2 minute read

Lidewij van Wilgen

Next Article
Huizen te koop

Huizen te koop

Lidewij

Lidewij van Wilgen (1966) is wijnmaker in de Languedoc op haar domein Terre des Dames. Ze heeft drie dochters en een Franse man. Meer over Lidewij en haar domein: terredesdames.com

Advertisement

© Illustratie Marieke van Ditshuizen

La bise

Als ik de meisjes afzette bij hun lycée gluurde ik vaak even over het hek. Het hoge 19de-eeuwse gebouw had een grote binnenplaats, en daar, in de schaduw van de platanen, voltrok zich het vaste ritueel: la bise, de kus, wang tegen wang. Soms waren er maar twee vriendinnetjes om te begroeten, maar als die opgenomen waren in een groep van tien of twintig anderen was er geen ontkomen aan: ik zag Fien even diep inademen en daar ging ze, één voor één de hele rij af. Iemand overslaan was een teken van sociale uitsluiting, dus ondenkbaar. Het was een van de dingen waar ik aan moest wennen toen ik in Frankrijk kwam. La bise met vrienden vond ik natuurlijk, dat deed ik in Nederland ook. Maar op borrels verbaasde het me dat ik geacht werd hetzelfde te doen met mensen die ik nog nooit eerder had gezien. Daar voelde ik weer de stoppelige wang van een onbekende man langs mijn wang strijken, daar stapte de vader van een klasgenootje van de kinderen stralend op me af: “On se fait la bise?” Wie durft nee te zeggen? Naarmate ik langer in Frankrijk was ontdekte ik dat er een hele strategie achter la bise zit. In Parijs geef je twee kussen; bij ons, in de Hérault, zijn het er altijd drie. Maar toen ik mijn caviste in Honfleur daarmee begroette zei hij, geamuseerd: “Chez nous c’est quatre!” En opeens is het over. Sinds het begin van Covid is het bijna alsof ik weer in Nederland ben. Natuurlijk kus ik mijn dochters en vriendinnen. Maar binnen mijn toch hechte groep vrouwelijke wijnmakers beperken zelfs de diehards zich nu tot één kus, waarmee je elkaar dus niet langer kruist. Voor alle anderen is er de joviale check met de elleboog of de vuist en de samenzweerderige lach die daarmee samengaat. Het woord bise stamt af van het Romeinse woord basium, een kus die binnen de familie werd gegeven. Die gewoonte stopte abrupt aan het einde van de Middeleeuwen vanwege… ook een epidemie: de Pest. In de 18de en 19de eeuw gaven dames elkaar soms een voorzichtige bise, maar eigenlijk wordt het pas echt een gewoonte na de Tweede Wereldoorlog, en nog meer na mei ’68, als het de gebruikelijke begroeting tussen alle seksen wordt, niet alleen in de privé- maar ook in de werksfeer. “Ik denk dat ik zo’n tweehonderd ‘professionele kussen’ per dag gaf”, zegt Frédéric, die twee restaurants in Parijs heeft. Iedere vaste klant rekent op een begroeting van de patron. Hij is blij dat dat even niet meer hoeft. Voor mijn vriendin Anne is het bijna surreëel te bedenken dat ze zo kortgeleden nog al haar collega’s moest kussen voor ze een vergadering kon beginnen. Misschien is het uiteindelijk geen traditie maar een uit de hand gelopen gewoonte. Misschien is de tijdgeest ook veranderd. Ik vermoed dat als de maskers straks af mogen de bise zal worden wat het eigenlijk altijd had moeten zijn: een teken van affectie voor mensen die je graag echt dichtbij wilt hebben.

DAAR VOELDE IK WEER DE STOPPELIGE WANG VAN EEN ONBEKENDE MAN LANGS MIJN WANG STRIJKEN

This article is from: