Special: 100 JAAR EUR jaargang 5 , editie 1
Cover
8
pagina
Story
SPECIAL: 100 JAAR EUR!
Algemeen REDACTIONEEL 4 Woord van de voorzitter 5 Maak Kennis met de nieuwe redactie 6 Activiteitenagenda 30 colofon 31
De Erasmus Universiteit viert dit jaar haar 100 jarig bestaan en dat wordt groots gevierd. Credo neemt je mee in een reis door 100 jaar geschiedenis, niet alleen van de EUR, maar ook van Rotterdam, de wetenschap en het studentenleven. TEkst Nadine de Geus & Robbert de Hoogh
Coverstory Special: 100 jaar EUR!
8
Cedo Nulli
Wetenschap
Rotterdam rubriek
rubriek
rubriek
rubriek
De Commissies van cedo nulli 12 Groeten uit.. 14 fotopagina 16
Rotterdam Bijnamen: Een echte rotterdamse traditie de geheime plekjes van rotterdam Echte rotterdammers
GROETEN UIT..
BIJNAMEN:
Jonge ondernemers
CREDO’S CASUS:
In gesprek met studenten op uitwisseling
Een echte Rotterdamse traditie
Over studenten met een eigen bedrijf
Wetenschappelijke integriteit
Elke student die op uitwisseling is geweest
Het is een eigenaardige gewoonte, maar
Selfmade, iedereen wil het zijn en slechts
Steeds vaker hoor je in het nieuws over
zal je hetzelfde vertellen. Een uitwisseling
iets waar Rotterdammers enorm in uitblin-
een enkeling wordt het. Een artikel over
gevallen van fraude in de wetenschap.
naar een buitenlandse universiteit is één
ken; Het geven van een bijnaam aan alles
studenten die naast hun studie een eigen
Onderzoekers die data bewust manipu-
Studentenleven
van de mooiste ervaringen die je in je stu-
wat los en vast zit. Veel gebouwen in Rot-
bedrijf hebben. Een artikel met tips, een
leren of zelfs compleet verzinnen. Credo
dententijd, en misschien zelfs in je leven
terdam hebben in de volksmond grappige
interview met een succesvolle onderne-
stelt de vraag: ‘wat is wetenschappelijk
meemaakt. We spraken twee uitwisse-
of merkwaardige bijnamen. Credo zocht
mer en meer. TEkst
onderzoek nog waard?’
lingsstudenten over hun ervaringen in het
ze voor je uit.
Jonge ondernemers Hoe Schoon is jouw Huis? de Studentenhap Zeuren over mensen die zeuren Column Else kappenberg
buitenland. TEkst
2
TEkst Martine Delfgaauw
Thijs de Jong
Geus
TEkst
Nadine de
18 20 21
Wetenschap Credo’s casus: Wetenschappelijke integriteit Slapeloze nachten ONDERZOEK FSW
22 24 25
26 28 29 29
Karlijn schipper
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
3
WOORD VAN DE VOORZITTER
REDACTIONEEL
Practice what you preach et is inmiddels een kleine twee maanden geleden dat de Erasmus Universiteit haar 100 jarig bestaan vierde. Al een eeuw is de EUR de trots van onze stad en dat wordt dit jaar groots gevierd. In dit bijzondere jaar heb ik de eer om mijn eerste voorwoord als hoofdredacteur van Credo magazine te mogen schrijven. In honderd jaar is er heel veel veranderd. Als we terugkijken op een eeuw Rotterdam zien we een stad die vanaf het begin van de twintigste eeuw uitgroeide van een bescheiden havenstadje tot een wereldstad. Een stad die op 14 mei 1940, tijdens de meest verschrikkelijke gebeurtenis in de geschiedenis van Rotterdam, grotendeels in de as werd gelegd. En een stad die als een feniks, letterlijk uit diezelfde as herrees tot het ´Manhattan aan de Maas´, waar ik en vele anderen met mij vandaag de dag zo trots op zijn.
Robbert de Hoogh, Hoofdredacteur Credo Magazine
Vragen, opmerkingen of suggesties voor de Credo redactie? Mail ze! credo@cedonulli.nl
Op het gebied van wetenschappelijk onderwijs hebben de afgelopen 100 jaar ook de nodige veranderingen plaatsgevonden. Waar studeren aan de universiteit aan het begin van de 20e eeuw nog een aangelegenheid voor de elite was, nam het aantal studenten gestaag toe van ongeveer 5.500 studenten in 1913 tot 30.000 in 1950. Na de oorlog ontstond het streven om hoger onderwijs toegankelijker te maken en met de invoering van (voorlopers van) de studiefinanciering begon het aantal studenten toen helemaal explosief te stijgen tot de bijna 250.000 studenten die in 2013 aan de verschillende Nederlandse universiteiten studeren. Dat de structuur van het hoger onderwijs als gevolg hiervan aangepast moest worden is logisch. Maar bij de weg die we de afgelopen jaren zijn ingeslagen zijn de nodige vraagtekens te plaatsen. Universiteiten worden tegenwoordig gerund als bedrijven, het liefst zo winstgevend mogelijk. Daarnaast ontvangen onderwijsinstellingen tegenwoordig per afgestudeerde student een bedrag van de overheid. Combineer deze feiten en geforceerde maatregelen om het studierendement te verhogen, zoals het bindend studieadvies, nominaal is normaal en de meest recente maatregel dat de scriptie bij veel masteropleidingen binnen een jaar moet worden ingeleverd zijn een logisch gevolg. Al deze maatregelen dwingen studenten om zo snel mogelijk en zo berekenend mogelijk hun studiepunten binnen te tikken. Doen ze dit niet, dan zwaait er wat. Niemand lijkt zich hierbij te beseffen dat dit soort maatregelen alleen maar ten koste kunnen gaan van de kwaliteit van het onderwijs. Onderzoek in de psychologie laat keer op keer op keer zien dat het belonen van goede prestaties beter werkt dan het bestraffen van slechte prestaties en dat intrinsiek motiveren en inspireren tot betere prestaties leidt dan opgelegde (extrinsieke) motivatie. De bestuursorganen van de verschillende faculteiten lijken hier echter niets van te willen horen. ‘Practice what you preach’ lijkt een gebruik dat niet te verenigen valt met efficiency checklists en Excel spreadsheets over studierendement. Kwantiteit is duidelijk belangrijker dan kwaliteit. Dat dit inderdaad zo is blijkt uit het feit dat het aantal echt interessante en inspirerende colleges dat ik in drie jaar psychologie meegemaakt heb, misschien wel op één hand te tellen is. Voor een voorbeeld van hoe het ook kan moet ik teruggrijpen naar mijn tijd op het gymnasium. De docenten waarvan ik toen les kreeg waren op z’n minst enigszins eigenaardig en een enkeling was zelfs ronduit krankzinnig. Zo was er de docent die je vriendelijk doch dringend verzocht om achter zijn boekenkast plaats te nemen als je hem in de rede viel en de docent die zich regelmatig zodanig opwond over de ontbossing van regenwouden, dat stoelen en tafels daarbij niet gespaard bleven. Hij ontstak dan in razernij tegen zijn leerlingen, alsof hij in de veronderstelling verkeerde dat wij persoonlijk elk weekend naar Borneo afreisden om daar gezellig met z’n allen een paar palmen te kappen. Dan was er nog de docent die je bij wangedrag liet nablijven om je een test voor te leggen die naar eigen zeggen bedoeld was om psychopathie vast te stellen en de docent die recalcitrante leerlingen een oorveeg gaf met een plastic kip die hij speciaal daarvoor in zijn laatje bewaarde. Toch hadden al deze docenten één ding gemeen. Ze konden allemaal op een inspirerende manier vertellen over ‘hun’ vak en wisten leerlingen op die manier te motiveren om uit vrije wil goed hun best te doen, waardoor betuttelende regeltjes niet nodig waren. Laten we hopen dat men in de nabije toekomst tot inzicht komt dat de weg die we in het hoger onderwijs zijn ingeslagen uiteindelijk alleen maar leidt tot een massale eenheidsworst van afgestudeerde middelmaat en dat de universiteiten zich weer gaan richten op de kwaliteit van het onderwijs, om op die manier afgestudeerde studenten af te leveren, die wellicht wat kleiner zijn in aantal, maar die de titel ‘master of science’ stuk voor stuk waardig zijn. Het zou misschien goed zijn als de hoge piefen van de EUR eens wat vaker naar de muziek van Barry White zouden luisteren. En dan met name naar zijn nummer ‘practice what you preach’.
4
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Het XXIXe Bestuur der S.F.V. Cedo Nulli
Woord van de voorzitter Beste lezer,
Drie maanden zijn we inmiddels bezig en wanneer je dit leest al vier. Sommige studenten zijn bezig met hun eerste jaar terwijl onze masterstudenten al bijna aan hun stage gaan beginnen. Zelf zit ik in de vertrouwde Cedo-kamer op M7-20 en schrijf ik dit stuk in de warme herfstzon die dwars door de lamellen naar binnen komt. Om even een beeld te schetsen: Donker tapijt wat op sommige plekken van kleur verschilt, grijze lamellen die je beter niet kunt draaien (omdat er dan één uit kan vallen), een bruingele bank met een verdachte inkeping in het linker zitvlak, een archief met documentatie wat terug gaat naar 1979, heel veel posters van activiteiten op de muren en plafondplaten waar voorgaande besturen hun handtekening op hebben gezet. Je kunt je vast wel voorstellen dat er veel geschiedenis in deze kamer zit. Vele bestuursleden en commissieleden die mij voor zijn gegaan hebben in deze kamer gewerkt, gelachen en misschien wel gehuild. Maar wanneer je dit leest is het moment aangebroken dat we zijn verhuisd. Ondanks alle herinneringen die diepgeworteld zijn in de oude kamer heb ik ook heel veel zin in de nieuwe kamer. De hele FSW eindelijk samen in één gebouw en daarnaast ook veel dichterbij de onderwijsgroepen en colleges van de FSW studenten. Een schittermagische nieuwe kamer in het T-gebouw op de 15e etage, kamernummer 1. Een nieuw Cedo-tijdperk breekt aan. Zelf ben ik dit academisch jaar begonnen als voorzitter en commissaris onderwijs in het bestuur van Cedo Nulli. Zoals het er naar uit ziet toch wel één van de meest bijzondere jaren van mijn studententijd tot nu toe. Ik heb mogen genieten van een fantastisch eerstejaarsweekend, de allereerste studiegroepen van het jaar, het lustrum openingsfeest en nog veel meer. Een nieuwe site, nieuwe commissies en een nieuwe kamer op de campus maken dit jaar meer dan eens een speciaal jaar. De arbeidsmarkt is slecht wat betekent dat we studenten meer willen bieden op het gebied van carrière en tijdens de master. Sollicitatietrainingen en verdiepende masteractiviteiten zullen dit jaar daarom tekenen. Gedacht wordt dat de sociale wetenschappen weinig toekomst biedt, maar niets is minder waar. Het gaat erom dat je je onderscheidt als student. Net even die ene bijbaan of deelgenomen in een commissie maakt je tot wie je bent en zorgt ervoor dat je verder komt dan de rest. Ambitie is immers de sleutel tot succes. Maar wat dit academisch jaar vooral bijzonder maakt voor voor ons allemaal zijn de volgende punten. Allereerst het 100-jarige bestaan van de Erasmus Universiteit met de UB-party en de aanwezigheid van Prinses Beatrix tijdens de dies-viering. Daarnaast bestaat de Faculteit der Sociale Wetenschappen 50 jaar wat afgesloten wordt met eindfeest in het Paviljoen voor studenten en medewerkers. Maar bovenal bestaat Cedo Nulli dit jaar 35 jaar wat gevierd wordt aan de hand van zeven verschillende activiteiten. Besef je dus dat het uitzonderlijk is dat je dit mag meemaken statistisch gezien. Ervaar en geniet van alle activiteiten die gaan komen en zet die ene stap dit jaar wat jou gaat onderscheiden.
Cataline Sinnige, Voorzitter & Commissaris Onderwijs van het XXIXe bestuur der S.F.V. Cedo Nulli
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
5
NIEUW JAAR NIEUWE REDACTIE een Nieuw studiejaar betekent natuurlijk ook weer een nieuwe credo redactie. Bij deze willen we ons graag even aan je voorstellen. Vorig jaar is de credo compleet vernieuwd. Omdat het onnodig is om het wiel elk jaar opnieuw uit te vinden zijn de veranderingen die we dit jaar hebben doorgevoerd minder revolutionair dan die van vorig jaar, maar toch hebben we een paar aanpassingen gedaan die we graag even toelichten. Ten eerste zullen we dit jaar buiten de vier bestaande rubrieken in elke editie een Hoofdartikel plaatsen. Dit zullen wat langere artikelen zijn zodat we wat dieper in kunnen gaan op de onderwerpen. Verder Staat er dit jaar meer input van onze eigen wetenschappers aan de Erasmus universiteit in de credo. Zo hebben we bijvoorbeeld een nieuw, terugkerend artikel waarin we elke keer een wetenschappelijk onderzoek dat aan onze faculteit uitgevoerd wordt zullen uitlichten. Tot slot hebben we dit jaar ook de vormgeving weer proberen te verbeteren. Zo is je misschien al het nieuwe logo van de credo opgevallen en zullen we dit jaar proberen om meer ĂŠĂŠn lijn in het ontwerp te krijgen door het hele blad heen. We wensen je in ieder geval al veel plezier met het lezen van deze editie van Credo Magazine!
Karlijn Schipper Secretaris LEEFTIJD STUDIE JAAR
24 jaar Sociologie Master
Martine Delfgaauw Design LEEFTIJD STUDIE JAAR
6
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
20 jaar Psychologie Bachelor 1
Robbert de Hoogh Hoofdredacteur LEEFTIJD STUDIE JAAR
23 jaar Psychologie Bachelor 3
Thijs de Jong Penningmeester LEEFTIJD STUDIE JAAR
20 jaar Sociologie Bachelor 1
Roos Oldewarris
Nadine de Geus
Design
Externe Betrekkingen
LEEFTIJD STUDIE JAAR
20 jaar Sociologie Bachelor 1
LEEFTIJD 18 jaar STUDIE Bestuurskunde JAAR Bachelor 1
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
7
100 Jaar Erasmus Universiteit Nadine de Geus & Robbert de Hoogh
COVER
DE EUR: Een korte geschiedenis..
1913 - 2013
“M
100 JAAR Erasmus Universiteit
eer dan ooit wordt in deze tijd de plaats die een land in de rij der volkeren inneemt, bepaald door het deel, dat het heeft in het wereldverkeer. Immers, noch soevereiniteitsproclamaties noch militaire successen kunnen baten, wanneer zij niet op de voet gevolgd worden door de economische verovering door de koopman.” Deze woorden sprak Prof. Dr. G.W.J. Bruins, de eerste Rector Magnificus, toen de Nederlandsche Handels-Hoogeschool op 8 november 1913 tijdens haar officiële opening het levenslicht zag. Uit deze woorden blijkt dat hij een belangrijke maatschappelijke rol weggelegd zag voor ‘zijn’ hogeschool. Maar dat de NHH 100 jaar later uitgegroeid zou zijn tot een multidisciplinaire topuniversiteit, waarvan sommige opleidingen tot de besten in de wereld behoren, had hij waarschijnlijk zelfs in zijn stoutste dromen niet durven dromen. Ook de ontwikkelingen die Rotterdam of de wetenschap of het studentenleven in 100 jaar door zou maken had dhr. Bruins in de verste verte niet kunnen voorzien. Toch leidde dit alles uiteindelijk tot de Erasmus Universiteit zoals we die vandaag kennen. Credo neemt je mee door 100 jaar geschiedenis. TEKST NADINE DE GEUS & robbert de Hoogh
anneer we het hebben over 100 jaar Erasmus Universiteit, klopt dat eigenlijk niet helemaal. De universiteit is namelijk pas sinds 1973 (slechts 40 jaar geleden) onder deze naam bekend. Echter, de voorloper van de EUR, de Nederlandsche Handels-Hoogeschool werd zoals gezegd officieel geopend op 8 november 1913, en daarom wordt deze dag tegenwoordig nog steeds aangehouden als de Dies Natalis van de Erasmus Universiteit. Twee dagen later, op 10 november 1913 startte de eerste colleges voor de toen 55 studenten van de NHH. De Hogeschool had toen nog geen vaste locaties en was tijdelijk ondergebracht in enkele lokalen van de Beurs. Aan deze gebrekkige huisvesting kwam 3 jaar later een einde toen in 1916 het pand aan de Pieter de Hoochweg betrokken werd. Hier zou de voorloper van de EUR gevestigd blijven totdat men verhuisde naar de huidige locatie, campus Woudestein.
Foto linksboven: historisch fotoarchief EUR
In 1939 vond een wijziging plaats in de wet op Hoger onderwijs. In deze wetswijziging werden er meer voorwaarden verbonden aan overheidssubsidiëring van hogescholen. Dit leidde ertoe dat de NHH naast enkele andere veranderingen een naamsverandering onderging, en voortaan verder ging als de Nederlandse Economische Hogeschool (NEH). Niet veel later werd Rotterdam bezet door de Duitsers. Hoewel het pand van de NEH gespaard bleef tijdens het bombardement, kwam het onderwijs op een laag pitje te staan tijdens de oorlog. Allereerst werden een aantal hoogleraren, waaronder de toenmalige Rector Magnificus gearresteerd, wegens hun kritische houding ten opzich-
te van Nazi-Duitsland. Vanaf januari 1943 komt het onderwijs zelfs compleet stil te liggen als 87% van de dan ongeveer duizend studenten weigert om een loyaliteitsverklaring te ondertekenen. Pas na de bevrijding in 1945 worden de colleges weer hervat.
Maquette van Campus Woudestein Foto: historisch fotoarchief EUR
In 1954, worden gestart met het maken van plannen voor een nieuwe campus in Kralingen, omdat het gebouw aan de Pieter de Hoochweg te klein is geworden voor de 1200 studenten en medewerkers die er op dat moment zijn. Echter, pas in 1963 wordt gestart met de bouw van campus Woudestein. Dat is ook broodnodig, want in datzelfde jaar worden er twee nieuwe faculteiten opgericht; de Faculteit der Rechtsgeleerdheid en onze eigen faculteit, de Faculteit der Sociale Wetenschappen.
In 1968 is de bouw van de nieuwe campus voltooid en vanaf september beginnen de colleges voor de dan ongeveer 6000 studenten op de nieuwe campus. In 1970 wordt ontstaat uit een samenwerking tussen de TU Delft en de NEH wederom een nieuwe faculteit, de Interuniversitaire Interfaculteit Bedrijfskunde. Als vervolgens in 1973 een samenwerking wordt aangegaan met de in 1966 opgerichte Medische Faculteit Rotterdam, wordt besloten dat de Nederlandse Economische Hogeschool, geen dekkende lading meer is voor een onderwijsinstelling, die op dat moment 5 faculteiten kent in verschillende wetenschappelijke disciplines. De NEH zal voortaan verder gaan als Erasmus Universiteit Rotterdam. Op 8 november vindt de officiële oprichting van de EUR plaats in de Doelen onder het toeziend oog van koningin Juliana. Als in 1974 de opleiding Wijsbegeerte van start gaat aan de centrale interfaculteit, later omgedoopt tot Faculteit der Wijsbegeerte en in 1984 de Faculteit Bedrijfskunde, die voortgekomen is uit de interuniversitaire faculteit, zijn de zeven faculteiten van de Erasmus Universiteit, zoals we die vandaag de dag kennen compleet. Wil je meer weten over de historie van de Erasmus Universiteit en het 100-jarig bestaan? Kijk dan op www.eur.nl/100
1913
1915
1919
1928
1937
1939
1943
Oprichting van de NHH. Op 10 November werd het eerste college gegeven.
Albert Einstein presenteert zijn algemene relativiteitstheorie.
De eerste internationale commerciële passagiersvlucht ooit vindt plaats tussen Londen en Parijs.
Alexander Flemming ontdekt het antibioticum penniciline.
De opening van het nieuwe Feyenoordstadion ‘de Kuip’, ontworpen door architect Van der Vlugt.
De NHH gaat voortaan verder onder de naam Nederlandse Economische Hogeschool (NEH).
Door een vergissing wordt Delfshaven per ongeluk gebombardeerd door de geallieerden.
1913
1914
1916
1927
1931
1940
1941
Niels Bohr introduceert het atoommodel, waarin elektronen om een positief geladen kern cirkelen.
Er wordt gestart met de bouw van het statige stadhuis van Rotterdam aan de Coolsingel.
De NHH betrekt het eerste eigen pand aan de Pieter de Hoochweg.
Philo Farnsworth bouwt de eerste werkende televisie.
Georges Lemaître presenteert de theorie dat het heelal ontstaan is uit een oerknal.
Op 14 mei wordt het centrum van Rotterdam verwoest door bombardementen van de Duitsers.
Konrad Zuse bouwt de eerste werkende digitale computer, de Z3.
Tijdlijn Erasmus universiteit Wetenschap Rotterdam
8
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
9
100 Jaar Erasmus Universiteit Nadine de Geus & Robbert de Hoogh
COVER
100 JAAR ROTTERDAM otterdam, 1913. Een dynamische, internationaal georiënteerde stad die steeds meer allure krijgt. 446.897 inwoners hebben zich hier gehuisvest en een onstuimige groei gaat door. Zo wordt Rotterdam uitgebreid door annexaties met Delfshaven, Feijenoord, Charlois en Katendrecht. Ook de haven groeit mee. Nieuwe havens worden aangelegd, zoals de Maas-, Rijn- en Waalhaven, waardoor nog meer mensen naar Rotterdam trekken om hier aan het werk te gaan. Het centrum van de stad verandert ook snel. Havenbaronnen en de gemeente investeren in prestigieuze gebouwen. Moderne architecten zien hun kans en in de jaren tien tot de jaren dertig wordt volop gebouwd. Het centrum van Rotterdam krijgt de allure van een stadboulevard. De economische groei van de stad zet in de jaren dertig door. Vanaf die tijd wordt de stad verder uitgebreid met Overschie, Hillegersberg en Blijdorp. In de jaren dertig blijft Rotterdam de bakermat van het ‘Nieuwe Bouwen’. Zo naderen de nieuwe Diergaarde Blijdorp en het vliegveld Waalhaven hun voltooiing. Met de aanleg van het Vroesenpark en het Kralingse Bos krijgen belangrijke stadparken gestalte. Het voorspoedige bestaan van Rotterdam wordt echter vanaf 1940 volledig op zijn kop gezet. Nederland is in oorlog. Duitse soldaten bezetten Rotterdam-Zuid en het Noordereiland. De Maasbrug wordt echter door het Nederlandse leger voortdurend onder schot gehouden, waardoor het de Duitsers niet lukt om het centrum te bereiken. De Duitsers dreigen met een vernietiging van de stad, die op 14 mei waarheid wordt. Vroeg in de middag van die dag begint een bommenregen die slechts een kwartier duurt. De vernietigende uitwerking is echter gigantisch. Er ontstaat een brand waardoor meer dan 24.000 woningen in as worden gelegd. 80.000 Rotterdammers worden dakloos en ongeveer 800 mensen vinden de dood. Het bombardement van Rotterdam heeft ervoor gezorgd dat vrijwel het gehele centrum, het hart van de stad, verandert in een enorme puinhoop. Tijdens de
10
bezetting wordt meteen begonnen met puinruimen, maar het oorlogsgeweld gaat ondertussen gewoon door. De hongerwinter van 1944-1945 kost vele Rotterdammers het leven. Verder wordt op 10 en 11 november 1944 een grote razzia gehouden waarbij circa 50.000 mannen worden weggevoerd naar Duitsland. Nadat de oorlog in 1945 voorbij is, begint de wederopbouw volgens ‘het Basisplan voor de Wederopbouw van Rotterdam’. In eerste instantie betreffen deze activiteiten vooral het herstel en uitbreiding van de haven. In de jaren vijftig wordt het centrum herbouwd. Er is een grote drang naar vernieuwing en modernisering. Daarom worden vele beschadigde gebouwen niet hersteld maar gesloopt. De stad ontwikkelt zich dan ook als toonbeeld van moderniteit en krijgt het imago van ‘werkstad’. In 1965 heeft Rotterdam 731.564 inwoners, een hoogtepunt in zijn geschiedenis. De tijd van de wederopbouw is vanaf de jaren zeventig voorbij en aan de economische voorspoed komt een eind. In deze tijd komen ook de eerste gastarbeiders naar de stad. Zij gaan vooral in de binnenstad wonen. De huizen die daar staan voldoen niet langer aan de eisen van de moderne tijd en vele Rotterdammers vertrekken naar nieuwe voorsteden. De gastarbeiders nemen hun plaats in, waardoor de samenstelling van de oude stadswijken snel veranderd. Hierdoor ontstaan spanningen, die soms uitmonden in rellen tussen de verschillende bevolkingsgroepen. In 1972 breekt bijvoorbeeld in de Afrikaanderwijk in Rotterdam-Zuid grote onrust uit. De Mobiele Eenheid moest in actie komen waarna pas na drie dagen de rust terugkeerde. In de jaren tachtig lijkt de onrust tussen de verschillende bevolkingsgroepen in de stad grotendeels voorbij, maar de uittocht van oorspronkelijke bewoners zet door. Rotterdam verandert in een multiculturele samenleving en in de oude wijken ontstaat een sociale onderklasse van immigranten. De huizen worden slecht onderhouden en er is sprake
van verpaupering. De glans van moderniteit lijkt verdwenen. ’s Avonds zijn de straten in Rotterdam uitgestorven en alleen echte Rotterdammers weten waar je uit kunt gaan. Vanaf de jaren negentig probeert de gemeente Rotterdam af te komen van zijn kille imago en weer een populaire wereldstad te worden. De eerste stap wordt gezet met de bebouwing van het Weena. Hier mag voor het eerst hoogbouw worden gebouwd. In een korte tijd gaat de Rotterdamse skyline er heel anders uitzien. De stad krijgt langzaam maar zeker weer enige allure. In de nieuwe eeuw wordt op 6 maart 2002 een nieuwe fase in de geschiedenis van Rotterdam ingeluid. Bij de gemeenteraadsverkiezingen behaalt Leefbaar Rotterdam van Pim Fortuyn een enorme overwinning. Aan de machtspositie van de PvdA lijkt een einde te zijn gekomen nadat zij 55 jaar lang onafgebroken de grootste partij in de stad zijn geweest. Rotterdam blijkt de aanzet voor een roerige landelijke politieke strijd, waar echter abrupt een einde aan komt wanneer Pim Fortuyn op 6 mei 2002 wordt vermoord. De politicus wordt opgebaard in Rotterdam en zo’n 20.000 mensen verzamelen zich langs de route van de rouwstoet. Ivo Opstelten wordt de nieuwe burgemeester van Rotterdam en ontwikkelt zich tot één van de meest populaire burgemeesters van de laatste decennia. Op 5 januari 2009 wordt hij opgevolgd door Ahmed Aboutaleb. Hij is de eerste burgemeester in Nederland van Marokkaanse afkomst. Rotterdam is in honderd jaar dus erg veranderd. Hoewel de stad in 1913 nog een gewone gemeente is, lijkt een mooie toekomst al in het verschiet te liggen. Echter kent de stad ook mindere momenten in zijn geschiedenis, met als dieptepunt het bombardement in 1940. Rotterdam herrijst echter letterlijk en figuurlijk uit zijn as en groeit uit tot een echte wereldstad en staat vandaag de dag wereldwijd bekend om zijn moderniteit en havenactiviteiten.
M
EEN EEUW STUDENTENLEVEN
et de oprichting van de Nederlandse Handels-Hogeschool in 1913 ontstaat in Rotterdam ook het begin van het ‘echte’ studentenleven. Bij de Rotterdamse studenten ontstaat de behoefte om het samenkomen naast de studie in een vastere vorm te gieten. Op 11 december 1913 ziet de eerste studentenvereniging in Rotterdam dan ook het levenslicht wanneer het Rotterdamsch Studenten Corps (RSC) wordt opgericht. In de tijd van oprichting hield studeren in Rotterdam automatisch het lidmaatschap van het RSC in. Twee jaar later, in 1915, ontstaat de vrouwelijke tegenhanger van het RSC, de Rotterdamsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging (RVSV). In 1914 ontstaat een tweede studentenvereniging voor de Rotterdamse studenten: de Roomsch Katholieke Studenten Vereniging Sint Laurentius. Dit is de voorganger van het R.S.V. Sanctus Laurentius, de grootste gemengde vereniging in de stad. In 1919 worden de eerste twee meisjes lid van de vereniging. Tijdens de Eerste Wereldoorlog kent het uitgaansleven in Rotterdam een kleine dip. Nederland blijft weliswaar neutraal, maar de economische gevolgen zijn voor iedereen te voelen. Kort na afloop van de oorlog ziet de situatie er echter alweer heel anders uit. Er ontstaat een enorme inhaalvraag naar vermaak en ook in Rotterdam wordt volop gefeest in de ‘roaring twenties’ en de ‘mad thirties’. In 1918 wordt alweer de volgende studentenvereniging opgericht, namelijk de Rotterdamse afdeling van het S.S.R. En twee jaar later ontstaat het Rotterdamsch Studenten Gezelschap (RSG). De oprichters en eerste leden van het RSG waren vooral ‘spoorstudenten’: studenten die in een andere plaats dan hun woonplaats studeren. Vooral Rotterdamse studenten die studeerden in Delft en Leiden werden lid van het RSG, omdat zij wel graag mee wilden doen aan studentenleven, maar niet de mogelijkheid hadden
om lid te worden van een andere Rotterdamse studentenvereniging. In de periode tot 1940 groeit Rotterdam uit tot een echte wereldstad. Daarbij hoort dan ook een bruisend uitgaansleven. De Schiedamsedijk en de Coolsingel, waar dit uitgaansleven zich onder andere afspeelt, zijn door heel het land bekend. De grote theatervoorstellingen gaan in Rotterdam in première en de bioscopen zitten vol. Jazz is in deze periode zeer populair. Café Pschorr staat symbool voor het vooroorlogse uitgaansleven in Rotterdam. Het uitgaansleven brengt echter ook veel problemen met zich mee, zoals criminaliteit en prostitutie. Tijdens de oorlog komt het studentenleven in Rotterdam op een laag pitje te staan. De bezetting van de Duitsers zorgt voor grote beperkingen in de vrijheid. Als gevolg hiervan vinden er ook vele veranderingen plaats binnen de studentenverenigingen. Als door een wonder overleeft de sociëteit van het RSC het bombardement van 1940, maar in 1941 wordt de sociëteit wel op last van de Duitsers gesloten. Daarna wordt besloten om RSC tijdelijk op te heffen, net als RVSV. Het sociëteitsleven gaat echter ondergronds gewoon verder. De sociëteiten van RSG en Laurentius worden in 1940 wel getroffen bij het bombardement van Rotterdam. Ook hier gaat het kroegleven bij beide verenigingen gewoon door. Samen met S.S.R.-R trekt Laurentius in 1945 tijdelijk in op de sociëteit van RSC. Nadat Nederland in mei 1945 wordt bevrijd, worden de opgeheven studentenverenigingen vrijwel meteen heropend. Na de oorlog zit RSG in een financiële situatie die zo slecht is dat het delen van de sociëteit moet verhuren. In de periode van 1951-1954 wordt er zelfs gesproken van een fusie met het RSC, omdat die niet in een betere positie verkeerd dan RSG. De leden van beide verenigingen willen dit echter niet, omdat ze totaal verschillend zijn en andere tradities hebben. Omdat ledenaantallen blijven tegenvallen, wordt in 1966 de ontgroeningsperiode van RSG afgeschaft. Verder wordt in 1969 besloten om vrouwelijke stu-
denten en HBO-ers toe te laten. Ook bij RVSV en RSC vinden statutenwijzigingen plaats en worden in respectievelijk 1973 en 1975 studenten van het HBO toegelaten bij de verenigingen. Door toenemende studentenaantallen in de jaren zeventig wordt het idee opgedaan nieuwe studenten tijdens introductiedagen de stad te laten ontdekken. Deze dagen kennen we nu als de EUREKA-week. In 1985 wordt de studentenband van het RSC in het leven geroepen: de Hermes House Band. Tien jaar later haalt de band zelfs een nummer-1 hit in Nederland. Daarnaast maakten ze het welbekende Rotterdam-lied, dat nog steeds als het volkslied van de Rotterdamse studenten geldt. In 1995 worden de regels en controles rondom ontgroeningen bij studentenverenigingen in heel het land verscherpt. Zo komt er een verbod op alcohol en moeten de ‘feuten’ ten minste 6 uur slaap per nacht krijgen. Echter voorkomt dit niet dat het Rotterdamse Corps in 2000 negatief in het nieuws komt. Youp van ’t Hek schrijft in het NRC Handelsblad een aantal columns naar aanleiding van de mishandeling van zijn neef tijdens de ontgroening. De EUR neemt de zaak hoog op en stelt een commissie in, die tot de conclusie komt dat zich tijdens de ontgroening ontoelaatbare dingen hebben afgespeeld. Dit leidt tot het tijdelijk intrekken van de subsidie van de universiteit aan het RSC. Het RSC gebruikt het jaar om de introductieperiode grondig te herzien wat in 2001 leidt tot het terugkrijgen van de subsidie. De laatste jaren moeten studenten steeds eerder afstuderen. Waar het honderd jaar geleden geen uitzondering was als studenten tien jaar studeerden, kost dit tegenwoordig steeds meer geld. En naar verwachting wordt het volgen van een opleiding in de toekomst alleen maar duurder. De nadruk is komen te liggen op leren, en minder op feesten. Toch wordt er nog volop genoten van het studentenleven. Want dit is toch zeker wel de mooiste tijd van je leven!
1945
1962
1969
1973
1977
1996
2002
2004
Onder leiding van Julius Oppenheimer vindt de eerste succesvolle test van een atoombom plaats.
De haven van Rotterdam is officiëel de grootste haven ter wereld.
Prof. dr. Jan Tinbergen wint de Nobelprijs voor economie, die dit jaar voor het eerst uitgereikt wordt.
Mobiele telefoon uitgevonden door Martin Cooper. Pas in 1979 komen ze op de consumentenmarkt.
De eerste massaproductie PC –de Apple II, ontworpen door Steve Wozniak– komt op de markt.
Oplevering van de Erasmusbrug van architect Ben van Berkel.
De Rotterdammer Pim Fortuyn, Lijsttrekker van de LPF wordt vermoord door Volkert van der Graaf.
Het ‘social network’ Facebook wordt opgericht en blijkt al snel een groot succes te zijn.
1953
1968
1969
1973
1993
1997
2003
2012
James Watson en Francis Krick ontdekken de dubbele helix structuur van DNA.
De NEH verhuist van het pand aan de Pieter de Hoochweg naar de nieuwe campus ‘Woudestein’.
Astronauten Neil Armstrong en Edwin ‘Buzz’ Aldrin landen als eerste mensen op de maan.
De NEH en de MFR gaan samen verder onder de naam Erasmus Universiteit Rotterdam.
Het internet, dat sinds 1983 bestaat wordt vrijgegeven voor commerciëel en particulier gebruik.
Dolly het schaap wordt met succes gekloond en is daarmee het eerste gekloonde dier.
Het ‘Human Genome Project’, waarbij menselijke genen in kaart worden gebracht is voltooid.
Het CERN instituut in Genève vindt bewijs voor het bestaan van het Higgs Boson deeltje.
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
11
CEDO NULLI
De Commissies van Cedo NULLI
De commissies van Cedo Nulli Ja, ook dit jaar zijn ze er weer: De commissies van Cedo Nulli! Dit jaar zijn er een aantal nieuwe commissies en dus zijn er nog meer commissies dan vorig jaar. Al deze enthousiaste commissies hebben een kort stukje geschreven om jullie te laten weten wat zij dit jaar allemaal voor jullie zullen gaan organiseren. Maak kennis met de commissies van Cedo Nulli
12
Carrièrecommissie
Mastercommissie Bestuurskunde
Mastercommissie psychologie
“Wij zijn de carrièrecommissie, een hele nieuwe commissie die voor jullie dit jaar carrièregerichte activiteiten gaat verzorgen. Erg nuttig en belangrijk natuurlijk dat je je gaat oriënteren op je verdere loopbaan na je studententijd. Denk hierbij aan de carrière dag in maart, waarbij wij bedrijven en instellingen uitnodigen om workshops te geven en te informeren wat je nou precies kan doen na je studie. Maar ook staat op de agenda een sollicitatietraining waar je soepel leert solliciteren, een netwerktraining en netwerkborrel om informeel in contact te komen met eventueel toekomstige werkgevers, een inhousedag en meer moois waar we jullie over zullen informeren in de toekomst! Laat je verassen en create a state of mind!”
“Dit jaar is onze commissie voor het eerst in het leven geroepen. En wij Judith Bueving, Ricardo van Breemen, Tim Hoek, Susan Klinker, Chantal van Poppelen en Kim Wijnen zijn dan erg enthousiast om van deze commissie een succes te maken! Ons doel is om verdiepende activiteiten te organiseren waar masterstudenten Bestuurskunde nog grotere bollebozen kunnen worden. Daarnaast kunnen jullie tijdens onze activiteiten contacten leggen met de helden uit de Bestuurskunde en krijgen jullie de kans om oud- en nieuw studiegenootjes (weer) te ontmoeten! We hopen van alle studierichtingen van de Bestuurskunde Master studenten te mogen verwelkomen op onze activiteiten. Ook al zijn we op sommige vlakken verschillend, zijn we vooral United by Difference!”
“Het is zo ver, vanaf dit jaar bestaat er een mastercommissie psychologie! Wij hebben de geweldige taak om ons te richten op verdiepende activiteiten binnen de specifieke richtingen van de master psychologie. Waar de gewone psychologiecommissie stopt, gaan wij verder! En hoe, wij zijn zo enthousiast begonnen met de organisatie van activiteiten, dat onze agenda’s tot februari al volgeboekt zijn. Een bezoek aan het Dolhuys in Haarlem, een kijkje nemen bij een onderzoekslab, een borrel voor alle masterstudenten, niets is te gek en wij krijgen het allemaal voor elkaar. Maar daar stopt het niet, wij houden veel van gezelligheid en zullen ook bij andere activiteiten te vinden zijn. Daarnaast gaan we allemaal voor de 10 km loop (één zelfs voor de hele marathon) van Rotterdam, wat een helden!”
Almanakcommissie
Bestuurskundecommissie
Reiscommissie
Activiteitencommissie
“Na lange afwezigheid van de Almanak, is het dan eindelijk zover. Wij mogen als commissie dit jaar een Almanak aan jullie presenteren. Dit is voor ons een eer en een uitdaging. Door de verscheidenheid van de ideeën die iedereen inbrengt, belooft het een Almanak te worden van diversiteit. Je zult in het boek meegesleurd worden door de ins en outs van onze vereniging. Menig vergadering resulteerde in het feit dat Derek op de grond rolde van het lachen. Het is dus een leuk zooitje ongeregeld bij elkaar. Met een goede balans tussen productiviteit en gezelligheid, zorgen wij voor een geweldig en verrassend boek.”
“Vol enthousiasme en passie is de Bestuurskundecommissie klaar om van dit cursusjaar een groot succes te maken! Met onze goede verkleedkunsten en een zwak voor drankspelletjes is geen feest, geen borrel en geen activiteit ons teveel! Iedereen zal Evelien, Eric, Ard, Richard, Petra en Samir uiteindelijk wel leren kennen. Naast een flinke portie gezelligheid kunnen wij echter ook serieus zijn. Activiteiten naar de Tweede Kamer, het Europees Parlement of gewoon een kroegcollege zijn slechts een paar voorbeelden van wat wij dit jaar zullen aanbieden. Cedo zet je schrap want de Bestuurskundecommissie zal van zich laten horen!”
“Wij van de reiscommissie zijn dit jaar verantwoordelijk voor de studiereis. Helaas kunnen we nog niet precies vertellen wat wij gaan doen want de locatie van de reis is nog geheim! Voor deze studiereis zullen wij ons vooral richten op de studie inhoudelijke activiteiten, voor elke studie komt er tenminste een. Verder zullen wij uiteraard nog een heleboel leuke activiteiten organiseren! De studiereis zal plaats gaan vinden van 19 t/m 25 April. Wij als commissie hebben er al erg veel zin en zijn hard aan het werken om het een zo’n mooi mogelijke reis te laten worden!”
“De activiteiten commissie van 20132014. Ook wel de bende van ellende. Zes commissieleden die allemaal aanleg hebben voor een goed avondje feesten. Een perfecte combinatie dus. Met een motto als “Ja, wij denken is fissa!” gaan ze feestend het jaar door, maar er zijn ook een aantal mooie actiepunten. De activiteitencommissie wil aankomend jaar nog betere, grotere en leukere feesten organiseren. Leukere thema’s, nóg betere bierprijzen en veel meer gezelligheid. Maar de activiteiten commissie gaat niet alleen feesten, nee nee. Er komen ook een mooi aantal culturele activiteiten. Het wordt een prachtig jaar vol met leuke en afwisselende activiteiten. De activiteiten commissie heeft er zin in, jullie ook? “
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Studiegroepencommissie
Lustrumcommissie
Sociologiecommissie
Sportcommissie
“De studiegroepencommissie zal ook dit jaar weer studiegroepen organiseren voor alle opleidingen van de FSW. De commissie bestaat dit jaar uit een mooi en divers gezelschap van studenten. Naast mij, Geoffrey, als voorzitter is Merissa onze secretaris, Bashar de penningmeester, Steven commissaris promotie en Remco commissaris algemene zaken. Cateline completeert ons gezelschap en staat ons bij als commissaris onderwijs. Naast het organiseren van de studiegroepen voor alle eerstejaars studenten van de FSW, hebben wij dit jaar het doel om zoveel mogelijk studiegroepen voor de tweedejaars te organiseren, dit is ons tot op heden goed gelukt. We zijn erg tevreden met de huidige gang van zaken en hebben erg veel zin in de rest van het studiejaar. Studiegroepencommissie 20132014 is er in ieder geval klaar voor!”
“Leve het leven, het zevende lustrum der S.F.V. Cedo Nulli, met als thema “Viva la VIIda”, wordt gevierd met zeven knalactiviteiten georganiseerd door zeven bikkels. Het aansturen van deze unieke commissie wordt gedaan door de oude en wijze René Karens. Uniek en allesverslindend (zowel qua studies als eten) is Hanno de Schipper, onze bewaker van de schatkist. Ronduit keigezellig (met een zachte ‘G’) is onze Brabander Debby Verhagen, die de functie als secretaris bekleedt. En als promotijger zorgt Marie van der Gaag dat jullie weten dat een lustrumactiviteit missen geen optie is dit jaar. Niet te missen in de Luco is onze grote charmeur Yannick van Riet, in de functie van externe zaken. Natuurlijk heb je ook mij nog, Quinten Lainert, en ik mag dit jaar dit stukje schrijven, bureaucratisch veel draaiboeken uittypen en een commissie-uitje naar een snoepfabriek organiseren. Samengevat: Leven het leven! Viva la VIIda!”
“Als sociologie commissie zijn we verantwoordelijk voor sociologische verantwoorde activiteiten. We willen dit jaar graag de populaire trend van kroegcolleges doorzetten om sociologen en andere studenten kennis te laten maken met hedendaagse onderwerpen onder het genot van een drankje. Verder zijn we van plan om een feest te geven om te laten zien dat een sociologisch thema niet alleen maar over baarden en Karl Marx gaat. Natuurlijk wordt er traditiegetrouw dit jaar ook weer een Berlijn trip georganiseerd. Een stad als Berlijn met zoveel cultuur en geschiedenis is natuurlijk nooit volledig te verkennen. Dus gaan we trachten om de reizigers van dit jaar wéér een nieuwe kant te laten zien. Dat is allemaal slechts een greep van de activiteiten die we dit jaar hebben gepland en er zal vast nog veel meer volgen. Mocht je het alsnog niks vinden. Nou ja, je kunt ons niet ruilen. Nee nee nee nee.”
“De sportcommissie bestaat dit jaar uit allemaal hele sportieve mensen afgevaardigd van alle FSW studies. We doen aan handbal, waterpolo, rugby, voetbal en dansen! Wij willen dit jaar dan ook onze enthousiasme overbrengen door allemaal super toffe activiteiten te organiseren. Buiten de geweldige wintersportvakantie hebben we nog een hoop leuke uitjes in petto! Denk hierbij aan de 10km marathon, een middagje Apenkooien, lekker surfen als het zonnetje schijnt en een cursus sportief paaldansen! Buiten het sportieve aspect tijdens onze activiteiten hebben we natuurlijk super veel gezelligheid dus kom allemaal lekker sportief doen en schrijf je gezellig in voor al onze activiteiten! Ons motto is dit jaar niet voor niets: In it to win it! We zien jullie gauw!”
Eerstejaarscommissie
exchange committee
Psychologiecommissie
“Maak kennis met de commissie die de Lustrumcommissie even goed heeft laten zien hoe het op tempo nuttigen van een simpel biertje in zijn werk gaat. Maak kennis met de eerstejaarscommissie: B.O.E.F.! Wij boefjes zijn de uitverkorenen en hebben dé taak gekregen om onze mede eerstejaars studenten en toekomstige eerstejaars studenten een mooie tijd te bezorgen. Het eerstejaarsfeest op 21 november met een uitbundig neon thema zal hiervoor de toon zetten. Daarnaast zijn we zo begaan dat we de mama’s en papa’s niet onberoerd laten, want jawel: er komt een boefjes ouderdag. Het eerstejaarsweekend aankomende zomer staat uiteraard ook ergens bovenaan op de boevenagenda. Verdere activiteiten volgen, dus houd ons vooral in de gaten en niet alleen om die reden: wij boeven stelen graag uw BOTC-punten.“
“Wij, (Floris, Iris, Rebecca en Sophie) zullen tot en met Januari 2014 de international committee vormen. Waar wij ons voornamelijk mee bezig houden is het geven van informatie over een uitwisseling in je minorperiode. Ook organiseren wij activiteiten voor studenten die op uitwisseling gaan en organiseren wij activiteiten voor internationale FSW studenten. Zo hebben wij dit jaar een welcome back borrel, kroegentocht en food evening georganiseerd. Onze laatste activiteit was met 120 bezoekers een groot succes. Wij hopen dat wij ook dit jaar veel mensen kunnen informeren en enthousiast kunnen maken voor een exchange. Een tip voor mensen die twijfelen of ze op uitwisseling gaan: gewoon doen! Yolo!!
“Vind jij psychologie ook zo mooi, maar heb je even genoeg gehad van de droge college stof? Dan zijn wij er voor jou! Dit jaar zal de psychologiecommissie wederom een aantal leuke en interessante activiteiten organiseren voor psychologiestudenten en overige geïnteresseerden. Onze commissie bestaat uit Vincent (voorzitter), Pasqualle (secretaris), Iris (penningmeester), Maxime (algemeen), Adrienne (promo) en Elske (extern). Jullie kunnen uitkijken naar onder andere lezingen, workshops en kroegcolleges. We zullen hier dit jaar weer een originele twist aan proberen te geven. Tevens zijn wij medeorganisator van de Master Your Future dag, waarin verschillende masterstudenten en alumni hun ervaringen zullen delen over de masterrichtingen waarin jij geïnteresseerd bent. Kortom, genoeg reden om een keer te gaan, want daarmee wakker je je innerlijke Freud aan!
Pedagogische Wetenschappen Commissie “Een nieuw collegejaar, betekent ook weer een nieuwe Pedagogische Wetenschappen Commissie. Wij zijn 7 leuke, enthousiaste en af en toe een beetje gekke meiden. Aan ons dit jaar de taak om voor de Pedagogiek studenten leuke en interessant studie-inhoudelijke activiteiten te organiseren. We hopen jullie enthousiast te maken voor de praktijk waar jullie over een paar jaar in gaan werken. Dit jaar staat sowieso een bezoek aan een Tyltylschool op te planning. Ook zijn we bezig met een bezoek aan een jeugdinrichting en waarschijnlijk zullen we naar Generation R gaan. Daarnaast zijn we nog meer activiteiten aan het regelen, maar daarover verklappen we nog even niets. Hou ons daarom goed in de gaten en we hopen jullie te zien op onze activiteiten! “
Psycom: We get in your head!”
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
13
Groeten uit.. Karlijn Schipper
CEDO NULLI
Groeten uit…
Lund, Zweden
mee kan nemen. Tijdens club avonden heb je wel nog een entreeprijs van ongeveer 7,50 euro. Dat maakt het dus wel wat prijzig. Gelukkig worden er ook best vaak grote feesten georganiseerd waar je je eigen drank mee mag nemen.”
In Augustus vertrok Nadia voor een half jaar naar Lund in Zweden. Ondertussen staat ze met beide benen weer veilig op Nederlandse bodem, maar in november – toen ze nog lekker elke avond aan de Zweedse gehaktballetjes zat en om de hoek woonde van de H&M – sprak de Credo redactie met haar. Last van een cultuurshock heeft ze niet gehad – het enige opmerkelijke verschil met Nederland is dat ze daar haar schoenen uit moet doen als ze een huis binnenstapt en dat het verboden is te fietsen met iemand achterop – maar toch was het leven daar anders dan hier in Rotterdam.
“Mijn meest onvergetelijke moment tot nu toe is het moment dat een vriendin en ik de politie moesten bellen omdat onze Amerikaanse vriend zo dronken was dat we hem niet meer thuis kregen. Hij had al een hele fles wodka op voor we naar een huisfeest gingen en had daar nog lekker wat shotjes gedronken (die Amerikanen zijn allemaal alcoholisten!). Hij kreeg vervolgens allemaal complot-
“Ik wilde graag op uitwisseling om eens iets helemaal alleen te ondernemen, om helemaal op mezelf aangewezen te zijn. Dit leek me een goede uitdaging om aan te gaan en veel van te leren. Tevens wilde ik verschillende culturen leren kennen, mijn Engels verbeteren, trips maken en natuurlijk veel toffe mensen ontmoeten en dingen meemaken. Zweden sprak me altijd al erg aan, vanwege de natuur en het sociale systeem. Heel mijn leven heb ik in Rotterdam gewoond en ik was toe aan iets anders. Lund is in veel opzichten erg anders; het is een kleine stad maar met heel veel studenten; bijna de helft van de inwoners is student. Ik was benieuwd naar deze verschillen.” Haar wekker staat bijna nooit aan, studeren is een bijzaak en ze voelt weinig studiedruk wat een fijne verandering is met Rotterdam. In Lund kan ze helemaal doen wat ze zelf wil, iedere dag haar eigen plan trekken en hoeft ze met niemand rekening te houden (“een relaxed gevoel”). Het leven in een kleine stad is wel wennen voor Nadia, ze mist het grote-stad gevoel soms wel. In Rotterdam is altijd wel iets te beleven. Het leven in Lund is soms net iets te rustig. Soms zit er niets anders op dan de hele dag series kijken. Gelukkig is het niet alleen een stille bedoeling in Lund… “Voornamelijk het studentenleven is wat deze stad tof maakt. Lund heeft 13 nations (studentenverenigingen) die feestjes, pubnights, theatervoorstellingen en nog veel meer organiseren. Iedere avond is er wel iets te beleven in een van de nations. Verder zijn er ook genoeg feestjes in studentencorridors en hebben we vaak eet-avondjes. De huisfeesten zijn het fijnst, omdat je daar je eigen drank
theorieën, dat iedereen hem wilde vermoorden. We probeerden hem gauw weg te krijgen bij het feest, maar halverwege viel hij op de grond, kotste alle alcohol uit en begon er lekker in te rollen. We kregen hem echt niet meer thuis en moesten wel de politie bellen. Die waren gelukkig heel behulpzaam en namen hem mee. De volgende ochtend kreeg ik een berichtje: “OMG what happened? I woke up naked in a police cel!”. Ja dat zal ik niet snel vergeten en we herinneren hem er ook iedere dag aan. Gelukkig hebben we de foto’s nog!” Los van de feestjes zijn de kleine trips en weekendjes weg (naar Lapland en Gothenburg bijvoorbeeld) die een uitwisseling een onvergetelijke periode maken. Ondanks dat de eerste paar weken eenzaam konden zijn, omdat het contact wat oppervlakkig was, had Nadia na korte tijd een goede groep vrienden om zich heen die ze kent via haar mentorgroep, met dezelfde instelling: dingen beleven en ondernemen! Haar belangrijkste les is dan ook: “Doe zo veel mogelijk als kan. Soms heb ik een avondje zin om gewoon een filmpje op bed te kijken, maar als mijn vrienden dan wat willen ondernemen, weet ik me toch aan te zetten om mee te gaan. Je bent hier immers maar één keer en een film kijken op bed kan nog altijd!”
Uitstapje naar Kopenhagen, Denemarken
14
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Voor de studenten die nog twijfelen, kan Nadia iedereen aanraden om op uitwisseling te gaan: “Je leert zo ontzettend veel en groeit echt als persoon, denk ik. Je bent op jezelf aangewezen en moet zelf zorgen dat je het leuk hebt hier. Dit is voor iedereen erg leerzaam. Ik zie het echt als een gemiste kans als je niet op uitwisseling gaat. Na het studeren heb je bijna nooit meer de kans om voor vier/ vijf maanden naar een ander land te verhuizen, alles daar te ontdekken, te doen wat je wilt, om daarna je gewone leven weer op te kunnen pakken. Het is echt zonde als je zo’n kans niet grijpt!”
Tallahassee, Florida, Verenigde Staten De nieuwsgierigheid naar het leren kennen van een andere cultuur, het willen opdoen van nieuwe ervaringen in het studentenleven en de positieve verhalen van vrienden deden de vriendinnen Charlotte en Suzanne beslissen om voor een semester naar Tallahassee te vertrekken. Tallahassee? Waar? De hoofdstad van Florida, dé Sunshine State van de Verenigde Staten! Andersom merken de twee studentes dat de meeste Amerikanen een beetje in de war raken wanneer ze uitleggen dat Holland en The Netherlands één en hetzelfde land is. Maar de ‘drugsstad’ Amsterdam kennen ze allemaal wel! Alhoewel ook deze twee dames alweer terug zijn in het regenachtige Nederland, was Credo benieuwd naar hun ervaringen als uitwisselingsstudenten in de Sunshine State.
Charlotte en Suzanne vinden het lastig om één moment of één reis te kiezen als hoogtepunt van hun uitwisseling. Het is juist de veelheid aan verschillende en vreemde dingen die ze meemaken die de tijd onvergetelijk maken. “Als je op uitwisseling bent doe je heel veel leuke dingen in een relatief korte periode. En dat ook nog eens aan de andere kant van de wereld, waardoor je hele andere dingen meemaakt dan je in Rotterdam zou meemaken. Bijvoorbeeld linedancing, tailgaten, American Football en twerken”. Heimwee. Spijt. Eenzaamheid. Verveling. Zijn woorden die niet in het woordenboek van de dames voor lijkt te komen. Charlotte en Suzanne kunnen dan ook niets anders dan iedereen aanraden om op uitwisseling te gaan. “Sowieso doen! Beste ervaring die je ooit tijdens je studententijd zal krijgen en je houdt er vrienden voor het leven van over! En op elk continent een place to crash!”
“De hoofdstad van Florida, dé Sunshine State van de Verenigde Staten!”
“De eerste week was anders dan verwacht. Wij hadden een Eurekaweek-achtig festijn verwacht, maar omdat er hier strenge alcohol regels zijn, heeft dat toch wel anders uitgepakt. Desalniettemin werden er veel activiteiten georganiseerd door de universiteit zelf, dus hebben wij ons vermaakt! Het is natuurlijk wel wennen zo’n andere omgeving en zoveel tijdsverschil, dus de eerste week hebben wij vooral veel geregeld zoals telefoons, meubilair en het samenstellen van ons vakkenpakket aan de universiteit”. De twee meiden hadden van tevoren niet verwacht dat ze last zouden hebben van een cultuurshock. Toch was dit wel het geval, ondanks dat ze beide al meerdere malen in de VS waren geweest. Tallahassee is een echte studentstad, al vindt Suzanne het door een gebrek aan hoge gebouwen meer een dorp. “Alles ligt relatief ver uit elkaar. Dit is natuurlijk lastig als je geen auto hebt en het openbaar vervoer stopt wanneer de chauffeur dorstig is en even naar de supermarkt wil. Gelukkig is iedereen heel hartelijk hier en bieden mensen vaak een lift aan.” Ook de universiteit zelf en de sfeer op de campus is anders dan de EUR. “De universiteit is echt allemachtig prachtig, bizar mooi. De gebouwen zijn historisch en er zijn verschillende fonteinen waar men regelmatig in afkoelt. Er zijn bizar veel faciliteiten en evenementen op de campus. Van circussen en bioscopen tot aan concerten en kermissen. Ook is sport hier een groot en belangrijk onderdeel van het studentenleven. De American Football games zijn echt gigantisch. Het stadium zit bomvol met meer dan 80.000 man en je ziet de school spirit in alles terugkomen.” Ondanks dat de clichés rondom Erasmus uitwisseling volgens Charlotte en Suzanne kloppen – “clichés kloppen altijd” – wordt er toch wel een beetje gestudeerd. Ook dit is net iets anders dan hoe de meiden het gewend zijn op de EUR “We studeren beide psychologie, maar volgen totaal geen psychologie-gerelateerde vakken. De colleges zijn daardoor heel anders, wat in het begin wennen was, maar desalniettemin erg leuk. De studenten zijn hier veel serieuzer en gemotiveerder om goede cijfers te halen, dus de colleges zijn veel interactiever. Daarnaast staan de leraar en student veel dichter bij elkaar en worden studenten af en toe knuffelend begroet door hun professor!”
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
15
Eerstejaars Neonparty
Eerstejaarsweekend
Sollicitatie training
Commissie Kennismakings Weekend
Bezoek Tweede Kamer
Lustrumreis Keulen
Kij k voor meer foto’s op Cedonull i.n l Lu st rumreis Keulen
Be stuurskunde
Commissie Kennismakings Weekend
Cedo’s Halloween
Cedo’s Halloween 16
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Schizofrenie lezing
Eerstejaarsweekend
Cedo’s Halloween
Lustrum openingsfeest
After tentamenborrel
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
17
Bijnamen: Een echte rotterdamse traditie Martine delfgaauw
ROTTERDAM
Bijnamen: Een echte Rotterdamse traditie! Het gebeurt al jaren en is inmiddels een echte Rotterdamse traditie: het verzinnen van bijnamen! Steeds als er een nieuw gebouw, een nieuwe brug of een knap staaltje architectuur opgeleverd wordt, krijgt het een bijnaam. Rotterdammers geven soms zelfs al een bijnaam voordat iets überhaupt is gebouwd! Niet alleen de nieuwste snufjes op het gebied van architectuur krijgen een bijnaam, maar ook bekende Rotterdammers worden wel eens omgedoopt. Denk maar aan schrijver en dichter Jules Deelder die in de jaren ’70 al snel de ‘nachtburgemeester’ werd genoemd. Later werd deze bijnaam ook in andere Nederlandse steden gebruikt voor de persoon die zorg droeg voor het nachtleven van de stad. Andere Nederlandse steden hebben zo nu en dan ook wel eens bijnamen voor gebouwen, maar de bewoners van ‘Rotjeknor’ zijn toch echt meesters in het bedenken van bijnamen. De vraag is; waarom gebeurt dit nu juist in Rotterdam en hoe is deze traditie eigenlijk ontstaan? Stukje geschiedenis Het ontstaan van bijnamen in Nederland is aan de ene kant te danken aan het feit dat er vroeger nog geen straatnamen waren. Hoe leg je dan uit waar je bent? Precies, je gebruikt de naam van het gebouw waar je je bevindt.
De Erasmusbrug staat wat betreft bijnamen toch wel duidelijk op nummer één. Met zijn meer dan 25 bijnamen, waaronder de Knikbrug en de Wipkip, is ´de Zwaan´ onder Rotterdammers toch wel de meest bekende bijnaam voor deze brug. Architect Ben van Berkel realiseerde de brug in 1996 en sindsdien is de Erasmusbrug hét symbool van de stad geworden. Het moderne ontwerp met de geknikte, schuine pyloon zorgt ervoor dat de brug op zijn plaats blijft bij harde wind. Ook is het de grootste en zwaarste beweegbare brug in West-Europa. De bouw van de Erasmusbrug heeft zo’n 165,6 miljoen euro gekost en tegenwoordig is de brug niet meer weg te denken uit het stadsbeeld.
Pik van Peper
Vooral in Rotterdam werden er veel namen bedacht en deze namen al snel hilarische vormen aan in de volksmond. Tegenwoordig zijn deze bijnamen onderdeel van ons dagelijks leven en weet men soms de originele naam van het gebouw niet eens meer. Zo waren bijnamen dus niet alleen leuk om te bedenken, maar hadden ze ook wel degelijk een praktische functie. Soms was de bijnaam van het gebouw een beschrijving van de functie die het had. Zo is de bijnaam de ‘Hoerenloper’, een goede, functionele, beschrijving van de Rijnhavenbrug, omdat daar vroeger veel prostituees rondliepen. Er worden echter vaker gebouwen vernoemd naar waar men het gebouw op vindt lijken. Een goed voorbeeld is de bijnaam ‘De Putdeksel’, die gegeven is aan Station Blaak. Na verloop van tijd was het al snel duidelijk welke bijnaam voor welk gebouw werd gebruikt.Tegenwoordig zijn er alleen al in Rotterdam meer dan 2000 bijnamen bekend! Maar waarom in Rotterdam? Daarnaast werden bijnamen ook verzonnen, omdat de echte naam van een gebouw vaak saai was. Zo was het natuurlijk leuker om te zeggen dat je naar de ‘Pluk-me-kaal-straat’ ging, dan naar het belastingkantoor aan de Puntegaalstraat, waar Rotterdammers zich dus letterlijk ‘kaalgeplukt’ voelden. Of zei je liever dat je had afgesproken bij de ‘Pik De reus van Rotterdam De hef
Station Blaak heeft ook zo zijn eigenaardige bijnamen. Zo wordt het wel de Fluitketel, de Pedaalemmer en de Putdeksel genoemd. Oorspronkelijk stamt dit station uit 1877, maar in 1940 werd het verwoest tijdens het bombardement op Rotterdam. Het tegenwoordige ontwerp komt van architect Harry Reijnders. Met zijn complexe vormgeving kan de reiziger toch gemakkelijk zijn weg vinden op dit station. Het meest opvallende aan dit station is het dak. Deze schijf van 35 meter doorsnede is transparant, zodat het daglicht op de perrons eronder schijnt.
van gebouwen en bruggen je gelijk op. Een gebouw met een gekke structuur of vorm leent zich al gauw voor een bijnaam. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Amsterdam of Utrecht, waar bijna alleen maar klassieke gebouwen het stadsbeeld uit maken. Een andere reden voor deze traditie is dat ‘echte’ Rotterdammers vaak recht door zee zijn. Hardwerkende, moderne, maar ook eerlijke mensen die zeggen waar het op staat. ‘Wij’ vertikken het om ‘Beurstraverse’ te zeggen, want dat klinkt ook gelijk zo bekakt. We zeggen liever de Koopgoot, want dat ligt toch een stuk lekkerder in de mond? En dat is nou precies wat Rotterdammers willen. Dat Rotterdammers zeggen wat ze denken werd ook duidelijk toen in 1988 het kunstwerk van Geert van de Camp op de Burgemeester van Walsumweg werd geplaatst. Ter ere van het toen 75-jarige bestaan van de Erasmus Universiteit Rotterdam werd dit kunstwerk, wat is gebaseerd op het klassieke ruiterstandbeeld, al snel hernoemd tot ‘Banaan met Sinaasappel’ (zie foto hieronder). Daar lijkt
van Peper’, vernoemd naar de Rotterdamse oud-burgemeester Bram Peper, in plaats van de Erasmusbrug. Overigens heeft deze traditie niet alleen een praktische en komische functie. De traditie van bijnamen gebeurt juist in Rotterdam, omdat onze stad uitermate geschikt is voor het verzinnen van bijnamen. Dit komt vooral doordat het een moderne stad is met soms wat aparte architectuur. Vaak is Rotterdam de eerste qua ontwikkelingen in de architectuur en dus voorloper op het gebied van de modernisering. Als je alleen al kijkt naar de Rotterdamse skyline vallen de aparte vormen
De koelkast
het eerlijk gezegd ook meer op dan op een ruiterstandbeeld. Tussen de wat minder bekende bijnamen zitten ook hele leuke varianten. Zo heet de Hofplein fontein ook wel de Flipspuit en wordt de Blaaktoren ook wel Kabouter Puntmuts
genoemd. Ook de wat abstractere kunstwerken en gebouwen krijgen vaak een enigszins beledigende naam. Zo heet het kunstwerk ‘The Seated Women’ van Willem de Kooning in de volksmond ‘De Drol’ en ‘De Belichaamde Eenheid’ van Wessel Couzijn op Weena ‘De Schroothoop’. Als kunstenaar kun je je werk nog zo’n mooie naam geven, als het aan de Rotterdammers ligt, wordt dit al gauw veranderd. De Rotterdammer en bijnamenverzamelaar Herco Kruik heeft veel van de 2000 bijnamen verzameld en daarmee een leuke bijnamentour georganiseerd. Zo kon je in november en december afgelopen jaar in anderhalf uur met een tram door het centrum, Kralingen-Crooswijk, Delfshaven en Rotterdam-Zuid rijden. Onderweg kwamen er zo’n 150 verschillende bijnamen voorbij en werd er van alles verteld over de echte klassiekers van Rotterdam, zoals de Koopgoot en de Erasmusbrug. Ook organiseerde hij de verkiezing ‘De Beste Bijnaam van Rotterdam’. Op deze manier probeerde hij erachter te komen welke bijnamen het meeste worden gebruikt onder Rotterdammers. Ook werd er gevraagd wat voor naam het nieuwe Centraal Station Rotterdam moest krijgen. Op 13 oktober 2013 werd bekend gemaakt dat dit de winnaar was: ‘Station Kapsalon’, vernoemd naar een echt Rotterdams gerecht. Andere namen zoals ‘De Haaienbek’ en ‘De Grote Muil’ kwamen ook veel voor, maar kregen toch niet de meeste stemmen. Deze ‘Bijnamenverkiezing’ bracht de redactie van de Credo ook op een leuk idee. Heb jij al een tijdje een leuke bijnaam voor een gebouw op de campus die je graag iedereen wilt laten weten? Twijfel dan niet en stuur het op naar de redactie! Misschien zie jij jouw bijnaam terug in de volgende editie!
Rode Willem
Kabouter Puntmuts De apenrots
18
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
19
I Know a great little place in rotterdam Roos oldewarris & karlijn schipper
ROTTERDAM
De geheime plekjes van Rotterdam Rotterdam the place to be, maar waarom? Dat gaan wij jullie laten zien! Rotterdam heeft veel te bieden: maar waar moet je zijn? In deze nieuwe rubriek gaat de Credo Redactie elke editie op bezoek bij een plek waar je als student misschien niet zo één, twee, drie komt. Deze rubriek is voor de eerstejaars die de stad nog niet zo goed kennen EN voor de oude rotten die denken alles al te weten. De ondernemingsdrift van jonge mensen is wat kenmerkend is voor Rotterdam, dus klaar met ontdekken van de stad ben je nooit. De recensies zijn soms serieus – je moet ook je ouders ergens mee naar toe nemen – soms grappig, maar altijd met een knipoog: ga er zelf op uit om je eigen oordeel te vormen!
MUZIEK
Het lijkt een gewone woensdagavond wanneer we door een rood theatergordijnBIRD binnen lopen. We worden verwelkomd door het zachte geroezemoes van mensen, het stemmen van de instrumenten en het flikkerende kaarslicht. Een collectie van oude platen van de Jackson Five en Michael Jackson sieren de muur en aan het plafond van de bar hangen grote oude fabriekslampen. Dit muziekpodium en restaurant – gevestigd in één van de Hofboogjes – is een kruispunt waar verschillende mensen van de stad elkaar ontmoeten. Het publiek bestaat uit een breed scala aan hippe, nonchalante, alternatieve, vaakinternationale, studenten, die allemaal één ding gemeen hebben: de liefde voormuziek. Met een biertje in de hand genieten we van het eerste liveoptreden van een jong jazz/hiphop bandje geleid door een kalende jongeman in een wit blauwgestreepte tanktop. High van de drugs of de adrenaline danst deze man metlosse heupen over het podium en rapt hij vragend aan het publiek: “Bird, haveyou ever been in love?”. Het publiek joelt bevestigend en wij kunnen niks anders dan instemmen. Onze liefdes van deze avond zijn die knappe rasta man naast het podium en de smaak van bier dat een geluksgevoel geeft. Het tweede deel van de avond worden we uitgedaagd deel te nemen aan de jamsessie. Opeens worden overal instrumenten vandaan getoverd. De slungelige jongen in een beige overhemd verandert in een geniale trombone speler en het nette meisje in een blauw jurkje blijkt een uitstekende percussionist. Het podium wemelt plots van de muzikanten. De standaard was gezet. Deze incrowd van Codarts studenten beloven ons een lekker ritmisch avondje. Kortom, in BIRD is er voor ieder wat wils. Het is een relaxte plek met een fijn sociaal publiek waar het makkelijk is nieuwe mensen te ontmoeten. Het enige minpuntje was het slecht getapte bier. De doodgeslagen glazen werden door de barman zonder gene in elkaar overgeschonken om op te schuimen. Voor 2.40 euro mag je wel een normaal getapt biertje verwachten! Toch willen we zeggen: “BIRD, we are in love with you!”. www.bird-rotterdam.nl Raampoortstraat 26
LUNCHROOM
Voor een warm drankje en een lekkere lunch waren we bij Espresso Dates in het Oude Westen aan het goede adres. We luidden onze vakantie in met een bezoek aan deze Marokkaans georiënteerde lunchroom. It’s al in the name. Espresso Dates staat in het Nederlands voor dadels – zoet, oosters, voedzaam en gezond – of voor een afspraakje. Het is een relaxte, moderne plek waar je lekker voor zowel een zakelijke als een wat intiemere afspraak. De verassend kruidige en pittige Marokkaanse koffie en zoete muntthee worden prachtig geserveerd in authentieke theepotten en de soep en broodjes zijn vullend en smakelijk. Door het oprecht klantvriendelijk personeel, de houten leestafel bezaaid met kranten en tijdschriften en de rustgevende kunst aan de muur, hebben wij niet door dat de tijd vliegt en we er alweer twee uur zitten.
KUNST
Voor de echte kunst en cultuur junkies is er Witte de With: Centre for Contemporary Art en Tent gevestigd in hetzelfde pand aan de – je raadt het al – Witte de With straat. Deze plekken richten zich op moderne kunst uit Rotterdam en de rest van de wereld . Als redactie van Credo scharen wij onszelf graag bij de categorie “cultuurliefhebbers” , maar na het bezoek aan deze galerie – nee niet galerij – kwamen we helaas tot de conclusie dat we van moderne kunst toch niet zo veel begrijpen. Om nu te zeggen dat deze plek een bezoek niet waard is, is overdreven want met een beetje fantasie kom je heel ver… Op de begaande grond was tijdens ons bezoek de expositie “Dark Matters”. In deze zwarte en freaky tentoonstelling maakt het publiek aan de hand van rare wezens en videobeelden kennis met de donkere kant van de mens. Na een tijdje begin je jezelf af te vragen het bordje ‘onder constructie’ net als het bijbehorende afdek plastic en de boorgeluiden bij de tentoonstelling horen of niet. Ook de enige andere gast kijkt wel verdacht vaak in onze richting en het meisje in de gothic kleren die het pand binnenloopt lijkt zo uit de expositie gestapt te zijn. Op de eerste en tweede verdieping was daar een door A.A. Bronson samengestelde expositie van eigen werk en werk waar hij zijn inspiratie vandaan haalt. Een bonte collectie van kunstwerken rondom thema “queer” en “spiritualiteit” – een bijzonder combinatie – doen ons geloven dat meneer in de fallische fase is blijven hangen. Wij hebben bewondering voor de manier waarop de heer A.A. Bronson sperma tot kunst weet te verheffen en het publiek zover krijgt om op een houten tafel boven een steen te gaan liggen en zo de connectie tussen lichaam en geest te ervaren. “Witte de With: Centre for Contemporary Art” en “Tent” zijn twee goed georganiseerde galeries die voldoende informatie geven over de tentoonstelling, extra goedkoop zijn voor studenten en er loopt aardig, behulpzaam en enthousiast personeel rond. Wel zijn we na afloop blij om weer terug in de zonnige wereld te kunnen stappen en een doodnormaal kopje thee te drinken.
Echte Rotterdammers Een stad vol persoonlijkheid
Bestaat de echte Rotterdammer? Is hij of zij misschien een stereotype waaraan niemand kan voldoen? Om hierachter te komen kan je het beste gewoon de Rotterdammer gaan opzoeken. De stad zelf is een dynamisch geheel vol verschillen en aparte plekken. De Rotterdammer zelf is ook zo verschillend als de stad, niet alleen qua uiterlijk maar ook qua verhalen en achtergronden. Om een echte Rotterdammer te kunnen zien moet je hem of haar dus in zijn natuurlijke habitat vastleggen. Rotterdammers in alle maten en vormen. De ene zingt als krantjesverkoper voor de Bijenkorf zijn dagelijkse liedje om blij te worden, waar de ander weer probeert te dichten in het zwart. Natuurlijk zullen er altijd vooroordelen blijven bestaan over deze utopische echte Rotterdammer. Als je niet met een natte ‘t’ praat kan je per definitie geen Rotterdammer zijn. Je moet diep graven maar uiteindelijk is iedereen van een andere plek. Veel gedeeltes van Rotterdam behoren pas sinds kort tot Rotterdam en hebben een andere oorsprong. Zelfs het onder studenten geliefde Kralingen is van oorsprong niet Rotterdams. Om nu toch een goed beeld te geven van deze echte Rotterdammers zijn we de straat op gegaan en hebben we gezocht naar typisch Rotterdamse personen die gebonden en onmisbaar zijn in en voor de stad.
Syl’s Flower Power.
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
www.espressodates.nl 2e Middellandstraat 27
Wat ook interessant is aan deze plek is dat ze zoveel mogelijk gebruik maken van biologische producten en samenwerken met lokale ondernemers. Zo komt de honing van echte Rotterdamse bijen en wordt de snel uitverkochte en heerlijk appeltaart elke dag door een buurvrouw gebakken. Je kan dit ook allemaal kopen in het winkeltje, zodat je thuis weer lekker verder kan smullen.
www.wdw.nl en www.tentrotterdam.nl Witte de Withstraat 50
20
Espresso Dates is vanwege de biologische aanpak niet de goedkoopste tent voor studenten en ook de toegankelijkheid voor dieren is soms wat minder positief. Daarentegen is de verscheidenheid aan culturen en generaties, ook niet heel studentikoos, toch fijn om te zien. We gaan met een goed gevulde maag en een rustig gevoel onze verdiende vakantie in. Wat is het studentenleven toch zwaar.
Na een regenachtige middag rond te hebben gestruind langs typische plekken in Rotterdam die alweer werden afgebroken liep ik verder. Eigenlijk
niet abnormaal in Rotterdam om iets maar tijdelijk te laten bestaan, maar toch een domper. Het idee was om bij de Burgertrut aan de Meent een interview te houden. De week ervoor was ik nog langs geweest en alles leek soepel te verlopen. Jammer, dat op de dag zelf de burgertrut gesloopt werd en er in geen velden of wegen nog personeel te bekennen was. Uiteindelijk kwam ik gedesillusioneerd terecht bij Dudok aan de Meent. Daar genoot ik van een stuk appeltaart en keek naar buiten. Aan de overkant stond een Rotterdamse, opvallend met haar kleurrijke bloemen en uiterlijk, in de regen een praatje te houden met een oudere dame. Het was Sylvia, een bloemist in hard en nieren, die met een grote glimlach tegen mij zei: ’Goedemiddag, kan ik u helpen?’ Eigenlijk wist ik dat nog niet, maar ik
vroeg over haar bloemenkraam en over zichzelf. Zo, ontstond de schets van een echte Rotterdammer.
Wie ben je en waarom verkoop je eigenlijk bloemen?
“De geuren en kleuren van bloemen zijn echt mijn passie. Ik zou niets liever willen doen. Ik ben altijd druk in de weer en hier kan ik mijn energie lekker kwijt. De locatie is natuurlijk ook prachtig. Gelukkig is het op de Meent geen moment rustig. Altijd zijn mensen in weer en er is altijd haast. “
Wie is de Rotterdammer die hier zijn of haar bloemen koopt?
“Vooral hardwerkende mensen die toch even snel iets speciaals willen kopen. Vaak zijn het hele persoonlijke verhalen die ze toch nog eventjes kwijt willen. Zoals de mensen zijn pas ik de bloemen aan. In de herfst verkoop ik meer aardetinten en wat warmere kleuren. De echte Rotterdammer is er een die anders is.”
Ben je zelf een echte Rotterdammer?
“Een echte Rotterdammer zal nooit van zichzelf zeggen dat hij of zij er een is. Ik denk dat ik wel weet wie hij is, maar alleen anderen kunnen oordelen of ik daar ook bij hoor. Ach, het maakt toch niet uit waar je vandaan komt of hoe je eruit ziet. Zolang je, maar netjes met je medemens omgaat, komt alles wel goed.” Sylvia is naast een hele goede bloemist heel duidelijk over de echte Rotterdammer. Hij bestaat in de denkbeelden van mensen. Er is geen fysieke echte Rotterdammer, omdat een Rotterdammer anders is en nooit hetzelfde. Het maakt de stad tot wat het is. Eerlijk en hardwerken tegenover lomp en brutaal. Rotterdam bestaat niet maar is ook alles evenals de inwoners. CREDO MAGAZINE // Januari 2014
21
credo’s Casus: Wetenschappelijke integriteit Nadine de Geus
WETENSCHAP
Credo’s Casus:
Wetenschappelijke integriteit In Credo’s Casus onderzoekt de redactie van het Credo Magazine hoe men denkt over een bepaalde casus die de gemoederen bezig houdt. In deze editie vragen we ons af hoe het gesteld staat met de wetenschappelijke integriteit. Hierbij leggen wij een stelling voor: wat is wetenschappelijk onderzoek nog waard?
Wetenschappelijke integriteit speelt een grote rol bij het doen van onderzoek. Schending van deze integriteit wordt zeer kwalijk genomen in de onderzoeksgemeenschap. Universiteiten proberen dit daarom te voorkomen en te traceren. In het nieuws volgen affaires rondom wetenschapsfraude zich echter in hoog tempo op. Hoogleraren worden ontslagen en de geloofwaardigheid van de wetenschap in het algemeen en het academisch imago van de desbetreffende universiteit in het bijzonder lopen grote schade op.
Wetenschappelijke integriteit Wetenschappelijk onderzoek moet plaatsvinden volgens algemeen aanvaarde normen voor wetenschappelijk handelen. Algemene regels voor elk wetenschappelijk onderzoek zijn moeilijk te bepalen, omdat deze zeer divers zijn en zeer uiteenlopen. Vaak hebben wetenschappelijke disciplines en zijn beoefenaars zelf ook een verschillende visie over hoe integer gehandeld moet worden. Wel kan voor elke vorm van wetenschappelijk onderzoek worden gezegd dat deze gebaseerd is op het onderlinge vertrouwen van onderzoekers dat ieder zijn/haar onderzoek zorgvuldig uitvoert en daarover relevante informatie publiceert. Dit moet ervoor zorgen dat de validiteit van onderzoeksresultaten kan worden beoordeeld en er een mogelijkheid bestaat om het onderzoek te herhalen of vervolgonderzoek te doen. In de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening opgesteld door de Vereniging van Universiteiten VSNU zijn regels opgesteld voor wetenschappelijk onderwijs en onderzoek aan de Nederlandse universiteiten. Deze hebben als uitganspunt regels omtrent zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, controleerbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid. Deze richtlijnen zijn in 2005 overgenomen door de Erasmus Universiteit Rotterdam en gelden voor alle faculteiten en vakgroepen. De wetenschappelijke integriteit kan op verschillende manieren worden geschonden bij het doen van onderzoek. Een bekend voorbeeld is het plegen van plagiaat. Maar ook fingeren (het invoeren van fictieve gegevens) en falsificeren (het vervalsen van gegevens en/of het verwerpen van verkregen onderzoeksresultaten) vallen onder integriteitsschending.
22
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Integriteitsschending onder sociale wetenschappers In 2012 kwam aan de EUR aan het licht dat hoogleraar Dirk Smeesters werd verdacht van wetenschapsfraude. Smeesters werkte als hoogleraar consumentengedrag aan de Rotterdam School of Management, onderdeel van de EUR. Hij was gespecialiseerd in onbewuste beweegredenen van het gedrag van mensen. Een integriteitscommissie stelde vast dat bij drie van zijn wetenschappelijke publicaties spraken was van ‘datamassage’. Smeesters zou data zodanig geselecteerd hebben dat de gezochte effecten statistisch significant werden. De sociaal-psycholoog schrapte dus cijfers die niet overeen kwamen met zijn hypotheses van zijn onderzoeken, waarna de onderzoeksuitkomsten opvallend genoeg betere resultaten opleverde. Een andere casus die afgelopen jaar in het nieuws is geweest, is de wetenschapsfraude gepleegd door voormalig hoogleraar politieke antropologie Mart Bax van de Vrije Universiteit. Bax deed voornamelijk veldonderzoek naar religieuze strijd in kleine dorpsgemeenschappen, onder meer in Brabant, Ierland en Herzegovina. Hij heeft zich volgens een onderzoekscommissie twintig jaar lang schuldig gemaakt aan ernstig wetenschappelijk wangedrag. Zo heeft hij verzonnen onderzoeksresultaten gepubliceerd en niet-bestaande artikelen op zijn publicatielijst gezet. Op zijn publicatielijst (161 artikelen) stonden minstens 64 titels van artikelen die niet bestaan. Ook bevatte zijn cv ten onrechte gastdocentschappen aan presti-
gieuze instellingen zoals Princeton en Cornell. Daarnaast goot hij al eerder door hem gepubliceerd werk in een nieuw jasje door het van een nieuwe titel te voorzien en wat gegevens te veranderen. Sociale wetenschappers, waar Smeesters en Bax ook tot kunnen worden gerekend, zijn erg fraude gevoelig. Zij doen mensenwerk en de mens is nu eenmaal niet te vatten in een wiskundige formule. Een onderzoeksuitkomst van de ene persoon kan sterk verschillen van de ander. Fraude is hierdoor moeilijk te bewijzen. Daarnaast is het gedrag van de mens erg veranderlijk en beïnvloedbaar. Menselijk gedrag is moeilijk te voorspellen omdat men altijd een vrije wil heeft. Voor sociale wetenschappers is het dus van groot belang dat zij tijdens hun onderzoek verantwoording afleggen over de keuzes die zij maken, transparant zijn over hun bronnen en resultaten van onderzoek zo mogelijk laten toetsen door degenen die zijn onderzocht. Onbetrouwbaarheid van peer review Dat frauderen zo’n makkelijke valkuil voor onderzoekers is, blijkt wel nadat bekend werd dat de Amerikaanse journalist John Bohannon in opdracht van het wetenschappelijke tijdschrift ‘Science’ een neponderzoek publiceerde. Hij zette een wetenschappelijk artikel in elkaar over een molecuul, dat een wondermiddel tegen kanker zou zijn. Van een afstandje leek het heel wat, maar er waren een paar grove wetenschappelijke fouten in verstopt, die het stuk totaal ongeloofwaardig maakten voor iedereen met een béétje kennis van biochemie. Daarnaast zoog hij de namen van de zogenaamd uit Afrika afkomstige auteurs én die van hun onderzoeksinstituten uit zijn duim, met hier en daar een woordje Swahili om het echt te laten lijken. Bovendien liet hij het van Engels naar Frans en weer terug vertalen door Google Translate, zodat het niet meer door een native speaker geschreven leek te zijn. Het eindresultaat stuurde Bohannon op naar 304 open access-tijdschriften. Daarvan hebben 157 redacties de neppublicatie geaccepteerd, tegen 94 afwijzingen. Frappant is het te noemen dat 106 bladen aan peer review doen en 70 procent het stuk ondanks de vermeende expertise de publicatie toch accepteerden. De meeste gefopte open access-titels zijn uiteraard dermate derderangs, maar er zaten ook titels tussen van gerenommeerde uitgevers als Elsevier, Sage en Wolters Kluwer – bij dat laatste concern schaamden ze zich zo diep dat ze meteen de stekker uit de desbetreffende titel hebben getrokken. Integriteit waarborgen Is het dus wel mogelijk om de integriteit van wetenschappelijk onderzoek te waarborgen? Want zelfs met strenge richtlijnen en codes rondom wetenschapsbeoefening lijkt fraude te blijven bestaan. Daarom vragen wij een paar mensen wat zij vinden van deze casus. Hoeveel is wetenschappelijk onderzoek vandaag de dag nog waard en hoe integer kun je onderzoek nog noemen?
Mark Timmer
Bestuurskunde student, bachelor 1 Ik denk dat wetenschap vandaag de dag zeker niet minder waard is geworden. In tegenstelling: het wordt steeds maar meer waard, doordat er steeds meer kennis wordt opgedaan. Er is tegenwoordig zoveel informatie beschikbaar. Het belang van de wetenschap groeit alleen maar. Maar doordat verschillende gevallen van wetenschapsfraude recent aan het licht zijn gekomen, heeft de integriteit wel veel schade opgelopen. Dit is voornamelijk erg kwalijk, omdat veel wetenschappelijke informatie verkeerd kan worden overgenomen wanneer fraude in het spel is. Vanuit het oogpunt van een student is het natuurlijk vreselijk wanneer blijkt dat bijvoorbeeld je afstudeerscriptie is gebaseerd op verzonnen informatie.
Charlotte van Ooijen
Academisch researcher / Docent werkgroep Bestuurskunde ‘Speaking truth to power’ wordt in navolging van Aaron Wildavsky door menig bestuurskundig wetenschapper als één van de taken van de bestuurskunde beschouwd. Ik vind het een goede zaak dat het werk van bestuurskundigen, die onze machthebbers kritisch dienen te beschouwen, zelf ook met gepaste aandacht wordt gevolgd. Dat (bestuurskundig) onderzoek integer gedaan moet worden, is nu minder vanzelfsprekend dan voor het bekend worden van een aantal spraakmakende gevallen van integriteitsschending. Soms moeten regels overtreden worden om duidelijk te maken dat ze überhaupt bestonden. Ik denk dat mede door de aandacht voor wetenschappelijke integriteit wetenschappers hier bewuster aandacht aan besteden dan voorheen. Zo’n wake-up call is goed, maar wil niet zeggen dat alle wetenschap per definitie verdorven is. Ik zie en hoor van mijn collega’s dagelijks prachtige voorbeelden van goed en integer bestuurskundig onderzoek, waarin machthebbers flink de waarheid wordt gezegd. Door bij zichzelf en bij vakbroeders en –zusters goed te letten op criteria als verantwoording van onderzoeksmethoden en fatsoenlijke bronvermeldingen kan een bestuurskundige machthebbers met meer autoriteit toespreken, omdat zijn waarheid op een integere wijze tot stand is gekomen.
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
23
Slapeloze nachten Roos oldewarris
WETENSCHAP
Slapeloze Nachten “De wekker gaat, ik draai me nog een keer om. Wacht ik moet nog een artikel schrijven. Hoofdpijn, goed feestje gehad gisteren. Hoeveel uur heb ik geslapen? Niet genoeg, ben moe. Laat ik maar eens opstaan het is al laat.”
H
oeveel studenten kennen dit gevoel wel niet, opstaan terwijl je lichaam zegt dat je moet blijven liggen. We slapen gemiddeld zes á zeven uur per dag, terwijl we acht uur nodig hebben. En door ons alcoholgebruik slapen we ook nog eens minder vast en diep, ook al zou je denken dat je in een coma lag. Erg productief worden we hier niet van en we nemen in de ochtend – zeker op vrijdag – veel minder informatie in ons op dan met een goede nachtrust. Tukken, soezen, doezelen, maffen, dutten, pitten, meuren, ronken, dromen, knikkebollen, overnachten, ook wel slapen genoemd, maar wat is slapen precies en hoe werkt het? Onze slaap wordt geregeld door het hormoon melatonine, dit regelt ons dag- en ons nachtritme. s ’Avonds stijgt het gehalte melatonine in ons bloed en worden we slaperig. Als we eenmaal in slaap zijn gevallen begint het slaapcyclus, wat opgedeeld is in vijf slaapcycli. Het wordt bepaald door de mate van hersenactiviteit en oogbeweging(Eye Movement). REM-slaap is dan rapid eye movement en non rapid eye movement is de NREM-slaap. De eerste vier fases worden zijn NREM-slapen. Fase een en twee worden ook wel de lichte slaap genoemd. Fase een zorgt ervoor dat je zwaardere ogen krijgt en in slaap valt, dit gebeurt binnen drie minuten. Fase twee is het begin van de echte slaap, je wordt al minder snel wakker. Dit gedeelte bevat ongeveer vijftig procent van je totale slaap. Fase drie en vier heten samen de diepe slaap, waarbij fase drie de overgang is van licht naar diep en fase vier de daadwerkelijke diepe slaap. In een diepe slaap zijn je ademhaling en hartritme op zijn traagst en als je in dit stadia gewekt wordt ben je gedesoriënteerd. Fase vijf is de droomslaap en de enige REMslaap. De hersenen en ogen zijn actief terwijl de spieren van je armen en benen totaal ontspannen zijn. Deze fase kost het meeste energie en erna ontwaak je vaak onbewust. Vervolgens begint de cyclus weer van vooraf aan met een lichte slaap. We weten nu wat slaap is, maar waarom hebben we het nodig? In je slaap kan je lichaam tot rust komen en herstellen van alles wat het heeft meegemaakt die dag. Als je een drukke week hebt en daardoor minder slaapt dan normaal
24
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
zijn er andere gevolgen dan wanneer je chronisch slaaptekort hebt. Korte termijn gevolgen zijn onder andere concentratie problemen, een vertraagde reactiesnelheid en werken op de automatische stand. Maar ook minder behoefte aan sociale contacten, een kort lontje en vooral een slecht humeur zijn gevolgen van te weinig slaap. Bovendien kan je als je te weinig slaapt niet meer goed de dingen doen die je gepland had die dag en stapelt dat lijstje zich op voor de volgende dag. Hierdoor slaap je nachts weer minder goed en lig je wakker, omdat je nog zo veel moet doen. Mensen die dit vaak hebben kunnen last hebben van chronisch slaaptekort. Gevolgen hiervan zijn depressie, overgewicht, minder weerstand, geen eetlust, stemmingswisselingen, maar bovenal je hebt geen zin meer in seks! Dit laatste is voor studenten geen groot gevolg, omdat wij altijd zin hebben in seks.
Slaaptekort is een serieus probleem en mensen kunnen er gek door worden. Het wordt zelfs gebruikt als marteling, ze houden mensen wakker door harde geluiden en door water op hun hoofd te laten druppelen. Maar wat doe je eraan als alcohol niet als slaapmutsje werkt en het nemen van slaappillen ook geen gezonde oplossing is? Ga vroeg naar bed, heel logisch natuurlijk en ook heel effectief. Na een avondje stappen lekker uitslapen en de volgende avond vroeg naar bed, zo ben je helemaal uitgerust voor een nieuwe week. Ten tweede is het belangrijk een vast slaapritme te hebben en als je dit in het weekend ook aanhoudt, werkt het nog beter. Andere tips kun je in de tabel hieronder vinden.
Tips om snel in slaap te vallen Draai je wekker van je af. Een uur voor het slapen geen drukke dingen doen. Geen producten met cafeïne of suiker eten en drinken. Je slaapt fijner in een donkere, opgeruimde en stille kamer. Niet piekeren!
Tips om door te kunnen slapen Zorg ervoor dat je een goed matras/kussen hebt. Frisse lucht, zet een raam open. Drink niet veel voor het slapen gaan en plas voor je naar bed gaat. Sporten een paar uur voor het slapen.
Zonder twijfel is slapen dus een levensbehoefte en net zo belangrijk als eten, ademen en drinken. Een nachtje doorhalen is geen probleem, dat haal je wel weer in. Maar probeer wel goed je rust te pakken, want dan ben je geconcentreerder op de universiteit en ook nog eens socialer en beter in staat nieuwe contacten op te doen. Gelukkig is slapen een van mijn grootste hobby’s en ik denk dat er nu wel een dutje vanaf zou kunnen.
Slaap lekker!
FSW onderzoek uitgelicht Actrice, dokter of voetballer, wat wilde jij worden toen je klein was? Ik denk dat weinigen zullen antwoorden dat ze vroeger de wetenschap in wilden. Want dat is toch een beetje saai als je ook de volgende Messi kan zijn of als dokter levens kan redden. De Credo redactie wil de onderzoekers aan de faculteit beter leren kennen. We ontmoeten onze professoren en PHD-ers voor de klas, maar waar zijn ze verder eigenlijk mee bezig en wat doen ze buiten het les geven? Elke editie nemen wij een kijkje achter de schermen van de EUR door het gesprek aan te gaan met een jonge onderzoeker. Ook Isil Sincer had nooit gedacht dat ze als onderzoeker aan de faculteit zou komen te werken, want vroeger wilde ze liever juf worden. “Maar je moet vooral niet denken aan een wollige professor die achter een bureautje zit en verder geen sociale contacten heeft, want zo is het totaal niet” vertelt zij. Isil is in 2008 afgestudeerd in onderwijs en ontwikkelingspsychologie aan de EUR en is pas in september begonnen met haar PhD onderzoek.
Waarom ben je een PHD gaan doen?
Uit liefde voor de wetenschap. Ik ben een nieuwsgierig type, ik vind het leuk om dingen op een wetenschappelijke basis uit te pluizen en uit te diepen. Ik kan me zo voorstellen dat je als student denkt dat je continu achter de computer zit te schrijven of te lezen, maar het is eigenlijk heel gevarieerd. Je moet voldoen aan je onderwijsverplichting door college te geven en scripties te begeleiden, je volgt bijspijkercursussen in statistiek of schrijven en je gaat naar het buitenland voor conferenties. Het is dus echt een combinatie van allerlei aspecten. Je bent bezig met datgene wat je leuk vindt, namelijk dingen onderzoeken.
Wat is het onderwerp van je onderzoek?
Grofweg, het effect van scholen op burgerschapsvaardigheden. Dit is een “hot topic” want sinds 2006 zijn scholen bij de wet verplicht om – naar eigen invulling – iets met burgerschap te doen. Daarvoor werd de nadruk altijd gelegd op de cognitieve opbrengsten van scholen, zoals taal en rekenen wat makkelijk meetbare prestaties zijn. Maar als je kijkt naar de samenleving waarin wij leven die pluriform en etnisch divers is, wordt duidelijk dat je ook andere vaardigheden nodig hebt om je staande te houden in deze maatschappij. De focus wordt daarom een beetje verschoven naar de non-cognitieve uitkomsten van scholen. Wat heb je naast de rekenen en taal nog meer nodig om goed te functioneren als burger? De andere AIO – van de UVA – die meewerkt aan het project kijkt naar algemene school kenmerken en ik richt me voornamelijk op diversiteit. Wat is het effect van de schoolcompositie, de etnische samenstelling van leerlingen op burgerschapsvaardigheden?
Het voorstel van het onderzoek lag al klaar, in hoeverre is het echt jouw eigen ding?
Ik heb inderdaad gesolliciteerd. Ik werkte hier vorig jaar al als tutor en ik zat dus al in het wereldje. Zodoende ben ik er ingerold. Het moet wel een onderwerp zijn dat je interesseert; je gaat niet solliciteren als je denkt van “mwah”. Toen ik het voorstel las, was ik meteen enthousiast. Zo een voorstel is natuurlijk niet helemaal dichtgespijkerd. Dat betekent dat er ruimte is om daar je eigen zegje in te hebben en het is uiteindelijk wel je eigen project.
Wat vindt je van het vooruitzicht om daar vier jaar of langer mee bezig te zijn?
Dat is voor mij niet zo’n issue, ik zie het meer als dat ik veel verschillende dingen ga doen. Die afwisseling maakt het ook extra leuk. Uiteindelijk ga je de wetenschap in omdat je iets wilt bijdragen. En iets bijdragen doe je ook voor degenen die je opleidt, de studenten. Ik vind het hartstikke leuk om ook voor de klas te staan om zo contact te houden met studenten. Ik denk dat ik, omdat ik zelf relatief jong bent, veel beter kan aansluiten op de leefwereld van studenten. Mocht je meer willen weten over het onderzoek van Isil of over het doen van onderzoek in het algemeen dan mag je altijd contact met haar opnemen door een mailtje te sturen naar sincer@fsw.eur.nl
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
25
Jonge ondernemers Thijs de jong
STUDENTENLEVEN
MentorMe Hoe en waarom ben je begonnen met ondernemen? Mijn interesse in ondernemen begon
Jonge ondernemers Je zal het lef maar hebben
Selfmade, iedere ondernemer wil het zijn en een enkeling wordt het. Ondernemen is de student niet vreemd. Het studentenleven kent talloze verenigingen en organisaties waar studenten zich bezighouden met het ontwikkelen van zichzelf of het helpen van anderen. Een enkeling gaat de uitdaging aan en begint voor zichzelf. Niet zozeer om te cashen, maar om zich persoonlijk te ontwikkelen. Vaak, door zich te ontwikkelen via een sociaal netwerk van oudere ondernemers en medestudenten. Een onderneming opstarten en succesvol maken is geen makkelijke opgave. Toch, is meerdere studenten op de Erasmus gelukt om al tijdens hun studententijd succesvol te worden. De meeste ondernemers vinden wij bij de RSM, wat natuurlijk geen verrassing is. Ook binnen onze eigen faculteit zijn er jonge ondernemers. Zijn ze jong? Ze zijn jong van leeftijd en hebben meestal de ervaring niet. Het sluit niet uit dat deze tekortkomingen niet door creativiteit en organiseren kunnen worden opgelost. Een gebrek aan ervaring is geen probleem. Een slimme oplossing van vele jonge ondernemers is dat zij de ervaring van anderen gebruiken om fouten te voorkomen of verder te komen. Leeftijd en ervaring door netwerk spelen een grote rol in het jong ondernemerschap. Een niet te vergeten factor is lef. Lef is hetgeen deze jonge dames en heren zich onderscheid van de rest. Zij durven het wel aan om risico te lopen en fouten te maken. Een idee hebben is het begin. De grootste stap is het idee uitvoeren en vol voor de onderneming gaan. Een belangrijk fenomeen onder jonge ondernemers is de ‘gunfactor’. Zolang je jong bent blijven er mensen die je zien als een beginneling. Je krijgt dan toch meer gedaan dan op latere leeftijd. Onderbewust ziet men je niet als concurrentie door het leeftijdsverschil, maar toch draaien jonge ondernemers op een hoog niveau mee. Volgens de Quote 500 is de top
van de jonge ondernemers, onder de veertig jaar, verantwoordelijk voor een groot percentage binnen de welvarendste binnen ons land. De top honderd jonge miljonairs hebben gemiddeld tien miljoen euro als kapitaal. Binnen deze ranking zijn sporters weggelaten omdat, deze het niveau drastisch bepaalden. Vooral voetballers weten weleens op zeer jonge leeftijd extreem snel hun kapitaal te vergroten. De Nederlandse student onderneemt het meeste in vergelijken met studenten in het buitenland. Volgens onderzoek aan onze eigen universiteit is het aantal studenten dat een eigen ondernemen heeft in Nederland 3% tegenover de 2% onder studenten in de rest van de wereld. Het onderzoek werd gedaan door Roy Thurik, hoogleraar Economie en Ondernemerschap aan de Erasmus Universiteit. De drang naar ondernemen tijdens de studie is relatief laag. Direct na de studie wil 1 op de 10 studenten een eigen onderneming opstarten. Vijf jaar na het afronden van een studie groeit de drang onder de afgestudeerden om een onderneming te beginnen enorm en denkt zelfs 1 op de 3 na over het opstarten van een eigen onderneming. Om een onderneming te doen slagen is het niet noodzakelijk om het sociale leven vaarwel te zeggen, echter het sociale leven komt bij veel jonge ondernemers voort uit of maakt deel uit van de onderneming. Zoals velen zeggen is passie voor het vak een van de belangrijkste eigenschappen van een succesvolle jonge ondernemer Een voorbeeld van een ondernemer met passie is Daniel Gaspersz. Zijn onderneming, MentorMe, wordt gezien als een innovatief concept en een gat in de carrièremarkt. Hij schreef het volgende stuk over zijn nu al succesvolle onderneming:
aan het begin van mijn master.Ik las er steeds meer over en werd enthousiast over succesverhalen binnen en buiten Nederland.Het idee van een eigen startup sprak me aan en het leek me een geweldige kans om me verder te ontwikkelen (vooral een mooi nieuw avontuur!). De intentie was in eerste instantie om te leren en nieuwe ervaringen op te doen. Ik begon me er steeds meer in te verdiepen en evenementen en congressen bij te wonen. Ik merkte dat ik elke keer vol inspiratie de zaal uitliep, maar dat ik een week later weer was weggezakt in mijn oude routine, en dat er maar weinig van de realisatie van mijn ondernemers ambitie kwam. Ik heb toen besloten me in te schrijven voor het ‘Lean Startup Machine Weekend’ (heet tegenwoordig Evolv (www.evolv.es). Dit is een 3-daagse ondernemersworkshop waar je geforceerd wordt om binnen 72 uur van idee naar realisatie te gaan. Was enorm leerzaam en inspirerend. Na een pitch werd mijn idee gekozen samen met 8 andere ideeën. We hebben hier toen het hele weekend aangewerkt met o.a. programmeurs en webdevelopers. Het was voor mij het echte begin van mijn ondernemersavontuur. Kort daarna heb ik mijn compagnon, Bart Jacobsz Rosier, ontmoet tijdens een ondemerslunch op de Startup Campus. Hij had al 5 jaar ervaring met websites bouwen en had al interne gemeenschappen gemaakt voor grote multinationals als ING en Arcadis. Samen hebben we het concept toen verder uitgewerkt en een aantal weken later liepen we brutaal (zonder afspraak) het alumni office van de RSM binnen. Toen we ze overtuigd hadden dat mentorschap kon bijdragen aan de opbouw van een betrokken alumni netwerk en de verbeterde overgang van studenten naar de arbeidsmarkt kregen we groen licht en hebben we in 3 maanden (dag en nacht werken) de eerste versie van ons platform gelanceerd. Het succes van die eerste pilot gaf ons het vertrouwen om ons platform op andere faculteiten en universiteiten uit te breiden. Inmiddels (een jaar later) hebben we een eigen kantoor en zijn we met zijn achten. Ondernemen is een fantastisch avontuur!
frustratie: Wat voor carriere moet ik in vredesnaam kiezen? Wat wil ik uit mijn leven halen? Hoe is het nu echt om voor bedrijf X te werken? Je wordt doodgegooid met flyers en verkoop verhaaltjes van recruiters, maar het maakt je allemaal niet veel wijzer. Vanuit mijn bestuursjaar bij STAR had ik gezien dat er nog veel meer mensen met dergelijke frustratiues rondliepen. Daarnaast namen mijn ouders mij altijd mee naar educatieve vakanties waar ik veel ouderen ontmoette die juist het tegenovergestelde meemaakte. Zij hadden juist behoefte aan zingeving aan het leven en wilde hun ervaring delen met jongeren.Het idee groeide uit de frustratie van de jongeren en de frustratie van de ouderen. De een kon het andere oplossen en zo ontstond MentorMe..
Hoe heb je het ervaren om als jonge ondernemer te beginnen? Wat zijn de voor- en nadelen van jong ondernemen? Je hebt weinig
te verliezen (geen vrouw, kinderen, hypotheek) en relatief lage onderhoudskosten. Daarnaast heb je veel vrije tijd en ontmoet je een breed scala aan mensen. Tot slot geniet je een bepaalde gunfactor als student ondernemers. Als je dit goed speelt kun je hier meer mee gedaan krijgen en publiciteit krijgen (zoals dit interview Gecombineerd maken deze factoren je studententijd als de tijd bij uitstek om een eigen bedrijf op te zetten. Nadeel is de beperkte werk- en levenservaring die je hebt. Dit betekent dat je in het begin veel fouten zal maken. Dit is echter niet erg, aangezien fouten voor een steile leercurve zorgen.
Een ander nadeel is dat investeerders je soms met moeite serieus willen nemen. De vraag blijft: ‘Ventje, kunnen wij jou wel serieus nemen?’
Wat zijn de tips voor studenten die misschien ook een onderneming willen beginnen? Idee
en executie (1% vs 99%). Er zijn genoeg mensen met fantastische ideeën. Het verschil maakt echter de uitvoer en executie van je idee. Hou het niet bij praten, maar maak gewoon die stap en begin iets! Gewoon doen, worst case is dat je faalt en fouten maakt. In dat geval start je gewoon een nieuw bedrijf (net zo lang tot je succes hebt). Na een jaar tijd kunnen er 3 dingen gebeurd zijn: 1) je hebt gefaalt en heb een paar honderd euro verloren 2) je draait breakeven 3) je hebt winst gemaakt. In het worst-case scenario heb je wat geld verloren, maar door je gemaakte fouten een enorme leerervaring gehad. Deze ervaringen zullen erg van te pas komen in je volgende bedrijf of als je gaat werken. Het verloren geld zou je daarmee kunnen zien als leergeld. Verkoop is de beste validatie van je concept. Zorg dat je zo snel mogelijk je eerste klant krijgt. Just do it! In de geschiedenis van de mensheid nog nooit zo makkelijk geweest eigen bedrijf te beginnen. Kleine gepassioneerde teams kunnen met behulp van technologie nu doen wat voorheen louter was weggelegd voor grote multinationals. Je omgeving is enorm belangrijk. Zorg voor diversiteit en voldoende prikkels. Blijf uit je comfortzone treden!
Hoe kom je op een orgineel en werkend idee voor een onderneming? Frustratie is een van
de beste bronnen voor het vinden van een bedrijfsidee. Wat irriteert je? Wat ontbreekt er? Waar stoort jij je aan? Als jij je ergens aan irriteert is de kans groot dat anderen dat ook doen. Als er dan nog geen bestaande oplossing is voor het probleem betekent dat een kans en heb je je bedrijfsidee! Als voorbeeld is er het uitgeholde randje in Bolletje beschuitjes. Iedereen ergerde zich aan de verpakking totdat er iemand van frustratie tot realisatie kwam. Het idee voor MentorMe is ook geboren uit
26
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
Daniel Gaspersz, mede-oprichter van Mentor Me CREDO MAGAZINE // Januari 2014
27
STUDENTENLEVEN Zeuren over mensen die zeuren
Hoe schoon is jouw huis?
Column van Else Kappenberg
Over de vloer bij Rotterdamse studenten Je ouders over de vloer, of nog erger, Rob Geus op bezoek? Gelukkig zijn niet alle studenten in Rotterdam even netjes en schoon als het om hun eigen woning gaat. Ik ben als een professionele kamerinspecteur wel wat gewend qua vieze studentenwoningen. Studeren en normaal functioneren is geen goede combinatie voor sommigen. Veelal zijn studentenhuizen niet de meest hygiënische ruimtes die je kan aantreffen in de samenleving. Zoals Rob Geus het zou zeggen: ‘Daar word ik niet vrolijk van!’ De Credoredactie nam de proef op de som bij Rotterdams minst vrolijkmakende studentenhuizen. Onder voorbehoud mochten wij het studentenhuis in Delfshaven bezoeken. Gelegen in Rotterdams meest ‘ghetto’ straat staat een pand tussen de belhuizen en bezorgdiensten. Op straat is het druk en er hangt en sfeer van gezelligheid in combinatie met een vreemde spanning. Alsof het een familiereünie is waar je je achternicht nog net wel kent, maar wie de rest zou kunnen zijn, dat weet je niet meer. Al voordat we het huis hebben bereikt, zijn we al aangesproken door een viertal jongemannen in een iets te kleine volkswagen polo. ‘Aanspreken’ is misschien het verkeerde woord. Geluid was het in iedergeval wel. Ach, de buurt is levendig en er zijn tenminste genoeg interessante dingen voor een socioloog om te bestuderen. Terugkomend op ons studentenhuis. We beginnen met een stalen hek, de voordeur, wat dient voor de veiligheid. Desondanks worden we heel gastvrij ontvangen. Hieronder een sfeerimpressie van het studentenhuis en natuurlijk het eindoordeel van de inspectie.
De Keuken Elke keuken is natuurlijk een bron van voedselresten. Het is de plek voor studenten om hun biertjes maar al te goed koud te houden. Daarnaast is het natuurlijk van belang dat de koelkast het doet en dat de noodzakelijke middelen aanwezig zijn. Systemen van afwassen verschillen ook onder studenten vergeleken met de rest van de bevolking. Afwassen is kennelijk alleen nodig als men keukengereedschap direct schoon nodig heeft. Is er een takenverdeling of afwasrooster aanwezig in dit studentenhuis?
Het sanitair Het sanitair van een studentenwoning is altijd aan problemen onderhevig. Meestal is niet eens de hygiëne het probleem, maar ligt het probleem bij de verhuurder. Is er voldoende luchtverfrisser aanwezig? Wordt deze sanitaire voorziening eigenlijk wel schoongemaakt? Zoals we op de foto kunnen zien is de sanitaire voorziening aardig schoon. Het loodgieterswerk is discutabel, maar nog wel functioneel. Minpuntje voor de verhuurder maar ‘kudos’ voor de bewoners!
28
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
De woonkamer “Iets wat algemeen is, is dus niet van mij.” Onder dat motto gaan de meeste studenten de woonkamer binnen. De woonkamer is ook in dit studentenhuis de gemeenschappelijke ruimte waar iedereen gebruik van maakt. Iedereen geeft zijn eigen smaak aan de woonkamer en zo ontstaat een eigen ecologie van verschillen. Er is geen stijl en dát is de stijl. Een beetje van mij en een beetje van jou en zo komen wij tot een geheel. Ondanks dit allemaal is de woonkamer ‘chill’ om in te leven. De koelkast is een typisch voorbeeld van een gezamenlijk gedeelte van de woning. Er heerst pure chaos maar wel met een rangorde. Iedereen zijn eigen plank en af en toe een uitwisseling van producten. De foto spreekt boekdelen.
De bewoners De bewoners waren hartstikke tof en super gezellig. Alles in het huis is functioneel met een knipoog. Er zijn natuurlijk minpunten, maar die compenseren de bewoners met hun gevoel voor gastvrijheid en gezelligheid erg goed!
De algemene indruk was ongeveer een 6,5. Het is gewoon een leefruimte met hier en daar wat om op te ruimen. Je moet toch ergens je studieontwijkendgedrag kunnen uiten? Het is daarom niet verkeerd om altijd iets om op te ruimen voor de hand te hebben als het ‘sog-gedrag’ weer naar boven komt. Hieronder staat per onderdeel het cijfer aangegeven: Woonkamer 8 Slaapkamer 7 5
Keuken
6
Omgeving 7 Bewoners 9 De bewoners maken van dit huis een echte hangplek. Ze zijn gezellig en spontaan en geven het huis karakter. Om deze reden komt het eindoordeel uit op een...
Elke dag is het weer de vraag: Wat ga ik vanavond eten? Zeker als je net op kamers woont, is het soms lastig om elke dag weer een gerechtje voor jezelf (en je huisgenoten) klaar te maken. De meeste studenten blijven dan ook in hun gewoontes hangen en maken weer een ‘pastaatje rood’, oftewel pasta met rode saus of een GVA’tje, oftewel groente, vlees en aardappels. Daarnaast is de Turkse pizza ook erg populair en gaat een zak patat er ook wel in. Toch is het belangrijk om als hardwerkende student goed voor jezelf te zorgen. En dat begint bij een gezonde maaltijd, die niet alleen vol vitamientjes zit, maar ook nog eens goed te betalen is. In deze editie beginnen we bij het begin en laten we zien hoe je zelf een makkelijk en gezond gerecht maakt. In de volgende editie zal de lat wat hoger liggen en zal het recept ook een stukje moeilijker worden. Dit zal voor de chef-koks onder ons zijn. Credo was dus erg benieuwd naar wat studenten tegenwoordig eten en daarom zijn wij op zoek gegaan naar een beginnende chef! Psychologie studente Tamara Angela uit Aruba liet ons een kijkje nemen in haar keuken… “Vroeger, toen ik nog op Aruba woonde, kookte mijn oma vaak voor mij. Zij maakte vaak gekruide kip met rijst en dat vond ik altijd heerlijk.” Zo begint Tamara te vertellen over haar ervaringen met koken. “Toen ik naar Nederland kwam, moest ik ineens voor mijzelf gaan koken en dat was zeker even wennen!” vervolgt ze. Zelf vindt ze dat ze nog niet goed kan koken, omdat ze er pas mee is begonnen. Daarom heeft ze naar eigen zeggen een ‘simpele, maar lekkere’ variant gemaakt op het gerecht van haar oma, speciaal voor deze editie.
Eindoordeel
Toilet
De studentenhap
7
Hoe maak je dit gerecht? Je begint met het koken van de rijst. Snijd dan de kipfilet in grove stukken en maak een marinade van de kruidenmix ‘GOYA Adobo’ van de toko (zie foto hiervoor). Als die een paar minuten is ingetrokken, bak je de kipfilet in een wok of hapjespan tot het vlees goudbruin is. Je kunt het gerecht nog lekkerder maken door allerlei groenten mee te bakken. Tenslotte serveer je het kipgerecht met rijst of roti en wat sla en tomaat. Dit gerecht kost maar €2,- tot €3,- per persoon en is dus leuk om een keer te proberen! Deze studentenhap is gebaseerd op de Antilliaanse keuken, maar is zeker niet pittig te noemen. Voor sommige studenten is het gerecht misschien wat simpel, maar we moeten nu eenmaal uit gaan van de gemiddelde kookkunsten van studenten. Dit kipgerecht is dus zeker geschikt voor iedereen die houdt van een snelle en goedkope hap, die ook nog eens erg lekker is! In de volgende editie zullen wij een nieuw culinair hoogstandje presenteren die jullie uiteraard ook weer thuis kunnen maken.
“Dit is een simpele, maar lekkere variant op het gerecht van mijn oma.”
De dagen worden korter, het weer wordt grimmiger en de betrouwbaarheid van het openbaar vervoer daalt als de temperatuur dat doet: jawel, de winter is nabij. Zwarte piet kan weer over straat zonder uitgescholden te worden, hoewel enkel wat zwarte vegen op ‘t gezicht of bijvoorbeeld oranje schmink over het algemeen meer wordt gewaardeerd. Geen waardeoordeel verder, maar geef toe, het is waar. Maar voordat er tijd was om pepernoten te strooien en je jurk - eh, tabberd natuurlijk - aan te trekken, werd de westerse media bijna net zo door elkaar geschud als de Filippijnen door de zwaarste tyfoon van het jaar. Een ‘supertyfoon’ werd het ook wel genoemd, die zowel de naam Haiyan als ook Yolanda heeft gekregen. Aangezien ik het nog steeds een ietwat debiele gewoonte vindt om vernietigende natuurrampen zulk soort namen te geven, houd ik het op Haiyan. (Voor de duidelijkheid, dat ze nou per sé vrouwennamen hebben gekozen maakt me niet uit. Orkaan Frans zou je immers ook niet makkelijk serieus nemen.) Afijn, Haiyan bulderde door de Filippijnen en zowel deze gebeurtenis zelf als ook de nasleep schudde ons met recht even flink door elkaar. Genoeg om de nieuwe mediahype te worden blijkbaar, want na de zwarte pieten-kwestie moest men natuurlijk wel met wat zwaar geschut komen. De anti-homowetten in Rusland konden die kwestie namelijk niet overstijgen, eerst moesten duizenden mensen hun huis en bezittingen verliezen aan het natuurgeweld voordat we verder konden. Vervolgens wordt er een actie opgezet om de slachtoffers te helpen, wat op zich iets ontzettend moois is. Natuurlijk kunnen we eeuwen doorgaan over het geld dat wel of niet naar de slachtoffers gaat en in welke mate dan, maar een dergelijke collectieve actie blijft inspirerend en zorgt vaak voor eenheid. Giro555 werd in ‘t leven geroepen, en hulptroepen schoten uit de grond als mollen voor het begin van een aardbeving. Radioprogramma’s, televisie, BN’ers, noem maar op. Motivators, eenheidsscheppers. Ondanks de moeite die in de actie werd gestopt, bleef het een mediahype, en meestal zijn mensen ten opzichte van een mediahype op een bepaalde manier in te delen. Niet in één grote knusse familie, maar als volgt: voorstanders, mensen die zeuren en mensen die zeuren over mensen die zeuren. Veel anders ging het er deze keer niet aan toe, behalve dat onze eigen Trijntje Oosterhuis voor een extra dimensie met twee nieuwe categorieën zorgde: volk dat mevrouw Oosterhuis daadwerkelijk zo’n twee ton wilde laten betalen en mensen die inzien dat dat belachelijk onrealistisch is. Ironisch genoeg val ik nu in één van de categorieën die ik zonet noemde, want dit cynische lapje tekst is niet veel meer dan ongegeneerd zeuren. Dat, en een beetje teleurstelling. Ach, wie weet bewijst de volgende golf van mediachaos mijn ongelijk wel. Of bekijk ik het de volgende keer van de andere kant, en prijs ik de mensheid de hemel in om al het geld wat ze voor ‘t goede doel verzameld hebben. Het kan allemaal. Else Kappenberg is een eerstejaars sociologiestudente.
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
29
Partners
Colofon
Jaargang 5, Editie 1
HoofdRedacteur
Januari
Maart
Credo’s presentatieborrel 6
Tentamenborrel 14
Pre-skireisborrel 16
Commissieborrel 18
Martine Delfgaauw Nadine de Geus Thijs de Jong Roos Oldewarris Karlijn Schipper
K roegcollege BSK 20
Carrièredag 19
Vormgeving
Netwerkborrel 22
Tentamenborrel 7
Skireis 23-27
A fter-skireisborrel 10 Gala 13 Ouderdag 22
Februari Wil je op de hoogte blijven van de laatste activiteiten van Cedo Nulli? Kijk dan op cedonulli.nl, like de Facebookpagina van S.F.V.
Cedo feest 20
Robbert de Hoogh
Redactie
Martine Delfgaauw Robbert de Hoogh Roos Oldewarris
Namens Cedo Nulli Angela de Pooter
Oplage
1600 stuks
Met dank aan
Bloemiste Sylvia Charlotte van Eijck Charlotte van Ooijen Daniel Gaspersz Else Kappenberg Historisch fotoarchief EUR Isil Sincer Mark Timmer Nadia Dijkstra Tamara Angela
Cedo Nulli en volg ons op Twitter.
Contact
Volgende editie: Credo doet onderzoek naar drugsgebruik onder Eras-
S.F.V. Cedo Nulli Kamer T15-01 Burgemeester Oudlaan 50 3062 PA Rotterdam 010 – 408 17 98 credo@cedonulli.nl
mus studenten. Verder gaan we in een glazen bol kijken naar de toekomst van Rotterdam, praten we met illegale vluchtelingen, die in Nederland studeren en nog veel meer!
30
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
CREDO MAGAZINE // Januari 2014
31