AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
Voeten op de grond
KERSTCADEAU-SPECIAL: DE REDACTIE TRAKTEERT! En ook: Soirée Dramatik Deluxe en Ernest & Célestine.
13 12 12
M O L E NBE E K – Opnames tudio De Rockfab riek vier t zi jn twintigjarige bestaan. Wat al s een studi begon o voor gr un gemuziek, werd een vo or zichtige th uisbasis voor hiphop groepen, so ms van lokale bodem . En dat is n ie makkelijk w erken. “Som t altijd s moet je die gasten m grond zetten et de voeten op de .”
© SANDER DE WILDE
‘Hé, kings d e la rue, ko m jullie quar tier uit ’: p. 18-19 in deze krant
Mobiliteit > Haren en Heembeek gratis, handelaars en bewoners goedkoper
Liberalen zwakken parkeerplan af BRUSSEL – De liberale MR drukt zijn eerste stempel op het beleid in de Stad Brussel met wijzigingen aan het veelbesproken parkeerplan. Inwoners van Haren en Heembeek zullen dan toch niet hoeven te betalen.
H
et parkeerplan wijzigen was een van de speerpunten van de MR, die tot de gemeenteraadsverkiezingen in de oppositie zat. In het beleidsprogramma van de nieuwe tandem PS-MR staan wordt het plan dan ook bijgespijkerd. Neder-Over-Heembeek en Haren verdwijnen uit het parkeerplan. Daar blijft alles dus bij het oude: geen parkeermeters en geen blauwe zones. “Je moet geen parkeermeters plaatsen waar dat niet nodig is,” zegt schepen Marion Lemesre (MR), bevoegd voor het parkeerbeleid.
“In Haren en Heembeek zijn zulke regels overbodig. De handelaars en bewoners zijn er, in tegenstelling tot in andere wijken, ook geen vragende partij. Bewoners die al een parkeerkaart gekocht hebben, zullen uiteraard vergoed worden.” Voor de zones Laken en Roosevelt (aan de ULB) wordt er opnieuw onderhandeld over de spelregels. Nieuw is wel dat alvast Laken één grote zone wordt. In die deelgemeente heeft de Stad al een groot aantal parkeermeters geplaatst, onder meer op de Heizel. “Ik sluit
niet uit dat er een aantal meters ook weer verdwijnen,” zegt Lemesre.
Duur voor pendelaars De tarieven voor parkeren veranderen ook. Als toegeving aan de handelaars wordt het eerste kwartier parkeren in rode en groene zones gratis. De prijs voor een abonnementskaart gaat ook naar beneden: inwoners van de Stad betalen tweehonderd in plaats van vijfhonderd euro per jaar. Voor handelaars gaat het tarief van 750 euro per jaar ook naar beneden, maar over het exacte bedrag wordt nog overlegd. Voor de pendelaars is er minder goed nieuws: een abonnement blijft voor hen 750 euro kosten. Ter compensatie wordt Parking C op de Heizel opengesteld, al is het nog niet
duidelijk hoe dat georganiseerd zal worden met de vele beurzen die daar plaatsvinden. Ook de haltes van het openbaar vervoer liggen niet vlakbij. Lemesre hoopt tegen april 2014 de wijzigingen aan het parkeerplan door het college en de gemeenteraad te loodsen. In de zones Vijfhoek, Louiza, Schuman en Noordwijk verandert er niets en zal de Stad vanaf begin volgend jaar toezien op de naleving van het huidige plan. Brussels minister Brigitte Grouwels (CD&V) broedt ondertussen op een gewestelijk parkeerbeleidsplan, al laat de goedkeuring daarvan op zich wachten. Dat zal de Brusselse regering het laatste woord geven over de gemeentelijke parkeerplannen. “De gemeenten mogen voorstellen doen om zones gratis te maken,” klinkt
het, “maar het Gewest zal uiteindelijk zijn fiat moeten geven.” Jelle Couder / brusselnieuws.be
ADVERTENTIE
OPGELET Uw nieuwe ophaalkalender komt eraan, hou uw brievenbus in de gaten.
N° 1357 VAN 13 TOT 20 DECEMBER 2012 ¦ WEEK 50: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE
OPMERKELIJK
BDW 1357 PAGINA 2 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012 © KABINET SCHAUVLIEGE
CULTUREEL A KKOORD BEZEGELD BRUSSEL – Een halfjaar later dan verwacht is het Cultureel Samenwerkingsakkoord tussen Vlaams minister van Cultuur Joke Schauvliege (CD&V) en haar evenknie van de Franse Gemeenschap, Fadila Laanan (PS), dan toch getekend. Het kaderakkoord wil onder meer ‘streven naar gemeenschappelijke standpunten ten aanzien van derden (federale overheid, de Duitstalige Gemeenschap, internationale organisaties...), stages en uitwisselingen in de cultuursector stimuleren, de deelname aan elkaars cultuuraanbod verhogen en de administratieve uitwisseling versterken’. De belangrijke mijlpaal in het akkoord tussen beide gemeenschappen is dat nu de gezamenlijke belangen in de cultuursector afgetoetst worden, dat er expertise wordt uitgewisseld én dat de partijen elkaar over het muurtje laten kijken als het om subsidietoewijzingen gaat. ‘Meer gemeenschapsoverschrijdende transparantie’ heet dat. “Het wordt duidelijker wie wat en waar financiert, een soort openbaarheid van bestuur over de gemeenschapsgrenzen heen,” zegt Schauvliege.
Uitgelicht > De Lijn stelt plannen voor in Brussels parlement
Koudwatervrees voor Vlaamse trams BRUSSEL – Vlaamse trams in Brussel? Het plan roept weerstand op bij Brusselse parlementsleden. Dat bleek bij de voorstelling van het project van De Lijn in de commissie Infrastructuur.
D
e Franstalige parlementsleden zijn niet tegen de uitbreiding van het vervoersaanbod in Brussel, ook niet als dat van een Vlaamse vervoersmaatschappij komt, maar ze stellen toch heel wat vragen bij de plannen. Zoals bekend wil De Lijn drie tramlijnen naar het hart van Brussel brengen: een uit Boom, een uit Heist-op-den-Berg en een uit Ninove. Daarnaast komt er een lijn in het noorden, langs de Ring. Ook die loopt mogelijk over Brussels grondgebied. Over de vier lijnen loopt op dit moment in Vlaanderen een Milieueffectrapportage (MER). Dat dit project vragen oproept, is niet onlogisch. Openbaar vervoer is een gewestelijke materie: elk gewest is op zijn terrein bevoegd. De MIVB in Brussel, De Lijn in Vlaanderen. Toch heeft de Vlaamse vervoersmaatschappij (net als de Waalse) altijd in het Brussels Hoofdstede-
lijk Gewest geopereerd. Dat is het gevolg van een akkoord uit 1991. Daarin staat onder meer dat De Lijn de reizigers tot de grote stations mag brengen. Dat ging over bussen. Nu het over trams gaat, wordt een en ander een stuk complexer. Dat De Lijn toch al ver gevorderd is met de plannen, heeft te maken met intens technisch overleg met de MIVB. Dat overleg is min of meer afgerond. Nu is het aan de politiek om het project te voltooien. Tegen de herfst van 2013 moeten de Vlaamse en Brusselse regering samen de knopen hebben doorgehakt. Dat wordt een goede test voor het federale bestel. Wat is de grootste kritiek bij de Brusselse parlementsleden? Ze vinden het te veel een plan voor Vlaanderen, te weinig een voor Brussel. Uit de presentatie van Joost Swinnen van De Lijn bleek inderdaad dat De Lijn vooral de Vlaamse pende-
laars snel en comfortabel naar de Noordwijk wil brengen, waar zich een groot deel van de Vlaamse administratie bevindt. Niets belet echter dat Brusselaars ook van het nieuwe Lijn-aanbod gebruikmaken, bijvoorbeeld om te gaan werken in de Rand. Twee. De parlementsleden vragen zich af of De Lijn wel tot in het hart van de stad moet komen. Voor de Vlaamse openbaarvervoersmaatschappij is dat een conditio sine
gitte Grouwels (CD&V) benadrukte in het parlement dat er over de eindhaltes nog niets is beslist. Drie. Hoe zit het met de haltes? Als De Lijn snel door Brussel wil, dan zal het aantal haltes beperkt moeten blijven. Dat komt de Brusselaar niet ten goede. Grouwels zei dat ook dit onderdeel zal uitmaken van het politiek akkoord. Volgens Swinnen is de vrees voorbarig, om een puur praktische reden: “We zullen van dezelfde sporen gebruikmaken als
Als De Lijn snel door Brussel wil, dan moet het aantal tramhaltes beperkt blijven. Dat komt de Brusselaar niet ten goede qua non. “De bereikbaarheid van de Noordwijk is cruciaal,” zegt Swinnen. “We willen de reizigers maximaal één overstap laten nemen. Als ze bij de tram komen, hebben ze vaak al een bus moeten nemen.” Brussels minister van Vervoer Bri-
de MIVB. We kunnen trams van de MIVB niet zomaar voorbijsteken.” Haltes skippen gaat dus niet. Vier. Wie betaalt wat? Daarover is het akkoord uit 1991 duidelijk: de infrastructuur wordt betaald door het bevoegde gewest. “Brussel hoeft
DE WEEK IN BEELD DOOR BART DEWAELE
Analyse Het akkoord wordt vanaf deze week inhoudelijk verfijnd. Die taak is weggelegd voor een Samenwerkingsplatform. Dat zal de cultuurwerking analyseren, de samenwerking optimaliseren én het beleid helpen sturen. Er zullen acht mensen in zetelen, vier uit elke taalgroep en geplukt uit het veld, beide administraties én, zegt Schauvliege, “een belangrijke politieke vertegenwoordiging, aangezien alles aan het beleid getoetst moet worden.” “Iedereen in de Vlaamse regering ziet het belang van dit Samenwerkingsakoord in, en iedereen geeft ons veel ruimte om een beleid uit te tekenen,” zegt Schauvliege, die met Laanan de historisch gegroeide cultuursporen verlegt. “Op eigen grondgebied blijft ieder baas voor cultuur: ik kan niets organiseren in Wallonië of vice versa. De Rand zal, na de splitsing van BrusselHalle-Vilvoorde, hopelijk openstaan voor de goede samenwerkingsmodellen die al in Brussel bestaan.” Jean-Marie Binst
Drie Spaanse dames in bontjas, op het Muntplein wachtend op hun respectievelijke echtgenoten.
© BART DEWAELE
WEEKOVERZICHT
BDW 1357 PAGINA 3 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© JO VOETS
WOENSDAG 5 DECEMBER DAKLOZE DOOD AANGETROFFEN. Een dakloze man wordt dood aangetroffen voor het Sint-Pietersziekenhuis in Brussel. Volgens de politie gaat het om een natuurlijk overlijden. Over de precieze oorzaak bestaat nog geen duidelijkheid. GEZINSDRAMA. In Ukkel schiet een man zijn vrouw neer. Hij pleegt daarna zelfmoord met het vuurwapen. De vrouw wordt overgebracht naar het Erasmusziekenhuis en verkeert in levensgevaar. Over de omstandigheden van het drama is niets bekend. MIVB WIL PRIJZEN VERHOGEN. De Brusselse vervoersmaatschappij MIVB wil de prijs van kaartjes en abonnementen vanaf februari volgend jaar opdrijven. De tarieven worden aangepast aan de stijging van de index. Vorig jaar was er al een stijging van 4,5 procent. De prijs van één rit op de Mobib-kaart stijgt van 1,8 naar 1,9 euro. Een jaarabonnement zal 567 in plaats van 544 euro kosten. VLAAMSE TRAMS IN BRUSSEL? De Lijn stelt een nieuw project voor in de commissie Infrastructuur van het Brussels parlement. Zo wil de openbaarvervoersmaatschappij drie tramlijnen vanuit Vlaanderen naar de Brusselse binnenstad brengen. Hoewel de parlementsleden niet tegen het project zijn, werpen ze toch heel wat kritische vragen op.
De nieuwe verbindingen vanuit Vlaanderen naar Brussel-Noord bestaan in feite al, maar dan met de bus en niet met de tram.
niet veel sporen aan te leggen,” suste Joost Swinnen. “Alles ligt er, op het stuk tussen Weststation en Westland Shopping na.” De MIVB heeft zelf plannen met die nieuwe sporen. Vlaanderen zal 1,6 miljard euro investeren in de Vlaamse tramlijnen, al is het nu al zeker dat dat in een eerste fase een pak minder zal zijn. “We zullen eerst het gebied dicht bij Brussel ontsluiten,” zei Swinnen. Over een heffing voor het gebruik van de sporen zal nog gebikkeld moeten worden: het is de eerste keer sinds de gewestvorming dat twee vervoersmaatschappijen
“ “
van dezelfde sporen gebruikmaken. Daarnaast is het ook zo dat de MIVB van de Vlaamse sporen gebruik kan maken. Brusselse trams zouden zo makkelijk tot Zaventem kunnen sporen. De Brusselse parlementsleden vonden dat hier nog te weinig duidelijkheid over bestaat. Bij de MIVB loopt een studie. “Zeker is dat we maximaal enkele kilometers in het hinterland zullen rijden,” zei Yves Fourneau van de MIVB, “niet verder.” Tot slot moet er een akkoord worden gesloten over de tarieven en de inkomsten uit de kaartjesverkoop. Ook dat is een taak voor de politiek.
Kritische vragen op de plannen van De Lijn kwamen er vooral van MRen FDF-parlementsleden (oppositie). Doordat de Franstalige meerderheid (PS en Ecolo) weinig weerwerk bood, leken de Franstaligen in hun geheel erg kritisch, al werd het project op zich niet afgeschoten. Welk standpunt het parlement uiteindelijk inneemt, moet snel duidelijk worden. De commissie kondigt een resolutie met aanbevelingen voor de Brusselse regering aan. Die zal zelf in januari een advies formuleren over de voorstudie van De Lijn.
Steven Van Garsse
Ik zou niet graag wakker worden in een stad zonder boekhandel.” Filmregisseur Marc Didden schrijft een boekje waarin hij een warm pleidooi houdt voor de onafhankelijke boekenwinkel (in De Standaard der Letteren).
We moeten de huurprijzen blokkeren. Tijdelijk misschien, maar het moet, zeker op een moment als dit, waarop de huurmarkt volledig verhit is.” OCMW-voorzitter Yvan Mayeur (PS) gooit de knuppel in het hoenderhok tijdens een debat in Mise au point op de RTBf.
DONDERDAG 6 DECEMBER BOERKAVERBOD BLIJFT IN ETTERBEEK. Het Grondwettelijk Hof verwerpt alle klachten tegen het boerkaverbod, dat van kracht is sinds 1 juni 2011. Volgens het Hof is die wet geen inbreuk op het recht op vrijheid van meningsuiting.
VRIJDAG 7 DECEMBER NIEUWE STUDIO VANDEKEYBUS. Choreograaf Wim Vandekeybus opent de nieuwe repetitielokalen van zijn gezelschap Ultima Vez. Die zijn gelegen in de Zwarte Vijversstraat in Molenbeek. Ook de gezelschappen Peeping Tom, Cie Soit van Hans Van den Broeck en Khadouj Films van Wims zus Lut Vandekeybus zullen zich hier vestigen. Op zaterdag zijn de studio’s de hele dag toegankelijk voor het grote publiek. MEISJE KRITIEK NA AANRIJDING. Een meisje wordt door een auto aangereden op de Bergensesteenweg, nabij de Ikea-winkel in Anderlecht. Ze verkeert in levensgevaar. Volgens de politie gaat het om ‘een tiener tussen 10 en 18 jaar’. De precieze omstandigheden van het ongeval zijn nog niet bekend. De Bergensesteenweg is een tijd afgesloten voor het verkeer. Enkel bussen van De Lijn mogen door.
ZONDAG 9 DECEMBER WONINGBRAND IN HERENHUIS. Zes mensen raken ’s ochtends bevangen door de rook bij een woningbrand in de Rassonstraat in Schaarbeek. Ze worden overgebracht naar het ziekenhuis, maar worden in de loop van de dag ontslagen. De schade aan het herenhuis is aanzienlijk. Hoe het vuur ontstaan is, is nog niet duidelijk. Het Brussels parket stelt een branddeskundige aan. VIJFHONDERD BOMEN TEGEN KANKER. De vzw Think Pink plant vijfhonderd eiken in het Zoniënwoud in Watermaal-Bosvoorde. De actie past in een permanente bewustmakingscampagne die Think Pink voert in de strijd tegen borstkanker.
MAANDAG 10 DECEMBER JONGEREN OP METROSPOREN. Verschillende incidenten zorgen voor vertragingen op de metrolijnen 2 en 6. Tussen Pannenhuis en Bockstael worden twee jongeren op de sporen gesignaleerd. Een halfuur voordien loopt een metrostel al vertraging op door technische problemen in het Zuidstation.
DINSDAG 11 DECEMBER.
HET WOORD
BYD
De MIVB test de komende twee maanden de BYD of Build Your Dream uit in de Brusselse straten. De elektrische bus van de Chinese constructeur Build Your Dream rijdt vanaf 10 december rond op de lijnen 38, 48, 53 en 64, omdat die ‘het meest representat ief’ zijn voor het hele net.
De bus zal van ’s ochtends vroeg rijden, tot zover de accu het toelaat. De proefritten gebeuren zonder reizigers en moeten een beeld geven van de technische aspecten, het kostenplaatje, de benodigde infrastructuur en natuurlijk de autonomie van de batterij. De BYD is te herkennen aan de grote stickers met het opschrift ‘De MIVB test deze elektrische bus voor uw toekomst.’ Vanaf 2015 mag de MIVB geen dieselbussen meer aankopen. NV
FYRA FAALT. De hogesnelheidstrein van Amsterdam naar Brussel van 7.40 uur rijdt niet. Tussen Breda en Antwerpen worden vervangbussen ingezet. Zo verloopt ook de derde dag van de trein niet vlekkeloos. Zondagavond ondervond de hst al de eerste technische problemen, en ook maandag vertrok de eerste Fyra met een halfuur vertraging.
