21 minute read

Dégustation

Remke de Lange is journaliste, vinologe, wijndocente en sommelier. In Australië en Zuid-Afrika maakte ze zelf wijn: Rem’s Row.

in de cave du patron liggen flessen uit 1874, 1858, 1847. Perfect drinkbaar. Hij bewaart ze voor zijn klein- en achterkleinkinderen. Lynch proeft en proeft, wijnen ingeschonken door de makers. Maar als zijn favorieten een tijdje later in Californië arriveren, smaken ze heel anders. De wijnen hebben, zo blijkt, wekenlang op een schip door tropische gebieden gereisd en in warme douanehallen gestaan. Niet zo gek dat de fut eruit is. Onacceptabel, vindt Lynch. En hij zorgt ervoor dat zijn wijntransport voortaan gekoeld plaatsvindt. Toen alleen een praktijk voor bederfelijke levensmiddelen, inmiddels gangbaar voor kwaliteitswijn. Doorgaans verrukt van tradities ziet Lynch ook keerzijdes. In Bordeaux verkneukelt hij zich over het classificatiesysteem dat sinds 1855 bepaalt of een château als premier (deuxième, troisième…) grand cru is aangemerkt. Ook als het inmiddels tien keer groter is geworden, de oogst vijf keer hoger is of de blends anders zijn samengesteld. Voor een Amerikaan zijn dit soort in marmer gehakte stelsels onbestaanbaar. Fransen, “met hun aristocratische erfenis, hun ervaring en traditie, benaderen wijn op een andere manier”, concludeert hij droogjes. Maar voor koppige makers heeft hij een zwak. In dezelfde streek stuit hij op een vrouwelijke wijnmaker, toen nog schaarser dan nu, met een kelder vol apparatuur van rond de vorige eeuwwisseling: die heeft z’n dienst bewezen, dus waarom veranderen? Deze weduwe is ook een voorbode voor de veranderingen die het platteland van Frankrijk zullen kleuren: meer corporate beslissingen, schaalvergroting en bemoeienissen van aandeelhouders. Haar zoons, Parijse zakenlieden, zijn minder in haar wijn geïnteresseerd dan in het geld dat het domein kan opleveren. Melancholie

Advertisement

En zo is Lynch eind jaren tachtig, al reizend, getuige van opkomende fenomenen die we van hedendaags Frankrijk kennen. In de Languedoc ontmoet hij een maker die de ambitie heeft om, zonder een deftige appellation, in een regio die tot dan bekendstond om goedkope bistrowijntjes, topwijnen te maken. Nota bene van cabernet sauvignon, een druif die traditioneel helemaal niet voorkomt in dit diepe zuiden. Hoe zal dit uitpakken, vraagt Lynch zich af. Wij weten het nu. De wijnen van Mas de Daumas Gassac mogen de bescheiden aanduiding ‘vin de pays’ hebben, in de tussenliggende jaren zijn ze uitgegroeid tot een begrip: ze worden wel de grand cru van de Languedoc genoemd. De hele regio Languedoc is nu de spannendste wijnstreek van het land. Als lezer reis je mee, voortdurend schakelend tussen toen en nu, tussen melancholie en verwondering. Lynch doet hetzelfde in de epiloog, in de heruitgave toegevoegd: hoe had hij kunnen voorzien dat natuurwijn – doorgaans ongefilterd en zonder toevoeging van sulfiet – zo’n rage zou worden, vooral in zijn eigen land. Lynch liet Amerikanen kennismaken met minder bekende wijnen en druiven. Andersom confronteerde hij Fransen met zijn nuchtere buitenstaandersblik en een ver, overzees publiek dat pas recent wijn was gaan drinken. Dat die werelden dichter bij elkaar zijn gekomen, komt mede door nieuwsgierige ondernemers als Kermit Lynch. En toch. Er is ook veel níet veranderd. Ook nu kun je in Frankrijk nog altijd terechtkomen bij wijnmakers die in donkere, muffe kelders en onooglijke ontvangstruimtes goede wijnen schenken. Gelukkig maar. ■

“Fransen, met hun aristocratische erfenis, hun ervaring en traditie, benaderen wijn op een andere manier dan Amerikanen”

Kermit Lynch’ ‘Adventures on the Wine Route: A Wine Buyer’s Tour of France’ is te koop bij o.a. The American Book Center en Amazon (€17,59).

CANTAL

Het sappigste gras van Frankrijk

In het departement Cantal in de Auvergne is geen grote stad te vinden. Wel een ruig vulkaanlandschap, een historische held die het tot paus schopte en arrogante koeien die – meestal – uiterst beleefd worden behandeld.

TEKST & FOTOGRAFIE PAUL SMIT EN MICK PALARCZYK

“Als ik ’s zomers zo in mijn eentje ronddwaal, probeer ik me vaak voor te stellen hoe het er hier acht miljoen jaar geleden uitzag”

Claire kijkt om zich heen en knikt haar vriendinnen bemoedigend toe. Sinds zij en haar damesclubje in Allanche zonder pardon uit de wagen zijn gezet, zijn ze allemaal bloednerveus. Daar is dan ook wel reden voor, want alle boerenknechten uit het dorp zijn op hen afgekomen. Claire ziet dat de jongens rode halsdoekjes en malle petjes dragen. Ze willen kennelijk indruk maken en dat voorspelt niet veel goeds. Daphne trekt met dat bespottelijke rood-wit-blauwe lint tussen haar billen hopeloos de aandacht. Emilie staat van de zenuwen aan de bremstruik te sabbelen. De jongens kunnen hun handen niet thuishouden en beginnen te duwen en te trekken. Het eind van het liedje is dat de dames in volle vaart door de hoofdstraat van het dorp rennen. Er klinkt feestmuziek en overal staan mensen hen vanaf de stoep toe te klappen. De transhumance, de zomerse trek van koeien naar de bergen van Allanche is begonnen.

Waardige dames

Omgeven door een okergele stofwolk zie ik het koeienclubje van Claire het dorp uitvluchten, op weg naar de welverdiende rust van de planèzes, de hoger gelegen weides van de Cantal. Daar zullen ze tot oktober bivakkeren, bij een van de vele burons (herdershutten) van de streek. Nog niet zo lang geleden werden al die hutten ’s zomers ook bewoond door herders die ter plekke kaas maakten. Helaas gebeurt dat nu nog maar op een paar plekken. Herder Bernard, een van de laatste traditionele kaasmakers, spreekt zijn Salers-koeien liefdevol aan met Mesdames. “Met hun majestueus gebogen horens en hun waardige voorkomen ga je ze vanzelf als individuen zien.” Bernard is dan ook niet helemaal gelukkig met de behandeling van de dames in Allanche. “Vooral het ombinden van de strikken, daar willen ze zich nog wel eens fel tegen verzetten. Dit zijn karakters die niet met zich laten sollen.” Ze laten zich ook niet zomaar melken. De herder moet eerst het kalf bij de moederkoe toelaten. Na een begroetingsritueel van neuzen wrijven lest het kalf zijn dorst en pas dan kan de herder zijn deel halen. Bernard graaft liefkozend met zijn hand door de dikke roodbruine vacht van Claire. “Natuurlijk, dit is een tijdrovende en omslachtige manier van melkproductie. Maar er is een groot respect tussen mens en dier. En dat is voor mij belangrijker dan al het geld in de wereld.” In de winter, als de koeien beneden in het dal op stal staan en de sneeuwstormen rond zijn huis gieren, blijkt Bernard zich in de geologie van zijn geboortestreek te verdiepen. Samen lopen we een eindje het in de wind dansende gras van de planèze in. “Als ik ’s zomers zo in mijn eentje ronddwaal, probeer ik me vaak voor te stellen hoe het er hier acht miljoen jaar geleden uitzag.” Bernard laat zijn scherpe blik over de groene hoogvlakte dwalen. “Denk je eens in. Geen wuivend gras, geen boterbloemen of zoemende bijen, geen leeuweriken. Deze hele vaag hellende vlakte een uitgestrekte roodgloeiende lavastroom. Daar aan de horizon, in het centrum van de Cantal, wordt tijdens een donderende explosie een roetwolk de lucht in geschoten. Er ontstaat een groteske zwarte paddenstoel. Waterdamp in de atmosfeer hecht zich aan de roetdeeltjes en het begint te regenen. Maar op het moment dat de waterdruppels de bloedhete lavabrij raken, hier onder onze voeten, spatten ze in stoomwolken uit elkaar.” Gefascineerd laat ik me meeslepen door de beeldende beschrijving van de herder. Minutenlang zijn het groene gras en de blauwe hemel verdwenen en worden we omringd door sissende dampen, klotsende lavamassa’s en de geur van brandende zwavel.

Andere werelden

Bernards vulkanische verhalen blijven me mijn hele verblijf in de Cantal bij. De Cantal is eigenlijk één monsterachtig grote vulkaan, de grootste van Europa. Vier miljoen jaar geleden kwam er eind aan de uitbarstingen. In het centrum van de Cantalvulkaan staat de piramidevormige lavaprop van de Puy Mary. Daarvandaan breiden zich straalsgewijs de enorme gestolde lavastromen uit die nu de hoge weides vormen. De verbindingen tussen deze

Openingspagina’s: loslopende paarden bij het Étang de Lascourt bij Le Claux, met de Puy Mary op de achtergrond.

Deze pagina, met de klok mee: grazende koeien; voor de ‘transhumance’ worden de koeien van Allanche en omgeving versierd met bloeiende brem; een boerenknecht heeft zich getooid met een rode halsdoek voor de feesten van de transhumance.

Sommige dalen zijn ruig en doen denken aan Schotland, in andere voeren lieflijke dorpjes of dichte beukenbossen de boventoon

Vorige pagina’s: het 18de-eeuwse Château de la Laubie bij het dorp Belliac in de Vallée de Mandailles.

Deze pagina, met de klok mee: detail van het stenen beeld van de graflegging van Christus uit 1495 in de St. Matthieu-kerk van Salers; een Romeinse soldaat in middeleeuwse outfit; met rozen begroeide schuren in het gehucht La Rouquette; de roestbruine, stevige Salers-koeien kom je overal tegen.

De groen bemoste en geelwit bealgde steen geeft schuren, boerderijen, kerken en complete stadjes het aanzien alsof ze zonder menselijke hulp uit het landschap zijn opgeschoten

geïsoleerde dalen, die als spaken in een wiel rond de hoogste top liggen, zijn altijd zeer moeizaam geweest. Daardoor hebben de dalen ieder een heel eigen karakter; sommige zijn ruig en doen denken aan Schotland, in andere overheersen lieflijke dorpjes of voeren dichte beukenbossen de boventoon. Eeuwenlang was het grijze vulkanische gesteente het belangrijkste bouwmateriaal in de streek. De groen bemoste en geelwit bealgde steen geeft schuren, boerderijen, kerken en complete stadjes het aanzien alsof ze zonder menselijke hulp uit het landschap zijn opgeschoten. Die organische uitstraling wordt nog versterkt door de dakbedekking met lauzes: grove schubsgewijs gelegde platen die de bouwsels lijken te beschermen met een dikke, grijze reptielenhuid. Het basaltstenen kerkje van Saint-Jean-de-Dône is zo’n bouwwerk dat door de vulkanische aarde zelf lijkt voortgebracht. Het ligt aan een door hoge bomen omgeven brink en een kerkhofje waarop schapen grazen. De zware kerkdeur staat uitnodigend open, een houten klaphekje houdt de schapen buiten. Binnen bestrijkt een hemelsblauwe beschildering bespikkeld met honderden sterren de volle lengte van het kerkinterieur. Terwijl ik me sta te vergapen word ik aangesproken door een bezoeker. “Volgens mij hebben de Cantalezen iets met sterren. Het zal wel door de heldere berglucht komen. Daardoor kun je ’s nachts tussen de koeien of de schapen eindeloos naar andere werelden staren.”

Genie van de Cantal

De bezoeker, met olijke oogjes en vlasbaardje, stelt zich voor als Lucien, een amateurhistoricus uit het naburige Aurillac. Hij blijkt het soort enthousiaste verteller dat ik vroeger graag als geschiedenisleraar had gehad. Hij vraagt of ik de grote held van de streek ken: Gerbert van Aurillac. “Duizend jaar geleden hoedde hij als kleine jongen schapen hier in het dal.” Lucien voert me de kerk uit en na een korte wandeling kijken we uit over een van de mooiste dalen van de Cantal. Een mozaïek van groene weiden en hagen, overdadig bespikkeld met het geel van bloeiende bremstruiken. Boven ons verrijst het zwarte silhouet van een vulkaankegel. Lucien vertelt me dat dit dal in de 10de eeuw onder de hoede stond van de monniken van Aurillac. Tijdens een avondwandeling stuitten zij op het herdertje Gerbert en constateerden dat hij meer interesse had voor de sterren dan voor zijn schapen. Ze nodigden hem daarom uit in de studeervertrekken van de abdij en die zou hij de volgende jaren niet meer verlaten. Gerberts honger naar kennis bleek onverzadigbaar en uiteindelijk besluit de abt van Aurillac hem naar Moors Spanje te laten reizen. Daar geven Arabische astronomen en wiskundigen de herdersjongen een blik op de wereld waarvan de christelijke wetenschappers in die tijd niet eens durfden te dromen. Als Gerbert ten slotte terugkeert naar het achterlijke christelijke Europa vindt hij er een

De kern van het kasteel van Vixouze, nabij Polminhac, is 13de-eeuws, maar werd verbouwd en uitgebreid tussen de 15de en 18de eeuw.

“Gerbert werd in 999 tot bisschop van Rome gekozen. De paus van het jaar 1000 was een Franse schaapherder! Daar zijn wij Cantalezen natuurlijk razend trots op!”

Bloeiende brem bij Bort-les-Orgues. maatschappij die in de greep is van de angst. Oorzaak: het jaar 1000 is aanstaande en men denkt dat het einde der tijden nabij is. Gewapend met zijn Arabische kennis gaat Gerbert de angst te lijf met de rede. Hij gaat lesgeven op scholen en universiteiten. Met hemelbollen en andere zelfgemaakte apparaten toont hij zijn verbaasde leerlingen hoe voorspelbaar de sterren en planeten bewegen. Hij construeert rekentoestellen en hij is degene die de onhandige Romeinse cijfers vervangt door de Arabische waar wij nu nog mee rekenen. Zijn roem groeit. Koningen en keizers komen hem om raad vragen. En in 991 heeft de eenvoudige volksjongen het zelfs tot aartsbisschop van Reims geschopt. Aangestoken door Luciens fascinatie besluit ik met hem mee te rijden naar Aurillac om de voormalige abdijkerk te bekijken. Twee straten verder, aan de oever van de Jordanne, staat een imposant 19de-eeuws standbeeld van het genie van de Cantal. Lucien wijst me op een reliëf op de sokkel. De afbeelding laat Gerbert als herdersjongen te midden van zijn kudde zien, terwijl hij de hemel afspeurt met een telescoop. “Een instrument dat pas zeshonderd jaar later zou worden uitgevonden,” lacht Lucien, “maar dat beetje geschiedvervalsing is begrijpelijk. Gerbert werd namelijk in 999 tot bisschop van Rome gekozen. De paus van het jaar 1000 was een Franse schaapherder! En daar zijn wij Cantalezen natuurlijk razend trots op.” ■

Tips & adressen

REIZEN

Trein: van Utrecht via Parijs naar Brive la Gaillarde (ruwweg 13 uur reistijd), daar auto huren en naar Aurillac. Auto: van Utrecht naar Aurillac is het 1023 km. Vliegtuig: vliegen met Transavia naar Parijs en vandaar met Air France naar Aurillac (duur vliegreis incl. 1 overstap 3u45).

LOGEREN

☛ B&B Enclos du Puy Mary

(Mandailles-Saint-Julien)

Elke dag een ander viergangenmenu met lokale ingrediënten. Zeer centraal in de Monts du Cantal gelegen in waarschijnlijk het mooiste dal. enclos-puymary.fr

☛ Hôtel Auberge des Montagnes (Pailherois)

Dit charmehotel met spa en zwembad is een kruising tussen chic en rustiek. Maakt deel uit van Logis de France, dus heerlijke Franse keuken. Dezelfde familie runt ook het lofthotel Chez Marie aan een meertje vlakbij. En héél bijzonder: drie eenzaam op 1400 meter hoogte gelegen voormalige kaasmakershutten, Les Burons de Bâne. auberge-des-montagnes.com

☛ B&B Château de Sédaiges

(Marmanhac)

