2 minute read

HOE GAAT HET? EEN VRAAG ALS UITGESTOKEN HAND

Dominique Coopman

WAT EEN JAAR, 2021.

Ik word voor de vijfde keer opa. We hebben vier kinderen. Onze oudste zoon heeft drie kinderen, van negen, drie en een jaar. Ons schoondochter brak zes weken geleden haar enkel. Zware breuk, maandenlange revalidatie. Onze oudste dochter heeft twee kinderen, van drie en een jaar. Zij staat er nagenoeg alleen voor. Mijn jongste dochter is alleen, heeft een kat en veranderde dit jaar van werk. Zij zorgt voor mensen met een beperking. Mijn jongste zoon is alleen, heeft een hond en een frituur. Op de plaats waar hij nu frietjes bakt, moet hij weg. Hij werkt hard, wil in 2023 een gloednieuwe zaak openen.

WAT EEN JAAR, 2021.

Ik hang mijn werkfiets aan de haak, maak mijn laatste Visie en ga op pensioen. Of ik mij wat kan bezighouden, vraagt mijn buurman? Eerst wat uitrusten, opruimen en rouwen, zeg ik. De balans opmaken en nieuwe plannen smeden. Ik duik mijn derde levensfase in als opa die plots erg nuttig blijkt, van online les helpen volgen tot zotte spelletjes doen. Ik moet ook nog wat huis- en tuinwerk inhalen. Keuzes maken in mijn vrijwilligerswerk, leren ‘nee’ zeggen. En ik wil nog heel veel schrijven.

WAT EEN JAAR, 2021.

Mijn vrouw wordt zestig. Ik had een verrassing in petto, maar op de vooravond van haar verjaardag belt ze: ‘Blaas maar alles af. Het resultaat van de covidtest is positief. Wij moeten in quarantaine.’ Mijn vrouw werkt op de REVA-afdeling van AZ Groeninge in Kortrijk. Ook voor mijn pensioen geen groot feest. Ik keek uit naar mijn laatste tweedaagse met de collega’s, het West-Vlaams bewegingsfestival, de nieuwjaarsreceptie in de Brusselse AB, maar alles wordt geschrapt. Positief is wel dat ik, na drie vaccinaties en enkele keren zo’n wattenstaaf in je neus draaien, tot hiertoe de coronadans ben ontsprongen. Maar hout vasthouden. Niets is vanzelfsprekend.

WAT EEN JAAR, 2021.

Mijn moeder sterft. Madeleine Wybo (1933 – 2021). Ik zat naast haar, die laatste nacht, toen ze zachtjes heenging. Het was mijn eerste nacht in het ziekenhuis sinds mijn geboorte. Een mens moet chance hebben met zijn gezondheid. Voor ik er was, had mijn moeder al twee kindjes verloren. Later is mijn broer Luc gestorven, omvergereden door een dronken chauffeur. Mijn moeder gaf zijn te vroege dood (net geen 18) betekenis door zich nog harder te engageren voor Femma en in de politiek (eerste vrouwelijke schepen van Wingene).

WAT EEN JAAR, 2021.

Sinds mijn zeventiende maak ik interviews. Voor dagblad Het Volk, KijkOp (Kajottersblad), Raak (kwb), Visie, Femma en OKRA-magazine. Wat een voorrecht! Elke ontmoeting, elk interview, dezelfde vragen. Hoe gaat het? Wie ben je? Gezin, werk? Waar ben je trots op? Wat is jouw grootste verdriet? En dan luister ik, zonder oordeel. ‘Ik zit liever aan de kant van het luisteren, dan van de zieke die op een bezoekje wacht,’ hoor ik mijn moeder in me. Ontmoetingen uit 2021 die op mij een grote indruk maken zijn die met Elke Plovie (41) en Lynn Formesyn (33). Elke is een warme pleitbezorger van het vrijwilligers- en buurtwerk, maar verliest haar vader zonder afscheid, corona weet-je-wel. Lynn is een reumapatiënt die met haar boek Zinvol ziek en haar podcast ‘In de grijze zone’ baanbrekend werk doet voor de erkenning van lotgenoten met een chronische aandoening. Wir schaffen das, het zal ons lukken. Dus google hen.

Hoe gaat het? Elk gesprek, elke vergadering, elk overleg zou met die vraag moeten beginnen. In de Beweging, in het onderwijs, in de zorg, in de Kerk, in de politiek. Hoe gaat het? Het is de vraag van de uitgestoken hand, de vraag die verbindt. En dus de allerbelangrijkste.

This article is from: