Nbb 2013 6

Page 1

Ver. Uitg. Marc Thoulen - Nr 7317

Nr 2013/06 - december 2013/februari 2014

De rol van de gemeenten Met de steun van onze Vereniging organiseerde de Conferentie van Burgemeesters op 24 januari 2014 een boeiend colloquium “De gemeenten ten dienste van de burger”. Onze medeburgers beseffen niet altijd goed wat hun gemeente voor hen doet. Het gaat om meer dienstverlening dan de burgerlijke stand, het onderhoud van gemeentewegen of de organisatie van een onderwijsnet. De kwaliteit van ons

dagelijks leven hangt in grote mate af van het beleid van onze gemeente, in uiteenlopende domeinen zoals ruimtelijke o rd e n i n g , l e e f m i l i e u , g ro e n e r u i m t e n , s t a d s ve r n i e u w i n g , huisvesting, gezondheid, sociale cohesie, kinderopvang, preventie, veiligheid, lokale economie, cultuur, sport, .... De gemeenten zijn de basis van de democratie. Het is heel vaak het enige overheidsniveau waar rechtstreeks contact mogelijk is tussen de verkozene en de burger. Als hij te maken krijgt met veranderingen in zijn leefomgeving, gaat de burger doorgaans eerst bij de gemeente aankloppen, ook al is de uiteindelijke verantwoordelijke instantie het Gewest of de Staat. Dan is het aan de gemeentemandataris om de kwesties die hem voorgelegd worden of de zaken die hij vaststelt, aan te kaarten bij de hogere instanties. Grote structuren zijn niet altijd de meest doeltreffende. Soms bereiken we schaalvoordeel, maar soms ook “schaalnadeel”.

Als overheid die het dichtst bij de burger staat, heeft de gemeente een zekere soepelheid in het beheer en grondige kennis van het terrein, zodat er kort op de bal gespeeld kan worden en nieuwe problemen snel aangepakt kunnen worden. Dankzij de beperkte afstand tussen gemeentemandatarissen, gemeentebestuur en burgers kunnen ze elkaars verwachtingen en behoeften gemakkelijk begrijpen, wat helpt om de kwaliteit van de dienstverlening nog te verbeteren. Het colloquium van de Conferentie van Burgemeesters richtte de schijnwerpers op het subsidiariteitsbeginsel, dat inhoudt dat een bevoegdheid enkel en alleen aan een ander overheidsniveau dan het lokale toevertrouwd mag worden als het op dat andere niveau beter uitgeoefend kan worden.

EDITO

Vandaag beheerst het principe van het “multi-level governance” het bestuur van ons Gewest. Zo’n bestuur vergt dialoog en een coherente aanpak van deze twee democratische overheidsniveaus, Gewest en gemeenten. De afgelopen maanden ontbrak die dialoog soms, zoals bij de wijziging van de Nieuwe Gemeentewet die voorbereid werd zonder overleg met de gemeentelijke wereld en onze Vereniging in het bijzonder. Coherente actie is alleen mogelijk als er dialoog is om te overleggen over doelstellingen die samen bereikt moeten worden en de nodige middelen voorhanden zijn. Het is niet door Gewest

en gemeenten tegen elkaar op te zetten of door één van beide niveaus te verzwakken in vergelijking tot de andere, dat we de vele uitdagingen waarmee Brussel geconfronteerd wordt, beter zullen aanpakken. We hebben sterke gemeenten nodig, als partner van een sterk Gewest.

Marc Cools, Voorzitter VSGB

DE VERENIGING IN ACTIE De periode waar we hier verslag van uitbrengen, loop van midden augustus tot midden januari, een ongewoon lange termijn. Dat is toe te schrijven aan het feit dat een nummer van het tijdschrift vervangen werd door de brochure gewijd aan het 20-jarig bestaan van de Brusselse Vereniging en het 100-jarig bestaan van de Vereniging van Belgische Steden en Gemeenten, waaruit ze ontstaan is. Wij komen dus terug op de activiteiten in die periode, maar niet exhaustief: voor een volledige debriefing verwijzen we naar het jaarverslag 2013 dat gepubliceerd zal worden in het kader van de volgende Algemene Vergadering van de Vereniging. In deze periode vergaderde het Bureau van de Vereniging vijf keer (op 11 september, 9 oktober, 20 november, 11 december en 15 januari) en de Raad van Bestuur één keer (op 23 oktober), waar de vernieuwing afgerond werd en het memorandum goedgekeurd werd met de eisen van de Brusselse gemeenten voor de volgende gewestelijke bestuursperiode.

Sterke gemeenten, partners van een sterk Gewest Dat memorandum bundelt de eisen van de lokale besturen van ons Gewest en concretiseert de beginselen van subsidiariteit, decentralisatie, evenwicht en overleg, die de basis vormen van lokale democratie en goed bestuur. Het beschrijft de voornaamste verbeteringen die de Vereniging voorstelt voor het werkingskader van de gemeenten, met uitzondering van het sociale luik, waarvoor verwezen wordt naar het specifieke memorandum van de Afdeling OCMW, en ook onderwijs, dat behandeld wordt door het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten (OVSG) voor de Vlaamse Gemeenschap en door de Conseil de l’Enseignement des Communes et des Provinces (CECP) voor de Franse Gemeenschap.

INHOUD

Duurzaamheid sijpelt door in Anderlechtse overheidsopdrachten . . . . . . . .4 Ook het OCMW van Sint-Lambrechts-Woluwe draagt duurzame ontwikkeling hoog in het vaandel . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 De vereniging in actie (vervolg) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Gemeentelijke administratieve sancties : nieuwigheden (vervolg) . . . . . . . .15 Wetgeving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20 De vereniging in actie (vervolg) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24


DE VERENIGING IN ACTIE

Het document stipt in de eerste plaats aan dat de werkingsmiddelen van de gemeenten gekoppeld moeten blijven aan het beleid dat van hen verwacht wordt : dat hoofdstuk behandelt financiële aspecten, maar gaat ook in op personeel en organisatie. De Vereniging pleit voor nauwe samenwerking met het Gewest voor de uitoefening van essentiële taken, zoals school- en socioculturele infrastructuur, stedenbouw, wegen, mobiliteit, openbare ruimte, veiligheid en preventie, economie en tewerkstelling, huisvesting en duurzame ontwikkeling. In een laatste deel breekt het memorandum een lans voor de voortzetting van gedecentraliseerde samenwerking en vraagt het doeltreffende synergie met het Gewest om de Europese positionering van Brussel te waarborgen en ook steun van het Gewest om de gemeentelijke eisen ten aanzien van het federaal niveau kracht bij te zetten. Het wordt afgesloten met de link tussen lokale democratie en goed bestuur, waar de Vereniging zich duidelijk engageert voor actief burgerschap. Raadpleeg het memorandum “Sterke gemeenten, partners van een sterk Gewest” op www.vsgb.be > Publicaties

100 jaar VBSG, 20 jaar VSGB Honderd jaar leden werd de Vereniging van Belgische Steden en Gemeenten in het leven geroepen, op initiatief van de Elsenaar Emile Vinck. Een eeuw later dragen de drie regionale verenigingen, waarvan alle Belgische gemeenten lid zijn en die 20 jaar geleden ontstaan zijn uit de grote Vereniging van Belgische gemeenten, de gemeentelijke bekommernissen steeds hoog in het vaandel. Aanvankelijk ging het enkel om het verlenen van advies, maar hun taken verruimden aanzienlijk in de loop der jaren : belangenbehartiging, informatieverspreiding, vorming, creatie van netwerken … De brochure die de Vereniging voor het evenement samenstelde, beschrijft de successen maar ook de tegenslagen in dit grote avontuur. U vindt de brochure “100 jaar VBSG, 20 jaar VSGB” op www.vsgb.be > Publicaties Er werd niet alleen in de achteruitkijkspiegel gekeken. Op 5 december verzamelden de drie regionale verenigingen hun leden om de krijtlijnen te schetsen van de toekomst van de gemeente, onder de slogan “Lokaal is de toekomst”. In het auditorium van Belfius in de Passage 44 luisterden mandatarissen en topambtenaren na een filmpje van Annemarie Jorritsma, pas benoemd voorzitster van de Raad van Europese Gemeenten en Regio’s, naar interviews van de voorzitters van de Verenigingen, telkens in dialoog met de minister-president van hun Gewest. Het academisch gedeelte van de avond werd afgesloten met een boodschap van eerste minister Elio Di Rupo.

Voorzitterschap van de Belgische Vereniging Alvorens verder te gaan vermelden we ook dat de Brusselse Vereniging tijdens de Algemene Vergadering van de Vereniging van Belgische Steden en Gemeenten, op 2 september, de mandaten van federaal voorzitter en secretaris aan haar Vlaamse zustervereniging VVSG doorgegeven heeft. Het federaal voorzitterschap en secretariaat worden om de beurt gedurende twee jaar door elk van de regionale Verenigingen uitgeoefend en onze termijn was afgelopen. De Brusselse Vereniging blijft echter verantwoordelijk voor een groot deel van de financiële aspecten van het federaal secretariaat en de follow-up van de interntionale kwesties in het kader van de Raad van Europa.

Publiek-publieke samenwerking Op politiek vlak beginnen we met goed nieuws voor de publiek-publieke samenwerking. Er moesten nog grote wijzigingen aangebracht worden in de teksten die de Europese Commissie voorstelde. Anders beleef de samenwerking tussen een intercommunale en een gemeente die er lid van is of tussen gemeenten en OCMW onderworpen aan de wetgeving op de overheidsopdrachten. Op 19 maart had onze Vereniging samen met haar zusterverenigingen bij de eerste minister opmerkingen aangekaart bij de ontwerpen die in het Europees Parlement ingediend waren. Wij zijn verheugd dat onze opmerkingen verwerkt zijn in de tekst die op 5 september goedgekeurd werd in de parlementscommissie binnenlandse zaken. Volgens de tekst is een relatie nu “in house” (bv. tussen een intercommunale en een gemeente die er lid van is) en dus niet onderworpen aan de wetgeving op de overheidsopdrachten, als 80 % van de activiteiten door de ene partij verricht wordt ten behoeve van de andere, in plaats van de 90 % die in het ontwerp van richtlijn voorgesteld werd. De definitie “in house” werd ook verruimd, zodat het voortaan meer situaties dekt dan in het verleden. Tot slot werd de definitie van analoge controle zoals die door de Europese rechtspraak uiteengezet werd en waarvan het ontwerp afweek, in de tekst bekrachtigd. Wat de samenwerkingsovereenkomsten betreft (bv. tussen een gemeente en diens OCMW), een ander mechanisme dat een uitzondering vormt op de toepassing van de

2

Nieuwsbrief 2013/06


DE VERENIGING IN ACTIE

wetgeving inzake overheidsopdrachten, werden de beschikkingen die de voorwaarden verzwaren van de toepassing van de uitzondering zoals blijkt uit de Europese rechtspraak, grotendeels geschrapt.

Identificatie van politieagenten Op 19 april 2012 werd in de Senaat een wetsvoorstel ingediend door Gérard Deprez, Alain Courtois en Christine Defraigne, tot wijziging van artikel 41 van de wet op het politieambt van 5 augustus 1992, in verband met de identificatie van politieagenten en de bescherming van hun private levenssfeer. Dankzij dit voorstel zouden politieagenten in bepaalde omstandigheden geïdentificeerd kunnen worden aan de hand van een interventienummer in plaats van hun naamplaatje. Gemeentelijke vaststellers worden immers geconfronteerd met hetzelfde risico op represailles als politieagenten. De Vereniging stelt dat van dit wetsvoorstel gebruik gemaakt moet worden om het voorgestelde systeem voor de politieagenten uit te breiden tot de vaststellers. Daarom werd er op 11 september geschreven naar minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet en heeft de Vereniging bij de opstelling van het KB tot vaststelling van de minimumvoorwaarden voor ambtenaren en personeelsleden bevoegd voor de vaststelling van inbreuken waarvoor GAS-boetes opgelegd kunnen worden, in december, nogmaals aangedrongen op de beperking van de identificatie van de gemeentelijke vaststellers tot een interventienummer. Het is jammer dat de minister niet ingegaan is op onze vraag : het KB werd bekendgemaakt op 27 december en stelt nog steeds dat elke vaststeller een identificatienummer moet bezitten waarop zijn naam en voornaam vermeld zijn.

Huisvestingscode Staatssecretaris voor Huisvesting Christos Doulkeridis raadpleegde de Vereniging in het kader van de procedure voor de opstelling van de uitvoeringsbesluiten bij de nieuwe Huisvestingscode. De Vereniging heeft haar advies overgemaakt in een brief van 11 september. Het ontwerp bevat enkele onvolmaaktheden op juridisch en wetgevingsvlak. Het lijkt onaanvaardbaar dat alle politieke mandatarissen uitgesloten worden uit de toekenningscommissie. Veel gemeentemandatarissen beschikken immers over heel wat praktische ervaring. Het zou jammer zijn daar geen beroep op te doen. Door een dergelijk verbod op te leggen gaat de regering verder dan de wettelijke habilitering die de Huisvestingscode geeft. Artikel 28bis stelt immers dat de gemeenteraad de samenstelling en de werkwijze van de onafhankelijke commissie bepaalt: de regering mag de bevoegdheid van de gemeenteraad op dat vlak dus niet

beperken. Hun recht om verkozen mandatarissen aan te stellen berust op een essentieel democratisch beginsel. Als er politieke mandatarissen aan die commissie deelnemen, zou er een evenwichtige vertegenwoordiging van de gemeentelijke meerderheid en oppositie moeten zijn. De commissie mag ook niet uitsluitend uit mandatarissen bestaan, om de mogelijkheid te houden er tevens deskundigen bij te betrekken. De vertegenwoordigers van de VSGB hebben dit standpunt verdedigd in de adviesraad Huisvesting, wiens advies duidelijk aansluit bij de visie van de Vereniging.

Administratieve vereenvoudiging Op 25 september werd de Vereniging door de Kamer gehoord, in het kader van een wetsontwerp van 28 juni 2013 betreffende administratieve vereenvoudiging. De tekst – inmiddels de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging geworden – vult de lijst met informatie die ingeschreven moet worden in het rijksregister van de natuurlijke personen aan met drie nieuwe gegevens : ascendenten en afstammelingen in eerste graad en akten en beslissingen betreffende de bekwaamheid en vertegenwoordiging, en biedt de ambtenaar van de burgerlijke stand de mogelijkheid om de wettelijke informatie die in een akte staat, rechtstreeks in het rijksregister te registeren. De Vereniging ging akkoord met deze maatregelen, maar drukte voorbehoud uit bij de inschrijving in het rijksregister van een kind dat in België geboren werd, voor wie een geboorteakte opgesteld werd maar wiens ouders in geen enkel register ingeschreven zijn. Wij wezen daarbij op de moeilijkheden bij de toekenning van de rijksregisternummers en hun interpretatie door de organismen voor sociale zekerheid. De wetgever had oor voor deze opmerkingen, want het artikel staat niet meer in de definitieve tekst.

Stedenbouwkundige overtredingen In brieven van 15 oktober en 16 december aan staatssecretaris voor Stedenbouw Rachid Madrane reageerde de Vereniging op het voorontwerp tot hervorming van het stelsel voor de vervolging van stedenbouwkundige overtredingen. Het doel ervan is in het BWRO de mogelijkheid voor het Gewest in te voeren om administratieve sancties op te leggen, een doel dat de Vereniging volledig onderschrijft om de efficiëntie van de sancties op stedenbouwkundig vlak te waarborgen. De Vereniging benadrukt dat er meer personeel en financiële middelen ter beschikking gesteld moeten worden van de gewestelijke dienst die belast wordt met de vervolging van de overtredingen, maar ook van de administratieve overheden die ze vaststellen. Zij vraagt dat de opbrengst van de boetes naar de gemeenten zou gaan. De vervolg pagina 10 Nieuwsbrief 2013/06

3


IN ONZE GEMEENTEN

Op 23 oktober 2013 werd de Bozar ondergedompeld in de duurzame ontwikkeling, met de presentatie van diverse projecten in het kader van de “Lokale Agenda 21” van Brusselse gemeenten en OCMW’s. Nieuwsbrief stelt hier twee opmerkelijke acties voor uit de vele interessante projecten die de gemeenten tot stand brengen : het eerste tracht duurzaamheid in de zeer technische materie van de overheidsopdrachten te verweven en het tweede toont dat duurzame ontwikkeling ook mogelijk is in een OCMW.

Duurzaamheid sijpelt door in Anderlechtse overheidsopdrachten Christophe Bourgois, coördinator Lokale Agenda 21 in Anderlecht, legt uit hoe principes van duurzame ontwikkeling in overheidsopdrachten verwerkt kunnen worden. Nieuwsbrief : wat houdt een duurzame overheidsopdracht precies in ? Christophe Bourgois : “Het zijn overheidsopdrachten waarbij getracht wordt de meerwaarde van de overheidsuitgave op sociaal en milieuvlak te optimaliseren. Bij dit soort opdracht is het belangrijk dat er vooraf nagedacht wordt over de behoeften, om daarna oplossingen te zoeken vanuit een invalshoek die rekening houdt met het leefmilieu of andere aspecten van duurzame ontwikkeling. Als je bijvoorbeeld de werkkledij moet vernieuwen, opteer je best voor stoffen op basis van hennep, aangezien er bij die teelt heel weinig water en geen pesticiden en gebruikt worden. Bij de teelt van katoen, dat traditioneel vaak gekozen wordt, daarentegen worden veel pesticiden gebruikt en is veel irrigatie nodig, waardoor het minder goed scoort op milieuvlak. Onze lastenboeken bevatten in een aantal gevallen clausules in verband met leefmilieu, sociale en ethische aspecten. Op die manier blijven we niet binnen het traditionele denkkader van de aankopen. Zo is het voor de vervanging van dienstvoertuigen belangrijk de tijd te nemen om de voordelen af te wegen van een aankoop in vergelijking tot leasing. In Anderlecht hebben we ons afgevraagd of we het gebruik ervan intern moesten combineren of veeleer extern aan de hand van abonnementen op een systeem van gedeelde voertuigen.”

Hoe is dit soort overheidsopdrachten in Anderlecht tot stand gekomen ? Christophe Bourgois : “Onze eerste overheidsopdracht waarin elementen voor duurzame ontwikkeling verwerkt waren, dateert al van 2007. Het ging om de vervanging van inktpatronen. Wij hebben toen voor een deel van de opdracht gekozen voor hervulde patronen. Het initiatief kwam van de informaticadienst, maar ook de milieudienst - de voorloper van de huidige dienst duurzame ontwikkeling – droeg zijn steentje bij. Op het vlak van duurzame voeding heeft de dienst sociale zaken twee jaar lang nagedacht, met de bijstand van externe deskundigen, om in 2009 tot de invoering van milieuclausules bij de hernieuwing van de aanbesteding voor warme maaltijden in de schoolrefters. Sinds dit jaar schenken we in dat kader ook aandacht aan sociale clausules. Ook nog in 2009 sloot de gemeente zich aan bij het gewestelijke initiatief van de Lokale Agenda 21, op initiatief van schepen voor duurzame ontwikkeling Gaëtan Van Goidsenhoven, waardoor er een medewerker aangeworven kon worden voor de coördinatie van de duurzame acties in dat kader. Dankzij die bijkomende werkkracht kon de dienst duurzame ontwikkeling zich beter toeleggen op de opstelling van een coherent actieplan en vervolgens ook op de uitvoering ervan. In die periode heeft de gemeente ook beslist om sociale clausules in haar overheidsopdrachten op te nemen. Ik bekleed mijn huidige functie sinds mei 2010. Wij hebben de duurzaamheid ingang doen vinden bij het tiental diensten die betrokken zijn bij de voornaamste overheidsopdrachten : economaat (algemene leveringen), informatica, informatie, stadsvernieuwing, groene ruimten, openbare werken, onderwijs, gebouwen en huisvesting, sociale zaken, … We meten dan de gevoeligheid van elke dienst en de ontvankelijkheid van de betrokkenen voor deze nieuwe thema’s.”

Zie ook “Gids voor goede praktijken inzake sociale motieven bij overheidsopdrachten in België”, POD Maatschappelijke Integratie 2013, beschikbaar op www.mi-is.be > Sociale economie

4

Nieuwsbrief 2013/06


IN ONZE GEMEENTEN

Over welke hulpmiddelen beschikt een coördinator LA21 ? Christophe Bourgois : “Voor de invoering van ethische of milieuclausules baseren wij ons voornamelijk op bestaande labels. Die moeten we in de eerste plaats goed kennen, om een onderscheid te kunnen maken tussen de degelijk gecontroleerde en de minder betrouwbare. Wij gaven de voorkeur aan het Europese ecolabel of de bio-garantie labels. Daarin kan een dienst duurzame ontwikkeling een meerwaarde bieden aan de diensten die de lastenboeken opstellen. Maar gezien het grote aantal verschillende labels en de moeilijkheid om de geschiktste oplossing te vinden, moeten wij ons inspannen om bij te blijven en geregeld vormingen volgen. Voor de milieuclausules hebben we de vormingen die het Brussels netwerk van duurzame aankopers organiseert. 1 Dat zijn zowel algemene vormingen als thematische, rond onderhoudsproducten, voeding, afvalbeheer, … Er wordt ook toelichting gegeven bij de procedures voor de toewijzing van een opdracht of de exacte formulering van documenten. Het netwerk van duurzame aankopers werd opgericht door het departement duurzame consumptie van Leefmilieu Brussel en stelt bovendien een zeer nuttige helpdesk ter beschikking die lastenboeken herleest. En zoals de naam het zegt, is het netwerk een plaats voor uitwisselingen, zowel van successen als mislukkingen. In de praktijk is het een webplatform dat informatie verspreidt onder de betrokkenen: referentiedocumenten, uiteenzettingen, …” Hoe wordt duurzaamheid in een overheidsopdracht bewerkstelligd ? Christophe Bourgois : “De middelen verschillen uiteraard naargelang het gaat om een opdracht voor leveringen, diensten of werken. De lastenboeken kunnen verwijzen naar labels, maar ze mogen daar geen uitsluitingscriterium van maken. Om billijkheidsredenen kan een leverancier die geen label kan voorleggen maar toch bewijst dat hij aan de eisen beantwoordt, nog altijd toegelaten worden. Het lastenboek moet dus absoluut in die zin opgesteld worden. Bij opdrachten voor diensten en werken wordt veeleer de sociale meerwaarde uitgediept, wat op twee manieren gebeurt. Enerzijds kan men voor grote opdrachten eisen dat de kandidaat zich verbindt tot vormingen of socioprofessionele inschakeling. Zo moest de ondernemer bij de bouw van het passief kinderdagverblijf in de wijk Lemmens enkele werknemers in dienst nemen via maatregelen voor socioprofessionele inschakeling (SPI). En voor onze

aanbesteding rond sociale of schoolmaaltijden moest een aantal uren gepresteerd worden onder het stelsel van de SPI. Aangezien dat inhoudt dat men een beroep doet op minder efficiënte werkkrachten, is dit enkel mogelijk in het kader van belangrijke opdrachten, waar het hoge aantal uren en werkdagen voldoende ruimte laat om een deel ervan aan deze sociale maatregelen te besteden. Anderzijds, voor kleine opdrachten, spelen we als dat mogelijk is op de mogelijkheid om de opdracht voor te behouden. Het gaat om een mechanisme dat - zoals de titel aangeeft - de opdracht kan voorbehouden voor ondernemingen voor sociale economie (een initiatief voor SPI of een onderneming voor aangepast werk). Dat is bijzonder nuttig als verschillende bedrijven voor sociale economie werkzaam zijn in het gewenste domein. In 2013 hebben wij daar gebruik van gemaakt voor de huis-aan-huisverdeling van drukwerk, de inrichting van groene ruimten en het leegmaken en de afbraak van gebouwen. Deze werkwijze is ook mogelijk voor schilderwerk, isolatiewerken, plaatsing van wanden, onderhoud van groene ruimten, catering of digitalisering van archieven. Doorgaans gaat het om repetitief en manueel werk.” Hoe kan de Anderlechtse Lokale Agenda de duurzaamheid in overheidsopdrachten bevorderen ? Christophe Bourgois : “Het politieke initiatief rond duurzame ontwikkeling maakte het in onze gemeente mogelijk een Lokale Agenda 21 op te stellen. Dat is een belangrijk keerpunt in de legitimering van ons initiatief, zowel ten aanzien van de bevolking als ten aanzien van de diensten van de administratie. Het is gemakkelijker om te vragen aan andere diensten om duurzaamheid in hun opdrachten op te nemen als deze vraag kadert in een politiek gevalideerd, ondersteund en gepromoot coherent beleid. In Anderlecht hebben we voor onze Agenda 18 strategische assen gekozen en één ervan was het voorbeeldkarakter dat de gemeente op het vlak van het aankoopbeleid moet tonen. Het college heeft overigens steeds de door de gemeentediensten voorgestelde duurzame aanbestedingen goedgekeurd. Maar ongeacht de wil van sommigen, hangt de invoeging van sociale of milieuvereisten gewoon af van het marktaanbod. Dat is duidelijk in volle ontwikkeling en de voorbeeldrol van de overheid speelt daar ook in mee, maar tot nu toe is er nog niet voor alle diensten of leveringen een aangepast aanbod. Wij zitten in een materie die volop evolueert.” Hoe kunnen we een beeld krijgen van het beschikbare aanbod ? Christophe Bourgois : “Om na te gaan of er een aanbod is op het vlak van sociale economie, kan men zich enerzijds baseren op de Federatie van Brusselse beschutte werkplaatsen 2

1 www.leefmilieubrussel.be > Professionelen > Duurzaam beheer van uw activiteit > Duurzame aankopen 2 www.onzestieluwsteun.be

Nieuwsbrief 2013/06

5


IN ONZE GEMEENTEN

en anderzijds op de federatie voor sociale economie Saw B 3. Dat is de andere grote speler die vormingen aanbiedt en een helpdesk die de lastenboeken op juridisch vlak herleest om te checken of alle bepalingen relevant en wettelijk correct zijn. Sociale clausules werken goed in Brussel, want er zijn heel wat dergelijke bedrijven in dit Gewest.” Stoot men bij de invoering van duurzaamheidsclausules in overheidsopdrachten ook op obstakels ? Christophe Bourgois : “De ontvankelijkheid van de diensten varieert in functie van de personen, de gewoontes. We zien 3 groepen : een derde twijfelt, een derde schippert tussen terughoudendheid, passiviteit of ongevoeligheid en een laatste derde is actiever. Onze rol is twijfelaars te overtuigen en de laatste twee groepen bij te staan. De duidelijke politieke wil om duurzaam te werk te gaan en een Lokale Agenda 21op te stellen voor de gemeente, helpen uiteraard in die richting. Maar er moet nog vrees overwonnen worden. Die uit zich op 3 vlakken : bijkomend werk, extra uitgaven en het onaangepaste aanbod. We hadden het net over het aanbod. Ook al dekt het nog niet alles, het is wel al in volle ontwikkeling. Als de gemeentediensten niet altijd op de hoogte zijn van het aanbod op het vlak van duurzaamheid, kunnen we daar soms iets aan doen via onze informatiekanalen.

op die manier gespaard werd, werd geïnvesteerd in de kwaliteit van de producten, die uit een bio-gamma gekozen werden. Dit voorbeeld brengt ons echter bij het probleem van de beschikbaarheid van de producten op de markt : bepaalde producten zijn bio en fairtrade, andere enkel bio en nog andere zijn moeilijk te vinden in de bio-keten. Ook hier was het netwerk van overheidsaankopers zeer nuttig om de markt te verkennen. Tot slot is er nog de aanpassing. Soms heb je een enthousiast diensthoofd, maar wordt die afgeremd door een medewerker die het lastenboek moet opstellen en misschien wel van goede wil is maar niet weet hoe deze clausules erin te verwerken. Ook daar is onze rol deze mensen bij te staan en hen aan te moedigen om vormingen te volgen en te innoveren. Dan is er nog een moeilijkheid – buiten de gemeente dit keer – namelijk het gewestelijk toezicht. Dat heeft in het verleden wel eens milieuclausules die de helpdesk van Leefmilieu Brussel aanbracht, in twijfel getrokken. Hier zien we dat de materie duurzame ontwikkeling nog in volle ontwikkeling is. Begin 2013 heeft het team van het gewestelijk toezicht zich aangesloten bij het netwerk van overheidsaankopers, wat constructieve uitwisselingen teweegbrengt tussen alle betrokken partijen, wat dus ook het voorafgaand overleg versterkt.”

Daarna komt de vrees voor bijkomend werk als aanbestedingen aangepast moeten worden aan sociale of milieuaspecten. Gelukkig kunnen wij daarop inspelen door onze collega’s ondersteuning aan te bieden. Zo steunt de cel Agenda 21 de andere diensten actief, zowel in het stadium van de opstelling van de lastenboeken als bij de analyse van de offertes. Deze transversale samenwerking is overigens een grote bron van motivatie in ons werk.

Interview door Philippe Delvaux

Bij onze studie ter voorbereiding van de overheidsopdracht voor schoolmaaltijden stelden we vast dat de hoeveelheden vlees die vroeger geëist werden overdreven waren en eigenlijk overeenstemden met wat een volwassene nodig heeft. Wij hebben die cijfers aangepast aan de hoeveelheden die kinderen nodig hebben, wat de kosten uiteraard verlaagde. Het geld dat

3 www.saw-be > Annuaire de l’Economie Sociale (ES) “Préférences”

6

Nieuwsbrief 2013/06

© Gemeente Anderlecht

Dan komt de kwestie van de meerkost die duurzame producten of diensten teweegbrengen. Die vrees is niet altijd terecht: bepaalde producten kosten echt niet meer dan hun nietduurzaam equivalent. En voor degene die wel duurder zijn, zien we dat de duurzame producten terrein winnen en hun prijzen dus geleidelijk dalen. Anderzijds kan een grondigere analyse ook de balans in het voordeel van duurzame producten doen overhellen: als we de meerkost bij aankoop samen met de besparingen bij gebruik in beschouwing nemen, omdat je van een duurzaam onderhoudsproduct minder gebruikt dan van het industriële equivalent of omdat de energiebesparing bij bouwwerken de uiteindelijke energiefactuur beperken.

Duurzame schoolrefters


IN ONZE GEMEENTEN

Ook het OCMW draagt duurzame ontwikkeling hoog in het vaandel De gemeenten zijn niet de enige instanties die zich engageren in een Lokale Agenda 21. Steeds meer OCMW’s sluiten zich ook bij het initiatief aan. Wij gingen een kijkje nemen in Sint-Lambrechts-Woluwe, in het gezelschap van coördinatrice Caroline Legrand.

Wie werkt er mee aan de Agenda ? Caroline Legrand : “De impuls ging uit van een uitgesproken politieke wil om het werk aan te vatten met de sociale coördinatie van het OCMW. Onze Agenda staat onder leiding van een stuurcomité, bestaande uit 17 personen met verschillende achtergrond. Cel duurzame ontwikkeling : Caroline Legrand & Colette Fort Caroline Legrand : “Het OCMW van Woluwe bestrijkt een terrein van 22.000 m2 : in die gebouwen zijn bepaalde acties uit onze Agenda 21 gecentraliseerd. Maar buiten bakstenen is het in de eerste plaats een openbare dienst waarrond een vzw actief is. Het OCMW stelt 470 mensen te werk, waarvan nagenoeg 300 via de vzw Wolu Social 1. Daarnaast is het OCMW ook een geriatrisch revalidatiecentrum, een rust- en verzorgingstehuis, een dagverzorgingscentrum, tijdelijke huisvesting, een initiatief met 6 appartementen waar bejaarden samen wonen, 4 opvangwoningen voor vreemdelingen, 13 diensten om de structuren te organiseren. Al deze diensten samen bereiken meer dan 1.300 personen rechtstreeks. Voor onze Agenda zijn we van nul vertrokken, wat ons alle ruimte liet om het project op te bouwen. We hebben de subsidie begin 2011 verkregen, waardoor we vanaf januari onze eerste acties op het getouw konden zetten. Van meet af aan werd er beslist geen afzonderlijke dienst op te richten, maar de duurzame ontwikkeling in de werking van het OCMW te verweven. Op dat moment was ik mijn opleiding master in maatschappelijke vorming aan het afronden, waardoor ik de aangewezen persoon was om me toe te leggen op de projectoproep Lokale Agenda 21, die uiteraard transversaal en participatief aangepakt moest worden

Op politiek niveau zijn het de vier OCMW-raadsleden die lid zijn van het vast Bureau, en de OCMW-voorzitter die de actie ondersteunen. Het project wordt dus zowel gedragen door politiekers uit de meerderheid als uit de oppositie. De hiërarchie van het OCMW is erbij betrokken via verschillende verantwoordelijken: de secretaris, de ontvanger, de rusthuisdirectrice, het hoofd sociale zaken en het hoofd facilitaire aangelegenheden. Naast drie anderen, maken deze vijf mensen ook deel uit van het Directiecomité, het beheerorgaan van het OCMW. Zij kunnen dus praten met de andere verantwoordelijken van de Agenda, om de coherentie van de acties te waarborgen. De Agenda 21 heeft ook betrekking op de vzw Wolu Social, die op onze site gevestigd is. Hun medewerkers steunen ook onze activiteiten: de voorzitter, de directeur-generaal en de verantwoordelijken van de technische dienst en van de huishouddienst hebben er zich bij aangesloten. Tot slot versterkt de aanwezigheid van de coördinatrice van de Lokale Agenda 21 de band met onze gemeente.” Welke fasen doorloopt uw Lokale Agenda 21 ? Caroline Legrand : “De opstelling van een Agenda is een participatief proces, in verschillende fasen : eerst is er een informatiefase, vervolgens raadpleging, zowel intern (het personeel) als extern (het publiek), overleg en tot slot gezamenlijk beheer.” Eigenlijk zijn er dus twee doelgroepen. Laten we eerst ingaan op uw ervaring met de OCMW-medewerkers. Caroline Legrand : “De eerste fase bestond uit vergaderingen met de diensten. In totaal vonden er een twaalftal interne

1 Wolu Social is een diensten-vzw die verpleegkundig, huishoud-, schoonmaak- en technisch personeel te werk stelt. Nieuwsbrief 2013/06

7


IN ONZE GEMEENTEN

© OCMW van Sint-Lambrechts-Woluwe

vergaderingen plaats. Op die manier bereikten we het OCMWpersoneel maar ook de vzw Wolu Social. Zo kwamen we in 2013 tot een actieplan, dat voorgelegd werd aan het stuurcomité. Na deze eerste fase hadden we een beter zicht op de mogelijkheden, alvorens na te gaan welk nut en welke voordelen er in ruime zin uit de acties gehaald kunnen worden.

We hebben een enquête verricht omtrent duurzame ontwikkeling (leefmilieu, mobiliteit, water, energie, …) en de specifieke problematiek van het bestuur. Zo konden we een stand van zaken opmaken, waaruit bleek dat het personeel vindt dat de instelling een zekere gezelligheid mist en de sociale banden aangescherpt kunnen worden. Zij vroegen ook om meer rekening te houden met leefmilieu en energie. Het tweede jaar van de Lokale Agenda 21 werd besteed aan de invoering van verschillende procedures voor participatie binnen onze administratie. Raadpleging werd regelmatig toegepast, zoals bij de verandering van logo, het personeelsfeest, de communicatie of de herstructurering van de diensten.

Het eerste jaar was de raadpleging toegespitst op voeding, mobiliteit en burgerleven. We trachtten uit te zoeken hoe onze doelgroepen deze thema’s aanvoelden. Voor de bevolking hebben we informatievergaderingen gehouden in ons rusthuis, in Andromeda 3, in het lokaal opvanginitiatief en in de algemene sociale dienst, met de steun van een expert in participatie van de denktank “Pour la solidarité”. Het was hun eerste ervaring met een Lokale Agenda 21. De keuze om te beginnen met de bewoners van het rusthuis en van Andromeda is te verklaren door de eenvoud van het proces: het is gemakkelijker de participatie van een publiek te bewerkstelligen op de plek waar ze wonen en waar ze gewoonlijk al sociale activiteiten hebben. Op die manier hebben we 20 van de 24 bewoners van Andromeda gemobiliseerd. En ook in het OCMW-rusthuis brachten we een twintigtal van de 130 residenten in beweging. Het moeilijkste is de niet-residenten bij een participatief proces te betrekken. Voor de bejaarden hebben we ervoor geopteerd de informatie via de ergotherapeute door te geven. Dit ligt moeilijker voor het publiek van onze algemene sociale dienst : zij moeten al veel opleidingen volgen of dingen ondernemen, dus is het moeilijker om hen te boeien voor algemenere zaken zoals een Lokale Agenda 21. Maar moeilijk gaat ook. We komen in contact met hen als ze naar het OCMW komen, gewoon in de wachtzaal. Via de milieuadviseur van het OCMW zoeken we ook contact met hen als ze informatie komen vragen over een energie-audit. Dan proberen we verder te gaan en hun persoonlijke situatie op een globaler niveau te beschouwen. Toch blijft het publiek van de algemene sociale diensten veruit het minst vertegenwoordigd van de verschillende doelgroepen die we trachten te bereiken.”

© OCMW van Sint-Lambrechts-Woluwe

Op basis van de diagnose die uit de enquêtes naar voren kwam, werden er acties op touw gezet om het concept duurzame ontwikkeling concreter en zichtbaarder te maken, zoals de renovatie van de tuinen en de oprichting van solidaire aankoopgroepen voor artisanale landbouw 2. De invoering van een Lokale Agenda 21 vergt regelmatige interactie met de verschillende niveaus van beslissingname binnen de administratie en de partner-vzw. Er werd dus nogmaals vergaderd om de resultaten van de raadpleging voor te stellen, overleg te plegen en nieuwe acties voor te bereiden. De Agenda 21 werd van in meet af aan zo opgevat dat het op elk niveau van het OCMW en de vzw invulling kan krijgen, teneinde de beginselen van de duurzame ontwikkeling in onze werkwijzen op te nemen. Tegelijk moest u zich ook richten tot de OCMWgebruikers en de rusthuisbewoners ? Caroline Legrand : “Het tweede deel van het participatief proces heeft betrekking op de burgers, waaronder dus de OCMW-gebruikers. Daarvoor werd onze werkwijze aangepast.

8

Wat ons brengt tot de tweede fase van het proces … Caroline Legrand : “De resultaten van de raadpleging werden uitgeschreven en omgezet in fiches die dienden in de fase van het overleg. Voor het vervolg van het proces zaten de verschillende deelnemende partijen samen rond de tafel. De terreinwerkers, de diensthoofden en de begunstigden behandelden samen de aangehaalde problematieken.

2 Meer info over SAGAL “Solidaire Aankoopgroep voor Artisanale Landbouw” op www.sagal.be 3 Andromeda is een huisvestingsformule waar bejaarden in zekere zin autonoom wonen : het zijn zes bungalows met telkens vijf bewoners. Nieuwsbrief 2013/06


IN ONZE GEMEENTEN

© OCMW van Sint-Lambrechts-Woluwe

absoluut in aanmerking genomen worden als we het project willen doen slagen.

Voor het overleg werkten we opnieuw met de rusthuisbewoners, waarbij we trachtten via vertegenwoordigers van de residenten één stem naar voren te laten komen. Zo brachten we een vijftiental gemotiveerden samen, om samen oplossingen of verbeteringen te zoeken voor problemen. De groep vroeg bijvoorbeeld om het restaurant gezelliger te maken. Daartoe werden enkele kleine aanpassingen doorgevoerd. Wat het medebeheer betreft, organiseren we om de 6 weken een comité voor de menu’s en een comité voor de residenten: een dynamische groep met 30 tot 40 residenten. Zij worden begeleid door een expert in participatie, die een agenda opstelt met punten die de residenten zelf aanbrengen. We proberen dat doeltreffend aan te pakken, met een verslag waarin duidelijk staat wie wat doet binnen welke termijn.” Is er al vooruitgang zichtbaar ? Caroline Legrand : “Wij hebben niet gewacht tot het plan volledig af was om actie te ondernemen. Reeds in 2012 hebben we samen acties gevoerd: schriftjes maken met gerecycleerd papier, creatie van een nieuw logo voor het OCMW volgens een participatief proces waarbij zowel het personeel als de gebruikers betrokken werden, oprichting van een solidaire aankoopgroep voor artisanale landbouw, deelname aan “bike to work” 4, renovatie van onze tuinen, … Wat de agenda betreft, vloeit de raadpleging over in de actie. Dat maakt het allemaal heel levendig … wat het administratief overigens moeilijker maakt.” Wat kunnen we verwachten van de Lokale Agenda 21 van het OCMW in de toekomst ? Caroline Legrand : “Ons OCMW dingt naar een eerste ster in het ecodynamisch label van Leefmilieu Brussel. In 2014 komt er een projectoproep voor duurzame refters. Het grote probleem is dat streven te combineren met de zeer strenge eisen van het Voedselagentschap. Maar we kunnen rekenen op het hele keukenteam van Wolu Social, dat zeer gemotiveerd is. Het OCMW bereidt 755 maaltijden per dag, dus de uitdaging is aanzienlijk. Wij hebben vastgesteld dat bejaarden erg gesteld zijn op de smaak van het voedsel, dus dat criterium moet

Een van de grote dossiers voor de toekomst ligt op architecturaal vlak. De OCMW-raad heeft een project opgestart rond de renovatie van de tuinen van het OCMW, die aanvankelijk helemaal niet aangelegd waren in functie van de mobiliteit van de residenten. Dat denkproces hebben we opgenomen in de Lokale Agenda 21 en dankzij participatie hebben we het project kunnen bijsturen. Onze visie op het belang van de resident wordt soms weerlegd door de betrokkenen zelf. Zo dachten wij er een speeltuintje in aan te leggen, om de ontmoeting tussen verschillende generaties te bevorderen, maar de residenten zelf vroegen om meer rust.

Wij hebben nota genomen van hun wensen om verschillende sferen te creëren in de groene ruimten, een terras bij het restaurant, schaduwzones in de zomer, een gezellig hoekje om te lezen. Achter het gebouw komt er tevens een moestuin en een boomgaard, voornamelijk met inheemse planten en honingbloemen want er staan bijenkorven op onze gebouwen. Dan gaan we ook nog de ingang herinrichten, want momenteel is alles te fel gericht op het gemotoriseerd verkeer. Dat is een complex probleem, want ook al wordt het openbaar vervoer voor het personeel volledig terugbetaald, toch blijft de parking vol staan. En die is echt niet aangenaam zodra je je wagen verlaat. We moeten dus bepaalde ruimten omtoveren in wandelwegen, een vijver graven, … Voor de gebouwen zelf willen we de isolatie verbeteren en zonnepanelen op het dak plaatsen. Voor die werken zijn er sociale en milieuclausules opgenomen in de aanbesteding (o.a. het gebruik van gecertifieerd hout). Na drie jaar is ons enthousiasme en goede wil absoluut niet verminderd. Vandaag tonen we onze verwezenlijkingen en tekenen we nieuwe projecten voor de toekomst uit, die ook van de toekomst van de Lokale Agenda’s 21 zullen afhangen.” Interview door Philippe Delvaux

Info De foto’s op blz 8 en 9 komen uit de kalender “Agenda 21” die gemaakt werd door het OCMW van Sint-LambrechtsWoluwe.

4 www.biketowork.be

Nieuwsbrief 2013/06

9


DE VERENIGING IN ACTIE

opsporing en de vaststelling van overtredingen die begaan werden op het gemeentelijk grondgebied, vergen immers heel wat menselijke en financiële middelen.

geraadpleegd werd, maar heeft op 15 januari op eigen initiatief een advies overgemaakt aan Brussels ministerpresident Rudi Vervoort.

De Vereniging heeft ook technische opmerkingen gemaakt bij het voorontwerp van ordonnantie. De tekst stelde immers dat de aanvragen tot regularisatie van inbreuken van vóór 1 juli 1992 geweigerd moesten worden als de betrokken handelingen en werken “de bewoonbaarheid te veel aantasten”. In haar advies vroeg de Vereniging een aanpassing van die bewoording, omdat het te vaag is. Het voorontwerp dat in derde lezing goedgekeurd werd, houdt gedeeltelijk rekening met deze opmerking.

Op bepaalde punten verbetert het ontwerp van ordonnantie de werking van de gemeenten. In dat opzicht wijst de Vereniging op de mogelijkheid om een einde te stellen aan de arbeidsovereenkomst met een statutair personeelslid na twee opeenvolgende ongunstige evaluaties en, algemeen, op alles wat de vorming van de ambtenaren versterkt. Ook positief is de verplichting voor de vertegenwoordigers van intercommunales om jaarlijks verslag uit te brengen in de raad, en ook de verruiming van de documenten die voor het publiek toegankelijk moeten zijn op internet.

Als de financiële eis niet ingelost wordt, zal de opbrengst van de boetes gestort worden in een fonds waarvan de ordonnantie bepaalt waarvoor het gebruikt kan worden, zoals subsidies voor gemeenten inzake stadsrenovatie, uitgaven voor het opsporen, vaststellen en vervolgen van inbreuken, met die beperking dat als er geen verdelingscriteria vastgelegd worden tussen gemeenten en Gewest, de bedragen jaarlijks bepaald worden in de ordonnantie die de begroting bevat.

Administratieve sancties Ter herinnering, de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties is in werking getreden op 1 januari 2014. Vijf ontwerpen van uitvoeringsbesluiten werden voor advies voorgelegd door minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet en in een brief van 11 december heeft de Vereniging op drie ervan gereageerd. Wat de voorwaarden qua kwalificatie en onafhankelijkheid van de sanctionerende ambtenaar betreft, merkt ze op dat het feit dat de benoeming van de ambtenaar afhangt van een advies van de procureur des Konings de aanwervingsprocedure kan vertragen. Wat de identificatie van de vaststellende ambtenaar betreft, herinnerde ze aan het grote risico op represailles en de suggestie ze enkel herkenbaar te maken aan de hand van een interventienummer. Wat tot slot de inbreuken inzake stilstaan en parkeren betreft, betreurt ze dat het KB pas in werking treedt op 1 juli 2014 : aangezien het hier gaat om een KB waar de gemeenten al lang naar uitkijken, zou het beter geweest zijn dat alle KB’s op dezelfde datum in werking treden.

Nieuwe Gemeentewet Een ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet werd ingediend in het Brussels Parlement en werd er in januari 2014 besproken. Met dit ontwerp wou de regering het akkoord uit de besprekingen van het sociaal handvest bekrachtigen, maar dit behandelt ook kwesties van governance, zoals de cumul van mandaten en nieuwe onverenigbaarheden. De Vereniging betreurt dat ze niet

10

Nieuwsbrief 2013/06

Maar andere punten verontrusten ons. Zo krijgt de raad te veel bevoegdheden inzake personeel, die eigenlijk de uitvoerende macht toekomen, met name de regels omtrent vorming van het personeel of interne mobiliteit. Een delegatie aan het college zou mogelijk moeten zijn. De mogelijkheid dat alle functies open staan voor rekrutering en bevordering zou volgens ons grondig geanalyseerd moeten worden, alsook de bepaling die stelt dat de raad bij elke benoeming kan eisen dat de betrokkene effectief in de gemeente woont (verwijzend naar de rechtspraak van de Raad van State en het Europees Hof van Justitie). Het voorstel om combinatie te verbieden tussen het mandaat van burgemeester of schepen en een leidinggevende functie in een gewestelijke administratie of dergelijke, moet volgens ons herzien worden. Het is veeleer de wet op het politiek verlof die herzien moet worden. Wat de werking van de raden betreft, zou de termijn van 24 uur vóór de vergadering om een mondelinge vraag te stellen, beperkt moeten worden tot vragen betreffende de actualiteit. Het recht voor een raadslid alle stukken betreffende een agendapunt te raadplegen, zonder verplaatsing en in elektronische versie, zou beperkt moeten worden tot de punten die in openbare zitting behandeld worden. Indien deze wijzigingen bijkomende uitgaven teweegbrengen voor de gemeenten, vraagt de Vereniging dat het Gewest die kosten zou dragen. De gecoördineerde versie van de Nieuwe Gemeentewet kan geraadpleegd worden op www.vsgb.be > Publicaties

Politie Op 13 maart hadden de Verenigingen aan minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet hun reacties bekendgemaakt aangaande het rapport van de werkgroep “optimalisering van de federale politie”. Zij wezen er op de


DE VERENIGING IN ACTIE

ondoeltreffende werking van de adviesraad van burgemeesters. Ze toonden ook belangstelling voor een structuur van groepering met de permanente commissie van de lokale politie, maar vragen er de grenzen en voorwaarden van te preciseren: een rol van vertegenwoordiging van de lokale politieke overheden afzonderlijk van die van de diensten van lokale politie behouden, het gewicht van de adviezen niet verhogen en de sturende rol van dit orgaan ten aanzien van steden en gemeenten niet versterken en dit orgaan vormgeven in het kader van de centrale rol die het moet spelen in het proces van overleg met de politievakbonden. Op 30 augustus en 13 september werden de Verenigingen uitgenodigd op het kabinet van Binnenlandse Zaken, om hun visie te brengen op het plan voor de optimalisering van de federale politie, wat ook de lokale politie aanbelangt. Hoewel ze zich weinig illusie maakt over de afloop van dit plan, dat al “barsten� vertoont vanwege de federale politieraad en dat niet enthousiast onthaald werd door de permanente commissie van de lokale politie, wees de Vereniging erop dat dit plan vooral nieuwe lasten teweegbrengt voor de lokale politie, omdat besparingen op federaal vlak een gedeeltelijke verschuiving van werk naar het lokaal niveau veroorzaken. Hoewel dit plan misschien nog ingetrokken wordt, blijft de Vereniging het aandachtig volgen.

gemeente om naar de rechtbank te stappen, invordering van de retributies die de lokale overheden heffen, ‌ Het KB van 5 juni 2013 tot wijziging van het KB van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer bevat de mogelijkheid om de wielklem te gebruiken om een voertuig te immobiliseren bij bepaalde overtredingen. In de inleiding wordt gepreciseerd dat het nuttig zou zijn de gemeenten de toelating te geven wielklemmen te gebruiken met het oog op de invordering van de door hen voorziene belastingen en retributies. Op basis van de ordonnantie van 22 januari 2009 houdende de organisatie van het parkeerbeleid en de oprichting van het Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap is het Gewest de enige bevoegde instantie voor de vastlegging van de regels voor de invordering van belastingen en retributies inzake parkeren. Omdat heel wat gemeenten hebben laten weten dat ze een reglement willen aannemen zonder te wachten tot het Gewest regels terzake uitvaardigt, heeft de Vereniging beslist een modeldocument op te stellen waarbij de gemeenten

Parkeren Op 17 juli schreef de Vereniging naar minister van Openbare Werken en Vervoer Brigitte Grouwels, betreffende de oprichting van het Gewestelijk Parkeeragentschap (Parking.Brussels geworden) om te vragen af te zien van de heffing van 15 % op de gemeentelijke parkeerinkomsten, en ook om te herinneren dat de Vereniging deze montage slechts steunde als deze haar ook van nut kan zijn om projecten van gemeentelijk nut te financieren, zoals gesteld was bij de bespreking van het ontwerp in het Parlement. Vervolgens nam de Conferentie van Burgemeesters de onder-handelingen met de minister op zich, wat als resultaat opleverde dat de oprichting van het Agentschap stap voor stap zal gebeuren, tot de volledige ingebruikname op 1 januari 2015. Concreet zal de 15 % dus pas verschuldigd zijn vanaf 1 april voor de gemeenten die een retributie-reglement goedgekeurd hebben, en vanaf 1 september voor degene die een belastingreglement behouden hebben. In september en oktober had de Vereniging ontmoetingen met vertegenwoordigers van de cel Parkeren van Mobiel Brussel, om een model van retributiereglement betreffende het parkeren op te stellen en om relevante punten te inventariseren in het kader van de overgang naar gewestelijk parkeerbeheer: wettelijke habilitatie, modaliteiten voor een

Nieuwsbrief 2013/06

11


DE VERENIGING IN ACTIE

twee opties aangereikt krijgen: volgens het eerste is de wielklem enkel een sanctie en de tweede – ondanks het feit dat er nog geen gewestelijke ordonnantie is – als middel om onbetaalde parkeerbelastingen of -retributies in te vorderen. Onze modeldocumenten staan op www.vsgb.be > Publicaties

Stedenbouw Op 6 september organiseerde de Vereniging in samenwerking met het kabinet van staatssecretaris voor Stedenbouw Rachid Madrane een colloquium “Actualiteit inzake stedenbouw”, waar de spots gericht werden op de wijzigingen in de wetgeving die in voege traden in het tweede semester 2013: eerst de elektronische vergunning en dan het demografisch Gewestelijk Bestemmingsplan, dat gedeeltelijk het GBP wijzigt om de demografische uitdagingen aan te pakken (meer woningen en uitrustingen nodig) en tot slot de hervorming van het BWRO in het kader van de zesde staatshervorming, wijzigingen met het oog op administratieve vereenvoudiging en verkorting van de termijnen. In bepaalde gevallen kunnen de gemeenten nu rechtstreeks stedenbouwkundige en verkavelingsvergunningen afleveren zonder het advies van de afgevaardigde ambtenaar te moeten inwinnen, terwijl de vergunningen waarvoor een rapport of een incidentiestudie vereist zijn, voortaan door de afgevaardigde ambtenaar afgegeven worden. De toepassing van deze wijzigingen vergt nauwere samenwerking tussen gemeenten en Gewest.

De krachtlijnen van het besluit op het vlak van stedenbouwkundige lasten werden ook aangehaald, net zoals de beginselen van de hervorming van de vervolging inzake stedenbouwkundige overtredingen. De studiedag bracht 130 geïnteresseerden samen in het auditorium van de Madoutoren, in aanwezigheid van de staatssecretaris

Werkgroepen De Vereniging is partner van een intergemeentelijke juridische werkgroep die recent opgericht werd op initiatief van de gemeente Sint-Gillis, nl. WIG LEX.

12

Nieuwsbrief 2013/06

Op 30 september leverde ze een bijdrage aan de infosessie die de WIG LEX organiseerde: “De politiebesluiten van de burgemeester”. Onze adviseur Isabelle Vincke stelde er de juridische basis voor van de politiebesluiten die een burgemeester kan nemen. In het verlengde daarvan werkt de Vereniging momenteel met de coördinatrice van de WIG LEX aan een brochure om het gemeentepersoneel te helpen bij de opstelling van politiebesluiten.

Op 25 oktober organiseerden de Vereniging en de WIG LEX samen een colloquium, voor meer dan 100 deelnemers, in het cultuurcentrum van Sint-PietersWoluwe : “10 jaar Brusselse Huisvestingscode”. De hervorming van de Code was toen pas in werking getreden en tracht de meermaals gewijzigde tekst leesbaarder te maken en te verbeteren in functie van de ervaring op het werkveld, vernieuwende concepten invoeren, zoals Community Land Trust, de strijd tegen insalubriteit toespitsen op de ernstigste situaties, de regels voor de toekenning van openbare woningen verruimen en preciseren en de actie tegen leegstand versterken. De studiedienst nam de meeste uiteenzettingen voor zijn rekening. Boryana Nikolova ging in op de belastingen bij leegstand, Olivier Evrard op de vorderingen tot staking en de toekenning van gemeentewoningen en Isabelle Vincke op de bevoegdheden van de burgemeester op het vlak van veiligheid en salubriteit van woningen.

Elektronische facturatie Op 25 oktober organiseerde de Federatie van Gemeente- en OCMW-ontvangers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met de steun van de Vereniging een infosessie over de elektronische factuur. Een richtlijn van de Europese Unie verplicht 50 % elektronische facturatie in 2020, maar de Belgische regering heeft beslist daarop te anticiperen door dat percentage – weliswaar niet verplicht – reeds op 25 % te brengen tegen het einde van deze bestuursperiode.


DE VERENIGING IN ACTIE

Na zeer boeiende uiteenzettingen over de voordelen van de elektronische facturatie, optische erkenning OCR en boekhoudkundige integratie, het platform e-Prior en de wettelijke verplichtingen bevestigde Michel Van der Stichele, directeurgeneraal van Brussel Plaatselijke Besturen, er de steun van het Gewest voor de e-facturatie in gemeenten en OCMW’s. De vele vragen uit het talrijk opgekomen M. Van der Stichele publiek aan de sprekers tonen dat er nog ongerustheid heerst bij de terreinwerkers ten aanzien van dit project dat heel wat nieuwigheden inhoudt. De elektronische facturatie zal de komende maanden wellicht nog tal van infosessies en vormingen vergen.

Alliantie Werk-Leefmilieu De Vereniging neemt actief deel aan de werkzaamheden van de Alliantie Werk-Leefmilieu – “water” en voert er verschillende acties in nauwe samenwerking met de Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad en met Mobiel Brussel en Leefmilieu Brussel. Op 11 november organiseerde ze een samenkomst met de diensten stedenbouw van de 19 gemeenten, om het eerste deel van de werkzaamheden af te sluiten. Dat eerste deel belichtte het begrip openbaar domein, wie zijn er de beheerders van en welke activiteiten spelen er zich af op het vlak van werken. Ze bracht er enkele goede praktijkvoorbeelden aan en een synthese van de wettelijke delegaties van bevoegdheid en ondertekening van de betrokken gemeenteorganen.

Gemeentelijke vzw : van oprichting tot ontbinding Op 11 december organiseerde de Vereniging samen met Belfius een studievoormiddag in het kader van het Forum van de Gemeentelijke Beleidsvoerders: “De gemeentelijke vzw : van oprichting tot ontbinding”.

Al deze vragen werden beantwoord op de infosessie, met inleiding door de Everse schepen Martine Raets en uiteenzettingen van Hildegard Schmidt, hoofd van de VSGB-studiedienst, Marie-Magdeleine de Meeus van Infor@association en Sébastien Cassart, consultant bij Synecode. Meer informatie op www.vsgb.be > Documenten

Duurzame ontwikkeling Op 6 september bood de Vereniging een informatie- en presentatiesessie aan over de Europese Week voor Afvalvermindering. Dit evenement wordt jaarlijks georganiseerd in het kader van het project Life+ van de Europese Commissie, met als doel zo veel mogelijk actoren aan te moedigen om acties rond afvalvermindering op het getouw te zetten. De infosessie werd gewijd aan de editie 2013, die zal plaatsvinden van 16 tot 24 november. Op 8 oktober verkreeg de Vereniging de verlenging van haar ecodynamisch label met twee sterren. De jury noteerde als positieve punten : de medewerking van het team aan milieuacties, initiatieven ter verbetering van de energieprestatie van het gebouw, ingrepen om het elektriciteitsverbruik te doen dalen, de verwerking van milieucriteria in de aankopen of nog acties rond dematerialisering die het papierverbruik aanzienlijk terugschroeven. Op 8 en 9 oktober ging de Vereniging op bezoek naar Stuttgart in het kader van een Europees project van ICLEIEuropa “European Roundtable for Local Sustainability”. Deze rondetafel bracht vertegenwoordigers van heel wat Europese landen samen, met als werkthema de presentatie van het Reference Framework for European Sustainable Cities, een evaluatietoool dat ICLEI in de lokalen van de Vereniging komt voorstellen op 25 februari 2014.

De gemeenten vervullen een aantal opdrachten, waarvoor buiten de “klassieke” gemeentelijke structuur andere vormen van organisatie en beheer voordelen kunnen inhouden, steeds met dezelfde vrijwaring van het algemeen belang voor ogen. Eén daarvan is de gemeentelijke vereniging zonder winstoogmerk. Hoe kunnen deze structuren gecreëerd worden ? Welke normen leggen er de contouren van vast? Welke regels moeten nageleefd worden ? Wat zijn de voornaamste actoren van de gemeentelijke vzw ? Wat zijn de voornaamste levensfasen van een vzw : oprichting, opstelling van de statuten, benoeming van de bestuurders, sociaal doel, dagelijks leven, ontbinding ?

Meer info op http://roundtable.sustainablecities.eu

Nieuwsbrief 2013/06

13


DE VERENIGING IN ACTIE

Op 23 oktober werd in Bozar een seminarie gewijd aan “Agenda iris 21: samen voor een duurzaam Brussel” om de balans op te maken van de projectoproep. Nagenoeg alle

gemeenten en OCMW’s die aan de oproep deelnamen, stelden er hun duurzame projecten en acties voor. Dit evenement werd georganiseerd door de Vereniging en Leefmilieu Brussel, en bracht een honderdtal geïnteresseerden samen. De Vereniging was er vertegenwoordigd door Philippe Mertens, animator van het Forum voor duurzame ontwikkeling, die er de schijnwerpers richtte op de evaluatie van de Lokale Agenda’s 21 in het Brussels Gewest. In het verlengde van dit gebeuren vond op 26 november een workshop plaats voor de uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden voor het netwerk Agenda Iris 21, rond twee thema’s : de successen en tegenslagen van de ondernomen acties en de toekomstperspectieven van duurzaamheid op lokaal vlak. Daarna volgde op 17 december nog een workshop “Wat wordt onze Lokale Agenda 21 morgen ?” om te bekijken wat er kan gebeuren na afloop van de Agenda Iris 21 en om met het twintigtal deelnemers een tweede cyclus uit te tekenen voor de integratie van duurzame ontwikkeling in de lokale besturen. De balans van de Lokale Agenda 21 wordt ook opgemaakt in het interview van Anderlecht en het OCMW van SintLambrechts-Woluwe elders in dit nummer. Zie ook de presentaties op www.vsgb.be > Materies > Duurzame ontwikkeling > Agenda Iris 21 Ter afsluiting wijzen we in het kader van een Europees project URBACT “Sustainable food in urban communities”, waarvan Leefmilieu Brussel de gangmaker is, op de workshop die de Vereniging organiseerde op 7 november “Wat kunnen we ondernemen rond duurzame voeding op lokaal vlak ?”. Op het programma stond de presentatie van innoverende Europese projecten en de opmaak van een stand van zaken en een diagnose van duurzame voeding in de Brusselse lokale besturen.

14

Nieuwsbrief 2013/06

Europese Week van de Lokale Democratie Op 3 september organiseerde de Vereniging de laatste plenaire vergadering van het jaar 2013 gewijd aan de voorbereiding van de Europese Week van de Lokale Democratie. Voordat de Week van start ging, moest de laatste hand gelegd worden aan de gemeenschappelijke acties. Er waren toen al een zeventigtal individuele acties gepland. De Vereniging volgde er enkele van nabij in de week van 14 tot 21 oktober en stelde vast dat de organisatoren zeer tevreden waren. Naast de algemene coördinatie en communicatie was de Vereniging nauw betrokken bij de uitvoering van enkele gemeenschappelijke acties. Zo nam ze in samenwerking met de Raad van Europese Gemeenten en Regio’s (REGR) deel aan de “rondetafel van de lokale democratie”, op 8 oktober in Etterbeek, waardoor de Brusselse operatie opgenomen werd in het netwerk 12*. Tijdens de rondetafel werden goede praktijkvoorbeelden uitgewisseld tussen Europese en Brusselse jonge verkozenen. Onder de vele deelnemers zagen we jonge verkozenen uit Brusselse gemeenten en andere landen, maar ook de REGR en de vertegenwoordiging van de EU in België. Uit deze ontmoeting kwamen twee voorstellen naar voren : de uitnodiging voor Brusselse jonge verkozenen om een netwerk te creëren met de Europese verkozenen en de creatie van een structuur voor overleg tussen lokale verkozen jongeren zodat ze met elkaar kunnen praten over de uitdagingen in de samenleving. De Vereniging zou dit overlegorgaan “Conferentie van jonge verkozenen” coördineren. Na afloop van de avond werd een nieuwe afspraak gemaakt met de groep voor de editie 2014 van de Week. De Vereniging werkte ook mee aan een laatste collectieve actie, die bestond in de ontmoeting tussen jonge gemeentelijke verkozenen en jonge inwoners, wat de kern vormde van de academische openingszitting van de Week, in Anderlecht, op 14 oktober. Doel van dit initiatief was de sensibilisering van jongeren voor participatie als burger en de verkozenen vragen hoe zij bijdragen tot goed bestuur. De deelnemende gemeenten waren Sint-Joost-ten-Node, Etterbeek/Elsene, Vorst, Anderlecht en Sint-LambrechtsWoluwe : 5 rondetafels met jongeren en verkozenen uit elke gemeente. Elke tafel verbond zich ertoe om minstens één actie die er besproken werd, uit te voeren. Afspraak in oktober 2014 om een stand van zaken op te maken. vervolg pagina 24


ONDER DE LOEP

GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES : WAT IS ER VERANDERD ? (deel 2) De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, de zogenaamde GAS-wet, verscheen in het Belgisch Staatsblad op 1 juli 2013 en trad in werking op 1 januari 2014 ( 273059). De grote nieuwigheden kunnen in 10 punten samengevat worden, waarvan de eerste vijf in een vorig nummer van ons tijdschrift 1 aan bod kwamen : 1. de materie wordt voortaan geregeld in een bijzondere wet (hierna de Wet) 2. de lijst met gemengde inbreuken is gewijzigd 3. de lijst met administratieve sancties en alternatieve maatregelen werd uitgebreid 4. de Wet is voortaan ook van toepassing op minderjarigen vanaf 14 jaar 5. de Wet voorziet in nieuwe vaststellende beambten met meer bevoegdheden

Vervolg van de analyse van de nieuwigheden in de GAS-wet 6. Gemeentelijke autonomie en samenwerking tussen gemeenten De gemeente behoudt haar volledige vrijheid om te beslissen of ze al dan niet het systeem van administratieve sancties op haar grondgebied toepast. Toch kunnen gemeentereglementen geharmoniseerd worden per zone of per gerechtelijk arrondissement. Er wordt immers specifiek gesteld dat de gemeenteraden van de betrokken gemeenten een gemeenschappelijk algemeen politiereglement kunnen aannemen (art. 2, § 2 tot 4, Wet). Deze aanmoediging tot harmonisering heeft een tweeledig doel voor ogen : efficiëntie en rechtszekerheid voor de burger.

7. de samenwerking met het Parket wordt versterkt

In diezelfde geest biedt de Wet de mogelijkheid aan meerdere gemeenten om een gemeenschappelijke sanctionerend ambtenaar aan te wijzen (art. 6, § 3, Wet). Zo kunnen gemeenten uit een meergemeentezone dus beslissen een sanctionerend ambtenaar aan te wijzen voor de zone.

8. er is een nieuwe maatregel ingevoerd : het tijdelijk plaatsverbod

7. Versterking van de samenwerking met het Parket

9. de administratieve procedure werd aangepast

Artikel 23 van de Wet stipuleert wat de gemengde inbreuken betreft (strafrechtelijke inbreuken die administratief gestraft kunnen worden), dat een protocolakkoord gesloten kan bord C3 worden tussen de procureur des Konings en de gemeente. In geval van een per zone geharmoniseerd reglement (cf. punt 6 supra) kan het protocol identiek zijn voor alle gemeenten van de zone (art. 23, § 1, 4e lid, Wet).

6. de gemeentelijke autonomie blijft behouden, maar de gemeenten worden aangespoord om samen te werken

10. het is voortaan verplicht om een GAS-lijst bij te houden Alvorens in te gaan op de laatste 5 punten, wijzen we erop dat er sinds eind 2013 heel wat water naar de zee gestroomd is op het vlak van de gemeentelijke administratieve sancties. Zo werd de nieuwe Wet gewijzigd door de wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen - Binnenlandse Zaken. Vervolgens werden er verschillende uitvoeringsbesluiten opgesteld en werd de VSGB in dat kader geraadpleegd. Vier van de vijf KB’s werden uitgevaardigd op 21 december 2013 en bekendgemaakt in het Staatsblad op 27 december 2013, met inwerkingtreding op 1 januari 2014.

Voor de inbreuken betreffende stilstaan en parkeren en die op de bepalingen betreffende het verkeersbord C3 (autoloze zone) en verkeersbord F103 (parkeren in een voetgangerszone)2 is de opstelling van dit protocolakkoord verplicht (art. 23, § 1, 5e lid, Wet). Het doel van het protocolakkoord is enerzijds de gemengde inbreuken vast te stellen ten aanzien waarvan volgens de partijen administratieve sancties genomen moeten worden, en anderzijds de modaliteiten te bepalen voor de werkverdeling tussen de gemeente en de procureur des Konings.

1 Zie “Gemeentelijke administratieve sancties: wat is er veranderd?” in Nieuwsbrief-Brussel 2013/4, beschikbaar op www.vsgb.be 2 Wijziging ingevoerd bij de wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen - Binnenlandse Zaken (BS 31 december 2013, Inforum 279145) cf. infra.

Nieuwsbrief 2013/06

15


ONDER DE LOEP

Het protocolakkoord wordt bij de reglementen en verordeningen van de gemeente gevoegd en door het college van burgemeester en schepenen bekendgemaakt op de website van de gemeente of via een affiche waarop staat waar het publiek de protocoltekst kan raadplegen (art. 23, § 1, 6e lid, Wet). Indien er geen protocolakkoord is, beschrijft de Wet de procedure die van toepassing is, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen ernstige en lichte gemengde inbreuken (art. 23, § 2 en 3, Wet). Voor de ernstige gemengde inbreuken (art. 3, 1°, Wet) kan de sanctionerend ambtenaar enkel administratieve vervolging instellen als het Parket binnen een termijn van twee maanden meldt dat het deze vervolging opportuun acht maar de feiten seponeert. Bij lichte gemengde inbreuken (art. 3, 2°, Wet) kan de sanctionerend ambtenaar de feiten administratief vervolgen als het Parket niets doet binnen een termijn van twee maanden te rekenen vanaf de dag van de ontvangst van het origineel proces-verbaal. Als de procureur des Konings vóór het verstrijken van de termijn laat weten dat hij geen gevolg zal geven aan de feiten, kan de sanctionerend ambtenaar de feiten administratief vervolgen zonder te wachten tot de termijn van twee maanden afgelopen is (art. 23, § 3, Wet).

8. Nieuwe maatregel : tijdelijk plaatsverbod De Wet voegt in de Nieuwe Gemeentewet een nieuw artikel 134sexies in. Deze bepaling versterkt de bevoegdheden van de burgemeester op het vlak van bestuurlijke politie. Op die basis kan hij in geval van ordeverstoring veroorzaakt door individuele of collectieve gedragingen of in geval van herhaaldelijke inbreuken op de reglementen en verordeningen van de gemeenteraad gepleegd op eenzelfde plaats of bij gelijkaardige gebeurtenissen die een verstoring van de openbare orde of overlast teweegbrengen, overgaan tot een tijdelijk plaatsverbod van een maand (tweemaal hernieuwbaar) jegens de dader(s) (art. 47, § 1, Wet). Onder "tijdelijk plaatsverbod" wordt verstaan het verbod binnen te treden in één of meer duidelijke perimeters van plaatsen die als toegankelijk voor het publiek worden bepaald, gelegen binnen een gemeente, zonder evenwel het hele grondgebied te beslaan. Wordt beschouwd als plaats die toegankelijk is voor het publiek: elke plaats die gelegen is in de gemeente, die niet alleen toegankelijk is voor de plaatsbeheerder, voor degene die er werkt of voor degenen die er individueel worden uitgenodigd, met uitzondering van de woonplaats, de plaats van het werk of de plaats van de onderwijs- of opleidingsinstelling van de overtreder. (art. 47, § 2, Wet)

16

De niet-naleving van een tijdelijk plaatsverbod kan bestraft worden met een administratieve geldboete (art. 47, § 5, Wet). Volgens de memorie van toelichting voert deze beschikking een maatregel van bestuurlijke politie in. Maar de afdeling wetgeving van de Raad van State oordeelde dat de opsteller van het voorontwerp onvoldoende de criteria preciseerde op basis waarvan de maatregel als dusdanig bestempeld kan worden en deze bijgevolg beschouwd moest worden als strafrechtelijk. Daarom vroeg de Raad van State de maatregel preciezer en duidelijker te herschrijven 3, maar de wetgever heeft die opmerking naast zich neergelegd. De minister beschouwde dat “er geen sprake is van een logica van sanctionering, maar dat het gaat om een preventieve maatregel in het kader van de handhaving van de openbare orde” 4.

9. De administratieve procedure werd aangepast -

Termijn voor overzending van de vaststelling Artikel 22 regelt de overzending van het proces-verbaal aan de procureur des Konings of aan de sanctionerend ambtenaar, aan de hand van verschillende hypothesen. • Als het om zware (art. 3, 1°, Wet) of lichte (art. 3, 2°, Wet) gemengde inbreuken gaat, wordt het origineel overgezonden aan de procureur des Konings, met kopie aan de bevoegde sanctionerend ambtenaar van de gemeente waar de feiten zich hebben voorgedaan. (art. 22, § 1, 1e en 3e lid, Wet) • Als de inbreuk enkel met een administratieve sanctie bestraft kan worden (art. 2, Wet), wordt de originele vaststelling verstuurd aan de bevoegde sanctionerend ambtenaar van de gemeente waar de feiten zich hebben voorgedaan. (art. 22, § 2, Wet) • Als de vaststelling opgesteld wordt door personeelsleden van de openbare vervoersmaatschappijen, wordt het origineel toegestuurd aan de bevoegde sanctionerend ambtenaar van de gemeente waar de feiten zich hebben voorgedaan. (art. 22, § 4, Wet) In deze drie gevallen moet het proces-verbaal binnen een termijn van twee maanden vanaf de vaststelling van de feiten overgemaakt worden. Bij een misdrijf op heterdaad wordt die termijn ingekort tot één maand. (art. 22, § 5, Wet) • Indien het om minderjarigen gaat, voorziet de Wet in andere verplichtingen wat de informatie betreft. (art. 22, § 1, 2e lid en § 3, Wet)

3 Wetsontwerp betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, Advies van de Raad van State, Parl. St., Kamer, nr. 53-2712/001, p. 61. 4 Wetsontwerp betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet wat de invoering van gemeentelijke administratieve sancties voor spijbelen betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de wetgeving met betrekking tot de gemeentelijke administratieve sancties wat de bevoegde ambtenaren en de leeftijdsdrempel betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de nieuwe gemeentewet en de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming wat betreft de gemeentelijke administratieve sancties; Verslag namens de commissie binnenlandse zaken, algemene zaken en openbaar ambt; Parl. St., Kamer, nr. 53-2712/006, p. 107. Nieuwsbrief 2013/06


ONDER DE LOEP

-

Voor parkeerinbreuken wordt de originele vaststelling overgezonden aan de sanctionerend ambtenaar, zonder dat de Wet daarvoor een termijn vastlegt. Deze termijn wordt vastgelegd in het protocol-akkoord dat verplicht ondertekend moet worden door de gemeente en het Parket voor de toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties bij dit soort inbreuken. (cf. punt 7 supra)

vastgelegd in artikel 3, 3° : de sanctionerend ambtenaar beschikt hier over een termijn van 15 dagen om de sanctie op te leggen en die begint pas te lopen vanaf de datum van de ontvangst van de vaststelling en niet vanaf de vaststelling van de inbreuk. (art. 29, § 1, Wet) -

Om de onafhankelijkheid van de sanctionerend ambtenaar te waarborgen, wordt er gepreciseerd dat hij zelf zijn beslissing betekent. De minister verduidelijkt dat dit betekent dat de sanctionerend ambtenaar zijn beslissing zelf ondertekent. “Daarover kan niet de minste twijfel bestaan. De burgemeester speelt geen enkele rol in die procedure.” 6

Toegang tot de gegevens van het Rijksregister en de DIV De Wet geeft de sanctionerend ambtenaar toegang tot de gegevens van het Rijksregister en van de Directie Inschrijvingen van Voertuigen (DIV). (art. 25, § 1, Wet) De minister bevestigt dat de Wet hier alle administratieve krachten bedoelt die ter beschikking staan van die sanctionerend ambtenaar om zijn taak uit te voeren.5

-

-

-

-

Dit geldt niet voor de inbreuken inzake stilstaan en parkeren en de inbreuken met betrekking tot de verkeersborden C3 en F103. Artikel 29 voorziet namelijk in een andere procedure voor de inbreuken

Specifieke termijn voor verkeersovertredingen Wettelijk kan de overtreder beroep instellen gedurende een maand vanaf de dag van de betekening van de beslissing om een administratieve boete op te leggen, behalve voor inbreuken betreffende stilstaan en parkeren en betreffende de verkeersborden C3 en F103. In dat geval moet de geldboete in principe betaald worden binnen de 30 dagen na de betekening, behalve als de overtreder in beroep gaat. Als de boete binnen die termijn niet betaald is, wordt er een herinnering verstuurd met een verzoek tot betaling binnen een 2e termijn van 30 dagen. De boete kan gedwongen worden uitgevoerd, tenzij er beroep ingesteld werd. (art. 32, Wet)

Wijziging van de termijn om een beslissing te nemen De sanctionerend ambtenaar moet binnen een termijn van 6 maanden een beslissing nemen in geval van administratieve boete, en binnen een termijn van 12 maanden indien er een gemeenschapsdienst of bemiddeling tussenkomt. Hier dienen we te wijzen op een belangrijke nieuwigheid. De termijn wordt namelijk niet langer berekend vanaf de dag van de ontvangst van de kopie van het proces-verbaal of de ontvangst van de vaststelling, maar wel vanaf de dag van de vaststelling van de feiten. Na het verstrijken van deze termijnen kan de sanctionerend ambtenaar geen administratieve geldboete meer opleggen. (art. 26, Wet)

Mogelijkheid om in rechte op te treden Wanneer een beroep wordt ingesteld tegen de beslissing van de sanctionerend ambtenaar, kan deze laatste of zijn afgevaardigde de gemeente vertegenwoordigen in het kader van de procedure voor de politie- of jeugdrechtbank. (art. 31, § 2, Wet)

Behoud van het recht op mondelinge verdediging Als de boete niet hoger was dan 2.500 Belgische frank (ongeveer 62,5 euro), had de overtreder volgens artikel 119bis, § 9, 3e lid van de Nieuwe Gemeentewet het recht niet om te vragen zijn verweer mondeling uiteen te zetten. Dat bedrag wordt nu opgetrokken tot 70 euro (art. 25, § 4, Wet). De meerderjarige overtreder heeft echter altijd het recht zich schriftelijk te verweren.

Betekening van de beslissing

-

Procedure van onmiddellijke betaling De onmiddellijke betaling is slechts van toepassing op de zuiver administratieve inbreuken (art. 2, Wet) en de inbreuken betreffende stilstaan en parkeren en betreffende de verkeersborden C3 en F103 (art. 3, 3°, Wet). Het is overigens enkel van toepassing op feiten gepleegd door een natuurlijk persoon die noch een woonplaats noch een vaste verblijfplaats heeft in België.

5 Wetsontwerp betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet wat de invoering van gemeentelijke administratieve sancties voor spijbelen betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de wetgeving met betrekking tot de gemeentelijke administratieve sancties wat de bevoegde ambtenaren en de leeftijdsdrempel betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de nieuwe gemeentewet en de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming wat betreft de gemeentelijke administratieve sancties; Verslag namens de commissie binnenlandse zaken, algemene zaken en openbaar ambt; Parl. St., Kamer, nr. 53-2712/006, p. 94. 6 Wetsontwerp betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, wetsvoorstel tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet wat de invoering van gemeentelijke administratieve sancties voor spijbelen betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de wetgeving met betrekking tot de gemeentelijke administratieve sancties wat de bevoegde ambtenaren en de leeftijdsdrempel betreft, wetsvoorstel tot wijziging van de nieuwe gemeentewet en de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming wat betreft de gemeentelijke administratieve sancties; Verslag namens de commissie binnenlandse zaken, algemene zaken en openbaar ambt; Parl. St., Kamer, nr. 53-2712/006, p. 96. Nieuwsbrief 2013/06

17


ONDER DE LOEP

Bovendien kunnen alleen de personeelsleden van het operationele kader van de federale en lokale politie gebruik maken van de onmiddellijke betaling. (art. 35, Wet) Onmiddellijke betaling is uitgesloten indien de overtreder jonger is dan 18 jaar of onder het statuut van verlengde minderjarigheid valt of onbekwaam verklaard is. Het is ook uitgesloten indien één van de inbreuken die bij dezelfde gelegenheid worden vastgesteld, geen aanleiding kan geven tot deze procedure. (art. 39 Wet) Tot slot kan de administratieve geldboete alleen onmiddellijk worden geïnd mits akkoordbevinding van de overtreder en moet deze laatste op de hoogte gebracht worden van al zijn rechten. (art. 36, Wet) Zuiver administratieve inbreuken kunnen aanleiding geven tot de onmiddellijke betaling van een maximumbedrag van 25 euro per inbreuk en een maximumbedrag van 100 euro wanneer er meer dan 4 inbreuken ten laste van de overtreder werden vastgesteld (art. 37, Wet). Voor de inbreuken betreffende stilstaan en parkeren en betreffende de verkeersborden C3 en F103 zal het bedrag bij koninklijk besluit vastgesteld worden. (art. 38, Wet) De onmiddellijke betaling doet de mogelijkheid vervallen om voor dat feit aan de overtreder een administratieve geldboete op te leggen. (art. 42, § 1, Wet)

bord F103

-

Verjaring van de geldboetes na 5 jaar Om duidelijkheid te scheppen op het vlak van de verjaringstermijn, preciseert artikel 43 van de Wet dat administratieve geldboetes verjaren na 5 jaar, te rekenen vanaf de datum waarop ze betaald moeten worden.

10.Register van administratieve sancties en alternatieve maatregelen De Wet organiseert en omkadert het register van de gemeentelijke administratieve sancties dat heel wat gemeenten reeds bijhielden (art. 44, Wet). Deze regelgeving is noodzakelijk om de degelijke afhandeling van de administratieve sancties en de alternatieve maatregelen te waarborgen en om de bescherming van de gegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer te vrijwaren. De modaliteiten van de toegang tot het register werden vastgelegd bij een in de ministerraad overlegd koninklijk besluit 7. Om de analyse van de nieuwigheden met betrekking tot de GAS-wet te besluiten, stippen we aan dat de Wet enkel van toepassing is op de inbreuken die gepleegd werden na de inwerkingtreding ervan. De procedures die lopende zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van de Wet, blijven onderworpen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die van kracht waren op het tijdstip van de inleiding van de procedure. (art. 51, Wet)

De nieuwe GAS-wet heeft al wijzigingen ondergaan Zoals we in de inleiding van dit artikel schreven, wijzigde de wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken de GAS-wet in twee opzichten. In de eerste plaats voegt de nieuwe wet de inbreuken met betrekking tot verkeersbord F103 (parkeren in een voetgangerszone) toe aan de lijst met gemengde inbreuken (art. 3; 3° van de Wet – punt 2 van onze lijst in 10 punten). Vervolgens werd de lijst van vaststellers voor inbreuken met betrekking tot stilstaan en parkeren en met betrekking tot de verkeersborden C3 en F103 uitgebreid. De lijst ziet er voortaan als volgt uit : • politieambtenaren, politieagenten of veldwachters • gemeenteambtenaren • personeelsleden van autonome gemeentebedrijven wier activiteiten beperkt zijn tot het vaststellen van de gedepenaliseerde parkeerovertredingen, alsook tot de inbreuken met betrekking tot stilstaan en parkeren en met betrekking tot de verkeersborden C3 en F103, en die in het kader van hun bevoegdheid daartoe door de gemeenteraad zijn aangesteld • personeelsleden van het Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap als bedoeld in artikel 25 van de ordonnantie van 22 januari 2009 houdende de organisatie van het parkeerbeleid en de oprichting van het Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap, en die in het kader van hun bevoegdheid daartoe door de gemeenteraad zijn aangesteld.

Vier uitvoeringsbesluiten Deze 4 KB’s werden uitgevaardigd op 21 december 2013, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 27 december 2013 en traden in werking op 1 januari 2014 : • Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere voorwaarden en het model van het protocolakkoord in uitvoering van art. 23 van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties ( 279490) • Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve sancties ingevoerd bij art. 44 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties ( 279492)

7 Koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve sancties ingevoerd bij artikel 44 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sanctie (BS 27 december 2013).

18

Nieuwsbrief 2013/06


ONDER DE LOEP

• Koninklijk besluit tot vaststelling van de kwalificatieen onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties ( 279494) • Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimumvoorwaarden inzake selectie, aanwerving, opleiding en bevoegdheid van de ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van een gemeentelijke administratieve sanctie ( 279496) Het KB betreffende de inbreuken inzake stilstaan en parkeren en de verkeersborden C3 en F103 is nog niet afgekondigd. Dat KB zou pas in werking treden op 1 juli 2014. Tot dan is de GAS-wet dus niet van toepassing op de genoemde inbreuken.

Vlak voor kerstmis schreef de minister van Binnenlandse Zaken een brief met toelichting bij de nieuwe GAS-wet en diens uitvoeringsbesluiten ter attentie van de gemeenten. Een echte omzendbrief zou nog volgen. De VSGB blijft de gemeentelijke administratieve sancties nauwgezet volgen. Wij zullen u informeren zodra wij over nieuwe gegevens beschikken. Via onze deelname aan de intergemeentelijke werkgroep “administratieve sancties”, met mensen die op het terrein werkzaam zijn met gemeentelijke administratieve sancties, ervoeren wij een zeer constructieve geest in de toepassing van de nieuwe GAS-wet. Er is goede wil voelbaar om de strijd aan te binden tegen onburgerlijk gedrag en gemengde inbreuken, maar steeds met oog voor de essentiële beginselen van goed bestuur, zoals het proportionaliteitsbeginsel.

Bij het afwerken van dit artikel is de minister voor Grootstedenbeleid het KB betreffende de bemiddeling aan het voorbereiden. De bekendmaking daarvan wordt binnenkort verwacht.

Isabelle Vincke

Procedure

Gemengde inbreuken

Zuiver administratieve inbreuken

Parkeerinbreuken

Vaststelling van de feiten

Vaststelling van de feiten

Vaststelling van de feiten

Zware inbreuken Beslissing : opportuun te vervolgen met GAS

s

s

Binnen 2 maanden na ontvangst pv

Lichte inbreuken Beslissing : strafrechtelijke vervolging of seponering

6 maanden vanaf vaststelling van de feiten in geval van administratieve boete

12 maanden vanaf vaststelling van de Sanctionerend feiten bij ambtenaar gemeenschapsdienst of bemiddeling 15 dagen vanaf ontvangst van de vaststelling

Beslissing van de sanctionerende ambtenaar

s

s

Sanctionerend ambtenaar

Informatiemodaliteiten te bepalen in protocolakkoord

PV

Procureur des Konings

s

Sanctionerend ambtenaar

Termijn te bepalen in protocolakkoord

PV

s

Procureur des Konings

Binnen 2 maanden na vaststelling van de feiten ; 1 maand bij heterdaad

s

Copie

s

PV

s

Binnen 2 maanden na vaststelling van de feiten ; 1 maand bij heterdaad

Beslissing van de sanctionerende ambtenaar

Wel andere modaliteiten bij protocolakkoord

De specifieke modaliteiten voor minderjarigen worden hier niet vermeld

Nieuwsbrief 2013/06

19


WETGEVING bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 25.11.2013 t/m 12.01.2014 De wetgeving van 19.8.2013 tot 24.11.2013 verscheen niet in de Nieuwsbrief, maar wel in onze e-Newsletter. 21.12.2013 Wet houdende diverse bepalingen Binnenlandse zaken 278010 B.S.,31.12.2013 -

15.12.2013 Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging 279535 B.S.,31.12.2013 -

26.12.2013 Programmawet B.S.,31.12.2013 278636

21.12.2013 KB houdende uitvoering van titel 2, hoofdstuk 2 van de wet 15.12.2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging - B.S.,31.12.2013 279542

BESTUURLIJKE POLITIE 21.12.2013 KB tot vaststelling van de nadere voorwaarden en het model van het protocolakkoord in uitvoering van art. 23 van de wet betr. de gemeentelijke administratieve sancties B.S.,27.12.2013 279490

12.12.2013 BBHR wijz. BBHR 18.07.2013 betr. de gereglementeerde parkeerzones en de vrijstellingskaarten - B.S.,16.12.2013 279097

21.12.2013 KB tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve sancties ingevoerd bij art. 44 van de wet 24.06.2013 betr. de gemeentelijke administratieve sancties B.S.,27.12.2013 279492

19.12.2013 BBHR tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding voor bepaalde gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van Hoofdstuk V van het BBHR 18.07.2013 betr. de gereglementeerde parkeerzones en de vrij-stellingskaarten B.S.,23.12.2013 279408

21.12.2013 KB tot vaststelling van de kwalificatieen onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betr. de gemeentelijke administratieve sancties B.S.,27.12.2013 279494

GEMEENTEBEHEER

21.12.2013 KB tot vaststelling van de minimumvoorwaarden inzake selectie, aanwerving, opleiding en bevoegdheid van de ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van een gemeentelijke administratieve 279496 sanctie - B.S.,27.12.2013 BIJZONDERE BESTUURLIJKE POLITIE Brand 12.07.2012 KB wijz. KB 07.07.1994 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen B.S.,21.09.2012, B.S.,10.01.2014 268374 BURGERLIJKE STAND/BEVOLKING 04.12.2013 KB wijz. KB 10.07.2006 betr. het rijbewijs voor voertuigen van categorie B en van het KB 23.03.1998 betr. het rijbewijs B.S.,13.12.2013 278988

20

Grondwettelijk hof - Arrest nr. 139/2013 van 17.10.2013 - De prejudiciële vraag over de prejudiciële vraag betreffende artikel 330, §1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek 277235 B.S., 19.12.2013, Nieuwsbrief 2013/06

FINANCIËN/BELASTINGEN

27.11.2013 Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie - Dienst Gerechtskosten - Omz. 208bis (ns) betr. de gerechtskosten in strafzaken - BTW op tolken in uitvoering van een gerechtelijke opdracht B.S.,04.12.2013 278557 17.07.2013 Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betr. de implementatie van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12.12.2006 betr. de diensten op de interne markt B.S.,26.11.2013 278232 22.11.2013 Wet wijz. Wet 25 ventôse jaar XI op het notarisambt wat de kwaliteitsrekening van notarissen betreft en van de hypotheekwet van 16.12.1831 wat de kwaliteitsrekening van advocaten, notarissen en gerechtsdeurwaarders 278819 betreft - B.S.,10.12.2013 01.12.2013 Wet tot hervorming van de gerechtelijke arrondissementen en wijz. Gerechtelijk Wetboek met het oog op een grotere mobiliteit van de leden van de rechterlijke orde 278802 B.S.,10.12.2013 15.12.2013 KB Ô zie Maatschappelijke Welzijn

HUISVESTING 28.11.2013 BBHR tot instelling van een herhuisvestingstoelage B.S.,23.12.2013 279411 LEEFMILIEU 04.12.2013 Werkprogramma voor het Toekomstwaterbeheerplan 2016-2021 B.S.,04.12.2013 278551 21.11.2013 BBHR inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging door industriële 278745 emissies - B.S.,09.12.2013 OCMW Dagverzorgingscentra 16.12.2013 MB wijz. MB 02.12.1982 houdende vaststelling van de programmatiecriteria voor rust en verzorgingstehuizen, voor centra voor dagverzorging en voor centra voor niet aangeboren 279384 hersenletsels - B.S.,23.12.2013 Energie 16.12.2013 Omz. betr. de verwarmingsperiode 2014 in het kader van het Sociaal Stookoliefonds 244360 Gezins- en bejaardenhulp 08.12.2013 Wet wijz. wet 22.03.2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen B.S.,16.12.2013 279092 Maatschappelijk welzijn 26.11.2013 KB houdende toekenning van een subsidie voor het jaar 2013 aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor de kosten voor het samenstellen van huurwaarborgen ten gunste van personen die ze niet kunnen betalen B.S.,06.12.2013 195982 15.12.2013 KB tot uitvoering van art. 1409, par. 78476 2, Ger.W. - B.S.,23.12.2013 Mediprima 19.11.2013 KB tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van art. 32 en 36 van de wet 27.12.2012 houdende diverse bepalingen inzake de toegankelijkheid van gezondheidzorg B.S.,05.12.2013 278609


WETGEVING

05.11.2013 MB tot uitvoering van het art. 9ter, par. 3, van de wet 02.04.1965 betr. het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn B.S.,05.12.2013 278615 24.12.2013 Omz. van POD Mi - Project MediPrima fase 1 - Stand van zaken met betrekking 279471 tot de inwerkingtreding Rust- en verzorgingstehuizen 05.12.2013 MB wijz. MB 06.11.2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in art. 37, par. 12, van de wet betr. de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoĂśrdineerd op 14.07.1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden - B.S.,13.12.2013 278985 15.12.2013 KB wijz. KB 21.09.2004 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning als rust- en verzorgingstehuis, als centrum voor dagverzorging of als centrum voor niet aangeboren hersenletsels B.S.,23.12.2013 279382 Tewerkstelling 10.06.2013 KB tot vaststelling van de verhoging/een bijkomende verhoging van het bedrag van de alternatieve financiering met de kostprijs van de dienstencheques voor het jaar 2013 B.S.,19.12.2013 213311 15.12.2013 KB tot uitvoering van art. 3/1 van de wet 23.12.2005 betr. het generatiepact B.S.,23.12.2013 279392 26.12.2013 KB wijz. KB 10.07.2013 tot uitvoering van hoofdstuk 5 'Regeling van bepaalde aspecten van de elektronische informatie-uitwisseling tussen de actoren van de strijd tegen de illegale arbeid en de sociale fraude' van titel 5 van het eerste boek van het Sociaal Strafwetboek B.S.,31.12.2013 279562 Vreemdelingen 13.12.2013 Omz. betr. de toepassing van de artikelen van de wet 15.12.1980 betr. de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wat betreft de voorwaarden tot gezinshereniging, die door het Grondwettelijk Hof in het arrest nr. 121/2013 van 26.09.2013 geĂŻnterpreteerd werden B.S.,20.12.2013 279363

OVERHEIDSOPDRACHTEN 01.12.2013 Wet wijz. wet 13.08.2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en 278969 veiligheidsgebied - B.S.,13.12.2013 Bericht - Overheidsopdrachten - Rentevoet van 2408 de verwijlintresten 04.12.2013 Wet wijz. wet 17.06.2013 betr. de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en tot bekrachtiging van de bepalingen inzake rechtsbescherming van twee koninklijke besluiten genomen met toepassing van art. 80, derde tot vijfde lid, van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15.06.2006 B.S.,19.12.2013 279226 18.12.2013 MB wijz. de Europese bekendmakingsdrempels in meerdere koninklijke besluiten tot uitvoering van de wet 15.06.2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten alsook van de wet 13.08.2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied B.S.,23.12.2013 279386 PERSONEEL 21.11.2013 MB houdende uitvoering van art. 5 van het KB 07.05.2013 houdende uitvoering van art. 20sexies van de wet 03.07.1967 betr. de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, voor wat betreft de regels voor de wijze van overdracht en doorstroming van de 278472 gegevens - B.S.,03.12.2013 21.11.2013 Omz. nr. 273 - PUBLIATO-project Mededeling van de arbeidsongevallengegevens aan de gegevensbank van het Fonds voor Arbeidsongevallen door de werkgevers uit de overheidssector die onderworpen zijn aan de wet 03.07.1967 - B.S.,03.12.2013 278477 11.11.2013 Wet wijz. hoofdstuk 8 van titel IV van de programmawet (I) van 27.12.2006 en van het Sociaal Strafwetboek B.S.,27.11.2013 278302 04.12.2013 KB wijz. art. 55, van het KB 28.11.1969 tot uitvoering van de wet 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet van 28.12.1944

betr. de maatschappelijke zekerheid der arbeiders 278980 B.S.,13.12.2013 Omz. betr. de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector - Referentiejaar 2013 B.S.,19.12.2013 168426 08.12.2013 Wet wijz. art. 30bis van de wet 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet van 28.12.1944 betr. de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet 04.08.1996 betr. het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft B.S.,20.12.2013 279340 08.12.2013 KB wijz. art. 34 van het KB 28.11.1969 tot uitvoering van de wet 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet 28.12.1944 betr. de maatschappelijke zekerheid der arbeiders B.S.,20.12.2013 279346 26.12.2013 Wet betr. de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carensdag en begeleidende maatregelen B.S.,31.12.2013 278403 POLITIE 07.11.2013 KB betr. de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven Gemeenschapswachten 278393 B.S.,29.11.2013 21.11.2013 MB wijz. MB 28.12.2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, met betrekking tot de medische criteria - B.S.,06.12.2013 278719 15.12.2013 KB tot toekenning van een bijzondere dotatie voor 2013 aan bepaalde politiezones ten laste van het 'Fonds ter financiering van sommige verrichte uitgaven die verbonden zijn aan de veiligheid voortvloeiend uit de organisatie van de Europese Toppen te Brussel, evenals van uitgaven voor veiligheid en preventie die verbonden zijn aan de nationale en internationale hoofdstedelijke functie van 270452 Brussel' - B.S.,20.12.2013 -

Nieuwsbrief 2013/06

21


WETGEVING

15.10.2013 Ministeriële omz. GPI 75 Gemeenschappelijke richtlijn van de Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken betr. de door de politiediensten na te leven procedureregels in het kader van de onrechtstreekse toegang tot de persoonsgegevens die zij in het kader van de uitoefening van hun opdrachten van gerechtelijke en bestuurlijke politie verwerken in de algemene nationale gegevensbank B.S.,19.12.2013 279264

'Fonds ter financiering van sommige verrichte uitgaven die verbonden zijn aan de veiligheid voortvloeiend uit de organisatie van de Europese Toppen te Brussel, evenals van uitgaven voor veiligheid en preventie die verbonden zijn aan de nationale en internationale hoofdstedelijke functie van Brussel' aan de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest B.S.,10.01.2014 279657 Preventie

KB houdende de toekenning van een bijkomende federale toelage ter financiering van de lokale politie voor het jaar 2013 B.S.,31.12.2013 183708 KB houdende de toekenning van een federale basistoelage aan de gemeente of aan de politiezone en een toelage voor uitrusting handhaving openbare orde voor de lokale politie voor het jaar 2013 B.S.,31.12.2013 184681 KB houdende de toekenning van een bijkomende federale toelage voor indexering van de financiering van de lokale politie voor het jaar 2012 - B.S.,31.12.2013 198871 KB houdende de toekenning van een federale financiële tussenkomst in de kosten die inherent zijn aan de inwerkingtreding van de wet SALDUZ voor de lokale politie gedurende het jaar 2013 B.S.,31.12.2013 271270 KB houdende de toekenning aan de gemeente of aan de meergemeenten-politiezone van een federale sociale toelage voor het jaar 2013 B.S.,08.01.2014 182280 KB houdende de toekenning van een federale dotatie voor het jaar 2013 om het aanwervingsbeleid in politiezones te stimuleren B.S.,07.01.2014 252459 19.12.2013 Omz. GPI 76 betr. de overdracht van verloven van 2013 en de toekenning van sommige verloven in 2014 B.S,06.01.2014 279578 05.12.2013 BBHR tot regeling van de toekenningsmodaliteiten van een financiële tussenkomst voor 2013 ten laste van het

22

Nieuwsbrief 2013/06

24.12.2013 MB tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2014-2017 B.S.,31.12.2013 279551 07.11.2013 KB betr. de strategische veiligheids- en preventieplannen en van de dispositieven Gemeenschapswachten B.S.,29.11.2013, B.S.,27.12.2013 (addendum) 278393 REGIE/VZW 06.12.2013 Lijst van de rekenkundige en logische controles waaraan de jaarrekeningen van verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen, neergelegd bij de Nationale Bank van België en opgesteld volgens de schema's voorzien in KB 19.12.2003 betr. de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen worden onderworpen 203783 B.S.,06.12.2013 06.12.2013 Advies - Kosten voor de openbaarmaking van de documenten bedoeld in art. 25 van het KB 19.12.2003 betr. de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen B.S.,06.12.2013 233101

06.12.2013 Advies - Kosten voor de openbaarmaking van de documenten bedoeld in art. 173 van het KB 30.01.2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen B.S.,06.12.2013 242913 STEDENBOUW/LEEFOMGEVING 03.10.2013 BBHR wijz. BBHR 12.12.2002 tot vaststelling van de lijst met handelingen en werken van openbaar nut waarvoor de stedenbouwkundige attesten en de stedenbouwkundige vergunningen afgegeven worden door de gemachtigde ambtenaar B.S.,28.11.2013 278374 26.09.2013 BBHR betr. de stedenbouwkundige lasten die opgelegd worden bij de uitreiking van stedenbouwkundige vergunningen - B.S.,02.12.2013 278418 07.11.2013 BBHR tot goedkeuring van de gedeeltelijke wijziging van het Gewestelijk Bestemmingsplan dat op 03.05.2001 werd opgesteld B.S.,29.11.2013, 06.12.2013 249536 VERKEERSVEILIGHEID 04.12.2013 KB betr. de voorafname op het verkeersveiligheidsfonds van een bedrag voor de projecten van de geïntegreerde politie 234419 B.S.,06.12.2013 19.07.2013 KB wijz. KB betr. de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg, het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg en de technische eisen van de voer278704 tuigen - B.S.,06.12.2013 Omz. houdende de campagne voor verkeersveiligheid : 'Rijden onder invloed van alcohol 251685 - BOB winterperiode' 18.10.2013 KB wijz. KB 15.03.1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen B.S.,25.11.2013 278179 15.11.2013 KB houdende diverse bepalingen betr. het rijbewijs B.S.,27.11.2013 278310


Nieuwsbrief 2013/06

23


DE VERENIGING IN ACTIE

Internationale samenwerking

Mobiliteit In samenwerking met de Vereniging startte Mobiel Brussel op 2 september een test in de flessenhals van de Louizalaan.

Het beste nieuws van 2013 kwam eind augustus : de Belgische Ontwikkelingssamenwerking gaf groen licht voor de indiening van een nieuw meerjarenprogramma voor gemeentelijke internationale samenwerking 2014-2016. In dat kader verkregen de Brusselse en Waalse Vereniging op 24 september een begeleidingscomité met de administratie en het kabinet, om de etappes te plannen met het oog op de indiening van het voorstel, wat gelukkig tot eind januari uitgesteld werd. De Vereniging kon snel twee programmatievergaderingen plannen met de betrokken gemeenten. Ter herinnering, een eerste werkvergadering vond reeds plaats in Marokko van 7 tot 15 juni. Dit keer kwamen een zestigtal gemeentelijke vertegenwoordigers samen in Kinshasa van 1 tot 10 november, terwijl een twintigtal Senegalese gemeentelijke ambtenaren en verkozenen vergaderden in het Senegalese Mbour van 7 tot 11 december. De werkzaamheden werden in goede banen geleid door de adviseurs van de cel internationale samenwerking van de Vereniging en op het ogenblik dat we dit schrijven, zijn zij een voorstel van programma aan het opstellen ter waarde van 3,5 miljoen euro in drie jaar. Op 26 september nam de Vereniging deel aan een groot seminarie omtrent gedecentraliseerde samenwerking in Marokko. Ze stelde er de activiteiten voor van de gemeenten in het kader van het programma voor gemeentelijke internationale samenwerking. Dit colloquium werd georganiseerd door de Marokkaanse ngo Targa en verenigde een zeventigtal personen uit Belgische gemeenten en diverse verenigingen. Op 22 november had de Vereniging een ontmoeting met minister van Ontwikkelingssamenwerking Jean-Pascal Labille, in de marge van het bezoek van de burgemeester van Goma aan Brussel. Dat was een goede gelegenheid om hem te bedanken voor zijn inspanningen ter behartiging van het programma, maar ook om de projecten voor ontwikkeling in Congo toe te lichten, met name in Katanga en NoordKivu, waar nieuwe samenwerkingsverbanden tot stand zouden komen in het kader van het nieuwe programma 2014-2016.

24

Nieuwsbrief 2013/06

Met de steun van een begeleidingscomité waarin gemeenten, politiezones, parket, MIVB, handelaars, … vertegenwoordigd zijn, werd er beslist een nieuwe regelgeving te testen om het wildparkeren tegen te gaan in leveringszones en op zebrapaden. Stilstaan en parkeren op trottoirs werd verboden en fysiek onmogelijk gemaakt door de plaatsing van bloembakken. Leveringen zijn wel toegelaten op bepaalde tijdstippen. De eerste waarnemingen zijn positief. Eind februari vindt een evaluatie plaats om na te gaan of de test verlengd zal worden. Op 22 september vond opnieuw een autoloze zondag plaats. De werk-groep politie, onder leiding van de mobiliteitscel van de Vereniging, is verheugd dat de autoloze zondag zonder noemenswaardig incident verlopen is. 11 gemeenten verkre-gen, met de steun van de Vereniging, een subsidie van het Gewest voor de organisatie van ”mobiliteitsdorpen”. De plenaire vergadering die Mobiel Brussel en de Vereniging organiseerden op 13 december, bekrachtigde dit nieuwe succes en tekende nieuwe pistes uit voor de volgende editie, op 21 september 2014. Zoals ze dat reeds enkele jaren doet, ondersteunde de mobiliteitscel Mobiel Brussel bij de uitwerking en de uitvoering van een verkeersveiligheidscampagne in oktober. Dit keer ging het om het dragen van de veiligheidsgordel, die nog te vaak achterwege gelaten wordt bij korte ritten, wat vaak het geval is in steden. Het startschot van de campagne werd gegeven op 27 september, met een persconferentie in aanwezigheid van de staatssecretaris voor Mobiliteit.


DE VERENIGING IN ACTIE

gewijd werd aan de theoretische aspecten en een debat tussen vertegenwoordigers van PBM en ontwerpers van projecten die rekening houden met handicaps in de openbare ruimte. Deze uitwisselingen wierpen een licht op een heel aantal goede maar jammer genoeg ook veel slechte praktijkvoorbeelden. Deze sensibiliseringsactie was duidelijk een succes. Meer info over deze vorming op www.vsgb.be > Documenten [26.11.2013]

De Vereniging nam deel aan een studiereis naar Bordeaux van 29 september tot 1 oktober, een initiatief van de staatssecretaris voor Mobiliteit, samen met politieke vertegenwoordigers uit meer dan tien Brusselse gemeenten en ook heel wat gewestelijke ambtenaren. Gemeenten en Gewest bekeken er samen de mobiliteit aan de hand van het voorbeeld van Bordeaux. In een vijftiental jaren is de stad grondig veranderd, dankzij een mobiliteitsvisie die voetgangers, fietsers en openbaar vervoer centraal stelt, dankzij ingrijpende infrastructuurwerken. De studiereis kwam uitgebreid aan bod in nummer 38 van de Mobiliteitsgids, die in december verscheen. Op 15 en 22 september volgden een twintigtal vertegenwoordigers van gemeenten en politiezones een vorming betreffende de nieuwe ordonnantie “werken”, die gegeven werd door Mobiel Brussel, op initiatief van de cel. Nieuwe modules worden verwacht in 2014. De vormingscyclus “code van de wegbeheerder” kon op 6 en 19 november gevolgd worden in het Nederlands en op 12 en 22 november in het Frans. Na de evaluatie in 2012 werd de vorming namelijk over 2 dagen gespreid : de eerste belicht de theorie en de tweede dag bespreken de deelnemers concrete gevallen. In samenwerking met Mobiel Brussel organiseerde de mobiliteitscel van de Vereniging een vorming omtrent personen met beperkte mobiliteit (PBM) op 3 en 4 oktober, voor een vijftigtal deelnemers uit gemeenten, verenigingen voor PBM en het Gewest. Deze interactieve vorming bestond uit terreinbezoeken de eerste dag, terwijl de tweede

Het Gewest en de Vereniging hebben in 2013 een nieuwe projectoproep gestart voor Brusselse scholen en gemeenten, met het oog op de financiële ondersteuning voor begeleide voetgangersrijen. In dat kader organiseerde de mobiliteitscel een vorming voor begeleiders, in samenwerking met twee politiezones, op 29 augustus, 15 oktober en 12 december. De Vereniging en het kabinet organiseerden ook een persconferentie tijdens de Week van Vervoering, op 16 september. Na enkele maanden toepassing organiseerde de cel een evaluatie, op 6 november, met gemeentelijke coördinatoren en politiezones. Daar werden concrete cijfers bekeken betreffende de rijen die in september en oktober van start gingen, en werden enkele delicate punten aangepakt, zoals het statuut van de PWA’ers. In het kader van de oproep voetgangersrijen 2014 kunnen projecten ingediend worden tot 1 mei. Info op www.vsgb.be > Agenda

OCMW In toepassing van de zesde staatshervorming werd in juli het wetsvoorstel tot hervorming van de financiering van de Gemeenschappen en Gewesten, de verruiming van de fiscale autonomie van de Gewesten en de financiering van de nieuwe bevoegdheden ingediend, dat onder meer de rusthuizen defederaliseert. Voor de bepaling van de overgehevelde middelen dient een basisbedrag dat overeenstemt met het totaal van de begrotingskredieten voor het jaar 2013 als referentie. De Afdeling OCMW is nagenoeg zeker dat de 40 miljoen euro ontbreekt uit het sociaal akkoord 2013, waarvan 90 % gewijd wordt aan het scheppen van werkgelegenheid : het zou gaan om 718 voltijds equivalenten, goed voor meer dan 900 personen. Dat zou voor iedere entiteit die kredieten van het Riziv erft, een tekort inhouden dat alleen al voor het Brussels Gewest geraamd wordt op 3,5 miljoen euro. Het probleem zou toe te schrijven zijn aan het feit dat de bestemming van de totale envelop van het sociaal akkoord tussen de verschillende federale gezondheidssectoren nog niet vaststond, toen het berekeningsprogramma van de Nationale Bank op punt gesteld werd.

Nieuwsbrief 2013/06

25


DE VERENIGING IN ACTIE

Samen met de Brusselse Coördinatie van sociale en gezondheidsinstellingen, de Federatie van privérusthuizen van België, de Federatie van ziekenhuisinstellingen en Zorgnet Vlaanderen schreven de drie Afdelingen OCMW op 22 oktober naar eerste minister Elio Di Rupo en de twee staatssecretarissen voor Staatshervorming Melchior Wathelet en Servais Verherstraeten, om de invoering een technisch amendement te vragen. Een analoog probleem zou kunnen rijzen met een uitbreidingsbudget van 75,2 miljoen euro na de indiening van bovenvermeld voorstel. Daarnaast wijzen we ook nog op de brief betreffende de referentieadressen, die de Afdeling OCMW samen met haar zusterfederaties op 12 november schreef naar minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet. Zij krijgen immers veel vragen van OCMW’s op basis van de omzendbrief van de FOD Binnenlandse Zaken in het kader van vragen in verband met referentieadressen bij natuurlijke personen : de gemeenten wordt aanbevolen omzichtig te werk te gaan en aandacht te schenken aan de controle op de hoofdverblijfplaats. Voor de rest blijven dezelfde voorwaarden en modaliteiten van toepassing (met name de controle door het OCMW om na te gaan of de voorwaarden vervuld zijn met de afgifte van het voorziene attest). De Afdeling en haar homologen stellen vast dat deze instructies onrechtstreeks nieuwe taken teweegbrengen voor de OCMW’s, zonder dat er een wettelijke basis voor bestaat. Aan het OCMW een sociaal onderzoek vragen voor personen die niet tot diens doelpubliek behoren en die geen sociale bijstand vragen, creëert een bijkomende werklast maar brengt ook kosten met zich mee voor de OCMW’s, die niet terugbetaald worden. OCMW’s beseffen dat deze instructies aan de gemeenten kaderen in de strijd tegen fraude met woonplaatsen en sociale uitkeringen en dat misbruik van referentieadressen opgespoord en uitgeroeid moet worden, maar ze stellen hun rol in dit administratieve proces en dit soort controles wel in vraag. “OCMW’s op bezoek bij andere OCMW’s : same same but different”: uit een recente enquête blijkt dat de kloof tussen arm en rijk in België blijft groeien. Overal in ons land kampen de armen met dezelfde problemen : psychosociale moeilijkheden, werkloosheid, schuldenoverlast, ontoereikende inkomsten, een ongezonde of te dure woning, … De OCMW’s trachten daar iets aan te doen. Daarom was het interessant om na te gaan hoe de aanpak van een Vlaams, een Brussels of een Waals OCMW kan verschillen. Dat was het doel van de eerste intergewestelijke bezoekendag, die plaatsvond op 19 november, op initiatief van de drie regionale federaties van OCMW’s. Het personeel en de raadsleden van Brusselse OCMW’s konden een kijkje gaan nemen in het OCMW van Luik, La Louvière, Gent of Halle.

26

Marc Thoulen Nieuwsbrief 2013/06

Nieuwsbrief Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Aarlenstraat 53 bus 4-1040 Brussel Tel 02 238 51 40 - Fax 02 280 60 90 welcome@avcb-vsgb.be www.vsgb.be Redactie : philippe.delvaux@avcb-vsgb.be

Nr 2013-06

december 2013/februari 2014

Directie : Marc Thoulen Coördinatie : Philippe Delvaux Redactie : Marc Cools, Philippe Delvaux, Céline Lecocq, Marc Thoulen, Isabelle Vincke Vertaling : Liesbeth Vankelecom Secretariaat : Chantal Matthys Abonnementen : Patricia De Kinne : 02 238 51 49 • patricia.dekinne@avcb-vsgb.be Publiciteit : Agentschap Publiest - 02 550 38 04 - office@publiest.lu Nieuwsbrief wordt gedrukt op 100 % gerecycleerd papier Cette revue existe aussi en français. Si vous souhaitez recevoir le Trait d'Union, contactez notre secrétariat : welcome@avcb-vsgb.be Sinds 2002 is Nieuwsbrief-Brussel integraal beschikbaar op www.vsgb.be Gepubliceerd met de steun van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest, Belfius en Ethias


Tr a i t d ’ U n i o n 2 0 1 3 / 0 6

27


28

Nieuwsbrief 2013/06


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.