Bio Actief 31

Page 1

Bio Actief 31 Jouw ontmoeting met een dynamische sector

“Samenwerken is geven en nemen.” LU C PAU WEL S

driemaandelijks tijdschrift verschijnt in maart

- juni - september - december


Bio Actief

Jouw ontmoeting met een dynamische sector MA A R T 2 0 1 6 , EDI T I E 3 1 Bio Actief is een uitgave van BioForum Vlaanderen vzw. Bio Actief vind je vier keer per jaar in je brievenbus. BI O FOR U M V L AANDE R EN V Z W Quellinstraat 42 2018 Antwerpen T 03 286 92 78 E info@bioforumvl.be www.bioforumvlaanderen.be V.U . Kurt Sannen, Asdonkstraat 49, 3294 Molenstede

VOORWOORD

Kruispunt Beste lezer,

HO O FDR EDAC T I E Tom Wouters

Meer bio in winkels en supermarkten, meer aandacht van de media en aanwezigheid in elk debat over landbouw: bio staat op een kruispunt.

E I N D R E DAC T I E Petra Tas RE D A C T I ER AAD E N I NHOUD ELIJKE EXPERT I SE Bram Fronik (Verwerking & wetgeving), An Jamart (Landbouw), Marijke Van Ranst (Verkooppunten & foodservices), Esmeralda Borgo (Beleid), Paul Verbeke (Ketenmanager), Lotte Van Boxem (Communicatie consument), Lieve Vercauteren (Directeur)

Onze sector is volop aan het groeien. Steeds meer boeren denken aan omschakelen, verwerkers kiezen voor biolijnen, de distributiekanalen nemen toe.

FO T O G R AF I E KVL/Creative Nature, Lisa Develtere, Sophie Nuytten, Tim Vandewiele

Dat is een evolutie waar we alleen maar blij mee kunnen zijn, al geeft het ook uitdagingen. Bio moet niet alleen kwantitatief maar ook kwalitatief groeien. De basisprincipes van de biobeweging zijn daarbij de wegwijzers.

CO VE R F OT O KVL/Creative Nature

Omschakelaars zijn dus meer dan welkom, maar vraag en aanbod moeten op elkaar afgestemd blijven, willen we niet in dezelfde val trappen als de klassieke voedingsmarkten: bulkproductie, dalende prijzen, schaalvergroting, ...

VO RM G EV I NG We Make Graphics ME T DANK AAN Luc Pauwels, Narissa Pauwels, Luc Staelens, Philip Sinnaeve, Lien Debergh, Erik Mathijs, Greet Lambrecht, Sander Van Haver. D RU K Zwart op wit VE RZ E NDI NG De Brug vzw A BO N NER EN Belgische marktspelers krijgen een gratis abonnement. Ben je geen marktspeler, maar wel geïnteresseerd in een ­jaarabonnement? Maak dan 25 euro over op bovenstaand rekeningnummer met de vermelding ‘Abonnement Bio Actief’. Buitenlandse abonnees betalen 30 euro (BIC: TRIOBEBB, IBAN: BE30 5230 8012 5311). A D VE R T ER EN Wil je graag de publicitaire mogelijkheden van Bio Actief k ­ ennen? Neem contact op met Sabrina Proserpio, E sabrina.proserpio@bioforumvl.be, T 03 286 92 70. Deze publicatie kwam tot stand met de steun van de Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling, van het Departement Landbouw en Visserij.

Eigenlijk zijn de basisprincipes van de internationale biobeweging moeilijk te verzoenen met die van de neoliberale vrije markt. Daarom ook dat veel bio-ondernemers initiatieven opzetten die de klassieke marktmechanismen corrigeren, zoals CSA of fairtrade-afspraken met retail. De overheid speelt hier een niet te onderschatten rol. Zij bepalen immers de spelregels van de economie en op dit moment zijn die in het voordeel van wie minder duurzaam werkt. Het wordt tijd dat duurzaam ondernemen echt beloond wordt. Onder meer de provincie West-Vlaanderen toont hoe ook lokale overheden hier aan kunnen meewerken. Bio staat op een kruispunt. Aan ons om de juiste weg te blijven bewandelen.

KURT SANNEN

Voorzitter BioForum Vlaanderen kurt.sannen@bioforumvl.be

02

Bio Actief

31


BIO ACTIEF 31

Inhoudstafel 6

12

15

"Amai, d’er steekt veel liefde in bio" Inzetten op het potentieel van agro-ecologie Hoe interpreteer je pesticiden­ residu’s?

22

Hoeveel bio in cosmetica?

24

Kiezen voor bio

25

De eerste indruk telt

7 LEVENDE SECTOR

Samenwerken over sectoren heen

LEKKERE SECTOR

16

Het jaar van de peulvrucht

20 EERLIJKE SECTOR

Ggo’s in schaapvacht Bio Actief

31

03


Bio Flash Schenk je voedseloverschotten weg Heb je als voedingsbedrijf af en toe voedseloverschotten? Geef ze een goede bestemming en schenk ze weg. Het online platform De Schenkingsbeurs brengt bedrijven in contact met sociale en voedselhulporganisaties. Je kan occasionele schenkingen doen of op regelmatige basis je voedseloverschotten doneren. Meer weten? Je vindt alle informatie op ­ www.schenkingsbeurs.be. Je kan ook meer info vragen via info@schenkingsbeurs.be of telefonisch contact opnemen met initiatiefnemer Komosie vzw via T 03 281 03 30.

fotografie

KVL/Creative Nature

10e IFOAM EU-Congres in Amsterdam Het jaarlijkse IFOAM EU-congres vindt dit keer plaats in Amsterdam. Van 2 tot 4 april komen bio-ondernemers en organisaties uit heel Europa samen om te praten en te discussiĂŤren over de toekomst van bio. Het thema dit jaar: hoe kan bio ons voedsel- en landbouwsysteem helpen hervormen? Wil je ook deelnemen aan het IFOAM EU-congres? Registreer je nog snel via http://organic-congress-ifoameu.org/registration.

Word lid van BioForum Vlaanderen! Op 5 jaar tijd groeide het ledenbestand van BioForum Vlaanderen met meer dan 100 leden. Dat is goed nieuws, want elk extra lid zorgt voor meer gewicht in ons lobbywerk voor de biosector. Maar lid word je ook om andere redenen: je kan een beroep doen op persoonlijk en professioneel advies en bepaalt mee onze visie. Met jou erbij krijgt onze organisatie extra slagkracht! Word ook lid van BioForum Vlaanderen! Surf naar www.bfvl.be/wordlid of neem contact op via info@bioforumvl.be of T 03 286 92 78.

...

04

Bio Actief

31


Algemene vergadering BioForum Vlaanderen

Sponsor goede doelen met de NewB Card De coöperatieve bank NewB brengt binnenkort de NewB betaalkaart uit. Per betaling met de kaart schenkt uitgever Mastercard 5 eurocent aan een van de organisaties in de coöperatie, zonder extra kosten voor de kaarthouder. Kaarthouders kiezen zelf welke organisatie ze willen steunen. BioForum Vlaanderen kan als coöperant schenkingen ontvangen.

Op 26 april zijn alle leden van BioForum Vlaanderen welkom op de Algemene Vergadering. Die vindt plaats op Inagro in Rumbeke-Beitem. Je bent welkom vanaf 15u voor een bedrijfsbezoek, de Algemene Vergadering zelf begint vanaf 16.30u. Naast het statutair gedeelte willen we samen kijken hoe we de groei van primaire productie in bio kunnen bevorderen en welke rol de keten daarin speelt. Afsluiten doen we met een maaltijd. Kan je erbij zijn? Meld je dan uiterlijk op vrijdag 15 april aan bij BioForum via info@bioforumvl.be of T 03 286 92 78.

Je kan als coöperant van NewB de kaart alvast reserveren op www.newb.coop/nl. Volgens de laatste berichten zouden de bestelde kaarten in het najaar naar de leden gestuurd worden.

Nieuw lastenboek Biogarantie Sinds 1 maart is er een nieuw lastenboek voor Biogarantie. Vooral de regels voor verkooppunten zijn grondig herzien. Voor hen zal het eenvoudiger worden om te voldoen aan de criteria. Daarnaast zijn alle criteria voor non-food geschrapt uit het lastenboek, met nog één overgangsjaar voor cosmetica, etherische oliën, extracten, maceraten en tincturen niet bestemd voor voeding. Benieuwd naar alle veranderingen of geïnteresseerd om het Biogarantie-label te voeren? Surf dan naar ­ www.biogarantie.be.

fotografie

Lisa Develtere

Bio Actief fotografie

Sophie Nuytten

31

05


SAMENWERKENDE SECTOR

“Amai, d’er steekt veel liefde in bio” De nieuwe consumentencampagne zet bioproducten om beurten in de schijnwerpers. In juni 2016, voor de eerste editie van de campagne, gaat onze aandacht naar zuivel en eieren. De focus op producten helpt ons om de zorg en het vakmanschap van de sector in de verf te zetten. Een overtuigde BV verwoordt zijn bewondering voor de sector. fotografie

Annelijn Steenbruggen

WIE?

De hele biosector W AT ?

De nieuwe campagne start in juni met focus op zuivel en eieren WAAROM?

Een BV drukt zijn bewondering uit voor de biosector.

8 productgroepen, 8 concrete verhalen

D

e komende drie jaar voeren we een productgerichte campagne. Door ons te focussen op één productgroep, kunnen we beter vertellen wat bio bijzonder maakt. In juni 2016 zetten we in op zuivel en eieren, in september komen groenten en aardappelen aan bod. In 2017 starten we met plantaardige producten, vervolgen we met vlees en

eindigen we met hard fruit. 2018 wordt het jaar van granen, kleinfruit en alcoholische dranken. Bij elke campagnegolf hebben we aandacht voor zowel het primaire als het verwerkte product.

De bewondering van Wim Lybaert Wim Lybaert is een Bekende Vlaming naar ons hart. In het najaar van 2016 lanceert hij een nieuw tv-programma waarin milieubewust telen en authentiek koken centraal staan. Hij wil mensen aanzetten tot bewust consumeren en heeft een hart voor de boerenstiel. In 2016 prijkt hij op onze campagneaffiches en drukt zijn bewondering voor bio uit: "Amai d’er steekt veel liefde in". Op de affiche zullen ook bioboerin Lien Debergh ('t Vier Uyterstenhof) en Dries Debergh (Dischhof) staan.

Promotiemateriaal voor elk Affiches bezorgen we aan de hele sector: ze komen te hangen in cultuurcafés, restaurants en bibliotheken in 10 verschillende grote steden. Voor de bioverkooppunten voorzien we naast de campagne-affiche ook in flyers en productaffiches, over kaas en ei in juni en over groenten en aardappelen in september. Onze consumentensite www.biomijnnatuur.be wordt grondig vernieuwd en zal op de home-

06

Bio Actief

31

page in het teken van de productgroep staan. De campagne bereikt op Facebook 12.000 volgers en via mailings 13.000 abonnees. We organiseren een persmoment en zetten ons persnetwerk in om zoveel mogelijk media-aandacht te krijgen voor de meerwaarde van bio. Op de winkelvloer en online nodigen we de consument uit om te stemmen in een verkiezing voor hun Favoriet Bioproduct. Elke fabrikant van zuivel- of eiproducten kan één product bij ons aanmelden voor deze verkiezing. Meer info vind je op www.bfvl.be/biocampagne/verkiezing.

Profiteer mee van de ­campagne Een campagne creëert aandacht voor bio, dus profiteer daar mee van. Met jouw steun en bekendmaking associeer je je bedrijf met een overtuigende boodschap en versterk je de campagne. Hang de affiches op en deel onze nieuwsberichten voor consumenten. Organiseer een rondleiding, workshop, opendeurdag of proeverij, ongeacht of jouw bedrijf aansluit bij de productgolven. Zo kan je zelf laten zien hoeveel liefde jij in bio steekt. MEER WETEN?

Schrijf nu je activiteit in via w ­ ww.bfvl.be/­ activiteiten_biocampagne. Meer updates over de campagne krijg je in je mailbox.


LEVENDE SECTOR

Samenwerken over sectoren heen Hoe gaan we in de biolandbouw om met interne uitdagingen als grondtekort, klavermoeheid en mestafzet? Samenwerken zou wel eens de sleutel kunnen zijn, zoals de twee volgende portretten bewijzen.

LANGE INTERVIEWS ONLINE Je vindt een uitgebreidere versie van deze interviews op onze website. www.bfvl.be/bedrijfindekijker Bio Actief

31

07


Luc en Narissa Pauwels WIE?

Luc en Narissa Pauwels W AT ?

Groenten WAAR?

Ternat A A N TA L H E C TA R E ?

16 BIO SINDS? fotografie

1981

KVL/Creative Nature

N

og voor er echt sprake was van een Vlaamse biosector, was Luc Pauwels al biologisch aan het boeren. Hij startte in 1981 met zijn bioboerderij. "Ik wou al van kinds af boer worden, maar dan wel met aandacht voor het milieu: ik zat in een milieuvereniging en was ook bezig met macrobiotiek. Zo kwam ik automatisch uit bij bio." Luc begon erg kleinschalig - op 2 hectare - met groenteteelt. "Ik verkocht vooral aan particulieren, via boerenmarkten en thuisverkoop." Luc organiseerde zijn afzet samen met collega-telers uit de buurt. "We waren niet met veel en dat liep vrij goed. Alleen merkte ik al snel dat ik te veel teelten had. Ik voelde de nood om mij meer te specialiseren." Door met een beperkter aantal teelten aan de

slag te gaan, werd zijn productie ook groter en moest hij op zoek naar andere afzetkana-

len. "Ik ben beginnen leveren aan de veiling. Nadat ook een supermarkt mee op de kar sprong, bouwde ik de verkoop aan particulieren af. Niet dat ik daar al te rouwig om was, want ik stak liever tijd in het boeren dan in de rechtstreekse verkoop."

Arbeidsintensieve ­gewassen

mensen komen niet alleen uit de omgeving, maar ook uit Brussel. Ze zien het vaak als een ideale gezinsactiviteit." Volgens Luc is er in die jaren heel wat veranderd: "Ik ben gestart op 2 hectare en zit intussen aan 16 hectare. Dat zou ik zoveel jaren geleden nooit gedacht hebben. Ik koos voor schaalvergroting om efficiënter te produceren."

Vandaag telen Luc en Narissa vooral arbeidsintensieve gewassen. In het voorjaar starten ze met aardbeien, in de zomer oogsten ze "We telen graag voor de supermarkten, al is courgettes en vanaf het najaar worden de het niet altijd makkelijk om aan hen te levekolen geoogst en verkoopsklaar gemaakt. ren. De keten is vaak weinig transparant Hij heeft de verkoop aan particulieren niet en ze biedt te weinig zekerheid. Ik hoor wel helemaal afgezworen: wanneer het aanbod iedereen roepen dat er tekorten zijn op de aardbeien te groot wordt voor de groothan- markt, maar als boeren ervaren we dat we del, organiseren Luc en Narissa voor de rest te vaak met overschotten zitten. Zo besefvan het aardbeienseizoen een zelfpluk. "Dat fen sommige handelaars niet dat je als boer groeit met de jaren. Een groot deel van onze eigenlijk al zeker moet zijn van je afzet voor productie verkopen we op die manier. En de je kan produceren. Betere afspraken leiden tot een efficiëntere productie, betere prijzen en ook minder voedselverspilling." Luc vertelt dat boeren vroeger onderling meer afspraken maakten, wat moeilijker is in een versnipperde markt. Paul Verbeke van Bio zoekt Keten doet wel zijn best om de keten met elkaar in contact te brengen."

Samenwerken met g ­ angbare buurman Luc zit niet op een eiland. Sterker nog, hij heeft al jarenlang een mooie samenwerking met zijn buurman Jan, een gangbare melkveehouder. "Eigenlijk heb ik als bioboer zeer weinig teelten, die bovendien ook arbeidsintensief zijn. Voor mijn teeltrotatie zaai ik ook percelen met

08

Bio Actief

31


grasklaver in en dat vergt genoeg grond. Ik heb 6 hectare courgettes: op een totaal van 15 à 16 hectare is dat wel erg nauw om mijn teeltrotatie rond te krijgen." De oplossing kwam van Jan die twee van zijn percelen omschakelde naar bio. Luc mocht die twee velden gebruiken voor zijn teeltrotatie. Voor hem was dat de beste oplossing. In zijn streek is grond kopen gewoon onbetaalbaar en als bioboer aan seizoenspacht doen is ook amper haalbaar: "Je zit met die omschakeljaren. Er zijn geen andere bioboeren dicht genoeg in de buurt. Het moet ook nog haalbaar zijn om er alle dagen naartoe te rijden. Ik zie het wel bij gangbare collega’s: zij verhuren grond in seizoenspacht aan elkaar."

werken vooral een kwestie van vertrouwen. Er zijn weinig tot geen financiële afspraken. Jan: "Wij hebben nog nooit naar geld gekeken. Begin te rekenen en er komt ruzie van. Dat gebeurt bij ons nooit. En we hebben ook al veel avonden samen op café gezeten, dat helpt ook." Bij hen loopt de samenwerking dus goed, maar zien ze ook valkuilen voor boeren die ook een samenwerking op poten willen zetten? Luc in elk geval wel: "Veel hangt af van karakters. Het is niet altijd makkelijk om boeren te laten samenwerken. Boeren hebben het financieel niet altijd makkelijk. Vaak beginnen ze dan te rekenen en dan komen ze nergens." Jan beaamt dat: "Ik heb in het verleden ook al met anderen proberen samen te werken, maar dat liep stuk omdat de ander te eigenzinnig was en te veel vasthield aan zijn eigen ideeën. Samenwerken is ook een beetje geven en nemen."

“Samenwerken is ook een beetje geven en nemen.”

Door de samenwerking met Jan kan Luc zijn areaal courgettes aanhouden. Dankzij de grasklaver heeft hij minder last van ziektes en onkruid. De klavers brengen ook stikstof in de bodem. Jan heeft als voordeel dat hij zijn mest kwijt kan en dat hij meer grasklaver heeft om aan zijn koeien te voeren. Luc en Jan werken al meer dan 20 jaar samen. Ze delen ook machines en helpen elkaar als de ander erom vraagt. Voor hen is samen-

Vraag is of het bij Jan niet begint te kriebelen om ook om te schakelen, zeker nu de biosector minder last blijkt te ondervinden van de crisis in de melkveehouderij. Jan: "Ik vind bio een mooi principe en de prijzen zijn goed, maar ik sta niet te springen om

zelf om te schakelen. Dat komt vooral omdat maïs in bio zo moeilijk is. Als ik alleen maar met graskuil zou moeten voeren, dan zou ik advies moeten inwinnen. Bovendien zijn mijn vaste leveranciers en afnemers ook niet van plan om met bio te starten en allemaal nieuwe contacten leggen zie ik niet zitten." Luc: "Ik respecteer zijn keuze. Op zich doet hij het al erg goed. Ik denk ook dat hij niet zo veel zou moeten veranderen om voor bio te gaan. Ik zou het toejuichen als hij zou omschakelen, maar ik respecteer zijn argumenten en wil me niet bemoeien met zijn bedrijfsvoering. Ik ben ervan overtuigd dat de afstand die we houden net het succes is van onze jarenlange samenwerking." MEER WETEN?

www.facebook.com/terloft

Bio Actief 29 31

09


Luc Staelens & ‘t Vier Uiterstenhof WIE?

Luc Staelens, Philip Sinnaeve en Lien Debergh W AT ?

Groenten en melkvee WAAR?

Houthulst en Keiem BIO SINDS?

Luc sinds 2010, ‘t Vier Uiterstenhof sinds 2000

I

n 2010 schakelde Luc 8 van zijn 12,5 hectare om naar bio. Hij had lang zitten zoeken naar de optimale bedrijfsstructuur, maar zijn voorliefde voor groenten leidde uiteindelijk tot een biologisch groentebedrijf. Hij heeft een vruchtwisseling van 2 hectare prei, 2 hectare bloemkool, 2 hectare vroege aardappelen, 2 hectare spruitkool, 2 hectare kleinere teelten en 4 hectare grasklaver. Die zet hij af in de lange keten via Biovibe, in samenwerking met REO veiling.

Tijdens zijn omschakeling kreeg hij van Inagro-adviseur Lieven Delanote al snel de raad om ook grasklaver te telen. Dat krikt de bodemvruchtbaarheid op. Bovendien is het

voor omschakelaars ook economisch interessant. Luc: "In de lange keten krijg je geen meerprijs voor producten in omschakeling, terwijl je bij grasklaver nog afzetmogelijkheden hebt bij biologische veehouders."

Tim Vandewiele

Luc ging op zoek naar een afnemer voor zijn grasklaver, al was het als nieuwkomer niet zo makkelijk om in contact te komen met collega­-bioboeren. Maar op een bijeenkomst van BioForum Vlaanderen legde hij contact met biomelkveehouder Philip Sinnaeve. ‘t Vier Uiterstenhof, de boerderij van Philip en Lien, ligt op zo’n 15 kilometer van Lucs boerderij in Houthulst. Zij zochten op dat moment naar meer regionaal voeder: de start van hun samenwerking. In het begin bleef dat beperkt: Luc verkocht aan Philip en Lien grasklaver en gebruikte de rundveemest van hun melkkoeien . Maar al snel bleek Philip ook te kunnen helpen met Lucs omschakeling. Philip: "Veehouders mogen aan hun koeien voer geven afkomstig van een perceel in het tweede jaar van omschakeling indien ze het zelf geteeld hebben (maar slechts 30 procent omschakelingsvoer als het van een ander bedrijf

"Als bioboer moet je proberen zoveel ­mogelijk voeding uit je bodem te halen." K OE N VA N G E LD E R

fotografie

komt). Voor mij maakte het dus financieel geen enkel verschil of ik omschakelgras of biogras aan mijn dieren voederde." Ze spraken af dat Luc groenten mocht telen op al omgeschakelde grond van Philip en Lien, terwijl Philip de grasklaver gebruikte van Lucs omschakelpercelen. Ze ruilden ongeveer 4,5 hectare. Zo kon Luc zijn producten meteen als bio op de markt brengen. Ook voor de biopremie stelde deze ruil geen probleem, omdat de percelen (onder de toen geldende regelgeving 5 jaar) biologisch uitgebaat werden. Ze gingen ook niet rekenen: beide partijen hadden het gevoel dat ze er beter van werden en dat was voldoende.

Tweede samenwerking Na Lucs omschakelperiode stond de samenwerking weer op een lager pitje, maar in 2014 klopte Luc opnieuw bij Philip aan. Luc: "Ik wou een extra koolteelt, maar moest daarvoor op zoek naar een nieuw perceel. De ideale oplossing was bijkomende aankoop van grond of pacht, maar dat is onder de stijgende vraag naar grond niet simpel. De tweede beste keuze is dan seizoenspacht,

10

Bio Actief

31


heeft eveneens baat bij deze samenwerking: hij krijg nu voer van 2 bijkomende percelen en doorbreekt eveneens zijn monocultuur grasklaver. Dat zorgt voor winst tegen klavermoeheid.

Vertrouwen Allebei zijn ze tevreden met dit systeem. Philip: "Echte financiële afspraken hebben we niet gemaakt, al liet ik het wel even doorrekenen door adviseur Wim Govaerts, zonder tot op de eurocent te kijken. Die eerste berekening gaf een positief saldo. Sindsdien zijn we niet meer aan het rekenen." De sleutel tot een succesvolle samenwerking zit volgens hen ook daar. "Je mag financieel niet het onderste uit de kan willen halen. En je moet de ander kunnen vertrouwen. Bij problemen is een open communicatie erg belangrijk."

maar als bioboer ben je dan wel beperkt tot andere bioboeren." Luc stelde aan Philip voor om een perceel te ruilen. Hij zou spruitkool telen op een perceel van Philip, terwijl Philip grasklaver kon telen op Lucs perceel. Idealiter kon de grasklaver 2 jaar blijven staan in plaats van de meest toegepaste eenjarige grasklaver op groentebedrijven. Zo kwamen ze uit bij een samenwerking waarbij Philip 4 ha grasklaver bij Luc in gebruik heeft en Luc 2 ha spruitkool op percelen van Philip teelt.

voor samenwerking. "We zouden eens moeten berekenen hoe het zit met het stikstof- én fosfaatniveau van onze bedrijven. Misschien valt daar ook nog wat te optimaliseren, zeker op het vlak van fosfaat." Luc en Philip besluiten dat hun samenwerking veel winst oplevert: "De grond in Vlaanderen is schaars en duur. Samenwerken is de beste manier om daar goed mee om te gaan." En de ultieme tip die Philip en Luc willen meegeven? "Kom naar netwerkdagen en bijeenkomsten en leer je collega’s kennen. Samenwerken kan alleen als je elkaar kent. MEER WETEN?

De contactinformatie van 't Vieruiterstenhof en Luc Staelens is te vinden op www.bio­ bedrijvengids.be

Wat houdt hen tegen om meer percelen uit te wisselen? Voor Luc is de afstand minder vanzelfsprekend. "15 kilometer is voor mij als groenteteler toch het maximum. Je moet je teelt ook nog goed kunnen opvolgen. Ik denk ook niet dat dit met alle teelten kan." Zijn er ook andere teelten dan grasklaver denkbaar voor uitwisseling? Luc:"Als ik een groter bedrijf zou hebben, zou ik ook overwegen om graan te zetten. Ik vraag me af of dat sowieso niet beter is voor de bodemvruchtbaarheid dan éénjarige klaver."

“Je mag ­financieel niet het onderste uit de kan willen halen.”

Philip: "We blijven nood hebben aan meer regionaal voer. Voor de 2 ha kunnen ze Zeker nu meer melkgewoon percelen ruilen, veehouders willen voor de bijkomende 2 omschakelen. Hen ha geldt een seizoensmoeten we meegepacht en wordt met het ven dat krachtvoer PH IL IP SIN N A E V E systeem van G-percelen duur is en ze dus gewerkt voor de bemesting. Luc kan zo zijn best zelf of via samenwerking ruwvoer voorbodem vruchtbaarder maken zonder extra zien. Waarom zouden ze bijvoorbeeld niet te moeten investeren in de aankoop van proberen hun gangbare akkerbouwbuurman grond. De grasklaver zorgt er ook voor dat mee te laten omschakelen?" hij meer fosfor mag toepassen op zijn bedrijf en dankzij de bacteriën krijgt hij ook meer De beperkingen voor stikstof en fosfaat zijn stikstoftoevoer voor zijn gewassen. Philip voor allebei nog een bijkomende motivatie

Bio Actief 29 31

11


SECTOR IN GESPREK

Inzetten op het potentieel van agro-ecologie BioForum Vlaanderen sprak met Erik Mathijs die als professor landbouweconomie verbonden is aan de KU Leuven. Hoe ziet de toekomst van de landbouw er volgens hem uit?

WIE?

Erik Mathijs, professor landbouweconomie KU Leuven W AT ?

Interview over de toekomst van de landbouw WAAROM?

Het huidige landbouwmodel staat onder druk, en agro-ecologie kan een oplossing zijn.

N

aast professor landbouweconomie aan de KU Leuven is Erik Mathijs in Europa actief als onderzoeker. Als voorzitter van de Foresight-werkgroep voor het Standing Committee on Agricultural Research (SCAR) onderzoekt hij de toekomstige uitdagingen van de landbouw. Hij is ook actief in het leerplatform agro-ecologie, waar onderzoekers met elkaar in debat gaan over de toekomst van de landbouw en de rol van agro-ecologie.

Laten we maar meteen van start gaan met de meest prangende vraag in het landbouwdebat: hoe zal de wereld gevoed worden in 2050? Wat moet er in onze samenleving veranderen? Erik Mathijs: Voor mij is de consument de sleutel. In deze discussie ligt de nadruk maar al te vaak op productie, terwijl ongebreidelde consumptie nauwelijks in vraag wordt gesteld. Ik ben het daar niet mee eens. De grootste uitdaging zal niet zozeer zijn om de voedselproductie te laten stijgen, wel om het consumptieniveau in lijn te brengen met onze beperkingen én bovendien voedselverspilling tegen te gaan. Alleen dan zullen we in staat zijn om de bevolking op een duurzame manier te voeden.

12

Bio Actief

31

Vandaag hebben we een economisch model dat consumptie net stimuleert... Hoe valt dat te verzoenen? We moeten naar een verdienmodel gaan waarbij het niet nodig is om in materiële termen meer te consumeren. Bedrijven moeten in staat zijn om hun businessmodel op een creatieve manier aan te passen. Kijk naar de energiesector: daar verdienen ze geld dankzij energiebesparing. Zet je daar op in, dan creëer je een win-winsituatie.

Hoe vertaal je dat naar de voedingssector? Een bedrijf zou dan niet als missie hebben om meer voedsel te verkopen, maar wel de mens gezond en de planeet duurzaam maken. Een cateringbedrijf zou zich bijvoorbeeld kunnen focussen op seizoens- en streekgebonden voeding en zorgen voor minder voedselverlies door minder schotels aan te bieden. Ook andere marktspelers kunnen hiermee aan de slag. Supermarkten kunnen de consument stimuleren via het aanbod (wat wanneer) en de manier waarop ze het promoten. Toch lijkt de keuzevrijheid voor de consument op dit moment het belangrijkst te zijn, en dat is een groot probleem. De consument


is verwend en volledig vervreemd van de natuur en de seizoenen. Je kan proberen om hem daar opnieuw mee in contact te brengen: via een eigen tuin, via CSA-boerderijen ... Alleen is dat niet voor iedereen weggelegd. Willen we duurzame consumptie voor iedereen mogelijk maken, dan moet dat via de bedrijven gebeuren. Ook de overheid kan daar op inspelen via fiscaliteit, subsidies ...

Welke rol zie je voor agro-ecologie? In essentie is landbouw het realiseren van bodemvruchtbaarheid en het produceren van nutriënten. We oogsten grondstoffen en halen nutriënten weg. Die moeten we daarna opnieuw aanvullen. Elke vernieuwing binnen de landbouw uit het verleden heeft daar op ingespeeld.

voor de tweede weg, de "short cut": kunstmeststoffen, met alle bijhorende nadelen op het vlak van broeikasgassen en negatieve impact op het bodemleven. In beide gevallen, zowel bij agro-ecologie als bij de gangbare landbouw, zien we een tendens naar meer precisielandbouw.

logische pad voldoende te ontwikkelen en intussen moeten we voedsel kunnen produceren. In afwachting is een tweesporenbeleid nodig. Tegelijkertijd moeten we verder inzetten op precisielandbouw. Als je dan toch kunstmeststoffen gebruikt, kan je ze maar beter zo efficiënt mogelijk inzetten.

Agro-ecologie speelt in op natuurlijke processen waarover we eigenlijk nog niet zoveel weten: het bodemleven rond een plantenwortel. Dat enorm potentieel blijft daardoor tot op vandaag onbenut. Ook moeten we nog meer aandacht besteden aan het sluiten van kringlopen, want ook bij agro-ecologische landbouw is dat een probleem. We halen immers nutriënten weg door te oogsten. Kunnen we die op de een of andere manier weer in de landbouw brengen? Daar is onderzoek noodzakelijk.

Agro-ecologie en grondgebonden landbouw vergen... grond. In Vlaanderen is die schaars. Houden we landbouw en natuur volgens jou beter strikt gescheiden (land­sparing) of moeten we naar meer verweving streven (landsharing)?

“Met ­ondergrondse biodiversiteit houdt onderzoek geen rekening. Laat net die van belang zijn om landbouw ook in de toekomst mogelijk te maken.”

Vandaag zien we twee wegen. De eerste is agro-ecologie, waar E RIK MAT H IJS we nutriënten proberen aan te vullen via natuurlijke processen. Maar men kiest vooral

Die discussie wordt momenteel veel te eng gevoerd. Zowel het systeem als de doelstellingen zijn te beperkt. Het systeem overstijgt de locatie zelf: als je kunstmeststoffen gebruikt, verbruik je veel broeikasgassen en dat heeft indirect ook een impact op biodiversiteit. Daar houden de onderzoeken van vandaag geen rekening mee. De doelstellingen beperken zich bovendien tot het beschermen van bovengrondse biodiversiteit en dan nog maar een beperkt aantal soorten en hun habitats. Met andere soorten houden ze geen rekening, laat staan met de ondergrondse biodiversiteit. Laat net die van belang zijn om landbouw ook in de toekomst mogelijk te maken.

Er is nog veel tijd nodig om het agro-eco-

Bio Actief 30

13


ten op industriële productie met megastallen en megakassen, waar alles gecontroleerd en gemeten wordt. Vraag is of dat wenselijk is.

Pijnpunt is ook de prijs die boeren krijgen voor hun producten. Hoe zou het Europese landbouwbeleid volgens jou moeten evolueren om daar een oplossing voor te vinden? In de landbouw zie je heel veel prijsschommelingen. Een individuele boer kan daar onmogelijk mee omgaan en dus heb je een collectief mechanisme nodig. Het toekomstige landbouwbeleid zal zich richten op het opvangen van prijsschommelingen. In de VS werkt men veel meer met verzekeringsmechanismen en ook bij ons zal het in die richting evolueren. De inkomenssteun via betalingsrechten zal niet blijven bestaan. Willen we ook op vergroening inzetten, dan moet er meer aandacht gaan naar het plattelandsbeleid, waar je middelen toewijst aan concrete maatregelen zoals de omschakeling naar bio. fotografie

Lisa Develtere

Boeren verdwijnen: op 15 jaar tijd is hun aantal zowat gehalveerd. We krijgen bovendien te maken met schaalvergroting. Moeten we het tij keren? Boerderijen worden inderdaad steeds grotere bedrijven, al is schaalvergroting niet noodzakelijk het gevolg van perceelsvergroting. Het gaat vooral om arbeid. Boeren verdwijnen omdat de technologie dat mogelijk maakt. Vanuit de voordelen van precisielandbouw is dat niet eens zo’n slechte zaak. Maar veel heeft ook te maken met de kost van arbeid. Arbeid E RIK MAT H IJS wordt sterk belast en is daardoor duur, terwijl energie vandaag erg goedkoop is.

Europa zetten vooral in op schaalvergroting en mechanisering. Een landbouw die vooral op technologie gebaseerd is, kan echter kwetsbaarder zijn dan een landbouw die meer in harmonie met de natuur werkt.

“Het huidige land­ bouwbeleid is niet meer dan wat rommelen in de marge.”

BioForum stelt vast dat kleine boeren, die vaak ook diversifiëren, benadeeld worden. We zien dat bij de zoogkoeienpremie, de voorwaarden bij VLIF... Diversiteit is noodzakelijk voor een veerkrachtige landbouw en moet zeker kansen krijgen. Europa beweert diversiteit te willen stimuleren, maar doet daar nog niet genoeg inspanningen voor. Zowel Vlaanderen als

14

Bio Actief

31

In het huidige debat rond schaalvergroting is er een pleidooi om meer in te zetten op nicheproducten gericht op export... Je moet hier een onderscheid maken tussen schaalvergroting op vermarktingsniveau

en op productieniveau. Parmezaanse kaas wordt op kleine schaal geproduceerd, maar op grote schaal vermarkt. Zoiets kan werken dankzij het coöperatief model. Kijk je naar productie, dan zit er in de landbouw een grens op de mogelijkheden van schaalvergroting. Landbouw speelt immers in op natuurlijke processen en je kan als boer maar een eindig aantal processen overzien. Technologie zorgt dat er wat rek op zit, maar zelfs dan kan je niet eindeloos blijven groeien. Tenzij je zoals in de VS gaat inzet-

Stel dat je mag beslissen over een nieuw onderzoeksprogramma in de landbouw. Wat zijn voor jou de prioritaire onderzoeksvragen? Absolute prioriteit voor mij is de rol van de consument: hoe kunnen we hem bewegen tot duurzame, gezonde voedingspatronen? Vervolgens heb ik een agronomische vraag: hoe gaan we agro-ecologische innovatie stimuleren? Hoe kunnen we technologie inzetten bij agro-ecologie, welke planten combineren we best en hoe kunnen we optimaal inspelen op de processen van het bodemleven? En tot slot: hoe kunnen we een beleid ontwikkelen dat een veerkrachtige landbouwsector in stand kan houden? Het huidige landbouwbeleid is niet meer dan wat rommelen in de marge. Er is nood aan een beleid met visie. MEER WETEN?

Op 16 november 2015 vond in Leuven een hele dag plaats over agro-ecologie. Deze dag zat vol workshops en getuigenissen. Je vindt de presentaties en verslagen terug op www.bfvl.be/agroecologie_inaction.


WETGEVENDE SECTOR

Hoe interpreteer je pesticidenresidu’s? Pesticidenresidu’s in bioproducten analyseren en die analyse op een juiste manier interpreteren: daar spelen heel wat factoren in mee. Een nieuw protocol moet leiden tot een uniforme manier van werken.

VOOR WIE?

Bedrijven die zelf analyses op pesticidenresidu’s uitvoeren of de controle beter willen begrijpen W AT ?

Een protocol voor een eenduidige interpretatie van de analyseresultaten WAAROM?

Een objectief werkinstrument zorgt voor een transparante en eerlijke sector

I

n Vlaanderen geldt een wettelijke limiet voor pesticidenresidu’s op biologische voedingsproducten. Het gaat om chemische pesticiden die in bio niet zijn toegelaten. Als limiet gelden de aantoonbaarheidsgrenzen uit de Europese wetgeving. Dat is de minimumhoeveelheid die nodig is om bepaalde bestrijdingsmiddelen te detecteren. Overschrijden de pesticidenresidu’s deze limiet, dan mag dat product niet langer als bio verkocht worden. Maar een duidelijke limiet zegt niet alles. Bij de interpretatie van de meetanalyses moet er ook rekening worden gehouden met meetonzekerheden. BioForum ontwikkelde daarom samen met de controleorganisaties een protocol dat helpt bij de interpretatie van de analyse van pesticidenresidu’s.

Oorzaken Drift, historische bodemverontreiniging: er zijn verschillende oorzaken waarom er bestrijdingsmiddelen in bioproducten te vinden zijn. De consument verwacht evenwel een zuiver product. Daarom moeten boeren volgens de wetgeving alles doen om besmetting te vermijden. Dat principe geldt ook voor verwerkers en verdelers: zij moeten bio en gangbaar strikt scheiden en productielijnen reinigen voor aanvang van een biologische productie.

Meetresultaten De analysemethodes voor bestrijdingsmiddelen zijn zeer gevoelige materie. Laboratoria kunnen verschillende resultaten hebben voor eenzelfde staal, vaak als gevolg van meetfouten. Europa voorziet een factor van 50 procent om de resultaten van verschillende labo’s te vergelijken. Die factor geldt zowel voor analyses op gangbare als op biologische producten. Concreet betekent het dat je het gevonden gehalte door twee moet delen voor het aan de limiet te toetsen. Als een product de limiet overschrijdt, heeft een marktdeelnemer altijd nog recht op een tegenexpertise met een B-staal. Bevat dat B-staal geen residu’s, dan wordt het product niet gedeclasseerd.

DE DEC ERT IFIC ERIN GS L IMIET België is een van de weinige Europese landen die een decertificeringslimiet toepast. De Europese Commissie pleit in zijn hervorming voor een nieuwe biowetgeving wel voor zo’n limiet in alle lidstaten. De voorgestelde limiet was volgens BioForum evenwel niet realistisch en zou leiden tot te veel (onterechte) declasseringen. IFOAM EU, de Europese koepelorganisatie, is geen voorstander van een decertificeringslimiet. Zij zijn bang de dupe te worden van het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de gangbare landbouw. BioForum Vlaanderen pleitte binnen IFOAM EU voor het handhaven van de decertificeringslimiet, maar vond weinig medestanders. Om het lobbywerk van IFOAM EU over de gemeenschappelijke standpunten niet te hinderen, is BioForum Vlaanderen niet actief op dit punt blijven hameren. Of een decertificeringslimiet uiteindelijk deel zal uitmaken van de nieuwe wetgeving is nog niet bekend.

MEER WETEN?

Je vindt het protocol op www.bfvl.be/protocol_pesticiden.

Bio Actief 29 31

15


LEKKERE SECTOR

Het jaar van de peulvrucht In 2016 zet de VN de peulvrucht in de kijker. Meer dan terecht, zo blijkt. Peulvruchten zijn niet alleen gezond, ze zijn ook een wapen in de strijd tegen de klimaatopwarming.

16

Bio Actief

30 31


VOOR WIE?

Aanbieders van biologische peulvruchten W AT ?

Verkoopsinformatie WAAROM?

Peulvruchten zijn voedzaam, maken de bodem vruchtbaar, zorgen voor een grotere voedselzekerheid en helpen klimaatverandering af te remmen.

P

eulvruchten heb je in honderden varianten, elk met hun eigen kleur, smaak en beet. Sommigen zijn eetbaar, anderen dienen vooral als veevoer (klaver, grasklaver, luzerne ...). Verse peulvruchten als snijbonen, doperwten of verse bonen worden vaak als groenten gezien, maar eigenlijk zijn het zaden of zaden met een omhulsel. Verder vind je gedroogde peulvruchten als witte bonen, groene erwten, linzen, kikkererwten en kapucijners. Alfalfa en taugé zijn gekiemde peulvruchten. Ook soja en pinda zijn peulvruchten. Ondanks de grote variatie houdt de Vlaamse bioboer zich maar beperkt bezig met het telen van peulvruchten voor menselijke consumptie. In 2014 werd 17,5 ha erwten, 4,11 ha tuin- en veldbonen en 0,61 ha lupinen geteeld. Peulvruchten voor niet-menselijke consumptie worden wel veel geteeld. In 2014 zaaiden Vlaamse bioboeren bijvoorbeeld 812 ha grasklaver en klaver in, voornamelijk bedoeld als eiwitrijk veevoeder.

Peulvruchten zijn rijk aan vezels. Ze geven snel een verzadigd gevoel. Het vezelrijke karakter stimuleert bovendien de darmwerking. Peulvruchten bevatten het natuurlijke gif pectine: daarom moet je ze koken voor consumptie. Vooral vegetariërs en veganisten hebben aan peulvruchten een goede bondgenoot want ze helpen vlees te vervangen. Het eiwitgehalte van een portie vlees van 100 gram komt min of meer overeen met de hoeveelheid eiwitten in 75 gram peulvruchten, afhankelijk van de soort. Toch is het gehalte eiwitten niet heiligmakend (zie kader); om optimaal te profiteren van het eiwitgehalte van peulvruchten, worden ze best gegeten samen met granen.

De wereld voeden In Latijns-Amerika, Afrika en Azië zijn peulvruchten essentieel voor de voedselzekerheid. Ze helpen de periode tussen twee oogstmomenten te overbruggen. Peulvruchten zijn immers makkelijk in gedroogde vorm te bewaren zonder dat ze inboeten aan voedingswaarde. Daarnaast groeien bepaalde peulvruchten goed in gebieden waar andere teelten nauwelijks mogelijk zijn. Duivenerwten en bambarabonen worden bijvoorbeeld ook geteeld in arme grond of droge,warme streken.

EIWIT T EN ALS ­B OUWMAT ERIAAL Eiwitten zijn onontbeerlijk voor ons bindweefsel, ons immuunsysteem en de aanmaak van hormonen. Het zijn bovendien onze belangrijkste bouwstoffen. Eiwitten zijn opgebouwd uit verschillende aminozuren. De meeste aminozuren kunnen door het lichaam van de mens zelf worden aangemaakt, 9 aminozuren niet. Deze laatste negen moet je dus via je voeding binnenkrijgen: het zijn essentiële aminozuren. Ons lichaam heeft voor de opbouw van eiwitten alle aminozuren nodig. Bij gebrek aan een essentieel aminozuur kan een eiwit niet meer gemaakt worden, ook al zijn er ruime hoeveelheden andere aminozuren aanwezig. Het lichaam kan een eiwit uit voeding het meest optimaal benutten als deze het sterkst lijkt op de eigen lichaamseiwitten. Dat wordt aangeduid met de Biologische Waarde van een eiwit. Dierlijke eiwitten hebben over het algemeen een hogere Biologische Waarde dan plantaardige eiwitten. Daarom is het voor vegetariërs erg belangrijk om eiwitten (of combinaties) te eten die resulteren in een hoge Biologische Waarde. Peulvruchten en granen vullen elkaar goed aan en resulteren in een hogere biologische waarde.

Dat het FAO, de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties, de peulvrucht dit jaar in de kijker zet, is niet toevallig. Peulvruchten zijn gezond, dragen bij tot een grotere voedselzekerheid en zijn goed voor het milieu. De positieve eigenschappen zijn weinig bekend bij het grote publiek. De VN-campagne wil daar verandering in brengen.

Gezond dieet Peulvruchten zijn onmisbaar in een gezond voedingspatroon. Ze bevatten weinig calorieën en heel wat nuttige voedingsstoffen: koolhydraten, eiwitten, B-vitamines en mineralen zoals ijzer, magnesium, fosfor en zink. Mensen met bloedarmoede hebben baat bij het hoge ijzer- en zinkgehalte.

Bio Actief 29 31

17


Stikstof uit de lucht Wil de wereld omschakelen naar een duurzamere vorm van landbouw, dan is het goed om meer in te zetten op de teelt van peulvruchten. Ten dele om onze vleesconsumptie naar beneden te halen – de productie van vlees legt op dit moment een grote druk op ons landbouwsysteem – maar dat is niet alles. Peulvruchten zijn lid van de familie van de vlinderbloemigen en die hebben een bijzondere eigenschap. Zij kunnen stikstof uit de lucht binden. Vlinderbloemigen leven in symbiose met bepaalde bacteriën (Rhizobium-bacteriën) en deze bacteriën veroorzaken kleine knolletjes aan de wortels (zie foto op pagina 17). Via deze stikstofknolletjes is de plant in staat stikstof uit de lucht te binden. In ruil voorziet de plant de bacteriën van koolhydraten, eiwitten en zuurstof. Vlinderbloemigen verrijken via deze symbiose de grond met stikstof en leveren een hoogwaardige, stikstofrijke humussoort op. Een vlinderbloemige is dus een perfecte bemesting: hij kan tot 450 kg stikstof per jaar uit de lucht vastleggen, waarvan zo’n 50 tot 125 kg stikstof beschikbaar wordt voor de volgteelt. Zo kunnen bioboeren gewassen telen zonder kunstmest te moeten gebruiken. Bovendien maken sommige peulvruchtsoorten ook fosfor vrij uit de bodem.

Ook blijkt dat mengteelten, waarbij de boer vlinderbloemigen combineert met andere gewassen, ervoor zorgen dat de opbrengst voor beide gewassen hoger ligt. Een biologisch melkveehouder zaait bijvoorbeeld gras en klaver samen. Ook granen en erwten worden soms samen geteeld om tot een betere oogst te komen. Tot slot zorgen peulvruchten voor een betere bodemstructuur en helpen ze de bodem om water beter vast te houden.

Rem op de ­klimaat­opwarming Wanneer de boer de gewasresten van vlinderbloemigen in de bodem inwerkt, verhoogt het organisch stofgehalte en dus het koolstofgehalte in de bodem. Koolstof die anders als CO2 de druk op het klimaat zou verhogen, wordt in de bodem opgeslagen. Zo dragen peulvruchten bij in de strijd tegen klimaatopwarming. Bovendien is ook de genetische diversiteit van alle soorten een enorme troef. Voor elk klimaat bestaat er wel een aangepaste peulvruchtensoort.

Informatie voor winkeliers Omdat er in Vlaanderen maar weinig biologische peulvruchten geteeld worden, worden de meeste geïmporteerd. Je vindt ze vers, in droge vorm of voorgekookt in bokaal of blik. Gedroogde peulvruchten kan je lang bewaren in een droge, koele en donkere omgeving, al zijn ze dan wel best goed verpakt. Warmte en vocht kunnen schimmelgroei of kieming bevorderen. Voor consumptie moeten sommige gedroogde peulvruchten een nacht in water weken: dat vermindert de kooktijd. Dat geldt niet voor spliterwten en linzen. Handig weetje voor je klanten: zout voeg je tijdens het koken best pas toe een kwartier voor het einde. Anders trekken bonen samen en zullen ze niet goed garen. In een snelkookpan gaat het koken merkelijk sneller.

fotografie

Frank Toussaint

Peulvruchten in bokaal of blik zijn gesteriliseerd. Je adviseert je klanten best ze te wassen voor gebruik. Bekende merken van peulvruchten zijn onder andere Rapunzel, 2bio, Hygiena, Markal, Primeal (droog) en Machandel, Noliko, Ekoland, BioItalia (bokaal). Vaak worden peulvruchten onder een huismerk op de markt gebracht. Groene erwten, adukibonen, rode linzen, kikkererwten zijn ook beschikbaar als kiemgroente. Ook in verwerkte vorm vind je peulvruchten vaak terug, vooral in vegetarische producten als veggieburgers, patés, humus enzovoort. MEER WETEN?

Lees meer over peulvruchten op de site van de VN: www.fao.org/pulses-2016.

18

Bio Actief

31


TÜV NORD INTEGRA

Certificatie in landbouw en voeding

LIJ

IO KE B

UUR NAT

OF TST 00%

MES

h 1 isc log bio

Biologische humus, gecomposteerd met Californische rode regenwormen voor veerkrachtige, gezonde planten! Hoge humusgehaltes (8-10% / L) Uitgebreid assortiment, interessante prijzen.

or BRC Trading

BE-BIO-02

T + 371 264 79 567 WORMFARM.VERITA@GMAIL.COM

Pantone 2592

en vele andere...

Black

WWW.VERNERSUNDRAUGI.LV

Statiestraat 164 2600 Berchem - Antwerpen T + 32 3 287 37 60 F + 32 3 287 37 61 www.tuv-nord-integra.com

Geproduceerd in overeenstemming met de EU-verordeningen 889/2008;1069/2009 Erkenningsnummer Voeding- en Veterinair A063598

White

OMDAT WIJ ECHT HEEL GRAAG SLAPEN! EX

TRACT

O R G AN IC

S

SMINE JA

zzz . . .

✓ Ru stge ven d ✓ G oe de na c h tr u st ✓ O n ts pa n n en d

SleepyLove en alle andere hot drinks van GingerLove zijn een pure blend van biologische kruiden en fruit. Je drinkt dus de volledige kruiden en vruchten en vergroot hierdoor de heilzame werking. Veel efficiënter dan een infuus van theebuiltjes of een aftreksel van kruiden.

FORGET!

ALAINS

Een zachte blend van Bach bloesems, jasmijn en appel.

ER

OR

H FLOW AC

, DON T

ng Guidelines

1/03/16 15:01

GANIC B

6x136mm_03_2016.indd 1

DREAM MAGIC

Verkrijgbaar in alle natuurvoedingswinkels. Meer info?

www.LombardiaDrinks.com - info@gingerlove.be


EERLIJKE SECTOR

Ggo’s in schaapsvacht De ontwikkeling van ggo’s staat niet stil. Een nieuwe generatie veredelingstechnieken staat klaar, maar die mogen volgens de bedenkers niet langer bestempeld worden als ggo. En dat is een gevaar voor bio.

fotografie

Tim Vandewiele

VOOR WIE?

De biosector die voor ggo-vrije landbouw kiest W AT ?

De nieuwe generatie veredelingstechnieken zouden volgens voorstanders geen ggo’s zijn WAAROM?

Ze vormen een bedreiging voor de keuzevrijheid van biosector en consument die ggo’s willen weren

V

oor de biosector is sleutelen aan genen onaanvaardbaar. Het Europese lastenboek vertaalt dat principe in een verbod op ggo’s in de biologische voedselketen. Tegelijk probeert de Europese wetgeving de keuzevrijheid van de consument te garanderen via een duidelijk kader voor het gebruik van ggo’s buiten de biosector. Maar wetenschap en techniek staan niet stil, zeker niet in de kapitaalkrachtige biotechnologie. Een nieuwe generatie veredelingstechnieken staat klaar, die lobbyisten kost wat kost uit de ggo-wetgeving willen

20

Bio Actief

31

houden, ook al grijpen deze technieken wel degelijk in op het genetische niveau van de plant.

snellen. De technieken bevinden zich in Europa nog in een experimentele fase. Ook buiten Europa is het gebruik ervan nog zeer recent.

Een nieuwe generatie ggo’s

Principes van de biosector

Bij de eerste ggo’s werden genen van de ene soort in het DNA van de andere soort ingebracht, zogenaamde transgenese. Bij de nieuwste technieken manipuleren onderzoekers het genetische materiaal van een plant met soorteigen genen. Een voorbeeld is de Durph-aardappel van de beruchte aardappelproef in Wetteren. Daarbij werd cisgenese gebruikt.

Zodra een technologie ingrijpt op het subcellulaire en genetische niveau, overschrijdt die voor bio een grens. In een recent standpunt stelt IFOAM EU, de Europese koepel van de biosector, dat de nieuwe technieken onvoldoende rekening houden met het voorzorgsprincipe. Eens levende ggo’s in het milieu zijn gebracht, kan je ze niet meer weghalen. Dat kan leiden tot onomkeerbare milieu-effecten. In de landbouw zorgt dat bijvoorbeeld voor genetische vervuiling van de natuurlijke genenpool. Onrechtstreeks geven ze zelfs aanleiding tot de verdere erosie van de agrobiodiversiteit. Als gevolg van de intellectuele eigendomsrechten vergroten ggo’s bovendien de machtsconcentratie

De techniek is dus precies hetzelfde, het enige verschil zit in het gebruik van soorteigen genen. Toch hoopt de biotechnologische sector dat dit verschil volstaat om de consument mee te krijgen. De techniek helpt volgens hen vooral het veredelingsproces te ver-

“Eens levende ggo’s in het milieu zijn gebracht, kan je ze niet meer weghalen.”


De ggo-richtlijn zegt ook dat als voedingsproducten meer dan 0,9% ggo’s bevatten, dit duidelijk op het etiket moet staan. Zo wil Europa de vrije keuze van de consument garanderen. Momenteel buigt de Europese Commissie zich over de vraag of de nieuwe technieken (uitgezonderd CRISPR en meganucleases, omdat die nog recenter zijn) al dan niet tot ggo’s leiden. Daarover zal ze een ‘wettelijke interpretatie schrijven; anders gezegd, ze zal verwoorden op welke manier de definitie van een ggo uit de richtlijn geïnterpreteerd moet worden voor deze technieken. Dat betekent dat de wettelijke procedure voor ggo’s, waarbij Raad en Parlement zich moeten uitspreken, hier voorlopig nog niet geldt. Raad en Parlement moeten zich beperken tot een advies, waar de Commissie al dan niet rekening mee kan houden.

Geen ggo’s of geen transparantie?

in de agro-voedingsindustrie, ten koste van boeren en consumenten.

Wat zegt de wetgeving? De Europese wetgeving inzake ggo’s bestaat sinds 1990 en werd de laatste keer herzien in 2001, ook alweer 15 jaar geleden. Deze richtlijn definieert een ggo als: "een organisme, met uitzondering van menselijke wezens, waarvan het genetische materiaal veranderd is op een wijze welke van nature door voortplanting en/of natuurlijke recombinatie niet mogelijk is". Een bijlage bij de richtlijn lijst de technieken op die leiden tot genetische modificatie. Deze lijst is nog geen enkele keer geactualiseerd. Voor elke nieuwe ggo is er volgens de ggo-richtlijn eerst een risico-analyse nodig en daarna een goedkeuring door de Commissie. Dat geldt zowel voor de landbouwproductie binnen Europa als voor import van ggo’s uit niet-Europese landen. Ook voor een ggo-proefveld voor wetenschappelijk onderzoek is er voorafgaand goedkeuring nodig, van de lidstaten in dat geval.

Beslist de Europese Commissie dat een of meerdere van deze technieken niet tot een ggo leiden, dan betekent dat ook dat de bepalingen uit de ggo-richtlijn van 2001 niet van toepassing zijn: geen risico-analyses, geen goedkeuring nodig per ggo, geen transparantie via etikettering. Een vorm van deregulering dus! Via lobbywerk proberen biotechbedrijven deze veredelingstechnieken dan ook uit de ggo-wetgeving te houden. Voor de biologische landbouwsector staat er veel op het spel. Halen deze lobby’s hun slag thuis, dan zal een nieuwe generatie ggo’s worden geteeld en zich verspreiden in het milieu en de voedselketen. Een vermenging met ggo-vrije planten en gewassen is dan onvermijdelijk. Omdat verplichte etikettering niet meer hoeft, zal het veel moeilijker - en op den duur wellicht onmogelijk - worden om biologische producten ggo-vrij te houden. Bovendien zullen biotechbedrijven gemakkelijker de nieuwe variëteiten kunnen patenteren die ontstaan uit deze veredelingstechnieken.

Hoe gaat het verder? Binnenkort komt de Europese Commissie naar buiten met een interpretatiedocument. Op dat document mogen de Raad en het Parlement een advies geven. De finale beslissing gebeurt door de Commissie.

“Via lobbywerk proberen biotech­ bedrijven deze veredelingstech­ nieken dan ook uit de ggo-wetgeving te houden.” We houden je op de hoogte via www.bfvl.be en de sectornieuwsbrieven.

HOE HET EN DIE N IEUW E GGO-T EC HN IEKEN ? ·· ODM (oligonucleotide directed mutagenesis): techniek om ­mutaties (wijzigingen) in het genetisch materiaal (DNA) aan te brengen ·· Zinc finger nuclease, CRIPR, meganucleases: technieken om meer gericht wijzigingen in het DNA aan te brengen ·· Cisgenese: inbrengen van ­soorteigen genen ·· Grafting: enten op een ggo-onderstam ·· Agro-infiltratie: techniek om een vreemd gen tot expressie te ­brengen, zonder dat het in het DNA wordt ingebouwd ·· RNA-afhankelijke DNA methylatie (RdDM): manier om bepaalde genen tijdelijk niet tot expressie te laten komen ·· Reverse breeding: ggo’s worden tijdens het veredelingsproces gebruikt, maar het eindproduct – het zaad dat daaruit voortkomt – bevat geen ggo’s meer ·· Synthetic genomics: synthetisch aanmaken van nieuwe genen

Bio Actief

31

21


VERANDERENDE SECTOR

Hoeveel bio in cosmetica? Natuurlijke of biologische cosmetica? In de wereld van de duurzame verzorgingsproducten bepaalt niet één label de norm.

fotografie

Lisa Develtere

VOOR WIE?

Winkeliers die cosmetica en verzorgings­ producten aanbieden W AT ?

Algemeen overzicht cosmeticalabels WAAROM?

Het is niet altijd duidelijk waar natuurlijke cosmetica voor staat

M

ake-up, gelaatsverzorgende producten, tandpasta, parfums, haarkleurmiddelen: de consument vindt in de meeste biowinkels een heel breed aanbod aan natuurlijke en biologische cosmetica- en verzorgingsproducten. Logisch, want bewuste consumenten willen dat niet alleen hun voeding, maar ook hun cosmetica duurzaam en zuiver is. In België bestaan over cosmetica geen verkoopscijfers. In Duitsland koopt maar liefst 22,6 % van de consumenten wel eens natuurlijk gelabelde cosmetica. In 2015 tekende ons buurland een marktgroei op van 5,7%.

22

Bio Actief

31

Welke garantie biedt het woord bio bij verzorgingsproducten? Betekent ‘natuurlijk’ hetzelfde als ‘biologisch’? We zetten het even op een rijtje.

Geen wettelijke ­bescherming De term bio(logisch) is wettelijk beschermd in Europa voor voeding en onverwerkte landbouwproducten. Voor niet-voedingsproducten als textiel en cosmetica biedt de wetgeving geen regelgeving voor de term bio. De vermelding bio is bij deze producten dus niet echt beschermd. Toch mogen cosmeticafabrikanten geen ongegronde claims maken. Vermeldt de verpakking van een cosmeticaproduct het woord ‘bio’, dan moet er wel degelijk een link zijn met de biologische landbouwproductie, bijvoorbeeld door het gebruik van biologisch gecertificeerde ingrediënten. Er zijn geen wettelijke bepalingen over het minimum aandeel bio noch over de toegelaten ingrediënten. Labels vullen hier een leemte.

Privélabels Toen het officiële Europese biolabel voor voeding nog niet bestond, toonden privélabels zoals Biogarantie consumenten de weg. In de huidige cosmeticasector zie je dezelfde tendens: bij afwezigheid van een wettelijke bescherming, stellen een aantal bedrijven en organisaties normen op. Ze voorzien labels voor de producten die aan hun criteria voldoen. De bekendste zijn de labels in de Cosmos-samenwerking en Natrue. Daarnaast spelen ook Ecogarantie en Icada een belangrijke rol.

Deze cosmeticalabels hanteren veelal dezelfde basiscriteria: ingrediënten van natuurlijke oorsprong (bij voorkeur van biologische teelt) krijgen de voorkeur; de toegelaten ingrediënten staan vermeld op een positieve lijst. De meeste labels handelen in de geest van


de vier basisprincipes van bio: aandacht voor ecologie, zorg, gezondheid en billijkheid. Natuurlijke cosmetica moet uiteraard ook voldoen aan de algemene wetgeving voor cosmetica, waarbij bijvoorbeeld de bewaarbaarheid belangrijk is. Toch bestaan er ook verschillen tussen de labels onderling. Dat komt omdat sommige labels ontstaan zijn in de biosector, terwijl andere vanuit de cosmeticasector komen. Ze hanteren andere minimumnormen of beoordelen die normen op een andere manier. Dat maakt een onderlinge vergelijking niet vanzelfsprekend, laat staan dat consumenten het bos door de bomen zien. Een interessant verschijnsel is dat heel wat cosmeticalabels naar het hele assortiment kijken. Verwerkers van voeding kunnen zonder problemen slechts één bioproduct aanbieden. Dat is niet zo bij natuurlijke of biologische cosmetica. Zowel Cosmos, Natrue als Icada vereisen dat een bepaald percentage van het assortiment (tot minimaal 80%) aan alle normen van het lastenboek voldoet. Een producent moet dus een bewuste keuze maken voor natuurlijke cosmetica.

NATUURLIJK OF BIOLOGISCH? De vermelding "xx% natuurlijke ingrediënten" op een verpakking verwijst naar het aandeel ingrediënten die geen chemische bewerking ondergaan hebben. Het aandeel bio slaat op de biologische landbouwproducten die als ingrediënt zijn gebruikt, zonder verwerking. Verzorgingsproducten kunnen ook bio-ingrediënten bevatten die afhankelijk van het type verwerking niet meer als bio mogen worden beschouwd. De interpretatie kan verschillen tussen de labels.

Van harmonisering naar wet? De cosmeticasector beseft dat er nood is aan harmonisering. Sinds 2011 werken Soil Association, ICEA, BDIH en Ecocert samen aan een gemeenschappelijk referentiekader. Deze organisaties verenigden zich onder de noemer Cosmos en zullen vanaf 1 januari 2017 een gemeenschappelijk lastenboek hanteren.

De toekomst brengt ook een gemeenschappelijk label. Deze harmonisering zorgt voor een grotere internationale herkenning. De vraag is of dit proces uiteindelijk zal leiden tot een wettelijk label. Een deel van de sector is bang dat een Europees label voor biocosmetica een afgezwakte versie zal worden van de huidige lastenboeken. Net als bij voeding houdt de sector graag vast aan haar voortrekkersrol. Europa heeft op dit moment trouwens al een ecolabel, maar dat kijkt vooral naar de impact op het milieu na gebruik (zie logo pagina 22). Het houdt geen rekening met de productie of het aandeel biologische ingrediënten. Wat betreft verzorgingsproducten ligt de focus dan ook op douchegel, shampoo, ... Alles wat via water wordt afgevoerd. Intussen staat trouwens ook de gewone cosmeticasector niet stil. De gangbare cosmetica communiceert steeds meer over het vermijden van bepaalde ingrediënten zoals parabenen.

Dierproeven Voor dierproefvrije cosmetica bestond vroeger een label. Sinds 2013 zijn dierenproeven

voor cosmetische eindproducten of ingrediënten in heel Europa verboden. Dat verbod geldt ook voor geïmporteerde producten. De claim "dierproefvrij" heeft dan ook nog weinig zin. In sommige niet-Europese landen (zoals China) zijn dierenproeven voor cosmetica dan weer verplicht. Ook hier kan een label voor duurzame cosmetica een pioniersrol op zich nemen. Zo laat het label Natrue export naar deze landen niet toe, omdat Europese geïmporteerde producten daar ter plekke op dieren worden getest.

C OS MET IC A IN EEN ­B IOGARAN T IEWIN KEL? Consumenten verwachten in een biowinkel een duurzaam non-foodassortiment. Daarom adviseren we winkeliers om alleen te kiezen voor gelabelde producten. Vroeger bevatte het lastenboek van Biogarantie normen voor non-food, nu vind je non-food terug onder Ecogarantie. Biogarantie wil zich op voeding concentreren. Tot eind 2016 kan je het Biogarantielabel nog op verzorgingsproducten terugvinden.

Bio Actief

31

23


VOORUITKIJKENDE SECTOR

Kiezen voor bio Steeds meer boeren zijn geïnteresseerd in omschakeling naar bio. Waarom maken ze die keuze of wat doet hen twijfelen? Enkele citaten.

“Mijn afnemer vroeg of ik bio-eieren wil leveren. Dat lijkt me interessant, er is duidelijk veel vraag naar. Binnenkort start ik met de omschakeling.”

“Het is duidelijk dat de ­consument kritischer wordt. Ik denk dat ik door om te schakelen naar bio aan de eisen van die consument kan voldoen.”

“De omschakeling vraagt heel wat aanpassingen op mijn bedrijf. Ik moet er nog even over nadenken, het zal nog niet voor morgen zijn.”

“Ik wil de varkenshouderij van mijn ouders overnemen, maar niet op de klassieke manier. Na een stage op een bio­ bedrijf weet ik hoe ik het wél wil doen.”

“Ik wil mijn melkveehouderij omschakelen, zodat ik aan mijn kinderen een bedrijf kan overlaten dat toekomst heeft.”

MEER WETEN?

“ 24

“Kiezen voor bio is voor mij kiezen voor een groeimarkt.”

Bio Actief

31

Gangbare landbouwers die geïnteresseerd zijn in omschakeling kunnen daarvoor aankloppen bij het project Bio zoekt Boer www.biozoektboer.be, een project van ABS, Boerenbond en BioForum Vlaanderen.


PERSTIPS

De eerste indruk telt Tijdens de campagneweken zetten we bio flink in de kijker bij journalisten. Benoem wat jouw bedrijf uniek maakt, organiseer een activiteit en maak je verhaal bekend. Met deze tips haal je het beste uit de verhoogde media-aandacht.

VOOR WIE?

Boeren, winkeliers en kleine verwerkende bedrijven W AT ?

Tips om tijdens onze campagne in de media te komen WAAROM?

Elk bedrijf kan tijdens de campagne het uithangbord voor bio zijn.

1. Maak je verhaal actueel

E

lke journalist herkent al snel een sterk en interessant verhaal. Het is slim om je activiteit voor de campagne (zie ook pagina 6) te koppelen aan nieuws op jouw bedrijf. Een nieuw product, een 10-jarig bestaan of de inhuldiging van een nieuwe stal of productiehal hebben zonder twijfel nieuwswaarde. Maar ook een betere grondstoffenprijs door nauwe samenwerking, een bijzondere korte ketenverkoop of een economisch succesverhaal is in crisistijden misschien wel een artikel waard. Bedenk steeds wat jouw bedrijf of activiteit uniek maakt. Beperk je nooit tot de mededeling dat jouw activiteit over enkele weken plaatsvindt. Een gezamenlijke opendeurdag van twee bedrijven, denk aan een kaasmaker en een melkveehouder of een biowinkel en diens groenteteler, maken een verhaal extra boeiend.

2. Nodig (lokale) pers uit

Roep gerust de hulp in van onze persmeStuur journalisten uit de regio een persuitno- dewerker voor (pers)vragen die niet in dit diging. BioForum voorziet op zijn website een rijtje passen. sjabloon dat je kan vervolledigen met jouw activiteit. Voor de juiste namen vraag je de lokale perslijst op bij de communicatiedienst ‘The medium is the message’ hoor je wel eens. van jouw gemeente. Je kan daar ook navraag Gebruik de vragen van een interviewer vooral doen voor een artikel als een middel om jouw in het gemeenteblad. eigen boodschap te verSchrijf je activiteit tellen. Zeker bij radio of zeker in via de webtelevisie moet je kort en site www.uitdatabank. gevat, liefst met een onebe. Een aantal van liner, uit de hoek komen. die activiteiten worWeid niet uit over vragen den overgenomen naast de kwestie. Een in de agenda’s van interview is ook de geleveelgelezen dag- en genheid om uit te pakken weekbladen en webuit met veelzeggende site. We voorzien op cijfers: een hoge score onze website ook een van je product in een K O EN VA N GEL D ER handleiding over hoe smaaktest, een mooie je activiteiten toewinst tegenover de jaren voegt aan de Uit-databank. Wil je gezinnen voordien, een energiebesparende maatregel ... bereiken? Neem contact op met de Gezinsbond.

4. Blijf bij je verhaal

“Bedenk steeds wat jouw bedrijf of activiteit uniek maakt en wat relevant is voor de lezers.”

3. Maatschappelijk debat? Met de campagne wil BioForum Vlaanderen het maatschappelijk debat over landbouw en voeding aanwakkeren. Maar wat als een journalist bij jou komt aankloppen met vragen over bio waarop je geen pasklaar antwoord hebt? Verwijs hen door naar de vernieuwde website www.biomijnnatuur.be: die gaat midden april online en beantwoordt de meest gestelde vragen over bio. Er zullen ook uitgebreide productartikels beschikbaar zijn.

MEER WETEN?

BioForum zorgt ervoor dat de biosector tijdens de campagne voldoende aandacht in de media krijgt. Vragen van pers mag je altijd doorgeven aan persverantwoordelijke Sabrina Proserpio sabrina. proserpio@bioforumvl.be. Meer info over omgaan met pers vind je op www.bfvl.be/ nl/bioindemedia.

Bio Actief

31

25


Van horen zeggen “Op de wereldmarkt gaat de varkenshouderij het verliezen. Alleen degenen die het anders aanpakken met bijvoorbeeld lupine-varkens of biologisch hebben toekomst.” JAN DOU WE VA N D E R PLOE G , HOOGLERAAR U N IV E RSIT E IT WA G E N IN G E N BOERDERIJ, DECE MBE R 2015

“Boeren zouden prijszetters moeten worden in plaats van prijsnemers.” C H R I S TO P H ER S TO P ES , VO O R ZI T TER I F OAM EU B I O FAC H , 1 2 F EB RUA R I 2 0 1 6

“Bij een eerlijke kostenberekening zou gangbaar voedsel twee keer zo duur zijn.” F ELIX PRINZ Z U L OW E N ST E IN , LANDBOU WW E T E N SCH A PPE R BIO-BEU RS, 20 JA N UA RI 2016

“Binnen 20 jaar zullen we terugkijken en ons afvragen hoe het mogelijk was dat we voedsel aten dat met chemische pesticiden werd geproduceerd.” F RODE LEHM A N N , N AT U RMÆ LK D E N E MA RKEN BIOFACH, 1 2 FE BRUA RI 2016

26

Bio Actief

31

“Bio is een sterk merk dat voor veel boeren zijn meerwaarde al heeft bewezen.” B A RT N A EYA ERT, GED EP U TEER D E L A N D B O UW P R OVI N C I E WES T-VL A A N D ER EN VI LT. B E, 7 D EC EM B ER 2 0 1 5

De markt voor biovoeding groeit elk jaar. Vooral in de melkveehouderij en bij de groente-industrie is sprake van tekorten. Die kansen zijn gedeputeerde Bart Naeyaert van de Provincie West-Vlaanderen niet ontgaan. West-Vlaanderen zet daarom in op omschakeling en organiseerde een aantal trefdagen in de eerste maanden van het jaar. Daar kwamen telkens veel geïnteresseerde boeren op af.


fotografie

©foto: Lisa Develtere

Frank Toussaint

We leveren ons roomijs ook Ik ken enkele bioboeren aan winkels en zij vinden het persoonlijk. heel belangrijk dat we dat Biogarantie®-voeding kopen is label hebben. mijn manier om hen te steunen en tegelijkertijd het Rina, Biogarantie®-verwerker, systeem te veranderen.

De Trommelhoeve

STEM UIT DE SECTOR

Veredeling

V

roeger beschermden telers-veredelaars hun nieuwe rassen met het kwekersrecht. Dat liet toe dat andere veredelaars die nieuwe rassen vrij mochten gebruiken voor nieuwe kruisingen. Grote zaadbedrijven als Monsanto en Syngenta schermen nieuwe rassen echter steeds meer af met patenten. Zo heeft Monsanto een patent op een broccoli met lange steel. Zij claimen dus een monopoliepositie op eigenschappen van planten. Dat brengt vrije veredeling en de ontwikkeling van nieuwe rassen in het gedrang. Onder meer de organisatie No Patents on Seeds gaat hier fel tegenin. Maar veredeling staat nog op een andere manier onder druk. Jaarlijks selecteren en vermeerderen we onze prei op Akelei, iets wat veel generaties Mechelse tuinders voor ons ook al deden. Dit proces loopt als een lijn over vele generaties. Wij zorgen zelf voor vernieuwing en houden rekening met de uitdagingen die het gewas elk seizoen tegenkomt. Dat is typisch voor open bestoven rassen of zaadvaste rassen.

René, consument

Er bestaat veel verwarring bij consumenten, maar met een Biogarantie®-winkel ben je zeker.

Kathleen, Biogarantie®-winkelier Biotoop

Bio op volle kracht De biosector streeft naar een duurzame wereld, hier en nu, elders en later. Bedrijven die kiezen om het Belgische label Biogarantie® te behalen, gaan voor bio op volle kracht. Ze hebben extra aandacht voor ecologische, sociale en economische duurzaamheid. Biogarantie®-producten garanderen voor de consument de link met een Belgische producent of verwerker. Logisch dus dat consumenten het meeste vertrouwen hebben in Biogarantie®.

www.biogarantie.be

Wij investeren in een biosector met pit

Bij F1-hybriden, die geen kiemkrachtig zaad vormen, stopt die continuïteit. Hier worden als het ware twee lijnen met elkaar gekruist. Het veredelingsverhaal stopt bij het product van die kruising. Vernieuwing komt hier van buitenaf, van commerciële veredelaars en zaadhuizen. Steriele planten zijn voor mij al even erg als het gebruik van patenten. Wij zijn als agro-ecologische boeren toch de behoeders van de genetische biodiversiteit! F1-hybriden zijn weinig of helemaal niet meer kiemkrachtig. Een vruchtbare landbouw gaat niet alleen om een vruchtbare bodem, maar ook om vitale gewassen die potentieel nieuw leven bevatten. GREET LAMBRECHT

Akelei, Netwerk Zelfzadentelen

En jij plukt er de vruchten van! Word lid van BioForum Vlaanderen en geef ons meer slagkracht! Meer info: www.bfvl.be/wordlid E info@bioforumvl.be T 03 286 92 78

Bio Actief

31

27


CERTISYS uw BIO partner

briefwisseling

lnem

tdee

2007 834/ ) nr. ing (EG rden Vero /1 van ina 1 lid 1, pag : el 29, kken -nl mer 024 074 s artik ijsstu hten en bew 547965 B-1504 ktdeelne Krac trekk : BE0 er: CEE de mar vers rijf mm

Nr. Bed ntnu adres ume en Doc

van

d aan de Raa

van

NV ) IUM 182 rksem BELG aat (Me AAK aterstr PEN ER BorrewANTW 0 217

ivite ste act rnaam

er te

M NV GIU BEL :

Onze

BiO

ISY 85 CERT laan, ssel erm Bru Sch 1150 B– België 1 O-0 BE-BI

m Naa

Voo

de mark

: AAK mer Nr er mm mer elne ktdeelne enu cod Mar es en de aan m, adr trolerentroleorg Naa de con t con van riteit/he a auto S bvb

ktde Mar

producten zijn gecontroleerd en gecertificeerd

er n Bereid producte e deler, he it : Ver logisc cake/brioch etage ond t-feuill

Bio

Biodiam croissan n pastry ond puff ducte ond Biodiam e pro isch Biodiam biolog 10kg ing van ond palm Verdel Biodiam

certisys

de 7 en /200 oet aan 834 ) nr. en vold ing (EG troles m: con rden datu aan Vero trole Con van zich eft: erpt lid 1, uk afge el 29, onderw ijsst artik mer bew 16 het de: 2/20 basis van ktdeelnen. erio an dat idsp tot 22/1 en op De marrschrifte orga 8. 15 ighe voo 9/20 is afgegev /200 controle Geld 889 telde 22/0 nt die/het van ume (EG) nr. vastges riteit nne n ing Dit doc Boli mer: inge e auto rden 5 , num rend .eu Vero verorden /201 trole rtisys w.ce ts: 7/10 in die de con //ww m, plaa namens ite http: t Datu g webs Nize enin onze Tom dtek en op Han word

De authe

eit van nticit

t kan men dit docu

nage

2016

gaan

®

certi sys bio certification

certificaten op www.certisys.eu

Dit document is eigendom van certisys en moet op aanvraag terug gestuurd worden. PU4503nL05 (27/10/2015)

© certisys - alle rechten voorbehouden.

DIENSTEN U hebt toegang tot al uw documenten op onze intranet (certificaten, mails, facturen) en u hebt de mogelijkheid om uw elektronische aanvragen (nieuwe producten, ontheffingen, transactiegegevens) aan ons door te geven.

TRANSPARANTIE U hebt toegang tot alle informatie over de bio controle en certificering op www.certisys.eu en u vindt de certificaten van al onze marktdeelnemers online terug.

NABIJHEID De certiSYS controleurs zijn plaatselijk actief in heel belgië en in het Groothertogdom Luxemburg. Ze zijn beschikbaar voor alle informatie of een eventueel bezoek.

BESCHIKBAARHEID De certiSYS kantoren bevinden zich in bolinne, brussel en Gent. ons meertalig team staat klaar om al uw vragen, per telefoon of via mail, te beantwoorden.

®

CERTI SYS BIO CERTIFICATION ®

certi sys bio certification Certificatie systeem CERTISYS Biologische Landbouw

Wetgeving biologische landbouw voor landbouwers

®

certi sys bio certification

®

certi sys BIO CERTIFICATION

etiketteringsregelgeving voor biologische voedingswaren

Starten met biologische landbouw Schema van het certificatieverloop Certificatieprocedure Kwaliteitssysteem Raad van Advies

®

certi sys Système de certification internationale CERTISYS Agriculture biologique regelgeving inzake

voor bereiders

P R A K T IS C H E GI D S

P r a K t iS c H e Gi D S

P r a K t iS c H e Gi D S •••••••••••••

certi

bio bi

® •••••••••••••

certi

•••••••••••••

bio

®

•••••••••••••

G U I DE P R AT IQU E •••••••••••••

CERTI

bio

®

•••••••••••••

P r a K t iS c H e Gi D S

TOEGANKELIJKHEID ontmoet certisys tijdens professionele infodagen, plaatselijke en internationale vakbeurzen of evenementen.

INFORMATIE certiSYS stelt zijn 30-jaar lange ervaring ter beschikking in zijn praktische gidsen over de bio regelgeving die voortdurend bijgewerkt worden. Ze zijn downloadbaar en beschikbaar op aanvraag.

®

contacteer ons op 081 600 377 of via info@certisys.eu

www.certisys.eu

certi sys bio certification


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.