg dat hij er niet over wilde praten. Wij communiceerden in die tijd met handen en voeten met hem, en met pictogrammen (sclera.be). We hebben een pictogram van een slapend poppetje tweemaal overgetrokken en er een denkwolkje bij getekend: één met duimpje omhoog, één met duimpje naar beneden. Zo kon hij ons ’s ochtends laten weten hoe hij geslapen had. Dit hielp ons wel er meer begrip voor op te brengen en hem te troosten.

Márk is nu anderhalf jaar bij ons. De buien zijn sterk verminderd. Maar de nachten blijven een dingetje. We weten inmiddels dat hij over wolven droomt. Ze komen hem halen, maken hem bang. Meer wil hij er niet over vertellen. Een van ons moet altijd bij hem blijven tot hij slaapt. Zelfs als hij boos op ons is. Er moet iets van een trauma zitten. We weten dat hij niet happy was in het pleeggezin waar hij zat. Van de vier jaar ervoor weten we dat hem nare dingen zijn overkomen. Márk praat niet over dingen die hem zeer doen. Het heeft destijds geen moment onze keuze beïnvloed of we hem wel wilden adopteren. We willen het beste voor hem. We zijn zielsgelukkig en trots dat wij voor dit fantastische menneke mogen zorgen”, aldus Iwan en Miranda.

8

WENDY EN RUTGER: ‘Wens of waarheid?’ Wendy en Rutger: “Tommi (6) is nu drie jaar in Neder­ land. Toen hij net bij ons was, werd hij wel vier of vijf keer per nacht in paniek wakker. Hij kon niet uitleggen waarover hij gedroomd had en wij konden het ook niet verklaren vanuit wat we over zijn achtergrond hebben meegekregen. Dat hij erg bang was, uitte zich ook lichamelijk: hij had op zulke momenten een heel hoge lichaamstemperatuur. Hij was waarschijnlijk alles wat er gebeurd is ’s nachts aan het verwerken. Nog steeds, trouwens. Over is het namelijk nog niet, maar het gaat al wel stukken beter. Tegenwoordig wordt hij nog maar één of twee keer per nacht wakker. Hij voelt zich geluk­ kig veiliger. Omdat hij erg bang is in het donker hebben we een klokje op zijn kamer gezet dat voor wat licht zorgt, en hij heeft een lampje waar hij zelf bij kan. Wij doen het uit als we gaan slapen en hij kan het aandoen als hij daar ’s nachts behoefte aan heeft. Als wij naar bed gaan en hem een knuffel geven, merken we vaak al hoe laat het is: dan is hij al bezweet en ligt hij te knarsetanden of te murmelen. Gelukkig haalt hij verlo­ ren slaap makkelijk in. We denken wel dat het adoptiegerelateerd is. Er ge­ beuren natuurlijk ook wel eens wat dingen op school, maar de lichamelijke reactie lijkt nog zo op toen hij net bij ons was. We hebben hulp van Nazorg en we doen video-interactiebegeleiding. Daar richten we ons nu op dingen die nu wat meer prioriteit hebben. Verklaren kan hij zijn nare dromen nog steeds niet. Als we na zo’n nacht vragen waarover hij gedroomd heeft, zegt hij bijvoorbeeld: ‘Ik droomde dat ik een ninja was.’ Dat lijkt ons eerder een gekoesterde wens dan de waarheid.”


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1

RUBRIEK DRIELUIK

> GEBOORTEMOEDER

Anna

drieluik

Ik had het niet aan mijn man verteld … De man waarvan ik zwanger raakte, was twintig jaar ouder dan ik. Ik dacht: oké, dan gaan we trouwen. Maar hij had al twee kinderen bij een andere vrouw, ze waren gescheiden, en hij wilde niet nog meer kinderen. Voor mij was het mijn eerste zwangerschap. Als ik wilde blijven, ik werkte voor hem als schoonmaakster, moest ik van hem de zwangerschap laten afbreken. Dat was het einde van de relatie, ik ben weggegaan. Toen mijn zoon werd geboren was ik 25 jaar. Op zich niet zo heel jong, maar ik zag geen kans om hem te houden. In mijn eentje voor de opvoeding en de inkom­ sten zorgen, leek mij heel zwaar en ingewikkeld. Daar­ om dacht ik dat het beter zou zijn om hem af te staan. Beter voor hem en voor mij. Daarom heb ik hem afge­ staan ter adoptie en achter­ gelaten in een tehuis. Een tijdje later kreeg ik weer een relatie. Met die man ben ik getrouwd en heb ik nog twee kinderen gekregen. Aan hen heb ik nooit iets verteld over het bestaan van mijn oudste zoon. Zij wisten dus van niks toen, voor mij heel onver­ wacht, iemand me kwam vertellen dat Mi­ chael naar mij op zoek was. Dat laatste vond ik natuurlijk geweldig, maar dat ik het moest gaan uitleggen aan mijn man en kinderen vond ik wel even moeilijk. Geluk­ kig hadden zij wel begrip voor wat ik had gedaan. Omdat de moeder van Michael niet kan reizen, vroeg hij mij om naar Nederland te komen om elkaar te zien. Vijf weken lang maar liefst. Ik heb de uitnodiging natuurlijk

aangenomen, want ik wilde hem graag ontmoeten en ben toen niet veel later samen met een van mijn andere twee zoons, een halfbroer van Michael dus, naar Neder­ land gevlogen. Daar logeerden we bij zijn ouders. In het begin moesten Michael en ik wel even aan elkaar wennen. Bij aankomst klapte ik volledig dicht. We gaven elkaar netjes een hand en gingen naar binnen. Voor mij voelde het wel meteen als mijn zoon. Mijn bloed stroomt door zijn aderen. Ik had behoefte aan contact, wilde hem graag zoenen maar dat wilde hij niet. Net zo min als samen in een bed slapen. Omdat ik vijf weken bij zijn ouders verbleef leerden we ­ elkaar wel vrij snel best goed kennen. En natuurlijk ont­ stonden er ook weleens spanningen. Maar we heb­ ben ook heel leuke dingen gedaan. Al met al vond ik het een bijzondere ervaring. Ab­ soluut. Sindsdien komt Michael bijna elk jaar wel een keer bij ons op bezoek in Colombia. Ik vind het fijn als hij komt en eerlijk hoop ik altijd wel een beetje dat hij ons financieel een steuntje in de rug geeft. Mijn man werkt als parketlegger, ik ben schoonmaakster. We hebben het LEEFTIJD niet zo breed. Zeker niet zoals Michael in 54 jaar Europa dat heeft….

Getrouwd: moeder van drie zonen, één afgestaan BEROEP

schoonmaakster WOONPLAATS

Bogotá, Colombia

Anna is de geboortemoeder van Michael op pagina 15. Dit verhaal is niet rechtstreeks uit haar mond opgetekend maar gebaseerd op verklaringen van Michael en zijn adoptiemoeder.

9


THEMA DROMEN

TEKST MACHTELD STILTING

Chris Thie:

‘ Dromen zijn mooi materiaal om mee aan de slag te gaan’ De afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoorzieningen krijgt regelmatig meldingen over kinderen met slaapproblemen. Niet zelden spelen nachtmerries daarbij een belangrijke rol. Vooral in de beginperiode, als het kind nog niet zo lang in Nederland is. Logisch, vindt nazorgmedewerkster Chris Thie: ‘Adoptiekinderen hebben vaak zo veel meegemaakt en zo veel verloren: hun biologische ouders, verzorgers, vriendjes, geuren… Dat moet verwerkt worden. Wat je los hebt ­moeten laten, komt vaak ’s nachts terug.’

10


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

H

oe vervelend en vermoeiend ook, adoptieou­ ders moeten er volgens Chris Thie rekening mee houden dat het er gewoon bij hoort: een zeer onrustige slaapperiode als het adoptiekind net in Nederland is. Vooral bij wat oudere kinderen komt het voor. “Die hebben de veranderingen in hun leven be­ wuster meegemaakt. Het verwerken daarvan gebeurt vaak ’s nachts in de vorm van dromen.” Als die dromen nachtmerries worden, kan dat leiden tot slaapproble­ men. Het kind wordt wakker van zo’n nare droom en durft niet meer te slapen. Of de ervaringen van nacht­ merries zorgen ervoor dat het kind ertegen opziet om überhaupt te gaan slapen. Thie: “Wat een kind op zo’n moment het meeste nodig heeft, is nabijheid en gerust­ stelling.” Het is altijd even zoeken naar wat het beste werkt: bij je kind blijven totdat het inslaapt, het bij je in bed nemen, op een matras op armlengte afstand naast zijn of haar bedje liggen… “Als het kind maar weet dat het niet alleen is. Dat werkt op zo’n moment het meest verzachtend.”

