kennismakings EXCUrsie
Lille / oktober 2012
ACADEMIE VAN BOUWKUNST
kennismakings EXCUrsie
Lille / oktober 2012 ACADEMIE VAN BOUWKUNST
Historische kaart van Lille
Inhoud / pagina 5
INHOUD
NUTTIGE INFO
7
VOORWOORD
9
WEEKENDPROGRAMMA
11
LILLE 3000
13
VRIJDAGPROGRAMMA
15
ZATERDAGPROGRAMMA
33
ZONDAGPROGRAMMA
75
SCHETS- EN NOTITIERUIMTE
110
DEELNEMERS
114
COLOFON
117
Notre Dame de la Treille
NUTTIGE INFOrmatie
Lille centrum met zicht op Chambre de Commerce
Voorwoord / pagina 9
Voorwoord wijze woorden voor onderweg
aan de eigenaar van dit boekje/ Als je dit leest zijn we op weg naar zuidelijke oorden. Naar een gebied waar de mijnbouwindustrie ooit floreerde en de oorlog in loopgraven nooit werd beslist. Rem Koolhaas zorgde dat nieuwe impulsen het gebied konden bereiken met een stationsgebied dat navolging kreeg in veel andere Europese steden. De sterke ontwikkeling van de stad op het gebied van kunst en cultuur in de afgelopen twee decennia heeft zijn sporen nagelaten. De combinatie van een industrieel verleden en de kunst is een vruchtbare combinatie die ook hier heeft geleid tot interessante plekken in en rondom de stad. We zullen een flink aantal hiervan de revue laten passeren. Welkom in Lille en West-Vlaanderen! Dit boekje wordt je beste vriend de komende dagen, wen er maar vast aan. Alles wat hier in staat hebben we met elkaar verzameld. Wil je weten waar je bent of wat je de komende tijd kan verwachten? Weet je even niet meer wie er naast je zit in de bus? Heb je informatie gemist omdat die kater toch iets harder is uitgevallen dan gedacht? Dit boekje zorgt altijd goed voor je, keep it close! Chef’s & Gidsmakers ps. dit boekje heeft ook ruimte voor je gemaakt eigen aantekeningen een plek te geven. Zorg dat je het boekje ook wat vertelt over jezelf, dan wordt ze een nog betere vriend. pps. voor de oplettende lezer die het al opviel, en de niet-zooplettende-lezer die het nog niet opviel, rechts onderaan elke pagina staat een A, S of L om (voor zover dat voor ons mogelijk was) aan te duiden onder dicipline het betreffende project valt. Zo kan je lekker snel zien waar je naar kijkt!
A S L
Weekendprogramma / pagina 10
18 Amsterdam
7 Utrecht
6 Kemzeke Ieper 4 Lille 2
3 Kortrijk 5 Oudenaarde
Weekendprogramma / pagina 11
WEEKENDPROGRAMMA VRIJDAG 26 oktober 17.30 21.00 22.00 00.00
Reizen van 1 / Amsterdam naar 2 / Lille Inchecken hotel Stadswandeling Zelfstandig de stad in
zaterDAG 27 oktober 07.45 20.00 22.00
Bezoeken projecten in Lille Gezamenlijk dineren bij Brasserie Flore Zelfstandig de stad in
ZONDAG 28 oktober 09.00 ten 12.00 14.30 16.15 18.00
Reizen naar 3 / Kortrijk en bezoeken diverse projecReizen naar 4 / Ieper en bezoeken diverse projecten Reizen naar 5 / Oudenaarde en bezoeken project Reizen naar 6 / Kemzeke en bezoeken project Via tussenstop 7 / Utrecht naar 8 / Amsterdam
Lille 3000 / pagina 12
1 / Lille 3000 in enkele beelden
Lille 3000 / pagina 13
LILLE 3000 kunst & cultuur in de open lucht
1. culturele ‘hoofdstad’ / In 2004 werd Lille de Culturele Hoofdstad van Europa. Lille 2004 transformeerde de stad een jaar lang om tot een enorme creatieve energiebron, met veel hulp van kunstenaars en bewoners. Sindsdien brengt Lille3000 deze dynamiek nog een stap verder. Als poort naar de toekomst stelt Lille3000 voor om de rijkdom en complexiteit van de wereld van morgen te verkennen door de ontwikkelingen te onderzoeken. Het onderzoekt meerdere velden: de economie en de nieuwe technologieën, de kunst van het leven in de stad en de bouw van de stad van morgen, spiritualiteit, en meer algemene vragen van de samenleving en beschaving. Dit wordt jaarlijks gedaan aan de hand van parades, tentoonstellingen, design, film, theater, circus, dans, concerten, literatuur en workshops, en dat allemaal in straten van de binnenstad! Dit jaar is er weer een nieuw thema: Fantastic 2012. Het staat in het teken van de fantasie en de magie en het geeft je de kans om het echte tegen een achtergrond van vreemdheid waar te nemen. Lille is weer voor 3 maanden getransformeerd tot één grote culturele attractie. Op letterlijk elke straathoek valt er iets te zien, met meer dan 25 installaties: een huis dat uit de lucht lijkt te zijn gevallen, een ufo die is geland in het treinstation en een immens rookgordijn als je de stad binnenloopt. Maar de kunst ligt niet alleen op straat, ook de musea in Lille pakken uit: Fantastic!
10 8 7
9
11 12 13
Vieux Lille 14
6
18
15 5
H
17
16
Lille Centre 4 3 1 2
Vrijdag programma / pagina 15
VRIJDAG PROGRAMMA VRIJDAG 27 oktober 17.00 17.30 21.00 22.00
Verzamelen Academie van Bouwkunst Vertrek met de bus richting Lille Inchecken hotel Historische stadswandeling
ROUTe STADSWANDELING
1. 2. 3. 3a. 4. 5. 5a. 5b. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 14a. 14b. 14c. 14d. 15. 15a. 15b. 15c. 15d. 16. 17. 18.
Hotel de Ville Porte de Paris Place de la Republique Musée des Beaux-Arts Place Richebe Place Rihour Palais Rihour Métro Rue St. Etiènne Rue Thiers Notre-Dame de la Treille Vieux Lille Rue de la Monnaie Hospice Comtesse Place Louise Bettignies Rue des Chats Bossus Place du Théatre Rue de la Bourse Chambre de Commerce Opéra Rang du Beauregard Place du Général de Gaulle Vieille Bourge Voix du Nord La Grande Garde La Cloche D’or Eglise St. Maurice Place de la Gare Euralille
Stadswandeling / pagina 16
STADSWANDELING historie van Lille
INTRODUCTIE De geschiedenis van Lille begint met de stichting in de 11e eeuw door Boudewijn V, graaf van Vlaanderen, op een eiland in de rivier de De没le. Lille werd de hoofdstad van het zuidelijke deel van het graafschap Vlaanderen. In 1667 werd de streek door de Franse koning Lodewijk XIV belegerd en ingenomen. Van 1708 tot 1713 was de streek tijdelijk in handen van Nederlandse troepen maar werd bij het verdrag van Utrecht aan Frankrijk teruggegeven. Na de textielindustrie in de 19e eeuw, volgde een tijd van verloedering. Deze is definitief voorbij. Gerenoveerde historische gebouwen met zowel Franse als Vlaamse accenten, getuigen van een superieure elegantie. Typisch voor Lille is de Lillois-stijl, een combinatie van baksteen en gesculpteerde zandsteen. Naast trotse classicistische fa莽ades vind je er ook weelderige barokgevels.
1 / Hotel de VILLE
De klokkentoren van dit stadhuis staat sinds 2005 op de lijst van werelderfgoederen. Met deze klokkentoren was dit het eerste Franse gebouw van gewapend beton met een hoogte van boven de 100 meter.
Stadwandeling / pagina 17
2 / PORTE DE PARIS
Ter ere van de viering van de inname van de stad door Lodewijk XIV. Het bevindt zich op de plaats waar vroeger de vestingmuren stonden en vervangt het oude Porte des Malades.
3 / PLACE DE LA REPUBLIQUE
Oorspronkelijk genaamd Place NapolĂŠon III is het in zijn ontwikkeling na de uitbreiding van Lille in 1858 tot Place de la Republique gedoopt. Zeer snel, verrezen statige gebouwen in de omliggende straten zoals de Boulevard de la Liberte. Daarmee verplaatste het economische hart van de stad.
Stadswandeling / pagina 18
3a / MUSée des beaux-arts
Bouwjaar: 1885 Stijl: negentiende eeuw Een van de eerste en grootste museums van Frankrijk en naar eigen zeggen het tweede museum in Frankrijk dankzij de kwaliteit van zijn verzamelingen. Voor het Palais des Beaux-Arts staat een fontein met een bijzondere beeldengroep van de Belgische beeldhouwer Eugène Dodeigne.
4 / Place richebe
Hier staat het standbeeld van de in Lille geboren artillerieofficier Léon César Faidherbe (1818-1889). Na de Frans-Duitse oorlog (1870-1871) leidt Léon César Faidherbe een wetenschappelijke expeditie naar Egypte en wordt in 1880 benoemd tot ‘Grand-Chancelier’ in het Légion d’Honneur.
Stadwandeling / pagina 19
5 / PLACE RIHOUR
Place Rihour is een schitterend plein dat centraal in het centrum van Lille ligt. Aan Place Rihour ligt ook Palais Rihour waar tevens het hoodkantoor van het Bureau Tourisme gevestigd zit. Op het plein zelf tref je ook een glazen piramide die voor wat extra licht zorgt in het onderliggende metrostation.
5a / PALAIS RIHOUR
Het gotische paleis is meerdere malen geteisterd door brand, waardoor uiteindelijk het palies is vernietigd en opnieuw opgebouwd in de stijl van neorenaissance. In 1875 kwam “ Palais Rihour “ op de monumentenlijst.
Stadswandeling / pagina 20
5B / mĂŠtro rihour
De naam geeft eigenlijk al de ligging aan van dit metrostation. Het metrostation ligt onder het plein van Place Rihour. Het metrostation is herkenbaar aan de kleine glazen piramide, waardoor het ook wel het kleine Louvre wordt genoemd. De glazen piramide zorgt ervoor dat er daglicht aanwezig is in het metrostation.
6 / RUe st. etiènne
De kerk is te herkennen aan de classicistische opbouw geĂŻnspireerd door de Romeinse barok. De zuilen bevatten een ionische orde op de bodem en een corinthische orde aan de bovenkant. Verder is de gevel relatief somber voorzien van booggewelven.
Stadwandeling / pagina 21
7 / rue thiers
Merkwaardig bouwwerk door de neo-egyptische stijl afkomstig uit 1914 door de architect uit Lille - Albert Baert. Opvallend is het logo op de blinde gevel die een sfinx, piramide, gouden zonnestralen en een vrouw met een spiegel weergeeft met de betekenis van “vrijmetselarij�.
8 / notre-dame de la treille
Op dit moment is de Notre-Dame te herkennen aan de sobere, grijze en zeer moderne gevel. De gevel roept wel de herinnering op van de gotiek door de spitsbogen, grote ramen en silhouetten. De hoogte van de gevel bedraagt 30m. En zorgt voor een contrast met de oude wijk in de omgeving.
Stadswandeling / pagina 22
9 / VIEUX LILLE
Deze oude stadswijk is samen met het centrum het meest bezochte gedeelte van de stad. Voor een ware historische beleving kun je de hoofdstraten verlaten en ĂŠĂŠn van de smalle zijstraatjes in gaan. Deze zitten vol verassingen. Vieux Lille is een paradijs voor shop-a-holics. Je vind hier de meest luxe en charmante winkels. Dat alles in decor van prachtige 17e eeuwse panden en rijk versierde gevels.
10 / RUe De la monnaie
In deze authentieke winkelstraat kom je enkele unieke boetieks en delicatessenzaken tegen. Ketens zul je hier niet aantreffen. De naam Rue de la Monnaie (Muntstraat) is afgeleid van hetÂŹ herenhuis voor de muntenmakerij dat hier in 1685 werd gebouwd. De enige uitzondering in dit straatbeeld is de Vlaams classicistische trapgevel met rood-bruine baksteen op nummer 12.
Stadwandeling / pagina 23
11 / hospice comtesse
Hospice Comtesse is gesticht in 1237 en is daarmee één van de oudste bouwwerken van Lille. Het gebouw werd in 1468 volledig vernield door een brand en later herbouwd. Na een tweede brand zijn nog enkele gevels over gebleven. Tegenwoordig is het een museum waar je kunstwerken van Hollandse, Vlaamse en Noord-Franse meesters kunt bezichtigen.
12 / place louise bettignies
Tot de 18e eeuw was dit het eindpunt van de rivier De Deule en lag hier een zeer bedrijvige haven. Vanwege de onstabiele ondergrond zijn alle huizen op houten palen gebouwd. Om problemen van opstijgend vocht te verkomen zijn de gebouwen verstevigd met banden van zandsteen. Daarin heeft men de vormen van diamanten verwerkt en worden ook wel “pointes de diamant” genoemd.
Stadswandeling / pagina 24
13 / rue des chats bossus
In deze straat vind je de beroemdste viswinkel/-restaurant van Frankrijk: L’Huîtrière. In de gevel is een zeemozaïek verwerkt van de Bretonse kunstenaar Mathurin Méheut. Het interieur is helemaal gedecoreerd met gekleurde en gemarmerde zandsteentegeltjes. Deze onvervalste Art Decoversiering dateert uit 1928.
14 / Place du théatre
Dit plein biedt een overdaad aan uitzonderlijke architectuur. Zo zien we aan de achterzijde van de Vielle Bourse de Opéra.
Stadwandeling / pagina 25
14a / rue de la bourse
Architect: in opdracht van kooplieden Bouwjaar: 1667 Stijl: Renaissance Een gevel vol mollige kinderen, uit steen gehouwen maskers met grote wenkbrauwen, grijnzende monden onder enorme snorren.
14b / chambre de commerce
Architect: Luis Cordonnier Bouwjaar: 1907-1914 Stijl: Louis XVI De kamer van Koophandel en Industrie van Lille is ontstaan door een samensmelting van verschillende handelscentra in Lille. De 76 meter hoge Belfort, de klokkentoren die bij de Kamer van Koophandel en Industrie hoort, staat symbool voor de macht van handelssteden.
Stadswandeling / pagina 26
14c / opĂŠra
Architect: Luis Cordonnier Bouwjaar: 1914 Stijl: Louis XVI Bovenaan het Operagebouw zie je het standbeeld van Apollo met negen muzen. Aan de rechterkant zie je een beeldengroep die de tragedie voorstelt en aan de linkerkant stelt een andere beeldengroep de muziek voor.
14d / rang du beauregard
Architect: Simon Vollant Bouwjaar: 1687 Stijl: Vlaamse Renaissance Om harmonie op het plein te creĂŤren heeft het stadsbestuur opdracht gegeven een rij woningen te bouwen in dezelfde stijl als Vieille Bourge.
Stadwandeling / pagina 27
15 / PLACE DU Générale de
Vernoemd naar de in Lille geboren Charles de Gaule, de eerste president van Frankrijk. Het oude “Grande Place” is in de Middeleeuwen ontstaan op het kruispunt van de grote markten tussen het noorden en het zuiden.
15a / vieille bourge
Architect: Julien Destrez Bouwjaar: 1652-1653 Stijl: Vlaamse Renaissance Dit gebouw bestaat met zijn ogenschijnlijke eenheid in werkelijkheid uit 24 kleine handelshuisjes, geplaatst tegen een galerij met een binnenplein. Vier ingangen zijn versierd met de Leeuw van Vlaanderen
Stadswandeling / pagina 28
15b / VOIX DU nord
Architect: Albert Laprade (1883-1978) Bouwjaar: 1932 Stijl: ArtDeco Volledig opgebouwd uit gewapend beton, maar toch met een Vlaamse trapgevel. Bovenaan staan drie vergulde gratiĂŤn, die vertegenwoordigen de drie provincies van de streek. Links Artois, in het midden staat Vlaanderen en rechts Henegouwen.
15c / la grande garde
Architect: Thomas Joseph Gombert Bouwjaar: 1717 Stijl: perfect voorbeeld van klassieke architectuur In de driehoekige Tympaan wordt een zon, het symbool van koning Lodewijk XIV, afgebeeld en aan weerskanten de wapenschilden van Frankrijk en Lille.
Stadwandeling / pagina 29
15d / la cloche d´or
Architect: onbekend Bouwjaar: mogelijk begin XX eeuw Stijl: Jugendstil Vanaf de Place du Général de Gaulle voorbij de Vieille Bourge lopen we de Rue des Manneliers in langs de in Jugendstil gevel van juwelier “a La Cloche d’Or”.
16 / eglise st. maurice
Architect: Philippe Cannisié Bouwjaar: XIVe eeuw - 1855 Stijl: NeoGotisch Hier op de plek van de kerk zou in 287 de Romeinse legioensoldaat Mauritius de marteldood gestorven zijn. De kerk heeft vijf beuken van gelijke hoogte en lengte, waardoor ze net een ‘Hallenkerk” is.
Stadswandeling / pagina 30
17 / PLACE DE LA GARE
Bouwjaar: 1846. Hier staat de Gare Lille-Flandres. Eerste spoorweglijn tussen Parijs en Lille. Als 20 jaar later meer dan 850.000 mensen gebruik maken van de Ligne du Nord, bouwt de spoorwegmaatschappij een nieuw stationsgebouw tussen 1869 en 1892. Het wordt het oude Gare du Nord van LĂŠonce Reynaud in Parijs, en het wordt steen voor steen naar Lille gebracht.
18a / EURALILLE
Eurolille bestaat uit verschillende onderdelen: 1 Het park is ontworpen door Gilles ClĂŠment
Stadwandeling / pagina 31
18b / TGV-STATION
2 Het TGV-station van architect Jean-Marie Duthilleul. Hier wordt de nadruk gelegd op licht
18c / GRAND PALAIS
3 De Grand Palais is van OMA, een centrum voor congressen, exposities en grote concerten
Zaterdag Programma / pagina 33
ZATERDAG PROGRAMMA zaterdag 28 oktober 07.45 - 08.00 08.00 - 08.45 08.45 - 09.00 09.00 - 09.50 09.50 - 10.00 10.00 - 11.40 11.40 - 12.00 12.00 - 14.00 14.00 - 15.00 15.00 - 15.15 15.15 - 16.30 16.30 - 16.55 16.55 - 18.15 18.15 - 18.20 18.20 - 19.30 19.30 - 20.00 20.00 - 22.00
Reizen met de bus 1 / L’Espace Naturel Lille Métropole met o.a. Parc de la Deule lopen naar volgend project 2 / Citadelle van Rijssel en 3 / Tuin van Vauban Lopen naar volgend project 4 / Palais des Beaux-Arts (lunchen) Lopen naar volgend project 5 / Euralille, Triangle des Gares, TGV-station, Espace le Corbusier, Grand Palais, 6 / Henri Matisse Parc, 7 / Eglise Saint Maurice 8 / Maison de l’architecture et de la ville (MAV) Lopen naar volgend project 9 / Musée LaM Reizen met de bus 10 / Musée La Piscine, Musée art et industrie Lopen naar volgend project 11 / Musée Le Fresnoy naar ontwerp van Tschumi Reizen met de bus 12 / Dineren Brasserie Flore
Landschapsarchitectuur / pagina 34
1 / Tekening
2 / Tuin van Vauban
Landschapsarchitectuur / pagina 35
PARC JEAN-BAPTISTE LEBAS voormalig pakhuis ‘het arsenaal’ LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
LILLE WEST 8 2002 - 2004
Door / J. brouwer & m. van laarhoven
Boulevard J.B. Lebas is een boulevard aan de zuidoostkant van het centrum. West 8 heeft deze locatie getransformeerd tot een stadspark waarbij ze de 18e eeuwse kwaliteiten van de openbare ruimte in Lille opnieuw hebben doen herleven. De bestaande boulevard is hierbij gereconstrueerd waarbij het zijn vroegere kwaliteiten terugkreeg, ingevuld met een dubbele laan van groen in het midden. Het park vormt een ideale bestemming voor een moment van onthaasting. Deze 3 hectare grote groene ruimte in het hart van de stad is georganiseerd rond het oorspronkelijke frame van de eeuwenoude kastanjebomen. Deze zijn in het ontwerp ondersteund door de aanplanting van jonge lindebomen. De aanblik van het park zal zich gedurende de komende jaren blijven ontwikkelen wanneer de bomen langzaam volwassen worden waarbij het volume zal toenemen en de uitstraling zal veranderen. De bestrate paden en percelen die zich tussen de beplanting door bewegen, bieden de bezoekers verschillende uitzichten en bestemmingen. Porte de Paris vormt een belangrijke zichtpunt in de kijklijnen en looppaden door het park. Het stedelijke aspect van Parc Lebas wordt benadrukt door de toevoeging van een vier meter hoog hek rondom het gehele park. In dit hek zijn elementen geïntegreerd. Binnen deze omheining bevinden zich drie pleinen die zich verhouden tot de verschillende functies in de omliggende buurten, elk omcirkelt door individuele groenzones.
