Uitgave maart 2010
FRUITTEELT KOERIER GPS-gestuurd plantgaten maken René den Oudsten van fruitteelt- en loonbedrijf G.J. Van Doorn VOF in Houten is bezig met het maken van plant- en paalgaten voor een nieuw perceel kersen. Het maken van de gaten gebeurt met behulp van GPS.
MRL: geen risiconorm, maar handelsnorm Bij veel mensen bestaat het idee dat de MRL een maat is voor voedselveiligheid en dat er bij overschrijding van de norm risico’s zijn voor de volksgezondheid. De MRL is echter geen maat voor voedselveiligheid maar is uitsluitend een handelsnorm.
Meer op pagina 2
Hiervoor stuurt en stopt de trekker automatisch, waarbij - in dit geval - om de twee meter plant- en paalgaten worden geboord. ,,Afhankelijk van de plantafstand en de grondsoort kunnen we per uur 400 tot 800 gaten per boren. Gemiddeld komt dit neer op zo'n 2 tot 3 hectare per dag'', vertelt
Exact wordt Exact Plus Het Ctgb heeft toelating verleend voor Exact Plus in groot- en kleinfruit en boomkwekerijgewassen. Exact Plus is de verbeterde en NPE vrije formulering van de bekende Exact.
Meer op pagina 4
Gerrit van Doorn van het gelijknamige bedrijf. Jaarlijks maakt het loonbedrijf voor enkele honderden hectare aanplant de plant- en paalgaten, zowel in Nederland als in België.
'Basta is veilig in jonge aanplant' Basta is een veilig en effectief middel om onkruiden in jonge appel- en perenbomen te bestrijden. Tot die conclusie komt Jan van Mourik, specialist grootfruit bij de CAF. De afgelopen twee jaar was hij intensief betrokken bij praktijkproeven met Basta.
Meer op pagina 4
'Junami-teelt vereist kennis en aandacht' ,,Junami is beslist niet het gemakkelijkste ras om te telen. Maar wie de teelt eenmaal goed in de vingers heeft, kan er prima resultaten mee behalen.'' Dat zegt Peter van Arkel van Fruitadvies Zuid-Limburg. Hij heeft de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan met dit nieuwe clubras. Volgens hem past de Junami vooral bij telers die voor kwaliteit gaan. ,,De afgelopen jaren is het ras vooral terechtgekomen bij - zoals ik het maar even noem - de betere Elstar-telers. Zij zijn gewend om wat meer tijd te steken in het snoeien en dunnen en hebben daardoor de bouwstenen in handen om een goede Junami te telen.'' 'Bijna tien jaar ervaring met Junami', lees verder op pagina 5
'Bij de eerste groene delen meteen spuiten!' ,,Het afgelopen jaar heeft vruchtschurft een heleboel geld gekost. Dat mogen we dit jaar niet weer laten gebeuren!'' Met deze ferme woorden hoopt fruitteeltadviseur Jan van Dillen de blik van grootfruittelers weer even op scherp te zetten. Zijn advies is om meteen te spuiten wanneer de eerste groene delen zichtbaar worden.
'Calypso liefst vroeg inzetten in rode bes' In rode bes geeft een vroege inzet van Calypso het beste resultaat tegen dopluis. Dat is een van de conclusies uit de demoproef 'Dopluisbestrijding rode bes', die afgelopen seizoen in uitgevoerd. Geert van Gessel, specialist klein- en steenfruit bij de CAF, licht de resultaten toe.
Meer op pagina 6 ,,Elk bedrijf heeft wel een paar duizenden euro aan schurft verloren. En sommigen zelfs vele tienduizenden euro's. Op een paar bedrijven is het percentage vruchtschurft zelfs opgelopen tot 30 procent. Een enorme schadepost dus, die op veel bedrijven nog lang na zal dreunen.'' Jan van Dillen schetst nog maar eens hoe dramatisch het voorjaar van 2009 in zijn werkgebied is verlopen. Volgens de fruiteeltadviseur bij R. van Wesemael B.V. zijn veel telers overrompeld door een snelle opeenstapeling van schurft infecties. Terugblikkend is het vooral in het vroege
'Goede basis leggen voordat regenkappen erop komen' ,,Om problemen met residu in rode bes te voorkomen moet de ziekten- en plagenbestrijding zo goed mogelijk op orde zijn voordat de regenkappen erop komen.'' Dat zegt kleinfruit adviseur Jelle Gerstel van Handelsonderneming Vlamings B.V. in De Mortel.
voorjaar misgegaan, zo stelt hij. ,,Vanaf half maart waren hier de eerste groene delen te zien. Maar vanaf dat moment waren er ook al rijpe ascosporen. Toen het in de laatste week van maart vrijwel onafgebroken ging regenen, hebben de ascosporen zich massaal kunnen verspreiden over de groene delen. Dat is in
Meer op pagina 7
mijn ogen het begin geweest van alle ellende, want de meeste telers hadden toen nog niet
Voorschriften Calypso, Teldor en Exact Plus gewijzigd
tegen schurft gespoten.'' Volgens Van Dillen hebben de drie navolgende infectieperiodes op 8, 17 en 27 april voor een massale schurft-
Van Calypso, Teldor en Exact Plus zijn de gebruiksvoorschriften voor toepassing in kleinfruit gewijzigd. Wordt er gebruik gemaakt van regenkappen, dan is het advies om de genoemde middelen niet meer toe te passen in de periode dat de regenkappen over het gewas zijn geplaatst.
aantasting gezorgd. Veel telers konden deze infecties niet of nauwelijks bijhouden met hun spuit, waardoor uiteindelijk veel bomen niet goed beschermd zijn geweest.
Op tijd beginnen met opbouwen werkzame stof, lees verder op pagina 3
Jan van Dillen
Meer op pagina 7
MRL: geen risiconorm, maar een handelsnorm! In de verschillende voedingsgewassen is de term MRL een algemeen gebruikte term geworden. Er wordt veel over gepraat en bij veel mensen bestaat het idee dat de MRL een maat is voor voedselveiligheid en dat er bij overschrijding van de norm risico’s zijn voor de volksgezondheid. De MRL is echter geen maat voor voedselveiligheid maar is uitsluitend een handelsnorm. De afkorting MRL staat voor het Engelse begrip maximum residue level (maximaal residu niveau). Het is een norm waaraan groenten en fruit moeten voldoen op het moment dat ze in het handelsverkeer worden gebracht. Deze norm wordt vastgesteld op EU-niveau en is geldig voor alle EU-landen.
Hoe wordt de MRL vastgesteld? De MRL wordt vastgesteld op basis van goed landbouwkundig gebruik van een middel. Dat wil zeggen dat het middel op een bepaald gewas wordt toegepast zoals het beschreven staat op het etiket. Daarbij wordt altijd de worst-case situatie opgezocht. De hoogste dosering wordt gehanteerd, het maximale aantal bespuitingen dat volgens het etiket mag worden uitgevoerd wordt ook daadwerkelijk gespoten en de laatste bespuiting wordt uitgevoerd op basis van de veiligheidstermijn. Voor de meeste gewassen wordt het onderzoek uitgevoerd in minimaal acht proeven verdeeld over twee jaar. Op verschillende momenten worden monsters genomen en worden residuen gemeten. Op basis van deze resultaten stelt de Europese overheid het maximale residu niveau (MRL: uitgedrukt in mg/kg groente of fruit) vast dat mag worden gevonden. Hierbij is de gedachte dat als de teler een product toepast volgens het etiket, er geen kans is dat hij de MRL overschrijdt. De overheid bouwt daartoe altijd een redelijke extra veiligheidsmarge in tussen de gemeten waarden in het residu-onderzoek en de daadwerkelijke MRL.
Samenvattend: de MRL wordt vastgesteld op basis van goed landbouwkundig gebruik en niet
ouderen) extra gevoelig kunnen zijn.
op basis van risico’s voor de volksgezondheid.
De acute en chronische norm zijn dus de twee risiconormen voor de volksgezondheid (worden beiden uitgedrukt in mg/kg lichaamsgewicht). De overheid gebruikt deze normen om vast te stellen of bij aanwezigheid van de maximale hoeveelheid residu op een product (dus residu
Is er een link tussen de MRL en voedselveiligheid?
hoeveelheden op MRL niveau) er risico’s zijn voor de volksgezondheid. Mocht er een conflict zijn tussen de normen dan komt er óf geen
Door de overheid worden twee voedselveiligheidsnormen vastgesteld voor de mens. De
toelating voor een product óf moet er nieuw residu-onderzoek worden gedaan met bijvoorbeeld een langere veiligheidstermijn om de MRL
eerste is de hoeveelheid van een actieve stof die eenmalig ingenomen kan worden zonder
te kunnen verlagen.
risico voor de gezondheid (acute norm: ARfD, Acute Reference Dose). Daarnaast is er de
Vrijwel altijd zien we dat er bij aanwezigheid van maximale hoeveel residuen op groente en fruit er heel veel gegeten kan worden zonder
chronische norm voor dagelijkse inname zonder risico’s voor de gezondheid (chronische
dat er risico’s zijn voor de gezondheid.
norm: ADI, Acceptable Daily Intake). Deze normen worden vastgesteld op basis van onder-
Samenvattend: voor de volksgezondheid worden in het kader van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen twee voedselveiligheids-
ling van het onderzoek van dieren naar mensen omdat mensen mogelijk gevoeliger zijn
normen vastgesteld: de acute norm (ARfD) en de chronische norm (ADI). Deze normen zijn relevant voor risico’s voor de volksgezondheid.
dan proefdieren én omdat sommige mensen (bijvoorbeeld kinderen, zwangere vrouwen of
De ADI en ARfD zijn nooit in conflict met de MRL.
DE
P R OF E
S
ON SI
ALS
TIPS VA N
zoek bij proefdieren. Daarbij wordt er een veiligheidsfactor (100x) ingebouwd voor verta-
Bescherm uw huid - draag handschoenen! VÓÓR toepassing van gewasbeschermingsmiddelen
Gebruik nooit beschadigde handschoenen! Controleer ze altijd vóór gebruik. Vervang beschadigde handschoenen.
NÁ toepassing van gewasbeschermingsmiddelen
tip 4
Handen zijn de meest blootgestelde lichaamsdelen (>95%) tijdens het klaarmaken van de spuitoplossing. Bescherm ze.
Draag handschoenen over de mouwen van uw bovenkleding bij het werken met onverdunde producten. Meet het product zorgvuldig af.
tip 1
tip 2
Werk nooit zonder handschoenen met het onverdunde product. Draag handschoenen die bestand zijn tegen chemicaliën bij het werken met een gewasbeschermingsmiddel, omdat die de huid van de hand beschermen.
tip 5
Gebruik handschoenen wanneer u de verpakking en de maatbeker driemaal schoonspoelt!
3x
tip 3
Niet alle handschoenen zijn geschikt om om te gaan met onverdunde gewasbeschermingsmiddelen. Draag nooit katoenen of leren handschoenen! Deze nemen het product op en stellen u zelfs meer bloot aan product iedere keer als u ze draagt.
tip 8
Was de handschoenen iedere keer als ze verontreinigd zijn door onverdund product. Was de handschoenen alvorens ze uit te trekken. Wassen verlengt de levensduur van handschoenen.
