Bi g brother is watchin g yo u;
Hoe nederland langzaam verandert in een controlestaat jaargang 5 , editie 2
Cover
Story
6
pagina
HOOFDARTIKEL:
HOE NEDERLAND LANGZAAM VERANDERT IN EEN CONTROLESTAAT
Algemeen REDACTIONEEL 4 Woord van de voorzitter 5 Activiteitenagenda 30 Fotopagina 16 colofon 31
Al vanaf het begin van de beschaving houdt men zich bezig met privacy. Ook nu is dit onderwerp van de dag. Maar weten wij eigenlijk wat privacy precies inhoudt? In ieder geval is het een begrip dat langzamerhand lijkt te verdwijnen. Maar er gloort ook een sprankje hoop. Een special over privacy, vrijheid en veiligheid. TEkst Martine Delfgaauw & Robbert de Hoogh
Coverstory Hoe nederland langzaam verandert in een controlestaat
Wetenschap
Rotterdam rubriek
rubriek
rubriek
rubriek
MAAK KENNIS MET;
CREDO’S CASUS
Het 30 bestuur van s.f.v. cedo nulli!
De betutteling van het uitgaansleven
e
ZOMERVAKANTIE?
KOFFIE
Doe iets nuttigs!
Het ‘wondermiddel’
Al jaren klagen bewoners uit het centrum
Vakantie! Eindelijk. Heerlijk iedere dag
Een student die geen koffie lust is volgens
worden door een nieuw zeskoppig be-
van Rotterdam over geluidsoverlast van
uitslapen, naar het strand gaan, of een
mij net zo zeldzaam als het vinden van
stuur. Onlangs was de presentatieborrel
uitgaansgelegenheden. Regels en voor-
terrasje pakken met vrienden. Maar twee
een klavertje met vier blaadjes. We leven
van het nieuwe bestuur. Op de vroege
schriften voor de horeca leken de op-
maanden vrije tijd kan ook iets heel an-
erop. Maar behalve de stimulerende ef-
ochtend na deze borrel voelden wij de
lossing. De strikte regelgeving waaraan
ders betekenen. want in zo’n periode kun
fecten is dit wondermiddel ook nog eens
kersverse bestuursleden eens flink aan
horecaondernemingen zich moesten hou-
je juist ook hele nuttige dingen doen. In dit
heel interessant. We nemen je mee door
de tand tijdens een brakke brunch.
den, rijst echter de pan uit.
artikel een aantal leuke opties. TEkst
de geschiedenis van deze vreemde boon.
thijs de jong & karlijn schipper
2
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
jong & nadine de geus
TEkst thijs de
Rotterdam Credo’s Casus: De betutteling van het uitgaansleven Roffa Mon Amour; De geheime plekjes van Rotterdam
10 12
Wetenschap Koffie, Het ‘wondermiddel’ De wetenschap achter muziek Superfoods ‘To the rescue’! Onderzoek FSW; de red hat society
14 18 20 21
Cedo nulli
Vanaf 1 september zal Cedo Nulli geleid
TEkst
6
ne de geus
Nadi-
maak kennis met het 30e bestuur 22 activiteitenverslag 24
Studentenleven Zomervakantie? Doe iets nuttigs! de Studentenhap; BBQ Special Cedo’s festivalagenda
26 27 28
TEkst THIJS DE JONG & ROOS OLDEWARRIS
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
3
WOORD VAN DE VOORZITTER
REDACTIONEEL
een veelbewogen jaar Lieve lezers,
Het XXIXe Bestuur der S.F.V. Cedo Nulli
Robbert de Hoogh, Hoofdredacteur Credo Magazine
Vragen, opmerkingen of suggesties voor de Credo redactie? Mail ze! credo@cedonulli.nl
Voor je ligt alweer de laatste editie van de Credo van het collegejaar 2013 - 2014. Dat betekent ook dat dit daarmee mijn laatste voorwoord als hoofdredacteur van dit Magazine is. Het afgelopen collegejaar is een veelbewogen jaar geweest, zowel voor Cedo Nulli, als voor de faculteit als voor de universiteit in zijn geheel. Cedo vierde haar 35 jarig bestaan en hoe; De lustrumcommissie heeft er met een lustrumreis, een leerzaam lustrumcongres, een lustrumweek met een scala aan leuke en originele activteiten en een episch slotfeest in Toffler een onvergetelijk jaar van gemaakt. Ook voor de universiteit was het een belangrijk jaar. Ze vierde haar 100 jarig bestaan met tal van activiteiten en ook de vernieuwde campus heeft het afgelopen jaar echt vormgekregen, waardoor het nu echt een gezellige en levendige plek is geworden. Ook voor de Credo was het een mooi jaar. We namen je mee in de geschiedenis van 100 jaar Erasmus Universiteit, gaven je een kijkje achter de schermen van de faculteit door in elke editie een leuk onderzoek uit te lichten en we leerden je de geheime en leukste plekjes van Rotterdam kennen. We leerden je over ondernemerschap, over slaapritmes, over de liefde en over fetisjisme. We vertelden het verhaal van een studerende vluchteling en namen je mee in de underground muziekscene van Rotterdam. We leerden je koken en natuurlijk hielden we je op de hoogte van wat er zoal gebeurde bij Cedo Nulli. Dan was er natuurlijk nog ons meest spraakmakende artikel, waarmee ik uiteraard doel op het onderzoek naar drugsgebruik onder Rotterdamse studenten. Ons onderzoek werd opgepikt door ons eigen Erasmus Magazine, maar ook door landelijke media zoals de Metro, de Telegraaf, Nu.nl en uiteindelijk zelfs het NOS en radio 538 journaal. Natuurlijk wisten we van tevoren dat we met een dergelijk onderzoek een gevoelig onderwerp aansneden, maar dat dit artikel zoveel stof zou doen opwaaien hadden we van tevoren nooit voorzien. We hebben hiermee bewezen dat Credo Magazine tegenwoordig veel meer is dan zomaar een studentenblaadje en dat het blad ook serieuze nieuwswaarde kan hebben. Ik hoop dat deze lijn in de komende jaren voortgezet kan worden en dat er nog veel meer van dit soort spraakmakende artikelen in de Credo mogen verschijnen. Voor mij is er nu na een jaar als redactielid en nog een jaar als hoofdredacteur een einde gekomen aan mijn periode in de Credoredactie. Ik heb me twee jaar enorm hard ingezet voor dit magazine en als je de Credo van nu vergelijkt met die van twee jaar geleden ben ik enorm trots op wat we bereikt hebben. Natuurlijk heb ik dat niet in mijn eentje gedaan. Het lijkt me dan ook zeker op z’n plaats om hier een woord van dank uit te spreken voor mijn geweldige redactiegenoten, die zich het afgelopen jaar in het zweet hebben gewerkt om dit blad neer te zetten. Zonder hun schrijfvaardigheden, maar vooral ook hun gezelligheid was deze jaargang van de Credo niet mogelijk geweest! Volgend jaar zal er uiteraard weer een nieuwe hoofdredacteur aan de slag gaan met de Credo, die hopelijk weer een frisse wind in het blad zal brengen. En hoewel ik me niet meer actief zal gaan bezighouden met het schrijven van artikelen of het ontwerp, zal ik me komend jaar als penningmeester van Cedo Nulli en bestuursbegeleider van de Credo redactie achter de schermen bezig blijven houden met ‘quality control’. Dat de komende Credo’s dus alleen maar nog mooier mogen worden.
Rest mij je voor de laatste keer heel veel leesplezier te wensen!
Woord van de voorzitter Beste lezer, Het academisch jaar 2014 – 2015 komt langzaam ten einde. De laatste tentamens worden gemaakt en de geplande vakanties komen in zicht. Voor mij betekent dit dat ik langzaamaan het stokje zal overdragen op mijn opvolgers, want ook het einde van mijn bestuursjaar bij S.F.V. Cedo Nulli komt in zicht. Dus de laatste zaken worden afgehandeld, onze opvolgers worden ingewerkt en we maken ons langzamerhand klaar voor het Eerstejaars Weekend en de Eurekaweek.. Terugkijken op het afgelopen jaar doe ik met een voldaan gevoel. Het was een bewogen jaar voor onze universiteit met alle ontwikkelingen van dien, zoals de reorganisaties en het leenstelsel. Maar ook dit magazine kwam in het nieuws met het onderzoek naar drugs. Desalniettemin het was ook zeker een jaar vol mooie en memorabele momenten die ik nooit meer zal vergeten. Het was een jaar waarin wij het 100 jarige bestaan van onze universiteit mee mochten maken, het 50 jarige bestaan van onze faculteit en natuurlijk het 35 jarige bestaan van S.F.V. Cedo Nulli. Feestelijk was het dus zeker. Het lustrumjaar van onze vereniging hebben we met verschillende activiteiten gevierd. Zo organiseerde onze lustrumcommissie bijvoorbeeld een levensecht wie-is-de-mol spel op de campus waar menig medewerker ook graag aan mee had willen doen en hebben we sinds jaren weer een mooie almanak mogen ontvangen. Naast deze feestelijkheden hebben we ook veel geleerd van de interessante lezingen en workshops die georganiseerd werden door onze studie-inhoudelijke commissies, onze mastercommissies en de carrièrecommissie. Maar ook de studiegroepen droegen hun steentje bij met een uitbreiding in studiegroepen naar het tweede studiejaar. Aan ontwikkeling dus geen gebrek. Maar gelukkig was er ook tijd voor ontspanning, zoals op het Halloween-feest en tijdens het apenkooien in de gymzaal op de campus. Ook hebben we ons over de grenzen van Nederland bevonden en hebben we verschillende reizen gemaakt. Een destination unknown reis naar Keulen, een skireis naar Frankrijk, de studiereis ging dit jaar naar Boekarest en de sociologen namen ons mee naar Berlijn. Zelfs de grenzen van Europa zijn opgezocht door de delegates die de’ distinguished delegation award’ binnensleepten tijdens de VN-simulatie in New York. Naast al deze activiteiten zijn wij als bestuur ook bezig geweest met de ontwikkeling van Cedo Nulli. Met een aankomende Engelstalige bachelor psychologie in zicht is het tijd om te internationaliseren. Een vraagstuk waar onze international committee en menig ander over heeft meegedacht. Hieruit blijkt weer eens dat stilstaan geen optie is. Overal liggen kansen, de vraag is alleen hoe je ermee omgaat. Blijf je in de comfortzone, of stap je eruit? Het enige wat ik nog kan zeggen is dat mijn dank groot is. Dank aan alle commissies die aan dit jaar hebben meegewerkt, maar ook aan iedereen die op onze activiteiten is geweest, de faculteit en onze partners en aan ieder ander die dit jaar verbonden is geweest aan Cedo Nulli. Heel veel succes met de laatste loodjes!
Cataline Sinnige, Voorzitter & Commissaris Onderwijs van het XXIXe bestuur der S.F.V. Cedo Nulli
4
CREDO MAGAZINE // April 2014
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
5
Hoe nederland langzaam verandert in een controlestaat Robbert de Hoogh & Martine Delfgaauw
COVER
Big Brother is watching you; Hoe nederland langzaam verandert in een controlestaat.
Al vanaf het begin van de beschaving houdt men zich bezig met privacy. Ook nu is dit onderwerp van de dag. Maar weten wij eigenlijk wat privacy precies inhoudt? Om privacy beter te kunnen uitleggen, beschrijven we ook de wisselwerking tussen vrijheid en veiligheid, want eigenlijk is privacy een beetje van allebei. De begrippen vrijheid en veiligheid zijn op meerdere manieren te interpreteren: is vrijheid het kunnen doen en laten wat je wilt? Of is vrijheid toch gebonden aan regels, zodat iedereen zijn eigen beetje vrijheid kan ervaren? Daarnaast houdt men zich tegenwoordig bezig met de vraag of volledige vrijheid kan bestaan naast volledige veiligheid. Vele grote namen hebben zich afgelopen tijd bezig gehouden met deze vragen, waaronder Sigmund Freud en – ook wat meer recent – Hans Boutellier.
6
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
ls ik denk aan vrijheid, dan is het eerste wat in mij opkomt: het kunnen en doen laten wat je wilt, zonder dat je daarin wordt belemmerd door allerlei regels. Maar als ik wat verder ga nadenken betekent vrijheid voor mij: ‘rechtvaardigheid voor iedereen, ongeacht ras, geslacht of leeftijd’. Het betekent voor mij dat iedereen gelijk is aan elkaar en op dezelfde, rechtvaardige manier wordt beoordeeld door anderen. Hoewel dit toch een enigzins vage beschrijving blijft en er ook nog allerlei andere verschillende interpretaties zijn, valt er een duidelijk onderscheid te maken tussen twee soorten vrijheid: materiële – en formele vrijheid. Stel je eens voor dat je een gevangene bent. Opgesloten in een cel en afgesloten van de buitenwereld. Op deze manier is je materiële vrijheid je afgenomen, want je kunt nergens zomaar naartoe. Maar tegelijkertijd kun je nog steeds je formele vrijheid bezitten: ondanks dat je niet zomaar weg kunt, kun je nog steeds het verlangen hebben dat je weg wilt. Je bezit in zo’n situatie nog steeds je formele vrijheid, want je hebt de vrijheid om te denken wat je wilt denken. Het belangrijkste verschil in deze twee soorten vrijheid is dus eigenlijk het fysieke en mentale aspect.
veiligheid in het achterhoofd nemen we een kijkje op de wisselwerking hiertussen. Om wat beter te kunnen begrijpen hoe veiligheid en vrijheid naast elkaar bestaan, kijken we naar de theorie van criminoloog en socioloog Hans Boutellier. Hij geeft in zijn boek ‘De Veiligheidsutopie’ een goede uitleg over de wisselwerking tussen veiligheid en vrijheid. Wat vooral erg opvalt in zijn theorie is dat hij veiligheid en vrijheid beschrijft als een paradox. Boutellier legt uit dat burgers in Westerse samenlevingen aan de ene kant het gevoel willen ervaren van oneindig veel vrijheid, maar aan de andere kant ook verwachten dat de overheid hen ten alle tijde beschermt. Volgens Boutellier kan deze combinatie niet samen bestaan, want hoe meer vrijheid burgers hebben, des te meer behoefte aan veiligheid zij hebben. Dat perkt vervolgens dan weer de vrijheid in. Boutellier ziet het fenomeen van vrijheid en
Als ik vervolgens aan veiligheid denk, komt het woord ‘bescherming’ bij me op. Bescherming tegen (mogelijke) gevaren. Ook voor het fenomeen veiligheid bestaan twee soorten: rationele- en denkbeeldige veiligheid. Onder rationele veiligheid verstaan we dat we door middel van controles en regels worden beschermd in een bepaalde situatie. Denk bijvoorbeeld aan dat een auto aan bepaalde regels moet voldoen, zoals het hebben van airbags en verlichting om ons te beschermen tegen ongelukken. Denkbeeldige veiligheid daarentegen gaat om een veilig gevoel. Zo kun je bijvoorbeeld het gevoel hebben dat je veilig bent op een boerderij, maar is het rationeel gezien niet zo, omdat er asbestdeeltjes rondzweven. Hoewel de overheid probeert om met haar regel- en wetgeving de samenleving zo veilig mogelijk te maken en te behouden, kan eigenlijk – realistisch gezien – niets helemaal zonder gevaar zijn.
veiligheid als een continuüm, waarbij het ene uiterste 100% veiligheid beslaat en aan de andere kant van het spectrum 100% vrijheid staat. In de praktijk zal een samenleving altijd ergens in het midden zitten, waarbij er dus volgens Boutellier nooit volledige vrijheid en veiligheid tegelijkertijd bestaat. Zoals Boutellier zelf zegt: “Het onhaalbare verlangen naar het samenvallen van maximale vrijheid en maximale veiligheid.”
den er een grenzenloze maatschappij doordat de burgers individualisering en zelfontplooiing steeds belangrijker vonden. Maatschappelijke instituties kregen daarnaast steeds minder grip op het leven van de burger. Men wilde nu zelf bepalen hoe het zijn leven inrichtte: de focus kwam te liggen op het steeds meer willen bereiken en het behalen van zelfgestelde doelen. Daarnaast had de internationalisering een indirecte invloed op de burger. De nationale politiek kreeg steeds minder invloed en samenlevingen werden steeds meer geleid door grotere organisaties, zoals de EGKS (de voorloper van de Europese Unie). Deze internationalisering leidde tot grote migratiestromen met als bijkomend gevolg dat samenlevingen zich steeds minder verbonden gingen voelen. Boutellier is van mening dat het gevoel dat men toen tot het uiterste kon gaan en alle vrijheid bezat voor meer criminaliteit heeft gezorgd. Dit leidde automatisch ook tot meer gevoelens van onveiligheid bij de burger. De combinatie van criminaliteit en de behoefte om steeds meer de eigen grenzen op te zoeken, zorgde voor een onveilig gevoel. Hierdoor kwam er steeds meer de behoefte aan veiligheid, maar dit is nu juist wat Hans Boutellier bedoelt met zijn Veiligheidsutopie: 100% veiligheid en 100% vrijheid kunnen niet naast elkaar bestaan. Alle bovengenoemde veranderingen leidden kort gezegd tot een ander soort samenleving in de Westerse cultuur: burgers wilden meer vrijheid, maar tegelijkertijd ook worden beschermd voor de eventueel negatieve gevolgen ervan.
Veiligheid en vrijheid is een paradox. Het is het één of het ander.
Veiligheidsutopie Met de verschillende definities van vrijheid en
- hans boutellier
De volgende vraag die dan luidt is: hoe is deze paradox ontstaan volgens Boutellier? Hij wijst daarvoor naar de jaren ‘60 en ‘70 van de vorige eeuw. Voor die tijd waren samenlevingen altijd duidelijk gestructureerd (denk aan de verzorgingsstaat en de sociale zekerheid). Doordat burgers meer inkomen hadden en het onderwijs ook beter was geregeld dan hiervoor, zorgden deze veranderingen voor een daling van de criminaliteitscijfers. Maar rond de jaren ’60 en ’70 begon de onrust toe te slaan. In plaats van gestructureerde samenlevingen ontston-
Freud Niet alleen Boutellier heeft uitspraken gedaan over veiligheid en vrijheid. Ook Freud heeft met zijn psychoanalytische theorie uitspraken gedaan over de vrijheid van mensen. De psychoanalytische theorie houdt als volgt in dat ieder individu bestaat uit een id, ego en een superego. Id zag Freud als de verantwoordelijke voor de onbewuste dierlijke driften die mensen bezaten. Het superego – het tegenovergestelde van de id – is het ideale beeld wat individuen van henzelf hebben. Dit wordt gevormd door de manier van opvoeden en de cultuur. Het ego werkt als een bemiddelaar tussen het id en het superego. Het ego probeert de driften van de id bewust onder druk te houden door de CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
7
Hoe nederland langzaam verandert in een controlestaat Robbert de Hoogh & Martine Delfgaauw
COVER minuten slaat je telefoon data op over jouw gebruik. Waar je bent, met wie je belt, of je online bent, of je een email stuurt en naar wie; het wordt allemaal opgeslagen. Deze data noemt men metadata en het opslaan ervan heet dataretentie. Sinds 2006 zijn telefoonproviders in de EU verplicht om deze data minstens 6 maanden te bewaren. Metadata kan worden gebruikt om door middel van analyses gedragspatronen te ontdekken. Zo kan aan de hand van metadata worden voorspeld waar jij de komende week zult zijn, met wie je afspreekt, of contact hebt, of jij bijvoorbeeld gebruikt maakt van psychiatrische hulp etcetera.
sociale normen van het superego, maar zal ook af en toe toegeven aan de impulsen van de id. Freud was van mening dat de samenleving, met haar regels en strakke regime, de dierlijke driften van de mens te veel onder druk zette. Aan de andere kant zocht hij ook de verklaring bij de mensen zelf, die volgens Freud niet goed hun dierlijke driften konden beheersen. Op die manier zorgde dit voor veel onvrede in de maatschappij.
Nachtmerrie wordt werkelijkheid?
schendingen van privacy onder het mom van veiligheid. En wie denkt dat dit soort praktijken alleen voorkomen in Amerika heeft het mis, onze eigen overheid doet hier vrolijk aan mee. Ook in Nederland worden wij constant in de gaten gehouden. Zo hangen in de Rotterdamse trams en metro’s camera’s met gezichtsherkenning-software en microfoons. Boven snelwegen en om de stad hangen tegenwoordig overal camera’s die verbonden zijn met het ANPR netwerk, het zogenaamde Automatic Number Plate Recognition netwerk. Dit is een systeem wat elke auto met nummerbord die langs een camera rijdt automatisch registreert en opslaat met daarbij de plaats en tijd van registratie. Toets een nummerbord in en je kunt zo zien waar die auto allemaal geweest is. Verder was er een aantal maanden geleden nog in het nieuws dat de Nederlandse inlichtingendienst gegevens van 1,8 miljoen telefoongesprekken opsloeg en doorspeelde aan de Amerikaanse NSA. Ook op andere gebieden slaan overheden steeds meer data op over hun burgers. Elke 6
Waar je bent, met wie je belt, of je online bent, of je een email stuurt en naar wie; het wordt allemaal opgeslagen.
In 1949 kwam het werelberoemde boek ‘1984’ van George Orwell uit. Orwell beschrijft hierin een totalitaire staat waarin de enige bestaande politieke partij een systeem heeft gecreëerd waarmee het een perfecte greep heeft op het gedrag en de gedachten van haar onderdanen. In de staat die in 1984 beschreven wordt, bestaat geen privacy meer. Men wordt 24 uur per dag, 7 dagen per week in de gaten gehouden door middel van camera’s die overal aanwezig zijn. Zelfs gedachten zijn niet meer veilig, want ook die worden gecontroleerd door de ‘gedachtenpolitie’. Hoe-
8
wel het boek van Orwell science-fiction is, wordt het nog vaak als voorbeeld aangehaald om aan te tonen wat de gevolgen kunnen zijn van machtsmisbruik van overheden, specifiek met betrekking tot schending van privacy. De term ‘big brother’ is bijna synoniem geworden met een overheid die haar burgers altijd en overal in de gaten houdt.
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
Hoewel de klassieker van Orwell zoals gezegd fictie is, lijkt het er tegenwoordig op dat de wereld die Orwell beschreef steeds dichterbij komt. Overheden houden hun burgers steeds nauwlettender in de gaten en begaan grove
Maar het gaat nog verder. Een paar jaar geleden kwam een groep hackers er bij toeval achter, toen zij een virus aan het analyseren waren, dat deze software door de overheid was ontwikkeld. Dit virus installeerde zich ongemerkt op computers van nietsvermoedende burgers en verschafte zich op die manier toegang tot de internetgeschiedenis, emails en bestanden op de computer. Met behu;p van het virus kon zelfs ongemerkt meegekeken en geluisterd worden door de webcam en microfoon van de geïnfecteerde computer. Zo kon de overheid dus ongemerkt in al jouw privébestanden kijken. Ook in Nederland schijnt dit soort software gebruikt te worden door de Politie. De Duitse overheid verweerde zich door te stellen dat alleen werd meegekeken bij mensen die van zware misdaden verdacht werden. Toch werd ook bij veel onschuldige burgers dit virus aangetroffen op hun computer. Natuurlijk is het voorlopig nog zo dat de overheid officiëel niet zomaar al die data in kan zien en een geldige reden moet hebben om metadata over jou op te vragen bij je telecomprovider, maar toch wordt alles wat jij op digitaal gebied doet vastgelegd en bewaard. En zoals pas is gebleken met het eerdergenoemde afluisterschandaal houdt de overheid zich lang niet altijd aan de regels. Bovendien kunnen wetten worden aangepast, waardoor het opeens mogelijk zou kunnen worden om deze gegevens wel in te zien, een beangstigende gedachte. Misschien zul je denken, wat maakt dat nou uit, ik heb toch niets te verbergen? Maar ook al is het zo dat niet iedereen iets te verbergen heeft, hoe meer er over jou bekend is, hoe makkelijker het is om er misbruik van te maken. Een goed voorbeeld is het debat dat een aantal jaar geleden speelde rond het DBC informatiesysteem (DIS) in de geestelijke gezondheidszorg. Een nieuwe wet stelde psychologen en psychiaters in de GGZ verplicht om patiënteninformatie over diagnoses en voorgeschreven behandelingen per patiënt op te slaan in
een landelijke database. Zo kwam er in het dossier van een bepaalde patiënt in deze database te staan dat hij of zij lijdt aan schizofrenie en daarvoor bepaalde medicijnen kreeg voorgeschreven. Vanuit psychologen en psychiaters ontstond er direct een enorme weerstand tegen deze wet. Zij waren bang dat zij hun beroepsgeheim op deze manier niet konden waarborgen. Ze waren bang dat er misbruik gemaakt zou kunnen worden van een dergelijke database door bijvoorbeeld zorgverzekeraars die hier ook toegang tot hadden. Er kan dus wel degelijk misbruik worden gemaakt als alles over iedereen bekend is. Toch lijken we ons in Nederland bijzonder weinig zorgen te maken om de voortdurende afname van onze privacy. In Duitsland wordt hier bijvoorbeeld veel harder tegenin gegaan door de burger. Zo heeft de Duitse piratenpartij 15 zetels in het parlement en zorgden protesten ervoor dat Duitsland besloot tegen de Europese wetgeving in te gaan en dataretentie niet langer voor 6 maanden verplicht te stellen. Dat het bewustzijn over de nadelige gevolgen van een controlestaat in Duitsland wel bestaat is gemakkelijk te verklaren aan de hand van het verleden. Tijdens de tweede wereldoorlog en de DDR periode hebben Duitse burgers van dichtbij meegemaakt hoe er misbruik van deze kennis kan worden gemaakt. Logisch dus dat Duitsers met dit verleden in het achterhoofd veel harder ingaan tegen schendingen van hun privacy. Als Nederlanders kunnen we hier nog wat van leren, want ook al heb je niets te verbergen, het kan alleen maar tot ellende leiden als een overheid alles van iedereen weet.
Een sprankje hoop? Hoewel het af en toe lijkt alsof privacy met de dag verder wordt ingeperkt en de door Orwell omschreven doemscenario’s langzaam maar zeker werkelijkheid lijken te worden, lijkt er recentelijk ook een sprankje hoop aan de horizon te gloren met betrekking tot privacy. Zo oordeelde het Europese Hof van Justitie onlangs dat de eerder genoemde bewaarplicht voor metadata volkomen ongeldig is en lijnrecht indruist tegen de fundamentele rechten van de mens. Het hof erkende dat metadata kan helpen in het bestrijden van criminaliteit, maar volgens het hof wordt het middel momenteel veel te zwaar ingezet en weegt dit voordeel daarom niet op tegen de schending van privacy die ermee gepaard gaat. Dit omdat “iedereen, zonder enig onderscheid doelwit wordt”. Ook werd onlangs de zogenaamde ‘USA Freedom Act’, een wet die de bevoegdheden van de NSA moet inperken en de massale afluisterpraktijken van willekeurige burgers aan banden moet leggen goedgekeurd door het
Amerikaanse huis van afgevaardigden. Hoewel dit heel positief klinkt en een grootse overwinning voor de privacy lijkt te zijn, moet er echter niet te vroeg worden gejuicht. De Europese Commissie gaf in een reactie op het vonnis van het Europese Hof aan dat ze de regels met betrekking tot het bewaren van metadata voorlopig niet intrekken. Ze gaven hierbij aan eerst “het vonnis nauwkeurig te willen bestuderen en onderzoek te willen doen naar de implicaties van het eventuele afschaffen van de bewaarplicht”. Ook de goedkeuring van de Freedom Act blijkt bij nadere beschouwing met een korreltje zout te moeten worden genomen. Zo moet de wet allereerst nog goedgekeurd worden door de senaat en is het vooralsnog dus allerminst zeker dat de wet ook daadwerkelijk doorgevoerd zal worden. Een nog veel belangrijkere kanttekening echter is dat de wet een dag voordat erover gestemd zou worden onder druk van lobbyisten van de veiligheidsdiensten nog werd aangepast. Het ging hierbij om een kleine aanpassing, slechts drie woorden werden gewijzigd. De implicaties van deze wijziging zijn echter enorm. Waar de eerdere versie van het voorstel de mogelijkheid van de NSA om zoekopdrachten uit te voeren beperkten tot een ‘uniek persoon, account of entiteit’, werd dit gewijzigd in zoekopdrachten ‘zoals een persoon, account, entiteit, adres of toestel’. Critici stellen dat vooral het weglaten van het woord ‘uniek’ en het toevoegen van het woord ‘zoals’ voor een maas in de wet zorgt, die de NSA in staat stelt achter de schermen gewoon op dezelfde manier door te gaan. Hoewel er dus recent positieve geluiden te horen zijn met betrekking tot privacy is het nog geen reden voor een feestje. Onder het mom van nationale veiligheid is privacy vaak het eerste slachtoffer. Gelukkig zijn er ook steeds vaker tegengeluiden te horen, maar of deze ook daadwerkelijk impact zullen hebben zal de tijd ons moeten leren. Zoals Boutellier stelt is volledige veiligheid onmogelijk te verenigen met volledige vrijheid en daarmee ook met privacy. Dat we dus af en toe iets van privacy moeten inleveren voor onze eigen veiligheid zal iedereen begrijpen en daar zullen dan ook weinig mensen wakker van liggen. De laatste jaren zijn overheden hier echter nogal in doorgeslagen en wordt privacy en daarmee vrijheid steeds verder ingeperkt. Laten we hopen dat overheden in de toekomst tot inkeer zullen komen en zich realiseren dat vrijheid net als veiligheid een groot goed is. Anders zou het zomaar kunnen dat we ons over een aantal jaar ook zorgen moeten gaan maken om de gedachtenpolitie.
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
9
Credo’s casus; de betutteling van het uitgaansleven Thijs de jong & Nadine de geus
ROTTERDAM
Credo’s
casus
De betutteling van het uitgaansleven
van Leefbaar Rotterdam houdbaar? Dat is de vraag. Leefbaar Rotterdam is van mening dat er een neerwaartse curve is ingezet voor het stimuleren van het uitgaansleven. De partij blikt terug op de bloeiende uitgaansgeschiedenis van Rotterdam. Nostalgisch denken ze terug aan vervlogen tijden van de Danceparade, Now&Wow en naar de ‘roaring twenties’ met danssalons als Pschorr. Deze tijden gelden voor de partij als voorbeeld voor ‘hoe het moet’ en ‘hoe het weer moet zijn’. Want vroeger was alles beter, toch?! Het plan van Leefbaar Rotterdam:
1. Minder verbieden, meer handhaven Volgens Leefbaar Rotterdam moet het stadsbestuur niet te snel feesten verbieden die het risico hebben uit de hand te lopen. De gemeente moet handhaven, omdat betutteling averechts kan werken.
l jaren klagen bewoners uit het centrum van Rotterdam over geluidsoverlast afkomstig van de Rotterdamse uitgaansgelegenheden. Op het Stadhuisplein leunen de clubs en kroegen zowat over elkaar heen, waardoor het ieder weekend raak is: de overlastklachten stromen binnen bij de milieudienst Rijnmond (DCMR). En ook in de Oude Haven zijn de bewoners van omliggende woningen niet blij met het uitgaanspubliek dat hier tot in de late uurtjes feest komt vieren. Regels en voorschriften voor de horeca leken de oplossing. Hierdoor zou uitgaan in Rotterdam veiliger worden en wordt een rustige woonomgeving gecreëerd. De strikte regelgeving waaraan horecaondernemingen zich moesten houden, rijst echter de pan uit. Dit had de sluiting van uitgaansgelegenheden als Corso en Villa Kakelbont tot gevolg. Na een aantal klachten van buurtbewoners kwam de DCMR namelijk een kijkje nemen bij deze tenten. Uit een onderzoek van hen bleek dat de geluidsnorm werd overschreden. Om de ruimte vol-
10
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
doende te isoleren zodat de geluidsoverlast werd verminderd, zouden Corso en Villa Kakelbont flink moeten investeren, wat financieel niet haalbaar bleek. De deuren werden gesloten.
2. Straf de dader, niet de ondernemer Ondernemers in de horeca leven constant met de angst dat er een idioot hun zaak binnenkomt met een wapen of drugs. Vrijwel altijd moet de ondernemer daarvoor boeten. Er is, volgens Leefbaar, veel te weinig oog voor de schade die de ondernemer lijdt buiten zijn schuld. Vanuit het oogpunt van de ondernemer is dit een belangrijk punt, omdat zij door de regels van de gemeente genoodzaakt zijn hun tent te sluiten.
Er is niks mis met regels om overlast in toom te houden. Maar in het Rotterdamse uitgaansleven spreekt men ondertussen van betutteling. Het wordt steeds moeilijker voor de horeca om zich te houden aan alle richtlijnen en sluiting van de tent licht altijd op de loer. Bij een stad als Rotterdam hoort toch een bruisend uitgaansleven? Gaat deze betutteling niet te ver?
3. Stop met nieuwe eisen aan de horeca
‘Ja’, zegt Leefbaar Rotterdam op die vragen.
En na de overwinning van de partij bij de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen lijkt het erop dat er eindelijk eens wat gedaan zal worden aan de betutteling van het uitgaansleven. Leefbaar Rotterdam stelde namelijk een plan op met verschillende punten om de betutteling in het uitgaansleven te stoppen. Het is natuurlijk de vraag of hun plannen tegen de betutteling ook daadwerkelijk kunnen worden doorgevoerd. Credo laat in dit artikel een aantal plannen van Leefbaar Rotterdam de revue passeren om vervolgens op zoek te gaan naar de meningen op straat. Is het plan
Een aantal zones in de stad (zoals het Stadhuisplein, de Oude Haven en de Witte de With) hebben al meer dan 25 jaar een horecabestemming. Daar hoort een bepaalde levendige sfeer bij tot sluitingstijd. Van nieuwe bewoners mag verwacht worden dat zij bewust voor deze levendigheid hebben gekozen. Het kan niet zo zijn dat gerenommeerde zaken opeens moeten wijken voor eisen van nieuwe bewoners. Voor nieuwe horeca-zones geldt
het omgekeerde. Hier heeft de bewoner de ‘oudste’ rechten en zal de horeca zich dienen aan te passen door investeringen in geluidsisolatie.