L
Landschapsarchitectuur / pagina 36
1 / Vogelvlucht Parc Mosaic
2 / Detail Parc Mosaic
Landschapsarchitectuur / pagina 37
Espace naturel lille Espace Naturel Lille Métropole LOCATIE:
LILLE
Door / Katarina Noteberg
“Espace Naturel Lille Métropole” (of ENLM) is een door de overheid ondersteunde organisatie die zich bezig houdt met het ontwikkelen en beheren van een samenhangend netwerk van bestaande en nieuwe natuurgebieden rondom de stad van Lille. Hierbij werkt de organisatie samen met meerdere overheidsinstanties om aansluiting te vinden in een groter Europees ecologisch netwerk. Door een groot gebrek aan groene en ecologische uitloopgebieden in het verleden (minder dan 15 m2 van de openbare groene ruimte per inwoner in de jaren 1990) is in de jaren 90 door de overheid besloten initiatief te nemen om de ‘groene blauwdruk’ in de randgebieden van de stad te verbeteren. De ENLM werkt aan het verzamelen, inventariseren van milieugegevens en bestaande gebieden. Er wordt onderzoek gedaan hoe bestaande structuren en soorten herstelt, beschermt en beheert kunnen worden. De organisatie is onder andere actief bezig met de bescherming en het uitbreiden van oppervlakte/en grondwater in vorm van natte natuurgebieden. De ENLM draagt ook bij aan educatie en bewustmaking op het gebied van natuurontwikkeling en biodiversiteit in vorm van evenementen, workshops en georganiseerde wandelingen in natuurgebieden. Het programma en voortgang van de organisatie wordt op internet gepubliceerd.
S
Landschapsarchitectuur / pagina 38
Parc de la deule onderdeel van de enlm LOCATIE: GROOTE:
LILLE 400 ha
Door / Katarina Noteberg
Het Park van de Deûle dat onderdeel uitmaakt van het netwerk van de ENLM ligt ten zuidwesten van de stad Lille. Het groene gebied strekt zich uit over meer dan 25 km langs het kanaal van de Dêule en omvat tien gemeenten. Het is nu ruim 400 ha groot maar zou op termijn zo’n 4.000 ha moeten beslaan. Aan het begin van de jaren negentig werd besloten om een postindustrieel, randstedelijk groen netwerk te creëren dat stad en platteland met elkaar zou verbinden en dat haast ongemerkt zou binnendringen in de bestaande landschappen. Er zou tegemoet gekomen worden aan de behoeftes van de stadsbewoner om in het landschap te recreëren en natuur te beleven. Tegelijkertijd zou er een plan ontstaan dat als onderlegger zou kunnen dienen om nieuwe impulsen aan de landbouw en natuurontwikkeling te geven. De ontwerpers stelden een plan voor gebaseerd op 3 thema’s: ‘La nature retrouvée’ staat voor het opschonen, aanleggen en verrijken van ecologisch waardevolle structuren en voorzieningen ter bevordering van de biodiversiteit. ‘La nature domestiquée staat voor de landbouw in het gebied, die een volwaardig en met de rest verworven onderdeel uitmaakt in het plan. ’La nature revée’ staat voor de aanleg van nieuwe parkonderdelen. Die wordt geconcretiseerd in de Jardin Mosaïc, een nieuw park dat werd gerealiseerd op het terrein van een voormalig kasteelpark in Houplin-Ancoisne.
Landschapsarchitectuur / pagina 39
1 / Parc de la De没le
2 / Parc de la De没le
L
Landschapsarchitectuur / pagina 40
1 / Tuin van Vauban
2 / Tuin van Vauban
Landschapsarchitectuur / pagina 41
de tuin van vauban LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE:
BOULEVARD DE VAUBAN, LILLE JEAN-PIERRE BARILLET-DESCHAMPS 35.000 M2 1863
Door / Mark van Vilsteren & Pandelis Zarakovitis
Jean-Pierre Barillet-Deschamps is geboren in 1824 in Saint-Antoine-du-Rocher bij Tours. In de tijd van Haussmann werd Barillet-Deschamps aangesteld als hoofd groendienst van de Parijs. Tijdens deze periode van 1855 tot 1869 was hij mede verantwoordelijk voor het realiseren van verschillende parken in Parijs zoals, Bois de Boulogne, Vincennes en Champs de Mars. Rond 1863 is hij gevraagd om het ontwerp te maken voor Jardin Vauban. Daarnaast groeide zijn internationale bekendheid, hij is mede verantwoordelijk voor het park Leaken in Brussel en Prater Park in Wenen. Tijdens één van zijn laatste reizen naar Turkije heeft hij een longaandoening opgelopen en daar is hij later aan overleden. Het park Jardin Vauban heeft een oppervlakte van 35.000 m2 en staat bekend om zijn Engelse Landschapsstijl met de vele kronkelende paden, eeuwen oude bomen, variatie aan beplanting en de waterpartijen in het park. Voor de aanleg van het park zijn meer dan vijfhonderd bomen en vierduizend heesters aangeplant. Tevens zit er in het Westen van het park een fruitboomgaard waar verschillende regionale appel en peer variëteiten worden geweekt. Nog steeds worden er workshops gegeven hoe men deze fruitbomen op een traditionele kan onderhouden. Dit gebeurt al sinds 1868. In de schuur waar vroeger de Tibetaanse geiten zaten zit sinds 1989 een poppenkast. Ook bevind zich er een kunstmatige aangelegde grot in
L
Stedenbouw / pagina 42
1 / Grondplan Citadel
2 / Luchtfoto Citadel
Stedenbouw / pagina 43
Citadel de LILLE LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
RIJSEL, FRANKRIJK SEBASTIEN LE PRESTRE DE VAUBAN 1667
Door / IVO CLASON & BIN XU
De Citadel van Rijselligt op noord in Frankrijk aan de grens. Hij is een 17e eeuwse citadel aan de rand van het centrum van de Franse stad Rijsel. De citadel werd gebouwd in opdracht van S茅bastien Le Prestre de Vauban, nadat de stad in 1667 onder Lodewijk XIV door de Fransen werd ingenomen. Tegenwoordig is de citadel nog steeds militair terrein. De citadel werd gebouwd in het westen van de stad aan moerassen op de kruising van de rivieren De没le en Bucquet. Dit maakte het gebruik van moeras water en modder als een natuurlijke verdediging te maken voorwaarden meer moeilijk voor een mogelijke vijandelijke belegering van de citadel. Door middel van een systeem van sloten en waterpoorten, zou 1.700 hectare rond de citadel worden overstroomd tot een diepte van 55 cm. Een brede esplanade onderbroken de plannen, het aansluiten van het fort aan de stad. In 1750 werd een kanaal langs de esplanade geboord volgens de plannen van Vauban opgesteld.is een vijfhoekige citadel van de stad muur van Lille , in Frankrijk. Het werd gebouwd rond 1668. Dubbed "Koningin van de burchten" ( Reine des Citadelles ) door Vauban , is het een van de meest opmerkelijke citadellen van Vauban. Het is opmerkelijk voor zijn grootte, de kwaliteit van de architectuur, en de staat van bewaring van vandaag. De verschillende componenten zijn geclassificeerd als historische monumenten in 1914, 1921 en 1934 respectievelijk.
S
Architectuur / pagina 44
1 / Plattegrond Palais des Beaux-Arts Lille
2 / Voorzijde Palais des Beaux-Arts Lille
Architectuur / pagina 45
PALAIS DES BEAUX-ARTS LILLE LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
PLACE DE LA REPULBIQUE, LILLE EDOUARD BERARD, FERNAND DELMAS, JEAN MARC IBOS, MYTRO VITART 1885-1892, 1990-1997
Door / JEROEN POT & ERWIN VAN DEN BRINK
Palais des Beaux-Arts (het paleis voor schone kunsten) is ĂŠĂŠn van de grootste musea in Frankrijk. In het imposante neoclassicistische gebouw zijn onder andere collecties van Europese schilderijen, een kabinet met tekeningen en schetsen, een collectie antiquiteiten en een keramiekverzamelingen te bezichtigen. Het gebouw is georganiseerd rond een binnenplaats. Wegens geldgebrek in het verleden is het maar voor de helft gebouwd waardoor aan de achterzijde van het gebouw een plein ontstond. Hier is later een kleine aanbouw voor kantoren gerealiseerd. In de jaren 1990 tot 1997 is er achter het gebouw een uitbreiding gerealiseerd. In diezelfde periode is het bestaande gebouw compleet gerestaureerd en terug gebracht naar zijn oorspronkelijke staat. Met deze restauratie is ook de inrichting van de kelderverdiepingen mogelijk gemaakt. Onder andere door in de kelderuitbreiding een gigantisch daklicht in het plein te realiseren. Dit heeft veel extra ruimte opgeleverd waar het museum verschillende exposities houdt. De uitbreiding van het museum ligt vlak achter het hoofdgebouw en weerspiegelt de achterkant hiervan in zijn glazen gevel. In deze uitbreiding bevinden zich de conservatieafdeling, de kantoren, het kabinet met tekeningen en schetsen, de restauratieateliers en het restaurant. Het plan van Ibos en Vitart is krachtig in zijn eenvoud. Stedenbouwkundig hebben door de spiegelende gevel de suggestie gewekt dat het museum is hersteld zoals het oorspronkelijk bedoeld was.
A
Stedenbouw / pagina 46
1 / Maquette Masterplan Euralille
2 / Voorzijde Palais des Beaux-Arts Lille
Stedenbouw / pagina 47
MASTERPLAN EURALILLE LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
TVG STATION, TRIANGLE DES GARES, THE GRAND PALAIS & PARK, LILLE OMA 1988-1994
Door / Hein coumou & tjeerd beemsterboer
OMA, het bureau van Rem Koolhaas kreeg de uitdaging (1988) om vorm te geven aan een grootschalig en complex ontwerpopdracht voor het masterplan Euralille. In het plan is het oude station Lille Flandres betrokken, evenals de geplande Gare TGV Lille Europe station dat nog ontworpen moet worden. Lille, een industrie stad waar het percentage werkloosheid hoog is, zag kans om een prominente plek op de kaart van het nieuwe Europa te bemachtigen. De strategische ligging op het kruispunt van de toekomstige TGV-lijnen verbinden Parijs, Londen en Brussel. Door de snelle verbindingen zouden miljoenen mensen met elkaar verbonden worden. OMA krijgt als belangrijkste taak om het nieuwe traject van wegen, spoor- en metrolijnen vorm te geven en kolossale parkeergarages in het gebied te situeren. Het bureau plaatste het TGV-sporennet met bijbehorend station en een enorme parkeergarage ondergronds; bovendien wordt de ringweg ondertunnelt. Hierboven op en naast werden hoge en middelhoge kantoortorens gesitueerd. Voor het station ligt een driehoekig plein met een winkelcentrum en een hellingbaan naar het park. OMA heeft het ontwerp voor het congresgebouw Congrexpo op zich genomen. Christian de Portzamparc voor kantoortoren boven het spoor, Claude Vasconi voor het World Trade Center, Jean Nouvel voor het winkelcentrum en het station is door Jean-Marie Duthilleul ontworpen.
