BDW - editie 1325

Page 1

‘ALLES ES JUST’

INTERIORS: MAETERLINCK IN EEN GLAZEN KIJKDOOS En ook: Jools Holland, Tuur Florizoone en Sarah Ferri.

19 04 12

Erfgoeddag belicht Schaarbeekse vedette Pogge (en véél meer)

22 23

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

CAROLINE MUSIC MOET WEG

De onafhankelijke platenzaak Caroline Music en de andere handelszaken in de Sint-Honorédoorgang moeten tegen eind september weg zijn uit de galerij. De nieuwe eigenaars willen renoveren. Een flinke streep door de rekening van de winkeliers. Lees p. 9.

© IVAN PUT

Justitie > Parketcijfers Brussel 2010 spreken

Geweld blijft vaak onbestraft BRUSSEL – Het aantal seponeringen in het arrondissement Brussel ligt ontzettend hoog, op 78 procent. Vier vijfde van de gewelddelicten wordt ook niet vervolgd.

I

n 2010 behandelde het Brusselse parket 180.277 zaken, in meerderheid strafzaken. Maar liefst 140.590 daarvan werden geseponeerd, vier vijfde van de gevallen. Vaak wordt een zaak geseponeerd wegens te licht, geen dader of onvoldoende bewijs. Dat blijkt uit de arrondissementsstatistieken van het Openbaar Ministerie. In België scoort alleen het stedelijk arrondissement Bergen hoger; algemeen ge-

nomen ligt het aantal seponeringen in steden tien procent lager dan in Brussel. In de meerderheid van de gevallen gaat het om vandalisme, diefstallen en bedrog, samen goed voor 46 procent van het aantal seponeringen. Opzienbarend is echter dat het aandeel van delicten tegen personen – slagen en verwondingen, moord en doodslag – die zonder gevolg bleven, het afgelopen decennium fors

gestegen is. In 2003 ging het om bijna zeven procent van alle seponeringen, in 2010 was dat veertien procent. Waar er in 2010 alles bij elkaar 26.275 delicten tegen personen werden behandeld, bleven 20.095 van die delicten zonder gevolg. Vier vijfde, dus. Voor veel strafzaken worden trouwens verkorte pv’s (vpv’s) gebruikt. Dat zijn processen-verbaal om ‘lichte’ feiten zoals vandalisme, diefstallen en sluikstorten summier op te tekenen. Van vpv’s wordt doorgaans een lijst gemaakt, waar het parket zelden een zaak uitpikt. Met een boutade zegt de Gent-

se hoogleraar criminologie Paul Ponsaers dat in sommige stadsregio’s twee derde van alle pv’s vereenvoudigde pv’s zijn, en dat van die vereenvoudigde pv’s hoogstens twee procent doorstroomt. Volgens Ponsaers worden te veel lichte misdrijven niet meer vervolgd

en werkt dit frustratie en geweld in de hand.

ADVERTENTIE

ADVERTENTIE

NISSAN VERANDERT DE REGELS

Blader verder voor onze condities.

Christophe Degreef Interview met Paul Ponsaers op p. 4-5: ‘Straf lichte misdrijven matig, en straf ernstige zwaar’

FEEST MEE EN ONTDEK ONZE ANNIVERSARY PACKS OP PAGINA 31. DB21/241812D2

N° 1325 VAN 19 TOT 26 APRIL 2012 ¦ WEEK 16: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE


OPMERKELIJK

BDW 1325 PAGINA 2 - DONDERDAG 19 APRIL 2012 © ARCHIEF BDW

Uitgelicht > Brussel haalt te weinig punten om Europese Groene Hoofdstad te worden SCHEPENEN BEDANKT VOOR BEWEZEN DIENSTEN BRUSSEL – In Evere en Elsene zet de SP.A de samenwerking met de huidige Vlaamse schepenen stop. De Vlaamse schepenen Jean-Luc Liens (Evere) en Pascal Dufour (Elsene) mogen opkrassen. De Brusselse SP.A is niet tevreden over hun werk en schuift nieuwe kandidaten naar voren. De Everse schepen Liens is daar niet over te spreken: “Al jaren probeert Pascal Smet mij uit te schakelen. Hij is daar nu in geslaagd. Ik heb twee jaar geleden een burn-out gehad. Dat ik daarop word afgerekend, is typisch voor de SP.A die vandaag in Brussel de plak zwaait: de Dansaert-SP.A.” Bronnen binnen de partij schetsen een enigszins ander beeld. Liens kwam niet naar vergaderingen en stelde zich deloyaal op. Opmerkelijk: ook lokaal SP.Avoorzitter Jan Meeuwsen, een jeugdvriend van Liens, steunt de schepen niet langer. Liens, die een grote aanhang heeft in de volkse wijken van Evere, wil nu met een eigen lijst naar de kiezer trekken. De dissidentie is in geen ge­val een ideologische. Liens behoort tot SP.A Rood, de donkerro­ de vleugel van de SP.A. Ook  Pierre-Paul Goberecht, de nieu­ we kandidaat-Vlaamse schepen, be­hoort tot die strekking. Goberecht krijgt de negende plaats op de lijst van burgemeester Rudi Vervoort (PS). Ook in Elsene trekt de SP.A een streep onder het verleden. De huidige Vlaamse schepen, Pascal Dufour, heeft zich kandidaat gesteld voor een nieuwe termijn, maar het lokale bestuur heeft zijn kandidatuur niet aanvaard. Officieel omdat er niet aan de formele vereisten is voldaan, maar de weigering kan nauwelijks verhullen dat de SP.A Dufour liever kwijt dan rijk is. Dufour maakte afgelopen legislatuur een belabberde indruk. De partij schuift twee nieuwe kandidaten naar voren: JeanLouis Herzeele, politieagent in Matonge, en Maite Morren, voorzitster van Animo (SP.Ajongeren). Die beslissing moet wel nog bekrachtigd worden op een algemene ledenvergadering. Beiden zullen op de lijst van burgemeester Willy Decourty (PS) staan. Dufour kan toch nog langs een achterpoortje schepen worden. Hij is tegelijk kandidaat om als PS’er op de lijst van burgemeester Decourty te figureren. SVG

‘Veel plannen, weinig resultaat’ BRUSSEL – Brussel wordt in 2014 geen Europese Groene Hoofdstad. Het Gewest haalde de shortlist niet.

B

russel moet in de rangschikking Kopenhagen, Bristol, Frankfurt en Rotterdam voor laten gaan. Dat is een flinke streep door de rekening van minister Evelyne Huytebroeck (Ecolo). Die had gehoopt om als Europese Groene Hoofdstad naar de regionale verkiezingen te kunnen gaan. Het had een mooie beloning kunnen zijn voor haar jarenlange ijver om Brussel te ‘vergroenen’. De Europese Groene Hoofdstad is een initiatief van de Europese Commissie, dat van start ging in 2010. Toen won Stockholm. Vorig jaar won Hamburg, dit jaar mag de Baskische stad Vitoria met het label pronken. Voor 2014 heeft Kopenhagen de beste kaarten. Het juryrapport, dat vorige week

werd vrijgegeven, zet de Brusselaar stevig met beide benen op de grond. Aan plannen en doelstellingen geen gebrek, maar volgens de jury ontbreekt het te vaak aan concrete resultaten in de twaalf domeinen waar Brussel zich moest bewijzen. Het verklaart waarom Brussel in de subtop terechtkomt. In één domein is Brussel kampioen: natuur en biodiversiteit. Dat heeft vooral met het Zoniënwoud te maken, en met het jarenlange bosbeheer. Ook in de bestrijding van geluidsoverlast (tweede plaats) scoort Brussel goed. Daarnaast oordeelt de jury ook positief over het Brusselse afvalbeleid (vierde beste), vooral door de lage productie van restafval. Dit staat in contrast met de alarmerende

berichten onlangs in Le Soir, maar ook in deze krant, dat Brussel in vergelijking met Vlaanderen en met de Europese norm juist erg slecht sorteert: driekwart van het huishoudelijke afval verdwijnt in de verbrandingsoven. Een uitleg voor die tegenstelling geeft het rapport niet.

Fijn stof Minder goed is het volgens het juryrapport gesteld met vervoer en mobiliteit. Voor het openbaar vervoer is er heel wat lof, maar het beleid om fietsen en wandelen aan te moedigen en voor korte ritten de auto te laten staan, is ondermaats volgens de jury. Brussel blijft een echte  autostad. Dat is de Europese jury niet ontgaan. “Er zijn wel initiatieven en plannen aangekondigd om de autodruk te verminderen, maar  de resultaten blijven uit.” De jury bedeelt Brussel dan ook met een achtste plaats.

Ook de luchtkwaliteit (zesde plaats) blijft een teer punt. Dat Brussel hier geen goede punten krijgt, stond in

Volgens de jury blijven de resultaten te vaak uit. Dat verklaart waarom Brussel in de subtop terechtkomt de sterren geschreven. De Europese Commissie brengt België voor het Europese Hof van Justitie omdat de normen voor stikstofdioxide en fijn stof niet gerespecteerd zijn. Een applaus ware dus vreemd geweest. De

DE WEEK IN BEELD DOOR BART DEWAELE

Studenten van de VUB hielden zondag een symbolische actie tegen gratuit geweld. Op Facebook hadden ze opgeroepen tot een metrorit om 14 uur tussen Herrmann-Debroux en Erasmus, ‘gekleed in wit en gehuld in stilte’. Het werd iets kleurrijker, maar ook kleinschaliger dan de organisatoren hadden vooropgesteld.

© BART DEWAELE


WEEKOVERZICHT

BDW 1325 PAGINA 3 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

© HERMAN RICOUR

WOENSDAG 11 APRIL SLECHTVALKKUIKENS UIT HET EI. De eerste kuikens van het koppel slechtvalken in de kathedraal komen ter wereld. Het is al de achtste keer dat slechtvalken zich in de kathedraal nestelen. Ornithologen van het Museum voor Natuurwetenschappen plaatsen camera’s bij het nest. De beelden zijn een internethit.

DONDERDAG 12 APRIL GREENWICH OPEN, KAFKA DICHT. Het legendarische café Greenwich, in de Kartuizersstraat, is opnieuw open. Het voormalige schakerscafé doet voortaan dienst als brasserie. Sinds september is de restauratie van het gebouw afgerond, maar tot vandaag bleven de deuren dicht. Er raken ook meer details bekend over de recente sluiting van café Kafka: de eigenaar is failliet. BRUSSEL GEEN GROENE EU-HOOFDSTAD. Kopenhagen, Bristol en Frankfurt halen de shortlist voor de verkiezing van European Green Capital 2014. Ook het Brussels Gewest nam deel, maar kwam punten te kort en eindigde vijfde. ‘MANNENBASTION’. Brussels parlementslid Bianca Debaets (CD&V) meldt dat maar dertien van de 52 directeurs binnen de gewestelijke administratie vrouw is. Volgens haar worden veel vrouwen in hun carrière nog altijd geconfronteerd met het glazen plafond.

VRIJDAG 13 APRIL

In één domein is Brussel kampioen: natuur en biodiversiteit. Dat heeft vooral met het Zoniënwoud te maken.

jury wijst erop dat de Brussel geen doelen vooropstelt voor een betere luchtkwaliteit en ook niet uitlegt waarom het dat niet doet. Tot slot valt ook de slechte Brusselse rangschikking op voor het energiebeleid, een van de speerpunten van minister Huytebroeck. Zij heeft  de afgelopen jaren een royaal premiestelsel uitgebouwd, en tegen 2015 moet alle nieuwbouw aan

“ “ HET WOORD

strenge passiefnormen voldoen. Huytebroecks energiebeleid kon de jury niet overtuigen. Brussel haalt maar de negende plaats. Dat  komt deels omdat de plannen te recent zijn en dus nog geen effect sorteren, maar ook, alweer, omdat Brussel kampt met ‘serieuze uitdagingen op het vlak van gemotoriseerd vervoer’. Lees: er zijn te veel auto’s in de dichtbevolkte stad.

Voor minister Huytebroeck is er geen man overboord. Ze ziet het rapport, en de vijfde plaats, als een aanmoediging voor haar persistente ecologisch beleid en ze hoopt bij de volgende toekenning van het jaarlijkse Europese label genoeg vorderingen te hebben gemaakt om dan wel European Green Capital te kunnen worden. Steven Van Garsse

Questions à la Une gebruikt technieken die vergelijkbaar zijn met die van Goebbels.” Philippe Moureaux (PS) is razend op de RTBf na een uitzending over de islam. Volgens de Molenbeekse burgemeester doet die de waarheid geweld aan en rukt ze citaten uit de context (op Maghreb TV).

ZATERDAG 14 APRIL BETOGING VOOR TSHISEKEDI. Op de middag betogen enkele tientallen Congolezen aan het standbeeld van Leopold II bij het metrostation Troon in Elsene. Ze betuigen hun steun aan Etienne Tshisekedi. Die is volgens hen de echte winnaar van de presidentsverkiezingen in Congo eind 2011.

ZONDAG 15 APRIL DVD-KOPIEERLAB OPGEROLD. Agenten van de politiezone Zuid rollen een illegaal dvd-kopieerlab op in de Ropsy-Chaudronstraat in Anderlecht. Een verdachte wordt opgepakt en ter beschikking gesteld van het gerecht. Het gaat om een 35-jarige man die illegaal in het land verblijft. De hele inboedel wordt in beslag genomen.

MAANDAG 16 APRIL CHIRURG GESCHORST VOOR RACISME. Een chirurg van het UZ Brussel in Jette wordt tijdelijk geschorst. De man zou een Joodse stagiair beledigd hebben. Hij zou ‘Sieg Heil’ geroepen hebben en de stagiair gevraagd hebben ‘terug te keren naar de gaskamers’. De chirurg riskeert ontslag. TE WEINIG CONTAINERPARKEN. Volgens een studie van de VUB zijn er in het Brussels Gewest te weinig containerparken. Een overname van de gemeentelijke parken door het Gewest zou een deel van de oplossing kunnen zijn, maar dan nog zijn er per inwoner veel minder containerparken dan in andere Belgische steden.

Er zijn nu eenmaal minder raakpunten met de PS.” De Schaarbeekse burgemeester Bernard Clerfayt (FDF) op een persconferentie met CDH en Ecolo. Daar maakten de drie partijen hun electorale voorakkoord bekend voor de komende gemeenteraadsverkiezingen.

De Irisfeest

Als we de Nederlandse versie van de brief van The Iris Team mogen geloven, wordt het Irisfeest dit jaar omgedoopt tot de Irisfeest. Op welke manier het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan de eer kan zijn met deze gratis gebeurtenis, lijkt nog een mysterie. Hoe de bouwwerken tussen woensdag 2 en vrijdag 4 mei zal uitgevoerd worden, roept eveneens vragen op. Maar intussen zit ook het Brussels parlement niet stil: er zullen dit jaar niet één, maar verschillende open deuren in het gebouw zijn. Een

‘BRUSSEL GEVAARLIJKSTE STAD VAN EUROPA’. In een reportage van de Duitse televisiezender ZDF wordt Brussel de onveiligste stad van Europa genoemd. Socioloog Jan Hertogen relativeert de cijfers. De ZDF-reportage verwart Brussel-Elsene met het volledige Gewest. Zo mag het geciteerde cijfer van 33.000 feiten per 100.000 inwoners gehalveerd worden. Daarmee is Brussel maar net onveiliger dan Frankfurt. De aanleiding voor de reportage is de dood van de MIVB-supervisor.

dikke jas is dus geen overbodige luxe: het zou daar wel eens hevig kunnen waaien. Zowel de Nederlandstalige als de Franstalige Brusselaar is van harte welkom op het feest. Toch is het voor die eerste groep aangeraden om de boodschap zelf uit het Frans te vertalen. Bovenstaande fraaiigheden komen uit de brief die de officiële Brusselse toeristische dienst VisitBrussels naar de omwonenden stuurde. NV

VOORAKKOORD LB-ECOLO-CDH. De Lijst van de Burgemeester van de FDF’er Bernard Clerfayt, Ecolo en CDH maken officieel bekend dat ze na de verkiezing samen een coalitie zullen vormen in Schaarbeek. Hiermee hopen de partijen het bestuur uit handen te houden van concurrente Laurette Onkelinx (PS).

DINSDAG 17 APRIL MOUREAUX KWAAD OP RTBF. De Molenbeekse burgemeester Philippe Moureaux (PS) haalt scherp uit naar een RTBf-reportage waarin Frédéric Deborsu het heeft over de opkomst van de islam. Moureaux noemt de makers racistisch en manipulatief. VASTGOEDPRIJZEN DALEN. De vastgoedprijzen in Brussel dalen. Appartementen zijn dit trimester 8,7 procent goedkoper dan vorig trimester. Dat blijkt uit de Notarisbarometer. De huizenprijzen dalen met 0,6 procent. Het aantal vastgoedtransacties stijgt. Samengesteld door Nick Vervaeck

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF


BDW 1325 PAGINA 4 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

© MARC GYSENS

Paul Ponsaers: “Hoe onbekender iedereen is, des te minder sociale controle. Het gaat niet alleen om sociale tegenstellingen, maar om tegenstellingen tout court.”

Criminaliteit > Anonimiteit en vervreemding leiden tot geweld, zegt prof. dr. Paul Ponsaers

‘Straf lichte misdrijven matig, en straf ernstige zwaar’ GENT – Het geweld in de steden neemt toe, anders dan in de rest van het land. Dat zegt Paul Ponsaers, hoogleraar in de criminologie aan de Universiteit Gent. Het is het gevolg van een te laks strafuitvoeringsbeleid en – vooral – van de toenemende anonimiteit en vervreemding.

D

onderdag 12 april. In Brussel wordt Iliaz Tahiraj begraven, de MIVB-supervisor die het weekend ervoor door een dronken man is doodgeslagen. Het vervoersnet ondervindt zware hinder. Nog steeds. In het centrum van Gent oogt alles rustig. De tram rijdt gewoon en zit overvol, ondanks de paasvakantie. Geen twee stadscentra verschillen zo hard van elkaar als Gent en Brussel. In de rechtsfaculteit treffen we professor Paul Ponsaers aan. Hij werkt zich door zijn e-mails in een voorts verlaten gebouw. Toch wordt hij dezer dagen af en toe opgebeld door journalisten. Om tekst en uitleg te geven over gewelddelicten.

Is er in de meeste Europese landen een toename van geweld? Paul Ponsaers: “In de meeste West-Europese landen neemt de criminaliteit af of stabiliseert ze. Gewelddelinquentie stijgt daarentegen, zeker in de steden. Geweld functioneert ook anders. De Europese metropolen groeien, en de criminaliteit volgt. Exponentieel in plaats van recht evenredig: hoe meer inwoners, zoveel te meer criminaliteit. Dat is de verhouding.” “Gelijk met de groei van de steden groeit ook het aantal verplaatsingen, het pendelen: winkelen, werken, studeren. Steden vervullen steeds meer een centrumfunctie. Dat maakt dat mensen meer in

contact komen met steden en met elkaar. Vandaar ook de vertekening bij de stedelijke criminaliteitsstatistieken: men deelt het aantal feiten door het aantal inwoners, terwijl er veel meer mensen rondlopen in de stad. Mensen die pendelen, zijn ook potentiële slachtoffers én potentiële daders. En wanneer we spreken over criminaliteit, dan hebben we het over geregistreerde criminaliteit. Pendelaars kiezen er soms voor om criminele feiten in hun woonplaats aan te geven, ook al gebeurde het delict in de stad.” “Algemeen genomen wordt de toenemende anonimiteit tussen al die mensen gezien als een grote oorzaak van geweld. Mensen kennen elkaar niet, en dat heeft grotendeels

Paul Ponsaers Paul Ponsaers (1952) is gewoon hoogleraar in de criminologie en de rechtssociologie aan de Universiteit Gent. Hij is licentiaat in de sociologie en doctor in de criminologie. Zijn wetenschappelijke loopbaan begon hij als wetenschappelijk medewerker aan de Katholieke Universiteit Leuven. Ponsaers werkte geruime tijd als journalist bij De Morgen. Daarna was hij verbonden aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Hij heeft nauw samengewerkt met verschillende politiediensten en is gespecialiseerd in politiestudies, financieel-economische criminaliteit en veiligheidsbeleid. CD

te maken met het grote bevolkingsverloop. In bepaalde Brusselse wijken vernieuwt de bevolking zich zo snel dat men geen tijd heeft om elkaar te kennen. En dat manifesteert zich op het openbaar vervoer het sterkst: je vertrekt in je gemeente, waar je mensen kent, en je eindigt op je werk, waar je ook mensen kent.

Maar tussendoor rij je door heel verschillende buurten en word je continu geconfronteerd met mensen die elkaar niet kennen en die jij ook niet kent. Mensen uit totaal verschillende milieus, met verschillende achtergronden. En hoe onbekender iedereen is, des te sterker de afname van de sociale controle. Dat geeft


BDW 1325 PAGINA 5 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

“Misdaad neemt exponentieel toe met de bevolking” Iedereen is nu vertegenwoordigd, ook al omdat er mobiliteitsproblemen zijn en je wel de trein moet nemen.” “In het verleden was het openbaar vervoer een overheidstaak. Nu is er de neiging tot privatisering, zelfs bij overheidsbedrijven. De spoorwegen hadden vroeger hun eigen spoorwegpolitie; die zat toen nog niet bij de federale politie zoals vandaag. De politie beschermde de spoorweg dus letterlijk. Nu is de federale politie niet altijd vertegenwoordigd, er zijn stations die geen politiepost hebben. Wat doet het ‘bedrijf’ NMBS dan? Een eigen veiligheidsdienst inschakelen. Je krijgt een gemengd statuut, halfslachtig. Op de lange termijn helpt het dan ook niet als je als reactie op geweld een extra blik politieagenten opentrekt. Zolang het statuut half blijft, is het niet duidelijk wie er echt verantwoordelijk is, terwijl het vervoer nog altijd openbaar is. De overheid snijdt de appel in twee en zegt: ‘Wij doen zelf een kleine inspanning, we sturen meer agenten, maar alleen op voorwaarde dat het bedrijf ook maatregelen neemt bij de eigen veiligheidsdienst.’ Het is efficiënter om dat soort onduidelijkheid op te lossen, want dan kun je bevoegdheden geven aan een duidelijke groep mensen.” “Let wel, ik heb niets tegen priva­ tisering. Mocht ik een winkelcentrum bezitten, dan zou ik ook opteren  voor privébewaking. Waarom? Omdat klanten niet naar mijn winkelcentrum hoeven te komen. Bij openbaar vervoer ligt dat anders: je neemt het omdat je niet anders kunt en ergens naartoe moet.” “Een voorbeeld: vroeger zat er in de tram een bestuurder én een controleur, en controleurs mochten toen processen-verbaal opstellen. Dat mag een veiligheidsdienst nu niet. Vroeger waren controleurs in dienst van de overheid, het monopolie lag dus nog altijd daar. En mensen aanvaardden dat een overheidsfunctionaris het gezag had. Maar er moest bespaard worden, en als je bespaart op controlepersoneel, dan bespaar je ook op

Hoe verantwoordelijk is justitie voor het heersende gevoel van straffeloosheid? Ponsaers: “Er is de jongste jaren heel wat ten slechte veranderd bij het parket. Vroeger besliste het parket wat er met een zaak gebeurde. Maar dat kon lang duren, en er zijn dan twee belangrijke dingen afgebouwd: het ambtshalve onderzoek, waarbij de politie de pv’s niet langer onmiddellijk doorstuurt, maar zelf onderzoek voert. En daarnaast is het systeem van de vereenvoudigde pv’s ingevoerd ten koste van gewone pv’s. In sommige stedelijke regio’s van het land wordt een verkort pv opgesteld voor maar liefst twee derde van alle delicten. Wat zijn vereenvoudigde pv’s? Lichte criminaliteit. Al die vereenvoudigde pv’s worden op een lijst gezet van bijvoorbeeld honderd feiten, en die lijst wordt naar het parket gestuurd. Het parket pikt er dan hoop en al twee feiten uit waarvan ze het pv opvragen. In 98 procent van de gevallen gebeurt er met die twee derde vereenvoudigde pv’s dus niets. En dát is het probleem. Je geeft dan het signaal dat je voor lichte feiten helemaal niets doet, niet onderzoekt, laat staan bestraft. Fiets gestolen? Niets aan te doen, je hoort er nooit meer iets van. En daardoor koop je dus geen nieuwe fiets, want dat zou een nutteloze investering zijn gezien de lichtheid waarmee politie en gerecht over zulke zaken heen gaan. Dus neem je de tram. Tussen al die andere mensen. Het is toch niet moeilijk te zien hoe de dingen in elkaar zitten?” “Het parket moet zich natuurlijk met serieuze zaken bezighouden, maar mindere zaken moeten wél ook nog bestraft worden. Als je een goed beleid wilt voeren, dan mag je niet louter reageren op de brutale delicten. Goed beleid wil zeggen dat je ook op een matige manier lichte feiten bestraft, en op een ernstige manier ernstige feiten. Er moet proportionaliteit zijn. Evengoed kun je lichte criminaliteit straffen met administratieve sancties, daar heb ik niets op tegen, want die gaan nog altijd van de overheid uit. 250 euro boete is niet min. En tegelijkertijd hoef je niet overrepressief te reageren. Je kunt vijf keer zeggen dat iets niet mag, maar de zesde keer betaalt de overtreder de boete, wat het excuus ook is.” Men zegt dat de maatschappij verhardt. Daartegenover staat dat ze ook heel sentimenteel lijkt te zijn geworden. Wat denkt u? Ponsaers: “Tja, het lijkt wel of men zo de verruwing wil compenseren. Door overtrokken empathische reacties, door collectieve rouw. Dat is een fenomeen dat gegroeid is sinds de Witte Mars. In grote mate draineren zulke processen kritiek op de overheid: ‘Je hebt ons niet beschermd.’ Dus eigenlijk verwacht de bevolking dat de overheid voor de veiligheid zorgt. Als signaal kan dat tellen, niet?” Christophe Degreef en Danny Vileyn

Politiek > Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans over Brussel

30%-norm? Voor N-VA mag het gerust wat minder BRUSSEL – De Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie kreeg maandag Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans (N-VA) op bezoek.

© DIETER TELEMANS

Is anonimiteit er niet altijd geweest in grote steden? Ponsaers: “Er is nooit een homogene mix van mensen geweest op het openbaar vervoer, maar vroeger was het toch vooral bestemd voor de minderbedeelden. Nu zit je met allerlei soorten mensen, ook de meer gegoede.

sociale controle. Onderschat dat niet. Dat leidt ertoe dat reizigers niet meer collectief zwartrijders durven aan te spreken. Het individu gaat afwachten en zal niet tussenbeide komen, want we leven in een angstcultuur.”

Hoe moet het verder met Brussel en Vlaanderen na de zesde staatshervorming? Officieel is er niets aan de hand: Vlaanderen laat Brussel niet los. Maar wie de zaak van naderbij bekijkt, ziet Brussel en Vlaanderen na 2014 verzelfstandigen. Dat de band tussen beide entiteiten losser wordt, of op z’n minst anders, is daarbij onvermijdelijk. Zo wordt na 2014 de kinderbijslag in de hoofdstad een Brussels verhaal en zullen over enige tijd de Vlamingen in Brussel bij de federale verkiezingen alleen nog voor Brusselse kandidaten kunnen stemmen. Genoeg stof tot discussie, bleek maandag in een samenwerkingscommissie van het Vlaams parlement en de Raad van de VGC, waar Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans (N-VA) te gast was. Peumans bleef de beminnelijkheid zelve. Toch was zijn boodschap niet mis te verstaan. Vlaanderen wil graag verder in Brussel investeren, “maar alleen als het er ook iets te zeggen heeft.” In een Brussel waar Nederlands- en Franstaligen samenvloeien in één melting pot, is de N-VA niet geïnteresseerd. Meer concreet ging het over het doelpubliek waar de talrijke Vlaamse middelen naartoe vloeien in Brussel. Moet de dertigprocentnorm, die jaren geleden is afgesproken, gehandhaafd blijven? Moet Vlaanderen een dienstverlening uitbouwen voor 330.000 Brusselaars, ook al zijn de Vlamingen in Brussel nog niet met de helft? Voor Brussels parlementslid Paul De Ridder (N-VA) is dat geen evidentie, bleek op het debat achteraf. “Het is niet omdat we dat voor cultuur bereikt hebben, dat we dat ook voor onderwijs moeten vooropstellen. Misschien kunnen we beter eerst aan kwaliteit werken.” Peumans wijst op de wrevel die in Vlaanderen leeft over het vele Vlaamse geld dat naar Brussel vloeit

Jan Peumans. en dat voor een deel terechtkomt bij Brusselaars die weinig uit te staan hebben met de Vlaamse gemeenschap. Zo is het intussen zo goed als zeker dat de Brusselse kinderen die in het Vlaamse onderwijs zitten, niet allemaal ‘Vlamingen’ zullen worden. Dat werd vroeger wel eens geopperd. Vandaag gelooft niemand nog dat de Vlaamse scholen in Brussel daadwerkelijk ‘zieltjes winnen’. Jean-Luc Vanraes, voorzitter van de Raad van de VGC (Open VLD), begrijpt het wantrouwen vanuit Vlaanderen niet goed. De Vlamingen in de Brusselse regering voeren, via het VGC-college, wel degelijk een beleid in Brussel. En aan de 30%-norm mag niet getornd worden, vindt Vanraes, ook niet voor onderwijs. “Daarvoor zijn de uitdagingen te groot.” Of Vlaanderen een Brussels doelpubliek van dertig of twintig procent moet beogen, is een discussie die al een tijdje sluimert. Vraag is of die in de nabije toekomst ook echt beslecht zal worden, of, met andere woorden, Vlaanderen de 30%-norm, die nu nog in het Vlaams regeerakkoord staat, officieel zal laten varen. Als Vlaanderen dat doet, zal ten minste in Brussel de indruk gewekt zijn dat Vlaanderen zijn hoofdstad voor een stuk heeft opgegeven. Het Vlaams regeerakkoord van over twee jaar wordt de lakmoesproef. Steven Van Garsse

Wonen > Einde van levenslang voordelig huren

Sociale woningen voortaan voor negen jaar verhuurd BRUSSEL – Wie vanaf 1 januari 2013 een sociale woning in Brussel weet te bemachtigen, krijgt niet langer een huurovereenkomst voor onbeperkte duur. De nieuwe contracten worden gesloten voor negen jaar. In Brussel is er een enorm tekort aan sociale woningen. Op dit moment staan er 38.000 gezinnen op de wachtlijst. Anderzijds worden sociale woningen soms bewoond door mensen die al lang niet meer voldoen aan de oorspronkelijke inkomensvereiste. Ze kunnen er, met een kleine huuraanpassing, levenslang blijven wonen. Daarom heeft de Brusselse regering beslist om de huurcontracten te beperken tot negen jaar. In het negende jaar moet de openbare vastgoedmaatschappij het inkomen en de gezinssamenstelling checken. Als het inkomen meer dan de helft groter is dan het maximuminkomen dat recht geeft op een sociale woning, dan kan de maatschappij het contract met een opzeg van zes maanden verbreken. Zo niet krijgt de huurder er drie jaar bij. Is de woning in de loop der jaren te groot geworden, dan zal de huurder een kleiner appartement aangeboden worden. Met deze maatregelen hoopt

© SASKIA VANDERSTICHELE

een moeilijke omgang, wat dan weer leidt tot confrontaties. Het gaat niet alleen over sociale tegenstellingen; het gaat over tegenstellingen tout court. Hoeveel nationaliteiten zijn er in Brussel? Verschrikkelijk veel. Men kan dus bijna niet meer met elkaar communiceren, en voer maar eens sociale controle uit als je niet met elkaar kunt praten. Dan nemen meer primaire vormen van communicatie over. De vuisten, bijvoorbeeld.”

Inkomen en gezinssamenstelling worden gecheckt.

staatssecretaris voor Huisvesting Christos Doulkeridis (Ecolo) dat de meest behoevende gezinnen een grotere kans krijgen op een betaalbare woning. Maar het huurderssyndicaat vreest getto’s. En volgens enkele huisvestingsmaatschappijen bestaat het risico dat mensen die nét te veel zijn gaan verdienen, in de kou komen te staan. Doulkeridis belooft dat er voor mensen die na negen jaar weg moeten, begeleidingsHUB maatregelen komen.


BDW 1325 PAGINA 6 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Mokhtar had een huis in Schaarbeek gekocht met een houten balkonpartij over drie verdiepingen. Helemaal rot en lek als een zeef, en de offertes die binnenliepen, gingen Mokhtars budget ver te boven. Dankzij het houtatelier van de Foyer heeft hij zijn gevel zelf kunnen herstellen.

REEKS

© SASKIA VANDERSTICHELE

FOYER IN MOLENBEEK, ORGANISATIE MET VELE GEZICHTEN (AFLEVERING 4)

‘Zo’n houtatelier moet er in elke gemeente zijn!’ SINT-JANS-MOLENBEEK – Op woensdag, donderdag en zaterdag staat het houtatelier van de Foyer open voor iedereen. “Dat zijn de goede dagen van de week,” zegt Mohamed met een lach. Je voelt het zodra je binnenstapt in deze ruimte: hier, tussen de op volle toeren draaiende schaaf-, zaag- en freesmachines, ronkt het van de energie en inspiratie.

Z

e komen uit heel Brussel en omstreken en brengen herinneringen mee uit Marokko, Tsjetsjenië, Georgië, Latijns-Amerika... Voornamelijk mannen, maar ook enkele vrouwen. De plek is uniek: een volledig uitgerust houtatelier waar iedereen die meerderjarig is, zijn ding kan komen doen na betaling van de prijs van de verzekering. Natuurlijk mag je er niets komen maken wat bestemd is voor de  verkoop, maar je doet hier gouden zaken als je je huis in orde wilt

krijgen en op je centen moet letten. Chekhe schaaft de ene plank na de andere voor een houten vloer in zijn kamer. Rachid is een voordeur aan het maken voor zijn appartement. “Inbrekers hebben mijn deur kapot gemaakt. Als ik er een nieuwe moet kopen, kost me dat honderd euro. Als ik een plank ga kopen bij de Brico, kost me dat nog altijd zestig euro. Hier wordt het hout in groep aangekocht en heb ik een plank voor veertig euro. De afwerking doe ik zelf.” Dat Rachid op zijn appartement in

Laken geen plaats heeft voor dergelijke klussen, spreekt voor zich. In een stad als Brussel hebben niet veel mensen de luxe van een klusatelier aan huis. Twee vrienden die ook al in Marokko schrijnwerker waren, maar nu sinds drie jaar in een klein appartement in Brussel wonen, zijn samen bezig aan een wandmeubel voor hun keuken. Fijne latjes, een elegante kromming in de voorkant, ze maken er werk van. “Dat zien we hier geregeld,” zegt Jules Vanhaverbeke, de verantwoordelijke van het houtatelier. “Regel-

matig komen hier vrienden samen iets maken. De ene kan het vaak beter dan de andere en legt uit hoe het moet. Of de ene werkt en de andere kijkt gewoon, voor de gezelligheid. Als mensen hier voor de eerste keer komen, geef ik uitleg over de gang van zaken en de machines. Er is een soort inloopperiode. Maar ook daarna ben ik altijd beschikbaar voor hulp en uitleg.” Daarvan kan Mokhtar meespreken. Enkele jaren geleden zat hij met de handen in het haar. Hij had een huis in Schaarbeek gekocht met een houten balkonpartij over drie verdiepingen heen. Bij nader inzien bleek die helemaal rot, het huis was een vergiet, en de prijsoffertes die bedrijven voorlegden om de situatie te verhelpen, waren onbetaalbaar voor Mokhtar. Hij dacht er al aan om zijn

huis te verkopen toen de oplossing kwam van het houtatelier van de Foyer: zelf doen. Het resultaat ziet er zo professioneel uit dat je haast niet gelooft dat hier een doe-hetzelver aan het werk is geweest. “Dat was alleen mogelijk met de steun en raad van Jules, hoor,” benadrukt Mokhtar. “Jules is een superkerel,” wil iedereen gezegd hebben, “schrijf dat maar in de krant!” En iemand fluistert erachteraan dat ze zulke ateliers toch in elke gemeente zouden moeten organiseren, want dat dit zoveel beter is dan op straat of in de cafés rondhangen. Je voelt bij iedereen hoeveel het betekent om hier te komen: voor Mohamed uit Grozny, die om drie uur al weg moet om zijn vijf kinderen van school te halen, voor Rachid, die een kruidenrekje maakt


BDW 1325 PAGINA 7 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

en de mannen van het houtatelier als zijn broers beschouwt, en voor Elena uit Rusland, die kapotte meubels op straat vindt en ze dan hier komt opknappen.

Theepauze Kristos en Tulat zijn schrijnwerkers die door invaliditeit niet meer professioneel kunnen werken. “Naar hier komen is mijn therapie,” zegt Kristos met een lach. Hij komt hier al sinds hij houtbewerking studeerde in Molenbeek en Anderlecht. Vandaag heeft hij een stevige klomp hout mee. “Een cadeau van een vriend,” legt hij uit. “Ik heb het goed laten drogen en nu wil ik er iets van maken.” Hij weet nog niet goed wat,

Elena uit Rusland vindt kapotte meubels op straat en komt ze dan hier opknappen

lijkt het, maar even later is het hout al langs de draaibank gepasseerd en is het een sierlijke poot voor een tafeltje geworden. Tulat gaat intussen voor het fijne­ re werk. Met beitels en messen  maakt hij kalligrafische kunstwerkjes, Ara­bische letters in sierlijke lussen van hout. Iedereen is druk aan het werk, maar klokslag vier uur worden alle machines uitgeschakeld en alle werktuigen neergelegd. Vier uur is het moment van de theepauze. Alles lijkt wel een vaste scenografie te volgen: iemand is de glazen gaan halen, iemand anders draagt de theepot met hete muntthee aan, en een doos met voor ieder een koekje gaat van hand tot hand. Nadien wordt alles weer even routineus opgeruimd. “Je ziet dat het hier rustig verloopt. Er zijn bij ons een veertigtal mensen ingeschreven, maar die komen gelukkig nooit allemaal tegelijkertijd,” vertelt Jules. “Vóór de theepauze komen vooral mensen die geen werk hebben, daarna komen stilaan degenen die na hun werkuren nog komen klussen. Je moest eens weten wat er al allemaal in dit atelier tot stand is gekomen aan hobbelpaarden, keukenrekken, zitbanken en computertafeltjes!” Dit is een ongesubsidieerde activiteit van de Foyer. Tijdens de laatste Vrouwendag waren er verschillende oproepen van politici om ook mannen niet te vergeten in de sociale sector. Misschien kunnen ze eens in dit houtatelier komen kijken om een idee op te steken voor een activiteit die duidelijk aanslaat.

Jo Govaerts

Volgende week: de interculturele bemiddelaars en de Roma-bemiddelaars van Foyer aan het werk www.brusselnieuws.be/foyer

P-PRAAT N-VA Elsene-Etterbeek gaat van start, en om dat te vieren nodigen ze iedereen van harte uit in centrum Brussel, de Lombardstraat met name, waar de Vlaamse Gemeenschapscommissie huist. Met Jan Jambon. Een lekker Elsens-Etterbeekse avond in een gezellig kader, u ziet het. Ze gaan het trouwens nog moeilijk hebben in Elsene, de Vlaams-nationalisten. Elsene, altijd al een moeilijke dame geweest, verfranst namelijk. En niet met die flauwe francofone afkooksels die Franstalige Brusselaars zijn, neen, met echte Fransen. Galliërs, Gaullisten en Gauloises. Maar liefst tienduizend stuks hebben ze in Elsene, een op de acht is Fransman of Fransvrouw. Die graag in de buurt van de Lepoutrelaan of het Brugmannplein hun geld uitgeven aan erg Parijse optrekjes en dito winkels. Il est cinq heures, Ixelles s’éveille. Volgens ons gaan ze in oktober trouwens de Vlaamse schepen in Elsene vervangen door een Franse, maar dit terzijde. Frank Van Bockstal, de CD&V-schepen van Nederlandstalige Aangelegenheden, zegt met een boutade op deredactie.be dat Etterbeek de rijkste van de arme Brusselse gemeenten is, en de armste van de rijke. Interessante manier om een gemeente te benoemen. Wij proberen ook een paar boutades. Schaarbeek: de meest liberale van alle FDF-gemeenten. Molenbeek: de meest onveilige van alle uiterst veilige Brusselse gemeenten. Brussel-stad: de meest hoofdstedelijke gemeente tussen alle dorpen. Sint-Joost-ten-Node: de meest vuile van alle kraaknette Brusselse gemeenten. Elsene: de meest socialistische van alle bourgeoisgemeenten. N-VA heeft overigens iets met Elsene gemeen: allebei een Bourgeois in hun rangen.

CHIEN ÉCRASÉ MADOU – Volgens geruchten zijn er mensen onwel geworden na een bezoek aan het pas geverfde Madouplein. Het zou gaan om acute geelzucht, een verbrand netvlies en psychosen. TORENVALK – De Kathedraal van Sint-Michiel en Sint-Goedele wordt weer opgeleukt door snoezig dons met een snavel. Het is april, en dan gaan alle slechtvalken van bil. Drie kuikens zijn het resultaat. Proficiat. Al moet het ons van het hart: wat een lelijke beesten, zeg. KIEKENMARKT – Na onze beschrijving van de Kiekenmarkt in Brussel-centrum (mooi heraangelegd in het voordeel van voetgangers, maar ontsierd door betonblokken om foutparkeerders weg te jagen) is een deel van de foutparkeerders in opstand gekomen. Minstens één betonblok moest eraan geloven. Jammer genoeg alleen om nog fouter te kunnen parkeren. MIVB – Het was schrikken om vorige week vrijdag opnieuw een tram te zien rijden. Waren we niet meer gewoon. Volgens sommige observatoren was het de voorbije dagen trouwens peis en vree bij de MIVB. Reizigers waren vriendelijk, buschauffeurs ook en iedereen hield zijn adem in. Tot dinsdagochtend, toen de reizigers van de lijnen 38 en 71 aan het Centraal Station weer koste wat het kost in een overvolle bus wilden stappen. Niets wachten, niet meer ademen, maar neusgaten en billen dicht en de bus in maar. De chauffeur van de behoorlijk lege bus die volgde, reed van verveling bijna een fietser dood.

ADVERTENTIE


© EVA HILHORST EN WAUTER MANNAERT


BDW 1325 PAGINA 9 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Handel > Nieuwe eigenaar heeft renovatieplannen

Winkeliers moeten weg uit Sint-Honorédoorgang

De winkels van de Sint-Honorédoorgang moeten tegen eind september weg zijn. De onafhankelijke platenzaak Caroline Music is er één van.

BRUSSEL – Alle handelaars van de Sint-Honorédoorgang hebben van de nieuwe eigenaar, B&W Holdings, het bericht gekregen dat ze tegen eind september weg moeten zijn. “Net nu mijn broodjeszaak rendabel begint te worden,” zegt David Seghers. B&W verbreekt de huurcontracten omdat ze de galerij willen opknappen.

D

e Sint-Honorédoorgang, of­ tewel de Passage Saint-Honoré, is de kleine, beetje afgeleefde winkelgalerij tussen de Kiekenmarkt en de Kleerkopersstraat. De rustige Passage telt maar goed een dozijn winkels, variërend van tattoos en piercings tot telecom en juwelen. De bekendste winkel is ongetwijfeld Caroline Music, zowat de enige onafhankelijke platenzaak die Brussel nog rest. De muziekhandel zit er al 31 jaar. Maar ook de meeste andere handelaren zijn anciens. AB Travel vierde twee jaar geleden zijn 25-jarige bestaan, Boutique Selina zit er al dertien jaar, net als de piercingshop Mystical Bodies. Ook kapper Jimmy is een vaste waarde. Velen kennen de Sint-Honorédoorgang omdat het ministerie van Financiën, en dus ook de belastingdienst, er jarenlang de boven-

verdiepingen betrok. Eind juni lag er halverwege de galerij steevast een berg bruine enveloppen, afkomstig van Brusselaars die op de valreep hun belastingbrief kwamen deponeren. Financiën verliet enkele jaren geleden het gebouw en sindsdien staan de verdiepingen leeg. Het pand, dat tot dan beheerd werd als vastgoedcertificaat, werd verkocht aan een joint venture van de Amerikaanse Carlyle-groep en Benelux Property, van de Britse familie MacGregor. Zij wilden de winkelgalerij opknappen en op de bovenverdiepingen luxe studentenkamers inrichten onder de naam City Living. Maar de crisis brak uit en de Stad Brussel bleek niet erg gecharmeerd door het plan. Dus probeerde de joint venture het gebouw weer van de hand te doen. Omdat de verkoop niet vlotte, werd beslist het gebouw op te splitsen.

Uiteindelijk gingen de verdiepingen naar de projectontwikkelaar Château Promotion, die er nu koop­ appartementen in maakt. De winkelgalerij en de onderliggende parkeergarage werden vorig jaar verkocht aan B&W Holdings, de vennootschap van twee privé-investeerders, Jack Blaiberg en Simon

“De investeringen zijn afbetaald, het begint hier goed te draaien. En nu dit”

Weber. B&W stuurde eind vorig jaar een brief naar de huurders van de winkelgalerij waarin de handelshuur werd opgezegd. Reden? De geplande zware renovatie. Van een eventuele terugkeer na de werkzaamheden was geen sprake. Verschillende huurders probeerden de beslissing nog langs juridische weg

© IVAN PUT

ongedaan te maken, maar de vrederechter gaf de eigenaar gelijk. Eind september moeten de huurders weg zijn. Bij wijze van schadevergoeding krijgen ze één jaar huur.

Huur verviervoudigd Voor sommige huurders is de verbreking van de handelshuur een flinke strop. Voor Selina Fernandez de la Vega bijvoorbeeld, de Spaanse bazin van Boutique Selina, een zelfstandige boetiek gespecialiseerd in de betere Italiaanse merken. In haar winkeltje komen vooral veel vaste, wat oudere klanten, veel Vlamingen ook, die haar tips en adviezen op prijs stellen. Fernandez de la Vega’s handelshuur werd vier jaar geleden verlengd tot in 2017. “Dat was het moment waarop ik wou stoppen met werken. Nu moet ik voor die enkele jaren op zoek naar een ander pand.” Een idee van waar ze met haar kleine boetiek naartoe kan, heeft ze nog niet. “Hier vlakbij in de Kleerkopersstraat of de Grasmarkt is uitgesloten. Daar beginnen de huren vanaf 5.000 euro per maand. Alleen grote ketens kunnen dat betalen. Misschien moet ik Stokkel proberen.” Ook de uitbater van Caroline Mu-

sic hoopt dat hij snel een pand van minstens honderd vierkante meter tegen een redelijke prijs vindt. Voor hem was de Sint-Honorédoorgang ideaal: pal in het centrum en toch niet te duur. Een maandhuur van meer dan 4.000 euro kan hij niet betalen. “Ik verkoop platen, daar is niet zoveel mee te verdienen.” In het midden van de galerij zit de moderne broodjeszaak The Foodbox, een van de ‘jongere’ winkels in de Passage. Uitbater David Seghers vestigde zich er zes jaar geleden. Met een ‘waterdicht’ handelshuurcontract zodat de eigenaar hem eigenlijk niet weg krijgt. “Maar veel schiet ik daarmee niet op. Over enkele maanden zijn alle winkels hier weg en als er dan ook nog eens werkzaamheden beginnen...” Over de omvang van die renovatie heeft Seghers overigens zijn twijfels. “Zullen de verbouwingen echt zo ingrijpend zijn als de eigenaar voor de rechtbank liet uitschijnen? Er is nog altijd geen bouwvergunning aangevraagd. Is het niet gewoon een manier om andere huurders te kunnen nemen, die vier, vijf keer meer betalen dan wij nu?” Ook voor Seghers is de huurverbreking een flinke streep door de rekening. “Ik heb net de eerste moeilijke jaren achter de rug. De investeringen zijn afbetaald en het begint hier te draaien. En nu dit.” Hij hoopt nog op een akkoord met de eigenaars. Bashir, de exploitant van AB Tours, op de hoek van de Passage, ontkent niet dat de renovatie nodig is. Hij heeft er, als zakenman, ook begrip voor dat iemand een nieuwe richting uit wil. Maar het gaat hem om de manier waarop de eigenaar zijn beslissing kenbaar maakte aan  de huurders, zonder enige vorm van voorafgaand overleg. “Niemand weet wat er gaat gebeuren, niemand kreeg het voorstel om achteraf terug te komen.” Bovendien wordt de galerij door de nieuwe eigenaars helemaal verwaarloosd, zegt Bashir. Zijn toegangsdeur naar de Kleerkopersstraat gaat niet meer open, de verwarming is stuk en er is waterinsijpeling. De Passage zelf ligt er, mede door de werkzaamheden op straat, stoffig bij en sommige lampen zijn stuk. “Je moet al echt van de winkels houden om de galerij binnen te lopen.” En toch moet hij elke maand de hoge lasten betalen. Hij vindt het dan ook niet zo’n ramp om te verhuizen en in de buurt opnieuw te beginnen. Hij heeft zelfs al enkele panden op het oog. “Maar ik was liever op een positieve noot geëindigd.” Simon Weber van B&W Holdings laat weten dat er wel degelijk een renovatie op til is. “Om op de verdiepingen appartementen te kunnen maken moeten in heel het gebouw nieuwe leidingen gelegd worden. Bovendien moeten de airco en de andere technische voorzieningen in de galerij gemoderniseerd worden. Alles dateert nog van de jaren 1950. Voorts halen we de mezzanines in de winkels weg en worden sommige handelspanden verbreed. Daarom moeten de huurders weg.” Wanneer het werk van start gaat en of er al een bouwvergunning is, weet Weber niet. “Dat is allemaal in handen van de architecten.” Bettina Hubo


BDW 1325 PAGINA 10 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Veiligheid > In afwachting van ‘supergevangenis’ Haren

Nieuwe cellen voor Sint-Gillis

H

et tekort aan cellen in de Brusselse gevangenissen blijft een kwalijke zaak. Binnen het masterplan 2008-2012 staat voor de FOD Justitie de uitbreiding van het aantal cellen met stip genoteerd. Alle ogen zijn nu gericht op het nieuwe gevangenisdorp van Haren voor 1.190 gedetineerden, dat verwacht wordt tegen 2016. Gelukkig brengt drie jaar (ver)bouwen (april 2009-april 2012) aan Vleugel B in Sint-Gillis soelaas. Minister van Justitie Annemie Turtelboom (Open VLD) en staatssecretaris Servais Verherstraeten (CD&V), bevoegd voor de Regie  der Gebouwen (de bouwheer van  de gevangenisrenovatie), heropenen Vleu­gel B op 14 mei. Die vleugel, ongeveer vijfduizend vierkante meter groot, was het laatste ‘zwaar te renoveren’ cellengebouw van de vijf negentiende-eeuwse vleugels in stervorm (het ‘Ducpétiaux-model’) die uitwaaieren vanuit het centra­ le observatiecentrum. Celvleugel B werd op de binnenplaats uitgebreid met een bijgebouw van 595 vierkante meter, dat een verbinding maakt met de andere vleugels. Dat kostte de overheid om en bij de 7,5 miljoen

euro. Volgens de communicatie van het Gevangeniswezen werd Vleugel B “tot op de draagstructuur blootgelegd, gecontroleerd, hier en daar verstevigd, afgestemd op de behoeften van de gebruiker en aangepast aan allerlei normen, onder andere op het vlak van hygiëne en comfort”. Nieuw – en niet onbelangrijk – zijn de extra douches, nu met luchtafvoer en energiezuinige warmwatertoevoer. Ook de elektrische installaties en de verwarming in de cellen (en andere lokalen) zijn vervangen. De rookafvoer van Vleugel B staat nu in verbinding met een algemeen branddetectiesysteem.

Agressiefste Begin deze maand werd ook het interieur afgewerkt: er kwamen isolerende vloeren, valbeveiliging voor de zolderkoepels, dakrandbeveiliging, ga­lerijen en borstweringen, bepleistering en herschildering (“De kleur zorgt voor warmte en intimiteit”). In zijn nieuwe jasje bevat Vleugel B vier polyvalente zalen, drie wachtzalen, vijf bureaus, honderd eenpersoonscellen en achttien douches. De cellen kregen modern sanitair: een toilet en wastafel. Elk veiligheids-

ADVERTENTIE

© IVAN PUT

SINT-GILLIS – Vleugel B van de gevangenis van Sint-Gillis is gerenoveerd en heeft er honderd cellen bij. Dat haalt een beetje druk van de ketel in het overbevolkte naburige Vorst: onlangs nog noemde stafhouder Dirk Van Gerven de omstandigheden daar ‘een schending van de mensenrechten’. Op 14 mei gaan de ministers Turtelboom en Verherstraeten met de media langs voor de officiële opening. Het is nu volop ‘proefdraaien’ én selecteren wie in de honderd nieuwe cellen komt.

Gevangenis van Sint-Gillis kreeg bijbouw in neo-Tudorstijl voor ‘de agressiefste gedetineerden’.

venster van de gerenoveerde cellen kreeg een vast en een beweegbaar gedeelte. Dat voorkomt dat er nog voorwerpen naar buiten worden gegooid. De nieuwbouw, die in neo-Tudorstijl werd toegevoegd aan Vleugel B, heeft een groendak om het geluid van zware regenval te dempen en verhitting in de zomer tegen te gaan. De annex is speciaal bestemd voor ‘de agressiefste gedetineerden’. Het gaat om zes afzonderingscellen met zenitaal daglicht, een bed in be-

ton, een toilet in inox en een ‘Amerikaanse’ celdeur met een luik om handboeien aan te reiken. Voorts geeft de bijbouw onderdak aan een douchehoek, twee kamers voor gesprekken met advocaten en wat bergruimte. Voor weerspannige gedetineerden werden acht individuele binnenplaatsjes ingericht, onder een traliedak. Laurent Sempot, woordvoerder van het directoraat-generaal van het Gevangeniswezen, bevestigt dat het dossier in de eindfase zit. “We wer-

ken nu volop de procedure uit voor de ontvangst van de gedetineerden. Waar komen ze vandaan? Welk profiel mogen ze hebben? Wat zijn de selectiecriteria? Hoe organiseren we de transfers? Nog even proefdraaien, dus. In principe zijn de monocellen voor één gevangene, maar ik kan me niet uitspreken over de effectieve bezetting.” In Vorst zitten soms drie gevangenen in één monocel, in Sint-Gillis kan dat niet.

Jean-Marie Binst

ADVERTENTIE

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

S OCIALE V ERHUURKANTOREN

Verhuur uw woning zorgeloos Gegarandeerde huur elke maand Verzekerd verhuurbeheer Onderhoud van uw woning Steun voor de renovatie Fiscale voordelen

www.fedsvk.be 02 412 72 44

GEMEENTE WATERMAAL-BOSVOORDE

BERICHT VAN OPENBAAR ONDERZOEK Het College van Burgemeester en Schepenen deelt mee dat: Het ontwerp van wijziging van het bijzonder bestemmingsplan zone 2 sector “Bezemhoek” aan het openbare onderzoek wordt onderworpen van maandag 16 april 2012 tot dinsdag 15 mei 2012. Technische uitleg of inlichtingen kunnen worden verkregen bij het gemeentebestuur, waar de documenten ter inzage liggen op volgend adres: Dienst Stedenbouw Hooghuis 1ste verdieping A. Gilsonplein 2, 1170 Brussel van maandag tot vrijdag van 9 tot 12 uur en op maandagavond van 17.30 tot 20 uur. De inlichtingen of technische uitleg worden verstrekt door de Heer Th. STEINFORT en Mevrouw I. VANDEN EYNDE op dinsdagvoormiddag van 9 tot 12 uur.

Opmerkingen of klachten moeten bij het College van Burgemeester en Schepenen uiterlijk op 15 mei 2012 worden gericht op volgend adres: College van Burgemeester en Schepenen - Dienst Stedenbouw Antoine Gilsonplein 1, 1170 Brussel. Deze opmerkingen of klachten kunnen vóór deze datum mondeling worden gericht aan de aangestelde ambtenaar of persoon op volgend adres: Dienst Stedenbouw Hooghuis 1ste verdieping A. Gilsonplein 2, 1170 Brussel op dinsdagvoormiddag van 9 tot 12 uur.

Eenieder die tijdens het openbaar onderzoek opmerkingen en bezwaren maakt, kan vragen om door de overlegcommissie te worden gehoord. Te Watermaal-Bosvoorde, op 06 maart 2012. Vanwege het College,

M�� �� ����� ��� ��� B������� H������������� G�����

De Gemeentesecretaris, (g) Christian VAN EETVELDE

De Burgemeester, (g) Martine PAYFA

JONGEREN KOMEN, SENIOREN GAAN BRUSSEL – Het Seniorencentrum heeft zijn gebouw in de Leopoldstraat moeten verkopen. Jongerenorganisaties springen in het gat. Het Seniorencentrum in de Leopoldstraat achter de Muntschouwburg is een instituut. Het is ook een open huis, geen administratie. Al decennia lopen senioren er in en uit. De ligging is ideaal, dicht bij metro en Centraal Station. Nu heeft het Seniorencentrum het pand moeten verkopen, en daar zijn drie Vlaamse jeugddiensten op gesprongen. Steunpunt Jeugd en de Vlaamse Jeugdraad, die nu aan Kantersteen huizen, en VIP Jeugd, aan de Zuidlaan, verhuizen begin 2013 naar het pand van het Seniorencentrum. Waar de ouderen naartoe gaan, is nog niet bekend. De drie jeugdorganisaties fuseren ook: de fusieovereenkomst is al getekend. DV


ADVERTENTIE

ADVERTENTIE

Uw veiligheid begint met goed opletten.


BDW REGIO

BDW 1325 PAGINA 12 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Deze week op stap als geveltoerist > Zeven eeuwen muurkunst

In kerk en op brugpijler, overal graffiti

We willen met ons evenement huiseigenaars ook wijzen op de waarde ervan, en hen informeren waar  ze moeten aankloppen voor subsidies.” “In de jaren 1970 had je hier Edmond Dubrunfaut, die vond dat kunst binnen ieders bereik moest komen. In zijn Anderlechtse periode maakte hij de muurschilderingen van het jeugdhuis van Scheut en die van de ingangen van de gebouwen van de Anderlechtse Haard in de Kuregemse Grondelsstraat.” Waarschijnlijk de grootste muurschildering van Brussel bevindt zich ook op Anderlechtse bodem, in  de Victor Rauterstraat. “Jean-Marc Col­lier schilderde in 2006 hier zijn ‘Anderlesia’, duizend vierkante meter groot. Van op straat is maar een deel te zien, je moet de hoek om naar de parkeerplaats van het flatgebouw om de trompe-l’oeil in al zijn glorie te zien,” zegt Dedobbeleer.

Avau onder de brug

Foto’s boven: de grote trompe-l’oeil ‘Anderlesia’ in de Victor Rauterstraat; onder links: sgraffito op Anderlechtse gevel; rechts: fan bij de Hall of Fame op de grens met Neerpede. Let op de nu zo populaire metaalkleuren.

ANDERLECHT – De graffiti op de brugpijlers aan het Vijverpark linken met de muurschilderingen van de gotische Sint-Pieter-en-Sint-Guidokerk: het is de verdienste van de gemeente Anderlecht met haar evenement rond zeven eeuwen muurkunst.

Z

onder de Franse colère van Annick Dedobbeleer van de toeristische dienst van Anderlecht was er wellicht geen evenement geweest. “Een of andere autoriteit had de pijlers van de brug over de Ring, bekend als de Hall of Fame, in het wit overschilderd. Terwijl er twintig jaar geleden zo voor gevochten was om er een plek van te maken waar kunstenaars zich konden uitleven. Ik vond het heiligschennis.” Dedobbeleer trok er in allerijl mee naar het college, waar schepen van Toerisme Fabienne Miroir (PS) en burgemeester Gaëtan Van Goidsenhoven (MR) wel oren hadden naar een campagne voor een groot publiek. “Met wandelingen, een expo en demonstraties willen we tonen dat hier kunstenaars aan het werk

zijn. De Hall of Fame is uitgegroeid tot een plek waar Sint-Lukas met zijn studenten naartoe komt.” “Graffitikunstenaars en vandalen mogen niet op een hoop gegooid worden,” vindt Dedobbeleer. “Daarom ben ik in de geschiedenis gaan kijken, en zo vond ik een rode draad. De oudste muurschilderingen in Anderlecht bevinden zich in de collegiale kerk van Sint-Pieter en SintGuido uit de veertiende eeuw. In de barokperiode schilderde men er een witte kalklaag over, net als nu bij de Hall of Fame. Tot ze in de jaren 1890 herontdekt en gerestaureerd werden. Ze bleken goed geconserveerd door die kalk.”

Anderlesia De reis langs Anderlechtse muren

was begonnen. “In het gemeentehuis zijn er muurschilderingen van

© AN DEVROE

van Anderlecht zelf hebben we een honderdzeventigtal sgraffiti-gevels bij elkaar gewandeld, muurdecoraties die getuigen van de art-nouveauperiode. In het gewest moeten we alleen onderdoen voor Schaarbeek en Elsene. Seizoensgebonden

“De oudste muurschilderingen in Anderlecht vind je in de kerk van Sint-Pieter en Sint-Guido”

Charles Albert uit de jaren 1880-’90 die taferelen uit de Brusselse geschiedenis evoceren. In de straten

ornamenten, maar bijvoorbeeld ook industriële symbolen, die jammer genoeg meestal in slechte staat zijn.

Tussen het Vijverpark en het nog landelijk aandoende Neerpede zetten intussen honderdvijftig pijlers van een brug de murale traditie verder. “Hier heeft de Anderlechtenaar Roger Avau, een autoriteit op het gebied van graffiti in België, in de zomer van 1991 ook wat ‘meegespeeld’, zoals hij zelf zegt. Maar hij heeft vooral deze kunstenaars gedocumenteerd, die gratis prachtige zaken maken, en die niets gemeen hebben met vandalen.” Op 10 juni zal hier een demonstratie gegeven worden: “De graffitiartiesten hebben beloofd de toeschouwers te verrassen!” Hoewel muurschilderingen bij uitstek een openluchttentoonstelling zijn, moet je voor wat meer achtergrond naar het Huis der Kunstenaars, “met onder andere een atelier waarin uitgelegd wordt hoe tot op vandaag sgraffiti gemaakt worden, schetsen en maquettes van Dubrunfaut en Collier, de studie van Muriel Langerez over de collegiale kerk van Anderlecht, en heel wat informatie over de graffitikunst uit de Avauarchieven. Over de tekeningen of de kalligrafie waarbij de letters zelf het onderwerp worden, over technieken als sjablonen of affiches, verschillende spuitmonden en momenteel populaire verven, zoals metaalkleur.” En wat is het profiel van de graffitiartiest? “In de jaren 1980-2000 zagen we vooral jonge mensen van een jaar of zestien, zeventien. Nu zien we ook vijftigers die nog altijd bezig zijn en hun technieken hebben verfijnd,” vertelt Dedobbeleer. “Graffitikunstenaars zijn trouwens heel interactief en internationaal bezig. Ik zag de Brusselaar Eyes-b samen met een Spaanse collega werken: ‘Begin jij daar? Dan begin ik hier.’ Na een tijdje gaan ze dan tien meter achteruit, bekijken ze hun werk en overleggen ze weer, en zo krijgt die muur stilaan vorm. Het is een beetje zoals de Cobra-beweging te werk ging.” An Devroe

Zeven eeuwen muurschilderingen in Anderlecht: tentoonstelling van 20 april tot en met 12 mei in het Huis der Kunstenaars, Bronsstraat 14; gidsen off- en online en geleide wandelingen; demonstratie in de openlucht op 10 juni. Meer op www.anderlecht.be


BDW 1325 PAGINA 13 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

ADVERTENTIE

Sorry gast, er moeten er maar 4 in de soep!

Etterbeek > Gelauwerd voor voorkómen handtasdiefstal

Maalbeekgemeente eert Twee Etterbekenaren voorkwamen een diefstal en worden daarvoor door de burgemeester beloond. Op 26 februari waren twee Etterbekenaren in de Belliardstraat – de grens van de gemeente – getuigen van een handtasdiefstal. De twee kozen ervoor het niet zomaar te laten gebeuren en zetten de achtervolging in. Met succes, want ze slaagden erin om één dader en de handtas te onderscheppen, de dader staande te houden tot de politie er was en hem netjes af te leveren. De politie

bedankte en arresteerde de dief. Hun burgerzin leverde Katy Baudaux en Luc Gain een erepenning op, uitgereikt door burgemeester Vincent De Wolf (MR) tijdens een korte plechtigheid in de gemeenteraad van 26 maart jongstleden. “Door jullie moed is een misdaad opgelost,” zei De Wolf. “Namens de gemeenteraad en de gemeente Etterbeek schenken we jullie dan ook graag dit kleinood.” Volgens Philippe Verheyen, woordvoerder van de gemeente, gebeurt de uitreiking van CD een dergelijke penning niet vaak.

Lap, ik ga beginnen bleiten...

Elsene > Daar is Marie Curie weer

Pierre al 78 jaar eenzaam © BART DEWAELE

Koop de juiste hoeveelheden. Goed kunnen koken wil ook zeggen: perfect weten wat je nodig hebt, en hoeveel. Want wat overschiet, belandt helaas soms in de vuilzak. Check op voorhand je recepten, maak shoppinglijstjes en laat je niet verleiden door foliekes die je eigenlijk niet nodig hebt of door zogenaamde “economische” (maar te grote) verpakkingen. ‘t Is beter voor je portefeuille, je menu en ons milieu.

Info en tips op www.leefmilieubrussel.be of via 02 775.75.75.

EET ZONDER VERSPILLEN

bru

Een initiatief van de Brusselse Minister voor Leefmilieu, Energie en Stadsvernieuwing

29

2IBG0099_BDW_Oignons_178x125_NL.indd 1

ADVERTENTIE

zondag APRIL

10/04/12 15:56

2012

duurzame stad

GOED VOOR JE BUDGET EN GOED VOOR ONZE PLANEET

WATERMA AL-BOSVOORDE

5 - 10 - 15 - 25 km

in het Zoniënwoud

Wandelen, ook Nordic Walking - Joggen

Binnenkort nieuwe straatnaambordjes?

Gemeenteraadslid Gauthier Calomne (MR) wil de Pierre Curielaan omdopen in Pierre en Marie Curielaan. Dat probeerde de gemeente al af en toe sinds 1934.

Stop partnergeweld SINT-AGATHA-BERCHEM – Schepen van Gelijke Kansen Peter Decabooter (CD&V) verspreidt een informatiebrochure: Stop partnergeweld – Het zal u maar overkomen. De brochure informeert en wil op een drempelverlagende manier het eerstelijnswerk van opvangtehuizen en hulpdiensten aanvullen met een helder beeld van wat familiaal geweld allemaal kan zijn. De folder geeft alle noodnummers en adressen waar JMB men in Brussel professionele hulp kan vinden. Meer op 02-464.04.89.

Duurzame DONDERDAGmarkt VORST – Plaatselijke producenten hun gezonde, lokale en seizoensgebonden waar aan de man laten brengen zonder tussenpersonen: dat is de opzet van de duurzame markt die vanaf 19 april elke donderdag tussen 14 en 18 uur op het Albertplein staat. DV Schepen Annie Richard (Ecolo) belooft een aperitiefje en proeverijen.

Inschrijving: € 1,50, Ledenkorting: € 0,50, Gezinnen: € 3,00 Vertrek tussen 8 en 15 uur Gemeenschapscentrum WaBo Delleurlaan 39-43, 1170 Watermaal Bosvoorde Info: Gemeenschapscentrum WaBo Tel.:02.675.40.10 GSM: 0477 359 806 E-mail: wabo@vgc.be Een samenwerking van de 22 Brusselse gemeenschapscentra

ONTWERP: LUK SALEN VOOR OOGPUNT

TELEXREGIO

Officieus doopte het Elsense bestuur al in 2004 de laan om naar het echtpaar. Maar toen wisselde de politieke meerderheid en kwam het dossier in de kast te zitten, tot Calomne het eruit haalde. Yves Rouyet van de Ecolo-oppositie vindt dat absurd. “Al sinds de dood van Marie Curie in 1934 wordt er geijverd om haar de eer te geven die haar

toekomt. Maar toen het dossier in 1943 eindelijk door de bevoegde nationale commissie werd ingeleid, zwaaide den Duits de plak, en lag Marie Curie als Poolse te gevoelig.” Decennialang bleef het dossier onder het stof, tot het in 1998 opnieuw werd opgerakeld. Naamgeving mislukte. Sinds 2004 wacht Marie op de officiële goedkeuring. Het probleem, volgens Rouyet: “Iedereen is voor de naamsverandering, maar door inertie komt het er nooit van. Tenzij het verkiezingen zijn, en het plan plots weer opduikt.” CD


BDW 1325 PAGINA 14 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

DE SUKKELSTRAAT (11)

SINT-GILLIS: GEBREK AAN POLITIE IN EN OM HET ZUIDSTATION

‘Meer politiepatrouilles nodig’ Op 14 oktober zijn er gemeenteraadsverkiezingen. De komende maanden legt BDW in de reeks De Sukkelstraat elke week een pijnlijk aanslepend dossier uit een van de 22 Brusselse gemeenten op tafel. Deze week: Sint-Gillis, dat met het Zuidstation een van de grootste treinstations op zijn grondgebied heeft, blijft verstoken van voldoende politie.

Vrijdagavond 23 maart 2012. De laatste trein van Leuven naar Brussel. Twee jachtige jongeren draven door de trein. In een tijdspanne van tien minuten komen en gaan ze drie keer in onze coupé. Eerst gaan ze samen zitten. Dan apart. Ze vallen op. Ze lopen er niet alleen hitsig bij, ze vormen ook een vreemd duo: de ene is 1.90 meter, de ander niet veel groter dan 1.60. Dan volgt de omroep: gauwdieven aan boord. Twintig minuten later komt de trein aan in Brussel-Zuid. We stappen uit. Dat doen ook de twee jongelui, maar de grootste stapt een wagon verder de trein weer op. Halverwege de roltrap horen we geschreeuw in het Engels: “Police, police.” De grootste van de twee raast ons voorbij. Even later verdwijnt hij uit het zicht. Het meisje snelt hem achterna. Tien minuten later is het slachtoffer nog altijd niet terug. Getuigen bij de spoorwegpolitie kunnen we niet. Het is halftwaalf. Het kantoor is zeven dagen op zeven open van zeven uur ’s ochtends... tot kwart voor zeven ’s avonds. Het lokale politiekantoor aan het Marcel

Charles Picqué vraagt al jaren meer politie voor het Zuidstation.

Broodthaersplein, uitgang Zuidstation aan de kant van de Fonsnylaan, is alleen op weekdagen open, van zeven tot halfacht. “Ik herhaal al jaren dat we te weinig politiemannen hebben in grote stations zoals het Zuidstation,” zei minister-president Charles Picqué (PS) vorige week woensdag in de krant De Morgen. Picqué is titelvoerend burgemeester van Sint-Gillis. Hij deed de uitspraak naar aanleiding van de dood van Iliaz Tahiraj, die doodgeslagen werd door een dolgedraaide dronken man. Gemiddeld worden er bij het ont-

“Ook de bagage van buitenlandse toeristen is zeer gegeerd”

haal van de spoorwegpolitie acht diefstallen per dag aangegeven: gepleegd in de trein en in het staADVERTENTIE

© MARC GYSENS

tion. Bij de lokale politie aan het Broodthaersplein zijn dat er een viertal, gepleegd in de buurt van het station. Maar niet alle diefstallen die in het Zuidstation gepleegd worden, worden er ook aangegeven. En in het station worden ook andere delicten – gewelddelicten bijvoorbeeld – gemeld. Of het verlies van identiteitspapieren. “En uitzonderlijk zelfs gevallen van familiaal geweld,” zegt commissaris Graham Verschaeve. Dat er iedere dag 20 tot 25 meldingen zouden zijn, kan Verschaeve niet bevestigen. Slachtoffers die met een grote som geld – denk aan een

paar duizend euro – op zak bestolen worden, zijn volgens Verschaeve  uitzonderingen. “Maar er worden in de treinen veel laptops en smart­ phones gestolen. Ook de bagage van buitenlandse toeristen is zeer gegeerd.” Tijdens de dagshifts, tussen zes uur ’s ochtends en tien uur ’s avonds, patrouilleren er vier ploegen van twee man. Ze zijn verantwoordelijk voor het Noord- en het Zuidstation en de sporen en perrons in Brussel-HalleVilvoorde. ’s Nachts zijn er maar twee ploegen op de baan. Maar nu krijgt de spoorwegpolitie er dus volk bij. Maar plannen om het onthaal vanaf het openen tot het sluiten van het station te bemannen, zijn er niet. “We willen de patrouilles op het terrein uitbreiden,” zegt Verschaeve. Wel komt er ook in het Noordstation een onthaalbureau. Nu moeten slachtoffers van een diefstal die in het Noordstation uitstappen of daar bestolen worden, naar Rogier gaan. De spoorwegpolitie is overigens bezig met een reorganisatie. Tien dagen later, dinsdagavond, kwart over zes. Terwijl ik wacht op bus 71, herken ik de grootste van de twee gauwdieven. Hij heeft zelfs hetzelfde hemd aan. Samen met een groepje vrienden stapt hij achteraan de bus in. Ik stap vooraan op en vertel de chauffeur dat er gauwdieven opgestapt zijn. De man zucht en zegt dat hij niets kan doen. ’s Ochtends waren er ook al gauwdieven. Zoals nagenoeg elke dag.

Danny Vileyn

www.brusselnieuws.be/ sukkelstraat


BDW 1325 PAGINA 15 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Oudergem > Lutgardiscollege viert zijn 100 jaar (maar houdt het intiem)

© AN DEVROE

Niet gebouwd op drijfzand

“De bouw van de school liep vertraging op, want ze kwam op moerasgrond, op het laagste punt aan de Vorstlaan. Daardoor verzakte zelfs het altaar van de kapel.”

In 1912 werden de vrije basisschool van Oudergem en de neogotische kapel aan de Zandgroeflaan, het Lutgardiscollege, ingezegend door kardinaal Mercier. De jongens en meisjes die er nu op school zitten, zullen het met hun klompen aan voelen dat de tijden veranderd zijn.

‘W

e zijn begonnen met honderdnegentig leerlingen in vier klassen,” zegt broeder Hubert Genbrugge. Hij is een van de drie overgebleven, inwonende broeders maristen, de orde waaraan het jongenscollege werd toevertrouwd. “Eerst was het een Vlaamse school, daarna volgde een tweetalige periode, maar vanaf 1970 bracht de nieuwe wetgeving daar opnieuw verandering in. De Franstalige kinderen moesten voortaan de straat over, bij de zusters van Opwijk, hun Vlaamse kinderen kwamen bij ons.” “Aanvankelijk hadden de broeders

In de feestweek dragen de leerlingen kleren van honderd jaar geleden. “Toen waren er nog geen meisjes, maar we kunnen ze toch geen week naar huis sturen?”

nog geen woonhuis, ze sliepen gewoon in het klaslokaal. De bouw van de school had namelijk vertraging opgelopen, want ze kwam op moerasgrond, op het laagste punt aan de Vorstlaan. Daardoor verzakte zelfs het altaar van de kapel. Als het fel regent, hebben we vandaag nog altijd prijs in de kelders.”

klaar in 1912. Door de devotie van Waucquez voor het Heilig Hart van Jezus heette de school eerst Heilig Hart Instituut. In 1917 droeg zoon Marcel Waucquez de school definitief over aan de broeders maristen. Van 1961 tot 1974 heette ze Champagnatcollege, naar de stichter van de orde, Marcellin Champagnat. Op de website van de school staat een beeldverhaaltje over het leven van Champagnat in dienst van

Champagnat De school was het initiatief van priester Wittenberg en werd gefinancierd door de textielhandelaar Charles Waucquez. De vrije jongensschool in de Zavelputstraat (pas sinds 1917 Zandgroeflaan) was

het onderwijs. Door fusies met Sint-Juliaan Oudergem en Lutgardis Etterbeek veranderde de naam van de school in Lutgardiscollege.

Spelen en leren als vroeger “Op zaterdag 2 juni houden we ons traditionele schoolfeest, maar in de sfeer van honderd jaar geleden,” zegt basisschooldirecteur Johan Torfs. “Er gaat een projectweek aan vooraf waarin les wordt gegeven zoals het er honderd jaar geleden aan

toe ging, met oude banken en borden. De kinderen dragen weer klompen, de jongens een grijs kostuum, de meisjes een jurkje. Honderd jaar geleden waren hier wel nog geen meisjes, maar we kunnen ze toch ook geen week naar huis sturen. Op zaterdag is er een dankmis, en in de feestzaal zal de geschiedenis van het honderdjarige gebouw te volgen zijn.” “Op de speelplaats zullen oude ambachten en volksspelen de sfeer van vroeger oproepen. Als afsluiter zingen we allemaal het schoollied dat juf Jessica van het vijfde leerjaar voor de gelegenheid geschreven heeft. En er is het gastoptreden van Femke van Junior Eurosong 2011 en haar twee zussen, en natuurlijk taart. Maar we maken niet te veel reclame, want de school is nu al zo populair dat er niet voor alle gegadigden plaats is.” An Devroe

Watermaal-Bosvoorde > Wandelen op de laatste zondag van april

Het gemeenschapscentrum WaBo organiseert op zondag 29 april de 33ste editie van de Zoniënmars. Het wandelevenement vindt jaarlijks plaats op de laatste zondag van april. Omdat die dag vorig jaar samenviel met Pasen, was er toen uitzonderlijk geen mars. Tussen 9 en 15 uur kunnen deelnemers vertrekken vanuit WaBo in de Delleurlaan 39-43. Omdat zowel jong als oud welkom is, kunnen wandelaars kiezen tussen trajecten van 5, 10, 15 en 25 kilometer. Voor joggers, Nordic Walkers, maar ook voor mensen met een handicap werden speciale routes uitgestippeld.

Voor de vijftiende keer zorgt het jazzgezelschap Hot Club de Bruges voor muziek bij vertrek en aankomst. Voor kinderen staat er een springkasteel. Inschrijven kost 1,50 euro per persoon en 3 euro voor gezinnen; leden van wandelfederaties betalen 1 euro. Inschrijven kan telefonisch op 02-675.40.10 of per mail op wabo@vgc.be, maar evengoed ter plaatse. Om de Brusselaars kennis te laten maken met de ‘groene long’ van hun stad, organiseerde het toenmalige ministerie van Nationale Opvoeding in 1978 de Mars der Ministeries. In 1981 nam WaBo de fakkel over. Sindsdien wordt de mars elk jaar

© ARCHIEF BDW

Zoniënmars terug van weggeweest

Weer of geen weer, op de Zoniënmars is het altijd leuk.

onder zijn huidige naam georganiseerd. Omdat de stad steeds rijker werd aan nationaliteiten, besloot de organisatie dat de Zoniënmars ook moest dienen als schakel tussen de verschillende origines. “We proberen zoveel mogelijk opvangtehuizen en integratiediensten aan te schrijven,” vertelt Anne-Marie Van de Voorde van WaBo. Vorig jaar was er geen Zoniënmars. De laatste zondag van april viel toen op Pasen, en er werden onvoldoende medewerkers gevonden. Voor deze editie is de organisatie nog op zoek naar vrijwilligers om voor, tijdens en na de mars te helpen. Nick Vervaeck


BDW 1325 PAGINA 16 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Het is o zo jammer dat VisitBrussels zo’n mooie kans laat liggen om de werkelijke rijkdom van de Brusselse en Belgische keuken in de schijn­ werpers te zetten. Onze grootste sterrenchefs werken zich de laatste jaren uit de naad om onze streek­ producten te herwaarderen. Var­ kenspoten, bloempanch, grijze gar­ naaltjes – enkele decennia geleden werden ze als ‘armemensen­eten’ volstrekt minderwaardig geacht aan de opkomende haute cuisine uit Frankrijk, maar nu prijken ze weer op de chicste menukaarten. Sterker nog: ze vormen een culi­ nair patrimonium waarnaar nu jaloers gelonkt wordt vanuit het bui­ tenland. Brussel is trouwens een van de heer­ lijkste restaurantsteden ter wereld, en waar komen ze dan mee aanzet­ ten? Spruitjes! De meeste mensen lusten ze niet eens, en ze worden inmiddels zowat overal ter wereld geteeld behalve in Brussel. Het feit dat hun naam in veel talen nog ‘Brussel’ vermeldt, is grotendeels verantwoordelijk voor het in stand houden van hun status als speciali­ teit. (Zullen we dan ook maar met­ een de Brussels griffon invoeren als mascotte, als ‘windhond’ op de to­ renspits van de stadhuis?) “De kortzichtigheid van Brusselicious XXL is waarlijk een aanfluiting van het culinaire paradijs dat Brussel is.”

© JO VOETS

Op een stokje

Toerisme > Karolien Merchiers vindt Brusselicious XXL een lachertje

‘Geef ons een reuzenkarikol op een stokje’ BRUSSEL – Na de kunstige koeien en paarden hebben ze de stad dit keer volgeplempt met ferm uit de kluiten gewassen pinten, frietzakken en spruiten, met dank aan Brusselicious, het culinaire themajaar. Karolien Merchiers ergert zich aan de kortzichtigheid en het clichédenken. Choesels op een stokje!

BDWOPINIE Wie dezer dagen langs de majes­ tueuze Tervurenlaan rijdt, komt hal­ verwege langs een fosforescerend spruitje. Of zeg maar spruit. Want het uit de kluiten gewassen ding is ettelijke meters hoog en breed, en staat op een eervol statief als ging het om de laatste nieuwe creatie van Wim Delvoye. Amper twee kilometer verderop ontsiert een al even wanstaltige pils de nochtans door Monumenten & Landschappen beschermde mid­ denberm van de Rooseveltlaan. Een fietspad mag hier niet aangelegd worden, omdat het de geest van het oorspronkelijke ontwerp van de laan zou ontsieren, maar een gigantische

pint in kunststof doet dat blijkbaar niet. Het blijkt geen plaatselijk fenomeen te zijn: zowat de hele stad is over­ spoeld door overmaatse voedings­ middelen die ons als kaboutertjes in een supermarkt doen voelen. En dat terwijl we dachten dat we alles nu wel gezien hadden, na alle kunst­ koeien en dito paarden die onze stad zijn komen bezoeken. Ditmaal gaat het om Brusselicious XXL, een tentoonstelling in het kader van Brusselicious, een ove­ rigens lovenswaardig en veelzijdig culinair-toeristisch initiatief van VisitBrussels, het communicatie­ agentschap van de gewestelijke toe­ ristische dienst. Dat wil naar eigen zeggen het “imago van de Europese hoofdstad uitbreiden en versterken”, lezen we op de website.

“Brussel is een van de heerlijkste restaurantsteden ter wereld, en waarmee komen ze dan aanzetten? Spruitjes!”

Karolien Merchiers.

‘Versterken’ is inderdaad zowat het enige wat met deze actie bereikt wordt. Vraag aan de eerste de beste Amerikaanse toerist op de Grote Markt naar Belgiës culinaire spe­ cialiteiten, en je kunt er donder op zeggen dat die breedgrijnzend ant­ woordt: “Beer, fries, and chocolate, man.” En wat is nu de opdracht die de vele jonge kunstenaars hebben gekregen voor deze tentoonstelling?

Ze konden kiezen uit vijf ruwe, on­ bewerkte voorwerpen, waarmee ze dan zelf verder aan de slag konden gaan om er een originele twist aan te geven. Deze basisvoorwerpen waren – u raadt het vast al – een frietzak, een mossel, een pint, een spruitje en een reep chocolade. Al­ weer hetzelfde rijtje dooddoeners dat je in elke Visit Europe in five days-gids terugvindt.

We begrijpen uiteraard dat je voor een ludieke knipoog naar duidelijk herkenbare iconen moet teruggrij­ pen, en dat bovendien niet alle voed­ sel zich leent tot een metersgrote uitvoering – zo zou tomatensoep met balletjes of een portie choesels heel wat vernuft vergen om op een stokje te krijgen. Opgelet, wij zijn persoonlijk grote fan van spruitjes, mosselen en cho­ colade. Maar de kortzichtigheid van Brusselicious XXL is toch waarlijk een aanfluiting van het culinaire paradijs dat Brussel is. Als we het dan toch eenvoudig, herkenbaar en iconisch moeten houden, waarom dan niet kiezen voor witlof, asper­ ges of aardbeien – drie producten die je nergens anders ter wereld zo lekker vindt als in onze contreien? Of gevulde bintjes, karikollen, een pistolet (jaja, ook een Belgische uit­ vinding), een kramiek, een tomatecrevettes, een filet americain of een schijfje bloempanch? Of een simpel carré-confituurke, zoals dat zo mooi heet in de volksmond. Dat vind je ook nergens anders ter we­ reld. En als we dan toch over de Brusselse grenzen kijken (mosselen zijn toch ook geen Brussels streekproduct?), dan kun je bijvoorbeeld ook voor jenever opteren, krakelingen, mat­ tentaartjes, speculaas, cuberdons, Ardense ham, kletskoppen, de Me­ chelse koekoek, Luikse appel- en perensiroop, een stevige trappist, kaaskroketten en honderden andere lekkernijen. Geef toe, het zou wel wat hebben, een metershoge karikol op een stok­ je. Of een reusachtige chicon, omge­ bouwd als Kuifjeraket.

Karolien Merchiers

Karolien Merchiers is medewerkster van deze krant en culinair recensente voor Agenda


BDW 1325 PAGINA 17 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

OPEN BRIEF AAN OPEN VLD-VOORZITTER ALEXANDER DE CROO In een interview in De Standaard van zaterdag 14 april zei u onomwonden dat “de nultolerantie in Anderlecht werd toegepast en blijkbaar heeft gewerkt.” Ik ben even moeten gaan zitten bij deze uitspraak (boutade?) en vroeg me af hoe wereldvreemd federale politici wel kunnen zijn. U beschikt toch over de betere media-instrumenten, persoverzichten en technische middelen allerhande, die het u zouden moeten toela­ ten een correcte inschatting te maken van de veilig­ heidssituatie in de grote steden, en in Brussel in het bijzonder. Heel uw gesprek in de krant kan worden samengevat onder drie woorden: kurieren am Symptomen! Ik zit met hetzelfde wrange gevoel als bij de debatten met het Vlaams Blok, de partij die op- en ondergang heeft gekend met het veiligheidsdossier: heel uw denken duidt – in absurdo – op een niet-uitgesproken wens om nog meer criminele incidenten als dat van de MIVB mee te maken dan vandaag al het geval is. Hoe zou u anders afgerekend kunnen worden door de kiezer, nietwaar? U zit perfect in de spiraal gevormd door twee polen: meer geweld en – dus – meer repressie. Dat is een onuitputtelijke paringsdans, die u bewust niet wilt ontspringen. Uw nultolerantie heeft in Anderlecht enkel een tij­ delijk effect gehad op de straatkant van onze harde buurten, maar met het vertrek van de federale poli­ tiemachten was het verhaal zo voorbij. Onlangs nog werd mijn medewerkster gemolesteerd op het Lem­ mensplein door drugsgebruikers en dealers, omdat ze een fotootje maakte van een kinderdagverblijf... Ik wil er sterk voor pleiten dat politici in alle maat­ schappelijke segmenten hun verantwoordelijkheid ten volle opnemen, op alle beleidsniveaus, en niet en­ kel daar waar de ene of de andere toevallig een minis­ ter of beleidsverantwoordelijke zitten heeft. Waarom wordt er geen werk gemaakt van opvoe­ dingsbijstand? Hulp en ondersteuning voor het gehele gezin, op een totaaltraject dat de periode van geboorte tot volwassenheid overkoepelt, en waarbij voor alle menselijke waarden van het leven raad en bijstand wordt verleend. Het werkt oriënterend, het geeft in­

zicht en perspectief aan mensen, die vandaag vooral het gevoel hebben te worden verwaarloosd, en wier zelfperceptie overeenstemt met waardeloosheid. En dan, mijnheer De Croo, is criminaliteit écht niet ver af! Nu al drie jaar breek ik een lans voor ‘alert bestuur’, wat betekent dat de institutionele grenzen in dit lieve landje, in een crisissituatie, voor specifieke uitdagin­ gen worden doorbroken om te komen tot een eenheid van inzicht, beleid en actie. Vandaag moet men elf (11!) bestuurslagen bewerken om een project te kun­ nen ontwikkelen, waaronder ook het beleidsniveau waarop u afgerekend wilt worden. Als u op repressief vlak dan toch wat nuttigs wilt doen, dan stel ik voor dat u werk maakt van de noodzake­ lijke institutionele ingrepen in het gevangeniswezen. Een doorbraak in het dossier van de bouw van nieuwe – humane – gevangenissen, gekoppeld aan een con­ sequente strafuitvoering, zou een wezenlijke bijdrage kunnen leveren aan het Brusselse veiligheidsdebat. Uw gesprek met DS heeft mij echt boos gemaakt. U wilt afgerekend worden op de mislukking, op het fa­ len van een samenleving die er niet in geslaagd is de kinderen en kleinkinderen van diegenen die men naar hier heeft gelokt, te laten inburgeren. Dit is verkeerd, mijnheer de voorzitter; uw analyse is totaal fout! Ben ik dan niet blij met vierhonderd extra agenten en met zware justitiële repressie? Neen. Het is ontegen­ sprekelijk goed dat meer agenten meer burgers kun­ nen beveiligen, en het is juist dat strenge straffen ont­ radend werken. De samenleving wordt op grond van haar eigen falen vandaag genoopt tot deze verharding van aanpak. Het is als een laatste halm van buigend riet. Maar tegenover zero tolerance voor crimineel ge­ drag staat total tolerance voor verdraagzaamheid, res­ pect en verantwoordelijkheid, en deze waarden in het opvoedingsproces in gezin en school bijbrengen. Daar draait het om, en alleen daarom. Walter Vandenbossche (CD&V), eerste ondervoorzitter Brussels parlement en Anderlechtenaar

BRIEVEN VAN LEZERS   lezersbrieven@bdw.be Numericable: slot Numericable heeft op mijn schrijven (‘Brieven van lezers’ in BDW 1324 van 12 april, p. 13) vrij snel gereageerd met “De berekening zal op de volgende factuur gebeuren.” Voor het probleem van de megabytes en de Nederlandse zenders ligt het iets ingewikkelder, maar ik reken erop dat het ook in orde komt. Ida Hendrickx, Sint-Jans-Molenbeek

Poortjes Eens te meer gaat men er bij de MIVB van uit dat als alle poortjes een tijdje bij alle (pre)metrostations geplaatst zijn, de zwartrijders het wel zullen opgeven. De praktijk leert anders: laat een winkel onbeheerd en je nodigt die­ ven uit; laat stations onbemand, en je werkt zwartrijden in de hand (sorry voor het rijm). Vooral omdat die poort­ jes wel ontworpen lijken om fraudeurs uit te nodigen om erover te klimmen: een blok (waarin de ‘ontwaarder’ en het mechanisme zitten) dat laag genoeg is om een rede­ lijk fit iemand toe te laten erop te klimmen en daarna gewoon over het deurtje te stappen: ik heb het al een paar keer gezien. Ik heb dit ook al aan de MIVB gemeld, met de suggestie

om ofwel de deurtjes hoger te maken, ofwel een raster van het plafond naar beneden aan te brengen zodat er geen ruimte is om door te klimmen. Van hen kreeg ik hetzelfde antwoord als onlangs in BDW: na een tijdje zullen ze het wel opgeven. Droom zoet verder, MIVB...

Excuusguus door Danny Vileyn Vlaamse schepenen in Brussel zijn al te vaak een excuusguus of excuustruus. Het zijn de woorden van Jan Peumans (N-VA) in de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Peumans was er te gast als voorzitter van het Vlaams parlement. Het zou te makkelijk zijn de uithaal van Peumans als N-VA-praat weg te wuiven. Als de voorzitter van het Vlaams parlement zo’n uitspraak doet, betekent dat op z’n minst dat de Vlaamse schepenen in Brussel met een imagoprobleem in Vlaanderen kampen. En dat is niet goed voor de Brusselse Vlamingen (die al niet in aantal toenemen). Dat er ook excuusguzen in Vlaanderen zijn, en Franstalige excuustruzen in Brussel, doet even niet ter zake. De uithaal van Peumans heeft een historische grond. Sinds de Lam­ bermontakkoorden van 2001 zijn de Vlaamse schepenen 35 miljoen euro per jaar waard. Het geld komt van de federale regering en gaat in de grote pot; het dient dus niet om een Vlaams beleid te voeren. In 2001, in paars-groene tijden, was er geen mens die erom maalde. Meer nog: de Vlaamse schepenen verklaarden enthousiast dat ze geen Flamand de service waren, en dat ze bovenop Nederlandstalige Aange­ legenheden ook ‘echte’ bevoegdheden hadden. De teneur was net niet dat een Vlaamse schepen met alleen maar Vlaamse Aangelegenheden een doetje was. Twaalf jaar later ziet de wereld er anders uit. De paars-groene euforie is voorbij. CD&V neemt opnieuw deel aan de macht op Vlaams en fede­ raal niveau. En de Vlaams-nationalistische N-VA is de grootste partij in Vlaanderen. Vlaanderen is veranderd, net als de manier waarop er naar Brussel gekeken wordt. Of dat al dan niet in het voordeel zal zijn van de Brusselse Vlamingen, moet nog blijken. Maar dat hangt van beide partijen af, van de Vlamingen en van de Brusselse Vlamingen. Na de volgende staatshervorming worden Vlaanderen en Brussel een stuk autonomer. Dat moet voor de Brusselse Vlamingen een gelegen­ heid worden om zichzelf opnieuw uit te vinden. De Vlaams-Brusselse schepenen moeten naast aanspreekpunt voor de Vlamingen in de gemeente ook voor de band met Vlaanderen zorgen. Een Vlaamse schepen moet voor de Vlamingen in de gemeente echt het verschil maken. De bevoegdheid Vlaamse Aangelegenheden is belangrijker dan – ik geef maar een voorbeeld – Erediensten. Een schepenambt ‘Vlaamse Aangelegenheden’ is niet te min. En dat mag getoond en gezegd worden. Ook in een Brussel waar de demografie boomt. Ook in een Brussel waar de Vlamingen zichzelf opnieuw moeten uitvinden.

Alex Hetwer, Schaarbeek

Ongeluckig In ‘Vadrouille’ in BDW 1322 van 29 maart (p. 16-17) lees ik het interview met Philippe Geluck, ‘Een kat met grote K’. Dit racistische heerschap grijpt steeds alle kansen aan om de Nederlandstaligen in België in binnen- en buiten­ land te beschimpen, zwart en belachelijk te maken, met als hoogtepunt het beruchte interview met Télé Moustique in 2010. (Lezer stuurt ons het interview in bijlage; u kunt het ook lezen op Gelucks eigen website: www.geluck. com/actu-geluck-21.html.) En nu komt BDW doodleuk een beetje publiciteit maken voor een tentoonstelling van deze anti-Vlaamse potsen­ maker. Als jarenlange trouwe abonnee van BDW zeg ik dan ook met onmiddellijke ingang mijn abonnement op.

BDWOPINIE

Zeger De Meester, Zemst

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

EVA HILHORST


BDW 1325 PAGINA 18 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

VADROUILLE

GELUK ZIT IN EEN KLEIN FLESJE BRUSSEL – Met kerst 2010 boekte regisseur Julien Vrebos succes met zijn sociale reportage Onder de sterren (op Eén en tvbrussel). Dat project bracht stedelingen en minderbedeelden samen aan tafel, en de kansarme kon voor één euro dineren terwijl de gegoede burger een normaal tarief betaalde. De restaurantkoks gingen toen aan de slag in een gehuurde opslagruimte in de Ieperlaan. Nu lanceren Vrebos, Harry De Schepper en Jo Nachtergaele een ‘chiquere’ variant op de weldoenersactie: Fles­ke bonheur, in coproductie met tvbrussel. Zes restaurants – La Marée (02-511.00.40), Henri (02-218.00.08), Ploegmans (02-503.21.24), L’Autre Cantina (02-644.97.77), Le Grain de Sel (02-648.18.58) en Amor Amor (02-511.80.33) – zetten van 2 tot en met 18 mei de deuren open voor thuislozen, vluchtelingen, mensen zonder papieren en burgers met een leefloon. Wie in het restaurant gaat eten, betaalt forfaitair 30 euro, en betaalt daarmee ook een deel van de lunch van de kansarme bij wie hij of zij aan tafel zit. Reserveren voor een van de restaurants kan rechtstreeks (zie telefoonnummers) vanaf nu. JMB

Theater > Vlaamse amateurgroepen spelen repertoire van Bronks

Spelen in de Eredivisie BRUSSEL – Jeugdtheater Bronks is nog altijd druk doende haar twintigste verjaardag te vieren. Een hoogtepunt moet Eredivisie worden, dat op de vooravond van de Week van de Amateurkunsten dertien amateurgezelschappen uit Vlaanderen en Brussel de gelegenheid geeft om een tekst uit het repertoire van Bronks in de hoofdstad te komen spelen. Wij polsten naar de plannen uit de provincies. n DOOR MICHAËL BELLON

© ANNE HOLLEVOET

www.tvbrussel.be/fleskebonheur

DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

Marks Amateur Toneel speelt Assepoester

30 april is internationale jazzdag

WEST-VLAANDEREN

“Spelen met een échte regisseur en in een échte schouwburg.”

ADVERTENTIE

Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap

✆ 0800-15045

alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30

Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be

Marke is een deelgemeente van Kortrijk en heeft al heel lang een amateurgezelschap, dat sinds de jaren 1990 ook een jeugdafdeling omvat. Elke krokusvakantie brengt dat één stuk op de planken. Dit jaar kregen de jongeren, vijftien spelers tussen tien en zeventien jaar, de kans om in Kortrijk deel te nemen aan het Spinrag-festival. Daarvoor kregen ze van de stad de professionele regisseur Filip Vandemeulebroecke aangeboden, waarmee ze in één moeite doorstoten naar de hoofdstad om bij Bronks mee te spelen in Eredivisie. “Die gelegenheid hebben we natuurlijk met beide handen aangenomen,” zegt Tine Tertooy, die verantwoordelijk is voor de jongeren. “Spelen met een echte regisseur en in echte schouwburgen is een meerwaarde voor de jongeren, al was het ook een echte uitdaging. Er zaten verschillende nieuwe leden bij, terwijl de oudere het

Tri-co speelt Enkele reis

© RAYMOND MALLENTJER

BRUSSEL – Dankzij de Unesco komt er een internationale Dag van de Jazz. Met het initiatief krijgt de kunstvorm hopelijk wat extra aandacht en erkenning. In onder andere Parijs, New York en New Orleans staan er grootse offi­ ciële evenementen op het programma (www.unesco.org). Hier in Brussel nam de ploeg van Les Lundis d’Hortense het roer in handen: ze stelde een popup bigband samen met Tuur Florizoone in de rol van dirigent, en onder de muzikanten usual suspects als Toine Thys, Laurent Blondiau, Jean-Paul Estiévenart, Sam Gerstmans en Steven Delannoye. Op 30 april zal deze bende een aantal keer opduiken op de meest onverwachte plaatsen in het centrum voor een miniconcert. Jazz GTB blijft verrassen, elke dag.

Bronks Eredivisiefestival, in samenwerking met Opendoek en Zinnema, van 20 tot en met 22 april in Bronks, Varkensmarkt 15-17, 1000 Brussel. Meer op 02-219.99.21, info@bronks.be en www.bronks.be

BRUSSEL Met Tri-co staat er ook een Brussels gelegenheidsgezelschap op het festival. De actrices Leen Eerdekens en Katlijn Meers gaan met accordeonist Raf Van der Veken aan de slag met “Op elkaar aangewezen.” Enkele reis, dat Jan Sobrie en Joris Van den Brande eerder maakten op basis van het boek Un aller simple van Didier Van Cauwelaert. ze hadden hier te veel zin in, zegt Leen EerHet is de eerste keer dat ze samen spelen, maar dekens. “Zelfs na alle repetities vind ik het

gewoon zijn om alles mooi afgelijnd op script te krijgen. Nu was de aanpak totaal anders en moest er veel uit henzelf komen. Het was dus een moeilijke weg, met moeilijke repetities en discussies, maar er zijn veel grenzen verlegd en iedereen was uiteindelijk enthousiast.” De bewerking die Mieja Hollevoet voor Bronks maakte van het sprookje van Assepoester, werd nog verder aangepast. Om te beginnen is een deel van de vijftien jongeren op het podium muzikant. Samen met componist David Anne schreven ze muziek, die ze ook live spelen. Aan het klassieke verhaal worden elementen toegevoegd, zoals de Fietsvrienden die praten over verliefd zijn en trouwen. De vormgeefster bedacht daarbij een concept met fietshelmen. Tertooy: “Dat verwijst naar hoe kinderen thuis toneeltje spelen door zich te verkleden. Als de acteurs opkomen, zie je hen hun helmen opzetten: zo stappen ze in de rol van koning, stiefzus enzovoort.” 20 april, 14.30 uur, Grote Zaal

nog altijd een heel mooie tekst. We houden van de humor die erin zit, terwijl het tegelijk over een belangrijk en serieus thema gaat: migratie. Wij hebben van de twee mannen twee vrouwen gemaakt. Nadia wordt uitgewezen naar Marokko omdat ze in België iets gestolen heeft. Maar eigenlijk is ze helemaal niet van Marokko. Ze heeft een vals paspoort en is daar nog nooit geweest. Toch moet ze samen met een ambtenaar van de migratiedienst, Laura, naar ginds, waar ze op elkaar zijn aangewezen. In het begin klikt het absoluut niet tussen hen.” Met de accordeonmuziek en een aantal auto-onderdelen die als decorstuk dienen, zet Tri-co het stuk verder naar zijn hand. 21 april, 17 uur, Kleine Zaal


Jonna speelt Wawilwiedoen

© RAYMOND MALLENTJER

BDW 1325 PAGINA 19 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

VLAAMS-BRABANT

Tejaterbende Oeps! speelt Zot zijn doet wel zeer

© RAYMOND MALLENTJER

Wawilwiedoen is oorspronkelijk een stuk van het olijke viertal Ruth Beeckmans, Randi De Vlieghe, Joris Hessels en Dominique Van Malder. Dat wordt dan een olijk zevental als de drie mannen en vier vrouwen van de vzw Jonna uit Wilsele bij Leuven ermee naar Bronks komen. Ze baanden zich onder leiding van regisseur “We houden van scherpe humor en mensen met een hoek af.” Karlien De Vos een weg door de tekst. “Jonna is een toneelschooltje annex creaatelier dat al zo’n 25 jaar bestaat en vele voorstellingen en sindsdien evolueren ze mee de laatste jaren bleef de inspiratie wat weg.” groepen telt,” zegt De Vos. “Wij zijn een van met hun leeftijd. “We hebben veel dingen Jonna koos Wawilwiedoen uit het repertoire de volwassen toneelgroepen die er spelen en zelf gemaakt en geschreven vanuit improvi- omdat het stuk hun “op het lijf geschreven” er niet genoeg van kunnen krijgen.” Zij en saties, en we hebben ook enkele bestaande is. De Vos: “We hebben de originele versie niet de zeven spelers gaan al meer dan tien jaar stukken gespeeld. Het project van Bronks gezien, maar toen we de tekst lazen, waren we mee. Als zestienjarigen maakten ze jeugd- was een welgekomen nieuwe uitdaging, want meteen verkocht. Al is die tekst naar ons ge-

ANTWERPEN

“Wij spelen niet voor de ouders en de grootouders.”

en ze tappen de pinten na de voorstelling.” Wat Oeps! ook van andere toneelgroepen onderscheidt, is dat ze meestal werken met professionele regisseurs en begeleiders, afkomstig van theaterscholen als het Rits of de Toneelacademie van Maastricht. “De bende is altijd verdeeld in twee groepen die de ene helft van het jaar een voorstelling maken en de andere workshops bewegingsleer, dictie of

Kunstacademie Eeklo speelt Sinds de komst van Sint San OOST-VLAANDEREN Uit Oost-Vlaanderen komt onder meer de hele kunstacademie van Eeklo naar Brussel afgezakt, of toch ten minste dertien laatstejaarsstudenten van de afdeling Woord. Zij trans­formeren Sinds de komst van Sint San van Dimitri Leue tot een mix van vertel- en figuren­t heater. De kunstacademie van Eeklo heeft bijna tweeduizend leerlingen in de verschillende richtingen: Beeld, Woord, Muziek, Media en Beweging. Patrick Mahieu, directeur Woord, legt uit dat de leerlingen die deelgebieden in de lijn van het beleid Deeltijds Kunstonderwijs zoveel mogelijk overschrijden, en dat deze productie voor de Bronks Eredivisie in dat opzet past. “Voor de laatstejaars van Woord is dit hun afstudeerproject. Zij hebben de tekst

bewerkt tot verteltheater, maar er tegelijk figurentheater in geïntegreerd. We hadden drie poppen nodig voor de drie hoofdpersonages, Sint San, Moeder Overste en Edouard. De afdeling Beeldhouwen heeft de koppen van die poppen gemaakt en samen hebben we ze aangekleed. Koen Crul van Opendoek heeft de acteurs gecoacht in het manipuleren van de poppen.” “Terzelfder tijd was er ook een samenwerking met het Kask in Gent, dat ons proces heeft gefilmd, waardoor er in de productie ook een tv-muur zit met dertien televisies waarop de rituelen die in het toneelstuk ter sprake komen, geprojecteerd worden: lachen, schreeuwen, huilen en boterhammen met chocopasta smeren.” “Leerkracht Flo Callens koos als regisseur voor deze tekst omdat hij de mogelijkheid geeft om de dertien leerlingen evenwaardig op

improvisatie volgen.” Onder de oud-leden bevinden zich onder meer Laura Verlinden, die meespeelde in de films Ben X, Loft en de tvreeks De smaak van De Keyser, en Jeroen van Dyck, bekend van de reeks Het eiland en de telenovella David. Oeps! overwoog al om met regisseur Isabelle van Hecke de Hamlet-bewerking aan te pakken, toen de oproep van Bronks via de koepel-

21 april, 20 uur, Grote Zaal

organisatie voor amateurtheater Opendoek hen helemaal over de streep trok. Vervoort: “Het is een bewerking die jonge mensen aanspreekt en raakt. Bij ons wordt Hamlet ook gespeeld door een jonge gast. Het verhaal is ook helemaal tot de essentie uitgepuurd. In de oorspronkelijke versie, die we ook gelezen hebben, zitten natuurlijk veel meer personages en veel meer en veel langere scènes. De scène waarin Hamlet via een toneelstuk probeert duidelijk te maken dat zijn vader vermoord is, is in de oorspronkelijke versie tien à vijftien bladzijden lang, in de Bronks-versie twee. Wij spelen de tien personages die zijn overgebleven, met tien acteurs en we hebben extra aandacht voor de humor. Hamlet probeert te doen uitschijnen dat hij gek aan het worden is en dat werken wij uit met humor die dicht bij jongeren staat.” Ook in de vormgeving streeft Oeps! puurheid na. “We gebruiken alleen een houten vloer en een houten wand waarop beelden geprojecteerd worden, maar voorts weinig rekwisieten. Alleen de personages die in het stuk schijnheilig en bombastisch zijn, dikken we ook visueel wat aan.” 21 april, 15 uur, Grote Zaal

© RAYMOND MALLENTJER

Tejaterbende Oeps! uit Olen in de Antwerpse Kempen gaat maar meteen voor een klepper: Hamlet van Shakespeare, in de destijds gesmaakte bewerking van Mieja Hollevoet. Maar de zelfstandige jongerentheatergroep kan dan ook bogen op een stevige organisatie en reputatie. Wim Vervoort richtte Oeps! in 1996 mee op en was er tot voor kort de voorzitter van. Daar is hij nu een tikje te oud voor geworden, want Oeps! is erkend als jeugdvereniging en kiest dus ook voor zoveel mogelijk jongeren in het bestuur. Vervoort: “Alles gebeurt hier door en voor jongeren tussen 14 en 26. Oeps! speelt dus niet voor de ouders en de grootouders, maar voor mensen van dezelfde leeftijd. De spelers maken ook zelf de decors

voel dan één grote chaos. Vaak wisten we echt niet wat de oorspronkelijke acteurs op sommige momenten in godsnaam gedaan konden hebben op de scène. Het stuk gaat in elk geval over een aantal probleemjongeren die in een instelling zitten en zich van hun twee begeleiders creatief helemaal mogen laten gaan om hun problemen te verwerken. Veel structuur is er niet. Iedereen doet zomaar wat: eens een trauma bovenhalen, eens een act doen, het is creatieve therapie.” Aan therapie doet Jonna zelf voor alle duidelijkheid niet, maar zot doen en “onnozeliteiten op een hoop gooien” ligt hen wel. “We zijn een groep die houdt van scherpe humor en van mensen met een hoek af. Het mag ook wel wat pijnlijk zijn, en dat is in dit stuk ook het geval.” Jonna belooft veel energie, veel spelplezier, veel kostuums en zelfs live zang. Is dat zingen een van de vaste ingrediënten bij Jonna? “Helemaal niet. Dat doen we anders nooit! We zullen zien wat het geeft.”

“Lachen, schreeuwen, huilen en boterhammen met choco smeren.”

de planken te laten staan. De bewerking van het stuk, dat zich afspeelt in een weeshuis, draait rond verlangen en hoop, vriendschap, verbeelding en zelfs magie.” Dat de leerlingen bij deze gelegenheid naar Brussel afgezakt komen, is een andere vorm van grensoverschrijdend werken. Mahieu: “Je kunt altijd lokaal blijven werken, maar het is

ook goed om los te durven komen van de academie. De leerlingen zijn onze ambassadeurs en maken tegelijk kennis met het professionele circuit. Ze weten nu wat het is om een productie op te zetten en ermee op reis te gaan. Dat zullen ze hun hele leven meedragen.” 21 april, 18.30 uur, Kleine Zaal


BDW 1325 PAGINA 20 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

toe de wijk veroordeeld was.” Met foto’s van de moulures van een al verlaten huis versierde ze haar eigen gerenoveerde, cleane traphal, of ze maakte collages van de rode onteigeningsaffiches, of van oude plafondelementen met werfmateriaal en allerlei (verkeers)tekens. De badkamerspiegel die in een half afgebroken huis tevoorschijn kwam, recupereerde ze door er de beweging van de wolken in te projecteren: “Toch nog wat hoop.”

Beeldende kunst > Het teken-GEN van Lucie Malou

Werk in onze achtertuin

Achtertuin © LUCIE MALOU

SCHAARBEEK – Als een beeldend archiva­ ris, net zoals fotograaf Louis Joseph Ghé­ mar tijdens de overwelving van de Zenne, zo schetst Lucie Malou de werkzaamheden voor het toekomstige Gewestelijk Expres­ net (GEN). Een onteigening scherpte haar gevoeligheid voor verandering aan. Hoe ingrijpend stadsontwikkeling is, ondervond beeldend kunstenares Lucie Malou (1965) in de jaren 1990. Na haar opleidingen plastische kunsten en schilderkunst (“maar mijn basis is altijd tekenen”) in Sint-Gillis viel haar oog op een groot herenhuis in de De Merodestraat 53, vlak bij het Zuidstation. “Vooral voor het achttien meter diepe atelier erachter, nog van een ijzerdraadfabriek. Omdat er nogal wat huizen in de buurt verlaten waren, ging ik langs bij Charles Picqué (toen zowel burgemeester als minister-president van het jonge Gewest, AD) vooraleer tot kopen over te gaan. Hij verzekerde me dat het een goede investering was. We konden zelfs aanvragen indienen voor subsidies, wat erop wees dat de wijk gebaat was met een heropleving. Maar nadat we onze eerste facturen naar het Gewest hadden gestuurd, kregen we de eerste onteigeningsbrief... We zijn er zo lang moge-

Lucie Malou: “Dit is een tekening van Brussel-Schuman en het werk aan de SchumanJosaphattunnel. De werklieden zeiden me dat het er één week later al anders zou uitzien.”

lijk blijven wonen, maar na acht jaar met een sloop boven je hoofd zijn we met ons dochter-

tje verhuisd. Op het Artiestenparcours heb ik met installaties proberen aan te tonen waar-

De De Merodestraat, waar nu nieuwbouw verrijst, levert nog altijd stof voor nieuw werk, maar Malou trekt zich op aan een recente ontdekking. “Nu ik geen paleis van een atelier meer heb, was ik blij toen een mevrouw in Ukkel haar kelder ter beschikking stelde voor de kinderateliers die ik geef. Omdat ik door epileptische problemen niet mag autorijden, zat er niets anders op dan met dertig kilo klei de taxi te nemen. Tot we pas na een halfjaar ontdekten dat er een treinspoor loopt van deur tot deur, tussen Sint-Job en Meiser, praktisch in onze achtertuin! Ik wil nu tot een soort inventaris komen van de treinstations langs de lijnen L26 Halle-Vilvoorde en L161 Ottignies-Namen die verbouwd worden voor het GEN-project. Hier en daar heb je een spectaculair uitzicht op de Brusselse sporen, zoals aan de Berenkuil. Het zijn snelle, klassieke schetsen; ik keer achteraf terug met inkt. Toen Turkse werklui mij bezig zagen, gaven ze me een helm en fluohesje en wezen ze me nog locaties aan die er binnenkort anders zullen uitzien. Mijn werk draait nog altijd rond metamorfose, maar dit voelt toch positiever.” An Devroe www.luciemalou.be

ADVERTENTIE

aangetrokken tot je kind.”

zij deze tweede kans? In welke mate worden ze verder opgevolgd? En hoe beschermen we onze kinderen? Zien we naast het monster ook nog de mens? Kan je pedofielen behandelen? Is opsluiting de beste remedie? We laten politici, onderzoekers en professionelen met ervaring op het terrein aan het woord in een taboedoorbrekend debat. Met o.a. Renaat Landuyt (Commissie Seksueel Misbruik), Peter De Waele (Pedofiliespeurder), Kris Vanhoeck (Daderhulpcentrum ITER), Ellen Stassart (Child Focus) en moderator

Over pedofilie en seksueel misbruik DEBAT WOENSDAG 25 APRIL, 20u Beursschouwburg, Auguste Ortsstraat 20-28, 1000 Brussel Vrije toegang De plaatsen zijn beperkt. Graag een bevestiging van je aanwezigheid via brussel@deMens.nu of 02 242 36 02 voor 20-04-2012.

Lisbeth Imbo (Radio 1, Terzake) Een initiatief van de Stichting voor Morele Bijstand aan Gevangenen (SMBG) en het huisvandeMens Brussel

WWW.DEMENS.NU

Onder auspiciën van Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw. V.U.: Sonja Eggerickx, p/a Brand Whitlocklaan 87, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe

“Ik voel me

Plegers van seksueel misbruik komen op een bepaald ogenblik terug vrij. Verdienen


BDW 1325 PAGINA 21 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

© WPG UITGEVERS

TELEX VADROUILLE

© XFCE

Met het gezin de lente en het Poelbos in

Het hoofdpersonage uit Open stad van Teju Cole (l.) verzeilt in Brussel in de nasleep van de moord op Joe Van Holsbeeck.

Praat

Nigeriaanse Amerikaan in Brussel Gelezen: Teju Cole, Open stad, uitg. De Bezige Bij, 314 p., 19,90 euro.

achteraf

Teju Cole (1975) is een Amerikaan met Nigeriaanse ouders die een uitstekende debuutroman heeft geschreven, waarin naast Lagos, de stad van zijn jeugd, en zijn huidige woonplaats New York ook Brussel een belangrijke rol speelt. Open stad heeft nauwelijks een plot en is in feite het lange relaas van Julius, een jonge psychotherapeut met een Nigeriaanse vader en een Duitse moeder, die de gewoonte heeft om na zijn uren door de straten van de stad te dwalen, daar onbekende mensen aan te spreken, vrienden te bezoeken, vogels te observeren, stil te staan bij de architectuur, de cultuur, de geschiedenis en de actualiteit van de stad. Ondertussen voert hij discussies, becommentarieert hij kunstwerken en historische personages, vertelt hij over zijn praktijk als zielenknijper en haalt hij herinneringen op. Zo komt hij uiteindelijk tot een portret van zichzelf, de stad en de wereld. Grote en kleine verhalen (de breuk met zijn vriendin, de relatie met zijn moeder, de kolonisatie, de wereldoorlogen, 9/11, de Palestijnse kwestie) versmelten tot een geheel dat beklijft in al zijn bescheidenheid en eerlijkheid. Het personage Julius valt uiteraard niet te verwarren met de auteur Cole, en er is wel degelijk sprake van een subtiele compositie (Cole heeft het niet zomaar over bedwantsen, Piers Plowman of de vogels die tegen het Vrijheidsbeeld te pletter slaan), maar de fictie is er niet op gericht zaken uit te vergroten tot grootse literatuur. De eruditie en intelligentie van auteur en ik-verteller staan buiten kijf, maar er wordt niet mee gewoekerd. Kleine verhalen, onopgeloste kwesties en gewaagde associaties zijn wat ze zijn. In zijn beschrijving en zijn poging tot diagnose moet de observator het met het verhaal van zijn patiënt (de mens) zelf stellen, en daarom weerstaat hij elke schuldvraag. Al bulkt het boek dan van het leed en de onrechtvaardigheden, die vaak met discriminatie te maken hebben: Nigeriaanse kinderen willen geen Coca-Cola drinken omdat ze denken dat ze daar nog zwarter van worden; een

Delaware-indiaanse die als onderzoekster de gruweldaden van de Nederlandse kolonisten onderzocht, pleegt zelfmoord... In New York stapelen de getuigen van kolonisatie, migratie, discriminatie en rassenconflicten zich natuurlijk op (Trinity Church, Ellis Island, Ground Zero), maar Cole achtte ook Brussel geschikt als symbolische plek voor de wanordelijke wereld van vandaag. Julius gaat er (zonder veel hoop op slagen) op zoek naar zijn grootmoeder en arriveert er in de nasleep van de moord op Joe Van Holsbeeck. Het beeld dat hij van Brussel krijgt, is diffuus – en zo geeft hij het ook weer. Een gepensioneerde chrirurge die bevriend is met de kleinzoon van de beroemde baron Édouard Empain, bezweert hem dat mensen in Brussel “kleurenblind zijn op een manier die je in Amerika niet ziet.” Zijn hospita Mayken weet dan weer dat het oorspronkelijke “idee van Brussel” een “half-Vlaamse, half-Waalse stad” was, terwijl er nu “vijfennegentig procent Walen en andere Franstaligen, één procent Vlamingen en vier procent Arabieren” wonen. “En de Fransen zijn lui, zei ze, ze hebben een hekel aan werken en zijn jaloers op de Vlamingen.” Farouq, een Tunesiër die een telefoonshop in Etterbeek runt, blijkt verrassend geletterd, maar is desalniettemin verbitterd. Voor commentaren op de zaak-Van Holsbeeck is Cole duidelijk langsgeweest op de trieste blog van Paul Beliën, wat – net als het feit dat Julius Chimay uit het flesje drinkt – vragen doet rijzen over de betrouwbaarheid van zijn andere bronnen. Maar al bij al is dat de kwestie niet in dit boek, dat een lappendeken is van bedenkingen, tegenwerpingen, nuances en inzicht in menselijk falen. Open stad loopt vol misfits die niet erkennen dat er iets scheelt: “We hebben misschien wel wat eigenaardige trekjes, maar in onze eigen verhalen spelen we niet de schurkenrol. In zekere zin geldt zelfs het tegenovergestelde: we spelen de heldenrol. Te midden van die stortvloed aan andermans verhalen, voor zover die ons zelfs maar interesseren, zijn we nooit minder dan heldhaftig.”

Michaël Bellon

JETTE/ZELLIK – Misschien bent u ook zo iemand die zich met de kinderen elk jaar gaat vergewissen van de lente. Als er weer roze sneeuw valt in de tuinwijken van Watermaal-Bosvoorde, of als het Hallerbos weer blauw ziet van de wilde hyacinten. Volgens Natuurpunt Asse kan ook de Molenbeekvallei zo’n blijvertje worden. Op zondag 29 april organiseert de natuurvereniging een gezins-

wandeling op de grens tussen Vlaanderen en Brussel, in het Poelbos van Jette en het Kerremansbos en de hoogstamboomgaard van Zellik (Asse). De typische paars-witte voorjaarsbloeiers zoals pinksterbloem en daslook en de honingbijtjes maken er een feestelijke entree. Enkele oude beuken kregen van het Brussels Gewest de status van ‘merkwaardige boom’. Afspraak voor een wandeling van drie uur om 14 uur aan het parkeerterrein van Roularta, Pontbeeklaan in Zellik (Asse). Bij nat weer zijn laarzen een must. Meer informatie bij Erik Meerschaut van Natuurpunt Asse, erik. meerschaut@edpnet.be, 02-466.89.99 of AD 0472-35.98.30.

oude stoelen gezocht voor festival SIN T-AGATH A-BERCHEM – Het Visueel Festival Visuel van gemeenschapscentrum De Kroon en het Franstalige cultuurcentrum Le Fourquet is op zoek naar stoelen voor het project BeeldSpraak en de straathappening Bar provisoire van 21 april, 5 mei en 2 juni. Het oude meubilair zal vertimmerd worden door kunstenaars en komt in het zonnetje te

staan tijdens het openluchtfestival. Handige Harry’s mogen de stoelen ook zelf een creatieve metamorfose geven. Wie dus een stoel op overschot heeft, hoeft niet naar het containerpark, maar mag die afleveren bij De Kroon (eerst bellen: 02-482.00.10), of er met zaag en verf alvast wat van maken. Een kerkstoel, plastic tuinstoel, driepikkel, opstapje, klapstoel, barkruk of hoerentaboeret... het maakt niet uit. JMB

ADVERTENTIE

welk museum wint de PublieksPrijs? [officieel stemformulier]

Stem en win bruisende

culturele weekends, honderden kunstboeken en abonnementen op het tijdschrift Okv.

Doe mee en win! wat is uw lievelingsmuseum? vlaanderen naam museum . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

gemeente / stad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

BruSSel naam museum . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

gemeente / stad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Stem via

wallonië

www.museumprijs.be

naam museum . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

of stuur uw stemformulier voor 15 mei 2012 naar:

gemeente / stad .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

museumPrijs c/o Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen, Academiestraat 1 9000 Gent U kunt stemmen voor één museum in Vlaanderen, één museum in Brussel en één museum in Wallonië. Gekopieerde versies van stemformulieren worden niet aanvaard.

Naam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................

Voornaam.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................

E-mailadres. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................

Adres. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................

Uw gegevens komen terecht in het bestand van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen vzw om u op de hoogte te houden van onze activiteiten. U hebt recht op toegang tot en verbetering van deze gegevens. Wij kunnen uw gegevens ook doorgeven aan derden. Wenst u dit niet? Kruis dan dit vakje □ aan.


BDW 1325 PAGINA 22 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Erfgoeddag 2012 focust op grote en kleine ‘helden’

HELDEN

BRUSSEL – Op zondag 22 april vindt in Vlaanderen en Brussel de twaalfde editie van Erfgoeddag plaats. Een snelle blik ZONDAG 22 APRIL 2012 op het programma leert ons dat het nu al een recordeditie is, met meer dan vijfhonderd participerende organisaties, en een vijftigtal activiteiten in het Brusselse gewest. Het thema van deze Erfgoeddag is ‘Helden’. Idolatrie is geen enkel volk vreemd, en dus ook de Vlamingen niet. Ook www.erfgoeddag.be in neoliberale tijden willen mensen wel eens dromen van iets anders dan het eigen ik, even buiten zichzelf treden, zich identificeren met een held van hier of daar, zich interesseren voor het leven van opmerkelijke figuren uit de (recente) geschiedenis.

ERFG_op_affiche2012.indd 1

26/08/11 11:08

Op verschillende plekken in Brussel wordt dit thema tegen het licht gehouden. Het spreekt voor zich dat elke vereniging het thema op een heel eigen manier interpreteert. Zo focust café Het Goudblommeke in Papier op ‘Geert Van Bruaene, een vergeten held’. Van Bruaene onderhield als acteur en café- en galeriehouder contacten met een brede schare kunstenaars en overleefde meer dan een van hen. Komende zondag verneemt u hoe die contacten met surrealisten als Magritte en Vijftigers als Walravens en Claus verliepen. In het VUB-restaurant leert u meer over de politieke en humanistische idealen van Vlaamse studenten in de hoofdstad. Met welke figuren of auteurs dweepten ze? Waar verzamelden ze? De Muntschouwburg legt dan weer de klemtoon op de helden achter de schermen. Om

rici spreken elkaar tegen. Zeker is dat Pogge in 1821 geboren werd in Ternat, en dat hij zich in 1853 met zijn vrouw in Schaarbeek vestigde. In die tijd had Schaarbeek nog een vrij landelijk karakter. Het dorp stond bekend om de vele groenteen fruitkwekers. Pogge deed zo’n beetje van alles in het leven. Zo werkte hij onder andere als dagloner en stond hij op de ochtendlijke markten in het Brusselse stadscentrum. Hij droeg ook de klassieke blauwe kiel met bijbehorend sjaaltje en pet, de typische klederdracht van toen waarin ook de vrijwilligers op Erfgoeddag getooid zullen zijn.” Pogge was in feite een doodgewone man. Wat maakte hem dan zo speciaal dat hij ook vandaag de dag nog aanspreekt? Debroe wijst op de authenticiteit van de legende. Pogge wekt interesse omdat zijn verhaal zo herkenbaar is voor de gewone mens, omdat het ons doet mijmeren over het simpele leven in het dorp, in de stad. Tegelijkertijd spreken ook de meer uitgesproken karaktertrekken van Pogge nog altijd tot de verbeelding. Zo weten we dat hij wel heel goed de weg wist naar de kroeg, waar hij – zeker na de dood van zijn vrouw in 1883 – ettelijke avonden doorbracht. Debroe: “In dit café verzoende hij ruziënde dorpsgenoten met zijn bekende slagzin ‘Alles es just’, die steevast gepaard ging met een strakke uithaal van de vlakke hand.”

© PHILIPPE DEBROE

Erfgoed > Schaarbeekse volksheld Pogge wordt nieuw leven ingeblazen

‘Alles es just’ wist Pogge

Filantroop

Julo bedient het beeld van Pogge in café Les Trois Rois. Een touwtje zorgt ervoor dat Pogges legendarische vlakke handbeweging nog lang kan meegaan.

SCHAARBEEK – De volksfiguur Pogge wordt komende Erfgoeddag van onder het stof gehaald. Fotograaf en folkloreliefhebber Philippe Debroe heeft oog voor de authentieke legende van Pogge en werkte een initiatief uit waarover ook na zondag 22 april nog druk gesproken zal worden.

P

hilippe Debroe ontvangt ons in het café Les Trois Rois, de voormalige stamkroeg van Pogge aan de Haachtsesteenweg.

We zullen er praten over de vergeten drinkebroer Pogge, de man die met zijn slagzin ‘Alles es just’ menige buren- en caféruzie beslechtte en

die tot ver buiten de Schaarbeekse dorpskern over de tong ging. De Schaarbeekse held staat nog steeds symbool voor rechtvaardigheid tus-

© SANDER DE WILDE

sen de mensen. Hoe is de legende rond deze persoon ontstaan? “Dat is een lang verhaal,” vertelt Debroe. “Pogge heette eigenlijk Pierre De Cruyer. Zijn roepnaam heeft hij te danken aan zijn kleine gestalte: hij was een poechenelleke, amper een meter zevenenvijftig. Er doen verschillende verhalen over hem de ronde, en verschillende histo-

Pogge was dus een filantroop die bemiddelde tussen de dorpelingen, maar ook voordat hij weduwnaar werd, wist hij wel een natje te appreciëren. Hoe zouden we anders de oprichting van de Vrienden van Pogge in 1875 verklaren? Hij was dus bij leven al een legende? Debroe bevestigt dat en geeft toe dat hij ook een beetje het raden heeft naar de oorzaak. Hij schuift me een brochure toe, de eerste publicatie ooit aan Pogge gewijd. Daarin beschrijft de historicus Yves Jacqmin met veel zin voor anekdotiek de vele nuances in de overlevering van deze legende. Ik kom te weten dat geruchten over deze volksfiguur zich vaak als een lopend vuurtje verspreidden. Zo lees ik dat verschillende opeenvolgende café-eigenaars hier bijeenkomsten organiseerden, veelal samen met de Poggevrienden. Jean-Baptiste Colson, patron van de kroeg tijdens het fin de siècle, verving de strooien incarnatie van Pogge in 1894 door


BDW 1325 PAGINA 23 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

elf  uur  wordt  daar  een  documentaire  van  Maria  Tarantino  vertoond.  Die  vertelt het verhaal van de verschillende ambachten achter de coulissen van  het operahuis, zoals kostuums, maquillage, decor, belichting en veel meer.  Aansluitend kunt u zelf een blik achter de schermen werpen. Ook aan de kinderen is er gedacht. Door het BELvue Museum loopt een heldenparcours  waar  iedereen  spelenderwijze  kennismaakt  met  de  grote  en  kleine  helden  die  de  vaderlandse  geschiedenis  mee  hebben  vormgegeven.  TDM Helden zijn soms dichterbij dan we denken.

N

I

L CO

AS

AP

PER

T

L O U I S PA S T E U

REPROGRAFIE: © SANDER DE WILDE

R

het volledige aanbod in Vlaanderen en Brussel staat op www.erfgoeddag.be

Nick Trachet De Vrienden van Pogge houden een optocht tijdens Pogge Kermis, 8 september 1946.

een  zelfgemaakt  beeldje.  “Je  ziet  het beeld hier staan. Het is destijds  verloren geraakt op een zolder, maar  het werd teruggevonden.” Nu pronkt  het  beeld  in  het  café,  en  jaarlijks  ‘loopt’  Pogge  mee  in  de  carnavalsstoet,  gedragen  als  een  christusbeeld tijdens een processie. Debroe vertelt het verhaal van Pogge alsof hij er zelf bij was. Zijn ogen  blinken.  Ik  vraag  hem  hoe  hij  met  dit  café  en  met  Pogge  in  contact  is  gekomen.  “Dat  is  nog  niet  zo  lang.  Toen ik veertig werd, ging ik op zoek

Het verhaal van Pogge is herkenbaar voor de gewone mens, het doet mijmeren over het simpele leven naar een authentieke plek om dat te  vieren; ik wou niet om het even welke zaal of café. Deze plek was me tot  dan toe nog niet opgevallen, wellicht  ook  omdat  het  geen  hoekcafé  is.  Ik  kwam in contact met Jules Vangeele,  de  huidige  eigenaar  van  Les  Trois  Rois, dat in 1997 de deuren had gesloten.   Julo,  de  roepnaam  waarmee  hij  overal  bekendstaat  in  het  dorp,  zou je eigenlijk een beetje als de hedendaagse  Pogge  kunnen  beschouwen. Je bent ook klein, hé, Julo,” zegt  hij  tegen  Vangeele,  die  ook  in  het  café aanwezig is. “Zal ’t gaan, ja? Ik  ben wel een meter drieënzestig, hé,”  antwoordt  Vangeele  met  een  fl inke  snuif  Brusselse  z  wans.  Debroe  gaf  zijn  verjaardagsfeest  uiteindelijk  in  dit café, dat anders maar sporadisch  –  bijvoorbeeld  met  Scharnaval,  het

Schaarbeekse  carnaval  –  nog  eens  de  deuren  opent.  Het  werd  een  legendarische avond, maar vooral ook  het begin van een passie.

Generatie op generatie   angeele  deed  een  generatie  terug  V wat  Debroe  nu  doet.  Hij  nam  het  café over in 1967 en blies de vergeten  legende  van  Pogge  nieuw  leven  in.  Het  hele  café  hangt  of  staat  vol  met  fotolijsten,  bekers  en  artikels  die op de een of andere manier verwijzen  naar  het  verloren  gewaande  Schaarbeekse volksleven. Toen Vangeele  in  1997  de  deuren  sloot,  was  hij al uitgegroeid tot een dorpsfenomeen. Iedereen kent de Prins Carnaval van 2006. Zo ging het wel vaker:  soms leek de legende een stille dood  te  sterven,  maar  tot  op  heden  werd  ze  telkens  opnieuw  weer  opgerakeld. Tot slot: wat mogen we verwachten  op Erfgoeddag, en wat hopen ze die  dag teweeg te brengen? Debroe: “We  plannen  verschillende  buurtwandelingen  met  gidsen.  Julo  zal  voor  de  gelegenheid  het  café  nog  eens  openhouden.  Mijn  schoonmoeder  zal  lokale  gerechten  en  soep  bereiden. Daarnaast zullen de fanfare en  de  marionetten  een  prominente  rol  spelen  langs  het  parcours.  In  Zaal  Vermeulen,  Espace  Vogler  en  de  cafetaria  van  het  zwembad  Neptunium  zullen  diaprojecties  getoond  worden,  samen  met  verschillende  aspecten  van  het  Schaarbeekse  volksleven  en  de  legende  van  Pogge.” Debroe hoopt dit stukje erfgoed met  zijn  ambitieuze  project  opnieuw  de  plek te geven die het verdient. “Want  het zou jammer zijn als dit authentieke materiaal na Julo’s dood in de  vergetelheid raakte.” Tuur De Moor De cafébespreking van Les Trois Rois leest u deze week in Agenda

BruSSEl En dE WErEld culinair ontdEkt

Keukenhelden Schrijf eens iets over helden, vroeg iemand. Het is volgend weekend immers Heldendag, pardon, Erfgoeddag, maar dit jaar met ‘helden’ als thema. Een  kritisch  mens  loopt  niet  zo  hoog  op  met  helden.  Helden  missen,  net  als  fastfood,  al  te  vaak  diepgang.  Ze  hebben  ooit  iets  verwezenlijkt  wat  uitzonderlijk, moedig of populair is, maar bij nader  inzien blijkt het vaak te gaan om mensen met ook  kleine kantjes, naast de ‘vijf minuten onsterfelijkheid’ die ze ooit verdienden. Voorbeelden? Newton was een van de groten uit de  geschiedenis van de wetenschap. Maar voor al zijn  genialiteit  bleek  hij  een  hoog  gehalte  ‘verstrooide  professor’  in  zich  te  hebben.  Zo  zou  hij  ooit  voor  zijn poezen individue le kattenluikjes hebben uitgezaagd in de deur, één voor mama poes en één voor  elk  kleintje.  Hij  zetelde  enkele  jaren  in  het  Britse  parlement,  maar  het  enige  spoor  in  de  verslagen  is  zijn  vraag  om  het  raam  dicht  te  doen  tegen  de  tocht. Helden zijn zelden altijd groots. Of zeker niet  groots op elk gebied. Linus  Pauling  won  tweemaal  een  Nobelprijs.  Hij  was een van de belangrijkste chemici uit de geschiedenis en daarbij een vredesactivist aan de zijde van  Einstein.  Maar  op  latere  leeftijd  ontwikkelde  hij  een bizarre passie voor vitamines (vooral C), die zo  gek werd dat zijn vroegere aanhangers met plaatsvervangende schaamte over hem gingen praten. Darwin deed het dan veel beter. Hij begon zijn leven  als verwaand rijkeluiszoontje, maar evolueerde tot  vriend van gewone matrozen en boeren, die oor had  voor  elke  mening  en  vrijwillig  vrederechter  werd.  Hij werkte bang en in het geheim aan zijn theorie,  jarenlang,  wetende  dat  zijn  ontdekking  pijn  zou  doen  aan  heel  de  maatschappij.  Eigenlijk  was  hij  een lafaard, maar toch ook een held. Maar ik moet het over eten en voedsel hebben. De  allergrootste  in  de  geschiedenis  van  voeding  en  gezondheid  is  zonder  twijfel  Louis  Pasteur.  Zo’n  honderdvijftig  jaar  geleden  legde  hij  de  grondslag  voor de voedselveiligheid. Hij ontdekte wat er mis  kon  gaan  in  het  maken  van  wijn  en  bier.  Vandaag  lijken  dat  luxeproducten,  in  zijn  tijd  waren  dat

fundamenten van het volksvoedsel. Hij bewees dat  ziektes, plagen en bederf niet spontaan ontstonden,  zoals velen dachten, maar het gevolg waren van besmetting  door  micro-organismen.  Hygiëne  en  beschermde producten (pasteurisatie) hebben eeuwen  van leed opgelost. Al zijn we vandaag wat te ver gegaan in onze drang naar hygiëne, dat kon de halfgod  uit Arbois nog niet weten. Door Pasteur ging de  wereld  van  de  voedselproductie  er  helemaal  anders uitzien. Pasteur bewees ook dat Nicolas Appert gelijk  had.  Appert,  die  zeventig  jaar  eerder  was  geboren,  is  binnen  de  geschiedenis  van  de  voeding  mijn  grootste  persoonlijke held. Dat schreef ik al twee jaar geleden  naar  aanleiding  van  de  tweehonderdste verjaardag van zijn meesterwerk   Le livre de tous les ménages.  In  dat  boek  deed  hij  de  techniek  van  het  steriliseren  uit de doeken. Pasteur  was  de  zoon  van  een  leerlooier,  Appert de zoon van een hoteluitbater. Appert werd  kok  en  traiteur,  maar  ontdekte  door  hard  experimenteren  dat  voedsel  bewaard  kan  worden  in  hermetisch  gesloten  potten  van  glas  of  blik,  door  het  voldoende lang te verhitten. We kunnen ons nauwelijks  meer  voorstellen  wat  die  uitvinding  betekend  heeft voor de mensheid! Veilig voedsel dat voor onbepaalde  tijd  bewaard  kan  worden  zonder  koeling,  zonder elektriciteit, zonder moeite. Appert heeft zo  miljoenen mensen van de hongerdood gered en ons  erwtjes en asperges buiten het seizoen gegeven. In  tegenstelling  tot  Pasteur,  die  alle  nationale  eer  van de Republiek kreeg, stierf Appert straatarm en  verlaten, maar hij had nooit gestreefd naar persoonlijke eer. Hij wou alleen de mensheid helpen. En dat  heeft hij gedaan. Dát is een held. Bestaan er dan ook Belgische/Brusselse voedselhelden? Het zijn niet noodzakelijk Pasteurs of Apperts,  maar in de volksmond mogen we ze toch wel als helden bestempelen. Waarom eens geen helden zoeken in de tuinbouw?  Ons landje heeft altijd een belangrijke rol gespeeld  in het veredelen van groenten en fruit. Men vertelde  mij  dat  in  verre  buitenlanden  tuinbouwscholen  bestaan  die  V   ilvoorde  heten,  uit  bewondering  voor

Hoog tijd om een standbeeld voor witloofkweker Frans Breziers op te richten aan de Botanique, of voor mijn part op het Colignonplein onze  eigenste  ‘staatstuinbouwschool’  vlak  bij  de  stad.  Een  wat  verwaarloosde  instelling  vandaag,  maar toch een internationale heldenplek. Misschien  mag ik dan ook Jan Lammers vermelden. Lammers  was een tuinder uit Schaarbeek die tijdens de Belgische omwenteling per ongeluk het forceren van witloof ontdekte. Hij zou een voorraad cichoreiwortels  hebben  verstopt  tegen  (Nederlandse?)  plunderaars,  onder een laag aarde in de kelder. Tot zijn verbazing  kwamen er lekkere witte kroppen uit. De timing van  het verhaal doet vermoeden dat het hier om een mythe  gaat,  maar  Helden  hoeven  ook  weer  niet  altijd  echt bestaan te hebben. Zekerder  is  dat  een  andere  Schaarbekenaar,  Frans  Breziers,  de  cultuur  van  witloof  perfectioneerde  in  de kelders van de Kruidtuin. Hoog tijd dus om een  standbeeld op te richten aan de Botanique, of voor  mijn part op het Colignonplein. O, en voor de rest:  smakelijk. nick.trachet@bdw.be de hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet


BDW 1325 PAGINA 24 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Sayon Bamba: “Ik ben geen jong meisje meer, ik ben begaan met de toekomst van mijn kinderen, en bij uitbreiding van alle kinderen. Ik wil dan ook meer op het terrein gaan werken, aan de dingen die er voor mij toe doen.”

© ABDER

Sayon Bamba, zingend zeggen waar het op staat

‘Als we zo doorgaan, is Afrika één groot stort’ EVERE – “Mijn kinderen zijn mijn grote kracht. Perhan, Marie Zado en Seydou geven mij zin om ’s ochtends op te staan, en om in mijn muziek de dingen te zeggen die ik zeg. Dikwijls is dat confronterend, maar tant pis als het anderen niet bevalt: ik blijf het doen, met luide stem. Onder meer voor hun toekomst. Ik hoop dat andere ouders het ook doen voor hun kinderen.” De Guinese zangeres Sayon Bamba is opgegroeid in Conakry en belandde via Marseille in Brussel.

S

ayon Bamba heeft keihard moeten vechten om te mogen zingen, om haar passie met hart en ziel te beleven. “De meeste Afrikaanse zangeressen komen uit traditionele muzikale kringen. In hun familie is er altijd wel iemand die met muziek bezig was. Niet zo bij ons thuis. Mijn vader is een intellectueel. Hij behoorde als piloot tot de entourage van Sékou Touré, de eerste president van onze jonge republiek. Thuis sprak mijn vader Frans, terwijl Touré de nationale talen propageerde,

en hij stuurde ons ook naar de Franse nonnenschool. Met in het achterhoofd: Guinee wil niets meer weten van de kolonialisten, maar ik wil hun taal beheersen. De taal van de duivel, zodat ik kan begrijpen wat de duivel me zegt. Niet alleen Frans spreekt hij, ook Engels, Russisch, Portugees. Openheid, de dialoog aangaan, begrijpen.” “Mijn moeder is altijd huisvrouw geweest, maar geen gewone. Al heel jong had ze een medische opleiding gevolgd, en toen we nog

klein waren, is ze opnieuw gaan studeren: farmacie, zes jaar lang.” “Hun droom voor mij was dat ik stewardess zou worden. Goed de kost verdienen, een stuk van de wereld zien: voor vader was dat dé vrijheid voor een vrouw. Hij zei me ook: ‘Je hebt een oor voor talen.’ Ik zei dan: ‘Een muzikaal oor, ja.’ In het eerste had hij gelijk – ik spreek bijna vijf talen van mijn land –, het tweede wilde hij niet horen. Maar ik had mijn willetje. Ik zong op schoolfeesten, speelde toneel,

profiteerde van elke gelegenheid om thuis weg te zijn. Mijn ouders lieten me mijn gang gaan, op één voorwaarde: het goed doen op school, waar ik wiskunde-wetenschappen studeerde. Ik héb het goed gedaan, maar zodra ik mijn diploma in handen had, zei ik: ‘Nu is het genoeg geweest, ik wil van de muziek leven.’ Mijn vader was in alle staten: ‘On a jeté un sort à ma Sayon! Ze moet behekst zijn!’” “Een bijkomend obstakel was dat ik een Camara ben, en de Camara zijn krijgers; die worden niet verondersteld muziek te maken, dat is voor de griots. Omdat de geschiedenis het zo wil. Ik heb echt moeten knokken om de microfoon in handen te krijgen. En als het dan toch eens lukte, werden de griots bevangen door angst. Maar ik was altijd daar, en ik leerde door te luisteren. En toen – toen viel al-


BDW 1325 PAGINA 25 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

les op zijn plaats. De leider van de befaamde Amazones de Guinée – die van grote betekenis zijn geweest voor de ontvoogding van de Guinese vrouwen – vroeg me als leadzangeres, én ik kreeg ook nog eens een rol in een stuk van het Théâtre National de Guinée. De bal was aan het rollen.” “Ondertussen zijn mijn ouders helemaal bijgedraaid. Trots. Ik heb zelfs ontdekt dat vader alles bijhoudt van wat ik als artieste in Guinee heb gedaan. Zelfs de slechte recensies. En als hij me belt en op het antwoordapparaat terechtkomt, dan zingt hij.” “Ik leef nu al vijftien jaar van mijn kunst, heb

“Mijn vader stuurde ons naar de Franse school. Vanuit het idee: ik wil de taal van de kolonialist beheersen. De taal van de duivel, zodat ik begrijp wat de duivel me zegt” drie platen op mijn naam, en aan optredens is er geen gebrek. Ze zien dat ik mijn plan trek en dat ik goed kan zorgen voor mijn kroost.”

Liefde doet verhuizen

© HAAGS UITBURO

Met het Théâtre National de Guinée deden Sayon Bamba en haar collega’s als eersten in hun land aan straattoneel. “Het is de beste school: daar leer je echt hoe je de aandacht van de toeschouwer te pakken moet krijgen.” “We hebben samengewerkt met Generik Vapeur, een gezelschap uit Marseille, en zo heb ik Gino Rayazone leren kennen, een jongleur. Toen ik een jaar later de kans kreeg in Marseille deel te nemen aan de Nuits Métis, sloeg de vonk helemaal over en ben ik gebleven.” “Daar in Marseille heb ik mijn eerste zoon ter wereld gebracht. We leefden er zo’n beetje van de hemelse dauw: met zijn drieën in een caravan, piepklein, waar ik thuis in Conakry een heel grote kamer voor mij alleen had. Makkelijk was het niet, maar het was een opwindende periode. Ik heb daar van de mooiste jaren van mijn leven beleefd. Prachtig toch als iemand als Manu Chao zomaar even komt aankloppen om samen iets te gaan drinken. De stadsmens in mij hield ook van de energie van Marseille, al was het spijtig dat veel men-

Sayon Bamba over Miriam Makeba: “Haar muziek en haar kracht als vrouw hebben me geholpen om mezelf niet als bizar te zien, omdat ik niet was zoals de anderen.”

sen weinig respect aan de dag legden voor hun habitat. En dat geldt helaas ook voor Brussel.” Conakry werd dus verwisseld voor Marseille, Marseille voor Brussel. Alweer door de liefde voor een man. “Brussel fascineerde me al langer. Ik had echt zin om de stad beter te leren kennen. En die kennismaking was een verademing. Ik hou van deze stad. Omdat de mensen discreter zijn dan in Marseille, minder flamboyant, minder confronterend. Ze nemen de tijd als je ze leert kennen, ze leggen geen druk.” “Vriendschap met respect voor elkaars ruimte: dat levert gezonde verhoudingen op; niets is geforceerd. Het ging en gaat me veel beter af dan de brutaliteit die ik gaandeweg de mijne had gemaakt, omdat de anderen om me heen die ook hadden. Brussel is bovendien een inspirerende plek, omdat het zo kosmopolitisch is. Je hebt niet alleen de twee dominerende culturen, de Franse en de Vlaamse, je hebt ook invloeden uit de hele wereld.” En laat ‘openstaan voor invloeden van buitenaf’ nu net een van Bamba’s stokpaardjes zijn. “Ik heb veel gereisd, veel gezien, veel in me opgenomen. Ik ben in Colombia geweest, Mexico, Azië, ik heb door India getoerd. Ik ben in Algerije geweest, in landen in Oost-Afrika, in verschillende Europese landen. Het heeft van mij een wereldburger gemaakt, niet de Afrikaanse vrouw van vroeger. Niet de Afrikaanse vrouw die zegt: ‘Bij ons is het zo, punt.’ Wel de Afrikaanse vrouw die openstaat voor het andere. Dat zet zich door in mijn nummers: ik laat me beïnvloeden door uiteenlopende genres, ik probeer een ontmoeting tot stand te brengen tussen de muziekculturen van Afrika en Europa. En zo probeer ik ook mijn drie kinderen op te voeden. Niet als een kind van Afrika, wel als een kind van de wereld. Keuzes maken met een open blik. Niemand weet hoe de wereld er binnen tien jaar uitziet, alles is mogelijk. Daarom mag je de ogen niet sluiten voor het leven van de anderen, hun lot, hun cultuur.” Ook engagement draagt Bamba hoog in het vaandel. Voor een betere wereld voor kinderen, een betere wereld voor de vrouw. “Ik ben geen jong meisje meer, ik ben begaan met de toekomst van mijn kinderen, en bij uitbreiding van alle kinderen. Ik wil dan ook nog meer gaan werken op het terrein voor de dingen die mij interesseren. Meer terreinwerk, minder optredens. Waarom kunnen wij de problemen van de kinderen niet oplossen? Waarom moeten er nog zoveel kinderen ongelukkig zijn? Waarom lijden nog zoveel kinderen dag in, dag uit honger? Waarom moeten kinderen in sommige landen slavenarbeid verrichten om de rijken in luxe te laten leven? Waarom worden er sommige Afrikaanse landen nog altijd jonge meisjes ritueel verminkt?” “Daarom heb ik in november vorig jaar in Conakry een ‘kunstkaravaan tegen besnijdenis’ gehouden. Zonder enige subsidie. Daarmee protesteer ik tegen de besnijdenis van jonge meisjes. Alles zelf betaald, zes gratis concerten gegeven. Prachtig vond ik dat het publiek bijna uitsluitend uit jongeren bestond. Het was een ander publiek dan ik gewend ben, geen kenners. Een nieuw publiek, aan wie ik een belangrijke boodschap kon doorgeven.” “Ik wil in mijn nummers Afrika tonen zoals het is, met zijn minder mooie kanten. Het postkaartje van Afrika interesseert me niet. Als ik in een clip zing over een meisje dat verliefd is, dan doe ik dat op een vervuild strand, plasticzakken in het rond. De hedendaagse realiteit van Afrika is niet die van de mooie landschappen, wel het Afrika dat steeds meer vervuild geraakt. Als we zo voortgaan, wordt het één groot stort. Ik ben daar opgegroeid en ik zeg: ‘Het moet stoppen!’”

Karel Van der Auwera

De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ingesprekmet

FREDDI SMEKENS Vertelle

T

ijd om iets over vertelle aan de lezer mee te geven. Of beter gezegd: vè er maain gedacht neki auver te zegge. Na de tijd dat de dieren nog spraken, is vertelle de mens eigen geworden, evenals lache en kloege, denk ik. Ons begrip vertelle bestrijkt zuu ne gruute territoir dat diene territoir noodgedwongen ingedeeld moet worden. Maar laten we beginnen met het feit dat ieder van ons altaaid eet te vertelle heit. Niet dat we dat daarom ook voortdurend doen; de lezer zal het met mij eens zijn dat da mo tristig zou zaain. Vandaar dat we, gewild of niet, af en toe een pauze inlassen. In dat geval gewagen we van het feit dat we niks te vertelle hemme, maar gelukkig is die onderbreking meestal maar van korte duur. Graag even terug naar de onderverdeling van vertelle. Die kan gaan van redeneire, zievere, zoege, kloege, ooitlegge... – om maar die paar varianten te noemen. We vergeten daarbij niet dat vertelle niet altijd op een orale manier hoeft te gebeuren. Het kan ook met lichaamstaal, met de ogen, de neus, de handen, en zoals lezer dezes intussen gemerkt heeft, ook schriftelijk. Maar de spreektaal is uiteraard de meest aangewezen en adequate wijze om iets te vertelle. Neem nu een mop. Eigenaardig genoeg moet men daarbij een aantal beleefdheidsregels in acht nemen. Pak bijvoorbeeld nooit uit met “Dei ken ik al!” wanneer de tapper in kwestie net met zijn mop begonnen is. Ook de uitspraak “Ah, wacht neki! Ik ken oek ’n gooj, mo ik kan gien moppe onthaave...” is uit den boze. Geef steeds de indruk het vertelselke good te vinne, ook al hebt u het al twintig keer gehoord. Lees ook nooit een mop uit een boekje voor. Inderdaad, waarde lezer, een goede mop moet met inzet, overtuiging  en het liefst ook enige mimiek getapt worden. Anders is het misschien wanneer het om een sprookje gaat. Voorlezen kan hier wel degelijk het eigenlijke vertelle vervangen. En over voorlezen gesproken, waarde lezer: een van de tofste ervaringen die ik ooit als verteller heb mogen meemaken, was als poëet achter een microfoon staan voor

een uitgelezen publiek. Dat gebeurde dan tijdens poëzieavonden en dito happenings. Ik herinner me verteller geweest te zijn tijdens Mallemunt, in Vorst Nationaal, de Beursschouwburg en andere, niet mindere, culturele vestigingen. Het ging mij er als verteller-dichter minder om het publiek op mijn hand te krijgen, dan wel om dieper liggende gevoelens los te weken. “Ge zaa gaa ne giele loswieker,” hoor ik daar sarcastisch opmerken... Vertelle als kunst dus. Vandaar onder andere ook de uitdrukking vertelkunst. Alle kunsten hebben hun vertellers. Neem nu de zangers. “Ah! De chanteurs zaain masscheen de beste vertellers dee er bestoen,” denk ik dan bij mezelf. Natuurlijk vertellen zij onvermijdelijk haast altijd over liefde en vriendschap. Gelukkig maar, want weitenschappelaaike boeke weude doe auver ni geschreive. Toch ni da ’k weit. Aan de andere kant zie ik ook moeilijk een songtekst over de oerknal of de ontdekking van de stoommachine op het luisterpubliek afgevuurd worden. Da klinkt masscheen ni serieus, mo het es het toch. En nu we het hier net toch over de wetenschap hebben: ook zij heeft, bij monde van haar vorsers en ontdekkers, eet te vertelle gehad. Natuurlijk op een minder subtiele manier dan bij de artiest, maar zeker ook niet minder boeiend of aantrekkelijk. Was ’t na Galilei of Copernicus dee gezeid heit: “En toch drooit ze”? Sloeg ma duud, ik weit het nemi. In elk geval: Darwin en Newton woere het ni. Hoewel... nu men mij op een schampere toon vraagt of ik van da leste wel gielegans zeiker ben, begin ik zelfs daaraan te twijfelen. De wetenschapper slaat aan het vertelle door aan te tonen, te demonstreren, te bewijzen, en nog vele andere spitsvondigheden meer. Hij is in die zin een verteller dat hij ons voorleest uit het sprookjesboek van het heelal en de microkosmos. “Mo woe blaaft daan dat hoele?!” vraagt men  zich dan af. Awel, waarde lezer, ik moon zegge da ’k het ma oek afvroeg. Maar in elk geval: auver vertelle ben ik nog ni ooitgesprauke.

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Lien Annicaert (lien.annicaert@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.490 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw. be), Tuur De Moor (tuur.demoor@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo@bdw.be), Patrick Jordens (patrick. jordens@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny.vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele@bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd. hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Freddi Smekens, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw.be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).


BDW 1325 PAGINA 26 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Dans > België ontdekt Michel Froget op Ultimate dance battle

‘Typisch Michel dankzij invloeden van overal’ BRUSSEL – Danstalent uit de Lage Landen schittert dezer dagen op het televisiescherm in The ultimate dance battle. Een van de vijf choreografen die hen onder handen nemen, is Michel Froget (39). De uit Aalst afkomstige danser heeft als wereldburger een boontje voor Brussel en zette er een belangrijke stap in zijn rijke carrière.

‘I

k ben pas op mijn zestiende met dansen begonnen,” vertelt Froget. “Als zoon van een Aalsterse moeder en een vader uit Madagaskar werd er wat anders van mij verwacht. ‘Venten zijn niet gemaakt om te dansen’: in die zin. Nochtans deed ik tijdens mijn jeugdjaren regelmatig mee aan playbackshows als Michael Jackson. Maar danslessen, daar was geen sprake van.” Tot zijn zestiende verjaardag dus. Froget begeleidde – “als morele steun” – zijn neef naar een auditie voor de dansschool van Patrick De Coninck. Ter plaatse besloot hij deel te nemen. Zonder enige voorbereiding. Maar de goesting droop eraf, en zijn danscarrière was gelanceerd. “Binnen het jaar mocht ik al dansles geven aan de kinderen. Mijn evolutie is echt ongelooflijk snel gegaan. Ik was ook snel op televisie te zien. Het waren de hoogdagen van Tien om te zien: daar heb ik het metier geleerd. Behalve danser was ik er ook onder meer

de  CLUB

percussionist en zelfs sologitarist voor Bart Kaëll, als figurant welteverstaan. Shows als Margriet aan zee of optredens van Belle Perez: onze dansschool heeft altijd een belangrijke rol gespeeld in wat er als variété op tv kwam.” De ontmoeting met de danseres Isabelle Bequet veranderde Frogets leven. Bequet is een referentie in ballet en jazz, en zij werd zijn

“‘Venten dansen niet’: als zoon van een Aalsterse moeder en een vader uit Madagaskar werd er wat anders van mij verwacht”

mentor. Als achttienjarige volgde hij haar blindelings en belandde hij in Brussel, waar hij een vijftiental jaar zou wonen. “Isabelle heeft me heel wat techniek en knowhow bij-

Bruxelles Royal Yacht Club (Bryc)

Zeilen met een royaal tintje BRUSSEL – Wie de wind in de zeilen wil, is bij Bruxelles Royal Yacht Club (Bryc) aan het juiste adres. De prestigieuze club biedt een hele waaier sportieve activiteiten aan, maar die zijn niet altijd even bekend.

Parc des Princes dansten we bijvoorbeeld voor zeventigduizend man met A+, die toen een hit had met ‘Enjoy yourself’.”

Muziekvertaler Toen Froget naar de dertig liep, begon het te kriebelen. Hij wou al de knowhow, al de energie die hij in Frankrijk had opgedaan, naar België overbrengen. “Ik ben beginnen experimenteren. Een statement durven maken, dingen doen die ik op dat moment pertinent vond. Met al de invloeden die ik ben tegengekomen, maakte ik iets persoonlijks. Die smeltkroes zorgt ervoor dat je nu een choreo­ grafie van Michel Froget kunt herkennen. Ik ben ervan overtuigd dat een choreograaf een

geval kunnen ze bijvoorbeeld aansluiten bij de zeescouts, die hun lokalen iets verderop aan het kanaal hebben.” “Met de vzw Maritiem Atelier proberen we boten die weinig bewegen, te renoveren met subsidies. Die worden dan gratis ter beschikking gesteld van jongeren, zodat zij ook met grotere schepen kunnen varen.” De Bryc biedt naast de praktijklessen ook een theoretische zeilschool aan, waar drie categorieën brevetten voorbereid kunnen worden. De examens zelf worden afgenomen in Oostende. Wie in de hoofdstad wil leren zeilen, komt bijna automatisch bij de Bryc terecht. Maar behalve de inleiding tot het zeilen is het moeilijk de © MARC GYSENS

De verre buren van koning Albert II hebben in hun rijke geschiedenis altijd een innige band gehad met de koninklijke familie. Zo lag het jacht van Leopold II voor anker in de marina van de Bryc en getuigt een wapenschild nog van de privédoorgang die het koninklijk paleis met het clubhuis verbond. Vandaag is die link grotendeels verdwenen, al was de koning er wel bij toen de club in 2006 haar honderdste verjaardag vierde. “Velen kennen onze club door ons clubhuis, een gebouw met karakter,” vertelt bestuurder Nicolas Joschko (51). “Het heeft de charme van een oude dame, maar het nadeel is dat de onderhouds- en renovatiewerkzaamheden soms ingrijpend zijn. De haven is een beetje verouderd en we zouden graag ingrijpen.” De verbrandingsoven tegenover het clubhuis geeft het water heel het jaar door een temperatuur van elf graden of meer, waardoor de

Brusselse jachthaven een overwinterhaven is. Er liggen vandaag meer dan honderd boten. Maar de Bryc is veel meer dan het clubhuis en de marina. “We hebben een zeilschool voor acht- tot dertienjarigen, pagadders die bijvoorbeeld met optimistjes zeilen. Dat is vooral om hen zin te geven om verder te gaan. In dat

gebracht. Zij heeft me snel georiënteerd, waardoor ik weinig tijd heb verloren in de verkenning van de danswereld. Die opleiding heeft deuren voor mij geopend.” “Jarenlang was ik in de leer bij Isabelle, ik volgde zowat al de lessen die ze gaf. Op een bepaald moment was ik haar muze. Ondertussen was ik nog in de showbizz bezig met de dansschool van Aalst. Snap, 2 Unlimited, noem maar op, ik heb voor allerhande groepen gedanst. Maar op mijn 26ste kwam ik tot de vaststelling dat ik op eigen vleugels verder moest en in de praktijk moest omzetten wat ik in de zaal had geleerd. Ik werd uitgenodigd voor een auditie bij een Franse ploeg die veel voor tv werkt, en ik werd aangenomen.” In Frankrijk kwam Froget terecht in een zee van ervaring en talent. Hij stond ineens naast zijn voormalige leraars en werd constant geïnspireerd. “Een topper als Bruce Ykanji maakte bijvoorbeeld deel uit van de groep. Hij is vandaag verantwoordelijk voor de grootste Europese battle-wedstrijd. Er was ook een balletdanseres die deel uitmaakte van het gezelschap van Reda, een van de grootste Franse balletchoreografen. Al die mensen gaven me hun knowhow en filosofie door. Er was een wisselwerking, heel inspirerend. Ik ben er echt gegroeid als danser en als performer. We hebben tournees gedaan, in videoclips gedanst. In het Parijse

Door de verbrandingsoven heeft het water heel het jaar door een temperatuur van elf graden of meer, waardoor de Brusselse jachthaven een overwinterhaven is.

sport voluit te beoefenen. Daarvoor zijn het drukke kanaal en de nabijgelegen Budabrug te grote stoorzenders. Toch mag de club in één adem met topsport genoemd worden. “We zijn actief op regatta’s. Dat zijn dan mensen van de Bryc die hun boten in de buurt van de zee hebben, waar het gemakkelijker is om de sport te beoefenen. We ondersteunen ook zeilers financieel en logistiek: mensen die het vaandel van Brussel hoog houden in internationale competities. Als club vinden we het belangrijk om ons hiervoor in te zetten. Met Lander Balcaen en Wannes Van Laer sponsoren we ook twee jongens die kans maken op de Olympische Spelen van Londen.” Een jachtclub roept bij sommigen exclusiviteit en prestige op, maar dat wil Joschko niet horen. De Bryc doet er alles aan om zich open te stellen. “Skippers die willen uitvaren maar geen bemanning hebben, kunnen rekenen op een bemanningsbeurs. Mensen die het geld niet hebben om een boot te kopen, krijgen zo de kans om mee te varen.” “Je vindt hier een goed evenwicht. Je kunt prestigieus komen eten in het clubhuis, maar we hebben ook oog voor het democratiseren van zeilen en varen. De club is lang een cocon geweest die weinig communiceerde. Het is weinig bekend dat we hier een zeilschool hebben en dat er tijdens de vakanties ook zeilstages zijn. Daar willen we verandering in TS brengen.” www.bryc.be


BDW 1325 PAGINA 27 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

© VTM

David Steegen De ovatie

Michel Froget (r.) met de andere choreografen van Ultimate dance battle. “Bij Tien om te zien heb ik het metier geleerd. Behalve danser was ik er ook onder meer percussionist en zelfs sologitarist voor Bart Kaëll.”

muziekvertaler is. Die muzikaliteit, die harmonie heb ik wel.” Als dertiger ging Froget wat meer achter de schermen werken om plaats te ruimen voor het jonge geweld. Zo begon hij met Musicals from the heart en is hij in Brussel verantwoordelijk voor Dirty Ballet en de dansstages van Dance Academy 2. Onlangs stond hij weer op de planken als danser van Natalia en kreeg hij de smaak opnieuw te pakken. “Ik zag er aanvankelijk wat tegenop, met al die jonge gasten. Maar het is goed meegevallen, ik heb mezelf verrast. Ik wil weer meer dansen.” “Een nieuwe challenge ben ik ook aangegaan met The ultimate dance battle (dansprogramma op VTM, TS). Het spreekt me wel aan omdat

de choreografen eens in het licht worden gezet. Je hebt dan wel een zekere reputatie, maar daar moet je het waarmaken. Het is een risico. Het is interessant omdat je jong talent, andere genres en nieuwe collega’s ontdekt. Je leert bij en dat is nodig, want als je aldoor met je eigen ding bezig bent, sluit je je automatisch af.” Froget ziet zichzelf als een jonge choreograaf. Ondanks zijn maturiteit heeft hij nog veel te vertellen. “Een droom zou zijn om een eigen stuk voor te stellen dat pertinent genoeg is. Een soort This is Michel Froget. Je zoekt op een bepaald moment bevestiging: ‘Heb ik wel iets te vertellen?’”

Tim Schoonjans

Winnen is een must, en elke overwinning is normaal. Zo is het sinds de onvergetelijke Sinibaldi-jaren in de jaren 1960. Royal Sporting Club Anderlecht is nooit weggelopen voor haar ambities. De norm is om succesvol te zijn. Zowel voor de mensen van de club als voor de buitenwereld. Een gelijkspel veroorzaakt gemor; bij verlies is het regelrechte crisis. Dat is het zelfbepaalde lot van Sporting Anderlecht. De club uit west-Brussel staat al bijna het volledige seizoen aan de leiding. Sinds 1 oktober 2011 al. Sinds enkele weken sputtert de motor. Stress en spanning remmen de prestaties af. Elke club kent wel eens een dipje. Het zuurverdiende punt in Luik en de overwinning tegen AA Gent hebben de club op de eerste plaats gehouden. De start van de finaleronde was matig tot slecht – een inspiratieloos gelijkspel tegen KV Kortrijk – en het thuisverlies tegen KRC Genk, het eerste in bijna een jaar tijd, doet pijn. Hoewel. Het bestuur van paars-wit kan objectiveren. Tegen de Limburgers was de mentaliteit er (wat een verschil met de eerste inspiratieloze play-offwedstrijd tegen Kortrijk!), en enkele sterkhouders zijn uit vorm. Genk was slimmer en Kevin De Bruyne is sinds enkele weken de allerbeste van het land. RSC Anderlecht heeft jarenlang naar de roodharige middenvelder gelonkt. Sinds zijn elfde levensjaar. Alles werd uit de kast gehaald om het godenjong naar de hoofdstad te lokken. Tevergeefs. Telkens kwam er roet in het eten. Eerst was hij te jong om naar Brussel te verhuizen, daarna werd  hij te duur. Vanaf volgend seizoen maakt  hij het mooie weer in het buitenland. Terecht. Of het onmiddellijk in de top van de Premier League zal lukken – De Bruyne tekende enkele weken geleden voor Chelsea FC –, lijkt ons sterk, maar hij is klaar om,

Maar liefst 330 Belgische en buitenlandse spelers tekenen present op wat wellicht het grootste badmintontoernooi van Brussel is. Zij zullen in totaal 550 wedstrijden spelen op 21 april (tussen negen uur ’s ochtends en tien uur ’s avonds) en op 22 april (tussen negen en zes uur). Er staan zowel individuele als dubbelwedstrijden op het programma.

Om al dat badmintongeweld plaats te bieden, worden de wedstrijden gespreid over twee Anderlechtse zalen met samen achttien velden: de omnisportzaal van Erasmus (Lenniksebaan 808) en die van Ceria (Dreefpad 16). Toeschouwers zijn uiteraard meer dan welkom. Overdag zal er op hoog niveau gesport worden, ’s avonds wordt tijd gemaakt voor ontspanning. Zo staat op zaterdagavond een barbecue op het programma, gevolgd door een Big Party. Meer op www.bad79.be. TS

Van noord naar zuid OVER HET WATER BRUSSEL – Op 1 mei zorgen roeiers weer voor spektakel op het kanaal. De jaarlijkse Strokes across the City is een klassieker op de nationale roeikalender. Op 1 mei zullen een vijftiental boten van het noorden naar het zuiden van Brussel varen. De start ligt bij de steigers van organisator Royal Sport Nautique de Bruxelles 1865. Dan volgt een kleine dertig kilometer roeien. Al snel zal er spektakel volgen. In Molenbeek moeten de boten namelijk twee sluizen door.

Even verder wordt in Anderlecht ter hoogte van de Ceria aan wal gegaan om bij de plaatselijke roeiclub een stevige lunch binnen te spelen. Tegen 14 uur vertrekken de roeiers en roeisters in tegenovergestelde richting terug naar het vertrekpunt. De Strokes across the City is een tocht; de roeiers varen dus tegen een niet al te hoog tempo. Ook mensen met niet zoveel ervaring kunnen dus deelnemen. TS www.royal1865.be

www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

ADVERTENTIE

Topwedstrijd met pluimpjes ANDERLECHT – Badmintonclub Bad 79 organiseert op 21 en 22 april haar jaarlijkse internationale toernooi.

à la Courtois, te scoren bij een buitenlandse subtopper. Wat er ook van zij, de nederlaag kwam aan. Maar in tegenstelling tot andere slechte prestaties bleef het thuispubliek dit keer kalm. De jongens van Anderlecht werden voor een keer niet uitgefloten na een nederlaag. Het publiek genoot. Van King Kevin. Een speler naar het hart van het (voetbal)fijngevoelige Brusselse publiek. Toen de begenadigde middenvelder door zijn coach Mario Been naar de kant gehaald werd, voor een publiekswissel, barstte er een oorverdovend applaus los. Nooit gezien. De Bruyne mocht genieten van een ovatie van het hele stadion. Dat gebeurt zelden, een speler van de tegenpartij huldigen die even voordien RSCA met de billen bloot had gezet. Voor De Bruyne gaan de mensen naar het stadion. Als ze waar voor hun geld krijgen, worden de clubkleuren onbelangrijk. Het Belgische voetbal heeft vele smaakmakers. De Bruyne is vandaag waarschijnlijk de grootste. Samen met bijvoorbeeld Dieumerci Mbokani. Mati Suarez heeft het vandaag wat moeilijk, Milan Jovanovic zoekt naar zijn beste vorm, Lucas Biglia worstelt met een kleine vormcrisis. Dat komt allemaal wel goed. Geen twijfel mogelijk. Olie drijft altijd boven. Talent ook. Zondag volgt de moeilijke verplaatsing naar Brugge. Ze zullen moeten opstaan, de vedetten. Het talent zal het verschil maken. Wie dat niet gelooft, is een doemdenker. Eén ding is zeker. Het publiek van RSCA kent iets van voetbal. Dat heeft hun respectvolle behandeling van Kevin De Bruyne bewezen.

Reserveren vanaf 17/4 --------------------------------Actie 2/5 vanaf 18/5 tot ----------------------------------------------------------------

Nodig een minderbedeelde uit aan je restauranttafel. Meer info via www.tvbrussel.be/fleskebonheur

of via de deelnemende restaurants Henri 02/218 00 08 Amor Amor 02/511 80 33 L’Autre Cantina 02/644 97 77 La Marée 02/511 00 40 Le Grain de Sel 02/648 18 58 Ploegmans 02/503 21 24


zaIE

AFLEVERING 4

OR IEDE

Z

RE

A

WAT EEN JOB!

R • BD W

VO

O T 13 J T A 9

BDW 1325 PAGINA 28 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

De brandweerman/duiker

‘Als het brandt, wil ik erbij zijn’

DOOR PATRICK JORDENS

EN VAN

‘E

© SASKIA VANDERSTICHELE

en held, ik? Nee hoor, ik probeer gewoon zo goed mogelijk mijn werk te doen.” Dat zegt Rudy Denayer, al twintig jaar in dienst bij de Brusselse brandweer. Daar werkt hij ook vaak als... duiker! Hoe Rudy erin slaagt water en vuur te verzoenen, vertelt hij aan Zazie.

Rudy (R): Ik doe het werk waar ik als kind al van droomde. Wij woonden vroeger in Anderlecht, op vijftig meter van het kanaal. Bij mooi weer gingen we elk weekend langs het kanaal wandelen, mijn ouders en hun vijf kinderen. Daar zag ik altijd de duikers van de brandweer oefenen. Ik vond dat machtig om te zien. Die mannen kwamen precies van een andere planeet, met hun zwarte pakken aan en al die apparatuur. Vijf jaar was ik, maar ik wist perfect wat ik later wilde worden. En het is nog gelukt ook! Daarvoor moest je natuurlijk eerst bij de brandweer binnen geraken. Hoe ging dat? R: Je moet veel tests doen, vooral lichamelijke en psychomotorische proeven. Een voorbeeld: in 45 seconden een dertig meter lange brandweerladder op klauteren. Als je boven bent, moet je je aan de hoogste trede met één hand vasthouden, en dan naar beneden kijken. Je kreeg maar één kans. Wie niet slaagde, kon zijn droom vergeten. Moet je sportief zijn om brandweerman te worden? R: Ja, je moet een redelijk goeie conditie hebben, en je bent maar beter ook handig. Bij de brandweer werken is meer dan een brand gaan blussen. Soms moeten we bijvoorbeeld ook met de ziekenwagen uitrijden. Er komt ook altijd weer nieuwe apparatuur bij, dus daar moeten we voortdurend mee leren werken. Bang zijn, dat mag hier natuurlijk ook niet... R: Nee, niet echt. Weet je, als de alarmbel gaat en we moeten ons haasten omdat het ergens brandt, dan krijg ik meteen een adrenalinestoot door mijn bloed. Ik wil daar gewoon bij zijn! Eigenlijk is dat raar, want een normale mens loopt direct weg van te veel vuur. Dieren trouwens ook! Maar wij zijn getraind om ernaartoe te gaan. Meer nog, het geeft ons een kick! Je krijgt blijkbaar ook een kick van veel water, want je hebt je uiteindelijk gespecialiseerd in duiken bij de brandweer. R: Ja, ik ben eerst in mijn vrije tijd duiklessen

Rudy Denayer werkt al twintig jaar als brandweerman/duiker. Op de foto maakt hij het teken waarmee hij aan zijn collega-duikers onder water seint dat alles oké is.


BDW 1325 PAGINA 29 - DONDERDAG 19 APRIL 2012

Van autopompen en lansdragers

SA

IG NE

OMER IREBO ©F

Nog een paar interessante dingen die we dankzij Rudy (uit het hoofdartikel) te weten kwamen over de brandweer!

©

[ SORRY ] SNORRY ?

Geen makkelijke job, zeg. Lig je er soms wakker van? R: Mmm, als je er te veel last van hebt, dan kan je beter ander werk kiezen. We praten wel veel onder collega’s over wat we zoal meemaken. Wat ik nooit van mijn leven zal vergeten, is een brand in een appartement

UR

E ERR GU DE

De lansdrager: het lijkt wel de naam van een middeleeuwse soldaat, maar zo heet de brandweerman die als eerste een brandend gebouw moet binnengaan en de brandweerslang draagt. Een brandweerwagen wordt ook een autopomp genoemd. Binnenin is er plek voor vijf tot zes brandweerlieden.

In 2011 waren er 5.000 tot 7.000 oproepen voor brand in Brussel, maar de brandweer-ziekenwagen moest ruim 70.000 keer uitrijden. Meestal voor verkeersongevallen. Bij sommige branden kan de temperatuur oplopen tot liefst 800 °C!! Een brandweerman heeft altijd beschermende kleding aan, en draagt op zijn rug een persluchttoestel. Door dat toestel krijgt hij lucht toegevoerd als hij te lang in de rook moet werken.

Idulfania door Brecht Evens

Om in een drukke stad als Brussel te fietsen moet je een beetje een held zijn. Maar in een kindvriendelijk fiets-atelier van het gemeenschapscentrum De Markten kan je al je angsten leren overwinnen. En je ouders ineens samen met jou. Na een korte inleiding trekt Gerben Van den Abbeele – zelf een ervaren fietser en vader van vier kinderen – de straat op om jullie enkele praktische basisvaardigheden aan te leren. De cursus bestaat uit twee delen: eerst een fietstocht door Brussel op een redelijk rustige zaterdag, en een tweede atelier op een weekdag voor een begeleid ritje op een traject dat jij vaak aflegt. Bijvoorbeeld ’s ochtends vroeg van thuis naar school.

BLIKVANGER

Heb je ook iets meegemaakt waar je met plezier aan terugdenkt? R: Ja, ik werkte nog maar een paar jaar bij de brandweer. We moesten een kat uit een schouw bevrijden. Ze was er langs de open haard in terechtgekomen en zat geklemd in een soort klep, een veiligheidsdeksel, tussen de haard en de schoorsteen. Aan de ene kant zat haar kop, aan de andere kant bengelde het lijf. Het was nog een mollig beest ook! En een kwaaie, want toen ik de klep openduwde, kwam mijn hand vast te zitten en heeft ze, dwars door mijn handschoen heen, haar tanden in mijn vingers gezet. Kijk, ik heb nog altijd een serieus litteken. (Hij toont het.) Ik riep natuurlijk ‘AU!’, maar de bazin van de kat, een oudere vrouw, riep: ‘Helaba, mijn kat gene zeer doen, hé!!’ En ik zei: ‘Ik denk dat het omgekeerd is, madammeke!’ (lacht).

A VANDERSTICHE LE

Wat doet een duiker bij de brandweer zoal? R: Eerst en vooral mensen proberen te redden die om de een of andere reden in het kanaal zijn terechtgekomen. Door een ongeval of door een zelfmoordpoging bijvoorbeeld. Voorts moeten we er ook dikwijls voertuigen uit halen. Het zwaarste wat ik ooit heb moeten doen, was een gigantische vrachtwagen van 35 ton uit het water ‘vissen’. Maar echt lastig, psychologisch dan, is het om drenkelingen uit het water te halen, zoals de man van deze morgen bijvoorbeeld.

Helden op de fiets!

A SKI

in Laken waar ik twee kleine kinderen dood heb teruggevonden. We hebben echt alles gedaan om hen te redden, maar het mocht niet meer baten.

©S

gaan volgen en toen heb ik mijn duikbrevet gehaald. Daarna moest ik hier opnieuw tests doen voordat ik als brandweer-duiker mocht beginnen.

Fietsateliers voor families op zaterdag 21 april of 5 mei, van 10 tot 13 uur, bij De Markten, Oude Graanmarkt 5. Meer op www.demarkten.be.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.