JA A RG A N G 13
NR. 5
ME I 2014
I N D I T N U M M ER
M A N A G E ME N T
D IERG EZO N D H EID
PROFI EL
Duurzaamheid vleesvee inzichtel캐k met bedr캐fsscan
Homeopathische geneeskunde is een totaalconcept
Melkveehouder Kees Gorter nieuwe voorman CRV
VV05_Cover.indd 2
15-05-14 16:51
Bezoek onze website!
• ACTUELE BERICHTEN • VLEESPRIJZEN • AGENDA • DISCUSSIEPLATFORM www.veeteeltvlees.nl of www.veeteeltvlees.be 2
VV05_p02.indd 2
V E E T E E LT V L E E S
MEI
2014
15-05-14 10:01
I NHOUD
RUBRIEKEN
3 4 25 28 30 31
Van de redactie Vleestelex Uit de dierenartspraktijk Voer voor boer Agenda Anders bekeken R E P O R TA G E S
26 Witblauwveehouder Peter Vranken is eigen baas over vleesprijs
Reageren op dit editorial kan via een brief aan de redactie, via e-mail (guy.nantier@crv4all.com) of via het discussieplatform veeteeltforum.nl (topic ‘ruimtevoedsel’).
FOKKERIJ
12 Marc Raemdonck, serie witblauwadviescommissie DIERGEZONDHEID
6 Homeopathische diergeneeskunde is een totaalconcept 22 Werking broncorrector van aardstralen blijft mysterie RUWVOERWINNING
10 Akkerbouwmatiger onkruid in mais bestrijden zorgt voor beter resultaat 14 Met genetische modificatie plantveredeling versnellen PROFIEL
18 Nieuwe CRV-voorzitter Kees Gorter, voorman met gunfactor MANAGEMENT
16
Bedrijfsscan maakt duurzaamheid vleesvee meetbaar
Peter Vranken ’Wat vandaag bij consumenten geldt, is morgen passé.’ 26
Guy Nantier Gezocht: aandacht 2.0 voor voedsel Op de televisiezender Discovery Channel werd onlangs gemeld dat aan een plasmaraket wordt gewerkt die met circa 150.000 kilometer per uur door de ruimte kan zoeven. In 2025 moet de raket klaar zijn en kan de ontdekking en kolonisatie van het heelal starten. De pioniers zullen in het heelal nieuwe beschavingen kunnen opstarten, vanaf nul. Wauw. Naargelang de bestemming zal de ruimtereis enkele dagen, enkele weken of enkele jaren (met tussenstops) duren. Om die reizen mogelijk te maken hebben wetenschappers gezocht (én blijkbaar gevonden) naar de molecule die dieren in een winterslaap zet. Kwestie van het verouderingsproces stilleggen bij onze ruimtepioniers. De molecule zou al met succes ingezet zijn bij muizen. En op de tussenstops en eindbestemmingen moeten natuurlijk ruimtestations worden gebouwd. Met 3D-printers. Men is nu al in staat om met een 3D-
Diergezondheid Homeopathie
6
Homeopathische diergeneeskunde laat geen residuen na in melk en vlees.
printer een huis te bouwen in één dag. Wauw. Aan alles is blijkbaar al gedacht. Alléén, wat gaan die ruimtepioniers eten eenmaal opnieuw wakker? Een beetje kosmisch ruimtestof ? Ik geef het u op een blaadje: de hunkering naar biefstuk met friet en een vers, groen slaatje zal héél groot zijn. Rest nog de wetenschappers te vinden die de aardse voeding op zodanige manier weten te behandelen en te verpakken dat het in winterslaap gaat, zijn kleur behoudt, niet bederft… en dan ook een uitzending krijgt op Discovery Channel. Ik zeg nu al bij voorbaat wauw. Maar op de korte termijn moet de koelkast wellicht eerst leeg raken door een gebeurtenis zoals een héél grote elektriciteitspanne vooraleer er opnieuw met aandacht en respect naar voedsel en haar producenten wordt gekeken door onze hightech medeburgers.
Profiel Kees Gorter
18
De nieuwe CRV-voorzitter hecht volgens zijn omgeving grote waarde aan vertrouwen.
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Inhoud.indd 3
M E I
2 0 1 4
3
15-05-14 15:36
V L E E S T E L E X
Fokveeshow Tielt pakt uit met ‘stieren zonder erfelijke gebreken’ Op 1 juni vindt naar jaarlijkse traditie een intergemeentelijke prijskamp plaats voor het Belgisch-witblauwras te Tielt. Jaarlijks worden er zo’n 80 fokdieren gekeurd waarvan een kleine helft stieren. ‘De editie 2014 zorgt voor een primeur in Vlaanderen’, zegt medeorganisator Kristof De Fauw. ‘Omdat wij als fokker beseffen dat het onverantwoord is om
nog te kweken met een stier die niet vrij is van de zeven gekende erfelijke gebreken, wordt er vanaf deze editie onderscheid gemaakt tussen stieren die vrij zijn – hetzij via certificering hetzij via deductie uit de afstamming – en nietvrije stieren.’ Er zijn al een twintigtal stieren vrij van erfelijke gebreken aangemeld. ‘Vrije en
niet-vrije stieren worden wel gezamenlijk in rubrieken gekeurd’, aldus Kristof De Fauw. ‘De organisatie voorziet wel een prijs voor “beste bedrijfsgroep vrije stieren”. De vrije stieren plaatsen we in de catalogus ook onder speciale aandacht. We wensen langs deze weg de veehouders opnieuw warm te maken voor de aankoop van hun dekstieren op een keuring.’
Jan Bouwers wint Blonde Award 2013 Jan Bouwers uit Gees is de winnaar van de Blonde Award 2013, toegekend door het Nederlandse Blonde d’Aquitaine Stamboek. De familie Bouwers houdt al bijna dertig jaar vleesvee en zit meer dan twintig jaar in de blondefokkerij. Naast de circa 50 zoogkoeien en het beheer van 140 natuurterrein voor Staatsbosbeheer, fokken Jan en echtgenote Marjon ook zo’n 300 stiertjes op voor de Vleesvee Integratie Twente. De winnaar van de Blonde Award werd bekendgemaakt tijdens de algemene ledenvergadering van het stamboek. Jan Bouwers werd door fokadviescommissievoorzitter Roel Wiekema geprezen om zijn inzet voor studieclub Noord, zijn werkzaamheden als fotograaf en het verzorgen van de stierenpresentaties voor de COT-stierenveilingen. Daarnaast nam het stamboek afscheid van Ebo Drewes als bestuurslid, hij is opgevolgd door Lucas Kleine uit Linde (Dr.). Voorzitter Ed Neerincx werd opnieuw benoemd.
Nederlandse week van het vleesvee In de week van 9 tot 16 juni 2014 vinden er in Nederland meerdere activiteiten plaats rond vleesvee. Met de week van het vleesvee wil de roodvleessector de burgers en consumenten laten zien hoe vleesvee wordt gehouden met aandacht voor diergezondheid, welzijn, milieu en vleeskwaliteit. Op 12 juni is er de Vakdag Vleesvee te Epe, op 13 juni overhandigt LTO haar Toekomstvisie aan staatssecretaris Sharon Dijksma en op 14 en 15 juni openen vleesveebedrijven hun deuren om te laten zien hoe bijzonder de sector is. Voor meer info en bijzonderheden over de deelnemende bedrijven: www.veeteeltvlees.nl/ agenda
Renate 8 preferente stammoeder verbeterd roodbont Het Verbeterd Roodbont Stamboek verleende aan Renate 8 van Klaas Tigchelaar uit Wirdum het predicaat preferente stammoeder. Renate 8 heeft drie nakomelingen gegeven die minstens 85 punten voor exterieur scoren. Renate 8 (v. Egon 5) is zelf met 91 punten voor exterieur ingeschreven en was nationaal kampioen bij de koeien te Mariënheem in 2010. Vader Egon 5 is een stier die in het project Natuurlijke Luxe bovengemiddeld scoort voor bekkenbreedte. Renate 8 op de kampioenskeuring in 2010
4
VV05_Telex.indd 4
V E E T E E LT V L E E S
MEI
2014
15-05-14 12:31
Rechtzetting
Willem Frederik Schiltz, politicus Open VLD:
In het aprilnummer was ‘Tekort aan selenium’ (rubriek ‘Uit de dierenartspraktijk’, pagina 25) van de hand van dierenarts René Bemers en niet zoals vermeld van Thomas Raeymaekers.
‘Vandaag is de economische druk zo groot dat boeren noodgedwongen de weg van de milieu-uitputting kiezen’ U IT
B IOF OR U M ,
A P R IL
2 0 1 4
Recordprijs voor limousinstier met genoomfokwaarde De jonge limousinstier Izmir (v. Fortiche.T), gefokt door Francois BourOpfok Izmir bevestigt genoomwaarde
dier uit Dun Le Pastel, kreeg op de laatste RJ-veiling te Lanaud het hoogste bod van 13.100 euro achter zijn naam. Izmir werd aangekocht door een veehoudersgroep onder de naam Ferry6 uit het Franse departement Haute-Vienne. Izmir woog op 14 maanden 622 kg en realiseerde tijdens de controleperiode een dagelijkse groei van 1,560 kg. De stier van het mixte type staat na de centrale opfok te boek met een fokwaarde van 115 indexpunten voor groei en 118 indexpunten voor skeletontwikkeling. Deze eigen prestaties op het centrale opfokstation bevestigen de genoominfor-
matie uit de DNA-test IngenomiX van de stier: deze bedragen 4/10 voor geboortegemak, 10+/10 voor groei, 7/10 voor bespiering, 10/10 voor ontwikkeling, 1/10 voor fijnheid beenwerk, 8/10 voor afkalfgemak bij de dochters en 9/10 voor de melkproductie van de dochters. Met 13.100 euro achter de naam vestigt Izmir een nieuw record in de categorie stieren met genoomfokwaarden. Het vorige record stond op 10.500 euro. De gemiddelde veilingprijs van de 32 stieren in aanbieding bedroeg 4828 euro. Alle stieren vonden een nieuwe eigenaar.
Ki-stieren ‘de Bray’ nog steeds zeer gewild Afgelopen inseminatiejaar is Kubitus de Bray de meestgebruikte ki-stier in Wallonië. Dat valt op te maken uit het jaarverslag 2013 van de Waalse veeverbeteringsorganisatie AWE. In Wallonië werden bij veehouders met witblauw niet minder dan 458 verschillende stieren ingezet voor kunstmatige inseminatie. Kubitus (v. Empire) was met 7043 inseminaties de meest ingezette kistier in het doe-het-zelfcircuit (DIY). In het inseminatorencircuit (KID) staat de
stier op plaats twee met 7219 inseminaties, na Lotto van de Vloeikenshoeve (v. Davidson) die 8161 inseminaties achter zijn naam heeft staan. Ook Adajio de Bray (v. Empire) blijft een gewilde stier bij de Waalse veehouders. De stier bekleedt over beide ki-segmen-
ten (zie tabel) de vierde plaats. Adajio staat met 5,13% registraties als vader ook op plaats één van de geregistreerde kalveren in 2013. Op plaats twee en drie staan respectievelijk Imperial met 4,03% en Attribut met 3,88% van de registraties.
Kubitus de Bray in werkpak op het ki-station van BBG te Waver
Tabel 1 – Meestgebruikte stieren in 2013 in Wallonië (KID + DIY)
rang naam stier 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Kubitus de Bray Lotto v.d. Vloeikenshoeve Sauveur de Monin Chapelle Adajio de Bray Attribut du Fond de Bois Tarzan du Falgi Ilot du Bouchelet Nodule des Volées Nelson des Peupliers Langoureux de Fooz
aantal inseminaties 14.262 12.728 9296 8692 7243 6989 6088 6007 5537 5292
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Telex.indd 5
M E I
2 0 1 4
5
15-05-14 15:38
H O O F D A RT I K E L
De alternatieve homeopathische diergeneeskunde wordt
Homeopathie is ee Homeopathische diergeneeskunde staat bij ons laag aangeschreven. Maar kan een homeopathische aanpak ook een rol betekenis spelen voor de gangbare veehouderij, zeker nu de sector werkt aan het verlagen van het antibioticagebruik? VeeteeltVlees vroeg het aan dierenarts Daniel Saelens. tekst Guy Nantier
H
omeopathie. De alternatieve geneeswijze is zo oud als de straat. In de biologische veehouderij is de homeopathische diergeneeskunde toegelaten omdat er onder meer geen residuen van homeopathische middelen in melk en vlees terug te vinden zijn. In de gangbare veehouderij trekt men de neus op voor deze alternatieve diergeneeskunde. ‘Niet wetenschappelijk bewezen’, luidt het veelal kort. Maar is dat misschien niet wat kort door de bocht? Kan een homeopathische aanpak misschien toch een rol van betekenis spelen voor de gangbare veehouderij? VeeteeltVlees legde de vraag voor aan dierenarts Daniel Saelens uit het Waalse Anderlues. Saelens genoot een klassieke opleiding in de diergeneeskunde, richting grote landbouwhuisdieren, maar heeft zich ook toegelegd op homeopathie. In zijn praktijk beoefent hij beide vormen. De dierenarts is tevens voorzitter van en doceert aan de Belgische school voor homeopathie. In de gangbare veehouderij is men druk doende om het gebruik van antibiotica terug te dringen. Kunnen homeopathische remedies antibiotica vervangen? ‘Vooraleer die vraag te beantwoorden, verdient het eerst uitleg wat homeopathie eigenlijk is. Homeopathie komt van het Griekse woord homoios en betekent gelijksoortig, pathos staat voor lijden of ziekte. De homeopathische geneeswijze gaat ervan uit dat een stof die bepaalde verschijnselen kan opwekken diezelfde verschijnselen ook kan genezen. We spreken daarom van het similitude-principe.’ Dat moet u even uitleggen. ‘Dit zogenaamde gelijksoortigheidsbeginsel is de eerste van de drie pijlers waarop de homeopathie steunt. Hippocrates schreef dit principe eigenlijk al
6
V E EVTE EE ETLETEVL LT EVELSE EOS K M TO E IB E2R0 12 40 0 9
VV05_HoofdHomeopathie.indd 6
15-05-14 15:43
de wordt nu nog verguisd maar straks misschien aanbeden
s een totaalconcept vijfhonderd jaar vóór Christus neer. Samuel Hahnemann heeft het in de achttiende eeuw opgepakt. Deze Duitse arts was getroffen geweest door malaria. Hij kreeg tijdens zijn behandeling quinquina, een poeder uit Peru, dat ook de maag versterkt. Maar bij Hahnemann had het voor serieus maagzuur gezorgd. Om die reden van tegengesteld gegeven, besloot hij bij zichzelf een experiment te doen met quinquinaschors. Na inname kreeg de genezen Hahnmann opnieuw symptomen van malaria zoals hij die vroeger gekend had. Als hij stopte met het nemen van de quinquinaschors, verdwenen de malariasymptomen ook.’ ‘Aldus kwam de arts tot de bijzondere bevinding dat een ziekte genezen kan worden met een middel dat dezelfde symptomen veroorzaakt als de ziekte. De basis was gelegd voor de homeopathie zoals we die nu vandaag de dag kennen.’ Hoe werkt dat principe van gelijksoortigheid nu precies in de praktijk? ‘Wij bekijken bij een ziekte “alle” disfuncties, zowel de fysische als de psychische, maar ook bijvoorbeeld de gedragsmatige disfuncties. Daarin ligt al een eerste verschil met de klassieke geneeswijze. Eenmaal de diagnose van alle symptomen in beeld zijn, zoekt de homeopaat een behandeling in een databank van homeopathische middelen, een encyclopedie van zo’n vierduizend remedies die beschreven zijn in al hun diverse symptomen bij gezonde individuen. Wij gaan dan een product zoeken dat dezelfde symptomen voortbrengt bij gezonde mensen of dieren zoals we die hebben waargenomen bij de zieke mens of het zieke dier.’ Wat zijn naast het principe van gelijksoortigheid die tweede en derde pijler die we moeten kennen en weten? ‘De tweede pijler van de homeopathie berust op het inzicht dat de “echte” oorzaak van een aandoening of ziekte het gevolg is van een gebrek aan afweerstoffen in het lichaam en niet van de aanwezigheid van een bacterie of van een virus. De “self healing” of zelfverdediging van het lichaam blijft gewoon in gebreke.’ ‘De homeopathische remedies versterken dus de zelfverdediging. Met andere woorden: zij gaan niet de ziekteverwekker doden. Daar ligt een tweede verschil met de klassieke geneeskunde en diergeneeskunde: hun remedies doden parasieten en bacteriën. Tegen virussen kunnen zij ook niets dan profylactisch vaccineren, dus met de bedoeling dat je niet ziek wordt. In de homeopathische benadering gaan we zoeken naar de oorzaak: waarom kan de parasiet, de bacterie of het virus toeslaan?’
V E EVV TE EE ETLTETEEVEL LT TEVELJSEA EN OSU KM A T O RE IIB E12R/0 212 402 00 90 9
VV05_HoofdHomeopathie.indd 7
7
15-05-14 13:42
H O O F D A RT I K E L
Daniel Saelens: ‘Ook in de gangbare diergeneeskunde begint men meer oog te hebben voor de omstandigheden zoals in de homeopathie’
En tot slot, de derde pijler? ‘De derde pijler berust op het potentiëren, het op een bepaalde manier verdunnen, van de homeopathische middelen. Homeopathische middelen worden bereid op basis van een extract, het oertinctuur, van minerale, plantaardige of dierlijke oorsprong dat bij toediening in pure vorm symptomen geeft die lijken op die van de te bestrijden ziekte.’ ‘Het oertinctuur wordt in een aantal stappen extreem verdund en hierbij telkens krachtig geschud waardoor de werking van de grondstof overgaat op het oplosmiddel. In de laatste verdunning zitten geen actieve moleculen meer van het oertinctuur, toch behoudt de oplossing haar werking. Homeopaten spreken van het “geheugen van het water”. Het is vooral dat laatste dat de klassieke geneeswijzen niet aanvaarden en dat voorwerp is van discussie. De homeopathische remedies hebben daardoor ook geen toxiciteit en secundaire bijwerkingen. Om dezelfde reden zijn homeopathische middelen ook goedkoop. Ik hoef er geen tekening bij te maken dat dit veel (dieren)artsen en de farmaceutische industrie stoort.’ Nu we dit weten: er is dus geen homeopathische tegenhanger voor antibiotica? ‘Niet in de betekenis die er doorgaans aan wordt gegeven. Maar dat is ook niet wat we in de eerste plaats als homeopathische dierenartsen beogen. Een homeopaat heeft twee petten op: die van gene-
8
V E E T E E LT V L E E S
VV05_HoofdHomeopathie.indd 8
MEI
zer, maar ook en vooral die van preventieadviseur. Wij promoten een bepaalde levenshouding. Als de veehouderij de rem zou zetten op de productiefactor bijvoorbeeld, kan ze naar een antibioticavrije exploitatie. Met een dikbil lukt dat niet en ook niet met een melkkoe die 11.000 liter melk produceert. Met een rustiek vlees- of melkras lukt dat wel. Veehouders vergeten dat rusticiteit ook economisch rendabel kan zijn. Maar veehouders hangen liever rond in een sfeer van “wie plast het verst?”.’ ‘In de ogen van een homeopaat is het bijvoorbeeld vele malen belangrijker om bij maag- en longworminfecties het weidemanagement met de veehouder onder de loep te nemen om besmettingen te voorkomen. In de klassieke diergeneeskunde schrijft men al snel ontwormingsmiddelen voor als preventieve maatregel. Aldus worden liters en liters giftige moleculen in het milieu in circulatie gebracht. Een homeopathisch dierenarts daarentegen zal advies geven om infecties te voorkomen. Dat advies geven we op drie vlakken: voeding, huisvesting en genetica. Homeopathische diergeneeskunde is een totaalconcept.’ ‘Ikzelf heb een zogende witblauwveestapel, van het dubbeldoeltype en als hobby. De dieren zijn nooit ziek. En als er al eens een keizersnede nodig is bij afkalving, voer ik die in heel hygiënische omstandigheden uit en dien ik geen antibiotica toe. Dat stelt geen enkel probleem.’
Een homeopathisch middel tegen schurft hebt u wellicht dan ook niet? ‘Schurft of welke aandoening ook: het is altijd multifactorieel. Mijn terreinervaring zegt dat het gebruik van soja en mais in het rantsoen schurft bevordert. Ook bepaalde bloedlijnen zijn gevoeliger voor schurft. Het loont de moeite om daarop te selecteren.’ ‘Voorheen was in mijn kleine veestapel ook schurft aanwezig. Dankzij een remedie op basis van olijf- en lavendelolie én een rantsoen van hooi uit vier grassoorten plus een beetje spelt en haver is mijn veestapel nu schurftvrij.’ In uw praktijk doet u zowel aan klassieke als aan homeopathische diergeneeskunde. Botst dat niet met elkaar? ‘Voorheen had ik er wel moeite mee. Maar de klassieke diergeneeskunde heb ik bijna volledig verlaten. Een homeopathische benadering geeft mij veel meer voldoening ondanks dat het vechten is tegen windmolens. In Frankrijk is er wat dat betreft onder de veehouders meer draagvlak.’ ‘Anderzijds, ik ervaar dat ook hier vele, actuele waarden en normen ter discussie worden gesteld. Je voelt dat er aan de basis een zekere openheid groeit voor andere benaderingen. Je ziet het ook in de gangbare diergeneeskunde: men begint meer oog te hebben voor de omstandigheden om de infectiedruk te laten afnemen. Dierenartsen-homeopaten doen dit al véél langer.’ l
2014
15-05-14 13:42
MELKTAXI: KALVEREN VOEREN WORDT EEN PLEZIER!
TORREX VOOR VLEES VAN TOPKWALITEIT
Voordelen: • Programmeerbaar verwarmingselement = altijd de juiste temperatuur • Programmeerbare doseerpomp = altijd de juiste hoeveelheid • Krachtige mixer = perfect opgelost melkpoeder • Elektrische aandrijving (2 x voor- en achteruit) = arbeidsvreugde • Optioneel: pasteurisatie voor volle melk • Gemakkelijk te reinigen dankzij het reinigingsprogramma • Gezondere kalveren Verkrijgbaar in 80 L, 150 L of 260 L
Interesse?
Vraag gratis een vrijblijvende demonstratie aan: info@distrifarm.be Tel 056/75 31 70 Exclusief importeur: DISTRIFARM bvba Te koop: Dikbil-fokstieren. Eén rode griemelkop en één zwarte baggerbonte van 2,5 jaar. Geeft donkerrode, beste kalveren. Ook rode baggerbonte stieren van 0 tot 2 jaar. Allemaal van dikbilkoeien. Tel.: 071-5018474
Dé voedingsaanpak vleesvee
Wilt u ook een vleesveesnipper plaatsen? Bel dan voor informatie naar tel.: 026-3898806 of stuur een e-mail naar advertenties@crv4all.com Ga voor meer informatie naar: www.forfarmershendrix.nl
EMBRYO’S BELGISCH- WITBLAUWRAS Eerstekwaliteitsembryo’s uit witblauwstamboekvee Embryoproductie EU-erkend.
Gratis catalogus beschikbaar op aanvraag: Marijke Cuelenaere, VRV-ET (CRV Holding BV)
Boeren met ambitie
20140512 FFHX ADV TORREX 88x256 mm staand.indd 1
VV05_p09NED.indd 9
12-5-2014 11:23:56
Voor Nederland: 0032 9 363 92 11 Voor België: VRV-klantendienst, 078/15 44 44 toets 1
V E E T E E LT V L E E S
M E I
2 0 1 4
9
15-05-14 15:21
R U W V O E RT E E LT
Akkerbouwmatiger onkruid in mais bestrijden zorgt voor beter resultaat
Weer bepaalt succes bij onkruidbestrijding Inspelen op de weersomstandigheden en niet schromen om al vóór opkomst een behandeling toe te passen. Dat bepaalt of onkruidbestrijding in mais succesvol is. Dit seizoen liggen vooral nakiemers van onkruiden op klei- en leemgronden op de loer, omdat veel mais gezaaid is in een droge bodem met veel kluiten. tekst Sjoerd Hofstee
was gespoten worden. Als er gekozen wordt voor een mix van middelen, verwacht ik dat bodemherbiciden dit jaar extra belangrijk zijn. Doordat we gemiddeld eerder zaaien, is het seizoen ook langer. De groei van het maisgewas reageert vooral ook op de lengte van de dag. Een dag halverwege april is nu eenmaal korter dan een dag begin mei en daardoor is de onkruiddruk vanuit de bodem dit jaar hoger.’
Zaaibed met veel kluiten
E
en goede onkruidbestrijding is de basis van een goede snijmaisopbrengst. Een publicatie uit 2013 van het Vlaamse Landbouwcentrum voor Voedergewassen (LCV) spreekt over 10 tot 20 procent opbrengstverlies bij een snijmaisperceel dat twee tot drie weken kampt met stevige onkruidconcurrentie. Van het nut van onkruidbestrijding zijn boeren en zeker adviseurs dan ook wel overtuigd. Volgens de laatsten handelen veehouders daar echter vaak niet naar. ‘Op negentig procent van de snijmaispercelen komt de loonwerker maximaal één maal om te spuiten tegen onkruid’, zegt productmanager Henco Bouma van BASF. ‘Dat komt doordat de veehouder kostprijsgedreven rekent.
Een akkerbouwer kijkt veel meer naar het eindresultaat. Dat maakt dat akkerbouwers ook eerder en vaker een extra behandeling inzetten.’
Onkruiddruk hoog dit jaar Volgens Henco Bouma leert onderzoek en ervaring vanuit de akkerbouw dat onkruidbestrijding voor opkomst van het maisgewas resulteert in een betere opbrengst. ‘Die boodschap slaat echter bij veel veehouders niet aan. Ze houden de kosten op korte termijn liever laag.’ De productmanager ziet dat als een gegeven en richt zich daarom op optimalisatie van de bespuitingen die wel gedaan worden. ‘Als de maisplanten straks rond het vierbladstadium zijn, moet het ge-
Dick Middag, technisch specialist plant van ForFarmers, deelt de mening van Bouma dat de onkruiddruk wel eens hoog kan zijn dit jaar. En dan vooral later in het jaar op klei- en leemgronden. ‘In veel regio’s is namelijk mais gezaaid in een zaaibed met veel kluiten. Als hier straks onkruidbestrijding op plaatsvindt, is de kans groot dat het resultaat tegenvalt. De kluiten schermen immers een deel van de bodem af en het middel maakt zo niet overal contact. Dit is op kleigronden deels te verhelpen door na het zaaien met een cambridgerol het perceel te bewerken.’ Onkruid in een maisperceel is vervelend omdat het concurreert met de maisplant. Volgens Dick Middag speelt de
Hulp van wiedeg voor beter resultaat Bas ten Hove in Mariënheem zaaide op 22 april 15,5 hectare snijmais. Die spuit hij binnenkort zelf tegen onkruid. ‘Mijn vader deed het spuiten zelf ook al, ik heb dat overgenomen. Extra voordeel van zelf spuiten is dat je meer betrokken blijft bij het gewas’, stelt Ten Hove. Als deelnemer van de MaisChallenge, die Limagrain en NAJK organiseren, wil de jonge ondernemer graag betrokken en bewust bezig zijn. Onkruidbestrijding noemt hij daarbij essentieel. ‘Ik spuit maar één maal tegen onkruid, maar zoek wel bewust naar het beste moment. Dat is meestal ’s ochtends vroeg of ’s avonds. Dan heb je namelijk het minste last van wind en in de ochtend is er vaak
10
ook een beetje dauw. Vooral als de grond droog is, is dat erg belangrijk. Anders nemen de bodem en de plant de middelen minder goed op.’ Samen met zijn adviseur van ForFarmers inspecteert Ten Hove eerst het veld voor hij gaat spuiten. Gezamenlijk selecteren ze dan een cocktail van middelen die ingezet worden. Dit jaar bewerkte de veehouder daarbij ook twee percelen na het zaaien met een wiedeg. Hiermee hoopt Ten Hove dat het spuiten straks nog beter tot zijn recht komt door een egalere bodem. ‘Zo probeer ik de maisteelt elk jaar te verbeteren, dat houdt het werk ook mooi’, besluit de ondernemer lachend.
V E E T E E L T V JLAE NE U S AMR EI I 1 2/ 02 1 24 0 0 9
VV05-onkruidbestrijding mais.indd 10
12-05-14 15:50
Onkruid beconcurreert de mais in het beginstadium, maar ook later in het seizoen
concurrentieslag om vocht en voedingsstoffen in de bodem zich continu af. Dat begint bij het zaaien en eindigt pas bij het oogsten van de mais. ‘Het maisplantje heeft natuurlijk last van onkruid in het beginstadium van de groei. Maar het is een vergissing om te denken dat dat later in het seizoen niet meer speelt. Daarom is een egaal zaaibed, op welke grondsoort dan ook, zo belangrijk.’ Het juiste tijdstip van onkruidbestrijding na opkomst ligt volgens de adviseurs rond het vierbladstadium. ‘Daarbij zijn de weersomstandigheden de bepalende factor voor succes’, vult Rob van Selst, van het aan Pioneer gelieerde maisadvies.nl, daarop aan. Hij stelt dat te veel wind en een droge grond funest zijn voor een goed resultaat. ‘Het weer is belangrijker dan de hoeveelheid onkruid die in een perceel staat. Natuurlijk kan een loonwerker niet overal tegelijk spuiten, maar probeer het moment van spuiten als teler toch zo goed mogelijk met hem afstemmen. Het juiste moment kiezen levert echt winst op in de werking van de middelen.’
Strijd tegen bladvlekkenziekte Om de onkruiddruk te verlagen, adviseert Van Selst ook om wisselteelt toe te passen. Met name bij continuteelt is bladvlekkenziekte namelijk ook een probleem met veel impact. ‘Hoe groot die impact precies is, is niet te zeggen. Dat verschilt te veel per perceel en per seizoen. Bladvlekkenziekte komt vooral voor in groeizame en vochtige jaren en meer dan veel mensen denken. Dat komt doordat de ziekte soms niet of erg laat als zodanig wordt herkend.’ Henco Bouma herkent het beeld dat Van Selst schetst. In de strijd tegen bladvlekkenziekte brengt BASF daarom sinds vorig jaar Retengo Plus op de markt, speciaal om deze schimmelziekte tegen te gaan. ‘Sinds 2009 hebben wij dit middel ook in Nederland samen met PPO (Praktijkonderzoek Plant en Omgeving) uitvoerig getest. De resultaten hebben we door Schothorst Feed Research laten doorrekenen. Daaruit blijkt dat bij gebruik van dit middel de gemiddelde meeropbrengst van een hectare snijmais 250 euro is. Ook hiervoor moet de loonwerker een keer extra komen om te spuiten, alleen nu net voordat de mais in de pluim schiet en de druk van schimmels toeneemt. Dat kost inderdaad wat, maar die investering kan dus voor velen wel degelijk lonen.’ l
V E E T E E LT V L E E S
VV05-onkruidbestrijding mais.indd 11
M E I
2 0 1 4
11
12-05-14 15:50
S E R I E
V E R S C H I L L E N
B I N N E N
D E
E U
B W B - A D V I E S C O M M I S S I E
Eind november 2013 werd de rascommissie Belgisch witblauw binnen VRV officieel geïnstalleerd. In deze serie stellen we de zes commissieleden voor die het Vlaamse witblauwstamboek adviseren in de opdrachten. Deel 1: Kristof De Fauw (editie maart) Deel 2: Lieven Lameire (editie april) Deel 3: Marc Raemdonck (editie mei) Deel 4: Frank Steukers (editie juni) Deel 5: Georges Van Laere (editie juli) Deel 6: Bart Willems (editie augustus)
‘H
ippe slager is lekker ouderwets’, kopletterde de krant Het Laatste Nieuws in oktober vorig jaar over veehouder en slager Marc Raemdonck (55) uit Sleidinge. De slagerij te Wondelgem, die dit jaar haar zestigste verjaardag viert, is in al die jaren nog niet veranderd: de inrichting oogt en is uit grootmoederstijd inclusief het witrode verpakkingspapier. Maar ondanks de huidige retrohype bij de consument is de winstmarge van deze vijfde generatie slager er niet beter van geworden. ‘Let wel, wij mogen niet klagen’, vertelt Marc Raemdonck, lid van de rascommissie Belgisch witblauw binnen VRV. ‘Wij slachten en versnijden elke maand nog drie vrouwelijke runderen uit onze eigen veehouderij. Maar het blijft elke dag vechten om het respect van de consument te winnen en in het bijzonder respect voor ons Belgisch-witblauwras.’
Stem in de keten En die strijd voor het respect van het ras wordt op het scherp van de snede gevoerd, hierin opgejaagd door sterrenkeukenchefs en grootdistributie. Raemdonck: ‘We moeten ons volk opnieuw leren om vlees van witblauwen te eten. Het is toch godgeklaagd dat een keten zoals Makro
Veehouder-slager wil dat het Vlaams stamboek zich ook hogerop in de keten manifesteert
Twee petten, maar één strijd De uitstraling van het Belgisch-witblauwras is de grootste bezorgdheid en het grootste aandachtspunt van commissielid Marc Raemdonck. ‘We moeten ons volk opnieuw leren om vlees van witblauwen te eten.’ In de selectie wil hij graag zien dat er een betere verhouding tussen voorhand en achterhand tot stand komt. tekst Guy Nantier
uitpakt met vlees van salers en charolais vanwege de smaak, de sappigheid en de gezondheid. Kijk ook naar Colruyt: die pakt nu uit met Premium Holstein Beef van Nederlandse melkkoeien als vlees met smaak. Alsof onze vrouwelijke witblauwen geen smaak zouden hebben. Smaak wordt beïnvloed door voeding en rijping. Wat de grootdistributie nu met veel poeha doet, daar werken wij al zestig jaar naartoe met witblauwen.’ De veehouder-slager geeft hierbij aan dat zijn vrouwelijke dieren een afmestrantsoen van gras-mais en perspulp krijgen, aangevuld met whiskydraf, luzerne en lijnschilfers. ‘Aardappelen passen niet in een afmestrantsoen. Die geven een cellulosesmaak aan het vlees. De
Het bedrijfsareaal beslaat 32 hectare grasland en 8 hectare mais
12
veehouders moeten dringend aan tafel hogerop in de keten om de kaas tussen de boterham niet te laten opeten door de grootdistributie.’ Ook op andere vlakken wil de Oost-Vlaming dat VRV en het Vlaams witblauwstamboek, zich laten horen. ‘Zo worden wij met ons witblauw geweerd uit korteketenorganisaties zoals Boer’nBrood en uit voedselteams die met steun van een overheidsinstelling als Vlam lokale producten promoten. Echt, het lijkt wel alsof niemand zich bekommerd om onze witblauwveehouders. Als ik de meerwaarde niet via mijn slagerswinkel kan realiseren, dan is het over en uit. Met de huidige gang van zaken ontvangt een vleesveehouder drieduizend euro voor
Koeien ouder dan 2 jaar staan in een aanbindstal tijdens de winter
V E EVTE EE ETLETEVL LT EVELSE EOS K M TO E IB E2R0 12 40 0 9
VV05_BWBCommissieRaemdonck.indd 12
15-05-14 15:48
D E E L
Sleidinge
3 :
Leeftijd: Activiteiten: Bwb-fokkerij sinds: Aantal kalvingen: Fokdoel: Favoriete koe:
MARC RAEMDONCK 55 fokkerij (2e generatie) en slagerij (5e generatie) 1983 65 groot, lang, breed met kwaliteit Fleur de St. Fontaine (v. Banco des Pahys), geb.1982, nationaal kampioene koeien in 1990
‘We hebben het type van een blonde nodig met de kwaliteiten van een witblauwe’ een investering van grofweg vier jaar. Dat kan gewoon niet uit.’ Ook op het thuisfront, de rundveeselectie, wil deze tweede generatie stamboekfokker zijn (slagers-)stem laten horen. ‘Versta mij goed, ik ben zeker niet tegen keuringen, maar slagers hebben geen droog keuringstype nodig, wel een zwaar, groot en lang dier. In de achterhand zit te veel kwaliteitsvlees waar de consument niet naar vraagt. Ik heb al meermaals vlees uit de bil in hamburgervlees gedraaid om aan de vraag van de klanten te kunnen voldoen.’
Witblauwe blonde ‘Het is erg om te zeggen,’ aldus Raemdonk, ‘maar slagers hebben het type van een blonde nodig met de intrinsieke vleeskwaliteiten van een witblauwe.’ De veehouder maakt zijn uitspraak inzichtelijk. ‘Voor de voorhand 23 kilo in de plus, voor de achterhand 23 kilo in de min en voor het middenstuk, waar de entrecote zit, 5 kilo in de plus.’ Verder in de selectie wil de veehouder de nodige aandacht en strengheid voor de zeven erfelijke gebreken bij de stamboekopname van dekstieren, de groei en het karakter. ‘Alles draait finaal om een rendabel en kwalitatief eindproduct. Rustige dieren geven malser vlees, gestresseerde dieren geven zwart, plakkerig en beperkt houdbaar vlees.’ l Maandelijks worden drie vrouwelijke runderen geslacht, versneden en verkocht
V E EVTE EE ETLETEVL LT EVELSE EOS K M T O E IB E2R0 12 40 0 9
VV05_BWBCommissieRaemdonck.indd 13
13
15-05-14 15:48
R U W V O E R
Grasveredelaars in Europa houden vast aan klassieke veredeling van gras
Met gmo veredeling versnellen
Wat is genetische modificatie? Genetische modificatie bij planten is het veranderen van de genetische opmaak van een plant op een manier die in de natuur niet mogelijk is. Dat kan op verschillende manieren. Zo kan een gen uit een heel andere soort worden ‘ingebouwd’, om een nieuwe eigenschap bij een plant te introduceren. Hierdoor kunnen rassen worden gemaakt met eigenschappen die in de soort niet voorkomen, zoals een ras met resistentie tegen bepaalde insecten door middel van een eiwit dat uit een bacterie komt. Er kunnen ook genen worden ingebouwd die al in de soort voorkomen, bijvoor-
14
beeld een variant van een bestaand gen waardoor de plant ongevoelig wordt voor bestrijdingsmiddel, of een gen voor ziekteresistenties uit andere rassen. Dat laatste is nuttig in die gewassen waar dit via conventionele veredeling tientallen jaren zou duren, zoals in aardappel of appel. Ten slotte kun je ook eigenschappen veranderen door een gen slechts uit te schakelen, bijvoorbeeld om de productie van allergenen te verhinderen. De regels in de EU gelden voor al deze drie manieren, omdat ze zijn gebaseerd op het gebruik van een bepaalde techniek, niet op het eindresultaat.
V E E TVEEEELTT E EJ A L TN VULAE RE IS 1M/ 2 E I 2 20 00 19 4
VV05-gmo.indd 14
12-05-14 15:15
Terwijl in alle andere werelddelen genetisch gemodificeerde gewassen volop worden geteeld en geëxporteerd, blijft in Europa de teelt verboden. Toch lijkt de negatieve sfeer rondom gmo onder druk van een groeiende en meer welvarende wereldbevolking langzaam te verdampen. Grasveredelaars houden echter vast aan de klassieke veredeling. tekst Alice Booij
H
ypocriet, dat woord is volgens René Smulders van het Plant Research International (PRI) in Wageningen goed op zijn plaats als het gaat over genetisch gemodificeerde (gmo) gewassen. ‘De soja en mais die we importeren en aan de koeien voeren, bestaat voor het overgrote deel uit gmo-gewassen. Maar dezelfde gewassen in Europa telen is verboden.’ De roep om gmo-gewassen ook in Europa en Nederland te mogen telen, wordt echter steeds groter. ‘Omdat het een prima manier is om de teelt te helpen en de kwaliteit te verhogen, terwijl de doemscenario’s vol negatieve aspecten rondom gmo-gewassen niet zijn uitgekomen’, aldus Smulders, die als voorbeeld gmomais noemt. ‘De gmo-rassen die nu geteeld worden, hebben een herbicidetolerantie, wat de onkruidbestrijding voor boeren een stuk gemakkelijker maakt. Er is ook gmo-mais die resistent is tegen lastig te bestrijden insecten, zoals de maisboorder. Hierdoor wordt de opbrengst voor de boer stabieler.’ Smulders merkt echter op dat veredelaars terughoudend zijn. ‘De toelating is een politiek proces.’ De Nederlandse regering pleit nu voor een nieuw systeem van toelating in de EU, waarbij elk land zelf zou kunnen beslissen over teelt op het eigen grondgebied van gmo-rassen die veilig zijn bevonden voor import. De hoop is dat dit een uitweg biedt, maar geen idee hoe lang dat gaat duren.’
Investeringen in het buitenland Voorlopig zijn de investeringen in de ontwikkeling van gmo-gewassen verplaatst naar het buitenland, waar veredelaars met open armen ontvangen worden. ‘Ze willen van hun investeringen ook rendement zien, maar het is de vraag wanneer dat in Europa gaat gebeuren’, geeft Smulders aan. Bovendien gebeurt er wat betreft gentechnologie niet zoveel in de grasteelt. ‘Het is wereldwijd geen belangrijk gewas’, aldus Smulders,
die naast soja en mais katoen en koolzaad als gewassen noemt met een hoog aandeel gmo-rassen. ‘Het zijn teelten die van belang zijn in Noord- en Zuid-Amerika, Australië, Zuid-Afrika en China.’
Niet nodig in gras Edward Ensing, voederspecialist bij Barenbrug, is echter helder over de toegevoegde waarde van gmo-technieken bij het veredelen van gras. ‘Gmo-technieken zijn niet nodig. We hebben nog genoeg andere manieren om gras te veredelen, die minder kostbaar zijn en minder risico opleveren.’ Met risico bedoelt Ensing vooral het commerciële risico. ‘Als de klant of de consument het niet wil, forceren wij niets, ook al vinden wij dat de techniek goed is.’ Gras is geen gewas met een snelle genetische vooruitgang, geeft hij aan. ‘Mais verbetert elk jaar 2 tot 3 procent. Bij gras ligt dat op 0,5 procent.’ Een tempo dat met de ‘ouderwetse’ veredeling nog prima is bij te houden. ‘We hebben een genenbank van 110 jaar oud. Als we antwoorden zoeken, kunnen we die eigenlijk altijd uit oude genetica halen.’ Daarbij helpt het om de DNA-structuur van gras te kennen. ‘Die hebben we in beeld en wanneer een bepaalde genetische volgorde staat voor een gewenste eigenschap, helpt het ons met het zoeken naar rassen voor verder kweekwerk.’ Zou gmo-gras die genetische vooruitgang wellicht kunnen versnellen? ‘Dat scheelt hooguit twee jaar, dat weegt niet op tegen de hogere kosten. Genetisch modificeren is een dure techniek.’ Ook ‘grote’ problemen die het gebruik van gmo-rassen in de grasteelt zouden rechtvaardigen, zijn er niet, voegt de specialist eraan toe. ‘Wanneer je bij aardappelen een phytophtoraresistent ras zou kunnen ontwikkelen, scheelt dat veel bespuitingen, daar sta ik wel open voor. Bij gras hebben we dat niet.’ Collega Jos Deckers van DSV-zaden sluit
zich erbij aan dat de nadelen van de gmo-rassen groter zijn dan de voordelen. ‘We halen in de klassieke veredeling nog genoeg vooruitgang, we maken geen gebruik van gentechnologie. Het introduceren van nieuwe kenmerken in gras via gmo’s is wellicht technisch mogelijk, maar vraagt grote researchinspanningen waarvan het onzeker is of deze terugverdiend kunnen worden.’ Bovendien noemt hij nog een argument dat het ontwikkelen van gmo-grasrassen moeilijk maakt. ‘Gras vermeerdert zich door kruisbestuiving. Dat betekent dat gmo-gras zich ook kan vermenigvuldigen buiten het perceel in de vrije natuur, dat is wel een extra drempel om eraan te beginnen.’ Mais is voor gmo-veredeling een makkelijker gewas. ‘Mais is een hybride. Die kan alleen zichzelf bevruchten en groeit niet in het wild, dat maakt de ontwikkeling van een gmo-maisras gemakkelijker’, zegt Deckers, die zich goed realiseert dat het imago van gmo-planten niet goed is. ‘Je wilt bijvoorbeeld als melkveesector niet dat dit imago ook overslaat op melk.’
Groei buiten Europa Gras met een verbeterde kroonroestresistentie of een hogere efficiëntie voor stikstof en fosfaat. Jos Groot Koerkamp, commercieel manager bij Limagrain, ziet de voordelen van gmo-gras wel voor zich. ‘Je kunt zo het kweekwerk versnellen. Stel je voor dat je Engels raaigras zo kunt ontwikkelen dat het op droogtegevoelige grond in Zuid-Europa verbouwd kan worden.’ Met het onderzoek naar gmo-gras heeft Groot Koerkamp in het verleden wel ervaring opgedaan. ‘Er zijn in 2001 proeven gedaan met een uitgestelde bloei en is er gewerkt aan een steilere bladstand, wat gunstig is bij maaien.’ Overigens was Limagrain met het herbicidetolerante ras Chardon dicht bij een introductie van gmo-mais in 2000. ‘Er was veel vraag vanuit de praktijk, maar door de maatschappelijke discussie en het Europese moratorium is het nooit tot verkopen gekomen.’ Eigenlijk is er nog steeds niets veranderd, geeft Groot Koerkamp aan. ‘In andere werelddelen ontwikkelt men gewoon door en groeit het areaal, in Europa lopen we achter.’ Hij geeft echter aan een kentering te verwachten. ‘De wereld gaat om voedsel vragen’, voorspelt Groot Koerkamp. ‘Ik ga het nog meemaken dat we zaad gaan verkopen van gmo-rassen. Maar dat kan nog wel tien jaar duren.’ l
V E E T E E LT V L E E S
VV05-gmo.indd 15
M E I
2 0 1 4
15
12-05-14 15:15
M A N A G E M E N T
Praktijknetwerk ontwikkelt duurzaamheidsscan
Duurzaamheid vleesvee in beeld
Het netwerk ‘Normen voor de vleesveehouderij’ heeft een duurzaamheidsscan ontwikkeld. ‘Je kunt wel zeggen dat je duurzaam bezig bent, maar je moet het ook onderbouwen’, aldus initiatiefneemster Anita Heijdra, die samen met vleesveehoudster Sonja Suij het voortouw nam. ‘Het wachten is nog wel op een vervolg.’ tekst Alice Booij
duurzaamheidsscan ook in beeld op www.veeteeltvlees.nl
‘D
e Nederlandse vleesveehouderij doet het naar verwachting qua duurzaamheid beter dan het buitenland, maar hoe maken we dat zichtbaar?’ Deze vraag was voor een groep vleesveehouders in Nederland reden om gezamenlijk te zoeken naar mogelijkheden om meer erkenning te krijgen voor het Nederlandse rundvlees. ‘We doen het op allerlei gebieden beter, maar zijn vergeten het uit te dragen’, zo geeft Anita Heijdra uit IJsselstein aan, initiatiefneemster van het netwerk ‘Normen voor de vleesveehouderij’ en vleesveehoudster. Ze weet dat de ‘marketingmachines’ met vlees uit het buitenland op volle toeren draaien. ‘Er wordt een romantische sfeer omheen gecreëerd, maar vleesvee uit Ierland bij-
16
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Duurzaamheidsscan.indd 16
MEI
voorbeeld wordt op roosters gehouden en stieren worden gecastreerd. Dan zijn wij in Nederland veel beter bezig, dat moet de consument weten.’
Scoren op zeven thema’s De groep besloot de duurzaamheid van vleesvee op een rijtje te zetten en ontwikkelde een duurzaamheidsscan. Hiervoor werden studenten en professionele begeleiders van HAS Kennistransfer en bedrijfsopleidingen in Den Bosch ingezet om uitgebreid onderzoek te doen naar wat duurzaamheid nu precies inhoudt en hoe die meetbaar te maken is. Uiteindelijk is hieruit een bedrijfsscan ontstaan waarbij in ongeveer twee uur het complete bedrijf via een vragenlijst
en een uitgebreide stalinspectie doorgelicht wordt, wat een score oplevert op de verschillende onderdelen. De duurzaamheid in de scan is verdeeld in zeven verschillende thema’s: kennis & innovatie (vakliteratuur, beurzen), omgeving & maatschappij (groen om de boerderij, open dagen), voer & water (verbruik water, efficiëntie voer), diergezondheid & dierwelzijn (antibioticagebruik, conditiescore), arbeid & organisatie (mechanisatie, arbeidsdruk), markt & economie (verdiensten, concurrentie) en als zevende: natuur, milieu & energie (emissie en weidevogelbeheer). Allemaal op zichzelf staande thema’s, met daaronder weer onderwerpen, waar een score van theoretisch maximaal 100 procent uitrolt. ‘We hebben geen totaalbeoordeling gemaakt met één duurzaamheidscijfer, omdat de thema’s daarvoor te verschillend zijn.’ Zo weet Heijdra dat consumenten veel waarde hechten aan gezondheid & dierwelzijn en wellicht minder aan kennis & innovatie. ‘Elke partij kan daar zijn eigen afwegingen in maken.’ Het ‘spinnewiel’ dat als resultaat uit de scan komt, maakt vooral de duurzaamheid in het grote geheel zichtbaar en zorgt voor stimulans om te verbeteren.
2014
15-05-14 12:29
negatief voor dat ene duurzaamheidsthema scoort. ‘Het feit dat het veiliger is voor andere dieren en voor de veehouder is juist weer een plus voor bijvoorbeeld het thema veiligheid. Het gaat dus om de balans.’
vleesveebedrijf 2 (fictief) vleesveebedrijf 1 (fictief) sectorgemiddelde (fictief)
natuur, energie & milieu
kennis & innovatie 80 60
omgeving & maatschappij
40 20 0
voer & water
markt & economie
arbeid & organisatie
diergezondheid & welzijn
Figuur 1 – Zeven duurzaamheidsthema’s in de duurzaamheidsscan
betreft goed, maar op het gebied van energie kunnen we nog wel wat winnen’, geeft de vleesveehoudster aan. ‘Mestschuiven gebruiken veel energie. We denken aan zonnepanelen.’
Op het oog tegenstrijdig
‘Je kunt voor je eigen bedrijf verder inzoomen en nagaan waar de verbeterpunten liggen om verder te verduurzamen. De verduurzamingskansen stimuleren is het belangrijkste doel achter onze scan.’ Zelf heeft Heijdra haar bedrijf ook langs de meetlat van de duurzaamheidsscan gehouden. ‘We hebben strostallen en scoren wat dierwelzijn en -gezondheid
In de duurzaamheidsscan komen parameters voor die op het oog tegenstrijdig zijn. Om maar een actueel voorbeeld te noemen: de keizersnede. ‘Qua ingreep scoor je niet, maar op het thema diergezondheid telt bijvoorbeeld ook de lage uitval na geboorte mee’, weet Heijdra. Het gaat bij duurzaamheid altijd om de balans. ‘Een bedrijf met veel keizersnedes kan wel een strostal hebben, excursies ontvangen en met zonnepanelen in de eigen energiebehoefte voorzien.’ Ook onthoornen is zo’n parameter in de categorie gezondheid en dierwelzijn die
Ontbrekende kennis Vleesveehouders zijn veel duurzamer bezig dan ze zelf in de gaten hebben, zo weet Heijdra, die met de netwerkleden nu negen scans heeft gemaakt. ‘Een beurs bezoeken, kinderfeestjes op de boerderij organiseren, zuinig omgaan met energie, eigenlijk doet iedereen wel wat.’ En alhoewel de cijfers niet te vergelijken zijn met die in andere sectoren als varkens en melkvee, denkt Heijdra dat de vleesveesector goed scoort. ‘Het dierwelzijn is sterk, we verwerken voer efficiënt en werken aan de omgeving door het beheren van natuurgebieden. We doen het heel goed in duurzaamheid.’ Ondanks dat de inspanningen een praktische scan hebben opgeleverd, blijft het momenteel stil, geeft Heijdra aan. ‘We hebben het ministerie van EZ voorgesteld de scan te gebruiken om de nu nog ontbrekende kennis over onze sector te vergaren. Nu wordt beleid gemaakt zonder dat de huidige werkwijze bekend is.’ Ook grotere afnemers van Nederlands vleesvee zouden hun voordeel kunnen doen met de scan door bijvoorbeeld minimale eisen te stellen en die te gebruiken in de afzet. ‘Tijdens het proces hebben we ons vaak afgevraagd of iemand hier wel op zit te wachten, maar iedereen doet wat aan duurzaamheid, nu ligt er tenminste wat waarmee meetbaar gemaakt kan worden waar ieder vleesveebedrijf op zich staat.’ l
Van netwerk tot keten en belangenbehartiger Naast de duurzaamheidsscan voor vleesvee heeft het netwerk ‘Nieuwe normen voor de vleesveehouderij’ nog een aantal wapenfeiten opgeleverd. Zo is er een Maatlat Duurzame Veehouderij (MDV) gekomen voor vleesveestallen, is er een antibioticawijzer ontwikkeld en is het netwerk momenteel bezig normen voor vleesvee in het KWIN (Kwantitatieve Informatie Veehouderij van Wageningen UR Livestock Research) te krijgen. ‘Omdat de vleesveehouderij zo’n kleine groep is, wordt die voor het gemak vaak onder de melkveehouderij geschoven’, is de ervaring van Anita Heijdra, die schat dat er in Nederland 4000 vleesveehouders zijn, waarvan 80 procent een neventak nodig heeft. ‘De bewering dat we een kleine sec-
tor zijn, is een verklaring voor gebrek aan normen, maar geen excuus.’ Zo kwam van het één het ander en een aantal vleesveehouders uit het netwerk besloot nog een stap verder te gaan en zich te verenigen in het keurmerk Keten Duurzaam Rundvlees (KDR), waar inmiddels 50 vleesveehouders bij aangesloten zijn. ‘Dit product willen we gezamenlijk promoten. Zo kunnen slagers en horeca bewust voor Nederlands rundvlees met extra duurzaamheid kiezen’, aldus Heijdra, die aangeeft dat het keurmerk inspeelt op een behoefte van consument en afnemers – al zo’n 50. ‘Veel slagers hebben geen relatie meer met vee, maar willen wel een verhaal kunnen uitdragen.’ En zo neemt KDR inmiddels ook belan-
Anita Heijdra
genbehartiging op in het pakket. ‘We zijn te versnipperd in de vleesveesector, hebben geen gekanaliseerde afzet en dan heb je ook nog eens een rassenstrijd, maar onder de noemer van Nederlands luxe rundvlees nemen wij het op voor de sector.’
