De Hoop magazine, december 2020

Page 1

DE HOOP SA ME N O P WEG NA AR EEN NI EUW L EVEN

MAGAZINE

45STE JAARGANG NR 4 • 2020

IN DEZE EDITIE

HET VERHAAL VAN ESTER

Als je kind te veel gamet

“Ik dacht dat liefde tussen man en vrouw niet bestond”

Pastorale zorg van groot belang Levenservaring als grote kracht


VOORWOORD

H DURF IK OM HULP TE VRAGEN?

Jaap de Gruijter Voorzitter Raad van Bestuur bij De Hoop ggz.

“Toen begon het te dagen: bij gezond worden hoort ook een ander perspectief op het leven, het besef dat iedereen problemen heeft.”

Woensdag rond 17.00 uur in de middag: mijn secretaresse meldt dat ik mijn voorwoord (dat je nu aan het lezen bent) moet af ronden gezien de deadline. Net voordat ik begin, zie ik een mail binnenkomen van een van onze begeleiders, met als kop: “Je weet niet hoe blij je Hannah hebt gemaakt”. Die mail wil ik eerst lezen. Het blijkt dat Hannah trots aan haar persoonlijk begeleidster heeft gemeld dat zij mij om hulp heeft gevraagd met de papierbak. De begeleider legt in haar mail uit: ‘Hannah heeft nooit geleerd om een hulpvraag te stellen. Bij gebrek aan veilige liefde om haar heen heeft ze geleerd dat ze het altijd zelf moet doen. Hulp vragen doe je niet…’ En nu heeft ze in haar behandeling geleerd dat ze soms om hulp mag vragen. Dat kan om praktische zaken gaan, maar ook om de grote vragen in ons leven waar het gaat om geloof, hoop en liefde. Bijzonder toch, hoe zo’n eenvoudige ontmoeting blijkbaar zoveel kan betekenen? Ik besef tegelijkertijd dat het makkelijker is om te helpen dan om geholpen te worden. Durf ik zelf wel een hulpvraag te stellen? Als Hannah het durft, durf ik het ook. Daarom, beste lezers in onze achterban: mag ik jouw hulp vragen zodat wij kunnen blijven helpen? Wil je alsjeblieft doorgaan met jouw gebed voor ons werk en onze cliënten? En wil je je gift blijven geven in deze ingewikkelde en soms zo ‘Hoop-eloze’ tijd? Zonder jouw gebed, gaven en giften kunnen wij geen Hoop blijven verlenen! Namens Hannah en mijzelf: DANK!

DE HOOP MAGAZINE

DE HOOP MAGAZINE

De Hoop-medewerker Sjaak Monster | Pagina 27

Het is dinsdagochtend en ik rond net een beeldbelafspraak af. Ik zie Hannah, een van onze cliënten, haar hoofd om de deur steken. Ze vraagt met zachte stem of ze het oud papier kan ophalen. Ik vraag haar hoe het met haar moeder gaat, maar sta haar - zonder me daarvan gelijk bewust te zijn - in de weg om haar werk te doen. Ze vraagt of ik de papierbak vanonder mijn bureau kan halen. Dat doe ik met vreugde; zij vertelt dat haar moeder het goed maakt en loopt met een grote glimlach mijn kamer uit.

2

3


INHOUD

INHOUD

20 22

DE HOOP 45STE JAARGANG NR 4 • 2020

DE HOOP Magazine is het magazine van Vrienden van De Hoop, met bijzondere verhalen van cliënten en alles wat er gebeurt in en om De Hoop en verbonden stichtingen.

08

HIGHLIGHTS & INTERVIEWS

08 14 16 18 21 22 28 DE HOOP MAGAZINE

4

KORT & COLUMNS

COLOFON De HOOP Magazine is een uitgave van Stichting Vrienden van De Hoop. De Hoop is in het bezit van het CBF-keurmerk en door de Belastingdienst erkend als ANBI. Giften kunnen worden overgemaakt op rekeningnummer NL06.INGB.00.00.38.38.38. Telefoon: 078 611 1355 E-mail: info@vriendenvandehoop.nl

“Ik dacht dat liefde niet bestond” Het verhaal van Ester

06

NIEUWS & AGENDA In het kort

Een boost voor de geestelijke accu

13

COLUMN Dubbele verbinding

Mijn mooiste plek

20 BEDANKT! “Ik kreeg een tweede kans. En een derde”

Pastorale zorg van groot belang in het werk van De Hoop Lianne kan alles vergeten op Clifton Beach 4

Waar of niet waar?

Fabels en feiten rondom pastorale zorg

Wat je wilt weten over afkicken

Wat doet afkicken met je lichaam?

Leren van lotgenoten

Interne Opleidingsschool Ervaringsdeskundigheid

“Zit je alweer achter dat scherm?”

Hoe ga je om met het gamegedrag van je kind?

27 ZAKENVRIEND Alvero kantoormeubelverhuur 30

DE DAG VAN Yolanda Taihutu

31 MEDITATIE Innerlijk vrij 32

“Ik dacht dat liefde niet bestond”

ITEM VAN BETEKENIS Een beker warme koffie

6

26

Redactie Evelyn van der Ark Elize den Bleker Hilleen Droogendijk Evelien Fokkema Marianne van der Poel Els van Weijen Fennegien Wietses Fotografie Ineke Linssen, Ellen Brouwer en anderen. Drukwerk De Hoop Drukkerij, Dordrecht

14

Concept, ontwerp & realisatie BladenMakers, Nijkerk Aansprakelijkheid Redactie en uitgever zijn niet aansprakelijk voor uitspraken van (ex-)cliënten. Aanmelden magazine Via: vriendenvandehoop.nl/blijfopdehoogte

DE HOOP MAGAZINE

MAGAZINE

5


NIEUWS

AGENDA

IN HET

H

KORT

AGENDA TWEEDUIZEND-EEN-EN-TWINTIG

BEDANKDAG

19/1

Het dak van De Hoop op Het Dorp in Dordrecht is de afgelopen tijd voorzien van maar liefst 1.258 zonnepanelen.

DE HOOP MAGAZINE

6

Onze bestuurder Jaap de Gruijter zegt hierover: “We hebben besloten deze investering te doen omdat we weten dat we rentmeester zijn van deze wereld. We willen een gezonde aarde doorgeven aan onze kinderen en kleinkinderen. Schone energie is een van de investeringen om dat daadwerkelijk te doen.” De Hoop wil in 2030 de CO2-uitstoot met 50% hebben verminderd. Eerder is al het scheiden van restafval, glas en papier ingevoerd en zijn er elektrische voertuigen aangeschaft en oplaadpalen geplaatst.

Cycle for Hope haalt €456.000 op In september vonden alle evenementen van Cycle for Hope plaats. Op 11 en 12 september waren we in Hoenderloo, waar de MTBmarathon en de toertochten van verschillende afstanden werden verreden. Van 24 t/m 26 september was het tijd voor Rondje(s) Nederland: een estafettetocht waarbij in 48 uur maar liefst 1.200 km wordt afgelegd. Op 26 september werd vanuit Dordrecht ook de Toertocht 200 km gehouden. Vooral in het tweede weekend waren de omstandigheden zwaar, met op sommige plaatsen héél veel regen en behoorlijke kou. Sommige fietsers kwamen ’s nachts everzwijnen tegen! Gelukkig hield iedereen de moed erin. We zijn dankbaar voor de inzet van zo veel fietsers en begeleiders, sponsors en vrijwilligers. En we zijn dankbaar voor de opbrengst van € 456.000. Een geweldig bedrag voor onder andere de inloophuizen en pastorale zorg.

Het eerste team van De Hoop, 45 jaar geleden

Leestip Dit najaar is het ‘Handboek pastoraat bij psychische problemen’ verschenen, geschreven door collega’s van De Hoop en Eleos. Het boek biedt belangrijke basiskennis over psychische problemen, zoals bijvoorbeeld autisme, depressie, dwangstoornissen, narcisme en relatieproblemen. De auteurs geven bij elk thema antwoord op vier vragen: Wat houdt de stoornis in, hoe hangt de stoornis samen met geloof en geloofsbeleving, hoe werkt de stoornis door in het pastorale contact en wat zijn de do’s en don’ts voor de pastor? Een relevant boek voor iedereen die actief is in het pastoraat, maar ook waardevol voor anderen die in hun omgeving te maken hebben met psychische ziekte. O.a. te bestellen bij Kok Boekencentrum: kokboekencentrum.nl.

Vrouwen voor Vrouwen ondanks corona succesvol Ieder jaar organiseert Vrouwen lopen voor Vrouwen wandeltochten en runs voor vrouwen die met hun inzet vrouwen helpen: vrouwen in de knel die uit de prostitutie willen stappen of vrouwen die los willen komen van verslaving en een nieuwe start willen maken. Dit jaar was het door corona niet gemakkelijk om de tochten te organiseren: tochten moesten verzet worden, andere tochten werden helemaal afgezegd. De wandelingen in Dordrecht en Appelscha werden door de aangescherpte maatregelen in het najaar omgezet in ‘thuisedities’: wandeltochten waarbij de vrouwen alleen of in kleine groepjes op pad gingen. Maar ondanks al deze hobbels brachten de wandelingen en runs samen ruim € 70.000 op! Alle deelnemers, vrijwilligers en sponsors: heel hartelijk dank!

LADIESNIGHT VROUWEN LOPEN VOOR VROUWEN

21/1

21 januari 2021 Ladiesnight Zoals vertrouwd trapt Vrouwen lopen voor Vrouwen het seizoen af met een inspirerende ladiesnight. Een interessante spreker en fijne muziek! Ben jij er bij? vrouwenlopenvoorvrouwen.nl

DAG VAN HET JEUGDPASTORAAT

12/2

12 en 13 februari 2021 Dag van het Jeugdpastoraat Op 13 februari is het de Dag van het Jeugdpastoraat. Chris organiseert op die dag én de vooravond diverse workshops. Kerken en jeugdleiders worden toegerust en geïnspireerd om werk te maken van pastorale zorg voor kinderen en jongeren in de kerk. volwassenen.chris.nl/ evenementen/dvhj

THEMA-AVOND RELATIES

24/3

24 maart 2021 Het hele jaar door organiseert De Hoop ggz in samenwerking met Vrienden van De Hoop thema-avonden. Bent u betrokken bij het verlenen van pastorale zorg in de kerkelijke gemeente? Kom dan naar de thema-avond in Vlissingen. Kijk op: vriendenvandehoop.nl/agenda/ thema-relaties

DE HOOP MAGAZINE

Nieuwe energie voor De Hoop

19 januari Bedankdag Ieder jaar zetten de medewerkers van Vrienden van De Hoop, de stichting die fondsen werft voor het werk van De Hoop, een dag apart die helemaal is gewijd aan het bedanken van onze donateurs. U kunt gebeld worden of een kaartje ontvangen.

7


INTERVIEW

INTERVIEW

Ester vertelt: “Als kind was er niets met me aan de hand. Als tiener werd ik teruggetrokken en verlegen. Ik kwam in aanraking met pornoblaadjes. Ik schrok ervan, maar ze maakten me ook nieuwsgierig. Ze werden een verslaving. Daar voelde ik me raar en schuldig over. Ik begon in die tijd negatief naar mezelf te kijken. Ik leek niet op wat ik zag in die blaadjes. Ik kreeg haat naar mezelf. In diezelfde tijd dronk ik mijn eerste biertje. Dan ontdek je dat je zekerder wordt als je alcohol op hebt.”

“Ik dacht dat liefde niet bestond” DE HOOP MAGAZINE

8

ESTER WILDE HOREN: ‘IK VIND JE MOOI, IK VIND JE LIEF.’ MAAR ZE WERD ALS VUIL BEHANDELD. ZO ZAG ZE ZICHZELF EIGENLIJK OOK. TOCH WIST ZE HAAR EIGENWAARDE TERUG TE VINDEN. ZE VERTELT ER OPENHARTIG OVER AAN DE HOOP MAGAZINE.

UITERLIJK Ester bezoekt discotheken. “Ik begon me mooi aan te kleden en me op te maken. En dan dronk ik wat voordat ik de discotheek in ging. In de discotheek was alles gericht op uiterlijk; dat vond ik eng. Met drank op was het gemakkelijker. Ik kreeg een relatie met een jongen die me op school nooit had zien staan. In de discotheek zag hij mij wel. Ik was helemaal in de wolken. Hij was populair en had een grote mond. Ik wist dat hij dingen deed die fout waren. Dat vond ik leuk. Als tiener zoek je toch je grenzen op. Deze jongen gebruikte drugs. Dat ging ik ook doen: speed en cocaïne. Ik voelde me daardoor zekerder. Maar het gaf ook strijd. Overdag gebruikte ik geen drugs en dan was ik een heel andere Ester. Ik wist niet meer wie ik echt was.” AANDACHT “Ik heb onder invloed van alles gedaan om maar aandacht te krijgen,” vertelt Ester. “Ik had een leegte, die ik opvulde met hoe jongens naar me keken. Hun aandacht voor mij was ook een verslaving. Daarnaast was ik ook nog verslaafd aan alcohol en drugs, en ik rookte als een ketter. Mijn eerste relatie draaide alleen maar om seks. Ik heb mijn lichaam zo gemakkelijk weggegeven. Later dacht ik pas: ‘Wat heb ik gedaan?’ Die pornoboekjes beschadigden iets vanbinnen. Ik had een vertekend beeld van seksualiteit en ben zo gaan leven. Ik zag ook wel romantische f ilms, maar ik dacht dat liefde tussen een man en vrouw niet echt bestond. Terwijl ik daar ten diepste wel naar op zoek was. Ik wilde horen: ‘Ik vind je mooi, ik vind je lief.’ Maar ik werd als vuil behandeld. Niet vreemd als je jezelf als vuil ziet.”

SOCIALE FOBIE Na Esters eerste relatie volgen er andere. “Een van die relaties duurde drie jaar. In die tijd deed ik de opleiding SPW (Sociaal Pedagogisch Werk – red.), maar ik ben in het laatste jaar gestopt. Ik liep stage en dan hoor je natuurlijk kritiek. Gewoon aanwijzingen over wat je beter anders kunt doen. Ik kon daar niet tegen, zo onzeker was ik. Ik werd steeds afhankelijker van alcohol. Ik was bang dat mijn vriend anders zou zien wie ik echt was. Ik zag al in zijn ogen dat hij dacht: ‘Wat heb ik nog aan haar?’ Ik ging in de thuiszorg werken. Dat lukte even, maar soms dronk ik stiekem op mijn werk; zo ver zonk ik in onzekerheid, depressie en isolatie.” Ester blijkt een sociale fobie te hebben. Ze legt uit: “Als ik bij mensen was, was ik bang dat mijn hand zou gaan trillen of dat ik er raar uit zou zien. Als je die angst hebt, gebeurt het juist. Het werd alleen maar erger. Ik ging me steeds meer schamen. Ik had een probleem waar ik niet uitkwam. Ik had veel seksuele relaties, ik had geen werk en geen hoop meer. Ik durfde niet meer naar buiten. Ik wilde het liefst een eind aan mijn leven maken, maar dat durfde ik gelukkig niet. Ik had gehoord van een hel; ik wist dat ik me niet van het leven mocht beroven.” OUDERS Nadat haar relatie na drie jaar uitgaat, nemen Esters ouders haar in huis. “Ik dronk daar stiekem, maar toen ik een keer heel veel gedronken had, ontdekten ze het. Ze hadden er veel verdriet van. Ze hebben me begeleid in hulp. Ik heb dagbehandeling en therapie gehad, maar toen ik was afgekickt liep ik weg. Door de alcohol kreeg ik een psychose en draaide ik echt door. Ik kwam op een gesloten afdeling en was bang dat ik er nooit meer uit zou komen. Ik heb het uitgeschreeuwd – in een kussen, zodat niemand me hoorde: ‘God, help me!’ Achteraf zie ik dat God toen al ingreep. Mijn ouders hadden het geloof losgelaten, maar er was een dominee die af en toe in hun winkel kwam. Die wees hen op De Hoop. Mijn vader kwam op bezoek en zei dat ik daarheen zou gaan. Niet vanwege het geloof, maar gewoon omdat daar veel mensen herstelden.” LEVEN OMGOOIEN In september 2004 gaat Ester naar Crosspoint, de afdeling waar ze afkickt. “In het begin deed ik het meer voor mijn familie dan voor mezelf. Ik deed mee met het programma en ergens raakte het me wel hoe ze met me omgingen: dat ze de tijd namen om te luisteren. Ik vond het ook mooi dat er

DE HOOP MAGAZINE

Altijd bang voor wat anderen van haar dachten. Altijd bang om iets raars te doen. Die angsten zorgden ervoor dat Ester vanaf haar tienertijd vluchtte in drank, drugs en relaties.

9


INTERVIEW

INTERVIEW

“Eigenlijk haatte ik mezelf. Maar in de groep hoorde ik positieve dingen over mezelf.”

CROSSPOINT Ester legt uit hoe de dagen eruitzagen bij Crosspoint: “Je moet weer een dagritme opbouwen, dus je komt bijtijds uit bed. We hadden schoonmaaktaken, aten samen en moesten iedere dag in een dagboek schrijven. We hadden gesprekken en werkten bij de boer. Dat laatste vond ik niks. Ik was depressief en vond niets leuk. Ik vond mezelf ook lelijk in een ketelpak met laarzen aan. Maar van het buiten zijn genoot ik soms. In mijn dagboek schrijven vond ik moeilijk. Dat moest je doen om je bewust te worden van waar je tegenaan loopt en waar je in groeit. Zo ontdek je je krachten en je valkuilen. We kregen ook de vraag wat je doel was. Ik was doelloos geworden: ik had geen hoop voor de toekomst. Ik vroeg me af wat ik nu eigenlijk van mijn leven had gemaakt. Ik ging zien dat ik veel zelfmedelijden had. Eigenlijk haatte ik mezelf. Maar in de groep hoorde ik positieve dingen over mezelf. Een andere cliënt zei dat ik fijn in de omgang was. Dat raakte me: ik kreeg het besef dat ik ook mooie eigenschappen had.” CONFRONTEREND Bij Crosspoint verblijven ook cliënten die op straat hebben geleefd. “Dat was confronterend. Met mij kon het ook zo aflopen als ik niet veranderde. Ze waren mager en hadden kapotte tanden. Je zag zelfs aan hun ruwe huid dat ze verslaafd waren. Soms waren ze agressief en vaak verward. Maar ik heb me nooit onveilig gevoeld. Daar zorgden de begeleiders voor.” Vanbuiten komt wel gevaar: “We zaten een keer aan tafel toen er een baksteen door de ruit kwam, precies tegen mijn achterhoofd aan. Gewoonlijk waren de gordijnen altijd open, maar nu waren ze dicht; ik denk dat daardoor de baksteen me iets minder hard raakte. Ik heb er niets aan overgehouden. Die baksteen is waarschijnlijk gegooid door iemand die uit Crosspoint was weggestuurd, iemand onder invloed. Dat zette me aan het denken. Ik wist: ‘Dat kan ik ook doen in een dronken bui’.” DE HOOP MAGAZINE

10

KLEIN KIND Ester gaat steeds meer nadenken. “Ik realiseerde me: ík moet veranderen; niemand anders kan dat voor mij doen. Ik ging van Crosspoint, in de stad, naar een afdeling op Dorp De

Hoop. Dat was weer een stapje verder. Het ging niet vanzelf: ik ben nog een keertje weggelopen. Ik moest motivatiebrieven schrijven voordat ik terug mocht komen. Ik heb even in een kraakpand gewoond en huilend mijn ouders gebeld of ik naar huis mocht komen. Die zeiden: ‘Nee, je moet terug naar De Hoop. Wij kunnen je niet helpen.’ Ik ben met hangende poo tjes teruggegaan. Ik voelde me net een klein kind. Dat was eigenlijk ook zo: ik had vanaf mijn tienerjaren gedronken en was in die tijd niet geestelijk ontwikkeld. Ik was in mijn gedrag tien jaar jonger dan mijn leeftijd. Ik had alle ontwikkeling weggedronken.” Eenmaal op de afdeling Baken is Ester dankbaar voor haar bestaan. “Ik leefde nog, ik had familie die op bezoek kwam. Er waren cliënten bij wie helemaal niemand kwam. Ik zag ook dat ik egoïstisch was; dat ik dankbaarder moest zijn. Ik dacht na over God. Een begeleidster vertelde: ‘Als jij Jezus wilt aannemen in je leven, mag je daarom vragen in gebed.’ Dat heb ik gedaan. Daarna kreeg ik weer hoop voor mijn leven. Ik werd me ervan bewust dat God bij me was. Ik was me steeds meer bewust van Zijn liefde: dat ik vergeven ben, dat ik niet waardeloos ben. Dat besef was er niet gelijk. Het heeft lang geduurd, in kleine stapjes en door vele gesprekken.” UITDAGINGEN Ester heeft tijdens de behandeling nog steeds last van haar sociale angst. “Ik durfde bijvoorbeeld niet goed naar de eetzaal. Als ik geroepen werd dat ik mee moest komen, was ik gehoorzaam, maar als ik de kans kreeg bleef ik op mijn kamer. Ik liet bidden voor mijn angst. Ik vroeg God om hulp.” Er zijn ook andere uitdagingen: “Ik zat in een groep met één andere vrouw en verder allemaal mannen. Het was lastig om anders naar mannen te gaan kijken dan ik gewend was. Ik wilde met Gods ogen kijken, hun kwetsbaarheid zien. God leerde me te kiezen voor reinheid. Ik kon mezelf zien als waardevol zonder de aandacht van een man.” KINDEROPVANG Ester doet tijdens haar behandeling op verschillende plekken werkervaring op, onder andere bij Kinderopvang Bambino, destijds onderdeel van De Hoop. “Ik merkte dat ik dat erg leuk vond. Ik ben weer SPW gaan doen om in de kinderopvang te kunnen werken. Ik mocht in anderhalf jaar mijn opleiding afmaken. Van tevoren was ik bang: zouden door alle drank en drugs mijn hersenen het nog wel doen? Maar het is me gelukt! Tijdens de opleiding heb ik stage gelopen bij Bambino.

“Ik werd me ervan bewust dat God bij me was. Ik was me steeds meer bewust van Zijn liefde: dat ik vergeven ben, dat ik niet waardeloos ben.”

DE HOOP MAGAZINE

samen gezongen werd.” Lachend: “En dat je niet verplicht was om daaraan mee toe doen. Ik was wel nieuwsgierig naar waar de begeleiders op Crosspoint in geloofden, maar ik vroeg niet door: ik wilde niet echt mijn leven omgooien.”

11


INTERVIEW

COLUMN

COLUMN DUBBELE VERBINDING

“Echte depressiviteit voel ik niet meer. Neerslachtigheid ligt wel op de loer.”

GOEDE KEUZES Esters man is ook verslaafd geweest. Dat is soms moeilijk. “Je moet allebei dingen uit het verleden afsluiten. Ik kan er wel heel heilig over doen, maar het is gewoon lastig om goede keuzes te maken. Er is iets vanbinnen dat trekt, en er is zo veel

in de wereld dat trekt. Leven met God is ook weleens nee zeggen tegen dingen die fijn voelen. Ik vraag vaak mensen om gebed als ik het zelf niet meer weet, omdat ik het lastiger vind om voor mezelf te bidden dan voor een ander. Ik heb wel geleerd dat ik alles wat in me omgaat mag overleggen met God, dat ik mag vertellen wat me bezighoudt en mag uithuilen bij God over de pijn die andere mensen me soms doen. Daarna kan je die mensen weer vergeven en zegenen. Dat ik bij God mijn gevoel kan uiten, ook als ik boos ben, is zo fijn. Als ik Hem vraag om vrede, komt die ook. Dat klinkt heel eenvoudig, maar dat is het niet. Ik heb in het verleden het leven met God weleens te gemakkelijk doen voorkomen. Daar heb ik spijt van. Dan denken anderen bij wie het niet gemakkelijk is: ‘Ik zal wel iets fout doen.’ Maar door rustig bij God te gaan zitten en stil te worden, houd ik alles wel vol.” IETS MOOIERS We vragen Ester of ze nog last heeft van depressiviteit en angst. Ze zegt: “Echte depressiviteit voel ik niet meer. Neerslachtigheid ligt wel op de loer. Dan probeer ik met mensen af te spreken. Ik zet christelijke muziek op waar ik blij van word. Of ik ga naar bed. Dat laatste is vluchtgedrag. Ik vind het lastig een gezond dagritme vast te houden op de dagen dat ik niet werk. Anderen denken misschien: ‘Waar maak je je druk over; ik gebruik nog drank en drugs’. Maar ik wil niet meer vluchten. In grote groepen zijn, vind ik ook nog steeds lastig. Dan komt de angst weer op me af. Ik heb geen sigaret meer die me een houding geef van ‘ik weet het allemaal wel’ en geen alcohol die me rustig maakt. Tegenwoordig ga ik een gesprek aan en kom ik met voldoening thuis, maar het zenuwachtige gevoel blijft. Daar moet ik mee leren leven. Soms denk ik: ‘Ik kan wel weer eens wat drinken.’ Dat denkt iedere ex-alcoholist waarschijnlijk. Maar het is het niet waard. Ik heb iets ingeleverd en God beloont me daarvoor met iets mooiers. Hij zegt: ‘Ik laat je niet in de steek’.”

DE HOOP MAGAZINE

12

Esters man is ook verslaafd geweest. Dat is soms moeilijk. “Je moet allebei dingen uit het verleden afsluiten.”

“Bel ik gelegen?” Ik stel de vraag aan een jonge vrouw die vastgelopen is in haar behandeling. Ze is bekend met ADHD, heeft voor de tweede keer te maken met een burn-out en loopt tegen haar eigen grenzen aan. Ze wil kijken of online therapie haar verder kan helpen.

Willemijn van de Ridder Psycholoog bij de online polikliniek van De Hoop ggz

“Ehm, nou, eigenlijk niet. Ik ben op de bruiloft van mijn broertje”, is haar antwoord. Ik lach, zeg haar dat ze dan helemaal niet moet opnemen en dat ik haar de volgende dag terug zal bellen. Het is het begin van een mooi contact en kenmerkend voor de vrouw die ze is. Ze staat altijd ‘aan’. De telefoon laten gaan, komt niet in haar op. Altijd verbinding. En dat is nu juist waar ze op stukloopt. Ze wordt leeggezogen door alle beroepen die op haar gedaan worden en is daardoor steeds meer de verbinding met zichzelf kwijtgeraakt. Mensen om haar heen zien de vrolijke, goedlachse vrouw, ad rem en enthousiast. Het gevecht dat ze levert, haar hooggevoeligheid en het missen van een stuk nabijheid daarin, wordt minder gezien. Juist het online werken bij Hoop Online geeft mij de gelegenheid om wat meer te zien van de persoonlijke leefomgeving van deze vrouw. Ik zie hoe ze tijdens de gesprekken – met een kop koffie met opgeklopte melk in haar handen, lekker genesteld op haar eigen bank – steeds beter de rust kan vinden om haar diepste gevoelens toe te laten en vanuit hier haar eigen grenzen leert aan te geven. Ik zie haar tweejarige dreumes in beeld komen en ik zie hoe ze het geleerde in praktijk brengt door hem duidelijk te maken dat mama nu even niet beschikbaar is. Waar ik er eerder enigszins ambivalent tegenover stond, moet ik nu tot mijn verwondering bekennen: het is mogelijk! Door middel van het scherm in iemands hart mogen kijken. Verbinding via een internetverbinding. Dat is dubbel verbonden zijn.

DE HOOP MAGAZINE

Daarna heb ik zeven jaar bij andere instellingen gewerkt. Ook bij instellingen waar ik voor mezelf en mijn geloof moest opkomen en dingen niet klopten. God leidde me steeds. Ik kon bidden: ‘Vergeef ze en zegen ze.’ Daarna kwam ik terug bij Bambino.” Ester is inmiddels getrouwd, 42 jaar en ongewenst kinderloos. Is het dan lastig om in kinderopvang te werken? “Ik kan er wonderlijk goed mee omgaan. Ik kan mijn moederliefde kwijt in mijn werk. Als ik een baby vasthoud, zie ik in dat kind Gods liefde.”

13


PROJECT

PROJECT

Een boost voor de geestelijke accu Pastorale zorg van groot belang in het werk van De Hoop

Cliënten van De Hoop weten hoe moeilijk het is om zichzelf mentaal op te laden. Ze voelden vaak een leegte vanbinnen en het lukte hen niet altijd om daar goed mee om te gaan. Soms konden ze niet terugvallen op familie, worstelden ze met geloof of misten ze een duidelijk anker in het leven. Met een groot aantal problemen en geen bron om bij terug te komen, grepen ze naar andere middelen om hun pijn te verlichten. Zelfbeschadiging, alcohol, drugs, seks… Een verslaving lag binnen handbereik. Wat zij vaak nodig hadden, is kracht van buitenaf. Vergelijk het met een powerbank die je telefoon kan opladen zonder stopcontact.

DE HOOP MAGAZINE

14

“Ontvang een powerbank en geef steun.”

Bron van Hoop Behandelaren en begeleiders van De Hoop leren cliënten wat wél een goede bron is om uit te putten. Cliënten praten over hun problemen en leren ze te overwinnen. Ze ervaren meer richting in het leven en staan sterker in hun schoenen als een terugval dreigt. Als een cliënt ervoor openstaat, wijzen we ook op Dé Bron van Hoop, onze God. Bij een pastoraal gesprek kan een cliënt daarom zijn zingevingsvragen delen of een gebedsleven leren opbouwen. Coördinator Geestelijke Verzorging Dirk de Boer voert dagelijks gesprekken met hen. “Ik kan ze niets geven, alleen op weg helpen. God doet de rest. Ik moet dan denken aan de man die vergeving schonk na een lange, heftige worsteling. Hij voegde er bovendien zelf aan toe: ‘Ik hoop dat het de dader goed gaat in zijn leven.’ God geeft boven verwachting!” Vol hoop helpen we cliënten op weg naar een nieuw leven. Naar een nieuw, dagelijks leven en - waar we elke keer voor bidden – ook naar een Nieuw Leven met een hoofdletter.

Stroom van gebed Pastorale zorg is één van de onderdelen van De Hoop die niet vergoed worden vanuit de overheid. De achterban van De Hoop maakt dit financieel mogelijk. Jij kunt dit ook doen door ons maandelijks te steunen, vanaf 7 euro. Symbolisch ontvang

Dirk de Boer Coördinator geestelijke verzorging De Hoop ggz.

je van ons een powerbank. Zodat je elke keer aan onze cliënten denkt als je telefoon of tablet wat energie nodig heeft. Net zoals zij dat nodig hebben. En we hopen dat je dan ook steeds even voor ze bidt. Zo zijn ze verzekerd van een constante stroom aan gebed en wordt er geput uit de Bron die de meeste kracht geeft. Ga jij ervoor?

Geef een boost, krijg een boost! Maak jij pastorale zorg mogelijk voor maar 7 euro per maand? Geef anderen een geestelijke boost en ontvang gratis een powerbank van ons. Hopelijk denk je aan de cliënten bij ieder gebruik. vriendenvandehoop.nl/kracht-van-hoop

DE HOOP MAGAZINE

Pastorale zorg is bij De Hoop een belangrijk element in het herstel. Helaas is er vanuit de overheid geen financiering mogelijk.

15


MIJN MOOISTE PLEK

MIJN MOOISTE PLEK

DE HOOP MAGAZINE

16

MIJN MOOISTE PLEK

“Ik ben er heel gelukkig en kan er alles vergeten”

GZ-psycholoog Lianne Vink werkt voor Hoop Online en voert gesprekken met cliënten van De Hoop vanuit haar woonplaats Kaapstad. Lianne vertelt: “Toen ik studeerde wilde ik naar het buitenland, maar op mijn stageplek boden ze me een baan aan, en na een jaar mocht ik doorstuderen voor GZ-psycholoog. Dat is bijzonder, dus dat pakte ik aan. Tijdens mijn studie deed ik modellenwerk. Van daaruit werd ik gevraagd om drie maanden naar Kaapstad te komen. Zo kreeg ik toch de kans mijn reislust te bevredigen. Alleen kon ik daarna niet meer aarden in Nederland! Ik besloot meer te gaan reizen. Ik ging ook terug naar Kaapstad en ontmoette hier een man die ik niet uit mijn hoofd kreeg. We zijn inmiddels getrouwd en in april is onze dochter geboren.” Het bevalt Lianne goed bij Hoop Online. “Veel mensen hebben een beetje weerstand bij online behandeling, maar ik zie mooie behandelprocessen. De cliënt is in de eigen, veilige omgeving en kan zich daardoor kwetsbaar opstellen. We kijken wel heel goed wie in aanmerking komt voor online hulp.” Ook met haar collega’s is Lianne blij. “Iedere vrijdag hebben we online teamoverleg. Het gaat natuurlijk over de cliënten, maar er is ook tijd om te checken hoe het met elkaar gaat. Ik was laatst in Nederland en toen stond er een collega op de stoep. Geweldig!” Liannes mooiste plek is Clifton Beach 4. “Het is een heel mooie blauwe baai, met een prachtig strand. Ik ben er heel gelukkig en kan er alles vergeten. Ik beachvolleybal en dat is daar ultiem. Ik ben uit Nederland weg, maar met de mensen daar heb ik een familiegevoel. Er is verbinding.”

DE HOOP MAGAZINE

In ‘mijn mooiste plek’ bespreekt een medewerker, cliënt of Vriend van De Hoop een locatie waar zij helemaal zichzelf kunnen zijn.

17


FACTCHECK

FACTCHECK

Waar of niet waar?

“De verandering is gekomen doordat ik nu samen met God ben afgekickt.”

Cliënten worstelen tijdens hun behandeling vaak met vragen over geloof en zingeving. Mede daarom bieden we pastorale zorg aan. Maar wat is nu waar en niet waar over pastorale zorg bij De Hoop? We leggen het uit.

DE HOOP MAGAZINE

18

PASTORALE ZORG BIJ DE HOOP VERVANGT PASTORALE ZORG VAN KERKEN. WAAR – NIET WAAR Soms is een kerk het enige sociale netwerk van een cliënt. Daarom is het belangrijk om als gemeente dicht bij een cliënt te blijven staan. Niet alleen om te informeren hoe het met hen gaat, maar ook voor geestelijke gesprekken. Aanvullend hierop, en als de cliënt dat wenst, verlenen wij pastorale zorg. Ook bieden we pastorale gesprekken aan cliënten die niet zijn aangesloten bij een kerk maar wel behoefte hebben aan gesprekken. Laura Bikker, manager bij de afdeling Beschermd Wonen: “Kerken kunnen zo’n positieve bijdrage leveren aan het herstel van onze cliënten. Het is zó steunend

en helpend voor hen als ze in moeilijke momenten merken dat ze er niet alleen voor staan. Het is fijn als je door de kerk betrokken wordt bij activiteiten of uitgenodigd wordt voor een kring. Het geeft een goede afleiding om even niet alleen met je problemen bezig te zijn.” HET ‘PASTORALE AANBOD’ BESTAAT UIT MEER DAN PASTORALE GESPREKKEN. WAAR – NIET WAAR Ieder jaar zijn er conferenties voor cliënten. Het thema van de online conferentie in september was ‘Dromen in de put’, over Gods leiding in het leven van Jozef. Hiernaast zien cliënten onze pastoraal werker, Dirk de Boer, wekelijks in hun kliniek. Dan is hij bijvoorbeeld bij een koffiemoment en polst hij of er behoefte is aan een gesprek.

Ook houden we weeksluitingen voor cliënten en medewerkers. Na corona hopen we onze lofprijsavonden op Dorp De Hoop te hervatten. Iedereen is hier welkom om samen de Heer te loven en te prijzen. DE PASTORALE ZORG BIJ DE HOOP IS EVANGELISCH. WAAR – NIET WAAR De Hoop is breed christelijk en heeft van oorsprong een evangelische missie. Namelijk: handelen vanuit het Evangelie. Onze medewerkers komen uit allerlei kerkverbanden. We delen een geloof in Jezus Christus. De pastorale zorg wordt afgestemd op de (christelijke) achtergrond van de persoon. Overigens is iedereen bij ons welkom als cliënt: met of zonder christelijk geloof.

Oud-cliënt Ton: “Het begint met een overgave, met gewoon zeggen: ‘Help me alsjeblieft’. Ik heb het al zo vaak geprobeerd en ik kom op wilskracht een heel eind, maar het laatste stukje niet. God maakt nu het verschil. De verandering is gekomen doordat ik nu samen met God ben afgekickt.” PASTORALE ZORG GAAT AF VAN DE ‘GEFINANCIERDE BEHANDELTIJD’. WAAR – NIET WAAR Gelukkig is dat niet zo! Pastorale zorg is een waardevolle (optionele) aanvulling op het behandeltraject van een cliënt. Onze pastoraal werkers hebben binnen kaders de vrijheid om zelf de invulling van de gesprekken vorm te geven. Zo wandelt iemand regelmatig met een cliënt door de Dordtse polders tijdens een pastoraal gesprek.

PASTORAAL WERK WORDT GEFINANCIERD VANUIT DE OVERHEID. WAAR – NIET WAAR Wist je dat het verplicht is om als ggz-instelling met een kliniek geestelijke verzorging te bieden? We vullen dit mede in door ons pastorale aanbod. Helaas worden die kosten niet vergoed. Toch zien wij, samen met de overheid, de noodzaak in van geestelijke verzorging. Dagelijks merken wij hoe God helpt bij het herstel van onze cliënten. Oud-cliënt Ruud: “Toen ik bij De Hoop kwam ben ik op mijn knieën gegaan voor de Heer en vol gas voor herstel gegaan. Ik heb de liefde van Christus ervaren bij De Hoop. Met mijn begeleider Toine heb ik veel gebeden en mijn zonden beleden. Ik heb inzicht gekregen in waar mijn pijn vandaan kwam.”

DE HOOP MAGAZINE

FABELS EN FEITEN RONDOM PASTORALE ZORG

19


BEDANKT

WAT JE WILT WETEN OVER

Vrijwilligerswerk doen en afkicken van een verslaving van 28 jaar. Dat was Antonio’s leven. Tót hij via een vriend, Iwan, bij de Interne Opleidingsschool kwam. Daar kreeg hij toekomstperspectief. Antonio vertelt: “Door Sjaak en Jules, projectleiders van de Interne Opleidingsschool, kon ik de opleiding tot ervaringswerker volgen. Mijn achtergrond maakte voor hen niet uit. Ik kreeg een tweede kans. En een derde. God heeft hen gebruikt om deuren te openen.” Door die ‘geopende deur’ kreeg hij een baan bij De Hoop. Hij vertelt: “Coranne, afdelingsmanager bij PkBW (Postklinische Behandeling met Wonen), zorgde voor mijn stageplek. Ze is een moederfiguur voor de hele afdeling en had vertrouwen in mij. Nu, een jaar later, ben ik in dienst als ervaringsdeskundige.”

WAT JE WILT WETEN OVER

AFKICKEN

Wat gebeurt er als iemand gaat afkicken? Wat doet dat met je lichaam en hoe werkt het in de hersenen? Wat is eigenlijk het moeilijkste aan afkicken? We vragen het aan Mente van der Beek, verslavingsarts bij Crosspoint, de detoxafdeling van De Hoop.

Wat doet afkicken met je lichaam?

Wat doet afkicken met je lichaam? “Er zijn verschillende soorten middelen: sommige verdoven het lichaam, andere geven juist tripgevoelens en je hebt middelen die het lichaam oppeppen. Hoe meer je gebruikt, hoe meer gewenning dat geeft. Als je vervolgens gaat afkicken, ook wel detoxen genoemd, krijg je het tegenovergestelde van gewenning: ontwenning. Je lichaam reageert met verschijnselen als trillen, zweten, soms epileptische aanvallen of zelfs een delirium (acute verwardheid - red). Maar het is vooral iets in het brein.”

Hoe werkt afkicken in de hersenen?

Hoe werkt afkicken in de hersenen? “In je hersenen heb je neuronen en zenuwen. Daartussen zitten neuro­ transmitters. Drugs en alcohol hebben daar invloed op. Heroïne bijvoorbeeld kaapt het natuurlijke beloningssysteem in de hersenen. Wanneer mensen stoppen kunnen ze heel moeilijk beloning ervaren. Ze komen in een dip, een zwart gat. Tijdens de detox kunnen ze weinig genieten. Het leven wordt een beetje grijs. Het brein is niet meer in staat om natuurlijke beloning te ervaren.”

Wat is het moeilijkste aan afkicken?

Wat is het moeilijkste aan afkicken? “Het is spannend, maar niet moeilijk. Spannend, want je zet een grote stap voor jezelf om te stoppen met gebruik. Je stelt je kwetsbaar op. Je levert je over aan de zorg. Het meest ingewikkelde aan de detox voor een hulpverlener is het goed begeleiden van de gevolgen. Wat gaan mensen ervaren als ze stoppen met gebruiken? Welke onderliggende problematiek komt boven? Je moet ongeveer zes weken gestopt zijn met drugs of alcohol voordat je iets nuttigs kunt zeggen over de aard van de klachten die iemand heeft. Een voorbeeld: bij mensen die depressief zijn en alcohol drinken is het lastig te zeggen of dat door de drank komt of dat het er al was. Dat kun je na zes weken wel goed zien.”

Iwan, Sjaak, Jules en Coranne, bedankt!

DE HOOP MAGAZINE

20

Hoe kun je als naaste iemand met een verslaving het best tot steun zijn?

Hoe kun je als naaste iemand met een verslaving het best tot steun zijn? “Verslaving is vaak het signaal van iets. Het beste wat je kunt doen is proberen niet te oordelen. Voor bijna alle cliënten die ik spreek geldt: zodra ik ze begrijp kan ik me vaak voorstellen dat ze gebruiken. Mensen met een verslaving hebben erg te lijden onder stigmatisering van hun omgeving. En dat helpt hen niet om de strijd aan te gaan met hun verslaving. Daarom: oordeel niet en respecteer de ander. Maar bewaak wel je eigen grenzen.”

DE HOOP MAGAZINE

“Ik kreeg een tweede kans. En een derde”

21


INTERVIEW

INTERVIEW

Sjaak werkte 44 jaar bij De Hoop. Als begeleider, groepswerker, afdelingshoofd en trainer. Vijf jaar voor zijn pensioen richtte hij samen met ex-cliënt Jules de Interne Opleidingsschool Ervaringsdeskundigheid op. Cliënten die lang genoeg hersteld zijn, worden daar opgeleid tot ervaringswerker. De weg ernaartoe was lang: ervaringsdeskundigheid stond in 1977 nog niet op de kaart in Nederland en Sjaaks opvattingen weken nog weleens af van die van De Hoop.

“Leer mij leven, hoe doe je dat?” DE HOOP MAGAZINE

22

ALS JE ZELF PSYCHISCHE PROBLEMEN OF VERSLAVINGSPROBLEMATIEK HEBT GEKEND, KUN JE JE ERVARINGEN GEBRUIKEN OM ANDEREN TE HELPEN. DAT IS DE STELLIGE OVERTUIGING VAN SJAAK MONSTER EN IRENE BLOM.

KIJK OVER DE SCHUTTING VAN JE EIGEN BESTAAN Sjaaks passie begon vorm te krijgen in de jaren tachtig. Aan het eind van een behandeling mochten cliënten begeleid zelfstandig wonen. Het viel hem op dat veel cliënten eenzaam werden en opgingen in hun eigen problemen. Sjaak: “Toen begon het te dagen: bij gezond worden hoort ook een ander perspectief op het leven, het besef dat iedereen problemen heeft. Kijk eens over de schutting van je eigen bestaan. Je bent niet de enige die het moeilijk heeft gehad, want er zijn heel veel mensen met worstelingen. Probeer eens wat afstand te nemen tot jezelf.” DYNAMIEK VAN HET LEVEN OP STRAAT Sjaak kwam tot dat besef in de tijd van de Roemeense Revolutie. Beelden

gingen over de wereld van de ellende achter het gesloten IJzeren Gordijn. Sjaak: “Toen wist ik in mijn hart: ik moet daar met cliënten van De Hoop naartoe.” Zeventien jaar lang maakte Sjaak diverse keren de lange reis naar Roemenië met groepjes cliënten, ruim vijfhonderd in totaal. Samen bouwden ze aan Roma-dorpjes in wilde omstandigheden. Sjaak: “Wat ik daar zag in het leven van die mensen leek dezelfde dynamiek als die van de verslaafde op straat. Ieder voor zich, leven bij de dag, manipulatie, geweld, agressie, diefstal, vervloeking… een krankzinnige wereld. Daarmee keken onze cliënten eigenlijk in de spiegel van hun eigen leven. Maar dan wel een spiegel die uitvergroot werd, want wat ze zagen was vaak vele malen erger dan wat ze zelf hadden meegemaakt.” Zonder dat Sjaak destijds de methodiek begreep, gebeurde er iets met de cliënten. Ze veranderden van hulpvrager in hulpverlener. Ze vergaten hun eigen nood en gingen geven. Sjaak: “Het was verpletterend. Zonder dat ik dat toen doorhad, gaf God me een kijkje in ervaringswerk en in de kracht en potentie van cliënten.” Jaren later studeerde Sjaak met het thema ‘hulpverlenend hulpvragen’ af op het onderwerp en kon hij het wetenschappelijk verklaren. HET LAND VAN DE VRIJHEID Sjaak vergelijkt verslaving met de woestijnreis van het volk Israël. “Mensen begrijpen niet altijd de moeite van verslaving en hoe moeilijk het is om daaruit te komen. Het is net als het volk Israël: dat kende alleen slavernij. Wat is dan ‘vrijheid’? Ook verslaafden moet je leren wat vrijheid is. De weg naar een verslavingsvrij leven is één grote tocht der onbekendheid. ‘Kom ik er ooit wel, ik ben al zo vaak teruggevallen, wie wil

mij straks nog met mijn achtergrond?’ Dan heb je ervaringswerkers nodig. Die snappen hoe moeilijk het is om van het land van de verslaving naar het land van de vrijheid te gaan. Ik noem ons ‘reisbegeleiders’. We hebben de reis van verslaving naar herstel al eens gemaakt en we bieden ons aan: mag ik met jou meelopen op jouw reis? Want ik weet hoe die reis ongeveer verloopt.” SAN PATRIGNANO: AFKICKEN ZONDER BEHANDELAARS Irene Blom, lid van de Raad van Bestuur en klinisch psycholoog, komt in 2016 bij De Hoop werken. Waar Sjaak straks zijn levenswerk los moet laten, is Irene degene die juist meebeslist over de toekomstige visie. Met een groep deelnemers van de ervaringsschool bezochten Sjaak en Irene San Patrignano voor inspiratie. Deze Italiaanse plaats wordt gerund door 1.400 ex-verslaafden die elkaar helpen met afkicken. Sjaak: “Daar zie je geen hulpverlener tegenover hulpvrager, maar één grote wijdynamiek. Ze doen het sámen. Dat heeft ook wel de toon gezet voor het Dorp van De Hoop in Dordrecht.” Irene begrijpt Sjaaks enthousiasme heel goed; ook voor haar werkte San Patrignano inspirerend. “De kracht van samen leven en samen optrekken is groot. Je leert je problemen niet te verdoven, maar op te lossen, samen en in de relatie met anderen. Je komt daar als nieuweling die zorg nodig heeft. Na een jaar word je zelf buddy van een nieuweling. Ook dat is heel heilzaam, je geeft mensen ergens verantwoordelijkheid voor en iets of iemand om voor te zorgen. Die beide elementen zitten ook in de Zorgvisie van De Hoop. Cliënten ervaren zichzelf vaak als mensen die veel fout hebben gedaan, er een puinhoop van maken… Dat soort woorden klinken al snel, maar ook

DE HOOP MAGAZINE

Lange haren, een oorbel en flink aan het drinken en blowen. Velen kennen Sjaak Monster als één van de oudgedienden bij De Hoop; weinigen weten dat hij in zijn jonge jaren door het leven ging als hippie. Na de hippietijd gaf deze man 44 jaar van zijn leven voor de cliënten bij De Hoop. De passie van Sjaak: levenservaring van cliënten inzetten in de zorg.

23


INTERVIEW

INTERVIEW

Met een groep deelnemers van de ervaringsschool bezochten Sjaak en Irene San Patrignano voor inspiratie. Deze Italiaanse plaats wordt gerund door 1.400 ex-verslaafden die elkaar helpen met afkicken. Sjaak: “Daar zie je geen hulpverlener tegenover hulpvrager, maar één grote wijdynamiek. Ze doen het sámen.

DE HOOP MAGAZINE

24

jij met je puinhoop kan nog van belang zijn voor anderen. Daar kan je nú mee beginnen.” “JIJ BEGRIJPT MIJ” Het is de droom van Sjaak dat De Hoop ook zo’n dorp wordt. Vanaf 2002 werkte hij als trainer en zag hij in vele landen de overweldigende resultaten van projecten door ervaringswerkers. Met zijn visie noemt Sjaak zichzelf echter een ‘roepende in de woestijn’, want niet iedereen laat dat geluid horen. Irene pleit er juist voor om ervaringswerk op verschillende manieren in te bedden in de huidige zorg. Dát mensen met een psychiatrisch verleden of een verslavingsverleden een rol horen te krijgen, staat buiten kijf. Irene: “Als iemand in hetzelfde schuitje heeft gezeten, geeft dat een gevoel van verbondenheid: ‘jij begrijpt mij’. Je zíet dat de ervaringswerkers soms sneller een ander bereiken of de boodschap beter over kunnen brengen. Ik ben er een enorme voorstander van dat elke zorgafdeling ervaringswerkers laat meedraaien in de teams, dat ze meedoen in onze zorg.” OP STRAAT GESTUDEERD Sjaak: “Dat wordt nog niet door iedereen begrepen en het voelt nog onwennig. De Hoop heeft veel medewerkers die jaren studeerden en dan moet je ineens samenspraak gaan doen met mensen die amper gestudeerd hebben. Ik zeg dan: zij hebben op de stráát gestudeerd. Dat samenspel heb je nodig. Hun perspectief heb je nodig om te begrijpen wat verslaving is, wat detentie is, wat het leven op straat is, wat prostitutie is en wat diepe trauma’s zijn. Dat vind ik het mooie van ervaringswerk. Ervaringswerk betekent dat je heel goed aan kunt sluiten bij het geleefde leven van die ander, omdat je daar zelf ook bent geweest of er nog mee worstelt. Maar je bent al verder op weg, je weet dat het wél mogelijk is om

Irene: “Het maakt zoveel uit of je alleen in de wereld staat of ergens bij hoort. We zijn niet geschapen om alleen te zijn, maar om in verbinding te zijn.”

eruit te komen en dat er een zinvol leven kan bestaan.” ‘LEER MIJ LEVEN, HOE DOE JE DAT?’ Sjaak: “Mensen hebben niet voor alle levensproblemen een model of therapie nodig. Ze hebben nodig dat je jouw leven deelt. ‘Hoe ga jij om met angst, onzekerheid, spanning… Leer mij leven, hoe doe je dat?’” Irene vult aan: “Soms moet je behandeling doen voor trauma’s, verslavingen of angsten om verder te komen in het herstel. Maar een mens met problemen heeft niet per se altijd een therapeut nodig en zéker niet altijd alleen maar een therapeut nodig. Het maakt ontzettend veel uit of je alleen in de wereld staat of dat je ergens bij hoort. We zijn niet geschapen om alleen te zijn, maar om in verbinding te zijn, voor elkaar te zorgen en elkaar te zien. Dat is de kern van wat wij mensen nodig hebben. Eén van de begrippen die ik vaak gebruik, is die van de wounded healer, de gewonde genezer. Ik ben niet alleen maar de hulpverlener en jij de cliënt. De behandelaar heeft wat geleerd over behandelen, maar is op dezelfde manier mens als die ander. We hebben allemaal onze eigen kwetsuren en onze eigen talenten. Door problemen komt er bij de cliënten soms niet uit wat erin zit.” RELATIONELE ZORGVISIE Irene gelooft in de cruciale kracht van verbinding. “De Hoop streeft naar herstel in de relatie met God, zichzelf, de ander en de schepping. Als je goed in deze relaties zit, komt een mens tot bloei. Dat is de basis van onze zorgvisie. We bieden bijvoorbeeld een behandeling, maar ook hulp op andere levensgebieden, zoals het op weg helpen met schuldhulpverlening of samen wonen

in Huizen van Hoop. In de Huizen van Hoop benutten we de kracht van de gemeenschap, van het samen. Die huizen verbinden we weer aan kerken, zodat we mensen helpen met een gezond netwerk. Hoe kun je het contact met gezonde mensen en mensen die minder ver zijn in hun herstel vermengen? En hoe vlecht je ervaringswerk er nog meer doorheen? Dat zijn vragen waar we over nadenken.” EEN GEWELDIGE PIONIER Irene is ontzettend dankbaar voor wat Sjaak al heeft neergezet. “Ik weet dat hij er hard voor heeft moeten werken, maar ik wil ervaringswerk ook zó graag in de zorg vervlechten. Sjaak is een geweldige pionier en hij heeft ontzettend veel betekend voor de ontwikkeling van ervaringswerk en het neerzetten van de school. Met enorme energie en daadkracht, altijd vol plannen en altijd met dat eigen geluid dat hij heel goed heeft neergezet. Daar zijn we hem als De Hoop erg dankbaar voor.” KONINGEN EN KONINGINNEN MET POTENTIE Sjaaks passie komt mede door het geloof. “Een opmerking van Teun, oud-directeur van De Hoop, heeft me diep ge-

raakt. Hij zei: ‘Mensen, pas op hoe je met cliënten omgaat. Want onder hen zitten koningen en koninginnen in het koninkrijk van God die verder zullen komen dan dat jullie ooit komen.’” Of Sjaak een voorbeeld heeft? “Het zijn er velen…” Hij verzinkt even in gedachten. “Vélen die enorm gezond zijn geworden en die posities innemen in werk en kerk, samenleving en zending. Prachtige mensen, met zoveel toewijding aan God. Die verandering wil ik faciliteren.” Vol vuur praat hij verder: “Zou jij een week op straat kunnen leven? Uit vuilnisbakken kunnen eten? Er zijn mensen die dat jaren doen. Járen verslaafd, gevangenis in, gevangenis uit… Verslaafden zijn geen watjes. Het zijn mensen met heel veel mogelijkheden, heel veel potentie, maar ook met heel veel trauma’s en heel veel pijn.” Sjaak wil niets liever dan deze mensen optimaal tot bloei brengen. “De beste hulpverlener is de hulpverlener die zichzelf zo snel mogelijk overbodig maakt. Wij zijn niet belangrijk. We zijn dienaren. Jules en ik zijn het trapje waarover anderen het podium beklimmen. ‘De leider zal aller dienaar zijn’, zegt de Bijbel.” KANSEN VAN LEVEN Ook Irene is gedreven door de overtuiging dat de ander waardevol is in Gods

ogen. “De ander is niet meer en niet minder dan jij. De ander heeft net zoveel recht op kansen van leven als jij en heeft jou iets te geven.” Irene leert van het geloof van sommige cliënten. “Soms denk ik: wát een Godsvertrouwen heb jij. Je bent door zulke nachtmerries gegaan en je bent zó vol van Gods goedheid. Zo’n cliënt kan mij zelf dichter bij God houden. Je moet niet vergeten dat je mensen een heel eind kunt helpen met hun behandelingen, maar dat ze het allerbeste af zijn als hun relatie met God herstelt. Dan komen ze écht tot bloei en ontwikkeling.” ER ZIT GOUD IN Voor Sjaak zijn de 44 jaar bij De Hoop jaren van blijvend herstel. Sjaak: “Je moet levenslang in de ogen van iemand als jezelf kijken om gezond te blijven. En ik wíl altijd in de ogen van die mensen blijven kijken en met hen blijven werken. Dat is zo geweldig. Ik hoor de verhalen van al die mensen, hun achtergrond, wie ze nu zijn en wie ze gaan worden. Zo kijk ik ook vaak naar ze. Dan zie ik wat het gaat worden en denk ik: ‘wauw, wat een kracht, wat een potentie, wat een mogelijkheden. Er zit goud in!’ Dat goud delven gaat door struggelingen en terugvallen. Maar die mensen het podium op helpen, zodat ze tot hun volle ontwikkeling komen, dat vind ik het mooiste wat er is. Dat is een verrijking van het leven.”

DE HOOP MAGAZINE

Sjaak: “De beste hulpverlener is de hulpverlener die zichzelf zo snel mogelijk overbodig maakt. Wij zijn niet belangrijk. We zijn dienaren. Jules en ik zijn het trapje waarover anderen het podium beklimmen.”

25


VRIEND IN HET ZONNETJE

ADVERTORIAL

ZAKENVRIEND ALVERO KANTOORMEUBELVERHUUR

“De Hoop is een unieke plek om je geloof te delen”

Alvero is Zakenvriend van De Hoop. Directeur Huub Verheijen vertelt: “Alvero verhuurt kantoormeubelen. Wij verhuren het meubilair dat zich op of rond de werkplek bevindt, dus bureautafels en bureaustoelen, maar ook loungebanken, vergadermeubilair en belcellen. Onze klanten huren meubilair omdat het slechts tijdelijk nodig is of omdat zij flexibel willen zijn in wat ze gebruiken en in de gebruiksperiode. Als een klant bijvoorbeeld bureaus wil wisselen voor vergadertafels of omgekeerd, dan is het met één telefoontje geregeld. En er is geen investering vereist, maar klanten krijgen het meubilair ter beschikking gesteld tegen maandelijkse kosten.”

Huub is duidelijk over waarom Alvero Zakenvriend van De Hoop is: “Het is mooi wat De Hoop doet voor mens en maatschappij. Het is beter als De Hoop de eigen middelen zo veel mogelijk aan mensen kan besteden die geholpen moeten worden in plaats van aan bijvoorbeeld aan kantoormeubelen. Mensen met een verslaving worden gevangen door iets waar ze zelf geen grip meer op hebben. Het lijkt wel of het buiten henzelf staat, hen overneemt en hen een ander mens maakt. Het maakt indruk als mensen zelf tot de ontdekking komen dat het anders moet en zich laten behandelen. Als wij een steentje kunnen bijdragen aan het goede en nuttige werk van De Hoop, doen we dat natuurlijk graag.”

Anneke IJkema is al meer dan twintig jaar vrijwilligster bij De Hoop. “Mijn man ging er in 1999 werken. Toen we er net waren hoorde ik dat er een gebedsgroep was voor het werk van De Hoop. Ik heb me daarbij aangesloten. Zo leerde ik nieuwe mensen kennen én ontdekte ik wat De Hoop allemaal deed.”

DE HOOP MAGAZINE

DE HOOP MAGAZINE

Anneke was vanaf 1999 vrijwilligster bij De Jordaan, de maatschappelijke opvang van De Hoop, totdat deze afdeling in 2015 sloot. Nu is ze vrijwilligster bij Vrouwen lopen voor Vrouwen. “Ik vind het waardevol om mensen te ontmoeten voor wie je iets kunt betekenen. Bij De Hoop zien mensen naar elkaar om als in een familie. Het is een unieke plek om je geloof te delen.”

26

27


HOE GA IK OM MET

HOE GA IK OM MET

HOE GA JE OM MET HET GAMEGEDRAG VAN JE KIND?

Het is de zorg van veel ouders met een puber: de hoeveelheid tijd die hun gamende puber, tegenwoordig ook wel screenager genoemd, achter hun computer of telefoon doorbrengt. Welke grenzen stel je? Hoe ga je als ouder hiermee om? Wanneer is er sprake van overmatig gamen?

DE HOOP MAGAZINE

28

Dit artikel kwam tot stand i.s.m. Frans Koopmans, beleidsmedewerker bij De Hoop.

POSITIEVE KANTEN VAN GAMEN Het is als ouders belangrijk om je te realiseren dat gamen ook goede kanten kan hebben. Uit onderzoek blijkt dat gamen je creativiteit bevordert, zorgt voor een beter oriëntatievermogen en je oog-handcoördinatie verbetert.

Kinderen moeten in veel games strategieën uitdenken, samenwerken met andere spelers of in teamverband en betere beslissingen nemen dan hun tegenstander in het spel. Daarnaast kunnen games bijdragen aan een beter ruimtelijk inzicht en kan het de reactiesnelheid verhogen. En gamen kan ook gewoon een manier van ontspanning zijn, net zoals dat voor bijvoorbeeld kaartspellen of bordspellen kan gelden. RISICO’S Dat gamen niet zonder risico is, weten we ook. Soms gamen jongeren om te ontsnappen uit de dagelijkse werke-

“Ook het karakter van veel games maakt dat het een risico kan vormen en verslaving in de hand werkt. ” doorgaan. Dat kan er uiteindelijk voor zorgen dat het digitale sociaal netwerk het reële sociaal netwerk vervangt. Ook zijn sommige games niet passend bij de (christelijke) normen en waarden van het gezin. VERSLAVING Tijdens het gamen maakt het brein adrenaline, endorfine en dopamine aan. Deze stoffen hebben een verslavende werking. Daarnaast: hoe korter de tijd tussen inzet en resultaat of beloning, hoe verslavender de activiteit wordt. Dat noemen we kortetermijnbevrediging. Wanneer iemand geen controle meer heeft over de tijd die aan gamen besteed wordt, andere (normale) onderdelen van het leven worden verwaarloosd en de gamer steeds meer lichamelijke, psychische, sociale en/of f inanciële problemen ervaart, kan er sprake zijn van een verslaving. Lichamelijke klachten kunnen bestaan uit

vermoeidheid, irritatie van de ogen, hoofdpijn, verkrampte schouders en polsen. Bij psychische klachten

kan het gaan om onrust, spanning, somberheid, geïrriteerd en/of depressief zijn.

6 TIPS VOOR OUDERS

1

Begrenzing blijft belangrijk. Maak duidelijke afspraken met je kind. Bijvoorbeeld: niet gamen voordat het huiswerk af is. Of: geen schermgebruik tijdens het eten.

2

Toon interesse voor de games die je zoon of dochter speelt. Spreek erover met je kind en probeer je in te leven. Speel bijvoorbeeld samen een keer een game, zodat je weet waar het over gaat.

3

Bespreek de inhoud van de games: worden in de game ethische (Bijbelse) normen overtreden? Als dat zo is, vraag aan je zoon of dochter hoe hij/zij daar tegenaan kijkt. Stel open vragen, wees in gesprek: vraag of je kind weet wat jullie als ouders bij hem/haar opmerken, vraag hoe hij/zij het huiswerk combineert met het gamen, vraag of je kind zelf nadelen ervaart van het gamen.

4

Als je van mening bent dat je kind te veel achter de computer zit om te gamen, kun je als ouders ook zorgen voor alternatieven: doe samen iets wat je zoon of dochter leuk vindt, wat niet met gamen te maken heeft. En besteed hier aandacht aan.

5

En niet in de laatste plaats: geef zelf het goede voorbeeld. Als de regel bijvoorbeeld is om geen schermgebruik tijdens het eten toe te staan, zorg er dan voor dat je zelf ook niet afgeleid wordt door je mobiel tijdens het eten.

6

Mocht je als ouder helemaal vastlopen, neem dan contact op de hulpverlening, bijvoorbeeld die van De Hoop of Chris en Voorkom! www.volwassenen.chris.nl/opvoedondersteuning DE HOOP MAGAZINE

“Zit je alweer achter dat scherm?”

lijkheid omdat die als belastend wordt ervaren. Bijvoorbeeld als ze problemen hebben op school, minder sociale contacten hebben, een laag zelfbeeld hebben of niet lekker in hun vel zitten. Ook het karakter van veel games maakt dat het een risico kan vormen en verslaving in de hand werkt. Bij veel games is er sprake van een soort grenzeloosheid in tijd en ruimte. Je kunt altijd maar

29


DE DAG VAN

MEDITATIE

YOLANDA TAIHUTU

6.45u

Mijn dag begint. Ik zorg dat mijn twee jonge kinderen de deur uit kunnen. Zelf werk ik in een kantoortje bij het Huis van Hoop. Cliënten wonen daar op zichzelf, maar delen dagelijkse momenten. Yolanda Taihutu, medewerker bij De Hoop ICT en kernbewoner in een Huis van Hoop in Dordrecht

8.15u

Online dagopening met het ICT-team. Dat vind ik één van de mooiste dingen aan De Hoop: het geloof met elkaar beleven en mooie gesprekken hebben. De dagopening zou ik niet willen missen; het helpt mij de rest van de dag.

9.30u

Werkoverleg. We bespreken gemaakte keuzes en lossen ICT-problemen op.

10.00u

Ik krijg een appje dat de koffie klaarstaat en loop het Huis van Hoop binnen voor een praatje. Vroeger werkte ik in de visagie: we kletsen over de opmaak-avond die we met de dames gaan doen.

15.30u

Mijn drie honden spelen in de tuin. Ik hoor aan hen dat er iets gebeurt. Een bewoonster loopt binnen; ze laat mondkapjes zien die ze voor anderen maakt. Ook ik heb er één bij haar besteld. DE HOOP MAGAZINE

30

18.00u

De wekelijkse maaltijd met bewoners. Ik denk aan onze eerste maaltijd, toen ik vertelde dat ik aan een nieuw systeem voor alle dossiers werkte. “Wees gerust”, zei ik, “ik kan jullie dossiers niet lezen.” Daarop vertelde de één na de ander spontaan zijn levensverhaal. Wat er in het verleden speelde, welke problematiek of verslaving ze hadden… De openheid geeft mooie gesprekken.

20.00u

Prettig dat je met sommige bewoners het geloof deelt. Mijn man pakt de gitaar en we zingen samen. Deze spontane momenten zijn waardevol voor ons. We hebben veel plezier. Bewoners maakten trieste dingen mee, maar vertellen dat met zo veel hilariteit dat we er samen om lachen.

22.30u

Ik praat na met mijn man. Hij was dertig jaar gebruiker en is acht jaar clean. We willen de bewoners meegeven dat je alsnog een fijn en waardevol leven kunt hebben. Ik denk terug aan een opmerking die verkeerd viel. Had ik dat inderdaad zo moeten zeggen? En hoe kan de ander zijn grens aangeven? Het voordeel van een kernbewoner zijn, ‘de buur’, is dat bewoners hun verhaal makkelijk kunnen spuien en dat wij herkenning bieden. Het Huis voelt voor mij als een thuis en hopelijk voor de bewoners ook.

Ken je het schilderij van Vincent van Gogh over de Barmhartige Samaritaan? Dit schilderij raakt mij zeer, mede omdat het geschilderd is door een ‘cliënt’. Vincent van Gogh schreef dat hij het schilderde omdat hij ziek was en troost zocht. En toen koos hij voor het verbeelden van dit bijzondere verhaal. Voor mij als mens en als psychiater is het verhaal over de Barmhartige Samaritaan een heel leerzame parabel die Jezus ons vertelde, te lezen in Lucas 10. De Samaritaan laat zich raken als hij langs de man loopt die naast de weg ligt. En dat terwijl hij als Samaritaan eigenlijk niet met joden om mag gaan. Hij was innerlijk vrij, en kon zich daardoor laten raken. Dit in tegenstelling tot de Priester en de Leviet. De Samaritaan komt dichterbij en maakt zich daarmee kwetsbaar. Hij verzorgt de wond van de man met olie. Daarna tilt hij de man op zijn rijdier. De Samaritaan doet moeite. Hij geeft iets van zichzelf, zorgt. Hij gaat een traject aan met de gewonde, blijft naast hem staan. Hij brengt hem naar de herberg, een plek waar iedereen welkom is. De volgende morgen draagt de Samaritaan het over. Je zou kunnen zeggen dat hij het samendoet, als een team. De Samaritaan verdwijnt niet: hij maakt de vervolgzorg mogelijk door de waard in de herberg geld te geven om voor hem te zorgen en belooft terug te komen. Met enige fantasie mag dit een voorbeeld zijn van het werk binnen De Hoop, waarin we samen zorg verlenen, de zorg overdragen en cliënten weer terugzien. De Samaritaan inspireert mij in hoe ik in mijn leven en in mijn werk wil staan. Innerlijk vrij om er te zijn voor de ander. Open, om de mens te ontmoeten die voor hulp aanklopt. Geven wat ik kan om te helpen, zowel als mens als behandelaar. Het goede traject in gang zetten en vervolgzorg mogelijk maken, samen met anderen. In de praktijk kunnen we zo in beslaggenomen zijn door drukte, door regels en protocollen of door onrust in onszelf, dat we niet open zijn om de mens te ontmoeten die voor ons staat. Daar is innerlijke vrijheid voor nodig. Die kunnen we vinden bij de Bron, Jezus. Wanneer we dagelijks bij Hem komen, kunnen we vanuit vrijheid leven. En zorgen.

Harold Kuijpers Psychiater en lid Raad van Bestuur

DE HOOP MAGAZINE

DE DAG VAN

INNERLIJKE VRIJHEID

31


ITEM VAN BETEKENIS

Een beker warme koffie

ITEM VAN BETEKENIS

DE HOOP MAGAZINE

32

“Ik zie ze gelijk als ik door het centrum van Dordrecht loop. Daar ligt een bekertje van ons. Hier heeft een bezoeker van ons gelopen. Iemand die op zoek was naar warmte, contact, een luisterend oor. Hoe zou het met hem gaan? Dit koffiebekertje staat voor de basis van wat wij doen bij het Inloophuis. Met koffie is er het eerste contact. Men zoekt een moment van rust, een veilige haven, een sociaal praatje. Nu met de huidige maatregelen is spontaan binnenlopen voor een koffie lastig geworden. De beperkte plaatsen zijn vaak al

bezet. Gelukkig kunnen we onze bezoekers op afspraak wel blijven helpen. Sommigen zijn een soort buddy. Een centraal contactpersoon voor de diverse instanties waar mensen mee te maken hebben. Bezoekers zijn er soms net zo aan toe als het bekertje op de foto. Gebutst en gedeukt door het leven. We vinden het belangrijk om de relatie met hen op te bouwen. Ze het gevoel te geven dat je er voor ze bent. En blijft. Dat ze ertoe doen. Ook als het niet zo lekker gaat. Dat vind ik belangrijk.� - De vrijwilligers van het Inloophuis


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.