De maatschappij dat ben JIJ voor BBL en BOL

Page 1

De maatschappij dat ben JIJ voor BOL/BBL is een compacte methode voor Burgerschap in het mbo. De opdrachten zijn praktisch ingestoken en werkgerelateerd. Studenten krijgen kennis en vaardigheden aangereikt, vormen meningen en denken na over hun houding. Het uitgangspunt is dat studenten inzien dat zij een positieve invloed kunnen hebben op hun plek en functioneren in de samenleving.

DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ.

DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ.

Kernpunten van deze methode: ff Korte klassikale digibordlessen waarin het gesprek centraal staat ff Per dimensie drie hoofdthema’s met compacte theorie ff Keuzeopdrachten per thema, passend bij het werk en de persoonlijke situatie van BOL/BBL’ers ff Per dimensie een online XL portfolio-opdracht ff Per dimensie een online debatles

Methode Burgerschap voor het mbo – BOL/BBL

www.codenamefuture.nl

Methode Burgerschap voor het mbo

BOL/BBL

DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN

JIJ.


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

INHOUDSOPGAVE WAAROM BURGERSCHAP?

1 ECONOMISCHE DIMENSIE 1.1 WERK EN INKOMEN #01 Hoe reageer jij? #02 Hoe zit het met je cao? #03 Check je loonstrook

11 19 20 21

1.2 DE OVERHEID EN HET SOCIALE VANGNET #04 Solidariteit, hoe werkt het? #05 Sociale zekerheid voor jou #06 Meer of minder sociale zekerheid?

23 34 35 36

1.3 IK BEN KRITISCH EN BEWUST #07 Hoe ben jij te verleiden? #08 Geld lenen #09 Hoe duurzaam ben jij?

37 45 46 48

50

BEGRIPPEN

2 SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJKE DIMENSIE 2.1 IDENTITEIT #01 Kun jij jezelf zijn? #02 Groepen en gedrag #03 Je eigenschappen, je waarde

55 61 62 64

2.2 CULTUUR EN INVLOEDEN 66 #04 Mijn cultuur 75 #05 Hoe is de cultuur op je werk? 76 #06 DNA-reis 78

4

2.3 NORMEN EN WAARDEN #07 Mijn normen-top 3 #08 Gedragsregels op straat en werk #09 Welke waarden vind ik belangrijk?

80 87 89 91

94

BEGRIPPEN


INHOUDSOPGAVE  •  BOL EN BBL

3 POLITIEK-JURIDISCHE DIMENSIE  3.1 DEMOCRATIE EN VERKIEZINGEN 99 #01 Democratie op je werk 107 #02 Wie deelt jouw mening? 110 #03 Europa 111 3.2 DE NEDERLANDSE RECHTSSTAAT 113 #04 Grondrechten in de actualiteit 121 #05 Strafbaar 122 #06 Welke gevolgen heeft een strafblad? 125 3.3 VRIJHEID EN MEDIA #07 Echt of nep? #08 Filterbubbel en framing #09 Sociale media op je werk BEGRIPPEN

126 133 135 137 138

4 DIMENSIE VITAAL BURGERSCHAP 4.1 JOUW LEEFSTIJL #01 Check je leefstijl #02 Verbeter je leefstijl #03 Wat zit er in mijn eten?

143 151 154 157

4.2 PSYCHISCH FIT 158 #04 Wat weet jij over verslavingen? 165 #05 Help, ik houd het niet vol! 168 #06 Geluk 170 4.3 VITAAL IN JE WERK #07 Jouw ideale werkweek #08 Fit in jouw branche #09 Ziek, en nu?

171 177 178 179

180

BEGRIPPEN

DAAROM BURGERSCHAP! 5


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

WAAROM BURGERSCHAP? In deze inleiding denk je na over waarom je Burgerschap krijgt. Wat betekent het eigenlijk en wat heb je eraan? Burgerschap leert je de kennis, vaardigheden en houding die je nodig hebt om in de maatschappij mee te doen. En ook om mee te doen op je werk. Doel van het vak is eraan bij te dragen dat je een sociale, zelfredzame burger wordt en dat je weet wat je rol in de samenleving is.

6

ECONOMISCHE DIMENSIE

SOCIAAL-MAATSCHAPPELIJKE DIMENSIE

De Economische dimensie gaat over: `` Werk en inkomen `` Sociale zekerheid `` Kritische en bewuste consumenten `` Duurzaamheid

De Sociaal-maatschappelijke dimensie gaat over: `` Identiteit `` Culturen `` Normen en waarden `` Diversiteit, gelijkheid en discriminatie

Ik verwacht het volgende te leren:

Ik verwacht het volgende te leren:


Waarom Burgerschap

Wat verwacht je te leren? In de digibordles heb je gezien dat Burgerschap uit vier verschillende dimensies bestaat. Elke dimensie gaat over een bepaald thema. Je hebt filmpjes en een plaatje bekeken en besproken bij welke dimensie ze horen en waarom.

Hieronder hebben we voor elke dimensie op een rij gezet welke onderwerpen er aan de orde komen. Lees ze door en schrijf onder iedere dimensie wat je verwacht te leren. Bespreek de antwoorden kort met je medestudenten.

POLITIEK-JURIDISCHE DIMENSIE

DIMENSIE VITAAL BURGERSCHAP

De Politiek-juridische dimensie gaat over: `` Democratie `` Totstandkoming van wetten `` Misdaad en straffen `` Jouw invloed op de politiek

De dimensie Vitaal burgerschap gaat over: `` Jouw leefstijl `` Balans tussen werk en privé `` Verslaving, psychische problemen `` Geluk

Ik verwacht het volgende te leren:

Ik verwacht het volgende te leren:

7


1 8


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

ECONOMISCHE DIMENSIE In de economische dimensie onderzoek je het economische aspect van werken, zoals je rechten en plichten als werknemer, je contract en je salaris. Je verdiept je in sociale zekerheid: wat zijn bijvoorbeeld de mogelijkheden als je ziek of werkloos wordt? Daarnaast onderzoek je je rol als consument. Je krijgt inzicht in het begrip duurzaamheid en wordt je bewust van de kracht van reclame. Je denkt na over kritisch en bewust kopen en rondkomen met je geld.

9


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

INHOUD

ECONOMISCHE DIMENSIE 1.1

WERK EN INKOMEN THEORIE 11 KENNISVRAGEN 16 OPDRACHTEN 18

1.2

DE OVERHEID EN HET SOCIALE VANGNET THEORIE 23 KENNISVRAGEN 30 OPDRACHTEN 32

1.3

IK BEN KRITISCH EN BEWUST THEORIE 37 KENNISVRAGEN 42 OPDRACHTEN 44

BEGRIPPENLIJST

50

EXTRA (ONLINE) OPDRACHTEN VOORBEREIDING DEBATLES WERK & ETHIEK download op: ganaar.link/dbd01 XL PORTFOLIO-OPDRACHT MIJN BEROEP OVER 10 JAAR download op: ganaar.link/dbx01 KENNISTOETS

10


ECONOMISCHE DIMENSIE 1.1 IW K ERK INKOMEN 1.3 BENEN KRITISCH EN BEWUST

THEORIE

Het nut van werken Voor je basisbehoeften zoals eten, woonruimte en kleding, heb je geld nodig. Dat geld krijgen de meeste mensen door betaald werk te doen. Dat kan in loondienst zijn, of als ondernemer met een eigen zaak. Kortom: je werkt om geld te verdienen. Voor een deel klopt dat natuurlijk, maar dat betaalde werk levert ook iets op dat niets met geld te maken heeft. Werk kan ervoor zorgen dat je je nuttig voelt en waardering krijgt voor wat je doet. Als je je werk goed doet, geeft dat zelfvertrouwen. En doordat je collega’s hebt, heb je er sociale contacten bij. De piramide die je op de afbeelding ziet, is een soort top 5 van menselijke behoeften. De psycholoog Maslow heeft deze piramide bedacht. Hij gaat ervan uit dat je pas aan ‘hogere’ behoeften kunt werken, als de lagen

eronder al in orde zijn. Het hebben van werk kan in al deze behoeften een rol spelen: door je inkomen kun je zorgen voor je lichamelijke behoeften, en voor veiligheid en zekerheid. Dit staat in de onderste twee lagen. Maar het hebben van werk kan je meer geven, zoals sociaal contact, erkenning, waardering en persoonlijke ontwikkeling. De piramide van Maslow

behoefte 5 aan ontwikkeling

4 behoefte aan erkenning en waardering behoefte aan contact

3

behoefte aan veiligheid en zekerheid lichamelijke behoeften zoals voeding en warmte

2

1

11


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

En niet alleen jij hebt er belang bij om te werken: je bent als werknemer ook van belang voor het bedrijf of de organisatie waarvoor je werkt. Zonder werknemers kan een bedrijf zijn doelstellingen niet bereiken. Tot slot is werk ook nuttig voor de samenleving als geheel. Door jouw inzet in de zorg, landbouw, industrie, dienstver­ lening of het transport draag je bij aan onze maatschappij en onze welvaart. Werknemer zijn: een afspraak Het hebben van een baan is eigenlijk een simpele afspraak: jij levert arbeid aan je werkgever en je werkgever betaalt je daarvoor. Meestal kom je aan een baan via een sollicitatie op een vacature. Als je het na een sollicitatiegesprek met je werkgever eens wordt, sluiten jullie een arbeids­ overeenkomst. Daarin worden deze dingen altijd vastgelegd: •• je functie •• je salaris •• hoeveel uur je werkt •• de plaats waar je je werk doet. Vaak staan er in de arbeidsovereenkomst ook nog afspraken over vakantietoeslag, reiskostenvergoeding en soms nog andere zaken. Een arbeidsovereenkomst betekent dat er een gezagsverhouding is tussen jou en

Arbeidsovereenkomst • afspraak tussen werk­gever en werknemer, waarbij de werk­ gever belooft loon te betalen en de werknemer belooft werk te verrichten volgens aanwijzingen van de werkgever

12

de werkgever. De leidinggevende heeft gezag over jou: hij vertelt jou wat je moet doen en hoe je dat moet doen. De arbeidsovereenkomst kan gelden voor bepaalde tijd (oftewel ‘tijdelijk’, bijvoorbeeld voor zes maanden) of voor onbepaalde tijd (‘vaste dienst’). Je kunt ook een oproep­ contract of nulurencontract krijgen. Hierin staat niet hoeveel uur je gaat werken.


ECONOMische dimensie

Cao In veel bedrijfstakken – denk bijvoorbeeld aan horeca, gezondheidszorg of transport – worden algemene afspraken gemaakt over arbeidsvoorwaarden zoals salaris, toeslagen, vakantiedagen, werktijden, reiskostenver­ goeding, scholing. Die afspraken worden vastgelegd in een cao, (collectieve arbeids­ overeenkomst). Als de cao algemeen bindend is, moet elke werkgever in de branche zich eraan houden. De cao’s worden afgesloten na onderhandelingen tussen werknemers en werkgevers in de bedrijfstak. Vakbonden onderhandelen uit naam van de werknemers. De vakbond Op veel punten hebben werkgevers en werknemers hetzelfde belang. Ze willen allemaal dat het goed gaat met hun bedrijf of organisatie, dat er voldoende geld binnenkomt en dat er goed en veilig gewerkt wordt. Maar soms hebben ze tegenstrijdige belangen: een werkgever wil niet te veel uitgeven, maar een werknemer wil graag zoveel mogelijk verdienen. Zowel werkgevers als werknemers hebben organisaties die voor hun belangen opkomen.

Arbeidsvoorwaarden • voorwaarden waaronder werknemers hun arbeid verrichten, zoals is vast­ gelegd in een arbeidsovereenkomst Cao • overeenkomst met afspraken tussen werk­ nemers en werkgevers in een bepaalde bedrijfstak Vakbond • vereniging van werknemers in een bepaalde branche, die opkomt voor de belangen van haar leden

De vakbonden onderhandelen met werkgevers over een zo goed mogelijke cao. Als je lid bent van een vakbond, kun je daar vaak ook terecht voor individuele hulp, bijvoorbeeld als je een conflict hebt met je werkgever. Als een vakbond het niet eens is met het beleid van een bedrijf of ontwikke­ lingen in een branche, kan de vakbond druk uitoefenen. Het belangrijkste middel daarvoor is een staking. Werknemers stoppen dan enige tijd met hun werk. Rechten en plichten Je hebt als werknemer in Nederland veel rechten. Je hebt onder andere recht op een redelijk salaris en een veilige en gezonde werkplek. Dat laatste staat in de Arbowet. In veel branches gelden naast de Arbowet nog meer eisen over veiligheid en gezondheid. Als het bedrijf waar je werkt meer dan 50 mensen in dienst heeft, heb je recht op inspraak in de vorm van een onder­nemingsraad (OR). In bedrijven met 10 tot 50 medewerkers kunnen de werknemers zelf een OR of personeelsvertegen­ woordiging (PVT) opzetten. Als de meerderheid van de werknemers daarom vraagt, moet de werkgever hiermee akkoord gaan.

Arbowet • afkorting van Arbeidsomstandig­ hedenwet; bevat regels voor werkgevers en werk­ nemers om gezondheid, veiligheid en welzijn te bevorderen Ondernemingsraad • inspraak- en mede­ zeggenschapsorgaan in een organisatie

13


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

De Arbowet gaat over gezonde en veilige werkomstandigheden

Een PVT heeft minder rechten dan de OR. Zo kan de OR zelf met een voorstel komen, de PVT kan dat niet. Als de medewerkers geen OR of PVT opzetten, moet de werkgever personeelsvergaderingen (PV) houden. In bedrijven vanaf 10 werknemers, zonder PVT, moet de werkgever tenminste twee keer per jaar een PV houden met de medewerkers. Als werknemer heb je ook veel plichten, die je kunt samenvatten met de term ‘goed werknemerschap’. Bijvoorbeeld op tijd komen, de instructies van je werkgever opvolgen, je aan de regels van het bedrijf houden, met respect over het bedrijf spreken (ook op sociale media), en voorzichtig omgaan met informatie over het bedrijf of over klanten van het bedrijf.

Bruto- en nettoloon Volg je een BBL-opleiding, dan heb je een leerovereenkomst en meestal ook een arbeidsovereenkomst met het bedrijf waar je (drie of) vier dagen in de week werkt. Wat jij aan loon op je bankrekening krijgt, is niet gelijk aan wat jouw werkgever kwijt is aan jouw loonkosten. De werkgever betaalt de zogenaamde ‘werkgeverslasten’. Dit zijn: delen van de premies voor sociale verzeke­ ringen, een reservering voor je vakantiegeld en een pensioenpremie. Wat de werkgever jou betaalt is het brutoloon. Daarvan gaan de belastingen en premies af die jij als werknemer moet betalen. De werkgever houdt die in op je loon en draagt ze af aan de overheid. Het bedrag dat overblijft, is het nettoloon. Dat krijg jij uitbetaald.

Werkgeverslasten • de premies voor werk­ nemersverzekeringen die voor rekening van de werkgever komen, de bijdrage van de werkgever aan de sociale zekerheid

14


ECONOMische dimensie

Op je brutosalaris worden de volgende belastingen en premies ingehouden:

`` Loonheffing, bestaande uit: • Loonbelasting • Premie voor de volksverzekeringen AOW, Anw, Wlz

`` Premie voor de Zorgverzekeringswet (ZVW) `` Premies voor de werknemersverzekeringen: • Werkloosheidswet (WW) • Wet op de arbeidsongeschiktheid (WAO) • Wet werk en inkomen naar vermogen (WIA) • Ziektewet (ZW)

Als je ouder bent dan 21 jaar betaal je in de meeste branches ook pensioenpremie. Meer verdienen De meeste werkgevers betalen je salaris per maand. Je krijgt het bedrag dat je met je werkgever hebt afgesproken toen je in dienst kwam. Daarnaast kun je toeslagen krijgen, bijvoorbeeld als je onregelmatig werkt of als je werk gevaarlijk is. Ook kun je recht hebben op vergoedingen zoals reiskosten­ vergoeding. Als je goed functioneert, gaat je salaris vaak elk jaar iets omhoog. Als je een nieuwe functie krijgt met meer verantwoor­ delijkheden, bijvoorbeeld leiding geven, ga je vaak naar een hogere salarisschaal. Maar je kunt ook extra opleidingen doen, zodat je nieuwe taken kunt krijgen in je huidige baan of een nieuwe functie kunt krijgen. Denk aan een nieuwe specialisatie of een BHV-diploma (bedrijfshulpverlening).

