6 minute read
Ierland
from ZuivelZicht 2 2021
by BDUmedia
Groei na de brexit Ierse zuivelindustrie kijkt voorbij de Britse buren
De brexit zadelde alle exportgerichte zuivelbedrijven in Ierland op met forse problemen. Hoe gaan de veelal coöperatief georganiseerde organisaties hiermee om? Een rondje langs de grazige velden van verschillende Ierse hoofdrolspelers.
Tekst: Hermann-Josef Martin
Afgelopen zomer ging de schop de grond in voor uitbreiding van de zuivelfabriek van Ornua, in Wisconsin in de Verenigde Staten. Het illustreert dat de Ierse zuivelindustrie verder kijkt dan het Verenigd Koninkrijk. (Foto: Ornua)
Van oudsher richt de export van Ierse zuivel zich voor een belangrijk deel op het Verenigd Koninkrijk, inclusief Noord-Ierland. De brexit maakt daar geen einde aan, maar gooit wel roet in het eten. Zo is de tijd voorbij dat de Ieren de grenzen met hun Britse buren zonder noemenswaardige douanecontroles konden passeren. Ook is het minder eenvoudig om rauwe melk en melkconcentraat vanuit het binnen het Verenigd Koninkrijk vallende Noord-Ierland naar Ierland te transporteren. Door gebrek aan verwerkingscapaciteit in NoordIerland vloeiden de afgelopen jaren vele miljoenen liters melk van noord naar zuid, tot ieders tevredenheid. Naar schatting een derde deel van de Noord-Ierse melk belandde in Ierland, zonder enige belemmering of heffing. De nieuwe werkelijkheid brengt weliswaar geen heffingen met zich mee, maar wel administratieve procedures en douanecontroles. Het verslechtert de concurrentiepositie voor de Ieren zodra ze naar het Verenigd Koninkrijk willen exporteren.
Ornua
Sinds een meerderheid van de Britten medio 2016 voor de brexit koos, was het de Ierse zuivelindustrie duidelijk dat het de bakens moest verzetten. Een belang-
rijke speler in dit geheel is Ornua Co-operative, een op export gericht samenwerkingsverband van alle grote Ierse zuivelconcerns. Sinds 2016 tracht Ornua nieuwe afzetmarkten aan te boren. Het wil minder afhankelijk worden van het Verenigd Koninkrijk. Om meer kans te maken op de nietBritse markten werkt men gelijktijdig aan een veelzijdiger zuivelassortiment. Dus steekt Ornua extra geld in innovatie en in het versterken van de handelsbetrekkingen met het buitenland. Die strategie kan op steun rekenen van de Ierse staat (via de Irish Economic Development Authority Enterprise) en van landbouworganisatie Bord Bia.
Glanbia
Glanbia is verreweg de grootste Ierse zuivelproducent en als zodanig ook de belangrijkste steunpilaar van Ornua. Toch heeft Glanbia sinds enkele jaren ook een eigen agenda, inclusief export- ambities. Het coöperatieve concern wil gehoor geven aan de ambitieuze uitbreidingsplannen van een groot deel van de leden. Zij willen meer melk leveren en dus herschikt Glanbia diverse productie- en verkoopkanalen. Belangrijke internationale partners in dit verband zijn het Amerikaanse Leprino Foods Company en Royal A-ware. Samen met deze partners ontwikkelt Glanbia nieuwe producten. Ook nemen de buitenlandse partners een belangrijk deel van de investeringen voor de bouw van twee Ierse kaasfabrieken voor hun rekening. Glanbia stelt daar onder meer jarenlange melkleve- ranties tegenover. Om alle zuivelfabrieken van voldoende melk te voorzien, verwacht het concern dat het de komende jaren aanzienlijk meer rauwe melk nodig heeft. In 2022 zou er al circa een miljard liter meer nodig zijn. De samenwerking met A-ware ging begin 2019 formeel van start. De beoogde € 150 miljoen kostende kaasfabriek in Belview zou in 2022 opengaan, maar een bezwaarschrift van een milieuorganisatie lijkt voor vertraging te zorgen. De nieuwe fabriek kan per jaar 450 miljoen liter melk verwerken. Naast een breed assortiment aan kazen denkt Glanbia vanuit Belview ook meer weiproducten te kunnen verkopen. Wat betreft afzet en marketing heeft A-ware de regie in handen, zo is overeengekomen. Samen met Leprino Foods Company bouwt Glanbia in de Amerikaanse deelstaat Colorado een mozzarellafabriek ter waarde van € 130 miljoen. Jaarlijks produceert men er circa 45.000 ton kaas, bestemd voor pizzaproducenten en voor export naar de EU. Glanbia levert de melk. De Irish Economic Development Agency Enterprise Ireland subsidieert dit project met een onbekend bedrag. Daarnaast bouwt Glanbia sinds 2018 ook nog aan de grootste melkpoederfabriek van Ierland. Kosten: € 125 miljoen. In deze fabriek in Belview verwerkt het concern wekelijks 32 miljoen liter melk. Een kleiner project (€ 15 miljoen) is de bouw van een innovatiecentrum bij Glanbia’s grootste zuivelfabriek in het plaatsje Ballyragget. Hier wil men nieuwe producten ontwikkelen en testen. Het dit jaar startende centrum moet ervoor zorgen dat Glanbia’s portfolio aanzienlijk diverser wordt, zodat er nieuwe mogelijkheden ontstaan op de wereldmarkten. Het bedrijf levert momenteel aan vijftig verschillende landen.
