Analyse #23 Industriële energietransitie & Smart Industry

Page 1

Dit is een commerciële uitgave van European Media Partner bij deze krant.

ANALYSE

MEI 2019 | NR. 23

Industriële energietransitie & Smart Industry

CONTENT WITH A PURPOSE

analysenederland.nl

Industriële Energietransitie:

Marjan Minnesma Voorzitter Urgenda

“We hebben de afgelopen jaren veel te veel de nadruk gelegd op dat er heel veel heel snel moet veranderen om de klimaatverandering te stoppen en dat dit heel veel geld kost. Mensen willen van nature niet heel snel veranderen en als het dan ook nog veel geld kost, tja, dan komt er tegenstand. Maar het hoeft niet allemaal morgen, mensen moeten weten dat we tien, vijftien jaar hebben.”

MONA KEIJZER -

STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Lees meer op pagina 8

Lees meer interessante artikelen op analysenederland.nl Smart Industry:

Ineke Dezentjé Hamming voorzitter FME en Smart Industry

“Nieuwe technologieën, robotisering en digitalisering veranderen de samenleving en bedrijfs- en productieprocessen ingrijpend in alle sectoren. Nog nooit moesten zoveel mensen zó intensief worden bijgeschoold en daarna een leven lang blijven leren. Bovendien hebben we te maken met het huidige arbeidstekort. Door demografische ontwikkelingen wordt onze beroepsbevolking kleiner. We hebben dus een kwalitatief én een kwantitatief probleem.”

‘Op dit moment zijn we koploper in Europa op het gebied van smart industry, maar om koploper te blijven moet het hele bedrijfsleven mee in deze beweging’ Lees meer op pagina 14

Lees meer op pagina 18

Smart Industry:

Industriële Energietransitie:

Het gebruik van robots op de werkvloer is niks nieuws. Al dertig jaar worden robots ingezet om werkprocessen, in bijvoorbeeld industriële fabrieken, te verbeteren. “De robotica heeft in de maakindustrie als hoofddoel om mensen te ontzorgen.”

“Naast de innovaties die de diverseklimaattafels nodig hebben is ook het energiesysteem als geheel in transitie en is de wisselwerking tussen beslissingen in de ene sector en die in de andere van groot belang.”

De voordelen van een gerobotiseerde werkvloer

Lees meer op pagina 20

Manon Janssen Boegbeeld Topsector Energie

Lees meer op pagina 4


2 EDITORIAL – ANALYSENEDERLAND.NL

ANALYSE.

PROFIELEN IN DEZE PUBLICATIE

European Media Partner presenteert Analyse Industriële Energietransitie en Industry 4.0. De Nederlandse industrie heeft momenteel een sterke positie als het gaat om export, en we lopen voorop bij het ontwikkelen van technologie en nieuwe industrie. Wilt u weten hoe we deze positie kunnen behouden? En hoe we van de industrie een duurzame sector kunnen maken? Dan bent u bij deze campagne aan het juiste adres. De Nederlandse industrie zal tot 2030 zo’n 9 tot 15 miljard euro moeten investeren om zo direct of indirect bij te dragen aan de klimaatdoelstellingen. Bijvoorbeeld om de CO2-reductie terug te dringen en over te gaan op duurzame energie. Over die industriële energietransitie spreken we onder andere met Marjan Minnesma, directeur van Urgenda en een van Nederlands bekendste voorvechters van een duurzame economie. Volgens haar willen veel

Marjan Minnesma Directeur en oprichter Urgenda

partijen best naar een uitstootloze industrie, maar is het nog lastig om het topmanagement mee te krijgen. De overheid zou daarom meer moeten helpen bij het realiseren van de transitie. Ook besteden we aandacht aan de verschillende grote innovaties in de industrie. Robotisering, Artificial Intelligence, 5G, Big Data, het zijn allemaal ontwikkelingen die bedrijven in de maakindustrie in staat stellen hun productieprocessen te verbeteren, aldus Ineke Dezentjé Hamming, voorzitter van Smart Industry. Alleen als we deze technieken omarmen kunnen we onze internationale concurrentiepositie behouden.

Ad van Wijk Duurzame energieondernemer

Ineke Dezentjé Hamming Voorzitter Smart Industry en FME

Kortom, als u alles wilt weten over duurzame energievormen of u wilt verdiepen in de laatste innovaties binnen de industrie, lees dan gauw verder.

Mona Keijzer Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat

Wij wensen u veel leesplezier!

ANALYSENEDERLAND.NL

EXCLUSIEF VOOR HET WEB

POPULAIRE ARTIKELEN OP ANALYSENEDERLAND.NL De volgende stap in preventief onderhoud

We beschikken over zoveel betere sensoren om apparaten en productie te monitoren en zijn in staat veel meer data te verkrijgen over voltallige processen, dat predictive maintenance nu voor veel meer bedrijven een haalbaar en misschien wel noodzakelijk doel is.

Robotrevolutie grijpt om zich heen

Van fabriekshal tot magazijn en zelfs het café: robots zijn inmiddels overal te vinden. De jongste generatie robotsystemen is zó veelzijdig dat er bijna geen toepassing meer bestaat die niet valt te automatiseren. Nederlandse leveranciers gelden daarbij internationaal als toonaangevend en trekken met opvallende oplossingen zelfs de aandacht van de Amerikaanse media.

Bekijk exclusieve films en video's op onze campagne website.

Volg ons digitaal:

@europeanmediapartner

Wilt u weten hoe de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat denkt over Industry 4.0 in Nederland? Blader dan snel door naar pagina 12 voor de opinie van Mona Keijzer. Aloïs Kleijnen & Mohamed Nabih Campagne Managers

INHOUD INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE 4 Voorwoord: Manon Janssen 6 Op naar een elektronenmaatschappij 8 Profiel: Marjan Minnesma 10 Nederland haalt duurzame doelen niet 12 De voordelen van waterstof SMART INDUSTRY 14 Voorwoord: Mona Keijzer 16 Smart Industry biedt mkb kansen 18 Profiel: Ineke Dezentjé Hamming 20 Een gerobotiseerde werkvloer 22 Smart Industry verandert ingenieursvak

ANALYSE.

analysenederland.nl

Managing Director:

Amanda Ghidoni

Chief Content Officer Redacteur: Layout: Tekst:

Mats Gylldorff Marjon Kruize Rowan Brandt Mark van der Heijden Eoin Hennekam Jerry Huinder Marjon Kruize Claudia Pietryga Hugo Schrameyer Mark van Seggelen Tseard Zoethout Het Financieele Dagblad 2019 RODI Rotatiedruk

Gedistribueerd: Drukkerij:

Op onze campagne website vindt u nog veel meer interessante artikelen en interviews.

Dit is een commerciële uitgave. De FD-redactie heeft geen betrokkenheid bij deze productie.

CONTENT WITH A PURPOSE European Media Partner Nederland B.V Keizersgracht 424, NL-1016 GC Amsterdam Tel.: +31 20 808 82 00 Email: nl@europeanmediapartner.com www.europeanmediapartner.com

Foto: Gibas

Foto: Fotolia

Foto: Fotolia

Het SER Energieakkoord heeft nauwelijks voor de energietransitie gezorgd. De CO2-uitstoot is weer toegenomen. Er moet hoognodig een tandje bij.

ALOÏS & MOHAMED TIPPEN!

Campagne Managers: Aloïs Kleijnen & Mohamed Nabih alois.kleijnen@europeanmediapartner.com mohamed.nabih@europeanmediapartner.com

DIGITALE CONTENT Energieakkoord is nog geen klimaatakkoord

CONTENT WITH A PURPOSE

Recycle of geef het magazine door!

European Media Partner is gespecialiseerd in contentmarketing en native advertising. Wij combineren redactionele inhoud met themakranten die bij toonaangevende dagbladen zijn bijgevoegd. Wij zorgen ervoor dat de boodschap van uw merk wordt overgebracht, en uw doelgroep de juiste beslissingen neemt.

ADVERTENTIE

Mkb’ers steeds duurzamer: CO2-reductie prominent op de agenda Duurzame energie en mobiliteit blijken meest populair Nederlandse mkb’ers nemen steeds meer maatregelen die leiden tot een lagere CO2-uitstoot. Gebruik van groene stroom en verduurzaming van het wagenpark zijn de meest genomen CO2-reductiemaatregelen. Dat blijkt uit onderzoek van Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden en Ondernemen (SKAO). SKAO deed onderzoek onder bedrijven die gecertificeerd zijn op de CO2-Prestatieladder. Dit duurzaamheidsinstrument helpt bedrijven en organisaties om hun CO2-uitstoot ambitieus en structureel te reduceren, binnen de eigen bedrijfsvoering, in projecten en in de keten. Steeds meer maatregelen Inmiddels zijn er 900 organisaties (± 3000 incl. dochterondernemingen) gecertificeerd op de CO2-Prestatieladder, waarvan meer dan 80 procent mkb’er is. Zij namen gemiddeld 17 CO2-reducerende maatregelen op hun belangrijkste emissies. Een onderzoek van de Universiteit Utrecht wees eerder al uit dat organisaties die gecertificeerd zijn op de CO2-Prestatieladder hun CO2-uitstoot twee keer zo snel terugdringen dan het Nederlandse gemiddelde.

Groene stroom en duurzame mobiliteit Kantoren en personenmobiliteit zijn met afstand de meest populaire bedrijfsonderdelen voor het realiseren van CO2-reductie. Het gebruik van groene stroom in kantoren wordt bijvoorbeeld steeds populairder: bij 39 procent van de gecertificeerde organisaties draaien alle kantoren inmiddels op (in Nederland opgewekte) groene stroom. Op het gebied van personenmobiliteit werden in 2018 ook veel (en diverse) maatregelen getroffen, van cursussen zuinig rijden tot het monitoren van brandstofgebruik. Inmiddels heeft 15 procent van de gecertificeerde organisaties hun wagenpark verduurzaamd met alternatieve brandstoffen en/of volledig elektrische auto’s. Gunningsvoordeel bij aanbestedingen Een belangrijke reden voor organisaties om met de CO2-Prestatieladder aan de slag te gaan, is het voordeel dat ze ermee genieten bij verschillende aanbestedingen. Inmiddels zetten meer dan 100 opdrachtgevers de CO2-Prestatieladder in bij hun aanbestedingen, zoals Rijkswaterstaat, Prorail en diverse waterschappen, provincies

Bouwbedrijf Lomans aan de slag met de CO2-Prestatieladder.

en gemeenten. Bedrijven die gecertificeerd zijn op de CO2-Prestatieladder genieten bij deze aanbestedingen een gunningsvoordeel en hebben dus een grotere kans om de aanbesteding te winnen. Benieuwd naar wat de CO2-Prestatieladder voor uw organisatie kan betekenen? Ga naar www.skao.nl

2 2


CONTENT WITH A PURPOSE

ANALYSENEDERLAND.NL – INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE

LIEVENSE – PARTNER CONTENT

Samen sterker in de energietransitie Frisse ideeën, gebundelde krachten en nieuwe kansen voor het personeel. Dat Lievense en Petersburg Consultants per 1 januari dit jaar samen zijn gegaan, biedt volop voordelen. Ook voor hun klanten, want samen zijn Lievense en Petersburg dé integrale partij om de energietransitie vorm te geven. “Leading Vijselaar, directeur van Petersburg Consultants en Eric van den Broek, algemeen directeur in energy transition”, zoals Anja Anja van advies- en ingenieursbureau Lievense Vijselaar, directeur van Petersburg Consultants, aanenergietransitie”, zegt Eric van en daarmee de gehele energiegeeft. den Broek, algemeen directeur transitie, gaan we sneller bereiken van Lievense. Het is een relatief als Lievense en Petersburg hun krachten bundelen.” e energietransitie waar bekend aandachtsgebied voor Lievense, dat zich van oudsher al Nederland voor staat, zal grote gevolgen hebben. De bezighoudt met energievraagstuk- “Petersburg is een kennisinstituut elektriciteitsproductie uit zon en ken op het gebied van (transport) op het gebied van hoogspanleidingen en ondergrondse kabels. ningsinfrastructuur”, vertelt wind neemt toe, waardoor het elektriciteitssysteem moet flexibili- “Hoogspanning toevoegen aan Vijselaar. “Op het gebied van seren. Het netwerk voor opwekons portfolio was noodzakelijk milieuonderzoek, vergunningen en ondergrondse kabels is onze king, transport en opslag van voor deze leidende positie”, verkennis minder goed ontwikkeld. energie zal daarop flink aangepast telt Van den Broek. Daarom is het samengaan met moeten worden. Dat is uitdagend, Lievense veel waard.” het biedt nieuwe kansen. Het advies- en ingenieursbureau breidde daarom in 2017 al zijn “In onze toekomstvisie voor portfolio uit met een nieuwe Petersburg is daardoor de organisatie die Lievense perfect aanvult de komende jaren, hebben we specialisatie rondom hoogspanning. Van den Broek: “Maar een – en andersom. Samen kunnen dan ook gezegd dat we leidend willen zijn op het gebied van de sterke positie in de hoogspanning, zij hun klanten integrale oplossin-

D

gen voor de energietransitie aanbieden. “Dat is de doelstelling van het samengaan”, zegt Vijselaar. “Voor een groot deel hebben we dezelfde klanten. Zij hoeven nu niet meer bij diverse partijen hun vraag te stellen. Wij kunnen onze klanten de integrale oplossingen aanbieden waar zij om vragen.” “Opdrachtgevers willen een werkende oplossing realiseren. Des te meer partijen, des te lastiger dat is”, vult Van den Broek aan. “Hoe mooi is het dan als we als ingenieursbureau de totale scope kunnen aanbieden. Voor klanten is dat van groot belang, want als we de energietransitie waar willen maken, hebben we andere modellen van samenwerking nodig.” Van den Broek geeft de North Sea Wind Power Hub als voorbeeld, een nog aan te leggen windmolenpark op een eiland in de Noordzee. “Lievense heeft al een sterk waterbouwkundig verleden. Nu met Petersburg kunnen we ook invulling geven aan de energievraagstukken daar.”

Daarnaast zien Vijselaar en Van den Broek grote voordelen voor hun medewerkers. Vijselaar: “Onze aantrekkingskracht op de arbeidsmarkt neemt toe. We kunnen nu nog beter specialisten met hart voor de inhoud aan ons binden. De verbreding van ons pakket en het verder verbreden van onze expertise biedt hen extra kansen. Ook kunnen we meer doen op het gebied van kennisontwikkeling en doorgroei van onze medewerkers in de energietransitie.” Petersburg Consultants blijft vooralsnog als een zelfstandige entiteit binnen Lievense opereren. “Maar snel zullen medewerkers en klanten de vruchten gaan plukken”, zegt Van den Broek. “De energietransitie heeft veel onbekendheden in zich. Door de samenwerking zullen we met nieuwe oplossingen op de proppen komen, die we alleen niet hadden kunnen bedenken.”

lievense.com

OFFSHORE ENERGY EXHIBITION & CONFERENCE – PARTNER CONTENT

Een transitie zichtbaar op de beursvloer Een transitie is geen revolutie maar een verandering die geleidelijk gaat. Zo ook bij de energietransitie. De duurzame energie die nu op de Noordzee gewonnen wordt is het resultaat van decennia van onderzoek, uitgevoerd door pioniers die geloofden dat het ook anders kon. Een transitie betekent ook dat er een nieuwe koers wordt uitgezet zonder de oude meteen af te schrijven. Daarom zullen fossiele brandstoffen nog wel even tot de energiemix blijven behoren.

W

van de energietransitie tijdens het conferentieprogramma centraal. De komst van duurzame energiewinning op zee was al vanaf de eerste editie van Offshore Energy duidelijk. Vandaar ook de keuze voor deze neutrale maar alleszeggende naam. Het slaat zowel op duurzame als fossiele energie die op zee wordt gewonnen. Maar we richten ons niet geheel op duurzame energie. Op de beurs houdt een groot gedeelte van de bedrijven zich ook nog bezig met het winnen van fossiele energie. Want laten we eerlijk zijn, we kunnen nog niet zonder. En ook deze industrie is volop in beweging om op innovatieve en verantwoorde wijze te verduurzamen.

ie de afgelopen jaren op de beursvloer van Offshore Energy heeft rondgelopen, heeft de energietransitie voor zich zien voltrekken. Bij de eerste editie van Offshore Energy twaalf jaar geleden richtte nog maar een klein gedeelte zich op duurzame energie. Dat is nu wel anders. Vooraanstaan- Daarnaast kunnen de bedrijven die zich bezig houden met duurzame energie leren van de gas en oliesector de partijen die zich bezighouden met hernieuwbare energie zijn prominent aanwezig op de beurs. die tientallen jaren ervaring hebben met werken op zee. Ook de toeleveranciers en de uitvoerende maritieme Tijdens de conferentie bespreken offshore energy partijen zijn op Offshore Energy aanwezig. De kracht professionals en experts uit de sector de laatste trends. van de beurs zit in het samenbrengen van alle verschilInnovatieve technologie is cruciaal in het behalen van lende partijen: offshore olie en gas, marine energy en klimaatdoelstellingen en daarom staan onderwerpen offshore wind. Alleen als wij als industrie samenwerken, als opslag, digitalisering en elektrificatie ter bevordering kunnen we er voor zorgen dat de energietransitie wer-

www.offshore-energy.biz

kelijkheid wordt. Elkaar kunnen vinden en het starten van een dialoog is hierin onmisbaar. Daarmee Offshore Energy ook. Het thema voor deze editie is ‘Home of Energy Transition’. Na twaalf jaar kunnen wij zeker stellen dat Offshore Energy de plek is waar de energietransitie een thuis heeft.

3


CONTENT WITH A PURPOSE

Foto: Persfoto

4 INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE VOORWOORD – ANALYSENEDERLAND.NL

Missiegedreven innovatie voor de klimaattransitie Manon Janssen, Boegbeeld Topsector Energie & Voorzitter Industrietafel voor het Klimaatakkoord.

In het kader van het Klimaatakkoord is een IKIA (Integrale Kennis- en Innovatieagenda) opgesteld, waarin de missies zijn verwoord van en deelprogramma’s zijn geformuleerd voor een dertiental Meerjarige Missiegedreven Innovatieprogramma’s. Daarmee wordt beoogd een impuls te geven aan de innovaties die nodig zijn voor het slagen van de klimaattransitie. De context van het topsectorenbeleid en de inhoud van de IKIA kunt u elders lezen, en twee zaken wil ik daaruit graag benadrukken: De noodzaak voor innovaties die ook systeemveranderingen faciliteren en het missiegedreven karakter van de programmering.

die de diverse tafels nodig hebben is ook het energiesysteem als geheel

De IKIA heeft op alle Klimaattafels

in transitie en is de wisselwerking tussen beslissingen in de ene sector

betrekking. Maar naast de innovaties

‘De missie is van belang omdat het niet gaat om de technologie op zichzelf maar om een toepasbare verbetering.’

en die in de andere van groot belang. Dat gaat soms over de energie-infrastructuren of over flexibiliteit in de energiesystemen, maar het gaat ook over beslissingen die in de ene sector worden genomen en consequenties hebben voor een andere sector. Dit vraagstuk verdient terecht aparte aandacht en is in de IKIA in een dertiende programma ondergebracht (systeemintegratie). Het missiegedreven karakter bor-

duurt verder op de theorieën van Marco Hekkert (UU) en Mariana Mazzucato. De missie is van belang omdat het niet gaat om de technologie op zichzelf maar om een toepasbare verbetering. Zo’n missie wordt dan als maatschappelijke uitdaging geformuleerd en binnen

die missie komen naast technologie ook sociale, economische en systeem-innovaties aan de orde omdat het effect ervan in de praktijk centraal staat. Momenteel zijn diverse teams met

mensen uit het bedrijfsleven, vanuit de wetenschap en toegepast onderzoek, vanuit de overheid en diverse andere relevante maatschappelijke organisaties bezig om die innovatieprogramma’s uit te werken tot concrete activiteiten. Dat is een enorm karwei maar helpt ons wel de focus aan te brengen op onder meer die innovaties die de diverse sectoren concreet nodig hebben om de klimaattransitie tot een succes te maken en ook de samenhang tussen die sectoren goed te borgen.

Tegen die achtergrond ben ik blij met deze campagne, zodat u kennis kunt nemen van enkele voorbeelden waar we aan moeten werken de komende tijd.

Manon Janssen, Boegbeeld Topsector Energie & Voorzitter Industrietafel voor het Klimaatakkoord

WERKEN AAN DE KLIMAATTRANSITIE Wilt u meer weten over de innovaties binnen de energietransitie? Op analysenederland.nl vindt u nog veel meer interessante artikelen. ADVERTENTIE

Energieproeftuin EnTranCe wil vooruit met waterstof Hoe integreer je groene waterstof in ons energiesysteem? EnTranCe, het Centre of Expertise Energy van de Hanzehogeschool Groningen, onderzoekt dit samen met uiteenlopende partners. Zo wordt er gekeken naar de kostprijsreductie, worden de acceptatie en regelgeving rondom waterstof bestudeerd en worden grootschalige productie- en opslagmogelijkheden onderzocht. EnTranCe is een publiek-private samenwerking gericht op energie-onderzoek, educatie en ondernemerschap waar open innovatie hoog in het vaandel staat. ‘Wij werken graag met verschillende soorten partijen samen aan de ontwikkeling van toepassingen van waterstof. Met industrie en overheden, maar ook met het MKB. Met onze kennis, faciliteiten en contacten kunnen we het MKB helpen om aan te haken bij lopende grote industriële initiatieven’, zegt Jan-jaap Aué, directeur van EnTranCe. Een van deze initiatieven is het HydroHub, een consortiumproject onder leiding van ISPT, waarbij EnTranCe een van de partners is. In de Hydrohub gaan onderzoekers aan de slag met het testen en ontwikkelen van een waterstofproductie-unit op een industriële schaal, met als doel groene waterstof in de toekomst op goedkope en efficiënte wijze te kunnen produceren. De faciliteiten, die op het terrein van EnTranCe komen te staan, zijn momenteel in

ontwikkeling en zijn naar verwachting in januari 2020 klaar voor gebruik. Ook werkt EnTranCe als partner in het platform Hydrogreenn mee aan de realisatie van een waterstofwijk in Hoogeveen. In deze pilotstudie krijgen tachtig nieuwe woningen hun warmte van waterstof. ‘Belangrijke onderdelen van dit project zijn het ontwikkelen van een CV-ketel die op waterstof kan branden, de infrastructuur daaromheen en de regelgeving die erbij hoort. Daar werken we samen aan’ vertelt Aué. Hoewel technische innovaties een belangrijke rol spelen binnen de energietransitie, draait het binnen EnTranCe niet alleen om techniek. ‘Er wordt hier bijvoorbeeld ook onderzoek gedaan naar de juridische implicaties van de transitie en de wijze waarop communicatie mensen kan motiveren om gezamenlijk een duurzame samenleving te realiseren. Ons doel is om kennis te verzamelen waarmee we al deze vraagstukken met betrekking tot de energietransitie makkelijker kunnen beantwoorden.’ EnTranCe betrekt bij dit doel graag bedrijven, organisaties en overheden, om samen stappen te zetten in de transitie naar een duurzame energietoekomst. Geïnteresseerd in de mogelijkheden bij EnTranCe? Lees meer op www.en-tran-ce.org


ENERGIETRANSITIE IS EEN WERKWOORD Energietransitie houdt steeds meer mensen bezig. De overgang naar een CO 2 -vrije energievoorziening en de doelstelling om in 2050 klimaatneutraal te worden is een gigantische opgave. Een missie op zich. Fossiele brandstoffen moeten plaatsmaken voor duurzame alternatieven. De Nederlandse gassector, verenigd in KVGN, werkt hard aan oplossingen voor een duurzaam energiesysteem waarbij samenwerking tussen de verschillende energiesoorten een belangrijke rol speelt. Door innovaties en een slimme samenwerking is een duurzaam energiesysteem sneller realiseerbaar en blijven de kosten beperkt. Onze missie: volledig CO 2 -neutraal in 2050.

AARDWARMTE Verwarmen zonder CO 2 -uitstoot is één van

WATERSTOF Er wordt veel energie gestoken in waterstof.

de grote uitdagingen voor de verduurzaming.

Deze energiedrager is een goed alternatief voor

Een duurzaam alternatief voor verwarming is

aardgas. Waterstof is goed op te slaan en te

aardwarmte. Op een diepte van 2 à 3 kilometer

transporteren en daarmee bruikbaar als brandstof

onder ons aardoppervlak bevindt zich water

voor transport, met name in het zware transport.

met een temperatuur tussen 70°C en 100°C.

Daarnaast is waterstof goed te gebruiken als

Deze warmte kan via warmtenetten worden

grondstof in de industrie voor onder andere de

getransporteerd en gebruikt voor de verwarming

productie van kunstmest en kunststof. Waterstof is

van bijvoorbeeld kassen, huizen, gebouwen en

bovendien zeer geschikt om duurzame stroom uit

zwembaden. Momenteel wordt ook onderzoek

zon of wind in te passen in het energiesysteem.

gedaan naar hoge temperatuur aardwarmte die kan worden toegepast in de industrie.

CCS CCS staat voor Carbon Capture and Storage, oftewel afvang en opslag van CO 2 . Bij veel productieprocessen in de industrie komt CO 2 vrij. Met CCS kunnen we die CO 2 afvangen en opslaan in de ondergrond zodat het niet in de atmosfeer komt. Opslag van CO 2 gebeurt onder andere in lege gasvelden onder de Noordzee. De opgeslagen CO 2 kan weer worden gebruikt als grondstof, bijvoorbeeld in kassen en voor het produceren van synthetische gassen.

GROEN GAS Bij vergisting van onder andere rioolslib, GFT-afval en mest ontstaat biogas. Door het zuiveren en opwaarderen van dit biogas ontstaat groen gas, dat dezelfde kwaliteit heeft als aardgas. Met dat verschil dat groen gas CO 2 -neutraal is. Het grote voordeel van groen gas is dat het gewoon in het bestaande gasnet van Nederland kan worden getransporteerd en opgeslagen. Met groen gas kunnen we koken, stoken en verwarmen zoals we dat met aardgas doen.

Missie Energie is een initiatief van K VGN, die de belangen behartigt van de Nederlandse gassector. Deze zet zich in voor de energietransitie en werkt samen met partijen die ook een bijdrage leveren aan de verduurzaming van onze energie. Het is werk in uitvoering waarbij niet één oplossing voor alle problemen bestaat en waarbij samenwerking essentieel is. Ieder vanuit eigen kracht en expertise maar wel met één gemeenschappelijk doel: een CO 2 -neutrale energievoorziening in 2050. Kijk op MissieEnergie.nl


6 INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

Van een molecuulgedreven maatschappij naar een elektronenmaatschappij Foto: Pixabay

In 2050 moet onze energie voor minstens 95 procent duurzaam worden opgewekt. Met name grootschalige windparken op zee bieden uitkomst. Nederland telt op dit moment

2000 onshore windturbines, die gezamenlijk een opgesteld vermogen voor duurzame elektriciteit hebben van ruim 3,5 gigawatt, en vier offshore windparken met 289 windturbines, die samen goed zijn voor ongeveer 1 gigawatt. Van al onze opgewekte energie is slechts 7,3 procent duurzaam en daarmee staan we onderaan in Europa. Maar ons land is volgens Hans Timmers, voorzitter van de Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA), bezig met een grote inhaalslag. “Dat we achterlopen is zorgelijk, maar met de afspraken die nu liggen gaan we de goede kant op. In het Energieakkoord staat onder meer dat wij in 2030 minstens 11,5 gigawatt capaciteit voor offshore windparken hebben gebouwd om hernieuwbare elektriciteit op te wekken. In de lopende onderhandeling voor het klimaatakkoord is dat omgerekend een productie van 49 TWh.” Het Planbureau voor de Leefomge-

ving heeft verschillende toekomstscenario’s gemaakt en heeft berekend dat in 2050 maximaal 75 gigawatt aan windenergiecapaciteit van de Noordzee afkomstig kan zijn en 11 gigawatt van land. Hiermee zou jaarlijks ruim drie keer meer kunnen worden opgewekt dan wat we nu verbruiken. En daar komen energie door zonnecellen en geo-

Timmers: “Op dit moment staan we nog maar aan het begin van de transitie, maar dat het snel zal veranderen is een ding dat zeker is.”

thermie dan nog bij. Een kanttekening is wel dat huishoudens meer stroom zullen afnemen omdat Nederland ‘van het gas gaat’. Ook is de industrie, die vanwege hoge temperaturen meer capaciteit nodig heeft, nog aan het uitrekenen hoeveel zij zal verbruiken. Momenteel zijn twee windparken bij Borssele in aanbouw, die per park 0,7 gigawatt duurzaam kunnen opwekken en er komen nog drie vergelijkbare parken voor de Hollandse Kust bij. Volgens Timmers is er veel winst te behalen door gebruik te maken van grotere en efficiëntere windturbines. “De huidige windturbines wekken ongeveer vier megawatt op, de

nieuwe modellen tien. Deze zomer wordt op de Maasvlakte zelfs een test gedaan met een twaalfwatter, de eerste in Europa, wat een mooie primeur voor Nederland is.” Op zee is meer ruimte en wind dan op land, maar het aanleggen is duurder en het trekken van het onderzeese kabelnetwerk, dat TenneT voor zijn rekening neemt, is kostbaar. Tevens is de inpassing van aanlanding complex. Wel is het kostenbesparend om voor grootschaligheid te kiezen en het biedt tevens economische kansen. Timmers: “Voor elke baan die verdwijnt in de fossiele sector komen

er zeven bij in die van de duurzame energie. Denk aan onder meer technici, baggeraars, de bedrijven die de windturbines ontwikkelen en organisaties die een goede energie-infrastructuur aanleggen.” Iets minder blij met de plannen zijn de vissers. “We doen ons best rekening te houden met alle functies op zee, maar het is complex. De turbines staan één kilometer uit elkaar, dus een kleine boot kan er doorheen varen, een groot containerschip niet. Maar als uiteindelijk alle windparken in 2050 zijn gebouwd is nog steeds 75 procent van de Noordzee beschikbaar.” Mooie bijkomstigheid is volgens hem dat de populatie

vissen en wilde mosselculturen rondom windparken toeneemt. “De windmolenparken fungeren als een soort rustgebied. Uit onderzoek van de Universiteit van Wageningen en Stichting de Noordzee blijkt bijvoorbeeld dat bij het Amaliawindpark tien procent meer mosseldiertjes en kreeftjes leven.” Of we in 2030 dankzij onder andere groene energie de broeikasgassen die Nederland uit stoot kunnen halveren, zoals in het Klimaatakkoord is gesteld, moet nog blijken. “Het is een ingewikkeld probleem dat van veel factoren afhankelijk is zoals hoe wij als individuen, maar ook de industrie en de transportsector met energie omgaan”, verklaart Timmers. “Feit is wel dat er kentering moet komen en we van een molecuulgedreven naar een elektronenmaatschappij moeten gaan. In het totale energiesysteem zullen moleculen en elektronen elkaar ergens ontmoeten en gezamenlijk ons nieuwe systeem volgen waar opslag van energie ook een grote rol speelt. Op dit moment staan we nog maar aan het begin van die transitie, maar dat het snel zal veranderen is een ding dat zeker is.” Claudia Pietryga

WIND, WATER EN ZON Wilt u meer weten over alternatieve energiebronnen? Kijk dan op analysenederland.nl. ADVERTENTIE

Transformerende service in de energietransitie In onze toenemende behoefte naar energie, wordt de wind door windturbines vertaalt naar bruikbare energie. Dat de rol voor deze oogstmachines groter wordt, heeft te maken met de reikwijdte van onze kennis en technische mogelijkheden. Hierin zie je letterlijk de transitie: de windturbines groeien vanaf de jaren ’80 in grootte en aantallen mee. Wij bevinden ons als technisch servicebedrijf, dat zich bezighoudt met de (de)montage en onderhoud van de windturbines, midden in dit speelveld. De F&B-Group bestaande uit de bedrijven F&B Windpower, Green Energy Services (GES) en HST Energy, verzorgt de windturbine van het begin tot het einde van zijn levensduur. En is daarmee een technische allrounder. Het serviceteam van GES en HST Energy onderhoudt deze enorme diversiteit van types en vermogens turbines waar ook ter wereld. Dat betekent dat zij over veel ervaring en kennis beschikt en zij continue wordt bijgeschoold om de verschuivingen, ook op het gebied van regelgeving, te volgen.

le windturbinemonteurs verschijnen ten tonele om de turbine inclusief bekabeling en fundament veilig en op een deskundige wijze te (de)monteren. De verwijderde windturbine vindt vaak zijn bestemming weer in andere delen van de wereld. Een team van F&B Windpower begeleidt de turbine naar zijn nieuwe locatie en monteert hem ter plaatse. Gereviseerd materiaal doet weer dienst als spare-parts. Ook worden losse onderdelen verhandeld op de levendige wereldwijde markt. Door de grote hoeveelheid (de)montage en het onderhouden van de windparken, is er een enorme vraag naar goed opgeleide windturbinemonteurs. De F&B Group uit Franeker voorziet in deze behoefte. De transitie wordt zo zichtbaar, omdat we werken aan verschillende generaties turbines tegelijk. Elk met een eigen behoefte en eigen type contract en andere uitdagingen. Net als de turbines transformeren we mee, maar blijven met onze Friese achtergrond nuchter en betrouwbaar!

Daarnaast bevinden we ons op een punt in de transitie dat de eerste generaties turbines wordt afgebroken en de nieuwe generatie gebouwd. De demontage van de veelal kleinere turbines is vaak omdat de windturbine verouderd is en/of er een nieuw project met meer vermogen gerealiseerd kan worden op dezelfde locatie. Zowel montage als demontage wordt compleet verzorgd door F&B Windpower. Vergunningen, het benodigde transport, kranen, servicebussen en een team van professione-

WWW.HSTENERGY.COM

FENBWINDPOWER.NL

GREENENERGYSERVICES.NL


Infraroodfoto’s van een betonvloer

Voor TONZON Koud en klam

Slim en duurzaam Gasrekening energie besparen? onverwacht hoger? PAK DE PAK DE KRUIPRUIMTE KRUIPRUIMTEAAN AAN MET TONZON! MET TONZON!

Na TONZON Warm en droog

Bovenstaande infraroodfoto’s laten een duidelijk effect zien. Zonder isolatie is het koud en klam onderin de woning. Met TONZON Vloerisolatie dringt de warmte eindelijk door tot in de vloer. Lees de vele spontane reacties op www.tonzon.nl/facebook

HEEL HEEL BETAALBAAR BETAALBAAR Heeft u een woning van 50 m² dan bedraagt de richtprijs slechts € 1.920,voor het systeem met Thermoskussens en Bodemfolie. Dit bedrag is inclusief materiaal, arbeidsloon en btw. Voor meer informatie: tonzon.nl/vloerisolatie/kosten-vloerisolatie

Pas op voor namaak Dat kon natuurlijk niet uitblijven. Anderen proberen te profiteren van het succes dat TONZON in 37 jaar heeft opgebouwd. Daarom geeft TONZON een woninggebonden garantie- en echtheidscertificaat af. De volgende eigenaar van uw woning weet dan al bij de aankoop dat de kruipruimte in orde is. Er zijn originele TONZON producten verwerkt door een gespecialiseerd ambachtsman of bedrijf. TONZON folie wordt gemaakt volgens een speciaal recept dat in de praktijk een zeer lange levensduur heeft, zo blijkt uit onafhankelijk onderzoek. Geen enkele andere folie kan laten zien dat het na 32 jaar in de praktijk nog evengoed functioneert als toen het nieuw was. Een betrouwbare verkoper kan u dit certificaat laten zien. Vraag hierom en voorkom teleurstelling door het gebruik van dubieus aangebrachte goedkopere namaak. Ga voor gegarandeerde kwaliteit.

Ook bij nieuwbouw nog forse besparingen mogelijk TONZON Vloerisolatie heeft in een kruipruimte een beter isolerend effect dan andere isolatiematerialen. Dat is te danken aan het unieke Thermoskussen dat in 1980 in Nederland is uitgevonden. Dit is het enige materiaal dat de warmtestraling van de vloer vrijwel tot nul reduceert. De vloer wordt daardoor warmer bij een lagere binnentemperatuur. Daardoor is de energiebesparing hoger dan bij andere isolatiematerialen zoals wol, EPS (polystyreen) of purschuim. Die stralen aan de onderzijde nog steeds warmte naar de kruipruimte uit. Door dit permanente warmtelek worden nieuwbouwvloeren niet zo warm en is een vloerverwarmingssysteem bijzonder traag.

Aanpak onnodige warmtelekken spaart extra gas We laten veel warmte onbenut weglekken. De stookruimte is vaak (te) warm. Geïsoleerde CV-buizen stralen onnodig warmte uit in ruimtes zoals zolders, garages en kruipruimtes. Radiatoren warmen buitenmuren op. Bij vloerverwarming lekt veel warmte onbenut aan de onderzijde weg, zelfs bij nieuwe huizen en zogenaamde NOM-woningen. Bij woningen met luchtverwarming is het in de kruipruimte soms nog warmer dan in de kamer. We warmen letterlijk de aarde om het huis op. Kortom veel systemen stralen onnodig warmte uit. TONZON heef t voor al deze problemen innovatieve oplossingen ontwikkeld .

TONZON Thermoskussens

TONZON Bodemfolie

Bodemfolie op de bodem van de kruipruimte (zie illustratie hierboven) zorgt ervoor dat er geen vocht vanuit de bodem het huis kan binnendringen. De dubbele aanpak met Thermoskussens en Bodemfolie zorgt voor een warmere vloer en een schone, geurloze kruipruimte. TONZON is heel betaalbaar en u houdt de opties voor de toekomst open.

TONZON BV Postbus 1375, 7500 BJ Enschede

Gas duurder door hogere belasting! Wanneer de plannen doorgaan, gaat de belasting op gas fors omhoog. Vraag nu een kosteloze inspectie aan van uw kruipruimte. U ontvangt vrijblijvend een offerte op maat zodat u direct kunt gaan besparen. Kijk snel op tonzon .nl of bel 053-433 23 91

info@tonzon.nl www.tonzon.nl

053 - 433 23 91 KvK 06044102


8 INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE PROFIEL – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

‘Ik denk dat er geen enkele industrie is die lekker wil uitstoten’ Een uitstootloos Nederland. Het moet én het kan. Daar is het overgrote deel van Nederland volgens Marjan Minnesma van overtuigd. Ook binnen de industrie. Maar: “Om het met de snelheid te doen die nu nodig is, kan het niet meer zonder Den Haag.” Of Marjan Minnesma weleens denkt:

‘Het is er niet beter op geworden de afgelopen jaren met de steeds groter wordende aandacht en invloed van mensen die de invloed van de mens op de klimaatverandering ontkennen? Nee, dat niet. Ze laat zich door die negativiteit niet afleiden. Want er is volgens de directeur/oprichter van Urgenda zoveel beter geworden. Klimaatverandering is na jaren van strijd eindelijk echt een issue. Het was tijdens de verkiezingen ineens een onderwerp, tachtig procent van de mensen in Nederland is er volgens Minnesma van overtuigd dat er iets aan de hand is en dat we er iets aan moeten doen. En de mensen die ontkennen dat de mens invloed heeft op de klimaatverandering? “Ach, laat ze, ik ben gewoon bezig met de oplossingen. Laten zien dat het kan, is het allerkrachtigst. Als je een duurzame wereld kan maken die gezonder is, zeker niet duurder en eigenlijk ook leuker, waarom zou je het dan laten?” Goede vraag. Waarom willen Baudet en zijn electoraat het laten?

“We hebben de afgelopen jaren veel te veel de nadruk gelegd op dat er heel veel heel snel moet veranderen om de klimaatverandering te stoppen en dat dit heel veel geld kost. Mensen willen van nature niet heel snel veranderen en als het dan ook nog veel geld kost, tja, dan komt er tegenstand. Maar het hoeft niet allemaal morgen, mensen

moeten weten dat we tien, vijftien jaar hebben.” U voert met Urgenda geen protestacties, maar u praat met mensen om verandering teweeg te brengen. Met wie zou u nu graag in gesprek willen?

“Op dit moment zou ik heel graag het voltallige kabinet plus de kopstukken van de relevante partijen eens in een kamer willen hebben om een uur college te geven. Ik heb namelijk serieus de indruk dat ze niet echt weten hoe het zit met klimaatverandering en waar al die jaartallen vandaan komen. Ik heb het idee dat als Rutte zegt dat we alle tijd hebben, 31 jaar, dat hij niet weet dat als we tot 2050 doorgaan met uitstoten dat er dan genoeg CO2 in de lucht zit om tot een opwarming van 3 graden te komen. Het klinkt misschien hard, maar ik vind het echt immoreel dat ze er zo lang over willen doen. Terwijl we wel alles in huis hebben qua technieken, ook alle bedrijven die ik langsga zeggen: het kan.” Hoe liggen de verhoudingen tussen de welwillenden en de tegenstanders binnen de industrie?

“Ook daar hebben de meeste mensen dondersgoed door dat klimaatverandering een serieus probleem is, het gaat in het bedrijfsleven en de industrie vooral om de timing. Hoe snel kunnen we de overgang maken en hoe gaat dat gefinancierd worden? Veel partijen willen best

naar een uitstootloze industrie, ik denk dat er geen enkele industrie is die lekker wil uitstoten. Maar hun zorgen zijn: krijg ik het topmanagement, dat vaak niet in Nederland zit, mee? Word ik niet te duur ten opzichte van mijn concurrenten? Stel dat je bijvoorbeeld staal gaat maken met waterstof in plaats van steenkool, dan wordt je staal 10 procent duurder. Dat kan niet, dus Den Haag moet dit mogelijk maken.” Hoe?

“Daar zijn allerlei manieren voor. Bijvoorbeeld door een prijs op CO2 te zetten zodat onduurzaam staal duurder wordt of, als het uit het buitenland komt, een importheffing aan de grens. Een andere mogelijkheid is om de bouw en auto-industrie, grootgebruikers van staal, een extra belasting op te leggen bij het gebruik van onduurzaam staal. Als je dat dan vervolgens teruggeeft aan de staalbedrijven die wel duurzaam willen werken, kunnen zij die overgang ook daadwerkelijk maken.” Zes jaar geleden zei u in een interview: ‘Het gaat nu als een grote olietanker, maar het moet gaan als een speedboot.’ In welke boot varen we nu?

“Een beetje daartussenin. Qua uitvoering zitten veel bedrijven in de industrie nog in een olietanker, maar qua denken zijn er een aantal in de speedboot gestapt. Neem als voorbeeld Nouryon, voorheen AkzoNobel. Die zijn aan het

opschalen met hele grote electrolysers die water kunnen splitsen in waterstof en zuurstof. Een mooie stap voorwaarts, want waterstof gaan we nodig hebben voor heel veel industrieën.” En verder?

“Verder zie ik ook goede ontwikkelingen in andere industrieën, zo is Tata Steel aan het nadenken over nieuwe manieren om staal te maken. Ook daar geldt: je kunt staal maken met steenkool, maar je kan het ook met waterstof doen. En stel je wilt het toch met steenkool blijven doen, kijk dan wat je met de uitstoot kan doen. Wat blijkt: koolmonoxide is dé grondstof van de chemie. Dus als je een staalbedrijf naast een chemiebedrijf kan zetten, kan die de koolmonoxide gebruiken en heeft die geen fossiele grondstof nodig. En het interessante is, het plastic afval van het chemiebedrijf kan je weer in de hoogovens van het staalbedrijf stoppen om zo het gebruik van steenkool te verminderen. Zo krijg je hem langzaam rond. Dit kan je ook met de cement- en betonindustie voor elkaar krijgen. Als je deze bedrijven naast elkaar zet in IJmuiden kan je uitstootloos gaan werken. Het vereist alleen het lef, van in dit geval Tata Steel, om samen te werken met twee andere grote conglomeraten. Daar moet je als overheid steun aan geven. Er moet een soort hulpprogramma komen vanuit de overheid om dit mogelijk te maken voor de industrie.”

Dus in plaats van een CO2-belasting juist subsidie verstrekken?

“Of de CO2-belasting wel heffen en terugploegen naar de industrieën die deze overgang willen maken. Daarnaast kan je denken aan een fasering van de CO2-heffing: de eerste vijf jaar vrij laag, de volgende vijf jaar iets omhoog, en na tien jaar echt hoog. Zodat bedrijven weten dat ze binnen de vijf à tien jaar deze overgang moeten gaan maken, maar dat ze wel financiële steun krijgen om de investeringen te doen. Als we dat doen, denk ik dat bedrijven heel graag willen.” Maar dan zijn we terug in Den Haag. Daar moet het dus gebeuren.

“Om het met de snelheid te doen die nu nodig is, kan het inderdaad niet meer zonder Den Haag. Toen wij begonnen met Urgenda heb ik heel erg geprobeerd Den Haag te vermijden, en ben ik lekker aan de slag gegaan met de koplopers in de industrie, maar toen ik na vijf jaar achteromkeek en me afvroeg of we snel genoeg gingen was het antwoord nee. Nu moet het zo snel dat we niet meer zonder een overheid kunnen die helpt om de omslag te maken. Als we het vanzelf laten gebeuren, is het straks gewoon te laat. Dan gaat de omslag zulke hoge investeringen vragen, dat geen enkel bedrijf het meer kan en wil opbrengen.” Jerry Huinder

ADVERTENTIE

FUEL FROM WASTE, NOT A RUBBISH IDEA OCI N.V. is a global producer of nitrogen fertilizer and chemicals based in the Netherlands. Our plants in Delfzijl and Geleen utilize natural gas to create essential products for agricultural and industrial customers throughout Europe. But we are changing. Rather than continuing to rely solely on fossil based natural gas, we are using renewable biomethane made from waste sources to produce our products. Our subsidiary, BioMCN,

has become a global leader in the production of bio-methanol made from renewable biomethane which can be used as an advanced biofuel in petrol engines and as a lower carbon feedstock for range of products including silicones, plastics and paints. When used as a biofuel, bio-methanol has a 60% GHG savings versus petrol, helping to decarbonize the transportation sector. By using renewable biomethane in our production process, not only are we consuming

less fossil based natural gas, we are also helping to reduce harmful methane emissions from waste sources that would otherwise be released into the air. To learn more about OCI and our efforts to limit use of fossil fuels, please visit our website www.oci.nl OCI employs approximately 3,000 people and is listed on Euronext in Amsterdam.

www.oci.nl

016 OCI ad May2019.indd 1

07/05/2019 12:31


ANALYSENEDERLAND.NL – PROFIEL INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE

9

WORD ONDERDEEL VAN OFFSHORE ENERGY Foto: OEEC

Foto: Urgenda

CONTENT WITH A PURPOSE

Op 7, 8 en 9 oktober 2019 geeft Offshore Energy Exhibition and Conference (OEEC) de energietransitie een thuis in Amsterdam. Bedrijven uit de gehele energiesector vinden op dit evenement een plaats. Dit biedt dus de unieke mogelijkheid om te netwerken met internationale experts en professionals uit de offshore industrie. Ruim 550 exposanten presenteren hun diensten, projecten en innovaties. Daarnaast worden er internationale handelsmissies, paviljoenen, exclusieve netwerklounges, de Startup Zone, Matchmaking, de Stage en voldoende borrels geboden. Ook dit jaar worden er 12,000 bezoekers verwacht die de beurs zullen bezoeken, deel zullen nemen aan strategische discussies en inhoudelijke conferentiesessies op het gebeid van toekomstige en technologische ontwikkelingen in de industrie. Kortom drie dagen netwerken en samen de toekomst van de energiemix bespreken.

FEITEN Marjan Minnesma is één van Nederlands meest bekende voorvechters voor een duurzame economie en directeur/oprichter van Urgenda. Ze werd verscheidene malen gekozen tot nummer 1 van de Duurzame 100, een lijst met de invloedrijkste 'duurzame' Nederlanders, maar de meeste bekendheid verwierf ze met de Klimaatzaak. Op 24 juni 2015 won Urgenda, samen met 900 mede-eisers, de Klimaatzaak tegen de Nederlandse Staat. De rechter droeg de Staat op de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25% te verminderen ten opzichte van 1990. De Staat tekende beroep aan tegen dit vonnis, maar op 9 oktober 2018 bekrachtigde het Haagse Hof het vonnis van de rechter.

Dit jaar kan je een programma verwachten waarin olie, gas, offshore wind- en maritieme energie een podium vinden. Al deze zaken spelen een belangrijke rol in de toekomst van de energietransitie. Wanneer ze op de juiste manier gecombineerd worden helpen ze allemaal mee aan een duurzamere toekomst. Op OEEC worden de laatste ontwikkelingen binnen al deze sectoren gepresenteerd.

Marjon Kruize

ADVERTENTIE

GEEN ZON EN WIND MAAR TOCH STROOM: NOODVERMOGEN! Het Nederlandse energienet behoort tot de meest stabiele ter wereld. Vorig jaar hadden huishoudens en zakelijke gebruikers gemiddeld slechts 27 minuten geen stroom als gevolg van een storing, zo blijkt uit het rapport van het Internationale Energie Agentschap van afgelopen jaar. Daarnaast vraagt het klimaatakkoord van Parijs om een drastische reductie van het gebruik van fossiele energie, tot dichtbij nul in het jaar 2050. Hoe kunnen we de betrouwbaarheid van ons energienetwerk waarborgen als we steeds afhankelijker worden van minder voorspelbare energiebronnen als zon en wind? Duurzaam minder voorspelbaar Afgelopen jaar is in Nederland 8 procent meer elektriciteit uit hernieuwbare bronnen opgewekt dan een jaar eerder. Vooral de productie uit zon nam toe, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De toename van duurzame energie zorgt ervoor dat het weer een grotere invloed heeft op onze elektriciteitsvoorziening. Een hogedrukgebied dat bijvoorbeeld onverwachts een paar honderd kilometer naar het oosten schuift, kan ervoor zorgen dat een stevige wind verandert in een laf briesje waardoor de onbalans toeneemt. Dit gebeurde de afgelopen jaren vaker: we zien een significante toename in het onbalansvolume.

MARK KORTLEVE COMMERCIEEL DIRECTEUR

Noodvermogen als oplossing Voor situaties waarin het verschil tussen productie en vraag te groot is, en de markt met regel- en reservevermogen tekortschiet, zet netbeheerder Tennet Noodvermogen in. Powerhouse biedt Noodvermogen aan TenneT aan. Klanten met regelbaar vermogen zoals bijvoorbeeld WKK’s, noodaggregaten of koelvrieshuizen kunnen gezamenlijk deelnemen aan de Powerhouse Noodvermogen pool. Ze ontvangen hier een aanzien-

lijke vergoeding voor, afhankelijk van het vermogen en de duur dat deze beschikbaar wordt gesteld. Met Noodvermogen wordt dus geld verdiend en het elektriciteitsnetwerk in balans gehouden. De voordelen van Powerhouse Powerhouse is één van de grotere energieleveranciers in de energie-intensieve sector, zoals de glastuinbouw. Met het Powerhouse Energy Platform heeft u 24/7, altijd en overal, toegang tot de belangrijkste energiemarkten. Ook via de Powerhouse app. Tot op kwartierniveau heeft u de keuze voor het meest gunstige moment van in- en verkoop voor elektriciteit en gas. Meer weten? We zijn u graag van dienst. Kijk op www.powerhouse.net of neem contact op met onze Support Desk op 088 770 77 15, bereikbaar op werkdagen tussen 8.00 en 18.00 uur.


10 INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE – ANALYSENEDERLAND.NL

Foto: NVDE

Foto: Holland Solar

De regering heeft te lang weggekeken van de CO2 reductiedoelen en het aandeel duurzame energie in 2020. Er gaapt een gat van 9 à 10 miljoen ton CO2 reductie terwijl het aandeel duurzame energie niet 14% maar 12,2% wordt, blijkt uit PBL berekeningen. De duurzame energiesector pleit voor een pakket aan maatregelen. Olof van der Gaag, directeur van de

NVDE (Nederlandse Vereniging Duurzame Energie), vergelijkt deze en vorige regeringen met een leerling die in mei nog een vier staat en toch over hoopt te gaan. “Waar Scandinavische landen hun duurzame energiedoelen allang hebben bereikt, bungelt ons land onderaan”, zegt hij. “Volgens recente cijfers van PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) moet ons land flink een tandje bijzetten, willen we 14% duurzame energie en 25% CO2 reductie volgend jaar halen.”

De vraag stellen, is ‘m met een pakket maatregelen beantwoorden, een pakket dat volgens de NVDE in vier categorieën uiteenvalt. Van der Gaag: “Isolatie en energiebesparing zijn vergeten onderwerpen. Het mes snijdt aan twee kanten. Wie niet gebruikt, hoeft niet te betalen terwijl minder energieverbruik tot een groter aandeel duurzame energie leidt. We zullen wel alle duurzame opties moeten inzetten, wind op zee en op land, meer zonne-energie, biomassa en geothermie.” Volgens de NVDE-directeur is wind op zee een echte ‘klimaatknaller’. “Jaarlijks komt er één Gigawatt

Baarsma: “We zullen elke keer moeten kijken naar lokale omstandigheden.”

op de Noordzee bij, goed voor het elektriciteitsverbruik van anderhalf miljoen huishoudens. Binnen vijf jaar zijn die windparken op zee 71% goedkoper geworden. Dat laatste tender was zonder financiële bijdrage van het Rijk.” Maar met alleen wind op zee redden we het niet, weet ook Van der Gaag. “In 2030 is 70% van onze stroomvraag uit zon en wind afkomstig”, vervolgt hij. “Dat is een groei van ruim een factor vijf. Maar we hebben ook zon en wind op land nodig. En manieren om voor elektriciteit te zorgen als zon en wind tekortschieten. We zullen de energietransitie per regio, gemeente, wijk en zelfs per woning moeten bekijken.” In dat maatwerk hebben gemeenten

volgens de NVDE een leidende rol. De directeur: “Zij zijn de schakel tussen bewoners en duurzame technologieën.”

Cruciaal is dat omwonenden mee-

profiteren van de energietransitie.

Van der Gaag: “De transitie moet zich verbreden en versnellen.”

Van der Gaag: “De transitie moet zich verbreden en versnellen. Ook sociaal zullen we dat zo makkelijk mogelijk moeten maken.” Jaap Baarsma beaamt de noodzaak tot versnelling. Hij is voorzitter van Holland Solar, de vereniging die de belangen van de zonne-energiesector behartigt. “PV in de gebouwde omgeving heeft de laatste tijd een grote groei doorgemaakt”, zegt Baarsma. “Ondanks minder subsidies is er vorig jaar ruim 450 MWp bij de huishoudens bijgeplaatst. Ook de grotere projecten gaan nu hard. Tevens zien steeds meer bedrijven de voordelen van PV in. We moeten wel: willen we circa 30% van het verbruik elektrisch maken, dan moet in 2050 200 à 300 GigaWatt uit PV komen.” Draagvlak is doorslaggevend voor het behalen van die doelstellingen. “Dat betekent ruimte maken voor PV op zowel onze daken als op de grond”, zegt hij. “Gemeenten zullen gezamenlijk zoveel mogelijk de

LEIDERSCHAP IN DE ENERGIETRANSITIE Foto: Persfoto

Nederland haalt doelen duurzame energie niet

CONTENT WITH A PURPOSE

potentie van grotere daken moeten benutten. Dat geeft het minste last, de infrastructuur ligt er immers al.” Invoeding in het net baart Holland Solar zorgen. Na de noordelijke provincies kunnen nu ook andere regio’s hun zonnestroom steeds minder of niet op het net kwijt. “In vrijwel alle gevallen gaat het om hoogspanningsnetten die duurzame stroom niet kunnen transporteren. Aansluitingen op het net en private netten moeten makkelijker worden.” Holland Solar is zich wel bewust dat

energieopslag op dit moment nog in de kinderschoenen staat. Holland Solar en de NWEA (Nederlandse WindEnergie Associatie) hebben daarom recent een werkgroep in het leven geroepen waarin de kansen voor balanshandhaving worden onderzocht en in hoeverre de overheid de regelgeving zou kunnen aanpassen. Baarsma: “Elke keer zullen we moeten kijken naar lokale omstandigheden om vraag en aanbod in evenwicht te brengen. Als dat aan het eind van de lijn in evenwicht is, hoeven er ook minder kabels te worden gelegd. PV in de gebouwde omgeving – bij huiseigenaren en huurders – is een voorwaarde tot een meer democratische energievoorziening.” Tseard Zoethout

DOE HET DUURZAAM Er zijn heel veel verschillende manieren om duurzame energie op te wekken. Je leest erover op analysenederland.nl.

De veranderingen in het energielandschap zijn groot. Zo zet de elektrificatie, geholpen door zonnepanelen en windmolens, onverminderd door. “Ook de uitbreiding van het gebruik van restwarmte door warmtenetten is een mogelijkheid die vandaag de dag steeds meer in de belangstelling staat”, vertelt Eric van den Broek, algemeen directeur van advies- en ingenieursbureau Lievense. “De opwekking en distributie van energie gaat veranderen, dat is een ding wat zeker is.” De distributie van energie op lokaal niveau staat nog in de kinderschoenen, aldus Anja Vijselaar, directeur van Petersburg Consultants, dat samen met Lievense werkt aan een duurzaam Nederland. “Ook de opslag van energie is een vraagstuk waarbij we pas aan het begin staan van mogelijk grootschalige oplossingen”, vervolgt Vijselaar. “De overstap van fossiele brandstoffen naar duurzame opwekking lijkt onvoldoende voor de benodigde energietransitie. Daar is veel meer voor nodig met interessante en uitdagende vragen als gevolg.” Van den Broek: “Wat gaat waterstof brengen? Blijven olie en gas wellicht toch in beeld, maar dan met een duurzamer karakter? Hoe kunnen we vraag en aanbod van energie gedurende de dag beter op elkaar afstemmen? Wetenschappers en maatschappij hebben nog onvoldoende antwoord op dergelijke vragen. Samen moeten we op zoek gaan naar passende oplossingen voor een duurzamere wereld.”

Marjon Kruize

ADVERTENTIE

VROON OFFSHORE SERVICES CONNECTING MARKETS

VROON OFFSHORE SERVICES excels in the provision of diverse services and solutions for key offshore-support needs, including platform supply, emergency response and rescue, anchor handling tug supply, walk to work, crew transfer and subsea support. In addition, VOS offers a wide range of complementary offshore services. With our versatile fleet and highly qualified and experienced colleagues, we are committed to providing safe, reliable and cost-effective services. Vroon Offshore Services is an international operator with a strong geographical presence in Northern Europe, the Mediterranean, North Africa, the Indian Ocean and Asian regions. Find us on:

ABERDEEN | DEN HELDER | GENOA | SINGAPORE www.vroonoffshore.com


ANALYSENEDERLAND.NL – INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE 11

CONTENT WITH A PURPOSE

Foto: Marijke De Schepper

Een smart city visie op afvalvermindering Nu actie ondernemen voor een leefbare toekomst. Laten we dat ook slim doen. Dat is het devies, als we het vragen aan Leonie van den Beuken, programmadirecteur Amsterdam Smart City. Van den Beuken is gedreven de wereld te verbeteren en heeft dit in haar carrière altijd geprobeerd te doen, en dat kan in welke rol je maar hebt. “In alles wat je doet heb je de mogelijkheid een positief verschil te maken.”

Wat met stip op één staat als belang-

Nu buigt zij zich onder andere over

slim omgaan met reststromen en afval in het kader van een smart city. Hoe maken we de wereld van de toekomst schoner met acties die we nu doen? “In mijn huidige rol focus ik me op het stedelijke. De ontwikkelingen van een smart city bieden kansen voor een schonere toekomst. Het liefste gebruiken we minder spullen, niet te weinig, maar zéker ook niet meer te veel. En vooral, producten die herbruikbaar of zelfs upcyclebaar zijn. Digitalisering kan ons hierbij helpen, door relevante informatie in kaart te brengen en producenten en afvalinzamelaars aan elkaar te koppelen. Binnen Amsterdam Smart City, onderdeel van Amsterdam Economic Board, wordt nu gewerkt aan het realiseren van een upcyclecenter, een plek waar makers die compleet nieuwe producten uit afval maken en bewoners elkaar kunnen ontmoeten. Wat voor deze regio een uitdaging

is op het gebied van slim omgaan

delen we één centraal uitgangspunt. Daarin kunnen we elkaar allemaal vooruithelpen. We vinden elkaar in hoop en optimisme om samen de stad duurzaam te innoveren.”

Leonie van den Beuken: “De ontwikkelingen van een smart city bieden kansen voor een schonere toekomst.”

“In alles wat je doet heb je de mogelijkheid een positief verschil te maken, maar laten we vooral samen een verschil maken.” met reststromen is het toenemende aantal woningen en mensen. “Er worden ontzettend veel woningen toegevoegd binnen bestaand

stedelijk gebied. Daarmee blijft er minder fysieke ruimte over voor bijvoorbeeld logistiek en vrachtverkeer, terwijl met het aantal huizen de hoeveelheid afval toeneemt. Het is daarom in de ontwerpfase van bijvoorbeeld nieuwe gebieden belangrijk om al slimme oplossingen te ontwerpen. Oplossingen waarbij afvalstromen veel minder ruimte innemen. Want nóg meer afvalbakken en nóg meer afvalwagens passen na een tijdje simpelweg niet meer. Deze slimme oplossingen proberen we nu gezamenlijk, met de focus en kennis van verschillende partijen, te bedenken.” “Om een prettige, leefbare stad te

creëren, is ook onderzoek cruciaal.

We moeten onderzoeken waar welk afval zit en waar het naartoe gaat. Dat zijn de inzichten die nodig zijn in het ontwerp van stedelijke voorzieningen en woningen. En dat onderzoek genereert de inzichten om verbinding te creëren tussen partijen die elkaars reststromen kunnen gebruiken.”

rijkste uitgangspunt om een schone stad en een circulaire welstaat te bewerkstelligen, is dat we nú actie ondernemen. “De uitspraak ‘dat zijn de problemen die onze kinderen gaan aanpakken’, is er één waar we ons voor moeten schamen. We hebben nu de kennis wat we kunnen doen om een duurzame stad te ontwikkelen en dus moeten we dat ook nu doen. Beleid is belangrijk, stippen aan de horizon ook, maar voor mij gaat het om dingen nu realiseren en passend acteren. We kunnen de volgende generatie en onszelf laten zien hoe dit soort vraagstukken aan te pakken en hun motiveren ons goed ingezette werk voort te zetten. En laten we dat bovenal met een vrolijke insteek samen doen.” Eoin Hennekam

Samenwerken staat centraal bij het

creëren van een fijne, leefbare stad. “Onze partners hebben allen als doel een schone, fijne en duurzame toekomst te realiseren. Zij hebben de intrinsieke motivatie om bijvoorbeeld vraagstukken over afvalstromen op te pakken en tot een succes te brengen. En ondanks dat al die partijen hun eigen doelen hebben,

SLIM OMGAAN MET AFVAL Een schone, duurzame en fijne toekomst realiseren, dat is het doel. Maar dan moeten we wel anders met ons afval omgaan. U leest er meer over op analysenederland.nl. ADVERTENTIE

REAL-TIME INZICHT

BENUT VOLLEDIG POTENTIEEL Als innovatieve machinefabrikant ontwikkelt Marel Poultry continu intelligente technologieën. De automatisering van de wereldwijde poultry industrie neemt steeds slimmere vormen aan dankzij onze vooruitstrevende oplossingen. Met het oog op duurzaamheid, voedselveiligheid en traceerbaarheid brengen we machinale processen, real-time sensoren en geavanceerde besturings/controlesoftware samen om toegevoegde waarde te creëren voor de voedselverwerkende industrie. 0485 586 111 | info.poultry@marel.com | marel.com/poultry


12 INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

‘Waterstof gaat fossiele brandstoffen vervangen’ Foto: Pixabay

Foto: TU Delft

Waterstof gaat op zeer korte termijn een bruikbaar alternatief opleveren voor bestaande energiesystemen met fossiele brandstoffen. In alle discussies over duurzaamheid

en gebruik van alternatieve energiebronnen zijn de zegeningen van waterstof relatief onbelicht gebleven. Toch valt er ondertussen een duidelijke kanteling waar te nemen. Waterstof blijkt hot als aanjager voor de energietransitie. Ad van Wijk, duurzame energieondernemer en deeltijd Professor Energy Systems aan de TU Delft, is in Nederland misschien wel de meest vurige pleitbezorger voor het gebruik van waterstof. Volgens hem zijn er drie belangrijke redenen waarom deze nieuwe energiebron nu in het brandpunt van de belangstelling staat. Lang verhaal kort, ten eerste: in het besef dat we afscheid moeten nemen van fossiele brandstoffen zien ook grote energieleveranciers dat waterstof kan dienen als sleutel tot de komende energietransitie. Ten tweede: duurzame elektriciteit uit zon en wind is op plekken waar het hard waait of veel zon schijnt te produceren voor minder dan 2 eurocent/kWh. En ten derde: grootschalige energieopslag in de vorm van waterstof is veel eenvoudiger en goedkoper te realiseren in zoetkoepels dan opslag van elektriciteit in batterijen. Vooral dat tweede punt, zon- en

tot elementaire energiedrager te maken. Van Wijk: “In 2020 worden de Olympische Spelen in Tokio gehouden. Het Olympisch dorp, waar tijdens de Spelen ruim 17.000 atleten en andere gasten gaan verblijven, moet uiteindelijk worden omgetoverd tot ‘waterstofstad’. De organisatie van het sportevenement wil de accommodaties, sportlocaties en horeca in het dorp via waterstofenergie voorzien van elektriciteit en warm water.” Tot slot: ook Ed Nijpels, voorzitter

Van Wijk: “Waterstof is net als aardgas eenvoudig via een pijplijn over grote afstanden te transporteren.”

windenergie, dat moet Van Wijk even verder toelichten. Want wat heeft dat met waterstof te maken? Plekken waar we goedkoop zon- en windenergie kunnen produceren, liggen niet naast de deur, maar vinden we vooral op plekken waar bijna niemand woont. Denk aan de Sahara, Namibië, maar bijvoorbeeld ook delen van Australië en Californië, ligt Van Wijk toe. “De uitdaging die er ligt, is om die goedkope elektriciteit naar de juiste locaties te krijgen, dus ook naar Europa. Je kunt daarvoor een elektriciteitsnet aanleggen, maar er is ook een andere mogelijkheid, namelijk het omzetten van water met elektriciteit

in waterstof. Als waterstof van ver moet komen, dan kunnen we het vloeibaar maken en brengen we het hier per schip naartoe. Bovendien is waterstof net als aardgas ook eenvoudig via een pijplijn over grote afstanden te transporteren.” Dat klinkt interessant. Nederland en gas zijn immers innig vergroeid met elkaar. Kan het huidige gasnetwerk waar we een wereldreputatie mee hebben opgebouwd ook dienen als transportraster voor waterstof? “Absoluut”, luidt het bevestigende antwoord van de deeltijdprofessor. Er zijn weliswaar aanpassingen nodig, maar het gasnetwerk leent zich

prima voor transport van waterstof. “En daarmee ontstaan er nieuwe kansen voor Noord-Nederland, de bron van het gasnetwerk in Nederland. Bovendien hebben we in Nederland veel kennis van chemie en petrochemie. Ook die kennis kan dienen als katalysator voor de Nederlandse positie bij verdere popularisering van waterstof.” Ons land, benadrukt Van Wijk, moet overigens wel bij de pinken blijven om de kansen van de Waterstoftrend bij te benen. Japan bijvoorbeeld, dat veel te lijden heeft gehad van de kernramp bij Fukushima, trekt er hard aan om waterstof

van het Klimaatberaad, legt volop belangstelling aan de dag als het de toekomst van waterstof betreft. Weliswaar is het de vraag wanneer dit operationeel kan worden, maar dat waterstof een belangrijke rol speelt bij de energietransitie is volgens hem onbetwist. Neem auto’s: “Sommigen zeggen dat elektrische auto’s een tussenfase zijn; anderen zien elektrische en waterstofauto’s naast elkaar. Maar het gaat niet om of, maar om wanneer en hoe.” Hugo Schrameyer

WERKEN MET WATERSTOF Wilt u meer lezen over waterstof? Kijk dan eens op analysenederland.nl. ADVERTENTIE

ADVERTORIAL

IoT voor elke organisatie binnen handbereik Bart Hiddink, directeur van Ideetron BV, legt uit wat ervoor nodig is om slim van alle mogelijke toepassingen van IoT gebruik te kunnen maken. “Je kunt op je hobbyzolder je eigen LoraWAN-netwerk beginnen.”

Wat is er nodig om optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden van IoT? “Uiteraard een verbinding met het internet, en een backend dat de informatie op zo’n manier weergeeft dat de eindgebruiker er informatie uit kan halen. Sigfox en LoraWan zijn ongeveer 30 keer zo energiezuinig als 4G, ons reguliere mobiele netwerk. Dat betekent dat je veel minder data per keer kunt versturen, maar de meeste sensoren gebruiken niet meer dan een paar byte.” Hoe maak je gebruik van Sigfox en LoraWAN? “Sigfox is vrij duur, en je moet specifieke chips gebruiken. De drempel om daarmee te starten ligt dus vrij hoog. KPN biedt nu LoraWAN aan, maar ook dat is prijzig. Een andere mogelijkheid is om je

eigen LoraWAN-netwerk te beginnen. Het enige dat je hiervoor nodig hebt is een gateway. Die heb je al vanaf een paar honderd euro.” Is dat veilig? “Alle data die via LoraWAN wordt verstuurd, is dubbel ingepakt, via zowel een netwerksleutel als een applicatiesleutel. Computers van nu zouden honderden jaren bezig zijn met het kraken van deze codes. Eventueel kun je ook de gegevens nog versleutelen.” Hoe kunnen jullie bedrijven helpen? “Wij adviseren organisaties over de implementatie van IoT-toepassingen en leveren alle producten die nodig zijn voor het starten van een LoraWAN-net-

werk. Zo zijn we bezig met een Rhinotracker in Tanzania, maar bouwden we ook al sensoren voor prullenbakken, zodat die niet meer preventief geleegd hoeven te worden, maar pas op het moment dat ze vol zijn. Onze expertise is specifieke draadloze communicatie, wat wil zeggen dat wij alles op maat ontwikkelen.” www.ideetron.nl webshop.ideetron.nl/lora Tel.: 06 18 21 35 34


ANALYSENEDERLAND.NL – INDUSTRIËLE ENERGIETRANSITIE 13

CONTENT WITH A PURPOSE

GELDERLAND – PARTNER CONTENT

Provincie Gelderland laat zich zien als waterstof-pionier Bedrijven en kennisinstellingen in de provincie Gelderland ontpoppen zich steeds nadrukkelijker als voorvechter van waterstof. Er worden tastbare initiatieven genomen die een bruikbaar alternatief opleveren voor bestaande energiesystemen, waarmee bovendien een uniek en kansrijk exportproduct voor de provincie ontstaat. Er rijden waterstof-elektrische stadsbussen tussen Arnhem en Apeldoorn en bestaan er concrete en uitgewerkte plannen voor de bouw van een waterstofopslag-installatie. Bovendien is er tevens overleg met steenfabrieken om op waterstof als energiebron over te schakelen.

als het gaat om werk en innovatie, energietransitie, duurzame mobiliteit en leefbaarheid.”

om de accu van het elektrische voertuig continue bij te vullen. Zo kan het voertuig drie tot vier keer zoveel kilometers maken Als het aankomt op waterstof als in vergelijking met traditionele aanjager voor de energietransitie elektrische vervoermiddelen. blijkt Gelderland echter een unie- “Hymove had een prachtige ke plek in te nemen. De provincie techniek tot zijn beschikking, legt namelijk niet zozeer nadruk maar kreeg dat niet geconop de grootschalige en centracretiseerd in een praktijkcase. le productie en distributie van Met behulp van de provincie waterstof, maar juist veel meer Gelderland is er samenwerking op innovatie en doorontwikkeling gezocht met vervoersmaatschapvan bijbehorende technologie pij Syntus. Inmiddels zijn samen vooralsnog gebruik makend van met regionale partners twee lokaal en decentraal opgewekte elektrische bussen omgebouwd waterstof. “Die hoogwaardige tot waterstof-elektrische bussen, kwaliteit blijkt ook als aanjager te die nu deel uitmaken van de werken voor nieuwe bedrijven en reguliere dienstregeling: als je in organisaties in de keten om zich de regio op een bus stapt, kan in deze regio te vestigen. Zo ont- dat dus zo maar een waterstofbus staat een intensieve wisselwerking, zijn. Voordeel van Hymove is dat zowel tussen bedrijven onderling de aanbieder nu een praktijkot in de verre uithoeken als in combinatie met onderwijs- case kan demonstreren, hetgeen zijn alle regio’s in discusen kennisinstellingen.” leidt tot nieuwe commerciële sie over de kansen van verkoopkansen. Syntus heeft de duurzaamheid en gebruik van Het blijft niet alleen bij mooie mogelijkheid om op kleinere alternatieve energiebronnen. De woorden. Want die onderlinge schaal ervaring op te doen met provincie Gelderland doet daar wisselwerking waarover Taat waterstofelektrisch aangedreven niet voor onder en helpt actief spreekt, heeft inmiddels concreet voertuigen”, vertelt Taat. Voor mee om de gunstige uitgangsgeleid tot een samenwerking de provincie biedt dit inzichten positie van de waterstofindustrie om waterstofelektrisch vervoer voor komende openbaar vervoer te ondersteunen. Gerard Taat, mogelijk te maken. Eén van de concessies die allemaal zero programmaleider duurzaam eerste aanjagers op dit vlak is het emissie moeten worden. innoveren van de provincie: bedrijf Hymove, dat zogenaam“Het is prettig en aangenaam de waterstofaandrijflijnen maakt De aantrekkelijkheid van dit wonen in Gelderland. Om deze voor zwaar vervoer. Het gaat project heeft bovendien van doen leefbaarheid op niveau te houdaarbij om een toepassing, waar- met de aanzuigende werking op den, hebben wij hoge ambities bij getankte waterstof dienst doet andere waterstofgeoriënteerde

T

gelderland.nl

bedrijven. Zo bouwt het bedrijf Pitpoint een openbaar waterstoftankstation, dat eind juni open gaat, waarbij het station van waterstof wordt voorzien van lokale aanbieder Hygear. “Bovendien is samen met de gemeente Arnhem 1 miljoen euro subsidie uitgetrokken om waterstofauto’s verder te populariseren. Dit moet ertoe leiden dat over drie jaar tachtig van deze auto’s in deze regio rondrijden.” Het blijft in Gelderland niet alleen bij deze vervoersoplossing. Er is namelijk een tiental Gelderse technologische bedrijven betrokken bij het initiatief van MTSA Technopower voor de ontwikkeling van een zogenaamde Power2Power-installatie, die over twee of drie jaar geconcretiseerd moet zijn. Een korte toelichting: power 2 gas is het produceren van waterstof(gas) uit water en groene stroom van zonnepanelen en windmolens. Het omgekeerde, waterstof omzetten in stroom en water, heet gas2power. Power2Power is de combinatie van beide, waarbij de installatie in feite dienst doet als energiebuffer, die het mogelijk maakt om stroom tijdelijk als waterstof op te slaan en deze later bijvoorbeeld ‘s nachts te benutten. Taat: “De huidige capaciteit

van het elektriciteitsnetwerk is eigenlijk onvoldoende om de groei van zonnecollectoren en windmolens bij te houden. Als het aanbod groter is dan de vraag, dan kan deze Power2Power-installatie een oplossing zijn om piekbelastingen op te vangen. Dus dat is niet alleen een technisch hoogstandje van die bedrijven, en dus een demonstratie van hun eigen kunnen, maar ook een installatie die voor de energietransitie noodzakelijk is. Zo kun je de stroom als het ware gereguleerd op het net toelaten.” Tot slot dan, om een idee te krijgen van de capaciteit van de Power2Power-installatie: de beoogde eerste installatie kan het industriepark Kleefse Waard in Arnhem volledig dag en nacht van groene energie voorzien. “Het is weliswaar een demoproject, maar tegelijkertijd een praktijktoepassing als onderdeel van de energietransitie. Het is geen toeval dat dit demoproject juist op dit industriepark landt. Het is een hotspot voor innovaties op het gebied van duurzame energie, waar overheden, bedrijven en kennisinstellingen intensief samenwerken. Een voorbeeld van de regionale innovatiekracht van de regio Arnhem en Nijmegen.”


CONTENT WITH A PURPOSE

Foto: Rijksoverheid

14 SMART INDUSTRY VOORWOORD – ANALYSENEDERLAND.NL

Mona Keijzer, Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat.

Nederland kan van smart industry een blijvend succes maken Digitalisering heeft wereldwijd grote invloed op de industrie. Gedigitaliseerde machines werken efficiënter doordat zij zelf aangeven wanneer zij onderhoud nodig hebben. Fabrieken verduurzamen doordat zij met ‘slimme’ producten foutloos produceren. Nieuwe technologieën, gedreven door deze digitalisering, bieden ondernemers uit iedere windhoek nieuwe kansen. Wereldwijd wordt daarom fors geïn-

vesteerd in het ‘verslimmen’ van productieprocessen in de industrie. In Duitsland wordt er niet voor niets gesproken over Industrie 4.0: de vierde industriële revolutie. Door de ontwikkeling van nieuwe ICT en productietechnologie, noe-

men we deze beweging in Nederland smart industry. Sommigen zeggen dat Nederland een klein land is; maar we zijn groot in ondernemen, samenwerken en innoveren. De laatste vijf jaar zijn daarvoor het bewijs. In 2014 ging het team Smart Industry van start: een samenwerking tussen publieke en private partijen om bedrijven te stimuleren om met slimme technologie te gaan werken. Bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat maken we beleid dat hierop aansluit zoals het MKB-actieplan, de Nederlandse Digitaliseringsstrategie en het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid.