15


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

KENNISVRAGEN

VRAAG 1 1A Noem drie redenen om te werken, die voor de werknemer van belang zijn.

VRAAG 3 Kruis aan welke zaken in elk geval in je arbeidsovereenkomst moeten staan.

••Functie ••Reiskostenvergoeding ••Afspraken over fooien en extra’s ••De plaats waar je je werk doet ••Salaris ••Hoeveel uur je werkt ••Aantal vakantiedagen ••Sancties bij te laat komen VRAAG 4 Lees de volgende zin uit een arbeids­ overeenkomst.

1B Bedenk met behulp van de Maslowpiramide nog een reden om te werken.

“Werknemer wordt aangesteld tot 31 december 2019. Voor die tijd zal de werkgever bij ontslag een opzegtermijn van een maand in acht nemen.”

1C Bij vraag 1A en 1B heb je redenen om te werken genoteerd. Schrijf bij elke reden het cijfer van de laag uit de Piramide van Maslow waar deze reden bij kan horen. VRAAG 2 Beschrijf in je eigen woorden de ‘ruil’ die er plaatsvindt tussen werknemer en werkgever.

16

Wat weet je nu over het contract van deze werknemer?

••Hij/zij heeft een nulurencontract. ••Hij/zij heeft een contract voor

onbepaalde tijd. Hij/zij heeft een contract voor bepaalde tijd. Hij/zij heeft een fulltime contract.

•• ••


ECONOMische dimensie

VRAAG 5 Cool Stuff BV is een webwinkel met telefoonaccessoires. Er werken in totaal 22 mensen. Cool Stuff valt onder de cao Homeshopping Bedrijven, die niet algemeen bindend is. 5A Welke verplichtingen heeft Cool Stuff?

••Ze moeten zich aan de Arbowet houden. ••Ze zijn verplicht een ondernemingsraad

VRAAG 7 Alex is 32 jaar. Hij werkt vier dagen in de week van 8.00-16.00 als verpleegkundige in een ziekenhuis. Zijn collega Sarah van 30 werkt net als Alex 32 uur en ze hebben dezelfde functie. Zij werkt in wisselende diensten, soms van 8.00-16.00, soms van 16.00-0.00 en soms van 0.00-8.00. Ze zitten in dezelfde loonschaal, maar toch verdient Sarah meer. Leg uit waarom.

te hebben. Ze moeten zich aan de cao houden.

••

5B Leg je antwoord uit. VRAAG 8 Noteer twee manieren waarop de vakbond opkomt voor belangen van werknemers.

VRAAG 6 Maak de juiste combinaties, trek een lijn tussen de woorden die bij elkaar horen.

Wat je werkgever afdraagt aan de overheid

Nettoloon

Wat je werkgever aan loon betaalt

Brutoloon

Wat jij aan loon ontvangt

Belastingen en premies

VRAAG 9 Bella werkt in een café-restaurant waar in totaal 17 mensen werken, plus de eigen­aresse. Bella en haar collega’s willen graag meepraten over de gang van zaken in het bedrijf. Met een groep van 12 medewerkers beginnen ze een personeelsvertegenwoordiging (PVT). Wat moet de eigenaresse doen?

••Zij hoeft hier niet in mee te gaan. ••Zij moet akkoord gaan met de oprichting van de PVT.

••Zij moet een jaarlijkse personeels­ vergadering houden. Zij moet een ondernemingsraad oprichten.

••

17


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHTEN

Bij dit thema WERK EN INKOMEN horen drie keuzeopdrachten. In overleg met je docent kies je met welke opdrachten je aan de slag gaat. Kruis aan welke opdracht(en) je hebt gemaakt:

CHECKLIST 1.1 WERK EN INKOMEN OPDRACHT #01

Hoe reageer jij?

OPDRACHT #02

Hoe zit het met je cao?

FLYER: Hoe zit het met de cao? voldoet aan de gestelde eisen

OPDRACHT #03

Check je loonstrook

In te vullen door de docent:

onvoldoende voldoende goed

18

Paraaf docent

Datum


ECONOMische dimensie

OPDRACHT #01

HOE REAGEER JIJ? Vul in hoe jij reageert. Je leidinggevende vraagt of je wilt overwerken op zondag, terwijl je die dag al een privé-afspraak hebt. Wat doe je? Jouw collega verdient meer dan jij, maar heeft dezelfde functie en is net zo oud. Hoe reageer jij?

Je wilt een dag vrij nemen vanwege een religieuze feestdag, maar je leidinggevende vindt dat geen goed idee. Hoe reageer jij? Bespreek in de klas Bespreek de situaties in de klas. Wie heeft een van deze situaties al eens meegemaakt op het werk? Wat gebeurde er? Check op je werk Wat zijn je rechten en plichten op je werk in deze drie situaties? Kijk bijvoorbeeld in de cao voor jouw bedrijfstak of in je arbeidsovereenkomst. Ook op internet is informatie te vinden. Overwerken op zondag:

•  verplicht

•  vrijwillig

•  anders, namelijk:

Ongelijke beloning op het werk:

•  toegestaan •  niet toegestaan •  anders, namelijk:

Vrij nemen op religieuze feestdag:

•  toegestaan •  niet toegestaan •  anders, namelijk:

Beschrijf Beschrijf kort welke inzichten deze opdracht jou heeft gegeven in je rechten en plichten op het werk.

19


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHT #02

HOE ZIT HET MET JE CAO? Werk alleen of in tweetallen. Zoek voor jouw branche uit: 1 Is er een cao? Zo ja, waar kun je die vinden? 2 Van wanneer tot wanneer geldt deze cao? 3 Is de cao algemeen bindend? 4 Mogen werkgevers er op bepaalde punten van afwijken? Zo ja, op welke? 5 Wat is er afgesproken over: a minimumsalaris b uitbetaling van overwerk c aantal vakantiedagen d toeslag voor avonden en/of weekenden

Wat je moet maken FLYER: HOE ZIT HET MET DE CAO? `` Maak een flyer waarin je uitlegt hoe het zit met de cao in jouw branche. Gebruik in de flyer de antwoorden op de (deel)vragen. `` Bespreek de inhoud van de flyer met een of twee klasgenoten die ook een flyer hebben gemaakt. Op welke punten verschilt de informatie in de flyers? Noteer de verschillen en overeenkomsten.

Waar moet de flyer aan voldoen? •• Je gebruikt duidelijke taal; •• Formaat: A4 of A5; •• In de flyer staan de antwoorden op bovenstaande (deel)vragen.