De fabriek van Dairygold in Moogely (Cork) waar de coöperatie sinds kort de melk verwerkt voor het Noorse zuivelconcern Tine. Dat laat daar haar Jarlsberg-kaas maken. (Foto: Dairygold)
Lakeland Dairies
Het in Noordwest Ierland gevestigde Lakeland Dairies is de op een na grootste zuivelverwerker van het land. De coöperatie verwerkt de melk van 3.200 melkveebedrijven. 40 procent van de leden is Iers, de overige 60 procent van de aangesloten leden zijn gevestigd in Noord-Ierland. Geen wonder dat de Lakeland-directie mordicus tegen een harde brexit was. Zonder overeenkomst tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie zou het bedrijf keihard geraakt zijn door importheffingen en stroperige douaneprocedures. In 2019 nam Lakeland het noodlijdende LacPatrick over, waardoor het plotseling 1,85 miljard liter melk erbij kreeg. Het management spreekt van een fusie die ‘nieuwe synergie’ en efficiencywinst moet opleveren. Dat betekende onder meer reorganiseren en obsolete bedrijfsonderdelen saneren. De fusie leidde in 2019 tot een recordom-
zet van ruim € 1 miljard, een stijging met 27,7 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Over 2020 wordt rekening gehouden met omzetverlies. Door de coronapandemie zakte de verkoop aan bijvoorbeeld hotels, restaurants en zorginstellingen in.
Dairygold
In het zuidoosten van Ierland zetelt Dairygold. Het bedrijf verwerkt bijna 1,4 miljard liter melk per jaar. De nummer drie van Ierland investeert sinds enkele jaren fors in capaciteitsuitbreiding, innovatieve trendgerichte producten en het versterken van de eigen positie op belangrijke buitenlandse markten. Als alle ambities gerealiseerd worden, groeit de hoeveelheid te verwerken melk de komende
Advertentie
Melkontvangst bij de fabriek van Aurivo in Killygorden. (Foto: GEA)
jaren tot minimaal 1,65 miljard liter per jaar. In dat geval zou Dairygold sterker komen te staan in de handel met (vooral) Azië en continentaal Europa. In sommige landen investeert het concern in lokale partnerschappen.
Aurivo
In Noordwest-Ierland zetelt Aurivo, goed voor een jaaromzet ter waarde van € 446 miljoen. Het management van het bedrijf verwacht de komende jaren een groei van 9 procent. Om dat mogelijk te maken, investeert men onder meer in uitbreiding van de productie van melkpoeder. Opvallend is de aandacht van de onderneming voor energiebesparing en het vervangen van fossiele brandstoffen door alternatieve oplossingen. Zo daalde het fossiele brandstofverbruik in een van de fabrieken met maar liefst 80 procent. Het is een voorbeeld van de moderniseringsslagen die Aurivo maakt. Er is veel aandacht voor state-of-the-arttechnologie. Dat geldt voor zowel de zuiveldivisie, als ook voor andere onderdelen van het bedrijf (veevoer, slachtvee).
Carbery
Ook de in het Zuid-Ierse Cork gevestigde Carbery Group (omzet 2019: € 434 miljoen) zet in op groei. In het najaar van 2020 opende het een gloednieuwe kaasfabriek, waarvoor € 78 miljoen op tafel werd gelegd. Het bedrijf produceert verschillende kazen, in totaal zo’n 64.000 ton. Belangrijke klanten zijn de foodservicesector en voedingsindustrie in Europa en Azië. Van oudsher levert het bedrijf vooral aan de Britse markt. Carbery wil zijn grote afhankelijkheid de buren zo snel mogelijk verminderen. Daarvoor werkt het aan een veel gevarieerder assortiment, geschikt voor markten voorbij de Britse buren.
Arrabawn
In Noordwest-Ierland is Arrabawn een belangrijke speler op de zuivelmarkt. In 2019 realiseerde het bedrijf een omzet van € 265,5 miljoen. Dat resultaat lag iets onder de recordomzet van 2018. Het bestuur van de coöperatie verklaart de teruggang door tegenvallers bij de verkoop van diervoeding, een andere tak van het bedrijf. De zuivelverkoop zou wel in de lift zitten. Het bedrijf verwacht voor de komende jaren een stabiele groei, waarbij de aanvoer van melk stijgt van 422 naar 500 miljoen liter per jaar. Daarom investeerde het in 2019 onder meer in een nieuwe fabriek voor melkeiwitten. Omdat er ook een nieuwe waterzuiveringsinstallatie werd aangelegd, liep de totale investering op tot bijna € 20 miljoen. Voor Arrabawn betekent dat een nieuw investeringsrecord.