Een kasteeltje in een prachtig park (met zwembad), dicht bij Aurillac en Salers, het mooiste stadje van de Cantal. De kamers ademen de 19de eeuw, door het behang en de historische meubels. Sinds de Renaissance is het kasteel binnen dezelfde familie gebleven. chateausedaiges.com

ETEN & DRINKEN

☛ Auberge de la Tour

(Marcolès)

Een beetje buiten de kern van de Monts de Cantal, maar dicht bij Aurillac. En het dorp Marcolès is hoe dan ook een bezoek waard. Al ga je alleen voor het diner, dan is het de omweg al waard want de Michelinster is terecht. Je kunt er ook overnachten. aubergedela-tour.com

☛ L'Arsène sur Cour

(Aurillac)

Moderne, stadse sfeer tussen de brut-stenen muren met terras. Het restaurant is bekend om zijn fondues en de prettige prijzen aurillac-restaurant.com

☛ Crêperie Le Drac (Salers)

Salers is een must, een dorp met de sfeer van een middeleeuws stadje. En dus is het drukbezocht en vragen de restaurants een bonus. Toch wil je graag lunchen, daarom raad ik Le Drac aan, met Normandische crêpes op het knusse pleintje of binnen onder de gewelven. ledrac.e-monsite.com

☛ Eetterras Les Burons de

Salers (Salers)

En dan iets heel anders: de streekspecialiteit van de boerenkaasmakers La Truffade, een gerecht van verse, lokale kaas en aardappelen, klaargemaakt in een grote pan. Eten zoveel je wilt, buiten onder parasols met een fantastisch uitzicht. Alleen tussen de middag, van mei tot september. Reserveren verplicht. Je bent hier onder Fransen. buronsdesalers.fr

ZIEN & DOEN

☛ De mooiste plaatsen

Grote steden zoek je vergeefs in de Cantal. Aurillac, de hoofdstad, telt slechts 26.000 inwoners. In het westen is Salers een fraai bewaard gebleven middeleeuws stadje dat vrijwel geheel uit vulkanisch gesteente is opgetrokken. En ook Tournemire, vlakbij, is met zijn oude centrum en de Anjonyburcht het predicaat (een van de) ‘Plus Beaux Villages de France’ waard. Verder naar het westen ligt Laroquebrou aan de Cère, met zijn kasteel erboven. Ten zuidwesten van Aurillac verrast Marcolès met zijn fraai gerestaureerde straatjes en gevels. In het zuiden heeft Raulhac, mede door zijn grijze steen, een nors bergkarakter, omgeven door zes kastelen. Murat in het oosten voelt net als Salers meer aan als een stadje dan als een dorp.

☛ Musea

•Maison du Buronnier (Laveissière): alles over kaasmaken. hautesterrestourisme.fr/fr/ maison-du-buronnier •Maison de la Gentiane (Riom-ès-Montagnes): over wilde en geneeskrachtige planten. auvergne-centrefrance.com/ geotouring/maisons/gentiane •Musée des Volcans (Aurillac): over de vulkanische geschiedenis van de Cantal. musees.aurillac.fr

☛ Transhumance van

Allanche

Het begin van de transhumance (de trek van de Salers-koeien naar de zomerweides) wordt op 22 mei 2021 gevierd met het Fête de l’Estive. Je kunt de koeien wandelend vergezellen naar hun zomerverblijf. hautesterrestourisme.fr/fr/fetede-lestive

☛ Wandelen

De Cantal is met zijn vele dalen van uiteenlopende sfeer een wandelgebied bij uitstek. auvergne-destination-volcans. com/bouger/itinerancesrandonnee/a-pied/petiterandonnee-en-auvergne

☛ Kaas eten

De Cantal bezit het sappigste gras van Frankrijk. En dat proef je niet alleen in de naar de streek vernoemde Cantal, waarvan de belegen variant erg lekker is (in het Frans sec genoemd), maar ook de verwante Salers, die aan strengere eisen moet voldoen. Maar het toppunt van de Franse kaaskunst is de Saint-Nectaire, die in het noorden van deze streek geproduceerd wordt. En dan niet de Saint-Nectaire uit de fabriek (oranje korst), maar die van de boer (grijze korst). Pas op: de smaak is ronduit goddelijk, de geur echter des duivels.

