13 11 14
Much dance: Jan Decorte speelt ten dans En ook: Parquet Courts, Ars Musica en Pieter Ampe.
COMMISSARIS MICHEL WINGELINCKX COLLECTIONEUR VAN ZAND EN ANDERE CURIOSA LEES P. 24-25
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
WERKLOZE JONGEREN OP DE DOOL VDAB GAAT NEET-JONGEREN OPSPOREN:
"ZE ZIJN MET DUIZENDEN EN STAAN NERGENS GEREGISTREERD, OOK NIET BIJ ACTIRIS" LEES P. 2
“HET AANBOD AAN OPLEIDINGEN EN JOBPUNTEN IS EEN DOOLHOF GEWORDEN” AN VAN DAMME NEEMT AFSCHEID VAN JES LEES P. 6-7
TWEE JONGE BRUSSELAARS WILLEN NAAR DE VLAAMSE JEUGDRAAD:
“BEDRIJVEN LATEN DE ENE STAGIAIR DE ANDERE OPVOLGEN” LEES P. 8
EEN BIBLIOTHEEK VAN GOUD SINT-PIETERS-WOLUWE – Vlakbij het Atheneum van Woluwe en Mater Dei rijst deze ‘gouden bibliotheek’ op die de oude, aftandse bib moet vervangen een eind verderop. Het gebouw is het eerste in Brussel van Brussels architect Ward Verbakel, die intussen ook andere projecten in de hoofdstad in de wacht sleepte. Hij noemt het zelf een dubbele E-bib: “laag energetisch en hoog ecologisch.” De bib is gebouwd rond een leestuin die de bib het volle licht en zuurstof moet geven, met kleine ramen langs voor zodat er binnen genoeg plaats is om de boekenrekken neer te zetten. Momenteel wordt er de laatste hand aan gelegd. Helmut De Vos (CD&V), Vlaams schepen van Sint-Pieters-Woluwe, wil eind januari lintjes knippen tijdens de SVG feestelijke opening. FOTO: © BART DEWAELE
N° 1450 VAN 13 TOT 20 NOVEMBER 2014 ¦ WEEK 46: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, E-MAIL: INFO@BDW.BE, WWW.BDW.BE
BDW 1450 PAGINA 2 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Vooral nu niet De eerste grote betoging tegen de eerste ‘rechtse’ regering sinds decennia heeft diepe wonden geslagen, ook in Brussel. De verwijten tussen Brussels burgemeester Yvan Mayeur (PS) en de ordehandhavers houden maar niet op. De politievakbonden zeggen dat Mayeur hen in de steek gelaten heeft: ze mochten collega’s in nood niet helpen. Het antwoord van de burgemeester is kort en krachtig: de grootste politievakbond, het VSOA, liegt. Mayeur noemt de beschuldigingen een regelrechte schande. En dan als klap op de vuurpijl: minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) stelt een onderzoek in. De beschuldigingen aan het adres aan Mayeur zijn dermate ernstig dat Jambon niet anders kan. De reputatie van de burgemeester staat op het spel. Anderzijds: als de liberale vakbond VSOA liegt dan is ze alle krediet kwijt, voorgoed. De opdracht van Jambon is delicaat. Zijn partij staat nu eenmaal niet bekend als vakbondsminded. Anderzijds moet hij als N-VA’er de beschuldigingen tegen een PS-burgemeester laten onderzoeken. En laat de betoging waar meer dan 100.000 manifestanten aan deelnamen nu net een linkse betoging zijn tegen een uitgesproken rechtse regering. Het PS-model tegen het N-VA-model, om het met de woorden van Bart De Wever te stellen. De resultaten van dat onderzoek zul-
WAUTER MANNAERT
door Danny Vileyn
BDWVOORGROND
VAN DE REDACTIE
len met het vergrootglas bekeken worden. Hoe objectief de onderzoekers hun werk ook mogen doen. Dat is de nieuwe politieke context waarin we sinds kort leven. Maar ten gronde: er gaapt een diepe kloof tussen de ‘Franse’ aanpak van Mayeur – de term komt uit vakbondshoek – en de aanpak die een deel van de politie wil. De politie wil kort op de bal kunnen spelen. Te beginnen met administratieve aanhoudingen vooraf. Mayeur van zijn kant wil een bepaalde mate van materiële schade in een betoging dulden om de gemoederen niet te verhitten. Als opgehitste betogers of infiltranten hun woede kunnen koelen op stadsmeubilair, is de kans groot dat ze medebetogers, toeschouwers en politieagenten met rust laten, zo luidt de logica van de ‘Franse’ methode. Maar: vorige donderdag raakten wel 110 politie-agenten gewond, zwaar en licht, en werden er auto’s en politiemoto’s in brand gestoken. Nu al beeft de politie voor de betoging van 28 november in Antwerpen. De felheid waarmee de politie, vooral de liberale VSOA, Mayeur aanpakt, heeft ook een diepere grond. De relatie burgemeester-politie is ten gronde veranderd – verslechterd – sinds Mayeur Freddy Thielemans als burgemeester en hoofd van de politie vervangt. Zijn beslissing om camera’s in het commissariaat aan de Kolenmarkt te hangen heeft kwaad bloed gezet. En dat is maar één voorbeeld. Het wordt tijd dat Mayeur en de vakbonden rond de tafel gaan zitten om het ongenoegen uit te praten. De hoofdstad kan zich geen oorlog tussen politie en burgemeester veroorloven. Vooral nu niet.
ECONOMIE > ‘EEN TIENDE VAN ONZE OPLEIDINGSPLAATSEN BLIJFT ONBENUT’
VDAB WIL NEET’S VAN STRAAT BRUSSEL – De VDAB gaat in Brussel NEET-jongeren (Not in Employment, Education or Training) opsporen. “Ze zijn met duizenden en staan nergens geregistreerd, ook niet bij Actiris,” zegt Geert Pauwels, directeur van VDAB Brussel. Op die manier wil de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling haar bijdrage leveren aan het nieuwe offensief dat de Brusselse regering inzet tegen de massale jongerenwerkloosheid. Die bedraagt ruim 31 procent. Jaarlijks schrijven zich ongeveer 12.000 werklozen onder de 25 in bij het werkgelegenheidsagentschap Actiris. De helft vindt doorgaans op eigen kracht werk, de andere 6.000 niet, met name omdat ze laaggeschoold zijn. De Brusselse regering en Actiris beloven nu dat elk van die 6.000 binnen de zes maanden een stage, opleiding of job zal aangeboden krijgen. Het Brusselse Jongerengarantieplan voorziet daarom in 1.000 jobs, 2.000 stages en 3.000 opleidingen, speciaal voor jonge werklozen. De opleidingen worden gegeven door Bruxelles Formation en VDAB. “Wij gaan nochtans niet meteen extra opleidingsplaatsen creëren,” zegt Pauwels. “Dit jaar bleven 400 van onze 4.000 Nederlandstalige plaatsen in Brussel onbezet. Het gaat om kwalificerende opleidingen die werkzoekenden klaarstomen voor een knelpuntberoep, geen taalcursussen of zo. Dat zijn dus 400 kansen voor Brusselaars die niet werden benut. Meer plek maken heeft nu weinig zin.”
Jongerengarantieplan In de plaats daarvan gaat de VDAB zich, als eerste in Brussel, richten op de ‘duizenden’ NEET-jongeren die rondhangen in de achterstandswijken. Pauwels: “Het is de verloren generatie. Niemand weet met hoeveel ze precies zijn want ze staan nergens geregistreerd, ook niet bij Actiris. Ze zijn dus niet officieel werkloos.” De VDAB trekt ruim 4 miljoen euro uit voor dit project. Twee derde hiervan zal betaald worden door het Europese Youth Employment Initiative. Met dit budget zal de VDAB, net als in Antwerpen en Gent, partners als JES aan het werk zetten om de NEET’s van straat te halen en hen enige arbeidsattitude en andere basisvaardigheden bij te brengen. “Bedoeling is dat ze zich inschrijven bij Actiris zodat ook zij in aanmerking komen voor een job, stage of opleiding.” Actiris had zijn Jongerengarantieplan vorig jaar al aangekondigd. De eerste fase, de organisatie van sta-
ges, kwam echter moeizaam van de grond. De vorige federale regering maakte geld vrij voor 1.650 instapstages in Brussel. “Maar we zijn niet verder geraakt dan 600 à 700 stages,” erkent Grégor Chapelle, directeur van Actiris. “De criteria voor deze stages zijn te strikt en de werkgevers werkten tot nu toe onvoldoende mee.” Nu de nieuwe Brusselse regering en Franse Gemeenschapscommissie er nog een flinke schep geld bijdoen, wordt het Jongerengarantieplan opnieuw – en in zijn geheel – gelanceerd. Dit jaar is ruim 5 miljoen euro beschikbaar, volgend jaar 19 miljoen, een bedrag waar Europa nog anderhalve keer zoveel oplegt. De federale stages worden regionale
Niemand weet met hoeveel ze zijn want ze staan nergens geregistreerd, ook niet bij Actiris
materie en de Brusselse regering wil de criteria versoepelen. Daarnaast gaat Actiris zelf Europese stages inrichten. “Maar het werkt alleen als de werkgevers het spel meespelen,” zegt Brussels minister van Werk Didier Gosuin (FDF). Actiris gaat zijn beschikbare manschappen ook veel meer inzetten op de jonge werklozen. Chapelle: “We hebben 136 begeleiders, veel te weinig, maar dat is het. Zij gaan zich drieënhalve dag per week alleen met jonge werklozen bezighouden. Elk van hen krijgt een portefeuille met jongeren voor wie ze verantwoordelijk zijn. Ze moeten een cv en beroepsproject met hen opstellen en ervoor zorgen dat ze binnen de zes maanden een opleiding, stage of job krijgen.”
Astrotoren Ook de toeleiding naar de opleidingen wordt verbeterd. “Nu gebeurt dat te weinig, dat is de reden waarom zoveel VDAB-opleidingsplekken onbenut blijven,” zegt Pauwels. “Voortaan krijgen alle werkzoekende jongeren die voldoende Nederlands kennen een infosessie over ons aanbod. Op die manier hopen we ook het aantal Brusselaars in de opleidingen te kunnen verhogen, van 50 naar 60 procent.” De samenwerking Actiris-VDAB zal ongetwijfeld nog soepeler lopen wanneer beide organisaties in 2016 samen in de Astrotoren zullen zitten. Bettina Hubo
BDW 1450 PAGINA 3 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
BDWVOORGROND
Samenleving > Hoe de nationale betoging uit de hand kon lopen
VSOA-politie: ‘Mayeur was niet op zijn plaats’
BRUSSEL – Hoewel de nationale betoging van vorige week donderdag hoofdzakelijk vredevol verliep, vielen er te veel gewelddadige incidenten te betreuren. Brussels burgemeester Yvan Mayeur (PS) wordt zware nalatigheid verweten door leden van zijn eigen korps. Een verschil in visie verrot de relaties tussen politie en burgemeester. Vriend en vijand zullen één ding onthouden van de nationale betoging van 6 november tegen de besparingen van de regering-Michel: het is al een hete herfst geworden. In politiekringen klinkt het dat dit geweld te voorzien was, maar dat Brussels burgemeester Yvan Mayeur – van socialistische signatuur – een grondig optreden van de politie verhinderd heeft. Grove en zelfs gevaarlijke verwijten. Wat is er aan de hand? De grootste politievakbond VSOA, maar ook andere bonden, zeggen dat Mayeur niet aanwezig was in het commandocentrum van de politie op de Brusselse Heizel, waar alle evenementen van dit kaliber in goede banen worden geleid. Als burgemeester en hoofd van de politieraad is dat nochtans een verplichting. Daar komt ook nog eens bij dat volgens onze bronnen ook de korpschef van de politiezone Brussel-Elsene niet aanwezig was in dat centrum. De directeur van de interventiedienst van de zone mocht als klap op de vuurpijl niet aanwezig zijn op het terrein omdat Mayeur met hem van mening verschilt. Het probleem is ook breder dan die persoonlijke ‘vete’. Binnen de politie, maar meer bepaald binnen het VSOA, is men voorstander van een aanpak die kort op de bal speelt. Met name: als er relletjes ontstaan in een betoging intervenieert de politie direct om relschoppers van eerlijke betogers te scheiden, om te voorkomen dat de betoging ontaardt en de politie de demonstratie zou moeten afblazen, al dan niet met grove middelen. Maar het kan ook zijn dat deze aanpak contraproductief werkt en dat de gemoederen alsnog verhit geraken. Mayeur daarentegen zou eerder aanhanger zijn van de ‘Franse’ methode, die bepaalde materiële vernielingen toelaat als dat inhoudt dat de betoging niet verder ontaardt. Met andere woorden: als een kleine kern van relschoppers wat vernielingen aanbrengt, dan is de druk van de ketel en hoeft de politie niet het risico te lopen een hele betoging
Straatgeweld in Brussel, 6 november 2014.
te ‘straffen’ door de betoging op te doeken.
Geen repressieve maatregelen De incidenten van vorige week donderdag waren echter nog zwaarder dan verwacht, ook bij de politie. Zeker 110 agenten werden gewond afgevoerd, en er is flink wat materiële schade aan auto’s, politiematerieel en gebouwen. Dit heeft de politie danig aan het schrikken gebracht. Temeer omdat, volgens politiebronnen, de politie het bevel zou hebben gekregen om niet te interveniëren wanneer iets na de middag de eerste relletjes begonnen. De agenten van de federale reserve zouden zich moeten hebben beperken tot één pleisterplaats en zouden ook hun collega’s van het lokale korps niet mogen helpen hebben. Ook zou de politie geen administratieve aanhoudingen hebben mogen verrichten om potentiële relschoppers uit de betoging te weren. Dit zou een uitvloeisel zijn van een demonstra-
© BELGAIMAGE
nen tot te repressieve maatregelen.
Uit de feiten blijkt dat ofwel de politie de betoging niet voldoende heeft ingeschat, ofwel niet goed mocht inschatten van hogerhand.
tie in het voorjaar, waarbij de politie te hardhandig zou hebben opgetreden tegen (extreem)linkse betogers. Mayeur zou zich - zeker voor een betoging die uitging van zijn politieke familie - niet hebben willen beken-
Hete herfst Het conflict in visie verrot de relaties tussen de Brusselse burgemeester en het politiekorps danig. Mayeur zelf ontkent dat hij te laks is opgetreden en dat hij niet op post was, en spreekt van een lastercampagne van het VSOA. Feit is dat er in de nasleep van de betoging (te) veel met categorieën werd geschermd. Zo hield Mayeur lang vol dat de relschoppers uit Antwerpen kwamen, een politieke uithaal naar zijn collega-rivaal De Wever (N-VA) in Antwerpen, terwijl de weinige gearresteerde relschoppers (twee) uit Wallonië afkomstig zouden zijn, en andere relschoppers als voornamelijk anarchistisch of extremistisch (links en rechts) worden gebrandmerkt door de politie. In de marge van de betoging speelden zich ook nog relletjes af in de Anneessenswijk. Inwoners van die wijk zouden zich – afhankelijk van de bron – tegen de betogers hebben
gekeerd, of andersom. Er werd met stenen gegooid, en de gemoederen raakten verhit. Daar kon de politie, op eigen initiatief, echter wel tussenbeide komen en beide groepen van elkaar scheiden. De beschuldigingen van de VSOA en Yvan Mayeur zijn ernstig. Uit de feiten blijkt dat ofwel de politie de betoging niet voldoende heeft ingeschat, ofwel niet goed mocht inschatten van hogerhand. In het gespannen klimaat van de ‘hete herfst’ zijn dat zware beschuldigingen. Te vrezen valt dat er met nog meer aangekondigde betogingen nog ongelukken zullen gebeuren in de toekomst. Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) heeft een onderzoek bevolen naar de rol van Mayeur. We mogen hopen dat de waarheid aan het licht komt, en dat de overheden hun verantwoordelijkheden nemen. Er hadden doden kunnen vallen. Christophe Degreef
BDW 1450 PAGINA 4 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Uitgelicht > Meer belastinginkomsten en minder uitkeringen
Microkredieten zijn goed voor de staatskas SINT-GILLIS - Microkredieten leiden niet alleen tot een verbetering van het leven van kansarme starters, ze komen ook ten goede aan de staatskas. Dat bleek afgelopen week uit een studie die Vlerick maakte op vraag van MicroStart.
D
e coöperatieve MicroStart opende begin 2011 een kantoortje op het Bethlehemplein in Sint-Gillis. Bedoeling was om kansarme kandidaat-ondernemers die niet terecht kunnen bij een reguliere bank een beperkte starterslening te geven. De organisatie werkt hiervoor met kapitaal van BNP Paribas Fortis, dat meteen ook de grootste aandeelhouder is. Al vlug kwam er een filiaal bij in de Noordwijk. Vorig jaar opende MicroStart een kantoor in Luik en Gent. Dit jaar zijn Charleroi en Antwerpen aan de beurt. MicroStart verstrekte inmiddels ruim 1.200 kredieten. Het maximumbedrag lag lange tijd op 10.000 euro, maar werd zopas opgetrokken
tot 15.000 euro. De gemiddelde lening ligt echter veel lager, op minder dan 6.000 euro. “Het zijn kleine kredieten, maar ze zijn vaak beslissend,” zegt Philippe Maystadt, exminister en nu voorzitter van MicroStart. De starters worden intensief begeleid. MicroStart heeft hiervoor een afzonderlijke vzw opgericht die vooral met vrijwillige oud-bankbedienden werkt. Maystadt: “Een microkrediet zonder begeleiding heeft weinig zin. Wij hebben immers te maken met klanten die veel goede wil hebben, goede ideeën en vaak ook handig zijn, maar die helemaal niet weten hoe een bedrijf gerund moet worden.”
Werkloze coiffeuse Mede door de begeleiding is de terugbetalingsgraad opvallend hoog, 93 procent. “Dat lijkt met ons cliënteel misschien verwonderlijk, maar het is ook te danken aan onze strenge selectie,” zegt Patrick Sapy, directeur van MicroStart. “Slechts een op de vijf mensen die bij ons ko-
men aankloppen, krijge een lening.” Na drieënhalf jaar was MicroStart benieuwd naar de impact van haar activiteit, zowel op het leven van de starter als op de maatschappij. De organisatie schakelde hiervoor de Vlerick Business School in. De onderzoekers gingen na hoe het de Brusselse starters die in 2011 en 2012 een lening hadden gekregen, was vergaan. Het Brusselse cliënteel van MicroStart blijkt opvallend vrouwelijk – meer dan gemiddeld althans – en bestaat voor bijna driekwart uit Afrikanen. Voor ze hun lening kregen, had slechts 40 procent een baan. De helft was werkloos en 10 procent werkte in het zwart. “Typisch voor ons cliënteel is de werkloze coiffeuse die af en toe vrienden en familie kapt,” vertelt Sapy. “Voor haar is een officieel kapsalon een hele grote stap. Ze raakt haar uitkering kwijt, ze moet meteen hoge sociale bijdragen betalen en ze moet vooraf ook haar attest bedrijfsbeheer behalen.” Vandaag is de situatie anders: 60
procent van de starters runt zijn bedrijf nog steeds en 21 procent heeft intussen een andere zaak of een andere baan. Ruim 80 procent is dus aan het werk. Daardoor is het gemiddelde inkomen van de starters gestegen. Niet spectaculair, slechts 7,6 procent, maar de structuur van hun inkomen is grondig gewijzigd. Het aandeel afkomstig van uitkeringen en zwartwerk is flink gedaald, dat van ‘witte’ activiteiten bijna verdubbeld.
Geen filantropie De onderzoekers becijferden ook de macro-economische impact van de microkredieten. Ze berekenden dat de activiteiten van MicroStart de overheid jaarlijks 2,21 miljoen euro opleveren: 1,12 miljoen aan extra belastinginkomsten en sociale bijdragen, en ruim een miljoen aan besparingen op werkloosheids- en andere uitkeringen. Jobcreatie via microkredieten is dus een goede zaak voor de staatskas. Probleem is dat deze vorm van kredietverstrekking niet rendabel is.
Daarvoor zijn de leningen te klein, zo klinkt het. De rentevoet is nochtans fors, bijna 10 procent. “Dat lijkt veel, maar dat is het niet als je bedenkt hoe intensief wij de mensen begeleiden,” zegt Sapy. “Soms komen klanten zeven keren langs om een krediet van enkele duizenden euro’s te bespreken. Onze financiële producten dekken amper 40 procent van de kosten.” Om rendabel te zijn zou MicroStart een rentevoet van minstens 18 procent moeten hanteren, zo berekende Luc Haegemans van BNP Paribas Fortis. “En dat willen we niet.” Wel vindt hij het stilaan tijd om uit te kijken naar aanvullende financieringswijzen zodat de werkingskosten ook in de toekomst betaald kunnen worden. “Want dit is geen filantropie.” De bank denkt daarbij aan het innovatieve systeem van social impact bonds: privé-investeerders steken geld in een sociaal project en worden door de overheid terugbetaald als de sociale doelen behaald worden. Bettina Hubo
DE WEEK IN BEELD DOOR JO VOETS In de Brusselse Kaaienwijk, waar de straatnamen bol staan van echo’s van WO I, hebben de jongeren van jeugdhuis Chicago hun eigen Menenpoort nagebouwd. Ze lieten de Last Post Remix klinken, een hedendaagse versie van de Last Post. Een roadtrip door Flanders Fields, samen met een groep jongerenambassadeurs, was daaraan voorafgegaan.
WEEKOVERZICHT
BDW 1450 PAGINA 5 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
© SASKIA VANDERSTICHELE
WOENSDAG 5 NOVEMBER VUB HEEFT tekort VAN 7,9 miljoen euro. De Vrije Universiteit Brussel komt voor 2015 7,9 miljoen euro tekort, waarvan 4,1 miljoen euro ten gevolge van de besparingen. De VUB weigert te besparen op academisch personeel, onderwijs en sociale voorzieningen, en probeert via fundraising meer geld binnen te halen. Verplicht inburgeringstraject voor Brussel. Brussel krijgt een verplicht inburgeringstraject voor nieuwkomers. Dat is een overeenkomst die voortkomt uit een vergadering tussen ministers-presidenten Rudi Vervoort (PS) en Geert Bourgeois (N-VA). Vervoort vindt onder meer dat taalkennis belangrijk is en verplicht moet worden. Microkredieten helpen kansarme starters. Uit een studie die Vlerick op vraag van Microstart maakte, blijkt dat microkredieten tot een verbetering leiden van het leven van kansarme starters. Microstart geeft kansarme kandidaat-ondernemers die niet terecht kunnen bij een reguliere bank een starterslening en begeleidt hen daarnaast ook.
DONDERDAG 6 NOVEMBER
GEEN IJSSALON, WEL EEN SNACK VORST - Tot haar vijfentwintigste woonde Dounia Bouirik in Bologna. Ze had er allerlei baantjes secretaresse, boekhoudster, kinderverzorgster – maar vast werk vond ze niet. Daarom verhuisde ze enkele jaren geleden naar ons land. Ze volgde een opleiding import-exportassistent en dacht op die manier haar kansen op een job te vergroten. Maar dat viel tegen. “Ik mocht meermaals op gesprek komen, maar viel telkens af omdat ik geen Nederlands spreek. Ik ken vijf talen, maar geen Nederlands.” Dus begon ze opnieuw te denken aan de droom die ze eerder in Bologna al koesterde: een eigen ijssalon. Ze nam deel aan DreamStart, een parcours van MicroStart waarbij jonge, onervaren mensen geholpen worden om hun ondernemingsproject vorm te
“ “ HET GETAL
geven en een businessplan op te stellen. “Samen met hen deed ik een marktonderzoek. Zo ontdekte ik dat een ijssalon in Brussel weinig kans op slagen heeft. Dus besloot ik om er een combinatie ijs-ontbijt-koffiezaak van te maken.” Bouirik mikte op het hippe Elsene, maar daar bleken de huren veel te hoog. Uiteindelijk vond ze een betaalbaar pandje aan de Wielemans-Ceuppenslaan. Omdat de buurt in Vorst een stuk bescheidener is dan de beoogde plek in Elsene en het pand voorheen een broodjeszaak was, besloot ze haar plannen nogmaals aan te passen. Het werd een snackbar die ‘s ochtends ontbijt serveert en ‘s middags, behalve burgers, ook verse pizza’s, pasta’s en quiches. “In de zomer is er wellicht ook ijs.” Les Dou’ Délices ging open op 1 april. Bouirik kon beginnen dankzij een lening van 10.000 euro van MicroStart. “Ik ben eerst langsgegaan bij ING en BNP Paribas Fortis, maar ving daar bot. Die banken maken wel veel reclame voor steun aan starters, maar als je een echte starter bent, helpen ze je niet.”
Sinds wanneer zijn er meer gewonden bij de politie dan bij de manifestanten?” Parlementslid Alain Destexhe (MR) is niet te spreken over de ordehandhaving door burgemeester Yvan Mayeur (PS) tijdens de nationale betoging (in La Libre).
Nationale betoging eindigt in mineur. De nationale vakbondsbetoging tegen het besparingsbeleid en andere maatregelen van de regering-Michel I verloopt aanvankelijk rustig, tot een kleine groep amokmakers de confrontatie met de politie aangaat. De materiële schade is groot, zo werden tientallen voertuigen in brand gestoken. Bovendien raken een honderdtal politieagenten en verschillende betogers gewond. Bronks wint prijs cultuureducatie. Minister van Cultuur Sven Gatz (Open VLD) overhandigt de Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Cultuureducatie 2013-2014 aan het jeugdtheater Bronks. Volgens de jury kijkt Bronks met “open vizier naar de wereld,” en vermijdt het taboeonderwerpen zoals autisme, Roma-zigeuners of het gijzelingsdrama in Beslan niet. Net als andere culturele instellingen, moet Bronks evenwel besparen.
VRIJDAG 7 NOVEMBER Geen verplichte gemeenschapsdienst in Brussel. De federale regering wil langdurig werklozen verplichten tot gemeenschapsdienst, maar de Brusselse regering weigert de maatregel in te voeren, zo zegt Brussels minister van Werk Didier Gosuin (FDF). De maatregel zou geen oplossing zijn voor langdurig werklozen. Crevits schrapt mogelijk kansarmenbonus. Vlaams onderwijsminister Hilde Crevits (CD&V) laat onderzoeken in hoeverre de basistoelage voor elk kind kan gelijkgeschakeld worden. Hierdoor kunnen sommige scholen hun kansarmenbonus verliezen. Een zware klap voor scholen in moeilijke Brusselse wijken die het geld gebruiken voor didactisch materiaal, uitstappen en verbeteringen aan de schoolinfrastructuur.
ZATERDAG 8 NOVEMBER Brussel staakt verzet tegen bredere Ring. De Brusselse regering staakt haar verzet tegen de verbreding van de Ring. Dat zeggen Ecolo en Groen na het intergewestelijk overleg over de zaak tussen ministers-presidenten Geert Bourgeois (N-VA) en Rudi Vervoort (PS). Volgens de partijen zal de rekening voor de Brusselaars zijn en worden de fileproblemen er niet mee opgelost.
ZONDAG 9 NOVEMBER
Dit is onverantwoorde communicatie. Paniekzaaierij” VGC-raadslid Jef Van Damme (SP.A) over het LOP dat beweert dat er nog honderden kinderen thuis zitten bij gebrek aan school (in de Raad van de VGC).
19.370
De oranje Peugeot van Abdeslam Gharrafi werd vorige donderdag tijdens de nationale betoging in brand gestoken door relschoppers. Om een nieuwe auto te kopen voor Gharrafi, startte Bruno Dillen op 7 november een crowdfundactie waarmee hij 2.000 euro wilde ophalen. Verrassend genoeg leverde de actie na drie dagen tijd
een veel groter bedrag op dan oorspronkelijk werd beoogd. In totaal schonken 1.261 mensen 19.370 euro voor de nieuwe auto voor Gharrafi. Met dit bedrag wil Dillen nu niet enkel Gharrafi vergoeden, maar ook andere mensen van wie de auto werd beschadigd. Hierbij wordt hij spontaan geholpen door mensen uit de verzekeringswereld. Dillen zal ook een percentage van het bedrag schenken aan een vereniging die buurtwerk doet rond de Hallepoort. DB
Jambon opent onderzoek naar politiebevelen nationale betoging. Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) onderzoekt de leiding over de politie tijdens de nationale betoging van donderdag. Enkele politieagenten getuigden anoniem dat ze niet mochten tussenbeide komen, ondanks dat hun collega’s in nood waren. De agenten beschuldigden burgemeester Yvan Majeur (PS), die alles ontkent. Jambon wil nu nagaan of die beweringen kloppen.
MAANDAG 10 NOVEMBER Renovatie station Vilvoorde uitgesteld. De renovatie van het station Vilvoorde is voor onbepaalde tijd opgeschoven. Burgemeester van Vilvoorde Hans Bonte (SP.A) is hierover niet te spreken. Het station moet volgens hem dringend aangepakt worden, want het is ontoegankelijk voor rolstoelpatiënten en kinderwagens, en er stellen zich veiligheidsproblemen.
Samengesteld door Dylan Belgrado
MEER NIEUWS DE HELE WEEK ROND OP SURF NAAR BRUSSELNIEUWS.BE EN SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF
BDW 1450 PAGINA 6 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
JEUGD > STADSLABO JES BESTAAT DERTIG JAAR
om jeugdhuizen, -ateliers en -bewegingen te ondersteunen.”
‘JES WIL GOEROES IN HUIS HEBBEN’
Heel snel al, twee jaar na oprichting, is JES jongeren beginnen te begeleiden in hun zoektocht op de arbeidsmarkt, en op straathoekwerk. Waarom? Van Damme: “In de jaren 1980 was er niets. Er waren geen WMKJ’s (Werkingen met Maatschappelijk Kwetsbare Jeugd, vandaag overkoepeld door D’Broej, nvdr), er was geen straathoekwerk. Als er al eens een opleidingstraject georganiseerd werd, ging het om een muurtje metsen, afbreken en weer opbouwen. Jonge gasten werden daar niet door gestimuleerd.” “We konden toen gewoonweg niet blind blijven voor de stedelijke context. Er was een nood. We zijn toen vaak de mosterd in Nederland gaan halen. Nederland stond veel verder in het straathoekwerk.” “In 1986 zijn we gestart met ‘het BOOT’, een opleidingstraject voor laaggeschoolde, langdurig werkloze jongeren. We boden technische opleidingen aan zoals binnenhuisafwerking en bouw, maar met veel aandacht voor sociale vaardigheden en arbeidsattitude.”
SINT-JANS-MOLENBEEK – Stadslabo JES heeft zonet dertig kaarsen uitgeblazen. Tegelijk vindt directrice en JES’er van het eerste uur An Van Damme het tijd om de fakkel door te geven. Na 30 jaar met beide voeten in het grootstedelijk jeugdwerk kan de Kuregemse, zelf kind uit een kansarm gezin, als geen ander een balans opmaken van de sector en de noden van de Brusselse jeugd van vandaag.
I
n de Werkhuizenstraat in Molenbeek, het kleurrijke kasseistraatje dat door de gebouwen van de Franse gemeenschap het zicht op het Saincteletteplein wordt ontnomen, huist JES, het vroegere Jeugd en Stad. We ontmoeten een verkouden An Van Damme twee dagen voor een groot feest ter ere van 30 jaar JES, dat tegelijkertijd haar afscheidsfeest zal zijn. Met een ludieke theatermonoloog zal ze vooruitblikken naar ‘JES binnen 30 jaar’, maar vooral ook terugblikken. Wat maakt JES sinds dertig jaar uniek in de jeugdsector? An Van Damme: “Vanaf de start is ons motto ‘de straat optrekken’. Er zitten te veel mensen van de jeugdsector achter hun bureau. Daarvoor worden wij niet betaald. Neen, we moeten met de jongeren praten.” “JES is begonnen als een pluralistisch collectief van vier mensen. Intussen hebben we in Brussel, Antwerpen en Gent samen 130 medewerkers. Ik denk dat JES vandaag nog steeds makkelijk 80 procent van zijn mensen inzet om met ons publiek – kinderen, jongeren en jongvolwassenen – te werken. En daar ben ik trots op.” JES staat voor opleidingen, medialabs, stadsklassen, een jeugdverblijfcentrum, een muziekstudio, studiedagen, straathoekwerk, opvang voor spijbelaars, projecten rond leegstand. Ga zo maar door. Ziet een jongere of nieuwkomer door de bomen nog het bos? Van Damme: “Ik vind niet dat voor ons doelpubliek onmiddellijk glashelder hoeft te zijn waar JES allemaal voor staat. Weinigen zullen JES in zijn totaliteit kennen. Zolang ze JES maar kennen via een van onze projecten, is het goed. Want vanaf dan zullen ze automatisch ‘degusteren’ van al de rest.” “Als iemand bij ons komt werken, wordt die persoon eerst drie à vijf dagen ondergedompeld in een JESbad. Ik vertel de hele geschiedenis, van hoe we destijds zijn opgericht
An Van Damme: “JES heeft geen kers op de taart. Het is een lekkere taart vol kersen. We werken integraal. Als een project zou wegvallen, klopt het plaatje niet meer.”
© IVAN PUT
Vandaag is een op de drie jongeren in Brussel werkloos, in sommige wijken zelfs een op de twee. Veel lijkt de situatie niet verbeterd, wel integendeel. Van Damme: “De economische situatie was toen vrij ernstig, maar vandaag is ze dat inderdaad ook weer. In 1985 waren de werklozen en de kansarmen blank. Vandaag is de stadscontext helemaal anders.” “Het aanbod aan opleidingen en jobaanspreekpunten is nu wel groter, jongeren kunnen zappen. Maar soms is het ook een doolhof geworden. JES probeert daarom altijd om de jongeren op een ‘totale’ manier vooruit te helpen. We willen ze niet van het kastje naar de muur sturen, zoals helaas wel gebeurt in de zoektocht naar een job.” “Vandaag is ‘het BOOT’ er niet meer enkel voor langdurig werklozen. We bieden een brede waaier aan (gratis, nvdr) opleidingstrajecten. Uniek is dat we bij JES de kruisbestuiving kunnen maken tussen methodes uit het jeugdwerk en onze opleidingstrajecten. Ons avonturenparcours bijvoorbeeld gebruiken we ook voor onze jongeren in opleiding. Zo kunnen we al snel screenen wie leiderschap in zich draagt.” “Voorts kijken we ook naar hoe we knelpuntberoepen kunnen helpen invullen. We hebben een goede samenwerking met hotels. Jongeren die in ons verblijfcentrum De Waterman ervaring opdoen als kamermeisje of ontbijtmedewerker, kunnen doorstromen.” “Als wij nu een vacature hebben, dienen tot 150 kandidaten zich aan. Dat is pijnlijk, als je maar één iemand nodig hebt. We hebben nu net voor laaggeschoolden een oproep gedaan. We kregen 70 kandidaturen op heel korte tijd, al-
BDW 1450 PAGINA 7 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Wat vindt u van de jongerengarantie, waarmee Actiris nieuw ingeschreven werklozen binnen de zes maanden aan een stage of, in het beste geval, een job wil helpen? Van Damme. “De idee is dat jongeren werkervaring opdoen. Maar er zijn twee addertjes onder het gras. Ten eerste moeten jongeren de juiste stage kunnen doen. Iets dat hen ligt en waarin ze denken te kunnen doorgroeien. En ten tweede vraag ik me af: wie begeleidt hen? Zonder goede omkadering ben ik bang dat jongeren hiermee als goedkope arbeidskracht dreigen te worden ingezet. Ik geloof er wel in, op voorwaarde dat er een voortraject is met werkgewenning, attitude en begeleiding op de werkvloer. Maar hen zomaar van straat plukken of uit hun luie zetel bij wijze van spreken, is crazy. De slaagkans van de jongeren is dan nihil. Hetzelfde gevoel heb ik overigens bij het plan voor verplichte gemeenschapsdienst voor werklozen.” De nieuwe Vlaamse Jeugdminister, Sven Gatz (Open VLD), ontziet in de besparingsronde ook de jeugdsector niet. De koepelorganisatie Ambrassade moet 20 procent inleveren... Van Damme: “Los van de grove manier waarop in de Ambrassade gesneden wordt, vind ik het positief dat er gekozen is voor de mensen die op het terrein werken. Ik vind dat er op dit moment soms een te hoge bovenbouw is. Op den duur krijg je de koepel van de koepel van de koepel.” In 2008 pleitten jullie voor tweetalige jeugdwerking, gesubsidieerd door de Vlaamse en Franse Gemeenschap. Hoe is het met dat idee gesteld? Van Damme: “Kijk, we stelden vast dat we beter onze collega’s uit Berlijn en Dublin kenden dan onze Franstalige Brusselse collega’s uit het jeugdwerk. Bovendien zagen we dat we soms gelijkaardige activiteiten organiseerden op hetzelfde moment. We hebben toen het platform ‘Het Werkt! Ça Marche!’ opgericht, om elkaar te leren kennen en ons aanbod wat op elkaar af te stemmen. Maar wij vonden dat ook het beleid het voorbeeld moest geven. De Franstalige en Vlaamse ambtenaren voor Jeugd kenden elkaar ook niet.” “Maar meertalig jeugdwerk, gesubsidieerd door de twee gemeenschappen, bleek onbespreekbaar.” En bent u nog altijd pleitbezorger? Van Damme: “( aarzelt). Door elkaar te leren kennen, hebben we ook wel gezien dat we anders werken. Langs Nederlandstalige kant werken we kleinschaliger, met minder mensen en dus meer overkoepelend. De Franstalige jeugdwerkingen opereren veel lokaler, in buurthuizen.” “Om een gemeenschappelijke werking uit te bouwen, zouden we
eerst samen moeten defi niëren wat we samen willen. Ook de sector is er eigenlijk niet klaar voor, neen. Maar het blijft een feit dat als je in dezelfde straat eenzelfde werking aanbiedt, dat een verspilling is van belastinggeld.”
© IVAN PUT
lemaal doorgestuurd door Actiris.”
Daar zegt u het: een gelijkaardig aanbod in eenzelfde straat. Het regionaal integratiecentrum Foyer is de directe buur van JES. Ook Foyer houdt zich bezig met kansarme jongeren, opleidingen, ateliers, enzovoort. In hoeverre zijn jullie concurrenten van elkaar? Van Damme: “In mijn ogen zijn wij geen concurrenten. We werken net heel sterk samen. Ik ben lange tijd ook voorzitter geweest van Foyer. We werken aanvullend, en ja, we hebben toevallig onze kantoren in dezelfde straat.” “Met hoe meer we er zijn voor de jongeren, hoe beter. Foyer heeft een jeugdhuis, waar kinderen en jongeren binnen en buiten kunnen lopen. Dat hebben wij hier niet op onze hoofdzetel. In de zomer heeft JES wel een jeugdwerking geopend in een sportzaal in de Maritiemwijk, waar we werken rond competentieontwikkeling.” JES focust in zijn straathoekwerk niet op misdaadpreventie. Waarom niet? Van Damme: “Dat is altijd een heel bewuste keuze geweest. Misdaadpreventie staat gelijk aan met het vingertje zwaaien. Wij zeggen niet graag: ‘Dat mag niet’. Liever laten we jongeren inzien waarom iets niet wijs is, bijvoorbeeld ongezond eten of druggebruik.” “Maar eigenlijk vind ik dat onze straathoekwerkers, door een relatie op te bouwen met jongeren, toch indirect preventief werk leveren. Vroeger waren in Molenbeek en Kuregem regelmatig rellen. Ofwel ben ik blind, maar ik zie er toch niet zo vaak meer. Gasten kunnen vandaag hun verhaal vertellen, hun ei kwijt.” “Weet je, ik kom zelf uit een kansarm gezin. Op mijn veertiende bleef ik weg van school. Ik was een straatkind, ik zat op veel plaatsen waar je niet moet zitten. Op een bepaald moment ben ik op het Sint-Lukas terechtgekomen. Mijn leerkracht was mijn goeroe, en heeft mij zelfvertrouwen gegeven. JES wil ook die goeroes in huis hebben, die andere jongeren een boost kunnen geven.” Iets anders. De klassieke jeugdbewegingen hebben het moeilijk om allochtone leiders te vinden. Hoe komt het dat jullie er wel in slagen om de doorsnee van de Brusselse bevolking te bereiken? Van Damme: “We werken altijd van onderuit, houden de vinger aan de pols in de straat. Tien jaar geleden kwam uit een teamdriedaagse van JES naar voren dat we met ons cursus- en animatorenaanbod de nieuwkomers wilden en zouden bereiken. Intussen is 90 procent van
“Als er in de jaren 1980 al een opleiding voor jongeren georganiseerd werd, ging het om een muurtje metsen, afbreken en weer opbouwen”
“Mijn grote bekommernis is dat in het jeugdwerk steeds meer wordt gewerkt met tenders. Zo dreigen jeugdwerkorganisaties concurrenten te worden van elkaar”
onze deelnemers migrant of anderstalig. Ik zou er haast triestig van worden dat we de klassieke Belgen niet meer bereiken ( lacht). Neen, ‘die m élange maken, dat blijft nen moeilijken’.” “Maar de klassieke jeugdbewegingen, in Brussel toch, zijn ook hun best aan het doen om diverser te worden. (Chiro Jijipeke in Molenbeek trok de afgelopen jaren allochtone meisjes aan via het project Bint, kv). Die jeugdbewegingen steunen nog volledig op vrijwilligerswerk, iets waar onze gasten minder mee vertrouwd zijn. Nochtans is het een manier om je netwerk te verruimen, en zo later in een opleiding of werkervaring te rollen.” U trekt nu de deuren van het jeugdwerk achter u dicht. Is dat met een gerust gemoed? Van Damme: “Eigenlijk heb ik één grote bekommernis, en dat is hoe ook in het jeugdwerk we evolueren naar het werken met ‘tenders’ (aanbestedingen, nvdr). Men zegt ons dat dat onder druk van Europa en van de liberalisering is. VDAB, Actiris, of stadsbesturen gooien een projectvraag op de markt.” “JES kan meedoen aan die tenders, dat is niet het probleem. Maar het gevaar dreigt dat jeugdwerkorganisaties concurrenten worden van elkaar in plaats van bruggenbouwers. Bovendien rond je je doelgroepen af, want aanbestedingen binnenhalen vereist dat je indicatoren haalt. Er dreigt paperasserij en je dreigt de zwaksten, diegenen onder de radar, je doelgroep dus, niet meer te kunnen helpen. Dat zie je nu al in Nederland gebeuren, hoewel dat land destijds ons voorbeeld was.”
Kim Verthé
ADVERTENTIE
Geef griep geen kans! Laat je vaccineren. Een griepvaccinatie is aangewezen voor: • • • •
personen met een chronische aandoening ouderen zwangere vrouwen personen werkzaam in de gezondheidssector
De beste periode om zich te laten vaccineren is tussen 15 oktober en 15 november. Vraag een voorschrift aan uw huisarts. Heeft u nog geen huisarts? U kunt er een vinden op Zorgzoeker.be.
Een initiatief van het Agentschap Zorg en Gezondheid van de Vlaamse Overheid, in samenwerking met het Vlaamse Griepplatform en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
BDW 1450 PAGINA 8 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Jeugd > Brussel telt twee kandidaten voor de Vlaamse Jeugdraad
‘Veel jongeren zijn hopeloos’ BRUSSEL – Zijn voornaam zit als anagram verscholen in de hare, en hun beider namen beginnen toevallig met de letter ‘f’. De ‘f’ van ferm, fel en fervent. Fahim De Leener en Fatimah Al Hilou zijn debaters met een scherpe mening, en de twee Brusselse kandidaten voor de Vlaamse Jeugdraad. “Wij, jongeren, willen mee oplossingen bedenken voor de problemen in de wereld.”
bijvoorbeeld?” denkt ze hardop. Fahim stoort zich aan het misbruik van de jongerengarantie. “Bedrijven laten de ene stagiair de andere opvolgen. Daarmee sparen ze geld uit. Hoeveel duurzame jobs volgen daaruit? Weinig. We moeten volgens mij evolueren naar meer duurzame jobs bij lokale kleine ondernemingen, die er niet mee dreigen te vertrekken als de subsidiekraan dichtgaat.”
Engagement “Ze hebben toch gelijk?” Fatimah verdedigt de vakbondsjongeren die op de betoging van vorige week even het hoofdkwartier van het Verbond van Belgische Ondernemen (VBO) hebben bezet. “Volwassenen denken vaak: ‘Jongeren zijn nog jong genoeg, ze hebben nog een leven voor zich om te werken, ze kunnen de besparingen wel aan’.” Ze schudt heftig met haar hoofd van niet. Fahim, kalmer van karakter, treedt bij: “Ik denk dat de Vlaamse jeugdraad de besparingen die de Vlaamse en de federale regeringen willen doorvoeren, heel kritisch zal moeten bekijken.”
Strijdpunten Werkloosheid bij jongvolwassenen is hét thema waar Fatimah en Fahim de komende drie jaren hun tanden willen in zetten. “We komen net uit een crisis. Ga ik morgen wel een job vinden? Ga ik genoeg voorbereid zijn op de arbeidsmarkt? Dat zijn vragen waar jongeren mee bezig zijn,” zegt Fahim, laatstejaars criminologie. Fatimah deed er zelf twee jaar over om een studentenjob te bemachtigen. De studente sociaal-economische wetenschappen denkt liever niet terug aan de resem onbeantwoorde brieven, de eendagsaanbiedingen en het online sollicitatiecircus waar ze in terechtkwam. “Al snel voel je je schuldig. Je vraagt je af: ‘Ik ben al zo oud en ik heb nog geen enkele keer kunnen werken? Ligt het aan mij? Ben ik dom, lui?’ Al mijn vrienden kregen wel de kans om zich te bewijzen. Waarom ik niet? Omdat ik mijn hoofddoek niet wilde uitdoen. Ik spreek over een studentenjob als callcentermedewerker, hé.” Ook Fahim ziet veel van zijn vrienden aanmodderen zonder job. “En dan heb ik het over hoogopgeleide jonge mensen. Ingenieurs die hier niet aan de bak komen, en die naar Nederland trekken omdat ze daar wel diversiteitsplannen hebben.” Zelf is hij het beu om te moeten verklaren waarom zijn naam slechts deels Vlaams klinkt, of dat hem nodeloos wordt gevraagd waar hij geboren is. “Zulke opmerkingen bij een start van een stage of een werkervaring, zuigen je motivatie weg.” Discriminatie moet de bedrijfswereld uit, zeggen de twee. “Het is tijd
Fahim De Leener en Fatimah Al Hilou: “Met ons komt het goed, hoor. We doen dit voor alle andere jongeren. Veel jongeren lopen depressief rond en zijn hopeloos.”
voor een mentaliteitswissel. Bedrijven moeten diversiteit zien als iets dat hen naar een hoger niveau tilt. De overheid moet hierbij het voorbeeld geven.” Vorige vrijdag lanceerde Brussel een totaalplan voor het terugdringen van de torenhoge jeugdwerkloos-
heid. Vanaf januari zal Actiris een tandje hoger schakelen bij de begeleiding van werkloze jongeren via de zogenaamde Jongerengarantie, een Europees initiatief. Goed nieuws? “De jongerengarantie heeft al jongeren geholpen in Europa,” weet Fatimah, die zonet een conferentie
STEMRECHT VANAF 12 JAAR De Vlaamse Jeugdraad bestaat sinds 12 jaar. Ze vertegenwoordigt de stem van de kinderen, jongeren en hun organisaties. Elke drie jaar kiezen kinderen en jongeren een nieuwe vertegenwoordiging. Voor het eerst kan de jonge garde online stemmen. Het enige dat ze daarvoor nodig hebben, is een elektronische identiteitskaart en een kaartlezer.
© IVAN PUT
over het onderwerp bijwoonde in Genève en alweer vertrekkensklaar staat voor een andere in Rome. Maar het kan beter. “Een stage zou minstens een jaar moeten duren. Een ervaring van zes maanden is te kort. Waarom past de overheid niet pas bij vanaf de twee jaarhelft,
Wie wil, kan ook op locatie gaan stemmen. Kandidaten en vrijwilligers van de Vlaamse Jeugdraad zullen tijdens de kiesweek overal in Brussel en Vlaanderen halthouden met een kieskaravaan. In Brussel kunnen jongeren terecht bij de Vlaamse Jeugdraad (De Ambrassade, Leopoldstraat 25), Jeugdhuis Chicago (Vaartstraat 47) en Muntpunt, waar permanent kiescomputers zullen staan. Alle info op https://vlaamsejeugdraad.be. KV
Wie zich verkiesbaar stelt voor de Vlaamse Jeugdraad, is niet vies van engagement. Fahim is al voorzitter van Animo Brussel, de jongerenbeweging van SP.A. Fatimah draait al een jaar mee als vrijwilliger in de werkgroep VN van De Ambrassade. “Vrijwilliger zijn bij de lokale voetbalclub of bij de Chiro, is ook een engagement,” zegt Fahim er meteen bij, “al is dat niet meteen zichtbaar. Ook die engagementen willen we verdedigen.” Bij een benoeming tot ‘Jeugdrader’ komt wel een en ander kijken: regelmatig bijeenkomen, visies en standpunten verhelderen en vertolken bij beleidsmakers, leren speechen, kinderen en jongeren vertegenwoordigen op internationale conferenties, enzovoort. De jongeren worden hiervoor begeleid door medewerkers van De Ambrassade. Maar die ondersteuning komt nu wel enigszins onder druk te staan, nu De Ambrassade vanaf 2015 20 procent moet inleveren, en daardoor acht mensen moet laten gaan. “Ik vind dat de jongeren hiermee monddood gemaakt worden, en dat is laf. Oké, we zijn jongeren en vrijwilligers, en we weten wat we willen. Dat is waar, maar we hebben begeleiding nodig. Grote cultuurinstellingen zoals De Munt worden ook hard aangepakt, maar zij kunnen zich tenminste verdedigen (de regering heeft de opgelegde besparingsoefening voor De Munt intussen verzacht, kv). In het geval van De Ambrassade pak je echt de zwakkeren van de maatschappij aan.” Kim Verthé
ADVERTENTIE
Handicap & informatie Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor personen met een handicap
02/463.58.58 alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.
Bezoeken enkel op afspraak Informatie@handicap-ambulant.be
P-PRAAT Het is alweer enkele weken geleden, maar hier ter redactie zijn we de term ‘homonationalist’ nog niet vergeten. Homonationalist? Ja, dat is de naam die men in het Regenbooghuis – de vaste Brusselse stek van meer internationaal gerichte homo’s – geeft aan een Theo Francken, de nieuwe N-VA-staatssecretaris van Asiel en Migratie, als die zegt dat homo’s wel eens last ondervinden van Maghrebijnen in de stad. Het is ons wat met die Theo Francken. Eerst was die een racist, dan een homofoob, dan opnieuw een racist en uiteindelijk blijkt hij een homonationalist te zijn. Wat is het volgende? Theo Francken als gaybashende racistische rechtse neoliberale homonationalist? Of Theo Francken als veel te dunne witte knecht in een concentratie-brede-school? Alle gekheid op een stokje: als Theo Francken als homonationalist lid is van een regering van stampende laar-
CHIEN ÉCRASÉ Gelukkig is er nog solidariteit. Toen de Brusselse elektricien Abdeslam El Gharrafi zijn zuurverdiende auto en gereedschap vorige week donderdag in vlammen zag opgaan – resultaat van iets te veel doorgedreven klassenstrijd – mobiliseerde het rechtse Vlaanderen, althans als we Het Laatste Nieuws mogen geloven, meer dan 16.000 euro om Abdeslam zijn auto terug te kunnen geven. Onder meer Marc Coucke, Geert Noels en Noël Slangen doneerden naar verluidt geld voor
zen, is dat dan niet eerder een verdoken vestimentair compliment van de oppositie omdat al die nationalisten met hun roze kiezers gaan lopen? Een intelligent persoon heeft ooit eens gezegd dat ironie zichzelf vernietigt, maar uw commentator twijfelt daar nogal aan. Het is eerder zo dat de teloorgang zichzelf uitermate ironiseert. U mag daar over nadenken.
© SASKIA VANDERSTICHELE
BDW 1450 PAGINA 9 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Voorts kunnen wij deze rubriek alleen maar gebruiken om de terugkeer van het politieke debat toe te juichen. Sinds kortelings is het namelijk zo dat er opnieuw zoiets als een links-rechtstegenstelling bestaat, of zo zeggen vele slimme mensen het alleszins. Wij weten niet goed wat we ons daarbij moeten voorstellen – brandende autowrakken, politici die oproepen tot een nieuwe klassenstrijd (op Facebook) of indexsprongen niet te na gelaten – maar we kunnen met zekerheid zeggen dat de plaat van voormalig Brussels minister-president Charles Picqué (PS) afgespeeld lijkt. Wat er dan wel komt, vernemen we bij Waals minister-president Paul Magnette in Le Soir: “La Wallonie est au début de quelque chose...”
Abdeslam. In afwachting van nog een extra bevrijdende knuffel van Unizo-topman Karel Van Eetvelt voor Abdeslam staat uw commentator alvast even stil bij zoveel schoon delen van een uiterst rechtse, verzuurde, in zichzelf gekeerde bevolking en haar neoliberale, fascistische, homofobe, homonationalistische, antisolidaire, extreemrechtse heersers. Natuurlijk zou het slachtoffer beter opletten: de donatie van kmo-Vlaanderen kadert hoogstwaarschijnlijk in een reactionair-Angelsaksische, paternalistischblanke, caritatief-autoritaire houding die moet dienen om de klassen tegen elkaar op te zetten en Abdeslam uiteindelijk te recupereren als marionet van het grootkapitaal, het militair-industrieel complex, en niet te vergeten: de zionisten. ADVERTENTIE
BRUSSEL – Over een jaar moet de Chambonsite, de voormalige zetel van de ASLK aan de Wolvengracht, herrijzen tot een nieuwe stadswijk. Met 350 appartementen en studentenkamers, binnentuin, kantoren, winkels en een hotel. KV
BDW 1450 PAGINA 10 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Natuur > Kwetsbare diersoorten in Brussel
Salut, huismus en salamander Verstedelijking en menselijke ingrepen in de natuurlijke habitat zijn de grootste oorzaken voor het verdwijnen van bepaalde dieren. Zo’n vijftig jaar geleden had de periferie rond Brussel nog een sterk landbouwkarakter. “Anderlecht en Vorst, waren zoals de boerenbuiten, maar dat landelijke karakter is verdwenen en die verstelijking heeft een impact gehad op bepaalde soorten,” zegt Olivier Beck, van Leefmilieu Brussel. Opportunistische dieren, zoals de vos, passen zich makkelijk aan die veranderingen aan. Selectieve soorten met specifieke eisen voor hun habitat kunnen dat echter niet. Beck: “In Vorst waren de grauwe gors, de geelgors, de veldleeuwerik en andere akkervogels vroeger
© PIET SPAANS
BRUSSEL – In de documentaire ‘Bruxelles-Sauvage’ toont Bernard Crutzen hoe Brusselaars omgaan met de wilde dieren die steeds dichter in de stad komen en er zich goed voelen. Maar niet alle soorten komen dichterbij, sommigen verdwijnen stilaan uit de stad.
kende vossen, kraaien en exoten geen bedreiging voor de kwetsbare soorten. Katten zijn daarentegen wel een groot probleem. “In 2000 bleek dat er in Brussel 1.200 huisen zwerfkatten voorkomen per vierkante kilometer en in totaal vingen die honderdduizenden prooien. Elke prooi is er een te veel,” aldus Beck. Vooral het tempo waaraan bepaalde soorten verdwijnen, is verontrustend. Het is een belangrijke indicator van de levenskwaliteit van de omgeving en elke soort is bovendien een cruciale schakel in het ecosysteem. Om te voorkomen dat nog meer kwetsbare diersoorten in Brussel verdwijnen, neemt Leefmilieu Brussel verschillende maatregelen: nesten plaatsen, zwerfkatten steriliseren om hun populatie in te perken en groene ruimtes verbinden via ecoducten en ecoduikers zodat dieren zich veilig kunnen verplaatsen. Dankzij die maatregelen doen onder meer de huiszwaluw en de slechtvalk het ondertussen weer beter en ook de levenskwaliteit van de vijvers is er de voorbije jaren op vooruitgegaan. Sommige dieren zijn helaas voorgoed verdwenen, maar er is nog hoop voor anderen.
De slechtvalk is weer terug, maar de kamsalamander is voorgoed weg.
talrijk aanwezig, maar nu zijn ze er allemaal verdwenen. De kans dat ze ooit nog naar Brussel terugkomen om te broeden is klein.” Andere dieren die sinds de jaren 1970
en 1980 zijn verdwenen, zijn de poelkikker, verschillende vlindersoorten en de kamsalamander, die in Europa beschermd is. De huismus, vroeger op elke stadsbank te
Dylan Belgrado
vinden, komt ook veel minder voor.
Watch out pussycat In tegenstelling tot wat sommige mensen denken, vormen de opruk-
Bruxelles-Sauvage is in het cultureel centrum van Sint-Pieters-Woluwe te zien op 18/11. In 2015 komt de docu op RTBF
ADVERTENTIE
Ontmoetingsdag selectief mutisme 22.11.2014 Zaterdag 22 november van 10 tot 17 uur vindt de eerste ontmoetingsdag over selectief mutisme of extreme praatangst bij kinderen plaats in het huisvandeMens Brussel.
MetrOStAtIOn Simonis
2 6 Brussel
nMBS StAtIOn Simonis
Ouders maar ook hulpverleners, verzorgers en onderwijzend personeel zijn hiervoor uitgenodigd. Minister van welzijn, volksgezondheid en gezin, de heer Jo Van Deurzen en voorzitter van deMens.nu, de heer Sylvain Peeters, openen de dag. Max Güldner en Els Wippo, klinisch psychologen en psychotherapeuten van de Bascule in Amsterdam zijn de gastsprekers. In de namiddag bieden we drie workshops aan rond de behandelprogramma's, de aanpak van de school en de ervaringen en expertise van ouders.
Meer info www.selectiefmutisme.be • contact@selectiefmutisme.be
nMBS StAtIOn Brussel-Noord
MetrOStAtIOn Ribeaucourt
2 6 Sain
17
cte
lett
esq
uare
MetrOStAtIOn Yzer
2 6
Klein Kasteeltje
Place to be huisvandeMens Brussel Sainctelettesquare 17, 1000 Brussel • 02/242 36 02
ADVERTENTIE
LEEFMILIEU BRUSSEL VERHUIST
漏 Fotos : J-M Byl
De kantoren van de Brusselse administratie voor Leefmilieu en Energie bevinden zich voortaan op de Thurn & Taxis-site.
ONS ADRES : LEEFMILIEU BRUSSEL THURN & TAXIS-SITE 路 HAVENLAAN 86C 路 1000 BRUSSEL WWW.LEEFMILIEUBRUSSEL.BE
BDW 1450 PAGINA 12 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Deze week op goed geluk > Wandel eens ‘à la dérive’ door de stad
‘Volg iemand met een pet op’ derstraat niet gemaakt wordt, een woestijn tussen twee attractiepolen als het ware. Over de Zuidoostelijke grens was discussie: de grauwe Van Arteveldestraat versus de bredere Anspachlaan, al was er consensus over het feit dat Sint-Goriks, hoewel architecturaal erg verwant, een heel andere sfeer heeft, wat waarschijnlijk met de klandizie in de bars te maken heeft (en ook in rekening dient genomen te worden, aldus Debord). Deze grenzen ontmoedigen het verlaten van dit gebied. Maar bij een dérive is het natuurlijk net de bedoeling in andere zones rond te dwalen. Om echt tot de stad door te dringen, zetten de situationisten speelse methodes in. Zo volgden ze letterlijk hun neus, of liepen ze met een plattegrond van Berlijn rond in Parijs. Nog anderen zetten een glas op de kaart, trokken er een kring rond, en liepen die cirkel vervolgens af. Wielfried Hou Je Bek, een Nederlands kunstenaar, ontwikkelde dan weer een algoritme – tweede links, tweede rechts, eerste links, herhaal – waarmee hij grote delen van Utrecht en wij grote delen van Vorst, Ukkel, Elsene en Molenbeek verkenden. Om echt tot de stad door te dringen, zetten de situationisten speelse methodes in. Ze volgden letterlijk hun neus, of liepen met een plattegrond van Berlijn rond in Parijs.
Brussel is een stad om te ontdekken. Hoewel je gewoon lukraak op pad kan gaan, zijn er ook technieken die je toelaten om dieper de stad in te dringen. Welkom in de wereld van de Dérive.
V
oor wie nieuw in Brussel aankomt, is de stad een groot, onontgonnen terrein. In het begin is het nog wat zoeken, maar algauw vind je met behulp van advies en een kaart de kortste weg naar werk, supermarkt, park of kroeg. Je merkt dat je in bepaalde buurten nooit komt en in andere heel veel. Tot je na verloop van tijd moet vaststellen dat jouw stad tot die buurten is herleid, dat de stad gekrompen is tot de paar straten van en naar het werk, de supermarkt, het park en de kroeg. Hoewel deze ervaring van persoon tot persoon kan verschillen, blijkt ze van alle tijden te zijn. In 1952 al, werd een Parijse studente gedurende een jaar gevolgd. Men stelde vast dat al haar trajecten een kleine driehoek vormden waar ze nauwelijks buiten kwam, met als hoekpunten de faculteit Politieke Wetenschappen, het huis van het meisje en dat van haar pianoleraar. Het beeld dat men zo van de stad heeft is niet al-
leen beperkt, het is ook verkeerd.
Gevoelskaart Een mogelijke manier om de stad terug te openen, is het doelloos ronddwalen. Schrijvers als De Quincey en Baudelaire hadden dit eerder al tot kunstvorm verheven, maar het was vooral Guy Debord, bekend van zijn boek De Spektakelmaatschappij, die in de jaren 1950 van de vorige eeuw het dwalen naar een hoger niveau tilde. Samen met enkele bevriende situationisten, een kunstzinnigpolitieke beweging die de revolutie wilde, werkte hij de dérive uit. In een dérive (drift, zich laten meedrijven) laten één of meerdere mensen hun relaties, werk en vrijetijdsbestedingen voor enkele uren of dagen vallen, om zich volledig aan het terrein en wat zich daar afspeelt over te geven. Daarbij letten ze specifiek op het effect dat dat terrein op hun gevoelens en gedrag heeft. Dat je je in de ene buurt prettiger voelt dan in de andere, is natuurlijk
niets nieuws, maar wat maakt het Sint-Gillisvoorplein nu zo aangenaam? Is het het licht, zijn het de bomen, de kromming van de gevels of is het de kleur van het kerkje? Of zijn het vooral de mensen die op het plein rondhangen? Situationisten wilden onderzoeken in welke buurten nu precies welke sfeer hing, en wat het effect ervan was op het
© CLAPPSTAR
de minste weerstand te volgen – de best verlichte straat, de levendige kant van een pleintje – en hou je je netjes aan de wetten van de stad. Terwijl je net die wetten moet doorbreken om ze te leren kennen. Guy Debord heeft het over het ‘psychogeografi sch reliëf’, een geheel van passageassen, knooppunten en barrières die de toegang tot (of uit-
“Een Nederlands kunstenaar ontwikkelde een algoritme waarmee hij grote delen van Utrecht en wij grote delen van Vorst, Ukkel, Elsene en Molenbeek verkenden” gemoed. Daarmee hoopten ze tot een soort gevoelskaart van Parijs te komen, om zo de stad te bevrijden van haar economische en utilitaire invulling.
Twee attractiepolen Over dérive kun je lezen, maar het is vooral iets wat je moet doen. Daarbij kan je je puur door toeval laten leiden, maar dan riskeer je de weg van
weg uit) bepaalde zones sterk ontmoedigen. Dat is goed merkbaar bij het ‘Vlaams eiland’, een benaming die ook psychogeografi sch goed gekozen is. In het Noorden ontraden de lege kaaien de uittocht, in het Westen zijn het de kale, nauwe straten van Anneessens, zonder horeca of winkeltjes, die ervoor zorgen dat de aansluiting met de behaaglijke Vol-
Authentieke ervaring Er ook enkele apps – de beste zijn drift van Broken City Lab en deriveapp – die je op een originele manier door de stad loodsen. Je krijgt een reeks kaarten met daarop opdrachten zoals ‘volg iemand met een pet op’, of ‘wandel Zuidwaarts en zoek naar iets hoopvols’. Dit staat al wat verder van de oorspronkelijke bedoeling van een dérive, maar geeft evengoed een inkijk in de stad, waar de poëzie zo voor het rapen valt: een kabouter op een lantaarnpaal, een pamflet getiteld ‘weg met onburgerlijk gedrag’, de Eerwaarde Pater Pirestraat, een bestelwagen met opschriften in bespottelijk Frans, een Jamaicaanse waardin die je binnenroept of een zaalvoetbalploegje (de Roskamikaas) dat op de valreep gelijkmaakt. Het zijn gebeurtenissen die voor een authentieke ervaring zorgen, weg van de voorspelbaarheid en monotonie van het hedendaagse leven. Of zoals Ivan Chtcheglov, tijdgenoot en drinkebroer van Debord, in 1953 zei: “Nous nous ennuyons dans la ville, il faut se fatiguer salement pour découvrir encore des mystères sur les pancartes de la voie publique, dernier état de l’humour et de la poésie.” Je moet wat moeite doen inderdaad, maar in een stad als Brussel lukt dit best nog aardig. Bram Van Renterghem
BDW 1450 PAGINA 13 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Jette > Met dank aan kantoorhouders Argenta
Kankerpatiëntjes UZ krijgen speelzaal De Appeltuin, zoals het initiatief heet, verrijst aan de achterkant van het kinderziekenhuis, vlakbij de afdeling kinderoncologie. “Kankerpatiëntjes hebben momenteel geen ruimte waar ze zich kunnen ontspannen,” legt Inge Staelens van het UZ uit. “Er is wel een speel- en onderwijszaaltje, maar daar kunnen alleen de andere patiëntjes terecht, kinderen met mucoviscidose of diabetes bijvoorbeeld. Voor kankerpatiëntjes is het infectiegevaar veel te groot. Het gevolg is dat ze de hele dag op hun kamer zitten en eigenlijk alleen nog maar contact hebben met volwassenen.” De Appeltuin zal hierin verandering brengen. De nieuwe speel- en leer-
© MARC GYSENS
Het kinderziekenhuis van het UZ Brussel wordt tegen mei volgend jaar uitgebreid met een speel- en leerruimte voor kankerpatiëntjes. Afgelopen vrijdag werd, bij wijze van eerste steenlegging, een appelboom geplant in de binnentuin.
Villa Samsom
Vrijdag werd alvast een grote appelboom geplant, de eerste stap in de realisatie van de Appeltuin.
ADVERTENTIE
Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw - Brand Whitlocklaan 87, bus 9 - 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe
zaal zal uit twee delen bestaan: een voor kankerpatiëntjes en een voor de andere zieke kinderen.
Onze deur staat voor je open. Nu ook ‘s avonds. Iedereen is welkom in een huisvandeMens. Onze deur staat tijdens de week voor je open van 9u tot 16u30 en nu ook één avond tot 20u. Heb je nood aan een luisterend oor? Wens je een vrijzinnig humanistisch geboortefeest, een trouw- of rouwplechtigheid? Ben je op zoek naar fijne activiteiten? Zoek je info over, bijvoorbeeld, euthanasie of een wilsverklaring? Of wil je vrijwilliger worden? Onze deur staat altijd voor je open en onze dienstverlening is volledig kosteloos.
Waar en wanneer? Brussel, Sainctelettesquare 17 op donderdag
Bezoek ons op www.deMens.nu
Dat dit project er komt, is te danken aan de kantoorhouders van Argenta, die het benodigde bedrag van één miljoen euro bijeen wisten te brengen met wafelenbakken, benefietconcertjes en andere inzamelacties. Ook de bank zelf deed een duit in het zakje. “Wij zijn daar heel blij mee,” zegt Staelens. “Want zelf hebben we het geld niet. Zoals elke pediatrie in ons land zijn we verlieslatend.” De Appeltuin is overigens niet het enige gesponsorde project. Eind 2016 moet op de UZ-campus ook Villa Samson opengaan, een ruimte waar patiënten hun huisdier even kunnen terugzien. Het is een initiatief van Danny Verbiest. Ook komt er een Ronald McDonaldhuis op de site, een plek waar ouders van zieke kinderen kunnen overnachten. Bettina Hubo
BDW 1450 PAGINA 14 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Brussel-Stad > Rouppe, Nieuwe Graanmarkt, IJzer en Vossenplein gaan ondergronds
Ampe: ‘Zoekverkeer ontmoedigen’ Ondergrondse compensatie van de honderden bovengrondse parkeerplaatsen die geschrapt worden (en werden) voor de uitbreiding van de voetgangerszone. Lees: de heraanleg van de centrale lanen. Dat is het compromis tussen liberalen en socialisten. Voor de vier ondergrondse parkeergarages rekent de stad op de privésector voor bouw, uitbating en heraanleg van de pleinen. “Heel de operatie mag de belastingbetaler geen eurocent kosten,” zegt schepen van Mobiliteit en Openbare Werken Els Ampe (Open VLD). De vier uitverkoren plaatsen zijn Rouppe, Nieuwe Graanmarkt, IJzer en Vossenplein. Els Ampe: “De parkings moeten verschillende soorten par-
© CARL GUDERIAN
De kogel is door de kerk: als de privé-investeerders mee willen, tellen het zuiden en het westen van de Vijfhoek op 1 maart 2018 vier ondergrondse parkeergarages extra. Ook moet de ondergrondse parkeergarage aan het Poelaertplein uitgebreid worden.
keerplaatsen bevatten. Het moet bijvoorbeeld mogelijk zijn om een private autobox te huren, maar er moet ook plaats zijn voor tweewielers en voertuigen voor mensen met een beperkte mobiliteit.” Een parkeergeleidingssysteem, dat in samenwerking met de Brusselse regering wordt uitgewerkt, moet de automobilisten nog makkelijker een plaats aanwijzen. “Eén derde van de auto’s in de Vijfhoek is zoekverkeer,” zegt Ampe, die ervan overtuigd is dat de ondergrondse parkeergarages voor minder verkeer gaan zorgen. Bovendien: “Brussel moet opnieuw winkelhoofdstad worden, ook voor Vlamingen en Walen die hier niet geraken met het openbaar vervoer.”
Archeologische vondsten
Tijdens de werken blijft de vlooienmarkt op halve kracht draaien.
Hoeveel plaatsen de ondergrondse parkeergarages gaan tellen, laat de stad Brussel over aan de privésector. “Al is het natuurlijk de stad die de bouwvergunning moet afleveren,” zegt Ampe. Streefcijfer is het aantal bovengrondse parkeerplaatsen dat
sinds 2004 verdwenen is. Wat de stad wel oplegt, is de maximumprijs tijdens het weekeinde. Ampe: “Een avondje op café of restaurant mag maar vijf euro kosten.” Ampe erkent dat de Brusselaar gedurende jaren met veel werven zal opgescheept zitten: “Het kan niet anders, in Bordeaux is het ook zo gegaan tot grote tevredenheid van iedereen ... als de werken achter de rug waren.” De investeerders moeten ook het aanwezige groen en monumenten, zoals de fontein op het Rouppeplein, respecteren, en worden er archeologische vondsten gedaan dan wordt de bouw afgeblazen. Op risico van de aannemer. Ampe is er ook van overtuigd dat de vlooienmarkt op halve kracht kan blijven draaien. De werken mogen maximaal 30 maanden duren. Nu is het wachten op kandidaat-investeerders.
Danny Vileyn
ADVERTENTIE
TOEGANG
Maak gebruik van deze persoonlijke uitnodiging om Het Salon van het Testament voor het goede doel op Zenith te bezoeken. Waarde € 8
VOOR HET GOEDE DOEL
Geldig iedere beursdag van 10 tot 17 uur. Surf naar www.zenith.be voor een EXTRA kortingkaart en andere voordelen
Dit jaar te gast bij
VOOR HET GOEDE DOEL
INFORMATIE - ANIMATIE - WORKSHOPS
• GRATIS EERSTELIJNSADVIES VAN NOTARISSEN EN JURIDISCHE EXPERTS (voor een afspraak kunt u nu al reserveren op www.salontestament.be) • KENNISMAKING MET HONDERD GOEDE DOELEN
• GRATIS GIDS “GOED GEREGELD GOED GEGEVEN”
"
• LEZINGEN OVER TESTAMENT EN FISCALE VOORDELEN
BDW 1450 PAGINA 15 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Schaarbeek > Schrijvers ontmoeten lezers
Slow Book Festival in de bib Peter Terrin, Griet Op De Beeck, Jeroen Theunissen en Luc De Vos zijn te gast in de bib van Schaarbeek voor een lezersgesprek over hun recentste boek.
tje gaan ze met elkaar in gesprek. Achteraf is er plaats en tijd voor een hapje en een drankje.” Snel inschrijven, want de plaatsen zijn beperkt.
De vier Vlaamse auteurs staan elk met een nieuw boek in de aandacht. Lezers die meer over het boek willen weten, of die het boek nog niet gelezen hebben, maar de auteur interessant vinden, kunnen op 21 november hun vragen op de schrijver afvuren. “We zetten de schrijvers aan tafel,” legt bibliothecaris Nadine Christiaens uit, “telkens met twaalf lezers. Gedurende een uur-
Steven Van Garsse
Slow Book Festival vrijdag 21 november om 20u in Bibliothèque Sésame, Lambertmontlaan 224 in Schaarbeek. Reserveren via 02-245.32.90 of schaarbeek@bibliotheek.be. Inkom 20 euro, inclusief boek naar keuze. Vermeld duidelijk voor welke auteur u kiest.
Sint-Agatha-Berchem > Bedelzakje voor concerten
Klassieke muziek in Oude Kerk vraagt om burgersteun
Voor het zestal concerten in de seizoensreeks, waarvan vier belangrijke in de Oude Kerk zelf plaatsvinden, beschikt men (net als vorig jaar) over 9.000 euro overheidssteun. De programmatie bestaat intussen al ruim 30 jaar. “Al decennialang proberen we met burgersteun het budget voor de ‘huur’ van de topmuzikanten te spijzen,” stelt Marc Dubois, directeur van GC De Kroon. “Met ongeveer 1.000 euro extra kan ‘Klassieke Concerten Oude Kerk’ het niveau garanderen.” Vandaar andermaal een oproep tot lidmaatschap van een eerbaar beschermcomité, dat in ruil voor de milde bijdrage van 120 euro een gezinsabonnement cadeau doet. Daarmee kunnen de mecenassen van het lokale initiatief concerten meemaken als dat van pianiste Thérèse de Malengrau (23/11), tubaxwonder Eric Schleichem en zijn Bl!ndman kwintet saxofonisten (25/1). Verder volgen dit seizoen: de titularis-organist van de Brusselse kathedraal Bart Jacobs en
© ERF-GOED.BE
De kwaliteit van de programmatie klassieke concerten in de Oude Kerk mag dan wel van topniveau blijven, de organisatoren moeten het stellen met eenzelfde budget. Ze nemen daarom hun voorzorgen om het aanbod te garanderen.
Les Buffardins en sopraan Ann de Renais. Ook pianovirtuoos Liebrecht Vanbeckevoort (laureaat Koningin Elisabethwedstrijd 2007) wordt in de concertenreeks geprogrammeerd, maar dan in de nieuwe zaal van GC De Kroon, waar een groter publiek binnen kan. “Uw lidmaatschap steekt organisatoren en artiesten een hart onder de riem en is eveneens onontbeerlijk om dit initiatief verder mogelijk te maken,” bedelt Marc Dubois verder in een rondzendbrief, samen opgesteld met Wietse Minne, directeur van de Muziekacademie.
Jean-Marie Binst
Info: GC De Kroon, 02-482.00.10, dekroon@vgc.be
Brussel-Stad > Overschotten worden teruggestort
Stad krijgt geld van OCMW Het OCMW van de stad Brussel heeft in 2013 ruim 226 miljoen euro uitgegeven. Dat is minder dan de inkomsten. Het OCMW stort 3.000 euro in de kas van de stad. Ieder jaar worden de rekeningen van het OCMW aan de gemeenteraad voorgelegd. OCMW-voorzitter Pascale Pereita (PS) kon alvast aankondigen dat er overschotten zijn. Omdat de stad opdraait voor eventuele tekorten, worden gebeurlijke overschotten teruggestort. Het OCMW heeft in 2013 ruim 55 miljoen
euro geïnvesteerd waarvan bijna de helft in de rusthuizen Ursulinen en de Fondations Réunies. De aanpassing aan de normen heeft 25 miljoen euro gekost. Ook de rekeningen van de rusthuizen vertonen een positief saldo: Pacheco boekt een overschot van 423.000 euro. Alle rusten verzorgingstehuizen samen hebben 116.000 euro over. Voor de ziekenhuizen is dat ruim 300.000 euro. Ook wat de provisies betreft is er goed nieuws voor de stad: het OCMW stort 220.000 euro. DV
ADVERTENTIE
BDW 1450 PAGINA 16 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
BDWOPINIE beter overtuigen hun auto achter te laten op randparkings en van daaruit met het openbaar vervoer naar het centrum af te zakken. Die randparkings kunnen ook de piekmomenten opvangen tijdens grote evenementen, zoals Winterpret of tijdens de koopjes. Dit zijn echte oplossingen. Hiermee maken we het centrum aangenamer en aantrekkelijker. Niet alleen voor de bezoekers, maar ook voor de bewoners.
Mobiliteit > Bart Dhondt (Groen) en Marie Nagy (Ecolo) over parkeergarages
Back to the future graag, nu het nog kan © ESTEBAN ROMERO/FLICKR CREATIVE COMMONS
BRUSSEL – De vier parkings die de meerderheid van de Stad Brussel wil neerpoten, katapulteren ons terug naar het verleden, zeggen Bart Dhondt (Groen) en Marie Nagy (Ecolo). Meer nog, het stadsbestuur organiseert met dit voorstel de stilstand in onze stad. Laten we ervoor zorgen dat de bestaande parkeerplaatsen veel beter benut worden, klinkt het.
V
orige week beslisten burgemeester Yvan Mayeur en zijn schepenen van de Stad Brussel om vier nieuwe ondergrondse parkings te bouwen in de Vijfhoek, goed voor zo’n 1.600 parkeerplaatsen. Voor vele autobestuurders zal het voorstel waarschijnlijk als ‘common sense’ overkomen. Ja, een parkeerplek vinden in het centrum is niet gemakkelijk. Ja, beter onder de grond parkeren dan op de pleinen. Deze plannen zijn daarvoor echter niet nodig. Ze bieden geen oplossing voor het parkeerprobleem en zullen vooral voor overlast in de woonwijken zorgen. Laten we eerst alle parkeerplaatsen die we hebben, gebruiken. De megalomane werken zullen onze stad verlammen. We kunnen ze ook vermijden door de reeds bestaande kantoorparkings ‘s avonds en ‘s nachts te openen voor bewoners. Het is slechts één voorbeeld van hoe we ‘back to the future’ kunnen naar een autoluwe stad, een stad met zuurstof. Een stad waarin elke Brusselaar zich vlot kan bewegen. Daar willen wij aan bouwen. De vier parkings die de PS-SP.A-MR-OpenVLD-coalitie van de Stad Brussel wil neerpoten, doen het tegendeel. Ze katapulteren ons terug naar het verleden. Meer nog, het stadsbestuur organiseert met dit voorstel de stilstand in onze stad.
De Nieuwe Graanmarkt is nu al voor de helft een parkeerplaats. Bart Dhondt (Groen) en Marie Nagy (Ecolo) zien dat liever anders.
“Het stadsbestuur moet zijn ogen openen voor de oplossingen die nu voor het grijpen liggen. Anders zullen wij Brusselaars de dupe zijn”
Eerst de echte oplossingen De nieuwe parkings moeten ervoor zorgen dat het centrum bereikbaar blijft. Dat willen wij ook, maar je hebt geen nieuwe parkings nodig om autobestuurders vlotter naar een parking te leiden. Dat doe je met een parkeergeleidingssyteem dat autobestuurders naar de lege parkeerplekken brengt. Dit zou dé prioriteit
Meer parkings, meer file
moeten zijn, maar het stadsbestuur blijft steken in aankondigingen. Er zijn momenteel zo’n 4.800 parkeerplaatsen in de publieke parkings van de Vijfhoek. Die worden slechts voor 60 tot 70 procent benut. Er is dus een marge van zo’n 1.400 parkeerplaatsen. Die hebben we. Daar
kunnen we ruimschoots de 600 parkeerplaatsen die we verliezen op de centrale lanen mee compenseren, maar we gebruiken ze niet. Een parkeergeleidingssysteem kan er veel sneller voor zorgen dat we die lege plekken vullen. Met een aangepast tariefbeleid kunnen we bewoners
overhalen hun auto niet op hun plein, maar ernaast in een van de publieke parkings te plaatsen. De Vijfhoek telt zo’n 56.000 parkeerplaatsen in privéparkings (woningen en vooral bureaus). De vorige regering zorgde ervoor dat je die nu ook kan laten gebruiken door bewoners. Laten we daar werk van maken in plaats van ze ’s avonds, tijdens de weekends en de piekmomenten leeg te laten staan. Er zijn immers twee types van parkeerders: de ‘dagparkeerders’, pendelaars die overdag parkeren in de parking van het gebouw waar ze werken. Daarnaast heb je de avond- en nachtparkeerders, die nu wanhopig worden, maar best terecht zouden kunnen in de parkings die dan leegstaan. Tot slot kunnen we bezoekers veel
Bijkomende parkings inplanten zal meer auto’s naar het centrum lokken. De bezoeker die naar Winterpret komt of een pendelaar die komt werken, zal zijn auto niet aan de Kinepolis zetten en verder reizen met de metro naar de Beurs. Die zal gewoon doorrijden naar het centrum. We zullen met meer zijn en er zijn niet plots meer wegen of tunnels bij gekomen. Het gevolg? We zullen met z’n allen nog meer in de file staan. De bezoekers, de bewoners en de leveranciers. Aangezien het stadsbestuur de nieuwe parkings pal in de woonwijken inplant, zullen we net daar meer overlast krijgen. We weten al wat het wil zeggen als iets “niets zal kosten.” Traditioneel wordt dit argument naar boven gehaald wanneer het gaat over zeer complexe, megalomane en dure projecten. Daarenboven zullen de werven samenvallen met de heraanleg van de centrale lanen. De overlast die met al deze werken gepaard gaat, wordt niet te overzien. Niet alleen de bewoners, maar ook de handelaars zullen het voelen. Het stadsbestuur waagt zich in een financieel avontuur dat ons niets zal opbrengen, maar wel heel wat zal kosten. De nieuwe parkings zullen voor u, Brusselaars, niets oplossen. Meer nog: als u een auto heeft, zal u zich enkel moeilijker kunnen verplaatsen in de stad, naar uw werk en terug. De meerderheid maakt de keuze voor een beleid op maat van de bezoeker. Die moet met de auto naar het centrum komen. Op een parkeerbox in een van de nieuwe parkings maakt u bijna geen kans. Er zullen er bitter weinig zijn, want niet rendabel voor de parkeeruitbater. Er is niet veel plaats in onze levendige stad: laten we ervoor zorgen dat de bestaande parkeerplaatsen veel beter benut worden. Zodat de Brusselaars zich vlot kunnen verplaatsen. Extra parkings inplanten in de woonwijken van ons centrum zijn een politiek van de jaren 1970. Het stadsbestuur moet zijn ogen openen voor de oplossingen die nu voor het grijpen liggen. Als dat niet gebeurt zullen wij Brusselaars de dupe zijn. Dus: back to the future graag, nu het nog kan.
Bart Dhondt en Marie Nagy Gemeenteraadsleden van de Ecolo-Groenfractie van de Stad Brussel
h
© JO VOETS
Zie je deze week ergens een opvallende actie? Mail je foto met wat info erbij naar protestflits@bdw.be. Wij zoeken het voor je uit. Vergeet je naam en woonplaats niet te vermelden.
© LIEVEN MUYLDERMANS
WOENSDAG 5 NOVEMBER, 12 UUR. Een tachtigtal gemaskerde activisten van hackerscollectief Anonymous verzamelen op het Muntplein. Ze klagen corruptie, politieke schandalen, armoede, censuur en nog veel meer aan. De groep gaat vanaf het Muntplein via de Nieuwstraat naar de Beurs en geeft onderweg geld, eten en kleren aan arme mensen. Het betreft een wereldwijde actie, waarbij Anonymous een miljoen mensen op de been probeert te brengen.
lezersbrieven@bdw.be
PROTESTflits
BRIEVEN VAN LEZERS
BDW 1450 PAGINA 17 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Citroën versus museum
Wat een plotse gedrevenheid van sommige politici om zich als voortrekker te willen profileren voor het aanwenden van de Citroëngarage als nieuwe bestemming van het gesloten museum voor moderne kunst! (BDW 1448, p.17) Waarom werd er integendeel niet met hetzelfde enthousiasme gereageerd toen directeur Draguet unilateraal de afdeling moderne kunst onterecht definitief liet sluiten? Wie van deze politici heeft het Citroëngebouw in functie van zo’n nieuwe museale bestemming al bezocht? Wie van deze politici heeft al weet van de aankoopprijs en vooral van de beschikbare budgetten? En is er momenteel al een berekening gemaakt van de bijbehorende prijs voor de uitvoering van de aanpassingswerken, bijvoorbeeld in vergelijking met een nieuwbouw? Zou het desgevallend niet aangewezen zijn om eerst enkele ervaringsdeskundigen te consulteren vooraleer met volle overtuiging te willen pleiten voor een nieuw museum in deze omgeving? Hetgeen vooral hinderlijk is in hun standpunt, is de koppeling van kunst met toerisme en stadsontwikkeling. En vooral het vermeende ‘glijmiddel’ dat een nieuw museum in een verpauperde buurt wonderen zal doen. Deze combinatie werd elders slechts exceptioneel opgemerkt, maar in de meeste gevallen werden nieuwe musea voor moderne en hedendaagse kunst gewoon ingeplant op de meest voordelige locatie; zoniet zonder de minste bijbedoeling. Zoals Helmut Lotti zegt:”Kunst heeft geen directe functie, want als we kunst gaan bekijken als iets dat iets moet opleveren, zijn we verkeerd bezig.” Wat zouden de andere bedoelingen zijn van het splinternieuwe (en controversiële!) museum Fondation Louis Vuitton gebouwd middenin het Bois de Boulogne, het groenste Parijse stadsrandpark, dan exclusief artistieke? Enkele voorbeelden in België zijn het SMAK dat een onderkomen vond in een voormalig casino aan de rand van een stadspark, MuZee werd ondergebracht in een verlaten grootwarenhuis in een winkelstraat, museum M kwam terecht in een verbouwd bestaand museum middenin een historisch stadscentrum. Voor het M HKA werd in een verouderde industriële stadswijk een oude graansilo omgebouwd, waardoor deze populaire omgeving op termijn veranderde in een veel chiquere buurt met andere musea, kunstgalerijen, talloze restaurants en cafés, en onbetaalbare huurcontracten. Hierbij moet de bedenking gemaakt worden dat politici zich niet moeten vergissen tussen de inplantingsmotieven van een museum en een cultuur- of een gemeenschapscentrum. Voorafgaandelijk aan een definitief oordeel kunnen de betrokken Brusselse politieke fracties ondertussen eerder prioritaire aandacht besteden aan het probleem van de ontoereikende atelieraccomodaties ten behoeve van de beeldend kunstenaars. Vergeleken met een museum voor moderne en hedendaagse kunst is dit probleem veel eenvoudiger: laat het dossier van een nieuw museum veiligheidshalve eerst onderzoeken door experts ter zake. Jonas Wille, Oudergem
Alain Mpetsi Ik moest de inleiding van dit artikel (BDW 1449, p.24) twee keer lezen: een perfect tweetalige Brusselse Congolees die op vraag van een Gentse vriendenclub zijn rondleiding in het Frans gaf? En dit omdat zij ervan uitgingen dat hij geen Nederlands praatte? Ik werd plaatsvervangend haast onwel van schaamte. Ik was zo’n tien jaar geleden in Egypte en diè lokale gids praatte Nederlands en nièmand van onze groep dacht eraan hem te vragen om Frans te praten. C’est du jamais vu.
DONDERDAG 6 NOVEMBER, 13.27 UUR. Lezer Lieven Muyldermans bezorgde ons beelden van de nationale betoging tegen de besparingsplannen van de regering, die afgelopen donderdag plaatsvond. De demonstranten, waaronder onder anderen de activisten van Anonymous van de foto hierboven, verzamelden ‘s ochtends aan het Noordstation, dat even moest afgesloten worden wegens de drukte, en trokken daarna naar het Zuidstation. De vakbonden schatten de opkomst op 120.000 betogers, de politie houdt het op zeker 100.000 individuen. In de marge van de betoging braken er rellen uit op de Hallepoortlaan en de Zuidlaan tussen enkele tientallen betogers en de politie. Een tiental voertuigen werden in brand gestoken. Dertig heethoofden werden opgepakt.
Carlo Pollart, Leuven
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar lezersbrieven@bdw.be. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via lezersbrieven@bdw. be. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
BDW 1450 PAGINA 18 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
VADROUILLE DE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
Een greep uit de archieven van Narafi: toen waren film en televisie nog magie...
JUBILEUM > FILMSCHOOL NARAFI VIERT DRIEKWART EEUW
‘Al onze studenten vinden H
et Dudenpark is heilige grond voor de supporters van voetbalclub Royale Union Saint-Gilloise en berucht als crime scene voor de ophefmakende Mangamoord van 2007. Het is ook de thuisbasis van het Nationaal Radio- en Filmtechnisch Instituut (Narafi). Dat huist al sinds 1939 in een neoklassiek kasteel dat ooit nog toebehoorde aan koning Leopold II. Van 1913 tot 1933 bood het ook onderdak aan het Tropisch Instituut. Intussen huurt de school het kasteel van de Koninklijke Schenking.
Beroepsfotografen Wie het kasteel betreedt wordt meteen geconfronteerd met mooie kunstzinnige zwartwitfoto’s van studenten. De voorkant van het gebouw herbergt het grootste klaslokaal, met 110 zitjes. Dat was vroeger het terras van het kasteel, met mooi uitzicht over het park. Er-
© ARCHIEF NARAFI
VORST - De film- en fotografieschool Narafi viert haar 75ste verjaardag. Al driekwart eeuw worden studenten in het kasteel van het Dudenpark opgeleid tot cameraman, monteur, beeldtechnicus… Ze schreven geschiedenis, vanop Spa-Francorchamps of Expo ’58. naast zit het uitleenlokaal, volgestouwd met camera’s en apparatuur allerhande. In de kelderverdieping zitten onder meer vijf gloednieuwe montagestudio’s. “We zijn de best uitgeruste filmschool van België”, zegt alumnus en docent Nikolas Cladakis niet zonder trots. Momenteel zitten er 390 studenten op de schoolbanken in het Dudenpark. Terwijl de filmafdeling haar piek heeft bereikt, blijft de afdeling fotografie in de lift.
IJzeren vuist Sinds een paar jaar maakt Narafi deel uit van de Luca School of Arts, een koepel van kunsthogescholen gelieerd aan de KU Leuven. Een van de andere scholen van die koepel is concurrent Sint-Lukas in Schaarbeek. “Geen concurrent, het zijn collega’s”, glimlacht Cladakis. “Die school leidt eerder op tot regisseur en scenarist en biedt een vierjarige masteroplei-
Het circuit van Francorchamps, waar de autoraces in 1957 door Narafi werden gefilmd.
BDW 1450 PAGINA 19 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
© ARCHIEF NARAFI
werk’ ding. Bij ons gaat het om een driejarige bacheloropleiding, die breder is: studenten kunnen nadien zowel aan de slag als cameraman, camera-assistent, klankman, monteur, regisseur, belichter, producent, script en ga zo maar door. Anders gezegd: aan de afdeling foto van Sint-Lukas studeren kunstenaars die gebruik maken van het medium fotografie, terwijl wij beroepsfotografen opleiden. Zonder overdrijven kan ik stellen dat al onze studenten werk vinden, bijvoorbeeld bij televisiestations, in de reclamewereld of in multimediabedrijven.” Nikolas Cladakis studeerde zelf af aan het Narafi midden de jaren 1990. “Deze school heeft een aparte spirit en mentaliteit, gekenmerkt door bescheidenheid, ruimdenkendheid en productiviteit. Die spirit is er ingepompt door de vroegere directeur Edouard Palmans. Die werd door velen beschouwd als een dictator en hij regeerde hier met ijzeren hand. Maar toch was hij het die de school groot maakte.”
Creatieve invulling Narafi was oorspronkelijk tweetalig. “Vóór de vorming van de Gemeenschappen gaven leraars er les in zowel de Franstalige als de Ne-
Docent Nikolas Cladakis voor het kasteel van Narafi in het Dudenpark.
derlandstalige afdeling. Tot 2012 deelden we het kasteel met de Franstalige afdeling Inraci. Dat betekent dat we samen investeerden in de infrastructuur, een unicum in het federale België. De Franstalige afdeling barstte zodanig uit haar voegen dat ze is verhuisd naar het Reyerscomplex, waar ze in een gang van de RTBF is gevestigd.” Terugblikkend op de rijke geschiedenis van de school, pikt Cladakis er een paar opmerkelijke momenten uit. “In de beginjaren van de Belgische televisie liet een docent een dubbeldekker uit Londen overkomen die hij prompt om-
bouwde tot een zendwagen. Die capteerde de Grote Prijs van België in Francorchamps. Het ging om een gesloten circuit, waarbij de toeschouwers aan het ene eind van de racebaan op tv-schermen konden volgen wie als eerste over de finish reed.” Ander hoogtepunt was de Wereldtentoonstelling van 1958. “Onze studenten waren zeer gegeerd op de Expo, gezien hun kennis van de elektronica. Velen van hen gingen na de Expo aan de slag bij de BRT en de RTB.” “Narafi was een van de eerste multimediascholen in Europa. De nadruk is intussen ver-
© SASKIA VANDERSTICHELE
schoven van techniek naar de creatieve invulling van het beroep. Dat bewijzen ook een paar bekende oud-studenten: Lieven De Brauwer (regisseur van de film Pauline en Paulette), Magnumfotograaf Harry Gruyaert of BDWfotograaf Dieter Telemans. Allen leerden ze in Narafi de knepen van het vak. Een vak waarvan de technische aspecten permanent evolueren, maar waarvan de kern dezelfde blijft: scherpte en focus, altijd en overal.
Eric Vancoppenolle
© CHARLIERMUSEUM
BDW 1450 PAGINA 20 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Expo > Charliermuseum laat aanwinsten zien
Vijf keer Cluysenaar, vijf keer kunst SINT-JOOST-TEN-NODE - Van Jean-Pierre tot Anne, het Charliermuseum pakt uit met een bescheiden maar mooie expo over de kunstenaarsfamilie Cluysenaar. Charlier laat ook zijn recente aanwinsten zien. Documenten, schilderijen en beeldhouwwerk komen ten volle tot hun recht in het herenhuis dat Charlier nog altijd is. Anne Cluysenaar is de vijfde generatie van het architecten– en kunstenaarsgeslacht Cluysenaar waaraan het Sint-Joostse Charliermuseum een tentoonstelling wijdt. Over Anne vertelt de tentoonstelling dat ze een succesvolle dichteres, professor literatuur en docent creatief schrijven is geweest. En dat ze geboren is in België in 1936. Een overlijdensdatum staat er (nog) niet bij. Anne heeft op 1 november het leven gelaten bij een familiedrama. Een dramatisch einde, net voor de opening van de tentoonstelling. Anne was de dochter van John Cluysenaar (1899-1986) – achterkleinzoon van de beroemde architect Jean-Pierre Cluysenaar (1811-1880) en de kunstenares Sybil Fitzgerald. De familie ruilde België voor GrootBrittannië vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Anne had de Ierse nationaliteit, maar woonde de jongste 20 jaar in Wales. Aanleiding voor de expo in het Charliermuseum is de gift die het mu-
seum in 2010 heeft gekregen van de Fondation John Cluysenaar. John Cluysenaar stierf in 1986 maar zijn derde echtgenote, Jacqueline Cordier met wie hij in 1966 in het huwelijk trad, woont in België en heeft de Fondation geliquideerd.
Spoorwegen Charlier heeft vier schilderijen en twee beeldhouwwerken gekregen, maar die moesten eerst gerestaureerd worden. Er hangen ook schilderijen die in het bezit zijn van de gemeente Ukkel. Een schitterend portret bijvoorbeeld van dokter Marlow van de hand van André Cluysenaar (1872-1939), kleinzoon van Jean-Pierre en inwoner van Ukkel. Er hangt ook een minischilderijtje van Andrés dochter Ada dat ons duidelijk laat zien hoe kinderen destijds afgebeeld werden. André was een begaafd schilder die heel de beau monde portretteerde, van Koning Albert I tot Emile Van de Velde. Volgens zijn zoon John was hij ook een echte dandy die schilderde wat het publiek behaagde. Voorts zijn er ook heel wat documenten zoals de overlijdensakte van Jean-Pierre Cluysenaar en zijn naturalisatieakte. Jean-Pierre Cluysenaar (1811-1880) werd geboren in het Nederlandse Kampen en was een telg uit een architectengeslacht. Hij is het meest bekend als architect van de Sint-Hubertusgalerijen, het Koninklijk Conservatorium en
de Bortiergalerij. Minder geweten is dat hij zich ook heel erg interesseerde voor de spoorwegen. Enkel het station van Aalst blijft nog over. Jean-Pierre Cluysenaar was van oordeel dat de stijl van alle stations op elkaar moest lijken, ze mochten enkel verschillen om in de omgeving van de verschillende stopplaatsen te passen. Jean-Pierre Cluysenaar was ambitieus - hij stuurde een project in voor de Wereldtentoonstelling van Londen van 1851 – en had een neus voor zakendoen. “Maar architectuur was voor hem ook kunst, en hij vond dat publieke plaatsen een ontmoetingsruimte moesten zijn. Hij was zeer maatschappelijjk betrokken, architectuur was meer dan straten volbouwen,” zegt Nathalie Jacobs van het Charliermuseum.
Deconstructie Jean-Pierre had voor zijn zoon Alfred (1837-1902) een carrière als beeldhouwer voor ogen, maar die ging zijn eigen weg, hij reisde veel en werd een vaardig schilder. Zijn opleiding genoot hij bij de neoclassicistische schilder Navez en in Parijs. Aanvankelijk wierp hij zich op de historische schilderkunst, in Charlier hangt een portret van de Kozakkenleider Ivan Mazeppa op zijn paard. Maar nadien heeft Alfred zich ook bekwaamd in aquarellen. De zelfverklaarde anti-modernist brak in 1875 door met Roeping,
ADVERTENTIE
DEFINITIEF 30 NOVEMBER ALLERLAATSTE KANS! STOPT e x p o - t i t a n i c . b e
PALEIS 2, BRUSSELS EXPO
een portret van zijn zoon. Alfred, naar wie een straat in Sint-Gillis genoemd is, had zijn atelier in de Bronstraat aldaar, het werd afgebroken. John Cluysenaar legde zich aanvankelijk toe op de beeldhouwkunst – hij kreeg de prestigieuze Godecharleprijs – maar schakelde nadien over op de schilderkunst. Hij zocht inspiratie bij Rik Wouters en Aristide Maillol. In Charlier is een borstbeeld van André, zijn vader, te zien en zes schilderijen genoemd Denkbeeldige gezichten. Nathalie Jacobs: “Johns vader wou niet dat zijn zoon kunstenaar werd. John was al vroeg gefascineerd door doodsprentjes, hij was ook erg gefascineerd door het gelaat. De scheiding van zijn ouders heeft de jongeman erg aangegrepen. Zijn gezichten drukken gemoedsstemmingen uit.” John werd beïnvloed door de Amerikaanse expressionisten, hij begeeft zich vroeg op het pad
van de deconstructie, hij onderging ook invloed van de tribale kunst. De Denkbeeldige gezichten zijn schitterende schilderijen, die ook als cover van diverse psychologieboeken werden gebruikt. De tegenstelling met het interieur van het Charliermuseum laat ze nog meer schitteren. Danny Vileyn De Kunstenaarsfamilie Cluysenaar loopt tot en met 16 januari in het Charliermuseum, Kunstlaan 16 1210 Brussel. Metro: Madou of Kunst-Wet. Het museum is open van maandag tot en met donderdag van 12 uur tot 17 uur. Op vrijdag van 10 uur tot 13 uur. Nocturnes op donderdag 20 november van 17 uur tot 22 uur en zondag 23 november van 18 uur tot 20 uur. Info: 02/220.28.19. Idem voor voorwaarden groepsbezoeken. Toegang: 5 euro
BDW 1450 PAGINA 21 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
ADVERTENTIE
Nick Trachet BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
Biet Het was net 11 november. Als het nooit oorlog zou zijn geweest, dan wisten we misschien nog dat op die dag Sint-Maarten word gevierd. Toen ik klein was, keek ik aan zee angstig naar de grimmige maskers van uitgeholde bieten met een kaarsje erin, die de plaatselijke kinderen meedroegen in de stoet. Zo gingen ze al bedelend van deur tot deur. Sint-Maarten is immers de patroon van bedelaars en daklozen. De kinderen gebruikten voederbieten, groot en oranjerood van kleur.
Brussel Deze Week
ADVERTENTIE
Sociale Verhuurkantoren (SVK)
Verhuur uw woning zonder risico en zonder zorgen
a Gegarandeerde huur elke maand a
Verzekerd verhuurbeheer
a
Onderhoud van uw woning
a Hulp bij renovatie a Fiscale voordelen
www.fedsvk.be 02 412 72 44
Vandaag zijn er bijna geen voederbieten meer. Ooit was dat het gewas met de grootste opbrengst, twintig ton per hectare, maar toen kwam de kuilmaïs, die minder arbeid vroeg en vandaag overal onze landschappen ontsiert. Hier en daar wordt nog wat voederbiet geteeld voor de betere paarden, maar soms ook speciaal voor de kinderen, om Sint-Maarten te kunnen vieren. Bij gebrek aan voederbiet zijn veel kinderen nu aangewezen op suikerbiet. Is dat hetzelfde? In principe wel, maar suikerbieten zijn wit, en meestal kleiner dan voederbieten. Heel lang geleden groeide de biet langs de stranden van warm Europa en Noord-Afrika. Beta vulgaris is de botanische naam en de plant behoort tot de familie van de spinazie ( Amaranthaceae, vroeger Chenopodiaceae, ganzenvoetfamilie). Van oorsprong is het een zoutminnende soort die gedijt aan de vloedlijn en op zilte gronden. Al heel vroeg moeten de mensen hebben gemerkt dat de bladeren en wortels eetbaar waren en die laatste een aanleg hadden om te verdikken tot een knol. Dat zorgt voor méér voedsel en daarbij nog voedsel dat lang bewaart! Dus is de mens de biet gaan veredelen. Uit die ene wilde soort selecteerden onze voorouders de snijbiet (sommigen zeggen warmoes), de rode biet en dus ook de voederbiet en de suikerbiet. Het was Olivier de Serres (1539-1619), een Franse protestant uit de Ardèche, die ontdekte dat er suiker in biet zat die op rietsuiker lijkt. Olivier was één van de eerste moderne wetenschappers. Hij heeft een grote invloed gehad op de ontwikkeling van de landbouw. Zo verbeterde hij de wijnbouw, voerde de kweek van de zijderups in Frankrijk in en legde de basis voor de champignonteelt. Dat deed hij niet op basis van traditie of geloof, maar door waarneming en meting, berekening en observatie. Ik ken ‘wetenschappers’ die vandaag nog eens les van hem zouden mogen krijgen.
Maar omdat rietsuiker toen de markt beheerste, werd er weinig met die wijsheid gedaan. Daarvoor moeten we naar dat land zonder kolonien, waar geen rietsuiker te krijgen was, het land van de Ersatz, het Koninkrijk Pruisen. Andreas Marggraf ontdekte daar in 1747 dat rietsuiker en bietsuiker inderdaad chemisch identiek waren (sacharose, een dubbelsuiker bestaande uit één glucose en één fructose). De methode van suiker raffineren werd er gepreciseerd door ene François Charles Achard. Ik gebruik zijn Franse voornamen, omdat hij – wat een toeval – ook een Frans protestant was, een zogenaamde Hugenoot wiens familie was gevlucht naar Pruisen. Onder Frederik de Grote kreeg hij de middelen om suikerbiet te veredelen. De eerste echte bietsuikerfabriek opende in Silezië, vandaag in Polen. Napoleon kwam spoedig kijken, want de Engelsen blokkeerden zijn havens en hij had geen suiker meer voor zijn koffie. Deze volkse biet maakte het suikerverslaafde Europa onafhankelijk van haar koloniën. De simpele knol is dus een rechtstreekse oorzaak voor de afschaffing van de slavernij. De voederbiet werd dan weer veredeld als dierenvoeder, want de aardappel had de biet ondertussen van de troon gestoten als mensenvoedsel. Vandaag staan wij zo ver dat een suikerbiet tot 20 procent suiker kan bevatten! Was het een snoepje, dan moest er een waarschuwing op dat je je tanden moet poetsen. Ook ik heb bieten uitgesneden als Sint-Maartenslamp voor mijn kinderen, en daarbij vroeg ik mij uiteraard af of er met de uitgeschraapte pulp iets in de keuken te doen viel? Ik spoelde de pulp en zette ze met een bodempje water in een pot op een vuurtje. Hoe lang ik ook kookte, tot een uurtje lang, de krullen en brokjes knol bleven stug weigeren om zacht te worden. Daarbij verspreidden ze een geur van geconcentreerde grond, hetzelfde aroma dat kinderen ook wegjaagt van rode biet, maar dan nog sterker. Die geur, zo leer ik, komt van de stof geosmine, een geurstof die gemaakt wordt door bodembacteriën en die ook bijdraagt tot de geur van de aarde na een regenbui. Die laatste kreeg overigens de lieflijk poëtische naam petrichor mee. Bieten behoorden vroeger
“Tijdens de oorlog waren bieten voorhanden, en zelfs als ze niet erg lekker werden gevonden, kwamen ze bij schaarste en hongersnood goed van pas” tot de armemensenkeuken, dus zijn er in kookboeken weinig recepten van bewaard. In zo’n geval moeten we in oorlogsboeken snuisteren. Bieten waren voorhanden, en zelfs als ze niet zo lekker waren, kwamen ze bij schaarste en hongersnood goed van pas. Ik vond dit in een boekje uit 1942. Beeten; 1. De beeten wasschen en in den oven zetten op gematigde temperatuur. Het bakken duurt zes tot zeven uren. 2. Ze laten afkoelen en in kleine schijfjes snijden. 3. Ze kunnen zonder meer opgediend worden, ofwel met sla. Eigenlijk hetzelfde als rode biet, maar dan zonder rood. Smakelijk. nick.trachet@bdw.be De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/trachet
BDW 1450 PAGINA 22 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
© VG BILD-KUNST / SABAM
De werken van graficus Frans Masereel behoeven niet te veel uitleg: zowel in zijn olieverfschilderijen als in zijn houtsneden toont hij zich een groot observator.
Expo > Frans Masereel in Bibliotheca Wittockiana
Kroniek van een stijlbreuk Veel woorden hoeven we niet toe te voegen aan de houtsneden van onze bekende graficus
Frans Masereel (Blankenberge 1889, Avignon 1972). Ga ervoor staan in de Bibliotheca Wittockiana en ze zullen wel binnenkomen. Afbeeldingen van twee onthoofde soldaten die hun eigen hoofden wegdragen op een berrie, de uitgelichte verlatenheid van de veroordeelde die wacht op het salvo, de getroffen vrouw in gebombardeerd Londen. Elk beeld lijkt wel een ooggetuigenverslag van een compas-
ADVERTENTIE
mst o k e o t ar de a n s i eroep e b r t e h dek en ont kind. van uw - 2028 -
Siebe, sterrenchef en eigenaar van ‘Le petit Knokke’.
- 2014 Siebe, houdt van koken.
OUDERS WELKOM 18-21/11
BruSSeLS expo pALeIS 10 - HeIZeL
Di 18/11: 9 - 12u., 13 - 16u.
De Vlaamse Gemeenschapscommissie organiseert van 18 tot 21 november 2014 een studiekeuzebeurs in paleis 10 van Brussels expo, Belgiëplein 1, 1020 Brussel. u ontdekt er de studierichtingen van het Nederlandstalig secundair onderwijs in Brussel, net als de vele beroepsopties in de toekomst. ouders zijn elke dag welkom. op donderdag 20 november blijft de beurs ’s avonds open tussen 17 en 20 uur. Medewerkers beantwoorden er graag al uw vragen.
Woe 19/11: 9 - 12u. Do 20/11: 9 - 12u., 13 - 16u., 17 - 20u. Vrij 21/11: 9 - 12u.
www.ontdekjetoekomst.be
sievolle of verontwaardigde omstaander. Met het houtsnijmes gaf hij uitdrukking aan de gekwetste ziel. De beknelling komt naar voren in het zwartste zwart. “Masereel is een van de kunstenaars die er het best in geslaagd is om via zijn kunst de vrede en de vrijheid te verdedigen,” zegt Camilla Pilotto van de Bibliotheca Wittockiana. “Ondanks de censuur (ook in het Duitsland van de jaren 1930 werd Masereel bestempeld als “pacifistische beeldagitator”, ad) aarzelde hij niet om de strijd aan te gaan tegen de gruwelijkheden van de oorlog met als enige wapen zijn artistiek talent. Hij werd ten onrechte gepolitiseerd, terwijl zijn kunst nochtans nooit propaganda of miserabilisme is. Zoals een kroniekschrijver gebruikte hij zijn talent om de realiteit van alledag te tonen en te bekritiseren.” De Frans Masereel Stiftung uit Saarbrücken gaf de Bibliotheca Wittockiana en de curator Roger Vander Linden carte blanche. Door het chronologische parcours van de expo zie je de kunstenaar samen met de historische gebeurtenissen evolueren: “De kommer en kwel van de oorlog dwongen de jonge Masereel tot een veel expressievere stijl dan zijn academischere werk van voor de oorlog.” Na de periode 19141918 geeft een van de sleutelwerken van de expo, het oliefverfschilderij La Fleur, de overgang aan tussen het einde van de oorlog en het begin van de jaren 1920. Hoe anders wordt het palet van de olieverfschilderijen en aquarellen in de dolle jaren 1920 wanneer weer alle kleuren gaan wemelen. In de tafereeltjes zie je, na de oorlogsellende, de hang naar plezier en vertier, in cafés of binnenskamers. De bevrijdende jazz. Al blijft Masereel de kritische observator en hebben gierigaards dikke buiken en magere honden, gulzigaards vijfdubbele kinnen en loert de eenzaamheid vanuit het raam van verstikkende steden (uit de reeks La Ville, 1925). In een beeld van Brussel komen uit de fabrieksschoorstenen mensen die zich wanhopig aan elkaar vastklampen. De werken uit de jaren 1920-1930 sluiten af met een doek uit 1930, Femme en bleu sur les dunes, met bezorgde blik, dat weer een heel andere periode van onze geschiedenis inluidt.
Illustrator De tentoonstelling laat niet alleen de graveur Masereel zien, maar ook de minder gekende schilder en tekenaar. “Als illustrator stelde hij zich ten dienste van het werk, van Emile Verhaeren (Quinze poèmes), Henri Guilbeaux (Du champs des horreurs) of van de pacifist Romain
© BIBLIOTHECA WITTOCKIANA
SINT-PIETERS-WOLUWE – Andere tijden lijken wel te schreeuwen om andere technieken. Dat maakt de expo ‘Van de Grote Oorlog tot de dolle jaren twintig. Frans Masereel in wording (1914-1930)’ in de Bibliotheca Wittockiana alvast duidelijk.
Frans Masereel.
Rolland (Jean Christophe) die zijn geestelijke leider was. In boeken getuigen meerdere opdrachten aan het adres van Stefan Zweig van de vriendschapsbanden tussen hen. Een van de blikvangers op de tentoonstelling is de – om het met de woorden van Zweig te zeggen – ‘roman zonder woorden’ Les morts parlent (1917), met handgeschreven opmerkingen van de artiest zoals: “Ce n’est pas avec ton fusil que tu feras changer les choses mon fils… mais avec ton cœur.” Voor de Zwitserse pacifistische krant La Feuille begaf Masereel zich elke avond naar de redactie om de actualiteit te doorlopen en een zinkgravure te creëren die de volgende dag in de krant stond.” In 1915 was hij naar Genève in het neutrale Zwitserland gevlucht waar hij als onbezoldigd vertaler voor het Rode Kruis maar al te goed het leed onder ogen kreeg. An Devroe Expo tot 1 maart 2015, Bibliotheca Wittockiana – Museum van de Boekband en de Boekkunst, Bemelstraat 23, 1150 Brussel, 02-770.53.33, www.wittockiana. org, info@ wittockiana.org
BDW 1450 PAGINA 23 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
Artists in residence Vladimir Nabokov in Sint-Petersburg
Het enige huis ter wereld BRUSSEL – Vorige week begonnen we in Berlijn aan een tocht langs steden uit het voormalige Oostblok. Een van de kunstenaars die ooit in Berlijn aanbelandden is Vladimir Nabokov, een van de eerste politieke vluchtelingen die pasten voor de implementatie van het socialisme als staatsideologie. Vladimir Nabokov werd op 22 april 1899 geboren in Sint-Petersburg, de hoofdstad van het keizerlijke Rusland. Hij behoorde tot een vooraanstaande familie. Zijn grootvader was minister van justitie onder de vermoorde tsaar Alexander II. Later, tijdens het bewind van Stalin, toen Nabokov zijn land al lang verlaten had, zou de schrijver die gebeurtenis becommentariëren met de opmerking dat de Russen sindsdien helaas “hun capaciteiten om tirannen te vermoorden hadden verloren.” Nabokovs vader was eveneens politicus, maar opposant van het tsaristische regime: lid van de Constitutioneel Democratische partij in het eerste Russische parlement na de revolutie van 1905 en lid van de voorlopige regering na de Februarirevolutie in 1917. Toen de Bolsjewisten in oktober de macht grepen, vluchtten de Nabokovs echter via de Krim en Londen naar Berlijn, waar zich een grote gemeenschap van Russische emigrés vestigde. Daar werd de vader van Nabokov alsnog vermoord. Maar de
schrijver zou toch blijven tot het Nazi-regime hem en zijn joodse vrouw Vera in 1937 andermaal op de vlucht joeg naar Parijs, dat ze in 1940 moesten verlaten voor Amerika. Tijdens zijn Berlijnse jaren is Nabokov ook enkele keren te gast geweest in Brussel. Hij gaf er enkele lezingen en logeerde ook bij aangetrouwde familie in het huizenblok van de Washingtonstraat 4 in Elsene. Nabokovs broer Kirill heeft in Brussel nog even een reisbureau gehad en was getrouwd met de Belgische Gilberte Barbanson, die op 22 mei 1967 een van de slachtoffers werd van de brand in de Innovation in de Nieuwstraat.
‘Enige huis ter wereld’
Vladimir Nabokov.
Vladimirs oeuvre van ongeveer twintig romans wordt te vaak gereduceerd tot het schandaalsucces Lolita. Heel het oeuvre is doordrongen van gedwongen migratie, en maakt in een superieure stijl brandhout van bekrompenheid en totalitair eenheidsdenken. Maar Nabokov gebruikt zijn geheugen en verbeeldingskracht eveneens om de idyllische wereld van zijn jeugd opnieuw op te roepen. Zoals in zijn gefictionaliseerde autobiografie Geheugen, spreek, dat de lezer onder meer rondleidt in Nabokovs majestueuze geboortehuis in Sint-Petersburg aan de Bolshaya Morskayastraat, waar sinds 1998 een mu-
seum is ondergebracht. Nabokov noemde het “het enige huis ter wereld”, omdat zijn ouders noch hijzelf later ooit nog een huis bezaten. De schilderijen, de glas-in-loodramen, de bibliotheek met wereldliteratuur, de vlinderverzameling, de ouderlijke juwelen, de eigenaardigheden van de gouvernantes die hem opvoedden in het Frans en het Engels, vormden de aanleiding voor tal van fantastische verhalen in de boeken van Nabokov, die net als de Peterburgse straten doortrokken zijn van zowel bloed als barokke schoonheid. Moskou, waar Nabokov nooit is geweest, was een stad voor provincialen. Sint-Petersburg, pas in de achttiende eeuw door dwangarbeiders rond de Neva gebouwd naar het model van Hollandse grachtensteden, was een Europese stad. Zoals uit deze fragmenten uit Geheugen, spreek blijkt, onderwierpen zelfs de dieren en de natuurelementen er zich aan het mathematische stratenpatroon en de verbeelding van Nabokov, zonder dat daar tirannieke zweep aan te pas moest komen: “Het vermoeden dringt zich op dat de rangschikking van de sneeuw - nette stuifhoopjes langs de trottoirs en een gladde stevige laag op het plaveisel - de uitkomst was van een soort duivelse samenwerking tussen de meetkunde van de straten en de natuurkunde van de sneeuwwolken (…) Als ik de oude lappenpopachtige koetsier aanspoorde om harder te gaan, boog hij zich alleen maar met een speciale armbeweging opzij, teneinde zijn paard te doen geloven dat hij zo dadelijk de korte zweep zou pakken; en dat was voor het ruwharige beestje dan voldoende om even vaag te doen alsof het vaart meerderde.” Michaël Bellon www.brusselnieuws.be/inresidence
ADVERTENTIE
Van harte Brussel
In het weekoverzicht van tvbrussel geeft Yasmina je een hartelijke blik op Brussel. Met z’n grote en kleine verhalen, telkens vanop een bijzondere locatie. De Week van tvbrussel, elke zaterdag op Elke zondag op
BDW 1450 PAGINA 24 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
LAKEN – Michel Wingelinckx (57) werkte zich bij de politie op van agent tot commissaris. Buiten de uren legde hij de ene verzameling na de andere aan: van zand uit alle windstreken tot doorkijkhorloges. “Ik ben een verzamelaar, ik kan het niet laten.”
D
at verzamelen Wingelinckx in het bloed zit, wordt meteen duidelijk als je zijn kantoor in het twaalfde commissariaat aan de Houba-Destrooperlaan betreedt. In het wandmeubel naast zijn bureau staan honderden glazen potjes gevuld met zand. Op zijn werktafel agaten, kobaltertsen en andere exotische gesteenten, waarvan sommige dienst doen als pressepapier. Thuis in Jette heeft hij nog meer stenen. “Ontelbaar veel,” zegt hij. En ook een heleboel andere verzamelingen. “Ik spaar zegels, bankbiljetten en munten, bij voorkeur Romeinse munten.” Maar dat is lang niet alles. Wingelinckx heeft ook 3.500 boeken, 220 fototoestellen, 20 hamers en een uitgebreide messencollectie (‘mag eigenlijk niet’). Voorts verzamelt hij boeddha’s, gongs en andere oosterse objecten. In zijn slaapkamer hangen veertig maquettes van boten, die hij stuk voor stuk gemonteerd heeft in een houten kratje met een glazen plaat ervoor. En dan is er zijn meest recente verzameling: transparante horloges, waarvan hij er ondertussen ook al zo’n twintig heeft. “Ja, ik ben een echte verzamelaar, ik kan het niet laten. Ik begrijp ook niet waar het vandaan komt. Misschien is het een compensatie voor het gebrek aan moederliefde. Ik was thuis de tweede van vijf en zeker nadat mijn broer geboren werd, had ik het gevoel dat ik aandacht tekort kwam. Op mijn twaalfde begon ik stenen te sparen.” Wingelinckx werd geboren in de Sint-Annakliniek in Anderlecht en bracht zijn eerste zeven levensjaren door in Ruisbroek. Daar ging hij, als Franstalige, naar een Nederlandstalige school. Daarna verhuisde het gezin naar een sociale woonwijk in Evere. Zijn vader werkte als arbeider bij Coca-Cola en bij het Zweedse SKF, producent van kogellagers. “Wat vooral invloed heeft gehad op mijn jeugd is het feit dat mijn vader een communist in hart en nieren was, van de strekking van Mao dan nog. Vandaag is hij 84 en nog altijd even overtuigd. Ook mijn moeder adoreerde de Chinese leider.” Als kind werd Wingelincks dan ook zeer regelmatig meegetroond naar betogingen. In zijn bureau hangt een foto waarop hij als zevenjarige te zien is terwijl hij, samen met zijn zus, aan Ter Kamerenbos demonstreert tegen de Navo. “We betoogden tegen alles en nog wat, dat was de normaalste zaak thuis,” zegt hij. Minder leuk vond hij het communistische zomerkamp in Albanië waar het gezin ooit naartoe trok. “Het was vreselijk. Terwijl mijn ouders en de kleinsten van het gezin in een soort hotel sliepen, moest ik met mijn zus in een pionierskamp slapen, samen met honderden Albanese kinderen die we niet verstonden.” Op zijn achttiende verliet Wingelinckx het ouderlijk huis en zwoer
Commissaris Wingelinckx met zijn zandcollectie. Thuis heeft hij nog een heleboel andere verzamelingen: zegels, munten, boeddha’s, messen, boeken, hamers, fototoestellen, replica’s van boten en transparante horloges.
Commissaris Michel Wingelinckx, collectionneur van zand en andere curiosa
‘Ik kan het verzamelen niet laten’ hij meteen ook het hele communisme af. Hij kon het appartement van een bevriende schilder overnemen voor 2.500 frank. In het weekend werkte hij in een benzinestation, tijdens de week deed hij de avondshift in grootwarenhuis Bon Marché. “Ik wilde het combineren met universitaire studies en schreef me in voor geologie. Maar met al die jobs kwam
er van studeren niet veel in huis.” In de Bon Marché ontmoette hij zijn latere echtgenote, die er werkte als adjunct-boekhoudster. Samen kregen ze drie kinderen.
‘Hele nacht op wacht’ Wingelinckx overwoog even een carrière als technisch tekenaar, maar schreef zich ook in voor het
politie-examen. “Daarvoor moest je in die tijd vooral goed kunnen boksen.” Hij slaagde en kon na een opleiding van vier maanden aan de slag in het commissariaat aan de Grote Markt. “Dat was geen pretje. Als nieuweling werd je behoorlijk op de proef gesteld. Ik zal nooit vergeten dat ik een hele nacht op wacht moest staan voor het Stadhuis met
een uzi. Eigenlijk had ik na twee uur afgelost moeten worden, maar er kwam niemand.” Omdat hij al vlug inzag dat een officiersopleiding het werk interessanter zou maken, schreef hij zich in aan de politieschool. “Ik volgde de avondopleiding en dat was zwaar. Vaak had ik na een avond les nog een hele nacht dienst.
BDW 1450 PAGINA 25 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
heb ik er helaas maar één van”). Het twaalfde commissariaat waakt over het noorden van Laken, van de Brugmannbuurt tot de Modelwijk en de Heizel. Of er de afgelopen vijftien jaar veel veranderd is in de buurt? “In de Modelwijk zijn nog meer torenflats bijgekomen. En het verkeer is overal veel drukker geworden.” Ook heeft Wingelinckx heel wat winkels zien verdwijnen. “Voor het veiligheidsgevoel is dat geen goede zaak. Op den duur lijkt het een soort woestijn.” Met de criminaliteit valt het al bij al nog wel mee in zijn district. “We hebben vooral te maken met ruzies in de Modelwijk en autodiefstallen op de Heizel. Heel veel tijd en energie gaat ook naar de talrijke evenementen in de buurt. Hier gebeurt altijd wel iets. Rommelmarkten, een loopwedstrijd, het voedingssalon, een voetbalmatch, een concert van David Guetta, het circus Bouglione. En telkens slibt de Heizelvlakte dicht.”
574 staaltjes
© SASKIA VANDERSTICHELE
“Ton sable reste au commissariat, zegt mijn vrouw”
“Vroeger moest je voor het politieexamen vooral goed kunnen boksen” Twee keer heb ik op het punt gestaan om te stoppen maar mijn vrouw heeft me telkens kunnen overhalen om toch door te gaan.” Wingelinckx werd uiteindelijk officier in 1987. De eerste jaren was hij gestationeerd in het centrum, in 1992 werd hij, na een conflict, overgeplaatst naar het commissariaat aan Bockstael. “Een over-
plaatsing naar Laken werd toen nog beschouwd als een straf, maar ik vond het fijn.” In 1998 ging aan de Houba-Destrooperlaan het twaalfde commissariaat open. Wingelinckx werd commissaris en is dat vandaag nog steeds. Het dagelijkse ritje tussen zijn huis in Jette en het politiebureau legt hij bij voorkeur af op zijn Harley-Davidson (“daar
Met zijn zandverzameling begon Wingelinckx in 1994. “We waren op vakantie met de motorhome in de buurt van Marseille. Het was stikheet en de airco werkte slecht. Toen we bij het strand van Fos-sur-Mer kwamen, zijn we recht de zee ingerend. Ik vond het ruwe zand prachtig en nam een potje mee.” Vandaag heeft hij 574 staaltjes, zo leest hij af op zijn computer waarop hij het overzicht bewaart. Het zand is afkomstig uit de verste uithoeken, Mongolië, Florida, Zanzibar, de Seychellen. Op elk potje kleeft een sticker met daarop de vindplaats, het jaartal en de naam van de schenker. Het gros van zijn collectie heeft Wingelinckx immers gekregen. “Ik heb er nog nooit voor betaald.” Hij toont fijn, grijs zand met veel mika uit Karachi. “Gekregen van mijn Pakistaanse kruidenier.” Wat hij zo mooi vindt aan zand? “De diversiteit en de kleuren. Kijk hier, roestig zand uit Algerije. Of deze, een mengeling van zand met piepkleine roze schelpjes uit Barbados.” In zijn collectie zitten ook rariteiten, zoals zand waarmee tien jaar geleden het Atomium werd schoongemaakt en ook zand van op de Paaseilanden. “Daar heb je maar een heel klein zandstrand, dat streng bewaakt wordt. Mijn schoonbroer is er toch in geslaagd om een beetje zand in de zakken van zijn short te laten glijden.” Binnenkort brengt een kennis zand mee vanop de Mount Everest. Wat nog ontbreekt aan zijn collectie is het zeldzame groene zand uit Hawaï. “En fijn grint uit Antartica, dat zou ik ook wel willen.” Zijn zandverzameling is de enige die hij op kantoor bewaart. Dat moet ook wel van zijn vrouw. “Ton sable reste au commissariat, zegt ze.” Hoe het dan moet als hij over enkele jaren met pensioen gaat, weet hij nog niet. Maar hij is er gerust in. “Ik vind thuis wel een plekje.”
Bettina Hubo
De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/ ingesprekmet
ADVERTENTIE
De Vlaams-Brusselse Media bundelen vijf sterke mediamerken in de hoofdstad: tvbrussel, FM Brussel, Brussel Deze Week, AGENDA magazine en brusselnieuws.be Binnen de marketingafdeling, die al deze merken ondersteunt, zijn we op zoek naar een enthousiaste
Marketing (M/V) Medewerker GA DE CHECKLIST AF OM TE ZIEN OF JIJ DE PERSOON BENT DIE WE ZOEKEN!
❏ ❏ ❏
Je hebt een eerste geslaagde werkervaring achter de rug
❏
De organisatie van evenementen en regelmatig weekendwerk schrikken je niet af, je hebt ook een rijbewijs B
❏ ❏
Je bent leergierig en stressbestendig, open én creatief
❏ ❏
Je hebt affiniteit met Brussel
Je steekt graag de handen uit de mouwen en bent iemand die werk ziet en opneemt Wanneer je met verschillende taken tegelijk bezig bent, slaag je er in het overzicht te bewaren
Een opleiding marketing of communicatie en met grafische programma’s overweg kunnen zijn een plus Technische handigheid is een troef.
Zie je jezelf aan het werk gaan in een boeiende en gevarieerde mediaomgeving? Dan word jij misschien binnenkort onze nieuwe collega! Stuur je sollicitatiebrief voor 17 november naar kristel.de.wolf@tvbrussel.be
BDW 1450 PAGINA 26 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
sympathisanten komen kijken of sponsoren. We willen daar meer uit halen. Je kunt ons zien als de oude nonkel die allerlei voetbalsupporters – ook van Anderlecht bijvoorbeeld – op zondag komen bezoeken. Wel, kom uw oude nonkel wat vaker bezoeken.” “Union heeft te lang gerekend op zijn historisch verleden en de sympathie die men voor de club heeft. Er was geen visie op middellange termijn. We proberen dat mechanisme in gang te brengen, maar dat is niet gemakkelijk.”
Laatste der Mohikanen
Alain Vander Borght: “Wat betreft palmares, geschiedenis en publiek zijn we de tweede club van Brussel. Op papier. Maar op het veld zijn we dat de afgelopen jaren niet geweest.”
© MARC GYSENS
VOETBAL > UNION WIL SYMPATHIE VERZILVEREN, MAAR SPONSORS HAPPEN NOG NIET TOE
BDWSPORT
‘Kom oude nonkel vaker bezoeken’ SINT-GILLIS – Royal Union Sint-Gillis herademt. In 2013 zat de voetbalclub nog in financiële moeilijkheden en dreigde zelfs degradatie naar vierde klasse. Maar sinds hoofdinvesteerder Jurgen Baatsch en voorzitter Alain Vander Borght de lakens uitdelen in de bestuurskamer, kijken ze terug naar boven. Er is opnieuw ambitie in het Dudenpark.
“Mijn eerste match als voorzitter was de match voor het behoud tegen Club Luik, die we met 1-0 wonnen,” vertelt voorzitter Vander Borght (40). “Dat herinner je je, hoor (lacht). Maar ik ben wel wat gewoon. Ik ben al van kinds af een trouwe supporter van Union. Mij krijg je niet in een ander stadion, behalve bij de bezoekers dan.” Vander Borght maakte in 2012 de overstap van de volkstribunes naar de bestuurskamer. Eerst als commercieel assistent en in juni 2013 als voorzitter. Het was hoofdinvesteerder Jurgen Baatsch die hem voor die rol uitkoos, met als doel de club hogerop te helpen. “Mijn eerste seizoen als voorzitter was op sportief vlak goed, op één goal na promoveerden we zelfs. Al was dat volgens mij te vroeg geweest. Tweede klasse vraagt toch een pak meer organisatie dan derde. Daar werken we nu aan. Er zijn nogal wat werkpunten,
NIEUWE TRIBUNE? Het Joseph Mariënstadion is een plek waar de voetbalsupporter zich in zijn sas voelt. De Engelse stijl straalt heel wat nostalgie uit, maar het is op sommige punten ook verouderd. “De façade van de hoofdtribune is beschermd, daar komen we zeker niet aan,” aldus voorzitter Vander Borght. “Maar we hebben wel een bouwvergunning aangevraagd voor een nieuwe tribune met horecafaciliteiten, op de plek waar de chalet met bureaus nu staat. Niet te modern hoor, het zal in de geest van het stadion zijn. We willen proactief zijn en hebben de vergunning aangevraagd zodat we ze hebben als het nodig is.” TS
“Union heeft te lang gerekend op zijn historisch verleden en de sympathie die men voor de club heeft”
Met vierhonderd abonnees en gemiddeld 1.400 à 1.500 supporters tijdens thuismatchen is de voorzitter een tevreden man. Hij beseft wel dat indien Union zijn ambitie waarmaakt en voor de titel speelt, het aantal supporters fors kan toenemen. Er zijn dan ook heel wat voetbalfans op de markt. “Verschillende supporters van RWDM hebben dit jaar een abonnement genomen bij ons. Het verdwijnen van zo’n traditierijke club is zeer spijtig. Ik denk dat die supporters bij ons de sfeer van het Brusselse voetbal willen terugvinden. We zijn op dat vlak ondertussen zowat de laatste der Mohikanen.” “Behalve die supporters en wat jeugdspelers hebben we niet veel gemerkt van het verdwijnen van RWDM. De samenwerking met onze jeugdschool verloopt trouwens veel beter. De afgelopen jaren praatten de bestuurders van de club en de jeugdschool amper met elkaar. Waarom? Persoonlijke zaken waar ik verder niet op in wil gaan. Maar als je ziet dat een jeugdproduct als Dani Morais doorbreekt, dan kan ik daar alleen maar tevreden over zijn.” Het voornaamste werkpunt van Union situeert zich op het financiële terrein. De club hangt voornamelijk af van hoofdinvesteerder Jurgen Baatsch en die situatie is niet al te lang leefbaar. Daarom zijn ze actief op zoek naar nieuwe medevennoten. “Mijnheer Baatsch heeft 80 procent van de aandelen in handen. Hij is zeker geen alleenheerser, de verantwoordelijkheden worden door verschillende personen gedeeld. Maar hij zal het niet jarenlang alleen blijven doen. Hij staat open voor het verkopen van een deel van zijn aandelen. Daarom zijn we nu actief op zoek naar nieuwe sponsors om de club mee in handen te nemen en onze ambities waar te maken. Vandaag heeft Union geen schulden meer, maar het haalt niet genoeg inkomsten uit sponsoring. Dus moeten we er meer aantrekken.” “Het is en blijft moeilijk op vlak van sponsoring. Anderlecht is een goliath die een zeer groot deel van de markt inneemt. We hebben dan wel een frisser imago, derde klasse is nu eenmaal niet zo sexy. Ons budget is verminderd omdat we vorig seizoen wat te veel hebben geïnvesteerd voor derde klasse. Het budget is nu realistischer, maar de ambities blijven.”
Oude machine
maar sinds twee jaar is Union goed bezig.” “Ons imago is verbeterd door zaken als een nieuw scorebord, een duidelijkere aanwezigheid van de sponsors en een prominente aanwezigheid op de sociale media. We hebben meer dan drieduizend volgers op Facebook, hé. Dat alles toont dat er een dynamiek is rond de club en dat we stilaan een jonger imago krijgen.” Dat wil uiteraard niet zeggen dat de rijke geschiedenis van de club verloochend wordt. Union is met zijn 117 jaar een grande dame van het Belgische voetbal en kan daarom op heel wat sympathie rekenen. Het is nu zaak dat om te zetten naar meer toeschouwers. “Wat betreft sympathie hebben we een enorm kapitaal, maar dat wil niet zeggen dat al die
Die ambities houden een promotie naar tweede klasse in, ten laatste in 2016. Het moet dus dit of volgend seizoen gebeuren. Vander Borght heeft geen schrik om die ambities uit te spreken, maar de soms trage gang van zaken zorgt af en toe voor frustratie. “Union is en blijft een oude machine, sommige zaken nemen dus heel wat tijd in beslag. Geduld is absoluut nodig. Laat ons zeggen dat Union een brute diamant is die je moet polijsten. Dat gebeurt nu stilaan, maar het vraagt tijd.” “Wat betreft palmares, geschiedenis en publiek zijn we de tweede club van Brussel. Op papier. Maar op het veld zijn we dat de afgelopen jaren niet geweest. Die omslag moeten we maken. Union is en blijft een club van waardes, een club met een identiteit. Nu moet het sportieve nog volgen.” Tim Schoonjans
BDW 1450 PAGINA 27 - DONDERDAG 13 NOVEMBER 2014
ESTAFETTE > DAVID STEEGEN
@TomBoon27 proud to be nominated as sportsman of the year next to @thibautcourtois @David__Goffin @VincentKompany @ hazardeden10,... and @ArthurVDoren!
RSCA staat altijd op
Op 14 december worden onder meer de sportman en de sportvrouw van het jaar bekendgemaakt, en het zou best kunnen dat een Brusselaar tijdens het Sportgala in de bloemetjes wordt gezet. Toppers als Vincent Kompany en Tom Boon moeten we niet meer voorstellen, maar er zijn bij de mannen ook een paar minder bekende hoofdstedelingen genomineerd. Maxim Martin (autosport) bijvoorbeeld, of Jaouad Achab (taekwondo). Bij de dames is het duimen voor Anne Zagré (atletiek) en bij de beloften voor Toma Nikiforov (judo). TS
“Vrees voor pak slaag” kopt de grootste krant van Vlaanderen. De helft van RSC Anderlecht is gekwetst of uit vorm. Geen leider (Steven Defour), uit vorm (Andy Najar en Aleksandar Mitrovic), noodoplossingen (flankaanvaller Frankie Acheampong als linksback) en zo kunnen we nog even doorgaan. De maand oktober kleurt zwart. Vijf op vijftien is de magere oogst. En nu moet paarswit naar Arsenal, naar het imposante Emirates stadium om voor 59.712 toeschouwers de schade proberen te beperken. Arsenal, tien maal groter dan paars-wit. Letterlijk. Veertig miljoen euro jaarbudget tegenover vierhonderdvijftig miljoen voor The Gunners. Toegegeven, ondergetekende zit bevend op de perstribune. In de tweede minuut van de wedstrijd tel ik al af. Gelukkig zorgen de drieduizend (méér mocht niet) meegereisde RSCA-fans voor een geweldige sfeer. Ze zingen onophoudelijk en overstemmen de thuissupporters. Arsenal leidt logisch met 2-0 aan de rust. Tot overmaat van ramp valt de laatste der Mohikanen. Die ene die zich niet had mogen kwetsen. De Congolese international Chancel Mbemba, gevolgd door vele Europese topclubs, zijgt plots neer na een onschuldig duel. Leander Dendoncker, niet eens een centrale verdediger, negentien jaar jong, vervangt hem. We houden ons hart vast. Even later wordt het 3-0. We vrezen het allerergste. De afstraffing. We willen tekenen
Sportwoordenboek voor anderstaligen
BRUSSEL – Bloedneus, duiken, de velg, de veter, badslippers,… woorden te over die evident lijken maar het niet zijn voor anderstaligen. In de sportzaal of -club is communiceren in het Nederlands niet meer alledaags in de stad. Vzw de Rand heeft er wat op gevonden, en lanceerde deze herfst het ‘Sportwoordenboekje. Mijn kind wil sporten!’, in navolging van een ouder Voetbalwoordenboek.
© VZW DE RAND
Een lesje taalzuiverheid
Wie in de kerstvakantie graag aan een SPORTKAMP deelneemt, neemt best zo snel mogelijk een kijkje op www.sportinbrussel.be. De inschrijvingen voor de VGC-sportkampen in Koekelberg en Schaarbeek (die van 22 tot 24 december plaatsvinden), voor kinderen van 4 tot 12 jaar, zijn bijvoorbeeld al begonnen. ■ Kinderen en jongeren die buiten de schoolvakanties aan sport willen doen, kunnen op diezelfde website een kijkje nemen naar de LESSENREEKSEN waarvoor nog wat plaats is. In Schaarbeek kan nog ingeschreven worden voor de lessenreeksen balschool (voor 6- tot 8-jarigen), volleybal (voor 8- tot 10-jarigen) en streetdance (voor 10- tot 18-jarigen); in Oudergem kunnen kinderen tussen 3 en 6 jaar zich nog inschrijven voor het kleuterturnen. Voor de (groot)ouders is er nog plaats in de reeks keep running voor vijftigplussers in Koekelberg. ■ Wie liever zijn dansbenen bovenhaalt, kan van vrijdag tot en met zon-
dag een bezoekje brengen aan de BRUSSELS LINDY HOP EXCHANGE. Op het programma wordt zowel plaats gemaakt voor bezoeken en ontdekkingen van de stad als voor heel wat muziek en vooral swing. Er zal onder meer gedanst worden in De Maalbeek (op vrijdag), in La Tricoterie (op zaterdag), enzovoort. Een pas voor het hele evenement kost 75 euro. Alle informatie is gebundeld op www.brux2014.com. ■ Verkiest u een zware, maar vooral explosievere inspanning? Schrijf u dan zeker in voor de TRAPPENLOOP die dit jaar al voor de vierde keer wordt georganiseerd in hotel Sheraton (Rogierplein 3). Daar wachten u 30 verdiepingen en maar liefst 466 trappen die zo snel mogelijk beklommen moeten worden. De race vindt op zondag 23 november plaats, vanaf ’s ochtends zal om de vijf minuten een nieuwe loper starten. De voorinschrijvingen (18 euro) lopen tot zaterdag 15 november, ter plaatse betaalt u 20 euro. Het verzamelde TS geld gaat naar Unicef.
David Steegen is persverantwoordelijke van RSC Anderlecht
© BELGAIMAGE
Het Sportwoordenboekje is gratis te verkrijgen bij vzw De Rand, www.derand.be
SPORT KORT
Een handig hulpmiddel voor anderstaligen die in de Rand én het Brusselse Gewest struikelen over de meest elementaire, maar ook moeilijke woorden binnen het sportvocabularium. Meteen ook een hulpmiddel voor integratie, zeg maar. Het zakboekje van 50 bladzijden lijkt één groot prentenboekje, waarbij elk voorwerp of elke situatie wordt benoemd. Het is opgebouwd rond zes thema’s: waar vind ik informatie, wat doe ik om lid van een sportclub te worden, wie is wie in de club en op het sportveld, wat breng ik mee bij atletiek, zwemmen, voetbal, tafeltennis,… En verder is er een lijstje rond training en competitiesport en een boel nuttige woorden wanneer je ziek of gekwetst bent of dorst en honger hebt. Alle woorden worden ook visueel uitgebeeld, zodat het snel duidelijk is waarover het precies gaat. Zelfs Nederlandstaligen hebben er een lesje taalzuiverheid aan. De penaltystip, de balzak, duizelig, scheenbeschermers en
om de wedstrijd nu, op een halfuur van het einde, te laten affluiten. Paniek. Als het maar geen afstraffing wordt. De Brusselse twaalfde man heft Bob Marley’s Three Little Birds aan. “No worries about the things, everything ’s gonna be allright ” weergalmt door The Emirates. Mooi. Plots scoort Anthony Vanden Borre, op aangeven van de piepjonge invaller, Andy Kawaya. Allemaal van eigen kweek. De eer is alvast gered. VDB werkt even later de 3-2 af, op penalty. Rond de tachtigste minuut verlaat ik de perstribune om klaar te staan voor de interviews. Ik sta aan de rand van het veld. Net achter een gordijn Engelse stewards. Ze vloeken. “They (ze bedoelen Arsenal) are rubbish,” zegt de ene. “Right,” zegt de andere. Ik glimlach. Mijn collega van Arsenal wenst me alvast proficiat. “Maar toch weer nul punten,” denk ik. Mijn gedachte is nog niet koud of ik zie invaller Mitrovic een voorzet briljant inkoppen. Ik spring en duw me af op de rug van de steward. Ik bied hem onmiddellijk mijn verontschuldigingen aan. “Well done,” zegt hij oprecht. RSC Anderlecht staat altijd op, vooral wanneer niemand het verwacht. Die heerlijke waarheid zal ik nooit gewoon worden.
de flankspeler: het zijn allemaal nette woorden, die tijdens een match voetbal niet zo regelmatig in het Algemeen Nederlands gebruikt worden. Kwestie van elkaar te begrijpen in minstens één officiële landstaal. Jean-Marie Binst
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Brussel, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, info@bdw.be, www.bdw.be. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer (abo@bdw.be), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Rest van België 20 euro per jaar; IBAN: BE07424552982266, BIC: KREDBEBB van Brussel Deze Week vzw. Buiten België 30 euro per jaar. OPLAGE 70.490 exemplaren. PROMOTIE EN DISTRIBUTIE Ute Otten, Anne Burger, Maurice Droogh. ADVERTISING MANAGER Lisa Decrick: 02-226.45.41, 0474-67.03.84, fax 02-226.45.69. MARKETING MANAGER Frederik Welslau. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne. COÖRDINATIE Kim Verthé. EINDREDACTIE Ken Lambeets (eindredactie@bdw.be). VORMGEVING Peter Dhondt. REDACTIE Jean-Marie Binst, Christophe Degreef, Bettina Hubo, Steven Van Garsse, Danny Vileyn. BRUSSELNIEUWS Kris Hendrickx (nieuwsmanager), Sandra Schreurs (projectcoördinator), Jelle Couder, Goele de Cort, Eric Vancoppenolle, Laurent Vermeersch. REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele, Gerd Hendrickx. MEDEWERKERS Michaël Bellon, An Devroe, Eva Hilhorst, Ilah, Wauter Mannaert, Francis Marissens, Karolien Merchiers, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Steven Vandenbergh, Karel Van der Auwera, Bram Van de Velde, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Sander de Wilde, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh. VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE François Bettens (a.i.). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: voornaam.naam@bdw.be (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).