Trek handschoenen op de juiste manier uit, ze kunnen sterk verontreiningd zijn! tip 9
tip 6
Gebruik handschoenen bij het schoonmaken en het onderhoud van apparatuur! tip 10
tip 7
2
Fruitteelt Koerier
Gooi uw handschoenen op een veilige manier weg als ze verontreinigd zijn, of als u er niet zeker van bent dat ze u afdoende zullen beschermen. Bij twijfel een nieuw paar handschoenen gebruiken!
Vervolg van voorpagina
'Op tijd beginnen met opbouwen van werkzame stof' Terugblikkend op vorig jaar denkt Van Dillen dat het massaal optreden van schurft vooral te wijten is geweest aan onvoldoende opbouw van werkzame stof. ,,De meeste telers hebben hun eerste bespuiting net voor de eerste grote infectie in april gespoten. Omdat de eerste aantasting toen al ontstaan was en omdat een eerste bespuiting nooit honderd procent bedekking geeft, heeft een groot deel van ascosporen zich verder kunnen ontwikkelen. Toen in de tweede week van april de temperatuur flink omhoog ging en bovendien de bomen zeer snel groen werden, heeft de schimmel zich in zeer korte tijd zeer massaal kunnen ontwikkelen. Vanaf die tijd was er eigenlijk geen houden meer aan en hebben we het hele seizoen achter de feiten aan moeten lopen'', zo stelt de adviseur.
Vroege spuiters waren beste af Achteraf bezien waren de telers die al in maart een keer hadden gespoten het beste af. Zij hadden veruit het minste last van schurft. De categorie telers die begin april zowel preventief als curatief hebben gespoten hebben - relatief gezien - ook wat minder last gehad van de schimmel. Volgens Van Dillen komt dit vooral omdat op deze bedrijven de opbouw van werkzame stof net iets eerder is gestart, waardoor ze de schimmel telkens net een stapje voor konden blijven. ,,Vooral verderop in het seizoen heeft zich dit uitbetaald, omdat er op deze bedrijven vaak een wat ruimer spuitschema aangehouden kon worden. Op het hele seizoen heeft dit zeker drie à vier bespuitingen gescheeld. En dan praat je toch al gauw over een besparing van ergens rond de 200 per hectare.''
Groene delen = beginnen! Voor dit seizoen adviseert Van Dillen om vooral op tijd te beginnen met de schurftbestrijding. En dat betekent: spuiten zodra de eerste groene delen zich aandienen. ,,Ook als het buiten nog koud is moet je gewoon starten, want je moet er een aantal bespuitingen op hebben zitten voordat de eerste infectie zich aandient'', zo benadrukt de adviseur. Ook eventueel genomen maatregelen om de schurftdruk te verlagen, zoals
Jan van Dillen
het strooien van stikstof of het versnipperen van bladeren, mogen volgens hem geen reden zijn om later te beginnen met spuiten. ,,Met deze maatregelen kun je de schurftdruk weliswaar flink verlagen, maar dan nog zijn er veel te veel ascosporen aanwezig op het oude blad. Als je van
,,Het huidige advies voor een enkele rij is afgestemd op 2,25 meter boomhoogte. Maar in de
een miljoen sporen per schurftvlek teruggaat naar een half miljoen, dan heb je er nog steeds een half miljoen over.''
praktijk zie ik steeds meer percelen die veel verder de lucht in gaan. Hierdoor is de bedekking
Het beste kan met drie keer Syllit (dodine) worden begonnen. Dit middel heeft een dodende werking van conidiën en werkt bovendien nog ruim
vaak wat te krap geworden. Met een hoge schurftdruk in het verschiet is het verstandig om
een dag curatief. Van Dillen adviseert daarbij om de vroege en/of gevoelige rassen rassen zoals Jonagold, Kanzi en Delcorf als eerste te spuiten.
hier nog eens goed aan te rekenen en de dosering aan te passen op het boomvolume.''
Ook aandacht voor peren Hoewel de meeste problemen zich in de appels voordoen, vertonen ook peren de laatste jaren steeds meer schurft, zo weet Van Dillen. Volgens hem is het percentage vruchtschurft op enkele bedrijven zelfs al richting de vijf procent gestegen. ,,Vooral takschurft is een toenemend probleem. Als je dat eenmaal erin hebt, dan is de kans groot dat je zeker drie jaar intensief moet spuiten om het er weer uit te krijgen'', zo waarschuwt hij. Als extra tip voor komend seizoen geeft de voorlichter mee dat de dosering goed afgestemd moet worden op het boomvolume.
Schurft op de appel
Schurft op het blad
Flint in de fruitteelt • Breedwerkend fungicide ter bestrijding van schimmels als schurft, meeldauw, Stemphylium, roest, Alternaria en Gloeosporium • Advies Flint appel: 3 bespuitingen vanaf einde bloei ter bestrijding van schurft en meeldauw. In de afspuitfase 1 bespuiting 4 weken voor de pluk ter bestrijding van bewaarziekten. • Advies Flint peer: 2 blokken van 2 bespuitingen in de maanden mei en juli ter bestrijding van schurft, Stemphylium en roest • Dosering: 0,01%. In de teelt van appel minimaal 100 tot 150 gram. In de teelt van peren in verband met de hoogte van de bomen 150 gram toepassen. • Veiligheidstermijn: 14 dagen
3
Fruitteelt Koerier
Exact wordt Exact Plus Het Ctgb heeft toelating verleend voor Exact Plus in groot- en kleinfruit en boomkwekerijgewassen. Exact Plus is de verbeterde en NPE vrije formulering van de bekende Exact. De verbeterde formulering van de Exact Plus geeft een sterkere hechting en indringing van de werkzame stof triadimenol, wat resulteert in een verbeterde meeldauwbestrijding. De adviesdosering van Exact Plus is gelijk aan die van Exact: 0.05% of 0.75 ltr/ha. Ook het etiket van Exact Plus is volledig vergelijkbaar met dat van Exact. De Exact die mogelijk nog bij telers op voorraad staat, mag onbeperkt opgebruikt worden. Vanaf heden wordt er alleen nog maar Exact Plus verkocht.
