1 minute read

Column De Praktijkparkeerder

Next Article
Expertteam

Expertteam

Van de praktijkparkeerder...

De eerste voorjaarsbloeiers zijn zichtbaar. Het wordt lente. De lockdown is vrijwel voorbij. Winkels, veel kantoren, musea en horeca zijn weer open. Inderdaad: we werken méér thuis en doen méér vanuit huis. Veel reistijd is vervallen. Ook kopen we meer online. Enkele gevolgen: toenemende kantoren- en winkelleegstand, andere winkelconcepten en fors lagere parkeerinkomsten en winkelomzetten, zelfs in de feestmaand december. De ontwikkeling naar ‘full-service-winkelcentra’ zet door. Daaraan wordt verdichting van nieuwe functies, zoals woningen en horeca toegevoegd. Met mooie parkeerconcepten. Maar die moeten ook voldoen aan eisen. Het moet duurzaam zijn en financieel kloppen, parkeernormen moeten aan kunnen sluiten op ‘maatwerk’, dubbelgebruik van plaatsen moet maximaal zijn, et cetera. Alle partijen, zoals bestuurders, ontwikkelaars, beleggers, beheerders, winkelend publiek, medewerkers en bewoners staan voor de gezamenlijke opgave. Ieder vanuit een eigen betrokkenheid en rol, belang en verantwoordelijkheid. De initiatiefnemers van de ontwikkeling willen vóór de zomer starten met de bouw en bereiden met de gemeente de vergunningaanvraag voor. Parkeren is een issue! Volgens de initiatiefnemers krijgt dat een volwaardige plek tussen de andere thema’s. Zij moeten het parkeervraagstuk op de eigen ontwikkellocatie oplossen. Dat blijkt een uitdaging. Een klein aantal plaatsen valt erbuiten. Het idee is om dat op te lossen door nog lege openbare plaatsen te benutten. De initiatiefnemers zullen er hard aan werken om voldoende draagvlak te creëren. De gemeente zal verantwoord kunnen besluiten over het invoeren ervan. Zo is de veronderstelling. Alles lijkt te kloppen: de juiste parkeerder op de juiste plek, de financiën en de parkeeroplossing zijn duurzaam en klimaatadaptief. De gemeente kan haar sturend parkeerbeleid volgens de 4 B’s uitvoeren (zie pagina 44 van Vexpansie #32021: Beschermen, Benutten, Beinvloeden en Bouwen). Maar wat blijkt? Het ontwikkelprogramma is te groot. Er vallen meer plaatsen buiten de ontwikkellocatie. Dat gaat leiden tot overlast voor bestaande bewoners. Draagvlak om dat te realiseren ontbreekt nog. Het parkeerconcept wijkt af van uitgangspunten en afspraken. Voorgesteld wordt om de gemeente toch nu te laten besluiten om de omgevingsvergunning te verlenen. Daarna worden ‘details’ uitgewerkt en zal er voldoende draagvlak zijn. ‘Het komt goed …’.

This article is from: