4 minute read

Fietsparkeren: experimenteren in Rotterdam

Next Article
Servicepagina

Servicepagina

Experimenteren in Rotterdam

Innovaties in het fietsparkeren trekken veelvuldig brede aandacht als er weer een nieuwe, nog grotere fietsenstalling wordt geopend. Maar wat gebeurt er eigenlijk op straat, waar verreweg de meeste fietsen staan?

TEKST JACOB DE VRIES

FietsDock Op straat kun je ze al vaak zien: nietjes. Een toepasselijke naam, want de buisconstructies zien eruit als een met de poten in de grond gestoken nietje. Bedoeld om de fiets tegenaan te zetten en vast te maken. Het lijkt een win-winsituatie: gemeentelijke diensten hadden vaak problemen met zwerfvuil en bladeren dat zich tussen de fietsrekken ophoopte. Nietjes zijn goedkoper en makkelijker te onderhouden. Ook gebruikers zijn er blij mee, zeker de bezitters van een buitenmodel en kratfietsen. Zelfs bakfietsen passen erin. Waarmee ook gelijk het grote nadeel is aangestipt, want het is vaak proppen. Fietsers die hun dure fiets goed willen houden mijden deze dan ook. Het nietje is een voorbeeld dat succesvolle innovaties niet per definitie hightech zijn. Juist in situaties met weinig budget komen dit soort innovaties veelvuldig voor. Niet alleen in materieel, ook in tijd. Neem het fietsvak, aanvankelijk een oplossing om geparkeerde fietsen te ordenen, inmiddels onderdeel van parkeerbeleid met als bijkomend voordeel dat de fietsen los staan en dus makkelijk te verplaatsen zijn, wat ‘Jambers-constructies’ weer mogelijk maakt: overdag is het een laad- en losplek, maar ’s nachts een fietsparkeerplek.

VERSCHIL TUSSEN BINNEN EN BUITEN

Toch is het verschil frappant tussen wat er in stallingen gebeurt en wat er zich op straat afspeelt. Met de introductie van het Handhaven en Benutten Fietsenstallingen (HBF) principe in stationsstallingen is er veel vraag gekomen naar digitale systemen om bezettingsgraad en parkeerduur in stallingen te monitoren en sturen. Ter contrast: parkeerduur op straat wordt vastgesteld met een simpel stukje bandenkrijt. Logisch, vindt adviseur fietsparkeren Paul Rijnders: ‘De markt vraagt er ook niet om. Er is bij de fietsparkeerder geen behoefte aan allerlei ingewikkelde systemen op straat, men wil gewoon de fiets kunnen parkeren.’ Rijnders denkt dat er op straat meer behoefte is aan verwijssystemen om bestaande plekken vindbaar te maken dan aan allerlei technologische oplossingen om het parkeren makkelijker te maken. En eerlijk gezegd ziet hij ook weinig aanbod op dit vlak. Beide ontwikkelingen kunnen overigens best samengaan. Dat is goed te zien in Rotterdam, waar volop wordt geëxperimenteerd met fietsparkeer-

Experimenteren in Rotterdam

oplossingen. Zo is het Fietsplateau, inmiddels de fietsvlonder, een van oorsprong Rotterdams concept. Ook loopt er een pilot met Fietsdock, een automatisch systeem met gestapelde fietslockers, naar eigen zeggen valet-parking voor je fiets.

DE FIETSVLONDER

De Fietsvlonder werd bedacht toen ondernemer Dirk Schreuders werd gevraagd de houten fietsplateaus in Rotterdam te verplaatsen. Schreuders constateerde dat deze allemaal verrot waren, wat de eigenaar van een markeringsbedrijf en leverancier van kunststof palen voor begraafplaatsen op een idee bracht. Schreuders stelde de gemeente voor om een meer duurzame variant van de plateaus te maken van kunststof en gegalvaniseerd ijzer. De fietsvlonder, een fietsparkeerplek voor circa 10 fietsen ter grootte van een parkeerplaats, was geboren. Rotterdam ging akkoord en de rest is geschiedenis. Het bleek een schot in de roos. De stad won er in 2018 de Tour de Force Innovatieprijs mee. Niet alleen voorzag de vlonder in een behoefte aan flexibele parkeercapaciteit, ook bleek het product zelf in vele soorten en maten leverbaar. Men kon een vlonder gewoon op een parkeerplaats neerzetten en daarmee 10 – 12 extra fietsparkeerplekken creëren. Kostbare opbrekingen zijn niet nodig. Voor Rotterdam was de fietsvlonder aanvankelijk onderdeel van een burgerparticipatietraject maar inmiddels is het een standaard service geworden. De vlonder wordt op verzoek van omwonenden eerst tijdelijk geplaatst op een parkeerplaats en als deze na drie maanden goed wordt gebruikt en er geen klachten zijn, wordt de parkeerplek opgeheven en komen er permanente fietsparkeervoorzieningen. Schreuders levert inmiddels fietsvlonders door heel Nederland en werkt volop aan het E-deck, een vlonder met een oplaadunit voor elektrische fietsen, waarvan inmiddels een prototype op Schiphol staat.

FIETSDOCK

Elektrische fietsen zijn de heilige graal van het fietsparkeren. Het zijn vaak dure fietsen waarvan de eigenaar ook liefst een passende voorziening vraagt. Veel fabrikanten werken aan parkeeroplossingen met daarbij ook een mogelijkheid voor opladen. In al die innovaties is het systeem van FietsDock opvallend. In Rotterdam staat er een bij het metrostation Meijersplein. Het is een systeem waar een gebruiker de fiets in een locker plaatst, waarna deze na afsluiten met een lift naar een andere plek in de voorziening (ondergronds en bovengronds) wordt verplaatst en plaats maakt voor een nieuwe locker. Het systeem biedt plaats aan minimaal 100 fietsen. Anders dan de bekende Japanse parkeercarroussels, waar maar één voertuig tegelijk kan worden ingereden, zijn er meerdere deuren naast elkaar. Hiermee is het systeem geschikt voor locaties met weinig wachttijd, zoals bijvoorbeeld stations. Ontwikkeld vanuit ervaringen met parkeren van de OV-fiets zijn de voordelen volgens marketingmanager Lisette van Velzen ruimte-, kostenbesparing en veiligheid, zowel tegen diefstal als beschadiging. Verder is er, met uitzondering van bakfietsen, voor alle soorten

Fietsvlonder fietsen en bagage, wel plek. Ook voor de fietser zelf is het makkelijk: je opent de deur, plaatst je fiets en je bent klaar. Uit een evaluatie van de pilot in Rotterdam blijkt dat vooral bezitters van duurdere fietsen (slechts 8 procent van de geparkeerde fietsen bleek minder dan 100 euro te kosten, een derde meer dan 1.000 euro) er gebruik van te maken. Zijn dure fietsen dan de reden dat je dit soort innovaties alleen aantreft op specifieke locaties? Nou, zegt Van Velzen; ‘dat is ook wel een kip-en-ei kwestie, want wie gaat nu met zijn elektrische fiets naar de stad als je die daar niet kwijt kunt?’ Misschien iets om over na te denken.

JACOB DE VRIES, redactie Vexpansie

DE AUTONOME FIETS LAADPLEK, ZO GROOT ALS EEN PARKEERPLEK

This article is from: