BDW - editie 1361

Page 1

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

24.036 namen in zwart marmer

Belpop bonanza: op avontuur met jan delvaux En ook: Lionel Beuvens, Écritures en Private investigations.

17 01 13

DEZE WEEK IN KUREGEM GEDENKTEKEN VOOR JOODSE SLACHTOFFERS GERENOVEERD REPORTAGE OP P. 8 © 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK/DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

EVER MEULEN IN DE PRIJZEN

Voor Brussels illustrator Ever Meulen kwam het als een complete verrassing dat Design Vlaanderen hem de Henry van de Velde Award voor Loopbaan toekent. Voor de bekroning brengt hij het boek Automotiv uit, over zijn liefde voor auto’s. Interview op p. 14-15.

Politiek > Drie gewesten of minderheidsrechten

‘De Vlamingen kiezen’ BRUSSEL – Als de Franstaligen het ‘confederalisme’ van de N-VA beantwoorden met een ‘Waals-Brusselse natie’, dan dreigen de Brusselse Vlamingen voor de tweede keer de klos te zijn. Minister van Overheidsbedrijven Paul Magnette (PS), straks burgemeester van Charleroi, pleit voor de tweede keer in drie maanden voor een ‘Waals-Brusselse natie’. Uit Vlaanderen komt er weinig of geen reactie. Dat is verontrustend voor de Brusselse Vlamingen, die al de prijs voor de splitsing van Brussel-HalleVilvoorde betalen.

“We zijn bezig met de uitvoering van de zesde staatshervorming, het is dus niet onlogisch dat er een politiek debat komt over de toekomst van de Fédération Wallonie-Bruxelles,” zegt Julie de Groote (CDH), voorzitster van de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie in Brussel (Cocof ). CDH is de Franstalige partij die het meest gehecht

is aan de Franse Gemeenschap. De PS heeft voluit de kaart van de gewesten getrokken, Ecolo en MR hellen om pragmatische redenen ook over naar het gewest. De zesde staatshervorming versterkt Brussel alleszins al als gewest, terwijl het Vlaamse confederalisme uitgaat van de twee grote gemeenschappen, en het weinig over Brussel heeft. De Groote: “De Vlamingen moeten kiezen: ofwel drie volwaardige gewesten die onderling akkoorden sluiten, ofwel een versterking van de

Fédération. Dan krijgen de Brusselse Vlamingen – misschien – minderheidsrechten binnen die federatie.” Brusselse Vlamingen als Walter Vandenbossche (CD&V), eerste ondervoorzitter van het Brussels parlement, gruwen van dat scenario. Vandenbossche spreekt van ‘een gouden kooi’ voor de Vlamingen. “De Vlamingen in Brussel zijn een gegeven,” zegt De Groote. “Ze onderschrijven de gewestelijke realiteit: ze hebben in de regering investeringen in crèches en scholen gesteund. Tegen die steun was Vlaanderen naar het Grondwettelijk Hof getrokken, en dat begrijpen we niet. Wij trekken de regionalistische kaart omdat Brussel met de bevolkingsaanwas voor grote uitdagingen staat. De Brusselse regering heeft – bewust – de grenzen van haar bevoegdheden afgetast. En de Brusselse Vlamingen in de rege-

ring hebben die keuze gesteund en daarmee hun gehechtheid aan het Gewest bevestigd.” Maar het debat is niet afgelopen, zegt De Groote. “Sommigen worstelen met de vraag of de staatshervorming per se nu uitgevoerd moet worden, of pas na een eventuele overwinning van de N-VA in 2014.” Christophe Degreef en Danny Vileyn Lees p. 4-5: ‘Een gouden kooi voor de Brusselse Vlamingen’ ADVERTENTIE

N° 1361 VAN 17 TOT 24 JANUARI 2013 ¦ WEEK 3: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE


BDW 1361 PAGINA 2 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

OPMERKELIJK © GOELE DE CORT

WETSTRAAT WEER VAN TWEE NAAR DRIE RIJSTROKEN BRUSSEL – In de Wetstraat, tussen de Kleine Ring en de Koningsstraat, komen er drie rijstroken in plaats van twee. Dat heeft het Brusselse schepencollege beslist. Maar het moet eerst enkele dagen 15 °C zijn voor de nieuwe wegmarkeringen kunnen worden aangebracht. Vroeger waren er op dit stuk van de Wetstraat vier rijstroken, twee in elke richting. Fietspaden waren er nauwelijks. In oktober kreeg de gewestweg een onderhoudsbeurt, met een verse laag asfalt en nieuwe wegmarkeringen. Vooraf had het Gewest, dat aan een fietsnetwerk werkt, toestemming gevraagd aan de Stad Brussel om fietspaden te mogen aftekenen. De Stad ging akkoord. En dus kwamen er twee gemarkeerde fietspaden. Aan de kant van het federaal parlement werd ook de parkeerstrook voor het parlement duidelijk afgelijnd. Voordien konden de parlementsleden hun wagen daar ook achterlaten, maar omdat de parkeerstrook niet afgetekend was en nauwelijks gebruikt werd, bleef ze beschikbaar voor het verkeer. Voor de automobilisten bleven er dus nog twee rijstroken over. Dit paste in het streven van het Gewest naar smallere, tragere wegen met minder autocapaciteit. Maar de versmalling leidde tot een fikse toename van de files, vooral tussen de Kleine Ring en het parlement. Automobielorganisatie Touring stond meteen op haar achterste poten: “25 minuten tijdverlies voor de autobestuurders die deze route nemen.” De Stad Brussel heeft nu beslist het aantal rijstroken weer te verhogen. “Er komen drie rijstroken, twee richting Brussel en één de stad uit. De fietspaden blijven. De parkeerstrook wordt afgeschaft,” legt Els Ampe (Open VLD), de nieuwe schepen van Mobiliteit en Openbare Werken, uit. “De ministers kunnen aan hun kabinetten parkeren, de parlementsleden achter het parlement.” De nieuwe wegmarkeringen zullen wel nog enkele weken op zich laten wachten. “Nu is het te koud,” zegt Ampe. “Het moet eerst een paar dagen vijftien graden zijn, anders hecht de verf niet.”

Bettina Hubo

Uitgelicht > Bende teistert Kuregemse Grondelswijk

‘Politie is controle kwijt’ ANDERLECHT – Het is weer hommeles in Kuregem. Een bende jongeren saboteert systematisch de elektriciteitskastjes in de wijk en schakelt zo de straatverlichting uit, om daarna in alle discretie toe te slaan: auto-inbraken en drugshandel zijn er al een maand lang schering en inslag.

T

ussen de Grondelsstraat, de Transvaalstraat en de Bergensesteenweg ligt het actieterrein van de bende die sinds vorige maand de Grondelswijk teistert. Drie kleine paadjes die van de drie straten vertrekken, komen in het midden van het blok samen, mooi verstopt tussen een voetbalveld en twee scholen. Voor boefjes is het een ideale plek om zich voor de politie te verschansen: zij hebben zicht op de straat, maar worden er zelf niet gezien. En een vluchtweg hebben ze maar voor het uitkiezen. Het is een fenomeen dat zich al jaren voordoet; de bewoners van de sociale appartementsblokken op het

Albert II-plein kunnen ervan meespreken. Maar sinds vorige maand is de situatie geëscaleerd. Gemeenteraadslid Walter Vandenbossche (CD&V, oppositie) trommelde er vorige week de pers voor op. Niet bij klaarlichte dag, maar nog voor het krieken van de dag, om halfacht  ’s morgens. Het is pikdonker in de wijk, en al snel zien we hoe dat komt. De elektriciteitskastjes zijn opengerukt, draden doorknipt: gericht vandalisme om de straatverlichting uit te schakelen. Het vandalisme heeft de avond voordien plaatsgevonden, sms’t een buurtbewoner, en het is niet de eer-

ste keer dat dit gebeurt. De buurtbewoner die de sms stuurt, wil niet in het openbaar reageren uit angst voor represailles. “Deze plek is sinds kort de speeltuin van een bende die ruiten van wagens inslaat, mensen overvalt en drugs dealt,” schetst Vandenbossche. Hij toont ons de strategische plek waar de drie paadjes samenkomen. “Hier vinden we regelmatig handtassen of andere gestolen voorwerpen. De bendeleden zouden om negen uur bij de Sint-Franciscuskerk afspreken, om daarna toe te slaan.” “De politie heeft de situatie duidelijk niet meer onder controle. De bendeleden spelen kat en muis met de politie, die op haar beurt de strijd lijkt op te geven,” concludeert Vandenbossche. Hij eist dringende maatregelen om de bende aan te pakken.

hoogte te zijn van het probleem. “We hebben eind december met een tiental buurtbewoners over de onveiligheid gesproken. De politie patrouilleert elke nacht, maar het is natuurlijk niet simpel om in het donker te opereren.” Elektriciteitsbeheerder Sibelga herstelt op vraag van de gemeente regelmatig het defect, maar even vaak is dat een maat voor niets. De Sibelga-ploegen worden zelfs getreiterd door de jongeren, die zeggen dat ze de boel binnen de kortste keren toch weer lamleggen. De politie voert nu een onderzoek om de bendeleden te identificeren. De vraag is of het over jongeren uit de buurt gaat, dan wel van buiten de wijk. “Het komt er vooral op aan de jongeren op heterdaad te betrappen, en dat is in de duisternis natuurlijk niet zo gemakkelijk,” zegt Tomas.

Heterdaad In een reactie zegt kersvers burgemeester Eric Tomas (PS) op de

Déjà vu De situatie doet denken aan die van

DE WEEK IN BEELD DOOR BART DEWAELE

Vrijdag ging het 91ste Autosalon open voor het grote publiek. De beurs moet het dit jaar zonder schaarsgeklede babes stellen, maar geen paniek: organisator Febiac meldt dat alles ‘geweldig goed loopt’ en dat het ‘prettig druk’ is op de Heizel. Het Autosalon, nog tot en met nu zondag.

© BART DEWAELE


WEEKOVERZICHT

BDW 1361 PAGINA 3 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

© SASKIA VANDERSTICHELE

DONDERDAG 10 JANUARI 123 REEËN DOODGEREDEN. Tussen 2008 en 2012 vonden 202 dieren de dood door het verkeer in het Zoniënwoud. Het gaat om 123 reeën, 55 vossen, elf steenmarters, zeven bruine eekhoorns, twee everzwijnen, twee bunzingen en één bever. De zwartste punten voor dieren in het woud zijn de Ring, de Terhulpsesteenweg, de Stoeterij-, de Sint-Hubertus- en de Lorrainedreef. AANTAL VERMOGENSBEGRENZERS STIJGT. Volgens Le Soir is het aantal vermogensbegrenzers in drie jaar tijd met een derde gestegen. Een vermogensbegrenzer is een toestel van Sibelga dat huishoudens nog 10 ampère stroom levert na wanbetaling. Opmerkelijk is dat de stijging zich vooral voordoet bij gezinnen uit de middenklasse die geen beschermd statuut hebben. Volgens Sibelga kunnen gezinnen uit de lage middenklasse de dure stroom steeds moeilijker betalen. ATHENEUM WOLUWE GEEFT CHINEES. In samenwerking met de Chinese ambassade begint het Koninklijk Atheneum van SintPieters-Woluwe volgend jaar met lessen Chinees. Volgens de directie is dat een goede manier om jonge mensen voor te bereiden op de toekomst.

VRIJDAG 11 JANUARI Sibelga komt het kastje repareren, jongeren slaan het weer kapot. Soms kondigen ze dat zelfs aan aan de Sibelga-interventiedienst.

Burgemeester Eric Tomas (PS):

“De politie patrouilleert elke nacht, maar dat is natuurlijk niet simpel in het donker”

drie jaar geleden, toen in Kuregem het politiekantoor in brand werd gestoken, waarna de buurt uitgroeide tot een no-go zone waar jonge boefjes het voor het zeggen hadden. De tijdelijke verhuizing van de hogeschool Institut Supérieur Industriel de Bruxelles deed toen de politiek wakkerschrikken: er werd federale steun ingeroepen, nultolerantie werd ingevoerd. Sindsdien leek de politie weer greep op de wijk te hebben. Volgens Vandenbossche moet ook nu de federale overheid ingrijpen. “De lokale politie kan dit niet al-

leen aan.” Burgemeester Tomas ziet echter weinig gelijkenissen met drie jaar geleden. “Toen was er sprake van een continue plaag van kleine overvallen op jongeren. Nu gaat het over een relatief kleine bende. Gewoon een kwestie van er op de juiste moment te staan en de jongeren  te vatten; versterking hoeven we niet.” Tomas heeft er goede hoop op de situatie snel onder controle te krijgen. Voor het eind van de maand moeten de problemen van de baan zijn. Bruno Schols

‘VERBREDING RING IS NEFAST.’ Voor Greenpeace en de Bond Beter Leefmilieu zal de uitbreiding van de Brusselse Ring een nefaste invloed hebben op de uitstoot van koolstofdioxide. De milieuorganisaties verwijten de Vlaamse regering te veel rekening te houden met de komst van rekeningrijden, dat voor personenvervoer nog lang niet ingevoerd wordt. Ook zou Vlaanderen het aanzuigeffect van een verbreding van de Ring onderschatten. De klimaatdoelstellingen die het Vlaams Gewest van Europa opgelegd krijgt, zouden er alleszins niet door gehaald worden. GRONDELSWIJK GEVISEERD. Al wekenlang teisteren vandalen de buurt rond de Anderlechtse Grondelsstraat. Elektriciteitskasten worden systematisch geviseerd zodat de vandalen vrij spel krijgen in de wijk: inbraken, handtasdiefstallen en drughandel. De situatie doet denken aan de moeilijkheden in Kuregem drie jaar geleden.

ZATERDAG 12 JANUARI Fyra blijft probleemgeval. De NMBS zegt dat de problemen met de nieuwe hogesnelheidstrein tussen Nederland en België nog weken kunnen aanslepen. Dat komt omdat de maatschappij te weinig reservestellen heeft die defecte exemplaren kunnen vervangen. De vorige dag nog werden zeven van de twintig Fyra-treinen afgeschaft door technische problemen, meldt De Standaard.

MAANDAG 14 JANUARI

“ “ HET GETAL

Als hij bedoelt zes sterke gemeenten en een zwak Gewest, dan gaan we niet akkoord.” SP.A-parlementslid Elke Roex vreest op Radio 1 dat een fusie van negentien tot zes Brusselse gemeenten niet veel zoden aan de dijk brengt. De fusie was een voorstel van burgemeester Freddy Thielemans (PS).

Het is evident dat een stad een andere biotoop is dan het platteland. De temperatuur is er hoger en de chemie van de lucht is anders. Het verschil is tot een eind boven de stad zichtbaar.” Bino Maiheu van de onderzoeksinstelling Vito, in Knack.

280

Bijna drie vierkante kilometer, of 280 voetbalvelden, een oppervlakte groter dan Sint-Gillis: dat is de ruimte die door de auto wordt ingepikt, alleen nog maar om te parkeren langs de openbare weg. Dat moet minder, zo staat het in het nieuwe Gewestelijk

Parkeerbeleidsplan dat vorige week in het parlement is voorgesteld. Minister van Vervoer Brigitte Grouwels (CD&V) wil de leefbaarheid van de stad verhogen. De meeste burgemeesters stemmen in, maar een aantal MR’ers onder hen, zoals Vincent De Wolf, hebben er geen goed oog in. Elke geschrapte parkeerplaats wordt gecompenseerd door een ondergrondse, belooft Grouwels, maar De Wolf ziet niet hoe die er snel kunnen komen. Het plan gaat volgende week in openbaar onSVG derzoek.

Villo minder vaak gestolen. Hoewel het aantal fietsdiefstallen hoog ligt in Brussel, worden Villo-huurfietsen steeds minder gestolen. In 2011 werden meer dan vijfhonderd exemplaren ontvreemd, vorig jaar ‘slechts’ 176. Daarvan werden er honderdvijftig teruggevonden. Volgens staatssecretaris voor Mobiliteit Bruno De Lille (Groen) worden de huurfietsen minder vaak gestolen omdat ze stilaan beschouwd worden als publiek bezit, waardoor mensen er meer zorg voor dragen. De daling is opmerkelijk omdat het aantal Villo-fietsen fors is uitgebreid. THIELEMANS BLIJFT VOORZITTER. De Brusselse PS-burgemeester Freddy Thielemans blijft voorzitter van de gemeenteraad. Dankzij een ordonnantie die afgelopen zomer aangenomen werd in het Brussels parlement, is het mogelijk dat de voorzitter van de gemeenteraad niet tot het schepencollege behoort. Voor die optie koos de Stad Brussel dus niet. Nochtans was er vanuit de oppositie wel vraag naar: N-VA, Ecolo, FDF en CDH zijn er voorstander van. Het voornaamste argument is dat een burgemeester die de gemeenteraad voorzit, tegelijkertijd rechter en partij is. Thielemans keurde de gewestelijk ordonnantie wel goed, maar dekt zich in door te stellen dat “het geen verplichting inhoudt” en dat “sinds 2001 niemand hoeft te klagen over het democratisch gehalte van de gemeenteraad.”

DINSDAG 15 JANUARI SNEEUW! De stad wordt wakker onder een behoorlijk sneeuwtapijt. De MIVB rijdt min of meer op tijd en in de stad is er niet bijster veel verkeershinder. De files naar de stad zijn iets langer dan normaal. Ook het treinverkeer verloopt nagenoeg normaal. Wel ondervindt de vuilnisophaling hinder.

Samengesteld door Christophe Degreef

MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF


BDW 1361 PAGINA 4 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Politiek > Een federatie, een gewest of liever een echte natie?

‘Een gouden kooi voor de Brusselse Vlamingen’ BRUSSEL – “Wallonië en Brussel moeten een natie vormen,” vertelde Paul Magnette bij zijn nakende vertrek naar Charleroi. In dit moeilijke land kan die uitspraak verschillend geïnterpreteerd worden. “De Franstaligen zijn er zelf nog niet uit.” Wat niet wil zeggen dat de Brusselse Vlamingen op beide oren kunnen slapen.

Le Soir: Een Waalse natie is wel niet wat u van plan bent... Magnette: “Omdat we Brussel en Wallonië niet uit elkaar kunnen halen.” Le Soir: Zonder ‘esprit wallon’ lijkt Wallonië herlanceren wel een hopeloze onderneming. Magnette: “We moeten ons talent naar waarde schatten. Cultureel en sociologisch is Wallonië-Brussel onze gemeenschap.” Le Soir: En toch zal volgens sommigen Wallonië er niet bovenop komen zonder eigen cultuurbevoegdheden, zonder eigen RTBf, zonder eigen onderwijs. Magnette: “De RTBf moet zich

meer in Wallonië verankeren. Walen en Brusselaars, Franstaligen, vormen een gemeenschap. We moeten in onszelf geloven, we moeten onze talenten laten schitteren. We moeten stoppen met onszelf te kwellen, we moeten ophouden met het zelfbeklag.” “Het debat tussen voorstanders van het gewest en pleitbezorgers van de

en dat is – ik herhaal – een WaalsBrusselse natie.” Hij zal het misschien zelf niet willen horen, maar Magnettes pleidooi voor een natie neigt naar separatisme. Of toch niet? Misschien is het gewoon een pleidooi ingegeven door ontzag over de ogenschijnlijk hechte deelstaat Vlaanderen, die in de ogen van Franstaligen meer natie wordt, of dat al gewoon is. Dat moeten wij ook worden, lijkt de toekomstige burgemeester van Charleroi te zeggen. Dat Brussel bij die ‘natie’ moet horen, is ingegeven door het vaste geloof dat de stad Franstalig is. Een afzonderlijk gewest? Of een gewest tezamen met het Waals Gewest? Ook de Franstaligen zijn er blijkbaar niet echt uit. Une nation, ze willen wel. Maar hoe?

Els Witte: “Als Magnette kiest voor de politieke optie, dán krijgen we een ander verhaal”

De Vlaamsgezinde Leuvense hoogleraar politicologie Bart Maddens twijfelt ook over de nieuw te vormen Franstalige natie. Bart Maddens: “Ik heb nog altijd de indruk dat de Franstaligen er zelf niet uit zijn. Er zijn twee extreme standpunten: voormalig Waals minister-president Jean-Claude Van Cauwenberghe bijvoorbeeld pleit nog altijd voor een sterke Waalse regio, terwijl FDF-voorzitter Olivier Maingain pleit voor een territoriale entiteit Wallonië-Brussel met rechten voor de Vlaamse minderheid. Met de zesde staatshervorming is de discussie wel acuut geworden, er moeten knopen worden doorgehakt. Een voorbeeld: gaat de kinderbijslag naar het Waals Gewest of naar de Franse Gemeenschap? Dat alles vertraagt de staatshervorming.” Met zijn voorstellen voor een Franstalige natievorming wekt Magnette op z’n minst de indruk dat ‘Plan B’ Plan A geworden is. Plan B is: wat

Het pleidooi van Paul Magnette voor meer patriottisme, voor solidariteit tussen Brussel en Wallonië en – vooral – voor het creëren van een Waals-Brusselse natie laat de Brusselse Vlamingen met een wrang gevoel achter. Want is er plaats voor hun taal en cultuur dans cette nation? Emerita hoogleraar geschiedenis en Brusselse Vlaming Els Witte stelt zich alvast vragen. Els Witte: “Magnette blijft vaag, zijn discours is ambigu. Hij heeft het over een Waals-Brusselse natie, maar spreekt bijvoorbeeld alleen over Waals patriottisme. En wat be-

gemeenschap is achter de rug, dat is politieke loodgieterij. Iedereen is pro gewesten, en niemand twijfelt eraan dat Brussel en Wallonië solidair moeten zijn.” “Er is een permanente kruisbestuiving tussen Brussel en Wallonië. Mijn studenten aan de ULB kwamen van zowat overal, een groot deel van de Brusselse bevolking is van Waalse origine. We moeten er ons rekenschap van geven wat we samen zijn,

© SASKIA VANDERSTICHELE

SCHAUVLIEGE: ‘SCREEN FLANDERS IS ANTWOORD OP BRUXELLIMAGE’

Plan A, B en C

Ambigu

© ARCHIEF BDW

H

oe het begon. Ontslagnemend federaal minister Paul Magnette (PS) liet in Le Soir van 5 januari zijn licht schijnen over de toekomst van de Franstaligen in België. Magnette gaat ver, zeer ver. Oordeelt u zelf. Paul Magnette: “Vlaanderen heeft met behulp van de media een natie gecreëerd. Vlaanderen schat zijn mensen naar waarde. Wij hebben veel talent – architectuur, design, mode, gastronomie, noem maar op – dat we niet naar waarde schatten. We hebben geen Waals-Brusselse natie gecreëerd. Hoog tijd dat we dat wel doen.”

doelt hij overigens met natie? Vult hij het begrip cultureel in, dan is er niets nieuws onder de zon, dat doet de Franse Gemeenschap nu al. Gaat het verder dan een ‘communauté culturelle’, is het met andere woorden een politieke optie, dan krijgen we een heel ander verhaal.” “Magnette noemt zichzelf een regionalist. Wat betekent dat binnen zijn keuze voor een Waals-Brusselse natie? Tweeledigheid? Anticipeert hij op die manier op een Vlaamse natie – en wat met de Brusselse Vlamingen in het verhaal? Magnette is het ons verplicht om duidelijkheid te scheppen.”

BRUSSEL – Vlaams parlementslid Yamila Idrissi (SP.A) vreest dat Screen Flanders creatievelingen uit Brussel weg zal zuigen. Die vrees is ongegrond, antwoordt minister van Cultuur Joke Schauvliege (CD&V). Vlaams minister-president Kris Peeters (CD&V) trekt samen met Schauvliege vijf miljoen euro uit om de filmsector te ondersteunen. Productiehuizen kunnen tot 400.000

terugbetaalbare voorschotten krijgen. Voorwaarde is wel dat het geld in Vlaanderen uitgegeven wordt. “Dit is een economische steunmaatregel, en economie is een gewestbe-

Yamila Idrissi en Joke Schauvliege.

voegdheid. Als de Vlaamse regering ook Brusselse bedrijven zou steunen, dan zou ze haar boekje te buiten gaan,” zegt Schauvliege. Allemaal goed en wel, maar wordt het Vlaams creatief talent uit de Brusselse kanaalzone dan bijvoorbeeld niet benadeeld? “Nee,” antwoordt Schauvliege, “zij moeten zich gewoon tot Bruxellimage wenden, de Brusselse tegenhanger van Screen Flanders. Een kwart van de producties bij Wallimage/Bruxellimage heeft nu al een Vlaams karakter.”

doen de Franstaligen als de Vlaamsnationalisten in 2014 de onafhankelijkheid van Vlaanderen uitroepen? Maddens: “Het Plan A van de Franstaligen is nog altijd de uitvoering van de zesde staatshervorming en vervolgens institutionele stabiliteit tot 2019 behouden. Maar als de N-VA incontournable wordt, dan zullen de Franstaligen als eerste zet wel een Waals-Brusselse federatie naar voren schuiven. De vraag is of dat met een aparte component Brussel zal zijn. Franstaligen promoten al lang Bruxelles als région à part entière, Brussel als volwaardig (en dus niet ‘Hoofdstedelijk’, red.) Gewest.” “En dan is er nog Plan C. Plan C is het separatisme. Het Franstalige antwoord daarop zal het rest-België zijn, waar het Vlaams Gewest is uitgestapt.” En wat wil de N-VA in dezen? Maddens: “Een confederalisme met twee waarbij Brussel weliswaar verregaande autonomie krijgt, maar niet zoveel als de twee andere deelstaten. En er komt co-beheer. Hamvraag is of de N-VA dat standpunt zal aanhouden of ze drie volwaardige gewesten zal accepteren. Want men kan ervoor of ertegen zijn, maar de zesde staatshervorming legt veel macht bij het Brussels Gewest, dat een soort supergewest wordt. Net dat maakt het moeilijk om de tweeledigheid hard te maken. De partij weet zeker dat een deel van de Brusselse Vlamingen het idee van cobestuur niet genegen is.”

Virtueel failliet Walter Vandenbossche, eerste on-

Bruxellimage en Wallimage hebben een samenwerkingsakkoord gesloten, wat maakt dat Brusselse bedrijven in Brussel én in Wallonië aan de bak komen. Volgens Schauvliege speelt dat – weliswaar onbedoeld – in het nadeel van Vlaanderen. Peeters heeft een brief geschreven aan de Brusselse regering met de vraag om een samenwerkingsakkoord te sluiten. Als dat gebeurt – en Peeters heeft er het volste vertrouwen in –, dan wordt de vraag van Idrissi een ‘vraag zonder voorwerp’. DV


BDW 1361 PAGINA 5 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Paul Magnette zal niet meer federaal spreken. “Ik neem lijn 140 naar Charleroi, enkele reis,” stelde hij vorige week in De Tijd. Hij wordt burgemeester van Charleroi. Anderen blijven dan weer pendelen tussen de hoofdstad en de Waalse industriestad.

dervoorzitter  van  het  Brussels  parlement (CD&V), is een staatshervormer van het eerste uur. Hij was er al  bij toen het Brussels Hoofdstedelijk  Gewest  in  de  late  jaren  1980  getekend werd.  Walter Vandenbossche:  “Een  doorgedreven confederalisme – met  een  federale  staat  die  herleid  is  tot  Buitenlandse  Zaken,  Defensie,  de  koning en nog een paar andere borrelhapjes  –  betekent  het  einde  van  de  Brusselse  Vlamingen.  Philippe  Moureaux  heeft  het  al  in  2006  gezegd:  ‘Minder  België  is  minder  Vlaams  Brussel.’  Elke  eenzijdig  afgedwongen  federalisering  heeft  de  positie  van  de  Vlamingen  in  Brussel  verzwakt.  Herinner  u  de  post-Lombardakkoorden:  toen  zijn  de  Vlamingen  geneutraliseerd  uit  angst  dat  het  Vlaams  Belang  ( toen nog Vlaams Blok)  de  instellingen  ging verlammen. Tweede voorbeeld:

het  omzeilen  van  de  taalwetgeving  door  waarnemende  ambtenaren.  En  drie:  de  permanente  aanvallen  op  de  Vlaamse  Gemeenschap  door  de  Franse  Gemeenschap.  De  zesde  staatshervorming is een ommekeer:  constitutieve  autonomie   (dat het Brussels parlement de eigen regels kan veranderen, red.) kan alleen met  een  tweederde  meerderheid  en  een  meerderheid in elke taalgroep.” Veel, zo niet alles, zal afhangen van  de  verkiezingsuitslag  in  2014,  de  ‘moeder van alle verkiezingen’ waar  federaal, regionaal en Europees gekozen moet worden. Vandenbossche:  “De  N-VA  is  een  machtige  falanx,  maar  een  condominium  ( co-beheer van Brussel door Vlamingen en Walen, red.)  kan  de  partij  vergeten.  De  Franstaligen  zetten nu al hun stekels op. Ze zijn  bang  voor  zuiver  confederalisme.  Nu overleeft Brussel dankzij de soli-

dariteitsstromen  vanuit  de  federale  regering en de gemeenschappen. In  een  zuiver  confederaal  model  is  er  een  resultaatsverbintenis:  u  krijgt  geld  als  u  aan  bepaalde  voorwaarden  voldoet.  Als  de  N-VA  rekening

© BART DEWAELE

de trein van 2014 op zich afkomen,  de Franse Gemeenschapscommissie  is virtueel failliet. Ik zie ook niet in  hoe  Wallonië  Brussel  kan  helpen,  Wallonië  heeft  met  het  verlenen  van  verregaande  autonomie  aan  de

Bart Maddens: “Franstaligen willen de zesde staatshervorming uitvoeren, en dan stabiliteit tot 2019”

houdt met de Brusselse Vlamingen,  dan zal de partij zware compromissen moeten sluiten met zichzelf.” De  vraag  blijft  of  er  toch  niet  meer  aan  de  hand  is  dan  theoretische  discussies  over  natievorming.  Vandenbossche:  “De  Franstaligen  zien

Franse Gemeenschapscommissie de  Franstalige  Brusselaars  de facto  afgestoten. Waarom zouden ze nu de  banden  aanhalen?  Maar  het  is  natuurlijk  wel  de  enige  strohalm  voor  Franstalig Brussel.” Dat  betekent  nog  niet  dat  er  g  esur-

placet  wordt.  Vandenbossche:  “Nu  leven  we  in  een  solidariteitsfederalisme,  en  we  evolueren  naar  een  samenwerkingsfederalisme,  niet  op  gelegd  maar  onderhandeld,  en  dat  is  goed  voor  de  Brusselse  Vlamingen.  Want  zowel  in  een  zuiver  confederaal model als in een  nation Bruxelles-Wallonie zijn de Brusselse  Vlamingen de gegijzelde.” Herinneren  we  ons  ook  de  woorden  van  Cocof-voorzitster  Julie  de  Groote  (p. 1 van deze krant):  de  Brusselse  Vlamingen  hebben  zelf  investeringen in crèches en scholen  goedgekeurd,  en  dragen  zo  zelf  bij  tot het Gewest.  Brussel wordt misschien gadegeslagen vanuit Charleroi en Antwerpen,  maar dat staat een eigen debat niet  in de weg.  Danny Vileyn, Christophe Degreef en Steven Van Garsse

ADVERTENTIE

PUBLICEER UW POËZIE VIA HET WILLEMSFONDS Het Brusselse Willemsfonds wil Nederlandstalige poëzie uit de hoofdstad in de kijker plaatsen.

Voor de 2de editie van ‘Vers uit Brussel’ gaan we op zoek naar poëtisch talent uit Brussel. U dicht toch ook?

Daarom publiceerden we in mei 2012 ‘Vers uit Brussel’, een bloemlezing van gedichten van 14 Brusselse amateurdichters. Op korte tijd gingen er al zo’n 400 exemplaren van de deur uit.

In 2013 werken we aan een 2de editie en daarom lanceren we langs deze weg graag een oproep aan Brusselse amateurdichters om mee te werken aan onze tweede dichtbundel. Wil u uw gedichten graag zien verschijnen in een fraai vormgegeven uitgave? Aarzel dan niet en bezorg

ze ons voor 15 maar 2013. Een redactiecomité zal instaan voor de selectie van de gedichten.

Voor meer informatie: kurtdeswert@hotmail.com of 02 218 44 88


BDW 1361 PAGINA 6 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Privacy > Brusselse gemeenten starten met uitreiking biometrische paspoorten

Uw vingerafdruk of uw leven BRUSSEL – In Elsene, SintPieters- en Sint-LambrechtsWoluwe begint het ministerie van Buitenlandse Zaken met een proefproject voor de aflevering van biometrische paspoorten. Die paspoorten zijn niet waterdicht. Een biometrisch paspoort is nog steeds het vertrouwde rode boekje dat u nodig hebt als u op reis vertrekt, maar dan met een chipkaart met biometrische gegevens erin, zoals vingerafdrukken en/of gelaatsof oogscan. Zulke gegevens zijn uniek voor ieder mens en dus uiterst nuttig ter identificatie. Maar hoewel u vast al een paspoort hebt met een chip, bent u nu nog niet verplicht om biometrische gegevens achter te laten op het gemeentehuis. Totnogtoe volstaan een foto en een elektronische handtekening op die chip. Dat verandert stilaan vanaf dit jaar. In 2013 zet het ministerie van Buitenlandse Zaken een proefproject op in drie Brusselse gemeenten. In samenwerking met Binnenlandse Zaken levert de federale overheid de nodige apparatuur aan de gemeentebesturen, zodat u, wanneer u een nieuw paspoort nodig hebt, uw vingerafdrukken kunt achterlaten. Of moet achterlaten, want keuze hebt u niet, tenzij u geen vingers hebt of

Nu beschikken paspoorten al over een chip, maar alleen met een elektronische handtekening. Vanaf dit jaar komen daar ook uw vingerafdrukken bij.

jonger bent dan twaalf. Belgen die in het buitenland wonen, vallen nu al onder het nieuwe sys­teem.

Al in 2004 verordende Europa dat lidstaten biometrische gegevens moesten verbinden aan paspoorten.

protest tegen de gevoelige beslissing. In beide landen pikten burgers het niet dat de overheid zomaar strikt persoonlijke biologische kenmerken van haar onderdanen kan bijhouden. En met resultaat, want in beide landen mogen zulke gegevens niet meer permanent worden opgeslagen. In België, de slechtste leerling van de Europese klas, is het debat voorlopig nog onbestaande. Waterdicht zijn de paspoorten niet. Een vingerafdruk is uniek, maar stel dat u geweigerd wordt bij een grenscontrole. U beschikt dan niet over andere vingers om te bewijzen dat u het werkelijk bent. Bovendien bestaat de vrees dat chipkaarten in paspoorten makkelijk te kraken zijn. En dan dreigen simpele controles zeker een nachtmerrie te worden. Want er is geen alternatief voor een paspoort dat waterdicht hoort te zijn. Een ander, eerder filosofisch argument, is misschien nog het belangrijkste: dat iedereen die onschuldig is, zijn vingerafdrukken nergens hoeft achter te laten, tot de schuld bewezen is. Christophe Degreef

© HELEEN RODIERS

De lidstaten kregen wel ruimte om er een ‘nationale draai’ aan te geven. Zo was er in Nederland en Duitsland

Op 28 januari is het Wereld­privacydag, met ook in Brussel talloze evenementen: meer op europeanprivacyday.org

Leefmilieu > Veel kritiek op bouwproject Hippodrome

‘Laat dit geen gated community worden’

De Fourcroy-site, op het grondgebied van zowel Brussel-stad (Laken) als Jette, ligt al jaren te verkommeren. De omwonenden zijn op zich dan ook tevreden dat het Limburgse Solidum plannen heeft met het terrein: de projectontwikkelaar wil ongeveer 350 woningen plus een rusthuis en een crèche op de plek. Aanvankelijk had de projectontwikkelaar 450 appartementen in gedachten. Toen hij daarvoor drie jaar geleden een stedenbouwkundig attest aanvroeg, kwam de buurt in het verweer. Te veel extra verkeer, te weinig groen, onvoldoende duurzaam, was de kritiek. De projectontwikkelaar kreeg desondanks het attest, maar onder voorwaarden. Nu vraagt Solidum de definitieve bouwvergunning aan. De buurtcomités hebben evenwel nog

© SASKIA VANDERSTICHELE

LAKEN/JETTE – Het bouwproject Hippodrome op de vervallen site van wijnverdeler Fourcroy in de Steylsstraat blijft kritiek oogsten. Het openbaar onderzoek moet intussen door vormfouten over­ gedaan worden.

Een Limburgse projectontwikkelaar wil woningen en een rusthuis bouwen op de vervallen Fourcroy-site.

steeds kritiek en lieten zopas een petitie rondgaan. “De te verwachten

mobiliteitsproblemen in de omliggende straten zijn niet opgelost,”

zegt Stijn Callewaert van het comité Jules Lahaye. “Bovendien dreigt het

project, dat mikt op de hogere middenklasse en ook een privéweg omvat, een gated community te worden. Voorts wil de projectontwikkelaar het geplande park en de crèche neerzetten op het aanpalende terrein. Dat is nog altijd eigendom van de NMBS. Wat als het niet gekocht kan worden?” Groen-gemeenteraadslid Nathalie De Swaef, die maandagavond in de gemeenteraad over de kwestie interpelleerde, voegde er nog aan toe dat het project achterhaald is op het vlak van energiegebruik. Schepen van Stedenbouw Paul Leroy (LBJ-CDH) antwoordde dat ook de gemeente Jette veel bezwaren heeft tegen het project. “Aan heel wat van de opgelegde voorwaarden is niet voldaan.” Intussen moet het openbaar onderzoek, dat zowel in Brussel als in Jette liep, overgedaan worden omdat Brussel de rode affiches te vroeg heeft weggehaald. Nu is het onderzoek gepland van 24 januari tot en met 22 februari. De overlegcommissie vindt plaats op 5 maart. Bettina Hubo


BDW 1361 PAGINA 7 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

P-PRAAT

Politiek > Aandeel Vlaamse raadsleden blijft constant

Minder kiezers, evenveel gekozenen BRUSSEL – Volgens oud-journalist en opiniemaker Guido Fonteyn zit het aantal Nederlandstalige gemeenteraadsleden in Brussel op een recordhoogte. Dat klopt. Of toch gedeeltelijk. Het aantal Vlamingen in Brussel gaat gestaag achteruit. Toch is het aantal Nederlandstalige gemeenteraadsleden sinds de verkiezingen van 1970 min of meer constant gebleven: het aantal schommelt tussen de elf en de twaalf procent, met een dip in 1982. Dat dit aandeel constant is gebleven ondanks een tanend electoraat, heeft te maken met partijpolitieke strategieën. Zo wist Groen zich in 2000 al goed te positio­ neren op Ecolo-lijsten. Enkele jaren later werden dankzij het Lombardakkoord de gemeenten met een Vlaamse schepen financieel beloond. Een verkozen Vlaming is sindsdien goud waard. In een opiniestuk vorige week in De Standaard ziet Guido Fonteyn bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 een record sneuvelen: 86 Nederlandstalige raadsleden. De meesten daarvan zijn op eigen kracht verkozen, dankzij voorkeurstem-

men. Anderen komen erin door opvolging. Er zijn ook tal van Nederlandstalige schepenen en OCMW-voorzitters. Een teken, vindt Fonteyn, dat het met de pacificatie in Brussel goed meevalt. Is 86 raadsleden een record? Ja en neen. Brussel evenaart er in elk geval het wonderjaar 1976 mee. Ook toen legden 86 Nederlandstalige gemeenteraadsleden de eed af. Maar er waren toen in het totaal wel minder gemeenteraadsleden: 86 op 675 tegenover 86 op 685 vandaag. Het is daarom beter om naar het aandeel te kijken. In 1976 was 12,7 procent van de gemeenteraadsleden Nederlandstalig; afgelopen verkiezingen ging het om 12,6 procent. Daarmee is het record uit 1976 niet geëvenaard. Het kán overigens nog: in een aantal gemeenten zitten enkele Nederlandstalige opvolgers te wachten op hun (spoedige?) eedafleg­g ing. Maar net zo goed kunnen er een aantal Vlamingen ontslag nemen.

Madame Schep heeft het hoog in haar bol gekregen. Nu moet haar gemeente ook al een toeristische kaart uitgeven voor de geïnteresseerde burger die er in Sint-Jans-Molenbeek op uit wil trekken. Of er naar de coiffeur wil.

Dat 2012 een goed jaar was voor de Vlamingen, staat wel buiten kijf. In de ‘moeilijke’ jaren 1982 en 1994 was geen elf procent Nederlandstalig, in 1988 en 2006 wat meer dan 11,5 procent, in 2000 ging het om 12,4 en in 1970 om 12,7 procent. Interessant is ook de tendens per gemeente. Zo haalde Elsene jarenlang geen enkel gemeenteraadslid en zijn er sinds 2006 maar liefst drie. Dat is een teken dat l’Oasis francophone meer en meer bij Nederlandstaligen in trek is. Omgekeerd zag SintPieters-Woluwe, met in Stokkel toch een historische kern Nederlandstaligen, het aantal Vlamingen in de gemeenteraad daalt van vijf in 1988 naar eentje vandaag. Daar eist de toenemende internationalisering zijn tol. Ganshoren vertoont dan weer een piek in 1994. Toen legden maar liefst twaalf Vlaamse gemeenteraadsleden de eed af, op de 27: dat is 44 procent. Vandaag resten er SVG nog amper vijf.

“Het moet gedaan zijn met dat intellectueel terrorisme, waarbij een zekere categorie personen de specialisten zijn inzake stedenbouw en mobiliteit,” zegt kersvers PS-burgemeester van Sint-Joost Emir Kir in Le Soir. Kir heeft het niet zo begrepen op de geelgeschilderde autowrakken die op het voetgangersvriendelijke Madouplein de grens van zijn gemeente ontsieren. Goed gezegd, Emir. Ook wij zijn al die Dansaert- en andere Vlamingen beu die met fietsen de straten onveilig maken en denken dat hun fietsketting door hun..., uhm, laat ook maar. De Emir van Sint-Joost kan het weten, want hij heeft er meer bevoegdheden dan toen hij staatssecretaris was, en hoe meer bevoegdheden iemand in Brussel heeft, hoe slimmer hij/zij is. Voilà, opgelost. Volgende. Op de nieuwjaarsreceptie van het Brussels parlement had Martine Payfa weer haar doodskopvestje aan. Dat droeg ze ook al toen Olivier Deleuze in Bosvoorde zijn gemeenteraad installeerde. Een doodskopvestje? Ja, een gilet met een in fonkelsteentjes gevormd doodshoofd. Typisch Payfa. Nu ja, ook wij zijn behoorlijk bang voor het mens. Scheelt toch iets mee. Op de receptie meden we haar dan ook, waardoor we pardoes in de armen van Elsens burgemeester Willy Decourty werden gedreven, ook daar weer uit vluchtten, enkele N-VA’ers aan de kant zagen staan en besloten achter hun ruggengraat te schuilen.

De volledige tabel per gemeente vindt u op brusselnieuws.be. De cijfers van 19701994 komen uit de studie van Ann Mares, De Brusselse Vlamingen en hun politieke vertegenwoordiging (uitg. VUBpress 1998). Die gegevens werden aangevuld met eigen informatie

Netheid > Interne nota Molenbeek: beleid is problematisch

500 ton sluikstort per maand Bij elke bewindswissel komen er lijken uit de kast vallen. Midden juli 2012 stelde een nieuwe dienstchef Netheid een interne nota op. Een nota die een problematische stand van zaken geeft. Samengevat: er wordt maandelijks maar liefst vijfhonderd ton illegaal afval opgehaald in de Molenbeek­ se straten, er zijn te weinig straatvegers, de meerderheid van de schoonmaakwagens is defect of bijna defect, het personeel heeft te weinig, niet-aangepast of ver­ ouderd materieel, het personeel is ook te weinig opgeleid en er worden nauwelijks boetes uitgeschreven. “Er wordt een sluikstort opgeruimd en er ligt al een nieuw,” staat er. De nota kwam aan het licht door voormalig schepen van Mobiliteit Jef Van Damme (SP.A, nu oppositie). Die bracht ze niet naar buiten voor de verkiezingen, “om het proper te houden.” Op die manier rekent hij af met voormalig schepen van Netheid Jan Gypers (Open VLD), aan wie de nota gericht was. Voor Van Damme heeft het beleid van zijn voormalige collega gefaald. Gypers verklaarde voor de verkiezingen dat hij geen schepen meer wenste te worden onder Philippe Moureaux, en hij houdt vol dat er onder diens bewind ook geen netheidsbeleid te voeren viel. “Dat komt ervan als er geen stok achter de deur is,” zegt de voormalige schepen van Netheid, nu bevoegd voor Mobiliteit onder

© SASKIA VANDERSTICHELE

SINT-JANS-MOLENBEEK – Een interne nota van de gemeente van voor de verkiezingen legt een van de belangrijkste pijnpunten van de gemeente bloot: bij een voortzetting van het beleid kan de gemeente onmogelijk netter worden.

Om u maar te zeggen dat we niet veel van de speech van parlementsvoorzitster Dupuis hebben gehoord. Nu, om eerlijk te zijn, zij ook niet.

De nota heeft het over een tekort aan straatvegers. Er zijn er 51, maar door ziekte, vakantie en afwezigheid zijn er in de vakantiemaanden vaak maar twintig aanwezig.

de nieuwe burgemeester Françoise Schepmans (MR). “Ik heb het probleem continu aangekaart, maar niets hielp. Je kunt mensen niet beboeten als de politie niet meewil. En de politie is de bevoegdheid van de burgemeester, Moureaux dus toentertijd. Er veranderde niets in Molenbeek, want onder Moureaux bleef het wereldbeeld altijd hetzelfde: alles wat niet ‘sociaal’ was, mocht niet. Weet u, in de grote vakantie was tachtig procent van het schoonmaakpersoneel voor meerdere weken met vakantie. Onder Moureaux mocht daar nooit iets aan gedaan worden.” De nota lijkt Gypers alvast gedeeltelijk ge-

lijk te geven, want de nieuwe dienstchef heeft het over “een systeem dat al vele jaren ingevoerd is.” Maar Gypers was wel schepen onder Moureaux. “Molenbeek heeft altijd afstand genomen als het te moeilijk werd,” zegt Gypers. “Het beleid was te versnipperd om krachtdadig te zijn. Er is op zich wel genoeg personeel, maar niet om een echt beleid te voeren. Al die parkeerwachters, stadswachters en politieagenten moeten het probleem samen aanpakken. Kijk naar Koekelberg, onze buurgemeente, binnen dezelfde zone, maar wel veel netter. Dat is een kwestie van instelling.” Christophe Degreef

CHIEN ÉCRASÉ ZELFROOSTER – We hebben weer nieuws van onze favoriete belevenisbibliotheek in het centrum van de stad, aan de Munt. Punt. De directie van dat oord heeft namelijk besloten dat het interessant voor de wereld is om een pers­bericht rond te sturen waarin aangekondigd wordt dat het personeel van het boekenhuisje – hou u vast – binnenkort gaat zelfroosteren. Jazeker, zelfroosteren. Dat wil zeggen dat het personeel zelf zijn werkrooster mag invullen. Zelfroosteren! Tadaaa! Nauwelijks bekomen van dit heuglijke nieuws lazen we verder. Naar ’t schijnt hebben ze voor heel die operatie een consultancybureau ingehuurd, u weet wel, zo’n bureau dat luistert naar wat u wilt en u dan zegt dat dat de beste keuze was die u kon maken. Nou, daar zouden wij bij de krant alvast geen bureau voor nodig hebben. Wij roosteren namelijk al zelf. Met wisselend succes, dat wel. ERVARINGSKRANT – Laten we de oefening maken en een ervaringskrant worden. Daar is al een term voor: community-journalistiek. Althans, dat lazen we lang geleden in de een of andere beleidsbrief. Het zette ons aan het denken. Wat is community-journalistiek? Dat werkt zo een beetje als een consultancybureau: u beseft dat u een gemeenschap wilt zijn, en wij vertellen u dat u dat al bent, dat we allen gelukkig zijn, en dat u te allen tijde op ons kunt rekenen. Niet alleen voor nieuws, diepgang of amusement, maar ook om samen te zijn. U kunt op ons bouwen, ja, samen gaan wij op reis door het wonderlijke universum van Vlaams-Brussel. Wij zijn een ervaringskrant. Voelt u het al? O, zo mooi.


BDW REGIO

BDW 1361 PAGINA 8 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Deze week in Kuregem > Gedenkteken voor Joodse slachtoffers gerenoveerd

24.036 namen in zwart marmer

Isidore Zielonka: “Het gedenkteken moet de herinnering aan de Shoah levendig houden.”

ANDERLECHT – Weinig mensen kennen het Gedenkteken der Joodse Martelaars van België in Kuregem. Het monument zal na restauratie vanaf april toegankelijk zijn voor het publiek. Voor Isidore Zielonka, bezieler van het project, werkt de restauratie ook therapeutisch.

K

uregem, een wijk die bekendstaat om haar verpaupering, drugsproblemen en stedelijk verval. Een buurt met vooral bewoners afkomstig uit de Maghreb. Niet meteen een plek waar je een memoriaal voor de slachtoffers van de Joodse genocide verwacht. Het monument, dat er al staat sinds 1970, is aan het oog onttrokken door hagen. Bovendien zijn bezoeken op dit ogenblik zo goed als onmogelijk. Vanaf april komt daar verandering in. Het Joods Museum van Brussel (in de Miniemenstraat nabij de Zavel), de Stichting voor het Jodendom van België, de Stichting voor het Monument van de Joodse Martelaren en de vereniging Het Ondergedoken Kind slaan de handen in elkaar voor de renovatie van het gedenkteken. Het monument herdenkt de Joden die tijdens de Tweede Wereldoorlog naar de concentratiekampen werden gedeporteerd en vermoord. Ongeveer 45 procent van de naar schatting 70.000 Jood-

se Belgen verloor daar het leven. Het geld voor het monument werd destijds bijeengebracht door inzamelacties onder de Joodse gemeenschap – meer dan honderdzestig mensen deden hun duit in het zakje – en ook door een toelage van de federale regering-Eyskens. Toch werd er gaandeweg nauwelijks meer omgekeken naar het monument. “Wie aan de genocide was ontsnapt, hulde zich liever in stilzwijgen,” legt Isidore Zielonka (70), de bezieler van de renovatie, uit. Als architect-partner van het bureau Art & Build heeft hij zijn sporen in de Brusselse architectuurwereld verdiend. Hij coördineert de renovatie, maar ze wordt uitgevoerd door het bureau Origin. “Het stilzwijgen waarover ik het net had, heeft te maken met de moeilijkheid om  over die trauma’s te praten, maar ook wel met een schuldgevoel dat vele overlevenden in de greep houdt: schuld omdat zij nog in leven  zijn, terwijl familieleden en vrienden zijn omgekomen.”

“In de eerste plaats is dit gedenkteken een waarschuwing voor de huidige en komende generaties dat dit nooit meer mag gebeuren. Maar voor mij heeft dit project ook iets therapeutisch. Mijn vier grootouders zijn gestorven in het Joodse getto van Warschau. Dat ik zelf het

© SASKIA VANDERSTICHELE

leefde 23 maanden op een bed. Om te vermijden dat ik als kind mijn mond voorbij zou praten, noemde mijn moeder hem poupée en niet papa.”

Davidster Architect André Godart uit Bergen bedacht eind jaren 1960, als laureaat van een internationale architectuurwedstrijd, een sober maar indrukwekkend monument met een hexagonale structuur. “Geen perfecte, maar een gebroken zeshoek,

“We hebben negenhonderd kilo afval weggehaald uit de crypte. Maar voor de rest stel ik wel respect vast voor dit gedenkteken” levenslicht zag, heb ik te danken aan het feit dat mijn vader verliefd is geworden op een vrouw die naar België is getrokken,” zegt Zielonka. Zijn stemt trilt. “Zelf ben ik in 1942 in Brussel geboren. Mijn moeder en ik werden opgevangen door een Belgische familie. We gebruikten de schuilnaam Vanoudenhagen. Mijn vader was elders ondergebracht en

symbool voor de gebroken gemeenschap,” schetst Zielonka. Dat het monument in Anderlecht kwam, heeft te maken met de toenmalige concentratie van de JoodsBrusselse gemeenschap in Anderlecht en de ‘Textieldriehoek’ rond het Zuidstation, die hoofdzakelijk in handen is van Joden, al is de gemeenschap tegenwoordig vooral

in hoog-Vorst geconcentreerd. De hele structuur heeft de vorm van een davidster, maar dat merken alleen de buurtbewoners die vanuit vogelperspectief naar het gedenkteken kunnen kijken. Het monument heeft drie meter hoge muren met daarop zwartmarmeren platen waarin de namen van alle 24.036 vermoorde Joden staan gegrift. In het verste punt is er een podium/ altaar aanwezig. Aan de muur achter het altaar hangt een menora, een zevenarmige kandelaar, opgebouwd uit kettingen. De armen staan symbool voor de zeven dagen van de week. Net onder het altaar ligt de crypte, een ondergrondse ruimte met lichtinval via laterale vensters. Daar wordt de as van de overleden slachtoffers in een urne bewaard. De renovatie betreft het reinigen van de marmeren platen met de namen, de behandeling van het beton tegen corrosie, het zandstralen en herschilderen van de metalen structuren, en het altaar weer waterdicht maken. “De crypte gaan we omtoveren tot een didactische ruimte voor scholieren. Er komt een aanraakscherm waarbij je kunt grasduinen in de collectie van het Joods Museum. Voorts zullen bezoekers er naar gemonteerde uittreksels uit documentaires over de Shoah kunnen kijken.” De renovatie kost 300.000 euro. Omdat het om een beschermd monument gaat, betaalt het Brussels Gewest tachtig procent. De overige twintig procent komt van de Stichting voor het Monument. Geld voor bewaking is er niet. Daarom is er geopteerd voor geautomatiseerde bewaking en toegang. Het gedenkteken zal waarschijnlijk toegankelijk zijn op dezelfde uren als het Joods Museum. Men zal op voorhand een al dan niet geleid bezoek moeten boeken in het Museum. De medewerkers van het museum staan via camera’s in contact met de bezoekers en openen dan de deuren vanuit het museum. Voor vandalisme is Zielonka niet zo bang. “We vinden wel spuiten van druggebruikers, en in het verleden zaten er meer dan eens krakers in de crypte. We hebben trouwens negenhonderd kilo afval weggehaald uit de crypte. Maar voor de rest stel ik wel respect vast voor dit gedenkteken.”

24 uur herdenking Zielonka droomt ervan om de hagen weg te nemen om het gedenkteken te ontsluiten. Aangezien er net een wijkcontract is voor de buurt, opent dat de deur voor bijkomende subsidies. Het Gedenkteken der Joodse Martelaars van België zal voor het eerst publiek toegankelijk zijn op 7 en 8 april. Dan wordt naar jaarlijkse gewoonte een herdenking voor de slachtoffers gehouden. 24 uur lang lezen studenten dan alle namen van de slachtoffers af. De herdenking wordt live uitgezonden op Radio Judaïca en op de website van het museum. Maar iedereen is welkom. Eric Vancoppenolle / brusselnieuws.be


© WOUTER DE RAEVE & LAURA MUYLDERMANS

BDW 1361 PAGINA 9 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Neder-Over-Heembeek > Nieuw dienstencentrum

Ontmoetingsplek met lage drempel Heembeekse senioren kunnen voortaan terecht in het nieuwe lokaal dienstencentrum Ado-Icarus, in het café van ontmoetingscentrum Familia in de Frans Vekemansstraat. Het moet een ontmoetingsplek worden voor alle Nederlandstalige senioren. “We willen een laagdrempelig ontmoetingscentrum zijn,” zegt verantwoordelijke Conny Roekens, “want dat heeft Heembeek echt nodig. Ik wil in de eerste plaats goed luisteren naar de wensen van de senioren, en daarnaast ook heel wat activiteiten organiseren, zoals hobby- en vormingsnamiddagen: computerlessen, informatie rond valpreventie, diabetes enzovoort. Ook wie vragen heeft over aanpassingen aan zijn woning, dienstverlening aan huis en thuiszorg, kan hier terecht. Maar we gaan zeker en vast ook uitstapjes organiseren. Onze locatie hier zal ook nog toegankelijker gemaakt worden voor mensen met een handicap. Zo komen er een extra ingang en een traplift.” Het lokaal dienstencentrum wordt van meet

af aan ingebed in een multifunctioneel project dat over drie jaar gerealiseerd zal worden in de buurt van het Peter Benoitplein. Daar komt een dagverzorgingscentrum, een dienst voor zelfstandig wonen voor mensen met een fysieke beperking, bibliotheek, gemeenschapscentrum én het lokaal dienstencentrum. “We zullen na verloop van tijd dus verhuizen naar waar alle diensten gecentraliseerd zullen worden. Belangrijk is ook dat het project er zeker komt. De Heembekenaren kunnen erop vertrouwen dat alles in orde komt.” De nieuwe campus is een gezamenlijk project van de Stad Brussel, de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vzw AdoIcarus. Maar de komende drie jaar kunt u dus nog terecht in de Frans Vekemansstraat 131, voorlopig drie dagen per week: maandag, woensdag en vrijdag van 9 tot 17 uur.

Matthias Vanheerentals Stedenplanners-kunstenaars Laura Muyldermans en Wouter De Raeve maakten een röntgenfoto van de typische ‘doorloopstraat’ die de Graystraat is.

conny.roekens@ado-icarus.be, 0470-90.04.04 © SASKIA VANDERSTICHELE

Etterbeek > Graystraat onder de loep

Garage with a view De aandacht van voorbijgangers vasthouden, al is het maar voor een half minuutje, daar is het de stedenplanners-kunstenaars Wouter De Raeve en Laura Muyldermans om te doen. Hun project in de Graystraat, op initiatief van Vormingplus Citizenne, is er nu ook als gedachteboekje: Garageview.

Het commissariaat Mercure ging op 1 januari definitief dicht.

Jette > Socialisten hekelen sluiting politiecommissariaat

Doyen: ‘Minder dan tien klachten per dag’ De socialistische oppositie is niet te spreken over de sluiting van het politiecommissariaat Mercure in het noorden van de gemeente. Dat ging op 1 januari dicht. SP.A-gemeenteraadslid Hannes De Geest, die maandag over de sluiting interpelleerde, noemt de beslissing van het politiecollege ondemocratisch. Hij maakte tot half december deel uit van de (vorige) politieraad. Daar werd volgens hem nooit over de kwestie gesproken. Voorts laakt hij het feit dat Jette nog maar één commissariaat overhoudt – dat op het Mercierplein – terwijl er in Molenbeek, dat deel uitmaakt van dezelfde politiezone, vier en volgend jaar vijf commissariaten zijn.

“Waarom wordt de nabijheidspolitie in Jette afgebouwd?” Burgemeester Hervé Doyen (LBJ-CDH) antwoordde dat nabijheidspolitie niet betekent dat er in elke wijk een politiepost moet zijn. “Dat kost alleen maar veel aan gebouwen en mankracht. Daarom ging ook het bureau in de Woestelaan twee jaar geleden dicht. De agenten van die posten mogen niet naar buiten. Maar de burger heeft agenten op straat nodig, niet op een bureau. In het commissariaat Mercure kwamen nog geen tien klachten per dag binnen. Door het te sluiten kunnen we nu elke dag een extra patrouille inzetten.” Bettina Hubo

Doorloopstraten, zoals De Raeve en Muyldermans de Graystraat tussen het Flagey- en het Jourdanplein noemen, zijn er wel meer in de stad. De twee stonden echter eens stil bij hoe het vroeger was, hoe het is en hoe het zou kunnen zijn, rekening houdend met wat potentieel aanwezig is. Al was dat op het eerste gezicht niet veel, toen ze met een stuk Graystraat geconfronteerd werden waar sociale woningen uitkijken, of liever botsen, op een muur van gesloten garagepoorten. Was dit niet een beetje als een publiek zonder podium? Van een aantal minimale ingrepen, zoals het licht in de garage doen branden, muziek  laten spelen, garageramen als expositieruimte benutten, en ten slotte garage-performances van Seyran Kirmizitoprak en Siet Rae, werd het effect op de voorbijgangers gemeten. Het boekje ontroert door zijn wetenschappelijkheid: of (en zo ja, hoe lang) dit autobestuurders, fietsers en voetgangers ophield, wordt visueel mooi in statistiekjes weergegeven.

Oogje op de straat Het boekje filosofeert ook over de stad, het kan mee op zak met de urban explorer. Vertrekkend van de historische Maalbeekvallei (u moet maar eens op de brug in de Kroonlaan staan om diep beneden, bij de splitsing links, de Graystraat te zien liggen) waarvan het water tot op vandaag omhoogkruipt in de

huizen, over het straatbeeld van vandaag, tot om wie het allemaal draait: de mens in die straat. De Raeve en Muyldermans toetsten hun observaties aan die van notoire stadsdenkers als de Amerikaanse Jane Jacobs, die het heeft over het belang van ogen op straat, of van trottoirs die wérken. Vanaf een breedte van negen of tien meter kunnen trottoirs volgens haar “voldoen aan vrijwel elke eis ten aanzien van incidenteel spelen.” Ook de antropologe Ruth Soenen wordt aangehaald, die vindt dat we veel socialer zijn dan we denken, en dat we publieke ruimte nodig hebben voor al dan niet vluchtige contacten buiten onze besloten kringetjes. In eerdere projecten onderzochten De Raeve en Muyldermans al hoe mensen hun omgeving ervaren. Muyldermans bouwde voor Brals mobiliteitsactie 8 m2 voor iedereen! een parkeerplaats om tot kippenhok. De Raeve observeerde met de interventie Link wat een brug tussen de Anspachlaan en het Fon­tainaspark teweegbracht, en ontwierp groentetuintjes met in het verlengde een Bank for all. Lopende projecten van De Raeve zijn een onderzoek naar de invloed van  allerlei constructies in de stad op de route die we volgen, en FlatTrack, een platte, dus ‘sociale’ fietsroute die hij speciaal voor studenten uitstippelt. De ‘casestudy-Graystraat’ mag voor De Raeve en Muyldermans ook een vervolg krijgen. Het onachtzaam doorsjezen van alledag een halt toeroepen, al is het maar voor even. Een buurtbewoner heeft alvast, blijvend, zijn met planken gebarricadeerde gevel vervangen door een raam. An Devroe www.wouterderaeve.be, www.citizenne.be


ADVERTENTIE

Het autosalon begint bij de MIVB.

www.mivb.be


BDW 1361 PAGINA 11 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Vlaanderen heeft de reputatie dat de rotondes er vol staan met bespottelijke beelden. Maar hoe zit het in Brussel? Voor BDW onderneemt de Nederlandse rotondoloog Tijs van den Boomen de komende maanden een zoektocht naar de rotondes van de negentien Brusselse gemeenten. Welke spiegel houden ze ons voor?

Een fontein met een abstract gebeeldhouwde menhir in het midden. Welke diepere betekenis zou daarin schuilen? Op een bordje staat ‘Oog-in-oog’, dat is vast de naam van het kunstwerk. Op een ander bordje staan twee namen: burgemeester J. Gooskens en voorzitter M. El Khattabi. Dat moeten dan wel de mensen zijn die het kunstwerk betaald hebben. De logo’s bij hun namen zijn bijna helemaal uitgewist, het is dus nog niet zo gemakkelijk uit te maken van welke gemeente Gooskens burgemeester is. De rotonde ligt in de wijk Frans Hospitaal, die onder drie gemeentes valt. Google Maps leert dat dit punt nog net in SintAgatha-Berchem ligt. Maar waarvan

© TIJS VAN DEN BOOMEN

ROND BRUSSEL (10): SINT-AGATHA-BERCHEM jeugd. Dat paste goed bij het Frans Hospitaal waarnaar de wijk vernoemd is, een eerbiedwaardig ziekenhuis met een kraamkliniek en een afdeling kindergeneeskunde. Maar de tijden veranderden: het ziekenhuis ging in 2008 failliet en werd overgenomen door een kliniek voor de ‘revalidatie van oudere mensen’. Niet onlogisch voor een wijk die in rap tempo veroudert, ze staat in de top tien van alle vergrijzingslijstjes van de 145 wijken van het Brusselse gewest. Het voordeel van symbolen is dat je ze vrijelijk kunt interpreteren. Neem de titel: die kun je ook opvatten als oog in oog met de dood; de begraafplaats van Sint-Jans-Molenbeek ligt per slot van rekening net zo dichtbij als de kliniek. En ook de sponsor buigt soepel mee met de nieuwe realiteit: sinds kort is de BIWD niet meer alleen verantwoordelijk voor de waterleiding, maar ook voor de riolering van het gewest. Misschien staat het waterbekken dus niet symbool voor de bron, maar voor het afvoerputje. El Khattabi voorzitter is? Heel vaag schemeren de letters BIWD door, wat blijkt te staan voor Brusselse Intercommunale voor Waterdistributie. Het waterleidingbedrijf dus,

opgericht in 1989. Ter gelegenheid van haar tienjarige bestaan sponsorde de BIWD overal in de stad fonteinen, en een daarvan kwam op deze rotonde terecht.

Een fontein is het symbool van kracht, vernieuwing en eeuwige

www.brusselnieuws.be/rondbrussel

Xp@Ad 125x178:Layout 1

1/10/13

2:52 PM

Page 1

ADVERTENTIE

Nog één feestje per maand Jeugdhuis ’t Mutske in de Mutsaardwijk zal voortaan nog maar één feestje per maand organiseren. Dat is een gevolg van het overlastincident in september.

TELEXREGIO

Begin september hield ’t Mutske zijn eerste fuif van het nieuwe schooljaar. Rond twee uur ’s nachts moest de politie het jeugdhuis ontruimen na herhaalde klachten van de buren over nachtlawaai. Enkele buren trokken naderhand naar de Brusselse gemeenteraad en eisten dat het jeugdhuis aan de Schapenweg zou worden gesloten. Zo ver is het niet gekomen. De verantwoordelijken van het jeugdhuis werden wel op het stadhuis ontboden. Tijdens een gesprek met de stadssecretaris en de politiecom-

missaris werd afgesproken dat ’t Mutske een tijdje om elf uur ’s avonds dichtgaat. “Dit loopt tot eind van deze maand. Vanaf februari is het sluitingsuur weer vrij,” zegt Baptist Bosmans van ’t Mutske. Voorts werd er een afspraak gemaakt over de feestjes. ’t Mutske heeft elke vrijdag en zaterdag baravond. Die worden af en toe vervangen door grotere feestjes. Tot nu toe waren er doorgaans twee fuiven per maand. Dit wordt er nu nog eentje. Het jeugdhuis neemt zich ook voor om de data van de fuiven vroeger mee te delen aan de buurtbewoners. Op dinsdag 22 januari om 20 uur is er in het jeugdhuis een buurtvergadering. HUB

Bockstael krijgt wijkcontract LAKEN – De buurt rond het Bockstaelplein krijgt een duurzaam wijkcontract. Volgens Ans Persoons (SP.A), de nieuwe Brusselse schepen van Wijkcontracten, verdient de buurt een ‘totale make-over’. Enkele plannen: de verdere renovatie van het oude stationnetje van Laken, het omvormen van de verwaarloosde spoorwegbedding tot een fietsparcours, de – autoluwe – heraanleg van het Bockstaelplein en de opleiding van werklozen tot groendakspecialisten. Stad Brussel, Gewest en de BrusselsHUB federale samenwerking Beliris trekken er samen 25 miljoen euro voor uit.

Geen referendum over tram 9 JETTE – De motie waarbij PS-SP.A een referendum over het tracé van tram 9 vroeg, werd in de gemeenteraad verworpen. De meerderheid oordeelde dat de Jettenaren al HUB meermaals de kans hebben gehad om zich over het project uit te spreken.

Laken > Jeugdhuis past programma aan na klachten van buren

Tijs van den Boomen


BDW 1361 PAGINA 12 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Maatschappij > Ook dit is armoede

Bij de dood van Jadwiga, een ‘willekeurig leven’ BRUSSEL – “Er is dezer dagen in Brussel veel te doen over armoede. Zondag overleed onze Poolse poetsvrouw. Zij was in feite ook een slachtoffer van armoede, maar dan misschien op Europese schaal.” Zo begon een brief van een lezeres. En ze vervolgt: “Ik schreef een tekst, omdat ik me zo machteloos voel, omdat het leven van deze vrouw zo zwaar was en zo plots stopt zonder ook maar iets achter te laten. Tenzij herinneringen en – veel – schuldgevoel.”

BDWOPINIE Vandaag is Jadwiga overleden. Zij was ruim tien jaar onze Poolse poetsvrouw en was al die jaren een grote hulp voor ons. Ze begon ‘illegaal’, zowel bij mij als bij mijn ouders. Ik herinner me hoe ze bang was om gezien te worden. In de bus, in huis. Ramen lappen deed ze niet, dat was te zichtbaar. Ze werkte in het Brusselse om haar twee zonen in Polen een betere opvoeding te geven. Met een of ander transitbusje stuurde ze om de zoveel tijd geld in een envelop naar

“Op den duur stofzuigde ze zittend op haar knieën. We gaven haar wat geld en adviseerden haar om terug te gaan naar Polen, om wat bij te komen” ginder. Ze gaf de envelop af aan de chauffeur, en die nam het mee naar Polen. Geen bankverrichtingen voor Jadwiga. In Polen leefden haar werkloze man en de kinderen van haar geld. Volgens haar verhalen was hij een klaploper, hij had liefjes, woonde in het huis dat met haar geld betaald werd. Ze ging alleen met Pasen, in de zomer en met Kerstmis naar huis, alles bij elkaar zo’n acht weken per jaar. Alles wat mijn ouders en wijzelf te veel hadden – kleren, meubilair, kinderspullen –, boden we haar aan en nam ze gretig mee. Wat ze ermee deed, weten we niet. Regelmatig nodigden we haar uit voor een wandeling, een uitstap of een etentje. Het was voor beide partijen gezellig. In de zomer van 2011 viel ze bij een andere poetsopdracht van de trap.

Wellicht omdat ze haar geld niet aan dokters wilde verspillen, bleef ze maar mank lopen en pijn lijden. Ze verzorgde zich door slabladeren op haar voet te leggen, dat had ze zo geleerd bij haar thuis (maar het was vooral goedkoop). Wij kochten zalf bij de apotheker, gaven haar geld en stuurden haar naar huis om te rusten. Het duurde lang voor ze weer in orde was, en eigenlijk werd het nooit meer als voorheen. Omdat ze intussen legaal in het land was, domicilieerde ze zich in Brussel. Zo kon ze werken met dienstencheques en had ze een beter statuut, ook bij ziekte of ongeval.

men. Ze vertelde alles aan de man. Die was furieus dat we ons bemoeiden met hun privéleven. We zeiden dat hij haar beter moest behandelen, zorgen dat ze voldoende at, als hij haar dan toch zo graag zag. We probeerden haar zonen, twintigers inmiddels, in Polen te bereiken, maar hadden geen nummer, dat bleek niet meer in haar gsm te

staan. Plots was bovendien de gsm ‘kapot’, ze zou een nieuwe krijgen van de man. Wij dachten dat hij haar van alles, van ons, wou afzonderen. Omdat hij ons bleef bedreigen en Jadwiga zelf zo zwak was – ze zat op haar knieën om te stofzuigen –, beslisten we dat ze niet meer hoefde te komen tot ze beter was. We gaven haar wat geld en adviseerden haar om terug te gaan naar haar Poolse familie, om bij te komen. Zowel de man (nu weer poeslief ) als zijzelf belde daarna meermaals om te vragen of ze mocht terugkeren. Ze had het geld nodig, ze miste ons. Maar toen we afspraken, was

Blauw Is het omdat haar ‘witte’ inkomsten toch lager waren dan de ‘zwarte’? Of werd ze vanuit Polen onder druk gezet? Of is het omdat ze een (Belgische) man had ontmoet, die het misschien wel goed met haar meende, maar (volgens ons) labiel was? In ieder geval, het ging steeds slechter met haar. Ze werd rondgereden door de man, die hyperjaloers elke stap volgde die ze zette. Waar ze vroeger na het poetsen graag even bleef zitten voor een babbel, moest ze nu stipt weg van hem. Geen wandelingen meer, geen etentjes. Wel verzwakte ze en had ze blauwe plekken. We vreesden dat ze samen te veel dronken. En één keer gaf ze toe geslagen te worden door hem. Maar een week later was het een Marokkaan geweest. We probeerden haar bij hem los te weken, maar hij werd verbaal agressief, belde op en schold ons uit. Dat hij voor haar zorgde. Dat ze oké was. Hij zag haar doodgraag. We ‘ontvoerden’ haar toch en gingen – met haar instemming – naar een vrouwenhulpcentrum. In het centrum luisterde ze naar het advies, maar ze kon niet wachten om te vertrekken. We hadden niet het gevoel dat ze de strohalm die we dachten te bieden, zou aanne-

a g i w d a J

ze nog even zwak als voordien. Uiteindelijk kregen we toch de zonen te pakken. We zeiden dat ze naar Brussel moesten komen, omdat het slecht ging met hun moeder. Ze begrepen het, maar konden het niet regelen voor 8 januari 2013. We waren al blij dat haar kinderen ten minste op de hoogte waren. Na kerst belde Jadwiga mijn vader weer: of ze konden afspreken. Mijn 81-jarige vader trok (zonder iemand iets te zeggen) naar haar appartement. Toen hij daar aankwam, zei ze dat hij weer mocht gaan, het was onduidelijk waarom. In de achtergrond riep de man: ‘Je vais lui attaquer!’ Mijn vader is weggegaan. Bang dat hem iets zou overkomen en dat zijn hulpbehoevende vrouw – mijn moeder – alleen zou achterblijven. En de zonen kwamen toch binnenkort uit Polen? Mijn vader deed voor alle zekerheid toch maar weer de voordeur op slot. Vanochtend belde de man. Hij had Jadwiga dood in haar bed had gevonden. Ze leed blijkbaar aan bloedarmoede, nam haar pillen niet. De politie zegt dat bloedarmoede het gevolg van een andere ziekte kan zijn. Er wordt een autopsie uitgevoerd, maar wellicht zullen wij het resultaat daarvan niet horen. Tenslotte zijn we geen familie. We hebben de zonen geïnformeerd, ze komen morgen of overmorgen. Zoals gepland, maar niet om haar te redden, maar om haar lichaam te repatriëren. Mijn vader is er kapot van. Hij had haar zo graag willen redden. Deze vrouw, die zo dapper was om lang geleden met een busje uit Polen naar het onbekende Brussel af te reizen om haar zonen een toekomst te bieden, die mooi was, trots en kunstzinnig. Die hartelijk en lief was. Deze vrouw is vandaag alleen gestorven. En natuurlijk vragen wij ons af of we er schuld aan hebben. En is dat niet een beetje zo?

(1960-2013)

Dorien Brouwer, 6 januari 2013


BDW 1361 PAGINA 13 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

BRIEVEN VAN LEZERS   lezersbrieven@bdw.be

Kerktoren

tingen? Zou dat – uniforme, herkenbare borden – geen goeie opgave zijn voor de negentien gemeenten?

Ik heb met interesse het artikel ‘Weg onder de kerktoren’ van de N-VA’ers Lieven De Rouck en Karl Vanlouwe (in BDW 1360 van 10 januari, p. 10) gelezen. Spijtig genoeg, zoals zo vaak, bezondigen ze zich aan essentiële historische onkunde (of is het revisionisme?). Brussel is nooit een Vlaamse gemeente geweest. Het was eerst de hoofdstad van het hertogdom Brabant, en vanaf ongeveer 1450 de hoofdstad van de Bourgondische Nederlanden. Vervolgens was Brussel de hoofdstad van de Zeventien Provinciën, tot de splitsing met het Noorden (de facto 1588, de jure 1648). Dan was Brussel tweehonderd jaar de hoofdstad van de Zuidelijke Nederlanden (de polity die vandaag België heet), deel van het Spaanse en dan van het Oostenrijkse Habsburgse rijk. Zowel na de eerste Belgische revolutie, die leidde tot de oprichting van de Verenigde Staten van België (in 1790), als na de tweede Belgische revolutie (die van 1830) werd Brussel uiteraard ook de hoofdstad van België. Brussel is evenwel nooit Vlaams geweest. Wel zeer Nederlandstalig – maar dat is niet hetzelfde. Misschien moeten onze vrienden N-VA’ers eens elementaire geschiedenislessen volgen?

BDWOPINIE

Joren De Wachter, Schaarbeek

Straatnaamborden Hebt u ook al naar straatnaamborden gezocht en ze vaak gemist, en als ze er zijn, zijn ze onleesbaar, goed voor voetgangers maar niet voor auto’s? Waarom geen borden zoals in New York: op iedere straat op dezelfde plaats op paaltjes, niet op de gebouwen maar op de stoeprand, zichtbaar vanuit alle rich-

Club

H. Duyck, Ukkel

door Anne Brumagne

Architecten A+ wenst te benadrukken dat de standpunten van Ward Verbakel in BDW 1359 (p. 8-9) niet die van A+ zijn. A+ blijft samen met diverse partners en de regionale overheden streven naar een hoogstaande architectuurcultuur in Brussel en steunt Brussels Bouwmeester Olivier Bastin in zijn opdracht om de realisatie hiervan te bewerkstelligen. Leen Gysen, voorzitter raad van bestuur en managementteam A+ (www.a-plus.be)

Weststation Een kleine opmerking bij de foto in BDW 1360 van 10 januari (p. 6: 2de rij, 1ste kolom): op de foto staat niet het Weststation, maar wel een overblijfsel van de brouwerij Vandenheuvel op de hoek van de Ninoofsesteenweg en de A. Vandenpeereboomstraat; het voorste gedeelte werd ooit gesloopt met het oog op de bouw van een winkelcentrum. Het huidige metro-/treinstation ligt een beetje verderop op de hoek van de Ninoofsesteenweg en de De Rooverelaan. Het vroegere treinstation had alleen perrons die men kon bereiken langs trappen ter hoogte van het huidige metrostation Ossegem.

Greta Buys, Anderlecht

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

© SANDER DE WILDE

Omdat onze redactie aan het Flageyplein zit, zijn de winkels er een dankbaar toevluchtsoord wanneer er nog snel een cadeautje moet worden gekocht. Zoon of dochter naar een verjaardagsfeestje? Vele jaren lang was de speelgoedwinkel Bim & Bam de oplossing. Toen die ermee stopte, bood de pas geopende Club soelaas. De papier- en boekhandel had een aanvaardbaar aanbod Nederlandstalige jeugdboeken, bundels met quizvragen... zaken die een mens koopt voor zijn kroost of dat van een ander (wel wetende dat je er niet naartoe moet om op de hoogte te blijven van waar al die talentvolle Nederlandstalige jeugdschrijvers en illustratoren mee bezig zijn). Er was ook een beperkt Nederlandstalig aanbod van bestsellers voor volwassenen, en ook dat kwam soms goed van pas als de meer gespecialiseerde boekhandels in het centrum, zoals Passa Porta, even te ver waren. En toen was er van de ene op de andere dag in de ondertussen vertrouwde Club geen enkele Nederlandstalige publicatie meer te vinden. Slechts een paar wenskaarten in het Nederlands zijn overgebleven. De winkelverantwoordelijke hoef je niet te vertellen dat je dit toch wel een heel spijtige beslissing vindt, want zij ziet ook wel het belang in van dat meertalige boekenaanbod. Maar haar oversten in de hoofdzetel... Op onze website brusselnieuws.be kon u ondertussen lezen dat ook in de Club-vestiging in City2 geen Nederlandstalige boeken meer te vinden zijn en dat je nog maar in twee van de elf Club-vestigingen in Brussel een Nederlandstalig aanbod vindt, in De Wand en in Westland. “De vraag was onvoldoende om rendabel te zijn,” is de uitleg. De uiteindelijke beslissing om te schrappen viel naar verluidt toen de distributeur van Nederlandstalig materiaal wegviel. Ter verdediging van Club: het gaat om een commercieel bedrijf dat niet gebonden is aan de taalwetgeving. Boeken vormen er maar een beperkt deel van het aanbod. En gespecialiseerdere boekhandels nemen toch ook pas een taal in hun assortiment op als ze ook wat expertise over die literatuur in huis hebben? Nee, in feite geldt dat laatste argument niet voor Club. Veel expertise is er niet nodig voor dit beperkte aanbod. Er zou perfect kunnen worden samengewerkt met de Club-filialen in Vlaanderen. En wat die rendabiliteit betreft: op de langere termijn is het allicht niet zo’n verstandige zet om alles wat Nederlandstalig is, uit de rekken te nemen. Veel meer dan wat inpakpapier ben ik er alleszins niet meer gaan kopen sinds de verbanning van het Nederlands.

EVA HILHORST

Dinsdag 15 januari, sneeuw in Brussel. De eerste winterprik zorgt voor een mooi wit laagje. Soms is het te glad; dan moet de fiets een eindje aan de hand.


BDW 1361 PAGINA 14 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Literaire krachttoer BRUSSEL – Interlitratour is een interculturele en literaire tour de force. In februari presenteert een hele rist verenigingen en fondsen al voor de zesde keer ontmoetingen in allerlei tongvallen.

ADVERTENTIE

Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap

✆ 0800-15045

alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30

Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be

“‘Brussel,’ liet ik ooit optekenen,‘is mooi om te tekenen vanwege zijn verrassende hoogteverschillen.’ Deze langwerpige tweezitter, ook mooi om te tekenen, leent zich zowel voor horizontale als verticale composities.” Stripverhaal (fragment) in 20 jaar/20 auteurs, een uitgave van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 2009.

Beeldende kunst > Ever Meulen krijgt Henry van de Velde Award Loopbaan

‘Dankzij Kuifje voelde ik me thuis in Brussel’ SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE – Hij kreeg complimenten van Saul Steinberg en Andy Warhol, en Playboy-baas Hugh Hefner noemde zijn werk (te) gesofistikeerd. In eigen land won hij nooit iets, op een aanmoedigingsprijs van voormalig minister van Cultuur Patrick Dewael na. Tot er deze zomer een brief van Design Vlaanderen in de bus viel.

W

ie in de woning van de bijzonder aimabele illustrator Ever Meulen (pseudoniem van Eddy Vermeulen) binnenstapt, treedt binnen in een universum vol art deco, groene tinten en auto’s. Tussen de automodellen in de vitrinekast pronkt ook de medaille van minister Dewael, tot nu toe zijn enige bekroning in eigen land. Dat Design Vlaanderen hem nu de Henry van de Velde Award voor Loopbaan toekent, kwam dan ook als een complete verrassing. Misschien ligt het aan zijn keuze om geen ‘kunstenaar’ te zijn, maar voor veeleer commerciële opdrachtgevers te werken. Zijn ambitie om een groot publiek te bereiken haalden het. En dankzij zijn werk voor Humo ontbrak het nooit aan respons. “In mijn carrière heb ik maar één keer gesolliciteerd, en dat was bij Humo. Ik was pas afgestudeerd aan Sint-Lucas in Gent, toen een klasgenoot met een gedeelde

liefde voor popmuziek me suggereerde om daar langs te gaan. Met mijn tekeningen van Rod Stewart en Frank Zappa trok ik naar de piepjonge, net tot hoofdredacteur benoemde Guy Mortier. Hij vroeg me een realistisch portret van Bob Dylan te maken. En zo ging de bal aan het rollen, ik was met mijn gat in de boter gevallen. Zo’n Humo-cover leverde me zelfs een compliment van Andy Warhol op.”

Nisiov, voorstudie, 2010.

Te gesofistikeerd Door zijn werk voor Humo gingen er ook internationaal deuren open. Zo werkte Ever Meulen voor het Nederlandse muziektijdschrift Oor, voor het Amerikaanse kunsttijdschrift Artforum, en voor The New Yorker, het tijdschrift waar zijn grote voorbeeld Saul Steinberg jarenlang voor tekende. “Voor ik op Sint-Lucas terechtkwam, maakte ik mijn strips op ware grootte. Ik tekende heel

“Afgedankte Nisiov, handig vertimmerd tot duivenhok. Een Franssprekende oom aan moederskant was colombophile en gevierd duivenmelker.” ‘Nisiovphile’, tekening voor de tentoonstelling Essence(s), Galerie Champaka, 2010.

© 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK —DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

www.interlitratour.be

DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

© 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK/DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

Ze zullen worden begeleid door een Arabische luit, Afro-Braziliaanse muziek of traditionele gezangen uit Noord-Koerdistan, en worden alvast aangekondigd met het nobele streven om zoveel mogelijk simultaan te vertalen. In het Belgisch-Roemeens Cultureel Huis Arthis wordt gefocust op ‘literatuur in beweging’. Zo komt de Albanese auteur Gjovalin Kola vertellen over dissidentie onder Enver Hoxha, en de Ierse auteur Patrick  McGuinness over Ceauşescu’s dictatuur. Gastheer is Frank De Crits. Verzetsliteratuur krijgt u in Ten Noey in Sint-Joost-ten-Node van Rukiye Özmen. Ze schrijft over het dagelijks leven en de onderdrukking van de Koerden. Peter Holvoet-Hanssen treedt op als troubadour. Afrika’s uitstraling is een avond van de Federatie van Zelforganisaties Vlaanderen (FZO-VL). Karelia Iznaga zal het over de Afrikaanse invloed op de Cubaanse poëzie hebben; de Uruguees José Surra komt het bewijs leveren van de Afrikaanse invloed op de tango. Muntpunt toont de nieuwe covers van ‘the 100 greatest novels of all times’ volgens The Observer. Honderd kunstenaars uit 28 landen gaven met hun ontwerp uitdrukking aan de strijd tegen de ongeletterdheid. Op Wereldboekendag, 23 april, worden de covers geveild voor het goede doel. De bibliotheek van Etterbeek ligt voor één keer aan de Donau. De gedichten van de Hongaarse revolutionair Attila József worden getoonzet door Peter Lombaert. De banden tussen België, Congo en Brazilië worden aangehaald in de bibliotheek van Anderlecht. Er is gelegenheid tot vragen stellen aan Brazilië-kenner Eddy Stols en Bambi Ceuppens van het Afrikamuseum. In Passa Porta is Dušan Šarotar, een van de bekendste Sloveense schrijvers, te gast. Als kleinkind van een overlever van de concentratiekampen heeft hij een bijzondere interesse voor de ziel en het geheugen. AD

VADROUILLE


© EVER MEULEN

© 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK/DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

BDW 1361 PAGINA 15 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Roxy Music, poster voor Humo, 1974. In de achtergrond het Flageygebouw, een cinema aan de Leuvensesteenweg en de Coca-Cola-bottelarij van Robert Derrah in L.A. in één beeld.

Humo-cover, 1975. “Mijn Oldsmobile 98: de top, net iets meer dan de 88. Ik smokkelde hem bij de eerste gelegenheid binnen in een cover: Chico and the man speelde in een garage.”

© 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK / DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

klein en realistisch, zoals een miniaturist. In Gent leerden de broeders me met grote vlakken te werken, en vrijer. Steinberg was een grote inspiratiebron. Toen diezelfde Steinberg, ook wel bekend als ‘de Picasso van de tekenkunst’, me jaren later een compliment gaf over een van mijn tekeningen in The New Yorker, was ik dus heel verheugd.” Zijn overzeese succes hield daarmee niet op. In 1982 kreeg Vermeulen de opdracht van Playboy om een tekening te maken voor de zogenaamde ‘funny pages’. “Ik tekende een man en een vrouw met ontblote borst bij een auto, en stuurde mijn tekening op. Ik kreeg een brief van Hugh Hefner terug met de boodschap dat mijn tekening ‘too much sophisticated’ was. Ik mocht iets anders maken, maar ik had werk genoeg. Uiteindelijk is er nooit een tekening gepubliceerd, maar ik ben er wel voor betaald.”

paalde plaatsen, zoals in de Noordwijk, is de stad echt vermassacreerd, de mobiliteit is een groot probleem. Ik ben een absolute voorstander van de auto, maar alleen als je kunt rijden. Een radicaler mobiliteitsbeleid is nodig.” Op persoonlijk vlak ziet Vermeulen zijn toekomst op een meer artistiek pad. “Op mijn leeftijd wil ik enkel nog doen wat ik wil. En dus maak ik nu tekeningen op grotere formaten voor het galeriecircuit. Ik merk trouwens een hernieuwde belangstelling voor de tekenkunst in het algemeen. Vroeger had niemand interesse in mijn ontwerptekeningen, nu worden ze geveild bij Sotheby’s, of is mijn werk op Brafa te zien bij Galerie Champaka. Onlangs ben ik zelfs beginnen schilderen, in samenwerking met de Argentijnse kunstenaar Antonio Seguí. De vorm mag dan al een beetje verschillen, maar één ding blijft: mijn liefde voor auto’s (lacht).”

Kunst op wielen ‘De cycloop (Bob en Lena in Modena)’, prentkaart, uitgeverij Plaizier, 1982. “De cycloop slaat uiteraard op het voertuig, want de elegante man komt ogen te kort.”

kel ik hem ook binnen in mijn tekeningen.” Naast auto’s houdt Ever Meulen van architectuur en van het leven, de (Brusselse) straten vormen dan ook niet zelden het decor van zijn illustraties. “Op mijn twaalfde maakte ik kennis met de stad tijdens Expo 58, met het Atomium als hoogtepunt. Toch was de stap van het verre West-Vlaanderen naar Brussel, jaren later, gigantisch. Maar toen ik Brussel binnenspoorde, en Kuifje zag pronken op een dak bij het Zuidstation, voelde ik me al snel thuis. Als tekenaar liet ik me verrassen door de boeiende hoogteverschillen in de stad, door haar architectuur en haar monumenten zoals het Atomium. Ook de verrassende kunstwerken van Magritte boeiden me. Die kwinkslag, dat surrealistisch trekje vind je ook in mijn werk terug.”

Nieuwe belangstelling

De test, onuitgegeven, 1960. “Ik tekende de grote garage van mijn geboortedorp. Het gebouw staat er nog, onherkenbaar verbouwd. De auto’s zijn verdwenen.”

Vijftig jaar later woont Vermeulen nog steeds in Brussel; hij is getrouwd met een echte Brusselse wier vader nog bij Anderlecht speelde. “Het kleine stadje van toen, waar het goedkoop leven was, is niet meer. Het authentieke karakter is grotendeels verdwenen. Op be-

Elien Haentjens

Traditiegetrouw gaat de uitreiking van de Henry van de Velde Awards gepaard met een tentoonstelling in De Loketten van het Vlaams Parlement. Die luidt meteen de start van het Henry van de Velde-jaar in (Van de Velde zou dit jaar 150 jaar geworden zijn). De expositie loopt tot en met 2 maart. Meer op www.designvlaanderen.be © 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK / DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

© 2013 EVER MEULEN, BRUSSEL EN UITGEVERIJ OOG & BLIK / DE BEZIGE BIJ, AMSTERDAM

Naar aanleiding van de prijs van Design Vlaanderen brengt Ever Meulen het boek Automotiv uit, over zijn liefde voor auto’s, bij Oog & Blik/ De Bezige Bij. Van zijn indrukwekkende striptekeningen van grote Amerikaanse sleeën uit zijn jeugd, over de Oldsmobile die hij begin jaren 1970 kocht, tot de Nisiov, zijn zelfuitgevonden auto. “In mijn jeugd floreerde de West-Vlaamse textielindustrie. Was de oogst goed, dan kochten de vlasboeren Amerikaanse wagens om mee te pronken. Ik groeide op langs de baan tussen Kortrijk en Brugge, en zat voortdurend samen met mijn broer voor het raam naar de auto’s te kijken. Voetballen interesseerde me niet, tekenen des te meer. Om de plaatjes uit de weekbladen Kuifje en Robbedoes beter te kunnen natekenen kreeg ik van de hoofdonderwijzer een potje Chinese inkt en een profielpen. Aan dat materiaal en aan mijn grote voorbeeld Hergé dank ik wellicht mijn voorliefde voor de klare lijn.” Begin jaren 1970 kocht Vermeulen dus met zijn eerste spaargeld voor vijfduizend frank een Oldsmobile. “Het was een hoop oud ijzer, maar het is mijn levenswerk. Rijden doet hij nog altijd niet, maar de vormgeving is ongelooflijk mooi. Hij staat in mijn ‘buitenverblijf’ in Anderlecht, af en toe ga ik hem strelen (lacht). Bij elke gelegenheid die ik krijg, smok-


BDW 1361 PAGINA 16 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Feest > Flagey 1938-2013

Swingend schip In de openingsweek van 23 tot en met 26 januari wordt de toon gezet met de bigband van Matthew Herbert en Radio Modern met fotosessies in Salon Diongre. Er zijn topconcerten van de pianist Till Fellner, het Brussels Philharmonic en Musiques Nouvelles uit de tijd van de grote liveconcerten. Voorts wordt het Festival Musiq’3 gepaard aan speeddating, stemt het Klara Festival af op melancholie, duiden Ciné-Clubs nuits américains, schrapen de Wiener Sängerknaben de keel. Of toch maar op Diongre-tocht met de retrobus? “Na amper driehonderd dagen werd in 1938 het nieuwe gebouw van het NIR ofte Nationaal Instituut voor Radio-omroep opgeleverd,” vertelt Gilles Ledure, algemeen directeur van Flagey, de vzw die na de renovatie in 2002 werd opgericht. “Het was een van de meest vooruitstrevende omroepgebouwen ter wereld. De jonge Molenbeekse architect Joseph Diongre had toen nog maar enkele kleine projecten verwezenlijkt! Het gebouw beantwoordde aan de noden van de media, die massamedia werden.” “Over het Flageygebouw spreken zonder emo-

© BE CULTURE (SPCC)

ELSENE – De 75ste verjaardag van het Flageygebouw wordt gevierd met een groot feest. De ziel – of misschien wel het spook? – van het vroegere omroepgebouw laat u misschien nooit meer los.

‘De pakketboot’ was bij zijn oplevering in 1938 een van de meest geavanceerde omroepgebouwen ter wereld.

Swingen met Radio Modern zoals in de beginjaren van Flagey (l.) en met Matthew Herbert (r.) en zijn bigband.

tie is niet mogelijk,” zegt Jean-Paul Philippot, de grote baas van de RTBf. “Het is een gebouw met een ziel, en dat komt door de osmose van architectuur en animo. De paquebot werd een baken in de omroepgeschiedenis. En dat de missie profetisch was, wordt bewezen door het feit dat het gebouw 75 jaar later weer een plek voor audiovisuele projecten is.” VRT en RTBf volgen de festiviteiten op de voet. Cobra.be brengt vanaf 25 januari archiefbeelden, en La Prem1ère brengt Le fantôme de Flagey, want waar er een ziel is, is er volgens Philippot gegarandeerd ook een spook. Pionierswerk werd hier geleverd, zegt VRTradiomanager Els Van de Sijpe, “legendarische concerten met grote namen, tot Igor Stravinsky. En elke bezoeker blijft de akoestische topkwaliteit bij.” Zelf werkte Van de Sijpe er ook, een jaartje, tot Radio 2 Omroep Brabant in 1995 naar het Amerikaans Theater verhuisde. “Rood tapijt, houten muren, op de werkplek! De meesten waren halfweg de jaren 1970 al vertrokken naar de Reyerslaan, het gebouw was niet aangepast aan fax of computer. Maar toch: met zicht op de markt, het circus... Het was radio maken op het ritme van de stad.” An Devroe www.flagey.be

ADVERTENTIE

nschrijven in een Nederlandstalige school in Brussel?

U vindt de juiste weg op e b l. e s s ru b in n e jv ri h c s n .i w ww Secundair onderwijs

In de meeste secundaire scholen in Brussel kunt u uw kind rechtstreeks inschrijven voor het 1ste jaar. Deze scholen organiseren inschrijvingen vanaf 1 maart 2013. Van 1 tot en met 15 maart is er voorrang voor: - leerlingen met thuistaal Nederlands (55%) - GOK-leerlingen (25%) - niet-GOK-leerlingen (75%) Op www.inschrijveninbrussel.be vindt u: - de inschrijvingsmomenten van de scholen; - welke documenten u mee moet nemen bij de inschrijving; - wie een GOK-leerling is en wanneer je het Nederlands als thuistaal hebt.

Voor 16 Brusselse Nederlandstalige secundaire scholen moet u uw kind eerst aanmelden voor het 1ste leerjaar A. Pas daarna kunt u uw kind inschrijven. Kijk goed na op welk tijdstip u voor welke school moet bellen. Aanmelden moet telefonisch via het gratis nummer 0800 63 600 en kan alleen op dinsdag 29 januari 2013: Van 8 uur tot 11 uur telefonisch aanmelden voor: 1. Sint-Jozefscollege 2. Sint-Pieterscollege 3. Jan-van-Ruusbroeckollege 4. Sint-Jan-Berchmanscollege 5. Maria-Boodschaplyceum 6. Mater Dei-Instituut 7. Maria Assumptalyceum Van 12.30 uur tot 15.30 uur telefonisch aanmelden voor: 1. Lyceum Martha Somers 2. KA Emanuel Hiel 3. KA Etterbeek 4. KA Anderlecht 5. KA Toverfluit 6. KA Koekelberg 7. Atheneum Brussel 8. KA Sint Pieters Woluwe 9. MS Ukkel

Bereid uw telefonische aanmelding voor. Kijk op www.inschrijveninbrussel.be welke documenten u bij de hand moet hebben en waar u op moet letten.

Inschrijven van de aangemelde leerlingen: van 1 februari tot en met 28 februari 2013 Zijn er na de inschrijvingen van de aangemelde leerlingen nog vrije plaatsen? Dan organiseren deze scholen inschrijvingen vanaf 1 maart 2013. De inschrijvingsmomenten van de scholen vindt u op www.inschrijveninbrussel.be. Voor het 2de jaar secundair onderwijs, de 2de en de 3de graad, de leertijd en het deeltijds beroepssecundair onderwijs: • van 15 tot en met 28 april 2013: voorrang voor leerlingen met thuistaal Nederlands (55%) • vanaf 29 april: start vrije inschrijvingen De inschrijvingsmomenten vindt u op www.inschrijveninbrussel.be. De secundaire scholen voor buitengewoon onderwijs hebben een eigen inschrijvingsprocedure. Kijk op www.inschrijveninbrussel.be.

LOP Brussel SO


BDW 1361 PAGINA 17 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

© FRIEKE JANSSEN

TELEX VADROUILLE FM BRUSSEL HELPT THUISLOZEN BRUSSEL – Op zaterdag 26 januari organiseren de collega’s van FM Brussel samen met de Beursschouwburg Brussel helpt, een benefiet voor de thuislozen in Brussel. De initiatiefnemers zijn erin geslaagd om een rist bekende artiesten met een hart voor onze hoofdstad te strikken. De aftrap wordt om 15 uur gegeven met een programma vol humor, muziek en animatie van onder meer De Fanfaar, Ik & den Theo en Majoretteketet. ’s Avonds kunt u

Sterven voor een ideaal of voor een stuk leverworst?

Praat

Lunchvoorstelling met leverworst Gezien: Niets is onmogelijk van Lazarus en Olympique Dramatique, dinsdag 8 januari bij Theater op de middag.

achteraf

Theater op de middag is het lunchtheaterprogramma waarmee Bozar om de twee weken op dinsdag om 12.40 uur ’s middags een productie presenteert die nog niet eerder in Brussel te zien was. Komt daar volk op af? Jazeker. We gingen afgelopen week kijken naar Niets is onmogelijk, een stuk van de voor de gelegenheid verenigde gezelschappen Olympique Dramatique en Lazarus, dat vorig jaar in oktober in première ging in Antwerpen. Zaal M, die plaats biedt aan 480 toeschouwers, zat afgeladen vol. Meer dan de helft van de zitjes was ingenomen door scholieren, van wie er één iets te luide nasale klanken voortbracht in zijn spontane reacties op alle scènes en replieken die hij grappig vond, maar de rest luisterde behoorlijk gedisciplineerd en aandachtig, maar enthousiast. Niets is onmogelijk is een bewerking van De zelfmoordenaar van de Russische schrijver Nikolaj Erdman uit 1928. Omdat dat stuk nogal makkelijk als een kritiek op het jonge communistische regime gelezen kon worden, werd het door Stalin en zijn opvolgers verboden en pas in 1982 weer opgevoerd. Lazarus en Olympique, aangevuld met de komische supertalenten Ruth Beeckmans en Goele Derick, spelen het nogal makkelijk als ‘typisch Russisch’ te bestempelen stuk met passie en zin voor humor en overdrijving. Het stuk is niet bepaald kort, maar kent een vrij eenvoudig verloop. Hoofdpersonage Semjon Semjonovitsj Podsekalnikov is zonder werk komen te zitten, en dat krenkt zijn trots. Zijn trots als man, waardoor hij zich onuitstaanbaar gaat gedragen ten opzichte van zijn vrouw en zijn schoonmoeder, en zijn trots als mens. De relatie tussen man en vrouw wordt in deze bewerking behoorlijk aangezet, maar de klemtoon ligt thematisch toch vooral op de verhouding tussen de arme kleine man en de verpletterende hogere machten. Bij de geringste suggestie van Podsekalnikov dat zelfmoord misschien een oplossing zou kunnen zijn, dagen er (allegorische) figuren op die zijn zelfmoord willen verzilveren. In plaats van te sterven omwille van het stuk leverworst

dat hij moet ontberen, zou Podsekalnikov immers evengoed kunnen beweren dat hij wil of moet sterven voor een politiek ideaal, een onmogelijke liefde, de jeugd, de middenstand... Plots wordt aan de onbetekende Rus dus de prangende vraag voorgelegd waarvoor hij zou willen sterven, en wordt zijn waardeloze leven alsnog een stukje symbolisch kapitaal, dat hij naar believen kan inzetten. De liefde zou een optie kunnen zijn, maar in dit politieke stuk wordt Podsekalnikov dus vooral de politieke optie opgedrongen. Een opposant met een opgeplakte Raspoetinbaard komt hem vertellen dat er behoefte is aan dode idealisten, aan martelaars voor de goede zaak die de gevestigde waarden nog eens goed van alles de schuld geven alvorens ze de verontwaardiging die ze bij hun medestanders willen opwekken, met hun leven afkopen. Een duidelijk nadeel aan die machtspositie is dat ze per definitie van zeer korte duur is: wat baat het om eens goed je gedacht te zeggen als je daarna voor eeuwig moet zwijgen? Bovendien is dat ‘gedacht’ ook niet zo makkelijk scherp te stellen. Wie of wat moet precies aan de kaak worden gesteld, waarom en met welk doel? “Ik kan doen wat ik wil” (niets is onmogelijk), stelt Podsekalnikov vast, maar onmiddellijk volgt de vraag: “Wat wil ik?” Het stuk suggereert dus dat een concrete honger naar leverworst nogal eens makkelijk wordt geherinterpreteerd als een vage honger naar (politieke, amoureuze,...) verandering, of die nu de Russische revolutie betreft, of ‘kracht van verandering’ in het Antwerpen van 2012. (En door de kreet ‘Zet die ploat af’ te gebruiken bieden de makers aan N-VA’ers de mogelijkheid om ook in dit stuk weer probleemloos een aanval te zien.) Op het eind blijkt het leven dan toch de moeite waard om geleefd te worden, en willen de makers met hun ongebreidelde spelplezier ook duidelijk maken dat hun stuk het ook waard is opgevoerd te worden. Michaël Bellon Theater op de middag, nog tot en met 23 april in het PSK: 02-507.82.00, www.bozar.be. Niets is onmogelijk nog op 22 januari in Bronks: 02-219.99.21, www.bronks.be

vanaf 23 uur uit de bol gaan op de party met ronkende namen als Tom Barman, Kong & Gratts en Onda Sonora achter de draaitafels. De opbrengst van Brussel helpt gaat integraal naar de organisaties Straatverplegers, Albatros (opvang van thuislozen) en Hobo (herintegratie in de maatschappij). FM Brussel zal die dag ook live uitzenden vanuit zijn bus aan de Beursschouwburg. Meer op www.fmbrusGH sel.be.

SHIT, POËZIE! SCHAARBEEK – In de weken vóór de Gedichtendag, het Nederlands-Vlaamse poëziefeest op 31 januari, is er in Schaarbeek al een verhoogde poëzieactiviteit waar te nemen. Nu zaterdag komt jeugdauteur Frank Pollet zesplussers een poëzieworkshop geven. Die zal in het verlengde liggen van het boek Bruis! dat hij maakte met illustratrice Gitte Vancoillie, vol schrijf- en tekenopdrachtjes (eind vorig jaar verschenen bij Manteau). De auteurs weten de deugnieterij in het kind te appreciëren, want een beetje uit de band springen is nodig bij elk creatief proces. Jonge crapuultjes, zoals Pollet zijn publiek wel eens aanspreekt, gaan in de poëzieworkshop uiteraard aan de slag met taal, maar er komen ook schilder- en collagetechnieken aan te pas. Zo-

als je in het boek kunt lezen, een dichter is een schilder die.../een schilder is een dichter die... De originele werkjes mogen mee naar huis, de kopieën worden in de bib opgehangen. Kristl Strubbe, ex-schepen in Mechelen, verkondigde in Reyers laat dat hondjes Shit en opa’s Poepoe noemen (zoals Pollet in zijn boek Burenboel!) niet kon in lesboeken voor lagereschoolleerlingen. Maar in Schaarbeek is hondje Shit welkom, want hier wordt gelukkig geen enkel woord met een kleurtje of een geurtje aan de ketting gelegd. Poëzieworkshop met Frank Pollet op zaterdag 19 januari van 11 tot 12 uur, in de bibliotheek van Schaarbeek, Lambermontlaan 224, 02-245.32.90. Reserveren hoeft niet. AD

ADVERTENTIE

OPENBAAR ONDERZOEK ELIJK PROGRAMMA ONTWERP VAN GEWEST N PESTICIDEN VOOR DE REDUCTIE VA ELIJK GEWEST -

- BRUSSELS hOOfDSTED

15 JANUARI

n, herbix Insecticiden, fungicide ticiden die ciden, … allemaal pes ART MA 15 , lten we gebruiken in onze tee 2013 dat als tuinen, moestuinen en nielende ver en teg ng rmi che bes ning interesseert ons! ruid, ... Uw me g door de Regering insecten, schimmels, onk aand aan de goedkeurin rafg Voo den programma voor de elijk est gew Het gebruik van pestici van r het wordt het ontwerp voo in s co’ risi ter ssels Hoofdstedelijk ech Bru houdt van het reductie van pesticiden d van voorgelegd aan de oek leefmilieu, de gezondhei erz ond ar kwaliteit! Gewest in een openba ens lev 15 de en ns me de st, van 15 januari 2013 tot ls inwoners van het Gewe Daarom meet het Brusse zich een maart 2013. Hoofdstedelijk Gewest a voor uw mening te geven? mm gra pro lijk ste «gewe U wenst te reageren, r aan » den tici leefmilieu.irisnet.be of naa pes de@ de reductie van Schrijf dan naar pestici a mm gra Pro e« k deg zoe tici nst, Onder dat de risico’s van pes Leefmilieu Brussel, Infodie t me l. et, sse mo Bru 0 en 120 der , bruik vermin en » - Gulledelle 100 bodsprin- Pesticid name door nieuwe ver ilisensib Meer te weten komen? de cipes, opleidingen en estelijk programma voor die tie Het ontwerp van het gew delijk ste serende informa ofd Ho ls desbe- reductie van pesticiden van het Brusse verspreid wordt naar de brusilieu efm w.le ww op n ade Gewest kan men downlo treffende doelgroepen. iden. sel.be/programmapestic en/ n bij uw gemeentebestuur ege dpl raa ook het U kunt en 12 uur 10 sen tus dag der don of iedere maandag en e dienst - 1 verdieping bij Leefmilieu Brussel - Info ssel. Bru 0 120 , lokaal 107, Gulledelle 100 e experts? Wenst u uitleg van onz l, door bij Leefmilieu Brusse Er gaan informatiesessies op k raa afsp na enkel twee keer per maand en 02/775.75.75. ELkE mEnInG tELt, want wE zIjn mEt mEER dan EEn mILjOEn BRUSSELaaRS !

m e e r i n f o : w w w. l e e f m i l i e u b r u s s e l . b e - 0 2 7 7 5 7 5 7 5


BDW 1361 PAGINA 18 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Dans > Brusselse bailaor Federico Ordoñez, eenvoud op topniveau

Flamenco zonder castagnetten A

ls Brusselse bailaor of flamencodanser heeft Federico Ordoñez wel vaker af te rekenen met vooroordelen. “Ben je wel zigeuner? Maar je komt toch uit Andalusië? Neen, ik ben in Brussel geboren als kind van een Spaanse vader en een Italiaanse moeder,” vertelt Federico Ordoñez over zijn eerste contact in Sjanghai, waar hij nu al vijf jaar lessen en workshops geeft. “De ontgoocheling druipt dan van hun gezichten, alsof het feit dat ik geen zigeuner uit Andalusië ben, de kwaliteit van mijn werk vermindert.” Ondanks de clichés timmert de bailaor internationaal aardig aan de weg. Toch wees niets erop dat hij in de flamenco zou belanden. “Mijn vader komt uit het noorden van Spanje, een heel andere cultuur. Het is het toeval dat me als kind bij flamenco bracht,” vertelt Ordoñez. “De zus van een vriend danste sevillanas ( folkloristische dans uit Andalusië, BT) en mijn vriend wou dat ook doen, maar durfde niet als enige jongen. Ons eerste spektakel was een revelatie: de voorbereiding, de choreografie, het spektakel. Ik wist meteen wat ik later wou worden!”

Belle Perez Als zestienjarige ging Ordoñez studeren bij de Belgische flamencopionier Antonio Martinez: hij wou professional worden. “Het was een zware strijd, eerst tegen mijn ouders en dan tegen mijn vrienden, die vonden dat ik moest studeren en ‘serieus’ werk vinden. Ik heb moeten doorbijten en deed allerhande karweitjes om rond te komen.” Ironisch genoeg was het de Vlaamse popzangeres Belle Perez die in 2004 zijn carrière in een stroomversnelling bracht. “Perez had flamencodansers nodig en ik werd geselecteerd. We hebben voor het Eurovisie Songfestival intensief in Vlaanderen en Nederland getoerd, waardoor ik een aardige spaarpot had. Daarmee vertrok ik naar Sevilla, om bij de besten het vak te leren. Ik had geld om zes maanden te overleven, maar ben uiteindelijk drie jaar gebleven. Ik volgde zes uur dansles per dag en ’s avonds gaf ik les.” Met die extra bagage keerde Ordoñez terug naar Brussel om zijn carrière professioneler aan te vangen, al blijft flamenco in Brussel een randverschijnsel. “Jaarlijks komen

© ARGUS PHOTOS

BRUSSEL – Flamenco is folklore van de zigeuners in het zuiden van Spanje. Het is een cliché dat er diep ingebakken zit, want intussen is de stijl internationaal geworden en loopt er ook in Brussel toptalent rond. Donderdag kunt u de 31-jarige danser Federico Ordoñez ontdekken bij Art Base in de Zandstraat. enkele grote artiesten naar Bozar. Het is uitstekend dat er een instituut is dat dure creaties kan betalen en waar je de nieuwste trends kunt volgen, want flamenco is een genre dat voortdurend evolueert. Ikzelf treed vaker op in Vlaanderen: daar is echt een publiek voor tablao, de traditionele flamencostijl die ik volg. In Brussel is het moeilijker.” Ordoñez wil trouw blijven aan de traditie, maar op zijn manier, met zijn bewegingen, zonder pretentie. “Mijn stijl is feestelijk noch vrolijk, ik ga voor diepere en trieste thema’s. Ik wil het publiek ontroeren, mensen meenemen in een emotie. Geen groots opgezet spektakel. Ik heb

“Ik hou niet van de huidige artistieke prestaties waar gebluft wordt met techniek en virtuositeit. Het wordt een circus, maar waar zit de boodschap?”

het niet voor de huidige artistieke prestaties waar gebluft wordt met techniek en virtuositeit. Het wordt een circus, maar waar zit de boodschap?” “De basis van flamenco is de communicatie tussen danser, zanger en gitarist. Het werkt niet met partituren, bij tablao is een minimum op voorhand afgesproken en de rest is improvisatie. De visuele communicatie is dus belangrijk. Als je daar als toeschouwer van wilt genieten, moet je dicht bij de artiesten zitten.” Ordoñez’ mooiste herinnering is niet zijn concert in het Paleis voor Schone Kunsten, maar in een kapelletje waar het publiek in een cirkel om hem heen zat. “Ik danste op het niveau van de mensen, de gitarist en de zanger zaten in het publiek, waardoor de toeschouwers echt geïnte-

Federico Ordoñez: “Een zanger, een gitarist en ik: het is een formule die erg in trek is bij programmasamenstellers. Makkelijk te organiseren en wellicht ook een kwestie van budget, maar het werkt.”

greerd werden in het spektakel. Dat was meer dan intimistisch!” Het is dit soort intimiteit die we op Ordonez’ optreden bij Art Base mogen verwachten. “We gaan terug naar de roots van de flamenco. Ik word begeleid met zang en gitaar, een formule die erg in trek is bij programmasamenstellers. Makkelijk

te organiseren en wellicht ook een kwestie van budget, maar het werkt! Vroeger was ik als Belg steeds de tweede keuze; dankzij de crisis ben

ik eerste keuze geworden. Dat is dan toch iets positiefs aan de crisis (lacht).” Benjamin Tollet

Optreden op donderdag 17 januari om 20 uur bij Art Base, Zandstraat 29, 1000 Brussel. Kaartjes kosten 7,50 à 12 euro: www.art-base.be, www.federico-ordonez.be


BDW 1361 PAGINA 19 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

© RENÉ MAGRITTE MUSEUM

Irène Hamoir en René Magritte, 12 juni 1937. Hun beider vriend Louis Scutenaire noemde de foto later ‘La fidélité des images’.

Beeldend > De vrouwen van René Magritte

JETTE – Wie waren de vrouwen in het leven en op de schilderijen van Magritte? Van 20 januari tot en met 10 februari kunt u in het René Magritte Museum in Jette voor het eerst terecht voor thematische rondleidingen. De eerste staat in het teken van de vrouw: de beminde, naakte, dode, fragmentarische en zelfs onzichtbare vrouw, unheimlich zoals het wel past in Magrittes huis. Op  de  foto  van  Irène  Hamoir  in  de  tuin  van  de  familie  Magritte  in  de  Essegemstraat  135  gaat  het  er  gemoedelijk  aan  toe.  Magritte  schijnt  een grap uit te halen van onder het  tuinmeubilair.  Hamoir  zal  niet  zo  gauw  als  muze  opdraven  –  in  1945 begon ze als enige vrouw tussen de mannen op de redactie van  Le Soir. Magritte schilderde Jacqueline Lamba zoals hij haar gezien had op een  foto  waarop  ze  naakt  in  aquariums  van  Parijse  nachtclubs  zwom.  Hij  schonk  de  gouache  aan  André  Bre-

ton  na  zijn  publicatie  van   L’amour fou,  opgedragen  aan  zijn  vrouw/ muze Lamba. Een  ander  werk  van  Magritte  uit  1947 is vernoemd naar de verhalenvertelster  Sheherazade.  De  ogen  en  mond  zijn  het  enige  wat  overblijft  van Rachel Baes, een surrealistische  schilderes  en  de  minnares  van  de  tijdens  het  bloedblad  van  Abbeville  gefusilleerde Joris Van Severen. Magritte  probeerde  Baes  te  betrekken  bij  de  activiteiten  van  het  surrealisme,  maar  zij  vond  de  kring  rond  Breton  te  kleinburgerlijk  en  roddelachtig. Daarnaast krijgt u op de rondleidingen  in  het  woonhuis  van  René  Magritte  natuurlijk  ook  vertederende  inkijkjes in het leven met Magrittes  levensgezellin  en  model  Georgette  Berger. An Devroe

Reserveren aangewezen: info@magrittemuseum.be of 02-428.26.26

ADVERTENTIE

S OCIALE V ERHUURKANTOREN

Verhuur uw woning zorgeloos Gegarandeerde huur elke maand Verzekerd verhuurbeheer Onderhoud van uw woning Steun voor de renovatie Fiscale voordelen

www.fedsvk.be 02 412 72 44

M�� �� ����� ��� ��� B������� H������������� G�����

Nick Trachet

© NICK TRACHET

Van vlees en doek

BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT

Choco Een boterham met choco, een symbool van gewoonheid. En toch een bron van vreugde voor vele kinderen. Maar steeds weer gemaksvoeding. Eerst was chocolade vloeibaar, daarna wilden ze hem zo hard mogelijk maken en ten slotte weer smeerbaar. Ooit  zag  ik  in  Laken  een  ijsvogel  vliegen.  Dat  was  de eerste keer, en ik was dolblij. Toen ik nog tot de  schoolgaande jeugd behoorde, was de ijsvogel hier  mythisch.  Nu  had  ik  er  zelf  een  gezien.  Ik  repte  mij naar de e-mail en stuurde een blij bericht naar  Natuurpunt.  Ik  kreeg  een  mail  terug  waar  de  verwaandheid af droop. “Een ijsvogel? Dat is voor mij   als een boke met choco bij het ontbijt.”  Daar  ging  mijn  enthousiasme.  Wat  mij  het  meest  opviel:  de  antwoorder gebruikte een boterham met choco als  een symbool van banaliteit. Choco is nochtans een  razend interessant onderwerp. Wij kregen niet zo vaak choco op onze boterham,  maar als het gebeurde, dan kwam die uit een gele  plastic  pot,  eerst  met  silhouetten  van  kindjes  van  heel de wereld erop, u weet wel: een indiaantje, een  Chineesje, een negertje... Vandaag durft men zulke  clichés  amper  nog  te  gebruiken.  Later  waren  het  silhouetten van soldaatjes met hoge sjako en bajonet op het geweer. Het merk van de chocopasta was  Kwatta. Jaren later woonde ik in Suriname, in Paramaribo.  Even  ten  westen  van  die  stad  ligt  een  nederzetting  die  Kwatta  heet.  En  de  weg  ernaartoe  heette  vroeger  het  Soldatenpad  (nu  Kwattaweg  en  Garnizoenspad). Dat kon toch geen toeval zijn? Kwatta is  de naam die de Carib-indianen gaven aan de grote  zwarte  slingeraap  ofte  bosduivel  ( Ateles paniscus).  Op die plek in Suriname lag in de negentiende eeuw  inderdaad een cacaoplantage, en die was eigendom  van ene Gustaaf van Emden.  In de achttiende eeuw was cacao nog een luxeproduct voor de adel, maar in Van Emdens tijd democratiseerde  de  chocolade  snel.  Hij  moet  gedacht  hebben  dat  ketenbeheersing  een  oplossing  kon  bieden,  want  hij  verhuisde  terug  naar  Nederland,  naar Breda meer bepaald, en richtte er een chocoladefabriek  op  voor  zijn  eigen  cacao.  Hij  zou  een  van de eersten geweest zijn die chocolade in repen  produceerden. Zijn grootste afnemer werd het Nederlandse leger, dat elke soldaat een reep meegaf in  zijn rantsoen als hij op maneuvers trok. De relatie  met  soldaatjes  op  de  verpakking  komt  dus  daar-

vandaan, niet van de weg naar Kwatta in  Suriname. Maar wel een grappig toeval. Kwatta  in  Breda  maakte  ook  cacaopoeder en op den duur dus chocopasta. Vroeg  in  de  twintigste  eeuw  namen  ze  een  Belgische  fabriek  over  in  Bois-d’Haine  (Manage), waar de choco werd gemaakt. Door  het opslokken en sjacheren met merken en  producten  door  steeds  weer  andere  multinationals  verhuisde  Kwatta  op  den  duur  naar Turnhout; daar is het nu eigendom van  Heinz  Ketchup.  In  Bois-d’Haine  blijven  alleen  een   r ue Kwatta  en  een  jaarlijks  festival  Au temps de Kwatta over. De naam Kwatta verdween  uit  de  Nederlandse  merken.  Het  is  nu  een Belgisch product. Maar  wie  vond  de  chocopasta  uit?  Er  zijn  een  aantal  –  meestal  Nederlandse  –  bedrijven  die  de uitvinding claimen, maar we moeten de oorsprong eerder zoeken bij de traditie van de Europese banketbakkers. Cacaopoeder mengen met boter of  bakkersroom vraagt niet veel vernuft en men kan er  smakelijk taarten mee versieren. Een rijk besmeerde  boterham werd bij ons thuis ook al ‘een taartje’ genoemd. Industrieel ging men uiteraard op zoek naar  goedkopere vulmiddelen dan boter, waarbij men, na  margarine, bij plantaardige olie belandde.  Maar  choco  is  ook  verbonden  met  één  welbepaald  ingrediënt: lecithine. Kijk maar op alle chocopotten:  er staat na suiker ook lecithine bij. Dat komt omdat  choco  niet  alleen  halfvloeibaar  hoort  te  zijn,  maar  ook  zoet.  En  suiker  lost  niet  op  in  olie.  Veel  water  kunnen  ze  ook  al  niet  gebruiken  bij  de  productie,  dus  hadden  ze  een  emulgator  nodig,  een  stof  die  suikerstroop  en  olie  kan  binden.  Lecithine  is  zo’n  natuurlijke emulgator en werd honderdzeventig jaar  geleden  ontdekt  in  eigeel.  Het  is  de  verzamelnaam  voor  een  groep  scheikundige  verbindingen  die  zelf  tegelijk de eigenschappen hebben van suiker en vet.  Industrieel werd het vooral uit soja gewonnen, maar  meer en meer zoekt men naar andere grondstoffen,  nu  soja  helemaal  in  het  verdomhoekje  raakt  (allergeen,  ggo,  niet-duurzaam,  enzovoorts).  Wie  choco  smeert, eet bergen lecithine. Ik nam Kwatta als voorbeeld, maar er zijn natuurlijk  heel wat andere merken. Op de foto onze nationale  trots Côte d’Or, die trouwens een nieuwkomer is in

Nutella is geen echte chocopasta, maar een giandujot, een Piemontese specialiteit op basis van cacao en hazelnoten. Nuance!

smeerpastaland. Opvallend is dat er steeds minder  échte  choco  wordt  gekocht.  Het  Italiaanse  Ferrero  heeft de jonge generatie ingepalmd met Nutella, ‘het  beroemdste Italiaanse merk’. Maar puristen als wij  weten  dat  Nutella  geen  echte  chocopasta  is,  maar  een  g  iandujot,  een  product  gemaakt  van   gianduja,  dat is een Piemontese specialiteit op basis van cacao  en hazelnoten. Nuance! Toepassingen voor chocopasta? Die vindt u vast zelf  wel. Bedenk dat, door die lecithine, chocopasta met  water kan worden aangelengd tot een zoete saus (interessant in deze crisistijden) of met melk of room,  maar ook bijvoorbeeld met cognac. De opwindendste  toepassing  is  wel  chocopasta  als  kledingstuk,  moet ik zeggen. Ik zag het op het internet. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet


BDW 1361 PAGINA 20 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Mirko Bozzetto wil dit jaar nog – eindelijk – naar Australië reizen. “In alle nederigheid zal ik contact zoeken met de Aboriginals: voor hen is de didgeridoo een beleving van duizenden jaren, voor mij een van een paar jaar.”

H

ij is jong en gedreven, Mirko Bozzetto. Eigenzinnig en moedig zocht hij zijn weg in onze harde maatschappij. “Mijn moeder is een Brusselse, mijn vader een Italiaan. Ik ben geboren in Milaan, maar heb het grootste deel van mijn leven hier doorgebracht, op vijf jaar na: tussen mijn vijfde en negende was Rimini mijn thuis.” “Braafjes in de schoolbanken zitten was niets voor mij, ik had andere dingen aan mijn hoofd. Mijn moeder, een danseres, was daar allerminst gelukkig mee. In al haar bezorgdheid wilde ze het ‘veilige’ pad voor mij. Het botste, het bleef botsen, en uiteindelijk heb ik de deur achter mij dicht getrokken. Om te doen wat ik wilde doen. Ondertussen zijn er een aantal jaar overheen gegaan en hebben we ons alweer verzoend; mijn moeder ziet nu dat ik gelukkig ben met wat ik doe, het is goed zo voor haar.” “Wat ik juist wilde, indertijd? Tja... Ik speelde wat gitaar, elektronische muziek, maar echt contacten of vrienden in de muziekwereld had ik niet. Ik woonde op een appartementje in Sint-Gillis, na een tijdje heb ik me ingeschreven aan de vlakbij gelegen kunsthogeschool Saint-Luc, voor de richting grafische en digitale kunst. Het beviel me, maar in de loop van het schooljaar is de harde schijf van mijn computer gecrasht. Al mijn werk naar de filistij-

nen, ook het beetje muziek dat ik in mijn vrije tijd had gecomponeerd op basis van samples. De computer ging dus maar op het stort, en ik op zoek naar iets anders.” En dat werd de didgeridoo. “Ik had een exemplaar gezien bij een vriend, die de meest uiteenlopende zaken verzamelde. Een prachtexemplaar, waarop een serpent was gegraveerd. Toen mijn vriend er dan ook nog eens ‘de oerstem van Moeder Aarde’ uit toverde, was ik verkocht. Met het weinige geld dat ik had gespaard, heb ik er vervolgens zelf een gekocht.”

Op straat De volgende etappe was oefenen op de ademhaling: dat is van essentieel belang bij het bespelen van de didgeridoo. “Deed ik met een rietje in een glas water. Het zette me op de goede weg, maar de final touch ontbrak. Gelukkig gaf een gelijkgestemde me het laatste zetje: dat was het echte begin van wat een verslaving is geworden. En een broodwinning. Ik was mijn steun van het OCMW verloren, uit mijn huis gezet omdat ik een hond – Capucine – in huis had gehaald, en noodgedwongen ben ik op straat beginnen spelen. De straat op met mijn didgeridoo, Capucine, mijn tentje én een vergunning van de Stad. En daar ben ik iemand tegengekomen die initiaties en spekta-

kels voor kinderen organiseert en me bijlessen heeft gegeven. Met, wat later, een samenwerking tot gevolg. Tof; het heeft me veel geleerd. Onder meer hoeveel sneller veel kinderen ermee weg zijn dan volwassenen. Omdat ze hun instinct volgen en er amper bij nadenken.” De winteravond valt. Een verlichte, in hout gegraveerde levensbloem wordt weerkaatst in het venster van de veranda, die uitgeeft op een tuin met koetshuisje. Bozzetto huurt hier een atelier en privéruimte. Mijn oog valt op een prachtige didgeridoo, die me doet denken aan een slang, met een kwartssteen als oog. Een eigenhandig geslepen steen uit de tuin compenseert kunstzinnig een imperfectie aan het uiteinde; ingebouwde magneten en lampjes kunnen zelfs voor lichteffecten zorgen. “Ik heb hem gemaakt uit een verwrongen, lang afgestorven eiken tak. Hij verdiende het gered te worden. Vijf jaar heb ik hem laten drogen vooraleer eraan te beginnen. Mooi is dat hout na zijn leven in de natuur de kans krijgt zoiets magisch als muziek te produceren. Het tekent ook mijn werkwijze: heb ik een klant, dan gaan we samen op stap in het groen om de juiste tak uit te kiezen, die ik laat drogen en nadien bewerk. Zelfs tunen kan indien de klant het wil, om een bepaalde tonaliteit te bereiken: samen met vrienden heb ik op de computer berekend hoeveel luchtvolume je nodig hebt om een bepaalde frequentie te bereiken. De houtsoort kan verschillen: bamboe, eik, reuzenberenklauw, noem maar op. Je zou zelfs glasvezel kunnen gebruiken.” Bozzetto neemt een van zijn didgeridoos ter hand, zet zijn lippen aan het mondstuk: aard-

© MARC GYSENS

ETTERBEEK – “Australië, Down Under, het land dat tevens een continent is, fascineert me al van toen ik nog klein was. De ongerepte natuur, de kleuren, de fauna... Later heb ik de didgeridoo ontdekt, het blaasinstrument van de Aboriginals; ondertussen is het een verslaving geworden.” Didgeridoos vervaardigen en bespelen is voor Mirko Bozzetto als ademen of eten.

© MARC GYSENS

Didgeridoos in wording. “Mooi dat hout na een leven in de natuur de kans krijgt om zoiets magisch als muziek te produceren.”

se klanken vullen de ruimte. Het geheim? Je hebt het instrument, maar ook de ademhaling. “Circulaire ademhaling vanuit de buik. Het principe van de doedelzak, met dit verschil dat de mond de rol van de zak vervult. Er wordt altijd een hoeveelheid lucht in de mond gehouden, zodat je lang kunt blijven doorspelen zonder je te vermoeien. De wervelingen van de lucht in de schacht, gecombineerd met de trillingen, zorgen voor het hypnotiserende,


BDW 1361 PAGINA 21 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

© FELIPE MAFASOLI

3 VRAGEN AAN TOM HEENE

“De houtsoort kan verschillen: bamboe, eik, reuzenberenklauw, noem maar op. Je zou zelfs glasvezel kunnen gebruiken” Tom Heenes filmdebuut Welcome home draait “als alles goed gaat” weldra in Brussel.

Mirko Bozzetto maakt en bespeelt didgeridoos

‘Een verslaving is het’ aardse geluid. Het is een subtiel evenwicht tussen kort blazen, adem bijhouden en inademen. Blaas je te hard, dan komt de lucht er te snel weer uit.” “Na een lange tijd spelen voelt het alsof je net een verdovend spuitje hebt gekregen bij de tandarts. Door de trillingen. Als je heel veel speelt, krijg je door de speciale manier van ademen ook een rond buikje: je diafragma zakt, de buikspieren zetten naar buiten uit. Maar het is ook heilzaam. Het kan mensen helpen die kampen met slaapapneu. Zo heb ik al leerlingen van gevorderde leeftijd over de vloer gekregen, die door het leren regelen en beheersen van hun ademhaling veel minder last hadden. Mede door het oefenen van keelspieren, waarvan ze het bestaan niet kenden, die ze voordien nooit hadden gebruikt.” Zijn didgeridoos vervaardigt Bozzetto volgens de sandwichmethode. “In het begin sloeg ik de bamboestengel in twee met een bezemstok, het mondstuk maakte ik van geknede, gesmolten was. Met de jaren heb ik mijn werkwijze verfijnd. De gedroogde tak snij ik nu doormidden. Vervolgens hol ik hem uit, ik breng de twee helften weer samen, ik breng het mondstuk aan en de vernis. Maar wie ben ik...? Didgeridoos worden al duizenden jaren vervaardigd door de Aboriginals, zij zijn de godfathers. Wij zijn nakomers, het woord didgeroo is er trouwens een dat wij hebben uitgevonden. Mandapul, yidaki, dhambilpil, lambilpil: het zijn maar enkele van de benamingen voor het insttrument door de Aboriginals, verschillend van streek tot streek. Zij maken hun instrument vaak uit een door termieten uitgeholde boomstam. Sommigen be-

schilderen ze ook met verhalen van hun clan.” “Een didgeridoo vervaardigen kan heel snel, in een uur zelfs, maar je kunt er ook een maand over doen. Het hangt er allemaal van af wat je wilt. Een didgeridoo maken is telkens weer een ontdekkingstocht. Zelfs als je twee identiek lijkende takken neemt en ze op dezelfde manier uitholt, dan nog gaan ze verschillend klinken als je erop speelt. De prijs? Die varieert. Een simpele heb je al rond de vijftig euro, maar het kan tot vijf-, zeshonderd euro oplopen, zoals voor deze van eik.” “24 ben ik nu, en bijna zes en een half jaar bezig met de didgeridoo. Het is een constante ontdekkingstocht. Meer en meer begin ik open te staan voor de meest uiteenlopende projecten: muziek gecombineerd met poëzie, muziek voor een kortfilm van een vriend... Anderhalf jaar geleden heb ik met enkele vrienden ook een groepje opgericht, Gong Extension. Experimentele muziek. Twee saxofonisten – Grégoire Tirtiaux en Audrey Lauro –, ik op didgeridoo en Guillaume Vanespen op gong. Een gong, bovenaan en onderaan vastgehouden door twee snaren, die Guillaume bespeelt met een strijkstok. We krijgen er veel respons op; we hebben al het voorrecht gehad samen te spelen met bekende jazzmuzikanten zoals Laurent Blondiau en Jeroen Van Herzeele.”

Karel Van der Auwera

mirkonstrukt.wordpress.com (site in opbouw) De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ingesprekmet

‘Deze stad is een emotionele rollercoaster’ Tom Heene (43) zag zijn debuutfilm in wereldpremière gaan op het festival van Venetië en enkele uren later op dat van Montréal. Thuisstad Brussel heet Welcome home minder hartelijk welkom, maar daar komt hopelijk snel verandering in. Selecties voor Venetië, Montréal, Gent: Welcome home nam een blitzstart. Waarom geraakt uw film maar niet in de bioscopen? Tom Heene: “Ik was een beetje ontmoedigd toen de film na een halfjaar nog niet geselecteerd was door een festival. De selectie voor de Critics’ Week van Venetië en kort daarop Montréal was een enorme bevrijding. Welcome home is een kleine film die maar 75 minuten duurt. We vonden geen verdeler. Productiehuis Minds Meet verdeelt de film zelf, op alternatieve wijze. Als alles goed gaat, draait hij binnen een paar weken in een Brusselse bioscoop.” U bent niet meer piepjong. Waarom nu pas die eerste langspeelfilm? Heene: “Na mijn studie belandde ik in het productiemilieu. Ik werkt als eerste regieassistent en productieleider op de films van onder meer Frédéric Fonteyne, Olivier

Smolders, Patrice Toye, Alex Stockman. Ik veronderstel dat ik me lang niet volwassen genoeg voelde of mijn angsten niet genoeg kon onderdrukken om zelf te regisseren. Op de eerste draaidag van Welcome home pinkte ik een traantje weg. Ik had de stap veel vroeger moeten zetten.” Brussel is in Welcome home meer dan het decor. Mogen we de stad een van de hoofdpersonages noemen? Heene: “Een zinnetje dat in de montage helaas is gesneuveld, vatte het goed samen: ‘The city is like life: you build up, you break down and you build up again.’ Brussel is een visueel aanwezige metafoor voor de relaties van de personages. Ik kom uit het veilige, schattige Gent. Toen ik hier aanspoelde om film te studeren, was de confrontatie radicaal. Het waren nog de rauwe jaren. De betonbaronnen hadden lelijk huisgehouden en van stadsontwikkeling en -planning was nog geen sprake. Sindsdien is er veel verbeterd. Ik raakte verknocht aan deze moeilijke stad met haar veelheid aan culturen en talen, aan positieve en negatieve dingen, aan oud en modern. Brussel is een emotionele rollercoaster.” Niels Ruëll

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.490 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina.hubo @bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny.vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle.devestele @bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Freddi Smekens, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Tijs van den Boomen, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw.be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).


BDW 1361 PAGINA 22 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

Kunstschaatsen > Christian Pieman, manager-vader van Belgische topschaatsster

‘Waarom geen piste op de Heizel?’ BRUSSEL – Isabelle Pieman, een van de beste kunstschaatssters die dit land heeft voortgebracht, dankt haar carrière voor een groot deel aan haar ouders, die zich al jaren voor haar inzetten. Vader Christian (61) treedt op als manager en is ondertussen ook actief binnen de Franstalige federatie. “Ik wil de zaken vooruit doen gaan.” “Mijn twee zonen hebben gymnastiek op hoog niveau beoefend, ik was dus al gerodeerd toen Isabelle met kunstschaatsen begon. Ik had helemaal niets met kunstschaatsen, maar toen we met het gezin eens op een zondagmiddag gingen schaatsen, werd mijn dochter op slag verliefd. En die liefde duurt nu al zo’n 23 jaar.” Dat de kinderen Pieman uitgroeiden tot fervente sporters, is geen toeval. Vader Christian ziet er een goede levensschool in: vechten om ergens te geraken. Het zorgde wél voor een gepeperde benzinerekening. “Jaarlijks reed ik een 65.000 kilometer, grotendeels voor de kinderen. De vakanties gingen ook altijd naar plekken waar Isabelle op stage was. Maar ik heb er helemaal geen spijt van. Ik ben gelukkig als ik mijn kinderen kan steunen.” “Ik ben altijd hun voornaamste sponsor geweest. Om een idee te geven: een goed paar schaatsen kost zeker duizend euro. Financiële omkadering bood de federatie in het verleden niet. Ondertussen hebben we daar verandering in gebracht. Als Isabelle de omkadering had gehad die vandaag voorhanden is, dan zou ze nog verder staan.” Christian Pieman is een bezige bij. Hij heeft een transportbedrijf en treedt daarnaast als manager van zijn dochter op. Concreet bete-

de  CLUB

Christian Pieman: “In het Neo-plan past een piste perfect: ouders shoppen, kinderen schaatsen.”

kent dit dat hij zich onder meer bezighoudt met papierwerk en de organisatie van haar reizen. Vrije tijd heeft hij nooit echt gehad. En alsof het allemaal nog niet volstaat, is hij

nu ook actief binnen de Franstalige kunstschaatsfederatie. “Daar waren oudere mensen aan het roer die niets meer voor elkaar kregen. Dus heb ik overgenomen om de zaken vooruit

Everna Scrabble Club, Evere

Ondernemende woordkunstenaars EVERE – Everna Scrabble Club gebruikt de Nederlandse taal als speelbal. Elke dinsdag barsten er woordgevechtjes los in het gemeenschapscentrum Everna. “De oudleerkrachten, die zijn het ergst (lacht).” “We waren zelf beginners toen we de club oprichtten,” vertelt voorzitter Arthur Verboven, die vorig jaar de twintigste verjaardag van de club mocht organiseren. “Mijn vrouw en ik wandelden al bij de Evertrotters toen de beheerder van het gemeenschapscentrum vroeg om een scrabbleclub op te richten om wat leven in de brouwerij te brengen. Onze interesse en appreciatie voor het spel groeiden snel.” Het bordspel waarbij je met gekregen letters woorden moet vormen om zoveel mogelijk punten te vergaren, had snel een trouwe aanhang. Dinsdagnamiddag (13.15-16.15 uur) is het traditiegetrouw scrabbletijd in Everna. Dat lokt wekelijks een twintigtal mensen. “Door het vroege uur zijn dat vooral mensen tussen 45 en 75. Het is een leuk gezelschap dat elke

week blij is elkaar terug te zien. We nemen deel aan een interclubcompetitie, maar plezier blijft het voornaamste. We hebben een paar sterke spelers, maar bij scrabble heb je toch ook altijd dat tikkeltje geluk nodig.” “Wij onderscheiden ons van andere scrabbleclubs door ons ondernemingszin. Als we iets doen, dan doen we het goed, of het nu een kerstfeest of een paastoernooi is. Sfeer is er altijd bij ons. Behalve als er naar de woorden wordt gezocht, dan is het muisstil. Dan werken de grijze cellen volop. Scrabble zet je brein echt aan het werk. Je moet je taal kennen en vindingrijk zijn.” De zaken lopen lekker, maar toch wordt er met enige vrees naar de toekomst gekeken. Door de relatief hoge leeftijd van de leden moet er vers bloed aangetrokken worden. Maar dat is, net als bij andere sportclubs, geen gemakkelijke opdracht. “Heel wat mensen hebben drempelvrees, bang om niet de beste te zijn,” zegt Maria Verboven, die instaat voor het secretariaat. “Vooral oud-leraren hebben daar

last van. Dat is een ras apart, die willen altijd alles controleren. En o wee als iemand beter is dan zij.” In hun ijver om nieuwe woordkunstenaars aan te trekken kunnen de spelers van Everna een paar overtuigende argumenten op tafel leggen. Een belangrijk deel van de Brusselaars sukkelt met taal en zou daar tijdens het scrabbelen aan kunnen schaven. “Je krijgt de Nederlandse taal gewoon beter onder de knie. Evere is nog heel tweetalig, maar veel mensen voelen zich niet sterk genoeg om het in het Nederlands te proberen. Toch hebben we een paar leden die het Nederlands niet als moedertaal hebben en toch knap meedraaien. Ik zou graag op woensdagnamiddag leerlingen van het schooltje tegenover het gemeenschapscentrum laten scrabbelen. Ze hoeven niet altijd hun tijd te verprutsen op de speelplaats. Maar daarvoor heb ik iemand nodig om me te assisteren. Het project is dus nog niet zo concreet, maar het blijft wel een ambitie voor de toekomst.” TS

© MARC GYSENS

te doen gaan. Momenteel ben ik secretaris-generaal en voorzitter ad interim van de Franstalige federatie, en daardoor zit ik automatisch ook in het nationale bestuur. Dat wil zeggen


BDW 1361 PAGINA 23 - DONDERDAG 17 JANUARI 2013

dat ik onder meer insta voor al de inschrijvingen en licenties, en dat ik contacten heb met Adeps (Waalse tegenhanger van Bloso, red.) en het kabinet van Waals minister van Sport André Antoine (CDH). Het is vooral een hele hoop papierwerk. Samen met het beheren van de carrière van Isabelle is dat in feite een fulltime job.” Na meer dan twintig jaar in het kunstschaatsmilieu mag Pieman een ervaren rot genoemd worden. Hij heeft vooral de mooie kanten van de sport leren kennen, maar het is niet altijd rozengeur en maneschijn. “Ik ben de sport echt gaan appreciëren. Dat mijn

“In Amerika vind je in heel wat winkelcentra ijsbanen, waar de kinderen gaan schaatsen terwijl de ouders shoppen. Het is maar een idee, hé”

dochter de enige Belgische is die zo’n carrière bijeen heeft geschaatst, helpt daar natuurlijk bij. Wat mij vooral aantrekt, is dat het behalve sport ook een artistieke uitdrukking is.”

Neo “Het is wel een speciaal en moeilijk milieu, hoor. Er heerst veel jaloezie en Belgische juryleden kunnen nogal subjectieve beslissingen nemen. Isabelle is zo al twee keer benadeeld op een Belgisch kampioenschap, waardoor ze telkens tweede werd. Ik wil geen polemiek, maar er is iets mis.”

David Steegen

Pieman wil het Belgische kunstschaatsen vooruit helpen en zou graag samen met Adeps een sportief opleidingscentrum voor kunstschaatsers oprichten. In het Waalse Jambes is de ijsbaan gesloten voor renovatie, maar die zou kunnen uitgroeien tot een heus kunstschaatscentrum. Binnen vijf jaar zou Pieman er graag resultaten zien. Over de hoofdstad is hij duidelijk. “Brussel is een grote catastrofe. Nadat de baan in Vorst werd gesloten, heb ik een vergadering gehad met een kabinetsmedewerker van toenmalig minister van Sport Emir Kir (PS). Daar is geen gevolg aan gegeven. Er is hier geen politieke wil om iets voor het schaatsen te doen. Je hebt alleen nog Poseidon, maar dat is een privépiste, ze willen daar geen club.” “In het Neo-plan voor de Heizel zou je bijvoorbeeld een piste kunnen opnemen. In Amerika vind je in heel wat winkelcentra ijsbanen, waar de kinderen gaan schaatsen terwijl de ouders shoppen. Het is maar een idee, hé. Maar hiervoor lobbyen zou me veel te veel tijd vragen.” In Brussel zit nog altijd een schaatsclub, en Pieman is er voorzitter van: de Royal Brussels Ice Hockey and Skating Club. De club heeft leden, maar geen activiteiten bij gebrek aan infrastructuur. “Het is een slapende club. Geef me een piste en we zijn meteen vertrokken. Er is vraag én potentieel in Brussel. Toen we nog actief waren, hadden we jaarlijks een tachtigtal jongeren die het eens kwamen proberen. Na de herfstvakantie heb ik opnieuw zeker twintig mensen aan de lijn gehad. Ik moet ze dan noodgedwongen naar Liedekerke, Leuven of Charleroi sturen.” De nabije toekomst zou voor Pieman enigszins rustiger kunnen worden. Dochter Isabelle beslist na dit seizoen namelijk of ze er nog een jaartje bij doet of ermee kapt. “Ik ben optimistisch gestemd, maar het wordt moeilijk. Mijn doel is ervoor te zorgen dat alles vlotter verloopt de dag dat ik afzwaai. Maar we worden geconfronteerd met nieuwe moeilijkheden. Denk maar aan de economische crisis en het feit dat je steeds moeilijker vrijwilligers vindt. En Brussel? Ik denk dat een nieuwe ijspiste alleen van een mecenas kan komen.” Tim Schoonjans

Doorstart De doorstart van de competitie is een apart moment. Zeven dagen rust en dan op stage vertrekken. Zoals vorig jaar heeft het eerste elftal van Royal Sporting Club Anderlecht de tenten opgeslagen in Belek, Turkije. Grote resorts die in de zomer vakantiegangers ontvangen, herbergen ’s winters honderden voetbalclubs die zich klaarmaken voor de finale fase van de competitie. Maar liefst 450 clubs vertoeven in ZuidTurkije, clubs van overal. Sporting deelt de hotelinfrastructuur met clubs als VfL Wolfsburg, Gaziantepspor, het immense Galatasaray en een nationale selectie van Luxemburgse profspelers. In hotels in de buurt verblijven dan weer Dinamo Zagreb, Fenerbahçe, het Nederlandse Heracles Almelo, PEC uit Zwolle, de landgenoten uit Genk en Luik en het geteisterde Beerschot. Een grote gemeenschap. RSCA speelt op de laatste dag vriendschappelijk tegen de jongens uit Almelo. Trainer Peter Bosz is een oude bekende van John van den Brom en keeperstrainer Max de Jong. Het is schrikken. De voormalige verdediger van Oranje, PSV en Manchester United is nu assistent-trainer van de degradatiekandidaat uit Zwolle. Ook Jaap Stam komt even naar de training kijken, samen met oudploegmaat en technisch directeur Marc van Hintum, op zijn beurt weer een vriend en exploegmaat van Van den Brom. Er wordt hard getraind. Twee oefensessies per dag, drie maal gezond eten, veel rust overdag en elke avond, na het eten, verzamelt iedereen in de gigantische lobby van het Calista Hotel. Milan Jovanovic is de koning te rijk. Elke avond is hij de gangmaker van een groepje Kroaten en Serviërs. Miloš Krasić is de opvallendste. De hoogblonde voormalige aanvallende middenvelder van

Juventus en vandaag de vedette van de topclub uit Istanbul, hangt, zoals alle toehoorders rond ‘Lane’, aan zijn lippen. Het weerzien met de Tsjech Jan Polak, oud-collega bij RSCA en vandaag verdedigend middenvelder bij VfL, is hartverwarmend. Polak vraagt hoe het gaat met Vladio, de eigenaar van het Italiaanse restaurant aan de Prins van Luik in Anderlecht. Jantje spreekt elke avond af met Marcin Wasilewski, zijn vroegere strijdmakker bij paars-wit. Wolfsburg maakt van het trainingskamp gebruik om een nieuwe speler aan te trekken. Ook al een oude bekende uit België: de Kroaat Ivan Perišić, profvoetballer van het jaar 2011. De oud-speler van SV Roeselare en Club Brugge heeft in Turkije getekend voor de club van Volkswagen. Klaus Allofs, de nieuwe technisch directeur van Wolfsburg, stelt hem trots voor aan de talrijk opgedaagde Duitse media. Maar het alleropvallendst is de aanwezigheid van Fatih Terim. De hoofdtrainer van Galatasaray is god in zijn land. Een handgebaar volstaat om drie mensen te laten rennen om zijn jas. De succescoach (hij won al vier landskampioenschappen, twee bekers en een Uefa Cup met Galatasaray) wordt vergezeld door twee bodyguards en een woordvoerster die nooit van zijn zijde wijkt. Op een trainingsveld laat hij zich niet zien. Dat laat hij aan anderen over. Terim bepaalt alles. Elke oefensessie wordt door honderden fans bijgewoond. Onze oefenwedstrijd tegen Heracles wordt door een honderdtal mensen bijgewoond, Nederlanders incluis. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

© MARC GYSENS

Wie is de sportiefste? SINT-AGATHA-BERCHEM – Leerlingen van het vijfde leerjaar strijden de komende dinsdagen om de titel van sportiefste klas van Brussel. De sportzaal van de Nationale Bank van België is vanaf 22 januari vijf dinsdagen op rij het strijdtoneel voor leerlingen van het vijfde leerjaar uit het Brusselse Nederlandstalig onderwijs. Zij doorlopen telkens drie ‘plateaus’ (fitheid, behendigheid en samenwerking) waar ze 45 minuten lang getest zullen worden. Voor elk onderdeel verzamelen de

leerlingen punten, die de eindscore van de klas zullen vormen. De competitie is een organisatie van de Stichting Vlaamse Schoolsport. De deelnemers moeten uiteraard officiële klassen zijn, om te voorkomen dat scholen hun sportiefste leerlingen afvaardigen. De winnaar wordt uitgenodigd op een sportdag in het provinciaal domein van Huizingen. Maar daar blijft het niet bij: de winnaars mogen uit de overige deelnemers een klas loten die mee mag genieten van de sportdag. TS Iedereen kan dus winnen.

Tango in de Maalbeek ETTERBEEK – Het gemeenschapscentrum De Maalbeek pakt op zaterdag 26 januari uit met het zuiderse Tango Bal Milonga.

2x letterwaarde, 3x woordwaarde: waar kan voorzitter Arthur Verboven zijn s aanleggen?

Nazca is een socioculturele organisatie die zich bezighoudt met animatie, informatie, vorming en cultuur. Op 26 januari doen ze dat in De Maalbeek (Hoornstraat 97) met een opzwepend avondje tango. Het Trio Tango San Telmo zorgt voor sfeer en muziek met de combinatie van bandoneon, piano en contrabas/gitaar. Om halfzeven

’s avonds begint een tangoworkshop voor beginners met Andres en Nathalie, die een uur zal duren. Van halfacht tot negen staat een stage vals (Argentijnse tangostijl) op het programma. De aangeleerde danspasjes kunnen van negen uur tot twee uur ’s nachts uitvoerig geshowd worden tijdens Milonga, waar dj Andres de muzikale begeleiding zal verzorgen. De drie onderdelen van de tangoavond kosten 10 euro. Meer op nazca.skynetblogs.be. TS


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.