Op dit moment, in het lustrumjaar

2019, zijn we koploper in Europa op het gebied van smart industry. Maar om koploper te blijven en economische groei veilig te stellen, moet het hele bedrijfsleven mee in deze beweging. Zowel grootbedrijf als mkb. En daar hebben we elkaar voor nodig. Want hoe mooi de techniek ook is, het zijn uiteindelijk de mensen die alles samenbrengen. Het zijn de programmeurs achter de codes, de ingenieurs achter de techniek en de monteurs die de machines laten draaien. De knappe koppen en gouden handen.

Voor het mkb biedt smart indus-

try nog veel onbenutte kansen. Wanneer mkb-bedrijven produc-

tieprocessen verslimmen, maakt dit hen minder kwetsbaar. Maar het verslimmen van een onderneming is voor ondernemers alleen vaak niet haalbaar. Voor hen is samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen onmisbaar. Op regionale schaal zie je dat daardoor belangrijke samenwerkingen ontstaan. Een mooi voorbeeld daarvan zijn de smart industry fieldlabs die door heel Nederland te vinden zijn. Bedrijven die bijvoorbeeld metaal bewerken gaan dan met de gemeente en een hogeschool in zee om samen een smart industry-oplossing te ontwikkelen, testen en implementeren. Deze samenwerkingen kan ik alleen maar aanmoedigen.

Ondernemend Nederland heeft alle

papieren om van smart industry een blijvend succes te maken. Dat blijf ik graag ondersteunen. Wanneer zij groeien, groeit Nederland met hen mee.

Mona Keijzer, Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat

SAMEN SLIMMER Op analysenederland.nl leest u nog veel meer interessante artikelen over inspirerende samenwerkingen in de industrie. ADVERTENTIE

Cybersecurity is meer dan techniek alleen De nieuwe industriële revolutie is in volle gang. Waar we thuis steeds meer IoT apparaten zoals slimme speakers, deurbellen en thermostaten in huis halen, vinden we dit ook terug in industriële omgevingen. Ook hier is steeds meer behoefte aan besturing op afstand en data van de processen. Marcel Jutte, algemeen directeur bij Hudson Cybertec, expert op het gebied van cybersecurity industriële automatisering & controle systemen: “Deze toenemende integratie, een van de kenmerken van Smart Industry, leidt tot hyperconnectiviteit binnen de industriële automatisering.” Jutte is stellig: “Cybersecurity is onlosmakelijk verbonden met Smart Industry maar de verschillen tussen IT en OT moeten worden onderkend door cybersecurity op een verantwoorde manier te managen. Cybersecurity in industriële omgevingen moet worden bezien vanuit het perspectief van de Operationele Technologie (OT) i.p.v. vanuit de IT. Ook hier is het van groot belang om eerst een assessment/ risicoanalyse uit te (laten) voeren om inzicht te krijgen in de kwetsbaarheden en de risico’s die het bedrijf daardoor loopt.

Pas dan kan je op basis van die risico’s ervoor zorgen dat de digitale weerbaarheid op het juiste niveau komt. Daarbij moet naast techniek, zeker ook aandacht zijn voor mens en de organisatie. Het is cruciaal dat deze in goede onderlinge verhouding staan. Dat managen in de OT gebeurt met een Cyber Security Management Systeem, ofwel CSMS. Hiervoor gebruiken we veelal als basis het internationale cybersecurity normenkader specifiek voor industriële automatisering en controle systemen, de IEC 62443. Deze norm biedt organisaties handvatten voor het verbeteren van de digitale beveiliging en veiligheid van de OT-omgeving. Essentieel hierin is om de beschikbaarheid en integriteit te borgen van de systemen die de processen aansturen.” Nieuwe ontwikkelingen in de industrie volgen elkaar snel op dus ook de aanpak van cybersecurity dient mee te veranderen.

www.hudsoncybertec.com

“Cybersecurity is onlosmakelijk verbonden met Smart Industry maar de verschillen tussen IT en OT moeten worden onderkend door cybersecurity op een verantwoorde manier te managen.” Marcel Jutte Algemeen directeur bij Hudson Cybertec


ANALYSENEDERLAND.NL – SMART INDUSTRY

CONTENT WITH A PURPOSE

15

CISCO – PARTNER CONTENT

Data en connectiviteit zijn cruciaal voor smart industries Cisco Nederland bouwt aan de ‘Digitale Versnelling Nederland’ (DVN), met als doel Nederland duurzaam digitaal verder te brengen. Dat geldt ook voor de industrie, waar digitalisering altijd draait om data en connectiviteit essentieel is. In de slimme fabriek zorgt digitalisering voor optimalisatie van de processen. Connectiviteit zorgt bovendien voor betere samenwerking binnen de keten en het kunnen volgen van producten, van grondstof tot aflevering bij de klant. Connectiviteit maakt ook nieuwe, slimme businessmodellen mogelijk voor de Nederlandse industrie, waardoor beter geconcurreerd kan worden met productielanden zoals China.

van deze real-time stuurmogelijkheden met processen in de fabriek maakt een zeer efficiënte ketenintegratie mogelijk. Innovatieve businessmodellen Digitalisering van de industrie maakt ook innovatieve businessmodellen mogelijk. Een voorbeeld is het aanbieden van ‘machine-as-a-service’, waarbij voor het productiemiddel wordt betaald op basis van handelingen die een robot of machine verricht, in plaats van een investering in een machine en de benodigde services gedurende de operatie. Het uiteindelijke doel is het optimaal laten renderen van het machinepark voor zowel opdrachtgever als opdrachtnemer.

I

n een slimme fabriek moeten data nu ook naar buiten: voor analyse en uitwisseling met andere partijen. De technologie van gisteren – die in veel fabrieken nog in gebruik is - is daar echter niet voor ontworpen en er is weinig aandacht voor cybersecurity. Dat levert de nodige risico’s op: intellectuele eigendom of andere concurrentiegevoelige data (bijvoorbeeld over planning en productie) kunnen in verkeerde handen komen. Dit betekent dat er een veel betere integratie tussen informatietechnologie (IT) en operationele technologie (OT) nodig is om een veilige uitwisseling van data te kunnen garanderen. IT en OT zijn nu meestal ondergebracht in afzonderlijke organisaties, elk met een eigen focus. Er zijn wel enkele organisaties die stappen zetten op dit gebied, maar het blijven uitzonderingen. Voor een succesvolle digitalisering is kennis van beide werelden echter hard nodig en daarom moet er meer aandacht komen voor de integratie van deze twee organisatieonderdelen. Sterke vereenvoudiging De opkomst van geavanceerde connectiviteit, denk aan speciaal voor het Internet of Things ontwikkelde netwerken en laagge-

www.cisco.nl/dvn

Hendrik Blokhuis, Director Digitale Versnelling Nederland, Cisco.

prijsde draadloze sensoren met een laag stroomverbruik, maken zaken haalbaar die hiervoor niet mogelijk waren. Ook is het inpassen van deze netwerken en sensoren in de bestaande infrastructuur veel eenvoudiger geworden, dankzij nieuwe digitale netwerkarchitecturen die hiervoor zijn ontwikkeld.

Een grote uitdaging voor bedrijven is hoe ze waarde kunnen halen uit de data die in de slimme fabriek worden gegenereerd.

ten opgeschaald kunnen worden naar één of meerdere fabrieken met een veelvoud aan machines. Juist hier zijn aspecten zoals grip op connectiviteit en databetrouwbaarheid van belang.

Industriële ketenintegratie In de industriële keten van producten, partners en toeleveranciers is nog veel verbetering Meer waarde uit data mogelijk door de connectiviteit Een grote uitdaging voor bedrijen de data-uitwisseling verder ven is hoe ze waarde kunnen te optimaliseren. Natuurlijk halen uit de data die in de slimme pas later - te laat - aanhaakt. Zo- heeft de industrie al de nodifabriek worden gegenereerd. We als gezegd is juist het samenspel ge ervaring met supply chain zien dat in Nederland veel partussen OT en IT nodig om data management, maar de enorme tijen hiermee pionieren, bijvooroptimaal te benutten. Een andere toevloed van (real-time) data beeld om op basis van sensordata uitdaging waar de smart industry is nieuw. Die data maken het storingen in machines te voornu voor staat is de schaalbaarheid mogelijk om onderweg in de komen, om zo zero downtime en de hoeveelheid data buiten de keten op elk moment inzicht te te realiseren. Het zijn vaak de fabriek die relevant is of kan zijn. krijgen over de stand van zaken, OT-afdelingen die hiermee expe- Digitaliseringsinitiatieven die voor waardoor onmiddellijk bijsturen rimenteren, terwijl de IT-afdeling één machine goed werken, moemogelijk wordt. De integratie

Smart industries kunnen niet zonder een geavanceerd netwerk en datamanagement. Het wordt steeds belangrijker om data al te verwerken op de plek waar de data worden gegenereerd. Smart industries kunnen niet zonder een geavanceerd netwerk en datamanagement. Het wordt steeds belangrijker om data al te verwerken op de plek waar de data worden gegenereerd, zodat het netwerk niet wordt overbelast met data. Deze aanpak brengt een grote complexiteit met zich mee die een holistische aanpak vereist rondom connectiviteit, ongeacht of dat een vast, draadloos of 5G netwerk is. Het moet ook een programmeerbaar netwerk zijn dat te allen tijde het bedrijfsbeleid zoveel mogelijk automatisch afdwingt, zodat fabrieksbreed én binnen de keten consistente en veilige connectiviteit en data gegarandeerd zijn.


16 SMART INDUSTRY – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

‘Smart Industry biedt veel kansen voor het mkb’ Foto: MKB-Nederland

We zijn een productief land in vergelijking met andere Europese landen. En Nederlandse bedrijven zijn goed in technologische ontwikkelingen. Echter, bij het productieproces zijn nog stappen te maken. Wat kan Smart Industry hierin betekenen?

Er is ook nog een ander positief effect. Smart Industry kan er toe bijdragen dat de productie die eerder plaatsvond in lageloonlanden, weer in ons land plaats gaat vinden. “Robotisering, digitale technologie en verandering in het productieproces maken dat mede mogelijk. De lonen stijgen ook in lageloonlanden, waardoor de business case voor bedrijven verandert en het interessanter is om de productie weer in Nederland te laten doen.”

MKB-Nederland vindt dat de overheid

en ondernemingen sterk moeten inzetten op Smart Industry. “En dan niet van koers wijzigen en vooral blijven investeren. De Nederlandse industrie is van groot belang voor de economie, innovatie, werkgelegenheid en export.” Dit zegt Thomas Grosfeld, teammanager bij MKB-Nederland. De Smart Industry bestaat uit het slim werken op de eigen productievloer, slim werken in de keten en slimme apparaten door het Internet of Things. De Koninklijke Vereniging MKB-Nederland met ruim 170.000 leden streeft naar een klimaat waarin bedrijven de kans krijgen om te groeien. Groei betekent meer banen en meer welvaart. Door Smart Industry - digitalisering,

nieuwe ontwikkelingen en technologieën - verandert de maakindustrie en de manier waarop we dingen maken radicaal. Digitalisering is onder meer de inzet van 3D-printers, robots, drones en sensoren in combinatie met ICT. “Dit biedt mogelijkheden om het productieproces efficiënter en beter te organiseren, om nieuwe ‘smart’ producten

je staan als bedrijf over een aantal jaren en wat past daar het beste bij? En betrek je medewerkers in de stappen die je neemt bij de inzet van nieuwe technologie.”

Het huidige kabinet wil het vesti-

Grosfeld: “Door aanpassingen in het productieproces en de inzet van nieuwe, slimme technologie, kan een onderneming productiewinst maken met minder personeel.”

te ontwikkelen en om nieuwe businessmodellen te introduceren”, vertelt Grosfeld. Hij is bij MKB-Nederland belast met innovatiebeleid. Macro-economisch heeft ons land enkele koplopers op het gebied van innovatie. “Dat zijn technologie ontwikkelaars met een hoge productiviteit. En daaronder staan de volgers. Het gat tussen de koplopers en de volgers wordt groter.” Grosfeld vindt dat geen goede ontwikkeling. “Het gevolg is rem op de groei. Nieuwe innovatieve toepassingen in het mkb komen niet aan bij de ondernemingen. De productiviteit loopt daarmee ach-

ter.” Ook kan Smart Industry een bijdrage leveren aan het terugdringen van personeelstekorten. “Door aanpassingen in het productieproces en de inzet van nieuwe, slimme technologie, kan een onderneming productiewinst maken met minder personeel.” Grosfeld maakt daarbij de kanttekening dat technologie niet de mensen vervangt, maar het een samenspel is tussen die twee. De mkb’er moet zich de vraag stellen: wat heb ik aan Smart Industry? Een lastige vraag die niet altijd goed te beantwoorden is. Daarom heeft MKB-Nederland een Smart-Industry programma ontwikkeld

samen met andere partners. Dit programma geeft de mkb’er concrete handvatten. In de regionale praktijkomgeving van fieldlabs werken bedrijven en kennisinstellingen doelgericht samen aan het ontwikkelen, testen en implementeren van nieuwe productietechnologieën. Dat kan zijn procesinnovatie, productinnovatie of het vernieuwen van businessmodellen. “De fieldlabs zijn heel concreet en voor ondernemers heel laagdrempelig. Bijkomend voordeel is dat ondernemers met elkaar in gesprek gaan. Ze leren van elkaar.” Technologie is nooit een doel op zich-

zelf, merkt Gosveld op. “Waar wil

gingsklimaat verbeteren om zo een mogelijke terugkeer naar Nederland te ondersteunen. Toch vindt Grosfeld dat de overheid te weinig investeert in Smart Industry. “Zet in op Smart Industry voor een langere termijn, omdat het goed is voor de economie.” Mark van Seggelen

SMART INDUSTRY IS GOED VOOR DE ECONOMIE Aldus Thomas Grosfeld. Wat nieuwe innovaties allemaal kunnen toevoegen leest u op analysenederland.nl. ADVERTENTIE

Robotisering van productiesystemen verhoogt uw prestaties

Efficiënt werken

Veilig werken

Kostenreductie

Minimalisering fouten

Procesoptimalisatie

Innovatieve uitstraling

Geïnteresseerd? Kijk op manufacturing.actemium.nl/robotics

Bezoek ons op de Vakbeurs Vision, Robotics & Motion 2019 op 12 en 13 juni in Veldhoven. Stand 112.


ADVERTENTIE

When automation becomes intuitive… automation goes blue.

Software Development

Cyber Security

Digital Business Models Predictive Maintenance

Digital Twin

Digital Engineering

Shouldn’t automation be as easy and efficient as possible? Experience INTUITIVE AUTOMATION from Lenze. www.Lenze.com Lenze_INTUITIVE_AUTOMATION_AZ_184x130__3_2019_LNL_en.indd 1

As easy as that. 22.03.2019 09:43:06


18 SMART INDUSTRY PROFIEL – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

‘Ik streef naar het meest flexibele en beste digitaal verbonden productienetwerk’ De Nederlandse industrie opereert op een mondiaal speelveld en is sterk afhankelijk van de export. Met de start van het Programma Smart Industry in 2014 bestaat de ambitie om de digitalisering van de industrie te versnellen en daarmee voldoende te laten profiteren van de kansen die digitalisering biedt. Ineke Dezentjé Hamming is voorzitter van dit samenwerkingsverband. Er gaan niet de minste partijen schuil achter Smart Industry. Ondernemersorganisatie voor de technologische industrie FME is partner, maar ook het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en andere grote onderzoeks- en ondernemersorganisaties werken mee. We zijn nu vijf jaar verder na de start van Smart Industry en de resultaten liegen er niet om. Zo zijn er veertig Fieldlabs opgezet. De kracht daarvan zit vooral in de samenwerking op regionaal niveau, waarbij bedrijven - ook de middelgrote- en kleine industrie (MKI) - experimenteren met de nieuwste technologie én bovendien met concrete resultaten komen, zoals nieuwe producten en verbeterde productieprocessen. Hoogste tijd om een blik vooruit te werpen samen met Ineke Dezentjé Hamming, voorzitter van Smart Industry en FME. Het programma Smart Industry bestaat nu vijf jaar. Wat is er in die afgelopen vijf jaar bereikt?

