B
R
A
N
C
H
A
H
O
L
I
C
S
BIJ EVELYN AAN TAFEL
Partner Evelyn Günther van Günther & Van Grinsven Executive Search interviewt managers uit de branche over hun waarden/normen, werk/privé, uitdagingen/ergernissen en ‘leermomenten’. Deze maand: algemeen directeur Jaap Berkenbosch van Croky.
Hoe bevalt het je bij een kleinere onderneming? Het is anders. Je bent meer bezig met de dagelijkse zorg en aandacht voor kleine dingen. Hoe zien de contracten eruit, hoe briefen we het mediabureau? De autonomie is ook groter. Bij RBV/Leaf of Kon. De Ruijter vond ik het soms jammer dat ik minder met de operatie bezig kon zijn, en alleen maar met aansturen op hoofdlijnen. Nu bij een kleinere organisatie mis ik wel eens de lagen eromheen, om zaken voor je op te lossen. Ik herken dat wel bij meer mensen. Als je ver van de operatie afstaat, wil je erin terug. Maar zit je erin, dan mis je het abstractieniveau van de grote zaken. Het is belangrijk dat je af en toe wat anders doet. Was het voor jou een bewuste stap? Nee, dat kwam voorbij en dat was toen een geschikte job, en dan doe je dat. Mijn stelregel is dat mensen ownership moeten voelen en verantwoordelijk zijn voor wat ze doen. Als blijkt dat men het niet met je eens is, moet je daar consequenties uit willen en durven trekken. Dat heb ik ook gedaan. Wat wil je als algemeen directeur voor een organisatie betekenen? Ik vertaal naar een organisatie wat ik zelf belangrijk vind. Voor mij is dat autonomie en verantwoordelijkheid. Mensen bij elkaar zet32
F
o
o
d
P
die als het ware hun eigen onderneming runnen. Hiervoor moesten wel de passende mensen binnen zijn met de nodige ervaring. Op die krappe arbeidsmarkt van toen kost dat jaren. Mensen moeten ook fouten kunnen maken, daar leer je het meeste van. Als ze zich gaan indekken, gebeurt er uiteindelijk niets. Men moet ervaren dat een bepaald foutenniveau kan.
ten en ruimte creëren om ownership en ondernemen mogelijk te maken. Ik heb er zelf ook geen behoefte aan dat anderen zich met de inhoud van met mijn werk bemoeien. Reken me maar af op resultaten. Die situatie probeer ik ook voor mijn mensen te creëren. Zij moeten zo met elkaar samenwerken dat ze mij niet meer nodig hebben. Dit heb ik gezien in mijn Mars-periode. Jaap Nijenhuis, de P&O-man, was een uitstekende bloedgroepprikker. Hij had een ongelooflijk gevoel om mensen met dezelfde bloedgroep binnen te halen - die ook nog eens ‘vakvolwassen’ professionals waren. Die groep mensen daar had aan twee woorden genoeg. Vergaderen deed je eigenlijk niet. Die groep kon dat aan. Dan bereik je in de helft van de tijd met de helft van de mensen twee keer zoveel.
Ik heb gehoord dat jij er toch wel bovenop zat. Dat is een gewetensvraag. Ze moeten me wel even uitleggen hoe het precies zit. Dat moet toch kunnen? Het echte conflict komt pas - en dat vind ik altijd de moeilijkste situaties - als de product manager en de marketing manager hun huiswerk hebben gedaan en dat jouw buikgevoel toch zegt: ‘Het klopt niet, het gaat niet werken.’ Als ik zeker ben dat ik op mijn instinct mag vertrouwen, dan ga ik overrulen. Ik ben er niet neergezet om vrienden te maken. Bij twijfel beslis ik. Het gaat altijd over grote bedragen en de aandeelhouders houden je daar
Is dat gelukt bij RBV/Leaf? Ik werkte aan teams van professionals; bijvoorbeeld brand teams met alle disciplines erin die samen brand owner zijn. Teams e
r
s
o
n
a
l
i
t
y
s
e
p
t
e
m
b
e
r
2
0
0
3