20


  ECONOMische dimensie

OPDRACHT #03

CHECK JE LOONSTROOK

Salarisspecificatie Je ziet hier het loonstrookje van leerling-werknemer Merten. Bij verschillende termen en bedragen Meneer M. Wander Van der Valk Dr. Abbinkspainkstrstaat 31 Hoofdveste 25, Houtengemaakt. Welke uitleg klopt niet? op de loonstrook een uitleg. Er is echter een foutje 3401 NZ 3992 DH Zet daar een kruisje en schrijf de juiste uitlegHouten erbij. IJsselstein Salaris periode 2017-10 Pers nr: BSN: Geb. datum Functie

191 38394029 30-04-1999 leerling-werknemer

In dienst: Uit dienst: Stam salaris Periode:

12-09-2017

Salarisspecificatie

Kleur/Tabel: LH/LHkorting: Run nummer

-

0 2017-10

Meneer M. Wander Dr. Abbinkspainkstr 31 3401 NZ IJsselstein Code Bruto 1100

Van der Valk Hoofdveste 25, Houten 3992 DH Houten

Omschrijving

Waarde

Salaris

Code Bruto 1100

12-09-2017 1100,00

Inhouding

Kleur/Tabel: 197,00 LH/LHkorting: 86,90 Run nummer

-

0 2017-10

Totaal netto

772,60

Omschrijving

Waarde

Salaris

43,50

Uitbetaling

Loonheffing Tabel Bijdrage Zvw Premie werknemersverzekeringen

1100,00

Totalen 9900

Totaal netto

772,60

1100,00 11

SVW Loon Uren gewerkt

1100,00 92

Tabel

Cumulatief

1100,00

1100,00

wit/maand Ja/Nee 9

Inhouding

1100,00

Loonheffing 8800 9100 9845

Fiscaalloon Dagen gewerkt

Uitbetaling 1100,00

Salaris periode 2017-10

Loonheffing 191 Tabel In dienst: Loonheffing 8800Pers nr: BSN: 38394029 Uit dienst: Zvw 9100Geb. datum Bijdrage 30-04-1999 Stam salaris Premieleerling-werknemer werknemersverzekeringen 9845Functie Periode: Totalen 9900

wit/maand Ja/Nee 9

197,00 86,90 43,50

Franchised d.p. Arbeidskkorting d.p

Merten zou ook pensioenpremie moeten betalen, want hij is al 18 jaar

-197,00 -86,90 -43,50

Tabel

Cumulatief

1100,00

1100,00 -197,00 -86,90 -43,50

0,00 0,00

Loonbelasting en premie volksverzekeringen

Nettosalaris van Merten

Check je toeslagen De overheid geeft toeslagen aan mensen die weinig verdienen. Vaak kun je ook belasting terugvragen. Fiscaalloon 1100,00 SVW Loon 1100,00 Franchised d.p. 0,00 Dagen gewerkt

11

Uren gewerkt

92

Arbeidskkorting d.p

0,00

Bereken Bereken op welke toeslagen van de overheid je recht heb. Check het op ganaar.link/db13. Houd je eigen loonstrook bij de hand. Heb je recht op toeslagen? Zo ja, welke? ganaar.link/db13

21


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

Soorten werkloosheid Werkloosheid komt altijd wel voor, want het gebeurt nooit dat 100 procent van de beroepsbevolking ook echt aan het werk is. Er zijn verschillende soorten werkloosheid.

•• Conjuncturele werkloosheid Het gaat slecht met de economie en mensen kopen minder. Bedrijven verlagen hun productie en ontslaan daarom mensen.

•• Structurele werkloosheid Ook als de economie goed draait, is er niet voldoende werk voor iedereen die wil werken, bijvoorbeeld omdat bepaalde taken door machines of computers worden overgenomen.

Ontslagen worden Een werkgever mag je niet zomaar ontslaan. Je mag bijvoorbeeld niet ontslagen worden tijdens de eerste twee jaar dat je ziek bent of als je zwanger bent. Je mag ook niet ontslagen worden omdat het bedrijf wordt overgenomen of omdat je niet op zondag wilt werken. Als het slecht gaat met een bedrijf en er moet bezuinigd worden, kun je wel ontslagen worden. Soms vraagt een werkgever dan collectief ontslag aan voor een groep werknemers tegelijk. Vaak wordt er dan een sociaal plan gemaakt. Daarin wordt beschreven waar deze werknemers recht op hebben. Hierbij worden de vakbonden en de Ondernemingsraad betrokken.

•• Frictiewerkloosheid Als je ontslagen wordt en je bent een paar maanden bezig een nieuwe baan te vinden, dan hoort dat bij frictiewerkloosheid. Vraag en aanbod van werk sluiten nooit naadloos op elkaar aan.

•• Seizoenswerkloosheid In sommige sectoren is er in het ene seizoen meer werk dan in het andere. Denk bijvoorbeeld aan de landbouw of de schilder­ branche. In de zomer is daarin meer werk, in de winter komt wat meer werkloosheid voor.

Werkloosheid • de situatie waarin iemand beschikbaar is voor werk, maar geen werk kan vinden. Ook: de hoeveelheid mensen die geen werk hebben.

26

Een contract kan ook automatisch eindigen. Als je bijvoorbeeld een contract voor 6 maanden hebt. Ontslag op staande voet kan een werkgever alleen in bijzondere gevallen toepassen, bijvoorbeeld bij diefstal of seksuele intimidatie. Je inkomen bij werkloosheid Als je werkloos bent, hangt het af van je situatie of je aanspraak kunt maken op sociale voorzieningen. Als je helemaal of voor een deel werkloos raakt – buiten jouw schuld – nadat je minstens een halfjaar een baan had, kun je een WW-uitkering krijgen. Je moet dan wel als werkzoekende staan ingeschreven bij

Collectief ontslag • ontslag voor een groep mensen, bijvoorbeeld alle medewerkers van een bedrijf of afdeling Ontslag op staande voet • ontslag dat meteen ingaat


ECONOMische dimensie

het UWV en je moet direct beschikbaar zijn voor werk. Heb je nog niet gewerkt of stopt je recht op een WW-uitkering? Dan kun je terecht bij de gemeente waar je woont voor het aanvragen van een bijstandsuitkering. Je inkomen bij ziekte Als je ziek wordt en je hebt een baan, moet je werkgever je nog een tijdlang doorbetalen. Dit valt niet onder de sociale voorzieningen, de werkgever betaalt dit zelf. In twee wetten is geregeld dat je de eerste 2 jaar van je ziekte wordt doorbetaald: de Wet uitbreiding

UWV • de instantie die zorgt voor de uitvoering van werknemersverzekeringen, zoals de WW, WIA, WAO, WAZ, Wazo en Ziektewet

loondoorbetaling bij ziekte (Wulbz) en de Wet verlenging doorbetalingsverplichting bij ziekte (VLZ). Soms moet je de eerste twee ziektedagen zelf betalen. Als je een contract voor bepaalde tijd hebt, dan word je doorbetaald zo lang als je contract duurt. Dus als je een jaarcontract hebt en je wordt na 10 maanden ziek, krijg je nog twee maanden doorbetaald. Je moet minimaal 70 procent van je laatstverdiende loon krijgen en altijd minstens het minimumloon. Veel werkgevers vullen dit aan tot 100 procent van je laatst­ verdiende loon. De werkgever is soms niet verplicht om je door te betalen. Dit geldt bijvoorbeeld voor uitzendkrachten en mensen in de WW. Dan kun je een uitkering krijgen vanuit de Ziektewet. Na twee jaar kun je als het nodig is een uitkering uit de WIA krijgen.

ZORGVERZEKERINGSWET Een zorgverzekering werkt net als elke andere verzekering: je betaalt voor de zekerheid dat áls je zorg nodig hebt, je BIANCA 3 deze ook krijgt. Met een verzekering koop je dus zekerheid. Je betaalt de zorgverzekering op twee manieren. Je sluit zelf een zorgverze­ kering af en betaalt premie aan je ziektekostenverzekeraar. Als je een laag inkomen hebt, kun je bij de overheid een zorgtoeslag aanvragen om de premie te kunnen betalen. Daarnaast betaal je een bijdrage voor zorgkosten via je inkomen. Hoe meer je verdient, hoe meer premie je betaalt.

Bijstandsuitkering • uitkering die je krijgt van de gemeente, vanuit de Participatiewet, als je geen andere inkomsten of vermogen hebt 27


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

BEGRIPPEN

1.1 WERK EN INKOMEN Arbeidsovereenkomst • afspraak tussen werk­ gever en werknemer, waarbij de werkgever belooft loon te betalen en de werknemer belooft werk te verrichten volgens aanwijzingen van de werkgever

Cao • overeenkomst met afspraken tussen werk­ nemers en werkgevers in een bepaalde bedrijfstak Ondernemingsraad • inspraak- en medezeggenschapsorgaan in een organisatie

Arbeidsvoorwaarden • voorwaarden waaronder werknemers hun arbeid verrichten, zoals is vast­ gelegd in een arbeidsovereenkomst

Vakbond • vereniging van werknemers in een bepaalde branche, die opkomt voor de belangen van haar leden

Arbowet • afkorting van Arbeidsomstandig­ hedenwet; bevat regels voor werkgevers en werknemers om gezondheid, veiligheid en welzijn te bevorderen

Werkgeverslasten • de premies voor werknemersverzekeringen die voor rekening van de werkgever komen, de bijdrage van de werkgever aan de sociale zekerheid

1.2 DE OVERHEID EN HET SOCIALE VANGNET Beroepsbevolking • iedereen tussen een bepaalde minimumleeftijd en de pensioenleeftijd die kan werken

Solidariteit • het idee dat je als mens verbonden bent met andere mensen en verantwoordelijk bent voor elkaar

Bijstandsuitkering • uitkering die je krijgt van de gemeente, vanuit de Participatiewet, als je geen andere inkomsten of vermogen hebt

UWV • de instantie die zorgt voor de uitvoering van werknemersverzekeringen, zoals de WW, WIA, WAO, WAZ, Wazo en Ziektewet

Collectief ontslag • ontslag voor een groep mensen, bijvoorbeeld alle medewerkers van een bedrijf of afdeling

Verzorgingsstaat • een land waar de overheid primair verantwoordelijk is voor het welzijn van de burgers

Ontslag op staande voet • ontslag dat meteen ingaat

Werkloosheid • de situatie waarin iemand beschikbaar is voor werk, maar geen werk kan vinden. Ook: de hoeveelheid mensen die geen werk hebben

Sociale voorzieningen • voorzieningen voor mensen die niet op een andere uitkering terug kunnen vallen Sociale zekerheid • wettelijke maatregelen die zorgen voor financiële zekerheid van mensen bij ziekte, arbeidsongeschiktheid, overlijden van naasten, pensioen of werkloosheid

50


ECONOMische dimensie

1.3 IK BEN KRITISCH EN BEWUST Arbeidsomstandigheden • de omstandigheden waarin je werkt

In termijnen • in gedeelten, bijvoorbeeld steeds een bedrag per maand

Betalingsverplichtingen • de verplichting om iets (terug) te betalen

Koop-beslissingsproces • de stappen die je bewust of onbewust doorloopt voor je een aankoop doet

BKR • Bureau Krediet Registratie, organisatie die bijhoudt welke leningen mensen aangaan

Koopmotief • reden om iets te kopen

CO2-uitstoot • uitstoot van het gas kooldioxide (CO2), door bijvoorbeeld auto’s of fabrieken Consument • iemand die een product of dienst koopt

Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) • ondernemen om winst te maken, waarbij rekening wordt gehouden met het milieu en het welzijn van mensen

Dierenwelzijn • hoe goed het gaat met dieren of hoe goed er voor dieren gezorgd wordt

Milieu • het geheel van lucht, bodem, water en geluiden die van invloed zijn op het welzijn van plant, dier en mens

DUO • Dienst Uitvoering Onderwijs, de overheidsinstantie die studiefinanciering verstrekt

Schuldhulpverlening • ondersteuning voor mensen met met problematische schulden

Duurzaamheid • een manier van handelen die langdurig respectvol is voor mens, dier en milieu

Uitgaven • al het geld dat je uitgeeft

Formele schulden • schulden bij een instantie

Vaste lasten • uitgaven die je steeds weer moet doen, omdat je een verplichting bent aangegaan

Informele schulden • schulden bij familie of vrienden

Variabele lasten • uitgaven die per maand verschillen, bijvoorbeeld boodschappen of kleding

Inkomsten • al het geld dat je ontvangt uit werk, uitkeringen, toeslagen et cetera

51


2 52


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

SOCIAALMAATSCHAPPELIJKE DIMENSIE In de sociaal-maatschappelijke dimensie ga je aan de slag met jouw identiteit en hoe die gevormd is. Je leert over rollen in een groep en groepsgedrag. Je ontdekt hoe culturen verschillen en hoe ze kunnen samenleven. Je verdiept je in normen en waarden en hoe die kunnen botsen. Je onderzoekt de Nederlandse cultuur en samenleving. Je denkt na over diversiteit, gelijkheid en discriminatie.

53


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHT #02

GROEPEN EN GEDRAG Wat zijn de groepsregels op je werk en op school? Welke regels gelden thuis? En bij je vrienden? In deze opdracht ga je na wat de groepsregels zijn in deze vier groepen. Je presenteert de uitkomsten op een flip-overvel. Vul in Je ziet hier verschillende foto’s. Omschrijf de groepen die je op de foto’s ziet. Zet bij elke groep of je die zelf kiest of dat je er automatisch onderdeel van bent.

Omschrijving: NEE JA    Zelf gekozen: 

Omschrijving: NEE JA     Zelf gekozen: 

Omschrijving: NEE JA    Zelf gekozen: 

Omschrijving: NEE JA     Zelf gekozen: 

62


sociaal-maatschappelijke dimensie

Wat moet je maken FLIP-OVERVEL: GROEPSREGELS `` Maak een overzicht Groepsregels op een flip-overvel: a Deel het flip-overvel in vieren. Zet in vak 1 WERK, in vak 2 SCHOOL, in vak 3 VRIENDEN en in vak 4 HUIS. b Schrijf bij elke groep twee regels die in die groep gelden, of die de groep belangrijk vindt. c Geef bij elke regel aan of je je er makkelijk aan houdt, of dat je dat moeilijk vindt. Doe dat met een plus (+) een plus/min (+/-) of een min (-). d Licht in elk vak toe waarom je het moeilijk of makkelijk vindt om je aan de groepsregels te houden.

Waar moet het flip-overvel aan voldoen? •• Je gebruikt duidelijke taal. •• Je bent volledig. •• Je beschrijft alles beknopt. Bespreek in de klas Bespreek de flip-overvellen in de klas. Welke inzichten heeft de opdracht je gegeven?

63


SOCIAALMAATSCHAPPELIJKE DIMENSIE 2.2 CULTUUR EN INVLOEDEN

THEORIE

Onder cultuur verstaan we alle dingen die mensen denken, doen en hebben, bijvoorbeeld: •• gebruiken, zoals het vieren van Koningsdag; •• godsdiensten, zoals het christendom, hindoeïsme of de islam; •• normen en waarden, bijvoorbeeld respect voor ouderen; •• kunst, van hiphop tot Rembrandt.

Wereldwijd zijn er veel verschillende culturen. Die zijn vaak langzaam gevormd, eeuw na eeuw. Cultuur bestaat uit tastbare zaken zoals kleding en bouwstijlen, maar ook uit niet-tastbare zaken als normen, waarden en tradities. Culturen beïnvloeden elkaar door contacten tussen mensen, maar ook via de media.

Cultuur • alle dingen die een groep mensen denkt, doet en heeft: gewoonten, godsdienst, normen, waarden, muziek, eetgewoonten, kleding, bouwwerken, taal, kunst enzovoort

Media • middelen voor communicatie, bijvoorbeeld krant, radio, tv en internet

Gebruik • vaste gewoonte of manier van doen

66


sociaal-maatschappelijke dimensie

De cultuur van landen die naast elkaar liggen, lijkt meer op elkaar dan de cultuur van landen die ver uit elkaar liggen. Maar de laatste vijftig jaar is dat door de globalisering aan het veranderen. Culturen van landen die ver uit elkaar liggen, gaan steeds meer op elkaar lijken. De mensen hebben via de media en door vervoers­ middelen als het vliegtuig contacten over de hele wereld. Veel producten worden wereldwijd verkocht. Zo vind je over de hele wereld Coca-Cola en vieren we hier inmiddels ook Halloween. Subcultuur Binnen een grote groep mensen met dezelfde cultuur vind je weer kleinere groepen met eigen normen, kledingstijlen of gewoonten. Zo’n groep noem je een subcultuur. Soms vormt een subcultuur zich op basis van afkomst, bijvoorbeeld de subcultuur van Antillianen in Nederland.

Er zijn ook regionale subculturen. Zo vind je in Limburg andere gebruiken (carnaval) dan in Noord-Holland (Sint Maarten). Subculturen kunnen ook ontstaan uit een zelfde muzieksmaak, zoals hiphop of metal, of een bepaalde leefstijl, denk aan fitgirls. Culturen naast elkaar De Nederlandse samenleving is al honderden jaren in beweging. Nieuwe groepen brengen hun eigen ideeën en gewoonten mee. In Nederland leven veel mensen met een andere culturele achtergrond. Zijzelf, hun ouders of grootouders zijn in een ander land geboren. Door migratie zijn zij hier gekomen. Daarvoor zijn verschillende redenen, bijvoorbeeld •• werk: in het land van herkomst is geen of weinig werk; •• onveiligheid in het land van herkomst: mensen vluchten bijvoorbeeld voor oorlog of onvrijheid; •• gezinshereniging: een lid van het gezin is naar een ander land verhuisd, partner en eventuele kinderen volgen later. Nederland is een multicultureel land. De multiculturele samenleving kan op verschil­ lende manieren vorm krijgen:

Globalisering • ontwikkeling waarbij economie en cultuur steeds meer wereldwijd verbonden worden

Samenleving • een bevolking die een geheel vormt, alle mensen samen en hoe ze met elkaar omgaan

Subcultuur • deel van een grotere cultuur, maar met afwijkende normen, regels, waarden en doelen

Migratie • verhuizing van (groepen) mensen over een grens Multicultureel • met mensen en gewoonten uit verschillende culturen

67


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHT #05

HOE IS DE CULTUUR OP JE WERK? De bedrijfscultuur is de manier waarop het er dagelijks aan toegaat bij een bedrijf. Of je je als werknemer ergens thuis voelt, heeft veel met deze cultuur te maken. Pas je bijvoorbeeld in een prestatiegericht, commercieel bedrijf, of presteer je beter in een sociaal bedrijf waar winst maken niet belangrijk is? In deze opdracht onderzoek je de cultuur in jouw bedrijf. Je kijkt daarbij ook naar de diversiteit van het personeel en de manier waarop er met religie wordt omgegaan. Wat is de bedrijfscultuur op je werk? Beantwoord de volgende vragen. Bekijk eventueel eerst dit filmpje: ganaar.link/db19 .

VRAAG Wat is de verhouding tussen werknemers en leidinggevenden? Staat je leidinggevende duidelijk boven je of is deze meer onderdeel van het team? Welk gedrag wordt van je verwacht op het werk? Is het belangrijk dat je op tijd komt? Dat je klanten met u aanspreekt? Dat je veel initiatieven neemt? Hoe moet jij eruitzien op je werk? Nette kleren of juist informeel? Bedrijfskleding?

Wat zijn de arbeidsvoorwaarden op het werk? Heb je veel of weinig vakantiedagen? Kun je pauze nemen? Hoe is het salaris? In welke mate mag je meebeslissen? Moet je vooral luisteren naar je leidinggevende of heb je veel invloed op besluiten?

76

ANTWOORD

HOE VOEL JE JE DAARBIJ?


sociaal-maatschappelijke dimensie

Bespreek in een groepje 1 Wat vind je positief aan de cultuur op je werk en waarom? 2 Wat zou je graag willen veranderen aan de bedrijfscultuur? Waarom wil je dat? 3 Hoe heb je tijdens je sollicitatiegesprek de bedrijfscultuur proberen in te schatten? Kwam het beeld dat je toen kreeg van de bedrijfscultuur overeen met de praktijk van nu? Hoe denk jij over religie op het werk? Bespreek in een groepje de volgende situatie: Een collega van jou wil niet op zondag werken, omdat dat tegen zijn geloof is. Vind je dat je als werkgever en collega’s hier rekening mee moeten houden? Zijn er wat jou betreft grenzen aan rekening houden met bepaalde wensen uit geloofsovertuiging? Welke conclusies trekken jullie uit het gesprek? Kruis aan: hoe zit het met diversiteit op je werk? Diversiteit biedt kansen en mogelijkheden. Mensen met verschillen brengen allerlei eigen ideeën mee. Uit onderzoek blijkt dat gemengde teams beter presteren. Een team met mannen én vrouwen van verschillende etnische achtergronden en met variatie in leeftijd is het meest productief. Kruis voor elk onderdeel aan hoe divers de cultuur op jouw werk is. DIVERS Geslacht Opleidingsniveau Leeftijd Moedertaal Geloof Culturele achtergrond Seksuele geaardheid

• • • • • • •

ENIGSZINS DIVERS

• • • • • • •

NIET DIVERS

• • • • • • •

Wat is jouw conclusie? Werk je bij een bedrijf met heel veel dezelfde soort mensen? Of juist in een divers bedrijf?

In wat voor bedrijf voel jij je meer thuis: in een divers of homogeen bedrijf? Wat is de reden dat je dit vindt?

77


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

POLITIEK-JURIDISCHE DIMENSIE In de politiek-juridische dimensie verdiep je je in allerlei zaken die met politiek te maken hebben. Het gaat over de inrichting van de democratie en het maken van wetten. Het gaat ook over de verschillende lagen van bestuur en over misdaad en straf. Je komt te weten op welke manier je invloed kunt hebben op de politiek.

97


POLITIEK-JURIDISCHE DIMENSIE 1.3 3.2 IDKE BEN NEDERLANDSE KRITISCH RECHTSSTAAT EN BEWUST

THEORIE

De Nederlandse rechtsstaat Nederland is een democratische rechtsstaat. Een rechtsstaat is een land waarin de macht van de overheid wordt beperkt met regels en wetten. In een democratische rechtsstaat beslissen burgers mee over de regels en wetten. De vier belangrijkste kenmerken van een rechtsstaat zijn:

•• Grondrechten: de inwoners hebben fundamentele vrijheden en grondrechten.

•• Scheiding der machten: de wetgevende, de uitvoerende en de rechtsprekende macht horen bij verschillende instellingen.

Rechtsstaat • een land waarin de burgers door grondrechten beschermd worden tegen de macht van de overheid

•• Legaliteitsprincipe: alles wat de overheid doet, moet gebaseerd zijn op de wet. En wetten mogen niet met terugwerkende kracht (dus niet achteraf) worden toegepast. •• Onafhankelijke rechtspraak: rechters werken onafhankelijk en zijn onpartijdig. Alles wat de overheid doet, moet volgens de wetten en regels van het land gebeuren. In een rechtsstaat mogen overheidsdiensten zoals de politie je niet zomaar oppakken en opsluiten. Eerst moet bewezen worden dat je een wet hebt overtreden. Je bent als burger beschermd tegen de macht van de overheid.

Grondrechten • rechten van individuele burgers tegenover de staat en tegenover elkaar

Fundamentele vrijheden • de belangrijkste vrijheden van alle mensen of een groep mensen, bijvoorbeeld de vrijheid van meningsuiting 113


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHT #02

WIE DEELT JOUW MENING? `` Hieronder staan acht stellingen. Kies vijf stellingen die jij belangrijk vindt. Kruis aan of jij het ermee eens bent of niet. `` Kies een politieke partij die volgens jou goed bij je past. Bekijk zo nodig het overzicht van de politieke partijen in de tweede Kamer op ganaar.link/db27. `` Welke mening heeft die politieke partij over de 5 onderwerpen die jij belangrijk vindt? Kijk op de website van de partij om uit te zoeken welke standpunten ze hebben. `` Kruis met een andere kleur aan of die politieke partij het eens of oneens is met de stelling. EENS 1

Winkels moeten zelf kunnen bepalen of ze op zondag open of dicht zijn.

2

Iemand met een hoog inkomen moet minder kinderbijslag krijgen dan iemand met een laag inkomen.

3

Euthanasie moet makkelijker worden gemaakt.

4

De huur voor een woning mag maar met max. 3% per jaar worden verhoogd.

5

Nederland moet uit de Europese Unie.

6

Agenten moeten meer dingen mogen op het gebied van aanhouden, identiteitspapieren vragen en fouilleren.

7

Als je rookt, moet je een hogere premie voor je zorgverzekering betalen.

8

De overheid moet duurzame energie stimuleren.

ONEENS

Had je een linkse of rechtse partij gekozen? Aan de hand van welke ideeĂŤn of voorbeelden heb je dat gedaan?

Als er verkiezingen zijn, kun je een StemWijzer invullen om te kijken welke partij het beste bij je past. Vul de stemwijzer in op www.stemwijzer.nl. Wat is jouw uitkomst? Had je die uitkomst verwacht? Zo nee, wat verrast je?

110


politiek-juridische dimensie

OPDRACHT #03

EUROPA

Bron: ProDemos

In de Europese Unie worden zaken geregeld die heel Europa aangaan. Maar er zijn ook zaken die beter door één lidstaat zelf geregeld kunnen worden. In deze opdracht ga je kiezen of een zaak van Europees of van nationaal belang is. `` Vorm groepjes van 3 à 4 studenten. Je krijgt of kiest als groepje een van de casussen. Lees de casus.

Coffeeshops De Nederlandse coffeeshops zijn onze buurlanden een doorn in het oog. Zij hebben last van mensen die in Nederland legaal drugs kopen en dit in eigen land gebruiken. Zij vinden dan ook dat de coffeeshops moeten verdwijnen. Mag Nederland dit zelf regelen of moet de EU dit regelen?

Minaretverbod Zwitserland heeft het bouwen van nieuwe minaretten (torens bij moskeeën) verboden. De vier bestaande minaretten mogen wel blijven staan. Zwitserland is geen lid van de EU. In de EU zijn er ook politieke partijen die het bouwen van nieuwe minaretten willen verbieden. Andere politieke partijen willen dit tegenhouden. Mag een EU-land dit zelf regelen of moet de EU dit regelen?

Kruisbeeld in de klas Een moeder in Italië is boos omdat een openbare school in haar woonplaats weigert een kruisbeeld uit de klas weg te halen. De Italiaanse regering is het eens met de school. Mag Italië dit zelf regelen of moet de EU dit regelen?

Stierenvechten Europese dierenactivisten willen dat het stierenvechten in Spanje stopt. De Spanjaarden zien het stierenvechten als een onderdeel van hun cultuur, waar de EU zich niet mee moet bemoeien. Mag Spanje dit zelf regelen of moet de EU dit regelen?

Homohuwelijk In Polen is het homo­huwelijk niet toegestaan. In Nederland is het homo­­ huwelijk sinds 2001 toegestaan. Nederlandse Europarlementariërs vinden dat dit homohuwelijk in alle lidstaten van de Europese Unie moet gelden. Alle mensen zijn toch gelijk? Mag Polen dit zelf regelen of moet de EU dit regelen?

111


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

De Nederlandse Grondwet De Nederlandse Grondwet is onze belang­ rijkste wet. Hierin zijn de kenmerken van de rechtsstaat vastgelegd. Er staat bijvoorbeeld in hoe de macht verdeeld is en welke rechten burgers hebben. De overheid moet zich altijd aan de Grondwet houden en kan deze niet zomaar veranderen. In de Grondwet zijn de grondrechten van burgers vastgelegd, zoals het recht op vrijheid van meningsuiting, het recht op gelijke behandeling, maar ook het recht op onderwijs en huisvesting. Als je vindt dat een van jouw grondrechten is beschadigd, kun je als burger naar de rechter gaan. Als je bijvoorbeeld vindt dat je gediscrimineerd bent of dat de politie onterecht tegen je heeft opgetreden.

Hoe komt een wet tot stand? Het is de taak van de regering en het parlement om wetten te maken. Het is een lang proces om een nieuwe wet te maken en in te voeren. In het schema zie je de route die leidt naar een nieuwe wet. Een wetsvoorstel wordt openbaar op het moment dat het naar de Tweede Kamer gaat. Het is dan al uitgebreid besproken en gewijzigd door het ministerie en de Raad van State. In de Tweede Kamer wordt er vervolgens over gedebatteerd. Na het debat wordt er gestemd over eventuele wijzigingen en of het wetsvoorstel wordt aangenomen. Als het wetsvoorstel is aangenomen, gaat het naar de Eerste Kamer. De Eerste Kamer mag het wetsvoorstel goedkeuren of verwerpen. Hebben de Tweede en Eerste Kamer beide

M

EE PROBL

Minister bereidt wetsvoorstel voor

Ministerraad bespreekt het voorstel

Er wordt advies gevraagd aan de Raad van State

Voorstel gaat naar de Tweede Kamer: er komt een debat

Kamerlid/ kamerleden bereiden initiatiefvoorstel voor

Raad van State • adviesorgaan van de regering en de hoogste bestuursrechter van het land

114


politiek-juridische dimensie

het wetsvoorstel aangenomen? Dan ondertekenen de koning en de verantwoor­ delijke minister de wettekst. De wet wordt gepubliceerd in het Staatsblad en vanaf dat moment geldt de wet.

•• De rechterlijke macht De mensen die zorgen dat wetten goed worden toegepast. In Nederland zijn dit de rechters en officieren van justitie. De drie machten controleren elkaar. De scheiding van machten voorkomt dat één groep of één leider alle beslissingen kan nemen.

Trias politica: drie machten In Nederland zijn de macht en de taken van de overheid in drieën verdeeld. Dit wordt trias politica genoemd.

•• De wetgevende macht De mensen die wetten bedenken, schrijven en erover stemmen. In Nederland zijn dit de regering en het parlement.

wetgevende macht

•• De uitvoerende macht De mensen die zorgen dat wetten worden uitgevoerd. In Nederland zijn dat de regering, ministeries en uitvoerings-organisaties zoals de politie.

Trias politica

uitvoerende macht

Tweede kamer gaat akkoord of gaat niet akkoord of vraagt aanpassingen

Na akkoord Tweede Kamer > naar de Eerste Kamer

Eerste Kamer kan instemmen of verwerpen, maar niet wijzigen

rechterlijke macht

Eerste Kamer akkoord? Koning en minister ondertekenen de wet De wet wordt bekendgemaakt en kan nu ingaan

WET

Trias politica • politiek systeem waarbij de macht verdeeld is in drie machten die elkaar controleren: de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht

115


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

DIMENSIE VITAAL BURGERSCHAP In de dimensie Vitaal burgerschap onderzoek je je eigen leefstijl. Je denkt na over een gezonde balans tussen werk en privé en ontdekt ook hoe je een vitale werknemer kunt zijn en blijven. Je verdiept je in verslaving, psychische problemen en mogelijkheden om je eigen geluk en gezondheid te beïnvloeden.

141


DIMENSIE VITAAL BURGERSCHAP 4.1 JOUW LEEFSTIJL

THEORIE

Le

zes eu

ve uding

Dagelijk se

k

Positieve kring

ho ns

Leefstijl Hoe gezond en gelukkig je bent, is een kwestie van geluk ĂŠn wijsheid. Je hebt er deels invloed op, door de keuzes die je maakt op het gebied van leefstijl. Maar het is niet altijd even makkelijk om verstandige keuzes te maken. Soms kan je niet anders dan negatief denken. Het is dan alsof je in een negatieve kring zit waarin je steeds ongezonde keuzes maakt. Zit je in een positieve kring, dan kies je eerder dingen die een positieve invloed op je leven hebben. Je eet gezond, bent fit en sport vaak. Daardoor heb je energie en voel je je happy. En je goede gewoontes kun je ook volhouden.

L e e f s t ij l

Een bewuste levenshouding leidt tot een bewuste/ gezonde leefstijl en daaruit volgen goede dagelijkse keuzes. Je gezonde patroon wordt steeds sterker.

Leefstijl • keuzes die je maakt op het gebied van voeding, beweging, kleding, huisinrichting, relaties en vrije tijd

143


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

Oefeningen – bijvoorbeeld krachttraining – die je spieren en botten versterken zijn ook heel gezond. En heb je een zittend beroep? Haal dan altijd zelf koffie, thee of water, dan heb je weer een loopje.

je dit eenvoudig uitrekenen. De uitkomst is een getal. Is dat tussen 20 en 25 dan heb je een gezond gewicht. Een getal onder 18,5 is te laag en bij een getal boven 30 heb je overgewicht.

Energiebalans Je lichaam is te vergelijken met een machine die brandstof nodig heeft. Die brandstof is voedsel. Gaan er net zoveel calorieën in als eruit, dan blijf je op gewicht. Je bereikt de energiebalans. Wil je afvallen, dan moet je minder calorieën naar binnen krijgen (minder eten), of meer calorieën verbranden (meer bewegen). Je gewoonten veranderen, kost soms tijd en moeite. Maar het kan je veel opleveren: een gezonder en fitter lijf, waarin je je beter voelt.

Seks en gezondheid De meeste vrouwen gebruiken anti­conceptie: de pil, een spiraaltje, condooms of meerdere tegelijk. Condooms bieden, naast bescherming tegen zwangerschappen, ook bescherming tegen soa's. De meest voorkomende soa’s zijn chlamydia, gonorroe, genitale wratten en syfilis. Bij een soa bestaat er kans op besmetting als sperma, vaginaal vocht of bloed van de één in aanraking komt met slijmvlies van de ander, bijvoorbeeld in de mond, de vagina of de penis. Weet je niet zeker of jij of de ander wel of niet een soa heeft, wees dan heel voorzichtig. Zorg dat er geen lichaamsvocht tussen jullie wordt uitgewisseld en dat er geen contact is tussen de geslachtsorganen.

25 30

30 35

Krachttraining • activiteit om de spieren te versterken Calorie • maat voor hoeveelheid energie die veel voor voeding wordt gebruikt Energiebalans • de verhouding tussen de hoeveelheid calorieën die je eet en die je verbrandt 146

MORBIDE OBESITAS

20 25

ERNSTIGE OBESITAS

OBESITAS

<18,5

OVERGEWICHT

BMI

GEZOND GEWICHT

ONDERGEWICHT

BMI

Of je op een goed gewicht bent, te licht of te zwaar, kun je nagaan met behulp van de BMI, de ‘body mass index’. Met een formule bereken je of je een gewicht hebt dat past bij je lengte. Op verschillende websites kun

35 40

40

BMI • Body Mass Index, een verhouding tussen gewicht en lengte die aangeeft of je een gezond gewicht hebt Anticonceptie • middel om zwangerschap te voorkomen Soa • seksueel overdraagbare aandoening, geslachtsziekte


Dimensie Vitaal burgerschap

Je kunt je op soa’s laten testen bij je huisarts of bij de poli van de plaatselijke of regionale gezondheidsdienst (de GGD). Er zijn ook commerciële aanbieders van deze tests. Sommige kun je zelf thuis doen. Voor informatie over veiligheid en plezier in seks, kun je bijvoorbeeld terecht op de website www.sense.info. Gezondheid tijdens zwangerschap Ben je zwanger of wil je zwanger worden, dan is een gezonde leefstijl extra belangrijk. Roken vermindert de vruchtbaarheid van zowel de man als de vrouw en is schadelijk voor een ongeboren kind. Ook alcohol brengt grote risico’s met zich mee. De lever van een ongeboren baby kan alcohol nog niet afbreken, waardoor bijvoorbeeld de hersenen schade op kunnen lopen. Hetzelfde geldt voor drugs zoals wiet of mdma. Verder moet je tijdens de zwangerschap extra goed letten op je voeding. Eet gevarieerd en gezond en neem wat extra

Condoom

Sterilisatie

Vrouwelijk condoom

Pleisterpil

Periodieke onthouding

producten waar veel calcium in zit zoals melk, kaas en yoghurt. Foliumzuur en vitamine D zijn ook goed voor de ontwikkeling van de ongeboren baby. Rauwe kaas, rauw vlees en rauwe vis moet je niet nemen, omdat daar bacteriën in kunnen zitten die gevaarlijk zijn voor de baby.

De pil

Vaginale douche

Vaginale ring

Spiraaltje

Zaaddodende pasta

Prikpil

147


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

OPDRACHT #08

FIT IN JOUW BRANCHE Hoe zorg je ervoor dat je fit blijft in jouw baan, dat je goed in je vel zit en veilig kunt werken? Dat onderzoek je in deze opdracht. Je kunt deze opdracht eventueel in groepjes doen. STAP 1 Risico’s in jouw branche Bekijk het filmpje op ganaar.link/db60. Schrijf eerst op in welke branche je werkt en wat voor werk je doet. Welke risico’s voor gezondheid en welzijn komen in jouw branche voor? Als je werkt met asbest, metaal, hout, machines of in de garage, doe dan de test over veiligheid: www.veiligvakmanschap.nl.

Heb je op je werk al eens een (bijna-)ongeval meegemaakt? Schrijf op wat er gebeurde. Branche:

Risico’s voor gezondheid en welzijn:

Soort werk:

(Bijna-)ongeval:

STAP 2 Risico’s verkleinen Geef aan hoe gezondheidsrisico’s en (bijna-)ongevallen op je werk beperkt kunnen worden. Wat kun jij doen? En wat kan de werkgever doen?

STAP 3 Fit blijven Hoe zorg je dat je een vitale werknemer blijft in jouw branche? Beschrijf drie eisen waar je werk altijd aan moet voldoen om een fitte werknemer te kunnen zijn. Licht je keuze toe.

STAP 4 Bespreek in de klas Wie heeft een werkgever die veel doet aan het beperken van gezondheidsrisico’s? Welke ideeën hebben anderen om gezondheidsrisico’s te beperken? 178


  Dimensie Vitaal burgerschap

OPDRACHT #09

ZIEK, EN NU? Iedereen is weleens ziek. Als je een baan hebt, heeft dit gevolgen voor je werk. Wat zijn jouw rechten en plichten en die van je werkgever? Onderzoek het in deze opdracht. Wat mag wel en wat mag niet? Bekijk het filmpje ganaar.link/db68 en vul het schema in. Zoek de antwoorden zo nodig op internet op. SITUATIE

MAG WEL MAG NIET

Je hebt een arbeidsovereenkomst met je werkgever. Zolang je ziek bent, betaalt hij je geen loon. Je blijft ziek thuis en belt na drie dagen de werkgever. Je werkgever vraagt welke ziekte je hebt. Je werkgever verzoekt je om naar de bedrijfsarts te gaan. Je werkt met gevaarlijke stoffen en je werkgever heeft je geen instructie gegeven over veilig werken. Je bent met griep thuis en gebruikt de tijd om de kozijnen in je huis te schilderen. Door je ziekte kun je niet meer terugkeren in je oude functie. Je werkgever weigert om een passende functie binnen of buiten het bedrijf voor je te zoeken. Je werkgever wil je ontslaan omdat je ziek bent, terwijl je arbeidsovereenkomst nog niet afloopt. Je tijdelijke arbeidsovereenkomst loopt af, terwijl je ziek bent. Je werkgever verlengt de overeenkomst niet.

Bespreek in de klas Bespreek in de klas de stelling:

In Nederland is het goed geregeld voor zieke werknemers.

Ben je voor of tegen de stelling? Hoe ben je tot je antwoord gekomen? Waarom vind je dat?

179


DE MAATSCHAPPIJ DAT BEN JIJ • BOL EN BBL

DAAROM BURGERSCHAP!

“ Op mijn werk heb ik te maken met zo veel mensen, dat is toch ook Burgerschap?

“ Burgerschap heb ik dus nodig, omdat ik een

baan heb waar ik met verschillende mensen in contact kom. Niet alleen mijn collega’s, maar ook klanten en leveranciers.

182


Daarom Burgerschap

“ Ik vond de politiek altijd onzin, maar toen ik ontslagen werd, wist ik pas hoe belangrijk het kan zijn. #rechten #burgerschap

“ Mannen op mijn werk maken vaak

seksuele opmerkingen en tijdens de burgerschapslessen ontdekte ik dat dit niet alleen bij mij gebeurt.

183


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.