Vastzittend trauma De meeste adoptieouders weten of vermoeden dat het kind een heftige periode achter de rug heeft, vaak vol met traumatische gebeur­ tenissen. Ouders voelen zich dan vaak onzeker en denken dat hun kind therapie nodig heeft. Dat snapt Thie volledig. Toch adviseert Nazorg om eerst te focussen op het ontwikkelen van de band thuis. “De geruststelling die van de ouders komt, werkt het sterkst.” Als de hechting op gang komt en het kind veiligheid ervaart door de nabijheid van de ouders, nemen angstige dromen vaak af. Als de slaapproblemen hardnekkig blijken en het hechtingsproces stagneert, kan er sprake zijn van een vastzittend trauma, is de ervaring van Thie. In zo’n geval adviseert ze om samen met een professional te bekij­ ken of traumabehandeling nodig is. En of het er al het juiste moment voor is: “In de periode van de trauma­ behandeling is het voor het kind én de ouders prettig als er een voldoende veilige basis is om het kind goed te kunnen ondersteunen.” Zo’n moment kiezen is lastig: “Het is een beetje dubbel. De hechting kan achterblij­

JUNI 2018

ven omdat er een trauma zit, maar om een traumabe­ handeling goed te laten verlopen is er een zekere mate van hechting noodzakelijk.”

Puzzelstukjes Dromen zijn niet alleen een last, maar ook mooi mate­ riaal om mee aan de slag te gaan. “Ze geven inzicht in waar je kind ’s nachts mee bezig is.” Vaak is het moeilijk vast te stellen wat echt gebeurd is en wat gebaseerd is op fantasie. Thie merkt dat ouders graag de waarheid willen achterhalen. Op zoek zijn naar puzzelstukjes van de periode waar ze niet bij zijn geweest. Ze gissen: verzint hij dit, heeft hij een enge film gezien, is het waargebeurd? Het maakt ze vaak onzeker. Thie: “Het kan inderdaad dat er dingen door elkaar zijn gaan lopen. De grens tussen droom en waarheid vervaagt. Maar dat maakt in wezen niet uit. De gevoelens die erachter zitten, zijn namelijk wel gelieerd aan wat echt gebeurd is. Ze geven handvatten voor rouw en verwerking.” Het gaat er volgens Thie om dat het kind zich gesteund voelt in die gevoelens. Zelfs kinderen die niet willen vertellen waarover ze gedroomd hebben kun je daarom helpen. “Je kunt samen met je kind bedenken wat zou kunnen helpen om minder bang of ver­ drietig te zijn. Iets troostends of een uitlaatklep als samen een tekening maken of een liedje zingen. Of gezellig samen in bad gaan. Je hebt geen de­ tails nodig. Het gaat erom het gevoel te erkennen, begrip te tonen en geborgen­ heid te geven.”

Naar het hier en nu halen Misschien gaan de angstige dromen nooit helemaal weg. Het verleden van adoptiekinderen is niet uit te wissen. Maar je kunt wel proberen het kind naar het hier en nu te halen, meent Thie. “Je kunt bijvoorbeeld zeggen: ‘Je was daar heel bang en dat is vervelend hè, schat? Kom maar, nu ben je hier, je bent nu veilig bij ons, wij zorgen voor jou.’ Op die manier kun je je kind omhullen met alle mooie dingen die je het wilt geven. Je erkent de angst en biedt troost en geborgenheid. En het is tegelijkertijd een mooie stap in de richting van een goede hechting.”

11


THEMA DROMEN

TEKST KIM VAN SCHIE

Hoe is het nou met Pauline? In maart 2017 verscheen het boek ‘Hallo Lieverd’. Daarin beschreef Kim van Schie de gebeurtenissen rond de adoptie van haar dochter Pauline uit Nigeria. Hoe ging het verder? Een kijkje van 24 uur in het leven van een adoptiegezin.

D

e koorts is weg. Maar er is iets anders voor in de plaats gekomen. Of eigenlijk zat dat er de hele tijd al, maar komt het nu weer duidelijk naar de oppervlakte.

Gisteravond Ik bracht haar naar bed: “Als wij gaan slapen vanavond komt papa bij jou op de kamer. Mama slaapt hiernaast, ik ben snel bij je als er iets is. Ik blijf nu nog bij je om liedjes te zingen.” Na één keer ‘Slaap kindje slaap’ was ze al weg. Ik kon weer naar beneden. Twee uur later, toen we net op het punt stonden om zelf te gaan slapen, hoorden we haar ineens huilen. Menno was als eerste bij haar, ik volgde. Ik knuffelde en zong haar weer in slaap. Menno bleef op haar kamer slapen. Het ging redelijk goed tot 6 uur, dus dat viel erg mee. Ze wilde per se mama, dus ik nam haar nog een uurtje bij me in bed. (Ja, die lieve Menno lag toen alleen op de kinderkamer. Met Poes Mies, dat wel.)

Vandaag Pauline start de dag vrolijk en levendig. Heel wat anders dan de dag ervoor met die hoge koorts. Alle leed lijkt

12

voorbij. Ze zingt liedjes en zit te tekenen aan tafel. Ik loop naar de keuken voor een kop thee en nog geen minuut later hoor ik gejammer. Ik loop de woonkamer in. Pauline ligt op de grond onder de tafel. Ze kreunt alsof ze pijn heeft, trapt met haar benen in het luchtle­ dige en stompt zichzelf herhaaldelijk in haar eigen buik. Ik kniel bij haar neer: “Och meisje toch, kun je me vertellen wat er is?” “Naar gevoel in mijn buik”, huilt ze met dikke tranen. Ik vraag of ik haar mag troosten en ze komt bij me zitten. Ze zegt niet te weten waar het nare gevoel door komt. “Dat is vervelend lieverd. Dat kan gebeuren, mama heeft soms ook ineens een naar gevoel.” “Maar ik wil het niet! Ik wil het niet!” huilt ze. We knuffelen een tijdje stevig. Een paar minuten later is ze weer haar vrolijke zelf. Niets aan de hand, zo lijkt het. Maar deze scène herhaalt zich zo’n acht keer vandaag: huilbuien vanuit het ‘niets’ (of eigenlijk vooral wanneer ik met mijn aandacht niet bij haar ben), agressie naar haar eigen buik en daarna aan me vastklampen. Aan het einde van de dag zit ze bij me op schoot en begint ineens te vertellen: “Toen ik gisteravond wakker werd, wilde ik mama iets vragen. Ik dacht dat jij er nog was. Toen ging ik goed kijken en toen was je er niet.” Bingo. Dat is ’m.


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

“Ik kan me voorstellen dat je daar even van schrok. Is dat zo?” Pauline knikt en kleine traantjes rollen over haar wangen. We bespreken hoe goed het dan van haar was dat ze van zich liet horen zodat we meteen naar haar toe konden komen. En hoe knap het is dat ze er nu over vertelt. Dat ze nooit alleen is. Dat we altijd in de buurt zijn. Dat als we moeten werken, we dan voor een veilige plek zorgen met mensen die ze kan vertrouwen. Dat we bij haar zijn omdat we in haar hart zitten. Dat we altijd terugkomen. Dat we nooit meer weg gaan. Dat we voor altijd van haar houden. Tien minuten later herhalen we het weer, wanneer Pauline ineens begint over die keer dat ik in Nigeria naar het ziekenhuis moest: “Er was iets ergs gebeurd en wat deden de dokters toen in jouw arm?” “Een infuus om mama medicijnen te geven zodat ik weer beter werd.” “En wat vond ik daarvan?” “Dat vond je helemaal niet leuk. Je was heel bang omdat je toen nog niet wist dat de dokters mama juist beter gingen maken.” “Nee, dat wist ik niet hè.” Dat ‘niet leuk’ is een understatement. Het is een van de gebeurtenissen waarvoor Pauline ruim een jaar gele­ den EMDR-therapie heeft gekregen (therapie voor traumaverwerking). Die therapie heeft op meerdere fronten geholpen. De bijna dagelijkse angstaanvallen en nachtmerries zijn snel aanzienlijk verminderd. Maar met dit soort triggers, ik die onverwacht niet naast haar bed zit en ook nog eens goed ziek is door een longont­ steking, is het haar te veel. De verlatingsangst komt in alle hevigheid weer boven. Pauline ligt in haar bed en voert een gesprek op tussen twee van haar knuffels: “Je hoeft me niet te missen hoor olifantje, ik zit in je hart.” Ze valt snel in slaap, maar wordt net zo snel weer hui­ lend wakker: “Naar gevoel.” En dus ligt ze nu naast me. Onrustig af en toe. Dan omhels ik haar met de woorden: “Mama is hier. Ik ben er voor je.” Dat helpt. Voor 15 minuten. Vorige keer heeft zo’n ogenschijnlijk klein incidentje een week lang voor slapeloze nachten en huil- en driftbuien gezorgd. Het kost dan een week intensief liefhebben voordat je dat ene schadelijke moment van enkele seconden weer enigszins hebt kunnen neutrali­ seren. Voordat ze zich weer veilig genoeg voelt om echt te kunnen genieten van haar dag.

Waarom ik dit vertel? Om de vele adoptieouders hier te laten weten dat ze

JUNI 2018

niet de enigen zijn. (En ik weet hoeveel heftiger het eraan toe gaat bij sommigen van jullie.) En om anderen een klein inkijkje te geven in de wereld van een adoptiekind. Een kind dat voor de buitenwe­ reld soms net zo vrolijk en sterk lijkt als ieder ander kind, maar van binnen worstelt met een enorme angst voor afwijzing en verlating. Een kind dat daarom iedere dag de lat (te) hoog legt voor zichzelf. Wil presteren en tientallen keren per dag goedkeuring zoekt. Sociaal gewenste antwoorden geeft en zich continu excuseert wanneer dat niet nodig is. En wanneer het wel nodig is, omdat ze iemand bezeerd heeft bijvoorbeeld, com­ pleet dichtslaat en in zichzelf keert met een starende, angstige blik. Een kind dat, misschien ook vanwege haar prestatiedrang, cognitief al klaar is voor groep 3 maar sociaal emotioneel beter in groep 1 past. Een kind dat ineens weer drie keer op een dag in haar broek plast wanneer haar moeder voor het eerst in tijden een avond voor haarzelf heeft genomen. Een kind dat uit de kleinste gebaren, blikken of tonen de grootste afwijzing kan concluderen waarmee dat ‘nare gevoel’ in haar buik weer een stukje verder groeit. En een inkijkje in het leven van een adoptieouder. Die geen moeite heeft met het geven van die extra liefde, maar die wel voelt hoe iedere verkeerde keuze, in­ schatting of reactie van haar keihard aankomt bij haar kind en dus vaak worstelt met een schuldgevoel. Die verdriet heeft omdat haar kind verdriet heeft. Met een enorm verantwoordelijkheidsgevoel omdat het haar keuze was om dit kind uit haar vertrouwde omgeving te halen waardoor er weer een trauma bij kwam. Die zich afvraagt waarom ze nou zo nodig dat ene avondje weg moest en waarom ze niet de hele avond naast het bedje van haar dochter is gaan zitten. Die vandaag weer haar eigen emoties opzij moest zetten om helder na te kunnen denken toen haar dochter vragen stelde over haar afkomst en achtergrondverhaal terwijl de antwoorden daarop zo complex en incompleet zijn. Die de lat voor zichzelf continu te hoog legt terwijl ze probeert hem juist lager te leggen als goed voorbeeld voor een meisje van vijf dat al te veel druk voelt in haar dagelijks leven. We zijn trots en dankbaar dat Pauline zich vaak weet uit te drukken, zodat we vroeg of laat erachter komen wat de oorzaak is van haar verdriet of angst. En we zijn trots en dankbaar dat wij voor Pauline mogen zorgen. We maken ook echt steeds weer kleine stapjes met elkaar en beleven iedere dag ook grote geluksmomenten met haar. Maar of het alweer beter gaat met Pauline? Nou, van­ daag dus eigenlijk toch niet. En met ons ook niet. Eigenlijk. Maar zoals ik altijd tegen Pauline zeg voordat ze gaat slapen: “Morgen is er weer een mooie dag.”

13


JUNI 2018

RUBRIEK GELEZEN GEZIEN

der van Yesni, ontmoeten daar de hele familie en halen haar voor bezoek naar Nederland. Het hele verhaal leest als een trein. Marja beschrijft het chronologisch, op persoonlijke wijze en heel boei­ end waardoor je helemaal mee­ gevoerd wordt in de belevenissen van het gezin, die inderdaad heel bijzonder zijn. Een prachtig ver­ haal, fijn om te lezen. — Angela Jans

Verbindende Verhalen voor getraumatiseerde kinderen en jongeren in de therapeutische praktijk

Bijzonder Konjo

Het adoptieverhaal van onze kinderen

Auteur: Kim S. Golding, met voorwoord van Dan Hughes Uitgeverij SWP 2018

voelt zich boos en denkt dat ze bij haar eigen moeder wel gelukkig zou zijn geweest. Ze wordt boos op haar nieuwe moeder, roept dat ze weg moet gaan, maar voelt zich heel alleen. Ze wordt omringd door water, dat steeds meer gaat kolken naarmate ze bozer wordt. Ze zit op een vlot op een rivier, haar moeder wil haar helpen, maar Felicitas durft haar niet aan te kijken en roept dat ze haar met rust moet laten. Ze gelooft niet dat haar moeder haar gelukkig wil maken. De moeder reikt eten en dekens aan, maar Felicitas pakt het niet aan, dus verdwijnt alles in de rivier. De moeder rent langs de oever mee en roept: “Kom bij me, ik wil je helpen, ik geef je alles wat je nodig hebt om gelukkig te zijn!” Maar Felicitas durft haar hulp niet te accepteren en roept boze dingen terug.

ISBN 978 90 8850 755 7 / NUR 770 Auteur: Marja Knegt Lecturium Uitgeverij ISBN 9789048443772, € 17,95

Sinds in het najaar van 1999 de telefoon ging in huize Knegt, met het voorstel om een jongetje te adopteren, speelt Ethiopië een grote rol in het leven van Marja Knegt en haar man Joost. Het kind is op dat moment 9 maanden oud en blijkt twee zusjes te hebben: van 8 en 11 jaar. Marja en Joost kunnen deze meiden niet adopte­ ren maar sluiten ze meteen wel voorgoed in hun hart. Ze gaan er al tijdens de eerste reis op bezoek, houden contact en laten de zusjes later voor vakantie overkomen naar Nederland. Ondertussen is er ook nog een meisje uit Ethiopië ge­ adopteerd: Yesni. Over haar familie is aanvankelijk niets bekend, maar daar komt verandering in… Marja beschrijft hoe zij en haar gezin gedurende inmiddels achttien jaar lang, vervlochten raken met Ethiopië. Ze gaan er meerdere malen naartoe, vinden uiteindelijk de biologische moe­ 14

Kinderen die verwaarloosd, verla­ ten of mishandeld zijn, kampen vaak met gevoelens als schuld, schaamte, woede, angst, verlan­ gen en verdriet. Ingewikkelde gevoelens, die ze niet kunnen sturen of begrijpen. In de verhalen die psychologe Kim Golding voor haar cliënten schreef, kunnen dit soort kinderen zich herkennen, maar ook een lichtpuntje vinden. Tegelijkertijd bieden de verhalen enorm veel informatie en hand­ vatten voor de volwassene die het verhaal aan het kind vertelt. Handig is dat bij elk verhaal staat aangegeven welke thema’s erin voorkomen en voor welke leef­ tijdsgroep het geschikt is (van kleine kinderen tot pubers en volwassenen). Een van de verhalen gaat bijvoor­ beeld over Felicitas, die door haar geboortemoeder wordt wegge­ geven aan andere ouders. Die zijn enorm blij met haar en geven haar alles wat ze nodig heeft. Felicitas groeit gezond en sterk op, maar kan niet gelukkig zijn. Ze

Dan fluistert Wijsheid moeder in haar oor wat ze moet doen: Felicitas niet proberen te redden van het vlot, maar door de rivier naar haar toe zwemmen en naast haar op het vlot gaan zitten. Moeder volgt het advies op maar Felicitas zegt: “Ga weg, ik wil je hier niet.” Moeder antwoordt: “Ik laat je niet in de steek, ik blijf bij je. Ik accepteer je boosheid en je verlangen, ik weet dat mijn goe­ de zorgen voor jou beangstigend zijn. Ik wil dat je gelukkig bent, maar ik blijf ook bij je nu je ver­ drietig, eenzaam en bang bent.” En dan, na een lange poos, durft Felicitas te vertellen dat ze bang is dat ze slecht is, en bang om daarom weer verlaten te worden. Moeder kan deze angst niet wegnemen, maar houdt haar vast om de angst samen met haar te dragen. Op de boekenplank bij elke kindertherapeut en alle pleegen adoptieouders, zou ik zeggen… — Chris Thie


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

RUBRIEK DRIELUIK

> GEADOPTEERDE Michael Wilmering

Het maakt mij speciaal, ik ben Nederlands én exotisch

drieluik

Adoptie was altijd wel aanwezig in mijn leven. Iedereen om mij heen was er heel open over. Bovendien groeide ik op in een warm gezin. Misschien ook daardoor kon ik het vrij gemakkelijk verwerken. Lukte het mij om er goed mee om te gaan. Maar… vanaf mijn vijftiende wilde ik toch heel graag terug naar Colombia, op zoek naar mijn biologische ouders. Dat mocht niet van mijn ouders, zij vonden mij daarvoor nog veel te jong. Achteraf ben ik ze daar heel erg dankbaar voor, want de ontmoeting die ik uiteindelijk op mijn achttiende met mijn biolo­ gische moeder had, heeft veel impact gehad. Al zijn toen ook veel puzzelstukjes op hun plek gevallen. De zoektocht heeft ongeveer een half jaar geduurd. Toen was ze al ge­ vonden. Omdat mijn adoptiemoeder vanwege een handicap niet kan reizen, heb ik mijn biologische moeder voor de eerste ontmoeting naar Nederland ge­ haald. Sindsdien ben ik al zeker vijf keer naar Colombia geweest. Ik vind het een heerlijk land, ben er graag. De manier waarop de mensen leven, niet te ver voor­ uit plannen, niet zoveel denken, dat past bij mij. Als ik in het land ben, ga ik ook altijd wel even langs bij mijn moeder. Al hoeft het contact voor mij niet zo, de band met haar is een beetje stroef. Ze vraagt me bij­ voorbeeld nooit hoe het met me is. Wel zeurt ze om geld.

Als kind was ik al creatief maar zeker niet altijd gemakke­ lijk voor mijn ouders. Met tijden was ik rebels, een beetje onhandelbaar. Gelukkig heb ik dat met de juiste hulp wel onder de knie gekregen. Bovendien heb ik zang, mijn grote passie ontdekt. Ik hield al van toneelspelen en wist ook dat ik wel een beetje kon zingen, maar dat ik zo’n bijzondere stem had… dat wist ik niet. Dat hebben ze op de toneelschool ontdekt. Daar kreeg ik zangles en heb ik geconstateerd dat opera echt mijn grote passie is, ik kan niet meer zonder. Ik ben over­ gestapt naar het conservato­ rium en werk nu als operazanger, bariton. Gelukkig gaat het ook heel goed. Momenteel zing ik in de opera van Stuttgart en na de zomer heb ik een rol bij Opera Zuid. Mijn adoptie heeft ook voorde­ len. Zeker in mijn beroep. Ik ben Ne­ derlander én exotisch tegelijk. Dat kun je als moeilijk ervaren maar je kunt het ook positief inzetten. Het maakt dat ik speciaal ben. Daar maak ik gebruik van. Ik voel me voor een deel ook zeker Nederlander, aan LEEFTIJD de andere kant voel ik me ook echt een 29 jaar wereldburger. Een combinatie van alles. In de kunst gaat het ook om alles wat sa­ BEROEP mengaat, dus dat komt goed uit. Nog­ klassiek zanger maals, je kunt het ook positief inzetten. WOONPLAATS

Utrecht/Stuttgart

Michael is de biologische zoon van Anna op pagina 9 en geadopteerd door Roosmarie Wilmering, de adoptiemoeder op pagina 21.

15


TEKST ANGELA JANS

RUBRIEK BEGELEIDING BESPROKEN

Wat te doen bij prenatale en early life stress?

RUST, RUST EN NOG EENS RUST

E

en ongewenste zwangerschap, een moeilijke bevalling, afgestaan worden… Kinderen, hoe klein ook, krijgen daar vaak onplezierige gevoelens van mee, weet Willemijn Bergman, medewerker bij Stichting Adoptie-

voorzieningen. Het veroorzaakt stress, in meer of mindere mate, die zich vroeg of laat uit. In welke vorm dat gebeurt, hangt af van factoren zoals karakter en de manier waarop het kind opgevangen is na een ingrijpende gebeurtenis. Hoe dan ook, veel adoptiekinderen hebben te maken gehad met prenatale en early life stress, dus adoptieouders kunnen er maar beter op voorbereid zijn.

Bergman ondersteunt adoptieouders en hun kroost met behulp van video-interactiebegeleiding en Sher­ borne-samenspel. Dat doet ze niet alleen bij proble­ men; advies en hulp kan ook aangevraagd worden ter bevestiging, bij vragen, zorgen of behoefte aan een

16

klankbord. Ook geeft ze lezingen over stress- en emo­ tieregulatie bij adoptiekinderen. Onder meer bij vergunninghouder A New Way. Daar vertelt ze dan bijvoorbeeld: “De biologische moeder


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

heeft in veel gevallen tijdens de zwangerschap ge­ kampt met grote zorgen. Bijvoorbeeld vanwege dak­ loosheid, geldgebrek, geweld of middelengebruik. Al tijdens de zwangerschap kan door de stress bij moeder het opbouwen van een gezonde gehechtheidsrelatie met het kind verstoord worden. De moeder kan er niet zijn voor haar ongeboren kind, of ze heeft zelfs een afkeer van het kind dat zij draagt. Prenataal en ook daarna slaat een kind dat op in het fysieke geheugen, als informatie in het lijf, terwijl het nog niet in staat is zichzelf te beschermen tegen de heftige emoties die deze zaken teweegbrengen. Zo’n kind kan het ook nog niet begrijpen. Veel stress van de moeder tijdens de zwangerschap activeert het stress-systeem van de ongeboren baby. Het gevolg: moeite met slapen, snel overprikkeld, overmatig huilen, angstig enzovoort.”

HERSTEL IS MOGELIJK Het goede nieuws: er zijn herstelmogelijkheden, ook als je de zorg krijgt voor een baby die veel stress heeft ervaren. Om te beginnen door het kind te laten voelen dat het niet alleen is. Samen zijn, babbelen, contact maken, vasthouden. Bergman: “Ouders kunnen het verhaal over gehechtheid, trauma en stress niet vaak genoeg horen. Wat ik probeer duidelijk te maken is: als een kind gestrest is, kun je soms misschien moeilijk in de natuurlijke flow komen. Vertrouwen op je gevoel is dan te eenvoudig, omdat de stress bij de ouders dan ook groter wordt, en dan kun je juist niet meer helder denken en rustig voelen. Als een kindje heel onrustig is, veel huilt, wordt bijna elke ouder daar onzeker van. Dat is heel normaal. Zeker omdat je dan vaak ook nog eens ongevraagd allerlei goedbedoelde adviezen krijgt. Dan ga je twijfelen en weet je helemaal niet meer wat wijsheid is. Wat je dus het beste kunt doen is bij jezelf blijven, je gevoel volgen. Durf gewoon je eigen weg te kiezen. Al is dat vaak niet voldoende, als het kind erg onrustig is en de ouder idem dito.” Adoptiekinderen hebben vaak last van spanningen, van stress. Bij baby’s uit zich dit doorgaans in veel huilen, overstrekken, verkrampen, boos zijn. Op latere leeftijd ziet Bergman kinderen met heftige woede-uitbarstin­ gen, agressie en andere problematiek die veelal is terug te voeren op prenatale en/of early life stress. Immers al in de baarmoeder, tijdens de geboorte en direct na de bevalling – hoe pril het leven ook is – slaat het lijf alles op wat er gebeurd is. Ze geeft een voor­ beeld: “Een jongetje bleef maar zeggen dat zijn biolo­ gische moeder hem geslagen had. Dat leek onmogelijk, want hij was als jonge baby geadopteerd. Toch hield hij vol. Op een gegeven moment heeft de adoptiemoeder het voorgelegd aan de biologische moeder van de jongen. Zij bevestigde dat ze tijdens de zwangerschap

JUNI 2018

veel op haar buik had geslagen in de hoop de zwan­ gerschap te beëindigen… De jongen had dus gelijk! Meestal komen er echter geen woorden om dit te uiten, deze jongen had het geluk dat hij de woorden vond.”

LEER HET KIND TE ONTSPANNEN “Hersenen geven chemische stoffen af die het lichaam helpen te waarschuwen voor bedreiging. Een onge­ wenste zwangerschap, de bevalling, overgedragen worden aan pleegzorg en vervolgens aan de adoptie­ ouders: het geeft stress. Het gaat erom hoe de stress vervolgens wordt geluwd door een sensitieve volwas­ sene, in hoeverre je daar als mens later last van krijgt. Als dat luwen niet of onvoldoende gebeurt, kun je een opeenstapeling van stressfactoren krijgen. Dus neem als adoptieouder ruimschoots de tijd voor je kind: elke voeding, elke verschoning is een mogelijk herstelmo­ ment. Natuurlijk, een huilbaby kan ook last hebben van darmkrampjes, reflux of iets anders, dat moet je alle­ maal onderzoeken. Maar als er geen medische oorzaak is geconstateerd, kun je het beste heel zwaar inzetten op fysieke verzorging en ontspanning. Koester het kind, ga het wiegen, probeer veel te babbelen, te zingen, zorg voor huid-op-huidcontact, geef dagelijkse massa­ ges, afgestemd op wat het kind aankan. En wees voor­ spelbaar. Rust, ritme en regelmaat zijn heel belangrijk. Dat vraagt soms om veel geduld van ouders. Maar als de baby altijd prenataal stress heeft gehad, heeft-ie geen notie van wat ontspanning kan zijn. Het is logisch dat het tijd kost om dat op gang te brengen. Omdat je dat als ouder een baby niet simpelweg kunt uitleggen maar alleen kunt laten ervaren, moet je alle zeilen bijzetten.”

‘Ontspanning is het toverwoord’

Bergman ondersteunt daarom ook de roep om adop­ tieouders langer verlof te geven. Allebei, zodat ze elkaar ook kunnen aflossen. Want dat het vermoeiend kan zijn om een onrustig kind rustig te krijgen, is wel duidelijk. Het vergt soms een lange adem. “Mijn boodschap is: het kan echt veranderen, je kunt alleen maar winnen. Als je maar vol blijft houden om rust te creëren, om ontspanning te laten voelen. Dan kan het kind uitreiken naar de ander, letterlijk de armen wijd openen en non-verbaal vragen: ik vertrouw me toe aan jou, wil je me helpen? Een kind dat gestrest is, doet dat niet. Ontspanning is het toverwoord.”

17


RUBRIEK ACHTER DE FEITEN

TEKST ANGELA JANS

Werkbezoek Stichting Adoptievoorzieningen in Taiwan:

‘WE DRAGEN MET Z’N ALLEN ZORG VOOR DEZE KINDEREN’

Willemijn Bergman.

G

eorgie Hsieh zet een soort pistool op het voorhoofd van de ­bezoekers. ‘Pang!’ klinkt het. Ze kijkt op het digitale venster van de thermometer en leest: 36.9. Dat is oké. Volgende persoon. De tempera-

tuur van alle bezoekers van het kindertehuis van CSS (Christian Salvation Service) in Taipei wordt gemeten en genoteerd. Voor ze naar binnen mogen ook nog eerst even schoenen uit, handen desinfecteren, hesje aan. Hygiëne voor alles, om te voorkomen dat kinderen ziek worden.

18


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

Vergunninghouder Meiling verzorgt alle adopties vanuit Taiwan naar Nederland. CSS is een van de organisaties in Taiwan waar Meiling contact mee heeft. Via voorstel­ len van CSS kwamen vorig jaar elf kinderen ter adoptie naar Nederland. Met in totaal ongeveer twintig kinde­ ren per jaar, is Taiwan momenteel een van de ‘grotere’ adoptiekanalen voor Nederland. Een van de redenen voor medewerkers van Stichting Adoptievoorzieningen om dit Aziatische eiland te kiezen als bestemming voor de jaarlijkse werkreis. Ans Rijk (voorlichter en medewer­ ker nazorg) en Willemijn Bergman (video-interactiebe­ geleiding en gehechtheid, VIB-G) vlogen begin april naar Taipei, de hoofdstad van Taiwan. Ze bezochten kindertehuizen (zoals dat van CSS), adoptieorganisaties, een pleeggezin en een rechter. Meiling was direct betrokken bij de inhoudelijke samenstelling van de reis en aanwezig bij de uitvoering van een deel van het programma in Taipei. Doel van het werkbezoek van Stichting Adoptievoorzie­ ningen was de situatie in een land van herkomst ter plekke te bekijken en daarmee informatie te verzame­ len die gebruikt kan worden bij de voorlichting aan aspirant-adoptieouders, bij de nazorg van de telefoni­ sche advieslijn en bij de VIB-G. Dat doel is zeker be­ haald, vindt Ans. “We hebben veel mooi en goed materiaal kunnen verzamelen voor de voorlichtings­ groepen. Goede beelden kunnen maken van de kinde­ ren in de tehuizen en veel informatie gekregen van de medewerkers van de verschillende adoptieorganisaties. Daarnaast zijn we veel te weten gekomen over de achtergrond van de adoptiekinderen, de pogingen die gedaan worden om (interlandelijke) adoptie te voorko­ men en als dat niet lukt, toch contact te behouden tussen de geadopteerden en hun biologische ouders.” De ontvangst was erg open, vriendelijk en warm, aldus Ans en Willemijn, en ook over de begeleiding en hulp­ vaardigheid van de drie vrijwilligers van Meiling – Anja, Marco en Dorien – zijn ze laaiend enthousiast. “Hun betrokkenheid en deskundigheid hebben we als heel bijzonder en zeer prettig ervaren.”

FILMEN IN KINDERTEHUIZEN In het kindertehuis van CSS, een voormalige ambas­ sade, heeft Georgie Hsieh de dagelijkse leiding. Ze laat de Nederlandse delegatie de verschillende afdelingen zien waar de kinderen verblijven. In één kamer staan bijvoorbeeld acht bedjes voor de allerkleinsten tot een jaar oud. In een andere ruimte leven de meeste kwets­ bare kindjes. Een verzorgster heeft een baby op schoot, geeft het de fles en beweegt ondertussen met haar voet een wipstoeltje met daarin een ander kindje. Een verdieping lager is naast de bedjes een grote, afgeba­ kende speelruimte ingericht. Daar zitten vijf kinderen

JUNI 2018

en een verzorgster. De vrouw houdt vooral toezicht. De kinderen vermaken zichzelf. Op alle afdelingen is het schoon en netjes en zijn verzorgsters aanwezig. Georgie vertelt dat ze de be­ zoekers bij binnenkomst standaard altijd controleren op koorts en aandringen op het goed wassen van de handen omdat ze willen voorkomen dat er ziektes het tehuis binnenkomen. De kinderen – in totaal verblijven er hier zo’n twintig in de leeftijd tot maximaal twee jaar – zijn over het algemeen kwetsbaar, een bacterie kan desastreus zijn. Willemijn filmt de dagelijkse gang van zaken op de verschillende afdelingen. “Het is belangrijk dat ouders dit kunnen zien. Maar ook dat ze weten wat wij nu horen, dat de kinderen bijvoorbeeld heel weinig buiten komen. Als je dat weet, dan besef je als adoptieouder misschien beter wat het voor je kind betekent als je er ‘gewoon’ mee op straat loopt”, zegt Willemijn. In een ander kindertehuis in Taipei, het Jonah House van Cathwel Service, leven de kinderen ook in verschil­ lende leeftijdsgroepen. Elke groep heeft vaste verzorg­ sters. Ans: “Ik was prettig verrast toen ik hoorde dat hier bijna dagelijks, volgens een vast rooster, vaste vrijwil­ ligers met de kinderen komen spelen. En de medewer­ kers hebben zichtbaar veel passie voor hun werk; het belang van de kinderen staat hier duidelijk voorop.” De groep kinderen in de leeftijd tussen de twee en drie jaar komt net uit bed als de Nederlandse bezoekers in hun speelzaal zijn. De ruimte is schoon en licht, royaal van afmetingen en voorzien van een klimhuisje, een glijbaantje en allerlei speelgoed in vrolijke kleuren. Vergelijkbaar met de speelzaal van een gemiddelde Nederlandse kleuterschool. Als ze de middagslaap uit hun ogen hebben gewreven, krijgen de peuters een bordje pap. Ans en Willemijn helpen elk een paar kind­ jes met het naar binnen lepelen. Ondertussen geven ze hun ogen goed de kost, ze kijken naar het gedrag van de kinderen en de verzorgsters, zodat ze straks in Nederland de collega’s en (aspirant-)adoptieouders nog beter kunnen informeren.

ECONOMISCHE BOYCOT Kinderen uit Taiwan adopteren, waarom is dat eigenlijk nodig? Dat was een van de prangende vragen waar­ mee de twee medewerksters van Stichting Adoptie­ voorzieningen aan de reis begonnen. Hoe komt het dat kinderen daar niet kunnen blijven? Het lijkt een redelijk welvarend land, waarom kunnen de inwoners niet zelf voor hun kinderen zorgen? Ans en Willemijn kregen al vrij snel overtuigend antwoord: “Ja, het is nodig, >>

19


RUBRIEK ACHTER DE FEITEN

want nee, niet alle kinderen kunnen in Taiwan in een gezinssituatie opgroeien.” Dat komt met name door de economische situatie, zo wordt hun verteld door Tina en Melissa, twee mede­ werksters van het Child Welfare League Foundation (CWLF) met wie ze meerdere ontmoetingen hebben. Het CWLF is een jeugdzorginstelling die onder andere kinderopvang biedt en hulp aan moeders die afstand willen doen van hun kind. De organisatie begeleidt ook adopties, meestal in het binnenland. Meiling krijgt af en toe een voorstel van CWLF. Wettelijk is het in Taiwan sinds 2011 verplicht dat eerst heel goed wordt gezocht naar mogelijkheden voor binnenlandse adoptie. Pas als dat echt onmogelijk blijkt, mogen kinderen vanuit het buitenland worden geadopteerd. Dat dit dus nog steeds nodig blijkt, is volgens Tina en Melissa vooral een kwestie van geld. “De salarissen zijn heel laag, de kosten voor levenson­ derhoud zijn hoog. Taiwan heeft het moeilijk doordat het in opdracht van China door veel landen geboycot wordt. Dat maakt dat niet iedereen genoeg geld heeft om kinderen groot te brengen, waardoor het geboor­ tecijfer erg laag is en er ook minder adoptieouders te vinden zijn.” Bovendien zijn er in vergelijking met Ne­ derland en mede door de economische crisis relatief veel vrouwen die moeder worden terwijl zij in de prosti­ tutie zitten en daarbij drugs gebruiken, ook om ‘aan te kunnen blijven staan.’ Dat betekent ook meer kinderen die na een belaste zwangerschap geboren worden met een special need, waarvoor binnen Taiwan moeilijk ouders te vinden zijn. De algemene opinie over adoptie is bovendien niet positief, aan de bloedband wordt veel waarde gehecht. Alle organisaties die nu verplicht eerst een Taiwanees adoptiegezin moeten zoeken, lopen hiertegenaan.

ONTMOETING MET RECHTER Na deze eerste ontmoetingen met de twee CWLF-me­ dewerksters gaan Ans en Willemijn op bezoek bij een pleegmoeder. De vrouw, die dit werk al 22 jaar doet, heeft een kamer van ongeveer 3 bij 3,5 meter in haar appartement helemaal peuter-proof gemaakt. De ruimte heeft een zachte ondergrond en er is kinder­ speelgoed. Daarnaast is er een klein keukentje, douche en wc en één slaapkamer, waar de pleegmoeder en haar man slapen. De ramen zijn dicht en nergens komt daglicht naar binnen. Willemijn: “De pleegmoeder reageert op de signalen van de kinderen, is lief, heeft plezier, stimuleert bijvoor­ beeld de baby om zich om te draaien. Maar opvallend is dat er amper gesproken wordt tegen de kinderen, het is er heel stil.” Ze maakt filmopnames om het tafe­

20

Ans Rijk.

reel in Nederland goed over te kunnen brengen. “Want als er uit een pleeggezin geadopteerd wordt door Nederlandse ouders, hebben zij niet de mogelijkheid om hier op bezoek te gaan. En wat missen ze dan veel! Dit beeld geeft antwoorden op vragen als: wat is mijn kind gewend? De wetenschap dat het in Taiwan heel anders was dan in Nederland kan voor veel adoptieou­ ders helpend zijn om te begrijpen wat het kind aan gedrag laat zien.” Door bemiddeling van Meiling staat er ook een gesprek met Judge Peng op het programma. Deze rechter, een vrouw op leeftijd, is zeer begaan met het lot van de adoptiekinderen waar zij over beslist. Willemijn: “Opval­ lend is dat zij benadrukt dat ze er maar op moet ver­ trouwen dat de opvang goed is het land waar het kind terecht komt, dat het een sprong in het diepe is. Ze wil daarom van alles weten over voorbereiding en nazorg in Nederland.” Mevrouw Peng vertelt dat er in het verleden wellicht geld is verdiend aan adoptie, maar dat wetgeving dat onmogelijk heeft gemaakt. De wetgeving is er ook op gericht om binnenlandse adoptie te stimuleren. Maar om geen kostbare tijd voor het kind te verspillen, vindt ze het belangrijk dat internationale adoptie snel in beeld komt als blijkt dat er in Taiwan geen ouders te vinden zijn. Ze zegt: “The world is a good place, your children are all my children.” Ans en Willemijn: “Deze uitspraak tekent mooi het gevoel dat we bij al onze ontmoetingen in Taiwan ervaarden. We dragen met elkaar de zorg voor deze kinderen.”


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

RUBRIEK DRIELUIK

> ADOPTIEMOEDER

Roosmarie Wilmering

drieluik

Het is een bühnebeest, hij hóórt op het podium Al voor ons huwelijk hadden we afgesproken dat we kinderen zouden gaan adopteren, naast eigen kinderen. We hebben hier immers zoveel in overvloed. Dat leek ons goed om te doen.

paat waar wij al met hem kwamen vanwege astma zei: “Volgens mij is hij bang dat hij weer achtergelaten wordt.” De verhuizing had dat aangewakkerd. Toen zijn we het hele stuk van de hechting weer opnieuw in gaan halen. Compleet met babyfase en al. Ik denk dat dit fijn geweest Op natuurlijke wijze kwamen er echter niet zomaar is voor de rest van zijn leven. Dat heeft volgens mij een kinderen en op aanraden van vrienden die zeiden: ­ goede basis gelegd waardoor hij nu heel bewust in het “Adoptie duurt toch zo lang, waarom schrijf je je dan niet leven kan staan. We hebben geboft dat we op tijd de alvast in?”, hebben we toen de adoptieproce­ juiste mensen zijn tegengekomen toen het dure in gang gezet. Ondertussen raakte ik moeilijk was. toch zwanger en vervolgens werd Al ging het op zijn vijfde, zesde ook onze dochter geboren. Dat heeft weer wat minder. Hij was ongeluk­ de adoptieprocedure een jaar kig op de school waarop hij zat. opgeschoven maar daarna We hebben hem toen van die kregen we uiteindelijk eind school gehaald en naar de december 1988 het voorstel Vrije School gedaan, dat om Michael te adopteren. heeft hem gered. Daar was In april 1989, toen hij vier hij op zijn plek, daar deden maanden oud was, is hij ze veel aan muziek, daar vanuit Colombia naar Ne­ mocht hij toneelspelen. derland gekomen. Omdat ik Voor ons als ouders was lang door een handicap niet kan onduidelijk wat hij ‘later’ zou vliegen, heeft mijn man hem gaan doen. Dat hij op een ge­ alleen opgehaald. Achteraf be­ geven moment zó gegrepen zien was dat niet zo’n goed idee werd door de muziek was heel fijn. om hem alleen te laten gaan, hij had Al zijn talenten, zijn ongedurigheid, iemand die dicht bij hem stond mee moe­ zijn taligheid, zijn acteertalent, zijn gewel­ ten nemen op zo’n emotionele reis, en dige stem: alles komt samen in de opera. dan ook nog eens alleen met zo’n kindje. Het is een echt bühnebeest, hij hóórt op Dat is voor hem wel heel zwaar geweest. het podium. Hij kan ook nog eens enorm LEEFTIJD Maar goed, hij kwam terug met een heer­ goed met mensen omgaan. Het is fantas­ 59 jaar lijke baby. Michael voelde voor mij meteen tisch om te zien dat hij doet waar hij voor helemaal eigen, precies hetzelfde als bij geboren is. Voor mij is het een droom die Getrouwd: moeder onze biologische dochter. Het enige ver­ uitgekomen is, dat hij gelukkig is met wat van dochter en zoon schil was dat hij toevallig niet uit mijn buik hij doet. Dat zijn ziel gevoed wordt, dat WOONPLAATS was gekomen. vind ik heel fijn. Zeist Het ging allemaal helemaal goed. Tot we rond zijn vierde gingen verhuizen. Daarna kreeg hij nachtmerries en werd hij soms Roosmarie is de moeder van geadopteerwel zes keer per nacht wakker. De homeo­ de Michael op pagina 15.

21


RUBRIEK ACTUEEL

TEKST ANGELA JANS

Plan Angel:

‘ IEDEREEN HEEFT RECHT TE WETEN WIE HIJ OF ZIJ IS’

O

m zoveel mogelijk families bij elkaar te kunnen brengen roept ­Marcia Engel Colombiaanse geadopteerden en Colombiaanse ouders die een kind hebben afgestaan, op zich te melden. Van alle

betrokkenen wil ze de DNA-gegevens verzamelen in een databank. Hoe meer DNA-profielen, des te groter de kans op succes.

22


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

“We proberen als een olievlek te groeien. Ons doel is minstens duizend profielen op te nemen in vier jaar tijd”, zegt Marcia Engel (40). Ze is oprichter en voorzitter van Plan Angel, een organisatie die familieleden bij elkaar wil brengen die uit elkaars leven verdwenen zijn. Het DNA-project is een belangrijke activiteit van Plan Angel, en een initiatief van Marcia zelf. Ze werd daarbij gedreven door haar eigen ervaringen. Marcia werd als tweejarig Colombiaans meisje geadopteerd door Nederlandse ouders. Vanaf haar twintigste, na de ge­ boorte van haar oudste zoon die ernstig ziek bleek te zijn, is ze gaan zoeken naar haar biologische ouders. Die vond ze, al was haar altijd verteld dat ze een wees­ kind was. Na negen jaar ontdekte ze dat de man die zich haar vader noemde, toch niet haar biologische vader was. “Toen stond mijn wereld wel even stil… Zoiets wens ik echt niemand toe. Die ontdekking is voor mij traumatisch geweest.”

PAPIEREN KLOPPEN VAAK NIET Dat was in 2015. Strijdbaar als ze is, herpakte ze zichzelf redelijk vlot en twee jaar later begon ze met haar ­project om Colombiaanse ouders en geadopteerden elkaar terug te laten vinden op basis van DNA. Zeker­ heid boven alles! “Want al zegt je gevoel: ‘Dit is ze, dit is mijn moeder, dit klopt’, je moet altijd een DNA-test doen. Altijd!” Daarom ging ze zelf DNA-kits kopen en uitdelen: doe-het-zelfsetjes om DNA af te nemen, op te slaan en te verzenden naar een verzamel- en opslagpunt. Dat kost geld en Marcia strijdt er nu voor, met haar stichting Plan Angel en andere organisaties van ge­ adopteerden, dat de Nederlandse overheid dat gaat betalen. “Wij vinden dat iedereen er recht op heeft te weten van wie hij of zij afstamt. Er zijn alleen al zo’n 5.500 Colombiaanse geadopteerden in Nederland. Zij moeten betalen om erachter te komen wie ze zijn. Ze moeten niet alleen een DNA-test kopen, ze draaien ook op voor de reiskosten, het zoeken, noem maar op. Dat vind ik oneerlijk. Zeker omdat de Nederlandse overheid jarenlang heeft toegestaan dat adopties onzorgvuldig werden uitgevoerd. Negen van de tien keer kloppen de papieren van geadopteerden niet, en er zijn veel schrij­ nende zaken. Dat is het verhaal dat verteld moet wor­ den. Als de overheid nu de DNA-kits betaalt, ook voor de ouders in Colombia, en de DNA-databank vult zich, wereldwijd, dan hoef je als geadopteerde straks nie­ mand meer te betalen om de juiste informatie te krijgen. Dan komen de uitslagen als vanzelf.”

JUNI 2018

politici om op Europees niveau de kwestie op de agen­ da te krijgen. Daarnaast gaat ze regelmatig naar Co­ lombia. Ze probeert daar, net als hier, veel publiciteit te krijgen om daarmee aandacht te trekken van betrokke­ nen zoals de geboortemoeders, zodat die zich melden en registreren. Verder organiseert ze er meetings voor mensen die een kind ter adoptie hebben afgestaan. Daar en op andere plekken worden DNA-testen uitge­ deeld en afgenomen en kunnen lotgenoten met elkaar in contact komen. “Biologische ouders zijn vaak ver­ scheurd door verdriet en voelen zich machteloos. Ze hebben hun kinderen soms onder verschrikkelijke omstandigheden afgestaan of de kinderen gingen ter adoptie naar het buitenland zonder dat ze dat wisten. Ze hebben meestal niet de middelen om een DNA-kit te kopen of zijn niet op de hoogte van de mogelijkhe­ den. Deze belemmeringen willen wij weghalen door zelf daarheen te gaan, DNA-testen beschikbaar te stellen en hen te begeleiden in het traject. Door ons voelen ze zich gehoord.”

SUBSIDIE AANVRAGEN BIJ OVERHEID Plan Angel werkt momenteel op diverse fronten en op verschillende manieren om zoveel mogelijk DNA te verzamelen. Zo heeft Marcia een bedrijf opgezet, EXON DNA, waardoor ze retailer is geworden voor de Ameri­ kaanse firma Family Tree DNA en wereldwijd DNA-tes­ ten kan verkopen. “Dat kan letterlijk aan een iedereen zijn. Kosten 100 euro per stuk. Maar Plan Angel biedt als extra service aan Colombiaanse geadopteerden die via ons zoeken, een korting voor de DNA-kit. We vragen dan 63 euro per test.” Daarnaast probeert ze samen met andere adoptieor­ ganisaties zoals Shapla (een community van geadop­ teerden uit Bangladesh), UAI (United Adoptees International) en de stichting Mijn Roots (voor geadop­ teerden uit Indonesië) voor elkaar te krijgen dat de overheid subsidie gaat geven om dit te kunnen doen. “Want in feite doen we dit werk voor de Nederlandse staat, en dan moeten we het nog zelf betalen ook. Daar ben ik wel een beetje klaar mee!” Overigens is het matchen van DNA-profielen niet de enige activiteit van Plan Angel. De organisatie heeft ook projecten op het gebied van adoptie (voor ouders en geadopteerden die ondersteuning zoeken) en educatie (een lesprogramma voor kinderen van groep 7 en 8 van de basisscholen), en specifiek voor afstands­ moeders (van, door en voor moeders die hun kind(eren) uit het oog zijn verloren).

DNA-TESTS UITDELEN IN COLOMBIA Marcia is niet alleen actief in Nederland. Aan deze kant van de plas benadert ze binnenlandse en buitenlandse

Zie voor meer informatie: wwwplanangel.org.

23


RUBRIEK VRAGENDERWIJS

‘Onze zoon heeft slaapproblemen.’ ‘Mijn puberdochter vliegt uit de bocht.’ Adoptieouders die ­vragen of twijfels hebben over de ontwikkeling of opvoeding van hun kinderen kunnen terecht bij de advieslijn van de afdeling Nazorg van de Stichting Adoptievoorzieningen. Ook geadopteerden, leerkrachten of andere betrokkenen kunnen daar terecht. In deze rubriek komen zaken voorbij die daar aan de orde komen. SAMENSTELLING: Ria Heek, Chris Thie en Yvonne Geelen.

Adoptieoudersonline Wil je weten hoe andere adoptieouders omgaan met ­opvoedingsvragen of heb je zelf goede tips? Ga dan eens naar Adoptieoudersonline.nl. Op de website vind je sindskort een ­nieuwe blogger: Rebecca Wierks. Ze is moeder van Evi (4) die ze samen met haar man Niels in 2014 ophaalde in Nigeria. Verder zijn er op deze site regel­ matig titels van nieuwe boeken te vinden, aankondigingen van bijeenkomsten en lezingen en last but not least: adoptieouders kunnen zich aanmelden bij het forum om te chatten met elkaar over de leuke en minder leuke kanten van het ouderschap.

Brochure over slaapproblemen

Moeilijk kunnen inslapen, blijven roepen, huilen. ’s Nachts wakker worden en niet meer in slaap kunnen komen. Nachtmerries.

www.adoptieoudersonline.nl Veel adoptiekinderen hebben hier last van, zeker in de eerste tijd na aan­ komst. Voor ouders die zich afvragen wat ze kunnen doen om hun kind te helpen, is er de beknopte brochure ‘Slaapproblemen bij adoptiekinderen’. In deze brochure wordt ingegaan op veelvoorkomende oorzaken van slaapproblemen bij adoptiekinderen. U leest hoe andere adoptieouders ermee zijn omgegaan en krijgt handvatten om uw kind te helpen om beter te gaan slapen. Meer weten? Of de brochure bestellen? Kijk op www.adoptie.nl. De brochure kost 4,95 euro, inclusief verzendkosten.

24


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

JUNI 2018

CASUS

Als slapen je wakker houdt Vader Sjoerd belt met een aantal vragen rond zijn zoontjes van 5 jaar en van 8 jaar. Ze zijn nu vijf maanden in het gezin. Hun jongste slaapt goed in, maar wordt ’s nachts steevast een of twee keer wakker. Hij lijkt dan te willen controleren of iedereen er nog is. Hij accepteert daarbij geen aandacht van vader, waardoor moeder steeds degene is die uit bed moet. Hun oudste zoon is heel erg bang om alleen te zijn en durft niet in slaap te vallen.

Tips voor de vakantie • Bekijk vooraf samen foto’s van de vakantieplek (het huisje, het speeltuintje, het zwembad) waar jullie naartoe gaan. • Neem foto’s mee van opa en oma, het huis, de hond, de poes of andere belangrijke achterblij­ vers. • Plan de dagen niet te vol. Probeer vooral veel rust in te bouwen, niets is fijner dan tijd voor elkaar en lekker bij mama of papa op schoot zitten. • Blijf bij voorkeur op één plek. • Vermijd drukke campings, elke keer nieuwe buren is erg onrustig. • Een caravan of camper is heerlijk. Lekker knus bij elkaar in een huisje. • Probeer alles in de vakantie zo voorspelbaar mogelijk te maken • Vertel je kind regelmatig: na de vakantie gaan we weer samen naar huis, naar opa en oma, de poes…

De medewerker van Stichting Adoptievoorzieningen vertelt dat veel adoptiekinderen moeite hebben met in slaap komen of doorslapen. Vaak heeft het te maken met het wennen aan en verwerken van alle grote veranderin­ gen, in combinatie met het zich nog niet door en door veilig voelen. Vader vertelt dat hun oudste zoon veel heftige dingen heeft meegemaakt voor zijn adoptie. Hij heeft zich verant­ woordelijk gevoeld voor het hele gezin. Dat kan een ver­ klaring zijn voor zijn angst en onrust, waarvan ouders eerst vermoedden dat hij het verzon om aandacht te krijgen. Tijdens het gesprek realiseert vader zich hoe moeilijk de situatie voor een jongetje van die leeftijd geweest moet zijn en dat alle herinneringen en gevoelens hem over­ spoelen als hij in bed ligt. Hij bedenkt dat het juist voor dit oudste jongetje misschien wel heel fijn zou zijn als een van de ouders dicht bij hem ligt bij het inslapen, zodat hij niet alleen is. Hij neemt zich voor om lekker bij hem te gaan liggen, zodat hij rustig kan inslapen en zich niet alleen hoeft te voelen. Verder wordt gesproken over hoe moeder op zo’n manier kan tegemoetkomen aan de behoefte aan nabijheid van de jongste, dat het haar zo min mogelijk energie kost. Bijvoorbeeld door voorlopig vlak bij hem te gaan slapen. Haar zoon kan haar dan horen en zien als hij wakker wordt en dat zorgt hopelijk voor geruststelling. Daarnaast wordt gesproken over hoe hij zijn vrouw wat meer kan steunen, zodat ze het samen volhouden. Na een aantal weken is er mailcontact met het gezin, de slaapproblemen lijken nu weer wat meer op de achter­ grond. Ouders zijn er op voorbereid dat slaapproblemen soms weer kunnen opspelen, bijvoorbeeld bij spanningen of drukte, maar hebben nu de ervaring dat het helpt om even mee te bewegen.

25


TEKST VERA KIDJAN

RUBRIEK WETTEN & REGELS

NIEUWE WET­GEVING VOOR NIET-TRADITIONELE GEZINNEN

N

og maar de helft van de kinderen in Nederland groeit op in een ­traditioneel gezin met een getrouwde vader en moeder. Veel ouders blijven ongehuwd, anderen voeden hun kinderen op in meerouder­

gezinnen of samengestelde gezinnen, de zogenaamde regenbooggezinnen. De vele verschillende gezinssituaties die voorkomen, maken het nodig dat de wetgeving en het beleid op het terrein van ouderschap en gezag worden aangepast, vindt de Staatscommissie Herijking ouderschap. In december 2016 bood de commissie aan de toenma­ lige minister van Veiligheid en Justitie een lijvig rapport over dit onderwerp aan. In het rapport met de titel ‘Kind en Ouders in de 21ste eeuw’ doet de commissie maar liefst 68 aanbevelingen. Als die aanbevelingen door het parlement worden geaccepteerd, dan zullen ook de adoptieregels flink veranderen. Een belangrijke aanbe­ veling is dat maximaal vier personen de juridisch ouder kunnen worden van een kind.

NIEUW: DE ‘EENVOUDIGE ADOPTIE’ Een Nederlandse adoptie is altijd een sterke adoptie. Als een kind naar Nederlands recht wordt geadopteerd zal de juridische band die het kind met zijn oorspronkelijke ouders heeft worden doorgesneden en vervangen door een juridische band met een of twee adoptieouders. Het kind is niet langer familie van zijn oorspronkelijke ouders en familieleden (broertjes, zusjes, opa’s en oma’s, ooms en tantes etc.), maar wordt familie van de adoptieouders en hun familieleden. Andere landen kennen ook een andere adoptievorm, de zogeheten zwakke adoptie. Er is sprake van een zwakke adoptie als de adoptie tot gevolg heeft dat de rechten en plichten van de oorspronkelijke ouders overgaan op de adoptanten, maar de familierechtelijke betrekkingen met de biologische ouders niet volledig

26

worden verbroken1. De Staatscommissie noemt deze vorm van adoptie de eenvoudige adoptie. Hierna zal ik daarom ook deze term hanteren in plaats van ‘zwakke adoptie’. De gevolgen van de eenvoudige adoptie zijn niet in alle landen hetzelfde. Ook is in de praktijk de juridische band die het kind met zijn oorspronkelijke ouders houdt vaak beperkt. De Staatscommissie adviseert om ook in Nederland een vorm van een eenvoudige adoptie in te voeren. Een kind hoeft dan niet altijd in juridische zin volledig afscheid te nemen van zijn oorspronkelijke familie. Dit zal vooral van belang kunnen zijn als de oorspronkelijke ouders nog enige rol van betekenis in het leven van het kind spelen. Of een eenvoudige adoptie in een bepaald geval een betere optie is dan de sterke adoptie, zal afhangen van de omstandigheden en wordt door de rechter beoor­ deeld. Het kind heeft er in elk geval belang bij dat zijn positie in het gezin van zijn adoptieouders wordt be­ schermd, bijvoorbeeld op het terrein van erfrecht, natio­ naliteit en recht op levensonderhoud.

MEEROUDERSCHAPSREGELING De eenvoudige adoptie zal ook kunnen worden uitge­ sproken op een later moment in het leven van een kind, wanneer dan blijkt dat meerdere personen het ouder­ schap over het kind op zich willen nemen.


ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #2

Een van de aanbevelingen van de Staatscommissie is dat een kind bij geboorte meer dan twee ouders kan krijgen. Dat kan worden geregeld via een meerouder­ schapsregeling. Een belangrijke voorwaarde voor deze constructie is dat het vóór de geboorte van het kind wordt geregeld. Voor een kind dat al is geboren is geen meerouderschapsregeling meer mogelijk. Dan biedt de eenvoudige adoptie een uitkomst, aldus de Staatscom­ missie. De rechter kan worden gevraagd om door het uitspreken van een eenvoudige adoptie ervoor te zor­ gen dat maximaal vier personen de juridisch ouder worden van een kind. Het belang van het kind is de belangrijkste toets daarin. De adoptie wordt volgens deze constructie minder beschouwd als een kinderbe­ schermingsmaatregel maar meer als een instrument om de afstamming tussen kind en (meer) ouders vast te leggen2. Daarnaast kan de eenvoudige adoptie een mogelijkheid bieden voor pleegouders. Hun positie wordt aanzienlijk verstrekt. Zij krijgen dezelfde rechten als de oorspronke­ lijke ouders.

VERBOD OP ADOPTIE DOOR GROOTOUDERS OPHEFFEN De Staatscommissie beveelt verder aan het bestaande verbod voor grootouders om hun kleinkind te adopteren te schrappen. De Staatscommissie meent dat de reden voor dit verbod was dat de wetgever wilde voorkomen dat grootouders de kleinkinderen als het ware van hun eigen ouders zouden kunnen afpakken. Deze redenering lijkt mij nogal kort door de bocht. Ook komt het in de praktijk geregeld voor dat grootouders de zorg voor kleinkinderen volledig overnemen, omdat de eigen ouders van de kinderen niet in staat zijn om hun taak als ouders van het kind uit te voeren. Als grootouders een volledige ouderrol uitoefenen, valt niet in te zien waar­ om het nodig zou zijn om het wettelijk verbod om deze band officieel te maken te handhaven, meent de Staats­ commissie. De rechter zou in dat geval moeten beslissen of het een sterke of een eenvoudige adoptie wordt. Het toestaan van deze adoptievorm kan de afstam­ mingsverbanden volledig in de war brengen. Bij een eenvoudige adoptie komt het erop neer dat zowel kinderen als kleinkinderen alle grootouders “papa en mama” gaan noemen. Gaan de oorspronkelijke ouders dan de rol van broer of zus vervullen? Bij een sterke adoptie worden de banden met de oorspronkelijke ouders verbroken maar blijven zij familie via de grootou­ ders. Worden de oorspronkelijke ouders dan plotseling oom en tante? Bovendien moet de rechter ook rekening houden met de leeftijd van grootouders en de kans dat zij eerder komen te overlijden tijdens de vormende jaren

JUNI 2018

van het kind. Ik vraag mij af of dit alles in het belang van het kind is.

EINDE VAN TERMIJN VOOR HERROEPEN VAN ADOPTIE Tot slot beveelt de Staatscommissie aan de regel voor het herroepen van een adoptie te verruimen. De be­ staande Nederlandse adoptieregeling kent een beperk­ te mogelijkheid voor het geadopteerde kind om zijn adoptie ongedaan te maken. Hieraan zit een termijn vast. Een geadopteerd kind kan dit verzoek alleen bij de rechtbank indienen tussen zijn twintigste en drieëntwin­ tigste levensjaar. De regeling dient vooral om zoveel mogelijk rechtszekerheid te laten bestaan over wie de juridische ouders van een persoon zijn en blijven. In de praktijk blijkt dat mensen vaak pas op latere leeftijd hun ontstaansgeschiedenis leren kennen of ermee in het reine komen. De Staatscommissie meent dat het belang dat een geadopteerde kan hebben bij het verbreken van de juridische band met misschien allang uit beeld ver­ dwenen adoptieouders, zwaarder moet wegen dan het belang dat de samenleving als geheel kan hebben bij rechtszekerheid. Om die reden wordt aanbevolen om de wettelijke termijn voor het herroeping van een adoptie te schrappen. Wel blijft de voorwaarde bestaan dat het geadopteerde kind meerderjarig moet zijn. In de praktijk blijkt al dat de rechtbanken de termijn­ overschrijding bij een herroeping niet tegenwerpen als er strijd is met artikel 8 EVRM waarin het recht op fami­ lie- en gezinsleven wordt beschermd3. Als de geadop­ teerde met goede redenen komt waarom de adoptie ongedaan moet worden gemaakt, dan wordt het ver­ zoek meestal wel gehonoreerd.

ZORGEN OM INTERNATIONALE GEVOLGEN Rechtsgeleerden maken zich zorgen over de inter­ nationale gevolgen bij een dergelijke Nederlandse meer­ouderconstructie. Rechters zijn bezorgd over de gevolgen om tot oplossingen te komen indien het misgaat binnen het regenbooggezin. Ook op het gebied van de vreemdelingen- en Nederlanderschaps­ regelingen worden de gevolgen van deze aanbeve­ lingen onderzocht. Kortom, als de aanbevelingen van de Staatscommissie worden aangenomen, dan zal het landschap voor de Nederlandse gezinnen drastisch veranderen. NOTEN

1 Zie ook “Van een zwakke naar een sterke adoptie”, Adoptie­ magazine maart 2015, pagina’s 26 en 27. 2 Zie ook “Adoptie is en blijft een maatregel van kinderbe­ scherming”, Adoptiemagazine 1 – 2011, pagina’s 18 en 19. 3 Zie ook “Niet meer geadopteerd, Adoptiemagazine april 2018, pagina’s 12 tot en met 14.

27


COLOFON ADOPTIE MAGAZINE ONLINE Onafhankelijk, informerend, signalerend en opiniërend. Voor aspirant-adoptieouders, adoptieouders, geadopteerden, professionals op het gebied van adoptie en alle anderen die zich betrokken voelen bij afstand en adoptie. Adoptiemagazine online is een uitgave van ­ doptievoorzieningen. Stichting A Het magazine verschijnt vier keer per jaar. Redactie Hoofdredacteur Angela Jans Aan dit nummer werkten mee: Erik Draaijer (eindredactie), ­Sandra Benschop, Vera Kidjan, Machteld Stilting, Chris Thie, Yvonne Geelen, Meike Melenhorst, Kim van Schie en Dorise Zielhuis. Foto cover & backcover Thinkstock

Vormgeving Studio Jorrit van Rijt Redactieadres Postbus 290 3500 AG Utrecht Telefoon: 030 2330344 e-mail: redactie@adoptie.nl zie ook: www.adoptieoudersonline.nl en of www.adoptie.nl Kopij Bijdragen, ingezonden brieven of tips zijn van harte welkom. Neem daarvoor contact op met bovenstaand telefoonnummer of e-mailadres. Overname van artikelen is alleen toegestaan na voorafgaande toestemming van de redactie en desbetreffende auteur. Verzoeken tot overname dienen gericht te worden aan de hoofdredacteur.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.