Monitor do 1419

Page 1

MONITOR VAN DE DUURZAME ONTWIKKELING DRIEMAANDELIJKS │ NR 19│ LENTE 2014

creativiteit

gemeengoed

educatie gezondheid

living lab sociaal

participatie

regeneratie

Openbare ruimte

evenwicht gemeenten

mobiliteit

energie

solidariteit

synergie

learning by doing

stad

transitie

co-creatie lokale economie

partnerships

Samen leven

Sociale innovatie

SPECIAL: TRANSITIESTEDEN BRUSSEL - WALLONIË

reflectie

bottom-up

resiliëntie

lokale democratie

bedrijven

interactie

governance

collaboratieve stad wijken verenigingen dynamiek stadslandbouw

nieuwe modellen

lange termijn experimenten perspectief ecologisch

toekomst


PAGE 2

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

INHOUD

Transitie in Wallonië en Brussel Innoverende burgerinitiatieven Luik slaat de weg in van de transitie “Transitie Evere en transition”: een groeiende dynamiek

03 04 10 15

Deze publicatie is de vrucht van samenwerking tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de vzw Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (VSGB) Ze kan gedownload worden op www.vsgb.be

Nr 2014/19 — Lente 2014 Redactie: Philippe Delvaux, Philippe Mertens, Virginie Randaxhe Lay-out: Philippe Mertens Vertaling: Liesbeth Vankelecom - Revisie: Philippe Mertens, Virginie Randaxhe Coördinatie: Philippe Mertens - Verantwoordelijke uitgever: Marc Thoulen Adres: Aarlenstraat 53/4 - 1040 Brussel


BLZ 3

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

Transitie in Wallonië en in Brussel

Op 25 maart 2014 wijdde de Vereniging een workshop aan de beweging “Transitiesteden”. Transitiestad, wasda? Volgens Wikipedia is dat een lokale gemeenschap die zelf aan de slag gaat om hun manier van wonen, werken en leven duurzamer te maken. Belangrijke drijfveren zijn daarbij de klimaatverandering en het opraken van olie en andere fossiele brandstoffen. Josué Dusoulier, van het netwerk “Transition Wallonie-Bruxelles”, stelt hier enkele burgerinitiatieven voor. Wij gingen ook op verkenning bij enkele Belgische initiatieven rond transitie en kwamen zo terecht bij de beweging “Liège en transition”, een opmerkelijk initiatief in Wallonië, en “Transitie Evere en Transition”, een recenter initiatief in Brussel.


BLZ 4

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

Innoverende burgerinitiatieven komen tot stand om de transitie in te zetten naar een duurzame levensstijl

Nu onze westerse beschaving te maken krijgt met totaal nieuwe uitdagingen en steeds meer specialisten vaststellen dat de natuurlijke rijkdommen uitgeput geraken, wachten burgergroeperingen niet langer om te beginnen hun wijken, hun steden, hun lokale economie en hun levenswijze aan te passen op een creatieve, solidaire en begeesterende manier … Dat zijn transitie-initiatieven. Transitie-initiatieven zijn groepen van burgers die beslissen de zaken in eigen handen te nemen. In hun dorp, wijk of stad beginnen

ze actie te ondernemen. Ze passen zich aan de klimaatverandering aan en ook aan de uitputting van de natuurlijke rijkdommen. Zo is het einde van het tijdperk met een overvloed aan goedkope energie bijzonder kritiek voor onze industriële samenleving. Ze bereiden zich ook voor op het einde van de samenleving die gebaseerd is op economische groei, want dat werkt niet langer als we kijken naar de beperkingen waarmee we steeds feller te kampen krijgen. Deze burgergroeperingen hebben beslist te kiezen in

plaats van te ondergaan, te bouwen in plaats van af te breken. Zij maken van de gelegenheid gebruik om dingen heruit te vinden en een nieuwe levenswijze ingang te doen vinden en een lokale economie tot stand te brengen die minder energie verslindt en resiliënt 1 is en die na een overgangsperiode, die niet noodzakelijk eenvoudig is, veel boeiender dan de huidige zou kunnen zijn. Deze initiatieven beweren niet de enige oplossing te zijn voor alle problemen. Het is veeleer een menselijk experiment op grote schaal,


BLZ 5

dat oplossingen test die aangepast zijn aan de lokale context. Zo is ieder transitie-initiatief gebaseerd op enkele eenvoudige principes om zijn eigen visie op een betere toekomst te vormen en te beginnen uitvoeren met veel aandacht voor respect voor anderen, het plezier iets te ondernemen, te leren en samen te zijn. Enkele knelpunten aan de basis van transitie 2 Twee van de bovenvermelde uitdagingen worden als centraal beschouwd in ons deel van de wereld, omdat ze onomkeerbaar zijn op de schaal van verschillende generaties: de veranderingen aan de ecosystemen 3 en het einde van overvloedige en goedkope energie. Centraal in de energiekwestie staat petroleum of ruwe aardolie. Deze energiebron bekleedt een centrale plek in onze economieën, die er sterk afhankelijk van zijn. Naast zijn hoge energiedensiteit 4 is het gemakkelijk te vervoeren en bruikbaar in kleine motoren (petroleum zorgt voor meer dan 95 % van de verplaatsingen op aarde). Petroleum is ook één van de basisstoffen voor de fa-

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

bricage van heel wat voorwerpen. Als grondstof (bv. voor de productie van plastic) maar ook als energie om vele andere grondstoffen te delven of te vervoeren. De kwestie van de “aardoliepiek” blijft problematisch. Dat is namelijk het moment waarop op wereldvlak de maximale productie bereikt wordt. Daarna zal de productie onvermijdelijk dalen, waardoor onze economieën de grens van de groei bereiken. Eigenlijk kunnen we spreken van een “drievoudige piek”.

N° 2 0 1 4 / 1 9

densiteit. Nu moet er steeds meer risico genomen worden, steeds meer geld en energie geïnvesteerd worden om aardolie te delven en te raffineren. De schade op de ecosystemen en het klimaat is ook steeds groter (schaliepetroleum, oliehoudend zand, ...). Tot slot is er ook de exportpiek. De producerende landen zien hun eigen verbruik ook stijgen en dus hun export dalen. Dat maakt de energie-uitdaging nog groter voor Europa, aangezien het slechts 0,4 % van de aardoliereserves van de wereld bezit. 5

Eerst is er de productiepiek van de gewone petroleum (gemakkelijk te delven, minder vervuilend en dus goedkoper), die bereikt zou zijn tussen 2006 en 2008 (begin van de crisis van de subpremies, waarvan het ontstaan zou kunnen samenhangen met de stijging van de energieprijs). Deze piek betekent dat petroleum stilaan zeldzamer en steeds duurder zal worden op wereldvlak (de prijzen zijn de voorbije 20 jaar reeds verviervoudigd).

Als u tegenstrijdige informatie gelezen of gehoord hebt, zou ik antwoorden wat ik gehoord heb in debatten met specialisten terzake: als we energiedeskundigen in twee kolommen zetten - de ene voor de optimisten en de andere voor de pessimisten - stellen we verbazend genoeg vast dat de optimisten werken voor grote groepen of lobby’s uit de industrie, en de pessimisten onafhankelijke deskundigen zijn.

Vervolgens is er de piek van de petroleumkwaliteit. Eerst was de aardolie gemakkelijker te winnen en die had een hogere energie-

Aangezien de energieuitdagingen voor de hele wereld enorm zijn, moeten we de alternatieven vanuit een globale invalshoek be-

Als u meent genoeg te weten over energie- en klimaatkwesties, kan u rechtstreeks doorgaan naar de volgende ondertitel « Aan de basis van transitie-initiatieven ». Uit ervaring weet ik echter dat het nuttig is bepaalde basisbegrippen te verduidelijken omdat er nogal wat tegenstrijdige informatie circuleert.

1

De veranderingen in ecosystemen zijn voornamelijk voelbaar in de klimaatverandering en de massale erosie van de biodiversiteit.

3

De energiedensiteit is de hoeveelheid energie die nodig is per oppervlakte-eenheid. De term wordt gebruikt in verschillende domeinen. Hoe hoger de energie-densiteit, hoe meer energie er gestockeerd of getransporteerd kan worden voor een bepaald volume of massa.

4

5 Dit cijfer komt uit het rapport « L'Europe face au pic pétrolier » van Benoît Thevard, beschikbaar op www.peakoil-europaction.eu.


N° 2 0 1 4 / 1 9

kijken. Op wereldniveau zijn de fossiele energiebronnen goed voor 75 tot 80 % van de verbruikte energie. Aardgas en steenkool kampen met vergelijkbare problemen als aardolie, hun “pieken” worden verwacht in de komende decennia. Kernenergie vertegenwoordigt minder dan 5 % van de verbruikte energie, produceert enkel elektriciteit en gaat al jaren achteruit op wereldvlak. Het vergt enorme investeringen, een stabiele en bloeiende economie, geopolitieke stabiliteit, oplossingen waarnaar al veertig jaar gezocht wordt om het afval te verwerken (duizenden jaren lang …) en goedkope aardolie! Kernenergie houdt dus steeds grotere risico’s in. In tegenstelling tot de andere energiebronnen is het niet mogelijk om een kernreactor van de ene dag op de andere stil te leggen, zoals we zien in Fukushima, waar de ramp nog nazindert, met honderden mensen die elke dag nog trachten er de impact van te beperken.

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

Tot slot is kernenergie niet neutraal qua uitstoot van broeikasgassen als we het over de hele lijn bekijken (extractie, vervoer en verrijking van het uranium; transport, bouw, onderhoud en ontmanteling van de centrales; transport en verwerking van het afval van de productie en de ontmanteling; aanzienlijke veiligheidsmaatregelen, ...). Onder de hernieuwbare energieën is hydraulische interessant, maar die heeft weinig ontwikkelingsperspectieven. De andere hernieuwbare energieën vertegenwoordigen minder dan 5 % van de verbruikte energie. Zij hebben een groot potentieel aan ontwikkeling, maar zij zullen nooit de fossiele energieën vervangen, met name omdat een deel ervan een grote hoeveelheid goedkopie aardolie vergt om te kunnen ontwikkelen en te werken. In de toekomst zullen we onze levenswijzen dus moeten aanpassen om stilaan minder energie te verbruiken. Vooral als we deze uitdagingen parallel bekijken met de klimaatverandering. Zonder in detail te treden daaromtrent,

BLZ 6

wordt de menselijke verantwoordelijkheid in de klimaatverandering bevestigd door 97 % van de wetenschappelijke studies. En die verandering werd veroorzaakt door ons gebruik van fossiele brandstoffen. Deze wetenschappelijke consensus contrasteert met de analyse van het onderwerp in de pers, waar het verbazend is dat klimaat-sceptici 6 nagenoeg 50 % van de ruimte innemen, waardoor de noodzakelijke veranderingen trager en moeilijker worden. Het goede nieuws is dat als we stilaan minder fossiele energie gebruiken en we de natuurlijke rijkdommen leren vrijwaren en herstellen, we een positieve impact zullen hebben op de klimaatverandering en ook op de vermindering van de biodiversiteit. Op basis van die vaststelling komen transitieinitiatieven tot stand. Aan de basis van transitie-initiatieven Alles begon in Totnes (in het zuiden van het Verenigd Koninkrijk) in 2006,


BLZ 7

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

waar initiatieven geïnspireerd werden op ervaringen uit een cursus toegepaste duurzaamheid (permacultuur7) die gegeven werd door Rob Hopkins. Eerst met studenten en daarna met buurtbewoners heeft hij een eenvoudig, positief, aanpasbaar en participatief proces uitgestippeld, dat zich ongelooflijk snel verspreidde. Dergelijke initiatieven winnen nu terrein over de hele wereld. Ze worden opgenomen in het “Transition Network” dat ervaringen bundelt uit de hele wereld. Na iets minder dan 8 jaar zijn er meer dan 1.200 transitieinitiatieven in 43 landen op het netwerk ingeschreven en naar schatting zijn er minstens evenveel nog niet ingeschreven. Resiliëntie staat centraal in de projecten Het centrale idee van de transitie-initiatieven is heel positief. Het gaat om de ontwikkeling van de resiliëntie van de streek en haar inwoners. Het doel is beter in staat te zijn zich aan te passen aan de veranderingen die het gevolg zijn van energie-, klimaat- en economische schokken. Het doel van de projecten is dus bij voorbeeld de lokale economie robuuster en leven-

diger te maken, het welzijn te verbeteren en preventief ons energieverbruik terug te schroeven, maar tegelijk sociale banden te creëren en solidariteit tot stand te brengen.

N° 2 0 1 4 / 1 9

Daarna werd het initiatief verder uitgewerkt door het Transition Network.

Zo ontstonden testprojecten van lokale economische plannen. Zo’n plan is gebaseerd op openbare gegevens en analyseert de gegevens Een aantrekkelijke visie van dominante economiop de toekomst als gids sche modellen, die energieEén van de grondslagen van verslindend zijn, met het deze projecten is de collectie- potentieel aan creatie van ve uitwerking van een aanactiviteit en welzijn van de trekkelijke visie op de toesleutelsectoren van een rekomst. Het principe is samen siliënte lokale economie die te komen en een realistisch spaarzaam omspringt met en resiliënt lokaal levenska- energie. der te creëren binnen 20 tot 30 jaar. Vervolgens plant de In Totnes werden reeds sagroep de etappes van geleide- menwerkingsverbanden gesloten met andere lokale lijke uitvoering van deze viactoren om deze mogelijksie. De permacultuur is een heden in de praktijk om te belangrijke inspiratiebron zetten, bij voorbeeld via het van dit proces. project Atmos, een platform Verscheidene initiatieven dat lokale economische prorond transitie (vooral in het jecten helpt “uitbroeden”. Verenigd Koninkrijk, waar momenteel de meest geavan- Innoverende lokale ceerde initiatieven te vinden voedselsystemen zijn) hebben op basis van deDe eerste projecten van ze visie hun “actieplan voor transitie-initiatieven draaienergiebesparing” uitgeen vaak rond de herlokaliwerkt. Dat is een actieprosering van het voedsel. gramma om de energiebehoeften geleidelijk en bewust De industriële voeding die terug te schroeven en tegewe vandaag in de superlijk de levenskwaliteit te vermarkt vinden, vergoedt de beteren. Dankzij die visie producenten doorgaans onkan dus een lokale levenswijvoldoende en wordt vaak ze “na de groei” uitgewerkt duizenden kilometers ver worden. 8 getransporteerd. Deze is ook verantwoordelijk voor

Klimaatsceptici: mensen die aan de hand van argumenten waarvan bewezen is dat ze ongegrond of foutief zijn, de klimaatopwarming of de rol van de mens daarin of de nadelige gevolgen ervan ontkennen; hun doel is het uitstel van de maatregelen die noodzakelijk blijken. (Cf. http://23dd.fr/climat/les-climatosceptiques)

6

7 Permacultuur is een methode om zijn leefomgeving op een duurzame en resiliënte wijze in te richten; deze kan toegepast worden op een tuin, een wijk, een groep, een organisatie, ...

De beperkingen op het vlak van energie, uitputting van de natuurlijke rijkdommen en de klimaatveranderingen zetten ons aan om nieuwe resiliëntere economische modellen uit te werken. Transitie-initiatieven stimuleren economische activiteit en een betere levenskwaliteit zonder economische groei.

8


N° 2 0 1 4 / 1 9

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

een groot deel van de uitstoot van broeikasgassen die de klimaatveranderingen veroorzaken.

boomgaard aangeplant werd waar bomen een meter of peter krijgen, op een terrein in een sociale woonwijk.

De oplossing is dus vrij eenvoudig: door lokaal en volgens agro-ecologische methodes 9 (of permacultuur) het grootste deel van wat we zullen eten, te produceren, kunnen we de producenten beter kennen en steunen, energieverspilling en CO2-uitstoot beperken, de biodiversiteit vrijwaren en gezonder eten.

Er ontstaan ook andere ambitieuzere projecten die de lokale economie een boost trachten te geven.

In de praktijk komen projecten met volkstuintjes, gedeelde tuinen, solidaire aankoopgroepen of “incroyables comestibles” vrij snel een beetje overal tot bloei. Die brengen zeer positieve sociale dynamieken op gang.

In Ath heeft het transitieinitiatief zich bij andere lokale actoren aangesloten om via het project “L’épi d’ici” de productie en commercialisering van biologische groenten en graangewassen in korte circuits te ontwikkelen. In dit project is het lokale en het biologische aspect zeer interessant. Dit project

We zien bomen aanplanten, zoals in Zinnik, waar een

In Luik, bij voorbeeld, is er een project dat een “voedselgordel” wil creëren rond de stad en meer bepaald werkzoekenden inzet bij voor lokale voedselproductie.

BLZ 8

creëert een band tussen tuinbouwers uit de regio die sinds 2014 beslist hebben samen hun zaden te organiseren, samen materiaal aan te kopen om betere prijzen te verkrijgen en producten uit te wisselen. Ze gaan ook samen een deel van hun productie aanbieden aan gemeenschapskeukens, lokale winkels of restaurants. Ook nuttig in ontwikkelingslanden In Brazilië verscheen de eerste “favela in transitie” in 2010. De inwoners herstellen er het sociale weefsel, zetten educatieve projecten op touw en produceren een deel van hun voedsel zelf. In het Zuid-Afrikaanse Greyton worden systemen


N° 2 0 1 4 / 1 9

ontwikkeld voor de isolatie van huizen op basis van recuperatiemateriaal en op school leren kinderen tuinieren, waardoor ze autonomer worden op het vlak van voeding en ook een evenwichtig middagmaal kunnen krijgen. Investeren in de lokale economie In plaats van geld en spaarcenten aan nietduurzame financiële sectoren toe te vertrouwen, stellen transitieinitiatieven voor om deze middelen te gebruiken om de lokale economie en lokale projecten te steunen. De “return on investment” is dan beter zichtbaar en ethisch. Het draagt ook bij tot de verbetering van het levenskader en de sociale cohesie. In de streek van Namen, bij voorbeeld, nam het initiatief “Gelbressée en transition” andere lokale actoren bij de hand bij de oprichting van de coöperatieve “Champ d’énergie”, om de energieproductie opnieuw ethisch, lokaal en solidair aan te pakken. In Grez-Doiceau werkt het transitieteam momenteel aan het project rond de integrale coöperatieve “Get-it, die solidaire mi-

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

crokredieten aanbiedt voor lokale en resiliënte economische projecten. Zij willen een goed voorbeeld stellen dat elders gekopieerd kan worden. Nog een voorbeeld vinden we in het Britse Brixton, waar de leden van “Brixton Energy” geld inzamelden bij inwoners om de installatie van zonnepanelen op de daken van gebouwen in dat deel van Londen te financieren. Straten in transitie Een ander heel interessant project zijn de zogenaamde “transitiestraten”. Zo kwamen overal ter wereld diverse initiatieven tot stand met een programma waar buren met elkaar in contact komen en acties kiezen waardoor hun uitgaven dalen en ze elkaar ook beter leren kennen. Het gaat om energie, water, voeding, recyclage, mobiliteit, … De acties maken het mogelijk goedkope handelingen te stellen die positief zijn voor de natuur en ook een geleidelijke daling van de energiebehoeften en dus ook van de energiekosten teweegbrengen. In België loop er al zo’n project in Ath. Dit project toont aan dat verandering gemakkelijker is als het begint met kleine

BLZ 9

ingrepen die in een aangename sfeer en met de steun van naasten en buren doorgevoerd worden. Daarna kunnen er ambitieuzere projecten tot stand komen, die via het netwerk verspreid kunnen worden. De toekomst ligt open Onze wereld staat momenteel voor verschillende uitdagingen. Nagenoeg overal maken gewone mensen van deze buitengewone kansen gebruik om onze levenswijzen heruit te vinden met creativiteit en verbeelding. Zij bundelen hun krachten in transitie-initiatieven en experimenteren op kleine schaal rond sociale innovatie, door de toekomst bewust en positief uit te bouwen. Goed werkende projecten worden verspreid via een internationaal netwerk. Dat heeft niet de ambitie om alle problemen alleen op te lossen, maar deze wereldbeweging is echt begeesterend en geeft opnieuw hoop en een zinvolle invulling in deze tijden van onzekerheid. Josué Dusoulier Lesgever, transitiefacilitator en psycholoog, medeoprichter van “Ath en transition” en het netwerk “Transition Wallonie-Bruxelles”

9 “Agro-ecologie” is een globale aanpak van de landbouw, die de kennis en knowhow van de landbouwers wil benutten en de natuurmiddelen respectvol aanwendt via het biomimetisme. Het streefdoel is de landbouwontwikkeling te koppelen aan milieubescherming of -herstel indien nodig. Het gaat er ook om een landbouw die gericht is op kwantiteit, te doen evolueren naar een veeleer kwalitatieve landbouw, wat een bijsturing inhoudt van doelstellingen en middelen (geïnspireerd op wikipedia).

“Incroyables comestibles” zijn groepen burgers die beslist hebben tot actie over te gaan door groenten te kweken die ze gratis ter beschikking stellen van anderen, omdat ze voedsel willen delen. Het doel van hun actie is mee te werken aan de herlokalisering van de productie van voedsel en onze visie op voeding te herzien.

10


N° 2 0 1 4 / 1 9

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

BLZ 10

Luik slaat de weg in van de transitie

Luik, dat is niet alleen “boulets” met Luikse saus, het muziekfestival “Les Ardentes”, het folkloristische personage Tchantchès, het tramproject of de staalindustrie in verval ... het is vooral een stad in volle expansie, die zich bewust is van haar sterke maar ook zwakke punten, die bruist van burgerinitiatieven en een gevarieerd verenigingsleven. Wij hadden een gesprek met Christian Jonet, coördinator van de vzw “Barricade” en lid van “Liège en Transition”.


BLZ 11

Kan u het ontstaan van de beweging “Liège en transition” schetsen? Onder welke impuls kwam het tot stand? Luik heeft een bruisend verenigingsleven. In 2009 gingen burgers individueel en georganiseerd in verenigingen nadenken over het project rond “transitie-stad”, omdat ze het op het Luikse wilden toepassen. Toch werd er snel vastgesteld dat het project nog wat moest rijpen. Er werden verschillende vergaderingen georganiseerd om erover te brainstormen. Pas twee jaar later, in november 2011, wordt de beweging officieel boven de doopvont gehouden. Naar aanleiding daarvan werd een evenement georganiseerd, voor meer dan 80 mensen, met gevarieerde achtergronden. Het werd een open forum, waaruit verschillende werkgroepen ontstonden. Een “draaggroep” heeft als opdracht gekregen het thema transitie in Luik zo goed mogelijk ingang te doen vinden en contacten te leggen met de verschillende groepen en verenigingen die aan de beweging kunnen deelnemen. Er werden verschillende sensibiliserings- en communicatie-acties ondernomen. Eén van de markantste is wellicht de vertoning van de film van Niels Aguilar “Culture en transition” in de bioscoop Parc (Droixhe), die meer dan 400 toeschouwers lokt. Dankzij dit soort activiteiten kreeg de beweging meer bekendheid en wekte de draaggroep de belangstelling van een gevarieerd publiek voor het thema transitie. Hoe is “Liège en Transition” gestructureerd? Na het startevenement en het open forum kwamen verschillen-

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

de thema’s uit de discussies naar voren: groepswoningen, aanvullende munt, groenten delen, lokaal toerisme en wandelingen, voeding in transitie of nog mobiliteit.

N° 2 0 1 4 / 1 9

Wat zijn de voornaamste acties die tot nu toe tot ondernomen werden om de beweging “Liège en transition” bekendheid te geven?

Wij hebben elk jaar deelEr werden werkgroepen samenge- genomen aan het festival steld rond die verschillende the“Tempo Color” sinds 2012 (dat ma’s. Enkele daarvan zijn nog jaar was het Salon van de Duursteeds actief, andere zijn geëvolu- zame Ontwikkeling dat in dat kader georganiseerd werd, geeerd of zijn uitgedoofd. wijd aan het thema transitie). Dit jaar wordt de Luikse aanvullende munt “Valeureux” ingeDit stadsfestival in het Luikse voerd. Het doel daarvan is de lo- centrum wil de ontmoeting met kale en ethische economie te sti- andere wereldvisies aanmoedimuleren en de rijkdom die door gen.2 de Luikenaren zelf gecreëerd De vorige editie was gewijd aan wordt in hun regio beter te doen het recht op voeding en was de circuleren.1 gelegenheid om in een aangenaDe werkgroep rond voeding in me sfeer een debat tot stand te transitie kwam met het idee van brengen. een project rond de voedselgordel Ook andere activiteiten hadden “Ceinture aliment-terre liégeoise” (of CATL, meer hierover ver- een zekere impact, met name de Week van de internationale solider in dit artikel). dariteit, in 2012, die in Luik geDe draaggroep is nog even actief wijd was aan steden in transitie. als vroeger met acties op het vlak van communicatie en treedt op als Het voornaamste doel van de actieweek was de ecologische en verbindingsschakel tussen de economische transitie te bekijken werkgroepen. Zij timmeren ook aan netwerken tussen verschillen- vanuit de invalshoek noord-zuidbetrekkingen en sociale rechtde initiatieven en gemeenschapvaardigheid. pen. Het evenement bracht een in-


BLZ 12

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

drukwekkende mobilisering op gang van de Luikse verenigingen rond deze thema’s. De opkomst bij al deze evenementen en activiteiten toonde dat het publiek en de verenigingen belangstelling hebben voor het thema ecologische, energie- en sociale transitie. Zo kwam er ook in juni 2013 het “transitiefeest”. Dat was zowel een feest als een educatief gebeuren, in een hogeschool, waaraan zowel verenigingen, coöperatieven als burgers en andere actoren deelnamen die actief zijn in dat domein. De schijnwerpers werden er gericht op mogelijke scenario’s met betrekking tot transitie en resiliëntie in het Luikse, in het bijzonder op het vlak van voeding, via een debat over landbouwmethodes voor de toekomst van de regio. Gezien het succes van dit initiatief hebben wij beslist het in 2014 te herhalen, maar dit keer in het centrum van de stad. Het thema dat in gezamenlijk overleg gekozen werd, is “collaboratieve consumptie”, met name de overgang van het begrip eigendom naar gebruiker? Het idee is alle betrokkenen terzake samen te brengen, het “Repair Café” of het Luikse “Fab Lab” 3 (creatief atelier rond upcycling) maar ook nog anderen.

moeting met alle instanties die betrokken zijn bij deze verschillende projecten. Uitwisselingen, terreinbezoeken en allerlei workshops zijn in dat kader gepland. Focus “Ceinture Aliment-terre liégeoise (CATL)”: Wat houdt dit project in en hoe is het ontstaan? Nadat de ideeën doorsijpelden, in 2012, kwam het project “Ceinture Aliment-terre liégeoise” tot stand, na informele gesprekken tussen leden van “Liège en transition” en sociale ondernemers die het regionaal voedselsysteem grondig willen transformeren. Aan de basis van CATL lag het verlangen om te ijveren voor herlokalisering en de ‘koolstofverlaging’ in onze voedselketen. Daarnaast ook de wil om een nieuwe dynamiek te geven aan de Luikse economie, bewustmaking van de troeven van de regio, het streven om gezonde voeding voor iedereen bereikbaar te maken en ook de overtuiging dat de voordelen van korte circuits en sociale economie niet alleen te combineren zijn, maar elkaar zelfs versterken in het nastreven van deze doelstellingen.

Op 5 en 6 november 2013 werd het project officieel voorgesteld tijdens een startavond, gevolgd door een denkdag en thematische workshops in de vorm van een In het verlengde van de ontwikke- open forum. ling die de Luikse beweging de De eerste avond was een evenevoorbije jaren doormaakte, en de ment voor het grote publiek start van het project “Ceinture waarop het project aan de hand Aliment-terre liégeoise”, komen van animaties voorgesteld werd. Rob Hopkins en Fiona Ward naar Er kwamen meer dan 400 geïnteLuik op 19 juni. Zij willen kenresseerden op af, met heel vernismaken met de verschillende schillende achtergronden. Verdynamieken die er tot stand gescheidene specialisten uit Frankbracht zijn. Hun belangstelling rijk en Duitsland, die aan de bagaat voornamelijk naar de ontsis liggen van initiatieven van dit

N° 2 0 1 4 / 1 9

genre, toonden er hun motivatie en ervaring terzake. De volgende dag was gewijd aan het delen van ervaringen, debatteren en nadenken, met 150 deelnemers, vooral personen die betrokken zijn bij lokale initiatieven met het oog op de transformatie van het lokale voedselsysteem. Het doel van de dag was een dynamiek tot stand te brengen en de nodige netwerken te creëren voor de implementatie van het project. Deze gesprekken en workshops richtten de spots op de mogelijke acties en knelpunten, en berustten op een collectieve dynamiek. In het kader van het open forum ontstonden verschillende werkgroepen, die zich buigen over de voornaamste werkpunten die de initiatiefnemers reeds opgelijst hadden. Eén van onze prioriteiten is dit participatief burgerproject “bottom-up” in goede banen te leiden. Naargelang de werkzaamheden vorderen zullen er geleidelijk banden ontstaan tussen de werkgroepen.4 Welke rol speelde de vzw Barricade in de impuls die aan dit project gegeven werd? De vzw Barricade, waarvan ik de coördinator ben, legt zich al van meet af aan toe op de creatie van alternatieven in verschillende domeinen waarmee alle burgers dagelijks te maken krijgen. Een thema dat zich snel aftekende, was voeding. Zo ontstond kort na de oprichting van de vzw reeds een groep “gemeenschappelijke aankopen”: die groep is nog steeds actief. Tien jaar geleden hebben we ac-


BLZ 13

ties opgezet om het aantal groepen voor gezamenlijke aankopen te doen toenemen in het Luikse. Momenteel zijn er een twintigtal actief. Het thema van de korte circuits heeft steeds een centrale plaats bekleed in onze educatieve activiteiten. Hoe ziet u de toekomst van dit project? Er zijn heel veel betrokken partijen. Ze zijn operationeel, maar kunnen vooral in de marge opereren. Het doel van het project is de verschillende actoren in een netwerk samen te brengen, om een collectieve strategie van schaalverandering tot stand te brengen. De CATL wil de basis leggen voor een debat en een actieplan dat het lokaal aandeel van het voedsel dat in de provincie

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

Luik geconsumeerd wordt, significant doet stijgen. Daartoe moeten we de precieze behoeften van de actoren van de sector kennen en in de nodige middelen voorzien om eraan te beantwoorden, via economische circuits die nog gecreëerd moeten worden. Op die manier kan er ook voor gezorgd worden dat de producent eerlijk vergoed wordt en de consument niet veel moet betalen voor degelijke voeding. Het project zou ook verscheidene arbeidsplaatsen moeten kunnen creëren, voor zover de economische marge die gerecupereerd wordt dankzij het korte circuit, er prioritair aan toegekend wordt; wat het model van de sociale economie net waarborgt. Het gaat uiteraard om een pro-

N° 2 0 1 4 / 1 9

jectie op lange termijn, maar het werk moet nu al beginnen. Het is belangrijk de ontbrekende schakels te creëren, vooral in het vooruitzicht van het korte circuit. Onze wens is met alle betrokken samen te werken en er geen enkele te verwaarlozen. Er zullen ook nieuwe projecten voorgesteld worden, die de vorm kunnen aannemen van vennootschappen met sociaal doel gefinancierd door burgers. Eén van de Luikse succesverhalen waarop wij ons inspireren, is de coöperatieve “Vin de Liège”. Deze coöperatieve vennootschap met sociaal doel produceert wijn langs de Maas, volgens milieuvriendelijke methodes. Er werd tewerkstelling gecreëerd via herinschakeling op de arbeidsmarkt. “Vin de Liège” ontving een financiering van 1.850.000 €,


BLZ 14

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

We hebben ook contact met verschillende agentschappen voor Onder meer in Freiburg hebben lokale ontwikkeling, in verband de “Agronauten/Regionalwert“ met projecten voor de ontwikkeeen vergelijkbaar project opgezet, ling van korte circuits. dat korte circuits financiert. Wij maken daar gebruik van om Zij waren overigens als bevooronze netwerken uit te bouwen en rechte getuige aanwezig op de te onderhouden. Dit is een model dat wij in de startavond van ons initiatief. toekomst willen ontwikkelen, Wat verwacht u van de lokale met een koepel van participaIn Wallonië kunnen we ook wijbesturen? tieve financiering. zen op “Agrisain et Coprosain”, die de belangen van de lokale Eén van de opvallendste behoefHoe ziet de distributieketen landbouw en familiebedrijven ten is momenteel het vinden van van Ceinture Aliment-Terre grond. Het is moeilijk om toebehartigen. eruit? gankelijke en betaalbare gronden Hoe zijn uw betrekkingen te vinden, ook voor kleinschalige Wij willen de aankoopcentrales met de overheid? Krijgt u teelten. van grote distributieketens versubsidies? mijden. De prijsstijging is enorm in 20 In 2013 kregen we de steun van jaar tijd en het wordt nagenoeg De schakel van de distributie is de minister van Economie voor onmogelijk om een bewerkbaar kritiek in het proces, want het de algemene coördinatie van het veld te vinden tegen een redelijneemt vaak een buitenproportiproject Ceinture Aliment-Terre, ke prijs. Daarom wenden wij ons oneel deel van de toegevoegde via een subsidiëring die in 2014 tot openbare instellingen (zoals waarde in beslag dat eigenlijk hernieuwd zou moeten worden. OCMW en gemeenten) die bede producent toekomt. Daarom De minister van Leefmilieu heeft schikbare gronden hebben en geven wij de voorkeur aan korons gesteund voor de research met wie we samenwerkingste en middellange circuits met betreffende de oprichting van een akkoorden kunnen afsluiten om een sociaal doel. test-bioboerderij. jongeren te helpen hun zaak op Welke inspiratie ligt aan de te starten. We hebben ook contact met de basis van dit project? provincie Luik, meer bepaald Interview door voor het project “mobiele conserEr bestonden elders reeds verVirginie Randaxhe schillende initiatieven, alvorens verie” gelinkt aan de Ceinture Aliment-Terre. men op het idee kwam van de waarmee een installatie gebouwd kon worden waarin 30 hectaren biologisch geteelde druiven tot wijn verwerkt kunnen worden. De eerste flessen zullen dit jaar gedegusteerd kunnen worden.

www.valeureux.be www.tempocolor.be 3 www.relab.be 4 www.catl.be 1 2

Ceinture Aliment-terre liégeoise.


MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

BLZ 15

N° 2 0 1 4 / 1 9

« Transitie Evere en transition » : een groeiende dynamiek

T

ransitie Evere en transition ontstond in 2013 en ontwikkelt jaar na jaar, dankzij een dynamiek die op gang gebracht wordt door mensen, om de activiteiten binnen de gemeente te stimuleren.

Na een workshop die de VSGB wijdde aan transitie, hadden wij een gesprek met Jean-Philippe Mommart en Nadège Vinck, beiden lid van de stuurgroep. Waarom werd deze beweging op gang gebracht in Evere?

JP Mommart: Samen met mijn partner Aurélie Leflere heb ik de transitiebeweging in Evere tot stand gebracht. Wij willen een echte dynamiek onder de burgers in onze gemeente creëren. Ik heb reeds verschillende projecten geleid in de


BLZ 16

gemeente, zoals een Solidaire Aankoopgroep voor Artisanale Landbouw (SAGAL) of een gemeenschappelijke compost. Ik ben voorstander voor alternatieve consumptie en heb veel belangstelling voor “consuminderen”. Mijn partner wou al lang iets doen op lokaal niveau en daarbij een beroep doen op bestaande initiatieven. Dan kan er synergie ontstaan en alle betrokkenen kunnen daar gebruik van maken. Waarom zouden we dan geen banden kunnen creëren en samenwerken binnen de gemeente Evere ?

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

Welke activiteiten hebt u tot nu toe georganiseerd?

handelaar, een gewestelijk ambtenaar, …).

JP Mommart: Wij willen de mensen sensibiliseren voor transitie. Daartoe hebben we in samenwerking met het Everse cultuurcentrum twee films vertoond, telkens voor een zestigtal toeschouwers.

Dankzij die variatie in profielen kregen we boeiende gesprekken over uiteenlopende onderwerpen zoals voeding, gezondheid, openbare ruimte, economie of opvoeding.

Hun contactgegevens werden bewaard en dienen als basis om informatie te verspreiden. Uit die ontmoetingen en de gesprekken die daaruit voortvloeiden, ontstond de stuurgroep voor de beweging “Evere in transitie”. Die groep bestond aanvankelijk uit 8 personen, met totaal verschillende achtergronden (een Nederlandstalige, een

Er werd een website gemaakt over het initiatief “Transitie Evere en transition”. We communiceren ook via het gemeentelijk infoblad Evere Contact, waarin we het initiatief voorgesteld hebben. Om evenementen aan te kondigen, maken we gebruik van de valven in


BLZ 17

gemeentegebouwen die voor het publiek toegankelijk zijn. We hebben ook een kennisbeurs georganiseerd met een mini RepairCafé, een recyclage-atelier, een juwelenworkshop en het maken van huishoudproducten. Dat evenement had niet het gehoopte succes. Toch hopen we ons te inspireren op de lessen die we eruit kunnen trekken, om het beter te doen in de toekomst. Welke contacten hebt u met de gemeente en de verkozenen? Wat komt daaruit voort? We hebben een ontmoeting gehad met de burgemeester van Evere en het personeel van de dienst duurzame ontwikkeling. Zo kregen we steun van de burgemeester, die ons toegang verschafte tot een polyvalente zaal die ter beschikking staat voor verenigingen. Het personeel van de dienst duurzame ontwikkeling heeft ook aandacht voor onze activiteiten. Toch stellen we vast dat de meanders van de overheidsdiensten soms vooruitgang en projecten in de kiem smoren die volgens ons een snelle impuls zouden moeten krij-

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

gen om verwezenlijkt te kunnen worden en actief door de gemeente gesteund zouden moeten worden. Welke projecten en acties heeft “Transitie Evere en transition” nog voor de toekomst? Voor 2014 zouden we graag nog een sensibiliseringsevenement organiseren, bij voorbeeld rond duurzame voeding. We zouden graag een uitdaging van het type “auberge espagnole” organiseren, waarbij iedereen een schotel meebrengt die voor 80 % Belgische lokale ingrediënten bevat. De stuurgroep vergadert om de drie maanden en blijft allerlei contacten onderhouden. Op termijn zouden we een inventaris willen opmaken van alle duurzame initiatieven en projecten in onze gemeente Evere. Zo kunnen we onze medeburgers informeren over bestaande initiatieven en links leggen en een netwerk creëren met lokale verenigingen die een doel hebben dat verband houdt met transitie.

N° 2 0 1 4 / 1 9

Hebt u ook contact met andere initiatieven van transitiesteden? Wij maken deel uit van het netwerk van transitieinitiatieven in Wallonië en Brussel. Dat netwerk wordt gesubsidieerd door het Waalse Gewest en organiseert vormingen voor transitiebewegingen rond allerlei thema’s en houdt rekening met de stadia van ieders evolutie. Er worden ook evenementen georganiseerd waarbij alle vertegenwoordigers uitgenodigd worden (bv. “les conviviales” op 25 mei te Brussel). Er vinden workshops plaats rond thema’s die verband houden met transitie en dat geeft ook de mogelijkheid om uitwisselingen te doen met andere terreinwerkers.

Virginie Randaxhe


BLZ 18

MO NI T O R V A N D E D U U R ZA ME O NT WI K K E LI NG

N° 2 0 1 4 / 1 9

Elektronisch … dusc’est ook ecologisch! C’est électronique… écologique ! Ons engagement voor duurzame ontwikkeling indachtig maar ook om papierverspilling tegen Par soucis de cohérence et d’engagement en faveur d’un développement plus durable mais aussi te gaan, wensen wij de Monitor van de Duurzame Ontwikkeling prioritair per e-mail onder afin d’éviter des gaspillages inutiles de papier, nous souhaitons diffuser le Moniteur du onze lezers te verspreiden. Développement Durable prioritairement par courriel. Neem een abonnement! Inscrivez-vous ! Hebt u de Monitor van de Duurzame Ontwikkeling niet persoonlijk ontvangen? Vous n’avez pas reçu personnellement le Moniteur du Développement Durable ?Wenst u de volgende nummers te ontvangen? Geen probleem! Neem een abonnement de website Vous souhaitez être tenu au courant de la parution des prochains numérosvia ? Pas de problème ! van de Vereniging. U kan het formulier invullen op www.vsgb.be > Diensten > Publicaties Abonnez-vous sur le site internet de l’Association. > Monitor vanlede Duurzame Ontwikkeling. Pour remplir formulaire : www.avcb.be>publications>moniteur du développement durable. Download via onze website! Téléchargez-le ! U kan de Monitor van Duurzamegratuitement Ontwikkelingletevens gratis downloaden op : Vous pouvez égalementdetélécharger moniteur à l’adresse suivante www.vsgb.be > Diensten > Publicatiesdu > Monitor van de Duurzame www.avcb.be>publications>moniteur développement durable. Ontwikkeling. Geen e-mailadres? Pas d’adresse électronique ? U hebt geen rechtstreekse toegang internet en wil de Monitor van de le Duurzame Vous n’avez pas accès à internet et tot vous souhaitez quand même recevoir Moniteur du Ontwikkeling toch ontvangen? Bel ons en we zullen samen een oplossing Développement Durable. Téléphonez-nous, ensemble nous trouverons unezoeken. solution. Contact Contact: Forum voorun Duurzame Ontwikkeling Forum pour Développement Durable van de Vereniging van Stad en Communes de Gemeenten het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (VSGB) Association de la de Ville et des de lavan Région Aarlenstraat 53 bus 4 1040 Brussel de Bruxelles-Capitale. Rue d'Arlon 4 à 1040 Bruxelles Tel: 02 238 53 51 Boîte 62 - Fax: 02 280 60 90 Tél: 02/238.51.62 Fax: 02/280.60.90 Courriel : philippe.mertens@avcb-vsgb.be E-mail: philippe.mertens@avcb-vsgb.be

Forum van de gemeenten - Milieufeest (juni 2014)


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.