☛ Wortellikeur drinken

De regionale drank van de Cantal is Gentiane de Salers, een gele likeur die uit de wortels van de gentiaanplant getrokken wordt. Deze likeur zou medicinale eigenschappen bezitten. Bekende merken zijn Suze, Avèze, Bellet en Bonnal.

MEER INFO

auvergne-destinationvolcans.com

HEERLIJK FIETSEN IN DE PROVENCE

Het is goed fietsen in de Luberon, het hart van de Provence! Met kilometers aan fietspaden, rustige wegen met glooiende hellingen en magische landschappen is er alles wat je nodig hebt om je batterijen op te laden. Fijne cafeetjes en restaurants onderweg, fietsverhuurbedrijven, accommodaties speciaal voor fietsers. U komt gegarandeerd terug met fantastische herinneringen.

GEMAKKELIJKE ROUTES VOOR GEZINNEN

Er is voor elk wat wils en voor alle leeftijden: kies maar! De Véloroute du Calavon (EuroVelo 8) volgt een veilige, bewegwijzerde en vlakke route, waar de lavendelgeur je tegemoet komt met uitzicht op de Grand én de Petit Luberon. Oker met de fiets is een ontdekkingstocht die u naar de mooiste kleurrijke plekken van het Massif des Ocres du Luberon brengt: een ‘Grand Site de France’ in wording. Van okerkleurige paden naar Colorado Provençal, van musea tot de prachtige mijnfronten door Bruoux. Om elke hoek wacht weer een andere verrassing. De Luberon op de fiets geeft de vrijheid om te kiezen: verken de hele Luberon of neem kortere lussen vanuit uw verblijfplaats voor als u het rustiger aan wilt doen. Voor sportievelingen zijn er maar liefst 63 gemarkeerde routes voor alle niveaus. Mountainbiken kan er ook geweldig in het mountainbikegebied Provence Luberon Lure!

ZOVEEL TE DOEN EN ZIEN

De routes laten je ook de schoonheid van de Luberon ontdekken: natuur, architectuur, de heuveldorpen, boerderijen en kastelen en spectaculaire uitzichten. Alle tijd om een glas rosé te proeven samen met de smaken van de streek…. Om locals te ontmoeten op de markten, om ambachtslieden te bezoeken en om unieke ervaringen te beleven in een uitzonderlijk beschermd gebied: het Luberon Regionaal Natuurpark.

OFFICE DE TOURISME PAYS D’APT LUBERON

T. +33 (0)4 90 74 03 18 www.luberon-apt.fr #paysaptluberon

Vivre Vert

Groen, duurzaam én stijlvol: zo zien we het graag. Martine Jongbloed beschrijft voor ons de nieuwste trends in Frankrijk op dit gebied. Op instagram deelt ze groene Franse adresjes (@greenspin.nl)

Chill & Green

Wie tot rust wil komen, opgelet. Domaine Rosées de Kapha, vlak bij Toulouse, is een oude hoeve midden in de natuur met twaalf stijlvol ingerichte kamers waar je yoga- en meditatiecursussen kunt volgen. Maar niets moet, dus je kunt ook de hele dag een boek lezen naast het fraaie zwembad en heerlijk (biologisch) eten. Rosées de Kapha krijgt maar liefst vijf sterren van het boekingsplatform voor duurzame vakanties We Go GreenR. Dit platform heeft (ondanks de naam) alleen (nog) maar informatie in het Frans, maar hun Instagram-account staat vol prachtige plaatjes van fijne logeeradressen.

* instagram.com/wegogreenr * domaine-lostalas.com

Groene bergvakantie

Op vakantie in de Haute Savoie? Kijk dan eens op de website van Montagne Verte. Deze organisatie organiseert evenementen en ludieke acties voor een duurzamere Morzine Vallei (met o.a. het bekende skigebied Portes du Soleil): zero-plastic kookworkshops en ‘Climb it for Climate’-acties. Ook lobbyen ze voor een nieuwe treinverbinding zodat je binnenkort via Lille naar Cluses (op 28 km van Morzine) kunt reizen in plaats van te vliegen.

montagnevertemorzine.com

Recycling-de-luxe

Frankrijk heeft er een nieuw meubelmerk bij: Noma. De oprichters ontwierpen eerder voor luxe labels. Voor hun eigen merk moest één ding aan de basis staan: duurzaamheid, dus gebruiken ze alleen gerecycled materiaal. Grote ontwerpers als RDAI, Sam Buron en Martino Camper verbinden graag hun naam aan Noma.

noma-editions.com

© SAMY RIO

Design bamboe

Voor ontwerper Samy Rio is bamboe dé grondstof van de 21ste eeuw. Bamboe is een ondergeschoven kindje in de designwereld, maar Rio weet er prachtige meubels en andere objecten van te maken. Hij groeide op in de Cevennen, zo ongeveer naast de bekende Bambouseraie in Anduze (bambouseraie.fr), waar hij volop experimenteerde met het materiaal. Bamboe wordt momenteel massaal vernietigd door gebrek aan afzetmogelijkheden. Zonde, dacht Rio, die daar dus een creatieve oplossing voor bedacht

instagram.com/samy_rio

Cinéma

Filmjournalist Jos van der Burg attendeert ons elke editie op de mooiste nieuwe Franse films die nu of binnenkort ook in Nederland te zien zijn.

Adèle Exarchopoulos DOOR SCHADE EN SCHANDE WIJS

Het klinkt als een sprookje: op negentienjarige leeftijd op het filmfestival van Cannes de (gedeelde) Gouden Palm voor beste actrice winnen. Het overkwam Adèle Exarchopoulos zeven jaar geleden met haar optreden in ‘La vie d’Adèle’, het meesterwerk van Abdellatif Kechiche dat de ontwikkeling toont van een verpletterende eerste lesbische liefde, van knetterende verliefdheid tot pijnlijke breuk. Schitterend, dat hoogtepunt op jonge leeftijd, maar het stelde Exarchopoulos ook voor een probleem: hoe dit ooit nog te overtreffen? Parijzenaars en toeristen keken drie jaar geleden gek op toen ze in een medewerker in een sandwichcafé een beroemde actrice meenden te herkennen. Was die jonge vrouw echt Adèle Exarchopoulos? Ze zagen het goed. Vier jaar na het winnen van de Gouden Palm wilde de actrice uit de filmwereld stappen. Ze was 23 jaar, zwanger van de Franse rapper Morgan Fremont en was de torenhoge verwachtingen na ‘La vie d’Adèle’ zat. Zelf had ze haar acteerprestaties in de jaren na het winnen van de Gouden Palm al gerelativeerd (“Ik ben jong en een beginner”), maar daar had de filmwereld geen boodschap aan. Er speelde nog iets. Door een bijna tien minuten lange expliciete vrijscène met actrice Léa Seydoux in ‘La vie d’Adèle’ had Exarchopoulos een erotisch imago gekregen. Niet zo handig dat ze dat met sexy modefoto’s exploiteerde. Het drukte haar in een hoek waaruit ze moeilijk kon ontsnappen. De in Parijs opgegroeide dochter van een Franse verpleegster en een gitaarleraar met Griekse voorouders maakte als vijftienjarige haar filmdebuut. Ze speelde bijrolletjes in een handvol films totdat ‘La vie d’Adèle’ haar leven compleet veranderde. Inmiddels is ze door schade en schande wijs geworden. De laatste jaren kiest ze voor films die haar dramatisch uitdagen, zodat ze zich als actrice kan ontwikkelen. Zoals ‘Sibyl’ (2019), waarin ze een actrice speelt die zwanger wordt na een affaire met een tegenspeler. De therapeute bij wie ze hulp zoekt vat een gevaarlijke obsessie voor haar op. Exarchopoulos trekt alle emotionele registers open – van vreugde tot intens verdriet – zonder dat het haar enige moeite lijkt te kosten. In de zwarte komedie ‘Mandibules’ toont ze zich voor het eerst van een komische kant. Ze speelt een vrouw die als gevolg van een ongeluk niet op normaal volume kan praten, maar alleen kan schreeuwen. Klinkt absurd, en dat is het ook, maar Exarchopoulos maakt er een hilarisch nummer van. Het heeft even geduurd, maar de actrice is inmiddels door de wol geverfd. Ze constateerde zelf: “Je moet de regels van het spel accepteren en weten hoe je ze kunt omzeilen en gebruiken.”

This article is from: