Op atelierbezoek bij de geslepen potloden En ook: Cali, Sir Yes Sir en Saint Amour met Erwin Mortier.
31 01 13
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
© EVA HILHORST
Samenleving > OCMW-voorzitter Mayeur zoekt geld voor mensen met (psychische) problemen
‘Nieuwe opvangcentra nodig’ BRUSSEL – “Sommige mensen slapen al maanden in hun auto,” zegt Brussels OCMW-voorzitter Yvan Mayeur (PS). De kloof tussen arm en rijk groeit, en dat zie je ook op straat.
T
er herinnering: Brussel telt 108.000 werklozen en vijftigduizend mensen die een beroep doen op het OCMW. En dan zijn er nog de mensen die hier illegaal verblijven, de kleine gepensioneerden... – een hoop volk dat het moeilijk heeft. Dat ontgaat ook Yvan Mayeur niet. De socialist wordt elke ochtend op de trappen van zijn OCMW geconfronteerd met miserie. Hoeveel daklozen Brussel precies telt, is niet bekend. “Mijn OCMW heeft dan ook maar 48 transitwoningen. Dat is veel te weinig. Er moeten in heel het Brussels Gewest transitwoningen bijkomen.” Transitwoningen zijn huizen waar mensen korte tijd en tegen een heel lage huur terecht-
kunnen. De OCMW-voorzitter geeft toe dat er onvoldoende opvangmogelijkheden zijn. “Er zijn dringend drie bijkomende opvangcentra no-
anders dan vluchten in drank en roes,” zegt Mayeur. “Medelijden met deze mensen is begrijpelijk, maar het helpt niet. Ik zie het in ‘mijn’ Hoogstraat: mensen brengen dekens, met goede bedoelingen, maar vragen me ondertussen om daklozen te verwijderen. Er is professionele hulp nodig, geen medelijden.”
“Er is professionele hulp nodig, geen medelijden” dig: een voor vrouwen met kinderen, een voor daklozen die het ziekenhuis verlaten, en een laagdrempelig opvangcentrum voor thuislozen met psychische problemen.” Mayeur ziet ook die laatste categorie groter worden. “Wie op straat leeft, kan vaak niet
En wat met de mensen die net niet te ver heen zijn? “Er zijn mensen die al maanden in hun auto slapen. Wij kunnen ons dat niet voorstellen. Zoiets vreet aan je.” BDW zocht Mayeur op nadat we gedurende twee maanden sporadisch de straat op trokken op zoek naar
verwarde, eenzame mensen. Verwarde en eenzame mensen vind je niet alleen aan de stations en in het centrum van Brussel. Ze zijn overal. Uit de reportage binnenin blijkt dat het helemaal niet moeilijk is om verward en eenzaam te worden. We werden geconfronteerd met volwassen mensen die geen vlieg kwaad deden, maar totaal versuft midden op een plein hun broek lieten zakken om te wateren. Een pijnlijk gezicht. Zulke taferelen doen ook Yvan Mayeur nog schrikken. “De menselijke waardigheid laat zoiets niet toe. Ik heb andere ambities voor deze stad, maar de middelen ontbreken. De Stad Brussel zorgt nu al voor een derde van de leefloners van heel het Brussels Gewest. De Gemeen schappelijke Gemeenschapscommissie heeft geen centen. Misschien kan het federale niveau bijspringen of kunnen we de krachten bundelen. Het OCMW van Brussel kan
voor een gebouw zorgen.” Mayeur koppelt de problemen niet onmiddellijk aan de economische crisis, maar meent wel dat het opletten geblazen is voor ‘la souffrance des cadres et des travailleurs’, zoals hij het noemt. “Er wordt steeds meer van de mensen geëist. Mensen worden ook steeds vlugger opzijgeschoven. En je werk verliezen is nog altijd een zeer zware dobber.”
Danny Vileyn en Christophe Degreef
Lees p. 4-5: ‘Een onmogelijke cocktail’ ADVERTENTIE
Lees over vrijwilligerswerk op pagina 10 in deze krant.
N° 1363 VAN 31 JANUARI TOT 7 FEBRUARI 2013 ¦ WEEK 5: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE
BDW 1363 PAGINA 2 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
OPMERKELIJK © SAIGNEURDEGUERRE
DE MIVB ZIET HET BREED BRUSSEL – Bij een heraanleg legt de MIVB de sporen in beide rijrichtingen een stuk verder uit elkaar om bredere trams te kunnen laten rijden op het net. Dat zet de beschikbare ruimte op de openbare weg onder druk. Trams worden breder. Dat is een internationaal gegeven, en het is ook zichtbaar in Brussel. De oude trammetjes meten 2,20 meter. Dat geeft voldoende plaats voor drie zitjes en een gangpad. De nieuwste trams zijn 2,30 meter, goed voor in principe vier zitjes en een gangpad, maar om een gangpad te krijgen waar ook mensen kunnen staan, zijn er nóg bredere trams nodig: 2,65 meter. Dat is vandaag de industriële standaard voor trams. In Duitsland en Frankrijk rijden ze al volop. Die trams zijn in trek omdat ze een pak meer mensen kunnen transporteren. In Brussel kunnen die niet rijden omdat de sporen vaak niet ver genoeg uit elkaar liggen; de trams zouden elkaar raken bij het kruisen. Maar de MIVB bereidt zich er wel op voor. Overal waar tramsporen worden vernieuwd, of waar nieuwe lijnen worden getrokken, worden de sporen verder uit elkaar gelegd. “We zijn daar al vijftien jaar mee bezig,” zegt An Van hamme van MIVB, “louter uit voorzorg. Brede trams zijn een tendens. Dat wil nog niet zeggen dat we ook concrete plannen hebben om ze te bestellen.” Komen die brede trams er toch, dan vergt dat nog heel wat denkwerk én investeringen. Zo moeten alle tramkades langs de lijn worden aangepast. En op die lijn zullen alleen nog trams van 2,65 meter breed mogen rijden, wat organisatorisch geen sinecure is. Bij Mobiel Brussel gaan er daarom stemmen op om de spooraanleg aan een studie te onderwerpen: waar kunnen brede trams, waar kunnen de trams beter ondergronds, et cetera. Dat is in elk geval beter dan de ad hoc heraanleg van de MIVB vandaag, ‘louter uit voorzorg’. Er is nog een reden tot ongerustheid. De bredere tramsporen leggen meer beslag op de beschikbare openbare ruimte. Daardoor rest er minder plaats voor de andere vervoersmiddelen. Om brede trams te laten rijden is al gauw zeventig centimeter extra ruimte nodig. Dat kan het verschil maken tussen wel of geen fietspad. SVG
Uitgelicht > Brusselse hotels vragen maatregelen om rentabiliteit op te krikken
‘Toeristenbelasting moet gewestelijk worden’ BRUSSEL – Lagere sociale lasten, een eerlijke, gewestelijke verblijfsbelasting en een gelijke behandeling van hotel- en gastenkamers. Die maatregelen zijn dringend nodig om de Brusselse hotelsector leefbaar te houden, zegt Fred De Deken, voorzitter van de Brussels Hotels Association (BHA).
O
p het eerste gezicht gaat het niet slecht met de Brusselse hotels. Ondanks de crisis nam het aantal overnachtingen vorig jaar zelfs nog toe. Omdat de gemiddelde hotelprijs iets lager lag, liep de omzet desondanks lichtjes terug. “Maar dat is het punt niet. Ons grote probleem is de dalende rentabiliteit,” zei De Deken maandagavond op de nieuwjaarsreceptie van de BHA. “Wat de winst per kamer betreft bungelen wij onder aan het rijtje in Europa.” Dit komt door de verhoging van een aantal lasten: energie ging met zeven procent de hoogte in, water met acht procent, de lonen met vier. Vooral de hoge loonlasten zitten de Brusselse hotelsector dwars. “In mijn hotel gaat zo’n 35 procent van de omzet naar lonen,” zegt
De Deken, die het Ibis Hotel aan het Zuidstation leidt. “In vier- en vijfsterrenhotels, die doorgaans meer personeel hebben, gaat het om meer dan vijftig procent.” Vorige week maakte het Sheraton
concurrentiële redenen moeten we dringend renoveren. Het hotel is veertig jaar oud. Maar met de huidige rentabiliteit valt de renovatie niet te financieren.” Sheraton gaat hetzelfde doen met minder personeel. “Onze personeelsorganisatie was verouderd, die gaan we moderniseren.” De BHA vindt dat de federale overheid maatregelen moet nemen om de sociale lasten voor alle hotels, ook de grote, te verlagen. “Ook al omdat we zo’n arbeidsintensieve
“De verblijfsbelasting verschilt nu per gemeente en is soms compleet buitensporig”
Hotel aan Rogier bekend bijna een kwart van zijn 254 personeelsleden te zullen ontslaan. De dalende rentabiliteit ligt mee aan de basis van de beslissing, legde directeur Jan Nielsen maandagavond uit. “Om
sector zijn. In Brussel zijn we goed voor 12.500 banen, waarvan heel wat voor laaggeschoolden. Een Belgische werknemer kost twintig tot dertig procent meer dan een Franse. En hij houdt netto minder over.”
Een ander gevoelig punt is de oneerlijke concurrentie van wat De Deken de parahotellerie noemt: kamers en appartementen voor toeristen die buiten elk wettelijk kader vallen. Daar zijn er inmiddels vijfduizend van, tegen zestienduizend hotelkamers. De Deken: “Ik heb het niet zozeer over de particulier die één kamer verhuurt, wel over vastgoedbonzen die hele gebouwen opkopen om ze te verbouwen tot zogenaamde gastenkamers. Zij kunnen alle regels inzake brandveiligheid, hygiëne, stedenbouw en belasting omzeilen.” De sector is dan ook tevreden dat de Brusselse regering aan regelgeving werkt. Brussels staatssecretaris voor Toerisme Christos Doulkeridis (Ecolo) verwacht dat nog dit jaar over het wetsontwerp gestemd wordt. “En hopelijk is tegen die tijd de gemeentelijke hoteltaks overgeheveld naar het Gewest.” Want ook daar dringt de BHA op aan. De Deken: “De city tax of toeristenbelasting verschilt per gemeente en is soms compleet buitensporig. Bovendien worden de geïnde bedra-
DE WEEK IN BEELD DOOR IVAN PUT
Majoretteketet gaf zaterdag, samen met CarnaBruxelas, de feestelijke aftrap van Brussel Helpt, de benefietactie van FM Brussel voor dak- en thuislozen. De opkomst was mooi, met zo’n 1.600 bezoekers.
© IVAN PUT
© PER OLOF FORSBERG
BDW 1363 PAGINA 3 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
WEEKOVERZICHT DONDERDAG 24 JANUARI PICQUé SUST. “Brussel is een Hoofdstedelijk Gewest,” zegt minister-president Charles Picqué tijdens de nieuwjaarslunch van zijn regering. Daarmee sust de Franstalige socialist de commotie die ontstaan was na uitspraken van zijn partijgenoten Laurette Onkelinx en Paul Magnette over Waals-Brusselse natievorming. Volgens Picqué moeten de gemeenschappen in Brussel goed blijven samenwerken. ELSENE EN GEWEST IN vERWARRing. Tijdens de zware sneeuwval vorige week zondag heeft de gemeente Elsene het Flageyplein zelf schoongemaakt omdat het Brussels Gewest, de eigenaar, dat niet deed. Voor schepen van Netheid Viviane Teitelbaum (MR) is dat geen nieuw gegeven. “Het plein schoonmaken is blijkbaar niet prioritair voor het Gewest, dus doen we het vaak zelf, ook na onze wekelijkse weekendmarkt,” vertelt ze in de gemeenteraad.
Om de broodnodige renovatie te kunnen betalen wil het Sheraton aan het Rogierplein bijna een kwart van het personeel ontslaan.
“
gen alleen in Brussel-Stad opnieuw in toerisme geïnvesteerd.” De BHA vraagt daarom een uniforme en eerlijke verblijfsbelasting op gewestelijk niveau. Brussels schepen van Toerisme Philippe Close (PS) is daar alvast niet tegen. En Doulkeridis is bereid om de Brusselse gemeenten – in elk geval tijdelijk – te compenseren voor het inkomstenverlies. Ondanks de moeilijkheden blijft de hotelsector in Brussel investeren. Behalve Sheraton krijgen ook The Hotel, Citadines Sainte-Catherine en Citadines Toison d’Or de komende jaren een facelift. Ook zijn er nieuwe hotels in aantocht: Accor opent binnenkort zijn eerste Pullman Hotel aan het Zuidstation. En in de Koningsstraat, op de plek waar vroeger de krant Le Soir zat, verschijnt over enige tijd de eerste Belgische vestiging van de Duitse budgetketen Motel One. De Deken: “Nu wordt er nog geïnvesteerd in Brussel. Maar als de rentabiliteit nog daalt, zullen sommige groepen op termijn wellicht desinvesteren.” Bettina Hubo
HET GETAL
VRIJDAG 25 JANUARI ‘BRUSSEL NIET MEER STAD DIE HET OOIT WAS.’ Groenondervoorzitster Elke Van den Brandt schrijft in een opiniestuk in De Tijd dat Brussel niet meer bestuurd kan worden als een stad van twee gemeenschappen. “Sommige nostalgici dromen nog van een Nederlandstalig Brussel. Ze leven een paar eeuwen te laat.” Voor de politica moeten er meer bevoegdheden naar het Gewest gaan om van Brussel een meertalige, multiculturele hoofdstad te maken. ONTSLAGEN BIJ SHERATON. De directie van het Sheraton Hotel op het Rogierplein kondigt aan dat ze 58 van de 254 personeelsleden wil ontslaan. Volgens de directie is er geld nodig voor de broodnodige renovatie van het hotel. COMMOTIE OVER SINT-GUIDObroederschap. Er ontstaat opschudding in de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie rond de Anderlechtse Sint-Guidobroederschap. Volgens N-VA en Vlaams Belang worden leden van hun partij uitgesloten van lidmaatschap van dit uit de zeventiende eeuw stammend folkloristisch genootschap onder leiding van (de CD&V’er) Walter Vandenbossche. Die geeft dat ook toe wat het Vlaams Belang betreft omdat de waarden van de broederschap niet zouden stroken met de waarden van die partij. In het geval van de N-VA spreekt hij van een administratief probleem.
MAANDAG 28 JANUARI
Men heeft in ons land, vanuit een grote zin voor verdraagzaamheid, een absoluut respect voor de vrijheid van religie opgebracht. En daardoor zijn we soms te meegaand voor ideeën die strijdig zijn met onze waarden.” Op zich is er geen probleem met de islam, zegt minister Guy Vanhengel (Open VLD), maar sommige jongeren verklaren hun afkeer van homo’s bijvoorbeeld wel vanuit hun geloof (in De Standaard).
“
muntpunt vier maanden dicht. Staatssecretaris Bruno De Lille (Groen) vindt het niet kunnen dat Muntpunt tussen 11 mei en 7 september gesloten zal zijn. De Nederlandstalige Brusselse bibliotheek Muntpunt sluit vanaf 11 mei voor vier maanden en verhuist dan naar het definitieve gebouw op het Muntplein, dat vier jaar gesloten was voor renovatie.
Vroeger was ik een separatist. Nu ben ik een beetje gematigder. Een goed confederaal model staat me wel aan.” Schuift het binnen de N-VA? Voor Brussels voorzitter Lieven De Rouck hoeft een onafhankelijk Vlaanderen niet langer (in La Libre Belgique).
30 jaar
Van een vastgoedcrisis in België was nooit echt sprake, huizen en appartementen blijven dus behoorlijk duur. Jonge gezinnen zien zich daarom verplicht om de looptijd van hun hypothecair krediet steeds langer te maken. In 2004 bedroeg de gemiddelde looptijd 17 jaar, in
2008 was het al 22 jaar, vandaag is dertig jaar geen uitzondering meer. Oppositiepartij MR stelt nu voor om de looptijd te beperken tot dertig jaar. Volgens parlementslid Olivier de Clippele moet dat situaties vermijden als in Spanje, waar looptijden tot veertig en zelfs vijftig jaar bestaan. “En dat komt vooral de banken ten goede,” vindt De Clippele. MR wil met het voorstel de consument beter beschermen en tegelijk een vastgoedbubbel vermijden. Het oppositievoorstel wordt deze week besproken in het parlement. SVG
ERASMUSHOGESCHOOL WAAKZAAM. De Erasmushogeschool Brussel zit met de MIVB en de lokale politie samen voor een verbeterde beveiliging. Vorige maand werden een docent en een student overvallen in de buurt van de Nijverheidskaai, waar de school leslokalen heeft. Politie en MIVB beloven dat de omgeving en het metrostation Delacroix beter in de gaten zullen worden gehouden. Het is niet de eerste keer dat de EhB klaagt over onveiligheid in de Anderlechtse kanaalbuurt. fyra blijft mist spuien. Een zitting van het Beneluxparlement over de flop met de Fyra-trein loopt met een sisser af. Stefaan Van Hecke (Groen) wil een subcommissie om de zaak uit te spitten, maar het enthousiasme bij de andere partijen is niet bijster groot.
DINSDAG 29 JANUARI taxi’s betogen. Zo’n tweehonderd taxichauffeurs betogen tegen het beleid van minister van Verkeer en Openbare Werken Brigitte Grouwels (CD&V). Ze willen dat Grouwels de gewestbelasting afschaft, maar ze zijn ook tegen de nieuwe gedragscode, die onder meer stipuleert dat de chauffeurs hun wagen niet onbeheerd mogen achterlaten en dat ze voldoende cash op zak moeten hebben. marks & spencer KOMT terug. De Britse keten Marks & Spencer keert terug naar Brussel. Dat meldt de zakenkrant L’Echo. Marks en Spencer verliet de Nieuwstraat in 2001. De nieuwe winkel zou niet op de oude locatie komen, maar in het nieuwe winkelcomplex Toison d’Or aan de Guldenvlieslaan. Dat zou ten vroegste over twee jaar de deuren openen.
Samengesteld door Christophe Degreef en Danny Vileyn
MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF
BDW 1363 PAGINA 4 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Reportage > Dakloos, depressief, drinkend: de mensen ‘van de andere kant’
Een onmogelijke cocktail BRUSSEL – Voor hen bestaan geen pasklare oplossingen. Eten is meestal geen probleem, affectie wel. “Soms moet je ook aanvaarden dat een leven niet recht te trekken valt.” BDW doolde door de stad, op zoek naar de onmogelijke cocktail: dakloosheid, drank, drugs en depressie. Wat is oorzaak en wat is gevolg?
Henry’s verhaal “De ervaring heeft me geleerd dat de wereld zo is,” vertelt Henry, een vijftiger die zes jaar lang gezondheidsproblemen heeft gehad. “Ik heb verschrikkelijke dingen meegemaakt, maar gelukkig heb ik nooit op straat gewoond.” Het scheelde niet veel, vertrouwt Henry ons toe. Hij verloor zijn appartement in Schaarbeek terwijl hij in het ziekenhuis lag, zwierf maandenlang rond, van opvangtehuis naar familie, van familie naar opvangtehuis. In 2007 vroeg hij een sociale woning aan in het Brusselse, maar daar wacht hij waarschijnlijk nog altijd op. “Het is een negatieve spiraal zonder einde. Je verliest je huis, je wordt ziek, de-
pressief, je hebt schulden. En eerlijk, het hele traject dat er is om je te helpen, bezorgde me rillingen. Er zijn diensten voor dit en dat, maar te weinig sociale woningen. Je wacht makkelijk tien jaar op zo’n woning, zonder resultaat. Een privéwoning huren is geen optie, want als je geen vast werk hebt, of een uitkering, dan kom je er niet in. In een grote stad zo ziek zijn, dat is de hel.”
Online herinnering Het kan erger, zeker. Op de warmste van alle koude ochtenden hebben we afspraak aan het Zuidstation om twee mensen te ontmoeten. Mensen met mentale problemen. Daklozen. Al is het niet altijd zeker wat oorzaak en gevolg is, hier niet, en elders in deze reportage ook niet. “Ja, kijk, ze zijn er niet,” zegt Antoine Galle, hulpverlener bij de vzw Diogenes. Diogenes was de oude Griek die in een ton verkoos te wonen, buiten de stadsmuren, naakt en elk gezag verwerpend, die met een lantaarn zocht naar een eerlijk mens maar die niet vond en aan Alexander de Grote zei dat hij uit zijn zon moest gaan toen de grote veldheer hem vroeg hoe hij hem van dienst kon zijn. Van Alexander noch van Diogenes een spoor. “Isabel is vannacht aangehouden door de politie omdat ze nog een straf had uitstaan, en de andere persoon zit in een opvangtehuis. Dat gebeurt wel meer,” schetst Galle. Een jonge man met bierblik en baard schuifelt voorbij. “Ha, neen, ik ben geen clochard, want clochards stinken, en ik stink niet.” We maken kennis met Thierry, behoorlijk normaal, al stuit hij om de zoveel tijd boers de kreet “Je n’ai rien compris” uit als we hem in duidelijk Frans een paar vragen proberen te stellen. Of hij dakloos is? Of we wat met hem mogen praten over zijn situatie? “Voor de krant? Betaal maar. Ha!” Het spelletje houdt even aan. Uiteindelijk geeft Thierry ietwat toe. “Kom mee, dan zal ik jullie wat laten zien,” zegt hij. Hij neemt ons mee
naar een groezelig internetcafé om de hoek, waar het naar rozenwater ruikt. Een argwanende baas slaat ons gade. Wanneer we inloggen op computers die weggelegd lijken voor ver contact met woestijnen, schimmige fora over heilige schriften en verhulde porno, wordt Thierry ze© EVA HILHORST
H
et zijn harde tijden, de stad loopt over. Cijfers zijn er niet, maar een deel van de bevolking ziet af, lijdt en overleeft. En wie heeft het gezien? Wat voorafging. We zagen heel wat mensen die verward over straat doolden, soms in zichzelf pratend, soms schreeuwend. Maar altijd verloren gelopen. Of zo leek het toch. Gaandeweg, in onze zoektocht naar informatie, leerden we dat het beeld niet zo eenzijdig is: men spreekt makkelijk van ‘gekken’, maar wie op zoek gaat naar gekken, die komt vaak gewone mensen tegen. Mensen die niet bijster veel verschillen van u en ons. Mensen die, zoals u en wij, werk hadden. Tot ze het kwijt raakten. Mensen die een dak boven het hoofd hadden. Tot ze dat verloren. Mensen die kerngezond waren. Tot ze een depressie kregen, begonnen te drinken, drugs gebruikten, angstiger werden en ‘aan de andere kant van de barrière’ terechtkwamen, zoals een van hen het verwoordt. Eenmaal daar is er moeilijk een weg terug. En als er al een weg terug is, dan loopt die vaak dood op onverschilligheid. Grote woorden willen we niet gebruiken. Maar diegene die werk heeft, begrijpt het al te vaak niet. Beide kanten van de barrière ontmoeten elkaar zelden.
nuwachtig. Hij wil ons een film laten zien waarin zijn lief en hij meespelen. Film? Lief? Koste wat het kost wil Thierry bewijzen dat hij in de documentaire Mathildes misses, over een missverkiezing voor daklozen, heeft gefigureerd. We begrijpen dat zijn vriendin, die meedeed aan de missverkiezing, al een tijdje dood is. Maar hij wil ons meenemen in zijn online herinnering. “Ze zit op een wolkje,” zegt Thierry, wijzend naar de hemel. “Wanneer ik haar zal zien, dat weet ik niet.”
Op een bepaald moment verschijnen de twee inderdaad op het scherm. In een huis. En gezonder. Het heeft niet mogen zijn. We dringen niet meer aan op zijn verhaal. Eten wil hij niet, een pak sigaretten wel. Galle vertrouwt ons toe dat er op straat altijd meer dan één probleem speelt. “De stad trekt mensen aan wier netwerk is weggevallen. Je bent dan niet zomaar dakloos of gemarginaliseerd, maar je drinkt ook nog, je rookt joints, en het kleine budget dat je hebt, gaat daaraan op. Want
BDW 1363 PAGINA 5 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
eten, dat is in Brussel haast nooit een probleem. Dat is voorradig, en er zijn genoeg mensen die voedsel achterlaten. Nee, omkadering is het belangrijkste voor daklozen. Maar begin er maar eens aan. Als je drinkt, dan word je al met een scheef oog bekeken, ook door hulpverleners.” “Let op, ik val de goede wil van de mensen niet aan. Er zijn heel wat vrijwilligers die dekens en eten laten aanrukken. Maar dat hebben de meesten niet nodig. Menselijke dingen, een babbel bijvoorbeeld, en opvolging, dat is het enige wat een beetje helpt. Van een verslaving geraak je ook niet zomaar af. Zeker niet als je de ziekte van Korsakov (hersenbeschadiging door overmatig drankgebruik, red.) hebt. En is het nu zo erg als een dakloze wijn drinkt? In Parijs en Amsterdam bijvoorbeeld heb je opvangtehuizen waar ze wijn schenken om erger te voorkomen.”
Dubbelleven Een verzuchting die we nog meermaals zullen horen, maar Galle verwoordt ze het kernachtigst: “Soms moet je aanvaarden dat een leven niet recht te trekken valt. Daarvoor komt er te veel samen: depressie, andere mentale problemen, werkloosheid, drugs, alcohol. Je kunt soms gewoon zorgen voor een beetje steun, en dat is het dan.” Volgens Galle bestaat de grootste groep probleemgevallen uit mensen
“Eten hebben de meesten niet nodig, een babbel wel”
van rond de 45. “Dat is altijd al zo geweest. Maar vergeet ook niet: de grenzen zijn open, en dat waren ze twintig jaar geleden niet.” In het centrum van Brussel biedt de vzw Archipel-Puerto woonbegeleiding aan thuislozen. Petra De Bel beaamt de woorden van Galle: “Hulpverlening wil altijd veel te snel gaan. Dat is normaal, want ze wordt gestuurd vanuit het perspectief van de middenklasse. Een overheid verwacht zodoende altijd resultaat. Maar ik denk niet dat dat helpt. Mensen moeten al zoveel kiezen.” Dat is uiteindelijk ook de boodschap van Daniël en Andrée, twee mensen van middelbare leeftijd die in begeleiding zijn bij de vzw en er koffie komen drinken. Daniël werkte vroeger voor Sabena, maar raakte niet meer
aan de bak na het faillissement. Nadien kreeg hij familiale problemen en werd hij uit zijn appartement gezet omdat hij werkloos was. “Ik heb lang een dubbelleven geleid,” vertelt hij. “Ik was nooit echt dakloos, en als dat toch zo was, dan ben ik er de man niet naar om dat toe te geven. Ik logeerde her en der. Die situatie hield vier jaar aan.” Daniël vond uiteindelijk opnieuw werk, zij het precair. En een klein appartement. Ook hij vertelt over lange wachtlijsten voor een sociale woning. Ietwat grimmig luidt het dat die ook altijd naar vreemdelingen gaan, omdat die meer kinderen hebben. Daniël maakt een onderscheid tussen de ‘actieve’ en de ‘passieve’ samenleving. “Daartussen loopt een dunne grens, maar wel een duidelijke. Langs deze of gene kant staan is dag en nacht verschil. Ga je naar l’autre côté de la barrière, weet dan dat het moeilijk is om terug te komen.” Dan twijfelt hij even. “Maar ja, wat is het alternatief? Revenir dans le troupeau de la société,” klinkt het gelaten. “Als je aan de andere kant van de grens bent geweest, dan verlies je elk idee van tijd en structuur. Opnieuw oversteken is opnieuw leren. Maar weet dat je, als je terug bent, nóg lager kunt vallen. Eerlijk, ik begrijp dat sommigen niet terug naar boven willen. Want boven hebben ze opnieuw iets te verliezen, hebben ze opnieuw een verleden dat
“Je komt sterker uit tegenslag, maar winnen, neen, dat doe je niet”
hen achterna kan zitten. Terwijl je langs de onderkant gewoon bezig bent met van dag tot dag te leven. Voor sommigen volstaat dat.” Het is, klinkt het bij Daniël en Andrée, ook niet makkelijk om op te klimmen als je niet de minste basis hebt. “Je hebt een appartement nodig, of toch een kamer, maar daarvoor heb je geld nodig. Zonder adres kom je niet aan werk. En daarnaast moet je ook nog gewoon leven, heb je medicijnen nodig, enzovoort. En alle paperassen die je moet invullen. Dat is irreëel. En mis je één exemplaar, dan moet je zoveel langer wachten, en niemand helpt je dan.” Andrée voegt eraan toe: “En zelfs al vul je je formulieren netjes in, dan nog worden afspraken niet nageleefd, dan nog komt de persoon die je nodig hebt om je te helpen, soms niet opdagen.” “Le moral est pour tous, partout,” besluit Daniël. “Ik heb karakter, ik heb me erdoor geworsteld. Dat ben ik. Maar het is verdomd moeilijk om niet terneergeslagen of racistisch te worden, als je ziet wie geholpen wordt en wie niet. Dat gaat bijna vanzelf.”
Open grenzen Dat de grenzen open zijn, merken we aan de haveloze Polen die voor de deur van het Brusselse OCMW in de Hoogstraat liggen. Niemand helpt hen, menen ze. Dat is deels waar. Het OCMW zegt niet voor hen bevoegd te zijn. Via via geraken ze toch aan medische kaarten, voor broodnodige medische zorg. Een van de Polen, Piotr, heeft epilepsie, kan niet meer op zijn benen staan. We krijgen zijn medische fiche onder ogen, opgesteld door de Orde van Malta. “Niet meer in staat om buiten te leven,” staat er. Maar Piotr blijft buiten. Drinkt wodka na wodka. Vertelt een warrig verhaal; dat hij vroeger huurling is geweest in Joegoslavië en Tsjetsjenië. Zijn lotgenote Elisa heeft meer geluk, zij mag ’s nachts binnen in een opvangtehuis ergens in de stad en volgt een ontwenningskuur, zegt ze. Binnenkort zou ook Piotr er een kunnen volgen, meent ze. Een paar mannen die rond Piotr staan, praten Pools. “Neen, zij zijn niet dakloos, maar komen hier voor de sociale contacten,” zegt Elisa. Een andere Pool zit neer aan Piotrs voeten, drinkt mee wodka en grijpt de schoudertas van een van ons omdat hij denkt dat er een microfoon in verborgen zit. Diezelfde avond, bij de organisatie
Hobo aan de Arduinkaai, zitten heel wat Brusselaars bij elkaar. Hobo is een dagcentrum dat mensen met problemen opvangt. Er zijn asielzoekers, mensen zonder papieren, maar ook Belgo-Belges. Iedere donderdagavond wordt er een Soirée Hobo georganiseerd. Dan worden er spelletjes gespeeld. Er zijn boterhammen met kaas en drankjes voor één euro. Aan een tafel wordt monopoly gespeeld. Het spel is in het Nederlands. Twee Brusselaars van vreemde origine en een Griekse jongedame die al tien jaar in Brussel woont, spreken Frans. De Griekse spreekt ook een woordje Engels. De Pakistaanse jongedame spreekt alleen Engels. Ze gaan helemaal op in hun spel. Marina, een eind in de veertig, komt twee keer per week naar Hobo. Ze is een Nederlandstalige uit Anderlecht. Ze heeft een dak boven het hoofd en een baan. “In 2007 ben ik gescheiden en toen ben ik heel diep gevallen. Ik heb drie dochters, maar trok me compleet terug in mezelf. Ik was alles kwijt. Gelukkig heb ik na een opleiding bij de VDAB een baan als poetsvrouw gekregen, maar dat is niet genoeg. Dinsdag onmiddellijk na het werk kom ik naar Hobo om te tekenen. Om drie uur ga ik naar huis. Ik speel ondertussen ook toneel en dat heeft mijn zelfvertrouwen deugd gedaan.” Mohamed wil niet veel kwijt. Hij heeft op dit ogenblik een dak boven het hoofd. “Nu heb ik geen problemen,” zegt hij. Hobo is voor hem een vluchtroute. Meer wil hij niet kwijt. Zijn neef, die er ook is, zegt onvoldoende Frans te spreken om ons te woord te staan. Keren we terug naar Henry, uit het begin van het verhaal. Die woont niet meer in Brussel, maar ergens in een voorstad. “Dat is veel aangenamer. Je merkt dat de mensen in de grote stad veel agressiever zijn, veel onvriendelijker ook.” Hij ziet er wel gezond uit, mooi rood hemd aan, en een keurige hoed. Hij leest Confucius. Toch neemt hij nog medicijnen. “Ik heb nog altijd angsten, en ik kan nog altijd hervallen. Je komt misschien wel sterker uit tegenslag, maar winnen, neen, dat doe je niet. En veel hulpverlening van de overheid komt neer op kleine deeltjes, kleine organen, die allemaal een stukje van de macht willen. Uiteindelijk is de basis normale menselijke samenhang. Vertrouw individuen, geen groepen. Dat is wat ik nu weet.” Ergens nog onderweg, in een Brusselse tram, hangt een man achterover. Hij drinkt en lijkt behoorlijk dronken. Slaat wartaal uit. Scheldt medemensen uit. Tot er een jongeman met koptelefoon opstaat, uit zijn wereld stapt, en de man op rustige toon aanspreekt. Het lijkt niet echt te helpen, maar de jongen is standvastig, blijft spreken. Wanneer hij weg is, verstomt de dronken man, houdt de wartaal op, en zwijgt de tram. Christophe Degreef en Danny Vileyn Sommige namen in deze reportage zijn gefingeerd
BDW 1363 PAGINA 6 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
De Étang du Gris Moulin in Terhulpen. Bevers leven zowel in deze vijver als in de belendende Zilverbeek. Een keer groeven ze een kanaaltje tussen beide. Toen liep het fout.
© BART DEWAELE
Natuur > Beverburchten aan de Clos du Nysdam
‘Ze hebben goed gewerkt deze nacht’ H
et stond te lezen in een antwoord op een parlementaire vraag. In en om het Zoniënwoud zijn in vier jaar tijd 123 reeën het slachtoffer geworden van het razende verkeer. Daarnaast vonden ook 55 vossen, 11 steenmarters, 7 eekhoorns, 2 everzwijnen en 2 bunzingen de dood. En dat is maar een fractie van het werkelijke aantal dierlijke verkeersslachtoffers in het Zoniënwoud. Opmerkelijke loner in het lijstje: een bever, één. Dat er bevers zijn in la Wallonie profonde, is bekend. Verrassend genoeg
zitten er ook enkele koppeltjes in de Zilverbeek. De Argentine is een kabbelend riviertje dat ontspringt op het domein van Argenteuil. Het maakt deel uit van het Dijlebekken en ligt in het uiterste zuiden van het Zoniënwoud, op goed vier kilometer van de Brusselse grens. We spreken af met Manu Prignon, conservator van Nysdam, met zijn bijna zestig hectare het grootste natuurreservaat van Waals-Brabant, waar de Zilverbeek door stroomt. Het telt naast weiden, bossen en moerassig gebied ook enkele grote
vijvers. “Die werden door monniken gegraven,” vertelt Prignon. “Wist u dat van alle vijvers in Brabant er maar één natuurlijke is? Dat is het Vinne in Zoutleeuw. Alle andere – van de vijvers van Flagey tot die van Nysdam – zijn door de mens tot stand gebracht. En kijk wat voor een prachtige biotoop dat oplevert, met een enorme diversiteit aan fauna en flora.” Prignon vertelt het verhaal niet zomaar. De relatie tussen mens en natuur is een van zijn stokpaardjes. “Neen, ik ben geen fundamentalist in natuurbehoud. De mens heeft zijn rol te spelen in de natuur. Hij maakt er immers deel van uit.” Die verhouding is nu door de bever danig op de proef gesteld. Vooral in Wallonië werd moord en brand geschreeuwd toen uit Beieren afkom-
© BART DEWAELE
TERHULPEN – In Brussel zijn er geen bevers. Aan de rand van het Zoniënwoud in Waals-Brabant, op enkele kilometers van het Brussels Gewest, zijn er wel. Het vriesweer bleek een uitstekende bondgenoot in de zoektocht naar dit wonderlijke dier. Een reportage.
Deze manier van knagen wordt weleens coupe Tintin genoemd, ter onderscheiding van de coupe crayon.
stige, uitgezette bevers – het dier was in België uitgestorven – er heel wat schade aanrichtten. Een van die ‘bever-militanten’, Olivier Rubbers, werd zelfs door de Waalse overheid voor de rechter gesleept en is in beroep veroordeeld. Ook het natuurreservaat van Nysdam deelde in de klappen. Prignon: “Rond 2000 hebben die Rangers, zoals ze zichzelf noemen, hier vier zwangere wijfjesbevers uitgezet. Niet veel later vonden we een bever met enkele jongen terug. Doodgereden op de Brusselsesteenweg. Later werd er nog een het slachtoffer van het verkeer. De bever-militanten hebben een denkfout gemaakt. Ze willen oorspronkelijke dieren herintroduceren – sommigen vinden zelfs dat de eland opnieuw zijn plaats moet krijgen in de Ardennen. Maar
BDW 1363 PAGINA 7 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
de natuur is intussen onder handen genomen door de mens, of je dat nu wilt of niet. Voor de bevers geldt hetzelfde. Ze leven nu in een gebied dat omzoomd wordt door huizen en drukke wegen.” Toch gedijen de bevers tamelijk goed in de Zilverbeek – op de occasionele verkeersslachtoffers na. Vandaag, zegt Prignon, zijn de meeste natuurbeschermers het erover eens
De verhouding tussen mens en natuur wordt door de bever danig op de proef gesteld
dat de bevers hun steentje kunnen bijdragen tot het milieubehoud. Ze houden het opgeschoten hout kort, zorgen voor nieuwe biotopen. “Het was wel beter geweest als er eerst overleg was geweest. De schade die bevers hier in Nysdam hebben veroorzaakt, loopt in de honderdduizenden euro’s. Die hadden we ons kunnen besparen door ons op de introductie voor te bereiden.” Prignon opent een klein hekje dat ons langs een steile helling in het reservaat brengt. We belanden op een berm van enkele meters breed die de vijver van de Grijze Molen scheidt van de Zilverbeek. “De bevers maken gebruik van beide waterpartijen,” legt Prignon uit. “Maar ze hadden ook gebruikgemaakt van enorme gaten veroorzaakt door omgevallen knotwilgen om een verbindingskanaal te graven tussen het meer en het riviertje. De gevolgen waren rampzalig. De hogergelegen vijver begon leeg te lopen in de Zilverbeek! We hebben dat in allerijl moeten oplossen door zware beheerswerkzaamheden.” We wandelen verder door het dichte struikgewas. Het bevroren landschap is een streling voor het oog, de sneeuwkristallen op de doodse takken zijn minikunstwerkjes. Op de vijver zitten zeldzame krakeenden, een roodborstje drinkt van het kabbelende riviertje, wat later krijgen we een grote zilverreiger te zien. Intussen wandelen we in het spoor van een vos die een fazant heeft ge-
slagen. Om de drie meter liggen er pluimpjes. Maar van bevers geen spoor, op wat oude afgeknaagde boomstammetjes na. En dan houden we halt. Een fors uitgevallen wilg ligt om, afgeknaagd. Dat is afgelopen nacht gebeurd. “Geen twijfel mogelijk,” zegt Prignon. “De bevers hebben stevig gewerkt deze nacht! Kijk naar het gladde pad vanuit de Zilverbeek naar de berm, gemaakt door de bever die zich door de sneeuw op zijn buik uit de rivier hijst en met zijn platte staart een gangpad maakt.” “Omdat bevers korte pootjes hebben, zijn het benarde stappers. Ze komen veel sneller vooruit in het water. Maar om takken te knagen moeten ze natuurlijk het water uit.” De takken en boomstammen worden dan naar hun hutten gesleept. Het zijn ingewikkelde constructies van takkenhout die de kleintjes moeten beschermen tegen roofdieren. Het bijzondere is dat die burchten alleen toegankelijk zijn via een onderwatergang. Prignon toont een tiental meters verderop zo’n burcht. Of die nog in gebruik is, is moeilijk te zeggen.
DUBBEL BETALEN VOOR EXTRALANGE RIT BRUSSEL – Een journaliste nam onlangs het openbaar vervoer van Watermaal-Bosvoorde naar Sint-Agatha-Berchem. Ze kreeg aan het eind van de rit controle en moest honderd euro ophoesten. Ze had er immers langer dan een uur over gedaan. Schokkend? Neen. De MIVB-controleurs hebben het bij het rechte eind. Een rit betaal je per uur, niet voor het traject. Vroeger stond het op de tienrittenkaart, vandaag hoor je het te weten, “al komt een traject van meer dan een uur zelden voor,” zegt MIVB-woordvoerster An Van hamme. Ze voegt eraan toe dat de regel niet geldt wanneer tram, metro of bus vertraging oploopt, bijvoorbeeld door een defect.
Een andere vraag die rijst, is wat de MIVB-reiziger moet doen als hij in de onmogelijkheid verkeert om te valideren. Zo kan het zijn dat het uur verstrijkt terwijl hij in de metro zit. Het antwoord op die vraag is ook voor de MIVB van belang, nu ze beslist heeft om ook bij het buitengaan van het metrostation de poortjes te activeren. “Wie in de 59ste minuut valideert, mag de rit nog altijd uitrijden,” zegt Van hamme. Dit in de veronderstelling natuurlijk dat er niet geshopt wordt of op een andere manier een oponthoud wordt georganiseerd. Een gewaarschuwd man/vrouw...
Steven Van Garsse
‘UNIEK LOKET’ MOET CRÈCHE-ZOEKTOCHT VEREENVOUDIGEN BRUSSEL – De Nederlandstalige crèches in Brussel slaan de handen in elkaar om een centraal aanmeldingspunt op te richten. Eind december zag de vzw Samenwerken aan Kinderopvang het licht. De vereniging geeft zichzelf een jaar om een centraal aanmeldingspunt op te richten voor ouders die op zoek zijn naar een crèche. Ouders schrijven hun kind vaak in verschillende crèches in, in de hoop op een plaatsje. Om dat te vermijden komt er een ‘uniek loket’. Dat staat in het Vlaams decreet op de kinderopvang, dat vorig jaar is goedgekeurd. Wordt daarmee de aanmelding bij een crèche even eenvoudig als bij een school? Neen. Crèches nemen elke maand nieuwe kinderen aan, soms ook halftijds. “Zomaar zeggen hoeveel plaatsen er vrij zijn,
Burchten en dammen Hoe kan dit mee door de mens geschapen natuurgebied zijn voordeel doen bij de aanwezigheid van bevers? Bevers maken niet alleen burchten om in te wonen, ze maken ook dammen. Ze maken ruimte en licht in dichtgegroeide gebieden en laten tegelijk het water stijgen zodat ze er met hun kroost in kunnen zwemmen. Natuurbeheerders gaan er vandaag van uit dat die nieuwe waterpartijen heilzaam zijn voor de natuur. Net zoals het graafwerk van de monniken in de middeleeuwen, dat mooie vijvers heeft opgeleverd. Een laatste vraag voor we met koude voeten terug naar Brussel rijden. Bestaat de kans dat bevers in de nabije toekomst in Brussel worden gespot? Op bru.waarnemingen.be, een databank van Natuurpunt van waargenomen fauna in de hoofdstad, staat één observatie van een bever – uit maart 2010. Waar die zich bevond, maakt de webstek niet bekend, maar Prignon acht de kans klein dat het in de Zilverbeek zou zijn geweest. Bevers volgen de waterlopen, en de Zilverbeek loopt niet door Brussel. “Als er al bevers gespot zullen worden in Brussel, dan zullen die eerder via de Voer bij Tervuren komen.”
is dus niet zo eenvoudig,” zegt Anne Lambrechts van de vzw. Maar het kan wel een oplossing bieden voor de dubbele inschrijvingen. Een heikel punt wordt de financiering. De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) is niet van plan om bij te springen. De vzw van haar kant gelooft nooit dat de crèches zelf het aanmeldingspunt zullen financieren. “Daar kan geen sprake van zijn,” zegt Lambrechts. De vzw heeft dus momenteel nul euro in kas. En dat er geld nodig is, staat buiten kijf. Volgens Lambrechts zijn toch al gauw vijf personeelsleden nodig, “als je het goed wilt doen.” Lambrechts vindt tot slot het wegwerken van het tekort aan opvangplaatsen belangrijker dan de oprichting van een loket. “Meer capaciteit, dat is wat Brussel nodig heeft.” SVG
P-PRAAT Guy Vanhengel is kwaad. Volgens de liberale Brusselse minister van Financiën bedraagt het begrotingstekort van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest slechts 170 miljoen euro, en niet 457 miljoen euro, zoals journalist Rik Van Cauwelaert beweert. “Van Cauwelaert lult uit zijn nek,” is de fijnzinnige reactie van de liberale excellentie. Nadien volgt nog een heuse cijferoorlog tussen de twee mannen, maar die laten we buiten beschouwing, want Van Cauwelaert hanteert het ultieme argument: alle overheden goochelen met cijfers. Tja. Wat u wel moet weten: in 2009 schreef de toenmalige Knack-coryfee een beetje een scherp opiniestuk over Vanhengel, waarin het Ketje ‘een klein liberaal muizeke’ werd genoemd. Dat neigde naar een karaktermoord, hoewel we dat woord zelden gebruiken – anders valt er niets meer te lachen. Nu ja. In 2006 zeiden de liberalen dat de gemeenschappen voor onderwijs moesten betalen, en niet het Gewest. Toen kwam de demografische boom en was alles anders, en nu klinkt het opnieuw dat de gemeenschappen het moeten doen. Komt tijd, komt raad, met andere woorden. Wij worden nog goed in consultancy. Ze hebben bij La Libre Belgique Brussel doorzocht en warempel een N-VA’er gevonden. Volgens de krant gaat het om Lieven De Rouck, ‘appelé à jouer un rôle important pour son parti à l’horizon 2014’. Wij vatten het interview samen. La Libre Belgique: “Si les droits des néerlandophones étaient mieux respectés à Bruxelles vous accepteriez de confier plus de pouvoir à la Région?” De Rouck: “Oui. Mais je n’y crois pas.”
Steven Van Garsse © BART DEWAELE
CHIEN ÉCRASÉ MIVB – De MIVB is een attente vervoersmaatschappij. Sommige stations liggen er ronduit vuil bij, maar ter attentie van de eigen werknemers heeft de maatschappij wel vuilnisbakjes hangen in de premetrotunnels rond het Zuidstation. Of zijn die voor de toevallige voorbijgangers aldaar? Voor de vele graffitispuiters? Een geluk dat er bij de ingang van de premetrotunnels geen poortjes staan, anders kwam er niemand meer in. TREIN – Hebt u het gelezen van die reizigers die in het station van Sint-Genesius-Rode een trein blokkeerden? Omdat er geen plaats meer was binnenin, en er blijkbaar al mensen op het toilet zaten om toch maar een plaatsje te hebben. Het kan erger. In Argentinië staken boze pendelaars eens een trein in brand. Hopelijk brengt dit boze reizigers van de MIVB niet op ideeën. Niet dat trams en bussen niet al geblokkeerd zijn in Brussel, maar toch.
Verse beversporen. De dieren zelf laten zich vandaag niet zien.
BLADVULSEL – Wij kozen ervoor elke medewerker een thuis te geven in een zelfsturend team. Om de teams te vormen koppelden wij de inhoudelijke – gemeenschapsmaterie – thema’s die door Muntpunt onder de aandacht gebracht moeten worden aan de opdeling van de bibliotheekcollectie én aan de activiteiten die de participatie aan Brussel bevorderen.
BDW REGIO
BDW 1363 PAGINA 8 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Deze week tussen Ganshoren en Vilvoorde > Proefproject voor anderstalige studenten
Nederlands leren zonder handboek zoeken op het internet naar informatie, regelen het bezoek aan een museum of bedrijf zelf telefonisch of doen een nabespreking. Ook stippelden drie studenten al eens een art-nouveauwandeling uit in de les. Daarna gidsten ze hun klasgenoten door de stad, in het Nederlands. De studenten, van wie de meesten werkzoekend zijn, reageren positief op deze aanpak. Anissa, een 30-ja-
“Buiten de school kan ik anders geen Nederlands spreken”
Studenten Nederlands van CVO Lethas campus Ganshoren verruimen hun taalkennis in het Huis van de Toekomst, in Vilvoorde.
© JO VOETS
GANSHOREN – In het centrum voor volwassenenonderwijs (CVO) Lethas hebben tien studenten met gevorderde kennis van het Nederlands hun handboek met fictieve dialogen ingeruild voor échte telefoongesprekken en échte uitstappen. “Het vormt een overgang van les naar leven.”
E
en anderstalige student vraagt in het Nederlands de weg naar het Huis van de Toekomst in Vilvoorde. De buschauffeur van De Lijn antwoordt op vriendelijke toon in het Engels. De student stelt een bijvraag in het Nederlands, waarop de chauffeur zich herpakt en ook Nederlands gaat pra-
ten. Op de achtergrond luistert leerkracht An Lanssens (42) aandachtig mee. Om dit soort praktijkoefeningen is het Lanssens, initiatiefneemster van het taalproject 3.1 Extramuros, te doen. Met Extramuros, letterlijk ‘buiten de muren’, laat Lanssens haar studenten bijna uitsluitend
Nederlands leren in levensechte situaties. “Deze methode vormt een overgang van les naar leven.” Lanssens, die in het centrum voor volwassenenonderwijs Lethas al vijf jaar op verschillende niveaus Nederlands onderwijst, voert dit schooljaar een experiment uit bij anderstaligen met een gevorderde kennis.
Gewoontegetrouw krijgen de studenten tijdens de module ‘spreken en luisteren’ drie maanden lang twaalf uur les per week. Traditioneel gebeurt dat met een handboek, met dialogen tussen studenten in de klas en met een occasionele uitstap. Gesteund door de directie breekt Lanssens nu met die vaste structuur. Het geld dat voor een handboek bestemd is, gaat nu naar daguitstappen. Concreet zijn de studenten twee lesmomenten per week op stap. De andere twee lesblokken bereiden de studenten de uitstappen voor. Ze
Heel veel belangstelling was er voor de voorstelling van het bestuursakkoord van Sint-Joost-tenNode. Het mag gerust een ambitieus
programma genoemd worden. Maar is er wel geld voor? En wie gaat betalen? Burgemeester Kir en de schepenen rekenen alvast op geld van
buiten de gemeente: het Gewest, het Grotestedenfonds, Europa. Maar er zijn ook de eigen inkomsten. De opcentiemen op de personenbelasting mogen dan weinig opbrengen, kantoren en hotels renderen wél. Kirs voorganger was de grote promotor van JazzStation en het Charlier Museum. Het programma van de nieuwe meerderheid onderstreept
© HAVEACUPOFTEA
jazzstation en charlier MUSEUM HOEVEN niet TE vrezen SINT-JOOST-TEN-NODE – De nieuwe burgemeester Emir Kir (PS) wil een duidelijke breuk met het beleid van zijn voorganger en partijgenoot Jean Demannez. Vlaams schepen Bea Meulemans (SP.A) is alvast heel enthousiast: de capaciteit van de Nederlandstalige gemeenteschool wordt meer dan verdubbeld.
rige met Marokkaanse roots, vindt het een goede methode. “Buiten de school kan ik anders geen Nederlands spreken.” David, een 29-jarige van Spaanse herkomst, noemt zichzelf een fan. “Een simulatie in de klas is niet hetzelfde. Nederlands oefenen buiten de schoolmuren motiveert me.” En Haxhere, een 27-jarige van Kosovaarse origine, komt door de uitstappen ‘meer in contact met Nederlandstalige mensen’. Maar steken de studenten ook echt kennis op? Leerkracht Lanssens: “Ja, want tijdens authentieke situaties onthouden studenten beter. Alle eindtermen komen aan bod en ze leren woordenschat bij, zij het op een onvoorspelbare manier.” Wat kan beter? “Tijdens uitstappen dagen studenten vaak niet op. Toch is in dit project de uitval laag. Dat komt wellicht omdat ze veel bezoeken zelf kiezen en er veel tijd in steken. En ten slotte zorgt zo’n uitstap voor een goede groepsdynamiek.”
JazzStation: in de gratie van Kir. dat cultuur ‘democratisch en divers’ moet zijn. Maar Kir ziet geen tegenspraak. JazzStation en het Charlier Museum hoeven met andere woor-
Steven Vandenbergh
den niets te vrezen. Dat zal jaar na jaar uit de begroting moeten blijken. Goed nieuws is er voor het Nederlandstalig onderwijs. Meulemans verkreeg een capaciteitsverdubbeling van Sint-Joost-aan-Zee van viernaar negenhonderd plaatsen. Kir heeft ondertussen ook al Antwerpen bezocht en wil een oplossing voor de problemen die de prostitutie met zich meebrengt. Hij gaat er streng op toezien dat het politiereglement DV wordt toegepast.
BDW 1363 PAGINA 9 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Schaarbeek > Gemeente overweegt autovrije Aarschotstraat
Te voet naar het bordeel? Een autovrije Aarschotstraat voor meer levenskwaliteit? De gemeente zegt niet neen. Bumper aan bumper rijden langs de bordelen in de Aarschotstraat is een courante praktijk in de Noordwijk, maar daar komt binnenkort misschien een einde aan. Burgemeester Bernard Clerfayt (FDF): “We overwegen om van de Aarschotstraat een voetgangerszone te maken. We hebben de politie om advies gevraagd, en ook binnen het nieuwe wijkcontract gaan er stemmen voor op.” Je zou het haast vergeten, maar in de Aarschotstraat en haar zijstraten wonen ook mensen. De overlast door de dagelijkse autokaravaan is niet te harden. Een voet-
gangerszone kan soelaas brengen. Die zou bovendien de sociale controle kunnen verhogen. Clerfayt benadrukt dat er nog geen beslissing is genomen. Wel wijst hij op de inspanningen die de gemeente levert om het imago en de levenskwaliteit van de buurt te verhogen. Zo is er pas een Antwerps studiebureau aangeduid dat, weliswaar met een klein budget, gevraagd wordt om de straat een nieuwe look te geven. Eerder al werd de controle op de bordelen verstrengd door nieuwe politie- en stedenbouwkundige reglementen, er zijn strenge controles op wildplassers en sluikstorters, en de Aarschotstraat krijgt ook een nieuw wijkcontract, het tweede in tien jaar tijd. SVG
Met de heraanleg heeft burgemeester De Decker een oude verkiezingsbelofte ingelost.
Ukkel > Eindelijk de naam ‘square’ waardig
© VUB
Georges Marlowsquare vernieuwd De Georges Marlowsquare, het kruispunt waar de Postiljonstraat, de Brugmann- en Wolvendaellaan samenkomen, heeft zijn langverwachte opfrisbeurt achter de rug. Het resultaat: veiliger, fietsvriendelijk en vooral mooier.
Etterbeek > VUB werkt samen met drie gemeenten
Vrije Universiteit rukt op naar de stad
TELEXREGIO
Elsene, Etterbeek en Oudergem hebben een samenwerkingsovereenkomst met de VUB. Doel is om vlot samen te werken rond onder andere sport en cultuur. “Stel dat een gemeente gebruik wil maken van onze sportinfrastructuur,” zegt rector Paul De Knop, “of een optreden organiseert, dan kan dat vanaf nu veel vlotter. Maar ook
voor mobiliteit en veiligheid willen we geregeld samenzitten.” Voor Etterbeeks burgemeester Vincent De Wolf (MR) is de samenwerking een teken dat de universiteit zich beter in het stadsweefsel wil integreren. Hij is wel geen voorstander van een uitbreiding van de universiteit op de site van de kazernes in zijn gemeente. CD
Top Schaarbeekse administratie vertrekt SCHAARBEEK – Gemeentesecretaris Jacques Bouvier en zijn adjunct Marc Dero gaan volgend jaar met pensioen. De gemeente moet dus op zoek naar opvolgers. Bouvier begon in 1978 te werken voor de gemeente, achtereenvolgens als opsteller, bestuurssecretaris en gemeentesecretaris. Zijn reputatie was zo goed dat hij in 2007 zes maanden naar het door corruptieschandalen geplaagde Charleroi werd gestuurd om orde op zaken te stellen. Dero werkt sinds 1975 voor de gemeente en is sinds vijf jaar adjunct-gemeentesecretaris. Beiden vragen nu hun pensioen aan. Daarmee verdwijnt in 2014 de top van de administratie. Raadslid Georges Verzin (MR, oppositie) vindt dat het college snel met de selectieprocedure moet beginnen. Zopas is Bouviers SVG functie vacant verklaard; Dero vraagt in mei officieel zijn pensioen aan.
DE scepterwijk heeft u nodig ELSENE – Tot en met 9 februari kunt u fotomodel zijn voor het stadskunstproject Inside out XL. Dat project van de vzw Zumba hangt vanaf maart verschillende portretten op in de Scepterwijk, op de grens met Etterbeek, en creëert zo een kunstparcours door de stad. Inschrijven kan nog tot en met 31 januari. U belt of mailt dus maar CD beter direct wanneer u dit leest: 0474-57.11.18 of www.insideoutxl.com.
Je kon het vroeger amper een plein noemen. De Georges Marlowsquare was een veredeld kruispunt waar alle drukte van de twee belangrijke verkeersassen over moest. Dat is nu nog altijd zo, maar de verkeerslichten hebben plaatsgemaakt voor een fraaie rotonde, en de plaats rond het gedenkbeeld voor de voortvluchtigen van de Tweede Wereldoorlog is ook helemaal opgefrist en wordt nu opgefleurd door een veertigtal boompjes en hedendaagse verlichting.
Het was in 2006 al een verkiezingsbelofte van herkozen burgemeester Armand De Decker (MR): “De Marlowsquare was een vuilnisbak, een misbaksel dat de naam van Georges Marlow totaal niet waardig was.” Daarmee verwijst hij naar de laatnegentiende-/vroegtwintigste-eeuwse dichter naar wie het plein vernoemd is. Het kruispunt is er met de rotonde bovendien een stuk veiliger op geworden. Zo moeten de fietssuggestiestroken ervoor zorgen dat de tweewielers niet langer worden weggedrumd. Ook voetgangers kunnen nu een stuk veiliger de verkeersader oversteken en zich zonder risico naar de tramhalte begeven. Bruno Schols
Elsene > Politiekantoor Flagey loopt vertraging op
Gebruiksklaar, maar zonder kabels Het politiecommissariaat dat eind 2012 de deuren moest openen in het Flagey gebouw, is gebruiksklaar, maar wacht nog op bekabeling. Wanneer het commissa riaat klaar zal zijn? Dat kan de burgemeester niet zeggen. Burgemeester Willy Decourty (PS) antwoordde in de jongste gemeenteraad op een mondelinge vraag van raadslid Geoffrey Roucourt (Ecolo). Volgens Decourty is een en ander misgelopen bij de aanbesteding van de bekabeling voor de informatica. “Toen we die aanbesteding uitschreven, zaten we nog in het commissariaat in de Alphonse De Wittestraat en wisten we nog niet dat we zouden verhuizen naar het Flageygebouw. Zodoende moesten we een nieuwe aanbesteding uitschrijven voor de bekabeling van het nieuwe commissariaat in Flagey. Dat commissariaat is gebruiksklaar, op de informaticavoorzieningen na. Maar wanneer het zal openen, dat kan ik u nog niet zeggen.”
Het nieuwe commissariaat in het Flagey gebouw wordt door de gemeente gehuurd van de privé-eigenaar. Dat komt omdat de renovatie van het gemeentelijke gebouw in de De Wittestraat te duur zou uitvallen. Ook moet het commissariaat in de wijk rond het Flageyplein de politie meer zichtbaarheid geven. De De Wittestraat ligt opzij van het Flageyplein en is niet zo bekend bij het publiek. Het nieuwe commissariaat, op de vijfde verdieping van het voormalige omroepgebouw, is geopend van 7 tot 22 uur. “Dat is niet zo uitzonderlijk,” weet Decourty. “Op het commissariaat op het Fernand Cocqplein na gelden die uren voor alle Elsense politieposten.” Het is niet de eerste keer dat de opening van een nieuw politiekantoor in Elsene vertraging oploopt. In oktober opende de politiepost in de Lang-Levenstraat met een jaar vertraging de deuren. Daar was een probleem met de aanbesteding van een kogelwerende CD ruit.
ADVERTENTIE
Uitgave nr 12 - verschijningsdatum 31 januari 2013 - hetpuntbrussel@gmail.com
Vrijwilligen in Brussel Deze maand plaatsen we het administratief vrijwilligerswerk in de kijker. Ontdek via de getuigenis van vrijwilliger Carl De Keersmaecker dat een administratief engagement zoveel meer inhoudt dan de aloude clichés vaak doen uitschijnen.
De verrassende ontdekking van het Bewust Verbruiken Sinds april 2010 zet Carl De Keersmaecker (62) zich elke woensdag vrijwillig in als administratief manusje-van-alles bij Netwerk Bewust Verbruiken. Deze overtuigde vrijwilliger vertelt ons waarom hij vrijwilligerswerk zo boeiend vindt en waarom hij zich verbonden voelt met de organisatie. Wat motiveerde je om vrijwilligerswerk te doen bij Netwerk Bewust Verbruiken?
Wat houdt jouw taak als vrijwilliger in? Carl: Mijn eerste opdracht was een registratiesysteem uitdenken zodat een 600-tal boeken op een gestructureerde manier konden worden opgenomen in de Mundo-B bibliotheek. Vervolgens heb ik
Hier vind je een greep uit de Brusselse vrijwilligersvacatures. Surf voor nog meer vacatures naar
“Stimulansen van de organisatie zijn, naast automotivatie, zeer belangrijk opdat de vrijwilliger zijn enthousiasme behoudt” gemaakt van welke kranten er interesse hadden en wat de kost daarvan was voor hoeveel ruimte. Daarbij noteerde ik ook tal van andere interessante gegevens over de tijdschriften en de kranten.
CARL DE KEERSMAECKER
Carl: Ja zeker. Netwerk Bewust Verbruiken is een organisatie die zeer attent is voor haar vrijwilligers. Dat is enorm belangrijk. De motivatie van een vrijwilliger komt vanzelfsprekend voor een stuk van de vrijwilliger zelf, maar eens je aan het werk bent zijn stimulansen van de organisatie zeer belangrijk om je enthousiasme te behouden.
Dit takenpakket lijkt zeer gevarieerd?
Kan je hier een voorbeeld van geven?
Carl: Ja. Ik word bijvoorbeeld regelmatig gevraagd
Carl: Het zit vaak in kleine dingen. Zo heb ik een
u Nieuw lokaal dienstencentrum ADO Icarus
www.hetpuntbrussel.be
Het Punt vzw, Steenkoolkaai 9B, 1000 Brussel. 02/ 218 55 16
u Boekhoudkundige kracht
u Managementbegeleiding
We zoeken managers met stevige management expertise. ToolBox linkt haar vrijwilligers met vzw’s die hun impact willen vergroten door hun beleid te professionaliseren. Versterk het ToolBox-netwerk! Bij ToolBox vzw, Christine Castille, 0486/52 80 55, christine.castille@toolboxh2o.org. Talenkennis:
u Vrijwillige tolken/vertalers gezocht
Het Sociaal Vertaalbureau Brussel Onthaal zoekt vrijwilligers om te tolken en te vertalen. Spreekt u Nederlands en 1 of meerdere andere talen, aarzel dan niet om ons te contacteren. Brussel onthaal, Bjorn Truwant, 0486/75 98 65, vertalen.svb.bo@skynet.be. Talenkennis:
u Eerlijke enthousiaste vrijwilligers
Wij zijn op zoek naar vrijwilligers voor de winkel, het magazijn, de administratie, voor de website en IT, klusjesmannen, vertalen, communicatie, vorming geven, activiteiten organiseren, stands, ... Oxfam Wereldwinkel Brussel, Cynthia Berardocco, 02/201 75 29, info@oxfambxl.be. Talenkennis:
Je werkt nu al twee jaar en een half als vrijwilliger. Ben je nog steeds even gemotiveerd?
alle documentatie van Netwerk Bewust Verbruiken (NBV) gedigitaliseerd. Dit was enorm boeiend, want ik heb alles conceptueel kunnen uitdenken, kunnen voorstellen Èn het mogen ontwikkelen. Wanneer er nieuwe boeken binnenkomen, voeg ik die toe in het systeem.
Zin om mee de werking uit te bouwen? Vrijwilligerswerk als voornemen voor 2013... Bij Lokaal dienstencentrum ADO Icarus, Conny Roekens, 0470/90 04 04, conny.roekens@ado-icarus.be. Talenkennis:
1000 BRUSSEL
eigen emailadres. Ik krijg altijd een uitnodiging voor de algemene vergadering en de daarbij horende documenten. Ik was bijvoorbeeld aanwezig op een dag over de strategische visie en de communicatieontwikkeling van NBV. Ook mag ik vormingen volgen zodanig dat ik kan groeien in mijn werk. Onlangs was ik ook uitgenodigd op een feestje van de verantwoordelijke. Dat zijn allemaal zaken die plezier doen en je
Voorbereiding boekhouding: facturen voorzien van boekhoudkundige rekeningnummers, facturen ordenen, nummeren, inscannen. Mailingverantwoordelijke: je verzorgt alle uitgaande mailing, pakketten. Fietsersbond vzw, Eva Herrijgers , 02/502 68 51, info@fietsersbond.be. Talenkennis:
u Vrijwilliger Bike to Work
Beantwoorden van e-mails van de Bike to Workers, Database up to date houden, Assisteren bij acties zoals wedstrijden,… Verzorgen van alle uitgaande papieren mailings. Fietsersbond, Sabine Vermeiren, 02/502.68.51, sabine.vermeiren@fietsersbond.be. Talenkennis:
u Sportbegeleiders doorheen Brussel
De VGC-sportdienst zoekt vrijwilligers voor een gevarieerd aanbod: seniorengym, naschoolse sport, loopbegeleiding, G-sport begeleiders, mensen leren fietsen,... Laat van je horen! Sportdienst van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, Kevin Friant, 02/563 05 12, kevin.friant@vgc.be. Talenkennis:
u Motivés voor Chiro in de stad.
Studentenwerking: 4 dolle activiteiten voor studenten in BXL, StadsChiro: leiding in 1 van de 11 groepen, BINTproject:16-20j grieten opleiden tot animator . Bij Chiro Brussel vzw, Jill Marchant, 02/505 00 80, chirobrussel@chiro.be. Talenkennis:
u Nederlandstalige gesprekspartners gezocht Het Brussels netwerk voor Nederlandse taalstimulering organiseert conversatietafels in oa. Gemeenschapscentra. Als gesprekspartner modereer je gesprekken en stimuleer je anderstaligen tot praten. vzw Bru-taal Danielle Peeters, 02/501 66 90, info@bru-taal.be. Talenkennis:
1030 SCHAARBEEK
u Luisterend oor/oog gezocht
De DrugLijn zoekt mensen met een open houding, luisterend oor of vlotte pen voor het beantwoorden van mail en telefoon. Drugexpert hoef je zeker niet te zijn. Opleiding wordt voorzien. De DrugLijn vzw , Ellen Nies, 02/423 03 42, druglijn@druglijn.be. Talenkennis:
1050 ELSENE
u Leuke boetiekmedewerker
Tweemaal per maand, telkens donderdagvoormiddag, ontvangt onze kledingsboetiek klanten van de vluchtelingendienst. Jij ondersteunt twee dames met het sorteren van kleren en de klanten te helpen. Protestants Sociaal Centrum vzw. Jeroen Smets, 02 /500.10.18 of 0471/31.13.74, smetspsc@hotmail.be. Talenkennis:
u Buddynamic zoekt Buddy, dé vriendschapsgever!
Buddynamic is een project van CGG Brussel en maakt deel uit van Buddywerking Vlaanderen, dat vriendschappelijke contacten organiseert tussen vrijwilligers en mensen met een psychische kwetsbaarheid die het moeilijker hebben om aansluiting te vinden bij anderen in de samenleving. Om hun sociale isolement te helpen doorbreken zijn wij op zoek naar buddy’s! Meer info op brussel.buddynamic@uddywerking.be. Contact: Ellen Van Ighem, 0474/97 58 99, brussel.buddynamic@buddywerking.be. Talenkennis:
op een positieve manier, die ver.der gaat dan louter het vrijwilligerswerk, binden aan de organisatie.
Zou je andere mensen aanraden om vrijwilliger te worden? Carl: Ik doe dat nu zelf al regelmatig. Als mensen uit mijn omgeving met vervroegd pensioen gaan, veel alleen zitten en niet goed weten hoe hun tijd te besteden, dan vertel ik hen over de meerwaarde van vrijwilligerswerk. • Lisa Schouppe
WIL JIJ GRAAG VRIJWILLIGEN VOOR NETWERK BEWUST VERBRUIKEN? Neem dan contact op met Leen Waterschoot, 02/894 46 15, leen@bewustverbruiken.be
1060 ST-GILLIS
u Tienertaalhulpjes
Wij zijn een organisatie die met Brusselse tieners omgaat en dus ook aan huiswerkbegeleiding doet. Nederlandstalige en Engelstalige hulp is hierbij zeker welkom. Asbl Cifa vzw, Joséphine Puligheddu, 02/538 54 08, cifa@skynet.be. Talenkennis:
1070 ANDERLECHT
u Foodbanks
Hulp administratie en boekhouding liefst 2 dagen per week (kostenvergoeding). Bij Belgische Federatie van Voedselbanken, Herman Van Mol, 02/559 11 12, info@foodbanks.be. Talenkennis:
1080 MOLENBEEK
u Stadsverteller
Gepassioneerd verteller en een hart voor de stad? Neem jongeren mee door de geschiedenis, het heden en de toekomst van Brussel. Deel je enthousiasme en wordt gids bij Stapstad. Leidt jongeren tussen 8 en16 jaar rond door bekende en onbekende plekken in de stad. Stapstad bijn JES Stadslabo vzw, De Clercq Dominic, 02/411 68 83, stapstad@jes.be. Talenkennis:
1000-1210 (ALLE BRUSSELSE GEMEENTEN)
u Vrijwilligers in de palliatieve thuiszorg
Vrijwilligers in de thuiszorg maken zich een paar uur per week vrij om een luisterend oor, gezelschap te zijn voor een ongeneeslijk zieke persoon die begeleid wordt door de palliatieve thuiszorgequipe. Forum Palliatieve Zorg, Yanna Van Wesemael, 02/456 82 09, vrijwilligers@forumpalliatievezorg.be. Talenkennis:
VU: Veerle Leroy, Steenkoolkaai 9, 1000 Brussel
Carl: Ik vind dat niet alles in het leven met geld moet worden vergoed en vrijwilligerswerk leek mij een leuke manier om nieuwe mensen te leren kennen. Vroeger was ik professioneel actief in de financiële wereld. Het is enorm verrijkend om in een andere leefwereld te vertoeven. Hoewel het vooral de vacature was die oorspronkelijk mijn aandacht trok, ben ik door mijn betrokkenheid bij de organisatie en het lezen van boeken en documentatie over ecologie en bewust verbruiken, geïnteresseerd geraakt in het thema. Men zegt vaak dat organisaties de vruchten plukken van de ervaring die de vrijwilliger in zijn beroepsleven heeft opgebouwd. Maar eigenlijk leer ik vooral veel bij van deze organisatie. Ik werk samen met mensen die de gemiddelde leeftijd hebben van mijn kinderen. Zij gaan op een andere manier om met informatie en communicatie. Zij zien zaken totaal anders en dat vind ik enorm leerrijk.
om zaken op te zoeken binnen een bepaald project. Zo actualiseer ik momenteel de website www.ecoplan.be. Die website geeft allerhande informatie over vegetarische restaurants en tweedehandswinkels e.d. in Vlaanderen en Brussel. Ik heb destijds ook kranten en tijdschriften gecontacteerd om na te gaan of we een artikel konden publiceren over bewust consumeren. Ter voorbereiding heb ik een overzicht
BDW 1363 PAGINA 11 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Stomverbaasd vraagt het zwarte jongetje op zijn crossfi ets waar ik een foto van maak. Als ik vertel dat het voor een stukje in de krant is, schudt hij bedenkelijk zijn hoofd. “U moet naar de Koekelbasiliek gaan, die is pas mooi.” Onlangs was hij daar met zijn moeder en hij glimt nog van trots dat er vlak bij zijn buurt zoiets schitterends te zien is. Maar de rotonde, die is saai. In eerste instantie was het de naam die me hierheen lokte: de Vrijheidsrotonde. Maar wat heeft deze rotonde eigenlijk met vrijheid te maken? Een belangrijke rol bij de bevrijding heeft Ganshoren niet gespeeld, de geallieerden kwamen over de Ter-
bouwkundigen die de stad opnieuw uitvonden en haar bevrijdden van de nauwe straten, de donkere huizen, de onhygiënische omstandigheden. Hier heersen de CIAM-principes, de regels van de Congrès Internationaux d’Architecture Moderne: licht, lucht en ruimte. De fl ats zijn met gulle hand uitgestrooid, ze reiken meer dan twintig verdiepingen hoog en kijken aan de oostzijde uit over de stad en aan de westzijde over de natte hooilanden van Vlaanderen. Voor stedenbouwkundigen is het een prachtig ensemble, een maquette op reuzenformaat die zichtlijnen openlaat en grote bouwblokken subtiel afwisselt met strookjes laagbouw. Maar dat vergt een geoefende blik. De moderniteit is hier inmiddels sleets geworden: de bewoners verouderen, borden verbieden het betreden van de gazons, het naambordje van de rotonde is bedekt met een groene aanslag. Voor het jongetje op de crossfi ets is hier weinig te doen, licht en lucht leveren nog geen levendige stad op. Tijs van den Boomen
vurenlaan en om dat te gedenken is de rotonde er vernoemd naar veldmaarschalk Montgomery. Veel doden heeft deze gemeente evenmin te betreuren: op praats.be tel ik er tien,
van wie er acht in Ganshoren zijn geboren en getogen. De meesten zijn ver van huis omgebracht, in Dachau, Mauthausen, Buchenwald. De bevrijding die deze rotonde viert
lijkt een andere, namelijk de vrijheid van de moderniteit, van de steden-
Vlaanderen heeft de reputatie dat de rotondes er vol staan met bespottelijke beelden. Maar hoe zit het in Brussel? Voor BDW onderneemt de nederlandse rotondoloog Tijs van den Boomen de komende maanden een zoektocht naar de rotondes van de negentien Brusselse gemeenten. Welke spiegel houden ze ons voor?
© TiJS Van DEn BOOMEn
ROND BRUSSEL (12): GANSHOREN
www.brusselnieuws.be/rondbrussel
hEEMBEEKSE BiB in DE KOU
Dirk De Caluwé brengt het goede nieuws uit Kuregem
NEDER-OVER-HEEMBEEK – De Nederlandstalige bibliotheek van Heembeek was vorige maandag al een week dicht, maar de defecte verwarmingsketel – de oorzaak van de sluiting – zou nog deze week hersteld worden. “Dit nieuws verrast niemand,” zegt Bianca Debaets (CD&V), gemeenteraadslid in Brussel-Stad. De Nederlandstalige bibliotheek moest vorige zomer plaats ruimen voor het Franstalig onderwijs. De bib moest verhuizen en het aanbod inkrimpen. “Men wist dat de nieuwe locatie te klein en ongeschikt is,” DV zegt Debaets verbolgen.
Goed nieuws vinden in Kuregem, dat is de uitdaging die Dirk De caluwé weer aangaat met zijn tweede publicatie over Kuregem. Daarin geeft hij een nuchtere analyse van de wijk, met een paar positieve noten. Dirk De Caluwé had tot voor kort niets te maken met Kuregem of Brussel. Hij woont in Heist-op-den-Berg, maar begon zich na de hevige rellen in Kuregem voor de wijk te interesseren. “De media hingen een beeld van Kuregem op alsof er een strijd heerste tussen immigranten en politie. Toen ik de wijk kwam verkennen, zag ik dat de realiteit veel genuanceerder en complexer was.” Met de steun van tal van Anderlechtse organisaties bracht hij twee jaar geleden een brochure uit waarin hij de geschiedenis van de wijk uit de doeken deed. In zijn nieuwste publicatie Goed nieuws analyseert hij de huidige situatie. Die oogt allesbehalve rooskleurig. De keuze voor de titel geldt dan ook als een statement om tegen de mediastroom in te focussen op de lichtpunten in de wijk. De Caluwé gaat de harde cijfers geenszins uit de weg. Zo lees je in de brochure dat het gemiddeld inkomen in Kuregem meer dan de
helft lager ligt dan het Belgische gemiddelde. En hoewel de buurt ongeveer twintigduizend arbeidsplaatsen genereert, valt de lokale bevolking uit de boot en kampt Kuregem met een werkloosheidsgraad van veertig procent. “De bedrijven hebben hierin een belangrijke verantwoordelijkheid,” vindt De Caluwé. Daartegenover staan de talrijke initiatieven die genomen worden om de malaise te bestrijden: goedkope maaltijden, voedselpakketten, sociale hulpverlening en ook sociale economische initiatieven waarbij de lokale bevolking met een gesubsidieerd contract werkervaring kan opdoen. De brochure wordt rijkelijk geïllustreerd met foto’s van deze initiatieven. Toch moet ook De Caluwé vaststellen dat het dweilen is met de kraan open. Bruno Schols Kuregem 2: Goed nieuws, 48 p. met foto’s en kaarten, NL en FR versie. Bestellen (8,95 euro incl. verzending) op dirkdca@gmail.com of 0484-91.62.52, of voor 5 euro te koop bij onder meer GC De Rinck en de bibliotheek van Anderlecht, en bij Passa Porta en Standaard Boekhandel Brussel
Anderlecht > ‘Geïnteresseerde buitenstaander’ schrijft tweede boekje
aDVErTEnTiE
Proef ! INFODAG 2012
Zaterdag 22 september 2012, 14-18u in alle ateliers
1040 Etterbeek | Edouard de Thibaultlaan 2 | 02 7334551 1150 Sint-Pieters-Woluwe | Kleine Kerkstraat 12 | 02 7700624 info@rhok-academie.be | www.rhok-academie.be
BDW 1363 PAGINA 12 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Het (beschermde) Sint-Franciscuszwembad van Sint-Joost: na een grondige en dure renovatie in 2011 blijkt er door een lek 1.200 liter water per dag weg te stromen. Ondertussen is het bad nog altijd gesloten.
© IVAN PUT
Stad > Annemie Maes (Groen) over Brusselse zwembadenmalaise
‘Binnenkort cursussen droogzwemmen?’ BRUSSEL – Zwemmen in Brussel, het blijft een moeilijk verhaal. Al jaren is er een nijpend tekort aan zwemmogelijkheden. Nu bekendraakte dat ook het zwembad van Molenbeek voor minstens twee jaar dicht gaat, is voor Annemie Maes (Groen) het alarmpeil bereikt.
BDWOPINIE De negentien gemeenten tellen samen achttien zwembaden. Dat lijkt veel, maar het is te weinig voor de groeiende Brusselse bevolking, en zeker veel te weinig om alle scholen te kunnen bedienen. Het is al langer bekend dat de kinderen van de Franstalige scholen in Sint-Joost geen zwemlessen meer krijgen. Ook Nederlandstalige scholen gaan soms maar drie keer per jaar zwemmen. Dik onvoldoende voor een basiscursus zwemmen. Ouders die hun kinderen zelf willen leren zwemmen, voelen het nijpende tekort aan den lijve. En verschillende studies stellen het zwart op wit: leren zwemmen wordt stilaan een privilege. De situatie is dermate ernstig dat tal van Brusselse kinderen gewoonweg niet meer kunnen zwemmen. Uit studies blijkt dat het Brus-
sels Gewest over 10.051 vierkante meter zwembadoppervlakte beschikt. Als we de Bloso-norm van 0,014 vierkante meter per inwoner hanteren, dan zou Brussel 15.700 vierkante meter zwemgelegenheid moeten tellen: de helft meer, dus. Bovendien gaan de studies er gemakshalve van uit dat alle achttien zwembaden ook open zijn. De realiteit is helaas anders. Zo waren deze zomer maar liefst vijf van de achttien zwembaden gesloten. Het badcomplex van Laken, dicht sinds april 2012, zou ten vroegste weer opengaan in januari 2014. Ook het zwembad Longchamp in Ukkel en Triton in Evere zijn gesloten voor renovatie. Sint-Franciscus in SintJoost-ten-Node werd beschermd in 2009, maar bleek na renovatie een lek te ebben. Ook dit bad zou ten vroegste weer opengaan in 2014 – als alles meezit. Want we kennen ondertussen de saga van de jarenlang aangekondigde heropening van het zwembad Nereus in Ganshoren,
“Zwemmen wordt het golfen van de 21ste eeuw: alleen weggelegd voor wie zich een privéleraar of strandvakantie kan permitteren” Annemie Maes (Groen).
gesloten sinds 2002. Tien jaar! Tien jaar dat de talrijke scholen in de buurt moeten uitwijken naar Dilbeek of Ternat. Verbetering zit er niet onmiddellijk aan te komen. In Sint-JansMolenbeek krijgen ouders nu de boodschap een andere zwemclub te zoeken omdat dat bad in de zomer sluit voor renovatie. En ook gebruikers van het VUB-zwembad mogen uitkijken naar alternatieven: vermoedelijk in mei 2014 gaat dat gebouw voor een paar jaar dicht. Concreet betekent dit dat de veertig clubs en scholen die dit zwembad gebruiken, elders terecht moeten.
Vanwaar deze malaise? Een bewijs van slecht (gemeentelijk) bestuur of politieke onwil volgens de enen. Een gevolg van het Belgische en Brusselse institutionele kluwen volgens anderen. Want wat blijkt? Sportbeleid en dus zwemmen is een gemeenschapsbevoegdheid, sportinfrastructuur daarentegen hangt af van de gemeenten, intercommunales of de privésector en langs Franstalige kant is de bevoegdheid in Brussel overgedragen aan de Franse gemeenschapscommissie Cocof, de restauratie gebeurt via het federale Beliris met een bijrol van het Gewest... en de uitbating van de
zwembaden blijft in gemeentelijke handen. Volgt u nog? Het behoeft geen betoog dat de onderlinge samenwerking niet altijd op wieltjes loopt. Bovendien is zwembaden bouwen en beheren absoluut niet winstgevend. De renovatie van het VUB-zwembad wordt geschat op 3 miljoen euro. Hoe langer men wacht met renoveren, des te duurder het wordt en des te moeilijker het is om voldoende financiële middelen te vinden. De exploitatiekosten voor het openhouden van een gemiddeld zwembad bedragen grofweg een miljoen euro per jaar. In se zijn er geen zwembaden die rendabel zijn: er is jaar na jaar een tekort dat door de gemeenten (die chronisch in geldnood zitten) bijgepast moet worden. Om winst te maken met een zwembad zou men de toegangsprijs moeten vertienvoudigen. Daarnaast zijn er nog de stijgende energiekosten voor de opwarming van het water en het gebouw. Als het dossier in Ganshoren zo lang aansleept, dan komt dat niet alleen door de dure renovatie, maar ook door de vrees van de gemeente voor de kosten van beheer en onderhoud achteraf. Een pps-constructie (publiek-private samenwerking, red.) zoals in Vlaanderen dan? Weinig waarschijnlijk; zoiets werkt immers alleen als men er voldoende financiële return van kan hebben, en in het geval van zwembaden is dat niet evident, zeker als men de toegankelijkheid voor scholen en Brusselaars met een klein inkomen wil verzekeren. Het resultaat van het gebrek aan zwembaden is dat naar schatting een derde van de Brusselse kinderen op twaalfjarige leeftijd niet kan zwemmen, ondanks de eindtermen. Zwemmen wordt het golfspelen van de 21ste eeuw: alleen weggelegd voor wie zich een privéleraar kan permitteren of een strandvakantie kan boeken. Er is dus dringend een Brussels zwembadenplan nodig, waarbij alle betrokken partijen samenwerken aan een energievriendelijke renovatie én afspraken maken over een gezamenlijk beheer. Energiekosten kunnen bij een slimme renovatie sterk gereduceerd worden door doordachte isolatie, efficiënte verwarming en terugwinning van ventilatiewarmte en warmte uit douchewater. En tot slot: graag ook een klantvriendelijke uitbating met zeer ruime openingsuren! Een blik op de openingsuren van de Brusselse zwembaden toont dat er op z’n zachtst ruimte voor verbetering is: de meeste sluiten al om 19 uur en zijn een van beide weekenddagen dicht. Het zwembad van Sint-Joost was een paar jaar geleden zelfs tijdens een warme zomermaand gesloten, op een moment dat ze de meeste bezoekers – en inkomsten – zouden hebben! Eenvoudige oplossingen zijn er niet. Er zullen altijd zware kosten mee gemoeid zijn. Toch is één ding duidelijk: de behoefte aan zwemgelegenheid 365 dagen per jaar is zeer groot. We zijn het aan onze jeugd verschuldigd. Annemie Maes, Brussels parlementslid Groen
BDW 1363 PAGINA 13 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
BDWOPINIE
BRIEVEN VAN LEZERS lezersbrieven@bdw.be Grote Markt
zullen spelen. Dit laatste geldt ook voor de Franstalige 65-plussers.
Is het u ook al opgevallen dat er, behalve in het kerstseizoen en de Disneyachtige lichtshow dan, sinds vorige zomer bijna geen verlichting meer is op de Grote Markt en dat vooral het ‘vuurbaken’ – de toren van het stadhuis – niet meer verlicht wordt? In september 2012 werd mij door de Stad Brussel nog verzekerd dat er vanaf eind oktober weer verlichting zou zijn. Begin januari was het antwoord op een nieuwe vraag alweer veel voorzichtiger, “misschien in het voorjaar, maar zeker voor de zomer.” Zou BDW eens een onderzoek kunnen doen naar de reden voor deze vertragingen? Ondertussen ligt de Grote Markt er nogal triest bij en wordt de culturele erfenis zeker niet in het juiste licht gepresenteerd. Albrecht Strecker, Brussel
Schepen in Woluwe en Rand Elke maand krijgen de inwoners van Sint-LambrechtsWoluwe met Magazine de la commune een pracht van een glossy in de bus, met allerlei weetjes over het wel en wee van de gemeente. Bij de vijftig glamoureuze bladzijden met een éditorial van de burgervader, kleurrijke foto’s over merkwaardige persoonlijkheden, activiteiten, festiviteiten: samen tientallen pagina’s Franse tekst, achteraan deels vertaald naar het Nederlands. Opvallend voor het nummer van januari is de uitvoerige, fotogenieke voorstelling van het nieuwe schepencollege, dat zijn diensten zelfs buiten de gemeente aanbiedt. Nieuw is inderdaad de échevin supplémentaire ofte ‘bijkomende schepen’. Zou dat misschien de fameuze Nederlandstalige schepen zijn aan wie de gemeente een forse subsidie verdient? Zou kunnen, maar zijn opdracht is er wel een om fier op te zijn: ‘Betrekkingen met de Franstaligen in de Rand’. Is hij daarmee een hulpje van de Vlaamse regering in de mate dat hij de Franstaligen in de Rand zal helpen Nederlands te leren? Misschien heeft een gemeentelijk mandataris buiten zijn gemeente geen bevoegdheid, maar als hij Franstaligen in de Rand Nederlands wil leren, oké dan maar – of heb ik het niet goed begrepen?
Werner Dufraimont, Sint-Lambrechts-Woluwe
MIVB en 65-plussers Wij, ouderen, vragen ons af wat er gebeurt bij de MIVB. De Brusselse Vlamingen van 65+ hebben vernomen dat Brigitte Grouwels (CD&V) en Adelheid Byttebier (Groen), bevoegd minister en voorzitster van de raad van bestuur van de MIVB, de oorzaak zijn van het afschaffen voor ons van het gratis gebruik van de trams en bussen van de MIVB in Brussel. (De oudjes gebruiken gewoonlijk bus of tram buiten de spitsuren en voor kleine afstanden.) Zij verplichten de 65-plussers tot een betaling van 60 euro per persoon (dus 120 euro voor een koppeltje, hetzij 4.800 oude Belgische franken, af te trekken van hun pensioentje). Een schandaal. De TEC (Waalse vervoersmaatschappij, red.) zou maximaal 37 euro voorstellen. Misschien zou het uiteindelijk beter uitkomen voor de Vlaamse Brusselaars dat Wallobrux er komt, gezien de manier van handelen van de ‘Vlaamse Gemeenschap’ in Brussel. Laten we niet vergeten dat het grootste deel van de echte Brusselse Vlamingen 65-plussers zijn en dat de verkiezingen van 2014 een grote rol voor Brussel
Adolf Baes, Elsene
Grote Orlans ‘Gentse grootheid’, de column van David Steegen op 24 januari (BDW 1362, p. 23), heb ik met grote interesse gelezen. Voor Richard Orlans zal de wedstrijd tegen Hongarije zeker de meest memorabele geweest zijn. De vreemdste wedstrijd zal evenwel die zijn geweest die hij op 16 december 1962 speelde, als doelman tegen Daring C.B. Anderlecht beschikte toen over drie keepers (Fazekas, Trappeniers en Versini), maar geen van hen was die dag beschikbaar. Orlans was de noodoplossing. Daring had in zijn voorlijn de zo gevreesde André Assaka (een soort Ibrahimović); toen de samenstelling van de ploegen door de luidsprekers werd meegedeeld, vroeg ik me af wat voor een pandoering ons te wachten stond. Maar welnee, Richard leverde een knappe prestatie en Anderlecht versloeg Daring met 2-1. Zou een van de sterren van het huidige team, in dezelfde omstandigheden nog, als redder in nood willen optreden? Zij die het soms moeilijk hebben om een plaatsje op de bank met de glimlach te aanvaarden?
Marcel Asseau, Valenciennes (Frankrijk)
Altijd weer wat Het is me weer wat. Het is weer voor botjes met een degelijke ribbelzool, mottig, maar kom. Want de stoepen zijn niet sneeuwvrij, daar moet de burger zelf voor zorgen. Welke burger? Die van het eerste, het tweede of het achtste? De conciërge? Die is al twintig jaar terug naar Portugal, als ze nog leeft, begot. Ik glibber naar de eerste oversteek op place Rochefort, een glijbaan, naar de stoep rond het park, een ijspiste, en steek over naar de bus en tramhalte, voor ons gereserveerd door de MIVB, een smal en nu ook hobbelig sneeuwparcours, spekglad. Daar komt bus 48 ten slotte aangesukkeld, gekneld tussen auto’s, en scheef van het volk. Ik stap uit de bus en hobbel voort, over een brug tussen Kapellekerk en Albertina, waar geen kat kan wonen om een stoep te vegen, over, weer, een spekglad voetpad. Geen gemeente-, stads- of gewestdienst kan zich daarmee bezighouden. Al die mensen die soms iets doen met een bezem en kar, zijn nu technisch werkloos, want het vuil is ondergesneeuwd, en het zout is te duur. Zout is er voor de auto’s, en wij zijn maar mensen. Ik overweeg een werkongeval.
Birgit Cachet, Vorst
Correctie: bus 45 Vorige week (BDW 1362, p. 9) schreven we dat bus 45, Sint-Vincentius - Roodebeek, voortaan ook op zondag rijdt. Dat was zo gemeld op de website van de gemeente Evere. De bus zal pas op 24 februari voor het eerst op zondag rijden. Onze excuses.
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw.be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
Aan de andere kant door Anne Brumagne De afgelopen weken trokken twee van onze journalisten, Christophe Degreef en Danny Vileyn, de Brusselse straten op. Het was hen al een tijdje opgevallen hoeveel verwarde en eenzame mensen er ronddolen. Het lijkt alsof het aantal daklozen met mentale problemen toeneemt. “Men spreekt vaak van ‘gekken’, maar wie op zoek gaat naar gekken, die komt vaak gewone mensen tegen,” stelden ze vast. Net als Brussels OCMW-voorzitter Yvan Mayeur vragen ze zich tijdens hun tocht af wat oorzaak is en wat gevolg. Zijn er eerst de depressies, de drugs en de drank waardoor mensen ‘aan de andere kant van de barrière terechtkomen’, of is het omgekeerd? In winterperiodes is de opvang van daklozen altijd een actueel thema. Met de bijtende koude van de afgelopen weken was dat weer het geval. De voorbije jaren waren er altijd problemen om voldoende bedden te regelen, met schrijnende beelden van mensen die ’s avonds niet wisten welke kant op te gaan, en met geruzie tussen politiek verantwoordelijken over wie nu precies dat bed moest regelen, en wie moest zorgen voor vervoer naar dat bed. Dit jaar is de winteropvang wél goed verlopen. Zowel de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (de ministers Grouwels en Huytebroeck) als de federale overheid (staatssecretaris Maggie De Block) trok tijdig voldoende budget uit. Over logistieke problemen werd niet bericht. Die goede aanpak toont aan dat er, zelfs met versnipperde bevoegdheden, doeltreffend kan worden gehandeld. Maar winteropvang is slechts een deel van het daklozen- en armoedeprobleem, getuige ook onze reportage. De structuren die voor Brussel zijn uitgetekend voor de daklozenopvang in al zijn aspecten, zijn bijzonder complex. SP.A-parlementslid Elke Roex twitterde onlangs een foto die ze had gemaakt van het schier onbegrijpelijke schema van de bevoegdheidsverdeling voor Brussel: een schema met kleurtjes en vakjes, vakjes binnen vakjes, pijltjes met volle lijnen die van de ene instantie naar de andere verwijzen, en pijltjes met stippellijntjes. Hoe er een coherent beleid kan worden gevoerd op basis van zo’n kluwen, is een raadsel. En wie is dan verantwoordelijk, vroeg Roex zich af. Zo’n ingewikkelde constructie vraagt inderdaad om een drastische vereenvoudiging en om een betere bundeling van krachten. Er zijn voldoende financiële middelen nodig, want de problemen op het terrein blijven immens. In geen geval kan de huidige crisis een excuus zijn om te besparen op zorg en opvang voor de kwetsbaarsten in de samen leving.
EVA HILHORST
© DANIEL VAN STEENBERGHE
BDW 1363 PAGINA 14 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
© AN DEVROE
‘Liefdadigheid’ op weg naar HUIS BRUSSEL – Het zeventiendeeeuwse marmeren beeld ‘Caritas’ van Jan Van Delen is voor het eerst in 218 jaar terug in de stad, maar gaat nog niet meteen terug naar zijn oorspronkelijke plek. Vóór de terugkeer naar de Zavelkerk maakt het eerst nog een tussenstop in het Museum voor Schone Kunsten. Op de kunst- en antiekbeurs Brafa was afgelopen week voor het eerst sinds de Franse revolutie opnieuw het historische werk ‘Caritas’ van Jan Van Delen te zien. Het Erfgoedfonds van de Koning Boudewijnstichting toonde het beeldhouwwerk nadat het het vorig jaar kon aankopen bij Christie’s in Londen. Het beeld stond oorspronkelijk in de grafkapel van de beroemde postmeestersfamilie Thurn und Taxis in de Brusselse Zavelkerk. De allegorische compositie werd in 1794 door de revolutionairen geconfisqueerd en naar Parijs gebracht, waarna men het spoor bijster raakte. Tot de eigenaar van een gebouw in Parijs, waar het beeld blijkbaar sinds 1930 in de hal stond, ermee naar Christie’s stapte. De Koning Boudewijnstichting kocht het voor 450.000 euro aan om het op zijn oorspronkelijke plaats te kunnen zetten. De familie Thurn und Taxis heeft twee kapellen in de Zavelkerk. Rechts de kapel van de heilige Marculf, links de kapel van de heilige Ursula, waar het beeld van Van Delen oorspronkelijk stond. Voor het daar teruggeplaatst wordt, wil de kerkfabriek eerst nog een lichte restauratie aan de Ursulakapel doorvoeren en beveiligingsmaatregelen nemen. In de tussentijd gaat het beeld naar de Musea voor Schone Kunsten, waar er tegen de zomer bijzondere aandacht aan zal MB worden besteed.
ADVERTENTIE
Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap
✆ 0800-15045
alle werkdagen van 9 tot 12u30, maandag, dinsdag en donderdag van 13 tot 15u30
Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be
Premetrostation Sint-Gillisvoorplein: één woord zegt meer dan duizend woorden.
Poëzie > Speuren naar punten en komma’s op straat
Dichter dan je denkt BRUSSEL – Je oog moet erop vallen, of je moet het al weten (uit de krant...), en dan zie je ineens de rijmsnoeren in de stad, en de gedenkplaten die getuigen waar dichters het licht zagen, verlangzaamden, of zich onmogelijk maakten.
I
n Schaarbeek is er een Dichtersgaarde: de gemeente telde blijkbaar te veel dichters en niet genoeg straten. Maar verder kom je nogal wat te weten als je al de gevelplaten zou lezen, of – een goed alternatief – Les Écrivains dans la ville van Gilbert Stevens (verschenen bij CFC-Éditions in 2010). Georges Rodenbach rust op de begraafplaats van Père-Lachaise, maar in de Berckmansstraat 93 in Sint-Gillis schreef hij La jeunesse blanche. Het geboortehuis van de naar de Provence uitgeweken dichter Norge staat in de Jennartstraat 14 in Molenbeek. Hij was in 1931 de stichter van het nog altijd levensvatbare Journal des poètes voor hedendaagse in-
ternationale poëzie. Het huis van onze nationale trots, ‘poëzieprins’ Marcel Mariën, kun je in Anderlecht nog altijd gaan bezoeken aan de Nellie Melbalaan 14. De surrealistische dichters trokken alle taalregisters open, Marcel Mariën in de André Van Hasseltstraat 39 en Louis Scutenaire in de Luzernestraat 20 in Schaarbeek, en in de Brusselse Groot-Eilandstraat 36 – ‘Sans dieu sans maître sans roi et sans droits’ – E.L.T. Mesens. Grote Franse dichters kenden een Brusselse passage, zoals Victor Hugo, op de Grote Markt (26-27) en op het Barricadenplein 4, waar zijn echtgenote elke woensdag een souper gaf. Charles Baudelaire was er te gast, maar hij
Poëzie in de straat kan subtiel ontwrichtend werken
deed achteraf zijn beklag over alles en iedereen in het huis. Hugo – die zichzelf, zoals op de gevel staat, als ‘le frère de tous les hommes et l’hôte de tous les peuples’ beschouwde – contrasteerde met Baudelaire, die door dat Belgen-
© AN DEVROE
BDW 1363 PAGINA 15 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Norges geboortehuis in Molenbeek.
Nogmaals Périer.
© AN DEVROE
Odilon-Jean Périer aan Ter Kameren.
Visioenen van Jacques Brel aan de Kunstberg.
© AN DEVROE
‘La preuve’: uitlaatkleppoëzie vlak bij het Goudblommeke in Papier.
‘La risa es un arma defensiva’ van Chantal Maillard langs de muur van de begraafplaats van Elsene.
de stad te kijken op hún manier, waarna hun gedichten(cycli) een Brusselse wijk weer wat meer open trekken. Op de Koolmijnen- en Henegouwenkaai zijn de verzen van de Rus Jevgeni Boenimovitsj in het trottoir verwerkt, sporen in vier talen die de sneeuw soms weer even uitwist. Op het drukke Montgomeryplein lijkt de reddersstoel van Peter Weidenbaum, met aan de voet een gedicht van de Poolse Ag© AN DEVROE
volkje zijn waanzin juist zag aangewakkerd. Spotverzen schreef hij erover in het voormalige Hôtel du Grand Miroir aan de Bergstraat 30-32, aan de voet van Sint-Goedele. De plaat aan de Brouwersstraat 1 in Brussel, op de plaats van het vroegere hotel À la Ville de Courtrai, herinnert dan weer aan het schietincident tussen Paul Verlaine en Arthur Rimbaud op 10 juli 1873. De Engelse dichter Lord Byron verbleef in 1816 maar enkele dagen in de Hertogstraat 51 aan het Warandepark, genoeg om herdacht te worden met een gevelplaat. Zoals zovele andere Engelse toeristen kwam hij Waterloo bezoeken, waar Napoleon verslagen was.
Den iene zaiget zoe... In het metrostation Merode zijn verzen van Roland Jooris in de muurschilderingen van Roger Raveel opgenomen, wegens onvertaalbaar dan maar alleen in het Nederlands: ‘koren nog altijd / koren: een woord / met een landschap / ernaast’. En in het premetrostation Sint-Gillisvoorplein vind je onder andere William Blake en ‘Minha pátria é a língua portuguesa’-Fernando Pessoa, veel punten en komma’s, en twee goedgemutste Algerijnen. Dichtkunst heeft niet zo’n herkenbare vindplaatsen als de beeldende kunst in de metro, maar Vers Brussel – Poëzie in de stad van Passa Porta is ermee bezig. Het project nodigt dichters van over heel de wereld uit om naar
Koolmijnenkaai: straatpoëzie in het Russisch, Arabisch, Frans en Nederlands.
nieszka Kuciak, uit te nodigen om eens uit te zoomen op je leven. Subtiel ontwrichtend werken ook de straatnaamborden met gedichten van Miriam Van hee in de Mutsaardwijk en de palen met poëzieborden van de Marokkaan Abdellatif Laâba in het parkje aan de Huart Hamoirlaan in Schaarbeek (maar van die laatste hebben vandalen intussen gewoon ontwricht gemaakt. Het blijft een oud zeer; het gedicht van Jan van Nijlen op het station van Kalevoet hield het amper zes maanden uit). De hoge muren rond de begraafplaats van Elsene lijken ondertussen wel wat vriendelijker dankzij de woorden van de Spaanse dichteres Chantal Maillard. Ze zijn zelfs vertaald naar pictogrammen die gebruikt worden in La Forestière, een naburig dagcentrum voor mensen met een mentale beperking. Ook het Dinantpleintje in Brussel-centrum is omheind, door regels van Geert van Bruaene – zijn Goudblommeke is vlakbij – en andere dartele geesten zoals Paul en Jean-Marie Bourgoignie en Jean Dumortier: ‘Den iene zaiget zoe en de andere zaïget anders en zémme alletwie gallaik’ ofte ‘Être vivant, c’est là une excellente raison de vivre’. Even verder, op de muur van de Koninklijke Bibliotheek op de Kunstberg, vind je tot dan toe (2003) onuitgegeven lyriek van Brel: ‘Et la place de Brouckère / Aux serpents de néon / Inscrit rouge dans le ciel / Sur les nuages le nom
de Bruxelles’. De tekst van Brels overbekende ‘Madeleine’ is op het Henri Reyplein in Anderlecht gebeiteld. Tram 33 en frieten ‘chez Eugène’, ze maakten deel uit van het buurtleven dat Brel hier negen jaar meemaakte. Woorden van de jonggestorven Brusselse dichter Odilon-Jean Périer zijn terug te vinden op het eind van de Louizalaan, waarvan hij een zijstraat bewoonde, tegenover Ter Kamerenbos. In 1949 werd een geheel van een bank met een fonteintje voor hem opgericht. Sinds een aantal jaar is het ontwerp van de architecten Houyoux en Diongre heropgebouwd en lees je: ‘Je t’offre un verre d’eau glacée / N’y touche pas distraitement / Il est le prix d’une pensée / Sans ornement’. Rijkelijk verspreid zijn ook de al dan niet met verzen versierde bustes en standbeelden van dichters, zoals Marnix Gijsen, Émile Verhaeren, Emanuel Hiel, Jean-Baptiste Houwaert, Nestor de Tière, Aleksandr Poesjkin en vele andere taalvirtuozen, zoals Winston Churchill, van wie werd gezegd dat hij zelfs de Engelse taal mobiliseerde en de strijd in joeg. Op een zijgevel van het Brusselse stadhuis, in de Guldenhoofdstraat, staat het beeld van de Middelnederlandse dichter Hein van Aken. Vrienden maak je vandaag met een muisklik, toen deed je wat meer moeite: ‘Vrient die wart langhe ghesocht, / Selden vonden, schiere verwrocht’. An Devroe
BDW 1363 PAGINA 16 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Muziek > Het Collectief speelt in prestigieus Bozar én in sociale restaurants
‘Wij zijn een perfecte minidemocratie’
Het Collectief heeft zijn naam niet gestolen: meer dan welke andere bezetting ook is dit een kamermuziekgroep waarin elke musicus een gelijkwaardige rol vervult. Dieltjens omschrijft zijn ensemble als ‘een ideale minidemocratie’. “Om stoerdoenerij of klankmassa gaat het nooit in de muziek die wij spelen. De componisten die voor onze bezetting schreven, doen er alles aan om zoveel mogelijk te zeggen met zo weinig mogelijk middelen.” In de bewerking die Anton Webern maakte van Arnold Schönbergs ‘Erste Kammersymphonie’, staat inderdaad geen noot te veel. Daarbij komt dat Schönberg in deze muziek de toenmalige muziektaal duchtig dooreenschudde. De luisteraar weze gewaarschuwd. Eenvoudig is deze muziek zeker niet. Toch geeft de componist ons ook houvast. “Schönberg zegt dan wel de vertrouwde harmonie vaarwel, maar hij blijft een hyperromanticus,” relativeert Dieltjens. “De luisteraar wordt bovendien geholpen door de transparante klank
© HELENA.BE
BRUSSEL – Toptalent van eigen bodem: het Brusselse ensemble Het Collectief mag op 6 februari zijn eerste concert in de prestigieuze kamermuziekreeks van Bozar spelen. “Met Schönberg, Stravinsky en Ives kozen we resoluut voor ons kernrepertoire,” zegt Thomas Dieltjens, de pianist van het kwintet.
Het Collectief: fluit, klarinet, viool, cello en piano zijn gelijkwaardig.
van ons ensemble. De combinatie van onze vijf herkenbare instrumenten fluit, klarinet, viool, cello en piano geeft een doorzichtige klank.” Behalve van Schönberg brengt Het Collectief ook werk van andere twintigste-eeuwse modernisten zoals Igor Stravinsky en Charles
Ives. “De Amerikaan Ives is een wel heel bijzonder iemand,” benadrukt Dieltjens. “Hij
werkte in het verzekeringswezen en hoefde dus niet rijk te worden van zijn composities. Zijn oeuvre is minstens zo baanbrekend als dat van Schönberg of Stravinsky. Leuk voor de luisteraar is dat hij het ook kruidt met een vleugje Amerikaanse folklore. Je voelt ook dat hij zichzelf goed kon relativeren. Zo is het tweede deel van het pianotrio dat we van hem spelen, een persiflage op een uit de hand gelopen studentencantus.” De mannen van Het Collectief kleuren graag buiten de lijntjes. Met hun trouwe voorkeur voor twintigste-eeuws modernisme zijn ze al een buitenbeentje in het muzieklandschap. Maar ze maken nog meer eigenzinnige keuzes. Zo engageren ze zich in Escapades. Dieltjens is daar vol van. “Escapades brengt muziek op plaatsen waar mensen niet met hun volle goesting zijn. Onlangs speelden we een concert in een sociaal restaurant in hartje Kuregem. Als de normale concertconventies wegvallen, ligt de weg naar een wel heel diepmenselijke muzikale communicatie open. Het is soms ronduit ontroerend wat mensen je na zo’n concert komen vertellen.” Elise Simoens
Het Collectief, 6 februari om 20 uur in het Conservatorium, Regentschapsstraat 30, 1000 Brussel. Meer op www.bozar.be en www.hetcollectief.be. Over Escapades: www.mpfb.org
ADVERTENTIE
BDW 1363 PAGINA 17 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
© BBC
TELEX VADROUILLE Mylène Farmer eerste KlEpper van Paleis 12
Praat
Boeken branden in de boekenclub Bijgewoond: Bozar Book Club met Stefan Hertmans over Gloed van Sándor Márai. (Volgende Book Club over In ongenade van J.M. Coetzee op 23 april; www.bozar.be.)
achteraf
Een goed boek lezen is fijn, maar een goed boek herlezen en bestuderen is nog fijner. Na de laatste zin terugkeren naar het begin, en nog eens opnieuw de kamers binnenlopen die in het boek beschreven staan, om ze nu eens wat grondiger te bekijken, en om alle gesprekken te herbeluisteren in het licht van wat achteraf allemaal gezegd is. Je kunt dat in je eentje doen, maar ook in groep: in een boekenclub waar de gespreksleider en de opgetelde bijdragen van de deelnemers een grondige analyse garanderen. Sinds vorig seizoen bespreekt de Bozar Book Club boeken in verschillende talen. Wat een voorrecht om met Stefan Hertmans een boek te bespreken in de Bertouille-rotonde van het Paleis voor Schone Kunsten, samen met zo’n vijftig gelijkgestemde onbekenden, die als enige identificatiebewijs datzelfde boek op hun schoot hebben liggen. Twee uur duurt de sessie, waarvan Hertmans het grootste gedeelte het woord neemt om de weg te wijzen, sleutelpassages voor te lezen, achtergrondinformatie te leveren en beargumenteerde suggesties te doen met betrekking tot de interpretatie. Deelnemers die dat wensen, kunnen te allen tijde, maar in de praktijk vooral tijdens het laatste uur, de discussie voeden. In dit geval ging de discussie over de roman Gloed van Sándor Márai (1900-1989), het perfecte boek voor zo’n club. Het heeft geen spectaculaire plot, maar het is moeilijk om er niet van te houden. In een krantenartikel over Márai uit 2006 dat nog in mijn boek stak, staat zelfs dat het boek “ideale gesprekstof bleek voor de leesclubs die eenzame lezers de afgelopen jaren bij bosjes gingen opzoeken.” Márai was een Hongaar die moest emigreren voor de nazi’s en daarna de Sovjets, en uiteindelijk nagenoeg vergeten zelfmoord pleegde in de VS. In Gloed uit 1942 beschrijft hij op onnavolgbare wijze de tanende luister van het late Habsburgse Rijk als achtergrond voor het verbale duel dat twee bejaarde mannen uitvechten, 41 jaar nadat er een bruusk einde kwam aan hun vriendschap. Het is zoals Hertmans zei, een roman waarin elke zin weloverwogen is, en waarvan de lagen als van een ui moeten worden afgepeld tot het laatste hoofdstuk. Het
is een boek over vriendschap, over ontrouw, muziek, standenverschillen, leven en dood, kunst en burgerlijkheid, en – als u het ons vraagt – in de eerste plaats over passie. Een wonderlijk moment in de bespreking was dat waarop plots een vrouw opstond die zich kenbaar maakte als de Nederlandse vertaalster van het boek. Ze mengde zich in de discussie over de vrije vertaling van de oorspronkelijke titel. Gloed was een begrijpelijke keuze: de letterlijke vertaling zou ‘De kaarsen branden af tot op het stompje’ luiden. De twee titels beklemtonen een ander aspect van hetzelfde verschijnsel. Gloed (van vuur, kachels, koorts, licht, verliefdheid) is een motief in de roman dat tegelijk een metafoor is voor passie. Terugblikkend op het leven is die ondefinieerbare ‘gloed’ het enige wat er echt toe doet. Maar passie heet niet voor niets ‘allesverterend’ te zijn, dus wat na de gloed overblijft aan het einde van het leven, is inderdaad het stompje van de kaars. Volgens de vertaalster speelde Márai in dat verband ook met de woorden voor ‘omhelzen’ en ‘dood’, die in het Hongaars nagenoeg hetzelfde klinken. Dit klinkt misschien allemaal vrij klef voor een buitenstaander die het boek niet gelezen heeft, terwijl de roman juist een virtuoze constructie is, die met zo’n zinnelijke bravoure is geschreven dat hij ook het hart van de lezer doet gloeien. Volgens mij is een van de subteksten van deze roman trouwens dat het ‘geheim’ van de kunst, het object van de passie van de kunstenaar en de kunstliefhebber, ondefinieerbaar is, en misschien niet eens bestaat. We kunnen ons alleen warmen aan de kortstondige gloed die kunst veroorzaakt. Daarom was dit ook zo’n geschikt boek voor een boekenclub, waarvan de toegangsdeur toevallig gemarkeerd was met een kaars. Twee uur lang hebben we ons enthousiast kunnen warmen aan fragmenten en interpretaties die het vuur deden oplaaien. Tot er geen gesprekstof meer overbleef. Tot het hele boek, net zoals het dagboek-zondergeheim waarvan in het boek sprake is, door de vlammen was verteerd. Daarna was het op, en mensen die er niet bij waren, kunnen we onmogelijk laten delen in de gloed. Dat is een belangrijke les in de strijd tussen burgerlijke orde en de ordeverstorende kunsten: omdat dat wat haar gloed veroorzaakt, onbenoembaar is, sluit kunst inderdaad uit wie haar niet mee consumeert. Michaël Bellon
Velt-guerrilla op een winterse zondag BRUSSEL – Velt-Brussel heeft voor de maand februari weer een hele reeks activiteiten in petto: van groene guerrilla tot urban farming. Op zondag 10 februari tussen 14 en 16 uur organiseert Velt een groene guerrilla-actie aan het Weststation. Het is nog te vroeg om te zaaien en te planten, en dus zal er vooral opgeruimd en schoongemaakt worden. Het is de bedoeling om later op die plekken bijenbloemen te zaaien en fruitplantjes te planten, zodat er vanuit de langsrijdende metro’s een kleurrijke bloemenzee te zien is. Op donderdagavond 21 februari is er in het
gemeenschapscentrum Elzenhof in Elsene een opleiding tegeltuinieren. Frans De Smedt leert hoe je op een eenvoudige manier straten en gevels kunt verfraaien met planten. Ten slotte houdt Velt-directeur Jan Vannoppen op dinsdagavond 26 februari in het Ukkelse Urban Ecology Center een workshop rond urban farming in New York. Onderzocht wordt welke initiatieven ook in Brussel zouden kunnen. Meer informatie en inschrijven op veltbrussel@gmail.com of www.velt.be/brussel. HUB
Theater > Endewolf speelt Gerrrrrrrda
Peeke en erwtje vinden elkaar BRUSSEL – Het Brusselse gezelschap Endewolf heeft een nieuwe jeugdtheatervoorstelling klaar. Na het sprookjesachtige Grrrrrrr en het filosofischer Nachtgedachten is er nu het schilderachtige Gerrrrrrrda. Gerrrrrrrda is een erwt, maar wel een bijzondere, want waar erwten zich graag in groep ophouden, is Gerrrrrrrda helemaal alleen. De verveling slaat toe, tot de erwt komt aanrollen bij Willy, een wortel. “Willy is recht en oranje en Gerrrrrrrda rond en groen,” weet An Vandevelde uit goede bron, want ze is de regisseur van het stuk. “Ze hebben ook twee heel verschillende persoonlijkheden. Willy is rechtlijnig en heel gestructureerd en georganiseerd, terwijl Gerrrrrrrda los, creatief en impulsief is.” Endewolf inspireerde zich voor de voorstelling op bekende duo’s met contrasterende karakters, zoals Tom & Jerry, Shrek & Donkey, den Dikke & den Dunne en zelfs Dr House & Dr Wilson. “We stellen ons de vraag hoe het komt dat het tussen heel verschillende mensen toch kan klikken, zonder tot de moraal te komen dat iedereen zomaar goede vriendjes van elkaar moet zijn. Het kan wel gebeuren dat je bepaald gedrag van de ander gaat overnemen en zo een manier vindt om samen te werken.” Endewolf vertelt dat verhaal niet met woorden (er komen hooguit zes kreten genre ‘Oei’ en ‘Ah’ in het stuk voor), maar doet het met verf. Vandevelde: “We gebruiken een groot canvas van drie op zeven en heel veel verf. Willy is van beroep huisschilder, maar Gerrrrrrrda is
© ENDEWOLF
Bozar Book Club: warm u aan de kortstondige gloed van kunst.
Wat ook vastligt, zijn drie voorstellingen van de musical Robin des Bois in mei 2014. Die maand treedt in Paleis 12 ook het Tokyo Ballet op, met werk van Maurice Béjart. Paleis 12 is een initiatief van de Stad Brussel. Die besloot vorig jaar om een van de Heizelpaleizen te verbouwen tot een state-of-theartzaal voor concerten, sport- en familie-evenementen en congressen voor vijftienduizend man. Exploitant is de vzw Tentoonstellingspark, eigenaar van de Heizelpaleizen. HUB
LAKEN – Drie avonden Mylène Farmer: dat wordt het eerste grote event van Paleis 12, de nieuwe concert- en evenementenzaal die over enkele maanden opengaat op de Heizel. Paleis 12 gaat pas half juni open, maar de organisatoren zijn nu al volop bezig met de programmasamenstelling. De eerste grote klepper wordt Mylène Farmer, die op 13, 15 en 16 november optreedt met haar Timeless 2013-tournee. Bijna alle kaartjes, die variëren van 65 tot 140 euro, zijn al de deur uit.
natuurlijk iets expressiever dan hij. Er wordt dus wel wat gekliederd. We werken redelijk abstract, maar we merkten op de try-out al dat de kinderen het verhaal bijna helemaal opnieuw kunnen vertellen op basis van wat op het doek geschilderd wordt. De personages laten hun sporen na op het canvas, maar ook op elkaar.” De actrices Els Lenaerts en Ilse Roman spelen en smokkelen ook wat slapstick in hun spel, zodat het geheel een mix van humor en poëzie wordt. Componist Michiel De Malsche schreef de muziek, waarin ook contrasterende invloeden van oriëntaalse en westernmuziek te horen zijn. MB Gerrrrrrrda (4+) van Endewolf, op 3 en 4 februari bij Bronks (uitverkocht!); 13 februari om 15 uur in De Westrand, Dilbeek; 25 en 26 februari om 14 uur in Hof ten Hemelrijk, Opwijk. Meer op www.endewolf.be
BDW 1363 PAGINA 18 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
KUNSTIGE AFGIETSELS
ADVERTENTIE
EEN FOTOREPORTAGE VAN JO VOETS
BDW 1363 PAGINA 19 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
BRUSSEL – De afgietselwerkplaats van de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis werd opgericht in de negentiende eeuw, tijdens de heerschappij van koning Leopold II. Het atelier beheert een collectie van ongeveer vierduizend gietvormen van kunstwerken, van de prehistorie tot de achttiende eeuw. Gespecialiseerde vaklui maken elk afgietsel volgens oude technieken, zowel bij het gieten als bij het patineren. Yoann Van Ussel aan het werk.
Romulus en Remus krijgen een gulden laagje van Virginie Bolle.
ADVERTENTIE
F VANA
2013 ING . B E V 2F ETGE W E W = NIEU WE NIEU TINGEN LICH VERP
BRENG HET BEHEER VAN UW BEDRIJFSAFVAL IN ORDE. NEEM SNEL CONTACT MET ONS OP! VERTROUW HET BEHEER VAN UW BEDRIJFSAFVAL TOE AAN PROFESSIONALS.
02 / 563.28.13 www.contractverplichting.be
PRO
BDW 1363 PAGINA 20 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Vormgeving > Succesvolle reeks Shapeshifters opnieuw in Beursschouwburg
Om de wereld beter te begrijpen © CATALOGTREE
© GERLINDE SCHULLER
Links: Designing universal knowledge van Gerlinde Schuller, de wereldgeschiedenis in beeld. Boven: app Money and speed van Catalogtree, de geautomatiseerde financiële wereld in één blik. Rechts: Rose Epple is gespecialiseerd in het vormgeven van informatie op tentoonstellingen.
BRUSSEL – De Beursschouwburg maakt zich op voor een nieuwe editie van de succesvolle lezingenreeks Shapeshifters. Voor het tweede jaar op rij staat het visualiseren van informatie centraal: een hot topic in deze digitale tijden. Want grafisch design moet ons complexe informatie in één blik laten begrijpen.
D
oor de toename van technologie in onze maatschappij beschikken we intussen over een massa aan data, die zelfs leidt tot een teveel aan informatie. Omdat het belangrijk is om die gegevens snel te kunnen lezen en interpreteren, en verborgen verbanden te kunnen visualiseren, richtte Luca School of Arts in Brussel (vroeger
Sint-Lukas/Sint-Lucas, red.) vorig jaar de master Information Design op. “Statistici kunnen die data in principe ook zichtbaar maken in grafieken, maar in onze opleiding focussen we echt op het communicatieve aspect. Of de doelgroep het begrijpt, dat is de basisvraag,” stelt docent Johan Van Looveren. “Gebruiksvriendelijkheid staat cen-
ADVERTENTIE
traal, al moet er natuurlijk ook een artistieke meerwaarde zijn. We hechten in de opleiding veel belang aan storytelling, net zoals in een documentaire.” Sinds acht jaar organiseert Van Looveren Shapeshifters, samen met zijn collega Inge Gobert.
lezingenreeks de vier deeldomeinen van Information Design – editoriale vormgeving, datavisualisatie, ruimtelijk design en interactief design – aan bod. Gespreid over drie avonden doen zes designers hun verhaal; Engels is (op z’n Brussels) de voertaal. “We kiezen altijd voor een combinatie van mensen met een sterk theoretische achtergrond, en mensen uit de praktijk die innovatie hoog in het vaandel dragen,” vertelt Van Looveren. “Tijdens de eerste avond presenteert de Nederlandse Gerlinde Schuller haar theoretisch sterk
six lectures on designing information
19.02
joe malia gerlinde schuller 12.03
fernando gutiérrez rose epple 26.03
mwmcreative catalogtree
TOKTO KTOCK Matador
Net als in de master komen in de
www.shapeshifters.be
beursschouwburg, a. ortstraat 20–28, brussels | start: 20.00h | lectures are in english reservations: 02 550 03 50 or tickets@beursschouwburg.be With the support of LUCA School of Arts, college Sint-Lukas Brussel + Beursschouwburg | www.sintlukas.be | www.beursschouwburg.be | Responsible editor: Maria De Smet, Koningsstraat 328, 1030 Brussel | Design: Johan Van Looveren / Inge Gobert / Benjamin Pattin
ADVERTENTIE
tok toc knock
sint-joost
16.02 > 03.03.2013 11 locaties theater, muziek, Expo, DANS, debat KVS, BRUSSELS STADSTHEATER WWW.KVS.BE – T 02 210 11 12
BDW 1363 PAGINA 21 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
en Catalogtree het over datavisualisatie.”
Netwerken
© ROSE EPPLE
Elien Haentjens www.shapeshifters.be
ADVERTENTIE
S OCIALE V ERHUURKANTOREN
Verhuur uw woning zorgeloos Gegarandeerde huur elke maand Verzekerd verhuurbeheer Onderhoud van uw woning Steun voor de renovatie Fiscale voordelen
www.fedsvk.be 02 412 72 44
M�� �� ����� ��� ��� B������� H������������� G�����
© NICK TRACHET
onderbouwde boek Designing universal knowledge, terwijl de Brit Joe Malia van het heel innovatieve Londense bureau Berg zijn interactieve gaming-concepten voorstelt. Met Fernando Gutiérrez focussen we de tweede avond op editoriaal design. Hij werkte onder meer voor het maatschappijkritische tijdschrift Colors van Benetton, en voor het cultmagazine Matador, dat maar één keer per jaar verschijnt. Rose Epple specialiseerde zich dan weer in het vormgeven van informatie bij tentoonstellingen. En de laatste avond hebben Mwmcreative
De voorbije jaren waren de lezingen telkens opnieuw uitverkocht. Dat succes komt door het gebrek aan evenementen rond grafi sch design in ons land, maar zeker ook door de enorme toename van het aantal studenten grafi sche vormgeving en de intussen sterke reputatie van Shapeshifters. “De lezingen zijn een inspiratiebron voor de ontwerpers, maar ook het sociale aspect blijkt niet onbelangrijk. Na de lezing is de bar van de Beursschouwburg open. Oud-studenten kunnen er collega’s en andere alumni ontmoeten, studenten kunnen hun toekomstige werkgever leren kennen. Omdat we geen vragenronde organiseren na de lezing, zijn ook de sprekers zelf daar altijd uitgenodigd. Wie vragen heeft, kan ze op dat moment persoonlijk stellen en kan zijn internationaal netwerk uitbouwen,” stelt Van Looveren. Om de studenten er ook echt bij te betrekken wordt een van de twee sprekers telkens uitgenodigd om een workshop te geven op de school. Bovendien hebben Van Looveren en Gobert zich ertoe geëngageerd om van elke spreker een interview af te nemen. “Begin 2010 hebben we het boek over de lezingen uit de periode 2006-2010 gelanceerd, intussen zit een nieuwe editie in de pijplijn. Al overwegen we om geen boek meer uit te brengen, maar de interviews op onze website te plaatsen,” vertelt Van Looveren. “Voor de lezingen is de toekomst alleszins verzekerd: de samenwerking met de Beursschouwburg verloopt prima, en in de loop der jaren hebben we een bijzonder uitgebreide longlist opgebouwd.”
Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
Schildpadsoep Er wordt veel vals gespeeld in de keuken. Substitutie, het onderschuiven van een goedkoper ingrediënt voor een duurder, is schering en inslag. Soms vervalst men recepten om op een simpeler manier een doorgaans ingewikkelde bereiding te maken. Bij één klassieke dis is de vervalsing zelfs de regel geworden: schildpadsoep. Soepschildpadden (Chelonia mydas) zijn een bedreigde diersoort. Toch worden ze over heel de wereld gegeten. Dat is de pech van de schildpad. Ze is traag op het land en daardoor makkelijk te vangen, want elk jaar komt ze één keer aan land om eieren te leggen. En daarenboven zijn soepschildpadden lekker. Ik heb op verschillende plekken in de wereld zeeschildpad gegeten. Nooit in een restaurant, maar thuis bij lokale vissers. Op de barbecue of gestoofd. Ze zijn echt héél lekker. Dubbel pech voor het beestje. Vandaag worden er in Europa geen zeeschildpadden meer gegeten. Misschien hier en daar in ZuidItalië nog, als er niemand kijkt? Maar zeeschildpad was vroeger in Europa heel erg chic. Vooral in Engeland, waar edelen en rijke handelaars banden hadden met the West Indies, werd schildpadsoep erg gewaardeerd. Schildpadden konden relatief lang levend worden bijgehouden op een schip, en zo kwamen ze ‘levend vers’ aan in Albion. Het vlees smaakt ‘fijn’ zoals kalfsvlees, maar het meest kenmerkend is het groene vet in het schild. Raar voor wie het een eerste keer ziet, maar wel smakelijk. Door die kleur heet de soepschildpad in het Engels trouwens green turtle, zelfs al is het dier, van buitenaf bekeken, helemaal niet groen. In GrootBrittannië bleef turtle soup tot ver in de twintigste eeuw dé soep voor staatsbanketten en formele diners. Schildpadsoep stond voor aanzien en rijkdom. Nu duikt er al in de achttiende eeuw in Britse kookboeken een ‘mock turtle soup’ op, een namaakschildpadsoep voor de gewone Brit, gemaakt van kalfskop en/of kalfspoten. Het begon geleidelijk. Eerst werd kalfskop toegevoegd aan echte zeeschildpad, kwestie van één schildpad over veel gasten te kunnen verdelen, later viel de turtle helemaal weg en bleef alleen de mock over. Mock turtle soup
werd een traditioneel Brits zondagsrecept. Zo ingeburgerd, dat men op den duur aan al wie het horen wou, ging vertellen dat er echt zoiets bestond als een mock turtle. De beroemdste is die uit het boek Alice in Wonderland van de Britse wiskundige Lewis Carroll. Daarin schetst hij een droevig dier, maar de oorspronkelijke afbeelding, van de hand van de illustrator John Tenniel, is sprekend: we zien een zeeschildpad, maar met de kop en de achterpoten van een kalf. Het zijn die poten die mij op het idee brachten om deze column te schrijven. Ik zie er dagelijks liggen bij de Marokkaanse slager. Er wordt in de Marokkaanse gemeenschap blijkbaar heel wat kalfspoot gegeten. Ik kocht er een, en de slagersgast begon al haast te kwijlen van goesting. “Hmmm,” zei hij, “avec des pois chiches...” Ik heb hem maar niet verteld dat het voor schildpad was. De kalfspoot was afgebrand om de haartjes kwijt te raken, en daardoor had het ding een brandluchtje. De poot was even geblancheerd, maar verder rauw. Ik nam hem in zijn geheel mee, voor de foto, maar laat de slager de poot vooral in stukken zagen, dat is zoveel handiger. Breng aan de kook in ruim water met een tak selder, een prei, een ajuin en een wortel, enkele peperkorrels en een snuif zout. Wat citroenschil is ook typisch voor mock turtle. Laat enkele uren (vijf?) koken. In de drukpan gaat dat heel wat sneller: na anderhalf uur is het vlees van de poot al gelatineus glibberig en zacht. Haal het van de beenderen, verdeel het in dobbelsteentjes en hou het koel, afgedekt tegen uitdrogen. Filter de bouillon. Van dan af verschillen de recepten grondig. In het zuiden van de VSA maakt men er een dikke soep van met tientallen ingrediënten. De oorspronkelijke Engelse turtle soup was dan weer een heldere bouillon, met de dobbelsteentjes vlees erin en balletjes van gehakt of ei. In de volksere vorm wordt ze gebonden met een bruine roux. Hiervoor wat kleingesneden selder en ajuinringen laten aanstoven in vet. Als een en ander bruin wordt, bestrooien met bloem en die ook laten bruinen. Dan oversoppen met de koude kalfspootbouillon en krachtig roeren. Op smaak brengen met zout en witte peper, het vlees van de poot erin. Doe er wat Engelse saus bij, citroensap en... sherry. Versieren met gehakte peterselie. De Franse gastronomie stond erbij en keek ernaar. Daarom allicht dat zij overal (en ook in Brussel) tête
De beroemdste mock turtle is die uit Alice in Wonderland: een zeeschildpad, maar met de kop en de achterpoten van een... kalf de veau en tortue verkopen? Maar die is dan wel bereid met tomaat en paddenstoeltjes. Om eierballetjes te maken: plet een hardgekookt ei met een rauw ei en voeg genoeg bloem toe om er balletjes van te kunnen rollen (kruid met cayenne). Laat garen in wat bouillon. De sherry wordt vaak met de soep op tafel gezet, in een theepotje. Zo kan iedereen er nog naar believen bij doen. Voor het eten misschien nog het lied van de Mock Turtle uit Alice reciteren: “Beautiful Soup, so rich and green, / Waiting in a hot tureen! / Who for such dainties would not stoop? / Soup of the evening, beautiful Soup!” Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet
BDW 1363 PAGINA 22 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Arnaud Kool: “Ik ben op dreef als de tristesse me overvalt.”
© MARC GYSENS
ELSENE – “De woorden van Charles Riva, een verzamelaar die pendelt tussen New York en Brussel, heb ik goed in mijn oren geknoopt: ‘Te veel van je collega’s beschouwen zich als Belgisch artiest in België, niet genoeg als Belgisch artiest in de wereld.’ Ik zou gráág mijn schilderijen in Parijs of Berlijn tonen, of enkele maanden buiten de grenzen als artiest in residentie werken.” Valse bescheidenheid kent de geboren en getogen Brusselaar Arnaud Kool niet. Bescheidenheid wél: “Ik heb nog zoveel te ontdekken. Twijfels horen erbij, maar diep vanbinnen geloof ik rotsvast in wat ik doe.”
‘H
et visuele is een obsessie. Eigenlijk werk ik 24 uur op 24,” zegt Arnaud Kool, die al tekende vooraleer hij goed en wel kon lopen. “Ik werd aangemoedigd door mijn grootvader en vader, die allebei door de microbe gebeten waren. Ik was enige zoon, al hun aandacht ging uit naar mijn persoontje.” “In mijn tienerjaren ben ik, los van mijn studie, mijn liefde voor het visuele beginnen botvieren met graffiti. Samen met vrienden: het was een opwindende tijd. Graffiti op straat, treinstellen beschilderen: ik vond het fascinerend dat mijn tekeningen op die manier konden reizen. Zo heb ik in Italië treinen beschilderd die ik daarna in Brussel heb teruggezien. Formidabel. Een tagger was ik niet, ik schilderde het liefst fresco’s met mijn spuitbussen. Compleet illegaal natuurlijk, maar gelukkig ben ik nooit betrapt. Ik heb ook nooit gevels van privéwoningen aangepakt: daar lag voor mij de grens.” “Elf jaar is het een passie geweest. Daardoor beheers ik de techniek van schilderen met spuitbussen tot in de puntjes. En om wat te verdienen schilderde ik fresco’s in opdracht.”
Breuk Vier jaar geleden achtte Kool de tijd rijp om
binnen vier muren de grenzen van zijn creativiteit op te zoeken. In een atelier, dus. “Ik heb hier ook lang gewoond. Achteraan is een kamer waar ik kon slapen en een douche. Ideaal: ik schilderde als het ware in mijn salon. Sinds een jaar woon ik samen met mijn vriendin, die persverantwoordelijke bij Delvaux is: het is hier wat te groot en te duur voor mij geworden. Dat was het vroeger in feite ook al – maar goed dat ik niet de volle pot hoefde te betalen. Dus ‘verhuis’ ik binnenkort naar de garage van dit gebouw.” In Kools atelier staat figuratief werk. Personages, benen en voeten, in sombere kleuren. Ik zie ook abstract werk, fel van kleur. “Aanvankelijk was het moeilijk. Ik probeerde wat ik op straat schilderde, op doek tot leven te brengen, maar dat wou maar niet lukken. Dan ben ik overgeschakeld op het abstracte; pas achteraf is het tot me doorgedrongen dat ik dat deed om voor eens en voor altijd te breken met graffiti en alles wat eromheen speelt. Meer plaats te laten voor le non-dit, het mysterie. Ik heb ook het geluk gehad mijn abstracte werk te kunnen tentoonstellen, dankzij de verzamelaar Charles-Antoine Bodson en de galeriehouder Cédric Emelinckx. De tentoonstelling was een succes, zowel voor mij – bijna alles verkocht – als voor hen. Die tentoonstelling lag mee aan
de basis van de Galerie Bodson-Emelinckx, een galerie die echt wel aan de weg timmert. Ik ben in de wolken dat ik er onderdak heb. Ik ken weinig Belgische artiesten die kunnen zeggen dat een galerie hen ondersteunt, hun materiaal betaalt, zo nodig geld voorschiet.” “Als ik zeg dat ik volledig heb gebroken met mijn graffitiverleden, dan is dat niet helemaal waar, want ik werk nog altijd met spuitbussen en met acryl. Maar de straat is een afgesloten hoofdstuk, de volledige vrijheid is er niet meer. Er komt nu discipline bij kijken, de regels van het spel dienen gerespecteerd te worden. Rekening houden met galeriehouders, verzamelaars, journalisten. Aanvankelijk was het moeilijk, maar ik begin mijn draai te vinden.”
Arnaud Kool schildert weer figuratief. “Door mijn abstracte periode kon ik afstand nemen van de beperkingen, ‘het mooie om het mooie’ van het figuratieve.”
Radijsstraat Na zijn abstracte periode, waarin hij brak met de graffiti, is Kool weer overgestapt naar het figuratieve. “Door mijn abstracte werk heb ik afstand kunnen nemen van de beperkingen van het figuratieve, ‘het mooie om het mooie’. Dat heeft ertoe geleid dat ik in mijn figuratief werk nu plaats laat voor mysterie. Heb ik ontdekt in mijn tweede expositie, een terugkeer naar mijn eerste liefde: die voor personages, waaruit ook mijn liefde voor strips spreekt.” “De klik kwam bij het zien van een oude
zwart-witfoto, door Jean d’Osta genomen in de Radijsstraat, in de Marollen. De rue du Radis was tijdens de Tweede Wereldoorlog – zo leerde ik van mijn grootouders – de straat van de zwarte markt. Geïnspireerd door die foto ben ik aan een doek begonnen, aan een tweede, een derde... – en na enkele maanden begon ik te beseffen dat ik een serie maakte over de straat.” “Bij de expositie van dat werk vorig jaar wer-
BDW 1363 PAGINA 23 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
“In mijn graffiti-periode beschilderde ik treinstellen: ik vond het fascinerend dat mijn tekeningen op die manier konden reizen”
© JOOP PAREYN
3 VRAGEN AAN HET BRUSK-TEAM
Arnaud Kool, schilder tussen ambitie en bescheidenheid
‘Nog zoveel te leren, zoveel te ontdekken’ den tegelijkertijd de tekeningen getoond die ik nu al zeven jaar maak voor de uitnodigingen voor de maandelijkse Strictly Niceness-party’s, in La Bodega in Molenbeek. Heel populair, telkens komen er achthonderd à duizend mensen op die funk- en soulparty’s af. Het zijn tekeningen die ik bijna altijd maak van foto’s met een iconische waarde, van Mohammed Ali over Steve McQueen tot Fred Perry en Prince. Mijn vriend Steve Marshall bewerkt ze op computer en zorgt voor de lay-out. Ze bleken een perfecte aanvulling, de reacties hebben me positief verrast; er is wel degelijk een wisselwerking tussen mijn schilderijen en mijn illustratiewerk.”
Hoog vliegen, laag vallen De twee expo’s waren emotioneel belangrijke momenten voor Kool. “Heel lang heb ik geschilderd en getekend voor mezelf. Ik toonde mijn werk aan niemand, behalve aan leraars, vrienden, familie. Mijn graffiti, die waren dan weer anoniem. Er speelde niet alleen angst voor de politie, het paste gewoon bij mijn karakter. En dan... dan naar buiten komen met mijn kunst, dat was een openbaring. Ik begon te beseffen dat ik, om als kunstenaar te evolueren, mijn werk moest tonen aan het kritische oog van onbekenden, en niet alleen aan vrienden, die niet echt objectief zijn, of ouders, die het nog minder zijn. Aan kritische mensen.” “Door te praten met verzamelaars en kunstliefhebbers begon ik te beseffen dat je op je 35ste nog een jonge kunstschilder bent, dat er nog zoveel te ontdekken valt in de zoektocht naar een voldragen en hopelijk unieke stem.
In die zoektocht heb je het recht je te vergissen, weet ik nu, terwijl ik lang heb gedacht dat zoiets niet kon. Ondoordacht ergens aan beginnen kende ik lang niet, nu volg ik mijn instinct. Dikwijls is het confronterend: hoog vliegen, laag vallen. Soms maak je iets wat je fantastisch vindt, en de daaropvolgende dag vind je het maar niets.” “Ik ben nostalgisch aangelegd. Dat reflecteert zich in mijn werk; ik ben op dreef als de tristesse me een beetje overvalt. Nostalgisch mijmeren over vervlogen tijden, nostalgisch mijmeren over wat ik vroeger had kunnen doen. Maar tegelijk kijk ik graag vooruit. Door het schilderen heb ik mijn frustraties achter me kunnen laten, frustraties die zich opstapelden in mijn zoektocht naar een niche waarin ik me écht kon uitdrukken.” “Tekenen doe ik graag, maar het verveelt me snel. In schilderen kan ik me wél volledig verliezen. Zeventien uur aan een stuk met penseel en doek? Geen enkel probleem. Schilderen doe ik tot het einde van mijn dagen, daar ben ik ondertussen wel uit. En ooit hoop ik ervan te kunnen leven, wat ik nu nog niet kan. Daarbij komt nog dat verkopen, weten dat een schilderij elders een leven zal hebben, een verslavend gevoel is. Ik heb zin om dat gevoel telkens weer opnieuw te beleven. Ik heb nu twee werken verkocht aan een Libanese verzamelaar: de wetenschap dat die werken gaan reizen, vind ik prachtig.”