“Er zijn inmiddels veertig Fieldlabs gerealiseerd en vijf zogenoemde Smart Industry Hubs. Deze hubs zijn bedoeld om de samenwerking tussen de Fieldlabs te versterken en mkb’ers te helpen verder te digitaliseren. De kracht zit vooral in de regionale samenwerking. Om een voorbeeld te geven: in Noord-Nederland is de ‘Fabriek van de toekomst’ van start gegaan, waarbij veertig partners een ecostructuur tussen onderwijs, wetenschap en het bedrijven-netwerk opbouwen. Een ander resultaat dat

ik graag zou willen noemen is de oprichting van het Data Value Center, dat bedoeld is om ondernemers te laten zien hoe data hen kan helpen met het creëren van extra waarde.” Waar liggen de kansen voor de Nederlandse maakindustrie met het thema Smart Industry?

“Mijn doelstelling is dat Nederland in 2021 het meest flexibele en het beste digitaal verbonden productienetwerk van Europa heeft. Om dat te bereiken moet Nederland allereerst gaan samenwerken met Duitsland. De twee landen kunnen elkaar versterken door de praktische toepassing van onderzoek in onze Nederlandse Fieldlabs. Daarbij geldt wel dat Duitsland ons land nog te weinig ziet als technologieland en strategisch partner op dit gebied. Daarom zet Smart Industry actief in op Duitsland als handels- en technologiepartner. In oktober hebben we tijdens een handelsmissie, in het bijzijn van het koninklijk paar, twee intentieverklaringen ondertekend, die inmiddels hebben geleid tot concrete samenwerkingsprojecten.” Bij uw aanstelling zei u dat we onder uw voorzitterschap binnen enkele jaren verbeteringen kunnen verwachten om Nederland in de top 5 van kennislanden te krijgen. Hoe ver zijn we daarmee?

“Vorig jaar stond Nederland op nummer 2 in de Global Innovation Index. Dat hebben we onder andere te danken aan de goede samen-

werking tussen het bedrijfsleven en universiteiten. Maar om deze positie te houden en te verbeteren, ligt er een grote uitdaging wat betreft het aantal afgestudeerden in technische studies. Als het gaat om complexe maatschappelijke uitdagingen, zoals vergrijzing, energietransitie, klimaatverandering en digitalisering, dan is de technologische industrie de sleutel voor het vinden van oplossingen. Dat vraagt om een andere aanpak, waarvoor een missiegedreven onderzoeks- en innovatiebeleid nodig is.” Wat zijn op dit moment de uitdagingen? Doet Den Haag voldoende om dit blijvend voor elkaar te krijgen?

“De ontwikkelingen gaan snel, maar er is meer ambitie nodig. Er is een groot tekort aan voldoende technisch geschoold personeel met de juiste skills. In dat kader is het van de gekke dat de curriculumherziening van het primaire en voortgezette onderwijs nu maar liefst twee jaar vertraging oploopt. Kinderen en scholieren moeten zo vroeg mogelijk en zo snel mogelijk digitale skills ontwikkelen. Techniek en digitale vaardigheden moeten een vanzelfsprekend onderdeel van elke opleiding worden, anders loopt de technologische sector muurvast en raken we onze koppositie kwijt. Verder pleit ik voor een technologieberaad op elk ministerie, die gaat adviseren over technologische oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen.”

Met welke uitdagingen hebben we rekening te houden, zoals het tekort aan vakkrachten?

“Nieuwe technologieën, robotisering en digitalisering veranderen de samenleving en bedrijfs- en productieprocessen ingrijpend in alle sectoren. Nog nooit moesten zoveel mensen zó intensief worden bijgeschoold en daarna een leven lang blijven leren. Bovendien hebben we te maken met het huidige arbeidstekort. Door demografische ontwikkelingen wordt onze beroepsbevolking kleiner. We hebben dus een kwalitatief én een kwantitatief probleem.” “Er moeten snel 120.000 vakkundige technische mensen opgeleid worden en ruim 500.000 mensen in de technologische sector bijgeschoold. Tot 2030 moet 45% van alle werkenden van beroep wisselen, en twee derde van hen zelfs van beroepsklasse, bijvoorbeeld van een administratief beroep naar een technische functie. Als Nederland dat niet kan waarmaken, gaat dat direct ten koste van de welvaart en het welzijn in Nederland.” FME is onlangs het Platform Artificial Intelligence gestart. In een verklaring wordt gesproken over het feit dat ‘kunstmatige intelligentie de wereld als sleuteltechnologie net zo ingrijpend gaat veranderen als de industriële revolutie dat in de 18e en 19e eeuw heeft gedaan’. Kunt u hier eens wat voorbeelden van noemen?

“We zien grote kansen rond het toepassen van AI bij het oplossen van maatschappelijke uitdagingen, bijvoorbeeld met smart cities, binnen de zorg en binnen de agri-foodsector. Om een voorbeeld te noemen: door grote hoeveelheden data te analyseren en te verwerken kunnen AI-systemen artsen ondersteunen bij het vroegtijdig opsporen van kanker. Een ander mooi voorbeeld is dat van een staalproducent in IJmuiden. Met advanced analytics weten zij de grondstoffenmix te optimaliseren, de opbrengst per processtap te vergroten en de logistiek tussen de verschillende processen en de kwaliteit van het product voor de klant verder te verbeteren.” Welke technologieën moeten we naast AI volgens u in de gaten houden?

“Digitalisering van de maakindustrie is internationaal een dominante ontwikkeling. Robotisering, Artificial Intelligence, 5G en Big Data stellen bedrijven in de maakindustrie in staat hun productieprocessen te vernieuwen en te verbeteren. Verder zijn veel technologische toepassingen – van zelfrijdende auto tot operaties met behulp van robots – afhankelijk van snelle en betrouwbare digitale verbindingen. Om Europees onze concurrentiepositie te behouden en de digitalisering van de industrie door te zetten, moet 5G sneller worden uitgerold in ons land, nog vóór 2022.” Hugo Schramyer

ADVERTENTIE

HAN BIEDT LANDELIJK UNIEKE 2-JARIGE HBO-OPLEIDING SMART INDUSTRY AAN In september 2019 start de HAN met de nieuwe Associate degree-opleiding Smart Industry.

DE ASSOCIATE DEGREE-OPLEIDING IS EEN 2-JARIGE HBO-OPLEIDING MET ALS RESULTAAT EEN OFFICIEEL ERKEND DIPLOMA.

STUDENTEN KRIJGEN IN DEZE CROSS-OVER OPLEIDING LES VAN DOCENTEN UIT DE VAKGEBIEDEN BEDRIJFSKUNDE, BESTURINGSTECHNIEK, ICT EN OPERATIONEEL MANAGEMENT. ER LIGT VEEL FOCUS OP DE SAMENHANG TUSSEN DEZE VAKGEBIEDEN. THEORIE WORDT TOEGEPAST IN INNOVATIEPROJECTEN DIE WORDEN UITGEVOERD IN HET BEDRIJF WAAR DE STUDENT WERKT.

BEZO

OPEN

EK DE

AVON D

OP 5 JUNI 201 WWW IN ARNHE 9 .HAN.N M L/OPE NAVO ND

NA AFRONDING VAN DE ADOPLEIDING SMART INDUSTRY KUN JE BINNEN 2 JAAR EN 3 MAANDEN DE BACHELOR TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HALEN

BIJ DEZE AD-OPLEIDING STUDEER JE LEERWEGONAFHANKELIJK. HET MODULAIRE ONDERWIJS BESTAAT UIT EEN DEEL ONDERWIJS EN EEN DEEL WERKPLEKLEREN. HET BEDRIJF WAAR DE STUDENT WERKT WORDT ACTIEF INGEZET IN HET LEERPROCES.

Maak kennis met het deeltijdaanbod van master- en bacheloropleidingen, Associate degree-opleidingen, cursussen en trainingen van HAN Deeltijdstudies Techniek en overige vakgebieden.

BEKIJK ALLE INFORMATIE OP WWW.HAN.NL/SMARTINDUSTRY-AD


ANALYSENEDERLAND.NL – PROFIEL SMART INDUSTRY

19

DE ROBOT ZAL DE MENS NIET VERVANGEN Foto: Fotolia

Foto: FME

CONTENT WITH A PURPOSE

De robot zal steeds meer te zien zijn op de werkvloer. Gevolg: het werk verandert en omscholing wordt een issue. En het gevaar dat de robot ons werk inpikt? “Dat de robot de mens vervangt, is een mythe.” Went u er maar vast aan: de robot gaat nooit meer weg. Net als de mobiele telefoon zal ook de robot deel gaan uitmaken van ons dagelijks leven. Nu al zoemen stofzuigers, grasmaaiers en bijna-zelfrijdende auto’s tussen ons door. De lopende band bestaat al honderd jaar en palletstapelaars en lasrobots zijn er ook al lang. Die trend zet zich voort. De ‘domme’ eerstegeneratierobot die handelingen duizend keer kon uitvoeren is geëvolueerd naar een ‘slim’ apparaat dat zich met sensoren en camera’s kan aanpassen aan de omgeving. En naar een apparaat dat operaties uitvoert, gasleidingen inspecteert op lekkages of wordt ingezet bij explosievenruiming.

FEITEN Ineke Dezentjé Hamming werd in 2015 door de ledenvergadering van FME voor een periode van vier jaar herbenoemd als voorzitter van de Vereniging FME-CWM. Daarnaast bekleedt ze verschillende nevenfuncties, waaronder die van voorzitter van Smart Industry. Dit samenwerkingsverband stimuleert bedrijven om slimme technologie en digitalisering toe te passen en zo nieuwe businesskansen te creëren. Smart Industry heeft tot taak de Implementatieagenda 2018-2021 uit te voeren, waarmee Nederland in 2021 het meest flexibele en het beste digitaal verbonden productienetwerk van Europa moet hebben.

En dit heeft implicaties voor het werkende leven. Natuurlijk is de robot soms goedkoper dan de mens, zoals met pallets stapelen, en dan is het bedreigend, want de robot kent geen minimumloon. Maar dat de robot de mens vervangt, is een mythe. De robot is juist een hulpmiddel voor mensen om productiever te worden. Mensen zijn nodig om robots aan te sturen.

Marjon Kruize

ADVERTENTIE

BOOST helpt productiebedrijven slimmer groeien! Hét Smart Industry netwerk van Oost- Nederland. Neem deel aan BOOST www.smartindustryoost.nl

inspireren r a a k l e n a v n lere verbinden

www.smartindustryoost.nl


20 SMART INDUSTRY – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

De voordelen van een gerobotiseerde werkvloer Foto: Holland Robotics

De inzet van robots op de werkvloer creëert kansen voor onze manier van werken. Het gebruik van robots op de werk-

vloer is niks nieuws. Al dertig jaar worden robots ingezet om werkprocessen, in bijvoorbeeld industriële fabrieken, te verbeteren. Thijs Dorssers, manager van Holland Robotics, vertelt: “De robotica heeft in de maakindustrie als hoofddoel om mensen te ontzorgen.” Een volgende stap in de robotica is om met het introduceren van cobots de mensen nog beter te ondersteunen en hierdoor de werkkwaliteit te verbeteren.” Het verschil tussen cobots en robots is dat cobots in staat zijn om met behulp van sensoren en ‘vision’ zelf te functioneren. Waar robots in een kooi (moeten) staan, werken cobots als het ware echt samen met de mens. Maar ontwikkelingen in de robotica, zoals de opkomst van cobots, roepen nog bij veel mensen weerstand op. “Een van de grootste weerstanden is angst. Mensen weten niet goed hoe ze moeten samenwerken met cobots”, aldus Dorssers. Maar er is ook veel weerstand gerelateerd aan de angst voor het verliezen van banen. Wat Dorssers betreft is dat laatste een misconceptie: “De komst van cobots en robots zorgt niet voor baanverlies, maar voor een verschuiving van werkzaamheden.

duurzaamheid en personeelsinzetbaarheid. Dé manier om die weerstand zoveel mogelijk weg te nemen is door succesverhalen te delen. En die zijn er!” Er zijn tal van voorbeelden van successen met robotica in het mkb-segment, waarbij de kwaliteit van het werk omhoog is gegaan en het werk voor het personeel lichter is geworden. “We moeten trots zijn op wat we in Nederland al voor elkaar hebben gekregen in de robotica. Succes moeten we delen.” Een andere belangrijke boodschap

Willem Endhoven & Thijs Dorssers.

Men ziet alleen op het eerste oog niet goed wat die verschuiving voor hen betekent.” Dorssers wil daarom communiceren wat de voordelen zijn van robotica en dat cobots geen bedreiging zijn voor de werkgelegenheid, maar juist nieuw werk creëren: “Robots en cobots kunnen veel sneller en efficiënter werken dan mensen. Bovendien wordt fysiek zwaar en onveilig werk, waar werknemers vaak vervelende fysieke consequenties van kunnen ondervinden, enorm verminderd. De cobots ontlasten de medewerkers, die op

hun beurt nieuwe taken krijgen. Cobots moeten namelijk aangestuurd worden en als er problemen zijn, dan moeten wij, mensen, dat oplossen.”

maakt Dorssers ook de opmerking dat het aansturen van cobots niet enkel voor technisch begaafden is weggelegd.

Wat Dorssers betreft biedt robotica

van High Tech NL en bestuurslid van Holland Robotics, voegt toe: “De belangrijkste uitdaging die we nu hebben is de weerstand wegnemen. Veel grote bedrijven zijn al succesvol overgestapt op gerobotiseerde werkmethoden. Het is nu zaak dat ook bedrijven in het mkb-segment inzien hoe robotica kan bijdragen aan betere business en maatschappelijke thema’s, zoals

mensen daarom een kans om zich op een andere manier in te zetten en te ontwikkelen in hun vakgebied. “Mindset is hierin essentieel, we moeten denken in oplossingen. Op het moment dat mensen zich de voordelen realiseren en bereid zijn zichzelf op te leiden in de robotica, kunnen zij een nieuwe dimensie aan hun vak toevoegen.” Daarbij

Willem Endhoven, managing director

die Dorssers wil verspreiden is dat men niet hoeft te vrezen voor de intelligentie van de apparatuur: “De apparatuur is nu nog relatief dom. Maar we moeten wel data verzamelen om te leren hoe we de apparaten slimmer kunnen maken, maar altijd binnen door de mens opgestelde kaders. Mensen zijn nog altijd onmisbaar in het werkveld en dat moet zo blijven.” Eoin Hennekam

MENSEN ZIJN ONMISBAAR Ook met de komst van cobots zullen mensen op de werkvloer noodzakelijk blijven. Op analysenederland.nl leest u er meer over. ADVERTENTIE

Inschrijven: opleidingen.pilz.nl

Inhoud Dag 1 Dag 2 Dag 3 Dag 4

4-daagse training

Procesflow machineveiligheid Risicobeoordelingen theorie en praktijk Ontwerpen veiligheidsmaatregelen Ontwerpen besturingstechnische veiligheidsmaatregelen

Doelgroepen

Masterclass Machineveiligheid 4 dagen van 09.00-16.00 uur In de training Masterclass Machineveiligheid leert u om veiligheidsvraagstukken in de praktijk aan te pakken en hiervoor oplossingen te vinden.

Na de training kunt u o.a.: Wet- en regelgeving rondom machineveiligheid beschrijven Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen benoemen Het proces van CE markeren verwoorden

Constructeurs van machines en installaties Projectleiders Beheerders van machineparken Veiligheidskundigen HSE-managers

Data Het proces van risicobeoordeling implementeren Aan de hand van relevante normen veiligheidsmaatregelen selecteren Begrippen zoals MTTFd, B10d en PFHd toelichten Classificaties van veligheidsfuncties volgens Performance Level (ISO 13849) toepassen

27, 28 mei & 3, 4 juni 2019 (locatie Weert) 4, 5, 11, 12 juni 2019 23, 24, 25, 26 juli 2019

Inschrijven op: Examen en certificaat Na het volgen en afronden aan het einde van dag 4 een examen afgenomen. Na het succesvol afronden ontvangt u het Pilz examencertificaat.

opleidingen.pilz.nl of via de QR.


ADVERTENTIE

Michael Wernaert – Sales Manager Advantech Benelux

First Industry 4.0 Plug & Play solution with Advantech One of the greatest challenges posed by the IoT world lies in the ability to extract, analyze, filter and aggregate data, in a “plug & play” mode, to transform them into high added value information by facilitating the integration of corporate decision-making processes, with the aim of achieve more efficient and punctual management of production and business. Protocol conversion is a critical first step in solving multi-vendor and legacy equipment challenges. A protocol converter is a device employed to achieve interoperability by converting one standard or proprietary protocol used by a device to another protocol suitable for another device. Advantech’s Equipment Protocol Conversion solution (EIS-D210A) is pre-integrated with Alleantia software to enable multi-vendor equipment interoperability while improving process visibility and push control to the edge. Alleantia makes it easy to implement comprehensive supervision and control systems for plants, devices, machines, and sensors. It is also expandable without programming, with its native web architecture and extensive integration capabilities with external applications. Alleantia, thanks to the proprietary I4.0 “Plug & Play” technology and the Library of Things, with more than 5,000 drivers ready to use, simplifies and speeds up the interconnection projects of industrial devices.

In Advantech’s vision, the key to success is the co-creation, collaboration and integration between the supplier of the technological platform and experts in the reference markets, for the creation of SRP, integrated hardware and software solutions that enable a powerful combination of OT and IT for the collection, management and optimized data analysis. Thanks to the solutions developed by Advantech and Alleantia, application developers, system integrators, machine and plant builders and industrial components will be able to easily implement new projects for digital transformation involving products, processes and new services in a 4.0 key, quickly and at low cost. The integration of Alleantia’s technology and Advantech’s embedded platforms represents a high-performance and easily implementable solution for the digital transformation of even the most complex industrial processes. For example, in production plants, the most frequent cases of data acquisition concern: machine tools, processing plants, integrated production lines. Among the main advantages: solution adaptable to the different applications to be integrated (management, MES, supervision); portfolio of pre-integrated applications for customers without adequate management applications; expandable solution: more data, more value for the customer; quick training curve for full mastery of the solution; solutions suitable for SMBs also.

The “connected by Alleantia” technology today stands as the simplest, most intuitive and powerful plug & play solution for realizing the so-called Industry 4.0, being able to fully satisfy the growing demand for increasingly rapid and effective deployment of industrial IoT projects.

The Alleantia offer consists of a multi-platform software, available for Windows and Linux, capable of simply connecting “Plug & Play”, easily and in a few minutes and without programming, any industrial device (machine tools, robots, PLC or simple sensors) to computer world, or the so-called IoT Apps. The exclusivity of the Industrial IoT Alleantia solution is based on its Xpango technology which, with a Library of Things with more than 5,000 drivers and its Digital Twin IIoT Apps with ready-to-use interfaces, allows you to quickly connect machines and devices industrial (CNC, PLC, robots, inverters, sensors, energy meters, etc.) and to collect telemetry data, operating parameters and alarms, to transfer them to IT applications (on-premise and in-cloud), operating in bidi-directional mode. With Alleantia, Advantech has created a Solution Ready Package (SRP) based on several industrial grade gateways like the UTX-3117 and the ARK-1122H fanless embedded PC with the IoT WISE-PaaS / EdgeSense and with Alleantia’s ISC software, the SRP enables protocol interoperability between machines and multi-vendor devices, making immediate implementation of remote supervision systems and operation management for plants, devices, machines and sensors. Advantech, since 36 years the reference brand in the industrial PC and embedded computing, has chosen to enable the creation of a partner ecosystem and a complete industrial IoT value chain: in line with this strategy, Advantech has launched the WISE-PaaS platform in 2014 and developed the connection with all IoT layers, integrating sensors, edge computing, communications, PaaS platforms, Solution Ready Platform (SRP) and enabling the integration of cloud services.

“The Alleantia Solution Ready Package seamlessly fits the Advantech corporate strategy where we want to move from selling pure industrial grade hardware for different vertical industries to selling solutions. Selling solutions means we need to extend our offering to offering the business application on top of the hardware as well as enable the digital transformation by offering the platform. SRP’s like these fit a certain vertical market and solve a specific issue, the next step for Advantech is to find domain focused system integrators (DFSI) that can go to market with this SRP. DFSI’s can do the customization, installation, after sales service, as well as create new business models”. Michael Wernaert – Sales Manager Advantech Benelux


22 SMART INDUSTRY – ANALYSENEDERLAND.NL

CONTENT WITH A PURPOSE

Hoe Smart Industry het ingenieursvak verandert Foto: KIVI

Smart Industry verandert het ingenieursvak drastisch, en dat vraagt om een nieuwe mindset.

De wereld is gedreven door data en data science. In Schotman’s vak staat daarom centraal hoe ingenieurs hierop worden voorbereid. Daarbij vergelijkt hij ingenieurs met bijvoorbeeld medisch specialisten: “Van medisch specialisten hebben we automatisch de verwachting dat zij meebewegen met de ontwikkelingen in de zorg. Dus waarom zouden we dat niet van ingenieurs verwachten?”

Want we moeten meebewegen met

de veranderingen die Smart Industry, ook wel bekend als Industry 4.0, met zich meebrengt. “Smart Industry is een gegeven feit. Het is niet een keuze die we hebben”, vertelt Gerald Schotman, president van het Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI). Het is daarom niet de vraag of we meegaan in de trend, maar hoe. Door de connectivity tussen allerlei

disciplines en apparatuur hebben we veel meer mogelijkheden om ook in het ingenieursvak belangrijke stappen te zetten ten aanzien van bijvoorbeeld kostenbesparing, efficiëntie, effectiviteit en aanverwante onderwerpen. Die volgende stap kunnen we echter alleen zetten met de juiste denkwijze: “De interessante technologische ontwikkelingen zorgen ervoor dat we moeten zoeken naar het antwoord op de vraag hoe we oude disciplines kunnen combineren met data science. Hoe groei je mee met de technologie?” De belangrijkste verschuiving is dat het ingenieursveld niet meer altijd een lineaire werkwijze kent door Smart Industry: “Traditioneel werkt een ingenieur projectgericht en op basis van begrip. Er worden studies en voorwerk gedaan, alternatieven ontwikkeld, keuzes gemaakt

Intelligence gaat daar een grote rol in spelen, ook in het ingenieursvak.”

Schotman: “Smart Industry is een kans, geen bedreiging.”

en geoptimaliseerd alvorens het product daadwerkelijk gemaakt wordt. Later bepaal je wat daar een volgende keer verder aan verbeterd kan worden. Met Smart Industry werk je met al bestaande data en met nieuwe patronen die niet altijd meteen logisch zijn, waardoor de oude werkwijze volledig op de kop wordt gezet; je baseert de inventarisatie immers niet meer alleen op je eigen begrip en dus worden ook de vormgeving van de producten en diensten, en het evaluatieproces heel anders.” Het is daarom wat Schotman betreft

van belang dat klassieke ingenieurs de samenwerking zoeken met ex-

perts in data science, en dat zij ook de bereidheid voelen om zichzelf te bekwamen in deze tak van sport. Door Smart Industry wordt er namelijk veel meer op data gebaseerd gewerkt, en dus moeten ingenieurs wendbaarder zijn om mee te bewegen in deze ontwikkeling.

worden. We werken toe naar een situatie waarin er preventief apparatuur onderhouden wordt, doordat we met behulp van data veel beter kunnen inschatten op welk moment we onderhoud moeten plegen aan bepaalde apparatuur.”

Want het gebruik van data, connecti-

derhoud zorgt voor belangrijke kostenbesparingen en toenemende efficiëntie, wat Schotman betreft een trend van nu. “In de toekomst denken we niet alleen aan hoe dingen efficiënter kunnen, maar ook hoe ze effectiever kunnen. De volgende stap is hoe we apparatuur slimmer maken, denk bijvoorbeeld aan zelflerende systemen. Artificial

vity tussen apparaten en processen, en passende algoritmes gebaseerd op deze twee componenten, zorgen voor belangrijke shifts en verbeteringen in het ingenieursvak. “Een goed voorbeeld is het onderhoud van apparatuur. Met behulp van data kan de werkwijze ten aanzien van onderhoud enorm verbeterd

Wat Schotman betreft is de Smart Industry enthousiasmerend: “Het is een kans en geen bedreiging. Smart Industry biedt enorm veel mogelijkheden voor nieuwe beroepen en disciplines. Je kunt alle kanten op; the sky is the limit.” Het enige wat Smart Industry vraagt van ingenieurs is een flexibele en open mindset, en het samenbrengen van datamensen en ingenieurs. Eoin Hennekam

Het voorbeeld van preventief on-

KANSEN PAKKEN Smart Industry biedt een veel nieuwe mogelijkheden en beroepen. Op analysenederland.nl lees je er nog veel meer over. ADVERTENTIE


Kennis delen is SLIM Daar worden we SAMEN STERKER van Door op een slimme manier gebruik te maken van digitale technologie ontstaan nieuwe manieren van produceren en nieuwe business modellen. Nidec Netherlands B.V. in Sliedrecht heeft een aantal spraakmakende applicaties waarin industriële automatisering in aandrijftechniek is gebruikt om slimmer en efficiënter om te gaan met energie. Deze slimme manier heeft in alle gevallen geleid tot een winstgevend business model. Slim of Smart past goed bij Nidec Netherlands. Een kleine greep uit de tal van oplossingen waarbij het delen van kennis slimmer en sterker maakt met het Nidec product als rode draad.

MDV 1 - ‘Smart met grote S’

Stichting Masterplan Duurzame Visserij (MDV) heeft met het schip MDV 1 een technologische vooruitgang laten zien. Een schip dat in alles afwijkt van de gangbare visserijschepen. Ondernemers in de visserij, scheepsbouw en techniek werken zij aan zij om met behulp van innovaties een economisch en ecologisch verantwoorde visserij mogelijk te maken. Control Techniques (Eén van de business units van Nidec Netherlands B.V., red.) was onderdeel van het meedenken aan het elektrische hart van het schip. De MDV 1 “Immanuel” beschikt over een innovatieve energie opwekking en voortstuwingsinstallatie, die bijzonder geschikt is voor een vaartuig met een sterk variërende energievraag, zoals een vissersvaartuig. Slim samenspel in techniek heeft geresulteerd in een brandstofbesparing van meer dan 70%. Een uitstekende vangst en winstgevend business model. Twee kopie schepen gaan dit jaar hun vis vangen.

past in een aandrijfsysteem. Zo ook in een lemniscaat kraan die op een ponton in de haven drijft. Het terugvoeden van energie naar een generator is bijna niet mogelijk. Gezocht is naar een innovatieve oplossing om de vrijkomende energie bij het vieren van de last terug te winnen in plaats van het om te zetten in warmte. Bij het vieren van de last wordt de overtollige energie opgeslagen in een roterende massa, het zogenaamd vliegwiel. De energie die opgeslagen is in deze roterende massa kan dan bij het hijsen weer hergebruikt worden. Zo wordt met een slim aandrijfsysteem over- Atttractie met supercaps. tollige energie hergebruikt, de Foto: Nidec dieselgenerator gelijkmatig belast Met als resultaat een aandrijfen brandstof bespaard. systeem gecombineerd met supercaps (ook wel supercondensatoren genoemd). De condensatoren verzorgen de stroom nodig voor de acceleratie maar ook voor het weer opslaan van de energie tijdens het dynamisch remmen met als resultaat: je maag tussen je oren met een ca. 30 kW generator (x10 kleiner) en een beter business model.

Kraan met vliegwiel. Foto: Nidec

Op de kermis met 4G uit een potje

Kermisattracties moeten steeds spectaculairder. Je maag moet tussen je oren komen. Zo ook bij de Accelerator XLR8, een draaimolen waarbij 16 passagiers met 4G worden versneld en vertraagd en dat allemaal op een kermislocatie met een groot aansluitvermogen van ca. 300 kW uit een generator. Het business model bleek niet goed door de VLIEGWIEL - oude techniek in hoge huurkosten van de generator. Nidec werd gevraagd mee een slim jasje Al meerdere malen heeft Nidec te denken en slimme koppen Netherlands een vliegwiel toege- werden bij elkaar gebracht.

Advertorial FD mei 2019.indd 1

Onderdeel van het grote Nidec Japan, wereldleider in de productie van elektromotoren, servomotoren, generatoren en regelaars. Jaarlijks worden meer dan 6 miljard elektromotoren van 3 Watt tot 75 MW geproduceerd met meer dan 110.000 medewerkers binnen 300 bedrijven verdeeld over 40 landen. Sinds 2017 zijn Control Techniques en Leroy-Somer onderdeel van Nidec en dragen bij aan de innovatie van vooruitstrevende producten, diensten en industriële oplossingen.

Wij zijn Nidec Netherlands Uw partner in aandrijven en besturen Digitax HD: nieuwe generatie geavanceerde servoregelaar in uniek compacte behuizing

Commander C: Zesde generatie Commander open loop frequentieregelaar

Commander ID300: Een op de motor geïntegreerde frequentieregelaar

MDV 1 met hybride voortstuwing. Foto: Stichting MDV

Nidec Netherlands B.V.

Unidrive M: Een uitgebreide systeemregelaar, inclusief onboard ethernet

PLSES 4500: spatwaterdichte inductiemotor voor industriële koeling

DFS of Dutch Free Standing regelaar voor technische ruimte of naast machine/applicatie

Nidec Netherlands B.V. I Kubus 155 | 3364 DG | Sliedrecht | Tel: 0184-420555 E-mail: info.nl@mail.nidec.com | www.nidec-netherlands.nl

7-5-2019 13:33:00


Ruim 100.000 ondernemers zijn verplicht energie te besparen en dit te melden aan de overheid vóór 1 juli. U ook? Check essent.nl/energietransitie of bel direct 073 20 32 707

Ruim 100.000 ondernemers zijn verplicht vóór 1 juli bij de overheid aan te geven hoe ze energie besparen. De zogenaamde Informatieplicht. Ook verplicht, maar geen tijd hiervoor? Geen probleem. De InfoPlichtService adviseur neemt u al het werk uit handen. Bespaar dus naast energie ook tijd. Zo kunt u zich bezighouden met waar u goed in bent: ondernemen.

Maak direct e en afspraa k

De InfoPlichtService wordt uitgevoerd door onze partner, Klimaatroute. Klimaatroute is een handelsnaam van Lichtgroen B.V. | KvK 52599744 | Zekeringstraat 11 A, 1014 BM Amsterdam.

0619070 ESS Z adv FD 1/1 IPS_265x395.indd 1

07-05-19 14:24


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.