12 minute read
HANS VAN MANEN
Hans van Manen in zijn statige appartement in Amsterdam-Zuid.
Advertisement
Hans van Manen 90 jaar
In Hans van Manen: van oud naar jong zien we de choreograaf van Het Nationale Ballet aan het werk tijdens de pandemie. Zijn verjaardag wordt gevierd met een festival en een tournee. En binnenkort verschijnt zijn biografie waarvan hij niks gelezen heeft, maar waarmee hij nu al in zijn nopjes is. Kortom: Hans van Manen is alive-and-kicking.
Tekst Jolanda van der Ploeg Foto’s Kato Tan, Het Nationale Ballet en Altin Kaftira
Het statige appartement van Hans van Manen hangt en staat vol met kunst, antiek en design: schilderijen, sculpturen, foto’s – in 2019 schonk hij samen met zijn echtgenoot Henk van Dijk 24 werken van fotograaf Robert Mapplethorpe aan het Rijksmuseum.
Wat vooral in het oog springt is de grote groene flatscreen die staat afgesteld op Eurosport-snooker. “Het is een volkssport die iets chics heeft”, legt hij uit. “Het publiek bestaat uit kenners en die houden gedurende de volle drie uur allemaal hun mond.”
Hij schakelt de tv uit, schenkt witte wijn en water, en draait op elegante wijze een superstrak sjekkie. Vanmiddag heeft hij een verjaardagsfeestje van een vriend in het Bimhuis. Hij is er >
PASPOORT
Hans Artur Gerhard van Manen werd op 11 juli 1932 geboren in Nieuwer-Amstel als zoon van een voormalige Duitse dienstbode en een Nederlandse ondernemer in de fotobranche. Toen hij zeven was stierf zijn vader aan tbc. Zijn moeder voedde Hans en zijn broer Guus in haar eentje op. Na de lagere school volgde hij een kappersopleiding en werkte als assistent van de grimeur en toneelkapper van de Amsterdamse Stadsschouwburg, waar toen vele balletten werden opgevoerd.
• Begin jaren vijftig kreeg hij zijn eerste balletlessen van Sonia Gaskell en hij sloot zich in 1951 aan bij haar Ballet Recital. Vervolgens danste hij bij het Ballet van de Nederlandse Opera en Les Ballets de Paris van Roland Petit. Een van zijn eerste choreografieën, Feestgericht, werd in 1957 bekroond met de Staatsprijs voor Choreografie. Vanaf 1960 werkte hij afwisselend voor de twee grote dansgezelschappen van Nederland: gedurende tien jaar als mede-artistiek directeur van het Nederlands Dans Theater en daarna achtereenvolgens als huischoreograaf bij Het Nationale Ballet (1973-1987) en het Nederlands Dans Theater (1988-2003). Sinds 2005 is hij weer vaste choreograaf bij Het Nationale Ballet.
• Hans van Manen heeft meer dan 150 balletten gemaakt en is nationaal en internationaal gelauwerd met de Sonia Gaskellprijs, de Deutsche Tanzpreis en de Benois de la Danse Life Time Achievement Award. In 1992 werd hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau, in 2007 tot Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw, in 2017 tot de Franse Commandeur des Arts et des Lettres en in 2018 kreeg hij de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap van de Huisorde van Oranje voor zijn bijdrage aan de kunsten in Nederland en het ballet in het bijzonder. In 2000 ontving hij de Erasmusprijs uit handen van prins Bernhard.
• Van Manen is al bijna vijftig jaar samen met videomaster Henk van Dijk en woont in Amsterdam.
Repeteren tijdens corona. Beelden uit de documentaire 'Hans van Manen, van oud naar jong', van Joost van Krieken.
vast op gekleed: mooi krijtstreep geruit jasje met een broche van Yves Saint Laurent en een beige broek die hij vorige week in Rome heeft laten maken, zodat hij na het interview zo de taxi in kan stappen. Hij trekt mijn stoel dichter bij de zijne (“Dat praat wat makkelijker”) en zegt: “Zo, waar gaan we het over hebben.”
Hoe kijkt u terug op de afgelopen twee jaar? “Niet anders dan op andere jaren. Er waren repetities voor de livestreams en de voorbereidingen voor de voorstellingen vanwege mijn negentigste verjaardag. Natuurlijk werden er wat dingen opgeschoven, maar verder liep alles op rolletjes. Met een vast clubje vrienden, allemaal coronavrij, hebben we veel voor elkaar gekookt en met elkaar gegeten. Eigenlijk heb ik die tijd geweldig leuk doorgebracht. Ik kan hard werken, dat doe ik al sinds mijn dertiende, maar ook ongelooflijk lui zijn. Ik ben ook van nature een rasoptimist, dus dat zal er wel mee te maken hebben.”
In de documentaire Hans van Manen, van oud naar jong volgt Joost van Krieken u tijdens het repetitieproces in coronatijd. Hoe anders was dat? “Je komt het gebouw in, doet je kapje af en dan ga je als vanouds aan de slag. Soms gaf iemand je een vuist en dacht ik: o ja, corona.” Het Nationale Ballet had in zes weken tijd een aantal van zijn balletten opnieuw ingestudeerd. “Niets is leuker dan om iets te repeteren wat al ingestudeerd is. Dan hoef ik alleen te regisseren. In de breedste zin van het woord. Wat je moet weten is dat al mijn choreografieën zijn gebaseerd op kijk- richting. Dat vind ik zó verschrikkelijk belangrijk. Ik zie heel veel pas de deuxs die romantisch bedoeld zijn en dan hebben de dansers elkaar na afloop niet áángekeken.” Verontwaardigd: “Hoe kan dat nou? Van mij mag je niet de zaal in kijken. Je kunt wel naar binnen kijken, “Kijkrichting vind ik zó verschrikkelijk belangrijk. Ik zie veel pas de deuxs die romantisch bedoeld zijn en dan hebben de dansers elkaar na afloop niet áángekeken. Hoe kan dat nou?”
zoals ze bij bepaalde Spaanse dansen doen. Dat vind ik interessant, want dan gebeurt er iets met het lichaam.”
Hans van Manen heeft geen grote gebaren nodig. Hij doet een pasje voor, zwaait iets met de heup of geeft kleine aanwijzingen. Hij wijst op het belang van aanraken bij zijn regie en maakt zich boos over een MeToo-zaak in de Amerikaanse balletwereld, schamperend dat er hier in Nederland niks over geschreven is. Dat we wat betreft danskunst cultuurarm zijn. “Het Nationale Ballet behoort denk ik wel tot de top vier van de wereld, naast het Bolsjoj, Mariinsky en het Parijse Operaballet. Dat is toch adembenemend! Ik zat bij een nieuwe première van Het >
Zwanenmeer naast minister Van Engelshoven. Die zei in de pauze dat de kritieken wel geweldig zouden zijn. Ik zei: nee, er worden hier alleen maar kritieken bij de allereerste première geschreven. Onbestaanbaar! Een groot avondvullend ballet, dat opnieuw is ingestudeerd en geregisseerd, wordt in het buitenland ook altijd gerecenseerd. En terecht.”
Uw ballet Déja Vu is al 26 jaar oud. Verandert dat dan in de loop der tijd? “Sommige balletten heb ik al 25 keer geregisseerd over de hele wereld. Met telkens andere dansers. De passen zijn hetzelfde, zij geven er een draai aan. En als ik dat fantastisch vind, mogen ze dat zelfs wat aanzetten. Met choreograferen ben ik opgehouden. Ik heb meer dan 150 stukken gemaakt. Ik wil niet dat ze me betrappen kunnen op een sof. En ook al heb ik vijf assistenten, ik ga nog altijd graag vier volle dagen naar de repetitie. Soms mag ik naar Wenen of naar Tokio en dan knoop ik er een paar dagen aan vast. Heerlijk. Ik vlieg businessclass, mijn vervoer wordt geregeld, ik krijg een geweldig hotel en word uitgenodigd om te eten. Altijd feest!”
In de documentaire zegt ballerina Sebia Plantefève-Castryck dat ze provocerend, seksueel, intiem en sexy moet spelen en dat dat moeilijk is voor jongeren. Waarom is dat? “Over sexy hoef je je geen zorgen te maken: dat ben je of ben je niet. Maar de rest: dat is makkelijker voor ouderen, die wat meer levenservaring hebben. Toch moet je het proberen. Niet voor de zaal, ik zou het niet in mijn hóófd halen om tegen iemand te zeggen: ‘Kijk een beetje sexy de zaal in.’ (Maakt een soort tuitmondje.) Maar voor je medespeler. Een dans bestaat uit uitwisseling. Behalve natuurlijk als je de hele avond unisono doet (alle dansers tegelijkertijd dezelfde dansfrase, red.). Ik heb een ongelooflijke hekel aan dat serieuzige.” Smalend: “Tegenwoordig weten de moderne dansers fantastisch serieus te kijken. Alleen kijken ze elkaar nooit áán.”
Bent u milder geworden in de aanwijzingen voor de dansers? “Milder? Ik ben gewoon pittig. Dat weten de dansers. Lang geleden maakte ik 5 Tango’s. Ik zag Rachel Beaujean, nu een vriendin en mijn adjunct-directeur, en ik dacht: die wil ik erin. Ze begreep een pasje niet en ik bleef maar herhalen dat het heel eenvoudig was. Toen is ze huilend weggelopen en toch weer teruggekomen, die arme meid. Dus heb ik haar ’s avonds opgebeld, natuurlijk! Zo doe ik dat. Maar niet van dat zachtzinnige. De danswereld is gewend aan discipline. En ik hou van dansers die zich helemaal in de dans gooien, risico durven nemen. Dat is het beste wat me kan overkomen. Soms laat ik een spontane fout er gewoon in zitten. Iemand die voorzichtig is, wil alles meteen zo mooi mogelijk doen. In The Oxford Handbook of Contemporary Ballet staat een hoofdstuk over mijn werk, >
PROGRAMMA 2022 HANS VAN MANEN 90 JAAR
• Hans van Manen op tournee Metaforen, Concertante en Grosse Fuge, van 7 mei t/m 22 in het land. operaballet.nl/het-nationaleballet/2021-2022/hans-vanmanen-op-tournee • Hans van Manen Festival Diverse choreografieën van Hans van Manen uitgevoerd door Het Nationale Ballet, Introdans, NDT1, NDT2, Ballet am Rhein, Wiener Staatsballett, Mariinsky Ballet, van 8 juni t/m 29 juni bij Nationale Opera & Ballet. operaballet.nl/het-nationaleballet/2021-2022/hans-vanmanen-festival getiteld I hate beautiful. Mooi? Dat zeg je tegen iemand op wie je verliefd bent.”
Danseres Sofiane Sylve zegt: “Geen choreograaf maakt je zo mooi als Hans van Manen.” “Blijkbaar heeft zij die ervaring gehad. Leuk om te horen! Ze is een fantastische danseres, die nu bij het San Francisco Ballet werkt. De samenwerking met haar liep van het begin af aan op rolletjes. ‘Van Manen,’ zei ze eens, ‘is de enige choreograaf ter wereld die repeteert in Armani.’ Ik hou van zulke opmerkingen.”
Dan deze van choreograaf Anouk van Dijk: “Dat dingen stout mogen zijn en dat dit ook op spitzen kan.” Dat gevoel heeft ze bij u. “Ja, dat kan heel goed. Spitzen zijn net hoge hakken. Ik vind het leuk om ze te gebruiken. Makkelijk is het niet, swingend in het ritme op spitzen lopen. Igone de Jongh kon het heel goed.”
NEGENTIG Dit jaar viert Het Nationale Ballet zijn negentigste verjaardag met een festival. Op vier opeenvolgende avonden worden er drie of vier balletten van hem opgevoerd, waarvan acht buiten Het Nationale Ballet om. Dat zijn in Nederland het Nederlands Danstheater I en II en Introdans I en II; uit het buitenland komen de gezelschappen van Düsseldorf, Wenen en SintPetersburg. “Die zie je nooit in Nederland. Ze hebben allemaal aangeboden dat voor mij te doen”, zegt hij verguld. In de maand mei is er een Nederlandse tournee van Het Nationale Ballet met zijn balletten Metaforen, Concertante en Grosse Fuge. “Die zijn gekozen door Ted Brandsen en daar ben ik buitengewoon tevreden mee. Ik hóéf me er niet eens mee te bemoeien. Hij is fabuleus.”
Metaforen was in 1965 spraakmakend vanwege het mannenduet, terwijl Van Manen alleen wilde laten zien dat twee mannen ook een pas de deux konden dansen. Grosse Fuge maakte hij in 1971, in de tijd dat Beethoven not done was. “Nou, alle klassieken waren not done. Denk aan Aktie Tomaat. Maar ik dacht: wat een prachtige muziek. Ik heb het gemaakt en iedereen roept nu dat het een van mijn beste balletten is. Het zal wel.” Van Manen maakt wat hij wil maken, zonder opsmuk, franje of decoratie. Met het woord ‘begrip’ moet je niet bij hem aankomen. “Neem George Balanchine. Een danser die graag wilde weten waar het ballet over ging, antwoordde hij: ‘Just dance the steps.’ Dan kom je er vanzelf achter! Fantastisch hè!”
Is Balanchine uw leermeester? “Hij is mijn grote inspirator. Ik heb verder altijd goed om me heen gekeken: Martha Graham, Fred Astaire, noem maar op.
Rusland-expert Sjeng Scheijen schreef in het artikel Het internationale belang van Hans van Manen dat ik alle grote bewegingen in de dans van de 20ste eeuw opzoog. Scheijen heeft de biografie van Diaghilev geschreven, en De Avantgardisten, allebei bestsellers. Hij schrijft nu mijn biografie. Hij werkt in een benedenhuis in Amsterdam met zes kasten vol artikelen die ik heb uitgeknipt. Moet u eens lezen wat hij schreef in het seizoensboek van Nationale Opera en Ballet, ik sta er versteld van hoe hij dat opschrijft.” ‘Er bestaat een beroemde anekdote over Hans van Manen en Benno Premsela, waarin een vaas een hoofdrol speelt. Hans was nog jong, danste wel al, maar was nog geen choreograferende beroemdheid. Premsela was nog niet de beroemde ontwerper, maar had enige bekendheid als decorateur van de Bijenkorf, en misschien al als een voorvechter van homorechten. Hans was bij Benno thuis in Amsterdam toen die een pakket uit Milaan ontving. Een schitterende vaas van Venini, voor het toen indrukwekkende bedrag van honderdvijftig gulden. Zoiets was in Nederland niet te koop. Benno was speciaal naar Milaan gegaan om de vaas uit te zoeken en te bestellen. Toen hij de vaas had uitgepakt riep hij: ‘Vangen’ en gooide hem zo door de keuken naar Hans toe. Die bedacht zich geen seconde en gooide de vaas terug. ‘Toen liep ik weg, ik dacht, nu blijft ie het doen.’ Zo werd er in die kleine wereld waarin Hans volwassen werd naar kunst gekeken. Schoonheid was belangrijk, je moest bereid zijn er een hoge prijs voor te betalen, je moest bereid zijn om een lange reis te maken om het krijgen, je moest het verstand en het oog hebben om te kiezen – er was kortom bijna niets belangrijkers, maar onderdanige verering voor kunst sloeg nergens op.’ “Een voorbeeldig gebruik van een anekdote voor een biografie! Ik heb nog niks gelezen maar ben nu al ongelooflijk blij met deze man als biograaf. Hij interviewt me nooit. We hebben wel ettelijke malen met elkaar gegeten maar vragen worden er niet gesteld.”
Van Manen voelt zich gezond. “Mijn benen zijn niet meer wat ze geweest zijn en een trap oplopen gaat wat moeilijk.” Met het bovenwerk is niks mis. “Kijken naar snooker helpt: dat is een soort meedenken met de spelers, vergelijk het met schaken. Hoe je de stok houdt, waar je de bal raakt, wat het gevolg van een stoot zal zijn. Razend interessant om naar te kijken. Dat houdt je geest fit.” •