Karel Van der Auwera
De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ingesprekmet
Brusk, dat zijn (vlnr.) Luana, Ruben, David en Pia.
Televisie, nu ook mét hashtag Tvbrussel gooit zich op de jeugd. Brusk wordt geen apart programma, maar duikt meermaals per week op in Brussel vandaag. Vier jonge reporters wachten u op. David Nassel is de oudste van het jonge geweld. Waarom heet een jeugdprogramma brusk? David Nassel: “Het bekt goed, het klinkt lekker brutaal, maar wij hebben de leeftijd om er nog mee weg te komen. Ik ben 24, ik ben pas afgestudeerd en werk al vier jaar mee aan tvbrussel. Mijn jaar in Granada met Erasmus heeft me een stuk volwassener gemaakt.” Stel je drie brusk-collega’s eens even voor. Nassel: “Mijn drie collega’s studeren nog, aan de Erasmushogeschool en het Rits. Luana Difficile gaat met haar longboard op stap op zoek naar nieuws. Pia Decabooter werpt zich op cultuur, ze is heel erg met beeld bezig. Net als Pia komt ook Ruben Lambrecht uit de jeugdhuizen, hij heeft mu-
ziekproductie gestudeerd. Tvbrussel-kijkers hebben vorige week al de eerste vruchten van hun arbeid gezien.” Jullie moeten niet alleen reportages brengen met een eigen look and feel, jullie moeten ook twitteren en facebooken naar hartenlust. Volgens jullie ‘baas’ Dieter Vanthournout zijn jullie een antenne voor alles wat hip, funky en sexy is. Nassel: “Jongeren zitten niet meer om zes uur ’s avonds aan hun tv-toestel gekluisterd. Als ik op café ga en ik proef er een nieuw biertje, dan wil ik dat meteen meedelen op Facebook en op Twitter. Idem dito als ik iets uitzonderlijks meemaak of iemand ontmoet. Op Facebook kan dat met de brusk-fanpage, op Twitter gebruik je de hashtag #brusktv. De brusk-stukken hebben een eigen label, de grenzen tussen sport, jeugd en cultuur zijn rekbaar. Er is ook geen vaste agenda. We zijn superblij met de nieuwe jeugdredactie.”
Danny Vileyn
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België 15 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van Brussel Deze Week vzw. Buiten België 25 euro per jaar. OPLAGE 70.490 exemplaren. PROMOTIE EN DISTRIBUTIE Ute Otten (ute.otten@bdw.be), Paul De Weerdt, Maurice Droogh. ADVERTISING MANAGER Rika Braeckman (rika.braeckman@bdw.be), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. MARKETING MANAGER Frederik Welslau (frederik.welslau@bdw.be). HOOFDREDACTIE Anne Brumagne (anne.brumagne@bdw.be). EINDREDACTIE Katrien Stroobants (katrien.stroobants@bdw.be). REDACTIE Jean-Marie Binst (jeanmarie.binst@bdw.be), Christophe Degreef (christophe.degreef@bdw.be), Bettina Hubo (bettina. hubo@bdw.be), Patrick Jordens (patrick.jordens@bdw.be), Steven Van Garsse (steven.vangarsse@bdw.be), Danny Vileyn (danny.vileyn@bdw.be). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele (isabelle. devestele@bdw.be), Gerd Hendrickx (gerd.hendrickx@bdw.be). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, Freddi Smekens, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Tijs van den Boomen, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt (peter.dhondt@bdw.be). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh (manu.dehertogh@bdw.be). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie (marijke.vandebuerie@bdw.be). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).
BDW 1363 PAGINA 24 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Rugby > Bernard Deneyer introduceerde het moderne rugby in België
‘Het geld volgt niet’ BRUSSEL – Bernard Deneyer (65) heeft zowel langs het veld als in de bestuurs kamers een belangrijke rol in de evolutie van het rugby gespeeld. De geboren organisator bruist nog steeds van de ideeën om de sport een stap hoger te tillen, maar hij is somber over het gebrek aan financiële middelen.
‘A
ls speler was mijn carrière al op mijn 24ste voorbij,” vertelt Brusselaar Deneyer. “In een paar jaar tijd had ik een plaats veroverd bij Kituro en de nationale ploeg, waar ik nog met (huidig IOC-voorzitter) Jacques Rogge heb gespeeld. Bij een correcte tackle draaide ik weg en brak ik mijn been. Daarna ben ik nooit echt teruggekomen, maar ik bleef gepassioneerd door de sport.” Deneyer behoorde in zijn jeugdjaren tot de Belgische zwemtop, maar ruilde op de universiteit het zwembad voor het rugbyveld. Op de UCL in Louvain-la-Neuve ontwikkelde hij een grote interesse in de organisatie van sport en was hij onder meer actief als rugbyverantwoordelijke van de universiteit. “Via mannen die ik van de UCL kende, ben ik niet zo lang na mijn beenbreuk bij de rugbyclub ASUB beland. Als trainer raakte ik er nog meer gebeten door de sport. Regelmatig ging ik naar Frankrijk voor stages en opleidingen. Ik ging op een bepaald moment bijna elke woensdag naar de rugbytraining van de ploeg van de Parijse universiteit kijken, en ’s morgens nam ik de trein terug om te gaan werken. Ik wou bijleren en innoveren. Ik vond dat rugby een rijke sport was, die nog moest evolueren.” De innovatie was toen het bewegingsspel. Deneyer bracht het naar deze contreien en wordt nog altijd beschouwd als de man die het moderne rugby naar België haalde. Zijn aanpak
de CLUB
Bernard Deneyer: “Op een bepaald moment ging ik bijna elke woensdag naar de rugbytraining in Parijs kijken, ’s anderendaags nam ik de trein terug om te gaan werken. Ik wou bijleren en innoveren.”
was succesvol, want ASUB won in de jaren 1970 en 1980 een pak titels. “Het bewegingsspel houdt in dat de eerste man die bij de bal
komt, degene is die het spel moet analyseren en de oplossing vinden. Tot dan toe hadden spelers maar één rol in de ploeg; in de nieuwe
© MARC GYSENS
spelvisie moesten ze meer allrounder wor den. Die aanpak sijpelde achteraf door naar de andere Belgische ploegen.”
Basketball Global Vision (BGV)
‘Basketballen zijn als boeken’ BRUSSEL – Sport kan je leven verande ren. De vzw Basketball Global Vision (BGV) gebruikt basketbal om jonge Afrikanen te helpen met integratie en educatie. Het gaat BGV voor de wind, maar alle hulp blijft wel kom. En dan vooral in de vorm van ballen. “Ik ben zelf kleurling, en basketbal heeft een belangrijke rol gespeeld in mijn opvoeding,” vertelt BGV-oprichter Jacques Vandescure (35). “Toen ik een zestal jaar geleden naar Congo ging en de realiteit er onder ogen kreeg, is het idee voor de vzw ontstaan. Basketbal was een belangrijke hulp voor mij; dat wou ik die jongeren ook bieden.” Vandaag staat er een stevige structuur op poten. “We organiseren sportkampen in Afrikaanse steden als Goma, Kinshasa en Kigali. Die basketbalkampen zijn niet elitair, het belangrijkste is levensvaardigheden opdoen. Het sportieve komt erbij. De kinderen mogen gratis deelnemen en komen regelmatig met
honderden opdagen. Onlangs waren ze in Goma nog met vijfhonderd.” “We hebben ook al clinics opgericht voor coaches ter plaatse, zodat zij de organisatie kunnen voortzetten. Daarnaast hebben we ook de basketbalstructuur van de Rwandese basketbalfederatie mee op poten gezet. Een ander knap resultaat zijn de vier beurzen voor Amerikaanse universiteiten die jonge talenten hebben gekregen.” BGV heeft ondertussen een tiental kampen achter de rug. De werking steunt vooral op giften, onder meer van Belgische toppers: Guy Muya, Axel Hervelle en Tomas Van Den Spiegel en anderen steunden de organisatie al. In Afrika moet BGV soms afrekenen met zware omstandigheden. “We waren vorig jaar in Goma toen de rebellen de stad veroverden. We stonden niet neus aan neus, maar je voelde wel dat ze aanwezig waren in de stad. We zijn blijven werken en hebben uiteindelijk geen grote problemen gehad. Dit sterkt je wel
Op de gratis BGV-sportkampen in Goma of Kinshasa komen soms honderden jongeren af.
om je te blijven inzetten voor de kinderen.” De vzw groeit uit tot een succes en trekt binnenkort naar Marokko om ook daar een trainingskamp te houden. Vandescure zit op dit moment dan weer in Goma om een basketschool op te zetten. “We zien resultaten van ons werk. Dat merk je bijvoorbeeld aan de
manier waarop de kinderen reageren en het vertrouwen dat ze hebben. Ze blijven optimistisch, ondanks de moeilijke omstandigheden waarin ze opgroeien.” Maar, gooit hij er meteen tegenaan, “giften zijn zeer welkom. En zeker ook materiaal, bij voorkeur ballen. Ballen zijn zoals boeken: zelfs al steelt iemand
BDW 1363 PAGINA 25 - DONDERDAG 31 JANUARI 2013
Met de nieuwe spelvisie slaagde de Brusselaar er als bondscoach in om onze nationale rugbyploeg uit de put te halen. Hij professionaliseerde de manier van werken door onder meer een voltijdse dokter en gezamenlijke maaltijden voor elke match te introduceren. “We stonden op dezelfde plaats in de wereldrangschikking als vandaag, al moet ik dat nuanceren omdat de Sovjet-Unie toen nog één land was. Maar we klopten wel al landen als Marokko en Portugal. Uiteindelijk ben ik twee keer zes jaar bondscoach geweest.” “Memorabel was onze zege in Nederland voor hun 25-jarige jubileum. Het was een ongelooflijke overwinning, en de derde helft was er één om nooit te vergeten (lacht). De zege van Brussel tegen Amsterdam voor de duizendjarige verjaardag van de stad zal ik me ook altijd herinneren. Maar er waren ook zware nederlagen. 98 geïncasseerde punten
“Infrastructureel doen Wallonië en Brussel het goed; Vlaanderen hinkt achterop, ook in visie” tegen de U21 van Engeland, bijvoorbeeld. Niets lukte die dag.” Deneyer reeg ook in de bestuurskamer de goede resultaten aaneen. Op zijn 27ste had hij al een belangrijk aandeel in de splitsing van de rugbybond in twee liga’s. Later voerde hij ook de positie van technisch directeur bij de bond in. “Ik heb een belangrijke rol gespeeld in de evolutie van het Belgische rugby. Rond het rugbyveld spreken mensen me nog geregeld aan. Ik heb vrienden voor het leven gemaakt.” “Tot vorig jaar was ik secretaris van de bond, maar ik ben daarmee gestopt omdat ze niet wilden luisteren. Ik heb drie voorstellen gedaan voor een herstructurering, omdat het Belgische rugby op een kruispunt van zijn evolutie zit. Ik wil wel meedoen, maar op een correcte manier. Nu evolueren we sneller dan dat het geld volgt. We hebben een deficit en
dat is niet goed. We winnen, maar het gaat gevolgen hebben omdat we financieel niet kunnen volgen.”
Keltische Liga Geld speelt uiteraard een grote rol in het uitbouwen van een sterke sportbond. Onze Zwarte Duivels spelen sinds dit jaar een categorie hoger, in poule A, en zouden bijvoorbeeld graag een financiële tussenkomst krijgen voor de vele vrije dagen die ze op hun werk moeten opnemen. “Ik vrees de toekomst enigszins om financiële redenen, niet op sportief vlak. Vandaag verlaten onze beste spelers de Belgische competitie om in Frankrijk te gaan spelen. Er is veel wat beter kan. We moeten een professionele campagne opzetten om geld te vinden. Het risico durven te nemen om een commerciële directeur in te schakelen. Maar niemand heeft op dit moment de moed.” “Infrastructureel doen Wallonië en Brussel het goed, maar Vlaanderen hinkt achterop. Ook wat visie betreft. Zij moeten hun prioriteiten eens herzien. In de eerste klasse van de cadetten en junioren zit bijvoorbeeld geen enkele Vlaamse ploeg. Dat is niet normaal.” En toch ziet Deneyer de toekomst met vertrouwen tegemoet, met nog wat plannen in zijn hoge hoed. Talentvolle jongeren wil hij in België houden door een professionele sporten-studieafdeling binnen zijn club te ontwikkelen. Voor Brussel heeft hij een ambitieus plan in petto. “Ik zou een semiprofessionele club willen oprichten die in de Keltische Liga kan aantreden. Daarin zitten Ierse, Schotse en Welshe ploegen, maar ook twee Italiaanse. We zouden bijvoorbeeld Brussels heten en in een groot stadion zoals de Heizel spelen. Volgens mij kan het binnen vijf jaar concreter worden. Voor de financiële middelen zouden we de vele internationale bedrijven in en rond Brussel aanspreken.” “Wat onze Zwarte Duivels betreft: poule 1A is niet te hoog gegrepen. Ze zullen geen modderfiguur slaan. Onze jongens hebben vakkennis en kunnen pakweg Spanje zeker kloppen. Als het financiële plaatje klopt, dan komen we er sportief wel uit: het potentieel is er.” Tim Schoonjans
David Steegen Brussels talent Vorig seizoen introduceerde Sporting Anderlecht, als eerste Belgische club, de Talent Days. Eerlijk, de club hoopt de zeldzame talenten te ontdekken en aan zich te binden. Ze mogen op jonge leeftijd aansluiten. In tijden dat straatvoetbal bijna is uitgestorven, organiseert de club een variante op spontaan voetbal van de verwondering. Veel jongetjes en hun familie denken soms dat paars-wit iets onbestemds heeft, ongenaakbaar bijna. Alsof RSCA alleen weggelegd is voor talenten die ergens, ver weg, op achterafveldjes schuilen. Evengoed overschatten veel ouders hun zonen en zien ze de wilde dromen verbrijzeld als het niveau van het nageslacht niet blijkt te voldoen aan de normen van paars-wit. Maar de Talent Days hebben ook sociale betekenis. De ideale gelegenheid om de club te leren kennen. Alleen de geboortedatum telt, voetbal doet de rest. Het zijn mooie dagen voor de jongeren. Twee dagen vol voetbal, onvergetelijk. Partijtjes op kleine ruimten, behendigheidsoefeningen onder het toezicht van kenners, ervaren oefenmeesters, jonge coaches en oud-spelers. Vorig seizoen namen zeshonderd jongetjes deel aan de talentdagen. Dertien van hen hebben de rangen van RSC Anderlecht mogen vervoegen. Dit jaar hoopt de club op nog meer deelnemers. Oud-sterspeler Georges Grün is in Etterbeek geboren. De verdediger begon als aanvaller bij Anderlecht. Gaandeweg werd hij naar achteren geschoven. De beste verdedigers zijn ooit aanvaller geweest. Grün begon als achtjarige bij RSC Anderlecht, als midvoor. Bij de juniores ging hij een linie naar achter. De rijzige Brusselaar moest als rechtermiddenvelder opereren. Marcel De Corte, ook al een oude glorie van RSCA en gerespecteerd
jeugdtrainer, maakte hem sterker. Uren liet hij de tengere Grün onder de oude hoofdtribune oefenen met gewichten. Om hem sterker te maken. Dat heeft vruchten afgeworpen. Niemand is het meest legendarische doelpunt in de geschiedenis van het Belgisch voetbal vergeten: de kopbal die Nederland uitschakelde voor de wereldbeker in Mexico (1986). De krachtige buffelstoot op die koude novemberavond in Rotterdam in 1985, op voorzet van Eric Gerets, staat in het collectieve voetbalgeheugen der Belgen gegrift. De Rotterdamse Kuip werd plots muisstil. Coach Leo Beenhakker droop voor het einde van de wedstrijd af – ook al een beeld voor de eeuwigheid. Het vervolg kennen we. In Mexico bereikten de Belgen de halve finale, mét de Brusselaar Georges Grün. Grün is nooit ‘ontdekt’ als jongetje: hij schreef zichzelf in op achtjarige leeftijd. Opmerkelijk is dat hij nooit opgeroepen werd voor een nationaal jeugdelftal. Maar in 1984, door de schorsingen naar aanleiding van de omkoopaffaire Standard-Waterschei, werd hij sneller international dan verwacht. In allerijl werd hij opgeroepen voor het Europees kampioenschap 1984 in Frankrijk. Hij scoorde meteen in zijn eerste interland, tegen Joegoslavië. Georges Grün verzamelde 77 caps. Hij voetbalde in drie wereldbekers: na Mexico volgden Italië 1990 en Amerika 1994. De opvolgers van Grün en Vincent Kompany – hoezo, Anderlecht leidt geen verdedigers op? – zijn in de krokusvakantie allemaal welkom in Neerpede. www.brusselnieuws.be/steegen David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht
© BASKETBALL GLOBAL VISION
Money time voor Saive & Co OUDERGEM – Tafeltennisclub Logis begint op donderdag 31 januari aan de play-offs. Logis Oudergem gaat dit seizoen voor niets minder dan de titel. De club bulkt van de ambitie en zette dat nog eens in de verf door de topper Jean-Michel Saive aan te trekken. Dit seizoen maken ze het mooie weer in de eredivisie en eindigden ze in de eerste ronde van de competitie op de tweede plaats. In de play-offs zijn ze nu ondergebracht in poule B. Daarin spelen ze op 31 januari om
20 uur hun eerste wedstrijd tegen Sokah Hoboken. Na twee verplaatsingen spelen ze hun laatste poulewedstrijd op 28 maart tegen PW Diest. De twee beste ploegen van de poule plaatsen zich voor de halve finales. Supporters zijn welkom en mogen gratis binnen. Logis strijdt ook nog altijd mee voor de Beker van België: op 14 februari nemen ze het in de kwartfinales op tegen PW Diest. TS www.logis-auderghem.be
Rugby is een feest BRUSSEL – De Zwarte Duivels nemen het begin februari op tegen Georgië en Spanje.
een bal, het belangrijkste is dat hij gebruikt wordt.” “We zouden graag samenwerken met de Belgische basketbalbond en de clubs om versleten materiaal te hergebruiken na het seizoen. Daarover zou ik dit jaar een akkoord willen sluiten. Ondertussen krijgen we heel
veel vragen krijgen, onder meer uit Kenia en Kameroen. We proberen iedereen te helpen, maar dat is niet evident.” TS Helpen? Meer informatie op www.basketballglobalvision.com
De opmars van onze nationale rugbyploeg resulteerde vorig jaar in de promotie van poule 1B naar 1A van de European Nations Cup. Een stap hogerop, die gepaard gaat met stevige concurrentie. Deze maand volgen de twee eerste tests: op 2 februari komen de Georgiërs op bezoek, een week later verwelkomen de Zwarte Duivels de Spanjaarden. De winnaar en tweede van de poule (waarin ook Rusland, Roemenië en Por-
tugal zitten) mogen naar het WK in 2015. Beide rugbywedstrijden hebben een uitgebreid programma. Zo wordt het feestje op 2 februari al om 13 uur afgetrapt door dj Le Grand. Twee uur later begint de wedstrijd; om 17 uur treden de Norwegian Socks op. Op 9 februari vindt voor de match tegen de Spanjaarden (aftrap 15 uur) een wedstrijd plaats tussen de Belgische U23 en British Army. Ook deze middag wordt muzikaal afgerond, met een optreden van SpellbAund. Meer over de wedstrijden en kaartjes kopen TS op www.rugbyevents.be.