Cobouw Special Circulair Bouwen

Page 1

161ste jaargang, donderdag 26 oktober 2017

4 Paviljoen Circl

10 Reportage

23 Interview

Paviljoen Circl is de fysieke vertaling van de strategie van ABN AMRO: laten zien wat er kan op het gebied van circulair en enerziezuinig bouwen

Het Hof van Cartesius in Utrecht is grotendeels gebouwd met hergebruikte materialen. Zowel de afbouw als de constructieve delen hebben een eerder leven gehad.

Het elimineren van afval door (bouw-) materialen een identiteit te geven, Dat is het doel van Madaster, een kadaster van bouwmaterialen, in een notendop.

Circulair Bouwen


Al meer dan 40 jaar de meest duurzame en energiezuinige lijnverlichting van Europa

De wereld van LED verlichting verandert supersnel. En Veko blijft niet stilstaan. Graag introduceren wij onze nieuwe generatie, extreem energiezuinige LED armaturen geschikt voor nieuwbouw en renovatie. Na een aantal slimme innovaties in onze productlijn bieden we nu een ongekend lumenbereik en een uitstekende armatuurefďŹ ciĂŤntie. Bovendien heeft Veko mĂŠĂŠr lichtkeuze dan ooit. Kiest u ook voor de energiezuinigste oplossing?

De vele voordelen van de nieuwe LED armaturen • Uitstekend voor integratie met parking guide systems • ArmatuurefďŹ ciĂŤntie tot 187 lm/W • EfďŹ ciĂŤntere lichtverdeling • Energiezuinigste in de markt • Tot 19.500 lumen (lineair) • Perfect voor onze lichtmanagementsystemen • Uitvoeringen in verschillende lengtes • Slagvast en waterdicht • Langere levensduur • Garantie tot 10 jaar

Solid Solutions. Smart Lighting. WWW.VEKO.COM

EXCLUSIEF VOOR ABONNEES NO TIFICATIES BIJ BELANGRIJK NIEUWS GEMAKKELIJK NIEUWS EN BOUWBERICHTEN DELEN

ALTIJD HE T LAATSTE NIEUWS BIJ DE HAND 1X DOWNLOADEN, ALTIJD INGELOGD

Altijd het laatste bouwnieuws bij de hand Download nu de nieuwe Cobouw-app, exclusief voor abonnees & Ćž # ! " # % Ćœ #

Ćž $ #

Download de app in de appstore of ga naar www.cobouw.nl/app

444Ç˝ , ,24Ç˝+)


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

3

VOORAF

Wees circulair!

D

e doelstellingen zijn helder. In 2050 moeten we circulair bouwen. Volgens sommigen kunnen we helemaal niet zo lang wachten. Laatst liep ik door het nieuwe Circl paviljoen van ABN AMRO op de Zuidas, gebouwd door BAM. Dat is leuk, een gebouw vol slimmigheidjes en gimmicks. Van die spijkerbroeken van de bankmedewerkers die verwerkt zijn tot isolatiemateriaal heeft u vast al gehoord. Op de wanden zit een soort vilt, gemaakt van afgedankte bedrijfskleding van de medewerkers. Hier en daar zie je nog een flintertje roze en groen van de sjaals van de baliemedewerksters. Het Circl paviljoen bruist en is hip met kaal beton en hergebruikte kozijnen uit de Philipskantoren. Met een lift die geleased is en per ritje moet worden betaald. En vergaderzalen met oud meubilair van de bank uit de opslag. Het is een mooi icoon van het nieuwe bouwen. Met ook hier en daar een scherp kantje. Wat te denken van de timmerrobot die in razend tempo een golvend houten afscheiding maakte, waarbij handenarbeid verbleekt in precisie en snelheid. Bij Circl moest men improviseren, anticiperen en nieuwe dingen uitvinden. Dat maakt het bouwen ook mooier. Ik zou zeggen: omarm dat circulaire bouwen. Er is gewoon geen alternatief. Theo van Vugt Hoofdredacteur Cobouw

4 Ambitieus paviljoen is begin van nieuw tijdperk / Caroline Kruit 6 Circulariteit gaat veel verder dan hergebruik / Nanda van Dijk 7 Circulair ontwerpen vraagt om een andere mentaliteit / Caroline Kruit 8 Circulair ondernemen vergt nieuwe businessmodellen / Pieter de Mos 9 Materialenpaspoort maakt hergebruik overzichtelijk / Edo Beerda 10 De moeilijke zoektocht naar betonnen donorskeletten / Tijdo van der Zee 12 Circulair ‘Living Lab’ 14 Groen is de trend, gezond werken is onderscheidend 15 Cirkelstad wil nu doorpakken / Peter de Lange 16 Circulaire garage als inspiratiebron / Jeroen Kreule 19 Hout als circulair constructiemateriaal / Tijdo van der Zee 20 De weg naar een circulaire bouweconomie / Justin Erkens 22 Verdieping 23 Madaster geeft bouwmaterialen identiteit / Jeroen Kreule

theovanvugt@vakmedianet.nl

Deze Cobouw Special wordt ook verstuurd naar de abonnees van Vastgoedmarkt en de Architect.

OMSLAG

De inhoud van deze special bevat gesponsorde onderdelen. Klantenservice (088) 584 08 88 Redactie (088) 584 08 00 Postbus 448, 2400 AK Alphen aan den Rijn Internet www.cobouw.nl E-mail specials@vakmedianet.nl Hoofdredacteur Theo van Vugt Uitgeefdirecteur Joop Uitendaal Eindredactie en coördinatie Nienke Abma, Nanda van Dijk, Patty van der Sar en Ingrid de Zwart-Schaap Medewerkers Edo Beerda, Nanda van Dijk, Jeroen Kreule, Caroline Kruit, Peter de Lange, Tijdo van der Zee Vormgeving colorscan, www.colorscan.nl Basis ontwerp Menno van der Veen Abonnementen wijzigingen, klachten bezorging en opgave nieuwe abonnees: klantenservice@vakmedianet.nl, tel.: 088-584 08 88. Jaarabonnement binnenland € 775,- (excl. btw).

© Vakmedianet 2017 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Op iedere inzending van een bijdrage of informatie zijn de standaardpublicatievoorwaarden van Vakmedianet van toepassing. Deze zijn te vinden op www.vakmedianet.nl.

Het paviljoen Circl is een mooie toevoeging aan het hoofdkantoor van ABN AMRO op de Zuidas. Architekten Cie. ontwierp het gebouw over drie bouwlagen. Met een ondergrondse bouwlaag voor de vergaderruimten en een tweelaags horeca-

paviljoen op het maaiveld, is dit gebouw een voorbeeld van hoe bouwen ook kan: circulair, op alle elementen herbruikbaar en met een minimum aan (rest)afval. Zie ook pagina 4 t/m 9. Foto: Ossip van Duivenbode


4

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

PAVILJOEN CIRCL

Ambitieus paviljoen is begin van nieuw tijdperk Circl draait heel goed. In de weken na oplevering van het gebouw in september, is de door ABN AMRO gewenste dynamiek direct al aanwezig. Het is symposium na congres, netwerkbijeenkomst na workshop, gala na prijsuitreiking in het paviljoen op het Mahlerplein. Bezoekers vergapen zich aan de circulaire tuin, het prachtige hout van constructie en vloeren, aan het vele groen en de ludieke en leerzame oplossingen waaruit blijkt dat materialen en producten zijn hergebruikt. Het paviljoen Circl is de fysieke vertaling van de strategie van ABN AMRO: laten zien wat er kan op het gebied van circulair en energiezuinig bouwen en de kennis daarover delen met je klanten en relaties. “Circl is nog maar het begin”, stellen Petran van Heel en Rudolf Scholtens van ABN AMRO. “Onze ambitie gaat nog veel verder”. DOOR CAROLINE KRUIT

“H

et paviljoen heeft bekendheid en draagvlak gebracht – zowel intern als extern”, stelt Petran van Heel, sector banker Bouw. Het paviljoen kent voor hem weinig geheimen: hij is vanaf het begin bij de ontwikkeling betrokken geweest. Hetzelfde geldt voor Rudolf Scholtens, projectmanager Real Estate projecten, die nog meer weet over de afwegingen voor de keuzes voor alle materialen en producten.

“Veel keuzes zijn in het ontwerpteam gemaakt op basis van criteria van circulariteit en energieprestatie”, vertelt Scholtens. “Maar soms is het ook belangrijk gebleken om met bepaalde keuzes een maatschappelijke winst te behalen. Zo was de actie om duizenden oude spijkerbroeken in te zamelen voor het akoestische isolatiemateriaal, heel belangrijk om aan onze collega’s te laten zien waar we mee bezig waren. Van spijkerbroek naar isolatiemateriaal: je zou het downcycling kunnen noemen. In dit geval heeft het ons veel draagvlak opgeleverd. Dat is in deze fase van de circulaire economie minstens zo belangrijk.”

Geïnformeerde gesprekspartner Van vergaderpaviljoen naar een circulair ‘Living Lab’: opdrachtgever ABN AMRO heeft ervoor gekozen om de ontwikkeling van het paviljoen in te zetten als onderdeel van de corporate strategie. Van Heel: “De circulaire economie staat heel hoog op de agenda. Dat vertaalt zich in nieuwe verdienmodellen, het overdragen van inhoudelijke kennis aan onze klanten en relaties en vooral een goed geïnformeerde gesprekspartner willen zijn voor mensen en bedrijven die een circulaire ambitie hebben.” ABN AMRO heeft – geldend voor alle sectoren – drie duidelijke ambities gesteld voor de komende periode. “We willen minimaal 100 circulaire deals sluiten, 1 miljoen ton CO2-reductie bereiken en 1 miljard euro investeren in bedrijfsmiddelen die bijdragen aan de circulaire economie”, vertelt Van Heel. “De ene ambitie draagt bij aan de andere. Als we het goed doen, zijn alledrie haalbaar.” Voor de bouw ligt er ook een duidelijk doel op het gebied van energieneutraliteit. “Voor ons is dat Missie 2030. Voor dat jaar moeten alle gebouwen die we hebben en financieren naar energielabel A . Dus ook alle hypotheken. Wat ons betreft kan dat niet snel genoeg gaan. De technieken zijn er, onze bereidheid om te ondersteunen met financiering ook”, stelt de bankier.

Vastgoed als service Ook voor het eigen vastgoed – anders dan het paviljoen – kijkt ABN AMRO streng naar de energieprestatie en functionaliteit. “Ook onze ‘bankwinkels’ worden

De grote, gelamineerd houten liggers zijn iets overgedimensioneerd met het oog op hergebruik. Ze bepalen met hun ritme de sfeer van de ruimte. Foto: Ossip van Duivenbode


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

5

nu door een circulaire bril bekeken”, stelt Scholtens. “Voor alle winkels in Nederland kijken we of processen en aanpassingen eenvoudiger kunnen, of anders zodat we minder aanspraak maken op grondstoffen en energie. Al die winkels zijn ooit ingericht volgens een huisstijl. Nu komen we dus voor de vraag of die huisstijl op alle fronten moet worden gehandhaafd, of dat we – lokaal – concessies kunnen doen voor een beter resultaat.” Vastgoed is geen vast gegeven meer, zo stellen beide heren. “Vastgoed wordt steeds meer een ‘service’: een plek waar alle randvoorwaarden voor gezond en veilig werken aanwezig moeten zijn. Daarbij komen factoren als continuïteit en flexibiliteit: als vastgoedeigenaar moet je meer gericht zijn op de wensen van de klant, je gebruikers of huurders. Als bouwer moet je meedenken over de fase van exploitatie – en de fase daarna. Wij moeten als investeerder in of financier van dat vastgoed ook die houding hebben, om mee te kunnen denken met onze klanten”, stelt Van Heel.

Continu innoveren De officiële opening van Circl mag dan in september jongstleden zijn geweest, het gebouw is niet ‘af’ of ‘klaar’. “De grenzen van oplevering en overdracht zijn niet meer zo star. Dat is eigenlijk ouderwets. Een gebouw is nooit af, het is een ‘Living Lab’”, zo stelt Van Heel. Scholtens vult aan: “We zijn bij Circl ook alweer bezig met de volgende experimenten. Zo is er een experimenteel gevelpaneel geplaatst, met een nieuwe techniek om zonne-energie op te wekken door middel van lenzen in het glas. Daar krijgen we nu de eerste meetresultaten van. Een volgende stap is het experimenteren met een systeem dat zonnepanelen en zonwering integreert.” Andere – eerder gemaakte – keuzes zorgen vrijwel dagelijks voor nieuwe vraagstukken. “We hebben gekozen voor gelijkspanning in het hele gebouw, zodat we de door zonnepanelen opgewekte energie niet om hoeven te zetten. Daarop moet je apparaten aanpassen, zoals presentatieschermen, koffiemachines. Nergens in het gebouw wilden we wisselspanning, maar voor de keuken van het restaurant bleek dat vooralsnog niet haalbaar. Dat moet dus nog, maar ook op andere fronten is de keuken een living lab: daar wordt onder andere gewerkt aan het bereiden van gerechten op minder vermogen”, aldus Scholtens.

Samenwerking zoeken De bank zoekt actief samenwerking met partijen die de circulaire gedachte centraal stellen. Zo is er een

Voor de trap is gebruik gemaakt van o.a. oude kinderkopjes uit het Belgische Knokke. Foto: Ossip van Duivenbode

Bij Circl voegde juist de vroege betrokkenheid van de toeleveranciers en onderaannemers veel kennis toe overeenkomst met het onlangs opgerichte Madaster, de materialendatabank. “We zitten toch in een klimaatcrisis met zijn allen, die moeten we samen oplossen. In de economische crisis was het ‘ieder voor zich’, maar dit is compleet anders”, stelt Van Heel. “Wij zien onze deelname aan projecten en initiatieven als een vorm van versterking, door elkaar met kennis en middelen te ondersteunen in de processen en veranderingen die ons staan te wachten.”

Het paviljoen heeft bekendheid en draagvlak gebracht, zowel intern als extern. Foto: Ossip van Duivenbode

De circulaire economie is een maatschappijbrede ontwikkeling, die al flink op gang komt, maar waar nog grote stappen zijn te zetten. “Er is veel focus op energie en grondstoffen”, vertelt Van Heel. “Veel bedrijven zijn nu al meer circulair dan een paar jaar geleden. In de bouw zijn we nog aan het begin: de meeste projecten hebben nog een traditionele opzet, al zie je wel meer en meer ketenintegratie.” Scholten vult daarop aan: “Bij Circl voegde juist de vroege betrokkenheid van de toeleveranciers en onderaannemers veel kennis toe. Het maakte ook wel duidelijk dat er nu nog een heel beperkt aanbod is voor partijen die volledig circulair willen bouwen. Misschien dat daardoor de creativiteit bij die projecten juist groot is.”

Nog creatiever worden Aan die creativiteit willen Scholtens en Van Heel graag bijdragen. Zo snel mogelijk delen ze alle informatie rondom Circl met de bouw- en vastgoedbranche, inclusief gegevens die komen uit de monitoring van (experimentele) oplossingen en de exploitatiefase van het gebouw. Circl is nog maar het begin. Net als het hoogste BREEAM-inUse certificaat voor het hoofdkantoor dat ook aan het Mahlerplein staat. Ook bij de verduurzaming van het hoofdkantoor zijn nieuwe technieken toegepast, is die kennis gedeeld met klanten en van daaruit is de Duurzame Investeringstool ontwikkeld. Met deze tool kan worden berekend wat je kunt doen om je vastgoed te verduurzamen en wat de daarbijkomende kosten zijn. Toch willen Van Heel en Scholtens een kritische kanttekening plaatsen, zeker gericht op de bouwbranche. Labels voor projecten en producten zijn niet zaligmakend, zo stellen ze. “Het is toch niet de bedoeling dat we projecten bestempelen als ‘goed’ of ‘circulair’ omdat we een aantal labels op elkaar hebben kunnen stapelen? Daarmee stop je de ontwikkeling van gebouwen en producten, het is toch een soort van luiheid. We bevinden ons nu in de fase van pionieren, de fase van kennisoverdracht en het delen van ervaringen. Iedereen moet van zijn eilandje af. Dat vraagt om een andere mentaliteit van aannemers, toeleveranciers en gebouweigenaren. Architecten en adviseurs moeten nóg creatiever worden. Samen moeten we de creativiteit ruimte geven. Het is een wereldwijde opgave die we alleen in samenwerking kunnen oplossen. Zoek naar die zingeving in je werk!”


6

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

PAVILJOEN CIRCL

Circulariteit gaat veel verder dan hergebruik Maak een 100% circulaire openbare tuin, waar ook ecologie een plek heeft, voor de medewerkers van ABN AMRO en voor de omgeving. Dat was de opdracht aan Donkergroen voor het ontwerpen van de daktuinen bij het circulair paviljoen van ABN AMRO: Circl. Een project dat vanwege het circulaire aspect een heel andere aanpak vergde dan tot dusver gewoon was. “Het bijzondere is dat je als vormgever een andere rol in het proces krijgt.” DOOR NANDA VAN DIJK

D

onkergroen is een landelijk werkend familiebedrijf van creatieve groendenkers en -doeners met een vernieuwende kijk op de beleving van binnen- en buitenruimte. Het bedrijf heeft 15 locaties in Nederland en België en startte in 1961 in Sneek. Een bedrijf dus met een lange historie en ervaring. Met deze opdracht van ABN AMRO stonden zij voor nieuwe uitdagingen. De voornaamste: dat circulaire economie zich nog moet ontwikkelen. “Door dit project hebben we een deel van het wiel uitgevonden”, vertelt Merlijn Hoenekamp, Senior Tuin- en Landschapsontwerper bij Donkergroen.

Groen kan geld opleveren “De buitenruimte is een zeer belangrijk onderdeel van de huidige klimaat- en gezondheidsdiscussie”, zegt Hoenekamp. “Het biedt oplossingen voor veel hedendaagse problemen als hittestress, wateroverlast door wolkbreuken, droogte en fijnstof. En daarnaast werkt ver-

SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST Ook kennis is circulair. Copyright wordt Right to Copy. Donkergroen wil de kennis en ervaring die is opgedaan op het gebied van duurzame en circulaire bedrijfsvoering graag met andere partijen delen. Want circulair ontwerpen en engineeren vraagt om een andere aanpak en een andere creativiteit. Donkergroen legt graag uit hoe je dat doet, waar je tegenaan loopt en over de intensievere samenwerking met leveranciers en klanten.

binding met buitenruimte positief door op mensen: hun stress vermindert, ze worden minder vaak ziek en hun productiviteit verhoogt. In onze huidige bouwwereld is het groen vaak een sluitpost en een kostenpost vanwege beheerkosten. Maar groen kan juist geld opleveren.” “De focus hierop zou in bouwprocessen veel eerder moeten plaatsvinden”, vervolgt Hoenekamp. “Eigenlijk nog voordat het gebouw een vorm krijgt. Als van tevoren een gezamenlijk beeld wordt gevormd van de kansen en bedreigingen van een locatie en de wensen en eisen van de toekomstige gebruikers, ontstaat synergie in de gebouwde en groene omgeving. Aandacht voor de totale scope en buiten je eigen kaders denken, is in een circulair economisch systeem onontbeerlijk. Als je de grote uitdagingen waar we met elkaar voor staan samenvoegt, creëer je kansen voor alle stakeholders.”

Ontwerpen voor de toekomst Bij het ontwerp van de tuin van het ABN AMRO-paviljoen stond de circulaire gedachte steeds centraal. Dit stelde de ontwerpers voor vele vraagstukken. Circulariteit zegt iets over de keuzes nu, maar vooral over het materiaalgebruik later. “Om een tuingevoel te creëren, wilden we de plantenbakken iets hoger dan het maaiveld aanbrengen”, vertelt Hoenekamp. “Maar hoe doe je dit op een circulaire manier? Een van de uitdagingen was om iets te ontwerpen waarmee we ook ontwerpvrijheid voor de toekomst konden garanderen. Uiteindelijk heeft dat geresulteerd in een scharnierend standaard profiel waarmee alle hoeken zijn opgevangen. De elementen zijn vastgebout in plaats van gelast en te demonteren. Belangrijker nog: ze zijn te remonteren; opnieuw in elkaar te zetten.”

De plantenbakken van cortenstaal zijn demontabel en remontabel. Foto: egbertdeboer.com

Het materiaal, nieuw cortenstaal, dat zich volledig laat recyclen, is volgens het statiegeldprincipe aangekocht door ABN AMRO. Zodra de tuin op de schop gaat, kan ABN AMRO de opsluiting aan Donkergroen retourneren en vertegenwoordigt het een bepaalde restwaarde, waarna zij het kunnen inzetten bij een ander project. Alle materialen die in de tuin zijn toegepast zijn gescreend op circulariteit. “Om hoogtes op te vangen kon bijvoorbeeld beter geen EPS worden gebruikt,” legt Hoenekamp uit, “maar is gekozen voor glasschuim, gemaakt van gerecycled glas. Het bestaande EPS dat we konden hergebruiken, heeft in de tuin opnieuw een plek gekregen, daarmee hebben we ook afval voorkomen.”

Kinderkopjes Voor de bestrating zijn kinderkopjes gebruikt die al eeuwen zijn belopen en bereden in het Belgische Knokke. Voor dit project gezaagd en gekloofd voor meer loopcomfort maar ook om oppervlaktewinst te behalen. “De bestrating is zorgvuldig getest en uiteindelijk goedgekeurd door dames met naaldhakken”, vertelt Hoenekamp die blij is dat de kasseienvloer ook echt in de praktijk is getest én goedgekeurd. “Die oude kinderkopjes kunnen ook na dit leven weer op een andere plek worden gebruikt, het materiaal is oersterk.”

Flora en fauna Om het ecologisch aspect een plaats te

geven, zijn in overleg met vlinder- en bijenstichtingen planten gebruikt die deze insecten het hele seizoen aantrekken. Op het dak van het gebouw staan bijenkasten. “Gelijk na aanplant was het effect van de planten zichtbaar, de planten worden al druk bezocht.” De beplanting is biologisch geteeld door een Nederlandse kweker, dus ook de kweek heeft geen negatieve gevolgen voor de bijenstand. In de laadconsole voor mobiele telefoons, die uiteraard op zonne-energie werkt, is een insectenhotel gevestigd. In de groene wand is een groot aantal vogelhuisjes geplaatst, om ook deze bewoners aan te trekken.

Sneeuwbaleffect Dat de circulaire economie iedereen uitdaagt om anders om te gaan met materialen en functies komt goed tot uiting in de bankjes die Grijsen park & straatdesign voor het project heeft ontwikkeld: oude fietsframes vormen de staanders van deze banken. Op deze manier krijgt een afvalproduct dat elders voor problematiek zorgt, op deze plek een nieuw leven. Het gebruikte eikenhout komt uit Nederlandse Staatsbossen. “Mede naar aanleiding van dit project zijn wij een duurzaamheidsslag aan het slaan. Zo willen we al in 2035 een 100% circulaire bedrijfsvoering hebben”, besluit Hoenekamp. “Nu al schrijven we in onze beplantingsplannen biologische beplanting voor, stel je eens voor wat voor impact het heeft als de hele sector zo’n omslag zou maken.”


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

7

PAVILJOEN CIRCL

Circulair ontwerpen vraagt om een andere mentaliteit Het paviljoen Circl is ontworpen, nog een keer ontworpen, volledig tot op de details weer uit elkaar gepluisd en vervolgens met circulaire producten en systemen opgebouwd. Het resultaat is een gebouw dat leeft, dat nooit helemaal af is en een laboratorium is voor toekomstgericht bouwen. “Een circulair gebouw ontwerpen is fundamenteel anders dan werken in een lineair proces”, stelt architect Hans Hammink van de Architekten Cie. “Je moet als architect flexibel zijn en veel intensiever samenwerken met opdrachtgevende en toeleverende partijen.” DOOR CAROLINE KRUIT

D

e plek waar het paviljoen Circl staat, was voor de Architekten Cie. bekend. Pi de Bruijn werkte als locale architect mee aan het ontwerp van het hoofdkantoor van ABN AMRO op het Mahlerplein en maakte het masterplan voor de Zuidas. “Op het Mahlerplein ontbrak een gebouw”, vertelt Hans Hammink, architect bij de Architekten Cie. “Toen ABN AMRO vier jaar geleden constateerde dat er extra vergaderruimte nodig was, namen ze contact op. Onder leiding van Pi de Bruijn werd een ontwerp gemaakt voor een paviljoen – passend bij het hoofdgebouw – dat goed viel bij opdrachtgever en welstand. De bouw werd gestart.” Een congres over aankomende klimaateisen, energietransitie én een koerswijzing in de corporate strategie van de opdrachtgever veranderde vervolgens alles. Hammink: “Vanuit ABN AMRO werd de lat een stuk hoger gelegd: het moest niet alleen een uitermate duurzaam project worden, maar een pioniersproject op het gebied van circulair bouwen.” Binnen het ontwerp dat er lag, bleek dat niet mogelijk. Het project werd stilgelegd.

architect, bouwer en adviseurs. Met de TU Delft, leveranciers en producenten. “Hoe kies je voor circulair? Dat was een belangrijke vraag”, vertelt Hammink. “We hebben iedereen input laten geven voor alle onderdelen van het gebouw. En vervolgens met een matrix en scores bepaald wat de beste oplossing zou zijn.” Het projectmagement en de rol van de individuele spelers wordt in zo’n proces heel anders. “Het is geen hiërarchisch proces. Je moet een open houding hebben, respect voor elkaars expertise, vertrouwen hebben en goed naar elkaar luisteren. Elkaar soms ook uitdagen in het zoeken naar een oplossing. Die houding, die mentaliteit, is fundamenteel anders dan in een lineair proces”, aldus Hammink.

Rol van de architect In het begin van het ‘circulaire’ proces moest Hammink zoeken naar zijn rol. “Het vraagt een andere ontwerphouding. Als architect wil je de ruimtelijke opbouw bewaken, de sfeer en de manier waarop het licht in het gebouw valt. De vorm van de constructie is bepalend, dus daar is ook veel energie in gestoken.” De grote, gelamineerd houten liggers zijn iets overgedimensioneerd, ook

met het oog op hergebruik, en bepalen met hun ritme de sfeer van de ruimte. “Voor de installaties was de meest eenvoudige oplossing om ze onder de constructie te hangen”, vertelt de architect. “Maar voor de beleving van de ruimte is het juist belangrijk dat die mooie houten balken het beeld domineren. Daarom is gekozen voor een oplossing waarbij de installatie-elementen tussen de balken zijn geplaatst.” Hammink werd daarbij aangenaam verrast door de houding van de installatiebedrijven: “Die denken al veel meer in cycli – misschien omdat installaties in de regel minder lang meegaan dan gebouwen – en hebben systemen die flexibel aanpasbaar zijn. Ze houden goed bij welk product waar is geplaatst. Dat is voor het maken van een gebouwenpaspoort erg prettig.”

Het moet uit elkaar kunnen Een belangrijk onderdeel van het ontwerp- en bouwproces is dat alle materialen op hun herkomst worden getoetst. “En dat er rekening wordt gehouden met andere, mogelijk milieubelastende factoren zoals onderhoud en transport”, vertelt de architect. De grootste verandering in uitwerking van een circulair

Stoere opdrachtgever “Daar schrokken we enorm van”, vertelt Hammink. “Maar we besloten niet te wachten op een seintje van de opdrachtgever en gingen zelf aan de slag om te kijken wat er mogelijk was. Met hulp van een jonge medewerker – die net aan de TU Delft was afgestudeerd op circulair bouwen – hebben we een nieuw plan gemaakt en dat aan de opdrachtgever laten zien. Die ging akkoord.” Het klinkt zo eenvoudig, maar Hammink benadrukt dat het niet zo was: “Het team bij ABN AMRO heeft de nek uitgestoken: daar heb ik erg veel respect voor. Ze besloten met ons dit proces aan te gaan, terwijl er nog zoveel onbekende factoren waren. Dat is wel heel stoer!”

Geen hiërarchisch proces Een intensieve periode brak aan, met ‘heel veel overleg’ tussen opdrachtgever,

De vergaderruimten in het paviljoen Circl waar het allemaal om begonnen is. Foto: Ossip van Duivenbode

ontwerp, is het denken over de herbruikbaarheid van materialen en producten. “Je moet niet alleen zorgen dat het eenvoudig en veilig in elkaar wordt gezet, maar het moet net zo eenvoudig weer uit elkaar worden gehaald.” Wat het demontabele aspect van bouwsystemen betreft, staan we aan de vooravond van ontwikkelingen, stelt de architect. “Als je materialen aan elkaar wilt verbinden, wil je dat ze als een post-it ook weer van elkaar los kunnen komen. Neem de schuimbandjes bij kozijnen. Inmiddels weet ik dat DSM bezig is om producten te ontwikkelen die goed plakken en met een ultrasoon geluid weer loslaten. Dat soort technieken zijn verrassend en ontwikkelen zich razendsnel. Heel interessant!’

Kennisoverdracht Met de oplevering van het gebouw is het project niet af. Misschien geldt dat voor alle circulaire projecten: de oplevering markeert slechts een fase. Hammink: “De technieken gaan razendsnel. Niet alleen de bouwtechnieken, maar ook de digitalisering heeft een enorme invloed op de manier waarop we gebouwen beoordelen, ontwerpen en maken.” Alle betrokken partijen bij Circl leveren nu hun input voor het gebouwenpaspoort, dat op basis van het BIM-model wordt gemaakt. Om vinger aan de pols te houden, komt het bouwteam nog regelmatig bij elkaar. “Kennisoverdracht is in deze fase ontzettend belangrijk”, stelt Hammink. “We willen allemaal de doelen van 2050 halen en onze planeet redden. Tegelijkertijd hebben we ook bedrijven die moeten blijven draaien.” Hammink merkt dat circulair ontwerpen en bouwen ook bij zijn directe collega’s nog een plek moeten krijgen. “Het is niet makkelijk om je ontwerphouding te veranderen. We krijgen nu steeds meer opdrachten waarbij om circulair bouwen wordt gevraagd, ook renovatieprojecten. Daarom is ook binnen het bureau die kennisoverdracht heel belangrijk. Ik vind ook dat je als architect altijd je vakgebied moet blijven bewaken. Je moet architectuur blijven maken. Circulair bouwen kan nooit het excuus zijn om het minder goed te doen.”


8

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

PAVILJOEN CIRCL

Circulair ondernemen vergt nieuwe businessmodellen Circl is de naam van een op innovatieve en vooral ook creatieve wijze gebouwd paviljoen aan de voet van het ABN AMRO hoofdkantoor in Amsterdam. De begin september officieel geopende ‘pleisterplaats voor de pakken en naaldhakken van de Zuidas’ doet zijn naam eer aan. DOOR PIETER DE MOS

E

r zijn spijkerbroeken in verwerkt als isolatiemateriaal, stoeptegels toegepast als gewicht in de houten vloeren en hergebruikte tegels uit de ABN AMRO-tuin als tegengewicht voor de zonnepanelen op het dak. Verder staan er hergebruikte kozijnen uit een leegstaand pand groots te glimmen en zien we vloerafwerkingen en wanden van een diversiteit aan sloophout en gerecycled kledingmateriaal. En het mooiste van dat alles: wanneer je er binnenloopt (want dat kan en mag iedereen) ziet het paviljoen er vriendelijk en aantrekkelijk uit. Met voldoende designinvloeden om te kunnen zeggen: zo zou het eigenlijk altijd moeten zijn.

Hoofdzaak “Dat is precies waarom BAM circulair bouwen op de agenda heeft staan en het steeds vaker bij projecten een uitgangspunt kan zijn. Daarbij kijken we naar de hele keten en zien we circulair ondernemen als een ketenverandering waaraan iedereen zijn steentje kan bijdragen,” zo verkondigt Rutger Sypkens, manager Commercie en Planontwikkeling bij BAM Bouw en Techniek. Concreet betekent het, dat BAM niet alleen maar

Koninklijke BAM Groep Koninklijke BAM Groep is een Europese bouwgroep met meerdere werkmaatschappijen in een tweetal divisies: Bouw en vastgoed én Infra, alsmede op het gebied van publiekprivate samenwerking. BAM heeft als thuismarkten Nederland, België, het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Duitsland. Daarnaast worden bouwprojecten gerealiseerd in Zwitserland, Luxemburg en Denemarken. Er werken in totaal zo’n 21.500 medewerkers voor BAM. In de Cobouw 50 staat de Koninklijke BAM Groep al jaren op de eerste plaats als grootste bouwer van Nederland.

bouwt, maar in de gehele keten meedenkt. Uitvloeisel daarvan is, dat BAM ook steeds meer doet aan advies & engineering, van planontwikkeling tot aan beheer en onderhoud. Met circulair bouwen kun je – letterlijk – niet vroeg genoeg beginnen. Opdrachtgever, architect, adviseur en uitvoering moeten ruim voor de feitelijke bouw de mogelijkheden gaan verkennen. Het betekent ook, dat er nieuwe businessmodellen nodig zijn en op de situatie aangepaste contractvormen. Circl is daarmee niet alleen een eyeopener, Circl tekent ook voor de start van een spannend creatief proces.

Niet vechten Projectleider bij de realisatie van het Circl-paviljoen was ing. Nick Jaring van BAM Bouw en Techniek. Hij kijkt met plezier terug op een van de leukste en lastigste projecten uit zijn loopbaan. Lastig omdat er voortdurend moest worden geïmproviseerd, leuk omdat juist dat mensen dichter bij elkaar brengt en enthousiasmeert. Om goed circulair te kunnen bouwen op basis van hergebruikte materialen en bouwdelen moeten alle partners voortdurend met elkaar in overleg. Nick daarover: “We moesten niet langer tegen elkaar vechten, zoals vaak gebruikelijk bij traditioneel opgezette projecten, maar nu echt samenwerken. Want ook tijdens de bouw verandert er nog van alles en daar moesten we dan gezamenlijk de beste keuzes in maken.” De transparante samenwerkingsvorm met de fraaie naam ‘De Ronde Tafel’ wil BAM in veel meer projecten gaan toepassen.

Ervaringen Een van Nicks ervaringen is de groeiende waardering voor vakmanschap, want als er wordt geïmproviseerd komt het aan op de creativiteit en handigheid van de mensen die aan het project werken. Een andere belangrijke ervaring is de vertrouwensband met opdrachtgever ABN AMRO. Die was bijvoorbeeld bereid om in het gehele bouwproces duidelijkheid te geven over het beschikbare budget, zodat het team wist waar het

Hergebruik van o.a. kozijnen, sloophout en spijkerbroeken vergt een vroegtijdige overlegcultuur en een goed ingerichte marktplaats. Want de architect moet vóór hij gaat ontwerpen al weten, met welke beschikbare bouwdelen hij rekening kan of moet houden.

aan toe was. Want werken met gebruikte bouwdelen levert plussen en minnen op die je tegen elkaar weg moet mogen strepen.

Marktplaats Om circulair bouwen te ondersteunen, wordt ook gewerkt aan een marktplaats voor slim hergebruik van bouwdelen, het met behulp van IBM gebouwde Circular Building Platform (CBP). Hergebruik brengt zo z’n eigen product- en materiaalstromen teweeg en het werken met BIM (building information model) helpt daarbij. Iedereen kan via het CPB

van zijn bestaande gebouw, maar ook van nieuwe gebouwen, onderdelen beschikbaar stellen voor (toekomstige) ver- of aankoop. Met als oogmerk om hergebruik te stimuleren en op te gaan schalen. Dat sluit tevens aan bij het snel groeiende ‘netjes slopen/demonteren’. Rutger Sypkens: “Met het CBP willen wij een professionele marktplaats voor hergebruik invoeren. Het is dus de bedoeling dat het CBP voor iedereen inzichtelijk wordt, terwijl iedereen tegelijkertijd wel zelf eigenaar blijft van de data die op het platform wordt gezet.”


Circulair bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

9

PAVILJOEN CIRCL

Materialenpaspoort maakt hergebruik overzichtelijk Een materialenpaspoort maakt toekomstig hergebruik van grondstoffen uit het Paviljoen Circl eenvoudig. Maar het is nu ook al een handige tool voor waardebepaling. Ontwikkelaar CAD & Company voorziet dat het paspoort straks een hulpmiddel wordt bij vastgoedbeheer en hypotheekverstrekking. DOOR EDO BEERDA

D

e softwareontwikkelaar lanceerde in 2014 al het online platform BLDNG360. Daarop kun je virtuele gebouwen ontwerpen en bezoeken. Samen met Architekten Cie. is in opdracht van ABN AMRO verder gekeken om een materialenpaspoort te ontwikkelen. Het was een logische stap om de technologie van BLDNG360 hiervoor te gebruiken, vertelt oprichter Rob Oud van CAD & Company. Wat doet dat paspoort precies? “Het maakt alle materiaalgegevens inzichtelijk: afmetingen, gewicht, levensduur, garantie, of ze demontabel zijn en wie de fabrikant is. Voor hergebruikte materialen, zoals de riolenbuizen, bepaalde de fabrikant samen met andere partijen nauwkeurig de resterende levensduur. BLDNG360 had al een viewer om het gebouw te bekijken, met eronder tabbladen voor verdere informatie. Blad 1 geeft algemene informatie – adres, oppervlakte, eigenaar en bouwers. Blad 2 toont alle tekeningen uit het BIM-model. En we hebben nu een derde blad met detailgegevens. Daarmee kun je doorsnedes van het gebouw maken, maar bijvoorbeeld ook alle stalen of houten materialen laten oplichten. Of alle binnen- of buitendeuren.” Konden jullie het materialenpaspoort gewoon maken op basis van het BIM-model? “Dat zou je zeggen, maar er waren 19 verschillende BIM-modellen. Iedere fabrikant levert een eigen model met verschillende gereedschappen. Die moet je met elkaar zien te combineren. Daar zit een les in: dat moet je beter aansturen en organiseren.” Hoe? Allemaal met hetzelfde BIM-model werken? “Nee, een werkwijze afdwingen is niet praktisch en ook niet noodzakelijk. De grap is: alle informatie ís er, we zijn alleen onvoldoende in staat om het snel te delen. Vooraf moet duidelijk zijn welke informatie precies nodig is. We gaan nu met Artificial Intelligence (AI) het systeem verder verbeteren. AI kan bijvoorbeeld problemen met afwijkende namen eruit vissen. De ene leverancier zegt voluit ‘aluminium’, maar de volgende ‘Al’ of ‘alu’. AI kan voorkomen dat het in kaart brengen van materialen daardoor monnikenwerk

De materialen van Paviljoen Circl worden in het materialenpaspoort ingevoerd voor toekomstig hergebruik. Foto: Ossip van Duivenbode

wordt. Met ABN AMRO zijn we in gesprek over koppeling met blockchain, ter voorkoming van veiligheidsrisico’s. Dit project is een fantastische les, we weten nu hoe we het hele proces eerder helder krijgen.” Wie heeft er iets aan deze materiaalinformatie? “In de eerste plaats geeft een materialenpaspoort een eigenaar duidelijkheid wat hij heeft. De normale vastgoedgegevens dus. Maar het paspoort kan ook een rol spelen bij ‘urban mining’. Als je materialen ooit wilt kunnen hergebruiken – en dat is in het Circl Paviljoen het geval – dan moet je kunnen zien wat er te oogsten valt. Als je dat van veel gebouwen weet, heb je inzichtelijk wat er komend jaar in een regio beschikbaar komt aan hardhout, staal of kozijnen.” Straks een materialenpaspoort voor ieder gebouw? “Dat is absoluut het streven en de belangstelling ervoor is groot. Voor mij was het een grote ontdekking, dat ook veel fabrikanten deze tool willen. Zij willen weten wie hun producten gebruiken en wanneer ze weer beschikbaar komen. Hier spelen niet alleen verkoopargumententen, het gaat ook om schaarste aan grondstoffen en stijgende materialenprijzen. Een gipsfabrikant vertelde dat hij dolgraag wil weten wanneer gipsplaat vrijkomt. ‘Want dan kan ik ze hergebruiken’, zei hij.” Kan iedereen omgaan met een materialenpaspoort of is het hele complexe software? “We hebben de software ontwikkeld op basis van open source software. Die is complex, maar daar merk je als

gebruiker niets van. BLDNG360 is ooit gebouwd uit frustratie over alle complexiteit. Zonder grote deskundigheid en zware software konden wij onze 3D-modellen niet tonen. Wij wilden daarom een ‘Youtube voor BIM-modellen’ ontwikkelen. Dat werd BLDNG360. Via dit platform kan iedereen in zijn of haar digitale gebouw komen. Gewoon op je Ipad, Iphone of PC. De digitale tool van het materialenpaspoort is de volgende stap.” Is die 1 op 1 op andere gebouwen toepasbaar? “Jazeker. De interesse is groot, en niet alleen van bouwers en vastgoedontwikkelaars. Ook banken zijn geïnteresseerd in het materialenpaspoort. De ‘onderkant’ van hypotheken voor gebouwen ligt niet vast, een overzicht van alle grondstoffen en onderdelen kan daarvoor handig zijn. Heel goed mogelijk dat het in de toekomst mede de basis is van hypotheekverstrekking bij vastgoedtransacties.”

CAD & Company CAD & Company is een specialist in het verbeteren van ontwerp- en bedrijfsprocessen met behulp van softwareoplossingen. CAD (Computer Aided Design) staat daarbij centraal. Het bedrijf begeleidt bedrijven in de bouw, civiele techniek en industrie bij het verbeteren van projecten en het waarmaken van innovaties. Binnen de bouw wordt het Autodesk BIM 360 softwarepakket als basis voor BIM gebruikt. CAD & Company werd in 1994 opgericht en heeft inmiddels vijftig man personeel.


10

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

REPORTAGE

De moeilijke zoektocht naar Het Circulair bedrijfsverzamelgebouw Hof van Cartesius in Utrecht is grotendeels gebouwd met hergebruikte materialen. Niet alleen de afbouw, maar ook de constructieve delen hebben al een eerder leven achter de rug. De zoektocht naar een tweedehands betondonorskelet leverde vooralsnog echter niet het gewenste resultaat op. “Dat pakken we in de volgende fase anders aan.” DOOR TIJDO VAN DER ZEE

E

en smalle strook groen tegen het talud van het spooremplacement op het Utrechtse bedrijventerrein Cartesiusweg is het toneel van een interessant circulair experiment. Hier bouwen de twee zussen en compagnons Bianca en Charlotte Ernst een bedrijfsverzamelgebouw met zo veel mogelijk hergebruikte materialen, én circulair, dus: demontabel, flexibel en na verloop van tijd herbruikbaar. “In Circl, het circulaire paviljoen van ABN AMRO in Amsterdam zijn hergebruikte materialen verwerkt in de afwerking. Bij ons zijn zelfs de constructieve delen tweedehands”, zegt Bianca. De grond was eigendom van de gemeente. Die wilde het ietwat in de versukkeling geraakte bedrijventerrein Cartesiusweg in het westen van de stad een impuls geven door de ruimte te geven aan creatieve en duurzame ondernemers. Uit zo’n twintig inzendingen werd het plan van Bianca en Charlotte gekozen. Charlotte: “Velen zien dit stuk als een berm, onbruikbare grond. Wij vinden het juist mooi en zien hier kansen. Investeerder Overvecht Vastgoed neemt het eigendom

Luchtopname van het Hof van Cartesius in aanbouw. Foto: Hof van Cartesius

van de Gemeente over – koopt de grond – en geeft ons de ruimte om ons plan uit te voeren.”

Energiehuishouding Charlotte (de architect) en Bianca (het zakelijke geweten) bouwen hier hun eigen kantoor en ook werkplekken voor zo’n 25 andere creatieve duurzame ondernemers. Bianca: “Eén houdt zich bezig met bamboe, een ander met de upcycling van oude spijkerbroeken. Heel divers.” Die hebben het in oktober casco opgeleverd gekregen en zorgen de komende tijd zelf voor de verdere afbouw. Volgend jaar gaat de volgende fase van start op het noordelijke stuk van het perceel. Ondertussen bouwen de mannen van het Utrechtse Uitvindersgilde dertig meter verderop aan hun eigen onderkomen van staal en hout. Charlotte: “Op hun pand komen de zonnepanelen die ons energie leveren waar-

Een interessant circulair experiment aan de Utrechtse Vlampijpstraat. Foto: Tijdo van der Zee

“Bij ons zijn zelfs de constructieve delen tweedehands.” Zoals deze spoorstaven. Foto: Tijdo van der Zee


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

11

betonnen donorskeletten mee we elektriciteit opwekken.” Daarnaast zorgt vloerverwarming op basis van een lucht-/waterwarmtepomp van Alklima voor energiezuinige warmte.

Bouwmaterialen Interessanter nog dan deze duurzame energieopwek, zijn de gebruikte bouwmaterialen. De nieuwe materialen zijn voor zover mogelijk biobased en energiezuinig geproduceerd. Zoals schapenwol van groenebouwmaterialen.nl voor de kierafdichting en hennep voor de muurisolatie en koudgewalste staalprofielen van voestalpine Sadef. En daarnaast wordt er vooral veel hergebruikt. De schuifpuien zijn tweedehands, de metalen spanten komen van een oude loods van een zandwinningsbedrijf, de dragende plafondbalken hebben al een lang werkend leven achter de rug. En, heel opvallend, de verticale constructieve gevelbalken zijn oude spoorstaven. Bianca: “Dat was voor onze leverancier Railpro zo nieuw, dat hij er niet de verantwoordelijkheid voor durfde te nemen. Hij wilde ze gelukkig wel leveren.” De zussen hebben verschillende kanalen om hun spullen te vinden. Een belangrijke is de site gebruiktebouwmaterialen.com, maar

ook op het vertrouwde marktplaats.nl is veel te vinden. Daarnaast komen er materialen direct uit slooppanden of uit het eigen netwerk. Soms zitten er in balken nog spijkers, een andere keer zitten er wat rotte plekjes in een kozijn. Charlotte: “En HR++-glas zul je in de tweedehands markt niet snel vinden. Je zal het vaak moeten doen met wat er voorradig is en dat betekent compromissen sluiten. Een enkele keer koop je iets waar uiteindelijk te veel werk aan blijkt te zitten. Zoals vier defecte spoelbakken voor de wc’s. Daar konden we dan zelf twee goede van maken. Tja, dat is iets teveel van het goede.” Bianca: “Bij hergebruik moet je al veel eerder in het bouwproces met je materialen bezig zijn.”

Betonnen vloer Lang zochten Charlotte en Bianca, samen met Pim Peters van het Rotterdamse Ingenieursbureau Imdbv, naar een betonnen vloer uit een slooppand. Die wilden ze namelijk hergebruiken in het plafond en de muren. Daarvoor hadden ze al een pand op het oog, namelijk het oude KPN-gebouw aan de Burgemeester In het gebouw worden naast nieuwe biobased materialen ook gebruikte bouwmaterialen toegepast, zoals deze tweedehands schuifpuien. Foto: Tijdo van der Zee

Fockema Andreaelaan. Bianca: “Het leek perfect. Er lag voor dat pand al een inventarisatierapport van TNO van 250 pagina’s dik. Dit lag er omdat er eerder plannen waren om het gebouw te renoveren. Wij wisten daarom precies wat we konden verwachten.” De contacten met eigenaar SSH waren goed. En in de uitvraag aan slopers werd dan ook gevraagd of ze in hun offerte rekening wilden houden met hergebruik van enkele vloeren. Dat viel tegen. Bianca: “We hadden rekening gehouden met zo’n 35.000 euro meerkosten. Dat werd twee keer zo veel. De sloper wilde het risico niet lopen dat ze het donorskelet zouden beschadigen en zagen te veel risico’s in het op een andere wijze demonteren van het beton.” Omdat de bouw van het Hof van Cartesius niet langer kon wachten en nieuwe donors niet zo snel gevonden konden worden, besloten de zussen om voor deze fase van de bouw te kiezen voor hout voor muren en plafonds.

Tweede fase “We gaan het voor de tweede fase van de bouw anders aanpakken. Eerst willen we een donor hebben en daar passen we dan de bouwplanning op aan”, zegt Bianca. De zussen zijn nu in gesprek met de gemeente Utrecht over een van de gemeentelijke panden met een sloopbestemming. “We willen echt dat dit slaagt. En dat er zich een markt ontwikkelt voor donorskeletten. Maar daarvoor is het cruciaal dat het bij projecten als het Hof van Cartesius ook een keer echt lukt.”

Circulaire werkplek Hof van Cartesius

Een kozijn dat normaal niet door de selectie zou komen. Maar door de toepasselijke raambelettering werd het toch in het pand verwerkt. Foto: Tijdo van der Zee

Het Hof van Cartesius in het Werkspoorkwartier in Utrecht is een werkplek waar zo’n 25 creatieve, duurzame ondernemers zelf hun eigen werkruimte bouwen rondom een publieke binnentuin. De werkplekken werden in oktober van dit jaar casco opgeleverd. De ondernemers zorgen zelf voor de afbouw en werken daarbij zo veel mogelijk volgens circulaire principes. Het terrein wordt ontwikkeld door de zussen Bianca en Charlotte Ernst, die er zelf ook hun intrek in nemen. Opmerkelijk is dat zo veel mogelijk gebruik wordt gemaakt van hergebruikte en biobased materialen. Ook is het gebouw grotendeels demontabel, waardoor aanpassingen aan het gebouw makkelijk zijn te maken en de materialen in de toekomst weer opnieuw gebruikt kunnen worden. Financiering van het circulaire project kwam van de Utrechtse ontwikkelaar/investeerder Bob Scherrenberg. Daarnaast verstrekten de gemeente en provincie Utrecht subsidie en een lening. Een laatste pluk is afkomstig van een crowdfundactie. Bianca: “De crowdfunding maakt de financiering af en zorgt vooral voor betrokkenheid bij het project.” Op 10 oktober tekende de gemeente officieel voor de overdracht van de grond van het Hof van Cartesius.


12

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

13

Circulair ‘Living Lab’ FOTO OSSIP VAN DUIVENBODE

Het paviljoen Circl is de fysieke vertaling van de strategie van ABN AMRO: laten zien wat er kan op het gebied van circulair en energiezuinig bouwen en de kennis daarover delen met je klanten en relaties. Het gebouw aan het Mahlerplein in Amsterdam is ontworpen door Architekten Cie. en is vorige maand opgeleverd. Het paviljoen is een gebouw dat leeft, nooit af is en een laboratrium is voor toekomstgericht bouwen. In het gebouw zijn spijkerbroeken en oude maatpakken

van het ABN AMRO-personeel verwerkt als isolatiemateriaal. De kozijnen zijn hergebruikt uit leegstaande panden én de vloerafwerkingen en wanden zijn gemaakt van sloophout. Ook de tuin is 100 procent circulair. Deze is ontworpen door Donkergroen, een landelijk werkend familiebedrijf van creatieve groendenkers. De plantenbakken zijn gemaakt van cortenstaal, dat volledig recyclebaar is. Zodra de tuin – net als het gebouw – uiteindelijk op de schop gaat, kunnen alle materialen worden ingezet voor andere projecten.


14

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

BEDRIJFSPROFIEL

Er is in totaal 200 kubieke meter ruw Accoya hout gebruikt in onder andere de kozijnen en een daktuin.

Groen is de trend, gezond werken is onderscheidend Voor werken en wonen in een gezonde omgeving komt steeds meer aandacht. Een Cradle to Cradle gebouw is goed voor het milieu en bevordert de gezondheid van werknemers of bewoners.

H

ans Goverde van Kraaijvanger Architects sprak tijdens het internationaal symposium ‘Evolve’ van Accsys Technologies over het belang van Cradle to Cradle (C2C) bouwen. Met zijn architectenbureau ontwierp hij het C2C stadskantoor in Venlo. Hij voerde de houten delen van het ontwerp uit met het enige C2C Gold gecertificeerde bouwmateriaal ter wereld: Accoya.

Het stadskantoor in Venlo wekt eigen energie op, wordt verwarmd door zonnekracht, zuivert water en reinigt zowel de interne- als de omgevingslucht. Het resultaat is onder andere een vermindering van 30% fijnstof in de lucht, wetenschappelijk vastgesteld door TU Eindhoven. Werknemers bevinden zich in een werkomgeving die vijf keer gezonder is dan een gemiddeld kantoorgebouw. Dit leidt tot besparingen in de kosten voor ziekteverzuim.

Minimale milieubelasting

Hout

Hans Goverde: “Het principe van C2C bouwen is dat je het uiteindelijke afval van de gebruikte materialen op zou kunnen eten. Dit zorgt voor een minimale milieubelasting. Samengevat zijn de vier ontwerpthema’s van een C2C gebouw: luchtzuivering, opwekken van eigen energie, gesloten waterketens en gebruik van gezonde materialen.”

Ook de keuze voor het Accoya hout, dat geproduceerd wordt door Accsys Technologies in Arnhem, heeft een positieve uitwerking op de gezondheid van de werknemers. Het hout scoorde het hoogst haalbare ‘C2C Platinum’ op het onderdeel Material Health, omdat er tijdens de bewerking van het ruwe hout geen onnatuurlijke, giftige stoffen te pas

Het stadskantoor in Venlo wekt eigen energie op en wordt verwarmd door zonnekracht.

komen. Accoya is gemaakt van radiata via houtmodificatie wordt het Accoya geproduceerd dat de hoogste duurzaamheidsklasse heeft. Accoya is bijzonder vormstabiel, waardoor houtproducten een goede pasvorm behouden en de onderhoudskosten gering zijn. Het hout heeft tevens een lange levensduur, omdat het bestand is te-

gen rot. Er is in totaal circa 200 kubieke meter ruw Accoya hout verwerkt in het interieur én exterieur, in onder andere: kozijnen, gevelbekleding, plafonds, wanden, trappen en een daktuin.

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Accoya. www.accoya.com


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

15

INTERVIEW

Cirkelstad wil nu doorpakken

Een cultuurverandering kost tijd. Roger Mol (links) en Rutger Büch (rechts) zijn de laatsten om het te ontkennen. “Het gaat stap voor stap. De bouw van de Chinese muur is ook begonnen met de eerste steen.” Foto: Fotopersbureau Roel Dijkstra.

Circulariteit is de nieuwe norm in het voormalige officiers- en VIP-gebouw op de voormalige vliegbasis Valkenburg. De deuren, afgebladderd en met klimopresten begroeid, komen van het Hembrug-terrein in Zaandam. Ze zijn gebruikt maar nog in prima staat. DOOR PETER DE LANGE

D

e opstallen en het terrein zijn eigendom van het Rijksvastgoedbedrijf (RVB), dat vanuit dit gestripte en met gebruikte materialen gerenoveerde pand de regie gaat voeren over de planontwikkeling en verkoop van het bouwterrein voor 5000 energieneutrale en een deel mogelijk ook circulaire woningen. Het Rijk streeft naar een honderd procent circulaire economie in 2050 en het RVB helpt die doelstelling te realiseren. Het VIP-gebouw is er een bescheiden voorbeeld van.

Partners De rijksvastgoedbeheerder is een interessante partner voor Cirkelstad, de coöperatie die afgedankte bouwmaterialen en reststromen wil terugbrengen in de kringloop. Cirkelstad vindt het onverantwoord tegen de achtergrond van een snel slinkende voorraad grondstoffen, nog in goede staat verkerende kozijnen, lampen, deuren, vloerdelen, stekkerdozen, sloten en tal van andere materialen zomaar weg te gooien. Het RVB deelt die mening en werkt actief met Cirkelstad mee om de afvalstromen te verminderen en het hergebruik van materialen te stimuleren. Het fundament voor Cirkelstad werd tien jaar geleden gelegd in Rotterdam, toen de directeur van reinigingsbedrijf Roteb het voor elkaar kreeg dat beton uit gesloopte flats in Hoogvliet gebruikt werd als fundament voor ondergrondse afvalbakken. De ambtenaar schakelde daarvoor mensen in met een afstand tot de arbeidsmarkt en sloeg zo twee vliegen in één klap. Minder afval en minder uitval. Dit uitgangspunt heeft Cirkelstad tot zijn motto gemaakt. “Bruikbare spullen weggooien is pure verspilling”, meent Rutger Büch, de ‘gemeentesecretaris’ die

Cirkelstad aanstuurt. Hij reist al jaren door het land om de principes van de circulaire en inclusieve economie te verkondigen onder gemeentebesturen, corporaties, ingenieurs en bouwbedrijven. Büchs inspanningen hebben er mede toe bijgedragen dat Cirkelstad zo’n honderd partners om zich heen heeft verzameld, waaronder de vier grote steden, verschillende universiteiten en hogescholen, vier grote ingenieursbureaus, bouwgiganten als BAM en J.P. van Eesteren en ambassadeurs zoals oud-minister Jacqueline Cramer en – tot voor kort – RVB-directeur Yvonne van der Brugge. Cirkelstad laat het niet bij woorden, maar ondersteunt ook de implementatie. Er is een vrij toegankelijke digitale databank; onlangs werd een servicedesk geopend en in februari start een reviewbureau waar ieder ontwerp op circulariteit kan worden getoetst.

Economisch verantwoorde formule Daarnaast noemt Büch een reeks projecten die aantonen dat circulair bouwen geen ideëel concept is, maar een werkbare, economisch verantwoorde formule. Het circulair paviljoen van ABN AMRO aan de Zuidas. Bakstenen waarin gebruikte wc-potten zijn verwerkt. De renovatie van de Coöperatieve Groothandelsvereniging De Handelskamer in Rotterdam. De voorbereidingen die Amsterdam treft voor de bouw van 40.000 circulaire woningen in de nieuwe wijk Havenstad. Het Rijksvastgoedbedrijf komt ook in het rijtje voor, met bijvoorbeeld de tijdelijke rechtbank in Amsterdam, een complex dat na de beoogde diensttijd van vijf jaar snel kan worden afgebroken en elders weer opgebouwd, onder andere dankzij de demontabele constructie. “Demontabel wil zeggen dat het niet is gelijmd, maar geschroefd”, legt Roger Mol uit, RVBdirecteur Transacties en Projecten. Een ander aansprekend voorbeeld uit de portefeuille

van het RVB vindt Mol de aanbesteding van de sloop van het voormalig belastingkantoor in Winterswijk. “Dat willen we niet laten slopen maar duurzaam laten oogsten. Alles wat nog goed bruikbaar is, wordt eruit gehaald en teruggebracht in de bouwketen. Hier willen we maximaal van leren voor volgende projecten, zoals het Rijkskantoor in Arnhem. Daar gaan we de markt opnieuw uitdagen om samen met ons nieuwe stappen te zetten in circulair werken.”

Urban mining Panden die gesloopt worden, kunnen een bron zijn van nog goed bruikbare materialen. De onderdelen hoeven alleen maar met zorg te worden verwijderd en geschikt gemaakt voor hergebruik. Urban mining, heet dat. Volgens dit idee is de gebouwde omgeving een mijn vol kostbare grondstoffen die zich keer op keer kunnen lenen voor hergebruik. Mol en Büch verwijzen naar een bedrijf dat het ‘delven’ van bruikbare materialen en grondstoffen uit te slopen of te renoveren panden tot zijn missie en verdienmodel heeft gemaakt: New Horizon. Büch: “Bouwmaterialenhandel Stiho neemt geoogste spullen van New Horizon over en verkoopt ze. Volgens hetzelfde principe als Bol.com, waar je zowel nieuwe als gebruikte boeken kunt kopen.”

Volgende stap Circulair bouwen heeft inmiddels voldoende bekendheid verworven, het is nu tijd voor een volgende stap, stelt Rutger Büch. “Het fundament is gelegd, we gaan nu opschalen. Het moet allemaal wat zakelijker worden om een grotere groep te bereiken.” Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, beseft hij ook. Een omslag maken naar circulair bouwen vereist een andere mentaliteit van de bouw. Die moet afscheid nemen van vertrouwde procedés. Als demontabel bouwen de norm wordt, hebben bijvoorbeeld lijmfabrikanten het nakijken. Büch vindt het geen onoverkomelijk probleem. “Verandering is van alle tijden. Het asbestverbod dwong de sector ook tot herbezinning. Ik ga graag in gesprek met de lijmsector om tot nieuwe producten en diensten te komen.”


16

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

REPORTAGE

Circulaire garage als inspiratiebron Afgeschreven is hij nog lang niet, de twaalf jaar jonge garage naast het gebouw van Civiele Techniek op de campus van TU Delft. Toch moet de grotendeels van staal geconstrueerde garage van circa 9 bij 24 meter binnenkort weg, om plaats te maken voor een nieuw onderwijsgebouw. Slopen en weggooien is echter zonde, vinden ze bij The Green Village, dé proeftuin voor duurzame innovaties. DOOR JEROEN KREULE

S

terker, The Green Village – eveneens gehuisvest op de campus, een paar honderd meter verderop – kan de garage zelf heel goed gebruiken. Het zou bijvoorbeeld een prima onderkomen voor studenten en hun begeleiders kunnen zijn om aan zelfrijdende auto’s, bussen of scooters te sleutelen. Ook zou het een geschikte plek zijn om te werken aan een karretje, shuttle of hangende capsule voor de hyperloop, een dertig meter lange vacuümbuis waar een karretje, shuttle of capsule bijna wrijvingloos in kan rijden. Het idee is in elk geval ontstaan om dit bestaande gebouw te ontmantelen en iets verderop weer op te bou-

wen, in nauwe samenwerking met de Haagse Hogeschool en ingenieursbureau ABT uit Delft. Circulair bouwen in optima forma dus. Tenminste, dat is de bedoeling. Maar kán het ook? Zijn alle componenten van de garage opnieuw te gebruiken? Hoe duurzaam is het eigenlijk om een bestaand gebouw – in dit geval een garage – elders weer op te bouwen? Kan het dak – of onderdelen daarvan – ook worden hergebruikt? En hoe zit het met de betonnen vloer?

Experimenteren met nieuwe bouwconcepten The Green Village – waar al een circulair gebouw staat – is dé plek om het uit te zoeken: door in de praktijk te experimenteren met nieuwe bouwconcepten, kunnen

Visualisatie van het terrein van The Green Village, waar de garage zal worden hergebruikt. Beeld: The Green Village

professionals van de toekomst hier – samen met toonaangevende marktpartijen – waardevolle lessen leren om de transitie naar een duurzame bebouwde omgeving te versnellen. Als constructeur van ingenieursbureau ABT is Marco Welhuis nauw betrokken bij dit garage-project. In de eerste plaats is hij begeleider van een student bouwkunde van de Haagse Hogeschool die gaat afstuderen op dit project. Welhuis: “Samen met een aantal andere studenten heeft hij een plan van aanpak gemaakt, vervolgens is de garage uitgebreid getekend. Hij is nu bezig met het aanmaken van een materialenbibliotheek: welke materiaalsoorten zijn waar gebruikt en in welke hoeveelheden? Dit is een project waar ik veel van verwacht. En waar ABT hopelijk ook van gaat profiteren, want voor ons is dit ook nieuw. Bovendien vind ik het leuk om mijn kennis te delen en nieuw talent te coachen en op te leiden.”

Fundering De constructie van de garage is van staal, met omegaprofielen aan de buitengevel. Het is de bedoeling dat ook de grote garagedeuren, kozijnen, het kantoortje en het toilet worden hergebruikt. Alleen de fundering kan niet mee, dat staat vast. Welhuis: “Voor de fundering van garage op de nieuwe locatie gaan we gebruik


Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

Circulair Bouwen

17

De uitdaging voor de deelnemende partijen is om de garage zo remontabel mogelijk te maken maken van Stelconplaten. Dat zijn betonnen platen van twee bij twee meter met een gewicht van circa 1200 kilo. Op die manier maak je de garage straks nagenoeg volledig remontabel. Maar of het werkt, is een tweede: ik ben heel erg benieuwd of Stelconplaten als tijdelijke fundering gebruikt kunnen worden. En met tijdelijk bedoel ik vijf à tien jaar. Is het functioneel? Treden er vervormingen of zettingen op? Hoe zit het met de detaillering en de overgangen? Is het makkelijk waterdicht te krijgen? We gaan het allemaal uitzoeken.” Dit experiment met Stelconplaten valt overigens buiten de scope van het afstudeeronderzoek van de studenten, aldus Welhuis. “Maar als constructeur hoop ik er wel van te leren, het is echt iets nieuws. En ik ben blij dat ABT graag investeert in innovatie en praktijkkennis van nieuwe concepten in de bouw, in dit geval in samenwerking met onder meer de Haagse Hogeschool en de TU Delft.”

Innovaties versneld toepassen Uiteindelijk wordt het hele proces van ontmantelen, transporteren en opbouwen van de garage gemonitord, zegt programmamanager Circulaire Economie Willy Spanjer van The Green Village. “Het bijzondere van The Green Village is dat innovaties hier versneld kunnen worden toegepast, zonder dat aan allerlei weten regelgeving moet worden voldaan. Iedereen is welkom: studenten en docenten van de TU Delft en de Haagse Hogeschool, maar ook startups en grote bedrijven. Wij faciliteren vooral. Bij ons mag je een fout maken en falen, dat hoort bij het proces van innovaties.” Het garage-project is volgens Spanjer bijzonder, omdat het gebouw straks ook daadwerkelijk onderdeel gaat uitmaken van The Green Village. “De uitdaging voor de deelnemende partijen is om de garage zo remontabel mogelijk te maken. Maar als de garage eenmaal staat, gaan we met alle betrokken partijen nadenken over interessante vervolgstappen. Op welke manieren kunnen we het gebouw upcyclen? Misschien komen er in de toekomst zonnepanelen op het dak. Of gaan we het gebouw beter isoleren. Is het wellicht mogelijk om de garage energieneutraal te maken? Een ding is zeker: de garage is een inspiratiebron en leergebouw.”

Marco Welhuis uit Middelburg werkt ruim twintig jaar in de bouw en staat volgens eigen zeggen ‘met één been in bouwkunde en met het andere in bouwconstructies’. Hij heeft een passie voor architectuur. Welhuis studeerde Bouwkunde aan de Technische Universiteit Eindhoven en ging na het afronden van zijn studie in 1995 aan de slag als constructief ontwerper. Daarnaast heeft hij lesgegeven (constructieve en bouwkundige vakken) op de Hogeschool Zeeland. In 2004 kreeg hij een leidinggevende functie bij een architectenbureau. In 2013 ging hij aan de slag bij ABT in Antwerpen, in 2016 kreeg hij een aanstelling bij ABT in Delft. Daar is hij nu senior projectleider bouwkunde en constructies. ABT is een multidisciplinair ingenieursbureau met ruim 250 mensen in dienst en is zowel nationaal als internationaal actief. Het bedrijf heeft vestigingen in Velp, Delft, Düsseldorf, Haren en Antwerpen. De dienstverlening van ABT richt zich op verschillende kennisgebieden: constructies, civiele techniek, bouwkunde, bouwfysica en installatietechniek. Ook houdt het bureau zich bezig met ontwerp-, project- en bouwplaatsmanagement. Als onafhankelijk adviesbureau wil ABT toegevoegde waarde leveren aan de gebouwde omgeving. Niet alleen voor gebouwen, maar ook voor infrastructuur, nieuwbouw en hergebruik.

De twaalf jaar jonge garage naast het gebouw van Civiele Techniek op de campus van TU Delft (boven) wordt gedemonteerd (midden en onder) om te herplaatsen op het terrein van The Green Village. Foto’s: The Green Village


SmartLine-serie woonhuisventilatoren

Het slimste ĂŠn stilste jongetje van de klas

Holz100 .,A65+ ,5 +<<9A((4 )6<>,5 4,; 4(::0,=, 29<0:3((.:, /6<;)6<>,3,4,5;,5 A65+,9 =,9301405.

De SmartLine-serie van Orcon is dĂŠ intelligente serie voor iedereen die naast een buitengewoon binnenklimaat ook een efďŹ ciĂŤnt en stil binnenklimaat wenst. De standaard ingebouwde vochtsensor en de mogelijkheid om eenvoudig uit te breiden naar CO2 -vraagsturing maken hem slim, de Greentech radical gelijkstroommotor zorgt ervoor dat hij zeer geluidsarm is. De 100% recyclebare SmartLine-serie is geschikt als centraal mechanisch ventilatiesysteem voor luchtafzuiging van keuken, badkamer en toilet.

de top uit de

SmartLine! MVS-15RH

SmartLine! MVS-15RHB

SmartLine! MVS-15RH CO2B

Artikelnummer:

Artikelnummer:

Artikelnummer:

21130000

21130020

21140010

¡ De hoogste EPC winst in

¡ De hoogste EPC winst in

¡ De hoogste EPC winst in

de markt!

¡ De stilste ĂŠn efďŹ ciĂŤntste in alle standen

¡ Royale capaciteit van

de markt!

de markt!

¡ De stilste ĂŠn efďŹ ciĂŤntste in alle standen

¡ De stilste ĂŠn efďŹ ciĂŤntste in alle standen

¡ Royale capaciteit van

¡ Royale capaciteit van

435 m3/h bij 200 Pa

435 m3/h bij 200 Pa

435 m3/h bij 200 Pa

(600 m3/h bij 100 Pa)

(600 m3/h bij 100 Pa)

(600 m3/h bij 100 Pa)

¡ Standaard met vochtsensor ¡ Geschikt voor afstandsbediening 15RF en CO 2 -vraagsturing

¡ Standaard met vochtsensor ¡ Inclusief afstandsbediening 15RF

¡ Standaard met vochtsensor ¡ Inclusief CO2 bedieningssensor 15RF

¡ Geschikt voor CO 2 -vraagsturing

"

Ontdek ook de BlueLine-serie MVS-15 afzuigventilatoren! Topprestaties tegen een scherpe prijs. Geschikt voor de Perilex 3-standenschakelaar en/of RF-bediening.

"

&) '&' !" 1,- 2&1 !" ,24 "/"&("+Č„ 1 '"7")# 7&"+Č‚ ! "

orcon.nl +31 (0)318 54 47 00

volg ons

– •  ť Meer weten? Bel 088 – 584 08 22 of kijk op Bereikdebouw.nl/cobouw50


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

19

REPORTAGE

Hout als circulair constructiemateriaal Hout als constructiemateriaal in hoogbouw wint aan populariteit. Hout is, mits uiteraard afkomstig van duurzaam beheerd bos, uitermate duurzaam constructiemateriaal. Maar om houtbouw ook circulair te maken, zijn extra maatregelen nodig. Team V Architecten en ingenieursbureau Arup delen hun ervaringen uit de praktijk. DOOR TIJDO VAN DER ZEE

H

et hoogste houten gebouw ter wereld staat in het Noorse Bergen. Dit appartementengebouw heeft veertien verdiepingen en is ruim vijftig meter hoog. Het gebouw heet Treet, wat Noors is voor De Boom. Interessant is dat hier niet alleen de wanden en de vloeren in hout zijn uitgevoerd, maar dat ook de kern uit hout bestaat. Het enige beton dat hier gebruikt is, zit in de betonnen onderbouw en in twee verdiepingen én het dak, om de constructie het benodigde gewicht te verlenen. Ook in Nederland gaat de ontwikkeling hard rond hout. En de bouw van het inspiratievolle appartementencomplex HAUT in het Amsterdamse Amstelkwartier (start bouw verwacht eind 2017) draagt aan die ontwikkeling zeker bij. Deze 21 verdiepingen tellende woontoren van de hand van Team V architecten en ingenieursbureau Arup is echter niet helemaal van hout. Er is hier uiteindelijk gekozen voor een constructie met een betonnen kern, waarmee het een hybride woontoren wordt.

Drassige bodem Lang lagen hier twee varianten op tafel. In variant A zou ook de kern van hout zijn, waarbij zware stalen strips en een stalen brace voor de stabiliteit en constructieve stijfheid zouden zorgen. In variant B zouden deze stalen hulpmiddelen achterwege kunnen blijven doordat de kern van beton zou zijn. Volledig hout had misschien de voorkeur, maar “vanwege de zachte – natte – bodem en het dijklichaam dat deels onder het gebouw ligt en waarop we niet direct kunnen funderen, bleek het een grote uitdaging om een volledig houten constructie voldoende stijf uit te voeren”, zegt Team V-woordvoerder Renate van Schaik. “Uiteindelijk bleek dat om een acceptabele stijfheid te verkrijgen bij een houten kern, zo veel extra staal nodig was, dat de CO2-footprint groter zou uitvallen dan wanneer we voor een betonnen kern zouden kiezen. Een betonnen kern bleek dus zowel qua stabiliteit en stijfheid als qua CO2-uitstoot de beste optie. Anders dan wat je zou verwachten, bleek de betonnen kern dus ook vanuit duurzaamheidsoogpunt, iets dat voor ons zwaar weegt, de beste oplossing.”

Impressie van het People’s Pavilion. De houten constructie is ontworpen vanuit het oogpunt van circulair bouwen. Foto: Vingtsix 3D Visualisation Studio

Gedrag onder windbelasting Hoogbouw in hout geeft tot veertig meter doorgaans weinig complicaties voor de stabiliteit, zegt Rob Verhaegh, Structural Engineer bij Arup. Daarboven gaan er wel wat dingen spelen. “Zo dient bijvoorbeeld het dynamische gedrag onder windbelastingen zorgvuldig beschouwd te worden; door het relatief lage eigen gewicht van overwegend houten gebouwen zijn deze van nature gevoelig voor versnellingen ten gevolge van windbelastingen. Vanwege deze beperkingen worden hoogbouwprojecten tot op heden voornamelijk uitgevoerd met een hybride constructie, bestaande uit een betonkern voor de stabiliteit en verticale dragende elementen in hout.”

Uitdagingen Werken met hout betekent echter nog niet dat je dan ook meteen circulair bezig bent, beaamt Verhaegh. “Wanneer je circulair wilt bouwen met hout zijn er, net als bij andere materialen, extra uitdagingen. Verbindingen dienen dusdanig ontworpen te worden zodat de constructie zonder schade aan de elementen uit elkaar kan worden gehaald. Voorkom dus bijvoorbeeld gelijmde verbindingen. Voordeel van hout is dat er al erg veel met zogenaamde droge verbindingen wordt gewerkt – bouten en schroeven. Deze kunnen in principe zonder al te veel schade aan elementen worden gedemonteerd.” Er zijn behalve technische uitdagingen nog wel wat andere zaken waar je rekening mee moet houden bij circulaire houtbouw, zegt Verhaegh. “Obstakels zijn

Door het lage eigen gewicht van houten gebouwen zijn ze gevoelig voor wind het kwantificeren en communiceren van de waarde van circulair bouwen naar de klant. Certificering van bouwelementen gedurende de cycli. En het bewaken van de kwaliteit van de elementen gedurende de cycli.”

People’s Pavilion Arup heeft al behoorlijk wat houten gebouwen op zijn naam staan. Naast het hierboven beschreven HAUT zijn dat onder meer de houten pleinoverkapping Metropol Parasol in het Spaanse Sevilla, en het onderkomen van mediabedrijf Sky, het Sky Central in London. Maar volgens Verhaegh zijn deze constructies “wel van hout, maar niet specifiek ontworpen uit oogpunt van circulair bouwen”. Dat geldt wél voor het People’s Pavilion, de centrale ontmoetingsplek tijdens de Dutch Design Week die dit jaar in de vierde week van oktober gehouden wordt. Bij dit gebouw, “waarin circulair en demontabel bouwen in hout als uitgangspunt heeft gediend voor het ontwerp” is door Arup een constructie ontworpen, “die geheel demontabel is en waar geen schroef of bout aan te pas is gekomen”, zegt Verhaegh. En dat komt goed uit, want na afloop van de Dutch Design Week wordt alles uit elkaar gehaald en keren alle onderdelen weer terug bij hun eigenaren.


20

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

BEDRIJFSPROFIEL

De weg naar een ciculaire bouweconomie Het is 2050. Nederland heeft het gered; de transitie naar een circulaire economie is voltooid. Dit is de visie die de Rijksoverheid in 2016 presenteerde in het Rijksbrede programma ‘Nederland Circulair in 2050’. Om dit te bereiken, dient nog een hoop werk te worden verzet. Ook in en door de bouwsector. De eerste stappen naar een circulaire bouweconomie zijn gezet, maar we moeten door. Waar staat de transitie naar een circulaire economie nu? DOOR JUSTIN ERKENS

‘W

erken aan een circulaire economie: geen tijd te verliezen’, met die veelzeggende titel presenteerde de Sociaal-Economische Raad (SER) in juni vorig jaar haar advies aan het toenmalige kabinet Rutte II. Zonder ingrijpen, zo concludeerde de Raad, zou de energieen materiaalintensieve Nederlandse economie op termijn kwetsbaar worden door grondstofuitputting en andere nadelige gevolgen van het huidige lineaire economische model.

Naar een transitieagenda Tegelijkertijd signaleerde de SER ook kansen. Onder de juiste voorwaarden kon Nederland het tij keren en de kansen van een circulaire economie benutten. Er moest een transitieagenda worden opgesteld om de overgang naar een circulaire economie te versnellen. De overheid nam deze boodschap ter harte. Kort na het SER-rapport kwam het Rijk met een passend antwoord: het Rijksbrede programma ‘Nederland Circulair in 2050’. Het programma geeft richting aan de manier waarop we met onze grondstoffen, producten en diensten om zouden moeten gaan. Het Grondstoffenakkoord dat volgde – en dat is ondertekend door ruim 325 markt- en maatschappelijke partijen – onderschrijft de gezamenlijke ambitie voor een circulaire economie. Samen met biomassa & voedsel, kunststoffen, maakindustrie en consumptiegoederen vormt de bouw één van de hoofdpilaren in het Rijksbrede programma.

In de komende periode stellen we de leden van het Transitieteam Circulaire BouwEconomie aan u voor. Benieuwd naar hun visie? Houd dan www.circulaireeconomienederland.nl in de gaten.

Het SER-advies voor een transitieagenda kreeg tevens vervolg. In april dit jaar gingen de zogenaamde ‘transitieteams’ van start. Daaronder ook het team voor de bouwsector: het Transitieteam Circulaire BouwEconomie.

Transitieteam Circulaire BouwEconomie Het transitieteam Circulaire BouwEconomie wordt voorgezeten door prof.ir. Elphi Nelissen en bestaat uit verschillende spelers uit de bouw en subsectoren. Deze zestien toonaangevende ondertekenaars van het Grondstoffenakkoord geven vorm aan de transitieagenda voor de periode 2018-2023, om zo de overgang naar een circulaire bouweconomie te versnellen. Een geheel circulaire economie is – volgens Elphi Nelissen – een essentiële bouwsteen om een duurzame, leefbare samenleving te kunnen realiseren. Het transitieteam gaat daar de basis voor leggen.

Wat staat er voor hen op de planning? Begin oktober is de 80%-versie van de agenda door het Circulaire BouwEconomie-team opgeleverd, met de acitiveiten door de periode tot 2023. Deze acitiviteiten worden nu verder uitgewerkt voor de definitieve transitieagenda. Deze laatste versie wordt in december opgenomen in het Rijksbrede programma ‘Nederland circulair in 2050’ en overgenomen in de Bouwagenda van Bernard Wientjes (VNONCW). Na 30 november gaan de negen initiatiefnemers (VNO-NCW, MKB-Nederland, FNV, VCP, Stichting Natuur & Milieu, VNG, IPO, Unie van Waterschappen en de Rijksoverheid) van het Grondstoffenakkoord met hun eigen belanghebbenden, leden en met elkaar in overleg om te bepalen wat hun bijdrage zal zijn om de transitieagenda’s ten uitvoer te brengen. Op maandag 15 januari 2018 zullen de voorzitters van de teams de transitieagenda’s officieel overhandigen aan de negen opstellers van het Grondstoffenakkoord. Deze datum kunt u dus alvast noteren!

Wat betekent circulair voor de bouwsector? Niet voor niets werd de bouw verkozen tot één van de pijlers van het Rijksbrede programma voor de circulaire economie. De sector levert immers een significante bijdrage aan de Nederlandse economie en werkgelegenheid. Om de overgang naar een circulaire economie voor ondernemers te vergemakkelijken, wil de overheid zo veel mogelijk obstakels wegnemen (Ruimte voor Regels-programma). Daarnaast zijn in het Rijksbrede programma ‘Nederland Circulair in 2050’ voor de bouw de volgende set van strategische doelstellingen uitgewerkt: • De woning- en utiliteitsbouw en de GWW gebruiken vooral hernieuwbare grondstoffen. • Materiaalgebruik is over de hele levensduur van het bouwwerk geoptimaliseerd. • De bouw reduceert zo veel mogelijk CO2-emissies, zowel in de productie-, bouw- als in de gebruiksfase. • De bouw is een innovatieve sector die proactief inspeelt op veranderingen in de samenleving en de vraag van markt en consument. In de transitieagenda wordt een aantal projecten met impact geselecteerd die bijdragen aan de versnelling van de transitie. Daarnaast wordt aandacht besteed aan sociale aspecten zoals werkgelegenheid en scholing, aan kennis- en onderzoeksvragen en aan het wegnemen van financiële belemmeringen en het sluiten van circulaire business cases. Op www.circulaireeconomienederland.nl kunt u de laatste ontwikkelingen omtrent het Rijksbrede Programma Nederland Circulair en de transitieagenda’s en -teams volgen. Daarnaast biedt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) op www.rvo.nl/ circulair-bouwen ondernemers, overheden en andere maatschappelijk partijen handvatten om aan de slag te gaan. U vindt er ook informatie over relevante netwerken met betrekking tot circulair bouwen.

WAT IS CIRCULAIR BOUWEN? De Circulaire Bouweconomie betekent bouwen, gebruiken en hergebruiken van gebouwen, gebieden en infrastructuur, zonder: • Natuurlijke hulpbronnen onnodig uit te putten. • De leefomgeving te vervuilen . • Ecosystemen aan te tasten. Het betekent bouwen op een wijze die economisch verantwoord is en bijdraagt aan welzijn van mens en dier. Hier en daar, nu en later.


Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

Circulair Bouwen

21

Op weg naar een circulaire (bouw)economie We hebben nog een lange weg te gaan voordat Nederland in 2050 circulair is. De doelstelling is echter helder. We moeten naar de top, een 100% circulaire bouweconomie! Overheid, markt en maatschappelijke partijen werken de komende jaren samen om dit te realiseren. De tocht is opgedeeld in drie tijdsperiodes: 2018-2023: HET BASISKAMP In het eerste tijdvak van 2018 tot en met 2023 wordt een basiskamp gevormd. In deze periode worden de plannen van de transitieteams – waaronder die van het Transitieteam Circulaire BouwEconomie – tot uitvoering gebracht. Zo leggen we het fundament voor de transitie. 2023-2030: HALVERWEGE DE TRANSITIE We zijn inmiddels een heel eind op weg om de transitie naar een circulaire economie vorm te geven. Nu komen er – ook voor de bouwsector – concrete doelen in beeld. In 2030 moet namelijk de helft van de doelstelling gerealiseerd zijn: 50% minder verbruik van primaire grondstoffen (mineraal, fossiel en metalen). Evenals andere landen maakt Nederland stappen naar een toekomstbestendige, duurzame economie. 2030-2050: HET VOLTOOIEN VAN DE TRANSITIE Van 2030 tot 2050 wordt er door de Rijksoverheid, markt en maatschappelijk partners verder gewerkt aan het voltooien van de doelstelling: een transitie naar een 100% circulaire bouweconomie! In 2050 is het dan eindelijk zover. Nederlandse ondernemers in de bouw en andere sectoren zijn succesvol overgestapt van een lineair naar een circulair economisch model! Gezamenlijk hebben we van de transitie een succes gemaakt. Onze samenleving en onze aarde zijn in een circulair evenwicht.

Kijk voor meer informatie op: www.CirculaireEconomieNederland.nl en www.RVO.nl/circulair-bouwen


22

Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

Meer weten over circulair bouwen? Vakmedianet heeft diverse interessante uitgaven in print en online en organiseert evenementen op dit gebied.

Meer Circulair Bouwen de Architect september 2017: thema circulaire economie Het septembernummer van de Architect staat in het teken van de circulaire economie. Bekend voorvechters hiervan zijn Thomas Rau, Dirk Hebel, The Living, Lacaton & Vassal, Rotor, Rural Studio en Superuse Studios. Het streven naar duurzaamheid bestaat volgens Rau meer dan alleen duurzame gebouwen ontwerpen. De bouw neemt vijftig project van de jaarlijkse afvalproductie voor zijn rekening. De bouwsector is bovendien een grote slokop: hij consumeert veertig procent van alle grondstoffen. En twintig procent van alle op de bouwplaats aangeschafte materialen wordt weggegooid.

Bouwkwaliteit in de praktijk nr. 5 2017: thema Milieu en Circulair bouwen In dit nummer aandacht voor de milieuprestatie in het Bouwbesluit die vanaf 2018 wordt ingevoerd. Daarnaast ging de redactie op bezoek bij het nieuwe hoofdkantoor van Alliander in Arnhem: het toppunt van circulair ‘verbouwen’. Tevens een artikel over normen en circulair bouwen. In het productkatern artikelen over het nieuwe Stadskantoor in Venlo, biocomposieten als gevelmateriaal, banken uit gerecycled kunststof en de bijna CO2-neutrale nieuwbouw van Agio Cigars.

Excelleren in duurzaam innoveren De auteurs zetten de voordelen van duurzaam innoveren op een rij. Het heeft een positief effect op het milieu, het kan zorgen voor een hogere omzet, nieuwe marktsegmenten kunnen worden aangeboord, nieuwe businessmodellen kunnen ontstaan en bedrijven krijgen een beter imago. Daarnaast stelt duurzame innovatie bedrijven in staat om een voorsprong te nemen op concurrenten en worden ze minder afhankelijk van grondstoffen.

VAKBLAD OVER KWALITEITSBORGING BIJ PRODUCTEN, HANDHAVING EN REGELGEVING

SEPTEMBER 2017 | JAARGANG 48 WWW.DEARCHITECT.NL

Eenmalige introductieprijs: € 24,95 (excl. btw)

Auteurs: Dr. K. Peters, Prof.dr.ir. J.C. Wortmann, Prof.dr. K. Lauche ISBN: 9789462452244 € 39,75 (excl. btw)

Prijs abonnement: € 220,- (excl. btw). Prijs los nummer: € 27,50 (excl. btw)

Thema Circulaire economie National Kaohsiung Center for the Arts door Mecanoo Architecten Nieuw perspectief voor een havenstad project Thomas Rau Met Madaster worden bouwmaterialen benoemd en herbruikbaar Thema Sportcentrum Rozenburg door Koen van Velsen Gebouw en landschap werken nauw samen Techniek

THEMA’S:

• Milieu • Circulair bouwen Nr. 5 • Jaargang 3 • mei 2017 www.nbd-online.nl en www.omgevingindepraktijk.nl

Blijf volledig op de hoogte met de twee boeken over klimaatbeheersing Klimaatbeheersing 1 - Warmtetechnieken Ontwerp, aanleg, onderhoud en beheer In het full colour praktijkboek Klimaatbeheersing 1 Warmtetechnieken krijgt u een duidelijke uitleg van de theorie en de praktijktoepassingen van warmtetechnieken. Prijs € 135,– (exclusief btw) nieuwe druk september 2016

Klimaatbeheersing 2 Luchtbehandeling, ventilatie en koeling Dit full colour praktijkboek (verschenen in februari 2016) maakt de theorie van luchtbehandeling, ventilatie en koeling duidelijk en legt de toepassing hiervan uit. Prijs € 135,– (exclusief btw)

NU BOEK 1 EN BOEK 2 VOOR € 199,– (exclusief btw) De boeken zijn onmisbare naslagwerken voor iedereen die in de praktijk met klimaatbeheersing te maken heeft. Ga voor meer informatie of uw bestelling naar www.vakmedianetshop.nl/klimaatbeheersing


Circulair Bouwen

Cobouw special | donderdag 26 oktober 2017

23

INTERVIEW

Madaster geeft bouwmaterialen identiteit Afval elimineren door (bouw-)materialen een identiteit te geven. Dat is het doel van Madaster in een notendop, zegt Pablo van den Bosch van het deze week gelanceerde online platform. Samen met architect Thomas Rau is Van den Bosch oprichter van het platform zonder winstoogmerk. DOOR JEROEN KREULE

M

adaster dus. Een Kadaster van materialen in vastgoed. Een Burgerlijke Stand voor materialen. Ook wel een online bibliotheek van materialen genoemd, die toegankelijk is voor iedereen: particulieren, vastgoedeigenaren en beheerders, ontwerpers en bouwers. Het systeem registreert, ordent, bewaart en ontsluit data. Het gebouwdossier vormt volgens de oprichters de basis voor makkelijke én kostenbesparende communicatie met derden over vastgoed, zoals verzekeraars, bouw- en onderhoudsleveranciers, maar ook eventuele huurders en gebouwgebruikers. Voor de goede orde: de privacy is gewaarborgd. Zonder goedkeuring hoeft een gebouweigenaar dus niet bang te zijn dat iemand anders zijn of haar data kan bekijken. Van den Bosch: “We willen met de oprichting van Madaster geen invulling geven aan termen als duurzaamheid en circulaire economie. Onze doelstelling is heel concreet: afval elimineren. Hoe gaat het nu vaak? We delven grondstoffen, maken daar allerlei mooie en handige producten van en gooien die spullen op een gegeven moment weer weg. Ook in de bouw. Afval wordt vaak gezien als materiaal dat in de anonimiteit terechtkomt. Veel afval komt uiteindelijk in verbrandingsovens terecht, maar eigenlijk is zo’n oven een crematorium voor grondstoffen. Zonde natuurlijk. Veel materialen kunnen immers hergebruikt worden. Dat hergebruik gebeurt eerder door materialen een identiteit te geven. Het Madaster gééft die materialen identiteit. Het is een enorme databank van materialen in gebouwen, vastgelegd in een materialenpaspoort. Wij zijn ervan overtuigd dat het leidt tot meer hergebruik en dus minder afval.”

Inzicht Het materialenpaspoort van een gebouw maakt volgens Van den Bosch in de eerste plaats inzichtelijk wélke materialen in het gebouw zijn gebruikt, of het nu om hout, steen of glas gaat. Het document geeft ook aan om welke hoeveelheden het gaat. Daarnaast bevat het paspoort informatie over de kwaliteit, de locatie en de financiële en circulaire waarden van een materiaalsoort.

Pablo van den Bosch: “We gaan er alles aan doen om Madaster te laten slagen. Het doel is daarbij altijd hetzelfde: afval elimineren, want daar is het ons uiteindelijk om te doen.”

Met een simpele muisklik is te zien hoeveel beton voor de fundering van een geselecteerd pand is gebruikt. Hoeveel hout bevindt zich in de constructie? Welk soort hout? Waar zit het leidingwerk? Welke kranen zijn gebruikt? Waar zitten de deuren? De gebouweigenaar kan de data van een gebouw zelf uploaden naar een beveiligde pagina van Madaster. Dat uploaden kan met 3D bouwmodellen en BIM-files. Wie niet over BIM-files beschikt, geen paniek: ook Word-documenten, tekeningen, pdf-files en foto’s kunnen worden toegevoegd. Hoe meer data, hoe completer het beeld van de toegepaste bouwmaterialen in een gebouw. Madaster maakt voor ieder gebouw automatisch een actueel en gedetailleerd materialenpaspoort aan, aldus Van den Bosch: “Je kunt zo ver gaan als je zelf wilt. Neem als voorbeeld een raam van een bepaald merk. Je kunt vastleggen waar dit raam zich bevindt, maar ook wat het raam gekost heeft. Je kunt bovendien het garantiebewijs toevoegen. Misschien zijn er zelfs wel You Tubefilmpjes te vinden waarin wordt uitgelegd hoe je zo’n raam het beste kunt demonteren. Dat kan weer handig zijn als het gebouw is afgeschreven en moet worden ontmanteld.”

Bedenker Medeoprichter en architect Thomas Rau was in 2011 de bedenker van het materialenpaspoort, met daarin een nauwkeurige inventarisatie van alle gebruikte materialen, gebruikte grondstoffen en waar deze zich

bevinden. Van den Bosch: “Thomas Rau moet worden gezien als de grondlegger van Madaster. Hij is al jaren bezig met het materialenpaspoort.” Hij gebruikte het paspoort voor het eerst in 2013, bij de tijdelijke uitbreiding van het gemeentehuis in het Gelderse Brummen. Van den Bosch: “Hij maakte met alle leveranciers dezelfde afspraak: wanneer het gebouw na vijftien jaar wordt gedemonteerd, moet de leveranciers hun materialen weer innemen. In het door hem bedachte paspoort is alles vastgelegd.” Van den Bosch en Rau ontmoetten elkaar voor het eerst in 2015. “Ik was onder de indruk van zijn visie. Rau is iemand die al ongelooflijk lang bezig is met hergebruik van materialen. Lange tijd werd hij niet zo serieus genomen, maar zijn gedachtengoed is nu mainstream.” Van den Bosch en Rau besloten samen te werken en het idee van afval elimineren handen en voeten te geven. Van den Bosch: “Thomas daagde mij min of meer uit om met een business model te komen. Zo is Madaster ontstaan. Mijn drijfveer? Ik geloof in economische modellen, bovendien moeten we met z’n allen veel meer gaan nadenken over hoe we omgaan met onze aarde.” De data in een materialenpaspoort kan gebouweigenaren, ontwerpers en bouwers helpen om nieuwe afwegingen te maken tijdens het ontwerpen en bouwen van gebouwen. Ook kan de waarde van een pand – aan de hand van een materialenpaspoort – beter worden bepaald.


Toekomstbestendig en remontabel bouwen?

Saxion, Apeldoorn (beeld: Façadis)

Door in de ontwerpfase al rekening te houden met sloop, wordt het mogelijk elementen niet alleen gemakkelijk te demonteren maar ook te remonteren in een nieuw gebouw. Zo bouwt VBI mee aan duurzame oplossingen voor de dag van morgen. Meer weten? Bel +31 (0)26 379 79 79 of volg ons via @flexibelcomfort

www.vbi.nl

IAA Architecten (beeld: IAA Architecten)


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.