Exact Plus: sterk en effectief Exact Plus is een zeer effectief middel ter bestrijding van meeldauw met een directe en voorbehoedende werking. Het is volledig veilig voor de vruchtschilkwaliteit. Bovendien bevordert de toepassing van Exact Plus het percentage Klasse I. Exact Plus past in de geĂŻntegreerde teelt en kan met de gangbare fungiciden, waaronder Syllit, worden gemengd. Door zijn speciale formulering vloeit Exact Plus optimaal uit, waardoor een goede bladbedekking gewaarborgd is. Dit zorgt voor een optimaal effect van het middel.
Meeldauw in appel
'Basta is veilig in jonge aanplant' Basta is een veilig en effectief middel om onkruiden in jonge appel- en perenbomen te bestrijden. Tot die conclusie komt Jan van Mourik, specialist grootfruit bij de CAF. De afgelopen twee jaar was hij intensief betrokken bij praktijkproeven met Basta. ,,Ik heb het zelden meegemaakt dat een middel waar twee jaar geleden nog vraagtekens bij werden geplaatst, nu helemaal geaccepteerd is als een veilig en effectief middel''. Met deze woorden geeft Jan van Mourik aan welke 'kanteling' het middel Basta de afgelopen twee jaar heeft doorgemaakt. ,,Amper twee jaar geleden stond Basta nog te boek als een middel waar mogelijk wat problemen mee zouden kunnen ontstaan. Basta bevat namelijk dezelfde actieve stof als Finale en dat middel staat bij veel telers nog in het geheugen gegrift als risico-factor bij jonge bomen, al is dat - zo wil ik er nadrukkelijk bij zeggen- nooit aangetoond '', zo blikt hij terug. Om de angst bij telers weg te nemen is het middel in 2008 en 2009 uitgebreid in de praktijk getest, zowel op appel als op peer. Bij alle proeven zijn volgens Van Mourik nadrukkelijk de grenzen opgezocht. Dat wil zeggen dat er in de proefopzet bewust zeer hoge doseringen zijn meegenomen en dat er bewust ook wat takken en blad zijn meegespoten. Ook zijn diverse specialisten uit Duitsland overgekomen die hun ervaringen met het middel in jonge aanplant uitgebreid uit de doeken hebben gedaan. Volgens de CAF-specialist heeft deze intensieve aanpak niet alleen voor en veilig en degelijk advies gezorgd, maar heeft het ook het vertrouwen van telers weer teruggewonnen.
'Voorkom onkruid onder jonge aanplant' De waarde van Basta komt vooral tot zijn recht bij de jonge aanplant van appels en peren. Met name in het eerste jaar is het volgens Van Mourik van essentieel belang om de strook onder de bomen onkruidvrij te houden. ,,Onkruiden kunnen sterk concurreren om voedsel en vocht. Dit kan de ontwikkeling van jonge aanplant flink afremmen. Als de takken zich iets minder ontwikkelen, loop je de kans dat ze in het tweede jaar sterk doorbuigen. Hierdoor ontwikkelt het frame zich niet goed en neemt de groei in de kop toe. De kans op een optimale productie in die jaren die volgen is dan grotendeels verkeken.'' Voor een goede werking van Basta adviseert Van Mourik om vooral bij voldoende licht te spuiten. Proeven in BelgiĂŤ hebben namelijk aangetoond dat 's morgens (rond 10 uur) spuiten een veel beter resultaat geeft dan 's avonds (rond 22 uur) spuiten. Als dosering adviseert hij 3 tot 5 liter per hectare boomstrook, waarbij de hoogste dosering alleen bij zeer veel of zeer groot onkruid noodzakelijk is. Verder benadrukt hij dat 200 tot 300 liter water al voldoende is voor een goede werking. Als laatste punt haalt Van Mourik aan dat er altijd met een grove druppel gespoten moet worden, waardoor de spuitvloeistof zo snel mogelijk naar beneden gaat. Hierdoor wordt de kans dat er via drift of turbulentie toch nog enkele takken of bladeren worden geraakt tot een minimum beperkt. Jan Van Mourik: 'Introductie van Basta is rimpelloos en zonder schade verlopen'
4
Fruitteelt Koerier
Vervolg van voorpagina
Bijna tien jaar ervaring met Junami Wanneer fruitteeltadviseur Van Arkel terugblikt op de afgelopen tien jaar, dan is er volgens hem al een mooi fundament neergelegd voor de Junami-teelt. Een belangrijke stap, die veel basiskennis en ervaring heeft opgeleverd, is de Junamiwerkgroep die in 2001 door Inova B.V. werd gevormd. Hieruit is onder meer een speciaal handboek voor de teelt ontstaan, waarin heel veel ervaringen, resultaten en adviezen zijn gebundeld. Hoewel dit handboek een belangrijk houvast biedt voor de huidige telers, is het volgens Van Arkel nog niet compleet. ,,We zijn nu pas een jaar of vijf echt aan het oogsten. In vergelijking met een Jonagold of Elstar staat de teelt dus nog in de kinderschoenen'', zo benadrukt hij. Dit blijkt ook uit de 'verrassingen' die het ras de afgelopen twee seizoenen heeft laten zien. Een tamelijk onaangename verrassing was er in 2008, toen een nachtvorst in de overgang van maart naar april heel veel schade heeft aangericht in het ras. ,,Toen kwamen we er dus achter dat de Junami in een vroeg stadium toch iets gevoeliger is voor nachtvorst dan we aanvankelijk hadden gedacht'', zo blikt Van Arkel terug. Door deze vorstschade viel de Junami-productie in Zuid-Limburg in dat jaar flink tegen.
Clusterblad vitaal houden Door de vorst werd ook het clusterblad zwaar beschadiging, waardoor de opname van voedingselementen niet optimaal is geweest. Dit heeft voor veel kurkstip gezorgd, een gevolg van onvoldoende calciumopname. Van Arkel legt uit dat het clusterblad van Junami ten opzichte van andere rassen relatief klein is. Dit maakt de kans op een mindere opname van voedingsstoffen wat groter dan gemiddeld. Voor seizoen 2009 was een van de speerpunten dan ook om de kwaliteit van het clusterblad zo hoog mogelijk te krijgen, om zo de opname
Peter van Arkel is zelfstandig fruitteeltadviseur. Zijn werkgebied omvat Zuid-Limburg en de aangrenzende gebieden in België en Duitsland.
van met name calcium in het voorseizoen te bevorderen. Opmerkelijk was dat er 2009 toch weer wat kurkstip voorkwam in Junami, terwijl er geen
ideale plaatje weer. In de praktijk is dit een 'stevige uitdaging', met name omdat Junami zeer veel bloem geeft op het éénjarige hout. De
schade was door nachtvorst. Vooral op jonge percelen en percelen met een sterke groei
appels van dit éénjarig hout zijn gemiddeld zo'n 10 millimeter kleiner in doorsnee, waardoor het aandeel grote appel fors achter kan blijven.
kwam het regelmatig voor. Om nog beter zicht te krijgen op de voeding worden nu in alle
,,Je als moet als teler dus altijd voor kwaliteit en niet voor kwantiteit gaan, want alleen voldoende grote maten maken de teelt rendabel'',
Junami-percelen grondmonsters genomen om de bodembemesting zo goed mogelijk te kun-
zo benadrukt de adviseur nog maar eens.
nen fine-tunen. Hierbij is de aandacht vooral gericht op de verhouding tussen kali, calcium en magnesium en de opneembare hoeveelheden daarvan. ,,Enerzijds bevordert kali de productie
Investeren in hagelnetten
en moet het dus voldoende aanwezig zijn, maar anderzijds kan het ook remmend werken bij
Omdat er bij Junami, net zoals bij alle clubrassen, een groot prijsverschil zit tussen Klasse I en Klasse II, adviseert Van Arkel om alles in dienst
de calciumopname, waardoor er eerder kurkstip optreedt'', zo geeft Van Arkel het dilemma
te stellen van de kwaliteit. Om die voldoende te waarborgen moeten teeltrisico's zoveel mogelijk worden uitgesloten. Eén van de grootste
weer. Mocht blijken dat Junami minder kalibehoeftig is dan tot dusver werd aangenomen,
risico's in zijn gebied is hagelschade. ,,In 2008 en 2009 heeft zeker de helft van alle fruitteeltbedrijven in Zuid-Limburg met forse hagelschade
dan zal de werkgroep Teelt wellicht beslissen om de adviezen voor kali-bemesting wat naar
te maken gehad'', zo weet de voorlichter. Door de hoge kwaliteitseisen bij Junami was de financiële schade bij dit ras veel groter dan bij
beneden bij te stellen.
andere rassen. ,,Bij hagelschade aan Junami valt de prijs terug van ongeveer een euro per kilo (Klasse I) naar 40 cent (Klasse II) of zelf nog verder naar 5 cent (industrieprijs). Dat hakt er dus heel stevig in'', zo licht Van Arkel toe. Om die reden adviseert hij om - als er financiële
Beste appels van meerjarig hout
ruimte voor is - zo snel mogelijk te investeren in hagelnetten. Volgens hem liggen de jaarlijkse kosten van hagelnetten tussen de 5 en 7 cent
Een ander aspect van de teelt waar nog veel winst te behalen valt is het snoeien. Hoofddoel
per kilo. ,,Dit is min of meer vergelijkbaar met de kosten van een hagelverzekering, maar hierbij heb je ook nog een eigen risico en wordt
bij Junami is om zoveel mogelijk appels van meerjarig hout te kunnen plukken. Dit levert
de werkelijke schade vrijwel nooit helemaal uitbetaald'', zo stelt hij. Gezien de goede ervaringen tot nu toe, verwacht Van Arkel de komende
namelijk de meeste grote maten (> 70 mm). ,,Het doel is om 85 procent van de appels boven
jaren een flinke uitbreiding van hagelnetten, niet alleen in Zuid-Limburg maar in heel Nederland. ,,Op dit moment staat in Zuid-Limburg zo'n
de 70 millimeter te plukken en met meer dan 50% rode blos erop'', zo geeft Van Arkel het
23 hectare appels onder hagelnetten. Eind 2010 kan dat wel eens het dubbele zijn'', zo besluit hij.
Op dit moment staat er zo'n 130 tot 140 hectare Junami in Zuid-Limburg, schat fruitteeltadviseur Peter Van Arkel. Dit is ongeveer 10 procent van de totale oppervlakte appel in het gebied. Ongeveer 20 hectare Junami staat onder hagelnetten. Van Arkel verwacht echter dat dit na komend seizoen verdubbeld is naar 40 hectare.
,,Van 50 tot 60 Junami-telers in Zuid-Limburg heeft zo'n 90% de teelt redelijk goed in vingers'', zegt Peter van Arkel. ,,Deze telers geloven ook in de toekomst van het ras en doen daarom ook graag een stap extra om er een succes van te maken.''
5
Fruitteelt Koerier
Goede ervaringen met Calypso Fruittelers waren de afgelopen jaren zeer tevreden over de toepassing en werking van Calypso, zo blijkt uit marktonderzoek. Aandachtspunten blijven een juiste timing, het aanpassen van de dosering (met uitvloeier) aan het boomvolume en de hoeveelheid water. Bij appel en peer worden alle luizen (met uitzondering van bloedluis), wantsen, appelbloesemkever, perenknopkever, larven van de perenbladvlo, kommaschildluis, zaagwespen, zuringbladwesp en appelvouwmijnmot door Calypso bestreden. In steenfruit worden naast een aantal moeilijk te bestrijden luizensoorten zoals zwarte kersenluis, melige pruimenluis (let op: melige
pruimenluis tijdig bestrijden, veel water gebruiken en uitvloeier toevoegen!) en groene kortstaartluis ook insecten als de kersevlieg en de pruimenzaagwesp bestreden. Ook in kleinfruit worden alle soorten (dop-) luizen bestreden. Naast luizen worden ook bladwespen, cicaden, wantsen, aardbeibloesemkever en de frambozenkever door Calypso meegenomen.
Niet alle insecten op één moment In de teelt van appel draait het vooral om de rose appelluis, appelgrasluis en de groene appelwants. De rose appeluis kan het beste in het groene tot roze knopstadium worden bestreden. Wordt ingekrulde rose appelluis pas na de bloei bestreden, spuit dan altijd met minimaal 500 liter spuitvloeistof per hectare en voeg altijd uitvloeier toe. De groene appelwants kan gelijktijdig met de rose appelluis worden bestreden. Het optimale stadium ligt in het roze knop-/ballonstadium van het ras Jonagold. Op dit moment zijn de jonge larven uit de eieren en bevinden ze zich in het eerste of tweede larven stadium. Is er al gespoten, dan moet tegen het einde van de bloei het bestrijdingsresultaat worden gecontroleerd. Bij een zeer zware druk kan het zijn dat de bespuiting herhaald moet worden.
Bestrijding insecten steenfruit In de teelt van pruimen draait het vooral om de groene kortstaartluis, zwarte kersenluis en melige pruimenluis. Voor de bestrijding van ingekrulde luizen en melige pruimenluis moet met minimaal 500 tot 1000 liter spuitvloeistof worden gespoten. Ook moet er altijd een uitvloeier worden toegepast.
Groene appelwants
Appelgrasluis
Rose appelluis
Insect
Bestrijdingstijdstip
Appelbloesemkever
Muizenoorstadium
Appelgrasluis
Vanaf het moment dat bestrijdingsdrempel wordt overschreden in het voorjaar
Rose appelluis
Rose knop stadium tot volle bloei
Groene appelwants
Rose knop-Ballonstadium Jonagold, eventueel einde bloei herhalen
Appelzaagwesp
Midden bloei-einde bloei
Appelvoumijnmot
Begin bloei
Perenknopkever
Direct na de oogst
Perenbladvlo
Als de bloemknoppen los van elkaar gaan staan, na de pluk
Kommaschildluis
1 tot 2 weken na de start van het zwermen, meestal kort na de bloei van appel
Doseringen en veiligheidstermijnen • In grootfruit is de dosering van Calypso 0,025%. Dit komt neer op 0,25 tot 0,375 liter per hectare afhankelijk van het boomvolume.
• In kleinfruit is de dosering ook 0,025%. In deze teelt komt dat overeen met 0,25 liter per hectare
• Het advies is om Calypso te spuiten met ruim water gecombineerd met een uitvloeier zodat het gewas goed nat gemaakt kan worden. Dit geldt zeker voor ingekrulde luizen, melige pruimenluis en schild- en dopluizen.
• De
veiligheidstermijn voor grootfruit is 14 dagen. Voor kleinfruit geldt een vei-
ligheidstermijn van 3 dagen (onbedekte teelt) en 3 dagen vóór het plaatsen van regenkappen (bedekte teelt).
'Calypso liefst vroeg inzetten in rode bes' In rode bes geeft een vroege inzet van Calypso het beste resultaat tegen dopluis. Dat is een van de conclusies uit de demoproef 'Dopluisbestrijding rode bes', die afgelopen seizoen in uitgevoerd. Geert van Gessel, specialist klein- en steenfruit bij de CAF, licht de resultaten toe. Volgens Van Gessel behoort dopluis, samen met spint en wantsen, tot de belangrijkste plagen in kleinfruit. ,,Het lastige van dopluis is dat deze - hoe verder het seizoen vordert - steeds moeilijker te bestrijden is. Door de toenemende bladmassa wordt het steeds lastiger om de luizen goed te raken. Vandaar dat we in deze proef hebben gekeken naar de mogelijkheden om een middel al wat vroeger in het voorjaar, voor de bloei, heel gericht op het hout te spuiten.'' Voor de proef is zowel in april (voor en tijdens de bloei) als in juni (op maximale ei uitkomst) met Calypso gespoten. Daarnaast is er gekeken naar de werking van een nieuw, maar nog niet toegelaten insecticide van Bayer CropScience. Tenslotte is ook nog een vroege bespuiting met minerale olie (half maart, bij de eerste groene delen) in de proef opgenomen.
Goede resultaat met vroege bespuiting Uit de proef is gebleken dat twee bespuitingen met Calypso, waarvan één vroeg in april (bij eerste actieve larven) en één wat later in april (kort voor dopvorming) een goede bestrijding van dopluis oplevert. Eind juni werden er per scheut gemiddeld 0,53 dopluizen gevonden tegen iets meer dan zes dopluizen per scheut in het onbehandelde object. Een bespuiting met minerale olie pakte ook redelijk goed uit met iets meer één dopluis per scheut. Het nieuwe, maar nog niet toegelaten middel liet zelfs een zeer goede bestrijding zien, met gemiddeld slechts 0,1 tot 0,2 dopluizen per scheut, ,,maar helaas kunnen we daar in de praktijk nog even niets mee doen'', zo benadrukt Van Gessel. Omdat nog wat meer duidelijkheid te krijgen over de beste middelen(combinaties) en het ideale inzetmoment, wordt de proef dit seizoen herhaald. Hierbij wordt ook onderzocht of een combinatie van minerale olie en een vroege inzet van Calypso ervoor kan zorgen dat er gedurende de rest van het seizoen niet meer gespoten hoeft te worden. Ook wordt er bekeken of een vroege inzet van Calypso, gevolgd door een systemisch middel in de zomerperiode kan zorgen voor het terugdringen van de populatie dopluis.
Vrijwel zeker geen effect op nuttigen Behalve naar het ideale inzetmoment voor Calypso, is er het afgelopen seizoen ook gekeken naar het effect van Calypso op nuttigen, zoals oorwormen en sluipwespen. Helaas heeft dat geen concreet resultaat opgeleverd, omdat er bij de tellingen voorafgaand aan de proef geen nuttigen zijn waargenomen. Omdat het komende seizoen echter nog meer de nadruk zal worden gelegd op een vroege bespuiting met Calypso, verwacht Van Gessel dat er vrijwel zeker geen effect zal zijn op nuttigen.
Geert van Gessel: ,,vroege inzet van Calypso geeft het beste resultaat tegen dopluis.''
6
Fruitteelt Koerier
'Goede basis leggen voordat regenkappen erop komen' ,,Om problemen met residu in rode bes te voorkomen moet de ziekten- en plagenbestrijding zo goed mogelijk op orde zijn voordat de regenkappen erop komen.'' Dat zegt kleinfruit adviseur Jelle Gerstel van Handelsonderneming Vlamings B.V. in De Mortel. Hij adviseert telers om nog meer de nadruk te leggen op een vroege gewasbescherming in of net na de bloei. ,,Kleinfruit heeft een gezonde naam bij de Nederlandse consument. En dat moeten we vooral zo houden.'' Jelle Gerstel, adviseur kleinfruit en tevens directeur bij Vlamings B.V. benadrukt nog maar eens het belang van een schoon en onomstreden product. Volgens hem is dit de laatste jaren nog wel eens 'kantje boord' geweest, vooral bij rode bes. ,,Ik heb veel residuanalyses van telers voorbij zien komen. En daarbij zijn er een flink aantal door het oog van de naald is gekropen'', zo durft hij wel te stellen. Volgens Gerstel is het residu-probleem op rode bes gelukkig open en duidelijk besproken binnen de sector. ,,Iedere teler is nu goed op de hoogte van de gevaren en kan zijn gewasbeschermingsstrategie erop aanpassen.''
Residu-problemen verklaarbaar Dat er de afgelopen jaren wat problemen zijn gerezen met residuen op rode bessen, is volgens Gerstel ook wel enigszins verklaarbaar. Vooral de overgang van een onbedekte naar een bedekte teelt heeft hierbij een belangrijke rol gespeeld . ,,Bijna alle bessen, bramen en frambozen in Nederland worden nu onder regenkappen geteeld. Hierdoor is kwaliteit en de bewaarbaarheid van het product aanmerkelijk beter geworden. En keerzijde is echter dat de toegepaste middelen onder regenkappen door minder instraling en een lagere luchtvochtigheid wat minder snel worden afgebroken. Hierdoor is de kans op residu op het product ook wat groter is geworden'', zo legt hij uit. Een tweede punt dat volgens hem meespeelt zijn de strengere residu-controles, waardoor simpelweg ook eerder iets op het product wordt gevonden. Nog een derde factor die mogelijk een rol heeft gespeeld is de gestage toename van luizen en roodstaartcicaden op het eind van het seizoen. Hierdoor zijn - vooral het afgelopen jaar - relatief kort voor de oogst nog bespuitingen uitgevoerd.
Spuitschema aanpassen Hoewel het risico van residu-overschrijding bij bedekte teelten altijd wat hoger ligt als bij onbedekte teelten, denkt Gerstel dat er met een aangepast spuitschema vrijwel zeker geen problemen meer hoeven op te treden. Zijn advies is om voor het plaatsen van de kappen - dat wil zeggen: in of meteen na de bloei - zoveel mogelijk ziekten en plagen te bestrijden. De meeste telers zullen hiervoor hun spuitschema wat meer naar voren moeten halen, waardoor er wat minder op het eind gespoten hoeft te worden. Voor de middelen Calypso (tegen luizen) en Teldor (tegen botrytis) geldt dat deze op z'n laatst drie respectievelijk zeven dagen voor het plaatsen van de kappen moeten worden gespoten. Wanneer problemen worden verwacht met een late luizen, kan het verstandig zijn om het plaatsen van de kappen iets uit te stellen. Hierdoor kan de luisbestrijding met Calypso zo laat mogelijk worden ingezet. Voor een maximale werking en een minimale kans op residuoverschrijding kan het het beste de adviesdosering van 250 ml/ha (met een uitvloeier) worden aangehouden. Verder kan volgens Gerstel het beste met 200 tot 250 liter water worden gespoten. ,,Bij meer water neemt de kans op zichtbaar residu toe en bij minder water neemt de kans op aantoonbaar residu toe.''
Grotere veiligheidstermijn Door de MRL-perikelen in rode bes zijn de veiligheidtermijnen van belangrijke middelen als Calypso, Teldor en Exact Plus met enkele dagen verlengd. Voor Calypso geldt nu een veiligheidstermijn van drie dagen v贸贸r het plaatsen van de kap. Voor Teldor en Exact Plus is dat resp. 7 en 14 dagen. Volgens Gerstel zijn de mogelijkheden van een late inzet daardoor bijna verkeken. ,,We zullen daarom al vroeg in het seizoen een sluitend spuitschema moeten hanteren om de bessen schoon te houden.'' Als tip geeft hij tenslotte nog mee dat vooral meeldauw dit jaar extra in de gaten gehouden moet worden. ,,Door het wegvallen van het middel Eupareen zien we meeldauw steeds meer oprukken. Ik adviseer daarom om in rode bes meteen vanaf het begin van de bloei drie of vier keer Jelle Gerstel: ,,We zullen al vroeg in het seizoen een sluitend spuitschema moeten
1,5 liter Exact Plus te spuiten en daarna drie of vier keer een middel op basis van kresoxim-methyl. Door vroeg te starten met Exact Plus wordt
hanteren om de bessen schoon te houden.''
enerzijds de meeldauw krachtig bestreden en anderzijds haal je meteen het risico van mogelijke residu-problemen weg.''
Gebruiksvoorschriften Calypso, Teldor en Exact Plus gewijzigd Van Calypso, Teldor en Exact Plus zijn de gebruiksvoorschriften voor toepassing in kleinfruit gewijzigd. Wordt er aan het eind van de teelt gebruik gemaakt van regenkappen, dan is het advies om de genoemde middelen niet meer toe te passen in de periode dat de regenkappen over het gewas zijn geplaatst. Bij gebruik van regenkappen is er namelijk geen sprake meer van een onbedekte teelt en is het residu gedrag van de middelen anders dan wanneer er sprake is van een volledig onbedekte teelt. Om overschrijdingen van de maximale residu limiet te voorkomen, is daarom het gebruiksadvies aangepast. De volledige informatie kunt u nalezen op de etiketten van de betreffende producten of op www.bayercropscience.nl
Braam
Rode bes
Framboos
7
Fruitteelt Koerier
COLOFON
,,Junami is beslist niet het gemakkelijkste ras om te telen. Maar wie de teelt eenmaal goed in de vingers heeft, kan er prima resultaten mee behalen.''
,,Ik heb het zelden meegemaakt dat een middel waar twee jaar geleden nog vraagtekens bij werden geplaatst, nu helemaal geaccepteerd is als een veilig en effectief middel.''
,,Uit onze proef is gebleken dat twee bespuitingen met Calypso, waarvan één vroeg in april en één wat later in april, een goede bestrijding van dopluis oplevert.''
,,Om problemen met residu in rode bes te voorkomen moet de ziekten- en plagenbestrijding zo goed mogelijk op orde zijn voordat de regenkappen erop komen.''
Peter van Arkel, Fruitadvies Zuid-Limburg
Jan van Mourik, specialist grootfruit bij de CAF
Geert van Gessel, specialist klein- en steenfruit bij de CAF
Jelle Gerstel, adviseur kleinfruit bij Vlamings B.V. in De Mortel
Puzzel mee en win kaartjes voor de Efteling!
Concept en realisatie: L Bayer CropScience B.V. L Reed Business B.V. Vormgeving en opmaak: L Claudia Roorda Fotografie: L Bayer CropScience Drukwerk: L Ascend Dit is een uitgave van: Bayer CropScience B.V. Energieweg 1 P.O. Box 231 NL-3640 AE Mijdrecht Onze gebruiksadviezen, zowel mondeling als schriftelijk verstrekt, berusten op uitgebreide proefnemingen. Wij adviseren naar beste weten volgens kennis van zaken van dit ogenblik, echter zonder daarvoor aansprakelijkheid op ons te nemen, omdat opslag/bewaring en toepassing zich aan onze controle onttrekken. Beschrijvingen van een product, resp. gegevens over de eigenschappen daarvan betekenen niet, dat verantwoordelijkheid wordt gedragen bij eventuele schade. Lees voor gebruik altijd eerst het etiket.
Zin in een gezellig dagje uit met uw gezin, familie of vrienden? Los dan de onderstaande fotopuzzel op! Uit de goede inzendingen worden vijf winnaars getrokken. Zij krijgen elk vier entreekaartjes voor attractiepark De Efteling in Kaatsheuvel.
1. Welke luizensoort is hier afgebeeld? a. appelgrasluis b. roze appelluis c. kommaschildluis
2. Welke schimmelziekte is hier te zien? a. meeldauw b. schurft c. vruchtrot
3. Welke ziekte is hier afgebeeld? a. Stemphylium b. roest c. Monilia
BON Naam: Adres: Postcode:
Plaats:
Aantal hectare appel en peer: De oplossing van de woordzoeker is: A 1
B
C
A
B
2
C
A
B
3
Actievoorwaarden: Deze prijsvraag loopt van 25 maart t/m 1 mei 2010. Uit de goede inzendingen worden vijf winnaars getrokken. De prijswinnaars krijgen tussen 1 en 15 mei bericht. Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd.
8
Fruitteelt Koerier
C
Stuur de ingevulde bon uit deze krant in een ongefrankeerde envelop naar: Bayer CropScience B.V. T.a.v. Jessica Biermann Antwoordnummer 55074 3640 WB Mijdrecht