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Duurzaamheidsscan.indd 17
M E I
2 0 1 4
17
15-05-14 12:29
P R O F I E L KE E S
G O RT E R
Samenwerking moet voor nieuwe CRV-voorzitter Kees Gorter meerwaarde betekenen voor alle partijen
Voorzitter met gunfactor Kees Gorter hanteert de komende jaren de voorzittershamer van Leeftijd: 51 Opleiding: Hbo-bedrijfskunde CRV-carrière: Lid raad van commissarissen CRV sinds 2006, CR Deltavoorzitter sinds 2010, CRV-voorzitter sinds 2014
W
aren het bewust prikkelende woorden? Kees Gorter was nog maar net officieel beëdigd als voorzitter van CRV en keek de algemene ledenvergadering uitdagend aan. ‘Fokkerij is niets anders dan het drachtig maken van een koe. Of je nu honderd of duizend koeien melkt, wanneer koeien niet drachtig worden, blijf je geen boer.’ De uitspraak wekte verbazing. Gorter was nog maar een paar uur ervoor gekozen tot voorzitter van een coöperatie waar juist fokkerij-inkomsten de koers bepalen. De kersverse voorzitter bagatelliseer-
CRV. De melkveehouder uit het Friese Makkinga is volgens mensen in zijn omgeving ambitieus, een echte coöperator, draalt niet en hecht grote waarde aan vertrouwen. tekst Jaap van der Knaap
de meteen in zijn eerste toespraak het onderwerp fokkerij tot hooguit een van de vele bedrijfsinstrumenten van een rundveebedrijf. ‘Goede genetica is uiteraard belangrijk, maar het bezitten en kunnen analyseren van data, dat wordt cruciaal voor de sector. En denken we voldoende aan de consument?’, vervolgde Gorter. ‘Hebben we voldoende gevoel of onze eindproducten aansluiten bij de wensen van de consument? De maatschappij wil duurzame producten geproduceerd door gezonde dieren. Daar ligt een belangrijke taak voor CRV.’
Kees Gorter (51) is melkveehouder in Makkinga en sinds 2006 lid van de raad van commissarissen van CRV. Maar wat typeert de nieuwe CRV-voorzitter eigenlijk? De opvolger van Evert Alderkamp neemt in elk geval duidelijk geen blad voor de mond. Zo maakte hij er al bij zijn aantreden in 2006 als CRV-bestuurder geen geheim van dat hij zelf niets met fokkerij heeft, maar des te meer met diergezondheid en economie. Wat voor gevolgen heeft zijn benoeming voor de koers van CRV? De uitspraak over het belang van de
1
2
Kees Gorter: ‘Hebben we wel voldoende aandacht voor de wens van de consument?’ Bron: CRV-ledenvergadering 2014
4
18
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Gorter.indd 18
MEI
2014
15-05-14 12:33
maatschappij typeert Gorter in ieder geval volgens melkveehouder Cees Pieter van Burgsteden perfect. ‘Kees heeft een toekomstvisie voor ogen die verder gaat dan alleen de veehouderijsector. Hoe kunnen we de sector zo inrichten dat het hele platteland, de samenleving daar baat bij heeft? Het denken in kringlopen, in lokale productie, is iets waar Kees zich vijftien jaar geleden al over uitsprak. Hij was wat dat betreft zijn tijd ver vooruit.’
Visie over kringloopdenken Van Burgsteden is melkveehouder in Oosterwolde en was samen met varkenshouder Eric Douma en Kees Gorter initiatiefnemer van Stichting Natuurenergie Ooststellingwerf. Gedrieën investeerden ze in 2004-2005 op het erf van Gorter in een mestvergister. Daarin zou op termijn 100 hectare mais en 4000 kubieke meter mest zorgen voor de jaarlijkse opwekking van een miljoen kilowattuur aan energie. ‘We zagen kansen om digestaat, het restproduct van het vergisten, als kunstmest-
1
Commissaris van de Koningin John Jorritsma bezoekt de mestvergister
2
De start van SNO-energie met de onthulling van het naambord door de drie partners
3
Het einde van de mestvergistingsinstallatie
4
Evert Alderkamp overhandigt de voorzittershamer van CRV aan Kees Gorter
5
Melkveebedrijf Bruunshoge in april 2014
3
vervanger in te zetten. Die visie van kringloopdenken staat nog altijd als een huis, maar we hadden de tijd en de wetgeving niet mee’, stelt Van Burgsteden. Verdubbelde prijzen voor mais, wegvallende subsidies, wetgeving, maar vooral ook terugtrekkende financierders zorgden voor een opeenstapeling van teleurstellingen. ‘Kees hield onvoorwaardelijk vast aan het plan, maar uiteindelijk zag ook hij onder ogen dat het langer doorgaan met vergisten alleen maar geld kostte’, aldus Van Burgsteden. De samenwerking stopte noodgedwongen in 2010 en leverde ‘financiële kleerscheuren’ op voor alle drie partners. Spijt heeft Van Burgsteden niet. ‘We zijn nog steeds vrienden, ondanks de teleurstellingen. Onze samenwerking was hecht, we vertrouwden elkaar volledig. Als Kees een plan heeft, dan weet ik dat hij er voor honderd procent voor gaat. Hij verzamelt een groepje deskundigen om zich heen en bepaalt met hun kennis een eigen visie. Hij is een echte coöperator, hij wil dat van een samenwerking iedereen beter wordt. Daar gelooft hij heilig in. Kees zoekt en ziet altijd mogelijkheden om samen te werken.’ Gorter haalde afgelopen maand diverse media omdat zijn bedrijf als eerste een bijdrage heeft ontvangen uit het mestinvesteringsfonds. Op het erf in Makkinga wordt nu volop gewerkt om de vergister om te bouwen en geschikt te maken om de restwarmte van het vergisten te gebruiken om mest te hygiëniseren en exportwaardig te maken. ‘Een vette boter-
ham zal het niet opleveren’, zo meldde hij in Nieuwe Oogst. ‘Maar we hebben er wel een goed gevoel bij en het risico is beperkter dan in 2005.’
Hbo-diploma op latere leeftijd Gorter ziet vaak kansen vanwege een uitgebreid netwerk en zijn nieuwsgierigheid. ‘We hebben samen een aantal jaren op zaterdagmiddag een agrarisch radioprogramma gemaakt voor de lokale omroep Odrie uit Oosterwolde’, vertelt Evert de Boer, zorgboer in Oosterwolde. ‘We interviewden wekelijks mensen uit de sector en maakten een half uurtje radio. Samen bereidden we het gesprek voor, maar Kees stelde uiteindelijk altijd de vragen. Kees kan goed luisteren en goed doorvragen. En hij stond natuurlijk met zijn eigen melkveebedrijf midden in de sector, hij wist precies wat er speelde.’ Gorter was in de jaren tachtig samen met zijn vrouw Conny gaan boeren op het ouderlijk bedrijf in Makkinga. Op jonge leeftijd was hij al actief op het bedrijf, omdat er van zijn studie niet veel terechtkwam. Halverwege de havo stapte hij over naar het middelbaar agrarisch onderwijs, maar ook die opleiding maakte hij tot zijn moeders verdriet niet af. ‘Het was te vrijblijvend, Kees maakte er een potje van’, vertelt tweelingbroer Hans. Vader Albert, inmiddels overleden, stelde voor dat Kees maar thuis aan de slag moest om zijn tijd nuttiger in te vullen. Hij volgde nog wel een aantal praktische cursussen, waaruit bleek dat het niet afmaken van zijn studie vooral lag aan zijn inzet.
4
5
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Gorter.indd 19
M E I
2 0 1 4
19
15-05-14 12:33
P R O F I E L KE E S
G O RT E R
Ambitieus
Achteraan staan
‘Dat Kees nu voorzitter is, dat verbaast me eigenlijk niets. Kees is best ambitieus. Hij is ook meer een CRV-voorzitter dan een CR Delta-voorzitter, de functie die hij laatste jaren bekleedde. Hij houdt van het internationale karakter van een organisatie als CRV.’
‘Kees kon alle rollen spelen, maar als er gezongen moest worden, zetten we hem achteraan, dat was niet zijn kracht. Kees was vooral onze pr-man. Als er iets geregeld moest worden, dan stond hij altijd als eerste op. Hij wond iedereen om zijn vinger, tot de burgemeester aan toe.’
Cees Pieter van Burgsteden, melkveehouder en partner SNO Energie bv
Evert de Boer, zorgboer en medespeler van Stellingwerfs cabaret ‘Evenpies Bijpraoten’
Gunfactor
Draalt niet
‘De samenwerking tussen ons is voor Nederlandse landbouwbegrippen uniek. We horen mensen zich wel eens hardop afvragen of Kees niet te veel heeft weggegeven door met ons een samenwerking aan te gaan. Kees heeft inderdaad een gunfactor, maar we hebben een absoluut zakelijke relatie.’
‘Kees is nog maar een jaar voorzitter van Dorpsbelangen Makkinga, maar hij kan zich prima inleven in alle onderwerpen die bij ons voorbijkomen. Toen we hem vroegen voor het voorzitterschap, wilde hij geen nee zeggen, maar hij meldde wel dat het tussen allerlei zaken door moest gebeuren. Hij is een druk man en dat merk je ook in zijn besluitvorming. Hij draalt niet.’
Martin de Boer, zakelijk partner in melkveebedrijf Bruunshoge
Pas op latere leeftijd zag Gorter het nut van diploma’s in en volgde hij een deeltijdopleiding aan de landbouwhogeschool in Dronten. Hij slaagde voor de studie bedrijfskunde in 2002 en maakte een afstudeerscriptie over energie uit biomassa. ‘Moeder was apetrots. Ze was onderwijzeres geweest en vond het vreselijk toen hij zonder diploma’s school verliet. Kees had eindelijk een diploma, al was het wel wat laat’, vertelt Hans. Hans, die acht minuten ouder is, besloot 27 jaar geleden te emigreren naar Canada. In Manitoba melkt hij daar met zijn vrouw Nelleke 120 koeien. ‘Ik zag het niet voor me om samen te boeren in Makkinga. Kees en ik lijken niet alleen qua
Jan Wester, secretaris Dorpsbelangen Makkinga
uiterlijk op elkaar, maar ook qua karakter. We zijn rechtdoorzee en zoeken oplossingen. Dat hebben we van onze vader geleerd. Hard werken was goed, maar nadenken en bewust vooruitkijken was belangrijker. Misschien ben ik wel iets toegeeflijker. Al denk ik dat Kees inmiddels ook wel heeft geleerd dat je met goed luisteren en overleggen veel kunt bereiken.’
Actief in cabaretgroep Beide broers zijn volgens Durk Hoekstra van het type ‘we gaan ervoor, we doen het gewoon’. ‘Kees is wel wat meer de regisseur. Hij houdt ervan om mensen aan het werk te zetten om het plan uit te voeren.’ Hoekstra kent beide broers en hun oude-
re zus Joke vanuit zijn jeugd en werkt inmiddels weer samen met Kees in de dorpsraad Dorpsbelangen Makkinga. ‘Kees is geboren en getogen in Makkinga. Hij kent iedereen en iedereen kent hem. Hij staat voor iedereen klaar.’ Afgelopen jaar vervulde Gorter nog een belangrijke rol als voorzitter van Dorpsbelangen tijdens een informatiebijeenkomst rondom een mestsilodrama in Makkinga waarbij slachtoffers vielen. ‘Hij deed dat heel kundig, informatief, meelevend en hij koos de juiste woorden’, vertelt Jan Wester, die als secretaris van Dorpsbelangen de bijeenkomst volgde. Gorter heeft zich altijd voor diverse besturen actief ingezet. Ook al wilde hij
6
Kees Gorter: ‘Een vette boterham wordt het mest hygiëniseren niet’ Bron: Nieuwe Oogst, 12 april 2014
7
20
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Gorter.indd 20
MEI
2014
15-05-14 12:33
graag thuis aan de slag, zijn ouders leerden hem wel dat de wereld meer te bieden heeft dan koeien melken. Zo meldde hij zich aan bij het Stellingwerfs cabaret, dat de naam ‘Evenpies Bijpraoten’ droeg. Daar stond hij vijf winterseizoenen voor op de planken, vertelt Evert de Boer, die ook deel uitmaakte van de cabaretgroep. ‘We traden op in heel Noord-Nederland. Op onze top speelden we voor een zaal van 1200 man en was van een hobby eigenlijk geen sprake meer. Zowel Kees als ik waren de enige melkveehouders van het gezelschap en we deden op het toneel alles zelf. Dat betekende dat we ’s avonds laat moesten afbreken, maar de volgende morgen stonden we wel weer vroeg in de melkput. Op het hoogtepunt van onze theatercarrière zijn we gestopt.’
Nieuw-Zeelandse samenwerking Na 25 jaar melkveehouder begon er wat te knagen bij Kees Gorter. Het was maar de vraag of een van zijn beide dochters het bedrijf zou willen overnemen. Zonder een nieuwe impuls vroeg Gorter zich af hoe de laatste fase van zijn melkveehouderscarrière eruit zou komen te zien. ‘Letterlijk vroeg Kees zich af hoe hij kon voorkomen dat het bedrijf zou indutten. Ik vind het bijzonder dat je jezelf zo een
6
Stellingwerfs cabaret ‘Evenpies Bijpraoten’ met tweede van rechts Kees Gorter
7
Naambord SNO Energie bij het toegangshek van de mestvergister
8
Kees Gorter tussen zijn melkkoeien in Makkinga
9
April 2014: volop werkzaamheden om de vergister opnieuw bedrijfsklaar te maken
8
spiegel kunt voorhouden en op zoek gaat naar mogelijkheden om jezelf scherp te houden. Dat was het moment dat wij in beeld kwamen.’ Aan het woord is Martin de Boer. Hij heeft sinds drie jaar met zijn vrouw een vof-samenwerking met Kees en Conny. Martin en zijn vrouw Trijntje namen een aandeel in het vee en de machines en Kees en Conny bleven eigenaar van het land en de gebouwen. ‘Het is een soort sharemilking, naar Nieuw-Zeelands model’, aldus Martin. Sinds de samenwerking woont Martin op de boerderij en verhuisde Gorter met zijn gezin naar een huis een kilometer verderop. Martin is nu verantwoordelijk voor het dagelijks werk op het bedrijf. ‘Mijn vrouw en ik komen uit een “geplofte” maatschap, maar voor ons is deze nieuwe verantwoordelijkheid echt of we voor het eerst boeren. Dat levert Kees ook veel op. Hij ziet dat door de nieuwe energie die wij in het bedrijf stoppen de melkproductie omhoog is gegaan en de tussenkalftijd dertig dagen korter is geworden. Niet dat Kees het niet goed deed, maar hij had er gewoon geen tijd voor.’ De 165 melk- en kalfkoeien zijn jaarlijks goed voor 1,6 miljoen kg melk. Het doel van de vennoten is om de veestapel binnen tien jaar tijd uit te laten groeien naar 200 koeien met een jaarproductie van 2 miljoen kg melk. Martin de Boer merkt dat Gorter iemand is die veel waarde hecht aan samenwerking en vertrouwen en langdurige relaties aangaat. ‘Het bedrijf werkt al meer dan 25 jaar met dezelfde dierenarts, dezelfde voerleverancier, loonwerker en dezelfde zuivelfabriek. Hij houdt mensen scherp, maar gunt ze ook hun deel van de winst uit de samenwerking. Ik merk dat je daar ook veel voor terugkrijgt. De loon-
werker zal bij ons echt zijn best doen om een gaatje te vinden als we op het laatste moment besluiten toch te willen kuilen.’ Dat Gorter via het bedrijf, dat de naam Bruunshoge voert, openstaat voor nieuwe ideeën, wordt duidelijk door de deelname aan het project Smart Dairy Farming. Voor dit project steken de vennoten van Bruunshoge veel tijd in het verzamelen van allerlei data, bijeengebracht via sensoren. Niet voor niets refereerde Kees in zijn openingsspeech als voorzitter van CRV aan het belang van dataverzameling en data-analyse.
Type veroveraar Bang om zijn mening te ventileren is Gorter in elk geval niet, zo merkt Dirk Ryckaert op. De melkveehouder uit het Vlaamse Dikkelvenne kwam een jaar later dan Gorter in de raad van commissarissen van CRV en werkte in diverse commissies samen met hem. ‘Kees laat niet los wat hij oppakt, dat waardeer ik erg in hem.’ Ryckaert heeft wel moeten wennen aan de directheid. ‘Kees zijn tong is vlug, daarin vind ik hem een typische Nederlander. Hij is het type veroveraar dat graag zijn gezicht wil laten zien in het buitenland. In Vlaanderen zijn we afwachtender. Als bestuurder kon hij het zich permitteren om zich wat afzijdig te houden van de Vlaamse cultuur, de vleesveewereld. Maar als voorzitter kan dat niet meer. Om hier bij de veehouders binnen te geraken zal hij meer voeling moeten krijgen met onze manier van boeren.’ Maar Ryckaert twijfelt er niet aan of dat Gorter zal lukken. ‘Ik zie dat hij echt de intentie heeft om zich in te leven in materie. En nogmaals, als hij wat heeft opgepakt, dan laat hij dat niet meer los.’ l
9
V E E T E E LT V L E E S
VV05_Gorter.indd 21
M E I
2 0 1 4
21
15-05-14 12:34
G E Z O N D H E I D
Fenomeen aardstralen wetenschappel캐k nog nooit aangetoond
Werking broncorrector bl캐ft mysterie
De broncorrector bevat een combinatie van edelmetalen en brengt ongel캐kmatige spanning als gevolg van aardstraling weer in balans
22
V E E T E E LT V L E E S
VV05-aardstralen.indd 22
MEI
2014
12-05-14 15:14
Overtuigend wetenschappelijk bewijs voor de werking van het instrument is nooit gevonden. Niettemin kochten honderden Nederlandse en Vlaamse veehouders al een broncorrector om zogenaamde aardstraling te neutraliseren. Onverklaarbare gezondheidsproblemen bij mens en dier verdwijnen vaak na installatie van het apparaat. Wetenschappers reageren sceptisch. tekst Wichert Koopman
H
et verhaal van de familie Vossebeld uit Wesepe is illustratief. Wat met een regiment aan deskundigen niet kon worden opgelost, lukte wel met een zogenaamde broncorrector. Onverklaarbare gezondheidsproblemen bij het vee werden overwonnen na het bezoek van een wichelroedeloper en de plaatsing van een pvc-pijp met een inhoud van edelmetalen.
Voeding uit vrije energie Al 63 jaar verkoopt de Nederlandse familie Bron een instrument dat de vermeende negatieve effecten van zogenaamde aardstraling zou kunnen neutraliseren. Wereldwijd zijn er inmiddels 15.000 van verkocht, waarvan enkele honderden op Nederlandse melkveebedrijven. Brons Bodem Exploratie BV is uitgegroeid tot een familiebedrijf waarmee zeven broers en zussen en een neef hun inkomen verdienen. ‘De broncorrector is een gepatenteerd instrument. De pvc-buis bevat een combinatie van edelmetalen, waaronder een antenne die exact op het magnetische noorden moet worden afgesteld’, vertelt Albert Bron. ‘Het instrument wordt gevoed door de vrije energie van het aardmagnetisch veld, waardoor het zonder verdere voeding zijn werk kan doen’, aldus de woordvoerder, die vertelt dat
alle broncorrectoren door de familie zelf worden gemonteerd, afgesteld en getest. Afhankelijk van het bereik – oplopend van 3,8 naar 314 hectare – kost de aanschaf en installatie van een broncorrector tussen de 3000 en 14.000 euro. Daarbij geeft de firma Bron wel een vorm van garantie. ‘Als de klant na een jaar niet tevreden is, halen we het apparaat gewoon weer op en geven we tachtig procent van het geld terug’, verklaart Albert Bron. Dit gebeurt volgens de leverancier overigens maar zelden. ‘Bij 97 procent van de klanten blijft de broncorrector staan.’
Onbalans maakt ziek Henk Pauw uit het Drentse Garminge is wichelroedeloper en wederverkoper van broncorrector. De voormalig veehouder wordt regelmatig uitgenodigd op melkveebedrijven waar onverklaarbare problemen met de gezondheid van het vee spelen. ‘Als ik uit de auto stap, merk ik het al’, vertelt hij. ‘Meestal is op dit soort bedrijven een sterk patroon van aardstralen aanwezig. Dat voel ik direct met mijn handen en ik kan het ook zichtbaar maken met een wichelroede.’ Aardstraling is volgens Pauw kosmische straling die op weg naar het binnenste van de aarde wordt weerkaatst door ondergrondse wateraders maar bijvoor-
Veel geld voor bewijs Met een proef die de aanwezigheid van aardstralen bewijst of de werking van een broncorrector aantoont, is veel geld te verdienen. Stichting Skepsis biedt 10.000 euro, in de Verenigde Staten is zelfs een miljoen dollar beschikbaar’, vertelt Jan Willem Nienhuys. Nienhuys is secretaris van Skepsis, een stichting die door wetenschappers is opgericht om wonderbaarlijk theorieën en ongefundeerde claims te onderzoe-
ken en aan de kaak te stellen. ‘Ik ben een aantal keren benaderd door mensen die hun vermogen om aardstralen te kunnen voelen wilden laten testen’, vertelt de scepticus. ‘Nadat ik hen had uitgelegd dat ze dit ook zelf eenvoudig dubbelblind konden doen, hoorde ik meestal niets meer. Of ze schreven me dat ze zelf tot de conclusie waren gekomen dat het allemaal suggestie was.’
V E E T E E LT V L E E S
VV05-aardstralen.indd 23
M E I
2 0 1 4
23
12-05-14 15:13
G E Z O N D H E I D
Mieke Vossebeld: ‘We kenden onze koeien niet meer terug’ Een bedrijfsverplaatsing van Haaksbergen naar Wesepe, eind jaren negentig, bracht de familie Vossebeld aanvankelijk weinig geluk. ‘Al vrij snel na de verhuizing werden de koeien ziek. De melkproductie zakte, de dieren werden sloom en dor in het haar en voelden koud aan. Het leek wel of ze helemaal geen weerstand meer hadden.’ Mieke Vossebeld, die het bedrijf met 95 melkkoeien met bijbehorend jongvee samen met haar man Gerhard en zoon Patrick beheert, vertelt het verhaal na zoveel jaar inmiddels zonder emotie. Maar de tegenslag ging hen niet in de koude kleren zitten. Een leger aan deskundigen betrad het Sallandse erf. Voeding, drinkwater, mineralenvoorziening, huisvesting, gezondheidsstatus… alles werd onderzocht en
aangepast. Niets hielp. ‘We wisten zo langzamerhand niet meer wat we moesten doen’, bekent de veehoudster. Een artikel in een vakblad zette de familie op het spoor van de broncorrector. ‘We zijn eigenlijk veel te nuchter voor dit soort dingen en konden aanvankelijk ook niet geloven dat het kon werken. Maar we wilden alles proberen om de problemen op te lossen’, vertelt ze. ‘We benaderden wichelroedeloper Henk Pauw om eens langs te komen. Hij had direct in de gaten wat er aan de hand was. De grote hoeveelheden aardstralen en wateraders die op ons bedrijf aanwezig waren, ondermijnden alle weerstand van de koeien. Hij adviseerde ons zo snel mogelijk een broncorrector te plaatsen.’ De familie vond de aanschaf aanvankelijk
een grote investering voor een instrument waarvan ze de werking niet begrepen. Het aanbod van Pauw om de broncorrector na een jaar weer op te halen als ze niet tevreden waren, trok hen echter over de streep. Het apparaat is altijd blijven staan. ‘Een paar weken na plaatsing van de broncorrector zagen we de koeien opknappen. Ze werden weer actiever en de productie steeg. Een paar maanden later kenden we onze eigen koeien niet weer terug. De rust die de koeien nu uitstralen, is gewoon heel apart’, vertelt Vossebeld. De veehouders gaan sindsdien weer met plezier naar de stal. ‘Wij snappen ook niet hoe het kan, maar we willen de broncorrector voor geen goud meer kwijt.’
beeld ook door allerlei mineralen, aardgas of aardolie. ‘Deze weerkaatsing veroorzaakt een onbalans in het aardmagnetisch veld, waardoor mens en dier niet goed kunnen aarden en langzaam maar zeker steeds meer lading rond hun lichaam opbouwen. Dit heeft op den duur een negatief effect op hun algehele welzijn en gezondheid’, legt hij uit. ‘De broncorrector brengt alle ongelijkmatige spanning weer in balans en zorgt ervoor dat levende wezens hun opgebouwde lading langzaam maar zeker weer kwijt kunnen raken’, verklaart
Pauw. ‘Daarna wordt het weerstandsvermogen van mens en dier alleen maar beter.’
bronnen’, zo geeft hij desgevraagd aan. Bij de claim dat de broncorrector zonder vorm van voeding verstoringen in een potentiaal, aardmagnetisch veld actief zou kunnen opheffen plaatst de geofysicus vraagtekens. ‘Daar is hoe dan ook energie voor nodig en als de broncorrector die zou kunnen onttrekken aan het aardmagnetisch veld, dan zou dat heel goed nieuws zijn. Dan hadden we namelijk in één keer wereldwijd ons energieprobleem opgelost’, aldus De Groot. Dat dieren gevoelig kunnen zijn voor het aardmagnetisch veld is volgens de wetenschapper wel aangetoond. Duiven bezitten bijvoorbeeld een orgaantje dat hen in staat stelt om zich op basis van dit veld te oriënteren ‘Maar er is nooit bewezen dat het aardmagnetisch veld invloed zou hebben op het welzijn of de gezondheid’, zo geeft hij aan. ‘Zo is er bij mijn weten geen verschil tussen het welbevinden van koeien op de evenaar of in Noorwegen, terwijl er tussen beide plaatsen op aarde wel een groot verschil bestaat tussen de sterkte van het aardmagnetisch veld.’ De verklaring voor het feit dat veel veehouders zeggen baat te hebben gehad bij de installatie van een broncorrector op hun bedrijf kan volgens De Groot vooralsnog niet worden gevonden in de natuurkunde. ‘Wat niet wegneemt dat het fenomeen me wel intrigeert. We hebben apparatuur waarmee we betrekkelijk eenvoudig metingen aan het aardmagnetisch veld kunnen uitvoeren. Ik zou in de buurt van een broncorrector heel graag eens onderzoek doen.’ l
Heel graag meten Dr. Lennart de Groot van Universiteit Utrecht kan veel van de beweringen van de verkopers van de broncorrector wetenschappelijk niet staven. ‘Als het bijvoorbeeld waar zou zijn dat kosmische straling zou worden weerkaatst door aardolie of gas, dan zouden we daar natuurlijk allang gebruik van maken bij het zoeken naar deze fossiele energie-
Wetenschappers kunnen veel van de beweringen over de broncorrector niet staven
24
V E E TVEEEELTT E EJ A L TN VULAE RE IS 1M/ 2 E I 2 20 00 19 4
VV05-aardstralen.indd 24
12-05-14 15:13
U I T
D E
D I E R E N A RT S P R A K T I J K J O H N
C A M P E
Aan de hand van voorbeelden uit hun dagelijkse praktijk schrijven drie dierenartsen over diergezondheid in de vleesveehouderij. Om en om beschrijven John Campe, Piet De Meuter en René Bemers maandelijks vastgestelde ziektebeelden, uitgevoerde behandelingen en/of mogelijke preventiemaatregelen.
Chronische vergiftiging door continue toediening van te veel selenium
Seleniumintoxicatie I
n het kader van de bedrijfsbegeleiding worden bij ons in de praktijk op regelmatige basis op enkele bedrijven bloedstalen genomen om de mineralenstatus van het vee op te volgen. Ook de seleniumstatus van dieren wordt op deze manier in kaart gebracht. Als gevolg van deze screening kwam er vorig jaar op een bedrijf een duidelijk tekort aan selenium bij de veestapel aan het licht. Op dit bedrijf wordt het rantsoen door de veehouder samengesteld en vervolgens met behulp van de mengvoederwagen gemengd en verdeeld. Ook de vitaminen en mineralen worden aan de hand van de mengvoerwagen gemengd in het voer en op deze manier verstrekt aan het vee. Bij een recent routinematig bedrijfsbezoek viel op dat tal van dieren een dof haarkleed vertoonden. Daarnaast hadden ook opvallend veel dieren last van klauwletsels. Om de oorzaak van deze symptomen te achterhalen werd een standaard mest- en bloedonderzoek uitgevoerd. De analyse van de resultaten leverde geen bijzonderheden op. Een aanvullend onderzoek naar de seleniumstatus in het bloed toonde wel te hoge waarden aan. Er was dus sprake van een chronische vergiftiging met selenium. De veehouder is daarop geadviseerd om het toevoegen van selenium aan het rantsoen te matigen. Bij een gewone dosering moeten de ziektetekenen normaal gesproken weer verdwijnen.
De encyclopedie seleniumvergiftiging Selenium is een essentieel mineraal, zeker voor vleesvee. Het zorgt mede voor een goede immuniteit en (spier)celkwaliteit. In veel regio’s worden er tekorten waargenomen in de bodem. Bijgevolg is er onvoldoende opname door de planten en dus ook bij dieren. Selenium kan op tal van manieren bijgegeven worden: via injecties, extra additieven in het
krachtvoer of mineralenbrok of likemmers, maar het mineraal kan ook toegevoegd worden tijdens bijvoorbeeld het bemesten van de akkers. Een acute of ernstige vergiftiging wordt zelden of nooit gezien. Deze vergiftiging uit zich in ernstig ziek zijn, uitputting, zeer korte en snelle ademhaling en oog- en zenuwaandoeningen en kan uiteindelijk leiden tot sterfte. Chronische vergiftigingen kunnen soms wel eens waargenomen worden bij overdosering van supplementen. Dit type vergiftiging uit zich in een doffe vacht, vermageren, het mank lopen als gevolg van kloven in de klauwen, haaruitval in de staarttop, een verminderde vruchtbaarheid en diarree. Een behandeling is doorgaans niet nodig. De ziektekenmerken gaan over wanneer de doseringen genormaliseerd worden. Selenium is een noodzaak, maar overdaad schaadt. Houd de aanbevolen dosis aan.
V E E T E E LT V L E E S
VV05_dap.indd 25
M E I
2 0 1 4
25
15-05-14 12:33
B E D R I J F S R E P O RTA G E
w
Via de korteketenverkoop zijn Peter en Els boer én ambassadeur van het slagersambacht
Els en Peter VrankenVancauwenbergh Door tien jaar terug sterk van start te gaan met de korteketenverkoop is de veehouderij van Peter en Els Vranken vandaag de dag rendabel. Activiteiten: Ras: Aantal kalvingen: Bedrijfsareaal:
Eigen baas over vleesprijs Halen
veehouderij/hoeveslagerij Belgisch witblauw 35 30 ha gras en mais
‘D
alende veeprijzen, voedselfraudeschandalen, opbod in kortingen tussen warenhuisketens? Nee, daar hebben we weinig last van’, antwoordt Peter Vranken. ‘Onze klandizie gaat voor goed vlees voor dagdagelijks gebruik. Daarin kan een hoeveslagerij het verschil maken en op die manier kunnen we ook de meeste kilo’s verkopen.’ Traiteurbereidingen evenals brood, seizoensgroenten of fruit hoeven consumenten bij hoeveslagerij Ter Hees van Peter en Els Vranken-Vancauwenbergh dus niet te zoeken. ‘Hier komt men uit overtuiging en voor het genot van vers, puur natuurlijk en gezond rundvlees van een witblauwe.’
Ambacht gaat teloor Op de vraag of een beschermde geografische aanduiding (BGA) voor het Belgischwitblauwras een extra meerwaarde gaat opleveren, is het antwoord van de veehouder-afmester-slager tweeledig. ‘Voor mijn persoonlijke business levert een BGA geen meerwaarde op’, denkt Peter Vranken. ‘We hebben voordien ook nooit onder label geproduceerd. Onze klanten zijn, meen ik althans, goed geïnformeerd. Wij gaan ook altijd eerlijk om met hun kritische vragen zoals over het antibioticagebruik of het dierenwelzijn. Wij spreken hen zelf ook aan over de lage ecologische voetafdruk van onze vleesproductie. Maar voor de sector in zijn totaliteit kan een BGA-stempel wel een extra troef betekenen.’ Peter (42) en Els (40) verkopen in hun hoeveslagerij om de drie weken één vol-
26
Peter en Els Vranken-Vancauwenbergh uit het Limburgse Halen vormden het kleine ouderlijk bedrijf om tot een economisch levensvatbaar vleesveebedrijf. De investering in de eigen opleiding vormt de basis voor het succes van hoeveslagerij ‘Ter Hees’. tekst Guy Nantier
ledig mannelijk of vrouwelijk rund en driemaal per jaar een kalf als rosékalfsvlees. Het slachtdier wordt opgehaald en het karkas komt met een koelwagen terug naar het bedrijf. ‘In de koelwagen van de transporteur hangt één karkas, het onze’, geeft Peter aan. ‘Voor het overige zitten er alleen bakken in met vlees in vacuümzakken voor andere slagers. Mij zegt dat toch wel iets over het ambacht dat teloorgaat.’ Het karkas blijft een week rijpen in de koelcel. ‘Eén week rijpen is voldoende’, geeft de vleesveehouder aan. ‘Een witblauwe hoeft geen tien dagen te besterven om mals te zijn. Bovendien laat de geringe vetbedekking van het karkas dit ook niet toe.’
gram of meerdere biefstukken à 100 gram. Het kan allemaal volgens de wensen van de klant, groot of klein. Er zijn klanten die slechts één rosbief bestellen Hier geldt volledige, vrije keuze.’ De prijs is bijgevolg gedifferentieerd volgens de vleesstukken zoals bij de buurtslagers of warenhuisketens. Een filet pure bijvoorbeeld kost 29 euro per kilo, een biefstuk 12,50 euro per kilo, soepvlees met been 6 euro per kilo of een rundstong 12 euro per kilo.
Geen standaardwerk Het echtpaar beent het karkas zelf uit, doet de versnijding en maakt de bestellingen klaar. ‘Eén karkas verwerken neemt met zijn tweeën zo’n twaalf uur tijd in beslag.’ De verkoop van het vlees gebeurt op reservering, telefonisch of via de eigen website. Een nieuwsbrief brengt zowat vijfhonderd klanten, waaronder enkele horecazaken, op de hoogte van een aankomend versnijdingsmoment. Het vlees – van filet pure tot stoofvlees, satés of rundstong – wordt diepvriesklaar verpakt. Maar niet in standaardpakketten. ‘Wij leveren maatwerk’, geeft Peter aan. ‘Klanten kunnen het pakket zelf samenstellen. Ook het gewicht kunnen ze zelf bepalen. En klanten kunnen zelf de hoeveelheid per verpakking bepalen. Een biefstuk à 200
V E EVTE EE ETLETEVL LT EVELSE EOS K M TO E IB E2R0 12 40 0 9
VV05_Vranken.indd 26
15-05-14 12:29
Het bedrijf Ter Hees ligt niet aan een drukke weg. De marketing van hun korteketenverkoop is daarom gebaseerd op mond-tot-mondreclame. Inspelen op seizoentrends, zoals het barbecueseizoen in de zomer, of speciale acties doen ze niet. ‘Wij houden het liever bij authenticiteit’, vertelt Els. ‘We doen wel aan landbouweducatie met de nadruk op ontdekken, beleven en genieten. Daartoe heb ik een opleiding landbouwgids gevolgd en geef ik rondleidingen op het bedrijf voor scholen en andere groepen. En vleesproevertjes horen daar natuurlijk ook bij.’
Verhoudingen vleestukken oké
Voor de terugverdientijd van de investering in de hoevewinkel, de koelcel en het slagersmateriaal wordt tien jaar gerekend
Peter en Els namen het ouderlijk bedrijf van Peters ouders over in 1999. Tot 2007 hielden ze witblauwen en mestten ze kalveren af. Peter: ‘Maar vanaf de overname hebben wij altijd gespeeld met de gedachte om onze eigen vleesverkoop te organiseren. De vleesprijzen zaten immers op hun gat. Het was bovendien geen groot bedrijf.’ De enige optie om, zonder groei, winstmarge te creëren was voor Peter en Els het starten van een hoeveslagerij. ‘Kijk, voor een veehandelaar is het ook nooit genoeg. Hij heeft altijd wel het minste dier in een lot gezien om van de prijs af te dingen. Bij rechtstreekse verkoop krijg je tenminste waardering van de klanten’, vindt Peter. De mestkalvertak werd vervolgens afgestoten en de stal omgebouwd. Peter en
Els volgden een avondopleiding tot slager/spekslager gedurende twee jaar, drie avonden per week. Vervolgens werd geinvesteerd in een hoevewinkeltje, een koelcel en allerlei slagersmateriaal. Terugverdientijd: tien jaar. Peter: ‘Het lastigste punt is niet de investering, maar de administratie die je je op de hals haalt en de controles die je door het voedselagentschap FAVV geregeld moet ondergaan. Maar we hebben nog geen seconde spijt gehad van deze stap.’ Een mens zou bijna vergeten dat Peter ook al jaar en dag stamboekfokker is. Het fokdoel ten huize Ter Hees is gericht op S-kwaliteit, gewicht, beenwerk en vlotte opfok. De verhouding bereidingsvleeskwaliteitsvlees in een witblauwe om in te
spelen op de trend naar meer vleesbereidingen, moet voor de fokker niet wijzigen. ‘Het is moeilijk om op trends bij de consument in te spelen met fokkerij. Wat vandaag geldt, is morgen passé; fokkerij is van de lange adem. Bovendien laat onze ambachtelijke werkwijze toe om flexibel met het karkas om te gaan.’ Peter geeft toe dat hij wel eens een rosbief moet versnijden in stoofvleesstukken om aan de gevraagde hoeveelheden te voldoen. ‘Maar met één rund van 500 kilo karkasgewicht maak ik vijftig klanten blij. Vrijwel alles gaat weg, zonder restjes. Dat is de flexibiliteit van het ambacht. Maar ik wil toch wel benadrukken dat ik in hart en nieren meer veehouder dan slager ben.’ l
Het fokdoel ten huize Ter Hees is gericht op S-kwaliteit, gewicht, beenwerk en vlotte opfok
V E EVTE EE ETLETEVL LT EVELSE EOS K M T O E IB E2R0 12 40 0 9
VV05_Vranken.indd 27
27
15-05-14 12:29
V O E R
V O O R
V L E E S B O E R
Vlaamse zoogkoeienpremie vanaf 2015 vastgesteld De nieuwe krijtlijnen van de toekomstige zoogkoeienpremie binnen het nieuwe GLB 2015 zijn vastgelegd. De referentie voor de gekoppelde premie wordt het gemiddelde aantal gekalfde zoogkoeien in 2012 en 2013. De andere basisvoorwaarden zijn: – zeventig procent van deze zoogkoeien moet minstens acht maanden voor afkalven op het bedrijf geweest zijn; – koe en kalf moeten behoren tot het vleestype; – om nieuwe rechten toegekend te krijgen moeten er minstens twintig premiegerechtigde zoogkoeien op het bedrijf zijn. Meer details worden binnenkort bekend.
Agrifirm breidt sojaproef uit tot 100 hectare Mengvoerproducent Agrifirm gaat in het lopende groeiseizoen zijn sojaproef verdrievoudigen ten opzichte van 2013. In totaal 32 telers hebben 100 hectare grond aangemeld voor de zogenaamde praktijktest soja 2.0. Volgens Agrifirm is met soja een rendement te verwachten dat vergelijkbaar is met dat van zomertarwe of gerst. Binnen het bouwplan geeft soja als extensieve vrucht de grond bovendien rust. Voor veehouders biedt de praktijktest volgens Agrifirm de kans om lokaal hun kringloop te sluiten. Het Duitse bedrijf Mona Naturprodukte en het Belgische Danis draaien ook mee in de proef en hebben opnieuw interesse om de geoogste soja te verwerken.
Vlaamse bioveehouderij stijgt met net geen twee procent Bijna 39 procent van alle Vlaamse biolandbouwers of 126 bedrijven leggen zich toe op dierlijke productie. Afgelopen jaar steeg het aantal biologisch gehouden dieren met twee procent tot
5554 stuks. Daarmee bedraagt de biologische veestapel één procent van de totale Vlaamse veestapel. De vaakst voorkomende specialisaties zijn pluimvee (33 bedrijven) en rundvee (28 bedrijven).
Vlaanderen en Nederland gaan hun kennis over biolandbouw voortaan bundelen op de gezamenlijke website www. biokennis.org. Aanleiding voor het initiatief is dat de aanpak van het biologisch onderzoek in Nederland en Vlaanderen sterk op elkaar lijkt: de aansturing ervan komt vooral vanuit de sector zelf, die is sterk praktijkgericht, er is steun van de overheid en er wordt gebruikgemaakt van bedrijfsnetwerken voor de uitwisseling van kennis en ervaring en het doorgeven van de onderzoeksresultaten.
Rundvee lang beschermd tegen schmallenbergvirus Na 24 maanden blijkt 80 procent van de koeien op een onderzocht rundveebedrijf in Nederland nog steeds antistoffen te hebben tegen het schmallenbergvirus (SBV). Dit blijkt uit een onderzoek van het Centraal Veterinair Instituut (CVI), onderdeel van Wageningen UR. Het onderzoek werd uitgevoerd op een bedrijf in het oosten van Nederland, waar in 2011 een hoge concentratie van virusoverdragende muggen (knutten) werd gevonden. De langdurige bescherming geldt alleen voor volwassen runderen. Kalveren geboren uit met SBV geïnfecteerde moederdieren krijgen via de biest antistoffen
28
VV05_VVVB.indd 28
V E E T E E LT V L E E S
MEI
tegen SBV binnen. Binnen vier tot zes maanden zijn deze antistoffen echter verdwenen. In het onderzoek bleek ook dat het virus op het onderzochte bedrijf in staat was om in de bijna immune kudde volwassen
koeien toch nog vatbare dieren te vinden en te besmetten. Dit betekent voor de toekomst dat jonge, drachtige en onbeschermde koeien het risico lopen op een klinische SBV-besmetting. Tegen SBV is inmiddels wel een vaccin ontwikkeld.
2014
15-05-14 17:22
E C O N O M I E
Toeslagprijzen
Veeprijzen
B RON: WAGE NI NGE N UR L I VE S TO CK RE S EA R C H ( N L . )
ST IER EN Tabel 1 – Energie- en eiwittoeslagprijzen rundveevoeders (in eurocenten, excl. btw)
5,5
tendens
=
13,6 111,8 15,7 91,2
=
S 2013
5,0 euro/kg koud geslacht excl. btw
6 mei 2014 kvem kg dve-toeslag kvevi kg dve-toeslag
B R ON : V E E MA R K T B R U G G E ( B .)
S 5,07
4,5
E 4,29
4,0
E 2013
U 3,63
R 2013
3,5 3,0
U2013
R 3,21
2,5 2,0
minimum-/maximumprijs 1
5
K O EIEN
t
10
15
20
25 30 week
35
40
45
50
B R ON : V E E MA R K T B R U G G E ( B .)
5,0 S 4,41 S 2013
euro/kg koud geslacht excl. btw
4,5
Prijsmonitoring B RON: LEI- W UR ( NL . )
Tabel 2 – Prijsmonitoring van rundvee naar rundvlees Nederland
februari 2014 maart 2014 tendens
index API af-boerderij
index PPI verwerking
index CPI consument
120,8 125,3
107,9 109,0
114,8 113,4
4,0
E 3,86
E 2013 U 2013
3,5 U 3,48 3,0 R 2,58
R 2013
2,5 2,0
minimum-/maximumprijs 1
5
10
15
20
25 30 week
35
40
45
50
Voor de meest actuele veeprijzen: ga naar www.veeteeltvlees.nl
Vleesprijsindex B R ON : F OD -E C ON OMIE ( B .) 120
vereenvoudigde ratio referentieratio (18 m.) ondergrens bovengrens
110 100
2005 = 100
90
80 70 60 50 40 ‘05 l ‘05 ‘06 l ‘06 ‘07 l ‘07 ‘08 l ‘08 ‘09 l ‘09 ‘10 l ‘10 ‘11 l ‘11 ‘12 l ‘12 ‘13 t ‘14 jan ju jan ju jan ju jan ju jan ju jan ju jan ju jan ju jan mr maand/jaar
V E E T E E LT V L E E S
VV05_VVVB.indd 29
M E I
2 0 1 4
29
15-05-14 17:01
C O L O F O N
AGENDA Keuringen en prijskampen
Parthenaises van Jacky Martin te Anloy Foto: Kristina Waterschoot
COLOFON VeeteeltVlees is een uitgave van CRV BV en verschijnt maandelijks.
redactie
hoofdredacteur Guy Nantier redactie Jorieke van Cappellen, Annelies Debergh, Inge van Drie, Florus Pellikaan, Jaap van der Knaap, Ivonne Stienezen en Tijmen van Zessen fotografie Harrie van Leeuwen, Kristina Waterschoot bureauredactie Mirjam Braam (chef), Lieke van den Broek, Ingrid Sevenster, Rogier van der Weiden vormgeving André Fris, René Horsman, Esther Onida aan dit nummer werkten verder mee Alice Booij, Sjoerd Hofstee en Wichert Koopman hoofd uitgeverij Rochus Kingmans
redactie-adres
Nederland: postbus 454, 6800 AL Arnhem, telefoon 026 38 98 800 Vlaanderen: Van Thorenburghlaan 14, 9860 Oosterzele, telefoon 09 363 92 11 fax 09 363 92 06 E-mail veeteelt@crv4all.com
18 mei: 18 mei: 1 juni: 29 juni: 2-3 juli: 6 juli: 12 juli: 19 juli: 23 juli: 25 juli: 25 juli: 26 juli: 26 juli : 31 juli: 2 augustus: 2 augustus: 8 augustus: 17 augustus: 28-30 augustus: 5 september: 5-7 september: 5-7 september: 7 september: 8 september: 13 september:
Kalver- en fokveeshow witblauw te St.-Niklaas Fokveeshow witblauw te Bocholt Fokveeshow witblauw te Tielt CRV-fokveedag witblauw Oost-Vlaanderen te St-Lievens-Houtem Nationale show Belgisch-witblauwras, Birmingham (UK) CRV-fokveedag witblauw Limburg te Aldenbiesen Regiokeuring West Belgisch witblauw te Sluis CRV-fokveedag witblauw West-Vlaanderen te Wulpen Fokveeshow witblauw Oosterkempen te Geel ten Aard Nationale limousingkeuring te Libramont Nationale blonde d’Aquitainekeuring te Libramont Nationale charolaiskeuring te Libramont Nationale Belgisch-witblauwkeuring te Libramont Vleesveekeuring te Enter Vleesveekeuring te Stroe Grote Prijs Keukens Redant te Erpe-Mere Fokveeshow vleesvee te Zevendonk Fokveeshow Belgisch witblauw te Beveren Nationale charolaiskeuring te Magny-Cours (Frankrijk) Nationale jongveekeuring te Magny-Cours (Frankrijk) Nationale blonde d’Aquitainekeuring te Biarritz (Frankrijk) Nationale keuring limousin te Limoges (Frankrijk) Regiokeuring centraal Belgisch witblauw te Geffen CRV-interprovinciale fokveedag witblauw te Leuven Nationale herefordkeuring te Dalfsen
Ve i l i n g e n 18 april: 5 juni:
Blonde Génétiqueveiling te Casteljaloux (Frankrijk) RJ limousinveiling Lanaud te Boisseuil (Frankrijk)
Beurzen, studievergaderingen, demodagen
abonnementsprijs/jaar
Nederland en België € 47,10, overige landen € 91,50. In combinatie met abonnement op vakblad Veeteelt € 10 korting. Prijzen excl. 6% btw. Abonnementen zijn gebaseerd op kalenderjaar en worden jaarlijks in februari gefactureerd. Opzegging is mogelijk per kwartaal. Bel voor opgave van een abonnement: België: VRV-klantendienst (078 15 44 44) Nederland: CRV-klantendienst (088 00 24 440) E-mail klantenservice.nl@crv4all.com
25-28 juli :
Landbouwbeurs te Libramont
VOORUITBLIK
F i n a n ciële in zich t en
advertentie-afdeling
Jannet Fokkert, Willem Gemmink, Froukje Visser postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon (+31)(0)26 38 98 820 fax (+31)(0)26 38 98 824 E-mail advertenties@crv4all.com
illustraties/foto’s
De foto’s zijn van de eigen fotodienst van Veeteelt. Uitzonderingen zijn foto’s van OS Limousin (4), Blonde d’Aquitaine Stamboek Nederland (4) en Rens Hooyenga (18-21). Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de meeste zorg is besteed kan door de redactie geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor mogelijke onjuistheden of onvolledigheden. Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij CRV BV c.q. de betreffende auteur. Artikelen uit VeeteeltVlees mogen uitsluitend verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden na schriftelijke toestemming van CRV. Druk: Senefelder Misset Doetinchem ISSN 1570-3312
30
VV05_Agenda.indd 30
V E E T E E LT V L E E S
MEI
Juni (18 juni) – VeeteeltVlees zette Jan de Keijser en Riccy Focke aan de gesprekstafel. De Keijser is agrarisch directeur bij Fortis BNP Paribas, een bank die agrarische bedrijven met toekomst, groeibedrijven en dynamische bedrijven ondersteunt. Focke is directeur van Boeren op een Kruispunt, een non-profitorganisatie die oog heeft voor die bedrijven die niet slagen en die dus veel leed met boeren deelt. Een dubbelinterview over de rentabiliteit in de vleesveehouderij. Verder in het juninummer brengt de redactie de toekomstvisie van boerenbelangenbehartiger LTO over de Nederlandse vleesveehouderij en is er het vierde deel in de serie adviescommissie Vlaams witblauwstamboek.
2014
15-05-14 12:17
A N D E R S
B E K E K E N
V E E T E E L T V lee s
VV05_AndersBekeken.indd 31
M E I
2 0 1 4
31
12-05-14 15:06
TITANE
KI-CODE: 767262
(Jackpot x Flambeau)
CORRECT EN GEMAKKELIJK • MAKKELIJKE BLOEDVOERING • STIER MET ZEER GOEDE VOORHAND EN RUG • EERSTE KALVEREN BIJ DE FOKKER ZIJN UITERMATE CORRECT
BETTER COWS | BETTER LIFE
014-13 Titane.indd 1
CRV4ALL.BE, CRV4ALL.NL
15-05-14 14:56