6 minute read

Je wordt niet slapend rijk…”

Johan Oomen, cipier

Even voorstellen, Johan Oomen (59 jaar), gehuwd met Ilse Verbaeten, wonende in zijn ouderlijk huis op Klein Eyssel in Meersel-Dreef. Jarenlang werkte hij in de bouw, wel wetende wanneer hij begon te werken maar niet wanneer hij thuis zou komen. Na de komst van een tweeling waren deze werkuren niet meer te combineren met een fatsoenlijk gezinsleven, Ilse was altijd alleen met de dochters. Daarom begon Johan een nieuwe carrière bij de Strafinrichting van Wortel, een gevangenis voor ongeveer 300 delinquenten met ongeveer 200 personeelsleden.

Johan: Dat was de hoofdreden, maar ik had het ook zowat gehad in de bouw… Ik ben in 2000 begonnen in de gevangenis. Wij hebben 8-uren diensten, van 6.00 tot 14.00 uur, van 14.00 tot 22.00 uur en de nachtdienst van 22.00 tot 6.00 uur ‘s morgens weer. Voor de nachtdienst ben ik daar van tien voor tien ’s avonds tot twintig na zes ‘s morgens ongeveer, we moeten namelijk ook wat overdracht doen aan de volgende shift, die diensten overlappen elkaar. Op één maand hebben we vier-vijf nachten ofwel ongeveer één nacht per week. Er wordt wel eens een shift geruild, maar niet veel. Maar de nachtdienst wordt zo goed als niet geruild, want je zit namelijk met een vaste nachtploeg.

DHM: Hoe het zit het met de vakantieperiodes?

Ik weet nu al voor heel het volgend jaar wanneer ik moet werken, het is een continue dienst die altijd voortloopt. Verlof moeten we toch zeker drie maanden op voorhand aanvragen en het groot zomerverlof moeten we in april al aanvragen. In totaal kunnen we 30 dagen verlof nemen, aaneensluitend of in delen van 10 dagen.

Shiften

DHM: Wat doe je als je uit de nacht komt?

Ik kruip na de nacht in bed en slaap ongeveer tot max 12.00 uur, het is dan ook maar één nacht.

DHM: Is de nachtdienst zwaar werk? Fysiek zijn de nachtdiensten niet zwaar, je moet je rondjes doen ofwel puntages, dat is met de klok punten. Het is allemaal heel hard veranderd, vroeger moesten wij die mannen elk uur fysiek echt zien en het licht aandoen. Nu mogen wij ze niet meer zien, gewoon door de gang lopen en puntages doen. Je hebt dus bepaalde punten op alle hoeken van de gang en daar moet je geweest zijn en ’s morgens kunnen ze dit uitlezen of je effectief je ronden gedaan hebt. De celdeuren zijn wel op slot maar je moet luisteren of er geen ongewoon geluid is. Als een gevangene in een strafcel zit, was het vroeger om het kwartier controleren, maar dat is weer afgeschaft. Toen was ook heel de nacht het licht aan, maar dat mag niet meer, je ziet ze dus eigenlijk niet meer. Het is voor de cipiers allemaal wel gemakkelijker geworden.

Er zijn wel eens mensen die suïcidaal zijn, die met zelfmoordneigingen zitten, dan krijg je dit door van de PSC (Psychisch Sociale Dienst), die moeten ’s nachts wel regelmatig gezien worden, daar moet je dan rekening mee houden. Zo zijn er meer rondes die je dan moet doen dan de gewone ronde. Ook in het cachot en bij de speciale gevallen ga je dus wel eens meer kijken.

DHM: En wat is jouw juiste taak in de nacht?

Ik ben postoverste, ik zit zit heel de nacht met een hoop schermen in de hoofdbunker en krijg eventuele alarmen binnen. Ik moet dus zelf geen puntages meer doen. Ik moet er gewoon voor zorgen dat alles rustig is. Als er in de nacht iets gebeurt, dan ben ik verantwoordelijk om van alles te regelen. Als er iemand zich gesneden heeft of zo, de adjudant, de dokter en eventueel de ambulance bellen als het serieus is.

Het zwaarste van de nacht is de opvolging van de shiften. Wij hebben heel dikwijls laat, vroeg en nacht, daar zit dan telkens maar acht uur tussen. Je zou kunnen inslapen tussen de late en de vroege dienst, maar ik doe dat niet, er zijn er die dat wel doen, bijvoorbeeld de cipiers die van Limburg komen.

Wij hebben een vaste nachtploeg van vijf cipiers, behalve als er iemand verlof heeft, dan komt er iemand anders in zijn plaats. Met je vaste nachtploeg heb je wel een andere band dan met andere cipiers, je kent elkaar wat beter en er worden er wat meer persoonlijke verhalen verteld. Ondertussen zit ik aan mijn derde nachtploeg. Van de eerste nachtploeg zijn de meesten op pensioen, daarna veel mensen van mijn leeftijd, en nu zijn dat veel meer jongeren, ik ben ondertussen de oudste.

De vaste nachtploeg bestaat uit Mies Crols (St Jozef Rijkevorsel), Jinthe Veulemans (Merksplas), Johan Oomen (Meersel-Dreef), Seppe Maes (Turnhout) en Thomas Bleys (Weelde Statie).

Keuzes

DHM: Heeft de nachtdienst invloed op je gezondheid?

Tot nu toe nog niet, ik heb daar geen probleem mee want anders zou ik ermee stoppen. Met 55 jaar of zoiets ben je niet meer verplicht om nachten te doen. Dat is wel de reden dat veel ouderen afhaken, die hebben daar last vast, maar bij mij is dat nog niet het geval. Het heeft eigenlijk ook geen invloed op mijn familiaal leven. Wat wel gemakkelijk is aan de nacht doen, is dat je daarna ’s middags uit bed komt en dan nog een hele dag hebt voor jezelf, bijna een gratis extra dag.

DHM: Wordt dit financieel vergoed? Wij hebben een onregelmatigheidstoeslag voor zaterdagen (50 %) en voor zondagen en feestdagen (100 %), en ook een gevarenpremie van 25 euro, die premie is al lang zo. Je wordt voor die nachten niet bijzonder vergoed, misschien plus-minus 100 euro in totaal per maand voor ongeveer 4 nachten. Je wordt dus niet slapend rijk.

DHM: Hoe zit het met de eindejaarsfeesten dit jaar?

Dit jaar moet ik 24, 25, 27 en 28 december werken, 29 en 30 december vrij, en daarna 31 december, 1 en 2 januari werken, dat gaat gewoon door. Volgend jaar kan dat weer helemaal anders zijn. Op 26 december heb ik verlof kunnen pakken omdat we een familiefeest bij de schoonfamilie hebben. Maar verlof wordt ook wel eens geweigerd als er geen volk is, maar dat komt omdat je het dan te laat hebt aangevraagd. Maar door ziekteverzuim en tegenwoordig ook veel agressie met arbeidsongevallen tot gevolg, moeten cipiers ook wel vervangen worden.

DHM: Hoe lang moet je nog werken?

In principe tot 1 mei 2027, dan ben ik 62 jaar en heb ik mijn dienstjaren op de teller, maar ik denk niet dat ik ga stoppen. Ik ben nog redelijk gemotiveerd en als ik op pensioen ga, moet ik heel veel laten vallen van mijn pree, maar dat is voor iedereen, dat snap ik. En mijn vrouw Ilse moet ook nog lang werken. Dat zijn dus keuzes die we moeten maken, soms weet ik het zelf ook nog niet zeker... (JJ)

This article is from: