Duurzaamheid en energie

Page 1

Woensdag 22 juni 2016 / nummer 89 160ste jaargang. BIM Media, Postbus 16262, 2500 BG Den Haag

Special BOUW pagina 5 Mede-oprichter van De Groene Grachten, Suze Gehem, veroverde de Duurzame Bouwvrouw Award van 2015.

BOUW pagina 17 Het rangeerterrein bij de Vierhavensstraat in Rotterdam is omgebouwd tot het grootste dakpark van Europa.

INSTALLATIE pagina 22 Als het aan de projectorganisatie ligt, wordt de Dutch Windwheel hĂŠt symbool voor duurzame ontwikkeling.

INSTALLATIE pagina 33 De gevel van The Edge geeft het gebouw een duurzaam karakter.

Duurzaamheid & Energie


Meer comfort en lagere stookkosten

bij nieuwbouw én renovatie Een geïsoleerde voorzetgevel met talloze voordelen. Dat is Isofinish®! •

Ononderbroken schil.

Inspiratie opdoen?

Powerwall® isolatieplaten zorgen voor flink lagere

na-isolatiegids aan:

stookkosten en meer comfort. •

Vraag meteen de gratis www.recticelinsulation.nl/

Montage aan de buitenzijde, dus geen hinder voor

na-isolatiegids

de bewoners. •

Geen verlies van woonruimte.

De drie logische stappen van Isofinish®, hét totaalconcept voor renovatie en nieuwbouw: 1

Gratis projectadvies en ontwerp inclusief RC-berekening en eventuele condensatieberekening.

2

Uitvoeringsbegeleiding en -controle.

3

Oplevering met isolatiecertificaat. Vraag een gratis projectadvies aan bij Recticel Insulation: 0488 - 48 94 00 of insulation_info@recticel.com.

www.recticelinsulation.nl

Project: Aubade, Zaandam In opdracht van Van Braam, Minnesma MII Architecten

Project: Hippe Hoogbouw, Nijmegen In opdracht van woningcorporatie Talis Pieter Oosterhout Bureau voor Architektuur BNA


Du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

Betekenis geven

Inhoud

eet wat je zegt. Denk na over wat je schrijft. Deze zinnetjes

W

5 Groentje in de bouw / Armand Landman

blijken elk jaar weer de belangrijkste boodschap te zijn

7 Duurzaam vastgoed stelt gebruiker centraal

tijdens de colleges die ik geef aan bouwkunde- en architectuurstudenten. Zeker als het gaat om duurzaamheid en de omgang met energie bij bouwprojecten. Het woord duurzaamheid staat

3

9 Ambities realiseren door samenwerking / Caroline Kruit 10 Van leegstand naar bruisende locatie / Michiel Maas

inmiddels op de verboden lijst tijdens mijn lessen. Afgevoerd

15 Gebouwen zijn een geaccepteerd milieudelict / Edo Beerda

vanwege de onduidelijke definitie en een te grote hoeveelheid

17 Het grootste dakpark van Europa / Jeroen Kreule

interpretaties.

19 Bedrijfspand overstijgt nul-op-meter concept / Pieter de Mos

En dan nu toch een dubbeldikke Cobouw Special Duurzaamheid & Energie. Vol met betekenis. Stralend van gedeelde ambitie. Met energie genererende plannen voor de toekomst en praktische,

22 Slimme Hollandse molen / Ad Tissink 27 Duurzaamheid en comfort gecombineerd / Peter de Lange

energieneutrale oplossingen voor nu. Met verhalen over nieuwe

29 The Green Village als inspirerende proeftuin / Paul Poley

samenwerkingsverbanden, breed gedragen onderzoek en

31 Onderwijsgebouw kiest voor gelijkstroomnet / Edo Beerda

technische ontwikkelingen die bijdragen aan een schonere

33 Gevel levert de Edge duurzame punten op / Tijdo van der Zee

toekomst voor onze planeet. De titel van deze Cobouw Special is slechts een kapstok om al deze mooie initiatieven aan op te hangen. In de kern gaat het voor alle mensen, die hebben bijgedragen aan de verhalen en plannen in deze publicatie, over hetzelfde: een diepere betekenis geven aan je werk, denken over de toekomst, verantwoordelijkheid nemen als bouwprofessional. Als dat duurzaamheid is, mag het van mij boven elk verhaal.

Caroline Kruit,

Uitgever Customer Media

Omslag

37 Installatiebedrijf levert duurzame energie / Tosca Vissers 37 Dakpannen: volop in beweging / Marion de Graaff 39 Effectieve vloerverwarming met thermoskussens / Kees de Vries 41 Verdieping 42 Leven van de zon / Ad Tissink

Colofon De inhoud van deze special valt onder verantwoordelijkheid van de uitgever. Klantenservice (070) 3046777 Redactie telefoon (070) 3046700 Postbus 16262, 2500 BG Den Haag Internet www.cobouw.nl E-mail cobouw@bimmedia.nl Hoofdredacteur Boudewijn Warbroek Uitgever Caroline Kruit Eindredactie en coördinatie Nienke Abma, Nanda van Dijk, Patty van der Sar en Ingrid de Zwart-Schaap Medewerkers Edo Beerda, Marion de Graaff, Jeroen Kreule, Armand Landman, Michiel Maas, Peter de Lange, Pieter de Mos, Paul Poley, Ad Tissink, Tosca Vissers, Kees de Vries en Tijdo van der Zee Vormgeving Hans de Jong

Plan SilverTown Amsterdam, door Studio Hartzema, Paul de Ruiter Architects en Res & Smit Real Estate Support. Het ontwerp werd gepresenteerd op het Transformatieplein op Provada (7 tot en met 9 juni jongstleden) en is een plan voor het gebouw Leeuwenburg aan de Weesperzijde in Amsterdam. Nu is het pand nog in gebruik door de Hogeschool van Amsterdam, maar de gemeente en ontwikkelaar Peak Development zoeken naar alternatieve bestemmingen voor de periode na het huidige huurcontract (in 2018). Zie ook het artikel over het Vastgoedmarkt Transformatieplein in deze Cobouw Special.

Abonnementen: wijzigingen, klachten bezorging en opgave nieuwe abonnees: Klantenservice: (070) 3046777. Jaarabonnement binnenland € 775,- (excl. btw). Overnemen artikelen: voor het overnemen van (een gedeelte van) artikelen uit deze uitgave dient men zich te wenden tot de uitgever. Op alle artikelen in Cobouw of op Cobouw.nl berust auteursrecht. Auteursrechtelijk beschermde werken mogen niet elders openbaar gemaakt worden, gearchiveerd worden of verveelvoudigd worden zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur of de uitgever. Indien bij gebruik van artikelen van dagblad Cobouw en/of Cobouw.nl niet is voldaan aan bovenstaande, is Cobouw gerechtigd hiervoor schadevergoeding te claimen.


Integratie van VELUX dakramen en zonnepanelen Comfortabel wonen èn een lage energierekening

Voor meer informatie over het combineren van VELUX dakramen met PV-panelen kunt u contact opnemen met architecten@velux.nl


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

5

Bouw Ze zag het totaal niet aankomen; zelf ziet ze zich nog als een groentje in de bouw. Maar de jury van de Duurzame Bouwvrouw Award dacht hier anders over en verkoos Suze Gehem tot Duurzame Bouwvrouw van 2015 / Armand Landman

Groentje in de bouw V

anuit het niets veroverde Suze Gehem vorig jaar de Duurzame Bouwvrouw Award. Als mede-oprichter van De Groene Grachten hielp ze meer dan 36 monumentale gebouwen verduurzamen. Steeds meer pandeigenaren kloppen bij de Amsterdamse start-up aan voor advies over een derde of vierde leven van een oud gebouw. De Groene Grachten bestaat sinds 2012. Drie jaar later win je de Duurzame Bouwvrouw Award. Had je dat zien aankomen? “Totaal niet. Sterker nog, toen ik zag dat ik genomineerd was dacht ik dat de categorie ‘veelbelovend talent’ vol was en dat ze me daarom maar bij de rest hadden ingedeeld. Stond ik daar als 29-jarige tussen al die vrouwen die hun strepen allang hadden verdiend en toen won ik ook nog. Dat zie ik overigens als een verdienste van het hele team, niet alleen van mijzelf. Ik vind het trouwens een hele grappige titel. Mensen moeten altijd lachen als ze zien dat ik het ben. Blijkbaar voldoe ik niet aan het stereotype beeld van een bouwvrouw.”

Onze droom is zo veel mogelijk panden duurzame sprongen te laten maken Wat heeft de titel je gebracht? “Ik heb er vooral heel veel nieuwe mensen door leren kennen. Dat vond ik misschien wel het meest confronterend. Tijdens de uitreiking kwam ik er tot mijn schrik achter dat ik amper tien mensen in de zaal kende. In het wereldje van duurzaamheid en start-ups kende ik iedereen, maar nu kwam ik in een hele nieuwe wereld terecht. Ineens krijg je contact met zo veel nieuwe mensen. De Groene Grachten is in het afgelopen jaar ook enorm gegroeid. We zijn heel hard aan het bouwen. Tot 2014 zag ik het als een project. Nu zijn we echt een bedrijf.” Was dat dan nooit de bedoeling? “Jawel, maar ik zag het zelf nooit zo. Toen de eerste panden die we hebben verduurzaamd – een rij van zes grachtenpanden aan de Nieuwe Prinsengracht in Amsterdam – klaar waren, kregen we opeens klanten. Toen moesten we duurzaamheidsadviezen geven. Dat hadden we nog nooit gedaan. Hoe moet je mensen dan ondersteunen en welke informatie moet je op welk moment delen om het zo goed mogelijk te laten landen? Onze

droom is om zo veel mogelijk panden duurzame sprongen te laten maken. Maar daar komen heel veel stappen bij kijken. Afgelopen jaar hebben we 36 projecten gedraaid. Daar zitten kerken, musea, forten en een hofje bij. We gaan zelfs met landgoederen aan de slag.” Zit daar een favoriet tussen? Een project waar je extra trots op bent? “We zijn op dit moment bezig met een studentenvereniging in Amsterdam: L.A.N.X. Die wordt ‘all electric’. Gas eruit, zonnepanelen en een warmtepomp op het dak. Met de koeling van de biertap wordt het pand verwarmd. Dat is toch superleuk? Eén van de eerste ‘quick wins’ was een sensor die we op het urinoir hebben aangebracht waardoor de pomp die dag en nacht al dat water maar lukraak rondpompte nu alleen nog pompt als dat nodig is. Dat scheelt zoveel elektriciteit en water. En duizenden euro’s per jaar. Dit soort voorbeelden laat zien dat ieder pand zijn eigen uitdagingen kent. Wij kunnen daar heel goed onze creativiteit in kwijt.” Melden nieuwe klanten zich vanzelf? “Tot nog toe wel. Al merk ik dat het heel thematisch gaat. Door de studentenvereniging in Amsterdam zitten we ook aan tafel in Utrecht en Groningen. Twee jaar geleden hebben we twee forten rond Utrecht aangepakt en nu gaan we ook een drietal forten in de Stelling van Amsterdam doen. En hoewel ieder pand maatwerk blijft, merk je toch dat een tweede fort gemakkelijker is dan de eerste. We hebben nu heel veel verschillende typen gebouwen in kaart en daardoor kunnen we doorbouwen.” Is er weerstand tegen een start-up als De Groene Grachten, worden jullie serieus genomen door de toch wat traditioneel ingestelde bouw? “Ik draai pas vier jaar mee in de bouw. Ben echt een groentje. Maar ik merk nu al zo veel verschil met vier jaar geleden. Mensen weten veel beter wat allemaal kan. En steeds meer mensen uit onverwachte hoek beginnen zich te realiseren dat ze ook iets moeten doen. Anderhalf miljoen woningen van voor de Tweede Wereldoorlog plus nog heel veel maatschappelijk erfgoed, dat is een enorme opgave omdat allemaal te verduurzamen. Maar áls je dat allemaal aanpakt, kun je wel echt impact maken.” Noem eens een obstakel waar je tegen aanloopt bij het verduurzamen van oude gebouwen? “Zonnepanelen in Amsterdam was vanaf het begin moeilijk. De politiek wilde er niet aan. Uiteindelijk hebben we vorig jaar een prijsvraag uitgeschreven: Zon op de Zwijger. Om ideeën te verzamelen voor zonnepanelen op het dak van Pakhuis de

Duurzame Bouwvrouw Suze Gehem. Foto: Tobias van Stijn Zwijger. Juist om de markt uit te dagen. Zo van ‘kom maar met je ideeën. Wat is de meest subtiele, mooie, goed afgewerkte oplossing?’. Uiteindelijk hadden we 33 aanmeldingen, 15 definitieve ontwerpen en één winnend ontwerp dat ook is aangelegd. In de jury hebben we mensen van monumentenzorg gezet, mensen die bepalen of dit soort dingen mag of niet. Mede door onze prijsvraag wordt nu de regelgeving aangepast. Dat is een soort positieve manier van lobbyen. Wij proberen iedereen aan dezelfde kant te krijgen in plaats van tegenover elkaar.” Dit jaar wordt er een nieuwe Duurzame Bouwvrouw gekozen. Heb je een idee wie jou zou moeten opvolgen? “Ik heb geen naam. Maar het moet iemand zijn die met haar voeten in de modder staat. Iemand die dingen doét. Er zijn al genoeg mensen die doemscenario’s kunnen schetsen wanneer we niet verduurzamen. Ik houd er juist van als mensen mooie voorbeelden laten zien van hoe het wel kan. En de Bouwvrouw moet een duurzame olievlek kunnen creëren. Mensen net even iets anders kunnen laten denken.”

Suze Gehem is een van de oprichters van De Groene Grachten. Ze studeerde cum laude af in de richting Industrieel Ontwerp aan de TU Delft en haalde een extra master Technisch Management aan de Ecole Centrale de Paris, een prestigieuze ingenieursopleiding in de Franse hoofdstad. Ze liep stage bij Siemens en werkte daar aan tenders voor het ITER kernfusie-project in Frankrijk. Na haar studie werkte Gehem een half jaar aan een hygiëne-project voor vrouwen in townships in Zuid-Afrika. Na terugkeer in Nederland ontmoette ze in 2012 Wubbo Ockels die net het plan had opgevat om monumenten te verduurzamen. Samen met Ockels en Jelle Rademakers begon ze De Groene Grachten. Gehem is ontwikkelaar van De Groene Menukaart, een toolbox voor het verduurzamen van oude panden. In april dit jaar lanceerde ze de Rooftop Revolution, waarmee ze nieuwe natuurgebieden op de daken van Nederlandse steden aanlegt. In 2015 is ze verkozen tot Duurzame Bouwvrouw van het jaar. In 2016 is ze opgenomen in TheNextWomen to Watch.

Samen met Wubbo Ockels en Jelle Rademakers (rechts op de foto) begon Suze Gehem De Groene Grachten. Foto: Tobias van Stijn


TONZON Thermoskussens

TONZON Bodemfolie

TONZON Vloerisolatie is gebaseerd op het Thermoskussen, een revolutionair isolatiemateriaal dat in 1980 in Nederland werd ontwikkeld. Het isoleert als een thermosfles, is volledig opvouwbaar en geeft al 36 jaar onbetwist het beste resultaat.

Infraroodfoto’s van een betonvloer

VOOR

NA Bovenstaande infrarood foto’s tonen de werking aan van een vloer zonder en met TONZON Vloerisolatie. De warmte komt eindelijk ook onderin de woonruimte.

SUBSIDIE OP

TONZON

VLOERISOLATIE PROFITEER NU HET NOG KAN VÓÓR 1 JULI!

Ton Willemsen Uitvinder en directeur TONZON

TONZON

VLOERISOLATIE De meest klimaateffectieve vloerisolatie ter wereld De TONZON Vloerisolatie methode is gebaseerd op

langzamer af. Bij vloeren met vloerverwarming kan de

het principe van de thermosfles en bestaat uit volle-

besparing oplopen tot 40%.

dig opvouwbare Thermoskussens. Het effect is dat de woning naar onderen minder afkoelt. De benodigde lucht wordt pas bij de klant thuis toegevoegd waardoor de overlast voor de gebruiker en het milieu tot een

TONZON.NL/subsidie Met terugwerkende kracht?!

minimum beperkt blijft. Het systeem werkt beter dan andere isolatiematerialen: de vloer wordt sneller warm, bereikt een hogere temperatuur en koelt veel

TONZON isolaties gelden als de meest klimaateffectieve oplossingen ter wereld. De energie die nodig is voor grondstof, productie, verpakking, transport en applicatie is al binnen enkele winterweken terugverdiend. Er komt niet eens een vrachtwagen aan te pas. I: tonzon.nl

E: info@tonzon.nl

T: 053 - 433 23 91

TONZON Vloerisolatie • sinds 1980 de oplossing


Du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

7

REPORTAGE Visionairs KCAP Architects&Planners en Boot Advocaten introduceren Duurzaam Vastgoed van Morgen – Waardecreatie voor Mens, Gebouw & Omgeving.

Duurzaam vastgoed stelt gebruiker centraal O

p de PROVADA vastgoedbeurs hebben KCAP en Boot Advocaten hun visie gepresenteerd op de integratie nieuwe stijl voor Duurzaam Vastgoed van Morgen. Dit vraagt om meer dan alleen technisch- en energetisch geoptimaliseerde gebouwen. Duurzaam Vastgoed van Morgen zet in op een holistische benadering van Mens, Gebouw én Omgeving.

Menselijk comfort, sociale duurzaamheid en ruimtelijke organisatie zijn sleutelbegrippen die van begin af aan een belangrijke rol moeten spelen in de ontwikkeling van een project. Op lange termijn zorgen deze aspecten voor een maatschappelijke en financiële waardeverhoging. KCAP en Boot zijn koplopers als het gaat om het verbinden van diverse stakeholders op dit terrein.

De gebruiker staat centraal Duurzaam Vastgoed van Morgen stelt de gebruiker centraal. Aan de hand van twee stedenbouwkundige projecten van KCAP Architects& Planners, het GWL terrein in Amsterdam en FredericiaC in Denemarken, is duidelijk hoe het centraal stellen van de gebruiker als integraal aspect in ontwerp en ontwikkeling leidt tot community building, betrokkenheid en trots van de (toekomstige) bewoners en daarmee de waarde van vastgoed kan verhogen.

GWL-terrein Amsterdam Het GWL-terrein in Amsterdam, Nederlands eerste autovrije en ecologische wijk gerealiseerd in 1998, is nog altijd een succesvolle duurzame leefomgeving. “Het succes wordt gedragen door de sterke gemeenschap die er is ontstaan en die de originele uitgangspunten van het duurzaamheidsconcept bewaakt en doorontwikkelt”, zegt Irma van Oort. Het ontwerp voor het GWL-terrein is gebaseerd op een aantal ontwerpprincipes van KCAP. Er wordt gezocht naar een krachtig framework dat

gebruikmaakt van de identiteit van de locatie en historische context om de ruimtelijke ontwikkeling te dragen. Met een mix van programma’s wordt een hoge stedelijke dichtheid gecreëerd. De openbare ruimte wordt verfijnd en hierin wordt de mogelijkheid geboden om delen toe te eigenen. Het aanbieden van betekenisvolle groene structuur en (openbare) sportfaciliteiten dragen bij aan het opbouwen van een gemeenschap en betrokkenheid met de wijk. Belangrijk hierbij is om de betrokkenen vroegtijdig in het proces te integreren om een sociaal vacuüm te voorkomen.

FredericiaC in Denemarken Dezelfde ontwerpprincipes van KCAP voor het bereiken van sociale en urbane duurzaamheid worden ook vandaag, 20 jaar later, in de recente ontwikkeling van FredericiaC in Denemarken ingezet. Het stedenbouwkundig plan is een ontwikkelstrategie voor een brownfield van 21 hectare aan de kust van Fredericia die de bestaande binnenstad met 25 proecent zal uitbreiden in een periode van 2025 jaar. Binnen het robuuste stedenbouwkundige raamwerk bevat het plan een flexibele faseringsstrategie met interventies op korte termijn en tijdelijke evenementen om tijdens de ontwikkeling al communities te creëren. Een financiële strategie garandeert de haalbaarheid van het project in elk stadium. Tevens is het plan aanpasbaar aan toekomstige veranderingen die het ontwikkelingsproces zullen beïnvloeden. Deze duurzame stedelijke trans­ formatie, door KCAP samen met opdrachtgevers, experts en stake­ holders ontwikkeld, integreert milieu, energie, gezondheid, welzijn, economie, sociale aspecten en comfort voor huidige en toekomstige generaties.

Comfortmeter Boot Advocaten heeft samen met

FredericiaC in Denemarken. Het stedenbouwkundige plan door KCAP is onder meer aanpasbaar aan toekomstige veranderingen. ingenieurs van Factor4 NL contracten ontwikkeld waarin niet alleen KPI’s worden gedefinieerd op het gebied van energiebesparing, onderhoudsniveau en restwaarde van het vastgoed, maar ook op het gebied van comfort. Vastgoed wordt door comfort aantrekkelijker, maar hoe meet je dat comfort? Hoe kunnen we stedelijke en ruimtelijke programma’s duurzaam koppelen? Hoe kunnen we integrale duurzame ontwerpen ontwikkelen? Met de ontwikkelde comfortmeter van Factor4 kan een comfortstijging worden vertaald naar een productiviteitsstijging van de gebruikers c.q. werknemers in het gebouw. Dit heeft invloed op de verhuurbaarheid en uiteindelijk op de waarde van het vastgoed. De samenwerking tussen Boot en Factor4 legt een directe link tussen juridische en technische know how om zo te komen tot verbeterde energieprestatiecontracten. Maar ook om comfort in gebouwen te meten met wetenschappelijk onderbouwde tools (de Comfortmeter).

manier belonen. Verhuren op basis van een vierkante meterprijs is niet meer waar het in de toekomst om draait. De standaard huurcontracten, projectontwikkelingsmodellen en onderhoudscontracten moeten nodig worden herzien.

Nieuwe samenwerkings­ modellen Alexandra Boot vertelt dat juist de verschillende invalshoeken zoals die door KCAP en Boot worden ingenomen, zullen leiden tot nieuwe samenwerkingsmodellen en nieuwe businessmodellen. Alexandra: “Gezondheid, vastgoed en energie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ik ben betrokken

bij dit fundamentele veranderingsproces waarop gebruikers en vastgoedeigenaren samen kijken naar de gebouwde omgeving.”

Blue Building Institute Boot is tevens co-founder van het Blue Building Institute (BBI), een non-profit platform, kennisinstituut en incubator op het grensvlak tussen menselijk welzijn & gezondheid en de gebouwde omgeving. Boot onderstreept het belang van samenwerking met partijen als bijvoorbeeld KCAP. Alleen door het delen van kennis, ervaring en pioniersvisie wordt Duurzaam Vastgoed van Morgen geen toekomst, maar werkelijkheid.

Irma van Oort, architect en partner van KCAP Architects&Planners, is werkzaam aan een groot aantal nationale en internationale architectonische en stedenbouwkundige opgaven, ontwerpen van openbare ruimtes en landschapsontwerpen. Haar werkveld omvat projecten met een gemengd programma, meestal op complexe binnenstedelijke locaties. In haar werk richt zij zich op het creëren van duurzame leefomgevingen met sociale duurzaamheid als kernwaarde. Irma heeft een gedegen ervaring in transformatieprojecten en gebiedsontwikkeling met gemeentelijke en rijksmonumenten. Het ontwikkelen van een duurzame visie op gebouw en omgeving is daarbij haar uitgangspunt.

‘Well being’ van de eind­gebruiker

Het GWL-terrein in Amsterdam is de eerste ecologische en autovrije woonwijk in Nederland.

De volgende stap is de ‘well being’ van de eindgebruiker op wijk- of objectniveau. De ambitie van Alexandra Boot is niet alleen om de Amerikaanse ‘Well Building standard’ in Nederland te implementeren, maar ook om de vastgoedsector te koppelen aan de zorgsector. Vanuit preventieoogpunt kunnen werkgevers met gezonde gebouwen kosten besparen en zorgverzekeraars moeten dit op een of andere

Alexandra Jurgens-Boot, Alexandra Jurgens-Boot, partner Boot Advocaten richt zich sedert 1989 op vastgoed. Na 15 jaar internationaal en nationaal praktijken te hebben opgezet bij grote kantoren heeft zij in 2003 een eigen nichekantoor opgericht, gespecialiseerd in vastgoed- en aanbestedingsrecht vanuit een multidisciplinaire aanpak. De laatste 7 jaar is daar de specialisatie op het gebied van energie en zorg bij gekomen. Alexandra is tevens toezichthouder bij een grote zorginstelling, docent bij diverse instellingen en betrokken bij Europese onderzoekstrajecten op het gebied van energieprestatiecontracten.


Zeeweg 144 2224 CH Katwijk Postbus 2006 2220 BA Katwijk

info@bouAd.nl www.bouAd.nl 071 361 17 22

Projectmanagement

Beheer en onderhoud

t t t t

t Vastgoedinspecties conform NEN 2767 en Rgd-BOEI methodiek t Meerjarenonderhoudsplanningen (MJOP’s) t Brandpreventieve inspecties en brandscans

Planningen Organisatieschema’s Calculaties en begrotingen (EU)aanbestedingsbegeleiding

Energieadvies Ontwerpbegeleiding t t t t t t t

Haalbaarheidsonderzoeken Programma’s van eisen Constructieberekeningen Landmetingen Ontwerp en tekenwerk tot en met werktekeningenniveau Technische omschrijvingen, RAW- en STABU-bestekken Bouwbesluit-, EPG- en MPG-berekeningen

Directievoering, toezicht en inspecties t t t t t t t

Kosten- en contractbewaking Risico-inventarisaties Opleveringbegeleiding Kwaliteits- en veiligheidsinspecties Tekenwerkcontrole Brandpreventieve inspecties Deskundig Toezicht Asbestverwijdering (DTA)

t t t t t t t t t t

Energieprestatieadvies EPA-W en EPA-U Energieprestatie maatwerkadvies EPG- en MPG-berekeningen Terugverdientijden Subsidiemogelijkheden Energielabels voor woningen en utiliteitsgebouwen CO2-reductieberekeningen Duurzame energieopwekking CO2 EMVI modellen Passiefhuisberekeningen

Maintenance and energy plus

Renoveren met Kalzip METAL ROOFSOLUTIONS

Renoveren is een serieuze aangelegenheid. Belangrijk zijn de risico’s en de overlast voor de gebruiker te beheersen. Dat is een specialiteit van Felspartners BV uit Olst. Ervaring met soms spectaculaire renovaties van scholen , kantoren, instellingen en in functie zijnde gebouwen als het ministerie van WVC, de Tennet stroomcentrale in Eemshaven en diverse appartementen gebouwen. Ook kan renoveren of upgraden aanzienlijk besparen in de kosten ten opzichte van nieuwbouw. Wij renoveren daken en gevels met Kalzip felsplaten, een product van marketing partner Kalzip Koblenz. Het grote voordeel van de Kalzip felsplaten is het lage eigen gewicht in combinatie met de bijna oneindige lengte zonder dwarsnaden en doorboringen. Met name het lage eigen gewicht van onze oplossingen en de mogelijkheid het afschot te herstellen is een zeer sterk punt met het oog op de draagkracht van de bestaande constructie. Toevoeging gewicht van ca 5 -15 kg per m2 afhankelijk van de gekozen oplossingen. Kalzip is zeer geschikt als vervanging na een asbestsanering. Ook belangrijk is dat we op eenvoudige wijze de warmteweerstand van de dak of gevelconstructie kunnen verhogen naar de meest recente normen tegen lage kosten. Een kalzip dak is duurzaam, de levensduur is meer dan 50 jaar!. Kortom lage onderhoudskosten.

Daag ons uit!

Naast de standaard aluminium uitvoering kunnen wij de Kalzip felsbanen leveren in vele esthetische varianten met patina afwerkingen in naturel blank , brons of champagne en duurzame coatings in glanzend of matte uitvoering. Ook kunnen wij het aluminium voorzien van een echte zinklaag. Spectaculair is de Kalzip uitvoering met een Ecoclean coating welke het Co2 uit de lucht omzet in zuurstof en water. ( 1000 m2 dak doet evenveel als 140 bomen) Kalzip elementen kunnen worden uitgevoerd met een solar laminaat welke is verlijmd op de bodemzijde van de Kalzip elementen. Het is mogelijk het dak uit te voeren als mos sedum dak.

Hier combineren we duurzaam en mechanisch sterk met het groen van een daktuin. Vormtechnisch is vrijwel iedere vorm te produceren van rechte banen tot gebogen banen zowel hol als bol , conische banen en zelfs driedimensionaal gevormde Kalzip banen. Denk daarbij aan dubbel gekromde vormen als een bol. Ook de combinaties zijn mogelijk( bol en conisch) Felspartners begeleid en ontzorgt u tijdens het gehele traject van onderzoek, berekeningen en verzorgt de gehele montage in alle facetten. Met onze opgedane kennis staan we u ten dienste. Ook kunt u bij ons terecht voor alle soorten zinken , koperen, aluminium traditionele felsdaken die wij zelf produceren.

T 038 467 1920 • info@felspartners.nl • www.felspartners.nl


Du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

9

bouw Architect Paul de Ruiter voelt zich evangelist in de wereld van het duurzaam en energiezuinig bouwen. Mooie en gezonde gebouwen realiseren kan alleen door intensieve samenwerking met partners in de bouwketen en daarbuiten / Caroline Kruit

Ambities realiseren door samenwerking A

rchitect Paul de Ruiter is een pionier als het gaat om duurzame gebouwconcepten en energiezuinige gebouwen. Om de hoge ambities van zijn bureau te realiseren, zijn samenwerking en communicatie essentieel. Het onlangs door het architectenbureau gepubliceerde boek ‘Gebouwen Bewegen’, over de winst van duurzame renovatie van kantoorgebouwen, is daar een goede weerslag van. “Het bespreekbaar maken van nieuwe ontwikkelingen is essentieel”, stelt De Ruiter: “Alleen met een goede samenwerking zijn hoge ambitieniveaus haalbaar.” “Maatschappelijk verantwoord ondernemen in de bouw gaat niet alleen over gebouwen”, zo stelt architect Paul de Ruiter aan het begin van het gesprek. “Mvo gaat veel verder: het gaat over betrokkenheid, over samenwerking, over verantwoordelijkheid, voelen voor alles wat je doet, ook buiten de bouwprojecten om.” Paul de Ruiter Architects heeft in Nederland een indrukwekkend oeuvre met energiezuinige, innovatieve gebouwen: van vrijstaande woningen, getransformeerde loodsen, gezonde schoolgebouwen, hightech kantoorgebouwen tot een – binnenkort op te leveren – zelfvoorzienend hotel in het Amstelkwartier. te Amsterdam, dat het bureau samen met Mulderblauw architecten ontwierp.

Voor ons is het belangrijk dat een gebouw een verhaal vertelt

De ogen van De Ruiter lichten op als hij over het hotel spreekt: met een kas op het dak, een interactieve gevel en innovatieve installatiesystemen is met dit project wederom een grote stap gezet. “Ik krijg er steeds meer plezier in: de lat nog hoger leggen en draagvlak voor vernieuwing zoeken. Het onderwerp duurzaamheid is nu algemeen geaccepteerd; iedereen is ermee bezig. Sommige partijen doen aan duurzaamheid omdat het moet of uit financieel gewin, maar een steeds grotere groep mensen ziet de mogelijkheden en de uitdagingen. Om ambities te kunnen realiseren, is het nodig om gelijkgestemden te vinden.”

Keurmerken als referentiekader De officiële standaard waaraan nieuwe en bestaande gebouwen moeten voldoen, wordt steeds strenger. De keurmerken en certificaten vliegen de bouw om de oren. Hoe gaat een bureau als Paul de Ruiter Architects daarmee om? “Een certificaat halen is nooit een doel op zich”, stelt De Ruiter. “Wij zien de huidige keurmerken meer als een soort minimumeis. Je zou keurmerken ook kunnen beschouwen als een soort houvast, een model om beslissingen te maken, of een referentiekader.” “Wat ik zie als gevaar is dat certificering gaat lijken op standaardisering. Daarmee zou een nieuwe generatie gebouwen kunnen ontstaan met een generiek ontwerp, keurig de keurmerken en regelgeving volgend, maar zonder karakter of

Het kantoor van Paul de Ruiter Architects is een getransformeerde loods. Foto Pieter Kers uitstraling. Daar wordt de gebouwde omgeving ook niet beter van. En er is ook helemaal geen garantie dat zo’n gebouw een grotere – financiële – waarde heeft dan een ander gebouw,” concludeert De Ruiter. “Voor ons is het belangrijk dat een gebouw een verhaal vertelt, karakter heeft. Dat we alles doen om een gebouw zo duurzaam mogelijk te maken, dat we efficiënt met materialen en energie omgaan. We krijgen weleens de vraag of we een gebouw kunnen maken dat er ‘duurzaam’ uitziet. Voor ons is een duurzaam gebouw in de eerste plaats een karaktervol gebouw.”

Samenwerking essentieel Het architectenbureau sloot zich eerder dit jaar aan bij de B Corporations, een internationale verzameling van bedrijven om op een verantwoorde manier geld te verdienen en sociale en maatschappelijke problemen duurzaam op te lossen.

Duurzaam renoveren

Een ander resultaat van intensieve samenwerking en ideeënuitwisseling is de publicatie van het boek ‘Gebouwen Bewegen - De winst van duurzame kantoorrenovatie’. Het boek werd op dinsdag 7 juni door Marlous Vriethoff, architect bij Paul de Ruiter Architects, gepresenteerd op het Vastgoedmarkt Transformatieplein tijdens de Provada. In opdracht van EnergieSprong en Platform 31 werkte Paul de Ruiter Architects samen met Arup, Bureau van Miert en Fakton binnen de Transitieformule aan een handzaam document voor de besluitvorming rond (renovatie van) bestaande kantoorgebouwen. Een gedegen onderzoek – op zowel financiële, bouwtechnische als programmatische aspecten – ligt ten grondslag aan de publicatie. Met duidelijke schema’s, harde cijfers en een 4-tal voorbeeldprojecten worden de verschillende renovatiestrategieën verbeeld. Ook de gebruiker wordt gehoord: de meest prangende vragen als het gaat om duurzame bedrijfshuisvesting krijgen een direct en onderbouwd antwoord. Op de vraag of elk kantoorgebouw kan worden verduurzaamd, zijn de verschillende auteurs van het boek het eens: “Ja, dat kan!”

“In Nederland zijn wij toch een soort van evangelisten”, stelt Paul de Ruiter. “Dat is zo gegroeid. We bedenken iets nieuws, vertellen erover, zoeken naar integrale samenwerkingsverbanden, dragen de kennis over naar onze partners en vice versa. Wij voelen een grote maatschappelijke betrokkenheid in ons werk. Dat vertaalt zich onder andere in bijdragen aan goede doelen en in het experiment om dingen anders en beter te doen.” “Maar het is altijd goed om je ideeën en ambities af te stemmen met mensen met vergelijkbare doelen. Daarom is B Corp voor ons interessant: het is internationaal, er zijn heel veel verschillende bedrijven vertegenwoordigd, maar de ambitie staat centraal. Momenteel zijn we het enige architecten-bureau dat tot op heden is aangesloten. Het kijken in de keuken van andere bedrijven en industrieën is enorm inspirerend. Dat geeft nieuwe energie.”

Paul de Ruiter is architect, ondernemer en innovator. Duurzaam ontwerpen zit in zijn DNA, zo stelt hij zelf. Architectuur moet energie leveren: niet alleen in technische zin, maar ook in menselijke zin. De Ruiter studeerde in 1990 af aan de Technische Universiteit Delft en begon in 1994 met zijn eigen architectenbureau. Met intelligente, duurzame gebouwen met veel daglicht wil het bureau geluk en inspiratie bieden aan de gebrukers. De gebouwen zijn zo ontworpen dat de gevels intelligent kunnen reageren op de zon, waardoor energie maximaal kan worden gewonnen en bewaard.


10

d uurz a a m h e i d & e n e rg ie

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

bouw Tijdens de beurs Provada presenteerden architectenbureaus op het Vastgoedmarkt Transformatieplein hun ideeën voor zeven leegstaande objecten die werden voorgedragen door de G4-gemeenten / Michiel Maas

Van leegstand naar bruisende locatie Z

even moeilijk exploiteerbare panden werden eerder dit jaar voorgesteld aan de deelnemende architectenbureaus van het Vastgoedmarkt Transformatie­ plein. Na een reeks projectbezoe­ ken, een analyse van pand en locatie door adviesbureau Fakton en een beschouwing door de redacteuren van Cobouw en Vastgoedmarkt, werden de architecten uitgedaagd om een nieuwe bestemming voor deze locaties te bedenken. De presen­ taties tijdens Provada zijn een bron van ideeën voor gemeenten, ontwikkelaars en investeerders: met een dosis creativiteit is het mogelijk om zelfs op een lastige plek in de stad weer levendigheid te krijgen.

Aan de kantorenloodsen van Den Haag, Utrecht, Rotterdam en Amsterdam werd gevraagd om leegstaande panden voor te dragen voor het Transformatieplein. De gemeentelijke vastgoedbemiddelaars gaven daaraan gehoor en introduceerden zeven panden op zichtlocaties. Zeer uiteenlopende panden: van een na-oorlogse kantoorkolos in een woonwijk, een treurig ogend pand vlakbij de bruisende Markthal, een brutalistisch gebouw achter het Amstel Station, een klassiek ogend maar relatief nieuw kantoorpand aan een Haagse gracht, een verlaten kantoorpand op een bedrijventerrein bij Utrecht, een cradle-to-cradle kantoor­gebouw op een campus, tot een monumentale kerk in Dordrecht. De plannen die de deelnemende architectenbureaus maakten, werden tijdens Provada (7-9 juni j.l.) gepresenteerd aan een expertboard, bestaande uit de eigenaars van de betreffende panden, de gemeentelijke kantorenloods, experts op het gebied van bouwtechniek, bouwkosten en investeringsmogelijkheden. Adviesbureau Fakton – partner van het Vastgoedmarkt Transformatie-

plein – verzorgde het initiële onderzoek naar de panden en was klankbord voor de architecten.

Weesperzijde 190 Amsterdam: nieuwe functie voor verloren hoek Om de druk op de Amsterdamse woningmarkt te verkleinen, wil de gemeente de OV-knooppunten buiten het centrum verdichten en verstedelijken. Dit beleid grijpen architecten- en stedenbouwkundige bureau’s KCAP en Hartzema aan in hun ambitieuze plannen voor de transformatie van kantorencomplex Leeuwenburg, nu nog gebruikt door de Hogeschool van Amsterdam. Het complex is opgetrokken in brutalistische stijl en staat op bedrijventerrein De Omval, een verloren stukje Amsterdam, tussen station Amstel en de rivier. Voor de architecten is het gebouw een uitdaging; het bestaat uit een toren en een lager deel in verspringende hoogte. “Het gebouw heeft daardoor een grote plint, waarvoor het moeilijk is om een invulling te vinden,” stelt Irma van Oort van KCAP. Ze verwacht dat een ‘traditionele’ transformatie hooguit 300 woningen oplevert, te weinig om de bebouwing op maaiveld een goede functie te geven. De enige manier om van het gebouw wat te maken, is om het te op te toppen tot flinke hoogbouw, tot boven de nabijgelegen Amsteltoren. Door een mix van functies in het gebouw moet het gebied ook aantrekkelijker worden. Ook stedenbouwkundige Henk Hartzema, die voor het plan een samenwerking aanging met Paul de Ruiter Architects en Smit & Res Real Estate Support, ziet een bescheiden transformatie naar woningen niet zitten. Wat hem betreft blijft het gebouw in gebruik als kantoor­ ruimte (“je zou aan een multi-tennant oplossing kunnen denken”), en wordt er een compleet nieuwe woontoren naast gezet. Zijn pitch haakt grotendeels in op wat Van Oort ook al constateert: “het

Het plan SilverTown van Studio Hartzema, Paul de Ruiter Architects en Smit & Res Real Estate Support voor het gebouw de Leeuwenburg (en omgeving), achter het Amstel Station in Amsterdam. gaat niet om het gebouw, maar veel meer om de omgeving. Dit is een stukje Amsterdam dat we weer Amsterdams moeten maken.”

David Ricardostraat 4-5 Amsterdam: een beetje hulp van de bus Kantorenpark Riekerpolder staat eigenlijk een beetje symbool voor het probleem van de huidige vastgoedmarkt. De kantoren zijn nog ontworpen op de laatste golf van het hoogtij van de kantorenmarkt, maar toen de laatste steen was gelegd, waren er nog maar weinig geinteresseerde huurders. ICT-gigant IBM is inmiddels verhuisd naar een kleinere locatie aan de overkant, en de 30.000 vierkante meter aan de David Ricardostraat moet daarom een nieuwe bestemming krijgen. Aan het gebouw zal het niet liggen,

zo blijkt uit de pitches van de beide bureau’s. Het gebouw is in 2003 ontworpen volgens het Cradle-tocradleprincipe, waardoor al tijdens de ontwerpfase rekening is gehouden met een functieverandering. “We hoeven vrijwel niets aan het gebouw te doen”, zegt Willem Heyligers van Heyligers design+projects. “Het is hele neutrale architectuur, die voor een woonfunctie niet snel aangepast hoeft te worden”, zegt Ivo Verboon van CHNL. Zowel CHNL en Heyligers zien de potentie van de locatie: het ligt dicht bij de Zuidas, niet ver van Schiphol en aan de overkant van het groen van de Oeverlanden en het Amsterdamse Bos. Ook is de hele regio snel bereikbaar. “Maar juist de eerste kilometer rondom het gebouw is een probleem”, zegt Heyligers. “Dus het is best een stuk lopen naar het station. Ook zijn er nauwelijks voorzieningen in de nabije omgeving.” Om die reden moet het gebouw ook commerciële functies krijgen, denkt Heyligers, zoals een supermarkt en horeca, om ‘de buurt naar het gebouw te trekken’. Maar alles staat of valt met de bereikbaarheid. Voor een succesvolle transformatie is dus vooral de gemeente Amsterdam aan zet.

Hang 5-6 Rotterdam: luw houden of levendig maken

Een nieuwe woonomgeving met voorzieningen, dat maakte Heijligers design+projects van het pand op de voormalige IBM-campus, David de Ricardostraat 4-5 in Amsterdam.

Hang 5-6 staat midden in het centrum van Rotterdam. Het kantoorpand is gebouwd in 1947, ooit voorzien van een nieuwe, zwartgrijze gevel in de jaren 70. Het pand staat volgens eigenaar Van Herk Groep al zo’n vijf jaar leeg. Frank Morel, architect bij EGM ziet wel mogelijkheden voor het gebouw. “De kracht zit in de locatie. Het is hier hartje centrum, met station Blaak even verderop en de Markthal pal om de hoek. Maar de Hang ligt eigenlijk net in de luwte.” In de

huidige vorm zijn er met het gebouw weinig mogelijkheden. EGM wil de waarde maximaliseren door het gebouw te verhogen. “Op deze locatie in Rotterdam geldt een maximale bouwhoogte van 35 meter. Wanneer we optoppen tot die hoogte, kunnen er nog zes woon­ lagen bij.” De pitch van Heart/Heart met Jeroen Hoorn kon geen groter contrast zijn. In tegenstelling tot het uitgewerkte plan van EGM vraagt Hoorn zich openlijk af of er überhaupt wel een nieuwe, definitieve bestemming moet komen. “De functie kan ook tijdelijk zijn. Het gebied rondom de Markthal is enorm in beweging. Er zijn al veel plannen voor appartementen in de directe omgeving. Het winkelgebied rond de Hoogstraat verschraalt en kan over een paar jaar een heel andere dynamiek krijgen.” Bovendien is het maar de vraag of de straat wel zo luw zal blijven: voor de deur van Hang 5-6 zou binnenkort RIF010 kunnen starten. Met dit plan voor een surfparadijs met golfslag­ installatie in de gracht voor het gebouw is de luwte wel voorbij. Daarom lijkt Hoorn een tijdelijke invulling met speelse elementen, zoals een jazzclub of een surfbar beter op zijn plaats, in plaats van een heel nieuwe, definitieve bestemming. “Je zou je moeten afvragen: is dit echt noodzakelijk om nu te doen?”

Koninginnegracht 20-21 Den Haag: modern monumentaal met mogelijkheden Het kantoorgebouw in het centrum van Den Haag lijkt op de negentiende-eeuwse bouw eromheen, maar is eigenlijk pas in 2005 gebouwd. PBV en StudioSuit zien wel mogelijk­ heden. Het gebouw staat inmiddels al twee jaar te wachten op een nieuwe huurder. De locatie is lastig, erkent ook de gemeentelijke kantoren­loods


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

Paul Kersten. “Maar we hebben dit gebouw voorgedragen omdat de bestemming van het gebied gemengd is. Er kan worden gewerkt en gewoond.” Wolbrand van der Vis van PBV is enthousiast, maar ziet wel minpunten. “Het trappenhuis, een forse wokkel voorin het gebouw maakt het heel moeilijk om hier goede appartementen te maken. Maar als je naar de omgeving kijkt, zijn er wel mogelijkheden. Het Centraal Station is dichtbij, de Haagse binnenstad ook en horeca is op loopafstand: ik zie vooral kansen voor een hotel.” Om dat te realiseren hoeft er niet eens zoveel aan het gebouw te gebeuren. “We laten het gebouw bijna helemaal zoals het nu is, afgezien van het maken van badkamers en nieuwe installaties. Maar de indeling van het gebouw en de ingang blijft hetzelfde.” Gino Koenraadt van StudioSuit ziet wel degelijk mogelijkheden voor transformatie naar appartementen. Hij komt met een zeer uitgewerkt voorstel voor 27 appartementen. “Dit kan met een minimale ingreep. Wij maken alleen een extra verdieping op het lagere gedeelte en gebruiken een deel van het parkeerterrein voor de bouw van hofjeswoningen. Het souterrain onder het gebouw en de parkeerplaatsen kan deels worden gebruikt als parkeervoorziening met een parkeerlift.” Door een ander deel van het souterrain bij de begane grond te trekken, kan de architect een aantal grote duplexwoningen maken met achtertuintje. In de verdiepingen erboven komen appartementen en bovenin twee grote penthouses. “De vraag naar woningen in Den Haag explodeert en ik verwacht dat hier veel vraag naar is. Dit ontwerp is een sluitende business case.”

Laan van Nieuw Oost-Indië 123-127 Den Haag: kansrijk met copyright Het kantoorgebouw aan de Haagse 'Laan van NOI' lijkt alles mee te hebben voor een succesvolle transformatie. Het is een fors pand van 14.000 vierkante meter en staat midden in een populair Haags

woon- en winkelgebied. Voor het pand hebben drie architectenbureaus een plan gemaakt. Roland van Bussel van Architecten aan de Maas ziet veel kansen. “Het gebouw heeft veel positieve kanten: het heeft kolomarme vloeren en overal rondom ramen. Er is voldoende parkeerruimte in de kelder en het ligt op een prachtige locatie. Maar nadelen heeft het ook. Het is een typisch gebouw uit de jaren 70. Het heeft geen aansluiting op het maaiveld en is gesloten en introvert, met een anonieme uitstraling en geen verbinding met de wijk eromheen.” Wijzend op de specifieke Haagse demografie met relatief veel ouderen stelt hij voor om er een woon-zorg­ gebouw van te maken, en de openheid te bevorderen door de gevel in het lage gedeelte deels open te breken, zodat een atrium ontstaat. Erik Knippers van Architectenforum legt de focus meer op de woningbouw en wil het gebouw beter integreren in de bestaande wederopbouwarchitectuur van de woonwijk eromheen. “Dit is geen topgebouw uit de jaren 70. Zo zouden we het nooit meer ontwerpen.” Hij stelt voor om het gebouw te voorzien van een nieuwe kap in de plaats van het huidige vlakke dak en om de bestaande gevel te laten verdwijnen achter een nieuwe gevel. Beide pitches lijken kansrijk bij het beoordelende expertboard, maar de derde architect, Robert Winkel van Mei Architects and Planners brengt een punt naar voren waar tot dan nog niets over was gezegd. “In dit gebouw moet je de seventies omarmen en het laten zoals het is. Dat moet ook wel, want dit gebouw is een echte Kraaijvanger.” En laat het bureau van Kraaijvanger nou juist bekend staan om het feit dat ze hun eigen erfgoed goed bewaken. Winkel denkt dat een ingreep in de gevel onvermijdelijk tot een lang juridisch traject gaat leiden. “Dat pikken ze niet.” Volgens Winkel is het verstandiger om het gebouw intact te laten en te vullen met lofts. “Wat wij van het gebouw vinden, is helemaal niet belangrijk. Het gaat erom vijftig mensen te vinden die

Gino Koenraadt van StudioSuit gaf een nieuwe invulling met woningen aan het klassiek ogende maar relatief nieuwe pand aan de Koninginnegracht in Den Haag.

11

Voorstel van Van Aken Architecten voor de Bonifatiuskerk in Dordrecht: meer licht, meer transparantie en een grotere aanwezigheid in de stad. De gebouwen aan weerszijden van de kerk kunnen financiële ondersteuning bieden in de vorm van een muziekschool, woningen, hostel of horeca. hier in een loft willen wonen. Dat gaat zeker lukken.”

Planetenbaan 100 Maarssenbroek: diep werk als transformatieconcept Zoals het pand aan de Planetenbaan in Maarssenbroek staat er in heel Nederland wel duizenden. Een typisch jaren 80 kantoorpand in een kantorenpark waar de leegstand als een hardnekkig virus gebouw na gebouw besmet. De gemeente Stichtse Vecht zit al jaren met het kantorenpark in de maag. De leegstand tikt de tachtig procent aan en door de ligging langs de Zuilense Ring, ver van voorzieningen en openbaar vervoer is het verre van een aantrekkelijke woonlocatie. Wilco Meenhorst van JHK Architecten heeft ervaring genoeg met transformatie. “Meestal is het een feest, waarbij je allerlei elementen kan ontdekken die in het gebouw opgesloten zitten.” Maar bij dit gebouw vallen vooral de nadelen op. “We vroegen ons af waarvoor het geschikt zou kunnen zijn, maar qua constructie is het weinig flexibel, met dragende gevels en een verdiepingshoogte die nog maar net binnen het Bouwbesluit past. En de ligging en omgeving werkt ook niet mee. Verschillende functies als wonen, onderwijs, zorg of zelfs de huisvesting van asielzoekers vielen al snel af. We kwamen tot de conclusie: het is gewoon een kantoor, en dat kan het ook alleen maar zijn.” Maar Meenhorst moest wat anders bedenken, want als traditioneel kantoor loopt het niet. Hij omarmt daarom een nieuw concept: na het Nieuwe Werken komt het Diepe Werken. “Nu is alle nieuwe kantoorruimte vooral gericht op integratie en samenwerking, maar er is een tegenbeweging gaande. In sommige beroepen hebben mensen meer rust en concentratie nodig. Dus niet flex,

maar maximaal gefocust. Daar kunnen we dit gebouw eenvoudig geschikt voor maken door het parkeerterrein om te vormen tot een groene omgeving, een overgangszone in het gebouw te maken en op de verdiepingen afzonderlijke, afsluitbare ruimtes zonder wifi.”

Bonifatiuskerk Dordrecht: nieuw gezicht voor stadshart Niet alleen leegstaande kantoren leveren gemeenten hoofdbrekens op, ook het leegstaande kerkelijk vastgoed kan een punt van zorg zijn. De Bonifatiuskerk in Dordrecht heeft al een huurder, maar de gemeente wil het pand van de hand doen. De monumentale waterstaatskerk uit 1823 heeft een neoclassicistische stijl en is al sinds de jaren 70 niet meer in gebruik voor erediensten. Jarenlang fungeerde het als pop­ podium, maar is sinds een paar jaar in gebruik als christelijk jongerencentrum. Dat het gebouw al een huurder heeft, is beslist niet negatief, vindt architect Arjan Petersen van

Van Aken Architecten. “De Italiaanse architect Aldo Rossi zei ooit: ‘een monument zonder functie is dood’, maar dit gebouw staat midden in het maatschappelijk leven van de stad. Het was vroeger het Paradiso van Dordrecht, en is ook nu nog steeds belangrijk.” Petersens collega Lorenzo Bassani stelt voor om de ruimte tussen de kerk en de zijgebouwen open te maken door een glazen tussen­ gedeelte, waardoor er vanaf de straat aan de voorkant van de kerk zichtlijnen ontstaan naar de tuin achter het gebouw. Ook het dak van de kerk wordt deels van glas. De kerk blijft dan in de huidige functie, maar de zijgebouwen kunnen ruimte bieden aan de bestaande muziekschool, woningen, een hostel of B&B en een restaurant. Bassani blijft ook realistisch. Beleggers staan immers niet te springen om te investeren in kerkelijk vastgoed, zeker als de functie niet verandert. “De kerk blijft het hart, maar de gebouwen ernaast zijn de financiële helpers.”

Erik Knippers van ArchitectenForum presenteerde een plan voor een groot kantoorgebouw aan de Laan van Nieuw-Oostindië in Den Haag. Hij transformeerde het tot een woongebouw met diversiteit aan woningtypen.


KIC InnoEnergy is supported by the EIT, a body of the European Union

KIC InnoEnergy, innovatiemotor voor duurzame energie in Europa Een toekomst met 100% duurzame energie vraagt om gedreven ondernemers en ‘doorbraakideeën’. Maar een succesvolle technologische innovatie lanceren en uitbouwen, is niet eenvoudig. Productontwikkeling, patenten, toegang tot de (internationale) markt, het aantrekken van talent - waar begin je? Hoe vind je het kapitaal, waar vind je de juiste technologische ondersteuning, welke stappen moet je zetten in de ontwikkeling van de markt en je onderneming, hoe bouw je een succesvol team? Bij KIC InnoEnergy ondersteunen we ondernemers bij deze uitdagingen, op een dagelijkse basis. We investeren niet alleen in jou en je idee, maar voegen nog veel meer toe aan je onderneming in de vorm van gespecialiseerde kennis over duurzame energie en een Europees netwerk in 11 landen. Hiermee vergroten we jouw kans op succes en versnellen we de groei van je onderneming.

KIC InnoEnergy steunde in vijf jaar al meer dan 110 start-ups en creëerde 55 nieuwe groeibedrijven. Binnen ons kader werden 59 octrooiaanvragen ingediend. We tellen ook meer dan 160 projectpartners in heel Europa. We zorgden al voor bijna 1300 zakelijke ideeën en haalden meer dan €20 miljoen op aan externe investeringen.

Benieuwd hoe wij ook u, uw bedrijf of uw innovatieve idee kunnen ondersteunen? Neem contact op met Frank Steggink frank.steggink@kic-innoenergy.com T. +31 64 39 78 754 www.kic-innoenergy.com

Logis CoolStart kranen De logische keuze voor ieder project.

De nieuwe Hansgrohe kranenserie Logis biedt optimaal gebruikscomfort dankzij de volgende voordelen: • EcoSmart water besparen: 5 l/min met behoud van comfort • CoolStart energie besparen: greep in middenpositie geeft koud water. Per huishouden jaarlijks een besparing mogelijk van meer dan € 100 op energiekosten. • QuickClean anti-kalk functie: eenvoudig schoonmaken en lange levensduur • Aantrekkelijk geprijsd vanaf € 75,00 excl. BTW

Meer informatie vindt u op pro.hansgrohe.nl/coolstart


THIS IS NEZZT

Nooit meer leegstand. NEZZT groeit mee met de samenleving of krimpt als dat noodzakelijk is. NEZZT bouwt dynamisch, met ruimte om te kiezen voor verandering, verplaatsing of zelfs volledige teruggave. De volgende stap in wonen, met ongekende mogelijkheden. Eindeloos aanpasbaar en blijvend inzetbaar. Klaar voor de volgende bewoner, klaar voor de volgende levensfase, klaar voor de volgende locatie. Dit is het nieuwe wonen. THIS IS NEZZT!

NEZZT.NL


‘16 woningen volgens het Ewoning-principe in Hasselt’

Slim verwarmen via ventilatiekanalen Moderne en goed geïsoleerde woningen kunnen niet zonder een

radiatoren geïnstalleerd. De ervaring leert dat er weinig gebruik van

goed functionerend ventilatiesysteem met HR warmteterugwinning.

wordt gemaakt. Voor het bepalen van de juiste ventilatiecapaciteit

Wat ligt er dan meer voor de hand om met diezelfde kanalen ook de

wordt gebruik gemaakt van CO2-sensoren. Hierdoor wordt de

binnentemperatuur van dergelijke woningen op peil te houden, vindt

ventilatiecapaciteit automatisch afgestemd op de aanwezigheid van

Simon van de Kamp, adviseur installatieconcepten bij Brink Climate

mensen.

Systems uit Staphorst.

‘Voor de wind’ in Zaandam Ewoning neemt binnenkort tien passiefhuizen in aanbouw in het plan

Bouwbesluit Nieuwbouwwoningen worden volgens de eisen van het Bouwbesluit steeds beter geïsoleerd. “Vooral de woningen die volgens de regels van het passiefbouwen zijn gerealiseerd, verliezen nauwelijks nog warmte”, constateert Van de Kamp. Als het om tussenwoningen gaat, verdwijnt uit de passiefgebouwde variant volgens hem hoogstens een derde van wat uit traditioneel gebouwde tussenwoningen weglekt. De bewoners hoeven daarom op koude dagen maar weinig te verwarmen

‘Voor de wind’ in Zaandam. Volgens directeur Leo Hoksbergen gebruikt Ewoning daarvoor EPS-elementen van Passief Bouwblok. Die worden verdiepingshoog gestapeld en met beton gevuld, waardoor een winden kierdichte schil van de woning ontstaat. In de EPS-blokken wordt de ruimte voor de luchtkanalen van Brink uitgesneden. De woningen krijgen geen gasaansluiting. Een nieuw ontwikkelde windturbine of zonnepanelen helpen de benodigde elektriciteit te genereren voor

om hun huis op temperatuur te houden.

onder meer een lucht/water-warmtepomp. Deze 2Dutch Windmill

Gelijkmatige temperatuur

Bouwblokken maken de woningen iets duurder dan de traditioneel

En verwarmen kan volgens Brink het beste met luchtverwarming; niet met behulp van aparte leidingen maar via de ventilatiekanalen. “Met luchtverwarming komen ruimten sneller op temperatuur dan met andere systemen”, zegt Van de Kamp. Net zo snel vermindert het

komt binnenkort in twee varianten op de markt. “De Passief gebouwde woningen”, zegt Hoksbergen, “maar de meerprijs wordt helemaal gecompenseerd door het wegvallen van de energielasten.” Onafhankelijke adviseurs kunnen toekomstige bewoners voorrekenen, dat de woningen inderdaad onder de categorie ‘0-op-de-meter’ vallen.

systeem, in tegenstelling tot andersoortige verwarming, de toevoer van warmte wanneer de zon via de ramen warmte naar binnen brengt of als er veel interne warmte wordt geproduceerd. Denk hierbij aan apparaten of mensen, die veel warmte af kunnen geven. Met luchtverwarming blijft de lucht onmerkbaar in beweging en ontstaat er een gelijkmatige temperatuur. Ewoningen in Hasselt Installaties waarbij de ventilatielucht wordt gebruikt voor het warmtetransport zijn ruim twee jaar geleden gerealiseerd in het

Lees het volledige artikel op brinkclimatesystems.nl/ewoning

Overijsselse Hasselt in zestien passiefwoningen van Ewoning, ontwikkelaar van ‘energienulwoningen’, die dit zogenaamde Ewoningconcept als kwaliteitslabel in Nederland wil uitrollen. “De bewoners van deze Ewoningen zijn na een jaar geënqueteerd over hun woonervaringen en zijn zeer positief. De woningen voldoen aan de goede verwachtingen. Bewoners moesten in het begin wel wennen aan het feit dat de thermostaat niet meer lager hoeft te worden gezet. Dit heeft nauwelijks invloed op de temperatuur in de woning. Brink heeft uitgelegd hoe het systeem werkt, hoe ze het moeten bedienen en vooral ook hoe ze het moeten onderhouden”, zegt Van de Kamp. Het project in Hasselt leert dat de basisinstallatie voor de combinatie van ventilatie en luchtverwarming geen aanvullende voorzieningen vergt. Voor extreem koude periodes zijn in de woonkamer en de badkamer

www.BRINKclimatesystems.nl


DU U RZAAMHEI D & ENERGI E

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

15

BOUW Het onvoorstelbare is mogelijk en dat wil Green Leader Award winnaar Onno Dwars graag bewijzen. Momenteel werkt hij aan de eerste Nederlandse energieleverende wijk / Edo Beerda

‘Gebouwen zijn een geaccepteerd milieudelict’ O

nno Dwars, hoofd acquisitie en innovatie bij VolkerWessels kreeg op 8 juni 2016 de eerste Green Leader Award. De prijs, een initiatief van de Dutch Green Building Council (DGBC), PropertyNL en Cobouw, is een aanmoediging om nog verder te gaan met de verduurzaming van de bebouwde omgeving. Dwars kreeg de prijs ten koste van vier andere genomineerden: Jeanet van Antwerpen (SADC), Klaas de Boer (Zuidas), Coen van Oostrom (OVG) en Rutger Schuur (ABN AMRO). In de aanloop naar de prijsuitreiking werden de vijf genomineerden geïnterviewd. Latere winnaar Onno Dwars zet daarin zijn persoonlijke ambitie krachtig neer.

Eerder stond Dwars aan de wieg van nul-op-de-meter nieuwbouw én energienulrenovaties in één dag. Hij was ook betrokken bij de circulaire herhuisvesting van energieleverancier Alliander. Wat vindt hij zelf zijn belangrijkste bijdrage aan een duurzamer Nederland? “Haha, dat mogen anderen zeggen. Zelf beleef ik vooral lol aan het overtreffen van de ambities, zoals bij de biobased villa waaraan wij nu werken. Nul-op-de-meter woningen zijn we zelf gaan bouwen en verkopen. Je kunt dus vraag creëren en de boel in beweging brengen vanuit een visie van overvloed. In het zonnestelsel waarin we ons bewegen is een overvloed aan energie, voedsel, grondstoffen en menselijk potentieel. Als je vanuit die gedachte ontwikkelt, kun je een gebouwde omgeving maken die energie opneemt, waar de werkloosheid laag is en waar iedereen gelukkig is. Dan kun je af van het syndroom van het beperken van het slechte.” Klinkt erg idealistisch. “Het ligt aan ons verleden dat we dat

zo zien, heel kwalijk om dit als idealisme te zien. De mensheid heeft longkanker en besluit als oplossing minder te gaan roken. Fout natuurlijk! De aarde geneest niet als we minder CO2 uitstoten, we moeten gewoon stoppen met uitstoten. We moeten in 2050 energieneutraal zijn, hoe kan het dan dat we nog nietcirculaire gebouwen accepteren? Dat is dom. Het kan anders en de opdrachtgevers die er budget voor over hebben, zijn er. We hebben in Zwolle al sociale huurwoningen geleverd met een epc van -0,6. Opdrachtgevers moeten die stap maken, de maatschappij is er rijp voor.” Waar ligt de grootste drempel? “In de mentaliteit. Het kost tijd voor we de gewoonten uit het verleden zijn vergeten, we moeten ervaren dat het ook anders kan. Daar zijn ambitieuze opdrachtgevers voor nodig, die andere kaders stellen. De aanscherping van het Bouwbesluit op het gebied van duurzaamheid zou moeten worden versneld. Duurzame ambities moeten meer worden beloond.” Hoe ver staan we volgens u met de verduurzaming van Nederlands vastgoed? “Als je kijkt naar duurzame energie, zitten we op 5,3 procent. Er is nog veel te winnen! Op het gebied van energiewinst, maar ook op dat van levenskwaliteit. Met ziekenhuizen in Groningen bekijken we binnenkort hoe we met de gebouwde omgeving kunnen bijdragen aan een gezondere maatschappij. Als je het laaghangende fruit snel wilt plukken, heb je zoiets als de katalysatorwet voor auto's of de uitleg van het gasnet in jaren 60 nodig. Als je heel Nederland in vijf jaar tijd kunt voorzien van een gasaansluiting, kun je ook een megaverduurzamingsoperatie opzetten. Door de energieprijzen omhoog te doen en iedereen te

helpen met aanschaf van zonnepanelen en elektrische auto's. Idealisme? Als je de kaders verandert krijg je de boel echt wel aan de gang.” De rol van de overheid is doorslaggevend? “De markt moet het doen, maar met hulp van de overheid gaat het veel sneller. Die moet gaan gunnen op energieneutraliteit.” Ligt de grootste uitdaging niet bij de bestaande gebouwen? “Ja, en daar gaat het vooral om procesinrichting. Die is relatief eenvoudig te bereiken, bijvoorbeeld door verduurzaming van apparatuur, verlichting en productieprocessen. Wetten kunnen ervoor zorgen dat mensen weten dat er geen andere keuze is.” Wat stelt u voor? Een verbod op verkoop van woningen zonder label A? “Als de zeespiegelstijging zo snel gaat dat we direct worden bedreigd, zit er weinig anders op. Gebouwen zijn een geaccepteerd milieudelict. Wij accepteren dat gebouwen bijdragen aan milieuvervuiling en verminderde levensverwachting. VolkerWessels heeft een fabriek geopend waaruit alleen nog maar nul-op-de-meter woningen komen. Dit voorjaar hebben we ook 55 energienotanulwoningen verkocht aan Syntrus Achmea. De beleggingsmarkt ziet ook steeds de waarde ervan in. Individuele kopers ook, die kiezen er niet meer voor uit idealisme. Kopers denken dat een huis met gasaansluiting zonder PV-panelen minder waardevast is.” U bent zelf opgeleid aan de faculteit Civiele Techniek in Delft. Is de techniek doorslaggevend bij het vinden van oplossingen? “Nee, het gaat om de mentale ommekeer. Die krijg je door een klimaatakkoord of door veranderende vragen van marktpartijen en

Thema van de Dutch Green Building Week is impact Van 26 tot en met 30 september vindt de zesde editie plaats van de Dutch Green Building Week (DGBW). Op verschillende locaties in Nederland wordt tijdens deze week aandacht gevraagd voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving. Het thema van de DGBW is ‘impact’. De congressen, workshops, seminars en andere activiteiten tijdens DGBW zullen zo veel mogelijk ingaan op wat nu werkelijk de impact is van duurzame maatregelen in de bouw- en vastgoedsector. Annemarie van Doorn, directeur van de Dutch Green Building Council (DGBC): “Het thema past bij de ontwikkeling die we met het verduurzamen van de gebouwde omgeving doormaken. We moeten als branche laten zien wat we waard zijn.” Klimaatdoelstellingen Van Doorn doelt ook op de klimaatdoelstellingen die eind 2015 in Parijs zijn vastgesteld en de rol die de bouw- en vastgoedbranche kan spelen bij het behalen van die doelstellingen. “Het is geen nieuws dat de gebouwde omgeving voor meer dan een derde verantwoordelijk is voor de CO2-uitstoot. We hebben dus een enorme maatschappelijke plicht én kans om een impactvolle bijdrage te leveren aan een betere wereld.” Meer informatie Op www.dgbw.nl is meer informatie te vinden over het programma van DGBW en de mogelijkheden om deel te nemen, een activiteit te organiseren of sponsor te worden.

Het advies van Onno Dwars: “Je moet de kaders veranderen om de boel aan de gang te krijgen.” Foto: Dennis A-Tjak spelers als Urgenda. Techneuten zijn opgeleid om problemen op te lossen die zijn gedefinieerd. We moeten ze prikkelen met de juiste vragen, dan komen de oplossingen vanzelf.” Wat is uw persoonlijke ambitie? “Het teweegbrengen van veranderingen die mensen niet voor mogelijk hadden gehouden. We zijn nu in gesprek met enkele gemeenten over de bouw van een energieleverende wijk. Bestaande woningen in de omgeving adopteren we en verduurzamen we ook, langdurig werklozen zetten we er aan het werk. Als je laat

zien dat het kan, krijg je mensen mee. Dat zag je bij Alliander ook. Die wilden circulariteit en energieneutraliteit. Dat hebben we concreet gemaakt met een energieleverend gebouw – goed voor 1,5 MW. En een groene alliantie met de omgeving leverde nog eens 2,5 MW op. Als je mensen meeneemt in je ambitie is alles mogelijk!”

Dit is een aangepaste versie van een eerder verschenen artikel in Cobouw van 1 juni 2016.

Ir. Onno Dwars studeerde Civiele Techniek aan de TU Delft en is sinds 2005 werkzaam bij VolkerWessels Vastgoed. Daar houdt hij zich als hoofd acquisitie en innovatie bezig met realiseren van BREEAM-scores, cradle-to-cradle, passiefhuizen en het nieuwe werken. Als eerste Nederlandse ontwikkelaar leverde hij met VolkerWessels Vastgoed op projectmatige schaal energienotanulwoningen af. Dwars is de drijvende kracht achter diverse nul-op-de-meter renovaties en PlusWonen projecten. Dat zijn betrokkenheid verder gaat dan alleen de verbetering van de energieprestaties van gebouwen bewees hij bij de ontwikkeling en realisatie van de eerste Nederlandse levensloopbestendige nul-op-de-meter renovatiewoningen in Oud Vossemeer. Op het gebied van bedrijfshuisvesting haalde hij het nieuws met de energiepositieve en circulaire herhuisvesting van Alliander in Duiven. Dit project haalde een BREEAM certificaat outstanding, dankzij een circulariteitspercentage van meer 92 procent. Meer informatie over de Green Leader Award: www.greenleaderaward.nl en www.dgbc.nl


Klemko Cobouw Duurzaamheid.indd 1

23-5-2016 13:34:51


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

17

Bouw Voor het verlaten rangeerterrein ter hoogte van de Vierhavensstraat zocht de gemeente Rotterdam een nieuwe invulling. De gemeente wilde bedrijvigheid, de omwonenden wilden graag een park. Samen kwamen ze eruit. Het resultaat: een bedrijfsgebouw met een stadspark op het dak / Jeroen Kreule

Het grootste dakpark van Europa

Het rangeerterrein ter hoogte van de Vierhavensstraat heeft een nieuwe bestemming gekregen. Bedrijven en winkels, en tot groot genoegen van de omgeving een park op het dak: het zogenoemde Dakpark Rotterdam. Foto: Stijn Brakkee fotografie, Rotterdam

A

ls Rotterdams jochie van een jaar of elf deed Jan Damman het graag: ‘treintje piepen’. Samen met vriendjes stapte hij ter hoogte van de Merwehaven stiekem op een stilstaande wagon, om vervolgens een stukje in het geniep mee te kunnen rijden. Bij het rangeerterrein ter hoogte van de Vierhavensstraat, waar de trein doorgaans even stopte, sprongen ze er dan weer af. Het was een behoorlijk groot rangeerterrein, met twintig sporen naast elkaar. Hier werden goederen die per schip naar Rotterdam waren gekomen, per trein landinwaarts vervoerd. Een mooie tijd, blikt de nu 67-jarige Damman terug. Met de komst van de Maasvlakte was het rangeerterrein tussen de Vierhavensstraat en de Hudsonstraat in Delfshaven overbodig geworden: de meeste overslagbedrijven verhuisden naar het ‘nieuwe land’. Het gevolg: een morsig, verlaten rangeerterrein dat ongure types aantrok.

Nieuwe bedrijvigheid De gemeente Rotterdam wilde nieuwe bedrijvigheid op deze plek in de vorm van winkels, terwijl bewoners van omliggende wijken, zoals Bospolder-Tussendijken en Schiemond, graag een park wilden hebben. Dit alles speelde rond de millenniumwisseling. Na een jarenlang traject – het maken van een masterplan, het wijzigen van het bestemmingsplan, de onteigening van gebouwen, het maken van een stedebouwkundig ontwerp tot het maken van een plan voor gebouw én park – kregen beide partijen hun zin.

Want dat is het uiteindelijk geworden: een langgerekt gebouw met bedrijven en winkels, met daarbovenop een park. Gemeente blij, omwonenden blij. Bewoners zijn tijdens het gehele proces, van allereerste idee tot realisatie, een constante en kritische factor geweest, aldus Damman. “Ze spelen nog steeds een zeer belangrijke rol, niet in de laatste plaats omdat ze medebeheerders zijn geworden.’’

Dakpark Rotterdam Dakpark Rotterdam, zo luidt de officiële naam, is in november 2011 officieel geopend. Damman, geboren en getogen Rotterdammer, is een van de gidsen. Namens Stichting Dakpark leidt hij regelmatig projectontwikkelaars, stedebouwkundigen of ambtenaren rond, ook uit het buitenland. “Het proces heeft lang geduurd. Zie je de dijk aan de rand van het park? Die moest blijven. Kom in Nederland niet aan een dijk! Ook loopt hier een warmwaterleiding naast: restwarmte van de industrie, om de huizen te verwarmen. Ook die waterleiding moest in de plannen worden geïntegreerd.” Dakpark Rotterdam is heel groot: 1200 meter lang, 85 meter breed en 9 meter hoog. Daarmee is het park het grootste dakpark van Europa. Dura Vermeer heeft de winkelstrip Bigshops (totale vloeroppervlakte: 25.000 vierkante meter) en een parkeergarage met 750 parkeerplekken ontwikkeld. Ook is een expeditiestraat achter de winkels gerealiseerd, zodat laden en lossen uit het zicht van het publiek gebeurt.

Omwonenden Het park zelf is, in samenspraak met

omwonenden, door de gemeente Rotterdam ontwikkeld. Buro Sant en Co uit Den Haag is verantwoordelijk voor het ontwerp. De opgave was moeilijk: een écht groen park te maken in een hoogstedelijke omgeving. Het is gelukt: Dakpark Rotterdam is een groene oase in de stad, met veel knikken, plooien, taluds en een stelsel van zigzaggende paden. Wie door het park struint, heeft niet of nauwelijks het idee op een dak te lopen. De Oranjerie, nu een wokrestaurant, en een indrukwekkende watertrap vormen het hart van deze groene oase, laat Damman zien. Bij mooi weer spelen honderden kinderen in en rond dit ‘getrapte pierenbadje’. Het park telt meerdere tuinen, zoals een mediterrane tuin, een speeltuin en een buurttuin met schapen. Het verschil tussen de oost- en westkant van het park is groot. De westkant, met een geknikt maaiveld, is naar de wijk gericht. Aan deze kant bevinden zich ook de thematuinen. De oostkant, de kant van de havens, heeft een hoogstedelijk karakter, met hagen, grote bomen en enkele uitkijkpunten. Een balustrade begrenst het park aan deze kant. Deze balustrade is onderdeel van het park, maar kan ook worden gezien als de kroonlijst van de winkelstrip eronder.

een dergelijk dak plaatsen is nog niet zo eenvoudig, vervolgt de Rotterdammer. Er is immers minder grond om te wortelen. Daarbij komt: de bomen mogen niet in te veel water staan, terwijl ze ook niet mogen uitdrogen. Experts van de gemeente Rotterdam hebben daar iets op bedacht. Damman laat een dwarsdoorsnede zien van een plek waar een boom is geplaatst. Het gaat om nogal wat laagjes: dertien, om precies te zijn. Bij elkaar een meter dik. De eerste laag is beton, dan komen dakbedekking, hard piepschuim en een mat die regenwater afvoert. Vervolgens weer een laag piepschuim, dan oase. Oase heeft de eigenschap om regenwater vast te houden. Daarbovenop liggen een waterdoorlatend wegenbouw-

doek en mat van staal waar de boomkluit met riemen aan wordt vastgemaakt. Dan 20 centimeter bomengrond, een mat van staal waar de boomwortels doorheen groeien en een mat van kunststof wapening. De bovenste laag is 60 centimeter dik en bestaat uit donkere bomengrond die water kan vasthouden wanneer het droog is.

Totaal andere wereld Na de rondleiding laat Damman een paar oude zwart-witfoto’s zien van het oude rangeerterrein. Zelfde locatie, totaal andere wereld. Een bijzondere vorm van herontwikkeling. De buurt is er maar wat blij mee.

Meerstammige bomen Door het open karakter kan het hier flink waaien, zegt Damman. “Als je goed naar de bomen kijkt, zie je dat ze anders zijn dan normaal: er is voornamelijk gekozen voor meerstammige bomen. Het zijn windvangers die stevig in de grond moeten staan.” Want een boom op

Situatie in 1930: havenspoorwegemplacement met goederentreinen bij de Hudsonstraat, langs de Vierhavensstraat (op de achtergrond). Bron: Stadsarchief Rotterdam


Technisch Project Advies helpt u o.a. bij: · Advies op maat voor warmtepompsystemen · EPC-verlaging door juiste toestel/ installatiekeuze · Verbetering van het energielabel · Advies in all-electric oplossingen · TPAonline : bespreken, delen en samenwerken via een videogesprek met uw Technisch Project Adviseur

Uw partners in duurzame warmtepomp oplossingen

www.vaillant.nl

www.awb.nl


Du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

19

bouw Een gebouw dat meer energie levert dan dat het verbruikt, lijkt een utopie. Maar dankzij slilmme ingrepen wist architect Henk Moen dit wel degelijk te bewerkstelligen / Pieter de Mos

Bedrijfspand overstijgt nul-op-meter concept E

nergieneutraal ofwel nul-op-demeter is een loffelijk streven, maar het kan nog beter. Dat laat de Rotterdamse architect Henk Moen zien bij het strak uitgevoerde, voornamelijk houten bedrijfspand van Plaisier in Hendrik Ido Ambacht. De autolaadpaal voor de deur is meer dan een symbool. Het klinkt vrij negatief om te zeggen dat jouw pand een ‘negatieve epc’ heeft. Maar het geeft goed aan, dat het bedrijfspand van verhuurder en verkoper van draglineschotten en rijplaten Plaisier meer energie levert dan het verbruikt. Niet voor niets koos architect Henk Moen als illustratie bij dit artikel voor een avondfoto met volle belichting. Een mooi plaatje, maar ook een signaal. Zo’n signaal geeft ook die laadpaal voor elektrische auto’s voor de deur. Bezoekers kunnen bij Plaisier letterlijk hun duurzame auto opladen aan een duurzaam gebouw. Vervolgens kunnen ze binnen, bij de ontvangstbalie, op een monitor aflezen hoeveel energie het bedrijfspand levert.

Vol slimmigheden Het van binnen nog meer dan van buiten industrieel aandoende gebouw zit vol met slimmigheden om tot het zeer lage energieverbruik te komen. Van minimale installaties tot een dak vol zonnepanelen, van schuine gevels en overstekken tot een sedumdak en van een goede positionering op de zon tot optimale isolatie aan de noordkant. Speciale aandacht kreeg de kierdichting. “Het is weliswaar een heel gedoe om het gebouw luchtdicht te krijgen,” aldus Moen, “maar wel essentieel voor de energiehuishouding.” Omdat het gebouw binnen een waterwingebied ligt, kon niet van de bodem gebruik worden gemaakt voor warmte-koude-opslag. Daarom is hier gekozen voor een luchtwarm-

Het bedrijfspand van Plaisier heeft duidelijk uitstraling. De argeloze voorbijganger zal niet snel bevroeden dat dit gebouw meer energie levert dan het zelf verbruikt. tepomp. Dat brengt ons gelijk op de rol van de installatieadviseur.

Eerst de installatieadviseur Henk Moen klinkt stellig als hij aangeeft dat hij de installatietechnisch adviseur er tegenwoordig eerder bijhaalt dan de constructeur. “Want,” zegt hij, “wil je installatiearme gebouwen ontwikkelen, dan is de inbreng van de installatieadviseur van wezenlijk belang. Ik heb gelukkig enkele partijen gevonden die dat meedenken goed kunnen en dan met name over de

luchtbewegingen in een gebouw. Dat is lastige materie en ze moeten dan ook goed snappen hoe het werkt.” “Maar dan kunnen we een heel eind komen,” voegt hij er lachend aan toe, wijzend op het in 2015 opgeleverde bedrijfspand voor Plaisier. Een project dat al de nodige aandacht heeft gekregen in de vakpers. Terecht.

architect natuurlijk meteen opviel was het goede binnenklimaat dat werd bereikt zonder airco of andere installaties. Gewoon een slim ontwerp met dubbele daken voor de isolatie en gebruik van de wind om ruimtes te koelen. Dat zijn lessen die je niet meer vergeet en die in veel details van het bedrijfspand van Plaisier zijn terug te vinden.

Leerschool Afrika

Wat verder vooral opvalt bij het bedrijfspand is het fraaie materiaalgebruik, waarbij hout een hoofdrol

Henk Moen heeft een tijdje in Afrika gewerkt. Wat hem als geschoold

Hout duurzaam en mooi

speelt. In dit geval gaat het om lokaal geproduceerd hout dat via het Plato-procédé is verduurzaamd. Het is voor de (gevel)afwerking ingezet. Constructief is gebruik gemaakt van gelamineerde houten spanten en houtskeletbouwwanden voor de stabiliteit, een en ander opgebouwd met Kerto-hout vanwege de constructieve eigenschappen. Waarom hout? Henk Moen is er kort maar duidelijk over: “Hout groeit en raakt niet op, het bindt CO2 en is ook nog eens mooi om mee te werken.”

Henk Moen: passie voor duurzaam bouwen

Het sobere, industriële interieur straalt rust uit, past goed bij de no-nonsense opdrachtgever en laat tegelijkertijd het diverse materiaalgebruik zien, alsmede de schuine gevel die de zoninstraling beperkt.

Architect en bouwkundige Henk Moen is de man achter Moen & van Oosten Architekten uit Rotterdam. Bekend van vele industriële gebouwen op Schiphol en in de Rotterdamse haven en zelf gehuisvest in een fraai pand dat onderdeel is van het beschermde stadsgezicht Scheepvaartkwartier. Henk Moen is eigenlijk al zijn hele leven gevangen door duurzaam bouwen en hij verwijst daarbij terug naar de glorietijd van ‘De kleine Aarde’. Zo studeerde hij in 1986 cum laude af op een energieneutraal museum (Molens Kinderdijk). Maar zoals dat soms gaat, in die tijd kreeg hij met duurzaam bouwen geen voet aan de grond en stapte hij over op het ontwerpen van praktische havenprojecten, inderdaad: industriële gebouwen. Ook op Schiphol is hij daar al vele jaren mee bezig. Zo’n tien jaar geleden kreeg hij daar vragen over duurzaamheid. Een luchtvrachtgebouw werd helemaal doorgerekend, ook financieel. Hoe combineer je een goed ruimtelijk ontwerp met een stuk design en zorg je er tevens voor dat het gebouw duurzaam is? Het bleek een leerzame exercitie. Sindsdien is zijn focus standaard gericht op energie-neutraal bouwen en de laatste tijd ook op cradle-to-cradle vanwege de CO2-balans. Dat verklaart gelijk ook zijn passie voor het bouwen met hout.


Elke vakman kent de bitumineuze dakrollen van Troelstra & de Vries.

aan mogelijkheden aanbieden. Zoals TPO dakbedekking, PMMA

Maar de tijd en de ontwikkelingen staan niet stil. eeluitmakend

kunststof harsen, isolatie en zonne-energie. Met het advies van

van de Soprema Group kan Troelstra & de Vries u een wereld

onze project adviseurs maakt u de juiste keuze.

BITUMEN I S O L AT I E

V LO E I B A A R

KU N S T S TO F

De beste oplossingen onder de zon.

BO W

ENERGIE

E

U

G

Neem contact op met onze project adviseurs voor een passend advies voor uw project. Bel (0)515 53 30 00 of mail naar info@troelstra-devries.nl

1612683-1-TROEL_266x190FC.indd 1

SAMEN OP WEG NAAR ENERGIE NEUTRAAL

08-06-16 09:51

Met Unica’s nearly Zero Energy Buildings aanpak Nearly Zero Energy Buildings (nZEB’s) zijn toekomstbestendige, gezonde gebouwen die rendement opleveren en leiden tot tevreden eindgebruikers, een extreem lage energierekening en een hogere waarde van uw vastgoed. nZEB’s dragen bovendien bij aan een betere wereld voor toekomstige generaties. Is úw vastgoed al klaar voor de toekomst? Unica begeleidt u in zes stappen naar een energieneutraal gebouw. In de whitepaper nearly Zero Energy Buildings voor bestaand vastgoed beschrijft Unica deze stappen, inclusief praktijkcase. Download de whitepaper op unica.nl/duurzaamheid.

Wilt u weten hoe Unica uw energieambities waar kan maken?

Neem vandaag nog contact op met Unica Ecopower: telefoon 033 - 247 80 80 | ecopower@unica.nl | unica.nl/ecopower


Luchtdicht bouwen? Doe het goed!

Om onnodig warmteverlies te voorkomen ten gevolge van een luchtstroom van binnen naar buiten is er ook veel aandacht voor luchtdicht bouwen. Dit heeft gevolgen voor de brandveiligheid. Instituut Fysieke Veiligheid: “Door de betere luchtdichtheid van dergelijke woningen zijn er mogelijk ook nieuwe potentiele brandrisico’s voor inwoners en hulpdiensten. Het risico op een gesmoorde brand (ventilatiebeheerste in de pre flashover fase) neemt bij luchtdichtere woningen toe ten opzichte van traditionele woningen. Overigens kunnen dergelijke branden dus ook in minder luchtdichtere woningen optreden. Dit blijkt onder ander uit het onderzoek van de Brandweeracademie en Brandweer Nederland over de brandproeven in Zutphen. Een bijkomende trend zijn de toegenomen kunststoffen in de inrichting (meubels, etc.) van woningen. Dit leidt bij brand in combinatie met de luchtdichtere woningen tot het vrijkomen van meer en ook giftigere rook door onvolledige verbranding. Hierdoor is het risico op een onveilige ontvluchting en een onveilige brandweerinzet toegenomen.”

Zelfredzaamheid in het geding? De brandveiligheid van een woning is ook door het toepassen van dikkere isolatie aan veranderingen onderhevig. Waar we vroeger massief bouwden worden steeds vaker zwaar geïsoleerde lichte constructies toegepast waarbij het volumeaandeel van de aangebrachte isolatie toeneemt tot wel 50% van de totale bouwmaterialen. Alleen al dit gegeven zou er toe moeten leiden dat onbrandbaarheid van isolatiemateriaal een verplichte eigenschap zou moeten zijn. Daarnaast zijn zelfredzame personen het uitgangspunt bij de bepaling van de vluchttijd in de brandregelgeving. In de praktijk kan dit vooral voor de verminderd zelfredzamen er toe leiden dat het vluchten meer tijd in beslag neemt dan het uitgangspunt is in het Bouwbesluit, ondanks het feit dat het gebouw voldoet aan de bouwregelgeving. Brandveiligheid steeds belangrijker De verwachting is dat er in 2030 minder personen in een verpleeg- of verzorgingshuis wonen dan nu het geval is, dit zou leiden tot een toename van het aantal zelfstandig wonende 65-plussers met meer dan

de helft. Nu al zijn ouderen bijna 3 keer zo vaak het slachtoffer van een fatale woningbrand dan de gemiddelde inwoner in Nederland. In 2030 zal het aantal slachtoffers in deze leeftijdsgroep naar verwachting met 62%. Beter wooncomfort Dampopen bouwen wil zeggen dat er geen dampremmende folie aan de binnenzijde wordt gebruikt en alle materiaallagen voldoende dampdoorlatend zijn, zodat er geen inwendige condensatie kan optreden. Het voordeel is dat op plaatsen met een hoge luchtvochtigheid het vocht ook via de constructie naar buiten wordt afgevoerd. Te veel vocht in huis leidt vaak tot schimmelvorming met de nodige gezondheidsrisico’s tot gevolg. Ook kost het meer energie om een vochtig huis te verwarmen. Een goede vochthuishouding draagt bij aan een betere binnenluchtkwaliteit, een gezonder en beter wooncomfort dus. De keuze voor een dampdoorlatend en brandveilig isolatiemateriaal ligt dus voor de hand!


22

d uurz a a m h e i d & e n e rg ie

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

installatie Reuzenrad, energiecentrale, hotel, appartementencomplex en waterfabriek: de Dutch Windwheel wordt alles tegelijk. Steeds meer partijen sluiten zich aan bij het innovatieprogramma en het plan voor een nieuw Rotterdams icoon / Ad Tissink

Slimme Hollandse molen D

e horizon ligt ver weg: 2025. Het was een mooie combinatie geweest; de wereldtentoonstelling in datzelfde jaar met Rotterdam als gastheer. Dat dit nu op losse schroeven is komen te staan, doet niets af aan de ontwikkelingen rondom de Dutch Windwheel. Het omvangrijke innovatieprogramma, gestart in 2014, heeft altijd losgestaan van de Expo 2025. Als het aan de projectorganisatie ligt, wordt de Dutch Windwheel het wereldwijde symbool voor duurzame ontwikkeling, een aanjager voor onder meer het Rotterdams Energieprogramma en als kers op de taart: blikvanger voor de stad. De focus ligt nu op een pilotproject gekoppeld aan de Worldexpo 2020 in Dubai. De Merwe Vierhavens in Rotterdam is de beoogde locatie voor de 174 meter hoge constructie bestaande uit twee reusachtige ringen die elkaar bovenin raken. Waar mensen, net als in London Eye, in glazen capsules naar boven bewegen. Maar daar aangekomen gaat de tocht niet weer onvermijdelijk naar beneden, maar kunnen ze overstappen op een lobby, een maaltijd gebruiken, een feestje vieren, slapen in het hotel of hun eigen appartement betreden in de binnenste ring. En dat alles aangedreven met schone en duurzame technologie. Drinkwater wordt ter plekke geoogst uit regenwater. Energie wordt opgewekt met de 30.000 vierkante meter zonnepanelen, warmte-koude-opslag in het water en met de hagelnieuwe Ewicon-technologie in het hart van het binnenste wiel. Daarbij worden elektrisch geladen waterdruppels door de wind door een elektrisch veld geblazen. Zonder draaiende delen, geluidsoverlast of slagschaduwen wordt energie opgewekt. Kortom: een 21ste-eeuwse windmolen.

Energievoorziening De Windwheel moet zichzelf niet alleen energetisch bedruipen, het is de bedoeling dat het ook een belangrijk deel van het te ontwikkelen gebied van de Merwe Vierhavens van energie voorziet. Via een smart grid, dat de komende jaren al wordt uitgerold. “Energieneutraliteit, hoe ambitieus ook bij een project als dit,

Groots en meeslepend, maar de Dutch Windwheel is vooral een dynamisch gebouw en representatief voor Dutch Design & Innovation. is duidelijk niet genoeg”, stelt Lennart Graaff, directeur van de projectorganisatie die rond het wiel is opgetuigd. “Voor een paar procent surplus doen we het ook niet. De eerste berekeningen laten zien dat we een wijk van zo’n twaalfhonderd woningen van energie en water kunnen voorzien.” Zelf gebruikt het wiel evenveel energie als negenhonderd huishoudens. Wat Graaff en consorten betreft, was het plan nooit gekoppeld aan de uitverkiezing van Rotterdam tot gastheer van de wereldtentoonstel-

De locatie voor de Dutch Windwheel is de Merwe Vierhavens in Rotterdam.

ling. Dat dit naar alle waarschijnlijkheid niet doorgaat, heeft geen consequenties voor de toekomst van het wiel. Daarvoor hebben zich inmiddels genoeg sterke partijen aan het plan gecommitteerd. Niet alleen plannen- en ideeënmakers, zoals initiatiefnemers Doepel Strijkers, BLOC en Meysters, maar ook BAM, Dura Vermeer, Eneco, Siemens, Spie, Mammoet, Huawei en een trits andere partijen. Vanuit alle sectoren van de Nederlandse maakindustrie wordt er aangehaakt.

Nederlandse berg Dit is volgens Graaff een groot verschil met dat andere wilde plan dat een paar jaar terug opborrelde en inmiddels in de vergetelheid is geraakt: de Nederlandse berg. “Dat plan was ook ambitieus natuurlijk, op het megalomane af, met een geschatte bouwsom van 100 miljard euro. Maar bovendien waren het vooral adviesorganisaties die zich erachter schaarden. Echte bouwers en industriële partijen keken vooral vanaf de zijlijn toe en mengden zich er niet in. De technologie die wij ontwikkelen kan ook in kleine stapjes worden opgeschaald. Vooruitlopend op de realisatie gaan we in de komende jaren aan de Windwheel gekoppelde innovaties

opleveren en uitproberen.” Dat testen kan nagenoeg om de hoek, bij The Green Village in Delft. Parallel aan de activiteiten in Rotterdam, is er elders in wereld veel interesse voor innovatieve technologie, zoals integratie van techniek in gebouwen. Graaff noemt Dubai en Shanghai, steden die niet stil zitten als het om slimme innovaties gaat. Aan internationale belangstelling heeft the Dutch Windwheel inderdaad niet te klagen. Vanaf het moment dat de eerste schetsen naar buiten kwamen, zijn alle grote media ermee aan de haal gegaan. Van CNN tot de Chinese staatstelevisie, van Forbes tot The Guardian, iedereen besteedde er aandacht aan. “Alleen moet je op zo’n andere locatie misschien niet gaan voor een wiel en ook niet voor wind als belangrijkste energiebron”, nuanceert Graaff het enthousiasme. ‘‘In Dubai ligt het voor de hand dat je voor zonne-energie gaat. En misschien blijkt een kubus dan wel een betere vorm dan een wiel. Shanghai vraagt om weer een andere benadering. Ons uitgangspunt is climate-architecture, het optimaal afstemmen van het ontwerp op de lokale omstandigheden en het klimaat.”

Kritisch Gezien de overweldigende belangstelling is de lijst met vijftien innovatiepartners die Dutch Windwheel inmiddels telt, nog bescheiden. “Het had inderdaad gemakkelijk een veelvoud kunnen zijn”, beaamt Graaff. “Maar we zijn kritisch met wie we willen samenwerken. Op elk van de vier kerngebieden waarop we innoveren – constructie, technologie, energie en water – hebben we een toonaangevend kennisinstituut en ambitieuze bedrijven aan boord. Ook willen we niet met te veel partijen aan tafel zitten. En iedereen moeten echt actief mee-ontwikkelen en innoveren in de interactieve sessies die we bijna wekelijks hebben. We weren partijen die de kat uit de boom kijken. We streven een flinke procesinnovatie na.” Zelfs als die experimentele Ewicontechnologie niet opschaalbaar blijkt, dan slaat dat volgens Graaff niet het fundament weg onder het wiel. “Er zijn meer windtechnologieën zonder bewegende delen in opkomst. Er is bijvoorbeeld een Spaanse Vortextechnologie en er bestaat ook een systeem met horizontale lamellen. Ik ben ervan overtuigd dat de Dutch Windwheel straks gebruikmaakt van een nieuwe generatie windtech-


DU U RZAAMHEI D & ENERGI E

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

23

De meest innovatieve windmolen

De Dutch Windwheel brengt de ontwikkeling van innovatieve windtechnologie in versnelling. Een voorbeeld is de EWICON-technologie. Met EWICON wordt windenergie zonder draaiende delen omgezet in elektriciteit. De techniek is ontwikkeld door de TU-Delft. In Nederland wordt nu gewerkt aan een tweede generatie zonder toepassing van water. Tegelijkertijd werkt het Amerikaanse bedrijf AccioEnergy aan het toepassen van de uitgangspunten van de eerste generatie voor het opwekken van offshore windenergie. Hiermee worden de kosten van windenergie op zee met de helft gereduceerd. Vanuit de Windwheel wordt met hen onderzocht of de techniek van de tweede generatie kan worden toegepast voor urbane gebieden. Naast de EWICON-techniek is er een aantal andere innovatieve windtechnologieën die een plek in de windwheel kunnen krijgen. Deze worden in het ontwikkeltraject verder onderzocht.

Aanzichten

Windwheel Corporation Zuidzijde

De Dutch Windwheel is een initiatief van de Windwheel Corporation, een consortium van de Rotterdamse bedrijven BLOC, DoepelStrijkers en Meysters. Om het innovatieprogramma vorm te geven is een alliantie aangegaan met toonaangevende bedrijven en kennisinstituten. De partners in de alliantie zijn AM en Koninklijke BAM Groep, Deltares, Dura Vermeer, ECN, Eneco, Evides, Huawei, Innovation Quarter, Mammoet, PNO, Siemens, SPIE, TNO en Windwheel Corporation. Speerpunt is het werken aan een schone, digitale economie met gebruikmaking van technologische innovaties. info: http://dutchwindwheel.com/index

Westzijde

niek.” Het rendement van een binnenstedelijke windmolen hoeft niet meteen vergelijkbaar te zijn met de traditionele windturbines. “Een windmolen zonder draaiende delen heeft nagenoeg geen slijtage en veroorzaakt geen overlast voor de omgeving. Dat zijn niet weg te cijferen voordelen.”

Continu proces De ontwikkeling van de Dutch Windwheel is een continu proces. Het moet een dynamisch gebouw worden waar voortdurend de laatste innovaties worden uitgeprobeerd op het gebied van energie, water, technologie en constructie. Net

Noordzijde

als bij de auto’s van Tesla vinden er regelmatig updates plaats van software, maar ook van hardware. Daarvoor krijgt het wiel een sterk modulaire opbouw en brengen de verschillende partners geen materialen of producten in, maar diensten. Deze aanpak doet denken aan de turntoo-systematiek van Thomas Rau.

Dit is een aangepaste versie van het artikel ‘Dit is geen gebouw’, gepubliceerd in Cobouw, d.d. 23 maart 2016.

Lennart Graaff is partner en oprichter van BLOC Next Generation Development. Hij is algemeen directeur van de Dutch Windwheel. Daarnaast is hij aanjager van de ontwikkeling van Het Dorp in Arnhem tot superslimme zorgomgeving, ontwikkelt hij in Eindhoven de werkomgeving van de toekomst en is hij initiatiefnemer van een aanpak om Montmartre in Parijs tot een slimme, duurzame en veilige wijk te transformeren.

De lobby bovenin de 174 meter hoge constructie biedt een prachtig panorama over de havens en de stad Rotterdam.


Innovatieve Energiedaksystemen voor elektriciteit en warmte.

Ons 2Power-systeem combineert het opwekken van elektrische en thermische zonne energie ineen. Deze hybride vorm is zowel in modules als verdekt in de pannenlijn van de MS-5 op te nemen. Bij het Solar Power Pak (SPP) zorgen onopvallende absorptie elementen voor verwarming, overdag maar ook in de nacht. Dachziegelwerke Nelskamp GmbH

Waldweg 6

46514 Schermbeck

Tel: +49 (0) 28 53/91 30-831

D A K PA N N E N info@nelskamp.nl | www.nelskamp.nl

Fax: +49 (0) 28 53/37 59

www.nelskamp.de

Zoek niet langer. Met een Fujitsu lucht-waterwarmtepomp en vraaggestuurde ventilatie van Orcon realiseert u EPC 0,4 zonder pv-panelen. 100% electric, 100% groen. U wint op alle vlakken: • U heeft recht op subsidie • U bespaart op de energiefactuur • U stoot 2.000 à 3000 kg minder CO2 uit • U bent verzekerd van klimaatcomfort

WATERSTAGE BOILER Hoogste rendement in klasse 4 (COP 2,15) Laagste stilstandsverlies

WATERSTAGE WARMTEPOMP

MVS-15 VENTILATOR

COP rendement 4,52

Hoogste EPC winst in zijn klasse

Elektrische steunverwarming overbodig

Hoogste ventilatierendement

Landjuweel 25 | 3905 PE Veenendaal +31 (0)318 54 47 00 | info@greenigloo.nl

Advert_Green_Igloo_266x190mm_052016.indd 1

31-May-16 12:31:00 PM


Verdraaid slim te bedienen met óf zonder app!

› Get connected

Altijd en overal je verwarming bedienen met óf zonder app.

› Get in control

Inzicht in je energieverbruik.

› Get comfort

Een comfortabel en behaaglijk huis, afgestemd op jouw wensen.

remeha.nl


SAMEN INNOVEREN & IMPLEMENTEREN Ecobouw 2016 is het multidisciplinaire platform voor duurzaam bouwen, waar innovaties en oplossingen samenkomen en de discussie niet wordt geschuwd. De vierde editie van Ecobouw biedt wederom inspiratie en informatie: met bevlogen sprekers SAMEN & keuken IMPLEMENTEREN en kijkjesINNOVEREN in de “groene” van gevestigde bedrijven en Ecobouw 2016 is het multidisciplinaire platform voor duurzaam startups. Dat is Ecobouw! bouwen, waar innovaties en oplossingen samenkomen en de discussie niet wordt geschuwd. De vierde editie van Ecobouw HET PROGRAMMA biedt wederom inspiratie informatie: met bevlogenmet sprekers Ecobouw 2016 belooft een en interactieve dag te worden en kijkjes in de “groene” keuken van gevestigde bedrijven projectbezoeken, keynote lezingen, levendige discussies in en startups. Dat is Ecobouw! het Cobouw Café, kennisintensieve themasessies en een informatiemarkt: het Ecobouw Plein. De thema sessies hebben de HET PROGRAMMA volgende onderwerpen: Ecobouw 2016 belooft een interactieve dag te worden met > Nul-op-de-meter projecten: nieuwe initiatieven, projectbezoeken, keynote lezingen,enlevendige discussies in ervaringsverhalen van bouwers opdrachtgevers het Cobouw Café, kennisintensieve themasessies > Duurzaam in de Praktijk: vastgoedinvesteringen,en een informatiemarkt: hetdeEcobouw Plein. De thema sessies hebben de duurzaamheid en rol van rendementseisen, geïllustreerd volgende onderwerpen: met praktijkverhalen >Anders Nul-op-de-meter projecten: > denken, samen doen: nieuwe nieuwe initiatieven, rolverdelingen en samenervaringsverhalen van bouwers en opdrachtgevers werkingsverbanden om de duurzame ambitie te realiseren >Nieuwe Duurzaam in de Praktijk: vastgoedinvesteringen, > concepten met energie: interessante initiatieven van duurzaamheid en de rol van geïllustreerd researchafdelingen, startups rendementseisen, en branchevreemde bedrijven met op praktijkverhalen > Visie grondstoffen: een paspoort voor gebouwen, de waarde >(of Anders denken, samen doen: nieuwe rolverdelingen enof samenlast) van keurmerken en certificering, hernieuwbaar werkingsverbanden om de duurzame ambitie te realiseren herbruikbaar > Nieuwe concepten met energie: interessante initiatieven van researchafdelingen, startups en branchevreemde bedrijven SPREKERS > Visie opKok grondstoffen: een paspoort voor gebouwen, de waarde > Wouter - Smart Buildings by Deerns (of last) van keurmerken en certificering, of > Suze Gehem - Groene Grachten | Rooftop hernieuwbaar Solutions herbruikbaar > Lennart Graaff - BLOC|Dutch Windwheel > Elsbeth Quispel - GRESB SPREKERS > Sjoerd Klijn Velderman - Factory Zero >David Wouter Kok - Smart Buildings by Architecten Deerns > Klinkhamer - Marc Koehler | Superlofts > Suze Gehem Groene Grachten | Rooftop Solutions > Kasper Kuldager Jensen - 3XN|GXN > Lennart Graaff - BLOC|Dutch Windwheel >dit Elsbeth Quispel - GRESB En is slechts een greep uit het indrukwekkende programma > Sjoerd Klijn Velderman - Factory Zero van Ecobouw 2016. Volg de laatste ontwikkelingen via onze > David Klinkhamer Marc Koehler Architecten | Superlofts website en digitale nieuwsbrief. > Kasper Kuldager Jensen - 3XN|GXN En dit is slechts een greep uit het indrukwekkende programma van Ecobouw 2016. Volg de laatste ontwikkelingen via onze website en digitale nieuwsbrief.

KENNIS MET TOEKOMST KENNIS MET DATUM DINSDAG 13 SEPTEMBER TOEKOMST

LOCATIE ZUIDERSTRANDTHEATER DATUM DEN HAAG13 SEPTEMBER DINSDAG LOCATIE U NU MELDT ZUIDERSTRANDTHEATER GRATIS DEN HAAGAAN OP ECOBOUW.NET MELDT U NU GRATIS AAN OP ECOBOUW.NET


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

27

installatie Het verduurzamen van een bestaande woning is vaak een kostbare zaak. Daarom sloegen twee sociologen, een architect en een milieutechnoloog de handen ineen en ontwierpen een duurzaam, flexibel en betaalbaar woonhuis / Peter de Lange

Duurzaamheid en comfort gecombineerd O

mdat het verduurzamen van een bestaande woning veel geld kost, ontwierpen twee sociologen, een architect en een milieutechnoloog een duurzame nieuwbouwwoning voor een betaalbare prijs: het Sustainer Home. Hun Sustainer Home is in meerdere opzichten flexibel. Het kan worden aangesloten op elektra, waterleiding en riolering, maar ook zelf voorzien in energie en drinkwater. Door zijn modulaire opbouw is deze woning aanpasbaar aan iedere gezinsgrootte en behalve als woonhuis, ook bruikbaar als recreatiewoning of kantoor. De simpelste versie kost inclusief keuken en badkamer, maar exclusief btw, fundering en transportkosten circa 55.000 euro. De duurste, geheel zelfvoorzienende versie kost ongeveer het dubbele.

Smart Home System Wonen zonder meer van de aarde te nemen dan je nodig hebt. Dat was een van de leidende principes van het ontwerpteam. Beton, staal en andere bouwmaterialen waarvan bij het productieproces veel CO2 vrijkomt, zijn in deze woning taboe. “We bouwen alleen met duurzame, hergebruikte of herbruikbare materialen. Een Sustainer Home produceert gedurende zijn levenscyclus minder dan 10 procent van de C02 -uitstoot van een reguliere woning, terwijl het comfort op hetzelfde niveau ligt,” claimt het bedrijf bij monde van Niko Bergsma. Een Sustainer Home is opgebouwd uit modules van 9 vierkante meter die kunnen worden gestapeld en geschakeld. Oorspronkelijk zouden zeecontainers worden gebruikt als basiselement. Die keuze legde te veel beperkingen op. Houtskeletbouw, dat anders dan zeecontainers binnen de regels van het Bouwbesluit valt, bleek een goed alternatief. Een basiselement bestaat uit een skelet van populierenhout met gevels van Hollandse western red

Bouwmaterialen waarbij tijdens het productieproces veel CO2 vrijkomt, is bij het Sustainer Home taboe. Mede daarom is gekozen voor houtskeletbouw. cedar uit bossen van Staatsbosbeheer. Voor de kozijnen, voorzien van tripleglas, wordt Finti-hout gebruikt uit duurzaam beheerde Finse bossen. Sustainer Homes zijn standaard voorzien van windmolens en hoogrendement zonnepanelen op het dak, die 5000 kilowatt stroom per jaar leveren. Hoogwaardige isolatie zorgt, in combinatie met een luchtwarmtepomp, voor een aangename temperatuur binnenshuis. In de zelfvoorzienende versie kan regenwater worden gebruikt voor douche, toilet en wasbak en tot drinkwater worden gezuiverd. Het afvalwater wordt gefilterd met een plantenfilter of een IBA-systeem (Individuele Behandeling Afvalwater) en dan terug de grond in geleid.

Werken aan drijvende stad

Niet bedoeld om in te wonen, wel om indrukken op te doen over bouwen op het water is het Drijvende Paviljoen in de Rijnhaven in Rotterdam. De drie geschakelde eilanden van architect Rutger de Graaf van het Delftse bureau Deltasync worden gebruikt voor congressen, exposities en presentaties onder andere op het gebied van innovatie en duurzaamheid. De paviljoens zijn gebouwd door Dura Vermeer. Ze drijven op platen van geëxpandeerd polystyreen. De koepels zijn bekleed met ETFE folie dat circa honderd keer lichter is dan glas. De ‘bollen’ met hun typische vorm worden verwarmd en gekoeld met zonne-energie en oppervlaktewater en zijn grotendeels zelfvoorzienend. Zo wordt ook het eigen toiletwater gezuiverd. Dezelfde technieken zijn volgens De Graaf heel goed bruikbaar voor drijvende woningen. De architect, die eerder de bouw van zes drijvende woonhuizen in de Delftse Harnaschpolder begeleidde, werkt aan plannen voor drijvende steden, die behalve uit woningen, bestaan uit onder andere kantoren en kassen voor de kweek van groenten.

Temperatuur, water en energieverbruik worden gereguleerd in een Smart Home System dat inzicht geeft in het verbruik en onderhoud van het Sustainer Home.

ASN Bank Wereldprijs Het ontwerp won in 2015 de ASN Bank Wereldprijs, wat in belangrijke mate bijdroeg aan de bekendheid van deze woningen. Over belangstelling hebben de makers niet te klagen. De off grid versie valt vooral in de smaak van de Amerikaanse markt, waar zelfvoorzienende woningen een normaler verschijnsel zijn dan in Nederland. In eigen land tonen met name particulieren en recreatieondernemers interesse, in veel gevallen voor het type met nutsaansluitingen.

De betrekkelijk lage prijs van het Sustainer Home is onder andere het gevolg van de modulaire opbouw. Dat verlaagt de ontwerpkosten. De prefab modules worden kant en klaar per vrachtauto vervoerd en het vervoer kan bij grote aantallen zo efficiënt worden ingericht dat de prijs aanzienlijk daalt. De montage op de bouwplaats kost slechts enkele dagen en ook dat drukt de prijs.

Statushouders Het bedrijf richt zich voorlopig vooral op particulieren en beheerders van vakantieparken, zegt Niko Bergsma. Maar er komen ook veel aanvragen binnen van ondernemers die flexibele kantoorruimte zoeken. En verder informeren gemeentebesturen naar de mogelijkheden om

Waternest: wonen in harmonie met de natuur

Het Waternest van de Italiaanse architect Giancarlo Zema wordt aangeprezen als de ideale manier om in harmonie met de natuur te wonen. Dit drijvende huis heeft een doorsnee van 12 meter, een hoogte van 4 meter en een vloeroppervlak van 100 vierkante meter. Het bestaat voor 98 procent uit herbruikbaar materiaal. De schil bijvoorbeeld is opgebouwd uit gerecycled hout en aluminium. Grote ramen bieden een weids uitzicht over de omgeving. Het Waternest heeft door het gebruik van zuinige apparatuur maar weinig energie nodig. Zestig vierkante meter zonnepanelen op het houten dak zorgen voor alle benodigde energie. Een gezin van vier personen kan er comfortabel wonen, zegt Ecological Floating Habitats, het Londense bedrijf dat dit huis, ook bruikbaar als kantoor, winkel, restaurant of expositieruimte, heeft gebouwd. Het Waternest is geschikt voor rivieren, meren, baaien en zelfs zeeoppervlakten met kalm water, maar kan voorlopig alleen in warmere klimaten worden afgemeerd. Aan aanpassingen voor koudere regio’s als Scandinavië wordt gewerkt. Wonen in een Waternest is niet voor iedereen weggelegd. De prijs begint bij 500.000 euro voor de kleinste versie.

statushouders te huisvesten. Daar liggen zeker groeimogelijkheden, zegt Bergsma. “Gemeenten kunnen op termijn belangrijke klanten worden. Maar overheden hebben doorgaans veel tijd nodig voor besluitvorming. Wij zijn een jong bedrijf, wij willen liefst snel resultaten laten zien.”

FabCity De eerste proefopstelling van een Sustainer Home staat op FabCity, een verzameling van zo’n vijftig paviljoens met voorbeelden van innovatieve huisvesting op het Java-eiland in Amsterdam. Voor dit prototype is nog een zeecontainer gebruikt. Inmiddels begint de verkoop van de vernieuwde versies in houtskeletbouw op gang te komen, meldt Bergsma. De eerste Sustainer Homes moeten dit jaar verrijzen op een recreatiepark in Limburg en in de experimentele nieuwbouwwijk Almere-Oosterwold, waar ook plaats is voor woningen zonder rioolaansluiting. Verder is de bouw van een strandpaviljoen met een oppervlakte van 200 vierkante meter in voorbereiding. Over de financiering en verzekering van het nieuwe woningtype zijn besprekingen geopend met banken en verzekeringsmaatschappijen. In 2017 wil Sustainer Homes ook actief worden op de Europese markt.

Sustainer Homes is opgericht in 2015 door Gert van Vugt en Jacintha Baas (beiden socioloog), Ir. Wolf Bierens (milieutechnoloog) en Ir. Sol van Kempen (architect).


Kennis, kennis en nog eens kennis! Dat is waar het bij TVVL om draait. Van oudsher is TVVL de technologische kennisbron en het kennisknooppunt dat inspirende en technologische thema’s behandelt. Wij staan voor kennisdeling, kennisontwikkeling en kennisoverdracht. Kennis is macht. Maar bij TVVL zeggen we liever dat we met onze kennis machtig mooie dingen maken.

TVVL biedt o.a. een breed aanbod aan cursussen, workshops en trainingen voor de technische installatiebranche en aanliggende sectoren.

In het najaar van 2016 starten wij met het nieuwe cursusseizoen.

T V V L . A l m e e r d a n 5 0 j a a r h e t ke n n i s e n o p l e i d i n g s i n s t i t u u t v o o r d e i n s t a l l a t i e s e c t o r. Vanaf september 2016 cursusseizoen van TVVL.

start

het

nieuwe

Naast het bekende aanbod met o.a. Luchtbehandelingstechniek, Sanitaire Installaties in gebouwen etc. zijn er het aankomende seizoen twee nieuwe cursussen waarvoor ingeschreven kan worden. Dit zijn: Hogere Elektrotechniek (Gebouwen bedrijfsinstallaties) en Systeemarchitect Gebouwautomatisering en -beheer. Kijk op de website van TVVL voor meer informatie en inschrijven of neem contact op met het cursussecretariaat: T 088 401 06 20 / mail: cursus@ tvvl.nl. Korenmolenlaan 4 | 3447 GG Woerden T 088 401 06 00 | www.tvvl.nl | info@tvvl.nl

Cursusprogramma 2016 - 2017 Werktuigkunde voor Elektrotechnici - September 2016 Hogere Elektrotechniek (bedrijfsinstallaties)- September 2016 *

Projectmatig ontwerpen van klimaatinstallaties - Maart 2017 Sanitaire Installaties in gebouwen - Gebouwriolering - Maart 2017

Luchtbehandeling Speciale Ruimten - Oktober 2016 Luchtbehandelingstechniek - vanaf 7 oktober 2016 Systeemarchitect Gebouwautomatisering en Beheer - Oktober 2016 * Sanitaire Installaties in gebouwen - Gasinstallaties - Oktober 2016 Bouwkunde voor Installatietechnici - Oktober 2016

Ramen en Budgetteren voor Installatietechnici - April 2017

Geluid in technische installaties - November 2016 Sanitaire Installaties in gebouwen - Brandblusvoorzieningen - November 2016

Workshop Technische en Medische gassen - Mei 2017 Workshop Stoominstallatie - Mei 2017 Workshop Zwembaden / Workshop Waterbehandeling - Mei 2017 Voor meer informatie en inschrijven: cursus@tvvl.nl | www.tvvl.nl

Installatie Project Management - Januari 2017 Sanitaire Installaties in gebouwen - Leidingwaterinstallaties - Januari 2017 Commissioning - Januari 2017 Elektrotechniek voor Werktuigkundigen - Februari 2017 Duurzaamheid in de Gebouwde Omgeving - Februari 2017

* Schrijf in voor de eerste groep van deze nieuwe opleiding en profiteer van een aantrekkelijke pilotkorting van 15% op de deelnameprijs. Wij vragen extra feedback van u.

NIEUW: RENOVEER ÉN ISOLEER AAN DE BUITENKANT E-Board isolatiesysteem van Vandersanden Group De steenstrips kunnen uit het gehele assortiment handvorm bakstenen van Vandersanden Group gekozen worden. De renovatiewoning krijgt precies hetzelfde uiterlijk als een nieuwbouwwoning. AFWERKING KOZIJNEN Het isolatiepakket wordt bij de kozijnen onzichtbaar afgewerkt met steenstrips in de vorm van een hoek, de zogenaamde hoekstrips. Vandersanden Group heeft alle kennis in huis om voor alle situaties de juiste baksteen aan te bieden tegen een redelijk prijsniveau. DUURZAME ISOLERING De E-Board platen bestaan uit duurzaam ECO-EPS-HR-SE materiaal in diverse isolatiewaardes. De platen zijn waterafstotend en dampdoorlatend. Alle paneelranden zijn voorzien van een haak-lasverbinding om de platen gemakkelijk aan elkaar te koppelen. Bovendien zijn deze naden meteen waterdicht.

Het vanaf de buitenkant isoleren van woningen is mogelijk met het E-Board isolatiesysteem. Deze innovatieve methode is ontwikkeld door Vandersanden Group, producent van handvorm bakstenen. Een isolatiewaarde van 0.031 W/mK is binnen handbereik terwijl de bewoners gewoon in het huis kunnen blijven.

GEVEL AANZICHT De E-Board isolatieplaten worden óp de oorspronkelijke gevel bevestigd. Er zijn dus geen sloopwerkzaamheden nodig. Vervolgens worden steenstrips op de isolatieplaten aangebracht en gevoegd in de gewenste kleur. Het aanzicht van de gevel is alsof er in een ‘handomdraai’ een nieuw huis is neergezet.

Bokhovenseweg 8 NL-5256 TC Hedikhuizen Tel.: +31 (0)416 36 96 96 hedikhuizen@vandersanden.com www.e-board.nl


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

29

installatie Een paar jaar geleden was The Green Village niet meer dan een paar wilde plannen en idealen. Inmiddels is er het nodige gebeurd op het terrein in Delft: het echte werk is begonnen / Paul Poley

The Green Village als inspirerende proeftuin T

he Green Village, het dorp op de campus van de TU Delft, is meer dan een broedplaats van duurzame ideeën. Innovatieve concepten op het gebied van duurzaamheid en energie worden namelijk ook daadwerkelijk uitgevoerd, beproefd en getest. “Fouten maken mag hier.” Als je het molshopenveldje achter parkeerterrein P2 van de TU Delft oploopt, vallen drie dingen op. Om te beginnen een carport met oplaad- en ontlaadpaal. Verder een duurzamer dan duurzaam Prêt-àLoger-huis. En tot slot, al moet je daarvoor goed kijken, een rijtje innovatieve stoeptegels. Het is al snel duidelijk: dit is het terrein van The Green Village. Het oogt er misschien nog wat kaal, maar wie zich realiseert dat The Green Village enkele jaren terug alleen nog maar bestond uit wilde plannen en woeste dromen, weet dat een nieuwe fase is aangebroken. Om dat feit te markeren organiseerde The Green Village op donderdag 2 juni jl. een netwerkevent. Zaken als het rondkrijgen van de financiering, het formeren van een team en het finetunen van het concept behoren tot het verleden. Het wordt nu tijd voor het echte werk.

Innovatievraagstukken Wat is dat dan, dat echte werk, waar is The Green Village eigenlijk voor bedoeld? Het is jammer dat het woord ‘inspirerend’ wat aan inflatie onderhevig is, want in feite is The Green Village een inspirerende proeftuin, waar bedrijven, burgers, ondernemers, studenten en overheden gezamenlijk complexe innovatievraagstukken op het gebied van duurzaamheid en energie proberen te beantwoorden. Of, zoals managing director van The Green

Artist impression van de Green Village Residential living. Het plan is om van de houten appartementen een living lab te maken waar studenten kunnen wonen. Village Jaron Weishut het formuleert: “The Green Village brengt alle belangrijke partijen samen in een beschermde omgeving, waar je fouten mag maken. Wat elders niet mag op grond van bijvoorbeeld het Bouwbesluit, is hier wél mogelijk. Van alles kan worden getest en onderzocht. Hoe kan een ondernemer straks zijn geld verdienen met complexe nieuwe technologieën, dus waar zit de businesscase? Waar zit de samenleving precies op te wachten? Hoe zit het met juridische zaken, zoals privacy? En dat alles in een stimulerende omgeving: midden op de campus van de TU Delft, en midden in een innova-

tieve regio, dicht bij onder meer de Rotterdamse haven en de glastuinbouw in het Westland.”

Van innovatie naar toepassing The Green Village is dus het mooie midden tussen het kille lab en bijvoorbeeld een pilotwijk. Met als belangrijkste doel: in alle rust innovaties testen voordat ze een grootschalige en commerciële toepassing krijgen. Henk Homberg, vicevoorzitter van Bouwend Nederland, verwoordde het tijdens het netwerkevent misschien nog wel het meest treffend: “The Green Village is bij uitstek een omgeving waar je iets meteen kunt doen als je

het bedenkt.” Dus niet eerst praten en kijken of het volgens de regels van het Bouwbesluit wel mag, maar direct testen, uitvoeren, onderzoeken, proeven, proberen. Door tal van partijen die met elkaar een duurzame toekomst willen vormgeven. Dat alles gebeurt in de vorm van concrete programma’s. Naast innovatieve projecten op het gebied van water (Smart Water technology), vervoer (Car as Power Plant, zie kader), energie (het testen van een efficiënt DC-grid) en ‘smart outdoor space’ (de stoeptegel, zie kader) springt het Prêt-à-Loger-huis in het oog. Om de simpele reden dat het gebouw een prominente plek inneemt op het Green Villageterrein.

Living lab Volgens Andy van den Dobbelsteen, hoogleraar Climate Design & Sustainability aan de TU Delft komt in het Prêt-à-Loger-huis op The Green Village samen “wat maatschappelijk relevant is, wat wetenschappelijk interessant is en wat voor de bedrijven innovatief is en daarmee

de economie kan stimuleren. Het Prêt-à-Loger-huis is een jaren 60woning die energieneutraal is geworden door allerlei toepassingen – zoals energieopwekkende ramen en gepersonaliseerde verlichting – en waarin de leefkwaliteit is verhoogd.” Maar er zijn veel meer plannen. Van den Dobbelsteen: “Het idee bestaat om houten appartementen in The Green Village te plaatsen waar studenten kunnen wonen. Tegelijkertijd vormen ze dan onderdeel van tal van experimenten. Hun gedrag wordt gemeten, de temperatuur van de woningen, het comfort, het energiegebruik et cetera. Dus het wordt een ‘living lab’ in de ware zin van het woord.” Ook is er het plan voor de ‘Temple of Heat’, een zonnetempel, een volledig glazen constructie voor het Co-Creation Centre van The Green Village, waarin warmteopslag kan worden getest. Zover is het overigens nog niet. Vandaar dat de belangrijkste oproep van Jaron Weishut aan alle bedrijven en overheden luidt: “Doe mee in The Green Village!”

De slimme straattegel

Hij werd een ‘smart outdoor space application’ genoemd. De Smart Tile is een slimme, actieve straattegel die energie opwekt uit licht. In The Green Village ligt een straatje van dergelijke Smart Tiles, die in de toekomst wel eens gemeengoed kunnen worden op de Nederlandse trottoirs. De tegel zelf is in feite de productdrager; het dunne laagje op de tegels dient als zonnepaneel. Het zet licht – niet alleen zonlicht, maar ook ander licht – om in energie. ’s Winters kunnen de tegels ook worden verwarmd, zodat ze niet glad worden door sneeuw of bevriezing. Zo vergroten ze de veiligheid en het comfort.

Auto als energiecentrale

Een van de blikvangers van The Green Village is een witte Hyundai. Niet zomaar een auto, maar een waterstofauto. De brandstofcel in die auto kan elektriciteit, warmte en water leveren voor woningen en bedrijven. Vandaar: de auto als energiecentrale, the car as power plant. Het project Car as Power Plant staat onder de bezielende leiding van prof. dr. Ad van Wijk, professor in Future Energy Systems. Hij vertelt meer over het idee: “Je rijdt slechts 5 procent van de tijd in je auto. Dat betekent dus ook dat die auto voor 95 procent van de tijd niet wordt gebruikt. In die periode kan hij perfect dienen als energiecentrale. Waterstof heeft een enorm hoge energiedichtheid, je kunt er dus veel energie in opslaan. Die energie wordt gebruikt om elektrisch – en dus stil – te rijden, maar ook kan hij dienen om bijvoorbeeld ’s nachts stroom te leveren aan woningen. De fuel cell levert gelijkstroom. De uitdaging nu is om die te koppelen aan het AC-net van woningen en bedrijven. Mijn droom is dat de waterstofauto over tien jaar voldoende ontwikkeld en sociaal geaccepteerd is, zodat Nederlanders hiermee elektrisch gaan rijden.”

Het Prêt-à-Loger-huis, een jaren 60-woning die door ingrepen energieneutraal is geworden. Foto's: Rolf van Koppen


Duurzaamheid zit in ons hart.

WTH heeft het allemaal.

WTH Vloerverwarming levert duurzame concepten voor verwarmen en koelen voor nieuwbouw en renovatie. Niet alleen omdat de markt dat van ons vraagt, maar omdat duurzaamheid verankerd is in onze bedrijfsfilosofie. Bij alles wat we doen, stellen we ons de vraag of het nog duurzamer kan. We kunnen ook niet anders want duurzaamheid zit diep in ons hart. Meer weten? Kijk eens rond op wth.nl.

www.wth.nl

DAT MERK JE AAN ALLES


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

31

installatie Een duurzaam gebouw dat zijn eigen stroom opwekt, draait meestal nog op wisselstroom. Bij onderwijsgebouw Pulse is gekozen voor een gelijkstroomnet. Gevolg: besparing in materiaal en eenvoudiger in het beheer / Edo Beerda

Onderwijsgebouw kiest voor gelijkstroomnet Ector Hoogstad Architecten

E

nergieopwekking gebeurt steeds vaker lokaal, maar toch draaien gebouwen nog altijd op wisselstroom. Onnodig, want als je zonnepanelen hebt, is gelijkstroom efficiënter. Dankzij een revolutionair DC-net heeft onderwijsgebouw Pulse straks geen trafo’s nodig.

Mobiele telefoons, laptops en ledverlichting draaien op gelijkstroom. En die wekt het nieuwe, energieneutrale Delftse universiteitsgebouw straks in ruime mate zelf op, dankzij PV-panelen op het dak. “De gelijkspanning weer omzetten in wisselspanning is overbodig, dat doen we vooral voor transporteren over langere afstanden”, vertelt Paul Verdurmen van adviesbureau Valstar Simonis, ontwerper van het DC-net. “We kunnen het hier dus zonder zware en dure transformatoren en hebben minder energieverliezen bij de omzetting.”

Vermogenselektronica Bij opwekking van zonne- of windenergie is wel sprake van variabele spanningsniveaus, maar omzetting daarvan kan gebeuren met vermogenselektronica. Omzetters voor een gelijkstroomnet zijn bovendien klein en compact, je spaart dus ook ruimte in het gebouw. Veel bestaande apparatuur is trouwens al berekend op DC–direct current. Intern werken TV’s en computers al op gelijkstroom. Ook daar worden energieverliezen dus beperkt. Een ander voordeel is dat een DC-net decentraal is: als één spanningsknooppunt uitvalt, blijft het netwerk functioneren. Je kunt gewoon een ander stopcontact opzoeken in het geval van een storing. Geweldig dus, het roept de vraag op waarom niet ieder duurzaam gebouw dat zijn eigen stroom opwekt een DC-net krijgt. Dat blijkt echter lastiger dan op het eerste gezicht lijkt. Sinds de roemruchte ‘war of the currents’ tussen George Westinghouse (AC) en Thomas Edison (DC) 120 jaar geleden werd beslecht in het voordeel van eerstgenoemde – AC is noodzakelijk voor efficiënt stroomtransport over grote afstanden – is de industrie volledig ingericht op wisselspanning. Consequentie is dat het nu lastig is om voor onderwijsgebouw Pulse (4.500 vierkante meter) driehonderd verlichtingsarmaturen te bestellen die zijn ontworpen op gelijkspanning. Verdurmen: “Het kan wel, maar leveranciers zijn nu nog terughoudend, omdat ze nooit zo’n bestelling krijgen.”

Dikke kabels Bij het ontwerp van het eerste gelijkspanningsnet in een Nederlands utiliteitsgebouw is letterlijk ieder detail onderwerp van fundamentele discussie. De 1200 gebruikers van het door Ector Hoogstad ontworpen gebouw mogen uiteraard niet tegen vervelende verrassingen aanlopen.

Pulse TU Delft

Onderwijsgebouw Pulse is ontworpen door Ector Hoogstad Architecten. Pulse staat voor Practise, Unite, Learn, Share & Explore. Naar verwachting start de bouw medio 2016. De oplevering staat gepland voor de lente 2017. Welk spanningsniveau gebruik je bijvoorbeeld? Met het oog op de veiligheid is een lage spanning wenselijk, maar bij overbrengen van hoge vermogens heb je dan dikke kabels nodig en er treden forse spanningsverliezen op. In samenspraak met de onderzoeksgroep DC Systems, Energy Conversion & Storage van de Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica (EWI) van de TU Delft viel de keuze uiteindelijk op 350 Volt. Voordeel daarvan is dat ook bestaande apparaten en voedingen erop werken, want het is precies de piekspanning van het bestaande AC-net. Koppeling met het openbare (AC) elektriciteitsnet maakt het ook makkelijker om overschotten en tekorten op te vangen. Het onderwijsgebouw moet tenslotte ook stroom hebben wanneer de zon niet schijnt, het heeft voorlopig geen accu’s. Zelfs de kleur van de bekabeling is onderwerp van discussie, want voor een DC-net is dat niet genormaliseerd. Bruin en blauw zullen worden vervangen, alleen de geelgroene aardedraad blijft waarschijnlijk identiek. Dat betekent overigens niet dat de aarding van het netwerk identiek verloopt. Aardlekautomaten worden in Pulse vervangen door elektronische beveiliging, omdat kortsluiting bij gelijkstroom veel lastiger te stoppen is. Tegenover dat potentiële veiligheidsrisico staat weer het voordeel dat

er geen ongewenste magneetvelden zijn in het gebouw, omdat Pulse geen transformatoren nodig heeft voor het DC-net. Dat spaart ook ruimte. Lekstromen zijn ook een punt van aandacht. Als een continue lekstroom ontstaat – en dat is mogelijk bij gelijkstroom – kan dat een serieuze bedreiging zijn voor het betonstaal in het gebouw.

beschikbaarheid en gebrek aan

stroom kun je in de meest verfijnde,

Op langere termijn, pakweg dertig jaar, zal de rol van wisselspanning naar verwachting verder verminderen. Dat komt vooral door de opkomst van smart grids. “In een smart grid wil je heel gericht kunnen sturen op beschikbaarheid, maar spanningsniveaus zijn op een AC-net moeilijk te variëren. Gelijk-

gebruiken.” Het gelijkstroomnet van Valstar Simonis werd tweede bij de Vernuftelingprijs 2016. De bouw van Pulse start naar verwachting deze zomer. Het gebouw komt te staan op het plein voor de faculteit Industrieel Ontwerpen.

Definitief Ontwerp - augustusvermaasde 2015 netwerktopologieën certificering voor DC-producten.

Smart grids Energiebesparing wordt vaak genoemd als belangrijkste argument voor een gelijkstroomnet. Dat moet je niet overdrijven, vindt Valstar Simonis. Moderne transformatoren zijn buitengewoon efficiënt, spanningsverliezen bedragen gewoonlijk nog maar zo’n 2 procent. “Materiaalbesparing is een veel belangrijker argument om voor gelijkspanning te kiezen”, zegt Verdurmen. “Distributietransformatoren in een gebouw van deze omvang zijn al gauw goed voor 3000 kilo ijzer en koper.” Een nieuwe ‘war of the currents’ voorziet hij niet. Voorlopig zullen AC- en DC-netten naast elkaar functioneren. In Pulse draaien straks de ledlampen, noodverlichting, ict-apparatuur en de – aangepaste – stopcontacten op het gelijkstroomnet, maar krijgen zwaardere installaties zoals warmtepomp, lift en klimaatinstallaties wisselspanning. Dat heeft vooral te maken met de beperkte

Ir. Paul Verdurmen (1966) studeerde Elektrotechniek aan de TU Delft en werkt sinds 1990 – met een onderbreking van een jaar – bij Valstar Simonis. Tot 1999 was hij werkzaam als (elektro-) technicus en projectleider. Die praktijkervaring komt hem goed van pas in zijn huidige functie als adviseur. Zijn specialiteiten bij ontwerpen van installaties zijn bedrijfszekere elektriciteitslevering, verlichting en beveiliging. Hij heeft in het bijzonder ruime ervaring met het ontwerp van noodstroomvoorzieningen van ziekenhuizen.

De Vernufteling is in het leven is geroepen door KIVI (Koninklijk Instituut Van Ingenieurs) en NLingenieurs. De prijs wordt jaarlijks toegekend aan het meest innovatieve (vernuftigste) ingenieursproject. Voor de prijs 2016 waren negen genomineerden aangewezen. Tijdens de dag van de Ingenieur zijn de winnaars bekend gemaakt. De eerste prijs is toegekend aan het project Building with Nature door Witteveen+Bos. Het onderwijsgebouw Pulse heeft de tweede prijs in ontvangst genomen. Hiervoor maakte Valstar Simonis het ontwerp van een gelijkstroomnet. De Spouwdonut van bouwadviesbureau Strackee mag zich een goede derde noemen. Voor het publiek is de Shaded Dome van RoyalHaskoningDHV favoriet. www.nlingenieurs.nl en www.kivi.nl


4, 5 en 6 oktober 2016 Brabanthallen Den Bosch

Hét platform voor duurzame energieopwekking en energiebesparing

Facts & Figures Vakbeurs Energie 2015 • 44% van de bezoekers heeft concrete investeringsplannen op korte termijn • 56% van de bezoekers heeft daarin een beslissende rol, waarvan 32% eindbeslisser • Hoogste bezoekerswaardering ooit

Top 3 interesse bezoekers • 33% energiebesparing in woningen & gebouwen • 30% duurzame energieopwekking • 11% opslag & distributie van energie

Verkoop weer gestart We hebben onder andere alweer de volgende partijen aan boord voor 2016:

Interesse in deelname? Neem contact op met Rein Bosma via 06 – 38 14 52 24 of rein@54events.nl “ De Vakbeurs Energie heeft in 2015 een fikse metamorfose ondergaan. In recente jaren vond ik de bezoekersaantallen bij beurzen in het algemeen erg tegenvallen. Maar deze beurs overtrof alle verwachtingen: eindelijk weer eens een beurs met veel én relevante bezoekers!” - Dhr. P. (Peter) Desmet, Solarclarity In co-locatie met:

Partner:

Onderdeel van:

www.vakbeursenergie.nl


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

33

Installatie The Edge op de Amsterdamse Zuidas sleept de ene prijs na de andere in de wacht. Om de duurzaamheidspredicaten te behalen, is de Oostenrijkse filosofie van eerst de gevel, dan de installatie aangehouden / Tijdo van der Zee

Gevel levert The Edge duurzame punten op M

et een Outstanding-score van 98,4 procent staat het kantoor The Edge op de Amsterdamse Zuidas bovenaan in het duurzame klassement van BREEAM. Wereldwijd. De gevel levert een belangrijke bijdrage aan het duurzame karakter van het gebouw. “Dat is de Oostenrijkse filosofie: eerst de gevel, dan de installatie.” Een gesprek met Erik Beekman, hoofd verkoop bij gevelspecialist Rollecate.

The Edge sleept de ene prijs na de andere in de wacht. Afgelopen maart nog twee awards van de BREEAMorganisatie zelf: winnaar in de categorie Offices New en de publieksprijs ‘Your BREEAM’. Het gebouw van projectontwikkelaar OVG heeft een oppervlakte van 40.000 vierkante meter en werd in mei vorig jaar in gebruik genomen. “Wij hadden niet verwacht dat The Edge zo vaak in de prijzen zou vallen. Maar dat is natuurlijk wel een heel leuke bijkomstigheid”, zegt Beekman.

Atrium De Zuidas is voor Rollecate bekend terrein. Het bedrijf uit Staphorst leverde eerder al de gevels voor het gebouw Viñoly Mahler 4. Dat gebouw betekende de opmaat voor de klus aan The Edge, vertelt Beekman. “Bij Viñoly werkten we samen met aannemer G&S Bouw. En die samenwerking zette zich voort bij The Edge.” The Edge heeft een duidelijke noord-zuidoriëntatie. De noordzijde, tegen de snelweg A10, valt op door het grote glasoppervlak en de overhellende wand. Hier wordt optimaal gebruikgemaakt van het intredende daglicht. Bij de drie andere zijden is gebruikgemaakt van vloerdragende betonwanden, die voorzien zijn van pv-panelen. Bij The Edge liggen de kantoorruimtes als het ware gevouwen rond een groot atrium. Dat atrium speelt een belangrijke rol in de klimaatregeling van het gebouw. De warme lucht uit de kantoorruimtes wordt via

Zonnepanelen op de zuidgevel van The Edge. Foto: HOMIJ Technische Installaties sleuven in de binnengevel naar het atrium geblazen, waarna deze ventilatielucht via het dak wordt afgevoerd. Door die ventilatielucht is het prettig vertoeven in het atrium. “Een atrium is vaak bedoeld als milde buitenruimte”, zegt Beekman, “maar hier functioneert het meer als binnenruimte. Dat is fantastisch.”

Rekenwerk Het enorme glazen dak boven het atrium loopt schuin af en dat leverde nogal wat hoofdbrekens op. Want hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat dat overhellende vlak voldoende

draagkracht heeft voor de gevelonderhoudsinstallatie? En dat eventuele versterkingen in de constructie niet ten koste gaan van het architectonische ontwerp? Beekman: “We hebben gekozen om zwaardere IPE-profielen te nemen. Eerst waren daar sierprofielen bedacht, maar nu fungeren ze als de rails voor de onderhoudswagen.” Dan was er nog de vraag hoe die IPE-profielen het best konden lopen. Voor de onderhoudswagen was een richting haaks op het glas ideaal, maar dat zou het ontwerp niet ten goede komen. “Na veel rekenwerk

konden we tegemoetkomen aan de wensen van de architect.” De kennis die Rollecate opdeed van het schuine dak kan het bedrijf opnieuw gebruiken bij de nieuwbouw van de Energy Academy Europe in Groningen.

Puzzel De zuidgevel zit heel anders in elkaar. Hier is beton het belangrijkste component. Om het predicaat ‘Outstanding’ te verdienen, en niet te blijven steken bij ‘Excellent’, werden de vloerdragende betonwanden voorzien van een dikke laag minerale wol, de profielen verhoogd en werden stroken PU-schuimrubber om kozijnen heen aangebracht. Op de wanddelen tussen de ramen in zijn pv-panelen geplaatst. Ook dit bleek een grote puzzel. Dat komt doordat de naar voren uitstekende ‘vinnen’ een schaduw werpen op de pv-panelen. “Die ‘vinnen’ hebben de functie om de zontoetredingsfactor (zta) omlaag te krijgen. Dat was nodig voor een goede BREEAM-score, maar was uiteraard niet gunstig voor de pv-opbrengst. Als oplossing hebben we ervoor gekozen om het bovenste rijtje in het pv-paneel los te knippen van de rest, omdat de zwakste schakel de totale opbrengst van het pv-paneel bepaalt.”

Esthetische wens

Het atrium speelt een belangrijke rol in de klimaatregeling van het gebouw. Foto: HOMIJ Technische Installaties

Maar natuurlijk is lang niet elke keuze die moet worden gemaakt een lastige afweging. Vaak genoeg blijkt de esthetische wens van de architect

ook nog eens de meest duurzame. Dat bleek bijvoorbeeld toen de vraag voorlag of de aluminium profielen moesten worden geanodiseerd (waarbij ze hun metaalachtige uiterlijk behouden) of gemoffeld (voorzien van een laklaag). “In dit project wilde de architect alles blank geanodiseerd hebben, en dat bleek ook nog eens beter gewaardeerd te worden in BREEAM. Dus dat paste perfect in elkaar.” De gevel als noodzakelijke voorwaarde voor een energiezuinig en gezond gebouw. Die gedachte zit er bij The Edge goed in. Maar dat is niet altijd zo geweest, weet Beekman. “Ja, de Oostenrijkse filosofie begint ook in Nederland goed post te vatten. En dat wil zeggen: eerste het maximale halen uit de gevel en pas dan kijken welke installatie je dan nog nodig hebt voor het binnenklimaat.”

Erik Beekman is hoofd verkoop bij Gevelspecialist Rollecate uit Staphorst, waar hij sinds 1990 werkt. Hij houdt zich vooral bezig met de grotere projecten bij Rollecate Metaal. Daaronder vallen staal, aluminium en ook composiet. Dat laatste materiaal werd bijvoorbeeld toegepast op het recent opgeleverde Hilton Hotel bij Schiphol.


Prymaxx BLUSSERS

Safe & Easy

BENT U AL KLAAR VOOR DE KEURINGVRIJE BRANDBLUSSERS MET 5 OF 10 JAAR GARANTIE?

Eindelijk een innovatie op brandblusser gebied die aan het keuren een eind maakt! Visueel inspecteren moet wel maar dat kunt u zelf door uw BHV’er laten doen tijdens één van de RI&E ronden. Hierdoor heeft u geen keuringskosten meer!

Kleine blusmiddelen worden gebruikt om een beginnende brand snel onder controle te krijgen. Door gebruik van moderne materialen heeft u slechts enkele minuten de tijd om te kunnen blussen, zodat mensen veilig kunnen vluchten en/ of u verdere schade kunt voorkomen. Snelheid is van het grootste belang. Hierop is het concept van Prymaxx “Safe&Easy” gebaseerd. Als bijkomstigheid blijkt dat naast meer veiligheid u dit ook veel kosten bespaart! Het is tijd voor de volgende stap in uw gebouw. Niet uitsluitend volhangen met 6 liter metalen blussers terwijl u maar 4 BHVérs hebt! En dan ook nog die jaarlijkse controle met de steeds wisselende hoge rekeningen! Met het Prymaxx concept Safe&Easy rekenen wij hiermee af. Heldere vaste kosten, veel meer veiligheid en indien er brand is wordt er in een eerder stadium geblust, waardoor er minder risico is op grote schade. WILT U OOK....... HOGERE VEILIGHEID tegen MINDER KOSTEN dan maken wij of één van onze (REOB) dealers graag vrijblijvend een afspraak zodat wij alle voordelen met u kunnen doorspreken. Voor informatie en adressen kunt kijken op prymaxx.eu, bel naar 0538881273 of stuur een mail naar info@prymaxx.eu Informeer ook naar (REOB) dealerschap! Wij nemen dan zo snel mogelijk contact op. www.prymaxx.eu

Lean&Duurzaam

vandenpol.com


Waterdichte duurzame dakoplossingen waarmee u het verschil kunt maken!

30 jaar geen omkijken naar het dak met Icopal Universal Voor elk dak heeft Icopal een oplossing voorhanden die mĂŠĂŠr dan waterdicht is. Dakbedekking die zijn gelijke niet kent op het gebied van milieuvriendelijkheid en duurzaam bouwen. Met Icopal Universal heeft u zeker 30 jaar geen omkijken naar het dak. Deze dakbedekking heeft de hoogste DuBo milieuscore en is ook ideaal voor groendaken en leefdaken. De lage levensduurkosten en waardestijging van het gebouw maken de investering meer dan waard. Duurzaamheid loont! Daarom onderbouwen we uw investering graag met een exploitatiebegroting. Wat houdt u nog tegen? Bel 050-5516333 of kijk op onze website.

www.icopal.nl


Air Excellent koppelt uw woning moeiteloos aan een gezond binnenklimaat! Rond en halfrond eenvoudig combineren Het Ubbink Air Excellent luchtverdeelsysteem is een modulair systeem, dat geschikt is voor alle mechanische ventilatiesystemen met of zonder warmteterugwinning. Iedere ventilatie-unit, ongeacht het merk, kan worden aangesloten op de verschillende systeemluchtverdeelkasten. Het Air Excellent systeem is uniek doordat ronde en halfronde kanalen moeiteloos gecombineerd kunnen worden. Voordelen: • Flexibel en modulair systeem • Ontwerpvrijheid combinatiemogelijkheden ronde en halfronde kanalen • Past op iedere ventilatie-unit, ongeacht het merk • Verlaging energieverbruik en geluidsniveau door lagere drukverliezen • Beperkte geluidsoverdracht, geluidsarm, geen kanaalaftakkingen • Beperkte inbouwhoogte door gebruik van halfrond kanaal

• Luchtdichte trekvaste aansluitingen door mechanische verbindingen • In te storten en vormvast • Snelle en eenvoudige inbedrijfstelling • Anti-statische en anti-bacteriële eigenschappen en eenvoudige reiniging • BIM gereed • Als eerste systeem TÜV SÜD gecertificeerd • Geschikt voor nieuwbouw en renovatie • Supporters blijven intact bij breedplaat

NIEUW Luchtverdeelkast

Halfrond kanaal

Rond kanaal

Koppelstuk rond/halfrond

Ubbink, dat werkt wel zo makkelijk! www.airexcellent.nl UBB Adv AirExcellent 266x398 Verw.indd 1

30-05-16 16:14


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

37

Installatiebedrijf levert duurzame energie Warmtewet

Product Installatiebedrijf Unica levert technische oplossingen voor energievraagstukken en voor het verduurzamen van gebouwen. Het bedrijf loopt voorop als het gaat om het toepassen van technische innovaties in duurzame installaties, zoals WKO-centrales.

Van woningcorporatie deltaWonen in Zwolle heeft Unica voor 1350 appartementen, die door 33 centrale ketelhuizen worden verwarmd, de rol van warmteleverancier overgenomen. Deze woningen vallen onder de Warmtewet. DeltaWonen blijft wel juridisch eigenaar van de installaties, maar Unica regelt het complete energiebeleid, zoals de energielevering en het beheer en onderhoud. Ook het bewonerscontact loopt direct via Unica. “Deze gezamenlijke aanpak levert betaalbare en duurzame energie op. Dat zet de corporatiewereld in beweging”, zegt De Lange.

/ Tosca Vissers

U

nica ontwerpt, realiseert en beheert duurzame energiesystemen in gebouwen, waarbij onder meer gebruik wordt gemaakt van restwarmte, zonne-energie, biomassa en warmte-koudeopslag. Daarnaast exploiteert Unica ook zelf energie voor een duurzame en goedkope energiehuishouding. “WKO is voor bedrijfsgebouwen bijvoorbeeld een belangrijke groene energiebron, die fors bijdraagt aan de energiereductie en daarmee aan de doelstellingen in het Energieakkoord”, zegt Laurens de Lange, commercieel directeur bij Unica. “Het doel om in 2050 alleen nog energieneutrale gebouwen te hebben, heeft wel forse opschaling van de toepassing van WKO nodig.” Het bedrijf heeft veertien vestigingen en opdrachtgevers in heel Nederland. De keuze voor een bepaald type energiesysteem, wordt onder meer bepaald door de energiebehoefte van de organisatie en van de energiebron in de buurt. “Dat maakt iedere energie-installatie

Voor 1350 appartementen van deltaWonen, die door 33 centrale ketelhuizen worden verwarmd, is Unica warmteleverancier. uniek”, zegt De Lange. “Wij bekijken welke duurzame energieoplossing haalbaar is en het beste aansluit op een bepaalde situatie en de doelstellingen van de opdrachtgever. We berekenen de complete exploitatie, met opbrengst, kosten en hoeveel CO2 wordt uitgestoten, bijvoorbeeld.” Unica hanteert bij voorkeur een integrale benadering en stelt de duurzame energiesystemen volledig af op de klimaatinstallatie in het gebouw. “Op deze manier kunnen niet alleen optimale prestaties worden geleverd met het meeste rendement, maar wordt ook comfort en gezondheid geborgd”, geeft De Lange aan.

Energieleverancier Bijzonder is dat dit installatiebedrijf ook oplossingen biedt voor de exploitatie en financiering van energiesystemen, waarmee gebouwen voortaan hun eigen energie kunnen opwekken. “Een apart onderdeel van ons bedrijf, Unica Ecopower, functioneert als energieleverancier van duurzame energie.” De Lange noemt de Universiteit van Amsterdam en de Rijksuniversiteit Groningen als voorbeeld van de tientallen WKO’s die Unica exploiteert in Nederland. “Warmte-koudeopslag omvat een complexe techniek van energie leveren, maar biedt voordelen voor het hele gebied waarop de

gebouwen staan”, legt De Lange uit. “Niet alleen kunnen aanzienlijke kosten worden bespaard op energie. Ook de CO2 -uitstoot wordt met 50 procent verminderd.” De warmte die een gebouw in de zomer over heeft, wordt in de grond opgeslagen en in de winter weer gebruikt. De koude uit de grond wordt in de zomer gebruikt om het gebouw te koelen. “WKO’s zijn lange-termijninvesteringen”, zegt De Lange. “Belangrijk is om van tevoren in te schatten hoeveel warmte en koude je nodig denkt te hebben.” Ook belangrijk is dat WKO’s goed worden beheerd, dat vraagt om kennis en kunde.

Laurens de Lange, commercieel directeur bij Unica.

Dakpannenbranche: volop in beweging product Vroeger hadden dakpannen maar één functie: het dak waterdicht afdekken. In de loop van de jaren werd het uiterlijk van de dakpan belangrijker en ontstond er keuze in kleur en modellen. En in de afgelopen vijftien jaar is daar de factor duurzaamheid bijgekomen. Nelskamp beweegt mee met al die eisen en wensen en heeft in de ruim negentig jaar dat het familiebedrijf bestaat een indrukwekkend assortiment opgebouwd. / Marion de Graaff

Energie opwekken Tegenwoordig worden daken steeds vaker gebruikt voor het opwekken van energie. “Maar zonnepanelen veranderen de uitstraling van een dak en dat kan niet iedereen waarderen”, weet Kock. “Daarom ontwikkelen wij modules die energie (zowel elektriciteit als warmte) opwekken en die tegelijkertijd perfect matchen met de dakpannen. Bovendien zijn ze zo te monteren dat de waterdichtheid gegarandeerd blijft, maar dat spreekt vanzelf. Er zijn zelfs pannen die zorgen voor verwarming, terwijl die op het dak helemaal niet meer zichtbaar zijn. Al met al kun je wel zeggen dat onze branche volop in beweging is!”

H

arold Kock, verkoopleider bij Nelskamp en verantwoordelijk voor de Nederlandse markt, vertelt: “De basisfunctie van de dakpan staat bij Nelskamp natuurlijk op de eerste plaats. Maar daar houdt het voor ons niet op. We kijken veel verder dan functionaliteit en het esthetische aspect. We zijn op meerdere manieren met duurzaamheid en energie bezig. Zo produceren we veel bewuster dan vroeger, wordt uitval en afval direct door middel van een eigen puinbreekinstallatie teruggevoerd in het proces en stimuleren we circulaire economie bij renovatie van daken. En door bijvoorbeeld lichtere pannen te maken (zoals de nieuwe Sigma model Light red.), zijn er minder vrachtwagens nodig om ze te vervoeren, wat een enorme CO2 -reductie oplevert. Een speer-

De dakpan is zijn basisfunctie, het waterdicht afdekken, allang ontgroeid. Ook duurzaamheid speelt inmiddels een belangrijke rol. punt is ook het verlengen van de levensduur van een dakpan. Een betonpan was vroeger zo’n vijftig jaar functioneel en is nu op vijfenzeventig jaar ingeschaald, terwijl keramische dakpannen wel honderd jaar meegaan. Dat is duurzaam, letterlijk in jaren. Kortom, we blijven innoveren en optimaliseren met betrekking tot de functionaliteit, esthetica en energetische mogelijkheden.”

Lucht reinigen Als het nou gaat over innovatie, dan is de ClimaLife dakpan van Nelskamp een prachtig voorbeeld. Kock: “Dit is een luchtreinigende dakpan. Door titaniumdioxide aan zowel de mortel als de coating toe te voegen, ontstaat een dakpan die stikstofoxide kan zuiveren en omzet in niet schadelijke stoffen. Het proces vindt plaats door fotokatalyse en dat resulteert in de luchtzuiverende

ClimaLife beton dakpan. Als je weet dat een dakoppervlak van 200 vierkante meter jaarlijks de uitstoot van 17.000 gereden autokilometers kan neutraliseren, dan is het een hele mooie oplossing voor het klimaatprobleem. Zeker in stedelijke gebieden met veel verkeer en industrie waar de nood het hoogst is. Verwonderlijk dat de grote gemeentes daar niet vaker om vragen.”

De SolarPowerPack is niet zichtbaar op het dak.

Zonmodules geintegreerd in het dakvlak.


www.winled.nl

Ontdek het belang van goed licht Maak kennis met de ledverlichting van WinLed WinLed ontwikkelt en produceert innovatieve led armaturen voor toepassing in bedrijfsmatige omgevingen, zoals kantoren, fabriekshallen, opslagruimtes en buitenterreinen. Fraaie ledverlichtingsarmaturen van Nederlands fabricaat met een goede prijs/kwaliteitsverhouding.

Industrieweg 8 7102 DZ Winterswijk Postbus 268 7100 AG Winterswijk Tel. 088-4404420 info@winled.nl www.winled.nl

ZinCo bergt water op het dak! ZinCo is wereldwijd marktleider op het gebied van daktuinen en parkeerdaken. Of het nu gaat om sedumdaken, intensieve daktuinen of parkeerdaken: de hoogwaardige en innovatieve duurzame daktuinsystemen van ZinCo maken meervoudig ruimtegebruik op daken mogelijk. Zelfs onder een 10-jarige verzekerde garantie. Wij adviseren u graag over de mogelijkheden. ZinCo Benelux b.v. - Postbus 9092 - 1006 AB Amsterdam - Tel. 020 667 48 52 - daktuin@zinco.nl - www.zinco.nl


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

39

Effectieve vloerverwarming met thermoskussens REPORTAGE “Vloerverwarming wordt gezien als een energiezuinige vorm van verwarmen, maar dat is meestal niet het geval”, zegt directeur Ton Willemsen van Tonzon in Enschede. “Zowel constructeurs als bouwers onderschatten de invloed van de beganegrondvloer op energiegebruik en wooncomfort.” / Kees de Vries

D

e warmtevraag in woningen komt voornamelijk vanaf de benedenverdieping. Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met de warmte die via de vloer en de kruipruimte de woning verlaat. Daardoor wordt op de benedenverdieping eerst veel energie verbruikt voor het verwarmen van

het koude vloeroppervlak, voordat de verblijfsruimte aangenaam aanvoelt. Ook bij vloerverwarming.

Energieakkoord Ton Willemsen, directeur en oprichter van isolatiespecialist Tonzon in Enschede, legt uit: “Het belang van vloerisolatie is eigenlijk altijd gebagatelliseerd. Vloerverwarming op de begane grond zonder isolatie is in feite een hele ineffectieve en energietechnisch dure manier om een woning te verwarmen. Zouden alle kruipruimtes van Nederland met ons systeem worden geïsoleerd, dan evenaren we daarmee de totale besparingsdoelstelling van het Energieakkoord." Tonzon levert een eigen ontwikkeld isolatiesysteem voor wanden, daken, maar ook voor vloeren op basis van een dunne maar zeer sterke kunststoffolie met een speciale

oppervlaktebehandeling. Deze folie wordt verwerkt tot Thermoskussens en Thermossheets die in de kruipruimte een isolerende laag vormen van circa 15 centimeter. De kussens voorkomen dat er uitwisseling van warmte is tussen de onderkant van de vloer en de koude kruipruimte en funderingsmuren. Foto's van warmtecamera’s na installatie tonen dat ook aan. Bodemvocht wordt daarnaast afgesloten met een speciale dampdichte bodemfolie.

Tweeledig Het Tonzonsysteem werkt zo tweeledig: het stopt de voortdurende verdamping van vocht uit de kruipruimtebodem en het isoleert de vloer. Beperkingen in de toepassing zijn er volgens de directeur niet. Willemsen: “Ons vloerisolatiesysteem kan worden toegepast bij

Tonzon ondersteunt de duurzame productie van isolatiemateriaal onder andere met 140 zonnepanelen met een totale capaciteit van 21.420 KW/h per jaar. De Tonzonproducten hebben Dubo Keur. alle soorten vloeren, in bestaande woningen en in nieuwbouw. Ook als er onder de vloer een koude garage of kelder zit, heeft Tonzon een oplossing die geen ruimte inneemt.

Bovendien is bij vloeren die al met andere isolatiematerialen zijn geïsoleerd, ons systeem additioneel aan te brengen voor betere resultaten. En op verzoek van de woninggebruiker gebeurt dat vaak.”

Installateurs Voor de installatie beschikt Tonzon over een landelijk netwerk van vertrouwde installateurs. Omdat er wordt gewerkt met een opvouwbare folie en niet met bijvoorbeeld zware matten, is montage eenvoudig. Willemsen: “De benodigde installatieruimte is beperkt: iemand die onder de kruipruimte past, kan afhankelijk van de ondergrond de Thermoskussens bevestigen met nietjes, lijm of speciale pluggen.”

Vloerverwarming is pas effectief met Tonzon Thermoskussens.

editie 2016, verschijnt op 15 november tijdens het Cobouw50 Event, als bijlage en online op 16 november

0

5 Veel advertentiemogelijkheden!

Winnaar Cobouw Award Toplijsten installatiebedrijven en ingenieursbureaus

THEMA

jong De jaarlijkse bouwanalyse De Top 50 grootste bouwers Redactioneel thema: JONG!

Voor meer informatie: Jetvertising Rob Koppenol 070-3 99 00 00 rob@jetvertising.nl


“Nieuwbouw Sensata krijgt wereldprimeur duurzaam beton� duurzaambedrijfsleven.nl De CO2-arme kanaalplaatvloer van VBI, geproduceerd met geopolymeren.

Toekomstvast rendement ontstaat door toekomstvast gebruik. VBI bouwt daarom mee aan duurzame, flexibele en comfortabele woon- en werkomgevingen die steeds aan te passen zijn aan de wensen van de eindgebruiker. Flexibel comfort noemen we dat. Meer weten? Bel +31 (0)26 379 79 79 of volg ons via @flexibelcomfort

www.vbi.nl


DU U RZAAMHEI D & ENERGI E

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

41

VERDIEPING Meer weten over Duurzaamheid & Energie? BIM Media heeft diverse uitgaven in print en online en evenementen die hier nader op ingaan.

Meer Duurzaamheid & Energie www.gawalo.nl

VAKBLAD VOOR DE ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR

duurzaamheidsoorlog

www.installatiejournaal.nl

Vereniging Eigen Huis & pv-installaties p. 16 Kunststof vezel basis van datanetwerk p. 23 “Realistisch kostenplaatje van gebouwinstallaties” p. 24 Zonnepanelen worden steeds veelzijdiger p. 28 “Omschakeling naar gelijkstroom zou heel goed kunnen” p. 32

MARKT Veiligheid pv-installateurs

duurzaamheidsoorlog over geld, machtspolitiek en idealen Thomas van Belzen

N°05 Jaargang 34 Mei 2016

p. 30

MARKT Vloerverwarming p. 20

TRENDKATERN Installatiemateriaal p. 38

REgElgEviNg Internet in woningen p. 18

Kennisbank Duurzame Energie Antwoorden, oplossingen, tools Kennisbank Duurzame Energie helpt u uw werkzaamheden volgens de regels, veilig, sneller, tegen lagere kosten en met een hogere kwaliteit uit te voeren. Het levert u duurzamere installaties en meer tevreden klanten op. kennisbankduurzameenergie.nl Hoofdredactie: Prof. dr. ir. J.F.G. Cobben Prijs abonnement*: € 270,00 per jaar

Installatie Journaal Installatie Journaal is het meest gelezen vakblad in de e-sector. Het biedt een inspirerend zicht op trends en ontwikkelingen in de elektrotechnische installatiebranche. Nieuwe installatietechnieken, normen en producten worden belicht vanuit een technisch en praktisch oogpunt. Prijs abonnement* € 205,00 per jaar

De Architect juni 2016 - thema Circulair bouwen

Duurzaamheidsoorlog - Over geld, machtspolitiek en idealen

Na ‘People Planet Profit’, ‘Cradle-to-Cradle’ en ‘nul op de meter’ is het nieuwe mantra voor de duurzame bouwsector ‘circulair bouwen’. Daarbij moeten ontwerpers werken met duurzame materialen en tegelijkertijd oog hebben voor de erfenis van recyclebare producten voor toekomstige generaties. De technische en biologische cirkels worden zo gesloten. Bestelcode: ARC20160006 / Prijs* € 19,95

Duurzaamheidsoorlog beschrijft de voortdurende confrontaties in de bouw tussen gevestigde belangen en milieuambities. Al sinds 1989 probeert de overheid tevergeefs eisen te stellen aan duurzaam materiaalgebruik. Op dit moment lijkt duurzaam bouwen vooral duurder bouwen en is er miljoenen vierkante meter aan leegstand. Thomas van Belzen ISBN: 9789462450813/ Prijs*: € 23,54

Ecobouw Dinsdag 13 september 2016 | Zuiderstrandtheater Den Haag

* Prijzen zijn exclusief btw

Het platform voor duurzaam bouwen, waar innovaties en oplossingen samenkomen en de discussie niet wordt geschuwd: dat is Ecobouw! Ook deze editie van Ecobouw biedt inspiratie en informatie: met bevlogen sprekers en kijkjes in de ‘groene’ keuken van gevestigde bedrijven en startups. Voor bouwprofessionals die zich realiseren dat duurzaam bouwen een blijvende rol in hun dagelijkse praktijk speelt biedt Ecobouw alle ingrediënten voor een kennisintensieve dag met bijzondere ontmoetingen. Juist omdat Ecobouw zich op een bouwbreed publiek richt – en er voor alle partijen informatie en inspiratie is te halen – draagt het evenement bij aan de integrale discussie over duurzaam bouwen en ontstaan nieuwe samenwerkingsverbanden. www.ecobouw.net

Vastgoed Exploitatiewijzer Uw gids voor vastgoed taxaties en exploitatielasten

Ga voor meer informatie en uw bestelling naar vastgoedmarkt.nl/exploitatiewijzer

Al onze uitgaven zijn te bestellen via de BIM Media webshop: www.bimmedia.nl

2016

Ontdek onze slimme oplossingen voor efficiënte verwarming, koeling en ventilatie.

www.thermaflex.com

nederland@thermaflex.com tel. 0416 567 777


42

d uurz a a m h e i d & e n e rg ie

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016


Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

du u rzaamhei d & energi e

43

Leven van de Zon REPORTAGE Op een terrein van 10 hectare, onder de rook van het vliegveld van Ameland, zijn ruim 23.000 zonnepanelen geplaatst. Daarmee is dit nieuwe zonnepark de grootste van Nederland / Ad Tissink, foto's: Eneco


VERTEL UW VERHAAL Bouwen is netwerken. Daar weet u als ondernemer alles van. Hoe bereikt u die ene grote klant? Die woningcorporatie of gemeente waar een aanbesteding in de lucht hangt? Voor dit nieuws is de Cobouw site volledig vernieuwd. We zijn hierdoor actueler dan ooit. Maar ook met verdiepende kennisartikelen. Wat u de kans biedt om uw unieke verhaal te vertellen. En zo uw bedrijf onder de aandacht te brengen bij uw prospects. Met een artikel, een white paper, een video of een blog? Het kan allemaal. Zo levert communicatie via Cobouw.nl u direct leads op. Meer weten? Neem dan contact met ons op via Angela Pasutto, a.pasutto@bimmedia.nl of via 070 - 304 69 11.


du u rzaamhei d & energi e

Cobouw Special Woensdag 22 juni 2016

R

uim zestien voetbalvelden beslaat het nieuwe zonnepark op Ameland. Het is daarmee voorlopig het grootste van Nederland. De dik 23.000 panelen leveren ook nog eens meer stroom dan gedacht.

lager. “Het rendement van zonnepanelen is de afgelopen jaren namelijk sterk verbeterd. Het jaar 2002 waarin de Floriade plaatsvond, was natuurlijk zo’n beetje de photovoltaïsche steentijd.”

Het zonnepark staat in de boeken voor 5,6 Gigawattuur (GWh) op jaarbasis. Maar in de eerste maanden dat het volledig operationeel is, leverde het Ameland al 3 GWh op. Meer dan de helft. En dan moeten de zomermaanden met de meeste zonuren nog komen. “Dat belooft wat”, glundert Fred van Rooyen van Eneco. Hij rekent erop dat het park, dat op 23 juni officieel in gebruik wordt genomen, de verwachtingen ruimschoots gaat overtreffen. “We brengen de doelstelling van Ameland om in 2020 in haar eigen energie te kunnen voorzien in elk geval een stuk dichterbij.”

De Amelandse panelen zijn afkomstig van het Noorse REC. Dat was de keuze van SolarCentury, de Engelse bouwer die voor 6 miljoen euro de Europese aanbesteding won. De panelen komen uit de fabriek in Singapore van REC. De omvormers komen uit een Italiaanse fabriek van het Zwitserse ABB en het verzinkte staal voor de draagconstructie kwam uit België. Zo kwamen uit alle hoeken van de wereld de onderdelen naar het Waddeneiland. Ruim veertig vrachtwagens vol. Toen alles eenmaal ter plekke was, ging het volgens Van Rooyen razendsnel. Een efficiënte bouwtrein trok over het verloren hoekje van het plaatselijke vliegveld dat voor het park werd opgeofferd. Eerst werden de stalen profielen de grond in getrild. Daar werden stalen draagbalken op gebouwd waar op hun beurt de zonnepanelen op zijn bevestigd. Daarna werd alles aangesloten met kabels en doorgelust naar de omvormers. “Eigenlijk was het in een vloek en een zucht gebeurd”, blikt Van Rooyen terug. Op het hoogtepunt had SolarCentury zo’n 25 monteurs op het eiland rondlopen. In drie maanden tijd stond alles op zijn plek. Het testen en inregelen nam nog een paar maanden in beslag waarna in april de officiële overdracht plaatsvond. Hoe lang het park de nationale koploper blijft, durft Van Rooyen niet te zeggen. Er bestaan in Nederland volop plannen voor grotere parken. De meest concrete zijn die bij Geldermalsen en Delfzijl.

Rendement Van Rooyen legt zich binnen Eneco toe op de ontwikkeling van zonneparken. Hij weet als geen ander dat Nederland op dit terrein bepaald niet vooroploopt. “Duitsland, Frankrijk, Spanje en België – overal om ons heen doen ze het stukken beter. Met dit park halen we in deze landen nog niet eens de top vijf. Zelf ontwikkelden we als Eneco in Engeland twee jaar terug al een park dat bijna twee keer zo groot is. Maar in Nederland is Ameland met 23.025 panelen voorlopig koploper.” Teken aan de wand is volgens Van Rooyen dat het park de koppositie overneemt van een park dat alweer veertien jaar oud is: dat van de Floriade in Hoofddorp. Daar liggen op een grote evenementenhal ruim 19.383 zonnepanelen. Amper eenvijfde minder dan in Ameland, maar het vermogen is met 2,3 megawattpiek zo’n 60 procent

45

Veertig vrachtwagens

De opbouw van het park is razensnel gegaan. De eerste is met 39.000 panelen een flinke slag groter, maar dat bij Delfzijl overklast Ameland volledig. Met maar liefst 123.000 panelen is het wel vijf keer zo groot.

Businesscase De initiatiefnemers beschikken al over alle vergunningen en ook de SDE-subsidies zijn toegekend. Hogere zelfs dan de 13 cent per kilowattuur die de partners in het Amelandse park in de wacht sleepten. Tegelijkertijd zeggen ze al meer dan een jaar dat ze elk moment kunnen beginnen, maar gebeurt er nog altijd niets. Dat geeft volgens Van Rooyen wel aan dat de businesscase voor zo’n zonnepark niet zo simpel is. “Wij kregen van het Waddenfonds en de provincie een flinke investeringssubsidie die bijna de helft dekt van de stichtingskosten. Maar wij moesten bijvoorbeeld een dure 7 kilometer lange stroomkabel aanleggen naar het verdeelstation, waar de vastewalverbinding aan land komt. En we hebben het park ook landschappelijk ingepast door het opwerpen van een kunstmatig duin en de aanleg van een klein plas-drasgebied als natuurcompensatie.” Het feit dat de andere parken nog

Toen al het materiaal was gearriveerd, trok een efficiënte bouwtrein over het Waddeneiland.

niet zijn gestart met bouwen, kan volgens Van Rooyen met dit soort randvoorwaarden te maken hebben. “Voor particulieren is het met de salderingsregeling een lonende bezigheid. Voor bedrijven ligt de businesscase toch een stuk complexer.”

Vakantieperiodes Toch voldoet Ameland met het zonnepark nog niet aan haar doelstelling om in 2020 energieneutraal te zijn. De 1500 huishoudens op het eiland zijn er royaal mee gedekt, maar met alle toeristen die het eiland in de vakantieperiodes overspoelen, is er vijf keer zoveel stroom nodig. Aan windmolens willen de eilanders niet, uit vrees dat door de horizonvervuiling de toeristen wegblijven. Dus wordt er gezocht naar andere mogelijkheden. De NAM heeft nog wat oude putten van proefboringen waarbij heet water boven kwam, en er loopt een studie naar de mogelijkheden van geothermie. De streefdatum om in 2020 als eiland geheel energieneutraal te zijn is behoorlijk ambitieus en zal wel wat worden overschreden, vermoedt Van Rooyen. “Maar met het park wordt absoluut een stevige stap gezet.”

Projectgegevens 23.025 zonnepanelen Oppervlakte: 10 hectare Vermogen: 6 megawatt piek Opdrachtgevers: Gemeente Ameland, Amelander Energie Cooperatie, Eneco Totale projectkosten: 7,5 miljoen euro Aanneemsom Solarcentury: 6 miljoen 7 kilometer lange invoedkabel: 750.000 euro Investeringssubsidie: 3 miljoen euro (Waddenfonds & provincie) Productiesubsidie (SDE): 13 ct/kwh (11 jaar lang)

Dit artikel is eerder verschenen in Cobouw, weekblad voor de bouw nr. 14, d.d. 15 juni 2016.


Logis kranen De logische keuze voor ieder project.

De nieuwe Hansgrohe kranenserie Logis biedt optimaal gebruikscomfort dankzij de volgende voordelen: • EcoSmart water besparen: 5 l/min met behoud van comfort • CoolStart energie besparen: greep in middenpositie geeft koud water. Per huishouden jaarlijks een besparing mogelijk van meer dan € 100 op energiekosten. • QuickClean anti-kalk functie: eenvoudig schoonmaken en lange levensduur • 2-greeps: metalen grepen met keramische bovendelen en gegoten uitloop voor een lange levensduur en lage total cost of ownership • Aantrekkelijk geprijsd vanaf € 75,00 excl. BTW Logis 2-greeps

Logis CoolStart

Meer informatie vindt u op pro.hansgrohe.nl/logis

Advertentie_Logis_Tweegreeps_266x190_Cobouw.indd 1

26-05-16 21:34

Uit iets negatiefs ontstaat iets positiefs. 84% van de energie die gebruikt wordt bij de productie van onze tapijttegels is afkomstig van duurzame bronnen, waardoor we tapijt meer verantwoord produceren. Ons plan voor 2020 is 90% duurzame energie te gebruiken. We werken namelijk niet alleen aan mooiere producten, maar ook aan een mooiere wereld. Oefen net als wij een positieve invloed uit via interface.com.

Neg to Pos_NL_ 130 x 190.indd 1

03/06/2016 08:30:36


Indak PV tegen opdak prijzen


Duurzaam verwarmen, koelen en warm water

HOGE SUBSIDIES!

Nefit EnviLine warmtepompen Verwarmen met energie uit de buitenlucht en fors besparen op uw energierekening! Nefit. Zo easy kan het zijn.

All-electric of combinatie met cv-ketel Geen grondbron nodig Geen aparte airco nodig Compleet duurzaam met Nefit zonne-energie

nefit.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.