Samengesteld door Nick Vervaeck
MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF
BDW 1357 PAGINA 4 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Burgemeester Emir Kir: “Ik sta borg voor de scheiding van kerk en staat.”
Politiek > Emir Kir (PS), burgemeester van Sint-Joost: veel uitdagingen, veel bevoegdheden
‘Ik ga mijn truitje nat maken’ SINT-JOOST-TEN-NODE – 24 uur na de komst van de Sint legde Emir Kir (PS) de eed af als burgemeester van Sint-Joost. Daarmee komt ook een definitief einde aan het jarenlange bewind van zijn partijgenoot en aartsrivaal Jean Demannez. Kir trotseerde diezelfde vrijdag ook de kou om bloemen te leggen op het graf van zijn grote voorbeeld Guy Cudell, die de gemeente van 1953 tot 1999 met fluwelen hand bestierde.
E
mir Kir is de eerste burgemeester in België van niet-Europese origine. Ziet hij zichzelf als een voorbeeld voor andere politici van vreemde origine? “Niet echt, neen. Mijn vader was een uit Anatolië ingeweken arbeider en mijnwerker in de streek van Charleroi. Ik ben in België geboren. Maar mijn aanstelling als burgemeester heeft wel een sterke symboolwaarde: iedereen kan een belangrijke functie bekleden, los van zijn afkomst. Kijk maar naar onze premier, Elio Di Rupo.”
U hebt de dubbele nationaliteit. Gaat uw loyauteit vooral naar Turkije of naar België uit? Emir Kir: “Ik ben fier een Belg te zijn. Ik ben loyaal ten aanzien van mijn land, België. Ik ben diegenen die me de kans gegeven hebben om me hier te ontplooien, zeer erkentelijk.” In Sint-Joost zijn er al incidenten geweest waarbij Turken het op Koerden hadden gemunt. Zult u de nodige
neutraliteit aan de dag kunnen leggen in dit soort conflicten? Kir: “Absoluut. Na de incidenten heb ik onmiddellijk dit soort van wangedrag ten strengste veroordeeld. Als burgemeester zal ik erover waken dat externe conflicten niet ons land worden binnengesmokkeld. De sociale samenhorigheid is een van mijn prioriteiten. Ik heb trouwens het volste vertrouwen in de Nederlandstalige schepen Béatrice Meulemans (SP.A), die ook bevoegd is voor de sociale cohesie. Ze levert prima werk.” Tijdens de campagne was u ook aanwezig in de moskeeën. Bent u gelovig? Kir: “Vragen over mijn geloof behoren tot mijn privéleven. Je ne suis pas un homme de cultes, ik ben een politicus. Dat zijn twee gescheiden werelden. Maar laat mij duidelijk zijn: ik sta
borg voor de scheiding van kerk en staat op lokaal niveau.” De PS is in Sint-Joost onafgebroken aan de macht sinds de Tweede Wereldoorlog. Is democratie niet gebaat bij een regelmatige wissel van de wacht? Kir: “Het is in Sint-Joost een traditie dat de bevolking de PS het vertrouwen schenkt. Maar ik heb ondanks onze absolute meerderheid ook het CDH aan boord gehesen. Ik wens het principe van good governance toe te passen. Zo wil ik de raden van bestuur van gemeentelijke instellingen meer openstellen voor de oppositie.” Er circuleren al langer geruchten over corruptie bij de Regie voor Stadsrenovatie. Het gerecht hield er
BDW 1357 PAGINA 5 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© SASKIA VANDERSTICHELE
Etterbeek met Vincent De Wolf (MR): die heeft er achttien! Ik wil beoordeeld worden op mijn beleid, niet op de epitheta. Ik sta trouwens in de loop van de legislatuur mogelijk een deel van mijn bevoegdheden aan collega’s af.” U bent dus kandidaat-minister bij de gewestverkiezingen van 2014? Kir: “2014 is een cruciaal jaar: het overleven van België staat op het spel. De toekomst van Brussel vormt de kern van het politieke debat. Ik ben de dienaar van mijn partij. Ik ga inderdaad deelnemen aan de belangrijke gewestverkiezingen.”
Emir Kir n Geboren in 1968 in Charleroi.
Als u in de Brusselse regering stapt, wordt u dan toch titelvoerend burgemeester, iets wat u nu niet is gegund door uw partij? Kir: “Ik zal te gepasten tijde mijn verantwoordelijkheid opnemen. Laten we eerst de uitslag van die verkiezingen afwachten.”
n Zoon van Turkse ouders, vader was mijnwerker. n Gehuwd met een Siciliaanse, vader van drie kinderen. n Kandidaat in de Politieke Wetenschappen aan de ULB (1987-1989).
Uw partijgenoot Charles Picqué is al jaar en dag minister-president én titelvoerend burgemeester van SintGillis. U moest kiezen: staatssecretaris of volwaardig burgemeester. Twee maten, twee gewichten? Kir: “Ach, ik heb begrip voor de moeilijke keuze die mijn partij heeft gemaakt. Ik was niet eerder burgemeester, Picqué bijvoorbeeld wel. Ik heb een duidelijk mandaat van de bevolking gekregen. Het zou allicht een verkeerd signaal geweest zijn om niet meteen burgemeester te worden. Ik kan daarmee leven.”
© SASKIA VANDERSTICHELE
onlangs een huiszoeking. Gaat u daar orde op zaken stellen? Kir: “Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening behoren tot mijn bevoegdhedenpakket. Ik heb uiteraard geen informatie over het lopende gerechtelijk onderzoek. Ik ga een en ander verifiëren, maar wens daarbij heel voorzichtig te werk te gaan.” Geen tabula rasa dus? Kir: “Een maand geleden al heb ik vertegenwoordigers van de drie grote vakbonden ontmoet. In de loop van 2013 wil ik op regelmatige basis met de bonden overleggen. De verhouding schepencollege/administratie moet gebaseerd zijn op wederzijds respect.” Het rijtje bevoegdheden dat u heeft, is indrukwekkend: Veiligheid, Mobiliteit, Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening, Gemeente-eigendommen, Gesubsidieerde Projecten, Burgerlijke Stand, Grote Evenementen. Voor de oppositie wijst dat op een gebrek aan vertrouwen in de andere schepenen. Kir: “Ik had gehoopt op een elegantere houding van de oppositie, maar ik stel vast dat die nog altijd in verkiezingsmodus zit. Ik heb veel bevoegdheden omdat ik veel plannen heb voor Sint-Joost. De uitdagingen in Sint-Joost zijn groot: hier is een burgemeester nodig die zijn truitje nat maakt. En trouwens, er zijn burgemeesters met meer bevoegdheden. Kijk naar
Wat wordt de kern van uw beleid? Kir: “Er is werk aan de winkel. Een derde van de inwoners is jonger dan 26. Tegelijkertijd heeft Sint-Joost de armste bevolking van het land. De kernwoorden waar heel ons beleid om moet draaien, zijn solidariteit, nabijheid en overleg. Stadsvernieuwing is een van mijn prioriteiten. Zo komt er een nieuw wijkcontract voor de Leuvensesteenweg. Veel aandacht gaat ook naar de Noordwijk, met de heraanleg van het Sint-Lazarusplein en de aanpak van de prostitutieproblematiek naar het voorbeeld van het Schipperskwartier in Antwerpen. En er moet opnieuw een constructief klimaat komen tussen gemeentebestuur en ambtenaren enerzijds en de bewoners anderzijds.” Was dat dan in de vorige legislatuur niet het geval? Kir: “Er zijn dingen gebeurd die niet door de beugel kunnen. De gemeente moet in alles het goede voorbeeld geven. Dat was in de vorige legislatuur niet altijd zo. De gemeente heeft bijvoorbeeld de hoek van de Sint-Franciscusstraat en de Groenstraat zonder vergunning heraangelegd.” Blijft u zich verzetten tegen de definitieve aanleg van (een deel van) de Leuvensesteenweg als semivoetgangerszone? Kir: “De manier waarop het dossier van de heraanleg van Madouplein, Leuvensesteenweg en Scailquinstraat tot nu toe is behandeld, is ONAANVAARDBAAR (zegt Kir in het Nederlands, EVC). Een kleine minderheid die voorstander is van een autovrije voetgangerszone, wil haar wil opleggen aan een meerderheid van bewoners en handelaars die dat allicht niet wil. Er komt in elk geval geen test met een semi-voetgangerszone (met stapvoets rijdende bussen, EVC) zonder dat er eerst overlegd is met de buurtbewoners en de handelaars. Bovendien moet er nieuw gemeentelijk mobiliteitsplan komen in de hele gemeente. Er schort nu iets wezenlijks aan de doorstroming van het verkeer.” Gaat u uw bevoegdheden gebruiken om de heraanleg zoals die gepland is door
n Maatschappelijk werker in Sint-Joost (1995-2000). n Schepen van Werk, Sociale Zaken, Lager Onderwijs en Derde Leeftijd (2001-2004). n Brussels staatssecretaris voor Openbare Netheid en Monumenten & Landschappen (2004-2009) en voor Openbare Netheid en Stedenbouw (2009-6 december 2012, opgevolgd door Rachid Madrane). n Diverse bevoegdheden binnen de Franse Gemeenschapscommissie (2004-6 december 2012). EVC
minister Brigitte Grouwels (CD&V), tegen te houden? Kir: “Pas na het overleg zal ik mijn houding bepalen. Als het Gewest geen rekening houdt met dat overleg, dan is dat de verantwoordelijkheid van minister Grouwels.” U lag ook in de Brusselse regering dwars over het Gewestelijk Parkeerplan. Moet de auto dan koning blijven? Kir: “Het ontwerp van dat parkeerbeleidsplan houdt geen rekening met de demografische evolutie en is bovendien antisociaal. Het plan stelt voor om zestien procent van de parkeerplaatsen lineair te schrappen. Dat komt niet overeen met doelstellingen van het Iris 2-plan voor de mobiliteit. Het plan houdt geen rekening met de toename van de bevolking van 22.000 naar 28.000 man. Bovendien kan het niet dat, als gevolg van de centrale ligging van de gemeente, men meer moet betalen voor een parkeerplaats in Sint-Joost dan in Ukkel. Nee, in Sint-Joost moeten net parkeerplaatsen bij komen. Onder- of bovengronds, dat moet een studie uitwijzen.” Wat mogen de Nederlandst alige SintJoostenaars verwachten? Kir: “Ze gaan de plaats krijgen die ze verdienen. Mijn voorganger Jean Demannez toonde weinig interesse voor de Nederlandstalige aangelegenheden. Er komt wel degelijk een uitbreiding van de lagere school Sint-Joostaan-Zee in de Grensstraat. Ik ga bovendien aan tafel zitten met de Nederlandstalige cultuurraad. Aan Franstalige kant zijn er dringend nieuwe crèches nodig, en ook aan Nederlandstalige kant moet er iets gebeuren. Voorts vind ik meertaligheid heel belangrijk. Ik wil dat één dag per jaar de leerlingen van de Franstalige scholen in de Nederlandstalige schoolbanken plaatsnemen en omgekeerd.”
Eric Vancoppenolle / brusselnieuws.be
Vzw Taal komt later BRUSSEL – De oprichting van de vzw Taal, die op 1 januari van start had moeten gaan, is uitgesteld. De nieuwe vzw moet de activiteiten van Voorrangsbeleid Brussel en Broso (Brussels Ondersteuningspunt Secundair Onderwijs) bundelen en aanvullen met expertise rond de omgang met thuistalen. In Brussel zijn in de loop der jaren heel wat organisaties voor onderwijsondersteuning opgericht. Omdat de scholen op den duur door de bomen het bos niet meer zagen, bundelde de Vlaamse Gemeenschapscommissie verschillende vzw’s in 2008 tot het Onderwijscentrum Brussel (OCB). De bedoeling was dat ook Voorrangsbeleid Brussel (VBB), een onderwijsondersteunende vzw die voor tachtig procent gefinancierd wordt door Vlaanderen, zou opgaan in OCB. Dat idee is intussen begraven. VBB en OCB fuseren niet, maar beperken zich tot een ‘functionele samenwerking’. Nochtans doen beide in de praktijk hetzelfde werk: Brusselse scholen begeleiden op het vlak van taalbeleid en taalvaardigheidsonderwijs. Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet (SP.A) besloot wel dat VBB zou versmelten met Broso, een kleine organisatie die het secundair onderwijs ondersteunt en ook voor tachtig procent door Vlaanderen bekostigd wordt. Door de fusie zal de aanpak in het secundair een verlengstuk worden van die in het basisonderwijs. De nieuwe vzw Taal die hiervoor opgericht wordt, zou aanvankelijk in september van start gaan, en vervolgens op 1 januari. Maar de operatie blijkt niet zo simpel. De nieuwe vzw zal, net als VBB nu, netoverschrijdend werken. De taalbegeleiders van Broso zijn echter vast verbonden aan een van de netten, en Broso wil dat zo houden. “Ik heb er geen probleem mee om op te gaan in een groter geheel, maar ik wil mijn taalbegeleiders zelf kunnen blijven aansturen,” zegt Jacky Goris, directeur van Scholengroep Brussel en op dit moment voorzitter van Broso. “Zonder die autonomie interesseert het mij niet.”
Onderwijs in eigen taal De vzw Taal krijgt nog een tweede opdracht: de expertise en vorming rond de omgang met thuistalen. In de lente van vorig jaar maakte Smet een eind aan Onderwijs in Eigen Taal en Cultuur van de Werkgroep Immigratie van Foyer. In dit project kregen leerlingen van zes Brusselse basisscholen jarenlang een deel van de lessen in het Turks, Spaans of Italiaans. De minister beloofde dat de expertise behouden zou blijven. In zijn Talennota maakte hij dat engagement concreter: drie mensen van de Werkgroep Immigratie zouden overgenomen worden door de nieuwe vzw. Of dit ook daadwerkelijk zal gebeuren, is niet duidelijk. “Wij hebben tot nog toe de vraag niet gekregen,” zegt Hilde Desmedt van Foyer. Volgens Smets woordvoerster wordt alles in de komende weken bekeken. “Op 1 januari zal er nog geen vzw zijn, maar we willen voor nieuwjaar alle betrokkenen rond de tafel brengen. En dan is het de bedoeling om de vzw in het eerste kwartaal van 2013 op te richten.” Bettina Hubo
BDW 1357 PAGINA 6 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© BRUSSELS PHILHARMONIC
De ochtendlijke repetitie voor het matineeconcert in het Konzerthaus Berlin op 2 december. Het was vele decennia geleden dat hier nog een groot Belgisch orkest mocht spelen. De spanning was tot in de zaal te snijden.
Reportage > Met het Brussels Philharmonic op tournee in Zuid-Duitsland en Berlijn
Zonder stress of Dikke Bertha BERLIJN – Het Brussels Philharmonic (Vlaams Radio Orkest) heeft net een sterrentournee door Duitsland-Muziekland afgewerkt: negen steden in tien dagen, plus Berlijn. De intendant bedankte voor een aansluitende kerst- en nieuwjaarstournee door China: dat werd des Guten zu viel. “Hadden we nu China geboekt, dan riskeerden we echtscheidingen in het orkest. Het privéleven telt ook nog.” Zullen we eens polsen naar de stressfactoren van een tournee?
E
ssen, Düsseldorf, Mannheim, Ingolstadt, Stuttgart, Regensburg, Freiburg, Wiesbaden, Aken, alles per bus. Eén nacht thuis en dan over en weer naar Berlijn op 1 en 2 december. Concerteren voor twintigduizend Duitsers. Zorgt een kritisch Publikum voor stress? Want het programma is atypisch, met La mer van Debussy, Ravel, West Side story… Maar om te bewijzen ‘Wij kennen ook uw klassiekers’ speelt het Brusselse orkest de ontroerende Vier letzte Lieder van Strauss, en in Berlijn een bisnummer ‘uit de losse pols’: één Hongaarse dans van Brahms. De lofzang is gemeend: “Ein Entführung”, “Wunderbar!”, “Etwas anderes”... “Kunt u me alle persartikelen sturen?” vra-
gen concertgangers me na een wonderlijk matinee in het Konzerthaus Berlin.
Bisnummer Wat de zaal niet voelt, is de stress die aan elke topuitvoering voorafgaat, de hele tournee lang. Hans van der Zanden, internationale aanwinst en solohoornist, stelt het scherp: “Vergelijk het met spelen in Champions League, maar dan met dat verschil dat wij tien avonden op rij moeten scoren.” Pas na elk concert volgt de ontlading. Doorgaans is het dan al 23 uur – hopelijk blijft de hotelbar zo lang open. “Ja, soms spoelt een whisky alles weg,” horen we van een vrouw. Iedere dag een ander bed in. ’s Mor-
gens door naar de volgende stad. Inchecken in het hotel, hopelijk een halfuurtje op adem kunnen komen of rusten. En dan snel de nieuwe zaal verkennen, en repeteren. Is het beter om voor de repetitie al te eten, of vraagt de maag te wachten tot na het nachtconcert? Iedereen volgt zijn eigen bioritme, iedereen leert zijn stress te kanaliseren. “Ik overleef tussendoor op bananen,” bekent solocellist Luc Tooten, een van de oudste orkestleden. “Het is zaak om je op de muziek te focussen, elke avond wordt het beste van je verwacht.” Net als de rest apprecieert Tooten het dat de China-tournee niet nu valt. “Dit is vermoeidend. Hier in Duitsland gaan we dag na dag tot het uiterste. Je kunt niet
vertrekken als je mentaal niet sterk staat. Je moet er ook als ploeg zin in hebben.” Eén iemand maar lag één nacht met griep in bed – die stress viel alvast mee. Behalve dan dat ik haar in Berlijn na de repetitie te lang stalkte en ze haar kleren tussen de contrabaskoffers in de gang moest wisselen, of ze had het podium niet tijdig gehaald. Of er tussendoor aan thuis gedacht wordt? Van der Zanden: “Je moet in topvorm zijn, maar de ellende stroomt altijd wel via de gsm binnen. De douche lekt, de auto staat met pech aan de kant, het kind is ziek: wie jou een sms’je stuurt, denkt dat je altijd paraat staat en meteen een antwoord klaar hebt. Maar op tournee is daar geen ruimte voor. Eens de concertkleren aan draai ik de knop op ‘spelen’. Om het oneerbiedig te zeggen: niemand in de zaal zit te wachten op mijn ellende, ze hebben een duur kaartje gekocht. En voor de rest... ooit – niet deze reis – kreeg ik een bedplank van 75 centimeter: ik
meet 1,94 meter en weeg 125 kilo. Je ergeren kun je altijd.” Violiste Annelies Broeckhoven, tien jaar bij het orkest, vertrouwde haar dochtertjes aan goede fee Oma toe. “‘We hebben geen nacht geweend, mama,’ hoor ik dan. Ik bel ze elke dag na school. Ik ben voor het eerst op grote tournee na mijn echtscheiding, en dat mijn vader stierf, was ook een zware klap. Omdat mijn kinderen wisten dat mijn vriendencollega’s ook mee toerden, waren ze gerust. En dat Gunther Broucke als baas op de begrafenis verscheen, heeft me gesterkt. Ik heb me voor het eerst opnieuw extreem goed kunnen geven, elk concert. Ik weende toen ik vertrok, maar elk concert bracht me op het tipje van mijn stoel. Muzikanten zijn emotiemensen, de muziek stuwt ons omhoog naar de top.”
Bètablokkers Ook de nieuwe garde wordt niet gespaard van stress. “Ik heb alleen maar het orkest: ik heb geen relatie en ken voor de rest niemand in
Brussel: eigenlijk heel gemakkelijk,” geeft een Franse stagiair-hoboïst toe. De Nederlandse hoornist Rob (25) relativeert een en ander: “Waarom stressen om je werk? Niemand zal in de toekomst nog dertig jaar bij hetzelfde orkest spelen. Je moet flexibel en professioneel zijn.” Zelf heeft hij al zeven jaar een vaste relatie. “Stress kun je enkel beheersen als er thuis een stabiele basis is. Maar ik blijf me ergeren aan vrienden die blijven vragen waarom ik nooit naar hun feestjes kan komen.” Misschien is hij een casus voor de oud-violiste, nu neuropsychologe, die in Leiden onderzoek doet naar stressgerela-
© BRUSSELS PHILHARMONIC
BDW 1357 PAGINA 7 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
“Als muzikant met een relatie moet je levenslang water bij de wijn doen”
Op de volgende pagina’s een fotoreportage van Saskia Vanderstichele: het Brussels Philharmonic maakt zich klaar voor het vertrek naar Duitsland
© BRUSSELS PHILHARMONIC
Luc Tooten (2de l.), solocellist, koningspréféré en ancien van het Vlaams Radio Orkest, met zijn stercollega’s, zichtbaar ontspannen, na afloop bij de Belgische ambassadeur.
Een muzikale Champions League spelen in tien Duitse zalen, dan is er geen tijd voor muizenissen in het hoofd. © BRUSSELS PHILHARMONIC
teerde klachten bij musici, denk ik plots. Percussionist Pieter Mellaerts (21) heeft weer andere stress, alhoewel die goed onder controle is: “Het was tof dat we tussendoor een Dikke Bertha – de grootste trom – bij een fabrikant mochten kiezen; als muzikant wil je de beste klank kunnen produceren. Het oor van het publiek van vandaag is het loepzuivere cdniveau gewoon, terwijl opnames geen live-performances zijn. Ze gunnen ons als beginners niet veel, we moeten meteen zonder rateeke spelen. Bij elk concert ligt de lat aan het plafond, en zeker op tournee voor een buitenlands imago. In de Bolero bepaal ik aan de trom continu mee het ritme; wel, nadien ben ik leeg. Je lazarus drinken achteraf, dat zou helpen (lacht), maar ik heb het nog niet geprobeerd. Ik skype ’s avonds een uurtje met mijn lief. Als muzikant met een relatie moet je levenslang water in de wijn doen. Maar we zien elkaar graag, en gunnen de ander zijn ambities.” Bij deze tournee heeft het Brussels Philharmonic geen fysiotherapeut mee, die de pijnpunten van slechte houdingen ontlast. Ieder heeft zijn eigen relaxatiemiddeltjes. Een Koreaanse muzikante opent bij het ochtendkrieken een uurtje haar gsm-applicatie met watergeluiden – ik hoor een elektro-La mer – en ventjes die ademhalingsmeditatie voordoen. Anderen doen yoga in de bus. Of ze vergapen zich aan kerstverlichting in de stad: verstand op nul. En bètablokkers helpen ook. “Een dokter zei: ‘Wat is het ongezondst: een halve bètablokker voor het concert om rustig te blijven of tien avonden je hartslag de lucht in doen gaan?’” Goed slapen op tournee, best alleen, is ook een oplossing. Jean-Marie Binst
Ergens tussen douchen, de kindjes bellen, ontbijten, repeteren en van jurk veranderen draait Annelies Broeckhoven (l.) de knop in haar hoofd om.
BDW 1357 PAGINA 8 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Onderweg met het
Tien keer in twaalf dagen tijd het instrumentenkapitaal verhuizen en installeren: daar begin je niet ongeorganiseerd aan.
Er is geen grote monte-charge in Flagey: de regie behelpt zich met kleine liften en inventief gesleur.
BDW 1357 PAGINA 9 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
orkest
P-PRAAT FOTO’S SASKIA VANDERSTICHELE. TEKST JEAN-MARIE BINST
“Ons project is gewoon anders. Het is een artistieke installatie die gebaseerd is op het klassieke en traditionele symbool van de kerstboom, maar dit symbool tegelijk anders wil interpreteren. (...) De uitdaging van ons project op de Grote Markt bestaat er precies in om via het medium licht en videobeeld een uitwisseling te creëren tussen een hedendaags werk en een architecturaal historisch erfgoed.” Ja, het gaat over de kerstboom. Over de kerstboom van Pierre Schneider, de kunstenaar die die lichtgevende kubikale rommel heeft ontworpen. Bovenstaande onzin kan alleen door een Fransman uitgevonden zijn, staat in Brusseleir, het infoblad van de Stad Brussel, en wordt gesponsord met geld dat u voor uw elektriciteit hebt betaald. U krijgt er veel voor terug: binnen enkele jaren gaat het licht misschien af en toe uit als het koud is. Wordt gezellig in de stad, dan. Met de demografische boom – geen kerstboom – is er volk genoeg om een kaarsjesprocessie te houden. Waarmee Brussel dan weer wat christelijker wordt en Bianca Debaets content is. Als ze tegen dan nog gemeenteraadslid is. Want dat weet je nooit, na dit kerstgerelateerde succesje. Gelukkig haalt de Stad Brussel de boom weg voor 28 december, niet toevallig de dag van de onnozele kinderen. Ze vrezen dat het zatte volk zich op oudejaarsavond aan de boom zal vergrijpen, hem zal stukslaan, kortom, in een volkswoede zal ontsteken waarbij de bestorming van de Bastille een samenscholinkje leek. Wij hebben gevoel voor ironie, waarde lezer, en het volk ook. In 1789 wilde het volk de geestelijkheid mee over de kling jagen, en anno 2012 wil ze een onchristelijke kerstboom slopen. Kwestie van prioriteiten.
CHIEN ÉCRASÉ Ook warm ingeduffeld hebben harpen te lijden van een reisje naar Duitsland.
Daags voordat het orkest aan een tournee van twaalf dagen door Duitsland begint, sleurt de regie alles uit het Flageygebouw. Fotografe Saskia Vanderstichele schrikt zich een aap: “Hoeveel vrachtwagens hebben jullie wel niet nodig?” – “Ja, en elk concertpodium heeft andere maten: dat belooft,” zegt Staf. De regie krijgt dan ook van de negentig muzikanten een verdiend applaus, na de laatste klus, in Berlijn.
Staf houdt het hoofd koel: “Wat is dat, stress?”
KONINGSSTRAAT – Trompetgeschal bij Le Soir, want le Roi was op bezoek. De Brusselse krant bestaat 125 jaar, en noblesse oblige, dat moet gevierd met het koningspaar. Volgens de euforische collega’s bleef le Roi zelfs een halfuur langer plakken op de redactie omdat hij met vele vragen zat. Albert vroeg zelfs uiterst beleefd (altijd voorafgegaan door ‘Si je peux me permettre’, volgens de hagiografie...). Meer zelfs, Albert vroeg zeer pertinent. Zo vroeg hij onder meer of de journalisten zeker waren dat hun selectie interessant genoeg was voor de lezer. U weet dat misschien niet, lezer, maar als u ooit eens een journalist het zwijgen wilt opleggen, dan is dat de vraag die u moet stellen. Een goede tip. COMMUNAUTAIR – Aha, nu komt het, denkt u. Le Roi heeft zich bij zijn bezoek politiek vergaloppeerd. Neen, wij willen gewoon wijzen op de communautaire spreidstand. De Standaard nodigt te pas en te onpas gasthoofdredacteurs uit, halfgare kunstenaars of failliete modeontwerpers, die de godganse krant omgooien. Op die manier stelt de krant zichzelf de vraag of journalistiek wel interessant is. Het antwoord wordt er steevast impliciet (maar niet bewust) bij geleverd: neen. Le Soir doet het met meer klasse: die schakelen ten minste de koning in om hun dat te komen vertellen, houden daar twee pagina’s voor vrij – wij herhalen: twee –, organiseren nadien een receptie waarop wat gelachen wordt en stuiven na ’s mans doortocht steevast opnieuw aan het werk. Bij De Standaard moeten ze nadien telkens weer bekomen van het aantal opzeggingen en scheldmails.
BDW REGIO
BDW 1357 PAGINA 10 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Deze week in Neerpede > Op bezoek bij wijnboer Jef Van Belle
‘Niets zo lekker als wijn uit eigen tuin’ nen nauwelijks in zijn tuin aarden. “Ik heb eens merlot-ranken gekregen, maar die bleken al snel niet resistent tegen de Belgische weersomstandigheden.” Blauwe variëteiten die het wel goed doen, zijn de Duitse Regent en de Rondo, van Tsjechi-
“Mijn vrouw en ik drinken elk één fles per dag, en ook koken doen we niet met water, maar met wijn” sche oorsprong. De Duitse MüllerThurgau en Phoenix leveren mooie witte druiven op. En opmerkelijk is dat ook de Hongaarse Bianca-wijnstokken hier goed aarden.
Wijndief
Jef Van Belle in zijn wijngaard. “De dag dat ik één fles verkoop, stop ik ermee.”
ANDERLECHT – Frankrijk, Spanje en Italië, of Zuid-Afrika, Californië en Chili: elke windstreek levert tegenwoordig goede wijnen. Maar waarom niet kiezen voor wijn van eigen bodem? Jef Van Belle is al vijftien jaar wijnboer in de Neerpedevallei. Rode en witte, sherry en champagne, hij perst het allemaal uit zijn eigen druiven.
W
ijn is een passie voor Jef Van Belle. In goede jaren maakt hij wijn van een ton druiven, en dat nu al meer dan vijftien jaar lang. Hij kreeg de wijnmicrobe te pakken toen hij na een boekhouderscarrière samen met zijn vrouw in de Lakensestraat een kaas-, charcuterie- en wijnwinkel ging uitbaten. In 1991 sloot La Ferme Normande de deuren en begonnen Jef en Madeleine aan hun welverdiende pensioen. Maar de passie voor wijn bleef. Toen ze een paar jaar later een tentoonstelling van de Pajotse wijngilde Wijngeuzen Zuid-Brabant bezochten en een paar lokale wijnen proefden, besloten ze zes are van hun tuin tot wijngaard om te bouwen. Jef Van Belle was toen niet alleen. Toen Brussel Deze Week hem meer dan tien jaar geleden opzocht, had hij nog twee collega-wijnboeren, in Ukkel en Schaarbeek, maar
die hebben noodgedwongen hun wijngaard moeten opgeven. Zoveel jaren later genieten Jef en Madeleine nog altijd met volle teugen van hun passie. De wijnstokken houden nu hun winterslaap, maar binnen een maand steekt Jef weer de handen uit de mouwen: de zuurheidsgraad van de grond regelen, snoeien, de grond opschonen. Heel het jaar is er wel werk. In september trommelt hij familie en vrienden op om de handen uit de mouwen te steken bij de pluk. Dit jaar leverden zijn wijnstokken hem 540 kilo op. “Het was een slecht jaar. De kwaliteit van de vruchten is wel goed, maar de oogst is door het slechte weer mager. In goede jaren oogsten we bijna het dubbele.”
Belgisch weertje Het weer, daarmee is een heikel onderwerp aangesneden. Heeft België wel het gepaste klimaat om druiven
te telen? Een decennium geleden opperden klimatologen nog dat het zachte zuiderse klimaat naar het noorden zou opschuiven en dat België een geschikt wijnklimaat zou krijgen. De afgelopen grijze zomers deden het tegendeel vermoeden. “Ik kijk bijna elke dag in de krant
© SASKIA VANDERSTICHELE
naar de temperatuur in Bordeaux en Bourgondië. Die liggen op dit moment nog altijd een stuk hoger. Het klimaat zou dus echt wel al drastisch moeten veranderen. Ik denk niet dat ik dat nog meemaak.” En toch, zegt Van Belle: “Wijn maken zit in de lift in België.” Hij haalt er een artikel bij waaruit blijkt dat het aantal hectaren aan wijngaarden tussen 2010 en 2011 van 119 naar 130 gestegen is. Van Belle weet uit ervaring ook dat de druiven van de grote Franse wij-
Pedetong wint ZinnekeSprijs Met hun ossentong in champignonsausje, afgewerkt met de sherry van Jef en pastinaakkroketten, kaapte het wijkcomité Nei Pei bij de jongste editie van de kookwedstrijd Wijk van de Smaak de Zinnekesprijs weg. De hoofdprijs was voor het wijkcomité Het Rad, dat nog net iets creatiever met tong en pastinaak als opgelegde ingrediënten uit de hoek kwam. Met de lokale tint van het gerecht (alle groenten behalve de pastinaak zijn in Neerpede geteeld) en de originaliteit wist het wijkcomité van Neerpede de jury te overtuigen. De speciale prijs voor kindvriendelijkheid ten slotte ging naar de kookploeg van de wijk De Vijvers. BS
Na de oogst belanden al Van Belles druiven in de pers. Hij maakt er klassieke rode en witte wijn van, maar in zijn wijnkelder ligt ook champagne en sherry. “Het zijn wel de laatste flessen champagne,” zegt de bijna 78-jarige Van Belle. “We worden ook een dagje ouder, hé.” We krijgen een glas aangeboden van zijn nieuwste melange van Rondo en Regent. Met zijn wijndief – een plastic tuitje dat wijn uit een vat slurpt en weer ‘uitspuwt’ – schenkt hij ons een glaasje in. Vertrouwd als we zijn met de commerciële wijnen, is het even aanpassen en dus ook moeilijk een oordeel te vellen, maar we laten ons de wijn smaken. “Ik heb mijn wijn nooit met andere wijnen vergeleken, dat is ook niet de bedoeling. Het enige wat telt, is wat ik er zelf van vind, niet het etiket. Ik heb nog geen enkele fles verkocht. De dag dat ik er één verkoop, stop ik ermee. Ik heb ook nooit geld gevraagd aan nieuwsgierige bezoekers. Nogmaals: de dag dat ik dat doe, stop ik ermee. Ik geef mijn wijn weg of drink hem zelf.” Elke dag geniet hij er met volle teugen van. “Er zijn 365 dagen in een jaar. Mijn vrouw en ik drinken elk één fles per dag, en ook koken doen we niet met water, maar met wijn. We verkeren nog altijd in prima gezondheid. Ook onze lever doet het nog prima. De wijn houdt ons jong.”
Bruno Schols
BDW 1357 PAGINA 11 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© SERGIO BIANCHINI
Watermaal-Bosvoorde > FDF laat niet met zich sollen
Deleuze heeft én krijgt het moeilijk Olivier Deleuze is de eerste groene burgemeester in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en tevens de eerste openlijk tweetalige van Watermaal-Bosvoorde. Meer is er niet nodig om het FDF op stang te jagen.
Dominique Dufourny en Willy Decourty: elk drie jaar, voorwaardelijk.
Elsene > Oppositie scherp voor nieuwe oude meerderheid
‘Dufourty’ stevent af op problemen Willy Decourty (PS) blijft drie jaar burgemeester, daarna is het aan MR-schepen Dominique Dufourny. “De PS heeft geen andere optie, want ze stelt niet veel voor in Elsene,” zegt de oppositie, die dan ook van de ‘Dufourty-meerderheid’ spreekt. Alles blijft bij het oude in Elsene, en alles verandert. De MR is met voorsprong de grootste partij (15 zetels) en levert maar liefst zes schepenen, op Viviane Teitelbaum na allemaal dezelfden als tijdens de vorige legislatuur. PS levert de burgemeester, nog steeds Willy Decourty, tweede schepen Béa Diallo, en Pierre Lardot, die echter binnen een jaar wordt vervangen door Caroline Désir. Uiteindelijk strandde de meerderheid op 25 van de 43 gemeenteraadsleden, met nog twee overlopers van de lijst FDF-De Clippele die de paarse entente na de verkiezingen versterkt hebben. Niet meteen een toonbeeld van stabiliteit. De PS zit in Elsene dan ook met een afkalvend electoraat, maar heeft daar geen oppositiekuur aan gekoppeld. De Ecolo-CDH-oppositie spreekt van een verdeelde gemeente. “De twee blokken – oppositie en meerderheid – zijn aan elkaar gewaagd. Met deze meerderheid gaat er niets veranderen. Er moeten een paar dringende debatten gevoerd worden die MR en PS altijd naar de Griekse kalender verwijzen. Het is vijf voor twaalf,” zegt CDH-raadslid Julie de Groote. Haar collega Yves Rouyet (Ecolo)
vult aan: “Decourty beloofde altijd maar, maar niets was concreet.”
Lijken uit de kast Meer specifiek wil de ‘verenigde oppositie’ – beide partijen zeggen nauw te zullen samenwerken – vooral het veiligheidsdebat voeren, gekoppeld aan de problemen met de politiezone. “Elsene betaalt te veel in verhouding tot de bevolking en krijgt er weinig politie voor in de plaats,” klinkt het. En, prangender: “Elsene staat er financieel barslecht voor,” zegt De Groote. “De gemeente heeft te hoge werkingskosten in vergelijking met de schuld. Als hier niet direct iets aan gebeurt, dreigt de gemeente onder gewestelijke voogdij te worden geplaatst, deze legislatuur nog.” Rouyet en De Groote sturen aan op extra gemeenteraden om de problemen te bespreken “voor er lijken uit de kast vallen.” Wat oppositielid en ex-schepen van Financiën Olivier de Clippele wil doen, is niet zo duidelijk. Met het vertrek van twee leden van zijn fractie staat hij er niet goed voor. Er blijven buiten hem slechts twee zetels over voor zijn lijst. Hijzelf lijkt de schwung te zijn kwijtgeraakt die hem voor de verkiezingen zo kenmerkte. De Elsense politiek is een heuse krabbenmand, waarin – dat is waar – alles mogelijk is. Christophe Degreef
Het deed hem ogenschijnlijk niets, maar het moet niet makkelijk geweest zijn. Bij de intrede in de zaal waar hij voor het eerst als burgemeester kwam, uitgejoeld worden door het publiek. Een publiek dat er niet meteen rebels uitzag, ja, dat zelfs behoorlijk op leeftijd was. Het overkwam Olivier Deleuze, de nieuwe burgemeester van Watermaal-Bosvoorde. Deleuze weekte Ecolo dan ook los van zijn voormalige coalitiepartner FDF om een nieuwe meerderheid te vormen, bijgestaan door de GMH-lijst en de MR. Deleuze verjoeg Martine Payfa van de burgemeestersstoel waar ze al bijna twintig jaar op zat, en vóór haar haar moeder. Deleuze bracht, met andere woorden, een kleine revolutie teweeg in de meest aparte Brusselse gemeente. Dat het FDF echter nog de grootste partij is in Bosvoorde, met een levendige aanhang, zal hij niet licht vergeten. Er moet worden bij verteld dat Deleuze ook veel applaus kreeg bij de eedaflegging van
zijn nieuwe schepencollege en gemeenteraad. Hij pareerde de vele aanvallen van de FDF-fractie niet, maar onderging ze gelaten en beantwoordde het venijn met een minzaam glimlachje. Martine Payfa en haar raadsleden Martine Spitaels en Michel Colson waren nochtans in hun element. Payfa overhandigde Deleuze een cartoon van Le Soir-cartoonist Kroll waarop de burgemeester te zien was als hippie in de jaren 1970, en als een James Bond met rokend pistool anno 2012. “U hebt uw sjerp, maar u hebt ze op uw manier verdiend,” brieste Payfa. “Kijkt u maar eens goed naar uw cartoon om te beseffen wie u bent geworden.” Opmerkelijk tijdens de speciale gemeenteraad was dat SP.A-oppositielid Jos Bertrand zich onthield bij de aanstelling van GMH’er Jan Verbeke als Nederlandstalige schepen. “Ik ga niet akkoord met de gang van zaken: dat de Nederlandstalige schepen geen volwaardige bevoegdheden heeft en een ‘extra’ schepen is. Het was perfect mogelijk om hem bij het kerncollege te voegen,” zei Bertrand. Met een meerderheid van vijftien op de 27 zetels en een sterke oppositie onder leiding van Martine Payfa zal de groene burgemeester CD het nog moeilijk krijgen.
ADVERTENTIE
Volwassenenonderwijs Ook iets voor jou?
Op zoek naar een nieuwe uitdaging, een nieuwe job of wat vrije tijd over? Dan heeft CVO Elishout zeker wat voor jou. Bekijk het ruim aanbod aan praktische opleidingen op SECUNDAIR onze website en school ONDERWIJS je bij voor een nieuwe toekomst.
www.elishout.be
02 526 51 00 - E. Gryzonlaan 1, 1070 Anderlecht Vlakbij COOVI/CERIA
GEEN VLAAMSE SCHEPEN IN SINT-PIETERS-WOLUWE Er komt voorlopig geen Vlaamse schepen in Sint-Pieters-Woluwe. Benoît Cerexhe (CDH) is er niet in geslaagd een oplossing te forceren. De meerderheid (Woluwe+, FDF, Ecolo, Gestion Communale) telt geen enkele Nederlandstalige. De oppositie had raadslid Carla Dejonghe (Open VLD) als Vlaamse schepen voorgesteld. Hierop is de meerderheid bij de installatie vorige week, zoals verwacht, niet ingegaan. De verkiezing van de Vlaamse schepen werd uitgesteld, maar een oplos-
sing ligt niet voor de hand. Toekomstig burgemeester Benoît Cerexhe (CDH) heeft verklaard dat hij alles in het werk stelt om toch nog een Vlaamse schepen in zijn gemeente te krijgen. Sint-Pieters-Woluwe is de enige Brusselse gemeente die het zonder doet. De installatie van de gemeenteraad verliep woelig. Ontslagnemend burgemeester Willem Draps (MR, oppositie) blijft op post tot zijn klacht over verkiezingsfraude is behandeld. Hij wordt wel deels vleugellam gemaakt: de CDH’er Francis Delpérée wordt SVG voorzitter van de gemeenteraad.
INTERNAAT
InschrIjVIngen Start nieuwe Start nieuwe inschrijvingen: inschrijvingen: 13 december december 2012 17 2012 Infovoormiddag met Infovoormiddag met ontbijt ontbijt 19 19 januari januari2013 2013
CENTRUM VOLWASSEN ONDERWIJS
BDW 1357 PAGINA 16 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© TIJL VEREENOOGHE / ERFGOED.BE
Zo kan het ook: “Het Sint-Jan Berchmanscollege vormt een oase van onderneming, visie en beleid in het hart van Brussel,” vindt Julien Borremans. “Het beleid wordt er niet om de haverklap geheroriënteerd.”
Onderwijs > Julien Borremans: ‘Dwingender taalbeleid nodig in Vlaamse scholen’
‘Waar wachten de scholen op?’ BRUSSEL – Julien Borremans geeft les in het Nederlandstalig middelbaar onderwijs in Brussel. Hij ziet veel problemen om zich heen, zoals een torenhoge werkloosheid onder jongeren – en het huidige onderwijs reikt niet meteen een oplossing aan. “Heel wat schoolbesturen zijn vragende partij om een strenger taalbeleid te voeren, maar ze weten niet hoe ver ze mogen gaan.”
BDWOPINIE Dat Brussel in een rotvaart internationaliseert, zal iedereen wel duidelijk zijn. Maar of iedereen de draagwijdte en de verstrekkende gevolgen ervan begrijpt, is veel minder duidelijk. De komende jaren komen er tienduizenden nieuwe Brusselaars bij. Dat komt voor een stuk door een inflatoire nataliteit, maar ook door duizenden asielzoekers, nieuwkomers die hier jaarlijks aanspoelen. Een flink deel van die mensen heeft onvoldoende kennis en competenties om aansluiting te vinden bij de snel veranderende arbeidsmarkt. Uiteraard zijn er de vaktechnische competenties, maar wat eveneens van belang is, zijn de communicatieve mogelijkheden. En daar durft het wel eens flink mis te gaan. De gebrekkige kennis van het Frans is
al een handicap, maar het schrijnende gebrek van kennis van het Nederlands is een nog veel groter probleem. Resultaat is dat de (kans)armoede in Brussel spectaculair groeit. Momenteel leeft ongeveer 36 procent van de Brusselse bevolking onder de armoedegrens. Het ziet er niet naar uit dat er veel beterschap op komst is voor de komende generatie. De jeugdwerkloosheid in Brussel is dramatisch, en het huidige onderwijs vormt door heel wat problemen amper een wissel op de toekomst. De uitgesproken migratiebeweging en het belabberde kwaliteitsniveau van het Franstalig onderwijs zorgen voor duidelijke complicaties in het Nederlandstalig onderwijs: overvolle klassen, wachtlijsten en een toestroom van anderstaligen die een onvermijdelijke aantasting van de onderwijskwaliteit impliceert. Driekwart van de leerlingen in het Nederlandstalig onderwijs is anderstalig. De com-
“Wie kiest voor het Nederlandstalig onderwijs, moet het Nederlands ook een ruime plaats geven in het dagelijks leven” Julien Borremans.
municatie met de ouders verloopt heel erg moeilijk door de taalbarrière, een gebrek aan betrokkenheid, moeilijke opvoedingssituaties... Heel wat leerlingen hebben niet bepaald een vlekkeloos schoolparcours achter de rug. Ze blijven vaak zitten, lopen grote achterstand op en verliezen vaak de motivatie.
De basis Een taalachterstand is niet het enige wat schort. Het gebrek aan essentiële vaardigheden bij leerlingen wijst uiteraard op een structureel falen. Ervaren leerkrachten wijzen er al geruime tijd op dat jongeren steeds
minder de basisvaardigheden onder de knie hebben. Rekenen, lezen, schrijven, luisteren, kaartlezen… gaan duidelijk ten koste van bepaalde ICT-vaardigheden, zoals googelen. Bij heel wat basiscompetenties groeit de achterstand zienderogen. In de hogere jaren van het secundair wordt de achterstand acuut en neemt hij dergelijke proporties aan dat een flink deel van de allochtone leerlingen in het BSO terechtkomt, wat in het gros van de gevallen een drainage betekent naar een leven vol uitkeringen, zwartwerk, slecht betaalde jobs, sociale miserie… Ongeveer vijf procent stroomt door naar
hoger onderwijs, en van hen haalt slechts een fractie een diploma.
Voorbeeldouders Het is lang geen geheim dat in het Nederlandstalig onderwijs het gros van de leerlingen zeker niet alle eindtermen haalt. Binnen de Brusselse scholengroepen is men zich daar heel goed bewust van. In 2014 komt er een nieuwe minister van Onderwijs. De mogelijkheid bestaat dat een N-VA’er het roer in handen neemt en een stringenter taalbeleid aan het Nederlandstalig onderwijs in Brussel zal opleggen. De komende jaren moeten er in het Nederlandstalig onderwijs maar liefst drieduizend plaatsen bijkomen. De uitdagingen zullen evenredig toenemen, zoals de behoefte aan een stringenter taalbeleid. Het huidige taalbeleid zoals dat nu in vele scholen wordt beleden, is in heel wat gevallen sterk onvoldoende en is niet meer dan een druppel op een hete plaat. Laksheid en moedeloosheid zijn dan ook het gevolg. Een uitzondering, een oase van onderneming, visie en beleid vormt het Sint-Jan Berchmanscollege, een Vlaamse school in het hartje van Brussel. Vooreerst wordt er grote nadruk gelegd op een hoog studiepeil. Daarnaast wordt het belang van regelmaat, orde en tucht sterk onderstreept. Het college vormt een eliteschool, maar tevens een baken van vastberadenheid. Het beleid wordt er niet om de vijf voeten geheroriënteerd. Maar laten we beginnen bij het begin: heel wat schoolbesturen zijn vragende partij om een strenger taalbeleid te voeren, maar weten niet hoe ver ze mogen gaan. Een verregaande engagementsverklaring van de ouders en de leerlingen met betrekking tot de onderwijstaal, het Nederlands, is heel noodzakelijk. Wie bewust kiest voor het Nederlandstalig onderwijs, is zeker welkom, maar moet een engagement aangaan om het Nederlands een veel ruimere plaats te geven in het dagelijkse leven. Scholen kunnen aan ouders vragen om zo’n engagement te ondertekenen. Scholen kunnen anderstalige ouders ook overtuigen door cursussen Nederlands te organiseren, waarin ouders kennismaken met de schoolcultuur en ICT aanleren. De meeste scholen werken met Smartschool, een webtoepassing die de school ondersteunt bij tal van taken en een communicatie met leerlingen en ouders verzorgt: ideaal om snel en efficiënt te communiceren. Het Huis van het Nederlands is vragende partij om zulke cursussen te organiseren. Als de ouders het voorbeeld geven, zullen de kinderen automatisch volgen. Waar wachten de Brusselse scholen op? Daarnaast dient het buitenschoolse, Nederlandstalige aanbod op cultureel en sportief vlak (bibliotheek, theateraanbod…) versterkt te worden. De kennis van het Nederlands is in en rond Brussel een heel sterke troef voor duurzame tewerkstelling. Het Nederlandstalig onderwijs in Brussel moet deze troef veel meer uitspelen. Julien Borremans, leerkracht Nederlandstalig onderwijs
BDW 1357 PAGINA 17 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
BRIEVEN VAN LEZERS lezersbrieven@bdw.be
Woonbeleid In BDW 1355 las ik het opiniestuk ‘Over te nemen: woonbeleid Brussel’ van de SP.A’ers Fouad Ahidar en Matthias Van Wijnendaele (p. 14). Positieve signalen zijn voorstellen zoals ‘sociale verhuurkantoren en gemeenten die leegstaande gebouwen in beheer nemen, renoveren en de kosten recupereren via de huurprijs’. Dat voorstel stond trouwens in het verkiezingsprogramma van PVDA-PTB+ bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen. Toch frons ik de wenkbrauwen. De lange wachtlijst voor sociale woningen zal nog niet voor de helft opgelost worden door de voorstellen van de heren Van Wijnendaele en Ahidar. De bouw van sociale en publieke woningen in overheidsbeheer is een eerste stap om kwalitatieve sprongen te maken in de huidige wooncrisis en de demografische boom. Daarvoor zijn de voorgestelde huurtoelages het zestiende doekje voor het bloeden. Voorts zijn er in de gemeenten waar PS-SP.A mee bestuurt of mee bestuurd heeft, amper stappen gezet om de antileegstandsmaatregel erdoor te krijgen. Anderzijds is in geen enkele gemeente waar PS-SP.A mee bestuurt – op één uitzondering na (Elsene, en dan nog eenmalig) –, de wet-Onkelinx toegepast. (Die wet laat gemeenten toe om leegstaande gebouwen op te eisen en er daklozen in onder te brengen.) Het Brussels Gewest, onder leiding van zusterpartij PS, kan een moratorium op kantoorbouw toepassen, maar dat gebeurt niet. Op dit laatste argument zal men steevast antwoorden dat de SP.A niet in de Brusselse regering zit. Maar dan vraag ik me af wat de slagkracht is van een partij die bij één verkiezing samen opkomt met haar zusterpartij, en er bij een andere verkiezing uit wordt gekegeld... Jan Busselen, PVDA-PTB+, Schaarbeek
Pentagone? Nee, Vijfhoek In een brief in BDW 1356, p. 17, schrijft Bruno Floré uit Wetteren dat ik me afvraag waarom men in De Vijfhoek Nederlands praat en dat het een beetje een rare vraag is, omdat het om een VRT-productie gaat. Het is een rare vraag, die ik in dat opiniestuk helemaal niet heb gesteld. De vraag die ik wel heb gesteld, is de volgende: “Waarom spreken alle blanken [in de tv-serie] Nederlands of Brussels en alleen zij die een kleur hebben, Frans?” Ook een ongewone vraag, maar wel een van een heel andere soort. An Mertens, Brussel
Stadsnationalisme Een randbewoner (Roger Swalens) gaat in BDW 1355 van 29 november niet akkoord met de standpunten van prof. Eric Corijn (in BDW 1354 van 22 november, p. 4-5), die de stedeling en de stedelijkheid meer rechtmatigheid lijkt te geven dan de randbewoner en de Rand. Groot gelijk, maar... In andere landen zijn de verschillen tussen stad en rand geen probleem, voor het Brussels Gewest is het dit wel. Het Brussels Gewest wordt fundamenteel belemmerd omdat al zijn volksvertegenwoordigers gebonden zijn aan een politieke partij en aan een partijvoorzitter uit Vlaanderen of Wallonië. Die halen hun stemmen voor het grootste deel uit de twee grote gewesten, waardoor Brussel nauwelijks een stem in het kapittel heeft. Dit vertaalt zich in: - Brusselse gekozenen die het minst vaak hun Brusselse mandaat opnemen en naar een functie elders terugke-
ren/vertrekken. Zo verdwenen na de laatste gewestverkiezingen, hoewel ze verkozen waren, Pascal Smet, Guy Vanhengel, Steven Vanackere, Armand De Decker,... Daardoor krijgt Brussel altijd een B-ploeg, zowel in de meerderheid als (vooral) in de oppositie; - industriegebieden die net over de grens van het Brussels Gewest opgericht worden omdat dit inkomsten zijn voor Vlaanderen en Wallonië; - de instandhouding van De Lijn en TEC in plaats van één Brabants openbaar vervoer op te zetten; - 360.000 pendelaars, van wie een groot deel autogebruikers, die de leefbaarheid van de inwoners van de stad ondermijnen, omdat de politiek prioriteit geeft aan hun vereisten; - meer dan honderdduizend Brusselse werklozen voor wie niets anders gedaan wordt dan een minimuminkomen uitkeren via werkloosheidsvergoedingen; - de Brusselse opvang van drie keer meer asielzoekers dan in Vlaanderen en Wallonië, alle spreidingsplannen ten spijt; - 99 procent van alle opstijgende vliegtuigen die over het Brussels Gewest (dwars door centrum en over noordoostelijke Brusselse gemeenten) gestuurd worden, dankzij alle spreidingsplannen, enzovoorts... Kortom, het debat is niet een van stadsbewoners versus randbewoners, in zoverre geef ik Roger Swalens gelijk. Het debat gaat over de verlamming van het Brussels Gewest door Vlaanderen en Wallonië... over het ontbreken van dwingende regels, waardoor politici niet voluit voor Brussel rijden... over de economische uitbuiting en de verarming van Brussel... over de strijd om de macht tussen Vlaanderen en Wallonië over het Brussels Gewest... over een nakende federale consensus over de verdeling van deze macht in een uitgediept ‘confederaal België’. Niet voor niets is Brussel het wingewest van het land, ook voor de randbewoners.
Maurice Seewald, Schaarbeek
Elisabeth Verlooy Op 22 november overleed in Elsene de 79-jarige sopraan Elisabeth Verlooy. De begrafenis had plaats in de abdijkerk Onze-Lieve-Vrouw ter Kameren. Als coloratuur sopraan trad Verlooy op in alle bekende operahuizen in Europa. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, ze was toen nog een kind, trad ze op in de kerk in Leefdaal. Zo zorgde ze voor een glansmoment in een barre tijd. Ze verbleef in ons dorp wegens de dreigende bombardementen op Leuven, waar ze was geboren en waar ze woonde. Op www.leefdaal.be wijdden we een artikel aan Elisabeth. Wie kan ons nog meer over haar vertellen?
Willy Brumagne, Lindendreef 9, 3061 Leefdaal
STOP! (Open brief aan Els Ampe, nieuw Brussels schepen van Mobiliteit, n.a.v. haar interview in BDW 1356 van 6 december, p. 4-5.) Uw bewering “Wie naar de Nocturnes komt, komt met de auto. Punt” doet niets goeds voorspellen voor de toekomst van de Zavel – door het parkeren het ongezelligste en lelijkste plein in de Vijfhoek, nu de Grote Markt eindelijk autovrij is – en voor de mobiliteit in Brussel. Ze is bovendien totaal vals, minstens wat mij betreft. Ghislain Thonon, ‘voetganger en fietser, maar ook autobestuurder’, Oudergem
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
BDWOPINIE Cultureel akkoord door Anne Brumagne De twee dames die minister van Cultuur zijn voor respectievelijk de Vlaamse en de Franse Gemeenschap, hebben het toch maar mooi voor elkaar gekregen. Decennia lang moest de culturele sector erop wachten; afgelopen vrijdag konden Joke Schauvliege (CD&V) en Fadila Laanan (PS) eindelijk uitpakken met een cultureel samenwerkingsakkoord tussen de twee grote gemeenschappen van het land. Zulke akkoorden werden in het verleden met verschillende landen afgesloten, maar nooit met de Franse Gemeenschap. Blijkbaar moest er een akkoord zijn over de splitsing van BrusselHalle-Vilvoorde voor zo’n samenwerking mogelijk was. Vlaanderen argumenteerde lange tijd dat zolang de Franse Gemeenschap Franstalige bibliotheken of andere culturele instellingen in de Vlaamse Rand wou subsidiëren, er van een cultureel akkoord geen sprake kon zijn. In de tekst van het huidige akkoord wordt dan ook expliciet verwezen naar de bijzondere wet van 8 augustus 1980, waarin de basisregels van de werking van gemeenschappen en gewesten staan. Het is nu ook gelukt omdat de ambities realistisch gebleven zijn. Liever een beperkt akkoord nu, luidde allicht de redenering, dan wachten tot sint-juttemis. Om te beginnen is er alleen sprake van ‘culturele aangelegenheden’. Het Cultureel Verdrag met Nederland heeft het ook over onderwijs, wetenschappen en welzijn. Bovendien wordt er alleen een kader geschetst dat nog concreet moet worden ingevuld. Er wordt ook niet meer van uitgegaan dat elke gemeenschap altijd evenveel geld moet uittrekken; de Franse Gemeenschap heeft minder centen. Zal het samenwerkingsakkoord echt iets teweegbrengen? Culturele akkoorden leiden wel eens een slapend bestaan. Bij dat met de Franse Gemeenschap zou het anders moeten gaan. Er zijn mogelijkheden te over om er een bloeiende samenwerking van te maken, want op het terrein wordt er al veel samen gedaan waarop kan worden ingespeeld. Natuurlijk vooral hier in Brussel, stad die in het persbericht over het akkoord jammer genoeg niet werd vermeld, maar waar in het verleden al vele bruggen tussen de gemeenschappen zijn gebouwd. Onze eigenste Agenda en het Kunstenoverleg zijn er een paar mooie voorbeelden van. Andere zijn de samenwerking tussen Botanique en Ancienne Belgique of tussen KVS en Théâtre National. En als we mogen dromen: met het festival Daba Maroc heeft de Franse Gemeenschap een boeiend samenwerkingsproject met Marokko. Het Vlaams-Marokkaans Huis Daarkom ligt op apegapen. Zijn er echt geen samenwerkingsformules Vlaanderen/Franse Gemeenschap/Marokko te bedenken?
EVA HILHORST
© NENA DRIEHUIJZEN
‘Maak van conservatorium EEN nv van publiek recht’ BRUSSEL – “Een nv van publiek recht lijkt een geschikte constructie voor het Brusselse conservatorium om tot een oplossing te komen,” zegt staatssecretaris Servais Verherstraeten (CD&V), verantwoordelijk voor de Regie der Gebouwen.
VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
Muziek > Sociale opnamestudio Rockfabriek viert twintigste verjaardag
‘Hé, kings de la rue, kom jullie quartier uit’ BRUSSEL – De naam was de grootste vergissing, geeft een van de oprichters van De Rockfabriek twintig jaar na de feiten ootmoedig toe: de hiphoppers uit de quartiers hebben de rockers uit de middenklasse al een tijdje verdrongen in de Molenbeekse opnamestudio. Het zet het succes van het laagdrempelige initiatief voor jongeren extra in de verf. Jaarlijks nemen hier een tachtigtal beginnende groepjes hun eerste nummers op tegen het minitarief van vijftien euro per uur. “Meer nog dan talent ontluiken zien we hier jongeren volwassen worden.”
‘D
aar heeft ooit iemand een gat in de muur geslagen,” wijst Koen Hanssens ons aan. Deze veteraan in het Brusselse jeugdwerk stond twintig jaar geleden mee aan de wieg van De Rockfabriek. “De elektriciteit was uitgevallen en de opname was stuk. De frus-
tratie ging recht door de Gyproc-muur.” Een andere keer waren na de opnames de microfoons gestolen, en het adres dat men opgegeven had, bleek niet te bestaan. “Een week later zag ik de plaat van de band wel liggen in de Fnac: ‘recorded in De Rockfabriek’. Sindsdien heb ik mij niet meer laten van-
gen, maar ik heb de cd wel gekocht (lacht).” Het zijn gelukkig uitzonderingen, deze anekdotes. En aan de vooravond van de viering van twintig jaar Rockfabriek worden ze bovendien met de nodige zelfrelativering verteld. Maar we kunnen er ons wel iets bij voorstellen als we denken aan al het jeugdige testosteron dat ooit in deze kleine studio samentroepte. In 1992 was een initiatief als De Rockfabriek nieuw in de sector. Een niet-commercieel alternatief voor de professionele muziekstudio’s bestond nog niet. “Met de klassieke Brusselse jeugdwerking wisten we enerzijds wel heel wat jongeren te engageren via de jeugdbewegingen, jeugdhuizen en kinderateliers,” vertelt Hanssens. “Tegelijk stelden we vast dat veel jongeren op eigen houtje bezig waren met mu© SANDER DE WILDE
Hij reageert hiermee op de oproep van Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet (SP.A) en minister van Schoolinfrastructuur van de Franse Gemeenschap Jean-Marc Nollet (Ecolo) aan het adres van de federale regering om dringend werk te maken van de renovatie van het Koninklijk Conservatorium. Het gebouw in de Regentschapsstraat, dat eigendom is van de federale overheid en zowel door het Vlaamse Koninklijk Conservatorium als door het Franstalige Conservatoire Royal gebruikt wordt, verkeert al jaren in zeer slechte staat. Heel wat lokalen en zalen zijn bouwvallig, sommige zo erg dat ze niet meer gebruikt kunnen worden. Dit voorjaar kon de halve finale van de Koningin Elisabethwedstrijd er niet meer plaatsvinden. Volgens Smet komt stilaan ook de onderwijsopdracht van beide conservatoria in het gedrang. En dat allemaal omdat de Regie der Gebouwen al jaren niet investeert in het gebouw. Afgelopen vrijdag engageerden de regeringen van de Vlaamse en Franse Gemeenschap zich om tot een ‘gedeelde’ oplossing te komen, bijvoorbeeld via de oprichting van een nv van publiek recht. Verherstraeten liet maandag weten tevreden te zijn met dit voorstel. “Een nv van publiek recht waaraan alle betrokken entiteiten deelnemen, kan een geschikte constructie kan zijn,” zegt zijn woordvoerder. “Dat wordt dan een nv met als aandeelhouders de federale overheid, die het gebouw inbrengt, de gemeenschappen, die de conservatoria al 32 jaar beheren, en eventueel andere partners zoals het Brussels Gewest en de Stad Brussel. Samen kan er een masterplan voor de renovatie uitgewerkt worden.” Binnenkort komt er hierover een formeel HUB overleg.
BDW 1357 PAGINA 18 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
ADVERTENTIE
Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap
✆ 0800-15045
alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30
Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be
Studiotechnicus annex jongerencoach Gorik De Smet (zittend): “Als we jongeren leren dat ze zelf iets kunnen maken en dat ze door samenwerking betere resultaten boeken, dan staan we al een eind ver.”
© SANDER DE WILDE
BDW 1357 PAGINA 19 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
De Borgerhoutse rappers van YAME nemen voor het Fishtank-project van De Rockfabriek een track op met de Brusselse rockband From Harlow to Spitz.
ziek, zonder ondersteuning. Daar wilden we verandering in brengen.” Sindsdien biedt De Rockfabriek workshops en een opnamestudio aan tegen een door de Vlaamse Gemeenschapscommissie laag gehouden uurtarief, binnen de Brusselse vzw JES, een ‘stadslab’ voor kinderen, jongeren en jongvolwassenen dat ondertussen ook actief is in Antwerpen en Gent.
Van grunge tot hiphop Het Brusselse muziekeducatieve project, precies op de grens van sociaal en artistiek, was meteen een succes en kreeg ook navolging in andere steden. Denk maar aan de Muziekodroom in Hasselt of, dichterbij, De Pianofabriek in Sint-Gillis. “In het begin ging het er technisch nochtans heel primitief toe,” herinnert Hanssens zich. “Alles werd op twee sporen opgenomen, en we werkten met DAT-recorders. Die eerste jaren kwamen er ook alleen maar gitaargroepen langs. Het waren de hoogdagen van de grunge. De hiphoppers hebben ons pas na 1996 ontdekt. Van een middenklassepubliek zijn we zo geëvolueerd naar een straatpubliek, wat ik een goede zaak vind. Zo sluit onze werking beter aan bij de buurt. En: zestig procent van de groepen die we hier nu ontvangen, is Franstalig.” Die evolutie had natuurlijk ook een impact op de werking. “We waren het altijd gewoon geweest om groepen te ontvangen die al veel gerepeteerd hadden, die klaar waren voor hun ‘grote moment’. De muziek van de huidige generatie muzikanten, en dan heb ik het vooral over de rappers, is vaak niet af. Dat heeft met een zekere nonchalance te maken, maar ook
met het genre op zich. Onze studiotechnicus is tegenwoordig niet alleen technicus, maar ook producer, muzikant en coach.” Gorik De Smet, ondertussen al vier jaar fulltime aan de slag in de studio, knikt. Hij heeft zowel een diploma van sociaal werker als van sound engineer, en dat komt hier goed van pas. “Ja, soms moet er gewerkt worden aan de attitudes van de gasten of moet je hen met de voeten op de
KOEN HANSSENS, OPRICHTER ROCKFABRIEK:
“Van een middenklassepubliek zijn we geëvolueerd naar een straatpubliek, en dat vind ik een goede zaak” grond zetten. We blijven ook bewust een vast uurtarief vragen. Op die manier weten ze dat er enig engagement verwacht wordt, dat ze op tijd moeten komen bijvoorbeeld. Maar als je structuur geeft en goed de grenzen bepaalt, dan zijn het heel aangename gasten om mee te werken.” Jongeren betalen vijftien euro per uur in de studio, inclusief technicus. De VGC past de rest bij. Het moederhuis JES, waar Hanssens het expertisecentrum leidt, stelt de infrastructuur ter beschikking. “Wat de opnamestudio betreft zitten we hier goed, maar op
het vlak van repetitieruimten blijft de situatie schrijnend. Bij een enquête onder de Brusselse jeugd bleek enkele jaren geleden al dat sommige groepen tweehonderd euro per maand moeten betalen voor een klein repetitielokaal. En de situatie is er niet beter op geworden.” Aan repetitieruimtes kan De Rockfabriek de lokale jeugd niet helpen, maar aan een andere lacune in de Brusselse muzieksector, het gebrek aan podiumkansen, wordt wél iets gedaan. In 2003 riepen ze samen met de jeugdhuizen het tweejaarlijkse popconcours Het Kampioenschap van Brussel in het leven. Met een honderdtal groepen in de meest uiteenlopende genres kunnen we na vier edities van een groot succes spreken. “Die diversiteit van genres is typisch voor Brussel,” zegt De Smet. “Twee edities geleden hadden we met The Black Box Revelation ook een grote naam in onze finale, die tegenwoordig in de AB plaatsvindt, een droomlocatie voor jonge gasten. Wat opviel bij Het Kampioenschap, is dat we daar wel ineens een Franstalig middenklasse rockpubliek aanspreken.” Daartegenover staat dat de echt lokale groepjes afhaken. Hanssens: “Ooit organiseerden we een hiphopwedstrijd in De Vaartkapoen met een dertigtal groepen uit de buurt. Het werd een sfeertje vol testosteron (lacht). Maar die groepjes krijgen we niet op Het Kampioenschap. Ze komen hun quartier niet uit.” Dat
komt omdat ze hier de king van de straat zijn, legt De Smet uit. “Meestal hebben ze te weinig zelfvertrouwen om het ook elders te proberen. We proberen daar iets aan te doen door hen voortdurend te motiveren en af en toe workshops te organiseren, waarop we ze bijvoorbeeld instrumentals laten maken, die ze nu nog te vaak gewoon van YouTube stelen. Als we jongeren het besef bijbrengen dat ze zelf iets kunnen maken en hoe ze door samen te werken soms betere resultaten boeken, staan we al een eind ver.” Samenwerking is ook het sleutelwoord van het Fishtank-project. “We laten twee groepen uit verschillende stijlen, steden en leefwerelden samen een track opnemen,” zegt De Smet. “Tijdens onze jubileumviering aanstaande zaterdag in de AB stellen de Brusselse rockgroep From Harlow to Spitz en YAME, twee rappers uit Borgerhout, het resultaat van zo’n kruisbestuiving voor.” Ze staan er zij aan zij met iets bekendere bands die in het verleden op Het Kampioenschap speelden en/of in De Rockfabriek opnamen. In de AB is de kans bovendien erg groot dat ze muziektechnicus Stef Van Alsenoy tegen het lijf lopen. Die begon zijn carrière ooit zelf als medewerker in de sociale studio in Molenbeek en werkt nu met de grootste sterren. Voor De Smet is dat alvast een extra motivatie om te bijven motiveren.
Tom Peeters
20 jaar Rockfabriek, zaterdag 16 december in de Ancienne Belgique. Eerst workshops en infosessies; ’s avonds spelen Allan Muller, Rival, The Fouck Brothers, Sarah Carlier, ABN, OK Cowboy en Double Size. Het resultaat van het Fishtank-programma is zowel ’s namiddags als ’s avonds te horen. Meer op www.jes.be en www.abconcerts.be
UW OPHAALDAGE
Raadpleeg de nieuw in uw brievenbus v
EN VERANDEREN.
we ophaalkalender, vanaf 17 december.
BDW 1357 PAGINA 22 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Amateurtheatermakers van Laplan, thuislozen van Hobo en nieuwkomers van Globe Aroma, samen in Urbi et Orbi?
plots niet goed meer kunnen communiceren. Urbi et Orbi? wordt een drie- (of vier)talige voorstelling in het Nederlands (ook Brussels), Frans en Engels, over de fictieve stadstaat Brutopia, die pretendeert perfect solidair en democratisch te zijn. Maar na 33 jaar kalm bestuur komen twee kampen lijnrecht tegenover elkaar te staan. Moet de lijn van gezapige eensgezindheid worden doorgetrokken, of moet men kiezen voor de kracht van ’t changement die de oppositie propageert? Tussen die twee kampen zit dan nog een derde groep mensen die hun land zijn ontvlucht voor oorlog, honger, armoede en miserie. Ze hoopten op een beter leven in Brutopia. De regisseur die het hele project in goede banen leidt, is Mout Uyttersprot, die als acteur bekend is van tv, maar die ook ervaring heeft in het sociaal-artistiek werk. Zijn script wordt ondersteund met live geprojecteerde beelden van de vzw Vaak van videokunstenaar Koenraad Deblauwe. Volgens Veronique Van Craen van Laplan betekent het project voor de thuislozen en nieuwkomers echt een stimulans, een uitlaatklep en een houvast. “Sommigen van hen moeten nog dagelijks door Archipel-Hobo aan een slaapplaats geholpen worden, maar door de regelmaat van de repetities nemen ze ook andere dingen weer op. Een aantal acteurs neemt al voor de derde keer deel.” MB
nieuwkomers de ontmoeting tussen verschillende culturen te stimuleren. In Urbi et Orbi? spelen achttien acteurs en actrices, een zeer gemengde cast van thuislozen, nieuwkomers en Brusselse acteurs die al langer met Laplan en De Markten bekend zijn.
Urbi et Orbi? op 19, 20 en 21 december om 20 uur in De Vaartkapoen, Schoolstraat 76, 1080 Sint-Jans-Molenbeek. Kaartjes kosten 8 euro of 6 euro voor studenten; cultuurwaardebon welkom. Reserveren op 02-512.34.25, meer op www.demarkten.be, www.laplan.be
Theater > Laplan en centrum voor thuislozen Hobo spelen samen Urbi et Orbi?
Ruzie in de ideale stad Laplan is de naam van de succesvolle artistieke deelwerking van De Markten, die cursussen binnen verschillende artistieke disciplines ondersteunt. Er zijn al gezelschappen uit voortgekomen waarin professionals en niet-professionals samen werk presenteren. Maar Laplan besteedt ook aandacht aan minder voor de hand liggende deelnemers- en publieksgroepen. Vandaar de samenwerking met CAW Archipel-Hobo. Dat is een dagcentrum voor thuislozen dat via allerlei activiteiten het zelfvertrouwen en de zelfstandigheid van de thuislozen wil aanwakkeren, opdat ze uit hun sociaal isolement breken. Samen maken Laplan en Hobo al voor de derde keer een sociaal-artistieke theatervoorstelling: na Kaputt met Kris Kaerts en Play met Luc Van Nyvelseel is er nu Urbi et Orbi? Daaraan werkt dit keer ook de sociaal-artistieke organisatie Globe Aroma mee. Die probeert door kunst van asielzoekers, vluchtelingen en
© LAPLAN
BRUSSEL – Urbi et Orbi ofte ‘Voor de stad (Rome) en de hele wereld’ is de zegen die @Pontifex traditioneel uitspreekt met Kerstmis en Pasen. Nu is het ook de naam van het theaterproject waarin Laplan/De Markten en Archipel-Hobo peilen of de stad wel voor de hele wereld is.
De achttien leverden vervolgens zelf de ideeën voor het stuk, waarna de regisseur alles bundelde in een theatertekst. De spelers werd gevraagd wat hen echt bezig houdt in Brussel. Ze vertrokken van het verhaal van de toren van Babel, over mensen die
ADVERTENTIE
nschrijven in een Nederlandstalige school in Brussel?
U vindt de juiste weg op e b l. e s s ru b in n e jv ri h c s n .i w ww Secundair onderwijs
BROERS EN ZUSSEN EN KINDEREN VAN PERSONEEL Rechtstreeks inschrijven in de school, van 7 tot en met 18 januari 2013
1STE JAAR SECUNDAIR ONDERWIJS: TWEE MOGELIJKHEDEN 1. Scholen die werken met een callcenter om leerlingen aan te melden Hoe aanmelden? Bel op 29 januari 2013 naar het gratis nummer 0800 63 600. Voor welke scholen telefonisch aanmelden? Ga naar www.inschrijveninbrussel.be voor het overzicht van de scholen. Daar vindt u ook: - op welk tijdstip u moet bellen voor welke school; - welke informatie u bij de hand moet hebben tijdens het telefoongesprek; - hoe u uw schoolkeuze moet maken; - wat er gebeurt als u een valse verklaring aflegt. Wanneer inschrijven? Inschrijven van de aangemelde leerlingen: van 1 februari tot en met 28 februari 2013 Zijn er na de inschrijvingen van de aangemelde leerlingen nog vrije plaatsen? Dan organiseren deze scholen inschrijvingen vanaf 1 maart 2013. De inschrijvingsmomenten vindt u op www.inschrijveninbrussel.be.
2. Scholen die niet werken met een callcenter Rechtstreeks inschrijven voor het 1ste leerjaar A en het 1ste leerjaar B vanaf 1 maart 2013 Van 1 tot en met 15 maart is er voorrang voor: - leerlingen met thuistaal Nederlands (55%) - GOK-leerlingen (25%) - niet-GOK-leerlingen (75%) Kijk op www.inschrijveninbrussel.be voor informatie over: - de inschrijvingsmomenten van de scholen; - de documenten die u mee moet nemen bij de inschrijving; - wie een GOK-leerling is en wanneer je het Nederlands als thuistaal hebt. Voor het 2de jaar secundair onderwijs, de 2de en de 3de graad, de leertijd en het deeltijds beroepssecundair onderwijs: • van 15 tot en met 28 april 2013: voorrang voor leerlingen met thuistaal Nederlands (55%) • vanaf 29 april: start vrije inschrijvingen De inschrijvingsmomenten vindt u op www.inschrijveninbrussel.be. De secundaire scholen voor buitengewoon onderwijs hebben een eigen inschrijvingsprocedure.
LOP Brussel SO
BDW 1357 PAGINA 23 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012 © NICOLAS KARAKATSANIS
TELEX VADROUILLE Wachten in een Haastige wereld
Praat
Uitvinder van het obscur-obscur achteraf
Fototentoonstelling Adjusting infinity van Nicolas Karakatsanis, nog tot en met 21 december in Alice Gallery (Land van Luikstraat 4, 1000 Brussel, www.alicebxl.com, theskeletonherald.blogspot.com).
Nicolas Karakatsanis is cool. Hij is een de weinige niet-baseballspelers aan wie het gegeven is om met vanzelfsprekende flair een baseballpet te dragen, en ook een van de weinige mensen die vijf achtereenvolgende a’s in hun naam kunnen dragen zonder dat het aanmatigend wordt. De jonge Brusselaar, die te getalenteerd was om zijn opleiding uit te zitten, heeft in korte tijd een internationale status verworven als director of photography (DOP) ofte cameraman van videoclips, reclame- en langspeelfilms zoals Linkeroever, Rundskop en de Amerikaanse remake van (The) Loft. Maar Karakatsanis is vooral cool omdat hij spaarzaam is met licht. De mensen die met hem hebben gewerkt (Michaël Borremans, Baloji, Michaël Roskam, Erik Van Looy), getuigen: als Nicolas nog ergens een spotje uit kan draaien, of wat kan goochelen met diafragma en ISO/ASA-waarden, dan zal hij het niet laten. Zo toont hij aan dat je ook met minder licht nog kunt zien, en dat je met minder licht zelfs beter kunt kijken. Omdat ik zelf niet bijster veel van overdadig licht hou, zeker niet van kunstlicht, vind ik dat een hele verademing. In onze spilzieke tijden van superlatieven is overbelichting de norm en is er ook overal licht waar helemaal niets te zien is. Weg met de bedrijven die de gevel van hun banale kantoorgebouw in de led zetten! Weg met de kerstverlichting die onze donkere dagen naar een ver verleden flitst! Weg ook met kindjes die om een nachtlampje vragen in hun slaapkamer! Enfin, Karakatsanis dus. Die moet tegenwoordig op verschillende plekken in de wereld zijn om de dingen te filmen die men hem vraagt te filmen. Naast zijn filmcamera heeft hij tegenwoordig ook een fotocamera mee waarmee hij bijna dagelijks foto’s maakt. Die belanden op zijn fotoblog The Skeleton Herald, en nu ook in de Brusselse galerie Alice. Ook op die foto’s moet het licht moeite doen om een plaatsje af te dwingen, maar het is er ondanks alles. Je zou kunnen zeggen dat Karakatsanis wil laten zien wat het licht ons ver-
kiest te tonen, en dan alleen dát. Zijn foto’s doen je stilstaan bij wat licht nu ook alweer is, bij die deeltjes die na een lange reis uitgerekend op dat punt vallen. Dat merk je aan een foto als ‘Beard’, waarop de zilveren haren in de zwarte baard opvallen, of aan ‘Eyes’, waar het licht in de ogen en op the pearl earring van de geportretteerde dame schijnt, of aan het mooie ‘Grey Girl’: ze geeft nauwelijks de contouren van haar gezichtsprofiel prijs. Overigens: waar ziet een mens nog een ander mens in het donker? Daarvoor moet je al bijna met elkaar onder de lakens kruipen. Het onderscheid tussen de kleurenfoto’s en het zwart-wit waarmee Karakatsanis onlangs aan de slag ging, is zeer gering. ‘Flag’, dat een averechts opgehangen, kleurloze Amerikaanse vlag toont, zou je als een negatief kunnen beschouwen, als niet juist het geborduurde wit van de sterren het licht zou vangen. Van clair-obscur kun je niet spreken, eigenlijk gaat het om obscur-obscur. Misschien zoekt Karakatsanis hier en daar naar effecten, maar meestal zijn ze er al. Het Magritte-iaanse ‘Barrage’, waarop achter een nachtelijk bladerdek een blauwe hemel met een zonverlichte wolk zichtbaar is, laat uitschijnen dat Magritte zijn idee voor zijn surrealistische ‘Rijk der lichten’ (het nachtelijke straatbeeld onder helblauwe hemel) wel eens gewoon uit de werkelijkheid gehaald zou kunnen hebben. Verder hou ik van ‘Chairs’: een aantal plastic stoeltjes in een nog afgesloten feesttent, die nog even rust wordt gegund voor het feest losbarst. En om ongeveer dezelfde reden hou ik ook van ‘Eagle’: zou er al eens iemand eerder het goede idee hebben gehad om een foto te tonen van een vliegende adelaar die zo donker is dat het beest eindelijk eens even van de plicht wordt ontslagen om er stralend en glorieus uit te zien? Hier ervaar je opnieuw dat de afwezigheid van opgedrongen licht in feite een luxe is. Dat verlangen naar kalmte en verlangen naar duister samen gaan. Spijtig dat galerie Alice zelf wat worstelt met het kunstlicht waaronder de foto’s hangen, maar in het bijzaaltje achter het witte gordijn voltrekt zich toch nog een wonder. Daar zie je letterlijk hoe de foto ‘Skull’ meer van zijn geheimen prijsgeeft naarmate het licht wordt gedimd. Michaël Bellon
BRUSSEL – Op woensdag 19 en donderdag 20 december speelt het toneelstuk Wachten op de koning, telkens om 12, 14, 18 en 19.30 uur, in de Koninklijke Loge van het Centraal Station. De voorstelling gaat over twee dienstmeisjes die wachten op de ‘Koning’, die nooit zal opdagen. Het vijftien minuten durende toneelstuk wil het publiek letterlijk stil laten staan bij het begrip ‘wachten’. In de wachtruimte van wijlen koning Boudewijn komen de toeschouwers terecht in een omgeving waar de tijd lijkt stil te staan. Hiermee willen Eline George en Suzan Tolsma, twee laatstejaarsstudenten aan de toneelacademie in Maastricht, een duidelijk contrast tonen met de haastige samenleving. “Met het dagelijkse komen en gaan van reizigers is een treinstation hier uiteraard een perfect voorbeeld van,” vertelt George. Alle opvoeringen zijn gratis. Mensen die op woensdag of donderdag niet aanwezig kunnen zijn, kunnen komende zondag van 9 tot 22 uur een kijkje nemen NV tijdens de repetitie. En ook op Erfgoeddag, 21 april, krijgt u nog een kans.
OVERLEG HEEFT NIEUWE VOORZITTER BRUSSEL – Jo Bossuyt (Davidsfonds) is de nieuwe voorzitter van het overleg van Brusselse regionale en bovenlokale verenigingen. Hij volgt Myrianne De Ridder (Willemsfonds) op. Zij was dertig jaar voorzitster en is medeoprichtster van het overleg. De organisatie is een samenwerking tussen Nederlandstalige Brusselse verenigingen, opgedeeld in vier categorieën: de ‘klassieke’ sociaal-culturele ver-
enigingen, verenigingen van etnisch-culturele minderheden, seniorenverenigingen en vormingsinstellingen. Zo behoren onder andere Curieus, het Davidsfonds, de Unie van Turkse Verenigingen, Okra, het Masereel- en het Willemsfonds tot het overleg. De aanstelling van de voorzitter van de Brusselse cultuurraad is geen verrassing: Bossuyt was de enige kandiNV daat voor de functie.
ADVERTENTIE
16 DECEMBER
MIJN SHOPPING MAAKT VAN ZONDAG EEN FEEST
www.thewshopping.be
BDW 1357 PAGINA 24 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Fotografie > Jaarkalender Plaizier zoomt in op mobiliteit
Verkeer in de stad BRUSSEL – Hoe mobiel is de Brusselaar nog? Uitgever Plaizier staat stil bij het mobiliteitsvraagstuk met zijn jaarkalender 2013: Trafic. Twaalf Brusselse beelden, van januari tot december, van een fototypie uit 1899 van A. Louvois tot een avondlijk beeld van de Wetstraat anno nu van onze eigenste Ivan Put. Kijk, geniet, mijmer, word nostalgisch. De karren die in 1899 af- en aanrijden bij de scheepsdokken van de Oeverpoort (nu Leopold II-laan). De Brabantse trekpaarden die met open tramwagons over het De Brouckèreplein sjokken. De modernistische viaduct die van het Rogierplein naar de Basiliek zweeft, met amper een auto erop in 1960. Het zijn maar drie van de twaalf verbazende prenten van de fotokalender 2013 Trafic van uitgeverij Plaizier. Meteen doen ze stilstaan bij de transportfaciliteiten door Brussel, in meer dan een eeuw tijd. De kalender grijpt terug naar de publicatie Traffic in towns (1963), een Engelse studie over de ziektes op de langere termijn door het verkeer in
stadsregio’s. Een halve eeuw later kent Brussel genoeg gapende wondes door verkeerscongestie, stress, verkeersongevallen, geluidsoverlast, parkeerproblemen, voetgangersongemak en luchtvervuiling. Voor Plaizier entte architect Jos Vandenbreeden van het Sint-Lukasarchief de overlastreferenties van Traffic in towns op Brussel en de kalenderbeelden. Het commentaar staat op de achterpagina. Het coverbeeld 2013 toont de handige Helihaven langs de Groendreef, in gebruik van 1953 tot 1966. Sabena zag brood in een landingsplek voor helikopters, die voor snel intercitytransport van passagiers en post konden zorgen. De vluch-
Muziek > ‘Seismisch dansen’ met percussieorkest Sysmo
Aardverschuiving op drums
Sysmo is het nieuwste project van Matters Collective, een platform gespecialiseerd in het componeren van muziek via gebarentaal. Augustin de Bellefroid richtte het in 2009 op na een ontmoeting met Walter Thompson, de peetvader van de soundpainting. “Ik had al ‘vrij experimenteren’ gestudeerd bij Michel Massot aan de academie van Etterbeek en ben Thompson gaan opzoeken in Antwerpen om meer te weten te komen over real time composities. Nadien heb ik drie jaar lang een eigen gebarentaal ontwikkeld om via soundpainting livemuziek te creëren.” Toen ontdekte De Bellefroid Santiago Vasquez, een Argentijn die met zijn band La Bomba de Tiempo het project Percusión con señas ontwikkeld had, percussie met gebaren. “Ik dacht meteen: dit moet ik in Brussel doen! In mei ben ik twee weken naar Buenos Aires gegaan om Vasquez te ontmoeten, repetities en concerten bij te wonen en zijn gebarentaal te bestuderen.”
Terug in Brussel organiseerde hij audities: uit vijftig percussionisten pikte hij er vijftien uit. Toch is Sysmo eerder een concept dan een groep. “Het is een evenement, dat niet kan plaatsvinden zonder de muzikanten, maar het is niet louter een spektakel waar je naar kijkt. Het is een plek voor ontmoeting, om een glas te drinken en uiteraard om te dansen. Het Brusselse nachtleven kan ritmische dansmuziek goed gebruiken om de binaire monotonie van house en techno te doorbreken.” De Bellefroid omschrijft het als seismic dancing, ‘seismisch dansen’. Wat dat exact is, doet er niet zoveel toe. “Dat zal zichzelf wel uitwijzen naarmate de groep vordert. Het is een woord dat de kracht van de muziek goed vat, want vijftien percussionisten die samen spelen, dat is luid! Seismische muziek heeft een enorme impact.”
Hybride Op de première op 15 november in La Tentation werd er gedanst, maar
© JULIE DE BELLAING
BRUSSEL – Sysmo is een splinternieuw percussieconcept, overgewaaid uit Buenos Aires. Orkestleider Augustin de Bellefroid componeert in real time muziek die door vijftien percussionisten uitgevoerd wordt. En het publiek? Dansen maar! Op donderdag 13 december geven ze hun tweede concert in La Tentation.
Augustin de Bellefroid componeert, vijftien percussionisten voeren het in real time uit. “Luid!”
stond de volle zaal ook wel te kijken naar wat er op het podium allemaal gebeurde. Vooral de gebarentaal van de orkestleider die instructies gaf aan het orkest, sprak tot de verbeelding. “Het is een erg technische gebarentaal, helemaal gecodeerd. Elk teken heeft een betekenis. We
hebben twee maanden intensief gerepeteerd zodat elke muzikant elk symbool begrijpt en kan uitvoeren. In feite moeten wij meer repeteren dan een groep die met partituren speelt.” De Bellefroid legt het uit: hij gebruikt twee handen en vier vin-
gers per hand. Elke vinger stelt een tijd voor; in totaal zijn er dus acht tijden. Als hij een ‘kom hier’gebaar doet naar een muzikant, is dat een uitnodiging om een voorstel te doen. Voorts is er steeds een basis, een ritmische structuur waarrond de percussionisten
BDW 1357 PAGINA 25 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
© PLAIZIER
ten probeerden dertien jaar lang de autosnelwegen voor te zijn met expresvervoer naar Rotterdam, Eindhoven, Maastricht, Luik, Keulen en Bonn. Na de archieffoto’s is het in oktober, november en december 2013 even schrikken bij de actuele beelden van fotografen Ivan Put en Sander Vandenbroucke. JMB
WIN!
Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
© NICK TRACHET
Wij mogen van Plaizier vier kalenders weggeven. Stuur uiterlijk maandag 17 december een mailtje naar win@bdw.be, met ‘Kalender Plaizier’ als onderwerp, en uw naam en adres erbij. Meer op www.plaizier.be.
Gerookt De feestdagen komen eraan en het mag vanaf nu allemaal een beetje meer kosten, crisis of niet. Gek hoe op zo’n moment gerookte producten opdagen. Alsof gerookt staat voor beter, voor duur.
solo’s, breaks en lussen opbouwen. Het orkest bestaat uit bassen of zware percussie, waaronder twee surdo’s, de bastrommel van de Braziliaanse samba, en daarnaast conga’s, snaredrums, djembés en kleine percussie-instrumenten. Vijf secties dus, die elk autonoom zijn. “Elke sectie heeft een leider die communiceert met zijn muzikanten, al hebben de percussionisten ook een zekere vrijheid van interpretatie. Toch primeert de groep: Sysmo is geen aaneenschakeling van solisten.” Sysmo zal dit seizoen maandelijks optreden in La Tentation. Geen enkel concert is hetzelfde omdat er ter plekke live gecomponeerd wordt, maar ook omdat De Bellefroid wil experimenteren met verschillende bezettingen. Zo was er tijdens de première een blazerssectie (trompet, saxofoon en tuba/trombone) en zal op 13 december iemand werken met machines en elektronica. “De basis van Sysmo is sterk geïnspireerd op het Argentijnse model, maar we zullen nog sterk evolueren. Ik zou graag in de richting van de elektronica en machines gaan. Daar gaan
we deze keer mee experimenteren.” Ook de gebruikte percussie-instrumenten zullen nog evolueren. “Er zijn heel wat Afrikaanse en LatijnsAmerikaanse percussie-instrumenten, maar die worden helemaal niet op een traditionele manier bespeeld. Dat kan ook niet, aangezien het om spontane compositie gaat, de percussionisten kunnen dus geen traditionele patronen spelen. De muzikanten moeten hun instrument op een heel andere manier leren bespelen, een hele uitdaging. Een purist zou zeggen dat we de instrumenten heel slecht behandelen (lacht).” Sysmo telt muzikanten uit Brazilië, Colombia, Frankrijk, België, Benin en Mali, maar het is nooit de bedoeling geweest de Brusselse multiculturaliteit te weerspiegelen. “De diversiteit in onze groep is er op natuurlijk wijze gekomen, het was geen doel op zich. Onze muziek is het resultaat van vermenging van culturen, geen aaneenschakeling van tradities. Dat past meteen ook goed bij Brussel met zijn hybride identiteit.” Benjamin Tollet
Concert van Sysmo, donderdag 13 december om 20 uur in La Tentation, Lakensestraat 28, 1000 Brussel. Kaartjes kosten 10/12 euro, 8 euro voor studenten en 5 euro met Sysmo-kaart. Meer op www.sysmo.be en www.centrogalego.be
Er is spek en er is gerookt spek. Er is kabeljauw en er is gerookte zalm. Waarom rookt men het ene en het andere niet? Oorspronkelijk was roken een bewaartechniek. Niet, zoals mensen vaak denken, náást zouten en drogen, maar sámen met zouten en drogen. Nog even een les in oude technieken: vóór de negentiende eeuw was zout duur en zwaar belast. Vlees en kaas pekelen was nochtans de simpelste methode om voedsel lang te bewaren. Maar omdat mensen toen ook al graag belastingen vermeden, zochten ze naar trucjes en receptjes om zo weinig mogelijk zout te hoeven gebruiken. Bacteriën, gisten en schimmels die ons voedsel bederven, hebben – net als wij – water nodig om te leven. Wanneer we zout toevoegen, kunnen deze wezens het water in ons voedsel moeilijker gebruiken. Het wordt ontoegankelijk voor hen. Hetzelfde gebeurt met suiker, maar die was destijds nóg duurder. Als we dus minder zout willen gebruiken, dan zit er maar één ding op: het watergehalte verlagen, of, in eenvoudige taal, drogen. Maar drogen kost tijd, en het voedsel is vaak al bedorven voor het droog is. Enkel in koude en ijle gebieden lukt gewoon drogen, zonder zouten. Dus maakt men Bündnerfleisch of viande des Grisons in de bergen van Zwitserland, pastırma in de hooglanden van Anatolië en stokvis in het noorden van Noorwegen. Waar het warmer en vochtiger is, moet men een compromis sluiten. Men gaat een beetje zouten en dan drogen. Daar zitten we bij de San Daniele, prosciutto di Parma en andere serranoham. Maar, zo leerde mij een bron die ik niet meer terugvind, dat drogen lukt maar boven de hoogtelijn van negenhonderd meter. Wat lager bij zeeniveau ligt, kan niet behoorlijk drogen. En daar wordt dan gerookt. De luchttemperatuur verhogen met een vuurtje doet de relatieve vochtigheid dalen, en zo kan men toch drogen in een nat klimaat. Dan zitten we bij de Ardennenhesp, de zwartewoudham en de Duitse worsten, en ook bij de gerookte vis zoals paling, forel en zalm. Roken speelt zich af op zeeniveau. Maar altijd samen met
een beetje zout. Er zijn geen gerookte voedingswaren te vinden die niet ook gezouten zijn. Het is altijd een samenspel van die drie: temperatuur, zout en vocht. Als bewaartechniek heeft roken afgedaan, er zijn nu betere technieken. Moderne drogers zijn efficiënt en onafhankelijk van het weer buiten. Maar soms is roken nog voor iets anders interessant. Vette producten drogen niet makkelijk. Daarenboven wordt vet in de lucht na een tijdje rans. In rook zitten stoffen – antioxidanten – die voorkomen dat vet gaat oxideren, rans worden. Daarom rookt men in de regel ook alleen vette producten. Haring wel, rog niet. Maar als opsmuk, als cosmetica in de voedingswereld valt met ‘roken’ makkelijk te scoren. Rond 1980 ging men voor het eerst zalm kweken. Dat ging zo hard dat in enkele jaren tijd de prijs van de zalm kelderde tot zowat de goedkoopste vis op de markt. Niemand wou er nog van. Maar gerookte zalm stond dan weer wat chiquer. Zo kon men er toch nog een degelijke winst mee halen. Dat vlees of vis vocht verliest tijdens het roken, is natuurlijk een nadeel voor de verkoper. Het product wordt kleiner, en om dat te compenseren moet de prijs omhoog. Niet interessant voor de business. Wat doet men dan? Tijdens het ‘pekelen’ gaat men zorgen dat er eerst extra water in het te roken product trekt, om dat daarna, tijdens het roken, weer te laten verdampen. Enfin, net iets minder dan er is toegevoegd uiteraard, dat levert wederom extra winst op. Bent u nog mee? Zalm (en hesp of andere vleeswaar) wordt aantrekkelijk gemaakt door te roken, en de producent haalt er extra winst uit. Gek dan toch dat ‘de consument’ meer geld wil uitgeven voor gerookt, maar eigenlijk niet wil dat de vis ook naar rook en zout smaakt. Kort na de nieuwe populariteit van gerookte zalm begon men succes te hebben met wat men ‘mild cure’ noemt. Dat is vis die nog nauwelijks wordt gerookt, en waar angstvallig alle contactoppervlak met de rook (een donker randje op het vlees) is weggesneden. Het resultaat? Een gerookt product dat slechts een beetje zout is, nauwelijks naar rook
Drogen lukt alleen boven de negenhonderd meter. Wat lager bij zeeniveau ligt, kan niet behoorlijk drogen. En daar wordt dan gerookt smaakt, ook niet langer bewaart dan rauwe vis, zwaarder weegt dan de grondstof waarmee het werd gemaakt en de klant dieper in zijn geldbeugel doet tasten. Kijk, zo valt er geld te verdienen! We zijn nog niet klaar. Dat product wordt dan ook nog eens vacuüm verpakt, waarbij men de vluchtige geurcomponenten er zorgvuldig uit wegzuigt. Andere chique gerookte dingen worden niet eens meer gerookt, maar ondergedompeld in een marinade met rooksmaak. Dat gaat sneller, en time is money. Als ik een gerookt product koop, dan wil ik dat het er bruin uitziet, wild naar rook smaakt en niet ligt te zweten in de toonbank. Liefst bij een ambachtsman die zelf zijn nootham of salami of forel gerookt heeft in zijn achterkeuken. Hoe korter na het roken gekocht, hoe rijker de smaak van het product. Maar u kunt ook zelf een visje roken, uiteraard. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet
BDW 1357 PAGINA 26 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Filip Keymeulen werkt met daklozen en andere straatbewoners. “Sommigen hebben geen enkel toekomstperspectief: een vorm van zelfbescherming, die tot verlamming leidt. Zulke mensen hebben iemand nodig die zegt wat hij doet en doet wat hij zegt.”
© MARC GYSENS
Filip Keymeulen, straathoekwerker
‘De straat, die kruipt in uw lijf’ BRUSSEL – “Mannen die op een bank zitten te wachten tot er iets passeert: dat is wat veel mensen voor ogen hebben bij het woord straathoekwerker. Ja, wij zitten veel op pleinen, in stations, op straat, maar om in contact te komen met de mensen die we willen helpen, moeten we proactief en vindingrijk zijn. Er is niks standaard; voor we tot een eerste goed gesprek komen, kan er makkelijk een halfjaar verstrijken. En pasklare oplossingen hebben we zo goed als nooit. Dikwijls is dat moeilijk uit te leggen, zeker aan familie die om hulp komt vragen.” Filip Keymeulen is straathoekwerker voor de vzw Diogenes.
S
traatmensen een vangnet bieden, aan een beetje waardigheid helpen. In Brus sel, een woonomgeving die hard is voor wie niets heeft. Dat doet Filip Keymeulen, ge boren en getogen Aalstenaar, en hij doet het met hart en ziel. “Brussel trok al langer aan mij, maar het Frans schrikte me lang af. Drie jaar Franse les aan het Centrum voor Levende Talen heeft dat verholpen. Brussel, ja... fantastisch hé. Een andere leefwereld dan wat ik gewend was, de schaal is zoveel groter.” “Neem nu Puerto, de dienst beschut wonen voor thuislozen waar ik halftijds gewerkt heb: dat kwam een beetje overeen met het reclas seringswerk dat ik een tijdje in Leuven heb gedaan. Maar in Puerto heb je wel een gigan
tische zaal, waar die mensen dag in, dag uit welkom zijn, al is het maar om even op adem te komen. Wachten op een gespreksruimte om met de mensen de dingen te doen die je moet doen, daar hoefde ik Puerto geen rekening mee te houden. Je kon dat allemaal met een groot naturel doen.” “Daarnaast heb ik lang halftijds gewerkt bij de vzw Pigment, in het dienstencentrum Het An ker in de Begijnhofwijk. Oorspronkelijk was dat bedoeld als inloopcentrum voor bejaarden, maar gaandeweg is dat opengetrokken tot een veilige haven voor daklozen, mensen zonder papieren... Soms een moeilijke mix, maar ook een heel leuke, heel Brussels, hé. Je hebt daar nog wat van die senioren, je hebt daar dakloze mensen, je hebt mensen die Puerto hebben
gevolgd die daar hun weg vinden, je hebt sanspapiers die op hun manier overleven...”
Geen handleiding Nu werkt Keymeulen voltijds voor de vzw Dio genes, die daklozen en straatbewoners steunt en begeleidt met het oog op het herstellen van hun sociale banden. “Voor iemand als ik, die graag maatschappelijk werk doet en dan nog het liefst met de meest kwetsbare groepen, is de straat opgaan ideaal. Rondhangen met oog voor wat er gebeurt, contact leggen. Een rela tie opbouwen met mensen die dat niet meer gewend zijn. Er bestaat geen vaste handleiding voor. Waarom mensen op straat leven kan enorm verschillen. Dat kan economisch zijn – huishuur te hoog, inkomen te laag –, maar
meestal zien we een combinatie van andere problemen. Mentaal gehandicapten – meestal dan nog mensen die niet als dusdanig erkend zijn –, verslavingen ook, een justitieel verle den waardoor je niet aan de bak geraakt... Al lemaal dingen die ertoe kunnen leiden dat een mens op straat terechtkomt.” “En dat het leven op de straat hard is, daar hoef ik geen tekening bij te maken. We wor den dan ook geregeld geconfronteerd met sterfgevallen. De straat, die kruipt in uw lijf. Letterlijk. Buiten zitten, niet regelmatig eten, niet regelmatig kunnen slapen, goedkope al cohol drinken om toch een beetje een gevoel van comfort te hebben... Probeer de tijd maar eens te doden als je geen eigen plek hebt – en dan heb ik nog niet over comfort. Gewoon een plek met een deur die je kunt sluiten en waar je je schoenen kunt uittrekken, zonder bang te zijn dat ze gejat worden. Die constante stress: een mens zou van minder beginnen drinken.”
Zelfbescherming De mensen van Diogenes gaan niet zelf op zoek naar een onderkomen voor de straatbe
BDW 1357 PAGINA 27 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
woners. “Wel helpen we ze op de juiste plek te komen, we nemen hen bij de hand en zeg gen: ‘Hier kun je dit, daar kun je dat.’ Samen gaan we op zoek naar een oplossing. Dat kan een onderkomen zijn, maar ook een dokter, contact met de sociaal assistent... We hebben zelf wel geen tools zoals een ontvangstruimte of bedden, maar we gaan mee met de mensen naar de diensten in de stad die dat aanbieden.” “Je moet ook voelen dat mensen voor verande ring open staan. Dat mensen thuishulp willen aanvaarden, hulp willen accepteren, tot zo no dig een bewindvoerder toe, of familiehulp. En dat is niet evident. ‘Heb ik mijn alcohol? Heb ik
“Ik wil mijn dochtertje een geborgen thuis geven, en dat kan ik hier niet. Niet door de stad, wel door mijn werk”
telijneplein. Hij was depressief, was bang voor alles en iedereen, in het begin ook voor mij. Op een gegeven moment, verschillende maanden nadat ik hem voor het eerst had gezien, pakte hij mijn hand vast: ‘Wilt u alstublieft mijn sociaal assistent zijn?’ Nog nooit heb ik zo’n mooi verzoek gehad. Het was een begin van contact. ‘Ik heb pijn aan mijn arm,’ zei hij. Ik ging met hem naar de dokter, en die arm bleek gebroken te zijn. Hij had ook last van urine verlies. Al zeven jaar, zo bleek. Kort nadien ging ik naar zijn kelder. Mijn eerste idee was: ‘Hiertegen gaan we een klacht indienen.’ Maar dan: inspectie, drie maanden, nog drie maan den blijven wonen, met angstpsychose. Dat wilde ik die man, die eigenlijk terug wilde naar waar hij vandaan kwam, niet aandoen. Via het Centrum Algemeen Welzijnswerk hebben we niet lang daarna een plek gevonden in zijn thuisstad; ik heb hem nog helpen verhuizen. Die man ziet er nu proper uit, heeft familie hulp, een sociaal assistente. Een werk van acht maanden, eigenlijk een fantastisch verhaal, ik ben er onlangs nog eens op bezoek geweest. Maar van die fantastische verhalen zijn er te weinig. We zijn ook met te weinig: tien men sen voor de negentien gemeenten.”
Geborgen thuis
een plek om te slapen vannacht? Ben ik veilig op dit plein?’: dat zijn de dagelijkse bezorgd heden van iemand op straat. Als je begint te klappen over wonen, over een zorg verderop, dan moet zo iemand een toekomstperspectief hebben. Je hebt mensen die dat niet meer kun nen. Dat is een vorm van zelfbescherming, die tot verlamming leidt. Zulke mensen hebben iemand nodig die zegt wat hij doet en doet wat hij zegt.” Meer dan eens gaat het nog een stapje verder. “Zo heb ik een man gekend die vierhonderd euro huur betaalde voor een kelder in de wo ning van zijn huisbaas. Iets groter dan vijf op vijf. Twee raampjes, witte tegels op de vloer, dezelfde tegels op de muur, op het plafond. Rechtop staan was onmogelijk; stak je het licht aan, dan ging er een molentje draaien om luchtcirculatie te hebben. Daar zat die man heel vuil te wezen, vol angst. De verwarming was die van de huisbaas – die sjarel woonde op de gelijkvloerse verdieping: als de huisbaas thuis was, was er verwarming, anders niet. Dat was de uitbuiting voorbij.” “De man was afkomstig uit de provincie, en die zat hier al vijftien jaar bang te wezen. Bin nen, of buiten op de bankjes van het Sint-Ka
Het is boeiend werk, maar het is ook heel in tensief. “Soms denk je wel: ‘Nu is het goed geweest,’ maar ’s anderdaags pak je het toch weer met veel enthousiasme op. Belangrijk is de ploeg. Je kunt dingen aan elkaar kwijt. We werken ook samen met Smes, een ondersteu ningsteam waar je een psychiater, een psycho loog, een huisdokter hebt.” “Ik heb geleerd de knop om te draaien. Thuis ben ik niet op mijn werk, thuis ben ik thuis. Het is ook de reden waarom ik nog niet in Brussel woon, hoe graag ik ook zou willen. Het is niet zozeer dat ik de rust nodig heb, het is zelfbe scherming. Het is hier zo’n specifieke realiteit – één waarin ik mij op mijn gemak voel –, maar ik heb ook een gezin. Op zondagochtend mijn pistolets halen en een pipo tegenkomen die mij eens goed moet uitschelden: ik zou niet willen dat het gebeurt waar mijn dochtertje van vierenhalf bij is. Ik wil haar een geborgen thuis geven, en dat kan ik hier niet. Niet door de stad, wel door mijn werk. Ze mag later voor mijn part zelf in zo’n wereld stappen – waarom niet? –, maar nu nog niet.”
Karel Van der Auwera
De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ingesprekmet
FREDDI SMEKENS Plan trekke
E
lk van ons kan op elk moment, in wel ke situatie men ook verkeert, zaaine of heure plan trekke. En dat is volgens mij maar goed ook, waarde lezer. Want wat voor een saaie boel zou het niet worden moesten we nooit op onszelf aangewezen zijn! Mo het zou eive triestig zaain in het geval we nuut op eemand anders zoude kunnen reikene. Laten we dus het fenomeen ‘plan trekke’ even nader bekijken en analyseren, er daar bij van uitgaand dat dat niet gemakkelijk is. Maar aangezien de Brusselaar graag uitpakt met de slogan “Probeire kost niks”, zullen we het er toch maar op wagen. We beginnen met de vraag: “Wannier hem ik de leste ki echt maaine plan moote trekke?” Sommige lezers zullen niet het minste probleem hebben om daarop een zinnig en sluitend antwoord te geven, niet zelden zelfs haast onmiddellijk. D’ander zulle ewa deeper in heule gedachte moote groeve. Maar wat minder voorkomt, zijn zij die nuut of jamais heule plan hemme moote trekke. Mij persoonlijk zou dat gegeven even sceptisch doen opkijken als de bewering “Ik trek altaaid maaine plan!”, hoewel het niet uitge sloten is dat sommigen daar wel toe in staat zijn. Veel, zo niet alles, hangt er uiteraard van af hoe men zaaine plan trekke in het algemeen of op persoonlijk vlak inschat, en welke di mensie men aan het fenomeen toekent. Die inschatting zal voor elk van ons afzonder lijk haast instinctief gebeuren. Daarbij wil ik er ook wel even op wijzen da we mier de situoese onthaave woe da we onze plan wél getrokke hemme as d’ander. Ik had het hierboven over een analyse. Welnu, waarde lezer, laat mij als eerste element de stelling formuleren en verdedi gen dat onze plan trekke in de ieste ploch mè creativitaait te moeke heit. Doortastend heid en snel kunnen reageren op situaties kunnen in dat verband ook genoemd wor den. ‘Mijn stelling verdedigen,’ zei ik net. Inder daad, want bewijzen kan ik ze niet. Wat onze plan trekke betreft, valt het mij moei lijk – of is het mij zelfs onmogelijk – om in
de plaats van de anderen te spreken. “Da’s den oek ien van de waainige kiere...” hoor ik daar fluisteren. Dat kan wel zo zijn, waarde lezer, maar toch stel ik mij de vraag of dat er eemand van ons da wél kan doon. Alleen maar om te zeggen dat de voorbeelden die ik hierna zal aanhalen, eerder van persoon lijke aard zijn. Ik begin daarbij met er eentje te geven waarin de taal een rol speelt. Da zal tenminste neemand van aaile verwondere, zou ik zo hardop durven te hopen. De taal dus, en meer bepaald die taal die gesproken wordt in een land waar we op reis zijn en die we amper of helemaal niet onder de knie heb ben. Uiteraard kunnen we ons in dat ge val soms behelpen met (bijvoorbeeld) het Engels. Welnu, als dat gebeurt, dan zal ik bij mijn terugkeer niet snel uitpakken met: “Awel, ni vè ’t ien of ’t ander, mo wa het ooitlegge betreft hem ik doe goo maaine plan getrokke.” Dat zou ik wél zeggen als ik vooraf een paar woordjes of uitdrukkingen zou hebben ingestudeerd, om ze dan ter plaatse te gebruiken. Voor de rest ben ik op dat gebied nogal op timistisch. Zeker door ervan uit te gaan dat elk van ons zich hoe en waar dan ook op de een of andere manier verstaanbaar kan ma ken. Vè de plezante ooit te hange, zou ik zegge da ’k in Holland ierder Vloms zou probeire as de geboeretoel. Maar laat dat maar gerust een ander verhaal zijn. Een ander voorbeeld heeft te maken met de weg vroege. In tegenstelling tot sommige mensen die ik ken, beschouw ik dat laat ste zeker niet als een vorm van onze plan ni kunnen trekke, ook al moeten we in dat ge val een beroep doen op derden. Maar laten we ons de voorbeelden van ‘onze plan trekke’ niet ophopen. Aan elk van ons om ons de tofste en plezantste situaties voor de geest te halen waarin we op een efficiënte manier onze plan getrokke hemme. Als besluit wou ik nog meegeven dat ik de uitroep “Trekt aan plan!” nooit als heel sympathiek ervaren heb. Het ligt tenslotte allien on ons aaige wannier en hoo we onze plan moote trekke. Veel geluk met dat laatste aan iedereen!
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.490 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo @bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny.vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele @bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Freddi Smekens, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Tijs van den Boomen, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw.be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
In de Kogelstraat. “Wat een contrast! Rechts een barakje, intussen afgebroken, waar straatbewoners een schamel onderkomen hadden. En links: luxeappartementen te koop.”
ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).
BDW 1357 PAGINA 28 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
Handbal > Kraainem-coach Jo Delpire was de beste speler van zijn generatie
‘Hier zit ik niet op mijn plaats’ KRAAINEM – Brussel leverde niet meer een voetnoot op de Belgische handbalkaart. Toch heeft de stad met Jo Delpire (48) een van de beste Belgische handballers voortgebracht. Met onder meer tien Belgische titels, zes bekers en 185 selecties voor de nationale ploeg hoeft hij voor niemand onder te doen. Vandaag is hij trainer bij HC Kraainem, maar zijn ambities reiken hoger.
‘O
p mijn zestiende speelde ik al bij de eerste ploeg van HC Kraainem,” vertelt Jo Delpire. “Mijn vader had de club mee opgericht, het was dus logisch dat ik er op mijn achtste begon en al de jeugdcategorieën doorliep. Ik heb met de ploeg nog in de hoogste klasse gespeeld, maar toen we zakten, ben ik vertrokken naar Sasja. Dat was een stap die ik moest zetten, want het niveau tussen eerste en tweede was toen al heel groot.” Met zijn gestalte, techniek en sterke linkerhand maakte de Brusselaar snel faam. Na een aanpassingsjaar maakte hij het bij het Antwerpse Sasja pas echt waar. “Ik had na dat topseizoen de ploegen voor het uitkiezen. Het werd Neerpelt, toen het RSC Anderlecht van het handbal. Drie seizoenen lang vlogen we door de competitie met telkens de dubbelcompetitie – beker en Europees. We waren allemaal grote mannen en fysiek zeer sterk. Dat was toen nog vrij nieuw in het handbal.” “Bij mijn overstap naar Neerpelt was het even oorlog. Sasja heeft toen alles gedaan om me uit mijn lood te slaan. Voor de eerste onderlinge match waarin ik het shirt van Neerpelt droeg, gaven ze me een stuk zilverpapier met een cadeau in. Het bleek een varkenshart te zijn
de CLUB
Handbal, niet voor softies. “Bij mijn overstap naar Neerpelt kreeg ik van mijn oude ploeg Sasja een varkenshart ‘cadeau’,” blikt Jo Delpire terug.
(lacht). De rivaliteit tussen de Antwerpse en Limburgse handbalploegen was nogal groot.”
De volgende stap in Delpires carrière leek aanvankelijk naar het buitenland te leiden. Toch
Tai chi in Op-Weule, Sint-Lambrechts-Woluwe
In alle rust verdedigen SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE – In Op-Weule beoefenen ze, steeds talrijker, de eeuwenoude Chinese bewegingskunst tai chi. Veel deelnemers zijn de tachtig al voorbij, eentje is zelfs 90+. “Je hoeft bij aanvang niet per se soepel te zijn, je wórdt het hier wel.” “Ouderen moeten meer bewegen: daarom zijn we met lessen tai chi begonnen,” vertelt voorzitster Jeanine Clinck (74). “Het was een nogal toevallige keuze: er bood zich net een lesgever van die sport aan.” Tai chi bleek een schot in de roos en kon de senioren uit Woluwe en omstreken vrij snel overtuigen. Met een veertigtal leden is de groep vandaag zo groot geworden dat er twee lessen gegeven worden. “Elke maandagochtend is er les om 9.15 en om 10.30 uur, telkens een uur en een kwartier lang. De leden mogen kiezen in welke groep ze komen sporten, maar meestal hebben ze na een tijdje hun vaste groep.” “De prijs speelt volgens mij een grote rol in
ons succes. Naast vijf euro lidgeld betaal je zestien euro voor tien lessen. Dat is een peulschil. Wie interesse heeft, mag altijd langskomen. We kunnen zeker nog meer volk aan: onze zaal is groot genoeg.” Voor het grote succes van de taichigroep zijn op dit moment enkel en alleen de vrouwen verantwoordelijk: met twee deelnemers zijn de mannen duidelijk in de minderheid. “Misschien zijn ze bang voor de vrouwen?” werpt Clinck lachend op. Volgens de voorzitster heeft tai chi alvast alles in huis om in de smaak te vallen bij iedereen. “Je voert sierlijke bewegingen uit met armen en benen in een kalme en ontspannen toestand. Dat brengt je lichaam en geest tot rust. Het is heel gecontroleerd en vraagt een goede coördinatie. Soepel hoef je bij aanvang niet per se te zijn, dat word je wel na een paar lessen. Je voelt vrij snel het verschil. Het is echt een aanrader.” “Tegelijk leer je ook verdedigende bewegingen om een slag van een tegenstrever te pareren. Het is geen vechtsport, maar leunt er wel te-
genaan. En alles gaat rustig aan, niets bruusk. Dat helpt onze leden om zelfvertrouwen op te bouwen en zich meer op hun gemak te voelen.” Met leeftijden die gemakkelijk tot in de tachtig lopen en zelfs een uitschieter van negentig mag het er niet al te ruw toe gaan in OpWeule. “Sommige oefeningen zijn aangepast aan een ouder publiek. Zo staan er regelmatig evenwichtsoefeningen op het programma, die helpen het vallen tegen te gaan.” “Twintigers vind je niet bij ons, daarvoor is het leeftijdsverschil te groot. Vergeet ook niet dat de meeste mensen maandagvoormiddag werken of op school zitten. Voor mensen met een hogere ouderdom is dit echt de perfecte sport, en het is ook een mooie gelegenheid om eens bij te praten. We zijn echt wel een vriendengroep geworden. Maar blijven plakken? Nee, dat doen we niet. Daarvoor gaat de cafetaria te TS laat open (lacht).” op-weule.vgc.be
© MARC GYSENS
legde hij het voorstel van het Franse Villeurbanne naast zich neer. “Op mijn 22ste kreeg ik
BDW 1357 PAGINA 29 - DONDERDAG 13 DECEMBER 2012
daar een contract aangeboden. Ik zou er professional worden en 200.000 Belgische frank (een kleine 5.000 euro, red.) gaan verdienen. Maar ik was al de bestbetaalde speler in onze competitie en had een superjob als vertegenwoordiger. In samenspraak met mijn entourage heb ik beslist in België te blijven.” “Na Neerpelt was ik dan weer op weg naar Nederland, maar door financiële problemen van die club is dat niks geworden en koos ik uiteindelijk voor Herstal. Daar heb ik ook heel wat meegemaakt. De voorzitter was van PSsignatuur en ik moest met hem regelmatig op allerhande evenementen verschijnen. Dat stond zo in mijn contract.” Ondertussen was Delpire uitgegroeid tot een
“Ik was een allrounder die de ploeg beter maakte. En ik gunde mijn ploegmaats hun moment”
echte topper. Hij werd verschillende keren uitgeroepen tot Speler van het Jaar en baarde ook met de nationale ploeg opzien. De overwinning op regerend wereldkampioen Frankrijk tijdens een voorronde voor het WK staat nog in zijn geheugen gegrift. “Ik was de beste handballer van mijn generatie. Ik heb tijdens mijn carrière altijd de goede keuzes gemaakt en geen stappen overgeslagen. Het zat er ook gewoon in, ik had de feeling. Ik was een allrounder die de ploeg beter maakte. En ik gunde mijn ploegmaats hun moment.” “Het verschil met vroeger is dat je vandaag goede spelers hebt, maar geen toppers. Onze generatie ging er echt voor en focuste op de sport – vandaag hebben ze zoveel meer aan hun kop. De hoogdagen van het Belg ische handbal hebben tot het jaar 2000 geduurd. Vandaag is het veel minder in niveau en
David Steegen
beleving. Als ik dat zie, dan bloedt mijn hart.”
Moeilijke pubers Het avontuur bij het Waalse Herstal eindigde dramatisch omdat de voorzitter Delpire, ondanks een mondeling akkoord, niet naar Hasselt liet gaan. De koppige Brusselaar speelde een seizoen lang niet, maar dat maakte hem naar eigen zeggen mentaal alleen sterker. Na een paar jaar in Limburg trok hij alsnog de grens over. “Bij Geleen hadden we een topploeg en hebben we bijna alles gewonnen. Het was een prachtige ervaring met mensen die handbal heel anders beleven. Na onze titel werden we bijvoorbeeld op het gemeentehuis gelauwerd en achteraf rondgereden in een cabrio. Dat had ik in België nooit meegemaakt.” “Na dat avontuur dacht ik aan stoppen, maar Maasmechelen overtuigde me om er toch nog twee jaar bij te doen. Ik was toen al 38: ik herinner me nog goed hoe ik de ploeg tijdens het eerste seizoen met een late winning goal in de hoogste klasse hield. Uiteindelijk ben ik gestopt na een laatste jaartje bij Sasja, waarin we ook nog eens kampioen zijn geworden.” Bij de Antwerpenaren werkte Delpire na zijn spelerscarrière met de jeugd. Toen de club en de hoofdcoach op elkaar uitgekeken bleken te zijn, mocht hij één seizoen lang overnemen. Hij leerde veel bij, maar besloot achteraf wel te stoppen met handbal. “Ik was 43 en wou genieten van het leven en van mijn kinderen. Maar toen mijn broer, die in het bestuur van HC Kraainem zat, vroeg om te helpen, heb ik toch weer toegehapt. Na een moeilijk seizoen met veel anciens heb ik dit seizoen het roer omgegooid en vooral jongeren in de ploeg gedropt.” “Uit dat jaar bij de eerste ploeg van Sasja weet ik dat ik het potentieel heb om in eerste te trainen. Nu zit ik – met alle respect voor HC Kraainem – in feite niet op mijn plaats. Ik verwacht zaken van de spelers die er niet altijd uit komen. Mijn ambitie is om terug te keren naar de hoogste klasse, maar ik weet niet of ik het geduld heb om nog een paar jaar te wachten. Ik moet keuzes maken: mijn kinderen komen nu in hun moeilijke puberjaren...”
De schande
Tim Schoonjans
© MARC GYSENS
Geen enkele sport is beter of slechter dan een andere. Voetbal is wel de populairste. Blank en zwart, arm en rijk, verenigd in een activiteit. Voetbal. Wie nu, naar aanleiding van de afschuwelijke en ontoelaatbare moord op de Nederlandse lijnrechter Richard Nieuwenhuizen, de sport de schuld geeft, dwaalt. Een vooraanstaand journalist schrijft: “Agressie en domheid zijn vooral van het voetbal.” Daar heeft de sport an sich helemaal niets mee te maken. Wel de populariteit van die sport. Voetbal is echt wel van iedereen. Een volkssport. Geen monoculturele activiteit als zwemmen, atletiek en zelfs wielrennen. De jongeren uit de volkse, soms achtergestelde stadswijken volleyballen niet, zij voetballen. Iedereen voetbalt. Ook de schoften die de arme grensrechter, een vrijwilliger, uit Almere doodsloegen. Een schande. Gelukkig dat voetbal bestaat. Vele jongens en meisjes leren er samenleven in verscheidenheid. Ik heb samen gevoetbald met Algerijnen, Italianen, Belgen van alle gewesten, Marokkanen, Spanjaarden, Congolezen, jongens waar de vader met dikke bakken reden en voetballertjes zonder vader. Onze keeper bij de miniemen hoorde nergens bij. De jongen had geen nationaliteit. Hij kwam van nergens. Een ‘vaderlandsloze’, ‘un apatride’. Dat stond op de identiteitskaart van onze doelwachter gedrukt. Het bewijs: de kaart had een andere kleur dan de onze. Daar schaamde hij zich voor. Wij niet. De ploeg kwam altijd voor hem op wanneer hij werd uitgedaagd door een verkeerd opgevoede tegenstander. Want slechte mensen hebben al altijd bestaan. Als wij als multiculturele stedelijke club in Vlaanderen of Wallonië gingen voetballen, werden we soms vijandig ontvangen. Dan verenigden we ons door snel en technisch
voetbal en door de mondigheid van de straat. Gelukkig zijn er nooit gewonden gevallen. Het had wel gekund. De meerderheid van mijn vrienden uit de hoofdstad met voetballende zonen is tevreden dat hun jongens, dankzij de stedelijke verscheidenheid, ‘de anderen’ leren kennen. Voetballen in clubverband is heilzaam, een prima leerschool: weerbaar worden dankzij het verschil. Een belangrijk aspect in elke opvoeding. Voetbal ontsnapt niet aan de veranderingen in de maatschappij. De voetbalsport slorpt alle vormen van beleving – de goede en de slechte – op. We moeten onszelf allemaal in vraag durven te stellen en voortdurend corrigeren. Ook de media. De scheldpartijen op en naast het veld, die zijn verachtelijk en ontoelaatbaar. Niet de sport is de oorzaak daarvan, wel de mensen. Na de ruime 0-5-overwinning van RSC Anderlecht in Bergen staat honderden mensen de spelers van paars-wit op te wachten. Supporters van L’Albert. De weg van de kleedkamers naar de spelersbus gaat over een lange, onbeveiligde weg. Sporting Anderlecht-coach John van den Brom schrikt. “Wat is dit? Is dit wel oké?” We stellen hem gerust. De supporters van Bergen willen foto’s, een handtekening, een gesprek. De sterren van RSC Anderlecht zullen veel later dan gepland Brussel bereiken. Niet erg. Kapitein Biglia is kwistig met handtekeningen, Kljestan poseert met kinderen, Proto slaat een praatje met een handvol fans van de tegenpartij. Niet alle normen zijn vervaagd. Dat zien we week na week. Maar daarover schrijft niemand. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht
BADMINTON VOOR JONG EN OUD ANDERLECHT – Bad79 organiseert komend weekend een nationaal jeugd- en een internationaal veteranentoernooi. De jongeren bijten de spits af op zaterdag 15 december. In de omnisporthal van Ceria (Emile Grysonlaan 1) worden de badmintonners onderverdeeld in vijf categorieën: -9, -11, -13, -15 en -17. Het 22ste jeugdtoernooi van Bad79 begint om 9 uur; omstreeks 18 uur wordt het laatste pluimpje geslagen. Als er meer dan honderdtwintig inschrijvin-
gen zijn, wordt ook de Redoutezaal (Marius Renardlaan 1) ingepalmd. Een dag later, van 9 tot 18 uur, staat (volgens de organisatoren) ‘het enige Brusselse badmintontoernooi voor senioren’ op het programma, ook weer in de omnisporthal van Ceria. Leeftijd speelt niet mee; bij de onderverdeling in categorieën wordt het klassement van de spelers gebruikt. TS www.bad79.be
Finaletijd voor studerende zaalvoetballers BRUSSEL – De Student Futsal League kent op woensdag 19 december de winnaar van het eerste semester.
Tai chi, heilzaam voor lichaam en geest.
De zaalvoetbalcompetitie wordt gespeeld door studententeams van elk minstens vijf spelers. De teamleden zijn studenten aan de verschillende Brusselse hogeronderwijsinstellingen. Elke dinsdagavond worden op de campussen in Etterbeek (16-18 uur) en in Jette (18-20 uur) wedstrijden gespeeld.
Na de competitieduels staat op woensdag 19 december de finale van het eerste semester op het programma. Afspraak in de sporthal van de VUB (Pleinlaan 2, Elsene). Wie de eindstrijd mag aangaan, wordt bepaald in de kwart- en halve finales. De campuswinnaars van de Student Futsal League nemen het begin mei nog eens tegen elkaar op in de grote Br(ik Futsal Cup. De vier beste ploegen beslissen er onderling wie op TS het hoogste schavotje mag staan.