Future Of Health

Page 1


Hoe hergebruik van medicijnen nieuwe hoop biedt

Iedereen die een rol speelt in het langdurige en kostbare proces – van het eerste idee voor een therapie tot aan een geregistreerd medicijn in de apotheek – neemt zijn of haar bijdrage serieus en erkent dat samenwerking met experts uit verschillende disciplines noodzakelijk is.

Omdat ze hun expertise zien als een essentiële schakel in het grotere geheel, nemen onderzoekers en artsen hun rol serieus. Ze schakelen tijdig experts in voor de volgende stap richting de apotheek. Bijvoorbeeld experts op het gebied van wet- en regelgeving om een nieuw medicijn in de sterk gereguleerde markt geregistreerd te krijgen. Of octrooigemachtigden, om kennis te beschermen voor het behoud van controle over het gehele traject van geneesmiddelontwikkeling en voor het investeerbaar maken van de noodzakelijke en kostenintensieve klinische onderzoeken.

Gelukkig hoeft niet elk geneesmiddel ontwikkeld te worden vanuit een volledig abstract idee. Door tientallen jaren onderzoek en veel ervaringen in de klinische praktijk wordt meer en meer duidelijk dat medicijnen geregeld nieuwe toepassingen kunnen kennen: dit wordt ‘drug repurposing’ genoemd, of hergebruik van een bestaand geneesmiddel. Klinische programma’s voor het hergebruik van bestaande medicijnen beloven nieuwe therapieën te bieden. Ook kunnen zo nieuwe groepen patiënten voor het eerst toegang krijgen tot therapie, of kan een bestaande behandeling worden verbeterd of vervangen. Extra voordelen kunnen zijn dat de ontwikkeltijd korter is en zo mogelijk dat de ontwikkelkosten lager zijn. Deze voordelen zijn evident wanneer het geregistreerde medicijn wordt goedgekeurd voor een nieuw gebruik in dezelfde dosis

en met dezelfde formulering. Onder deze omstandigheden is de veiligheid al beoordeeld, wat tijd en kosten bespaart.

Hergebruik van medicijnen betreft vaak medicijnen die al goedgekeurd zijn. Bijvoorbeeld een generieke versie van een eerder geoctrooieerd medicijn. Voor een klinisch onderzoek naar gebruik bij een nieuwe ziekte met zo’n generiek medicijn bestaat initieel niet meer het voordeel van bescherming door het octrooirecht. Dat zou betekenen dat de investeringen in tijd en geld gepaard gaan met grote risico’s. Handhaving tegen inbreukmakers (copy-cats) is lastig zonder een octrooi. Gelukkig biedt de octrooiwet diverse mogelijkheden om ook voor een reeds bekend geneesmiddel voldoende octrooibescherming te verkrijgen. Wie deze mogelijkheid tijdig onderkent, beschikt meestal over een krachtig middel om controle te houden over wie, wanneer en waar kan bijdragen aan het naar de patiënten, apotheek en kliniek brengen van nieuwe behandelopties. Deze mogelijkheden zijn niet altijd goed bekend, maar zouden wél tot de basiskennis van iedereen in de geneesmiddelketen moeten behoren.

Wanneer, waar en door wie een octrooi aanvragen?

Het korte antwoord is dat in Europa en in de VS bijna elk aspect gerelateerd aan het nieuwe gebruik van het bestaande medicijn octrooieerbaar kan zijn. Zodra

de eerste voorlopige resultaten beschikbaar zijn – nog niet gepubliceerd, maar wel veelbelovend – moet het aanvragen van een octrooi serieus worden overwogen. “Patenteert voordat u publiceert!” Zodra namelijk het nieuwe gebruik van een medicijn geregistreerd is, zullen octrooirechten copy-cats ervan kunnen weerhouden de markt met namaak te betreden. Mochten ze dat toch doen, dan kunnen de octrooien in de rechtbank gebruikt worden om terugtrekking af te dwingen. Monopolisering middels octrooibescherming biedt controle over de prijs- en vergoedingsonderhandelingen. Degenen die de moeite en het financiële risico hebben genomen worden zo in staat gesteld een redelijke vergoeding te krijgen.

Bovendien kan off-label gebruik van geneesmiddelen die niet zijn goedgekeurd voor de nieuwe en geoctrooieerde toepassing, effectief worden gestopt op het niveau van fabrikanten en verkopers. Dit, zonder inmenging op het niveau van het handelen van artsen die de medicijnen vrij moeten kunnen blijven voorschrijven.

Internationale onderkenning van het potentieel van bestaande geneesmiddelen voor gebruik bij nieuwe ziekten

De door de EU gefinancierde onderzoeksconsortia remedi4all en REPO4EU richten zich op het vergemakkelijken en versnellen van de ontwikkeling van bestaande geneesmiddelen voor gebruik bij de behandeling van nieuwe ziekten. Nederland speelt hierbinnen een grote

rol. Het landelijke expertisecentrum op het gebied van medicijnhergebruik FAST ondersteunt onderzoekers en bedrijven ook met kennis op elk vlak van drug repurposing. Door optimale samenwerking zou het potentieel van medicijnhergebruik volledig ontsloten kunnen worden.

Hiervoor lijkt het noodzakelijk om de huidige farmaceutische wet- en regelgeving en het huidige vergoedingsstelsel aan te passen. Programma’s voor het hergebruik van geneesmiddelen zouden eenvoudiger tot redelijk geprijsde nieuwe therapieën voor nieuwe patiëntengroepen moeten kunnen leiden. Er staat een hervorming van de farmaceutische richtlijnen in de EU op stapel. Naast de 20 jaar bescherming die een octrooi kan bieden zou hierin geregeld kunnen worden dat klinische databescherming opgerekt wordt van nu 1 jaar naar 4 jaar.

Toch blijft het tijdig vastleggen van kennis in octrooien essentieel om de maximale potentiële beschikbaarheid voor patiënten te ontsluiten – in Nederland, Europa en bijvoorbeeld ook in de VS en Japan. Een grotere (potentiële) markt – mogelijk gemaakt door zorgvuldig gekozen octrooibescherming – vergroot de economische haalbaarheid van een drug repurposing programma. Zeker op het moment dat hoge investeringen nodig zijn voor klinisch onderzoek voor het registratiedossier. Daarmee groeit de kans op succes voor een drug repurposing programma en dus ook de kans op een nieuw geneesmiddel voor patiënten.

NLO
Voor meer informatie of vragen kunt u contact
opnemen met Barend Bouma via bouma@nlo.eu of bel naar
nlo.eu

Werkgeluk effectief bij terugdringen ziekteverzuim

In een tijd waarin stress en onzekerheid toenemen, stijgt ook het ziekteverzuim aanzienlijk. Veel arbodiensten richten zich voornamelijk op het terugdringen van verzuim via traditionele protocollen, maar steeds duidelijker wordt dat een preventieve aanpak effectiever is. Investeren in werkgeluk als middel om verzuim te voorkomen blijkt meer rendement op te leveren, zeker als dat wordt gecombineerd met speciale aandacht voor jongeren.

Internationale conflicten en economische onzekerheid zorgen voor extra druk, zowel privé als op het werk. Mensen voelen zich vaker angstig en onzeker, wat invloed heeft op hun functioneren en gezondheid. Die ontwikkeling ziet ook Renée Bolwerk, directeur van arbodienst Arboz. Volgens haar is het belangrijk om deze thema’s expliciet bespreekbaar te maken binnen teams. Dat creëert ruimte voor openheid, verbinding en uiteindelijk meer werkgeluk. “Mensen voelen zich eerder bedreigd, individualisme helpt niet. Ook op de werkvloer is verbinding een belangrijke behoefte waardoor mensen zich veilig voelen. Dat zorgt voor werkgeluk met als resultaat minder verzuim.”

Preventie

Traditionele interventies zoals het inzetten van casemanagers en bedrijfsartsen

Renée Bolwerk, Directeur, Arboz

komen pas aan de orde als er problemen ontstaan. Arboz daarentegen kiest juist de weg van een preventieve aanpak. De dienst wil zich onderscheiden door snelle bereikbaarheid en persoonlijke betrokkenheid. Bovendien worden deze kernwaarden ondersteund door intensieve trainingen die leidinggevenden en

medewerkers helpen bij het ontwikkelen van preventieve vaardigheden, stressbeheersing en open communicatie.

Generation Joy

Om werknemers te helpen omgaan met stress en onzekerheid, heeft Arboz het programma Generation Joy ontwikkeld. Dit programma richt zich op het versterken van veerkracht en leert men omgaan met zowel professionele als persoonlijke uitdagingen. Er is hierbij specifieke aandacht voor de situatie en uitdagingen van iedere generatie. Preventie vraagt bij bijvoorbeeld jonge ouders om een andere aanpak dan bij iemand die net van school komt. Waar organisaties naar zoeken is een verhoogde weerbaarheid die langdurig verzuim voorkomt en bijdraagt aan een gezondere bedrijfscultuur.

Bolwerk benadrukt daarbij dat een belangrijk deel van de oplossing ligt bij werkgevers om proactief en flexibel om te gaan met privéproblemen van hun medewerkers, zoals problemen rondom kinderopvang of financiële onzekerheid. Een klein gebaar zoals aangepaste werktijden of flexibiliteit kan stress al

Awareways – Partner Content

aanzienlijk verminderen. Deze praktische aandacht draagt direct bij aan het gevoel van verbondenheid en waardering, wat essentieel is voor het ervaren van werkgeluk.

Preventie heeft veel van doen met communicatie. Dat kan bijvoorbeeld worden georganiseerd in open gesprekken waarin werknemers hun zorgen kunnen bespreken. Ook gezamenlijke lunches of sportieve teamactiviteiten stimuleren werkplezier en verminderen stress op een natuurlijke en informele wijze. Deze aanpak vraagt om een continue en actieve rol van werkgevers, met aandacht voor zowel het welzijn van werknemers als voor een positieve werkcultuur.

AI-geletterdheid essentieel voor de zorg van morgen

Sinds de nieuwe Europese AI Act in februari 2025 van kracht werd, moeten zorgorganisaties verplicht veilig en verantwoord met AI omgaan. Zorgminister Agema benadrukt bovendien dat AI cruciaal is voor een betere kwaliteit in deze sector. Daarbij zijn gedragsverandering en informatiebewustzijn op het gebied van security, privacy en AI-geletterdheid essentieel om zorgorganisaties toekomstbestendig te maken.

Er bestaat een algemene consensus dat AI-toepassingen de zorg kunnen ontlasten, bijvoorbeeld door administratieve lasten te verminderen of diagnoseprocessen te ondersteunen. Tegelijkertijd brengt deze razendsnelle ontwikkeling ook risico’s met zich mee. Veel zorgprofessionals missen namelijk digitale en AI-vaardigheden, wat kan leiden

tot foutieve interpretaties van data of het onbewust lekken van gevoelige informatie. Het risico bestaat daarmee dat technologie wordt vermeden, of erger: verkeerd wordt gebruikt. “Mensen die digitaal vaardiger zijn, werken veiliger en efficiënter. Digitale geletterdheid is ook in de zorg essentieel om klaar te zijn voor de toekomst”, aldus Maarten Timmerman, CEO en sociaal psycholoog van Awareways, een organisatie die professionals traint in digitale bekwaamheid.

Pascal Koelemij, Head of Research & Innovation bij Awareways, benadrukt dat veel organisaties geen zicht hebben op het AI-gebruik van hun medewerkers. “Dat leidt tot het gebruik van niet-goedgekeurde tools, waarin soms onbedoeld patiëntgegevens worden ingevoerd. De gevolgen kunnen ernstig zijn: datalekken, schending van privacy, en zelfs impact op patiëntveiligheid.”

Veilige inzet

Bewustwording en kennis zijn daarom minstens zo belangrijk als technische maatregelen. Een veilige inzet van AI vraagt om een cultuur waarin medewerkers weten wát ze doen en waarom. Daarbij is het belangrijk dat trainingen gericht op AI-geletterdheid aansluiten bij de dagelijkse praktijk en bij de intrinsieke motivatie van zorgprofessionals.

De aandacht voor deze thematiek is met de nieuwe Europese AI Act in een stroomversnelling gekomen. Deze wet verplicht zorgorganisaties om expliciet

aandacht te besteden aan transparantie, ethiek en gegevensbescherming. De regelgeving is dus geen toekomstvisie meer, maar de actuele realiteit. Europa loopt hierin voorop, en iedere organisatie – ook in de zorg – moet aantoonbaar in actie komen. Awareways ondersteunt organisaties hierbij door risicoprofielen te onderscheiden en daarop gerichte trainingen en beleid te ontwikkelen. Deze aanpak sluit aan op wat de AI Act beoogt: een veilige, transparante en mensgerichte omgang met AI.

Visie

Gedragsverandering ontstaat niet vanzelf, maar vraagt om een gedeelde visie, betrokkenheid en voorbeeldgedrag van bestuurders. Een cultuurverandering ten aanzien van technologie vereist dus sturing vanuit het management. Een meerjarenaanpak met duidelijke verantwoordelijkheden, monitoring en interne communicatie is onmisbaar voor duurzame impact. Koelemij besluit: “Uiteindelijk gaat het om betere zorgverlening en patiëntveiligheid, waarin technologie en menselijk handelen elkaar versterken.”

Awareways

Awareways is expert in informatieveiligheid en gedragsverandering. Met meer dan 15 jaar ervaring helpt Awareways organisaties –nationaal en internationaal – bij het versterken van security-, privacy- en AI-awareness. awareways.com/indezorg

Maarten Timmerman, CEO en sociaal psycholoog, Awareways
Pascal Koelemij, Head of Research & Innovation, Awareways

De stijging van de zorgpremie is een politiek besluit

VOORWOORD

De stijging van de premie is niet alleen een financiële noodzaak. Het is vooral een politieke keuze. De hogere zorgkosten worden volledig afgewenteld op de premie. Andere financieringsbronnen, zoals de VWS-begroting of de premies voor volksverzekeringen, blijven buiten schot.

Hadden we het anders kunnen doen? Absoluut. Extra zorgkosten hadden ook via belasting of inkomensafhankelijke premies kunnen worden opgevangen. Dan waren de lasten eerlijker verdeeld. De zorgpremie is voor iedereen gelijk, terwijl andere premies inkomensafhankelijk zijn. Dat benadeelt lagere inkomens. Waarom zien we zorgkosten eigenlijk als een probleem?

We geven minder dan 15% van ons nationaal inkomen uit aan zorg. Dat is niet buitensporig. De Nederlandse zorg is van hoge kwaliteit en stijgende kosten hoeven niet direct tot bezuinigingen elders te leiden. Toch wordt vaak het frame gebruikt dat ‘de zorg onbetaalbaar wordt’, terwijl dit niet klopt. Volgens het Centraal Planbureau blijft er ook bij groei naar 18% van het BNP ruimte voor andere uitgaven.

Structurele keuzes

Daarnaast maken structurele keuzes zorg onnodig duur. Neem het beleid om ouderen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Dit leidt tot torenhoge kosten, met thuiszorgmedewerkers die op verschillende plekken moeten zijn. Het verzorgingstehuis

Marcel Levi, Internist, hoogleraar Geneeskunde en voorzitter van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)

had nadelen, maar ook voordelen: minder eenzaamheid, meer efficiëntie. Nu zijn er particuliere groepswoningen, maar die zijn vaak alleen bereikbaar voor mensen met een hoger inkomen. Ook bij medicijngebruik is winst te behalen. Bij dure medicijnen is op voorhand niet volledig duidelijk bij wie ze echt werken. Met data over gebruik en effect kunnen we voorspellen bij wie een medicijn werkt. Dit voorkomt dat patiënten medicijnen krijgen die onvoldoende effect hebben en helpt verspilling tegen te gaan. Hoewel post-

marketing onderzoek en subgroepanalyses al plaatsvinden, ontbreekt vaak voldoende data om betrouwbare conclusies te trekken. Vooral bij dure medicijnen, die aan slechts enkele honderden mensen worden voorgeschreven, is dat een uitdaging. Patiëntgegevens zijn vaak versnipperd. Daardoor is gericht medicijnbeleid lastig.

Verspilling

Daarnaast speelt verspilling een rol. Veel ongebruikte medicijnen worden vernietigd, zelfs als ze nog in verzegelde verpakkingen zitten. Strikte regels moeten veiligheid garanderen, maar zorgen voor onnodige kosten en milieubelasting. De farmaceutische industrie heeft hier geen nadeel van – als medicijnen worden weggegooid, moeten er nieuwe worden aangeschaft. Dit roept de vraag op of we regelgeving moeten herzien om verspilling te verminderen.

Personeelstekort

De zorgsector kampt met een dreigend tekort van 150.000 tot 200.000 zorgmedewerkers. Maar dat is alleen als we de zorg blijven organiseren zoals nu. De zorg past zich aan: patiënten met een trombosebeen worden nu thuis behandeld. Dat geldt voor meer aandoeningen. Maar misschien niet snel genoeg om de toenemende zorgvraag bij te houden. Technologie wordt vaak als oplossing

ZorgCompaan – Partner Content

genoemd, maar is geen wondermiddel. Artificiële intelligentie kan processen efficiënter maken, zoals spraakherkenning bij doktersconsulten of geautomatiseerde diagnoses. Maar AI lost het tekort aan verpleegkundigen of operatieassistenten niet zomaar op. Zorg blijft mensenwerk. Ook preventie wordt vaak genoemd als oplossing. Gepersonaliseerde gezondheidsadviezen nemen toe, maar veel aanbevelingen zijn te algemeen. AI kan helpen om gezondheidsadviezen te personaliseren. Welke drie tips maken voor iemand echt verschil? Dus ja, de zorg staat onder druk. Maar is er een crisis? Nee. Doemdenken is onnodig. Krijg je nu een hartaanval, dan word je snel en goed geholpen. Natuurlijk zijn er problemen, vooral bij complexe zorg en samenwerking tussen instellingen. Maar dat betekent niet dat het systeem instort. We moeten slimmer organiseren, en stoppen met doen alsof hogere zorgkosten een ramp zijn, want uiteindelijk is het gewoon een politieke keuze.

over toekomstbestendige zorg. Onder leiding van Irene Rompa draait het om praktische oplossingen met innovatie, technologie en wetenschap. Meld je gratis aan via zorg-en-ict.nl.

Als zelfstandig wonen niet meer lukt

De druk op de langdurige zorg neemt toe. Door vergrijzing en personeelstekorten is het steeds moeilijker om iedereen met intensieve zorgbehoefte op te vangen in verpleeg- of verzorgingshuizen. Tegelijkertijd willen veel mensen het liefst in hun eigen huis blijven wonen, ook als ze afhankelijk zijn van dagelijkse ondersteuning. Welke mogelijkheden zijn er om deze wens toch mogelijk te maken?

Een van de minder bekende mogelijkheden is zorg aan huis, geleverd door een inwonende zorgaupair. Jan Nellestijn, directeur van Uw ZorgCompaan – een zorgorganisatie met bijna vijftien jaar ervaring in zorg thuis – legt uit hoe dit precies werkt. “Veel mensen willen zo lang mogelijk in hun eigen vertrouwde huis blijven wonen. Iets wat ook door de overheid wordt gestimuleerd, gezien de wachtlijsten bij verpleeg- en verzorgingshuizen, de tekorten in de zorg en de druk op mantelzorgers”, vertelt Nellestijn.

Vertrouwde zorg binnen handbereik Een zorgaupair kan uitkomst bieden. Dit zijn inwonende zorgprofessionals, vaak afkomstig uit Midden- en Zuid-Europa.

Zij ondersteunen met persoonlijke zorg op maat en helpen bij Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen (ADL). “Dit zijn dagelijkse handelingen, zoals helpen bij wassen, aankleden, douchen, koken, eten

geven en licht huishoudelijk werk”, legt Nellestijn uit. “Zorgaupairs zijn geen verpleegkundigen, maar worden wel getraind in reanimatie en praktische zorg, zoals tilliften en steunkousen. Ook culturele aspecten van het dagelijks leven, zoals de Nederlandse keuken, maken deel uit van de voorbereiding!”

Samen thuis blijven wonen

Goed om te weten: een brede doelgroep kan profijt hebben van een zorgaupair. Het kan bijvoorbeeld ook een goede oplossing bieden bij dementie. En wat te denken van echtparen waarbij één partner permanente zorg en toezicht nodig heeft en de ander niet? Met een zorgaupair kunnen ze toch samen blijven wonen.

Hoge kwaliteit van leven

Een inwonende zorgverlener biedt meer dan comfort. De hulp van een zorgaupair geeft houvast en ondersteunt het dagelijks functioneren. Nellestijn

vertelt: “Onlangs hebben we een cliënttevredenheidsonderzoek gedaan.

De vraag ‘draagt aupairzorg bij aan de kwaliteit van uw leven?’ werd beoordeeld met een 9,2. Zo lang mogelijk thuis, betekent vaak dat cliënten tot zelfs aan het einde van hun leven thuis kunnen blijven wonen.”

Betaalbaar en toegankelijk

Voor de inzet van een zorgaupair is geen hoge kostenpost vereist. De

kosten kunnen in vrijwel alle gevallen grotendeels worden gedekt met een persoonsgebonden budget vanuit de wet langdurige zorg (Wlz). Het enige wat nodig is, is een eigen gemeubileerde kamer met wifi voor de zorgaupair. In de vrije tijd van de zorgaupair nemen familie of mantelzorgbureaus de zorg over. Jan Nellestijn: “Bij veel van onze cliënten is de nood hoog. Dan is het goed om te weten dat wij geen wachtlijsten hebben en de zorg snel kan starten als blijkt dat aupairzorg een goede oplossing is. Deze vorm van thuiswonen combineert meer vrijheid met persoonlijke zorg en aandacht, midden in de eigen vertrouwde omgeving.”

Uw ZorgCompaan

Meer weten over zorgaupairs? Neem dan contact op met Uw ZorgCompaan. +31(0)344 603891- www.uwzorgcompaan.eu

Uw
Tekst: Hugo Schrameyer
Tijdens Zorg & ICT 2025 gaan Marcel Levi, Bianca Rouwenhorst, Ruth Peetoom, Saskia Peerdeman en Mariëlle Ploumen in gesprek

HappyOne als medicijn tegen personeelstekort

In de zorg gaat veel tijd verloren aan afstemming en administratieve handelingen rondom de inzet van de zorgmedewerker. Veel zorgorganisaties werken met een complexe personeelsplanning en schakelen met meerdere arbeidsbemiddelaars.

Ook worden zij steeds vaker geconfronteerd met strengere regelgeving en handhaving vanuit de overheid voor zzp’ers die werken in de zorg. Dit zorgt voor hogere werkdruk en complexiteit in het voorspellen van capaciteitsmanagement.

Tevreden zorgprofessionals zijn een groot goed in de medische sector. Die tevredenheid zorgt uiteindelijk ook voor een gelukkigere patiënt en een tastbare kwaliteitsverbetering. In een wereld die geconfronteerd wordt met personeelstekorten en een hoge werkdruk is dat een pittige uitdaging.

Inzetbaarheid

Al deze factoren maken het noodzakelijk om te zoeken naar innovatieve manieren om personeel duurzaam inzetbaar te houden in de zorg. Arbeidsbemiddelaar voor de zorg HappyNurse, die zich al achttien jaar als innovatieve speler inzet om het werkgeluk van zorgmedewerkers te vergroten, biedt oplossingen voor deze uitdaging. Hun missie is “Happy Nurse, Happy Patient”, met als nieuwe strategie “Human Touch, Digital Guided”. Dit benadrukt hun persoonlijke aanpak versterkt met slimme digitale oplossingen.

Om zorgprofessionals de autonomie en flexibiliteit te bieden waar zij naar verlangen, biedt het bedrijf al jaren werk waarmee de vrijheid van zelfstandigheid wordt gecombineerd met de zekerheid van een vast dienstverband. Zorgprofessionals behouden volledige controle over hun eigen werktijden dankzij de innovatieve app HappyOne. Caspar Kosse, CEO van HappyNurse, legt dat verder uit: “Autonomie is essentieel voor veel zorgverleners. Veel zorgprofessionals ervaren een vast rooster als te beklemmend en hebben behoefte aan meer flexibiliteit. Waar zorgmedewerkers in feite naar zoeken is een regeling waarmee ze hun eigen planning kunnen bepalen. Het werkrooster wordt in overleg met ons als intermediair vastgelegd, en dus niet bepaald door de opdrachtgever.”

Strategisch partnership

HappyNurse heeft met HappyOne een efficiëntieslag gemaakt op de personeelsplanning van zorgorganisaties. De app, die HappyNurse zelf heeft ontwikkeld, speelt een centrale rol in het succes van deze aanpak. De laagdrempeligheid van de app maakt het voor zorgprofessionals eenvoudig om beschikbare diensten en detacheringen in te zien en hun eigen rooster samen te stellen. “Wat we eigenlijk ambiëren, is dat zorgprofessionals onze app de voorkeur geven boven social media als Instagram”, zegt Serife Evers, CCO van HappyNurse, met een knipoog. “Of ze nu thuis op de bank zitten of onderweg zijn, zorgverleners kunnen met een paar klikken diensten accepteren die precies aansluiten bij hun voorkeuren. De bewezen technologie biedt een oplossing voor het capaciteitsmanagementvraagstuk van zorgorganisaties. De zorgorganisaties die nu gebruikmaken van de koppeling met HappyOne ervaren een grote efficiëntieslag in hun personeelsplanning. Dit zorgt ervoor dat je als zorgorganisatie nu al met één druk op de knop toegang hebt tot zorgprofessionals door heel Nederland.”

Bestaande planningssystemen

De koppeling van HappyOne met bestaande planningssystemen van zorgorganisaties zorgt voor optimalisatie van capaciteitsbeheer. Door de twee systemen met elkaar te verbinden, kunnen diensten sneller en eenvoudiger worden ingevuld. Dit vermindert de druk op planners binnen zorgorganisaties en zorgt voor continuïteit in de zorg.

Er bestaat brede waardering voor deze aanpak in de sector. HappyNurse scoort hoog op het gebied van betrouwbare

“Professionals die tevreden en gelukkig zijn, bieden de beste zorg”

Kosse vat het kort samen: “In de kern gaat het erom dat zorgmedewerkers tevreden en gelukkig zijn en de ruimte krijgen om hun werktijden flexibel in te vullen. Alleen dan kunnen zij de best mogelijke zorg bieden. Dat is onze missie, en dat zullen we blijven nastreven met digitale innovatie en een menselijke benadering.”

zorgprofessionals. Hierdoor wordt een win-winsituatie gecreëerd die op drie niveaus zichtbaar is: zorgorganisaties spreken hun waardering uit voor het hoge betrouwbaarheidspercentage, medewerkers tonen zich tevreden over hun flexibele inzetbaarheid, terwijl daarmee ook de zorgkwaliteit voor patiënten een impuls krijgt.

Selectieproces

HappyNurse onderscheidt zich als arbeidsbemiddelaar door het unieke selectieproces waarin menselijke interactie en technologie worden gecombineerd. Zorgprofessionals die zich aanmelden, voeren eerst een gesprek met een geavanceerde AI-chatbot, waarna persoonlijk contact volgt met een recruiter. Simon Janssen, CIO van HappyNurse: “Door digitale ondersteuning met een menselijk vervolg te combineren, voelen kandidaten zich gezien en gewaardeerd. Dit resulteert direct in een hogere tevredenheid en betere prestaties op de werkvloer terwijl de zorgorganisatie profiteert van snelle invulling van openstaande diensten en opdrachten.”

HappyOne als SaaS

HappyNurse ontwikkelt HappyOne actief door naar een SaaS-oplossing (Software as a Service) voor zorgorganisaties. Met de innovatieve app en AI-recruiter Aisha, helpen ze zorgorganisaties hun interne flexpool professioneel te beheren, interne capaciteit slimmer in te zetten en grip te krijgen op externe inhuur. “Zo verminderen we de afhankelijkheid van externe partijen en verlagen we structureel de werkdruk. Ons platform stellen wij binnenkort ter beschikking als “stand-alone” SaaS. Wij geloven dat we hiermee een stuk van de oplossing kunnen bieden voor het personeelsprobleem in de zorg. We zijn volop in ontwikkeling en zoeken zorgorganisaties die willen bouwen aan een toekomst waarin Nederland het personeelstekort in de zorg wél aankan,” aldus Janssen.

Injectables in Nederland: van uitzondering naar evolutie

Nederland is van oudsher een ‘onderbehandeld’ land als het gaat om cosmetische ingrepen. Waar in landen zoals de Verenigde Staten, Latijns-Amerika en het Midden-Oosten cosmetische behandelingen al decennialang de norm zijn, bleef Nederland lange tijd achter. Maar daar komt verandering in. De vraag naar injectables groeit snel en daarmee ook de discussie over hoe deze trend past binnen de Nederlandse cultuur.

Social media speelt een grote rol in deze verschuiving. Platforms zoals Instagram en TikTok zetten het uiterlijk in de schijnwerpers, wat de interesse in esthetische behandelingen heeft aangewakkerd. Maar er is meer aan de hand. Nederland kent een ‘soft vergrijzing’: vijftigplussers –en zelfs zestigers en zeventigers – voelen zich niet zo oud als hun leeftijd doet vermoeden. Ze zijn energiek, actief en vol ambities, maar hun spiegelbeeld vertelt een ander verhaal. Dit contrast zorgt ervoor dat steeds meer mensen op zoek gaan naar een manier om er net zo fris uit te zien als ze zich voelen.

De keerzijde van populariteit: onnatuurlijke resultaten en budgetklinieken Hoewel de vraag naar injectables stijgt, blijft er een zekere scepsis. Veel mensen associëren fillers en Botox nog steeds met overdreven resultaten: onnatuurlijk volle lippen, opgeblazen wangen en strakke, emotieloze gezichten. Dit beeld is mede ontstaan door de opkomst van budgetklinieken die weinig aandacht besteden aan een verfijnde en duurzame aanpak. Hierdoor kiezen veel mensen er liever voor om ‘natuurlijk’ oud te worden dan het risico dat ze er ‘gek’ uitzien.

Aestec: wetenschappelijk onderbouwde verjonging zonder vervreemding

Een kliniek die zich nadrukkelijk distantieert van onnatuurlijke resultaten is Aestec. De kliniek specialiseert zich in de ‘Aeslift™’, een methode met een subtiele verjonging en een natuurlijk ogend resultaat. Voor Aestec is het essentieel om niet alleen naar het korte-termijneffect te kijken, maar ook naar hoe behandelingen zich op lange termijn ontwikkelen. De kern van hun aanpak? Wetenschap. Dit wetenschappelijke perspectief ontbreekt vaak in de branche. In samenwerking met Erasmus MC publiceerde Aestec in 2023 een baanbrekend onderzoek over de langetermijneffecten van fillers

en hoe deze bijdragen aan een natuurlijkere uitstraling.

Publieke figuren doorbreken het taboe met de Aeslift™

Steeds meer BN’ers spreken openlijk over hun ervaringen met de Aeslift™. Anita Witzer, die lange tijd een uitgesproken tegenstander was, koos uiteindelijk toch voor deze behandeling bij Aestec. Tot verrassing van haar volgers is ze nog steeds zichzelf – maar dan frisser. Het positieve effect hiervan is dat het taboe rond injectables steeds verder afbrokkelt. Ook andere bekende namen bij Aestec zoals Karin Bloemen, Carice van Houten en Leontien Borsato hebben behandelingen ondergaan en spreken er, zij het subtiel, steeds vaker over. De boodschap is duidelijk: het is niet langer iets om je voor te schamen, zolang het met mate en kunde gebeurt.

Een fris uiterlijk als investering

Het zijn niet alleen beroemdheden die de voordelen van Aeslift™

ontdekken. Ook ondernemers, mannen en zakenmensen zien de waarde ervan in. In een wereld waarin uitstraling en eerste indrukken meetellen, kan een frisse look bijdragen aan een scherpere zakelijke presentatie. Wie er vitaal en energiek uitziet, wordt vaak ook zo benaderd. Dit effect kan carrièrekansen verlengen, netwerken versterken en zelfs nieuwe mogelijkheden openen – of dat nu in de entertainmentindustrie, het bedrijfsleven of de politiek is.

De toekomst van injectables in Nederland

Aestec signaleert een opvallende trend: een nieuwe generatie vijftigplussers die niet alleen over kennis en ervaring beschikt, maar er ook nog eens qua uiterlijk aanblijft sluiten. Dit zorgt ervoor dat leeftijd steeds minder als beperkende factor wordt gezien. Met de wetenschappelijke onderbouwing en de groeiende acceptatie onder zowel BN’ers als zakenmensen, lijkt de toekomst

van een goede injecrables in Nederland verzekerd. Waar onzekerheid bestond over lange-termijneffecten, brengen klinieken zoals Aestec nuance en deskundigheid in het vakgebied. Hierdoor wordt het mogelijk om op een elegante manier ouder te worden, zonder drastische veranderingen.

Waar injectables vroeger als ijdelheid werden gezien, worden ze nu steeds vaker beschouwd als een investering in welzijn en zelfvertrouwen. Net zoals gezond eten en sporten bijdragen aan een goede kwaliteit van leven, kunnen esthetische behandelingen helpen om mensen zich beter te laten voelen over zichzelf. En met de opkomst van steeds meer vijftig- en zestigplussers die hun carrière of liefdesleven nieuw leven inblazen, wordt de potentie van deze ontwikkeling steeds duidelijker.

Met de opkomst van grijzeharen-modellen, oudere

influencers en een generatie vijftig- en zestigplussers die volop in het leven staat, lijkt de toekomst van gracefull ageing verzekerd. Het enige wat resteert, is een spaarpot voor een ‘vroeg pensioenplan van het gezicht’.

PROFIEL INTERVIEW

Het is voor ziekenhuizen continu een uitdaging om voldoende capaciteit te hebben. Er is een tekort aan personeel en door de vergrijzing neemt de vraag naar zorg toe. Kan automatisering echt helpen, of blijft het slechts een handig hulpmiddel?

Diederik Gommers is door de coronacrisis een bekende naam in Nederlandse huiskamers geworden. Hij heeft de leiding over de intensive care voor volwassenen en operatiekamers van het Erasmus MC in Rotterdam. Tijdens covid werd alleen maar duidelijker hoe belangrijk verpleegkundigen, operatie-assistenten en anesthesiemedewerkers zijn.

“Maar ook daarvoor hadden we al een tekort aan personeel. We moesten al vaak IC-bedden en operatiekamers sluiten. Eigenlijk stonden we toen al onder hoge druk. Tijdens de covidpandemie liepen de emoties verder op”, legt Gommers uit.

Andere aanpak

is de verwachting dat in 2031 het tekort in de zorg zal oplopen naar zo’n 200.000 werknemers. Na zijn rol tijdens de coronaperiode heeft Gommers dan ook actief nagedacht of hij daadwerkelijk iets daaraan kan doen. “Moeten we die zorgprocessen die we al vijfentwintig jaar op dezelfde manier doen op de IC, niet eens onder de loep nemen en op een andere manier uitvoeren? We weten dat door de vergrijzing de zorgvraag zal toenemen. Gelukkig wordt iedereen ouder. Maar dat betekent ook dat we meer mensen krijgen met chronische ziektes. Ook op verpleeghuizen heeft dit uiteraard een flinke impact.” Tijdens covid hadden ze al aanpassingen doorgevoerd. Verpleegkundigen moesten toen op de IC drie in plaats van twee patiënten verzorgen. Dat bracht nogal wat emoties teweeg en ze hadden hier niet voldoende training in gehad. “Het proces was simpelweg niet goed voorbereid. Ook het opvangen met buddy’s bood geen soelaas, dus ideaal was het allemaal niet”, vertelt Gommers.

Veranderende behoeften

we onze aandacht verschoven naar de data vanuit patiëntdossiers. Helaas zijn onze systemen nog niet echt voor AI-modellen gebouwd, dus we kijken nu hoe we alle data in een health data platform kunnen krijgen. De kwaliteit van de brondata is daarbij essentieel, zeker als we straks voorspelmodellen willen inzetten in de zorg. Allemaal met het idee om medewerkers te ondersteunen, de administratielast te verminderen en meer werkplezier te geven. En ervoor te zorgen dat ze op een goede en veilige manier wel meer aankunnen.”

Daarnaast kopen ze hiermee wat tijd, zodat er meer persoonlijke aandacht is tussen de dokter, verpleegkundige en patiënt. Ondanks de opkomst van technologie, blijft de menselijke maat volgens Gommers enorm belangrijk en deze is ook essentieel voor het behoud van werkplezier bij de zorgprofessionals.

Personeel vasthouden Het is tegenwoordig moeilijker om personeel vast te houden. Generaties verschillen en de tijd dat verpleegkundigen na hun opleiding veertig jaar blijven is voorbij. Hij snapt dat de behoefte aan verandering groter is: “We kijken nu veel meer naar het carrièreperspectief. Ook combibanen zijn belangrijk, zoals werken op de IC, maar ook op spoedeisende hulp (SEH) of de ambulance. Je moet een aantrekkelijke werkgever blijven en flexibeler zijn. En laat ik ook de nachtdiensten niet vergeten. Die hebben een flinke invloed op je gezondheid en privéleven. Ook als ze het vak graag doen, kunnen zulke omstandigheden alsnog een obstakel vormen." Ziekenhuizen

De cijfers spreken voor zich. Volgens een onderzoek in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Na afloop gingen ze in gesprek met de verpleegkundigen. Wat is er nodig om wél drie patiënten per persoon te verzorgen? “Het draaide bij hen vooral om het overzicht. Ze hadden het gevoel de controle kwijt te zijn. Toen hebben

Te veel management zit de zorg in de weg

INNOVATIE

Het personeelstekort leidt tot uitgestelde operaties, volle afdelingen en toenemende werkdruk. Tegelijkertijd groeit de zorgvraag door vergrijzing, terwijl oplossingen uitblijven. Experts waarschuwen dat het zorgsysteem zonder ingrijpende veranderingen vastloopt.

De traditionele antwoorden op het personeelstekort, zoals meer technologie en betere arbeidsvoorwaarden, blijken niet afdoende. “AI en digitalisering verlichten de administratie, maar lossen het probleem niet op”, stelt professor en chirurg-oncoloog Casper van Eijck van het Erasmus MC. Hij pleit voor een herziening van de zorgstructuur, vooral op managementgebied. Het probleem zit volgens Van Eijck niet in marktwerking, maar in de top-down aansturing van de zorg. “Artsen en verpleegkundigen weten zelf het beste hoe de zorg moet worden ingericht.

Nu dicteert het management hoe wij werken.” Deze bureaucratische aanpak staat haaks op wat zorgpersoneel nodig heeft: goede loopbaanbegeleiding en zeggenschap over het eigen werk.

Tijd voor een kritische blik Hoewel Nederland bekendstaat om zijn zorgkwaliteit en beperkte private zorg, komt die kwaliteit volgens Van Eijck vooral van de werkvloer. Het schrappen van managementlagen creëert financiële ruimte om verpleegkundigen beter te belonen. “Het management groeit uit tot een instituut op

Vrijwilligers met dementie

UITGELICHT

In ‘De Luifel’, een locatie van WIJ Heemstede, verzorgen vijf vrijwilligers met dementie iedere dinsdag met grote zorg het driegangendiner voor het restaurant. Nadat de vrijwilligers klaar zijn, eten zij zelf ook gezellig mee.

Het is een initiatief van mensen met dementie, Zorgbalans ontmoetingscentrum Heemstroom, WIJ Heemstede en Stichting DemenTalent, dat mensen met dementie helpt bij het vinden van vrijwilligerswerk dat bij hen past. DemenTalent helpt inmiddels door een groot deel van het land mensen met dementie aan een mooie vrijwilligersplek. Het initiatief in Heemstede is in september 2024 gestart en vanaf dag één een groot succes. Het restaurant zit altijd vol.

De vrijwilligers komen iedere dinsdag samen. Ze ontmoeten nieuwe en bekende mensen en hebben veel plezier met elkaar. Op deze manier blijven zij actief en geeft hen het gevoel van betekenis te zijn. En van betekenis, dat zijn ze zeer zeker! Zo benadrukken programmacoordinator Jenny Korf en collega Judith Heistek.

De vrijwilligers bespreken met elkaar wat ze willen koken. Vanuit hun diverse achtergronden in de horeca voelen ze zich in de keuken als een vis in het water. Zilla zit altijd aan het hoofd van de werktafel in de keuken. Ze vindt plezier in haar werk belangrijk. ‘Je moet het allemaal vooral niet te serieus nemen.’ Vriendin en medevrijwilliger Nelly heeft gewerkt op de correspondentieafdeling van de gemeente Haarlem, waar altijd iedere punt en komma werd gecheckt. Ze werkt dan ook heel secuur. Samen met Zilla verzorgt ze doorgaans het snijwerk. Ze zijn echte vriendinnen geworden en kletsen tijdens het koken over van alles.

zichzelf; niet alles is overbodig, maar een kritische beoordeling is hard nodig." Met de aanstaande wijzigingen in het zorgbudget voor gemeenten in 2026 en de toenemende vergrijzing dreigt het systeem vast te lopen. Volgens Van Eijck ligt de oplossing in betere beloning, begeleiding voor jonge verpleegkundigen, minder managementlagen en meer zeggenschap op de werkvloer. Er zijn ook lichtpuntjes. Dankzij medische vooruitgang verblijven patiënten steeds korter in het ziekenhuis. “Na een galblaasoperatie ga je nu dezelfde dag nog naar huis, waar dat vroeger tien dagen duurde”, illustreert Van Eijck. “Organisatorisch zijn grotere stappen nodig, want zo kunnen we niet doorgaan.

Ze ontmoeten nieuwe mensen en hebben veel plezier met elkaar

Erik is vanaf de 1e ontwikkelingen actief betrokken bij het project. De samenwerking en het koken voor de bezoekers geven hem elke week weer een kick. Peter en Philip zijn onlangs aangesloten en omarmen het project volledig. Philip vanuit zijn ervaring in de zorg, als GGZ verpleegkundige en Peter vanuit zijn ervaring als cateraar.

Het samen eten heeft ook als doel om bij te dragen aan het verminderen van eenzaamheid in de wijk. De Luifel is een van de werkplekgevers die bijdraagt aan een inclusieve, ondersteunende samenleving voor mensen met dementie. DemenTalent verbindt organisaties die de waarde inzien van een vrijwilliger met dementie aan mensen die heel veel te geven hebben.

Wil je vrijwilliger worden óf heb je plek voor een vrijwilliger met dementie? Ga dan naar: www.dementalent.nl.

Tekst: Michel de Ruyter
Diederik Gommers, Professor Intensive Care Medicine, Erasmus MC

Versnellen met data en AI voor échte oplossingen

De uitdagingen in het maatschappelijk domein zijn urgenter dan ooit. Personeelstekorten, hoge werkdruk, een groeiende informatieberg – en ondertussen stijgen de verwachtingen. Technologie belooft veel, maar levert zelden direct resultaat. Daarom bouwen wij bij 6Gorilla’s aan oplossingen die vandaag werken, morgen meegroeien én overmorgen bijdragen aan een betere samenleving. Omdat we echt van betekenis willen zijn.

Wij zijn geen softwarebedrijf. Geen adviesbureau. Wij zijn 6Gorilla’s – een full-service data- en AI-partner die maar één ding wil: professionals de ruimte geven om hun werk te doen. Niet verzanden in rapportages, maar tijd en energie voor de mens. In 2030 willen wij 1 miljoen professionals helpen om met 30% meer slagkracht bij te dragen aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen. Inderdaad: om van betekenis te zijn.

Van zorg naar breder domein

We zijn geworteld in de zorg, maar onze missie is groter. Of het nu gaat om een wijkverpleegkundige, beleidsmaker of klantadviseur – iedereen verdient tools die het werk lichter, slimmer en betekenisvoller maken. Vanuit het Tenzinger-ecosysteem, samen met onze collega’s van Fierit (elektronisch cliëntendossier en innovaties voor de langdurige zorg) en Cure4 (administratieve ondersteuning), brengen we deze missie tot leven. 6Gorilla’s is daarin de versneller – met technologie, inzichten en dienstverlening die organisaties concreet vooruithelpen.

Geen beloftes, maar concreet resultaat als bewijs 6Gorilla’s combineert state-of-the-art technologie met bewezen oplossingen en een pragmatische aanpak. We bouwen dataplatformen op basis van moderne architectuur, ontsluiten bronnen als ONS, Medicore of AFAS, en leveren dashboards en AI-toepassingen die direct

bruikbaar zijn. Geen lange rapporten of pilots die in de la verdwijnen, maar concrete stappen vooruit – samen met de mensen op de werkvloer.

Sigra Maximaal Digitaal – regionaal samen slimmer met data

Een krachtig voorbeeld is het initiatief Maximaal Digitaal in de regio Amsterdam. Tien VVT-instellingen – waaronder Zonnehuisgroep Amstelland, Cordaan en Amstelring – werken samen aan digitalisering en datagedreven werken. 6Gorilla’s levert de datainfrastructuur. Dit Data Share House biedt inzichten ter optimalisering van de regionale toegankelijkheid. Deze inzichten betreffen arbeidsmarkt, cliëntstromen, inzet van zorgtechnologie en het afbuigen van de zorgvraag. Dit concept staat open voor andere organisaties in zorg- en welzijn. De doelen? Toegankelijkheid tot zorg optimaliseren met gezamenlijke inzichten. Capaciteit en kennis delen. Technisch talent binden aan uitdagend werk. Samen laten we zien hoe data kunnen verbinden. Geen woorden maar data.

Beweging 3.0 – van dashboards naar eigenaarschap Bij Beweging 3.0, actief in de regio Eemland, gaan we samen van statische dashboards naar een dynamisch dataplatform op basis van Snowflake en PowerBI. Maar belangrijker: data-eigenaren in de business krijgen een centrale rol. Zo wordt BI geen IT-feestje, maar een organisatiebrede beweging. Samen bouwen we aan een cultuur waarin data dagelijks richting geven aan betere zorg.

iHub – van fusiecomplexiteit naar datagedreven slagkracht

iHub is een grote jeugdzorgorganisatie voor familiezorg met 3.000 medewerkers, 59 locaties en zowel een zorg- als onderwijstak. Na een fusie moesten verschillende BIomgevingen op een veilige manier worden samengevoegd.

Daarbij speelden uiteenlopende informatiebehoeften en systemen een rol. 6Gorilla’s realiseerde een dataplatform dat data uit onder andere Medicore, AFAS, BergOp, Exact, ParnasSys en SomToday integreert. Visualisaties worden gebouwd in PowerBI en Superset, waarbij Superset-rapportages zelfs direct beschikbaar zijn binnen het ECD van Medicore. Onze consultants werkten nauw samen met het BI-team van iHub en dragen kennis stap voor stap over. Inmiddels voert iHub 90% van de BI-activiteiten zelfstandig uit, met een sterk geborgde structuur waarbij integriteit en veiligheid m.b.t. opslag en gebruik van data centraal staan. Een krachtig voorbeeld van hoe we organisaties helpen groeien van afhankelijkheid naar eigenaarschap en datagedreven slagkracht.

Onze aanpak: full-service, future-proof

Wat ons onderscheidt:

• Toekomstbestendige technologie – schaalbaar, veilig, cloud-native.

• Concrete oplossingen – dashboards, algoritmes, voorspellingen die vandaag werken.

• Slimme dienstverlening – we nemen klanten mee: strategie, adoptie, training, implementatie.

• Echt partnerschap – we versnellen sámen. Met lef, ritme en resultaat.

Van potentie naar praktijk

AI is geen buzzwoord. Het is een belangrijk middel. Maar je moet het wel goed inzetten. Dat begint bij de juiste data, bij mensen die eigenaarschap pakken, en bij oplossingen die passen bij het werk van alledag. Daarom adviseren wij opdrachtgevers altijd te starten met een heldere strategie. We geloven namelijk in de ideale datareis: eerst een duidelijke strategie, vervolgens de implementatie van een toekomstbestendig fundament. Wel zodanig dat ook op korte termijn al concrete resultaten geboekt kunnen worden. En dan begint het. We helpen opdrachtgevers het maximale uit hun investering te halen met onze aanpak. Ons uitgangspunt is om opdrachtgevers stap voor stap naar zelfstandigheid te begeleiden. Geen hype. Geen loze beloftes. Wel resultaat. Bij 6Gorilla’s geloven we dat technologie pas waardevol is als het mensen sterker maakt.

En de toekomst? Die bouwen we vandaag. We zijn pas net begonnen.

www.6gorillas.nl

Heeft de zorg meer focus nodig?

UITDAGING

De problemen in de Nederlandse zorg zijn helaas algemeen bekend. Wachtlijsten lopen op, personeelstekorten nemen toe en de betaalbaarheid komt steeds verder onder druk. Veel planbare zorg stagneert terwijl ziekenhuizen worstelen met de groeiende vraag naar complexe behandelingen.

Jan-Paul Roovers, Hoogleraar Gynaecologie Amsterdam umc en urogynaecoloog Bergman Clinics

Patiënten worden de dupe van een systeem dat niet meer optimaal functioneert. Intussen zoekt de sector naarstig naar nieuwe modellen die in de toekomst zowel kwaliteit als toegankelijkheid kunnen waarborgen. Een voor de hand liggende oplossing is het concept ‘focuszorg’, zegt prof. dr. Jan-Paul Roovers van Bergman Clinics. “Daarmee kunnen we meer patiënten sneller en op de juiste plek helpen. Focuszorg betekent dat we planbare, laag- en middelcomplexe, veel-

voorkomende zorg efficiënt en gestandaardiseerd uitvoeren. We meten veel: welke zorg nodig is geweest, het aantal consulten, eventuele complicaties en de snelheid waarmee de patiënt terugkeert naar het normale activiteitenniveau. Het inzetten van data biedt ons de mogelijkheid om substantiële voordelen te behalen voor de patiënt en de zorgverlener. Bovendien helpt het de optimale inzet van personeel en het continu verbeteren van de operationele efficiëntie.”

volume, waardoor het ziekenhuis zich kan richten op complexere behandelingen en we ook daar de toegankelijkheid behouden. Samenwerking is in het belang van alle patiëntgroepen.”

Specialismen als oogheelkunde, orthopedie, dermatologie en gynaecologie lenen zich uitstekend voor deze aanpak. Het gaat om planbare zorg voor relatief gezonde patiënten die weinig nazorg nodig hebben. “Door deze zorg uit de ziekenhuizen te verplaatsen, ontstaat er daar ruimte voor complexe behandelingen”, legt Roovers uit.

van medisch specialisten zelf. “Door de toenemende druk zullen we, op een verantwoordelijke manier, taken moeten delegeren. Hierdoor verhogen we de doelmatigheid van onze infrastructuur: we benutten de capaciteit en expertise optimaal en verlagen tegelijk de kosten waar mogelijk. Ook dat komt niet alleen het zorgstelsel maar iedere patiënt ten goede.”

Via digitale oplossingen kunnen patiënten beter begrijpen of en wanneer zorg nodig is”

Van belang is dat zorgaanbieders onderling de krachten bundelen, betoogt Roovers. “We zijn geen concurrent van het ziekenhuis, maar een aanvulling. Wij bieden planbare zorg met een hoog

Technologie speelt hierbij een sleutelrol. “De zorgketen toegankelijk houden voor iedereen begint aan de voorkant, voordat iemand naar de huisarts gaat. Via digitale oplossingen kunnen patiënten beter begrijpen of en wanneer zorg nodig is. We moeten informatie aanbieden waarmee zelftriage mogelijk is. Dit maakt het zorggebruik doelmatiger, een absolute noodzaak. We moeten de burgers van Nederland daarin meenemen en zelfredzaamheid bevorderen”, aldus Roovers.

Preoperatieve controles, nazorg en wondverzorging kunnen bovendien worden uitgevoerd door gespecialiseerde verpleegkundigen of doktersassistenten in plaats

“Data vormen de ruggengraat van het model”, stelt Roovers. “We meten iedere behandeling, elke complicatie, iedere patiënttevredenheidsscore. We beschikken over een grote hoeveelheid datapunten. Dat stelt ons in staat om direct te zien waar processen verbeterd en gefinetuned kunnen worden. Uiteindelijk gaat het erom dat we beter kunnen bepalen welke patiënt op welk moment en op welke plek behandeld moet worden.”

De transparantie over zorguitkomsten gaat verder dan wettelijk vereist. Via de website worden kwaliteitsresultaten, patiënttevredenheid en complicatiecijfers gepubliceerd. Roovers zou dit graag breder in de zorgsector terugzien, een mening die wordt gedeeld door onder andere de politiek en de Patiëntenfederatie.

Tekst: Fred Pals

Zorgsector kraakt onder personeelstekort

ACTUEEL

Het personeelstekort in de zorg wordt met de dag nijpender en dreigt de zorg te ontwrichten. Zonder ingrijpende veranderingen loopt het systeem vast. De oorzaken van het tekort zijn op vele vlakken te vinden en de oplossingen zijn niet eenvoudig.

Het is een schrikbarend cijfer: meer dan de helft van opgeleide verpleegkundigen op hbo-niveau verlaat binnen vijf jaar het vak. “Dit is een ongelooflijk kapitaalverlies aan kennis en ervaring”, zegt prof. dr, Anne Marie Weggelaar, bijzonder hoogleraar Innovatie en Transformatie, van Tilburg University.

Ze noemt verschillende oorzaken voor deze uitstroom. “Verpleegkundigen ervaren te weinig autonomie en voelen zich niet gesteund door leidinggevenden”, legt Weggelaar uit. “Ze kunnen door de hoge werkdruk niet de zorg leveren die ze willen geven. Er is nauwelijks tijd voor een persoonlijk gesprek met patiënten. Het gevoel dat je niet kunt doen wat een patiënt echt nodig heeft, breekt veel zorgverleners op.”

Ook het rooster speelt een grote rol. “Steeds meer verpleegkundigen draaien een derde van hun diensten ‘s nachts. Met een jong gezin is dat vaak niet vol te houden.” Dit komt vooral doordat de zorg

intensiever is geworden: “In ziekenhuizen liggen alleen nog maar heel zieke mensen. De gemiddelde ligduur is drastisch verkort: wat vroeger tien dagen opname was, is nu een dagbehandeling. En dat vraagt ook om inzet van verpleegkundigen in de nacht.” Ook in de thuiszorg en psychiatrie is de zorg intensiever geworden. Mensen die voorheen opgenomen werden in een verpleeghuis, wonen nu thuis en krijgen ondersteuning vanuit de thuiszorg.

oplossingen”, stelt Weggelaar. “Als een innovatie wordt voorgesteld, moet die eerst langs privacy officers, security officers, kwaliteitsmanagers en juristen. In dat hele proces is er geen professional aan het woord die de risico’s kan kalibreren: is dit een groter risico dan de huidige situatie?”

De oplossingen liggen volgens haar op verschillende vlakken. “Geef zorgprofessionals meer zeggenschap over hun werk. Laat ze meedenken over verbeteringen. Een halve dag per twee weken voor kwaliteitsverbetering zou al veel verschil maken.”

We zijn te veel bezig met regels en te weinig met oplossingen

Innovatie zou kunnen helpen, maar komt moeizaam van de grond. “Door onduidelijke regelgeving durft niemand risico’s te nemen. Elke zorginstelling moet het wiel opnieuw uitvinden. We zijn te veel bezig met regels en te weinig met

Ook pleit ze voor meer samenwerking tussen zorginstellingen bij innovatie. “We moeten af van het marktdenken in de zorg op het gebied van innovatie. Goede oplossingen moet je delen. Als we nu niet ingrijpen, komt de zorg binnen twee jaar in het ‘ravijn-jaar’ en dreigt ze volledig vast te lopen. Gemeentes krijgen minder geld, terwijl de zorgvraag blijft stijgen. De vraag is niet óf het systeem vastloopt, maar wanneer.”

Technologie kan helpen, maar wordt nu te traag ingevoerd. “Neem bijvoorbeeld een wasrobot. We hebben robots die auto’s wassen en aardbeien plukken, maar geen robots die mensen kunnen wassen. Hoe kan dat? Technologie kan juist de menselijke kant van zorg versterken, omdat het zorgverleners meer tijd geeft voor écht contact.”

Samenwerking cruciaal voor toekomstbestendige medicijnzorg

De beschikbaarheid van geneesmiddelen in Nederland staat onder druk. Internationale spanningen, afhankelijkheid van buitenlandse producenten en een strikte kostenbeheersing maken de situatie kwetsbaar. Edith Schippers, sinds januari CEO van Mosadex en voormalig fractievoorzitter van de VVD in de Eerste Kamer en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 2010 tot 2017, roept op tot actie: “Zonder structurele samenwerking blijft de toekomst van farmaceutische zorg onzeker.”

Lokale en internationale samenwerking nodig

Mosadex, een Nederlandse coöperatie van onafhankelijke apothekers, speelt een unieke rol in het farmaceutische landschap. Met zo’n 2000 medewerkers zet Mosadex zich in voor toegankelijke, betaalbare en patiëntvriendelijke zorg. “De apotheker is als medicijnspecialist de meest toegankelijke zorgverlener en een cruciale schakel in de eerstelijnszorg”, aldus Schippers. “Door samen te werken met huisartsen en wijkverpleging bouwen we aan een sterk zorgnetwerk dicht bij de patiënt.

De uitdagingen in de sector reiken verder dan de landsgrenzen. De wereldwijde

afhankelijkheid van farmaceutische productie in landen als India en China maakt de keten kwetsbaar. “Een verstoring in deze regio’s leidt direct tot tekorten in Europa”, legt Schippers uit. “Europa heeft geen relevante generieke geneesmiddelenindustrie, en dat maakt ons afhankelijk en kwetsbaar. Willen we hierin verandering brengen, dan moeten we bereid zijn om te investeren in Europese productiecapaciteit.”

Preferentiebeleid onder de loep

Naast productie-uitdagingen speelt ook het Nederlandse preferentiebeleid een belangrijke rol in de leveringsproblemen. Zorgverzekeraars bepalen dat uitsluitend het goedkoopste geneesmiddel wordt vergoed binnen een groep van gelijke medicijnen. “Dit beleid heeft inmiddels meer nadelen dan voordelen”, stelt Schippers. “Minder aanbieders op de markt betekent dat miljoenen patiënten afhankelijk zijn van één leverancier. Dat maakt het systeem fragiel.” Kostenbeheersing blijft cruciaal, benadrukt Schippers maar er moet gezocht worden naar alternatieve modellen die zowel betaalbaarheid garanderen als beschikbaarheid verbeteren.

Oplossingen voor een toekomstgerichte farmaceutische zorg

Mosadex werkt actief aan innovatieve oplossingen om zelfstandige openbare

apotheken te ondersteunen en de zorg toegankelijk te houden. Schippers: “Wij regelen inkoop, logistiek en zorg- en ICToplossingen, zodat het apotheekteam zich volledig kan richten op patiëntenzorg. Op een gemiddelde dag komen zo’n 200 patiënten langs voor advies. Onze ondersteuning geeft apothekers meer tijd voor hun belangrijke zorgtaken.”

Een sprekend voorbeeld is de ontwikkeling van de Service Apotheekapp, die patiënten de mogelijkheid biedt om afspraken te maken, herhaalrecepten aan te vragen en te volgen, en informatie op te zoeken. “De app geeft patiënten meer autonomie en verlaagt de druk op de apotheek”, legt Schippers uit. “Zo combineren we digitale hulpmiddelen en persoonlijke aandacht.”

Daarnaast zou Mosadex pilots willen inzetten met nieuwe financieringsmodellen voor de levering van farmaceutische zorg. Deze pilots voert Mosadex bij voorkeur uit in samenwerking met zorgverzekeraars, als onderdeel van een bredere visie om de beschikbaarheid van geneesmiddelen structureel te verbeteren. “Elk stukje van de puzzel brengt ons dichter bij een robuust zorgsysteem”, stelt Schippers.

Werkdruk verlichten door samenwerking

Minder werkdruk in de apotheek betekent niet alleen meer werkplezier, maar ook betere zorg. Apothekers kunnen zich bijvoorbeeld richten op medicatiebeoordelingen, waarin zij controleren of patiënten de juiste medicijnen en doseringen gebruiken. Ook bieden zij steeds vaker ondersteuning bij laboratoriumonderzoek. “Deze taken

zijn essentieel, omdat ze bijdragen aan de veiligheid en gezondheid van patiënten. Tegelijkertijd ontlasten ze huisartsen, die al te maken hebben met een hoge werkdruk.”

Oproep: samen bouwen aan de toekomst van zorg

Met de complexiteit van de uitdagingen is samenwerking geen optie, maar een noodzaak. Mosadex wil niet alleen binnen de eigen coöperatie impact maken, maar ook andere partijen inspireren om samen verantwoordelijkheid te nemen. “We staan open voor samenwerking met iedereen – van beleidsmakers tot zorgverleners, want samen kunnen we de sector structureel versterken”, besluit Schippers. “Alleen samen kunnen we bouwen aan een toekomst waarin hoogwaardige farmaceutische zorg toegankelijk en betaalbaar blijft.”

Mosadex

mosadexgroep.nl

Edith Schippers, CEO, Mosadex

Leven met sikkelcelziekte of

Pijn die je lamlegt, een leven dat draait om ziekenhuisbezoeken en dokters die je klachten niet herkennen. Voor mensen met sikkelcelziekte of bèta-thalassemie is dat vaak de dagelijkse realiteit. Deze zeldzame, erfelijke bloedaandoeningen verstoren het zuurstoftransport in het lichaam: bij sikkelcelziekte raken rode bloedcellen vervormd in de vorm van een sikkel. Door deze vervorming raken de sikkelcellen verstrengeld aan elkaar en kunnen ze bloedvaten blokkeren. Bij bètathalassemie worden te weinig gezonde rode bloedcellen aangemaakt. De gevolgen zijn ernstig en levenslang. Ondanks medische vooruitgang blijft passende zorg vaak uit. Hoe ziet het leven eruit met deze ziekten?

Je eigen psycholoog zijn

Eda Ömür (oprichter van Voices of Sicklecell) heeft sikkelcelziekte en kreeg op haar 17e al haar eerste heupprothese. Later volgden een tweede heup, een schouderprothese, ingezakte wervels en ernstige longproblemen: gevolgen van de schade die haar ziekte jarenlang in stilte aanrichtte. “Artsen zeiden dat ik moest leren leven met pijn. Dat klinkt eenvoudig, maar probeer dat maar eens.” Er was nauwelijks aandacht voor de psychologische impact. “Ik heb mezelf soms dagenlang opgesloten en gehuild. Daarna deed ik make-up op en ging naar buiten alsof er niets mis was.”

Eda is niet de enige. Ook andere patiënten vertellen over de mentale druk, het gevoel van isolatie, en de onzekerheid over de toekomst. Sommigen horen al op jonge leeftijd dat ze mogelijk niet oud

zullen worden. Dat verandert hoe je in het leven staat. “Ik leef niet meer naar een moment toe”, zegt Aschwin Kraal, die leeft met sikkelcelziekte. “Ik maak geen echte afspraken meer. Alles hangt af van hoe ik me voel.”

krijg nu geen bloedtransfusies meer, maar ik leef nog wel met de gevolgen van de ziekte. Daarom is het belangrijk de schade zoveel mogelijk te beperken. Dat kan alleen met een vroege diagnose en een goede behandeling.”

Onbegrip in de zorg Voor veel patiënten voelen ziekenhuizen niet als een veilige plek. Ze delen verhalen over sceptische artsen, onjuiste aannames en gebrekkige kennis. Eda herinnert zich hoe ze met een pijnaanval op de spoedeisende hulp belandde. Ondanks waarschuwingen van haar

behandelcentrum werd ze pas na veel aandringen geholpen – en kreeg ze zelfs te horen dat ze “misschien verslaafd was aan morfine”. Uiteindelijk bleek ze meerdere longembolieën te hebben.

Ik maak geen echte afspraken meer. Alles hangt af van hoe ik me voel

Leven in dienst van de behandeling Voor mensen met ernstige bèta-thalassemie zijn regelmatige bloedtransfusies van levensbelang, soms elke twee tot vier weken. Vaak ben je een paar maanden na de geboorte al afhankelijk van bloedtransfusies. Elmas Citak, voorzitter van patiëntenorganisatie OSCAR Nederland, weet wat dat betekent. Als kind lag ze jarenlang in het ziekenhuis, en zelfs thuis lag ze ’s nachts aan een infuus om het overtollige ijzer uit haar bloed te filteren. “Omdat transfusies moeilijk te verplaatsen zijn, draaide mijn hele leven om de behandeling. Alles moest ervoor wijken. Tot mijn derde levensjaar ben ik behandeld met te weinig transfusies, waardoor mijn botten zijn gaan uitzetten en mijn milt en lever overbelast raakten. Mijn milt is op kinderleeftijd al verwijderd. Door ijzerstapeling heeft de hypofyse schade gelopen, waardoor de hormoonhuishouding ook is verstoord. Ik heb een stamceltransplantatie gehad en

Bekendheid zorgt voor bewustwording, daarmee begint alles

bèta-thalassemie

Ook Aschwin Kraal en Elmas Citak vermijden ziekenhuizen als het even kan. Bij acute pijn blijven ze liever thuis, in plaats van steeds opnieuw te moeten uitleggen wat hun ziekte inhoudt. “Zonder gespecialiseerde zorg zijn we kwetsbaar. Vaak weten we zelf beter wat we nodig hebben dan de arts tegenover ons.”

Vaak weten we zelf beter wat we nodig hebben dan de arts tegenover ons

Toekomstvragen en kinderwens

Omdat beide aandoeningen erfelijk zijn, speelt de vraag naar dragerschap een grote rol bij het maken van levenskeuzes.

“Toen ik een kinderwens had, heb ik eerst mijn vriend gevraagd zich te laten testen”, zegt Eda. “Ik wens niemand deze ziekte toe.” Maar een test aanvragen is niet altijd eenvoudig. Mensen krijgen soms pas toestemming van hun huisarts als ze kunnen aantonen dat de ziekte voorkomt in de familie.

Hoewel pasgeborenen in Nederland tegenwoordig standaard worden gescreend via de hielprik, geldt dat niet voor mensen die later naar Nederland komen. Dat vergroot het risico op vertraagde diagnoses – met alle gevolgen van dien.

Patiënten aan het woord Steeds meer patiënten nemen zelf het

heft in handen. Eda richtte Voices of Sicklecell op voor meer bewustwording en begrip voor sikkelcelziekte. Elmas en Aschwin zijn al jarenlang actief bij OSCAR Nederland. De patiëntenorganisatie voor dragers van sikkelcelziekte en thalassemie bestaat sinds 1987 en biedt lotgenotencontact, voorlichting en pleit voor betere zorg en kwaliteit van leven. Beide organisaties benadrukken het belang van specifieke bloeddonoren, onder meer uit Afrikaanse en Aziatische gemeenschappen, omdat genetisch passende bloedgroepen daar vaker voorkomen.

“Het begint bij aandacht voor dragerschap”, zegt Elmas. “Mensen moeten weten of ze drager zijn – zeker als ze een kinderwens hebben. Maar in Nederland wordt die mogelijkheid te weinig geboden. Een test op dragerschap kan gewoon via de huisarts, maar helaas zien we in de praktijk dat huisartsen de ernst van de ziekte onderschatten en soms moeilijk doen over zo’n test.”

Medische ongelijkheid

Internist-hematoloog dr. Minke Rab (Erasmus MC) ziet de gevolgen van structurele onbekendheid ook binnen de zorg zelf. “In kleinere ziekenhuizen komt een arts soms nooit een patiënt met deze

aandoening tegen. Dat is geen onwil, maar het maakt goede zorg wel ingewikkeld.”

Rab pleit voor meer bewustwording, ook binnen haar vakgebied. “In Amerika verdient een hematoloog die zich richt op bloedkanker veel meer dan een collega die zich toelegt op niet kwaadaardige bloedziektes. Er gaat minder geld en aandacht naartoe, en zo houdt de onbalans zichzelf in stand.”

Omdat transfusies moeilijk te verplaatsen zijn, draaide mijn hele leven om de behandeling

Hoop op verandering

Wat hebben patiënten nodig? Meer

bekendheid, zegt Elmas. “Zodat patiënten sneller de juiste behandeling krijgen, voordat er vaak onomkeerbare complicaties ontstaan. Ook hebben we meer donoren van niet-westerse afkomst nodig, zodat het bloed beter past. Eda vult aan: “Bekendheid zorgt voor bewustwording, daarmee begint alles.”

Dr. Rab sluit af met haar hoop voor de toekomst: “Een wereld waarin elke patiënt toegang heeft tot passende zorg – niet alleen sommigen.”

Digitalisering van de zorg is meer dan een IT-project

VERDIEPING

De digitalisering van de zorgsector is in volle gang. Vertrouwen en samenwerking zijn cruciaal voor het slagen van de digitale zorgtransformatie. Ontbreekt het daaraan, dan komt deze transformatie niet van de grond. Gegevensuitwisseling moet veiliger, sneller en toegankelijker worden, zodat zorgverleners efficiënt kunnen werken en patiënten de beste zorg krijgen.

De zorgsector staat voor een enorme uitdaging. Met een toenemende zorgvraag en een tekort aan zorgpersoneel is digitalisering onvermijdelijk. Volgens Bianca Rouwenhorst, directeur informatiebeleid en CIO bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, is het evident dat gegevensuitwisseling en data-beschikbaarheid kunnen bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke problemen in de zorg. Voorwaarde is wel dat de zorgsector kan vertrouwen op een betrouwbare infrastructuur. “Als je flauwvalt op straat, wil je dat een hulpverlener snel de juiste informatie kan inzien zonder bureaucratische drempels. Het is van het grootste belang dat er een gestandaardiseerd digitaal netwerk komt voor zorgdata. We moeten ervoor zorgen dat de systemen onderling compatibel zijn”, benadrukt Rouwenhorst.

Het zorgveld is complex, maar er worden toch concrete stappen gezet. Een mooi voorbeeld is de Mitztoestemmingsvoorziening, waarmee patiënten centraal kunnen vastleggen of hun medische gegevens gedeeld mogen worden. Het Spaarne Gasthuis in Haarlem is het eerste ziekenhuis dat zich heeft aangesloten. Deze Mitzvoorziening bespaart tijd, vermindert administratieve lasten en geeft patiënten regie over hun gegevens. Een ander voorbeeld is Amsterdam UMC, dat werkt met Twiin, een afspraakstelsel voor gegevensuitwisseling. Ook dat is een belangrijke stap in het creëren van een eenduidige infrastructuur.

De voorbeelden die Rouwenhorst geeft, zijn bouwstenen voor een nationaal gezondheidsinformatie-stelsel, waarin datauitwisseling naadloos verloopt en e-health

Bianca Rouwenhorst, Directeur informatiebeleid en CIO bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

breed wordt ingezet. De overheid speelt hierbij een actieve rol door standaarden te ontwikkelen met een landelijke en zelfs Europese dekking. “Drie jaar geleden vroeg de zorgsector ons om een stevigere rol te nemen. Nu zetten we concrete stappen om een duurzaam en toekomstbestendig digitaal zorgsysteem te realiseren.”

Kansen voor patiënten

Digitalisering biedt niet alleen kansen voor zorgverleners, maar ook voor patiënten. Door betrouwbare gegevensuitwisseling hoeven patiënten niet

telkens opnieuw hun medische geschiedenis te vertellen of onnodige onderzoeken te ondergaan. Ook kan technologie bijdragen aan efficiëntere zorgverlening, zoals AItoepassingen die specialisten ondersteunen bij diagnoses en behandelplannen. “Een oncoloog van het Antoni van Leeuwenhoek vertelde onlangs hoe AI wordt ingezet om verwijzingen sneller te verwerken, waardoor artsen meer tijd hebben voor hun patiënten. Dit soort innovaties tonen aan dat technologie echt het verschil kan maken.”

We staan op een keerpunt: de komende jaren zijn bepalend voor de digitale toekomst van de zorg. De implementatie van nieuwe standaarden en infrastructuren vergt tijd, maar de eerste stappen zijn gezet. “Het gezondheidsinformatie-stelsel moet duurzaam en toekomstgericht zijn. Door samenwerking en vertrouwen kunnen we een zorgsysteem bouwen dat klaar is voor de toekomst.”

Tekst: Hugo Schrameyer

ADVERTENTIE

Gewoon vergoed door je zorgverzekeraar

• Topkwaliteit zorg met persoonlijke aandacht

• Korte toegangstijden

• Superspecialisatie per focusprogramma

• Na huisartsverwijzing 100% vergoed

• 80 focusklinieken door heel Nederland

Huid & Vaten
KNO
Maag & Darm
Ogen
Vrouw
Bewegen

Sterk in de zorg: onmisbare vaardigheden voor een weerbare toekomst

Emotionele intelligentie, veerkracht, lichaamsbewustzijn.

Prof. dr. Jeff Gaspersz licht toe welke essentiële competenties je als zorgprofessional weerbaar maken voor de toekomst.

Zó kun je de toekomst aan, is de titel van het nieuwe boek van Prof. dr. Jeff Gaspersz, emeritus hoogleraar innovatie aan de Nyenrode Business Universiteit. In het boek bespreekt Gaspersz zestien competenties die essentieel zijn voor werknemers en professionals in de toekomst. Het gaat om praktisch en direct toepasbare adviezen die allemaal wetenschappelijk zijn onderbouwd. Bovendien staan de vaardigheden niet op zichzelf maar hangen ze met elkaar samen.

Extra accent

De competenties die Gaspersz benoemt, zijn voor iedereen van belang. Gaat het om de zorg dan krijgen enkele competenties een extra accent. De eerste competentie die Gaspersz in dit kader noemt, is emotionele intelligentie. “Het is heel belangrijk dat je als zorgprofessional je eigen emoties kunt herkennen en reguleren” licht hij toe. “Dat je empathisch blijft reageren op patiënten en cliënten. Dat je om kunt gaan met je eigen stress en die van de ander.”

Op de agenda

Emotioneel intelligent zijn, betekent dat je voelsprieten hebt naar de ander en dat je je ervan bewust bent hoe je zelf reageert. Doe je dat niet dan zet je jezelf centraal, volgens Gaspersz.

Hij meent dat deze competentie extra aandacht verdient vanwege de toenemende zorgvraag en het tekort aan personeel. “Op het moment dat het werk teveel druk geeft, ga je sneller uit je kern. Je wilt wel empathisch zijn maar moet ook gewoon door. Ik denk dat je emotionele intelligentie als team op de agenda zou moeten zetten en vragen met elkaar bespreken als: zijn wij nog empathisch? Kunnen wij onze eigen emoties herkennen? Hoe verwerken wij situaties die emotioneel aangrijpend zijn?”

Kracht terugvinden

De tweede competentie die Gaspersz voor het voetlicht brengt, is veerkracht. En veerkracht is in zijn beleving niet dat je een klap krijgt en dan weer terugkeert naar dezelfde situatie. Nee,

Zorgvisie Academy

“Vind strategieën die bij jou passen om je veerkracht te behouden.”

veerkracht is dat je iets meemaakt, even uit het veld geslagen bent maar dan terugkomt en er iets bij geleerd hebt. Zelfreflectie is daarbij zeker van belang. “Ik denk dat het heel belangrijk is dat je nadenkt over bepaalde emotionele of negatieve situaties. Dat je iets van je eigen reacties begrijpt. En daarna weet wat je ervan geleerd hebt, op welke wijze je er energie aan verloor en hoe je je kracht weer terugvond.”

Burn-out voorkomen

Daarvoor is het essentieel dat je je eigen bronnen van kracht vindt en aanboort. Voor de een zijn dat ademhalingsoefeningen, voor de ander meditatie of een flink stuk hardlopen. Gaspersz: “Vind strategieën die bij jou passen om je veerkracht te behouden. Veerkracht helpt je om passie voor de zorg te houden” vervolgt hij. “Om niet uit te branden en een burn-out te voorkomen.”

Fysieke grenzen herkennen

Twee andere competenties die Gaspersz noemt zijn actief luisteren en lichaamsbewustzijn. Die eerste lijkt een open deur, weet hij “Maar ik heb zelf ervaren dat sommige artsen helemaal niet luisteren naar hun patiënten.” Actief luisteren vergt oefening, meent hij. Zeker nu veel zorg digitaal en op afstand plaatsvindt. Lichaamsbewustzijn wordt niet vaak als een competentie benoemd. Maar dat is er zeker wel een, volgens Gaspersz. “Het is belangrijk dat je als zorgprofessional je fysieke grenzen herkent, ergonomisch kunt werken en stress tijdig signaleert. Wat je vaak ziet, is dat zorgverleners de signalen van hun lichaam negeren omdat ze té toegewijd zijn aan de patiënt en de zorg. Dat leidt tot een verhoogd burn-out percentage en veel fysieke klachten. De diepe commitment die mensen voor de zorg voelen, kan hen ook tegenwerken.”

Al 10 jaar biedt Zorgvisie Academy in samenwerking met Nyenrode Business Universiteit executive onderwijs aan voor managers, bestuurders en toezichthouders over actuele zorgthema’s. Zorgprofessionals kunnen zich hierdoor blijvend ontwikkelen en een positieve impact maken op de zorg van nu en morgen. zorgvisie.nl/academy

Gered met donorbloed? Voortaan mag je zelf ook donor zijn

Je leven kan in één klap anders zijn. Daar kan Renate over meepraten na haar scooterongeluk. Dankzij donorbloed kan ze het navertellen en nu de regels zijn gewijzigd, kan ze zelf ook als donor bloed geven en andere mensen helpen.

Mensen die ooit bloed hebben gekregen als gevolg van een bevalling, operatie of na een ongeluk kunnen sinds eind 2024 zelf donor worden. Renate is inmiddels 45 en vertelt: “Zo’n zeven jaar geleden was ik op weg naar mijn werk. Een auto die afsloeg, zag mij helaas niet op mijn scooter. Ik weet alleen nog dat ik dacht: Ojee… En toen werd alles zwart.” De auto liep geen schade op. Maar Renate had een schedelbasisfractuur en gescheurde milt met een slagaderlijke bloeding. “Ik had het geluk dat er een arts aanwezig was met veel ervaring in het opereren van bloedvaten. Net zo belangrijk was het donorbloed. Geen idee hoeveel ik heb gekregen, ik weet alleen dat ik heel veel bloed heb verloren.”

Geen besmettingsgevaar meer Marja van Wijk, arts medisch beleidsadviseur bij Sanquin vertelt: “Dat mensen die ooit bloed kregen tot voor kort niet zelf mochten doneren, was om een besmetting van de ziekte van CreutzfeldtJakob variant (vCJD) te voorkomen. Deze hersenziekte wordt mogelijk veroorzaakt door het eten van vlees besmet met BSE (‘gekkekoeienziekte’). Er is geen test om de ziekte in het bloed op te sporen, maar het is wel overdraagbaar via het bloed. Daardoor werden bloedontvangers uitgesloten van bloeddonorschap. Nu, veertig jaar later, is er veel veranderd. Veestapels werden vernietigd, het bloedtransfusieproces is veranderd en er werden steeds minder patiënten gevonden, sinds 2016 zelfs

helemaal geen meer. Genoeg aanleiding om het beleid voor doneren na een bloedtransfusie aan te passen.”

Ik dacht ‘Ojee’ en toen werd alles zwart

De meeste mensen die variant Creutzfeldt-Jakob hebben opgelopen, deden dat tijdens een verblijf in het Verenigd Koninkrijk in de periode dat gekkekoeienziekte heerste. Vandaar dat mensen die tussen 1980 en 1996 langer dan zes maanden in het Verenigd Koninkrijk waren geweest ook werden uitgesloten van donorschap. Maar vanaf 7 april 2025 zal ook voor deze mensen de regel veranderen en kunnen zij zich alsnog aanmelden als donor.

Blij dat ik er nog ben

Renates hersteltraject was lang en zwaar. Ruim zeven jaar later is ze nog steeds niet helemaal hersteld. “Ik heb een lichte hersenbeschadiging opgelopen, daardoor kan ik onder meer slecht tegen veel prikkels en werkt mijn geheugen minder goed. Ik heb ook last van chronische vermoeidheid. Ik heb ermee leren omgaan, het is wat het is. Maar ik ben blij dat ik er nog ben, want ik realiseer me heel goed dat het veel slechter had kunnen aflopen.”

leven. Word ook donor. Meld je hier aan of kijk op Sanquin.nl/geef

Juist degenen die met donorbloed zijn gered, kunnen nu ook zelf bloed of plasma geven

Marja vervolgt: “Voorheen mocht je na een bloedtransfusie niet meer zelf doneren. Maar de medische reden achter de transfusie bepaalt nu of iemand donor kan zijn of niet. Zo kunnen mensen die bloed hebben ontvangen na een ongeluk, bij een operatie, tijdens de geboorte, zwangerschap of bevalling nu alsnog donor worden. Voor mensen met een bloedziekte, hartinfarct of vervanging van een hartklep zal het niet mogelijk zijn. Ook bij mensen die kanker hebben gehad is het nog niet mogelijk. Voor veel mensen dus goed nieuws: juist diegenen die zelf hebben ervaren hoe levensreddend donorbloed is, kunnen nu

ook zelf bloed of plasma (de vloeistof in je bloed die onder andere eiwitten als antistoffen bevat) doneren.”

Afstemmen van bloedgroepen

Voor het slagen van een bloedtransfusie, moeten de bloedgroepen van donor en patiënt zo goed mogelijk overeenkomen. Anders kan de ontvanger antistoffen aanmaken, wat ook weer schadelijk kan zijn voor de patiënt. Er zijn ruim 380 verschillende bloedgroepen waarbij afkomst heel bepalend is voor het verschil in al die bloedgroepen. Met een diverse populatie in Nederland is het dus ook belangrijk dat er diversiteit in het donorbestand is.

Renate: “Na wat ik zelf heb meegemaakt, besef ik maar al te goed wat donorbloed voor een ander kan betekenen. Ik ben dus heel blij dat ik tegenwoordig ook zelf bloed mag doneren.”

Sanquin – Partner Content
Met jouw bloed geef je mensen als Renate

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.