Land+Water 1/2-2021

Page 30

Waterbouwkunde

Dijkschade maken en herstellen in Polder2C’s Living Lab Hoe kunnen we dijkschade het best herstellen? Het Interreg-project Polder2C’s beantwoordt deze vraag op een hele bijzondere wijze: door het uitvoeren van dijkbezwijkproeven en schadehersteloefeningen onder realistische omstandigheden. Dit gebeurt in proeftuin Living Lab Hedwige-Prosperpolder. De Hedwige-Prosperpolder, op de grens van Nederland en België, wordt de komende jaren in het kader van het geactualiseerde Sigmaplan ontpolderd en veranderd in getijdennatuur. Tijdens deze transformatie wordt een nieuwe ringdijk aangelegd en de Scheldedijk vervolgens afgegraven. De ontpoldering wordt in 2024 afgerond. Tot die tijd biedt de herinrichting van het gebied een uniek testgebied: het Living Lab. Inmiddels zijn al tal van veldproeven uitgevoerd in het Living Lab, met name gericht op de vraag hoe sterk de dijken zijn en welke factoren de sterkte bepalen. Dit is onderzocht met overloopproeven. Patrik Peeters, bresdeskundige van het Waterbouwkundig Laboratorium, legt uit: “We bootsen extreem hoogwater dat over de dijk stroomt na. Zo kunnen we de erosieweerstand van vegetatie en afdeklaag bepalen. We zien het effect van de hoeveelheid water, maar ook van bijvoorbeeld graverij, en het type bekleding.”

IN ‘T KORT - Dijkschade Polder2C’s onderzoekt onder meer hoe dijkschade het best kan worden hersteld Hiervoor worden dijkbezwijkproeven en schadehersteloefeningen uitgevoerd Dit gebeurt in proeftuin Living Lab Hedwige-Prosperpolder Polder2C’s is een onderzoeksproject, gesubsidieerd door Interreg 2 Zeeën

30

nr. 1/2 - februari 2021

Incisie met graafmachine. (Foto’s: Marc Pannier)

Overloopgenerator Om de overloopproeven uit te voeren, is een overloopgenerator geïnstalleerd op de dijk in de Hedwige-Prosperpolder. Via pompen wordt het water aangevoerd naar de generator. Vervolgens stroomt een vastgestelde hoeveelheid water via een afgebakende strook naar beneden over de dijk. Er zijn meerdere overloopproeven uitgevoerd. Peeters: “Zo hebben we bijvoorbeeld stroken gebruikt van de dijk met een gesloten grasmat, een groot konijnenhol, een boom nabij de teen en een zogenaamde schapenklif, waar schapen het talud onderaan de dijk vertrappeld hebben. Tijdens de meeste proeven hebben we een rivierpeil van zo’n 30 cm boven de dijkkruin nagebootst.” Een eerste voorzichtige conclusie van de overloopproeven is dat de dijkbekleding stevig is en behoorlijk veel waterstroom kan weerstaan. “Zolang de grasbekleding gesloten is zonder vertrappelde zones of graverij, ontstaat nauwelijks schade. Maar bij gaten in het grasdek of in de dijk, is de schade fors. Dan is er nauwelijks tijd om te reageren”, legt Peeters uit. “De overloopproeven lieten goed zien hoe grensoverschrijdend het project letterlijk is. Met de dijk exact op de grens van België en

Nederland kunnen we ook verschillen in beheer per land meenemen. Een mooie bonus.” Schade herstellen Waar het werk van Patrik Peeters ophoudt, komt Bart Vonk, adviseur Waterkeringen bij Rijkswaterstaat, in actie met zijn team calamiteitenbeheersing. Vonk: “Interessant aan het Polder2C’s project is dat wij de ontstane schade gebruiken om hersteltechnieken te testen. Twee schades als gevolg van de overloopproeven van Patrik waren aanzienlijk; één in Nederland bovenin de dijk en één in België vlakbij de teen van de dijk. Een mooie gelegenheid om innovatieve (tijdelijke) herstelmethodes te testen.” Het team van Vonk heeft vier technieken geselecteerd om uit te proberen: -

Zandzakken en folie; Incisie en folie; Grote knikkerzakken; Reparatie met klei.

De twee eerste technieken bieden een tijdelijke reparatie en zijn in december uitgeprobeerd. De andere twee meer permanente reparaties staan gepland voor het voorjaar van 2021.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.