S
Architectuur / pagina 48
1 / Aanzicht Triangles des Gares
2 / Interieur Triangles des Gares
Architectuur / pagina 49
DE TRIANGLE DES GARES Onderdeel van masterplan euralille LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
AVENUE WILLY BRANDT, LILLE JEAN NOUVEL 1991-1995
Door / Nihal aggunduz & thom zijlstra
In 1988 kreeg OMA de opdracht om het stedenbouwkundig masterplan voor Euralille te ontwerpen. Dit plan zou van Lille een zakencentrum moeten maken. De Triangle des Gares omvat winkels, restaurants, kantoren, woningen, een hotel, een theaterzaal en overige publieke ruimtes en bevindt zich tussen twee stations in. Zuidwesten van het plan het huidige SNCF station en ten noorden van het plan het nieuwe TGV station welke een treinverbinding heeft met o.a. Parijs, Londen en Berlijn. Het gebouw loopt af richting het TGV station, dit heeft enigszins te maken met de helling in het landschap. De invulling van het gebouw is voortgekomen uit de verbinding tussen de twee stations. Dit betekend dat je door het gebouw (de Triangle des Gares) de twee stations kunt bereiken. Hierdoor willen ze het stedenbouwkundige gat tussen het winkelcentrum en de andere kant van de snelweg dichten. Het gebouw heeft een totale vloeroppervlakte van 155.000 m2 en een dakoppervlakte van ca. 40.000 m2. Het plan bestaat uit twee verdiepingen aan winkelruimte en 5 units met verschillende functies. Twee van deze units bedoelt voor de Lille Business School, twee als sportcentrum en één als cultureel centrum. Dit allemaal onder één dak met toegang tot de 5 torens. Deze torens bevinden zich aan de zuidgevel. Aan de westgevel bevindt zich een hotel, woningbouw en kantoorruimte.
A
Architectuur / pagina 50
1 / Maquette Masterplan Euralille
1 / Voorzijde Palais des Beaux-Arts Lille
Architectuur / pagina 51
TGV STATION Onderdeel van masterplan euralille LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: BOUWSOM:
AVENUE WILLY BRANDT, LILLE JEAN NOUVEL 1991-1995 -
1. Informatie / In 1988 kreeg OMA de opdracht om het stedenbouwkundig masterplan voor Euralille te ontwerpen. Dit plan zou van Lille een zakencentrum moeten maken. De Triangle des Gares omvat winkels, restaurants, kantoren, woningen, een hotel, een theaterzaal en overige publieke ruimtes en bevindt zich tussen twee stations in. Zuidwesten van het plan het huidige SNCF station en ten noorden van het plan het nieuwe TGV station welke een treinverbinding heeft met o.a. Parijs, Londen en Berlijn. Het gebouw loopt af richting het TGV station, dit heeft enigszins te maken met de helling in het landschap. De invulling van het gebouw is voortgekomen uit de verbinding tussen de twee stations. Dit betekend dat je door het gebouw (de Triangle des Gares) de twee stations kunt bereiken. Hierdoor willen ze het stedenbouwkundige gat tussen het winkelcentrum en de andere kant van de snelweg dichten. Het gebouw heeft een totale vloeroppervlakte van 155.000 m2 en een dakoppervlakte van ca. 40.000 m2. Het plan bestaat uit twee verdiepingen aan winkelruimte en 5 units met verschillende functies. Twee van deze units bedoelt voor de Lille Business School, twee als sportcentrum en één als cultureel centrum. Dit allemaal onder één dak met toegang tot de 5 torens. Deze torens bevinden zich aan de zuidgevel. Aan de westgevel bevindt zich een hotel, woningbouw en kantoorruimte.
A
Stedenbouw / pagina 52
1 / Interieur Espace le Corbusier
2 / Detail Espace le Corbusier
Stedenbouw / pagina 53
ESPACE LE CORBUSIER Onderdeel van masterplan euralille LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
BOULEVART DE TURIN, LILLE OMA 1995
Door / rianne van Raalte & jaun van wyk
De infrastructuur van het plan Euralille wordt verduidelijkt door de Espace le Corbusier. Dit is geen gebouw, maar een ruimte die is gecreëerd. Uit de parkeergarage van het plan Euralille is namelijk een grote ruimte weggesneden. Doordat hier een grote ruimte wordt weg gehaald ontstaat er een heel groot overzichtelijk gat in de parkeergarage die de complexe infrastructuur van het plan in één oogopslag duidelijk maakt. Je hebt vanaf de parkeergarage namelijk zicht op de snelweg, het station, de metro en de parkeergarage. Door het weghalen van de ruimte is het TGV zichtbaar vanuit de stad. Het materiaal waaruit de ruimte is opgebouwd is voornamelijk beton. Architect en schilder Jean Pattou heeft de schilderwerken op de wanden van Espace le Corbusier gemaakt. Hij wilde met zijn schilderwerken op de wanden een connectie leggen tussen allemaal wereldsteden, omdat het station zo gericht is op infrastructuur. Hij heeft in zijn schilderwerken zijn dromerige kijk op de steden Londen, Brussel, Barcelona, Athene, New York, enzovoort gegeven. De beelden heeft hij klein geschilderd en zijn vervolgens uitvergroot en afgedrukt op grote vellen die met een rails aan de wanden zijn bevestigd.
S
Architectuur / pagina 54
1 / Concept Congrexpo
2 / Maquette Congrexpo
Architectuur / pagina 55
GRAND PALAIS LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
BOULEVARD DES CITES UNIES REM KOOLHAAS, MARC SCHENDEL ism FM DELHAY ARCHITECTS 1990-1994
Door / MAIK PETERS & NICKY KROES
Grand Palais, wordt ook wel Congrexpo genoemd. Het gebouw is 300 meter lang en heeft een duidelijke schematische organisatie. In Congrexpo zijn de programmaonderdelen in drie zones ondergebracht: 'Zenith' een concertzaal met een capaciteit van 5000 stoelen, 'Congress' een conferentiecentrum met drie grote auditoria en 'Expo' een tentoonstellingsruimte van 20.000m2. Elk programma kent een autonome zone in oost-westelijke richting. Deze scheiding is aan de buitenzijde van het gebouw goed afleesbaar. In noord-zuidelijke richting zijn op de grensvlakken van de gebieden juist mogelijkheden voor nieuwe programma's opengelaten; door de slimme positionering van auditoria of deuren kunnen steeds nieuwe ruimten ontstaan. Het gebruik van spiegelend, reflecterend en transparant materiaal zorgt er bovendien voor dat ruimten worden verdubbeld, vergroot of verkleind. Architectonisch gezien is Congrexpo schandalig simpel: een enorme vlak van beton, vervormd tot een schelp vorm in het noorden, daar bevindt zich een betonnen plaat, gevouwen hellingbanen die een brug worden. De brug wordt in het gebied van het gebouw op enorme kolommen, zodanig dat de verbinding tussen de zaal en de tentoonstellingsruimte kunnen worden gemaakt. Het enige gebaar naar uniformiteit is één dak waarbij al deze elementen zijn opgenomen. Het is niet een gebouw dat een duidelijke uitgesproken architectonische identiteit heeft, maar een gebouw dat creëert en activeert.
A
Landschapsarchitectuur / pagina 56
1 / Plankaart Henri Matisse Park
2 / Impressie Henri Matisse Park
Landschapsarchitectuur / pagina 57
HENRI MATISSE PARK LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
PLACE DE L’EUROPE GILLES CLEMENT 1996-2000
Door / MARK SPAAN & TIM VAN WEEREN
Te midden van de drukste zakenwijk van Lille ligt het Henri Matisse park. Dit park is een hommage aan de schilder Matisse. Het park is gelegen tussen de oude stadsmuren van Lille en het Euralille plan van Rem Koolhaas. Het park is georganiseerd in vier verschillende delen verbonden door middel van betonnen paden. Le Boulingrin - Een groot gazon in het zuiden van het gebied. Deze open ruimte zorgt er voor dat er relatie komt tussen het oude en het nieuwe deel van Lille. In het midden van het park staat een betonnen sokkel. Oorspronkelijk bedacht als bloemenweide maar wordt nu beheert als een gazon. L’île Derborence - Deze betonnen sokkel, vernoemt naar een Zwitsers oerbos, van 2500m2 groot en 7 meter hoog is een replica van een klein eiland gelegen in het zuidelijk halfrond tegenovergestelde van Lille. Deze locatie is niet toegankelijke voor mensen. Zodoende kan het bos hierop evolueren “zonder” invloed van de mens. Le Bois des Transparebces - In het zuidelijk gedeelte gelegen bos met verschillende openingen. Eerste opening bestaat uit vuur resistente planten die worden georganiseerd rondom een zwarte cirkel. De tweede openingen bestaat uit een heide terrein. De derde opening bestaat uit chaos van vaste planten, bollen en eenjarige planten. Le jardin en creux - De oude grachten welke voorheen de markering vormden van de vestigingswerken van Vauban, zijn getransformeerd naar holle tuinen.
L
Architectuur / pagina 58
1 / Aanzicht Masion de Architecture
2 / Tekeningen Masion de Architecture
1 / Publicatie Masion de Architecture
Architectuur / pagina 59
Masion de architecture lille LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
PLACE FR. MITTERAND, LILLE OMA 2003
Door / mATTHEW BEER & ANA ORTEGA GUAL
Het Maison de L’Architecture et de la Ville du NordPas de Calais ligt naast het nieuwe Euralille-district. Het project heeft een oppervlakte van 470 m2 en bestaat uit het kantoor van L’Ordre des Architects en een grote expositiezaal, gelegen aan het Park Matisse, voor de activiteiten van het Maison de l’Architecture. Het Maison geeft informatie over de architectuur in Lille. De architecten zijn Anouk Legendre en Nicolas Desmazieres van het Franse architectenbureau X-TU, uit Parijs.
A
Architectuur / pagina 60
1 / Plankaart Henri Matisse Park
2 / Impressie Henri Matisse Park
Architectuur / pagina 61
Lam Lille Métropole Musée d’art moderne LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
ALLEE DU MUSEE, VILLENEUVE D’ASCQ ROLAND SIMOUNET, MANUELLE GONTRAND 1975, 2006
Door / MAX MEIJER & JOB VAN DER SANDE
Het Lille Metropole Museum voor Moderne Kunst opende een kwart eeuw geleden en is, in een groene omgeving, gebouwd door de architect Roland Simounet. Manuelle Gautrand, wie de wedstrijd won in 2002, om het museum te renoveren en uit te breiden, heeft een gebouw gecreëerd dat zich wikkelt rond het bestaande gedeelte in lange, vloeiende en organische volumes. Na meer dan vier jaar renovatie en uitbreidings werk heeft het museum op 25 september 2010 haar deuren geopend voor het publiek. Vanuit het oog van de architect, Manuelle Gautrand: 'De belangrijkste taak was het herstructureren en uit breiden van “Musee d'Art Moderne van Lille” dat in een prachtig park staat in Villeneuve d'Ascq. Ontworpen door Roland Simounet hebben in 1983 de bestaande gebouwen een historisch monument status gekregen. Het belangrijkste doel van de opdracht was het terugbrengen van een continu vloeiende museum ruimte, dit terwijl er nieuwe galeries moesten worden toegevoegd in een reizende progressie aansluitend op de bestaande galeries, om een prachtige collectie van Art brut te vertonen. Ook de bestaande gebouwen kregen een grondige herstructurering waarin bepaalde delen moesten worden geherdefinieerd. Ik heb geprobeerd om Roland Simounet's architectuur 'te leren begrijpen', zodat we in staat waren om een project dat niet afstandelijkheid aanduid die mogelijk gezien zou kunnen worden als onverschillig.'
A
Architectuur / pagina 62
1 / Gevel aanzicht
Architectuur / pagina 63
de gare tgv Onderdeel van euralille LOCATIE: ONTWERPERS:
LILLE JEAN-MARIE DUTHILLEUL
Door / Oene dijk
De Gare TGV Lille Europe (Jean-Marie Duthilleul, architect van de Franse spoorwegen SNCF), bestaat uit een station met daarboven twee torens: de Tour Credit Lyonnais van Christian de Portzamparc en de Tour WTC van Claude Vasconi. Verder omvat het plan de aansluiting van openbaar vervoersvoorzieningen, inrichting van de openbare ruimtes, het stratenplan, parkeergelegenheden, de overkluizing van de pĂŠriphĂŠrique (ringweg), en de gebieden tussen en grenzend aan de onderdelen en het plan. Het project is als knooppunt van verschillende vervoersystemen in eerste plaats een organisatie van de infrastructuur, en profileert zich ook als zodanig. De aanwezige infrastructuur wordt nadrukkelijk zichtbaar gemaakt in wat Koolhaas noemt de Piranesiaanse ruimte: een uit de parkeergarage gesneden ruimte die de complexiteit van de infrastructuur openbaart door tegelijkertijd een blik te bieden op de snelweg, over het station en de metro, en in de garage. Door het gedeeltelijk openmaken van de tunnelbuis is de TGV zichtbaar vanuit de stad.
A
Architectuur / pagina 64
1 / Aanzicht l’Arbrisseau
2 / Doorsnede l’Arbrisseau
Architectuur / pagina 65
L’Arbrisseau Buurtcentrum LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE: DOOR:
RUE DE L’ASIE et RUE VAISSEAU LE VENGEUR, LILLE COLBOC FRANZEN & ASSOCIES 2007-2011 EVELIEN KRANSTAUBER
Het buurtcentrum bevindt zich in het zuiden van Lille. Jaren heersten er in dit gebied een sociale en economische achteruitgang. De gemeenteraad startte daarom een radicale herinrichting. Het buurtcentrum was een van de eerste onderdelen. De gemeenteraad eiste een vernieuwende en warme uitstraling voor de buurt. De architecten betrokken daarom de buurtbewoners bij het ontwerpproces. Zij konden meepraten en ideeën voordragen. Zo kwam het idee van een boom. De buurtbewoners zien een boom als het symbool voor leven en groei. De boom moest daarom het symbool worden van de buurt waarin iedereen zich kan nestelen. Deze wens kwam in vervulling. Rondom een betonnen kern zijn volumes geplaatst, met de functies langs de gevels. Op die manier worden alle functies met bijbehorende leeftijdsgroepen als gelijke beschouwd. De leeftijdsgroepen hebben elk hun eigen verdieping, maar delen ruimten met andere leeftijdsgroepen, zo komen alle buurtbewoners met elkaar in aanraking. De volumes rondom de kern zijn niet recht op elkaar gestapeld maar steeds een stuk verschoven, daardoor ontstaan er buitenruimten. Deze zijn met trappen aan elkaar verbonden en lopen als een spiraal rondom de kern. De verschuivingen zorgen voor daglicht in het diepe deel van het gebouw. De uitsneden in de gevel, zijn ook terug te vinden in betonnen kern, op die manier vind daglicht door “de takken van de bomen” zijn weg naar het gemeenschappelijke atrium.
A
Architectuur / pagina 66
1 / Schets Levi Strauss School
2 / Aanzicht Levi Strauss School
Architectuur / pagina 67
LEVI STRAUSS SCHOOL Buurtcentrum LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
PLACE LEROUX DE FAUQUEMENT, LILLE TANK ARCHITECTS 2010
Door / wIESHANT MANNA
De Levi Strauss School is gevestigd in het hart van een groeiende stedelijke wijk, tussen de oude woningen, pakhuizen en de haven van Lille. Het hoofdgebouw is gelegen op de stedelijke boulevard, vanaf waar de grote zaal wordt geopend op het voorplein, dit geeft een institutioneel karakter. De school speelt een belangrijke rol binnen het district en is dan ook erg aanwezig in de wijk. Zonnig en beschut tegen de wind bevat het speelplein vooral mineralen en royale beplanting. Op de speelplaats openen zich de ingang van de eetzaal en club. Gaten in het metselwerk zorgen ervoor dat de leerlingen zich kunnen oriĂŤnteren op de bomen en beplanting op de speelplaats. Op de top van de overdekte speeltuin gelegen aan de zuidkant heb je wetenschappelijke klaslokalen, deze bieden een weids uitzicht over de nabijgelegen stedelijke omgeving. De bibliotheek heeft een centrale positie in het gebouw met een directie verbinding naar de centrale hal van de school. De asymmetrische uitlijning van de verschillende grote vierkante ramen brengen licht in de klaslokalen en bieden leerlingen uitzicht op de stad. Op het zuidelijke deel van de locatie bevinden zich sportfaciliteiten en een fitnessruimte die onafhankelijk van de school kunnen functioneren en buiten de school om een meerwaarde hebben voor de stad.
A
Architectuur / pagina 68
1 / Gevel Maison Folie de Wazemmes
2 / Aanzicht Maison Folie de Wazemmes
Architectuur / pagina 69
MAISON FOLIE DE WAZEMMES LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
RUE DES SARACENEN, LILLE BUREAU NOX 2001-2004
Door / pIETER VAN dijk
Het Maison Folie de Wazemmes is een culturele voorziening van de stad Lille, geopend ter gelegenheid van het evenement Lille 2004 Culturele Hoofdstad van Europa. Het Maison Folie is gelegen in een gebied dat beroemd is om zijn populaire geest en culturele vitaliteit. Het is gericht op het bevorderen van de cultuur. Het principe is diversiteit: de plek is van oorsprong het hart van de handel en fungeert als kruising tussen diverse disciplines met kunstenaars uit alle achtergronden en de bezoekers voor de verschillende activiteiten. Avec pour vocation de promouvoir les cultures populaires et de provoquer les rencontres, son principe est la diversité : elle est au cœur d'échanges et de croisements multiples entre les disciplines, les artistes de tous horizons, et surtout les publics ! Om de vele activiteiten die er plaatsvinden te kunnen huisvesten, werd het idee gelanceerd om voormalige fabrieken en scholen om te zetten in zogenaamde Maisons Folie. In 2001 heeft de gemeente van Lille een ontwerpwedstrijd georganiseerd voor de transformatie van een voormalige textielfabriek tot een cultureel complex met een mix van programma’s. De fabriek bestaat uit twee gebouwen, gescheiden door een binnenstraat om het binnenterrein te bereiken. NOX plaatste een derde gebouw op het terrein, tegen de naastgelegen bebouwing aan. Dit nieuwe gebouw bevat een theater, studio's, kantoren en een foyer. Een groene golvende wand domineert de foyer.
A
Stedenbouw / pagina 70
1 / Aanzicht Ilot Saint Maurice
Stedenbouw / pagina 71
Ilot saint maurice deelplan euralille LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE:
RUE DES SARACENEN, LILLE XAVEER DE GEYTER, FABIENNE FENDRICH 3 ha 1996, 2000-2004
Door / michiel homs & wouter scholten
Het deelplan Ilot Saint Maurice van het grote Euralille heeft een driehoekige vorm en ligt tussen het zakelijk district (o.a. de torens van Credit Lyonais en Lille Europe) en de 19de eeuwse wijk Saint Maurice. Het volume van dit project draagt bij aan de overgang van de twee schaalgroottes van beide gebieden: enerzijds het zeer stedelijke Euralille en anderzijds de bestaande wijk Saint Maurice. Het zeer intensieve programma bestaat uit kantoorgebouwen, woongebouwen en locale voorzieningen. Deze gebouwen zijn ontworpen in een grote diversiteit aan bouwstijlen. Architect De Geyter handteerde geen strak masterplan, maar creeerde een combinatie van mogelijkheden. De organisatie van de stedelijke ruimte is niet gebaseerd op het creeeren van tegenstellingen tussen bestanddelen, maar op het gelijkwaardig maken ervan: tussen leegte en massa, tussen steenachtig en groen en tussen prive en openbaar. De architectonische voorschriften zijn beperkt: per voorgevel een ander materiaal, bij de lage gebouwen begroeide daken en verlichte plafonds in het geval van overstekken en passages.De architect verdeelde het terrein in 16 meter brede parallele stroken die afgewisseld bebouwd en onbebouwd zijn. Bestaande bomen zijn in het ontwerp opgenomen. Overdag openbaar, ‘s avonds afgesloten en prive. Hoewel de dichtheid hoog is, wordt deze nauwelijks als beklemmend ervaren.
S
Architectuur / pagina 72
1 / Concept le Fresnoy
2 / Aanzicht le Fresnoy
Architectuur / pagina 73
Le Fresnoy Tourcoing LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE:
RUE DU FRESNOY, TOURCOING CEDEX BERNARD TSCHUMI 1991-1997
Door / RAMSES VAN DER DUSSEN & dINAND FRUNEAUX
Het museum Le Fresnoy omvat een divers programma, bestaande uit: “international center for contemporary arts”, school, film studio, laboratoria, restaurant, ed. Het project “Le Fresnoy” bestaat uit een hi-tech overkapping, doorboord door glazen openingen, in de overkapping zijn alle noodzakelijke voorzieningen op genomen voor klimaat beheersingsinstallaties. De overkapping loopt over een aantal bestaande structuren uit de jaren 20, waarin van origine een “lessure center” was ondergebracht met bioscopen, skatehal, expositieruimten, ed. Het concept voor het gebouw wordt door de architect omschreven als een serie “boxes inside a box”. De buitenste box is modern en rechthoekig met de grote overkapping als boven kant. De noordzijde is gesloten, de andere, zijden zijn open. Hierdoor zijn de bestaande gebouwen uit de jaren 20, maar ook de nieuwe delen goed te zien. De nieuw delen zijn aan hun hedendaagse vormgeving goed te herkennen binnen de diversiteit aan bouwvolumes. Een van de belangrijkste aspecten van het gebouw is de ruimte tussen de overkapping en de bestaande daken. Hoe deze ruimte wordt benut is goed te zien in de door de architect gemaakte diagrammen en schema’s. Er loopt vanaf de grote trap een routing door deze “In/between” ruimte die voor diverse activiteiten gebruikt kan worden, zoals: exposities en events. Bovenal is het een plek van fantasie en experimenten.
A
terdam t+Ams Utrech
5 Kemzeke
Ieper
. verbeke foundation
. oorlogsmuseum . oorlogsbegraafplaatsen . bayernwald . mijnkrater st. elooi . stadswandeling . museum in anders ďŹ elds . tynecot begraafplaats
3
Kortrijk 2
1 Lille
. centrale pleinen . leieboordenproject . gerechtsgebouw
4 Oudenaarde . kapel kerselare
Zondag programma / pagina 75
ZONDAG PROGRAMMA Zondag 29 oktober 08.00 - 08.45 09.00 - 09.45 09.45 - 10.00 10.00 - 10.10 10.10 - 10.25 10.25 - 10.30 10.30 - 10.50 10.50 - 11.20 11.20 - 12.00 12.10 - 12.20 12.20 - 12.25 12.25 - 12.40 12.40 - 13.30 13.30 - 14.15 14.15 - 15.30 14.30 - 14.45 14.45 - 15.30 15.30 - 15.45 15.45 - 16.30 16.30 - 18.00 18.00 - 20.30
Ontbijten en uitchecken 1 / hotel Reizen met de bus naar 2 / Kortrijk Gerechtsgebouw Lopen naar volgend project Herinrichting Grote markt Bernardo Secchi Lopen naar volgend project Leieboordenproject AWG architecten Reizen met de bus naar 3 / Ieper Bayernwald Reizen met de bus Mijnkrater Sint Elooi Reizen met de bus Stadswandeling Ieper (lunchen) Museum in Flanders Fields Reizen met de bus Tynecot begraafplaats Reizen met de bus naar 4 / Oudenaarde Kapel Kerselaere Reizen met de bus naar 5 / Kemzeke Verbeke Foundation Reizen met de bus via Utrecht (tussenstop) naar A’dam
Landschap / pagina 76
1 / Plankaart van het Canal de Roubaix
2 / Recreatie op het Canal de Roubaix
Landschap / pagina 77
Canal de Roubaix hERONTWIKKELING VAN WATERWEG FRANKRIJK - BELGIE LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
ROUBAIX, FRANKRIJK O.A. STADSARCHITECT CHRISTIAN DEVILLIERS 28.750 M1 2002 - 2008 GIDSMAKERS
1. Introductie & GESCHIEDENIS / Een strategische route, een economische noodzaak In 1821 kondigt het industriële tijdperk zich aan. De regio Nord-Pas de Calais, rijk aan steenkool, staat aan de vooravond van een ongekende economische ontwikkeling die haar aanzien volkomen zal veranderen. Met name in het gebied Roubaix-Tourcoing vragen de wol en textielindustrie, de speerpunten van de locale economie, om een voortdurende aanvoer van hun twee voornaamste grondstoffen: water en kolen. Waterbeheer en de ontwikkeling van communicatienetwerken worden belangrijke strategische uitdagingen. Het “kanaalproject”, dat Frankrijk met België verbindt, is ontstaan onder druk van locale producenten en handelaars, maar ook door de politieke wil om commerciële activiteiten in de regio te bevorderen. In 1831 is het eerste deel klaar, het kanaliseren van de rivier de Marque van de Deûle tot de stad Croix. Twaalf jaar later wordt, na talloze tracéwijzigingen, het kanaalgedeelte dat Roubaix met de Belgische grens verbindt ingewijd, tegelijk met het kanaal van Spiere. Vervolgens ondervindt het project keer op keer vertraging door problemen met het oorspronkelijke tracé, waarbij in Roubaix een tunnel was gepland. Het eerste kolenschip, “la Décidée”, arriveert pas in januari 1877 in Roubaix. In 1893 wordt Tourcoing aangesloten op het vaarwegennet. Eindelijk is het kanaal klaar.
L
Landschap / pagina 78
Canal de Roubaix hERONTWIKKELING VAN WATERWEG FRANKRIJK - BELGIE LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
ROUBAIX, FRANKRIJK O.A. STADSARCHITECT CHRISTIAN DEVILLIERS 28.750 M1 2002 - 2008 -
2. EIND 20e EN 21e eeuw / Red het kanaal of het verhaal van een ongekende mobilisatie In de jaren 1970 begint voor de regio Nord-Pas de Calais een periode van economische terugval, die resulteert in de sluiting van de textiel en wolindustrie. De hevige concurrentie van het wegvervoer veroorzaakt een sterke daling van het vervoer over water in Frankrijk. De scheepvaart op het kanaal neemt af, om uiteindelijk helemaal te verdwijnen. In 1985 wordt het kanaal gesloten voor de scheepvaart. De sluiting heeft grote gevolgen voor de instandhouding van dit historisch en cultureel erfgoed. Verwaarloosde sluizen en bruggen liggen weg te roesten, oevers verzakken, jaagpaden storten in, het kanaal slibt dicht, de waterkwaliteit gaat achteruit. Er wordt zelfs voorgesteld een rondweg aan te leggen op de plaats van het kanaal. Met andere woorden, er moet voor het ergste gevreesd worden. Maar dankzij het enthousiasme en de wilskracht van plaatselijke betrokkenen, die weigeren het kanaal aan zijn lot over te laten, richten een veertigtal Franse en Belgische organisaties een gezamenlijke vereniging op en gaan zich inzetten voor de redding van de vaarweg. De beweging om het kanaal te redden krijgt een impuls door de bijdrage van stadsarchitect Christian Devilliers. Zijn “Rapport Devilliers” toont het belang aan van het kanaal als verbindingselement van een grootschalige stadsvernieuwing en laat zien welke mogelijkheden een herstelde, levende en drukke waterweg biedt.
Landschap / pagina 79
3/4 / Historisch beeld van een viswedstrijd aan het kanaal & Doorsnede Canal de Roubaix
L
Architectuur / pagina 80
1 / Ruimtelijk model van het Gebouw van Justitie
2 / Gevelbeeld
3 / Plattegrond van het Gebouw van Justitie
Architectuur / pagina 81
Gebouw van Justitie financiËn, federale politie en justitie onder ÉÉn dak LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: BOUWSOM: DOOR:
Beheerstraat, Kortrijk Stephane Beel, Alain Bossuyt 12.741 M2 1999 - 2001 €16.000.000,Olga Chulkova & Brigitta van Weeren
1. INTRODUCTIE & CONCEPT / Het nieuwe gerechtsgebouw werd opgetrokken op een terrein aan de Beheerstraat dat gedeeltelijk al toebehoorde aan de federale overheidsdienst Financiën. De bouw past in een veel groter project: de creatie van een nieuw administratief centrum met kantoren voor de diensten van de FOD Financiën, de federale politie en het Justitiehuis. Het voorplein van het gerechtsgebouw situeert zich iets boven het niveau van het voetpad en benadrukt het openbaar karakter van het gebouw. Samen met de volledig in glas uitgevoerde voorgevel vormt het een duidelijk herkenningspunt in de Beheerstraat. Op architecturaal vlak werd gekozen voor een helder organisatie- en circulatieschema waarbij het administratieve en publieke gedeelte duidelijk van elkaar gescheiden worden. De architecten, Stéphane Beel en A. Bossuyt, slaagden erin transparantie en openheid in het drie verdiepingen hoge gebouw (gelijkvloers + 2) te brengen. Het gebouw oogt strak en helder. Minimalisme in zijn pure vorm. Overbodige franjes en verguldsel zijn er niet welkom. Het ontwerp benadrukt het openbare karakter van het gebouw en verlaagt de drempel voor het publiek. Het gebouw zelf oogt strak en energiek door de overvloedige lichtinval. In de volledig beglaasde voorbouw bevinden zich alle publieke ruimtes. De zeldzaam gebruikte steen is duidelijk langwerpiger dan de traditionele gevelstenen, een formaat dat mooi aansluit bij de vormgeving van dit 55 meter brede gebouw.
A
Architectuur / pagina 82
Gebouw van Justitie financiËn, federale politie en justitie onder ÉÉn dak LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: BOUWSOM: DOOR:
Beheerstraat, Kortrijk Stephane Beel, Alain Bossuyt 12.741 M2 1999 - 2001 €16.000.000,Olga Chulkova & Brigitta van Weeren
2. de INrichting / Kenmerkend voor het gebouw zijn de circulatiegangen die zich afwisselend langs het atrium en de gevel van het gebouw bevinden. De centrale ontvangsthal, de “salle des pas perdus” bevindt zich in het verlengde van het voorplein. De voorbouw waarin alle publieke ruimtes zich bevinden, is volledig in glas uitgevoerd. De vloerbekleding werd in een donkerkleurige marmer uit Mazy (provincie Namen) uitgevoerd. Het vaste meubilair is samengesteld uit gelaste aluminiumplaat waarvan de werkbladen of zittingen zijn afgewerkt met zwart leder.Een paneel met glas in lood - een kunstwerk van Beatrice Neetens uit Aalst - werd in de centrale ontvangsthal geïntegreerd. Op het gelijkvloers bevinden zich nog de informatiedesk, de rechtbank van Koophandel en het Vredegerecht van het eerste en tweede kanton. Het personeelsrestaurant, de archieven en de personeelsparking bevinden zich in de kelderverdieping. Naast het gebouw zijn er parkeerplaatsen beschikbaar voor de bezoekers en advocaten. Op de eerste verdieping is er plaats voor vier zittingszalen, de Politierechtbank en de Balie. De oriëntatie van de zittingszalen aan de straatkant zorgt voor de nodige lichtpenetratie. Het atrium fungeert zowel als scheiding en verbinding van de zittingszalen met het administratief gedeelte. De Arbeidsrechtbank en het Arbeidsauditoraat situeren zich op de tweede verdieping.
Architectuur / pagina 5
1 / Voorzijde Academie van Bouwkunst
4 / Enkele foto’s van het interieur
A
Stedenbouwkunde / pagina 84
1 / Grote Markt in Kortrijk op historisch archiefbeeld
2 / Grote Markt in Kortrijk hedendaags
Stedenbouwkunde / pagina 85
centrale pleinen Herinrichting van de centrale pleinen in Kortrijk LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, KORTRIJK BERNARDO SECCHI & PAOLA VIGANO - M2 1998 Olga Chulkova & Brigitta van Weeren
1. INTRODUCTIE & GESCHIEDENIS / Since 1998, the simple design submitted by Bernardo Secchi and Paola Vigano has drastically reduced the impact of the automobile by reducing traffic flow to two lanes and limiting the number of parking spaces. As it were, the square now grafts itself onto the adjacent streets and squares. In their design, Secchi and Vigano used low walls to connect the Doorniksestraat, the Graanmarkt and the Begijnhofstraat to the Grote Markt. The walls are used as benches and as a base for street furniture, flower tubs, flag poles and lighting equipment, while small differences in elevation are emphasised by means of steps. Crucial to Secchi’s approach was a belief that everyday appropriation would take place only if sufficient time were provided for new practices to unfold. The design of public space must thus accommodate: ...a slower pace, in which everyday habits can again legitimately play a role. Too often there is a refusal of the space of life which is a continuous construction site, continuously traversed by nomadic populations and activities, never reaching a recognizable stable condition. There is a necessity for a narrative which, as Wim Wenders says, “protects its own characters.” (Bernardo Secchi, “For a Town-Planning of Open Spaces,” in Casabella 597-598, January/February 1993.)
S
Architectuur / pagina 86
1 / Schets Bob van Reeth en enkele gevel beelden
Architectuur / pagina 87
leieboorden woongebouw met ‘sobere eenheidsarchitectuur’ LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
Guldenbergplantsoen, Kortrijk AWG ARCHITECTEN / BOB VAN REETH - M2 1990 / 1998-2004 Olga Chulkova & Brigitta van Weeren
1. introductie & GESCHIEDENIS / Op de voormalige vestiging van een textielveredelingsbedrijf en het magazijn van een metaalbedrijf is sinds 1998 een stadsplein gecreëerd, waaromheen klassevolle residenties staan gegroepeerd. Uit respect voor de omgeving stuurde AWG Architecten aan op ‘sobere eenheidsarchitectuur’. Bepleisterde gevels aan de Leieoever verwijzen naar de 19de-eeuwse herenhuizen. Aan de kant van het plein en het park wordt de passant overvallen door de felle oranjerode gloed van de bakstenen gevels, een typisch streekproduct van Kortrijk. Het achteruitliggende bouwblok biedt de Kleine Leiestraat ruimtelijkheid en creëert een plek voor een modern en strak landschapsontwerp, in contrast met de Engelse tuinen.
A
Stedenbouwkunde / pagina 88
1 / Ieper en periferie in verhouding tot de Grote Markt
2 / Centrum Ieper in verhouding tot de Grote Markt
Stedenbouwkunde / pagina 89
Grote markt IEPer het centrale marktplein van Een historische stad LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, IEPER, BELGIE DIVERSE BEGIN 13E EEUW TOT 1967 Aleksei Kanin, Dennis van den Burg, Nik van Nuland, Leandro van der Lans
1. INTRODUCTIE & GESCHIEDENIS / De Grote Markt is het centrale marktplein van de Belgische stad Ieper. Aan de Grote Markt liggen de Lakenhallen, het belfort, het Nieuwerck en talloze winkels en tavernes. Aan de kant waar de markt autovrij gemaakt is, staat ook een maquette van de Lakenhallen en het belfort, alsook een fontein. De Grote Markt van Ieper is na die van Sint-Niklaas de grootste van Vlaanderen. Het plein is sinds lang het centrum van de stad. In 1187 werd aan de oostkant het Onze-Lieve-Vrouwgasthuis opgericht. In de 13de eeuw werd aan de noordwestzijde de lakenhalle met belfort opgetrokken. De schepenen van de kasselrij Ieperhuurden vroeger aan de noordzijde een middeleeuws steen, dat zij in 1503 kochten. Van 1456 tot 1792 bevond zich op de markt ook een schandpaal. Onder Frans bewind werd in 1689 in het oosten een marmeren fontein opgericht, maar dit verdween in 1806. Tot de 18de eeuw hadden nog meerdere huizen een houten gevel. Op het eind van het Ancien Régime werd het oude kasselrijgebouw in de eerste helft van de 19de eeuw een tijd als rechtbank gebruikt. In de Eerste Wereldoorlog werd Ieper verwoest en ook de meeste gebouwen rond de Grote Markt werden vernield. Na de oorlog werd vanaf de jaren 20 de stad wederopgebouwd en ook de Grote Markt werd hersteld in een historiserende wederopbouwarchitectuur. Op de plaats van het vroegere Onze-LieveVrouwgasthuis aan de oostzijde van de markt werd het Gerechtshof opgetrokken.
S
Stedenbouwkunde / pagina 90
Grote Markt Ieper het centrale marktplein van Een historische stad LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, IEPER, BELGIE DIVERSE BEGIN 13E EEUW TOT 1967 Aleksei Kanin, Dennis van den Burg, Nik van Nuland, Leandro van der Lans
2. GEBOUWEN / De Lakenhalle van Ieper is een van Europa’s grootste burgerlijke gebouwen in gotische stijl. De oorspronkelijke lakenhal werd gebouwd tussen 1200 en 1304. Het belfort is 70 m hoog en werd gebouwd tussen 1200 en 1230 als teken van de macht der burgerij. Vanaf eind 12de eeuw tot 1817 werden echte levende katten uit de belfort geworpen. Sinds 1955 zijn dit pluchen katten. Het gebouw werd tijdens de Eerste Wereldoorlog volledig vernield en later weer opgebouwd. De gerestaureerde lakenhal werd in 1967 voltooid. De architecten, waaronder J. Coomans, opteerden voor een getrouwe reconstructie van de vooroorlogse toestand. Wat we dus zien is een replica van het originele bouwwerk. Onder aan de lakenhallen zijn de originele stenen nog zichtbaar, deze zijn de grootste. Hoe meer men naar boven gaat, hoe kleiner de stenen worden. De lakenhallen werden vroeger gebruikt als verhandelingsplaats van laken. In elke deuropening onder aan het belfort werd het laken verkocht. Ieper was in de middeleeuwen zeer beroemd vanwege de goede kwaliteit van het laken. Tegenwoordig is de Lakenhalle een door UNESCO beschermd monument als onderdeel van de gezamenlijke inschrijving van een groep belforten in België en Frankrijk. In de belforttoren (70m) bevindt zich een beiaard met 49 klokken. Om het kwartier speelt een automatisch spel: “Het Iepers Tuindaglied”. In de hallen is ook het In Flanders Fields Museum gevestigd.
Stedenbouwkunde / pagina 91
1 / Grote Markt rond 1872
2 / Brand in de Lakenhallen 22 nov. 1914
3 / Grote Markt omstreeks 1910
S
Architectuur / pagina 92
1 / Voorzijde Nieuwerck
2 / Nieuwerck na de 1e Wereldoorlog
4 / Lakenhallen en Nieuwerck op 19e eeuwse foto
3 / Grote Markt na de 1e Wereldoorlog
Architectuur / pagina 93
NIEUWERCK aanbouw aan de lakenhalle in RENAISSANCE STIJL LOCATIE: ONTWERPER: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, IEPER J. SPOREMAN, WEDEROPBOUW DOOR P. PAUWELS 1620 TOT 1952 Aleksei Kanin, Dennis van den Burg, Nik van Nuland, Leandro van der Lans
1. INTRODUCTIE & GESCHIEDENIS / Nieuwerck is een oostelijke aanbouw van de Lakenhalle aan de Grote Markt. Onder het Nieuwerck bevindt zich de toegang tot het stadhuis. Het gebouw rust op een spitse bogenrij en heeft grote kruisramen en klassieke kerkramen. Dit zorgt ervoor dat het gebouw tamelijk gotisch aandoet, ware het niet van de versieringen in de boogvelden en aan de topgevels die duidelijk neigen naar de renaissance. In 1570 werden reeds plannen gemaakt voor het Nieuwerck. Aan de oostzijde van de lakenhalle van Ieper stond vroeger het Gulden Halleke, dat in 1360 in hout was opgetrokken. Het houten bouwwerk werd in 1618 afgebroken en vanaf 1620 werd het Nieuwerck opgetrokken. Het werd in 1621 al voltooid maar omwille van problemen met de stabiliteit werd het meteen weer afgebroken en in 1622 herbouwd en voltooid eind 1622. Het gebouw fungeerde tot in 1794 als schepenhuis. In de periode 1862-1867 werd het Nieuwerck gerestaureerd naar plannen uit 1859-1860. Het meeste werd afgebroken en werderopgebouwd. De eerste steen werd gelegd door minister Alphonse Vandenpeereboom. In de Eerste Wereldoorlog werd Ieper verwoest en ook de lakenhalle met het belfort en het Nieuwerck werden vernield. Van het Nieuwerck bleven enkel nog de zuilen staan. Na de oorlog begon de wederopbouw van de lakenhalle, die echter werd onderbroken door de Tweede Wereldoorlog. Pas begin jaren 50 werd het Nieuwerck wederopgebouwd onder leiding van P. Pauwels.
A
Architectuur / pagina 94
nieuwerck aanbouw aan de lakenhalle in RENAISSANCE STIJL LOCATIE: ONTWERPERS: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, IEPER J. SPOREMAN, WEDEROPBOUW DOOR P. PAUWELS 1620 TOT 1952 Aleksei Kanin, Dennis van den Burg, Nik van Nuland, Leandro van der Lans
2. KUNSTWERKEN / In de Nieuwerck zijn een aatal interessante historische kunstwerken te bewonderen. Het wapen van de Spaanse Filips IV die in 1622 in Vlaanderen regeerde, prijkt boven het kapelraam. De beelden van de rechtvaardigheid en de voorzichtigheid vinden een plaatsje in de zijnissen. De onderste nis is gereserveerd voor het beeld van O.L. Vrouw van Thuyne. De toegang tot het stadhuis is onder het Nieuwerck. Rechts in de hal van het stadhuis vindt men een plattegrond van de Hallen. Aan de muren zijn er houten beelden die uit de 15de en 16de eeuw komen. Portretten van de Ieperse burgemeesters sedert 1830 zijn terug te vinden in de galerij. In de raadzaal van het stadhuis bevinden zich ontwerpen van muurschilderingen van Charles Degroux (deze taferelen beelden de middeleeuwse bloeiperiode van Ieper uit als lakenstad) en een prachtig gebrandschilderd glasraam van de Bruggeling Arno Brys.
Architectuur / pagina 95
5 / Uitzicht over de Grote Markt met Lakenhallen en Nieuwerck omstreeks 1830
A
Architectuur / pagina 96
1 / Voorzijde van het Kleine Stadhuis
Architectuur / pagina 97
KLEIN STADHUIS HISTORISCH GEBOUW AAN DE GROTE MARKT LOCATIE: ONTWERPER: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
GROTE MARKT, IEPER ONBEKEND - M2 1342, 1623 EN WEDEROPBOUW IN 1952 Aleksei Kanin, Dennis van den Burg, Nik van Nuland, Leandro van der Lans
1. INTRODUCTIE & GESCHIEDENIS / Het Klein Stadhuis is een historisch gebouw in het centrum van de Belgische stad Ieper. Het staat aan de noordkant van de Grote Markt tegen het stadhuis van Ieper. Het gebouw doet tegenwoordig dienst als bistro. Het wordt ook wel In ‘t Klein Stadhuis of de Conciërgerie genoemd. Het oorspronkelijke gebouw dateerde uit 1342 en was vroeger de woning van de conciërge van het stadhuis van Ieper en huisvestte ook de gelagkamer voor de schepenen. In het begin van de jaren 1620 werd naast dit gebouw het Nieuwerckopgetrokken, een oostelijke aanbouw van de Lakenhalle van Ieper. In 1623 werd de oude conciërgerie afgebroken en een nieuw gebouw werd opgetrokken als verlengde van het Niewerck. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Ieper verwoest. De stad werd na de oorlog weer opgebouwd en in 1924 werd ook het Klein Stadhuis wederopgebouwd. Na de Tweede Wereldoorlog werd in 1952 de geveltop hersteld. In 1943 werd het gebouw beschermd als monument.
A
Landschap / pagina 98
1 / Boven: Overzichtsfoto Begraafplaats / Onder: Graven en Ontwerpschets
Landschap / pagina 99
battery corner cemetery engelse begraafplaatsen op Vlaamse gronden LOCATIE: ONTWERPER: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
Omloopstraat / Frezenbergstraat, IEPER SIR EDWIN LANDSEER LUTYENS (1869 - 1944) 3350 M2 1916 - 1918 DAFNE WIEGERS
1. INTRODUCTIE & geschiedenis / Sir Edwin Landseer Lutyens (1869 – 1944) was een Britse architect die erom bekend staat traditionele bouwstijlen op een creatieve manier aan te kunnen passen aan de eisen van zijn tijd. Hij ontwierp veel Engels landhuizen en begraafplaatsen. Voor het einde van de Eerste Wereldoorlog werd hij benoemd tot een van de drie belangrijkste architecten van de Imperial War Graves Commission en was betrokken bij de oprichting van vele monumenten om de doden te herdenken. Ook de begraafplaats bij Ieper werd door hem ontworpen, samen met J.R. Truelove. Er liggen 573 militairen begraven, waarvan zeven niet geïdentificeerd. De begraafplaats dankt zijn naam ”Belgian Battery Corner Cemetary” aan de Belgische artilleriebatterijen die er opgesteld stonden in de oorlog. Vooraan wordt de begraafplaats deels van de straat gescheiden door een kleine sloot, de open toegang wordt gevormd door een klein bakstenen muurtje geflankeerd door twee lage, rechthoekige witstenen pijlers, met opschrift. Aan de voormuur hangen de drie landplaten. Langs de andere zijden wordt de begraafplaats omheind door een lage beukenhaag. Vlakbij de ingang staat de Stone of Remembrance. Het Cross of Sacrifice staat achteraan (zuidelijke kant) op de begraafplaats. Dit kruis werd ontworpen door Sir Reginald Blomfield voor de Imperial War Graves Commission en is meestal aanwezig op begraafplaatsen van het Gemenebest met 40 graven of meer. Het kruis staat voor het geloof van de meerderheid van de doden en het zwaard vertegenwoordigt het militaire karakter van de begraafplaats.
L
Landschap / pagina 100
Landschap / pagina 101
battery corner cemetery engelse begraafplaatsen op vlaamse gronden
in flanders fields / In Flanders fields the poppies blow Between the crosses, row on row That mark our place; and in the sky The larks, still bravely singing, fly Scarce heard amid the guns below. We are the dead. Short days ago We lived, felt dawn, saw sunset glow Loved, and were loved, and now we lie In Flanders fields. Take up our quarrel with the foe: To you from failing hands we throw The torch; be yours to hold it high. If ye break faith with us who die We shall not sleep, though poppies grow In Flanders fields. - John McCrae
L
Architectuur / pagina 102
1 / Voorzijde Kapel
2 / Achterzijde Kapel
Architectuur / pagina 103
Pilgrimage Chapel Onze-Lieve-Vrouwe van Kerselare bedevaartkapel LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
KERZELARE, OUDENAARDE, BELGIUM JULIAAN LAMPENS - M2 1964 - 1966 Angela Tetteroo / Fernando Alonso
1. INTRODUCTION AND HISTORY / Since 1460 stood on Edelare hill the Gothic chapel of ‘Our Blessed Lady of Kerselare’. It was extended in 1570 by order of the Baron of Pamele, who was attacked by a crocodile during pilgrimage to Egypt and, on the appeal of the Holy Virgin of Kerselare, escaped death. The crocodile was embalmed and mounted in the chapel like a votive statue. Later, in 1961 the chapel was thoroughly destroyed by fire, the church board decided not to reconstruct it, but instead to build a new one. That same year they organize a design competition, which was won by Lampens and his ex- teacher Rutger Langaskens. In order to appeal to the taste of the church, they sent a traditional-looking design, embel- lished with a number of towers. Once the competition had been won, Lampens shoved this plan to the side, and developed a new design. New designad execution 1964-66 He made a number of fake drawings of the esteemed traditional design that he presented to the heads of the church board, but simultaneously worked out his new project about which he held consultations with the pastor. Unlike his Gothic predecessor, the new chapel is not visible from the public road. It was implanted somewhat further along, hidden in a rift. But there it rises with striking expressive power.
A
Architectuur / pagina 104
Pilgrimage Chapel Onze-Lieve-Vrouw van Kerselare bedevaartkapel LOCATIE: ONTWERPERS: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
KERZELARE, OUDENAARDE, BELGIUM JULIAAN LAMPENS - M2 1964 - 1966 Angela Tetteroo / Fernando Alonso
2. THE NEW CHAPEL / Executed completely in rough concrete, with deliberate irregularities in the shuttering joints. Statistically speaking, it falls into the category of the international style termed Brutalism, an architectural movement initialized by Le Corbusier shortly after the 2nd world war, char- acterized by the use of rough, unfinished construction materials. Apart from this aesthet- ics, their originality lies mainly in their internal spaciousness and non-conformist open living concept. IIt is without frills, outside and inside. The ecclesiastical is limited to the essentials: altar, a tabernacle, a pedestal with the statue of Mary, and at the back in the large glazed wall, a few fire-glass windows. The spacial concept is atypical. The visitor, welcomed by way of the large gaping mouth in the front, cannot enter there, but is led along the side of the tapered building, descending towards the rear, where he gains access to the interior via a cove with a water feature. The ambiguity of front and rear, the tension between inside and outside, the slipping from open to closed, from high to low, the change in situation from dynamic to peaceful, gives this room a special, unusual character, so unusual that it cannot be positioned within the typology of mod- ern church building. No precedent in the 20th Century can be found to this chapel. Kerselare would not be Kerselare without the crocodile, the chapel conceived as a whole in the image of an enormous reptile with a gaping jaws emerging from the ground, welcoming and sheltering migrating visitors.
Architectuur / pagina 105
3 / Enkele beelden van interieur en detaillereing
A
Architectuur / pagina 106
1 / Verschillende kunstvormen tentoongesteld
2 / Installaties in de buitenruimtes
Architectuur / pagina 107
VERBEKE FOUNDATION waar CULTUUR, NATUUR EN ECOLOGIE samenkomen LOCATIE: ONTWERPER: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
Westakker, Kemzeke (Stekene), België JOEP VAN LIESHOUT 2.000 M2 OPENING PRIVEKUNST GEDEELTE IN 2007 DENNIS MEIJERINK / RICHARD PROUDLEY
1. INTRODUCTIE & GESCHIEDENIS / In het begin van de jaren 1990 begonnen Geert en Carla Verbeke kunst te verzamelen. Na een initiële interesse voor abstracte schilderkunst, werd de collectie geheroriënteerd naar collages en assemblages van hoofdzakelijk Belgische kunstenaars. De afgelopen jaren werd de verzameling verder uitgebreid naar actuele kunst en naar bio art - levende kunst. (zie afbeelding 1) De kern van de privé-verzameling bestaat uit een uitzonderlijke collectie van een tweeduizendtal collages en assemblages voornamelijk uit de twintigste eeuw. Een specifieke aparte ruimte werd ingericht om een deel van deze collectie permanent tentoon te stellen. De Verbeke Foundation wenst een plek te zijn waar cultuur, natuur en ecologie samenkomen. Het werk van bio artiesten en van kunstenaars die met levende materialen werken (planten, dieren, geuren), sluit hier naadloos bij aan. Sinds de opening van de Verbeke Foundation in 2007, kon de verzameling uitgebreid worden met hedendaagse werken en installaties die meestal in situ gebouwd en geïntegreerd werden in binnen- en buitenruimtes. (zie afbeelding 2)
A
Architectuur / pagina 108
VERBEKE FOUNDATION CULTUUR, NATUUR EN ECOLOGIE LOCATIE: ONTWERPER: GROOTE: TIJDSPLANNE: DOOR:
Westakker, Kemzeke (Stekene), België JOEP VAN LIESHOUT 2.000 M2 OPENING PRIVEKUNST GEDEELTE IN 2007 DENNIS MEIJERINK / RICHARD PROUDLEY
2. Vervolg / Er is een private verzameling van moderne, hedendaagse kunst waar ook ruimte is voor tijdelijke exposities (artist in residence). Het ‘museumdomein’ is ongeveer 12 hectare. Het omvat een bosgebied met evenementenhal, restaurant en twee expositieruimten (2000m2). De volgende permanente exposities zijn te bezichtigen: - Hedendaagse kunst; Verzameling van verschillende internationale kunstenaars - Bio art / Eco art; Verschillende werken van verschillende kunstenaars die met levende materialen werken (planten, dieren en geuren); (zie afbeelding 5) Op dit moment zijn o.a. de volgende tijdelijke exposities te bezichtigen: - Andree Arty / Betoverende kunstenares, monografie (collage-assemblage)
“Bij ons geen opzichte spektakelgebouwen maar een verfrissende onpretentieuze plaats om kunst te bekijken en een subtiele kritiek op de kunstwereld.” – Geert Verbeke
Architectuur / pagina 109
1 / Voorzijde Academie van Bouwkunst
4/5/6 / De Verbeke Foundation, levende materialen en installaties in natuur
A
Schets & Notitie / pagina 110
SCHETS- en notitieruimte
Schets & Notitie / pagina 111
SCHETS- en notitieruimte
Schets & Notitie / pagina 112
SCHETS- en notitieruimte
Schets & Notitie / pagina 113
SCHETS- en notitieruimte
Deelnemers / pagina 114
DEELNEMERS
Robin Adriaanse Nihal Aggunduz Tjeerd Beemsterboer Matthew Beer Hayet Benkacem Alexey Boev Tim Boot Dennis van de Burg Olga Chulkova Pieter van Dijk Ramses van der Dussen Dinand Fruneaux Marco Gijssen Aleksei Kanin Evelien Kranstauber Nick Kroes Leandro van der Lans Wieshant Manna Max Meijer Dennis Meijerink Ana Ortega Gual Maik Peters Jeroen Pot Richard Proudley Rianne van Raalte Job van der Sande Wouter Scholten Eva Souren Bas van Steen Angela Tetteroo Rick van Weerdenburg Tim van Weeren Dafne Wiegers Thom Zijlstra Erwin van de Brink Jelmar Brouwer
Lisanne Gerritzen Mark Spaan Mark van Vilsteren Joram de Vries Hein Coumou Co van Griensven Jennifer van Noort Katarina NĂśteberg Floris Grondman Kim Kool Mirthe van Laarhoven Willemijn van Manen Viorica Neagu Nik van Nuland Brigitta van Weeren Michiel Homs Ivo Clason Dirk Jan Overduin Alonso Vasquez MariĂŤlle Wetter Bin Xu Pandelis Zarakovitis
Lille 3000 Parade
Lille 3000 Parade
Schets & Notitie / pagina 117
Colofon
BEGELEIDERS / Oene Dijk Nico van Bockhooven Marieke Timmermans Aart Oxenaar Arjan Klok Jarrik Ouburg Marjoleine Gadella Patricia Ruisch
CHEFS D’EQUIPPE / Kim Kool Joram de Vries Marielle Wetter
GIDSMAKERS / Tim Boot Lisanne Gerritzen Eva Souren
SCHETS COVER / Rem Koolhaas DRUKKERIJ / Drukkerij Van Asselt OPLAGE / 75 stuks