4. Vertrouw de ondernemer Met de horeca is een zogenaamd ‘High Trust, High Penalty’-beleid afgesproken. Hierbij is de afspraak dat de gemeente de horeca een bepaalde vrijheid gunt en erop vertrouwt dat deze zorg zal dragen voor minimale overlast. Wordt dit vertrouwen beschaamd, dan volgt er een fikse boete. De gemeente mag horeca bijvoorbeeld niet meer verplichten geluidsbegrenzers aan te schaffen als er nog nooit een klacht is geweest over geluidsoverlast.
5. ‘Kan niet’ bestaat niet Uit imago-onderzoek blijkt dat Rotterdam een stad is voor ‘ondernemende mensen die het avontuur niet schuwen’. Het stadsbestuur mag deze ondernemingsdrift niet in de weg staan. Ook het bedrijfsleven roept het stadsbestuur op om vooral te denken in mogelijkheden en ruim baan voor initiatieven te bieden. Op deze manier kan optimaal gebruik worden gemaakt van leegstand en ‘pop-up-locaties’. Om de mening van de bewoners van het Rotterdamse centrum te achterhalen over overlast van uitgaansgelegenheden, betutteling die hieruit voortkomt en de plannen van Leefbaar Rotterdam om dit te stoppen, zijn we maar eens langsgegaan bij de buurtbewoners van de Oude Haven. Beroemd en berucht om zijn uitgaansleven en de betutteling van kroegen als Villa Kakelbont en Plan C, die de maatregelen door het stadsbestuur aan de levende lijven hebben ondervonden. Vooral klachten van buurtbewoners zouden de reden zijn dat deze maatregelen getroffen zijn, blijkt uit persberichten van de gemeente. Er zal altijd een wankel evenwicht tussen het uitgaansleven en de leefbaarheid van een buurt blijven bestaan in Rotterdam. Om het evenwicht in stand te houden kiest de gemeenteraad voor de genoemde punten om de betutteling van het uitgaansleven tegen te gaan. Om tot een goede uitvoering van het beleid te komen zal in elk gebied binnen de stad een aparte overweging moeten worden gemaakt om de wensen van de buurt en de noodzaak van het uitgaansgebied tegen elkaar af te wegen. Het lijkt allemaal makkelijker dan het is. Samen kunnen de verschillende partijen een heel eind komen. De betutteling die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden, heeft er voor gezorgd dat het evenwicht uit balans is geraakt. De afstand tussen de buurt en de horeca is daarmee vergroot. Het is wellicht moeilijker dan
Anne, die boven de Oude Haven woont achter tekenwinkel Harolds, wilde ons graag te woord staan om de punten van Leefbaar Rotterdam te bespreken en haar eigen mening te geven. Anne is student en woont met een vriendin samen in haar appartement. Al een jaar of drie vertoeft ze in de omgeving van de Oude Haven. Overlast heeft ze eigenlijk niet van de horecagelegenheden, die ongeveer vijftig meter van haar woning verwijderd zijn. ’s Avonds kan het soms luidruchtig worden. Het is meestal niet de muziek maar de brallende gasten die hun fiets proberen te vinden, die weleens voor overlast kunnen zorgen. Anne moet wel bekennen dat haar buren die op de begane grond wonen vaker overlast hebben dan zijzelf op de eerste etage. Als ze na het weekend naar de campus gaat, ziet ze geregeld dat de deuren van haar benedenburen zijn onder gezeken of dat er hier en daar een plasje kots is te vinden. “Het is uiteraard vervelend als dat jouw voordeur is, maar gelukkig valt de overlast verder erg mee en zijn de kroegen niet al te laat dicht”, zegt ze. Quinten woont aan de andere kant van de Oude Haven. Zijn uitzicht is de steeg achter Pardoen. Hij is 42 jaar en woont nu al acht jaar in de Oude Haven. Hij werk onregelmatige diensten in de haven als bankdraaier bij een scheepswerf. Zijn mening is iets feller dan die van Anne. Quinten is gewend dat er hier en daar een feestje wordt gehouden. De cafés in de buurt zorgen ook niet voor overlast, volgens hem. Het is het uitgaanspubliek dat de laatste jaren is veranderd. “Een aantal jaren terug was er weinig overlast in de Oude Haven. De muziek was chill en de mensen relaxed. Nu is het anders. Veel bassen en het publiek lijkt zich steeds minder te interesseren in hun omgeving. Alles mag en alles kan kapot”, zegt hij licht cynisch. In de plannen van Leefbaar Rotterdam ziet hij echter weinig. De partij staat hem totaal niet aan.
gedacht om de weegschaal weer op nul te krijgen. Toenadering en begrip voor de ander zullen de komende jaren op het prioriteitenlijstje moeten staan en met de huidige mentaliteit zal dat een uitdaging worden.
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
11
Roffa mon amour Martine delfgaauw
ROTTERDAM
Roffa, mon amour.. De geheime plekjes van rotterdam Ter Marsch & Co “Dit is een plek voor vleeseters.” De lovende woorden van De buik van Rotterdam over Ter Marsch & Co doen het water al in je mond lopen. Ter Marsch & Co zit sinds januari dit jaar gevestigd aan de Witte de Withstraat en is nu al enorm populair. Credo besloot om ook eens een bezoekje te brengen aan dit restaurantje, dat is vernoemd naar de vroegere slagerij Verduurzaamde Vleeschwaren. Dat Ter Marsch & Co een klein en smal restaurant is, blijkt wel als we op weg ernaar toe gewoon straal voorbij de ingang lopen. Gelukkig geeft onze navigatie al snel genoeg aan dat we toch iets te ver door zijn gelopen. Eenmaal binnengekomen is het al gezellig druk. Het publiek bestaat vooral uit mensen boven de 30, maar ook zijn er een aantal studenten te vinden. De robuuste stenen muren, waarin kleine kaarsjes zijn gezet, vallen meteen op. Ook de grote bar is een echte eye catcher. Hoewel we niet kunnen reserveren bij Ter Marsch & Co hoeven we niet te wachten op een tafeltje. We kunnen gelijk gaan zitten in de entresol (een soort lage verdieping tussen twee etages in). Op deze plek hebben we een mooi uitzicht over het hele restaurant. Ook zien we naast onze tafel ineens een soort kleine vitrine in de muur zitten, waarin stukken vlees hangen te rijpen. Als vegatariër voel je je hier wellicht niet helemaal thuis... Maar wij krijgen alleen maar meer zin in onze Grande Hamburger. Nog geen twee slokken wijn verder of het eten komt al naar onze tafel. Na een hap te hebben genomen van de sappige hamburger is het werkelijk genieten. Dat is pas een lekkere hamburger! En ‘grande’ is hij zeker, aangezien we moeite hebben om het in onze monden te laten passen. Ook de frie-
komen (toegang €1,-), kwamen de muziek en geuren van heerlijk eten ons al tegemoet. We wisten niet waar we als eerste moesten kijken, maar onze ogen werden ineens getrokken naar twee paarse mannetjes. Wat ze moesten voorstellen was ons niet helemaal duidelijk, maar dat de pakjes erg strak zaten wel! Na een leuke pose en een foto gingen we verder. Er stonden rijen met kraampjes opgesteld die allemaal weer wat anders moois of lekkers aanboden. Tafels vol mooie oorbellen, kettingen en armbanden, maar ook kleding en tassen werden er verkocht. Ook waren er vintage kraampjes, die vol met prachtige leren tassen stonden en een vrij divers aanbod qua kleding hadden. De vintageliefhebber kan hier dus heerlijk shoppen. Maar wees gerust, er is ook genoeg nieuwe kleding te koop! Van al dat geslenter krijg je natuurlijk trek. Dus wij vervolgden onze weg naar de eetkraampjes die een ruime keuze aan eten hadden: hamburgers, tosti’s, poffertjes, patat en hotdogs. Om de lunch vervolgens af te sluiten met één van de heerlijke toetjes. Van vers fruit en shakes tot een uitgebreide keuze aan brownies en taartjes: je vindt het hier allemaal. Je zult dus zeker niet van de honger omkomen op Swan Market.
ten en vers bereide truffel- en knoflookmayonaise zijn om te smullen. Ook is het in de tussentijd aardig druk geworden. Beneden staan de mensen in de rij voor een tafeltje. Als je daar niet op wilt wachten, is het ook mogelijk om aan de bar te eten. Toch hoeven de meeste mensen niet lang te wachten, aangezien de doorloop in het restaurantje erg snel gaat. In de tijd dat wij uitgebreid zitten te eten, hebben wij wel drie verschillende buren gehad. Na heerlijke hamburgers hebben we eigenlijk geen trek meer, maar toch worden we aangetrokken door de aankondiging op de deur van het damestoilet: ‘huisgemaakte chocolade brownie?!’ Weten de koks niet zeker of er wel chocolade in zit of is dat vraagteken daar per ongeluk neergezet? Nieuwsgierig als we zijn, bestellen we de brownie en drie heerlijke cappuccino’s en een latte macchiato (de gouden regel in de horeca is dat je hier niet in roert!). De brownie was prima en de koffie uitstekend. Die avond hebben we nog heerlijk nagenoten van ons maaltje in de Zondebok en Zwarte schaap. En we weten nu dat als we zin hebben in een goede hamburger, dat we dan een bezoekje moeten brengen aan Ter Marsch & Co.
Niet alleen de kraampjes en het eten is erg divers, ook het publiek op Swan Market is erg gevarieerd. Stelletjes, groepen vrienden, kinderen en ouderen lopen allemaal door elkaar rond over het festival. Dit is ook niet zo gek, want er is voor ieder wel wat wils. Voor de kleintjes een draaimolen, voor de vrouwen een overdaad aan kleding en voor de mannen een kraampje met allerlei soorten biertjes. Het shoppen, eten en genieten van het heerlijke weer gebeurt allemaal onder het genot van een groot aantal muziekbandjes. Een heerlijk sfeertje dus!
Swan Market
Bij aankomst bij het Museumpark stond er al een lange rij, maar dat mocht de pret niet drukken! Eenmaal binnen ge-
12
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
Lekker, gastvrij en gezellig. Dat zijn de eerste woorden die bij mij opkomen als ik terugdenk aan mijn lunch bij Mangiare. Ik had nog nooit eerder van het Italiaans restaurantje gehoord, maar op aanraden van mijn beste vriendin zijn we er samen gezellig gaan eten. Ze had geen woord te veel gezegd: bij binnenkomst werden we door de ober al hartelijk ontvangen in het knusse, maar ‘o zo gezellige’ restaurantje. Naast de gastvrijheid zorgde ook meteen het interieur voor een huiselijke sfeer. De robuuste houten tafels waren gedekt en mooi gedecoreerd met bloemen. In mijn ooghoek zag ik een echte Italiaanse espressomachine, zo eentje waar de bonen vers worden gemalen. Ook de open keuken – die gelijk fungeert als bar – paste mooi in het Italiaanse plaatje. Het leuke van zo’n open bar is natuurlijk ook dat je kunt zien hoe de koks je eten bereiden. Daarnaast vingen we op deze manier ook gelijk de woorden van de kok op, die luidden: “ik kook alles met liefde!” Dat is toch fijn om te horen. Ook grenst het restaurantje aan een kleine tuin waar je in de zomer heerlijk kunt genieten van de zon. Nu was het echter te koud om buiten te zitten, maar het uitzicht was in ieder geval prima! Nadat onze drankjes waren opgenomen, zette de ober een houten menukaart van wel één meter hoog (!) bij onze tafel neer. De keuze was snel gemaakt: een broodje tonijn en een broodje caprèse (de prijzen van de broodjes zijn overigens vanaf €5,95 per stuk). Daarna werd het één meter hoge menubord weer bij een andere tafel neergezet. Op zich een leuk idee, maar het lijkt me toch zeer onhandig.
Ter Marsch & Co is te vinden aan de Witte de Withstraat.
De vrouwelijke studenten zullen zeer waarschijnlijk al van dit festival hebben gehoord: Swan Market. Dit enorm populaire evenement is sinds december 2010 elke maand te bezoeken in het Museumpark en het trekt per editie zo’n ongeveer 6000 tot 8000 bezoekers . Van (vintage) kleding tot heerlijk eten, Swan Market heeft het allemaal. Na allerlei mooie verhalen wilde Credo graag zelf eens een kijkje nemen op dit cultuurevenement om de gezellige sfeer van Swan Market te proeven.
Mangiare
Het duurde niet lang of de lunch stond al voor onze neus. Het was heerlijk! Ook de biologische appelsap smaakte er prima bij. Na nog even heerlijk te hebben nagetafeld, was het daarna toch echt tijd om weer te gaan werken.
Wil je ook een keer de sfeer op Swan Market proeven? De volgende edities zijn op, 27 juli, 24 augustus, 20 & 21 september en 20 & 21 december 2014. Credo wenst je alvast veel plezier!
Met onze goed gevulde buikjes verlieten we het Italiaanse Mangiare. Hier kom ik zeker nog een keertje terug en hopelijk zit ik dan in het tuintje te genieten! Enthousiast geworden? Mangiare is gevestigd aan de Van Oldenbarneveltstraat. CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
13
Koffie, het ‘wondermiddel’ Thijs de Jong & Roos oldewarris
WETENSCHAP
Koffie, het ‘wondermiddel’ Een student die geen koffie lust is volgens mij net zo zeldzaam als het vinden van een klavertje met vier blaadjes. We leven erop. Maar behalve de stimulerende effecten is dit wondermiddel ook nog eens heel interessant. We nemen je mee door de geschiedenis van deze vreemde boon, we kijken naar het effect van cafeïne op ons lichaam en we kijken naar het effect van de merchandise Starbucks op onze levensstijl. De geschiedenis van Koffie Koffie is niet alleen een merkwaardige boon, de legende achter de ontdekking is nog veel curieuzer. De Ethiopische herder genaamd Kaldi schijnt de eerste te zijn geweest die koffiebonen heeft gekookt waardoor er een soort onbekende dikke drank tevoorschijn kwam. Hij kwam hierop doordat zijn geiten zich opgewonden begonnen te gedragen na het eten van bepaalde struikbessen. Ze begonnen te springen, lawaai te maken en ze wilde niet meer mee naar huis. Dit maakte de herder nieuwsgierig en hij begon de besjes te eten en daarna te koken. Ondanks de bittere smaak van de drank gaf het ook een gevoel van helderheid van geest en een energie alsof hij nooit meer moe zou worden. Bovenstaande is slechts een legende, eentje die moeilijk te controleren is op feiten. De algemene veronderstelling is namelijk dat Arabieren de eerste koffiedrinkers waren. Zij begonnen een soort brouwsel te maken van de bessen en de bladeren, dat Qahwa werd genoemd, het opwindende. Zo zou de profeet Mohammed, de stichter van de Islam, al ruime hoeveelheden qahwa gedronken hebben om wakker te kunnen blijven voor zijn nachtelijke gebeden. In de 15e eeuw maakte dit koffiebrouwsel al deel uit van het dagelijkse leven in de Arabische wereld. Europese ontdekkingsreizigers, die in koffiehuizen in het Midden-Oosten terechtkwamen aan het eind van de 15e eeuw, bevestigen dit. In deze koffiehuizen kon men gezellig samenkomen om nieuws, gedichten en verhalen uit te wisselen onder het genot van het verkwikkende drankje. De koffienaam mokka verwijst naar Mokka, een havenstad aan de Rode Zee vanwaar de koffie naar Egypte en Syrië werd getransporteerd en zo de eerste handelsplaats van koffie ontstond. Het eerste Europese koffiehuis zou in het zestiende-eeuwse Venetië zijn geopend. In 1616 maakte de Verenigde Oost-Indische Compagnie kennis met koffie. In eerste instantie was koffie niet zo interessant voor de VOC, maar vanaf 1660 werd de handel interessant omdat de vraag naar koffie steeg. Om aan deze vraag te voldoen vestigd ze een handelshuis in Mokka, waardoor de VOC uitgroeide tot de belangrijkste aanvoerlijn richting Europa. Echter, omdat de prijzen door de hoge vraag ook stegen, probeerden de Hollanders op een goedkopere manier aan de koffie te komen. Op het einde van de 17e eeuw smokkelden Nederlandse zeevaarders Coffea arabica van Mokka naar Java, waar deze plant goed bleek te groeien. De Nederlanders brachten ook koffie daarna naar Sri Lanka en Zuid-Amerika, waar de koffiecultuur van start ging in de 18e eeuw. Aldus verspreidde de productie zich snel over de meeste tropische gebieden. De Nederlanders waren naar verluidt de eerste handelaars die koffie op grote schaal naar Europa brachten. Amsterdam zou zodoende het eerste belangrijke internationale koffiehandelscentrum zijn geworden. Volgens sommigen gaat deze eer echter naar de grote concurrent in die tijd: Londen. In Nederland werd de exotische, en toen nog exclusieve, drank aan het einde van de 17e eeuw slechts door een handjevol mensen uit de gegoede burgerij gedronken. Vanaf begin 18e eeuw werd de drank steeds populairder en kwamen overal koffiehuizen op. Koffie werd steeds
14
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
goedkoper, zodat niet alleen de elite maar de hele bevolking koffie ging drinken. Vanaf 1750 werd het volksdrank nummer één (het verstootte bier van de eerste plaats) en die positie heeft koffie nog steeds. Effect van koffie Als Nederlander drinken we gemiddeld 150 liter koffie per jaar, dat zijn grofweg 2 kopjes per dag. Het succes van koffie is te verklaren door het middel cafeïne dat erin zit. Probeer maar eens een student te vinden die tijdens tentamenweek niet stuiterend door de zaal heen beweegt vanwege een kopje koffie teveel. Cafeïne kan je ook vinden in chocolade en theebladeren, bovendien wordt het vaak toegevoegd aan koolzuurhoudende dranken en zelfs aan medicijnen, zoals aspirines. Cafeïne stimuleert het centrale zenuwstelsel, doordat de bijnieren adrenaline beginnen te produceren. Dit zorgt ervoor dat de hartslag verhoogt, de pupillen vergroten en de spieren verstijven. Op hetzelfde moment komt glucose vrij waardoor je een energieboost krijgt. Cafeïne verhoogt ook de productie van dopamine, wat ons een geluksgevoel geeft. Kof-
fie werkt gemiddeld zo’n zes uur. Dit betekent dat als je om acht uur s’ avonds een kop drinkt met 200 mg cafeïne dat er dan om twee uur s’ nachts nog steeds 50 mg in je bloed zit. Een persoon is dan wel in staat om te slapen, maar het zal de kwaliteit van de slaap wel verminderen. Het grote voordeel van koffie drinken is dat je erdoor afvalt. Het verhoogt het energieverbruik en zorgt ervoor dat er sneller vetten in de bloedbaan worden gelanceerd. Dit betekent niet dat we nu met zijn allen alleen maar koffie moeten gaan drinken. Ik ben geen Sonja Bakker, maar dat lijkt mij geen gezond dieet. Toch is afvallen niet de reden waarom dit wondermiddel door veel studenten als water wordt gedronken. De reden hiervoor is dat cafeïne de concentratie verbetert, wat handig uitkomt als je nog 600 pagina’s moet doorkomen voor die deadline van morgen. Het grote risico wat hieraan verbonden zit, is dat koffie helaas wel verslavend kan zijn. Cafeïne maakt je namelijk psychisch afhankelijk. Iedereen die meer dan drie koppen koffie per dag drinkt en daar ineens mee stopt, zou de gevolgen moeten merken. Hoofdpijn en concentratieproblemen zijn de meest gebruikelijke klachten. Het zijn ontwenningsverschijnselen die meestal vijf tot tien dagen duren. Sommige mensen verkiezen cafeïnevrije koffie om wel de smaak van koffie maar niet de effecten van de cafeïne te hebben. Het doel van koffie drinken is dus ver te zoeken, maar zelfs in cafeïnevrije koffie, zit nog steeds cafeïne. Namelijk twee tot vier milligram, maar dat is veel minder dan de gemiddeld 85 milligram die in een normaal kopje zit. Dit is ook de reden dat we het eigenlijk cafeïne-arme koffie moeten noemen, het is namelijk niet mogelijk om alle cafeïne uit een koffieboon te ha-
len.
De macht van Starbucks is groter dan de koffie Starbucks domineert de koffiewereld al een aantal jaar. De koffieketen zal in alle waarschijnlijkheid haar dominantie in de komende jaren alleen maar zien groeien over de rest van de wereld. Wanneer zelfs de inheemse stammen van het Amazonegebied staan te popelen om een bakkie te kunnen doen bij de Starbucks, zal de dominantie over de gehele wereld een feit zijn. Starbucks creëert de behoefte waarop zij inspeelt. Steve Jobs gaf met Apple de mensheid de behoefte om voorheen nutteloze gadgets te zien als een essentieel onderdeel van het dagelijks leven. Starbucks bespeelt de mensheid op dezelfde manier als Apple. Beide kunnen zij iets creëren waarvan we niet wisten dat we het nodig hadden om er vervolgens voor te zorgen dat wij niet meer zonder kunnen. Wat dat ‘iets’ is, zullen we beschrijven. Starbucks verder en verschilt daarmee fundamenteel van andere bedrijven zoals Apple. Starbucks biedt niet alleen producten aan met een hoog hipster-gehalte, zij schept een bepaalde atmosfeer. De Starbuckszaken zijn niet alleen winkels waar je met het doel heen gaan om koffie te drinken. Nee, je komt er ook omdat het eenmaal een Starbucks is. De zaak met de atmosfeer, uniek aan Starbucks, is al genoeg om er heen te gaan. Deze “mogelijkheid tot verblijven” maakt het Starbucksfiliaal tot onderdeel van het derde leven. Naast de werk- of studiesfeer en de privésfeer, creëert een Starbucksfiliaal een “twilightzone”. Een twilightzone is een plek in de publieke ruimte waar men zich thuis voelt, ofwel een zone waar het privé en publieke domein in elkaar over lopen. Door veelal een huiselijke sfeer te creëren en een idee van luxe en identiteit te verspreiden, fungeert de Starbucks voor velen, zeker op onze universiteit, als een ‘tweede huis’. Een interessante vraag is in hoeverre mensen een ‘derde leven’ nodig hebben, want volgens sommigen is het zelfs een essentieel onderdeel van ons bestaan.
Roy Oldenburg noemt in zijn boek The Great Good een aantal kenmerken van dit ‘derde leven’. Wat zijn de voorwaarden voor een omgeving om als plaats voor het derde leven te dienen? Ze moeten het gemak dienen, uitnodigend zijn, iets serveren en stamgasten hebben. Starbucks voldoet uitstekend in al deze voorwaarden en is bijna het ideaalbeeld van omgeving voor het derde leven. Het derde leven is verschillend ten opzichte van de andere twee sferen omdat het een soort opvulling is van de vrije tijd. Geheel vrijwillig en vrijblijvend dat er geen sprake is van druk of planning. Starbucks is met het vervullen van deze kenmerken uniek en wereldleider in creëren van een omgevingen gericht op het derde leven. Zo goed vormt Starbucks een omgeving voor het derde leven, dat er overal ter wereld behoeftes naar het derde leven worden vervuld. Steeds meer en steeds kleinere Starbucks koffiezaken worden er geopend. Om overal een ruimte te creëren tussen werk en thuis. Doordat Starbucks een unieke atmosfeer kan aanbieden, geeft dit de koffie die wordt geschonken meer waarde. Dit alles is niet zomaar ontstaan. Howard Schultz, eigenaar en ideologisch
veranderaar, heeft specifiek deze weg gekozen. Zijn ideologie van Starbucks als verblijfplaats en niet alleen maar als koffieverkooppunt heeft de wereld veranderd. De belevenis en passie zien we terug in de vele vestigingen van het bedrijf. De romantisering van het koffiedrinken en daarmee gelijk het socializen via het medium koffie is de rode draad in de ideeën van Schultz. In onze eigen Starbucks op de campus spraken we een echte Starbucksganger en zelfbenoemd kenner Walter. Walter is internationaal IBA-student en laaiend enthousiast over Starbucks. Zijn beschrijving van Starbucks is apart maar vat misschien wel de kern van het idee achter Starbucks: ‘It’s a coffee hangout and if you don’t like coffe there’s tea. So everyone’s happy and fashionable with or without enjoying coffee.’. Eerlijkheidshalve geeft onze Starbucks-fan toe dat hij ook een beetje met de ‘crowd’ mee wilt waaien maar zo erg lijkt hij het niet te vinden. Wie een beetje raar opkijkt van Walter zijn reactie zal toch echt moeten wennen aan de Starbucks mentaliteit. Zo luidt de beschrijving van de Starbucks op onze EUR website als volgt:
“Wereldse koffie op een campus van wereldformaat Het is maar een kort moment - gewoon een hand die over de toonbank een andere uitgestoken hand een beker aanreikt. Maar er is een connectie. Wij van Starbucks zorgen dat alles wat we doen in het teken staat van die verbinding - van ons streven naar koffie van de beste kwaliteit ter wereld tot de manier waarop we ons samen met onze klanten en omgeving inzetten voor verantwoord zaken doen. Vanaf het begin, met één vestiging bijna 40 jaar geleden, hebben we overal waar we zijn geweest en bij alles wat we aanraken, geprobeerd het wat beter te maken dan we het aantroffen.” Hoe zoetsappig het ook allemaal klinkt Starbucks zal de komende jaren een huiskamer leveren waar toevallig ook nog eens een kopje koffie kan worden gedronken.
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
15
Sociologische Berlijnreis
Erasmus Charity Run
Eindfeest in Toffler
Eindfeest in Toffler
Sociologische Berlijnreis
Wie is de Mol
Kij k voor meer foto’s op Cedonull i.n l Studiereis Boekarest
Almanakpresentatie
Best uurspresentatie borrel
Lust rumcongre s; Leve de verschillen
Erasmus Charity Run 16
CREDO MAGAZINE // augustus 2014
Lustrumcongres; Leve de verschillen
Studiereis Boekarest
Cedo’s P party
Eindfee st in Toffler
Erasmu s Charity Run
CREDO MAGAZINE // augustus 2014
17
De wetenschap achter muziek Roos oldewarris & Nadine de Geus
WETENSCHAP
De wetenschap achter muziek... Iedereen houdt van muziek. Wie heeft er nou nooit een traantje weg gepinkt bij een droevig deuntje of is helemaal in extase geraakt door een opzwepende melodie? Hoe kan het dat ondanks het feit dat de mens geen muziek nodig heeft om te overleven, muziek toch van alle culturen en tijden is? Wetenschappers doen al jaren onderzoek naar het effect dat muziek heeft op ons brein en hoe muziek emoties oproept. Wie had dat gedacht: het feit dat dat ene lekkere nummertje ons in gedachte terugvoert naar die ene vakantie of geliefde, ooit nog wetenschappelijk interessant zou zijn! Daarnaast is muziek ook altijd een belangrijk communicatiemiddel geweest en kan het daarom ingezet worden om mensen te manipuleren. Supermarkten bijvoorbeeld zetten muziek tactisch in om het koopgedrag van klanten te beïnvloeden. In dit artikel gaat de Credo op zoek naar de wetenschap achter de muziek.
Muziek en hersenen
Wat doet muziek met ons brein? Onze hersenen vertonen hoge hersenactiviteit zowel tijdens het actief maken van muziek als tijdens het passief luisteren naar muziek. Er bestaat niet zoiets als een
18
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
muziekknobbel, want muziek luisteren doe je met heel je brein. Wanneer mensen naar hun lievelingsmuziek luisteren, maken ze dopamine aan. Muziek hoort dus samen met seks en eten thuis in het rijtje van natuurlijke drugs voor geluk. Het opzwepende tempo van muziek kan er tevens voor zorgen dat we pijn en vermoeidheid tijdens zware sportieve inspanning als minder erg ervaren, omdat het zogenaamde arousalniveau van de zenuwen stijgt. Uit onderzoek blijkt dat het maken van muziek een positief effect heeft op het gebied in de hersenen die beide hersenhelften met elkaar verbindt – het corpus callosum – waardoor emotie en gedrag beter op elkaar afgestemd raken. Muziek heeft dus een positief effect op sociale cognitie. Ook heeft het maken van muziek een positief effect op de verbintenis tussen verschillende taalgebieden – namelijk de zones in de hersenen waar de productie en het begrip van taal zich bevinden. De neurale circuits in de hersenen die geprikkeld worden door muziek en waardoor bepaalde emotie opgeroepen wordt, liggen heel dicht bij de motorische gebieden. Hierdoor doet muziek die emotie oproept ons automatisch meebewegen of ons lichaam letterlijk trillen. Muziek en emotie, hoe verhouden die twee zich nou precies tot elkaar?
Muziek en emotie
Het menselijk brein maakt dus onder invloed van muziekklanken dopamine aan waardoor gevoelens van genot kunnen ontstaan bij het beluisteren van muziek. Dit genotsstofje komt vaak al 15 seconden voorafgaand aan een muzikaal hoogtepunt vrij, een zogenaamd ‘kippenvelmoment’ waarbij de noten van de muziek een bepaalde emotie oproepen. Dit noemt men ook wel ‘inductie’, een emotionele reactie op muziek. Daarnaast kunnen mensen emotie herkennen in muziek, dit noemt men ‘perceptie’. Je past jouw keuze voor een bepaald muziekgenre meestal aan aan hoe je je op dat moment voelt. Ben je blij? Dan
luister je liever vrolijke muziek. Ben je verdrietig? Dan heeft droevige muziek de voorkeur. De muziek ‘voelt’ op zo’n moment met je mee. Sommige liedjes drukken zo goed uit wat jij voelt op een bepaald moment dat het een steun voor je kan zijn. De mens beschouwt en accepteert muziek als een middel om emoties te uiten. Hoe vaak komt het niet voor dat we fluiten, neuriën of mee trommelen op de muziek? Dergelijke uitingen geven aan in welke stemming we zijn. Bepaalde liedjes doen ons ook vaak terugdenken aan een periode of gebeurtenis in het leven. Meestal voert de muziek ons dan terug naar een gelukkig moment in het verleden. Zo kan een liedje je doen herinneren aan een leuke vakantie of, zoals bij veel ouderen, aan de jeugd. Dit kan gevoelens van geluk en nostalgie opwekken. Maar ook negatieve emoties kan het menselijk brein koppelen aan muziek. Als je dezelfde muziek bijvoorbeeld vaak bij dezelfde vervelende activiteit hoort, dan associeer je deze muziek onbewust met deze activiteit. Denk maar aan het liedje dat ingesteld staat als jouw wekkerfunctie. Na een bepaalde tijd blijft deze muziek je herinneren aan het wakker worden en dit kan een ontstemd gevoel geven. Mensen geven aan muziek dus een persoonlijke betekenis. Door de grote invloed van muziek op onze emoties wordt muziek soms ook gebruikt bij het behandelen van lichamelijke en geestelijke stoornissen. Dit noemt men muziektherapie. Er zijn twee manieren om deze therapie te gebruiken: de actieve techniek, waarbij men zelf muziek maakt, en de receptieve methode, waarbij er naar muziek wordt geluisterd. Muziektherapeuten gebruiken muziek op drie manieren. Ten eerste als ‘sleutel’. Muziek is dan de sleutel tot herinneringen en roept bepaalde situaties op. Liedjes die negatieve herinneringen oproepen, worden bijvoorbeeld gebruikt om traumatische ervaringen te verwerken. De muziek
maakt emoties los bij de patiënt, zodat hierover kan worden gepraat. Ten tweede is muziek ‘inherent’, omdat het automatisch wordt gekoppeld aan een bepaalde stemming. Aan bepaalde muziekstukken worden emoties toegewezen. Op deze manier kunnen de gevoelens van patiënten worden onderzocht. Als laatste wordt ‘interactie’ door middel van muziek onderscheiden. Het gaat hierbij om samen muziek maken. Want als de patiënt dit kan, kan hij ook naar anderen luisteren, samenwerken en op een andere persoon inspelen. Deze vorm van muziektherapie wordt daarom vaak gebruikt bij mensen die moeilijk verbaal contact kunnen leggen met andere mensen. Maar muziek heeft naast deze therapeutische functie ook een sociale functie, omdat muziek een band schept tussen mensen. Personen die van dezelfde muziek houden, voelen zich vaak snel verbonden met elkaar. Daarnaast vormt onze muzikale voorkeur onze sociale identificatie – ons idee van wie wij zijn. Deze voorkeuren kunnen wel vooroordelen oproepen. Zo worden liefhebbers van klassieke muziek vaak gezien als creatieve geesten met veel zelfvertrouwen, omdat de muziek technisch ingewikkeld in elkaar zit. Country-muzikanten staan bekend als harde werkers, in tegenstelling tot reggae-fans, die het rustig aan doen en daarbij prima in hun vel zitten. Of deze clichés kloppen voor elke fan valt natuurlijk te betwijfelen.
Muziek en manipulatie
Een hele andere benadering van muziek, is om het te zien als communicatiesysteem. Muziek is altijd een belangrijk communicatiemiddel geweest om kennis en gebruiken over te dragen, bijvoorbeeld tijdens ceremonies. Of denk aan de functie van volksliederen, die vorm geven aan de nationale ideologische identiteit. Sociale wetenschappers die de sociale kant van muziek benadrukken, bekritiseren het idee dat de ervaring van muziek slechts een reactie in onze hersenen is, want persoonlijke ervaring en culturele achtergrond spelen hierin ook een belangrijke rol. Anders gezegd, hoe mensen muziek ervaren is mede afhankelijk van de context.
Dit brengt ook ter attentie dat muziek gebruikt kan worden als manipulatie-instrument. Het is oud nieuws dat supermarkten en winkels spelen met deze kennis, ondanks dat het wetenschappelijke onderzoek niet eenduidig is. Algemeen aanvaard is dat het tempo en volume van muziek in supermarkten invloed heeft op winkelgedrag van consumenten. Uptempo muziek zorgt ervoor dat consumenten minder tijd doorbrengen in de winkel, en tegelijkertijd ook minder geld uit geven. Ook op de werkplek speelt muziek een belangrijke rol. Meer opzwepende muziek heeft als gevolg dat mensen zich minder goed kunnen concentreren op andere taken. Echter, er is geen sprake van een één op één relatie, want motivatie speelt ook een belangrijke rol. Tijdens het uitvoeren van een saaie taak heeft opzwepende muziek juist een positief effect. Dit is meermaals onderzocht in fabrieken na de Tweede Wereldoorlog: arbeiders ervoeren de herhaling van de handelingen als minder tergend wanneer opzwepende muziek op de achtergrond klonk. Ook het soort muziek heeft invloed op het gedrag van mensen, zeker wanneer deze ‘past’ bij het imago of het type winkel. Bijvoorbeeld het afspelen van klassieke muziek in een wijnwinkel, heeft als effect dat mensen meer geld uitgeven aan wijn dan wanneer er top 40 gespeeld wordt. Het soort muziek dat in een restaurant op de achtergrond speelt, beïnvloedt het beeld dat gasten hebben van het imago van het restaurant. Winkels kunnen muziek dus gebruiken als instrument om zich te onderscheiden van concurrenten, zeker wanneer dezelfde producten verkocht worden als in andere winkels.
altijd mogelijk is door het bestaan van persoonlijke variatie aan muzikale voorkeur en het belang van context.
Wetenschap of emotie?
Concluderend kunnen we dus vaststellen dat muziek veel invloed op onze hersenen en emoties uitoefent. Muziek verhoogt onze hersenactiviteit en zorgt dat er dopamine vrijkomt in onze hersenen. Hierdoor worden emotie en gedrag goed op elkaar afgestemd en dit heeft een positief effect op de sociale cognitie. Mensen koppelen muziek aan persoonlijke gebeurtenissen waardoor men muziek gebruikt om emoties te uiten. Door de wetenschap dat muziek zo’n grote invloed kan hebben op onze emoties, kan hier vanuit verschillende kanten op worden ingespeeld. Zo kan muziektherapie patiënten helpen om bijvoorbeeld trauma’s te verwerken of verbaal contact te verbeteren. Daarnaast is muziek ook een communicatiemiddel dat bedrijven in kunnen zetten om ons gedrag te manipuleren. Of deze ontwikkeling positief is, is zeer de vraag. Het staat in ieder geval vast dat muziek niet is weg te denken uit ons dagelijks leven. Het geeft ons een goed gevoel en kan ons verbinden. Dus hoe wetenschappelijk we muziek ook bekijken, de emoties die we door muziek voelen zijn toch het allerbelangrijkste. Meer weten? Kijk de colleges van prof. dr. Erik Scherder op www.universiteitvannederland.nl of lees het boek Music and Manipulation: on the social uses and social control of music van Brown en Volgsten.
Muziek brengt associaties op gang. Een grappig voorbeeld is dat uit onderzoek naar de televisiereclames van shampoo is gebleken dat het afspelen van bijvoorbeeld het nummer “you make me feel like a natural women”, een positief effect had op hoe klanten de shampoo ervaren. Ook heeft muziek invloed op onze perceptie van tijd. Het feit dat wachtmuziekjes aan de telefoon echter vaak als een bron van ergernis worden ervaren, bewijst dat de toepassing van muziek in de commerciële sector niet
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
19
Superfoods to the rescue Karlijn schipper
WETENSCHAP
Superfoods ‘to the rescue’! Gezond eten is net zo grillig als mode. De nieuwe hype die tegenwoordig de schappen van de winkels vult en waarmee we in de media doodgegooid worden zijn superfoods. Quinoa, tarwegras, chiazaden, macapoeder, gojibessen en andere producten met exotische namen. Superfoods zijn voedingsmiddelen die een positief effect hebben op ons lichaam. Sinds 2007 heeft de Europese Unie de marketing van dit soort producten onder de naam superfoods verboden, tenzij de claims die gemaakt worden gebaseerd zijn op wetenschappelijk bewijs. Eén op de tien Nederlanders eet wel eens superfoods en de winkels die de producten verkopen zien hun omzet groeien. De populariteit van deze producten groeit, maar hoe super zijn deze superfoods eigenlijk? Hoe gezond zijn deze producten nou echt? Een zoektocht op internet leidt je regelrecht in een doolhof van voor- en tegenargumenten. CREDO biedt hulp! Sociologiestudent Carlo – die ondertussen EUR-superfood-symbool is door zijn interview in EM – vertelt hoe hij aan superfoods begonnen is. “Maca poeder was mijn eerste superfood. Vanwege het hardlopen en op aanraden van mijn moeder die het ontdekt had bij de Tuinen ben ik het gaan proberen. Maca geeft energie, verbetert de weerstand en verhoogt het uithoudingsvermogen. Dit leek in eerste instantie te mooi om waar te zijn, maar ik merk het verschil wanneer ik hardloop met of zonder maca nog steeds elke week. Toen ben ik een beetje verder gaan kijken omdat mijn interesse was gewekt. Dagelijks ontbijt ik nu met bijenpollen in havermout en thee met camu camu poeder. Tussendoor eet ik soms een eetlepel hennepzaadjes. En elke avond een bakje magere yoghurt met honing (ook een superfood), incabessen en cacao. Ik zou zelf niet meer zonder superfoods willen!” Martijn, een Nederlandse student die verhuisd is naar Portugal om daar door middel van permacultuur een zelfvoorzienend bestaan op te bouwen, is dol op superfood. Hij vertelt: “Er wordt tegenwoordig zoveel troep verkocht onder het label voedsel en als gevolg daarvan zijn wij als mensen nog nooit zo ongezond geweest als vandaag de dag. Een logisch gevolg daarvan is dat een steeds groter wordende groep mensen op zoek is naar voeding, die wel biedt wat je (dagelijks) nodig hebt. Hier springen de producenten marketeers van de zogenaamde “superfoods” slim op in. Om chia zaden maar even als voorbeeld te nemen: in 2010/2011 was de vraag naar deze zaadjes zo immens groot dat alle groothandelaren letterlijk uitverkocht waren. Meer vraag dan aanbod betekent natuurlijk hogere prijzen. Dit doet natuurlijk niks af aan de kwaliteiten die chia zaden bieden. Chia zaden bevatten veel aminozuren, veel essentiële vetzuren waaronder een hoop omega3 en daarnaast ook veel mineralen en vitaminen.” Carlo vertelt dat hij de hype rondom superfoods overdreven vindt: “Maar positief eraan is de hernieuwde aandacht voor bewust eten en weten wat bepaalde voeding met je lichaam doet.” Hij sluit zich aan bij Martijn, want: “Veel mensen in het westen krijgen te veel zout en suikers binnen, en te weinig groenten. Het is nooit verkeerd om de etiketten te bestuderen als je daardoor gezonder en lekkerder in je vel zit!”. Welke producten precies onder superfoods vallen, is onduidelijk. Martijn vertelt dat zijn definitie van superfood net iets breder is: “Ik zie al het biologisch geteelde groente en fruit eigenlijk als superfood, zoals bijvoorbeeld granaatappel. Bij fruit is het echter wel héél belangrijk dat het rijp geplukt wordt en niet veel te vroeg zoals eigenlijk bij al het fruit in de winkel gebeurt. Fruit dient aan de boom te blijven hangen tot het volledig rijp is zodat het zich optimaal kan ontwikkelen”.
20
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
Ondanks de hoge concentratie mineralen, vitamines en andere gezonde bestanddelen die bepaalde superfoods bevatten, zijn sommige voedingsdeskundigen sceptisch over deze ‘wondermiddelen’. De tegenstanders zijn kritisch om een aantal redenen. Het voedingscentrum meent bijvoorbeeld dat de claims die superfood-aanhangers maken, helemaal niet wetenschappelijk onderbouwd zijn. Martijn Katan, hoogleraraar Voedingsleer wijst op de marketing achter de hele superfoods: “Superfood staat gelijk aan superwinst, daar zitten bedrijven achter die dit op de markt brengen. Het is dus gewoon marketing.” Volgens Katan zitten er zeker gezonde stoffen in superfoods, maar die stoffen zitten ook in broccoli, boerenkool en andere groenten en fruit. Veel van de tegenstanders gebruiken dit argument: zo uniek zijn deze superfoods nou ook weer niet! De tegenstanders stellen superfoods in kwaad daglicht volgens Carlo: “Onterecht. Superfoods kunnen een goede aanvulling zijn op je voedingspatroon. Ze voegen meer natuurlijke vitaminen, mineralen, aminozuren en andere voedingsstoffen toe. De concentraties van gezonde voedingsstoffen in superfoods zijn heel hoog. Tarwegrassap bevat bijvoorbeeld 90% van alle vitaminen en mineralen die je dagelijks nodig hebt. En dat in een klein glaasje!”. Dat de claims niet wetenschappelijk onderbouwd zou zijn, betekent weinig voor Carlo: “De onderzoeken die gedaan worden naar superfoods zijn vaak kleinschalig en daarom niet generaliseerbaar. Superfoods zijn producten uit de natuur – onbewerkt en onverhit. Echt schadelijk voor je gezondheid lijkt me daarom sowieso uitgesloten! Er is veel kritiek op de onbewezen effecten, maar als ik zelf merk dat bijvoorbeeld acne verdwijnt, ik meer concentratie heb en nauwelijks nog vermoeid ben, is dat voor mij bewijs genoeg!”. Het argument van de tegenstanders dat de superfoods niet super uniek zijn en de gezonde bestanddelen ook in ‘gewone’ groente en fruit zitten, wordt door de student Martijn niet ontkent. Hij nuanceert de stelling door aan te kaarten dat superfoods inderdaad misschien niet een noodzakelijke aanvulling zijn op je dieet op het moment dat je al heel gevarieerd eet. Maar dat is volgens Martijn in Nederland niet mogelijk: “Het aanbod groente en fruit is vrij beperkt in een land als Nederland. Daar komt nog eens bij dat het merendeel van de hedendaagse gewassen geteeld wordt op compleet uitgeputte akkers die enkel worden aangevuld met NPK-meststoffen, terwijl planten meer dan 80 verschillende mineralen en sporenelementen kunnen opnemen. Veel van de superfoods komen uit regio’s die niet zijn leeggeroofd van alle grondstoffen door veel te intensieve akkerbouw. Alleen is de prijs vaak veel te hoog. Hennepzaden, bijvoorbeeld, zouden niet meer mogen kosten dan een pak rijst als je het mij vraagt. Het groeit ontzettend snel en heeft geen pesticiden nodig.”. Superfoods zijn superduur, omdat de producten vanaf de andere
kanten van de wereld vervoerd moeten worden. In een artikel van de Volkskrant stond onlangs dat de boeren in Peru en Bolivia – waar
het gewas Quinoa oorspronkelijk vandaan komt – de vraag naar het product niet aankunnen. Het voorbeeld van Quinoa laat volgens Carlo inderdaad de keerzijde zien van de zogenaamde ‘verantwoorde’ producten. Kleine boeren verkopen hun Quinoa tegen lokale prijzen, terwijl de tussenhandelaren vervolgens grote winsten maken door het product te verkopen aan de VS en Europa. Door de exponentiële toename van de exportcijfers en een grotere vraag naar het product dan er aanbod is, stijgt de prijs van Quinoa. Hierdoor zien inwoners in Peru de Quinoa op de lokale markt onbetaalbaar worden. De vraag is dan ook in hoeverre de productie in handen zal blijven van deze kleine boeren, die nu nog profiteren van de populariteit van het gewas. Ook menen sommigen dat de Peruaanse en Boliviaanse bevolking lijdt onder de populariteit, omdat het product daar ook onbetaalbaar wordt; en het is voordeliger het te verkopen dan het zelf op te eten.
Elke student herkent het: hard aan het studeren voor tentamens, deadlines halen voor schriftelijke opdrachten en tussendoor nog genieten van het studentenleven. Maar heb je al wel eens nagedacht over wat je na je studie wilt gaan doen? Weinig studenten zullen zeggen: “Ik ga het onderzoek in.” Maar weten wij eigenlijk wel wat een onderzoeker precies doet? Credo denkt dat velen van jullie dat nog niet weten en daarom nemen wij elke editie een kijkje achter de schermen van de EUR door het gesprek aan te gaan met een onderzoeker. Voor deze editie sprak ik met dr. Samira van Bohemen, cultuur socioloog aan de Erasmus Universiteit die nu haar eerste onderzoek aan het afronden is. Hoe bent u onderzoekster geworden? “Dat is net als voor iedereen een lang verhaal denk ik. Ik heb sociologie gestudeerd aan de Erasmus Universiteit. In het begin wist ik nog niet zo goed wat ik wilde vanwege mijn brede interesse. Ik vond zowel politicologie, filosofie als psychologie interessant en dit vond ik allemaal terug in sociologie. In het tweede jaar hadden we een blok ‘leeronderzoek’ en toen ben ik erachter gekomen dat ik onderzoekster wilde worden. Mijn huisgenoot destijds was promotieonderzoeker en zij heeft me advies gegeven over hoe ik te werk moest gaan. Ik heb er hard voor gewerkt en was sinds mijn tweede jaar al student assistent bij onder andere Dik Houtman en Peter Achterberg. Na mijn bachelor ben ik een research master gaan doen, die nu overigens de hoogst aangeschreven research master is van sociologie. Daarna ben ik gepromoveerd aan de Erasmus en kon ik gaan beginnen aan mijn huidige onderzoek.” Wat houdt uw onderzoek in en hoe bent u op het onderwerp gekomen? “De meeste mensen die promoveren zitten op projecten die zijn geschreven door hoogleraren. Bij deze onderzoeken staat het onderwerp al vast, omdat het wordt gefinancierd. Ik had wat meer geluk, want toen ik ging promoveren, hebben ze echt een plek gecreëerd voor mij. Ik mocht daardoor mijn eigen on-
Hoe komen we uit dit doolhof? De superfood-sceptici hebben natuurlijk een punt. Zij wijzen op het feit dat de wonderlijke werking van deze producten nog niet wetenschappelijk onderbouwd is, de marketingmachine die erachter zit en op het feit dat superfoods niet zo uniek zijn. Carlo en Martijn zullen deze argumenten niet ontkrachten, maar wijzen op de slechte kwaliteit van ons voedsel en de ongezonde voedselpatronen van de meeste Nederlanders. Zij menen beiden op basis van hun persoonlijke ervaring dat Superfoods een welkome aanvulling zijn op een eenzijdig dieet. We moeten kritisch blijven op het hele marketingsysteem en de effecten die deze hype heeft aan de andere kant van de wereld. Carlo zegt hierover: “Het is slecht dat wij hoge prijzen betalen die vervolgens niet naar de boeren gaan die deze gewassen verbouwen, het is echter wel goed dat deze producten een plek krijgen in ons voedingspatroon!” Carlo meent dat wat geldt voor alcohol, ook voor superfood geldt: consumeer met mate!
Onderzoek FSW derwerp kiezen. Bij mijn research master heb ik vijf onderzoeksvoorstellen goed afgerond en daaruit het volgende onderwerp gekozen: “Red Hat Society”. Vooral omdat mensen het toch zien als een nogal triviaal onderwerp: vrouwen die met rode hoeden en paarse kleding samen allerlei activiteiten ondernemen zien mensen niet als sociologisch relevant. Maar ik vond juist dat je daar toch veel uit kon halen en dat zag ik als een uitdaging voor mezelf. De Red Hat Society (RHS) is een internationaal vrijetijdsnetwerk van vrouwen boven de vijftig die rode hoeden en paarse kleding dragen. Samen gaan ze op stap en doen ze allerlei activiteiten, zoals: uit eten gaan en naar de bioscoop, maar ook gaan ze samen op cruise of paraderen ze door de stad. De Red Hat Society heeft een soort leeftijdslimiet, want als je namelijk onder de vijftig bent, moet je een roze hoed op en lavendelkleurige kleren dragen. Waar ik vooral op inga in mijn onderzoek is de mate waarin deze vrouwen allerlei gedachtes die wij hebben over vrouwen van middelbare leeftijd problematiseren. De gedachte dat als je ouder bent je dan geen lol meer kan hebben en alleen maar thuis achter de geraniums moet gaan zitten, geldt zeker niet voor deze society. De vrouwen van de Red Hat Society laten namelijk publiekelijk zien dat ze nog ontzettend veel lol hebben. Wat ze ook doen is dat ze de zorgende rol van vrouwen problematiseren. Dus dat een vrouw zichzelf niet altijd weg hoeft te cijferen om voor anderen te zorgen.” Op wat voor manier gaat u te werk in uw onderzoek? “Ik heb een jaar lang diepte-interviews gehouden met de vrouwen van de RHS en ik ben meegegaan naar verschillende activiteiten die ze georganiseerd hadden. Zo ben ik bijvoorbeeld op een zeven daagse cruise meegegaan naar het Noorse Florida waarbij er tweehonderd rode hoeden vrouwen met hun gezin op zo’n boot zitten. Het onderzoek naar die vrouwen heb ik nu afgerond en ik ben nu aan mijn derde empirische hoofdstuk
bezig hierover. Wel wil ik nog een hoofdstuk over hoe de Red Hat Society wordt ontvangen door bijvoorbeeld mannen en de media. En hoe zij de betekenis ontvangen die die vrouwen afgeven, namelijk dat het leven niet stopt voor vrouwen na hun 50ste levensjaar. Bent u nog interessante of schokkende verhalen tegengekomen? Eén van de dingen die ik niet had verwacht in mijn onderzoek is dat er intern een soort onderscheiding plaatsvindt van twee groepen. Aan de ene kant heb je een hele expressieve groep die echt hun eigen kleren maakt en zo gek mogelijk probeert te doen, terwijl je aan de andere kan juist een meer chique groep hebt. Zo ontstaat er een soort klasse onderscheiding binnen de RHS.” Zijn er nog onderzoeken die u in de toekomst graag zou willen doen? “Als ik hiermee klaar ben, wat hopelijk het geval is binnen een maand of zes, dan wil ik gaan werken aan een groot project dat hierop voortbouwt. Mijn onderzoek gaat nu ook over een soort spel als een politiek middel. Deze vrouwen zijn doelbewust een politiek aan het bedrijven, maar uiteindelijk zit aan dat spelen van die vrouwen wel allerlei serieuze elementen die het denken over de middelbare vrouw in twijfel trekt. Ik zou graag hierop willen doorgaan met een grootschalig project over feministisch protest en dan wil ik vooral ingaan op het spel in feministische protesten door de jaren heen. Ik zou graag onderzoek willen doen naar de manier waarop feministische bewegingen het spel en hun lichaam gebruiken in hun protest.” CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
21
CEDO NULLI
Markus
Hester
Pim
Niek t r e b b o R Lucia
Maak kennis met het 30e bestuur!
Een brakke brunch met het aankomende bestuur van Cedo Nulli Het is een mooie en zonnige donderdagochtend en de CREDO redactie zit gewapend met opnameapparatuur, opschrijfboekjes, croissantjes, liters jus en een heleboel spannende vragen te wachten op het aankomende bestuur, die de avond tevoren hun bestuurspresentatie hebben gehad en naar verluidt tot sluitingstijd in de Skihut hebben gestaan. Pim – die als enige netjes op tijd is – ziet er nog fris en fruitig uit na de presentatieborrel de woensdagavond ervoor. Daarna komt Robbert binnen, die op onze vraag ‘hoe gaat het?’ met een lang gezicht antwoordt: “Het is wel eens beter gegaan”. Hester en Lucia zijn de volgende die de kamer binnenkomen en naar eigen zeggen moesten ontwaken uit een coma. Een half uur later is het Niek en weer een kwartier later Markus die beiden met bleke gezichten het zaaltje binnenlopen. De nieuwe bestuursleden vragen ons met goede moed of het multiple choice vragen zijn, maar wij moeten ze helaas teleurstellen. Zo gemakkelijk komen ze hier niet van af! De CREDO heeft zelf vragen voorbereid en daarnaast ook leuke vragen verzameld bij de aanwezige leden op de presentatieborrel. In dit verslag leren jullie het nieuwe bestuur kennen. Maar of de heren en dames tijdens de Brakke Brunch op hun best zijn, zal nog moeten blijken! Een interview met een bestuur dat nog niet eens officieel is geïnstalleerd, is natuurlijk gehuld in mysterie en geheimzinnigheid, want zoveel mogen en kunnen zij nog niet prijsgeven. Op de vraag wat ze radicaal anders gaan doen dan dit huidige bestuur antwoorden ze dan ook dat ze niet veel kunnen vertellen, maar dat bepaalde tradities
22
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
die zij niet meer van deze tijd vinden zullen verdwijnen en er nieuwe tradities voor in de plaats komen. Ook willen zij de reis op de goede datum boeken, een goede jaarplanning maken zodat de activiteiten meer door het jaar verspreid zijn, een gezonde financiële huishouding doen en tevens als bestuur een actieve houding hebben bij activiteiten. Niek zegt dat hij van zijn bestuursleden verwacht dat ze bij zoveel mogelijk activiteiten aanwezig zijn: “Al is het van pedagogische wetenschappen, wat je als bestuurskundige misschien totaal niet interesseert, het is wel onderdeel van je vereniging!” Een belangrijk sleutelwoord dat de aanstaande bestuursleden meermaals in de mond nemen is dan ook professionalisering. Op de vraag wat ze hieronder verstaan antwoord Niek: “Dat betekent dat je als vereniging in alle aspecten vakkundigheid uitstraalt. Bijvoorbeeld dat je als bestuurslid netjes een pak aan hebt en niet in je yogapants op de kamer zit. Het betekent ook dat wanneer je problemen tegenkomt dat deze professioneel en netjes opgelost worden en dat niet altijd direct de snelste, goedkoopste of makkelijkste oplossing gekozen wordt. ´Professionalisering´ betekent ook dat je meer dingen aanbiedt dan alleen gezelligheid”. Ook voor Markus is professionalisering een belangrijk speerpunt: “Het gaat bij Cedo wat betreft acquisitie heel erg met pieken en dalen. Er wordt te weinig kennis vastgelegd en daarom moet elke extern het wiel opnieuw uitvinden. Hier willen we een stabielere lijn in brengen. Dat wordt een beetje mijn kindje aankomend jaar, om iets op te zetten waar volgende externen op voort kunnen bouwen”. De aankomende bestuursleden willen meteen vanaf dag één al vol gas geven zodat ze een grote instroom aan nieuwe leden krijgen. Daar-
naast willen ze het pakket aan activiteiten dat Cedo aanbiedt enorm gaan uitbreiden, ze hebben naar eigen zeggen grootse plannen, maar een tipje van de sluiter willen ze nog niet oplichten. Met hun nieuwe activiteiten hopen ze een breder publiek aan te kunnen spreken dan de afgelopen jaren. “Cedo is er immers voor alle FSW studenten en niet alleen voor een select gezelschap”, aldus Robbert. De aankomende bestuursleden zijn naar eigen zeggen sociale types die allemaal veel mensen binnen hun eigen studie en daarbuiten kennen. Deze contacten zullen ze inzetten om meer mensen te betrekken bij de vereniging. Vanuit de redactie vonden wij het een goed idee om het aankomend bestuur de kans te geven om alvast de wat serieuzere vraagstukken van komend jaar toe te lichten. Een belangrijk onderdeel van de plannen voor volgend jaar is de internationalisering van de faculteit. Door de komst van een internationale bachelor psychologie zullen er opeens veel internationale studenten aan de FSW gaan studeren. Om de vereniging ook voor hen toegankelijk te maken zullen activiteiten en vergaderingen dus ook in het Engels gehouden worden. De minder vloeiend Engels sprekende studenten kunnen hun hart echter gerust ophalen want Niek merkt op dat er vooral ‘steenkolen Engels’ zal worden gesproken en dat we ook de oer-Hollandse studenten niet uit het ook zullen verliezen. Kortom, de laagdrempeligheid van de vereniging zal in stand worden gehouden. Over de carrièremogelijkheden is het bestuur duidelijk. Er zullen voor de carrièregerichte student meer mogelijkheden komen om te kunnen werken aan hun netwerk en hun toekomst. Voor de excellerende studenten onder ons zal ook een apart programma komen om beter in con-
Maak kennis met het 30e bestuur Karlijn Schipper & thijs de jong
tact te kunnen komen met het bedrijfsleven. Ze zouden graag meer willen vertellen, maar geven aan dat de details nog even geheim moeten blijven. Het beleidsplan is nog niet volledig af en eventuele wijzigingen zouden verwarrend kunnen zijn. Zoals Niek zegt: ”Vooralsnog GEHEIM.” Los van deze inhoudelijke vragen en opmerkingen waren er een heleboel lichte en luchtige vragen waar het bestuur op deze brakke ochtend veel beter mee uit de voeten kon. Ze verzekerden ons dat we ze maar niet te serieus moesten nemen, want normaal zijn ze een stuk minder brak en komen ze echt wel beter over. Laten we hopen. De volgende citaten zijn een greep uit de antwoorden op de vragen die gesteld zijn door een handvol Cedo-leden:
Als kleine opwarmoefening krijgen alle kersverse bestuursleden een vragenlijst voor hun neus. Ondanks dat de vragen kort en makkelijk waren, mochten deze verzachtende omstandigheden niet baten: de vragen werden in opperste concentratie beantwoord alsof het een herkansing statistiek was! Hierbij presenteren we jullie het (mogelijke) komende bestuur;
Niek
Voorzitter
Niek, bij een bestuursjaar horen ook een hoop borrels. hoe ga je een heel jaar alcohol drinken volhouden?
Niek omschrijft zichzelf als filosoof. Het is geen verrassing dat zijn grootste angst de ‘peper wodka’ is. CREDO vreest dat hij volgend jaar zijn angsten zal moeten trotseren en enige resistentie zal moeten opbouwen tegen dit drankje. Samenwerken en teambuilding activiteiten zijn volgens Niek één van zijn sterkere punten.
Niek: “Dat is iets waar ik vanochtend al erg lang en hard over heb zitten piekeren.”
Hester
Robbert: “We hebben hem al ingeschreven voor de levertransplantatielijst.”
Wat is de straf die staat op te laat komen voor een bestuursvergadering? Markus: “Peperwodka.” Niek: “Ik veto dit nu al.”
Hoe gaan jullie een relatie met een bestuursjaar combineren? Pim: “Bij kaarslicht dineren op de Cedo kamer.”
Wat is het protocol voor liefdesrelaties binnen het bestuur? Hester: “Ik denk dat het sowieso niet gaat gebeuren want ik en Lucia zijn allebei bezet.” Niek: “…ik en Markus daarentegen.” Robbert: “Ik denk dat dat sowieso geen goed idee is.”
Hoe gaat Markus ervoor zorgen dat hij elke ochtend op tijd komt? Robbert: “We gaan zo’n wekkertje voor hem kopen waarbij je eerst een sudoku moet oplossen voordat het alarm stopt.” Niek: “Ik denk dat er nog wel een hele bestuursvergadering zal gaan over de vraag hoe we Markus overal op tijd kunnen krijgen.”
Waarom heeft Hester als enige geheim gehouden dat ze voor bestuur ging solliciteren? Markus: “Dat is geheim.”
Pim, Hoe ga je de contacten met de commissies netjes houden? Pim: “… ik ga niet alleen schriftelijk contact hebben met mijn commissies, in drievoud met handtekening erop.” Niek: “Dat doe ik dus wel.” Toegegeven, een interview na zo’n zware nacht is niet het beste instrument om serieuze zaken aan de kaak te stellen. Toch hadden we gehoopt dat het aankomende bestuur al iets concreter een tipje van de sluier op had kunnen lichten, maar zoals gezegd was een hoop nog geheim en moesten ze zelf ook nog heel veel details uitwerken. Gelukkig hebben ze hier nog de hele zomer de tijd voor! In ieder geval is alvast gebleken dat het met nieuwe bestuur qua humor wel goed zit en dat ze tijdens het interview vooral uitblonken in leuke grapjes, waar wij natuurlijk ook wel een beetje op uit waren met een interview op de ochtend na hun presentatie. Wij van CREDO hopen dat het aankomende bestuur haar visie komend jaar weet waar te maken. Gelukkig is het duidelijk er nu al een hechte band is binnen het bestuur en dat er een echt team staat. Komend jaar gaat het dus ongetwijfeld helemaal goedkomen met dit bestuur!
Secretaris
Onze flexibele Hester wil zich heel graag gaan inzetten om het maximale te bereiken tijdens haar bestuursjaar. Ze noemt zichzelf een ware strateeg. Het is haar doel om volgend jaar niet te dik te worden. Haar grootste uitdaging dit jaar is om strategieën en beleidsplannen te verzinnen tegen de kilo’s. Ze is enthousiast over de eerste activiteiten en ze kijkt nu al uit naar het eerstejaarsweekend en de Eurekaweek.
Robbert
Vice-voorzitter & penningmeester
Robbert, ook wel Humberto genoemd, ziet zichzelf als een creatief meesterbrein binnen de groep. ‘Vindingrijk’ en ‘doorzetter’ noemt hij als woorden die hem het beste beschrijven. Robbert heeft niet echt grote angsten, maar geeft wel aan dat hij geen fan is van clowns. Een penningmeester heeft veel om naar uit te kijken; Voor Robbert is dit FIFA spelen op de Cedo-kamer.
Pim
commissaris activiteiten
Wie Pim wil leren kennen, heeft niet een bijster grote woordenschat nodig. Pim noemt bier consumeren als één van zijn grootste kwaliteiten. En naast bier, zijn het de woorden ‘brak’ en ‘plezier’ die hem het beste omschrijven. Pim biecht in deze CREDO op dat hij in werkelijkheid stiekem een goudvis is en hij kijkt erg uit naar de mooie momenten met zijn heerlijke bestuursgenoten.
Lucia
commissaris Onderwijs
Volhardend, geordend en muzikaal zijn de woorden die Lucia gebruikt om zichzelf te beschrijven. Ook zij is bang dat ze dik gaat worden dit jaar. Ze heeft de grens bij vijf kilo erbij gelegd. Enige marge is dus aanwezig in haar strijd tegen de pondjes. Haar eetgewoontes zullen echter in haar nadeel zijn. Aardappelen zijn haar lievelingseten en daar mag je haar zelfs midden in de nacht voor wakker maken! Ze vindt het belangrijk dat ze komend jaar een goede band met haar bestuursgenoten zal hebben. De strijd tegen de kilo’s is al iets wat ze met secretaris Hester deelt!
Markus
commissaris externe betrekkingen
Markus is een laatkomer. Altijd geweest en dat zal waarschijnlijk ook zo blijven. Toch omschrijft hij zichzelf als ‘punctueel’. Ook vindt hij zichzelf een doortastend type. Markus heeft naar eigen zeggen afgelopen jaar stiekem een relatie gehad met Laurens. Het is ook Markus opgevallen dat Niek en ‘peper wodka’ geen goede combinatie is. Het is dan ook één van zijn grootste angsten dat Niek ooit weer wodka zal drinken. CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
23
Activiteitenverslag Nadine de Geus, Karlijn Schipper & Angela de pooter
CEDO NULLI
Marathon Rotterdam 2014
binnen het politieapparaat, bijvoorbeeld door agenten (in opleiding) bewust te maken van diversiteit en met betrekking tot het personeelsbestand binnen de politie. Diversiteit is verschoven van een “sociale issue” – waarin met name aandacht was voor de bevordering van instroom van minderheden – naar een “business issue”. Diversiteit wordt binnen de politie niet bevordert omdat het nou eenmaal zo ‘hoort’, maar ten behoeve van een maximale prestatie en capaciteit. Sydney verwoordde deze omslag door te stellen dat diversiteit op deze manier geen doel is, maar een middel.”
Erasmus Charity Run
“Wie rent er mee met de tien kilometer voor het goede doel?”, vroeg onze hoofdredacteur Robbert in december vorig jaar aan onze commissie. Zo begon een lange periode van training voor het grootste hardloopfestijn van het jaar in onze stad. Want ook dit jaar organiseerde de Erasmus School of Economics weer de ‘Erasmus Charity Run’ voor het project ‘Playing For Succes’. Hardlopen: niet echt mijn ding eigenlijk. En dan nog tien kilometer ook... Maar ja, als je gehele commissie mee doet én het is voor het goede doel, dan ben je eigenlijk moreel verplicht mee te doen. Dus de hardloopschoenen werden uit te kast getrokken en de wekelijkse rondjes lopen begonnen. Dat viel nog behoorlijk tegen. Op de middelbare school moesten we nog wel eens tien minuten achter elkaar zoveel mogelijk rondjes rennen, maar een uur achter elkaar rennen is toch andere koek. Gelukkig had ik een personal coach (lees: mijn moeder) die achter me aan fietste en me aanmoedigde om het vol te houden. En zo lukte het me na zo’n vier maanden
om zeven kilometer hard te lopen. “Die laatste drie kilometer doen we dan gewoon op karakter!”, zei ik tegen mezelf. Op 13 april 2014 denk ik daar echter iets anders over. De dag van de grote marathon van Rotterdam is aangebroken en de zenuwen slaan toe. In de volgepropte metro op weg naar de stad sta ik tussen vele hardlopers die allemaal de gehele marathon gaan lopen. Ontzettend knap! Echter twijfel ik er op dat moment al aan of ik tien kilometertjes rennen vol kan houden. Gaat dit echt wel goed aflopen? Gelukkig blijkt in BAR aan de Schiekade, waar alle ‘Erasmus Charity Runners’ zich verzamelen, dat zenuwachtig zijn erbij hoort. Na wat laatste fotoo tjes en wc-bezoeken verzamelt iedereen zich op de Coolsingel voor het startschot. En als je dan eenmaal door de stad rent, dan blijf je rennen. Wat een sfeer! Wat een aanmoedigingen vanaf de kant! Het Kralingse Bos schiet aan me voorbij, net zoals het Oostplein en de kubuswoningen bij Blaak. Voor ik het weet, zie ik in de verte de Coolsingel alweer verschijnen. Ik pers de
laatste energie uit mijn benen en versnel nog even, om vervolgens met een grote glimlach de finish te bereiken. Een prachtige medaille wordt me omgehangen en de rest van de dag loop ik met een zelfvoldaan gevoel rond. Net als de rest van zo’n 55 Cedo’ers die de tien kilometer uitlopen. Nog een beter gevoel zullen Robbie Nijsse en Terence Uitenbroek hebben gehad: zij liepen de hele marathon! Iedereen nogmaals van harte gefeliciteerd met deze bijzonder sportieve prestatie waarmee ook nog eens 1400 euro opgehaald is voor ‘Playing For Succes’. Hopelijk tot volgend jaar, ik zal in ieder geval blijven hardlopen na deze mooie ervaring!
Nadine de Geus
DIVERSTITEIT LEVE OF WEG MET DE VERSCHILLEN? Op 2 april vond het Lustrumcongres plaats met als thema diversiteit. Doel van de dag was om diversiteit niet alleen te problematiseren maar vooral te vieren. CREDO was erbij en doet voor diegenen die er niet bij waren (inhoudelijk) verslag! Na de opening van het congres was Pauline van der Meer Mohr, voorzitter dan het College van Bestuur van de EUR, de eerste die de zeepkist betrad. In een persoonlijk verhaal ging ze in op de manier waarop de universiteit met diversiteit omgaat en het belang om jezelf op de werkvloer te omringen met andersdenkenden om op deze manier het besluitvormingsproces te bevorderen. Tevens vertelde ze over één van de momenten waarop ze voelde dat ze gefaald had als leider: het moment waarop tijdens het uitreiken van het eredoctoraat zestien blanke mannen op het podium stonden! De diversiteit, waar de EUR zo prat op gaat, was op dat moment nergens te vinden. Daarna was het de beurt aan Korrie Louwes die als wethouder Arbeidsmarkt, Hoger Onderwijs, Innovatie en Participatie van de gemeente Rotterdam geen moment onbenut laat om op te draven en haar visie te delen. Haar praatje begon veelbelovend toen zij startte met het verhaal dat het haar taak was om als wethouder uitsluitende mechanismen weg te werken, maar verzande in het benoemen van een breed scala aan voorbeelden waarin ze van de hak op de tak sprong. Volgens Louwes is Rotterdam
24
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
de integratie voorbij en zijn sociaaleconomische verschillen belangrijker dan culturele verschillen. Haar veelvuldig herhaalde hamvraag was: wie moet eigenlijk integreren in wie? Zinhi Özdil, PHD-kandidaat aan de geschiedenis faculteit, benadrukte daartegenover dat we in Nederland de integratie nog lang niet voorbij zijn. De organisatie van het congres introduceerde hem als herrieschopper en infant terrible, maar Özdil verzekerde ons met een knipoog dat we beslist niet bang voor hem hoefden te zijn. Diversiteit betekent voor hem het doorbreken van bestaande machtsstructuren, waardoor tolerant integraal verbonden is met ideeën over burgerschap. Een anti-diverse samenleving is in essentie een ondemocratische samenleving. Onze samenleving moet radicaal herstructureren wil de democratische standaard bereikt worden. Het grootste probleem van onze maatschappij is volgens hem segregatie. Özdil meent zelfs dat in Nederland sprake is van een defacto apartheidsstelsel. Om te kunnen begrijpen hoe dit apartheidsstelsel heeft kunnen ontstaan, is het volgens hem noodzakelijk met een historische bril het Nederlandse discours omtrent onder andere het begrip tolerantie te analyseren. Tolerantie impliceert hiërarchische en ongelijke verhoudingen, immers, de getolereerde heeft louter bestaansrecht bij de gratie van de machthebber. Tolerantie is niets meer dan een strategie om “de Ander” te managen en het begrip staat daarmee haaks op het begrip
van burgerschap. Özdil pleit voor inclusief idee van burgerschap en sluit af door een mooie twist te geven aan het motto van het congres. Niet “leve de verschillen”, maar “weg met de verschillen”. Leve de gelijkheid en daarmee echte diversiteit! Na deze opening verdeelden de deelnemers zich over verschillende workshops. Zoals de workshop ‘Oei voor groei!’ waarin meneer Oei de deelnemers uitdaagde na te denken over de diversiteit aan drijfveren en talenten die in eenieder van ons zit. Of de workshop van het ‘Kenniscentrum voor Diversiteit’ waarin het containerbegrip langzaam uitgepakt werd en de deelnemers bewust werden gemaakt van het belang van beeldvorming en context. En ook werd een workshop gegeven door ‘De school voor racisme’. Met name de workshop van de politieacademie heeft indruk achtergelaten bij de deelnemers, omdat de sprekers op enthousiaste wijze vanuit hun eigen belevingswereld over hun ervaringen bij de politie vertelden en je als deelnemer bewust werd van je eigen referentiekader. CREDO sprak met sociologiestudente Janieke Bouwman: “Bij binnenkomst zaten een aantal mensen al in de zaal: twee donkere mannen in een officieel pak van de politie, een blanke vrouw in een agentenuniform, twee donkere mannen in Afrikaanse kledij en een Marokkaanse man in een Djellaba. De twee mannen in pak – Sydney en Delano – openden de workshop door aan te stippen dat diversiteit een belangrijk thema is
Na deze introductie lichtten de andere sprekers toe hoe zij over diversiteit denken en hoe zij daarmee te maken krijgen op werk of in het dagelijkse leven. Janieke vertelt: “De man uit Ghana helpt de politie, op basis van zijn eigen ervaring, om te gaan met de diversiteit aan gebruiken en gewoonten. Bijvoorbeeld in Ghana is het de gewoonte wanneer men met een hogere macht spreekt, de ogen neer te slaan. Bij zijn komst in Nederland werd dit neerkijken verkeerd geïnterpreteerd door de politie, want hier zien wij
wegkijken immers als teken van liegen.” Janieke vervolgt haar verhaal: “De tweede spreker kwam ook uit Ghana en benoemde dat het benadrukken van diversiteit noodzakelijk is om sociale problemen op te lossen. Hij probeerden ons te triggeren om na te denken over de vraag wat onze waarde voor de samenleving is. Daarna was het de beurt aan de vrouwelijke agente Sylvia. Zij vertelde dat ze zelf ook veel vinkjes in de diversiteit-boxen kan zetten: ze is een vrouw, heeft een leidinggevende functie bij de politie en is homoseksueel. Sylvia ging in op hoe ze bij de politie omgaan met
gevoelige zaken. Zoals de casus waarin twee Turkse meisjes, die een relatie kregen, door de familie bedreigd werden met eer gerelateerd geweld. De laatste spreker was de Marokkaanse man in de Djellaba. Hij vertelde over zijn kleding en zei dat we niet de politie hoefden te bellen, want hij was geen terrorist met een jurk aan. Langzaam trok hij zijn Djelleba uit en verscheen een politie-uniform: hij was een politieagent! Met zijn Marokkaanse achtergrond brengt hij de politie kennis bij over gebruiken binnen de Marokkaanse gemeenschap.” De dag werd afgesloten met een borrel waar we nog door konden filosoferen over de diversiteit van diversiteit. Want uiteindelijk was de rode draad van de dag dat diversiteit vanuit een heleboel verschillende perspectieven benaderd kan worden. In zijn geheel was het congres een zeer geslaagde en interactieve dag waar voor iedere student iets te halen viel. Dit lustrumcongres was een interessante bijeenkomst om geprikkeld te worden over deze thematiek. Hulde voor de organisatie, de dag zat knap in elkaar!
NMUN: National Model United Nations Na een half jaar iedere dinsdagavond trouw getraind te hebben in speechen en lobbyen vertrok op 22 maart de Rotterdamse delegatie naar de Verenigde Staten om mee te doen aan het grootste simulatieproject van de Verenigde Naties ter wereld: National Model United Nations! Deze groep, bestaande uit 14 “delegates”, 2 trainers en 2 bestuursleden, had de eer om hier Sri Lanka te vertegenwoordigen. De eerste volgende dag in Washington D.C. was het tijd voor een bezoek aan Arlington Cemetery, een erg indrukwekkende, immense militaire begraafplaats waar onder andere de Kennedy’s en de ‘onbekende soldaat’ rusten. Na dit aangrijpende bezoek was er ruimte voor vrije tijd. ‘s Avonds stond er een “Washington by night-tour” op het programma, waarbij we de bekendste bezienswaardigheden zoals het Witte Huis langsgingen. Koud was het wel, waar we in Nederland afgelopen winter geen vlokje sneeuw gezien hebben, vroor het wel tijdens ons verblijf in de Verenigde Staten. In Washington D.C. kan een bezoek aan de Nederlandse ambassade en het Capitool natuurlijk niet overgeslagen worden. Bij de ambassade kreeg de delegatie meer inzicht in het werk wat hier verricht wordt en hoe de banden tussen Nederland en de Verenigde Staten er concreet uit zien. Om de dag nog mooier te maken brachten we ook een bezoek aan het Capitool, waar de volksvertegenwoordiging zetelt. We hebben niet alleen de vele kunstwerken en de bekende Rotunda gezien, de delegatie heeft namelijk ook John McCain in actie kunnen aanschouwen. Als kers op de taart kreeg de groep een speciale rondleiding achter de schermen, door leidsman Gene, en werden delen van het Capitool bezocht die voor reguliere reizigers gesloten blijven. Hiermee was de delegatie weer een ongelofelijke ervaring rijker! De reis werd alleen maar beter, want na deze boeiende dag was het tijd om te vertrekken naar New York City. Wat doe je als eerste als je, na een lange busrist, in het centrum van New York City staat? Juist, direct door naar Times Square! Het gezelschap vergaapte zich dan ook flink aan
de reclamelichten op de bekendste straat ter wereld, dat in New York bekend staat als “the Crossroads of the World”. Het hostel lag op dezelfde metrolijn als Times Square, wat goed van pas kwam, want de volgende ochtend moesten wij vroeg opstaan voor een bezoek aan de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland. Deze organisatie verdedigt de belangen van Nederland binnen de Verenigde Naties. Keurig in pak gekleed verscheen de delegatie bij de Permanente Vertegenwoordiging. Hier werd uitleg gegeven over de relatie tussen de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland en de Verenigde Naties en waar de PV zich zoal dagelijks mee bezighoudt. Geïnspireerd verliet de delegatie deze locatie, om vervolgens te genieten van een stadstour door New York. De volgende dagen was er voldoende tijd ingepland om de stad op eigen houtje te ontdekken. Hier maakten de deelnemers gretig gebruik van, want in een stad als New York valt immers genoeg te zien! Indrukwekkende bezienswaardigheden zoals Ground Zero en het Empire State Building bezochten we met de hele groep. Op zaterdagavond stond er een etentje gepland in een heus Sri Lankaans restaurant op Staten Island. Dat de groep hier ging eten was geen toeval, want de delegatie vertegenwoordigde namelijk Sri Lanka tijdens NMUN! Op deze manier kreeg de ploeg al wat meer binding met dit land en konden de delegates zich meer verplaatsen in het Sri Lankaanse leven. Het restaurant was erg bijzonder, het interieur was namelijk uit Sri Lanka overgekomen en het pittige eten kon met de hand genuttigd worden! De spanning onder de delegates voor NMUN begon dan ook hier, want de volgende dag zou het programma al beginnen. Voor de derde keer deze reis pakten de delegates hun koffer in om het hostel te verruilen voor het chique Sheraton Hotel. Hier vond namelijk de NMUN-conferentie plaats. Bij aankomst in het Sheraton werd dan ook direct kennis gemaakt met andere NMUN-delegaties en lobbyde onze delegatie, herkenbaar aan de blauwe stropdassen, hard om de belangen van Sri Lanka te verdedigen. De volgende dagen hebben de delegates dan ook alleen het Sheraton van binnen gezien en waren deze dagen gevuld met het lobbyen, speechen en het schrijven van papers. Donderdag bleek gelukkig al het harde werk niet voor niets te zijn geweest en werd onze delegatie beloond met de ‘Distinguished Delegation Award’, wat betekent dat de groep bij de beste 20% van alle internationale delegaties hoorde. Tevens is één koppel benoemd tot ‘Outstanding Delegates’ en heeft een ander Cedo Nulli NMUN-koppel de prijs voor ‘Outstanding Paper’ gewonnen. Met al deze prijzen op zak is de delegatie teruggekeerd naar Nederland. We willen hen van harte feliciteren met deze fantastische prestatie en ongetwijfeld is NMUNNY daadwerkelijk een onvergetelijke ervaring voor hen geweest! CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
25
STUDENTENLEVEN Optie 3: Ontwikkelingshulp
Zomervakantie? Doe iets nuttigs! Vakantie! Eindelijk. Na maanden van hard studeren is het dan zo ver. Zo’n twee maanden van vrije tijd waarin je kunt doen en laten wat je wilt. De festivaltips komen maar al te goed van pas, want wat is er leuker dan lekker feesten tijdens de vakantie? Of anders wel heerlijk iedere dag uitslapen, naar het strand gaan, of een terrasje pakken met vrienden. Maar twee maanden vrije tijd kan ook iets heel anders betekenen, want in zo’n periode kun je juist ook de dingen doen waaraan je normaal nooit kunt beginnen in een drukke week vol colleges en opdrachten. Jezelf verder ontwikkelen staat voorop (en dit staat meestal nog goed op je CV ook!). In dit artikel lees je drie leuke, maar vooral nuttige, opties om jouw tijd goed te besteden tijdens de zomervakantie. Optie 1: Summer School Ben jij een student die graag buitenlandervaring op wil doen voor de studie, maar liever niet maanden van huis wil zijn? Of wil je graag je horizon verbreden en nieuwe internationale vrienden maken? Summer School is dan een leuke vakantie-tip. Veel universiteiten bieden tijdens de vakantie speciale zomerprogramma’s aan. Deze programma’s variëren van het volgen van vakken als rechten tot bedrijfskunde. Summer courses kun je volgen op universiteiten in bijvoorbeeld het zonnige Zuid-Europa, maar ook in verre oorden als China en Australië of zelfs op topuniversiteiten als Harvard en Oxford. Ook de University of Cambridge in het Verenigd Koninkrijk verzorgt elke zomer Summer School. Zij zeggen hierover op hun site: “Vorig jaar vierden we onze 90e verjaardag van Summer School. Ook ons 2014-programma heeft weer een enorme line-up van academici die zo’n 190 cursussen en meer dan 140 plenaire lezingen aanbieden. Kies uit een verscheidenheid van interdisciplinaire en gespecialiseerde programma’s en verblijf in een van de historische gebouwen van Cambridge.” Op het moment van verschijnen van deze Credo is het voor de meeste Summer Schools waarschijnlijk te laat om nog in te schrijven voor een programma. De deadlines liggen meestal tussen mei en juni. Lijkt het je leuk om volgend jaar wel deel te nemen aan een Summer School, begin dan op tijd met zoeken naar een geschikte plek. Ten eerste is het van belang om te kijken of je in aanmerking kan komen om naar de Summer School van je keuze te gaan. Vaak wordt gevraagd om een bewijs van voldoende Engelse taalvaardigheid en een aanbevelingsbrief. Ook is het van belang om op tijd een VISA aan te vragen en het inschrijvingsgeld te betalen. De kosten van een speciaal programma op een universiteit tijdens de zomervakantie bedragen al snel zo’n €1200. Hierna kun je bepalen wanneer en welke vakken je zou willen volgen op de universiteit naar keuze. Vaak is de vakantie ingedeeld in zes weken, waarbij je één week kunt
26
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
Altijd al gedroomd van het verbeteren van de wereld? De zomervakantie is de ideale gelegenheid om naar het buitenland te gaan en mee te helpen aan ontwikkelingsprojecten. Vrijwilligerswerk in het buitenland doen is niet alleen een unieke manier om mensen te helpen die jouw steun hard nodig hebben, maar het is ook een verrijking van jouw persoonlijkheid en jouw CV. Tijdens het verrichten van vrijwilligerswerk in het buitenland kom je in onverwachte situaties terecht waardoor je na de reis zal merken dat je sterker en zelfstandiger bent geworden. Naast persoonlijke ontwikkeling zal je ook de voordelen merken van een culturele onderdompeling, het verbeteren van een vreemde taal en het sluiten van internationale vriendschappen. Er zijn verschillende instanties die je kunnen helpen met het doen van vrijwilligerswerk in ontwikkelingslanden. Wij raden dan ook sterk aan om het plannen van zo’n soort reis te doen met behulp van een ontwikkelingshulporganisatie.
kiezen om te studeren. Voor sommige vakken die je volgt in deze week kun je zelfs ‘ECTS’-punten verdienen aan de eigen instelling. Handig als je nog wat punten mist voor je studie! Als laatste blijft de vraag over waar je zult verblijven tijdens Summer School. Veel universiteiten bieden zelf accommodaties aan. Kies een plek die aansluit bij jouw budget en je bent klaar voor een zomer studeren in het buitenland! Kijk voor meer informatie op http://www.eur.nl/english/essc/moreaspects/studyabroad/possibilities/summer_courses/.
Optie 2: Taalcursus Als student is het van groot belang om vreemde talen te kunnen spreken. Alleen al voor het lezen van bepaalde studieboeken moet je andere talen vrij goed beheersen. En wat te denken aan een presentatie voor internationale studenten of een gezellige borrel met hen. Je moet er toch niet aan denken om met je mond vol tanden te staan. Maar ook voor onze toekomst is het belangrijk dat we meerdere talen kunnen spreken. We horen het in een land als Nederland vaak genoeg. Als je in de toekomst een goede baan wil vinden dan is het beheersen van verschillende talen een ‘must’. Het volgen van een taalcursus is daarom een nuttige besteding van je tijd in jouw zomervakantie. Taalcursussen kun je op verschillende plekken volgen. Onze universiteit biedt zelf ook taalcursussen aan via het Taal- & Trainingscentrum (TTC). Hierbij krijg je les van een native speaker en is er aandacht voor alle vaardigheden (spreken, luisteren, lezen en schrijven). Cursussen bij TTC kun je volgen in de talen Arabisch, Chinees, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Japans, Russisch, Spaans en Zweeds. Daarnaast kun je Engels voor ‘special purposes’ volgen. Hierbij kies je voor een cursus ‘Academic Writing’ of ‘Business writing skills’. Je volgt 10 lessen, gegeven in de avond, en maakt een afsluitend examen. Bij het afsluiten van de cursus met een eindcijfer van 5,5 of hoger ontvang je een certificaat. De kosten van een taalcursus liggen tussen de €200 en €500. Meer informatie vind je op http://www.eur.nl/ttc/studenten/taalcursus/. Wil je het leren van een vreemde taal liever combineren met een tripje? Dan kun je ervoor kiezen een taalcursus te volgen in het buitenland. Zo biedt Study Travel zomercursussen Spaans, Engels, Frans en Italiaans aan in de zomermaanden. Hun partnerscholen zijn in de zomer geopend, zodat je tijdens je vakantie een mooie gelegenheid hebt om tegelijkertijd een taalcursus te volgen. Want, zo vertelt de site van Study Travel ons, “een taal beleven is meer dan studeren alleen. Je verdiept je in de cultuur, in de gewoonten en tradities van een ander land.” Spaans leren kan bijvoorbeeld in La Herradura en kun je combineren met tennissen, paardrijden of surfen. Op Malta kun je Engels leren en daarnaast duiken of zeilen. Nog leuker is de cursus in San Diego. Tijdens deze zomercursus Engels reis je een week rond en bezoek je onder andere Disneyland, Las Vegas en de Grand Canyon. Meer informatie: http://www.studytravel.nl/zomercursus.
Eén van die organisaties is Kembé. Stichting Kembé is een internationale studentenorganisatie opgericht door studenten van RSM. Hun doel is elk jaar een nieuw project te starten in een nieuw (onderontwikkeld) land. Op het moment bevinden deze projecten zich in vier landen verdeeld over drie continenten: Haïti, Bolivia, India en Tanzania. Elk project heeft de volgende doelen: • • • • •
Financiële onafhankelijkheid Positieve impact op het lokale bedrijfsleven Gebruik van lokale materialen Kennisoverdracht Ontwikkeling van de student
Stichting Kembé zoekt regelmatig gemotiveerde studenten die geïnteresseerd zijn in het helpen bij ontwikkelingsprojecten. Op hun site staan deze ‘vacatures’ vermeldt: http://www.kembe.nl/recruitment. Ook Projects Abroad is een organisatie die zich inzet voor ontwikkelingshulp. Zij bieden verschillende programma’s aan speciaal voor de vakantie. Deze nuttige vakantie kun je helemaal zelf samenstellen door een project, bestemming en start- en einddatum te bepalen. Op hun site, http://www.projects-abroad. nl/waarom-projects-abroad/8-stappen-plan/, staat een stappenplan vermeldt dat precies laat zien wat nodig is om jouw reis te realiseren. Voor de projecten van Projects Abroad is ervaring met ontwikkelingshulp geen vereiste. Op de site staat per project verschillende ervaringsverhalen van oud-vrijwilligers. Zo kun je gemakkelijk bepalen naar welk type project jouw voorkeur uitgaat, dit kan bijvoorbeeld zijn in het onderwijs, de gezondheidszorg of bouwprojecten. Tijdens het verblijf bij jouw project zal je je als vrijwilliger altijd nuttig kunnen maken. Je wordt ingewerkt door personeel, dat tijdens jouw reis 24 uur per dag en 7 dagen per week beschikbaar is. Meestal verblijf je bij een gastgezin. In je vrije tijd kun je samen met andere vrijwilligers leuke activiteiten ondernemen en het land van dichtbij ervaren.
studentenhap;
BBQ special
Het is weer de tijd van het jaar om die stoffige barbecue van zolder te halen en je te haasten naar het park om net als velen van ons te gaan barbecueën. Met deze gedachte gingen we met de Credo redactie aan de slag. De locatie was adembenemend. Bij onze hoofdredacteur Robbert gingen we het dakterras op. Aangezien het voormalige GEB-gebouw de enige hoogbouw is in de omgeving, was er rondom vrij zicht over heel Rotterdam. Geen slechte locatie voor een barbecue. Net als elk barbecue seizoen kwam weer de vraag naar boven welk dier we primitief gingen verbranden en hoe we dit nog enigszins culinair gingen houden. Een recept voor kipsaté werd ontfutseld van een moeder en we konden aan de slag. Om de uitdaging erin te houden, wilden we per se huisgemaakte kruidenboter. De kruidenboter uit de supermarkt is meestal redelijk smakeloos en het knoflookgehalte teleurstellend. Verse kruiden en teentjes knoflook in combinatie met échte roomboter werden tevoorschijn gehaald om de kant-en-klaar variant te overtreffen. Zelf het bier brouwen ging wat ver. Soms is het tijd voor compromissen en zo verschenen de pijpjes pils uit de koelkast. Het resultaat was nog verbluffend goed. Zeker de huisgemaakte kruidenboter is een aanrader! Het is misschien wel het makkelijkste recept in de geschiedenis van de studentenhap. Gooi alles bij elkaar en voilà. In al het enthousiasme was er wellicht iets te veel kip gekocht en gemarineerd. Er was namelijk bijna twee kilo aan kip stukjes voor vijf personen. Gelukkig was dit precies genoeg. Na twee borden vol spiesen te hebben verorberd was iedereen voldaan en vervolgden wij de avond op de lustrumborrel.
Kruidenboter • • • • • •
100 gram ongezouten roomboter, op kamertemperatuur Bosje bieslook fijngesneden Bosje peterselie, fijngesneden 1 teentje knoflook, geperst 1 theelepel citroensap 1 eetlepel van Credo’s geheime kruidenmix (grof zeezout, versgemalen zwarte peper & paprikapoeder)
Instructies •
Roer alles met een vork door elkaar!
Kipspiesjes (4-6 personen) • 6 kipfilets, in stukjes • 4 el ketjap • 2 el suiker • 1 el sambal • 2 groene & 2 rode paprika’s, in stukken • zout & peper • Satéprikkers Instructies • Roer de ketjap en de sambal door elkaar en roer schep vervolgens de kip om in dit mengsel. Laat dit minstens 2 uur marineren. • Rijg om en om een stuk kip en een stuk paprika aan een satéprikker. • Grill de spiesjes 5-10 minuten op de BBQ. Regelmatig om draaien. Check of de kip gaar is voor je hem opeet! CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
27
Credo´s festivalagenda Roos oldewarris
STUDENTENLEVEN
Credo’s
Agenda
Festivalagenda
Heerlijk, zo’n hele zomer om te doen en laten wat je wilt. Lekker feesten op Chersonissos, in de zon liggen op het strand in Valancia of shoppen in Londen. Maar waarom zou je naar het buitenland gaan als Nederland ook meer dan genoeg te bieden heeft? Hieronder kun je meer lezen over zes 3- of 2-daagse festivals in Nederland. Het zijn festivals voor alle leeftijdsklassen, maar bij de meesten wordt 16 jaar of ouder toch aangeraden. Het is een leuke mix van nieuwe en vertrouwde festivals, waarbij sommige dit jaar voor het eerst in Nederland verschijnen en andere net zo oud zijn als ikzelf. Als je deze zomer nog helemaal niets te doen hebt, maar wel geld hebt gespaard, kost het maar 735 euro om ze allemaal achter elkaar te bezoeken; Wij beginnen alvast met sparen!
festival dat zich afspeelt in park De Groene Heuvels in Beuningen. Het is een soort surrealistische wereld zoals we die kennen uit Alice in Wonderland. Het kaartje kost 135 euro en je kunt voor een iets hoger bedrag besluiten geen tent mee te nemen, maar daar te overnachten in je eigen gehuurde bungalow, tipi of legertent. Er zijn drie podia waar naast grote namen, zoals The Black Keys en Little Dragon, ook veel nieuwe namen aan bod zullen komen. De bedoeling is dat je drie dagen ondergedoken in de natuur samen met de andere festivalgangers een feestje bouwt. Zoals staat op de site van DTRH: “Je bent zelf aan zet, dus draai je plaatje, kook je potje, bouw je vlotje, hip je hopje. We gaan eruit en we gaan los.”
Juni
21 Mystic Garden 28 Expedition 27-29 Down the Rabbit Hole 28-29 Awakenings
4-5 Pitch 5 DanceFloat 12 18 HRS A day at the Park 19 Kleurenblind BuitenWesten 26 Lost & Sound Welcome to the Future
1, 2, & 3 augustus
Welcome to the village 18, 19 & 20 juli
4 &5 juli
Down the rabbit hole 27, 28 & 29 juni
Down the rabbit hole is het kleine broertje van Lowlands en het wordt dit jaar voor het eerste georganiseerd door Eric van Eerdenburg (Organisator van Lowlands) en Mojo Concerts). Het is een driedaags
28
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
PITCH vindt dit jaar plaats op 4 en 5 juli op Cultuurpark Westergasfabriek in Amsterdam.Op vrijdag gaat het festival om 14.30u van start en het duurt tot 03.00u. Zaterdag gaan de poorten al om 14.00u open en om 03.00u is PITCH voorbij. Pitch wordt net als DTRH ook georganiseerd door Mojo Concerts. Het is een tweedaags festival waarbij je niet op het terrein kunt overnachten, maar wel in de omheen gelegen hostels en hotels. Een passepartout kost €85,- en een dagkaart €47,50. Alleen het hoofdpodium, de Park Stage, is in de open lucht, de rest is allemaal binnen. PITCH is
Augustus
September
1-3 Dekmantel Festival Solar 9 Loveland 23 Straf_Werk Festival 30 Voltt loves Summer
6 Valtifest Lief Festival 13 Smeerboel
een avontuurlijk en intiem festival in hartje Amsterdam met de beste en nieuwste cross-over acts en DJ’s. Cross-over is een genre dat veel verschillende soorten populaire muziekstijlen mixt,. Bekende namen zijn bijvoorbeeld Karibou en Moderat.
Dekmantel
Pitch
Juli
Welcome to the village is een plek waar je, zoals ze het zelf omschrijven, vooraf al heimwee naar hebt. Dit jaar is het festival er voor de tweede keer en het wordt drie dagen lang ook wel het mooiste kleine dorp van Nederland genoemd. In het natuurgebied vlak buiten Leeuwarden spelen de tofste bands van Nederland en ver daarbuiten. Vette shows op het dorpsplein, in verschillende tenten en op andere bijzondere plekken. Het vindt plaats in recreatiegebied de Groene Ster vlak bij Leeuwarden en een weekendticket kost 65 euro. Het programma van Welcome to The Village is nog niet compleet. In totaal worden er zo’n 85 acts geprogrammeerd en komt er een rijk programma van (media) kunst, poëzie en meer. Ik ben benieuwd.
Dekmantel is in 2007 opgericht, met als doel gevarieerde muziek te laten horen in het nachtleven van onze hoofdstad Amsterdam. Nu zijn de feesten zo populair geworden dat ze zijn gaan uitbreiden, maar hun motto blijft hetzelfde: ‘Klein festival met grote namen’. Dit betekent dat ze kwaliteit altijd zullen verkiezen boven kwantiteit. Vorig jaar organiseerde Dekmantel voor het eerst dit 3 daagse festival en met groot succes. Het was een erg geslaagd festival en de recensies waren meer dan lovend. Een weekendticket kost 135 euro en daarbij inbegrepen zit de campingticket. Je kunt er ook voor kiezen om een hutje of appartement te huren. Het festival is gelegen in het Amsterdamse bos en qua muziek kun je van techno, hedendaagse house, obscure disco en bas muziek genieten. De tweede editie van Dekmantel festival belooft alleen maar grootser en nog leuker dan vorig jaar te worden dus voor de liefhebber is dit een festival dat je niet mag missen!
16, 17 & 18 augustus
Into the great wide open
“A Campingflight to Lowlands Paradise” of kortweg Lowlands is een driedaags muziekfestival dat sinds 1993 jaarlijks in Biddinghuizen (Flevoland) op het evenemententerrein van Walibi Holland gehouden wordt. Mojo Concerts begon Lowlands als tegenhanger van festivals als Pinkpop en Dynamo Open Air en probeerde hier wat alternatievere muziek uit. Het festival heeft grote variatie in het aanbod van amusement: er is niet alleen muziek, maar ook literatuur, film, cabaret, ballet, theater en strip. Het campingterrein is afgesloten van het festivalterrein en je wordt elke dag weer opnieuw gecontroleerd als je naar binnen gaat. Lowlands is immens populair en was een paar jaar geleden zelfs binnen twee uur al uitverkocht. Voor dit jaar zijn er echter nog kaarten beschikbaar en ze kosten 195 euro. Wacht echter niet te lang, want met namen als Die Antwoord en Dub FX zal het niet lang duren voordat het is uitverkocht!
Into The Great Wide Open is een festival op Vlieland. Muziek staat centraal, maar het is vooral de context die het festival eigen maakt. Zowel publiek als artiest is bezoeker van het eiland, waar de zee de grens aangeeft en niet de dranghekken. Into The Great Wide Open is voor alle liefhebbers van goede alternatieve popmuziek die behoefte hebben aan een sfeerrijk festival, maar ook graag zelf het tempo willen bepalen en net iets meer keuzemogelijkheden willen: er zijn oesters van het wad en vers gevangen zeebaars, allemaal met zorg bereid. Je kunt heerlijk uit je dak gaan op een festivalveld én met kampvuurliedjes op het strand. Het intieme festivalgevoel én de ‘great wide open’, dit lijkt mij toch een heerlijke combinatie. Je kunt verblijven op de lokale campings van Vlieland of op een van de slaapschepen. De kosten hiervan zijn wel apart van het honderdtwintig euro kostende festivalkaartje.
Lowlands
6, 7, 8 september
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
29
Partners
Colofon
Jaargang 5, Editie 3
augustus eerstejaarsweekend
oktober 3
eurekaweek
commissie kennismakings -
15-17 18-21
tentamenborrel
weekend
17-19
skireis interesseborrel
heartbeat festival back to school party sollicitatiedeadline bezoek kijvelanden
1
11 15 25
september
29
HoofdRedacteur Robbert de Hoogh
Redactie
Martine Delfgaauw Nadine de Geus Thijs de Jong Roos Oldewarris Karlijn Schipper
Vormgeving
Martine Delfgaauw Robbert de Hoogh Roos Oldewarris
Namens Cedo Nulli Angela de Pooter
Oplage
1700 stuks
Met dank aan
Carlo Heijink Samira van Bohemen
Contact Wil je op de hoogte blijven van de laatste activiteiten van Cedo Nulli? Kijk dan op cedonulli.nl, like de Facebookpagina van S.F.V.
S.F.V. Cedo Nulli Kamer T15-03 Burgemeester Oudlaan 50 3062 PA Rotterdam 010 – 408 17 98 credo@cedonulli.nl
Cedo Nulli en volg ons op Twitter.
Volgende editie: De volgende editie van Credo magazine zal gemaakt worden door een nieuwe redactie en daar kan jij onderdeel van zijn! Voor komend collegejaar zijn we op zoek naar enthousiaste nieuwe redactieleden, dus heeft het je altijd al leuk geleken om voor artikelen te schrijven voor een blad dat door 1700 medestudenten gelezen wordt? Stuur je motivatie voor naar voorzitter@cedonulli.nl
30
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
CREDO MAGAZINE // Augustus 2014
31